Acht jaar samenwerking tussen APROVAG en Vredeseilanden: Senegalese kwaliteitsbananen klaar voor export? September 2015
Inhoudstafel Acht jaar samenwerking tussen APROVAG en Vredeseilanden: Senegalese kwaliteitsbananen klaar voor export? De start
3
Productie
4
Biologische productie
5
Ecologische duurzaamheid
6
Opslag en transport
6
Stabieler inkomen
9
Gender
10
Verwerking van banaan tot fruitsap
11
APROVAG als commerciële organisatie
12
Bananenboeren in heel Senegal verenigen zich
13
De markt van Dakar... via export naar Europa
14
De rol van Vredeseilanden
15
De rol van Colruyt Group
15
Uitdagingen voor de komende jaren
Contact Leo Ghysels
[email protected] 016/31 65 80
2 - APROVAG
16
Met veel dank aan Agrofair/Taste, Colruyt Group, de Stad Antwerpen, de gemeentes Mortsel en Tienen, de bikers van de Senegal Classic, de Stichting Gilles, BTC, de studenten van de BanaBa Noord-Zuid, en alle Vredeseilanden vrijwilligers, voor hun steun aan APROVAG.
De start
Na een grote droogteperiode in de jaren ’80 verhuisden honderden mensen richting Gambiarivier, ten zuiden van de stad Tambacounda. Ze stichtten er nieuwe dorpen en al snel organiseerden de boerenfamilies zich in de Association des PROducteurs de la VAllée fleuve de la Gambie (APROVAG), die vandaag bestaat uit 10 lokale boerengroepen (Groupements d’Intérêt Economique – GIEs) in 7 dorpen. APROVAG groeide in de loop der jaren uit tot een sterke boerenorganisatie, gespecialiseerd in het telen van bananen. Sinds 2007 ondersteunt Vredeseilanden APROVAG in hun ambitie om uit te groeien tot een professionele partner in de Senegalese én internationale bananenhandel. Bij de start van de samenwerking analyseerde Vredeseilanden eerst de hele bananensector in Senegal, alle schakels van productie tot verkoop, en de functionering van APROVAG zelf. De knelpunten situeerden zich op verschillende vlakken: productietechnieken die moesten bijgesteld worden, nood aan betere
irrigatie, het zoeken naar de beste manier om kwaliteitsbananen te telen, te verpakken en te transporteren, de concurrentie met de bananen uit Ivoorkust, de positie van vrouwen binnen het bestuur, het businessplan van APROVAG, etc. Vredeseilanden, APROVAG en andere partners hebben deze problemen aangepakt.
We overlopen hieronder de belangrijkste aspecten, én de invloed op de levensomstandigheden van de boerenfamilies over de jaren heen.
De banaan is het populairste fruit ter wereld. In 2014 werd de globale productie door de FAO geschat op zo’n 130 miljoen ton. Slechts 18,7 miljoen ton ofwel 15% wordt geëxporteerd van de productiezones naar Europa of de VS, met een geschatte exportwaarde van 9 miljard dollar. Dit maakt de banaan tot het meest verhandelde fruit ter wereld. Het overgrote deel wordt dus lokaal geconsumeerd. Daarbovenop worden nog eens 57 miljoen kookbananen geproduceerd, het merendeel voor de lokale markten. In Senegal worden sinds eind de jaren ‘60 bananen gekweekt in zogenaamde ‘périmètres’, grote zones die geïrrigeerd worden. Sindsdien zijn de volumes stelselmatig gegroeid: van 92 ton in 1967 tot ongeveer 36.000 ton in 2014. Maar de vraag van de markt is groter: daarom komen nog steeds jaarlijks ongeveer 20.000 ton bananen uit Ivoorkust op de Senegalese markt. Die bananen zijn afkomstig van plantages voor de export naar Europa en zijn van betere kwaliteit dan de meeste Senegalese bananen. Maar in Senegal zijn ze aan een inhaalbeweging bezig…
APROVAG -
3
Productie
