Conceptversie d.d. 3 januari 2011
Afvalstoffenbeleidsplan Gemeente Noordenveld 2011-2014 Concept
“Continuering van beleid: voortzetting van de ingezette lijn”
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
1
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
Inhoudsopgave Bladzijde Samenvatting en Conclusie
4
Inleiding
10
Hoofdstuk 1: Beleidskaders 1.1 Hoofdlijnen afvalwetgeving en –beleid, het wettelijk kader 1.1.1 Algemeen 1.1.2 Europese afvalwetgeving en –beleid 1.1.3 Nederlandse afvalwetgeving en –beleid 1.2 Ontwikkelingen in het wettelijk kader
11 11 11 11 11 14
Hoofdstuk 2: Evaluatie afvalstoffenbeleid gemeente Noordenveld 2005-2008 2.1 Afvalstoffenbeleid, aanvullende notities 2.2 Evaluatie gemeentelijk afvalstoffenplan 2005-2008
17 17 17
2.3 Evaluatie per afvalstroom
18
Hoofdstuk 3: Uitgangspunten afvalbeleid 3.1 Uitgangspunten beleid 3.1.1 Bestuursakkoord 3.1.2 Milieubeleidsplan 3.2 Ambitie
20 20 20 20 20
3.3 Duurzaamheid 3.4 Doelen
21 21
Hoofdstuk 4: Afvalpreventie 4.1 Algemeen 4.2 Doelstelling 4.3 Bereiken doelstellingen 4.4 Financiële consequenties
22 22 22 23 24
Hoofdstuk 5: Afvalscheiding 5.1 Algemeen 5.2 Doelstelling 5.3 Bereiken doelstelling 5.4 Financiële consequenties
25 25 25 26 29
Hoofdstuk 6: Dienstverlening c.q. service voor de inwoners 6.1 Algemeen 6.2 Doelstelling 6.3 Bereiken doelstelling 6.3.1 Haalsysteem 6.3.2 Brengsysteem 6.4 Financiële consequenties
30 30 30 31 31 36 37
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
2
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
Bladzijde Hoofdstuk 7: Kwaliteit van de leefomgeving 7.1 Algemeen
38 38
7.2 Doelstelling 7.3 Bereiken doelstellingen 7.4 Financiële consequenties
38 39 41
Hoofdstuk 8: Efficiëntie logistiek 8.1 Algemeen 8.2 Doelstelling 8.3 Bereiken doelstelling 8.4 Financiële consequenties
42 42 42 42 43
Hoofdstuk 9: Communicatie 9.1 Algemeen 9.2 Doelstelling 9.3 Bereiken doelstelling
44 44 44 45
9.4 Financiële consequenties
46
Hoofdstuk 10: Afvalbeheerskosten (afvalstoffenheffing) 10.1 Algemeen 10.1.1 De kosten voor afvalbeheer 10.1.2 Invloed op de afvalstoffenheffing? 10.1.3 Afvalstoffenheffing gemeente Noordenveld en Drentse gemeenten
47 47 47 48 48
10.2 Doelstelling 10.3 Bereiken doelstelling 10.4 Financiële consequenties
48 49 50
Begroting Planning
51 52
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
3
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
Samenvatting De beleidskaders voor afvalstoffenbeleid worden bepaald door Europese afvalwetgeving en – beleid. Hierin zijn het vrije verkeer van goederen, de bescherming van het milieu, het beginsel ‘de vervuiler betaalt’ en de producentenverantwoordelijkheid belangrijke elementen. In de Nederlandse afvalwetgeving en –beleid komt dat tot uitdrukking in de Wet Milieubeheer en het Landelijk Afvalbeheerplan, waarin de voorkeursvolgorde voor afvalbeheer is opgenomen. Speerpunt in LAP-1 was het verminderen van de hoeveelheid afval vóór storten en verbranden. LAP-2 zet vooral in op het ‘keten-denken’. In LAP-2 wordt de in LAP-1 ingezette lijn voortgezet. Doelstelling is 60% (gewichtsprocent) nuttige toepassing in 2015, waarbij de bronscheiding van de in LAP-2 genoemde fracties uitgangspunt van beleid blijft. Belangrijkste ontwikkeling binnen het wettelijk kader is de Raamovereenkomst voor verpakkingsafval en het Addendum hierop, waarin is afgesproken dat gemeenten de producentenverplichting tot gescheiden inzameling van verpakkingsmateriaal uit huishoudens op zich nemen en tevens zorg dragen voor de uitvoering hiervan. Een terugblik op het gemeentelijk afvalstoffenplan 2005-2008 maakt duidelijk dat hier over het algemeen positieve resultaten zijn behaald. Dit blijkt uit het bewonersonderzoek naar de afvalstoffenprocedures en diverse jaarverslagen betreffende de afvalcijfers in Noordenveld. Met het oog op de behaalde resultaten en het feit dat de tevredenheid over de inzameling van het huisvuil hoog is, zou de gemeente Noordenveld moeten doorgaan op de ingeslagen weg en de ontwikkelingen op het gebied van de producentenverantwoordelijkheid nauwgezet moeten blijven volgen. Uit de evaluatie per deelstroom kan worden geconcludeerd dat het systeem van gescheiden inzamelen van huishoudelijk afval in de gemeente Noordenveld goed werkt. Met dit systeem zijn er in Noordenveld in de periode 2005-2008 binnen de gestelde kaders maximale resultaten behaald op het gebied van de gescheiden inzameling. De uitgangspunten voor gemeentelijk beleid op het gebied van inzameling van huishoudelijk afval zijn naast de eerder geschetste wettelijke kaders gelegen in het bestuursakkoord en het milieubeleidsplan van de gemeente Noordenveld. Hieruit is de ambitie voor het nieuwe plan geformuleerd. Dit is een continuering van het vorige afvalstoffenplan ofwel een voortzetting van de maximale scheiding van de in het Landelijk Afvalbeheerplan onderscheiden fracties tegen minimale kosten bij een gelijkblijvend niveau van dienstverlening en klanttevredenheid. De gemeente Noordenveld zet daarbij in op een hoger milieurendement door een verbeterde scheiding van de afvalstromen en door de inzet van moderne inzamelsystemen. Daarnaast is het serviceniveau voor inwoners hoog, het straatbeeld schoon en zijn de kosten zo laag mogelijk. Als de ambitie wordt omgezet in doelen, streeft de gemeente Noordenveld naar een goede zorg voor afvalpreventie evenals een goede zorg voor afvalscheiding, dienstverlening, kwaliteit van de leefomgeving, efficiënte logistiek, communicatie en afvalbeheerskosten. De gemeente Noordenveld wil de hoeveelheid afval beperken dan wel terugdringen met 200 ton. Dat is ±1% ten opzichte van de totale hoeveelheid afval van 20.181 ton in 2009. Om dit te bereiken zet de gemeente Noordenveld in op het zelf (meer) composteren, het beperken van de hoeveelheid papier aan de bron en het actief verwijzen naar de kringloopwinkels voor herbruikbare goederen. Daarnaast wil de gemeente Noordenveld via voorlichting de huishoudens bewust maken van het feit dat met het kopen op maat en het minder weggooien van voedsel er afval kan worden voorkomen en geld kan worden bespaard.
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
4
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
Het uitgangspunt van beleid in de gemeente Noordenveld is gescheiden inzameling van de in het LAP genoemde afvalstoffen. Hieraan is de deelstroom kunststof verpakkingsafval toegevoegd. Met dat uitgangspunt wordt hier bedoeld: scheiding aan de bron. Op het moment van opstellen van dit plan is mechanische nascheiding van kunststof verpakkingsafval uit integraal ingezameld huishoudelijk afval niet aan de orde evenmin als een vergoeding voor het nascheiden van kunststofverpakkingen. Bij de evaluatie in 2012 zal deze optie opnieuw in overweging worden genomen. De gemeente Noordenveld wil bij het scheiden van de diverse herbruikbare componenten uit huishoudelijke afvalstoffen voldoen aan de norm van 60%. Daarvoor moet de gemeente Noordenveld een verbetering van de afvalscheiding van 3,75% (gewicht%) op de totale hoeveelheid huishoudelijk afval van 2009 zien te behalen. Het restant, ofwel de hoeveelheid restafval moet op verantwoorde wijze worden afgevoerd. De gemeente Noordenveld kan het afvalscheidingsgedrag van burgers beïnvloeden via het aanbieden van inzamelvoorzieningen, dienstverlening, communicatie en handhaving. Voorgesteld wordt om op het Brengstation een ‘vrij forfait’ van 100 kilogram grofvuil in te voeren. Boven dit ‘vrij forfait’ zullen kosten in rekening worden gebracht door een aangepast tarief. Het tarief voor het ophalen van grofvuil per kubieke meter bij de burger aan huis zal in overeenstemming hiermee worden aangepast. De gemeente Noordenveld streeft ernaar om de tevredenheid van de burgers over de dienstverlening betreffende de afvalinzameling op een zelfde niveau te houden als in 2006. Hiervoor volgt de gemeente inzamelmethoden zoals die zijn voorgeschreven volgens de Meest Geëigende Methode (MGM) en de prestatie-indicatoren voor dienstverlening, zoals weergegeven in de Gemeentelijke Afvalmonitor. Hierop heeft de gemeente haar afvalinzameling ingericht. Deze is onderverdeeld in een haal- en een brengsysteem. Dit systeem moet wel passen binnen de ambitie en de doelstellingen die de gemeente zich heeft voorgenomen. De dienstverlening moet daarom worden voortgezet, zoals die momenteel plaatsvindt. Dit betekent dat voor de hoogbouw en recreatiewoningen de vrijstelling van de inzamelplicht voor het afzonderlijk inzamelen van GFT moet worden gecontinueerd. Verder dient voor de inzameling van afval ‘nabij elk perceel’ als criterium de dichtstbijzijnde ontsluitingsweg c.q. doorgaande weg naar winkels of werk te worden gehanteerd. De gemeente streeft er tevens naar om de tevredenheid over de afhandeling van klachten en/of meldingen betreffende de afvalinzameling op een zelfde niveau te houden als in 2006. Indien het incidenten betreft is een heldere aanpak op basis van omschrijving, kernoorzaak en oplossing onontbeerlijk evenals een correcte en tijdige nazorg. Dit kan de gemeente veelal zelf afdoen door klachten goed af te handelen. Indien het structurele klachten betreft, zoals kapotte containers, dient de leverancier hierop te worden aangesproken. Aanvullend hierop wordt een goede voorlichting over de aanbiedregels noodzakelijk geacht om het aantal klachten/meldingen te doen verminderen. Teneinde vast te stellen of de doelstellingen hiervoor gehaald zijn, moet er in 2014 een bewonersonderzoek worden gehouden. De gemeente Noordenveld streeft naar een goede kwaliteit van de leefomgeving ofwel een schoon straatbeeld. Dat begint bij opvoeding van jonge burgers, juiste voorzieningen op de juiste locaties, geschikte inzamelvoorzieningen die passen in de omgeving en illegale bijplaatsing tegengaan evenals toezicht hierop. Dit is te realiseren door het geven van voorlichting op basisscholen met het lespakket “Plastic Power”. Verder moeten de middelbare scholen worden voorgelicht over het voorkomen van zwerfafval. Dit is opgenomen in het
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
5
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
zwerfafvalproject ‘Let’s bash the trash, the battle against rotzooi’, waarvoor de schoonheidsgraad rondom de middelbare scholen in Noordenveld zal worden gemonitoord. Verder dienen alle nog resterende bovengrondse afvalcontainers bij recreatiewoningen door ondergrondse containers te worden vervangen. Dit voorkomt een rommelige aanblik. De vervanging is onder meer afhankelijk van de uitkomst van het proefexperiment voor ondergrondse afvalinzameling in recreatiegebied de Oosterduinen en uiteraard van de beschikbaarheid van de hiervoor benodigde financiële middelen. Voor controle op en het behoud van de kwaliteit van de leefomgeving is de inzet van de vakgroep Handhaving benodigd. Deze vakgroep gaat bij overtreding handhavend optreden dan wel verbaliseren. De gemeente streeft naar een efficiënte logistiek. De zorg voor een efficiënte logistiek kan worden ingevuld door het huidige moderne containerafzetsysteem in combinatie met de inzet van het inzamelvoertuig voor oud papier te continueren. Hiermee blijft het aantal te rijden kilometers en het daarmee gepaard gaande brandstofverbruik gelijk aan of kleiner dan het aantal gereden kilometers in 2009. De inzamelauto voor oud papier moet naar verwachting worden vervangen. Naast het gebruik van modern inzamelmaterieel kan het totaal aantal te rijden kilometers worden gereduceerd door de inzamelvoertuigen breder inzetbaar te maken. Een investering in de te vervangen inzamelauto voor oud papier is afhankelijk gesteld van de ontwikkelingen in het Verpakkingenakkoord en de evaluatie van de broninzameling van kunststofverpakkingen, waarover in 2012 meer bekend zal zijn. De gemeente wil de burgers c.q. huishoudens zo goed mogelijk informeren over afvalpreventie en afvalscheiding om hiermee het gedrag positief te beïnvloeden. Om het milieubewustzijn bij de huishoudens te verhogen met als doel het afvalscheidingsgedrag te verbeteren en de bewoners blijvend te betrekken bij de afvalinzameling is het noodzakelijk structureel voorlichting te organiseren en hiervoor budget vrij te maken. De structurele voorlichting dient vastgelegd te worden in een communicatiekalender, waarin de diverse thema’s worden benoemd. Voorts dienen de thema’s via een afvalbrochure bij alle huishoudens te worden aangeboden. Aanbieding hiervan kan tegelijk plaatsvinden met de distributie van de afvalkalender, zodat hiervoor geen extra kosten hoeven te worden gemaakt. De gemeente streeft ernaar om de afvalbeheerskosten laag te houden. Doelstelling is om het tarief voor de afvalstoffenheffing onder het gemiddelde van Nederlandse gemeenten te houden. Ten tweede stelt de gemeente Noordenveld zich ten doel om het tarief onder het gemiddelde van de Drentse gemeenten te houden. Ten derde wil de gemeente de kostendekkendheid van de kosten op het Brengstation naar 75% brengen, dit is nu circa 50%. De bedoeling is om de komende jaren alleen de trendmatige verhoging door te voeren, tenzij zich tussentijds onverwachte gebeurtenissen, dan wel beleidswijzigingen voordoen. Om de afvalbeheerskosten laag te houden gaat de gemeente zorgen voor inzamel- en verwerkingscontracten die passen binnen de ambitie van de gemeente. Dit is van toepassing bij de toekomstige aanbestedingen voor de verwerking van GFT- en restafval. Het contract voor de verwerking van GFT-afval loopt in 2013 af. Het contract voor de verwerking van restafval loopt in 2016 af. Verder gaat de gemeente zorgen voor meer planmatige activiteiten die met de uitvoering van de afvalinzameling en –verwerking verband houden. De zorg voor een betere kostendekking op het Brengstation kan worden bereikt door een bijstelling van het huidige brengtarief naar € 0,13 per kilogram.
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
6
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
Conclusie(s) Doel
Doelstelling
Bereiken doelstelling
Financiële consequenties
Afvalpreventie
In 2014 is 25% van de huishoudens in het bezit van een compostvat en/of – hoop en maakt hiervan gebruik
-Aanbieden composteercursus; -Verhogen subsidie aanschaf compostvat; -Verlenen extra subsidie bij bijwoning cursus
-Kosten: €15.000 -Baten: €2.500 (=vermeden verwerkingskosten) (NB: kosten van bewonersonderzoek)
In 2014 maakt 20% van de huishoudens in Noordenveld gebruik van antidrukwerk-stickers
-Het één keer per jaar huis-aan-huis bezorgen van gratis antidrukwerkstickers.
-Kosten: € 0 -Baten: € 0
In 2014 maakt 55% van de huishoudens van de gemeente
-Via communicatie en voorlichting (door)verwijzen naar
-Kosten: € 0 -Baten: € 0
Noordenveld gebruik van de aanwezige kringloopwinkels
de kringloopwinkels in en rond Noordenveld.
In 2014 gooien de
-Via communicatie en
-Kosten: € 0
huishoudens in Noordenveld 10% minder voedsel weg dan in 2009
voorlichting burgers wijzen op kopen voedsel op maat en minder weggooien eten
-Baten: € 0
In 2014 wordt 60% van alle huishoudelijk
-Door continuering van huidige afvalscheiding
Kosten en opbrengsten worden
afval gescheiden ingezameld
inclusief bronscheiding kunststof verpakkingen
verdisconteerd in het afvaltarief.
In 2014 wordt 77% van alle grof vuil gescheiden ingezameld (Brengstation)
-Continuering huidige afvalscheiding plus invoering van een eenmalig ‘vrij forfait’ grofvuil 100 kilo per huishouden/per jaar
-Bijstelling kilotarief Brengstation naar €0,13 per kilogram Investering: €35.000 Extra opbrengsten zijn: €100.000
In 2014 beschouwt 88% van de
Dienstverlening d.m.v. passende inzamelwijze
-Kosten: huidige afvalbeheerskosten
huishoudens de inzameling van gften restafval als goed
(haal-/breng-systeem) afgestemd op de soort bebouwing.
-Meerkosten: € 0 (NB: kosten van bewonersonderzoek)
In 2014 beschouwt 80% van de huishoudens de afvoermogelijkheid van grof vuil als goed
Dienstverlening door middel van passende inzamelwijze (haalen/of brengsysteem)
-Kosten: huidige afvalbeheerskosten -Meerkosten: € 0 (NB: kosten van bewonersonderzoek)
Afvalscheiding
Dienstverlening c.q. service
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
7
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
Vervolg dienstverlening c.q. service
In 2014 beschouwt 92% van de huishoudens de afvalinzameling in het algemeen als ‘goed’.
Dienstverlening door middel van passende inzamelwijze (haalen/of brengsysteem) afgestemd op de soort bebouwing.
-Kosten: huidige afvalbeheerskosten
In 2014 is van de huishoudens die bellen met vraag en/of klacht over afvalinzameling 75% tevreden over de afhandeling daarvan.
Dienstverlening door middel van heldere aanpak: probleemomschrijving, oorzaak en oplossing. Korte lijn Meldpnt. Leefomgeving icm vakgr. Reiniging.
-Kosten: huidige afvalbeheerskosten; -Tijd (ureninzet is gedekt) -Meerkosten: € 0 (NB: kosten van bewonersonderzoek)
In 2014 is het aantal klachten en/of meldingen dat betrekking heeft op afvalinzameling met 25% verminderd ten opzichte van 2009.
-Klachten/meldingen verlagen door goede voorlichting te geven. -Incidentele materiële klachten verlagen door direct om te wisselen -Structurele materiële klachten neerleggen bij de leverancier (ivm aansprakelijkheid); -Uitvoeren van een bewonersonderzoek afvalstoffenprocedures.
-Kosten: huidige afvalbeheerskosten -Meerkosten: € 0 -Kosten: huidige afvalbeheerskosten -Meerkosten: € 0 -Kosten: huidige afvalbeheerskosten
-Inzet en uitvoering van ‘Plastic Power’; -Inzet en uitvoering van het project ‘Let’s bash the trash, the battle against rotzooi’; -Meten schoonheidsgraad in en rondom de middelbare scholen;
-Aanschaf lessenpakket: € 0 -Aanschaf lessenpakket: € 0 -Kosten voorzieningen: €2.250 (gedekt); -Tijd: ureninzet zwerfafvalcoördinator (gedekt); -Tijd: ureninzet zwerfafvalcoördinator
Bewonersonderzoek
Kwaliteit van de leefomgeving ofwel een straatbeeld
schoon
In 2014 voldoet de het straatbeeld in en om de middelbare scholen in Noordenveld aan het criterium: ‘schoon’ (= max. 3 eenheden zwerfafval per 100m2).
-Deelname aan “NL Schoon” en “NL Doet” In 2014 zijn in Noordenveld alle collectieve bovengrondse inzamelvoorzieningen voor huisvuil bij recreatiewoningen vervangen door ondergrondse inzamelvoorzieningen
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
Vervangen van alle nog resterende bovengrondse afvalcontainers bij recreatiewoningen in Noordenveld door ondergrondse afvalcontainers.
-Meerkosten: € 0 (NB: kosten van bewonersonderzoek)
-Kosten: €10.000 (Verdisconteerd afvaltarief)
in
-Kosten: €90.000 -Baten: vergt nader onderzoek; Facultatief: alleen als proef Oosterduinen met goed gevolg is afgerond; (nog) geen dekking binnen bestaande financiën.
