Bacheloropleiding Rechtsgeleerdheid Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
I
De bacheloropleiding Rechtsgeleerdheid omvat 180 studiepunten, verdeeld over drie jaren van elk 60 studiepunten. Meer informatie over het eisenpakket voor afstuderen, de overgangsregelingen, doelstelling en eindtermen van de opleiding vind je in de Onderwijs- en Examenregeling.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
II
Inhoudsopgave
Bachelor Rechtsgeleerdheid, 1e jaar
1
Bachelor Rechtsgeleerdheid, 2e jaar
1
Bachelor Rechtsgeleerdheid, 3e jaar
1
Bachelor Rechtsgeleerdheid, 3e jaar - Verplichte vakken
2
Bachelor Rechtsgeleerdheid, 3e jaar - Minoren en profielen
2
Universiteitsminoren
2
Minor Brain and Mind
2
Minor Amerikanistiek
3
Minor Inleiding in de West-Europese archeologie
4
Minor Development Studies
4
Minor Entrepreneurship
5
Minor Frontiers of Multicultural Societies
5
Minor Goede doelen, filantropie en non-profits
5
Minor International Security
6
Minor Netwerken in de informatiemaatschappij
6
Minor Organizational Culture
6
Minor Web Science
7
Bachelor Rechtsgeleerdheid, 3e jaar - Profiel Belastingrecht
7
Bachelor Rechtsgeleerdheid, 3e jaar - Profiel Fiscaal-economisch
8
Bachelor Rechtsgeleerdheid, 3e jaar - Profiel Human Rights and Migration
8
Bachelor Rechtsgeleerdheid, 3e jaar - Profiel Overheid in publiek- en privaatrecht
8
Bachelor Rechtsgeleerdheid, 3e jaar - Profiel Privaatrecht voor de algemene rechtspraktijk
8
Bachelor Rechtsgeleerdheid, 3e jaar - Profiel Recht en Maatschappij
9
Bachelor Rechtsgeleerdheid, 3e jaar - Profiel Actuele dilemma's in de strafrechtspleging 9 Bachelor Rechtsgeleerdheid, 3e jaar - Profiel Transnational Legal Studies
9
Bachelor Rechtsgeleerdheid, 3e jaar - Profiel Verbintenissenrecht in Europees en historisch perspectief
9
Bachelor Criminologie, 3e jaar - Minor Forensische criminologie
10
Honoursprogamma (Fac. RCH)
10
Vak: Aansprakelijkheidsrecht
10
Vak: American Literature 1900-present
11
Vak: Analyselab
13
Vak: Antieke numismatiek
14
Vak: Bachelor scriptie
15
Vak: Bedrijfseconomie I
16
Vak: Bedrijfseconomie II
17
Vak: Beginselen bestuursrecht
18
Vak: Beginselen Europees recht
19
Vak: Beginselen staatsrecht
20
Vak: Beginselen strafrecht
20
Vak: Belastingrecht I
22
Vak: Belastingrecht II
23
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
III
Vak: Belastingrecht III
23
Vak: Bestuursrecht
24
Vak: Burgerlijk procesrecht en insolventierecht
25
Vak: Business Anthropology
27
Vak: Cognitive Neuroscience
28
Vak: Consumentenrecht
28
Vak: Contractenrecht en goederenrecht
29
Vak: Culture and Citizenship
30
Vak: Current Issues in Transnational Law
31
Vak: Current Issues of Migration Law
32
Vak: Cybercrime
33
Vak: De stad als merk (in Europa en de VS)
34
Vak: De virtuele organisatie
35
Vak: Development and Globalization
36
Vak: Development from an Interdisciplinary Viewpoint
37
Vak: Dilemma's in het materiële strafrecht
38
Vak: Dilemma's in het sanctierecht
39
Vak: Dilemma's in het strafprocesrecht
40
Vak: Encyclopedie der rechtswetenschap I
41
Vak: Encyclopedie der rechtswetenschap II
42
Vak: Enterprising Regions
43
Vak: Entrepreneuring in Amsterdam
45
Vak: Entrepreneurship and Networks
46
Vak: Entrepreneurship Industry
47
Vak: Environment and Development
48
Vak: Ethics and Integrity of Governance
49
Vak: Europa en de Pax Americana
50
Vak: Europa en de Pax Americana, esg 3
51
Vak: Europese rechtsbescherming
52
Vak: Familie- en gezondheidsrecht
53
Vak: Forensische linguïstiek A, introductie
54
Vak: Forensische psychiatrie
55
Vak: Formeel strafrecht
56
Vak: Geschiedenis van de filantropie
57
Vak: Global Political Economy
58
Vak: Global Religion and Local Diversity
59
Vak: Het verhaal van een opgraving
60
Vak: Het Zuiden van de Verenigde Staten
61
Vak: Human Rights & the Citizenship of Aliens
62
Vak: Human Rights and Borders
63
Vak: Identity and Diversity in Organizations
64
Vak: Impact van het Romeinse leger op de grensstreken van het Romeinse Rijk
65
Vak: Inleiding Filantropie
66
Vak: Inleiding goederenrecht
67
Vak: Inleiding in de archeologie A
68
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
IV
Vak: Inleiding in de archeologie B
69
Vak: Inleiding in de rechtswetenschappen
69
Vak: Inleiding verbintenissenrecht
70
Vak: Intercultural Communication
71
Vak: Internet Governance
72
Vak: Introduction Entrepreneurship
73
Vak: Introduction to American Studies
74
Vak: Juridische vaardigheden
75
Vak: Klassieke teksten
77
Vak: Kwantitatief onderzoekspracticum filantropische studies
77
Vak: Law of International Security
79
Vak: Materieel strafrecht
80
Vak: Mechanisms of Brain Diseases
81
Vak: Mind and Machine
81
Vak: Nature versus Nurture
82
Vak: Non-Profit and Charity Marketing
83
Vak: Organization Politics
84
Vak: Organizational Discourse and Narrative Analysis
85
Vak: Overheid en privaatrecht
86
Vak: Overheidschadevergoedingsrecht
87
Vak: Overheidsrechtspersonenrecht
89
Vak: Participatie en burgerschap in de informatiesamenleving
90
Vak: Penitentiair recht
91
Vak: Personen- en familierecht
92
Vak: Pleitoefening
93
Vak: Politics of International Security
95
Vak: Post uit de VS, jaren '20
96
Vak: Prehistorie van Nederland
97
Vak: Radicalization and Conflict
98
Vak: Recht en medische biotechnologie
98
Vak: Recht en praktijk
99
Vak: Recht, politiek en moraal: medische biotechnologie
100
Vak: Rechtsgeschiedenis
102
Vak: Rechtsgeschiedenis
103
Vak: Rechtspsychologie en bewijs
103
Vak: Rechtsvergelijking
104
Vak: Rechtzoeken
105
Vak: Reclassering
106
Vak: Research Paper International Security
107
Vak: Risk, Security and Law
108
Vak: Romeins Gallië en de Germaanse provincies
109
Vak: Security and Policing
110
Vak: Sociaal recht
111
Vak: Sociale aspecten van nieuwe communicatiemedia
112
Vak: Sociale geschiedenis van de Verenigde Staten
113
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
V
Vak: Sociale media
113
Vak: Sociology of Globalization and Multiculturalism
114
Vak: Staatsrecht
115
Vak: The Developing Brain
116
Vak: Urban Struggle
117
Vak: Vennootschaps- en rechtspersonenrecht
118
Vak: Verdieping verbintenissenrecht in Europees en historisch perspectief
119
Vak: Verklaringen voor prosociaal gedrag
121
Vak: Volkenrecht
122
Vak: Web Analysis
123
Vak: Web Information
124
Vak: Web Science
125
Vak: Web Society
126
Vak: Web Technology
127
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
VI
Bachelor Rechtsgeleerdheid, 1e jaar Vakken:
Naam
Periode
Credits
Code
Beginselen bestuursrecht
Periode 3
6.0
R_Beg.best.r
Beginselen Europees recht
Periode 5
6.0
R_Beg.Eur.r
Beginselen staatsrecht
Periode 1
6.0
R_BegSta
Beginselen strafrecht
Periode 2
6.0
R_BegstrR
Encyclopedie der rechtswetenschap I
Periode 4
6.0
R_Ency.I
Inleiding goederenrecht
Periode 2
6.0
R_InlGoed
Inleiding in de rechtswetenschappen
Periode 1
6.0
R_InlrechRC
Inleiding verbintenissenrecht Periode 4
6.0
R_InlVerb
Juridische vaardigheden
Periode 2+3+4+5, Periode 4+5
6.0
R_Jur.vrd
Rechtsgeschiedenis
Periode 1
6.0
R_RechtsgP
Rechtsgeschiedenis
Periode 5
6.0
R_Rechtsgs
Bachelor Rechtsgeleerdheid, 2e jaar Vakken:
Naam
Periode
Credits
Code
Bestuursrecht
Periode 5
6.0
R_BestRe
Contractenrecht en goederenrecht
Periode 2+3
9.0
R_ConGoed
Europese rechtsbescherming
Periode 4
6.0
R_EurRe
Formeel strafrecht
Periode 5
6.0
R_For.strRC
Materieel strafrecht
Periode 1
6.0
R_Mat.strC
Rechtzoeken
Periode 2+3, Periode 5+6
3.0
R_Rechtz
Sociaal recht
Periode 6
6.0
R_Soc.Re
Staatsrecht
Periode 2
6.0
R_Staatsr
Vennootschaps- en rechtspersonenrecht
Periode 4
6.0
R_VenReP
Volkenrecht
Periode 1
6.0
R_Volk.re
Bachelor Rechtsgeleerdheid, 3e jaar Opleidingsdelen:
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 1 van 128
- Bachelor Rechtsgeleerdheid, 3e jaar - Verplichte vakken - Bachelor Rechtsgeleerdheid, 3e jaar - Minoren en profielen
Bachelor Rechtsgeleerdheid, 3e jaar - Verplichte vakken Vakken:
Naam
Periode
Credits
Code
Bachelor scriptie
Periode 2+3, Periode 5+6
6.0
R_B.scriptie
Burgerlijk procesrecht en insolventierecht
Periode 4
6.0
R_BurgPI
Encyclopedie der rechtswetenschap II
Periode 5
6.0
R_EncyII
Personen- en familierecht
Periode 4
3.0
R_PersFamR
Pleitoefening
Periode 1+2, Periode 4+5
3.0
R_PleitO
Rechtsvergelijking
Periode 5
6.0
R_RechtsVeg
Bachelor Rechtsgeleerdheid, 3e jaar - Minoren en profielen Opleidingsdelen: -
Universiteitsminoren Bachelor Rechtsgeleerdheid, 3e jaar - Profiel Belastingrecht Bachelor Rechtsgeleerdheid, 3e jaar - Profiel Fiscaal-economisch Bachelor Rechtsgeleerdheid, 3e jaar - Profiel Human Rights and Migration Bachelor Rechtsgeleerdheid, 3e jaar - Profiel Overheid in publiek- en privaatrecht Bachelor Rechtsgeleerdheid, 3e jaar - Profiel Privaatrecht voor de algemene rechtspraktijk Bachelor Rechtsgeleerdheid, 3e jaar - Profiel Recht en Maatschappij Bachelor Rechtsgeleerdheid, 3e jaar - Profiel Actuele dilemma's in de strafrechtspleging Bachelor Rechtsgeleerdheid, 3e jaar - Profiel Transnational Legal Studies Bachelor Rechtsgeleerdheid, 3e jaar - Profiel Verbintenissenrecht in Europees en historisch perspectief Bachelor Criminologie, 3e jaar - Minor Forensische criminologie
Universiteitsminoren Opleidingsdelen: -
Minor Brain and Mind Minor Amerikanistiek Minor Inleiding in de West-Europese archeologie Minor Development Studies Minor Entrepreneurship Minor Frontiers of Multicultural Societies Minor Goede doelen, filantropie en non-profits Minor International Security Minor Netwerken in de informatiemaatschappij Minor Organizational Culture Minor Web Science
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 2 van 128
Minor Brain and Mind The minor Brain and Mind is offered by the Faculty of Earth and Life Sciences in collaboration with other leading centres both in the Netherlands and abroad, including the FC Donders Centre in Nijmegen, University of Amsterdam, The University of North Carolina Chapel Hill and the State University of New York. The student will gain insight into the latest knowledge of how the brain works and also how this knowledge can be used to understand cognitive processes, social interactions between individuals, antisocial behavior as well as different brain diseases, such as depression, addictions, attention, or eating disorders. The nature-nurture debate will be discussed as well as recent updates in human genome research. In addition, the minor provides an introduction into the fields of neuroeconomics (decision making) and gaming behavior as well as into recent scientific technological advances in brain-machine interfaces, deep brain stimulation, and robotics. Integration between disciplines The integration between disciplines, such as biology, psychology, sociology and genetics plays a central role in this minor. Students learn to think critically about how knowledge of the brain and the human genome can be applied to deal with societal issues. Target population: Third year BSc students alpha and gamma topics (sociology, psychology, economics, law etc.) and students from Life sciences (Biology, Biomedical sciences, Health & Life) with a broad interest. Students in the life sciences that plan to pursue a career in Neuroscience may also follow a more specialised minor in Cell- and Neuroscience. Vakken:
Naam
Periode
Credits
Code
Cognitive Neuroscience
Period 1
6.0
AB_1056
Mechanisms of Brain Diseases
Period 2
6.0
AB_1058
Mind and Machine
Period 3
6.0
AB_1060
Nature versus Nurture
Period 1
6.0
AB_1057
The Developing Brain
Period 2
6.0
AB_1059
Minor Amerikanistiek De minor Amerikanistiek is bedoeld voor studenten met een brede interesse in Amerikaanse cultuur, literatuur en geschiedenis, of studenten die dat complexe land beter willen doorgronden. Een overzicht van Amerikaanse literatuur en geschiedenis vormen de hoofdmoot van de minor, maar een aantal vakken zijn ook interdisciplinair of kijken meer specifiek naar een bepaalde regio of specifiek object. De minor bestaat uit twee verplichte onderdelen: “Introduction to American Studies” en “Sociale geschiedenis van de Verenigde Staten". Daarnaast kiezen studenten uit de overige vakken.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 3 van 128
Vakken:
Naam
Periode
Credits
Code
American Literature 1900present
Period 2+3
6.0
L_ELBAELK207
De stad als merk (in Europa Periode 2 en de VS)
6.0
L_GEBAALG004
Europa en de Pax Americana
6.0
L_GEBAGES306
Europa en de Pax Americana, esg 3
9.0
L_GEBAGES304
Het Zuiden van de Verenigde Staten
Periode 1+2
6.0
L_GEBAALG005
Introduction to American Studies
Period 1
6.0
L_ELBAELK206
Post uit de VS, jaren '20
Periode 2+3
6.0
L_GABAGES206
6.0
L_GEBAALG003
Sociale geschiedenis van de Periode 1 Verenigde Staten
Minor Inleiding in de West-Europese archeologie Deze verbredende minor is bedoeld voor studenten Oudheidkunde, Keltische studies (UU) en alle studenten die een interesse hebben in de archeologie van de Keltisch-Germaanse samenlevingen op het breukvlak van geschiedenis en prehistorie. De minor bestaat uit de verplichte onderdelen Inleiding in de archeologie A en B, Prehistorie van Nederland, Romeins Gallië en de Germaanse provincies en Impact van het Romeinse leger op de grensstreken van het Romeinse rijk. Verder kiest de student één onderdeel uit het overige aanbod: Verhaal van een opgraving of Antieke numismatiek. Voor deze minor geldt als ingangseis dat deelnemers bij aanvang tenminste 90 studiepunten hebben behaald. Vakken:
Naam
Periode
Credits
Code
Antieke numismatiek
Periode 2
6.0
L_BEBAALG004
Het verhaal van een opgraving
Periode 1
6.0
L_BEBAARC103
Impact van het Romeinse leger op de grensstreken van het Romeinse Rijk
Periode 2+3
6.0
L_BEBAALG006
Inleiding in de archeologie A Periode 1
3.0
L_BABAARC109
Inleiding in de archeologie B Periode 2
3.0
L_BABAARC113
Prehistorie van Nederland
Periode 1
6.0
L_BEBAARC207
Romeins Gallië en de Germaanse provincies
Periode 2+3
6.0
L_BEBAARC208
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 4 van 128
Minor Development Studies Vakken:
Naam
Periode
Credits
Code
Culture and Citizenship
Period 2
6.0
S_CC
Development and Globalization
Period 1
6.0
S_DG
Development from an Interdisciplinary Viewpoint
Period 3
6.0
S_DIV
Environment and Development
Period 1
6.0
S_ED
Global Political Economy
Period 2
6.0
S_GPE
Minor Entrepreneurship Vakken:
Naam
Periode
Credits
Code
Enterprising Regions
Period 2
6.0
S_ER
Entrepreneuring in Amsterdam
Period 3
6.0
S_EA
Entrepreneurship and Networks
Period 2
6.0
S_EN
Entrepreneurship Industry
Period 1
6.0
S_EI
Introduction Entrepreneurship
Period 1
6.0
S_INTROE
Minor Frontiers of Multicultural Societies Vakken:
Naam
Periode
Credits
Code
Global Religion and Local Diversity
Period 2
6.0
S_GRLD
Identity and Diversity in Organizations
Period 2
6.0
S_IDO
Radicalization and Conflict
Period 1
6.0
S_RC
Sociology of Globalization and Multiculturalism
Period 1
6.0
S_SGM
Urban Struggle
Period 3
6.0
S_US
Minor Goede doelen, filantropie en non-profits
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 5 van 128
Vakken:
Naam
Periode
Credits
Code
Geschiedenis van de filantropie
Periode 1
6.0
S_GF
Inleiding Filantropie
Periode 1
6.0
S_IF
Kwantitatief onderzoekspracticum filantropische studies
Periode 3
6.0
S_KWOPF
Non-Profit and Charity Marketing
Periode 2
6.0
S_NPCM
Verklaringen voor prosociaal Periode 2 gedrag
6.0
S_VPG
Minor International Security Vakken:
Naam
Periode
Credits
Code
Ethics and Integrity of Governance
Period 2
6.0
S_EIG
Law of International Security Period 2
6.0
R_LIS
Politics of International Security
Period 1
6.0
S_PISC
Research Paper International Security
Period 3
6.0
S_RPIS
Security and Policing
Period 1
6.0
S_SP
Minor Netwerken in de informatiemaatschappij Vakken:
Naam
Periode
Credits
Code
Analyselab
Periode 3
6.0
S_AL
De virtuele organisatie
Periode 2
6.0
S_DVO
Participatie en burgerschap Periode 2 in de informatiesamenleving
6.0
S_PBI
Sociale aspecten van Periode 1 nieuwe communicatiemedia
6.0
S_SANC
Sociale media
6.0
S_SLM
Periode 1
Minor Organizational Culture
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 6 van 128
Vakken:
Naam
Periode
Credits
Code
Business Anthropology
Period 1
6.0
S_BA
Identity and Diversity in Organizations
Period 2
6.0
S_IDO
Intercultural Communication Period 1
6.0
S_IC
Organization Politics
Period 2
6.0
S_OP
Organizational Discourse and Narrative Analysis
Period 3
6.0
S_ODNA
Minor Web Science The World Wide Web is a phenomenon. It is now a central component to social, organizational, governmental and business life. Thus, understanding the Web from both a social and technical perspective is essential to a wide variety of disciplines and careers.
In the minor Web Science, you will learn about the Web from its foundations up. You will gain a broad understanding of the intricate workings of the worlds biggest network. From there you will explore the effects of the Web on society, from the flow of information to the social implications of a connected world.
You will learn a set of powerful tools to research the Web and its effects on the world from your own field of interest. Whether you are a law student interested in jurisdiction in online environments, a social scientist interested in the social effect of the web or a geologist interested in the ramifications of the Web's infrastructure on the physical world, the tools and techniques you need to study the Web are found here. Vakken:
Naam
Periode
Credits
Code
Web Analysis
6.0
X_401065
Web Information
6.0
X_401063
Web Science
6.0
X_401064
Web Society
6.0
X_401083
Web Technology
6.0
X_401066
Bachelor Rechtsgeleerdheid, 3e jaar - Profiel Belastingrecht Vakken:
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 7 van 128
Naam
Periode
Credits
Code
Belastingrecht I
Periode 1
6.0
R_BelastI
Belastingrecht II
Periode 2
6.0
R_BelastII
Belastingrecht III
Periode 3
3.0
R_BelastIII
Bachelor Rechtsgeleerdheid, 3e jaar - Profiel Fiscaal-economisch Vakken:
Naam
Periode
Credits
Code
Bedrijfseconomie I
Periode 2
6.0
R_BedrEcI
Bedrijfseconomie II
Periode 3
3.0
R_BedrEcII
Belastingrecht I
Periode 1
6.0
R_BelastI
Bachelor Rechtsgeleerdheid, 3e jaar - Profiel Human Rights and Migration Vakken:
Naam
Periode
Credits
Code
Current Issues of Migration Law
Period 3
3.0
R_CurMLaw
Human Rights & the Citizenship of Aliens
Period 2
6.0
R_HumRC
Human Rights and Borders
Period 1
6.0
R_HumRB
Bachelor Rechtsgeleerdheid, 3e jaar - Profiel Overheid in publiek- en privaatrecht Vakken:
Naam
Periode
Credits
Code
Overheid en privaatrecht
Periode 1
6.0
R_Overh.priv
Overheidschadevergoeding Periode 2 srecht
6.0
R_OvSVR
Overheidsrechtspersonenre Periode 3 cht
3.0
R_OvRpR
Bachelor Rechtsgeleerdheid, 3e jaar - Profiel Privaatrecht voor de algemene rechtspraktijk Vakken:
Naam
Periode
Credits
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
Code 6-3-2013 - Pagina 8 van 128
Aansprakelijkheidsrecht
Periode 2
6.0
R_AansprHR
Consumentenrecht
Periode 1
6.0
R_Consu
Familie- en gezondheidsrecht
Periode 3
3.0
R_FamGezR
Bachelor Rechtsgeleerdheid, 3e jaar - Profiel Recht en Maatschappij Vakken:
Naam
Periode
Credits
Code
Cybercrime
Periode 3
3.0
R_Cybercr
Recht en praktijk
Periode 1
6.0
R_RechtPra
Recht, politiek en moraal: medische biotechnologie
Periode 2
6.0
R_Rpmmb
Bachelor Rechtsgeleerdheid, 3e jaar - Profiel Actuele dilemma's in de strafrechtspleging Vakken:
Naam
Periode
Credits
Code
Dilemma's in het materiële strafrecht
Periode 2
6.0
R_DilmMaStr
Dilemma's in het sanctierecht
Periode 3
3.0
R_DilmSanRe
Dilemma's in het strafprocesrecht
Periode 1
6.0
R_DilmStrpr
Bachelor Rechtsgeleerdheid, 3e jaar - Profiel Transnational Legal Studies Vakken:
Naam
Periode
Credits
Code
Current Issues in Transnational Law
Period 3
3.0
R_CIsTrL
Internet Governance
Period 1
6.0
R_InternGov
Risk, Security and Law
Period 2
6.0
R_RiskSecL
Bachelor Rechtsgeleerdheid, 3e jaar - Profiel Verbintenissenrecht in Europees en historisch perspectief Vakken:
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 9 van 128
Naam
Periode
Credits
Code
Verdieping verbintenissenrecht in Europees en historisch perspectief
Periode 1+2+3
15.0
R_VerdVerbR
Bachelor Criminologie, 3e jaar - Minor Forensische criminologie Vakken:
Naam
Periode
Credits
Code
Forensische linguïstiek A, introductie
Periode 1
6.0
L_NCBAALG006
Forensische psychiatrie
Periode 1
6.0
R_For.psyC
Penitentiair recht
Periode 3
6.0
R_Penol
Rechtspsychologie en bewijs
Periode 2
6.0
R_R.psy.bew
Reclassering
Periode 2
6.0
R_Reclass
Honoursprogamma (Fac. RCH) Vakken:
Naam
Periode
Credits
Code
Klassieke teksten
Periode 1+2
6.0
R_Klas.tkst
Recht en medische biotechnologie
Periode 5+6
6.0
R_R.medBio
Aansprakelijkheidsrecht Vakcode
R_AansprHR (211218)
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coördinator
dr. mr. K.A.P.C. van Wees
Docent(en)
prof. mr. A.J. Akkermans, mr. E.M. Hoogeveen
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkcollege
Doel vak Het vak Aansprakelijkheidsrecht bouwt voort op de basiskennis die is verworven in het vak Beginselen privaatrecht II/Inleiding verbintenissenrecht. Doel is de verbreding en verdieping van de kennis op het terrein van het algemene aansprakelijkheidsrecht, waaronder de regels over de persoonlijke en kwalitatieve aansprakelijkheid, over causaliteit en schadevergoeding. Niet alleen moeten de wetsartikelen
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 10 van 128
waarin deze regels zijn vervat, efficiënt en doeltreffend kunnen worden toegepast, maar ook moet men raad weten met de onvolkomenheden en open einden van het wettelijke systeem, zoals die mede een rol spelen in de rechtspraak. Inhoud vak Onrechtmatige daad onder andere in het geval van gevaarzetting, sporten spelsituaties, beroepsaansprakelijkheid en zuiver nalaten; kwalitatieve aansprakelijkheden: productaansprakelijkheid, werkgeversaansprakelijkheid, aansprakelijkheid voor opstal, dieren etc.; schadevergoeding; verjaring; meervoudige causaliteit. Onderwijsvorm Op de hoorcolleges behandelen de docenten de hoofdlijnen van de stof en belichten zij moeilijke onderdelen. Op de werkcolleges staat het oefenen met de stof centraal aan de hand van casus. Derhalve wordt van de studenten een actieve voorbereiding en deelname verwacht. Literatuur A.J. Verheij, Monografieën privaatrecht deel 4, Onrechtmatige daad, Deventer: Kluwer 2005; De overige verplichte literatuur, jurisprudentie en aanvullende informatie (waaronder alle vakinformatie) zijn te vinden op Blackboard. Voor wat betreft de jurisprudentie kan eveneens gebruik worden gemaakt van de arrestenbundel T.A.W. Sterk, Arresten Burgerlijk Recht, Deventer: W.E.J. Tjeenk Willink, meest recente druk. Deze bundel wordt ook voorgeschreven bij de vakken Contractenrecht en Goederenrecht. Vereiste voorkennis Ingangseis studenten Notarieel recht: Voor studenten Notarieel recht gestart in het studiejaar 2009/2010 of eerder geldt voor deelname aan tweedejaarsvakken in 2010/2011: 39 ec uit het eerste bachelorjaar, inclusief: - het vak Inleiding goederenrecht of Beginselen privaatrecht I - het vak Inleiding verbintenissenrecht of Beginselen privaatrecht II. Voor studenten Notarieel recht gestart in het studiejaar 2010/2011 geldt voor deelname aan tweedejaarsvakken: 42 ec uit het eerste bachelorjaar, inclusief: - het vak Inleiding goederenrecht - het vak Inleiding verbintenissenrecht. Ingangseis studenten Rechtsgeleerdheid: - een afgerond eerste bachelorjaar Rechtsgeleerdheid
American Literature 1900-present Course code
L_ELBAELK207 ()
Period
Period 2+3
Credits
6.0
Language of tuition
English
Faculty
Faculteit der Letteren
Coordinator
dr. B. Boter
Teaching staff
dr. B. Boter
Teaching method(s)
Seminar
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 11 van 128
Course objective This course introduces students to American texts (prose, poetry, and drama) to provide a literary-historical overview of the most significant themes and developments of these bodies of literature from 1900 to 2000. Students are asked to analyse how American literature has developed in this period and especially how literature reflects history and how history has influenced literary styles and themes. The written exam tests the students' insights into the most prominent themes discussed during class. For the essay students are asked to write a coherent and independent analysis of one or more aspects of twentieth-century literature. Students will be assessed on the ability to write, originally and with clarity, on both details and overarching themes in their chosen texts. Course content The twentieth century is often referred to as ‘the American Century’. This course focuses on the question of how the United States coped with this success and what the flipside of this success was. We wil focus on the emancipation of women and of African Americans, but also on the Cold War as represented in literature. Form of tuition The course is taught in seven seminars. Students are expected to have prepared the text(s) before class and should be ready to discuss them with their peers and instructor. Students can choose their own topic for the essay as long as it is related to one of the authors and/or texts discussed in class. Type of assessment Exam at the end of periode 2 (40 percent); an essay (40 percent); participation/attendance/blackboard discussions (20 percent). Course reading Primary literature: Margaret Atwood, Surfacing (Anchor); Peter Barry, Beginning Theory (Manchester UP); William Faulkner, As I Lay Dying (Vintage); F. Scott Fitzgerald, The Great Gatsby (Penguin); J.D. Salinger, The Catcher in the Rye (Penguin); Toni Morrison, Song of Solomon (Vintage). Secondary literature: Students need to find appropriate secondary sources for their essay themselves. Entry requirements Ordinarily students will have to have finished all the first-year courses. Please contact the instructor if you do not fulfill this requirement and want to follow this course anyway. Target group Second-year students of Literatures in English; premaster-students of English; exchange students; students following the American Studies minor; optional course for third-year students of Literary Studies. Remarks This course is taught in English; attendance is compulsory; exchange students need to contact the lecturer before registering for this course. This course is part of the transition program of third year English Literature.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 12 van 128
Analyselab Vakcode
S_AL ()
Periode
Periode 3
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. G.G. van de Bunt
Docent(en)
dr. S. Utz, drs. B. Slijper, prof. dr. H.J. Groenewegen, dr. G.G. van de Bunt
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkgroep
Doel vak Na afloop van deze cursus kan de student: - vanuit een inhoudelijk probleem hypothesen opstellen en toetsen; - gangbare analysetechnieken in survey-, netwerk- en experimenteel onderzoek op elementair niveau toepassen; - resultaten interpreteren en onderzoeksbevindingen duidelijk rapporteren en relateren aan de probleemstelling. Inhoud vak Na tijdens de meer inhoudelijk georiënteerde vakken van de minor ‘Informatiesamenleving en Netwerken’ te hebben gewerkt aan het ontwikkelen van een probleemstelling en het verzamelen van de benodigde gegevens om afgeleide hypothesen te toetsen is het Analyselab een intensieve afsluiting van de minor. Op basis van inhoudelijke voorkeur worden (maximaal) vier groepen gevormd. Tijdens de bijeenkomsten wordt (waarschijnlijk in duo’s) gewerkt aan een onderzoekspaper dat aansluit bij een van de kernthema’s van de minor. In het paper wordt vanuit de literatuur een probleemstelling ontwikkeld van waaruit hypothesen worden afgeleid. Om deze hypothesen te kunnen toetsen wordt daarom (parallel aan het werken aan het onderzoekspaper) een overzicht van gangbare analysemethoden besproken en onder begeleiding geoefend. Deze methoden zijn grotendeels al aan bod gekomen tijdens de overige minorvakken. Tijdens de practica wordt geoefend op bestaande data, maar ook op zelf verzamelde data (die ook de basis vormen van het onderzoekspaper). De kennis en vaardigheden worden getoetst aan de hand van computeropdrachten. Het analysedeel van het lab begint met een hoorcollege waarin de basisprincipes van enkele statistische methoden (op BSc1-niveau) worden herhaald. De onderzoekspapers worden gepresenteerd tijdens een afsluitende bijeenkomst, waarbij elk duo tevens optreedt als reviewer van een van de andere onderzoekspapers. Het analyselab is een intensief vak waar studenten vier volle weken werken aan een onderzoekspaper. Tijdens de werkcolleges wordt een streng schema van deadlines gehanteerd. Aanwezigheid is tijdens alle bijeenkomsten verplicht. De computeropdrachten, het onderzoeksverslag en de presentatie is in duo’s, het schrijven van een review gebeurt individueel. Onderwijsvorm Hoorcolleges, werkcolleges, practica Toetsvorm
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 13 van 128
Als participatie en presentatie als voldoende worden beoordeeld wordt het eindcijfer bepaald door de computeropdrachten (40%), onderzoeksverslag (50%), review (10%). Vereiste voorkennis Deelname aan de vier inhoudelijke vakken van de minor 'Informatiesamenleving en Netwerken' is voorwaardelijk voor deelname aan het analyselab.