De boerenfamilies die lid zijn van APROVAG hebben gemiddeld 2,3 hectare ter beschikking om te bewerken. Daarvan wordt ongeveer 0,25 ha gebruikt om bananen op te telen. In totaal exploiteert APROVAG momenteel ongeveer 180 hectare. De gronden zijn eigendom van de boerengroepen (GIEs), die percelen toewijzen aan de boeren. In ruil betalen zij een soort huurgeld, vooral om de irrigatiepompen te financieren (zie verder). Indien de producenten bepaalde regels niet naleven, kunnen ze hun gebruiksrechten op het perceel verliezen. Sinds 2008 financiert Vredeseilanden de landbouwtechnische ondersteuning van APROVAG. Dit betekent dat er advies gegeven wordt over hoe de boeren op de beste manier het maximum uit hun plantages kunnen halen. En vooral, hoe ze de kwaliteit van de bananen kunnen verbeteren. Door op een goede manier te bemesten, te ‘snoeien’, bepaalde plagen te voorkomen, etc. Tot 2011 bleef de productie dalen, vooral vanwege de uitputting van de gronden en een gebrek aan meststoffen. Vanaf 2012 is de dalende trend duidelijk gekeerd en is de opbrengst per hectare gestegen tot gemiddeld 26 ton bij de boerengroep Nguène II die intensievere begeleiding kreeg. Wat zorgde voor de ommekeer? APROVAG koopt sinds 2010 geschikte meststoffen aan, en verkoopt die dan door aan haar leden met de nodige uitleg erbij. Tegelijk kregen de boeren vormingen over het maken en gebruiken van compost op hun plantages, en over de bestrijding van ziektes. Ook werden vijf irrigatiepompen vernieuwd, waardoor de plantages gemakkelijker besproeid kunnen worden. Maar de opbrengsten per hectare blijven zeer variabel. Ze zijn hoog in de maanden direct na het regenseizoen, en zakken in droge seizoen als het vochtgehalte in de bodems sterk afneemt. Ook het verschil tussen de boerengroepen is groot. Zo ligt de productie in Sankagne op slechts
4 - APROVAG
10 ton per ha. Daarbovenop kende de regio zware overstromingen in 2010. De totale bananenopbrengst van APROVAG halveerde in die periode en het daarop volgende seizoen. Ook bleek de totale hoeveelheid beschikbare meststoffen en compost onvoldoende. Er is in 2014 een compostbedrijfje opgericht in Sankagne, dat op dit moment 45 ton compost aflevert en werkgelegenheid creëert voor 25 jongeren uit de buurt. Gezien het succes zal men de productie volgend jaar verdubbelen.
Biologische productie
Al bij de start van de samenwerking tussen Vredeseilanden en APROVAG groeide het idee om in te zetten op biologische productie van bananen, omdat er sowieso weinig chemische producten gebruikt worden door de boeren o.w.v. de kostprijs. Maar het is pas sinds APROVAG in contact gekomen is met Agrofair (zie verder) dat men echt over het biolabel, en dus certificatie, is beginnen nadenken. Daarom is sinds 2013 ingezet op begeleiding van een vijf boerengroepen richting gestandaardiseerde biologische productie volgens
het lastenboek. In het begin werden biologische inputs gratis verspreid op een aantal testvelden, en tegelijk werden opleidingen georganiseerd voor geïnteresseerde boeren. Vandaag is de meerderheid van de boeren zich bewust van het verschil tussen biologische en conventionele bananen, en zijn een aantal boerengroepen op weg om hun velden volledig biologisch te bewerken.
eerst zou begeleid worden om de standaarden voor biologische (fair trade) exportmarkt te halen. Met succes. Hun rendement steeg tot 26 ton per hectare in 2014. En in de zomer van 2015 behaalden ze het bio certificaat.
De Algemene Vergadering van APROVAG keurde goed dat de groep Nguène II het
APROVAG -
5
Ecologische duurzaamheid
De aandacht voor biologische productie heeft het ecologisch bewustzijn van de leden de afgelopen jaren aangescherpt, het gebruik van natuurlijke bestrijdingsmiddelen en compost gepromoot, en de aandacht voor de bescherming van de bodem vergroot. Dit zorgt er o.a. voor dat APROVAG toelating krijgt van de autoriteiten van het naburig Nationaal Park Niokolo-Koba om bananen te planten aan de rand van het park. Aangezien één bananenplant in deze droge streek 50 à 60 liter water per dag nodig heeft, wordt het irrigatiewater opgepompt met dieselpompen uit de Gambiarivier. Soms kwam er via lekken motorolie in de rivier en op de gronden rond de rivier. In de bananenplantage van Nguène II werd aan dit probleem verholpen, en ook in de andere boerengroepen is men bezig met herstellingen.