8
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
Vervolg
kwaliteit
In 2014 is de hoeveelheid illegaal gestort afval ten opzichte van de in 2009 geregistreerde 32 ton met 25% teruggedrongen en bedraagt max. 24 ton
-Voorlichting via afvalbrochure -Voldoende+passende voorzieningen -Instellen van ‘vrij forfait’ grofvuil 100 kg -Inzet en uitvoering vakgroep Handhaving
-Kosten brochure: bij H9 ‘Communicatie’ -Kosten voorziening: H6 ‘Dienstverlening’ -Kosten vrij forfait: bij H5 ‘Afvalscheiding’; Tijd: ureninzet vakgr. Handhaving (gedekt)
Efficiënte logistiek
In 2014 is het aantal gereden kilometers (inclusief bijbehorend brandstofverbruik) ≤ 127.000 km in 2009.
-Continuering van het huidige containerafzetsysteem; -Aanschaf inzamelwagen oud papier.
-Kosten: huidige afvalbeheerskosten; Meerkosten: € 0; Facultatief: €200.000 (in afwachting van evaluatie kunststof)
Communicatie
1: In 2014 is de tevredenheid van de huishoudens in Noordenveld over informatievoorziening diverse afvalstromen minimaal op zelfde
-Opstellen van een communicatiekalender voor afvalthema’s met gerichte communicatie; -Uitvoeren van een communicatiekalender voor afvalthema’s met
-Kosten: € 0; Tijd, (uren gedekt);
niveau als in 2006; 2: In 2014 is de bereidheid onder de huishoudens in Noordenveld afval te scheiden op zelfde niveau als in 2006.
gerichte communicatie; -Opzetten van een afvalbrochure in combinatie met andere thema’s; -Distribueren van de afvalbrochure.
1: In 2014 ligt het tarief van de afvalstoffenheffing van Noordenveld onder het gemiddelde van de Nederlandse gemeenten;
-Zorg voor inzamel- en verwerkingscontracten, die passen binnen de ambitie (van toepassing bij aanbestedingen voor verwerking van GFT- en restafval)
-Kosten: huidige afvalbeheerskosten; Meerkosten: € 0
2: In 2014 ligt het tarief van de afvalstoffenheffing van Noordenveld onder het gemiddelde van de Drentse gemeenten; 3: In 2014 is de dekking van de kostenposten op het Brengstation 75%.
-Zorg voor planmatige(r) activiteiten die met de uitvoering van afvalinzameling en –verwerking verband houden.
-Kosten: huidige afvalbeheerskosten; Meerkosten: € 0
-Van de kostenposten op Brengstation moet €330.000 van de €450.000 gedekt zijn.
-Aanpassing kg-tarief Brengstation naar € 0,10 per kilo. Los van invoering ‘vrij forfait’.
leefomgeving
Afvalbeheerskosten
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
-Kosten: € 0; Tijd, (uren gedekt);
-Kosten: €20.000 (eenmalig/ dekken uit egalisatiereserve). -Kosten: € 0; Tijd ivm distributie (gedekt);
9
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
Inleiding Voor u ligt het afvalstoffenplan van de gemeente Noordenveld voor de periode 2011-2014. Het afvalstoffenplan is geschreven, omdat in het Milieubeleidsplan 2008-2012 de opdracht is vervat een afvalstoffen(beleids)plan op te stellen. Daarnaast dient er een vervolg te komen op het vorige gemeentelijke afvalstoffenplan dat eind 2008 afliep. Het gemeentelijk afvalstoffenplan is gebaseerd op het tweede Landelijk Afvalbeheerplan (LAP-2). Dit plan gaat over de inzameling en verwerking van huishoudelijke afvalstoffen (afvalstoffen, die vrijkomen bij particulieren huishoudens) en huishoudelijk bedrijfsafval (afvalstoffen die vrijkomen bij kleine bedrijven aan de woning) in de gemeente Noordenveld. Het plan geldt voor de periode 2011 tot en met 2014. Voor deze periode heeft de gemeente Noordenveld het continueren van het vorige afvalstoffenplan als ambitie geformuleerd, wat een afvalscheiding van minimaal 60% (gewichtsprocent) inhoudt. Daarvoor moet de gemeente Noordenveld namelijk een verbetering van de afvalscheiding van 3,75% (gewicht%) op de totale hoeveelheid huishoudelijk afval van 2009 zien te behalen. Het afvalstoffenplan Noordenveld 2011-2014 beschrijft de wijze waarop we in de gemeente Noordenveld deze ambitie en onderliggende doelen willen bereiken. Het richt zich op de inzameling en verwerking van huishoudelijk afval en de ontwikkelingen die hierbinnen gaande zijn. Voor de periode tot 2015 is voorliggend plan het kader voor het afvalstoffenbeleid van de gemeente Noordenveld. De rol van de gemeente Noordenveld in het afvalbeheer vindt haar grondslag onder meer in de Wet Milieubeheer, in het Landelijk Afvalbeheerplan (LAP-2) en in de afspraken die de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) heeft gemaakt. De taken en verantwoordelijkheden die hieruit voortvloeien hebben onder andere betrekking op: •
Implementeren van afvalbeleid in gemeentelijk beleid en de afvalstoffenverordening;
•
Zorgplicht voor de inzameling van huishoudelijk afval;
•
Uitvoeren van preventiebeleid en beleid voor afvalscheiding en nuttige toepassing;
•
Invulling geven aan de afspraken in het kader van de producentenverantwoordelijkheid.
Leeswijzer In dit plan is gekozen voor de volgende structuur, omdat dit de leesbaarheid van het plan het beste dient. We brengen eerst in beeld wat we moeten, dan wat we in de afgelopen periode gedaan hebben, vervolgens waar we naartoe willen en hoe we dat willen bereiken. Daarvoor worden eerst in hoofdstuk 1 de hoofdlijnen van het wettelijk kader geschetst. Hierin zijn tevens de ontwikkelingen binnen het wettelijk kader meegenomen. In hoofdstuk 2 wordt een evaluatie van gemeentelijk afvalstoffenbeleid over de periode 20052008 gegeven. In hoofdstuk 3 staan de uitgangspunten van het beleid vermeld. Vanuit deze uitgangspunten is een ambitie geformuleerd, die in de navolgende hoofdstukken in doelen en doelstellingen worden omgezet. Op de aangegeven wijze komen achtereenvolgens de afvalpreventie in hoofdstuk 4 en de afvalscheiding in hoofdstuk 5 aan de orde. Daarna volgen in hoofdstuk 6 de dienstverlening, in hoofdstuk 7 de kwaliteit van de leefomgeving en in hoofdstuk 8 de efficiënte logistiek. In hoofdstuk 9 wordt de communicatie over afval besproken. De afvalbeheerskosten worden in hoofdstuk 10 behandeld. Ter afsluiting treft u een begroting en een planning aan.
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
10
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
Hoofdstuk 1: Beleidskaders 1.1 Hoofdlijnen afvalwetgeving en –beleid, het wettelijk kader 1.1.1 Algemeen Een steeds belangrijker deel van de Nederlandse afvalwetgeving wordt bepaald door de Europese Unie. De Europese invloed op het afvalbeleid dateert al vanaf 1975. Toen werd de eerste versie van de Kaderrichtlijn afvalstoffen vastgesteld: de basis van het Europese beleid. Daarna zijn de aanvullende richtlijnen gekomen, zoals die voor gevaarlijk afval, verpakkingsafval, storten en grensoverschrijdend transport. Veel wordt daarmee al door Europese regelgeving bepaald en dat zal verder toenemen. De marges voor nationaal beleid dan wel lokaal beleid zijn gering. 1.1.2 Europese afvalwetgeving en –beleid Belangrijke beginselen van het Europees Verdrag die een directe relatie hebben met afval, zijn het vrije verkeer van goederen en bescherming van het milieu. Het eerste heeft als uitvloeisel dat daar waar nationale maatregelen in het vrij verkeer van goederen ingrijpen, harmonisatie wordt nagestreefd. Bij het afvalbeleid is dit vrij vaak het geval. Dit heeft tot gevolg dat al veel Europese regelgeving op het gebied van afvalstoffen tot stand is gekomen. Het beginsel van het vrij verkeer van goederen komt in de uitvoering van deze regelgeving regelmatig op gespannen voet te staan met het andere beginsel, namelijk dat van de bescherming van het milieu. Het Europese afvalbeleid begint met de Afvalkaderrichtlijn. Met de inwerkingtreding van deze Richtlijn betreffende afvalstoffen (Richtlijn 75/442/EEG, gewijzigd door Richtlijn 91/156/EEG respectievelijk beschikking 96/350/EG) werden de basisbegrippen afvalstof, verwijdering, nuttige toepassing en andere afvaltermen binnen de Europese Unie geharmoniseerd en de algemene uitgangspunten en kaders voor het afvalbeheer voor lidstaten vastgelegd. In de Afvalkaderrichtlijn is ook bepaald, dat de kosten voor de verwijdering van afvalstoffen overeenkomstig het beginsel “de vervuiler betaalt” voor rekening komen van de houder die afvalstoffen afgeeft aan een afvalinzamelaar en/of een voorgaande houder of de producent van het product dat tot het ontstaan van de afvalstoffen heeft geleid. Met de laatste bepaling is de basis gelegd voor de invoering van producentenverantwoordelijkheid voor afval. 1.1.3 Nederlandse afvalwetgeving en –beleid In Nederland komt het afvalbeleid tot uitdrukking in de Wet Milieubeheer en het Landelijk Afvalbeheerplan (LAP-2), waarin de voorkeursvolgorde voor afvalbeheer is opgenomen. Deze voorkeursvolgorde bestaat uit preventie, ontwerp voor preventie en nuttige toepassing, producthergebruik, materiaalhergebruik, nuttig toepassen als brandstof, verbranden, storten. De voorkeursvolgorde voor afvalbeheer is bepalend voor de uitvoering van het afvalbeleid. De Wet Milieubeheer De Wet milieubeheer (Wm) is de belangrijkste milieuwet. In hoofdstuk 10 van de Wet milieubeheer (Wm) wordt voorgeschreven welke afvalstromen gemeenten in ieder geval gescheiden moeten inzamelen en welke middelen hiervoor beschikbaar moeten worden gesteld. Zo dient de gemeente er zorg voor te dragen dat ten minste eenmaal per week huishoudelijk afval wordt ingezameld, waarbij groente-, fruit- en tuinafval (GFT) afzonderlijk wordt opgehaald (art. 10.21 Wm).
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
11
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
Daarnaast dient iedere gemeente grof huishoudelijk afval in te zamelen ‘bij elk binnen haar grondgebied bereikbaar gelegen perceel waar zodanige afvalstoffen ontstaan’ en moet er op tenminste één plaats binnen de gemeente in voldoende mate gelegenheid worden geboden om grof huishoudelijk afval achter te laten (art. 10.22 Wm). In artikel 10.26 van de Wet milieubeheer kan de gemeenteraad in het belang van een doelmatig beheer van huishoudelijke afvalstoffen afwijken van de zorgplicht (art. 10.21 Wm) door huishoudelijke afvalstoffen nabij elk perceel in te zamelen bij verordening. Verder bevat de Wet milieubeheer expliciet de verplichting (art. 10.23 Wm) om een afvalstoffenverordening vast te stellen, waarbij rekening wordt gehouden met het gemeentelijk milieubeleidsplan. Landelijk Afvalbeheerplan Het Landelijk Afvalbeheerplan (LAP) bevat het rijksbeleid en is op grond van artikel 10.14 van de Wet milieubeheer voor gemeenten het kader waarbinnen zij het eigen afvalbeleid vorm dienen te geven. Het LAP is bedoeld voor alle afvalstoffen waarop de Wet milieubeheer van toepassing is. Op grond van deze wet moeten alle overheden rekening houden met het LAP. In het LAP is als doelstelling opgenomen dat gemeenten er zorg voor moeten dragen dat slechts een beperkt deel van het bij de burgers ingezamelde afval ‘definitief’ (door verbranding) mag worden verwijderd. Het overige afval moet gescheiden worden. De doelstelling houdt in, dat 60% van het afval aan de bron gescheiden moet worden en dat er maximaal 40% huishoudelijk afval verwijderd mag worden. Voor afval uit huishoudens betekent dit dat de fracties groente-, fruit- en tuinafval (GFT), papier en karton, glas, textiel, wit- en bruingoed en klein chemisch afval (KCA) gescheiden ingezameld moeten worden. De scheidingsdoelstellingen staan in tabel 1.1. Overigens zijn hier wel enkele nuanceringen aangebracht ten opzichte van de oorspronkelijke uitgangspunten van de Wet milieubeheer en het eerste Landelijk Afvalbeheersplan, maar die doen geen afbreuk aan de scheidingsdoelstellingen. Tabel 1.1 Naar stedelijkheidsklasse gedifferentieerde doelstelling voor huishoudelijk restafval en bronscheiding
Stedelijkheidsklasse
Doelstelling restafval (%)
Doelstelling bronscheiding (%)
1
57
43
2
47
53
3
44
56
4
40
60
5
40
60
Landelijk
45
55
Bron: Jaarboek Afval 2009 Toelichting: Gemeente Noordenveld valt in stedelijkheidsklasse 4 (weinig stedelijk)
Van gemeenten worden dus inspanningen verwacht om deze doelstelling te halen. Het is aan de gemeenten zelf om te bepalen op welke onderdelen het scheidingsresultaat verbeterd moet of kan worden en op welke wijze dit wordt opgepakt. Het LAP heeft hiervoor een handreiking gegeven in de vorm van een richtlijn voor bronscheiding per component (hoeveelheid gescheiden in te zamelen afval per kilogram per inwoner per jaar), waarbij grof vuil als ‘percentage te scheiden’ is opgenomen. De hierna volgende tabel geeft dat weer.
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
12
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
Tabel 1.2 : Richtlijn voor bronscheiding per component om het LAP te halen
Richtlijn voor bronscheiding per component (in kilogram per inwoner per jaar) Stedelijkheidsklasse
GFT
Papier
Glas
Textiel
KCA
Grofvuil
1
35
60
20
5
2
75%
2
85
75
23
5
2
75%
3
105
85
23
5
2
75%
4
125
90
23
5
2
75%
5
140
95
23
5
2
75%
Bron: Jaarboek Afval 2009 Toelichting: Gemeente Noordenveld valt in stedelijkheidsklasse 4 (weinig stedelijk)
Het eerste Landelijke Afvalbeheerplan (LAP-1) is op 3 maart 2003 in werking getreden en had een geldingsduur van vier jaar (2002-2006). Dat LAP is in de tussentijd viermaal deels gewijzigd en samen met de vaststelling van de derde wijziging heeft de Minister van VROM in 2007 tevens de geldingsduur van dit LAP met twee jaar verlengd tot 3 maart 2009. Speerpunt in LAP-1 was het verminderen van de hoeveelheid afval vóór storten en verbranden. Om die hoeveelheid afval voor verwijdering te beperken, is maximaal ingezet op preventie en nuttige toepassing. Binnen nuttige toepassing ligt de nadruk op product- en materiaalhergebruik. Als hergebruik niet mogelijk is, wordt gestreefd naar het inzetten van afvalstoffen als brandstof. Hiermee is invulling gegeven aan de voorkeursvolgorde van afvalbeheer (art. 10.4 Wm). Momenteel is er een nieuwe versie van het LAP van kracht, namelijk LAP-2. Het tweede LAP geldt voor de periode 2009-2015 met een doorkijk tot 2021. In dit tweede LAP wordt vooralsnog de in het eerste LAP ingezette lijn voortgezet. Het tweede Landelijke Afvalbeheerplan (LAP-2) zet vooral in op het ‘keten-denken’. En met ‘keten’ wordt hier niet bedoeld de afvalketen van inzameling tot en met verwijdering, maar het hele traject van de winning van een grondstof tot en met de verwerking van een afvalstof. Daarmee is de reikwijdte van het plan verruimd van afvalstoffenketens naar materiaalketens. Het LAP bevat in diverse hoofdstukken voornemens die (nog) niet of minder goed meetbaar zijn, dus (nog) niet zijn uit te drukken in tonnen of procenten. Hiervan zijn er twee kwalitatieve doelstellingen die van toepassing zijn op gemeenten: •
Het optimaal benutten van de energie-inhoud van afval dat niet kan worden hergebruikt; Hiertoe wordt gestreefd naar meer inzet van afval als brandstof in installaties met een hoog energierendement en door het verbeteren van de energieprestatie van de bestaande afvalverbrandingsinstallaties (AVI’s);
•
Het gebruiken van het Cradle-to-Cradle (C2C) concept als inspiratiebron bij de volgende stromen: papier en karton, textiel, GFT, harde kunststoffen en glas.
In het tweede LAP is de volgende kwantitatieve doelstelling van toepassing op gemeenten: •
Het verhogen van de nuttige toepassing van het totaal aan huishoudelijk afval van 51% in 2006 naar 60% in 2015.
De hierboven genoemde kwantitatieve doelstelling (60% nuttige toepassing) is geformuleerd als percentage bronscheiding van de totale hoeveelheid huishoudelijk afval. Niettemin wordt van gemeenten verwacht de doelstelling voor bronscheiding te realiseren door middel van gescheiden inzameling van de volgende afvalstoffen: GFT-afval, oud papier en karton, glas,
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
13
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
textiel, elektr(on)ische apparatuur (AEEA), klein chemisch afval (KCA) en componenten uit grof huishoudelijk afval (zoals grof tuinafval, huishoudelijk bouw- en sloopafval, waaronder verduurzaamd hout). De deelstroom kunststof verpakkingsafval wordt hier aan toegevoegd als een gescheiden in te zamelen afvalstof. Daarmee blijft de gescheiden inzameling van deze componenten dus uitgangspunt van beleid. In diverse besluiten zijn doelstellingen opgenomen voor te bereiken percentages nuttige toepassing van afzonderlijke afvalstoffen, zoals verpakkingen, batterijen en elektr(on)ische apparatuur. Aanvullend aan deze wettelijk vastgelegde doelstellingen worden voor afzonderlijke afvalstoffen geen andere doelstellingen vastgelegd. Dit betekent dat gemeenten een bepaalde mate van vrijheid hebben bij het invullen van het behalen van de doelstelling. 1.2 Ontwikkelingen in het wettelijk kader ‘Cradle to Cradle’ Door de heren William McDonough en Michel Braungart is aangetoond dat groei goed kan zijn voor de mens en het milieu en voor de ondernemer. Via innovatie kan een duurzaam consumerende en producerende samenleving ontstaan zonder schuldgevoel over het milieu. Voorwaarde is wel dat er ‘Cradle to Cradle’ wordt geproduceerd. Dit concept komt er kort gezegd op neer dat alle producten zo ontworpen worden, dat ze in de afvalfase of voedsel vormen voor de biosfeer (en dus volledig en onschadelijk afbreekbaar zijn) of dat het afval kan worden omgezet in een grondstof voor nieuwe producten. Het gaat hier niet alleen om de producten zelf, maar ook om alles wat nodig is om deze producten te vervaardigen. Inmiddels is er een aantal initiatieven om (deels) ‘Cradle to Cradle’ te gaan produceren, zowel bij het bedrijfsleven als bij de overheid. Eén van de uitgangspunten van ‘Cradle tot Cradle’ betreft het elimineren van het concept afval. Versoepeling inzamelplicht GFT-afval Staatssecretaris Van Geel heeft in september 2004 al besloten dat de wettelijke inzamelplicht voor GFT-afval blijft bestaan. Gemeenten zouden door een wetswijziging meer vrijheid krijgen bij het inzamelen, zodat ze meer met de plaatselijke situatie rekening konden houden. De Tweede Kamer heeft deze wetswijzigingen eind september 2008 aangenomen. De wetswijziging heeft betrekking op: •
Verruiming van de vrijstellingsmogelijkheden;
•
Intrekken regeling inzameling huishoudelijke afvalstoffen nabij een perceel.
