ABCA-BVEC magazine 2012-3 september - oktober - november - december septembre - octobre - novembre - décembre
Gelukkig Nieuwjaar!
Bonne année!
Het zijn harde tijden !
Les temps sont durs !
Alsmaar meer werk, steeds sneller en sneller, steeds meer en meer, de beste zijn…, de eerste,… !
De plus en plus de travail; de plus en plus vite, de plus en plus, être le meilleur..., le premier,… !
Nu goed, we zijn sterk en gezond en af en toe vinden we nog wat tijd voor ontspanning in onze overvolle agenda’s… om even alles los te laten.
D’accord nous sommes forts et sains et nous insérons de temps en temps quelques plages tout confort dans nos horaires si serrés pour nous permettre de déconnecter...
Het ABCA-BVEC magazine is een extra moment van aangename ontspanning. Bij welke activiteiten ontstresten onze collega’s en hervonden zij hun goed humeur? Wat staat er de volgende keer op het programma?
Le magazine de l’ ABCA-BVEC apporte un moment supplémentaire de détente dans la convivialité. Quelles furent les activités qui ont permis à nos collègues de se retrouver dans la bonne humeur, quel est le programme prévu prochainement ?
Ik geniet nog na van het bezoek aan Yerseke en de kweekbanken op volle zee om de mossel- en oesterkweek in Zeeland beter te begrijpen en uiteraard ook het plezier ze ter plaatse te kunnen proeven. Tot slot werd 2012 uitgezwaaid met een eindejaarsdiner in het sfeervolle Brugge ter ere van ons 15-jarig bestaan. Een impressie van beide evenementen vind je verder in dit magazine. Dus, blijf niet aan de kant staan en word lid van ABCA-BVEC!
Des échos sont revenus d’un voyage en mer pour mieux comprendre l’élevage des moules et des huîtres en Zélande… et du plaisir gourmand que les participants y ont pris. La dernière activité était le repas de fin d’année à Bruges pour célébrer le 15ème anniversaire de notre association. Ne restez plus sur le quai, joignez-vous à nous !
La rédaction
De redactie
2013
INHOUD
15 jaar ABCA-BVEC
3
Didactische dag in Brussel
5
Internationale uitwisseling in Zeeland: Delta Mossel
6
Internationale uitwisseling in Zeeland: Van Marcke
10
Actualiteit: de kleur van groenten en fruit
12
Actualiteit: in de pers
16
Wie is wie ?
19
EWFC: missie Dresden
24
Recept: Vlaamse mosselen
26
CONTENU
2
4
15 ans ABCA-BVEC
5
Journée didactique à Bruxelles
8
Échanges internationaux en Zélande: Delta Mossel
11
Échanges internationaux en Zélande: Van Marcke
14
Actualité: la couleur des fruits et des légumes
16
Actualité: dans la presse
18
Qui est qui ?
21
EWFC: visite des vétérinaires français
22
EWFC: mission Dresden
26
Recette: moules à la Bretonne
15 jaar ABCA-BVEC
Op 7 juni vierde ABCA-BVEC zijn 15 jarig bestaan. Om deze verjaardag op gepaste wijze te vieren organiseerde het bestuur een congres met als thema: “Veiligheid van de voedselketen: actualiteit en uitdagingen!” David Janssens schatbewaarder
Aan de uitgenodigde sprekers, elk expert in zijn vakgebied, werd gevraagd vanuit een eigen invalshoek dit thema te benaderen. Op het einde van deze dag was het duidelijk dat de veiligheid van ons voedsel een multidisciplinaire aanpak vereist, een goede samenwerking met tal van diensten en dit op verschillende niveaus. Die samenwerking verloopt momenteel goed maar we mogen niet op onze lauweren rusten en moeten steeds alert blijven voor nieuwe gevaren.
Het was een zeer boeiende en leerrijke dag! Dit werd ook bevestigd door de enthousiaste
reacties tijdens en na het congres van de 150 aanwezige leden en niet-leden, collega’s van het FAVV en van de Nederlandse autoriteit NVWA, dierenartsen,… Deze positieve reacties waren een erkenning voor al het voorbereidende werk door de mensen van ABCA-BVEC. En wie graag nog eens een of meerdere presentaties wil nalezen: deze zijn terug te vinden op onze website: www.abca-bvec.be.
congres (onthaal, inschrijvingen en catering) als erna. We willen ook de leidinggevenden van het FAVV bedanken voor hun steun. Dankzij de aanwezigheid van onze sponsors konden we aan alle congresgangers een welkomstpakket aanbieden. Afspraak op het volgende congres!
Hierbij willen wij ook nog eens alle mensen van het FAVV bedanken die hebben geholpen om van dit congres een succes te maken en dit zowel tijdens de voorbereidingen (logistiek, reservatie zaal en tolken, reservering catering), tijdens het
3
15 ans ABCA-BVEC
L’ABCA-BVEC a célébré ses 15 ans d’existence le 7 juin dernier. Le comité a voulu honorer dignement l’événement en organisant un congrès sur le thème de “La sécurité de la chaîne alimentaire: actualités et défis!” David Janssens trésorier
Les orateurs du jour ont été invités à aborder ce thème suivant leur propre expertise. Ce qui a été fait avec succès. En fin de congrès il était clair que la sécurité de notre alimentation avait besoin d’une approche multidisciplinaire et d’ une bonne collaboration entre de nombreux services et ce à différents niveaux. Actuellement, cette collaboration se déroule bien mais nous ne pouvons pas nous reposer sur nos lauriers et nous devons rester vigilants. De nouveaux dan-
gers peuvent surgir à tout instant.
4
Ce fut une journée captivante et intéressante! Cela a été confirmé par les nombreuses réactions enthousiastes pendant et après le congrès émanant des 220 participants; membres et des non membres, des collègues de l’AFSCA, des Pays-Bas de la NVWA, des vétérinaires,… Ces réactions positives étaient la reconnaissance pour tout le travail de préparation accompli par l’équipe de l’ ABCA-BVEC. Pour ceux et celles qui voudraient relire les présentations, elles se trouvent sur le site www.abca-bvec.be. Nous aimerions une fois de plus remercier toutes les personnes de l’AFSCA qui ont contribué au succès de ce colloque aussi bien lors de la préparation (logistique, réservation des salles, des traducteurs, du cate-
ring), que durant l’événement (accueil, inscriptions et catering). Merci aux dirigeants de l’AFSCA pour leur soutien.
Grâce à la présence de nos sponsors nous avons pu offrir un paquet cadeau de bienvenue aux participants. Rendez-vous pour le prochain congrès!
Didactische dag in Brussel
ABCA-BVEC organiseerde in het voorjaar van 2012 twee didactische bezoeken in Brussel. Eerst werd een bezoek gebracht aan Brouwerij Cantillon. Dit is een familiale brouwerij waar men LAMBIK, GEUZE, FARO en KRIEK brouwt en waar nog niets is veranderd sinds 1900. De werktuigen, de machines en het brouwproces zijn hetzelfde gebleven. Jammer genoeg hebben we het brouwproces en het bottelen niet van dichtbij kunnen meemaken, maar we hebben de authentieke, traditionele Geuze-Lambik wel kunnen proeven.
