Alleen ter besluitvorming door het College Actief informeren van de Raad. Collegevoorstel Openbaar

Collegevoorstel

Openbaar

Onderwerp

Vaststelling subsidieovereenkomst Gemeente Nijmegen/ROC Nijmegen e.o. 2011

Openbare besluitenlijst 18 december 2007 Collegevergadering no 47

Programma / Programmanummer

BW-nummer

Onderwijs / 9520 Portefeuillehouder

H. Beerten

Aanwezig: Samenvatting

Directie/afdeling, ambtenaar, telefoonnr.

Voor 2010 is een subsidieovereenkomst afgesloten voor één jaar met L120, Dolf Kutschenreuter, 67008 Th. de Graaf Voorzitter hetWethouders ROC Nijmegen e.o. ten behoeve vanH. devan verzorging van de P. Depla, Hooft sr., L. Scholten,Datum H. Kunst, ambtelijk voorstel Volwasseneneducatie. De duur van de overeenkomst is vastgesteld op P. Lucassen, J. van der Meer 23 april 2011 telkens één jaar vanwege ontwikkelingen P. Eringa rond het Participatiebudget Gemeentesecretaris Registratienummer zoals bijvoorbeeld de datum van het aanbesteden van de A. Kuil Communicatie 10.0030280 volwasseneneducatie die nu in ieder geval niet is voorzien voor 1 M. Sofovic Verslag januari 2013. Ook de hoogte van het budget staat ieder jaar ter discussie en zal volgend jaar verder worden verlaagd vanwege de uitname ten behoeve van rekenen en taal in het Middelbaar Beroepsonderwijs. Daarom sluiten wij voor een jaar het contract af

Ter besluitvorming door het college Aldus

vastgesteld in de vergadering van:

1. Bijgaande subsidieovereenkomst inclusief bijlagen als beleidskader productovereenkomst, productenoverzicht en kosten tabel voor 2011 vast te stellen; 2. In 2011 een budgetsubsidie van € 1.028.010 te verlenen aan het ROC Nijmegen e.o. onder de voorwaarden zoals Leidinggevende opgenomen in de bijlage. De voorzitter, De secretaris, 3. Het bedrag van 1.028.010 euro ten laste te brengen van deelproductnummer 60605 waarna op deze post geen subsidiebudget meer resteert. Programmamanager 4. De Raad van onze voornemens in kennis te stellen door D. Leenders middel van bijgaande brief. Voorstel om te besluiten door de Burgemeester:

Programmadirecteur

Wethouder Beerten volmacht te verlenen om bij de ondertekening van de subsidieovereenkomst de gemeente Nijmegen te vertegenwoordigen.

M. Wetzels

Paraaf

Datum

akkoord

 Alleen ter besluitvorming door het College  Actief informeren van de Raad Besluit B&W d.d. 31 mei 2011  Conform advies

 Aanhouden  Anders, nl.

Paraaf

nummer: 3.8

Datum

akkoord

1

Bestuursagenda

Gemeentesecretaris

Portefeuillehouder

Collegevoorstel.doc

Collegevoorstel

Collegevoorstel.doc

Collegevoorstel

1

Probleemstelling

In 2009 heeft het College van de gemeente Nijmegen ingestemd met het ondertekenen van een subsidieovereenkomst met het ROC Nijmegen e.o. in het bijzonder betreffende de besteding van de middelen Educatie in 2010. Deze middelen worden door het Rijk conform de wet Educatie Beroepsonderwijs aan de gemeente Nijmegen ter beschikking gesteld. Dit voorstel presenteert een nieuwe overeenkomst voor het jaar 2011. Beide partijen opteren voor wederom één jaar omdat een aantal beleidsmatige ontwikkelingen nog op gang moeten komen. Daar hoort onder meer bij de vrije aanbesteding van de Participatiemiddelen die niet eerder dan 1 januari 2013 zal plaatsvinden. Maar ook de hoogte van het budget wordt jaarlijks bijgesteld en volgend jaar weer verlaagd. Het ROC Nijmegen e.o. heeft in het afgelopen jaar 2010 de volgende activiteiten aangeboden die tot het educatiedomein van het participatiebudget behoren: - Opleidingen Voortgezet Algemeen Volwassenen Onderwijs (VAVO, voorheen o.a. de moedermavo); - Cursussen basiseducatie waaronder niveauverhoging en -versterking NT2 (Nederlands als tweede taal; tweede taalverwerving en maatschappelijke activering om daarmee de weerbaarheid te vergroten); - Alfabetisering voor anderstaligen; - Laaggeletterdheid voor autochtonen of ingeburgerde allochtonen. Voor een deel zijn de middelen ingezet om te voldoen aan lopende verplichtingen aan de cursisten. Daarnaast zijn de middelen ingezet om nieuwe trajecten te starten. 2

Juridische aspecten

Deze Subsidieovereenkomst past binnen het regime van de wet op het Participatiebudget waarbinnen de materiewet Educatie en Beroepsonderwijs van toepassing is. In het kader van de wet op het Participatiebudget is bepaald dat in ieder geval tot 1 januari 2013 het educatiedeel moet worden aanbesteed bij een ROC. 3

Doelstelling

Het afsluiten van een nieuwe subsidie overeenkomst met het ROC Nijmegen e.o. voor het jaar 2011 ten behoeve van de inzet van middelen Educatie. 4

Argumenten

Wij hebben deze overeenkomst vorig jaar voor de tweede keer afgesloten met het ROC. Dit jaar verlengen we deze overeenkomst met een jaar vanwege de onduidelijkheid over de vrije aanbesteding van deze middelen. Op dit moment wordt voorzien dat dit niet zal plaatsvinden voor 1 januari 2013. Tegelijkertijd wordt ook gesproken over het verstrekken van de VAVO middelen direct aan de ROC’s. Wat het uiteindelijk effect zal zijn is nu nog niet te voorzien. Ook de hoogte van het budget is voor volgend jaar nog niet exact te voorzien. Om die reden sluiten wij ook nu het contract voor één jaar af. In deze overeenkomst zitten wel kleine wijzigingen ten opzichte van vorig jaar. Zo is het producten pakket vereenvoudigd en concentreert zich nu meer op laaggeletterdheid. Daarnaast wordt een deel van de middelen besteed aan de VAVO. Dat heeft zich de laatste jaren steeds meer ontwikkeld tot tweede kans onderwijs voor uitvallers in het regulier Voortgezet Onderwijs. Het accent leggen op schooluitval en laaggeletterdheid is in overeenstemming met datgene wat daarover in het coalitieakkoord is opgenomen.

Collegevoorstel

Vervolgvel

3

Kortere cursusduur en betere Monitoring Door beperking van de duur van de cursussen laaggeletterdheid tot maximaal 3 jaar verwachten wij meer cursisten te kunnen helpen en is meer instroom mogelijk. De aantallen trajecten alfabetisering anderstaligen en het aantal staatsexamens nemen af om dat het aantal inburgeringstrajecten afneemt. Het ROC werkt aan het verbeteren van de managementrapportages zodat tijdig in overleg kan worden bijgestuurd. Voorrang Wij geven voorrang aan de volgende activiteiten voor de subsidieovereenkomst Educatie 2011: 1. Basisvaardigheden waaronder alfabetisering anderstaligen, de plustrajecten voor anderstaligen en laaggeletterdheid; 2. VAVO (Voortgezet Algemeen Volwassenen Onderwijs) - trajecten 3. Staats-examens Overzicht van te besteden middelen en aantallen deelnemers in 2011. NIJMEGEN

SOORT CURSUS A

basisvaardigheden

1

alfabetisering anderstaligen

geraamd budget

Doorlopende verplichtingen 2010

€

202.713,00

Nieuwe instroom

€

65.545,27

Bereikte deelnemers 2010

Prognose deelnemers. 2011

133 Totaal

2

plustrajecten anderstaligen


€

24.255,00

Nieuwe instroom

€

14.700,00

laaggeletterdheid


€

357.247,50

Nieuwe instroom

€

128.619,21

377 Totaal

B

VAVO

€

183.896,64

117 Totaal

C

Staatsexamen


€

39.328,38

Nieuwe instroom

€

11.705,00

40 Totaal

Prognose benutting

€

1.028.010,00

1

25 Totaal

3

60 35 95

692

17 18 146 336 482 110 110 18 12 30 735

Het aantal kortdurende trajecten laaggeletterdheid neemt toe waardoor wij meer deelnemers bereiken in 2011.

Collegevoorstel

Vervolgvel

4

5

Financiën

Voor het beleidsterrein is in 2011 een bedrag van € 1.028.010 beschikbaar. Dat is inclusief de verrekening die nu voor de tweede keer gaat plaatsvinden (35 miljoen landelijk) voor de uitname van rijkswege ten behoeve van versterkt rekenen taal onderwijs in het MBO De verwachting is dat het deel Educatie in het Participatiebudget in de komende twee jaar tot ongeveer 60% van het budget van 2009 zal worden teruggebracht. Dat komt uiteindelijk neer op een bedrag van ongeveer 8 euroton in 2011-2012. Deze bezuinigingen zijn en worden stapsgewijs doorgevoerd. Dit wordt doorvertaald in subsidie afspraken met het ROC tot het moment dat vrije aanbesteding mogelijk wordt. Er is voldoende dekking aanwezig voor de subsidieverlening van € 1.028.010 op deelprodukt 60605.D.44105, waarna overigens op deze post geen subsidiebudget meer resteert. 6

Communicatie

Met het ROC Nijmegen e.o. heeft uitvoerig overleg plaatsgevonden over deze nieuwe subsidieovereenkomst voor een jaar. Wij zullen het ROC van onze besluitvorming in kennis stellen door middel van bijgaande beschikking. 7

Uitvoering en evaluatie

Bijgaande overeenkomsten en productoverzichten zijn in nauwe samenwerking met vertegenwoordigers van het ROC tot stand gekomen. Deze stukken zullen in een vergelijkbare vorm ook in de regiogemeenten worden besproken en vastgesteld door het ROC. 8

Risico

Het educatiedeel van het Participatiebudget is gemaximeerd vastgesteld. Er zijn geen financiële risico’s.

