Begroting hoorn.nl

Begroting 2014

hoorn.nl

BEGROTING 2014 Meerjarenraming 2015–2017

Versie definitief 5 november 2013 Zaaknummer 1008842

Inhoudsopgave KERNGEGEVENS .................................................................................................... 2 INLEIDING ............................................................................................................. 4 1.

LEESWIJZER .................................................................................................... 6

2.

TOELICHTING MEERJARENRAMING ................................................................... 7 2.1. Verklaring begrotingsresultaat ................................................................. 8 2.2. Rente omslagpercentage vanaf 2014 ........................................................ 9 2.3. Septembercirculaire 2013 ..................................................................... 10

3.

BELEIDSBEGROTING ....................................................................................... 13 3.1. Programmaplan ................................................................................... 13 Programma 0 Inwoners en bestuur ......................................................... 14 Programma 1 Openbare orde en veiligheid ............................................... 19 Programma 2 Verkeer, vervoer en waterstaat .......................................... 27 Programma 3 Economische zaken .......................................................... 32 Programma 4 Onderwijs ....................................................................... 37 Programma 5 Cultuur en recreatie .......................................................... 43 Programma 6 Sociale voorzieningen en maatschappelijke dienstverlening ..... 50 Programma 7 Volksgezondheid en milieu ................................................. 61 Programma 8 Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting ............................. 65 Programma 9 Financiering en algemene lasten en baten ............................ 74 Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien ............................................. 77 3.2. Paragrafen .......................................................................................... 78 Lokale heffingen .................................................................................. 79 Weerstandsvermogen en risicobeheersing ............................................... 84 Onderhoud kapitaalgoederen ................................................................. 88 Financiering ........................................................................................ 91 Bedrijfsvoering .................................................................................... 94 Verbonden partijen............................................................................... 97 Grondbeleid ...................................................................................... 108 Algemene Uitkering ............................................................................ 113

4.

RUIMTEVRAGERS 2013-2017 ....................................................................... 116

5.

FINANCIËLE BEGROTING ............................................................................... 5.1. Uitgangspunten ................................................................................. 5.2. Toelichting vermogenspositie .............................................................. 5.3. Diverse overzichten............................................................................ 5.4. Subsidieplafonds ...............................................................................

117 117 118 119 123

6.

BIJLAGEN ................................................................................................... Bijlage 1 Relatietabel programma-beleidsveld-product......................................... Bijlage 2 Stand en verloop van reserves ........................................................... Bijlage 3 Stand en verloop van voorzieningen ................................................... Bijlage 4 Meerjarig verloop reserves en voorzieningen ........................................ Bijlage 5 Specificatie meerjarig verloop reserves ................................................ Bijlage 6 Investerings- en financieringsstaat ...................................................... Bijlage 7 Toelichting beleidskaders per programma ............................................ Bijlage 8 Afkortingenlijst ................................................................................

124 125 132 135 137 139 147 148 171

Begroting 2014 - gemeente Hoorn

1

Kerngegevens A

B

C

Inwoneraantal en bevolkingsopbouw Aantal inwoners - waarvan jongeren (tot18 jaar) - waarvan ouderen (65 jaar en ouder) Leerlingaantallen1 - Basisonderwijs (lokaal) - Voortgezet onderwijs (lokaal) - Voortgezet onderwijs (regionaal) - (Voortgezet) Speciaal Onderwijs (lokaal) - (Voortgezet) Speciaal Onderwijs (regionaal) Aantal bijstandscliënten Aantal werkzame personen2 Aantal allochtonen Aantal niet-westerse allochtonen Aantal etnische groepen Fysieke structuur Oppervlakte gemeente - waarvan buitenwater - waarvan historische stads- of dorpskern - waarvan overig land en binnenwater Oppervlakte in bebouwing Aantal woonruimten (exclusief bijzondere3 woongebouwen) Gemiddelde woningbezetting Historische woningen Monumenten: - rijksmonumenten - provinciale monumenten - gemeentelijke monumenten - monumentale bomen Lengte van de wegen Oppervlakte openbaar groen - waarvan sportgroen (incl. kunstgrasvelden)

31 december 2011 (realisatie)

31 december 2012 (realisatie)

1 januari 2014

71.254 15.660 10.327

71.360 15.519 11.012

71.250 15.600 11.520

7.055 4.765 6.860 655 600 1.053 34.800 15.809 11.640 174

6.870 4.867 6.995 605 585 1.112 34.000 15.957 11.601 174

6.700 4.900 7.100 600 600 1.270 33.200 16.100 11.550 174

5.372 3.227 46 2.099 307

5.372 3.227 46 2.099 306

5.372 3.224 46 2.102 307

31.489

31.671

31.828

2,26 3.299

2,25 3.299

2.24 3.299

383 2 417 394 269 385 39

383 2 417 404 275 390 39

383 2 417 401 278 386 39

183.848

200.784

188.746

69.892 5.824 34.008 27.202 48.900 185.826

70.655 5.859 29.862 28.093 55.691 190.160

71.031 6.168 26.276 31.404 53.867 188.746

(begroting)

ha ha ha ha

km ha ha

Financiën (bedragen x € 1.000) Uitgaven (exclusief stortingen reserves) Inkomsten (exclusief beschikkingen reserves) Algemene uitkering Uitkering WMO Specifieke uitkeringen Belastingen en retributies Overige baten Bron: Ministerie van Financiën

1

Dit zijn leerlingen woonachting in (lokaal) en buiten Hoorn (regionaal) en onderwijs volgen in Hoorn.

2

Dit zijn personen woonachtig in en buiten Hoorn en werkzaam in Hoorn.

3

Dit zijn gebouwen waar voor een verzameling personen plaatsen aanwezig zijn voor permanente huisvesting en bedrijfsmatige huishoudelijke verzorging (bijvoorbeeld bejaardenhuizen, opvanghuizen).

2

Gemeente Hoorn - Begroting 2014


3

Inleiding Voor u ligt de begroting 2014. Het maken van de begroting is een proces waar normaal gesproken meerdere maanden aan wordt gewerkt. Dit proces is nu teruggebracht naar een tijdsbestek van een week. De kracht van deze nieuwe werkwijze ligt niet alleen in de snelheid en efficiency, maar vooral in de focus van kwaliteit, integraliteit en het bereiken van het gezamenlijke doel. Met belangstelling kijken wij uit naar uw reactie op deze begroting. Het financiële beeld De consequenties van de crisis zijn steeds meer voelbaar in de samenleving, de stad, bij ons allemaal. Al lijkt er op landelijk niveau sprake van enkele lichtpuntjes waar het gaat over het economisch herstel. Het tij lijkt langzaam te keren voor de economische groei en ontwikkelingen op de woningmarkt. Dat is nog niet zo in de collectieve sector. De extra bezuinigingen van het Rijk zorgen de komende tijd voor een aantal forse uitdagingen voor gemeenten. De septembercirculaire gaf voor 2014 een gunstiger beeld dan was voorzien. Echter, in de jaren erna werkt de bezuiniging van het Rijk van 6 miljard euro fors door. Dat betekent dat het meerjarenperspectief geen positief beeld laat zien. Bij de Kadernota 2013 en in een recente brief hebben wij u hier al over op de hoogte gebracht. Voor 2014 is de begroting sluitend gemaakt. Voor de jaren erna is het onvermijdelijk dat er een nieuw pakket aan ombuigingsmaatregelen moet komen. De gemeente moet meer doen met minder middelen en dat vraagt om een innovatieve aanpak en een flexibele begroting waar wij op dit moment geen keuzes in willen maken. Ook daarover hebben wij u via de brief geïnformeerd. De maatschappij in verandering De rol van gemeenten verandert. Niet alleen door de overheveling van taken door het Rijk, maar ook door de veranderende maatschappij. Steeds meer ligt de nadruk op het aansluiten bij initiatieven vanuit de samenleving. Ook in de Troonrede is dit belicht. De kracht van de samenleving staat centraal. De rol die de gemeente inneemt varieert per initiatief in de mate en wijze van ondersteuning. We kunnen en willen het niet allemaal zelf doen. Hoorn kent recente voorbeelden van mooie, spontane en creatieve initiatieven. Denk aan Duurzaam Zwaag, zwembad De Wijzend, de sneeuwveegploegen in diverse wijken, City Tours en de fietscrossbaan in de Bangert en Oosterpolder. Wij kunnen en moeten hier nog verder in groeien. Het vraagt een nieuwe manier van denken van ons allemaal. De positieve energie hiervoor is zeker in onze stad aanwezig. De toekomstbestendige stad Het toekomstbestendig houden van de stad is de omvangrijke maar zeker ook mooie opgave waar Hoorn voor staat. Dit vraagt keuzes voor nu, maar ook de komende bestuursperiode. Flexibiliteit is een belangrijke kerncompetentie geworden om Hoorn een levendige stad te laten zijn voor nu en in de toekomst. Wij blijven ons inzetten voor het ‘bouwen’ aan onze stad in brede zin. De voorbereidingen voor de Poort van Hoorn zijn in volle gang. Als stad krijgen we steeds meer een centrumfunctie. De ontwikkeling van de Blauwe Berg en de bouw van het nieuwe hotel sluiten hier uitstekend bij aan. Het behoud van werkgelegenheid in de stad en in de regio is essentieel, zeker gezien de nog steeds toenemende werkeloosheid. Door de inzet van de Kansenkaart proberen wij bij te dragen aan een economische impuls voor Hoorn. Voor de mensen die het echt nodig hebben, bieden wij een vangnet, waarbij het uitgangspunt blijft: ondersteuning naar werk. Bij het toekomstbestendig houden van de stad hoort ook een goede invoering van de decentralisaties. Daarvoor hebben wij structureel 1,5 miljoen euro in de begroting opgenomen. De voorbereiding op de vier decentralisaties (AWBZ, Jeugdzorg, Participatiewet en Passend Onderwijs) is in volle gang. De kaders vanuit het Rijk, welke taken precies en voor hoeveel geld, zijn nog steeds niet helemaal duidelijk. Desondanks liggen er de komende periode wel diverse keuzes

4


voor. Duidelijk is wel dat de taken aan de gemeenten worden overgedragen voor fors minder geld dan wat er op dit moment beschikbaar voor is. Inwoners en ondernemers zijn zich steeds meer bewust van duurzaamheid en het rendement dat dit voor hen kan opleveren. Er is toenemende belangstelling voor de aanschaf van zonnepanelen en het elektrisch rijden. Door dit als gemeente te stimuleren werken we samen aan de doelstelling om klimaat neutraal te zijn. Het niveau van het onderhoud en het beheer van de stad is gelijk gebleven. De topprioriteit schoon, heel en veilig doet daarmee recht aan de resultaten. Hoorn is aantoonbaar veiliger geworden. Er zijn minder vernielingen op straat en ook het aantal woninginbraken is afgenomen. Ook op het gebied van toerisme is er samenwerking met ondernemers door de oprichting van het Toeristisch Platform. Steeds meer zaken kunnen inwoners en ondernemers online met de gemeente regelen. Het werken op afspraak draagt bij aan een meer efficiënte en klantgerichte dienstverlening waarbij er niet langer sprake is van lange wachttijden. Het vroegtijdig in gesprek gaan met inwoners en ondernemers in de vorm van mediation blijkt een succesvolle aanpak te zijn. Ook landelijk wordt dit gewaardeerd. Voor de werkwijze met informeel contact, voordat de Hoornse bezwarencommissie de kwestie beoordeelt, hebben wij de 'Prettig contact met de overheid Award 2013' gewonnen. Afronding bestuursperiode Wij zijn trots op de resultaten die wij tot nu toe hebben gerealiseerd. Bij de Kadernota 2013 hebben wij aangegeven dat de komende periode in het teken staat van de afronding van onze bestuurlijke topprioriteiten en overige dossiers. Uiteraard voor zover dit mogelijk is binnen de middelen en tijd die daarvoor nog aanwezig is. Daarnaast bereiden wij ons voor op de overgang naar de nieuwe bestuursperiode. In september en oktober zijn wij als college ‘on tour’ geweest. Dit naar het voorbeeld van het televisieprogramma ‘Collegetour’. Doel van de tour was samen met inwoners, ondernemers en instellingen uit onze stad terug te blikken op de afgelopen periode en hierover het gesprek aan te gaan. Tegen het eind van deze bestuursperiode willen wij dit ook samen met u doen. Dit door terug te kijken op de resultaten die in de afgelopen vier jaar zijn bereikt. Maar ook door stil te staan bij de ambities en plannen die we hadden willen realiseren, maar waarvan dit niet gelukt is. Op een later moment komen we hiervoor bij u terug.

College van burgemeester en wethouders, November 2013


5

1. Leeswijzer Hier wordt een korte toelichting gegeven op de inhoud van de hoofdstukken in de begroting. Hoofdstuk 2: Toelichting meerjarenraming In dit hoofdstuk is het begrotingsresultaat in meerjarenperspectief kort toegelicht, inclusief de meest recente ontwikkelingen van het gemeentefonds. Hoofdstuk 3: Beleidsbegroting Dit hoofdstuk bestaat uit twee delen: het programmaplan en de paragrafen. Het programmaplan kent tien programma’s en een overzicht van de algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien. Per programma wordt de volgende informatie gegeven:   

De beleidsvelden die onder dat programma vallen; Per beleidsveld de doelstelling, specifieke doelstellingen voor 2014 en daarmee samenhangende activiteiten; Per beleidsveld antwoord op de vraag 'Wat mag het kosten?' waarbij een toelichting op het verschil tussen de begroting 2014 en begroting 2013. Dit is een financieel technische toelichting die verplicht is om op te nemen.

Meer gedetailleerde financiële informatie is opgenomen in de Productenraming en bijlagen 2014. Deze ligt bij de griffie ter inzage. De Productenraming bevat uitsluitend uitvoeringsinformatie en wordt niet door de raad vastgesteld. Het tweede deel van de Beleidsbegroting bestaat uit de paragrafen. In de paragrafen wordt een dwarsdoorsnede van de begroting gegeven. Op verschillende onderdelen als Lokale heffingen, Grondbeleid, Weerstandsvermogen, Onderhoud kapitaalgoederen, Bedrijfsvoering en Algemene Uitkering wordt ingegaan op onderwerpen die in 2014 aan de orde komen. Hoofdstuk 4: Ruimtevragers In dit hoofdstuk zijn alle (mogelijke) ruimtevragers bij elkaar gebracht. In de loop van 2013 en 2014 wordt per onderwerp de reguliere besluitvormingsprocedure doorlopen voordat het budget definitief beschikbaar wordt gesteld. Hoofdstuk 5: Financiële begroting De uitgangspunten op basis waarvan de begroting is opgesteld, zijn hier terug te vinden. Daarnaast staan er diverse verplichte financiële overzichten. Bijlagen De bijlagen bevatten de volgens het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV) verplichte overzichten. In het bijzonder (het meerjarig verloop van) de reserves en voorzieningen geven inzicht in de financiële buffer die de gemeente heeft. De andere bijlagen zijn een afkortingenlijst, een relatietabel programma’s – beleidsvelden – producten en de toelichting op de beleidskaders per programma. Investeringen Meer informatie over de investeringen (nieuw en vervangingen) in 2014 zijn terug te vinden in de Kadernota 2013. In de begroting zelf zijn deze niet afzonderlijk opgenomen.

6


2. Toelichting meerjarenraming In dit hoofdstuk wordt het resultaat van deze begroting kort toegelicht. In de tabel staat het financiële beeld van de (meerjaren)begroting 2014 t/m 2017. Tabel 1 Opbouw begrotingsresultaat 2014-2017 (x € 1.000) -=nadeel

2014

2015

2016

2017

Uitkomst Begroting 2014

1.354

-4.727

-3.141

-5.764

-645

-923

-1.138

-624

1.595

115

110

110

150

150

150

150

2.454

-5.386

-4.025

-6.141

-1.703

-856

-903

-923

Eerste begrotingswijziging: gevolgen septembercirculaire 2013 Eerste begrotingswijziging: opbrengst maatregelen opvangen 6 miljard bezuinigingen Rijk Eerste begrotingswijziging: Trendmatige verhoging leges en tarieven Begroting 2014 na wijzigingen Begrotingswijzigingen onderweg Ruimtevragers

-584

-373

-312

-306

Achtervang

-206

-1.462

-1.432

-1.432

Ombuigingen 2010-2015 Indicatie restant begrotingsresultaat

1.000

2.309

2.309

2.309

961

-5.768

-4.334

-6.494

De telling kan door afronding niet kloppen. Het jaar 2014 sluit met een positief saldo van 1,3 miljoen euro. Daarin is nog geen rekening gehouden met de rijksbezuinigingen van 6 miljard euro. De gevolgen van de rijksbezuinigingen voor Hoorn zijn via de septembercirculaire 2013 door het Rijk bekend gemaakt. In de eerste begrotingswijziging zijn die gevolgen verwerkt. Er is geanticipeerd op het verwachte nadeel. Daarom zijn diverse bedrijfsvoerings- en programmabudgetten nog eens kritisch tegen het licht gehouden om die gevolgen op te vangen. De opbrengst daarvan is ook in de eerste begrotingswijziging verwerkt. Daarmee sluit het jaar 2014 positief. Voor een nuancering van dit positieve resultaat wordt verwezen naar de paragraaf algemene uitkering. De jaren na 2014 sluiten negatief. Dat was ook al zo bij de Kadernota 2013. Via een brief van begin september is de gemeenteraad geïnformeerd over de wijze waarop dit college met die negatieve ramingen in het meerjarenperspectief om wil gaan. Trendmatige verhoging leges en tarieven Bij het opstellen van de begroting was de trendmatige stijging voor leges en tarieven niet bekend. Op Prinsjesdag is de verhoging (prijsmutatie Bruto Binnenlands Product, pBBP) bekend gemaakt via de Macro Economische Verkenningen 2014. Het percentage is 1,5 procent. Via de eerste begrotingswijziging (die tegelijk met deze begroting wordt aangeboden) wordt deze stijging alsnog verwerkt. Septembercirculaire De effecten van de septembercirculaire voor de begroting staan in bovenstaande tabel. In hoofdstuk 2.2 en in de paragraaf Algemene Uitkering wordt uitgelegd wat de financiële gevolgen voor de gemeente zijn. Begrotingswijzigingen onderweg Dit betreffen collegevoorstellen die nog niet hebben geleid tot financiële besluitvorming van de gemeenteraad. Hieronder vallen onder andere de besluitvorming rond de verhuizing van de hockeyclub, het aanpassen van de prijslijsten van de sportaccommodaties en diverse kleinere investeringen bij scholen en verenigingen.


7

Ruimtevragers Het bedrag voor de ruimtevragers uit de Kadernota 2013 is niet geactualiseerd, behoudens de ruimtevragers die nu in de begroting zijn verwerkt nadat daarover een raadsbesluit is genomen. In bovenstaande tabel is rekening gehouden met de ruimtevragers in deze begroting. In hoofdstuk 3 worden de ruimtevragers kort opgesomd en toegelicht. In de praktijk blijkt dat niet alle ruimtevragers in het geplande jaar worden uitgevoerd. Daarom is rekening gehouden met onderuitputting van 25 procent. Achtervang In de Kadernota 2012 is gekozen voor het scenario 'zachte landing'. Onder verwijzing naar die Kadernota is de opbouw van de regel als volgt: Tabel 2 Opbouw achtervang kortingen (x € 1.000) (-=nadeel) Achtervang kortingen Rijk

2014

2015

2016

2017

-1.030

-1.530

-1.500

-1.500

68

68

68

-1.462

-1.432

-1.432

Programma Decentralisaties Sociaal Domein

279

Bijdrage GGD

68

Kadernota Jeugd

53

Benodigd budget invoering decentralisaties (*) Totaal

425 -205

(*) Er is een voorstel onderweg naar de gemeenteraad waarin dit bedrag wordt geclaimd. Ombuigingen gestart in 2010 De onderwerpen die nog open staan, worden nader beoordeeld en ingevuld. De verwachting is nog steeds dat de taakstelling wordt gehaald. In de tweede helft van 2013 wordt meer duidelijk over een nieuwe bezuinigingsoperatie om het meerjarenperspectief sluitend te krijgen. Via een recente brief is de gemeenteraad al geïnformeerd, waarin is geschreven dat bij de Kadernota 2014 een voorstel kan worden behandeld.

2.1. Verklaring begrotingsresultaat Voor een goede analyse van de uitkomst 2014 bij de Kadernota 2013 versus de uitkomst van de begroting 2014 zelf, is het nodig de goede appels met appels te vergelijken. De analyse van het verschil gaat om de cijfers uit de 'boeken', terwijl er bij de berekening van het begrotingsresultaat ook nog rekening wordt gehouden met andere zaken: ruimtevragers, achtervang, begrotingswijzigingen onderweg en verwachte opbrengst ombuigingen. Met deze zaken wordt in financiële zin rekening gehouden, maar zij maken geen deel uit van de boeken. Daarnaast zijn er door de gemeenteraad in de maanden april, mei en juni besluiten genomen met structurele financiële gevolgen. Met die gevolgen moet ook rekening worden gehouden. Om de goede startpositie te hebben voor een analyse, wordt de tabel uit de Kadernota 2013 kort herhaald, waarbij de hier genoemde onderdelen worden geëlimineerd. Tabel 3 Eliminatie zaken 'niet in de boeken' (x € 1.000) 2014

2015

2016

2017

1.595

-2.469

-3.058

-5.723

Begrotingswijzigingen onderweg

553

352

276

171

Ruimtevragers

627

417

356

337

Achtervang

751

1.530

1.500

1.500

-1.000

-2.309

-2.309

-2.309

Indicatie restant begrotingsresultaat bij Kadernota 2013 Daaruit moet geëlimineerd worden:

Ombuigingen En extra er bij Besluitvorming uit raadsvergadering april, mei, juni Basis begrotingsresultaat te vergelijken met begroting 2014

8

-3

20

20

20

2.523

-2.459

-3.215

-6.004


Nu de basis is vastgesteld, kan een analyse plaatsvinden. De uitkomst van de begroting 2014 en de jaren 2015-2017 is anders dan bij de Kadernota voor die jaren gedacht. Hieronder staat kort het verschil en wordt verklaard hoe die verschillen tot stand gekomen zijn. Onder de tabel zijn enkele opvallende afwijkingen tekstueel uitgebreider toegelicht. Tabel 4 Verklaring begrotingsresultaat (x € 1.000) (-=nadeel)

2014

2015

2016

2017

Uitkomst begroting 2014 bij Kadernota 2013

2.523

-2.459

-3.215

-6.004

Uitkomst Begroting 2014 nu

1.354

-4.727

-3.141

-5.764

-1.169

-2.268

74

240

-230

-70

Verschil Voornaamste oorzaken: Noodzakelijk budget om te voldoen aan i-NUP Noodzakelijke extra storting in reserve Onderhoud Kapitaalgoederen Doorbetaling rijksbijdrage adolescenten aan GGD (t.l.v. de achtervang, die daarmee is verlaagd)

-1.566 -68

-68

Looncompensatie bibliotheek, Het Park en Stichting Netwerk

-128

-128

Hogere toerekening uren aan algemene dienst i.pv. aan grondexploitaties en investeringen

-115

-551

Kapitaallasten (o.a. vervallen rente-inkomst uitzetting Nuongeld)

-462

-41

Vooral de jaren 2014 en 2015 wijken af. Dat wordt vooral veroorzaakt door 







Noodzakelijk budget om te voldoen aan i-NUP. In 2011 is er geld beschikbaar gekomen via het gemeentefonds om de kwaliteit van dienstverlening aan burgers, bedrijven en instellingen te handhaven en waar mogelijk te verbeteren. Voor het Rijk is het gebruik van de e-overheid daarvoor een belangrijke randvoorwaarde. Het budget was beschikbaar via de ruimtevragers. Bij de Kadernota is dat per abuis geschrapt. Er ligt een plan waarover de gemeenteraad binnenkort wordt geïnformeerd om te voldoen aan de voorschriften die zijn gedaan door het Rijk. Het budget is alsnog geregeld. Noodzakelijke extra storting in reserve Onderhoud Kapitaalgoederen. In 2013 is incidenteel de storting in deze reserve verlaagd om de begroting rond te krijgen. Omdat de reserve in meerjarenperspectief niet negatief mag worden en er via de reserve nog diverse onderhoudsprojecten geraamd staan, moet de reserve weer op peil gebracht worden. Een van de zaken die onderzocht moet worden is de mogelijkheid om die onderhoudsprojecten goedkoper te doen dan wel in de tijd uit te smeren om ruimte in de begroting te krijgen. Dat vergt een aparte discussie. Hogere toerekening uren aan algemene dienst. Doordat er minder projecten zijn, wordt er van het totaal beschikbare uren meer aan de algemene dienst toegerekend. Dat betekent een nadeel, omdat die kosten niet (volledig) worden goedgemaakt door grondexploitaties of investeringswerken. Kapitaallasten, onder andere vervallen rente-inkomst uitzetting NUON-gelden. Het grootste nadeel ontstaat doordat het uitgangsjaar verspringt bij de berekening van de vrijval van kapitaallasten. Dit is techniek. Daarnaast mag de een-na-laatste tranche van de NUON-gelden vanaf 2014 niet meer worden uitgezet bij derden als gevolg van de wet Schatkistbankieren.

2.2. Rente omslagpercentage vanaf 2014 Al vele jaren gebruikt de gemeente de renteomslag-methodiek om de rentekosten over de producten in de begroting te verdelen. Er geldt een percentage van 3,5 procent. In de Kadernota 2013 is aangekondigd dat onderzocht werd of een lager renteomslag-percentage mogelijk is. Uit


9

de berekeningen is gebleken dat een verlaging naar 3 procent mogelijk is. Dat blijkt ook uit de geldleningen die de afgelopen drie jaar zijn aangetrokken: allen hadden een percentage lager dan 3,5 procent. Ieder jaar wordt bij de Kadernota, als onderdeel van de uitgangspunten voor de eerstkomende begroting, het renteomslag-percentage beoordeeld op actualiteit. Bij afwijkingen groter dan 0,5 procent wordt er een voorstel tot bijstellen gedaan. Het verlagen van het renteomslag-percentage leidt tot lagere kapitaallasten voor (aanvragen van) nieuwe investeringen. Investeringen die al in de ruimtevragers waren opgenomen worden iets goedkoper. Daar tegenover staat dat de berekende vrijval van kapitaallasten (door vertraging in de uitvoering) ook lager wordt. Het voordeel van de lagere kapitaallasten wordt dus voor een deel teniet gedaan door een nadeel bij de vrijvalberekening. In het meerjarenperspectief leidt dit tot een voordeel van 7.280 euro in 2014 oplopend naar 11.544 euro in 2017. Voor de rentetoerekening aan reserves wordt gebruik gemaakt van het renteomslag-percentage. Gevolg hiervan is dat ook de rentetoevoeging aan reserves wordt verlagen naar 3 procent. Hierbij gelden wel enkele uitzonderingen: de reserve kunstijsbaan, de reserve Westfrisiaweg en de reserve Parkeren en infrastructuur. Bij het verlagen van de rente ontstaat bij de reserve kunstijsbaan in het meerjarenperspectief een negatieve reserve. De rentetoevoeging is de helft van het rente-omslagpercentage. De reserve mag niet negatief worden, daarom wordt de rentetoerekening daar op 1,75 procent gehouden, de helft van 3,5 procent. Gezien de recente bijstelling van de parkeeropbrengsten (die nadeliger blijken dan gedacht) en de investeringen die in de toekomst worden gefinancierd vanuit de reserve Parkeren en Infrastructuur wordt veiligheidshalve geadviseerd ook de huidige rentetoevoeging in stand te houden. Voor de reserve Westfrisiaweg wordt voorgesteld de aanbesteding af te wachten, zodat zeker is hoeveel en wanneer er betaald moet worden. Daarom blijft ook daar de rentetoevoeging 3,5 procent, wat eventueel in de Kadernota 2014 bij wordt gesteld. Beslispunten:   

Het renteomslag-percentage met ingang van de begroting 2014 te verlagen naar 3 procent. De rentetoevoeging aan reserves te verlagen naar 3 procent met uitzondering van de reserve kunstijsbaan, de reserve Westfrisiaweg en de reserve Parkeren en infrastructuur. Voor de reserve kunstijsbaan (1,75 procent), de reserve Westfrisiaweg (3,5 procent) en de reserve Parkeren en infrastructuur (3,5 procent) de huidige rentetoevoeging in stand te houden.

2.3. Septembercirculaire 2013 Tabel 5 Vergelijking septembercirculaire 2013 met junicirculaire 2013 (bedragen x € 1.000) (-/-=nadeel)

2013

2014

2015

2016

2017

Septembercirculaire 2013

67.806

70.368

65.196

65.065

64.737

Junicirculaire 2013

67.627

71.013

66.119

66.203

65.361

179

-645

-923

-1.138

-624

Bruto verschil Budgettair neutraal verwerken Armoedebeleid 2013 Centrum Jeugd en Gezin Maatschappelijke opvang ca

-62 1

1

1

1

1

17

-1

-1

-1

-1

Totaal budgettair neutraal

-44

0

0

0

0

Netto te verwerken in begroting

135

-645

-923

-1.138

-624

Voor de goede orde: de gevolgen voor het jaar 2013 worden in de Najaarsbijstelling 2013 toegelicht en verwerkt.

10


Voor een meer uitgebreide toelichting op deze uitkomsten wordt verwezen naar de paragraaf Algemene Uitkering van deze begroting. In het kort hieronder de grootste verschillen: Tabel 6 Grootste veroorzakers verschillen meerjarig -=nadeel Accres (inclusief 6 miljard euro)

2013

2014

2015

2016

2017

-98

-1.285

-1.979

-2.402

-2.270

Plafond BTW Compensatiefonds Nominaal effect 2015-2018 Ontwikkeling uitkeringsbasis en hoeveelheidsverschillen Armoedebeleid 2013

230

714

676

735

839

-241

-147

99

754

802

844

62

Het restant wordt veroorzaakt door diverse kleinere verschillen. Accres (inclusief 6 miljard euro) De verlaging van het accres valt voor 2014 mee. Waar de VNG rekening hield met een korting van 360 miljoen euro is dat nu 'maar' 282 miljoen euro. De jaren erna lopen de negatieve bedragen op, als gevolg van de bezuinigingen bij het Rijk van 6 miljard euro. Plafond BTW Compensatiefonds Er wordt een plafond ingesteld voor declaraties bij het BTW Compensatiefonds. Dat is ongeveer 2,8 miljard euro voor gemeenten, provincies en regionale instellingen samen. Lagere declaraties worden aan het gemeentefonds teruggegeven, hogere declaraties leiden tot kortingen. In deze circulaire wordt voor het eerst een inschatting gemaakt van de lagere declaraties vanaf 2015. Deze worden gesteld op ongeveer 163 miljoen euro in 2015 tot 194 miljoen euro in 2018. Nominaal effect 2015-2018 Dit is grotendeels techniek. De gemeente rekent met constant prijsniveau. De uitkeringsfactor wordt standaard tegen lopende prijzen (is inclusief loon- en prijscompensatie) gegeven. Daarom moet de uitkeringsfactor gecorrigeerd worden. Wat dat voor Hoorn betekent, staat in deze regel. Ontwikkeling uitkeringsbasis en hoeveelheidsverschillen De verandering van het landelijke aantal bijstandontvangers is de grootste oorzaak van de ontwikkeling van de uitkeringsbasis. Iedere landelijke toename van 2.750 bijstandontvangers heeft een daling van de uitkeringsfactor tot gevolg van een punt. De hogere aantallen leveren bij de maatstaven wel compensatie op (een bijstandontvanger levert ongeveer 5.000 euro op) maar de stijging is lang niet overal gelijk als het landelijke gemiddelde. Vooral vanaf 2015 is de voorspelling dat het aantal bijstandontvangers fors stijgt ten opzichte van de aanname bij de meicirculaire. Dat verklaart het verschil. Daarnaast worden nu andere aantallen gebruikt, conform de informatie van het ministerie, zoals een waardedaling WOZ, aanpassing woonruimten, leerlingen VO en de uitkeringsontvangers. Armoedebeleid 2013 Voor intensivering van armoede en schuldenbeleid wordt in 2013 eenmalig 19 miljoen euro toegevoegd. Voor Hoorn komt dat neer op ongeveer 61.000 euro. Dit staat los van de geplande toevoeging van uiteindelijk 100 miljoen euro als beschreven in het regeerakkoord, waar waarschijnlijk in december duidelijkheid over wordt gegeven. De decentralisaties Deze zullen worden doorgevoerd met ingang van 2015. Wat nu precies aan taken overkomt en welke vergoeding er tegenover staat is nog steeds onzeker. Ook het voertuig van de rijksvergoedingen is nog onzeker. De omvang van het gemeentefonds in het jaar 2013 is ongeveer 16,25 miljard euro. In de nabije toekomst is een verdubbeling van het gemeentefonds geen ondenkbaar scenario. In de meicirculaire 2013 werd een inkijkje gegeven wat de vergoeding voor jeugdzorg per individuele gemeente kan gaan worden, na aftrek van allerlei kortingen. Het Hoornse bedrag kwam uit op 17,278 miljoen euro. Dit is zo’n beetje het minimumscenario, opgesteld op basis van historische cijfers. De bedragen zijn echter nog zo onzeker, dat ze niet zijn meegenomen in de telling van de berekeningen van het gemeentefonds. In deze septembercirculaire (2013) zou op basis van eenzelfde historische basis inzicht geboden worden voor de nieuwe WMO. Dat is echter een


11

maand uitgesteld. Pas bij de volgende meicirculaire (2014) wordt op basis van een objectieve verdeling voor beide taken een meer reële inschatting bekend gemaakt. De rijksvergoeding voor de Participatiewet blijft de eerste jaren nog een specifieke uitkering, dus buiten het gemeentefonds om. Door de onzekerheid van taken en rijksvergoedingen is het uitermate lastig voor een gemeente een redelijke raming te maken. Daarom wordt geadviseerd alle decentralisaties (na aftrek van alle kortingen) budgettair neutraal te ramen. Wmo-uitkering De Wmo-uitkering is ook aangepast. Het verschil staat in de volgende tabel, maar wordt niet toegelicht. De aanpassing is een gevolg van geactualiseerde aantallen, percentages en indexen. Tabel 7 Vergelijking septembercirculaire 2013 met meicirculaire 2013 (bedragen x € 1.000) WMO uitkering

2013

2014

2015

2016

2017

Septembercirculaire 2013

6.155

6.598

6.598

6.598

6.598

Junicirculaire 2013

6.077

6.168

6.168

6.168

6.168

78

430

430

430

430

Verschil (-/- = nadeel)

De Wmo-uitkering wordt budgettair neutraal verwerkt: als de uitkering stijgt, wordt het uitgavenbudget ook hoger, en andersom.

12


3. Beleidsbegroting 3.1. Programmaplan Het programmaplan bevat de volgende programma’s: Programma 0 Inwoners en bestuur Programma 1 Openbare orde en veiligheid Programma 2 Verkeer, vervoer en waterstaat Programma 3 Economische zaken Programma 4 Onderwijs Programma 5 Cultuur en recreatie Programma 6 Sociale voorzieningen en maatschappelijke dienstverlening Programma 7 Volksgezondheid en milieu Programma 8 Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting Programma 9 Financiering en algemene lasten en baten en: Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien Het programmaplan bevat de volgende paragrafen: Lokale heffingen Weerstandsvermogen en risicobeheersing Onderhoud kapitaalgoederen Financiering Bedrijfsvoering Verbonden partijen Grondbeleid Algemene uitkering


13

Programma 0 Inwoners en bestuur Hoofddoelstelling Hoorn is een vitale stad en wil dat blijven, met jeugdig elan en historisch besef. Hoorn is de centrumstad van Westfriesland en wil die positie versterken. Dit doen we samen met onze buren. Samenwerking is de regel geworden en niet langer de uitzondering waarbij niet alleen in Westfriesland wordt samengewerkt, maar ook op andere schalen zoals Noord-Holland Noord. Hoorn is een goede, integere en effectief bestuurde gemeente. Die regelt waar het moet, ondersteunt waar dat nodig is. We doen het voor en met onze inwoners. En werken samen met maatschappelijke organisaties, het bedrijfsleven, andere gemeenten en hogere overheden. Beleidsvelden 0.1 Relatie inwoners en bestuur 0.2 Publieke dienstverlening 0.3 Bestuurlijke samenwerking Voor wat betreft de relatie inwoners en bestuur ligt er een verbinding met andere programma’s in deze begroting. In het bijzonder met programma 8 beleidsveld 8.4 Wijkgericht werken en de paragraaf verbonden partijen. De beleidskaders van dit programma zijn opgenomen in bijlage 7.

0.1 Beleidsveld Relatie inwoners en bestuur Doelstelling Een kwalitatief hoogstaand en efficiënt bestuur waarin het college en de gemeenteraad, ieder vanuit de eigen positie samenwerken aan het welzijn van de stad. Met een bestuur waarin de samenleving vertrouwen heeft. De gemeente geeft ruimte en sluit aan bij particulier initiatief en benut de energie vanuit de stad. Interactie met onze inwoners is uitgangspunt en voorwaarde voor draagvlak van beleid in de samenleving. We gaan door op de ingeslagen weg van verminderen van regels en het verbeteren van onze dienstverlening. Tabel 8 Doelen en activiteiten beleidsveld 0.1 Relatie inwoners en bestuur Doelen 2014

Activiteiten

organisatie en afhandeling van de  gemeenteraadsverkiezingen 2014   

verzorgen van de organisatie de verkiezingen inwoners worden geïnformeerd en gestimuleerd om te stemmen introductie (publiek en organisatie)- en inwerkprogramma nieuw gemeentebestuur (raad, commissie en college) overdragen dossiers aan nieuwe bestuurders

organisatie en afhandeling van de  Europese verkiezingen 

verzorgen van de organisatie van de verkiezingen inwoners worden geïnformeerd en gestimuleerd om te stemmen

digitaliseren van de bestuurlijke in-  formatievoorziening en faciliteiten  raadszaal

vervanging van de huidige geluidsinstallatie de vergadering van de commissies en de raad worden digitaal vastgelegd via een geautomatiseerd verslagsysteem beschikbaar stellen geluid- en beeldbestanden via gemeentelijke website

 actieve communicatie over activi-  teiten en besluitvorming gemeen-  teraad en college.

opstellen raadscommunicatieplan voor de nieuwe raadsperiode actief pers- en sociale mediabeleid

meer interactie, aansluiting zoeken  bij communicatievisie  

voortzetten inzet social media, doelgroepgericht organiseren publiekspresentatie gemeente bij activiteiten met een grote publieksimpact, waaronder wijkvisies, maken interactie en beginspraak vast onderdeel uit van het proces

14


Doelen 2014

Activiteiten

organisatie meer communicatie gericht



trainen medewerkers in communicatievaardigheden

organisatie 400 jaar Kaap Hoorn



invulling geven aan de motie van de raad: in overleg met Chileens ambassadeur en de stichting Nederlandse Kaap Hoornvaarders inventariseren van activiteiten

 millennium gemeente: bestrijding HIV/malaria en andere dodelijke ziektes staat centraal

   

financieel ondersteunen van lokale initiatieven inzet gemeentelijke media voor bewustwording financieel ondersteunen werkgroep Fair Trade deelname in klankbordgroep Millenniumgemeente van VNG Internationaal over de toekomst van de campagne

Millenniumgemeente Millenniumdoel 6 (bestrijding van hiv/aids, malaria en andere dodelijke ziektes) staat in 2014 zoveel mogelijk centraal. De financiële ondersteuning van initiatieven van Hoornse inwoners en organisaties die bijdragen aan het realiseren van de internationale millenniumdoelstellingen wordt voortgezet. Duurzaamheid en eerlijke handel zijn belangrijke pijlers. Organisatie communicatie gerichter maken In 2013 is onderzoek gedaan naar de waardering van de gemeentelijke communicatie. Hieruit blijkt dat het (op tijd) nakomen van afspraken een punt van aandacht is. Dit geldt voor elk contact met de gemeente; medewerkers, collegeleden en raadsleden. In 2014 wordt binnen de gemeentelijke organisatie een werkwijze geïntroduceerd, waarbij communicatie van het begin af aan een prominente plaats krijgt in het hart van het beleid. Informatiebeveiliging Hoorn gaat voor eenmalige opslag, meervoudig gebruik, betere uitwisseling van gegevens en toegankelijkheid van informatie. Steeds meer zaken worden digitaal afgehandeld. Van inwoners en bedrijven wordt veel informatie vastgelegd in de systemen van de gemeente Hoorn. Bij het inrichten van de systemen moet het risico op misbruik en oneigenlijk gebruik van deze gegevens zo klein mogelijk zijn. Het in 2013 opgestelde beveiligingsplan vormt hiervoor de basis. In 2014 is specifiek aandacht voor het uitvoeren van DigiD-audits, IT-audits, wijzigings- en incidentprocedures en de bewustwording van medewerkers. Zie ook de paragraaf bedrijfsvoering.

0.2 Beleidsveld Publieke dienstverlening Doelstelling Hoorn streeft naar een positie in de top 50 van beste gemeentelijke dienstverleners. De dienstverlening moet op orde zijn. Streven is om de vragen van klanten zo snel mogelijk, zo logisch mogelijk en zo veel mogelijk in één keer af te handelen. Hoorn maakt daarbij steeds meer gebruik van de mogelijkheden die digitalisering biedt, omdat dit sneller is en diensten 24 uur per dag kunnen worden geleverd. Belangrijk hierbij zijn nieuwe media en de te vernieuwen website. Tabel 9 Doelen en activiteiten beleidsveld 0.2 Publieke dienstverlening Doelen 2014

Activiteiten

informatie op maat

 

100 procent voldoen aan de web-  richtlijnen; toegankelijke overheids-  informatie ongeacht audiovisuele beperkingen 90 procent teksten op de website helder Hoorns

  

vernieuwing gemeentelijke website, 


persoonlijke internet pagina voor de inwoners inzet van communicatiemiddelen afgestemd op de doelgroep inventarisatie van huidige stand van zaken opstellen uitvoeringsplan en realiseren

training van medewerkers in schrijven voor het web herschrijven van bestaande teksten onderzoeken mogelijkheden centrale webredactie vernieuwen structuur, inhoud en vormgeving

15

Doelen 2014

Activiteiten

waarbij de prioriteit komt te liggen op digitale dienstverlening



uitbreiden digitale producten en diensten

volledig klantbeeld op de primaire processen van de gemeente



met het herontwerpen en implementeren van processen wordt het zaakgericht werken uitgebreid registratie van alle klantcontacten voor producten en diensten in het zaaksysteem

 telefonische bereikbaarheid verbeterd

  

op de digitale overheid (i-NUP) aan-  gesloten      kwaliteitsverbetering persoonsgegevens

 

herontwerp van processen (HOP):  belangrijkste bedrijfsprocessen verbeterd publieke dienstverlening verbeterd

   

vervangen telefooncentrale met verschillende communicatiemogelijkheden trainen medewerkers in gebruik nemen van de nieuwe telefooncentrale vanaf derde kwartaal 2014 aansluiting op mijn overheid aansluiting op het Nieuw Handelsregister (NHR) gebruik van Antwoord voor bedrijven realiseren Basisregistratie Grootschalige Topografie (BGT) binnengemeentelijk gebruik van de basisregistraties digimelding op grond van de kwaliteitsmonitor Binnenlandse Zaken vindt continue verbetering plaats van de Gemeentelijke Basisadministratie persoonsgegevens volgen landelijke ontwikkelingen modernisering Gemeentelijke Basisadministratie persoonsgegevens het herontwerpen van processen en het implementeren van de procesverbeteringen uitvoering geven aan het programma excellente dienstverlening uitvoering geven aan de resultaten van de benchmark 'Waar staat je gemeente' uitvoering geven aan de visie op het digitale kanaal Afronding en evaluatie mediationproject 'Samenspraak'

Telefooncentrale De huidige telefooncentrale voor vaste telefonie wordt vervangen door een zogeheten unified communicationsplatform. Hierbij kan het Klant Contactcentrum (KCC) kiezen uit verschillende communicatiemiddelen om een medewerker snel te bereiken op basis van zijn status: beschikbaar of niet. Aan de hand daarvan kiest het KCC voor de optie: bellen, chatten, mailen etc. Hiermee wordt de bereikbaarheid van medewerkers vergroot en daarmee ook de dienstverlening verbeterd. Aansluiting op de digitale overheid De overheid heeft als ambitie dat de verschillende organisaties zodanig samenwerken bij hun dienstverlening dat de burgers en bedrijven de overheid als één organisatie ervaren. Het Nationaal Uitvoeringsprogramma dienstverlening en e-overheid (NUP) beoogt 23 basisvoorzieningen te maken en te zorgen dat alle overheidsorganisatie deze goed gebruiken. Met de gemeenten zijn negentien resultaatafspraken gemaakt voor de delen die zij tot 2016 moeten doen. Dit is in een bestuursakkoord afgesproken en deels wettelijk geregeld. Hoorn moet nog twaalf resultaatafspraken realiseren, waarvan zeven in 2014 zijn gepland. Recent heeft minister Plasterk een brief aan de Tweede Kamer gestuurd naar aanleiding van het regeerakkoord. Het gaat om de doelstelling uit het regeerakkoord om in 2017 de dienstverlening van de overheid helemaal digitaal mogelijk te maken. De minister wil het recht regelen om digitaal zaken met de overheid af te handelen. Daarvoor moeten bestaande wettelijke belemmeringen worden opgelost.

16


0.3 Beleidsveld Bestuurlijke samenwerking Doelstelling Als centrumstad kan en wil Hoorn het niet alleen. De Westfriese identiteit wordt steeds meer beleefd. In het Pact van Westfriesland hebben de Westfriese gemeenten de ambitie uitgesproken om binnen 5 jaar tot de top 10 van meest aantrekkelijke regio’s te horen. Samenwerking wordt daarbij steeds belangrijker. Dit wordt ook ingegeven door verdergaande overheveling van rijkstaken naar de gemeenten. Samenwerking is een middel om deze verschuiving van taken kwalitatief goed en kostenneutraal uit te kunnen. Na de decentralisaties wordt meer dan de helft van de gemeentelijke begroting in gezamenlijk verband besteed. Naast samenwerking op de schaal van Westfriesland, wordt ook samengewerkt op andere schalen zoals Noord-Holland Noord. Deze samenwerking moet wel een duidelijke meerwaarde hebben. Tabel 10 Doelen en activiteiten beleidsveld 0.3 Bestuurlijke samenwerking Doelen 2014

Activiteiten

Westfriesland behoort binnen vijf jaar tot de top 10 van meest aantrekkelijke regio’s



vaststellen regionale uitvoeringsagenda door colleges en raden en hier vervolgens uitvoering aan geven

vanuit een duidelijke visie en meerwaarde samenwerking op de volgende schalen: Westfriesland, Noord-Holland Noord, Markerkermeer/ IJsselmeer, Metropool regio Amsterdam



het opstellen en vaststellen van een regiovisie op samenwerking en voorleggen aan de raad

goed eigenaarschap van de regiona-  le samenwerking door de raad en het college 

in het inwerkprogramma van de raad speciale aandacht besteden aan regionale samenwerking periodieke informatiemomenten organiseren aan de raad over voortgang en ontwikkelingen

belangenbehartiging van stad en regio

 

organiseren van een professionele en gezamenlijke lobby met alle gemeenten in Noord-Holland-Noord en het regionale bedrijfsleven invulling geven aan de economische clusters in Noord-Holland Noord (gezondheidszorg, toerisme, energie, maritiem en agribusiness) en deze vertalen naar Westfriesland

Wat mag het kosten? Tabel 11 Overzicht van baten en lasten per beleidsveld programma 0 (x € 1.000) Rekening 2012

Begroting 2013

saldo

saldo

lasten

baten

saldo

2015

2016

2017

Relatie inwoners en bestuur

6.111

6.471

4.943

1

4.942

4.934

4.904

4.879

Publieke dienstverlening

707

952

3.134

1.311

1.823

1.699

1.541

1.680

Bestuurlijke samenwerking

247

211

737

397

340

343

330

331

7.065

7.634

8.814

1.709

7.105

6.976

6.775

6.890

Storting in reserves

109

-

-

-

-

-

Onttrekking aan reserves

153

73

-

-

-

-

7.021

7.561

7.105

6.976

6.775

6.890

Totaal saldo van baten en lasten

Resultaat


Begroting 2014

Meerjarenraming

17

Tabel 12 Grootste verschillen tussen begroting 2014 en begroting 2013 (x € 1.000) Toelichting per beleidsveld

Bedrag V/N

Beleidsveld Relatie inwoners en bestuur Toerekening van kosten voor personeel en ondersteunende taken

1.467 V

Een incidentele bijdrage aan realisatie van het Veteranenmonument in 2013. Omdat het budget is overgeheveld vanuit 2012 staat hier een onttrekking aan de Algemene reserve tegenover.

26 V

Het budget voor innovatieve pilots op het gebied van communicatie met inwoners, ondernemers, bezoekers en instellingen is tot en met 2013 beschikbaar gesteld.

15 V

Vanwege pensionering van één van de oud wethouders is 2013 eenmalig bijgestort in het APPA kapitaalplan.

34 V

Verrekening met reserves

26 N

Beleidsveld Publieke dienstverlening Toerekening van kosten voor personeel en ondersteunende taken

819 N

In 2014 zijn er twee verkiezingen gepland.

274 N

In 2013 is incidenteel budget beschikbaar gesteld voor aanschaf inventaris en materialen om het ‘Werken op afspraak’ in te voeren.

218 V


47 N

Beleidsveld Bestuurlijke samenwerking Toerekening van kosten voor personeel en ondersteunende taken

151 N

In 2013 is incidenteel budget beschikbaar gesteld voor deelname aan het Lobby-overleg Noord-Holland Noord.

24 V

Toelichting toerekening van kosten voor personeel en ondersteunende taken De personeelslasten zijn op basis van een nieuwe methode van kostentoerekening over de programma’s verdeeld. Gezien over alle programma’s is de uitwerking van de nieuwe systematiek neutraal. Zie ook de tekst in de Kadernota 2013. Toelichting investeringen in 2014 In 2014 zijn er binnen dit programma geen investeringen gepland. Mutaties reserves in 2014 In 2014 zijn er binnen dit programma geen verrekeningen met reserves geraamd. Mutaties voorzieningen in 2014 Voorziening ontvlechting vm SOW Deze voorziening is gevormd door de rechtsopvolging van het voormalige SOW door Hoorn. De verplichtingen die voortkomen uit het voormalige SOW worden uit deze voorziening betaald. In 2014 is dit een bedrag van € 127.000. Daarnaast wordt in 2014 een bedrag van € 14.000 toegevoegd voor rentevergoeding.

18


Programma 1 Openbare orde en veiligheid Hoofddoelstelling Hoorn is de afgelopen jaren veiliger geworden. Voor 2014 is een stevige veiligheidsambitie geformuleerd. In de afgelopen jaren zijn goede resultaten geboekt. Vooruitgang blijft noodzakelijk. Er is meer toezichtcapaciteit, met meer bevoegdheden, betere samenwerking op basis van meer en betere informatie. Innovatie blijft vooropstaan. Veiligheid is niet alleen de verantwoordelijkheid van de overheid, maar ook van inwoners en ondernemers. Het gesprek over samen sterk voor een veiliger Hoorn blijft de inzet. Beleidsvelden 1.1 Brandweer en rampenbestrijding 1.2 Openbare orde en veiligheid Programma 1 heeft een nauwe relatie voor wat betreft de sociale veiligheid met de Wmo en met huiselijk geweld in programma 6, met wijkbeheer/ wijkgericht werken in programma 8, met verkeersveiligheid in programma 2 en met horecabeleid in programma 3. De beleidskaders van dit programma zijn opgenomen in bijlage 7.

1.1 Beleidsveld Brandweer en rampenbestrijding Doelstelling algemeen Hoorn heeft een brandweerorganisatie die op tijd en voldoende opgeleid kan optreden bij brand en ongevallen. Hetzelfde geldt voor het aandeel van de gemeentelijke organisatie in de crisisbestrijding (bevolkingszorg). Brandweer Hoorn maakt deel uit van de Veiligheidsregio Noord-Holland Noord. Via deze gemeenschappelijke regeling is de hulpverlening bij crises, rampen en zware ongevallen gewaarborgd. De gemeentelijke brandweerorganisatie zit in een overgangssituatie. De Wet Veiligheidsregio schrijft voor dat lokale brandweerkorpsen per 1 januari 2014 regionaal georganiseerd moeten zijn. Samenwerking leidt tot meer efficiency en een betere voorbereiding op grootschalige incidenten. Naast het uitvoeren van gemeenschappelijke doelstellingen, streeft Hoorn ernaar in regionaal verband een zo hoog mogelijke kwaliteit tegen een zo gunstig mogelijke prijs te realiseren. Speerpunten van regionaal beleid zijn: minder brand doordat inwoners en bedrijven zich meer bewust zijn van de risico’s. Een tweede belangrijke doelstelling is dat de brandweerzorg betrouwbaar, betaalbaar en op tijd is. Een slimmere organisatie via regionalisering is daarbij een belangrijk middel. Rol gemeenteraad De regionalisering betekent dat het komende jaar in het licht staat van een fundamentele stelselwijziging. Door het overdragen van de verantwoordelijkheid voor de brandweerzorg naar het Algemeen bestuur van de VR NHN wordt per 1 januari 2015 de rol van college en de gemeenteraad aanzienlijk beperkt. Vanaf 1 januari 2015 verandert er voor het gemeentebestuur het volgende: het Algemeen Bestuur stelt eens in de vier jaar het beleid vast voor de brandweerzorg binnen de Veiligheidsregio. Voorafgaand daaraan stellen de gemeenten bij raadsbesluit vast wat de doelstellingen zijn die de gemeente betreffende de brandveiligheid en de werkwijze en kwaliteit van de brandweerzorg nastreeft (art. 3a wet VR). Daarnaast kan de raad ieder jaar bij het vaststellen van de begroting en jaarrekening een zienswijze meegeven.


19

Tabel 13 Doelen en activiteiten beleidsveld 1.1 Brandweer en rampenbestrijding Doelen 2014

Activiteiten

Minder brand  Brandveilig Leven



continueren en verder ontwikkelen van de regionale- en lokale projecten, die zijn geborgd in de regionale en daaruit afgeleide lokale visie Brandveilig Leven 2013-2014



focus op brandveiligheid bij bedrijventerreinen. Kernwoorden hierin zijn: creëren van bewustwording en het nemen van eigen verantwoordelijkheid van bedrijven. Indien niet mogelijk worden de publiekrechtelijke en privaatrechtelijke mogelijkheden om brandveiligheid af te dwingen onderzocht. Inzettactieken van de brandweer worden aangepast op genomen brandpreventieve maatregelen



invulling brandweerzorg op het water: inrichten van de organisatie op het water (vervangen brandweervaartuig september 2013). In april 2014 een aan de KNRM gelieerd station ingericht hebben visie op brandweerduiken



Brandveilig Ondernemen

betrouwbaar betaalbaar op tijd

 slimmer organiseren

Voorbereiden van regionalisering:  de commandant van Hoorn wordt vanaf 1 januari 2014 functioneel aangestuurd door de regionale commandant van de Veiligheidsregio Noord-Holland Noord  in gesprek gaan over wijze waarop raad in toekomst betrokken wordt bij regionaal beleid en begroting  overdragen van onroerend en roerende goederen, personeel en ontvlechting van overhead

Naast bovenstaande (vernieuwde) beleidszaken moet de brandweer te allen tijde voldoen aan de verantwoordelijkheden in het kader van de brandweerzorg. Deze zijn in 2014 nog lokaal belegd. De dagelijkse taken gaan daarmee door, tevens conform bovenstaande beleidsdoelen. Hieronder wordt bijvoorbeeld verstaan het uitvoering geven aan het Beleidsplan Opleiden en Oefenen (BOOB). Voorbereiden op regionalisering Het jaar 2014 staat in het teken van de inrichting van de regionale brandweerorganisatie. Aandachtspunten in het transitiejaar zijn o.a.: overdracht van gebouwen en roerende goederen, ontvlechting van overhead en het overplaatsen van personeel. Brandveilig leven en ondernemen De koers die de komende jaren uitgezet wordt, gaat uit van meer investeren in risicobewust denken en brandveiligheid bij het ontwerpen en bouwen van objecten (voorkomen) in plaats van het blijven investeren in meer bluscapaciteit (bestrijden). Deze koers is bevestigd in de motie die op 6 november 2012 door de gemeenteraad is aangenomen. Het regionale visiedocument Brandveilig Leven 2013-2014, heeft de basis gelegd voor de gestructureerde uitvoering van Brandveilig Leven projecten in Hoorn. Een onderdeel dat aan de visie wordt toegevoegd is het meten van de daadwerkelijke effectiviteit van deze projecten. Brandveilig Ondernemen moet ten opzichte van Brandveilig Leven nog een behoorlijke ontwikkeling doormaken. Het creëren van bewustwording en nemen van eigen verantwoordelijkheid staat ook hierin centraal. Indien ondernemers hierin niet overtuigd worden, moet gezocht worden naar publiekrechtelijke en privaatrechtelijke mogelijkheden om brandveiligheidsmaatregelen af te dwingen. Invulling brandweerzorg op het water De blusboot en de reddingsboot worden vervangen door een vaartuig dat als blusboot en reddingsboot kan worden ingezet. Het voornemen is een organisatie in te gaan richten die voldoet aan de inrichtingseisen van de KNRM. Het doel is om vervolgens in april 2014 een aan de KNRM gelieerd reddingsstation in Hoorn te hebben. Voor deze organisatie worden nieuwe vrijwilligers

20


geworven. Om het nog op te richten organisatie voor het 'Reddingstation Hoorn' op een adequate wijze te kunnen huisvesten, worden voorstellen uitgewerkt. Visie op brandweerduiken Door een bezuinigingsmaatregel (vanuit het algemeen bestuur VR NHN) is het aantal regionale duikteams terug gebracht van drie naar twee: Hoorn en Heerhugowaard. Er is door het bestuur van de VR NHN besloten om bezuinigingen die een onomkeerbaar effect hebben, voorlopig te financieren uit de algemene reserves van VR NHN. Mocht de afschaffing van het duikteam in Hoorn aan de orde komen, dan doet het college aan de gemeenteraad een voorstel hoe hiermee om te gaan. Regionaal Gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Noord-Holland Noord en de HALT-regeling is opgenomen in de paragraaf verbonden partijen.

