Een marinearts op antipiraterij-missie
164
Reddingwezen nummer 5
Fotocollectie Audiovisuele dienst Defensie, Staf Nato Maritime group 1 en diverse privé-personen
“Als het goed verloopt, zijn medici de enige slachtoffers”
‘Wie verre reizen maakt kan veel verhalen’. Dat geldt zeker voor Klaas Visser, de 54-jarige marinearts heeft de hele wereld gezien. Van het keuringscentrum voor marinemensen op Kattenburg in Amsterdam, waar hij zijn carrière ooit begon, tot conflicthaarden in Cambodja en Irak. Op dit moment is Visser als Senior Medical Officer met de Hr. Ms. Rotterdam op antipiraterij-missie in de Golf van Aden. Matthijs van der Tang, medewerker van de afdeling Communicatie van Het Oranje Kruis sprak met hem. Veel studenten kiezen tijdens hun studie medicijnen voor de klassieke rolmodellen, zoals klinisch specialist of huisarts. Ook Visser wilde huisarts worden. Maar op het moment dat hij zijn opleiding heeft afgerond, geldt de dienstplicht nog. En dus meldt Klaas Visser zich op 16 januari 1988 met zijn oproepbrief bij het Koninklijk Instituut voor de Marine (KIM) in Den Helder voor een diensttijd van 17 maanden. “Zo kwam ik in het keuringscentrum in Amsterdam terecht. Dat keuren op zich was niet het leukste werk, maar ik mocht wel allerlei uitstapjes maken in het mari-
nebedrijf, omdat je als keuringsarts moet weten waar je extra op moet letten.” Zo leert Visser de wereld van de marine steeds beter kennen en krijgt hij de kans om als pelotonscommandant van een eenheid marinepersoneel de Vierdaagse van Nijmegen te lopen. “Een geweldige ervaring als jonge officier-arts,” herinnert Visser zich. Pas in de laatste maanden van zijn diensttijd maakt Visser kennis met het varend marinebedrijf. Hij maakt als scheepsarts aan boord van het fregat Hr. Ms. Kortenaer een lange reis met een eskader marineschepen.
oktober 2012
165
De droom om huisarts te worden bestaat na zijn diensttijd nog steeds. Sterker nog, zijn interesse voor eerstelijns geneeskunde is gegroeid. Maar helaas, Klaas wordt uitgeloot voor de huisartsenopleiding. “Ik heb daarna even gewerkt bij een arbodienst, maar dat was niet mijn ding.” Op een dag belde iemand van de Koninklijke Marine met de vraag of Klaas voor hen wilde werken. “Daar had ik wel oren naar: eerstelijns gezondheidszorg met een grote snuif avontuur.” Maar, er is ook een keerzijde aan de medaille, een marineman is vaak en lang van huis. “Gelukkig zag mijn vrouw Saskia dat zo’n baan als marinearts mij gelukkig zou maken. Zij was degene die zei dat we het maar moesten doen. En tot op de dag van vandaag ben ik gelukkig met onze keuze.”
De keuze voor de marine betekende niet Visser zijn huisartsendroom moest opgeven. In 1991 startte hij toestemming van de Marine de tweejarige huisartsenopleiding aan de VU. Sinds 1993 is hij naast zijn baan als marinearts ook steeds als huisarts geregistreerd gebleven. “De laatste jaren heb ik steeds een dag per week bij een huisarts in mijn woonplaats gewerkt en avond-, nacht-, of weekenddiensten gedraaid op de huisartsenpost in Den Helder.”
Opleiding tot marinearts Mensen die hun opleiding tot basisarts afgerond hebben en marinearts willen worden, kiezen er vaak voor om tijdens hun
“Werken bij de Marine: eerstelijns gezondheidszorg met een grote snuif avontuur”
Hr. Ms. Rotterdam
coschappen een ‘snuffelstage’ van enkele weken bij Defensie te lopen. Om zo van dichtbij te zien of ze dit werk echt willen doen. Wanneer ze besluiten dat te willen, solliciteren ze bij Landmacht, Luchtmacht of Marine, doorlopen een aannameprocedure en gaan vervolgens voor hun initiële officiersopleiding een aantal weken naar de Koninklijke Militaire Academie te Breda en/ of het KIM in Den Helder. Daarna beginnen deze basisartsen aan hun tweejarige opleiding tot Algemeen Militair Arts (AMA) bij het Instituut Defensie Geneeskundige Opleidingen (IDGO) te Hilversum. Tijdens deze 2 jaar krijgen ze een zeer breed pakket van opleidingen aangeboden, zoals 6 maanden huisartsge-
neeskunde, 6 maanden Spoedeisende Hulpverlening, evenals cursussen tropengeneeskunde, bedrijfsgeneeskunde, Advanced Trauma Life Support (ATLS), forensische geneeskunde et cetera. Dit steeds afgewisseld met praktijkstages bij hun krijgsmachtdeel. Na de AMA -opleiding zijn marineartsen van alle markten thuis en uitstekend inzetbaar op zeer divers gebied.