Bijlage(n): -

brief aan de gemeenteraad subsidieovereenkomst met productenoverzicht, resultaten vorig jaar en nieuwe prognoses. beschikking

Directie Inwoners Maatschappelijke Ontwikkeling Beleidsrealisatie & verantwoording

Korte Nieuwstraat 6 6511 PP Nijmegen

Openbare besluitenlijst 18 december 2007 Collegevergadering no 47

Telefoon

14024

Telefax

(024) 329 29 81

Aan de leden van de Raad

E-mail

[email protected]

Aanwezig: Voorzitter Wethouders

Postadres

Gemeentesecretaris Communicatie Datum Verslag 31 mei 2011

Postbus 9105

Th. de Graaf 6500 HG Nijmegen P. Depla, H. van Hooft sr., L. Scholten, H. Kunst, P. Lucassen, J. van der Meer P. Eringa A. Kuil Ons kenmerk Contactpersoon M. Sofovic

Onderwerp

Voortgang nieuwe subsidieovereenkomst met het ROC

L120/

Dolf Kutschenreuter

Datum uw brief

Doorkiesnummer

(024)32967008

In 2009 heeft het College van de gemeente Nijmegen metvan: het ondertekenen van een Aldus vastgesteld in de ingestemd vergadering subsidieovereenkomst met het ROC Nijmegen e.o. in het bijzonder betreffende de besteding van de middelen Educatie in 2010. Deze middelen worden door het Rijk conform de wet Educatie Beroepsonderwijs aan de gemeente Nijmegen ter beschikking gesteld. In het door ons College vastgestelde voorstel wordt een nieuwe overeenkomst voor het jaar 2011 gepresenteerd. Beide partijen opteren voor wederom één jaar omdat een beleidsmatige ontwikkelingen waaronder de vrije Deaantal voorzitter, De secretaris, aanbesteding rond de Participatiemiddelen nu voorzien voor 1 januari 2013, nog echt op gang moeten komen. Ook zal het budget volgend jaar door het Rijk nog verder verlaagd worden. Het ROC Nijmegen e.o. heeft in het afgelopen jaar 2010 de volgende activiteiten aangeboden die tot het educatiedomein van het participatiebudget behoren: - Opleidingen Voortgezet Algemeen Volwassenen onderwijs (VAVO, voorheen o.a. de moedermavo) - Cursussen basiseducatie (niveauverhoging en -versterking NT2; dit is tweede taalverwerving en maatschappelijke activering om daarmee de weerbaarheid te vergroten) - Alfabetisering voor anderstaligen - Laaggeletterdheid voor autochtonen of ingeburgerde allochtonen Voor een deel zijn de middelen ingezet om te voldoen aan lopende verplichtingen aan de cursisten. Daarnaast zijn de middelen in het afgelopen jaar ingezet om nieuwe trajecten te starten. Ons College heeft deze overeenkomst vorig jaar voor de tweede keer afgesloten met het ROC. Dit jaar verlengen we deze overeenkomst met een jaar vanwege de onduidelijkheid over de vrije aanbesteding van deze middelen. Op dit moment wordt voorzien dat dit niet zal veranderen voor 1 januari 2013. Tegelijkertijd wordt ook gesproken over het verstrekken van de VAVO middelen direct aan de ROC’s. Het uiteindelijk effect valt nu nog niet te voorzien. In deze overeenkomst zitten enkele kleine wijzigingen ten opzichte van vorig jaar. Zo is het producten pakket vereenvoudigd en concentreert deze overeenkomst zich nu meer op laaggeletterdheid. Daarnaast wordt een deel van de middelen besteed aan de VAVO. Dat heeft zich de laatste jaren steeds meer ontwikkeld tot tweede kans onderwijs voor uitvallers in het regulier Voortgezet Onderwijs.

www.nijmegen.nl

Brief aan de Raad.doc

1

Gemeente Nijmegen Directie Inwoners Maatschappelijke Ontwikkeling Beleidsrealisatie & verantwoording

Vervolgvel

1

Dat ons College het accent legt op schooluitval en laaggeletterdheid is in overeenstemming met datgene wat daarover in het coalitieakkoord is opgenomen. Voorrang Wij geven voorrang aan de volgende activiteiten voor de subsidieovereenkomst Educatie 2011: 1. Basisvaardigheden waaronder alfabetisering anderstaligen, de plustrajecten voor anderstaligen en laaggeletterdheid; 2. VAVO (Voortgezet Algemeen Volwassenen Onderwijs) - trajecten 3. Staats-examens Door beperking van de duur van de cursussen laaggeletterdheid verwachten wij meer cursisten te kunnen helpen en is meer instroom mogelijk. De aantallen trajecten alfabetisering anderstaligen en het aantal staatsexamens nemen af vanwege de afname van het aantal inburgeringstrajecten. Ons college werkt samen met het ROC aan het verbeteren van de managementrapportages. Zodat tijdig in overleg kan worden bijgestuurd. Overzicht van te besteden middelen en aantallen deelnemers in 2011. NIJMEGEN

SOORT CURSUS

A

basisvaardigheden

1

alfabetisering anderstaligen

2

3

B C

geraamd budget


€

202.713,00

Nieuwe instroom

€

65.545,27

plustrajecten anderstaligen


€

24.255,00

€

14.700,00

laaggeletterdheid

Nieuwe instroom Doorlopende verplichtingen 2010

€

357.247,50

Nieuwe instroom

€

128.619,21

€

183.896,64

VAVO Staatsexamen


€

39.328,38

Nieuwe instroom

€

11.705,00

Prognose benutting

€

1.028.010,00

Bereikte deelnemers 2010

Prognose deelnemers. 2011

133

25

60 35 1 17

377

146 336

117

110

40 692

18 12 735

Het aantal kortdurende trajecten laaggeletterdheid neemt toe waardoor wij meer deelnemers bereiken in 2011. Voor het beleidsterrein is in 2011 een bedrag van € 1.028.010 beschikbaar. Dat is inclusief de verrekening die nu voor de tweede keer gaat plaatsvinden (35 miljoen landelijk) voor de uitname van rijkswege ten behoeve van versterkt rekenen taal onderwijs in het MBO.

www.nijmegen.nl


Gemeente Nijmegen Directie Inwoners Maatschappelijke Ontwikkeling Beleidsrealisatie & verantwoording

Vervolgvel

2

De verwachting is dat het deel Educatie in het Participatiebudget in de komende twee jaar tot ongeveer 60% van het budget van 2009 zal worden teruggebracht (dat is ongeveer 8 euroton). De verwachting is ook dat deze bezuinigingen stapsgewijs worden doorgevoerd. Marginaal kunnen we hierop verbeteringen realiseren door beter dan gemiddeld te scoren op de outputverdeelmaatstaven in het P-budget wanneer dit wordt ingevoerd. Wij vertrouwen er op u hiermee vooralsnog voldoende geïnformeerd te hebben over deze nieuwe subsidieovereenkomst in 2011.

College van Burgemeester en Wethouders van Nijmegen, De Burgemeester,

De Gemeentesecretaris,

mr. Th.C. de Graaf

drs. B. van der Ploeg

Aantal Bijlagen: 1

www.nijmegen.nl


Directie Inwoners Beleid en Realisatie Beleidsrealisatie en verantwoording

Korte Nieuwstraat 6 6511 PP Nijmegen Telefoon (024) 329 90 00

Openbare besluitenlijst 18 december 2007 Collegevergadering no 47 Het bestuur van de Stichting ROC-Nijmegen e.o. Postbus 6560 6503 GB NIJMEGEN Aanwezig:

Telefax

(024) 329 29 81

E-mail

[email protected]

Postadres Postbus 9105

6500 HG Nijmegen Th. de Graaf P. Depla, H. van Hooft sr., L. Scholten, H. Kunst, P. Lucassen, J. van der Meer P. Eringa Gemeentesecretaris Ons kenmerk Doorkiesnummer Verzenddatum Datum uw brief A. Kuil Communicatie L120/AEK 06-46195513 M. Sofovic Verslag 2011.

Voorzitter Wethouders

Aantal bijlagen

Onderwerp Gemeentesubsidie 2011

1

Geacht bestuur, Hierbij delen wij u mee dat het college Burgemeester en Wethouders Aldus vastgesteld in de van vergadering van: van de gemeente Nijmegen op 23-05-2011 besloten heeft u voor de periode 01-01-2011 tot en met 31-12-2011 een subsidie te verlenen. Het subsidiebedrag voor het jaar 2011 bedraagt maximaal € 1.028.010. De subsidie is bestemd voor:

De voorzitter,

De secretaris,

A. Basisvaardigheden waaronder: - alfabetisering anderstaligen - plustrajecten voor anderstaligen - laaggeletterdheid

€ 268258,27 95 € 38955,00 18 € 485866,71 482

traj. traj. traj.

B. VAVO- trajecten

€ 183896,64 110

traj.

C. Staatsexamens

€

traj.

Totaal

€ 1.028.010

51033,38

30

Voorwaarden en verantwoording Voor de voorwaarden en verantwoording van deze subsidietoekenning verwijs ik naar de contracten die met u zijn afgesloten met betrekking tot dit onderwerp. Voor inhoudelijke vragen kunt u contact opnemen met de beleidsadviseur, dhr. D. Kutschenreuter, telefoon , bureau Maatschappelijke ontwikkeling. 1

Bezwaar

SV02 Budgetsubs.verlen.meerjr.(raad)

ROCA01

Gemeente Nijmegen Directie Inwoners Beleid en Realisatie Beleidsrealisatie en verantwoording

Vervolgvel

Als u het niet eens bent met dit besluit, kunt u binnen zes weken, te rekenen vanaf de dag na die waarop deze beschikking is bekendgemaakt, een bezwaarschrift indienen bij de raad van de gemeente Nijmegen, t.a.v. afdeling A300 Bestuurlijke Juridische Zaken, Postbus 9105, 6500 HG Nijmegen. Het bezwaarschrift moet op grond van artikel 6:5 van de Algemene wet bestuursrecht zijn ondertekend en dient ten minste te bevatten:  Uw naam en adres;  De datum waarop u uw bezwaarschrift hebt geschreven;  Een omschrijving van het besluit waar uw bezwaar zich tegen richt of een kopie van dit besluit;  De gronden waarop uw bezwaar berust.

Programmamanager Onderwijs

Danielle Leenders

SV02 Budgetsubs.verlen.meerjr.(raad)

ROCA01

Bijlage 1 Beleidskader Educatie

I De Wet Participatiebudget op hoofdlijnen De inhoud op hoofdlijnen Vóór de invoering van het Participatiebudget was er voor een gemeente sprake van drie geldstromen; voor re-integratie via de Wet Werk en Bijstand (WWB), voor inburgering via Wet Inburgering (Wi) en voor educatie via de Wet Educatie Beroepsonderwijs (WEB). Om mensen gemakkelijker aan een baan te helpen en te ondersteunen op het gebied van re-integratie, inburgering en onderwijs, zijn per 1 januari 2009 de gemeentelijke middelen voor re-integratie, inburgering en volwasseneneducatie gebundeld in het Participatiebudget. De onderliggende materiewetten waaronder de Wet Educatie Beroepsonderwijs, zijn intact gebleven. Onder participatievoorzieningen worden re-integratievoorzieningen, inburgeringsvoorzieningen en educatievoorzieningen verstaan en de combinaties hiervan. De voorzieningen kunnen worden aangeboden aan één breed geformuleerde doelgroep, namelijk aan iedere Nederlander van 18 jaar en ouder. Daarnaast kan het ingezet worden voor specifieke groepen 16- en 17-jarigen. Door het Participatiebudget wordt het mogelijk om aan andere doelgroepen voorzieningen aan te bieden voor hun ondersteuning bij participatie. Zo is het eenvoudiger gemaakt de volgende groepen participatievoorzieningen aan te bieden: -

de groep 16- en 17-jarigen die een ontheffing hebben voor de kwalificatieplicht en/of degenen die bedreigd worden met voortijdige schooluitval; werkenden die met werkloosheid worden bedreigd; niet-uitkeringsgerechtigden die niet langer ingeschreven hoeven te staan bij het Werkplein; inwoners uit andere gemeenten; genaturaliseerde inburgeraars.