Het wetsvoorstel bevatte oorspronkelijk ook een verruiming van de grondslag voor de afvalstoffenheffing ten aanzien van zwerfvuil. Die verruiming zou het mogelijk maken om het voorkomen, opruimen, vervoeren en verwijderen van zwerfafval te financieren uit de afvalstoffenheffing. Deze verruiming is er door de Tweede Kamer uitgeamendeerd, wat betekent dat de betaling van (meer)kosten voor bestrijding van zwerfafval dient te geschieden uit algemene middelen van gemeenten, door extra vergoedingen uit het afvalfonds of uit de opbrengsten van bestuurlijke boetes voor veroorzakers van zwerfafval. Europese Dienstenrichtlijn Eind 2006 trad de Europese Dienstenrichtlijn in werking met als doel de bestaande belemmeringen van het vrije verkeer van diensten op te heffen. Gemeenten moesten daarom
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
14
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
hun reglementen screenen om na te gaan of de bepalingen hierin stroken met de eisen van de Europese Dienstenrichtlijn. De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) heeft naar aanleiding hiervan in 2008 een nieuw model afvalstoffenverordening gepresenteerd, die voldoet aan de eisen van de Europese Dienstenrichtlijn en is voorbereid op de digitalisering van regelgeving. De nieuwe Model afvalstoffenverordening werkt in plaats van een vergunningstelsel met algemene verboden en specifieke ontheffingen. De gemeente Noordenveld moet de nieuwe afvalstoffenverordening nog vaststellen. Dit zal tegelijkertijd plaatsvinden met de vaststelling van het nieuwe gemeentelijke afvalstoffenplan. Producentenverantwoordelijkheid Producenten worden in toenemende mate verantwoordelijk gesteld voor de verantwoorde verwijdering van hun producten in de afvalfase. Het principe van producentenverantwoordelijkheid is inmiddels voor een aantal afvalstromen in de regelgeving opgenomen, zoals voor autobanden, autowrakken en huishoudelijke apparaten. Bij aankoop van een nieuw product betaalt de consument een verwijderingsbijdrage. Met deze bijdrage financiert de producent de verwerking van het product in het afvalstadium. Gemeenten spelen vaak een rol bij de inzameling van deze afvalstromen; de hieraan verbonden kosten krijgen deze gemeenten voor het grootste deel vergoed. Besluit beheer elektrische en elektronische apparatuur Het Besluit beheer elektrische en elektronische apparatuur heeft het Besluit wit- en bruingoed vervangen. Door bedoelde besluiten zijn de producenten en importeurs van elektrische en elektronische apparaten verantwoordelijk voor een doelmatige verwerking van de afgedankte apparatuur. Het uitgangspunt is dat nog steeds dat 90% van alle elektrische en elektronische apparatuur gescheiden wordt ingezameld. Onder elektrische en elektronische apparatuur worden vrijwel alle apparaten verstaan waar een stekker aan zit of die op batterijen werken. In de Regeling Beheer Elektrische en Elektronische Apparatuur is de producentenverantwoordelijkheid voor elektrische en elektronische apparatuur geregeld. De producenten zijn door deze regeling niet alleen verantwoordelijk voor het transport en de verwerking van deze apparaten vanaf de gemeentelijke milieustraten, maar moeten ook de kosten dragen van het ontvangen, sorteren en opslaan van deze apparatuur op die gemeentelijke milieustraten. De VNG en de NVRD hebben met de NVMP en ICT-Milieu een akkoord bereikt over een vergoeding voor de inzameling van genoemde apparatuur op gemeentelijke milieustraten. Dit akkoord is uitgewerkt in de zogenaamde WEEEovereenkomst (in Europa bekend als ‘Waste of Electrical and Electronic Equipment’). Intrekking Besluit KCA-logo Op 1 januari 2007 is het Besluit KCA-logo ingetrokken, aangezien de Europese Commissie dit besluit beschouwde als een ongeoorloofde handelsbelemmering. Het besluit voorzag in de etikettering van bepaalde producten met het klein chemisch afval-logo. Het KCA-logo zou van de meeste producten verdwijnen, maar op een aantal producten zoals elektronische apparaten en bepaalde batterijen blijft het logo aanwezig. De reden dat het KCA-logo niet van deze producten verdwijnt heeft te maken met specifieke Europese richtlijnen voor batterijen en elektr(on)ische apparaten.
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
15
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
Besluit beheer verpakkingen en papier en karton Sinds 1 januari 2006 is het Besluit beheer verpakkingen, papier en karton in werking getreden. Vanaf die datum zijn niet langer de gemeenten maar is het bedrijfsleven verantwoordelijk voor de inzameling en verwerking van verpakkingen van glas, papier en karton, metaal en kunststof. Uitgangspunt hierbij is het principe van ‘de vervuiler betaalt’. In feite is het besluit de opvolger van de Convenanten Verpakkingen die er de afgelopen jaren zijn geweest. In het Besluit beheer verpakkingen zijn doelstellingen opgenomen voor het hergebruik van materialen. Deze doelstelling loopt op van 32% materiaalhergebruik in 2009 naar 42% materiaalhergebruik in 2012. Raamovereenkomst voor verpakkingsafval De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) heeft op 27 juli 2007 een Raamovereenkomst gesloten met het ministerie van VROM en het verpakkende bedrijfsleven over de aanpak en de inzameling van verpakkingsafval. In deze Raamovereenkomst zijn door partijen (financiële) afspraken gemaakt voor de inzameling van verpakkingen uit huishoudens. In de raamovereenkomst is afgesproken dat gemeenten de producentenverplichting tot gescheiden inzameling van verpakkingsmateriaal uit huishoudens op zich nemen. De kosten voor de gescheiden inzameling krijgen gemeenten vergoed uit een nieuw fonds, het Afvalfonds. Op grond van de Raamovereenkomst en het Besluit beheer verpakkingen en papier en karton is verder afgesproken dat gemeenten kunststof verpakkingsafval gescheiden inzamelen (bronafscheiding) en daarvoor een vergoeding uitgekeerd kunnen krijgen uit het Afvalfonds. Gemeenten kunnen daarbij zelf de keuze maken voor een haal- of brengsysteem. Met een haalsysteem wordt bedoeld een huis-aan-huis inzameling door middel van zakken. Met een brengsysteem wordt bedoeld een wijkverzamelcontainer, waar de burger het kunststof verpakkingsafval naar toe kan brengen. Addendum op de Raamovereenkomst In de Raamovereenkomst en het uitvoerings- en monitoringsprotocol is echter niet in de mogelijkheid van nascheiding van kunststofverpakkingsafval uit huishoudens voorzien. Aangezien de materiaalstroom bij nascheiding een ander verloop kent en de inzet van de betrokken dienstverleners verschilt, zijn een aantal aanvullingen noodzakelijk gebleken. Om niet langer onderscheid te maken tussen voor- en nascheiding en gemeenten vanaf 1 januari 2009 in aanmerking te laten komen voor een vergoeding uit het Afvalfonds voor via nascheiding verkregen kunststofverpakkingsafval uit huishoudens zijn daarom een aantal aanvullingen doorgevoerd, welke zijn opgenomen in het Addendum. Als gevolg van de ‘Raamovereenkomst’ en het ‘Addendum op deze Raamovereenkomst’, dienen gemeenten voor 1 januari 2010 zorg te dragen dat ook kunststof verpakkingsafval uit huishoudens gescheiden wordt ingezameld of via nascheiding uit het huishoudelijk afval wordt verkregen. Diverse onderzoeken in het kader van het Raamakkoord Verpakkingen In het kader van het Raamakkoord vinden er een aantal onderzoeken plaats. Eén van deze onderzoeken richt zich op de kosten van nascheiding (KPMG). Daarnaast loopt er een benchmarkonderzoek kunststofinzameling ten behoeve van eventuele aanpassing van de inzamelvergoedingen voor bronscheiding (PWC). Verder loopt er een evaluatieonderzoek naar de effectiviteit en efficiëntie van nascheiding ten behoeve van eventuele uitbreiding van de vergoedingsmogelijkheden voor nascheiding uit het Afvalfonds (KplusV). Tot slot zal het Raamakkoord nog worden geëvalueerd. Hierover zijn nog geen resultaten bekend.
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
16
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
Hoofdstuk 2: Evaluatie afvalstoffenbeleid gemeente Noordenveld 2005-2008 Afvalstoffenbeleid 2.1 Aanvullende notities Het afvalstoffenbeleid van de gemeente Noordenveld was vastgelegd in het afvalstoffenbeleidsplan 2005-2008 (vastgesteld op 24-02-2005). Verder is er ook een aparte Afvalstoffenverordening voor de gemeente Noordenveld van kracht (vastgesteld op 22-122005). Naast hetgeen verwoord in het afvalstoffenbeleidsplan en de afvalstoffenverordening is verder ook gemeentelijk afvalstoffenbeleid in verschillende notities en adviezen vastgelegd. Daaronder vallen onder meer: •
Beleidsnotitie inzake ‘Toekomstige textielinzameling in Noordenveld’. Hierop is in 2004 een aanvulling gekomen met betrekking tot een maximum aantal containers;
•
Aanwijzingsbesluit met betrekking tot ‘Aanwijzing van een inzameldienst textielinzameling in Noordenveld’;
•
Aanwijzingsbesluit met betrekking tot ‘Aanwijzing van een inzameldienst KCA in Noordenveld’;
•
Advies inzake ‘Ondergrondse containers bij hoog- en stapelbouw als keuzemogelijkheid voor inzameling van huishoudelijk afval’;
•
Advies en raadsbesluit Oosterduinen;
•
Advies met betrekking tot inzamelen van kunststoffen ‘Het voornemen tot nascheiding van kunststofverpakkingen uit huishoudens’. Dit betreft een intentieverklaring.
inzake
Burgerinitiatief
Ondergrondse
Afvalinzameling
2.2. Evaluatie gemeentelijk afvalstoffenplan 2005-2008 De terugblik op het gemeentelijk afvalstoffenplan 2005-2008 maakt duidelijk dat hier over het algemeen positieve resultaten zijn behaald. De resultaten kunnen worden afgemeten aan de uitkomsten van de doelstellingen. De uitkomst van de algemene doelstelling voor afvalscheiding (60% in 2008) is net niet gehaald, maar ligt binnen handbereik (namelijk 58% in 2008). De vertaling van de algemene doelstelling in bronscheiding per component (hoeveelheid gescheiden in te zamelen per afvalstroom) is wel gehaald. 1 De uitkomst van het bewonersonderzoek onder de huishoudens in de gemeente Noordenveld laat goede resultaten zien (tevredenheid), een paar kritiekpunten (lediging) maar ook verbeterpunten (afvalpreventie en –communicatie). De doelstellingen gericht op de dienstverlening en de klanttevredenheid over de afvalinzameling zijn gehaald (92% tevredenheid). De doelstelling gericht op de tevredenheid over de informatievoorziening van GFT- en restafval is gehaald (92%). Ten aanzien van de andere afvalcomponenten (glas, textiel, kca en grofvuil) is de tevredenheid qua informatievoorziening wel verbeterd, maar zijn de doelstellingen hiervoor niet allemaal gehaald. Daar kan dus nog iets worden geoptimaliseerd. De doelstelling gericht op de ontwikkeling voor de afvalstoffenheffing (gezin) van de gemeente Noordenveld is deels behaald. Deze is onder het landelijke en het Drentse gemiddelde gebleven. Noordenveld is weliswaar (nog) niet de goedkoopste gemeente in Drenthe, maar wel één van de goedkoopste gemeenten van Drenthe.
1
Onderzoek Afvalstoffenprocedures Noordenveld, Effectmeting 2006, uitgevoerd door Gammadata & Consult (Groningen, november 2006). Dit is het meest recente onderzoek.
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
17
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
Vervolgens is de doelstelling gericht op de vermindering van het zwerfvuil in 2006 gehaald. In 2006 is er slechts 27 ton zwerfvuil ingezameld. Dat is meer dan een vermindering van 25% ten opzichte van de nulsituatie in 2002. Toen werd er nog 43,5 ton zwerfvuil aangetroffen. Bij het projectvoorstel ‘Omwisseling groene huisvuilcontainers en aanschaf registratiemedia op containers’ zijn de doelstellingen gehaald. Hiermee zijn zowel uit oogpunt van milieu als uit oogpunt van financiën positieve resultaten behaald, terwijl door middel van het ingevoerde ‘containermanagementsysteem’ op GFT- en restafval bij huishoudens het proces van afval inzamelen sindsdien beheerst plaatsvindt, want de containers voor de inzameling van gft- en restafval zijn sindsdien geregistreerd. De gemeente Noordenveld heeft daardoor inzicht gekregen op de hoeveelheid uitstaande inzamelmiddelen en daarmee ook op de kosten die samenhangen met het inzamelen van GFT- en restafval, die een aandeel van circa 80% in de afvalbeheerskosten vertegenwoordigen. Gelet op de begroting van het afvalstoffenplan en de besteding van de beschikbare middelen hiervoor moet geconcludeerd worden, dat de doelstellingen genoemd in het Afvalstoffenplan van de gemeente Noordenveld voor de periode 2005-2008 in grote lijnen zijn behaald. Echter niet alle doelstellingen zijn behaald. Zo is de doelstelling voor de in te zamelen hoeveelheid restafval in kilogram per inwoner per jaar voor 2006 te ambitieus geweest. De getroffen maatregelen hebben zeker effect gesorteerd, want binnen de gestelde kaders is de hoeveelheid huishoudelijk restafval gedaald en de hoeveelheid gescheiden ingezameld afval gestegen, doch beide niet in de gewenste mate. Gezien de behaalde resultaten en het feit dat de tevredenheid over de inzameling van het huisvuil (onveranderd) hoog is, zou de gemeente Noordenveld moeten doorgaan op de ingeslagen weg en de ontwikkelingen op het gebied van de producentenverantwoordelijkheid nauwgezet moeten blijven volgen. 2.3 Evaluatie per afvalstroom In onderstaande tabel is per afvalstroom het resultaat uit 2008 weergegeven: Tabel 2.1: Afvalscheiding per fractie vanuit nulsituatie naar doelstelling en resultaat Fractie
LAP (%)
Richtlijn (kg/inw/jr)
0-situatie 2002/2003
Doelstelling 2006
Resultaat 2006
Doelen 2008
Resultaat 2008
GFT
55%
125 kg
136 kg
141 kg
158 kg
151 kg
166 kg
Papier
75%
90 kg
79 kg
90 kg
95 kg
95 kg
96 kg
Glas
90%
23 kg
22 kg
23 kg
22 kg
25 kg
24,25 kg
Textiel
50%
5 kg
4,25 kg
5 kg
7 kg
7,5 kg
7 kg
KCA
90%
2 kg
1,8 kg
2 kg
1,7 kg
3 kg
1,7 kg
Grofvuil
n.v.t.
75%
74,9%
75%
75%
75%
74%
Bron: LAP, Afvalstoffenplan gemeente Noordenveld 2005-2008, diverse jaarverslagen over de afvalcijfers van de gemeente Noordenveld in de periode 2005 tot en met 2008
Huishoudelijk restafval Sorteeranalyses laten zien dat het restafval nog relatief veel herbruikbare afvalstromen bevat zoals oud papier en karton, gft-afval en kunststoffen. Hier zal de gemeente Noordenveld in haar nieuwe beleid dan ook meer aandacht aan schenken.
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
18
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
Gft-afval De LAP-richtlijn (2006) is 55% gescheiden inzameling, hetgeen neerkomt op het gescheiden inzamelen van 125 kilo gft-afval per jaar. In Noordenveld wordt deze richtlijn gehaald. De gemeente zamelt jaarlijks 166 kilo gft-afval per inwoner in. Oud papier en karton De LAP-richtlijn (2006) voor de gescheiden inzameling van oud papier is 90 kilo per inwoner per jaar. Dit komt neer op 75% gescheiden inzameling van het oud papier. In Noordenveld wordt deze richtlijn gehaald. De gemeente zamelt jaarlijks 96 kilo per inwoner in. Glas De LAP-richtlijn (2006) is 90% gescheiden inzameling, hetgeen neer komt op gescheiden inzamelen van 23 kilo glas per inwoner per jaar. In Noordenveld wordt deze richtlijn gehaald. In de gemeente wordt jaarlijks 24 kilo glas per inwoner ingezameld. Textiel De LAP-richtlijn (2006) voor de gescheiden inzameling van textiel is 5 kilo per inwoner per jaar. Dit komt neer op gescheiden inzameling van 50% van het textiel. In Noordenveld wordt deze richtlijn gehaald. In Noordenveld wordt jaarlijks 7 kilo textiel per inwoner ingezameld. KCA De LAP-richtlijn voor gescheiden inzameling van KCA is 2 kilo per inwoner per jaar. Dit komt overeen met 90% gescheiden inzameling. In Noordenveld wordt deze richtlijn gehaald, want er wordt ongeveer 2 kilo KCA per inwoner per jaar ingezameld. Verder is in het restafval (praktisch) geen KCA aanwezig, zo blijkt uit sorteeranalyses op het huishoudelijk restafval. Afgedankte elektrische en elektronische apparaten (AEEA) De LAP-richtlijn (2006) voor gescheiden inzameling van wit- en bruingoed is 90%. In de gemeente Noordenveld wordt deze richtlijn gehaald. In het restafval is (praktisch) geen AEEA aanwezig, zo blijkt uit sorteeranalyses op het huishoudelijk restafval. Grof huishoudelijk afval De richtlijn voor bronscheiding uitgedrukt als percentage geeft aan dat er 75% van het grof huishoudelijk afval moet worden gescheiden. In Noordenveld wordt deze richtlijn gehaald. Op het Brengstation wordt 74% van al het grof huishoudelijk afval gescheiden ingezameld en nuttig toegepast. Conclusie Het systeem van gescheiden inzamelen van huishoudelijk afval in de gemeente Noordenveld werkt goed. In dit systeem zijn er in Noordenveld in de periode 2005-2008 binnen de gestelde kaders maximale resultaten behaald op het gebied van gescheiden afvalinzameling.
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
19
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
Hoofdstuk 3: Uitgangspunten beleid 3.1 Uitgangspunten beleid De uitgangspunten voor gemeentelijk beleid op het gebied van de inzameling van huishoudelijke afvalstoffen binnen de gemeente Noordenveld zijn naast de eerder geschetste wettelijke kaders gelegen in het bestuursakkoord en het milieubeleidsplan van de gemeente Noordenveld. 3.1.1 Bestuursakkoord Het bestuursakkoord In het bestuursprogramma 2006-2010 (vastgesteld d.d. 12 april 2006) waren een aantal aandachtspunten verwoord die een direct verband met de inzameling van afval hebben. Deze zijn als volgt geformuleerd: •
Andere middelen dan DIFTAR2 moeten leiden tot een beperking van de afvalproductie. Het scheiden van afval wordt blijvend gestimuleerd en is onderdeel van milieueducatie;
•
De aparte container voor papier is een succes. Een verdere scheiding van afval aan de bron moet getoetst worden op draagvlak, milieueffect en kosteneffect.
In het nieuwe bestuursprogramma 2010-2014 (april 2010) zijn geen aandachtspunten verwoord die een direct verband met de inzameling van afval hebben. Dit bestuursprogramma laat het afvalbeleid voor de komende periode in die zin ongewijzigd. Het College van Burgemeester en wethouders heeft echter wel een aantal suggesties om deelonderwerpen op het gebied van afvalinzameling nader uit te werken (inzameling kunststofverpakkingen in relatie tot de hoeveelheid aangeboden ongescheiden grofvuil via de minicontainer). 3.1.2 Milieubeleidsplan Het milieubeleidsplan 2008-2012 is op 18 december 2008 vastgesteld door de raad van de gemeente Noordenveld. De vaststelling is bekendgemaakt in De Krant van 13 januari 2009. In het milieubeleidsplan is ten aanzien van het thema ‘afval’ aangegeven, dat het de ambitie van de gemeente Noordenveld is het Afvalstoffenplan van de Gemeente Noordenveld 2005-2008 te continueren. 3.2 Ambitie De afgelopen jaren is de gemeente Noordenveld erin geslaagd het milieuresultaat van de afvalinzameling te verbeteren, het niveau van dienstverlening en klanttevredenheid richting de burgers minimaal gelijkwaardig te houden en daarnaast de kosten van de afvalinzameling zo laag mogelijk te houden. Dit vond plaats in het licht van de ambitie om de afvalstoffen maximaal te scheiden tegen minimale kosten bij een gelijkblijvend niveau van dienstverlening en klanttevredenheid. De ambitie van de gemeente Noordenveld in het nieuwe plan is continuering van het vorige afvalstoffenplan. Dat betekent een voortzetting van de maximale scheiding van de in het 2
DIFTAR is een afkorting voor gedifferentieerde tarieven bij de afvalstoffenheffing voor huishoudens; huishoudens betalen dan een heffing, die varieert op basis van het werkelijke afvalaanbod. Hier wordt bedoeld: het betalen per aangeboden kilogram afval.