Opslag en transport
Om lekkere en mooie bananen van op het veld tot op de markt van Dakar of Europa te krijgen, moeten de bananen het ganse traject zonder blutsen en krassen overleven. Verkleuringen, zwarte vlekjes of kneuzingen zijn uit den boze. Al sinds 2007 worden de bananen met steun van Vredeseilanden in kartonnen dozen verpakt. Die maakten het product aantrekkelijker voor winkeliers en klanten, én zorgden voor minder verlies tijdens het transport met vrachtwagens. Samen met medewerkers van Vredeseilanden heeft Aprovag bij de lokale overheid ook gepleit voor betere wegen zodat vrachtwagens zich niet meer vastrijden in putten waardoor bananen onderweg rotten. Dankzij
6 - APROVAG
De algemene sensibiliseringsacties hadden ook effect. Tot voor kort slingerden heel wat oude plastic zakken rond in de
plantages: die zijn allemaal opgeruimd, want het was een eis om het bio certificaat te kunnen halen.
dit lobbywerk ligt er nu o.a. een goeie asfaltweg vanuit Tambacounda richting de dorpen waar Aprovag werkt. Ook zijn een aantal onverharde wegen naar de productiezones hersteld, waardoor die ook toegankelijker zijn voor vrachtwagens. Tegelijkertijd sensibiliseerde APROVAG haar leden ook over het belang van kwaliteitscontrole en hoe dit gevolgen heeft voor de uiteindelijke prijs van bananen op de markt. APROVAG stelde ook controleurs per boerengroep aan. Maar de grootste stappen op vlak van kwaliteit werden pas gezet nadat een delegatie in 2011 een bezoek bracht aan een organisatie van bananenboeren in Peru (zie pagina 8). Van hun Latijns-Amerikaanse collega’s leerden ze heel wat praktische tips. APROVAG installeerde in de daarop volgende jaren baden om de bananen in de wassen, kabelbanen van het veld naar de pakstations, etc. In drie dorpen zijn al pakstations gebouwd: in Nguène II, Sankagne, en Saal. Net als het compost-
bedrijfje in Sankagne creëren ze werkgelegenheid voor een aantal mensen uit de streek, vooral voor de vrouwen. In Nguène is ook een kabelbaan aangelegd
van 1200 meter die in Costa Rica werd gekocht en in twee containers werden verscheept naar Dakar, waar ze in januari 2014 na een lange omweg aankwamen.
APROVAG -
7
Agrofair nodigt Senegalese bananenproducenten uit in Peru De Nederlandse coöperatieve vennootschap Agrofair is een belangrijke speler op de internationale markt van bio en fairtradebananen. Het bedrijf werkt vooral met producentenorganisaties in Latijns-Amerika en investeert sinds 2010 in een project om Senegalese bananen naar Europa te exporteren. “Maar door de lagere kwaliteit kan de gemiddelde Senegalese banaan op de wereldmarkt niet concurreren met bananen uit bijvoorbeeld Ivoorkust of Peru”, zegt Ibrahim Ouedraogo, die de programma’s van Vredeseilanden in WestAfrika coördineert. “We moeten een versnelling hoger schakelen om die achterstand in te lopen.” Eind augustus 2011 trok daarom een delegatie van APROVAG op studiereis naar Peru, naar een partner van Agrofair, om te kijken hoe de boeren van de Peruviaanse banaan een internationaal gegeerd product maken. De omstandigheden van de boeren in Peru zijn immers gelijkaardig aan die in Senegal. Ook de bananenvariëteit is dezelfde. “Maar het werk in de Peruviaanse plantages verschilt op vele vlakken van de onze”, stelden de Senegalezen vast. “De ondersteuning naar de boeren in Peru is heel strak georganiseerd”, vertelt Germaine, die zelf bananen teelt en in de Raad van Bestuur van APROVAG zetelt. “Technici van de boerenorganisatie gaan regelmatig langs bij de boeren in de plantage, ze tonen hoe je best de planten snoeit, hoe je efficiënt irrigeert, enz. Het resultaat van die jarenlange inspanning is indrukwekkend. Waar wij om de drie dagen onze bananenplanten moeten water geven, moeten zij het slechts om de 15 dagen doen. Dat bespaart enorm veel tijd! Hun bananenbomen gaan ook veel langer mee.” “De boeren in Peru zijn erin geslaagd om veel processen sterk te vereenvoudigen, waardoor de kosten gedrukt worden”, vult Valentin, de toenmalige voorzitter van Aprovag, aan. “De irrigatie, het transport van de bananen naar de opslagplaats, het wassen van de bananen,... Vaak zijn het eenvoudige
8 - APROVAG
oplossingen die het werk verlichten en die we op korte termijn kunnen overnemen.” Aandacht voor kwaliteit loopt als een rode draad door de hele keten. Valentin: “Het begint vanzelfsprekend bij de boeren op het veld, maar ook in de haven van Rotterdam waar de bananen uit Peru toekomen, volgt een grondige kwaliteitscontrole.” Ibrahim haalt tot slot nog een cruciaal element voor het succes van de boeren in Peru aan. “De boeren hebben contracten op lange termijn met het exportbedrijf, waar ze zelf de meerderheid van de aandelen in hebben. Zo kennen ze op voorhand de prijs die ze gaan krijgen. Dat motiveert de boeren om voortdurend te investeren in hun bedrijf. Met APROVAG en Agrofair willen we in Senegal een gelijkaardig model uitdokteren.” “De banaan uit Peru is een sterk merk en heeft wereldwijd een goede naam”, stelde Valentin vast. “Die reputatie opbouwen vraagt tijd, maar ik ben ervan overtuigd dat we er ook in Senegal in kunnen slagen.”
