Magazine Kleur-rijk
Zomer 2014
Jaargang 13 november 2014 Kleur-rijk Herfstmagazine
Magazine V OORWOORD VOORWOORD
1
LAAT FEMMMA
GROEIEN
2
EEN BEELD VAN VOORBIJE ACTIVITEITEN 4
Dit herfstmagazine brengt boeiende en moedige getuigenissen, maar ook praktische tips, en achtergrondinformatie over rituelen bij ziekte en overlijden.
THEMA: STERVEN… DOOD GRAAG ZIEN
Zoals een jaar zijn seizoenen kent, zo kent een leven ook zijn jaargetijden. We zijn in de herfst van ons leven, wordt er wel eens gezegd wanneer men het geluk heeft om oud te worden. En bij het verglijden van de jaren komt ook in elk mensenleven het laatste afscheid. Dit is dan ook het thema van dit herfstmagazine, het laatste afscheid want het woord dood klinkt zo definitief. En zo wil ik zelf de dood niet zien of voelen. Op het bidprentje van mijn schoonvader stond de mooie tekst :”Ik heb je niet verloren, daarvoor gaf je mij te veel, al wat jij zei dat blijf ik horen, van wat ik ben, ben jij een deel, jij bent en blijft voor mij een zegen, waarvan het spoor steeds verder gaat”. Ik geloof dat we over de dood heen verbonden blijven met elkaar. Want lieve mensen sterven nooit maar leven verder in je hart of zijn herkenbaar in de karaktertrekken van je kinderen. Zo zie ik de dood en zo wil ik de dood ook zien om niet verzwolgen te worden door immens verdriet maar om als de rauwste pijn geleden is met dankbaarheid te genieten van alle moois van de dierbaar overledene. Dit is natuurlijk een heel persoonlijke visie.
6
Graag deel ik met jullie nog een klein fragment uit het boek ‘Over de grote rivier’. “Wasbeer keek na een tijdje op, en veegde de tranen uit zijn ogen. Hij dacht aan haas. Haas had zo vaak gezegd:
ACTIVITEITEN
28
'Alles heeft een begin en een eind'. 'Dat is zo,' fluisterde wasbeer. Hij haalde diep adem en zei hardop: 'Alles heeft een begin en een eind.”
LID WORDEN Cil
ECB-MEMBERSHIP COLOFOON
29
Magazine Kleur-rijk
Herfst 2014
B RENG JULLIE STEM UIT OP B RIGIT EN C ORINNE EN GA SAMEN MET ONS NAAR HET SLOTEVENEME NT . FEMMA GROEIT, DAAR MAG JE ZEKER VAN ZIJN. Dat merk, zie en hoor je elke dag.
Met de actie ‘Laat Femma groeien’ gaat Femma Antwerpen op zoek naar de ambassadeurs die hier mee voor verantwoordelijk zijn. In het voorjaar 2014 riepen we alle groepen in de provincie Antwerpen op om haar ambassadeur(s) voor te dragen. Wanneer ben je ambassadeur? Alle Femma-ambassadeurs hebben een aantal gezamenlijke kenmerken. Ze zorgen er voor dat Femma groeit. Je herkent hen aan hun warme hart voor onze organisatie. Ze zijn enthousiast, wervend en groepsbindend. Hun basiseigenschappen zijn:
Zij heeft een passie voor Femma en straalt dat enthousiasme steeds uit
Zij spoort nieuwe vrouwen uit de buurt aan om met ons kennis te maken
Zij geeft elke vrouw het gevoel dat zij welkom is bij ons
Zij zorgt voor de groepsbinding van de leden
Ze ziet de toekomst van onze organisatie positief
Zij overtuigt vrouwen uit de buurt van de waarde van een Femmapas of om deze te vernieuwen
5 CATEGORIEËN Elke Femma-ambassadeur beschikt daarnaast over een aantal specifieke talenten en vaardigheden. Daarom deelden we de nominaties op in 5 categorieën: CREATIEF TALENT, PROMOTIEMADAM,
LESGEVER, TOEKOMSTMADAM EN GASTVROUW. Uiteraard nomineerden wij als Kleur-rijk onze beide stichtsters, Corinne en Brigit, die tot op heden nog steeds de kar van onze groep meetrekken. Beiden werden opgenomen in de brochure van Femma Antwerpen. De tekst zoals opgenomen in de brochure kan je nu lezen
CORINNE is de oprichtster van de groep Kleur-rijk. Dit is een groep van en voor vrouwen die een biculturele relatie hebben of hebben gehad. Corinne zorgt ervoor dat alle vrijwilligers het gevoel krijgen dat ze belangrijk en uniek zijn. Dit doet ze door regelmatig kleine en warme attenties te geven.
