Belangen of wensen van cliënten stroken soms niet met wettelijke regels en protocollen. En wat dan? Carintreggeland boog zich over die vraag tijdens het themajaar Veiligheid in Vertrouwen. In dit boekje vindt u de weerslag van de verschillende conferenties die in 2012 en 2013 zijn gehouden.
INHOUD > Veiligheid in Vertrouwen..................................................................................................................................................................................................................... 7 Met iedereen in gesprek > Veiligheid in Vertrouwen, de dilemma’s...................................................................................................................................................................... 11 Geen leven zonder risico Specialist ouderengeneeskunde Conny Span-Sluyter: ‘Alles doen of niet?’ > Vertrouwen............................................................................................................................................................................................................................................................ 17 Bijzonder hoogleraar Maarten Verkerk: ‘Je moet elkaar begrijpen’ Schrijfster Stella Braam: ‘Gezegend met een demente vader’ Welzijnsmakelaar Heleen Tijhuis: ‘Vertrouwen winnen, is belangrijk > Veiligheid.................................................................................................................................................................................................................................................................. 21 Mishandeling ouderen komt vaker voor dan je denkt Bijzonder hoogleraar Maarten IJzerman: ‘Vliegen is veiliger’ Consultant en onderzoeker Carian van der Sman: ‘Het ging een keer mis’ > Verandering.......................................................................................................................................................................................................................................................... 29 Veiligheid, vertrouwen en… geld Bestuurder Joke Mengerink: ’Als iedereen meebeweegt, lukt het ons’ Bereid zijn iets te doen voor een ander > Wat betekent Veiligheid in Vertrouwen voor...................................................................................................................................................... 33 > Debat over dilemma’s.............................................................................................................................................................................................................................. 37 Debatleider Wouke van Scherrenburg: ‘Cliënten komen op voor zichzelf’
6
Wouke van Scherrenburg
Veiligheid in Vertrouwen Met iedereen in gesprek
Valt de thuiszorg iets te verwijten als een cliënt een voedselvergiftiging oploopt omdat er bedorven levensmiddelen in de koelkast lagen? En wie is verantwoordelijk als een dementerende cliënt met een nieuwe heup valt omdat ze vergeten is dat ze voorzichtig moet zijn met lopen? Het zijn situaties uit de dagelijkse praktijk van zorgverleners waaruit blijkt dat eigen regie, zelfredzaamheid en persoonlijke vrijheid van cliënten soms op gespannen voet staan met wettelijke regels, protocollen en kwaliteitsnormen. Hoe moet een zorgorganisatie daar mee omgaan? Over die vraag ging Carintreggeland in gesprek met een groot aantal betrokkenen. Dat gebeurde tijdens zeven conferenties met als thema Veiligheid in Vertrouwen. “Dapper om zo’n onderwerp aan de orde te stellen”, vond bijzonder hoogleraar Maarten Verkerk, een van de sprekers tijdens de conferenties. Wouke van Scherrenburg, oud-journalist van Den Haag Vandaag die de bijeenkomsten presenteerde en de debatten leidde, noemde het een “ongelooflijk mooi initiatief. Carintreggeland stelt zich hiermee erg kwetsbaar op.” Joke Mengerink-Hogevonder, bestuurder van Carintreggeland, reageert: “Dat is zo. Mij is opgevallen dat de conferenties Carintreggeland zelfbewustzijn hebben gebracht. We hebben het aangedurfd zaken bespreekbaar te maken. Het is de hoogste tijd dat zorgorganisaties mensen laten meekijken, dat we open en transparant zijn. Goede communicatie met onze medewerkers, cliënten en vrijwilligers is meer dan ooit nodig, zeker nu met alle veranderingen in de zorg.”
Veiligheid in vertrouwen > 7
at de cliënt wil, “ Wis soms in strijd met de regels. Hoe los je dat op? ” Maarten Verkerk
8
Wat hebben de conferenties verder opgeleverd? Joke Mengerink: “Onze verwachtingen zijn beslist uitgekomen. Wij wilden graag dat mensen met ons meedachten over het onderwerp. Dat hebben ze in groten getale gedaan. We hebben gevoelens gedeeld, meningen gehoord en er zijn adviezen en signalen afgegeven. Daar kunnen we mee aan de slag.” Tijdens de conferenties bleken dilemma’s toch vaak echte dilemma’s; het juiste antwoord was in veel gevallen niet te geven. Hoe ziet u dat? “Dat klopt. Maar belangrijk is dat je dilemma’s bespreekbaar maakt. Je moet duidelijk zijn over wat een klant kan verwachten. Je moet grenzen durven aangeven. Daarmee voorkom je teleurstelling. Als zorgverlener mag je daarbij ook je professionaliteit niet uit het oog verliezen. Waar ben je op aanspreekbaar?”
De aftrap voor het ‘jaarthema’ Veiligheid in Vertrouwen werd donderdag 29 november 2012 gegeven met een bijeenkomst voor relaties. Op 18 april 2013 kwamen managers van Carintreggeland en partners als gemeenten, ziekenhuizen en huisartsen bij elkaar. Daarna waren er in de zomer van 2013 op verschillende zorglocaties van Carintreggeland bijeenkomsten voor cliënten en familieleden. Tot slot bespraken op 31 oktober en 14 november 2013 medewerkers en vrijwilligers het onderwerp.