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
20
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
Landelijk Afvalbeheerplan onderscheiden fracties tegen minimale kosten bij een gelijkblijvend niveau van dienstverlening en klanttevredenheid. De gemeente Noordenveld zet daarbij in op een hoger milieurendement door een verbeterde scheiding van de afvalstromen en door de inzet van moderne inzamelsystemen. Daarnaast is het serviceniveau voor inwoners hoog, is het straatbeeld schoon en zijn de afvalbeheerskosten (afvalstoffenheffing) zo laag mogelijk. Dit bij een kostendekkendheid van 100%. Met de genoemde ambitie wil de gemeente Noordenveld ten aanzien van het milieurendement van afvalinzameling minimaal de scheidingsdoelen van het Landelijk Afvalbeheerplan II (ofwel: LAP-2) behalen, hetgeen een afvalscheiding van minimaal 60% betekent. 3.3 Duurzaamheid Door bovenstaande ambitie levert de gemeente Noordenveld ook een bijdrage aan de duurzaamheid. De voorkeursvolgorde voor afvalbeheer geeft immers aan dat eerst moet worden voorkomen dat afvalstoffen ontstaan. Dit leidt tot minder gebruik van energie voor productie van producten. Vervolgens voorziet de voorkeursvolgorde in zoveel mogelijk hergebruik. Hiermee wordt voorkomen dat producten en materialen verloren gaan en daarmee ook de energie die nodig was voor het maken van die producten en materialen. Voor winning van grondstoffen en productie van producten worden vrijwel altijd fossiele brandstoffen ingezet. Als een gedeelte van deze energie kan worden vermeden door het terugdringen van de consumptie (afvalpreventie) of het opnieuw gebruiken van producten en materialen (afvalscheiding), ontstaat indirect een CO2-vermindering die correspondeert met de hoeveelheid vermeden fossiele energie (CO2-emissiereductie). 3.4 Doelen Indien de ambitie van de gemeente Noordenveld wordt omgezet in doelen, streeft de gemeente Noordenveld naar een goede zorg voor: 1. Afvalpreventie 2. Afvalscheiding 3. Dienstverlening c.q. service voor de inwoners 4. Kwaliteit van de leefomgeving ofwel een schoon straatbeeld 5. Efficiënte logistiek 6. Communicatie 7. Afvalbeheerskosten (afvalstoffenheffing) In de volgende hoofdstukken worden de doelen nader omschreven en vertaald naar concrete doelstellingen en acties.
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
21
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
Hoofdstuk 4: Afvalpreventie 4.1 Algemeen Om de groei van de hoeveelheid huishoudelijk afval van de gemeente Noordenveld af te remmen speelt afvalpreventie een belangrijke rol. Afvalpreventie richt zich op het voorkomen dan wel het beperken van het ontstaan van afvalstoffen. Met het doel afvalpreventie wil de gemeente Noordenveld ervoor zorgen dat de groei van de totale hoeveelheid huishoudelijk afval tot stilstand wordt gebracht dan wel wordt beperkt c.q. teruggedrongen. 4.2 Doelstelling Het beperken dan wel terugdringen van de totale hoeveelheid huishoudelijk afval kan op verschillende manieren gerealiseerd worden. Afvalpreventie is mogelijk door onder meer: •
Zelf (meer) composteren van het groente-, fruit- en tuinafval;
•
Beperken van de hoeveelheid papier en karton aan de bron;
•
Verwijzen naar de kringloopwinkels voor herbruikbare goederen;
•
Kopen op maat en minder voedsel weggooien in de vuilnisbak;
•
‘Consuminderen’ in plaats van consumeren (eigenlijk: duurzaam consumeren);
•
Gebruikmaken van eigen boodschappentas bij het doen van de boodschappen in plaats van het gebruik van plastic tassen van de supermarkt;
•
Kopen van drankproducten voornamelijk in statiegeldflessen in plaats van drankenkartons of wegwerpverpakkingen;
•
Kiezen voor producten met minder verpakkingsmateriaal (papier, plastic, glas, blik, hout).
De gemeente Noordenveld wil de totale hoeveelheid huishoudelijk afval beperken c.q. terugdringen met 200 ton (ten opzichte van totaal 20.181 ton afval in 2009) door middel van: - Het zelf (meer) composteren van GFT-afval. De gemeente richt zich hier op het zelf composteren van groente-, fruit- en tuinafval. Als de burgers c.q. inwoners van de gemeente Noordenveld meer zelf composteren wordt er minder GFT-afval aangeboden ter verwerking. Dit is mogelijk met behulp van een compostvat en/of –hoop. In 2006 was 23% van de huishoudens in het bezit van een compostvat en/of –hoop. Zij deden daar naar eigen zeggen gemiddeld de helft van hun GFT-afval in of op. Ervan uitgaande dat dit percentage in 2009 niet substantieel gewijzigd is en uitgaande van gemiddeld 168 kg GFT per inwoner per jaar gaat het om een preventie van 600 ton GFT. De gemeente streeft ernaar dat percentage in 2014 te hebben verhoogd naar 24%. Met dat percentage gaat het om een preventie van 625 ton GFT. De extra afvalpreventie is derhalve 25 ton GFT. Omgerekend is dat een bedrag van € 2.500 aan vermeden verwerkingskosten. Doelstelling: In 2014 is 24% van de huishoudens in het bezit van een compostvat en/of –hoop en maakt hiervan gebruik. - Het terugdringen van de hoeveelheid oud papier en karton aan de bron. De gemeente richt zich daarbij vooral op het inperken van de papierstroom bij de bron, hetgeen betekent dat men de stroom papier al wil terugdringen voordat dit de bewoners van de gemeente Noordenveld bereikt. Dat kan door middel van de distributie van antidrukwerkstickers aan de inwoners van Noordenveld. In 2006 maakte 13% van de huishoudens van Noordenveld gebruik van deze antidrukwerkstickers. Ervan uitgaande dat dit percentage in 2009 niet
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
22
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
substantieel gewijzigd is en verondersteld dat per sticker gemiddeld 1 kg oud papier per week wordt ‘tegengehouden’, zou dat voor 2009 in Noordenveld neerkomen op een preventie van 95 ton oud papier. De gemeente streeft ernaar dat percentage in 2014 te hebben verhoogd naar 20%. Met dat percentage gaat het om een preventie van 145 ton oud papier. De extra afvalpreventie hierin bedraagt een hoeveelheid van 50 ton oud papier en karton. Omgerekend is dat een bedrag van € 5.000,00 aan vermeden verwerkingskosten. Doelstelling: In 2014 maakt 20% van de huishoudens van de gemeente Noordenveld gebruik van een antidrukwerksticker. - Het bevorderen van hergebruik van nog bruikbare goederen zodat er minder huishoudelijke afvalstoffen ontstaan. Dat kan door gebruik te maken van de in de gemeente Noordenveld aanwezige kringloopwinkels. Uit een in 2006 gehouden bewonersonderzoek is gebleken dat toen 50% van de inwoners van Noordenveld wel eens gebruik maakte van de kringloopwinkel. Onder gebruikmaken wordt zowel het inleveren als het kopen van goederen verstaan. Hieraan wordt de volgende veronderstelling gekoppeld. Ervan uitgaande dat wat aan goederen wordt ingeleverd bij een kringloopwinkel ook weer wordt verkocht door de kringloopwinkel, zorgt ervoor dat hierdoor minder goederen als afval worden aangeboden evenals dat de goederen niet als nieuw te hoeven worden aangekocht. Dit bevordert het hergebruik. De gemeente wil dat in 2014 55% van de huishoudens van de gemeente gebruik gaat maken van de kringloopwinkel. Met dat percentage gaat het om een extra preventie van 5%. Gerelateerd aan de hoeveelheid grofvuil betekent dat een extra afvalpreventie van ca. 50 ton ofwel een bedrag van € 5.500 aan te vermeden verwerkingskosten. Doelstelling: In 2014 maakt 55% van de huishoudens van de gemeente Noordenveld gebruik van de aanwezige kringloopwinkels. - Het kopen op maat en het minder weggooien van voedsel. Elk jaar gooit een huishouden in Noordenveld gemiddeld 100 kilo voedsel weg: 10 tot 15% van de gekochte voedingsmiddelen. Dat is verspilling van voedsel en het is weggegooid geld. Een groot deel van het weggegooide voedsel verdwijnt ongebruikt in de vuilnisbak. Het is bedorven voordat men kans zag het op te eten of men had er gewoon geen trek meer in. Veel voedselverspilling kan gemakkelijk worden voorkomen door de inkoop van boodschappen beter af te stemmen op wat men daadwerkelijk gebruikt. In 2009 is gebleken uit sorteeranalyses op het huishoudelijk restafval dat huishoudens in Noordenveld gemiddeld 100 kilo voedsel weggooien. In totaal is dat een hoeveelheid van 1000 ton per jaar. Als huishoudens in 2014 hiervan een tiende minder weggooien dan in 2009 levert dat een afvalpreventie op van circa 100 ton afval. Omgerekend gaat het hier om een bedrag van € 10.000,00 aan te vermeden verwerkingskosten. Doelstelling: In 2014 gooien de huishoudens van de gemeente Noordenveld 10% minder voedsel weg dan in 2009. 4.3 Bereiken doelstellingen - Composteren. De gemeente wil het zelf composteren meer stimuleren door middel van het blijven aanbieden van de Composteercursus in samenwerking met de Werkgroep Milieu van het IVN Roden. Daarnaast is de gemeente voornemens het subsidiebedrag op de aanschaf van compostvaten te verhogen van 50% naar 75% van het aanschafbedrag van € 87,50. Verder wil de gemeente de extra subsidie op de aanschaf van een composteervat verhogen van 15% naar 25% van het aanschafbedrag, mits men kan aantonen de composteercursus te hebben bijgewoond. Een compostvat wordt op die manier dus 100% gesubsidieerd.
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
23
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
- Antidrukwerkstickers. De gemeente wil het gebruik van de antidrukwerkstickers bevorderen door deze één keer per jaar tegelijkertijd met de afvalkalender gratis aan de huishoudens te verstrekken. Daarnaast wil de gemeente via publicaties in de Krant en op de gemeentelijke website wijzen op het belang van afvalpreventie door het beperken van de papierstroom aan de bron. Tevens kan erop gewezen worden dat veel informatie via internet beschikbaar is. - Kringloopwinkels. De gemeente wil het (her)gebruik via de kringloopwinkels stimuleren door de huishoudens door middel van publicaties in De Krant en de gemeentelijke website hierop te wijzen en hiernaar door te verwijzen. De kringloopwinkels maken overigens geen deel uit van het inzamelsysteem van de gemeente Noordenveld. - Kopen voedsel op maat en minder voedsel weggooien in de vuilnisbak. De gemeente wil proberen de huishoudens ervan bewust te maken dat door het kopen van voedsel op maat en het minder weggooien van voedsel in de vuilnisbak kan worden voorkomen dat afval ontstaat. De bewustwording hiervan is te realiseren door in te zetten op communicatie en voorlichting. Het belang van afvalpreventie en de mogelijkheden hiervoor dient via een afvalbrochure duidelijk te worden gemaakt bij de huishoudens. Het opstellen van de afvalbrochure is ondergebracht bij hoofdstuk 9 (Communicatie). 4.4 Financiële consequenties (per doelstelling) Doelstelling composteren via composthoop of –vat bij 24% van de huishoudens Voor het behalen van deze doelstelling zijn de volgende kosten geraamd: -voortzetten composteercursus ad € 250 per jaar. -verzorgen accommodatie inclusief consumpties ad € 250 per jaar. -verhogen subsidie op aanschaf compostvat ad € 2.500 per jaar. -verhogen bonus bij bijwonen composteercursus ad € 750,00 per jaar. Doelstelling antidrukwerkstickers bij 20% van de huishoudens Voor de antidrukwerkstickers zijn geen kosten geraamd, want deze stickers kunnen gratis worden besteld. De distributie van de antidrukwerkstickers kan gelijktijdig plaatsvinden met de uitgifte van de afvalkalender. Geraamde kosten: 0. Doelstelling gebruikmaking van kringloopwinkels bij 55% van de huishoudens Voor de kringloopwinkels worden geen kosten geraamd, want dit betreft alleen de kosten van voorlichting en publicaties in De Krant. De kringloopwinkels dienen hierover nog geïnformeerd te worden. Geraamde kosten: 0. Doelstelling kopen voedsel op maat en 10% minder voedsel weggooien in de vuilnisbak Voor het opstellen van de afvalbrochure wordt verwezen naar hoofdstuk 9 (communicatie). Daar zijn ook de geraamde kosten voor opstellen van de afvalbrochure neergelegd.
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
24
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
Hoofdstuk 5: Afvalscheiding 5.1 Algemeen Afvalscheiding houdt in het gescheiden inzamelen van diverse herbruikbare componenten uit het huishoudelijk restafval, zoals GFT-afval, papier, glas, textiel, klein chemisch afval (KCA), afgedankte elektrische en elektronische apparaten (AEEA) en kunststof verpakkingsafval. Het gescheiden inzamelen van deze componenten beperkt de hoeveelheid huishoudelijk restafval. Scheiding aan de bron moet resulteren in afvalstoffen die kunnen worden verwerkt tot nuttig toepasbare producten, materialen of brandstof, dan wel moet een reststroom opleveren die met minder milieudruk kan worden verwerkt dan wanneer geen scheiding aan de bron had plaatsgevonden. De milieudruk van de gescheiden inzameling en nuttige toepassing moet gelijk zijn aan of lager zijn dan integrale inzameling en verwijdering (verbranden als vorm van verwijderen of storten). Het uitgangspunt van beleid in de gemeente Noordenveld voor de planperiode is gescheiden inzameling van de volgende afvalstoffen: GFT-afval, oud papier en karton, glas, textiel, elektr(on)ische apparatuur (AEEA), klein chemisch afval (KCA) en componenten uit grof huishoudelijk afval (zoals grof tuinafval, huishoudelijk bouw- en sloopafval, waaronder verduurzaamd hout). Hieraan wordt de deelstroom kunststof verpakkingsafval toegevoegd als een gescheiden in te zamelen afvalstof. Met het uitgangspunt gescheiden inzameling wordt hier bedoeld: scheiding aan de bron. Reden hiervoor is dat afval als een grondstof moet worden gezien en daarom heeft hergebruik altijd de voorkeur boven verbranding. Bovendien is scheiding aan de bron goedkoper dan integrale inzameling van huishoudelijke afvalstoffen. Aan de bron worden daarom de in LAP-2 onderscheiden fracties gescheiden. Het scheiden van andere deelstromen naast de in LAP-2 omschreven fracties leidt tot onevenredig hoge meerkosten, hetgeen als onwenselijk wordt gezien. Als voor een of meerdere deelstromen methoden voor mechanische nascheiding van integraal afval operationeel zijn die leiden tot een gelijke of lagere milieudruk bij afvalbeheer en waarbij op de kortere en langere termijn substantiële kostenvoordelen kunnen worden aangetoond, kan worden afgezien van afvalscheiding aan de bron dan wel kan worden overwogen additioneel mechanische nascheiding toe te passen. Op het moment van opstellen van dit plan is mechanische nascheiding van kunststof verpakkingsafval uit integraal ingezameld huishoudelijk afval niet aan de orde evenmin als een vergoeding voor het nascheiden van kunststofverpakkingen. Bij de evaluatie in 2012 zal deze optie opnieuw in overweging worden genomen. Tot dat moment dienen de kosten van bronscheiding voor kunststofverpakkingen maatschappelijk aanvaardbaar te zijn en in verhouding tot het milieuvoordeel te staan. 5.2 Doelstelling De gemeente Noordenveld wil bij het scheiden van de diverse herbruikbare componenten uit het huishoudelijk afvalstoffen voldoen aan de norm van 60% (zoals opgenomen in LAP-2). Dit houdt in dat 60% van alle huishoudelijke afvalstoffen gescheiden wordt ingezameld en de hoeveelheid huishoudelijk restafval wordt verminderd. Aan de norm zoals opgenomen in het LAP-2 dient de gemeente Noordenveld in 2015 te voldoen, de gemeente streeft er echter naar om in 2014 aan deze norm te voldoen. De afvalscheiding voor grof huisvuil in 2014 is 77%. Doelstelling: In 2014 wordt 60% van alle huishoudelijk afvalstoffen gescheiden ingezameld. Inherent hieraan wordt 77% van alle grof huisvuil gescheiden ingezameld.
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
25
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
5.3 Bereiken doelstelling Als de gemeente Noordenveld de norm van 60% afvalscheiding wil realiseren, heeft dat als consequentie dat er door de (31.000) inwoners van Noordenveld (met 14.000 aansluitingen) meer afvalscheiding moet worden toegepast. Daarvoor moet de gemeente Noordenveld een verbetering van de afvalscheiding van 3,75% (gewicht%) op de hoeveelheid huishoudelijk afval van 2009 zien te behalen, want voor 2009 bedroeg de afvalscheiding 56,25%3. Het restant, ofwel de hoeveelheid restafval moet op verantwoorde wijze worden afgevoerd. Door het hergebruiken van afvalstromen verandert restafval in een grondstof en kan dus geld opleveren in plaats van geld kosten (C2C-filosofie). De focus ligt dus op het hergebruik van componenten uit de categorie huishoudelijk restafval door middel van bronscheiding. Daarnaast wordt er op deze wijze ook een bijdrage geleverd aan de kwalitatieve doelstelling uit het LAP om het Cradle-to-Cradle (C2C) concept als inspiratiebron te gebruiken bij de afvalstromen GFT, oud papier en karton, glas, textiel en kunststofverpakkingen. De gevolgen hiervan voor de te scheiden afvalstromen in Noordenveld worden tot uitdrukking gebracht in onderstaande tabel 5.1. Tabel 5.1 Scheidingsdoelstellingen 2009-2014 Afvalstroom
Afvalscheiding gerealiseerd in 2009:
In restafval aanwezig in 2009:
Te realiseren doelstelling in 2014:
Extra inspanning in 2014 t.o.v. 2009:
GFT
168 kg/inw/jr
33,7 kg/inw/jr
175 kg/inw/jr
+ 7 kg/inw/jr
Papier
80 kg/inw/jr
20,4 kg/inw/jr
85 kg/inw/jr
+ 5 kg/inw/jr
Glas
21 kg/inw/jr
22,4 kg/inw/jr
24 kg/inw/jr
+ 3 kg/inw/jr
Textiel
6 kg/inw/jr
13,8 kg/inw/jr
7 kg/inw/jr
+ 1 kg/inw/jr
KCA
1,5 kg/inw/jr
0,0 kg/inw/jr
1,5 kg/inw/jr
+ 0,0 kg/inw/jr
Kunststoffen
0 kg/aansl/jr
75 kg/aansl/jr
18 kg/aansl/jr
+ 18 kg/aansl/jr
Grofvuil
77%
n.v.t.
Minimaal 77%
+ 0%
Toelichting: c ijfers 2009 afkomstig uit jaarverslag 2009 van de Vakgroep Reiniging
Het bovenstaande betekent dat de gemeente Noordenveld ten opzichte van 2009 een extra inspanning zal moeten leveren. Voor 2014 kunnen de volgende doelen als realistisch worden beschouwd: •
Inzamelen van 5425 ton GFT, dit is 198 ton meer dan in 2009;
•
Inzamelen van 2635 ton oud papier en karton, dus 154 ton meer dan in 2009;
•
Inzamelen van 744 ton glas, dus 80 ton meer dan in 2009;
•
Inzamelen van 217 ton textiel, dus 36 ton meer dan in 2009;
•
Inzamelen van 46,5 ton KCA, dus 0,5 ton meer dan in 2009;
•
Inzamelen van 252 ton kunststof verpakkingen, deze werden in 2009 niet ingezameld;
•
Inzamelen van maximaal 7100 ton fijn restafval, dus 721 ton minder dan in 2009;
•
Inzamelen van maximaal 1300 ton grof restafval, maar 350 ton meer dan in 2009.