1.2 Beleidsveld Openbare orde en veiligheid Doelstelling Samen sterk voor een veiliger Hoorn! Dit is in de Veiligheidsambitie als volgt verwoord:   

In Hoorn woon je veilig en wordt de geïnventariseerde woonoverlast zichtbaar aangepakt. In Hoorn kun je veilig uitgaan en wordt de geïnventariseerde uitgaansoverlast zichtbaar aangepakt; In Hoorn werken bewoners, instellingen, ondernemers, gemeente en politie samen aan het realiseren van deze ambitie.

Tabel 14 Doelen en activiteiten beleidsveld 1.2 Openbare orde en veiligheid Doelen 2014

Activiteiten

Veiligheidshuis NHN 

voor elke casus een sluitend plan van aanpak

  

voortzetten van de multi-probleem casusoverleggen; incl. input vanuit de doelen Veilig Uitgaan en Veilig Wonen persoons- en groepsgerichte aanpak verder ontwikkeling en toepassing van de vlinderstrikfilosofie: verbinding zorg en veiligheid

Uitvoering geven aan ambitie Veilig Uitgaan (doelstellingen t.o.v. 2010):


21

Doelen 2014

Activiteiten





       

horeca, politie en gemeente werken samen aan veiligheid geweld in de uitgaansgebieden is gedaald en de daling is tenminste gelijk aan NHN vernielingen in Hoorn zijn op vrijdag en zaterdag met 12,5 procent gedaald capaciteit HIT-team politie is inzetbaar in de gehele Binnenstad en aan- en afvoerroutes in de cafés worden geen drugs aangetroffen de overlast van coffeeshops wordt zichtbaar aangepakt uitgaansoverlast is met betrokkenen geïnventariseerd en geprioriteerd de geprioriteerde overlast wordt zichtbaar aangepakt invoeren tijdelijk en flexibel cameratoezicht voor handhaving van de openbare orde



 

   

door persoonsgerichte aanpak / Veiligheidshuis aanpakken van de raddraaiers die voor de grootste problemen zorgen verder intensiveren en herverdelen van verantwoordelijkheden in handhaving; o.a. grotere rol voor portiers, toepassen toegangsontzegging door de ondernemers, gebiedsontzegging, handhaving Drank- en Horecawet en APV voortzetten aanpak indrinkplekken d.m.v. project Wakkere Ouders verbeteren publiekstroom van café naar huis, met name het samenkomen op het Kerkplein door de aanwezigheid van fietsenstallingen en taxistandplaatsen. Hiervoor wordt de herinrichting van het Kerkplein onderzocht continu optimaliseren van de communicatie tussen horeca, bewoners, politie en gemeente door middel van de Kwaliteitsmeter Veilig Uitgaan voortzetting inzet van sfeerbeheer in de horecagebieden intensivering naleving horeca door gericht toezicht/ handhaving monitoren effecten cameratoezicht in binnenstad

Uitvoering geven aan ambitie Veilig Wonen (doelstellingen t.o.v. 2010):        

bewoners, politie, woningcorporatie en gemeente werken samen aan veiligheid woonoverlast in de slecht scorende wijken geïnventariseerd en geprioriteerd de geprioriteerde overlast wordt zichtbaar aangepakt woninginbraken zijn met 10 procent gedaald aangetroffen hennepkwekerijen zijn met 50 procent gedaald deelname Burgernet en respons op oproepen tot melden en getuigen stijgt voortdurend bij stedelijke ontwikkeling is (sociale) veiligheid voor alle partijen een vast aandachtspunt terugdringen overlast jongeren

   

voortzetten aanpak hennepkwekerijen voortzetten gebiedsgerichte aanpak, onder meer Borstwering, Grote Waal en hanggroeplocaties nieuwe maatregelen ontwikkelen en toepassen om woninginbraken terug te dringen voortzetten van de integrale aanpak overlast hangjongeren door het draaiboek Jeugdoverlast

Partnerschap:   

burgers en bedrijven weten wat de  overheid van hen verlangt m.b.t. veiligheid  burgers en bedrijven weten wat zij van de overheid mogen verwachten m.b.t. veiligheid burgers en bedrijven vinden dat de  juiste veiligheidsproblemen worden aangepakt en voelen zich betrokken bij de aanpak daarvan

vaststellen en uitvoering geven aan het plan van aanpak Signalering en Preventie betrokken partijen (burgers, maatschappelijke instanties en dergelijke) continu betrekken bij de ontwikkeling en uitvoering van het Veiligheidsbeleid 2014 – 2018. Onder meer door middel van een symposium/veiligheidspanel actieve communicatie, rolverdeling

Jeugd Alcohol en Drugs (doelstellingen tot 2015 t.o.v. 2009)

22


Doelen 2014

Activiteiten

Alcoholgebruik onder 16 (18) jaar  

de oudertolerantie (verzet ouders)  is met 22 procent gedaald; de startleeftijd is gestegen naar 14 jaar;

Met alcoholverstrekkers afspraken maken hoe zij verbetering van de naleving van de leeftijdsgrens van 18 jaar gaan realiseren.



Met de horeca afspraken maken over aanpak van het doorschenken aan bezoekers (naleving hiervan bedroeg in 2009 maar 7 procent)

Alcoholgebruik jongeren tot 23 jaar: onder 16 (18) jaar en boven 16 (18) jaar:    

ooit alcohol gedronken is gedaald  met 15 procent (onder 16) en 14  procent (boven 16) actueel alcoholgebruik is gedaald met 10 procent en 11 procent overmatig alcoholgebruik is ge daald met 13 procent en 26 procent afgelopen maand gedronken is gedaald met 7 procent en 24 procent

Voortzetten hotspot gerichte aanpak van het toezicht. Voortzetten van het aanbieden van interventies zoals elektronische modules alcohol en blowen op het Voortgezet Onderwijs en Dat drinkt niet of Roken en Alcohol een ander verhaal op het basisonderwijs. Ook wordt er ingezet op ouderbetrokkenheid. Voortzetten van de Training Leren Signaleren voor professionals en vrijwilligers die veel met jongeren omgaan. Voor het bijbehorende meldpunt (Meldpunt Zorg voor Jeugd) wordt binnen de ontwikkelingen op het gebied van de CJG’s en de Jeugdzorg of binnen de OGGZ-keten een passende plaats gevonden.

Naleving leeftijdsgrens alcoholverkoopverbod onder 16 (18) jaar (doelstelling t.o.v. 2011)     

supermarkten is met 27 procent gestegen slijterijen is met 27 procent gestegen cafés/discotheken is met 53 procent gestegen cafetaria’s is met 47 procent gestegen sportkantines is met 31 procent gestegen



drugs: handhaven van de bestaande norm: geen harddrugs en softdrugs alleen in daarvoor bestemde coffeeshops.



het percentage jongeren in NHN dat de afgelopen maand wel eens softdrugs heeft gebruikt is van 18 procent in 2009 gedaald naar 16 procent in 2015.



het percentage jongeren in NHN dat de afgelopen maand wel eens harddrugs heeft gebruikt is 3 procent gedaald naar 2 procent in 2015.



het percentage jongeren in NHN dat in de afgelopen maand softdrugs heeft gebruikt is van 8 procent in 2009 gedaald naar 6 procent in 2015.



het percentage jongeren in NHN dat in de afgelopen maand harddrugs heeft gebruikt, blijft met 1% in 2014 gelijk aan 2009

Veiligheidshuis Het Veiligheidshuis West-Friesland gaat per 1 januari 2014 fuseren met de Veiligheidshuizen Den Helder en Alkmaar tot het Veiligheidshuis Noord-Holland Noord. Voor 2014 richt het knooppunt


23

West-Friesland zich op complexe casuïstiek betreffende jeugdzaken, veelplegers, huiselijk geweld, mensenhandel en High Impact Crimes. High Impact Crimes zijn overvallen, straatroven, woninginbraken en geweldsdelicten. Deze laatste omdat zoals blijkt uit onderzoek recidiverende jeugdige geweldplegers relatief vaak daarna een overval of straatroof plegen. De financiering van het Veiligheidshuis is onderdeel van die van de Gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Noord-Holland Noord . Veilig Uitgaan Kwaliteitsmeter Veilig Uitgaan Veilig Uitgaan is een onderwerp waar het afgelopen jaar veel energie in is gestoken door de gemeente en diverse publieke en private partijen. Partnerschap is een essentiële voorwaarde voor het verbeteren van de veiligheidssituatie in met name de horecagebieden en straten grenzend aan deze gebieden. Horecaondernemers, bewoners, politie en gemeente inventariseren gezamenlijk de problemen rondom uitgaan en komen met voorstellen om het op te lossen. In 2012 is in de zomermaanden gestart met sfeerbeheer in de horecagebieden. De kosten hiervan zijn betaald door de horecaondernemers, Horeca Nederland en de gemeente. Voor 2014 en volgende jaren wordt de horecaondernemers een bijdrage gevraagd via de reclamebelasting. Het is nog niet duidelijk of dit bedrag jaarlijks beschikbaar wordt gesteld. Coffeeshops In 2012 heeft de raadscommissie aan de burgemeester geadviseerd om twee nieuwe coffeeshops te laten vestigen in Hoorn. Hierbij moet er één coffeeshop gevestigd worden in de binnenstad en de ander aan de rand van de stad. Dit is in 2013 gerealiseerd. Ook wordt er eind 2013 nieuw coffeeshopbeleid vastgesteld op basis van het regionale model. In 2014 worden beide locaties met betrokkenen geëvalueerd. Veilig Wonen Aanpak woninginbraken Er zijn zeven bewonersbijeenkomsten gehouden in wijken met de meeste inbraken. Doel was de bewustwording bij bewoners te vergroten en handelingsperspectief te bieden. In 2014 worden nieuwe maatregelen ontwikkeld en toegepast. Dit gebeurt in samenspraak met betrokken veiligheidspartners. Partnerschap De verantwoordelijkheid voor veiligheidszorg moet daar worden opgepakt waar de grootste mogelijkheden tot beïnvloeding bestaan. De burger houdt zijn huis veilig, de winkeliers hun winkelcentrum. In onze risicosamenleving past verder het besef dat onveiligheid niet volledig valt uit te bannen. Er moet duidelijkheid ontstaan over realistische verwachtingen en verantwoordelijkheden tussen samenleving en overheid, over en weer. Partnerschap wordt gezien als een belangrijke factor voor het Lokaal Integraal Veiligheidsplan. Signaleren van en grip op het ontstaan van nieuwe problematiek is ook een nadrukkelijk aandachtspunt, daarom worden partners ook in 2014 betrokken bij de aanpak van veiligheid. Jeugd, alcohol & drugs Het alcoholmatigingsbeleid is in het Coalitieakkoord 2010-2014 benoemd als topprioriteit. Op 10 juli 2012 heeft de gemeenteraad de Kadernotitie aanpak jeugd, alcohol en drugs 2012-2015, 'Jeugd, Gezondheid en Veiligheid in Noord-Holland Noord' vastgesteld. De aanpak blijft ook in 2014 onverminderd gericht op de preventieve en de repressieve kant. Afstemming vindt plaats met de ambities uit de Nota Lokaal Gezondheidsbeleid 2013-2016 en de nieuw op te stellen Veiligheidsambitie. De activiteiten zijn gericht op het bereiken van de ambities in 2015. Daarbij moet rekening worden gehouden met de leeftijdsverhoging voor aankoop van alcohol van 16 naar 18 jaar met ingang van 1 januari 2014. Handhaving Nota uitgangpunten Gemeentebreed Handhavingsbeleid Gemeente Hoorn, 'Van visie naar doen' Deze nota bevat de kaders waarbinnen in Hoorn het handhavingsbeleid wordt uitgevoerd. Eind 2013 komt er een nieuwe visienota op handhaving. De nieuwe visie stuurt aan op 'toezicht op maat'. De burger wordt gestimuleerd om de regels na te leven anders dan met alleen traditioneel

24


toezicht. Gedragsbeïnvloeding en eigen verantwoordelijkheid van burgers zijn belangrijke elementen in de nieuwe aanpak. Meerjarenplanning Veiligheid 2010 – 2018 In 2013 is een stads/- regioscan uitgevoerd, waarin de belangrijkste veiligheidsproblemen voor Hoorn en de regio Westfriesland zijn onderzocht. Dit onderzoek vormt de basis voor het nieuwe Veiligheidsbeleid 2014 – 2018. Dit bestaat uit een gemeentebreed veiligheidsplan waarin alle veiligheidsthema’s binnen de gemeente aan de orde komen (Lokaal Integraal VeiligheidsPlan – LIVP). Daarnaast wordt een nieuwe veiligheidsambitie geformuleerd, met hierin focus op de prioriteiten binnen het veiligheidsveld. De vaststelling van de ambitie vindt plaats na de vorming van het nieuwe college, zodat aandachtspunten van het college hierin worden opgenomen.


Begroting 2013

saldo

saldo

lasten

baten

saldo

2015

2016

2017

Brandweer en rampenbestrijding

4.552

4.898

5.353

115

5.238

5.280

5.230

5.211

Openbare orde en veiligheid

1.993

2.040

3.425

718

2.707

2.726

2.657

2.660


6.545

6.938

8.778

833

7.945

8.006

7.887

7.871


13

-

-

-

-

-


65

12

-

-

-

-

6.493

6.926

7.945

8.006

7.887

7.871

Resultaat

Begroting 2014

Meerjarenraming


Bedrag V/N

Beleidsveld Brandweer en rampenbestrijding Toerekening van kosten voor personeel en ondersteunende taken

317 N

Hogere kapitaallasten.

70 N

Het Veiligheidshuis Noord-Holland Noord start in 2014. Vanaf 2014 betaalt Hoorn hiervoor een bijdrage aan de Veiligheidsregio.

29 N

In 2013 is er optische geluidssignaleringsapparatuur aangeschaft.

50 V

Lagere bijdrage aan de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio door gerealiseerde ombuigingen.

19 V

Beleidsveld Openbare orde en veiligheid Toerekening van kosten voor personeel en ondersteunende taken

698 N

In 2013 is er budget beschikbaar gesteld voor meerdaagse gerichte hennepcontrole en voor advocaatkosten rond de bestemming van coffeeshops.

27 V


12 N

Toelichting toerekening van kosten voor personeel en ondersteunende taken De personeelslasten zijn op basis van een nieuwe methode van kostentoerekening over de programma’s verdeeld. Gezien over alle programma’s is de uitwerking van de nieuwe systematiek neutraal. Zie ook de tekst in de Kadernota 2013.


25

Toelichting investeringen in 2014 In 2014 is een aantal vervangingsinvesteringen gepland zoals meetapparatuur, duikbenodigdheden en een commandovoertuig. Toelichting mutaties reserves 2014 In 2014 zijn er binnen dit programma geen verrekeningen met reserves geraamd. Toelichting mutaties voorzieningen 2014 In 2014 zijn er binnen dit programma geen verrekeningen met voorzieningen geraamd.

26


Programma 2 Verkeer, vervoer en waterstaat Hoofddoelstelling De inrichting en het beheer van de openbare ruimte is van een dusdanig niveau dat de gemeente Hoorn schoon, heel, veilig en goed toegankelijk is voor iedereen, met een vlotte afwikkeling van het verkeer. Beleidsvelden 2.1 Wegen, straten en pleinen 2.2 Verkeer en vervoer 2.3 Parkeren 2.4 Water- en havenbeheer Het beheer van openbaar groen en speelplekken valt onder programma 5. Er ligt een nauwe relatie met programma 8: onder andere de Hoornse Poort/toegangsweg binnenstad/Pelmolenpad en de aanpak van de woonomgeving (wijkaanpak). De beleidskaders van dit programma zijn opgenomen in bijlage 7.

2.1 Beleidsveld Wegen, straten en pleinen Doelstelling De openbare ruimte is schoon, heel, veilig, kindvriendelijk, goed toegankelijk en goed verlicht. Hoorn moet de omslag van groei- naar beheergemeente verder maken. Daarom voert Hoorn het onderhoud en beheer in de openbare ruimte planmatig uit, met beheerplannen voor alle onderdelen, met bijbehorende budgetten. Hierbij wordt het rapport van de rekenkamercommissie als uitgangspunt genomen.

Tabel 17 Doelen en activiteiten beleidsveld 2.1 Wegen, straten en pleinen Doelen 2014

Activiteiten

een goed functionerend wegennet

     

kwaliteitstoets verrichten aan de hand van jaarlijkse wegeninspecties uitvoeren groot onderhoudsplan elementenverharding: Achter de Vest, Hunzeweg uitvoeren groot onderhoudsplan asfaltverharding: Blokmergouw uitvoeren van reconstructies: Dampten (noord-zuidverbinding bij de scholen), Protonweg (volledig), Keern (stuk tussen Westfriese Parkweg en Berkmergouw) uitvoeren reconstructies fietspaden: Rondeelstraat, Zwaagmergouw en Spaarneweg aanbesteden meerjarig inspectiecontract wegen

goed functionerende civiele kunstwer-  ken  

uitvoeren beheer- en onderhoudsplannen vervangen circa 600 meter geluidsscherm Provincialeweg vervangen deel kademuren: gehele noordzijde van Onder de Boompjes (doorroesten damwand en loslaten verankering); het doodlopend stuk van het Munnickenveld (vervorming scheurvorming gemeten)

een goed functionerende openbare ver-  lichting die de verkeersveiligheid en sociale veiligheid waarborgt

vervangen lampen, lichtmasten en armaturen

Uitvoeren reconstructies/herinrichtingen Een nader onderzoek naar asfaltwegen die op basis van leeftijd en kwaliteit in aanmerking komen voor reconstructie (algehele vervanging) is in 2010 afgerond. Op basis van prioriteiten en beschikbaar budget zijn de reconstructies verdeeld over de jaren 2011-2014. In 2014 wordt ook doorgegaan met reconstructies van vrijliggende asfaltfietspaden die vanwege boomwortelschade


27

niet meer met de beschikbare middelen te onderhouden zijn. Een belangrijk deel van de ombuigingen is gerealiseerd met het meerjarig contract voor de verhardingen. Aanbesteden meerjarig inspectiecontract Wegen In 2013 is een inspectiecontract afgesloten voor wegen. Omdat het eenjarige contract niet verlengd is, wordt eind 2013/begin 2014 een aanbesteding gepland voor het opnieuw afsluiten van een (meerjarig) inspectiecontract voor wegen.

2.2 Beleidsveld Verkeer en vervoer Doelstelling Een leefbare, veilige verkeersruimte met een vlotte afwikkeling van het verkeer. Het oplossen van knelpunten in de infrastructuur, die lange wachttijden voor automobilisten veroorzaken, wordt gezien als een vorm van milieubeleid.

Tabel 18 Doelen en activiteiten beleidsveld 2.2 Verkeer en vervoer Doelen 2014

Activiteiten

fietsgebruik toegenomen



zie paragraaf 2.1 activiteit 'uitvoeren reconstructies/herinrichtingen' voor de fietspaden

vlotte afwikkeling verkeer

 

opwaarderen van de Westfrisiaweg, start uitvoering 2014 het Masterplan Hoofdinfrastructuur wordt kritisch tegen het licht gehouden om te bezien welke kruisingen er aangepast moeten worden

verkeersveilige omgeving voor jong en oud

  

organiseren ANWB Streetwise en Verkeersmarkt brugklassers voortgezet onderwijs monitoren verkeersdruk omgeving Bangert & Oosterpolder verkeerscirculatieplan Havenkwartier vaststellen



opstellen visie openbaar vervoer

optimaal netwerk van openbaar vervoer

Organiseren ANWB Streetwise en Verkeersmarkt brugklassers voortgezet onderwijs Er is subsidie verkregen voor vier educatieve projecten op het gebied van de verkeersveiligheid. Het betreft voor het basisonderwijs het project 'ANWB Streetwise' en voor het voortgezet onderwijs de projecten 'Verkeersmarkten voor brugklassers', 'Roadsense' en 'Alles onder controle'. De uitvoering van deze projecten vindt plaats in schooljaar 2013 -2014. Monitoren verkeersdruk omgeving Bangert & Oosterpolder In de ontwikkelfase van Bangert en Oosterpolder is niet te voorkomen dat de verkeersdruk op de linten toeneemt. Het extra verkeer mag echter niet leiden tot verkeersonveilige situaties. Op het moment dat een dergelijke situatie dreigt te ontstaan, worden passende maatregelen genomen. In 2008 is gestart met een telprogramma, dat in de afgelopen jaren is voortgezet. Ook in de komende jaren wordt het telprogramma voortgezet, om in te kunnen grijpen op het moment dat het nodig is. Opstellen visie openbaar vervoer De huidige concessie voor het busvervoer in Noord-Holland Noord loopt medio 2016 af. De provincie Noord-Holland stelt voor de nieuwe concessie een programma van eisen op. De gemeenten worden daarbij betrokken. Om goede input te leveren bij de provincie is het noodzakelijk om een duidelijke visie te hebben op het openbaar vervoer. Deze visie gaat in op de beschikbare routes, inzet kleine bussen, de toegankelijkheid van het openbaar vervoer voor mindervaliden op dynamische, op statische reisinformatie en op het stimuleren van het gebruik van het openbaar vervoer.

28


2.3 Beleidsveld Parkeren Doelstelling Het optimaal reguleren van vraag naar en aanbod van parkeervoorzieningen.

Tabel 19 Doelen en activiteiten beleidsveld 2.3 Parkeren Doelen 2014

Activiteiten

voldoende parkeerruimte

      

digitalisering van parkeervergunningen onderzoeken vergunningparkeren op betaald parkeren plekken uitvoeren van beheer- en onderhoudswerkzaamheden aan parkeermeters, parkeerautomaten en parkeerverwijssystemen vervanging alle parkeerautomaten in 2014 continuering diensten: onderhoud parkeerautomaten, inhuur fiscalisten, geldtransport en verwerking naheffingsaanslagen invoeren digitale handhaving realiseren tijdelijke parkeergarage transferium (zie programma 8 Poort van Hoorn)

Onderzoeken vergunningparkeren op fiscale parkeerplaatsen Deze collegeperiode wordt een besluit genomen over vergunningparkeren op betaald parkeren plekken.

2.4 Beleidsveld Water- en havenbeheer Doelstelling Een aantrekkelijk, veilig en gezond watersysteem van het openbare water in de gemeente.

Tabel 20 Doelen en activiteiten beleidsveld 2.4 Water- en havenbeheer Doelen 2014

Activiteiten

kwalitatief goed water met duurzame belevingswaarde

  

haven schoon, veilig en bereikbaar


 

samen met het hoogheemraadschap een nieuw waterplan opstellen uitvoering baggerplan afronden, in Risdam-zuid, Kersenboogerd en Hoorn80 per 1 januari 2014 gaat het onderhoud van het stedelijk water over naar het hoogheemraadschap, uitgezonderd het opruimen van zwerfvuil en kadavers legen afvalbakken en verwijderen zwerfvuil uit havens. opstellen onderhoudsplan elektriciteitsvoorziening

29


Begroting 2013

saldo

saldo

lasten

baten

saldo

2015

2016

2017

Wegen, straten en pleinen

6.980

8.527

14.966

571

14.395

15.219

11.664

11.014

Verkeer en vervoer

1.596

1.638

1.175

7

1.168

1.213

1.207

1.202

-1.595

-2.167

3.940

4.600

-660

-2.273

-2.281

-2.291

Water- en havenbeheer

1.092

1.514

1.270

300

970

326

433

1.201


8.073

9.512

21.351

5.478

15.873

14.485

11.023

11.126


7.139

4.022

2.855

4.462

4.493

4.506


7.049

5.349

9.379

9.254

5.704

5.088

Resultaat

8.163

8.185

9.349

9.693

9.812

10.544

Parkeren

Begroting 2014

Meerjarenraming


Bedrag V/N

Beleidsveld Wegen, straten en pleinen 68 V

Toerekening van kosten voor personeel en ondersteunende taken Hogere kapitaallasten.

723 N

In 2014 starten de werkzaamheden voor uitbreiding van de Westfrisiaweg en betalen wij een bijdrage aan de Provincie. Deze bijdrage wordt verrekend met de reserve Westfrisiaweg.

6.000 N

De uitvoeringskosten beheer civiele kunstwerken verschillen per jaar. Deze kosten worden verrekend met de reserve onderhoud kapitaalgoederen.

633 V

Een incidentele bijdrage aan het krediet voetgangersbrug NS in 2013. Deze bijdrage wordt verrekend met de Algemene reserve.

318 V

De uitvoeringskosten verhardingen verschillen per jaar. Deze kosten worden verrekend met de reserve onderhoud kapitaalgoederen.

123 N

Door areaaluitbreiding in 2014 stijgen de uitgaven voor dagelijks onderhoud.

34 N

Verrekening met reserves.

4.923 V

Beleidsveld Verkeer en vervoer 391 V

Toerekening van kosten voor personeel en ondersteunende taken Hogere kapitaallasten.

89 N

In 2013 is een incidentele bijdrage beschikbaar gesteld voor de aanleg van de ontsluitingsweg Missiehuis. Het budget voor fietsmaatregelen verschilt per jaar.

150 V 24 V

Beleidsveld Parkeren (alle verschillen op dit beleidsveld worden verrekend met de reserve parkeren en infrastructuur en zijn dus budgettair neutraal) Toerekening van kosten voor personeel en ondersteunende taken

16 V

Hogere kapitaallasten.

53 N

Voor de afkoop parkeerexploitatie Blauwe Berg is in 2014 budget geraamd.

1.600 N

De parkeerinkomsten zijn in 2013 verlaagd. Daarnaast hogere parkeerinkomsten vanaf 2014 voor parkeerterrein hotel en bioscoop Blauwe Berg.

30

134 V


Toelichting per beleidsveld

Bedrag V/N

Beleidsveld Water en havenbeheer Toerekening van kosten voor personeel en ondersteunende taken

82 V

Lagere kapitaallasten.

37 V

De onderhoudskosten voor baggeren verschillen per jaar. Deze kosten worden verrekend met de reserve onderhoud kapitaalgoederen.

274 V

Vanaf 2014 neemt het Hoogheemraadschap de schouwwerkzaamheden van het stedelijk water over van de gemeente Hoorn.

144 V


274 V

Toelichting toerekening van kosten voor personeel en ondersteunende taken De personeelslasten zijn op basis van een nieuwe methode van kostentoerekening over de programma’s verdeeld. Gezien over alle programma’s is de uitwerking van de nieuwe systematiek neutraal. Zie ook de tekst in de Kadernota 2013. Toelichting investeringen in 2014 In 2014 is een aantal grote investeringen gepland waaronder vervanging van wegen, fietspaden, openbare verlichting, houten bruggen, kademuren, beschoeiingen, handterminals (parkeren), VRI’s Johannes Poststraat - P. Bleijstraat, Zwaagmergouw - Blokmergouw, Keern – Dampten. Toelichting mutaties reserves in 2014 Reserve onderhoud kapitaalgoederen Om de kosten van het (toekomstig) groot onderhoud aan wegen en civiele kunstwerken te dekken, worden de volgende bedragen gestort in de reserve onderhoud kapitaalgoederen:  

Wegen Civiele kunstwerken

€ 1.794.000 € 396.000

Op grond van het onderliggend beheerplannen wordt er in 2014 voor het groot onderhoud wegen, civiele kunstwerken en baggeren onttrokken aan de reserve onderhoud kapitaalgoederen.   

Wegen Civiele kunstwerken Baggeren

€ 1.892.000 € 399.000 € 650.000

Reserve parkeren en infrastructuur Het saldo van het product betaald parkeren wordt verrekend met de reserve parkeren en infrastructuur. In 2014 bedraagt deze storting € 659.000. Er wordt ter dekking van kapitaallasten een bedrag van € 108.000 onttrokken. Verder wordt er een bedrag van € 50.000 onttrokken aan de reserve voor de aanleg van rode fietsstroken (onderdeel van Masterplan Hoofdinfrastructuur). Reserve Oostereiland De kapitaallasten voor de brug naar het Oostereiland en de inrichting van de openbare ruimte, steiger en de kade/oever van het Oostereiland en Botterwerf, in totaal € 285.000, worden ten laste gebracht van deze reserve. Reserve Westfriaweg In 2014 starten de werkzaamheden voor uitbreiding van de Westfrisiaweg en betalen wij een bijdrage ad € 6.000.000 aan de Provincie. Deze bijdrage wordt verrekend met de reserve Westfrisiaweg. Toelichting mutaties voorzieningen in 2014 In 2014 zijn er binnen dit programma geen verrekeningen met voorzieningen geraamd.


31

Programma 3 Economische zaken Hoofddoelstelling Het realiseren van een optimaal vestigingsklimaat voor bedrijven (waaronder starters en ZZP’ers) en instellingen om werk en inkomen te genereren voor de inwoners van Hoorn en de regio. Door het scheppen van goede voorwaarden en het bieden van de juiste faciliteiten kunnen de economische potenties van Hoorn worden benut. Hoorn heeft met de historische binnenstad, Zevenhuis en de ontwikkelingsmogelijkheden in de Poort van Hoorn goede troeven in handen. Een goede samenwerking en afstemming op het gebied van arbeidsmarkt, onderwijs en kunst en cultuur is hierbij noodzakelijk, zowel op lokaal als regionaal niveau. Beleidsvelden 3.1 Economische zaken 3.2 Toerisme Regeldruk vermindering: zie programma 0. Voor wat betreft de horeca ligt er een nauwe relatie met programma 1 (Drank- en horecawet, sluitingstijden) De beleidskaders van dit programma zijn opgenomen in bijlage 7.

3.1 Beleidsveld Economische zaken Doelstelling Ruimte bieden voor ondernemen en verbeteren van het ondernemersklimaat. De clusters agribusiness, health en leisure zijn hierbij speerpunt gezien de groeipotentie. Dit geldt zowel op lokaal als (boven)regionaal niveau. Versterking van de economie wordt bereikt door meer samenhang in de beleidsvelden economie, arbeidsmarkt, onderwijs en kunst en cultuur. Hoorn wil de kernkwaliteiten verbinden, zoals de historische binnenstad, de havens, de culturele voorzieningen en de detailhandel in de binnenstad. Nog meer dan voorheen wordt de kracht van netwerken opgezocht en ingezet.

Tabel 23 Doelen en activiteiten beleidsveld 3.1 Economische zaken Doelen 2014

Activiteiten

optimaal ondernemersklimaat

        

dempen effecten crisis



verminderen administratieve lasten en regeldruk (zie ook programma 0) deelnemen aan project Bewijs van goede dienst uitvoeren pilot Ondernemingsdossier met de horeca periodiek overleg met ondernemersverenigingen en diverse ondernemersgroepen oprichten van een Creative Board verder ontwikkelen accountmanagement starters ondersteunen met het 'Starterspakket' uitvoering Convenant Stimulering Economie Hoorn en het daarop gebaseerde Jaarplan 2014 van het Lokaal Ondernemers Fonds met Rabobank en Startwijzer uitvoeren project Eerste Hulp bij Ondernemers in nood coördineren en aansturen snelle uitvoering van de Kansenkaart 2.0

verder ontwikkelen Werkgevers  Service Punt West-Friesland (WSP)

bevorderen van de (naams)bekendheid van het WSP en meewerken aan bijeenkomsten. Nauwe samenwerking van Sociale Zaken en Economische Zaken. Zie programma 6

voldoende gevarieerde vestigings-  ruimte voor alle vormen van bedrijvigheid in Hoorn en omgeving 

verder inhoud en uitvoering geven aan het Coördinatiepunt bedrijventerreinen West-Friesland terugdringen van het regionaal overaanbod van werklocaties dat niet aansluit op de marktvraag uitvoeren leegstandstrategie voor bedrijfsgebouwen (zie ook de toelichting)



32


Doelen 2014

Activiteiten

bedrijventerrein Zevenhuis in gebruik

 

gebruikswaarde van bestaande werklocaties op peil

 

in standhouden en verbeteren van een evenwichtige detailhandelsstructuur

    

beter economisch functioneren van  de binnenstad    kansrijke economische clusters agribusiness, health en leisure verder ontwikkeld



  effectieve uitvoering van het regio-  naal economisch beleid in Westfriesland/Noord-Holland Noord  

ondersteunen bij promotie en acquisitie, begeleiden ondernemers bij vergunningentrajecten onderzoek naar versnelling en vereenvoudiging vergunningprocedures (zie programma 8) verdere herprofilering van de oude Stadswerf locatie op De Oude Veiling, continuering van het gevelrenovatiefonds De Oude Veiling (meerjarige aanpak) continueren van parkmanagement en het Keurmerk Veilig Ondernemen op de bedrijventerreinen en kantoorlocaties ondersteunen initiatieven voor revitaliseren winkelcentra ondersteunen en begeleiden herstructureringsplan winkelcentrum De Huesmolen gevolgen ontwikkelingen in detailhandel (Het Nieuwe Winkelen) beleidsmatig ‘vertalen’ naar Hoorn, met name de binnenstad herijken lokaal detailhandelsbeleid Uitvoeren van het marktbeleid (ambulante handel) samenwerking met de Ondernemersvereniging Stad Hoorn gericht op afstemming activiteiten en productontwikkeling vraag en aanbod van kwalitatieve en kwantitatieve ruimte voor detailhandel en horeca meer op elkaar aan laten sluiten onderzoek naar mogelijkheden van gratis Wi-Fi en financieringsbronnen hiervoor (w.o. subsidie) evalueren van de horecanota 'Hoorn gastvrij' realiseren van een agritechcampus bij het Clusiuscollege. Met de agritechcampus een leerlijn VMBO, MBO en HBO mogelijk maken (zie ook programma 4 Onderwijs) en een onderzoekcentrum ontwikkelen met als spin-off de vestiging van creatieve en innovatieve bedrijfjes onderzoek mogelijkheden spin-off cluster health voor leisure, zie het beleidsveld Toerisme als één van de aandeelhouders mede sturing geven aan activiteiten van het Ontwikkelingsbedrijf Noord-Holland Noord als centrumgemeente het initiatief nemen bij het uitvoeren van regionaal economisch beleid kansen zoeken en benutten die bij de Metropool Regio Amsterdam ontstaan

Leegstandstrategie voor bedrijfsgebouwen Leegstand van kantoren, winkels en bedrijfspanden komt steeds vaker voor. Enerzijds heeft dit te maken met de huidige economische situatie, anderzijds heeft dit te maken met factoren als het nieuwe werken, de sterke opkomst van e-commerce, de courantheid van het bedrijfsonroerend goed en de ligging hiervan. Ook als de economie in de toekomst weer aantrekt, heft dit naar verwachting de leegstand niet op. In het vierde kwartaal van 2013 worden hierover voorstellen gedaan. Regionaal economisch beleid Op de schaal van Westfriesland wordt gewerkt aan een economische agenda. Speerpunten daarin zijn de clusterbenadering, het aanbod van bedrijventerreinen en de herijking van de regionale detailhandelsnota. Daarnaast wordt aangehaakt op specifiek Westfriese kernkwaliteiten, zoals de composietindustrie, de bouw en de kwaliteiten van de stedelijke economie van Hoorn en in mindere mate Enkhuizen. Naast de genoemde kwaliteiten is ook de zorg voor het bestaande bedrijfsleven aandachtspunt in de economische agenda. Bij de uitvoering van de economische agenda wordt mede het Ontwikkelingsbedrijf NHN ingezet.


33

3.2 Beleidsveld Toerisme Doelstelling Het aantal bezoekers en toeristen binnen Hoorn gedurende het hele jaar vergroten en het verblijf verlengen. Uitgangspunt hierbij is dat Hoorn zich onderscheidt van andere toeristische bestemmingen in Noord-Holland (Noord) door de unieke combinatie van de (VOC) cultuur, de havens aan het Markermeer en kwalitatief shopping-plezier dat wordt versterkt door een sterk evenementenaanbod.

Tabel 24 Doelen en activiteiten beleidsveld 3.2 Toerisme Doelen 2014

Activiteiten

de kernkwaliteiten van Hoorn zijn in  de markt gezet met het merk  'Hoorn moet je voelen'   de promotie van Hoorn op toeristisch gebied is verbeterd

 

er zijn meer faciliteiten voor meerdaags verblijf in Hoorn



stimuleren van productontwikkeling       organisatie havens is verbeterd

 

inhalen achterstand en versterken aantrekkingskracht van de haven

     

minimaal 350 aanlandingen witte vloot per jaar en beter inzetten op de motorchartervaart

34

 

uitvoering geven aan de besluitvorming over de citymarketing de zes benoemde A-evenementen beter in de markt zetten en zoeken naar combinaties met andere evenementen en marktpartijen het verder uitwerken van ‘Het verhaal van Hoorn’ op basis van de Structuurvisie aansluiten bij de marketingplannen van de metropoolregio Amsterdam in de (prestatie)afspraken en de overeenkomsten met de toeristische partners de promotie van Hoorn beter verankeren actieve deelname aan en het verder mee-ontwikkelen van het Toeristisch Platform Hoorn stimuleren van het uitbreiden van het aantal camper overnachtingplaatsen stimuleren van het ontwikkelen van meerdaagse evenementen, arrangementen en acties om de bezoekers langer aan Hoorn en de regio te binden behoud van bestaande evenementen en het stimuleren van de ontwikkeling en het uitbouwen ervan. Waar mogelijk kijken naar combinaties verdere regionale uitbouw van de Westfriese Waterweken en de Fiets4Daagse Hoorn / Westfriesland met het projectbureau Westfriese Omringdijk uitvoering geven aan de ontwikkeling van activiteiten door actieve deelname aan Leisure Board het bezoek aan Hoorn en de regio Westfriesland stimuleren in overleg met het Recreatieschap West-Friesland het regionale wandelpadennetwerk verder ontwikkelen doorvoeren interne maatregelen (o.a. interne werkwijze organisatie, gastheerschap) samenwerking versterken met de havenorganisaties van Enkhuizen en Medemblik de havenverordening en de havenatlas 2011 up to date maken en aanpassen op basis van de havenvisie de publiekrechtelijke regelgeving voor ligplaatsen van kleine bootjes doorvoeren voor de ligplaatsen bij Achter op ’t Zand handhaving op basis van de nieuwe havenverordening verbouwen van haventoiletgebouw opzetten van een digitale poort voor watersporters, zo mogelijk in samenwerking met de watersportverenigingen invoeren digitaal betaalsysteem en all-in tarief in de zomer actieve deelname aan het riviercruise project van Cruise Port Amsterdam waarbij de motorchartervaart extra aandacht krijgt lokale en regionale ondernemers stimuleren tot het maken van arrangementen voor een langer verblijf in de regio door passagiers van de witte vloot en de motorchartervaart


Doelen 2014

Activiteiten

havenvisie voor witte vloot



onderzoek doen naar de economische revenuen van de bezoekers van de witte vloot globale verkenning voor alternatieve locatie witte vloot



Strategische Marketing / Stadspromotie Voor de stimulering van de economie in Hoorn, en dus ook voor de uitvoering van de strategische marketing /stadspromotie, blijft een daadwerkelijke betrokkenheid van het hele bedrijfsleven nodig. Het gaat om een geheel van activiteiten die op elkaar aansluiten, gericht op een langere termijn. Op initiatief van een aantal toeristische ondernemers is in juli 2013 Toeristisch Platform Hoorn opgericht. Door de samenwerking van vele partijen kan een win-winsituatie worden bereikt en kan een beter resultaat worden neergezet. Daarnaast wordt aansluiting gezocht bij regionale partners en regionale campagnes. Eind 2013 wordt samen met het Toeristisch Platform Hoorn gekeken of er kan worden aangesloten bij de promotie van Amsterdam ('Amsterdam bezoeken, Holland zien'). Amsterdamse toeristen willen in toenemende mate ook de omgeving van Amsterdam bekijken, vaak ook omdat onze hoofdstad 'vol' zit. Gezien de afstand Amsterdam-Hoorn liggen hier goede mogelijkheden. Het stimuleren van productontwikkeling Productontwikkeling is nodig om de toeristische bezoekers aan Hoorn iets nieuws te kunnen bieden. De rol van de gemeente is vooral stimulerend. Uiteindelijk is het de markt die dit moet oppakken. Het Ontwikkelingsbedrijf Noord-Holland Noord en Leisure Board proberen ondernemers hiertoe aan te zetten. Regionale samenwerking Met partners binnen en buiten de regio Westfriesland vindt overleg plaats om te komen tot een beter toeristisch product. Door het ontwikkelen van producten, maar ook door het hanteren van één merk ('brandname') moet de hele regio Noord-Holland Noord zich beter onderscheiden van andere gebieden. Onder andere het project Omringdijk en Leisure Board hebben dit als speerpunt.


Begroting 2013

saldo

saldo

lasten

baten

saldo

2015

2016

2017

661

-3.799

1.304

438

866

-5.794

993

990

-

-

-

-

-

-

-

-

661

-3.799

1.304

438

866

-5.794

993

990

-

4.832

-

6.775

-

-


432

103

-

-

-

-

Resultaat

229

930

866

981

993

990

Economische zaken Toerisme* Totaal saldo van baten en lasten Storting in reserves

Begroting 2014

Meerjarenraming

* Is meegenomen in beleidsveld 5.4.


35

Tabel 26 Belangrijkste verschillen tussen begroting 2014 en begroting 2013 (x € 1.000) Toelichting per beleidsveld

Bedrag V/N

Beleidsveld Economische Zaken 62

N

4.850

N

194

V

In 2013 is incidenteel budget beschikbaar gesteld voor onderzoek naar citymanagement. Per saldo budgettair neutraal want is verrekend met de Algemene reserve.

25

V

Gedeeltelijke afboeking aandelen Nuon

18

V

4.729

V

Toerekening van kosten voor personeel en ondersteunende taken e

In 2013 ontvingen wij de 2 tranche van de verkoop van Nuon aandelen. Per saldo budgettair neutraal want de inkomsten zijn in de Algemene reserve gestort. Incidentele bijdrage 2013 aan investeringskrediet 2012 (Revitalisering Oude Veiling). Per saldo budgettair neutraal want is verrekend met de Algemene reserve.


Toelichting toerekening van kosten voor personeel en ondersteunende taken De personeelslasten zijn op basis van een nieuwe methode van kostentoerekening over de programma’s verdeeld. Gezien over alle programma's is de uitwerking van de nieuwe systematiek neutraal. Zie ook de tekst in de Kadernota 2013. Toelichting investeringen in 2014 In 2014 zijn er binnen dit programma geen investeringen geraamd. Toelichting mutaties reserves in 2014 In 2014 zijn er binnen dit programma geen verrekeningen met reserves geraamd. Toelichting mutaties voorzieningen in 2014 Voorziening reclamebelasting Jaarlijks wordt de netto-opbrengst van de reclamebelasting in deze voorziening gestort. In 2014 is de netto-opbrengst vooralsnog geschat op € 642.000. Vanuit de voorziening worden activiteiten, zoals opgenomen in het jaarplan van Stichting Lokaal Ondernemers Fonds (LOF), betaald. In 2014 is rekening gehouden met een bijdrage aan de LOF van € 642.000.

36


Programma 4 Onderwijs Hoofddoelstelling Hoorn biedt door onderwijs mensen de kans zichzelf te ontwikkelen en te ontplooien. Door een leven lang leren krijgen kinderen en volwassenen de kennis en vaardigheden om als zelfstandige burgers in onze samenleving te functioneren. Vanuit bovengenoemde uitgangspunten zijn de onderstaande doelstellingen afgeleid:   

het realiseren van een optimale schoolloopbaan voor de Hoornse inwoners. Iedere leerling en cursist ontwikkelt zoveel mogelijk zijn of haar talenten en behaalt, voor zover mogelijk, een startkwalificatie het zorgen voor voldoende en adequate onderwijsvoorzieningen die voldoen aan onderwijskundige normen en aansluiten bij ontwikkelingen die van invloed zijn op het onderwijs en de huisvesting van de scholen samenhang en samenwerking in en tussen voorzieningen, in het kader van het lokale onderwijs-/jeugdbeleid

Beleidsvelden 4.1 Basisonderwijs 4.2 Speciaal onderwijs 4.3 Voortgezet onderwijs 4.4 Onderwijshuisvesting 4.5 Onderwijszaken Dit programma staat niet op zich; er is een sterke samenhang met programma 6 Sociale voorzieningen en maatschappelijke dienstverlening (bijvoorbeeld: participatie/volwasseneneducatie, jeugdbeleid). De beleidskaders van dit programma zijn opgenomen in bijlage 7.

4.1 - 4.3 Beleidsveld Basisonderwijs, Speciaal onderwijs en Voortgezet onderwijs Doelstelling De gemeente voert samen met de scholen een actief beleid op het gebied van onderwijs en stimuleert daar waar mogelijk de samenwerking tussen organisaties en instellingen. Het inhoudelijke beleid van het onderwijs ligt bij de scholen. Voor leerlingen die extra zorg nodig hebben, is er een adequaat onderwijsaanbod zoveel mogelijk in de eigen buurt. Verder is de gemeente verantwoordelijk voor het organiseren van het overleg met het onderwijs, door een Lokaal Educatieve Agenda (LEA) op te stellen. Tabel 27 Doelen en activiteiten beleidsveld 4.1 – 4.3 Basis- Speciaal en Voortgezet onderwijs Doelen 2014

Activiteiten

uitvoering wettelijke taak overleg met het onderwijs (LEA)



uitvoering geven aan LEA 2013-2017

brede Schoolontwikkeling

 

uitvoering geven aan de nota brede school Hoorn 2012-2014 besluitvorming over de brede schoolontwikkeling na 2014

invoering Passend Onderwijs



OOGO waarin ondersteuningsplannen PO en VO worden afgestemd

vermindering taalachterstanden



inzetten op Vroeg- en voorschoolse Educatie (VVE), laaggeletterdheid en ouderbetrokkenheid

aanvulling van de doorlopende leer-  lijn 

onderzoek naar mogelijkheden vestiging HBO in Hoorn afsluiten convenant onderwijs-gemeente-bedrijfsleven

heldere positionering van openbare  stichting 'Leerzaam'

uitoefening adviesrecht positie stichting Leerzaam

schoolmaatschappelijk werk ingepast in Passend Onderwijs en Jeugdzorg




verlenging van de convenanten VO en PO, in 2014 in combinatie met plannen Passend Onderwijs en Jeugdzorg

37

Brede Schoolontwikkeling Ter vervanging van de nota Brede School Hoorn 2012-2014 moet in 2014 worden besloten over de ontwikkeling vanaf 2015. Er komt een evaluatie van de uitvoering en de voorwaarden voor de verdere ontwikkeling worden in beeld gebracht. Invoering van Passend Onderwijs Met ingang van 1 augustus 2014 gaat Passend Onderwijs van start. Zowel het primair onderwijs als het voortgezet onderwijs stelt een ondersteuningsplan op waarin zij aangegeven hoe zij in de regio Westfriesland passend onderwijs aanbieden. De colleges van de vestigingsplaatsen zijn bevoegd om in het OOGO (Op Overeenstemmingsgericht Overleg) met de samenwerkingsverbanden po en vo de ondersteuningsplannen te bespreken om tot overeenstemming te komen over de wijze waarop er invulling wordt gegeven aan Passend Onderwijs, hetgeen ook invloed heeft op het leerlingenvervoer. Wegwerken taalachterstanden De gemeente werkt samen met de bibliotheek Hoorn, peuterspeelzalen, kinderopvang, het welzijnswerk en het onderwijs aan de vermindering van taalachterstanden bij kinderen. Het werken aan taalachterstanden wordt voor een deel gefinancierd uit de (rijks)middelen onderwijsachterstandenbeleid (OAB). Het gaat hierbij bijvoorbeeld om de VVE-voorzieningen, voorleesactiviteiten en de schakelklassen. De regeling OAB-middelen loopt in 2015 af, het is nog niet bekend of het Rijk de middelen op dezelfde wijze beschikbaar stelt. Hierover en daarmee over het vervolg van de visienotitie ‘Opvang en educatie van het jonge kind’ (deze loopt door tot en met 2014) volgt advisering in 2014. Voor de activiteiten gericht op laaggeletterdheid onder volwassenen zie programma 6 Sociale voorzieningen en maatschappelijke dienstverlening. Aanvulling van de doorlopende leerlijn Voor het verbeteren van de doorlopende leerlijn vo-mbo-hbo-wo worden samen met het Clusiuscollege de mogelijkheden verkend om een hbo of Agritechcampus in Hoorn te vestigen (zie ook programma 3 Economie). Voor 2014 wordt de behoefte aan een hbo vanuit het bedrijfsleven in kaart gebracht en wordt er een convenant afgesloten tussen onderwijs, gemeente en bedrijfsleven. Informatie over Agritechcampus Heldere positionering van openbare stichting Leerzaam Onder de stichting Leerzaam vallen de speciale school voor basisonderwijs De Piramide en de school voor speciaal onderwijs De Eenhoorn/Stormvogel, die het onderwijs verzorgen aan leerlingen met een lichamelijke of geestelijke handicap. Tegenover de onderwijskosten voor deze twee scholen staat een rijksvergoeding. De (regio)gemeente dragen financieel niets bij. Met de komst van Passend Onderwijs is er een onwenselijke bestuurlijke constructie ontstaan bij de praktijkscholen (voortgezet speciaal onderwijs). Het Samenwerkingsverband (SWV) zoekt daarom een partner waar deze scholen bestuurlijk ondergebracht kunnen worden en heeft de voorkeur uitgesproken voor stichting Leerzaam. Beide partijen onderzoeken de gezamenlijke mogelijkheden en consequenties van een fusie in 2014. De gemeente heeft uiteindelijk een adviesrecht bij een mogelijke fusie. Invulling van schoolmaatschappelijk werk in relatie tot de plannen van Passend Onderwijs en Jeugdzorg Voor het schoolmaatschappelijk werk zijn convenanten afgesloten, voor het primair onderwijs is dit een lokaal convenant en voor het voortgezet onderwijs een convenant met de regio Westfriesland. Het convenant voor het primair onderwijs loopt tot 1 augustus 2014 (de invoeringsdatum van Passend Onderwijs) en het convenant voor het voortgezet onderwijs loopt tot 1 januari 2014. Beide convenanten moeten daarom in 2014 verlengd worden. Uitgangspunt bij beide convenanten is het versterken van de zorg rondom de leerling en de tijdige toeleiding naar de (jeugd)hulpverlening. Hiervoor wordt schoolmaatschappelijk werk ingezet, met als doel tijdige en passende zorg te verlenen en daarmee voortijdige schooluitval te voorkomen.

38


De ontwikkelingen op het gebied van Passend Onderwijs en de transitie Jeugdzorg kunnen ook leiden tot aanpassing van het convenant voor de zorgondersteuning in het voortgezet onderwijs en het convenant voor schoolmaatschappelijk werk in het primair onderwijs.

4.4 Beleidsveld Onderwijshuisvesting Doelstelling Hoorn heeft goede onderwijshuisvesting die past bij een goed leerklimaat. De gemeente is de verantwoordelijk voor de huisvesting van het primair onderwijs. De verantwoordelijkheid voor de huisvesting van het voortgezet onderwijs ligt bij de scholen. Tabel 28 Doelen en activiteiten beleidsveld 4.4 Onderwijshuisvesting Doelen 2014

Activiteiten

afronding overdracht huisvesting voortgezet onderwijs

 

realisatie van 'Toekomstplan huisvesting primair onderwijs'

  

uitvoeren/uitwerken vastgestelde overeenkomst doordecentralisatie huisvesting vo bijdrage leveren aan realiseren huisvestingsplannen vaststelling toekomstplan door gemeenteraad besluitvorming over financiering van het vastgestelde toekomstplan uitvoering voorbereiden van de eerste onderdelen van het toekomstplan

voorbereiding van overdracht per 1  januari 2015 van verantwoordelijkheid voor de onderhoudstaak primair onderwijs

implementatie- en uitvoeringsplan opstellen

het primair onderwijs beschikt over  voldoende sportvoorzieningen

uitvoering geven aan projecten bouwplan voor sportzaal De Wissel

Huisvesting voortgezet onderwijs Hoewel de formele besluitvorming over de overeenkomst al begin 2012 heeft plaatsgevonden, moeten verschillende onderdelen uit de overeenkomst nog worden uitgevoerd, c.q. uitgewerkt. Zo vraagt de Stichting Onderwijshuisvesting Hoorn (SOHH) gemeentegarantie aan voor de financiering van alle volgens het meerjarenhuisvestingsplan te realiseren huisvestingsvoorzieningen. Dit gebeurt namens de scholen voor voortgezet onderwijs. Voor het realiseren van deze huisvestingsvoorzieningen kan brede inzet van de kant van de gemeente nodig zijn. Zie de plannen die SOHH heeft met het voormalige Missiehuis. Huisvesting primair onderwijs. Begin 2014 besluit de raad over het toekomstplan. Aan de hand van dit plan wordt duidelijk welke voorzieningen de komende jaren nodig zijn om de gebouwen van het primair onderwijs te laten voldoen aan de uitgangspunten uit de vastgestelde visie op (de kwaliteit van) de huisvesting van het primair onderwijs. Vervolgens moet duidelijk worden hoe de financiering van het toekomstplan plaatsvindt. Daarna kan gestart worden met (de voorbereiding van) de uitvoering. Onderhoudstaak primair onderwijs Het Rijk wil een deel van de verantwoordelijkheid van de gemeente voor de huisvesting van het primair- en speciaal onderwijs per 1 januari 2015 overdragen aan de schoolbesturen. Deze verantwoordelijkheid ligt nu nog bij de gemeente. Het gaat daarbij om het grootonderhoud en de aanpassingen. Een gevolg hiervan is dat er een korting wordt toegepast op de uitkering van het gemeentefonds. Op dit moment is het nog onduidelijk of er een overgangsregeling komt. Zodra er duidelijkheid is, wordt de raad geïnformeerd en kan de raad besluiten nemen.

4.5 Beleidsveld Onderwijszaken Doelstelling Zo min mogelijk leerlingen verlaten de school voortijdig. Het leerlingenvervoer in Westfriesland is zo efficiënt en doelmatig mogelijk georganiseerd.


39

Tabel 29 Doelen en activiteiten beleidsveld 4.5 Onderwijszaken Doelen 2014

Activiteiten

terugdringen aantal voortijdig schoolverlaters

  

optimalisering van leerlingenvervoer  voor Wesfriesland 

het realiseren van een sluitende aanpak voor de z.g. plusleerlingen, ook wel de overbelaste leerlingen genoemd het terugdringen van verzuim en thuiszitters het realiseren van een sluitende overstap vo/mbo aanpassing van de verordening leerlingenvervoer 2012 in verband met Passend Onderwijs onderzoek naar mogelijkheden van verbreding doelgroep

Voortijdige schoolverlaters Er is een regionaal uitvoeringsprogramma Voortijdig Schoolverlaten (VSV); dit is gericht op het terugdringen van schooluitval in de regio Westfriesland volgens de taakstelling van het ministerie van OC&W. De schooluitval in Westfriesland moet teruggebracht worden naar 2 procent in 2015. De gemeente levert hierin een actieve bijdrage, waaronder spreekuren op locatie in het onderwijs. Bestuurlijk vinden er gesprekken plaats tussen college en schoolbesturen op basis van actuele cijfers over voortijdig schoolverlaters en het schoolverzuim. Leerlingenvervoer Aanpassing op de verordening leerlingenvervoer 2012 is noodzakelijk door de ontwikkelingen in het Passend Onderwijs. Uitgangspunt bij Passend Onderwijs is dat leerlingen naar scholen voor primair onderwijs in hun buurt gaan, eventueel met leerlingenbegeleiding. Nog onduidelijk is of dit een positief of negatief effect heeft op de kosten van het leerlingenvervoer. In regionaal verband zoekt het projectteam 'Innovatie Leerlingenvervoer WF' naar mogelijkheden om het leerlingenvervoer te optimaliseren. Hierbij wordt onder andere gekeken naar: mogelijke opstapplaatsen via aanpassing bushaltes (herkenbaarheid), het aanvraagbeleid, stimuleren van fietsvervoer, de inzet van zorgvrijwilligers als begeleiding OV-vervoer in samenwerking met vrijwilligerscentrales. Met de transitie AWBZ krijgt de gemeente de verantwoordelijkheid voor ondersteuning aan een nieuwe doelgroep. Deze transitie biedt eveneens kansen om de kosten te verlagen, door de doelgroep van het vervoer te verbreden.