Veiligheid in vertrouwen > 9
“ Viseiligheid een recht Barry Kwast
10
”
Veiligheid in vertrouwen, de dilemma’s Geen leven zonder risico Wat de cliënt wil, is soms in strijd met de regels. Zoals een zachtgekookt eitje bij het ontbijt. Hoe los je dat op? De patiënt had nog maar kort te leven. Wat ze nog graag zou willen voordat ze zou sterven? Een zachtgekookt eitje bij het ontbijt, was haar antwoord. De verzorgende die het de patiënt vroeg, stapte naar de kok van de instelling, maar die weigerde. De regel is; geen zachtgekookte eieren vanwege de kans op salmonellabesmetting. Salmonella is een ziekmakende bacterie die vooral gevaarlijk is voor kinderen en ouderen. De kok legde het voor aan de afdelingschef. Die ging naar de directeur en ruim een week later belandde het onderwerp bij de raad van bestuur. De raad besloot dat het toch mocht. Het is een voorbeeld van een dilemma waar personeel in de zorg mee te maken kan krijgen. De situatie werd geschetst door bijzonder hoogleraar Maarten Verkerk, spreker tijdens een van de conferenties over Veiligheid in Vertrouwen van Carintreggeland. Wat de cliënt wil, is soms in strijd met de regels. Hoe los je dat op? En dat dilemma’s soms echte dilemma’s zijn, leerde meteen de eerste stelling die het publiek kreeg voorgelegd: zorgorganisaties moeten altijd kiezen voor het welbevinden van de klanten, ook al wordt daarmee af en toe een wettelijke regel overtreden. ‘Ja’ antwoordde 85 procent van de aanwezigen. Vijftien procent was het er niet mee eens. “Daar ben ik blij mee. Ik zeg daar zelf ook ‘ja’ op”, reageerde bestuurder Joke Mengerink van Carintreggeland.
Veiligheid in vertrouwen > 11
Maar een aantal leden van de raad van toezicht van Carintreggeland zei ‘nee’. “Je moet regels niet verbreken, maar ze verbeteren”, vond voorzitter Freek Linnebank. Zijn collega Hanneke van Beusichem, lid: “Ik denk meteen aan brandveiligheid. Die regels zijn niet altijd leuk, maar ze zijn belangrijker dan de vraag of mensen zich er prettig bij voelen.” Maar ook als het gaat om brandveiligheid zitten daar wat Joke Mengerink betreft elementen in die voor discussie vatbaar zijn, zoals het aansteken van een kaarsje bij iemand die gaat overlijden. Medewerker Barry Kwast van Carintreggeland, betrokken bij een project gericht op afname van vrijheidsbeperkende maatregelen, zei het zo: “Vrijheid is een recht. Er is geen leven zonder risico. Stel, een bewoner kan nog wel met een rollator lopen, maar niet meer alleen naar de wc. Je kunt de bewoner niet in een rolstoel naar het toilet rijden, want dan neem je zijn autonomie weg. Dan wordt hij misschien opstandig of juist passief. Je kunt ook niet tegen hem zeggen: ‘Ga maar vast, ik hoor het wel als het niet lukt, en geniet ondertussen van uw autonomie en welbevinden.’ Nee, je zult het erover moeten hebben hoe je dat wilt doen, je zult samen de risico’s moeten inschatten.” Verkerk: “Welke risico’s accepteer je en welke niet, ook als instelling? In het dagelijks leven accepteer je veel risico’s, maar als er in de zorg iets gebeurt, valt de pers over je heen. Je moet de risico’s bespreekbaar maken.” Als een bewoner valt, vraagt de familie zich af hoe dat heeft kunnen gebeuren. Terwijl de familie en/of de bewoner misschien geen beperkende maatregelen dulden om het vallen te voorkomen. Spreker professor Maarten IJzerman reageerde: “Iemand heeft het recht om te vallen, maar het moet een geïnformeerde keuze zijn. Praat over de consequenties. Communiceren met de betrokkenen is essentieel.”
12
Conny Span-Sluyter > ‘Alles doen of niet?’ Specialist ouderengeneeskunde Conny Span-Sluyter ging in op haar onderzoek naar de ethische dilemma’s rond patiënten met het niet-responsief waaksyndroom. Dat zijn patiënten die nooit meer bij bewustzijn komen. Laat je ze sterven of niet? Wat is medisch en ethisch verantwoord? Moet een zorgteam alles doen wat de familie wil, ook als dat ingaat tegen de professionele standaard?
Veiligheid in vertrouwen > 13
14
De artsenorganisatie KNMG hanteert een ‘enigszins verjaarde’ richtlijn uit 1997 die voorschrijft dat in zo’n situatie de kunstmatige (sonde-)voeding moet worden gestaakt. Maar patiënten met een nietresponsief waaksyndroom hebben een dag- en nachtritme, doen hun ogen open, trekken grimassen en reageren soms als ze worden aangeraakt. “En dat geeft familieleden hoop”, schetste Span. Ze willen vaak dat alles wordt gedaan om hun dierbare in leven te houden. Zo’n situatie kan tientallen jaren duren. Terwijl bekend is dat patiënten die meer dan een jaar in deze toestand verkeren, nooit meer zullen herstellen. Span: “Het is een moeilijke situatie, niet alleen voor familieleden, maar ook voor artsen en verplegend en verzorgend personeel. Familieleden brengen veel uren door bij hun dierbare - ze hebben geen tijd meer voor vrienden en/of andere kinderen in het gezin. Hun leven staat volledig op zijn kop. De situatie kan leiden tot conflicten en depressieve en lichamelijke klachten. Een en al ellende. Een op de vijf hulpverleners die met deze patiënten te maken hebben, krijgt een burn-out.” In Nederlandse verpleeghuizen liggen naar schatting enkele tientallen van deze patiënten. Het gaat vaak om jonge mensen die hersenletsel hebben opgelopen, bijvoorbeeld als ze zonder helm van hun brommer zijn gevallen. Uit reacties van het publiek viel op te maken dat veel mensen actieve levensbeëindiging zouden wensen als zij zelf zulk letsel zouden hebben opgelopen. De arts: “Ik zie in dat opzicht een verandering in opvatting.” Maar euthanasie is bij dit soort patiënten niet aan de orde. Ze gelden als wilsonbekwaam. Wilsbekwaamheid is één van de voorwaarden voor euthanasie. Span hoopt de resultaten van haar promotieonderzoek in 2016 te kunnen presenteren. Conny Span-Sluyter is specialist ouderengeneeskunde, ethica en arts-onderzoeker en veelgevraagd spreker over dilemma’s rond de besluitvorming bij wilsonbekwame patiënten in complexe situaties. Ze werkte tot voor kort bij Carintreggeland.