Stabieler inkomen
In Senegal ontvangen veel families op het platteland een deel van hun inkomsten uit het buitenland: jonge Senegalezen emigreerden naar Europa en ondersteunen nu vanop afstand hun families. In de APROVAG-dorpen krijgt echter maar een klein deel van de families geld vanuit het buitenland. Het zijn immers vooral immigranten uit andere regio’s in Senegal die zich in de zone zijn komen vestigen. De boerenfamilies in de regio zijn voor ongeveer 70% van hun inkomsten afhankelijk van de bananenteelt. Daarnaast telen ze nog katoen, pindanoten en voedselgewassen. Sinds 2009 zorgt de bananenteelt voor een stabiel inkomen. Dat heeft o.a. te maken met het feit dat APROVAG sinds dat jaar een zwarte lijst met malafide tussenhandelaars opstelt
(die de bananen bij de boeren ophalen… maar achteraf niet betalen) en alle boeren daarover informeert. Ook het feit dat er ingezet werd op lokaal geproduceerde biologische meststoffen, zorgde ervoor dat de productiekost voor de boeren verminderde, en ze dus meer winst overhielden. Verder is APROVAG de laatste jaren ook gegroeid in het onderhandelen met commerçanten uit de grote steden in Senegal. Sinds 2010 verkopen ze de verzamelde productie van de leden (‘los’ en verpakt in dozen) en wordt er bij het begin van elk seizoen een prijs afgesproken tussen APROVAG en geïnteresseerde kopers. Tussen 2009 en 2015 is de prijs die de boer voor zijn/haar bananen krijgt, gestegen van 150 naar 180 FCFA per kg (verkoop door boeren op het veld) of
190 FCFA per kg (verpakt in karton op de markt van Dakar). Het gemiddelde brutoinkomen uit bananenteelt is de tussen 2011 en 2013 gestegen tot ongeveer 770 euro, maar tegelijk steeg ook de globale levensduurte in de regio. Tijdens interviews bleek dat nog altijd maar 35% van de leden van APROVAG een deel van hun inkomen kan sparen. De ‘soudure’ periode, de periode dat er geen bananenoogst is, blijft een precair seizoen voor veel families. Ongeveer de helft van de boerenfamilies heeft het nog altijd moeilijk om rond te komen in die periode. Om de boeren in die periode te ondersteunen, heeft APROVAG een spaar- en kredietkas opgericht die ondertussen een zelfstandige instelling geworden is.
APROVAG -
9
Gender
Sinds 2008 hebben de vrouwen jaar na jaar een grotere rol opgenomen in een sector die traditioneel in handen is van mannen. Drie vrouwen (op 15) zijn momenteel lid van de Raad van Bestuur. En ook twee leden van het uitvoerend comité (op 5) zijn vrouwen. Minstens 1 vrouw zit in het bestuur van elke boerengroep op dorpsniveau. Maar de weg naar gendergelijkwaardigheid is nog lang. Zo is de oppervlakte van hun plantages gemiddeld de helft kleiner, en dus ook hun inkomen. En het zijn vooral de vrouwen die het zware werk op zich nemen om de plantages regelmatig te bevloeien (met tuinslang). Vredeseilanden ondersteunt de vrouwen om dit soort thema’s op de agenda te (blijven) plaatsen.
10 - APROVAG
"Het verschil tussen de mannen en de vrouwen zit niet in het werk dat ze moeten doen, eigenlijk is er geen verschil. Maar het is zwaarder voor de vrouwen. Ze bewerken maar een half perceel omdat ze naast de plantage ook nog werk hebben in het huishouden en in de moestuinen. De mannen en de vrouwen zijn hier gelijk. Al ondersteunen vrouwen elkaar meer dan de mannen onderling." Germaine Dione, bananenproducente
Verwerking van banaan tot fruitsap
Ondanks de grotere investeringen in beter transport en bewaring van de bananen, gaat er nog altijd een groot deel van de productie verloren. Vredeseilanden financierde en begeleidde een project om fruitsap en andere afgeleiden te maken van bananen en ander fruit. In 2010 startte het verwerkingsfabriekje, waarvan het management volledig in handen is van de vrouwen van APROVAG, met de bedoeling hun economische onafhankelijkheid te vergroten. Ze testten de productie van siropen, fruitsapjes, gedroogd fruit en azijn. De opstart van dit fabriekje kende heel wat kinderziekten, o.a. omdat er moeilijk geschikt materiaal werd gevonden, en het niet evident bleek om de producten qua kwaliteit, smaak en volumes af te stemmen op de vraag van de markt. Zo is de productie van azijn stopgezet, omdat de vrouwen het productieproces niet op punt kregen. Op dit moment worden alleen nog fruitsapjes geproduceerd voor lokale verkoop.