Antieke numismatiek Vakcode
L_BEBAALG004 ()
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Letteren
Coördinator
dr. J.G. Aarts
Docent(en)
dr. J.G. Aarts
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Excursie
Doel vak Het college heeft als doel: inzicht te krijgen in de verschijningsvormen van Griekse, Keltische en met name Romeinse munten (materiaalkennis); kennismaking met determinatie van Romeinse munten; het verwerven van kennis met betrekking tot de volgende onderwerpen: geschiedenis van het geld in de Griekse, Keltische en Romeinse wereld; functie en karakter van geld in de Oudheid; de rol van geld in macro-economische theorieën m.b.t. het Romeinse rijk; actuele onderzoeksthema's uit het Romeinse archeologisch-numismatisch veld; kwantitatieve methoden en technieken in numismatisch onderzoek. Inhoud vak College 1: inleiding. wat is antieke numismatiek? wat is het verschil tussen munten en geld? Hoe werden munten gemaakt? Stempels en stempelkoppeling. College 2: Geschiedenis van het geld in Europa en West-Azië: de oorsprong van geld; geld in de griekse wereld; college 3: Geschiedenis van het geld in Europa en West-Azië: geld in de keltische en romeinse wereld. College 4: practicum determineren (Romeinse) munten. College 5: inleiding in archeologisch-numismatisch onderzoek; verschillende onderzoeksniveau's; de analyse van muntvondsten op siteniveau. College 6: inleiding in archeologisch-numismatisch onderzoek; de analyse van muntvondsten op site-niveau (vervolg); regionale en supraregionale perspectieven; munten en de oud-historicus; belasting en lange-afstands-handel. College 7: inleiding in archeologischnumismatisch onderzoek; het antropologisch perspectief; geld en de morele economie. Onderwijsvorm Hoorcollege; excursie. Toetsvorm Tentamen (80%); opdrachten (20%). Beoordeling in cijfers (0-10). Literatuur
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 14 van 128
Aarts, J., 2000: Coins or money. Exploring the monetization and functions of Roman coinage in Belgic Gaul and Lower Germany 50 BC-AD 450, 235-244. Dissertatie VU. Aarts, J.G., 2003: Monetization and army recruitment in the Dutch river area in the early 1st Century AD, in: Grünewald & S. Seibel (eds), Kontinuität und Diskontinuität, Germania inferior am Beginn und am Ende der Römischen Herrschaft, Berlin/NY, 162180. Burnett, A. 1987: Coinage in the Roman World, London, 17-140. Carradice, I. & M. Price, 1988: Coinage in the Greek World, London, 928, 48-63, 89-103. Crawford, 1970: 'Money and exchange in the Roman World' in: Journal of Roman Studies 60, 40-48. Duncan-Jones, R.P. 1990: Structure and Scale in the Roman Economy, Cambridge, hoofdstuk 12, 30-47 en 187-198. Hopkins, K., 1980: 'Taxes and trade in the Roman empire (200 BC-AD 400)', in: Journal of Roman Studies, 70, 101-125. Howgego, C., 1994: 'Coin circulation and the integration of the Roman economy', in: Journal of Roman Archaeology, 7, 5-21. Von Reden, S., 202: Money in the ancient economy: A survey of recent research, in: Klio 84-1 (2002), 141174. Reece, R.M., 1988: 'Interpreting Roman hoards' in: World Archaeology 20 (vol. 2), 261-269. Doelgroep In 2011-2012 eenmalig verplicht in het overgangsprogramma voor 3e jaars studenten Archeologie; als keuzeonderdeel voor 3e jaars studenten Oudheidkunde, Geschiedenis, GLTC en studenten van andere opleidingen met belangstelling voor numismatiek. Overige informatie Alleen als deel van het minoraanbod.
Bachelor scriptie Vakcode
R_B.scriptie (200385)
Periode
Periode 2+3, Periode 5+6
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coördinator
drs. W.W.H. Cornelissen
Docent(en)
drs. W.W.H. Cornelissen
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Doel vak De student is in staat om: - een eenvoudig rechtswetenschappelijk onderzoek te verrichten en daarvan schriftelijk verslag te leggen in de vorm van een goed rechtswetenschappelijk betoog van substantiële omvang; - met een grote mate van zelfstandigheid een rechtswetenschappelijke probleemstelling te formuleren; - in antwoord op de geformuleerde probleemstelling een beargumenteerd oordeel te vormen en/of een beargumenteerd standpunt in te nemen; - de relevante rechtsbronnen en vakliteratuur te verzamelen, te selecteren en te beoordelen en beschikt over de voor het scriptieonderzoek relevante juridische en/of rechtswetenschappelijke vakkennis. Onderwijsvorm
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 15 van 128
Hoorcollege + individuele begeleiding. Toetsvorm Eén paper (werkstuk/opdracht). Vereiste voorkennis Ingangseis: 120 bachelorstudiepunten bacheloropleiding Rechtsgeleerdheid/Notarieel recht, inclusief: - een afgerond eerste bachelorjaar Rechtsgeleerdheid/Notarieel recht - het vak Rechtzoeken Na het verstrijken van de inschrijftermijn kan er niet meer voor het vak worden aangemeld, ook niet via de Student Service Desk.
Bedrijfseconomie I Vakcode
R_BedrEcI (200386)
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coördinator
mr. drs. P.R. de Geus
Docent(en)
mr. drs. P.R. de Geus
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Doel vak Het verkrijgen van voldoende kennis op het voor juristen relevante terrein van de bedrijfseconomie en jaarrekeningenrecht. Het einddoel is dat de student op elementair niveau een financiele administratie kan lezen en bekend is met de relevante wetgeving op het gebied van de financiele administratie voor ondernemingen. Inhoud vak De verplichting voor ondernemingen om een financiele administratie bij te houden is opgenomen in Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek. Het jaarrekeningenrecht is dus onderdeel van het ondernemingsrecht. Daarnaast zijn er ook verplichtingen opgenomen in de Wet op de Inkomstenbelasting 2001 en de Wet op de Vennootschapsbelasting 1969. Zowel de civiele als de fiscale wetgeving met betrekking tot een jaarrekening (balans, winst- en verliesrekening en toelichting) zullen bij dit vak uitgebreid aan bod komen. Onderwerpen die behandeld worden: Wet- en regelgeving, Balans, Winst- en Verliesrekening, Vermogensvergelijking Kasstroomoverzicht, (notariele) boekhouding, Journaliseren, Financiele analyse en Waardebepaling. Onderwijsvorm gecombineerde hoor- en werkcolleges. Toetsvorm Schriftelijk tentamen
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 16 van 128
Literatuur *Jaarrekeninglezen voor juristen, 978-90-5454-657-3, Boom, Den Haag, 32 euro, P.R. de Geus, J. Scholten en C. Klumper *Jaarrekening MKB 2011, Voor grote, middelgrote en kleine ondernemingen, A.H. Groot RA (red.), Kluwer, Deventer, 43,50euro , EAN: 9789013077025 *Documenten op blackboard. Vereiste voorkennis Inganseisen studenten Rechtsgeleerdheid: - een afgerond eerste bachelorjaar Rechtsgeleerdheid Ingangseis studenten Notarieel recht: Voor studenten Notarieel recht gestart in het studiejaar 2009/2010 of eerder geldt voor deelname aan tweedejaarsvakken in 2010/2011: 39 ec uit het eerste bachelorjaar. Voor studenten Notarieel recht gestart in het studiejaar 2010/2011 geldt voor deelname aan tweedejaarsvakken: 42 ec uit het eerste bachelorjaar.
Bedrijfseconomie II Vakcode
R_BedrEcII (200387)
Periode
Periode 3
Credits
3.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coördinator
mr. drs. P.R. de Geus
Docent(en)
mr. drs. P.R. de Geus
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Doel vak Het verkrijgen van voldoende kennis op het voor juristen relevante terrein van de bedrijfseconomie en jaarrekeningenrecht. Het einddoel is dat de student op voortgezet niveau een financiele administratie kan lezen en bekend is met de relevante wetgeving op het gebied van de financiele administratie voor ondernemingen. Inhoud vak De verplichting voor ondernemingen om een financiele administratie bij te houden is opgenomen in Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek. Het jaarrekeningenrecht is dus onderdeel van het ondernemingsrecht. Daarnaast zijn er ook verplichtingen opgenomen in de Wet op de Inkomstenbelasting 2001 en de Wet op de Vennootschapsbelasting 1969. Zowel de civiele als de fiscale wetgeving met betrekking tot een jaarrekening (balans, winst- en verliesrekening en toelichting) zullen bij dit vak uitgebreid aan bod komen. Onderwerpen die behandeld worden: Holdingstructuren, Kapitaalbelangen, Consolidatie, Discontinuiteit en reorganisatie, Fusie (aandelenbedrijfs- en juridische fusie). Onderwijsvorm Gecombineerde hoor- en werkcolleges. Toetsvorm
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 17 van 128
Schriftelijk tentamen Literatuur *Jaarrekeninglezen voor juristen, 978-90-5454-657-3, Boom, Den Haag, 32 euro, P.R. de Geus, J. Scholten en C. Klumper *Jaarrekening MKB 2011, Voor grote, middelgrote en kleine ondernemingen, A.H. Groot RA (red.), Kluwer, Deventer, 43,50 euro, EAN: 9789013077025 *Documenten op blackboard. Vereiste voorkennis Ingangseis studenten Notarieel recht: - afgerond eerste bachelorjaar Notarieel recht - het vak Bedrijfseconomie I. Ingangseisen studenten Rechtsgeleerdheid: - afgerond eerste bachelorjaar Rechtsgeleerdheid.
Beginselen bestuursrecht Vakcode
R_Beg.best.r (200128)
Periode
Periode 3
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coördinator
prof. mr. J. Struiksma
Docent(en)
prof. mr. J. Struiksma
Lesmethode(n)
Werkgroep, Hoorcollege
Doel vak Het doel van dit vak is het kunnen redeneren met behulp van de kern van het bestuursrechtelijk begrippenapparaat, waarop later in de bachelorfase wordt voortgeborduurd in de bestuursrechtelijke vakken. Uiteindelijk gaat het om het toepassen van algemene regels (wet en jurisprudentie) op bijzondere gevallen, maar ook om het afleiden van algemene kennis uit verschillende bijzondere gevallen. De eerste manier van een concrete bestuursrechtelijke rechtsvraag (het oplossen van een casus); de tweede manier is aan de orde bij discussies over de ontwikkeling van (onderdelen) van het bestuursrecht. In het vak Beginselen bestuursrecht ligt de nadruk op de eerste manier van redeneren: het analyseren en oplossen van juridische vraagstukken. Tevens leren studenten kritisch reflecteren op regelgeving en rechtspraak. Inhoud vak Na een algemene kennismaking met het bestuursrecht, zullen worden besproken de organisatie van het openbaar bestuur, de toedeling van de bevoegdheden aan bestuursorganen en de verschillende wijzen waarop het bestuur in het dagelijks leven kan ingrijpen. Voorts wordt ingegaan op de bestuursrechtelijke normen die door het bestuur bij de uitoefening van zijn bevoegdheden in acht genomen moeten worden. Daarnaast zal enige aandacht worden besteed aan de handhaving van bestuursrechtelijke regels. Tot slot zullen de beginselen van het systeem van rechtsbescherming tegen de overheid aan de orde worden gesteld.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 18 van 128
Onderwijsvorm Hoorcolleges en werkgroepen. Toetsvorm Multiple-choice-tentamen. Literatuur F.C.M.A. Michiels, Hoofdzaken van het bestuursrecht.
Beginselen Europees recht Vakcode
R_Beg.Eur.r (200130)
Periode
Periode 5
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coördinator
prof. dr. J.W. Sap
Docent(en)
prof. dr. J.W. Sap, prof. dr. G.T. Davies
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Bijeenkomst
Doel vak Het thuis zijn in de elementaire begrippen van het recht van de Europese Unie, het beschikken over denk- en redeneervaardigheden die nodig zijn voor het systematisch en creatief kunnen toepassen van deze begrippen op een casus, het kunnen analyseren van arresten van het Hof van Justitie van de EU en het inzicht hebben in het ingewikkelde bouwwerk van de Europese Unie sinds de inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon. Inhoud vak Aan de orde komen de algemene kenmerken van het recht van de Europese Unie, de institutionele structuur, de besluitvorming, de bronnen en doorwerking van het Europese recht, rechtsbescherming, marktintegratie, gemeenschappelijke regels en externe betrekkingen. Onderwijsvorm Het hoorcollege heeft het karakter van een algemene inleiding met veel aandacht voor het vergroten van inzicht in de beginselen van Europees recht. Daarnaast worden werkgroepen gegeven, waarin dieper op specifieke onderdelen van de stof wordt ingegaan en de stof wordt toegepast op concrete casusposities. Voor de hoor- en werkgroepen is een actieve voorbereiding vereist en dient de student te beschikken over een actuele bundel met de Europese basisverdragen. Toetsvorm Schriftelijk tentamen met open vragen. Bij het tentamen mag gebruik worden gemaakt van een niet-geannoteerde bundel met de verdragen en de arrestenbundel. Literatuur - Hoorcolleges- en werkgroepenstof; - F. Amtenbrink en H.H.B. Vedde, Recht van de Europese Unie. Den Haag, Boom, 2010, laatste druk; - J.W. Sap en M.L. Smit (red); Jurisprudentie Europees recht 1963 2011. Nijmegen, Ars Aequi, 2012, laatste druk; - Werkboek Beginselen Europees recht, 2011-2012 (verkrijgbaar in de VU-
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 19 van 128
boekhandel).
Beginselen staatsrecht Vakcode
R_BegSta (200136)
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coördinator
dr. A.J. Overbeeke
Docent(en)
dr. A.J. Overbeeke, prof. mr. A.E. Schilder
Lesmethode(n)
Bijeenkomst, Werkgroep, Hoorcollege
Doel vak Het kennen van de elementaire begrippen van het nationale en het internationale publiekrecht, het kunnen toepassen van deze begrippen op een eenvoudige casus en het inzicht hebben in het functioneren van een democratische rechtsstaat, mede binnen de internationale rechtsorde. Inhoud vak Vanuit het perspectief van de democratische rechtsstaat komen aan de orde de betekenis van constitutie, grondwet en verdragen; de ontwikkeling, inrichting en werking van de parlementaire democratie; de betekenis van de grondrechten; alsmede de verschillende soorten regelgeving. Onderwijsvorm Het hoorcollege heeft het karakter van een algemene inleiding. Daarnaast worden werkgroepen/werkcolleges verzorgd, waarin dieper op de verschillende onderdelen van de stof wordt ingegaan. Tijdens de werkgroepen wordt een actieve deelname verwacht in die zin, dat de vragen en opdrachten moeten worden voorbereid. Men dient daarbij altijd een wetgevingsbundel paraat te hebben. Toetsvorm Schriftelijk tentamen. Literatuur Hoor- en werkcollegestof; Prof. mr. A.D. Belinfante / mr. J.L. de Reede, Beginselen van het Nederlandse staatsrecht, Deventer, Kluwer, recentste druk; Eventuele aanvullende literatuur wordt later bekend gemaakt. Overige informatie Spreekuur: volgens afspraak.
Beginselen strafrecht Vakcode
R_BegstrR (200122)
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 20 van 128
Coördinator
mr. B. de Wilde
Docent(en)
mr. S.M. Cornelissen-Sjoberg, mr. C.J. Petiet, mr. B. de Wilde, mr. H.M. van Stein Callenfels, mr. J. Bijlsma
Lesmethode(n)
Werkgroep, Bijeenkomst, Hoorcollege
Doel vak Het doel van dit vak is het verschaffen van kennis van en inzicht in het Nederlandse strafrecht en in het bijbrengen van de vaardigheid om volgens een methode van rechtsvinding casusvragen op het gebied van het strafrecht te beantwoorden. Inhoud vak De belangrijkste onderwerpen van het materiële strafrecht (bijv. opzet, strafuitsluitingsgronden en poging) en van het formele strafrecht (bijv. dwangmiddelen en bewijsrecht) worden aan de orde gesteld. Het materiële en het formele strafrecht worden zoveel mogelijk als geïntegreerd systeem behandeld. De internationale inbedding van het Nederlandse strafrecht komt aan de orde doordat aandacht wordt besteed aan de rol van Europese mensenrechten. Onderwijsvorm Hoorcolleges Tijdens de hoorcolleges wordt het onderwerp van de desbetreffende week ingeleid. Het onderwerp wordt in grote lijnen uiteengezet en wordt geïllustreerd aan de hand van voorbeelden. Werkgroepen Studenten die actief en diepgaand op de stof willen ingaan, kunnen deelnemen aan de intensieve werkgroepen. Voor deze werkgroepen is voorbereiding verplicht. De werkgroepopdrachten worden gepubliceerd op Blackboard. Iedere week maken casusvragen op tentamenniveau deel uit van de werkgroepopdrachten. Op deze manier worden studenten vertrouwd gemaakt met het beantwoorden van vragen aan de hand van de wet, het EVRM en de jurisprudentie. Werkcolleges Tijdens de werkcolleges worden de opdrachten voor de desbetreffende week besproken in hoorcollegevorm. Voor deze colleges wordt voorbereiding niet geëist, maar wel ten zeerste aanbevolen. Tijdens de werkcolleges komt dezelfde stof aan de orde als tijdens de werkgroepen. Op Blackboard wordt in de map Vakinformatie een document geplaatst waarin alle informatie te vinden is over de opzet van het vak, de onderwijsvormen, de verplichte literatuur en jurisprudentie en de toetsing. Eventuele wijzigingen in de opzet van het vak of in de stof worden gecommuniceerd via Blackboard Toetsvorm Het schriftelijke tentamen bestaat uit 20 meerkeuzevragen, twee open vragen en (onder voorbehoud) een taal-essayvraag. Studenten die alle werkgroepen hebben bijgewoond en voorbereid, worden in staat gesteld extra tentamenvragen te maken, waarmee een bonuspunt kan worden verdiend. Literatuur - M.J. Kronenberg & B. de Wilde, Grondtrekken van het Nederlandse strafrecht, Deventer: Kluwer 2010; - M. Bosch (red.), Arresten strafrecht/strafprocesrecht met annotaties,
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 21 van 128
Deventer: Kluwer 2010. Overige informatie Op Blackboard wordt in de map Vakinformatie een document geplaatst waarin alle informatie te vinden is over de opzet van het vak, de onderwijsvormen, de verplichte literatuur en jurisprudentie en de toetsing. Eventuele wijzigingen in de opzet van het vak of in de stof worden gecommuniceerd via Blackboard.
Belastingrecht I Vakcode
R_BelastI (211419)
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coördinator
mr. R.T.B.M. Gerritsen
Docent(en)
mr. A.G.M. Bout-van Dijk, mr. R.T.B.M. Gerritsen, mr. H.A. Brasz
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkcollege
Doel vak Het verwerven van elementaire kennis van het Nederlands belastingrecht op het gebied van de inkomstenbelasting, de vennootschapsbelasting en de omzetbelasting. Na het succesvol afronden van dit vak moet de student de fiscale gevolgen van juridische handelingen begrijpen en globaal kunnen duiden. Hiertoe dient men kennis te hebben van het positieve belastingrecht, zoals dat is vastgelegd in heffingswetten en inzicht te verwerven in de onderlinge samenhang van de verschillende belastingen. Inhoud vak In dit vak worden de hoofdlijnen van de inkomstenbelasting, de vennootschapsbelasting en de omzetbelasting behandeld. Tevens wordt globaal aandacht besteed aan formeelrechtelijke aspecten van de belastingheffing. Onderwijsvorm Er worden hoor- en werkcolleges gegeven gedurende twee keer twee uur per week. In de hoorcolleges wordt de stof uit de voorgeschreven studieboeken, die het positieve belastingrecht tot onderwerp hebben, verduidelijkt. In de werkcolleges wordt de theorie aan de hand van casus toegepast. Toetsvorm Schriftelijk tentamen (open vragen). Literatuur *L.G.M. Stevens, Eelementair belastingrecht voor Economen en Bedrijfsjuristen (theorieboek), Kluwer 2012/2013 *Pocket Belastingwetten 2012 Vereiste voorkennis Ingangseis:
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 22 van 128
- een afgerond eerste bachelorjaar Rechtsgeleerdheid/Notarieel recht
Belastingrecht II Vakcode
R_BelastII (211420)
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coördinator
mr. R.T.B.M. Gerritsen
Docent(en)
mr. R.T.B.M. Gerritsen, mr. A.G.M. Bout-van Dijk, mr. H.A. Brasz
Lesmethode(n)
Werkcollege, Hoorcollege
Doel vak Voortbordurend op het vak Belastingrecht I, vindt in het vak Belastingrecht II verdieping plaats op het gebied van de inkomstenbelasting en de vennootschapsbelasting. Na het succesvol afronden van dit vak moet de student de fiscale gevolgen van juridische handelingen begrijpen en globaal kunnen duiden. Hiertoe dient men kennis te hebben van het positieve belastingrecht, zoals dat is vastgelegd in heffingswetten en inzicht te verwerven in de onderlinge samenhang van de verschillende belastingen. Inhoud vak Er worden hoor- en werkcolleges gegeven gedurende twee keer twee uur per week. In de hoorcolleges wordt de stof uit de voorgeschreven studieboeken, die het positieve belastingrecht tot onderwerp hebben, verduidelijkt. In de werkcolleges wordt de theorie aan de hand van casus toegepast. Onderwijsvorm Hoor- en werkcolleges. Toetsvorm Schriftelijk Tentamen (open vragen). Literatuur *L.G.M. Stevens, Eelementair belastingrecht voor Economen en Bedrijfsjuristen (theorieboek), Kluwer 2011/2012 *Pocket Belastingwetten 2011. Vereiste voorkennis Ingangseis: - een afgerond eerste bachelorjaar Rechtsgeleerdheid/Notarieel recht.
Belastingrecht III Vakcode
R_BelastIII (211421)
Periode
Periode 3
Credits
3.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 23 van 128
Coördinator
mr. R.T.B.M. Gerritsen
Docent(en)
mr. R.T.B.M. Gerritsen, mr. A.G.M. Bout-van Dijk, mr. H.A. Brasz
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Doel vak Het verdiepen van de basiskennis uit de vakken belastingrecht I en II door deze toe te passen op aan de praktijk ontleende feitencomplexen in de vorm van cases, zodat men later in de praktijk fiscale aspecten kan onderkennen. Het belastingrecht is aan permanente verandering onderhevig. In verband hiermee is de studie van dit vak gericht op het leren onderkennen van de fiscale problematiek, die voortvloeit uit bepaalde juridische en economisch-maatschappelijke vraagstukken. Inhoud vak Er worden casusposities behandeld over de inkomstenbelasting en de vennootschapsbelasting. Onderwijsvorm Responsiecolleges. Toetsvorm De ingeleverde werkstukken worden wekelijks beoordeeld. Het eindcijfer is het gemiddelde van de ingeleverde werkstukken. Indien de werkcolleges onvoldoende resultaat opleveren, dient men deze (deels) over te doen. Literatuur *L.G.M. Stevens, Elementair belastingrecht voor economen en bedrijfsjuristen, Deventer, laatste druk 2011/2012; *Belastingwetten, Teksteditie, Kluwer, SDU of Vermande, uitgave 2011. *Alle beschikbare fiscale bronnen in de bibliotheek Vereiste voorkennis Ingangseis: - een afgerond eerste bachelorjaar Rechtsgeleerdheid/Notarieel recht
Bestuursrecht Vakcode
R_BestRe (200227)
Periode
Periode 5
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coördinator
mr. N. Jak
Docent(en)
prof. mr. S.E. Zijlstra, dr. A.R. Neerhof
Lesmethode(n)
Werkcollege
Doel vak Het vak Bestuursrecht heeft als doel de student te leren werken met het bestuursrechtelijke begrippenapparaat. Om dit doel te bereiken is het nodig dat men feitelijke kennis omtrent bestuursrechtelijke onderwerpen verwerft: wat is de organisatie van het bestuur, welke bevoegdheden zijn er, welke procedures gelden er etc. Bovendien leert Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 24 van 128
men de onderlinge verbanden tussen de verschillende onderwerpen doorzien: op welke wijze hangt de toekenning van bestuursbevoegdheden samen met de organisatie van het bestuur? En; hoe functioneert het openbaar bestuur, hoe is de relatie van het bestuur tot de burgers geregeld en wat is de rol van de rechter? Inhoud vak Bestuursrecht biedt een verdieping en verbreding ten opzichte van het vak Beginselen bestuursrecht uit het eerste bachelorjaar (de inhoud daarvan wordt dan ook bekend verondersteld). Tijdens de werkcolleges worden aan de hand van casusposities vragen behandeld. Je leert de vragen te beantwoorden volgens een vast stramien: over welk leerstuk gaat deze vraag, wat houdt het leerstuk in, welke feiten uit de casus heb ik nodig om te kunnen beoordelen of het leerstuk van toepassing is, hoe waardeer ik de casus in het licht van het leerstuk, wat is mijn conclusie? Het vak bestaat uit de volgende vier globale thema's die gedurende de werkcolleges nader worden uitgewerkt: - basisbegrippen (bestuursorgaan, besluit en belanghebbende), - normen voor het handelen van bestuursorganen (zoals de algemene beginselen van behoorlijk bestuur), - normen voor bijzonder handelen van bestuursorganen (zoals handhaving en privaatrechtelijk handelen) en - rechtsbescherming. Onderwijsvorm Er zijn uitsluitend werkcolleges, dus geen hoorcolleges of werkgroepen. In de werkcolleges worden, zo nodig na een inleiding waarin enkele knelpunten van de stof kort worden belicht, casusposities met daarop gebaseerde vragen behandeld. De studenten kunnen kiezen uit drie werkcollegegroepen (groep A, B en C); deze groepen verschillen van elkaar in benadering, waardoor de student de onderwijsvorm kan volgen die het beste bij hem of haar past. Zie verder op Blackboard voor een nadere toelichting van dit systeem. Toetsvorm Schriftelijk tentamen. Literatuur Prof. mr. R.J.N. Schlössels en prof. mr. S.E. Zijlstra, Bestuursrecht in de sociale rechtsstaat, 6e geheel herziene druk, onderwijseditie deel 1, Deventer: Kluwer 2010 alsmede eventuele nadere aanvullingen op Blackboard. Vereiste voorkennis Voor studenten Rechtsgeleerdheid/Notarieel recht gestart in het studiejaar 2009/2010 of eerder geldt voor deelname aan tweedejaarsvakken in 2010/2011: 39 ec uit het eerste bachelorjaar, inclusief: - het vak Beginselen bestuursrecht Voor studenten Rechtsgeleerdheid/Notarieel recht gestart in het studiejaar 2010/2011 geldt voor deelname aan tweedejaarsvakken: 42 ec uit het eerste bachelorjaar, inclusief: - het vak Beginslen bestuursrecht
Burgerlijk procesrecht en insolventierecht Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 25 van 128
Vakcode
R_BurgPI (200323)
Periode
Periode 4
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coördinator
mr. E.F. Groot
Docent(en)
mr. E.F. Groot, mr. H.L.G. Wieten, prof. mr. C.J.J.C. van Nispen
Lesmethode(n)
Werkcollege, Hoorcollege
Doel vak Het doel van dit vak is het kunnen redeneren met het procesrechtelijke en insolventierechtelijke begrippenapparaat. Daarbij gaat het om het toepassen van algemene kennis op bijzondere gevallen, maar ook om het afleiden van algemene kennis uit verschillende bijzondere gevallen, dus om het formuleren van een regel. Een nevendoel is dat men zich analytische (lezen, begrijpen en analyseren van rechtspraak, wetgeving en literatuur) en probleemoplossende (oplossing van casus) vaardigheden eigen maakt. Daartoe dient men juridisch relevante feiten uit een feitencomplex te kunnen selecteren en daarop de relevante rechtsregels te kunnen toepassen. Inhoud vak De volgende hoofdonderdelen komen aan de orde: de rechterlijke organisatie en de rol en bevoegdheid van de rechter; de dagvaardingsprocedure in eerste aanleg; de verzoekschriftprocedure en het kort geding, arbitrage, bewijs, rechtsmiddelen, executie- en beslagrecht en insolventierecht. Onderwijsvorm Wekelijks worden hoorcolleges en werkcolleges verzorgd. Tijdens de hoorcolleges behandelt de docent de hoofdlijnen van de stof en tijdens de werkcolleges worden casus behandeld. Toetsvorm Schriftelijk tentamen met multiple choice vragen. Literatuur -Studiereeks Burgerlijk Procesrecht, deel I tot en met VI, Kluwer, Deventer, laatste (!) drukken -C.J.J.C. van Nispen, A.W. Jongbloed en G.J. Meijer, Rechtspraak -Burgerlijk procesrecht, 6e druk, Sdu 2009; aanbevolen. -De op Blackboard voor de werkgroepen opgegeven arresten; deze staan in de aanbevolen arrestenbundel. Vereiste voorkennis Ingangseis: - een afgerond eerste bachelorjaar Rechtsgeleerdheid/Notarieel recht Doelgroep Het doel van dit vak is het kunnen redeneren met het procesrechtelijke en insolventierechtelijke begrippenapparaat. Daarbij gaat het om het toepassen van algemene kennis op bijzondere gevallen, maar ook om het afleiden van algemene kennis uit verschillende bijzondere gevallen, dus om het formuleren van een regel. Een nevendoel is dat men zich Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 26 van 128
analytische (lezen, begrijpen en analyseren van rechtspraak, wetgeving en literatuur) en probleemoplossende (oplossing van casus) vaardigheden eigen maakt. Daartoe dient men juridisch relevante feiten uit een feitencomplex te kunnen selecteren en daarop de relevante rechtsregels te kunnen toepassen.
Business Anthropology Course code
S_BA ()
Period
Period 1
Credits
6.0
Language of tuition
English
Faculty
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coordinator
prof. dr. A.H. van Marrewijk
Teaching staff
prof. dr. A.H. van Marrewijk
Teaching method(s)
Lecture, Study Group
Course objective Important goals in this module are: - Understand which anthropological theories and methods can contribute to organization and business perspectives. - Identify the different fields in which business anthropologists are hired. - Identify roles anthropology has to play in business as well as how anthropologists work within a business context. Course content This seminar explores how anthropological theories and methods have made significant contributions to the business world. Business anthropology is defined as applying anthropological theories and practices to the needs of private sector organizations, especially industrial business firms. Increasingly business anthropologists are hired in corporations in the fields of: - marketing and consumer behavior, - product design, - international business, - intercultural management, - cross cultural cooperation, - organizational cultural change. The seminar discusses these fields and the possibilities of organization anthropologists to acquire work and assignments as business anthropology is gaining importance and prestige in the business sector. Form of tuition Lectures and discussion groups (70%-30%). 12 lectures deal with most important fields of business anthropologists. Students will prepare and discuss three assignments. Type of assessment Students have to hand in all assignments before permitted for the final exam. The mark for the final exam determines the final mark. Course reading Tian, Robert G., Lillis, Michael P., and Van Marrewijk, Alfons H. (2010). General Business Anthropology. Miami, FL: North American
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 27 van 128
Business Press. 340pp. Target group Bachelor students Remarks - It is obligatory to sign up for a course, for more information on dates to sign up, go to www.fsw.vu.nl/schedules. - Presence in discussion groups is obligatory.
Cognitive Neuroscience Course code
AB_1056 ()
Period
Period 1
Credits
6.0
Language of tuition
English
Faculty
Fac. der Aard- en Levenswetenschappen
Coordinator
dr. S. van der Sluis
Teaching method(s)
Practical, Computer lab, Study Group, Lecture
Course objective Introduction to neurogenomics; understanding the biological mechanisms underlying cognitive processes Course content In this course students examine how the brain perceives the outside world and how this leads to cognitive behavior. There is a general introduction into neurogenomics, after which the biological basis of cognitive processes such as perception, consciousness, language, learning, memory, sleep, emotion, decision and stress will be discussed. Various techniques (e.g., MRI, EEG, histology) to study the brain will be demonstrated during practicals. Form of tuition Lectures, practicals, workgroups, student presentations Type of assessment Exam and presentation Course reading Please note: information updated August 16. "Foundations Of Behavioral Neuroscience" by N.R. Carlson (Pearson Education (US)) Remarks Part of minor Brain and Mind Central Academic Skill: Writing a summary / abstract
Consumentenrecht Vakcode
R_Consu (200327)
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 28 van 128
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coördinator
mr. J.W. Rutgers
Docent(en)
mr. J.W. Rutgers
Lesmethode(n)
Werkcollege
Doel vak Het doel van dit vak is het verkrijgen van kennis en inzicht in het consumentenvermogensrecht vanuit zowel een theoretisch als een praktisch perspectief. In het bijzonder zal aandacht worden geschonken aan de rechtspositie van de consument en diens wederpartij. Tevens zal worden ingegaan op de interactie tussen het nationale recht en het Europese recht, nu een groot gedeelte van het consumentenrecht afkomstig is uit Europa Inhoud vak In de verschillende werkcolleges zal het contracten- en aansprakelijkheidsrecht met betrekking tot het consumentenrecht worden besproken. Hierbij moet gedacht worden aan de rol van algemene voorwaarden in consumentenovereenkomsten, of een reiziger recht heeft op schadevergoeding bij vertraging van een vliegreis. Daarnaast zal worden ingegaan op de invloed van de richtlijn oneerlijke handelspraktijken op het Nederlandse burgerlijke recht. Ten slotte komt aan de orde op welke wijze het consumentenrecht kan worden gehandhaafd. Onderwijsvorm Een combinatie van hoor- en werkcollege. Toetsvorm Tentamen Literatuur Nader bekend te maken. Vereiste voorkennis Ingangseis: - een afgerond eerste bachelorjaar Rechtsgeleerdheid Aanbevolen voorkennis Het vak Contractenrecht en goederenrecht of de vakken Contractenrecht en Goederenrecht.
