ArtEZ hogeschool voor de kunsten Arnhem, 10 maart 2010 Excellent Kunst- en Cultuuronderwijs binnen het VO Voorstel voor een Samenwerkingsproject van de eerstegraads kunstvak docentenopleidingen van ArtEZ met scholen voor VO in de regio’s waarin ArtEZ opleidingen aanbiedt 2010-2012 De docentenopleidingen van ArtEZ hogeschool voor de kunsten, waarin alle vier de kunstdisciplines zijn verenigd, nemen in het kader van de stimuleringsregeling Krachtig Meesterschap het initiatief voor een samenwerkingsproject met zeven scholen voor voortgezet onderwijs in de regio om excellentie van docenten in het kunstonderwijs te verbeteren. In dit project zijn het Steunpunt Cultuurprofielscholen en de Verenging CultuurProfielScholen betrokken als partner in de uitvoering – en in de overdrachtsfase 1. INLEIDING In de afgelopen decennia is het kunstonderwijs in het Nederlandse voortgezette onderwijs sterk ontwikkeld. Zo zijn de vakken CKV en Kunst (algemeen) (KUA) geïntroduceerd, kunnen leerlingen eindexamen doen in een kunstvak en zijn er cultuurprofielscholen ontstaan. De kunstparticipatie van jongeren is dan ook sterk toegenomen. Kunst heeft veel waarde voor onze samenleving en in het onderwijs. Zeker voor jongeren is kunst een manier om in een geglobaliseerde, multimediale wereld te werken met thema’s als zingeving, gevoel voor waarde en schoonheid, begrip voor andere denkstijlen en communicatie. Maar ook is het belangrijk voor jongeren om het plezier te voelen die het geeft om actief met kunst bezig te zijn. Dat biedt jongeren de kans via een bij hen passend medium vorm te geven aan gevoelens en denkbeelden en deze te toetsen aan anderen in een veilige context. Een gedegen kunst- en cultuurprogramma binnen het voortgezet onderwijs kan alleen gedragen worden door docenten die hun vak verstaan en nieuwe ontwikkelingen op de voet volgen. In de praktijk lukt het docenten echter niet altijd om de actualiteit van de kunsten te integreren in het lesprogramma. Bovendien, alleen kennis bijhouden van het eigen vakgebied is niet meer voldoende binnen de huidige onderwijsstructuur. Sinds vakken als CKV en Kunst (algemeen) verankerd zijn in de curricula en nieuwe, meer interdisciplinaire kunstvormen hun intrede hebben gedaan is het ook van belang dat kunstvakdocenten in staat te zijn om over de grenzen van de eigen discipline heen te kijken en ‘vanuit een andere discipline’ kunnen denken. Met de ontwikkelingen in het kunstonderwijs is ook het ‘vak’ van kunstvakdocent veranderd, van monodisciplinaire vakman tot interdisciplinair verbinder. In de afgelopen jaren is er op het gebied van cultuurprofilering, de samenhang tussen concept, idee en de docent die daaraan uitvoering geeft en de kunstvakken binnen het voortgezet onderwijs veel ontwikkeld door onder de diverse (cultuurprofiel)scholen. Het steunpunt en de vereniging zijn betrokken geweest bij de ontwikkeling van deze plannen en hebben aangegeven en hebben daarmee veel expertise ontwikkeld. Zij hebben aangegeven volledig te willen meedraaien in de uitvoering en overdracht van dit voorliggende project. Dat betekent dat aanwezige kennis die aansluit bij de doelstellingen van dit project beschikbaar worden gesteld aan de ontwikkelaars en uitvoerders van dit project, dat de medewerkers van het steunpunt en de vereniging betrokken zijn bij de uitvoering van het project en dat zij ook mede zullen zorg dragen voor de overdracht van de opgedane kennis. Deze aanvraag dient om zowel de kwaliteit van de zittende docenten als die van de toekomstige generatie docenten en de docentenopleiders te actualiseren en te verbeteren
1
door middel van een samenwerkingsstructuur en bijscholingsprogramma’s, waarbij gebruik wordt gemaakt van de expertise die bij de deelnemende partijen aanwezig is, zowel op vakinhoudelijk als onderwijskundig/didactisch vlak. 2. DE EXCELLERENDE DOCENT KUNSTONDERWIJS Het project streeft naar het ontwikkelen van competenties bij kunstvakdocenten zodat deze kan excelleren. Een excellerende kunstdocent in het voortgezet kunstonderwijs beschikt, naast inspirerende vakmatigheid in zijn eigen kunstdiscipline, over één of meer van de volgende kwaliteiten: • is in staat om de actuele uitvoeringspraktijk van de kunstdisciplines een rol te laten spelen in de lespraktijk; • is interdisciplinair competent, dat wil zeggen dat hij kennis heeft van de uitdrukkingsmogelijkheden van de verschillende disciplines, dat hij in staat is studenten te stimuleren om nieuwe, interdisciplinaire wegen in te slaan, dat hij op verbindende manier kan communiceren met collega’s van andere disciplines, dat hij in staat is producten te ontwikkelen en/of te stimuleren die een artistiek, productieve meerwaarde hebben en dat hij deze meerwaarde ook onderwijskundig een plek kan geven in het curriculum. • signaleert, benoemt en begeleidt de individuele talenten van leerlingen gedurende zijn hele carrière vanaf de basisschool tot einde VO, heeft kennis van beoogde eindniveau op disciplinair en interdisciplinair gebied en weet dit ook in tussenstappen aan te brengen • heeft zijn theoretische kennis voor het vak Kunst (algemeen) op peil op eindexamenniveau VO • heeft onderzoeksvaardigheden die aangewend worden ter verbetering van het eigen of het interdisciplinaire vakgebied • heeft excellente pedagogische en didactische vaardigheden. Het samenwerkingsproject biedt kunstvakdocenten, toekomstige kunstvakdocenten in het voortgezet onderwijs en docentopleiders de mogelijkheid een of meerdere van bovenstaande competenties (verder) te ontwikkelen. Het project zal ook gemonitord en beschreven worden, zodat de ontwikkelde kennis en inzichten beschikbaar komen voor het kunstonderwijs in Nederland bij cultuurprofielscholen en niet-cultuurprofielscholen die wel kunstvakken aanbieden. 3. AANLEIDING EN OPZET VAN HET PROJECT De kunstvakken in het voortgezet onderwijs hebben te maken met een aantal ontwikkelingen en knelpunten. Deels werken die ontwikkelingen elkaar tegen, deels belemmeren ze de mogelijkheden voor docenten om zich in hun vak verder te ontwikkelen. Knelpunten in voor het voorgezet onderwijs zijn: − de spanning in het onderwijsaanbod tussen brede vorming in het leergebied kunst & cultuur in de onderbouw met bijvoorbeeld het vak CKV dat vaak door docenten zonder kunstvakopleiding wordt verzorgd en de voorbereiding op een monodisciplinair eindexamen in de bovenbouw; − de (maatschappelijke) wens om binnen het voortgezet onderwijs extra aandacht te geven aan het ontwikkelen van artistiek talent van leerlingen die zich gericht willen voorbereiden op een toekomstige studie in een kunstvak (talentscouting) enerzijds en anderzijds de verantwoordelijkheid van scholen om ook leerlingen die geen bijzonder talent hebben in één of meerdere kunstdisciplines de mogelijkheid te bieden zich te ontwikkelen op het gebied van kunst en cultuur (bijvoorbeeld omdat zij daar van huis uit niet vanzelfsprekend mee in aanraking komen).
2
−
−
de verdeling in vier kunstvakken versus ontwikkelingen in de kunst en het buitenschoolse circuit, waarbij de grenzen tussen de verschillende disciplines dikwijls vervagen, of waarbij nieuwe disciplines ontstaan: audiovisuele media (film, clip, animatie), performance, fusion, street art, muziektheater, community arts. de bestaande structuren en aanstellingen versus de wens om de kunstvakken evenwichtiger aan bod te laten komen en ‘nieuwe’ kunstvakken als examenvak te introduceren. Vooral dans en drama hebben in het VO als examenvak maar zeer beperkt voet aan de grond gekregen.
Deze ontwikkelingen en knelpunten spelen op alle scholen voor voortgezet onderwijs, ook voor cultuurprofielscholen, al is er daar meer samenhang in het lesprogramma. Knelpunten in de docentenopleidingen van het kunstvakonderwijs zijn: - de spanning tussen de ontwikkeling van disciplinaire vaardigheden en een artistieke visie en de specifieke docentvaardigheden, waarbij de ervaring leert dat kunstvakdocenten in opleiding een achterstand lijken te hebben op pedagogisch didactisch gebied ten opzichte van hun collega’s in de andere vakken. - de volheid van het programma waarin studenten in vier jaar bekwaam dienen te worden in de eigen discipline op een eerstegraads bevoegdheid in de vakken CKV en Kunst (algemeen); - de spanning die in het programma en tussen docenten van de opleidingen ontstaat doordat studenten met name gemotiveerd zijn om zichzelf in het kunstvak te ontwikkelen, de aandacht binnen een kunsthogeschool op het ontwikkelen van een artistieke visie bij studenten die deze motivering versterkt en het opleidingsdoel waarin diverse werkvelden staan beschreven, waaronder het onderwijs Uitgangspunt De zeven scholen voor het voortgezet onderwijs en de vier opleidingen van ArtEZ onderkennen gezamenlijk de hierboven geformuleerde knelpunten en zien in dit project de kans om, ondersteund door het steunpunt Cultuurprofielscholen en de Vereniging CultuurProfielScholen en gebruik makend van elkaars expertise samen beter te worden zodat de positie en kwaliteit van docenten en toekomstige docenten wordt verbeterd. Dit project richt zich daarom nadrukkelijk op zowel de ontwikkelingsmogelijkheden van de individuele docent als op de versterking van de visie en de positie van de kunstvakken op de deelnemende scholen en bij de docentenopleidingen van ArtEZ. De veelheid en verscheidenheid van de gesignaleerde ontwikkelingen en knelpunten maken het wenselijk dat het project kiest in het project een keuze te maken voor een aanpak die uitdagend is voor alle betrokkenen en voorkomt dat het project zich te veel richt op de organisatorische kant van de kunstvakken. 4. DOEL VAN HET PROJECT Doel van het project is het aanbieden van programma’s waarmee het voor docenten en aankomende docenten mogelijk is om competenties te ontwikkelen waarmee zij kunnen gaan excelleren als kunstvakdocent in het voortgezet onderwijs, in hun vak en in hun school. De excellerende kunstvakdocent staat centraal. De kunstdocent en toekomstige kunstdocent in het voortgezet kunstonderwijs krijgen in dit project de kans om één of meer van de volgende competenties te ontwikkelen: • is in staat om de actuele uitvoeringspraktijk van de kunstdisciplines een rol te laten spelen in de lespraktijk; • is interdisciplinair competent, dat wil zeggen dat hij kennis heeft van de uitdrukkingsmogelijkheden van de verschillende disciplines, dat hij in staat is
3
•
• • •
studenten te stimuleren om nieuwe, interdisciplinaire wegen in te slaan, dat hij op verbindende manier kan communiceren met collega’s van andere disciplines, dat hij in staat is producten te ontwikkelen en/of te stimuleren die een artistiek, productieve meerwaarde hebben en dat hij deze meerwaarde ook onderwijskundig een plek kan geven in het curriculum. signaleert, benoemt en begeleidt de individuele talenten van leerlingen gedurende zijn hele carrière vanaf de basisschool tot einde VO, heeft kennis van beoogde eindniveau op disciplinair en interdisciplinair gebied en weet dit ook in tussenstappen aan te brengen heeft zijn theoretische kennis voor het vak Kunst (algemeen) op peil op eindexamenniveau VO heeft onderzoeksvaardigheden die aangewend worden ter verbetering van het eigen of het interdisciplinaire vakgebied heeft excellente pedagogische en didactische vaardigheden
Deze impuls is bedoeld voor zowel docenten van de zeven deelnemende scholen voor voortgezet onderwijs als voor de docenten en de studenten van de vier docentopleidingen van ArtEZ. Genoemde voorwaarden moeten leiden tot een doorgaande ontwikkeling. Een excellerende docent heeft niet alleen vaardigheden en kennis nodig, er moet ook een context zijn waarin hij deze kwaliteiten kan gebruiken. Daarom richt het project zich ook het ontwikkelen van een goede basis bij alle betrokken scholen. Deze goede basis wordt versterkt door aandacht te besteden aan: - de wijze waarop de actualiteit van de kunsten een plek kan krijgen in het onderwijsprogramma en de lessen van de docent; - de samenhang tussen de disciplines en de wijze waarop interdisciplinariteit (waarbij hedendaagse kunstmiddelen centraal zullen staan) een rol kan spelen in de verschillende leerlijnen; - de wijze waarop bijzondere talenten begeleid kunnen en worden en de brede vorming van de andere leerlingen niet in gevaar komt - de samenhang tussen de kunstvakken en de overige vakken in het voortgezet onderwijs Daarom richt dit project zich ook op: • het ontwikkelen en stimuleren van een doorlopende leerlijn kunst en cultuur, waarbij de brede basis kunst en cultuur in de onderbouw en specialisatierichtingen in de bovenbouw goed op elkaar aansluiten. • het vergroten van de actualiteit in het kunstprogramma • het stimuleren van nieuwe specialisatie (eindexamen-)richtingen: met name dans en drama • opzetten van een netwerk van partners, waardoor kennisuitwisseling kan plaatsvinden (o.a. locaal overleg en digitaal platform) • het genereren van kennis door onderzoek naar de gang van zaken binnen de kunstvakken, zowel op het niveau van praktische uitvoering als op vakinhoudelijk en theoretisch gebied (nulmeting, procesanalyse, effectmeting) Elke partnerinstelling heeft de keuze om bepaalde subdoelen meer accent te geven dan andere, naar gelang de eigen situatie Concrete doelen: - alle kunstdocenten van de betrokken scholen van het voortgezet onderwijs hebben een of meerdere competenties ontwikkeld uit de definitie van de excellerende kunstvakdocent; - de VO-scholen en ArtEZ hebben een gezamenlijke visie ontwikkeld op de pedagogische en didactische vaardigheden van de kunstdocent; - kennis en inzicht om de samenhang tussen de kunstvakken te vergroten is aanwezig;
4
-
er is een visie op de verhouding tussen talentscouting en begeleiding en brede vorming van de kunsten; er zijn meer scholen waar theater en dans als eindexamenvak wordt aangeboden; er zijn minimaal 6 publicaties over de verschillende genoemde vraagstukken in het kunstonderwijs.