Nadien zijn we naar de Audi fabriek getrokken die zich sinds 1949 in het zuidwesten van Brussel heeft gevestigd. Zij zijn sinds 1973 de exclusieve invoerder van AUDI en staan sinds 2010 in voor de montage van de A1. Het bedrijf stelt zo’n 2550 arbeiders te werk die allemaal toezien op de uiterst hoge kwaliteitseisen van het bedrijf. Bovendien beantwoordt het bedrijf aan de normen voor milieubescherming en werd het daarvoor bekroond met de titel “Ecodynamische onderneming"
Journée didactique à Bruxelles
Au printemps 2012 l’ABCA-BVEC a organisé deux visites didactiques à Bruxelles. Nous avons commencé par la visite de la Brasserie Cantillon. Une brasserie familiale où l'on brasse le LAMBIC, la GUEUZE, le FARO et la KRIEK et où rien n'a changé depuis 1900. Bières, outils, machines et procédé de fabrication sont d'époque. Par contre, nous n’avons pas eu la chance d’assister au brassage ou à la mise en bouteille mais nous avons fortement apprécié la dégustation d'une authentique Gueuze-Lambic de tradition.
Ensuite nous nous sommes rendus à l’usine de production de l’Audi A1 lancée en 2010 et située depuis 1949 au sud-ouest de Bruxelles-Capitale. Elle est devenue l’ importateur exclusif pour AUDI depuis 1973. Près de 2550 travailleurs y travaillent et les normes de qualité sont très élevées. Un plus : l'usine répond aux standards en matière de protection de l'environnement et a été récompensée comme "entreprise écodynamique".
Martine Fretin, présidente Martine Fretin, voorzitster
Bron/Source: www.audibrussels.com www.cantillon.be
5
DELTA MOSSEL
Ons bezoek aan het bedrijf Delta Mossel was een enorm succes en uiterst leerzaam. We werden heel de dag begeleid door dhr. Olivier Camelot, de commercieel manager van het bedrijf. Na het onthaal kregen we eerst uitleg over de mosselkweek en –vangst zelf. Nadien mochten we een kijkje nemen achter de schermen van het bedrijf inclusief een tocht op de vissersboot. Benoît Meurisse contactpersoon PCE Luik vicevoorzitter EWFC
De mosselkweek start met mosselzaad (kleine mosseltjes van 2 à 3 cm groot) dat opgevist wordt of geoogst wordt van op touwen in het noorden van Nederland: de Waddenzee. De vangst van mosselzaad is strikt onderworpen aan wettelijke bepalingen. Elke visser is gebonden aan een bepaald quotum. Bovendien is de periode waarin er gevist mag worden beperkt tot 4 weken per jaar, verdeeld over het voorjaar en het najaar. Voor Delta Mossel kan de oogst oplopen tot 170 ton mosselzaad per jaar. Delta Mossel heeft een quotum van 4% van de totale (geschatte) hoeveelheid aan mosselzaad. De jonge tweekleppigen worden na vangst uitgezaaid op de per-
6
soonlijke percelen van de het bedrijf en zullen vanaf dat moment ook enkel binnen deze perceelgrenzen opnieuw opgevist mogen worden. Er moet bij de mosselkweek bijgevolg rekening gehouden worden met het weer want als de zee bij storm omgewoeld wordt, is het risico groot dat alle gezaaide mosseltjes van het perc eel weggespoeld zijn (een perceel wordt immers enkel afgebakend door 4 paaltjes op de zeebodem). De Waddenzee is bijvoorbeeld beter voor de groei van de mosselen, maar is ook ondiep en dus gevoeliger voor omwoeling. Bij te guur weer kan daarom besloten worden om de mosseltjes opnieuw te vangen en heruitzaaien op de percelen in de Westerschelde. Hier is de zee dieper en dankzij de Oosterscheldekering beschermd tegen omwoeling. Het water is hier echter wel minder voedzaam
waardoor de mosselen minder snel groeien. De beslissing om mosselen naar de Oosterschelde over te brengen moet echter goed overwogen worden want eenmaal aangekomen mogen ze niet meer teruggebracht worden naar de Waddenzee.
De mosselveiling in Yerseke is de enige mosselveiling ter wereld!
Na 2 à 3 jaar zijn de mosselen volgroeid en kunnen ze naar de mosselveiling in Yerseke gebracht worden. Dit is trouwens de enige mosselveiling ter wereld! Op de veiling wordt een representatief monster genomen van zo’n 2,5 kg per schip. Dit monster wordt zorgvuldig geanalyseerd om zo de verkoopprijs te kunnen bepalen van dat lot. De mosselen worden uitgesorteerd (krabben, kokken en andere onzuiverheden worden verwijderd) en nadien gewogen, gemeten en gesorteerd volgens grootte. Dhr. Van Zantvoort, veilingexpert,
DELTA MOSSEL
dia gespoeld en gesorteerd, zowel geautomatiseerd als manueel en verpakt volgens de vraag van de klant. Heel dit proces neemt ongeveer 8 uur in beslag.
onderzoekt de mosselen tot en met het mosselvlees. Zo kan de klant ook zien hoeveel mosselvlees de mossel procentueel bevat en welke kleur het mosselvlees heeft. Delta Mossel is zowel kweker als handelaar in mosselen. Zij moeten dus vreemd genoeg hun eigen mosselen terugkopen in de veiling. Het bedrijf verhandelt 10 à 12 duizend ton mosselen per jaar waarvan zo’n 2 à 3 duizend ton afkomstig is uit eigen kweek.
spoelbak geledigd waar ze al een eerste keer gespoeld worden alvorens ze via een transportband in de container opgevangen. Na ongeveer een uur op zee hadden we een volle container, goed voor zo’n 10 ton mosselen en konden we terug naar de fabriek. Na het lossen van de container worden de mosselen onderworpen aan een eerste, geautomatiseerde, reiniging.
In het hoogseizoen stelt het bedrijf zo’n 24 personen te werk. Het aandeel van Delta Mossel op de markt omvat ongeveer 20% van de totale verkoop in Zeeland. Naast de kwaliteitscontroles op de veiling, worden er ook kwaliteitscontroles gedaan binnen Delta Mossel zelf. Er worden dagelijks organoleptische controles gedaan en periodiek ook microbiologische analyses. Deze laatsten worden uitgevoerd door een extern, erkend labo om de afwezigheid van pathogenen zoals E. Coli en Salmonella te verzekeren.
Via transportbanden worden ze vervolgens in verschillende sta-
Na verkoop op de veiling worden de mosselen teruggebracht naar de Westerschelde en op de bewaarpercelen uitgezet om volgens bestelling opgevist en verwerkt te worden. Het opvissen gebeurt via sleepnetten. De vissersboot van Delta Mossel beschikt aan beide zijden over een groot korfnet dat in het water gelaten worden eenmaal op hun eigen perceel aangekomen. De vissersboot beschikt over een groot ruim met plaats voor 4 containers. Na de vangst worden de mosselen in een grote
7
DELTA MOSSEL
Quel succès ! Et c’est peu dire ! La visite de l’usine Delta Mossel fût tout simplement éblouissante à plus d’un titre : que ce soit l’accueil, la présentation et les explications de qualité assurées par Monsieur Olivier Camelot, manager commercial de l’entreprise, que l’inoubliable pêche en mer et les différents traitements des moules de Zélande. Comme le dit Arno dans l’une de ses chansons : vive la moule ! Benoît Meurisse personne de contact UPC Liège vice-président EWFC
La mytiliculture ou la culture de moules se développe à partir du naissain pêché ou capté sur des cordes dans la région du Waddenzee au nord des Pays-Bas. La saison de pêche du naissain s’étend sur quatre semaines partagées entre le printemps et l’automne. Pour Delta Mossel, elle peut représenter jusqu’à 170 tonnes de jeunes moules pêchées par semaine. Chaque mytiliculteur possède son propre quota de pêche. La proportion du naissain récolté par l’entreprise
8
est de 4 % du potentiel naturel. Les jeunes bivalves sont ensuite amenés dans des parcelles de culture qui ont des caractéristiques de profondeur, d’expositions aux vents et cou-
années en mer), les moules sont apportées par bateau à la criée de Yerseke, (seule criée de moules dans le monde) puis reparquées sur les parcelles de dégorgement avant d’être pêchées pour être traitées.