Contractenrecht en goederenrecht Vakcode
R_ConGoed (200225)
Periode
Periode 2+3
Credits
9.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coördinator
prof. mr. C.E.C. Jansen
Doel vak voorhet onderdeel contractenrecht worden de volgende leerstukken behandeld: uitleg, aanvulling en beperking van de inhoud van
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 29 van 128
overeenkomsten; onvoorziene omstandigheden; algemene voorwaarden; nakoming en de gevolgen van niet-nakoming van overeenkomsten; overeenkomsten en derden. Onderwijsvorm Tijdens de hoorcolleges behandelen de docenten de hoofdlijnen van de stof en belichten zij moeilijke onderdelen. In aanvulling op de hoorcolleges worden extensieve werkcolleges verzorgd waarbij kort de antwoorden op de casusposities uit het werkboek zullen worden besproken en waarbij gelegenheid bestaat tot het stellen van vragen die niet tijdens de hoorcolleges aan de orde zijn gekomen. Voor deze extensieve werkcolleges wordt een actieve voorbereiding en deelname van studenten aanbevolen. Toetsvorm Schriftelijk tentamen. Literatuur Werkboek Contracten- en Goederenrecht 2011-2012 (onderdeel Contractenrecht) en de overige daarin bekendgemaakte literatuur voor dat onderdeel. Vereiste voorkennis Voor studenten Rechtsgeleerdheid/Notarieel recht gestart in het studiejaar 2009/2010 of eerder geldt voor deelname aan tweedejaarsvakken in 2010/2011: 39 ec uit het eerste bachelorjaar, inclusief: - het vak Inleiding goederenrecht of Beginselen privaatrecht I - het vak Inleiding verbintenissenrecht of Beginselen privaatrecht II Voor studenten Rechtsgeleerdheid/Notarieel recht gestart in het studiejaar 2010/2011 geldt voor deelname aan tweedejaarsvakken: 42 ec uit het eerste bachelorjaar, inclusief: - het vak Inleiding goederenrecht - het vak Inleiding verbintenissenrecht
Culture and Citizenship Course code
S_CC ()
Period
Period 2
Credits
6.0
Language of tuition
English
Faculty
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coordinator
dr. A.J. Salman
Teaching staff
dr. A.J. Salman
Teaching method(s)
Lecture
Course objective Students gain knowledge of and insight in the differences in perceptions of citizenship rights and democracy, both based on ethnography and in the setting of the contemporary celebration of the right to cultural difference. Additionally, they reflect on the dilemmas contained in today's controversies on, on the one hand, fostering and respecting cultural difference, and on the other hand the struggle for human rights universals.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 30 van 128
Course content It is the cultural right of an ethnic or religious community to administer internal justice in accordance with its traditions. It is however also the ‘universal’ right of any accused to be held innocent until proven guilty, to physical integrity and to a lawyer of one's choice. In this course we will reflect upon the uneasy merger of the vocabulary of the judiciary, ‘rights’ and universal ethics on the one hand, with the idiom of cultural traditions and identities on the other. First, we will look into different 'cultured' perceptions of notions such as (human, citizen) rights, 'good' politics and politicians, and democratic rule. The cases will illustrate that no such thing as a shared interpretation exists on what rights and democracy exactly mean. Next, we will look into current cultural and ethnic pleas to be entitled to different views and practices with regard to (individual) freedoms and political rule. Finally, we will reflect upon the consequences of these findings for the universalist claim with regard to democracy and individual human and citizen rights. The course will be anthropological in approach, not anchored in political sciences or law studies. The regional emphasis in this course will be on Latin America. Form of tuition Lectures and class discussions. Type of assessment Two written assignments during the course (25%), final take home exam (75%). Course reading A compilation of book chapters and articles; most of which will be digitally available. Target group Obligatory course in Minor Development Studies; elective course for students in PMC SCA; optional course for 2nd and 3rd year Bachelor’s students and the Exchange Programme. Remarks This course is open to students from various disciplines who have completed their first year of their Bachelor programme. Students are invited to participate in discussion in class.
Current Issues in Transnational Law Course code
R_CIsTrL ()
Period
Period 3
Credits
3.0
Language of tuition
English
Faculty
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coordinator
dr. U. Belavusau LLM
Teaching staff
prof. dr. G.T. Davies
Teaching method(s)
Lecture
Course objective
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 31 van 128
This course shows students the influence of transnational problems and policies on the law. Via guest speakers and academic literature it introduces them to current topics and research in transnational law. This helps them place national law in its broader context, gives them a deeper understanding of European and international law and their function, and prepares them for advanced courses at masters level. Students will have to read and analyse academic literature, and engage in active discussion of current issues, as well as formulating problems and questions. Analysis, oral presentation, and research skills are therefore the major skills in this course. Course content A selection of (usually 3) topics of current importance will be treated. Guest speakers will be invited, students will be asked to read their work in advance. The students will then discuss this work and prepare questions before hearing the guest. Topics will vary from year to year, but will include both international and European legal concerns. They may be related to e.g. international conflicts and security, international trade and economic policy, climate and environmental problems, and the operation of international institutions. Form of tuition Seminars (interactive discussion). Type of assessment Paper Course reading Articles made available during or before the course.
Current Issues of Migration Law Course code
R_CurMLaw (200994)
Period
Period 3
Credits
3.0
Language of tuition
English
Faculty
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coordinator
prof. mr. T.P. Spijkerboer
Teaching staff
prof. mr. T.P. Spijkerboer
Teaching method(s)
Training
Course objective • to understand and discuss a academic texts • to give an oral presentation • participation in seminars Course content During this course, small groups of students will discuss one or more academic texts and/or other materials, such as films, (seminar-style), on the basis of presentations by students. Form of tuition Seminars
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 32 van 128
Type of assessment Presentation (75%) and class participation. Course reading Will be announced on Blackboard. Entry requirements Entry requirements students Bachelor's degree programme Law (Rechtsgeleerdheid): - only open for students who have passed all the courses of the first bachelor year.
Cybercrime Vakcode
R_Cybercr ()
Periode
Periode 3
Credits
3.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coördinator
drs. R. van den Hoven van Genderen
Docent(en)
drs. R. van den Hoven van Genderen
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Doel vak Criminaliteit beperkt zich in onze samenleving niet tot het stelen van broden, roven van handtasjes of het overvallen van een bank. Een belangrijk deel van de criminele activiteiten spelen zich tegenwoordig af op het internet. Voor een deel gaat het hier om delicten die ook buiten internet om al stafbaar waren (belediging, bedreiging, diefstal), maar er zijn ook verschillende nieuwe delicten ontstaan. Voorbeelden hiervan zijn: • het platleggen van een internet-site, zoals bijvoorbeeld gebeurde toen Maxima en Willem-Alexander met de bevolking wilden chatten en waarvoor de daders gestraft zijn op grond van een zogenaamde DDOS-aanval; • het verspreiden van een worm of virus. Hiervoor is een Nederlandse jongen bestraft die met het Kournikova-virus een wereldwijde ontregeling van computerverkeer veroorzaakte • het hacken ofwel inbreken in een systeem, bijvoorbeeld een webcam: “De door verdachte gebruikte methode, inhoudende dat hij heimelijk, via de webcam, meisjes die zich ontkleedden kon bespieden, is een techniek die ten tijde van de totstandkoming van artikel 246 Sr. onbekend was. De rechtbank is van oordeel dat de rechter bij de uitleg van strafbepalingen die strekken tot bescherming van bepaalde rechten dient in te spelen op nieuwe technische mogelijkheden, één en ander voor zover dat past binnen de ratio en de taalkundige grenzen van de betreffende bepaling.” Dit laatste citaat toont dat het recht soms achter loopt bij de ontwikkelingen van de techniek. In algemene zin spelen bij regulering van ICT waar cybercrime onder valt de volgende vragen: - Zijn bestaande normen van toepassing? - Is nieuwe regulering noodzakelijk en/of wenselijk? - Moet regulering technologieneutraal zijn en hoe is dat te realiseren?
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 33 van 128
In dit vak leert de student beseffen dat het recht zich ontwikkelt en manifesteert in een maatschappelijke context. Hierbij wordt niet alleen ingegaan op cybercrime, maar ook verwante verschijnselen als cyberwar en cyberterrorisme. Onder meer vanuit een metajuridisch perspectief, wordt kritisch gereflecteerd op regelgeving, rechtspraak en literatuur en dient de student een gefundeerde en beargumenteerde positie in te nemen in een maatschappelijk, juridisch debat en hierover een (juridisch) betoog in correct en helder Nederlands te schrijven. Inhoud vak Er is veel veranderd sinds de invoering van de PC begin jaren tachtig en het WWW begin jaren negentig. Filmpjes bekijken via Youtube, vrienden op de hoogte houden via sociale netwerksites als Hyves of Facebook, SMS-berichten de wereld in brengen via Twitter (ook vanuit dictatoriale staten is zo het laatste nieuws te volgen) en avonturen beleven in World of Warcraft. Het recht worstelt voortdurend met de snelle ontwikkelingen binnen de ICT in het algemeen en van het internet in het bijzonder. Bestaande juridische kaders zijn niet of met moeite toepasbaar. Dit geldt zeker ook voor het strafrecht. Mede aan de hand van verschillende casus en bestaande regels zoals het Cybercrime verdrag wordt ingegaan op strafwaardig online gedrag in het algemeen en oorlogs en terroristische activiteiten in het bijzonder. Onderwijsvorm Hoorcollege Toetsvorm Paper. Literatuur Via Blackboard.
De stad als merk (in Europa en de VS) Vakcode
L_GEBAALG004 ()
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Letteren
Coördinator
prof. dr. C.A. Davids
Docent(en)
prof. dr. C.A. Davids
Lesmethode(n)
Werkcollege
Doel vak Een onderzoek van beperkte omvang grotendeels zelfstandig opzetten, dit doelgericht binnen de gestelde tijd uitvoeren en de bevindingen effectief en schriftelijk overbrengen; een koppeling leggen tussen een groter debat/theorie en de interpretatie van literatuur/bronnenmateriaal; positie bepalen in een wetenschappelijke discussie en dit standpunt op een hoger abstractienievau beargumenteerd presenteren. Inhoud vak
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 34 van 128
Elke stad die zichzelf respecteert, probeert zich tegenwoordig met een bepaald ‘image’ aan de buitenwereld te verkopen om investeerders en toeristen aan te trekken. Zo presenteert Den Haag zich als de stad van Vrede, Recht & Veiligheid, wil Rotterdam de stad van Duurzaamheid worden en verkoopt Amsterdam gewoon Zichzelf. Europese steden vechten steeds weer een hevige concurrentiestrijd uit om een jaar lang Culturele Hoofdstad van Europa te mogen worden. Amerikaanse steden kennen zulke 'city branding' al langer. Steden willen zich onder bepaalde omstandigheden kennelijk graag als `merk’ onderscheiden. Hoe komt zo'n zelfpresentatie tot stand? Welke groepen en processen zitten daarachter? In hoeverre heeft 'city branding' te maken met globalisering (economisch, politiek, cultureel)? Vergelijkend onderzoek naar literatuur en bronnen over een wat langere periode (19e-21e eeuw) en over verschillende delen van de wereld (Verenigde Staten, Europa) kan op zulke vragen een antwoord geven. Onderwijsvorm Werkcollege met presentaties van onderzoeksresultaten en discussies over theorieën, methoden en bevindingen Toetsvorm Mondelinge presentatie van onderzoeksresultaten (20 %), deelname aan discussie (10 %), werkstuk (70 %) Literatuur Literatuur wordt deels door docent opgegeven, deels door studenten zelf gezocht Vereiste voorkennis Basiskennis van de geschiedenis van de 20e eeuw Doelgroep Studenten van verschillende opleidingen die de minor Amerikanistiek of minor Stadsgeschiedenis/Historisch Amsterdam willen volgen
De virtuele organisatie Vakcode
S_DVO ()
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. ir. S.F. Kingma
Docent(en)
dr. ir. S.F. Kingma
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Doel vak 1. Conceptualiseren van virtuele organisaties. 2. Problematiseren van virtualiseringsprocessen. 3. Begrijpen van de consequenties van virtuele organisatieverbanden. 4. Bestudering van netwerkeffecten in relatie tot virtualisering, data verzameling ter voorbereiding van het “analyselab”. Inhoud vak
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 35 van 128
Iedere organisatie heeft tegenwoordig wel te maken met digitale technologie, zoals email, datasystemen, intranet, mobiele telefonie, helpdesks etc. We kunnen ons een organisatie eigenlijk steeds moeilijker voorstellen zonder de virtuele “interfaces” en “backbones”. Als digitale technologieën een overheersende rol spelen dan spreken we veelal van virtuele organisaties, maar in ieder organisatieverband is wel sprake van enige virtualisering. Het debat richt zich dan vooral op het spanningsveld tussen de vaak hooggespannen verwachtingen die aan digitale technologie gesteld worden, versus het alledaagse gebruik dat leden van een organisatie ervan maken, alsmede de hoge kosten, de ingrijpende problemen en de onbedoelde gevolgen die soms met de invoering van digitale technologie samen gaan. Digitale technologie is dus niet alleen veelbelovende technologie maar evenzeer veeleisende technologie. Dit roept belangrijke vragen op over de manier waarop de netwerken, de cultuur, de identiteit, de werkprocessen en de machtsverhoudingen binnen en tussen organisaties veranderen, over de veranderende betekenis van tijd en ruimte en over het impliciete beeld van organisaties dat in de technologie besloten ligt. Het leidt zelfs tot fundamentele vragen over het wezen van organisaties die als zodanig steeds vluchtiger, veranderlijker en moeilijker herkenbaar lijken te worden. Paradoxaal is bijvoorbeeld dat virtualisering tegelijkertijd leidt tot een hernieuwde belangstelling voor de materiële kant van organisaties, zoals onder meer naar voren komt in discussies over “paperless offices” en het “flexibele werken”. Dit vak kent een thematische opzet. Themas die aan de orde komen zijn: de conceptualisering van virtuele organisaties; digitale organisatie technologieen; consequenties voor management en werkprocessen; netwerkverbanden en netwerkeffecten; collectieve gegevensverzameling tbv het analyselab. Onderwijsvorm Hoorcollege en opdracht Toetsvorm Take home tentamen en opdracht Literatuur Nog niet bekend Doelgroep 3e jaar bachelorstudenten van de FSW. Ook studenten van andere faculteiten en universiteiten kunnen zich inschrijven. Overige informatie Dit vak is onderdeel van de Minor Netwerken in de Informatiesamenleving. Deelname aan dit vak is mogelijk zonder de gehele minor te volgen.
Development and Globalization Course code
S_DG ()
Period
Period 1
Credits
6.0
Language of tuition
English
Faculty
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coordinator
dr. F. Colombijn
Teaching staff
dr. F. Colombijn
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 36 van 128
Teaching method(s)
Lecture
Course objective The aim of this course is to foster students’ insight into issues of poverty, global inequality and development. Students will develop an anthropological perspective on developmental issues in the Global South. Course content The development of a capitalist economy in the North and the ongoing, global restructuring of the economy have impacted on economic and social development of the global South. Policies of states, supranational development agencies, and local NGOs to raise the standard of living in the so-called less developed countries have not attained the success levels hoped for. In fact, growth-oriented policies may have negative side effects, such as increased inequality, both within and between states, and ecological degradation. In this course, we analyse the interactions between (inter)national stakeholders and local populations, substantiating how particularly the labelled “poor” experience inequality and poverty. We also highlight potential and experienced gaps between intentions and outcomes of development policies and look at what anthropology can contribute to ‘development’ debates and policy implementation. Form of tuition Lectures and tutorial Type of assessment Assignments (40%) and exam (60%) Course reading - McCann, Gerard & Stephen McCloskey (eds.), From the local to the global. Key issues in development studies [2nd edition], London: Pluto Press, 2009. ISBN 978-0-7453-2842-3. - Willis, Katie, Theories and practices of development [2nd edition], London and New York: Routledge, 2011. ISBN 978-0-415-59071-6. - Some additional articles. Target group Obligatory course for students in the minor Development Studies; elective course for students in 2nd year of BSc CAO; optional course for 2nd and 3rd year Bachelor’s students and students of the Exchange Programme. Remarks This course is open to students from various disciplines who have completed their first year of their Bachelor programme. Students are invited to participate in discussion in class.
Development from an Interdisciplinary Viewpoint Course code
S_DIV ()
Period
Period 3
Credits
6.0
Language of tuition
English
Faculty
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coordinator
drs. B.G. Keuper
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 37 van 128
Teaching staff
drs. B.G. Keuper, drs. E.P.H.M. Maassen
Teaching method(s)
Lecture
Course objective Students understand the complexity of the poverty and development issue as discussed in various scientific disciplines and can describe some topics in each field. They also have knowledge of current theoretical debates and of various policies of (inter)national governmental and nongovernmental institutions and other actors. Course content The course offers an overview of the complexity of poverty and development in the Global South by way of lectures by experts from a variety of scientific disciplines, working at various faculties of the VU University or in relevant organizations in the field. In spite of the global economic growth and improvement of welfare poverty and large inequalities between and within countries are still a main problem. Many scientists, politicians and policy designers are involved in debates and practices regarding poverty alleviation and development, related with environmental degradation, climate change and international peace and security issues. By taking notice of various disciplinary viewpoints and approaches students will realize that each discipline works on specific topics and fields, will enrich their knowledge, and will become even more aware of the complexity of the development issue. There are no easy solutions, many dilemma’s linger around. Form of tuition Lectures Type of assessment Written examination Course reading Szirmai, A. (2005) The Dynamics of Socio-Economic Development. An Introduction. Cambrigde: Cambridge University Press. (About € 48) Target group Obligatory course for students in the minor Development Studies. Optional course for 2nd and 3rd year Bachelor's students and students of the Exchange Programme. The course is also open for participants who only attend the lectures and don’t need credits. Remarks This course is open to 2nd and 3rd year Bachelor's students in various disciplines. Students are invited to participate in discussions in class; participants with experience in development work or related activities are especially invited to do so.
Dilemma's in het materiële strafrecht Vakcode
R_DilmMaStr (200334)
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 38 van 128
Coördinator
dr. N. Rozemond
Docent(en)
dr. N. Rozemond, prof. mr. E. van Sliedregt
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Doel vak Het vak Dilemma’s in het materiële strafrecht beoogt de student rechtstheoretisch inzicht te geven in de beginselen die aan het materiële strafrecht ten grondslag liggen. Tevens beoogt het vak de student te leren om aan de hand van deze beginselen moeilijke kwesties te analyseren in algemene leerstukken en in bijzondere strafbepalingen. Inhoud vak Centraal in het vak staan de belangrijkste beginselen van het materiële strafrecht: het schadebeginsel, het schuldbeginsel en het legaliteitsbeginsel. De theoretische achtergronden van deze beginselen worden besproken en moeilijke kwesties die op dit moment spelen worden vanuit deze beginselen geanalyseerd, zoals de rol van de instemming van het slachtoffer bij de strafbaarstelling van gedragingen, de strafbaarheid van geestelijk gestoorde daders en de grenzen van de rechterlijke interpretatievrijheid bij algemene leerstukken en bijzondere strafbepalingen. Onderwijsvorm Hoorcollege Toetsvorm Paper Literatuur Syllabus Vereiste voorkennis Ingangseis: - een afgerond eerste bachelorjaar Rechtsgeleerdheid Aanbevolen voorkennis Het vak: - Materieel strafrecht.
Dilemma's in het sanctierecht Vakcode
R_DilmSanRe (200335)
Periode
Periode 3
Credits
3.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coördinator
prof. mr. M.J. Borgers
Docent(en)
prof. dr. H. Elffers, mr. S. Meijer
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Doel vak
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 39 van 128
Het vak beoogt studenten inzicht te geven in de juridische betekenis van de sanctiebeslissing van de strafrechter en de (maatschappelijke) dilemma’s die daaraan zijn verbonden en voorts studenten in staat te stellen een juridische analyse te laten geven van een (actueel) dilemma op het terrein van het sanctierecht. Inhoud vak Het strafrechtelijk sanctierecht is een vrij onbekend terrein waaraan in het basiscurriculum van de bacheloropleiding Rechtsgeleerdheid nauwelijks aandacht wordt besteed. Dit onderdeel van het strafrecht komt niettemin vrijwel dagelijks in het nieuws: ontwikkelingen rondom de straftoemeting (waaronder de invoering van de minimumstraf), discussies rondom de oplegging en tenuitvoerlegging van de terbeschikkingstelling en de levenslange gevangenisstraf, et cetera. Aan de hand van enkele actuele thema’s wordt in dit vak ingegaan op de juridische betekenis van de sanctiebeslissing van de strafrechter en de (maatschappelijke) dilemma’s die daaraan zijn verbonden. Daarbij beoogt het vak dat studenten aan het eind van de collegereeks inzicht hebben in de hoofdlijnen van het strafrechtelijk sanctiestelsel, de verhouding tussen de verschillende actoren op het terrein van het sanctierecht (wetgever, rechter, openbaar ministerie) en de straftoemeting(svrijheid), alsmede dat studenten aan de hand van een paperopdracht een juridische analyse kunnen geven van een actueel dilemma op het terrein van het sanctierecht. Onderwijsvorm Interactieve hoorcolleges. Toetsvorm Het vak wordt afgesloten met een paper. Literatuur Voor het vak wordt een syllabus samengesteld; nadere informatie volgt via Blackboard. Vereiste voorkennis Ingangseis: - een afgerond eerste bachelorjaar Rechtsgeleerdheid. Aanbevolen voorkennis Het vak: - Materieel strafrecht
Dilemma's in het strafprocesrecht Vakcode
R_DilmStrpr (200333)
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coördinator
dr. mr. L. Stevens
Docent(en)
drs. J.J. van der Kemp, prof. mr. M.J. Borgers, dr. mr. L. Stevens
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 40 van 128
Doel vak Eindtermen 1,4,5, 6-12, 15 Inhoud vak Dit vak richt zich niet zozeer op het positieve recht maar op de botsing van maatschappelijke waarden en belangen binnen de strafrechtspleging. Daarbij zal ook aandacht besteed worden aan empirisch onderzoek en criminologische perspectieven. Gedurende de colleges zullen meerdere actuele dilemma’s aan bod komen. Te denken valt aan: het verdachtenverhoor is cruciaal voor de opsporing, maar is het resultaat ervan wel altijd betrouwbaar? Moet de advocaat bij het verhoor aanwezig zijn of staat het belang van opsporing daaraan in de weg? Mag het beroepsgeheim van een arts wel of niet de opsporing van ernstige strafbare feiten belemmeren? Wat moet het zwaarst wegen bij de voorlopige hechtenis: de behoefte aan veiligheid of het uitgangspunt dat de verdachte onschuldig is tot het tegendeel is bewezen? Een rechter mag alleen veroordelen wanneer hij overtuigd is van de schuld van de verdachte, maar is die overtuiging reëel als er nauwelijks meer is dan een aangifte? En als na een onherroepelijke veroordeling toch twijfel ontstaat: is dat reden voor herziening of zijn twijfelachtige veroordelingen een bedrijfsrisico? Onderwijsvorm In de werkcolleges zullen de dilemma’s door de docent worden besproken aan de hand van de voorgeschreven stof, aan de hand van door studenten van tevoren gemaakte casus, en door middel van het stellen van vragen aan de studenten. Toetsvorm Paper Literatuur Syllabus Vereiste voorkennis Ingangseis: - een afgerond eerste bachelorjaar Rechtsgeleerdheid. Aanbevolen voorkennis Het vak: - Materieel strafrecht.
Encyclopedie der rechtswetenschap I Vakcode
R_Ency.I (200107)
Periode
Periode 4
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coördinator
mr. J. Zwart
Docent(en)
prof. mr. W.J. Veraart
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Bijeenkomst
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 41 van 128
Doel vak Het vak Encyclopedie der Rechtswetenschap I behandelt de geschiedenis van de rechtsfilosofie. Het gaat hierbij om kennis van een aantal Blangrijke stromingen in het westerse denken over (de grondslagen van) recht en staat. Tevens leert men rechtsfilosofische grondteksten analyseren. Uitgangspunt is dat wij niet goed kunnen nadenken over recht en staat in de huidige wereld wanneer wij geen lering kunnen trekken uit het verleden. Het vak Encyclopedie II(B2) bouwt voort op Encyclopedie I. Inhoud vak Aan de hand van een aantal centrale vraagstukken, zoals de Verlichtingswaarden van vrijheid en gelijkheid, de verhouding van recht en moraal en dergelijke, worden de hoofdlijnen van de geschiedenis van het westerse denken over recht en staat geschetst. Onderwijsvorm Bij de werkgroepen, waarin intensief de voorgeschreven stof wordt behandeld, wordt een actieve voorbereiding en deelname van de student verwacht in die zin, dat hij de in de literatuur geformuleerde vragen en opdrachten vooraf schriftelijk moet beantwoorden, respectievelijk uitvoeren. Bij de werkcolleges is voorbereiding niet verplicht. Toetsvorm Schriftelijk tentamen. Literatuur Nader op te geven literatuur. De collegestof.
Encyclopedie der rechtswetenschap II Vakcode
R_EncyII (200322)
Periode
Periode 5
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coördinator
mr. B.C. van Beers
Docent(en)
mr. B.C. van Beers, prof. mr. W.J. Veraart, mr. drs. I. Rosenthal, dr. mr. L.D.A. Corrias
Lesmethode(n)
Werkcollege, Hoorcollege, Werkgroep, Bijeenkomst
Doel vak Doel van het vak Encyclopedie der rechtswetenschap II is te komen tot gestructureerde gedachtevorming over de grondslagen van het recht en de eigen aard van de rechtsbeoefening. Na het volgen van het vak heeft de student in de eerste plaats kennis van de belangrijkste klassieke en hedendaagse stromingen en theorieën in de rechtsfilosofie, zoals het liberalisme, utilisme, natuurrecht, rechtspositivisme, communitarisme, critical legal studies, constructivisme en cultuurrelativisme. De student leert deze verschillende stromingen en theorieën in onderlinge verhouding te plaatsen via themas als de democratische rechtsstaat, de verhouding tussen recht en moraal en rechtsvinding. Daarnaast wordt de student aangezet tot een kritische evaluatie van de theorieën door deze zelfstandig te leren toepassen op uiteenlopende actuele en maatschappelijke vraagstukken, zoals de grenzen van de vrijheid van Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 42 van 128
meningsuiting, anti-terrorisme-wetgeving en godsdienstvrijheid in het onderwijs. Tot slot leert de student te onderkennen hoe deze rechtsfilosofische theorieën en argumentaties in wetgeving en juridische oordeelsvorming een impliciete rol spelen. Naast het vergaren van kennis en begrip van de rechtsfilosofie wordt de student getraind om het recht tegen een bredere maatschappelijke achtergrond te bezien door bestudering van de sociaal-wetenschappelijke benadering van het recht. Inhoud vak De volgende thema's komen aan de orde: - De aard van het recht. - De verhouding tussen recht en moraal. - De grondslagen van de democratische rechtsstaat. - De grenzen van wetgeving. - Rechtsvinding. - Sociaal-wetenschappelijke bestudering van het recht. Onderwijsvorm Het onderwijs zal in de vorm van twee uur hoorcolleges per week worden verzorgd. De hoorcolleges dragen een ondersteunend karakter en dienen om de stof waar nodig uit te leggen, aan te vullen en te illustreren. Tevens worden werkgroepen aangeboden (2 uur per week) waarin artikelen, arresten en stellingen nader worden uitgediept. Tijdens die werkgroepen is er ruimte voor debat. Toetsvorm Schriftelijk tentamen met open vragen. Literatuur Reader Encyclopedie II 2010-2011 (verkrijgbaar in de VU-boekhandel); Syllabus Encyclopedie II 2010-2011 (verkrijgbaar in de VU-boekhandel); Collegestof. Vereiste voorkennis Ingangseis: - een afgerond eerste bachelorjaar Rechtsgeleerdheid/Notarieel recht
Enterprising Regions Course code
S_ER ()
Period
Period 2
Credits
6.0
Language of tuition
English
Faculty
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coordinator
dr. M.J. Spierenburg
Teaching staff
dr. P.C. van der Sijde, dr. M.J. Spierenburg
Teaching method(s)
Lecture, Study Group
Course objective After following the course students are/have: 1. Familiar with different scientific theories and approaches of entrepreneurship from an embeddedness perspective.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 43 van 128
2. Developed different theoretical perspectives on the principle of embeddedness, regional development and globalizations within the process of entrepreneurship. 3. Capable in scientifically discussing and critically analyzing the concepts, both their interconnectedness and differences. In terms of development of skills, after following this course students can/ are able to: 4. Name, analyze and apply the theoretical knowledge within two different empirical case studies of a) regional development and b) globalization within entrepreneurial regions . 5. Present their individual results and conclusions to a public demonstrating their insights into the matters. Course content Entrepreneurship is not an isolated process instigated and executed by individuals but occurs between social actors within heterogenic communities and the social context. This relation is often described as the ‘embeddedness’ perspective. The concept of embeddedness, wherein economical systems are considered to be embedded in social relationships, is the theoretical perspective through which we study and explore two empirical areas under discussion within the field of entrepreneurship: a) regional development and b) globalization. In this course we focus on how the societal, cultural, institutional and geographical embeddedness influence the processes of individual entrepreneurs, entrepreneurial communities, regional clusters and even national systems. In this course students develop specific theoretical as well as empirical knowledge about the socio-cultural and structural embeddedness of entrepreneurs and their regions. The focus in this course is on the embeddedness of the entrepreneur/enterprise and the regional (societal) context. Key questions addressed in this course are why some regions are more entrepreneurial than others?; how different forms of entrepreneurship are associated with pressures towards localization and regionalization? Equally we look into and compare, the development and exploitation of entrepreneurship and entrepreneurial processes in regions of Europe, South-East Asia and Africa. Form of tuition Interactive lectures, “Fieldwork” Type of assessment Students’ knowledge and insight will be tested through a case study project in which they study a specific entrepreneurial region on the basis of both academic literature, archival records and interviews with relevant players. Individual assignments consisting of - A two-page review of a scholarly publication relevant for the development of the theoretical chapter of the group case study report (10%, no resit possible). - A five-page summary of the findings of students contribution to the data collection and analysis (this could either be a report of an interview with an entrepreneur or a policy maker, a summary of a policy report or analysis of statistical information about the region under investigation) (20% resit possible). - An individual discussion and conclusion chapter to the group case study report (20%, resit possible).