Overgangsregime Voor Nijmegen, als G31-gemeente, was het jaar 2009 een overgangsjaar waarin de middelen voor inburgering en educatie nog via de brede-doeluitkering worden overgemaakt. Per 1 januari 2010 zijn de rijksmiddelen volledig ontschot aan de gemeente overgemaakt. Verder is landelijk een overgangsregime voor het educatie-onderdeel vastgesteld. Deze houdt in dat de gemeente verplicht is de educatiemiddelen tot en met 2013 bij een Regionaal Onderwijs Centrum (hierna: ROC) te besteden aan educatievoorzieningen. De outputverdeelmaatstaven Het Rijk verdeelt het macrobudget via outputverdeelmaatstaven over gemeenten. Deze systematiek geldt alleen voor de budgetten inburgering en in de toekomst ook voor educatie. Voor het reintegratiebudget geldt dat de Wet werk en bijstand zelf (de wisselwerking tussen Inkomensdeel en het re-integratiebudget/Werkdeel) al voldoende prikkels en sturing in zich heeft. De outputverdeelmaatstaven van inburgering en educatie zijn erop gericht gemeenten op de terreinen inburgering en educatie te sturen. Voor het inburgeringsdeel zijn de volgende maatstaven benoemd:  Aantal personen ten behoeve van wie een inburgeringvoorziening is vastgesteld  Aantal personen ten behoeve van wie een duale inburgeringsvoorziening of taalkennisvoorziening is vastgesteld  Aantal behaalde inburgeringexamens of Staatsexamen NT2 I of II Voor het educatiedeel zijn de volgende outputverdeelmaatstaven benoemd:  Aantal ingekochte cursussen basisvaardigheden  Aantal ingekochte VAVO-trajecten  Aantal behaalde VAVO-diploma’s  Aantal behaalde certificaten Staatsexamen NT2 I of II

1

Subsidieovereenkomst educatie 2011

De wegingsfactoren per maatstaf zijn in bijlage I opgenomen. Het effect van de outputverdeelmaatstaven is dat gemeenten die beter scoren op die maatstaven voor een groter deel van het macrobudget in aanmerking komen. Het totaal van het macrobudget blijft dus gelijk, maar de verdeling van het budget kan ten gevolge van een positievere score gunstiger uitvallen voor die gemeente. Naar verwachting zal de eerste meting zal plaatsvinden in 2011. Het effect van deze meting zal in het budget voor 2013 merkbaar worden. In concreto betekent dit wanneer een gemeente wil inzetten op het verkrijgen van een groter deel van het landelijke participatiebudget in 2013, moet nagaan of de huidige inzet voldoende is of dat er geïntensiveerd moet worden. In 2009 moeten daarom al initiatieven ingezet worden ten gunste van het resultaat op de onderstaande maatstaven, opdat de positieve effecten in 2010/11 meetbaar worden. De outputverdeelmaatstaven gelden alleen voor de beleidsterreinen educatie en inburgering (samen circa 20 % van het participatiebudget). Voor educatie is de verwachting dat in 2013 25% van het educatiebudget wordt verdeeld op basis van de prestaties op educatie in 2011. Vanaf 2013 wordt 50% verdeeld op basis van de outputverdeelmaatstaven. De rest van het educatiebudget wordt ook na 2013 nog steeds door objectieve criteria zoals aantal inwoners en werklozen, bepaald. Dat ligt anders bij het inburgeringsbudget. Daar worden de prestaties in 2011 gemeten voor 100 % meegewogen bij het bepalen van het budget van 2013.

II Huidig Nijmeegs educatiebeleid Doelstelling Het programma Onderwijs zet in op het bevorderen van ontwikkelingskansen van kinderen en volwassenen. De doelstellingen zijn het bestrijden van analfabetisme en laaggeletterdheid en het bevorderen dat jongvolwassenen een startkwalificatie halen. Met het onderdeel volwasseneneducatie streven we na, dat Nijmeegse burgers in maatschappelijk opzicht actiever kunnen participeren in hun directe leefomgeving en/of op de arbeidsmarkt. Doelgroep Volwasseneducatie richt zich binnen Nijmegen op diverse doelgroepen. Het gaat veelal om volwassenen die geen initiële opleiding hebben kunnen afronden en daardoor basisvaardigheden missen die noodzakelijk zijn om maatschappelijk te participeren. Activiteiten Het programma Onderwijs biedt via het ROC Nijmegen de volgende activiteiten aan die tot het educatiedomein van het participatiebudget behoren:    

opleidingen voortgezet algemeen volwassenen onderwijs (VAVO); cursussen basiseducatie (niveauverhoging en -versterking NT2, maatschappelijke activering en Staatsexamen) alfabetisering voor anderstaligen; laaggeletterdheid voor autochtonen of goed ingeburgerde allochtonen.

Financieel kader Voor het beleidsterrein is in 2011 circa € 1 miljoen beschikbaar. Voor een volledig beeld kunnen hier de Rutte Gelden nog bij worden opgeteld.

III De Nijmeegse benadering van participatie in de overgangssituatie Keuzen in het participatiebeleid Nijmegen heeft als uitgangspunt genomen dat het beleid inzake het participatiebudget gericht is op het bevorderen van economische en sociaal maatschappelijke zelfredzaamheid van de Nijmeegse burgers.

2


De Nijmeegse benadering van participatie bestrijkt de domeinen re-integratie, inburgering en educatie. De domeinen van het participatiebudget zijn vooralsnog niet uitgebreid met aanpalende terreinen zoals de Wmo en de Wsw. De focus van het beleid ligt op de doelgroep bijstandsgerechtigden, waardoor het belang van het vergroten van de uitstroom uit de Wwb en instroombeperking in de Wwb wordt onderstreept. De gemeente heeft verder de groep niet-uitkeringsgerechtigde allochtone vrouwen als prioritaire groep aangemerkt. Dit vanwege het belang van het vergroten van de sociaal maatschappelijke en/of economische zelfredzaamheid, het vergroten van de eigen effectiviteit bij de opvoeding van de kinderen als ook vanwege de verruiming van het aantal maatschappelijke contacten. Nijmegen wil de voorzieningen zo integraal mogelijk aan de belanghebbenden aanbieden. Naast de insteek op volumebeperking van het Wwb-bestand zet de gemeente in op het maximaal benutten van de mogelijkheden van de outputverdeelmaatstaven. Dat houdt in dat het relatief beter scoren op de zeven maatstaven in 2011 er toe kan leiden dat Nijmegen in 2013 een hoger budget ontvangt. Met een hoger budget kan de gemeente vervolgens de ambities op het terrein van participatie verder realiseren dan wel verbreden. Dit uitgangspunt brengt het volgende met zich mee:  een kwantitatieve inspanning op inburgering en educatie;  waarvan ook de vormgeving kwalitatief goed moet zijn om een maximale score te behalen. Vanwege de economische crisis staat het Inkomensdeel onder druk. Dit maakt de urgentie om de reintegratiemiddelen effectief in te zetten met het doel om uitstroom uit de bijstand te realiseren alleen maar groter. Uitgaande van de bovenstaande doelen en uitgangspunten, levert dit vooralsnog het volgende op: De gemeente Nijmegen zet in op economische en sociaal maatschappelijke zelfredzaamheid van haar inwoners. De bevordering van economische zelfredzaamheid is het primaire doel bij de doelgroep bijstandsgerechtigden. De hiervoor beschikbare middelen bestaan uit de re-integratiemiddelen. De bevordering van sociaal maatschappelijke zelfredzaamheid is het primaire doel bij de doelgroep van de Wet Inburgering en de Wet Educatie Beroepsonderwijs. Gezien de breedte van deze doelgroep is de keuze gemaakt prioriteit te leggen bij de doelgroepen zoals genoemd in de Nijmeegse inburgeringsagenda. De hiervoor beschikbare middelen bestaan uit de inburgeringsmiddelen. Voor het educatieterrein is de keuze gemaakt te streven naar inzet van educatievoorzieningen voor de prioritaire doelgroepen op het re-integratie- en inburgeringsdomein. Bij deze visie op participatie gaat het om inzetten van de beperkte menskracht en middelen voor prioritaire doelgroepen en doelen, waarbij Nijmegen eveneens goed wil scoren op de outputverdeelmaatstaven. Om die reden worden de middelen ingezet op een behoorlijk aantal inburgeringstrajecten (die duaal en goed van niveau zijn), alsook op NT-2 en de inzet van VAVOtrajecten en basisvaardigheden. De Nijmeegse participatiebenadering hebben we in onderstaand schema geconcretiseerd naar de inzet van participatievoorzieningen ten behoeve van specifieke doelgroepen. Bij het schema moet worden benadrukt dat de voorbeelden niet uitputtend zijn. Het schema dient ter verduidelijking om te illustreren hoe ten aanzien van de (potentiële) klanten de instrumenten ook gekoppeld kunnen worden ingezet: Participatievisie en effect op groepen

Participatievoorzieningen Re-integratie Met inzet van reintegratievoorzieningen economische

3

Inburgering Met inzet van inburgeringsvoorzieningen sociaal maatschappelijke

Educatie Met inzet van educatievoorzieningen sociaal


zelfredzaamheid bevorderen. Voorkomen instroom

van

en/of economische zelfredzaamheid bevorderen.

maatschappelijke zelfredzaamheid bevorderen. -Voor (risico)jongeren zorgdragen voor goede leerarrangementen voortgezet onderwijs (VAVO) -Voor met werkeloosheid bedreigden: Op maat versterken met educatie aanbod basisvaardigheden (alfabetiseringstraject en voor anderstaligen, NT2 niveauverhoging en versterking en maatschappelijke activering, cursussen voor laaggeletterden, Eventueel versterken met taallessen voor laaggeletterden, VAVO, etc

i.s.m.UWV-WERK bedrijf: met urgentie bemiddelen, van werk naar werk, naar tekortsectoren; korte scholingstrajecten

Nieuwe instroom Wwb

Snel bemiddelen, ondersteunen met reintegratievoorziening.

Bestand Wwb tot 3 jaar

Ondersteunen met reintegratievoorziening.

Eventueel versterken met behulp van inburgering en taallessen voor laaggeletterden, en bij werk in de avonduren Inburgering voor degenen met een taalachterstand.

Zittend bestand Wwb – vanaf 3 jaar

Ondersteunen met reintegratievoorziening.

Inburgering voor degenen met een taalachterstand.

Nietuitkeringsgerechtigden

Ondersteunen met specifieke reintegratievoorziening.

Inburgering voor degenen met een taalachterstand.

Educatie voor degenen met een behoefte aan taalonderwijs, specifieke behoefte aan basisvaardigheden etc. Dit geldt bij een gezinsuitkering voor de gezinsleden. Educatie voor degenen met een behoefte aan taalonderwijs, specifieke behoefte aan basisvaardigheden etc. Dit geldt bij een gezinsuitkering voor de gezinsleden Educatie voor degenen met een behoefte aan taalonderwijs, specifieke behoefte aan basisvaardigheden etc.

Uitleg: Gemeente treedt in contact met UWV-WERKbedrijf; maakt eventuele afspraken rondom inzet van middelen. Primair zijn dit de middelen van het UWV-WERKbedrijf.