La criée de Yerseke est la seule criée de moules dans le monde!
A la criée, un échantillon représentatif de 2,5 kg est prélevée par bateau. Cet échantillon est minutieusement analysé afin de fixer le prix de vente du lot de moules concerné. Les moules y
rants marins pouvant influencer favorablement ou non la croissance de la moule. Le travail de mytiliculture consiste à déplacer les moules d’une parcelle à l’autre, d’une eau peu profonde où les nutriments abondent (région du Waddenzee) à d’autres parcelles plus pauvres de grande profondeur peu exposées au danger des variations climatiques (région de l’Escaut oriental). Une fois parvenue à la taille marchande (après 2 à 3
DELTA MOSSEL
moule inconvenante. Elles sont ensuite plongées dans un bain réfrigéré. Après un dernier rinçage, les moules sont conditionnées selon le marché auquel elles sont destinées. Des analyses microbiologiques sont périodiquement réalisées par une entreprise agréée indépendante afin de s’assurer de l’absence de germes pathogènes comme E. Coli et Salmonella.
sont pesées, mesurées et c om pt a b i l is é es . M o n s i e ur Van Zantvoort, expert à la criée, nous décline la moule dans tous ses états. Ainsi, des valeurs supplémentaires comme le pourcentage et la couleur de la chair interviennent dans le calcul du prix de vente. Ces facteurs et bien d’autres encore seront adressés aux acheteurs et c’est le négociant le plus offrant qui remportera la mise.
dant huit heures. L’eau utilisée tout au long des différents traitements au sein de l’usine est pompée dans l’Escaut Oriental. Un système strict d’épuration permet à l’entreprise de rejeter cette eau à la mer en fin de parcours. Après dégorgement, les moules sont amenées par tapis roulants pour être triées selon leur taille. De plus, une sélection manuelle permet d’écarter toute
L’entreprise Delta Mossel est à la fois mytiliculteur et négociant c’est à dire simultanément vendeur et acheteur de moules. Leur production annuelle varie de dix à douze mille tonnes de moules dont deux à trois sont originaires de leur propre élevage. En saison, jusqu’à quatre-vingt personnes peuvent être employées dans l’entreprise. Delta Mossel représente 20 % du potentiel du négoce de Zélande.
Avant d’atterrir dans l’assiette du consommateur, les moules connaissent toute une série de traitements. Les moules sont pêchées par dragage. Le chalutier plonge deux grandes nasses de chaque côté du bateau, sillonne ses parcelles puis déverse les moules ainsi collectées dans une installation où les mollusques subiront un premier nettoyage. Ainsi, pour une sortie d’environ une heure en mer, dix tonnes de moules sont pêchées et ramenées à l’usine. Là, un dégorgement prend place pen-
9
VAN MARCKE
De leuke en aangename sfeer van gisteren wordt vandaag, de 2de dag van de ABCABVEC tweedaagse, verder gezet tijdens ons bezoek aan de Nederlandse firma Van Marcke. Dit bedrijf heeft zich gespecialiseerd in de productie van “groente”chips. Christian Vrydaghs Juridische Dienst FAVV
Naast de productie van traditionele aardappelchips en graanproducten in alle vormen die je maar kan bedenken, heeft het bedrijf ook speciaal een lijn ontwikkeld voor de productie van chips van wortelen, rode biet en
pastinaak. Dit familiebedrijf werd opgericht in 2003 en stelt 21 personen te werk waarvan 18 in het productieproces. Het vertegenwoordigt een groot aandeel van de internationale chipsmarkt. Onder hun Belgische klanten bevinden zich een aantal grote supermarktketens. We nodigen jullie van harte uit om hun gamma daar te ontdekken. Het bedrijf garandeert een product van onberispelijke kwaliteit
10
en dit onder meer door het regelmatig proeven van de chips. Wisten jullie trouwens dat hun groentechips slechts 25% vet bevatten en dit in tegenstelling tot 35% voor de traditionele versie? De light versie bevat zelfs maar 17% vet! De ingrediënten zijn bovendien 100% natuurlijk en het bedrijf heeft bijzondere aandacht voor de problematiek van allergieën en biedt daarom producten aan die vrij zijn van gluten en arachideolie. Daarnaast maken ook koosjer producten deel uit van hun gamma en er wordt continu gewerkt aan het creëren van nieuwe smaken.
Het bezoek van deze ochtend liet ons kennismaken met het hele fabricageproces van dit competitieve bedrijf: we zagen hoe de wortelen – “de groente van de dag” – werden uitgeselecteerd, gewassen, vervolgens gedehydrateerd en daarna gefrituurd in zonnebloemolie om tenslotte onder beschermde atmosfeer te worden verpakt in kartonnen dozen.
We willen de verantwoordelijken van de firma Van Marcke, de broers van der Doe, dan ook van harte bedanken voor hun hartelijke ontvangst in hun dagdagelijkse biotoop en de rondleiding in hun bedrijf. De duidelijke uiteenzetting over het ganse productieproces gaf ons een andere kijk op dit zo populaire product. Nog meer dan ooit: lang leve de chips … van groenten! Foto’s: www.vanmarckefoods.nl
VAN MARCKE
Dans la foulée de la fantastique journée d’hier, l’ABCABVEC a visité la firme hollandaise Van Marcke spécialisée dans la fabrique de chips de légumes. Christian Vrydaghs Service Juridique FAVV
A côté de la fabrication traditionnelle de chips de pommes de terre et de céréales aux formes les plus variées, l’entreprise a en effet développé un créneau spécifique lié à la commercialisation de chips à base de carotte, de betterave rouge et de pa-
bien moins de matières grasses : 25 % au lieu des 35 % traditionnels (et 17% seulement pour les light !). En outre, les ingrédients sont 100% naturels et cette firme se montre particulièrement attentive aux allergies en proposant des produits sans gluten et exempts d’arachides. L’offre de produits cascher fait également partie de son arsenal et d’autres saveurs sont en cours d’explora-
te : on a ainsi pu assister à la sélection des carottes - qui étaient le légume du jour-, en passant par leur lavage, leur déshydratation, leur friture à l’huile de tournesol et enfin leur conditionnement en emballage
et en carton.
nais. Créée depuis 2003, cette entreprise familiale emploie 21 personnes dont 18 en production et occupe une large place en la matière sur le marché international. En Belgique, elle fournit d’importantes grandes surfaces où nous vous invitons à découvrir ses produits. Pour veiller à sa ligne, rien de tel que de déguster des chips de légume aux goûts savoureux qui contiennent
tion. La visite de cette matinée nous a permis de parcourir l’ensemble du processus de fabrication de cette entreprise performan-
Merci aux responsables de la société Van Marcke , les sieurs et frères van der Doe, de nous avoir si gentiment accueilli au sein de leur univers professionnel et de nous avoir fait découvrir leur entreprise. Les explications éclairées fournies tout au long de la visite nous ont permis d’avoir une autre vision de ce produit si populaire : plus que jamais, vive les chips…aux légumes !