Begroting 2013

saldo

saldo

lasten

baten

saldo

2015

2016

2017

Basisonderwijs

352

268

171

-

171

171

171

171

Speciaal onderwijs

146

142

146

-

146

146

146

146

Voortgezet onderwijs

6

4

-

-

-

-

-

-

Onderwijshuisvesting

6.193

10.041

8.373

398

7.975

8.028

7.278

7.183

Onderwijszaken

1.439

1.539

6.978

4.609

2.369

2.325

2.280

2.294


8.136

11.994

15.668

5.007

10.661

10.670

9.875

9.794


1.222

144

474

474

316

316

40

Begroting 2014

Meerjarenraming


Rekening 2012

Begroting 2013

saldo

saldo

928 8.430

Onttrekking aan reserves Resultaat

Begroting 2014 lasten

baten

Meerjarenraming saldo

2015

2016

2017

3.549

1.420

1.546

911

891

8.589

9.715

9.598

9.280

9.219


Bedrag

V/N

Beleidsveld Basisonderwijs Toerekening van kosten voor personeel en ondersteunende taken

52

V

Incidenteel budget in 2013 voor inhuur externe deskundigheid bij het opstellen van het toekomstplan huisvesting primair onderwijs

45

V

Toerekening van kosten voor personeel en ondersteunende taken

130

N

Lagere kapitaallasten

166

V

2.184

V

238

N

Incidenteel budget in 2013 voor de verbouwing van de Sint Jozefschool in Blokker

65

V

Hogere huurinkomsten door huurindexatie en nieuw afgesloten huurcontracten

22

V

2.435

N

780

N

Hogere uitgaven leerlingenvervoer als gevolg van NEA-index (loon- en prijscompensatie)

50

N

Toerekening van kosten voor personeel.

26

N

Incidenteel budget in 2013 voor de uitvoering van het project School's cool

24

V


24

N

Beleidsveld Onderwijshuisvesting

Financiële uitwerking in 2013 van de doordecentralisatie van de huisvesting van het voorgezet onderwijs. Per saldo budgettair neutraal want is verrekend met de reserve Integraal Huisvestingsplan VO. Hogere uitgaven groot onderhoud schoolgebouwen primair onderwijs op basis van het onderliggend meerjarig onderhoudsprogramma. Het budgettair effect hiervan is neutraal (verrekening met reserve onderhoud kapitaalgoederen)

Verrekening met reserves Beleidsveld Onderwijszaken Toerekening van kosten voor personeel en ondersteunende taken

Toelichting toerekening van kosten voor personeel en ondersteunende taken De personeelslasten zijn op basis van een nieuwe methode van kostentoerekening over de programma’s verdeeld. Gezien over alle programma’s is de uitwerking van de nieuwe systematiek neutraal. Zie ook de tekst in de Kadernota 2013.


41

Toelichting investeringen in 2014 In 2014 zijn er binnen dit programma geen investeringen geraamd. Toelichting mutaties reserves in 2014 Reserve onderhoud kapitaalgoederen Om de kosten van het (toekomstig) groot onderhoud aan schoolgebouwen in het primair onderwijs te dekken, wordt € 330.000 gestort in deze reserve. Op grond van het meerjarig onderhoudsprogramma wordt € 681.000 aan deze reserve onttrokken voor het groot onderhoud aan de schoolgebouwen. Reserve afschrijvingslasten investeringen Bij de basisscholen de Wingerd en het Ooievaarsnest heeft een uitbreiding plaatsgevonden om de eerste leerlingen uit de wijk Bangert en Oosterpolder op te vangen. De afschrijvingslasten hiervan bedragen € 62.900 en worden ten laste van deze reserve gebracht. Daarnaast worden de afschrijvingslasten voor investeringen aan de Praktijkschool, de uitbreiding van de B. van Bockxmeerschool en de bouw van het semipermanente schoolgebouw aan de Lage Hoek, in totaal € 138.000, ook ten laste van deze reserve gebracht. In 2014 wordt € 144.000 gestort in deze reserve voor de realisatie van (uiteindelijk) twee basisscholen in de multifunctionele accommodatie De Kreek. Verder worden de kapitaallasten die horen bij de grond van het semipermanente schoolgebouw De Vierhoek, de brede school bibliotheek en de nieuwe basisschool in De Kreek, in totaal € 538.000, ten laste van deze reserve gebracht. Toelichting mutaties voorzieningen in 2014 In 2014 zijn er binnen dit programma geen verrekeningen met voorzieningen geraamd.

42


Programma 5 Cultuur en recreatie Hoofddoelstelling Het Hoornse beleid op het gebied van kunst, cultuur, sport en recreatie waarborgt een zo veelzijdig mogelijk aanbod. De gemeente kiest hierbij voor een voorwaardenscheppende rol en stuurt op samenhang en afstemming. Beleidsvelden 5.1. Kunst en cultuur 5.2. Cultureel erfgoed 5.3. Sport 5.4. Recreatie 5.5. Groen De beleidskaders van dit programma zijn opgenomen in bijlage 7.

5.1 Beleidsveld Kunst en cultuur Doelstelling Kunst en cultuur draagt bij aan de sociale cohesie en de persoonlijke ontwikkeling, is een van de kernkwaliteiten van de stad en maakt een stad aantrekkelijk. Er is samenhang tussen de historische stad, de lokale economie, kunst & cultuur en toerisme. Hoorn geeft invulling aan de centrumfunctie in Westfriesland door regionale samenwerking en afstemming. Hoorn scoort bovengemiddeld in de ranglijsten van de 'Atlas voor gemeenten', een jaarlijkse benchmark over diverse beleidsterreinen. Het uitgangspunt is om deze positie te behouden en waar mogelijk te verbeteren door het slim inzetten van de beschikbare middelen. In 2012 is de nieuwe kunst & cultuurnota 'Hoorn, haven voor Creativiteit' vastgesteld. Daarin zijn vier ambities geformuleerd: ontdekken, ontmoeten, ontwikkelen en ontsluiten. Tabel 32 Doelen en activiteiten beleidsveld 5.1 Kunst en cultuur Doelen 2014

Activiteiten

Bevordering van:     

persoonlijke ontwikkeling van inwoners sociale cohesie aantrekkelijkheid van de stad voor inwoners en bezoekers centrumfunctie voor de regio samenhang met erfgoed, economie en toerisme

       

Pilot Leerorkest Hoorn Faciliteren en stimuleren van zo gevarieerd mogelijke activiteiten op het gebied van amateurkunstbeoefening via nieuwe subsidieregeling Meerjaren prestatieafspraken met Theater het Pakhuis, Hotel Mariakapel en Kunstenaarsvereniging Hoorn e.o. de Boterhal Nadere uitwerking beleidsplan Westfries Museum Uitbouwen van een nieuwe infrastructuur voor cultuureducatie in Westfriesland in samenhang met het rijksprogramma Cultuureducatie met Kwaliteit. Besluitvorming en ontwikkeling van een centrum voor de kunsten. Besluit toekomst en ombuiging Manifesto n.a.v. besluit centrum voor de kunsten. Opschonen en digitaal toegankelijker maken van de binnencollectie van de gemeente i.s.m. Westfries Museum

Westfries Museum In 2014 werkt het Westfries Museum het beleidsplan 2014-2018 verder uit. Speerpunten in het beleid voor 2014:   

nog actievere inzet voor de toeristische promotie van Hoorn door samenwerking met de VVV en participatie in het Toeristisch Platform Hoorn realisatie educatieve ruimte in samenwerking met collega-instellingen presentatie van de digitale experience ‘Hoorn 1650’


43

5.2 Beleidsveld Cultureel erfgoed Doelstelling Instandhouden, beschermen en toegankelijk maken van het cultureel erfgoed, waaronder meer dan achthonderd monumenten en circa duizend beeldbepalende panden. De doelstelling heeft betrekking op monumenten, archeologie en het erfgoedarchief. Dit rijke bezit is van groot belang voor het toerisme en de economische waarde van onze stad. Tabel 33 Doelen en activiteiten beleidsveld 5.2 Cultureel erfgoed Doelen 2014

Activiteiten

ontwikkelen erfgoedbeleid

 

vaststellen van de startnotitie erfgoed vaststellen van de erfgoednota

regionale samenwerking archeolo-  gie uitbreiden met monumentenzorg

onderzoeken van de mogelijkheden om, net als archeologie, een regionale samenwerking aan te gaan op het gebied van monumentenzorg

gemeentelijke monumentenlijst en  de lijst met beeldbepalende panden is actueel

huidige lijsten opnieuw bezien. Voorstellen doen om de lijsten aan te passen aan de huidige opvattingen; mogelijk panden afvoeren van de lijst en mogelijke nieuwe panden voordragen als gemeentelijk monument dan wel beeldbepalend pand



inventariseren van de historische stolpboerderijen in Hoorn, Blokker en Zwaag met het oog op behoud, preventie, bescherming en onderzoek naar deze cultuurdragers

erfgoedinformatie is gedigitaliseerd  en toegankelijk 

monumentenprogramma verder vullen met de beschikbare gegevens. Uiterlijk 2015 deze informatie open stellen voor iedereen digitaal gaan beheren en automatiseren van het Hoornse depot voor bodemvondsten en het tussendepot voor de zes samenwerkende gemeenten verbeteren van de GIS-module (Geografisch Informatie Systeem) van de archeologische waardenkaart in combinatie met de monumentenkaart en milieutaken

bescherming / behoud van historische stolpboerderijen



verbetering van publiekscommunicatie en participatie

 

beschermen van de monumentale Westfriese Omringdijk



deelname aan bijvoorbeeld de Bas Baltus Publicatiestichting en de Open Monumentendag organiseren van een bijeenkomst voor monumenteneigenaren en het uitbrengen van publicaties over monumenten en archeologie voorbereiden van de erfgoedparagraaf (archeologie, monumenten en landschap) van het dijkverzwaringstraject aan het Provinciaal Monument De Westfriese Omringdijk/Waterlandse Zeedijk tussen Hoorn en Edam

5.3 Beleidsveld Sport Doelstelling Hoorn stimuleert het maatschappelijke belang van sport met name via de jeugdsport. Dit betekent onder andere sportieve scholen, waarbij de jeugd allerlei activiteiten krijgt aangeboden in samenwerking met en bij de sportverenigingen. Sport is gezond voor opgroeiende kinderen en er ontstaat binding in de samenleving van Hoorn. In het rijtje breedtesport, semi-topsport en topsport stimuleert de gemeente met name de breedtesport. In de Hoornse verenigingen is ook talent aanwezig dat zich kan meten met de (semi)topsport. De gemeente geeft geen rechtstreekse steun aan (semi)topsporters. Hooguit speelt de gemeente hierin een stimulerende rol via de verenigingen. Waar de markt voorziet in sportstimulering en beheer van accommodaties is er geen rol voor de gemeente. Bij sportevenementen neemt de gemeente een proactieve houding aan daar waar het goed is voor Hoorn.

44


Tabel 34 Doelen en activiteiten beleidsveld 5.3 Sport Doelen 2014

Activiteiten

verplaatsen hockeyclub



start van de bouw van een nieuw hockeycomplex langs de A7, bestaande uit een clubhuis- en kleedkameraccommodatie, 4 velden en voldoende parkeergelegenheid. De oplevering is gepland in 2014.

effectief beheer buitensportaccom- Uitvoering beheerplan buitensportaccommodaties modaties  Atletiekaccommodatie Blauwe Berg:  Sportcomplex Fruittuinen (vv de Blokkers)  Sportcomplex Julianapark (Hvv Hollandia)  Sportcomplex Risdam Noord  Sportcomplex Wilhelminapark inzet combinatiefuncties/ sportbuurtcoach



realisatie van 2,1 fte combinatiefuncties/ sportbuurtcoaches is gereed per 2016. In 2014 wordt hiervan 1 fte gerealiseerd bij het primair onderwijs

sportopbouwwerk



opbouwen en vervolgens overdragen van innovatieve beweegactiviteiten voor de doelgroep: in-actieven, ouderen, allochtone vrouwen, (hang) jongeren en aangepaste sporters

effecten Sportnota meten



de Sportmonitor inzetten

efficiënt beheer en exploitatie van sportaccommodaties



in 2012 is gestart met het onderzoek naar de meest geschikte beheer- en exploitatievorm van sportaccommodaties. In afwachting van de besluitvorming van de raad eind 2013 wordt hier in 2014 een vervolg aan gegeven. onderzoek naar bezetting en capaciteit van de sporthallen



Verplaatsen hockeyclub Er is een uitvoeringskrediet verstrekt om een nieuw hockeycomplex, inclusief infrastructuur, te realiseren. In 2013 is het bestemmingsplan vastgesteld en volgt de aanbesteding en gunning. De oplevering staat gepland voor de start van het nieuwe competitieseizoen 2014-2015. De hockeyvereniging is zelf verantwoordelijk voor de afbouw van de verenigingsruimten en duurzaamheidsmaatregelen en vraagt hiervoor een lening bij een bank aan. De gemeente wordt gevraagd om voor deze financiering, samen met de Stichting Waarborgfonds Sport, borg te staan. Dit wordt ter besluitvorming aan de raad voorgelegd. Beheerplan buitensportaccommodaties In het beheersplan buitensportaccommodaties staat de actuele kwaliteit van de sportvelden van de tien buitensportaccommodaties. De input voor het beheersplan vormt de jaarlijkse schouw die bij veertien sportverenigingen wordt uitgevoerd in de maanden april en mei. Aan de hand van het beheersplan worden de renovaties van de sportvelden ingepland en verwerkt in de financiële cyclusdocumenten. Inzet combinatiefuncties/ sportbuurtcoach Het ministerie van VWS heeft in het kader van de impuls brede scholen, sport en cultuur vanaf 1 januari 2013 extra middelen beschikbaar gesteld om in Hoorn de functie sportbuurtcoach vorm te geven. De sportbuurtcoaches worden gekoppeld aan scholen in het primair onderwijs. De gemeente voert de regie over de combinatiefuncties.

5.4 Beleidsveld Recreatie Doelstelling Hoorn biedt inwoners veilige, aantrekkelijke en kwalitatief hoogwaardige recreatievoorzieningen, al dan niet in samenwerking met Westfriesland. Daar horen veilige en aantrekkelijke speelplekken bij, afgestemd op de behoefte, wensen en leeftijd van de gebruikers, zoals het natuurlijk spelen. Deze gemeenschappelijke regeling van het Recreatieschap Westfriesland levert een bijdrage aan het realiseren van de doelstelling van beleidsveld 5.4 Recreatie. In 2014 staat discussie over de huidige organisatievorm van het Schap centraal. Deze discussie vloeit voort uit de visie die door het Algemeen Bestuur van het Recreatieschap is vastgesteld en het Hoornse standpunt hierover.


45

Tot dit beleidsveld behoort ook de Hoornse kermis, een springlevende eeuwenoude traditie die vermaak biedt voor jong en oud. Tabel 35 Doelen en activiteiten beleidsveld 5.4 Cultureel erfgoed Doelen 2014

Activiteiten

beheer en onderhoud van alle 339 gemeentelijke speelplekken

  

maandelijkse veiligheidsinspectie van alle speeltoestellen regulier onderhoud met extra aandacht voor het reinigen reparaties en vervanging van versleten onderdelen

vervanging van circa twintig versleten speelplekken

 

van elke versleten speelplek door drie leveranciers een voorstel laten maken en de buurtkinderen/-bewoners hier de leukste uit laten kiezen, met maximale participatie van de buurt. speeltoestellen vervangen

Hoorn heeft voldoende speelplekken



aanleg van een extra speelplek in de Kersenboogerd

stimuleren van natuurlijk spelen

 

ondersteunen van burgerinitiatieven uitbreiding tweede fase natuurspeeltuin Blokweer, aanleg van natuurspeelvoorzieningen voor de doelgroepen 0-6-jarige en 12-18jarige kinderen

kermis Hoorn is aangemerkt als immaterieel wereld erfgoed



indienen van een aanvraag

realisatie historische vaarroute Hoorn - Enkhuizen



opheffen knelpunten; oplevering 2014

duidelijkheid krijgen over rol deelname van Hoorn in RSW



actief meedoen aan de discussie over de toekomst van het RSW

5.5 Beleidsveld Groen Doelstelling Hoorn wil een groene stad zijn en blijven. Dit draagt bij aan de leefbaarheid van de stad. Centraal staat het beschermen van het groenbestand en het scheppen van voorwaarden voor een optimale ontwikkeling en verzorging van het groen. Dit wordt bereikt door een duurzaam groenbeheer. Tabel 36 Doelen en activiteiten beleidsveld 5.5 Groen Doelen 2014

Activiteiten

planmatig beheer en onderhoud wijkgroen en parken



realiseren afgesproken onderhouds-  niveau 

46

opstellen beheerplan groen en reiniging uitvoeren kwaliteit gestuurd beheren jaarlijkse bomencontrole



Begroting 2013

saldo

saldo

lasten

baten

saldo

2015

2016

2017

Kunst en cultuur

9.725

7.225

8.729

1.477

7.252

6.975

6.927

6.926

Cultureel erfgoed

1.450

1.611

3.000

1.327

1.673

1.687

1.686

1.688

Sport

4.601

5.685

6.669

1.489

5.180

5.897

4.986

5.016

Recreatie

2.811

2.143

2.683

807

1.876

1.880

1.866

1.857

Groen

3.689

4.089

4.379

47

4.332

4.427

4.403

4.383

22.276

20.753

25.460

5.147

20.313

20.866

19.868

19.870


1.428

186

365

376

287

292


1.589

1.735

914

1.713

936

1.028

22.115

19.204

19.764

19.529

19.219

19.134


Resultaat

Begroting 2014

Meerjarenraming


Bedrag

V/N

Beleidsveld Kunst en cultuur Toerekening van kosten voor personeel en ondersteunende taken

51

N

Hogere kapitaallasten

37

N

Incidenteel budget in 2013 voor Westfries Centrum voor Kunsten (NJB 2012)

40

V

149

V

Looncompensatie diverse subsidies

49

N

Incidenteel budget in 2013 voor gedenkteken begraafplaats Keern en kunstwerk Blokkerse veld. Per saldo budgettair neutraal want is verrekend met de reserve Beeldende kunst.

45

V

126

N

83

V

265

N

25

V

Incidenteel budget in 2013 voor de Stimuleringsregeling Restauratie Monumenten. Deze regeling vervalt per 2014. Het budgettair effect hiervan is neutraal, omdat het budget ten laste van de afdelingsreserve VVH is gebracht.

122

V

Incidenteel budget in 2013 voor project herbouw tuinderschoorsteen. Het budgettair effect hiervan is neutraal omdat het budget ten laste van de Algemene reserve is gebracht.

50

V

Lagere subsidie-uitgaven door raadsbesluit heroverweging subsidies

Incidentele bijdrage van grondzaken aan kunstenplan Bangert en Oosterpolder in 2013. Deze bijdrage is gestort in de reserve beeldende kunst en daarom per saldo budgettair neutraal. Verrekening met reserves Beleidsveld Cultureel erfgoed Toerekening van kosten voor personeel en ondersteunende taken Incidenteel budget in 2013 voor het digitaliseren van erfgoedgegevens


47


Bedrag


V/N

172

N


41

V


46

N

In 2013 incidenteel budget voor de bestrating van het parkeerterrein HSV Sport en maaitegel atletiekbaan

40

V

Lagere uitgaven verzekeringen in 2014 voor zwembaden

21

V

Via resultaatbestemming jaarrekening 2012 incidenteel een budget meegenomen naar 2013 voor onderzoek beheer- en exploitatievorm sportaccommodaties

22

V

In 2013 incidenteel budget voor de BOS-regeling

21

V

In 2013 incidenteel budget voor het Nationaal actieplan sport en bewegen

30

V

In 2013 incidenteel budget voor de Olympische ambitie

10

V

In 2013 incidenteel meer subsidie in het kader van het Nationaal actieplan sport en bewegen

20

V

In 2014 geen uitgaven voor de 40/60 -regeling sport vanwege het ontbreken van aanvragen door verenigingen. Per saldo budgettair neutraal want is verrekend met de reserve Onderhoud kapitaalgoederen.

307

V

Verrekend met reserve

872

N

301

V


82

N

Hogere huurinkomsten door huurindexatie en nieuw afgesloten huurcontracten

22

V

Lagere uitgaven subsidies door korting reset subsidies en lagere bijdrage aan gemeenschappelijke regeling RSW door bezuinigingstaakstelling

14

V

279

N

Incidentele kosten van het invoeren van kwaliteit gestuurd beheer in 2013. Het budgettair effect hiervan is neutraal, omdat het budget ten laste van de afdelingsreserve stadsbeheer is gebracht.

39

V

Incidentele bijdrage aan stichting Parkmanagement voor het omvormen van heesters naar gazon in 2013

27

V

Hogere uitgaven dagelijks onderhoud openbare ruimte als gevolg van areaaluitbreiding

20

N

Verrekend met reserve

39

N

Beleidsveld Sport

Beleidsveld Recreatie Toerekening van kosten voor personeel en ondersteunende taken

Beleidsveld Groen Toerekening van kosten voor personeel en ondersteunende taken

Toelichting toerekening van kosten voor personeel en ondersteunende taken De personeelslasten zijn op basis van een nieuwe methode van kostentoerekening over de programma’s verdeeld. Gezien over alle programma’s is de uitwerking van de nieuwe systematiek neutraal. Zie ook de tekst in de Kadernota 2013. Toelichting investeringen in 2014 In 2014 wordt het D-veld bij HSV-sport gerenoveerd. Daarnaast zijn er diverse investeringen voor zwembad de Wijzend. Ook is er een investering gepland voor het aanpassen van speelterreinen, voor zowel de toestellen als de vloeren. Voor het Westfries Museum is één investering gepland voor 2014, te weten het vervangen van luchtbevochtigingsapparatuur.

48


Toelichting mutaties reserves in 2014 Reserve onderhoud kapitaalgoederen Om de kosten van het (toekomstig) groot onderhoud aan de zwembaden te dekken, wordt € 100.000 gestort in deze reserve. Daarnaast wordt € 64.000 gestort voor (toekomstige) uitgaven in het kader van de 40/60-regeling sport. Op grond van de onderliggende beheerplannen wordt € 73.700 aan deze reserve onttrokken voor het in 2014 geplande groot onderhoud aan de zwembaden. Van de huurinkomsten van het Westfries Archief is een bedrag van € 30.000 bestemd voor groot onderhoud. Dit wordt gestort in de reserve. Reserve beeldende kunst In 2014 wordt er € 19.000 gestort in deze reserve voor de uitvoering van de 0,5% regeling Beeldende Kunst. Reserve kunstijsbaan De storting in 2014 bedraagt € 78.000. De kapitaallasten van de kunstijsbaan, € 260.000, worden onttrokken aan deze reserve. Reserve welzijnsvoorzieningen Bangert en Oosterpolder In 2014 wordt € 74.000 in deze reserve gestort voor realisatie van de sporthal in de multifunctionele accommodatie De Kreek. Voor de kapitaallasten van deze sporthal in Bangert en Oosterpolder (en de grondkosten daarvan) wordt een bedrag van € 238.000 onttrokken aan deze reserve. Reserve afschrijvingslasten investeringen Uit de reserve afschrijvingslasten wordt een bedrag van € 260.000 onttrokken. Dit betreft afschrijvingen voor diverse investeringen, waaronder de Sportzaal Lingeweg, het voorbereidingskrediet voor het kunstgrasveld van de Westfriezen, de renovatie van de Atletiekbaan en de Semipermanente voorzieningen in de Bangert Oosterpolder. Toelichting mutaties voorzieningen in 2014 In 2014 zijn er binnen dit programma geen verrekeningen met voorzieningen begroot.


49

Programma 6 Sociale voorzieningen en maatschappelijke dienstverlening Hoofddoelstellingen  De inwoners van Hoorn doen mee in hun woon- en werkomgeving. Waar inwoners niet zelfstandig mee kunnen doen, faciliteert de gemeente door ze zoveel mogelijk te (re-) integreren in de arbeidsmarkt en/of in de samenleving en door het creëren van een sociaal en financieel vangnet.  De inwoners van Hoorn in staat stellen zo lang en zoveel mogelijk zelfstandig en actief deel te nemen aan de Hoornse samenleving, door op lokaal niveau sociaal-culturele en ondersteunende activiteiten te bieden en voorzieningen te verstrekken aan mensen met beperkingen.  De administratieve rompslomp zoveel mogelijk beperken voor mensen die op deze gebieden in aanraking komen met gemeentelijke instanties en regelgeving. Decentralisaties In het jaar 2015 dragen het Rijk en de Provincie diverse taken over aan de gemeenten. De gemeente krijgt de regie over de AWBZ (begeleiding, persoonlijke verzorging en kortdurend verblijf), de Participatiewet, jeugdzorg en het passend onderwijs. Deze veranderingen gaan gepaard met forse bezuinigingen. De doelgroepen die onder deze taken vallen, kennen een overlap binnen de verschillende werkgebieden. Het is daarom van belang om de dwarsverbanden tussen de Participatiewet, de nieuwe Jeugdwet, Passend Onderwijs en de wijzigingen in de WMO op te zoeken. Zo kan de kwaliteit worden verhoogd, het beroep op voorzieningen en de druk op het budget verminderd worden. Het jaar 2014 staat vooral in het teken van de voorbereiding en implementatie van deze ontwikkelingen. Bij de beleidsvoorbereiding wordt het Participatieplatform uiteraard betrokken. Beleidsvelden 6.1. Inkomen 6.2. Armoede en schuldhulpverlening 6.3. Ouderen 6.4 Maatschappelijke ondersteuning 6.5 Welzijnswerk 6.6 Jeugd en jongeren 6.7 Integratie en participatie De beleidskaders van dit programma zijn opgenomen en kort toegelicht in bijlage 7.

6.1 Beleidsveld Inkomen Doelstelling Het bieden van een tijdelijk inkomen voor Hoornse inwoners die niet zelfstandig in hun eigen bestaan kunnen voorzien. Voorkomen dat mensen uitkeringsafhankelijk worden en zorgen dat ze actief blijven. Wie kan werken, moet werken. De klant vanuit een uitkeringssituatie met maatwerk -al dan niet via een re-integratietraject- weer activeren naar een opleiding, werk of (als werk niet mogelijk is) vrijwilligerswerk.

50


Tabel 39 Doelen en activiteiten beleidsveld 6.1 Inkomen Doelen 2014

Activiteiten

beheersbaar houden van het aantal  bijstandsgerechtigden   01-01-2014: 1.270 klanten  01-01-2015: 1.250 klanten  

optimaliseren werkgeversservicepunt intensiveren Social Return bij aanbestedingen scherpere handhaving door aanscherping wetgeving per 2014 blijven investeren in jongeren via Actieplan Jeugdwerkgelegenheid 2.0 benutten verdiencapaciteit (ook bij onvolledige uitstroom) extra inzet op werkervaringsplaatsen met doorstroom naar regulier werk

voldoen aan aangepaste wettelijke  eisen rond handhaving en fraudebe-  strijding  

bij elke nieuwe aanvraag screening door handhavers blijven inzetten op controleren en sanctioneren extra inzet op gerichte controles en sociale recherche werken via het TOM (terugvordering op maat) principe

opzet Westfries handhavings- en fraudebestrijdingsplan voor 2015 en verder

 

inventarisatie van verschillende opties uitvoering handhaving en fraudebestrijding op basis van inventarisatie maken van een regionaal beleidsplan door de Werkorganisatie Westfriesland

Wet werk en bijstand De komst van de Participatiewet leidde op meerdere onderdelen al tot aanpassing van de Wet werk en bijstand (aanscherping handhaving/sanctiebeleid SZW en de verruiming van de wetgeving rond huisbezoeken). Wat staat ons te wachten: 

wetgeving waardoor beroep op bijstand alleen mogelijk is wanneer aantoonbaar sprake is van basiskennis van de Nederlandse taal  bestandskoppeling met organisaties als de Belastingdienst en Sociale Verzekeringsbank  wetswijziging WWB maatregelen 2014. Dit voorstel richt zich op de eigen verantwoordelijkheid en gaat over aanscherpingen in de WWB (maatregelen rond het niet nakomen van de arbeidsverplichtingen, het niet naar vermogen leveren van een tegenprestatie en misdragingen)  stapeling van uitkeringen binnen één huishouden voorkomen Kortom: veel aanpassingen qua wetgeving die gevolgen hebben voor het recht op en de hoogte van bijstand.

6.2 Beleidsveld Armoede en schuldhulpverlening Doelstelling Schuldhulpverlening en armoedebeleid moeten voorkomen dat mensen in een sociaal isolement terecht komen en/of vanwege hun financiële situatie niet meer mee kunnen doen aan de maatschappij of dak- en thuisloos worden. Armoede Tabel 40 Doelen en activiteiten beleidsveld 6.2 Armoede Doelen 2014

Activiteiten

voldoen aan nieuwe weten regelgeving rond categoriale bijzondere bijstand



uitvoeren Hoorns armoedebeleid en zo nodig aanpassen aan nieuwe wetgeving rond categoriale bijzondere bijstand.

Hoorns armoedebeleid is actueel



Hoorns armoedebeleid aanpassen naar aanleiding van de evaluatie van het armoedebeleid in zijn algemeenheid (2013) en de evaluatie van de inzet op participatie van kinderen (2014) voorbereiden voorstel over de in te zetten extra rijksmiddelen voor armoedebestrijding voorstellen doen over de inzet van de extra rijksmiddelen vanaf 2014

 


51

Het kabinet wil extra aandacht voor gezinnen met kinderen, werkenden met een laag inkomen en ouderen met een klein pensioen. Hiervoor ontvangen gemeenten vanaf 2012 extra budget. Het kabinet maakt vanaf 2014 structureel 100 miljoen euro extra vrij voor armoedebestrijding. Hoorn zette in 2013 een deel van dit budget specifiek in voor organisaties die zich richten op de participatie van kinderen en voor een iPad-pilot. De overige middelen gingen naar het budget voor armoedebestrijding. De besteding van de extra gelden vanaf 2014 komt nog aan de orde. Dit is onder meer afhankelijk van de wensen van de gemeenteraad en de omvang van de doelgroep. Het aantal mensen met een laag inkomen is in 2013 gestegen ten opzichte van 2012 . Schuldhulpverlening Tabel 41 Doelen en activiteiten beleidsveld 6.2 Schuldhulpverlening Doelen 2014

Activiteiten

adequate schuldhulpverlening bieden

  

uitvoeren van de schuldhulpverlening conform het beleidsplan in 2013 is gestart met het gedeeltelijk zelf uitvoeren en het professionaliseren van de poort (van aanmelding tot en met de intake). Begin 2014 wordt de poort volledig zelf uitgevoerd in 2013 is gestart met de voorbereiding van de aanbesteding schuldhulpverlening. Op 1 april 2014 is er een contract voor die onderdelen die (nog) niet in eigen beheer (kunnen) worden uitgevoerd

6.3 Beleidsveld Ouderen Doelstelling Inwoners in Hoorn in staat stellen zo lang mogelijk zelfstandig en actief deel te nemen aan de samenleving. Tabel 42 Doelen en activiteiten beleidsveld 6.3 Ouderen Doelen 2014

Activiteiten

inwoners wonen langer zelfstandig 

op basis van behoefteonderzoek in de vorm van huisbezoeken bij 80jarigen in het Venenlaankwartier zijn de prestatieafspraken Diensten bij Wonen met Zorg herzien. In 2014 worden deze nieuwe taken uitgevoerd.

scheiden van wonen en zorg



uitvoering Wmo beleid door bijvoorbeeld projecten domotica in te voeren.

ouderen nemen actief deel aan de samenleving



uitvoering van activiteiten gericht op participatie, gezondheid en sport, voorkomen van eenzaamheid en ontmoeting.

Ouderen De Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) kent geen specifiek doelgroepenbeleid, maar hanteert een integraal beleid ten aanzien van alle inwoners. Wel wordt speciale aandacht gericht op ouderen, omdat ouderen in de Wmo wel een speciale rol innemen en omdat het aantal senioren in de komende jaren sterk toeneemt: hun aandeel stijgt van 15 procent in 2013 naar 25 procent in 2040 en het aandeel ‘seniorenhuishoudens’ bedraagt dan zelfs 40 procent. Deze keuze is mede ingegeven door het Rijksbeleid dat gericht is op het scheiden van wonen en zorg. Dit heeft tot gevolg dat er veel meer senioren en mensen met een beperking langer zelfstandig blijven wonen. De activiteiten van de Wmo binnen programma 6 worden daarom in samenwerking met programma 8, beleidsveld Volkshuisvesting, uitgevoerd.

52


6.4 Beleidsveld Maatschappelijke ondersteuning Doelstelling De Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) verplicht de gemeente om inwoners te compenseren daar waar zij zelf niet voor ondersteuning kunnen zorgen. Inwoners voorzien zelf in ondersteuning door hun eigen kracht en netwerk te benutten. Pas wanneer zij niet zelfredzaam zijn, komt een WMO-voorziening in beeld (collectief of individueel). Bij de uitvoering van de Wmo krijgt informele ondersteuning, zoals mantelzorg en vrijwilligerswerk, extra aandacht. Tabel 43 Doelen en activiteiten beleidsveld 6.4 Maatschappelijke ondersteuning Doelen 2014

Activiteiten

inwoners kunnen zelfstandig func-  tioneren   nieuw Wmo beleidsplan



bestaande aanbod van voorliggende en algemene voorzieningen herijken. Ontwikkelen van meer algemene maatwerkvoorzieningen jongeren met problemen thuis begeleiden naar een zelfstandige woonsituatie via Kamers met Kansen eigen kracht organiseren door vraag- en aanbod voor individueel vrijwilligerswerk samen te brengen in een dienstenplatform uitvoeren van het nieuwe Wmo beleidsplan (2013)

structurele oplossing sociale woon-  problematiek

realiseren lange termijnoplossing voor zorgmijders

het beleid rond maatschappelijke  opvang, OGGz en verslavingszorg is  actueel

beleidsevaluatie 'Stedelijk Kompas Westfriesland 2009-2014' open vaststellen nieuw Stedelijk Kompas

voorbereiding Advies- en Meldpunt  Huiselijk geweld en Kindermishandeling (AMHK) 

besluitvorming over financiering en organisatorische invulling van nieuwe taak AMHK inregelen van het advies- en meldpunt

uitrol decentralisatie AWBZ

 

vaststelling van Verordening, beleidsregels en financieel besluit 2014 inregelen van de arrangementen en van de organisatie

informatie voor klanten en commu-  nicatie tussen organisaties in het kader van de transities 

opstellen digitale wegwijzer, die toegankelijk is voor alle burgers, laagdrempelig en die antwoord geeft op (hulp)vragen organiseren van een goede communicatiestroom tussen organisaties over hulpverlening, kosten van zorg en dergelijke



beoordelen óf en zo ja hóe de waardering voor vrijwilligers doorgaat. In 2012 en 2013 sprak het college zijn waardering uit voor vrijwilligers met een lokale kortingskaart

waardering vrijwilligers

Maatschappelijke opvang De Wmo verplicht (centrum)gemeenten om maatschappelijke opvang te bieden. Als centrumgemeente ontvangt Hoorn een decentralisatie-uitkering van het Rijk van circa 1,9 miljoen euro. Maatschappelijke opvang omvat het tijdelijk bieden van onderdak, begeleiding, informatie en advies aan personen die al dan niet gedwongen niet meer thuis wonen. Op dit moment bestaat er een tekort aan laagdrempelig aanbod in Westfriesland, waardoor de doorstroming in de maatschappelijke opvang stagneert. Een groep dak- en thuislozen (specifiek de zorgmijders) maakt nu structureel gebruik van de nachtopvang, omdat de nachtopvang in Westfriesland de meest laagdrempelige opvangvoorziening is. In het najaar van 2012 ontstond er een tekort aan nachtopvang, waarop een extra nachtopvang is geopend. Dit is een korte termijnoplossing. Dit vraagt om een oplossing en besluit voor de lange termijn, naast een bijstelling van het budget voor nachtopvang. De extra nachtopvang staat nu vermeld in de meerjarenbegroting als ruimtevrager. Bij een gerealiseerde lange termijnoplossing kan de extra nachtopvang worden gesloten. Een optie voor een lange termijnoplossing is de huidige reservering voor de korte termijnoplossing. Of een lange termijnoplossing meer kost, hangt af van de besluitvorming rondom het dossier Sociale Woonproblematiek. Mogelijk biedt de decentralisatie-uitkering dekking voor de structurele kosten. Wel moet in 2014 extra ruimte moeten worden vrijgemaakt. Het college streeft ernaar de oplossing binnen het daarvoor bestemde budget te vinden.


53

Voorbereiding AMHK Per 1 januari 2015 worden met de transitie jeugdzorg alle gemeenten verantwoordelijk voor het Advies en Meldpunt en Kindermishandeling (AMK). Het Rijk adviseert om het Advies- en Steunpunt Huiselijk Geweld (A)SHG en het AMK samen te voegen tot het AMHK (Advies- en Meldpunt Huiselijk geweld en Kindermishandeling). Vanaf 2015 worden de financiële middelen voor het AMK gedecentraliseerd naar alle gemeenten als onderdeel van de transitie jeugdzorg. Het jaar 2014 staat in het teken van de voorbereiding op deze nieuwe taak. Uitrol decentralisatie AWBZ De gemeente is, naast haar huidige Wmo doelgroep, vanaf 1 januari 2015 verantwoordelijk voor mensen die nu onder de AWBZ vallen op de gebieden begeleiding, persoonlijke verzorging en kortdurend verblijf. Vanaf dat moment heeft de gemeente een compensatieplicht voor hen. Deze groep kan dan niet langer een recht op zorg claimen. Deze verantwoordelijkheden worden niet alleen ondergebracht bij de gemeente (transitie), maar ook de werkwijze van de gemeente en van aanbieders moet veranderen (transformatie). Dit komt doordat er na de transitie minder geld beschikbaar is dan nu. Het doel is dat er minder een financieel beroep wordt gedaan op de gemeente en meer op eigen kracht en binnen het eigen netwerk. De organisatie wordt in 2014 gewijzigd om vanaf 1 januari 2015 ook de nieuwe doelgroep tegemoet te komen. Het Rijk heeft nog geen duidelijkheid gegeven over het budget dat de gemeenten krijgen voor de uitvoering van hun nieuwe taak. Vanuit de AWBZ wordt (voor zorg die onderdeel is van de transitie naar de WMO) 35 miljoen euro uitgegeven voor inwoners van de gemeente Hoorn. Het rijk heeft een korting van minimaal 25 procent op dit budget aangekondigd. Dit bedrag en de korting hebben alleen betrekking op de taken die worden overgeheveld. Deze zijn nog exclusief het huidige Wmo budget en dus ook exclusief de aangekondigde korting van 40 procent op de huishoudelijke hulp.

6.5 Beleidsveld Welzijnswerk Doelstelling Een samenhangend aanbod van voorzieningen, dat toegankelijk is voor alle inwoners. Ontmoeting, ontspanning, ontplooiing en ondersteuning staan hierbij centraal. Voor diegenen die (nog) onvoldoende of geen mogelijkheden hebben om mee te doen in de samenleving, is het beleid gericht op versterking van de zelfredzaamheid, ondersteuning en waar nodig opvang. Tabel 44 Doelen en activiteiten beleidsveld 6.5 Welzijnswerk Doelen 2014

Activiteiten

 vergroten (sociale) veiligheid, inwoners zich laten ontwikkelen en participatie van inwoners die niet of  nauwelijks aan de maatschappij meedoen 

uitvoering en tussentijdse evaluatie van prestatieafspraken met Stichting Netwerk. Op basis hiervan worden de prestatieafspraken eventueel bijgesteld evaluatie buurtnetwerk ouderen Kersenboogerd en besluitvorming over gebiedsgericht werken besluitvorming over structurele continuering buurtkamer Praethuys en uitbreiding naar andere wijken

Welzijnswerk Stichting Netwerk Eind 2012 hebben de gemeente en Stichting Netwerk een nieuwe uitvoeringsovereenkomst afgesloten. De overeenkomst geldt voor de periode 2013 tot en met 2015. In de afspraken hebben (sociale) veiligheid, jeugd en jongeren, en inwoners die (bijna) niet meedoen aan de maatschappij topprioriteit. Actief burgerschap en eigen kracht zijn daarbij twee belangrijke uitgangspunten. Hiermee wordt vooruit gelopen op de komst van de nieuwe gemeentelijke taken in 2015 (transities). Medio 2014 gaat een visitatiecommissie onderzoeken of Stichting Netwerk aan de kwalitatieve afspraken voldoet. Dit is een aanvulling op de jaarlijkse verantwoording die Stichting Netwerk al-

54


tijd al doet. De commissie bestaat uit twee vertegenwoordigers van de gemeente Hoorn en een onafhankelijke deskundige (op voordracht van de gemeente en Stichting Netwerk samen). Aan de hand van de resultaten kan Stichting Netwerk zo nodig de uitvoering bijsturen. Eerder was er ook een visitatiecommissie actief bij de Museumstoomtram en Schouwburg Het Park. Hier zijn goede ervaringen mee opgedaan. Buurtkamers In het coalitieakkoord 2010-2015 heeft het college zich ten doel gesteld om buurtkamers te realiseren. Uitgangspunt daarbij is dat de buurtkamers zoveel mogelijk aansluiten bij de mogelijkheden en de behoeften in de wijk. Daarbij gaat de voorkeur uit om buurtkamers in bestaande locaties te realiseren. In het voormalig wijkcentrum ’t Slot is een buurtkamer gerealiseerd. Het gaat hierbij om een pilot voor de periode 1 oktober 2012 tot 1 oktober 2014. De buurtkamer ‘Praethuys’ is een laagdrempelige voorziening voor en door bewoners zelf met als doel het versterken van de leefbaarheid in de wijk. In de loop van 2014 wordt de pilot geëvalueerd. Aan de hand van deze evaluatie wordt bekeken of het haalbaar is de buurtkamer een vaste plaats in de wijk te geven en het project eventueel uit te breiden naar andere wijken.

6.6 Beleidsveld Jeugd en jongeren Doelstelling Alle kinderen, jongeren en jongvolwassenen (-9 maanden tot 23 jaar) kansrijk, gezond en veilig laten opgroeien. Hen kansen bieden om hun talenten optimaal te ontwikkelen en mee te doen in de samenleving. Tabel 45 Doelen en activiteiten beleidsveld 6.6 Jeugd en jongeren Doelen 2014

Activiteiten

zo optimaal mogelijke condities bie-  den voor het kansrijk, gezond en veilig opgroeien van kinderen, jongeren en jongvolwassenen voorbereiding op de Transitie Jeugdzorg

    

versterking van het preventieve op-  voed- en opgroei- CJG aanbod  versteviging van de eigen kracht van ouders/opvoeders



samen met de ketenpartners jeugd uitvoering geven aan de maatregelen uit de kadernota jeugdbeleid

besluitvorming over kwaliteit en financiering en afspraken maken met aanbieders over prestaties en prijs voor: Regionale arrangementen; Pilots (zoals het Koplopersproject); Toeleiding naar zorg en hulpverlening en de rol van onderwijs, huisartsen en eerstelijns hulpverlening daarbij. verdere innovatie van de bemoeizorg projecten OGGz (Openbaar Geestelijke Gezondheidszorg), parachute en helpende handen. In verband met de transitie jeugdzorg is in 2013 onderzoek gedaan naar behoeften en ervaringen met de huidige projecten onder de doelgroep en professionals, dat de basis vormt voor de aanpassing van de werkwijze. afstemmen van het aanbod opvoed- en opgroeiondersteuning naar de nieuwe kaders van de transitie Jeugdzorg doorontwikkelen van het CJG-team als basisinfrastructuur voor de toekomstige toegangsfunctie

 

de pedagogische basiscompetenties van (mede-) opvoeders versterken door bijvoorbeeld opleidingen of trainingen aan te bieden professionals trainen in het Eigen Kracht denken de betrokkenheid bevorderen van informele netwerken bij de leefomgeving van kinderen en bij het oplossen van opvoedvraagstukken in de wijk

goede toegang tot de preventieve  en gespecialiseerde jeugdhulpverlening 

besluitvorming over de toegangsfunctie tot de preventieve en gespecialiseerde jeugdhulpverlening. vormgeven van regionale pilots op het gebied van toegang.


55

Doelen 2014

Activiteiten

harmonisatie voorschoolse voorzie-  ningen

doorvoeren toekomstige wetswijziging harmonisatie voorschoolse voorzieningen.

Transitie Jeugdzorg Ter voorbereiding op de decentralisatie Jeugdzorg is in de afgelopen periode op lokaal niveau het projectplan koplopers verder uitgewerkt en uitgevoerd. De eerste resultaten over deze geïntegreerde werkwijze zijn bemoedigend en positief. De resultaten worden gebruikt voor de verdere vormgeving van de transformatie Jeugdzorg op lokaal, regionaal en bovenregionaal niveau. Er is een inventarisatie gemaakt naar de benodigde schaal om tot efficiënte en effectieve gemeentelijke jeugdzorg te komen. Bijvoorbeeld: het organiseren van een bovenregionale inkoopfunctie en de inzet van dure zorg. In overleg met het onderwijs wordt aansluiting gezocht tussen Passend Onderwijs en de Jeugdzorg. In 2014 worden hier afspraken over gemaakt. De functie die Hoorn als centrumgemeente bekleedt op het gebied van integraal jeugd- en onderwijsbeleid wordt verder uitgewerkt. Daaropvolgend worden afspraken gemaakt over deze rol met de regiogemeenten en de regio NoordHolland Noord. Toekomst kinderopvang, peuterspeelzaalwerk en VVE In het regeerakkoord Rutte II staat de volgende aangekondigde wetswijziging: "Onderwijs, kinderopvang, peuterspeelzalen en voor- en vroegschoolse educatie moeten op elkaar afgestemd zijn. […] Om de onderlinge afstemming van onderwijs, peuterspeelzaalwerk en kinderopvang te optimaliseren wordt de financiering van het peuterspeelzaalwerk onder de Wet Kinderopvang gebracht. Daarbij zal bestaande gemeentelijke financiering worden betrokken." Naar verwachting stuurt de minister in het najaar van 2013 een brief naar de Tweede Kamer met daarin een eerste uitwerking van de opdracht uit het Regeerakkoord om de financiering van het peuterspeelzaalwerk onder de Wet kinderopvang te brengen. Waarschijnlijk betrekt het kabinet ook de financiering van de voor- en vroegschoolse educatie (VVE) hierbij. Voor 2014 is bekend hoeveel budget de gemeente krijgt voor VVE, maar vanaf 2015 is er nog onduidelijkheid. De wetswijziging gaat niet alleen over een verandering van de financiering. Ook onderzoekt de minister of het mogelijk is om kinderopvang en peuterspeelzalen (inclusief VVE) samen te voegen. Stichting Netwerk (grootste aanbieder van peuterspeelzaalwerk in Hoorn) inventariseert vooruitlopend op de wetswijziging wat de mogelijkheden zijn voor omvorming van de huidige financiering van het peuterspeelzaalwerk naar financiering volgens de Wet Kinderopvang. Op die manier kan de stichting de bedrijfsvoering op tijd aanpassen, zodat de transformatie van subsidierelatie naar financiering via de Belastingdienst soepel verloopt. Ook een aantal kinderopvanginstellingen in Hoorn bereidt zich voor op de integratie van voorschoolse voorzieningen door samenwerking met Stichting Netwerk of het aanbieden van de VVE-werkwijze. Landelijk gezien is dus nog veel onduidelijk. Bekend is wel dat de voorschoolse voorzieningen gaan veranderen. Voorgesteld wordt om hiervoor een PM-post op te nemen in de begroting 2014.

6.7 Beleidsveld Integratie en participatie Doelstelling Iedereen kan en moet meedoen; dit is een belangrijk speerpunt. Hoorn gaat uit van eigen kracht en eigen verantwoordelijkheid van mensen en ondersteunt en faciliteert waar nodig. Discriminatie, pesten en uitsluiting wordt zoveel mogelijk tegengegaan en voorkomen.

56


Tabel 46 Doelen en activiteiten beleidsveld 6.7 Participatie Doelen 2014

Activiteiten

van specifiek naar generiek integra-  tiebeleid



verschuiving van specifiek beleid per doelgroep naar een algemeen emancipatiebeleid gericht op integratie van minderheden, maatschappelijke acceptatie van verschillende culturen en leefvormen en het tegengaan van pesten en discriminatie. Omdat verschillende doelgroepen wel met andere problematieken te maken hebben, is het van belang hier binnen wel specifieke aandacht voor verschillende doelgroepen te houden. voortzetten van de gesprekken tussen de verschillende doelgroepen en het college (bijvoorbeeld ouderen, allochtonen, groepen voor lesbiënnes, homoseksuelen, biseksuelen en transgenders).

uitvoering wettelijke taak antidiscriminatiebeleid



omvormen van de huidige antidiscriminatievoorziening naar een laagdrempelige en zichtbare voorziening die in de Hoornse samenleving is ingebed.

afronding project Lokaal actieplan LHBT 2012-2014



afsluiten lokaal actieplan voor lesbiennes, homoseksuelen, biseksuelen en transgenders (LHBT) 2012-2014 en borgen van behaalde resultaten in reguliere activiteiten van organisaties na 2014 eindmeting effect beleidsinzet onder leerlingen en docenten met periodieke bijeenkomsten en conferenties bevorderen van de samenwerking tussen doelgroepenorganisaties en organisaties in zorg, onderwijs en sport. Vergroten van zichtbaarheid en acceptatie van diversiteit in de samenleving. Incidenten aanpakken en pesten tegengaan.

 

stimulering van jongeren voor vrijwilligerswerk



naar aanleiding van de komende wetswijziging wordt samen met andere Westfriese gemeenten gezocht naar een nieuwe vorm van stimulering. Een afgeslankte vorm van de maatschappelijke stage maakt daar onderdeel van uit.

Integratie De integratiemonitor over de afgelopen twee jaar maakt duidelijk dat de integratie van met name oudere etnische minderheden en een groot deel van de tweede generatie te wensen overlaat. Zij weten niet goed genoeg hoe het onderwijs, de gezondheidszorg en de arbeidsmarkt in elkaar steken. De achterstand wordt hierdoor van generatie op generatie doorgegeven. Het Rijk stapt af van specifiek integratiebeleid voor etnische minderheden, maar gaat over op generiek integratiebeleid. Dit betekent dat de problemen van etnische minderheden integraal in bestaande beleidsvelden moeten worden opgelost. Hoorn ondersteunt deze gedachte en heeft hier al op geanticipeerd. Het Rijk volgt de ontwikkelingen in de gemeente Hoorn met belangstelling. De integratiemonitor wordt daarom ook niet meer herhaald. Tabel 47 Doelen en activiteiten beleidsveld 6.7 Integratie Doelen 2014

Activiteiten

voorkomen van instroom in en het bevorderen van uitstroom uit de Wet Werk en Bijstand (WWB)



    


mensen die direct bemiddelbaar zijn voor arbeid, tijdens het WWBaanvraagproces direct vacatures aanbieden en begeleiden naar de arbeidsmarkt door het organiseren van speeddates met accountmanager en klant. handhavingsactiviteiten intensiveren. het Werkgeversservicepunt begeleidt mensen die direct bemiddelbaar zijn gedurende 6 maanden actief naar de arbeidsmarkt, zonder extra inzet van budget. ontwikkelen Werkgeversservicepunt Westfriesland. Social Return on Investment (SROI) verder inbedden in de organisatie. Bij elke Europese aanbesteding SROI toepassen. met Bondgenootschap (o.a. met gemeenten en werkgevers) in Westfriesland aanbieden van taaltrajecten voor laaggeletterden.

57

Doelen 2014

Activiteiten

intensivering samenwerking van werkgeversbenadering met Westfriese gemeenten



efficiënte inzet middelen reintegratie



 

 gecoördineerde benadering bedrijven en werkgevers



doorgroei Werkgeversservicepunt waaraan alle Westfriese gemeenten deelnemen. voorbereiden komst Werkorganisatie Westfriesland. verdere implementatie en uitvoering van het Regionaal Programma Arbeidsmarkt Noord-Holland Noord. mensen die direct bemiddelbaar zijn direct begeleiden naar arbeid (zonder inzet van budget, wel door bemiddeling van het WSP). zoveel mogelijk re-integratietrajecten in eigen beheer uitvoeren. bij de benadering van werkgevers samen optrekken met Economische zaken en gebruik maken van elkaars netwerk. De doorontwikkeling van het WSP Westfriesland wordt vorm gegeven in samenwerking tussen Sociale en Economische Zaken

Toelichting doelen werk: Het aantal WWB uitkeringen steeg in het jaar 2013 met 9 procent. De ambitie van Hoorn is het aantal bijstandsgerechtigden in het jaar 2014 niet te laten groeien. Dit gebeurt door het voorkomen van instroom, meer en betere handhaving, verdere ontwikkeling van regionale werkgeversdienstverlening en het zo efficiënt mogelijk inzetten van de re-integratiemiddelen. De Westfriese gemeenten en Op/maat werken samen om deze ambitie vanaf 2015 te realiseren in de vorm van de Werkorganisatie Westfriesland. Op 1 januari 2015 treedt de Participatiewet in werking. Met de Participatiewet wil het kabinet bereiken dat zoveel mogelijk mensen deelnemen (participeren) in de samenleving. De nieuwe wet voegt de Wet werk en bijstand, de Wet sociale werkvoorziening en een deel van de Wajong samen. Er geldt straks dus één regeling voor iedereen die in staat is om te werken. Werkgevers moeten tot 2026 in totaal 100.000 extra banen realiseren voor mensen met een arbeidsbeperking. Blijft het aantal banen achter bij deze doelstelling, dan treedt de wettelijke quotumregeling in werking. Het kabinet wil dit voorkomen en is blij dat in het Sociaal Akkoord is afgesproken dat werkgevers meer verantwoordelijkheid nemen voor deze doelgroep. De betrokkenheid van werkgevers moet vorm krijgen in een nieuw samenwerkingsverband (samen met werknemersorganisaties en de gemeente), het Werkbedrijf. Het initiatief om tot een nieuw Werkbedrijf te komen, ligt bij de gemeenten in de arbeidsmarktregio (Noord-Holland Noord). Voor mensen die zelf niet het wettelijk minimumloon kunnen verdienen, komt loonkostensubsidie beschikbaar in plaats van het instrument loondispensatie.


Begroting 2013

saldo

saldo

lasten

baten

saldo

2015

2016

2017

Inkomen

2.383

4.447

26.008

22.701

3.307

3.326

3.294

3.297

Armoedebeleid en schuldhulpverlening

3.132

3.059

4.067

90

3.977

3.988

3.975

3.981

27

29

22

-

22

21

21

21

12.980

12.622

15.489

3.020

12.469

12.349

12.210

12.209

Welzijnswerk

3.818

4.222

4.128

5

4.123

4.004

3.973

3.906

Jeugd en jongeren

1.198

1.316

1.278

75

1.203

1.191

1.180

1.188

Ouderen Maatschappelijke ondersteuning

58

Begroting 2014

Meerjarenraming


Rekening 2012

Begroting 2013

saldo

saldo

lasten

baten

saldo

2015

2016

2017

4.826

1.483

5.473

3.050

2.423

2.399

2.186

2.188

28.364

27.178

56.465

28.941

27.524

27.278

26.839

26.790


776

73

73

73

73

73


119

940

726

370

202

198

29.021

26.311

26.871

26.981

26.710

26.665

Integratie en participatie Totaal saldo van baten en lasten

Resultaat

Begroting 2014

Meerjarenraming


Bedrag

V/N

Beleidsveld Inkomen Toerekening van kosten voor personeel en ondersteunende taken

1.123

V

In 2012/2013 zijn de contracten voor de uitvoering van de WWB voor twee omliggende gemeenten incidenteel aangepast. In 2013 wordt dit geëvalueerd en met een apart voorstel voor de verdere toekomst voorgelegd. Vanaf 2014 zijn de oorspronkelijke ramingen aangehouden.

29

V

Door de verhuizing van Sociale Zaken naar het gemeentehuis is het niet logisch de kosten van het gebouw binnen programma 6 te bewaken. Deze kosten worden vanaf 2014 verantwoord in programma 8.

240

V

Door de verhuizing van Sociale Zaken naar het gemeentehuis is het niet logisch de opbrengsten van het gebouw binnen programma 6 te bewaken. Deze opbrengsten worden vanaf 2014 verantwoord in programma 8.

251

N

84

N

1.207

N

200

V

5

V

84

V


121

V

Er wordt in 2013 op de aanbesteding rolstoelen en vervoersvoorzieningen bezuinigd. Dit loopt jaarlijks met € 100.000 op tot € 400.000 in 2016.

100

V

90

N

116

N

Zo'n 63% van de kosten van de regiotaxi worden doorbelast aan de regiogemeenten. De inkomsten stijgen ook door de verhoging van de uitvoeringskosten.

73

V

De ombuigingstaakstelling op subsidies leidt tot een lagere subsidieverstrekking op de WMO.