4


Middelen worden ingezet ten dienste van snelle uitstroom. Eventuele versterking van vaardigheden, kennis en kunde kan nodig zijn. Inzet is economische zelfredzaamheid. Inzet van educatieve voorzieningen hebben veelal ook het uiteindelijke doel economische zelfredzaamheid. Voor deze groep kunnen re-integratie-, educatie- of inburgeringsvoorzieningen worden ingezet. Daarnaast wordt er actief gebruik gemaakt van diverse reeds bestaande voorzieningen in de stad. Veelal gaat het om voorzieningen die tot één van de prestatievelden van de Wmo behoren. Inzet van re-integratievoorziening is economische zelfredzaamheid, inzet van inburgerings- en educatievoorziening is sociaal maatschappelijke zelfredzaamheid. In een bepaalde mate worden middelen ingezet tbv nuggers, waaronder allochtone vrouwen. Het kan gaan om sociaal maatschappelijke of economische zelfredzaamheid.

Nadere overwegingen De doelstellingen van het aanbod Basiseducatie worden het best gehaald als het aanbod fysiek zo dicht mogelijk bij de doelgroep(en) wordt aangeboden. Dat onderstreept het belang van wijkgericht werken en pleit theoretisch voor een uitbreiding van het aantal wijkleerplaatsen. De wijze van uitvoering laten wij daarbij overigens ter beoordeling aan de uitvoerende instanties. Voor hen is de afweging met welke instrumenten zij tegen lage kosten een zo goed mogelijk resultaat kunnen bereiken. Bij de uitvoering van cursussen moet rekening gehouden worden met een evenwichtige verdeling tussen allochtone en autochtone deelnemers, anders haken de autochtonen af. Werving van deelnemers wordt bevorderd door de mond tot mond reclame van deelnemers aan eerdere cursussen. Ook kan het inhoudelijke aanbod daardoor beter worden afgestemd op de vraag. Bij de regio gemeenten is gebleken, dat een breed aanbod van korte, op concrete doelen gerichte cursussen de kans biedt om naast het behalen van het doel van de cursus ook te werken aan taal- en rekenvaardigheid. Deze cursussen zijn leveranciers van klanten voor het aanbod laaggeletterdheid. Laaggeletterdheid bij autochtone en allochtone burgers blijft een groot en wijdverbreid probleem. De huidige aanpak zoals die wordt gepraktiseerd met ambassadeurs die proberen het taboe te doorbreken blijkt succesvol. Grote aandacht blijft de komende jaren nodig voor werving, ook via het aanbieden van activeringscursussen. Dit zou gerealiseerd kunnen worden middels aanvullende projectsubsidie zoals ESF-subsidie. Bij allochtone burgers wordt de vraag sterker naar een grotere taalvaardigheid. Velen zijn niet verder dan A2 op het moment dat inburgeringsexamen wordt gedaan. Dit is een niveau dat op zichzelf nog niet hoog is en dat inzakt naarmate de Nederlandse taal minder gepraktiseerd wordt in het alledaagse leven. Behoefte ligt naar verwachting vooral bij schrijven en spreken. Een deel van deze doelgroep kan didactisch samen met autochtonen bedient worden, een deel heeft specifiek aanbod nodig (NT2plus). Basiseducatie werkt aan sociale en economische zelfredzaamheid door de ontwikkeling van taalreken- en digitale vaardigheid en is een radertje in het grotere geheel van het ROC-aanbod van alfabetisering NT2, inburgeren, NT2 niveaubehoud en niveauversterking, MBO taalbeleid, beroepseducatie ook voor zwakkere groepen, en ondersteuning van reïntegratietrajecten. De kracht van afzonderlijke onderdelen is gelegen in de samenhang en ook het maatwerk voor de klant. Doelstellingen: Nieuwe en oude instroom laaggeletterdheid indammen, liefst reduceren (taalbeleid MBO). Meer mensen geletterd maken, dus maatschappelijk weerbaarder. Van de 13% volwassen laaggeletterden in Nijmegen (cijfer Cinop), in aantal dus ongeveer 20.000 mensen, bereikt het ROC slechts 1%. Intensivering is geboden. Wanneer je ervan uitgaat dat iemand gemiddeld 3 jaar nodig heeft zijn handicap te overwinnen, is nog 40 jaar nodig om het hele bestand aan te pakken. Daarbij gaan we ervan uit dat de totale groep niet groeit. Dat gebeurt echter wel. Nu zijn 6% van de middelbare schoolverlaters laaggeletterd. De verschuiving in middelen van het educatiebudget naar het MBO-onderwijs moet dit mogelijk maken (50 milj in 2010 en 35 milj in 2011). Wijkplaatsen kunnen een zinvol middel vormen om de klant te bereiken en te onderwijzen. Of dit middel kostentechnisch ook het meeste geeigend is laten wij aan de uitvoerende instelling over. Verdere ontwikkeling wijkleerplaatsen door het ROC: Er zijn in 2011 wijkleerplaatsen in:

5


Neerbosch Willemskwartier Meijhorst Lindenholt Hatert Oud West En er is een stadsleerplaats op de Marterstraat in de Hazenkamp. Bovendien verzorgt het ROC ook een aanbod laaggeletterdheid aan deelnemers van TRIAS (geestelijk gehandicapten). 

De start van een wijkleerplaats begint met folderen en werven bij sleutelfiguren en –organisaties, aanbieden van korte activeringscursussen, zoeken naar kandidaten voor aanpak laaggeletterdheid en langdurende cursussen. Voor een deel van deze activiteiten is aanvullende projectsubsidie noodzakelijk naast de WEB-middelen.



Op basis van de geprioriteerde doelgroepen, de activiteiten op het terrein van educatie en bovenstaande overwegingen is in overleg met het ROC een subsidieovereenkomst inclusief productenovereenkomst samengesteld. Deze documenten zijn als bijlage 3 bijgevoegd.

6


Bijlage 2: Weging van uitstroomindicatoren De verwachting is dat de verdeling van het macrobudget over gemeenten met ingang van 2013, voor wat betreft een deel van de ingebrachte educatie- en inburgeringmiddelen (circa 20 procent van het Participatiebudget), gebaseerd is op een aantal zogenaamde outputverdeelmaatstaven: I Educatie Voor het educatiedeel geldt dat het ministerie van OCW het budget als volgt inbrengt. In 2013 ligt voor de verdeling van het educatiedeel de verhouding op 75 procent objectief en 25 procent op basis van output. Vanaf 2014 geldt de verhouding 50 procent objectief en 50 procent op basis van output. Tot en met 2013 gelden de objectieve verdeelcriteria. Vanaf 2013 ligt de stimulans op de volgende output verdeelmaatstaven:  2014: 30 procent);  Aantal ingekochte VAVO-trajecten (2013: weging 3,75 procent, vanaf 2014: 7,5 procent);  Aantal behaalde VAVO-diploma’s (2013: weging 3,125 procent, vanaf 2014: 6,25 procent);  Aantal behaalde certificaten Staatsexamen NT2 I of II (2013: weging 3,125 procent, vanaf 2014: Aantal ingekochte cursussen basisvaardigheden (2013: weging 15 procent, vanaf 6,25 procent) II Inburgering Tot 2012 zal de inburgeringcomponent in het Participatiebudget volledig worden bepaald door objectieve verdeelmaatstaven. Met ingang van 2012 zullen outputverdeelmaatstaven de budgetverdeling volledig bepalen:  Aantal personen ten behoeve van wie een inburgeringvoorziening is vastgesteld(weging 20 procent)  Aantal personen ten behoeve van wie duale inburgeringsvoorzieningen of een taalkennisvoorziening is vastgesteld (weging 30 procent)  Aantal behaalde inburgeringexamens of Staatsexamen NT2 I of II (weging 50 procent) III Re-integratie De prestatiestimulans zal voor het beleidsterrein re-integratie vooral liggen op de inzet van middelen vanuit het Participatiebudget met als doel een daling van de verstrekte uitkeringen. Het bedrag dat het ministerie van SZW inbrengt, wordt vanaf 2011 geheel verdeeld op basis van het bestaande verdeelmodel voor het WWB W-deel, dus op basis van objectieve criteria. In 2009 en 2010 wordt deels nog verdeeld op basis van een historische verdeling.

7


Bijlage 3: Verlenging Subsidieovereenkomst en Productenovereenkomst 2011

SUBSIDIEOVEREENKOMST GEMEENTE NIJMEGEN EN R.O.C. NIJMEGEN MET BETREKKING TOT DE INKOOP VAN EDUCATIE 2011

Ondergetekenden: De gemeente Nijmegen, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door dhr. H. Beerten, wethouder, handelende ter uitvoering van het besluit van het college van burgemeester en wethouders van Nijmegen, hierna te noemen opdrachtgever;

en

R.O.C. Nijmegen, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door mevr. drs. J.C.J.M. Berben, voorzitter College van Bestuur, hierna te noemen opdrachtnemer; overwegende:  dat artikel 2.1. van de Wet Participatiebudget - bepaalt dat de Minister financiële middelen aan de opdrachtgever verstrekt ten behoeve van de kosten van participatievoorzieningen, niet zijnde gemeentelijke uitvoeringskosten, voor de doelgroep als bedoeld in artikel 3 tweede lid van die wet;  dat artikel 3.4.a van de Wet Particpatiebudget – bepaalt dat voor zover het College een opleiding educatie aanbiedt, de Wet Educatie en Beroepsonderwijs van toepassing is;  dat artikel 2.3.4 Wet Educatie en Beroepsonderwijs – WEB - bepaalt dat de financiële middelen die de Minister ten behoeve van de daar bedoelde educatie aan de opdrachtgever toekent, door de opdrachtgever vervolgens toegekend moeten worden aan één of meer in de Wet bedoelde instellingen en dat deze toekenning en beschikbaarstelling moeten berusten op een door de opdrachtgever met de opdrachtnemer gesloten overeenkomst;  dat de overeenkomst krachtens artikel 2.3.4 en artikel 7.3.1 Web ten minste betrekking moet hebben op de in dat artikel genoemde onderwerpen;  dat de opdrachtgever het in het kader van zijn beleid met betrekking tot de educatie wenselijk acht, dat er educatief aanbod zoals bedoeld in de Web wordt verzorgd, afgestemd op de specifieke behoeften van de door de opdrachtgever aangewezen doelgroepen;  dat de opdrachtnemer in staat en bereid is dit aanbod te verzorgen onder de hieronder nader overeen te komen voorwaarden;  dat de Productenovereenkomst Educatie periode 2011 (als bijlage aan deze overeenkomst toegevoegd), onderliggend de basis vormt voor deze subsidieovereenkomst;  dat deze subsidieovereenkomst de subsidieovereenkomst vervangt, die door partijen werd overeengekomen voor 2010. Komen het volgende overeen:

8


1

begripsbepalingen

In deze overeenkomst wordt verstaan onder: a. educatie b. opleiding

onderwijs met het doel als omschreven in artikel 1.2.1, eerste lid Web; opleidingen educatie als bedoeld in artikel 7.3.1 Web;

c. educatieve activiteiten

activiteiten op het terrein van educatie;

d. eindtermen

als zodanig omschreven kwaliteiten op het gebied van kennis, inzicht en vaardigheden waarover degene die de opleiding voltooit, met het oog op het maatschappelijk functioneren dient te beschikken en die in voorkomende gevallen betekenis hebben voor de doorstroming naar vervolgonderwijs;

e. de Minister

de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen;

f. instelling

de instelling als bedoeld in artikel 1.3.1 Web;

g. bevoegd gezag

het bestuur van de rechtspersoon als bedoeld in artikel 1.1.1.w.1 en 1.1.1.w.2 Web;

h. deelnemer

de deelnemer aan onderwijs als bedoeld in artikel 8.1.1 Web, die met de instelling een overeenkomst heeft gesloten als bedoeld in artikel 8.1.3 Web ten behoeve van opleidingen educatie bedoeld in artikel 7.3.1, eerste lid, Web;

i. overeenkomst

deze overeenkomst en de productovereenkomst;

j. productovereenkomst

nadere schriftelijke uitwerking als bedoeld in artikel 3 van deze subsidieovereenkomst;

k. onderwijsovereenkomst

de overeenkomst tussen de deelnemer en het bevoegd gezag, als bedoeld in artikel 8.1.3 Web.