Veiligheid in vertrouwen > 15
ijn demente vader zag “ Mverzorgingshuis als hotel,
de verzorgenden als kamermeisjes Stella Braam
16
”
vertrouwen Maarten Verkerk > ‘Je moet elkaar begrijpen’ Bijzonder hoogleraar Maarten Verkerk dook tijdens een van de conferenties in zijn eigen arbeidsverleden, toen hij werkzaam was in de beeldbuisindustrie voor televisietoestellen. In de ene fabriek waar hij manager was, werkten medewerkers volgens de voorschriften. En als dat niet gebeurde, werd dat direct gerapporteerd. In de andere fabriek werden de veiligheidseisen alleen maar nageleefd als een manager binnenkwam - “Dan zag je dat ze snel hun handschoenen aandeden.” In de eerste fabriek was een cultuur van vertrouwen tussen management en medewerkers, in de tweede fabriek een cultuur van wederzijds wantrouwen. “In die cultuur van wantrouwen nam ik maatregelen, maar daarmee heb ik de negatieve cyclus van wantrouwen juist in stand gehouden, zo bleek later. Iedereen was geïnstrueerd, administratief was alles op orde, maar het resultaat bleef uit. Nu weet ik hoe belangrijk dialogen in een sfeer van vertrouwen zijn, zodat je elkaar begrijpt en leert hoe regels uitpakken.” Maarten Verkerk is bijzonder hoogleraar christelijke wijsbegeerte aan de Technische Universiteit Eindhoven en de Universiteit Maastricht en voorzitter van bestuur van VitaValley, een innovatienetwerk in de zorg.
Stella Braam > ‘Gezegend met een demente vader’ Schrijfster Stella Braam, ‘gezegend’ met een demente vader en een moeder die een herseninfarct kreeg, bekeek het thema ‘Veiligheid in Vertrouwen’ door de ogen van haar vader. Hij zag het verzorgingshuis waarin hij ging wonen als een hotel, de verzorgenden als de kamermeisjes. “En dan komt er ineens een onbekende man zijn kamer binnenlopen. Mijn vader denkt, een inbreker. Die onbekende persoon zegt tegen hem: ‘Kom, dan gaan we samen douchen’. Mijn vader vindt het een rare manier om een bejaarde
Veiligheid in vertrouwen > 17
vertrouwensrelatie “ Ois pbouwen essentieel voor het veiligheidsgevoel van klanten ” Heleen Tijhuis
18
man te beroven. Hij grijpt zijn portemonnee van zijn nachtkastje en vlucht de douche in. Dan zegt die onbekende man: ‘Kom nou maar hier met die portemonnee, anders wordt’ie straks nat. Mijn vader: ‘Scheer je weg, anders bel ik de politie.’ De man verlaat de kamer. Even later komt hij terug met ‘een handlanger’. Het is nu twee tegen één. Mijn vader verdedigt zich. In zijn dossier staat later: ‘Heer reageert agressief tegen de verzorging.” Stella Braam is journalist en schrijfster van onder meer de bestseller ‘Ik heb alzheimer, het verhaal van mijn vader’.
Heleen Tijhuis > ‘Vertrouwen winnen, is belangrijk’ Heleen Tijhuis vertelde tijdens een van conferenties over haar ervaringen als welzijnsmakelaar bij Carintreggeland. Sinds 2009 bezoekt ze ouderen om te kijken wat zij nodig hebben om zo lang mogelijk zelfstandig te kunnen blijven wonen. Vertrouwen winnen is heel belangrijk, vindt ze. Zo kwam ze eens thuis bij een oudere vrouw, ‘een excentrieke, eigenzinnige kunstenares’, die niet geholpen wilde worden, door niemand. Zelfs de huisarts liet ze niet binnen. Haar huis was vervuild - er lagen bedorven etensresten. “Maar iedereen die het woord vies uitsprak, werd meteen de deur gewezen, zo bleek. Ik heb haar verhaal aangehoord, naar haar geluisterd. Zij zei: ‘Geloof in mij. Dat is wat ik vraag.’ Een poosje later werd ik gebeld; ze was op weg naar de kapper gevallen. Of ik kon komen. Ze was met twee gebroken ribben en een gebroken heup overgebracht naar het ziekenhuis. Daar dachten ze dat ze dement was, maar dat was niet zo. Uiteindelijk is ze in één van onze huizen opgenomen. Doordat ik haar vertrouwen had weten te winnen, kon ik toen toch iets voor haar betekenen.” Heleen Tijhuis is sinds 2009 welzijnsmakelaar bij Carintreggeland. Ze bezoekt zelfstandig wonende ouderen om te kijken wat zij nodig hebben om zelfstandig te kunnen blijven wonen. Ze heeft een ‘schakelfunctie’ tussen de klant en het aanbod.