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 44 van 128
A group case study report in which a region is analyzed with regard to its enterprising activities in terms of one or more of the theoretical approached discussed in the course. This case study report will has to consist of an introduction and problem statement, theoretical framework (based on an integration of the individual contributions), method, description of the case, results of the analysis. (50% resit possible) Both the combined grades for the individual assignments and the grade for the the group report have to be sufficient in order to pass the course. Entry requirements For this course, Entrepreneurial Regions, the course of Introduction to Entrepreneurship is a prerequisite. The other courses in the Minor Entrepreneurship are highly recommended. Target group Students of the Minor Entrepreneurship, exchange students
Entrepreneuring in Amsterdam Course code
S_EA ()
Period
Period 3
Credits
6.0
Language of tuition
English
Faculty
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coordinator
drs. A.M.C.E. Stam
Teaching method(s)
Lecture, Study Group
Course objective The aim of the course Entrepreneuring in Amsterdam is to intergrate knowledge and insights accumulated in the preceding courses and apply these to the study of a local entrepreneurial initiative that is initiated or supported by local policy makers and various players in the civil society. Course content The focus in this course is on entrepreneuring in Amsterdam. Students will be acquainted with entrepreneurship (policy) issues in the context of a large city. The key question addressed in this course is how policy makers and key players in the civil society stimulate specific forms of entrepreneurship such as urban entrepreneurship, social entrepreneurship and green / environmental entrepreneurship in order to address and cope with comtemporary social challenges. Form of tuition Introductory lecture, guest lectures, workgroups/ feedback sessions and fieldwork. Type of assessment Project report including policy recommendations (group assigment; 60%) Individual reflection report (individual assignment; 30%) Presentation of the results (group assignment; 10%) Students have to receive a sufficient grade for both the group report and the individual reflection report in order to pass the course. Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 45 van 128
Course reading - Patrick Dubarle, Lauritz Holm-Nielsen, Kristopher Olds, Véronique Timmerhuis, Richard Yelland (ed.), Higher Education in Regional and City Development: Peer Review Report - Amsterdam. Paris: OECD - Higher Education in Regional and City Development - Amsterdam, The Netherlands. Paris: OECD Entry requirements Students who enroll in the course Entrepreneuring in Amsterdam are expected to have also followed the preceding courses of the Minor in Entrepreneurship. Participation in Introduction Entrepeneurship is mandatory. Target group 3rd year students
Entrepreneurship and Networks Course code
S_EN ()
Period
Period 2
Credits
6.0
Language of tuition
English
Faculty
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coordinator
dr. ir. M.P.J. van der Gaag
Teaching staff
dr. I.A.M. Wakkee, dr. ir. M.P.J. van der Gaag, drs. A.M.C.E. Stam
Teaching method(s)
Lecture, Study Group
Course objective After participating in this course students: - Have developed knowledge and insight on the role and use of social networks for entrepreneurs throughout the entrepreneurial process. - Have knowledge a are familiar with key concepts of social network theory. - Be able to recognize relevant network relations for given entrepreneurial roles and tasks. - Are able to conduct a small network analysis for an entrepreneur and provide basic advice to the entrepreneur on the basis of their insight into network theory. Course content The focus in this course is on the role and dynamics of social networks in the entrepreneurial process. The relevant theories are discussed (strong ties/weak times, embeddedness, generation legitimacy) and their effect on the recognition of opportunities, the building of a resource base and the generation of legimacy for novice and experienced entrepreneurs. The concept social capital will be discussed in terms of both positive and negative effects for the entrepreneur. Using such knowledge students will be challenged to conduct an ego-network analysis for an entrepreneur. Form of tuition Lectures, practical instructions, workgroups.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 46 van 128
Type of assessment After five weeks students have to take a written exam to assess their understanding of the literature and key theories. Furthermore students work in pair on a larger research assignment consisting of an egonetwork analysis of an entrepreneur to be finished with a written report at the end of the course. Course reading 1. Birley, S. (1985) The role of networks in the entrepreneurial process. Journal of Business Venturing 1:107–117. 2. Borgatti, S., & Foster, P. (2003) The Network Paradigm in Organizational Research: A Review and Typology. Journal of Management, 29 (6) 991-1013. 3. Burt, R. (2000) The Network Entrepreneur, Entrepreneurship, The Social Science View. Edited by R. Swedberg p. 281-307. 4. Cross. R. & Thomas R. (2008) How Top Talent Uses Networks and Where Rising Stars Get Trapped. Organizational Dynamics 37(2) : 165-180. 5. Elfring, T. en Hulsink, W. (2003) Networks in entrepreneurship - the case of high technology firms. Small Business Economics 21: 409-422. 6. Gargiulo M, & Benassi M. (2000) Trapped in your own net? Network Cohesion, Structural Holes and the Adaptation of Social Capital. Organization Science 11(2)183-196. 7. Granovetter, M.(1973) The Strength of Weak Ties. American Journal of Sociology. 78:1360–1380. 8. Greve, A. (1995) 'Networks and Entrepreneurship – an Analysis of Social Relations, Occupational Background and Use of Contacts during the Establishment Process'. Scandinavian Journal of Management, 11(1)1–24. 9. Hoang, H.& Antoncic, B.(2003). Network-Based Research in Entrepreneurship: a Critical Review. Journal of Business Venturing, 18:165–187. 10. Hogan, B., Carrasco, J., & Wellman, B. (2007) Visualizing Personal Networks: Working with Participant-Aided Sociograms. Field Methods, 19 (2)116-144. 11. Larson, A. & Starr, J. (1993) A Network Model of Organization Formation. Entrepreneurship Theory & Practice. 17:6-15. 12. Uzzi, B., (1997) Social Structure and Competition in Interfirm Networks: the Paradox of Embeddedness. Administrative Science Quarterly. 42:5–47. Entry requirements Introduction in Entrepreneurship Target group 3rd year students
Entrepreneurship Industry Course code
S_EI ()
Period
Period 1
Credits
6.0
Language of tuition
English
Faculty
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coordinator
dr. P.C. van der Sijde
Teaching staff
dr. P.C. van der Sijde
Teaching method(s)
Lecture
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 47 van 128
Course objective During this course students will be challenged to think about the relationship between the topic of their “Major” (e.g. IT, Medicine, Law, Business Administration) and the domain of entrepreneurship and develop an understanding of how individuals trained in their disciplinary field can contribute to the development of a better entrepreneurial climate in a specific region or sector. As such they learn: - About the role and function of specific actors in the entrepreneurship industry and how these can stimulate and facilitate entrepreneurs and the development of an entrepreneurial climate. - To interpret and analyze entrepreneurial activities from a social science perspective. - To reflect on their own potential role in the entrepreneurship industry given their disciplinary background and knowledge. And they develop: - An interest in entrepreneurs and entrepreneurial behavior in a variety of contexts. - A more entrepreneurial mindset. - Intellectual integrity and self-reflexivity. Course content The focus in the course is on topics of entrepreneurship and innovation that professionals encounter in their day-to-day encounters with entrepreneurs and entrepreneurship (business of science, commercialisation, (open) innnovation, intrapreneurship, policy issues). Form of tuition Lectures, workshops Type of assessment Term paper; practical assigments; active participation in IP workshop Course reading Series of article and cases, to be announced on BlackBoard. Entry requirements Participation in Introduction in Entrepreneurship Target group Students of the Minor Entrepreneurship, exchange students
Environment and Development Course code
S_ED ()
Period
Period 1
Credits
6.0
Language of tuition
English
Faculty
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coordinator
drs. B.G. Keuper
Teaching staff
dr. W.R.S. Critchley
Teaching method(s)
Lecture
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 48 van 128
Course objective This course aims to help the student to examine and critically reflect on the relationships between economic and social development, and the environment. Course content The course begins with an introductory overview of what we mean by the concepts of environment and development and how the two are related: Is sustainable development, with its notions of environmental 'friendliness', really achievable? After that the course will discuss two overall aspects of the international E&D framework: (1) Global Issues - which considers the links between development on the one hand and environment, trade and poverty on the other. (2) Local Issues which focuses on the increasingly serious issues of land degradation, deforestation and growing water shortages, and asks key questions of how these are related to aspects of human development in poor countries especially within the agricultural (and off-farm) sectors. Various illustrated case studies provide the basis for teaching. Through this course students learn to recognise and analyse the current and potential impact of the major international environmental concerns; to appreciate the complexities of environmental issues related to development at a global level; and learn lessons from case studies drawn from over 20 developing countries. Form of tuition Lectures and tutorial Type of assessment Group presentations (40%) and exam (60%). Course reading - Lomborg, B. (2001) The Skeptical Environmentalist. Measuring the real state of the world. Cambridge: Cambridge University Press. Various other texts will be announced at the start of the course. - Brown, L.R. (2009). Plan B 4.0: Mobilizing to Save Civilization (http://www.earth-policy.org/books/pb4). Target group Obligatory course for students in the minor Development Studies. Optional course for 2nd and 3rd year Bachelor’s students and students of the Exchange Programme. Remarks This course is open to students from various disciplines who have completed their first year of their Bachelor programme. Students are invited to participate in discussions in class.
Ethics and Integrity of Governance Course code
S_EIG ()
Period
Period 2
Credits
6.0
Language of tuition
English
Faculty
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coordinator
dr. G. de Graaf
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 49 van 128
Teaching staff
dr. G. de Graaf
Teaching method(s)
Lecture
Course objective The aim of the program is to familiarize the student with the conceptual framework on organizational ethics and integrity, and the state of the art of our knowledge on corruption, integrity violations and integrity management of public organizations in general and security organizations in particular. The student will be helped and stimulated to formulate own moral intuitions and opinions on these subjects. Course content Usually when a company is on the front-page, something went terribly wrong with its integrity. Think of Enron or Ahold. Because negative press can be devastating for the marketing and strategy of any business, nowadays no company can afford to design a strategy, without paying attention to (business) ethics. Similarly, integrity is of vital importance in every governmental policy: public trust in the integrity of government is crucial for its legitimacy and effectiveness. It is no wonder therefore that subjects such as public corruption, integrity and ethics have gained importance in the fields of public and private administration, political science, law and economics. The former limited focus on 'corruption' and what is morally wrong is changing in the direction of integrity, ethics and what is morally good. The 'Integrity and Ethics' course will discuss conceptual and theoretical developments, concentrating on integrity strategies and institutions (integrity management) and their effects on integrity. Attention will be paid to several types of organizations, but specialattention will be paid to security organizations. In the course and in the classes, there will be much room to discuss actual cases and 'current affairs.’ Form of tuition Seminar Type of assessment Written exam Course reading - Muel Kaptein & Johan Wempe, The Balanced Company. A Corporate Integrity Theory. Oxford: Oxford University Press. Chapters 1-4. - And about 8 (journal) articles, listed on Blackboard. Target group Students of the minor in International Security
Europa en de Pax Americana Vakcode
L_GEBAGES306 ()
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Letteren
Coördinator
dr. S.W. Verstegen
Doel vak
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 50 van 128
Studenten maken kennis met de vakliteratuur betreffende de relaties tussen Europa en de Verenigde Staten na de Tweede Wereldoorlog. Inhoud vak Inzicht in de na-oorlogse politieke en economische ontwikkelingen in Europa en in het bijzonder de relaties met de Verenigde Staten. Vooral na de Tweede Wereldoorlog namen aanvankelijk de Amerikaanse macht en invloed sterk toe via bijvoorbeeld het Marshallplan, de GATT, de NAVO etc. Geleidelijk aan heeft Europa zich evenwel ontworstelt aan de Amerikaanse voogdij. Onderwijsvorm Werkcollege Toetsvorm Opdrachten, werkstuk en/of onderzoeksverslag Literatuur Alan S. Milward, The European Rescue of the Nation State (Routledge 2005); D. Unwin, A political history of Western Europe since 1945; hoofdstukken uit H. van der Wee, De gebroken welvaartscirkel (Martinus Nijhoff 1983). Doelgroep Studenten die de minor Amerikanistiek volgen. Overige informatie Wordt om het jaar aangeboden; wel in 2012-2013
Europa en de Pax Americana, esg 3 Vakcode
L_GEBAGES304 ()
Credits
9.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Letteren
Coördinator
dr. S.W. Verstegen
Doel vak Studenten maken niet alleen kennis met de vakliteratuur betreffende dit onderwerp maar ook met het raadplegen en interpreteren van archiefmateriaal. Inhoud vak Inzicht in de na-oorlogse politieke en economische ontwikkelingen in Europa en in het bijzonder de relaties met de Verenigde Staten. Vooral na de Tweede Wereldoorlog namen aanvankelijk de Amerikaanse macht en invloed sterk toe via bijvoorbeeld het Marshallplan, de GATT, de NAVO, etc. Geleidelijk aan heeft Europa zich evenwel ontworsteld aan de Amerikaanse voogdij. In het college wordt dit proces grondig geanalyseerd aan de hand van literatuur en Nederlands bronnenmateriaal. Onderwijsvorm Werkcollege Toetsvorm
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 51 van 128
Opdrachten, werkstuk en/of onderzoeksverslag Literatuur Alan S. Milward, The European Rescue of the Nation State (Routledge 2005) & Luuk van Middelaar, De Passage Naar Europa. Geschiedenis van een begin (Historische uitgeverij 2009) & nader te bepalen hoofdstukken uit H. van der Wee, De gebroken welvaartscirkel (Martinus Nijhoff 1983). Vereiste voorkennis Voor geschiedenisstudenten: 1e jaars contemporaine geschiedenis of 1e jaars Global History Doelgroep 3e jaars studenten geschiedenis of studenten die de minor Amerikanistiek volgen Overige informatie Wordt om het jaar aangeboden; niet in 2011-2012.
Europese rechtsbescherming Vakcode
R_EurRe (200226)
Periode
Periode 4
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coördinator
prof. dr. G.T. Davies
Docent(en)
prof. mr. H. Battjes
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Bijeenkomst
Doel vak In dit vak verwerft u inzicht in de rechtsbescherming die het Hof van Justitie en het Europese Hof voor de Rechten van de Mens kunnen bieden op allerlei rechtsgebieden, en de wijze waarop deze rechtsbescherming de nationale rechtsbescherming beïnvloedt. Daarbij maakt u zich de vaardigheid eigen te werken met relevante procesrechtelijke begrippen. In het bijzonder verdiept u zich in de bescherming voor individuele rechten die voortvloeit uit het EU-recht dat bepaalde beperkingen heeft opgelegd aan de nationale procesrechtelijke autonomie, en bepaalde beginselen van rechtsbescherming heeft ontwikkeld, om te zorgen dat materiële EU rechten gewaarborgd zijn in het nationale rechtssysteem. Verder ontwikkelt u het vermogen het EVRM te bezien in samenhang met mensenrechtenbescherming op grond van de Grondwet, en met regelingen in andere rechtsstelsels. Ook ontwikkelt u de vaardigheid eigen arresten van beide Europese hoven te analyseren (waar nodig ook in het Engels), en de bevindingen te plaatsen in het kader van bestaande jurisprudentie. Een ander doel is dat u kennismaakt met Engelstalige juridische begrippen. Inhoud vak In het vak komen mensenrechten en beperkingsystematiek in het EVRM aan de orde, en de overeenkomsten en verschillen met nationale mensenrechtencatalogi waaronder de Grondwet en het Europese Handvest. Verder wordt de procesgang bij het Europese Hof voor de Rechten van de Mens besproken. Ook wordt aandacht besteed aan de doorwerking van
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 52 van 128
internationaal en Unierecht in de Nederlandse rechtsorde. Verder komt aan de orde het beginsel van effectieve rechtsbescherming in EU recht, en de daaraan verbonden beperkingen op nationale procedurele autonomie. De doctrines van directe werking, richtlijn-conform interpretatie, en lidstaataansprakelijkheid worden in deze context geplaatst en geanalyseerd. Onderwijsvorm Hoorcolleges (deels in het Engels) en werkcolles. In het werkcollegeonderwijs staat naast casus-oplossen het lezen en analyseren van jurisprudentie centraal. Toetsvorm Schriftelijk tentamen (in het Nederlands). Literatuur De verplichte literatuur wordt nader bekend gemaakt. Deze zal grotendeels Engelstalig zijn. Vereiste voorkennis Voor studenten Rechtsgeleerdheid gestart in het studiejaar 2009/2010 of eerder geldt voor deelname aan tweedejaarsvakken in 2010/2011: 39 ec uit het eerste bachelorjaar, inclusief: - het vak Beginselen staatsrecht - het vak Beginselen Europees recht Voor studenten Rechtsgeleerdheid gestart in het studiejaar 2010/2011 geldt voor deelname aan tweedejaarsvakken: 42 ec uit het eerste bachelorjaar, inclusief: - het vak Beginselen staatsrecht - het vak Beginselen Europees recht
Familie- en gezondheidsrecht Vakcode
R_FamGezR (200325)
Periode
Periode 3
Credits
3.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coördinator
dr. mr. C. Blankman
Docent(en)
dr. mr. C. Blankman
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Doel vak Doel van het vak is het verkrijgen van een algemeen inzicht in de kenmerken en structuur van het gezondheidsrecht en het familierecht en de onderlinge samenhang van beide rechtsgebieden. Inhoud vak Inleiding familierecht en inleiding gezondheidsrecht en enkele onderwerpen op het grensvlak van gezondheidsrecht- en familierecht zoals besluitvorming rond het begin en het eind van het leven, transseksualiteit en draagmoederschap en de minderjarige in het gezondheidsrecht.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 53 van 128
Onderwijsvorm Hoorcolleges Toetsvorm Tentamen Literatuur Wetgeving Gezondheidsrecht, SDU Vereiste voorkennis Ingangseis: - een afgerond eerste bachelorjaar Rechtsgeleerdheid.
Forensische linguïstiek A, introductie Vakcode
L_NCBAALG006 ()
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Letteren
Coördinator
dr. F. van der Houwen
Docent(en)
dr. F. van der Houwen
Lesmethode(n)
Werkcollege, Hoorcollege
Doel vak Doel van deze cursus is deelnemers bekend maken met juridische genres en met wat forensische linguïsten zoal doen en welke analyse tools tot hun beschikking staan. Daarnaast is een doel van deze cursus dat deelnemers een bepaalde gevoeligheid (verder) ontwikkelen voor de rol van taal in een juridische context. Inhoud vak De volgende onderwerpen komen in deze cursus aan bod: Wat is forensische linguïstiek? (Wanneer is zij ontstaan? Met wat voor teksten (geschreven en gesproken) houden forensisch linguïsten zich bezig? Welke analyse-instrumenten gebruiken ze?). Politieverhoor en aangiften (hoe gaat een verhoor en hoe komt een proces-verbaal tot stand?). Interactie in de rechtszaal (rechtszaak als genre, vraag- en antwoordsequenties, de rol van documenten zoals het eerder opgemaakte proces verbaal). Kwetsbare participanten in het rechtssysteem (zoals verdachten die het Nederlands niet als moedertaal hebben, kinderen, slachtoffers van verkrachting). Het toekennen van auteurschap (heeft iemand wel of niet een bepaalde brief of sms tekstje geschreven? Hoe bepaal je dat en hoe zeker zijn analisten van hun zaak?) Plagiaat (hoe uniek is een uiting, geschiedenis van plagiaat en plagiaat binnen de universiteit). Taalkundigen als 'expert witness' (wat doen experts? hoe schrijf je een rapport? ethische kwesties). Onderwijsvorm Hoorcollege en werkcollege Toetsvorm
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 54 van 128
Dossieropdrachten en tentamen Literatuur Coulthard R.M. & A. Johnson (2007): An Introduction to Forensic Linguistics: Language in Evidence. London and New York: Routledge Artikelen/hoofdstukken Vereiste voorkennis Volledig afgerond eerste jaar Doelgroep 3e jaars studenten Letteren en studenten Criminologie
Forensische psychiatrie Vakcode
R_For.psyC (212215)
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coördinator
prof. dr. J. Hendriks
Docent(en)
prof. dr. J. Hendriks
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Doel vak Forensische psychiatrie is de uitoefening van de psychiatrie in het kader van het rechtssysteem. Het doel van de colleges is inzicht te geven in de relatie tussen deze twee systemen. In de colleges wordt veel aandacht besteed aan de praktijk van de forensische psychiatrie. Wat zijn de recente ontwikkelingen op het gebied en welke problemen ervaart de forensisch psychiater in de uitoefening van zijn werkzaamheden? Inhoud vak Het eerste deel van de colleges wordt het werkveld beschreven van de forensisch psychiater en aangegeven wat de verschillen zijn met de reguliere GGZ. De geschiedenis van de forensische psychiatrie en de praktijk van de forensische diagnostiek en behandeling komen voorts uitgebreid aan bod. Het tweede deel omvat capita selecta uit de forensische psychiatrie, zoals de toerekeningsvatbaarheid, de TBS, de invloed van de gewetensontwikkeling op delinquent gedrag, de relatie tussen psychose en delinquentie, risico-taxatie en achtergronden van jeugdige zedendelinquenten. Onderwijsvorm Hoorcolleges Toetsvorm Schriftelijk tentamen met mc vragen. Literatuur Wordt tijdig bekend gemaakt via Blackboard. Vereiste voorkennis Ingangseis: een afgerond eerste bachelorjaar
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 55 van 128
Formeel strafrecht Vakcode
R_For.strRC (212305)
Periode
Periode 5
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coördinator
dr. mr. L. Stevens
Docent(en)
dr. mr. L. Stevens, M. Cupido LLM, dr. mr. M.J.A. Duker, mr. S. Meijer
Lesmethode(n)
Werkcollege, Hoorcollege
Doel vak Het vak Formeel strafrecht beoogt studenten grondige kennis van het Nederlandse strafprocesrecht bij te brengen. Studenten dienen na afloop van het vak a. te beschikken over kennis van de structuur van het strafprocesrecht en de belangrijkste leerstukken op dit terrein, b. in staat te zijn literatuur, rechtspraak en wetgeving op het terrein van het strafprocesrecht te begrijpen en te analyseren, en c. het vermogen te hebben (eenvoudige) juridische problemen van strafprocesrechtelijke aard te onderkennen, te analyseren en op te lossen. Inhoud vak Tijdens het onderwijs wordt aandacht besteed aan: het systeem van het WvSv, het voorbereidend onderzoek, buitengerechtelijke afdoening, het onderzoek ter terechtzitting, bewijsvoering en einduitspraak. Waar mogelijk worden de leerstukken geplaatst binnen actuele strafprocesrechtelijke en maatschappelijke ontwikkelingen. Onderwijsvorm Er worden 2 werkcolleges per week gegeven. Deze werkcolleges bestaan uit twee onderdelen. De eerste driekwartier van het werkcollege wordt door de docent een algemeen kader geschetst en uitleg gegeven over de voor dat werkcollege voorgeschreven stof. In de tweede driekwartier wordt die stof toegepast in casus, welke casus door de student thuis zijn voorbereid met behulp van de voorgeschreven literatuur en rechtspraak. De werkcolleges worden gegeven in verschillende groepen, die zich van elkaar onderscheiden door mate van vereiste voorbereiding, groepsgrootte en studie (criminologie of rechten). Toetsvorm Schriftelijk tentamen Literatuur -B.F. Keulen & G. Knigge, Strafprocesrecht, Deventer: Kluwer 2010 -Syllabus met aanvullende literatuur en (recente) rechtspraak -Werkcollegestof -Mogelijk wordt door middel van Blackboard aanvullende literatuur verspreid. Vereiste voorkennis VERKORTE INSTRUCTIE INSCHRIJVING FORMEEL STRAFRECHT Rechtenstudenten die actief onderwijs en verplichte voorbereiding
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 56 van 128
wensen, schrijven zich in voor groep B (studenten die moeite hebben met de stof), of C (studenten die diepgaander discussie willen). Criminologen, pre-masterstudenten, en rechtenstudenten die geen actief onderwijs en verplichte voorbereiding wensen, schrijven zich in voor groep A. Zie blackboard voor een nadere uitleg.
INGANGSEISEN Voor studenten Rechtsgeleerdheid gestart in het studiejaar 2009/2010 of eerder geldt voor deelname aan tweedejaarsvakken in 2010/2011: 39 ec uit het eerste bachelorjaar, inclusief: - het vak Beginselen strafrecht. Voor studenten Rechtsgeleerdheid gestart in het studiejaar 2010/2011 geldt voor deelname aan tweedejaarsvakken: 42 ec uit het eerste bachelorjaar, inclusief: - het vak Beginselen strafrecht. Ingangseis studenten Criminologie: - een afgerond eerste bachelorjaar Criminologie.
Geschiedenis van de filantropie Vakcode
S_GF ()
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
L.K. Hoolwerf MSc
Lesmethode(n)
Werkgroep
Doel vak Kennis van en inzicht in de Geschiedenis van de Filantropie, met inbegrip van bronnen, werkwijze en debatten. Inhoud vak Het college schetst de historische ontwikkelingsgang van de Nederlandse filantropie. Er is aandacht voor zowel continuïteiten als discontinuïteiten in de ontwikkeling, voor onderliggende algemene problemen en hun tijdgebonden oplossingen, evenals voor feitelijke informatie. Daarnaast is er enige aandacht voor met de filantropie vergelijkbare of 'concurrerende' regelingen, in de zin van functionele equivalenten. Het gaat hierbij om het verkrijgen van inzicht in de 'mixed economy of welfare'. Tenslotte gaat het om het verwerven van inzicht in de historisch-sociologische bestudering van de filantropie. Onderwijsvorm Werkcollege. Alle studenten lezen voorafgaande aan de bijeenkomst de verplichte literatuur grondig. Tijdens de colleges wordt van alle deelnemers verwacht dat zij deze literatuur beheersen en erover kunnen discussiëren. De docent gaat dit na, beantwoordt vragen over de literatuur, en brengt de discussie zo nodig op gang. Hij verschaft waar nodig ook achtergrondinformatie. De informatie in de verplichte literatuur en de mondelinge informatie in het college vormen de tentamenstof. Daarnaast houdt elke student tijdens het college een presentatie over een onderwerp uit de geschiedenis van de filantropie. Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 57 van 128
Toetsvorm Tentamen en presentatie. Overige informatie Er geldt een aanwezigheidsplicht van 80%.
Global Political Economy Course code
S_GPE ()
Period
Period 2
Credits
6.0
Language of tuition
English
Faculty
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coordinator
dr. E.B. van Apeldoorn
Teaching staff
dr. E.B. van Apeldoorn
Teaching method(s)
Lecture
Course objective - Acquiring knowledge of and insight into the contemporary global political economy, in particular how the contradictory process of globalization reshapes the relationship between states and markets; - Introduction to and an understanding of rival the concepts and theories within International Political Economy and their application to issues in contemporary global political economy; - Learning how to work in groups and enhance presentation skills. Course content This course offers students an introduction to the subject of International Political Economy (IPE). Throughout, the course will be guided by the question to which extent, and how, the current process of globalization is changing the relationship between states and markets, between public regulation and the private economy, between state and capital. Traditionally IPE studies the relationship between ‘the economic’ and ‘political’ within the interaction of – patterns of cooperation and conflict between – national states. If anything, the global financial and economic crisis of 2008 has made clear that this state-centric perspective is no longer adequate. With processes of globalization and transnationalization national economies have become so much integrated, and their governance at various levels so much enmeshed, that what is properly called the global political economy is about much more than just states and their interests but also about private actors such as transnational corporations, NGOs and all of their different relations across and transcending national borders. At the same time the crisis has also shown that states, although apparently vulnerable in the face of global market forces, are also crucial when it comes to saving global capitalism from collapse. This shows that indeed the relationship between states and markets is not a one-way street. In other words, politics and policies are shaped by economic globalization but the latter is also driven by politics, and shaped (indeed enabled) by the policy choices that states make. It is from this perspective that this course will examine first how the contemporary global political economy has evolved historically, and how we have moved from previous waves of internationalization and globalization to the current one. We will then proceed by analysing the current globalization of trade,
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 58 van 128
finance, and production, as well as their global governance through transnational regimes and the role of International Organizations such as the IMF and the WTO within those regimes. We will furthermore do so through various theoretical lenses that discipline of IPE has to offer. Form of tuition Lectures Type of assessment Written Exam (80%) + Group presentation (20%) Course reading To be announced
Global Religion and Local Diversity Course code
S_GRLD ()
Period
Period 2
Credits
6.0
Language of tuition
English
Faculty
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coordinator
prof. dr. J.T. Sunier
Teaching staff
prof. dr. J.T. Sunier
Teaching method(s)
Lecture
Course objective Students are able to describe and interpret the role of religion under global conditions. They understand the complex interrelationship between religion on a global scale due to the role of modern mass media on the one hand and local diversification of religious practices and phenomena. They see the role of religion in processes of identity construction in various settings and understand central concepts and theories in the study of religion. Course content Whether we like it or not, religion has become one of the main political and social issues of our time. Religion has become a major factor in a wide variety of global developments and processes. The place of religion in the contemporary societies cannot be properly understood without taking into account the fact that religions have become globalized. In the first place due to migration processes across the world, religions have traveled too. As a consequence local religious diversity has increased tremendously. Globalization has also brought about homogenization tendencies in all spheres of life. Paradoxically, however, the homogenizing tendencies of globalization at the same time reinforce processes of cultural heterogeneity and diversification. Globalization has also brought about anxieties about the disruption of local cultures and communities and thus triggered a process of ‘social closure’. Modern nation states attempt to domesticate global flows, particularly when they are said to jeopardize the national political, social and cultural status quo. Events taking place on the other side of the world exert direct influence, at least bear relevance to the production of religious knowledge and processes of community building. We cannot understand for example experiences of young Muslims in Western cities without taking into account what happens in Afghanistan. Modern
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 59 van 128
mass media have made local religious leaders into world celebrities. The prominence of the Dalai Lama, leader of the Tibetan Buddhists, has turned Buddhism into a world religion. Pentecostal churches are the fastest growing religious movements in the world today. At the beginning of the 21st century religion has become a strong social and cultural force that is crucial to the politics of belonging on a global scale. This course explores a broad range of past and contemporary studies in Western and non-Western societies. It focuses not only on institutionalized religious traditions, but on all modalities and expressions of religiosity. Form of tuition Lectures and tutorial Type of assessment Written examination (60%) and assignments (40 %) Course reading A compilation of book chapters and articles; most of which will be digitally available. Target group Obligatory course for students in the minor Frontiers in Multicultural Societies; optional course for 2nd and 3rd year Bachelor’s students and students of the Exchange Programme. Remarks Basic knowledge in the social sciences is requested.
Het verhaal van een opgraving Vakcode
L_BEBAARC103 ()
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Letteren
Coördinator
dr. A.M.J. Derks
Docent(en)
dr. J.G. Aarts, dr. A.M.J. Derks
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Excursie, Werkcollege
Doel vak Het doel van deze collegereeks is inzicht te verwerven in de organisatorische, technische en interpretatieve aspecten van een opgraving. De student maakt kennis met de brede kaders van vraaggestuurde onderzoeksprojecten en de kennisvormingsprocedures van een opgraving. Hij leert begrijpen hoe strategische keuzes in het veld kunnen worden verantwoord. Tijdens de werkcolleges leert hij in groepsverband opgravingsdocumentatie lezen en interpreteren en tijdens de excursie verwerft hij inzicht in de werkwijze van de archeoloog in het veld en in de beperkingen die door personele en financiële middelen aan de uitvoering worden opgelegd. Daarnaast verwerft hij basiskennis over rurale nederzettingen in Romeins Nederland. Inhoud vak
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 60 van 128
Aan de hand van het concrete voorbeeld van de opgravingen van een Romeinse nederzetting en begraafplaats bij Tiel leren de cursisten hoe de archeoloog via het lezen, analyseren en interpreteren van grondsporen en mobilia tot een historisch verhaal over een kleine gemeenschap in het Romeinse rijk kan komen. Onderwijsvorm Hoorcollege met opdrachten/werkcollege. Tijdens de werkcolleges wordt in groepsverband aan het opstellen van een structuurrapport van een huis en een graf gewerkt. Tijdens de cursus vindt ook een dagexcursie plaats. Voor het college en de excursie geldt een aanwezigheidsplicht. Toetsvorm Schriftelijke opdrachten (20%) en schriftelijk tentamen (80%). Beoordeling in cijfers (0-10). Literatuur Roymans, N., T. Derks, S. Heeren (eds. ), 2007: ; Een Bataafse gemeenschap in de wereld van het Romeinse rijk. Opgravingen te TielPassewaaij, Utrecht. Aanvullende literatuur wordt op college bekendgemaakt Doelgroep 1e jaars studenten Archeologie; geïnteresseerde studenten Oudheidkunde, GLTC.
Het Zuiden van de Verenigde Staten Vakcode
L_GEBAALG005 ()
Periode
Periode 1+2
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Letteren
Coördinator
dr. S.W. Verstegen
Docent(en)
dr. S.W. Verstegen
Lesmethode(n)
Werkcollege
Doel vak Inzicht verwerven in het eigen karakter van het Zuiden van de VS en de betekenis daarvan voor de binnenlands-politieke ontwikkelingen van het land. Inhoud vak Onze visie op de Verenigde Staten wordt sterk beïnvloed door de dominante, politiek liberale en van oorsprong Puriteinse elite van de rijke en geürbaniseerde oostkust. Hierdoor is onze kennis van het veel armere en agrarische zuiden gering gebleven en sterk aan clichés onderhevig. In het werkcollege onderzoeken we de vraag hoe het zuiden zijn eigen sociale en culturele karakter heeft ontwikkeld. Hierbij wordt onder andere aandacht besteed aan de plantagehouders, slaven en kleine boeren, het baptisme, de burgeroorlog, rassensegregatie en de betekenis van de New Deal voor de ontwikkeling van het zuiden. Onderwijsvorm
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 61 van 128
werkcollege Toetsvorm Opdrachten en werkstuk Literatuur W.J. Cooper jr. and Tom E. Terril, The American South: a history, Vol. I en II, 4e druk (2008/2009). Vereiste voorkennis Voor wie het vak volgt als 3e jaars hoofdvak: afronding 1e jaar Global History of Contemporaine Geschiedenis Doelgroep 3e jaars studenten geschiedenis, sociale wetenschappen, Engelse/Amerikaanse Letterkunde en Transatlantische Studies
Human Rights & the Citizenship of Aliens Course code
R_HumRC (200995)
Period
Period 2
Credits
6.0
Language of tuition
English
Faculty
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coordinator
prof. mr. T.P. Spijkerboer
Teaching staff
prof. mr. T.P. Spijkerboer
Teaching method(s)
Lecture, Tutorial
Course objective - Knowledge and understanding of the layered nature, as well as the changing nature of citizenship; - relate social reality to this knowledge; - on the basis of knowledge of 'law in the books': to carry out a small investigation about 'law in action'. Course content What is a citizen? Which rights do migrants have? These are seemingly simple questions, but migrants enjoy all kinds of civil rights, while some citizens feel treated as aliens. In this course we will investigate which rights can be invoked by nationals and by migrants. This will happen both during lectures, as well as during working groups including an excursion where the subject of the course is related to social reality. We will address citizenship of the European Union; the possibility to be joined by family members from abroad; nationality; dress codes; and political theory about citizenship and civil rights. Form of tuition 5 lectures, 3 seminars. Type of assessment Written exam; paper. Course reading Will be announced on blackboard.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 62 van 128
Entry requirements Entry requirements students Bachelor's degree programme Law (Rechtsgeleerdheid): - only open for students who have passed all the courses of the first bachelor year.
Human Rights and Borders Course code
R_HumRB (200996)
Period
Period 1
Credits
6.0
Language of tuition
English
Faculty
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coordinator
prof. mr. H. Battjes
Teaching staff
prof. mr. H. Battjes
Teaching method(s)
Lecture, Tutorial
Course objective This course aims to enable students: - To use and understand the law concerning borders and the changing meanings of borders (Term 1, 3, 6, 10, 11, 12); - to relate domestic, European and international law, and to deal with conflicts among them (Term 2); - to reflect critically on legislation and case-law concerning borders (Term 7, 9, 15); - to see law on borders in a historical context (Term 5). Course content What is the border of a country? Who decides where it is? And for whom does it apply? During this course we will investigate which meanings the borders within and around Europe have for European citizens and other categories of migrants; who has drawn the border; and how the border is being guarded. We will do this during classes in which we will address the law of borders, and the meaning of human rights for border control and for crossing the border. In class, we will deal with relevant domestic, European and international law, and case law of - among others - the European Court of Human Rights. We discuss the borders among Member States of the European Union, external border control and its costs in the Mediterranean, the history of asylum and its relation to human rights, migration control through detention, and the relevance of (physical and other) borders for European societies. This last topic is a connection with the second course, which delves deeper into the different ways in which in modern societies distinctions are made between old and new inhabitants. Form of tuition 5 lectures, 3 seminars. Type of assessment Written exam Course reading Required reading will be published on blackboard.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 63 van 128
Entry requirements Entry requirements students Bachelor's degree programme Law (Rechtsgeleerdheid): - only open for students who have passed all the courses of the first bachelor year.