Werkzaamheden als marinearts Wanneer iemand op zee in nood is, wordt deze geholpen. Visser legt uit dat het een oude en goede gewoonte is dat zeevarenden in nood elkaar bijstaan. “Dat kan variëren van extra brandstof en voedsel om de kust te bereiken tot medische hulp.” Wanneer bemanningsleden van koopvaardijschepen tandheelkundige problemen of hartklachten hebben, proberen deze er in eerste instantie eerst zelf uit te komen met hun cursus ‘medisch handelen aan boord’ en eventueel advies van de Radio Medische Dienst van de KNRM. Zo nodig doen ze een beroep op een marineschip in de buurt, deze hebben vaak uitgebreidere medische faciliteiten aan boord. Visser heeft als marinearts heel wat meegemaakt. Zo werd hij ingezet bij de orkaanhulpoperaties op St. Maarten en in New Orleans. “Maar natuurlijk hebben wij bij de marine ook ‘gewoon’ te maken met nare ongelukken, verkoudheidjes, zorgen om thuis of dreigend ontslag, SOA-screeningen, nare vormen van kanker
Nullam quis risus eget urna mollis ornare vel eu leo. Nullam id dolor id nibh ultricies vehicula ut id elit. Donec sed odio dui.
166
Reddingwezen nummer 5
[ Medische humanitaire hulp.
oktober 2012
167
en psychische problematiek,” vertelt Visser. Toch zijn er veel bijzondere herinneringen. “Zoals de search- and rescue-operaties die ik met de Lynx-helikopter heb gevlogen, de koolmonoxidevergiftiging aan boord van een onderzeeër, de begeleiding inclusief het overlijden van een jonge patiënt met schedelhersenletsel in Griekenland, het door de lucht repatriëren van patiënten uit Luxemburg, Irak en Sint Maarten. Evenals één verdrinking en drie verkeersdoden binnen enkele weken, allen jonge mariniers op Aruba, maar ook de begeleiding van een jonge militair die stervende was aan acute leukemie.” In 1992 vertrok Visser met het Korps Mariniers voor 6 maanden naar Cambodja in het kader van UN-TAC, United Nations Transitional Authority in Cambodia, in een door de Verenigde Naties gecontroleerde overgangsperiode van burgeroorlog naar democratische verkiezingen. “De omstandigheden waren primitief. Er heerste een forse gewapende dreiging en er lagen overal land-
mijnen. Ons hospitaal was dagelijks bezig met de behandeling van mijnverwondingen. Het ICRC-ziekenhuis in de omgeving behandelde daarbij ook nog infectieziekten als dengue en malaria. Onze mariniers hebben in die periode massaal bloed gedoneerd voor de daarbij optredende levensbedreigende bloedarmoede. In die tijd ben ik gaan beseffen dat het in deze wereld heel erg uitmaakt waar je wieg heeft gestaan. Dat maakt alles uit wat betreft je kansen in dit leven. Na terugkomst in Nederland moest ik erg wennen.”
Irak Van november 2003 tot maart 2004 verblijft Visser vier maanden met het Korps Mariniers in Irak. Dit keer gaat het om een multinationale stabilisatiemissie, genaamd SFIR (Stabilizing Force in Iraq). “Naast de zorg voor de militairen van ons eigen kamp had ik dit keer meer een managementfunctie als Senior Medical Officer. Ik moest coördineren en bewaken dat er in
Oefening buikecho
alle opzichten goede zorg zou worden verleend, volgens de regels van de Directie Militaire Gezondheidszorg. Gewonden moeten direct ZHKH krijgen, wat staat voor Zelf Hulp Kameraden Hulp, militaire EHBO. Dat betekent dat er binnen 15 minuten een verpleegkundige bij moet zijn, binnen een uur een arts en binnen twee uur moet de gewonde in een adequaat ziekenhuis kunnen liggen. Daarna moet de gewonde voor verdere behandeling veilig naar Nederland kunnen worden vervoerd.”
Antipiraterij-missie Ocean Shield Kla as Vis ser, KLT ZAR
168
, Sen ior Med ical Officer.