De projectaanvraag heeft een looptijd van 2 ½ jaar, dan moeten bovenstaande doelen zijn gerealiseerd. Het is echter de intentie gedurende langere periode met elkaar samen te werken. 5. SAMENWERKENDE PARTNERS Het project is zo opgezet dat partners met verschillende expertise samengebracht worden. Om te voorkomen dat de focus binnen een school zich te veel richt op de eigen situatie, wordt er gewerkt in tweetallen van (partner)scholen. Aansluitend bij de resultaten van het project Cultuurprofielscholen wordt, als mogelijk, gekozen voor de combinatie van een cultuurprofielschool met een school in de nabijheid die geen cultuurprofielschool is, maar die wel diverse kunstvakken aanbiedt en het kunstprofiel een verdere impuls wil geven. De partners die in het project ‘samen werken aan kwaliteit van de kunstvakdocent’ zijn: • de 4 HBO-docentenopleidingen Muziek, Beeldende Kunst en vormgeving, Theater en Dans, van ArtEZ hogeschool voor de kunsten op de locaties Arnhem, Zwolle en Enschede; • zeven scholen voor voortgezet onderwijs, in twee – of drietallen gekoppeld in een bepaalde regio, waarbij er twee cultuurprofielscholen deelnemen aan het project, die gekoppeld worden aan een (partner)school die de kunst- en cultuurvakken binnen de organisatie zou willen versterken: o regio Arnhem: Olympus College Arnhem, Liemers College Zevenaar en het Candea College in Duiven; o regio Enschede: Kottenpark, Enschede (cultuurprofielschool) en de Waerdenborch, Holten; o regio Zwolle: Meander College, Zwolle (cultuurprofielschool) en IchthusCollege in Kampen; • Het lectoraat Kunsteducatie, ArtEZ; • Het Steunpunt Cultuurprofielscholen; • de Vereniging CultuurProfielScholen. 5.1
POSITIE BETROKKEN PARTNERS: (IN WILLEKEURIGE VOLGORDE)
Quadraam is het bestuurlijk samenwerkingsverband van negen scholen voor het voortgezet onderwijs in de regio Arnhem. Quadraam kent drie zogenaamde ‘algemene opleidingsscholen’. Dit zijn scholen die jaarlijks een groot aantal studenten van lerarenopleidingen uit de regio een leerwerkplek bieden binnen de school. Deze algemene opleidingsscholen begeleidt en beoordeelt deze studenten, waarmee wordt bijgedragen aan hun opleiding. Jaarlijks vinden zo’n 56 studenten van ArtEZ een leerwerkplek binnen Quadraam (20 beeldend en 36 overige). Het Olympus College in Arnhem biedt de disciplines drama, dans en beeldend vorming aan in het eindexamenprogramma. Daarnaast is ook het vak kunstalgemeen onderdeel van het eindexamenprogramma. Het Candea College heeft tekenen en muziek als eindexamenvak in HAVO en VWO en handvaardigheid in het vmbo. Daarnaast organiseert de school tweejaarlijks een grootschalige musical. Binnen het Liemers College maken tekenen en muziek deel uit van het eindexamen binnen zowel het vmbo als havo/vwo. Liemers College heeft daarnaast een vooropleiding voor muziek en een theaterklas en productiegroep.
5
Stedelijk lyceum, afdeling Kottenpark in Enschede Het Stedelijk Lyceum afdeling Kottenpark is een van de 29 cultuurprofielscholen die Nederland kent. Kunst en Cultuur heeft een belangrijke plaats in het rooster van het Kottenpark. Ook wordt er een apart programma voor getalenteerde leerlingen aangeboden, waarbij de leerling via een eigen leerroute zijn of haar specifieke kunsttalent kan ontwikkelen. Hierbij wordt er niet alleen aan toptalenten gedacht, maar juist ook aan leerlingen die een buitengewone interesse tonen voor kunst en cultuur. Zij kunnen kiezen voor het examenvak handvaardigheid/tekenen, auditie doen voor de dansopleiding, de theaterklas of de muziekstroom (eventueel voortraject ArtEZ Conservatorium). Vanuit de dansopleiding is er een samenwerkingsverband met het ArtEZ Conservatorium. De theaterklas is opgezet in nauwe samenwerking met Concordia Kunst en Cultuur en de Stichting Leerplan Ontwikkeling. De muziekstroom bestaat uit samenwerking tussen de Muziekschool Twente en ArtEZ Conservatorium. Binnen de bovenstaande vakgroepen en het vak CKV worden buitenschoolse activiteiten georganiseerd in samenwerking met culturele instellingen, zoals het Rijksmuseum Twente, Sonnevanck Jeugdtheater, erfgoedinstellingen zoals de Twentse Welle, Bibliotheek Enschede, Het Vestzaktheater, Cinema Concordia K&C, Cinestar, Het Nationaal Muziekkwartier waar in o.a. gehuisvest: Podium Twente, De Muziekschool Twente en Poppodium ATAK. Waerdenborch in Holten De Waerdenborch is een openbare school voor LWOO, vmbo, havo, vwo/gymnasium (en technasium) met vestigingen in Holten en Goor. Zij biedt diverse kunstvakken in onder- en bovenbouw aan t.w.: CKV, muziek, handvaardigheid en tekenen. Muziek, handvaardigheid en tekenen kunnen binnen alle niveaus gevolgd en afgesloten worden als eindexamenvak. In de onderbouw hebben alle leerlingen, alle kunstvakken in hun pakket en kunnen daarnaast kiezen voor extra uren ‘kunst en cultuur’. CKV wordt aangeboden in 3 vmbo, 4 havo en 5 vwo. De school biedt een breed scala van kunstvakken en activiteiten aan. De Waerdenborch realiseert momenteel het volgende: reguliere lessen, keuzewerktijd Kunst & Cultuur, vak-/sectoroverstijgende projecten, muziek- en ckv/toneelavonden, exposities en excursies en de beschikbaarheid van goed geoutilleerde multimediaruimtes. Belangrijk aandachtspunt voor de Waerdenborch is een kwaliteitsslag te maken voor wat betreft interdisciplinaire projecten waarin vele (kunst)vakken binnen de instelling kunnen participeren. Het Meander College in Zwolle kent de kunstvakken tekenen en muziek oude stijl in bovenbouw havo en vwo. Het vak drama wordt examenvak in havo en vwo (startjaar klas 4 is 2009-2010). Dit is een kunstvak nieuwe stijl. CKV bestaat in bovenbouw en voor de atheneum plusstroom ook in de onderbouw. Het Meander is een erkende cultuurprofielschool. Op het Meander College worden de vakken tekenen, handvaardigheid, muziek en drama ook geïntegreerd aangeboden in kunstprojecten die na elke periode plaatsvinden. Het Meander College is een (erkende) cultuurprofielschool die vanuit die positie een ruim aanbod aan kunstvakken wil bieden. Een andere taak is kunst en cultuur breed te verankeren in het curriculum. Wat betreft de cultuureducatie: verbreding en verdieping zijn belangrijke begrippen. Het Meander College heeft ook de zogenaamde plusklassen: beeldend+ en muziek+. In 2010 biedt het Meander ook een musicalklas aan. Wat mist is de disciplineoverstijgende kennis en vaardigheden en de verankering daarvan in het kunstcurriculum. Ook maken actuele ontwikkelingen beperkt deel uit van het curriculum van de kunstvakken, bijvoorbeeld op het gebied van multimedia. Het Ichthus College in Kampen stelt zich ten doel de kunstvakken sterker neer te zetten binnen het complete aanbod van vakken en activiteiten binnen de school. De vakken tekenen, handvaardigheid, muziek en drama zijn allen ook examenvak op het HAVO en VWO. De kunstvakken in de onderbouw zijn: tekenen, handvaardigheid, drama en muziek.
6
Het Ichthus kent een grote examenpresentatie van de vier kunstvakken in de Stadsgehoorzaal te Kampen ArtEZ, hogeschool voor de kunsten is een monodisciplinaire hogeschool voor de kunsten en biedt uitvoerende - , toegepaste – en docentenopleidingen aan in alle kunstdisciplines. De hogeschool is gevestigd op drie locaties, maar opleidingen op verschillende locaties bieden samenhangende programma’s aan. ArtEZ heeft vier docentenopleidingen in de kunstdisciplines Beeldende kunst en vormgeving, dans, drama en muziek in huis. Deze vier opleidingen zijn ondergebracht bij drie faculteiten, te weten de faculteiten Art & Design, Muziek en Theater (docent dans, en docent theater). Bij ArtEZ studeren ruim 3000 studenten waarvan bijna 650 studenten een opleiding tot docent – kunstenaar volgen. Door het onderbrengen van de docentenopleidingen bij de verschillende faculteiten waarborgt ArtEZ de artistieke kwaliteit en actualiteit van de docentenopleidingen. Daarnaast werken de docentenopleidingen intensief samen, onder andere in de interfaculteit, waar negen procent van het programma gezamenlijk wordt aangeboden en die is gericht op de interdisciplinaire samenwerking en de ontwikkeling van het vak Kunst (algemeen). In 2008 is de masteropleiding kunsteducatie gestart. Deze opleiding biedt een tweejarig programma aan. Het lectoraat kunsteducatie van ArtEZ is onderdeel van het Expertisecentrum kunsteducatie van ArtEZ, waar ook de masteropleiding kunsteducatie en de interfaculteit is ondergebracht. Het lectoraat richt zich op het onderzoek en kennisontwikkeling in de kunsteducatie. Het steunpunt Cultuurprofielscholen en de Vereniging CultuurProfielScholen (VCPS) In 2007 werd het Steunpunt Cultuurprofielscholen om cultuurprofielschool te worden. Het Steunpunt is (was) een samenwerkingsverband tussen KPC Groep en Stichting Leerplan Ontwikkeling (SLO) De VCPS wil een bijdrage wil leveren aan de structurele inbedding en het waarborgen van de kwaliteit van kunst- en cultuureducatie bij cultuurprofielscholen in het voortgezet onderwijs. De vereniging is een actief platform dat een landelijk netwerk onderhoudt, waarbinnen informatie-uitwisseling, onderlinge ondersteuning bij ontwikkelingsvraagstukken en deskundigheidsbevordering een belangrijke rol spelen. Inmiddels staan 29 scholen officieel geregistreerd als cultuurprofielschool, 22 andere scholen zijn begin 2008 gestart in een ontwikkelnetwerk cultuurprofielscholen (ONCPS) en daarnaast zijn er nog zeker een twintigtal scholen die zich graag willen aan sluiten bij de VCPS. 5.2. KENNIS, EXPERTISE EN ERVARING Vanuit het idee dat iedereen een stap voorwaarts kan maken door de aanwezige kennis te delen en samen nieuwe kennis ontwikkelen is met name de samenwerking gezocht. De projectpartners leveren dan ook ieder vanuit hun eigen expertise een inbreng in het project. Met elke van de betrokken instellingen zijn gesprekken gevoerd over samenwerking en participatie in dit project. De samenwerking is vastgesteld in intentieverklaringen (zie bijlage 1). In de voorbereidende fase van dit project is de aanwezige kennis binnen de verschillende partijen in dit project geïnventariseerd en op een rijtje gezet. VO-Scholen: visie op kunst en cultuur in schoolprogramma, leerlijnen, pedagogisch didactische kennis, werken met niveaus (vmbo – gymansium) en scouting Cultuurprofielscholen brengen expertise in die betrekking heeft op visie op de kunst en cultuurvakken in het totale programma van de school, curriculumontwikkeling en leerlijnen
7
van de verschillende kunstvakken, interdisciplinaire samenhang tussen de vakken, samenhang tussen cultuurvakken en overige vakken van het curriculum, netwerk met culturele instellingen etc. Alle VO scholen hebben veel expertise met pedagogische en didactische competenties en ook met de methodieken die van toepassing zijn op de kunst en cultuurvakken. De ervaring leert dat kunstvakdocenten ten opzichte van docenten in de andere vakken een achterstand lijken te hebben op pedagogisch didactisch gebied. VO scholen hebben specifieke kennis en ervaring met de verschillende leerniveaus binnen het VO van vmbo tot gymnasium. VO scholen hebben ervaring met het signaleren, benoemen en begeleiden van talent. En de wijze waarop talentbegeleiding en brede vorming zich tot elkaar kunnen verhouden. Talent is echter een rekbaar begrip, de beroepspraktijk van de kunstenaar is divers en afgestudeerde kunstenaars vervullen diverse rollen in de beroepspraktijk, waarvan de ‘podium’ functie (het in de belangstelling staan via een voorstelling, expositie of uitvoering) slechts één van de rollen is. ArtEZ kan vanuit haar brede ervaring met de beroepspraktijk en juist door het feit dat ze uitvoerende, toegepaste en docentenopleidingen in huis heeft het perspectief van de diverse beroepsrollen inbrengen in de talentscouting. ArtEZ:
ACTUALITEIT, ARTISTIEKE VISIE, INTERDISCIPLINARITEIT, BEROEPSROLLEN, ONDERZOEK
Door de inbedding van de docentenopleidingen van ArtEZ in de drie faculteiten van de Hogeschool voor de kunsten zijn de docentenopleidingen goed op de hoogte van de nieuwste ontwikkelingen in de kunstwereld, bijvoorbeeld multimedia, en sluiten zij daarop aan. Mede door de door ArtEZ gekozen structuur is er bijzondere aandacht in de programma’s van de opleidingen voor de ontwikkeling van een artistieke visie, waardoor het accent op ‘kunst’ in het onderwijs kan worden vergroot. ArtEZ heeft in het opleidingsprogramma van alle docentenopleidingen circa 9% van de onderwijstijd ondergebracht bij de Interfaculteit, waar wordt gewerkt aan de interdisciplinariteit in de kunsten. Ook worden studenten hier voorbereid op hun rol als docent in de vakken CKV en Kunst (algemeen) èn op hun rol in het leergebied kunst en cultuur in de onderbouw van het VO. Dit programma loopt momenteel tien jaar en de opgedane kennis en ervaring met betrekking tot interdisciplinariteit staat ter beschikking ter ondersteuning van docenten in het VO. In haar strategisch beleidsplan 2010 – 2014 besteedt ArtEZ aandacht aan de diverse beroepsrollen van de afgestudeerde kunstenaar. De kennis van het werkveld van de afgestudeerde kunstenaar, de contacten met alumni en de eigen ervaring van docenten van ArtEZ (die bijna allemaal ook actief zijn in de beroepspraktijk) is een belangrijke bron van inzicht voor de ontwikkeling van nieuwe scoutingprogramma’s. Ook heeft ArtEZ in de afgelopen jaren veel ervaring opgedaan met het aanboren van nieuwe talenten buiten de reguliere kanalen om, via het SKON project (zie www.talentontwikkelplaats.nl ) Het lectoraat kunsteducatie van ArtEZ heeft als taakstelling onderzoek te verrichten en te bevorderen op het gebied van kunsteducatie. Speerpunt van ArtEZ is ondermeer het onderzoek naar kunstonderwijs in de praktijk. Het lectoraat werkt met een kenniskring waar momenteel diverse onderzoeken naar kunsteducatie worden uitgevoerd.