Identity and Diversity in Organizations Course code
S_IDO ()
Period
Period 2
Credits
6.0
Language of tuition
English
Faculty
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coordinator
prof. dr. H. Ghorashi
Teaching staff
prof. dr. H. Ghorashi, dr. U.M.G. Vieten
Teaching method(s)
Lecture, Study Group
Course objective The aim is to develop insight in identity and diversity related processes of in/equality and in- and exclusion in organizational life. The goal is to provide students with the analytical instruments to analyze and assess 'what is going on' in organizational settings in which identity and diversity, as reflections of societal developments, prevent or enable people from full participation. Course content Identity and diversity are ever more salient themes within organizations. Various approaches of identity in organizations provide different perspectives on how diverse identities relate to each other within organizational settings. Some focus on the processes of sense making, others focus on the notion of power in relation to identity in order to understand processes of in- and exclusion within organizations. Ethnicity, gender, physical condition, and age are explicit categories that could become sources of exclusion. Background, class, and education play a role in a more implicit sense. There are various reasons for organizations to become inclusive of diversity. It is commonly believed that if diversity is managed well, it could increase creativity by broadening the scope of organizations. Yet, organizations are also open arenas in which societal and global discourses of otherness and exclusion are reproduced and practiced. These processes of in- and exclusion are sometimes explicit but mostly implicit and hard to trace because they are embedded within organizational culture and taken for granted in social practice. In this course, an overview of theoretical perspectives relating to identity and diversity issues will be provided with the specific attention for concepts such as power and discourse. This theoretical framework is used to engage with several societal discussions such as affirmative action and the introduction of quotas. Students will be challenged to reflect upon their own positioning in relation to these theories by preparing case studies in subgroups. Form of tuition Lectures and group presentations
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 64 van 128
Type of assessment Assessment is based on participation in lectures and discussions and a final exam. The final written exam counts for 70% of the grade and 30% is based on the group presentation. Students need to pass both elements. Course reading To be announced Target group Students of the Minor Organizational Culture, students of the Minor Frontiers of Multicultural Societies and exchange students.
Impact van het Romeinse leger op de grensstreken van het Romeinse Rijk Vakcode
L_BEBAALG006 ()
Periode
Periode 2+3
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Letteren
Coördinator
dr. A.M.J. Derks
Docent(en)
dr. A.M.J. Derks
Lesmethode(n)
Werkcollege
Doel vak Kennis van en inzicht in recente trends in Romeinse legerstudies en hun relatie met bredere thematische ontwikkelingen in de Romeinse archeologie; toepassen van deze vaardigheden op een geselecteerde casus en leren zowel in groepsverband (discussiecollege) als zelfstandig (referaat en essay) daarover een oordeel te vormen en te communiceren. Schriftelijke presentatie met goede betoogopbouw, zorgvuldig taalgebruik en met correcte verwerking van literatuur/bibliografie. Verdedigen en beargumenteren van een eigen mening op basis van wetenschappelijke argumenten. Studiediscipline gericht op werkstuk of scriptie met eigen onderwerpkeuze. Kritisch omgaan met literatuur, theorieën en opinies. Zelfstandig formuleren en uitvoeren van een probleemstelling en een onderzoeksopzet, met gebruik van gangbare methoden en technieken van wetenschappelijk onderzoek. Inhoud vak Het Romeinse leger had uiteraard primair een militaire rol die bestond in de expansie en consolidatie van het rijk. Om die taak naar behoren te kunnen vervullen werd het leger onder keizer Augustus tot een staand beroepsleger omgevormd en in min of meer permanente forten langs de grenzen van het rijk gestationeerd. De impact van het Romeinse leger reikte echter verder dan de fortenreeks langs de grens, die slechts de meest zichtbare manifestatie van de militaire presentie vormde. De permanente legering had grote invloed op de politieke, sociale en economische verhoudingen in de grensgebieden waar de troepen gestationeerd waren en soms zelfs ver daarbuiten. Deze cursus heeft tot doel de betekenis van de militaire presentie voor de in de grensstreken van het rijk gevestigde lokale gemeenschappen te onderzoeken. Na een inleidend hoorcollege en een discussiecollege krijgen de deelnemers een casus toebedeeld waarover zij een referaat houden en een essay schrijven.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 65 van 128
Onderwijsvorm Inleidend hoorcollege; vervolgens werkcolleges met discussie Toetsvorm Referaat en werkstuk. Beoordeling in cijfers (0-10). Literatuur James, S., 2002: Writing the legions, Archaeological Journal 159, 1-58. Overige literatuur wordt aan het begin van het college bekendgemaakt. Doelgroep In 2011-2012 eenmalig verplicht in het overgangsprogramma voor 3e jaars studenten Archeologie; als keuzeonderdeel voor 3e jaars studenten Oudheidkunde met Latijn. Overige informatie Alleen als deel van het minoraanbod.
Inleiding Filantropie Vakcode
S_IF ()
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
prof. dr. T.N.M. Schuyt
Docent(en)
prof. dr. T.N.M. Schuyt
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Doel vak Het vak biedt een verdieping van het verschijnsel filantropie tegen de achtergrond van de ontwikkeling van de verzorgingsstaat naar een 'civil society'. Studenten zijn na afloop van dit vak in staat: - Theorieën over filantropie weer te geven en toe te passen; - Onderzoek naar filantropie kritisch te beoordelen. Inhoud vak Het vak geeft een overzicht van het verschijnsel filantropie en de filantropische sector in Nederland. Filantropie staat voor vrijwillige private bijdragen van burgers aan collectieve doelen. Vragen die in het vak worden beantwoord zijn: - Waarom zijn er eigenlijk goede doelenorganisaties? - Waarom worden sommige collectieve doelen door filantropische bijdragen gefinancierd, en andere door de overheid met belastinggeld? - Wat is de feitelijke omvang en de aard van de filantropische bijdragen van huishoudens, bedrijven en andere partijen? - Hoe worden filantropische bijdragen geworven door goede doelen en andere nonprofit organisaties? - Waar worden de geworven gelden aan besteed? - Hoe is het toezicht op de filantropie in Nederland geregeld? - Hoe verschilt de filantropie in Nederland van die in andere landen? Deze vragen worden beantwoord aan de hand van theorieën en onderzoek uit de volle breedte van de sociale wetenschappen.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 66 van 128
Onderwijsvorm Er zijn twee hoor- en discussiecolleges per week. Studenten bestuderen voorafgaand aan de bijeenkomsten de literatuur en formuleren daar discussievragen over die in het college worden behandeld. Studenten maken opdrachten waarin de verworven inzichten actief worden toegepast. Toetsvorm Schriftelijk tentamen Literatuur - Schuyt, Th.N.M et al. (red.) (2009). Geven in Nederland, Den Haag: Elsevier Overheid (27,50 euro). - Schuyt, Th.N.M. (2002). Filantropische Studies; Capita Selecta, Utrecht: Uitgeverij De Graaff. (17.50 euro) - Syllabus met Engelse artikelen
Inleiding goederenrecht Vakcode
R_InlGoed (200137)
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coördinator
mr. F.A. Groote Wassink
Docent(en)
mr. B. Breederveld, dr. mr. K.A.P.C. van Wees, W.J.J.G. Speetjens, prof. mr. L.M. Coenraad, mr. L.G.J. Hendrix
Lesmethode(n)
Werkgroep, Werkcollege, Hoorcollege
Doel vak Aan het einde van het vak Inleiding Goederenrecht moet de student in staat zijn tot het opsommen, herkennen, toelichten en aan de hand van concrete voorbeelden hanteren van: - de meest elementaire begrippen van het algemeen deel van het vermogensrecht en het goederenrecht, hun onderscheidende kenmerken, alsmede de verbanden die tussen die begrippen kunnen worden gelegd; - de meest elementaire onderscheidingen die binnen het systeem van subjectieve vermogensrechten en hun objecten kunnen worden gemaakt; - de eisen, waaraan moet zijn voldaan om de geldige overdracht van een goed te bewerkstelligen; Aan het einde van het vak moet de student voorts in staat zijn tot: - het lezen en begrijpen van relevante literatuur en kunnen aangeven wat hoofd- en bijzaken zijn; - het lezen van een goederenrechtelijk arrest en kunnen aangeven hoe dat arrest is opgebouwd, wat de centrale vraag is en wat de kernoverwegingen zijn geweest; - een casus bestuderen en analyseren met het oog op het formuleren van de te beantwoorden goederenrechtelijke rechtsvraag, alsmede met het oog op het vergaren van informatie die kan worden gebruikt bij het schriftelijk, volledig, gemotiveerd en met behulp van de wet en de jurisprudentie beantwoorden van die rechtsvraag. Inhoud vak Onderscheiden van begrippen in het goederenrecht; absolute/beperkte rechten en hun kenmerken; verkrijging en verlies van goederen; bezit en
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 67 van 128
houderschap; overdracht en derdenbescherming). Onderwijsvorm Tijdens de hoorcolleges behandelen de docenten de hoofdlijnen van de stof en belichten zij moeilijke onderdelen. In de intensieve werkgroepen staat het oefenen met de stof centraal aan de hand van verschillende casus. Om die reden wordt van studenten die deelnemen aan de werkgroepen een actieve voorbereiding en participatie verwacht. Op de extensieve werkcolleges is geen actieve voorbereiding vereist en worden kort de antwoorden op de werkboekopgaven besproken. Toetsvorm Het tentamen is schriftelijk en bevat multiple-choicevragen, waarvan een gedeelte met een extra moeilijkheidsgraad, en casusvragen. Literatuur - Werkboek Inleiding Goederenrecht 2011-2012 (verkrijgbaar in de VUboekhandel). - Jurisprudentiereader Inleiding Goederenrecht 2011-2012 (verkrijgbaar in de VU-boekhandel). - Een gedeelte van de verplichte literatuur wordt opgenomen in het werkboek; overige verplichte en/of aanbevolen literatuur wordt bekendgemaakt in het werkboek en via Blackboard.
Inleiding in de archeologie A Vakcode
L_BABAARC109 ()
Periode
Periode 1
Credits
3.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Letteren
Coördinator
dr. A. Prent
Docent(en)
dr. A. Prent
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Doel vak Kennis van de belangrijkste archeologische methoden en technieken; inzicht in de geschiedenis van de archeologie en in de verschillende benaderingswijzen. Inhoud vak In dit, eerste, deel van de cursus wordt ingegaan op de geschiedenis, de aard, de opsporingsmethodes en dateringsmethodes van de archeologie; tevens wordt aandacht besteed aan de verschillende benaderingswijzen van het vak. Onderwijsvorm Hoor- en responsiecolleges; collectieve evaluatie van archeologische film Toetsvorm Schriftelijk tentamen aan het eind van periode 1 . Beoordeling in cijfers (0-10).
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 68 van 128
Literatuur C. Renfrew & P. Bahn, Archaeology. Theories, Methods and Practice, Thames & Hudson, London 2004 (4e gereviseerde en uitgebreide editie of latere druk; aanschaf verplicht), hoofdstukken 1 t/m 4. Doelgroep 1e jaars studenten Archeologie en Oudheidkunde Overige informatie Zie Studiehandleiding.
Inleiding in de archeologie B Vakcode
L_BABAARC113 ()
Periode
Periode 2
Credits
3.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Letteren
Coördinator
prof. dr. N.G.A.M. Roymans
Docent(en)
prof. dr. N.G.A.M. Roymans
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Doel vak Kennis van de belangrijkste archeologische methoden en technieken en inzicht in de voornaamste theorieën over de ontwikkeling van menselijke samenlevingen in de archeologie. Inhoud vak In dit studieonderdeel komen o.a. de sociale, economische en religieuze aspecten van samenlevingen uit het verleden aan bod. Onderwijsvorm Hoor- en responsiecolleges; collectieve evaluatie van een etnografische film. Toetsvorm Schriftelijk tentamen aan het eind van periode 2. Beoordeling in cijfers (0-10). Literatuur C. Renfrew & P. Bahn, Archaeology. Theories, methods and practice, Thames & Hudson, London 2004 (4e gereviseerde en uitgebreide editie of latere druk; aanschaf verplicht), hoofdstukken 5, 9 en 10. Doelgroep 1e jaars studenten Archeologie en Oudheidkunde Overige informatie Zie Studiehandleiding.
Inleiding in de rechtswetenschappen Vakcode
R_InlrechRC (200135)
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 69 van 128
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coördinator
mr. W.P. Boor
Docent(en)
mr. J. Zwart, mr. drs. I. Rosenthal, mr. W.P. Boor, prof. mr. W.J. Veraart, prof. dr. B.M.J. van Klink
Lesmethode(n)
Werkgroep, Bijeenkomst, Hoorcollege
Doel vak Het op elementair niveau lezen, begrijpen en analyseren van wetgeving en jurisprudentie; elementaire kennis van en inzicht in de kernleerstukken van de hoofdonderdelen van het geldende recht; elementaire kennis van en inzicht in de verhouding nationaal recht en internationaal/Europees recht. Inhoud vak Dit vak geeft een eerste inleiding in het recht. Aan de orde komen vraagstukken als ‘Wat is recht?’, ‘Wat zijn rechtsbronnen?’, ‘Wat zijn de uitgangspunten van de democratische rechtsstaat?’, ‘Wat is de rol van het internationale recht in de Nederlandse rechtsorde?’. Voorts wordt een introductie gegeven in de verschillende rechtsgebieden, en komen de beginselen aan de orde die aan deze rechtsgebieden ten grondslag liggen. Van dit vak maakt tevens deel uit het apart te tentamineren onderdeel Arrestlezen. Met dit onderdeel wordt de student wegwijs gemaakt in het lezen van jurisprudentie. Onderwijsvorm Gedurende 7 weken wordt twee uur hoorcollege en vier of twee uur werkgroep/werkcollege gegeven. Toetsvorm Twee schriftelijke tentamens (Inleiding/arrestlezen); wegingsfactor 80/20. Literatuur * A. Soeteman, Over recht gesproken. Inleiding in de rechtswetenschap, Nijmegen: Ars Aequi Libri 2010, te verkrijgen bij de VU boekhandel. * B. van Klink & A. Broekers-Knol, Juridisch wijzer: De staat, Europa en het recht. Praktische handleiding juridische vaardigheden, Amsterdam: Prometheus 2009, te verkrijgen bij de VU boekhandel. * Het werkboek Inleiding tot de rechtswetenschap 2011, waarin de vragen staan die tijdens de werkgroepen behandeld worden. * Het gebruik van een wettenbundel (2011/2012) is verplicht. * Het behandelde tijdens de hoorcolleges behoort, naast literatuur en werkgroepvragen, tot de tentamenstof.
Inleiding verbintenissenrecht Vakcode
R_InlVerb (200138)
Periode
Periode 4
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 70 van 128
Coördinator
J.P. Zeilstra
Docent(en)
prof. mr. A.J. Akkermans, prof. mr. C.E.C. Jansen
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Bijeenkomst
Doel vak Aan het einde van het vak Inleiding Verbintenissenrecht kan de student: 1. het Burgerlijk Wetboek hanteren door aan de hand van concrete voorbeelden op het terrein van het algemeen deel van het vermogensrecht en het verbintenissenrecht aan te geven, waar in het Burgerlijk Wetboek mogelijkerwijs een oplossing zou kunnen worden gevonden voor de in die voorbeelden besloten liggende vraagstukken; 2. literatuur en jurisprudentie lezen en aangeven wat hoofd- en bijzaken zijn; 3. een casus bestuderen en analyseren met het oog op het formuleren van de te beantwoorden rechtsvraag, alsmede met het oog op het vergaren van informatie die kan worden gebruikt bij het schriftelijk, volledig, gemotiveerd en met behulp van de wet en de jurisprudentie beantwoorden van die rechtsvraag. Inhoud vak 1. Bronnen van verbintenissen: de meerzijdige rechtshandeling als bron van verbintenissen; 2. Precontractuele goede trouw en vertegenwoordiging; 3. Wilsgebreken en nietigheden; 4. Tenietgaan van verbintenissen; rechtsgevolgen van niet-nakoming van verbintenissen; 5. Onrechtmatige daad als bron van verbintenissen; 6. Kwalitatieve aansprakelijkheid; 7. Schadevergoeding en overige bronnen van verbintenissen. Onderwijsvorm Tijdens de hoorcolleges behandelen de docenten de hoofdlijnen van de stof en belichten zij moeilijke onderdelen. In de intensieve werkgroepen staat het oefenen met de stof centraal aan de hand van verschillende casus. Om die reden wordt van studenten die deelnemen aan de werkgroepen een actieve voorbereiding en participatie verwacht. Op de extensieve werkcolleges is geen actieve voorbereiding vereist en worden kort de antwoorden op de werkboekopgaven besproken. Toetsvorm Schriftelijk tentamen bestaande uit mc-vragen en casusvragen. Literatuur - Werkboek Inleiding Verbintenissenrecht 2011-2012 (verkrijgbaar in de VUboekhandel). - Overige verplichte en/of aanbevolen literatuur wordt bekendgemaakt in het werkboek en via Blackboard.
Intercultural Communication Course code
S_IC ()
Period
Period 1
Credits
6.0
Language of tuition
English
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 71 van 128
Faculty
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coordinator
dr. F.J. Companjen
Teaching staff
dr. F.J. Companjen
Teaching method(s)
Lecture
Course objective To gain: - knowledge of theories, and different perspectives on intercultural communication between people in organizations; - insight in cultural comparison with people from Eurasia. Course content The theories of intercultural communication will be discussed at three levels: the level of 'culture' (pro's and con's of cultural dimensions: a functional perspective versus an interpretative perspective); of 'groups' (identities, in and outgroup communication) and at the 'individual level' in organizations (imagery, power and negotiations). Form of tuition Lecture Type of assessment Multiple Choice exam with possibly one take home question. Course reading A reader Intercultural Communication will be available. Target group Bachelor students ( Communication, Minor COM,) and exchange students.
Internet Governance Course code
R_InternGov (200331)
Period
Period 1
Credits
6.0
Language of tuition
English
Faculty
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coordinator
prof. mr. A.R. Lodder
Teaching staff
prof. mr. A.R. Lodder
Teaching method(s)
Lecture
Course objective PLEASE TAKE NOTE: THIS IS DE STUDY GUIDE INFORMATION OF THE 201-2011 ACACEMIC YEAR. CERTAIN PARTS OF THE FOLLOWING TEXTS MAY HAVE SINCE CHANGED OF BE OUTDATED. Internet governance, and law on the internet raise mind boggling topics. Johnson & Post consider the internet to be special, and regulation and governance of the internet not self-evident. Goldsmith & Wu are socalled unexceptionalists and see the internet as just an infrastructure that needs no peculiar legal treatment. This course serves as an introduction into the transnational legal issues surrounding internet governance, since both national and international/European law cannot help in solving all questions on internet governance.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 72 van 128
Course content Internet governance, and law on the internet raise mind boggling topics. Johnson & Post consider the internet to be special, and regulation and governance of the internet not self-evident. Goldsmith & Wu are socalled unexceptionalists and see the internet as just an infrastructure that needs no peculiar legal treatment. This course serves as an introduction into the transnational legal issues surrounding internet governance, since both national and international/European law cannot help in solving all questions on internet governance. Despite the internets non-governmental nature, its origin is public: started as an army network in the 1960s, and primarily used by universities in the 1970s and 1980s. There was no need for law back then, the internet served as a communication infrastructure for decent people that committed themselves to so-called netiquettes. Commercial transactions were scarce, criminal behaviour almost absent, and occasional misbehaviour was handled by peers. From 1993 onwards the world-wide web changed the internet completely for it allowed, facilitated and eventually led to the mass use by citizens, companies and governments. As a consequence of all the activity on the internet, slowly but surely the law came into the picture. The characteristics of internet, however, make it extremely difficult to apply the law. Law uses geography, jurisdiction is based on territory. But whose territory is the internet? Started from public roots the internet has evolved into a private communication infrastructure, that falls under no direct responsibility of any government. However, activities on this infrastructure can be legally relevant to and may fall under various jurisdictions. What to do? Should governments intervene? Are they allowed to anyway? And if so, what measures are effective and realistic? During this course students learn how these questions should be approached, and what the possible answers are. Form of tuition Lectures and discussion classes. Type of assessment Written exam (60%) and 2 assignments (40%). Course reading J. Zittrain, The Future of Internet And how to stop it. Entry requirements Entry requirements students Bachelor's degree programme Law (Rechtsgeleerdheid): - only open for students who have passed all the courses of the first bachelor year.
Introduction Entrepreneurship Course code
S_INTROE ()
Period
Period 1
Credits
6.0
Language of tuition
English
Faculty
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 73 van 128
Coordinator
dr. I.A.M. Wakkee
Teaching staff
dr. I.A.M. Wakkee
Teaching method(s)
Lecture, Study Group
Course objective After completing the course students will: - Be familiar with the key concepts of the domain of entrepreneurship research. - Have developed knowledge and insight into the core processes of entrepreneurship as the pursuit of opportunities. - Have developed an understanding of the function and position of entrepreneurs and entrepreneurship in society. - Have developed an understanding of different theoretical perspectives of entrepreneurship as a field of research. In relation to the development of skills they have developed the ability to: - Formulate arguments in group discussions. - Critically reflect on the literature. - Meet with and discuss entrepreneurship related topics with entrepreneurs in various sectors. Course content This course lies the theoretical foundation for the Minor programme. Students are introduced to the basic concepts of entrepreneurship (opportunities, entrepreneurial process, role of the entrepreneur in the entrepreneurial process) and different theoretical visions (e.g. Schumpeter, Kirzner, Hayek, Zahra, Venkateraman, Shane). Form of tuition Interactive lectures. Students prepare for the lectures by studying selected reading materials and by preparing a number of individual assignments or group based assignments such as preparing and analysing interviews with entrepreneurs and professionals working with entrepreneurs; analysing policy reports and conducting international comparisons. Type of assessment Active participation, Completion of assignments, written exam Course reading To be announced Target group Students of the Minor Entrepreneurship, bijvakkers, exchange
Introduction to American Studies Course code
L_ELBAELK206 ()
Period
Period 1
Credits
6.0
Language of tuition
English
Faculty
Faculteit der Letteren
Coordinator
dr. R.V.J. van den Oever
Teaching staff
dr. R.V.J. van den Oever
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 74 van 128
Teaching method(s)
Seminar
Course objective Students learn to study the United States from a multidisciplinary and interdisciplinary approach. Besides reading literary texts, students will also look at non-literary texts including paintings, political texts, photographs, documentaries, and films. Course content Introduction to American Studies" is both chronologically and thematically organized. Starting with the Puritans who sailed to the New World in the 17th century, we discuss tropes in American Studies, for instance the idea of the Promised Land, the Self-Made Man, and the myth of the West. These myths will be juxtaposed to the reality of American lives then and now. Form of tuition Two-hour seminars each week Type of assessment Exam and essay Course reading Neil Campbell & Alasdair Kean, American Cultural Studies: An Introduction. New York: Routledge, 2006 (2nd edition). Entry requirements Ordinarily students of Literatures of English will have to have finished all the first-year courses. Please contact the instructor if you do not fulfill this requirement and want to follow this course anyway. Target group Second-year students of Literatures in English specializing in American Studies; premaster-students of Literatures in English; exchange students; students following the American Studies minor. Remarks This course is taught in English; attendance is compulsory.
Juridische vaardigheden Vakcode
R_Jur.vrd (200139)
Periode
Periode 2+3+4+5, Periode 4+5
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coördinator
mr. W.P. Boor
Docent(en)
mr. W.P. Boor, L. Poort BSc, L. ten Haaf LLM, mr. J. Zwart, dr. A.J. Wolthuis, prof. dr. B.M.J. van Klink
Lesmethode(n)
Werkcollege, Hoorcollege
Doel vak In dit vak worden juridische academische vaardigheden getraind die elke jurist moet beheersen. Het gaat hierbij om basisvaardigheden die in de loop van de studie bij andere vakken verder worden ontwikkeld. Het vak Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 75 van 128
Juridische vaardigheden richt zich met name op: - Analytische vaardigheden van het lezen en begrijpen van juridische teksten (arresten, wetten, parlementaire stukken en rechtswetenschappelijke literatuur); - Informatievaardigheden van het vinden van juridische informatie in (digitale) bibliotheken en databestanden en het beoordelen van (onder meer) de relevantie, actualiteit en kwaliteit van deze informatie; - Het analyseren van juridische redeneringen en het beoordelen van de geldigheid en aanvaardbaarheid van deze redeneringen; - Academische oordeelsvorming, dat wil zeggen het vormen van een eigen mening over actuele maatschappelijke kwesties die het recht betreffen, op basis van een goede kennis van het recht en van de feiten ter zake, en onderbouwd door een goede (geldige en aanvaardbare) argumentatie; - Schriftelijke uitdrukkingsvaardigheden, zoals het schrijven van een paper van wetenschappelijk niveau en in correct Nederlands. Inhoud vak Het vak Juridische vaardigheden bestaat uit de volgende onderdelen, die - in onderstaande volgorde - gedurende het jaar worden getoetst: - diagnostische taaltoets (deelname verplicht); - juridische informatievaardigheden (bb-toets); - verwerking juridische bronnen (bb-toets); - juridische argumentatie (toets); - wetenschappelijk schrijven (opdracht en paper). Aan het bijbrengen van schriftelijke vaardigheden wordt in dit vak veel waarde gehecht. Om die reden is bepaald dat de student, om te kunnen slagen voor dit vak, in ieder geval moet meedoen aan de diagnostische taaltoets en - als hij daarvoor een onvoldoende resultaat heeft behaald - ook aan de afsluitende toets van de remediërende cursus, verzorgd door het Taalcentrum-VU. Het resultaat van de eindtoets telt niet mee bij de bepaling van het eindcijfer voor dit vak (zie verder hieronder). Onderwijsvorm Het onderwijs voor dit vak vindt plaats in werkcolleges en werkgroepen. Van de student wordt verwacht dat hij voorafgaand aan iedere bijeenkomst de voorgeschreven literatuur heeft bestudeerd en de hierbij behorende opdrachten schriftelijk heeft gemaakt. Ook tijdens de bijeenkomsten is een actieve houding van de studenten vereist. Studenten die zich niet hebben voorbereid, worden niet tot het werkcollege of de werkgroep toegelaten. Daarnaast worden er hoorcolleges verzorgd over alle onderdelen van het vak. Toetsvorm Het tentamen Juridische argumentatie wordt schriftelijk afgenomen. Aan het eind van het 1e semester wordt individueel een bb-toets juridische informatievaardigheden en een bb-toets verwerking juridische bronnen gemaakt. De opdracht bouwplan en de paper worden door elke student zelfstandig geschreven en individueel beoordeeld door de docent (2e semester). Voor elk hoofdonderdeel (Juridische Argumentatie en Wetenschappelijk schrijven) dient een voldoende cijfer te worden behaald. Het eindcijfer komt tot stand na weging van de behaalde cijfers bij de twee hoofdonderdelen. Voor de diagnostische taaltoets geldt slechts een deelnameverplichting. Literatuur - Syllabus Juridische vaardigheden 2011-2012; - Bart van Klink en Ankie Broekers-Knol, Juridisch wijzer: De staat, Europa en het recht. Praktische handleiding juridische vaardigheden, Amsterdam: Prometheus 2009; Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 76 van 128
- Leidraad voor juridische auteurs, Deventer: Kluwer 2010; Overige informatie Voor deze onderwijscursus zal intensief gebruik worden gemaakt van de digitale leeromgeving van Blackboard. Op de webpagina van Juridische vaardigheden zullen mededelingen, sheets en aanvullend onderwijsmateriaal (zoals opdrachten en literatuur) worden geplaatst. Daarnaast zal Blackboard worden gebruikt om de opdrachten en de paper in te leveren. De taaltoets wordt georganiseerd door het Taalcentrum-VU. Nadere informatie hierover kunt u vinden op website Taalloket.
Klassieke teksten Vakcode
R_Klas.tkst (982002)
Periode
Periode 1+2
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coördinator
prof. mr. A. Soeteman
Docent(en)
prof. mr. A. Soeteman
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Doel vak Het doel van dit vak is studenten vertrouwd te maken met een aantal klassieke teksten uit de rechtstheoretische literatuur en te trainen in het lezen van deze teksten. Inhoud vak Besproken worden teksten van Plato, Aristoteles, Locke, Rousseau, Hart en Dworkin (wijzigingen voorbehouden). Onderwijsvorm Werkvorm: werkgroepen. Toetsvorm Mondelinge bespreking van paper. Literatuur Wordt tijdig via blackboard beschikbaar gesteld. Vereiste voorkennis Het eerste bachelor jaar dient met succes afgerond te zijn. Overige informatie Dit vak is alleen toegankelijk voor studenten van de faculteit Rechtsgeleerdheid die zijn toegelaten tot het honours programma.
Kwantitatief onderzoekspracticum filantropische studies Vakcode
S_KWOPF ()
Periode
Periode 3
Credits
6.0
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 77 van 128
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. C.L. Carabain
Docent(en)
dr. C.L. Carabain
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkgroep
Doel vak 1. Kennismaking met en uitvoering van secundaire data analyse. 2. Uitvoeren en interpreteren van bi-variate en multi-variate regressieanalyses. 3. Kundig rapporteren van onderzoeksbevingen. 4. Kennismaking met de (longtidunale) dataset "Geven in Nederland". Inhoud vak Het zelfstandig kunnen uitvoeren van statistische analyses is een belangrijke vaardigheid voor wetenschappelijke onderzoekers. Daarnaast is de kennis van statistische methoden van belang bij het lezen van onderzoeksverslagen en artikelen, immers deze kennis stelt de lezer in staat een oordeel te geven over de kwaliteit van het artikel of onderzoeksverslag. Het onderzoekspracticum sluit aan bij het vak Methoden en technieken van sociaal wetenschappelijk onderzoek en bouwt voort op de onderzoeksvaardigheden (operationalisatie van concepten en bivariate analyses) die de studenten hebben geoefend in het bachelorproject. In dit practicum zal de onderzoeksvraag, met toetsbare hypothesen, die is ontwikkelt tijdens het vak ‘Verklaringen van prosociaal gedrag’ empirisch worden onderzocht. De vraagstelling heeft betrekking op filantropisch gedrag. De studenten zullen met behulp van SPSSS secundaire analyses uitvoeren op de ""Geven in Nederland"" data. De vraagstelling wordt beantwoord door het uitvoeren van bivariate en multivariate lineaire regressieanalyses gevolgd door een interpretatie van uitkomsten. Het eindresultaat dient te bestaan uit een groepswerkstuk in de vorm van een volwaardig onderzoeksverslag. De nadruk in dit vak ligt op op de toetsing van hypothesen en de interpretatie van resultaten. Onderwijsvorm Werkcolleges en Computerpractica. Toetsvorm (Individuele bijdrage aan) een groepswerkstuk. Literatuur - Babbie, E. (2006). The Practice of Social Research. (10th edition) - Agresti, A. & B. Finlay (2008) Statistical Methods for the Social Sciences (4th edition). Pearson Education. - Grotenhuis & Matthijsen. Basiscursus SPSS. Koninklijke Van Gorcum. Vereiste voorkennis Studenten worden verondersteld de stof uit het vak Methoden en technieken van sociaal- wetenschappelijk onderzoek paraat te hebben. ‘Kennis en vaardigheden die worden opgedaan tijdens het vak “Verklaringen voor Prosociaal Gedrag” zijn noodzakelijk voor het volgen van het onderzoekspracticum. Doelgroep Minorstudenten Goede doelen, Filantropie en Non-Profits.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 78 van 128
Overige informatie Aanwezigheid tijdens hoorcolleges en computerpractica is verplicht.
Law of International Security Course code
R_LIS ()
Period
Period 2
Credits
6.0
Language of tuition
English
Faculty
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coordinator
dr. T. Gazzini
Teaching staff
dr. T. Gazzini
Teaching method(s)
Study Group
Course objective The course is intended to provide students with a basic understanding of the international legal order, the rules governing the use of military force, and the functioning of the collective security system. Course content The course deals with the regulation of force in international law and the collective security system established by the United Nations Charter and other regional agreements. The first part of the course is intended to introduce students to the basic features and principles of the international legal order. It focuses on the subjects of international law (primarily States and international organizations), the rules governing their relationships and the consequences of violations of these rules. The course then deals with the incremental process aimed at constraining the use of military force in international relations, which culminated with the general prohibition on the threat or use of force with the exception of the right to individual and collective selfdefence. It then describes the creation of the United Nations collective security system and discusses its main pillars, problems and achievements. It finally explores, from both perspectives, how the new types of conflicts – including most prominently those related to the fight against international terrorism – have challenged existing international rules and security arrangements, and to what extent these rules need to be reconsidered. While the legal dimension of the course is clearly predominant, students may expect frequent insights on the question of collective security from the standpoint of international relations and politics. Form of tuition The course is delivered in the form of seminars and lectures. Type of assessment Written exam Course reading M. Shaw, International Law, 6th ed., Cambridge University Press, Chapters 1, 3, 5, 14, 18, 20, 21, 22. Target group
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 79 van 128
Students of the International Security minor Remarks It is obligatory to sign up for a course, for more information on dates to sign up, go to www. fsw. vu. nl/schedules.