61

V

Verrekening met reserves Beleidsveld Armoedebeleid en schuldhulpverlening Toerekening van kosten voor personeel en ondersteunende taken Voor 2013 is incidenteel een budget nodig geweest voor de opstartkosten voor de uitvoering van het beleidsplan schuldhulpverlening . In 2013 heeft de voedselbank een bijdrage ontvangen als waardering voor hun werk. In 2012 is de regionale bijdrage ontvangen voor de inhuur van de regionale projectleider voor 10 uur per week en de inhuur van externe deskundigheid voor het transformatieprogramma. Deze bijdrage is gegeven voor de duur van het gehele project, transformatieprogramma 2012-2014. Beleidsveld Maatschappelijke ondersteuning

Er is een stelpost ingesteld voor mutaties in de WMO uit de algemene uitkering. Deze raming fluctueert jaarlijks. De uitvoeringskosten voor de regiotaxi worden jaarlijks verhoogd met de NEA-index.


59


Bedrag

V/N

Beleidsveld Welzijnswerk Lagere subsidie-uitgaven door raadsbesluit heroverweging subsidies.

130

V

Structureel effect bijstelling looncompensatie subsidie Stichting Netwerk 2013. In de begroting 2013 is rekening gehouden met 1,75% looncompensatie. O.b.v. het (te volgen) VNG advies wordt 3,43% verwacht plus een eenmalige bijdrage van € 300 per werknemer.

36

N

Looncompensatie subsidie Stichting Netwerk 2014 (2%).

43

N

In 2013 is incidenteel een budget beschikbaar gesteld voor extra welzijnsactiviteiten in de Kreek.

18

V

In de Najaarsbijstelling 2012 is incidenteel een bedrag uit 2012 overgeheveld naar 2013 omdat de door te voeren korting op de subsidie van Netwerk in werkelijkheid een iets ander verloop heeft dan vooraf geraamd.

40

V


50

N

In 2013 incidenteel budget extra beschikbaar gesteld voor de afronding van het project Bo Futuro.

14

V

In 2013 is er budget beschikbaar gesteld voor de personele inzet kwaliteitsimpuls peuterspeelzalen.

68

V

In 2013 is incidenteel budget beschikbaar gesteld voor uitbreiding groepen peuterspeelzalen stichting Netwerk.

28

V

1.097

N

120

V

81

N

Beleidsveld Jeugd en jongeren

Beleidsveld Integratie en participatie Toerekening van kosten voor personeel en ondersteunende taken In 2013 zijn er incidentele uitgaven geweest voor de beëindiging ID-banen. Verrekening met reserves

Toelichting toerekening van kosten voor personeel en ondersteunende taken De personeelslasten zijn op basis van een nieuwe methode van kostentoerekening over de programma’s verdeeld. Gezien over alle programma’s is de uitwerking van de nieuwe systematiek neutraal. Zie ook de tekst in de Kadernota 2013. Toelichting investeringen in 2014 In 2014 zijn er binnen dit programma geen investeringen geraamd. Toelichting mutaties reserves en voorzieningen in 2014 Reserve welzijnsvoorzieningen Bangert en Oosterpolder In 2014 wordt een bedrag van € 73.000 in deze reserve gestort voor de realisatie van de multifunctionele accommodatie. Voor de kapitaallasten hiervan wordt een bedrag van € 200.000 aan deze reserve onttrokken. Reserve Afschrijvingslasten investeringen De afschrijvingslasten van de aanpassingen aan diverse peuterspeelzalen, in totaal € 7.000, worden aan deze reserve onttrokken. Algemene Reserve Voor de uitvoering van het beleidsplan Integrale Schuldhulpverlening West-Friesland wordt in 2014 een bedrag van € 350.000 onttrokken aan de Algemene Reserve. Voor de afbouw van de ID-banen op scholen wordt in 2014 een bedrag van € 119.000 onttrokken aan de Algemene Reserve. Voor de aanvulling tot 130% voor ex-ID’ers wordt in 2014 een bedrag van € 50.000 onttrokken aan de Algemene Reserve. Toelichting mutaties voorzieningen in 2014 In 2014 zijn er binnen dit programma geen verrekeningen met voorzieningen geraamd.

60


Programma 7 Volksgezondheid en milieu Hoofddoelstelling  Een gegarandeerde, goede basisvoorziening voor collectieve preventie en bescherming van de volksgezondheid in Hoorn.  Voldoende en goed functionerende afvalwaterinzameling en -transport die voldoen aan milieutechnische eisen.  Een leefbare en duurzame stad die voldoet aan de actuele milieuwet- en regelgeving. Beleidsvelden 7.1 Gezondheidszorg 7.2 Milieu 7.3 Riolering en afval 7.4 Begraafplaatsen De beleidskaders van dit programma zijn opgenomen en kort toegelicht in bijlage 7.

7.1 Beleidsveld Gezondheidszorg Doelstelling De verschillende beleidsterreinen en het aanbod op het gebied van volksgezondheid worden op elkaar afgestemd. Bijzondere aandacht gaat uit naar preventie van een ongezonde leefstijl. Jeugdgezondheidszorg: zie programma 6, beleidsveld 6.6 Jeugd en jongeren. Jeugd en Alcohol: zie programma 1, beleidsveld 1.2 openbare orde en veiligheid. Jeugd en Drugs: zie programma 1, beleidsveld 1.2 openbare orde en veiligheid Tabel 50 Doelen en activiteiten beleidsveld 7.1 Gezondheidszorg Doelen 2014

Activiteiten

speerpunten Nota Lokaal Gezondheidsbeleid 2013-2016 uitgevoerd



De verschillende beleidsterreinen en het aanbod op het gebied van volksgezondheid worden op elkaar afgestemd. Bijzondere aandacht gaat uit naar preventie van een ongezonde leefstijl.

het terugdringen van het alcoholge-  bruik onder jongeren en de leeftijd waarop jongeren met alcohol drinken beginnen.

zie programma 1, beleidsveld 1.2 project Jeugd, Alcohol en Drugs.

Nota Lokaal Gezondheidsbeleid In 2013 is de Nota Lokaal Gezondheidsbeleid vastgesteld. De speerpunten in deze nota zijn alcohol, roken en drugs, overgewicht en diabetes en psychische problematiek. Jeugd en ouderen zijn als extra belangrijke doelgroep benoemd. Er wordt aangehaakt bij al bestaande maatregelen en bij nieuwe maatregelen zet Hoorn in op bewegen en weerbaarheid. Met deze integrale aanpak worden verbindingen gelegd tussen beleidsterreinen als welzijn, sport, jeugd en ouderen. Voor de relatie met de GGD wordt verwezen naar de paragraaf Verbonden Partijen.

7.2 Beleidsveld Milieu Doelstelling Hoorn biedt een schone, veilige en duurzame leef- en werkomgeving. Daarbij ligt de focus op een klimaatneutraal Hoorn in 2040.


61

Tabel 51 Doelen en activiteiten beleidsveld 7.2 Milieu Doelen 2014

Activiteiten

borging kwaliteit vergunningentra-  ject milieu en voldoen aan landelijke kwaliteitscriteria voor de werkwijze klimaatvisie en programma Puur Hoorn uitgevoerd



  



het handhavingsprogramma milieu 2014 uitvoeren

de projecten en activiteiten uitvoeren uit het programmaplan Puur Hoorn 2013-2014, onder andere Duurzaam Zwaag, stimuleren elektrisch rijden, duurzaamheid stimuleren bij subsidierelaties, isolatieveiling, mogelijkheden verkennen zonnepark uitvoeren van een pilot op het gebied van openbare verlichting: dimbare LED in een woonwijk uitvoeren van een wijkaanpak gericht op de particuliere bestaande bouw. Doel is de wijk te verduurzamen door het opzetten van een campagne waarbij informeren en faciliteren centraal staat bevorderen bewustwording/gedrag bij inwoners/bedrijven door het uitvoeren met het marketing-/communicatieplan Puur Hoorn, onder andere Puur Hoorn award, duurzaamheidscampagnes, workshops en lezingen organiseren uitvoering plan van aanpak ‘op weg naar een duurzame bedrijfsvoering’ (zie paragraaf bedrijfsvoering voor toelichting)

7.3 Beleidsveld Riolering en afval Doelstelling Hoorn heeft een goed functionerend afvalwatersysteem, is een schone stad en heeft een goede inzamelstructuur. Tabel 52 Doelen en activiteiten beleidsveld 7.3 Riolering en afval Doelen 2014

Activiteiten

een goed functionerend rioleringssysteem

  

een goed functionerend afvalinzamelsysteem

  

uitvoeren, evalueren en opstellen van jaarplannen rioleringen samenwerken met de zeven Westfriese gemeenten en hoogheemraadschap om kosten te verlagen, kwaliteit te verbeteren de duurzaamheid te verhogen aantal grootschalige vervangingen (persleidingen en gemalen) zie voor activiteiten het onderdeel CAW in de paragraaf ‘Verbonden Partijen’ handhavingsacties verkeerd aanbieden huisvuil vervangen afvalcontainers Grote Waal

Aantal grootschalige vervangingen (persleidingen en gemalen) In 2014 wordt gefaseerd de riolering in de Molenwijk (Grote Waal) vervangen. Met het hoogheemraadschap wordt een persleiding aangelegd vanaf de Koopvaarder, via de Oostergouw, naar de Westfrisiaweg en worden voorbereidingswerkzaamheden uitgevoerd voor de bouw van een boostergemaal op de plek van de huidige ontvangstput Koopvaarder.

7.4 Beleidsveld Begraafplaatsen Doelstelling Hoorn heeft voldoende mogelijkheden voor inwoners om in de eigen gemeente begraven te worden.

62


Tabel 53 Doelen en activiteiten beleidsveld 7.4 Begraafplaatsen Doelen 2014

Activiteiten

voldoende begraafcapaciteit



aanleg van de nieuwe begraafplaats Zuiderveld, begin 2015 in gebruikname


Begroting 2013

saldo

saldo

lasten

baten

saldo

2015

2016

2017

Gezondheidszorg

3.882

4.293

4.352

172

4.180

3.833

3.816

3.848

Milieu

1.350

1.604

1.562

35

1.527

1.527

1.207

1.207

-2.094

-907

12.866

13.769

-903

-935

-1.006

-1.059

46

18

332

316

16

21

18

15

3.184

5.008

19.112

14.292

4.820

4.446

4.035

4.011


875

-

-

-

-

-


600

594

466

439

63

53

3.459

4.414

4.354

4.007

3.972

3.958

Riolering en afval Begraafplaatsen Totaal saldo van baten en lasten

Resultaat

Begroting 2014

Meerjarenraming


Bedrag

V/N

Gezondheidszorg De raad heeft bij de jaarrekening 2012 besloten om de in 2012 niet-bestede CJGmiddelen over te hevelen naar 2013 voor de doorontwikkeling van het CJG binnen de transitie jeugdzorg.

172

V

De bijdrage aan de mobiliteitspool aan de GGD is overgeheveld naar een ander product.

20

V

Lagere bijdrage salarislasten diverse medewerkers

37

V

Hogere bijdrage aan GGD Hollands Noorden vanwege wijziging inwoneraantallen en doorbetaling rijksbijdrage t.l.v. achtervang en overboeking budget mobiliteitspool.

97

N

187

N

Incidenteel budget in 2013 voor bodemonderzoeken uit ISV-3 voor de Poort van Hoorn € 40.000 en het Julianapark € 6.000.

46

V

De bijdrage aan de RUD in 2014 is 2,5% lager dan de bijdrage aan de Milieudienst West-Friesland in 2013 wegens doorlopende taakstellingen.

31

V


43

V


33

N

Verrekening met reserves Milieu

Riolering en afval


63


Bedrag

In 2014 is een incidenteel budget geraamd voor het opstellen van een nieuw GRP (Gemeentelijk Riolerings Plan). Per saldo budgettair neutraal want wordt verrekend met de reserve riolering.

V/N

38

N

De geraamde inkomsten zijn in overeenstemming met het GRP hoger dan in voorgaand jaar. Per saldo budgettair neutraal want wordt verrekend met de reserve riolering.

158

V

Hogere uitgaven dagelijks onderhoud openbare ruimte als gevolg van areaaluitbreiding. Per saldo budgettair neutraal want wordt verrekend met de reserve riolering.

38

N

Aansluiting geraamde kapitaallasten en kapitaallasten in het GRP. Per saldo budgettair neutraal want wordt verrekend met de reserve riolering.

96

N


59

V


11

V

Lagere kapitaallasten

89

N

Begraafplaatsen

Toelichting toerekening van kosten voor personeel en ondersteunende taken De personeelslasten zijn op basis van een nieuwe methode van kostentoerekening over de programma’s verdeeld. Gezien over alle programma’s is de uitwerking van de nieuwe systematiek neutraal. Zie ook de tekst in de Kadernota 2013. Toelichting investeringen in 2014 In 2014 zijn vervangingsinvesteringen gepland met betrekking tot riolering en gemalen. Toelichting mutaties reserves in 2014 Reserve riolering Voor de kosten van instandhouding en investeringen aan het riool is in het huidige gemeentelijk rioleringplan (GRP) een berekening gemaakt voor een kostendekkend stelsel op de lange termijn. Hierdoor ontstaat er met betrekking tot de riolering jaarlijks een saldo dat gestort of onttrokken wordt aan de reserve riolering. In 2014 is een onttrekking geraamd van € 146.000. Reserve Stimuleringsmaatregelen Duurzaamheid In 2014 wordt € 170.000 onttrokken voor de uitvoering van het programma duurzaamheid, € 75.000 voor een initiatievenpot duurzaamheid en € 75.000 voor inzet voor de bestaande bouw ter uitvoering van energiebesparende maatregelen. Toelichting mutaties voorzieningen in 2014 Voorziening riolering Ter voorkoming van een explosieve toename van de kapitaallasten is in het huidig gemeentelijk rioleringplan (GRP) een plafond gesteld voor investeringen met betrekking tot riolen en gemalen. Alle investeringsbedragen boven dit plafond zullen direct ten laste worden gebracht van de voorziening riolering. Op grond van de huidige gegevens is een jaarlijkse dotatie van € 900.000 voldoende om de kosten te dekken.

64


Programma 8 Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting Hoofddoelstelling De beschikbare ruimte zo efficiënt, duurzaam en leefbaar mogelijk invullen. De samenleving hierbij betrekken en uitgaan van de eigen kracht en verantwoordelijkheid van de gebruikers van de ruimte. Beleidsvelden 8.1 Stedenbouw en Ruimtelijke ordening 8.2 Volkshuisvesting 8.3 Woonwagens 8.4 Wijkgericht werken 8.5 Bouwen 8.6 Grondzaken De beleidskaders van dit programma zijn opgenomen en kort toegelicht in bijlage 7.

8.1 Beleidsveld Stedenbouw en Ruimtelijke ordening Doelstelling Flexibiliteit en duurzaamheid staan voorop bij de (her)inrichting van de ruimte. Het gemeentebestuur speelt in op maatschappelijke ontwikkelingen op het gebied van wonen, werken en recreeren. Een goede opbouw en ruimtelijke structuur van de stad zijn uitgangspunt, waarbij aandacht is voor alle bevolkingsgroepen. Speciale aandacht gaat uit naar levensloopbestendig bestemmen. Bij nieuwe ontwikkelingen stelt de gemeente zich uitnodigend en faciliterend op ten opzichte van initiatiefnemers. Tabel 56 Doelen en activiteiten beleidsveld 8.1 Stedenbouw en Ruimtelijke ordening Doelen 2014

Activiteiten

vrijetijdspark Blauwe Berg gereed



afronden van de bouw van de hotel-/bioscoop/casino combinatie, inclusief parkeerterrein

Missiehuis en omgeving (Blauwe Berg-Zuid) hebben een nieuwe functie



uitwerken van het planinitiatief voor de vestiging van school voor voortgezet onderwijs Werenfridus en de bouw van een multifunctioneel (para)medisch centrum maken van een ontwerp voor de openbare ruimte van het gebied

 beter benutten van de ligging aan het water door het realiseren van een kustzone die meer wordt ‘beleefd’ door bewoners, bedrijven en bezoekers

voorbereiden van projecten uit het Programma Waterfront, waaronder:  aanleggen stadsstrand en aansluitende natuurzone  invullen locatie Oude Schouwburg  herinrichten Westerdijk (boulevard)

beter benutten van de ligging aan het Markermeer (visie Waterfront)

  

beoordelen planvorming Deltaprogramma IJsselmeergebied beoordelen planvorming luwtemaatregelen Hoornsche Hop deelnemen aan project voor de dijkversterking Hoorn-EdamAmsterdam

kwaliteitsverbetering openbare ruimte

 

vaststellen aanpassing Leidraad Inrichting Openbare Ruimte (LIOR) opstellen van een plan voor Integraal Beheer Openbare Ruimte (IBOR) met als doel een efficiënte inzet en een integrale gebiedsgerichte aanpak

van welstandstoezicht naar ruimte-  lijke kwaliteit


opstellen van een Welstandsnota nieuwe stijl

65

Doelen 2014

Activiteiten

programma Poort van Hoorn: verbeteren bereikbaarheid binnenstad en de ruimtelijke kwaliteit stationsgebied en omgeving

      

bestemmingsplannen zijn actueel





opstellen subsidieplan starten nieuwbouw Leekerweide starten aanleg Carbasiusweg met tunnel starten reconstructie De Weel treffen geluidwerende maatregelen aan woningen en wegen rond Carbasiusweg en De Weel starten bouw tijdelijke parkeergarage Transferium aanbrengen geluidschermen Koepoortsweg afronden bestemmingsplannen Pelmolenpad, Dampten/ Berkhouterweg, Maelsonstraat en omgeving, Bedrijventerrein Westfrisia, Sterflats en omgeving, Tweeboomlaan 89 (voormalig wijkcentrum de Schoor), Bedrijventerrein Hoorn80, Risdam voorbereidende besluitvorming voor de actualisering van de bestemmingsplannen voor de gebieden Hoornsche Hop, Grote Waal, De Lanen, linten Westerblokker-Oost en Bangert-Zuid (Bangert en Oosterpolder)

Van welstandstoezicht naar ruimtelijke kwaliteit In de huidige situatie is de kwaliteit van welstand voor Hoorn in de Welstandsnota vastgelegd. Deze wordt hoofdzakelijk gebruikt als toetsingskader bij de beoordeling van aanvragen voor de omgevingsvergunning. In 2014 wordt gestart met het opstellen van een welstandsnota nieuwe stijl waarin de gewenste kwaliteit van de stad wordt herzien. Programma Poort van Hoorn De structuurvisie Poort van Hoorn is op 5 februari 2013 vastgesteld. In vervolg daarop is voor een deel van het plangebied het bestemmingsplan Pelmolenpad, Dampten/ Berkhouterweg, Maelsonstraat en omgeving opgesteld. Het afronden van de procedure tot vaststelling van het plan wordt eind 2013 verwacht. Dan kan in de tweede helft van 2014 gestart worden met de aanleg van de Carbasiusweg. Actueel houden van de bestemmingsplannen De gemeente heeft de wettelijke plicht om bestemmingsplannen iedere tien jaar te actualiseren. Een aantal maatschappelijke ontwikkelingen leidt tot langer zelfstandig wonen. Dit vraagt om aanpassing van de bestemmingsplannen, waarin rekening gehouden wordt met levensloopbestendig bestemmen. De bestemmingsplannen worden daartoe flexibel ingericht zodat optimaal gebruik kan worden gemaakt van de mogelijkheden om levensloopbestendig te bestemmen. De herziening van het bestemmingsplan Hoornsche Hop biedt mogelijkheden voor nieuwe vormen van recreatie, waaronder een duikplek voor wrakduiken. Beter benutten van de ligging aan het Markermeer (visie Waterfront) De visievorming door het Rijk over het IJsselmeergebied verkeert in een afrondend stadium. Het gaat daarbij vooral om het Deltaprogramma IJsselmeergebied, de Rijksstructuurvisie-AmsterdamAlmere-Markermeer en de dijkversterking Hoorn-Edam-Amsterdam. De (rijks)kaders daarvoor zijn het afgelopen jaar bepaald. Voor 2014 gaat het om het kritisch volgen van het proces en te reageren daar waar mogelijk. De visie Waterfront vormt daarbij het uitgangspunt.

8.2 Beleidsveld Volkshuisvesting Doelstelling Door gemeentelijke sturing zorgen voor voldoende passende huisvesting voor woningzoekenden, met aandacht voor specifieke doelgroepen. Inwoners van Hoorn krijgen een grotere eigen verantwoordelijkheid bij de woon- en leefkwaliteit. Dit maakt een integrale benadering van wonen, zorg en welzijn noodzakelijk.

66


Tabel 57 Doelen en activiteiten beleidsveld 8.2 Volkshuisvesting Doelen 2014

Activiteiten

voldoende woningen, zowel kwanti-  tatief als kwalitatief met aandacht voor specifieke doelgroepen         passende huisvesting EUarbeidsmigranten

 

uitvoeren Hoornse deel Regionale Woonvisie West-Friesland en het regionaal Actieprogramma Wonen Noord-Holland Noord 2011-2015 regio West-Friesland in regionaal verband vaststellen van een vraaggestuurd kwantitatief woningbouwprogramma afstemmen van het woningbouwprogramma op de wensen van woonconsumenten (kwalitatief) afstemmen invulling van Bangert en Oosterpolder op de gewijzigde marktomstandigheden heroverwegen uitvoeringsregeling van de starterslening bevorderen van consumentgerichte ontwikkelingen waaronder (collectief) Particulier Opdrachtgeverschap (CPO) uitvoeren van het projectplan Domotica (gericht op technologie in huis). De gemeente vervult hier een coördinerende en stimulerende rol opstellen uitvoeringsprogramma Lokale Woonvisie 2013-2020 opstellen prestatieafspraken met woningcorporatie Mooiland en Intermaris aangaan van een convenant waarin afspraken tussen gemeenten, werkgevers en marktpartijen worden vastgelegd faciliteren nieuwe huisvestingsmogelijkheden

Realiseren van voldoende woningen, zowel kwantitatief als kwalitatief met aandacht voor specifieke doelgroepen Woningbouwtaakstelling: De demografische ontwikkeling en de prognoses hebben geleid tot een aangepaste woningbouwtaakstelling voor de periode tot 2015 in regionaal verband. De taakstelling voor Hoorn is vastgesteld op een niveau tussen de 285 en 315 woningen per jaar. De inschatting is dat de komende jaren ongeveer 100 tot 150 woningen per jaar worden gebouwd. Om deze reden is voor Bangert en Oosterpolder een onderzoek gestart om de bouwproductie op gang te houden en de negatieve gevolgen op de grondexploitatie te beperken. Eén van de mogelijkheden is uitgifte van gronden in erfpacht, zie Kansenkaart Hoorn en paragraaf grondbeleid. Doel is een klantgericht aanbod met behoud van en het zo mogelijk versterken van de kwaliteit. Daarbij wordt de totale woningbouwopgave voor de gemeente Hoorn betrokken. Woonvisie: Centrale doelstelling van de lokale woonvisie is het bieden van een kader om nu en in de toekomst te kunnen blijven voorzien in de woonbehoefte van de huidige en toekomstige inwoners van Hoorn. Doelgroepen:  Senioren en mensen met een beperking Mensen worden steeds meer zelf verantwoordelijk voor kwalitatief goed, duurzaam en zelfredzaam wonen en leven. Mensen in alle leeftijdscategorieën moeten zich hier meer bewust van worden. Diverse maatschappelijke ontwikkelingen leiden ertoe dat mensen langer zelfstandig blijven wonen. Het is nodig de nieuwe en bestaande woningvoorraad op deze ontwikkeling aan te passen. Daarnaast kan Domotica (technologie in huis) een belangrijke bijdrage leveren aan het langer zelfstandig wonen. Doelstelling is om met gebruik van Domotica de kwaliteit van het wonen te optimaliseren, de veiligheid van mensen te vergroten en de zorg voor diegene die dit nodig hebben meer op afstand te realiseren. Het project heeft een relatie met de beleidsonderwerpen levensloopbestendig wonen, zorg op afstand, innovatie en technologie in de economische healthcluster (Zie ook programma 6 wmo en programma 3 economie). De projectopdracht Domotica wordt in 2014 en 2015 uitgevoerd. Hoorn neemt ook deel aan een bovenregionaal project Domotica. Ken-


67

nis over het gebruik van Domotica op de terreinen wonen, zorg en welzijn wordt zo met drie regio’s gedeeld.  Starters De positie van starters op de woningmarkt is de afgelopen jaren verder verslechterd. Om de druk op de huurmarkt niet verder te laten stijgen, blijft het gewenst om startersleningen beschikbaar te stellen. In 2013 is, inclusief de verdubbelingsbijdrage van het rijk, een bedrag van 1,6 miljoen euro beschikbaar gesteld. Verwacht wordt dat dit bedrag medio 2014 uitgeput is. Op dat moment wordt beoordeeld of het gewenst is om een nieuw budget beschikbaar te stellen. De financiering van de Startersleningen vindt plaats vanuit de revolverende (terugkerende) middelen bij het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse Gemeenten (SVN). Consumentgericht bouwen en keuzevrijheid op de woningmarkt De huidige markt kenmerkt zich door een ruim aanbod van woningen op de bestaande markt en een afnemende vraag hiervoor. De nog resterende vraag in de nieuwbouw concentreert zich vooral op de goedkope en middeldure categorie. Dit betekent dat kwaliteit, diversiteit en betaalbaarheid belangrijker worden. Hierin past dat er ruimte is voor (collectief) particulier opdrachtgeverschap (CPO). De in Bangert en Oosterpolder beschikbare locaties zijn vanwege de hoge grondprijs minder geschikt voor mensen die goedkope(re) woningen willen realiseren. Hoorn wil voor deze doelgroepen passende locaties beschikbaar te stellen. Voor de locaties waar nog geen plannen voor zijn, wil de gemeente een marktconforme grondprijs hanteren. Prestatieafspraken woningcorporaties Intermaris en Mooiland De lokale woonvisie 2013-2020, het door Intermaris vastgestelde beleid in 2013, de nieuwe Woningwet én het bijgestelde beleid voor woningcorporaties vragen om nieuwe prestatieafspraken. De afspraken moeten onder meer gaan over het investeringsvolume van de corporatie en de beschikbaarheid van voldoende woningen voor mensen met lage(re) inkomens. Andere belangrijke punten zijn: de omvorming en transformatie van de bestaande voorraad en het investeren in leefbaarheid en duurzaamheid. Mooiland is een landelijk werkzame corporatie met relatief weinig bezit in Hoorn. De corporatie heeft aangegeven meer te willen investeren in Hoorn. Dit leidt tot prestatieafspraken in de eerste helft van 2014. Passende huisvesting EU-arbeidsmigranten Ook de huisvesting van arbeidsmigranten verdient aandacht. Controle en handhaving van illegale situaties vindt plaats door een integraal interventie- of handhavingsteam. Daarnaast ligt er een regionale taakstelling om te zorgen voor voldoende passende woonruimte. In 2014 volgt een convenant, waarin afspraken tussen gemeenten, werkgevers en marktpartijen worden vastgelegd.

8.3 Beleidsveld Woonwagens Doelstelling Beheer en instandhouding van een (brand)veilig woonwagencentrum. Tabel 58 Doelen en activiteiten beleidsveld 8.3 Woonwagens Doelen 2014

Activiteiten

woonwagencentrum Bobeldijkerweg uitgebreid en opnieuw ingericht

  

starten bouw veertien huurwoningen door Intermaris starten bouw zes vrije sector woningen in 2014 reconstrueren van het bestaande centrum

8.4 Beleidsveld Wijkgericht werken Doelstelling Samenwerken voor een leefbare en veilige woonomgeving door: 

68

het bevorderen van de participatie van bewoners en organisaties en van de onderlinge




samenwerking het verbeteren van de communicatie tussen burgers en het stadsbestuur en het verbeteren van de onderlinge relatie rond alles wat te maken heeft met wonen en leven in de wijken en buurten

Tabel 59 Doelen en activiteiten beleidsveld 8.4 Wijkgericht werken Doelen 2014

Activiteiten

werk, woon- en leefomgeving in de  wijken van Hoorn is verbeterd         meer en andere bewoners zetten zich in voor hun leefomgeving

 

samen met woningcorporaties, bewoners en marktpartijen werken aan de herstructurering van wijken. programma Grote Waal is een pilot starten uitvoeringsprogramma op sociaal, economisch en fysiek gebied op basis van de vastgestelde Wijkvisie opzetten en uitvoeren van wijkgericht programmamanagement uitvoeren plan voor renovatie/sloop en nieuwbouw inclusief de aanpak van de openbare ruimte rond de Sterflats starten van andere projecten uit de wijkvisie, waaronder vernieuwen winkelcentrum Grote Beer ontwikkelen Prismalocatie vervangen riolering en aanpassen openbare ruimte in Grote Waal west stimuleren bewoners mee te werken aan de verbetering van hun leefomgeving via buurtenquête en inzet van buurtbudgetten en daarbij inzetten op zelfredzaamheid van bewoners aantrekkelijk maken van de methode Vreedzame Wijk in Risdam-Zuid voor andere wijken

Project Sterflats: renovatie, sloop en nieuwbouw en opwaardering openbaar gebied Als onderdeel van de wijkvisie Grote Waal zijn in 2012 concrete en breed gedragen besluiten genomen voor de Sterflats. In de loop van 2014 start de nieuwbouw en begint gefaseerd de aanpak van het openbaar gebied. De ervaringen die bij het project Sterflats zijn opgedaan worden gebruikt bij de aanpak van volgende herstructureringsgebieden. Wijkplannen De wijkvisie Grote Waal vormt de basis voor een uitvoeringsprogramma voor deze wijk. In de overige wijken wordt aan de hand van de uitvoeringsplannen uit de lopende wijkplannen aan de verbetering van de leefbaarheid gewerkt. Uitgangspunt daarbij is een intensieve samenwerking met bewoners, Intermaris, Stichting Netwerk, politie en eventueel andere organisaties. Vreedzame wijk In 2011–2012 is de methode van de Vreedzame Wijk in Risdam-Zuid toegepast. Meer partijen zijn erbij betrokken, waaronder bewoners via het overleg Leefbaarheid Risdam-Zuid/Nieuwe Steen. Doel is hier de komende periode nog meer partijen bij te betrekken (Stichting Netwerk, politie, Intermaris). Daarmee moet de methode zo aantrekkelijk worden dat andere wijken zich hierbij gaan aansluiten. Zelfredzaamheid bewoners De wijkaanpak blijft gericht op zelfredzaamheid van bewoners. Uitgangspunt daarbij is de vraag: wat is uw bijdrage? Het buurtbudget blijft hierbij een ondersteuningsinstrument.

8.5 Beleidsveld Bouwen Doelstelling Het waarborgen van een veilig en verantwoord gebouwenbestand in Hoorn. Een klantgerichte werkwijze hanteren bij vergunningverlening, toezicht en handhaving, zonder dat het publieke belang wordt geschaad.


69

Tabel 60 Doelen en activiteiten beleidsveld 8.5 Bouwen Doelen 2014

Activiteiten

vergunningverlening vereenvoudigd   voldoen aan landelijke kwaliteitscri-  teria toezicht huisvesting EUmigranten in standaard werkprocessen geborgd



invoeren flitsvergunning, Buren-akkoord, Systeemtoezicht, Bonusmalus toezicht verbeteren borging sluitende cyclus vergunningverlening – toezicht en handhaving door samenwerking in de regio Westfriesland voldoen aan de landelijke kwaliteitscriteria vergunningen, toezicht- en handhavingstaken onderbrengen van toezicht in de kwaliteitskring Westfriesland

Invulling geven aan terugtredende overheid en vereenvoudiging vergunningverlening Vier pilots starten, waarbij de overheid terugtreedt en de verantwoordelijkheid meer bij private partijen komt te liggen. Het gaat om de volgende pilots: 

 



de Hoornse Flitsvergunning: deze zorgt voor een snellere vergunningprocedure voor kleine vergunningplichtige bouwinitiatieven. Dit gebeurt met behoud van de esthetische en planologische kwaliteit het Burenakkoord: bouwinitiatieven, waarbij afgeweken wordt van het bestemmingsplan, gaan via een versnelde procedure systeemtoezicht: het gaat hier om grote bouwprojecten en ondernemingen die regelmatig op de naleving van regels worden gecontroleerd. Hierbij organiseert de uitvoerende partij zelf het toezicht op naleving van de regels bonus-malus toezicht: er wordt een toezichtsysteem opgezet op basis van vertrouwen en prestaties. Als tijdens controles blijkt dat de vergunninghouder zich aan de voorschriften houdt, wordt deze minder belast met toezicht

Voldoen aan landelijke kwaliteitscriteria Het Rijk heeft voor de omgevingsvergunning (Wabo) kwaliteitscriteria opgesteld. Per 1 januari 2015 moeten de gemeente en Regionale Uitvoerings Dienst (RUD) aan deze criteria voldoen. De wettelijk verplichte taken en milieutaken van Hoorn zijn in de RUD ondergebracht. Uit onderzoek is gebleken dat door samenwerking binnen de kwaliteitskring vergunningen, toezicht en handhaving (VTH) de gemeenten in Westfriesland aan de kwaliteitscriteria voor de eigen wettelijke taken kunnen voldoen. Borgen toezicht huisvesting EU-migranten in standaard werkprocessen Per 1 januari 2014 stopt het project Kompas. Daarna worden de activiteiten in de reguliere werkprocessen ondergebracht. Een onderdeel is het uitvoeren van toezicht en handhaving, inclusief de organisatie hiervan. De verwachting is dat de coördinatie van de uitvoering binnen de kwaliteitskring kan plaatsvinden.

8.6 Beleidsveld Grondzaken Doelstelling Het beheren en exploiteren van gronden en panden, om fysieke-, sociale- en/of economische ontwikkeling van de stad mogelijk te maken:  

70

de gemeente faciliteert ruimtelijke projecten in Hoorn door actief grondbeleid en vastgoedontwikkeling de gemeente stelt bewoners en bedrijven van Hoorn in staat om in erfpacht uitgegeven grond in eigendom te verkrijgen


Tabel 61 Doelen en activiteiten beleidsveld 8.6 Grondzaken Doelen 2014

Activiteiten

Zevenhuis in exploitatie



Tweeboomlaan 89 (voormalig wijk-  centrum de Schoor) herontwikkeld

verkopen van circa 2,5 ha uitgeefbare bedrijfsgrond in samenwerking met andere partijen (voor verdere informatie zie programma 3) verkopen van uitgeefbare grond

Bangert & Oosterpolder verder ontwikkeld



uitgeven van 7.000 m2 bouwgrond voor circa 50 woningen

locatie Tuibrug verder ontwikkeld

 

uitgeven van 1.700 m2 bouwgrond realiseren van de openbare ruimte

voortzetten overdracht erfpachtgronden in eigendom



inventariseren van belangstelling voor aankoop van de ondergrond


Begroting 2013

saldo

saldo

lasten

baten

saldo

2015

2016

2017

Ruimtelijke ordening

1.534

3.678

3.402

43

3.359

1.503

1.464

1.454

Volkshuisvesting

3.588

2.924

6.701

3.023

3.678

3.438

3.355

3.326

55

29

44

65

-21

-37

-37

-37

Wijkgericht werken

403

980

1.194

374

820

824

818

818

Bouwen

489

778

1.774

920

854

815

827

828

6.803

-91

13.401

13.569

-168

-162

-185

-160

12.860

8.298

26.516

17.994

8.522

6.381

6.242

6.229


3.104

3.264

1.927

1.936

1.976

1.967


9.094

4.487

3.993

1.951

1.897

1.868

Resultaat

6.870

7.075

6.456

6.366

6.321

6.328

Bedrag

V/N

Woonwagens

Grondzaken Totaal saldo van baten en lasten

Begroting 2014

Meerjarenraming

Tabel 63 Grootste verschillen tussen begroting 2014 en begroting 2013 (x € 1.000) Toelichting per beleidsveld Ruimtelijke ordening Toerekening van kosten voor personeel en ondersteunende taken

91

N

318

V

Het aantal projecten voor herziening van het bestemmingsplan verschilt per jaar. Hierdoor ontstaat een voordeel in 2014.

42

V

Incidenteel budget in 2013 voor de aanpak van geluidwerende maatregelen aan de Lijndraaier 21-24.

30

V

Incidentele inhuur in 2013 voor externe deskundigheid voor het programma Waterfront.

22

V

Incidenteel voorbereidingsbudget in 2013 voor verplaatsing Stichting Leekerweide 2013 door aanleg Carbasiusweg.


71


Bedrag


V/N

340

N


905

N

Voorfinanciering varend erfgoed

123

V

Via resultaatsbestemming 2012 een budget voor wonen boven winkels

31

V

Overbrenging exploitatie Dampten van programma 6 naar programma 8

19

V

Toename beheerskosten Oostereiland en Botterwerf

13

N

123

N

Aanpak financiering en priortering Grote Waal (éénmalig)

20

V

Stimulering Collectieve Particuliere Opdrachtgeverschap (éénmalig)

14

V

Wijkvisie Grote Waal (éénmalig)

25

V

Sloop gymzaal Melkweg

37

V

Verhoging jaarschijf groot onderhoud

269

N

Opplussen woningen (éénmalig)

396

V

Bijstelling wijkbudget

160

N

Bijstelling huuropbrengsten Oostereiland

77

V

Leegstand Statenpoort

25

N

1.337

V

52

V


72

V

In 2013 zijn de ISV-3 subsidies die wel zijn ontvangen, maar niet uitgegeven, gestort op een tussenrekening. In 2013 is hierdoor een (technisch) voordeel ontstaan, waardoor in 2014 een (technisch) nadeel ontstaat. Het gaat om diverse subsidies.

64

N

Vanaf 2014 zijn er geen kosten begroot voor de projecten 'kwaliteit/leefgebied Kersenboogerd' en 'NJB Wijkplannen'.

153

V


153

N


327

N

De inkomsten van bouwleges zijn voor 2014 hoger begroot dan voor 2013 op basis van verwachte bouwwerkzaamheden.

250

V

In het MJP 2013 is al geschreven dat het actuele beeld opnieuw somberder is dan voorgaande jaren. Hierdoor is de uitgifte van bouwrijpe gronden naar beneden bijgesteld. Voor de jaren 2013 tot en met 2015 zijn er weer nieuwe afspraken gemaakt met de OMH. Dit heeft ook consequentie voor de woningbouw productie in B&O. Het betekent dat er de komende jaren minder plankosten gemaakt worden.

303

V

De woningbouwproductie is naar beneden bijgesteld. Hierdoor is een aantal investeringen doorgeschoven. Door de verlaging van het rente omslagpercentage heeft dit een positief rente-effect.

217

V

19

V

462

N

Volkshuisvesting

Voorfinanciering varend erfgoed

Verrekening met reserves Woonwagens Toerekening van kosten voor personeel en ondersteunende taken Wijkgericht werken

Bouwen

Grondzaken

Doorberekeningen De woningbouwproductie is naar beneden bijgesteld. Hierdoor is een aantal investeringen doorgeschoven.

72


Toelichting toerekening van kosten voor personeel en ondersteunende taken De personeelslasten zijn op basis van een nieuwe methode van kostentoerekening over de programma’s verdeeld. Gezien over alle programma’s is de uitwerking van de nieuwe systematiek neutraal. Zie ook de tekst in de Kadernota 2013. Toelichting investeringen in 2014 In 2014 zijn er binnen dit programma geen investeringen geraamd. Toelichting mutaties reserves en voorzieningen in 2014 Reserve onderhoud kapitaalgoederen Om de kosten van het (toekomstig) groot onderhoud aan gebouwen te dekken, wordt € 899.000 gestort in deze reserve. Op grond van het onderliggend beheerplan wordt € 1.155.000 aan deze reserve onttrokken voor het in 2013 geplande groot onderhoud aan de gebouwen. Algemene bedrijfsreserve grondzaken De jaarlijkse subsidie aan het Architectuurcentrum Hoorn wordt onttrokken aan deze reserve. In 2014 is dit een bedrag van € 12.000. Reserve parkeren en infrastructuur In 2014 wordt een bedrag van € 1.796.000 aan deze reserve onttrokken voor de verplaatsing van de Stichting Leekerweide als gevolg van de aanleg van de Carbasiusweg. Reserve Oostereiland Jaarlijks worden de huuropbrengsten gestort in de reserve Oostereiland, in 2014 een bedrag van € 490.000. Daarnaast wordt jaarlijks een vaste bijdrage van € 330.000 in deze reserve gestort. Voor de beheer- en exploitatiekosten wordt in totaal een bedrag onttrokken van € 151.000. Naast de exploitatie van het gebouw is er de exploitatie van de botterwerf. Ook deze baten worden gestort in de reserve Oostereiland. In 2014 wordt er aan huuropbrengsten €39.000 gestort. Hiertegenover staat aan kosten een verleende subsidie van €15.000 en € 21.000 voor beheeren exploitatiekosten. Deze kosten worden ook ten laste gebracht van de reserve Oostereiland. De kapitaallasten voor aankoop grond en gebouw en de restauratiewerkzaamheden van het Oostereiland en Botterwerf worden ten laste van de reserve Oostereiland gebracht. De kapitaallasten bedragen in 2014 € 808.000. Toelichting mutaties voorzieningen in 2014 In 2014 zijn er binnen dit programma geen verrekeningen met voorzieningen geraamd.


73

Programma 9 Financiering en algemene lasten en baten Hoorn is een financieel gezonde gemeente, nu en in de toekomst. De gemeente wordt op financieel gebied steeds meer afhankelijk van het Rijk en snel veranderende weten regelgeving De beleidskaders van dit programma zijn opgenomen in bijlage 7.

9.1 Beleidsveld Financiering en algemene lasten en baten Doelstelling Hoorn is financieel gezond en belast de inwoners en ondernemers niet zwaarder dan voor de gemeentelijke financiële huishouding noodzakelijk is. Algemene ontwikkeling overheidsfinanciën De groei in de overheidssector neemt sterk af onder invloed van bezuinigingen. Dat vertaalt zich in een steeds lagere bijdrage van de landelijke overheid aan de gemeente(n). De gemeente is in 2014 voor zo'n 55 procent van haar inkomsten afhankelijk van de landelijke overheid. Bezuinigingen op landelijke schaal komen daardoor direct voor een deel op het bordje van de gemeenten te liggen. Daar staat tegenover dat gemeenten als 'eerste overheid voor de burger' meer kansen krijgt om de uitvoering van gedecentraliseerde taken efficiënter en effectiever te organiseren. Door de afgesproken systematiek van 'gelijk trap op-gelijk trap af' (bij dalende rijksuitgaven daalt de omvang van het gemeentefonds mee) hebben gemeenten steeds minder invloed op hun inkomsten. De afgelopen jaren hebben aangetoond dat dit de stabiliteit van het financiële meerjarenperspectief niet ten goede komt. De gemeente heeft steeds meer te maken met veranderende ‘wisselkoersen’. Meer stabiliteit in het financiële beeld is gewenst om meer aandacht te kunnen geven aan de bestuurlijke prioriteiten en de onderwerpen die voor Hoorn van belang zijn. Gedacht kan worden aan het alleen verwerken van de informatie uit de meicirculaire in de cyclusdocumenten en daarin dus niet meer rekening te houden met de septembercirculaire. Ervaring leert dat tussen twee circulaires het financiële beeld fors kan afwijken waardoor het beeld van de begroting (soms fors) afwijkt van het beeld dat in de Kadernota is geschetst. Verder kan gedacht worden aan een lokaal vereveningsfonds, zoiets als een eigen behoedzaamheidsreserve. Daarbij wordt in meerjarenperspectief ruimte gecreëerd om mee- of tegenvallers op te vangen. In 2014 komt hierover een voorstel. Meerjarenperspectief Het financiële meerjarenperspectief is niet positief. Ondanks dat er al voor circa 10 miljoen euro is bezuinigd, moet er ook de komende periode bezuinigd worden. Er zijn verschillende manieren om dat aan te pakken, bijvoorbeeld door met burgers en instellingen in debat te gaan om te bepalen welke taken de gemeente moet blijven uitvoeren en welke niet meer. In de volgende raadsperiode moet bepaald worden hoe de nieuwe bezuinigingsoperatie wordt aangepakt. Wat wel duidelijk is dat door de constante daling van de inkomsten via het rijk de gemeente op zoek moet naar andere middelen voor de ontwikkeling van de stad en regio, bijvoorbeeld de agribusiness. Te denken valt aan nieuwe vormen van fondsenwerving, zoals crowdfunding, maar ook de inzet van investeringsfondsen en pensioenfondsen. Wet HOF Met de invoering van de wet Houdbare Overheidsfinanciën (wet HOF) in 2014 legt het Rijk meer beperkingen op de kasstromen van de gemeente op. Het beperkt de investeringsruimte van gemeenten doordat hieraan grenzen worden gesteld. Dit kan er de komende jaren toe leiden dat de wet HOF afdwingt dat er bestuurlijke keuzes worden gemaakt welke investeringen wel en niet binnen een boekjaar uitgevoerd worden. Een uitgebreidere toelichting staat beschreven in de paragraaf Financiering. Schatkistbankieren In 2014 wordt het schatkistbankieren verplicht ingevoerd. Gemeenten worden dan verplicht om overtollige middelen dagelijks bij het Rijk onder te brengen. De rentevergoedingen op de uitstaan-

74


de middelen bij het Rijk zijn lager dan op de financiële markten behaald kunnen worden. Het Rijk biedt verder geen leen- en roodstandfaciliteit. Het financieringsbeleid voor het aantrekken van geldleningen blijft ongewijzigd. Een uitgebreidere toelichting staat beschreven in de paragraaf Financiering. Financiering grote projecten Hoorn heeft te maken met grote financiële veranderingen. Er wordt geïnvesteerd in onder andere de Poort van Hoorn (programma 8) en de Westfrisiaweg (programma 2). Daar staat tegenover dat er ook grote inkomsten binnenkomen, zoals de bijdrage van de Stichting Onderwijshuisvesting Hoorn voor de overdracht van de schoolgebouwen in het Voortgezet Onderwijs en de laatste tranche verkoop NUON aandelen. Deze inkomsten en uitgaven worden optimaal op elkaar afgestemd. De treasurer beheert een zorgvuldige liquiditeitenplanning met als doel zo hoog mogelijke rentevoordelen te behalen en -nadelen te voorkomen. Hierbij wordt rekening gehouden met nieuwe wetgeving, zoals de wet HOF en schatkistbankieren. Meer informatie over deze twee onderwerpen staat in de paragraaf Financiering. Grondexploitaties De Algemene bedrijfsreserve grondzaken is uitgeput. Dit betekent dat alle risico’s die zich binnen de grondexploitaties voordoen en waarvoor geen dekking beschikbaar is direct gevolgen hebben voor het begrotingsresultaat en de stand van de algemene reserve. Jaarlijks wordt dit gemonitord aan de hand van risicoanalyses met nieuwe prognoses en beheersmaatregelen voor de beïnvloedbare risico’s. Meer informatie staat in de paragraaf Grondbeleid. Sturingsvraagstukken bij samenwerking De gemeente krijgt steeds meer te maken met een concentratie van taken en dan vooral op regionaal gebied. Het Rijk legt min of meer op dat de gemeenten op meer beleidsterreinen samenwerken. Dat brengt nieuwe vraagstukken met zich mee op het gebied van sturing, risicomanagement en informatievoorziening. Hoorn maakt deel uit van een regionale adviescommissie die kaders maakt voor de financiële vraagstukken waar de gemeenten bij concentratie van taken voor komen te staan, bijvoorbeeld bij de veiligheidsregio, werkorganisatie en de regionale uitvoeringsdienst. Te denken valt aan het verbeteren van de planning en control van gemeenschappelijke regelingen door eenduidigheid in financiële kaders/uitgangspunten, het jaarlijks (laten) toetsen van de uitgangspunten voor indexatie en het stroomlijnen van zienswijze- en besluitvormingstrajecten per regio. Financiële verordening Voor een goede financiële organisatie is een actuele financiële verordening nodig. Daarin wordt de financiële organisatie vastgelegd. De VNG werkt aan een nieuwe modelverordening; zodra die wordt gepubliceerd, volgt zo snel mogelijk daarna een voorstel aan de gemeenteraad voor een actuele verordening. Leges en tarieven Door financiële, juridische haken en ogen kost het meer tijd om de nota kostendekkendheid leges en tarieven te maken. In de paragraaf lokale heffingen wordt hier nader op ingegaan. De nota wordt eind 2013/begin 2014 aan de raad aangeboden. Aanbesteding accountantsdiensten Vanaf het boekjaar 2014 worden de accountantsdiensten opnieuw aanbesteed. De positieve ervaringen en verbeterpunten uit de vorige accountantsperiode zijn in deze aanbesteding meegenomen. Na de definitieve gunning, in het eerste kwartaal van 2014, wordt de invulling van de wettelijke controletaak en de natuurlijke adviesfunctie van de accountant ingevuld.


75


Begroting 2013

saldo

saldo

lasten

baten

saldo

2015

2016

2017

Financiering en algemene lasten en baten

-1.878

-6.862

-1.908

11.058

-12.966

-12.579

-11.389

-10.327


-1.878

-6.862

-1.908

11.058

-12.966

-12.579

-11.389

-10.327

1.246

-

-

1.566

-

-

952

18

18

18

18

18

-1.584

-6.880

-12.984

-11.031

-11.407

-10.345

Storting in reserves Onttrekking aan reserves Resultaat

Begroting 2014

Meerjarenraming


Bedrag

V/N

Financiering en lasten/ baten Personeelslasten De methode van toerekening van de personeelslasten is veranderd. Dat leidt bij de producten onder dit beleidsveld tot een voordeel. Bij andere producten leidt dat tot een nadeel. Per saldo is het voor de begroting budgettair neutraal.

1.353

V

Kapitaallasten De stelposten die in 2013 zijn berekend, zijn anders dan die in 2014. De kapitaallasten van het jaar zijn niet te vergelijken met die van 2013 omdat ze een ander uitgangspunt hebben: er is een jaar extra afgeschreven, er zijn kredieten doorgeschoven, er zijn kredieten afgerond. Dat alles leidt er toe dat er verschillen tussen 2013 en 2014 zijn.

1.780

V

763

V

1.900

V

250

V

90

V

Doorberekeningen Zie de uitleg bij de personeelslasten; die geldt hier ook. Door een andere methode van toerekening van rente aan reserves ontstaat hier een voordeel van 1,9 miljoen euro. Daar tegenover staat bij de dekkingsmiddelen en algemene lasten en baten een nadeel van ongeveer hetzelfde bedrag. Voor de begroting budgettair neutraal. In de Kadernota is incidenteel rekening gehouden met de extra kosten als gevolg van de stijging van het aantal cliënten bij Soza. De wmo uitkering is bij de meicirculaire 2013 voor het jaar 2014 aangepast. Ten opzichte van de uitkering in 2013 is dat circa 90.000 euro hoger.

76


Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien Hier volgen de algemene dekkingsmiddelen en de raming van onvoorzien, die niet kunnen worden toebedeeld aan een specifiek programma. Tabel 66 Overzicht algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien (x € 1.000) 2014

2015

2016

2017

Algemene dekkingsmiddelen a

Lokale heffingen, waarvan de besteding niet gebonden is: OZB gebruikers niet-woningen

1.466

1.466

1.466

1.466

OZB eigenaren (niet-)woningen

7.973

7.973

7.973

7.973

Hondenbelasting

296

296

296

296

Precariobelasting

230

230

230

230

70.972

66.078

66.162

65.320

53

53

53

53

Rente beleggingen

1

1

1

1

Kapitaallasten beleggingen

0

0

0

0

1.297

1.487

1.383

1.320

82.288

77.584

77.564

76.659

b

Algemene uitkering gemeentefonds (na claims)

c

Dividend

d

Saldo van de financieringsfunctie Totaal

Onvoorzien e

Incidenteel

200

200

200

200

f

Structureel

55

105

155

205

255

305

355

405

Totaal

Toelichting a. Een toelichting op de belastingen is opgenomen in de paragraaf Lokale heffingen. b. De ontwikkelingen van het Gemeentefonds zijn opgenomen in de paragraaf Algemene Uitkering. c. Het saldo van de financieringsfunctie is een correctie van de te hoog berekende rentelasten op de programma’s. De raming van de kapitaallasten op de programma’s is gebaseerd op een omslagrente van 3,0%. Bij het opstellen van de begroting blijken de kosten van de benodigde financiering lager te zijn. Het verschil wordt hier als saldo financieringsfunctie geraamd. Daar tegen over staan dus de hogere rentelasten (als onderdeel van de kapitaallasten) op de diverse programma’s. In de paragraaf Financiering is een toelichting gegeven op de renteomslag. d. In de paragraaf Weerstandsvermogen wordt ingegaan op de raming van incidenteel en structureel onvoorzien.


77

3.2. Paragrafen De paragrafen zijn een dwarsdoorsnede van de programma’s op de betreffende onderwerpen. Het betreft de volgende paragrafen:        

78

Lokale heffingen Weerstandsvermogen en risicobeheersing Onderhoud kapitaalgoederen Financiering Bedrijfsvoering Verbonden partijen Grondbeleid Algemene Uitkering


Lokale heffingen Het gemeentelijke beleid is er op gericht dat de Hoornse burgers/bedrijven niet zwaarder worden belast dan voor de gemeentelijke financiële huishouding noodzakelijk is. Conform dit uitgangspunt worden de tarieven verhoogd met de jaarlijkse trendmatige prijsstijging en wordt er rekening gehouden met de kostendekkendheid. Door vaststelling van de Kadernota 2013 (raad d.d. 25 juni 2013) is besloten dit uitgangspunt te continueren. De gemeenteraad stelt jaarlijks vóór 1 januari de tarieven via de belastingverordeningen vast. Het financiële effect wordt in een van de eerste begrotingswijzigingen van de begroting verwerkt. Samenwerking op lokaal belastinggebied

Er is een onderzoek gestart of de Westfriese gemeenten en een aantal gemeenten in de kop van Noord-Holland kunnen samenwerken op gebied van de lokale belastingen. Het doel is een kostenbesparing en het voorkomen en/of verminderen van de kwetsbaarheid. Daarnaast wordt rekening gehouden met borging van de kwaliteit van producten en diensten, het optimaal bedienen van de klant en het delen van kennis. Opbrengst lokale heffingen

In 2014 wordt de jaarlijkse opbrengst uit gemeentelijke belastingen geraamd op € 31,2 mln. Deze opbrengst wordt als volgt gespecificeerd. Tabel 67 Opbrengst lokale heffingen (x € 1.000) Inkomsten Onroerende zaakbelastingen eigenaren

8.000

Onroerende zaakbelastingen gebruikers

1.500

Afvalstoffenheffing

8.600

Rioolheffingen

4.800

Hondenbelasting

300

Reclamebelasting

650

Parkeerbelastingen

4.100

Precariobelasting

230

Marktgeld (Precariobelasting)

100

Rechten en retributies Leges Begraafrechten Havengeld Totaal

2.400 300 250 31.230

De belastingopbrengsten 2014 (m.u.v. de begraafrechten, rioolheffingen en afvalstoffenheffing) worden conform het geformuleerde uitgangspunt verhoogd met de trendmatige stijging. De tarieven afvalstoffenheffing worden niet trendmatig verhoogd maar vastgesteld op basis van de kosten die Holland Collect in rekening stelt. De OZB, hondenbelasting en precariobelasting zijn zogenaamde algemene belastingen: er is geen rechtstreeks verband tussen het heffen van de belasting en de gemeentelijke uitgaven. Deze belastingopbrengsten zijn in principe vrij te besteden. Reclamebelasting, rioolheffing, parkeerbelastingen en afvalstoffenheffing zijn ook algemene belastingen maar hiervan wordt de opbrengst (deels) gebruikt voor een specifiek doel. Deze belastingen worden verderop in deze paragraaf nader toegelicht. Retributies zijn vergoedingen waarvoor een persoonlijke dienst wordt geleverd. Zo worden leges geheven bij de afgifte van een paspoort, rijbewijs of een omgevingsvergunning.