8
6. ALGEHELE PROJECTOPZET Om de doelstellingen van het project te realiseren wordt er samengewerkt op verschillende niveaus: - er is een organisatiestructuur die zorg draagt dat in een regio ontwikkelde kennis beschikbaar komt bij alle betrokken partners van het project, dat deze kennis gemonitord, beschreven en overdraagbaar wordt gemaakt en die toezicht houdt op de realisatie van alle doelstellingen van dit project; - er zijn uitwisselingsprogramma’s in de vorm van workshops, expertmeetings en scholingsprogramma’s ten behoeve van daadwerkelijke kennisoverdracht tussen de verschillende partijen; - er zijn deelprojecten. Hieronder worden de hierboven genoemde onderdelen beschreven, waarna een uitwerking van de onderdelen direct daarop volgt. Uiteindelijk wordt in de begroting de hele financiële vertaling in beeld gebracht. Alle scholen investeren ook zelf, in hardware, met docenturen, ondersteunende middelen of anderszins. Dit wordt in de projectuitwerkingen beschreven. 6.1. ORGANISATIESTRUCTUUR De organisatiestructuur is zo simpel mogelijk gehouden. Er is een stuurgroep waarin bestuurlijke vertegenwoordigers van ArtEZ en de betrokken scholen voor het voortgezet onderwijs. Taak van de stuurgroep is toezien op de realisatie van de doelstellingen van het hele project, de uitwerking per deelproject en het aansturen van de projectleider. De projectleider zorgt ervoor dat alle projecten hun doelen realiseren, efficiënt werken en dat opgedane kennis en ervaring per regio ook op andere plaatsen beschikbaar komt. Hiervoor onderhoudt de projectleider contacten met de regionale projectleiders en de adviesgroep, richt hij een digitale omgeving in en houdt deze actueel, draagt hij zorg voor gezamenlijk overleg waar nodig, organiseert workshops, expertmeetings en scholingsprogramma’s en stuurt hij de adviesgroep aan. De projectleider legt verantwoording af aan de stuurgroep. De advies- monitorgroep zorgt voor de monitoring en beschrijving van het project. Zij adviseert de projectleider en de regionale projectgroepen gevraagd en ongevraagd. De projectleider dient extern aangetrokken te worden om vanuit een neutrale positie dit project aan te sturen. Stuurgroep
Projectleiding Advies - monitorgroep Lectoraat, steunpunt Cultuurprofielscholen en VCPS
Arnhem:
Enschede
Zwolle / Kampen
Olympus, Arnhem
Stedelijk Lyceum, Kottenpark, Enschede
Meander, Zwolle
Liemers, Zevenaar Candea, Duiven ArtEZ
Waerdenborch, Holten ArtEZ
Ichthus, Kampen ArtEZ
9
De drie regio’s, waarin de verschillende scholen samenwerken zorgen dat er per school 1 aanjager (de primus inter pares) is die zicht houdt op de in een regio ontwikkelde projecten of producten. Het centrale team van het hele project bestaat uit de algemene projectleider en de zeven genoemde aanjagers. Deze groep komt maandelijks bijeen om de ontwikkelingen en vorderingen te bespreken. De algemene projectleider heeft de bevoegdheid keuzes te maken en eindbeslissingen te nemen.
6.2. UITWISSELINGSPROGRAMMA’S Gedurende de looptijd van het project worden de volgende ‘gezamenlijke activiteiten ontwikkeld: Er wordt een scholingsprogramma opgezet en aangeboden voor alle kunstdocenten met de volgende thema’s: - Dunst (algemeen) - Didactiek van Kunst (algemeen) - Multimedia - Interdisciplinariteit - Onderzoeksvaardigheden Alle programma’s bestaan uit 10 bijeenkomsten van 2 ½ uur. Daarnaast wordt er nog enige zelfstudie van de docenten verwacht. Er worden expertmeetings georganiseerd voor alle kunstdocenten en studenten met de volgende thema’s - Scouting - Beroepsrollen - Disciplinariteit – interdisciplinariteit De expertmeetings worden op één dag georganiseerd. Iedere keer zijn er vier sprekers en worden er ongeveer zes workshops georganiseerd voor de deelnemende docenten. De betrokken scholen en de opleidingen van ArtEZ zorgen dat de kunstdocenten tijd beschikbaar krijgen om de expertmeetings te volgen. De expertmeetings staan ook open voor kunstdocenten van de andere scholen en docenten van de andere kunstvakopleidingen Er zal door een vaste groep docenten van de zeven betrokken scholen een gezamenlijk onderzoekstraject worden gestart met een looptijd van drie jaar. De uitwerking van de uitwisselingsprogramma’s, expertmeeting en het onderzoekstraject is te vinden in bijlage 2
10
6.3.
DEELPROJECTEN
In de drie regio’s waarin dit project wordt georganiseerd worden een of meerdere projecten georganiseerd. De zeven scholen hebben in regionaal overleg zowel hun eigen 'programma' bepaald als de projecten die zij in samenspraak met de partnerscholen willen gaan uitvoeren. In alle projecten zijn de studenten en docenten van ArtEZ betrokken. Het zijn immers de docenten en de toekomstig docenten die de ruimte moeten krijgen zich verder te ontwikkelen. Die mogelijkheid wordt bovendien sterk bepaald door de situatie op de school. Het project wordt zo vormgegeven dat alle partners bij het project wat kunnen halen en brengen, dat wil zeggen dat aanwezige kennis en expertise bij de diverse partners wordt ingezet, om de doelstellingen te realiseren. In het hieronder opgenomen schema vindt u in de linkerkolom de verschillende projecten onder de titel waaronder deze ook staan uitgewerkt. In de bovenste rij staan de trefwoorden die verwijzen naar de eigenschappen waaraan een excellente docent kan voldoen. Voor alle duidelijkheid: een excellerende kunstdocent in het voortgezet kunstonderwijs beschikt, naast inspirerende vakmatigheid in zijn eigen kunstdiscipline, over één of meer van de hieronder genoemde eigenschappen. In teams is het interessant kunstvakdocenten te hebben met ieder verschillende excellente vaardigheden. OVERZICHT PROJECTEN EN DE RELATIE TUSSEN DE VERSCHILLENDE PROJECTEN EN DE DOELSTELLINGEN Actualiteit
Interdisciplinair competent
excellent Ped. – did. vaardig
Scouting
Theoretisch kennis kunst algemeen
Onderzoeks vaardigheden
Ichthus/Meander College: 1. Ontwikkeling multimedia in het kunstcurriculum Ichthus / Meander: 2. Art Class Ichthus/Meander 3. Festival drama voor Quadraam: 4. interdisciplinair leren en werken smaakt naar meer Kottenpark/Waerdenborch 5. Interdisciplinair onderbouwproject Kottenpark/Waerdenborch 6.Docent en kunst 7. Kottenpark/ Waerdenborch Kunst verfilmd. 8. Kottenpark/ Waerdenborch Talentmaximalisatie
In de uitwerking van de projecten in bijlage 3 worden ook de doelstellingen die te maken hebben met de ‘context’ benoemd en beschreven.