Materieel strafrecht Vakcode
R_Mat.strC (212304)
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coördinator
dr. N. Rozemond
Docent(en)
mr. S.M. Cornelissen-Sjoberg, mr. C.J. Petiet, mr. H.M. van Stein Callenfels, mr. J. Bijlsma, dr. N. Rozemond
Lesmethode(n)
Werkgroep, Werkcollege, Hoorcollege
Doel vak Het vak Materieel strafrecht beoogt de student inzicht in en kennis van de algemene leerstukken en de systematiek van het materiële strafrecht te verschaffen. Het vak heeft eveneens tot doel om studenten te leren jurisprudentie en wetgeving inzake het materiële strafrecht te lezen, te begrijpen en te analyseren en om casus op te lossen met behulp van een methode die op de colleges en in de werkgroepen wordt uitgelegd en geoefend. Inhoud vak De methode van het materiële strafrecht, daderschap, causaliteit, opzet, schuld, strafuitsluitingsgronden, poging, voorbereiding, deelneming. Onderwijsvorm Hoorcollege, werkcollege en werkgroepen. Toetsvorm Schriftelijk tentamen. Literatuur • J. de Hullu, Materieel strafrecht, vierde druk, Deventer: Kluwer 2009 • Klaas Rozemond, De methode van het materiele strafrecht, tweede druk, Nijmegen: Ars Aequi Libri 2011 • Arresten Straf(proces)recht, Deventer: Kluwer, laatste druk Vereiste voorkennis Voor studenten Rechtsgeleerdheid en Criminologie gestart in het studiejaar 2009/2010 of eerder geldt voor deelname aan tweedejaarsvakken in 2010/2011: 39 ec uit het eerste bachelorjaar, inclusief: - het vak Beginselen strafrecht. Voor studenten Rechtsgeleerdheid en Criminologie gestart in het studiejaar 2010/2011 geldt voor deelname aan tweedejaarsvakken: 42 ec uit het eerste bachelorjaar, inclusief: - het vak Beginselen strafrecht.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 80 van 128
Mechanisms of Brain Diseases Course code
AB_1058 ()
Period
Period 2
Credits
6.0
Language of tuition
English
Faculty
Fac. der Aard- en Levenswetenschappen
Coordinator
prof. dr. T.J. de Vries
Teaching staff
prof. dr. M.S. van der Knaap
Teaching method(s)
Computer lab, Study Group, Lecture
Course objective Gain insight into the etiology, expression and treatment of various brain diseases, as well as models used in preclinical science. Course content Our brain enables us to perform even the most complex tasks. Sometimes however, diseases of the brain compromise its optimal function. In this course students learn what the clinical manifestations are of the neurological diseases, and what type of cellular or animal models are around to learn us more on how disturbed processes and systems in the brain lead to these illnesses and that may provide us with clues on treatment options. Topics include illnesses as neurodegenerative (e.g., Parkinson’s disease, white matter disease) and neuropsychiatric diseases (e.g. addiction, depression). In addition, we will try to shed light on the cognitive disturbances associated with these diseases, and will elude on comorbidity in symptoms of various brain diseases. Various treatments options for these conditions, including the use of pharmacological agents and deep brain stimulation will be discussed. Form of tuition Lectures, discussion panel, workgroups, brain demo, self study Type of assessment Exam (70%), presentation (25%), participation in discussion (5%). Course reading Papers, presentations and reader. Remarks Part of minor Brain and Mind. Central Academic Skill: How to convey your message; public presentations.
Mind and Machine Course code
AB_1060 ()
Period
Period 3
Credits
6.0
Language of tuition
English
Faculty
Fac. der Aard- en Levenswetenschappen
Coordinator
dr. L.N. Cornelisse
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 81 van 128
Teaching method(s)
Computer lab, Study Group, Lecture
Course objective To relate science fiction to science within the themes of (1) creating an artificial brain, (2) integrating brains and computers, and (3) applications of neural strategies. Course content People have always been fascinated with the idea to create intelligent robots or to integrate computers in the brain to manipulate or enhance its performance. In this course, the current status in creating an artificial brain is discussed. Students learn the theory behind integrating brains and computers, and experience hands-on how brain activity can control computers to write or play computer games. The application of neural strategies and artificial intelligence to solve societal problems is explained and demonstrated during visits to commercial partners. Students work in groups to investigate how close science has come to science fiction for specific themes. Form of tuition Lectures, practicals, group project and poster presentation Type of assessment Exam, report, and presentation Course reading To be decided Remarks Part of minor Brain and Mind. Central Academic Skills: Search, sort and review literature. Perform experiments with human subjects. Relate ideas and concepts (film) to reality (science). Think out of the box: imagination may push basic science into applications and create business opportunities. Present and defend data and opinions (poster and PowerPoint).
Nature versus Nurture Course code
AB_1057 ()
Period
Period 1
Credits
6.0
Language of tuition
English
Faculty
Fac. der Aard- en Levenswetenschappen
Coordinator
dr. J.C. Polderman
Teaching method(s)
Practical, Computer lab, Study Group, Lecture
Course objective To understand causes of individual differences in human cognitive, social and political behavior, and to evaluate critically the ongoing nature-nurture debate.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 82 van 128
Course content Human traits show considerable individual differences, which are caused by differences in the individual’s genes and/or by differences in their environment. In this course the influence of genes and environment on psychological, social and political behavior will be dissected using empirical evidence based on experiments with human subjects and animals. The human traits that play a central role in this course are derived from socially relevant topics such as social and antisocial behavior, political attitude/voting behavior, the effects of violent computer games on aggression, and empathy. Students will be introduced to the world of of DNA and genetic information and will get hands-on experience with DNA techniques (DNA collection, isolation, and genotyping), with the analysis of DNA at crime scenes, and with discussions about the the ethical aspects of DNA research. Evolution of human brain development and behavior will be clarified by pointing out the intriguing parallels with social cognitive skills of other primates. Form of tuition Lectures, practicals, workgroups, excursions Type of assessment Exam, debate, presentation Course reading ‘The origin of species’ by Darwin, ‘The nurture assumption’ by Judith Harris, ‘The age of empathy’ by Frans de Waal, and a selection of papers and chapters of handbooks. Remarks Part of minor Brain and Mind Central Academic Skill: Debating and discussing
Non-Profit and Charity Marketing Vakcode
S_NPCM ()
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
L.K. Hoolwerf MSc
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkgroep
Doel vak Na afloop van de cursus heeft de student: - Inzicht in de ontwikkeling van de non-profit en charity marketing - Inzicht in de belangrijkste theorieën en concepten op het terrein van de non-profit en charity marketing en is de student in staat deze kritisch te beoordelen. - Inzicht in de verschillen tussen commerciële marketing en charity marketing. Daarnaast is de student in staat om: - Kennis en theorieën uit de non-profit marketing te toetsen aan de praktijk. - Aan de hand van inzichten uit de theorie te komen tot een kritische analyse en relevante aanbevelingen voor de praktijk. Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 83 van 128
Inhoud vak Het vak “Non-Profit en Charity Marketing” behandelt marketing zoals deze wordt toegepast bij not-for-profit organisaties. Tijdens het vak wordt een algemene inleiding gegeven over het onderwerp marketing en wordt aandacht besteed aan aspecten die marketing bij non-profit organisaties bijzonder maken. Studenten leren tijdens de cursus een aantal consequenties van de aard van de non-profit organisaties toe te passen in het opstellen van een marketingstrategie. Verschillende aspecten van een marketingstrategie komen aan bod tijdens de cursus. Onderwerpen zijn onder andere “branding”, “segmentering”en “fondsenwerving”, daarnaast wordt aandacht besteed aan de rol van public relations en communicatie met donateurs. Het vak bestaat uit hoorcolleges en werkgroepen. Tijdens de hoorcolleges wordt de theorie zoals deze in de literatuur wordt besproken verder toegelicht en aangevuld. De theoretische kennis wordt getoetst door middel van een tentamen. Tijdens de werkgroepen wordt aandacht besteed aan toepassing van de theorie. Waaruit bestaat de marketingstrategie van een non-profit organisatie? Is er sprake van doelgroepsegmentering en een duidelijk profiel in de marketingstrategie? Is de non-profit organisatie zich bewust van de concurrentie? En zo ja, op welke manier wordt hiermee rekening gehouden in het marketingbeleid? De kennis over en vaardigheden voor het beoordelen van de kwaliteit van het marketingbeleid wordt getoetst in het geven van een presentatie over een onderdeel van het marketingbeleid en de eindopdracht. Onderwijsvorm Hoorcolleges en werkgroepen Toetsvorm Opdracht en tentamen Literatuur Wordt voor aanvang van het vak bekend gemaakt via Blackboard.
Organization Politics Course code
S_OP ()
Period
Period 2
Credits
6.0
Language of tuition
English
Faculty
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coordinator
dr. ir. F.K. Boersma
Teaching staff
dr. ir. F.K. Boersma
Teaching method(s)
Study Group
Course objective Students participating in Organizational Politics are familiarized with the relevant disciplinary perspectives within the current debates in the field of cultural approaches in organization studies. This subject provides students with an opportunity to: 1. Learn about the centrality of power and politics in the field of organization studies; 2. Research and evaluate critically practices of power; 3. Become adept at theorizing power. They will do this through: - Mastering the theory of power and its application to organizations
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 84 van 128
- Developing an ability to diagnose and analyse power and policies - Coming to terms with the inherent dilemmas and choices involved in developing and exercising power. Course content - Knowledge of power processes in relation to culture in organizations; - Application of social scientific perspectives and theories on power in organizations; - The management and use of power as well as unintentional and latent aspects of power; - Analysis of academic texts, and the application of theoretical debates to case studies, group discussions reflecting on the connection between theory and the practical manifestations of power in organizational settings. Form of tuition Lecture Type of assessment Written examination (paper) Course reading - Book: Clegg, S., D. Courpasson, N. Philips (2006). Power and Organizations. London: Sage. - Articles: to be announced Target group Students who are interested in: 1. Classic and current models of power used and applied in organization and management theory; 2. The types of arguments and evidence used to justify and elaborate different types of theorizing, research and writing practices; 3. The centrality of the management of power and resistance to organizational reality.
Organizational Discourse and Narrative Analysis Course code
S_ODNA ()
Period
Period 3
Credits
6.0
Language of tuition
English
Faculty
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coordinator
dr. I.H.J. Sabelis
Teaching staff
dr. I.H.J. Sabelis, drs. A.M. Kok
Teaching method(s)
Seminar
Course objective The aims of this course can be formulated as follows: - Enhance knowledge of different approaches to discourse and narrative analysis. - Enhance knowledge of the importance of discourse and narrative analysis for the field or organizational studies. - Acquire practical experiences with (organizational) discourse and narrative analysis. - Stimulate critical reflection on the (im)possibilities of the use of
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 85 van 128
organizational discourse and narrative analysis. After the course, you will be able to recognize different theoretical approaches to organizational discourse and the underlying philosophical premises of these approaches. You are able to critically reflect on the strengths and weaknesses of particular approaches and examples of empirical studies. Furthermore, after completion of this course you will be able to recognize and critically elaborate the use of rhetorical and discursive strategies in current societal and organizational situations. Course content The course focuses on processes of collecting, representing, and analysing organizational discourses and narratives. Organizations consist of people who on a daily basis are engaged in sense-making, meaning attribution processes concerning the structures they work in, the tasks they perform, their identities (within and outside the organisation) and their relations with their colleagues. The basic premise of discourse and narrative analysis is that language is a form of social behaviour that plays an important role in the way social identities and relations are constructed and (re-)produced. The objects of discourse and narrative analysis are patterns in language behaviour as well as changes in these patterns. Attention will be paid to different approaches in discourse and narrative analysis. Some approaches focus on the actor as a (co-)producer of discourses and narratives. Other approaches focus on structure, i.e., the language user as a ‘reproducer’ or even 'prisoner' of certain discourses and narratives. During the lectures attention will be paid to the philosophical underpinnings of social scientific approaches to organization studies in general and of interpretive approaches in specific. A range of different theoretical approaches to organizational discourse and narratives will be discussed, as well as examples of current empirical studies from this field. Students in the course will also be asked to actively engage in discussions of cases, to collect and analyze texts from different sources - including newspaper articles, promotional material and video material - themselves. Form of tuition Lectures Type of assessment Essay Target group Students Minor Organizational Culture, exchange students
Overheid en privaatrecht Vakcode
R_Overh.priv (201750)
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coördinator
prof. mr. F.J. van Ommeren
Docent(en)
prof. dr. mr. T.J. van der Ploeg, prof. mr. S.E. Zijlstra, prof. mr. F.J. van Ommeren, prof. mr. C.E.C. Jansen, mr. P.J. Huisman, dr. A.R. Neerhof
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 86 van 128
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkgroep
Doel vak Veel juristen krijgen met de verhouding tussen publiek- en privaatrecht te maken, ongeacht of ze nu werkzaam zijn bij de overheid, bij particuliere organisaties, in het bedrijfsleven, in de wetenschap of in een rechtsprekend of adviserend beroep (advocatuur, notariaat, enz.). De praktijk houdt zich nu eenmaal niet goed aan de kunstmatige onderverdeling van het recht in aparte deelgebieden. Voor juristen die met de overheid hebben te maken, is daarom kennis van het terrein `Overheid en privaatrecht' eigenlijk onmisbaar. Doel van dit vak is het verwerven van inzicht in het optreden van de overheid in privaatrechtelijke verhoudingen. Aan het eind van dit vak dient men de casuïstiek op dit terrein zelf te kunnen rubriceren en rechtsvragen zelfstandig te kunnen beantwoorden aan de hand van wetgeving, jurisprudentie en literatuur. Voorts dient men dan vertrouwd te zijn met de verschillende invalshoeken die hiervoor kunnen worden gekozen. Inhoud vak In dit vak komen ondermeer de volgende vragen en onderwerpen aan de orde: - Welk overheidshandelen dient als privaatrechtelijk te worden aangemerkt? - Hoeveel ruimte heeft de overheid de privaatrechtelijke weg te bewandelen en waarom is daar behoefte aan? - Wat is de betekenis van de doorwerking van publiekrechtelijke normen in privaatrechtelijke verhoudingen? - Welke rechter is bevoegd kennis te nemen van dit soort geschillen? Deze algemene vraagstukken worden toegepast op een aantal rechtsfiguren dat in het overheidsprivaatrecht van bijzonder belang is, zoals: - het gebruik van overheidscontracten; - het gebruik van overheidseigendom; - handhaving door de overheid langs privaatrechtelijke weg; - de overgang van vergunningen. Onderwijsvorm Er worden hoorcolleges en enige aansluitende werkcolleges gegeven. Van de studenten wordt een actieve inbreng verwacht. De twee thuis te maken vaardigheidsopdrachten worden op het werkcollege besproken. Toetsvorm Schriftelijk tentamen. De twee thuis te maken vaardigheidsopdrachten tellen elk voor 10% mee voor het eindcijfer en kunnen dan ook als takehome tentamenvraag worden beschouwd. Literatuur Enige gedeelten uit: R.J.N. Schlössels & S.E. Zijlstra, Bestuursrecht in de sociale rechtsstaat, 6e geheel herziene druk, Deventer: Kluwer 2010. - Alsmede nadere aanvullingen in reader/Blackboard.
Overheidschadevergoedingsrecht Vakcode
R_OvSVR ()
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 87 van 128
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coördinator
dr. A.R. Neerhof
Docent(en)
prof. mr. E. Steyger, prof. mr. F.J. van Ommeren, mr. P.J. Huisman, dr. A.R. Neerhof
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkcollege
Doel vak Het vak heeft tot doel de kennis en het inzicht in het overheidsaansprakelijkheidsrecht te vergroten: welke grondslagen zijn er, welke procedures zijn er, wat zijn de criteria voor aansprakelijkheid? Ook de invloed van het Europese recht komt uitgebreid aan bod. Inhoud vak Dit vak gaat over de schade die door overheidsoptreden veroorzaakt wordt en wanneer deze voor vergoeding in aanmerking komt. De overheid veroorzaakt bij veel van haar handelen schade. Dat doet zij in verschillende rollen: zowel als wetgever, bestuurder en soms zelfs als rechter. Veel schade wordt onrechtmatig veroorzaakt (de zogeheten onrechtmatige overheidsdaad), maar minstens zoveel overheidsoptreden veroorzaakt schade zonder dat zulks onrechtmatig is (de vergoeding van deze schade wordt aangeduid als nadeelcompensatie). Zowel de schadevergoeding bij onrechtmatige overheidsdaad als de nadeelcompensatie staan in dit vak centraal. Meer in het bijzonder komen in dit vak de volgende onderwerpen aan de orde: - De rechtsgrondslagen en rechtvaardigingsgronden voor de schadevergoedingsplicht. Wat is het principiële verschil tussen de grondslag voor schadevergoeding bij onrechtmatig of rechtmatig overheidshandelen? -De procedure die moet worden doorlopen om schade die is geleden als gevolg aan overheidsoptreden vergoed te krijgen. Hierbij hanteren we het perspectief van de verdeling van de rechtsmacht: naar welke rechter moet de rechtszoekende toe, de bestuursrechter of de burgerlijke rechter? Het zelfstandig schadebesluit en gevolgen daarvan voor de rechtmachtsverdeling komen aan de orde. - Het materiële recht betreffende schadevergoeding bij rechtmatige overheidsdaad. Wettelijke regelingen voor schadevergoeding, nadeelcompensatie op grond van het beginsel van de gelijkheid voor de publieke lasten en de betekenis van art. 1 EP EVRM komen aan de orde. - Het materiële recht betreffende schadevergoeding bij onrechtmatige appellabele besluiten en bij overig onrechtmatig overheidshandelen. Welke criteria hanteren de burgerlijke rechter en de bestuursrechter voor aansprakelijkheid? Er wordt in het bijzonder aandacht besteed aan de leer van de formele rechtskracht. - De invloed van het communautaire recht op aansprakelijkheden van overheden. Toetsvorm Schriftelijk tentamen. De thuis te maken vaardigheidsopdracht telt voor 10% mee voor het eindcijfer en kan als een take-home tentamenvraag worden beschouwd. Literatuur
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 88 van 128
- Gedeelten uit: Prof. mr. R.J.N. Schlössels en prof. mr. S.E. Zijlstra, Bestuursrecht in de sociale rechtsstaat, 6e geheel herziene druk, onderwijseditie deel 2, Deventer: Kluwer 2010 - Alsmede nadere aanvullingen op Blackboard
Overheidsrechtspersonenrecht Vakcode
R_OvRpR ()
Periode
Periode 3
Credits
3.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coördinator
prof. mr. S.E. Zijlstra
Docent(en)
prof. dr. mr. T.J. van der Ploeg, prof. mr. S.E. Zijlstra, mr. N. Jak, R.J.M.H. de Greef
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkcollege
Doel vak Doel van dit vak is het verwerven van inzicht in de juridische vragen die zich kunnen voordoen op het grensvlak van publiek- en privaatrecht als het gaat om het rechtspersonenrecht. Dit betreft zowel theoretische kennis als het vermogen tot het oplossen van concrete juridische vragen op dit terrein. Inhoud vak Bij het rechtspersonenrecht op het grensvlak van publiek- en privaatrecht kan allereerst worden gedacht aan het onderwerp van de vertegenwoordiging: wie vertegenwoordigt de publiekrechtelijke rechtspersoon als zij privaatrechtelijk handelt? Moet toerekening aan de publiekrechtelijke rechtspersoon van onbevoegd verrichte rechtshandelingen op dezelfde manier worden beoordeeld als bij privaatrechtelijke rechtspersonen, of gelden hier bijzondere regels? Een tweede onderwerp betreft verzelfstandiging en privatisering. Hoe moeten we aankijken tegen bedrijven als de NV Luchthaven Schiphol, De Nederlandse Spoorwegen NV en op gemeentelijk niveau RET NV (het Rotterdamse vervoerbedrijf), NV Havenbedrijf Rotterdam en energiebedrijven als NUON? Moet hun handelen vanwege het feit dat zij de volledig in eigendom van de overheid zijn, anders worden beoordeeld dan van een ‘gewoon’ bedrijf? Speelt hierbij het begrip ‘publieke taak’ een rol? Ten slotte gaan we dieper in op juridische aspecten van samenwerking: tussen overheden onderling, en tussen overheden en private partijen, zowel in publiekrechtelijke als privaatrechtelijke (organisatie)vorm. Onderwijsvorm Er worden hoor-/werkcolleges gegeven. Van de studenten wordt een actieve inbreng verwacht. De thuis te maken vaardigheidsopdracht wordt op het werkcollege besproken. Er zal een gezamenlijke excursie plaatsvinden. Toetsvorm Schriftelijk tentamen. De thuis te maken vaardigheidsopdracht telt voor 20% mee voor het eindcijfer en kan dan ook als takehome tentamenvraag worden beschouwd. Een voorbeeldtentamen zal op
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 89 van 128
Blackboard ter beschikking worden gesteld. Literatuur - Enige gedeelten uit: R.J.N. Schlössels & S.E. Zijlstra, Bestuursrecht in de sociale rechtsstaat, 6e geheel herziene druk, Deventer: Kluwer 2010. - Nadere aanvullingen in reader / Blackboard.
Participatie en burgerschap in de informatiesamenleving Vakcode
S_PBI ()
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
drs. B. Slijper
Docent(en)
drs. B. Slijper
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Doel vak 1. De student is bekend met de klassieke theorieën over de praktijk en theorie van politieke participatie; 2. De student is bekend met de recente ontwikkelingen en veranderingen in de politieke participatie van burgers als gevolg van de opkomst van communicatietechnologie; 3. De student is in staat te beoordelen in welke mate deze veranderingen een aanpassing van de ‘klassieke’ theorieën nodig maken; 4. Voorbereiding van het analyselab. Inhoud vak Al vanaf het prille begin van de informatie- en communicatierevolutie waren er veel verwachtingen van de mogelijkheden van met name internet voor de politieke participatie van ‘gewone’ burgers. Zo zouden voorheen uitgesloten groepen nu veel beter hun weg naar het publieke debat kunnen vinden, moeilijk bereikbare groepen weer bij de publieke zaak betrokken kunnen worden, de kloof tussen burgers en politici zou kunnen worden gedicht, de toegankelijkheid en diversiteit van relevante informatie zou worden vergroot, en de verschillende interactieve mogelijkheden zouden het mogelijk maken veel meer burgers dan voorheen te betrekken bij allerlei publieke discussies en wellicht zelfs vormen van beleidsvorming. Kortom, internet zou de kwaliteit van democratische samenleving ten goede veranderen. Inmiddels is het enthousiasme enigszins getemperd. Zo deed de term digitale tweedeling haar intrede, is internet behalve een vrijplaats nu ook het terrein van verregaande vormen van censuur, worden fora als GeenStijl beschuldigd van vervuiling van de publieke meningsvorming, en worden beroemde klokkeluiders-sites als WikiLeaks van ‘digitaal terrorisme’ beschuldigd. Is internet nu een vloek of zegen voor de democratische samenleving? In deze cursus zullen we een stand-van-zaken van dit debat proberen te geven aan de hand van een zestal actuele cases. Daarbij staat telkens, naast de sociologische vragen naar de aard en omvang van de geschetse casus, ook de vraag centraal welke betekenis deze heeft voor de klassieke normen van de democratische samenleving.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 90 van 128
Onderwijsvorm Hoorcolleges Toetsvorm Participatieopdrachten (40%) en Schriftelijk tentamen (60%). Daarnaast wordt iedere deelnemende student geacht mee te werken aan de dataverzameling t.b.v. het afsluitende analyselab van de minor (zie onder opmerkingen). Literatuur Wordt nader bekend gemaakt. Overige informatie Dit vak is onderdeel van de Minor Netwerken in de Informatiesamenleving. Deelname aan dit vak is mogelijk zonder de gehele minor te volgen.
Penitentiair recht Vakcode
R_Penol ()
Periode
Periode 3
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coördinator
mr. C.J. Petiet
Docent(en)
mr. C.J. Petiet
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Doel vak Studenten worden geacht aan het eind van de cursus begrip te hebben van van de geschiedenis en achtergronden van de vrijheidsstraf, van de opbouw en het beleid van het gevangeniswezen, van de strafdoelen, van de detentiesituatie en de rechtspositie van gedetineerden. Inhoud vak Detentie is een wezenlijk onderdeel van de strafrechtscyclus. Verdachten kunnen tijdens de voorlopige hechtenis worden ingesloten in een Huis van Bewaring en als het vonnis dat later door de rechter wordt uitgesproken inhoudt dat de dader een vrijheidsbenemende straf of maatregel wordt opgelegd, wordt die straf ten uitvoer gelegd in een gevangenis of TBSinrichting. Het insluiten in een penitentiaire inrichting wordt detentie genoemd. De tenuitvoerlegging van deze detentie staat in Nederland continue in de belangstelling. Met name een specifieke vorm van detentie, de vreemdelingenbewaring ten uitvoer gelegd in detentiecentra, is frequent onderwerp van het politiek debat. Tijdens de colleges zal aandacht worden besteed aan de differentiatie binnen de penitentiaire inrichtingen, de selectie van gedetineerden over die inrichtingen alsmede aan actuele problemen en de veranderingen die zich ten aanzien van het penitentiair beleid voordoen. Tevens komt de huidige detentiesituatie van gedetineerden aan bod, komen de verschillen tussen de straffen en de maatregelen naar voren en wordt er ingegaan op de praktijk. Er zal worden ingegaan op strafdoelen, de TBS en de levenslange gevangenisstraf.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 91 van 128
Onderwijsvorm Hoor-/werkcolleges, en -afhankelijk van het aantal deelnemersexcursies. Toetsvorm Schriftelijk tentamen met openvragen/dan wel een paperopdracht, afhankelijk van het aantal deelnemers. Literatuur Literatuur wordt bekend gemaakt op Blackboard.
Personen- en familierecht Vakcode
R_PersFamR (200321)
Periode
Periode 4
Credits
3.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coördinator
mr. G.C.A.M. Ruitenberg
Docent(en)
dr. mr. C. Blankman, mr. G.C.A.M. Ruitenberg, prof. dr. mr. M.V. Antokolskaia
Lesmethode(n)
Werkcollege, Hoorcollege
Doel vak Het verkrijgen van inzicht in de belangrijkste onderdelen van het personen- en familierecht inclusief het huwelijksvermogensrecht. Inhoud vak De zes hoofdonderwerpen zijn: -huwelijk en geregistreerd partnerschap -echtscheiding en levensonderhoud -huwelijksvermogensrecht -afstamming en adoptie -gezag en ouderschapsplan -personenrecht en namenrecht Onderwijsvorm Hoor- en werkcolleges. Tijdens de werkcolleges wordt geoefend met meerkeuzevragen en casusvragen. Toetsvorm Schriftelijk tentamen. Literatuur • Digitale reader Personen- en familierecht, beschikbaar via blackboard. • W.M. Schrama (red.), Ars Aequi geschetst, Familierecht geschetst, Nijmegen: Ars Aequi Libri 2009. Vereiste voorkennis Ingangseis: Rechtsgeleerdheid: - een afgerond eerste bachelorjaar Rechtsgeleerdheid recht
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 92 van 128
Notarieel recht: Voor studenten Notarieel recht gestart in het studiejaar 2009/2010 of eerder geldt voor deelname aan tweedejaarsvakken in 2010/2011: 39 ec uit het eerste bachelorjaar. Voor studenten Rechtsgeleerdheid/Notarieel recht gestart in het studiejaar 2010/2011 geldt voor deelname aan tweedejaarsvakken: 42 ec uit het eerste bachelorjaar.
Pleitoefening Vakcode
R_PleitO (200320)
Periode
Periode 1+2, Periode 4+5
Credits
3.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coördinator
mr. M. de Bruin
Lesmethode(n)
Werkgroep
Doel vak Het vak geldt als één van de belangrijkste en zwaarste vaardighedentraining in de juridische opleiding en heeft als leerdoelen voor de student: 1. het praktisch toepassen van verworven theoretische kennis over het geldende recht door confrontatie ervan met aan de rechtspraktijk ontleende vraagstukken. 2. het beoordelen van deze vraagstukken, niet alleen op hun juridische, maar ook op hun rechtstatelijke, maatschappelijke en ethische merites. 3. het innemen van een gefundeerde positie, dit standpunt overzichtelijk formuleren en zowel schriftelijk als mondeling presenteren aan de hand van een logisch geldende, deugdelijke opbouw van argumenten, waarmee u de rechter en andere instanties tracht te overtuigen. 4. het doeltreffend en efficiënt inzetten van relevante en actuele bronnen uit juridische (digitale) bibliotheken en databestanden ter onderbouwing van uw pleidooi; 5. het verbinden van de juridische praktijk met de maatschappelijke context waarin het recht zich manifesteert. 6. het (bij)sturen van het eigen en andermans leerproces, t.w. feedback geven, ontvangen en toepassen ter verbetering van het eigen schrijven en pleiten. Inhoud vak Aan de hand van een verstrekte casus schrijft u (in teamverband) een processtuk en maakt u (individueel) een pleitnotitie. Daarbij maakt u gebruik van de speciaal voor Pleitoefening ontworpen webcursus van de faculteitsbibliotheek, welke u na het doorlopen ervan evalueert via een daartoe verstrekt onderzoeksformulier. Het vak wordt afgesloten met uw pleidooi voor een meervoudige kamer van Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 93 van 128
de rechtbank. Er zijn in de 3 ECTs, die het vak oplevert, voorts twee verplichte hoorcolleges alsmede drie verplichte vaardighedentrainingen van een dagdeel (ochtend of middag) geïncorporeerd: tijdens het eerste dagdeel ontvangt u een algemene vaardighedentraining, tijdens het tweede dagdeel een training specifiek gericht op het selecteren van relevante feiten voor uw zaak, en de derde training is een repetitie voor het overtuigend naar voren brengen van een argument als voorbereiding op uw optreden ter zitting. De dagdelen worden met een tussenpoos van een tot twee weken gegeven. Onderwijsvorm Er wordt op een nog aan te geven tijdstip een introductiebijeenkomst in de vorm van een hoorcollege gehouden, waarbij de juiste benadering en de werkwijze van het vak worden uiteengezet. Uw aanwezigheid is daarbij verplicht. Ook volgt er een verplicht tweede hoorcollege waarbij u stof tot nadenken ontvangt van een deskundige uit de praktijk. U wordt ingedeeld in groepen van 12 studenten per casus. Gedrieën schrijft u het eerste schriftelijk stuk, het tweede doet u individueel. Het pleiten ter zitting doet u eveneens alleen. De groep wordt begeleid door een docent, welke u feedback geeft op de stukken die u inlevert. Aan de hand van een casus op het gebied van o.a. privaatrecht, strafrecht of bestuursrecht ontwerpt u in samenwerking met twee medestudenten, dus in groepjes van drie, allereerst het processtuk. De groepsdocent stelt vast wie voor welke partij gaat optreden (eiser/gedaagde, verzoeker/verweerder, officier van justitie/verdediging e.d.). Na het processtuk gaat ieder individueel verder met de pleitnota of het requisitoir, waarin de basis wordt gelegd voor het optreden ter zitting. Toetsvorm U wordt beoordeeld op het processtuk dat u in groepsverband heeft geschreven, op uw pleitnota en op uw pleiten ter zitting. Het schriftelijke deel telt voor uw eindcijfer voor 50% mee en het mondelinge deel, het pleiten ter zitting, telt voor 50% mee. Cijfers over het gehele traject en het eindcijfer worden bekendgemaakt aan het einde van de zittingsdag. Alle aspecten van uw deelname (waaronder ook inzet, aanwezigheid, bijzondere bijdragen) worden hierin meegenomen. Tevens vindt u beoordelingsformulieren in de syllabus behorende bij dit vak. Literatuur - B. van Klink en A. Broekers-Knol, Pleitwijzer, succesvol pleiten in de praktijk, Amsterdam: Bert Bakker, laatste druk. - Syllabus (digitaal verkrijgbaar) Vereiste voorkennis Ingangseis: - 100 bachelorstudiepunten Rechtsgeleerdheid/Notarieel recht, inclusief: - een afgerond eerste bachelorjaar Rechtsgeleerdheid/Notarieel recht - het vak Rechtzoeken Na het verstrijken van de inschrijftermijn kan er niet meer voor het vak worden aangemeld, ook niet via de Student Service Desk. Intekenprocedure
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 94 van 128
Na het verstrijken van de aanmelddeadline is aanmelden voor het vak niet meer mogelijk. Ook niet tegen betaling van administratiekosten aan de balien van de Student Service Desk. Overige informatie Het vak wil een bijdrage leveren aan het ontwikkelen van uw persoonlijke stijl en presentatie - zowel schriftelijk als mondeling - en is daarom uniek in zijn soort. Ook diegenen die niet opteren voor de togaberoepen zullen veel baat hebben bij dit vak. Als jurist kunt u immers niet zonder presentatie- en overtuigingskracht. Het vak reikt vaardigheden aan die in elke juridische omgeving onontbeerlijk zijn. De oefening van de verschillende vaardigheden zal leiden tot toename van het zelfvertrouwen. Aldus wordt het voor ieder eenvoudiger om zich een duidelijk beeld te vormen van wat men met deze studie beoogt en kan bereiken. Inschrijving: Voor de periode september-december en voor de periode januari-juni geldt een elektronische inschrijvingsprocedure. U schrijft zich individueel in.