Photos: www.vanmarckefoods.nl
11
ACTUALITEIT: De kleur van groenten en fruit
Volgens de Hoge Gezondheidsraad moeten we 5 stukken groenten en fruit eten per dag. In de actieve voedingsdriehoek wordt dit vertaald als 300 gram groenten en 2 à 3 stukken fruit, maar in een gezond en evenwichtig eetpatroon is wat je eet minstens zo belangrijk als hoeveel je ervan eet. Sylvia Palais assessor EWFC
Waar komt de kleur van groenten en fruit vandaan? De kleuren in groenten en fruit ontstaan door fytochemicaliën ofwel plantchemicaliën. Het zijn dus chemicaliën die afkomstig zijn van de plant zelf. Er zijn honderdduizenden verschillende fytochemicaliën met elk hun individuele eigenschappen. Om zo veel mogelijk verschillende voedingsstoffen binnen te krijgen is het dus belangrijk dat je voldoende variatie brengt in je voedingspatroon. Breng dus zeker wat meer kleur in uw leven!
Veel fytochemicaliën bezitten antioxidanten. Deze antioxidanten beschermen het lichaam tegen vrije radicalen die schadelijk kunnen zijn omdat ze DNA en celmembranen kunnen beschadigen of vernietigen. Elk stuk fruit en elke groente heeft
12
een eigen antioxidante capaciteit die bepaald kan worden met de ORAC-test (Oxigen Radical Antioxidant Capacity). Specialisten die deze test ontwikkeld hebben, suggereren dat een inname tussen 3000 en 5000 ORAC-eenheden per dag voldoende is om de antioxidante verdedigingsmechanismen te optimaliseren. Enkele commerciële voorbeelden zijn de toevoeging van onder andere vitamine E aan anti-rimpelcrème of de toevoeging van ascorbinezuur (vitamine C) als bewaarmiddel in voedingswaren.
Eigenschappen volgens kleur Gele, oranje en rode vruchten hebben hun kleur te danken aan bètacaroteen (provitamine A). Deze stof wordt door ons lichaam omgezet in vitamine A dat op zijn beurt ons immuunsysteem helpt te versterken. Het klassieke voorbeeld is natuurlijk de wortel, maar ook abrikoos, mango, paprika en pompoen zijn zeer rijk aan bètacaroteen. Andere aanwezige carotenoïden zijn luteïne (vooral aanwezig en groene groenten) en lycopeen (vooral in tomaat en watermeloen). Beide carotenoïden bezitten antioxiderende eigenschappen: luteïne kan het risico op maculadegeneratie verminderen (de meest voorkomende oorzaak van blindheid op latere leeftijd) en lycopeen kan helpen
in de strijd tegen prostaatkanker. Groene groenten zoals koolsoorten en bladgroenten en in mindere mate groene fruitsoorten zoals appels en kiwi’s hebben hun kleur te danken aan de antioxidant chlorofyl. Daarnaast zijn koolsoorten ook rijk aan glucosinolaten welke anticarcinogene eigenschappen bevatten.
Wit is onder andere terug te vinden in de lookfamilie (Allium). Vooral knoflook is rijk aan allicine, een natuurlijk antibioticum dat ook een bloeddrukverlagend effect heeft. De typische zwavelgeur van knoflook is afkomstig van de afbraakproducten van allicine. Bananen en aardappelen zijn dan weer rijk aan kalium wat een bloeddrukverlagend effect heeft.
Blauwe en paarse vruchten krijgen hun kleur van anthocyanen. Dit zijn zeer krachtige antioxidanten en zouden beschermen tegen kanker, hartziekten en cholesterolverlagend werken. De blauwe bosbes is met 2400 ORAC-eenheden de absolute topper van alle fruitsoorten!
ACTUALITEIT: De kleur van groenten en fruit
Rauw of gekookt? De meeste antioxidanten zijn wateroplosbaar en gaan bijgevolg verloren bij het afgieten van het kookvocht (bètacaroteen en vitamine C). Anderzijds zijn de meeste voedingsstoffen gemakkelijker opneembaar door het lichaam nadat ze gekookt werden. Een van de beste manieren om voldoende groenten te eten is dan ook door dagelijks een portie verse soep te eten. Er zijn echter ook stoffen die een heel laag kookpunt hebben en daardoor beter rauw verwerkt worden (allicine). Anderen worden dan weer krachtiger tijdens het kookproces (lycopeen). Gedroogde vruchten hebben over het algemeen een hogere ORAC-waarde. Eet daarom tussendoor ook regelmatig eens gedroogd fruit en geef je kookkunsten een exotische toets door creatief om te gaan met kruiden en specerijen.
ne en luteïne (gecombineerd aanwezig in bladgroenten, suikermaïs en specerijen zoals paprika en saffraan). Anthocyanen zouden door hun enorm krachtige werking zelfs een rol kunnen spelen in de behandeling tegen kanker. Elk type kanker heeft echter zijn eigen gevoeligheid en behandelingsmethode waardoor ook niet elke antioxidant even werkzaam is tegen elk type kanker. Zo zou allicine vooral werkzaam zijn tegen dikkedarmkanker en lycopeen tegen prostaatkanker.
Supplementen De gunstige effecten van antioxidanten tegen het verouderingsproces en allerhande ziektes en aandoeningen hebben geleid tot het synthetiseren van
deze antioxidanten en aan allerhanden (voedings)producten toe te voegen onder de vorm van Enummers. Toch worden voedingssupplementen niet aangeraden omdat de studies hierover tegenstrijdige resultaten geven. Overdosering van bepaalde nutriënten kan het risico op kanker zelfs vergroten. Hoewel voedingssupplementen in bepaalde medische gevallen nuttig kunnen zijn, volstaat een gevarieerde en evenwichtige voeding om onze behoeftes aan alle essentiële voedingsstoffen ruimschoots te dekken. Als we toch een beroep doen op supplementen, komt het erop aan evenwichtige bereidingen te kiezen en mag het dubbele of het drievoudige van de dagelijkse aanbevolen hoeveelheid (ADH) nooit overschreden worden. Bronnen: emfkruyssen.infoteur.nl www.fruitrevolution.be www.kanker.be
Kankeronderzoek De relatie tussen voeding en kanker wordt al lang onderzocht. De meeste onderzoeken staan echter nog in de kinderschoenen omdat de effecten op lange termijn nog grondiger onderzocht moeten worden. Bovendien is het gebruik meestal preventief en dus moeilijker te bewijzen dan curatieve behandelingen. Toch zijn er al enkele stoffen geïsoleerd die, mits correct gebruik, een gunstig effect kunnen hebben op het risico op kanker. Sommige stoffen hebben op zich een anticarcinogeen e f f e c t zo a l s h e s p e r i t i n e (aanwezig in citroenen) en lycopeen, andere stoffen versterken elkaars werking zoals zeaxanthi-
13
ACTUALITÉ: La couleur des fruits et des légumes
Le Conseil Supérieur de la Santé préconise la consommation de 5 fruits et légumes par jour. Cela se traduit dans la pyramide alimentaire active par 300 gr de légumes et 2 à 3 fruits, mais dans un régime alimentaire sain et équilibré la qualité des aliments est tout aussi importante que leur quantité. Sylvia Palais assesseur EWFC
Qu’est-ce qui détermine la couleur des fruits et des légumes? Ce sont des composés phytochimiques qui donnent de la couleur aux fruits et aux légumes. Ce sont des substances naturelles qui sont produites par la plante elle-même. Il existe des centaines de milliers de composés phytochimiques différents qui ont chacun leurs caractéristiques et leurs propriétés. De là l’importance de varier leur consommation dans le schéma de notre alimentation. Mettez de la couleur sur votre assiette pour la vie!
