BELEIDSPLAN
Ethiek in de horeca 2005 - 2010
augustus 2004
Inhoudsopgave: Blz.
Inleiding
3
Evaluatie beleid ECH en SVH 1998 – 2004
4
Beleidsvoorstellen voor 2005 – 2010
6
Begroting
9
2
Inleiding: De Stichting Ethisch Centrum Horeca (ECH) zet zich al jaren in om aandacht bij het horecabedrijfsleven en het horecaberoepsonderwijs te vragen voor het belang van ethisch handelen in bedrijfsvoering en beroepsuitoefening. In haar statuten staan de volgende twee ideële doelen verwoord: De Stichting Ethisch Centrum Horeca heeft tot doel het bevorderen van de bezinning op normen en waarden binnen de totale gastvrijheidsindustrie en voorts alles wat daarmee in de meest uitgebreide zins des woords verband houdt of daartoe bevorderlijk kan zijn. De Stichting Ethisch Centrum Horeca tracht haar doel te verwezenlijken zonder winstoogmerk met de wettelijke middelen, welke daarvoor nuttig zijn, meer in het bijzonder door het samenwerken met het particulier- en regulier beroepsonderwijs en met overheidsinstellingen die een zelfde dan wel een soortgelijk doel nastreven Het ECH heeft zich in het verleden vooral bezig gehouden met de oprichting van scholen voor horecaberoepsonderwijs op confessionele grondslag. Sinds 1997 onderneemt het bestuur van ECH vooral activiteiten waarmee de horecabranche meer direct met het onderwerp ethiek in aanraking gebracht wordt. Het accent heeft daarbij gelegen op de ontwikkeling van trainingsmateriaal en het organiseren van symposia. In dat kader werd samenwerking gezocht met het Horeca Branche Instituut (voorheen SVH) dat verantwoordelijk is voor de professionalisering van werkgevers en werknemers in de horecabranche en ook als gesprekspartner functioneert voor met het horecaberoepsonderwijs. Aangezien integer handelen en professionalisme hand in hand gaan, resulteerde dit in 1998 in een door sociale partners goedgekeurde bestuursondersteuning in de vorm van een ambtelijk secretariaat. Het doel, dat sociale partners hiermee voor ogen hadden, was een extra stimulans te geven aan ethische bewustwording in de bedrijfstak, iets wat al geruime tijd door hen als speerpunt geformuleerd stond in hun bedrijfstakbeleid Sinds die tijd werken het Horeca Branche Instituut en ECH nauw samen in het ondernemen van activiteiten, die de doelen van beide organisaties dichterbij brengen. Eind 2003 heeft het bestuur van de Stichting Ethisch Centrum Horeca het verzoek neergelegd bij het voormalige bestuur van het SVH (nu Horeca Branche Instituut) om het opstellen van een beleidsplan voor de langere termijn door haar ambtelijk secretaris financieel mogelijk te maken. Het bestuur van het Horeca Branche Instituut heeft dit verzoek gehonoreerd en het voorliggende beleidsplan is daarvan het resultaat. Met dit plan, dat zowel een strategie als concrete activiteiten voor meerdere jaren bevat hoopt het bestuur van de Stichting Ethisch Centrum Horeca te bewerkstelligen dat ethiek een vaste plaats verwerft in het denken en handelen van ondernemers en medewerkers in de horecabranche. Met de uitvoering van het plan wordt per 1 september a.s. een begin gemaakt. Zoetermeer, juli 2004
3