2

doel van de overeenkomst

2.1 Deze subsidieovereenkomst heeft tot doel: a. Het vastleggen van eenjarige afspraken tussen opdrachtgever en opdrachtnemer, gericht op het verzorgen van educatieve activiteiten door opdrachtnemer tegen overeen te komen prijs en kwaliteit; b. Het expliciteren van de wederzijdse rechten en verplichtingen; c. Het reguleren van het overleg tussen partijen. 2.2 Deze overeenkomst dient met het oog op de toekenning van de op grond van artikel 4.1, 4.2, 4.3 en 4.4 van deze subsidieovereenkomst beschikbaar te stellen middelen volledig Uitgewerkt te worden in een productovereenkomst, die onderdeel uitmaakt van deze overeenkomst. 3

productovereenkomst

3.1

In een productovereenkomst zullen tenminste de volgende onderwerpen worden geregeld: a. de aard van de educatieve activiteiten; b. het aantal deelnemers, in voorkomende gevallen onderscheiden naar doelgroepen; c. de periode waarvoor een productovereenkomst wordt aangegaan; d. de omvang van de middelen aan opdrachtnemer, dan wel de wijze waarop dit berekend wordt; e. de wijze waarop de middelen, zoals door opdrachtgever vastgesteld op grond van artikel 4, ter beschikking worden gesteld;

9


f. g. h.

de wijze waarop verantwoording jegens de opdrachtgever wordt afgelegd over onder meer bereikte resultaten, uit- en doorstroom, uitval e.d.; de afspraken over de mogelijkheden voor deelnemers om hun aangevangen educatieve activiteiten af te ronden; Afspraken met betrekking tot werving en toeleiding van deelnemers.

3.2

In een productovereenkomst wordt voorts bepaald onder welke voorwaarden de middelen, zoals bepaald in artikel 4, ter beschikking worden gesteld.

3.3

Een productovereenkomst heeft de werking van één kalenderjaar, tenzij daarin anders is bepaald.

4

ter beschikking te stellen middelen

4.1

Opdrachtgever en opdrachtnemer komen overeen gedurende de looptijd van deze overeenkomst de rijksbijdrage educatie beschikbaar te stellen welke aan opdrachtgever door de Minister op grond van artikel 2.3.1 lid 1 Web ter beschikking wordt gesteld voor een vooraf vastgesteld uurtarief onder voorbehoud van het bereiken van overeenstemming over de productovereenkomst voor 2011;

4.2.

Opdrachtgever kan onverminderd het hiervoor gemelde naast de in artikel 4.1, genoemde rijksbijdragen andere of extra middelen aan opdrachtnemer ter beschikking stellen.

4.3

Opdrachtgever zal rijksmaatregelen die een verandering in de rijksbijdrage als gevolg hebben per direct doorberekenen door middel van een wijziging van de middelen die aan opdrachtnemer ter beschikking worden gesteld.

4.4

Opdrachtgever stelt de in artikel 4.1 en 4.2, bedoelde middelen aan opdrachtnemer beschikbaar op basis van een productovereenkomst als bedoeld in artikel 3. De in deze productovereenkomst genoemde prognoses kunnen gedurende de looptijd van deze overeenkomst op basis van evaluatieve voortgangsoverleggen tussen opdrachtgever en opdrachtnemer aangepast worden.

5

duur van de subsidieovereenkomst Deze subsidieovereenkomst wordt gesloten voor de duur van één jaar. De ingangsdatum van de subsidieovereenkomst is op 1 januari 2011. De subsidieovereenkomst eindigt op 31 december 2011. Gemeente en ROC Nijmegen hebben de intentie de subsidieovereenkomst te verlengen tot eind 2012.

6

verplichtingen van partijen

6.1

Beide partijen verplichten zich hun informatiestromen zodanig te regelen dat de uit deze overeenkomst voortvloeiende verplichtingen geverifieerd kunnen worden.

6.2

Beide partijen dragen er zorg voor dat zij beschikken over geordende gegevens, voor zover artikel 2.3.6 Web daartoe verplicht.

6.3

Opdrachtgever verplicht zich: a. het bepaalde in de artikelen 2.3.3 en 2.3.4 Web in acht te nemen; b. zijn takken van dienst zo veel mogelijk te doen samenwerken ten behoeve van het bepalen van de educatieve activiteiten.

6.4

Opdrachtnemer verplicht zich: a. zorg te dragen voor inrichting en beschrijving van de educatieve activiteiten volgens artikelen 7.3.1, 7.3.2, 7.3.3 en 7.3.4 Web;

1


b. c.

d. e.

door de Minister bepaalde eindtermen te gebruiken, voor zover partijen dit overeenkomen in een productovereenkomst; eindtermen die niet door de Minister bepaald zijn te ontwikkelen en te gebruiken voor door opdrachtgever gevraagde educatieve activiteiten, voor zover partijen dit overeenkomen in een productovereenkomst; onderwijsovereenkomsten af te sluiten met de deelnemers conform artikel 8.1.3 Web; de geldende voorschriften van de Wet op Persoonsregistraties toe te passen.

7

regulier overleg

7.1

Partijen verplichten zich een regulier overleg te onderhouden over zaken die deze overeenkomst betreffen.

7.2

Het regulier overleg komt tenminste twee keer per jaar bijeen.

7.3

Partijen komen voorts bijeen wanneer een der partijen hiertoe de wens te kennen geeft.

7.4

De agenda voor een bijeenkomst wordt opgesteld onder verantwoordelijkheid van opdrachtgever. De agenda wordt tenminste een week van tevoren aan alle deelnemers aan het regulier overleg toegestuurd.

8

evaluatie

8.1

Partijen zullen de uitvoering en werking van deze overeenkomst evalueren.

8.2

Partijen kunnen besluiten dat een verslag wordt opgemaakt door een commissie. Elke partij benoemt 1 lid van die commissie.

9

geschillenregeling

9.1

Ieder geschil ter zake van het bepaalde bij of krachtens deze overeenkomst wordt voorgelegd aan de daartoe bevoegde rechter.

9.2

Er is sprake van een geschil over deze overeenkomst indien een der partijen dit als zodanig benoemt.

10

wijziging omstandigheden

10.1

Indien zich ten aanzien van een partij onvoorziene omstandigheden voordoen welke van dien aard zijn dat de wederpartij naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid ongewijzigde instandhouding van de overeenkomst niet mag verwachten, zullen partijen onderling overleg plegen teneinde te bezien of zij tot overeenstemming kunnen komen omtrent een wijziging van de overeenkomst met het oog op die omstandigheden.

10.2

Indien dit overleg niet binnen 3 maanden tot overeenstemming heeft geleid, is er sprake van een geschil.

11

overige bepalingen

11.1

Op deze overeenkomst is uitsluitend Nederlands recht van toepassing.

11.2

Wijzigingen en aanvullingen van deze overeenkomst kunnen slechts rechtsgeldig geschieden door een door alle partijen ondertekende schriftelijke aanvulling, welke aan deze overeenkomst wordt gehecht en geacht wordt daarvan deel uit te maken.

1


11.3

Indien een bepaling van deze overeenkomst nietig is of door rechtelijke uitspraak wordt vernietigd, zullen de overige bepalingen van deze overeenkomst van kracht blijven. Partijen zullen over de bepalingen van deze overeenkomst welke nietig zijn of vernietigd worden overleg plegen teneinde een vervangende regeling te treffen.

11.4

De in deze overeenkomst genoemde kantooradressen van partijen gelden als de adressen aan welke partijen rechtsgeldig jegens elkaar kennisgevingen richten.

11.5

Aan de opschriften boven de artikelen komt geen zelfstandige betekenis toe.

Aldus overeengekomen op

te Nijmegen.

opdrachtgever,

opdrachtnemer,

Dhr. H. Beerten Wethouder Educatie gemeente Nijmegen

drs. J.C.J.M. Berben Voorzitter College van Bestuur

Bijlagen: -Productovereenkomst met betrekking tot de inkoop van Educatie in 2011 -Beleidskader Subsidieovereenkomst 2011

1


Bijlage 4: PRODUCTOVEREENKOMST MET BETREKKING TOT DE INKOOP VAN EDUCATIE IN 2011 Ondergetekenden:

De gemeente Nijmegen, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door wethouder van Educatie H. Beerten, handelend ter uitvoering van het besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Nijmegen hierna te noemen de opdrachtgever,

en

ROC Nijmegen, te dezen vertegenwoordigd door mevr. drs. J.C.J.M. Berben, voorzitter van het College van Bestuur, hierna te noemen de opdrachtnemer,

overwegende: dat onderhavige productovereenkomst met betrekking tot de inkoop van educatie 2011 deel uitmaakt van de subsidieovereenkomst 2011 van de gemeente Nijmegen dat de bijlage onlosmakelijk deel uitmaakt van de overeenkomst; dat op onderhavige productovereenkomst de voorwaarden van de subsidieovereenkomst van toepassing zijn, voor zover in de subsidieovereenkomst niet anders blijkt en voor zover daarvan in deze productovereenkomst niet uitdrukkelijk wordt afgeweken; dat partijen tot nadere afspraken willen komen over te verrichten educatieve activiteiten en de voorwaarden waaronder deze verzorgd worden;

komen het volgende overeen:

-

Begripsbepalingen

De begripsbepalingen zijn conform de begripsbepalingen in de met deze productovereenkomst verbonden subsidieovereenkomst 2011 aangevuld met de volgende begrippen: DPO: Een Direct Productief Onderwijsuur: dit verwijst naar een uitvoerend onderwijsklokuur. In de kostprijs van een DPO zijn opgenomen: uitvoering/werving/intake/individuele/voortgangsoverleg en trajectbegeleiding/examens/huisvesting/administratie en overhead. Educatieve categorieën: De hoofdcategorieën waaronder educatieve activiteiten zijn geclusterd en die overeenkomen met de door het Rijk benoemde outputverdeelmaatstaven bij Educatie te weten: Basisvaardigheden, VAVO en Staatsexamen NT I en II. Clusters: Een inhoudelijke verfijning van de educatieve categorieën in het bijzonder van toepassing op de categorie basisvaardigheden Producten: De educatieve activiteiten die onder een cluster uitgevoerd worden. Financiele verantwoording in DPO’s is gekoppeld aan productrealisatie.

1


Module; Een onderwijsorganisatorische eenheid die verwijst naar een op zichzelf staand onderdeel van een product waaraan een certificaat verbonden is. In de toekomst zal de door het Rijk gevraagde informatie over outputverdeelmaatstaven middels deze modules verantwoord worden.