Reddingwezen nummer 5
Op dit moment is Klaas Visser op antipiraterij-missie. Hij is één van de opvarenden die op 11 juli jl. vertrok met het amfibisch
transportschip van de marine, de Hr. Ms. Rotterdam, naar de wateren bij Somalië. Hr. Ms. Rotterdam zal bijna zes maanden verblijven in de Golf van Aden en het zogenaamde Somalische bassin. Het doel van deze missie is het garanderen van de vrije handelsvaart op zee door het bestrijden van piraterij. “Tijdens deze missie aan boord van Hr. Ms. Rotterdam heb ik diverse petten op. Allereerst moet ik als Senior Medical Officer coördineren en bewaken dat er in alle opzichten goede zorg zal worden verleend. Daarnaast ben ik de medische adviseur van de commandant van de eenheid als het gaat om medische inzet of andere vragen. Als derde ben ik commandant van het hospitaal aan boord. Ik moet, samen met de rest van het medische team aan
oktober 2012
169
Dag aan boord van Hr. Ms. Rotterdam Het schip draait 24 uur per dag en 7 dagen per week door. Sommige diensten zoals op de brug, in een continu wachtrooster en anderen, zoals kok en wasser, in een regulier dagritme. Tenminste, als dit niet wordt verstoord door acties of oefeningen waarbij iedereen benodigd is. Je kan nu eenmaal niet met piraten afspreken dat ze tijdens ‘kantooruren’ eropuit gaan. Klaas Visser neemt ons mee door een dag aan boord.
Ochtend “De dag begint om 07.30 uur met ‘baksgewijs’, het appèl. Daar worden bijzonderheden uit de stafbesprekingen over de missie medegedeeld
170
Reddingwezen nummer 5
en het werk voor die dag verdeeld. Verpleegkundigen die met de rubberboten of landingsvaartuigen mee op patrouille moeten pakken hun spullen. Anderen controleren en ‘schoonschippen’ het hospitaal en de eigen slaapverblijven. Daarna is er meestal een oefening of les. Laatst hebben we hartklachten en reanimatie getraind, maar ook duikongevallen, schotwonden en brandwonden staan op de lijst. Wij moeten er voor zorgen dat we er klaar voor zijn als er wat gebeurt, dat men op ons kan rekenen.”
Middag “Na de lunch is er een middagpauze, waarna er vaak wordt gesport, vergaderd of een les wordt voorbereid. Ook
steunen we onze mariniers bij hun trainingen. We geven lessen aan alle bemanningsleden om hun EHBO-kennis te vergroten, zodat ook zij beter zijn voorbereid op calamiteiten. Om 16.00 sluiten we de dag gezamenlijk af met weer baksgewijs. De dag wordt doorgenomen, plannen worden gemaakt.”
Avond “’s Avonds is vrij te besteden, als er tenminste geen oefening of briefing is gepland. Verder is het lezen, samen een film kijken of Risk spelen, je cursus Spaans doen of een privé wasje. Ook zijn de sterren hier duidelijker te zien dan in Nederland. Verveling heeft bij mij zelf in 6 weken varen nog geen kans gehad.”
boord, er voor zorgen dat ons hospitaal inzet gereed is, of zo snel mogelijk weer wordt.”
Aan boord Hr. Ms. Rotterdam is een groot marineschip en heeft een ziekenboeg. Aan boord kan natuurlijk van alles gebeuren. Iemand kan struikelen en daarbij iets breken. Snijwonden gebeuren of iemand valt in het trappenhuis, de Rotterdam is een drijvend flatgebouw met 11 dekken. “En na een haven in deze regio is er altijd een wat hogere kans op diarree. Bij malariarisico krijgt de bemanning profylaxe-tabletten uitgereikt. Als matrozen of mariniers zwaar bewapend op post moeten komen met hun helm op en kogelwerend vest aan, dan dreigt hittestuwing of hitteletsel. Wanneer een gekaapt koopvaardijschip wordt geënterd, kan er worden geschoten en/of mensen in zee vallen”. Met al die dingen moet de medische dienst rekening houden. Het hospitaal is slechts aan boord bij speciale missies. “Normaliter vaart een schip als Hr. Ms. Rotterdam met een marinearts en twee algemeen militair verpleegkundigen. Samen met de Medische Actie Dienst, de bedrijfshulpverlening aan boord, moeten zij zich kunnen redden bij alle voorkomende problematiek.
Bij problemen die ze niet aan boord kunnen oplossen of die beter af zijn in een ziekenhuis, wordt gekeken wat de mogelijkheden van het schip en de dichtstbijzijnde ziekenhuis aan de wal zijn. Patiënten moeten de optimale zorg kunnen krijgen. Verdenking van een botbreuk, aanwijzingen voor een blinde darmontsteking of een netvliesloslating zijn redenen om de patiënt over te brengen naar een ziekenhuis.” Als wordt besloten dat een patiënt naar een ziekenhuis gaat past men de koers aan, een kleine boot wordt gereedgemaakt of de helikopter opgestart. Patiënten krijgen altijd medische begeleiding mee. Als de patiënt na onderzoek of behandeling in het ziekenhuis weer kan functioneren, komt hij terug aan boord, anders wordt iemand gerepatrieerd naar Nederland voor verder herstel.