Evaluatie activiteiten ECH van1998 t/m 2003 Vanaf 1998 heeft het Ethisch Centrum Horeca, deels in samenwerking met het Horeca Branche Instituut, een groot aantal activiteiten ondernomen om haar doelstellingen te bereiken. Hierna volgt een overzicht: 1) Voorjaar 1998: ontwikkeling door Henk Vijver van lesmateriaal voor een vijfdaagse training “Gewetensvol Ondernemen” voor ondernemers en leidinggevenden in de horeca (zowel werkboek met cases als een trainershandleiding; een leerboek was er al) 2) Najaar 1998: uittesten van het lesmateriaal middels een door het Horeca Branche Instituut bekostigde pilotcursus voor sectorcommissieleden. Deze training werd door de deelnemers zeer goed ontvangen en op hun voorspraak werd de training zodanig inhoudelijk aangepast, zodat deze cursus in drie dagen te geven is en huiswerk voor de deelnemers achterwege kon blijven. 3) Januari 1999: samen met het bedrijfschap Horeca en catering organiseren van het Horecavasymposium “De winst van ethiek”. Dit leverde een groot aantal tevreden bezoekers en publiciteit in de vakpers op. Na afloop ontvingen de deelnemers aan de pilotcursus hun Certificaat van Deelname. 4) Voorjaar 1999: organiseren van een Train the trainers-cursus voor trainers van het Horeca Branche Instituut en enkele ECH-bestuursleden. (8 personen) Hiermee werd deskundigheidbevordering op het gebied van bedrijfsethiek nagestreefd. De deelnemers werden daarna gecertificeerd om dit onderwerp te doceren. 5) September 1999: overleg met het Ministerie van Justitie over mogelijke vormen van samenwerking en ondersteuning van ECH-activiteiten door Justitie 6) Najaar 1999: organisatie en ontwikkeling van de themabijeenkomst “Gewetensvol ondernemen” voor leerpatroons in leerbedrijven (als smaakmaker, duur 1 dagdeel). De themabijeenkomsten zijn via een speciale themaspecial onder de aandacht van leerpatroons gebracht. Er waren 8 bijeenkomsten gepland; hiervan zijn er twee doorgegaan met in totaal 38 deelnemers. De reacties van de deelnemers waren zonder uitzondering positief, maar effectief heeft dit niet geleid tot daadwerkelijke cursusdeelname. (bijvoorbeeld als besloten groep) 7) Najaar 1999: planning van drie open cursustrajecten “Gewetensvol ondernemen” in november, december en januari, waarvoor in samenwerking met het Horeca Branche Instituut in het vakblad Horeca Entree uitgebreid promotie is gemaakt met behulp van advertenties en vier uitgebreide redactionele artikelen. Alle inspanningen ten spijt was het Horeca Branche Instituut genoodzaakt alle cursussen te annuleren wegens gebrek aan deelnemers 8) Najaar 1999: ontwikkeling van lesmateriaal voor een training Beroepsethiek voor medewerkers in de horeca door KPMG. Het gaat hierbij om een leerboek, een werkboek met cases en een trainershandleiding. Bestuursleden van het ECH hebben hierbij als klankbordcommissie gefunctioneerd. 9) Voorjaar en najaar 2000: medewerking verlenen aan vier verschillende “bustours” van de sector Café/barbedrijven van Koninklijk Horeca Nederland, waarbij gedurende 1 uur een groep kasteleins bewust werd gemaakt van het belang van ethiek voor de eigen bedrijfsvoering. De reacties waren over het algemeen zeer positief, toch leidde dit niet tot een definitieve groepsaanmelding voor een cursus.