Magazine Kleur-rijk
Herfst 2014
Een ketting is maar zo sterk als elk van zijn schakels. Daarom geeft Corinne de andere vrijwilligers af en toe een duwtje in de rug: ter aanmoediging, als dank of gewoon om even weer wakker te schudden en weer actief te worden. Dit doet ze altijd op een respectvolle manier. Corinne heeft een ongedwongen manier om iedereen op zijn of haar gemak te stellen, om positief te blijven en de dingen helder te krijgen als ze voor veel mensen onduidelijk zijn. Ondanks de soms moeilijke combinatie van arbeid, gezin en engagement voor Femma, blijft zij volhouden om anderen te verbinden met elkaar. Corinne springt eruit door: aandacht voor anderen, ongedwongen karakter, volhouder
“Brigit weet en beseft dat je goede relaties moet warm houden en onderhouden.” (Kristien Renckens –teamlid Kleur-rijk)
BRIGIT heeft als een octopus tentakels om haar netwerk voor Kleur-rijk in te zetten. Dit is nodig want het blijft voor de groep moeilijk om meer bekendheid te krijgen en te groeien. Brigit kan als geen ander nieuwe mensen aanspreken. Voelt ze aan dat iemand ‘iets’ heeft met een bi-culturele relatie, dan brengt ze de groep telkens ter sprake. Ze slaagt erin om alle mogelijke geïnteresseerden te contacteren en warm te maken voor activiteiten. ‘Efkes’ bellen met Brigit is onmogelijk. Ze luistert als geen ander, waardoor je met heel je verhaal bij haar terecht kan. Ze oordeelt niet, maar geeft raad waar mogelijk. Kleur-rijk is een groep van en voor vrouwen die een biculturele relatie hebben of hebben gehad. Brigit springt eruit door: haar talent om nieuwe mensen aan te spreken en haar oordeelloos luisterend oor
VERKIEZING Een verkiezing zou geen echte verkiezing zijn zonder een stemming op dé Femma-ambassadeurs van 2014. De professionele jury bestaat uit 4 personen. Voorzitster Inge Vervotte, Nahima Lanjri, Greet de Ceukelaire en Viviane Schuer kiezen per categorie een winnaar. Maar iedereen heeft een stem! Jij kan ook stemmen op je favoriete ambassadeur. Surf hiervoor naar http://www.femma.be/nl/antwerpenlaatfemmagroeien. In totaal zullen er dus 10 ambassadeurs gekozen worden. De winnaars worden bekend gemaakt op de Femmadag van 20 maart 2015. We verwachten alle groepen op dit feestelijk slotmoment van de actie “Laat Femma Groeien” in het vormingscentrum van Malle. Noteer deze datum dus alvast in je agenda
Magazine Kleur-rijk
Herfst 2014
EEN BEELDEEN VANBEELD DE VOORBIJE VAN DE ACTIVITEITEN VOORBIJE ACTIVITEITEN 12- 9- 2014: E T E N T J E V O LX K EU K EN IN H E T W E RK H U YS
07-10-2014: P R OEFS C HR I FT L EEN S T ER C KX Voorstelling proefschrift Leen Sterckx in Amsterdam: ‘Trouwen met een vreemdeling’. Kristien en Brigit reden naar de Agnietenkapel in Amsterdam. Onze rit duurde veel langer dan verwacht met als gevolg dat we maar net op tijd arriveerden. We waren verrast door de formele vorm en de rituelen die bij dergelijke voorstelling van een doctoraatsthesis waren.
Leen lichtte eerst haar proefschrift kort toe. Vervolgens werden vragen gesteld door hoogleraren en professoren over de inhoud. Vele lovende woorden werden geuit, alsook een aantal kritische vragen kreeg Leen voorgelegd. Zaterdag 14 februari 2015 zal Leen haar proefschrift toelichten in Antwerpen. Zie agenda en website voor details.