79

Gecombineerde aanslag Uit oogpunt van efficiency worden de gemeentelijke belastingen zoveel mogelijk via één gecombineerde aanslag opgelegd. Deze aanslag heeft betrekking op de onroerende zaakbelastingen, rioolheffingen, hondenbelasting en afvalstoffenheffing. Voor de belastingplichtigen heeft een dergelijke aanslag het voordeel dat gemeentelijke belastingen door middel van automatische incasso in tien maandelijkse termijnen betaald kunnen worden. Aan het begin van het jaar wordt de gecombineerde aanslag gemeentelijke belastingen opgelegd. Herwaardering onroerende zaken

Jaarlijkse herwaardering De basis voor de aanslag OZB is de WOZ-waarde van een onroerend goed. Jaarlijks stelt Hoorn de WOZ-waarde opnieuw vast, waarna een WOZ-beschikking met een WOZ-waarde wordt verzonden. De waardebeschikking 2014 heeft als waardepeildatum 1 januari 2013. De belastingprocessen zijn zo ingericht dat de jaarlijkse herwaardering vrijwel geheel door de gemeente zelf kan worden uitgevoerd. Daarbij wordt gebruik gemaakt van het systeem van modelmatig waarde bepalen. Bij deze methode van waarderen wordt een nauwe relatie gelegd tussen de verkoopprijs van verkochte woningen en niet-woningen. Op basis van de waarde per m2 grond en m3 inhoud plus een aantal bijzondere kenmerken worden de nieuwe WOZ-waarden van woningen vastgesteld. Terugdringen aantal bezwaarmakers De aanhoudende economische recessie en daling van de waarde van de onroerende zaken zijn van invloed op het aantal te ontvangen bezwaarschriften. In 2013 zijn verschillende interventies toegepast om het aantal ingediende bezwaarschriften terug te dringen. Hoorn heeft deelgenomen aan de WOZ-pioniersdagen. Hierbij is geëxperimenteerd om het informeel contact tussen burger/bedrijven en gemeente te bevorderen. Bezwaarmakers werden binnen 2 weken gebeld en daarbij werd inhoudelijk het standpunt van de gemeente verteld. Burgers waren erg positief dat de gemeente zo snel contact met hun opnam. Voor 2014 wordt informeel contact verder geïmplementeerd in de bestaande processen. Daardoor wordt verwacht dat het aantal bezwaren het komend jaar licht daalt of stabiliseert. Afgelopen jaren is er een grote toename van het aantal bezwaarschriften dat is ingediend door zogenaamde no-cure-no-pay-bedrijven en belastingadviseurs. In 2014 wordt extra aandacht gegeven om het aantal bezwaarschriften door no-cure-no-pay-bedrijven terug te dringen. Vóór het verzenden van de waardebeschikking krijgt de groep bezwaarmakers die gebruik maakt van nocure-no-pay-bedrijven een informele kennisgeving met de vastgestelde waarde en een taxatieverslag. Op een speciale voorlichtingsavond wordt deze groep voorgelicht over de wijze waarop de WOZ-waarde wordt vastgesteld. Daarna bestaat er gelegenheid om de WOZ-waarde inhoudelijk te bespreken met de WOZ-taxateur of de belastingambtenaar. Ontwikkeling belastingtarieven

De hoogte van de OZB-tarieven is afhankelijk van de totale som aan waarden van de onroerende zaken (het areaal). Elk jaar waardeert de gemeente alle onroerende zaken binnen haar grenzen. Wanneer na de herwaardering blijkt dat de gemiddelde waarde in het economische verkeer (WOZwaarde) daalt, zoals de afgelopen jaren het geval is, worden in eerste instantie de OZB-tarieven met ditzelfde percentage naar boven bijgesteld. Hierdoor blijft de opbrengst van de aanslag OZB na de herwaardering in eerste instantie gelijk ten opzichte van het voorgaande jaar. Vervolgens wordt de trendmatige tariefstijging toegepast. Tabel 68 Belangrijkste belastingtarieven 2011 - 2013 Omschrijving belasting OZB

Tarief 2011

Tarief 2012

Tarief 2013

% WOZ- Waarde

% WOZ- Waarde

% WOZ- waarde

Eigenaar woning

0,08725 %

0,09019 %

0,09492%

Eigenaar niet-woning

0,13295 %

0,13314 %

0,14262%

Gebruiker niet-woning

0,10684 %

0,10697 %

0,11460%

€ 91,25

€ 91,25

€ 94,45

Rioolheffingen Eigenaar

80


Omschrijving belasting

Tarief 2011

Tarief 2012

Tarief 2013

€ 37,80

€ 38,40

€ 37,65

eerste hond

€ 60,70

€ 61,60

€ 62,80

tweede hond

€ 92,60

€ 94,00

€ 95,85

€ 121,35

€ 123,20

€ 125,65

éénpersoonshuishouden

€ 211,00

€ 215,00

€ 220,00

meerpersoonshuishouden

€ 288,00

€ 289,00

€ 294,00

Gebruiker Hondenbelasting

derde e.v. per hond Reclamebelasting4 Precariobelasting5 Afvalstoffenheffing

Kostendekkendheid tarieven leges

De rapportage over kostendekkendheid van de leges en tarieven is vertraagd door diverse ontwikkelingen die zich bij de gemeenten voordoen. Door steeds verdergaande digitalisering zijn berekeningen van een half jaar terug onbruikbaar. Als een product immers digitaal te verkrijgen is, verandert de organisatie daaromheen en daarmee ook de uitgaven. Bij sommige producten is gekozen voor verschillende tarieven als de klant kiest voor een digitale aanvraag of een persoonlijke aanvraag in het stadhuis. Het is daardoor niet eenvoudig een eenduidige opbrengst te berekenen en de kostendekkendheid per specifieke dienst te bepalen. Tot slot zijn door verdere deregulering diverse leges vervallen. En het verhogen van sommige leges vereist een zorgvuldige politieke afweging. Het uitgangspunt van kostendekkende tarieven kan vanuit politiek oogpunt soms toch niet gewenst zijn. De gemeente kan zichzelf daarmee uit de markt prijzen. De rapportage over de kostendekkendheid van de leges wordt eind 2013/begin 2014 aan de raad worden aangeboden. Daarom is ervoor gekozen om kengetallen over de kostendekkendheid van de tarieven dit keer niet in de begroting op te nemen. Bijzonderheden per belasting en retributie

OZB De OZB-tarieven mogen niet meer worden verhoogd dan met het door het Rijk vastgesteld maximum-percentage (macronorm). Deze macronorm is ingesteld om een te hoge stijging van de OZBlasten te voorkomen. Het Rijk krijgt de mogelijkheid in te grijpen via een korting in de algemene uitkering als de ontwikkelingen van de lokale lasten tot overschrijding van die norm leidt. Hondenbelasting Elk jaar voert Hoorn in een ander deel van de gemeente een huis-aan-huiscontrole uit. Jaarlijks wordt 1/3 deel van onze woningen bezocht. Door deze controles blijft het aantal honden in onze administratie stabiel en kan de geraamde opbrengst gerealiseerd blijven worden. Precariobelasting Deze belasting wordt geheven van hen die voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond hebben aangebracht. Door de invoering van de reclamebelasting worden de reclameobjecten voortaan belast met reclamebelasting. Met de precariobelasting worden bijvoorbeeld zonneschermen, luifels/erkers, terrassen, materiaal t.b.v. bouwactiviteiten en andere zaken boven of op gemeentegrond belast. Opbrengsten zijn vooral afhankelijk van bedrijvigheid en economische conjunctuur. Aangezien in onze gemeente minder bouwactiviteiten plaatsvinden, komt de opbrengst van de incidentele precariobelasting meer onder druk te staan. In 2013 zijn maatregelen getroffen om de controle te verbeteren en de opbrengst te stabiliseren en/ of te optimaliseren. Het marktgeld is opgenomen in de precarioverordening.

4 5

Tarief is afhankelijk van gebied en oppervlakte Tarief is afhankelijk van voorwerp


81

Afvalstoffenheffing Holland Collect haalt voor de Westfriese gemeenten het huisvuil op. Met kostendekkendheid van tarieven als uitgangspunt berekent dit bedrijf de kosten door aan de gemeenten. Rekening houdend met een nadelig btw-effect bepaalt de gemeenteraad vervolgens de tarieven voor eenpersoonshuishoudens en meerpersoonshuishoudens bij de vaststelling van de belastingverordening. Rioolheffingen Het gemeentelijke rioleringsbeleid is gericht op het op peil houden van de kwaliteit en capaciteit van het rioolstelsel binnen het wettelijke kader en tegen zo gering mogelijke kosten. De kosten van de riolering worden via de rioolheffing verhaald op eigenaren en gebruikers van panden. De eigenaar betaalt de kosten van instandhouding van de fysieke infrastructuur, zoals vervanging en renovatie. De gebruiker betaalt de kosten die betrekking hebben op het dagelijks functioneren van de riolering, zoals schoonhouden en zuigen van straat- en trottoirkolken. De rioolheffingen dienen een dusdanige hoogte te bereiken, dat daarmee in een periode van 50 jaar een 100 procent kostendekking wordt gerealiseerd en de jaarlijkse stijging van de retributie in principe alleen bestaat uit de prijsindex. Op 12 juli 2011 heeft de gemeenteraad het gemeentelijk rioleringplan (GRP) 2011 – 2015 vastgesteld. In het gemeentelijk rioleringsplan (GRP) is gesteld dat jaarlijks de tarieven voor de rioolheffingen 2,8 procent stijgen. Dit om in de Voorziening Riolering rekening te houden met de investeringslijn voor de komende jaren. Reclamebelasting De opbrengst van de reclamebelasting wordt grotendeels in de voorziening Lokaal Ondernemersfonds gestort om de Hoornse economie te stimuleren. Hiermee worden onder andere de volgende economische activiteiten ondersteund: parkmanagement, binnenstadmanagement, promotie van economisch Hoorn. Gezien de economische recessie is de opbrengst van de reclamebelasting de laatste jaren gedaald en daardoor komt ook minder geld beschikbaar voor de voorziening Lokaal Ondernemersfonds. Ondernemers kijken in deze tijd waar zij kosten kunnen besparen. Het is eenvoudig reclamevoorwerpen te verwijderen en zo kosten te besparen. Gezien het aantal faillissementen en de economische recessie komt de opbrengst in 2014 van de reclamebelasting verder onder druk te staan. Parkeerbelasting Heffing van parkeerbelasting is mogelijk in het kader van de parkeerregulering (artikel 225 Gemeentewet). Gemeenten worden hiermee in staat gesteld om op efficiënte en financieel verantwoorde wijze hun parkeerbeleid te realiseren. Er is een link naar de dekking van het parkeerbeleid: de opbrengsten van het parkeren waartegenover rechtstreekse (directe) exploitatiekosten worden gemaakt vloeien ook rechtstreeks in de reserve Parkeren en infrastructuur. Gemeenten zijn vrij in het vaststellen van de parkeertarieven, er geldt geen opbrengstnormering. Een uitzondering hierop zijn de door te berekenen kosten voor het opleggen van een naheffingsaanslag bij niet-betaling van de verschuldigde parkeerbelasting. Dit tarief wordt landelijk vastgesteld met de beperking dat de hoogte van de naheffingsaanslag niet hoger mag zijn dan de daaraan verbonden kosten. Ingeval in 2014 voor de parkeerbelasting het kenteken-parkeren en cashless betalen wordt ingevoerd, stijgt vermoedelijk de opbrengst voor het dagparkeren. Het doorgeven van dagkaartjes behoort dan tot de verleden tijd. In geval kenteken-parkeren wordt ingevoerd, wordt de eerste periode een coulancebeleid gehanteerd, omdat ervaring leert dat in het begin door parkeerders regelmatig een foutief kenteken wordt ingegeven. Hierbij wordt opgemerkt dat dit coulancebeleid alleen wordt toegepast als het ingevoerde kenteken enigszins overeenkomt met dat van het geparkeerde voertuig. Leges Via de Legesverordening heft Hoorn rechten voor het aanvragen van diensten. Deze diensten zijn van uiteenlopende aard, zoals verstrekken van een exemplaar van de begroting of rekening, het voltrekken van een huwelijk of het verstrekken van een paspoort. Per dienst is in de Legesverordening het verschuldigde tarief vermeld. De kostendekkendheid van de meeste leges is matig. De opbrengst van de meeste leges zijn conform de opbrengst van de begroting. De verwachting is

82


dat de opbrengst omgevingsvergunning in 2014 met 200.000 euro stijgt ten opzichte van 2013. Uiteraard is dit afhankelijk van de geplande bouwactiviteiten en hoelang de recessie aanhoudt. Indien in 2014 de leges voor vermissing van rijbewijzen en paspoort worden afgeschaft, wordt ongeveer 25.000 euro minder leges ontvangen. Havengeld De gemeente Hoorn heft havengelden voor schepen die een ligplaats innemen in de gemeentelijke havens of gemeentewater wat in beheer is bij de gemeente. Daarbij zijn de tarieven voor het verlenen van deze diensten afhankelijk van de duur dat een vaartuig in de gemeente is gelegen. Begraafrechten Hoorn heft begraafrechten voor het begraven en begraven houden. In de raadsvergadering van 16 december 2011 heeft de raad ingestemd met het voorstel om de begraafrechten 100 procent kostendekkend te laten worden. Daardoor zijn de tarieven in 2012 en 2013 7 procent extra verhoogd. Vanwege de ontwikkeling van de nieuwe begraafplaats Zuiderveld heeft de raad op 2 juli 2013 besloten het tarief in 2014 met 14 procent te verhogen. Voor de jaren 2015 tot en met 2017 wordt een stijging van 13 procent aangehouden. Daarmee is de totale tariefstijging van 2013 tot en met 2017 65 procent. Kwijtscheldingsbeleid In beginsel moet iedereen die een aanslag gemeentelijke belastingen ontvangt, deze betalen. Wanneer men leeft van een inkomen rond het sociale minimum kan een verzoek om kwijtschelding worden ingediend. Bij de beoordeling van een verzoek om kwijtschelding wordt gekeken naar:  de hoogte van het inkomen  het vermogen (spaartegoed, overwaarde eigen woning, overwaarde auto) De kwijtschelding van belastingen is wettelijk geregeld. Lagere overheden moeten zich houden aan de bepalingen die in de Invorderingswet zijn opgenomen. Afwijking hiervan kan slechts indien het gemeentelijke kwijtscheldingsbeleid een verzwaring (strenger beleid) inhoudt. Op 10 juli 2012 heeft de gemeenteraad de Verordening kwijtschelding gemeentelijke belastingen vastgesteld. Door vaststelling van deze verordening is het voor de burger helder wat het kwijtscheldingsbeleid in onze gemeente is. In de Verordening Kwijtschelding is bepaald dat 100 procent kwijtschelding verleend kan worden voor OZB, rioolheffingen en afvalstoffenheffing. De gemeente Hoorn werkt voor de kwijtschelding samen met het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier. De burger kan één verzoek om kwijtschelding of bij de gemeente, of bij het hoogheemraadschap indienen. Uitspraken worden met elkaar uitgewisseld en overgenomen. Iedere belastingschuldige die hulp nodig heeft bij het invullen van het formulier 'verzoek om kwijtschelding' kan zich melden bij ons Klantencontactcentrum (KCC). Hier wordt veel gebruik van gemaakt. Naast de schriftelijke verzoeken om kwijtschelding wordt, mede op basis van gegevens die de gemeente ontvangt van het Inlichtingenbureau, geautomatiseerde kwijtschelding verleend. Het automatisch verlenen van kwijtschelding draagt bij aan een optimalisering van de dienstverlening en efficiencyverbetering van onze organisatie. Het aantal verzoeken om kwijtschelding neemt de laatste paar jaar toe. Dit heeft een aantal redenen:  

de normen voor het verlenen van kwijtschelding zijn versoepeld de economische recessie


83

Weerstandsvermogen en risicobeheersing Het weerstandsvermogen is de mate waarin de gemeente in staat is middelen vrij te maken om substantiële tegenvallers op te vangen, zonder dat dit het bestaande beleid aantast. Het weerstandsvermogen bestaat uit de relatie tussen: 

de weerstandscapaciteit, dit zijn de middelen waarover de gemeente beschikt of kan beschikken om niet begrote kosten te dekken  de risico’s waarvoor geen maatregelen zijn getroffen en die van materiële betekenis kunnen zijn in relatie tot de financiële positie, wanneer zij optreden Weerstandscapaciteit De weerstandscapaciteit kent een structureel en een incidenteel deel. De incidentele weerstandscapaciteit is het vermogen om calamiteiten en andere eenmalige tegenvallers op te vangen zonder dat dit invloed heeft op de voortzetting van de taken op het geldende niveau. De structurele weerstandscapaciteit betreft de middelen die permanent ingezet kunnen worden om tegenvallers in de lopende exploitatie op te kunnen vangen, zonder dat dit ten koste gaat van de bestaande taken. De weerstandscapaciteit bestaat uit de volgende onderdelen: Tabel 69 Overzicht weerstandscapaciteit Weerstandscapaciteit

Toelichting

Algemene reserve (incidenteel)

De algemene reserve is een belangrijk onderdeel van de weerstandscapaciteit omdat hieraan door de raad nog geen bestemming is gegeven. Het saldo van de reserve is per 1 januari 2014:

Afdelingsreserves (incidenteel)

De afdelingsreserves zijn bedoeld om onverwachte uitgaven in de bedrijfsvoering te dekken. Het saldo van de reserves is per 1 januari 2014:

Stille reserves (incidenteel)

Als bezittingen meer waard zijn dan de boekwaarde is sprake van een stille reserve, die niet op de balans tot uitdrukking komt. Door deze activa te verkopen kan vermogen worden gecreëerd om calamiteiten op te vangen. Hiervoor wordt gerekend met een executiewaarde van 70 procent. De gemeente heeft de volgende stille reserves, die in het kader van incidentele weerstandscapaciteit kunnen worden ingezet: - afgeschreven gebouwen (€ 4.524.000 x 70%) -

Bedrag

€ 16.864.875

€ 1.568.470

afgeschreven woningen (€ 1.646.000 x 70%) gronden uitgegeven in voortdurende erfpacht:

 De Huesmolen (€ 2.600.000 x 70%)  Korenbloem (€ 1.300.000 x 70%) Deze vertegenwoordigen een waarde van:

€ 7.030.000

Van de volgende stille reserves is niet duidelijk voor welke waarde ze kunnen worden ingezet in het kader van de incidentele weerstandscapaciteit. - kunstwerken - diverse afgeschreven verhuurde objecten -

gronden uitgegeven in voortdurende erfpacht6:  Grote Beer 

6

De Kersenboogerd

Pas op verzoek van de erfpachter volgt taxatie.

84


Weerstandscapaciteit

Toelichting

Incidenteel onvoorzien (incidenteel)

Ieder jaar wordt in de begroting een bedrag geraamd voor eenmalige uitgaven. Dat is verplicht volgens de gemeentewet. De eenmalige uitgaven moeten onuitstelbaar, onvoorzienbaar of onontkoombaar zijn. Eenmalige meevallers in het lopende begrotingsjaar worden aan dit budget toegevoegd. Raming 2014:

€

200.000

Structureel onvoorzien (structureel)

Dit budget is bedoeld om kleinere lasten van niet voorziene structurele tegenvallers op te vangen. Elk jaar is € 50.000 beschikbaar plus het restant uit voorgaande jaren. Raming 2014:

€

55.000

Onbenutte belastingcapaciteit (structureel)

De onbenutte belastingcapaciteit is het verschil tussen de werkelijk opgelegde belastingen en de maximaal te heffen belastingen of kostendekkendheid van bepaalde belastingen. Zoals ook in de paragraaf Lokale Heffingen wordt vermeld, is het gemeentelijke beleid erop gericht om de Hoornse burgers en bedrijven niet zwaarder te belasten dan voor de gemeentelijke financiële huishouding noodzakelijk is. Dat betekent echter niet dat er geen sprake is van een onbenutte belastingcapaciteit. Het Rijk heeft een macronorm vastgesteld waarbinnen de landelijke stijging van de OZB-lasten moet blijven. Als de ontwikkelingen van de lokale lasten tot overschrijding van die norm leidt, kan het Rijk ingrijpen via een korting in de algemene uitkering. De meest recente vastgestelde macronorm is die van 2013. De macronorm is vastgesteld op 3,00%. De onbenutte ruimte (verschil macronorm en feitelijke OZBstijging) is 1% en de onbenutte belastingcapaciteit dan:

Totaal weerstandscapaciteit

Bedrag

€

99.650

€

25.817.995

Risico’s

In deze paragraaf worden risico’s opgenomen waarvoor geen maatregelen zijn getroffen en die van materiële betekenis kunnen zijn voor de financiële positie. Gebeurtenissen die zich regelmatig voordoen, voorzienbaar zijn en vooral meetbaar zijn horen niet bij de navolgende opsomming. Voor deze gebeurtenissen worden op de balans toereikende voorzieningen gevormd, verzekeringen afgesloten of verbetermaatregelen getroffen. Om de risico's van gemeente Hoorn in kaart te brengen is een risicoprofiel opgesteld. Voor het actueel houden van de risico’s wordt gebruik gemaakt van het softwareprogramma NARIS® (NAR Risicomanagement Informatie Systeem) waarmee risico's systematisch in kaart kunnen worden gebracht en beoordeeld. Binnen het NARIS zijn op dit moment in totaal ongeveer 100 risico’s met een financieel gevolg in beeld gebracht. In Tabel 70 zijn de belangrijkste risico’s gepresenteerd die de grootste invloed hebben op de benodigde weerstandscapaciteit. Dit is exclusief de risico’s die de gemeente loopt binnen de grondexploitaties. De risico’s voor de grondexploitatie worden op basis van de Monte Carlo systematiek berekend, omdat deze methode beter aansluit op de dynamiek van grondexploitaties. Op basis van de meest recente gegevens is de vereiste weerstandscapaciteit voor de grondexploitaties 18,8 miljoen euro. De Algemene bedrijfsreserve grondzaken is uitgeput (zie ook paragraaf Grondbeleid). Het risico van 18,8 miljoen euro moet daarom volledig worden meegenomen in de berekening van de benodigde weerstandscapaciteit en algemene reserve.


85

Tabel 70 Overzicht belangrijkste risico's uit NARIS Betreft

Risicobeschrijving

Mogelijke gevolgen

Scheurvorming en verzakking gemeentelijke panden

Uit onderzoek blijkt dat er een aantal gemeentelijke panden kampen met scheurvorming en problemen met de fundering.

Kosten voor het herstellen van de scheuren en de fundering.

Korting gemeentefonds

Voor een nadeel als gevolg van korting op het gemeentefonds moeten ombuigingen worden gezocht. Het is mogelijk dat er een tijdsverschil zit tussen het inboeken van de ombuigingen en de realisatie hiervan. Ook is het mogelijk dat er frictiekosten aan de ombuigingen verbonden zijn.

Een tekort in het rekeningresultaat.

Asbest

Na onderzoek blijkt dat er nog een Kosten voor de verwijdering van gebouw te zijn waarin asbest gevonden asbest. is en waarvoor geen beheersplan bestaat.

Garantstellingen

In het verleden zijn geldleningen of garantstellingen verstrekt voor organisaties.

Gemeente moet bijspringen in financiering van organisaties.

Stijging klantenbestand

Hogere kosten door stijging van het aantal mensen dat een beroep doet op bijstand voor levensonderhoud. Verdeelsleutel rijksoverheid. (BUIG)

Grotere belasting op het inkomensdeel WWB.

Doordecentralisatie onderwijshuisvesting Voortgezet Onderwijs

Als de stichting Onderwijs Huisvesting Hoorn in financiële problemen komt, blijft de gemeente Hoorn wettelijk eindverantwoordelijk voor de onderwijshuisvesting.

Plotselinge overdracht van activiteiten en leningen naar de gemeente.

Falen WOZ/BAG audit

Als audit niet akkoord is, loopt het uitsturen van beschikkingen vertraging op waardoor de inkomsten later binnenkomen (renteverlies). Daarnaast is de uitkomst van de BAG audit waarschijnlijk vanaf 2014 gekoppeld aan de uitkering uit het gemeentefonds.

Rentederving door het tijdelijk niet mogen heffen van OZB en door het vertraagd uitkeren uit het gemeentefonds.

Subsidie ontvangende organisatie in financiële problemen.

Een subsidie ontvangende organisatie komt in de financiële problemen en de gemeente wordt gevraagd financieel te ondersteunen.

Gemeente moet bijspringen om de negatieve gevolgen voor de maatschappelijke effecten die met subsidiering worden beoogd, te beperken.

Informatiebeveiliging

Uitlekken van vertrouwelijke informatie. Imagoschade en kosten voor het herstellen van schade en nemen van maatregelen.

Benodigde weerstandscapaciteit en algemene reserve

De omvang van de vastgelegde risico’s bedraagt: Totaal grote risico's: € 14.100.000 Overige risico's: € 29.693.316 Totaal alle risico’s € 43.793.316 Op basis van de ingevoerde risico's is een risicosimulatie uitgevoerd. Deze risicosimulatie berekent welk bedrag er aan weerstandscapaciteit gereserveerd moet worden. De simulatie wordt uitgevoerd, omdat het reserveren van het maximale bedrag (€ 43.793.316) onnodig is. De risico's treden immers niet allemaal en in hun maximale omvang op. Via de nota heroverwegen reserves en voorzieningen heeft de gemeenteraad besloten om een bepaalde mate van zekerheid te hanteren (zekerheidspercentage) voor het bepalen van de benodigde weerstandscapaciteit en

86


daarvan afgeleid het minimumniveau van de algemene reserve. Er is besloten om een zekerheidspercentage van 80 te hanteren. In de Jaarrekening 2012 was het totaal van alle risico’s € 60.337.815. Het totaal aantal geregistreerde risico’s is dus afgenomen. Dit heeft te maken met het feit dat er bedrijfsvoeringsrisico’s geregistreerd stonden die geen invloed hebben op de weerstandscapaciteit, omdat deze in principe binnen de bestaande budgetten moeten worden opgelost. Daarnaast zijn er een aantal risico’s in kans en/of impact afgenomen. Uitgaande van het zekerheidspercentage van 80 kunnen alle risico’s binnen NARIS worden afgedekt met een bedrag van 8,3 miljoen euro. Hier moet het risico van de grondexploitaties (zie hiervoor de paragraaf grondbeleid) nog bij worden opgeteld: 80 procent zekerheid € 8,3 mln. Grondexploitatie € 18,8 mln. Benodigd weerstandscapaciteit € 27,1 mln. Rekening houdend met de overige bedragen die de beschikbare weerstandscapaciteit bepalen (zoals stille reserves) bedraagt de minimale hoogte van de algemene reserve 18,1 miljoen euro. De risicosimulatie is een momentopname op basis van het huidige risicoprofiel. Nieuwe projecten of onverwachte situaties kunnen leiden tot een gewijzigde benodigde weerstandscapaciteit. Dit geldt dus ook voor de minimale hoogte van de algemene reserve. Risicoscans

Voor de volgende onderwerpen worden dit jaar aparte risicoscans gemaakt:  subsidierelaties die meer dan € 100.000 aan subsidie hebben aangevraagd  gemeenschappelijke regelingen met rechtspersoonlijkheid Op basis hiervan kan het risicoprofiel bij deze relaties beter worden ingeschat. De resultaten van de risicoscans worden meegenomen in de gesprekken met de instellingen en bij de beoordeling van subsidieaanvragen. Risicobeheersing fraude en misbruik

In de managementletter van 2012 wijst de accountant op het belang van de beheersing van fraude- en misbruikrisico’s. Daarbij geeft hij aan dat de huidige economische omstandigheden sneller kunnen leiden tot fraude en misbruik. In de bedrijfsvoering wordt op verschillende manieren aandacht besteed aan het beheersen van fraude-/misbruikrisico’s. Dit gebeurt door audits en verbijzonderde interne controles, waarbij aandacht is voor mogelijke fraude binnen de kritische processen. Daarnaast verbetert de organisatie door het programma herontwerp van processen de kwaliteit van de werkprocessen. Hierin worden fraude-/misbruikrisico’s meegenomen. Conclusie

Uit de risicoanalyse volgt dat er minimaal 18,1 miljoen euro in de algemene reserve zou moeten zitten. Volgens de raming is de algemene reserve op 31 december 2013 16,9 miljoen euro. Dit betekent dat er niet voldoende weerstandscapaciteit beschikbaar is om alle risico’s met een zekerheid van 80% (een door de Raad vastgestelde norm) af te kunnen dekken. De algemene reserve blijft hiermee wel boven het door de Raad vastgestelde minimum van 16 miljoen.


87

Onderhoud kapitaalgoederen Deze paragraaf geeft inzicht in het onderhoud van kapitaalgoederen. De kapitaalgoederen van de gemeente Hoorn zijn verdeeld naar de categorieën wegen, civiele kunstwerken, groen, riolering, water en gebouwen. Het gewenste onderhoudsniveau van de kapitaalgoederen wordt bepaald aan de hand van de, door de raad vastgestelde kwaliteit. De onderliggende beheerplannen geven inzicht in de werkzaamheden en kosten die nodig zijn om de goederen in goede staat te houden. De aandacht richt zich op de volgende aspecten: 

Zijn van alle kapitaalgoederen goede en actuele beheerplannen aanwezig?

 Zijn plannen en beschikbare gelden met elkaar in evenwicht? Naast een evenwichtige inpassing in de begroting dragen de beheerplannen bij aan de mogelijkheid tot het plegen van onderhoud in een effectieve volgorde. Met andere woorden: de werkzaamheden worden op elkaar afgestemd zodat overlast beperkt wordt en ‘werk met werk’ kan worden gemaakt. Wegen De uitgangspunten van het beleid voor verhardingen zijn niet gewijzigd. Het Beleidsplan verhardingen van 2001 blijft van kracht, zolang deze uitgangspunten niet wijzigen. Met de vaststelling van dit plan geldt in Hoorn de landelijke C.R.O.W.-richtlijn als algemeen uitgangspunt voor onderhoud aan verharding. In deze richtlijn zijn de normen (basisniveau) aangegeven voor een veilig gebruik van de wegen, straten en pleinen, fiets- en voetpaden. Dit komt overeen met het Coalitieakkoord. Jaarlijks worden weginspecties uitgevoerd en periodiek onderhoudsplannen opgesteld. Op deze manier wordt het beleid getoetst. Beschikbare middelen Uit het vastgestelde onderhoudsbeleid volgt een benodigde hoeveelheid middelen. Hierbij wordt onderscheid gemaakt in levensduur verlengende maatregelen (groot onderhoud) en vervanging (reconstructies). In de begroting is rekening gehouden met deze uitgaven. Op basis van de inspecties worden de benodigde middelen jaarlijks in de kadernota bijgesteld. Ombuigingen Vanwege een andere manier van werken (slimmer aanbesteden met meerjarige en gecombineerde onderhoudscontracten) is het grootste deel van de gerealiseerde bezuiniging niet ten koste gegaan van de kwaliteit van de verharding. Toch is niet te voorkomen dat het laatste deel van de bezuinigingstaakstelling gevolgen gaat hebben voor het onderhoudsniveau van de elementenverharding. Riolering In de Waterwet zijn de gemeentelijke zorgplichten voor hemel- en grondwater vastgelegd. In de Wet milieubeheer is de gemeentelijke zorgplicht voor de inzameling en het transport van stedelijk afvalwater vastgelegd. Tevens is in deze wet de verplichting opgelegd voor het opstellen van een verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP). Het GRP 2011-2015 is een beleidsplan voor zowel vuilwater, hemelwater als grondwater. In het GRP wordt aangegeven wat de gemeente met deze verschillende afvalwaterstromen doet en wat kan worden verwacht ten aanzien van aanleg, onderzoek, onderhoud, vervanging, verbetering en financiering. Staat van onderhoud Uit de verrichte inspecties blijkt dat het rioolstelsel van Hoorn zich in een redelijke tot goede staat bevindt. Bij voortzetting van het huidige beleid blijft de staat van onderhoud van de riolering op dit niveau. Ontwikkelingen Er wordt actief samenwerking gezocht met de omliggende gemeenten, het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier en het drinkwaterbedrijf PWN. Deze samenwerking heeft tot doel de doelmatigheid in de af-valwaterketen te vergroten, de kwaliteit van het rioolbeheer te verbeteren en de kwetsbaarheid op personeelsgebied te verminderen.

88


Benodigde en beschikbare middelen De geplande activiteiten worden gedekt uit de reserve riolering (gegevensbeheer, onderzoek, onderhoud en reiniging, vervangingen/renovaties en verbetering, vervanging materieel), de exploitatie (planvorming en beleid) en grondexploitaties (nieuwe aanleg). De hoogte van de rioolheffing is gebaseerd op een voortschrijdend inzicht in de onderzoeks-, onderhouds-, en investeringsbehoefte in de komende 50 jaar en is kostendekkend. Civiele kunstwerken In 2011 en 2012 zijn beheer-en onderhoudsplannen opgesteld voor beschoeiingen, duikers, stuwen en overig civiele kunstwerken. Eind 2013 worden deze aan de raad aangeboden om vastgesteld te worden. Hiermee is het gehele areaal kunstwerken ondergebracht in beheer-en onderhoudsplannen. Beschikbare middelen In de reserve onderhoud kapitaalgoederen is rekening gehouden met benodigde onderhoudskosten voor civiele kunstwerken. Deze uitgaven worden geraamd op grond van de vastgestelde beheer-en onderhoudsplannen. Na het vaststellen van eind 2013 aangeboden beheer-en onderhoudsplannen is het onderhoud van het gehele areaal civiele kunstwerken ondergebracht in deze reserve. Voor de uitvoering van de vervangingsinvesteringen aan civiele kunstwerken wordt jaarlijks de meerjarenplanning in de Kadernota aangevraagd. Deze meerjarenplanning is gebaseerd op de vastgestelde beheer-en onderhoudsplannen. Openbare verlichting Er is momenteel geen beleids- en beheerplan voor de openbare verlichting. De huidige uitvoering is niet planmatig. Dagelijks onderhoud geschiedt op basis van meldingen. Jaarlijks wordt een keuze gemaakt welke verlichting vervangen wordt. Eind 2013 wordt een beleidsplan openbare verlichting ter vaststelling aangeboden. Het doel van de openbare verlichting is primair gericht op verkeersveiligheid en sociale veiligheid. Hoorn is vanaf de jaren 70 jaren sterk gegroeid en staat, vanwege een gemiddelde levensduur van 40 jaar, aan de vooravond van substantiële vervangingen van de openbare verlichting. Beschikbare middelen Door het uitvoeren van planmatig onderhoud kan de kwaliteit van de verlichting worden gegarandeerd. De huidige middelen zijn nog niet afgestemd op bovengenoemde substantiële vervangingen. Water Het beleid is gericht op het bereiken van een aantrekkelijk, gezond en duurzaam watersysteem met een hoge belevingswaarde tegen aanvaardbare maatschappelijke kosten. Beheer-/onderhoudsplan baggeren Voor het wegwerken van het achterstallige baggeronderhoud is een baggerplan opgesteld en in uitvoering. In 2014 worden de laatste baggerwerkzaamheden uitgevoerd. In het vervolg worden de schouwen baggerwerkzaamheden door en op kosten van het hoogheemraadschap uitgevoerd. Ontwikkeling De looptijd van het Waterplan Hoorn 'Aqualiteit in blauwe structuren' is in 2013 verstreken. Samen met het Hoogheemraadschap wordt het waterplan geëvalueerd en een nieuw waterplan opgesteld. Benodigde en beschikbare middelen In de reserve onderhoud kapitaalgoederen is rekening gehouden met de kosten voor het baggeren van de sloten. De middelen zijn toereikend om de geplande baggerwerkzaamheden te bekostigen. Gebouwen Het beleidsplan Gemeentelijke Panden 2012-2016 is in 2012 door het college vastgesteld. Ontwikkelingen Het verbeterplan dat met DHV (onze bouwkundige adviesdienst) is aangegaan, is in uitvoering. Hierin zijn het schilderwerk en onderhoud van de technische installaties als prestatiecontract op


89

de markt aangeboden en aanbesteed. Het doel hierbij is het in stand houden van de kwaliteit en tevreden gebruikers van onze panden. In 2013 zijn bij vier gemeentelijke panden in de binnenstad verzakkingen en scheurvorming geconstateerd. Er wordt onderzoek gedaan naar oorzaak en mogelijke oplossingen. De financiële consequenties zijn nog niet bekend. In de paragraaf weerstandsvermogen wordt hiermee ook rekening gehouden.

90


Financiering In de financieringsparagraaf zijn de beleidsvoornemens voor het risicobeheer van de financiering opgenomen, wordt ingegaan op de renteontwikkeling en worden de belangrijkste treasury ontwikkelingen vermeld. Er wordt uitgebreid ingegaan op de nieuwe wet Schatkistbankieren en de wet Houdbare Overheidsfinanciën (wet HOF) die beide met ingang van 2014 worden ingevoerd. Financieringsbeleid De uitvoering van de financieringsfunctie van de gemeente is uitsluitend ten gunste van de publieke taak en het financiële beheer is risicomijdend. Het financieringsbeleid van de gemeente is erop gericht om uitgaven zo lang mogelijk met kort geld te financieren. Zodra de hoogte van de kortgeldleningen de kasgeldlimiet drie kwartalen overschrijdt, wordt er geconsolideerd. De kasgeldlimiet is de maximaal toegestane financiering met kort geld, om het risico op rentestijging te beperken. De kasgeldlimiet is wettelijk vastgesteld op 8,5 procent van het begrotingstotaal. In de begroting is rekening gehouden met het aantrekken van 25 miljoen euro voor consolidatie tegen een rentetarief van 2,5 procent. De werkelijke omvang voor consolidatie is, anders dan de begrotingssystematiek, afhankelijk van de werkelijke kasstromen in 2014. De marktrente vertoonde in de afgelopen jaren een dalende trend met record lage rentetarieven tot onder de 2 procent voor 10-jaarse lineaire leningen in 2013. De verwachte rente voor 2014 is gezien de vele onverwachte schommelingen in de financiële markten moeilijk in te schatten. Wel wordt voor 2014 een rentestijging verwacht. Twee grote variabelen die de rentestijging beïnvloeden zijn: 

een verwacht (licht) economisch herstel



de aangekondigde afbouw van de steunoperaties van de centrale banken van Europa en de Verenigde Staten, waarbij zij nu maandelijks miljarden aan goedkoop geld in de financiële markten brengen Gezien de schommelingen in de marktrente is het moment van consolidatie niet vooraf vast te stellen. Om het beste moment te kiezen, worden de marktontwikkelingen nauwlettend in de gaten gehouden. Renteomslag Het renteomslagpercentage wordt bepaald door de netto rentelasten te delen door de te financieren boekwaarde van de investeringen. Voor 2014 is de omslagrente vastgesteld op 3 procent. Dit percentage wordt vervolgens gehanteerd voor de berekening van de kapitaallasten en voor de berekening van de bespaarde rente over de reserves. Ontwikkelingen Twee landelijke ontwikkelingen waar de gemeente mee te maken krijgt en op inspeelt zijn het schatkistbankieren en de wet HOF. Beide wetten worden naar verwachting per 1 januari 2014 ingevoerd. Hieronder zijn de beide ontwikkelingen verder toegelicht. Schatkistbankieren Schatkistbankieren is een maatregel van de rijksoverheid om te voldoen aan de eisen die de Europese Unie stelt aan het begrotingstekort van Nederland. De invoering van het schatkistbankieren verplicht de decentrale overheden per 1 januari 2014 om overtollige middelen bij het Rijk onder te brengen. Hiervoor wordt speciaal een rekening geopend bij het ministerie van Financiën. Van de gemeente wordt verwacht dat zij dagelijks aan het einde van de middag de eigen bankrekening afroomt naar de rekening bij het Rijk. De gemeente hoeft niet alles over te maken: in de wet is een drempelbedrag opgenomen van 0,75 procent van het begrotingstotaal dat niet dagelijks naar de schatkist hoeft overgemaakt. De volgende dag kan er vervolgens weer gebruik worden gemaakt van de eigen middelen. De BNG Bank, onze huisbank, ontwikkelt een applicatie om dit geautomatiseerd uit te voeren. Het Rijk staat verder geen leenfaciliteit en roodstandfaciliteit toe. Het aantrekken van geldleningen vindt nog steeds op de financiële markt plaats. De voorwaarden en rentevergoedingen die het Rijk aan de decentrale overheden biedt voor het uitzetten van overtollige middelen zijn gelijk aan de condities waartegen het Rijk op de financiële


91

markten kan lenen. Het Rijk heeft een AAA status van de bekende rating-bureaus, waardoor het op de financiële markten goedkoop aan liquiditeiten kan komen. Het Rijk biedt hierdoor dezelfde lage rentevergoeding aan de decentrale overheden. De verwachting is dat deze rentevergoedingen van het Rijk lager zijn van de rente-inkomsten die de gemeente kan halen op de financiële markten. Structureel overtollige middelen kunnen in meerjarige deposito’s bij het Rijk worden geplaatst. Naast het onderbrengen bij het Rijk is het onderling uitlenen van overtollige middelen tussen decentrale overheden ook toegestaan, zolang er geen toezichtrelatie tussen de partijen is. De gemeente Hoorn mag dus leningen aangaan en/of verstrekken met alle decentrale overheden, behalve met de provincie Noord-Holland. Gelet op de ervaringen tot nu toe heeft de gemeente geen structureel overtollige middelen. Bij overtollige middelen worden van geval tot geval de investeringsmogelijkheden beoordeeld. Wet HOF De landen van de Economische en Monetaire Unie (EMU), de Eurolanden, gebruiken dezelfde definities voor staatsschuld en het begrotingssaldo: EMU-schuld en EMU-saldo. De EMU-schuld bestaat uit de staatsschuld plus de schulden van decentrale overheden. Het EMU-saldo is het totaal aan inkomsten min de uitgaven van de rijksoverheid en decentrale overheden samen. Bij de oprichting van de EMU is afgesproken dat het EMU-tekort per land niet groter mag zijn dan 3 procent van het bruto binnenlands product (BBP). De totale EMU-schuld mag niet meer dan 60 procent van het BBP bedragen. Nederland voldoet niet meer aan deze afspraken. In de poging om dit te herstellen, legt de rijksoverheid de decentrale overheden op om hieraan naar rato bij te dragen. Dit doen zij met de invoering van de wet Houdbare Overheidsfinanciën (wet HOF), die per 1 januari 2014 van kracht wordt. In de wet HOF wordt uitgegaan van de kasstromen van de gemeente. Dit vraagt een nieuwe manier van denken voor de gemeente. In de huidige begrotingssystematiek kunnen investeringen, projecten en dergelijke worden uitgevoerd zolang er in de begroting rekening is gehouden met de kapitaallasten. Met het denken in kasstromen kan de gemeente per boekjaar niet meer geld uitgeven dan er feitelijk op de bankrekening binnenkomt, ongeacht of er voldoende budget (voor de kapitaallasten of via reserves) is gereserveerd. Er wordt slechts een beperkte overschrijding toegestaan. De wet HOF wordt in september/oktober behandeld in de Eerste Kamer en is in de parlementaire behandeling stevig afgezwakt. In plaats van het sturen op een maximale overschrijdingsnorm per individuele gemeente, is in het huidige wetsvoorstel een macronorm opgenomen. Dat wil zeggen dat alle gemeenten gezamenlijk binnen de door de minister te stellen norm moeten blijven. Als enkele gemeenten bijvoorbeeld onder de gestelde norm blijven, kunnen andere gemeenten de norm overschrijden. Omdat gemeenten geen inzicht hebben in elkaars investeringsplannen kan er in 2014 niet op de norm gestuurd worden. Voor de gemeente Hoorn heeft de invoering van de wet geen gevolgen voor de investeringsruimte in 2014. Mocht de macronorm in 2014 worden overschreden, dan wordt hierover bestuurlijk overleg gevoerd tussen de VNG en het ministerie van Financiën. Hoewel de wet HOF in 2014 geen direct effect heeft op de gemeente, is het de komende jaren van belang om naast de bekende baten en lasten systematiek, ook het denken in kasstromen te vergroten. Dit versterkt de grip op de schuldpositie van de gemeente. EMU Saldo Met de totstandkoming van de Economische en Monetaire Unie (EMU) zijn grenzen gesteld aan de uitkomsten van het begrotingsbeleid waarbinnen keuzes over de uitgaven en ontvangsten van de overheid worden gemaakt. Het saldo van uitgaven en ontvangsten wordt het EMU-saldo genoemd. In het verdrag van Maastricht is ten aanzien van EMU-tekort een afspraak gemaakt over de maximale waarde die hiervoor mag gelden. De maximale waarde van 3% is uitgedrukt in een percentage van het bruto binnenlands product.

92


Tabel 71 Overzicht EMU-saldo (bedragen x € 1.000) Onderdeel 1 Exploitatiesaldo vóór toevoeging aan en onttrekking uit reserves.

Begroting 2013

Begroting 2014

Begroting 2015

-5.522

8.400

3.386

+ 2 Afschrijvingen ten laste van de exploitatie.

8.139

10.574

10.941

+ 3 Bruto dotaties aan de post voorzieningen ten laste van de exploitatie.

1.652

1.556

1.552

-/- 4 Investeringen in (im)materiële vaste activa die op de balans worden geactiveerd.

21.052

10.492

12.475

+ 5 Baten uit bijdragen van andere overheden, de Europese Unie en overigen, die niet op de exploitatie zijn verantwoord en niet al in mindering zijn gebracht bij post 4.

3.788

-

-

+ 6 Desinvesteringen in (im)materiële vaste activa: Baten uit desinvesteringen in (im)materiële vaste activa (tegen verkoopprijs), voor zover niet op exploitatie verantwoord

697

729

-

-/- 7 Aankoop van grond en de uitgaven aan bouw-, woonrijp maken e.d.

4.650

10.747

9.531

+ 8 Baten bouwgrondexploitatie: Baten voor zover transacties niet op exploitatie verantwoord

5.722

7.063

14.056

-/- 9 Lasten op balanspost Voorzieningen voor zover deze transacties met derden betreffen

892

734

642

-/- 10 Lasten i.v.m. transacties met derden, die niet via de onder post 1 genoemde exploitaties lopen, maar rechtstreeks ten laste van de reserves (inclusief fondsen en dergelijke) worden gebracht en die nog niet vallen onder één van bovenstaande posten

-

-

-/- 11 Verwachte boekwinst op exploitatie bij verkoop aandelen Berekend EMU-saldo


4.832

-

6.800

-16.950

6.349

487

93

Bedrijfsvoering Om alle doelstellingen uit deze begroting te kunnen bereiken is een goede bedrijfsvoering belangrijk. In 2014 blijven de pijlen gericht op de vier organisatiedoelen voor het jaar 2015, die een bijdrage leveren aan het bereiken van ‘een levendige stad voor iedereen’ (Stadsvisie). Organisatiedoelen

Goed werkgeverschap: a great place to work zijn en bij de twintig beste werkgevers (blijven) horen In 2015 beschikken over een sluitende meerjarenbegroting Excellente dienstverlening: bij de vijftig beste gemeenten horen Duurzaamheid:

94

-

Een duurzame bedrijfsvoering in 2015

-

In 2040 een klimaatneutrale gemeente zijn (zie Programma 7)



95

96


Verbonden partijen Verbonden partijen zijn rechtspersonen waarin de gemeente een bestuurlijk en een financieel belang heeft. Onder bestuurlijk belang wordt verstaan: een plaats in het bestuur of het hebben van stemrecht. Met een financieel belang wordt bedoeld, dat de gemeente middelen ter beschikking heeft gesteld die ze kwijt is in geval van faillissement van de verbonden partij en/of als financiële problemen bij de verbonden partij verhaald kunnen worden op de gemeente. Een gesubsidieerde instelling geldt als zodanig niet als een verbonden partij. Wie in het bestuur van een verbonden partij zit, is verplicht zich gevraagd en ongevraagd te verantwoorden naar het bestuursorgaan (college of gemeenteraad) dat hem of haar naar die partij heeft afgevaardigd. De partijen waaraan Hoorn verbonden is, zijn opgenomen in deze paragraaf. Gekozen is voor de indeling:    

gemeenschappelijke regelingen waarvoor een centrumgemeente constructie gekozen is gemeenschappelijke regelingen met een eigen bestuur vennootschappen privaatrechtelijke samenwerkingsovereenkomsten.

Algemene beleidskaders Westfriese 5

In 2010 zijn de 'Westfriese 5' opgesteld. Dit zijn vijf uitgangspunten voor de samenwerking tussen de Westfriese gemeenten. Deze vijf punten vormen ook een kader voor alle vormen van samenwerking. 1. Alle zeven gemeenten zijn eigenaren van de regio Westfriesland. 2. Samenwerken is niet vrijblijvend, maar gaat over bindende en afdwingbare afspraken: afspraak is afspraak. 3. Het maatschappelijk doel van een samenwerkingsverband moet SMART worden geformuleerd. 4. De samenwerking is transparant. We brengen in kaart met wie we samenwerken, gedurende welke tijd en we stellen samenwerkingsverbanden open voor andere partners. 5. We leggen jaarlijks verantwoording af over de staat van onze samenwerking, naar elkaar, maar ook intern naar de eigen colleges en raden.

Hoornse 10

In 2008 hebben de Westfriese gemeenten de 'Hoornse 10': spelregels voor gemeenschappelijke regelingen’ opgesteld, ter bevordering van de democratische legitimiteit. 1. Tijdige, juiste en volledige informatiestroom. Informatieprotocol is van toepassing. 2. College is bestuurlijk verantwoordelijk. 3. Hoorn streeft naar zitting in het ’dagelijks bestuur. 4. Iedere regeling heeft een verantwoordelijk collegelid en ambtenaar. 5. Tweemaal per jaar worden de regelingen actief geagendeerd in de raad. 6. Planning en controlcycli worden op elkaar afgestemd. 7. Beslis voor vier jaar over toegestane/vereiste solvabiliteit. 8. Stel duidelijke en simpele meerjarenkaders die SMART te verantwoorden zijn. 9. Voer als dagelijks bestuur een actief personeelsbeleid. 10. Gemeentelijke rekenkamercommissies moeten dezelfde bevoegdheden en verplichtingen hebben als rekenkamers.


97

Centrale financiële

In zijn vergadering van 17 april 2012 heeft de raad de centrale financiële

uitgangspunten GR

uitgangspunten vastgesteld voor alle gemeenschappelijke regelingen op de schaal van Noord-Holland Noord. Het gezamenlijk benoemen en vaststellen van financiële en procesmatige uitgangspunten biedt duidelijkheid en verhoogt de transparantie voor de deelnemende gemeenten en gemeenschappelijke regelingen. De centrale financiële uitgangspunten zijn een financiële uitwerking van de Hoornse 10 en geven kaders voor:

Regiovisie college

98

1. 2.

indexering loon en prijs bezuinigingsopdracht

3. 4.

weerstandsvermogen c.q. algemene reserve jaarrekeningresultaat

5. 6.

aanvullende informatie in de jaarrekening en begrotingsdocumenten nieuw beleid

7. 8.

begrotingswijzigingen en budgetafwijkingen bestuurlijke behandeling

9.

wijze van advisering aan en door betrokken gemeenten

Het college heeft een visie op samenwerking opgesteld. Deze visie gaat uit van betrouwbaarheid, professionaliteit, transparantie en duidelijkheid. Het college geeft per samenwerkingsonderwerp duidelijk het motief voor samenwerking aan. Hoorn neemt als centrumgemeente het voortouw vanuit regionaal belang en vertrouwen.


Tabel 72 Overzicht van Verbonden Partijen (bedragen x € 1.000) Naam

Plaats

Openbaar belang (doel)

Deelname

Bedrag per

verplicht?

inwoner

Het bevorderen, bewaken en

19

€ 16,43

beschermen van de gezondheid van de inwoners van de regio’s

gemeenten; wettelijk

Westfriesland, Kop van NoordHolland en Noord-Kennerland.

verplicht

(programma) GGD Hollands

Schagen

Noorden (progr. 7)

Recreatieschap

Stede

Behartigt voor Westfriese

7

Westfriesland (progr. 5)

Broec

gemeenten de belangen van de openluchtrecreatie en het

gemeenten; autonome

landschap.

keuze

Stelt namens de aangesloten gemeenten het

7 gemeenten;

bedrijf Westfriesland

afvalverwijderingsbeleid op en maakt op basis hiervan

autonome keuze

(CAW) (progr. 7)

afspraken met de uitvoeringsorganisaties.

Centraal Afvalverwijderings

Veiligheidsregio

Opmeer

Alkmaar

Noord-Holland Noord (progr. 1)

Het gezamenlijk behartigen van

19

belangen die de schaal van de individuele gemeenten te boven

gemeenten; wettelijk

gaan, ten behoeve van de veiligheid van de bevolking in het

verplicht

verandering

Jaarcijfers

EV

VV

EV

Resultaat

4.404

788

3.861

182

555 N

2.150

983

2.869

1.408

1.829 V

2012

€ 5,18

Jaarcijfers 2012

----

Jaarcijfers 2012

2.182

270

2.119

133

108 V

€ 11,20

Jaarcijfers

10.916

2.131

9.677

2.408

638 V

2012

samenwerkingsgebied.


VV

99

Naam

Plaats


(programma) Stichting Leerzaam

Hoorn

(voorheen GR Openbaar Speciaal

Deelname

Bedrag per

verplicht?

inwoner

Behartiging van het belang van het openbaar speciaal en

7 gemeenten;

voortgezet speciaal onderwijs.

autonome keuze

Op/maat biedt werk aan mensen

7

met een arbeidsbeperking die niet zelfstandig aan de slag

gemeenten; autonome

kunnen op de arbeidsmarkt. Het werk bij Op/Maat richt zich op de

keuze

---

verandering Jaarcijfers 2012

VV

EV

VV

EV

Resultaat

1.413

1.179

1.563

1.334

155 V

2.607

11.602

3.090

11.730

483

1.295

602

443

580

34

en Voortgezet Speciaal Onderwijs) (progr. 4) Op/maat (progr.

Hoorn

6)

Rijksbijdrage van € 6,4 mln.

ontwikkeling en vaardigheden van mensen met het doel hen te begeleiden naar de arbeidsmarkt. Westfries archief, Regionaal

Regeling in het kader van zorg, bewaring en het beheer van

7 gemeenten;

Historisch Centrum voor

archiefbescheiden en het bevorderen van lokale en

autonome keuze

Westfriesland (progr. 5)

regionale geschiedbeoefening.

100

Hoorn

€ 6,41

Jaarcijfers 2012


Naam

Plaats


Deelname

Bedrag per

verplicht?

inwoner

De RUD ondersteunt de deelnemers bij de uitvoering van

19 gemeenten

€ 16,85

hun taken op het gebied van vergunningverlening, toezicht en

en provincie;

handhaving. In ieder geval op het gebied van het omgevingsrecht

wettelijke verplichting

(programma) Regionale Uitvoeringsdienst

Hoorn

Noord-Holland Noord (progr. 7)

verandering

in het algemeen en de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht in het bijzonder. Ondersteuning Bestuurlijke

Hoorn (centrum

Hoorn voert taken uit voor de regio: ondersteuning bestuurlijke

7 gemeenten;

Samenwerking Westfriesland

gemeent e)

overleggen, regionaal jeugdbeleid, urgentiecommissie

autonome keuze

(progr. 0 en 4)

€ 2,69

huisvesting, klachtencommissie woningtoewijzing, volwasseneneducatie en doelgroepenvervoer en overblijvende taken voormalig SOW.

Archeologie

Hoorn

Westfriese Gemeenten

(centrum gemeent

(progr. 5)

e)

De regeling draagt bij aan de slagvaardigheid van de gemeente met betrekking tot gebiedsontwikkeling en ruimtelijke ordeningsprocessen. Tevens versterkt het de cultuurhistorische identiteit.

7 gemeenten; autonome keuze

Per gemeente variërend tussen € 10.000 en € 25.000, met een totaal van € 86.500.


101

VV

EV

VV

EV

Resultaat

Naam

Plaats


(programma) NV Houdstermaatscha

Alkmaar

Het beheren van de aandelen in Multikabel en Nuon (ENW).

ppij Gaskop Noord-Holland

Deelname

Bedrag per

verplicht?

inwoner

19 gemeenten;

----

wettelijke verplichting

verandering De laatste ontvangen

VV

EV

VV

EV

Resultaat

16.041

29.954

11.127

29.933

10.995 V

134.470

1.897

139.443

2.752

332 V

jaarrekening is boekjaar

(progr. 7)

2010. Deze cijfers zijn hier opgenomen.

N.V. Bank

Den

De BNG is de bank van en voor

Alle

Nederlandse gemeenten (BNG

Haag

overheden en instellingen voor het maatschappelijke belang.

gemeenten in

wordt fors minder

Met gespecialiseerde financiële dienstverlening draagt de BNG bij

Nederland; wettelijke

dividend uitgekeerd.

aan zo laag mogelijke kosten van maatschappelijke voorzieningen

verplichting

Het resultaat

Bank) (progr. 9)

----

Per 2011

voor de burger. Daarmee is de bank essentieel voor de publieke

van 2011 was € 256

taak.

miljoen. Gedurende het begrotingsjaar geen verandering en.

102


Naam

Plaats


Deelname

Bedrag per

verplicht?

inwoner

Doel van het Ontwikkelingsbedrijf is het

19 gemeenten

Totale bijdrage

bevorderen van de onderlinge samenwerking binnen de regio

en Kamer van

waardoor efficiënter aan economische doelstellingen

Koophandel (51%

gewerkt wordt.

aandelen) en provincie

(programma) Ontwikkelingsbedrijf Noord-

Alkmaar

Holland Noord N.V. (progr. 3)

verandering Jaarcijfers 2012

€ 124.616

(49% aandelen); autonome keuze


103

VV

EV

VV

EV

Resultaat

3.292

683

3.236

703

20

Beleidsvoornemens per partij Ondersteuning bestuurlijke samenwerking Westfriesland  Ondersteuning en regionale portefeuillehoudersoverleggen 

De inzet voor het regionaal jeugdbeleid is gericht op de transitie jeugdzorg. De regionale jeugdcoördinator richt zich vooral op ondersteuning van de regionale projectleiders. Het accent ligt op de juridische en organisatorische vormgeving van de regionale (en bovenregionale) samenwerkingen de vormgeving en uitvoering van het regionale project Toegang jeugdzorg Westfriesland’’.



Voeren van het secretariaat van de Urgentiecommissie Huisvesting en Klachtencommissie Woningtoewijzing.