De bovengenoemde hoeveelheid afval in deelstromen die extra zal moeten worden ingezameld, bevindt zich nu nog in het restafval. Met betrekking tot de hoeveelheden is dit een prognose voor de toekomst. De verwachting voor Klein Chemisch Afval is dat de 3
Jaarverslag 2009, Afvalcijfers Vakgroep Reiniging Gemeente Noordenveld d.d. 31-05-2009
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
26
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
hoeveelheid KCA zal afnemen, omdat er steeds minder milieubelastende verfstoffen worden geproduceerd en als gevolg daarvan ook minder zullen worden aangeboden als KCA. Desalniettemin tracht de gemeente Noordenveld om alle KCA uit het huishoudelijk restafval te halen en te houden. Het inzamelen van kunststof verpakkingsafval aan de bron is nieuw, omdat deze in het verleden niet gescheiden hoefde te worden. Ten aanzien van deze deelstroom worden de inzamelresultaten per jaar gevolgd. Er worden jaarlijks sorteeranalyses uitgevoerd. Binnen de gemeentelijke organisatie van Noordenveld wordt er tussentijds geëvalueerd. Daarnaast wordt ook in samenwerking met de Stivam-partners in 2012 een evaluatie van bronscheiding uitgevoerd en advies uitgebracht over door te voeren verbeteringen. Daarin zal de optie voor nascheiding opnieuw in beschouwing worden genomen. Met genoemde in te zamelen tonnages kan de doelstelling van 60% afvalscheiding worden gerealiseerd. Het Brengstation vervult in de gemeentelijke inzamelstructuur een belangrijke rol als achtervang. De gemeente wil graag dat de burgers hun hout, glas, ijzer en puin zoveel mogelijk gescheiden komen brengen. Dit mede om te voorkomen dat deze afvalstoffen ongescheiden in de grijze minicontainer belanden en vervolgens ‘duur’ betaald moeten worden bij verwerking. Hiervoor zouden burgers kunnen worden gestimuleerd het grof huisvuil naar het Brengstation te komen brengen door hier bijvoorbeeld een ‘vrij forfait’ in te stellen. Er dient dus een beleidskeuze gemaakt te worden voor het wel of niet invoeren van een vrij forfait. Bij de invoering hiervan moet worden vastgesteld hoe hoog dit vrije forfait dient te zijn. Dit betekent dat bij een vrij forfait van bijvoorbeeld 100 kilo geen kosten in rekening worden gebracht. De kosten voor dit vrije forfait worden pas in rekening gebracht boven het vrije forfait. Het uiteindelijke doel is een betere afvalscheiding en een lagere afvalbeheerskosten. Met het bovenstaande kan tegemoet worden gekomen aan de wens van burgers om een deel van het grofvuil ‘gratis’ te mogen brengen. Verder kan hiermee een betere afvalscheiding worden bewerkstelligd. Daarnaast wordt hiermee tevens ook de nodige dekking van de kostenposten op het Brengstation geborgd. Het inzamelen van de voornoemde hoeveelheden herbruikbare deelstromen in 2014 is niet alleen beleidsmatig van belang, er liggen ook besparingsmogelijkheden in financiële zin. Indien de hoeveelheden herbruikbare deelstromen toenemen, neemt de hoeveelheid huishoudelijk restafval (evenredig) af en dalen de verbrandingskosten. Hier tegenover staat echter wel dat de kosten voor de inzameling en verwerking van deze apart ingezamelde deelstromen toenemen. De kosten voor het apart inzamelen van de diverse deelstromen en het op die manier beperken van de hoeveelheid huishoudelijk restafval zijn echter lager dan de kosten voor het verbranden van een grotere hoeveelheid huishoudelijk restafval. Gelet op de doelstelling voor afvalscheiding en de begrote hoeveelheid huishoudelijk afval voor 2014 kan dit de volgende financiële consequenties hebben: Minder restafval, dus minder verwerkingskosten, namelijk: 721 ton x €111,00 = € 80.000,00 Meer grof restafval, dus extra kosten, namelijk: 350 ton x €111,00 = €39.000,00 Meer gescheiden deelstromen, dus extra kosten: 198 ton x € 30,00 = €6.000,00 Af: € 45.000,00 Geraamd resultaat per saldo is: € 35.000,00
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
27
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
Gelet op de doelstelling voor afvalscheiding voor grofvuil op het Brengstation dient met de invoering van een vrij forfait rekening gehouden te worden met het volgende: Op de 14.000 aansluitingen wordt door 7.000 aansluitingen regelmatig gebruik gemaakt van het Brengstation. Bij het vrijgeven van de eerste 100 kilo betekent dat 700 ton ingebracht afval waarvoor geen vergoeding wordt betaald. Dit betekent een verlaging van de inkomsten met €50.000. Daarnaast betekent dit, dat er een investering moet worden gepleegd van €35.000,- voor het aanpassen van de registratieprogrammatuur. Een en ander in een overzicht laat zien dat de tarieven enigszins omhoog gaan als er een vrij forfait wordt ingevoerd. Tabel 5.2: Financiële consequenties vrij forfait voor tariefstelling op Brengstation
Vrij forfait nul kilo vrij 100 kilo vrij 200 kilo vrij 250 kilo vrij
Te verrekenen tonnen 3175 2475 1775 1425
Huidige opbrengst € 222.250 € 222.250 € 222.250 € 222.250
Tarief huidige opbrengst € 0,07 € 0,09 € 0,13 € 0,16
bij Gewenste opbrengst € 330.000 € 330.000 € 330.000 € 330.000
Tarief gewenste opbrengst € 0,10 € 0,13 € 0,19 € 0,23
bij
Bron: Jaarverslag 2009 Afvalcijfers Vakgroep Reiniging en Jaarrekening 2009 gemeente Noordenveld Toelichting: De betaalde fracties op het Brengstation vertegenwoordigen over de afgelopen 4 jaren een gemiddelde hoeveelheid van 3175 ton. De opbrengst hiervan bedraagt gemiddeld €222.250,-. De totale kosten van het Brengstation bedragen circa €450.000,-. Daarvan is slechts 50% gedekt. Het gewenste niveau is 75%. Dit kan bereikt worden door in ieder geval de directe inzamelkosten op het Brengstation voor personeel, transport en verwerking ad €330.000 gedekt te hebben. Gevolg hiervan is een bijstelling van het tarief. Voor het instellen van een vrij forfait dienen voorts de bijkomende kosten in de tarieven te worden verdisconteerd.
Met een stijging van het tarief met 3 Eurocent per kilo per jaar wordt de doelstelling van 75% kostendekkendheid gehaald. Echter, daarmee is nog geen vrij forfait ingesteld. Uit de afvalcijfers over de afgelopen jaren is gebleken dat de gemiddelde hoeveelheid gebracht afval per bezoeker op het Brengstation circa 200 kilogram bedroeg. Dit is een samengestelde hoeveelheid van de gratis en betaalde afvalstromen. Uit sorteeranalyses blijkt dat er bij de huishoudens nog een hoeveelheid van circa 50 kilo aan grof restafval beter kan worden gescheiden. Deze hoeveelheid in combinatie met de extra verkregen ruimte in de grijze container door de kunststofinzameling geeft reden om 100 kilogram per huishouden als uitgangspunt voor het vrije forfait te nemen. Daarom wordt voorgesteld om een eenmalig vrijforfait van 100 kilogram per jaar per huishouden in te voeren. Boven dit vrije forfait van 100 kilogram worden dan pas kosten in rekening gebracht. Het tarief komt dan op € 0,13 per gebrachte kilogram afval. Gezien de tarieven in naburige gemeenten is een tarief van € 0,13 per gebrachte kilogram op het Brengstation heel redelijk. In relatie met het bovenstaande dient ook het tarief voor het bij de burger aan huis ophalen van grofvuil te worden aangepast. Het huidige tarief bedraagt € 24,45 per m3. Dit haaltarief zal in verhouding moeten staan tot het brengtarief per kilogram op het Brengstation. Als gevolg daarvan zal het tarief voor het ophalen van grofvuil bij de burger aan huis worden bijgesteld.
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
28
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
De gemeente Noordenveld kan het scheidingsgedrag van de burger beïnvloeden via het aanbieden van inzamelvoorzieningen, dienstverlening, communicatie en handhaving. Dit houdt in passende inzamelvoorzieningen voor diverse soorten aansluitingen, een goede dienstverlening, gerichte communicatie en een adequate handhaving. Om een goede afvalscheiding verder te bevorderen zal de gemeente een communicatietraject opzetten en voorlichting geven over afvalscheiding. Tevens zal zij de hoeveelheid gescheiden afval goed moeten blijven monitoren. Communicatie en voorlichting betreffende een goede afvalscheiding aan de bron is nuttig en noodzakelijk. Op basis van sorteeranalyses kan vervolgens worden gecontroleerd of er sprake is van een verbeterde afvalscheiding door de burger. Bij ernstige overtreding van de scheidingsregels zal handhavend worden opgetreden. 5.4 Financiële consequenties. Gelet op de doelstelling voor afvalscheiding en de begrote hoeveelheid huishoudelijk afval voor 2014 kan het verbeteren van afvalscheiding de volgende financiële consequenties hebben: Minder restafval, dus minder verwerkingskosten, namelijk: 721 ton x €111,00 =
€ 80.000,00
Meer grof restafval, dus extra kosten, namelijk: 350 ton x € 111,00 = € 39.000,00 Meer gescheiden deelstromen, dus extra kosten: 198 ton x € 30,00 = € 6.000,00 Af: € 45.000,00 Geraamd resultaat per saldo is: € 35.000,00 Het aanpassen van de tarieven van het Brengstation levert een positief resultaat op van € 100.000. Hierin zijn de aanpassingen op het Brengstation niet versleuteld. De positieve gevolgen voor het tarief blijven beperkt aangezien de meerkosten zoals de inflatie van de kosten voor de verwerking niet meegenomen en eventuele extra personele inzet niet verwerkt zijn. In elk geval kan de tariefstijging van het tarief beperkt blijven tot alleen de trendmatige verhoging aangezien eventuele negatieve effecten in ieder geval geneutraliseerd worden door onder andere de verhoging op het Brengstation.
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
29
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
Hoofdstuk 6: Dienstverlening c.q. service voor de inwoners 6.1 Algemeen Op basis van wet- en regelgeving heeft de gemeente Noordenveld een zorgplicht ten aanzien van het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen. De gemeente Noordenveld streeft bij de invulling en/of uitvoering van haar zorgplicht naar een goede dienstverlening voor de burger. Dat houdt in dat de gemeente haar inwoners op het gebied van afvalinzameling een bepaalde service wil bieden. Deze service is gebaseerd op de ‘meest geëigende methode’ (MGM)4 voor 5 afvalinzameling evenals ‘de gemeentelijke afvalmonitor’ en moet ervoor zorgen dat de inwoners van de gemeente Noordenveld tevreden zijn over de wijze waarop het huishoudelijk afval wordt ingezameld. De service die de gemeente Noordenveld haar inwoners biedt is onder andere gelegen in een passende inzamelwijze die is afgestemd op de soort bebouwing. Iedere soort bebouwing vraagt om andere inzamelmiddelen. Door het aanbieden van passende inzamelvoorzieningen verleent de gemeente de burger een service maar beschikt zij ook over een middel om het scheidingsgedrag van de burger positief te beïnvloeden. 6.2 Doelstelling In 2006 heeft er een bewonersonderzoek naar de afvalstoffenprocedures plaatsgevonden bij de inwoners van de gemeente Noordenveld. Een van de aspecten die toen zijn gemeten is de tevredenheid over de dienstverlening c.q. service die de gemeente Noordenveld haar inwoners biedt met betrekking tot de inzameling van huishoudelijke afvalstoffen. 88% van de huishoudens heeft toen aangegeven de inzameling van gft- en restafval als goed te beschouwen. De gemeente Noordenveld streeft ernaar om de tevredenheid van de burgers op een gelijk niveau te houden. Doelstelling: in 2014 beschouwt 88% van de huishoudens de inzameling van gft- en restafval als goed. In 2006 beschouwden 80% van de huishoudens van de gemeente Noordenveld de afvoermogelijkheid voor grofvuil als goed. De gemeente Noordenveld streeft ernaar om de tevredenheid van de burgers ten aanzien van de afvoermogelijkheid van grof vuil op een gelijk niveau te houden. Doelstelling: in 2014 beschouwt 80% van de huishoudens de afvoermogelijkheid voor grofvuil als goed. In 2006 beschouwden 92% van de huishoudens van de gemeente Noordenveld de afvalinzameling in het algemeen als goed. De gemeente wil dat niveau graag handhaven. Doelstelling: in 2014 beschouwt 92% van de huishoudens van de gemeente Noordenveld de afvalinzameling in het algemeen als goed. 4
Met de meest geëigende methode wordt de inzamelmethode bedoeld, die op basis van een
afweging van de criteria hergebruik, kosten, milieurendement en realiseerbaarheid, in doorsnee situaties de meest doelmatige is (IPH 99-03). 5 In de gemeentelijke afvalmonitor worden prestatie-indicatoren voor dienstverlening genoemd. Het prestatiegebied dienstverlening wordt bepaald door de omvang van het dienstverleningspakket, dat de gemeente haar burgers aanbiedt en door de perceptie die de burger daarbij heeft (AOO 2003-02).
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
30
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
Dienstverlening en service bieden betekent aan de andere kant ook dat vragen en/of klachten worden afgehandeld. In 2006 belde 22% van de huishoudens met een vraag of klacht over de afvalinzameling. Van de 22% was driekwart tevreden en een kwart was matig tot niet tevreden. De gemeente Noordenveld streeft ernaar om de klanttevredenheid over afhandeling van vragen en/of klachten over de afvalinzameling op een gelijkwaardig niveau te houden. Doelstelling: in 2014 is van de huishoudens die bellen met een vraag en/of klacht over de afvalinzameling 75% tevreden met de afhandeling hiervan. Het totaal aantal klachten en meldingen in 2009 dat op het Meldpunt Leefomgeving is binnengekomen bedroeg 6.200 stuks. Daarvan had bijna de helft (3.000 stuks) betrekking op afvalinzameling. Hiervan hebben zo’n 2.000 stuks te maken met de grijze, groene en papiercontainer. Als dit aantal gerelateerd wordt aan het aantal handelingen voor restafval, gft-afval en papier (samen 840.000 stuks), dan valt het aantal klachten en meldingen bij het Meldpunt Leefomgeving verhoudingsgewijs best mee. Uiteindelijk worden alle klachten en meldingen afgehandeld. Dat neemt niet weg dat de gemeente het aantal klachten en meldingen dat betrekking heeft op afvalinzameling graag wil verminderen. De gemeente Noordenveld streeft ernaar om het aantal klachten en meldingen dat betrekking heeft op afvalinzameling te verminderen met 25% ten opzichte van 2009. Doelstelling: in 2014 is het aantal klachten en meldingen, dat betrekking heeft op de afvalinzameling ten opzichte van 2009 met 25% verminderd. 6.3 Bereiken doelstellingen De gemeente Noordenveld wil haar burgers tevreden houden door het verlenen van een bepaalde service ten aanzien van de inzameling van huishoudelijke afvalstoffen. De gemeente Noordenveld is voornemens deze service te verlenen door middel van een passende inzamelwijze die is afgestemd op de soort bebouwing. Daarvoor dient de gemeente te beschikken over passende haal- en brengsystemen. De haalsystemen bestaan uit minicontainers voor laagbouwaansluitingen en rolcontainers voor hoogbouwaansluitingen. Naast deze haalsystemen zijn er voorzieningen waar de burger afval naar toe kan brengen. Onder deze brengsystemen vallen het Brengstation en diverse wijkverzamelcontainers. Grof huisvuil en huishoudelijk klein chemisch afval worden op afspraak en onder voorwaarden aan huis opgehaald of kunnen door de burgers naar het Brengstation worden gebracht. Het verminderen van klachten en meldingen is te bereiken door deze goed te analyseren en oplossingen aan te bieden voor de problemen. Ten aanzien van de klachten komt als belangrijkste oorzaak c.q. reden in beeld: breuk en beschadiging van container of deksel. Dit kan de gemeente in de meeste gevallen zelf herstellen door de beschadigde containers dan wel onderdelen hiervan om te wisselen voor nieuwe exemplaren. Dit betreft evenwel het afhandelen van de klacht, niet het voorkomen ervan. Daarvoor dient de leverancier te worden aangesproken. Ten aanzien van de meldingen over wel/geen lediging kan worden gezegd dat een goede voorlichting over de aanbiedregels, plaats en tijdstip bij het aanbieden van de containers al een heleboel klachten en meldingen kan voorkomen. 6.3.1.Haalsysteem Inzameling gft-afval, restafval en oud papier bij laagbouw
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
31
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
De inzameling van gft-afval, restafval en oud papier bij laagbouw geschiedt op dit moment grotendeels met zijladers. Met deze vuilniswagens worden de minicontainers voor rest- en gftafval geleegd. Oud papier en karton wordt met minicontainers ingezameld. Naast de chauffeur zijn er voor het legen van de papiercontainers twee medewerkers (beladers) nodig. De ondergrondse containers worden met behulp van een vrachtauto, voorzien van laadkraan, geleegd. Inzameling gft-afval, restafval en oud papier bij hoogbouw De gemeente dient er voor zorg te dragen dat ten minste eenmaal per week huishoudelijk afval wordt ingezameld, waarbij groente-, fruit- en tuinafval afzonderlijk wordt opgehaald, artikel 10.21 Wet milieubeheer (Wm). Op basis van artikel 10.26, lid 1, sub c (Wm), kan de gemeenteraad besluiten dat in een gedeelte van het grondgebied van de gemeente geen huishoudelijke afvalstoffen worden ingezameld. Omdat onder het begrip ‘huishoudelijk afval’ ook het gft-afval valt, kan de gemeente de vrijstellingsmogelijkheid ook gebruiken voor gft-afval. De gemeente Noordenveld maakt ten aanzien van het afzonderlijk inzamelen van gft-afval bij hoogbouw al gebruik van deze vrijstelling. Redenen hiervoor zijn dat er bij hoogbouw relatief weinig gft-afval wordt ingezameld waardoor de kosten voor inzameling erg hoog zijn. Daarnaast is het gft-afval structureel vervuild met ander huishoudelijk afval waardoor dit niet als compost kan worden aangewend en alsnog bij het reguliere huishoudelijke afval wordt gevoegd. Ook vanuit milieuhygiënisch oogpunt is het separaat inzamelen van gft-afval bij hoogbouw geen gewenste situatie. Dit is in de vigerende afvalstoffenverordening al vastgelegd. Het beleid van de gemeente Noordenveld is gebruik te (blijven) maken van de vrijstelling om het gft-afval bij hoogbouw niet afzonderlijk in te zamelen. Bij hoogbouw wordt voor de inzameling van het restafval (inclusief gft-afval) en oud papier gebruik gemaakt van rolcontainers. De rolcontainers, zoals we die bij hoogbouw gebruiken, kunnen worden vervangen door ondergrondse containers binnen de voorwaarden van de notitie inzake ‘Ondergrondse containers bij hoog- en stapelbouw als keuzemogelijkheid voor inzameling huishoudelijk afval’. 6 In deze notitie is het volgende bepaald: •
Ten aanzien van nieuwbouw en bestaande bouw van verzamelwoongebouwen de mogelijkheid bieden om huishoudelijk afval met ondergrondse containers in te zamelen;
•
De hieruit voortvloeiende kosten met betrekking tot de aanschaf en plaatsing hiervan in rekening te brengen bij eigenaren c.q. gebruikers van verzamelwoongebouwen;
•
De regie met betrekking tot aanschaf, plaatsing en lediging alsmede benodigd aantal ondergrondse afvalcontainers voor een verzamelwoongebouw door de gemeente te laten bepalen en uitvoeren in een zo vroeg mogelijk stadium;
De uitvoering van aanschaf en plaatsing van een ondergrondse afvalcontainer niet eerder te laten plaatsvinden dan na getekende opdrachtbevestiging. Het plaatsen van de ondergrondse voorzieningen gebeurt in overleg met de bewoners dan wel vertegenwoordiging van de bewonersvereniging van de verzamelwoongebouwen. Hierbij speelt de locatiekeuze een belangrijke rol. Dit vindt bij nieuwbouwprojecten plaats in overleg met de verschillende betrokkenen. De aanschaf en plaatsing van de ondergrondse containers heeft in die zin geen financiële consequenties voor de gemeente Noordenveld. •
6
College van B&W heeft op 14-03-2006 ingestemd met deze notitie (BW06.0272).
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
32
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
Inzameling gft-afval, restafval en oud papier bij recreatiewoningen Bij recreatiewoningen wordt het restafval (inclusief gft-afval) opgehaald door middel van rolcontainers of ondergrondse opslagcontainers. De ondergrondse containers worden met behulp van een vrachtauto, voorzien van laadkraan, geleegd. Bij de recreatiewoningen vindt geen inzameling van oud papier en karton met verzamelcontainers plaats in verband met brandgevaar en vandalisme. Het oud papier en karton, dat bij de recreatiewoningen vrijkomt, kan gratis op het Brengstation worden aangeboden. De ontwikkelingen die in de gemeente Noordenveld op het gebied van de inzamelstructuur bij recreatiewoningen worden voorzien, hebben vooral te maken met vraagstukken op het gebied van milieuhygiëne en de kwaliteit van de leefomgeving. Daarnaast spelen ook de bereikbaarheid en de toegankelijkheid een rol. Zo heeft het Burgerinitiatief Ondergrondse Afvalinzameling Oosterduinen in 2007 gevraagd om in het recreatiegebied Oosterduinen te Norg op een tweetal plaatsen een proef te nemen met ondergrondse inzameling van afval. Het College van B&W evenals de Raad van de gemeente Noordenveld hebben besloten tot uitvoering over te gaan van het proefexperiment om op een drietal locaties ondergronds huishoudelijke afval in te zamelen. 7 Naar verwachting zal de uitkomst van deze proef zijn dat er duidelijkheid komt over de mogelijkheid en de kosten van ondergrondse inzameling van afval in recreatiegebieden en de mate waarin deze vorm van inzameling bijdraagt aan de verbetering van de leefomgeving in de Oosterduinen. De gemeente Noordenveld telt meerdere recreatiegebieden. Het belang van het proefexperiment reikt dus veel verder dan alleen het recreatiegebied van de Oosterduinen. Het proefexperiment is op dit moment in volle gang. De periode hiervoor loopt van najaar 2009 tot en met het najaar 2010. Begin 2011 zullen de uitkomsten van het proefexperiment worden teruggekoppeld, waarna in het voorjaar van 2011 definitieve besluitvorming volgt ten aanzien van het inzamelbeleid bij recreatiewoningen in Noordenveld. Als de uitkomst van het proefexperiment positief is, zal naar verwachting de inzameling van huishoudelijk afval bij overige locaties met recreatiewoningen op termijn zoveel mogelijk met ondergrondse containers plaatsvinden. De gemeente Noordenveld maakt ten aanzien van het afzonderlijk inzamelen van gft-afval ook bij recreatiewoningen gebruik van de vrijstelling van artikel 10.26, lid 1, sub c. Redenen hiervoor zijn dezelfde als bij hoogbouw, namelijk: relatief weinig gft-afval, hoge inzamelkosten en structurele vervuiling met ander huishoudelijk afval. Vanuit milieuhygiënisch oogpunt is het separaat inzamelen van gft-afval bij recreatiewoningen geen gewenste situatie. Dit is in de vigerende afvalstoffenverordening al vastgelegd. Het beleid van de gemeente Noordenveld is gebruik te (blijven) maken van de vrijstelling om het gft-afval bij recreatiewoningen niet afzonderlijk in te zamelen. In artikel 10.21 (Wm) staat ‘elke gemeente draagt er, al dan niet in samenwerking met andere gemeenten, zorg voor dat tenminste eenmaal per week de huishoudelijke afvalstoffen met uitzondering van grove huishoudelijke afvalstoffen worden ingezameld bij elk binnen haar grondgebied gelegen perceel waar zodanige afvalstoffen geregeld kunnen ontstaan’. In afwijking van artikel 10.21 Wm kan de gemeenteraad op grond van artikel 10.26, eerste lid onder a, Wm bij verordering besluiten dat – in plaats van bij elk perceel – nabij elk perceel 7
Collegebesluit d.d. 22-04-2008 (BW08.0423) en raadsbesluit d.d. 29-05-2008 (RV08.0093).