Magazine Kleur-rijk
Herfst 2014
11- 10-2014 ECB S K Y P E - CO N FER E NT IE Antwerpen Barcelona
12-10-2014: U I T S T A P
NA A R DE
D OS S IN - KAZ ER NE
IN
M EC HELEN
Magazine Kleur-rijk
Herfst 2014
Magazine Kleur-rijk
Herfst 2014
THEMA: STERVEN... DOOD GRAAG ZIEN Samengesteld door Kristien Renckens
Dood Sterven is als een herfstblad dat zijn leven heeft voltooid en dat aan het einde, als zijn levensenergie is weggevloeid, een bonte kleurenpracht vertoont, als het ware een laatste ode aan de schoonheid het ontzielde blad wordt naar de aarde geblazen om de gewassen van het volgende jaar te voeden, om de cyclus te voltooien van duisternis naar licht, van aarde naar zon.
Yehudi Menuhin
INLEIDING Sterven: een van de weinige zekerheden in ieders leven. Ooit ‘doen’ we het allemaal … ooit eens. We ervaren het als een droeve gebeurtenis, waarbij we noodgedwongen moeten afscheid nemen van onze dierbaren. Overal ter wereld zijn rituelen terug te vinden over het proces voor en na het overlijden van een geliefde. De manier van afscheid nemen verschilt, alsook het tonen van verdriet en de rituelen die bij dit afscheid horen. Wij zijn bijvoorbeeld vertrouwd met overlijdensberichten: de ‘doodsbrief’ geeft informatie over de overledenen en de nabestaanden. Ook het verspreiden van een doodsprentje of een bidprentje is een traditie bij het overlijden van iemand, het is een tastbaar aandenken van de overledene. In dit dossier vind je informatie over rituelen en visie op de dood. We probeerden ook achtergrondinformatie te verzamelen over de praktische regelingen die nodig zijn bij de begrafenis en eventuele repatriëring. Ten slotte kan je ook enkele persoonlijke getuigenissen lezen. Uit respect voor de overledene en de familie, zijn de persoonlijke getuigenissen anoniem. Ten slotte vind je achteraan in dit dossier ook een aantal weetjes van rituelen en gebruiken over de tijden en continenten heen.
Magazine Kleur-rijk
Herfst 2014
RITUELEN EN VISIE ROND HET LEVENSEINDE Vragen over zin en samenhang spelen een grote rol in ieder mensenleven, maar worden duidelijker als men wordt geconfronteerd met ziekte, lijden en overlijden. De dood maakt deel uit van het leven, maar hoe men met de dood omgaat kan verschillen per cultuur. Ook zijn de religieuze gebruiken en voorschriften rondom het levenseinde eveneens verschillend. Voor het schrijven van deze tekst hebben we ons laten leiden door de tekst “Lijden en dood in een multireligieuze context” van Pastorale zorg van de faculteit Theologie en Religiewetenschappen – KU Leuven. De tekst kun je terugvinden op volgende link : www.pastoralezorg.be/page/lijden-en-dood-ineen-multireligieuze-context/.
Omwille van die verschillen en persoonlijke invullingen is het belangrijk om steeds in dialoog te gaan met de patiënt en zijn/haar omgeving.
HET CHRISTENDOM Het Christendom is in de loop van de eeuwen uiteengevallen in verschillende kerkgemeenschappen. Christenen hebben verschillende opvattingen over leven en lijden, over ziekte en dood, en dit heeft te maken met de verschillende Godsbeelden die er zijn. Sommige onder hen zien het leven en lijden als een straf van God, en zij zien God als een strenge vader, een rechter. Anderen zien God dan eerder als iemand die met hen meelijdt, die hen troost, hun helper.
Deze nota werd geschreven voor hulpverleners in ziekenhuizen. Daarom zult u af en toe een verwijzing naar verpleegkundigen terugvinden.
Voor alle Christenen is de dood een mysterie. Voor hen is de kruisdood en opstanding van jezus zeer belangrijk. Dit betekent voor hen dat het leven sterker is dan de dood.
In hun inleiding benadrukken ze volgende :
Rituelen voor het overlijden
tevens het
Er is een verscheidenheid binnen godsdiensten Iedere persoon beleeft zijn geloof op zijn eigen manier. In elke godsdienst heb je strengere en lossere stromingen. Hou hier rekening mee en overleg steeds met de patiënt en/of de familie. Culturele achtergrond kan verschillen. Ook de culturele achtergrond bepaalt heel sterk de beleving. Zo zal een Turkse moslim zijn geloof op een andere manier beleven als een Marokkaanse moslim. Hou hier rekening mee en veralgemeen nooit.