11
KORTE OMSCHRIJVING VAN DE DEELPROJECTEN: Hieronder volgt een korte omschrijving van de projecten die per regio worden georganiseerd. Een meer uitvoerige beschrijving van de projecten treft u aan in de bijlage 3. In bijlage 4 vindt u de planning van het hele project en alle deelprojecten. 1.Ontwikkeling van multimedia in het kunstcurriculum Ichthus College, Kampen en Meander College, Zwolle Doelstellingen 1. De ontwikkeling van een doorlopende en vakoverstijgende leerlijn multimedia als integraal onderdeel van het kunstcurriculum. 2. De implementatie van een digitaal cultuurportfolio voor alle leerlingen. Omschrijving van het project Multimedia komen in het kader van het kunstonderwijs op beide scholen onvoldoende aan bod. Doelstelling is daarom multimedia integraal onderdeel te maken van de kunstvakken in onderbouw en bovenbouw. Ter ondersteuning van een doorlopende en vakoverstijgende leerlijn multimedia richten alle leerlingen een digitaal cultuurportfolio in. Dit betekent dat multimedia niet als geïsoleerd apart ‘vak’ of onderdeel wordt aangeboden, maar wordt verweven, voor alle leerlingen, als integraal onderdeel van het kunstcurriculum. In de bovenbouw zetten leerlingen multimediavaardigheden in, in samenhang met het kunstvak, of de kunstvakken die zij hebben gekozen en bij het verplichte vak CKV. Bij tekenen/beeldend: animatie; bij muziek: audio en video(clips); bij drama: licht, geluid en verfilming. 2.Art Class Ichthus College Kampen en Meander College Zwolle Het Ichthus College wil een verdiepend programma aanbieden voor leerlingen die een speciale interesse en/of talenten hebben op kunstzinnig gebied. Doelstelling: Het ontwikkelen van scoutingvaardigheden en ruimte om individuele talenten van leerlingen te laten ontwikkelen. Omschrijving van het project: Het Ichthus College kent de kunstvakken tekenen, handvaardigheid, drama en muziek. Het Ichthus College is een school met vier talentrichtingen: techniek, sport, maatschappij en cultuur. Iedere talentrichting biedt naast de reguliere vakken een Art Class aan voor talentvolle leerlingen. De Class richt zich op een gekozen kunstdiscipline of interdisciplinair aan de hand van een thema. Daarbij wordt er bijzondere aandacht besteed aan de wijze waarop deze talentbegeleiding zich verhoudt tot de brede vorming van de overige leerlingen. 3.Vernieuwend schooltheater festival Meander College en Ichthus College Het Meander College en Ichthus College willen het voortouw nemen in de organisatie van een tweejaarlijks eigentijds schooltheaterfestival waarbij integratie met de andere kunstvakken uitgangspunt is. Doelstelling
12
1. Scholen met elkaar in contact te brengen en uitwisselingen tot stand te brengen rond een nog niet wijdverbreid kunstvak (drama), 2. Netwerkvorming tussen kunstdocenten in de voorbereiding én uitvoering, 3. Inhoudelijk: een eigentijdse cross-over vanuit theater naar de andere kunstvakken (interdisciplinariteit). Omschrijving van het project Het Meander College kent de kunstvakken tekenen en muziek oude stijl in bovenbouw havo en vwo. Het vak drama wordt examenvak in havo en vwo. Met de invoering in klas 4 is gestart in het schooljaar 2009-2010. Dit is een kunstvak nieuwe stijl. Het Meander College is een erkende cultuurprofielschool. Het Ichthus College, waarmee een bestuurlijk samenwerkingsverband bestaat, stelt zich ten doel de kunstvakken sterker neer te zetten binnen de school. De vakken tekenen, handvaardigheid, muziek en drama zijn examenvak op het HAVO en VWO. Interdisciplinariteit is een belangrijke uitdaging in de schoolkunstvakken open beide scholen, en in bredere zin in het Nederlands kunstonderwijs. Het festival wordt breed toegankelijk voor VO-scholen. Alle kunstvakken zullen zijn vertegenwoordigd. Deelnemende scholen aan dit project kunnen afkomstig zijn uit het VO, PO en MBO. Bij dit festival speelt interdisciplinariteit een kernrol. Studenten, docenten en leerlingen kijken over grenzen van de kunsten en van hun scholen. Kunstvakken kunnen daarnaast in workshops hun vakspecifieke bijdrage verdiepen. Daartoe zullen er workshops zijn m.b.t. ondermeer dans, licht en geluid, muziek, tekstzegging, decorbouw en de kostumering. 4.interdisciplinair leren en werken smaakt naar meer Olympus College Arnhem, Liemers College Zevenaar en Candea College in Duiven Korte omschrijving project: Het deelproject van ArtEZ (Arnhem) en Quadraam maakt gebruik van een fenomeen dat binnen Quadraam een belangrijk plaats heeft, namelijk: Opleiden in de School. De leraar in opleiding (student) is de verbindende schakel tussen de expertise die bij docenten binnen de docentenopleidingen en kunstopleidingen van ArtEZ aanwezig is en de praktijkkennis en ervaring die kunstdocenten binnen de scholen voor het voortgezet onderwijs hebben. Door intensief samen te werken binnen dit project, halen de scholen van Quadraam de actualiteit in de kunstvakken via de leraren in opleiding in huis, krijgen leraren in opleiding een gedegen pedagogisch didactische opleiding en passende begeleiding en worden de docenten van de lerarenopleiding gevoed met praktijkkennis en -ontwikkelingen die weer van belang zijn voor het opleiden van toekomstige generaties leraren. Bovendien ontstaat hierdoor een (compact) netwerk van kunstdocenten vanuit de scholen van Quadraam, ondersteund door docenten van ArtEZ. In dit project werken de betrokkenen aan de ontwikkeling van eindtermen voor de praktische kunstvakken, een interdisciplinair curriculum voor (werkplekleren binnen) het vak CKV1 en de integratie van multimedia in de kunstvakken. Quadraam zet de verworvenheden vanuit het SKON-project tijdens dit project in. Product 1: Het ontwikkelen van tussen- en eindtermen voor alle vakken binnen kunst en cultuur Doel:
13
-
het versterken van de kennis die nodig is bij docenten in het VO om het vereiste eindniveau (en daarbij horende tussenniveaus) te bepalen van leerlingen in de kunstvakken (op vmbo, havo en vwo)
Product 2: Het ontwikkelen van een interdisciplinair curriculum voor werkplekleren binnen het vak CKV1 Doelen: - het versterken van de vaardigheden van de kunstdocenten van Quadraam voor het begeleiden en beoordelen van collega’s in opleiding - het versterken van de pedagogische en didactische vaardigheden van leraren in opleiding - het ontdekken van de eigen motivatie voor het werken in het onderwijs door leraren in opleiding middels een gedegen voorbereiding op het werkplekleren en door een op de persoon gerichte begeleiding - het versterken van de rol die de docentenopleiding heeft bij het opleiden van leraren in kunstvakken en de motivatie die nodig is voor dat werk in de praktijk Product 3: Het voorbereiden van een interdisciplinaire voorstelling door leerlingen binnen het curriculum van het vak CKV onder begeleiding van leraren in opleiding en het uitvoeren van die voorstelling Doelen: - het versterken van de disciplineoverstijgende kennis en vaardigheden van de kunstdocenten van Quadraam en van de leraren in opleiding - het versterken van de kennis over de onderwijspraktijk en ontwikkelingen die daarin spelen bij docenten van ArtEZ door samenwerking met docenten binnen het VO - het versterken van het curriculum op de interfaculteit t.a.v. interdisciplinair onderwijs en de samenwerking met VO-scholen in de omgeving op dat gebied Product 4: Praktijkgericht onderzoek om de effecten van het curriculum in kaart te brengen Doel: Het ontwikkelen van onderzoeksvaardigheden bij kunstdocenten binnen Quadraam-scholen, ten behoeve van het uitvoeren van praktijkgericht onderzoek Product 5: Ontwikkeling multimedia in de kunstvakken binnen het vmbo Doel: Het versterken van de kennis op het gebied van actuele ontwikkelingen (webdesign, computerkunst, digitale beeldbank, etc.) bij docenten van Quadraam en het gebruik ervan in de onderwijspraktijk 5.Interdisciplinair onderbouwproject Stedelijke Lyceum, locatie Kottenpark Enschede en Waerdenborch Holten Doelstelling: Ontwikkelen vanaf de brugklas van een interdisciplinaire talentgroep i.s.m. talentleerlingen van groep 8.
14
D.m.v. een miniproductie, uitvoerbaar voor de bovenbouw van het basisonderwijs, maken leerlingen groep 8 en onderbouw VO kennis met de kunstvakken binnen het VO. Leerlingen uit groep 8 die zich hiervoor opgeven nemen deel aan voorbereiding en uitvoering. Educatief materiaal wordt voorafgegaan door onderzoek en ontwikkeld door studenten ArtEZ, vooral vanuit CKV + hoofdvak ODM. Supervisie en eindverantwoordelijkheid ligt bij hoofdvakdocenten ArtEZ. 6. Docent en kunst. Stedelijke Lyceum, locatie Kottenpark Enschede en Waerdenborch Holten Doelstelling: ontwikkelen van de vakkennis van kunstdocenten. Nieuwe bewustwording van hun eigen praktische en theoretische competenties binnen een groter geheel. Intervisie onder supervisie van ArtEZ (lectoraat). D.m.v. studiemiddagen en een evaluatiemiddag komen beide docententeams bij elkaar op school en zullen geïnspireerd worden tot het uitvoeren van een interdisciplinair project binnen het bestaande curriculum. Uitkomst van de evaluatie wordt weergegeven in een boekwerkje waarbij leerlingen voor illustraties en layout zorgen (uitgeverij). Dit boekwerkje is te gebruiken ter inspiratie voor alle kunstvakdocenten binnen het VO. Betrokken partijen: De Waerdenborch, Holten en Het Stedelijk Lyceum, afd, Kottenpark, Enschede. Lectoraat ArtEZ. 7.Kunst verfilmd Stedelijke Lyceum, locatie Kottenpark Enschede en Waerdenborch Holten Doelstelling: het ontwikkelen van een filmfestival vanuit interdisciplinair oogpunt. Naast alle kunstdisciplines kunnen ook de andere vakken die aangeboden worden binnen het VO een plaats krijgen binnen dit project. De bedoeling is om binnen eigen scholen aan het product te werken en dit te presenteren aan eigen leerlingen maar ook aan de partnerschool. Gegeven door docenten van ArtEZ (multimedia) en uitgevoerd met toekomstige docenten ArtEZ. Vakken: kunstvakken (4 of 5) Nederlands, 1 moderne vreemde taal, ICT,. 8. Talentmaximalisatie Stedelijke Lyceum, locatie Kottenpark Enschede en Waerdenborch Holten Doelstelling: aanbieden van een vorm van onderzoek voor ondersteuning van huidige docenten en handvatten bieden om talenten te herkennen en op een effectieve manier te begeleiden. Per kunstdocententeam ter bevordering van inzicht in elkaars discipline Onder begeleiding van de Lector kunsteducatie wordt er een onderzoeksvorm ontwikkelt die toepasbaar is binnen beide scholen en als doel heeft om talent te signaleren en op de juiste manier te begeleiden.
15
OVERZICHT ACTIVITEITEN Olympuscollege, Kottenpark en Liemers college Waerdenborg en Candea College College Gezamenlijk scholings aanbod: theoretische kennis; Multimedia; Interdisciplinariteit; Onderzoek. Expertmeetings Scouting Beroepsrollen Discipline interdiscipline Gezamenlijk onderzoeks project Deelproject 1 Deelproject 2 Deelproject 3 Deelproject 4 Deelproject 5 Deelproject 6 Deelproject 7 Deelproject 8
Meander en Ichthus
Docenten van ArtEZ
Studenten van ArtEZ
Staat open voor docenten, maximaal 16 / groep
Staat open voor alle docenten en studenten
Staat open voor maximaal 10 docenten
16
7. OVERDRACHT Het hele project wordt op verschillende manieren gemonitord, beschreven en ook in publicaties vastgelegd: - algehele onderzoeksproject onder leiding van het lectoraat - deelonderzoeken opgenomen in de deelprojecten - evaluatie en verslaglegging door de projectleider van het project. In samenspraak met de vereniging en het steunpunt Cultuurprofielscholen zullen de ontwikkelde en beschikbare kennis ter beschikking komen van alle voortgezet onderwijsscholen uit het hele land. Hiervoor wordt onder andere de website van de vereniging gebruikt. Tevens zal dit project aansluiting zoeken bij het onderzoek dat plaatsvindt onder de titel: Cultuur in de spiegel. Ook via dit kanaal zullen kennis en inzichten beschikbaar worden gesteld voor het onderwijs. Website Het is de bedoeling voor het project een digitale omgeving te openen, met een openbare en besloten gedeelte. In het openbare gedeelte zullen activiteiten, ontwikkelingen, verhalen en beelden getoond worden voor de geïnteresseerde buitenstaander. In het gesloten gedeelte wordt kunnen alle projectpartners over alle tussenproducten en ontwikkelingen per project elkaar volgen. Deze digitale omgeving krijgt, dankzij de aanwezige expertise wat betreft techniek en vormgeving een modern en mooi karakter Verslaggeving Jaarlijks zal de subsidiegever middels een inhoudelijk en financieel verslag op de hoogte gehouden worden van de ontwikkelingen en vorderingen van het hele project. Uiteraard kan het project ook tussen geaccrediteerd en gemonitord worden door de subsidiegever. Na afronding van het project zal een inhoudelijk en financieel verslag aan de subsidiegever ter beschikking worden gesteld.