Thiéré banane. Lakh banane. Thiarcy banane. Ngourbane banane. Het zegt u niets? In Senegal daarentegen zullen velen beginnen watertanden bij het horen van deze gerechten. En toch zullen ook veel Senegalezen hun wenkbrauwen fronsen. Want de combinatie van deze gerechten met zoete banaan is heel ongewoon. De banaan doet stilaan zijn intrede als hoofdgerecht en niet enkel als dessert. En Vredeseilanden staat mee aan de wieg van die nieuwe culinaire ontdekkingen. Het verhaal begon een paar jaar geleden, bij Marguerite Thaw (foto), lid van APROVAG. Eén van haar jonge kinderen was ondervoed en Marguerite had niet het geld om Cérélac te kopen, een populair granenpoeder van Nestlé dat gemengd wordt met melk. Maar er groeiden wel bananen op haar veld. Ze kreeg het idee om die bananen te drogen en fijn te malen tot meel. Zo maakte ze een papje van bananenmeel, suiker en melk. Dat bananenbloempapje gaf ze aan haar kind. Na een tijdje ging ze op controlebezoek bij de dokter in het gezondheidscentrum. Die stelde vast dat het gewicht van het meisje spectaculair toegenomen was en dat ze veel gezonder was geworden. Sindsdien geeft de kinderarts de raad door aan andere moeders om hun kinderen een papje van bananenbloem te geven. Ook de NGO Aide et Action verspreidt het idee verder.
In 2010 besloten de boerenorganisatie APROVAG en Vredeseilanden om dit soort ideeën en recepten te verzamelen. De vrouwen van APROVAG lieten hun creativiteit de vrije loop en ze probeerden heel wat nieuwe recepten uit op basis van zoete banaan. Ze lieten de recepten ook proeven op straat. De meest gehoorde commentaar: “Het is neekh, delicieus !” Dat leidde uiteindelijk tot een kookboekje. Zo wil APROVAG haar bananen promoten en nieuwe consumenten duidelijk maken dat een zoete banaan ook voedzaam en lekker is als hoofdgerecht.
APROVAG -
11
APROVAG als commerciële organisatie
APROVAG is een sterke boerenorganisatie, met democratische structuren en een goeie band met haar leden. Maar op commercieel vlak is er nog veel ruimte om te groeien. Sinds een paar jaar verzamelt APROVAG de oogst van haar leden om op die manier de bananen in grote volumes te kunnen verkopen en betere prijzen te kunnen bedingen. Een grote stap voorwaarts. De boerenorganisatie onderhandelt over volumes, kwaliteitseisen en prijzen met handelaars uit Dakar of andere grote steden. Tien dagen na levering wordt APROVAG uitbetaald, waarna zij het geld doorstorten aan de lokale boerengroepen (GIEs) in de dorpen; zij betalen de indivi-
12 - APROVAG
duele producenten bij levering of twee keer per maand. In 2013 sloot APROVAG voor de eerste keer twee formele contracten op papier af met handelaars. Vorig jaar verhandelden ze in totaal 2.373 ton bananen. APROVAG haalt haar inkomsten uit ledenbijdragen van de boerengroepen in de dorpen. Maar uit de verkoop van de bananen van haar leden haalt Aprovag geen winst. Dit is een ongezonde en onhoudbare situatie op langere termijn. De lidgelden dekken slechts ongeveer 20 à 25% van de kosten van APROVAG. Ruim onvoldoende dus om de courante operationele kosten van de organisatie te dragen. APROVAG is dus nog zeer afhan-
kelijk van subsidies. Zo betaalt Vredeseilanden o.a. het loon van de directeur en een halftijdse agronoom, wat nodig is om de organisatie te laten groeien. Om de commerciële activiteiten te scheiden van de (landbouwtechnische) diensten die APROVAG aan haar leden verleent en het politiek werk dat de organisatie doet, is in 2014 het bedrijf APROCOB opgericht. Dit is de commerciële poot van APROVAG. Vredeseilanden zal APROCOB de komende jaren ondersteunen om een winstgevend bedrijf te worden. Twee financiële instellingen (Crédit Mutuel du Sénégal en EcoBank) zijn in elk geval geïnteresseerd om de nodige kredieten te verlenen.