Volwasseneneducatie: hierbij gaat het om taken die voortvloeien uit de Wet educatie en beroepsonderwijs. Door een koerswijziging bij het Rijk staat de aanpak van laaggeletterdheid (moeite hebben met lezen, schrijven en rekenen) centraal. Doelstelling is om het aantal laaggeletterden van boven de 18 jaar in de periode tot 2016 terug te brengen tot 10procent van de bevolking. Jaarlijks ontvangen gemeenten hiervoor (geoormerkte) middelen van het Rijk. Dit geld is onderdeel uit van het Participatiebudget en gemeenten moeten dit inzetten voor onderwijstrajecten bij een ROC. De gemeente Hoorn sluit namens de Westfriese gemeenten contracten af met het ROC/Horizon College.



Regionaal doelgroepenvervoer. -

-

Regionaal Leerlingenvervoer Hoorn verzorgt de coördinatie en de administratie van het Leerlingenvervoer voor Westfriesland. Dit houdt in: aanmelding van leerlingen, planning van routes en facturatie naar vervoerders en gemeenten. In 2014 staat optimalisering van het leerlingenvervoer centraal. Wmo-vervoer De gemeente Hoorn heeft een beheerorganisatie Regiotaxi (Wmo-vervoer). Deze afdeling is verantwoordelijk voor beleidsmatige, administratieve en uitvoerende taken voor de regio. In 2014 staat efficiënter inrichten van het doelgroepenvervoer centraal.

Op/maat  Het sociale domein is al geruime tijd in beweging. De komende Participatiewet, het sociaal akkoord van de sociale partners en de aanhoudende recessie maken het voor gemeenten en hun SW-bedrijven lastig om lokaal de benodigde stappen te zetten. Temeer omdat het kabinet in september met nieuwe bezuinigingenkomt. Vooralsnog zet de gemeente Hoorn zich met de andere Westfriese gemeenten én Op/maat in voor een nieuwe regionale werkorganisatie die zich met de nog beschikbare middelen richt op reintegratie, inkomensverstrekking en dienstverlening aan werkgevers. Archeologie Westfriesland  Beleidsvoornemens voor 2014 worden in december 2013 gepresenteerd. Deze gemeenschappelijke regeling levert een bijdrage aan het realiseren van de doelstelling van programma 5 Cultuur en recreatie en specifiek aan beleidsveld 5.2 Cultureel Erfgoed.

Veiligheidsregio Noord-Holland Noord  Centraal staat de regionalisering van de gemeentelijke brandweerorganisaties. 

104

In het licht van de regionalisering is het transitieakkoord vastgesteld. Hierin zijn afspraken gemaakt over de periode tot 1 januari 2015. Speerpunten van de Veiligheidsregio zijn minder brand; betrouwbaar, betaalbaar, op tijd; slimmer organiseren. Gemeente Hoorn - Begroting 2014

 Daarnaast staan de bezuinigingsmaatregelen centraal. Deze gemeenschappelijke regeling levert een bijdrage aan het realiseren van de doelstelling van programma 1 Openbare orde en veiligheid, beleidsveld 1.1 Brandweer en rampenbestrijding.

Regionale Uitvoeringsdienst Noord-Holland Noord  De RUD voert de taken voor de gemeente Hoorn uit die tot en met medio 2013 door de Milieudienst Westfriesland werden gedaan. Het gaat om wettelijke milieutaken (vergunningverlening en toezicht & handhaving), beleidstaken en wat taken op het gebied van duurzaamheid. 

Voor de komende drie jaar richt de RUD zich op het professioneel, efficiënt en kwalitatief goed uitvoeren van de haar opgedragen (milieu)taken.



Hoorn zet het komende jaar in op het opbouwen van een goede professionele relatie om de rol van eigenaar en opdrachtgever zo goed mogelijk in te vullen.

West-Fries Archief  Verder ontwikkelen van het Regionaal Historisch Centrum. Nieuwe doelgroepen en de potenties van de waardevolle historische collecties beter benutten met het gebouw aan de Blauwe Berg als belangrijke randvoorwaarde. 

Starten project 'vele handen'. Archiefbestanden worden nader ontsloten voor historisch onderzoek. De kracht van deze methode is dat een grote groep vrijwilligers zelfstandig op afstand kan werken. Vele handen maakt het mogelijk om de productie van indexen zowel kwalitatief als kwantitatief enorm te versnellen met weinig inzet van middelen.



Voor het ontwikkelen van een elektronisch depot voor de duurzame opslag van digitaal gevormde archieven start een pilot met de bouwdossiers. Hiermee wordt praktische ervaring opgedaan met nieuwe technologieën.



2014 is het laatste jaar van het lopende beleidsplan. In de loop van het jaar wordt een nieuw plan opgesteld en aan het bestuur voorgelegd. Deze gemeenschappelijke regeling levert een bijdrage aan het realiseren van de doelstelling van programma 5 Cultuur en recreatie en specifiek aan beleidsveld 5.2 Cultureel erfgoed.

Centraal Afvalverwijderingsbedrijf Westfriesland (CAW)  In 2014 worden binnen de gemeenschappelijke regeling CAW de volgende activiteiten uitgevoerd: Beheer van de voormalige stortplaats te Westwoud Uitoefening van de rechten en plichten zoals verbonden aan het aandeelhouderschap in de HVC o Uitvoering van de taken en bevoegdheden in het kader van de gemeenschappelijke regeling. o Realiseren bezuinigingsopdracht van 10procent. HVC is in 2012 een fors ombuigingsprogramma van structureel 19 miljoen euro op jaarbasis gestart. Dit programma leidt inmiddels tot de gewenste resultaten. De prognose voor 2013 op basis van cijfers over de eerste vijf maanden komt overeen met de meerjarenraming. Het jaar 2013 is daarin een transitiejaar, waarin HVC nog een licht negatief resultaat verwacht. De resultaten van de boekjaren 2014 en verder laten conform de meerjarenraming positieve resultaten zien. Deze gemeenschappelijke regeling draagt niet direct bij aan het realiseren van een specifieke doelstelling van een programma of een beleidsveld. De Huisvuilcentrale Noord-Holland (HVC) levert een bijdrage aan het realiseren van de doelstelling van programma 7 Volksgezondheid en milieu, beleidsveld 7.3 Riolering en afval. o o


105

GGD Hollands Noorden  GGD heeft speerpunten op het gebied van: Jeugd (onder andere. versterking wijken buurtgericht werken). Infectieziektebestrijding (onderandere. aanscherping toezicht kinderopvang, regionale bundeling van krachten). o Kwetsbare burger (onder andere vormgeven OGGZ-taak, samenwerking Veiligheidshuizen en CJG). o Onderzoek, beleid en preventie (ondersteunen gemeentelijk gezondheidsbeleid). o De transitie van de jeugdzorg l en met name de rol en positionering van de Jeugdgezondheidszorg. o Discussie over de snelheid van het behalen van de bezuinigingstaakstelling van 10 procent. Deze gemeenschappelijke regeling levert een bijdrage aan het realiseren van de doelstelling van programma 7 Volksgezondheid en milieu en specifiek aan beleidsveld 7.1 Gezondheidszorg. o o

Recreatieschap Westfriesland  In 2014 staat discussie over de huidige organisatievorm van het Recreatieschap centraal. Deze discussie vloeit voort uit de visie die het algemeen bestuur van het recreatieschap heeft vastgesteld en het Hoornse standpunt hierover. Deze gemeenschappelijke regeling levert een bijdrage aan het realiseren van de doelstelling van programma 5 Cultuur en Recreatie en specifiek beleidsveld 5.4 Recreatie.

Vennootschappen Ontwikkelingsbedrijf Noord-Holland Noord  In 2014 wordt de nieuwe organisatiestructuur vormgegeven en vastgesteld. De keuze is een gemeenschappelijke regeling of een corporatie. De 25 aandeelhouders hebben een lichte voorkeur voor een gemeenschappelijke regeling. Deze vennootschap levert een bijdrage aan het realiseren van de doelstelling van programma 3 Economische zaken.

NV Houdstermaatschappij Gaskop Noord-Holland  In 2015 volgt de laatste tranche van de verkoop van de NUON-aandelen. Vattenfall verkoopt onderdelen NUON vanwege tegenvallende bedrijfsresultaten. Vattenfall heeft aangegeven dat dit geen financiële gevolgen heeft. Door de verkoop van Nuon Energy krijgt de gemeente geen jaarlijkse dividenduitkering meer. Er is wel een afspraak om jaarlijks een verwachte dividend uit te keren (tot 2015). Ook voor Alliander wordt een dividenduitkering verwacht. Om welk bedrag het gaat is nog niet bekend. NV Bank Nederlandse Gemeenten (BNG Bank)  De BNG Bank is een structuurvennootschap. De aandelen zijn voor de helft in handen van de Staat, de andere helft is van gemeenten en provincies. De BNG Bank is, gemeten naar balanstotaal, de grootste overheidsbank in Nederland. De nominale waarde van de aandelen BNG Bank is ruim € 115.000. In werkelijkheid zijn ze veel meer waard. De aandelen kunnen opgewaardeerd worden. Omdat de aandelen niet verhandelbaar zijn, doet Hoorn dat niet. Door het Basels Comité voor Bankentoezicht zijn nieuwe richtlijnen van kracht voor kapitaal- en liquiditeitseisen. De BNG Bank wil de verhouding eigen en vreemd vermogen vanaf 2018 op minimaal 3 procent vaststellen. De BNG Bank onderzoekt hoe de bank op termijn aan deze regelgeving kan voldoen. Een van de maatregelen die zij hebben doorgevoerd is het bevriezen van de dividenduitkering. 106


Daardoor verbeteren de ratio’s van de bank. Exploitatiemaatschappij Zevenhuis BV  In Nederland duurt de economische crisis voort, hoewel er lichte tekenen van herstel zijn. Het blijft moeilijk te voorspellen hoe dit herstel verloopt en hoe dit van invloed is op de vastgoed- en grondmarkt. Door de samenwerking kan er spoedig worden gestart met realisatie van Zevenhuis. De gemeente acht de ontwikkeling en samenwerking van belang omdat: er al enige jaren geen bouwrijpe bedrijfsgronden meer in Hoorn zijn; een nieuw bedrijventerrein het aantal arbeidsplaatsen zal vergroten; met de samenwerking er een spreiding van risico’s is; met de samenwerking de gemeente meer invloed kan uitoefenen op de duurzaamheidambitie voor het Zevenhuis; o De samenwerking levert een financiële bijdrage aan  de N23,  de herstructurering van bestaande bedrijventerreinen in Hoorn,  de fietsontsluiting onder de N23. Deze samenwerking levert een bijdrage aan het realiseren van de doelstelling van programma 3 Economische Zaken en specifiek aan beleidsveld 3.1 Economische Zaken en programma 8 Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting en specifiek beleidsveld 8.6 grondzaken. o o o o


107

Grondbeleid Inleiding Het grondbeleid bevat uitgangspunten voor de wijze waarop en met welke middelen het grondgebied wordt ingevuld. In het beleid staan bedrijfseconomische principes centraal: hoe gaat de gemeente met de resultaten om en welke reserves en voorzieningen worden aangehouden. Het doel van de paragraaf grondbeleid is inzicht te geven in de financiële situatie van de grondexploitaties en de daarmee samenhangende risico's. Sinds 2006 is een stevig systeem van risicomanagement voor de grondexploitaties geïmplementeerd. Eens in de vier jaar wordt ook een second opinion op de risicoanalyse uitgevoerd. Hierdoor heeft de gemeente de grondexploitaties goed in beeld door voortdurende actualisatie en scenarioberekeningen. Deloitte en PWC constateren ook dat door deze maatregelen de beheersdoelstellingen gewaarborgd zijn voor 2014 en verder. Ieder jaar wordt bekeken of de maatregelen voldoende zijn om de doelen te halen. Beleidsuitgangspunten Het college voert het gemeentelijke grondbeleid uit binnen de kaders die de gemeenteraad hiervoor heeft gesteld. Deze kaders liggen vast in de nota Grondbeleid 2011 en verder. Hierin zijn onder andere kaders vastgelegd op het gebied van passief en actief grondbeleid en over de financiële grondslagen. Eén van de beleidsregels is dat één jaar na de start van een nieuwe collegeperiode de nota wordt geactualiseerd. Dat is dus in 2015. Het grondbeleid speelt een belangrijke rol bij het realiseren van de ambities van de stad. Uitgangspunt is daarbij een actief grondbeleid bij uitleglocaties (buitengebied). Bij actief grondbeleid koopt de gemeente zelf via het grondbedrijf gronden en panden. De grond wordt vervolgens door de gemeente bouwen woonrijp gemaakt. De gemeente verkoopt de bouwrijpe grond. Het gaat hierbij niet om het behalen van een maximaal financieel resultaat. Voorop staat de integrale realisatie van de projecten. Alleen als dit op grond van één of meerdere belangrijke redenen ongewenst of niet goed mogelijk is, kiest de gemeente niet voor actief grondbeleid. Gelet op de economische situatie is de tendens dat de gemeente terughoudend is met actief grondbeleid. Het resultaat van de grondexploitaties wordt niet alleen bepaald door de kaders van het grondbeleid maar meer nog door de economische situatie en keuzes op het gebied van ruimtelijke ordening en andere beleidsvelden met ruimtelijke consequenties. Bij dit laatste moet gedacht worden aan ruimtelijke structuurplannen en -visies, nota's op het gebied van volkshuisvesting, economische zaken (met name bedrijfsruimten, winkels, kantoren), milieu, sport, onderwijs en cultuur. Belangrijk is te kunnen beschikken over kaders waarbij flexibel kan worden ingespeeld op de marktsituatie. Ontwikkelingen Grondbedrijven In de periode voor de crisis verdienden gemeenten geld met grondexploitaties. De reserves van grondbedrijven raakten zo gevuld dat er voldoende buffers ontstonden om nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen te kunnen starten. Er ontstonden zelfs overschotten die ten gunste werden gebracht van de algemene middelen. Deze konden vrij besteed worden. Nu leven we in een andere tijd. Landelijk bezien wordt er vanuit het grondbedrijf praktisch geen geld meer afgedragen aan de algemene middelen. De trend is zelfs omgekeerd: veel grondbedrijven worden overeind gehouden vanuit de algemene middelen. Nieuwe grondexploitaties zijn steeds vaker verliesgevend. Dit heeft twee oorzaken. Ten eerste zijn door de verslechterde economische situatie de opbrengsten lager dan in het verleden. Ten tweede vindt gebiedsontwikkeling steeds vaker plaats binnen de bestaande structuren van de stad. Dit leidt tot hogere kosten dan in geval van nieuwe gebiedsontwikkelingen: van weiland tot woongebied. Dit geldt ook voor Hoorn. De afgelopen tien jaar is ongeveer 30 miljoen euro afgedragen aan de algemene middelen voor diverse projecten. De grote nieuwbouwlocatie Bangert en Oosterpolder, waar ooit grote winstverwachtingen voor waren, vertoont nu een fors negatieve prognose. Hiervoor is een voorziening getroffen, zoals verderop is te lezen in deze paragraaf. Ook

108


zijn de verwachte resultaten voor kleinere projecten lager dan vooraf gedacht en zijn de risico’s aanzienlijk groter (zie hierna). Nog te openen grondexploitaties Naast bovenstaande risico’s moet rekening worden gehouden met nog te openen grondexploitaties, zoals de Grote Waal, Poort van Hoorn en Oude Veiling. De uitkomsten daarvan zijn ongewis. Marktontwikkelingen De economische crisis weerspiegelt zich hevig in de vastgoedmarkt. De gemiddelde verkoopwaarden van huizen zijn gedaald en de verkooptermijnen zijn langer. De verwachting is dat huizenprijzen in de loop van 2014 stabiliseren, maar de economische situatie vormt nog wel een risico. Het is voor consumenten en bedrijven moeilijker dan voorheen om hun vastgoedwensen te (her)financieren. De condities waaronder banken geld uitzetten en hypotheken verstrekken, zijn wezenlijk aangescherpt. Dit heeft sterke gevolgen voor de kopers van bijvoorbeeld woningen, maar ook voor beleggers en bedrijven. Daarnaast is de rol van de corporaties in het segment van (middel)dure woningen sterk beperkt door Europa en de rijksoverheid. Eerder werd al nadrukkelijk stilgestaan bij de gevolgen van de recessie voor de grondexploitaties. De financiële risico’s van de grondexploitaties blijven onverminderd hoog en worden nauwlettend gevolgd. Een goede en integrale sturing en afweging van belangen op projectniveau én een deugdelijk risicomanagement blijven noodzakelijk. Financiële positie De financiële positie van de grondexploitaties wordt beschreven aan de hand van: 1. 2. 3. 4.

de boekwaarde van de grondexploitaties het geprognosticeerde eindresultaat de ontwikkeling van de algemene bedrijfsreserve grondzaken en het weerstandvermogen van het grondbedrijf

Ad 1 Boekwaarde grondexploitaties De boekwaarde bestaat uit de kosten die nog terugverdiend moeten worden door verkopen. De meest actuele boekwaarde is bepaald bij het opstellen van de jaarrekening 2012. Per 31 december 2012 was de boekwaarde 37,1 miljoen euro, exclusief voorziening verliesgevende complexen. In de jaarrekening 2012 staat ook dat de verwachting is dat de huidige boekwaarde niet terugverdiend wordt. Indien noodzakelijk, worden maatregelen getroffen. In de tabel wordt het geprognosticeerde verloop van de boekwaarde van alle complexen aangegeven. Tabel 73 Prognose verloop boekwaarden alle complexen (x 1 miljoen euro) Omschrijving Boekwaarde per 31 december

Rekening 2012

Prognose 2013

Prognose 2014

Prognose 2015

37,1

41,9

47,2

44,1

Voor 2014 wordt verwacht dat de boekwaarde toeneemt naar circa 47,2 miljoen euro. Dit komt door vertraging in de gronduitgifte en door een verwachte toename van de investeringen. De stijging van de boekwaarde komt vooral door de kosten voor het bouwen woonrijp maken voor de civiele kunstwerken (bruggen) in fase 4B. Dit is gebaseerd op de uitgangspunten (MJP 2013) zoals in mei 2013 door het college is vastgesteld. In het voorjaar van 2014 wordt dit weer geactualiseerd. Noodzaak sturing op kasstromen Op 7 mei 2013 is het MJP (Meerjarenperspectief 2013) aan de (besloten) commissie gepresenteerd. Hierin is een aantal aanbevelingen opgenomen om meer grip te houden op de financiële resultaten van de projecten. Een van de aanbevelingen was een strakke sturing op kasstromen. Dit is noodzakelijk om bij eventueel tegenvallende grondverkopen (grondverkopen lager dan het MJP) mogelijk te kiezen voor uitstel van investeringen. De wet Houdbare Overheidsfinanciën noodzaakt Begroting 2014 - gemeente Hoorn

109

ons om hier nadrukkelijk op te sturen (zie paragraaf financiering). Zo kan worden voorkomen dat de boekwaarde onnodig oploopt en daarmee ook de rentelasten hoog oplopen. Ad 2 Het geprognosticeerde eindresultaat De grondexploitatie is opgebouwd uit een aantal complexen. Voor deze complexen wordt jaarlijks op basis van de uitgangspunten van de vastgestelde bestemmingsplannen een prognose gemaakt van de te verwachten resultaten. De frequente actualisatie (jaarlijks) van de exploitatieopzetten waarborgt een continu inzicht in de financiële positie van de grondexploitatie. In onderstaand overzicht zijn (op basis van de rekening 2012) de voorlopige uitkomsten op de diverse complexen volgens de meest recente prognose weergegeven. In het voorjaar 2014 wordt deze opnieuw geactualiseerd. Tabel 74 Resultaatonwikkeling grondexploitaties 2013 t.o.v. 2012 (x 1 miljoen euro) Totaal uitgaven

Totaal inkomsten

Exploitatiesaldo nominaal

Contante waarde

Totaal complexen per 01 januari 2012

186,0

194,1

8,1

-/- 2,8

Totaal complexen per 01 januari 2013

194,4

202,9

8,5

-/- 8,0

Omschrijving

Verschil (*)

-/- 8,5

* Het resultaat is slechts een momentopname en kan beïnvloed worden door marktontwikkelingen.

Het actuele beeld na de herzieningen is verslechterd ten opzicht van voorgaande jaren. Was het saldo in 2012 nog 2,8 miljoen euro negatief, in 2013 komt het uit op een totaal van 8,0 miljoen euro negatief. De daling komt voor het grootste deel voor rekening van het complex Bangert en Oosterpolder. Het geraamde resultaat neemt in dit complex met circa 7,7 miljoen euro af. Het resultaat van een aantal andere complexen is licht verbeterd. Het gaat hier om Blokkers/IJsselweg en de Tuibrug. Daarnaast is in 2012 de gemeentelijke grondexploitatie Zevenhuis geopend en vastgesteld. Het resultaat van dit complex is eveneens in bovenstaand overzicht verwerkt. Ad 3 De ontwikkeling van de Algemene bedrijfsreserve grondzaken (ABR) Juist in deze tijd is het belang aangetoond van het aanhouden van een gezonde risicobuffer. Bij de jaarrekening 2012 is al geschreven dat de ABR leeg is. Vooral omdat een voorziening voor de Bangert en Oosterpolder is getroffen. Winst- en verliesneming Winstneming gebeurt als de exploitatie van een complex eindigt of wanneer tussentijds met redelijke zekerheid is vast te stellen dat er winst wordt gemaakt. In het laatste geval wordt het saldo van de boekwaarde, na aftrek van de nog te verwachten kosten ten gunste van de ABR gebracht. Als uit de kostprijsberekening blijkt dat er een verlies op een complex ontstaat, wordt een voorziening ten laste van de ABR getroffen. Als dit niet toereikend is, wordt dit aangevuld vanuit de algemene middelen. Op basis van de huidige prognoses wordt er in 2014 geen winst genomen. Voorziening verliesgevende complexen Het BBV schrijft voor dat verliezen genomen moeten worden op het moment van bekend worden van de verliezen. Het nemen van het verlies gebeurt door het treffen van een voorziening. In het meerjarenperspectief 2013 (vertrouwelijk stuk) zijn specificaties opgenomen van de lopende grondexploitaties, waarbij een inzicht wordt gegeven in het verwachte resultaat op basis van de netto contante waarde (NCW). Hierbij is inzichtelijk gemaakt dat het complex Bangert en Oosterpolder een verliesgevend complex is geworden. Van dit complex is het verwachte verlies op basis van de NCW van de herziening per 1 januari 2013 een voorziening gevormd. Het geraamde eindresultaat van het complex Bobeldijkerweg komt ook onder nul te liggen. Bij de ontwikkeling van het complex de Blauwe Berg stelt de gemeente zich weliswaar passief op, in werkelijkheid worden er toch (plan)kosten gemaakt. Door vertraging in de ontwikkeling van dit gebied lopen de kosten op. Hiervoor is ook een voorziening getroffen. Per 1 januari 2014 bedraagt de totale voorziening voor de verliesgevende complexen circa 16 miljoen euro. Als de crisis op de vastgoedmarkt veel langer voortduurt, dan zijn aanvullende verliesvoorzieningen noodzakelijk. Indien hiertoe aanleiding is, wordt de raad hierover geïnformeerd.

110


Ad 4 het weerstandvermogen van het grondbedrijf. Naast de voorzienbare resultaten, waarvan de negatieve resultaten door voorzieningen zijn afgedekt, zijn er nog onvoorziene algemene risico’s. Voor deze risico’s moet, op basis van de uitgangspunten in de nota grondbeleid, een weerstandsreserve worden aangehouden van 18,8 miljoen euro. In de algemene reserve en in de paragraaf weerstandsvermogen wordt hiermee rekening gehouden. Risicomanagement Aan grondexploitaties zijn onlosmakelijk risico’s verbonden. De effecten van de recessie komen vooral tot uitdrukking bij het project Bangert en Oosterpolder. Dit is het meest risicovolle woningbouwproject binnen de gemeente. Voor dergelijke projecten wordt jaarlijks een risicoanalyse gemaakt inclusief de mogelijke beheersmaatregelen. Daarnaast wordt periodiek gerapporteerd over risico-ontwikkelingen binnen het project. De risicoanalyse van Bangert en Oosterpolder maakt integraal onderdeel uit van de jaarlijkse exploitatieherziening, verantwoord in het meerjarenperspectief. Daarbij worden tevens nader te treffen beheersmaatregelen voorgesteld. Op basis van de risicoanalyse voor Bangert en Oosterpolder blijkt dat er geen zicht meer is op een positief eindresultaat. De kans is groot dat het resultaat van dit complex nog lager uitvalt (op contante waarde) dan nu geprognosticeerd. De meest gevoelige elementen daarbij zijn, evenals vorig jaar, de uitvoering- en plankosten, de grondopbrengsten, de opbrengsten door prijsstijging van de kosten. Voor de op te richten BV/CV Zevenhuis geldt dat met de risico’s die verbonden zijn aan deze deelname, rekening is gehouden binnen de gemeentelijke grondexploitatie Zevenhuis. In januari 2013 is de raad met een vertrouwelijk brief hierover geïnformeerd. Erfpacht In de raadsvergadering van 8 mei 2007 heeft de gemeenteraad besloten het erfpachtstelsel los te laten en in het kader van het gronduitgiftebeleid verkoop van grond als generieke uitgifte vorm te hanteren. Door dit besluit worden erfpachters in de gemeente, daar waar mogelijk, in de gelegenheid gesteld om het blote eigendom te verwerven. Als standaardinstrument van gemeentelijke gronduitgifte wordt erfpacht alleen nog bij bijzondere projecten toegepast. Daarbij valt te denken aan onder meer volkstuincomplexen, sportcomplexen en benzineverkooppunten. Voorts heeft de raad bij de Kadernota 2013 middelen beschikbaar gesteld om de gevolgen van de economische crisis te beperken en in te spelen op de kansen die er zijn. In september 2013 is de kansenkaart 2.0 door de raad vastgesteld. Onderdeel hiervan is een nader onderzoek naar de mogelijkheden om nieuwe woningen al dan niet tijdelijk in erfpacht aan te bieden. Hiermee wordt de koopsom van een woning aanmerkelijk verlaagd. Stille reserve Een stille reserve is een reserve waarvan het bestaan niet uit de balans blijkt. Van een stille reserve is sprake als de waardering op de balans lager is dan de marktwaarde. De stille reserves van het grondbedrijf maken onderdeel uit van het weerstandsvermogen van de gemeente (zie ook paragraaf weerstandsvermogen). In het complex verspreide gronden zijn strategische aangekochte percelen opgenomen die een rol kunnen spelen bij nieuwe ontwikkelingen in en rond Hoorn. Bij gronden aan de Rijweg bij bedrijventerrein Zevenhuis en bij het terrein aan de Kerkelaan 1 te Zwaag is sprake van een geschatte overwaarde, dus een stille reserve. Er is ook sprake van een stille reserve als gevolg van de herziening van de canon van de gronden in voortdurende erfpacht. De erfpachters in Hoorn hebben de mogelijkheid om, daar waar mogelijk, het bloot-eigendom onder nader te bepalen voorwaarden te verwerven. Een aantal erfpachters in de Huesmolen heeft de canon afgekocht. De totale waarde van het bloot-eigendom van het gedeelte van de Huesmolen waarvoor de canon kan worden afgekocht is per december 2013 bepaald op circa 2,6 miljoen euro. Hoeveel erfpachters nog van deze mogelijkheid tot koop van de blote eigendom gebruik zullen maken, valt nu niet te voorzien. Voor complexen zoals de winkelcentra De Kersenboogerd, De Grote Beer en deels ook de Huesmolen (het verscentrum) is de canon reeds voor langere termijn (tot onder meer 2023) afgekocht. Op dit moment bestaat er van die zijde dan ook weinig belangstelling om tot afkoop van de canon over te gaan. Voor het complex Korenbloem was er belangstelling van de erfpachter om de Begroting 2014 - gemeente Hoorn

111

canon af te kopen. In verband hiermee is de totale waarde van het bloot-eigendom van het complex De Korenbloem getaxeerd op circa 1,3 miljoen euro. De erfpachter heeft te kennen gegeven hiervan geen gebruik te maken. Van de overige complexen is de waarde van het bloot-eigendom nog niet bepaald, aangezien er ook geen belangstelling is voor koop. Daarnaast is er een aantal niet-strategische panden, waarin functies zijn gehuisvest die niet tot de gemeentelijke taak behoren. Hier is ook sprake van een stille reserve. De overwaarde is bepaald op circa 4,3 miljoen euro. Hiervoor wordt gerekend met een executiewaarde van 70 procent.

112


Algemene Uitkering De algemene uitkering uit het gemeentefonds is één van de grootste inkomstenbronnen van de gemeente. Het geld dat via de algemene uitkering worden ontvangen, is vrij inzetbaar. Wel probeert het kabinet steeds vaker de extra middelen die in het gemeentefonds worden gestort ook gericht door de gemeenten uit te laten geven. Voor die specifieke uitgavenstroom is echter een apart instrument, de specifieke uitkering. De raming van de algemene uitkering in de Begroting 2014 is gebaseerd op de informatie die via de meicirculaire 2013 is ontvangen. Via een van de eerste begrotingswijzigingen van die begroting wordt de septembercirculaire 2013 verwerkt. De circulaires van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties geven informatie over de opbouw en verdeling van de algemene uitkering uit het gemeentefonds. Normaal gesproken zijn er twee circulaires, in mei/juni en september. Er wordt ook inzicht gegeven in het meerjarenperspectief, de bestuurlijke aspecten, fiscale zaken, de normeringsystematiek, nominale ontwikkelingen, taakwijzigingen en overige ontwikkelingen. Normeringsystematiek De (ontwikkeling van de) omvang van het gemeentefonds wordt bepaald via een zogenaamde normeringsystematiek. De verandering van de grootte komt onder andere door prijsstijgingen en maatschappelijke en politieke ontwikkelingen. Hierover worden op centraal niveau bestuurlijke afspraken gemaakt. De grootte van het gemeentefonds is gekoppeld aan de netto gecorrigeerde uitgaven van het rijk. Beleidsintensiveringen bij het rijk, mee- en tegenvallers en nominale ontwikkelingen op de rijksbegroting worden meteen doorberekend aan het gemeentefonds. De normeringsystematiek zorgt er voor dat het gemeentefonds zich gelijkmatig ontwikkelt met de uitgaven van het rijk. Dit wordt in de volksmond ook wel het principe van 'gelijk de trap op en gelijk de trap af' genoemd. Nominale ontwikkelingen (lonen, prijzen) werken hierdoor in het gemeentefonds door omdat bij de rijksbegroting in algemene zin rekening is gehouden met loon- en prijsstijgingen. Er is dus geen één-op-één relatie tussen landelijke loon- en prijsstijgingen en het bedrag dat er voor dat onderwerp in het gemeentefonds wordt gestort. De procentuele groei van de algemene uitkering wordt uitgedrukt in een zogenaamd accrespercentage. Dit percentage is gelijk aan de procentuele groei van de netto gecorrigeerde rijksuitgaven van dat jaar. Er is sprake van een integraal accres. Uit dit accres moeten dus enerzijds hogere uitgaven worden betaald die het gevolg zijn van loon- en prijsontwikkelingen, en anderzijds ook nieuw beleid. Een andere belangrijke component is de uitkeringsfactor. De uitkeringsfactor zorgt er voor dat het bedrag dat in het gemeentefonds zit, ook daadwerkelijk wordt uitgegeven. Bij het verdelen van het gemeentefonds wordt uitgegaan van een bepaalde zogenaamde 'uitkeringsbasis': het totale aantal inwoners, huishoudens laag inkomen, woonruimten, etc. voor alle gemeenten samen. Als de uitkeringsbasis hoger is dan gedacht, moet de uitkeringsfactor dalen omdat er anders meer geld wordt uitgedeeld dan er in het gemeentefonds zit. En andersom. Meicirculaire 2013 Via een brief bij de Kadernota 2013 bent u ingelicht over de meicirculaire 2013. Septembercirculaire 2013 De gevolgen van de septembercirculaire zijn kort vermeld in paragraaf 2.3. De VNG had een winstwaarschuwing gegeven dat het accres voor 2014 wel eens 360 miljoen euro lager kon zijn dan bij de meicirculaire. Voor Hoorn betekende dat een nadeel van omstreeks 1,5 miljoen euro. Uit de septembercirculaire blijkt dat het accres 'maar' 282 miljoen euro lager is. Dat is een relatieve meevaller. In de jaren erna is de bezuiniging van 6 miljard euro van het Rijk verwerkt. Dat betekent dat in meerjarenperspectief een groter nadeel te verwerken is dan in 2014. Waar geen rekening mee is gehouden, maar die wel invloed heeft op de hoogte van de algemene uitkering zijn de aantallen bij de maatstaven. Die worden altijd geactualiseerd naar de stand van de septembercirculaire, en wijzigen soms fors ten opzichte van de meicirculaire. Dat komt doordat bij de meicirculaire vaak aannames zijn gemaakt en bij de septembercirculaire worden aantalBegroting 2014 - gemeente Hoorn

113

len gebruikt die meer vast staan. De nu gebruikte aantallen zijn via een specificatieoverzicht van het ministerie in de laatste week van augustus bekend gemaakt. Die aantallen leiden tot een hogere algemene uitkering. De opvallendste meevaller is de WOZ waarde. Dat is een negatieve maatstaf en de waarde blijkt lager dan eerder gedacht. De lagere waarde betekent een voordeel voor de algemene uitkering. De WOZ waarde is goed voor een positiever beeld van gemiddeld 550.000 euro over de hele meerjarenraming. Schematisch geeft dat het volgende beeld, waarbij de grootste verschillen worden toegelicht: Tabel 75 Consequenties voor Hoorn van septembercirculaire 2013 (bedragen x 1.000 euro) -=nadeel

2013

2014

2015

2016

2017

Berekening bij meicirculaire 2013

67.627

71.013

66.120

66.203

65.361

Berekening bij septembercirculaire 2013

67.806

70.368

65.196

65.066

64.737

179

-645

-923

-1.137

-624

-98

-1.285

-1.979

-2.402

-2.270

Verschil Veroorzaakt door: Accres (inclusief 6 miljard euro bezuiniging Rijk) Plafond BTW Compensatiefonds

676

735

839

-241

-147

99

714

754

802

844

Nominaal effect 2015-2018 Ontwikkeling uitkeringsbasis en hoeveelheidsverschillen Armoedebeleid 2013

230 62

Wmo uitkering bij meicirculaire 2013

6.077

6.168

6.168

6.168

6.168

Wmo uitkering bij septembercirculaire 2013

6.155

6.598

6.598

6.598

6.598

78

430

430

430

430

Verschil

De Wmo uitkering wordt budgettair neutraal verwerkt, de vermeerdering betekent dus een hoger uitgavenbudget op het product. Het jaar 2013 wordt via de Najaarsbijstelling 2013 verwerkt in de begroting 2013. Toelichting:  Accres (inclusief 6 miljard euro) De verlaging van het accres valt voor 2014 mee. Waar de VNG rekening hield met een korting van 360 miljoen euro, en de gemeente ook bij de opdracht tot (incidenteel) bezuinigen 2014, is dat nu 'maar' 282 miljoen euro. De jaren lopen de negatieve bedragen op, als gevolg van de bezuinigingen bij het Rijk van 6 miljard euro.  Plafond BTW Compensatiefonds Er wordt een plafond ingesteld voor declaraties bij het BTW Compensatie Fonds. Dat is ongeveer 2,8 miljard euro voor gemeenten, provincies en regionale instellingen samen. Lagere declaraties worden aan het gemeentefonds teruggegeven, hogere declaraties leiden tot kortingen. In deze septembercirculaire wordt voor het eerst een inschatting gemaakt van de lagere declaraties vanaf 2015. Deze worden gesteld op ongeveer 163 miljoen euro in 2015 tot 194 miljoen euro in 2018.  Nominaal effect 2015-2018 De gemeente rekent met constant prijsniveau. De uitkeringsfactor wordt standaard tegen lopende prijzen (is inclusief loon- en prijscompensatie) gegeven. Daarom moet de uitkeringsfactor gecorrigeerd worden. Wat dat voor Hoorn betekent, staat in deze regel.  Ontwikkeling uitkeringsbasis De verandering van het landelijke aantal bijstandontvangers is de grootste oorzaak van deze regel. Iedere toename van 2.750 bijstandontvangers heeft een daling van de uitkeringsfactor tot gevolg van een punt. De hogere aantallen leveren bij de maatstaven wel compensatie op (een bijstandontvanger levert ongeveer 5.000 euro op) maar de stijging is lang niet overal gelijk als het landelijke gemiddelde. Vooral vanaf 2015 is de voorspelling dat het aantal bijstandontvangers fors stijgt ten opzichte van de aanname bij de meicirculaire. Dat verklaart het verschil. 114


 Hoeveelheidsverschillen Zoals al eerder geschreven is de grootste oorzaak de waardedaling WOZ. Daarnaast worden nu andere aantallen gebruikt, conform de informatie van het ministerie, bij onder andere woonruimten, leerlingen VO en de uitkeringsontvangers (zie vorige punt). Bij enkele maatstaven is in het meerjarenperspectief rekening gehouden met een stijging c.q. daling van de aantallen. Daarbij is zoveel mogelijk gekeken naar de Hoornse situatie.  Armoedebeleid 2013 Voor intensivering van armoede en schuldenbeleid wordt in 2013 eenmalig 19 miljoen euro toegevoegd. Voor Hoorn komt dat neer op ongeveer 61.000 euro. Dit staat los van de geplande toevoeging van uiteindelijk 100 miljoen euro als beschreven in het regeerakkoord, waar waarschijnlijk in december duidelijkheid over wordt gegeven. De decentralisaties Deze zullen worden doorgevoerd met ingang van 2015. Wat nu precies aan taken overkomt en welke vergoeding er tegenover staat is nog steeds onzeker. Ook het voertuig van de rijksvergoedingen is nog onzeker. Er geldt wel een visie in de eindfase in 2018, zie hiervoor onderstaand plaatje. Op basis van onderzoek kan nog veel wijzigen. Tabel 76 Voorziene nieuwe financieringsstructuur gemeentefonds eindfase 2018 Gemeentefonds

Inkomensdeel WWB

Deelfonds met ontschotte delen Participatiebudget, Wmo en Jeugdzorg

Algemene uitkering

De omvang van de algemene uitkering in het jaar 2013 is ongeveer 16,25 miljard euro. In de nabije toekomst is een verdubbeling van het gemeentefonds geen ondenkbaar scenario. In de meicirculaire 2013 werd een inkijkje gegeven wat de vergoeding voor jeugdzorg per individuele gemeente kan gaan worden, na aftrek van allerlei kortingen. Het Hoornse bedrag kwam uit op 17,278 miljoen euro. Dit is zo’n beetje het minimumscenario, opgesteld op basis van historische cijfers. De bedragen zijn echter nog zo onzeker, dat ze niet zijn meegenomen in de telling van de berekeningen. In deze septembercirculaire (2013) zou op basis van eenzelfde historische basis inzicht geboden worden voor de nieuwe WMO. Dat is echter een maand uitgesteld. Pas bij de volgende meicirculaire (2014) wordt op basis van een objectieve verdeling voor beide taken een meer reële inschatting bekend gemaakt. De rijksvergoeding voor de Participatiewet blijft de eerste jaren nog een specifieke uitkering, dus buiten het gemeentefonds om. Door de onzekerheid van taken en rijksvergoedingen is het uitermate lastig voor een gemeente een redelijke raming te maken. Er wordt daarom geadviseerd alle decentralisaties (na aftrek van alle kortingen) budgettair neutraal te ramen. De openeindregeling geldt niet meer vanaf 2015.


115

4. Ruimtevragers 2013-2017 In dit hoofdstuk worden de ruimtevragers voor de begroting 2014 en verder gepresenteerd. Alle ruimtevragers zijn voor zover mogelijk voorzien van een indicatieve raming. Deze lasten zijn nog niet financieel in de begroting geregeld, maar er wordt al wel rekening mee gehouden. Benadrukt wordt dat de bedragen van de ruimtevragers indicatief zijn. Pas via een afzonderlijk voorstel aan college en raad (vanaf € 50.000) wordt het budget daadwerkelijk beschikbaar gesteld. Geactualiseerde ruimtevragers uit de Kadernota 2013 De ruimtevragers zijn ten opzichte van de lijst bij de Kadernota 2013 niet veranderd. Toch is de lijst nu iets anders dan toen: er is immers besluitvorming geweest waardoor enkele ruimtevragers nu zijn verwerkt in de begroting. Om een beeld te geven: Tabel 77 Verschil nu ten opzichte van Kadernota 2013 Financieel beslag bij Kadernota Financieel beslag nu Verschil

2014

2015

2016

2017

627.483 583.720

416.931 373.168

355.812 312.049

337.437 306.424

43.763

43.763

43.763

31.013

De verklaring voor het verschil is besluitvorming waardoor de ruimtevrager in de begroting is verwerkt: Tabel 78 Besluitvorming over ruimtevragers Onderwerp

Bedrag I/S

Veiligheidshuis

29.000 structureel

Rijksregeling cultuureducatie met kwaliteit Plaatsen hekwerk rond basisschool Het Spectrum, beide scholen Verbouw brandweerkazerne Blokker (*)

17.000 structureel

Vervallen onderuitputting (25%) Vervallen uit ruimtevragers

4.250 structureel 8.100 structureel -/- 14.588 43.763

(*) Voor de dekking van de kapitaallasten is een andere dekking gevonden dan het begrotingsresultaat, vandaar dat dit krediet van de lijst ruimtevragers is afgehaald.

Ook de aanschaf van een sneeuwruimer, waartoe bij de Kadernota is besloten, is verwerkt in de begroting. Omdat daarvoor specifieke dekking is aangegeven, komt die niet in dit lijstje voor.

116


5. Financiële begroting 5.1. Uitgangspunten Bij het opstellen van de Begroting 2014 is rekening gehouden met de uitgangspunten zoals deze in de Kadernota 2013 door de raad zijn vastgesteld. Het gaat dan om de volgende uitgangspunten: 

De prijsmutatie voor goederen en diensten is vastgesteld op de nullijn. Dat geldt ook voor de gemeentelijke subsidies.



De belastingtarieven en leges worden via de eerste begrotingswijziging met 1,5% verhoogd. Het rente-omslagpercentage is vastgesteld op 3,0%.



Er is in de begroting 2014 geen rekening gehouden met een eventuele CAOsalarisverhoging. De verwachting is dat men de nullijn handhaaft.



De volgende aantallen inwoners en woonruimtes zijn gehanteerd bij het berekenen van de Algemene uitkering. Bij deze aantallen wordt aangesloten bij de informatie die vanuit het ministerie van BZK wordt verstuurd. Het ministerie gebruikt deze informatie bij haar berekening van de algemene uitkering uit het gemeentefonds.

Tabel 79 Gebruikte aantallen begroting 2014 Jaar

Inwoners per 1 januari

Woonruimten per 1 januari

2013

71.549

33.126

2014

71.649

33.176

2015

71.749

33.226

2016

71.849

33.276



Het investeringsplan voor nieuwe en vervangingsinvesteringen is via de Kadernota door de raad vastgesteld. De bijbehorende kapitaallasten voor de vervangingsinvesteringen en voor de nieuwe investeringen in 2014 zijn in de begroting op de betreffende programma’s geraamd.



De uitkering uit het Gemeentefonds is opgenomen tegen een constant loon- en prijsniveau. Wel is in de raming van de algemene uitkering rekening gehouden met areaaluitbreiding en autonome toename aantallen.



De meerjarenraming is opgesteld met een constant loon- en prijsniveau uit 2014. Wel is rekening gehouden met actuele aantallen ten aanzien van areaaluitbreiding en specifieke ontwikkelingen.



Nieuwe methode van kostentoerekening De kosten van de ambtelijke organisatie worden doorbelast aan producten. Hierbij gaat het om zowel de directe kosten van het personeel dat zich met de betreffende producten bezig houdt als de overhead. De huidige methode verdeelt de ambtelijke kosten te grof waardoor onzuiverheden in de toerekening van kosten naar producten kunnen ontstaan. Daarnaast hebben ontwikkelingen in de ambtelijke organisatie, zoals het Nieuwe Werken, geleid tot een heroverweging van de bestaande kosten verdeelmethode. Een aangepaste methode is ontworpen. Hierin is rekening gehouden met de ontwikkelingen in de organisatie en worden kosten van de ambtelijke afdelingen directer en beter aan de producten toegerekend. Hierdoor ontstaat per product een zuiverder beeld. Deze methode is in de begroting 2014 toegepast. Financieel gezien stijgen sommige programma’s in kosten, andere programma’s dalen juist. Omdat het slechts een verdeelkwestie betreft, is de uitwerking budgettair neutraal.


117

5.2. Toelichting vermogenspositie Reserves In de onderstaande tabel zijn de geraamde mutaties in de reserves in 2014 weergegeven. Voor een meer gedetailleerd inzicht van de stand en het verloop van de reserves wordt verwezen naar de bijlagen. Daarnaast worden bij de programma’s de mutaties in de reserves toegelicht. Tabel 80 Reserves (x 1.000 euro) Boekwaarde 01-01-2014

Bespaarde rente

Toevoeging

Onttrekking

Boekwaarde 31-12-2014

Algemene reserve

16.808

0

0

518

16.290

Bestemmingsreserve

59.782

1.215

5.525

16.385

50.137

Reserves Grondzaken

598

16

169

12

771

Reserves derden

226

7

0

0

233

Afdelingsreserves Subtotaal Niet belegde reserves Totaal

1.568

0

0

0

1.568

78.982

1.238

5.694

16.915

68.999

64

0

0

0

64

79.046

1.238

5.694

16.915

69.063

De reserves nemen per saldo af met € 9,98 mln. In bijlage 2 is een meer gedetailleerd overzicht van de stand en het verloop van de reserves opgenomen.

Voorzieningen De voorzieningen zijn onderdeel van het vreemd vermogen. De toevoegingen aan de voorzieningen, in relatie tot het actueel houden van de voorzieningen, zijn geraamd op de programma’s. Aan de voorzieningen wordt geen rente toegevoegd. De uitgaven worden rechtstreeks ten laste van de voorzieningen gebracht. In de onderstaande tabel worden de geraamde toevoegingen en uitgaven weergegeven. Tabel 81 Voorzieningen (x 1.000 euro) (x € 1.000)


Toevoeging

Uitgaven


Voorzieningen

14.872

1.542

642

15.772

Voorzieningen Grondzaken

15.263

0

0

15.263

529

14

127

416

30.664

1.556

769

31.451

Voorzieningen derden Totaal

De voorzieningen nemen per saldo toe met € 0,79 mln. In bijlage 3 is een meer gedetailleerd overzicht van de stand en het verloop van de voorzieningen opgenomen.

118


5.3. Diverse overzichten In dit hoofdstuk is een aantal verplichte overzichten opgenomen.

Lasten, baten, saldo per programma Tabel 82 Lasten, baten, saldo per programma (x € 1.000) -/- is een voordeel Lasten Lasten Lasten Baten Baten Baten Saldo Saldo Saldo Programma rekening begroting begroting rekening begroting begroting rekening begroting begroting 2012 2013 2014 2012 2013 2014 2012 2013 2014 Burgers en bestuur

8.911

9.366

8.814

1.846

1.733

1.709

7.065

7.634

7.105


7.427

7.826

8.778

882

888

833

6.545

6.938

7.945

Verkeer, vervoer en waterstaat

15.467

15.067

21.351

7.394

5.555

5.478

8.073

9.512

15.873

Economische zaken

1.787

1.489

1.304

1.126

5.288

438

661

-3.799

866

Onderwijs

15.700

40.548

15.668

7.564

28.554

5.007

8.136

11.994

10.661

Cultuur en recreatie

26.225

26.295

25.460

3.949

5.542

5.147

22.276

20.753

20.313

Sociale voorzieningen maatschappelijke dienstverlening

61.727

59.515

56.465

33.363

32.337

28.941

28.364

27.178

27.524

Volksgezondheid en milieu

17.264

19.342

19.112

14.080

14.334

14.292

3.184

5.008

4.820

Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting

39.459

20.856

26.516

26.599

12.558

17.994

12.860

8.298

8.522


6.734

2.341

-1.908

8.612

9.203

11.058

-1.878

Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien

83

116

255

84.745

81.247

82.288 -84.662 -81.132 -82.033

Totaal saldo van 200.784 202.761 181.815 190.160 197.239 173.185 Baten en lasten

10.624

5.522

8.630

16.916

-5.642

-4.278

-9.984

242.724 221.761 188.747 237.742 220.517 190.101

4.982

1.244

-1.354

Mutaties reserves 41 .940 Resultaat

-6.862 -12.966


19.000

6.932

47.582

23.278

119

Incidentele baten en lasten Voor incidentele niet voorziene uitgaven is een raming van incidenteel onvoorzien in de begroting opgenomen. In het overzicht van incidentele baten en lasten staan alleen bedragen groter dan € 15.000 die maximaal drie jaar in de begroting zijn opgenomen. Tabel 83 Incidentele baten en lasten (bedragen x € 1.000) Progr.

120

Omschrijving

Lasten 2014

0

Verkiezingen

274

1

Vervallen budget subsidie stichting werf de zaggerij

1

Aanschaf chemicalienoveralls

1

Bijdrage aan regionaal project Jeugd, Alcohol en Drugs

2

Afkoopsom Blauwe Berg

2

Uitgebreid asfaltonderzoek (vindt om het jaar plaats en wordt gedekt uit de reserve onderhoud kapitaalgoederen)

2

Huuropbrengst Spoorsingel 2

3

Dividend NUON

3

Verkoop NUON aandelen

4

Onderwijsachterstandenbeleid (OAB) 2014

904

4

Pilot verzuimconsulent (dekking uit RMC middelen)

174

4

Brede school ontwikkeling Hoorn

53

5

Actieplan LHBT

20

5

Subsidie kaasmarkt

6

Pilot buurtkamer ’t Slot

14

7

Opstellen nieuw GRP (Gemeentelijk rioleringsplan). Uitgaven worden gedekt uit de reserve riolering

38

7

Uitvoering project zichtbare schakels

149

7

Voortzetting maatschappelijke stage (MAS/EVI/MBO)

155

7

Duurzaamheidsbeleid

355

8

Verplaatsing Leekerweide (dekking reserve parkeren en infrastructuur)

Baten 2014

Lasten 2015

Baten 2015

Lasten 2016

137

14 36

1.600 30

30 5 135 6.900

7 5

35

1796


355

Lasten 2017 137

4

36

Baten 2016

35

Baten 2017

Progr.

Omschrijving

Lasten 2014

8

Inhuur projectleider woonwagencentrum Bobeldijkerweg

16

8

Opstellen diverse bestemmingsplannen

57

8

Subsidie architectuurcentrum Hoorn

12

8

Liggeld Botterwerf

15

8

Ontwikkelingsprogramma ISV3

Hkp

Behoud bredeschool omgeving Verhoek (SHK)


374

Baten 2014

Lasten 2015

15 374

12

12

121

Baten 2015

Lasten 2016

15

Baten 2016

Lasten 2017

Baten 2017

Mutaties reserves per programma Onderstaande tabel geeft inzicht in de mutaties van de reserves per programma. In elk programma worden deze mutaties nader toegelicht. In de bijlagen is het verloop van de reserves (en ook de voorzieningen) opgenomen. Tabel 84 Mutaties reserves per programma TOEVOEGINGEN

Programma

0 Algemeen bestuur

Lasten rekening 2012

Lasten begroting 2013

ONTTREKKINGEN Lasten begroting 2014

Baten rekening 2012

Baten begroting 2013


108.972

0

0

153.017

73.000

0

12.942

0

0

65.052

12.000

0

7.139.212

4.022.579

2.854.678

7.048.740

5.349.476

9.378.646

0

4.832.030

0

432.237

102.588

0

4 Onderwijs

1.222.494

144.456

474.282

927.997

3.548.710

1.420.402

5 Cultuur en recreatie

1.427.645

185.706

365.648

1.589.277

1.734.564

913.507

6 Sociale voorzieningen en maatschappelijke dienstverlening

775.820

73.016

73.017

119.441

940.175

725.987

7 Volksgezondheid en milieu

875.456

0

0

600.101

594.493

465.859

3.104.399

3.263.443

1.926.751

9.093.840

4.436.890

3.992.913

221.179

0

0

952.255

18.261

18.261

Overige mutaties reserves

27.052.126

6.478.852

1.237.539

26.600.006

6.418.232

0

Totaal mutaties reserves

41.940.245

19.000.082

6.931.915

47.581.963

23.278.389

16.915.575

1 Openbare orde en veiligheid 2 Verkeer, vervoer en waterstaat 3 Economische zaken

8 Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting 9 Financiering en algemene lasten en baten

122


5.4. Subsidieplafonds Op 14 december 2010 is de algemene subsidieverordening gemeente Hoorn (ASV) door de gemeenteraad vastgesteld. In de ASV is opgenomen dat de gemeenteraad jaarlijks, bij het vaststellen van de begroting, de subsidieplafonds vast stelt. In de vergadering van 14 mei 2013 heeft de raad aanvullend besloten om de subsidieplafonds met ingang van 2013 uitsluitend toe te passen op de incidentele subsidies, omdat subsidieplafonds voor structurele subsidies niet blijken te werken. Waarom zijn er subsidieplafonds? De Subsidieplafonds zijn ingesteld om een helder financieel kader te stellen voor subsidies. Deze kaders zijn de bedragen die maximaal aan subsidies mogen worden verstrekt. Door te werken met subsidieplafonds is voor iedereen duidelijk waarom subsidieaanvragen (kunnen) worden afgewezen: het geld is op. Daarnaast geven subsidieplafonds de vakafdelingen flexibiliteit om binnen een beleidsveld te schuiven met subsidies aan instellingen. Voor 2014 zijn onderstaande subsidieplafonds voor de incidentele subsidies vastgesteld: Tabel 85 Subsidieplafonds per beleidsveld Omschrijving

Bedrag (€)

Kunst en cultuur (algemeen)

45.155

Kunst en cultuur (toeristische en culturele initiatieven)

30.875

Sport (sportactiviteiten)

37.875

Sport (aangepast sporten) Recreatie (economische zaken en toerisme) Recreatie (welzijnsinitiatieven) Ouderen Totaal

6.250 23.470 8.505 3.335 155.465

In bijlage G van de Productenraming 2014 is een overzicht van alle subsidies/bijdragen (17,8 miljoen euro) opgenomen.