17
8. BEGROTING Hier treft u een samenvatting van de begroting aan. In bijlage 5 is de uitgebreide begroting opgenomen. projectbegroting Onderwerp
Totale kosten
Gevraagd subsidiebedrag
Algeheel projectmanagement
€ 40.800,-
€ 40.800,-
Gezamenlijk aanbod:
€ 152.898,-
€ 48.100,-
200+ 41.200
Deelproject 1
Eigen investering / derden
€ 33.500,€ 71.298,- (onderzoek, extern gefinancierd)
€ 106.440
€ 70.440,-
€ 36.000,(90.000,- + 45.000,-)
Deelproject 2
€ 30.280,-
€ 28.280,-
€ 2000,-
Deelproject 3
€ 78.280,-
€ 68.280,-
€ 10.000,-
Deelproject 4, product 1
€ 66.060,-
€ 64.560,-
€ 1.500,-
Deelproject 4, product2+3
€ 28.380,-
€ 16.380,-
€ 12.000,-
Deelproject 4, product 4
€ 31.860,-
€ 29.860,-
€ 2.000,-
Deelproject 4, product 5
€ 51.240
€ 39.240,-
€ 12.000,-
Deelproject 5
€ 46.280,-
€ 42.280,-
4.000,-
Deelproject 6
€ 10.200
€ 7.700,-
€ 2.500,-
Deelproject 7
€ 55.880
€ 51.880,-
€ 4.000,-
Deelproject 8
€ 31.860,-
€ 29.860,-
€ 2.000,-
- € 10.000,-
€ 10.000,-
€ 527.660,-
€ 202.798,-
Scholingsbudget docenten ArtEZ TOTAAL
€ 730.458,-
18
Bijlage 2: Uitwerking van het gezamenlijke programma 1. Scholing docenten Onderwerpen: - multimedia - Kunst (algemeen) - Interdisciplinariteit - onderzoeksvaardigheden Doelstelling: i. Specifiek bijscholen van docenten met betrekking tot gesignaleerde tekorten op het gebied van theoretische kennis Kunst (algemeen) ii. Scholing didactiek van Kunst (algemeen) iii. Scholing op het gebied van multimedia iv. Scholing op het gebied van interdisciplinair werken v. Onderzoeksvaardigheden Ad i. Kunstvakdocenten hebben extra kennis en inzicht te ontwikkelen met betrekking tot kunst algemeen. Een verdiepende scholing met vastgestelde eindtermen. Docent: Thérèse Boshoven en Leontien Broekhuizen (ArtEZ) Aantal bijeenkomsten: 10 Duur bijeenkomsten: 2 ½ uur Ad ii. De overdracht van Kunst (algemeen), de toetsing en beoordeling vraagt een eigen nieuwe didactiek. Docent: Thérèse Boshoven en Leontien Broekhuizen (ArtEZ) Ad iii. Multimedia wordt steeds vaker toegepast in de kunsten. Daarbij gaat het voor de vakdocent in de kunsten in eerste instantie niet om het bedienen van de knoppen, maar om de wijze waarop je door middel van de multimedia in staat ben om leerlingen te helpen hun ‘kunstzinnige’ uitdrukkingsvaardigheden te verbeteren. Docent: Henning Waldhauer (ArtEZ) Aantal bijeenkomsten: 10 Duur bijeenkomsten: 2 ½ uur Ad iv. Scholing op het gebied van interdisciplinair competent zijn. Interdisciplinair werken betekent niet dat de vakdocent zich als een amateur met een andere kunstdiscipline bezig houdt, maar dat deze in staat is om met collega’s te communiceren, de taal van de ander discipline begrijpt, in staat is de studenten ook via een andere discipline taal te motiveren etc. Dit scholingsaanbod bouwt via intervisie en specifieke voorbeelden deze kennis op. Docent: Frans Haverkort (opleidingscoördinator interfaculteit), Janeke Wienk (opleidingscoördinator master kunsteducatie) en Ruth van Excel, (masterdocent, kunstenaar) Aantal bijeenkomsten: 10 Duur bijeenkomsten: 2 ½ uur Ad v. Onderzoeksvaardigheden ter verbetering van de eigen praktijk. Het belang van Practice Based onderzoek in de kunsten wordt steeds groter, omdat daarmee de kwaliteit van de kunsten beter beschreven wordt, reflectiever kan worden benaderd en de docent vaardigheden in handen geeft om zichzelf in permanent te verbeteren. Deze introductiescholing biedt handvaten aan docenten om op een methodische en gestructureerde manier de eigen praktijk te onderzoeken en te beschrijven. Docent: Lector Diederik Schönau
19
Aantal bijeenkomsten: 10 Duur bijeenkomsten: 2 ½ Betrokken partijen: Alle docenten van de betrokken VO scholen en docenten van ArtEZ 2. Drie expertmeetings Voor alle betrokken docenten en coördinatoren van het project worden in de looptijd van twee jaar 3 expertmeetings georganiseerd. Thema’s die tijdens de expertmeetings worden behandeld zijn: - scouting - beroepsrollen - disciplinariteit – interdisciplinariteit Iedere expertmeeting wordt voorbereid door de projectleider, ondersteund door een kleine redactiegroep die bestaat uit een drietal kunstcoördinatoren van de betrokken scholen, in totaal een werkgroep van 5 mensen. De expertmeetings worden georganiseerd in november 2010, maart 2011 en november 2011. 3. Algemeen gezamenlijk onderzoeksproject Doelstelling: Het onderzoek in dit project heeft twee doelstellingen: onderzoek naar de wijze waarop de reflectieve en onderzoeksvaardigheden van docenten om hun eigen lespraktijk in inhoudelijke of pedagogisch-didactische zin (afhankelijk van de aard van het project) kunnen worden verbeterd, en het vergroten van inzicht in de randvoorwaarden (context) op een school waardoor docenten de doelstellingen van de kunstvakken met meer succes kunnen bereiken. Onderzoek naar de versterking van pedagogisch-didactische vaardigheden Het eerste onderzoekdeel richt zich op de pedagogisch-didactische vaardigheden van de kunstdocenten in de diverse projecten. Per combinatie van scholen (regio Arnhem, Enschede, Zwolle) zal één project worden gekozen, waarin dit aspect diepgaand wordt onderzocht: Regio Arnhem: Ontwikkeling multimedia in de kunstvakken binnen het vmbo Regio Enschede: Talentmaximalisatie Regio Zwolle: Vernieuwend schooltheaterfestival. Bij de keuze van deze projecten is gestreefd naar variatie in de te onderzoeken projectvormen en inhouden en de rol van de docent daarin. Aldus wordt informatie verzameld rond een zelfde aspect in drie zeer verschillende inhoudelijke en didactische contexten. De onderzoeken worden uitgevoerd gedurende de gehele looptijd van het project, waarbij in 2010 het accent ligt op het per project ontwikkelen van de onderzoeksopzetten (doelstellingen, omvang, methodiek, organisatie). In 2011 worden in de loop van het schooljaar drie onderzoeken uitgevoerd. In 2012 vindt de rapportage plaats. Het moment van onderzoek is afhankelijk van het moment waarop in elke school bepaalde projecten worden uitgevoerd. De resultaten van deze drie onderzoeken moeten inzicht opleveren in de factoren die bijdragen aan de versterking van pedagogisch-didactische vaardigheden van docenten. De onderzoeken worden uitgevoerd door twee docenten per school per project in de rol van observatoren van lessen of projecten en een externe onderzoeker vanuit het lectoraat kunsteducatie. Voor tweetallen om zowel de objectiviteit van de waarnemingen te vergroten,
20
maar vooral om binnen de school de deskundigheid van docenten op dit gebied te vergroten en kennis en onderzoeksvaardigheden sneller te verspreiden. Voor de betrokken docenten is hun rol onderdeel van hun leerproces in het kader van het project. Als resultaat zullen van drie projecten onderzoeksrapporten liggen die een beeld geven van de wijze waarop docenten in deze projecten hun pedagogisch-didactische vaardigheden hebben verbeterd. Vanuit het Expertisecentrum kunsteducatie van ArtEZ wordt een scholingsaanbod op het gebied van onderzoeksvaardigheden aangeboden aan alle docent-onderzoekers. Dit maakt deel uit van het projectvoorstel. Aanvullend extra aanbod op het gebied van inhoudelijke deskundigheidsvergroting dat geen deel uitmaakt van de projecten zoals die op school worden uitgevoerd (bijv. scholing van op het gebied van inhoudelijke vakkennis) is niet in de begroting opgenomen, omdat het afhankelijk is van de mogelijke individuele scholingsbehoefte van docenten. Onderzoek naar de voorwaarden in de schoolcontext Het tweede onderzoeksdeel richt zich op de schoolcontext in relatie tot de kunstvakken als specifiek onderwijsaanbod. Per school zal een analyse van de context worden gemaakt (visie, organisatie, bemensing, aanbod). Deze analyse volgt voor alle scholen eenzelfde stramien, zodat de verkregen informatie zo goed mogelijk vergelijkbaar wordt. Het resultaat van dit onderzoek is van direct nut voor de scholen, maar levert tegelijkertijd materiaal op om in meer algemene zin uitspraken te doen over de randvoorwaarden om docenten in de kunstvakken zo goed mogelijk te laten excelleren. Als resultaat zal er een onderzoeksverslag liggen, gebaseerd op 7 verschillende deelrapporten, die gezamenlijk een inzicht opleveren in de factoren in de schoolorganisatie die bepalend zijn voor kunstdocenten om in hun vak op hun school te kunnen excelleren.
Duur van het project Subsidietoekenning vindt pas plaats op 21 juni 2010. Dan zijn op alle scholen en de hogeschool de jaartaken en roosters voor het schooljaar 2010-2011 al volledig vastgelegd. De ervaring leert, dat het buitengewoon lastig is om daarin nog een project op te nemen. De situatie zal per school en locatie verschillen. Voor zover mogelijk zal het project wel al worden uitgevoerd ook in het schooljaar 2010-2011. Het schooljaar 2011-2012, het tweede projectjaar, zal worden gebruikt om wat in het schooljaar 2010-2011 is voorbereid en ontwikkeld ook daadwerkelijk uit te voeren. Het tweede halfjaar van 2012 is beschikbaar voor de evaluatie en afronding van het project. Uiteindelijk zal pas de concrete inhoud de concrete planning binnen de diverse scholen en trajecten kunnen gaan bepalen.
21
Bijlage 3: Nadere uitwerking deelprojecten 1.Ontwikkeling van multimedia in het kunstcurriculum Ichthus College, Kampen en Meander College, Zwolle Doelstellingen 3. De ontwikkeling van een doorlopende en vakoverstijgende leerlijn multimedia als integraal onderdeel van het kunstcurriculum. 4. De implementatie van een digitaal cultuurportfolio voor alle leerlingen. Omschrijving van het project Multimedia komen in het kader van het kunstonderwijs op beide scholen onvoldoende aan bod. Doelstelling is daarom multimedia integraal onderdeel te maken van de kunstvakken in onderbouw en bovenbouw. Ter ondersteuning van een doorlopende en vakoverstijgende leerlijn multimedia richten alle leerlingen een digitaal cultuurportfolio in. Dit betekent dat multimedia niet als geïsoleerd apart ‘vak’ of onderdeel wordt aangeboden, maar wordt verweven, voor alle leerlingen, als integraal onderdeel van het kunstcurriculum. In de bovenbouw zetten leerlingen multimediavaardigheden in, in samenhang met het kunstvak, of de kunstvakken die zij hebben gekozen en bij het verplichte vak CKV. Bij tekenen/beeldend: animatie; bij muziek: audio en video(clips); bij drama: licht, geluid en verfilming. Fasering en concrete acties Het project start in augustus 2010. In de eerste fase, zal de competentie van de docenten op het terrein van multimedia door middel van scholing worden ontwikkeld. Het gaat daarbij om basisvaardigheden met betrekking tot multimedia en didactische vaardigheden. In het schooljaar 2010-11 zullen in het kader van kleine proefprojecten eerste ervaringen worden opgedaan. Eveneens in dit schooljaar, wordt in samenwerking met docenten en studenten van ArtEZ een vakoverstijgend multimediacurriculum ontwikkeld in een doorlopende leerlijn van onder- naar bovenbouw. De implementatie van het project cultuurportfolio is eveneens in het schooljaar 2010-2011. Dit zal operationeel zijn in juni 2011. In het schooljaar 2011-2012 start het multimedia curriculum gelijktijdig in klas 1 en 4. Deze projectgelden hebben dus een impulswerking, omdat voor voltooiing van de doorlopende leerlijn nog twee extra jaren nodig zijn. De finale afronding van het project valt in het schooljaar 2013-2014. In schooljaar betrokken vakdocenten moet ook ontwikkeltijd toegekend worden om het curriculum multimedia op te bouwen en inhoudelijk duidelijk en goed in te richten. Betrokkenen vanuit de scholen Betrokken vanuit de scholen zijn alle kunstvakdocenten. Op het Meander College wordt een scholingstraject van 50 klokuren opgezet voor acht docenten, op het Ichthus College betreft het eveneens acht docenten. De opzet van het multimediacurriculum vraagt de inzet van één docent per kunstvak voor 40 uur, dus 4 docenten per school (op het Meander College is handvaardigheid een kunstvak in de onderbouw) en een projectcoördinator per school (tevens 40 uur).
22
De implementatie (keuze softwarepakket, installatie van de applicatie op de netwerken, instructies t.b.v. leerlingen en docenten) van een cultuurportfolio vraagt de inzet van één ICT’er (40 uur) en de cultuurcoördinatoren (20 uur). Voor de ontwikkeling, uitvoering en evaluatie en bijstelling van multimediaprojecten in het ontwikkeljaar wordt per school gerekend met resp. 30, 15 en 10 uur. De totale inzet komt daarmee op: 50+50+320+80+80+110 Betrokkenen vanuit ArtEZ ArtEZ is betrokken bij het scholingstraject voor docenten (docentopleiders), de advisering met betrekking tot de ontwikkeling van het multimediacurriculum (docenten en studenten), en de ontwikkeling en uitvoering van de proefprojecten (studenten). Tenslotte zal ArtEZ het project monitoren en beschrijven (lectoraat). Relatie met doelstellingen Krachtig Meesterschap Het project sluit aan bij Krachtig Meesterschap in het streven naar het ontwikkelen van competenties bij kunstvakdocenten, zodat deze kunnen excelleren. Hierbij zijn met name van belang: • het ontwikkelen en verdiepen van de kennis van eigentijdse (multimedia)kunstuitingen in relatie tot de actuele uitvoeringspraktijk van de kunstdisciplines, waarin deze een belangrijke plaats hebben ingenomen. • interdisciplinaire competenties in de ontwikkeling van een vakoverstijgend curriculum, dat wil zeggen dat docenten kennis maakt van de uitdrukkingsmogelijkheden van de verschillende disciplines, en dat zij in staat zijn studenten te stimuleren om ‘nieuwe, interdisciplinaire wegen in te slaan, dat zij op verbindende manier kunnen communiceren met collega’s van andere disciplines, dat zij tonen producten te ontwikkelen die een artistiek, productieve meerwaarde hebben en dat deze meerwaarde ook onderwijskundig een plek krijgt in het curriculum. • Dat docenten in staat zijn om docenten in opleiding methodisch begeleiden in multimediadidactiek Middels het beschreven project zullen bij kunstvakdocenten, toekomstige kunstvakdocenten in het voortgezet onderwijs en bij docentopleiders een of meerdere van bovenstaande competenties worden ontwikkeld. Het project zal gemonitord en beschreven worden, zodat de ontwikkelde kennis en inzichten beschikbaar komen voor het Nederlands onderwijs. Eigen investering van de school Op het Meander ontbreken de facilitaire randvoorwaarden voor multimedia nog. Noodzakelijk zijn hard- en software voor beeld- en geluidsbewerking, zoals foto-, video- en geluidsapparatuur en een adequate mediaroom in de school. Ter ondersteuning van verdere ontwikkeling op dit terrein is de school bij toekenning van de subsidie bereid te investeren in een mediaruimte (studio/filmruimte/minitheater) binnen de school. In deze ruimte kunnen leerlingen kleine optredens verzorgen, demonstraties geven, opnames maken, of films of video’s tonen en bekijken. De totale materiële investering die daarmee is gemoeid bedraagt ca. €90.000,-. Ook op het Ichthus College ontbreken de facilitaire randvoorwaarden voor multimedia en zijn hard- en software voor beeld- en geluidsbewerking en een mediaroom nodig in de school. Ter ondersteuning is de school bereid bij toekenning van de subsidie te investeren in een mediaruimte tot een bedrag van maximaal €40.000.
23
Overdraagbaarheid De leerervaringen uit het project, het te ontwikkelen curriculum en de ervaringen met het kunstportfolio zijn goed overdraagbaar naar andere scholen. Hierbij speelt een belangrijke rol dat het Meander College, ook door zijn status als erkende Cultuurprofielschool, beschikt over een breed landelijk netwerk en actieve contacten met andere scholen.