Bananenboeren in heel Senegal verenigen zich
In de hele Senegalese bananenproductie zijn ongeveer 9.000 boeren en boerinnen actief, en indirect leven 85.000 mensen van de hele bananenhandel. Het zwaartepunt van de Senegalese bananenproductie ligt in Tambacounda, de regio van APROVAG. Maar ook daarbuiten worden er bananen geteeld in zogenaamde ‘périmètres’, geïrrigeerde velden. Sinds 2009 ondersteunt Vredeseilanden UNAFIBS, de Union nationale des acteurs de la filière banane du Sénégal. De wat ingeslapen organisatie kreeg in 2010 Valentin Mbengue als voorzitter. Hij was de vroegere voorzitter van APROVAG, en de geknipte persoon om de organisatie nieuw leven in te blazen. Door de begeleiding van Vredeseilanden is UNAFIBS ondertussen uitgegroeid tot een
gerespecteerde organisatie die erkend wordt door het Ministerie van Landbouw en andere overheidsinstellingen, ngo’s en bedrijven, als dé vertegenwoordiging van de producentenorganisaties. Valentin nam het initiatief om op regelmatige basis de verschillende (overheids)instanties samen te brengen die te maken hebben met de bananenteelt (la Direction horticulture, l’Agence Régulation des Marchés, la Direction de l’Analyse, de la Prévision et des Statistiques, la Stratégie de la Croissance Accélérée, à la Direction de la Protection des Végétaux, et la Douane). Op de agenda staan telkens verschillende punten die tot doel hebben om de Senegalese bananensector competitief te maken. UNAFIBS houdt sinds 2014 gedetailleerde statistieken bij om een beter zicht te krijgen op de bananensector in Senegal.
In 2013 werd een groot nationaal programma voor de ontwikkeling van de bananenketen in Senegal ontwikkeld in samenspraak met UNAFIBS. Er is een akkoord met de overheid om de import van bananen uit Ivoorkust van zodra er genoeg kwaliteitsvolle bananen op de markt zijn om aan de vraag te voldoen. Dit is op dit moment nog niet het geval: Senegal produceert maar de helft van de 50.000 ton die geconsumeerd wordt. Naast het lobbywerk speelt UNAFIBS ook een rol in het uitwisselen van ervaringen tussen de verschillende boerenorganisaties die met bananenteelt bezig zijn, waarvan APROVAG de grootste is.
APROVAG -
13
De markt van Dakar... via export naar Europa
In 2010 komt fruitimporteur Agrofair in contact met APROVAG. Agrofair is een coöperatieve vennootschap van bananenproducenten uit Latijns-Amerika en ethische investeerders, gebaseerd in Nederland. Ze brengen o.a. Fair Trade gecertifieerde bananen van het merk “Oké” en “Eko Oké” op de Belgische markt, die voornamelijk afkomstig zijn uit Peru. Aangezien de markt van bio fairtradebananen in de lift zit en het interessant is de aanvoer te diversifiëren met bananen uit Afrika, zochten zij nieuwe producentenorganisaties om mee samen te werken. Twee jaar na hun eerste kennismaking, besliste Agrofair om APROVAG intensiever te ondersteunen met oog op export. Een eerste plan om een joint venture op te zetten rond een nieuwe plantage van 50 hectare, werd na verder onderzoek afgeblazen. Maar het doel bleef overeind: APROVAG klaarstomen voor de biologische en Fair Trade exportmarkt. Vredeseilanden bracht hen in contact met Colruyt Group, de grootste retailgroep van België. Zij toonden interesse om de bananen uit Senegal aan te kopen. Dit alles resulteerde in een uniek partnerschap waarbij transparantie en samenwerking ter ondersteuning van de organisatie van kleinschalige boeren in de keten de sleutelwoorden zijn. De bedoeling is om een efficiënte keten van kwaliteitsbananen op te zetten vanuit Senegal tot in België, waar elke schakel in de keten bij wint. Sinds twee jaar worden vijf (van de 10) boerengroepen met in totaal 434 leden van APROVAG intensief begeleid om alle nodig certificaten voor de exportmarkt te halen: Ecocert, Fair Trade en GlobalGAP. Zowel Agrofair, Colruyt Group en Vredeseilanden nemen elk hun rol op om Aprovag op de best mogelijke manier te ondersteunen. Ook werd via de stichting TASTE extra financiering verkregen voor een traject van technische ondersteuning door Agrofair van bijna 3 jaar.