-

Duur

Deze productovereenkomst als onderdeel van de subsidieovereenkomst wordt gesloten voor de duur van één jaar. De ingangsdatum van de productovereenkomst is 1 januari 2011. De productovereenkomst eindigt op 31 december 2011. Gemeente en ROC Nijmegen hebben de intentie de subsidieovereenkomst te verlengen tot eind 2012.

-

Product

3.1. Het ROC zal gedurende de looptijd van deze productovereenkomst de producten verzorgen zoals in de bijlage vermeld. 3.2. Op basis van het door de gemeente toegekende budget educatie geeft het ROC uitvoering aan direct productieve onderwijsuren . In het direct productieve onderwijsuur zijn de kosten opgenomen die samenhangen met de uitvoering van het onderwijs, administratie, begeleiding, werving, intake, examens en huisvesting. 3.3. Het aantal direct productieve onderwijsuren kent de in de bijlage vermelde verdeling over de educatieve categorieën: Basisvaardigheden, VAVO en Staatsexamen NT I en II en de daarvan afgeleide clusters en producten. Teneinde deelname aan het maatschappelijke verkeer te bevorderen en taalachterstanden te bestrijden voert het ROC het landelijke programma Aanvalsplan Laaggeletterdheid uit.

-

Doelgroepen en doelstellingen

4.1. Ten aanzien van de te bereiken doelstellingen en doelgroepen bij de uitvoering van de producten wordt aangesloten bij de subsidieovereenkomst 2011. De doelgroepen voldoen aan de toelatingscriteria van de WEB. 4.2. Uitgangspunt voor de programmering van het educatieve aanbod in 2011 vormen de gemeentelijke uitgangspunten zoals genoemd in de subsidieovereenkomst. 4.3. Uitgegaan wordt van de in de bijlage genoemde prognose met betrekking tot het aantal deelnemers in 2011. Op de afgesproken evaluatiemomenten wordt de afgesproken prognose in onderling overleg bijgesteld. Overleg 5.1. Conform het bepaalde in artikel 7 lid 7.2.van de subsidieovereenkomst wordt twee maal per jaar, overleg gevoerd over het verloop van de werkzaamheden, het bereik van de deelnemers en over door de gemeente Nijmegen mogelijk gewenste aanpassingen van het opleidingenaanbod gedurende de looptijd van deze productovereenkomst en de daarop volgende jaren. 5.2. Het ROC draagt twee weken voorafgaand aan het overleg zorg voor adequate schriftelijke informatie ten behoeve van de voorbereiding van het overleg.

Voorwaarden 6.1. Uitgangspunten zoals genoemd in de subsidieovereenkomst vormen leidraad voor de uitvoering van educatie in 2011. 6.2. Het ROC draagt zorg voor de werving van voldoende deelnemers ingeval door de gemeente ingekocht aanbod onvoldoende benut wordt.

1


6.3. Opdrachtnemer draagt zorg voor een tijdige en deskundige intake conform de intakeprocedure zoals die in bijlage 5 staat beschreven 6.4. Het ROC registreert bij inschrijving of de potentiële deelnemer een gemeentelijke bijstandsuitkering ontvangt en/of ingeschreven staat bij het UWV Werkbedrijf volgens opgave student. 6.5. Het ROC neemt in de onderwijsovereenkomst die afgesloten wordt met de deelnemer informatie op over het educatief traject: a. de doelstelling van het traject (maatschappelijke participatie en/of arbeidsparticipatie b. de duur van het traject; c. prognose van aantal uren of de duur van het traject behorend bij het traject; d. een zinsnede waarin de deelnemer wordt geïnformeerd over informatievoorziening op individueel niveau over het verloop van het educatieve traject door het ROC aan de gemeente. 6.6. Opdrachtnemer draagt zorg voor tijdige plaatsing van de deelnemer(s) in de overeengekomen educatieve activiteit(en). 6.7. Opdrachtnemer zorgt, na overleg met de opdrachtgever, voor tijdige doorverwijzing naar een educatief vervolgtraject of andere uitstroombestemming. 6.8. Opdrachtnemer past bij de uitvoering van de educatieve activiteit(en) algemeen erkende en effectieve lesmaterialen en methoden toe.

6.9. Opdrachtnemer draagt zorg voor een adequate deelnemersbegeleiding conform de werkwijze zoals beschreven in bijlage 5 .

6.8.. Voor alle deelnemers die in opdracht van de gemeente deelnemen aan een educatieve activiteit gelden de volgende aanvullende afspraken: a. Opdrachtnemer zorgt binnen twee weken na een schriftelijke (e-mail) aanmelding door opdrachtgever voor een intake van de cursist b. De datum van plaatsing van de deelnemer en de start van het traject wordt in overleg met de opdrachtgever vastgesteld. c. Opdrachtnemer zorgt twee weken voor de vastgestelde einddatum van het traject van de cursist voor een eindrapportage en een vervolgadvies. d. Opdrachtnemer bespreekt ongeoorloofd verzuim direct met de kandidaat. Indien het ongeoorloofde verzuim niet binnen twee weken opgelost is wordt de opdrachtgever hiervan per mail op de hoogte gesteld. e. Opdrachtgever ontvangt ieder kwartaal een voortgangsrapportage van de kandidaat.

6.11. Op deze overeenkomst zijn de Algemene Inkoopvoorwaarden van de gemeente Nijmegen van toepassing.

-

Middelen

7.1. Voor de activiteiten van deze overeenkomst, is een budget beschikbaar gesteld dat minimaal gelijk is aan 100% van de rijksbijdrage educatie 2011 Dit bedrag wordt gecorrigeerd met de over- of onderproductie van het voorafgaande jaar zoals vastgelegd in de door de accountant goedgekeurde eindafrekening. Het eindbedrag wordt vastgesteld aan de hand van de gerealiseerde activiteiten. Het genoemde budget zal op de in bijlage 2 vermelde wijze over de educatieve categorieën worden verdeeld: Basisvaardigheden (waaronder de clusters alfabetisering anderstaligen; Plustrajecten anderstaligen; laaggeletterdheid) VAVO (VMBO-t, HAVO, VWO): Staatsexamen (NT I en NT II):

1


De prognose kan op basis van de realisatie in overleg tussentijds worden bijgesteld. 7.2. Het ROC hanteert de integrale kostprijsmethode ‘Spectra’ als wijze van kostenberekening van een klokuur (direct productief onderwijsuur) van een docent. In het direct productief onderwijsuur zijn de kosten opgenomen die samenhangen met de uitvoering van het onderwijs, administratie, begeleiding, werving, intake, examens en huisvesting. Het ROC hanteert twee DPO prijzen: - DPO I voor producten waarvan de aanlevering van de kandidaten door de gemeente gebeurt. ROC Nijmegen verleent voor deze producten geen wervingsinspanning. - DPO II voor producten waar de werving van kandidaten de verantwoordelijkheid is van het ROC. ROC Nijmegen verleent voor deze producten wel wervingsinspanning. De kostprijs van een direct productief onderwijsuur educatie (DPO-Educatie) bedraagt in 2011 voor DPO I (zonder werving) € 147,00 en DPO II (met werving) ) € 163,50. De DPO prijzen zijn vrij van BTW. Bevoorschotting 8.1. Het onder 7.1 genoemde budget stelt de gemeente beschikbaar in termijnen, analoog aan die waarop het ministerie de gemeente bekostigt.

Informatievoorziening en verantwoording 9.1.Het ROC draagt zorg voor aanleveren van de volgende informatie: Per kwartaal: a. Een overzicht van de uitgevoerde educatieve activiteiten (producten) b. Deelnemersaantallen: Door-, in- en uitstroom en behaalde examen (indien van toepassing) per activiteit c. Het aantal gerealiseerde DPO’s (productie). Deze informatie zal binnen een maand na afloop van het kwartaal geleverd worden. Jaarlijks: Na afloop van het uitvoeringsjaar wordt er een eindrapportage aangeleverd in de vorm van een jaarverslag. Het format hiervoor wordt gezamenlijk overeengekomen. 9.2. De gevraagde informatie onder 9.1 wordt toegezonden aan de afdeling Maatschappelijke Ontwikkeling van de gemeente Nijmegen t.a.v. dhr. A.E. Kutschenreuter. 9.3. Het ROC stelt de gemeente op verzoek gegevens op naam ter beschikking conform de privacy wetgeving. Het gaat om informatie betreffende aanmeld- en intakegegevens, tussentijdse vorderingen, eindresultaten en uitstroomgegevens. 9.4. Het ROC draagt zorg voor een financiële verslaglegging. Deze verslaglegging is opgesteld in DPO’s. Zij levert hiertoe een financiële verantwoording met accountantsverklaring aan bij de gemeente vóór 1 mei 2012.

Aldus overeengekomen op ……. . te Nijmegen

Gemeente Nijmegen

ROC Nijmegen

namens deze Dhr. H. Beerten Wethouder Educatie

namens deze drs. J.C.J.M. Berben Voorzitter College van Bestuur

1


Bijlage 5: Productovereenkomst 2011, Intakeprocedure en werkwijze: Intakeprocedure Tijdens de intakeprocedure wordt vastgesteld of de kandidaat voldoet aan de toelatingscriteria van de WEB. De intakeprocedure wordt aangepast aan het doel en de aard van de cursus. Iedere intakeprocedure resulteert in een trajectplan voor de kandidaat en indien van toepassing voor de opdrachtgever. Het trajectplan fungeert als persoonlijk activiteitenplan. De startsituatie en het doelperspectief staan gerelateerd aan de participatieladder beschreven. Ook de te volgen educatieve cursussen en de planning, duur en intensiteit hiervan staan in het trajectplan. Maatwerk voor de individuele kandidaat staat bij de organisatie van alle trajecten voorop. Dit houdt in dat elke kandidaat zo effectief mogelijk leert wat hij nodig heeft op een manier, in een tempo, op een tijdstip en een plaats die het beste bij hem of haar past. Alle kandidaten worden ingeschreven via een aanmeldingsformulier van ROC Nijmegen. Met alle kandidaten wordt een Onderwijsovereenkomst afgesloten. Met de kandidaten die deelnemen aan een cursus basisvaardigheid met een duur van 6 weken wordt geen Onderwijsovereenkomst afgesloten. Werkwijze Portfolio en voortgang. Deelnemers met een traject van langere duur werken met een persoonlijk portfolio dat de kandidaat zelf beheert. Alle activiteiten en hun resultaten worden hierin vermeld. Ieder portfolio start met het trajectplan. De vorderingen van de VAVO leerlingen worden in beeld gebracht door de cijferlijsten die 4 keer per jaar uitgereikt worden. Trajectbegeleiding Bij de start van zijn traject krijgt de kandidaat een docent als mentor toegewezen. De mentor begeleidt en bewaakt de leervoortgang van de kandidaat. Bij ongeoorloofde afwezigheid neemt de mentor contact op met de kandidaat om de reden van afwezigheid te achterhalen. Met uitzondering van de VAVO leerlingen krijgen kandidaten die een langduriger traject volgen naast een mentor ook een trajectbegeleider toegewezen. Deze trajectbegeleider begeleidt de kandidaat bij problemen van persoonlijke aard en bij ernstige leerstagnatie. De trajectbegeleider is ook degene die de contacten onderhoudt met de opdrachtgever over de deelnemers die in opdracht van de gemeente een educatieve activiteit volgen. De VAVO leerlingen worden bij problemen van persoonlijke aard en bij ernstige leerstagnatie begeleidt door de zorgcoördinator.