Veiligheid in vertrouwen > 19
lles valt of staat met “ Asignaleren van tekenen van geweld ” Henk de Jong
20
Veiligheid Henk de Jong > ‘Mishandeling ouderen komt vaker voor dan je denkt’ Eén op de twintig ouderen krijgt te maken met mishandeling. In de psychogeriatrie is dat zelfs één op de tien. “Dat is veel”, stelt Henk de Jong, preventiemedewerker bij Mediant GGZ en een van de sprekers op de bijeenkomsten over Veiligheid in Vertrouwen. “Oh”, klinkt het verontwaardigd in een zaal vol medewerkers van Carintreggeland. In het filmpje dat wordt vertoond, geeft een verzorgende een oudere vrouw een klap op haar wang. Ze ligt in bed en is nog niet helemaal wakker. “Wij gaan u wassen”, kondigt de verzorgende aan. Ze heeft een stagiaire meegenomen. “Hup, hup”, zegt de verzorgende als ze de bewoonster uit bed haalt en naar de badkamer brengt. “Oh, verschrikkelijk”, klinkt uit het publiek. De stagiaire kijkt bedenkelijk als ze uit de badkamer luid gestommel en au-geroep hoort, terwijl zij het bed opmaakt. Als ze even later de opdracht krijgt de bewoonster haar pillen te geven, zegt de verzorgende: “Als ze kuren vertoont, dan gewoon haar neus dichtknijpen.” Opnieuw verontwaardiging in de zaal. De stagiaire worstelt met wat ze ziet en hoort. De bewoonster zit inmiddels onder de blauwe plekken. Moet ze er iets van zeggen? En? Schokkend, vraagt preventiemedewerker Henk de Jong na afloop. De medewerkers kunnen het alleen maar beamen. “Je ziet wat voor een dilemma’s er kunnen ontstaan. In de situatie in het filmpje is er geen veiligheid, niet voor de bewoner en niet voor de stagiaire. Kan dit bij jullie ook voorkomen?” Gemompel in de zaal. “Ik denk het wel”, zegt iemand uit het publiek.
Veiligheid in vertrouwen > 21
Een op de twintig ouderen krijgt te maken met mishandeling. In de psychogeriatrie (de zorg voor dementerende ouderen) is dat één op de tien. “Dat is veel”, zegt De Jong. Veertig procent van de verpleeghuisartsen heeft wel eens te maken gehad met ouderenmishandeling. Meestal gaat het om psychogeriatrische ouderen. Zij zijn het meest kwetsbaar. Mishandeling kan gebeuren door mantelzorgers, bekenden of familieleden, maar ook door beroepskrachten, schetst De Jong. “Dat heeft vaak een reden: onkunde, onmacht, overbelasting of mis(be) handelen, zoals het verkeerd of te veel toedienen van medicijnen. Beroepskrachten kunnen onbewust in een situatie van ontspoorde zorg terechtkomen. Ze kunnen dan niet meer de zorg geven die ze zouden willen verlenen.” De Jong onderscheidt zes vormen van mishandeling: lichamelijke en psychische mishandeling, verwaarlozing, seksueel misbruik, uitbuiting en schending van de rechten. Hij legt uit: “Ik ken een situatie waarin een bewoonster die altijd als eerste haar vinger opstak voor een kopje thee, consequent werd genegeerd. Een vorm van psychische mishandeling. Als de pedicure niet vaak genoeg wordt ingeschakeld of iemand niet tijdig vocht krijgt toegediend, dan kun je al spreken van verwaarlozing.” Seksueel misbruik gebeurt meestal door iemand die op bezoek komt. Uitbuiting en stelen zijn aan de orde bij bijvoorbeeld pasjesfraude door familieleden. Een voorbeeld van schending van de rechten, is het ophalen van alle stemkaarten voor de verkiezingen, zodat ouderen niet zelf kunnen stemmen. Signalen van mishandeling zijn bijvoorbeeld schaafplekken of bloed. De Jong: “Alles valt of staat met het signaleren van tekenen van geweld of ontspoorde zorg.” Het valt niet altijd mee om signalen te melden of er zelf mee naar buiten te komen als je over de schreef bent gegaan, beseft De Jong. “Je wilt loyaal zijn aan je collega’s, de vuile was niet buiten hangen. Schaamte- en schuldgevoelens kunnen ook een rol spelen.” Henk de Jong is projectmedewerker van het project ‘Twentse ouderen in veilige handen’ dat oudermishandeling probeert te voorkomen. Mediant GGZ geeft voorlichting en training over dit onderwerp, ook aan mantelzorgers. 22
Carintreggeland gebruikt de ‘Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling’. “Daar valt ook ouderenmishandeling onder”, volgens projectleider Karin Wassink van Carintreggeland. “In de code staat omschreven hoe te handelen bij signalen van mishandeling. Mishandeling komt voor, daar kunnen we niet omheen. Wij moeten dat bespreekbaar maken.” Een vertrouwenspersoon van Carintreggeland tijdens de publieksdebatten: “Medewerkers van de thuiszorg zien steeds vaker dat kinderen of kleinkinderen bij cliënten langskomen voor geld. De cliënt durft er niet tegenin te gaan. Ouderen weten vaak niet dat ze daar melding van kunnen maken.” Een medewerker ouderenmishandeling: “Sommige ouderen zijn afhankelijk van de bezoekjes. Soms maken ze de keuze om kleinkinderen geld te geven en een oogje toe te knijpen, zodat ze het contact kunnen houden. Soms zijn ze bang dat hun iets wordt aangedaan als ze het geld niet geven. Meldingen worden besproken, ook met het slachtoffer. Maar als hij of zij niet wil dat er actie wordt ondernomen, moeten wij dat respecteren.”