Politics of International Security Course code
S_PISC ()
Period
Period 1
Credits
6.0
Language of tuition
English
Faculty
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coordinator
M. Onderco
Teaching staff
prof. dr. W.M. Wagner, M. Onderco
Teaching method(s)
Study Group
Course objective - Familiarize students with the main theoretical outlooks in the field; - Present students with the most topical themes of the current international relations; - Enable students to apply learnt theory in practical analytical work. Course content Politics of International Security is an introductory class in international security for 3rd year undergraduate students taking part in the International Security minor. The main purpose of this course is two-fold: to introduce students into main theoretical perspectives of the contemporary study of international security and to offer an overview of the most pertinent themes in international security. In the first part of the course, students will explore the main avenues of theoretical thinking about the international security and will learn about particular strengths and weaknesses of individual theories. In the second part of the course, students will familiarize with the most contemporary threats to international peace and security. The role of international organizations, asymmetric warfare or civil war will be studied.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 95 van 128
Form of tuition Seminar Type of assessment 15% class participation 25% group presentation and paper 60% final exam Course reading A selection of articles and book chapter available through the UBVU ecollection (approx 30 pages per session). Target group Students of the International Security minor and exchange students
Post uit de VS, jaren '20 Vakcode
L_GABAGES206 ()
Periode
Periode 2+3
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Letteren
Coördinator
prof. dr. G. Harinck
Docent(en)
prof. dr. G. Harinck
Lesmethode(n)
Werkcollege
Doel vak Introductie bijzondere collecties UBVU, leren werken met bronnen, plaatsen in de context, leren transcriberen en annoteren. Inhoud vak Aan de hand van een verslag van een Amerikaanse reis die een VUhoogleraar in 1920 voor zichzelf maakte, wordt nagegaan hoe Nederland werd gerepresenteerd en hoe hij de VS zag. Onderwijsvorm Werkcollege, waarbij een student telkens een of twee pagina's uit het verslag bespreekt, transscriptieproblemen voorlegt en het tekstgedeelte in zijn context plaatst. Toetsvorm De colleges worden afgesloten met een schriftelijke toets over de collegestof en opgegeven literatuur. De beoordeling omvat ook de inhoud en vorm van de presentatie van het eigen onderzoek in de werkgroep. Literatuur James D. Bratt, Dutch calvinism in modern America. A history of a conservative subculture (Grand Rapids 1984); George Harinck, 'Valentijn Hepp in America: Attempts at International Exchange in the 1920s', in: George Harinck en Hans Krabbendam, Sharing the Reformed Tradition. The Dutch-North American Exchange, 1846-1996 (Amsterdam 1996), 115-138. Vereiste voorkennis George Harinck, '"Our history is not without parallels". Reacties uit gereformeerde kring in Nederland op het ontstaan van Westminster
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 96 van 128
Theological Seminary te Philadelphia', Radix, XXIII (1997), 44-67. Doelgroep Studenten die de minor Amerikanistiek volgen; studenten geschiedenis en godgeleerdheid BA 2-3.
Prehistorie van Nederland Vakcode
L_BEBAARC207 ()
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Letteren
Coördinator
prof. dr. N.G.A.M. Roymans
Docent(en)
prof. dr. N.G.A.M. Roymans
Lesmethode(n)
Excursie, Werkcollege
Doel vak Kennis en inzicht in de hoofdlijnen van de Nederlandse prehistorie. Het kunnen beoordelen van literatuur. Het zelfstandig kunnen samenvatten van de stand van zaken over een aantal thema's binnen de Nederlandse archeologie. Oordeelsvorming over het eigen vakgebied in de werkcolleges via discussie/debat. Inhoud vak De prehistorie van Nederland met nadruk op de laatste twee millennia voor Chr. Centrale thema's zijn economische versus culturele interpretaties in het landschaps- en nederzettingsonderzoek, huishoudens en locale gemeenschappen, depositiepraktijken, uitwisselingsnetwerken, grafveldonderzoek, de omgang met het verleden in de prehistorie. Onderwijsvorm Hoor- en werkcolleges en excursie Noord-Nederland. Toetsvorm Schriftelijk tentamen aan het einde van periode 1. Beoordeling in cijfers (0-10). Literatuur L.P. Louwe Kooijmans e.a. (eds.), De prehistorie van Nederland, Leiden. Aanvullende literatuur wordt tijdens college bekend gemaakt. Vereiste voorkennis Inleiding in de archeologie A en B (L_BABAARC109 en L_BABAARC113)(vak in 2010-2011 Inleiding in de archeologie; L_BABAARC102). Doelgroep 2e jaars studenten major West-Europese archeologie en Mediterrane archeologie; studenten Geo-archeologie. Overige informatie - wekelijkse deelname aan de cursus is verplicht - Aanschaf handboek Louwe Kooijmans e.a. wordt dringend aanbevolen. - Over de excursie worden nadere afspraken gemaakt.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 97 van 128
Radicalization and Conflict Course code
S_RC ()
Period
Period 1
Credits
6.0
Language of tuition
English
Faculty
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coordinator
dr. J. van Stekelenburg
Teaching staff
dr. J. van Stekelenburg
Teaching method(s)
Lecture, Study Group
Course objective Students have insight into processes of polarization and radicalization based on cultural and religious social identities. They understand how group processes and institutional and cultural dynamics shape cultural conflicts between social groups. Course content Ethnic and religious identities have increasingly become a focal point of social conflict. Ranging from interpersonal discrimination and group conflicts to demonstrations, riots, and terrorism, cultural identities seem to have radicalized, both among native and migrant groups. They have become a major concern for various policy makers. How has cultural identity become so politicized? And is it really a sign of this time? What for instance about the Spanish separatist movement ETA, or the Irish IRA opposing British rule in Ireland? This course analyzes contemporary Western polarization and radicalization and compares it to more historical and non-western episodes of radical conflict. What happens at the individual and group level? And how does the institutional and cultural dynamics in society help shape and prevent religious and cultural conflicts between groups? Form of tuition Lectures and study groups Type of assessment Tentamination and assignments Course reading To be announced Target group Bachelor 3, exchange students
Recht en medische biotechnologie Vakcode
R_R.medBio (982003)
Periode
Periode 5+6
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coördinator
prof. dr. mr. D.W.J.M. Pessers
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 98 van 128
Docent(en)
prof. dr. mr. D.W.J.M. Pessers
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Doel vak Het vak beoogt honoursstudenten te enthousiasmeren voor wetenschappelijk onderzoek. Daartoe worden studenten uitgedaagd zich te verdiepen in de principiële rechtsvragen die de medische biotechnologie oproept. Mag het recht grenzen stellen aan manipulaties van het lichaam? Aan kunstmatige voortplanting? Aan embryoselectie? Mag men patenten vestigen op genetisch materiaal? etc. Het recht heeft vooralsnog geen duidelijke antwoorden op deze nieuwe technologische ontwikkelingen. Van de studenten wordt verwacht dat zij - vanuit de basisbeginselen van het recht - methodisch op zoek gaan naar mogelijke antwoorden. Inhoud vak Menselijke waardigheid, lichamelijke zelfbeschikking, het persoonsbegrip in het recht, de juridische status van het lichaam. Onderwijsvorm Werkcollege waarin studenten verslag uitbrengen van de voortgang van hun onderzoek. Toetsvorm Essay Literatuur Dr. B. van Beers, Persoon en lichaam in het recht. Overige literatuur wordt nog bekend gemaakt. Overige informatie Dit vak is alleen toegankelijk voor studenten van de faculteit Rechtsgeleerdheid die zijn toegelaten tot het honours programma.
Recht en praktijk Vakcode
R_RechtPra (200380)
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coördinator
M. Malsch
Docent(en)
M. Malsch, dr. mr. E. Niemeijer
Lesmethode(n)
Werkcollege
Doel vak De student die dit vak volgt leert in termen van de OER: - (in het algemeen) te reflecteren op de grenzen van het vakgebied en inzicht te verwerven in de maatschappelijke context waarin het recht zich ontwikkelt en manifesteert; - (analytische vaardigheid) kritisch te reflecteren op regelgeving, rechtspraak en literatuur, vanuit een rechtssociologisch perspectief. - (schriftelijke en mondelinge vaardigheden) het schriftelijk en mondeling presenteren van eigen metajuridische (in casu empirische, rechtssociologische) onderzoeksresultaten
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 99 van 128
- (informatievaardigheden) op een efficiënte manier juridische en nietjuridische bronnen raadplegen en informatie verzamelen. Inhoud vak In het vak Recht in praktijk verdiepen studenten zich in de empirische kant van het recht. Wat is het effect van het recht (wetgeving, rechtspraak enz.) in de samenleving? Hoe werken processen in de samenleving in op de werking van het recht? Hoe kunnen wij hierover meer te weten komen? Om het recht in praktijk te leren kennen, worden de studenten letterlijk de maatschappij ingestuurd. Zij zullen gedurende de cursus in groepjes van vier of vijf aan een klein veldonderzoek werken, op een thema waarop zij zich van tevoren hebben ingetekend. De diverse thema’s zijn gerelateerd aan alledaagse actuele juridische en maatschappelijke onderwerpen. De thema’s worden bovendien ook in de literatuur behandeld die is voorgeschreven voor de cursus. Van tevoren zal via Blackboard een aantal thema’s worden aangeboden, waarvoor de studenten zich kunnen opgeven. Gedurende de eerste weken van de cursus worden werkcolleges gegeven waarin studenten een inleiding krijgen in de rechtssociologie en een aantal deelonderwerpen van de rechtssociologie wordt uitgediept. Tijdens de werkcolleges wordt ingegaan op een aantal eerder verrichte onderzoeken naar sociaal-wetenschappelijke onderwerpen binnen het recht. Ook worden de studenten ingeleid in de basisbeginselen van empirisch onderzoek, zodat zij na afloop van de cursus zelfstandig een onderzoek kunnen opzetten en uitvoeren, inclusief de verslaglegging hierover. In de loop van de acht weken verschuift de focus van theorie en komt de nadruk zwaarder te liggen op het veldonderzoeken. Onderwijsvorm Werkcolleges en begeleiding groepen studenten die veldonderzoek doen. Toetsvorm Paper en presentatie van de veldonderzoeken tijdens laatste werkcollege. Literatuur *Huls, N. (2009). Actie en reactie. Een inleiding in de rechtssociologie, 2e druk. Den Haag: Boom Juridische uitgevers (Deel I, Deel II (alleen Hoofdstuk 6), Deel IV) (mogelijk wordt dit boek vervangen door een nog te verschijnen rechtssociologische bundel onder redactie van prof.mr. M. Hertogh en dr. H. Weyers, Het recht van onderop, Ars Aequi– verschijningsdatum waarschijnlijk mei 2011) *Verhoeven, N. (2010). Onderzoeken doe je zo! Den Haag: Boom Juridische uitgevers (in zijn geheel). Vereiste voorkennis Ingangseis: - een afgerond eerste bachelorjaar Rechtsgeleerdheid.
Recht, politiek en moraal: medische biotechnologie Vakcode
R_Rpmmb (200329)
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 100 van 128
Coördinator
mr. B.C. van Beers
Docent(en)
prof. dr. mr. D.W.J.M. Pessers, mr. B.C. van Beers
Lesmethode(n)
Werkcollege, Hoorcollege, Werkgroep
Doel vak Ontwikkelingen op het terrein van de medische biotechnologie raken aan de grondslagen van het recht. Via bestudering van het juridisch kader rondom medische biotechnologie wordt de student aangezet tot kritische reflectie over regelgeving, rechtspraak en literatuur vanuit onder meer rechtsfilosofisch perspectief. De student vergaart kennis van de grondslagen van het recht en krijgt besef van de eigen aard van de rechtsbeoefening. Daarbij worden de grenzen van het recht bekeken in het licht van de interacties van het recht met politiek en moraal. Door bestudering van de juridisch-ethische vraagstukken van de medische biotechnologie leert de student inzien hoe het recht zich ontwikkelt en manifesteert in een maatschappelijke context. Eveneens wordt ingegaan op de eigen maatschappelijke verantwoordelijkheid van de rechtsbeoefenaar, wanneer het recht geconfronteerd wordt met gevoelige morele en politieke kwesties. In dit vak dient de student een gefundeerde en beargumenteerde positie in te nemen in een maatschappelijk, filosofisch en juridisch debat. Hij of zij wordt getraind hierover een deels filosofisch, deels juridisch betoog in correct en helder Nederlands schriftelijk en mondeling te presenteren op basis van eigen onderzoek. Inhoud vak Centraal in dit vak staan de juridisch-ethische vraagstukken die samenhangen met de ontwikkelingen op biomedisch terrein. Met name wordt ingegaan op de betekenis van klassieke rechtsfilosofische noties als menselijke waardigheid, rechtvaardigheid, vrijheid en gelijkheid in het licht van de biomedische ontwikkelingen. Daarnaast wordt de student wegwijs gemaakt in de regelgeving op biomedisch terrein. De medische biotechnologie maakt het mogelijk vergaand in te grijpen in het menselijk lichaam en leven. Reeds bestaande en mogelijk toekomstige technieken als embryoselectie, prenatale diagnostiek, orgaandonatie, genetische manipulatie, xenotransplantatie en klonen confronteren de jurist met fundamentele en controversiële vragen, die raken aan de grondvesten van het rechtssysteem. Zo staan sinds de opkomst van medische biotechnologie de juridische grenzen tussen persoon en zaak, leven en dood, mens en dier, en schade en toeval ter discussie. Bovenal wordt het mensbeeld van het recht op de proef gesteld. Een aantal voorbeelden. Waarom mag een vrouw haar eicellen naar Nederlands recht niet verkopen? Hoe moeten embryo’s, het lichaam en daarvan afgeleid materiaal juridisch worden gekwalificeerd: als persoon of als zaak? Waarom wordt het klonen van mensen door de internationale rechtsorde als strijdig met de menselijke waardigheid beschouwd? Heeft men een recht om zich voort te planten en en zelfs een recht op toegang tot kunstmatige voortplantingstechnieken? Op grond van welke criteria mag men embryo’s voor plaatsing in de baarmoeder selecteren? Kan je schadevergoeding vorderen omdat je geboren bent als gevolg van een fout van een arts, waardoor je aangeboren handicaps over het hoofd werden gezien (wrongful life claims)? Bij de behandeling van deze en andere vragen wordt niet alleen ingegaan op de juridische aspecten, maar ook stilgestaan bij de filosofische achtergronden en twistpunten.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 101 van 128
Onderwijsvorm Hoorcolleges en werkgroepen. Toetsvorm Paper en referaat. Literatuur Verschillende artikelen die via BlackBoard beschikbaar worden gesteld. Vereiste voorkennis Ingangseis: - een afgerond eerste bachelorjaar Rechtsgeleerdheid.
Rechtsgeschiedenis Vakcode
R_RechtsgP ()
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coördinator
mr. J.H. Dondorp
Docent(en)
mr. J.H. Dondorp, dr. mr. H. de Jong
Lesmethode(n)
Werkgroep
Doel vak De cursus is een herhaling van het onderwijs in 2010-2011. Het doel van de cursus is de student inzicht te geven in het Justiniaanse vermogensrecht, dat de grondslag vormt van alle continental Europese privaatrechtsstelsels en in de historische wording van ons geldende privaatrecht op basis van dat Justiniaanse recht. De student leert een aantal elementaire begrippen uit het privaatrecht zowel actief als passief op een juiste wijze te hanteren. Aan het eind van de cursus is de student in staat vermogensrechtelijke teksten uit het Corpus iuris zelfstandig te analyseren, te interpreteren alsmede de daarin gegeven oplossing logisch te beredeneren. Daarnaast kan hij van één leerstuk, de onrechtmatige daad, de ontwikkeling vanaf het Romeinse (privaat)recht tot ons huidige privaatrecht schetsen. Inhoud vak Na een korte historische inleiding wordt een schets gegeven van het vermogensrecht in het Corpus iuris civilis (6e eeuw). Aan de hand van een voorbeeld, de geschiedenis van de onrechtmatige daad, wordt ook de latere rechtsontwikkeling behandeld. Onderwijsvorm Onderwijs wordt gegeven in de vorm van hoorcolleges op video en werkgroepen. Toetsvorm Het tentamen wordt schriftelijk afgenomen, deels aan de hand van meerkeuze vragen, deels aan de hand van open vragen en historische teksten uit het Corpus iuris civilis. Pre-masterstudenten zijn uitgesloten van deelname aan het tentamen in
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 102 van 128
mei en de herkansing in juni. Literatuur *J. Hallebeek, Fons et origo iuris, een historische inleiding tot het vermogensrecht, 2009. *Syllabus Rechtsgeschiedenis 2011-2012 inclusief de (via blackboard gepubliceerde) uitwerkingen.
Rechtsgeschiedenis Vakcode
R_Rechtsgs (200132)
Periode
Periode 5
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coördinator
mr. J.H. Dondorp
Docent(en)
prof. mr. J. Hallebeek
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Bijeenkomst
Doel vak Het doel van de cursus is de student inzicht te geven in de historische wording van de hedendaagse privaatrechtstelsels in Europa, zowel op het continent als in Groot Brittanië. Deze wordt geschetst aan de hand van één leer-stuk, de onrechtmatige daad. Aan het eind van de cursus is de student in staat teksten over dit onderwerp uit het Corpus iuris en rechtsbronnen uit latere perioden zelfstandig te analyseren en in hun context te plaatsen. Inhoud vak De geschiedenis van de onrechtmatige daad wordt behandeld tegen de achtergrond van de algemene rechtsontwikkeling. Aan de orde komen de Oudheid, Middeleeuwen, Vroegmoderne tijd, de Codificaties en de laatste rechts¬ontwikkelingen. Onderwijsvorm Onderwijs wordt gegeven in de vorm van hoorcolleges en werkgroepen /werkcolleges. Toetsvorm Het tentamen wordt schriftelijk afgenomen, deels aan de hand van meer¬keuze vragen, deels aan de hand van open vragen. Premaster studenten zijn uitgesloten van deelname aan het tentamen in mei en de herkansing in juni. De laatste mogelijkheid om tentamen af te leggen over het vak zoals dat in de cursus 2010-2011 is gedoceerd valt op 31 januari 2012. Literatuur *J. Hallebeek, Fons et origo iuris, een historische inleiding tot het vermogensrecht, 2009. *Syllabus Rechtsgeschiedenis 2011-2012 inclusief de (via blackboard gepubliceerde) uitwerkingen.
Rechtspsychologie en bewijs Vakcode
R_R.psy.bew (212317)
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 103 van 128
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coördinator
prof. dr. P.J. van Koppen
Docent(en)
prof. dr. P.J. van Koppen
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Doel vak -Heeft kennis van en inzicht in de voor de rechtspsychologie relevante domeinen, -Heeft kennis van rechtspsychologische theorieën en theorieen over strafrechtelijke bewijs, -Heeft kennis van en inzicht in de methoden en technieken die in rechtspsychologisch onderzoek en in strafzaken kunnen worden gehanteerd, -Heeft inzicht in de juridische en maatschappelijke context waarin het strafrecht zich ontwikkelt en manifesteert. Inhoud vak Strafrechtelijk bewijs Vormen van strafprocesrecht Getuigenverklaringen Verdachtenverklaringen Herkenningsprocedures Technisch forensisch bewijs Opsporing door de politie Beslissen door politie, advocaat, officier van Justitie en rechter Toetsvorm Tentamen (10 vragen, open beantwoording) Literatuur -P.J. van Koppen, H.L.G.J. Merckelbach, M. Jelicic & J.W. de Keijser (Eds.). (2010). Reizen met mijn rechter: psychologie van het recht. Deventer: Kluwer [Let op: niet alle hoofdstukken]. -P.J. van Koppen (2011). Overtuigend bewijs: Indammen van rechterlijke dwalingen. Amsterdam: Nieuw Amsterdam. Vereiste voorkennis Ingangseis: een afgerond eerste bachelorjaar Aanbevolen voorkennis Studenten Rechtsgeleerdheid/Notarieel recht Het vak: - Formeel strafrecht Overige informatie Spreekuur: na college.
Rechtsvergelijking Vakcode
R_RechtsVeg (201513)
Periode
Periode 5
Credits
6.0
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 104 van 128
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coördinator
dr. mr. C.B.P. Mahe
Docent(en)
mr. J.W. Rutgers
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Doel vak De rechtsvergelijking heeft tot doel verschillen en overeenkomsten tussen twee of meer rechtsstelsels te bestuderen. Doel van dit vak is om het eigen rechtsstelsel in een breder perspectief te plaatsen door - met name - de belangrijkste Europese rechtsstelsels te bestuderen. Inhoud vak LET OP: De inhoud van dit vak wordt dit collegejaar (2010-2011) herzien. Meer informatie volgt zo spoedig mogelijk. In de eerste week zullen de theorie en de methode van rechtsvergelijking behandeld als mede de verschillende rechtsfamilies. Vervolgens zullen enige onderwerpen uit het strafrecht, bestuursrecht, personen- en familierecht, contractenrecht en/of goederenrecht rechtsvergelijkend aan de orde komen. Onderwijsvorm 2 hoorcolleges per week Toetsvorm Schriftelijk tentamen. Literatuur Nader bekend te maken. Vereiste voorkennis Ingangseis: - een afgerond eerste bachelorjaar Rechtsgeleerdheid/Notarieel recht Aanbevolen voorkennis De vakken: - het vak Materieel strafrecht - het vak Contractenrecht en Goederenrecht of de vakken Contractenrecht en Goederenrecht - het vak Personen- en familierecht
Rechtzoeken Vakcode
R_Rechtz ()
Periode
Periode 2+3, Periode 5+6
Credits
3.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coördinator
dr. A.J. Wolthuis
Docent(en)
dr. A.J. Wolthuis
Lesmethode(n)
Werkgroep
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 105 van 128
Doel vak Het doel van Rechtzoeken is het oefenen, verfijnen en grotendeels zelfstandig kunnen aanwenden van de juridische vaardigheden die u hebt ontwikkeld in Juridische vaardigheden. Het betreft met name de volgende vaardigheden: -het verzamelen, begrijpen en beoordelen van jurisprudentie, parlementaire stukken en rechtsgeleerde literatuur; -het schriftelijk en mondeling bespreken van jurisprudentie, parlementaire stukken en rechtsgeleerde literatuur; -het schriftelijk en mondeling beredeneren van een standpunt in een juridische discussie. Onderwijsvorm U schrijft in een groepje van twee n.a.v. een opdracht een werkstuk en houdt (bij een voldoende voor het werkstuk) een toespraak. Ter ondersteuning geeft de docent in hoorcollege en spreekuur uitleg en feedback. Toetsvorm Werkstuk en toespraak. Literatuur Syllabus Rechtzoeken (t.z.t. verkrijgbaar via Blackboard). Vereiste voorkennis Voor studenten Rechtsgeleerdheid/Notarieel recht gestart in het studiejaar 2009/2010 of eerder geldt voor deelname aan tweedejaarsvakken in 2010/2011: 39 ec uit het eerste bachelorjaar, inclusief: - het vak Juridische vaardigheden Voor studenten Rechtsgeleerdheid/Notarieel recht gestart in het studiejaar 2010/2011 geldt voor deelname aan tweedejaarsvakken: 42 ec uit het eerste bachelorjaar, inclusief: - het vak Juridische vaardigheden Na het verstrijken van de inschrijftermijn kan er niet meer voor het vak worden aangemeld, ook niet via de Student Service Desk.
Reclassering Vakcode
R_Reclass (212415)
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coördinator
mr. M.D.S. Wijkman
Docent(en)
P.H. van der Laan
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Doel vak Deze cursus beoogt nader inzicht te geven in inhoud en achtergronden van het werk van de reclassering in Nederland. De reclassering vormt een belangrijke schakel in de strafrechtelijke Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 106 van 128
reactie op criminaliteit. De reclassering speelt al direct bij aanhouding een belangrijke rol vanwege het verlenen van vroeghulp aan verdachten die in verzekering worden gesteld. Maar ook daarna in de vorm van het geven van advies aan justitiële autoriteiten, het uitoefenen van toezicht in geval van voorwaardelijke schorsing van de voorlopige hechtenis of bij voorwaardelijke veroordelingen, in de toepassing van gedragsinterventie en in de coördinatie en begeleiding van taakstraffen. De reclassering heeft jaarlijks contact met tienduizenden cliënten. De contacten variëren van incidenteel tot zeer frequent en intensief. De grootste reclasseringsorganisatie is Reclassering Nederland, maar daarnaast is er ook de landelijk werkende verslavingsreclassering en de afdeling reclassering van het Leger des Heils. Inhoud vak In een serie van zeven hoorcolleges wordt ingegaan op de geschiedenis van de reclassering, verschillende taken van de reclassering (vroeghulp, diagnose en advies, toezicht, gedragsinterventies, taakstraf), inbedding in het (strafrechtelijk) stelsel en organisatie (Reclassering Nederland, verslavingsreclassering, reclassering Leger des Heils). Aan een aantal colleges wordt bijgedragen door gastdocenten afkomstig uit het veld van de reclassering. Onderwijsvorm Hoorcolleges Toetsvorm Op basis van aanwezigheid, mondelinge (groeps)presentatie en het (individueel) schrijven van een afsluitend paper over een aan de reclassering gerelateerd onderwerp (lijst met onderwerpen wordt t.z.t. beschikbaar gesteld). Literatuur Nader op te geven: nota’s over diagnose en advies, toezicht en gedragsinterventies, onderzoek- en beleidsliteratuur over toezicht en taakstraffen. Voorts: - Kalmthout, A. van & Tigges, L. (2008). Netherlands. In A.M. van - Kalmthout & I. Durnescu (eds.) Probation in Europe. Nijmegen : Wolf Legal Publishers. - Poort, R. & Eppink, K. (2008). Een literatuuronderzoek naar de effectiviteit van de reclassering. Den Haag: Boom Juridische Uitgevers. Literatuur komt grotendeels beschikbaar via Blackboard (ook Van Kalmthout & Tigges en Poort) of is te halen van internet (Poort &Eppink). Vereiste voorkennis Ingangseis studenten Criminologie: - een afgerond eerste bachelorjaar Criminologie.
Research Paper International Security Course code
S_RPIS ()
Period
Period 3
Credits
6.0
Language of tuition
English
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 107 van 128
Faculty
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coordinator
prof. dr. W.M. Wagner
Teaching staff
prof. dr. W.M. Wagner
Teaching method(s)
Study Group
Course objective The course has the following objectives: a) acquisition and application of research skills; b) critical assessment of scholarly work; c) integration of knowledge from the various subfields of the minor. Course content Students are advised how to produce a brief research paper that elaborates on a topic in one of the subfields of the minor. Form of tuition In this course students are divided in groups that correspond to key themes in the preceding four courses. After a limited number of tutorial meetings to define a research question and to delineate the relevant literature and the main positions in it, they are to write a research report as a group. The research to be undertaken is to be mainly based on the secondary literature but is also to involve some analysis of primary data like relevant policy documents or interviews with policy makers. Type of assessment Paper Course reading To be announced Entry requirements Students are required to have participated fully in the other courses of the minor. Target group Students of the minor in International Security and exchange students.
Risk, Security and Law Course code
R_RiskSecL ()
Period
Period 2
Credits
6.0
Language of tuition
English
Faculty
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coordinator
prof. dr. W.G. Werner
Teaching method(s)
Lecture
Course objective After completion of the course the student: • Knows and understands the basic tenets of theories of ‘ risk society’ • Is able to critically reflect on some key concepts of risk society theories • Knows how to apply key notions of risk society to problems in the field of environmental law, peace and security law, migration law and Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 108 van 128
European criminal law. • Is able to critically reflect on the consequences of incorporating notions of risk in different fields of law. Course content This course studies the way in which modern societies deal with risks in different fields. The course specifically focuses on the way in which societal understandings of risk and insecurity have affected the development of (international) law. Central topics are: Theories of risk society Theories of international security The use of ‘ risk’ in conflict and security law, environmental law, migration law and criminal law Form of tuition Students are required to prepare the seminars well and to actively engage in discussions . Type of assessment Papers Course reading Reader, available on blackboard.
Romeins Gallië en de Germaanse provincies Vakcode
L_BEBAARC208 ()
Periode
Periode 2+3
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Letteren
Coördinator
dr. A.M.J. Derks
Docent(en)
dr. A.M.J. Derks
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Doel vak Kennis en inzicht in de archeologie van de Romeinse provincies Gallia Belgica, Germania Inferior en Germania Superior. Studenten verzorgen korte mondelinge presentaties. Kritische oordeelsvorming t.a.v. het heersende romanisatie-discours in de Romeinse archeologie. Inhoud vak Kernthema's in de archeologie van Romeins Gallië en de Germaanse provincies in het Rijnland. Aan de orde komen o. a. politieke geografie, de urbane ontwikkeling, de opkomst van villa landschappen, cultus en religie, dodenrituelen, en de romaniseringsdicussie. Onderwijsvorm Hoorcolleges en mondelinge presentaties studenten Toetsvorm Schriftelijk tentamen. Beoordeling in cijfers (0-10).
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 109 van 128
Literatuur M. Carroll, 2001: Romans, Celts & Germans. The German Provinces of Rome, Stroud/Charleston. Selectie van relevante artikelen (wordt gespecificeerd op eerste college). Vereiste voorkennis Romeinse archeologie, 1 (L_BABAARC101). Doelgroep 2e jaars studenten major West-Europese archeologie en Mediterrane archeologie; studenten Oudheidkunde en GLTC. Overige informatie Wekelijkse deelname aan de cursus is verplicht
Security and Policing Course code
S_SP ()
Period
Period 1
Credits
6.0
Language of tuition
English
Faculty
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coordinator
dr. J.S. Timmer
Teaching staff
dr. J.S. Timmer, dr. B.A.M. van Stokkom
Teaching method(s)
Lecture
Course objective The aim of the program is to help the students to understand the history, development and political function of policing, international policing, private policing, regulatory agencies, and the intelligence community. The ultimate goal of the course is to enable the students to formulate critical academic questions and opinions about these subjects. Course content The course addresses the field of national (and international) governance of security and policing with attention being paid to the manifold challenges the sector is confronted with. These concern demands resulting from the priority of safety and security in society and governance (local, national, and international) and result in dilemma’s for the security and policing organizations and professionals involved (structure and culture, including the ethical dilemmas connected to that). Form of tuition Interactive lectures, before each class students have read the chapters/articles and paticipate in the debate. Type of assessment Written exam Course reading - A.B. Hoogenboom, The Governance of Policing and Security, 2010; A. Verhage e.a. Policing in Europe, 2010. - Additional literature will be announced on Blackboard.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 110 van 128
Target group Students of the International Security minor and exchange students.
Sociaal recht Vakcode
R_Soc.Re (200228)
Periode
Periode 6
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coördinator
prof. dr. mr. W.H.A.C.M. Bouwens
Docent(en)
mr. S.H. Kuiper, mr. M. Opdam, mr. D.M.A. Bij de Vaate, prof. dr. K. Boonstra, prof. dr. E. Lutjens
Lesmethode(n)
Werkcollege, Hoorcollege
Doel vak Na succesvolle afronding van de cursus hebben de deelnemers een fundamentele kennis van en inzicht in de hoofdlijnen, geschiedenis en systematiek van (verschillende onderdelen van) het sociaal recht. Voorts zijn zij vertrouwd geraakt met de theoretische en de sociaal-politieke kaders waarin de wetgeving en de uitvoering van en de rechtspraak inzake het sociaal recht tot ontwikkeling zijn gekomen. Ten slotte hebben zij zich verder kunnen bekwamen in het hanteren van een systematische aanpak bij het toepassen van rechtsregels op concrete gevallen (casusbehandeling). Inhoud vak Het sociaal recht omvat zowel het arbeidsrecht als het sociale zekerheidsrecht. In de cursus wordt aandacht besteed aan: het arbeidsovereenkomstenrecht - waaronder het ontslagrecht is begrepen -, de arbeidstijden- en arbeidsomstandighedenwetgeving, het CAO-recht, het stakingsrecht en het medezeggenschapsrecht. Verder wordt stilgestaan bij de algemene aspecten van de sociale verzekeringen en voorzieningen en meer in het bijzonder bij de regelingen betreffende arbeidsongeschiktheid en werkloosheid. Ten slotte wordt aandacht besteed aan het pensioenrecht. Onderwijsvorm Hoor- en werkcolleges. Toetsvorm Schriftelijk tentamen. Literatuur - W.H.A.C.M. Bouwens, M.S. Houwerzijl & W.L. Roozendaal, Bakels’ Schets van het Nederlandse arbeidsrecht, 21e druk, Deventer: Kluwer 2011; - W.L. Roozendaal, Arbeidswetgeving 2011-2012, 29e druk, Deventer: Kluwer 2011; - Syllabus Sociaal recht 2010-2011 (deel 1 en deel 2) (te koop in de VU boekhandel). Vereiste voorkennis Voor studenten Rechtsgeleerdheid gestart in het studiejaar 2009/2010 of eerder geldt voor deelname aan tweedejaarsvakken in 2010/2011: 39 ec uit
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 111 van 128
het eerste bachelorjaar. Voor studenten Rechtsgeleerdheid gestart in het studiejaar 2010/2011 geldt voor deelname aan tweedejaarsvakken: 42 ec uit het eerste bachelorjaar.