24
2.Art Class Ichthus College Kampen en Meander College Zwolle Het Ichthus College wil een verdiepend programma aanbieden voor leerlingen die een speciale interesse en/of talenten hebben op kunstzinnig gebied. Doelstelling: Het ontwikkelen van scoutingvaardigheden en ruimte om individuele talenten van leerlingen te laten ontwikkelen. Omschrijving van het project: Het Ichthus College kent de kunstvakken tekenen, handvaardigheid, drama en muziek. Het Ichthus College is een school met vier talentrichtingen: techniek, sport, maatschappij en cultuur. Iedere talentrichting biedt naast de reguliere vakken een Art Class aan voor talentvolle leerlingen. De Class richt zich op een gekozen kunstdiscipline of interdisciplinair aan de hand van een thema. Daarbij wordt er bijzondere aandacht besteed aan de wijze waarop deze talentbegeleiding zich verhoudt tot de brede vorming van de overige leerlingen. Fasering en concrete acties: De Art Class start met ingang van cursusjaar 2010-2011 te beginnen met een groep leerlingen van de groepen 8 van de basisscholen. Zij volgen op het Ichthus College gastlessen/workshops. Vervolgens wordt deze lijn doorgetrokken in de onderbouw (klas 1,2,3) in de vorm van een plusmodule en zet zich voort in de bovenbouw in het door hen gekozen kunstvak als examenvak. Betrokkenheid vanuit de scholen: Vanuit elk kunstvak moet een docent voor de komende 3, 4 jaren ontwikkeltijd krijgen van tenminste 1 uur in de week om een goed programma neer te kunnen zetten. Concreet betekent dat 40 uur per cursusjaar per docent, voor de 4 kunstuitingen totaal 160 uur. Betrokkenheid vanuit ArtEZ: ArtEZ is betrokken bij de advisering m.b.t. de ontwikkeling van de interdisciplinaire competenties van de docenten. Studenten en docenten van ArtEZ worden ingezet om ervaringen met scouting vanuit het Arnhemse SKON project over te dragen en bij te dragen aan de ontwikkeling van het verdiepende programma. Voor studenten van ArtEZ onstaat ruimte voor het ontwikkelen van nieuwe pedagogische en didactische vaardigheden. Relatie met doelstellingen Kracht Meesterschap: Het project sluit aan bij krachtig Meesterschap in het ontwikkelen van competenties bij docenten en toekomstige docenten om talenten te kunnen scouten en nieuwe vormen te kunnen ontwikkelen om talentontwikkeling enerzijds optimaal te ondersteunen en anderzijds de brede culturele vorming te bewaken vanuit de basisschool tot einde VO. Eigen investering van de school: Het Ichthus College stelt 40 uur jaarlijks beschikbaar per Class. Overdraagbaarheid: De leerervaringen uit het project, het ontwikkelen van een artclass curriculum zijn goed overdraagbaar naar andere scholen. Hierbij speelt een rol dat het Ichthus College een bestuurlijke samenwerking is aangegaan met het Meander College. Het Meander College is een cultuurprofielschool en beschikt over een breed landelijk netwerk en actieve contacten met andere scholen.
25
3.Vernieuwend schooltheater festival Meander College en Ichthus College Het Meander College en Ichthus College willen het voortouw nemen in de organisatie van een tweejaarlijks eigentijds school-theaterfestival waarbij integratie met de andere kunstvakken uitgangspunt is. Doelstelling 4. Scholen met elkaar in contact te brengen en uitwisselingen tot stand te brengen rond een nog niet wijdverbreid kunstvak (drama), 5. Netwerkvorming tussen kunstdocenten in de voorbereiding én uitvoering, 6. Inhoudelijk: een eigentijdse cross-over vanuit theater naar de andere kunstvakken (interdisciplinariteit). Omschrijving van het project Het Meander College kent de kunstvakken tekenen en muziek oude stijl in bovenbouw havo en vwo. Het vak drama wordt examenvak in havo en vwo. Met de invoering in klas 4 is gestart in het schooljaar 2009-2010. Dit is een kunstvak nieuwe stijl. Het Meander College is een erkende cultuurprofielschool. Het Ichthus College, waarmee een bestuurlijk samenwerkingsverband bestaat, stelt zich ten doel de kunstvakken sterker neer te zetten binnen de school. De vakken tekenen, handvaardigheid, muziek en drama zijn examenvak op het HAVO en VWO. Interdisciplinariteit is een belangrijke uitdaging in de schoolkunstvakken open beide scholen, en in bredere zin in het Nederlands kunstonderwijs. Het festival wordt breed toegankelijk voor VO-scholen. Alle kunstvakken zullen zijn vertegenwoordigd. Deelnemende scholen aan dit project kunnen afkomstig zijn uit het VO, PO en MBO. Bij dit festival speelt interdisciplinariteit een kernrol. Studenten, docenten en leerlingen kijken over grenzen van de kunsten en van hun scholen. Kunstvakken kunnen daarnaast in workshops hun vakspecifieke bijdrage verdiepen. Daartoe zullen er workshops zijn m.b.t. ondermeer dans, licht en geluid, muziek, tekstzegging, decorbouw en de kostumering. Fasering en concrete acties Het project start in augustus 2010. In de eerste fase, zullen de inhoudelijke opzet van het project, de eerste organisatorische voorbereidingen en het leggen van contacten met deelnemende scholen centraal staan. In het schooljaar 2011-2012 zullen het festival, inclusief de workshops, daadwerkelijk georganiseerd worden. Deze projectgelden hebben een impulswerking, omdat de deelnemende scholen het project in principe tweejaarlijks wil herhalen. Betrokkenen vanuit de scholen Betrokken vanuit de scholen zijn de kunstvakdocenten, de cultuurcoördinatoren, en (voor het Meander College) de activiteitencoördinator. De voorbereiding en organisatie in 2010-11 vraagt de inzet van één docent per kunstvak voor 20 uur, dus 4 docenten per school (op het Meander College is handvaardigheid een
26
kunstvak in de onderbouw) en een projectcoördinator per school (40 uur). De activiteitencoördinator van het Meander College zal organisatorische ondersteuning bieden voor 40 uur. De organisatie in 2011-12 vraagt de inzet van één docent per kunstvak voor 40 uur, dus 4 docenten per school en een projectcoördinator per school (40 uur). De activiteitencoördinator van het Meander College zal organisatorische ondersteuning bieden voor 80 uur. De totale inzet komt daarmee op: 80+80+40+40+160+40+80=520 uur. Betrokkenen vanuit ArtEZ Vanuit alle kunstdisciplines speelt ArtEZ en rol door de inzet van docenten en studenten rondom het festival. Ook zal ArtEZ het project monitoren en beschrijven (lectoraat). Relatie met doelstellingen Krachtig Meesterschap Het project sluit aan bij Krachtig Meesterschap in het zoeken van interdisciplinariteit in de kunstvakken. Het helpt docenten en studenten te groeien in hun excellentie door zich, naast inspirerende vakmatigheid in zijn eigen kunstdiscipline, verder te ontwikkelen op de volgende terreinen: • Het project stelt hen in staat om gelijke tred te houden met de actuele uitvoeringspraktijk van verschillende kunstdisciplines, • interdisciplinaire competentie, dat wil zeggen dat hij kennis heeft van de uitdrukkingsmogelijkheden van de verschillende disciplines, dat hij in staat is studenten te stimuleren om nieuwe, interdisciplinaire wegen in te slaan, dat hij op verbindende manier kan communiceren met collega’s van andere disciplines, dat hij zich in staat toont producten te ontwikkelen en/of stimuleren die een artistieke, productieve meerwaarde hebben en dat hij deze meerwaarde ook onderwijskundig een plek kan geven in de vorm van dit festival. Het project zal ook gemonitord en beschreven worden, zodat de ontwikkelde kennis en inzichten beschikbaar komen voor het onderwijs. Eigen investering van de school De deelnemende scholen nemen alle materiële kosten voor hun rekening, zoals zaalhuur, eventuele huur van geluid en lichtapparatuur, ondersteunende bemensing, cateringkosten, kosten voor decor, grime en kostuums, reis- en portokosten. De totale investering daarvoor kan op dit moment nog niet worden ingeschat. Overdraagbaarheid De leerervaringen uit het project, het te ontwikkelen van een festivaldraaiboek en de opbrengsten uit de workshops zijn goed overdraagbaar naar andere scholen. Hierbij speelt een belangrijke rol dat het Meander College, ook door zijn status als erkende cultuurprofielschool, beschikt over een breed landelijk netwerk en actieve contacten met andere scholen.
27
4.interdisciplinair leren en werken smaakt naar meer Olympus College Arnhem, Liemers College Zevenaar en Candea College in Duiven Korte omschrijving project: Het deelproject van ArtEZ (Arnhem) en Quadraam maakt gebruik van een fenomeen dat binnen Quadraam een belangrijk plaats heeft, namelijk: Opleiden in de School. De leraar in opleiding (student) is de verbindende schakel tussen de expertise die bij docenten binnen de docentenopleidingen en kunstopleidingen van ArtEZ aanwezig is en de praktijkkennis en ervaring die kunstdocenten binnen de scholen voor het voortgezet onderwijs hebben. Door intensief samen te werken binnen dit project, halen de scholen van Quadraam de actualiteit in de kunstvakken via de leraren in opleiding in huis, krijgen leraren in opleiding een gedegen pedagogisch didactische opleiding en passende begeleiding en worden de docenten van de lerarenopleiding gevoed met praktijkkennis en -ontwikkelingen die weer van belang zijn voor het opleiden van toekomstige generaties leraren. Bovendien ontstaat hierdoor een (compact) netwerk van kunstdocenten vanuit de scholen van Quadraam, ondersteund door docenten van ArtEZ. In dit project werken de betrokkenen aan de ontwikkeling van eindtermen voor de praktische kunstvakken, een interdisciplinair curriculum voor (werkplekleren binnen) het vak CKV en de integratie van multimedia in de kunstvakken. Quadraam zet de verworvenheden vanuit het SKON-project tijdens dit project in. Product 1: Het ontwikkelen van tussen- en eindtermen voor alle vakken binnen kunst en cultuur Doel: - het versterken van de kennis die nodig is bij docenten in het VO om het vereiste eindniveau (en daarbij horende tussenniveaus) te bepalen van leerlingen in de kunstvakken (op vmbo, havo en vwo) Het betreft een samenwerking tussen docenten van ArtEZ en docenten van Quadraam, die in overleg bepalen welke tussen- en eindtermen van toepassing zijn binnen de kunstvakken en wat dat betekent voor de onderwijspraktijk. Het gaat daarbij om alle vakken binnen het kunst- en cultuuronderwijs, maar met name om de praktijkvakken dans en drama, en om leerlingen op alle niveaus: vmbo, havo en vwo. Belangrijk daarbij is de afstemming tussen het beginniveau van de kunstopleiding en het eindniveau van het voortgezet onderwijs en daarmee de wijze waarop VO en HBO op elkaar aansluiten. Wellicht is het mogelijk ook eindtermen te formuleren voor de vaardigheid in gebruik van multimedia door leerlingen en voor de interdisciplinaire benadering van een onderwerp (het denken in concepten of thema’s). De resultaten zijn overdraagbaar aan anderen. Looptijd product 1 Het werken aan dit product start in september 2010 en loopt door tot juli 2011. Implementatie vanaf september 2011 in de leerplannen. Product 2: Het ontwikkelen van een interdisciplinair curriculum voor werkplekleren binnen het vak CKV Doelen: - het versterken van de vaardigheden van de kunstdocenten van Quadraam voor het begeleiden en beoordelen van collega’s in opleiding - het versterken van de pedagogische en didactische vaardigheden van leraren in opleiding - het ontdekken van de eigen motivatie voor het werken in het onderwijs door leraren in opleiding middels een gedegen voorbereiding op het werkplekleren en door een op de persoon gerichte begeleiding
28
-
het versterken van de rol die de docentenopleiding heeft bij het opleiden van leraren in kunstvakken en de motivatie die nodig is voor dat werk in de praktijk
Docenten van Quadraam werken samen met docenten van ArtEZ aan de ontwikkeling van een interdisciplinair curriculum voor het werkplekleren. Het betreft een curriculum voor een stageperiode van 9 weken waarin leraren in opleiding in groepjes van 4 vanuit de verschillende kunstvakdisciplines de school binnenkomen. Als volgt gefaseerd: - 7 weken voorbereidingstijd: waarin de volgende stappen worden gezet: bewuste keuze voor een stageschool; kennismaken met de school; het maken van een interdisciplinair stageplan gericht op de betreffende school; goedkeuring van het stageplan door ArtEZ en de school; - 9 weken stage: waarin de volgende stappen aan de orde zijn en worden uitgewerkt: groenlicht gesprek; voortgangsgesprek en beoordelingsgesprek, waarbij de input van de VO-school duidelijk wordt meegenomen; - In of na de 9e week evaluatie, gekoppeld aan beoordeling, waarin de kwaliteit van het interdisciplinaire werkplekleren en de samenwerking tussen Quadraam en ArtEZ wordt getoetst. Dit alles leidt tot een draaiboek voor het werkplekleren voor leraren in opleiding vanuit de interfaculteit binnen scholen voor VO. Dit draaiboek is overdraagbaar aan anderen. Looptijd product 2 Dit product sluit aan bij de stageafspraken die er tussen Quadraam en ArtEZ zijn gemaakt. Zie planning, bijlage 4 Product 3: Het voorbereiden van een interdisciplinaire voorstelling door leerlingen binnen het curriculum van het vak CKV onder begeleiding van leraren in opleiding en het uitvoeren van die voorstelling Doelen: - het versterken van de disciplineoverstijgende kennis en vaardigheden van de kunstdocenten van Quadraam en van de leraren in opleiding - het versterken van de kennis over de onderwijspraktijk en ontwikkelingen die daarin spelen bij docenten van ArtEZ door samenwerking met docenten binnen het VO - het versterken van het curriculum op de interfaculteit t.a.v. interdisciplinair onderwijs en de samenwerking met VO-scholen in de omgeving op dat gebied De leraren in opleiding vanuit de vier disciplines dans, drama, muziek en beeldende vorming, werken aan een interdisciplinair eindproduct (voorstelling, film, animatie, videoclip) binnen het vak CKV, zowel in havo/vwo als in het vmbo. Docenten van Quadraam maken met inbreng van expertise van docenten van ArtEZ een passend curriculum hiervoor. Tijdens het werkplekleren krijgt de voorbereiding van dit eindproduct vorm. De expertise van zowel de leraren in opleiding als de docenten van Quadraam wordt daarvoor ingezet en uitgewisseld. Het curriculum moet per school uitmonden in een presentatie, waarbij alle disciplines hun toegevoegde waarde hebben bewezen en waarin actuele kunstvormen een plaats hebben gekregen. De presentatie van de eindproducten vindt plaats op iedere school. Het publiek bestaat bij voorkeur uit leerlingen en docenten van de drie participerende scholen en uit leraren in opleiding en docenten van ArtEZ. Het interdisciplinaire curriculum en het maken van het eindproduct moeten leerlingen de mogelijkheid bieden kennis te maken met de verschillende disciplines in de kunstvakken. Het moet leerlingen in de gelegenheid stellen kennis te nemen van verschillende kunstvormen en de wijze waarop ze met elkaar samenhangen, hen stimuleren zich met kunst en cultuur bezig te houden en/of te kiezen voor een toekomst in de kunst.