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
33
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
wordt ingezameld. Gelet op het feit dat de Regeling voorwaarden inzamelen huishoudelijke afvalstoffen nabij elk perceel eind november 2008 is ingetrokken, heeft de gemeente Noordenveld hierin haar eigen beleidsvrijheid. Aangezien de gemeente Noordenveld met betrekking tot de inzameling van huishoudelijke afval bij recreatiewoningen specifieke omstandigheden (vanwege de bereikbaarheid en de toegankelijkheid van het gebied) kent, is het van belang om hiervoor een ‘apart’ criterium vast te leggen. Het beleid van de gemeente Noordenveld ten aanzien van de inzameling van huishoudelijk afval bij recreatiewoningen is om gebruik te maken van inzamelvoorzieningen, zijnde verzamelcontainers (ondergronds dan wel bovengronds) en als criterium voor inzameling nabij elk perceel te hanteren: de dichtstbijzijnde ontsluitingsweg c.q. doorgaande weg naar winkels of werk. Inzameling textiel De afvalstroom textiel wordt door Reshare (voorheen: Het Leger des Heils) zowel bij de laagbouw als bij de hoogbouw ingezameld door middel van zakken. Het ophalen van textiel bij recreatiewoningen is door de slechte bereikbaarheid en toegankelijkheid van de woningen niet mogelijk. Inzameling kunststof verpakkingen (plastic) Met ingang van 2010 worden de kunststofverpakkingen door de gemeente gescheiden ingezameld. 8 De inzameling hiervan geschiedt zowel bij de laagbouw als bij de hoogbouw met behulp van zakken. Het ophalen van de zakken met kunststofverpakkingen vindt tevens plaats bij recreatiewoningen. Dit gebeurt onder meer op locaties die goed bereikbaar en toegankelijk zijn, zoals bij de ondergrondse containers in het recreatiegebied de Oosterduinen. Inzameling Klein Chemisch Afval Tot slot wordt het klein chemisch afval op afspraak en het grof huishoudelijk afval op afspraak en onder voorwaarden opgehaald bij de burger, alleen bij laag- en hoogbouw. Afspraken lopen via het Meldpunt Leefomgeving. Het opgehaalde KCA wordt op het Brengstation afgeleverd. Veel klein chemisch afval wordt hergebruikt. Een deel is (nog) niet herbruikbaar en wordt onder strenge voorschriften door gespecialiseerde bedrijven verbrand of op andere wijze verwerkt. De chemokar van de gemeente Assen wordt ingezet bij de inzameling van KCA in de gemeente Noordenveld. De gemeente Assen is via een aanwijsbesluit aangewezen als inzamelaar van KCA. Inzameling afgedankte elektrische en elektronische apparaten Sinds 1999 zijn gemeenten verplicht wit- en bruingoed gescheiden in te zamelen. Wit- en bruingoed heet nu afgedankte elektrische en elektronische apparaten. Afgedankte elektrische en elektronische apparaten worden conform de landelijke regelgeving, op afroep onder voorwaarden aan huis ingezameld. Met betrekking tot het kleine wit- en bruingoed (alle elektrische huishoudelijke apparaten die in een normale boodschappentas passen) is het op basis van een proefexperiment mogelijk om deze vanaf het eerste kwartaal 2010 gratis bij burgers aan huis op te halen door inzet van de chemokar. 9 8
Notitie gescheiden inzameling van kunststofverpakkingen (BW09.1204). Collegebesluit d.d. 22-12-2009 om hieraan uitvoering te geven. 9 Voorstel inzake Modelovereenkomst inzameling elektr(on)ische apparatuur WEEEovereenkomst. Collegebesluit d.d. 23-02-2010 tot uitvoering proefexperiment (BW10.0026).
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
34
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
Inzameling grof vuil Voor de inzameling van grof huishoudelijk afval is er een haal- en een brengsysteem. Als de burger van Noordenveld niet in de gelegenheid is om zelf afval naar het Brengstation te brengen, dan kan telefonisch een afspraak worden gemaakt om dit afval onder voorwaarden op te laten halen. Hiervoor worden kosten in rekening gebracht. Er wordt een huisvuilroute gereden in Noordenveld voor grof huishoudelijk afval op dinsdag en donderdag. Met deze handelwijze wordt het laten halen van (ongescheiden) grof vuil ontmoedigd en het brengen van (gescheiden) grof vuil naar het Brengstation gestimuleerd. Inzamelfrequentie De gemeente Noordenveld hanteert al jaren de volgende inzamelwijze en -frequentie: - de afvalstromen gft, restafval worden bij de laagbouw één keer in de twee weken afzonderlijk opgehaald. De ene week wordt het restafval ingezameld en de andere week het gft-afval. Bij hoogbouw worden deze afvalstromen een keer per week gezamenlijk opgehaald. Bij recreatiewoningen wordt het afval mimimaal een keer per week ingezameld. Daarmee wordt voldaan aan artikel 10.21 van de Wet milieubeheer; - de afvalstroom oud papier wordt één keer in de vier weken ingezameld; - de afvalstroom textiel wordt één keer per kwartaal ingezameld; -
de afvalstroom kunststof verpakkingen wordt één keer per maand ingezameld; de afvalstroom klein chemisch afval wordt op afspraak ingezameld op de laatste vrijdag van de maand; de afvalstroom kleine huishoudelijke elektrische apparaten wordt op afspraak op de laatste vrijdag van de maand ingezameld; de afvalstroom grote huishoudelijke elektrische apparaten wordt conform de landelijke regelgeving, op afroep onder voorwaarden aan huis ingezameld op dinsdagen en donderdagen.
In verband met de grote tevredenheid over deze wijze van inzameling van huishoudelijke afvalstoffen bij de huishoudens van de gemeente Noordenveld wordt ervoor gekozen deze manier van inzamelen tot en met 2014 te continueren. Ten aanzien van het inzamelen van de afvalstroom textiel zijn er de laatste jaren wel verzoeken van charitatieve instanties geweest om naast de reguliere inzameling ook kleding te mogen inzamelen. Bij het (ongesorteerd) inzamelen van gebruikte kleding, ander textiel en schoeisel betreft dit een afvalstof. Voor het inzamelen van afvalstoffen is op grond van de Afvalstoffenverordening een inzamelvergunning benodigd. Voor het verlenen van een inzamelvergunning heeft Noordenveld beleid vastgesteld. 10 Beleid van de gemeente Noordenveld op het gebied van textielinzameling Op grond van het vastgestelde beleid wordt er slechts één partij aangewezen als inzameldienst voor textiel. Hiermee zijn andere partijen uitgesloten van de inzameling van textiel. Voor de gemeente Noordenveld is het van belang dat de textielinzameling goed en 10
Het beleid voor textielinzameling is vastgelegd in notitie BW03.0325, vastgesteld op 28-032003. Hierop is in 2004 een aanvulling gekomen in collegevoorstel BW04.0526 inzake het maximum aantal kledingcontainers. Dit beleid is voorts door de Raad bekrachtigd in het Afvalstoffenplan van Noordenveld 2005-2008 via raadsvoorstel RV05.0070.
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
35
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
gestructureerd plaatsvindt. Daarmee wordt beoogd dat de kwaliteit en de continuïteit van de gescheiden inzameling van textiel wordt verbeterd en gewaarborgd is, temeer gelet op de ervaringen in het verleden. De gemeente heeft voor de inzameling van textiel een contract voor onbepaalde tijd met Reshare gesloten. 11 Reshare voldoet aan de eisen zoals verwoord in het beleid en er worden goede inzamelresultaten behaald. Andere inzamelaars voldeden niet aan de eisen van de gemeente Noordenveld. Gekozen wordt voor continuering van dit beleid. 6.3.2 Brengsysteem Voor verschillende afvalstoffen worden brengsystemen gehanteerd. Brengsystemen zijn voorzieningen waar de burger zelf het afval naar toe moet brengen. Wijkverzamelcontainers De brengsystemen binnen de gemeente Noordenveld bestaan voor een deel uit wijkverzamelcontainers voor glas en textiel. De wijkverzamelcontainers voor glas staan op circa 40 strategische locaties in de wijken, bij winkels en in de winkelcentra. De inzameling van glas via deze wijkverzamelcontainers is uitbesteed aan derden. Het verpakkingsglas wordt door Van Gansewinkel opgehaald, waarbij wit en gekleurd glas apart worden gehouden. Dat is van belang voor het hergebruik. In de gemeente Noordenveld bedraagt het aantal inwoners per glascontainer 775. De gemeente Noordenveld heeft daarmee een dichtheid hoger dan 1 bak per 1.250 inwoners, maar lager dan 1 bak per 750 inwoners. Dit biedt de gemeente de beste garantie voor het realiseren van de inzameldoelstellingen (qua spreiding). De bovengrondse inzamelvoorzieningen voor glas dienen te worden vervangen door ondergrondse glascontainers met aandacht voor de locatiekeuze. Hierdoor zal een betere spreiding en toegankelijkheid worden gerealiseerd met als gevolg meer aanbod van (op kleur) gescheiden glas. De vervanging van de bovengrondse glascontainers door ondergrondse glascontainers wordt meegenomen binnen de projecten voor gebiedsontwikkeling in de gemeente Noordenveld bij nieuwbouw en/of renovatie. Hiervoor is in het kader van het afvalstoffenplan geen apart budget benodigd. Naast de wijkverzamelcontainers voor glas zijn er eveneens wijkverzamelcontainers voor textiel. Ook deze zijn gelokaliseerd op strategische plaatsen. Het textiel wordt door Reshare (voorheen: het Leger des Heils) opgehaald. In de gemeente Noordenveld bedraagt het aantal inwoners per textielcontainer 1.550. De gemeente Noordenveld heeft hiermee een dichtheid hoger dan 1 bak per 2.200 inwoners. Dit biedt de gemeente Noordenveld de beste garantie voor het realiseren van de inzameldoelstellingen. Brengstation Overslagweg te Roden Ieder huishouden heeft een afvalpas ontvangen die toegang geeft tot het Brengstation. Iedere burger heeft op de wijze de mogelijkheid om huishoudelijk afval naar het Brengstation te brengen. Daarbij kan gedacht worden aan grof vuil, chemisch afval, wit- en bruingoed, grof tuinafval, metalen, klein chemisch afval, asbest, banden, bouw- en sloopafval, kunststoffen en puin. Met de afvalpas en de weegbruggen van het Brengstation is het mogelijk te registreren hoeveel afval hier wordt gebracht. Tevens wordt geregistreerd wie er afval heeft gebracht. 11
In aanwijsbesluit BW03.0559 d.d. 01-07-2003 is besloten het Leger des Heils (nu: Reshare) aan te wijzen als inzameldienst voor textiel in de gemeente Noordenveld.
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
36
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
Afhankelijk van de afvalsoort worden er bij de burger kosten in rekening gebracht voor de verwerking van de afvalstoffen. Bij het brengstation wordt zorgvuldig en nauwkeurig toegezien op een correcte afvalscheiding in aparte afvalstromen. Het Brengstation is gemiddeld 36 uren per week geopend, gedurende 6 dagen in de week (inclusief zaterdag). Het aantal geaccepteerde componenten bedraagt hier minimaal 15 stuks. Afgedankte elektrische en elektronische apparaten (AEEA) kunnen kosteloos naar het Brengstation worden gebracht. De producenten zijn voor de verwerking van afgedankte elektrische en elektronische apparaten (voorheen: wit- en bruingoed) verantwoordelijk. Meten klanttevredenheid In 2014 zal er opnieuw een bewonersonderzoek worden verricht onder de huishoudens binnen de gemeente Noordenveld naar de wijze van inzameling van de huishoudelijke afvalstoffen. Hierbij zal specifiek worden gevraagd naar de klanttevredenheid onder de inwoners van de gemeente Noordenveld. Dat onderzoek zal dusdanig geschieden dat de procedures en het protocol maximaal vergelijkbaar zijn tussen 2006 en 2014. Klanten kunnen we ook tevreden stellen door hun klachten en meldingen op een goede manier af te handelen. Ten aanzien van de klachten c.q. meldingen is het bij de acceptatie op het Meldpunt Leefomgeving van belang hierop een heldere aanpak te kunnen presenteren op basis van probleemomschrijving, kernoorzaak en oplossing. Voorts dient bij de afhandeling van de klacht c.q. melding zo kort mogelijke lijnen te worden benut. Ten aanzien van (incidentele) materiaalklachten kan de gemeente dit in de meeste gevallen zelf snel herstellen door de beschadigde containers dan wel onderdelen hiervan direct om te wisselen voor nieuwe exemplaren. In de begroting voor afvalverwijdering is hiervoor een aparte post opgenomen, namelijk: servicekosten. Deze bedragen momenteel circa € 50.000. Ten aanzien van (structurele) materiaalklachten, zoals de kapotte minicontainers, dient de leverancier te worden aangesproken. Ten aanzien van de meldingen over onjuiste lediging kan worden gezegd dat een goede voorlichting over de aanbiedregels een heleboel meldingen kan voorkomen. Dit is een punt wat in de op te stellen afvalbrochure duidelijk naar voren moet komen (zie hoofdstuk 9 Communicatie). 6.4 Financiële consequenties De kosten van de dienstverlening zijn de huidige afvalbeheerskosten (opgenomen bij hoofdstuk 10 Afvalbeheerskosten) De meetbaarheid van de doelstellingen zal door middel van een bewonersonderzoek naar de afvalstoffenprocedures moeten plaatsvinden. De kosten voor het uitvoeren van een bewonersonderzoek worden geraamd op een bedrag van € 10.000,00. Dit betreft een eenmalige investering. Voor het benodigde bedrag moet nog ruimte worden gevonden binnen de bestaande financiële middelen. Voor zover er geen ruimte is, kan er een beroep op de egalisatiereserve voor afvalverwijdering worden gedaan. De kosten voor een heldere aanpak op basis van omschrijving, kernoorzaak en oplossing zijn in tijd weg te zetten tussen het Meldpunt Leefomgeving en de vakgroep Reiniging (gedekt). De te maken kosten bij eventuele aansprakelijkheidsstelling van een leverancier zijn PM. De kosten voor het opstellen van een afvalbrochure zijn opgenomen bij hoofdstuk 9 Communicatie.
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
37
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
Hoofdstuk 7: Kwaliteit van de leefomgeving ofwel een schoon straatbeeld 7.1 Algemeen Met het doel zorg te dragen voor een goede kwaliteit van de leefomgeving wil de gemeente ervoor zorgen dat hiermee een schoon straatbeeld wordt gerealiseerd. Een schoon straatbeeld houdt in dat de voorzieningen voor de inzameling van huishoudelijk afval passen 12 13 in de omgeving en dat ‘zwerfafval’ alsmede ‘illegale dump’ door middel van deze inpassing wordt tegengegaan. Daarnaast dient er zo min mogelijk hinder qua stank, geluid, kleur, vandalisme en slecht zicht voor het verkeer te zijn. 7.2 Doelstelling Het zorgen voor een goede kwaliteit van de leefomgeving ofwel een schoon straatbeeld kan op verschillende manieren gerealiseerd worden. Dit is onder meer mogelijk door: •
Het geven van voorlichting op scholen. Doelgroepen: basis- en middelbare scholen;
•
Het treffen van voorzieningen voor het verzamelen van zwerfafval door onder andere het plaatsen prullenmanden en blikvangers nabij (middelbare) scholen;
•
Het vervangen van collectieve inzamelvoorzieningen bij de recreatiewoningen in de gemeente Noordenveld van bovengronds naar ondergronds;
•
Het terugdringen van de hoeveelheid zwerfvuil/illegale dump in de openbare ruimte door handhavend op te treden bij overtreding.
De gemeente Noordenveld wil de goede kwaliteit van de leefomgeving ofwel een schoon straatbeeld waarborgen door: -het geven van voorlichting op basisscholen. De gemeente richt zich hierbij op de midden- en bovenbouw van de basisscholen. Wellicht zijn de leerlingen al vertrouwd met het scheiden van huishoudelijk afval. Als leerlingen op jonge leeftijd opgroeien met het nut en de noodzaak van afvalscheiding, zoals bij plastic verpakkingsafval, wordt hiermee niet alleen het afvalscheidinggedrag bij jonge burgers positief beïnvloed, maar wordt daarmee ook gepoogd te voorkomen dat dit afval als zwerfafval op straat belandt. Dit komt het straatbeeld ten goede. De gemeente streeft ernaar om in 2014 alle basisscholen te hebben voorgelicht over het nut en de noodzaak van afvalscheiding van kunststofverpakkingen. Doelstelling: In 2014 zijn alle basisscholen in Noordenveld voorgelicht over de scheiding van kunststofverpakkingsafval. -het geven van voorlichting op middelbare scholen. De gemeente richt zich hierbij specifiek op de doelgroep scholieren, waarvan een deel langs de fietsroutes van school naar huis en vice versa veelvuldig verpakkingen van consumpties in de berm of op straat gooit. Als deze verpakkingen niet in de berm of op straat worden gegooid maar dit afval juist in de afvalbak of blikvanger wordt gedeponeerd, zal het straatbeeld hierdoor positief worden beïnvloed.
12
‘Zwerfafval’ is afval dat door mensen bewust of onbewust is weggegooid of achtergelaten op plaatsen die daar niet voor bestemd zijn of door indirect toedoen of nalatigheid van mensen op zulke plaatsen terecht is gekomen (blikjes, flesjes, wikkels, patatbakjes, zakjes). 13 ‘Illegale dump’ betreft grotere hoeveelheden afval, bijvoorbeeld met een volume van tenminste een vuilniszak (huisvuil, tuinafval, fietswrakken, accu’s, meubilair en autobanden).