4
10) Voorjaar 2001: Voorstel uitgewerkt voor een onderzoek naar ethische opvattingen in de horecabranche en bij het bedrijfschap Horeca en Catering neergelegd voor financiering. Het ging hier om een soort “nulmeting” die antwoord moest geven op de vraag: “Hoe ethisch is de horeca op dit moment”. Doel hiervan is om een meetpunt te verkrijgen waarmee op een later tijdstip vastgesteld kan worden of alle in de branche ondernomen activiteiten op het gebied van ethiek enig effect hebben gesorteerd. Tot op heden ligt dit voorstel nog steeds in de ijskast van het bestuur van het Bedrijfschap. 11) Voorjaar 2001: onderzoek naar mogelijke samenwerking met Hoge Hotelscholen en ROC’s. In dit kader hebben ECH bestuursleden gesprekken gevoerd met de directies van de Hoge Hotelscholen te Den Haag, Maastricht en Leeuwarden. Daarnaast werd overleg gevoerd met een afvaardiging van directies van ROC’s. Tijdens alle gesprekken is verkend wat scholen op dit moment doen met het onderwerp ethiek en hoe het ECH daarbij zou kunnen ondersteunen. Hierover zijn daarna afspraken gemaakt. De follow-up is helaas tot op heden van beide kanten beperkt gebleven. 12) Voorjaar 2001: uittesten van het ontwikkelde lesmateriaal “Beroepsethiek” voor medewerkers in de horeca middels een eendaagse training in try-out vorm. Alle deelnemers waren na afloop zeer tevreden over het verloop van de dag en het geleerde. Pogingen van het Horeca Branche Instituut en ECH om daarna meer groepen aan dit soort trainingen te laten deelnemen zijn op niets uitgelopen. 13) Najaar 2002 en voorjaar 2003: ontwikkeling en op de markt brengen van het videopakket “De Winst van Ethiek”. Met financiële ondersteuning van sociale partners in de horeca en de overheid werd het mogelijk een videopakket te ontwikkelen waarmee horecaondernemers in staat worden gesteld op eigen kracht ethiek in hun bedrijf aan de orde te stellen, afspraken te maken over hoe te handelen en dit vast te leggen in een ethische gedragscode voor het bedrijf. Het pakket bestaat uit een checklist met veel in de horeca voorkomende ethische dilemma’s, een videoband over hoe met deze dilemma’s om te gaan, vragenlijsten voor medewerkers en een digitaal model voor het opstellen een ethische gedragscode. Het Horeca Branche Instituut en ECH hebben vooraf gesprekken gevoerd met verschillende groepen ondernemers en medewerkers uit de horeca. Het aantal verkochte pakketten tot nu toe bedraagt 120. 14) Voorjaar 2003: organisatie van een Ethiekconferentie in Hotel Figi in Zeist voor prominente ondernemers en bestuurders uit de horecabranche. Doel van deze conferentie was het onderwerp ethiek in de volle breedte onder de aandacht te brengen van de aanwezigen en samen met hen van te gedachten te wisselen over het belang van het onderwerp voor zowel de branche als geheel als de bedrijfsvoering van individuele horecabedrijven. Daarnaast werd gebrainstormd over de wijze waarop bewustwording rondom ethisch handelen bij horecaondernemers en medewerkers het meest effectief zou kunnen worden bewerkstelligd. Uit de voorgaande evaluatie mag geconcludeerd worden, dat de acties, die het Ethisch Centrum Horeca, deels in samenwerking met het Horeca Branche Instituut tot nu heeft ontplooid, nog niet tot het gewenste succes heeft geleid. Hoewel in de maatschappij van nu normen en waarden een hot item zijn en iedereen vindt dat er aandacht voor moet zijn, komt dit niet tot uiting in deelname aan ontwikkelde activiteiten. Hoewel bijna elke activiteit door de deelnemers, die zich wel aanmelden, als zinvol en leerzaam wordt bestempeld, leeft het onderwerp nog onvoldoende in de horecabranche. Verwacht wordt dat doorgaan op de ingeslagen weg niet tot de gewenste resultaten zal leiden, omdat het bij ethiek nu eenmaal om “lange termijn visie” gaat en dit om een erg lange adem vraagt. Er zal dus naar andere opties gezocht moeten worden. In het volgende hoofdstuk in dit plan wordt geprobeerd daarop een antwoord te geven.