Sociale aspecten van nieuwe communicatiemedia Vakcode
S_SANC ()
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
prof. dr. T.G. van Tilburg
Docent(en)
dr. G.C.F. Thomese, prof. dr. T.G. van Tilburg
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Doel vak Studenten bekend maken met het netwerkkarakter van moderne communicatietechnologie (“netwerksamenleving”) en inzicht geven in de manier waarop die technologie ingrijpt op belangrijke sociale terreinen; Studenten kennis en inzicht geven in belangrijke theoretische benaderingen in de sociaal-wetenschappelijke studie van de netwerksamenleving; Studenten het onderscheid leren tussen diverse vormen van relevant sociaalwetenschappelijk onderzoek, de bijbehorende dataverzamelingsmethoden en manieren om uitkomsten te beschrijven. Voorbereiden van het analyselab. Inhoud vak We behandelen de opkomst van informatietechnologie en de groeiende betekenis van netwerken daarbinnen. We bestuderen verschillende theorieën en opvattingen over de manier waarop (communicatie)netwerken sociale, economische, culturele en organisatieprocessen vormen. We gaan ook in op manieren waarop deze processen zijn te onderzoeken met elektronisch verzamelde data en onderzoeksvragen die studenten kunnen beantwoorden in de minor. Verschillende vormen van relevant sociaalwetenschappelijk onderzoek (netwerkonderzoek, survey, experiment) worden benoemd en kort behandeld in termen van type data, de benodigde dataverzamelingsmethoden en manieren om uitkomsten te beschrijven. Onderwijsvorm Hoorcollege en werkcollege Toetsvorm Schriftelijk tentamen en participatieopdrachten Literatuur - Hoofdstukken uit: Van Dijk, J. A. G. M. (2006). The network society: Social aspects of new media. London: Sage. Second edition. ISBN 978-14129-0868-9 (paperback); ISBN 978-1-4129-0867-92; - Aanvullende literatuur welke later wordt bekend gemaakt. Doelgroep Studenten Minor “Netwerken in de informatiemaatschappij” (bachelor)
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 112 van 128
Sociale geschiedenis van de Verenigde Staten Vakcode
L_GEBAALG003 ()
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Letteren
Coördinator
prof. dr. C.A. Davids
Docent(en)
prof. dr. C.A. Davids, dr. S.W. Verstegen
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Doel vak Kennis en inzicht in de sociaal-politieke, sociaal-culturele en economische ontwikkeling van de Verenigde Staten van ca. 1780 tot heden Inhoud vak In de loop van de twintigste eeuw hebben de Verenigde Staten een immense invloed op de economische, politieke en culturele ontwikkeling van de rest van de wereld uitgeoefend. Wie de huidige situatie in de wereld wil begrijpen, moet zich verdiepen in de geschiedenis van de Verenigde Staten. Hoe zijn de VS in staat geweest om zo’n enorme economische kracht te ontwikkelen? Hoe heeft de Amerikaanse samenleving haar huidige vorm gekregen? Waar komen de leidende normen, waarden en idealen vandaan? Dit soort vragen zullen aan de orde komen in deze collegecyclus, die de hele maatschappelijke geschiedenis van de Verenigde Staten vanaf omstreeks 1780 tot heden bestrijkt. Thema’s die besproken zullen worden zijn onder meer: de groei en de afschaffing van de slavernij, de relaties met Indianen, de effecten van (en de reacties op) migratie, de Amerikaanse technologie, sociale hervormingen en de opkomst van de 'civil rights' beweging. Onderwijsvorm Hoor- en responsiecollege Toetsvorm Schriftelijk tentamen Literatuur Verplichte literatuur en keuzeliteratuur; wordt op college opgegeven Vereiste voorkennis Basiskennis van de geschiedenis van de 19e en 20e eeuw Doelgroep Studenten van verschillende opleidingen die de minor Amerikanistiek doen
Sociale media Vakcode
S_SLM ()
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 113 van 128
Coördinator
dr. S. Utz
Docent(en)
dr. S. Utz
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Doel vak - Studenten bekend maken met verschillende soorten sociale media. - Studenten inzicht geven in theorie en recent onderzoek omtrent belangrijke processen op sociale media, vooral op sociale netwerk sites. - Studenten inzicht geven hoe organisaties (bedrijven, overheid) gebruik kunnen maken van sociale media, Studenten voorbereiden op het analyselab. Inhoud vak In deze cursus komt aan bod welke soorten sociale media er zijn en wat kenmerkend is voor deze media. Daarna wordt ingegaan op centrale psychologische en sociale processen die een rol spelen bij het gebruik van sociale media, zoals zelfpresentatie, indrukvorming, het omgaan met privacy settings of het onderhouden van relaties. Sociale netwerk sites maken het makkelijker, zogenaamde weak ties te onderhouden. Er wordt daarom ook besproken hoe sociale netwerk sites bestaande netwerken beïnvloeden. In de cursus worden de resultaten van recent sociaalwetenschappelijk onderzoek gepresenteerd en bediscussieerd, maar de studenten zullen ook zelf sociale media gebruiken en een blog over hun ervaringen bijhouden. Er komt ook aan bod hoe organisaties en politici sociale media voor communicatie en campagnes kunnen gebruiken en hoe de effecten ervan (experimenteel) kunnen worden onderzocht. Tevens worden data voor een online-experiment verzameld. Onderwijsvorm Hoorcollege en werkcollege; actieve participatie wordt verwacht (ervaring opdoen met sociale media, discussie, essays, dataverzameling). Toetsvorm 75% tentamen, 25% opdrachten, incl. dataverzameling Literatuur - Van Dijk, J. (2006). The network society: Social aspects of new media. London: Sage Publications. 31 Euro. - Hoofdstuk psychologie plus artikelen (worden op bb bekendgemaakt). Doelgroep Studenten die de minor netwerken in de informatiemaatschappij volgen.
Sociology of Globalization and Multiculturalism Course code
S_SGM ()
Period
Period 1
Credits
6.0
Language of tuition
English
Faculty
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coordinator
drs. B. Slijper
Teaching staff
drs. B. Slijper
Teaching method(s)
Lecture
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 114 van 128
Course objective 1. Students are familiar with the history of the nation-state as a dominant model, and its importance for current debates over globalization and multiculturalism; 2. Students are able to distinguish between the different theories of globalization; 3. Students are able to distinguish between the different theories of multiculturality and immigrant assimilation ; 4. Students are able to critically evaluate the presumed effects of globalization and immigration on national societies, cultures and identities. Course content Contemporary nation-state-societies are based upon the two norms of a) homogeneity and b) uniqueness. Internally, the ideology of the nationstate prescribes the need of some degree of homogeneity in culture, language, religion and/or ethnicity as the basis of social cohesion and cooperation. Externally, the nation state is legitimized by a claim of uniqueness of (national) identity. These norms are now under severe pressure by two related processes: globalization and international migration. Whereas migration has lead to an increase in ethno-cultural and religious diversity within societies, globalization exerts homogenizing pressures, thereby reducing cultural differences between national societies. This course will offer the student a broad overview of the facts and figures of globalization and immigration, its effects on national cultures, and the most important theoretical debates within this thematic. Form of tuition Bi-weekly lectures of approximately 2 hours, followed by short assignments aimed at active participation by the students. Type of assessment Written examination Course reading - Nederveen Pieterse, Jan (2009). Globalization and culture: Global mélange. (Second revised edition. orig. 2004). Lanham, MD: Rowman & Littlefield. - Kivisto, Peter & Thomas Faist (2010). Beyond a border: The causes and consequences of contemporary immigration. London: Sage. - Additional articles available on-line (t.b.a.) Target group Bachelor students; Exchange students Remarks This course is part of the Minor Frontiers of Multicultural Societies.
Staatsrecht Vakcode
R_Staatsr (200224)
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 115 van 128
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coördinator
mr. E. Geurink
Docent(en)
dr. A.J. Overbeeke, prof. mr. H. Battjes, mr. E. Geurink
Lesmethode(n)
Werkcollege, Hoorcollege, Werkgroep
Doel vak De doelstelling van Staatsrecht is een drieledige. Allereerst wordt om de onderwerpen van het eerstejaarsvak Beginselen Staatsrecht op te frissen, te verbreden en te verdiepen. Het verdient daarom aanbeveling als introductie op het onderhavige vak het desbetreffende materiaal nog eens door te nemen. Verder beoogt dit vak een dieper inzicht te bieden in de historische en filosofische achtergronden van het staatsrecht en de wisselwerking tussen recht en politiek daarin aan de orde te stellen. Ten derde worden complexere vraagstukken op het terrein van het politieke staatsrecht behandeld en geanalyseerd, waar mogelijk met aandacht voor de actualiteit. Inhoud vak De doelstelling van Staatsrecht is een drieledige. Allereerst wordt om de onderwerpen van het eerstejaarsvak Beginselen Staatsrecht op te frissen, te verbreden en te verdiepen. Het verdient daarom aanbeveling als introductie op het onderhavige vak het desbetreffende materiaal nog eens door te nemen. Verder beoogt dit vak een dieper inzicht te bieden in de historische en filosofische achtergronden van het staatsrecht en de wisselwerking tussen recht en politiek daarin aan de orde te stellen. Ten derde worden complexere vraagstukken op het terrein van het politieke staatsrecht behandeld en geanalyseerd, waar mogelijk met aandacht voor de actualiteit. Onderwijsvorm Hoorcolleges, werkcolleges en werkgroepen. Toetsvorm Schriftelijk tentamen met open vragen. Literatuur - Van der Pot, Handboek van het Nederlandse Staatsrecht, bewerkt door: D.J. Elzinga, R. de Lange, m.m.v. H.G. Hoogers, Deventer: Kluwer 2006, 15e druk, ISBN: 90-13-03351-2 - Jurisprudentie en aanvullende tentamenliteratuur (Blackboard en/of reader) Vereiste voorkennis Voor studenten Rechtsgeleerdheid gestart in het studiejaar 2009/2010 of eerder geldt voor deelname aan tweedejaarsvakken in 2010/2011: 39 ec uit het eerste bachelorjaar, inclusief: - het vak Beginselen staatsrecht. Voor studenten Rechtsgeleerdheid gestart in het studiejaar 2010/2011 geldt voor deelname aan tweedejaarsvakken: 42 ec uit het eerste bachelorjaar, inclusief: - het vak Beginselen staatsrecht.
The Developing Brain Course code
AB_1059 ()
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 116 van 128
Period
Period 2
Credits
6.0
Language of tuition
English
Faculty
Fac. der Aard- en Levenswetenschappen
Coordinator
dr. R.E. van Kesteren
Teaching method(s)
Practical, Computer lab, Study Group, Lecture
Course objective This course has the purpose to discuss the various stages of brain development that shape the life of individuals over time. Course content The brain performs differently at various ages; the young brain being very plastic, whereas the aging brain is gradually losing its adaptive capacity. At the same time the growing brain can be affected by developmental diseases and is prone to specific environmental factors, whereas aging diseases easily disturb the adult brain. In this course we will discuss pre- and postnatal brain development. We will focus both on early development in relation to diseases as autism and schizophrenia, as well as on puberty and adolescence, and issues related to this stage of development, such as the effects on the brain of early drug use (alcohol, nicotine). In the aging brain, we will discuss specific diseases of aging, such as progeria and Alzheimer’s, considering the factors that determine lifespan. Form of tuition Lectures, morphological practicals, scientific writing, workgroups Type of assessment Exam (60%), scientific reports (40%). Note that a minimum mark of 5.5 should be obtained for the exam. Course reading Readers, presentations Remarks Part of minor Brain and Mind. Central Academic Skill: Search databases for relevant scientific literature based on general symptoms of disease and write scientific report.
Urban Struggle Course code
S_US ()
Period
Period 3
Credits
6.0
Language of tuition
English
Faculty
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coordinator
dr. F. Colombijn
Teaching staff
dr. P.G.S.M. Smets, dr. F. Colombijn
Teaching method(s)
Lecture, Study Group
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 117 van 128
Course objective Students can explain and understand processes of urban struggles concerning different types of inclusion and exclusion. Students obtain research skills. Course content The majority of the world population lives in cities, which are characterized by a diversity of urban dwellers. Interaction between urbanites with different ethnic, religious, and social backgrounds, and lifestyles is expected to nourish the livability of cities. The social (ethnic, religious) diversity may also form a stimulus to economic development and enhance the economic status of the city dwellers. However, the potential benefit of social (ethnic, religious) diversity for the liveliness and livability of cities is often hampered by the growing gap between the better-off and poorer sections of society. This course will address the mechanisms of spatial, socio-cultural and socioeconomic exclusion and inclusion that form the basis of such cleavages. The desirability of certain mechanisms of exclusion and inclusion will be questioned and attention will be paid to interventions by the state and private actors to counter specific types of exclusion or segregation. Cases will be taken from cities in the global North and the South. Moreover, students will conduct fieldwork looking into contemporary urban struggles in a Dutch urban context. Form of tuition Lectures and tutorial Type of assessment Assignments Course reading To be announced Target group Obligatory course for students in the minor Frontiers of Multicultural Societies; optional course for 2nd and 3rd year Bachelor’s students and Exchange students. Remarks Basic knowledge in the social sciences is requested.
Vennootschaps- en rechtspersonenrecht Vakcode
R_VenReP (200223)
Periode
Periode 4
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coördinator
mr. C.H.C. Overes
Docent(en)
mr. C.H.C. Overes, prof. dr. mr. T.J. van der Ploeg, mr. A.J.M. Klein Wassink
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Bijeenkomst
Doel vak
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 118 van 128
Kennis en begrip van de grote lijnen van het Vennootschaps- en rechtspersonenrecht. Dit houdt in kennis van het systeem van de wet (met name Boek 2 BW), begrip van de belangrijkste algemene leerstukken van het rechtspersonenrecht en van de verschillende rechtsvormen, alsmede inzicht in de verscheidenheid aan aspecten die juridische problemen in dit rechtsgebied hebben. Kennis, begrip en inzicht dienen te kunnen worden toegepast bij de oplossing van casusposities. Inhoud vak De contractuele vennootschappen; kenmerken van de rechtspersoonsvormen; kapitaal en vermogen; de BV i.o.; het begrip orgaan en de bevoegdheden van de organen; bestuurderschap, aandeelhouderschap en lidmaatschap; besluiten en vernietiging van besluiten; vertegenwoordiging en onrechtmatige daad van de rechtspersoon. Onderwijsvorm Hoorcolleges en werkcolleges Toetsvorm Het vak wordt afgesloten met een tentamen. Literatuur De contractuele vennootschappen; kenmerken van de rechtspersoonsvormen; kapitaal en vermogen; de BV i.o.; het begrip orgaan en de bevoegdheden van de organen; bestuurderschap, aandeelhouderschap en lidmaatschap; besluiten en vernietiging van besluiten; vertegenwoordiging en onrechtmatige daad van de rechtspersoon. Vereiste voorkennis Voor studenten Rechtsgeleerdheid/Notarieel recht gestart in het studiejaar 2009/2010 of eerder geldt voor deelname aan tweedejaarsvakken in 2010/2011: 39 ec uit het eerste bachelorjaar, inclusief: - het vak Inleiding goederenrecht of Beginselen privaatrecht I - het vak Inleiding verbintenissenrecht of Beginselen privaatrecht II Voor studenten Rechtsgeleerdheid/Notarieel recht gestart in het studiejaar 2010/2011 geldt voor deelname aan tweedejaarsvakken: 42 ec uit het eerste bachelorjaar, inclusief: - het vak Inleiding goederenrecht - het vak Inleiding verbintenissenrecht
Verdieping verbintenissenrecht in Europees en historisch perspectief Vakcode
R_VerdVerbR ()
Periode
Periode 1+2+3
Credits
15.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coördinator
prof. mr. J. Hallebeek
Lesmethode(n)
Werkgroep, Hoorcollege
Doel vak Het vak geeft de student inzicht in de weg waar¬langs ons huidige verbintenissenrecht tot stand is gekomen, in welke opzichten het thans verschilt van dat van de ons omringende landen en welke verwachtingen en wensen er bestaan ten aanzien van ontwikkelingen in de toekomst. Na Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 119 van 128
afloop van de cursus kan de student aan de hand van de behandelde leerstukken beargumenteren waarom er samenhang of juist geen samenhang bestaat tussen de verschillende West-Europese rechtsstelsels en welke de obstakels zijn die zich voordoen bij een streven naar harmonisatie van het verbintenissenrecht op Europees niveau. Inhoud vak Het vak is onderverdeeld in een vijftal modules. In iedere module wordt drie weken onderwijs gegeven. Module 1: De eerste module heeft een inleidend karakter. In de colleges wordt aandacht besteed aan onderwerpen als historische ontwikkeling van het privaatrecht, codificatie, rechtsvergelijking en toekomstig recht. Hier wordt de stof behandeld die nodig is om de andere (inhoudelijke) modules te kunnen volgen. In de vier inhoudelijke modules wordt allereerst ingegaan op de historische wortels van het betreffende leerstuk in de gemeenschappelijke rechtscultuur van continentaal Europa tot aan de vooravond van de codificaties (ius commune). Vervolgens wordt bezien welke keuzes de nationale wetgever in Nederland en in de ons omringende landen heeft gemaakt. Daarnaast wordt ook steeds bijzondere aandacht besteed aan het Anglo-Amerikaanse recht. Tenslotte komen recente ontwikkelingen aan de orde en de ideeën die er leven omtrent de regeling van het betreffende leerstuk in een toekomstig geharmoniseerd Europees privaatrecht. Module 2: De precontractuele fase. Deze module spitst zich toe op de informatieplicht en de onderzoeksplicht van partijen voorafgaand aan het sluiten van de koopovereenkomst. Deze plichten zijn bepalend voor hun aansprakelijkheid, wanneer het contract eenmaal tot stand is gekomen. Aanvankelijk kende het BW (1992) alleen de mogelijkheid om bij nonconformiteit ontbinding en schadevergoeding te vorderen. Daarmee was een einde gekomen aan de regeling voor verborgen gebreken uit het OBW, die terugging op het ius commune en die ook toeliet om bijvoorbeeld vermindering van de koopprijs te vorderen. De huidige bepalingen om bij consumentenkoop binnen bekwame tijd het contract te ontbinden of vermindering van de koopprijs te vorderen (art. 7:22 BW) vloeien voort uit de implementatie in 2002/2003 van Europese richtlijn 1999/44/EG. Deze materie zal ook aan de orde komen bij de bespreking en implementatie in de nabije toekomst van het ‘Proposal for a directive of the European Parliament and of the Council on consumer rights’ (SEC/2008/2544). Module 3: Dwang, bedreiging en misbruik van omstandigheden. Overeenkomsten die onder dwang of bedreiging worden gesloten, zijn aantastbaar. Naar Justiniaans recht konden stipulaties die tot stand waren gekomen onder bedreiging (metus), met een verweermiddel worden ontkracht. Deze grond voor verweer ontwikkelde zich in het ius commune tot een grond voor vernietiging bij alle contracten. Ook in de traditie van de common law waren dergelijke overeenkomsten aantastbaar. Een andere grond voor vernietigbaarheid in ons BW vormt misbruik van omstandigheden. In het BW van 1838 ontbrak deze grond, die wel in verband wordt gebracht met het verbod van disproportionele benadeling (laesio enormis) uit het ius commune. De vernietigbaarheid van rechtshandelingen op grond van bedreiging of misbruik van omstandigheden staat op dit moment volop in de belangstelling vanwege de Europese richtlijn ‘Oneerlijke Handelspraktijken’ (2005/29/EG). Hoewel deze richtlijn zelf bepaalt geen gevolgen te hebben voor het contractenrecht, Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 120 van 128
is de verwachting dat implementatie toch van invloed zal zijn op de contractenrechtelijke rechtspraktijk. Module 4: Contract en derde; het derdenbeding. Deze module betreft een rechtsfiguur die pas in 1992 een volwaardige plaats in ons privaatrecht heeft gekregen, namelijk het derdenbeding. Hoe heeft deze rechtsfiguur zich ontwikkeld? Het ius commune kende geen derdenbeding. Het OudVaderlands recht kende het wel, maar de wetgever nam het derdenbeding niet op in het BW van 1838. De common law-doctrine van de ‘privity of contract’ verzette zich eveneens tegen het derdenbeding. In Engeland veranderde dit pas in 1999 door de invoering van een aantal wettelijke bepalingen. Een blik op Europa levert bepaald geen uniform beeld op. Sommige rechtsstelsels hebben geen wettelijke basis voor het derdenbeding, maar daar is het soms wel aanvaard in de jurisprudentie. Andere rechtsstelsels hebben het derdenbeding gecodificeerd, maar in zeer uiteenlopende vormen. Module 5: Recht van de crediteur op nakoming. Ook deze module geeft inzicht in een dilemma uit het hedendaagse verbintenissenrecht: heeft een crediteur recht op nakoming of moet hij zich tevreden stellen met schadevergoeding, wanneer de debiteur zijn verplichting niet nakomt? Terwijl, algemeen gesproken, in het Anglo-Amerikaanse recht de vordering tot schadevergoeding op de eerste plaats komt, lijkt de continentaal Europese traditie de voorkeur te geven aan de vordering tot nakoming. Deze module laat zien hoe de opvattingen waartoe een debiteur kan worden gedwongen in de loop der tijden zijn beïnvloed, onder andere door ideeën omtrent menselijke vrijheid en door externe omstandigheden, zoals de industrialisering van Europa in de negentiende eeuw. Onderwijsvorm In iedere module wordt steeds drie weken onderwijs gegeven: de eerste twee weken 2 uur hoorcollege, de derde week 4. Om deelname door deeltijdstudenten mogelijk te maken wordt hoorcollege gegeven van 16.3018.15 uur. Op de werkgroep worden teksten gelezen worden en studenten hun papers presenteren; ook deze (bij 48 deelnemers één van de twee werkgroepen) vindt plaats van 16.30-18.15 uur. Toetsvorm Het tentamen bestaat uit twee schriftelijke deeltentamens (elk 6 ECTS) en een paper (3 ECTS). De schriftelijke ten¬tamens worden afgenomen in week 51 en week 5. Iedere student schrijft en presenteert één paper. Literatuur Bij elke module wordt een reader gebruikt met hoofdzakelijk Nederlandstalige en in mindere mate Engelstalige literatuur.
Verklaringen voor prosociaal gedrag Vakcode
S_VPG ()
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
prof. dr. R.H.F.P. Bekkers
Docent(en)
prof. dr. R.H.F.P. Bekkers
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkgroep
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 121 van 128
Doel vak Na afloop van de cursus kan de student: - Prosociaal gedrag, altruïsme en filantropie van elkaar onderscheiden • verschillen in vraagstelling en methoden onderscheiden tussen wetenschappelijke disciplines waarin prosociaal gedrag wordt bestudeerd; - uitleggen welke eigenschappen van mensen samengaan met prosociaal gedrag; - uitleggen welke theoretische mechanismen prosociaal gedrag bevorderen; - de kwaliteit van empirisch onderzoek kritisch beoordelen. Inhoud vak Tijdens het vak “Verklaringen van prosociaal gedrag” bestuderen studenten theorieën en onderzoek naar altruïsme, filantropie en prosociaal gedrag vanuit een multidisciplinair perspectief. Inzichten uit de sociologie, psychologie en economie worden behandeld, waarbij de nadruk ligt op het verklaren van geefgedrag aan goede doelen. Daarnaast wordt in mindere mate ook aandacht besteed aan vrijwilligerswerk, hulpgedrag, en bloed- en orgaandonatie. Onderwijsvorm Het vak bestaat uit hoorcolleges en werkgroepen. Tijdens de hoorcolleges wordt de academische literatuur over filantropie besproken. Studenten bereiden de hoorcolleges voor door het bestuderen van de opgegeven literatuur. De theoretische kennis wordt getoetst door middel van een tentamen. Tijdens de werkgroepen wordt aandacht besteed aan de kwaliteit van onderzoek. Wat is goed onderzoek? Aan welke criteria moet gedegen empirisch onderzoek voldoen? De kennis over en vaardigheden voor het beoordelen van de kwaliteit van onderzoek wordt getoetst in wekelijkse opdrachten en de eindopdracht. Toetsvorm Het cijfer voor het vak "Verklaringen van prosociaal gedrag" is gebaseerd op een tentamen (40%), de eindopdracht (40 %) en opdrachten die tijdens de cursus worden ingeleverd (20%). Literatuur Serie artikelen die beschikbaar zullen worden gemaakt via Blackboard.
Volkenrecht Vakcode
R_Volk.re (201528)
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coördinator
dr. mr. K.M. Manusama
Docent(en)
dr. H.M.G. Denters, prof. dr. W.G. Werner
Lesmethode(n)
Werkgroep, Bijeenkomst, Hoorcollege
Doel vak De cursus beoogt inzicht te verschaffen in de beginselen, structuur en werking van het volkenrecht. Met het verworven inzicht dient de student in staat te zijn om elementaire rechtsproblemen van internationale aard te herkennen en op te lossen met toepassing van de rechtsbronnen. Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 122 van 128
Inhoud vak IIn deze cursus maakt de student kennis met het volkenrecht. Dit rechtsgebied onderscheidt zich van het Nederlandse recht door het internationale karakter van de rechtsbronnen. Het volkenrecht reguleert primair de betrekkingen tussen staten, maar behartigt ook gemeenschappelijke belangen van staten en realiseert internationaal overeengekomen doelstellingen. Hierbij valt te denken aan afbakening van jurisdictie, het bewaren van de vrede en veiligheid, respect voor mensenrechten, bescherming van het milieu en het bevorderen van de internationale handel. Door globalisering werkt het volkenrecht op steeds indringender wijze door in de Europese en nationale rechtsorde. Daarom is basiskennis van het volkenrecht een vereiste voor elke jurist. Onderwijsvorm Hoor-, werkcolleges en/of werkgroepen. Naast de hoor-, werkcolleges en/of werkgroepen zal er via een digitale leeromgeving de mogelijkheid zijn om kennis van de bestudeerde stof te toetsen. Tijdens de werkgroepen wordt de stof met kritische blik bekeken en is een actieve opstelling en een bereidheid tot deelnemen aan discussie vereist. Toetsvorm Tentamen Literatuur - Andre Nollkaemper, Kern van het Internationaal Publiekrecht, Boom Juridische Studieboeken,Vijfde Druk, 2011 (verwacht). - Reader Documentatie- en Jurisprudentie Volkenrecht. - Werkboek Volkenrecht. Vereiste voorkennis Voor studenten Rechtsgeleerdheid gestart in het studiejaar 2009/2010 of eerder geldt voor deelname aan tweedejaarsvakken in 2010/2011: 39 ec uit het eerste bachelorjaar. Voor studenten Rechtsgeleerdheid gestart in het studiejaar 2010/2011 geldt voor deelname aan tweedejaarsvakken: 42 ec uit het eerste bachelorjaar.
Web Analysis Vakcode
X_401065 ()
Credits
6.0
Faculteit
Faculteit der Exacte Wetenschappen
Coördinator
dr. Z. Szlavik
Docent(en)
dr. Z. Szlavik
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Doel vak To learn techniques for analysing and measuring specific things on the Web. Inhoud vak Various topics will be covered, such as exploratory (web) data analysis, classification, regression, basic information retrieval techniques, Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 123 van 128
PageRank, recommender systems, big datasets, etc. These topics will be dealt with at an introductory level, and each topic will be backed up with lab exercises. Evaluation of the performance of the described techniques will also be covered. Lectures are aimed to be interactive. Onderwijsvorm Each week, a group of topics will be covered, and corresponding lab exercises will be provided. Toetsvorm - Midterm - Lab work - Final exam Literatuur Various (online) material will be used. Vereiste voorkennis Web Science minor courses in the period prior to the course. Doelgroep Web science minor students
Web Information Vakcode
X_401063 (401063)
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Exacte Wetenschappen
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Inhoud vak “Hoe ziet het Web als geheel er uit?” De cursus Web Information zal tegelijkertijd aangeboden worden als de cursus Web Technology en heeft een complementaire rol. Waar Web Technology de technische opbouw van het web onderwijst laat Web Information zien hoe de structuren er uit zien die met deze technieken gebouwd zijn en worden. Verschillende toegangsmanieren zoals peer-topeer- en gecentraliseerde zoekmachines zullen behandeld worden. Het web zal op verschillende manieren worden bekeken, bijvoorbeeld als graaf of als collectie documenten met inhoud. Dit leidt tot de ontdekking van verschillende fenomenen en informatiewetten, zoals de Wet van Zipf. Small world networks, en Informatie entropie. De studenten zullen deze pattronen in het web zelf aan de hand van labopgaven ontdekken. Onderwijsvorm Per week zullen er 6 contacturen zijn, waarvan 2 hoorcollege, 2 werkcollege, en 2 computerlab.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 124 van 128
Toetsvorm De toetsvorm is een aantal praktijkopdrachten (50%) en een aantal digitale tentamens (50%).
Web Science Vakcode
X_401064 (401064)
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Exacte Wetenschappen
Coördinator
P.T. Groth
Docent(en)
P.T. Groth
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Doel vak After this course you will be able to: - Frame and define questions about the Web - Identify theory and techniques from your own discipline that can be used in the web context - Apply Web Science theory and methodologies to answer questions about the web - Demonstrate the ability to use tools covered in prior courses to answer questions about the web - Explain when performing web science will be applicable in your own domain Inhoud vak The course will be exercise driven. You will be asked to develop and answer your own question about the web applying knowledge from your own area of study as well as the techniques, methods, strategies ant tools learned in the prior set of courses within the web science minor. Specifically, the course will cover the following: - Development of a web science problem statement - Identification and outlining of methodology they will apply to solve the problem. - Use of web analysis tools to answer the question - Reflection on the web as an object of study Through the course you will understand how to bring together the various concepts of Web Science to solve a core analysis problem. The course aims to bring together all the Web Science concepts so that you can directly apply them to new problems and situations. Onderwijsvorm One summary lecture from all the prior classes. Discussion groups (5 - 10 people) through the week for reflection on the practice of Web Science. Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 125 van 128
Toetsvorm Students will be judged by a final report they will produce as well as participation in the discussion groups. This includes the use of peerreview. Literatuur While no literature will be required for the course, the instructors may make use of and refer to the following book. You can download a free preprint although students are encouraged to have it as a reference. Networks, Crowds and Markets By David Easley and Jon Kleinberg http://www.cs.cornell.edu/home/kleinber/networks-book/ Vereiste voorkennis Prior courses in the web science minor Doelgroep Web science minor students Overige informatie This course is about bringing together and solidifying knowledge so that students can be confident in using Web Science techniques in the future.
Web Society Vakcode
X_401083 ()
Credits
6.0
Faculteit
Faculteit der Exacte Wetenschappen
Coördinator
dr. V. de Boer
Docent(en)
dr. V. de Boer
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Doel vak After this course you will be able to describe and reason about the impact of the Web on society as a whole and vice versa. You will learn how the technical reality of the Web affects social interaction, business and law on the Web. Inhoud vak The course will be given in the form of a series of lectures and guest lectures, each describing a single topic. You will be reading articles and discussing them in class. The topics include (but are not limited to): - the Social Web - Security, Privacy and Trust - Web and Law - Business on the Web - Web accessibility
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 126 van 128
- Understanding Web users - Cultural Heritage on the Web Through this course you will understand the impact that the emerging Web has had on these fields. Onderwijsvorm The course is taught as a series of lectures and guest lectures. Some sessions will be interactive, discussing literature. Toetsvorm The students will be judged on a portfolio as well as a final essay. Literatuur The literature will consist of selected articles and book chapters and will be provided during the course. Doelgroep Web Science Minor students
Web Technology Vakcode
X_401066 ()
Credits
6.0
Faculteit
Faculteit der Exacte Wetenschappen
Coördinator
dr. M. Hildebrand
Doel vak After this course: - you understand the basic technologies that build the World Wide Web, such as HTML, CSS and Javascript - you understand the principles of the Web, such as the client-server architecture - you have the skills to make simple static and dynamic Web pages you have the skills to discover what technologies are used in a Web application - you are able to discuss the possibilities and limitations of different Web technologies Inhoud vak Each week we explore a different Web technology. In the lectures these technologies are introduced and explained, in the lab sessions you gain hands-on experience, for example by making your own website, and in the discussion sessions we dive into the principles behind the technology. Specifically the course covers: - communication protocol (HTTP) - static web pages (HTML) - web page presentation (CSS)
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 127 van 128
- interactive web pages (JavaScript) - dynamic content (PHP, Databases) - web platforms (Facebook, WikiPedia) - reusing/remixing information (mashups) Onderwijsvorm Each week: - a lecture introducing a technology - a lab session using the technology - a working group to reflect on the technology Toetsvorm - Lab assignments - Final exam Literatuur Online resources Aanbevolen voorkennis No previous experience with Web or computer technology (programming) is required. Doelgroep Web science minor students
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid - B Rechtsgeleerdheid - 2011-2012
6-3-2013 - Pagina 128 van 128