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
38
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
In 2003 heeft de gemeente zich gericht op de fietsroutes in het project ‘Snoeproute Drenthe’. Tussen 2005 en 2008 heeft de gemeente Noordenveld zich gericht op de basisscholen met het zwerfafvalproject ‘Noordenveld Schoon’. Voor de komende planperiode wil de gemeente zich richten op de middelbare scholen en dan vooral op de directe leefomgeving van de middelbare scholen. Vanuit de middelbare scholen is hierop positief gereageerd. Zowel onderwijzend als niet-onderwijzend personeel vinden het belangrijk dat er aandacht is voor de kwaliteit van de leefomgeving op en nabij de middelbare scholen. Uit een eerder onderzoek van het zwerfafvalproject ‘Snoeproute Drenthe’ is gebleken dat de schoonheidsgraad14 in de omgeving van middelbare scholen gemiddeld werd omschreven door de kwaliteit ‘matig schoon’ (4-10 eenheden zwerfafval per 100 m²). De gemeente streeft ernaar de schoonheidsgraad in 2014 in de omgeving van de middelbare scholen op de kwaliteit ‘schoon’ (1-3 eenheden zwerfafval per 100 m²) te krijgen. Doelstelling: In 2014 voldoet de kwaliteit van de leefomgeving van de middelbare scholen in de gemeente Noordenveld aan het criterium ‘schoon’. -de voorzieningen voor het ophalen van huishoudelijk afval te laten passen in de omgeving en illegale bijplaatsing door middel van deze inpassing tegen te gaan. Vooral bij recreatiewoningen vormt dit momenteel een aandachtspunt. De huidige bovengrondse containers passen niet in de omgeving en nodigen uit tot het bijplaatsen van afval. Voor de recreatiewoningen in de Oosterduinen loopt er een proefexperiment met betrekking tot het vervangen van bovengrondse door ondergrondse afvalcontainers. Bij positief resultaat van de evaluatie dient de mogelijkheid te worden onderzocht om dit uit te breiden naar de overige locaties in de gemeente Noordenveld met recreatiewoningen. De gemeente streeft ernaar om, indien de proef met betrekking tot de ondergrondse afvalcontainers in de Oosterduinen met succes is afgerond, alle collectieve inzamelvoorzieningen bij recreatiewoningen in 2014 ondergronds te hebben geplaatst (mits de afvalinzameling hierdoor kostprijsverlagend wordt). Facultatieve doelstelling: In 2014 zijn alle collectieve (bovengrondse) inzamelvoorzieningen voor huishoudelijk afval bij recreatiewoningen in de gemeente Noordenveld vervangen door ondergrondse inzamelvoorzieningen. -het terugdringen van de hoeveelheid illegaal gestort afval. In de afgelopen jaren is de hoeveelheid illegaal gestort afval toegenomen tot 38 ton zwerfvuil. Deze fractie wordt op het Brengstation apart ingewogen als gemeentelijk zwerfvuil. De gemeente Noordenveld streeft ernaar in 2014 de hoeveelheid illegaal gestort afval terug te dringen met 25%. Doelstelling: In 2014 is de hoeveelheid illegaal gestort afval ten opzichte van de in 2009 geregistreerde 32 ton met 25% teruggedrongen en bedraagt dan maximaal 24 ton. 7.3 Bereiken doelstellingen Om ervoor te zorgen dat leerlingen op basisscholen alles over plastic en plastic recycling leren is een nieuw lespakket beschikbaar. In het lespakket ‘Plastic Power’ leren de leerlingen alles over het hoe en waarom van het scheiden van plastic afval. Daarnaast wordt er specifiek aandacht besteed aan plastic als materiaal. Kennis over plasticscheiding voorkomt zwerfafval. 14
Met schoonheidsgraden kan voor verschillende gebieden worden onderscheiden wat men onder ‘schoon’ dan wel ‘vuil’ verstaat. Deze schoonheidsgraden zijn vastgelegd in beelden, tellingen en omschrijvingen (CROW-publicatie 181 ‘Afrekenen met zwerfafval’, april 2003). Deze normen worden tevens door SenterNovem gehanteerd bij de aanpak van zwerfafval.
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
39
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
Om er voor te zorgen dat de kwaliteit van de leefomgeving van de middelbare scholen in de gemeente Noordenveld in 2014 voldoet aan het criterium “schoon” zet de gemeente op de middelbare scholen in met het zwerfafvalproject: ‘Let’s bash the trash: the battle against rotzooi’. Hiermee wil de gemeente de middelbare scholieren milieubewuster maken. Scholieren worden gestimuleerd om verpakkingen van consumpties voortaan nog uitsluitend in de afvalbakken achter te laten. Het beïnvloeden van het gedrag van scholieren door dit project zal naar verwachting een positief effect hebben op het straatbeeld in de omgeving van de middelbare scholen. In aansluiting hierop zal de gemeente als kroon op dit project blikvangers plaatsen in de directe omgeving van de middelbare scholen of de middelbare scholen voorzien van bakfietsen. Deze middelen zijn nodig om middelbare scholieren ertoe te bewegen de verpakkingen van consumpties in de daartoe beschikbaar te stellen blikvanger(s) te deponeren of met de daartoe beschikbaar te stellen bakfietsen op te ruimen. Hiervoor wordt verwezen naar collegevoorstel BW10.0141. 15 Het behalen van bovengenoemde doelstelling wordt versterkt door de deelname van de gemeente Noordenveld aan de Landelijke Opschoondag. Deze wordt ieder jaar in de maand maart georganiseerd. In het kader van de Landelijke Opschoondag vinden er diverse incidentele schoonmaakacties plaats binnen de gemeente Noordenveld. De gemeente Noordenveld speelt hier een faciliterende rol. Zij stelt de benodigdheden beschikbaar om de schoonmaakacties uit te kunnen voeren. Met betrekking tot deze Landelijke Opschoondag worden er activiteiten van “NL Schoon” en “NL Doet” binnen de werkgroep “NL Doet” gecombineerd, zodat het accent op een schoon straatbeeld voor de gemeente Noordenveld wordt benadrukt. Dit zorgt voor een positieve uitstraling met betrekking tot de kwaliteit van de leefomgeving in de gemeente Noordenveld. Zoals eerder verwoord wil de gemeente, indien de proef ten aanzien van de ondergrondse containers in de Oosterduinen met succes is afgerond, in 2014 alle bovengrondse containers bij recreatiewoningen vervangen door ondergrondse containers. De gemeente wil de collectieve verzamelcontainers bij recreatiewoningen gefaseerd gaan vervangen. Het gaat dan in het bijzonder om de wijkverzamelcontainers bij Stichting Natuurvrienden, Den en Duin, Bonhagen en de Hof van Eden, De Hullen (ca. 190 aansluitingen). De bovenstaande maatregelen zullen positief effect doen uitgaan op het verminderen van de hoeveelheid zwerfafval. Daarnaast zal de gemeente Noordenveld het achterlaten van zwerfafval tegengaan door overtreders hard aan te pakken. Daarvoor zullen de gemeentelijke handhavers worden ingezet tijdens de vrije veldcontroles. Naast het tegengaan van de hoeveelheid zwerfafval wil de gemeente ook de hoeveelheid illegaal gedumpt afval tegengaan. Om te voorkomen dat er illegaal afval wordt gedumpt dan wel ergens wordt bijgeplaatst, zet de gemeente Noordenveld verschillende instrumenten in. Ten eerste is voldoende voorlichting noodzakelijk. Dit is mogelijk door middel van een op te stellen afvalbrochure. Het opstellen van de afvalbrochure is opgenomen bij hoofdstuk 9 ‘Communicatie’. Ten tweede zijn voldoende evenals passende voorzieningen noodzakelijk. Dit onderdeel is opgenomen in hoofdstuk 6 ‘Dienstverlening’. Ten derde bestaat er de 15
Het College van B&W heeft 02-03-2010 besloten akkoord gegaan met de uitvoering van het zwerfafvalproject ‘Let’s bash the trash, the battle against rotzooi’ (BW10.0141).
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
40
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
mogelijkheid voor het instellen van een ‘vrij forfait’ met betrekking tot grofvuil. Dit punt is opgenomen bij hoofdstuk 5 ‘Afvalscheiding’. Ten vierde is toezicht benodigd. Dit kan door de inzet van de vakgroep Handhaving tijdens de vrije veldcontroles worden afgedwongen. Dit betekent dat er strenger en vaker gecontroleerd gaat worden op overtredingen van de Afvalstoffenverordening door de vakgroep Handhaving. Bij overtreding volgen er sancties. Deze sancties bestaan uit boetes en de kosten voor het opruimen van het gedumpte afval. 7.4 Financiële consequenties Ten aanzien van het lespakket ‘Plastic Power’ worden de kosten voor de aanschaf van de lessenpakketten over Plastic Power op basisscholen geraamd op € 0. Reden hiervoor is dat er een beroep kan worden gedaan op de Stichting Nederland Schoon. Via de Stichting Nederland Schoon kan de gemeente gebruik maken van gelden die door het Rijk zijn vrijgemaakt voor educatiemateriaal op het gebied van afval, in dit geval: kunststofverpakkingsafval. Ten aanzien van het zwerfafvalproject “Let’s bash the trash, the battle against rotzooi” is besloten door de gemeente hieraan medewerking te verlenen en dit te faciliteren. De aanschaf van het lessenpakket is € 0. Daarnaast is besloten akkoord te gaan met een financiële bijdrage van € 750,00 per middelbare school voor aanschaf van een bakfiets of een blikvanger. Totaal begrote kosten bedragen €2.250,00. De financiële middelen zijn beschikbaar in het budget voor afvalbeleid. Hiervoor wordt verwezen naar het collegebesluit van 2 maart 2010. Hiermee hangt samen het meten van de schoonheidsgraad in de omgeving van de middelbare scholen in Noordenveld. Dit vergt tijd. De tijd hiervoor is binnen de ureninzet van de vakgroep Milieu gedekt. De deelname aan de Landelijke Opschoondag, waarbij de activiteiten van “NL Schoon” en “NL Doet” worden gecombineerd kosten tijd. Coördinatie en organisatie hiervan kost tijd. De tijd is hiervoor binnen de ureninzet van de vakgroep Milieu gedekt. Voor zover er kosten zijn, vinden die plaats binnen bestaand budget voor afvalbeleid. Dit budget is toereikend. Het vervangen van collectieve bovengrondse verzamelcontainers naar ondergrondse containers bij recreatiewoningen in de gemeente Noordenveld brengt kosten met zich mee. Om de inzamelkosten bij recreatiewoningen te kunnen verlagen moet er worden geïnvesteerd. Hiervoor is een investering benodigd van € 90.000,00 (exclusief BTW). Dit bedrag is gebaseerd op een raming en betreft de volgende locaties: -Stichting Natuurvrienden (3 ondergrondse containers). Kosten: -Den en Duin (2 ondergrondse containers). Kosten: -Bonhagen (2 ondergrondse containers). Kosten: -Hof van Eden (2 ondergrondse containers en 1 glascontainer). Kosten: -De Hullen (2 ondergrondse containers). Kosten: Totaal geraamd:
€ € € € € €
22.500,00 15.000,00 15.000,00 22.500,00 15.000,00 90.000,00
Voor de inzet van de vakgroep Handhaving tijdens de vrije veldcontroles zijn voor 2010 en 2011 een aantal uren (150 stuks) begroot. Deze uren zijn al opgenomen in de integrale handhavingsnotitie.
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
41
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
Hoofdstuk 8: Efficiënte logistiek 8.1 Algemeen Met het doel te zorgen voor een efficiëntie logistiek wil de gemeente bereiken dat het inzamelen en het afvoeren van de huishoudelijke afvalstoffen van de inwoners van de gemeente Noordenveld op een efficiënte manier verloopt. De efficiëntie logistiek heeft gevolgen voor de kosten die gepaard gaan met de inzameling van de huishoudelijke afvalstoffen. Deze komen namelijk tot uitdrukking in de hoogte van het tarief voor de afvalstoffenheffing. Bij een efficiëntie logistiek wordt gestreefd naar het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen met behulp van modern inzamelmaterieel, waarbij het aantal vervoersbewegingen niet mag toenemen, een kilometerreductie wordt behaald, zodat er sprake is van een besparing op de brandstoffen en daardoor ook een besparing op de CO2uitstoot. Bij eventuele vervanging van inzamel- of transportvoertuig worden voorts zo schoon mogelijke motoren toegepast om de dan nog vrijkomende CO2-uitstoot minimaal te houden. 8.2 Doelstelling Zoals al eerder verwoord hangt een efficiëntie logistieke inzameling van huishoudelijke afvalstoffen samen met het beperken van het aantal vervoersbewegingen, het terugdringen van het totaal aantal kilometers en het daarmee gepaard gaande brandstofverbruik. De afgelopen periode heeft de gemeente Noordenveld nagedacht en geanticipeerd op het in logistiek opzicht meest efficiënte concept bij de afvalinzameling. De gemeente Noordenveld heeft voor de inzameling van huishoudelijke afvalstoffen gekozen voor een modern containerafzetsysteem. Dat is een systeem, waarbij de containers, die op de inzamelvoertuigen zitten, kunnen worden afgezet, waarna de inzamelvoertuigen hun routes kunnen vervolgen, zonder dat hierbij het proces van afvalinzameling wordt verstoord. Een aparte transportauto brengt de volle afzetcontainers, drie stuks tegelijkertijd, naar de verwerkingslocatie. Hierdoor is het aantal transportbewegingen naar de stortlocatie drastisch verminderd. Door middel van deze werkwijze wordt er ook een grote besparing op het brandstofverbruik gerealiseerd. Met andere woorden de gemeente Noordenveld maakt momenteel al optimaal gebruik van een efficiëntie logistiek ten aanzien van de huishoudelijke afvalstoffen. De gemeente streeft ernaar deze efficiënte logistiek de komende jaren voort te zetten. In 2009 zijn er door de drie inzamelvoertuigen (gemiddeld 17.000 kilometer per inzamelvoertuig) 51.000 kilometers gereden. Daarnaast is er in 2009 door het transportvoertuig 61.000 kilometers verreden naar de verwerkingslocaties voor GFT- en restafval. Voor de oud papier-inzameling is 15.000 kilometer gereden. Samen zijn er door de inzamelvoertuigen en het transportvoertuig derhalve 127.000 kilometers gereden. In 2009 zijn geen kilometers voor de inzameling van kunststofverpakkingen gereden en om die reden niet meegerekend. Doelstelling: In 2014 is het aantal gereden kilometers (en het daarmee gepaard gaande brandstofverbruik) gelijk aan of kleiner dan 127.000 stuks. 8.3 Bereiken doelstelling De zorg voor een efficiënte logistiek kan worden ingevuld door het huidige containerafzetsysteem te continueren. Bij de afvalinzameling dient gebruik gemaakt te worden van modern inzamelmaterieel, zodat er minder vervoersbewegingen hoeven plaats te vinden dan bij traditionele achterladers. Dit dient uiteraard plaats te vinden met inachtneming van de voorschriften betreffende de arbeidsomstandighedenwetgeving (P90-norm).
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
42
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
Naast het gebruik van modern materieel kan het totaal aantal te rijden kilometers worden gereduceerd door de voertuigen, die benodigd zijn voor de inzameling van de huishoudelijke afvalstoffen te combineren, dat wil zeggen breder inzetbaar te maken. Eenzelfde voertuig kan wellicht voor meerdere afvalstromen worden benut. Zo is te kennen gegeven dat binnen de periode van het onderhavige beleidsplan het inzamelvoertuig voor de inzameling van oud papier moet worden vervangen. Het huidige voertuig is technisch en economisch geheel versleten. Bij het te vervangen inzamelvoertuig moet de motor voldoen aan de hoogst haalbare eisen ten aanzien van uitstootemissies en de meest gunstige brandstofverbruikcijfers. Bij de vervanging hiervan zal daarom de meest schone dieselverbrandingsmotor worden geëist, die verkrijgbaar is. Hiervoor wordt momenteel de Euro 5-norm voor vrachtwagenmotoren gehanteerd. Bij de inzameling van de kunststofverpakkingen wordt eveneens gebruik gemaakt van een inzamelwagen. Deze wordt door de gemeente Noordenveld ingehuurd. Dat geschiedt op urenbasis. De kosten hiervan zijn in de notitie over de (bron)gescheiden inzameling van kunststof verpakkingen al meegenomen. De logistiek kan efficiënter worden gemaakt als met de nieuw aan te schaffen vrachtwagen voor de inzameling van oud papier ook separaat de kunststofverpakkingen worden ingezameld, dat wil zeggen het eenmaal in de maand ophalen van papier en het eenmaal per maand ophalen van de kunststofverpakkingen. Dan kunnen er twee vliegen in één klap geslagen worden tegen eenzelfde (kapitaal)last. 8.4 Financiële consequenties De vrachtwagen voor de inzameling van oud papier moet te zijner tijd worden vervangen. Hiervoor is nog geen voorziening getroffen. Vervanging hiervan betekent een investering van ca. € 200.000,00 exclusief BTW. Voorgesteld wordt om tot 2013 geen nieuwe inzamelwagen aan te schaffen. Hiervoor dienen de ontwikkelingen in het Verpakkingenakkoord evenals de evaluatie over de bronscheiding van kunststofverpakkingsafval te worden afgewacht, alvorens een investering voor een nieuwe inzamelwagen in overweging te nemen. Hierover is naar verwachting in 2012 meer bekend.
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
43
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
Hoofdstuk 9: Communicatie 9.1 Algemeen Communicatie is een belangrijk gedragsbeïnvloedinginstrument. Gedrag is een keuze en staat niet van te voren vast. Dit betekent dat ze kan worden beïnvloed. Gedragsbeïnvloeding is een complex proces, waarvan het succes onder andere afhankelijk is van de juiste typering van het gedrag in de doelgroep. Een en ander wordt toegelicht aan de hand van het Triademodel. In dit model komt het in principe neer op de aanname dat gedrag plaatsvindt als voldaan wordt aan drie voorwaarden: de persoon moet het gedrag willen vertonen, de persoon moet zelf in staat zijn tot het gedrag en de persoon moet door de omstandigheden in de gelegenheid gesteld worden het gedrag te vertonen. Met andere woorden: er dient sprake te zijn van voldoende motivatie, voldoende capaciteit en voldoende gelegenheid. Alle drie de elementen moeten in voldoende mate aanwezig zijn bij de burger om een optimaal afvalscheidingsgedrag te bereiken. De kern van deze benadering is dat alle drie de gedragselementen gelijktijdig op peil gehouden moeten worden. Het geven van voorlichting en communicatie zonder dat gelijktijdig wordt gewerkt aan gelegenheid tot afvalscheiding en omgekeerd blijft zonder resultaat. 9.2 Doelstelling De gemeente Noordenveld wil haar burgers zo goed mogelijk informeren over afvalpreventie en afvalscheiding. In 2006 is er een bewonersonderzoek gehouden onder de huishoudens van de gemeente Noordenveld. In dit bewonersonderzoek is toen gevraagd naar de tevredenheid van de burgers c.q. huishoudens over de informatievoorziening met betrekking tot de verschillende afvalstromen. In de onderstaande tabel is de uitkomst van het onderzoek weergegeven. Tabel 9.1: Uitgangssituatie, doelstelling en resultaat gericht op tevredenheid over informatievoorziening
Situatie 2002/2003
Doelstelling 2006
Resultaat 2006
GFT- en restafval
92% v/d huishoudens
>90% v/d huishoudens
92% v/d huishoudens
Oud papier
95% v/d huishoudens
>90% v/d huishoudens
94% v/d huishoudens
Verpakkingsglas
92% v/d huishoudens
>90% v/d huishoudens
87% v/d huishoudens
Textiel
64% v/d huishoudens
90% v/d huishoudens
73% v/d huishoudens
KCA
75% v/d huishoudens
90% v/d huishoudens
79% v/d huishoudens
Grofvuil (incl. Web)
79% v/d huishoudens
90% v/d huishoudens
85% v/d huishoudens
Bron: Onderzoek Afvalstoffenprocedures Noordenveld, Effectmeting 2006, Bureau Gamma data & consult
De tevredenheid van de burgers met betrekking tot de informatievoorziening over afvalpreventie en afvalscheiding varieerde per afvalstroom. Daarbij scoorde de afvalstroom textiel relatief gezien het laagst, namelijk: 73 % van de huishoudens was tevreden over de informatievoorziening met betrekking tot textiel. Ten aanzien van de afvalstromen GFT- en restafval heeft 92% van de huishoudens aangegeven tevreden te zijn over de informatievoorziening. Voor papier betrof die 94%, voor glas 87%, voor klein chemisch afval 79% en voor grof vuil (inclusief wit- en bruingoed) 85%. Voor de planperiode 2011-2014 streeft de gemeente Noordenveld ernaar om de tevredenheid over de informatievoorziening met betrekking tot de diverse deelstromen minimaal op hetzelfde niveau te houden als 2006.