14 - APROVAG
Ondertussen zette APROVAG niet alleen een heel aantal stappen vooruit in het officialiseren van haar interne procedures, en het beter registreren van allerlei gegevens (zie hierna – uitdagingen), maar ook werden alle leden grondig geïnformeerd over alle regels die gevolgd moeten worden en werd een controlesysteem opgezet. Op dit moment is er één boerengroep (Nguène II) die aan alle voorwaarden voldoet en het bio- en GlobalGAP certificaat heeft behaald. De koepel APROVAG/APROCOB heeft het fairtrade certificaat behaald. In november 2014 werd een eerste testcontainer met bananen verscheept om zowel APROVAG als de andere spelers in de keten de kans te geven om alle procedures te doorlopen. Concreet engageren alle spelers zich om over enkele maanden regelmatig een container bio- fairtradebananen vanuit Senegal naar België te verschepen, die – als alle obstakels overwonnen zijn - uiteindelijk in de rekken van de Colruyt winkels zullen belanden. Als APROVAG er klaar voor is, kan dit uitgebreid worden naar twee containers per week. Maar export is niet het enige doel van dit project. APROVAG ondersteunen om de Senegalese steden te bevoorraden
en de competitie aan te gaan met geïmporteerde bananen uit Ivoorkust is minstens even belangrijk. De internationale standaarden geven richting om de kwaliteit van de bananen op te krikken en zo een sterkere positie en betere prijs te bedingen op de Senegalese kwaliteitsmarkten. Met een hoger inkomen voor de bananenproducenten als einddoel.
De rol van Vredeseilanden
De steun van Vredeseilanden beperkt zich niet tot het financieren van bepaalde vormingen of het betalen van een aantal experten die bij APROVAG tewerkgesteld worden. Eigenlijk nemen onze collega’s ter plaatse vooral de rol op van facilitator en coach. Wat betekent dit? Onze collega’s zitten regelmatig samen met APROVAG om een actieplan op te stellen. Vragen als ‘waar willen jullie naartoe?’, ‘hoe willen jullie dit bereiken?’, ‘welke middelen hebben jullie hiervoor nodig?’ worden
grondig bediscussieerd. Vredeseilanden kan bv. een rapporteringssysteem helpen opstellen, zorgen voor kwaliteitsvolle documenten, mee onderhandelen met lokale banken of advies geven bij het afsluiten van commerciële deals. Daarnaast worden er doorheen het jaar meermaals evaluatievergaderingen gehouden om de stand van zaken te bespreken, voorbije activiteiten te evalueren of eventuele problemen aan te kaarten. De Vredeseilanden-medewerkers nemen dus
een soort klankbord-functie op, die heel erg gewaardeerd wordt door onze partnerorganisaties. Naast de concrete coaching van APROVAG, zorgen Vredeseilanden medewerkers ook voor afstemming met andere NGO’s, overheidsprogramma’s en bedrijven. Opdat iedereen zijn/haar rol kan opnemen in de ondersteuning van APROVAG en de Senegalese bananensector.
De rol van Colruyt Group
Colruyt Group neemt in dit project een rol op die veel verder gaat dan de traditionele rol van een retailer in het aankopen van producten. In de eerste plaats heeft Colruyt Group zich geëngageerd om gedurende minstens 3 jaar 2 containers bananen per week (2000 ton bananen per jaar) aan te kopen bij APROVAG. Daarnaast heeft Colruyt Group regelmatig overleg met de andere partners in de keten
om zo tot een transparante samenwerking te komen. Medewerkers zijn ook reeds verschillende keren naar Senegal gegaan om rechtstreeks met Aprovag en de boerencoöperatieven te overleggen, de engagementen tegenover de boeren te bevestigen, en te kijken waar Colruyt Group ondersteuning in het project kan bieden. Zo heeft de marketingafdeling van Colruyt Group geholpen bij het opstellen van een geïllustreerde handleiding voor de
bananenproducent. En heeft het projectteam van Colruyt Group een flinke bijdrage geleverd bij het opstellen van een concreet stappenplan dat Aprovag en de coöperatieven kan ondersteunen om de focus te houden op de doelstellingen van het project. Ook bij het opstellen van de business plannen heeft Colruyt Group meegeholpen.
APROVAG -
15
Uitdagingen voor de komende jaren
Bemesting Er is nog heel wat werk te doen om de productiviteit te verhogen. De grootste sprong kan gemaakt worden door beter te irrigeren en te bemesten. Er is nog een tekort aan voldoende organische meststoffen. Daarom geeft Vredeseilanden ondersteuning aan het compostbedrijf in Sankagne. Bovendien zijn er nog extra grondanalyses nodig, om te kunnen bepalen welk type compost het meest geschikt is. Bij de productie van gecertificeerde biobananen zijn mogen enkel compost en toegelaten minerale meststoffen worden gebruikt. Irrigatie Eén bananenplant heeft 50 à 60 liter water per dag nodig. De meeste boeren geven hun planten maar een paar keer per week water met een tuinslang; een zeer inten-
16 - APROVAG
sief werk. Het water wordt met dieselpompen uit de Gambiarivier gehaald, die elke dag een ander deel van de plantages bevloeien. Dat moet zuiniger en beter. Daarom blijft Vredeseilanden ondersteuning geven om een betere installatie met zuinige sproeiers te installeren die de bananenplanten gerichter en frequenter van water kunnen voorzien. Maar deze investering kost veel geld. Toepassen goede landbouwpraktijken Elke producent moet gedisciplineerd de beste technieken om de bananenplanten te bemesten, te snoeien en uit te dunnen toepassen (de onderste kleine bananen wegnemen zodat andere bananen beter kunnen groeien). En dit moet allemaal gecontroleerd worden, want de kwaliteit van een verkoop in groep is maar zo goed als de zwakste schakel. Alles moet tot in de puntjes gepland en opgevolgd worden.