29
Dit leidt concreet tot een wijziging in het curriculum van CKV en tot verdergaande samenwerking van docenten vanuit de verschillende disciplines binnen Quadraam. Fasering: dit product sluit aan op het vorige product. Product 4 sluit weer aan op dit product. Product 4: Praktijkgericht onderzoek om de effecten van het curriculum in kaart te brengen Doel: Het ontwikkelen van onderzoeksvaardigheden bij kunstdocenten binnen Quadraamscholen, ten behoeve van het uitvoeren van praktijkgericht onderzoek Docenten van de scholen van Quadraam voeren praktijkgericht onderzoek uit om de effecten van de wijzigingen van het curriculum in hun school te meten. Daarbij gaat het om de leeropbrengst van de aanpassingen voor de leerlingen, maar ook om de leeropbrengst voor de leraren in opleiding en de docenten van Quadraam. De resultaten van dit onderzoek kunnen worden gedeeld. Dit praktijkgericht onderzoek richt zich op de producten 1, 2 en 3 van het deelproject Interdisciplinair leren en werken smaakt naar meer. (Product 5 wordt onderzocht en beschreven door de gezamenlijke onderzoekgroep uit het gezamenlijke aanbod) Quadraam heeft voor de Academische opleidingsschool subsidie ontvangen voor het doen van onderzoek en de professionalisering van docenten op dit gebied. Kunstvakdocenten zijn bij deze initiatieven nooit betrokken geweest en kunnen ook niet betrokken worden, omdat de partners waarmee Quadraam samenwerkt in de Academische dieptepilot niet voor de kunstvakken opleiden en dus niet op een goede manier het onderzoek in die vakken kunnen begeleiden. Sinds korte tijd staat het doen van onderzoek in de kunsten in de belangstelling. De samenwerking met ArtEZ biedt de mogelijkheid om de kunstvakdocenten van Quadraam daarvoor te motiveren en zich erin te professionaliseren. Product 5: Ontwikkeling multimedia in de kunstvakken binnen het vmbo Doel: Het versterken van de kennis op het gebied van actuele ontwikkelingen (webdesign, computerkunst, digitale beeldbank, etc.) bij docenten van Quadraam en het gebruik ervan in de onderwijspraktijk Met name leraren in opleiding van de richting beeldende vorming spelen hierbij een rol. Zij brengen nieuwe ontwikkelingen binnen de school en werken met leerlingen en docenten van Quadraam aan de integratie van deze nieuwe media in het curriculum van de kunstvakken. Dat geldt voor de hele school, maar met name in het vmbo krijgt deze ontwikkeling extra aandacht. Concreet betekent dit dat leraren in opleiding innovatieve lessen(reeksen) ontwikkelen, waarbinnen leerlingen met deze media aan de slag gaan. In die ontwikkeling nemen zij docenten van Quadraam mee. Tijdens dat proces wordt duidelijk aan welke randvoorwaarden moet worden voldaan om multimediale elementen goed te kunnen integreren in het curriculum van de kunstvakken. Dat leidt tot een programma van eisen op het gebied van vaardigheden en faciliteiten. Dit programma van eisen is overdraagbaar. Betrokkenen
30
Het Olympus College in Arnhem, het Liemers College in Zevenaar/Didam en het Candea College in Duiven zijn zogenaamde “Algemene Opleidingsscholen”. Zij bieden jaarlijks grote aantallen studenten een leerwerkplek binnen de school. De begeleiding en delen van de opleiding zijn in handen van docenten binnen deze scholen. Jaarlijks vinden zo’n 56 studenten van ArtEZ een leerwerkplek binnen Quadraam (20 beeldende vorming en 36 overige disciplines). Deze scholen verschillen in de mate waarin en de wijze waarop zij zich profileren met kunst en cultuur. Binnen het Olympus College zijn de disciplines drama, dans en beeldende vorming vertegenwoordigd in het eindexamenprogramma. Daarnaast is het vak kunst algemeen onderdeel van het eindexamen. Binnen het Liemers College maken tekenen en muziek deel uit van het eindexamen binnen zowel het vmbo als havo/vwo. Liemers College heeft daarnaast een vooropleiding voor muziek en een theaterklas en productiegroep. Het Candea College heeft tekenen en muziek als eindexamenvakken in havo/vwo en handvaardigheid in het vmbo. Daarnaast organiseert de school tweejaarlijks een semiprofessionele musical. Deze scholen vaardigen elk twee kunstdocenten af naar dit project vanuit verschillende kunstdisciplines. In elke school is één van deze docenten verantwoordelijk voor de voortgang van het project (coördinator) en voor het delen van de resultaten met andere scholen. De tweede docent van iedere school zorgt samen met de coördinator voor implementatie van de verworvenheden uit het project binnen de eigen school. ArtEZ Arnhem levert een coördinator vanuit de interfaculteit en vaardigt daarnaast vier docenten af vanuit de vier vakdisciplines. De coördinator van ArtEZ en de drie coördinatoren van Quadraam vormen de projectgroep. De overige docenten van ArtEZ en Quadraam nemen deel aan werkgroepen voor te ontwikkelen onderdelen. Relatie doelstellingen krachtig meesterschap Studenten van de lerarenopleiding ArtEZ leren door het doorlopen van het leerwerktraject doorzien hoe zij leerlingen voor verschillende aspecten van kunst kunnen motiveren, hoe de verschillende kunstdisciplines samenhangen en hoe zij in de toekomst kunnen samenwerken met docenten van andere kunstdisciplines. Docenten van Quadraam leren door de ontwikkeling van het curriculum hun eigen specialisme in verband te brengen met het specialisme van anderen. Zij moeten daarbij hun expertise op het eigen vakgebied inzetten, maar ook leren samenwerken met docenten uit andere disciplines en de actualiteit in het eigen onderwijsprogramma leren integreren. Docenten van de docentenopleiding leren door de inbreng van de docenten vanuit het VO hoe de voorbereiding van het werkplekleren kan worden aangepakt en op welke wijze het aanleren van pedagogisch didactische vaardigheden op een natuurlijke wijze kan worden verweven in het onderwijsprogramma van de lerarenopleiding. Op deze wijze levert het project een kwaliteitsimpuls op voor zowel docentenopleiding, VOschool als voor de leraren in opleiding. Fasering: Dit product start per september 2011 en loopt tot en met juli 2012.
31
5.Interdisciplinair onderbouwproject Stedelijke Lyceum, locatie Kottenpark Enschede en Waerdenborch Holten Doelstelling: Ontwikkelen vanaf de brugklas van een interdisciplinaire talentgroep i.s.m. talentleerlingen van groep 8. D.m.v. een miniproductie, uitvoerbaar voor de bovenbouw van het basisonderwijs, maken leerlingen groep 8 en onderbouw VO kennis met de kunstvakken binnen het VO. Leerlingen uit groep 8 die zich hiervoor opgeven nemen deel aan voorbereiding en uitvoering. Educatief materiaal wordt voorafgegaan door onderzoek en ontwikkeld door studenten ArtEZ, vooral vanuit CKV + hoofdvak ODM. Supervisie en eindverantwoordelijkheid ligt bij hoofdvakdocenten ArtEZ. Betrokken partijen: De Waerdenborch, Holten en Het Stedelijk Lyceum, afd, Kottenpark, Enschede. Docenten en leerlingen verschillende basisscholen. Studenten en docenten ArtEZ 6. Docent en kunst. Stedelijke Lyceum, locatie Kottenpark Enschede en Waerdenborch Holten Doelstelling: ontwikkelen van de vakkennis van kunstdocenten. Nieuwe bewustwording van hun eigen praktische en theoretische competenties binnen een groter geheel. Intervisie onder supervisie van ArtEZ (lectoraat). D.m.v. studiemiddagen en een evaluatiemiddag komen beide docententeams bij elkaar op school en zullen geïnspireerd worden tot het uitvoeren van een interdisciplinair project binnen het bestaande curriculum. Uitkomst van de evaluatie wordt weergegeven in een boekwerkje waarbij leerlingen voor illustraties en layout zorgen (uitgeverij). Dit boekwerkje is te gebruiken ter inspiratie voor alle kunstvakdocenten binnen het VO. Deelnemende docenten maken gebruik van het gezamenlijk scholingsaanbod, in combinatie met een intervisiegroep. Betrokken partijen: De Waerdenborch, Holten en Het Stedelijk Lyceum, afd, Kottenpark, Enschede. Lectoraat ArtEZ.
32
7.Kunst verfilmd Stedelijke Lyceum, locatie Kottenpark Enschede en Waerdenborch Holten
Gegeven door docenten van ArtEZ (multimedia) en uitgevoerd met toekomstige docenten ArtEZ. Doelstelling: het ontwikkelen van een filmfestival aan de hand van eigengemaakt filmisch werk vanuit interdisciplinair oogpunt. Film in het CKV-onderwijs, het lijkt vanzelfsprekend, maar juist daarom is het een van de moeilijkste disciplines bij CKV. Aandacht hiervoor is daarom belangrijk. Onder begeleiding van een regisseur en een producer maken leerlingen eigen werk. Naast alle kunstdisciplines wordt gebruik gemaakt van verschillende vakken binnen het VO, zoals Nederlands, 1 moderne vreemde taal, ICT. De bedoeling is om binnen eigen scholen aan het product te werken en dit te presenteren aan eigen leerlingen maar ook aan de partnerschool. Gegeven door docenten van ArtEZ (multimedia) en uitgevoerd met toekomstige docenten ArtEZ. Vakken: kunstvakken (4 of 5) Nederlands, 1 moderne vreemde taal, ICT,. Betrokken partijen: De Waerdenborch, Holten en Het Stedelijk Lyceum, afd, Kottenpark, Enschede. Studenten en docenten ArtEZ(regisseur + producer). 8. Talentmaximalisatie Stedelijke Lyceum, locatie Kottenpark Enschede en Waerdenborch Holten Doelstelling: aanbieden van een vorm van onderzoek voor ondersteuning van huidige docenten en handvatten bieden om talenten te herkennen en op een effectieve manier te begeleiden. Per kunstdocententeam ter bevordering van inzicht in elkaars discipline Onder begeleiding van de Lector kunsteducatie wordt er een onderzoeksvorm ontwikkelt die toepasbaar is binnen beide scholen en als doel heeft om talent te signaleren en op de juiste manier te begeleiden. Betrokken partijen: De Waerdenborch, Holten en Het Stedelijk Lyceum, afd, Kottenpark, Enschede. Lectoraat ArtEZ.
33
Bijlage 5: Uitwerking begroting Totale kosten
1. COORDINATIE 1. Projectleiding; coördinatie en organisatie Extern projectleider 2 ½ jaar à 40 weken à 4 uur 2 ½ x 40 weken à 4 uur = 400 à € 102 2. GEZAMENLIJK AANBOD Scholingsaanbod verzorgd door Lerarenopleiders: 5 Workshop -organisatie projectleider (taak) -Voorbereiding, ontwikkelen materiaal etc. 15 uur / workshop -Uitvoering workshops à 10 bijeenkomsten à 2 ½ uur, 25 uur Maximaal aantal deelnemers 10: -5 workshops à 40 uur à € 102,- = 20.400,-
Gevraagde subsidie
Financiën derden / eigen inbreng
40.800,-
40.800,-
20.400,-
7.900,-
12.500,-
61.200,-
40.200,-
21.000,-
-Eigen bijdrage ‘scholen’ uit budget ‘docentscholing: 5 workshops x 10 deelnemers x € 250 12.500,Expertmeetings Kosten per expertmeeting: Programma maken -‐ projectleider (behoort bij taak) -‐ 3 afvaardigingen van de regio’s à 40 uur Uitvoering expertmeeting 4 sprekers à 5 uur à 102,6 workshopleiders à 10 uur à 102,Totaal kosten per expertmeeting: 120 + 20 + 60 à 102,- = 20.400,3 x 20.400,- = 61.200,Totaalkosten expertmeeting Eigen bijdrage VO scholen uit kosten scholingsbudget: 3 expertmeetings x 7 VO scholen x 1000,- 21.000,Gezamenlijk onderzoek Het eerste deel van het onderzoek bestaat uit drie deelonderzoeken. Voor dit onderdeel is vanuit het lectoraat kunsteducatie 342 uur beschikbaar, per project 114 uur. De inzet van uren is als volgt berekend: - probleemstelling en onderzoeksvraag: 16 uur - ontwikkeling van methodiek en instrumenten: 24 uur - organisatie en planning: 10 uur - waarnemingen: 24 uur - analyse van resultaten: 20 uur - rapportage: 20 uur.