Aanwezigheidsregistratie Van alle kandidaten vindt een aanwezigheidsregistratie plaats.

1


Bijlage 6: Productovereenkomst 2011: Producten Educatie ROC Nijmegen Op verzoek van de gemeente Nijmegen zal de opdrachtnemer ROC Nijmegen gedurende de looptijd van deze subsidieovereenkomst de volgende educatieve activiteiten verzorgen: Educatieve categorieën A. Basisvaardigheden B. VAVO

C. Staatsexamen NTI en II

A. Basisvaardigheden Basisvaardigheden zijn er op gericht om de vaardigheden en kennis van deelnemers te vergroten zodat deelnemers daarmee hun zelfstandig functioneren in gangbare dagelijkse leef – en werksituaties kunnen verbeteren en/of aansluiting vinden bij een basisberoepsopleiding. Het gaat hierbij om vaardigheden op het gebied van taal, rekenen, digitale vaardigheden, sociale vaardigheden of (basis)Engels zoals verwoordt in de Wet Educatie Beroepsonderwijs onder artikel 7.3.1, eerste lid als opleidingen ten behoeve van breed maatschappelijk functioneren en sociale redzaamheid. Doelgroep: Mensen die de bovengenoemde vaardigheden onvoldoende beheersen om effectief te kunnen handelen in persoonlijke en maatschappelijke situaties en in situaties van studie en werk. De doelgroep die onder de WI regeling valt (inburgeringsplichtige en- behoeftige kandidaten van A1 tot en met staatexamen I en II) vallen niet onder de subsidieovereenkomst Educatie 2010 -2012. Doelperspectief: Maatschappelijke participatie en/ of arbeidsparticipatie. Productkaders  In de genoemde producten is sprake van contextgebonden taalontwikkeling.  De korte cursussen basisvaardigheden (bijvoorbeeld: Computervaardigheden of Grip op de knip) onder het cluster laaggeletterdheid worden aangeboden met een dubbel doel . Ze steken in op de eerste leervraag van de doelgroep (bijvoorbeeld:” Hoe werkt mijn computer?”) en werken ook tegelijk aan Nederlands (dus aan de doelstelling “ bestrijden van laaggeletterdheid”). Hierdoor worden doelgroepen bereikt die met een aanbod Nederlandse taal in eerste instantie niet bereikt worden.  Alle producten zijn duaal d.w.z. leeractiviteiten vinden zowel in een onderwijsleeromgeving plaats als in de reële leef- of werkomgeving  Alle producten kennen wervings-, ontwikkelen uitvoeringscomponenten  Producten worden waar mogelijk als aparte én geïntegreerde onderwijseenheden (modulen) aangeboden  Producten zijn stapelbaar en naast elkaar te volgen  De producten kennen een aantoonbaar resultaat in kennis- en vaardighedenontwikkeling en participatiegroei  Uitvoering vindt dichtbij de leef- en werkwereld van de deelnemers plaats.  In overleg met uw gemeente is bepaald voor welk cursusaanbod gekozen is in deze productovereenkomst.

1


A 1. Cluster alfabetisering anderstaligen Onder het cluster alfabetisering anderstaligen vallen Nt2 Alfabetiseringstrajecten voor Inburgeringsplichtigen en Inburgeringsbehoeftigen die (functioneel) analfabeet zijn. Na te streven resultaten: -Verhoging taalniveau tot A 1 op alle onderdelen t.b.v. instroom WI of vervolgtraject NT2 en Kennis van de Nederlandse samenleving en Sociale vaardigheden. -Verbetering maatschappelijke participatie Duur en intensiteit: 3 tot 4 dagdelen per week, maximaal 2,5 jaar voor deelnemers die geen onderwijs in eigen land gehad hebben. Trajecten van deelnemers die binnen één tot anderhalf jaar onvoldoende progressie laten zien zullen in maximaal anderhalf jaar beëindigd worden. Groepsgrootte: De groepsgrootte varieert van 10 tot 13 personen Werving:De analfabete inburgeraars worden door de gemeente aangeleverd. Daarnaast kent dit traject zelfmelders als resultaat van de werving door het ROC. Deze zelfmelders worden door het ROC doorverwezen naar de gemeente. Product Modules Prijs Prognose budget Prognose aantal bereikte kandidaten in 2011 Alfabetiseringscursus anderstaligen

Lezen “op weg naar A1” Lezen A1

De direct productieve uren (DPO’s) worden in rekening gebracht.

Dezelfde indeling voor de andere vaardigheden: Schrijven Luisteren Spreken Gesprekken voeren

Definitie en inhoud DPO staat in productovereenkomst Per dagdeel van 3 uur per kandidaat

Doorlopende trajecten 2010 € 202.713,00

Nieuwe instroom 2011 65.545,27 €

95 kandidaten Deze prognose is bij benadering. Ieder kwartaal kan deze prognose aan de actuele situatie aangepast worden.

Kennis van de Nederlands samenleving Modules Van A0 – A1 worden geïntegreerd aangeboden in groepen van 8 tot 12 personen.

2


A.2. Cluster Plustrajecten Anderstaligen Onder het cluster plustrajecten vallen de NT2 trajecten voor de niveaus A1/A2/B1 en hoger. Deelnemers zijn ingeburgerden die het Inburgeringsniveau (A1/A2) hebben gehaald en allochtone zelfmelders die niet onder de Inburgering vallen. Zij kunnen vanaf A1 deelnemen. Rekenen, digitale vaardigheden, Kennis van de Nederlandse samenleving en Sociale vaardigheden maken integraal onderdeel uit van deze trajecten. Daarnaast kunnen allochtonen vanaf taalniveau Op weg naar B1 deelnemen aan de producten in cluster A3. Na te streven resultaten: -Verhoging basisvaardigheden t.b.v. toeleiding vervolgopleiding of werk. (trede 5 en 6 participatieladder) -Versterking basisvaardigheden ten behoeve van behoud en verbetering maatschappelijke participatie (trede 2, 3,4) Duur en intensiteit: 2 tot 4 dagdelen per week , maximaal 1 jaar. Groepsgrootte: De groepsgrootte varieert van 12 tot 16 personen Werving:De kandidaten worden deels door de gemeente aangeleverd. Daarnaast zal het ROC zelfmelders voordragen aan de gemeente. Product Modules Prijs Prognose budget Prognose aantal bereikte kandidaten in 2011 Nederlands niveauverhoging/niveauversterking en maatschappelijke activering

Onderverdeling in Module “op weg naar bijv. A2 ” en in module A2 Lezen Schrijven Luisteren Spreken Gesprekken voeren Kennis van de Nederlandse Samenleving (KNS) Examentraining Oriëntatie op vrijetijdsbesteding, vrijwilligerswerk, beroepsopleidingen en werk Modules op niveau A2/B1 worden geïntegreerd aangeboden in groepen van 12 tot 16 personen



Definitie en inhoud DPO staat in productovereenkomst

Nieuwe instroom 2011: € 14.700,- Zie toelichting bij kolom prognose aantal bereikte kandidaten.

Per dagdeel van 3 uur per kandidaat

18 kandidaten Bij afsluiting van deze productovereenkomst is afgesproken om in 2011 de nieuwe plustrajecten (en waar mogelijk reeds gestarte plustrajecten) zoveel mogelijk te financieren met inburgeringsbudget. Het bereikte aantal deelnemers betreft derhalve enkel doorlopende trajecten en geen nieuwe instroom. Deze prognose is bij

3


benadering. Ieder kwartaal kan deze prognose aan de actuele situatie aangepast worden.

A.3. Cluster laaggeletterdheid: De producten onder dit cluster worden met name bezocht door autochtonen maar ook door allochtonen NA hun alfabetiserings- of naast hun plustraject (de goed ingeburgerde allochtoon). Na te streven resultaten:Tijdens alle producten wordt gewerkt aan laaggeletterdheid en het daarmee verbonden maatschappelijk functioneren. De korte cursussen basisvaardigheden hebben een activerende doelstelling omdat mensen nog steeds moeilijk te werven zijn op hun laaggeletterdheid. Daarnaast vormen de daar geleerde vaardigheden een voorwaarde om actief te participeren in de samenleving. Alle producten zijn laagdrempelig in duur, kosten en uitvoeringslocatie. In de bijlage staat een overzicht van de korte cursussen basisvaardigheden. Samen met uw gemeente wordt hieruit een keuze aangeboden. Duur en intensiteit cursus Nederlands/rekenen: 1 tot 3 dagdelen per week. De maximale cursusduur van deelnemers die starten als (semi) analfabeet en door omstandigheden (bijv. werk) slechts 1 dagdeel per week cursus volgt is 5 jaar. De maximale cursusduur van deelnemers die starten vanaf niveau 2 is 3 jaar. In verband met het lopende ESF project zal de maximale trajectduur ingaan na mei 2012. Duur en intensiteit korte cursussen basisvaardigheden: 6 tot 16 weken met 1 bijeenkomst per week. Groepsgrootte: De groepsgrootte varieert van 8 tot 16 personen Werving:De kandidaten worden actief geworven door een intensief, gevarieerd en actief acquisitiebeleid van het ROC

Product

Modules

Prijs

Prognose budget (Totaal Nederlands/rekenen en korte cursussen)

Nederlands/ Rekenen

Lezen Schrijven Luisteren Spreken Gesprekken voeren



Rekenen : Optellen Aftrekken etc

Definitie en inhoud DPO staat in productovereenkomst Per dagdeel van 3 uur per kandidaat

Prognose Aantal te bereiken kandidaten in 2011. (Totaal Nederlands/rekenen en korte cursussen) 482 kandidaten

Nieuwe instroom 2011 € 128.619,21

Modules Nederlands

4


Van A0 – A2 worden geïntegreerd aangeboden in groepen van 8 tot 16 personen Korte cursussen basisvaardigheden (zie bijlage met overzicht korte cursussen basisvaardigheden) Uw gemeente ontvangt begin 2011 het cursusplan voor de eerste helft en medio 2011 het cursusplan voor de tweede helft 2011. Ook over de realisatie van de cursusplannen wordt uw gemeente halverwege en op het eind van 2011 geinformeerd.