5
Beleidsvoornemens voor 2005 – 2010 Uitgaande van de statuten van de Stichting Ethisch Centrum zijn de volgende hoofddoelen voor beleid geformuleerd: 1. Zorgen voor zoveel mogelijk horecaondernemers, die op maatschappelijk verantwoorde wijze kunnen en willen ondernemen. Pas als een ondernemer dat kan en ook doet mag die zichzelf een professional noemen. 2. Zorgen voor zoveel mogelijk medewerkers van horecabedrijven dit hun functie kunnen en willen uitoefenen op basis van een door hen gedragen ethische code, die in hun bedrijf geldt. Ook dit is een voorwaarde om jezelf als een professionele medewerker te mogen beschouwen. Realisering van deze doelen leidt tot optimalisering van het gevoel van gastvrijheid bij de horecaconsument, waarmee het principe van “de horeca als gastheer van de samenleving” krachtig wordt ondersteund. Daarnaast werkt dit een versterking in de hand van de horecabranche als betrouwbare werkgever. Om bovenstaande doelen te bereiken is het noodzakelijk om activiteiten of instrumenten te ontwikkelen, die zich richten op: - bewustwording van het belang van normen en waarden binnen het bedrijfsmatig handelen en het daaraan gekoppelde gedrag in de richting van gasten en collega’s - verdieping van de waarde die door ondernemers en medewerkers zelf wordt gehecht aan integer handelen en maatschappelijk verantwoord ondernemen. Uitgaande van de ervaringen met reeds eerder ontwikkelde instrumenten en activiteiten, zoals hiervoor beschreven, heeft het Ethisch Centrum Horeca zich voorgenomen de volgende nieuwe acties te gaan uitvoeren met het doel om ethiek als aandachtspunt met meer succes te implementeren binnen de horecabranche en het -onderwijs:
1.
ONDERWIJS
Doel: Ethiek (meer) expliciet maken binnen exameneisen en lesmateriaal, zowel bij door de overheid vereiste kwalificaties, zoals Sociale Hygiëne en horecaportier als bij branchekwalificaties en kwalificaties binnen het initieel beroepsonderwijs. Dit proces is inmiddels in gang gezet bij de ontwikkeling van de nieuwe branchediplomastructuur, waarbij normen en waarden per diploma-inhoud worden beschreven als competenties of delen daarvan. Ook binnen het HBO heeft dit op meerdere scholen plaatsgevonden. Aansluitend hierop worden de volgende acties voorgesteld om tot verdere concrete ondersteuning van het onderwijs t.a.v. dit onderwerp te komen: a) Het ontwikkelen van een speciale module over ethisch handelen, welke inpasbaar is in verschillende horecamanagement- en beroepsopleidingen. Dit zal in nauw overleg met partners uit het scholenveld plaatsvinden. Cruciaal is dat bij sociale partners uit de branche voor deze module wel draagvlak bestaat. b) Het stimuleren en assisteren van het scholenveld voor horecaberoepsonderwijs om te komen tot “eigen” ethische gedragscode binnen horecascholen. Door implementatie hiervan in de klas doen directies en docenten ervaring op die hun deskundigheid op dit gebied ten goede komt.
6
c) Het formuleren en in detail uitwerken van beroepscompetenties die direct gekoppeld zijn aan integer handelen op basis van vooraf geformuleerde waarden met daarbij behorende normen. Deze worden daarna aangeboden aan de ontwikkelaars van zowel de branchediplomastructuur, de initiële beroepskwalificatiestructuur als het hierop gebaseerde lesmateriaal. d) He bewerken en geschikt maken van het reeds ontwikkelde trainingsmateriaal (zie pag. 4) voor studenten van zowel VMBO, MBO als HBO. e) Het middels nascholing bevorderen van de deskundigheid van docenten van het horecaberoepsonderwijs op het gebied van implementatie van integer handelen en omgaan met dilemma’s in de dagelijkse lespraktijk. De optie van het na afloop toetsen van deze deskundigheid en vervolgens certificering wordt nadrukkelijk open gehouden. Het Ethisch Centrum Horeca zal daarbij nadrukkelijk samenwerking zoeken met partners, waarbij met name gedacht wordt aan de lerarenopleiding. Daarmee wordt bevorderd dat ook het initiële beroepsonderwijs voor leraren van de samenwerkingsvruchten kan plukken.