€ 71.298,-
€ 71.298,-
tweede onderzoek naar de context op de zeven scholen is 357 uur, 51 uur/school:
34
- documentanalyse: 4 uur - gesprekken stakeholders: 8 uur - analyse en eerste verslag: 18 uur - terugkoppeling: 5 uur - rapportage: 16 uur. De inzet van 699 uur wordt geheel gefinancierd vanuit de extra gelden ingezet die in november 2009 beschikbaar zijn gekomen voor lectoraten in de lerarenopleidingen die zijn gericht op een ‘evidence based benadering’ in het onderwijsonderzoek. De uren zullen gedurende het project als volgt in de verschillende schooljaren worden ingezet: 2010: 127 uur (57 uur voor project 1 en 70 uur voor project 2) 2011: 346 uur ( (171 uur voor project 1 en 175 uur voor project 2) 2012: 226 uur (114 uur voor project 1 en 112 uur voor project 2). De totale inzet vanuit het lectoraat kunsteducatie is 699 x € 102,3. DEELPROJECTEN Meander College Zwolle en Ichthus College in Kampen Twee docenten (1 per school) als primus inter pares en ontwikkelaars voor de vier projecten in Zwolle en Kampen: ieder voor 100 uur: 200 à 80,- = 16.000,-
16.000,-
16.000,-
--
32.000,36.000,4.080,18.360,-
54.440,-
36000,(90.000,-) (45.000,-)
16.000,4.080,10.200,-
28.280,-
1. Multimedia in het kunstcurriculum: Vier docenten (2 per school) als ontwikkelaars van het curriculum: 40 uur pp (=4*40 = 160 uur) Introductie, implementatie en evaluatie: 40 uur pp (=4*40 = 160 uur) Opzet digitaal cultuurportfolio door 2 docenten (1 per school): 40 uur pp (2*40 = 80 uur) 400 uur à € 80,- 32.000,Eigen investering van docenten van de kunstvakken: 10 betrokken docenten in totaal, voor zowel Meander als Ichthus College Ontwikkeling en integratie in de eigen lesplannen: 30 uur pp (10 docenten = 300 uur) Evaluatie en bijstelling: 15 uur pp (300 uur) 450 uur à 80,- = 36.000,Betrokkenheid steunpunt Cultuurprofielscholen om de landelijke ervaring te matchen en de nieuwe hier opgedane kennis ook weer te delen in het landelijk netwerk: 40 uur à 102,4.080,Medewerking in de ontwikkelingsfase en de evaluatie door docenten van ArtEZ: “kennis-delen” 3 docenten à 40 uur ontwikkeling en 20 uur evaluatie 3 * (40 + 20) = 180 uur à 102,- = 18.360,Investeringen in hardware: eigen investering door Meander en Ichthus College: begrootte omvang 90.000,- Meander, 45.000 Ichthus. 2.Art Class; Ichthus en Meander College Dit project speelt zich voornamelijk af op het Ichthus College. Projectcoördinator van Meander zorgt voor kennisoverdracht, uitwisseling etc.
2.000,-
Vier docenten Ichthus College, 1 per kunstvak, 50 uur
35
pp = 200 uur 200 uur à 80,- = 16.000,Steunpunt en Vereniging CultuurProfielSchool Betrokkenheid steunpunt Cultuurprofielscholen om de landelijke ervaring te matchen en de nieuwe hier opgedane kennis ook weer te delen in het landelijk netwerk: 40 uur à 102,- = 4.080,2 docenten van ArtEZ als medeontwikkelaars van dit project en begeleiding studenten à 50 uur = 100 * 102,= 10.200,Eigen bijdrage Ichthus: 4 docenten à 500 (scholingsbudget) = 2.000,3.Vernieuwend schooltheaterfestival, Meander en Ichthus College
64.000,10.200,4.080,-
68.280,-
24.000,-
24.000,-
28.800,9.180,4.080,-
40.560,-
10.000,-
De voorbereiding en organisatie in 2010-11 vraagt de inzet van één docent per kunstvak voor 30 uur, dus 4 docenten per school (8*30) en een coördinator per school à 40 uur (2*40). Totaal 320 uur De organisatie in 2011-12 vraagt de inzet van één docent per kunstvak per school voor 40 uur, dus 4 docenten per school (8*40) en de inzet van een coördinator per school voor 80 uur (2*80). Totaal: 480 uur De totale inzet van docenten Meander en Ichthus komt daarmee op: 800 uur à 80,- = 64.000,Inzet docenten ArtEZ voor medeontwikkeling / conceptontwikkeling 2 docenten à 50 uur 100 uur à 102,-= 10.200,Steunpunt en Vereniging CultuurProfielSchool Betrokkenheid steunpunt Cultuurprofielscholen om de landelijke ervaring te matchen en de nieuwe hier opgedane kennis ook weer te delen in het landelijk netwerk: 40 uur à 102,- = 4.080,Eigen bijdrage scholen 2 x 5.000,- = 10.000,Interdisciplinair leren en werken smaakt naar meer, Quadraam, Olympus, Candea en Liemers College Drie docenten (1 per school) als primus inter pares en ontwikkelaars voor de vier producten in Arnhem, Duiven en Zevenaar: ieder voor 100 uur: 300 à 80,- = 24.000,Product 1 3 docenten Quadraam(1 per school) als ontwikkelaars van dit project -voorbereiding curriculum: à 40 uur (3*40)= 120 uur -introductie, implementatie en evaluatie, aanpassen binnen de scholen à 40 uur (3*40) = 120 uur -opzet digitaal cultuurportfolio à 40 uur (3*40)= 120 uur Subtotaal: 360 uur à 80,- = 28.800,-
1.500,-
Medewerking in de ontwikkelingsfase en de evaluatie door docenten van ArtEZ: “kennis-delen”
36
3 docenten à 20 uur ontwikkeling + 10 uur evaluatie (3*30) = 90 uur à 102,- = 9.180,Betrokkenheid steunpunt Cultuurprofielscholen om de landelijke ervaring te matchen en de nieuwe hier opgedane kennis ook weer te delen in het landelijk netwerk: 40 uur à 102,- = 4.080,Eigen investering uit scholingsbudget VO scholen: 3 x 500,- = 1.500,Product 2 + 3 3 docenten (1 per school) als ontwikkelaars van het project: -voorbereiding curriculum à 40 uur (3*40)= 120 uur -introductie, implementatie en evaluatie, aanpassen binnen de scholen à 40 uur (3*40) = 120 uur subtotaal: 240 à 80,- = 19.200,-
19.200,9.180,-
16.380,-
12.000,-
28.800,3.060,-
29.860,-
2.000,-
28.800,4.080,18.360,-
39.240,-
Medewerking in de ontwikkelingsfase en de evaluatie door docenten van ArtEZ: “kennis-delen” 3 docenten à 40 uur ontwikkeling en 20 uur evaluatie 3 * (20 + 10) = 90 uur à 102,-= 9.180,Overige docenten van de scholen Meewerken aan introductie en evaluatie: ieder 10 uur (5 docenten per school) (15*10 uur = 150 uur): eigen investering van de scholen uit scholingsbudget 150 docenturen à 80,- = 12.000,Extra eigen investering van Quadraam: -begeleiding van leraren in opleiding bij uitvoering curriculum (30 uur per groep van 4 studenten; in totaal 9 groepen) (9*30 uur = 270 uur) -begeleiding van leraren in opleiding vanuit de discipline beeldende vorming (20*40 uur = 800 uur) Dit zijn docenten op LB-niveau: in totaal 1070 uur Product 4 Praktijkgericht onderzoek door kunstdocenten -3 docenten voeren praktijkgericht onderzoek uit in de eigen school: (3*80) = 240 uur -1 docent voert flankerend onderzoek uit onder leiding van lector (1*120) uur Totaal: 360 * 80 Euro = 28.800,Inzet vanuit ArtEZ: begeleiding door Lector van onderzoek in eigen school: 30 uur à 102,- = 3.060,Eigen inbreng scholen uit scholingsbudget 4 x 500,- 2.000,Product 5 -ontwikkelen van het curriculum: 40 uur pp (=3*40 = 120 uur) -Introductie, implementatie en evaluatie: 40 uur pp (=3*40 = 120 uur) -Opzet digitaal cultuurportfolio: 40 uur pp (3*40 = 120 uur) 360 uur à € 80,- = 28.800,-
12.000
Betrokkenheid steunpunt Cultuurprofielscholen om de landelijke ervaring te matchen en de nieuwe hier opgedane kennis ook weer te delen in het landelijk netwerk: 40 uur à 102,- = 4.080,Medewerking in de ontwikkelingsfase en de evaluatie door docenten van ArtEZ: “kennis-delen” 3 docenten à
37
40 uur ontwikkeling en 20 uur evaluatie 3 * (40 + 20) = 180 uur à 102,- = 18.360,Investering Quadraam: meewerken aan introductie en evaluatie: ieder 10 uur (5 docenten per school) (15*10 uur = 150 uur): eigen investering van de scholen uit scholingsbudget 150 * 80 = 12.000 Stedelijke Lyceum, locatie Kottenpark Enschede en Waerdenborch Holten Twee docenten (1 per school) als primus inter pares voor de vier projecten in Enschede en Holten: ieder voor 100 uur: 200 à 80,- = 16.000,5. Interdisciplinair onderbouwproject Dit project speelt zich op beide locaties af. Twee docenten Kottenpark en twee docenten Waerdenborch, 50 uur pp (4*50)= 200 uur: 200 uur à 80,-= 16.000,-
16.000,-
16.000,-
--
16.000,4.080,10.200,-
26.280,-
4.000,-
10.200,-
7.700,-
2.500,-
16.000,25.600,10.200,4.080,-
51.880,-
4.000,-
Steunpunt en Vereniging CultuurProfielSchool Betrokkenheid steunpunt Cultuurprofielscholen om de landelijke ervaring te matchen en de nieuwe hier opgedane kennis ook weer te delen in het landelijk netwerk: 40 uur à 102,-= 4.080,2 docenten van ArtEZ als medeontwikkelaars van dit project en begeleiding studenten à 50 uur = 100 * 102,= 10.200,Eigen bijdrage van Stedelijk lyceum kottenpark en Waerdenborch: 2 VO scholen x 4 docenten x 500,(scholingsbudget) = 4.000,6. Docent en kunst. Stedelijke Lyceum, locatie Kottenpark Enschede en Waerdenborch Holten Gezamenlijke scholing reeds opgenomen in de begrotingsdeel ‘scholingsaanbod’ Intervisie: 10 bijeenkomsten onder leiding docent ArtEZ;10 x 2 ½ uur à 102,-= 10.200,Eigen bijdrage scholen uit scholingsbudget:10 deelnemers à 250,-= 2.500,7.Kunst verfilmd Stedelijke Lyceum, locatie Kottenpark Enschede en Waerdenborch Holten De voorbereiding en organisatie in 2010-11 vraagt de inzet van één docent per kunstvak voor 25 uur, dus 4 docenten per school (8* 25). 200 uur à 80,- = 16.000,De organisatie in 2011-12 vraagt de inzet van één docent per kunstvak voor 40 uur, dus 4 docenten per school (8*40): 320 uur à 80,- = 25.600,Inzet docenten ArtEZ voor medeontwikkeling / conceptontwikkeling 2 docenten à 50 uur = 100 uur à 102,-= 10.200,Steunpunt en Vereniging CultuurProfielSchool Betrokkenheid steunpunt Cultuurprofielscholen om de landelijke ervaring te matchen en de nieuwe hier opgedane kennis ook weer te delen in het landelijk netwerk: 40 uur à 102,- = 4.080,-
38
Eigen bijdrage scholen 2 x 2.000,- = 4.000,8. Talentmaximalisatie Stedelijke Lyceum, locatie Kottenpark Enschede en Waerdenborch Holten
28.800,3.060,-
29.860,-
2.000,-
- 10.000,-
10.000,-
527.660,-
202.798,-
Praktijkgericht onderzoek door kunstdocenten -3 docenten voeren praktijkgericht onderzoek uit in de eigen school: 3*80 uur = 240 uur -1 docent voert flankerend onderzoek uit onder leiding van lector 1*120 uur Totaal: 360 * 80 Euro = 28.800,Inzet vanuit ArtEZ: begeleiding door Lector van onderzoek in eigen school: 30 uur à 102,- = 3.060,Eigen inbreng scholen uit scholingsbudget 4 x 500,-= 2.000,Extra bijdrage deelname ArtEZ: 20 docenten (4 / opleiding) à 500,- scholingsbudget = 10.000,Totalen
730.458,-
39