Agrofair geeft hiervoor advies, en Vredeseilanden heeft dit jaar een halftijdse, tijdelijke landbouwdeskundige aangetrokken ter ondersteuning van APROVAG. Organisatie en planning van de plantages Wie levert aan een supermarkt, moet voldoen aan strikte wettelijke normen. Alles moet traceerbaar zijn. Alle data over wanneer er bemest, geïrrigeerd en geoogst wordt, moet nauwgezet bijgehouden worden om de productie strak te kunnen plannen. De bananen bedoeld voor export moeten op de plantage al met een kleurlintje gemarkeerd worden zodat deze extra nauwgezet opgevolgd worden. Vredeseilanden helpt APROVAG en de boeren bij het opzetten van de nodige systemen om dat allemaal klaar te spelen.
APROVAG -
17
18 - APROVAG
Kwaliteit, logistiek en transport Wat zijn de kwaliteitseisen van de supermarkten in Dakar? Hoe verpak je bananen op de beste manier in dozen? Wat zijn de beste dozen die beschikbaar zijn op de Senegalese markt? Hoe maak je paletten en hoe organiseer je het transport van plantage naar Dakar? Welke formulieren moet je hebben en procedures moeten gevolgd worden voor export? Agrofair en Vredeseilanden zullen APROVAG de komende maanden verder begeleiden. Elke container die vertrekt voor export bevat 1080 dozen met bananen. Op dit moment kan geen enkele verwerkingseenheid van APROVAG zo’n grote hoeveel bananen wassen, selecteren en verpakken op één dag, wat ideaal zou zijn. Maar we maken ons sterk dat men dit wel op twee dagen kan verpakken. Transparante prijzen Wat kost certificering en welke meerprijs levert het op voor de producent? Hoe maak je transparante contracten op? Bovendien, veel van het extra werk voor verwerking
(wassen, in kartonnen dozen verpakken,...) wordt gedaan door de vrouwen. Dit is werk dat ze niet in hun eigen moestuin of huishouden kunnen steken. Wat is een correcte verloning voor die arbeid? Vredeseilanden voorziet begeleiding om dit hele financieel plaatje helder te krijgen. Certificering De boerengroep Nguène II heeft deze zomer hun certificaten behaald voor bio en GlobalGAP, en APROVAG/APROCOB voor fairtrade. De uitdagingen blijven groot om alle andere 9 boerengroepen en hun leden te sensibiliseren, en een registratie- en controlesysteem op poten te krijgen, dat nodig is voor bio- en GlobalGAP certicering. Vredeseilanden voorziet een budget voor opleidingen en verplaatsingen. Omvorming van APROVAG: van vereniging naar bedrijf APROVAG is gestart als een overkoepelende, gesubsidieerde vereniging om de
belangen van aangesloten leden te behartigen. APROVAG doet zeer waardevol politiek werk, maar dit is soms moeilijk te verzoenen met de commerciële taken. Daarom werd de bedrijfspoot APROCOB opgericht. Het is een hele uitdaging om bedrijfsmatige structuren, procedures en attitudes ingang te doen vinden. Business planning, zoeken naar investeringskapitaal (geen subsidies) voor irrigatie, kabelbanen en compostproductie, registratie van opbrengsten en kosten, kwaliteitsmanagement en certificeringen staan op de agenda. Ook bij de boerengroepen (GIEs) moet dit commerciële denken meer ingang vinden. De rendementen per hectare kunnen omhoog, de productievolumes eveneens (met goed irrigatie, ook in het droge seizoen), de kosten per ton of per doos kunnen omlaag, de netto inkomsten voor zowel APROCOB als de aangesloten boeren kunnen omhoog. Op die manier kan APROCOB uitgroeien tot een zelfvoorzienend, winstgevend en gezond bedrijf, die werkgelegenheid en inkomsten verzekert voor honderden families.
APROVAG -
19
Blijde Inkomststraat 50 | 3000 Leuven | Belgium
[email protected] | www.vredeseilanden.be