De nombreux produits phytos contiennent des antioxydants. Ces substances protègent notre organisme contre les radicaux libres qui peuvent être nocifs
14
parce qu’ils peuvent détériorer ou détruire l’ADN et les membranes cellulaires. Chaque fruit et légume possède une capacité antioxydante qui lui est propre et qui peut s’évaluer par le test ORAC qui est l’acronyme de Oxygen Radical Antioxydant Capacity. Les spécialistes qui ont mis ce test au point suggèrent qu’il suffirait d’une prise journalière de 3000 et 5000 unités ORAC pour permettre à l’organisme d’optimaliser ses mécanismes de défenses antioxydantes. Quelques exemples d’applications commerciales sont notamment l’incorporation de la vitamine E dans les crèmes antirides ou l’utilisation d’acide ascorbique (vitamine C) comme conservateur dans les denrées alimentaires. Caractéristiques couleur
suivant
la
Les fruits jaunes, oranges et rouges doivent leur couleur au bétacarotène (provitamine A). Cette substance est convertie dans notre corps en vitamine A qui a la propriété de nous aider à renforcer notre système immunitaire. L’exemple classique est bien sûr la carotte, mais l’abricot, la mangue, le paprika et le potiron sont eux aussi très riches en bétacarotène. D’autres caroténoïdes tels la lutéine (surtout présente dans les légumes verts) et le lycopène (surtout dans les tomates et la pastèque) s’y retrouvent. Ces deux caroténoïdes ont des propriétés antioxydantes: la lutéine permet de réduire les risques de dégénérescence maculaire, (principale cause de cécité chez
les séniors) et le lycopène qui peut aider dans la lutte contre le cancer de la prostate. Les légum es verts de la famille des choux, les légumes verts à feuilles et dans une moindre mesure les fruits verts comme les pommes et les kiwis doivent leur couleur à l’antioxydant chlorophylle. En plus les choux sont riches en glucosamides qui ont des propriétés anti cancérigènes. Le blanc marque notamment la famille des aulx (Allium). L’ail en particulier est riche en allicine, un antibiotique naturel qui a également le pouvoir de réduire la tension artérielle. L’odeur de souffre typique de l’ail provient des résidus de dégradation de l’allicine. Les bananes et les pommes de terre sont elles riche en potassium qui réduit la tension artérielle. Les fruits bleus et mauves doivent leur coloris aux anthocyanes. Ce sont des antioxydants très puissants qui protègeraient contre le cancer, les maladies cardiovasculaires et aideraient à réduire le taux de cholestérol. La myrtille qui score 2400 unités ORAC est le champion absolu de cette série! Cru ou cuit? La plupart des antioxydants sont solubles dans l’eau et se perdent par conséquent dans l’eau de cuisson des aliments (bétacarotène et vitamine C) que l’on jette. D’autre part la
ACTUALITÉ: La couleur des fruits et des légumes
plupart des nutriments sont plus assimilables par l’organisme lorsque l’aliment a subi une cuisson. Une des meilleures façons pour consommer suffisamment de légumes est de manger tous les jours une portion de potage frais. Il y a aussi des substances dont le niveau de cuisson est relativement bas et qu’il vaut mieux consommer crus (l’allicine). D’autres, par contre, sont renforcés par le processus de cuisson (le lycopène). Les fruits secs ont en général une haute valeur ORAC. Manger donc régulièrement des fruits secs comme encas et mettez une touche exotique dans votre assiette en y incorporant des herbes et des épices.
Recherches contre le cancer Le lien entre l’alimentation et le cancer fait l’objet d’études depuis longtemps La plupart des recherches sont encore en cours étant donné que les effets à longs termes doivent encore être établis. De plus sa mise en œuvre a un effet surtout préventif et les preuves de ces effets sont moins évidentes que celles qui relèvent d’effets curatifs. Toutefois certaines substances qui ont été isolées, peuvent avoir un effet bénéfique sur les risques de cancer mais à condition d’en faire un usage correct.
Certaines substances ont en soi des effets anti cancérigènes tel que l’hespéridine (présente dans les citrons) et le lycopène, d’autres substances se renforcent mutuellement telles que la zéaxanthine et la lutéine (présence en combinaison dans les légumes à feuilles, le maïs sucré et les épices comme le paprika et le safran). Les anthocyanes pourraient jouer un rôle dans le traitement contre le cancer et ce grâce à leur énorme potentiel d’action. Chaque type de cancer a sa sensibilité propre et sa méthode de traitement et chaque antioxydant n’est efficace que pour certains types de cancer. C’est ainsi que l’allicine serait surtout efficace contre le cancer du colon et que le lycopène serait plus efficace contre le cancer de la prostate.
(alimentaires) sous leur numéro E. Pourtant l’utilisation de suppléments alimentaires n’est pas conseillée parce que des études à leur sujet donnent des résultats contradictoires. Le surdosage de certains nutriments pourrait même accroître le risque de cancer. Bien que les suppléments alimentaires puissent être bénéfiques dans certains cas cliniques, une alimentation variée et équilibrée doit suffire largement à couvrir nos besoins, en nutriments. Si nous souhaitons néanmoins prendre des compléments alimentaires, il faut privilégier les préparations équilibrées et ne jamais dépasser la DJA de plus du double ou du triple.
Suppléments Les effets bénéfiques des antioxydants contre les processus de vieillissement, les maladies et diverses affections a conduit l’industrie à les produire sous forme de synthèse et à les incorporer à des produits
Sources: emfkruyssen.infoteur.nl www.fruitrevolution.be www.kanker.be
15
ACTUALITEIT: In de pers
ACTUALITÉ: Dans la presse
Latest Report shows EU Controls ensure our food is safe A European Commission report published today shows that thanks to the EU's Rapid Alert System for Food and Feed (RASFF), many food safety risks have been averted or mitigated and safety controls ensure our food is safe. RASFF plays a key role in ensuring safety from farm to fork by triggering a rapid reaction when a food safety risk is detected. All members of the RASFF system 1 are swiftly informed of serious risks found in food or feed so that together they can react to food safety threats in a coordinated way to protect the health of EU citizens. 1
EU Member States, EEA countries ( Norway, Liechtenstein and Iceland), EFTA Secretariat, Switzerland, European Commission and European Food Safety Authority (EFSA). source: DG Sanco: food safety news (http://ec.europa.eu/dgs/health_consumer/index_en.htm)
The European Food Safety Authority celebrated its 10th anniversary on November 13th : EFSA @ 10 info: www.efsa.europa.eu
Site intéressant / interessante website : European Food Information Council http://www.eufic.org/
16
ACTUALITEIT: In de pers
ACTUALITÉ: Dans la presse
Le nouveau logo européen sur les étiquettes des produits bio Un nouveau logo pour identifier les produits biologiques préemballés dans l'Union européenne sera obligatoire sur les étiquettes dès ce 1er juillet 2012. Il avait été introduit il y a deux ans déjà avec une période transitoire qui se termine donc ce 1er juillet. Il a pour objectif de permettre aux consommateurs d'identifier, avec certitude, des denrées alimentaires contenant au moins 95% d'ingrédients bio (hors eau et sel), la part restante n'étant pas disponible en bio et expressément autorisée. source: BELGA 27/06/2012
Nieuw Europees logo op het etiket van bioproducten Vanaf 1 juli 2012 moeten alle voorverpakte voedingsmiddelen van biologische oorsprong in de Europese Unie voorzien zijn van het nieuwe Europese biologo. Het logo zelf werd in juli 2010 geleden al geïntroduceerd, maar er was een overgangstermijn van 2 jaar. Het logo verzekert de consument ervan dat minimum 95% van de ingrediënten afkomstig zijn van biologische grondstoffen (zonder rekening te houden met water en zout) en dat het product voldoet aan alle wettelijke voorschriften voor bioproducten. bron: BELGA 27/06/2012
Lise Thiry retrace ici soixante ans de carrière consacrées à la microbiologie, au sein de l’Institut Pasteur et à l’Université Libre de Bruxelles.