Hr. Ms. Rotterdam Vanwege de NAVO-missie Ocean Shield is Hr. Ms. Rotterdam uitgerust met een klein hospitaal met 21 personeelsleden dat zogenaamde life- and limb-saving surgery (levensreddende chirurgie) kan uitvoeren. “In militaire begrippen hebben wij een drijvend noodhospitaal, een role 2 afloat, aan boord. Role 0 is buddy-zorg oftewel Eerste Hulp, role 1 is huisartsenzorg, role 3 is oktober 2012
171
een betrouwbaar ziekenhuis in deze regio zijn, marineschepen houden sinds jaar en dag ‘havenwijzers’ bij, waarin de ziekenhuizen worden beschreven. Het kan ook zijn dat in die 72 uur al een repatriëring naar Nederland wordt georganiseerd. Soms brengt een verpleegkundige van het schip een patiënt terug naar Nederland, soms zal de Luchtmacht een hospitaalvliegtuig moeten regelen om een medisch kritische patiënt terug te vervoeren. Die actie is een gezamenlijke inspanning van de medische dienst van het schip in combinatie met het Aeromedical Evacuation Coordination Center (AECC) in Nederland. Hoewel er veel kan gebeuren tijdens de missie, zijn er ook veel dagen dat er geen acties plaatsvinden. “Als het goed verloopt, zijn de medici de enige slachtoffers op deze reis, zij gaan dan dood van verveling,” grapt Visser.
Eerste Hulp aan piraten
een groot ziekenhuis, role 4 een universitair medisch centrum in het thuisland,” legt Visser uit. Het gebied waar de missie Ocean Shield wordt gehouden is zo groot als heel Europa. In overleg met de NAVO draagt Nederland deze periode dus zorg voor een role 2 ziekenhuis. “Als er gewonden vallen, dan kan onze hulp worden ingeroepen. We zijn toegerust en opgeleid om onze patiënten naar omstandigheden optimale kansen op zee te kunnen bieden. We hebben helikopters aan boord die gewonden kunnen aan- en afvoeren, een Spoedeisende Hulpafdeling met twee traumatafels, basale röntgen- en echo-faciliteiten en een beperkt laboratorium. Op de operatiekamer staan een anesthesist en chirurg met hun assistenten klaar en daarna de Intensive Care en ziekenzaal met in het totaal negen bedden. Dan beschikken we ook nog over een medisch technicus en een bloedbank. Van de militaire bloedbank in Nederland hebben we uniek diepgevroren, lang houdbaar bloed meegekregen wat door een delicate wasprocedure op patiëntentemperatuur kan worden gebracht.”
Op piratenmissie kan het natuurlijk gebeuren dat een marinearts een heuse piraat moet behandelen. Visser: “als er bij een actie gewonden vallen, worden de vermoedelijke piraten volgens de regels van de Conventies van Geneve behandeld. Nederland is een beschaafd land en voert haar antipiraterij-missies uit op een correcte manier. Iedereen in nood helpen en de gewonden helpen in volgorde van de prioriteit van hun verwonding hoort daarbij. Ook gewonde verdachten hebben daarbij recht op goede zorg.” Dus als na een actie vermoedelijke piraten aan boord worden gebracht, zullen een arts en verpleegkundige van Hr. Ms. Rotterdam hen onderzoeken en als een vermoedelijke piraat medische hulp nodig heeft krijgt hij deze. Natuurlijk wordt er op gelet dat patiënten geen besmettelijke ziekten mee aan boord brengt. In dat geval worden ze extra worden geïsoleerd om de bemanning niet in gevaar te brengen.
Toekomst Marinemensen gaan rond hun 55ste met vervroegd pensioen, het functioneel leeftijdsontslag. Visser is 54 jaar en gaat over twee jaar met pensioen. Toch stopt hij daarna niet met werken. “Ik ga door als huisarts. 56 jaar is te jong om niets meer te doen en er is meer dan voldoende behoefte aan huisartsen. Op welke manier ik dat ga invullen weet ik nog niet, dat is afhankelijk van diverse factoren. Ik kan diensten op een huisartsenpost gaan draaien, enkele dagen per week in een vaste praktijk gaan werken of gaan werken als waarnemer in verschillende praktijken. Misschien ga ik wel een paar weken of maanden per jaar werken op een schip.”
Een role 2-hospitaal heeft een ‘holding capacity’ van ongeveer 72 uur. Dat betekent dat na deze periode de bedoeling de patienten worden overgedragen aan een groter ziekenhuis. Dit kan 172
Reddingwezen nummer 5
oktober 2012
173