123

6. Bijlagen

124


Bijlage 1 Relatietabel programma-beleidsveld-product Programma 0

Burgers en bestuur

Beleidsveld 0.1 1.01.01.0 1.01.01.1 1.01.02.0 1.01.05.0 1.01.05.1 1.01.05.2 1.16.12.2

Bestuur en ondersteuning Feitelijke kosten raad en raadscommissies Feitelijke kosten college Ambtelijke ondersteuning B&W Ambtelijke ondersteuning raad Ambtelijke ondersteuning rekenkamer Bestuursondersteuning raad en raadscommissie Cyclus financiële documenten t.b.v. B&W

Beleidsveld 0.2 1.01.02.2 1.02.01.0 1.02.01.1 1.02.10.0

Relatie inwoner bestuur Onderscheidingen Voorlichting Representatie Publiekscontacten

Beleidsveld 0.3 1.03.01.0 1.03.01.1 1.03.01.2 1.03.01.3 1.03.01.5 1.03.01.6 1.03.01.7 1.03.04.0 1.03.04.1 1.03.04.2 1.03.04.3 1.03.06.0 1.03.06.1 1.03.07.0 1.03.07.3 1.03.11.0 1.03.13.0

Burgerzaken Documenten – algemeen Reisdocument Rijbewijs Verklaring omtrent gedrag Leges reisdocument Leges rijbewijs Leges verklaring omtrent gedrag Akten burgerlijke stand – algemeen Huwelijksvoltrekking Leges akten burgerlijke stand – algemeen Leges huwelijks voltrekking Naturalisatie/naamswijziging Leges naturalisatie/naamswijziging Informatie basisadministratie – algemeen Leges informatie basisadministratie – algemeen Straatnaamgeving/huisnummering Verkiezingen

Beleidsveld 0.4 1.01.03.0 1.01.04.0 1.01.04.1 1.01.04.2 1.01.04.3 1.01.04.4 1.01.04.5 1.01.04.6 1.01.04.7 1.01.04.9

Bestuurlijke samenwerking Internationale contacten (Boven)regionale samenwerkingsstructuren Hoornse Algemene Aspecten Regiozaken PO Bestuurlijke zaken Madivo/ Marktplaats Sociaal Portefeuillehoudersoverleg VV/RO/EZ c.a. Klachtencommissie Woningtoewijzing Urgentiecommissie Huisvesting Regionale kwaliteitskringen Exploitatie voormalig SOW

Programma 1


Beleidsveld 1.1 1.04.04.0 1.04.04.1

Brandweer en rampenbestrijding Brandweer en rampenbestrijding – algemeen Technisch beheer en onderhoud


125

1.04.04.2 1.04.04.4 1.04.04.5 1.04.04.6 1.04.04.7 1.04.04.8 1.04.04.9

Beheer en exploitatie brandweerkazernes Veiligheidsregio Brandbestrijding en hulpverlening (repressie) Rampenplan Opleiden en oefenen Duiken Preparatie/planvorming

Beleidsveld 1.2 1.04.01.0 1.04.02.5 1.04.03.0 1.04.05.0 1.04.05.1 1.04.05.2 1.04.06.0 1.04.06.1

Openbare orde en veiligheid Vergunningverlening/controle naleving APV HALT Noord-Holland Noord Handhaving openbare orde en veiligheid – algemeen Overige beschermende maatregelen – algemeen Uitvoering Wet op de lijkbezorging Jeugd, alcohol en drugs Stadstoezicht – algemeen Toezicht en handhaving

Programma 2

Verkeer, vervoer en waterstaat

Beleidsveld 2.1 1.09.01.0 1.09.01.1 1.09.01.2 1.09.02.0 1.09.02.1 1.09.02.2 1.09.02.3 1.09.03.0 1.09.03.1 1.09.03.2 1.09.04.0 1.09.04.1 1.09.04.2 1.09.06.0 1.09.06.1 1.09.06.2

Wegen, straten en pleinen Planvorming/evaluatie verhardingen Groot onderhoud/projecten verhardingen Dagelijks onderhoud verhardingen Planvorming/evaluatie sneeuw- en gladheidsbestrijding Dagelijks onderhoud sneeuw- en gladheidsbestrijding Planvorming/evaluatie straatreiniging Dagelijks onderhoud straatreiniging Planvorming/evaluatie openbare verlichting Groot onderhoud/projecten openbare verlichting Dagelijks onderhoud openbare verlichting Planvorming/evaluatie civiele kunstwerken Groot onderhoud/projecten civiele kunstwerken Dagelijks onderhoud civiele kunstwerken Planvorming/evaluatie stadsmeubilair Groot onderhoud/projecten stadsmeubilair Dagelijks onderhoud stadsmeubilair

Beleidsveld 2.2 1.09.05.0 1.09.05.1 1.09.05.2 1.09.07.0

Verkeer en vervoer Verkeersvoorzieningen – algemeen Bewegwijzering Verkeersveiligheid Lokaal openbaar vervoer

Beleidsveld 2.3 1.09.08.0 1.09.08.1 1.09.08.2 1.09.08.3 1.09.08.4 1.09.08.5 1.09.08.6 1.09.08.7 1.09.08.8

Parkeren Betaald parkeren – algemeen Handhaving straatparkeren Exploitatie parkeerapparatuur straatparkeren Inzameling parkeergelden straatparkeren Uitgifte parkeerbewijzen Baten betaald parkeren Parkeergarages Facilitair beheer parkeren openbaar gebied Fietsparkeren

Beleidsveld 2.4 1.09.14.0 1.09.14.1

Water en havenbeheer (Binnen)havens en waterwegen Beheer en exploitatie (binnen)havens

126


1.09.15.0 1.09.15.1 1.09.15.2 1.09.15.3

Planvorming/evaluatie watergangen/-partijen/oevervoorzieningen Groot onderhoud/projecten watergangen/-partijen/oevervoorzieningen Dagelijks onderhoud watergangen/-partijen/oevervoorzieningen Schoonhouden en schouwen watergangen/-partijen

Programma 3

Economische zaken

Beleidsveld 3.1 1.05.01.0 1.05.06.0 1.09.09.0 1.09.09.1

Economische zaken Voorzieningen handel/nijverheid/bedrijven Dividend GKNH (Nuon) Markten/standplaatsen Baten marktgelden

Programma 4

Onderwijs

Beleidsveld 4.1 1.13.01.0 1.13.04.0

Basisonderwijs Openbaar primair onderwijs – algemeen Bijzonder primair onderwijs – algemeen

Beleidsveld 4.2 1.13.03.0 1.13.06.0

Speciaal onderwijs Openbaar speciaal onderwijs – algemeen Bijzonder speciaal onderwijs – algemeen

Beleidsveld 4.3 1.13.02.0 1.13.13.0

Voortgezet onderwijs Openbaar voortgezet onderwijs – algemeen Bijzonder voortgezet onderwijs – algemeen

Beleidsveld 4.4 1.13.01.1 1.13.01.8 1.13.02.1 1.13.03.1 1.13.04.2 1.13.04.6 1.13.06.1 1.13.13.4

Onderwijshuisvesting Openbaar primair onderwijs – voorziening huisvesting Openbaar primair onderwijs – beheer en exploitatie schoolgebouwen Openbaar voortgezet onderwijs – voorziening huisvesting Openbaar speciaal onderwijs – voorziening huisvesting Bijzonder primair onderwijs – voorziening huisvesting Bijzonder primair onderwijs – beheer en exploitatie schoolgebouwen Bijzonder speciaal onderwijs – voorziening huisvesting Bijzonder voortgezet onderwijs – voorziening huisvesting

Beleidsveld 4.5 1.13.07.2 1.13.07.4 1.13.09.0 1.13.09.1 1.13.09.2 1.13.09.3 1.13.09.4

Onderwijszaken Leerlingenvervoer Overige onderwijssubsidies Lokaal onderwijsbeleid – algemeen Voorkomen vroegtijdig schoolverlaten Leerplicht Hoorn Onderwijsachterstandenbeleid Zorgondersteuning voortgezet onderwijs

Programma 5

Cultuur en recreatie

Beleidsveld 5.1 1.12.01.0 1.12.01.1 1.12.01.2 1.12.01.3 1.12.02.0 1.12.03.0 1.12.03.1 1.12.03.2

Kunst en cultuur Kunst en cultuur – algemeen Amateurkunst Beheer en exploitatie Grote Oost 2-4, Affichemuseum Beheer en exploitatie theater Het Pakhuis Openbare bibliotheek Muziekschool Gerard Boedijn Centrum kunstzinnige vorming ‘De Blauwe Schuit’ Beheer en exploitatie Vredehofstraat 7a, Blauwe Schuit


127

1.12.04.0 1.12.04.1 1.12.05.0 1.12.05.1 1.12.05.2 1.12.08.0 1.12.08.3 1.12.08.6 1.12.10.0 1.12.10.1

Schouwburg en Congrescentrum Het Park Beheer en exploitatie Westerdijk 4, schouwburg Westfries Museum – personeelsbudgetten Westfries Museum – eigen administratie Beheer en exploitatie Westfries Museum Beeldende kunst – algemeen Boterhal – Kerkplein 39 Beheer en exploitatie ateliers Lokale omroep Beheer en exploitatie Grote Beer 5, Radio Hoorn

Beleidsveld 5.2 1.12.11.0 1.12.11.1 1.12.12.0 1.12.12.1 1.12.12.2

Cultureel erfgoed Westfries Archief – algemeen Westfries Archief – huisvesting Onderhoud/restauratie/vergunning monumenten Archeologie Beheer en exploitatie poortjes en torens

Beleidsveld 5.3 1.11.01.0 1.11.01.1 1.11.01.2 1.11.01.3 1.11.01.4 1.11.01.5 1.11.01.6 1.11.01.7 1.11.01.8 1.11.01.9 1.11.02.0 1.11.02.1 1.11.02.2 1.11.03.0 1.11.03.1 1.11.03.2 1.11.03.4 1.11.04.0 1.11.04.1 1.11.04.2

Sport Algemeen Sporthal de Kers Sporthal Zwaag Sporthal Lingeweg Sporthal De Opgang – hal/ zaal/squash Kunstijsbaan Gymnastieklokalen/Sportzalen Beheer en exploitatie zwembaden Zwembaden Hoorn Sportkantine De Opgang Beheer sportaccommodaties Onderhoud sportcomplexen Beheer groene sportvelden en terreinen Gemeentelijk Sportopbouwwerk – algemeen Sportopbouwwerk Sport overdag Bewegingsconsulent Subsidie sportverenigingen – algemeen Sportevenementen 40/60-regeling sport

Beleidsveld 5.4 1.05.02.0 1.05.03.0 1.09.11.0 1.09.11.1 1.09.11.2 1.09.12.0 1.09.13.0 1.11.05.0 1.11.07.0 1.11.07.1 1.14.06.0 1.14.06.1

Recreatie Toeristische voorzieningen Niet-functiespecifieke gronden Dierenweiden Beheer en exploitatie dierenweiden Kinderboerderijen Speelterreinen en –weiden Kermissen en diverse evenementen Recreatieschap Westfriesland Openluchtrecreatieterreinen – algemeen Beheer en exploitatie openluchtrecreatieterreinen Overige projecten – algemeen Nieuwe initiatieven welzijn

Beleidsveld 5.5 1.09.10.0 1.09.10.1 1.09.10.2

Groen Planvorming/ evaluatie groenvoorzieningen Groot onderhoud/ projecten groenvoorzieningen Dagelijks onderhoud groenvoorzieningen

128


Programma 6

Sociale voorzieningen en maatschappelijke dienstverlening

Beleidsveld 6.1 1.10.01.2 1.10.01.3 1.10.01.4 1.10.01.5 1.10.01.6 1.10.08.6

Inkomen Inkomensvoorzieningen, algemeen Inkomensvoorzieningen, WWB Inkomensvoorzieningen, IOAW Inkomensvoorzieningen, IOAZ Inkomensvoorzieningen, BBZ Uitstroombevordering, sociale werkvoorziening

Beleidsveld 6.2 1.10.03.2 1.10.03.3 1.10.03.4 1.15.06.5 1.16.04.0

Armoedebeleid en schuldhulpverlening MZB, bijzondere bijstand MZB, schuldhulpverlening MZB, gemeentelijke minimaregelingen Transformatie sociaal domein WF Kwijtschelding diverse belastingen (excl. OZB)

Beleidsveld 6.3 1.14.09.0

Ouderen Zorg voor ouderen

Beleidsveld 6.4 1.10.03.1 1.10.03.5 1.15.03.0 1.15.06.0 1.15.06.1 1.15.06.2 1.15.06.3 1.15.06.4

Maatschappelijke Ondersteuning MZB, algemeen MZB, maatschappelijke dienstverlening Verslaafdenzorg Algemeen WMO Hulp bij het huishouden Individuele voorzieningen Regiotaxi Subsidieverstrekkingen Wmo

Beleidsveld 6.5 1.14.01.0 1.14.04.0

Welzijnswerk Beheer wijkaccommodaties – algemeen Sociaal cultureel werk

Beleidsveld 6.6 1.14.02.0 1.14.07.0 1.14.07.1 1.14.07.6

Jeugd en jongeren Kinderopvang en peuterspeelzaalwerk Jeugd- en jongerenwerk Jongeren Preventie Project Parachute Beheer en exploitatie Manifesto

Beleidsveld 6.7 1.10.14.0 1.10.14.1 1.10.14.2 1.10.14.3 1.14.10.0 1.14.12.0

Integratie en participatie Re-integratie Inburgering Educatie Re-integratie overig Opvang asielzoekers en vluchtelingen Zelforganisaties migranten

Programma 7

Volksgezondheid en milieu

Beleidsveld 7.1 1.14.08.0 1.14.08.1 1.15.01.0 1.15.01.3 1.15.04.0

Gezondheidszorg Centrum Jeugd en Gezin Centrum Jeugd en Gezin - regio Gezondheidszorg Algemeen Gewestelijke gezondheidsdienst West-Friesland Vrijwillige hulpverlening en belangenbehartiging


129

Beleidsveld 7.2 1.07.08.0 1.07.08.1

Milieu Regionale Uivoeringsdienst Duurzaamheidsbeleid

Beleidsveld 7.3 1.09.20.0 1.09.20.1 1.09.20.2 1.09.20.3 1.09.20.4 1.16.02.0 1.16.02.1 1.16.02.2

Riolering en afval Planvorming riolering Onderzoek/gegevensbeheer riolering Investeringen riolering Onderhoud riolering Baten rioolheffingen Lasten afvalstoffenheffing Baten afvalstoffenheffing Afvalstoffenverwijdering

Beleidsveld 7.4 1.09.17.0 1.09.17.1 1.09.17.2 1.09.17.3 1.09.17.4

Begraafplaatsen Planvorming/evaluatie begraafplaatsen Beheer en exploitatie gebouwen begraafplaatsen Groot onderhoud/projecten begraafplaatsen Dagelijks onderhoud begraafplaatsen Baten begraafplaatsen/begraafrechten

Programma 8

Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting

Beleidsveld 8.1 1.06.01.0 1.06.01.1 1.06.01.2 1.06.05.0

Ruimtelijke ordening Bestemmingsplannen Stedenbouw Verplaatsing stichting Leekerweide Vrijstellingen ex art.17 en 19 WRO

Beleidsveld 8.2 1.05.04.0 1.05.04.1 1.05.04.2 1.05.07.0 1.08.01.0 1.08.01.2 1.08.05.0 1.08.05.1 1.08.05.2 1.08.05.3 1.08.10.0 1.08.11.0

Volkshuisvesting Woningen Overige onroerende zaken Groot onderhoud gebouwen Exploitatie woonwagens/ woonwagenstandplaatsen – algemeen Volkshuisvesting – algemeen Beheerskosten Oostereiland Subsidieregeling volkshuisvesting Woningbouwverenigingen Besluit woninggebonden subsidies Stichting Protestants interkerkelijk zorghuis bejaarden Ouderenhuisvesting Exploitatie Sint Pietershof

Beleidsveld 8.3 1.05.07.1 1.05.07.2 1.05.07.3 1.05.07.4

Woonwagens Woonwagencentra Woonwagenstandplaats Bobeldijk Woonwagenstandplaats De Opgang Woonwagens

Beleidsveld 8.4 1.08.09.0 1.09.18.0

Wijkgericht werken Vergoedingen i.h.k.v. ISV-3 Wijkbeheer

Beleidsveld 8.5 1.06.04.0 1.06.04.2 1.06.06.0 1.06.07.0

Bouwen Bouwvergunning Leges bouwvergunning Gebruiksvergunning Inspecties i.h.k.v. Woningwet en APV

130


1.06.08.0

Sloopvergunning

Beleidsveld 8.6 1.05.08.0 1.05.08.1

Grondzaken Exploitatie gronden Stelpost projectadministratie

Programma 9


Beleidsveld 9.1 1.16.01.0 1.16.01.6 1.16.03.0 1.16.03.1 1.16.06.0 1.16.07.1 1.16.07.2 1.16.07.3 1.16.08.1 1.16.13.0 1.16.13.1

Financiering en algemene lasten en baten Lasten heffing/invordering diverse belastingen, excl. OZB Opbrengst reclamebelasting Waardering onroerende zaken i.h.k.v. Wet WOZ Lasten heffing/invordering OZB Uitkeringen gemeentefonds, excl. Algemene uitkering Overige lasten en baten Reservering voor nieuw beleid Nog niet functioneel ingedeelde lasten/baten Saldo kostenplaatsen, excl. HKP kapitaallasten Uitzettingen en leningen looptijd < 1 jaar Uitzettingen en leningen > 1 jaar of = 1 jaar

Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien 1.17.01.0 1.17.01.1 1.17.01.2 1.17.01.3 1.17.01.4 1.17.01.5 1.17.02.0 1.17.03.0 1.17.04.0 1.17.06.0

Baten onroerende-zaakbelasting gebruikers Baten onroerende-zaakbelasting eigenaren Baten roerende woon- en bedrijfsruimtenbelastingen Baten toeristenbelasting Baten hondenbelasting Baten precariobelasting Algemene uitkering gemeentefonds Beleggingen Saldo hulpkostenplaats kapitaallasten Onvoorziene lasten en baten


131

Bijlage 2 Stand en verloop van reserves

132


Tabel 86 Stand en verloop Reserves 2012

Algemene reserve Reserve nader te bestemmen rekeningsresultaat Reserve parkeren en infrastructuur

Boekwaarde 3112-2013 (raad juni 2013)

Te verwachten mutaties na juni 2013


18.671.668

-1.863.838

16.807.830

0 8.195.280

Bijschrijving bespaarde rente

Toevoegingen (storting)

Verminderingen (onttrekking)


518.236

16.289.594

0 -34.468

8.160.812

Reserve beeldende kunst

828.582

828.582

Reserve integraal huisvestingsplan vo

301.835

301.835

Reserve restauratiefonds monumenten

159.379

-75.000

0 285.628

664.861

1.954.003

19.205

7.157.298 847.787

9.055

310.890

84.379

84.379

12.687.891

12.687.891

190.318

291.499

996.248

12.173.460

Reserve kunstijsbaan

2.315.535

2.315.535

40.522

78.061

259.846

2.174.272

Reserve afschrijvingslasten investeringen

7.816.459

555.322

7.349.770

6.000.000

12.577.481

1.280.892

3.727.175

1.101.410

342.750

758.660

145.859

2.208.264

4.850.419

728.286

Reserve welzijnsvoorzieningen Bangert Oosterpolder

88.633

7.905.092

17.949.257

17.949.257

628.224

Reserve Oostereiland

4.087.388

4.087.388

61.311

Reserve Stimuleringsmaatregelen Duurzaamheid

1.365.410

Reserve riolering

2.354.123

2.354.123

Reserve onderhoud kapitaalgoederen

1.966.088

1.966.088

39.937

39.937

Algemene bedrijfsreserve Grondzaken

449.032

449.032

13.471

155.152

Reserve stedenbouwkundige kwaliteit B/O

148.753

148.753

2.231

13.613

Reserve Halt NHN

119.577

119.577

3.587

123.164

Algemene Reserve vm SOW

106.416

106.416

3.192

109.608

Reserve Westfrisiaweg

Reserve Westfries Museum


-264.000

859.368

3.612.617

39.937

133

12.000

605.655 164.597

Boekwaarde 3112-2013 (raad juni 2013)

Te verwachten mutaties na juni 2013


Bijschrijving bespaarde rente


Verminderingen (onttrekking)


750.000

750.000

750.000

59.379

59.379

59.379

Afdelingsreserve Stadsbeheer

100.250

100.250

100.250

Afdelingsreserve Veiligheid/ Vergunning/Handhaving

150.000

150.000

150.000

0

0

0

150.000

150.000

150.000

64.705

64.705

64.705

0

0

0

Afdelingsreserve Brandweer

150.000

150.000

150.000

Afdelingsreserve Publiekszaken

114.809

114.809

114.809

29.327

29.327

29.327

Reserve bedrijfsvoering Afdelingsreserve Stadsontwikkeling

Afdelingsreserve Werk en Bijstand Afdelingsreserve Welzijn Afdelingsreserve Middelen en Beheer Afdelingsreserve Advies en Control

Afdelingsreserve Westfries Museum Subtotaal belegde reserves

81.131.080

-2.148.673

78.982.407

1.237.539

5.694.376

16.915.575

68.998.750

NIET BIJ GEMEENTE BELEGDE RESERVES Egalisatiereserve Sint Pietershof

64.143

Subtotaal niet belegde reserves

61.143

0

64.143

0

0

0

64.143

81.195.223

-2.148.673

79.046.550

1.237.539

5.694.376

16.915.575

69.062.893

TOTAAL RESERVES

134

64.143

64.143


Bijlage 3 Stand en verloop van voorzieningen

135

Gemeente Hoorn – Begroting 2014

Tabel 87 Stand en verloop Voorzieningen 2013 Boekwaarde 31-122013 (raad juni 2013) Voorziening riolering

Boekwaarde 01-012014


Boekwaarde 31-122014

Uitgaven

14.418.847

14.418.847

163.689

163.689

163.689

18.433

18.433

18.433

214.801

214.801

214.801

Voorziening reclamebelasting

21.969

21.969

Voorziening afkoop BWS gelden

34.016

34.016

34.016

15.000.130

15.000.130

15.000.130

Voorziening verplichtingen Grondzaken

262.834

262.834

262.834

Voorziening ontvlechting vm SOW

445.117

445.117

83.970

83.970

30.663.806

30.663.806

Voorziening dubieuze debiteuren Voorziening legaten Voorziening Invester.budget Stedel.Vernieuwing (ISV-II)

Voorziening verliesgevende complexen GZ

Voorziening programma Decentralisaties WF TOTAAL VOORZIENINGEN

Gemeente Hoorn –Begroting 2014

900.000

641.645

14.178

15.318.847

641.645

126.787

21.969

332.508 83.970

1.555.823

136

768.432

31.451.197

Bijlage 4 Meerjarig verloop reserves en voorzieningen Tabel 88 Meerjarig verloop Reserves en Voorzieningen (bedragen x € 1.000)

Algemene reserve Reserve nader te bestemmen rekeningsresultaat Reserve parkeren en infrastructuur


Mutaties 2015


Mutaties 2016


Mutaties 2017


16.290

6.579

22.869

0

22.869

0

22.869

0

0

0

0

0

0

0

7.157

2.332

9.489

2.435

11.924

2.523

14.447


848

25

873

25

898

25

923


311

9

320

10

330

10

340

84

0

84

0

84

0

84

Reserve restauratiefonds monumenten Reserve welzijnsvoorzieningen Bangert Oosterpolder

12.173

-510

11.663

-503

11.160

-497

10.663

Reserve kunstijsbaan

2.174

-145

2.029

-142

1.887

-140

1.747


7.350

-555

6.795

-542

6.253

-542

5.711

12.577

-5.623

6.954

-2.791

4.163

-2.217

1.946

3.727

-303

3.424

-283

3.141

-247

2.894

759

-350

409

-29

380

-30

350

2.208

-119

2.089

-63

2.026

-53

1.973

728

-222

506

-125

381

-245

136

Reserve Westfrisiaweg Reserve Oostereiland Reserve Stimuleringsmaatregelen Duurzaamheid Reserve riolering Reserve onderhoud kapitaalgoederen Reserve Westfries Museum

40

0

40

0

40

0

40

Algemene bedrijfsreserve Grondzaken

606

163

769

158

927

158

1.085

Reserve stedenbouwkundige kwaliteit B/O

165

19

184

53

237

34

271

Reserve Halt NHN

123

4

127

4

131

3

134

Algemene Reserve vm SOW

110

3

113

3

116

3

119

Reserve bedrijfsvoering

750

0

750

0

750

0

750

Afdelingsreserve Stadsontwikkeling

59

0

59

0

59

0

59

Afdelingsreserve Stadsbeheer

100

-37

63

0

63

0

63

Afdelingsreserve Veiligheid/Vergunning/Handhaving

150

0

150

0

150

0

150

0

0

0

0

0

0

0

150

0

150

0

150

0

150

65

0

65

0

65

0

65

Afdelingsreserve Werk en Bijstand Afdelingsreserve Welzijn Afdelingsreserve Middelen en Beheer Afdelingsreserve Advies en Control

0

0

0

0

0

0

0

Afdelingsreserve Brandweer

150

0

150

0

150

0

150

Afdelingsreserve Publiekszaken

115

0

115

0

115

0

115

29

0

29

0

29

0

29

68.998

1.270

70.268

-1.790

68.478

-1.215

67.263

Afdelingsreserve Westfries Museum

137



Mutaties 2015


Mutaties 2016


Mutaties 2017


64

0

64

0

64

0

64

69.062

1.270

70.332

-1.790

68.542

-1.215

67.327

15.319

900

16.219

900

17.119

900

18.019

164

0

164

0

164

0

164

18

0

18

0

18

0

18

NIET BIJ GEMEENTE BELEGDE RESERVES Egalisatiereserve Sint Pietershof Total reserves VOORZIENINGEN Voorziening riolering Voorziening dubieuze debiteuren Voorziening legaten Voorziening Invester.budget Stedel.Vernieuwing (ISV-II)

215

0

215

0

215

0

215

Voorziening reclamebelasting

22

0

22

0

22

0

22

Voorziening afkoop BWS gelden

34

0

34

0

34

0

34

Voorziening verliesgevende complexen GZ

15.000

0

15.000

0

15.000

0

15.000

Voorziening verplichtingen Grondzaken

263

0

263

0

263

0

263

Voorziening ontvlechting vm SOW

333

-25

308

-27

281

-29

252

Voorziening programma Decentralisaties WF Totaal voorzieningen

Totaal reserves en voorzieningen

84

0

84

0

84

0

84

31.452

875

32.327

873

33.200

871

34.071

100.514

2.145

102.659

-917

101.742

-344

101.398


138

Bijlage 5 Specificatie meerjarig verloop reserves

139


Tabel 89 Specificatie meerjarig verloop Reserves Programma




TOEVOEGINGEN Programma 0: Algemene reserve








152.654

2.272.748

150.832

2.304.046

149.009

2.315.509

147.186

47.000

38.853

Programma 0: Reserve beeldende kunst

10.160

73.000

Programma 0: Algemene reserve vm SOW

61.972

104.004

Programma 1: Algemene reserve

12.000

65.052

12.000

3.576.494

1.393.318

Programma 1: Reserve Halt

942


150.000

Programma 2: Reserve nader te bestemmen rekeningsresultaat

80.773 1.600.466

2.177.430

664.861

106.253

144.665

Programma 2: Reserve Westfrisiaweg Programma 2: Reserve Oostereiland Programma 2: Reserve Onderhoud Kapitaalgoederen


ONTTREKKINGEN


Programma 2: Reserve parkeren en Infrastructuur


5.388.746


1.845.149

2.189.817

6.000.000

6.000.000

3.000.000

2.342.277

281.933

278.557

275.181

140.092

447.678

285.309

3.145.128

3.353.065

2.940.683

140

2.189.817

2.783.792

2.189.817

2.275.766

2.189.817

2.323.269

Programma





Programma 2: Afdelingsreserve Stadsbeheer


4.832.030

Programma 4: Algemene reserve Programma 4: Reserve nader te bestemmen rekeningsresultaat

432.237

102.588

181.139

215.855



144.456

523.379

144.456

515.860

2.183.521

538.413

Programma 4: Reserve afschrijvingslasten investeringen

201.284

201.284

201.284

Programma 4: Stimuleringsmaatregelen Duurzaamheid

115.532 191.926

467.888

680.705

781.166

133.183

70.865

1.151.629

144.456

0

144.456

329.826

70.000


112.950

Programma 5: Reserve parkeren en Infrastructuur

6.200

6.064

1.732

32.000

141


6.774.842

480.162

Programma 5: Reserve beeldende kunst


36.501

227.366



10.750

Programma 4: Reserve integraal huisvestingsplan

Programma 4: Reserve Onderhoud Kapitaalgoederen


10.750


Programma 4: Reserve welzijnsvoorzieningen Bangert Oosterpolder


64.013

7.728

19.205

144.456

530.896

201.284

329.826

812.509

201.284

172.687

185.728

201.284

172.687

172.687

30.000

5.636


5.520 25.000

5.403 25.000

5.287 25.000

Programma




Programma 5: Reserve restauratiefonds monumenten



107.132

125.000









36.315

74.027

74.026

10.668

243.500

257.482

74.026

254.199

74.026

250.915

74.026

247.632

Programma 5: Reserve kunstijsbaan

69.245

73.595

78.061

259.846

259.846

259.846

82.683

259.846

87.467

259.846

92.419

259.846

242.591

259.601

316.843

66.992

636.370

73.700

Programma 5: Reserve afschrijvingslasten investeringen Programma 5: Reserve Onderhoud Kapitaalgoederen

1.188.072

30.356

194.356

Programma 5: Afdelingsreserve Stadsbeheer

316.843 194.356

848.460 723.206

518.236

740.000

85.168

8.875

209.571

200.353

Programma 6: Reserve afschrijvingslasten investeringen

7.398

7.398

7.398


278.609

187.000

Programma 6: Reserve nader te bestemmen rekeningsresultaat Programma 6: Reserve welzijnsvoorzieningen Bangert Oosterpolder


100.000

303.762 100.000

39.000

Programma 5: Reserve Onderhoud Kapitaalgoederen Programma 6: Algemene reserve

303.762

116.900

211.400

166.000

18.000

35.820

73.016

73.017

142

73.017

197.675

7.398

73.017

194.996

7.398

73.017

192.318

7.398

Programma




Programma 7: Reserve nader te bestemmen rekeningsresultaat Programma 7: Reserve riolering


875.456

145.859

119.378

320.000

320.000

93.390

320.000

187.808

648.242

79.665

Programma 8: Reserve parkeren en Infrastrudctuur

209.820







63.248

52.991

2.163.213

11.536

11.536

1.795.713

-49

Programma 8: Reserve afschrijvingslasten investeringen 609.906

2.321.836

859.368

Programma 8: Reserve Stimuleringsmaatregelen Duurzaamheid

143

87.498

173.250




-5

Programma 7: Reserve stimuleringsmaatregelen duurzaamheid

Programma 8: Reserve Oostereiland


148.242




1.227.735

774.941

898.618

11.677

0

11.536

1.288.390

759.999

995.583

8.750

17.500

22.750

893.188

885.985

1.155.331


11.536 875.203

952.649

891.513

30.000 898.618

955.685

947.383

908.312

30.000 898.618

907.573

927.209

30.000 898.618

898.618

Programma Programma 8: Algemene bedrijfsreserve Grondzaken








1.143.793

150.532

155.152

6.384.038

12.000

12.000

145.152

135.152

130.152

29.575

16.134

13.613

30.504

16.639

49.916

30.252

Programma 8: Reserve stedenbouwkundige kwaliteit B/O Programma 9: Reserve afschrijvingslasten investeringen

18.261

18.261

18.261




18.261



18.261

18.261

1.566.000

Programma 9: Reserve bedrijfsvoering Programma 9: Diverse afdelingsreserves

83.838

83.838

137.341

850.156

Overig Overige mutaties reserves Bijschrijving bespaarde rente diverse reserves

1.024.902

1.382.828

9.473.870

4.982.232

1.237.539

900.707

Algemene dekkingsmiddelen Algemene reserve

13.707.241

Reserve nader te bestemmen rekeningsresultaat

4.132.252

Reserve financiering volkshuisvesting

1.405.405

Reserve woonomgeving Reserve parkeren en Infrastructuur

6.418.232

207.249 1.383.324



113.792

144

793.897


775.941

Programma


Reserve Hoorn Kern Gezond




1.584.499

Reserve restauratiefonds monumenten

162.228

Reserve inkomensdeel WWB

149.555

Reserve opbrengst automatisering derden

93.205 1.715.279

Reserve inburgering

220.541

Reserve Masterplan Hoofdinfrastructuur

497.801

Reserve Westfrisiaweg

13.214.251

Reserve acquisitie en promotie

35.353

Reserve parkmanagement

339.922

Reserve fysieke leefomgeving

1.693.625

Reserve rente egalisatie

1.000.000

Reserve stimuleringsfonds economische crisis Reserve Oostereiland


38.100




298.416 207.000

Reserve poort van Hoorn

885.523

Reserve stimuleringsmaatregelen duurzaamheid

103.003

145








Programma


Afdelingsreserve Westfries Museum



33.500










23.278.389

16.915.575

16.563.090

15.291.197

7.939.612

9.730.944

7.930.206

9.144.002

46.088

Afrondingsverschil 41.940.245


19.000.082

6.931.915

47.581.963

146

Bijlage 6 Investerings- en financieringsstaat 1. Vaste activa 2014 Boekwaarde vaste activa per 1/1 volgens bijlage C Boekwaarde verstrekte leningen per 1/1 volgens bijlage C-2

249.503.220 41.835.376

Investeringen Desinvesteringen Verstrekte leningen

24.038.545 8.767.234 78.000

Afschrijvingen Aflossingen

10.573.669 4.972.793

15.349.311

-15.546.462 Boekwaarde vaste activa per 31/12 volgens bijlage C+C-2 2. Eigen vermogen 2014 Saldo reserves per 1/1 volgens bijlage D Vermeerderingen: - Rentebijschrijvingen - Toevoegingen ten laste van de exploitatie of reserves

291.141.445

79.046.550 1.237.539 5.694.376 6.931.915

Verminderingen: - Ten gunste van de exploitatie

16.915.575 16.915.575

Saldo reserves per 31/12 volgens bijlage D

69.062.890

3. Opgenomen langlopende geldleningen 2014 Schuldrestant per 1/1 volgens bijlage E-1 t/m E-3 (*) Vermeerderingen Aflossingen

164.925.069 25.000.271 24.657.274

Schuldrestant per 31/12 volgens bijlage E

165.268.066

4. Voorzieningen 2014 Saldo voorzieningen per 1/1 volgens bijlage D Vermeerderingen: - Dotatie (cw) rekenrente - Toevoegingen

30.663.806 0 1.555.823 1.555.823

Verminderingen - Aanwending

768.432 768.432

Saldo voorzieningen per 31/12 volgens bijlage D

31.451.197

* Hiervan wordt € 37.792.622 terugontvangen van instellingen

147


Bijlage 7 Toelichting beleidskaders per programma In deze bijlage worden de beleidskaders per programma kort toegelicht. Aan beleidskaders die in het Bestuurlijk Informatiesysteem staan, is een hyperlink gekoppeld. Als u hierop klikt, verschijnt het betreffende document op uw scherm. Helaas is het nog niet gelukt om dit voor alle beleidskaders te doen. Algemeen De stadsvisie 2005 – 2025 en het Coalitieakkoord 2010-2014 zijn beleidskaders die zich uitstrekken over alle programma’s.



Programma 0

Landelijk Voor het Algemeen Bestuur wordt een groot deel bepaald door algemene wetten. Algemene wet bestuursrecht (Awb) In deze wet is veel van het algemene bestuursrecht en bestuursprocesrecht geregeld. Daarbij geeft deze wet algemene regels die naar hun aard niet thuis horen in een bijzondere wet. Belangrijke begrippen zijn: bestuursorgaan, besluit, belanghebbende, bezwaar, beroep, subsidie, mandaat, delegatie. Gemeentewet De Gemeentewet regelt de bestuurlijke indeling (inrichting en samenstelling van het gemeentebestuur) en bevoegdheden van gemeenten. Wet Algemene regels herindeling (Wet Arhi) Deze wet geeft algemene regels die bij wijziging van de gemeentelijke indeling (via herindeling of grenscorrectie) van toepassing zijn. Wet gemeenschappelijke regelingen Deze wet geeft bepalingen over de mogelijkheid om ter behartiging van bepaalde belangen een gemeenschappelijke regeling tussen twee of meer gemeenten (of provincies) te treffen. Wet Dwangsom (2009) Op 1 oktober 2009 is de Wet Dwangsom in werking getreden. Deze wet dwingt bestuursorganen ertoe binnen de wettelijke termijn aanvragen en bezwaarschriften af te handelen. Als niet binnen deze termijn is beslist, kan de aanvrager of bezwaarde een ingebrekestelling indienen. Binnen twee weken moet dan de beslissing op de aanvraag of het bezwaarschrift verzonden zijn; zo niet dan gaat de dwangsom automatisch lopen. Het blijft mogelijk om beroep bij de rechtbank aan te tekenen tegen het uitblijven van een beslissing. Wet informatie-uitwisseling ondergrondse netten (WION) Sinds 1 oktober 2008 is de Wet informatie-uitwisseling ondergrondse netten in werking getreden. Deze wet verplicht gravers tot het melden van elke 'mechanische grondroering', grondbewerking, waaronder het leggen van kabels. Kabel- en leidingbeheerders moeten al hun (ondergrondse) kabels en leidingen binnen vastgestelde nauwkeurigheid digitaal beschikbaar hebben en melden bij het Kadaster. De wet beoogt gevaar of economische schade door beschadiging van ondergrondse kabels of leidingen (water-, elektriciteit- en gasleidingen, telefoonlijnen en olie- en gasleidingen) te voorkomen. De wet vervangt de (vrijblijvende) zelfregulering zoals die bestond in de vorm van het Kabels en Leidingen Informatie Centrum. Nationaal Uitvoeringsprogramma Dienstverlening en E-overheid (NUP) Het Nationaal Uitvoeringsprogramma betere Dienstverlening en e-overheid (NUP) omvat afspraken tussen de vier overheden (Rijk, provincies, gemeenten en waterschappen) over de ontwikkeling, implementatie, aansluiting, beheer en gebruik van de basisvoorzieningen op het gebied van e-overheid.


148

Regionaal Gemeenschappelijke regeling Ondersteuning bestuurlijke samenwerking West-Friesland (2004) Zie paragraaf verbonden partijen. Lokaal Reglement van orde voor de gemeenteraad (2009) In dit reglement heeft de raad vastgesteld op welke wijze haar werkzaamheden worden geregeld in de raad. Commissieverordening (2009) In deze verordening heeft de raad vastgesteld op welke wijze haar werkzaamheden worden geregeld in de commissies. Verordening op de Auditcommissie (2006) In deze verordening is vastgelegd dat de commissie is ingesteld. Tevens is opgenomen hoe de commissie is samengesteld en wat haar taken en bevoegdheden zijn. Verordening Rekenkamercommissie (2009) In deze verordening is vastgelegd op welke wijze de Rekenkamercommissie is samengesteld en wat haar taken en bevoegdheden zijn. Ook is in de verordening vastgelegd op welke wijze de werkzaamheden worden geregeld in de commissie. Verordening Rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden (2007) Deze verordening bevat regels over de geldelijke, secundaire en facilitaire voorzieningen van het gemeentelijke bestuur. Verordening op de ambtelijke bijstand en de fractieondersteuning (2009) In deze verordening is vastgelegd hoe de ambtelijke bijstand voor de fracties is georganiseerd en op welke wijze de financiële ondersteuning van de fracties is geregeld. Gedragscode politieke ambtsdragers (2010) Deze gedragscode is een richtsnoer voor het handelen van de gemeentelijke bestuurders en heeft tot doel hun integriteit te waarborgen. Delegatiebesluit (2002): In het delegatiebesluit wordt geregeld in welke gevallen de bevoegdheid tot het nemen van een besluit van het ene bestuursorgaan overgaat naar het andere bestuursorgaan. Het bestuursorgaan dat de bevoegdheid krijgt, oefent deze onder eigen verantwoordelijkheid uit. Controleverordening (2004) Deze verordening bevat de regels over informatievoorziening door het college aan de raad en over de accountantscontrole Verordening Burgerinitiatief (2002) Het burgerinitiatief stelt burgers in de gelegenheid om een onderwerp of voorstel op de agenda van de gemeenteraad en/of raadscommissie te plaatsen. De Verordening Burgerinitiatief Hoorn geeft de regels en procedure voor het indienen van een dergelijk verzoek. Referendumverordening (1996) Een referendum is een volksstemming onder de kiezers van de gemeente Hoorn over een raadsbesluit. Het gaat hier om een raadgevend referendum (de kiezer geeft raad aan de gemeenteraad) en niet om een correctief referendum (de kiezer wijzigt een raadsbesluit). De Referendumverordening geeft regels en de procedure voor het houden van een referendum onder de eigen bevolking. Verordening gemeentelijke Ombudscommissie 2006 Deze verordening regelt de instelling, samenstelling en werkwijze van de gemeentelijke Ombudscommissie. Raadscommunicatieplan (2009) In het raadscommunicatieplan staat hoe de raad binnen de duale verhoudingen zowel intern als extern helder over het voetlicht kan komen en welke instrumenten hiervoor ingezet kunnen worden.

149


Communicatievisie 2011-2015 Geeft inzicht in de opgave en ambities op communicatiegebied en de benodigde middelen. Speerpunten zijn: De basis gewoon goed, interactie en maatwerk. Gemeentelijke informatie is klantgericht, toegankelijk, begrijpelijk, snel, betrouwbaar en herkenbaar. Privacyverordening Hierin is opgenomen welke gegevens uit de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens (GBA) door bureau Burgerzaken worden verstrekt aan andere afdelingen binnen de gemeente en hoe de gemeente moet omgaan met verzoeken om informatie te verstrekken. Nota trouwlocaties (2002) Hierin is aangegeven welk beleid de gemeente voert ten aanzien van trouwlocaties en kosteloze huwelijken. De gemeente Hoorn is twee keer per week verplicht om de gelegenheid te bieden om kosteloos te trouwen. Verordening op de naamgeving van de openbare ruimte en de nummering van verblijfsobjecten, ligplaatsen en standplaatsen (2009) Deze verordening geeft het college bevoegdheden betreffende de naamaanduidingen van gebieden of objecten en de nummering en voor het plaatsen van borden daarvoor. Verordening gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens (2008) Hierin zijn de regels opgenomen waaronder gegevens uit de gemeentelijke basisadministratie verstrekt mogen worden. Besluit Burgerlijke stand Hierin is geregeld wie er allemaal ambtenaar van de burgerlijke stand zijn in Hoorn en wat hun werkzaamheden zijn. Daarnaast staat in de bijlage wie er bevoegd zijn om huwelijken te voltrekken. Hoornse 10 Dit zijn spelregels voor gemeenschappelijke regelingen. Internationale agenda van Hoorn (2009) Hierin is opgenomen dat Hoorn een verantwoorde Millennium Gemeente wil zijn die met inwoners en instellingen een bijdrage levert aan een wereld waar vrede, veiligheid, welvaart en menselijke waardigheid worden gegarandeerd. Daarnaast wil de stad Hoorn door het onderhouden van internationale contacten en profilering in de wereld zichtbaarder zijn. Communicatie leidraad (2003) is een checklist voor communicatie in de verschillende fasen van beleid (van verkenning tot uitvoering) en de daarvoor beschikbare middelen. Het instrumentarium interactieve planvorming (2003) geeft de uitgangspunten voor interactieve planvorming, de verschillende vormen en mate van interactie, mogelijke onderwerpen en deelnemers en de beschikbare communicatiemiddelen. Persbeleid gemeente Hoorn (2005) gaat in op doelstellingen, uitgangspunten, randvoorwaarden en middelen voor een succesvol persbeleid. Notitie Beginspraak – van inspraak naar beginspraak (2007) gaat in op een specifieke vorm van interactieve beleidsvorming, namelijk het zo vroeg mogelijk betrekken van belanghebbenden bij beleidsvorming of beleidsuitvoering. De notitie gaat in op de verschillende rollen van de deelnemers en bevat een afwegingsschema. Notitie Relatiebeheer met Kamer- en Statenleden (2008) gaat in op doelstellingen, randvoorwaarden en vormen voor structureel relatiebeheer en de daarvoor benodigde middelen. De notitie actualisatie relatiegeschenkenbeleid (2008) handelt over doelstellingen, gelegenheden prijsklassen en soorten relatiegeschenken, inclusief de verschillende verantwoordelijkheden.



Programma 1

Landelijk Rol gemeentelijke bestuursorganen De brandweer is onderdeel van de gemeentelijke organisatie en valt als zodanig onder de verantwoordelijkheid van het college en de gemeenteraad. Binnen het college heeft de burGemeente Hoorn –Begroting 2014

150

gemeester de verantwoordelijkheid van het opperbevel bij brand en bij ongevallen anders dan bij brand voor zover de brandweer daarbij een taak heeft (art. 173 Gemeentewet). De gemeenteraad heeft tot taak om op voorstel van het college middelen beschikbaar te stellen voor een goede bedrijfsvoering van de brandweer in alle facetten daarvan. Daarnaast stelt de gemeenteraad krachtens art. 12 van de Brandweerwet bij verordening regels vast omtrent het voorkomen, beperken, en bestrijden van brand, het beperken van brandgevaar en het voorkomen en beperken van ongevallen bij brand en al hetgeen daarmee verband houdt (brandbeveiligingsverordening), voor zover daarin niet bij of krachtens de Woningwet of enige andere wet is voorzien. Op grond van art. 180 van de Gemeentewet is de burgemeester aan de raad verantwoording schuldig over het door hem gevoerde bestuur. Wet Veiligheidsregio’s (2010) Deze wet regelt de instelling van 25 veiligheidsregio’s. Politie, brandweer en ambulancezorg werken hierdoor in hetzelfde gebied, met dezelfde regiogrenzen. Doel is de bestuurlijke en operationele slagkracht te verbeteren in de crisisbeheersing en rampenbestrijding. Daarnaast regelt de wet de organisatie van de brandweerzorg, de geneeskundige hulpverlening en de organisatie van rampen- en crisisbeheersing. Nadere kwaliteitseisen komen in aparte besluiten. De wet Veiligheidsregio’s vervangt de Brandweerwet 1985, de Wet geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen (Wghor) en de Wet rampen en zware ongevallen (Wrzo). Wijziging Wet veiligheidsregio’s In 2011 heeft de Tweede Kamer de minister opgeroepen over te gaan tot een verplichte regionalisering van de gemeentelijke brandweer (motie Hennis-Plasschaert). De minister heeft dit voorstel overgenomen en een wijziging van de Wet veiligheidsregio’s uitgewerkt. De tot nu toe nog vrije keuze voor een gemeentelijke brandweer wordt daarmee uit de wet gehaald. Het wetsvoorstel waarin deze wijziging is opgenomen, is goedgekeurd door de Tweede Kamer en wacht op goedkeuring van de Eerste Kamer. Politiewet Wet in formele zin die de organisatie van de Nederlandse politie regelt. Besluit brandweerpersoneel veiligheidsregio’s Het nieuwe Besluit brandweerpersoneel veiligheidsregio’s regelt dat brandweerpersoneel vakbekwaam moet worden (opleiden en examineren) en vakbekwaam moet blijven (bijscholen en oefenen). Het nieuwe brandweeronderwijs wordt functiegericht in plaats van ranggericht. Het huidige Besluit brandweerpersoneel wordt vernieuwd en opgenomen in het nieuwe Besluit personeel veiligheidsregio’s. Arbeidstijdenwet en Arbeidstijdenbesluit De brandweer is een organisatie die 24 uur, 365 dagen beschikbaar is. Deze beschikbaarheid wordt verzorgd oor een combinatie van beroepspersoneel en personeel met een vrijwilligersaanstelling. In de Arbeidstijdenwet en in het Arbeidstijdenbesluit staan de aandachtspunten met betrekking tot het beschikbaar houden van brandweerpersoneel expliciet omschreven. Arbeidsomstandighedenbesluit Het Arbeidsomstandighedenbesluit is erop gericht op de veiligheid en gezondheid van personeel. Brandweerpersoneel begeeft zich bij de hulpverlening bewust in risicovolle omstandigheden. In het Arbeidstijdenbesluit en de Arbeidsomstandighedenregeling zijn regels opgenomen die expliciet op de brandweer van toepassing zijn. Rechtspositieregeling brandweervrijwilligers De rechtspositie van brandweerpersoneel met een vrijwilligersaanstelling is een integraal onderdeel van de CAR-UWO. In de rechtspositieregeling zijn de afspraken opgenomen over de vergoedingen, verzekeringen, de leeftijdgrens en de relatie met de hoofdwerkgever. Rechtspositieregeling brandweervrijwilligers In mei 2009 is een akkoord afgesloten over de rechtspositieregeling. In dit akkoord van de vakbonden en het College voor Arbeidszaken zijn onder andere afspraken gemaakt over de vergoedingen, verzekeringen, de leeftijdgrens en de relatie met de hoofdwerkgever.

151


Wet Bevordering Integriteits Beoordelingen door het Openbaar Bestuur (BIBOB) Landelijk zijn er diverse initiatieven genomen om gemeentes te verplichten handhavingsbeleid vast te stellen. Voor dit programma gaat het om de volgende zaken: 1.

2.

Op grond van de Woningwet die per 1 april 2007 in werking is getreden zijn gemeenten verplicht een handhavingsbeleid voor de bouwregelgeving vast te stellen. De verplichting houdt in dat inzicht wordt gegeven in de frequentie en de intensiteit van het toezicht op de naleving van de bouwregelgeving. Om de handhaving van het bestemmingsplan te verbeteren bevat de nieuwe Wet Ruimtelijke Ordening een verplichting voor gemeenten om jaarlijks een handhavingsbeleid op te stellen en over de uitvoering van het ruimtelijke beleid (inclusief de handhaving) te rapporteren aan de gemeenteraad.

Wet tijdelijk huisverbod (2008) Deze wet maakt het mogelijk een huisverbod op te leggen aan degene van wie een (ernstige) dreiging van huiselijk geweld uitgaat. Drank- en Horecawet (1964); wijziging in voorbereiding Deze wet bevat regels voor bedrijven waarin of werkzaamheden waarbij alcoholhoudende dranken worden verstrekt. Er is een wetsvoorstel tot wijziging in voorbereiding met als doelen het terugdringen van alcoholgebruik met name onder jongeren en het terugdringen van administratieve lasten voor ondernemers. Wet Bevordering Integriteits Beoordelingen door het Openbaar Bestuur (BIBOB) Het Hoornse Bibob beleid is aangepast zodat de exploitatievergunning en de omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen onder de werkingssfeer van de wet Bibob vallen. De exploitatievergunningen hebben een looptijd van 3 jaar zodat een periodieke toets naar de integriteit van de ondernemer nu mogelijk is. Voor bouwactiviteiten boven een vastgesteld bedrag en in een aangewezen gebied is deze integriteitstoets nu ook mogelijk. In 2013 is een wijziging in de Hoornse Bibob beleid geweest die het mogelijk maakt dat een Bibobtoets wordt toegepast op een evenementenvergunning. Als voorwaarde is gesteld dat de gemeente moet kunnen aantonen dat een specifiek tak van evenementen vatbaar is voor criminele beïnvloeding. Deze criminele beïnvloeding is al aangetoond voor vechtsportevenementen. Regionaal Gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Noord-Holland Noord Zie de paragraaf verbonden partijen. Samenwerkingsovereenkomst Halt Bureaus (2006) Halt Noord-Holland Noord is een samenwerking tussen alle gemeenten in Noord-Holland Noord waarbij Hoorn als centrumgemeente fungeert. Deze samenwerking is vastgelegd in een privaatrechtelijke overeenkomst die eventuele financiële risico’s spreidt en de deelnemende gemeenten inspraak geeft op het te voeren beleid. Bij het opstellen van de begroting 2013 spelen er ontwikkelingen wat betreft het vormen van een landelijke HALTorganisatie per januari 2013. Dit kan mogelijke invloed hebben op de huidige samenwerkingsovereenkomst en de rol van Hoorn als centrumgemeente. Lokaal Algemene plaatselijke verordening Lokale wettelijke voorschriften ter regulering van de openbare orde en veiligheid in Hoorn. De verordening wordt regelmatig herzien bijvoorbeeld in verband met nieuwe wetgeving, maar ook in het kader van deregulering. Notitie ‘Veiligheidsambitie 2010-2014’ Hierin wordt op hoofdlijnen aangegeven welke veiligheidsmaatregelen in de bestuursperiode 2010-2014 in Hoorn worden ingezet ter verbetering van de sociale veiligheid en welke doelstellingen daarmee concreet moeten worden gehaald. In 2014 wordt een nieuwe Veiligheidsambitie voor 2014-2018 opgesteld. Gemeente Hoorn –Begroting 2014

152

Notitie 'Koersen op sociale veiligheid 2010-2012' Hierin wordt op hoofdlijnen aangegeven welke veiligheidsmaatregelen in de periode 20102012 in Hoorn worden ingezet ter verbetering van de sociale veiligheid en welke doelstellingen daarmee concreet moeten worden gehaald. In 2014 wordt Koersen op sociale veiligheid vervangen door een Lokaal Integraal Veiligheidsplan (LIVP) 2014-2018. Coffeeshopbeleid Door de burgemeester op basis van artikel 13b van de Opiumwet op 2005 vastgestelde beleidsregels waarin wordt aangegeven hoeveel coffeeshops er in Hoorn worden gedoogd en onder welke voorwaarden. Eind 2013 wordt het nieuwe coffeeshopbeleid vastgesteld. Jaarplan Toezicht en Handhaving 2014 In dit plan wordt beschreven op welke onderwerpen in 2014 de focus van het toezicht is gericht. De hoofdterreinen zijn Openbare orde en veiligheid, Milieu, Bouwen, Ruimtelijke Ordening, Brandveiligheid en Openbare ruimte. De onderwerpen zijn, samen met die van de politie, geïntegreerd in het jaarlijkse uitvoeringsplan. Voor wat betreft de terreinen Openbare orde en Openbare ruimte zijn de onderwerpen met name afhankelijk van het nieuwe veiligheidsbeleid dat in 2014 na de verkiezingen wordt vastgesteld. Onderwerpen die in ieder geval prioriteit krijgen zijn toezicht op alcoholverstrekking aan en alcoholgebruik onder jongeren, jeugdoverlast, huis- en zwerfvuil en betaald parkeren. De toezichtinspanningen voor bouwen, ruimtelijke ordening richten zich met name op constructieve veiligheid en brandveiligheid van bouwwerken, het brandveilig gebruik van gebouwen en monumenten. Het terrein Milieu richt zich tenslotte op de naleving van de regels door milieu-inrichtingen en de daarbij behorende externe veiligheidsaspecten. Drank- en horecaverordening 2010 De plaatselijke uitwerking van de landelijke Drank- en horecawet. In 2013 vindt aanpassing plaats van de verordening in verband met de nieuwe wet. Er is een plicht om voor 1 januari 2014 een verordening vast te stellen voor paracommerciële horecabedrijven. Jaarplan Politie Hoorn 2014 Door de politie van Hoorn opgesteld plan van aanpak waarin wordt beschreven welke activiteiten en maatregelen de politie in Hoorn in 2012 toepast. Rampenplan (2011) Hierin is vastgelegd hoe de samenwerking tussen de verschillende betrokken diensten en organisaties is geregeld en wie welke taken moet uitvoeren om een doelmatige uitoefening van de bestrijding van rampen en zware ongevallen te bereiken. Ambitietraject Veiligheidsregio Hierin staat de ambitie van de regionale en lokale brandweer, gericht op het versterken van de brandweerzorg en rampenbestrijding in de hele Veiligheidsregio. Iedere burger kan zo op hetzelfde veiligheidsniveau rekenen. Het betreft plannen met betrekking tot de toetsende rol van de regio, operationele leiding, rampenbestrijdingsorganisatie en de regionaal te organiseren brandweereenheden. Beleidsplan brandveiligheid en hulpverlening Het plan geeft voor de komende periode de doelen en ambities weer van de brandweerorganisatie. Het beleidsplan is door het college vastgesteld op 29 mei 2007. Organisatieplan brandweer Hoorn (2008) Het organisatieplan brandweer, door de raad vastgesteld in oktober 2008, betreft een nadere uitwerking op het beleidsplan brandveiligheid en hulpverlening. Het plan beschrijft langs welke weg brandweer Hoorn haar brandweerzorg beter borgt. Beleidslijn terugdringen nodeloze meldingen brandmelding-installaties In dit beleidsplan zijn bestuurlijke maatregelen opgenomen voor de vermindering van nodeloze alarmeringen door automatische brandmelding-installaties. Het beleidsplan is door het college vastgesteld op 29 mei 2007.

153


Rapport ‘zorg stand-by’ invoering verbetering waarborgen operationele brandweerorganisaties Betreft het organisatieplan van de brandweer, door de raad vastgesteld in oktober 2008. Geeft een nadere uitwerking op het Beleidsplan brandveiligheid en hulpverlening. Het plan beschrijft langs welke weg brandweer Hoorn haar brandweerzorg beter borgt. In detail gaat het rapport over het inrichten en borgen van de operationele taak van de brandweer. Met de vaststelling van deze notitie in 2008, met daarin opgenomen het ambitieniveau, dekkingsplan, aanrijtijden en kazernespreiding, is de basisbrandweerzorg in overeenstemming met de wet en regelgeving in het licht van die tijd en die op dat moment van toepassing is.



Programma 2

Landelijk Waterschapswet In deze wet is de bevoegdheid opgenomen voor waterschappen tot het opstellen van verordeningen voor de behartiging van haar taken. Richtlijn CROW In deze richtlijn van de onafhankelijke stichting CROW zijn de normen aangegeven voor een veilig gebruik van de wegen, straten en pleinen, fiets- en voetpaden. Regionaal Keur Hoogheemraadschap In deze verordening zijn regels voor het beheer, gebruik en onderhoud van waterstaatswerken opgenomen. Derden worden hierdoor verplicht het aan hen toegewezen onderhoud aan waterstaatswerken uit te voeren. Lokaal Waterplan Hoorn 2002-2012 Dit plan is opgesteld in samenwerking met het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier en is vastgesteld door de raad. Het Waterplan Hoorn verwoordt het beleid dat gericht is op het bereiken van een aantrekkelijk, gezond en duurzaam watersysteem. Het plan richt zich op integraal waterbeheer in het stedelijke gebied van de gemeente. Baggerplan Voor het baggeren van de (bijzondere) schouwsloten en de zijwateren zijn baggerplannen met uitvoeringsprogramma’s gemaakt. Het baggerprogramma voor de zijwateren is uitgevoerd in de periode 2004 – 2007. Het baggerprogramma voor de schouwsloten is gestart in 2006 en loopt tot en met 2014. Met ingang van 2014 wordt het onderhoud van de schouwsloten door het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier uitgevoerd. Beleidsplan Verhardingen (2001) Het beleidsplan voorziet in de beschrijving van de gewenste kwaliteit en het vaststellen van de benodigde middelen voor een periode van tien jaar. Het plan is erop gericht om de verharding op de gewenste kwaliteit te houden. Hierbij wordt voornamelijk gekeken naar woonbuurten, wandel- en fietsroutes. De CROW richtlijn geldt als uitgangspunt voor het te verrichten onderhoud aan de verharding. Beheer en onderhoudsplannen civiele kunstwerken In de verschillende beheer- en onderhoudsplannen is het beheer, onderhoud en beleid voor de civiele kunstwerken vastgelegd. De volgende onderdelen zijn vastgesteld en worden planmatig beheerd: houten bruggen, tunnels, vaste bruggen, kademuren, keermuren, steigers, monumentale kunstwerken en geluidsschermen. Reinigingsnota In de reinigingsnota zijn frequenties vastgesteld voor reiniging van de straten en pleinen in het openbare gebied. Deze frequentiecijfers zijn gebaseerd op de mate van gebruik. De binnenstad, de winkelcentra en de stationsomgeving krijgen daarbij extra aandacht.