17
QUI EST QUI ?
Chers membres, chers amis, chers collègues, Je me présente : Michaël Colson, 33 ans, et je vais essayer de vous dresser mon portrait ; exercice moins simple qu’il n’y parait… Bio ingénieur (ingénieur agronome) de formation, j’ai été engagé à l’AFSCA en 2004 pour remplacer le responsable du Poste d’Inspection Frontalier de l’aéroport (PIF) de Liège, point d’entrée où sont réalisés les contrôles à l’importation des produits frais d’origine végétale ou animale ainsi que les végétaux et animaux vivants en provenance de pays tiers. En plus de cette tâche, j’étais également inspecteur, chef fonctionnel de la cellule végétaux du secteur production primaire de l’UPC de Liège. Depuis le 1er janvier 2012, j’assure le poste de chef du secteur production primaire de l’UPC Liège. Cela était un vrai défi tant au niveau technique que managériale au vu des nombreuses nouvelles matières (santé animale, abattoirs,.. ) et la taille de mon équipe (environ 25 personnes). Cette année 2012 n’a pas été non plus de
18
tout repos dans le secteur primaire où nous avons été confrontés à plusieurs foyers de maladies animales (brucellose, anémie infectieuse équine, maladies dans les poissons,…). J’avoue avoir été « à stock » pendant plusieurs mois et avoir du mordre sur ma chique quelques fois. Mais après un an, j’en ai retiré beaucoup et pense avoir désormais (re)trouvé mes marques dans cette nouvelle fonction. D’un naturel un peu fonceur, je me considère comme un « bosseur » dans le travail mais accorde une grande importance à la qualité des relations humaines. Je reste très attaché à des valeurs comme la franchise et l’honnêteté et maintenir le dialogue avec mes agents est primordiale pour garder et sentir le pouls de l’équipe. En tant que chef de secteur, notre rôle de motivation est très important et la meilleure des récompenses est d’avoir évidemment accompli notre mission mais surtout de ressentir le feed back positif des collègues. Il est ainsi nécessaire de se remettre constamment en question tout en gardant une ligne de conduite claire. Pendant mes temps libres, j’essaye de bouger en pratiquant mes sports favoris (tennis de table, foot en salle, tennis,..). Je suis également un passionné de voyages, de géographie, histoire, géopolitique, de sciences et de nature, thèmes qui forment aussi l’essentiel de mes lectures. Pour finir, et cela permet de combler mon côté bon vivant, je refuse rarement une bonne soi-
rée entre amis, en famille ou avec des collègues. Depuis quelques années, je suis inscrit à l’ABCA-BVEC et ai depuis participé à plusieurs manifestations. Ainsi, je me souviens avoir été de l’équipe à Rungis, lors de la visite de la firme expérimentale à Zottegem, la réunion avec les collègues européens à Maastricht, le colloque international d’Amnéville ainsi que d’avoir mené la visite du PIF de Liège pour nos collègues luxembourgeois. Je garde de tout cela d’excellents souvenirs ! La grande qualité des organisations ABCA-BVEC peut être résumée en deux points : intérêt professionnel des visites/ colloques combiné au côté social et cordial de ces journées. Via l’ABCA-BVEC, les rencontres se font naturellement dans un contexte autre que purement professionnel ce qui est vraiment un plus. Pour terminer, ces manifestations donnent également la possibilité de communiquer dans d’autres langues ce qui est très appréciable. Au plaisir de vous rencontrer lors d’une prochaine journée ABCA-BVEC car promis… en 2013, je serai des vôtres !
Michaël Colson chef du secteur PRI - Liège
WIE IS WIE ?
Beste leden, vrienden en collega’s, Ik ben Michaël Colson, 33 jaar. Ik zal mijn best doen om me aan jullie voor te stellen, een moeilijkere opdracht dan ik dacht… Als bio-ingenieur (optie landbouwkunde) werd ik in 2004 aangesteld bij het FAVV om de verantwoordelijke van de Grensinspectiepost (GIP) op de luchthaven van Luik te vervangen. In de GIP worden controles uitgevoerd en dit zowel op verse producten van dierlijke of plantaardige oorsprong als van planten en levende dieren afkomstig uit derde landen. Daarnaast was ik ook inspecteur en functionele chef van de cel planten in de primaire sector van PCE Luik. Op 1 januari 2012 werd ik het nieuwe sectorhoofd van de primaire sector van PCE Luik. Dit was een echte uitdaging, zowel op technisch als organisatorisch vlak gezien de enorme diversiteit binnen de sector. Dierengezondheid, slachthuizen,… dit was allemaal nieuw voor mij. Bij de overstap van functionele chef naar sectorhoofd werd ook mijn team een stuk groter (zo’n 25 personen). Bovendien was 2012 een bewogen jaar binnen
de primaire sector: we werden namelijk geconfronteerd met meerdere dierenziekten (brucellose, equine infectieuze anemie, ziekten bij vissen, …). Ik zat verschillende maanden aan mijn bureau gekluisterd om me doorheen al deze, voor mij, nieuwe informatie te worstelen. Na een jaar kan ik echter wel zeggen dat ik al enorm veel heb bijgeleerd en dat ik me thuis voel in deze nieuwe functie. Van nature ben ik iemand die de dingen moeilijk kan laten liggen en beschouw mezelf dan ook als “werker” binnen mijn job, maar ik hecht ook veel belang aan de waarde van het menselijk contact. Ik hou vast aan elementaire waarden zoals eerlijkheid, samenwerking en een goede verstandhouding met mijn agenten. Voor mij zijn dit essentiële elementen om een goede sfeer en hechte band te scheppen en te behouden binnen het team. Als sectorhoofd hebben we ook een belangrijke motiverende rol en de beste beloning voor het slagen in deze missie is natuurlijk de positieve feedback van de collega’s. Het is daarom essentieel om jezelf constant in vraag te stellen met behoud van duidelijke richtlijnen. Tijdens mijn vrije tijd probeer ik wat aan beweging te doen. Mijn favoriete sporten zijn tafeltennis, zaalvoetbal en tennis. Ik ben ook gepassioneerd door reizen, geografie, geschiedenis, geopolitiek, wetenschap en natuur. Thema’s die dan ook vaak de rode draad vormen in mijn lectuur. Tot slot, en hiermee sluit ik het hoofdstuk als “bon vivant” af, zeg ik zelden nee tegen een
avondje uit met vrienden, familie of collega’s. Enkele jaren geleden werd ik lid van ABCA-BVEC en via deze vereniging nam ik ook al aan verschillende evenementen deel. Zo herinner ik me bijvoorbeeld ons bezoek aan Rungis (groothandelsmarkt in Parijs), het bezoek aan een experimenteel landbouwbedrijf in Zottegem, de bijeenkomst met de Europese collega’s in Maastricht en Amnéville en de rondleiding die ik mocht geven aan onze collega’s van Groothertogdom Luxemburg in de GIP van Luik. Stuk voor stuk fantastische herinneringen! De kwalitatief hoogstaande organisatie van ABCA-BVEC kan in 2 punten worden samengevat: professioneel interessante bezoeken en/of seminaries gecombineerd met een hartelijke, aangename sfeer en idem dito contacten. Via ABCA-BVEC worden nieuwe contacten spontaan gelegd en dit niet louter op professioneel vlak wat een echte meerwaarde geeft. Bovendien geven deze evenementen je de mogelijkheid om in andere talen te communiceren, wat enorm gewaardeerd wordt. Hopelijk kunnen we elkaar bij een volgend evenement van ABCA-BVEC eens ontmoeten, want ik beloof… in 2013 ben ik terug van de partij!