Veiligheid in vertrouwen > 23
24
Maarten IJzerman > ‘Vliegen is veiliger’ Professor Maarten IJzerman maakte tijdens een van de conferenties risico’s inzichtelijk. “Slikt u wel eens een aspirine? Leest u vooraf de bijsluiter? Wie maakt op basis daarvan de afweging, slik ik het medicijn wel of niet? Dat zijn er maar weinig”, stelt hij vast. “We nemen risico’s vaak zonder goed geïnformeerd te zijn. Als ik mijn dochter vraag, wil je op vakantie met het vliegtuig of met de auto? Dan zegt zij: ‘Met de auto is veiliger’. Maar als je het objectief bekijkt, is dat niet zo. Vliegen is veiliger. Het zijn de keuzes die je moet maken. De dilemma’s waar je voor komt te staan. Vaak zijn producten veilig - de toelatingseisen zijn streng - maar doen de incidenten zich voor bij het gebruik. Je krijgt niet meer veiligheid door strengere toelatingseisen. De rol van de gebruiker is essentieel. Er moet aandacht zijn voor training, scholing, protocollen en concentratie van zorg.” Maarten IJzerman is professor gezondheidstechnologie aan de Universiteit Twente. Hij is lid van de commissie Introductie Technologie in de Zorg van de Koninklijke Nederlandse Academie van Wetenschappen (KNAW). Veiligheid in vertrouwen > 25
vanuit vertrouwen, “ Wnieterkvanuit angst of routine ” Carian van der Sman
26
Carian van der Sman > ‘Het ging een keer mis’ Carian van der Sman, consultant en onderzoeker bij VeiligheidNL, diepte tijdens een van de conferenties een anekdote op uit haar tienerjaren. Vanaf haar vijftiende werkte ze in vakanties en weekeinden als afdelingsassistente in een verpleeghuis in Delft. Elk jaar leerde ze weer wat bij, en kreeg zo steeds meer taken. Van der Sman: “En u raadt het al, het ging een keer mis.” Van der Sman moest een oudere vrouw uit bed helpen met een tillift. Omdat ze spierpijn had, zette ze het bed van de vrouw iets hoger dan normaal. Maar ze had niet gemerkt dat er daardoor te weinig spanning stond op de mat waarmee de bewoonster uit bed werd getild. Een van de beugels schoot los en de vrouw kwam met haar hoofd op de voetensteunen van de rolstoel terecht. “Daar sta je, zeventien of achttien jaar oud, ongediplomeerd. Paniek natuurlijk.” Het liep relatief goed af; de bewoonster zat onder de blauwe plekken, maar had niets gebroken. “Ze was boos, terecht, vooral omdat ze er uitgerekend op haar verjaardag niet uitzag.” Van der Sman: “Dit had niet hoeven en niet mogen gebeuren. Als zeventienjarige scholier had ik die handeling niet mogen verrichten. Daarvoor is die veel te risicovol. In die situatie moet je zeggen: ‘Dit zijn de regels, dit mag alleen iemand doen die ervoor is opgeleid.” Je moet er als cliënt ook op kunnen vertrouwen dat los van protocollen naar oplossingen wordt gezocht, betoogde ze. Ze gaf het voorbeeld van een oudere man die ineens veel beter kon lopen nadat was besloten met het versuffende medicijn Haldol te stoppen. De man had het medicijn voorgeschreven gekregen toen hij na een operatie last had gekregen van een delier (verwardheid). Wat Van der Sman betreft is het zaak dat zorgorganisaties bij zichzelf nagaan welke risico’s ze willen accepteren en welke niet. Ze moeten op de hoogte zijn van de beste maatregelen (best practice), stelde ze. Vind het wiel niet opnieuw uit, was haar boodschap. “En ga in gesprek met elkaar, op alle niveaus. Werk vanuit vertrouwen, niet vanuit angst of routine.” Carian van der Sman was ten tijde van de conferentie consultant bij de stichting VeiligheidNL, voorheen Consument en Veiligheid. De stichting richt zich op veiligheidsproblemen die veel en ernstige letsels veroorzaken. Veiligheid in vertrouwen > 27
ding is duidelijk; “ Eweenmoeten meer doen met minder geld ” Henk Dannenberg
28
Verandering Veiligheid, vertrouwen en… geld Hoe zit het met veiligheid en vertrouwen als zorg die nu nog uit de AWBZ (Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten) wordt betaald, in 2015 wordt overgeheveld van het rijk naar de gemeenten? Ook die vraag kwam aan bod tijdens de bijeenkomsten over Veiligheid in Vertrouwen. Het is voor gemeenten “een zoektocht naar een werkbaar systeem”, schetste spreker Henk Dannenberg, strategisch adviseur van de gemeente Hellendoorn en één van de vier ambtelijke coördinatoren in Twente voor de veranderingen rond de AWBZ en Jeugdzorg. “Maar één ding is duidelijk; we moeten meer doen met minder geld. Dus het zal anders moeten.” Zijn visie: “Misschien moeten we toe naar andere concepten, moeten we de zorg op een andere manier organiseren, niet meer met veertig tot vijftig verschillende partijen in één gebied, maar via langjarige concessies met een kleiner aantal organisaties dat samen in een gebied aan de slag gaat.” Dannenberg sluit niet uit dat gemeenten “zich gaan bemoeien” met zaken als veiligheid en vertrouwen - zij zijn ten slotte verantwoordelijk. Bestuurder Joke Mengerink: “Daar mogen we dan dus niet verschillend over denken, anders komen we elkaar in negatieve zin tegen.” Wat haar betreft: “Wat er ook op ons afkomt, als je geen vertrouwen hebt in wat je doet en geen vertrouwen hebt in de ander, dan is succes uitgesloten.”