154

Beleidsplan Gladheidbestrijding 2011 Dit beleidsplan beschrijft wat er vanuit de rol van wegbeheerder wordt gedaan aan de bestrijding van gladheid in winterse omstandigheden. Het plan gaat in op participatie, rolverdeling en de spelregels tussen overheid, burgers en ondernemers tijdens de gladheidbestrijding. IBOR (Integraal Beheer Openbare Ruimte) De rekenkamercommissie heeft in haar rapport (2009) over het beheer van de openbare ruimte aanbevolen om een centrale visie te ontwikkelen over het integraal beheren van de openbare ruimte. De afgelopen jaren is prioriteit gegeven aan het op orde brengen naar de beheergegevens van de verschillende onderdelen van de openbare ruimte en het maken van beheerplannen voor het onderhoud. Planmatig beheer is daarbij het devies. Nu de basis op orde is, verdient het aanbeveling om een visie op te stellen over het integraal beheer van de openbare ruimte. Een visie die gaat over de kwaliteit van de openbare ruimte, qua inrichting, gebruik en functie. Convenant Duurzaam Veilig (1999-heden) In 1999 is het convenant Duurzaam Veilig ondertekend door het Rijk, IPO, Unie van Waterschappen en de VNG. Daarmee wordt beoogd het aantal verkeersslachtoffers terug te dringen. Afgesproken is om een duidelijke indeling in verkeers- en verblijfsgebieden te maken en om verblijfsgebieden in te richten als 30 km-zones. Dit overigens op een ‘sobere’ wijze, waarbij alleen de overgangen tussen 30 km en 50 km duidelijk weergegeven zijn door ‘poorten’ (drempel) en er op een beperkt aantal accentpunten snelheidsremmende maatregelen zijn getroffen. Toekomstvisie Openbaar Vervoer (2007) De gemeente Hoorn heeft geen formele bevoegdheden ten aanzien van het openbaar vervoer. Alleen het Wmo-vervoer en het leerlingenvervoer vallen onder de gemeentelijke verantwoordelijkheid. Het openbare busvervoer is in 2008 gegund. In de voorbereidingen daarvoor heeft de gemeente Hoorn het initiatief genomen om samen met de regio WestFriesland zoveel mogelijk inbreng te leveren bij de aanbesteding. Daarbij is gebruik gemaakt van de in 2007 opgestelde Toekomstvisie Openbaar Vervoer. Nota Fietsend verder naar 2020 In deze nota staan nieuwe inzichten en maatregelen om het fietsgebruik te bevorderen. De wensen van de gebruikers zelf vormen een belangrijk deel van de nota. Tijdens wijkoverleggen zijn hun wensen geïnventariseerd. Verder werkten de Fietsersbond, adviesbureau Goudappel Coffeng, Veilig Verkeer Nederland en de politie mee aan deze nota. Parkeerbeleid en parkeerbeheer (2009) Parkeerbeleid en de visie op exploitatie en beheer zijn geactualiseerd. Verordening Parkeerbelasting 2012 In deze verordening staan de parkeertarieven vermeld. Masterplan Hoofdinfrastructuur (2007), Het Masterplan geeft inzicht in welke maatregelen getroffen moeten worden om de bereikbaarheid van Hoorn voor de periode tot 2020 op een aanvaardbaar niveau te houden. De maatregelen van dit plan worden gedekt uit de reserve 'Parkeren en Infrastructuur' die jaarlijks wordt gevoed. Verkeersveiligheid rond basisscholen (2007) Eind 2007 is het plan 'Verkeersveiligheid rond basisscholen' vastgesteld door de raad. Daarbij is voor alle basisschoollocaties een maatregelenpakket opgesteld. Vanaf 2008 worden de maatregelen uitgevoerd. Verkeersplan Binnenstad (2008) Het Verkeersplan Binnenstad is de opvolger van de Nota Verkeer en Parkeren. Naast kaders voor de verkeerscirculatie in de Binnenstad (onder andere Roode Steen) worden er kaders gesteld bij het parkeren. In het kader van dit verkeersplan Binnenstad worden de opgenomen maatregelen uitgevoerd.

155




Programma 3

Landelijk Winkeltijdenwet (1996) Deze wet stelt de kaders voor openingstijden van winkels. Provinciaal Provinciale detailhandelsnota Door Provinciale Staten vastgestelde visie waarin het kader is geschetst op welke wijze de detailhandel in Noord-Holland zich moet ontwikkelen. Regionaal Streekplan/Ontwikkelingsbeeld Noord-Holland Noord In dit door Provinciale Staten vastgestelde plan is het ruimtelijke kader vastgelegd voor Noord-Holland Noord. Regionale visie bedrijventerreinen De visie is vastgesteld door de raden van alle negen Westfriese gemeenten. In de visie wordt de behoefte aan bedrijventerreinen aangegeven en de mogelijkheden waar en op welke wijze in die behoefte wordt voorzien. Regionale detailhandelsvisie Hierin wordt ingegaan op het winkelaanbod en de winkelkernen en de toekomst van de winkelstructuur aangegeven. De visie is in 2009 vastgesteld in alle gemeenteraden. Lokaal Nota Toerisme (2005) Beleidsnota, vastgesteld door de raad in 2005, waarin is vastgelegd op welke wijze het toerisme in Hoorn wordt bevorderd. Detailhandelsnota Beleidsnota vastgesteld door de raad in 2005, waarin doelstellingen en beleid zijn vastgelegd met betrekking tot de sector detailhandel. Winkeltijdenverordening De Winkeltijdenverordening bepaalt de randvoorwaarden die het college moet hanteren om bepaalde ontheffingen te verlenen die op grond van de Winkeltijdenwet zijn toegestaan. Marktverordening (2005) Deze verordening uit 2005 is bedoeld voor een ordentelijke en veilige organisatie van de markt en ter bescherming van de kwaliteit daarvan. Marktreglement (2005) Het college is bevoegd nadere regels te stellen voor een aantal zaken, die zijn bepaald in de marktverordening. Dit is gebeurd door vaststelling van het Marktreglement in 2005. Marktbeleid (2009) Betreft het beleid ten aanzien van de warenmarkten in binnenstad, Kersenboogerd en de Huesmolen en voor de voor- en najaarsmarkt en Lappendag. Algemene Plaatselijke Verordening (APV) Deze verordening is een regeling die geldt voor iedereen binnen de gemeente en heeft tot doel de gemeente netjes en leefbaar te houden. Havenverordening (2005) Om de veiligheid en de openbare orde in de gemeentelijke havens te waarborgen is het noodzakelijk het gebruik van en het gedrag in de havens te reguleren door middel van een verordening. In de Havenverordening staan 'alle' regels over het gebruik van de havens beschreven.


156

Verordening Havengelden In deze verordening zijn de heffing en de wijze van invordering van het havengeld vastgelegd. Horecanota Hoorn Gastvrij (2009) Deze nota geeft ruimte om meer en sneller in te kunnen spelen op de ontwikkelingen van de markt binnen de horecagebieden. Sluitingsurenbeleid (2010) In de horecanota "Hoorn gastvrij" is aandacht besteed aan openings- en sluitingstijden voor de Horeca. Dit heeft twee invalshoeken: het voorkómen van overlast in de openbare ruimte en de discussie over alcoholmatigingsbeleid. In april 2010 zijn de sluitingstijden opnieuw vastgesteld. Strategisch Marketingplan (2007) Het strategisch marketingplan gaat in op de vraag hoe de kernkwaliteiten van Hoorn vanuit de thema's "wonen, werken, toerisme en vrije tijd" het beste in de markt kunnen worden gezet. Hierbij is de koppeling tussen productontwikkeling en promotie van essentieel belang voor een goede concurrentiepositie ten aanzien van andere steden. Havenplan (2006) Dit is een geheel van maatregelen en acties voor een kwantitatieve en kwalitatieve verbetering van de Haven, opgesteld in 2006. Kanthoornnota (2009) In de kantorennota worden specifieke kantoorlocaties met een eigen profiel benoemd. Centrale doelstelling is het vergroten van de werkgelegenheid in de hogere segmenten, verminderen automobiliteit en het vergroten van arbeidsparticipatie. In de nota zijn acties opgenomen voor de korte, middellange en lange termijn. Verordening reclamebelasting (2008) Met deze verordening is de reclamebelasting per 1 januari 2009 ingevoerd.



Programma 4

Landelijk Onderwijswetgeving: diverse wetten Leerplichtwet (1969). Regels betreffende de leerplicht tot en met 16 jaar, aangevuld sinds 2007 met kwalificatieplicht tot 18 jaar om voortijdig schooluitval tegen te gaan. Aangepaste Algemene Kinderbijslagwet Deze wet is in 2009 aangepast zodat ook voor kinderen t/m 18 jaar gekort kan worden op de kinderbijslag wanneer ouders niet voldoen aan de kwalificatieplicht. Wet Ontwikkelingskansen door kwaliteit en educatie (Oke) Deze wet gaat in per 1 januari 2011 en gaat over de verplichting bij gemeenten om een goed voorschools aanbod te doen aan jonge kinderen met een taalachterstand. Wet Inburgering (2006) (met consequenties voor de volwasseneneducatie). Door deze wet worden bepaalde groepen nieuwkomers en oudkomers verplicht in te burgeren. Aan die inburgeringsplicht is voldaan wanneer het inburgeringsexamen met succes is afgelegd. Wet Passend Onderwijs Deze wet maakt schoolbesturen verantwoordelijk dat elke zorgleerling in de leerplichtige leeftijd een onderwijsaanbod krijgt dat past bij de beperkingen van zowel de leerling als de school.

157


Regionaal Gemeenschappelijke regeling Openbaar Speciaal en Voortgezet Speciaal Onderwijs WestFriesland. Zie paragraaf verbonden partijen. Gemeenschappelijke regeling Ondersteuning bestuurlijke samenwerking West-Friesland (waar het leerlingenvervoer onder valt). Zie paragraaf verbonden partijen. Lokaal Verordening Voorzieningen Huisvesting Onderwijs gemeente Hoorn (1999) Deze verordening biedt het kader waarbinnen aanvragen op gebied van onderwijshuisvesting door de gemeente worden beoordeeld. Notitie Welzijnsvoorzieningen in Bangert en Oosterpolder. Deze notitie vormt het uitgangspunt voor de totstandkoming van voorzieningen op terrein van onderwijs en welzijn in de nieuwe wijk Bangert en Oosterpolder. Overeenkomst doordecentralisatie huisvesting voortgezet onderwijs in Hoorn De besturen van het Atlas College en het Tabor College hebben met de gemeente Hoorn een overeenkomst afgesloten. Via deze overeenkomst is de verantwoordelijkheid voor de huisvesting van de locaties van deze twee scholengemeenschappen overgedragen aan de schoolbesturen. De door de schoolbesturen in het leven geroepen Stichting Onderwijshuisvesting Hoorn gaat die verantwoordelijkheid voor hen uitvoeren. Gevolg hiervan is dat de verordening voorzieningen huisvesting onderwijs Hoorn niet meer op deze twee scholengemeenschappen van toepassing is. Kadernotitie Brede School. Dit is de kapstok voor het beleid rondom de brede schoolontwikkeling, waarbij wordt aangesloten bij de specifieke wijkaanpak van Hoorn. Verordening leerlingenvervoer Deze verordening biedt het kader waarbinnen aanvragen op terrein van leerlingenvervoer worden beoordeeld. Lokale educatieve agenda 2008-2011 Onderwerpen ter bevordering van de afstemming tussen het onderwijs, welzijn, cultuur en de jeugdzorg, zoals voorschoolse educatie, schakelen, vroegtijdig schoolverlaten. Verordening materiële financiële gelijkstelling onderwijs (2009) Deze verordening biedt de mogelijkheid om aanvullend gemeentelijk beleid te voeren met betrekking tot personele en materiële voorzieningen voor het primair- en voortgezet onderwijs. Hierdoor kan de gemeente extra middelen beschikbaar stellen, die uitgaan boven de rijksvergoeding voor het onderwijs. Deze voorzieningen worden als bijlage opgenomen bij deze verordening. De openbare en bijzondere scholen kunnen hier aanspraak op maken.



Programma 5

Landelijk Monumentenwet (1988) In de wet wordt de aanwijzing tot rijksmonument en beschermd stadsgezicht geregeld. Hierin is sinds 2007 de wet op de archeologische monumentenzorg (uitvloeisel van het verdrag van Malta) opgenomen. Besluit Rijkssubsidiëring Instandhouding Monumenten Dit betreft een rijkssubsidieregeling waarbij particulieren en gemeenten onder bepaalde voorwaarden in aanmerking komen voor een instandhoudingsubsidie. Daarnaast is in deze regeling een hoofdstuk opgenomen voor het wegwerken van restauratieachterstanden. Voor particuliere woonhuisbezitters van rijksmonumenten is er de mogelijkheid tot een belastingaftrek, gekoppeld aan een laagrentende lening.


158

Warenwetbesluit Attractie- en speeltoestellen (WAS), beter bekend als 'Veiligheidsbesluit' Het Veiligheidsbesluit stelt eisen aan de attractie- en speeltoestellen. Regionaal Provinciale monumentenverordening 2010 Hierin is de provinciale monumentenzorg geregeld. De provincie verleent de vergunningen. Cultuurfonds Noord-Holland Dit fonds verstrekt laagrentende leningen aan particuliere eigenaren voor de restauratie van gemeentelijke monumenten en zogenaamde beeldbepalende panden. Gemeenten komen niet in aanmerking voor deze leningen. Gemeenschappelijke regeling Recreatieschap West-Friesland Zie paragraaf verbonden partijen. Gemeenschappelijke regeling Archiefdienst Westfriese gemeenten Zie paragraaf verbonden partijen. Gemeenschappelijke regeling Archeologie West-Friesland (2010) Zie paragraaf verbonden partijen. Voortschrijdend meerjarenplan Aangepast Sporten West-Friesland Het beleidsplan zorgt ervoor dat er wordt voldaan aan de vraag naar informatie, advies, begeleiding en ondersteuning van sporters met een beperking en (valide) sportverenigingen die een aangepast sportaanbod (willen) bieden. Lokaal Algemene Subsidieverordening (2011) In de Algemene Subsidieverordening 2011 met bijbehorende deelverordening, staan alle "spelregels" omschreven voor zowel de subsidieaanvrager als de gemeente. Nota Kunst en Cultuur (2012-2020) In het vierde kwartaal van 2012 wordt de nieuwe nota kunst en cultuur vastgesteld. Deze nota bevat een brede visie op cultuur en beleidsuitgangspunten voor de periode 20122020. De nota is tot stand gekomen in overleg met het culturele veld. Notitie atelierbeleid gemeente Hoorn De notitie bevat de gemeentelijke beleidsvisie en de criteria om in aanmerking te komen voor een gemeentelijk atelier en stelt de culturele huurprijs voor deze ateliers vast. Er wordt ook een kunstprijs ingesteld. De notitie atelierbeleid is onderdeel van de Nota Kunst en Cultuur. Notitie Subsidies Amateurkunst 2012-2013 De notitie bevat de criteria om in aanmerking te komen voor een meerjarige subsidie voor amateurverenigingen. Daarnaast bevat de notitie een overzicht van de verenigingen die een aanvraag hebben ingediend voor de genoemde periode. Vanaf 2013 wordt de regeling voor structurele meerjarensubsidies vervangen door een regeling voor initiatiefsubsidies. Hiermee wordt ingespeeld op veranderingen in de sector en worden beleidsdoelstellingen zoals meer eigen verantwoordelijkheid, samenwerking en zichtbaarheid in de Hoornse samenleving bevorderd. Erfgoedverordening (2013) In deze verordening is de gemeentelijke monumentenzorg en archeologische zorg geregeld, waaronder het vergunningenbeleid. Stimuleringsregeling restauraties Monumenten 2010-II Dit is een gemeentelijke regeling waarbij subsidies verstrekt worden aan eigenaren van gemeentelijke monumenten, ook voor kleine beeldbepalende elementen.

159


Groenbeleidsplan (2004) In dit plan zijn de hoofdlijnen van het groenbeleid voor de komende jaren vastgelegd. Het plan vormt een leidraad voor nieuwe aanleg en herinrichting. In 2009 is dit aangevuld met een Bomenbeleidsplan. Beleidsplan Speelvoorzieningen (2008) Hierin staat het beleid ten aanzien van het aantal en de inrichting van speelplaatsen. In het beleidsplan is aangegeven hoe het beheer en onderhoud is geregeld en hoe we omgaan met het vervangen en renoveren van speelplekken. Bomenbeleidsplan (2009) Motto van dit plan is "Ruimte voor bomen". Centraal staat het beschermen van het huidige en toekomstige bomenbestand en het scheppen van voorwaarden voor een optimale ontwikkeling en verzorging van bomen.



Programma 6

Landelijk Wet Structuur Uitvoering Werk en Inkomen (SUWI) (2002) Met de wet SUWI is de uitvoering van de sociale zekerheid opgedragen aan enkele publieke instellingen. De SUWI-wet beschrijft de taken en verantwoordelijkheden van SUWI-partijen. SUWI-partners moeten goed met elkaar samenwerken. Op 8 mei 2012 heeft de Eerste Kamer ingestemd met een wetsvoorstel Wijziging Wet Structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen (SUWI), Werkloosheidswet (WW) e.a. Dit omdat de dienstverlening door het UWV is aangepast en de Raad voor Werk en Inkomen is opgeheven. Daarnaast zijn er door de beëindiging van de inzet van het reintegratiebudget WW en van loonkostensubsidies ook diverse andere wetten gewijzigd. De Wet inkomensvoorziening oudere werklozen (IOAW) (1987) De IOAW geeft een inkomensvoorziening voor oudere werkloze werknemers. Zij kunnen in aanmerking komen voor een IOAW-uitkering, als de uitkering op basis van de Werkloosheidswet is afgelopen. De uitkering is een aanvulling op het (gezins)inkomen tot bijstandsniveau. De Tweede Kamer heeft een wetsvoorstel in behandeling om een vermogenstoets toe te passen in de IOAW. Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAZ) (1987) De IOAZ geeft een uitkering voor ouderen die gestopt zijn met hun werk als zelfstandige. Deze uitkering vult het (gezins)inkomen aan tot het bijstandsniveau. Ouderen kunnen deze uitkering tot hun 65ste krijgen. Wet Werk en Bijstand (WWB) Deze wet regelt ondersteuning bij arbeidsinschakeling en bijstand voor mensen die weinig of geen ander inkomen hebben en ook weinig of geen vermogen. Op 1 januari 2012 is de WWB gewijzigd. Jongeren tot 27 jaar vallen weer gewoon onder de wet (de Wet Investeren in Jongeren is vervallen). Voor hen is wel een zoektijd van 4 weken van toepassing. Door de val van het kabinet en het Lenteakkoord moet de WWB weer worden gewijzigd. De op 1 januari 2012 ingevoerde huishoudtoets is namelijk afgeschaft. De datum van de wetswijziging is nog niet bekend. Wet Inburgering Door deze wet worden bepaalde groepen nieuwkomers en oudkomers verplicht in te burgeren. Aan die inburgeringsplicht is voldaan wanneer het inburgeringsexamen met succes is afgelegd. Het wetsvoorstel wijziging Wet inburgering treedt naar verwachting in op 1 januari 2013. Door deze wijziging worden inburgeraars (nieuwkomers) zelf verantwoordelijk voor hun inburgering. De gemeente faciliteert per die datum geen nieuwe inburgeringstrajecten meer.


160

Wet sociale Werkvoorziening Op basis van de Wet Sociale Werkvoorziening (WSW) kunnen mensen met een lichamelijke, psychische of verstandelijke beperking aanspraak maken op een gesubsidieerde werkplek. Zij kunnen een dienstverband hebben bij een Sociale Werkplaats of in dienst zijn bij een reguliere werkgever (begeleid werken) met loonkostensubsidie. De modernisering van de WSW per 2008 zorgt ervoor dat gemeenten meer regie kunnen voeren op de WSW. De modernisering beoogt dat meer mensen terechtkomen op een passende werkplek (waar mogelijk bij een gewone werkgever) en wsw-geïndiceerden meer inspraak hebben. Wet gemeentelijke schuldhulpverlening (Wgs) Deze wet is ingegaan op 1 juli 2012. Door deze wet zijn gemeenten verantwoordelijk voor de regie op integrale schuldhulpverlening en moeten zij aan een aantal voorwaarden voldoen. Zo moeten gemeenten zich houden aan wettelijke wachten doorlooptijden en een beleidsplan vaststellen. De planning is dat het beleidsplan voor 01 januari 2013 is vastgesteld. Wet Vazalo, treedt naar verwachting in werking op 01-01-2011 Door deze wet kunnen alleenstaande ouders met jonge kinderen en een kleine baan uit de bijstand komen. Via een toeslag van de belastingdienst wordt het inkomen hoger dan de bijstandsuitkering. Wet eenmalige uitvraag gegevens (2008) De wet regelt een wettelijk verbod op dubbele gegevensuitvraag. Het wetsvoorstel geeft de burger het recht om te weigeren gegevens te leveren die al bij CWI, UWV en gemeenten bekend zijn en die via het Digitaal Klant Dossier kunnen worden geraadpleegd. Eindrapportage van de Operatie JONG (2007) Landelijk document met aanbevelingen op diverse beleidsterreinen die betrekking hebben op het jeugdbeleid. Deze eindrapportage komt voort uit onderzoek door de commissie Van Eijck. Wet Maatschappelijke ondersteuning (Wmo) (2007) Het maatschappelijke doel van de Wmo is: Meedoen van alle burgers aan alle facetten van de samenleving, al of niet geholpen door vrienden, familie of bekenden. En als dat niet kan, is er ondersteuning vanuit de gemeente. Wet Publieke Gezondheid (2008) Hierin staat dat we een wettelijke verplichting hebben ten aanzien van preventieve jeugdgezondheid (artikel 5) en ouderengezondheid (artikel 5a). Wet op de Kinderopvang (2005) Kaders waarbinnen de kinderopvang uitgevoerd wordt. De Eerste Kamer is akkoord gegaan met een wetswijziging die de weg vrijmaakt voor bezuinigingen in de kinderopvang. De overheidsuitgaven aan kinderopvang zijn vanaf 2005 verdrievoudigd. Om de kinderopvang betaalbaar te houden moet er worden bezuinigd. De bezuinigingen zijn deels in 2012 gerealiseerd met een verhoging van de ouderbijdrage en de koppeling van kinderopvanguren aan de gewerkte uren van de minst werkende partner. Voor 2013 moet de rest van de bezuinigingsopgave worden ingevuld. De bezuinigingen komen erop neer dat mensen met een gezamenlijk inkomen van ongeveer € 118.000 en hoger, vanaf 2013 geen kinderopvangtoeslag meer ontvangen voor hun eerste kind. Ook komt er voor iedereen een verlaging van de toeslag voor het eerste kind. Wet verbetering arbeidsmarktpositie alleenstaande ouders Op 1 januari 2009 is de Wet verbetering arbeidsmarktpositie alleenstaande ouders in werking getreden. Deze wet biedt alleenstaande ouders met kinderen onder de vijf jaar die een bijstand-uitkering ontvangen het recht op een eenmalige ontheffing van de arbeidsverplichting voor een maximale periode van zes jaar. Wet Stimulering arbeidsparticipatie Dit wetsvoorstel regelt dat werkgevers loonkostensubsidie kunnen krijgen als zij langdurig werklozen en arbeidsongeschikten jonger dan 50 jaar in dienst nemen. Daarnaast beoogt het voorstel arbeidsparticipatie te bevorderen door de toevoeging van de instrumenten

161


scholing en premie aan de participatieplaatsen, aanscherping van de voorwaarden voor verlenging en het mogelijk maken van participatieplaatsen voor UWV-cliënten. Wet Participatiebudget (2009) Eén centraal budget waarin de middelen van het werkdeel van de WWB en de middelen voor volwasseneneducatie en inburgering samenkomen. Wet gemeentelijke antidiscriminatie voorzieningen (2009) Voorziet erin dat burger die zich gediscrimineerd voelt zoveel mogelijk in zijn directe leefomgeving terecht kan. Wet Ontwikkelingskansen door kwaliteit en educatie Deze wet gaat in per 1 januari 2011 en gaat over de verplichting bij gemeenten om een goed voorschools aanbod te doen aan jonge kinderen met een taalachterstand. Regionaal: Gemeenschappelijke regeling Op/maat Zie paragraaf verbonden partijen. Samenwerking Jongerenloket GWI De ketenpartners CWI, UWV, RMC en gemeenten werken in het jongerenloket samen om jongeren die zich melden in het GWI terug te begeleiden naar scholing (als zij nog geen startkwalificatie hebben) of naar werk. Door landelijke bezuinigingen op het UWV is er onvoldoende personele bezetting om het fysieke loket voort te zetten. De gemeenten in WestFriesland kunnen dit niet compenseren. Hoorn houdt wel een specifieke jongerenaanpak, maar zoekt naar andere en nieuwe manieren in de samenwerking met andere partijen die zich ook met jongeren bezig houden. Dit hoeft dus niet in een loket met een bordje erboven, maar kan ook (deels) digitaal en in netwerksamen-werkingsverbanden. Lokaal Inkomen Beleidsplan Werk en Bijstand 2008-2010 Het gemeentelijk beleid voor inkomensondersteuning en re-integratie. Beleid ID-banen vanaf 2009 (behandeld in de Raad eind 2007) ID-banen zijn gecreëerd om langdurige werklozen aan een baan te helpen en ze door te laten stromen naar regulier werk. De banen werden tot 2004 gesubsidieerd via het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en vanaf 2004 vanuit het gemeentelijke budget voor re-integratie (Werkdeel). In 2007 zijn keuzes gemaakt over het ID-beleid op hoofdlijnen. In 2008 is het ID-beleid nader uitgewerkt en is gestart met de uitvoering. Het doel is om zoveel mogelijk ID-ers te laten uitstromen naar een reguliere baan en goede afspraken te maken met ID-ers en werkgevers voor de doelgroep die niet kan uitstromen naar regulier werk. Verordeningen in het kader van de Wwb: Re-integratieverordening WWB, IOAW en IOAZ 2012; Maatregelverordening WWB, IOAW en IOAZ 2011 Verordening Handhaving Wwb en WIJ 2009 Verordening langdurigheidstoeslag 2012; Toeslagenverordening WWB 2012 Verordening participatie WWB gemeente Hoorn 2012 Verordening Participatie Platform 2011 Beleidsplan/ activiteitenplan GWI West-Friesland (2008) Gemeente Hoorn, CWI en UWV hebben een gezamenlijk beleids- en activiteitenplan opgesteld.


162

Armoede Armoedebeleid gemeente Hoorn (2012) In 2012 is inkomensondersteuning (individuele en categoriale bijzondere bijstand, sporten cultuurfonds, collectieve aanvullende ziektekostenverzekering) gewijzigd en is structureel geld beschikbaar gesteld voor organisaties die zich inzetten voor participatie van kansarme kinderen. Hoorn heeft extra rijksmiddelen gekregen om cumulatie van inkomenseffecten bij kwetsbare doelgroepen te verzachten. Op 10 juli 2012 is besloten om deze middelen in 2012 deels in te zetten voor de eigen bijdrage GGZ van € 200 en deels toe te voegen aan het budget voor individuele bijzondere bijstand. Voor de inzet van deze rijksmiddelen vanaf 2013 worden eind 2012 keuzes gemaakt. Schuldhulpverlening Met ingang 1 juli 2012 is de nieuwe wet Gemeentelijke schuldhulpverlening in werking getreden. De werkprocessen voor schuldhulpverlening zijn per die datum zo ingericht dat voldaan wordt aan de eisen van de wet. Eind 2012 wordt er een nieuw (regionaal) beleidsplan vastgesteld, inclusief keuzes over een nieuwe efficiëntere uitvoeringsvariant. Maatschappelijke ondersteuning Beleidsnotitie Bouwstenen Wmo Beleid Door de raad vastgesteld op 13 december 2011. De notitie behandelt de gedachtegang achter De Kanteling van de Wmo in Hoorn. De Kanteling moet in Hoorn leiden tot aangepaste signalering en aangepast aanbod. Verordening maatschappelijke ondersteuning 2012 Door de raad vastgesteld op 13 december 2011. De Verordening vermeldt de resultaten die cliënten vanuit de Wmo op basis van de compensatieplicht mogen verwachten en hoe deze volgens de gekantelde werkwijze bereikt kunnen worden. Beleidsregels maatschappelijke ondersteuning 2012 Door het college vastgesteld op 20 december 2011 en bevat nadere uitvoeringsregels. Besluit voorzieningen Wmo 2012 Door het college vastgesteld op 12 juni 2012, op basis van de raadsbesluiten d.d. 17 april 2012 en 22 mei 2012. Het Besluit vermeldt de hoogte van persoonsgebonden budgetten, vergoedingen en eigen bijdragen voor Wmo voorzieningen. Sociaal Raadslieden? Oprichting van een regionaal Advies en Steunpunt Huiselijk geweld West Friesland, door de raad vastgesteld op 8 mei 2007. Verordening Participatieplatform 2011 De verordening is vastgesteld op 13 december 2011. In plaats van verschillende cliëntenraden is er nu een platform waar 12 professionals de cliëntenbelangen voor de prestatievelden Wmo, jeugd en ouderen en de Wwb vertegenwoordigen. Welzijnswerk en jeugd en jongeren Algemene Subsidieverordening In de Algemene Subsidieverordening 2011 met bijbehorende deelverordening, staan alle "spelregels" omschreven voor zowel de subsidieaanvrager als de gemeente. Prestatieafspraken Gemeente Hoorn en Stichting Netwerk 2007-2011 Uitvoeringsovereenkomst waarin op verschillende beleidsterreinen van Welzijn afspraken zijn vastgesteld met betrekking tot de uitvoering. Beleidsplan vrijwilligers (2009-2012) Uitwerking van het gemeentelijk beleid voor (ondersteuning van) vrijwilligers en mantelzorgers, mede als gevolg van de Wet maatschappelijke ondersteuning.

163


Kadernota Integraal Jeugdbeleid 2008-2012 ‘Groeien, Bloeien en Boeien’ Deze nota is op 24 juni 2008 door de raad vastgesteld en vormt het kader voor de uitvoering van het integrale jeugdbeleid. Voor de uitwerking is het accent gelegd op vier domeinen:    

gezond en veilig opgroeien; opvang en onderwijs; vrije tijd en leefomgeving; fysieke veiligheid van de jeugd

Notitie Centrum Jeugd en Gezin (2008) De notitie is op 24 juni 2008 door de raad vastgesteld en vormt de basis voor de uitwerking van het Centrum voor Jeugd en Gezin in Hoorn. Integratie en participatie Beleidsplan Inburgering (2007) Inburgering Beleidsplan Inburgering (2007), notitie inburgering Hoorn in 2007 en wijziging in doelgroep aanbieden inburgeringsvoorziening 2008 en de Verordening Wet inburgering gemeente Hoorn 2011. Visie op Sociale werkvoorziening; Beleidsplan Sociale Werkvoorziening (2010-2013); Verordening Cliëntenparticipatie Wet Sociale Werkvoorziening Op/maat (2008); Verordening Persoonsgebonden budget begeleid werken Wet sociale werkvoorziening Op/maat (2008) In de visienotitie is het landelijke kader voor de modernisering Wsw opgenomen en de visie van de Westfriese gemeenten. In het beleidsplan en bijbehorende verordeningen is deze visie nader uitgewerkt. Dit beleid geldt voor de overgangsperiode 2008-2009. Integratie agenda (2008) Sinds 2008 wordt uitvoering gegeven aan de integratieagenda. Dit bevat een beschrijving van de situatie in 2007, gewenste situatie in 2012, hoe daaraan gewerkt gaat worden en beoogde effect per thema. Het betreft de thema’s, taal, onderwijs en werk. De notitie is begin 2008 vastgesteld en wordt tweejaarlijks geëvalueerd. Verordening wet gemeentelijke anti-discriminatievoorzieningen (2010) Uitwerking gemeentelijke plicht om ingezetene toegang te geven tot antidiscriminatie voorzieningen.



Programma 7

Landelijk Wet publieke gezondheid (2008) en Notitie Gezondheid Dichtbij (2011) De basis voor de voor gemeenten verplichte vierjaarlijkse beleidsvaststelling op het gebied van preventie. Wet milieubeheer (1993) en Wet bodembescherming (1986) De Wet milieubeheer en de Wet bodembescherming en de op beide wetten gebaseerde algemene maatregelen van bestuur regelen de naleving van milieuregels en zien er op toe dat er maatregelen worden getroffen ter bescherming van het milieu op ondermeer de gebieden afval, bodem, geluid, energie en vervoer. In de Wet milieubeheer is de gemeentelijke zorgplicht voor de inzameling en het transport van stedelijk afvalwater vastgelegd. Tevens is in deze wet de verplichting opgelegd voor het opstellen van een Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP). Waterwet (2009) De Waterwet regelt het beheer van oppervlaktewater en grondwater, en verbetert de samenhang tussen waterbeleid en ruimtelijke ordening. In de Waterwet zijn de gemeentelijke grondwater- en hemelwaterzorgplicht vastgelegd.


164

Wet verbrede rioolheffing Gemeenten kunnen maatregelen voor de verwerking van regenwater en overtollig grondwater bekostigen uit de verbrede rioolheffing. Wet gemeentelijke watertaken De wet versterkt de gemeentelijke regierol voor omgaan met regenwater in bebouwd gebied. Daarnaast geeft het gemeenten ook een rol in de aanpak van stedelijke grondwaterproblemen. Wet Algemene bepalingen Omgevingsrecht (2010) Zie programma 8. Wet op de lijkbezorging (1991) In deze wet wordt voorgeschreven hoe en waar lijkbezorging moet plaatsvinden. Verder zijn voorschriften opgenomen met betrekking tot begraaftermijnen, opgravingen en ruiming, vergunningverlening, bijzondere bepalingen en de taken van de gemeente. Regionaal Provinciaal Waterplan Noord-Holland 2006-2010, Bewust omgaan met water Dit plan geeft de hoofdlijnen van het provinciale waterbeleid voor de waterkering, het watergebruik en de kwantiteit en de kwaliteit van oppervlaktewater en grondwater. Gemeenten moeten bij het opstellen van het GRP rekening houden met de inhoud van het plan. Gemeenschappelijke regeling Centraal Afvalverwijderingsbedrijf West-Friesland Zie paragraaf verbonden partijen. Gemeenschappelijke regeling Milieudienst West-Friesland Zie paragraaf verbonden partijen. Provinciaal Milieubeleidsplan 2009-2013 In dit plan staan de milieudoelen van de provincie. Ook wordt hierin beschreven hoe die moeten worden gerealiseerd en binnen welke termijn. Het biedt gemeenten en waterschappen een kader voor hun beleid en burgers inzicht in toekomstige ontwikkelingen en maatregelen. Lokaal Gemeentelijk Rioleringsplan (2011-2015) Het GRP is een beleidsplan voor zowel vuilwater, hemelwater als grondwater. In het plan wordt aangegeven wat de gemeente met deze verschillende afvalwaterstromen doet en wat kan worden verwacht ten aanzien van aanleg, onderzoek, onderhoud, vervanging en financiering. Er wordt jaarlijks een uitvoeringsplan op vastgesteld. Notitie Lokaal Gezondheidsbeleid 2008-2012 Op basis van de wet Collectieve Preventie Volksgezondheid is dit de verplichte vierjaarlijkse lokale beleidsuitwerking met als uitgangspunt preventie via vier speerpunten: leefstijl, overgewicht, diabetes en psychische gezondheid. Klimaatvisie “Hoorn duurzaam en vitaal, op weg naar klimaatneutraal” De Klimaatvisie 'Hoorn, duurzaam en vitaal, op weg naar klimaatneutraal' is op 24 juni 2008 door de gemeenteraad vastgesteld. In de klimaatvisie zijn de ambities vastgelegd en zijn thema’s met aandachtspunten geformuleerd. De klimaatvisie is nader uitgewerkt in een door de gemeenteraad vastgesteld uitvoeringsprogramma klimaatvisie. Milieuagenda Hoorn 2010-2014 In de Milieuagenda worden voor de belangrijkste milieuthema’s de wettelijke kaders geschetst en/of achtergrondinformatie gegeven. Daarnaast wordt aangegeven wat lopende beleids- en uitvoeringstrajecten zijn en voor welke onderwerpen er in de periode 2010 – 2014 beleidsvoorstellen worden voorbereid.

165


Verordening duurzaamheidsleningen particulier en duurzaamheidsleningen VVE gemeente Hoorn 2010 In deze verordening wordt omschreven wie een aanvraag kan indienen voor een duurzaamheidslening, voor welke maatregelen de lening van toepassing is en aan welke voorwaarden een aanvraag moet voldoen om deze te kunnen honoreren.



Programma 8

Landelijk Nota ruimte; Wet ruimtelijke ordening; Grondexploitatiewet; Woningwet Landelijke kaderstelling en wetgeving op het gebied van de ruimtelijke ordening en volkshuisvesting. Nationaal Waterplan Dit is een rijksplan voor het waterbeleid voor de periode 2009 – 2015. Dit plan beschrijft de maatregelen die genomen moeten worden om Nederland ook voor toekomstige generaties veilig en leefbaar te houden en de kansen die water biedt te benutten. Rijksbesluiten Amsterdam-Almere-Markermeer (RAAM-brief) In de RAAM-brief worden richtinggevende besluiten van het rijk over (onderdelen van) vijf projecten opgenomen, met de daarbij gehanteerde overwegingen, argumenten en (financiele) onderbouwing. Deze projecten zijn: de Schaalsprong Almere 2030, de openbaar vervoersverbinding Schiphol-Amsterdam-Almere-Lelystad, de toekomstagenda MarkermeerIJmeer, de lange termijnverkenning Schiphol (in relatie tot vliegveld Lelystad) en een (pré)verkenning naar het verkeer- en vervoersysteem in het gebied ten oosten van Almere, op de corridor naar 't Gooi en Utrecht (AGU). Crisis- en herstelwet De wet zorgt voor kortere procedures, waardoor bouwprojecten sneller kunnen worden uitgevoerd. Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) De wet gaat uit van de "één loket gedachte", waarbij het project dat de burger of het bedrijf wil gaan realiseren centraal staat. De overheid past haar dienstverlening daaraan zoveel mogelijk aan. Dit alles wordt bereikt door de integratie van de verschillende toestemmingsstelsels op het terrein van het omgevingsrecht die betrekking hebben op plaatsgebonden activiteiten die van invloed zijn op de fysieke omgeving. De integratie komt tot uitdrukking in één aanvraag voor het gehele project die één procedure doorloopt en door één bevoegd gezag wordt beoordeeld en leidt tot één integraal besluit met één rechtsbeschermingsprocedure en één handhavend bestuursorgaan. De minister van Infrastructuur en Milieu heeft aangekondigd dat er een complete herziening komt van het omgevingsrecht. De (tijdelijke) Crisis- en herstelwet wordt op onderdelen daarin opgenomen. De ambitie is om de wet in 2013 in werking te laten treden. Tussentijds wordt de Wet ruimtelijke ordening nog aangepast. Provinciaal Structuurvisie Noord-Holland Noord 2040 Hierin beschrijft de provincie hoe en op welke manier ze met deze ontwikkelingen en keuzes omgaat en schets ze hoe de provincie er in 2040 moet komen uit te zien. Provinciale Ruimtelijke Verordening Structuurvisie Schrijft voor waaraan bestemmingsplannen, projectbesluiten en beheerverordeningen moeten voldoen. Provinciaal Waterplan Noord-Holland 2006-2010, Bewust omgaan met water Zie programma 7. Nota "Een goede plek voor ieder bedrijf" De beleidsnota 'Een goede plek voor ieder Bedrijf' geeft voor de provincie Noord-Holland vorm aan het locatiebeleid.


166

Provinciale Woonvisie 2011-2020 Bevat de kaders en de doelstellingen van het provinciale woonbeleid. Regionaal Landschapsplan Westfriesland Dit plan is de onderlegger voor projecten voor recreatieve routestructuren, groen dichtbij huis, landschap/ecologische verbindingen en recreatief-toeristische voorzieningen. Regionale visie bedrijventerreinen Zie beleidskaders programma 3. Regionale detailhandelsvisie Zie beleidskaders programma 3. Regionale Bodemfunctieklassenkaart Bevat de actuele kwaliteit van de bodem van de regio. Kadernota Regionale Woonvisie West-Friesland 2011-2020 Mede op basis van de provinciale Woonvisie 2010-2020 is in 2011 de Kadernota Regionale Woonvisie West-Friesland 2011-2020 vastgesteld. De visie bevat de regionale ambitie ten aanzien van de ontwikkeling van het wonen over de periode 2011-2015 met een doorkijk naar de periode 2016-2020. De Kadernota dient als basis voor de opstelling voor de lokale woonvisie. Regionaal Actieprogramma Wonen Noord-Holland Noord 2011-2015 regio West-Friesland (RAP) Ter uitvoering van de provinciale woonvisie zijn in regionaal verband afspraken gemaakt met de provincie. Deze zijn vastgelegd in de RAP. Bij de opstelling van de RAP is gebruik gemaakt van de kort daarvoor vastgestelde Kadernota Regionale Woonvisie 2011-2020. De RAP bevat een concreet uitvoeringsprogramma en kan worden beschouwd als een overeenkomst tussen de regio en de provincie. Met de afspraken wordt duidelijk wat de provincie van de regio mag verwachten en de regio geeft aan wat zij van de provincie verwacht. Lokaal Stedenbouw en ruimtelijke ordening Diverse bestemmingsplannen Bindend voor het ruimtelijke kader van de gemeente met regels voor bouwen en gebruik van gronden/ gebouwen. Bestemmingsplannen dienen iedere tien jaar te worden herzien. Beeldkwaliteitplan De Linten (2002); Ruimtelijke visie voor de inrichting van de aan de Linten gelegen percelen. De visie geldt als onderlegger voor het opstellen van bestemmingsplannen. Procedureverordening voor advisering tegemoetkoming planschade (2008); Vastgesteld om te komen tot uniformiteit bij de afhandeling van planschadeverzoeken, het terugbrengen van het aantal planschadeclaims en de hoogte van de planschadevergoedingen. Nota Hoorn Hoger Op (2008) Deze notitie biedt een kader hoe om te gaan met hoogbouw in de stad. De nota is in 2008 aan de commissie voorgelegd en vormt belangrijke input voor de nog op te stellen structuurvisie Hoorn. Nota gebruik openbare ruimte binnenstad (2009) De notitie geeft uitgangspunten voor het gebruik van de openbare ruimte. De notitie is geschreven in samenhang met de Horecanota en het voorontwerp bestemmingsplan Binnenstad en is daarom ook tegelijkertijd aangeboden aan de raad. In 2008 heeft de raad deze nota vastgesteld.

167


Vestigingsbeleid Bedrijventerreinen Hierin wordt inzicht gegeven in het huidige beleid en de achtergronden hiervan en de ontwikkelingen in de praktijk. Bomenbeleidsplan Zie programma 5. Gemeentelijk Antennebeleid 2012 De nota bevat regels om te komen tot een verantwoorde stedenbouwkundige, landschappelijke en maatschappelijk inpassing van deze antennes / masten. Volkshuisvesting Nota Stimuleringsbeleid Collectief Particulier Opdrachtgeverschap 'Je eigen woning bouwen doe je samen' (2007) Nota waarin is aangegeven op welke wijze de gemeente het zogenoemde collectief particulier opdrachtgeverschap wil stimuleren. Beleidsregel Stimuleringsbijdragen CPO-initiatieven De beleidsregel heeft betrekking op de in Bangert en Oosterpolder beschikbaar gestelde locaties. Op basis daarvan kunnen stimuleringsbijdragen beschikbaar worden gesteld aan CPO-groepen die voldoen aan het CPO-beleid. Huisvestingsverordening gemeente Hoorn 2011 Deze regeling bevat regels voor het systeem van woningtoewijzing de urgentieregeling en de Klachtencommissie Woningtoewijzing; Verordening Startersregeling 2011 Met deze verordening kunnen koopstarters op de woningmarkt geholpen worden bij de aankoop van een eerste woning. Vanwege de economische crisis en de mede daarmee samenhangende slechte doorstroming op de woningmarkt, is het gewenst om de regeling ook in 2013 voort te zetten. Raamovereenkomst (2010-2015) en prestatieafspraken met woningcorporatie IntermarisHoeksteen; Meerjarenafspraken tussen de gemeente en IntermarisHoeksteen. Ontwikkelingsprogramma Stedelijke Vernieuwing (2010-2014, ISV3) Programma waarin aandacht wordt geschonken aan de rijks- en provinciale thema’s op het gebied van wonen, de omgevingskwaliteit, de stedelijke economie en het milieu. Er is vastgelegd op welke wijze de van de provincie toegekende financiële middelen voor stedelijke vernieuwing worden gebruikt. Woonwagens Verordening woonwagenrechten (2010) Jaarlijks vastgestelde verordening om woonwagenrechten te heffen bij het innemen van een standplaats in een woonwagencentrum met gebruik en genot van gemeentelijke voorzieningen. Wijkgericht werken Wijkplannen voor alle wijken Er zijn wijkplannen voor alle wijken, met uitzondering van Bangert en Oosterpolder. Hiervoor is de voorbereiding in 2010 gestart. Bestaande plannen worden periodiek vernieuwd. Convenant wijkgericht samenwerken (2004) In dit convenant hebben de samenwerkende organisaties IntermarisHoeksteen, Stichting Netwerk, politie en gemeente de doelstellingen en basisafspraken vastgelegd ten behoeve van het wijkgericht werken. De afspraken hebben betrekking op de rollen van de partners, de werkwijze en de organisatie, zoals stuurgroep, wijkteams, rol wijkoverlegorganen.


168

Bouwen Welstandsnota (2009) De welstandsnota is een door de rijksoverheid verplicht document dat door gemeenten moet worden opgesteld waarin binnen het door de woningwet gestelde kader nadere eisen "(redelijke eisen van welstand)" kunnen worden gesteld. In deze nota zijn de beleidsregels vastgelegd met daarin de welstandscriteria en welstandskaders die worden toegepast bij de welstandsbeoordeling van de bouwplannen. Bouwverordening (2010) Deze verordening bevat door de gemeente vastgestelde regelgeving op het gebied van bouwzaken. Grondzaken Nota Grondbeleid 2011; Deze nota bevat de beleidsuitgangspunten voor het grondbeleid. Nota Grondprijsbeleid (2009); Hierin zijn richtlijnen vastgelegd voor de wijze van grondprijsbepaling Nota Verhuurbeleid (2010). Hierin zijn richtlijnen vastgelegd voor het verhuurbeleid van gemeentelijke vastgoed.



Programma 9

Landelijk Gemeentewet Geeft kaders over de inrichting van financiële organisatie en te leveren documenten. Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten Geeft een nadere uitwerking van de kaders die gesteld worden in de gemeentewet. Besluit Accountantscontrole Provincies en Gemeenten (BAPG) met daarbij behorende zwaarwegende adviezen van het Platform Rechtmatigheid Provincies en Gemeenten (PRPG) Wet Waardering Onroerende Zaken (1994) De gemeente bepaalt de waarde van alle onroerende zaken (woningen, bedrijfspanden, gronden e.d.) binnen de eigen gemeentegrenzen. Iedere belastingplichtige krijgt die WOZwaarde op een WOZ-beschikking. De WOZ-waarde is de basis voor een aantal heffingen:   

de onroerende-zaakbelastingen (OZB) van de gemeente, de omslag gebouwd van de waterschappen, de inkomstenbelasting (eigenwoning, tweede woning en bedrijfspanden) van de Rijksbelastingdienst,  de vennootschapsbelasting (bedrijfspanden) van de Rijksbelastingdienst. De Wet WOZ zorgt ervoor dat gemeenten, waterschappen en Rijksbelastingdienst voor hun heffingen uitgaan van de WOZ-waarde. Algemene Wet Rijksbelastingen De Algemene Wet Rijksbelastingen (AWR) bevat bepalingen van formele aard op het gebied van rijksbelastingen, zoals de omschrijving van strafbare feiten en welke straf daarvoor staat en het bezwaar of beroep dat daartegen kan worden aangetekend. Wet Financiering decentrale overheden (Fido) (2000) In de Wet financiering decentrale overheden staan instrumenten die de risico’s beperken die gemeenten lopen bij lenen en beleggen. Lokaal Regeling met betrekking tot de heffing en invordering van de gemeentelijke belastingen De in deze regeling opgenomen regels gelden bij de heffing en invordering van de gemeentelijke belastingen.

169


Financiële verordening gemeente Hoorn 2008 In deze verordening staan de uitgangspunten voor het financieel beleid, alsmede voor het financieel beheer en voor de inrichting van de financiële organisatie van de gemeente Hoorn. Nota 'Dekking: Wanneer welk budget? In deze nota staan de spelregels voor dekking bij B&W en raadsvoorstellen. Nota Budgethouderschap en begrotingswijzigingen (2010) In deze nota staan de spelregels voor budgethouderschap en wijzigingen in de begroting, zoals welk orgaan beslist over welke wijzigingen. Nota Reserves en voorzieningen 2012 In deze nota staat het beleid op de reserves en de voorzieningen. De nota gaat in op vorming en besteding van reserves en voorzieningen en de eventuele toerekening en verwerking van rentetoevoeging. Nota Investerings- en afschrijvingsbeleid (2007) In deze nota staat het beleid van aanmelden tot vaststellen van investeringen en het vrijgeven van kredieten. Treasurystatuut (2012) In dit statuut staat het kader voor de inrichting van de financieringsfunctie. Legesverordening 2012 In deze verordening staan de hoogte van de leges voor het jaar 2012.


170

Bijlage 8 Afkortingenlijst Dit is een algemene afkortingenlijst. Sommige afkortingen zijn niet opgenomen in deze begroting. a ABP Abr AMVB AO/ IC APPA APV AR Arbowet Arhi ASHG ATCB Awb Awr b B&G B&W BANS BAPG BBO BBP BBV (2004) BBZ BHV BIBOB BIS BNG BOS BPI BRO BSM BTW BVO BWT BZK c CAO CAR CAW CBS CJG CO2 CPO CROW CWI

171

Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds Algemene Bedrijfs Reserve of: Afdelings Bedrijfs Reserve Algemene Maatregel van Bestuur Administratieve organisatie/ interne controle Algemene Pensioenwet Politieke Ambtsdragers Algemene Plaatselijke Verordening Algemene Reserve Arbeidsomstandighedenwet (Wet) Algemene regels herindeling Advies- en Steunpunt Huiselijk Geweld Amsterdam Toerisme en Congres Bureau Algemene wet bestuursrecht Algemene wet rijksbelastingen Bank en Gemeenten burgemeester en wethouders Bestuursakkoord Nieuwe Stijl Besluit accountantscontrole provincies en gemeenten Bijzonder Basisonderwijs Bruto binnenlands product Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (2004) Bijstand Besluit Zelfstandigen Bedrijfshulpverlening (Wet) Bevordering Integriteit Beoordelingen door het Openbaar Bestuur Bestuurlijk Informatie Systeem Bank Nederlandse Gemeenten Buurt Onderwijs Sport Bestand Potentiële Inburgeringsplichtigen Besluit Ruimtelijke Ordening Binnenstadsmanagement Bruto Toegevoegde Waarde Bijzonder Voortgezet onderwijs Bouw- en Woningtoezicht (Ministerie van) Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Collectieve Arbeidsovereenkomst Collectieve Arbeidsvoorwaarden Regeling Centraal Afvalverwijderingsbedrijf West-Friesland Centraal Bureau voor de Statistiek Centrum voor Jeugd en Gezin Koolstofdioxide, een broeikasgas Collectief particulier opdrachtgeverschap Centrum voor Regelgeving en Onderzoek in de Grond-, Water- en Wegenbouw en de Verkeerstechniek Centrum voor Werk en Inkomen


d DIR Divosa DKD e EDP EMU ERM ERS f Fido FIN Fis@All FLO FMIS FPU g GBA GGD GGZ GHOR GIR GKNH GOA GR GRP Gw GWI h H2A H3A HAB HALT hkp HRC HRM i ICT ID-banen IFLO IHP(-VO) IiP IND INK IPO IPW ISV ISA IZA

Directie Vereniging van directeuren van overheidsorganen voor sociale arbeid Digitaal Klantendossier electronic database processing Economische en Monetaire Unie Enterprise Risk Management Enterprise Risk Services (Wet) Financiering decentrale overheden (Ministerie van) Financiën financieel informatie systeem at all Functioneel Leeftijds Ontslag Facilitair management informatie systeem Flexibel Pensioen en Uittreden Gemeentelijke basisadministratie Gemeentelijke (of: Gewestelijke, of: Gemeenschappelijke) Gezondheidsdienst Geestelijke Gezondheidszorg Geneeskundige Hulp bij Ongevallen en Rampen Gemeentelijke Incidenten Registratiesysteem (agressieregistratiesysteem) (NV Houdstermaatschappij) Gas Kop Noord-Holland Gemeentelijk Onderwijs Achterstandenbeleid Gemeenschappelijke regeling Gemeentelijk Rioleringsplan gemeentewet Gebouw Werk en Inkomen Hoorn, Den Helder en Alkmaar Hoorn, Den Helder, Heerhugowaard en Alkmaar Hoor- en Adviescommissie Bezwaarschriften Het ALTernatief (een alternatief voor doorverwijzing naar de officier van Justitie) hulpkostenplaats(en) Human Resource Controlling Human Resource Management Informatie en communicatie technologie In- en Doorstroombanen Inspectie Financiën Lagere Overheden, van het Ministerie van Financiën Integraal Huisvestingsplan (voortgezet onderwijs) Investors in People Immigratie- en Naturalisatiedienst Instituut Nederlandse Kwaliteit Inter Provinciaal Overleg Innovatie Programma Werk en bijstand Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing Instituut voor Sport Accomodaties Instituut Zorgverzekering Ambtenaren


172

j JAC JC k KNVB KRW kvs l LEA m m.e.r. MBO MD Min. MIT mld. mln. MOW MT n NHN NV NVP/ Kwaliteitsplan o OAB OBO OCW OGGZ OR OSO OZB p P&C P&O pBBP PBS PC PC's PIOFACH PNA PRPG PvE r RACM RAD RAV RIEO RMC ROC s SC SLOK 173

Jongeren Activiteitencentrum Junicirculaire over de ontwikkeling van het Gemeentefonds van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Koninklijke Nederlandse Voetbal Bond (Europese) Kaderrichtlijn Water kostenverdeelstaat/ kostenverdeelstaten Lokale Educatie Agenda Milieu Effect Rapportage Middelbaar Beroepsonderwijs Management Development Ministerie Meerjarenprogramma Infrastructuur en Transport miljard miljoen Muziekschool Oostelijk West-Friesland managementteam Noord-Holland Noord Naamloze Vennootschap Nota Verkeer en Parkeren/ Kwaliteitsplan Onderwijsachterstanden beleid Openbaar Basisonderwijs (Ministerie van) Onderwijs, Cultuur en Wetenschap Openbare geestelijke gezondheidszorg Ondernemingsraad Openbaar Speciaal Onderwijs Onroerend Zaak Belasting planning en control personeel en organisatie prijsmutatie Bruto Binnenlands Product public balanced scorecard planning en control personal computers personeel, informatie, organisatie, financiën, automatisering, communicatie en huisvesting Programma van Nieuwe Activiteiten Platform rechtmatigheid provincies en gemeenten Programma van Eisen Rijksdienst voor Archeologie, Cultuurlandschap en Monumenten Regionale Ambulancedienst Regionale Ambulancevoorziening Rekening in één oogopslag Regionale melden coördinatiefunctie Regionaal Opleidingscentrum Septembercirculaire over de ontwikkeling van het Gemeentefonds van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Stimulering van Lokale Klimaatinitiatieven Gemeente Hoorn – Begroting 2014

SMART SOW SoZa SUWI SWOT SZW t TFR u Uwv v Vazalo VBR VGS VIP VMBO VNG VVH VVRE w Wabo WAO WAS WAV WBO WCPV WEP gesprekken WFHO Wmo WO WOINT WOZ WRO WSW WW WWB WWI

specifiek, meetbaar, actueel, realistisch en tijdgebonden Samenwerkingsorgaan Westfriesland (afdeling) Sociale Zaken Wet Structuur Uitvoering Werk en Inkomen Strength, weakness, opportunities, threaths (Ministerie van) Sociale Zaken en Werkgelegenheid Task Force Ruimte Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen Wet Voorziening Arbeid en Zorg Alleenstaande Ouders Vrije Beleidsruimte Vereniging van gemeentesecretarissen Very important person Voorbereidend Middelbaar Beroepsonderwijs Vereniging van Nederlandse Gemeenten (afdeling) Veiligheid, Vergunningen en Handhaving (bestuurlijk overleg) Volkshuisvesting, Verkeer, Economische Zaken en Ruimtelijke Ordening Wet algemene bepalingen omgevingsrecht Wet Arbeids Ongeschikten Warenwetbesluit Attractie- en Speeltoestellen Wet Ambulancevervoer Wet Bevolkingsonderzoek Wet Collectieve Preventie Volksgezondheid Werk, Evaluatie- en Planning gesprekken Westfriese Huisartsen Organisatie Wet maatschappelijke ondersteuning Wetenschappelijk Onderwijs Werkwoord Object Indicator Norm Tijd Wet Waarde Onroerende Zaken Wet Ruimtelijke Ordening Wet Sociale Werkvoorziening Of: Waarborgfonds Sociale Woningbouw Werkloosheidswet Wet Werk en Bijstand (Ministerie van) Wonen, Wijken en Integratie


174

Begroting hoorn.nl

Recommend Documents