Michaël Colson sectorhoofd PRI - Luik
19
Info de presse Nos produits sont garants de la sécurité alimentaire Testo a reçu la Certification Internationale HACCP ! Prêt pour le HACCP – Hazard Analysis Critical Control Points Cela fait des années que les directives HACCP ont été mondialement mises en place dans le secteur alimentaire. L'HACCP règlemente la sécurité des produits alimentaires et aide à déterminer les points critiques. Les risques les plus élevés se révèlent en cas de rupture de la chaîne du froid, de réfrigération insuffisante ou de surchauffage de produits alimentaires et par un manque d'hygiène dans les process de fabrication. Beaucoup d'appareils sont là pour vous accompagner dans ces obligations quotidiennes. Mais comment déterminez-vous quel appareil de mesure est fait pour vous ? Testo peut vous aider à faire votre sélection. Parce que : Nous sommes des experts dans la technologie de mesure alimentaire depuis des années Depuis plus de 50 ans, nous offrons des appareils de mesure pratiques et adaptés Tous nos appareils de mesure alimentaires sont conformes à l'HACCP et certifiés selon la norme EN 13485 Tous les enregistreurs de température respectent la norme EN 12830 Vous le savez, l’HACCP vous demande d’analyser les risques et de contrôler les points critiques de votre chaîne de production. Pour contrôler ces points critiques, il vous faut des appareils fiables et précis. Grace à la certification HACCP attribuée par HACCP International les thermomètres alimentaires Testo ont été reconnus fiables et précis pour réaliser tous les contrôles nécessaires pour contrôler les points critiques et ainsi assurer la sécurité alimentaire.
testo NV/SA, Industrielaan 19, B-1740 Ternat 02 / 582 03 61, fax 02 / 582 62 13 E-Mail:
[email protected], http://www.testo.be
20
EWFC: Visite des vétérinaires français « Nous sommes Belges et travaillons en DDPP en France en tant qu’inspecteurs vétérinaires en abattoirs. Nous serions intéressés, pour notre curiosité professionnelle, de visiter un abattoir de volailles (à cadence industrielle), si possible un abattoir de dindes ». Grâce à toute l’équipe de l’ABCA-BVEC et la collaboration du chef de l’UPC de la Flandre-Occidentale, une visite a pu être organisée. La société Volys Star a bien voulu accueillir et guidé les collègues. Voici des extraits d’e-mails échangés : Le 06/11/2012
Le 18/11/2012
Bonjour chers collègues,
Bonjour Mme Fretin,
Voici les précisions demandées :
Nous vous remercions d’avoir pris en charge l’organisation et la coordination de notre visite.
Rendez-vous fixé à 9h30 le 04/12/2012 Adresse: Volys Star NV - Oudstrijderslaan 11, 8860 Lendelede. La visite durera entre 1h30 et 2h, selon vos questions. Bruno Lagae, le vice-président de notre association sera présent et vous accueillera. Il n’y aura pas de présence vétérinaire belge sur place. Mme Monique Standaert, Mgt Assistant chez Volys Star NV, sera également présente. Une personne se chargera de vous donner toutes les explications en français.
Nous sommes impatients d’effectuer cette visite qui sera sans aucun doute très instructive et remercions également par avance Mr Bruno Lagae et Mme Monique Standaert de nous consacrer de leur temps. Au plaisir également de se rencontrer un jour, Bien cordialement, Maria Bouchgua et François Massaer.
Je vous souhaite déjà de passer des moments et échanges professionnels agréables et instructifs. Au plaisir de se rencontrer un jour... Martine Fretin Présidente Cerise sur le gâteau : un vétérinaire chargé de mission a accepté d’être présent et a répondu aux questions pertinentes. Marques
Volys Star développe, prépare et commercialise à l'échelon mondial du poulet et de la dinde sous forme de charcuterie, de produits culinaires et panés. Pour une conservation au frigo ou au surgélateur; pour la vente au détail, la vente en gros, le catering et l'industrie.
brochure pdf téléchargeable sur le site www.volysstar.be
21
EWFC: Mission Dresden
Notre EWFC meeting à Dresden commençait bien mal puisque Bruno arrivait avec 2 heures de retard à notre rendez-vous pour cause de trafic et travaux interminables… Ils nous restait alors 1h30 pour rejoindre le last check -in de l’aéroport de Cologne. Nous étions alors à Liège, devant l’UPC. Le chemin jusqu’au décollage fût rapide. Trop… Nous allions retrouver un peu d’aisance lorsque nous apprenions que notre avion était retardé. Notre sourire allait alors jaunir quelques minutes plus tard quand les hauts parleurs spécifiaient la nature du retard : un problème technique à l’avion !
Que de péripéties avant même d’arriver sur le sol allemand. Effectivement, l’avion nous semblait vieux, petit et les vents violents durant l’heure de vol ne nous rassuraient guère. Trente minutes après avoir pausé nos valises, la première réunion EWFC débutait dans la « conference room » de l’hôtel où un accueil chaleureux de nos amis allemands nous attendait. L’échange des poignées de mains fût comme d’habitude fraternel. Ces deux heures furent consacrées à la présentation des nouvelles têtes, aux absents excusés, à la « to do » liste de chacun des pays membres établie lors du précédent meeting de Dublin et à la prépa-
22
ration pratique de la visite du laboratoire fédéral de Saxe du lendemain ! Vers 20 heures, nous nous retrouvâmes autour d’une bonne pinte locale au bar de l’hôtel. Après un premier repas partagé ensemble, chacun rejoignait méritoirement ses pénates.
Les vents violents durant l’heure de vol ne nous rassuraient guère. Le lendemain, tout le monde respectait l’horaire, sans doute déjà bien imbibé de la ponctualité allemande. Il fallait être prêt à partir à 8h30. Nous étions attendu à 10h au laboratoire malgré la crise agroalimentaire qui frappait l’Allemagne avec plus de 10.000 personnes contaminées par des fraises congelées chinoises porteuses de norovirus. Après une présentation très enrichissante au sujet des contrôles alimentaires officiels
en Allemagne exposée par M. Thomas Frenzel, chimiste auprès de l’agence fédérale allemande des inspecteurs alimentaires (BVLK), une visite des locaux est programmée. Force est de constater que l’époque d’après guerre est belle et bien entérinée : les techniques d’analyse allemande (LC-MS, GC-MS) sont à la pointe ! L’après midi fut consacrée pleinement à la situation de l’EWFC : son évolution, ses objectifs, ses contacts et sa communication. Nous préparâmes également les groupes de travail du lendemain consacrés d’une part à la privatisation des inspections et d’autre part aux équivalences d’agrément accordés à la Nouvelle-Zélande et
EWFC: Mission Dresden
l’Australie. Le soir Claudia Pretzsch, notre homologue allemande, inspecteur alimentaire et viceprésidente auprès de la Bundesverband der Lebensmittelkontrolleure Deutschlands (BVLK), nous gratifiait d’une magnifique visite de la vieille ville de Dresden. Le vol du retour était plus calme, nous aussi…
Benoît Meurisse personne de contact UPC Liège vice-président EWFC
Le saviez-vous ? TRANSPORT HORS DU COMMUN Un tramway tout bleu, sans fenêtres, file le long des voies à Dresden, en Allemagne. Il transporte les pièces nécessaires à la fabrication des Phaeton vers l’usine Volkswagen de la ville. Une usine en verre baptisée Gläzerne Manufaktur, dont les murs laissent voir l’intégralité des chaînes de montage… Il ne s’agit pas d’un rêve. Depuis son inauguration en 2001, le CarGo Tram approvisionne l’usine en faisant un voyage par heure, de façon écologique. Une autre façon de penser la mobilité et le transport du fret, et sans doute une piste à suivre pour l’avenir. Source : volkswagen magazine- octobre 2012
23
EWFC: Missie Dresden
met een voorstelling van de nieuwe gezichten, het verontschuldigen van de afwezigen en het overlopen van de takenlijsten van de lidstaten na onze vorige vergadering in Dublin. Tot slot kregen we een praktische briefing over ons bezoek aan het staatslabo van Saksen de volgende dag. Twee uur later konden we eindelijk genieten van de Duitse gastronomie.