Producten worden aangeboden in groepen van 8 tot 16 personen

De direct productieve uren (DPO’s) worden in rekening gebracht. . Definitie en inhoud DPO staat in productovereenkomst Per dagdeel van 3 uur per kandidaat . De meeste korte cursussen basisvaardigheden zijn 3 uur per week en duren tussen de 6 en 16 bijeenkomsten

5


B. VAVO Onder VAVO wordt verstaan Opleidingen voortgezet algemeen volwassenenonderwijs, gericht op het behalen van een diploma of onderdelen van dat diploma, te weten VMBO-t, HAVO en VWO, als bedoeld in artikel 7.3.1, eerste lid, onderdeel a, van de Wet educatie en beroepsonderwijs; Vavodiploma: diploma voor een door de desbetreffende gemeente ingekocht traject vavo, behaald door een volwassen inwoner Doelgroep: Niet-Rutte leerlingen; risicoleerlingen en profiel verbeteraars Na te streven resultaten: behalen van diploma, startkwalificatie, certificaten, doorstroom naar vervolgopleiding of werk. Duur en intensiteit: 1 jaar, variabele intensiteit afhankelijk van vakkenpakket Groepsgrootte: De groepsgrootte is gemiddeld 24 personen Werving:Dit traject kent zelfmelders als resultaat van de reguliere PR-activiteiten van ROC Nijmegen Prognose budget Prognose Product Modules Prijs aantal bereikte kandidaten in 2011 VMBO-t

Vakken

Variabel

HAVO

Variabel

VWO

Variabel

(Niet-Rutte gelden) € € 183.896,64

110 kandidaten

C. Staatsexamen NTI en II Met staatsexamen wordt bedoeld: De opleidingen Nederlands als tweede taal I en II, niveaus B1 en B2 van het Raamwerk NT2, die opleiden voor het niveau van het diploma Nederlands als tweede taal, bedoeld in het Staatsexamenbesluit Nederlands als tweede taal, bedoeld in artikel 7.3.1., eerste lid, onderdeel c, van de Wet educatie en beroepsonderwijs. Staatsexamen NT2 I:. De opleiding Nederlands als tweede taal I is gericht op de beheersing van de Nederlandse taal met het oog op het volgen van opleidingen of de uitoefening van functies op het niveau van een vakopleiding (MBO niveau 3) door hen voor wie het Nederlands niet de moedertaal is en die ten minste het niveau van het primair onderwijs hebben bereikt. Staatsexamen NT2 II:. De opleiding Nederlands als tweede taal II is gericht op de beheersing van de Nederlandse taal met het oog op het volgen van opleidingen in het hoger onderwijs en de uitoefening van hogere functies door hen voor wie het Nederlands niet de moedertaal is en die wat betreft vooropleiding of werkervaring functioneren op ten minste het niveau van het middenkader. Resultaat: - Certificaten staatsexamen NT2 I of II lezen, schrijven, luisteren en spreken: Zowel Staatsexamen NT 2 I als II bestaan uit vier onderdelen, te weten lezen, schrijven, luisteren en spreken. Voor elk onderdeel dat succesvol wordt afgelegd kan de kandidaat een certificaat ontvangen. Bij de outputverdeelmaatstaven voor educatie gaat het om deze certificaten. Staatsexamen NT2 I wordt gevolgd door kandidaten met beginniveau A2 en wordt afgerond op niveau B1 Staatsexamen NT2 II wordt gevolgd door kandidaten met beginniveau A2 en wordt afgerond op niveau B2

6


Duur en intensiteit:Staatsexamen NT2 I: 22 weken, 4 dagdelen per week, Staatsexamen NT2 II: 40 weken, 4 dagdelen per week Groepsgrootte: De groepsgrootte varieert van 12 tot 16 personen Werving:De kandidaten worden aangeleverd door de gemeente. Dit traject kent daarnaast zelfmelders als resultaat van de werving door het ROC. Deze zelfmelders zullen door het ROC aan de gemeente worden voorgedragen. Product Modules Prijs Prognose budget Prognose aantal bereikte kandidaten in 2011 Staatsexamen NT2 I

lezen, schrijven, luisteren en spreken van A2 naar B1

Staatsexamen NT2 II

lezen, schrijven, luisteren en spreken van A2 naar B2

Doorlopende trajecten 2010 € 39.328,38 Nieuwe instroom 2011 € 11.705,-

Geplande productie 2011 Totaal Rijksbijdrage 2011

30 kandidaten Bij afsluiting van deze productovereenkomst is afgesproken om in 2011 de nieuwe staatsexamentrajecten zoveel mogelijk te financieren met inburgeringsbudget. Het bereikte aantal deelnemers betreft derhalve enkel doorlopende trajecten en geen nieuwe instroom.

€ 1.028.010,00 € 1.028.010,00

7


Bijlage 7: Aanbod korte cursussen basisvaardigheden onder cluster laaggeletterdheid Nederlandse taal en Rekenen –opfriscursus Nederlandse taal in de dagelijkse praktijk

Voor mensen die hun kennis van de Nederlandse taal en rekenen willen opfrissen Voor allochtonen die zich beter willen leren redden in de Nederlandse taal in het dagelijks leven (onder niveau A2); NT2 2 dagdelen, kennis van de Nederlandse samenleving, activering, leerstage

Creatief schrijven

U leert de Nederlandse taal creatief en speels te gebruiken

Spelling en grammatica

Voor mensen die hun kennis over spelling en grammatica willen opfrissen

Gemier met het formulier

U leert om formulieren in te vullen

Klim in de pen

U leert om klachtenbrieven en andere formele brieven te schrijven.

Opfrissen Nederlands

Cursus op maat rond deelvaardigheid Nederlands

Je kind helpen met taal

U ontdekt hoe uw kind de taal leert en frist uw eigen taalkennis op

Letterpret

U leert uw kind helpen op school met het leren van Nederlands, opfrissen taalkennis

Taal opfris cursus voor ouders

Voor ouders open wijk school/ Bredeschool die hun taalkennis willen opfrissen.

Levensverhalen schrijven

Schrijf uw eigen levensverhaal, zodat het niet vergeten wordt of om het te verwerken

Lekker lezen

U leert hoe u voorlezen aan kinderen leuker maakt en u ontdekt nieuwe boeken

Leren solliciteren

Leren solliciteren: van sollicitatiebrief tot sollicitatiegesprek

Je kind helpen met rekenen

U ontdekt hoe uw kind leert rekenen en frist uw eigen rekenvaardigheid op

8


Administratie thuis

U leert hoe u uw eigen administratie gemakkelijk kunt bijhouden en afhandelen

Grip op de knip

U leert beter uit te komen met uw inkomen en krijgt handige geldtips

Rekenblad (Excel)

Een cursus voor vrijwilligers die willen leren omgaan met het programma Excel

Engels

Een basiscursus gericht op spreken voor mensen die nog nooit Engels hebben gehad

Kennismaken met de computer

Een basiscursus voor mensen die niets of weinig met de computer hebben gedaan

Thuis op de computer

Een basiscursus waarin u in een rustig tempo allerlei zaken leert die u thuis op de computer kunt toepassen

Tekstverwerken

Een vervolgcursus; u ontdekt meer mogelijkheden van het programma Word

Kennismaken met de wereld op internet

Een vervolgcursus waarin u op internet informatie leert opzoeken over allerlei onderwerpen

Verder met e-mailen

Een vervolgcursus; u ontdekt alle mogelijkheden van de elektronische post

Taal op de computer

U verbetert uw taalkennis met de computer als hulpmiddel

Computer en taal

Een basiscursus. U leert hoe de computer werkt en u frist uw taal op

Taal en tekstverwerken

U leert de mogelijkheden leren van het tekstverwerkingsprogramma Word én u frist daarbij uw taalkennis op (voorwaarde: aanwezig basisvaardigheden omgaan computer

Omgaan met de mobiele telefoon

U leert de belangrijkste functies van een mobiele telefoon te gebruiken

Omgaan met een digitale camera

U leert de belangrijkste knoppen van een digitale camera te gebruiken

Mijn kind en de computer

Voor ouders van kinderen van 10-14 jaar. U leert meer over de positieve en negatieve kanten van computergebruik door uw kind

9


Erbij blijven

Vergroten van de algemene kennis, basiskennis Engels, gebruik van de computer en andere moderne apparaten

Omgaan met apparaten

Leren omgaan met moderne televisie- en videoapparatuur, telefoon, fax en gebruiksaanwijzingen

Conflict hanteren

Een cursus waarin u leert om te gaan met conflicten in allerlei situaties

Opkomen voor jezelf

U leert achter uw mening te blijven staan, ook als u moeilijk “nee” kunt zeggen

Kijken naar kunst

U gaat op een speelse manier meer van kunst begrijpen en ervan genieten

Studievaardigheden

U krijgt extra begeleiding bij het volgen van een cursus of bij leerproblemen

Talentencarrousel

U organiseert samen bijeenkomsten waarbij anderen hun talenten laten zien en u ontdekt uw eigen talenten

Kleding maken, handvaardigheid

U anderstalige vrouw leert kledingstukken maken; er wordt Nederlands gesproken

Geheugentraining

Een cursus voor ouderen die willen leren om allerlei zaken beter te onthouden

Zin in ouder worden

U verdiept zich in vragen over hoe u zinvol en vol zin ouder kunt worden.

Vriendschapscursus

U leert hoe u gemakkelijker nieuwe vriendschappen kunt sluiten en onderhouden

Alleen verder kan ook samen

Voor alleenstaande mannen en vrouwen die nieuwe contacten willen opbouwen

Studiekring voor senioren

Een training om te leren zelfstandig als studiekring verder te gaan.

Peuters: lief en soms lastig

U bespreekt allerlei vragen over de opvoeding van uw peuter (2-5 jaar)

Tussen peuter en puber

Voor ouders die meer willen weten over de ontwikkeling van hun kind (4-12 jaar)

1


Ouderbetrokkenheid

Voor ouders die actief betrokken willen zijn bij het leerproces van hun kind

Klankbordgroep voor ouders

U ontdekt en bespreekt de wensen van ouders op de school van uw kind

Opvoeden voor anderstaligen

Een cursus waarin allerlei vragen over opvoeding van kinderen aan bod komen

Jezelf presenteren

Een cursus waarin u leert u van uw beste kant te laten zien

Op stap naar (vrijwilligers)werk

U ontdekt uw eigen kwaliteiten en wensen, om de stap te zetten naar (vrijwilligers)werk

Vaardig als vrijwilliger

Een cursus waarin u vaardigheden opdoet die u nodig hebt voor vrijwilligerswerk

Training werkgroep

Trainen van vaardigheden die een bestaande werkgroep nodig heeft (buurtparticipatie, ouderparticipatie, activiteitenorganisatie)

Op ontdekkingsreis in je eigen woonplaats

U ontdekt wat er in uw eigen woonplaats te beleven valt en hoe u daarin actief kunt worden

Vergaderen

Leren hoe een vergadering verloopt en wat uw eigen inbreng kan zijn

Vergaderen en notuleren

U leert hoe een vergadering in zijn werk gaat en hoe een verslag wordt gemaakt

Communicatie op de werkvloer

Welke middelen kunt u gebruiken zodat de communicatie op het werk beter verloopt?

Examentraining voor anderstaligen

Voorbereiding op Inburgeringsexamen of Staatsexamen

Kennis van de wereld voor anderstaligen

Oriëntatie op maatschappelijke participatie

Training volgen leerstage

Leren van vaardigheden om met succes een leerstage te volgen

Opleiding tot ambassadeur

Leren om het eigen verhaal als laaggeletterde te presenteren

1


Training tot mentor

Cursisten krijgen vaardigheden getraind om medecursisten te begeleiden

Computercursus allochtonen

Leren omgaan met de computer voor allochtonen (met Nederlands onder niveau B1)

Engels voor allochtonen

Basiscommunicatie Engels en Engels in het Nederlands voor allochtonen (met Nederlands onder niveau B1)

EHBO met je kind

Voor ouders die eerste hulp bij hun kind willen kunnen toepassen.

1


Alleen ter besluitvorming door het College Actief informeren van de Raad. Collegevoorstel Openbaar

Recommend Documents