Veiligheid in vertrouwen > 29
Bestuurder Joke Mengerink > ‘Als iedereen meebeweegt, lukt het ons’ Carintreggeland gaat in 2014 een lastig jaar tegemoet, kondigde bestuurder Joke Mengerink aan tijdens een van de conferenties. “Extreme veranderingen” als de overheveling van zorgtaken van de rijksoverheid naar de gemeenten, de wijzigingen in de AWBZ en het scheiden van wonen en zorg, zullen grote gevolgen hebben voor een zorgorganisatie als Carintreggeland. “De zorg moet minder, goedkoper en lokaler, vindt de rijksoverheid. Wij zullen dingen moeten doen om als organisatie stevig overeind te blijven. We moeten flexibel zijn zodat we kunnen meebewegen met de tijd. Dat betekent dat we soms zullen moeten krimpen, soms zullen groeien.” Mengerink vervolgt: “Het speelveld verandert. Het is niet meer vanzelfsprekend dat de mensen bij ons komen. Er moet meer voor minder geld, niet alleen in de verzorgings- en verpleeghuizen, maar ook in de ziekenhuizen en de geestelijke gezondheidszorg. De veranderingen zullen een groot beroep op ons doen.” Met een taskforce wordt gekeken hoe Carintreggeland het beste kan omgaan met de scheiding van wonen en zorg. De bestuurder: “Veel locaties zijn ons eigendom. Daar waar het kan, zullen we ze geschikt maken voor nieuwe woonmogelijkheden. Dat plan is voorgelegd aan de Cliëntenraad en de Ondernemingsraad. Dat zal een forse wissel trekken op medewerkers. De tijd dat je kon blijven zitten waar je zit, is voorbij.” Mengerink: “We zullen onszelf de vraag moeten stellen: wat doen we wel en wat niet? Zo hebben wij afscheid genomen van Cocon, de kinderopvang voor met name tienermoeders. Als de overheid de subsidie flink verlaagt, dan moet je besluiten dat je dingen niet meer of anders doet. Naar, maar het is niet anders. We zullen ons moeten afvragen of we iets nog wel kunnen doen voor de prijs die er voor wordt betaald.” Tegelijkertijd is de bestuurder niet somber. “Ik denk dat we in staat zijn in te spelen op veranderingen en dat zeg ik niet voor de bluf. Als ik naar de positie van Carintreggeland kijk, ben ik optimistisch. Laten we vasthouden waar we goed in zijn, en dat is een heleboel. Als iedereen meebeweegt, gaat het ons lukken.”
30
Joke Mengerink
Bereid zijn iets te doen voor een ander Carintreggeland zal indachtig de participatiemaatschappij steeds vaker een beroep moeten doen op kinderen, buren en echtgenoten van degenen die zorg nodig hebben. Dat verwacht bestuurder Joke Mengerink. Ze ziet niets in dwingende ‘mantelzorgcontracten’ zoals andere instellingen ze afsluiten. “Ik denk dat mensen uit zichzelf bereid zijn iets te doen voor anderen. Wij moeten ze faciliteren en motiveren.” Medewerkers van Carintreggeland ervaren dat soms anders, zo bleek tijdens een van de conferenties. Zij moeten steeds vaker “alle zeilen bijzetten” om mensen te vinden die willen meehelpen met activiteiten.
Veiligheid in vertrouwen > 31
32
Wat betekent Veiligheid in Vertrouwen voor... > Annemarie Weggers, coördinator welzijn en activering: “Wat is Veiligheid in Vertrouwen voor mij? Dat cliënten zich prettig voelen. Als alles is gedaan aan het welbevinden van de cliënt, op elk niveau. Iemand moet zich lichamelijk en geestelijk veilig voelen. Dat betekent ook andere mensen ontmoeten, het hebben van een sociaal leven. Als je niemand meer spreekt die oprechte aandacht voor je heeft, besta je niet meer.”
> Marès Kotteman, verpleegkundige: “Voor mij betekent Veiligheid in Vertrouwen dat cliënten zich veilig voelen bij ons, dat wij kwalitatief goede zorg leveren, dat cliënten ons in vertrouwen kunnen nemen en dat wij dat vertrouwen niet beschamen. Soms levert dat wel moeilijke situaties op. Dan vertelt iemand je iets in vertrouwen, bijvoorbeeld over een oudere die wordt mishandeld. Dat mag je niet voor je houden. En wat doe je dan?”
> Ellis-Marie Altena, wijkverpleegkundige: “Voor mij betekent Veiligheid in Vertrouwen dat een cliënt mij vertrouwt en dat wat hij of zij mij toevertrouwt niet bij anderen terecht komt. Soms is dat moeilijk, maar ook dan probeer ik het in vertrouwen te behandelen. Het kost soms jaren om het vertrouwen van cliënten te winnen. Met één misstap kan het weg zijn. Dat wil je niet riskeren. Het vertrouwen krijg je daarna niet zomaar weer terug.”
> Rhea Platenkamp, zorgregelaar Regio West: “Veiligheid in Vertrouwen betekent dat wij het maximale doen om cliënten een veilig thuis te geven, intramuraal en extramuraal. Dat iedereen mag zijn zoals hij of zij is, dat er goed wordt gekeken naar wat zij zelf willen. Maar soms staat wat wij willen in schril contrast met wat wij kunnen waarmaken in de praktijk. Wij willen in kleine teams werken, maar juist in kleine teams is het soms moeilijker om signalen op te pakken en problemen bespreekbaar te maken. Dat blijkt hier vandaag ook op dit symposium. Alleen werken op een groep maakt de kans op overbelasting groter. Er is niemand op wie je even kunt terugvallen.”
Veiligheid in vertrouwen > 33
> Renate Hilberink, verzorgende: “Warmte, respect, eigenwaarde, geborgenheid. Veiligheid in Vertrouwen staat wat mij betreft voor zo ontzettend veel. Jezelf kunnen ontplooien, hoort daar ook bij. En jezelf kunnen zijn. Alles valt of staat met respect. Dat is echt heel belangrijk. Zonder respect kun je je niet ontplooien, niet ontwikkelen.”