Ons vertrek naar de vergadering van EWFC in Dresden begon slecht toen Bruno, door de talloze wegenwerken onderweg, met 2 uur vertraging aankwam op onze vertrekplaats, de parking van de PCE in Luik. … Anderhalf uur voor het vertrek van ons vliegtuig moesten we dus nog vertrekken richting Keulen! Gelukkig ging de reis naar de luchthaven heel vlot. Te vlot zelfs, want ons vliegtuig bleek vertraging te hebben waardoor we zelfs nog tijd hadden om even onderuit te zakken in de vertrekhal. Onze opluchting was echter van korte duur. De vertraging bleek te wijten aan een technisch probleem! Met een bonkend hart stapten we op ons vliegtuig dat er oud en klein uitzag. De harde wind tijdens onze vlucht stelde ons nog minder gerust. We waren dan ook enorm opgelucht toen we een uur later veilig en wel in Dresden landden. Amper een half uur na het deponeren van onze bagage in de hotelkamer, werden we al ver-
24
De harde wind tijdens onze vlucht stelde ons nog minder gerust. wacht in de “conference room” van het hotel voor een eerste vergadering. We werden er warm onthaald door onze Duitse collega’s. De vergadering startte
De volgende dag was iedereen ruim op tijd. De Duitse stiptheid was duidelijk al goed ingeburgerd bij alle aanwezigen. Ondanks de drukte die in Duitsland heerste naar aanleiding van een enorme voedselvergiftiging (meer dan 10 000 personen raakten besmet met het norovirus, afkomstig uit diepgevroren Chinese aardbeien), werden we om 10 uur in het staatslabo verwacht. Na een leerrijke inleiding over de officiële Duitse voedselcontroles door dhr. Thomas Frenzel, chemicus aan het Duitse Federale Agentschap voor de Voedselinspecteurs (BVLK), mochten we enkele onderzoekslokalen bezoeken.
EWFC: Missie Dresden
van de EWFC: zijn evolutie, de doelstellingen, de contacten en de communicatie. Daarnaast werden er ook werkgroepjes opgericht die zich de volgende ochtend zouden verdiepen in de problematiek van de privatisering van de controles enerzijds en de overeenkomsten met de toelating die gegeven werd aan de vleesindustrie in Nieuw-Zeeland en Australië anderzijds.
De Duitse analysemethodes (LC-MS, GC-MS) zijn duidelijk modern en actueel! De namiddag werd bijna volledig besteed aan de algemene vergadering
Dresden om kennis te maken met het oude stadscentrum. De terugvlucht was gelukkig veel rustiger en wij waren dat bij de terugkeer ook…
‘s Avonds nam Claudia Pretzsch, onze Duitse vicevoorzitster en inspecteur bij de Duitse autoriteit voor voedselveiligheid: Bundesverband der Lebensmittelkontrolleure Deutschlands (BVLK), ons mee naar
Benoît Meurisse contactpersoon PCE Luik vicevoorzitter EWFC
Wist u dat? BUITENGEWOON TRANSPORT Een volledig blauwe tram, zonder ramen, rijdt over de sporen in Dresden in Duitsland. Hij vervoert auto-onderdelen voor de Volkswagen Phaeton naar de fabriek. Deze glazen fabriek kreeg de naam Gläzerne Manufaktur omdat de assemblagelijn dankzij de glazen buitenwanden
volledig te bezichtigen is. Sinds de inhuldiging in 2001 bevoorraad de tram de fabriek elk uur op ecologische manier. Hét voorbeeld voor de mobiliteit en het vrachttransport van de toekomst! Bron: Volkswagen magazine- oktober 2012
25
Recept: Vlaamse mosselen (4 personen, 25 min)
Ingrediënten olie om te frituren 4 kilo mosselen 50 gram boter 1 ui, in ringen 1 wortel, in plakjes 2 preien, in ringen 1 bosje bladselderij, in reepjes 1 flesje (33 cl) witbier (kan ook met abdijbier) peper 1 kg frieten
6.
7. 8.
Voeg de mosselen toe en bestrooi royaal met peper. Breng ze in gesloten pan aan de kook en stoom ze 6-8 minuten (of tot alle schelpen openstaan). Bak de frieten in enkele minuten goudbruin en krokant. Serveer de mosselen in het kookvocht met de frietjes.
Bereiding 1. 2. 3. 4. 5.
Verhit de olie om te frituren. Controleer de mosselen (spoelen met koud water, geopende mosselen weggooien). Smelt de boter in een ruime hoge pan. Voeg ui, wortel en prei toe en bak 2 min. Schep er dan de bladselderij door. Overgiet met het bier.
Bron: www.mosselen.nl
Recette: moules à la Bretonne (4 personnes, 30 min)
Ingredients 4 kg de moules 25 gr de beurre 75 gr de dés de lard 2 oignons émincés 2 poireaux émincés (ou 1 poireau + 1 fenouil pour un goût frais d’anis) 150 ml de cidre 1,125 l de crème fraiche 1 bouquet de persil haché 1 baguette 125 gram de beurre maître d’hôtel
5.
Ajouter les moules sur les légumes. Mettre le couvercle et faire cuire jusqu’à ébullition pendant 6-8 minutes (ou jusqu’à ce que toutes les coquilles soient ouvertes). 6. Garder les moules et les légumes au chaud 7. Filtrer le jus de cuisson, le faire réduire et ajouter la crème. 8. Faire réduire une deuxième fois . 9. Verser la sauce sur les moules et les parsemer de persil haché. 10. Servir avec du pain baguette et le beurre maître d’hôtel.
Préparation 1. 2. 3. 4.
Contrôler les moules (rincer à l’eau froide et jeter le moules ouvertes). Faire fondre le beurre dans le fait tout. Griller les dés de lard. Ajouter l’oignon et le poireau et faire cuire encore 2 min. Ajouter le cidre.
Source: www.mosselen.nl
26
Lidmaatschap
Affiliation
27
Un peu d’humour ! Deux chenilles discutent sur une feuille. La première dit à la seconde : « Tu vois ce papillon ? Il est philosophe ! » L’autre dit : « Comment le sais-tu ? » Et la première répond : « Les fleurs sur lesquelles il butine sont des pensées !» source : Le petit farceur
source: www.retail-week.com
Grafisch ontwerp / graphisme: Damien Hinderyckx Artikels / articles: David Janssens Sylvia Palais Benoît Meurisse Christian Vrydaghs Christiane Borgo Martine Fretin Lay-out: Sylvia Palais Vertalingen / traductions Christiane Borgo Sylvia Palais Verantwoordelijke uitgever / éditeur responsable Martine Fretin
28
Supported by