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
44
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
Doelstelling: In 2014 is de tevredenheid van de huishoudens in de gemeente Noordenveld over de informatievoorziening met betrekking het afvalpreventie en afvalscheiding minimaal op hetzelfde niveau als in 2006. Het bovengenoemde bewonersonderzoek heeft bij de huishoudens in Noordenveld ertoe geleid dat men in diverse jaargangen (nog) meer bereid was om de gescheiden in te zamelen afvalstoffen apart te houden. Dit kan geïllustreerd worden aan de hand van tabel 9.2.2. Tabel 9.2: Percentage huishoudens dat zegt afval te scheiden voor afzonderlijke afvalstromen
Afvalstroom
2002
2006
Groente-, fruit- en tuinafval
78%
81%
Oud papier en karton
98%
98%
Glas
90%
92%
Textiel
80%
86%
Klein chemisch afval
86%
81%
Bron: Onderzoek Afvalstoffenprocedures Noordenveld, Effectmeting 2006, Bureau Gamma data & consult
Naar aanleiding hiervan stelt de gemeente zich ten doel om die bereidheid bij de huishoudens ook voor de komende planperiode op hetzelfde (hoge) niveau vast te blijven houden. Voor de planperiode 2011-2014 streeft de gemeente Noordenveld ernaar om de bereidheid bij burgers om de afvalstromen te scheiden minimaal op hetzelfde niveau te houden als in 2006. Doelstelling: In 2014 is de bereidheid onder de huishoudens in de gemeente Noordenveld om de te scheiden afvalstromen apart te houden op minimaal hetzelfde niveau als in 2006. 9.3 Bereiken doelstelling Om het milieubewustzijn bij de doelgroep huishoudens te verhogen met als doel het afvalscheidingsgedrag te verbeteren en de bewoners blijvend te betrekken bij de afvalinzameling is het noodzakelijk om structureel voorlichting te organiseren en hiervoor budget vrij te maken. Deze structurele voorlichting dient vastgelegd te worden in een jaarlijkse communicatiekalender. Deze communicatiekalender dient jaarlijks op basis van de verkregen nieuwe inzichten te worden bijgesteld. De communicatie met de huishoudens zal voornamelijk gaan over het aanzetten van en motiveren tot het aanpassen van het individuele afval(scheidings)gedrag, het verbeteren van de kennis van de scheidingsregels, het terugkoppelen van inzamelresultaten en het bewust maken van de kosten van inzameling en verwerking evenals het rendement van afvalscheiding. Hierbij moet zoveel mogelijk aansluiting gevonden worden bij de bestaande informatiekanalen binnen de gemeente Noordenveld. Voorlichting op het gebied van de afvalinzameling en –scheiding vindt momenteel plaats via de Afvalkalender, de gemeentegids, de gemeentelijke pagina en de gemeentelijke website. Door middel van gerichte communicatie zal duidelijk worden gemaakt wat de effecten van goede afvalscheiding zijn en welke positieve effecten dit voor de burgers c.q. huishoudens heeft. Hieraan zal meer aandacht worden besteed en tevens zullen de milieueffecten daarbij worden benadrukt.
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
45
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
Een grotere inzet op het gebied van communicatie en voorlichting zal zich direct terugbetalen via betere afvalscheiding, met als gevolg daarvan lagere volumes restafval en daardoor lagere verwerkingskosten en tevens hogere volumes herbruikbare en afzetbare deelstromen en componenten. Uit te voeren acties om de doelstelling te bereiken: •
Opstellen van een communicatiekalender voor afvalthema’s met gerichte communicatie;
•
Uitvoeren van de communicatiekalender voor afvalthema’s met gerichte communicatie;
•
Opstellen van een afvalbrochure. In deze afvalbrochure komen in ieder geval algemene thema’s aan bod zoals afvalpreventie en afvalscheiding. Verder wordt specifiek ingegaan op de scheidingsregels voor GFT-afval, oud papier en karton, glas, textiel, kunststoffen, klein chemisch afval, elektrische en elektronische apparaten, grofvuil. Genoemde thema’s kunnen worden gecombineerd met andere thema’s zoals gladheidbestrijding, onkruidbestrijding, plaagdierenbestrijding en riolering);
•
Distribueren van de afvalbrochure onder de huishoudens in de gemeente Noordenveld.
Of de bewustwording daadwerkelijk bij de inwoners is aangekomen moet blijken uit de mate van afvalpreventie, afvalscheiding en de hoeveelheid zwerfvuil. Dit kan gemeten worden door uitvoering van een bewonersonderzoek. Het bewonersonderzoek is opgenomen in hoofdstuk 6 ‘Dienstverlening’. De uitkomsten hiervan kunnen gekoppeld worden aan de afvalcijfers, dat wil zeggen de ingezamelde hoeveelheden, de sorteeranalyses, het scheidingspercentage etc. 9.4 Financiële consequenties Voor het behalen van bovenstaande doelstellingen worden de volgende kosten geraamd: •
Kosten voor het opstellen en uitvoeren communicatiekalender: geen kosten, alleen tijd. De tijd wordt in uren voor milieucommunicatie weggezet bij de vakgroep Milieu. De uren zijn gedekt binnen de uren van de vakgroep Milieu. Voor controle op de redactie wordt een beroep gedaan op de deskundigheid van de vakgroep Communicatie.
•
Kosten voor het opstellen van een afvalbrochure: €20.000. Dit betreft een eenmalige investering.
•
Kosten voor het distribueren van de afvalbrochure onder huishoudens in Noordenveld: €0, want de distributie van de afvalbrochure kan gelijktijdig plaatsvinden met de distributie van de afvalkalender.
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
46
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
Hoofdstuk 10: Afvalbeheerskosten (afvalstoffenheffing) 10.1 Algemeen Om te kunnen voldoen aan de ambitie van de gemeente Noordenveld van een maximale scheiding van afvalstoffen tegen minimale kosten bij een gelijkblijvend niveau van dienstverlening en klanttevredenheid, dienen de afvalbeheerskosten zo laag mogelijk gehouden te worden. Het uitgangspunt daarbij is dat de afvalbeheerskosten 100% gedekt worden uit de afvalstoffenheffing. De kosten voor afvalbeleid (±€ 60.000) en afvalinzameling (±€ 3.035.000) zijn voor 2011 begroot op een totaalbedrag van circa € 3,1 miljoen. 10.1.1 De kosten voor afvalbeheer De kosten voor afvalbeheer bestaan uit de kosten voor het inzamelen en verwijderen van huishoudelijk afval. Bij het inzamelen en verwerken hiervan zijn kosten en baten gemoeid. Bij de kosten kan onderscheid worden gemaakt tussen inzamelkosten en verwerkingskosten. De inzamelkosten zijn beïnvloedbaar, doch deze zijn al flink verlaagd. De verwerkingskosten zijn niet beïnvloedbaar. Deze zijn autonoom. De verwerkingskosten van huishoudelijk restafval zijn het duurst in vergelijking tot de andere afvalstromen. De baten bestaan uit de betalingen voor het laten halen van grof vuil aan huis door de reinigingsdienst en de betalingen van burgers voor bepaalde afvalstromen op het Brengstation. Daarnaast zijn er de baten voor het inzamelen van verpakkingen zoals papier, glas en kunststoffen, die door de Stichting Nedvang worden betaald. Deze hebben een dempende werking op de kosten en daarmee op het tarief van de afvalstoffenheffing. De kosten voor afvalbeheer zijn opgebouwd uit verschillende posten, waarvan de post huisvuil de grootste is. De kosten voor de inzameling en verwerking van het huishoudelijk afval uit de gemeente Noordenveld worden volledig (100%) gedekt met de opbrengsten uit de afvalstoffenheffing. Dit betekent dat de heffing hierop wordt afgestemd. Tabel 10.1: Product Afvalverwijdering/-verwerking Post
Omschrijving
Kosten
Huisvuil
Inzameling en verwerking gften restafval
Grof vuil ophalen
Inzameling grofvuil
Wegwerpglas
Percentage heffing
€2.140.000
70,5%
€115.000
3,8%
Inzameling/verwerking glas
€35.000
1,2%
Afvoer KCA
Inzameling/verwerking kca
€45.000
1,5%
Brengstation
Inzameling/verwerking brengstation
€450.000
14,8%
Inzameling oud papier
Inzameling/verwerking papier
€100.000
3,3%
Overige kosten
Contributies, bijdragen e.d.
€20.000
0,7%
Servicetaken
Service huisvuilinzameling
€55.000
1,8%
Plasticinzameling
Inzameling van kunststofafval
€75.000
2,4%
€3.035.000
100%
Totaal
afval
Bron: Productenbegroting 2011, gemeente Noordenveld
Uit bovenstaande tabel blijkt dat de afvalbeheerskosten voor 2011 worden begroot op €3.035.000,00. Na verrekening van de af te dragen BTW en de baten is er een bedrag van circa €3.000.000 benodigd aan opbrengsten vanuit de heffing.
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
47
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
10.1.2 Invloed op de afvalstoffenheffing? De opbouw van de afvalstoffenheffing kan worden gevat in een beïnvloedbaar deel en een niet (of beperkt) beïnvloedbaar deel. Het beïnvloedbare deel van de heffing (circa 35%) omvat de directe en indirecte kosten van inzameling, overheadkosten en kortlopende (verwerkings)contracten. In dit kader moet worden opgemerkt dat de inzamelkosten al flink verlaagd zijn met de introductie van het containerafzetsysteem. Het niet-beïnvloedbare deel (circa 65%) bestaat uit verwerkingskosten (langdurige contractafspraken voor de verwerking van rest- en GFT-afval) en kapitaallasten (materieel en gebouwen). Niet in de laatste plaats is ook het scheidingsgedrag van de burger van invloed op de hoogte van de afvalstoffenheffing, want door een correcte afvalscheiding worden namelijk onnodige verwerkingskosten bespaard. In de begrotingscyclus worden alle voor- en nadelen van de afvalstoffenheffing verrekend via de egalisatiereserve. De egalisatiereserve fungeert als een buffer om eventuele tegenvallende resultaten te kunnen opvangen, zodat een mogelijke stijging van het tarief voor de afvalstoffenheffing gedempt kan plaatsvinden. 10.1.3 Afvalstoffenheffing gemeente Noordenveld en Drentse gemeenten Onderstaande grafiek geeft een overzicht van de afvalstoffenheffing van
Afvalstoffenheffing per meerpersoonshuishouden 350 300 250 200 150 100 50 0
2008 2009
de n m H oo me ge n ve e M n ep pe l A Aa ss en en H W un e M z id ste e de r n- vel d D re n Ty t he n N oo aar lo rd en D ve B e W ld or ge old r-O en do or n
2010
C
E
oe v
or
Afvalheffing in euro's
meerpersoonshuishoudens in de jaren 2008, 2009 en 2010 in de provincie Drenthe. De gemeente Noordenveld maakt onderscheid in één- en meerpersoonshuishoudens. In het overzicht neemt Noordenveld voor wat de hoogte van de afvalstoffenheffing betreft de tiende plaats in, ofwel de op twee-na-laagste in Drenthe. Onderstaande illustratie laat dat zien.
Bron: Jaarverslag afvalc ijfers vakgroep Reiniging 2008 en 2009 Toelichting: Heffingen voor meerpersoonshuishoudens. De heffing in de gemeente Noordenveld voor een meerpersoonshuishouden bedraagt voor de jaren 2008, 2009 en 2010 respectievelijk €245,95 en €238,95 en €221,00. De heffing die in de gemeenten Tynaarlo en Borger-Odoorn wordt geheven is, vanwege het in deze gemeenten gehanteerde diftar-systeem, gebaseerd op de gemiddelde hoeveelheid aangeleverd huishoudelijk afval.
10.2 Doelstelling(en) met betrekking tot de afvalstoffenheffing De gemeente Noordenveld streeft ernaar om met betrekking tot de hoogte van de afvalstoffenheffing (gezin) van Noordenveld in nationaal opzicht onder het gemiddelde van Nederlandse gemeenten te blijven. Dit is meetbaar te maken door de heffing van Noordenveld met die van Nederlandse gemeenten te vergelijken.
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
48
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
Doelstelling: In 2014 ligt het tarief van de afvalstoffenheffing van de gemeente Noordenveld onder het gemiddelde van Nederlandse gemeenten. In provinciaal opzicht streeft de gemeente Noordenveld ernaar om de hoogte van de afvalstoffenheffing (gezin) van Noordenveld onder het gemiddelde van Drentse gemeenten te laten blijven. Dit is meetbaar te maken door de heffing van Noordenveld met de Drentse gemeenten te vergelijken. Doelstelling: In 2014 ligt het tarief van de afvalstoffenheffing in provinciaal opzicht onder het gemiddelde van de Drentse gemeenten. In lokaal opzicht streeft de gemeente Noordenveld ernaar om de kostendekkendheid van de kostenposten op het Brengstation naar een niveau van 75% te hebben gebracht. Dit is meetbaar te maken aan de hand van de cijfers van de jaarrekening van de gemeente Noordenveld. De dekking van de kostenposten op het Brengstation is nu circa 50%. Doelstelling: In 2014 is de kostendekkendheid betreffende de kosten voor de inzameling en verwerking van huishoudelijk afval op het Brengstation op een niveau van 75%. 10.3 Bereiken doelstellingen Het bereiken van de doelstellingen kan worden ingevuld door: -Zorg voor inzamel- en verwerkingscontracten, die passen binnen de ambitie van de gemeente Noordenveld. Gedurende de voorliggende planperiode (2011-2014) is er één langlopend afvalverwerkingscontract dat afloopt. De verwerking van het GFT-afval uit Noordenveld dient in 2013 opnieuw te worden aanbesteed, omdat de huidige contractsperiode voor vijf jaar is afgesloten. Hierop kan worden gestuurd door eenzelfde wijze van aanbesteding en gunning te hanteren als de afgelopen aanbesteding van GFT-afval in 2008. Als criteria zijn destijds gehanteerd: het acceptatiebeleid, de af te leggen afstand naar de vewrerkingslocatie, de verwerkingsprijs per ton en de totale kosten voor Noordenveld. De verwerking van het huishoudelijk restafval dient in 2015 opnieuw te worden aanbesteed, aangezien het huidige contract tot medio 2016 loopt. -Zorg voor planmatige activiteiten die met de uitvoering van afvalinzameling en –verwerking verband houden. De doelstellingen kunnen alleen gerealiseerd worden als het de overheid geen geld kost. Geld dat er niet is, kan niet worden uitgegeven. Dit betekent dat bekeken moet worden of bepaalde activiteiten gecombineerd kunnen worden uitgevoerd, waarbij de milieudoelstellingen en servicedoelstellingen overeind blijven, maar door slim (“lean”) te opereren de uitvoeringskosten gedrukt kunnen worden. Voorbeeld: collectieve inzameling van huishoudelijk afval bij zomerverblijven en wooncomplexen. -Zorg voor een betere kostenbeheersing van de kostenposten op het Brengstation. Dekking van de belangrijkste kostenposten moet worden gewaarborgd. Dit is mogelijk door de directe inzamelkosten op het Brengstation voor personeel, transport en verwerking ad € 330.000,00 gedekt te hebben. Oorzaak van de scheefgroei tussen kosten en opbrengsten met betrekking tot de kostendekkendheid op het Brengstation is dat de afvalverwerkingskosten sinds de gemeentelijke herindeling wel zijn gestegen, maar de brengtarieven op het Brengstation niet. Voorgestelde maatregel is een bijstelling van het brengtarief per kilogram naar boven naar €0,10 per kilogram. Bij de instelling van een “vrij forfait” dient het tarief per kilogram in overeenstemming hiermee verder te worden bijgesteld.
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
49
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
10.4 Financiële consequenties De verwachting is de komende jaren dat de verhoging van het afvaltarief beperkt blijft tot maximaal de trendmatige verhoging, die elk jaar van toepassing wordt verklaard in de kaderbrief. De kosten toename op basis van dit beleidsplan blijft beperkt. Zie bijgaand schema: Begroting afvalstoffenplan 2011-2014. Omschrijving
Begroting 2011
6760310 Huisvuil
2.138.610
6760311 Grof vuil ophalen en afvoeren
115.850
Omschrijving
Begroting 2011
6760310 Huisvuil 6760311 Grof vuil ophalen en afvoeren
6760312 Wegwerpglas
36.750
6760312 Wegwerpglas
6760313 Afvoer klein chemisch afval
46.875
6760313 Afvoer klein chemisch afval
8.000
6760314 Brengstation
445.482
6760314 Brengstation
6760315 Inzameling oud papier
102.016
6760315 Inzameling oud papier
80.000
6760316 Overige kosten (afvalverwijdering) 55.515 6760317 Service taken huisvuil inzameling 75.000 6760318 Plasticinzameling
60.000
6760316 Overige kosten (afvalverwijdering) 6760317 Service taken huisvuil inzameling 6760318 Plasticinzameling Totaal kosten
19.109
€ 3.035.207 Totalen
Totaal kosten BTW Inkomsten Bedrag aan opbrengsten vanuit de heffing 2011 plus trendmatige verhoging 1,75 %
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
230.000
€ 378.000 Begroting 2011 € 3.035.207 € 300.000 -€ 378.000 € 3.009.000
50
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
Begroting afvalstoffenplan 2011-2014 Onderwerp
Deelvoorstel
2011
2012
2013
2014
Afvalstoffenplan Niet van toepassing Afvalstoffenverordening Niet van toepassing
-
-
-
-
Uitvoeringsbesluit Afvalpreventie
-
€ 3.750
€ 3.750
€ 3.750
€ -
€ -
€-
€ € € -
€ € € -
€ € € -
-
€ 15.000
€ 15.000
€ 15.000
-
-
-
€ 10.000
€ -
€ -
€ -
-
€ 12.500
€ 12.500
€ 12.500
-
-
€ 42.000
€ 42.000
-
-
€ 20.000
-
€ 60.000
€ 120.000
€ 180.000
Totale kosten toename
€ 91.250
€ 213.250
€ 263.250
Brengstation: afvalscheiding en kostendekking instellen eenmalig forfait’ van 100 kg huishouden per jaar
€ 100.000
€ 100.000
€ 100.000
€ 8.750
€ 113.250- € 163.250-
Niet van toepassing Subsidie compostvaten/ cursus Antidrukwerkstickers
Kringloopwinkels Kopen ‘voedsel op maat’ Afvalscheiding Continuering afvalscheiding: 60% Brengstation: 77% afvalscheiding alsmede 75% kostendekking plus instellen ‘vrij forfait’ van 100 kg. Investering € 35.000. Dienstverlening/service Bewonersonderzoek naar de afvalstoffenprocedures Kwaliteit leefomgeving / Proef ondergrondse schoon straatbeeld inzameling afval Oosterduinen. Per saldo: Aanschaf ondergrondse containers voor resterende recreatiewoningen (facultatief) Investering € 90.000 Logistiek Aanschaf inzamelwagen oud papier en karton (facultatief) Investering € 238.000 Communicatie Opstellen afvalbrochure in het kader van voorlichting Autonome kosten De kosten van verwerking toename van het afval worden elk jaar door de contract partners met een index verhoogd. Gemiddeld 2 à 3 % per jaar
Inkomsten toename.
Totaal saldo beleid.
77% 75% plus ‘vrij per
Het negatief saldo wordt opgevangen door een trendmatige verhoging van de afvalstoffenheffing van circa 2 procent per jaar.
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
51
Conceptversie d.d. 3 januari 2011
Planning uitvoering afvalstoffenplan 2011-2014 Onderwerp
Deelvoorstel
Uitvoering
In college
In raad/commissie
Afvalstoffenplan
Definitieve opmaak
Voorjaar 2011
Wordt toegezonden
Wordt toegezonden
Afvalstoffenverordening
Definitieve opmaak
Voorjaar 2011
Wordt toegezonden
Wordt toegezonden
Uitvoeringsbesluit
Definitieve opmaak
Voorjaar 2011
Wordt toegezonden
Ter kennisneming
Afvalpreventie
Subsidie compostvaten
Najaar 2011
Najaar 2011
Ter kennisneming
Antidrukwerkstickers
Via voorlichting/ 2011
Niet van toepassing
Niet van toepassing
Kringloopwinkels
Via voorlichting/ 2011
Niet van toepassing
Niet van toepassing
Kopen voedsel op maat
Via voorlichting/ 2011
Niet van toepassing
Niet van toepassing
Continuering huidig beleid: 60% afvalscheiding
2011-2014
Niet van toepassing
Niet van toepassing
Evaluatie klein wit&bruingoed
Voorjaar 2012
Voorjaar 2012
Ter kennisneming
Evaluatie broninzameling kunststoffen
Najaar 2012
Najaar 2012
Najaar 2012
Beleid Brengstation: 77% afvalscheiding en 75% kostendekking, instellen ‘vrij forfait’ 100 kg
Per 1-1-2012
2011
2011
Dienstverlening/service
Meting tevredenheid burgers over afvalinzameling, doelstellingen en klachtenafhandeling middels een bewonersonderzoek naar afvalstoffenprocedures
2014
2014
Ter kennisneming
Kwaliteit leefomgeving/ schoon straatbeeld
Evaluatie proef ondergronds afval inzamelen in recreatiegebied ‘de Oosterduinen’ (Norg)
2011
2011
2011
(facultatief)
Aanschaf ondergrondse containers voor overige recreatiewoningen
2012
2012
2012
Continuering huidig afzetcontainersysteem
2011-2014
Niet van toepassing
Niet van toepassing
Aanschaf inzamelwagen oud papier
2013
2013
2013
Opstellen afvalbrochure
2013
2013
Ter kennisneming
Distribueren afvalbrochure
2013
2013
Niet van toepassing
Kostendekkendheid kostenposten Brengstation op 75% in plaats van 50%.
Per 1-1-2012
2012
2012
Afvalscheiding
Logistiek (facultatief) Communicatie Afvalbeheerskosten -
Afvalstoffenplan Gemeente Noordenveld 2011-2014
52