> Een jongere cliënt: “Het vertrouwen dat een cliënt in een zorgmedewerker heeft, moet worden gekoesterd. Ik ben zo ongeveer opgegroeid in instellingen. Omdat ik weinig andere mensen had aan wie ik dingen kwijt kon, besprak ik veel vertrouwelijke zaken met verzorgenden. Helaas is mijn vertrouwen vaak beschaamd en is er veel buiten mij om besproken en beslist. Dat is overigens niet bij Carintreggeland gebeurd.”
> Truus Sijbers (85 jaar), bewoonster van De Stoevelaar in Goor: “Veiligheid en vertrouwen betekenen alles. Echt waar. Het is belangrijk om je veilig te voelen. Ik ben in dit huis helemaal op mijn plaats. Ik heb het goed hier. De verzorging is prima. Ik ben altijd bereid goede raad aan te nemen van anderen. Van familie of van verzorgenden. Als er iets is, dan kan ik de mensen van De Stoevelaar daarop aanspreken. Er was eens een keer iets met een zuster wat mij niet helemaal lekker zat. Toen hebben we daarover gepraat. Dat heeft geholpen. Nu kunnen weer heel goed met elkaar opschieten. Het kon niet beter.”
34
eiligheid en vertrouwen “ Vbetekenen alles ” Truus Sijbers
Veiligheid in vertrouwen > 35
Dilemma’s bleken soms echte dilemma’s tijdens de debatten met cliënten, familieleden, vrijwilligers en medewerkers
36
Debat over dilemma’s Dilemma’s bleken soms echte dilemma’s tijdens de debatten met cliënten, familieleden, vrijwilligers en medewerkers, gepresenteerd door Wouke van Scherrenburg. Soms waren cliënten en medewerkers het eens, soms hadden ze een totaal ander standpunt.
Dilemma: vanwege lichamelijke problemen komt een cliënt nauwelijks nog de trap op, maar ze wil per se boven slapen. Moet de zorgmedewerker de vrouw steeds naar boven helpen, waarbij er een groot risico is op vallen? Bewoners en familieleden zijn hier vrij duidelijk en eensgezind over. “Ze zal moeten accepteren dat er een bed beneden nodig is”, is de eerste reactie. “Als ze valt en iets breekt, is ze veel verder van huis en zal ze na ontslag uit het ziekenhuis sowieso beneden moeten slapen.” “Misschien is het in zo’n geval een goed idee om de kinderen of de mantelzorger erbij te betrekken”, suggereert een man. “Mogelijk dat zij haar wel zover krijgen om te doen wat in haar eigen belang is.” Een vrouw vertelt over een soortgelijke situatie in haar omgeving: een kennis die slecht ter been was en beneden moest slapen, maar dat niet wilde. “Haar kinderen hebben toen voor haar verjaardag het bed in de woonkamer gezet en nu is ze blij dat ze niet meer naar boven hoeft.” “We zijn eigenwijs”, grapt een mijnheer van 95. “Je moet handelen in het belang van de cliënt.” Een zorgmanager meldt dat het een veel voorkomend dilemma is en dat in gesprek blijven met de cliënt en zijn of haar familie meestal wel tot een oplossing leidt. En een verpleegkundige vertelt dat ze eens een cliënt een verklaring heeft laten tekenen dat de zorgorganisatie niet aansprakelijk is als ze valt. “Zij wilde boven blijven slapen, maar wilde geen traplift. Daar was ze heel stellig in. Elke keer als ik bij haar voor de deur stond, vond ik het weer spannend hoe ik haar aan zou aantreffen. Het risico op vallen was erg groot.” Veiligheid in vertrouwen > 37
38
“Je kunt ook zeggen: ‘Het is voor mij niet veilig? Ik doe het niet”, vertelt een zorgmedewerker. Een ander: “Als zo’n situatie zich voordoet, ben je eigenlijk al te laat. Dan hadden er eerder alternatieven moeten worden gezocht, een verhuizing of zo.” Joke Mengerink verwacht dat zich in de toekomst meer van dergelijke situaties zullen voordoen. Mensen zullen vaker zelf voorzieningen moeten betalen.
Een cliënt wil niet dat zijn huisarts wordt gebeld, maar dat is wel nodig. Wat doet u? Een medewerker geeft aan dat ze eerst zou willen weten waarom de cliënt niet wil dat er een arts wordt ingeschakeld - wat zit daar achter? De ander zou tegen de wens van de cliënt in toch bellen. “Het spijt mij voor de cliënt, maar als er iets gebeurt, ben ik verantwoordelijk.” Weer een ander zou eerst de familie bellen en daar melden dat ze ongerust is over de cliënt. Nog een optie: de situatie in het dossier rapporteren. “Ik moet aan het einde van mijn studie een eed afleggen waarin ik beloof dat ik het vertrouwen van cliënten niet zal beschamen”, vertelt een derdejaars student Verpleegkunde, stagiair binnen Carintreggeland. “Dat houdt onder meer in dat ik de beslissing van een cliënt die goed bij zijn verstand is, moet respecteren. Ik kan proberen hem op andere gedachten te brengen, ik kan het bespreken met mijn collega’s, maar ik mag geen stappen zetten zonder zijn toestemming.” Een verzorgende knikt instemmend. “Ik wil het vertrouwen dat de cliënt in mij stelt, niet beschamen. En inderdaad, als ik hem niet kan overreden, respecteer ik zijn beslissing. Het is zíjn leven, zíjn gevoel.” Een andere verzorgende vindt het welzijn van de cliënt belangrijker dan de vertrouwensafspraak. “De relatie tussen een cliënt en een zorgmedewerker is een zakelijke, geen persoonlijke”, zegt ze. “Maar ik denk ook niet dat het vertrouwen van de cliënt per definitie wordt beschadigd als ik de huisarts bel. Als je maar goed uitlegt waarom je het doet.”