2. BEDRIJFSLEVEN Doel: Bewustwording versterken onder werkgevers en medewerkers in de horeca dat integer handelen nadrukkelijk onderdeel uitmaakt van een professioneel geleide bedrijfsvoering en van een succesvolle uitoefening van een horecaberoep. In dit kader worden hierna de volgende activiteiten voorgesteld: a) Promotie van interne trainingen bij horecabedrijven en samenwerkingsverbanden van ondernemingen. Het ethisch bewustzijn onder bestaande ondernemers en medewerkers proberen te vergroten d.m.v. actieve benadering van horecaondernemers en hen interesseren voor het effect, dat interne training van hun medewerkers op dit gebied heeft als dat leidt tot een breed gedragen bedrijfscode. Als insteek wordt hierbij gebruik gemaakt van de tien gewetensvragen van ECH, die in een eerder stadium zijn ontwikkeld. Het Ethisch Centrum Horeca kiest als middel om contacten met ondernemingen te leggen de afdeling Individuele advisering van Koninklijk Horeca Nederland en de secretariaten van samenwerkingsverbanden van ondernemers, beroepsverenigingen en plaatselijke horecabelangenverenigingen. b) Stimuleren van de organisatie van workshops ethiek bij regiobijeenkomsten van Koninklijk Horeca Nederland en vakbonden. Hoewel het idee van de korte workshops over ethiek tijdens de bustours van KHN (zie pag. 4) niet tot definitieve cursusdeelname heeft geleid, zorgde het er wel voor dat ondernemers in aanraking kwamen met het onderwerp en doordat zij in elkaars gezelschap verkeerden, de voorgeschotelde dilemma’s direct met elkaar bediscussieerden. Het voorstel is om de workshops opnieuw te organiseren, maar dan tijdens de regiobijeenkomsten van leden van KHN en leden van vakbonden. c) Website Ethiek in de horeca Om een direct contact te onderhouden met ondernemers en medewerkers in de horeca, maar ook met scholen en studenten wordt voorgesteld een website rond het onderwerp ethiek te openen en te onderhouden, waarin naast uitgebreide informatie ook interactieve applicaties opgenomen kunnen worden, zoals een test: “Hoe ethisch ben ik?” (per beroepsgroep in de horeca een eigen variant).
7
De site wordt tevens het medium, waarmee het Ethisch Centrum Horeca haar ambassadeurs in horecaland, die zij tijdens de conferentie van 2003 heeft geworven op de hoogte houdt van de ontwikkelingen. d) Onderzoek: “Hoe ethisch handelt de horeca in Nederland?” Voorgesteld wordt om via een onderzoek vast te stellen in hoeverre het zelfbeeld van de horeca t.a.v. integer handelen overeenkomt met het imago, dat de Nederlandse horeca op dit gebied heeft bij de consument. Een helder beeld hierover biedt de mogelijkheid om ondernemers te overtuigen van de ernst van de zaak om ethiek tot bedrijfsbeleid te verheffen. Zowel de steeds kritischer wordende consument als de emoties rond normen en waarden in de maatschappij van nu vragen hierom. Het handelt hier tevens om een 0-meting met het doel deze bijvoorbeeld in 2010 te herhalen, zodat daarmee vastgesteld kan worden of de inspanningen van het Ethisch Centrum Horeca, het Horeca Branche Instituut en sociale partners m.b.t. ethische bewustwording in de branche effect hebben gehad. e) Onderzoek naar de condities waaronder in augustus 2005 een “keurmerk” voor maatschappelijk verantwoord geleide horecaondernemingen tot stand gebracht kan worden. Het gaat hier om een keurmerk voor horecabedrijven die voor zichzelf een ethische gedragscode hebben opgesteld en daar ook werkelijk in de praktijk naar handelen. Tot nu leek een keurmerk voor integere horecabedrijven een niet wenselijke gedachte. Nu de eis van de maatschappij om maatschappelijk verantwoord te ondernemen en integer te handelen steeds luider wordt, lijkt het zinvol dit onderwerp opnieuw te bezien. Integere ondernemers en beroepsbeoefenaren, die dat inmiddels ook met daden hebben waargemaakt, willen zich kunnen onderscheiden van anderen en daarbij zou een keurmerk, mits dat garanties kan bieden, een oplossing zijn. Nader onderzoek naar de ijkpunten die nodig zijn om tot toekenning van het keurmerk over te gaan is daarbij noodzakelijk.
8