Veiligheid in vertrouwen > 39
“Je moet die man tegen zichzelf beschermen en toch de huisarts inschakelen. Maar ik zou wel eerst aan hem uitleggen waarom ik dat van belang vind.” “Ik bel ook de huisarts, maar ik zou de cliënt daar niet meteen van op de hoogte stellen”, reageert een bewoonster van een van de woonzorglocaties. “Als de huisarts zegt dat het echt nodig is dat hij langskomt, zou ik er met de cliënt over beginnen en hem proberen over te halen om toch naar de dokter te gaan.” “Je zou ook nog tegen de huisarts kunnen zeggen dat hij of zij extra aandacht aan die cliënt moet schenken, zonder te vertellen waar hij precies last van heeft”, oppert iemand anders. “Dan heb je wel de huisarts ingeseind, maar geen vertrouwelijke informatie doorgegeven.” “Het lijkt mij in zo’n geval verstandig om ook contact op te nemen met de kinderen of een mantelzorger”, zegt een man. “Misschien is hij gevoeliger voor hun argumenten dan voor die van de verzorgende.” Een oudere man merkt op: “Mijn huishoudelijke hulp heeft er de afgelopen weken herhaaldelijk op aangedrongen dat ik met bepaalde klachten naar de huisarts zou gaan. Uiteindelijk heb ik haar advies opgevolgd en dat is goed geweest. ” Joke Mengerink: ,,Aan de ene kant wil je de wens van de cliënt respecteren, aan de andere kant is er de aansprakelijkheid van de organisatie. Dit soort vragen houdt ons echt bezig.’’
40
Veiligheid in vertrouwen > 41
42
Een man die alleen woont, heeft een voedselvergiftiging opgelopen. Er lag bedorven eten in zijn koelkast, terwijl de thuiszorg drie keer per week komt, maar zorgmedewerkers mogen niet ongevraagd in (koel)kasten kijken. Wat vindt u van die situatie? “Regels zijn er om te overtreden”, reageert een oudere man. “Het is toch de taak van de thuiszorg om het welzijn van de cliënt in de gaten te houden en problemen te signaleren.” Een wijkverpleegkundige stelt: “Maar het mag absoluut niet. Het is een inbreuk op de privacy. De cliënt moet er toestemming voor geven. Ik ben geneigd te zeggen: als het niet in het zorgplan staat, niet doen.” De man: “Maar wat heb je aan zo’n plan als de cliënt in het ziekenhuis belandt en mogelijk overlijdt? Dan sla je de plank toch mis? Je moet wel je logische verstand gebruiken. De praktijk gaat voor de regels.” Een andere deelnemer reageert: “Je kunt toch wel even stiekem in de koelkast kijken. Als er een nare geur uitkomt, weet je toch genoeg?” “Ik kan dat doen, maar alleen als de cliënt het goed vindt”, vertelt de verpleegkundige.
Veiligheid in vertrouwen > 43
44
Veiligheid in vertrouwen > 45
46
Wouke van Scherrenburg: ‘Cliënten komen op voor zichzelf’ Journalist Wouke van Scherrenburg kijkt met veel plezier terug op de debatten over Veiligheid in Vertrouwen van Carintreggeland. Ze leidde in een jaar zeven bijeenkomsten. “Heerlijk”, vond ze het. Van Scherrenburg: “Ik heb gemerkt dat cliënten enorm mondig zijn. Ik ging soms glimlachend naar huis. Wilde een cliënt bijvoorbeeld weten wat decentralisatie voor haar betekende, antwoordde een meneer van 95 jaar dat ze dan maar gewoon even haar iPad moest pakken en moest googelen. Echt geweldig. De cliënt van nu is niet meer de cliënt van vroeger. Cliënten pikken niet alles meer. Ze komen op voor zichzelf.” Van Scherrenburg sprak tijdens de bijeenkomsten vaak lovend over het lef van Carintreggeland om lastige dilemma’s bespreekbaar te maken. “Joke Mengerink gaat de dialoog aan en niet met een nieuwsbrief zoals zo vaak gebeurt, nee, rechtstreeks. Daar heb ik groot respect voor.” “Ik maak op andere conferenties reclame voor Carintreggeland. Ja, echt. Ik vind dat deze organisatie het heel goed doet. Carintreggeland stelt zich met dit debat kwetsbaar op. De organisatie is ook innovatief. Kijk maar naar de samenwerking met de Universiteit Twente. Ik zie het zo voor me: Academisch Carintreggeland.” Van Scherrenburg heeft “de enorme betrokkenheid van de medewerkers als hartverwarmend ervaren. Neem de laatste medewerkersbijeenkomst, waar het ging over veranderingen in de zorg. Dan hebben de medewerkers het alleen maar over wat die voor hun cliënten betekenen, niet over de consequenties voor zichzelf.” Zelf ziet ze op tegen de tijd dat ze misschien hulpbehoevend zal zijn, zo liet ze tijdens de debatten meerdere keren doorschemeren. Maar haar angst voor ‘een tehuis’ is ‘iets minder’ geworden door de bijeenkomsten. “Hoewel ik wel weer schrik van zo’n verhaal over ouderenmishandeling dat tijdens de medewerkersbijeenkomsten aan de orde was. Als je ziet hoe vaak dat voorkomt in onze samenleving.”
Veiligheid in vertrouwen > 47
Colofon Veiligheid in Vertrouwen, dilemma’s in de zorg, is een uitgave van Carintreggeland
Carintreggeland Postbus 506 7550 AM Hengelo
Tekst Toonentekst, Annette Toonen Bijdrage tekst Monique Lubbers Foto’s Annabel Jeuring en Nick Groen, foto Truus Sijbers, Arjan Reef Ontwerp Paul Scheurink grafisch vormgeving Begeleiding Els Lammers, Carintreggeland Drukwerk Van Marle grafische bedrijven Oplage 7.500 Maart 2014
48