De Rooms-Katholieke kent drie rituelen die gevraagd kunnen worden in het kader van lijden : de ziekenzalving, de biecht en de communie. De ziekenzalving of soms gekend als “bediening” werd vroeger vlak voor het overlijden gegeven. Vandaag de dag wordt meer de nadruk gelegd op de kracht die dit ritueel kan geven en kan dit sacrament toegediend worden op het moment dat de patiënt dit wenst. Ook wordt de omgeving mee betrokken bij dit sacrament en kunnen zij een inbreng doen door samen teksten te kiezen, een getuigenis,… Als er geen priester aanwezig is, kan een ziekenzegen gegeven worden door. De biecht kan als onderdeel van de ziekenzalving gebeuren maar kan ook los daarvan. Als een
Magazine Kleur-rijk ernstig zieke of stervende mens zich bezint op zijn, leven, groeit er soms een schuldbesef over wat er in zijn leven niet goed ging. Dan kan de nood bestaan om dit op te biechten. De laatste communie noemen ze het viaticum; dit is als “voedsel voor onderweg”. Palliatieve zorg wordt niet afgewezen maar volgens het officiële standpunt van RK kerk is euthanasie onaanvaardbaar.
Rituelen na het overlijden De lijktooi mag gedaan worden door de verpleging. Aan familie/betrokkenen kan gevraagd worden om bij de lijktooi te helpen. De overledene wordt meestal opgebaard in mooie kleren en het is een gebruik om de handen te vouwen in gebedshouding. Bij het lichaam wordt een palmtakje gelegd zodat de personen die het lichaam komen groeten, hiermee een kruisteken kunnen maken. Soms wordt er op de vooravond van de uitvaartmis een avondwake gedaan. Tijdens een de uitvaartliturgie wordt een Paaskaars ontstoken als verwijzing naar de verrijzenis. Er kan gekozen worden voor een begrafenis of crematie. In de Rooms-Katholieke traditie is het gebruikelijk dat na zes weken een eucharistieviering wordt gepland om de persoon te gedenken. Ook wordt op 2 november – Allerzielen – worden alle overledenen herdacht. Het graf wordt schoongemaakt en versierd met bloemen.
Herfst 2014 zijn/haar leven heeft gedaan wordt op het einde ervan beoordeeld. De dood is een overgang naar een ander, eeuwig leven. De mens ontvangt zijn lichaam en geest van God. God is ook diegene die ziekte/lijden maar ook genezing kan schenken. Lijden en dood zijn geen straf maar kan aanzien worden als een test. Moslims geloven dat leven en dood door God bepaald worden en dat het bijgevolg niet aan de mens is om het leven te beëindigen. Euthanasie is doorgaans onbespreekbaar maar een andere mening is mogelijk. Orgaandonatie is in principe toegelaten, maar meningen kunnen hierover uiteenlopen.
Rituelen voor het overlijden Er is mogelijkheid tot waken bij de patiënt. Bij het levenseinde zijn de partner, ouders en grootouders aanwezig, geen jonge kinderen. De familieleden laten de stervende niet alleen. Volgens de islam zal de stervende een onlesbare dorst ervaren op het stervensmoment. De familie zal de geloofsbelijdenis herhalen en de stervende water aanbieden. De informatie over de kritieke toestand van de patiënt wordt bij voorkeur tot een man gericht. Een man uit de familie zorgt voor een imam (islamitische voorganger in gebed). De stervende wordt op de rechterzij gelegd met zijn of haar gezicht richting Mekka. Dit is richting zuidoost. Het hoofd ligt iets hoger en recht. Indien dit niet mogelijk is, wordt de overledenen op zijn rug gelegd met zijn of haar hoofd in de richting van Mekka.
DE ISLAM In de Islam is de mens verantwoordelijk voor zijn/haar daden. Alles wat de gelovige in
Het is niet zo evident dat een vreemde de lichamelijke zorgen op zich neemt, zeker niet als het gaat over iemand van het andere geslacht. Het ontbloten van het lichaam in het bijzijn van vreemden is in de Islam niet zo gebruikelijk. Het wordt echter niet verboden door de Koran maar
Magazine Kleur-rijk heeft eerder te maken met gevoelens van discretie en schaamte. Daarom wordt aangeraden om de geslachtsdelen te bedekken bij de verzorging. Handen geven: Moslimmannen hebben niet de gewoonte handen te geven zeker niet aan vrouwen en vrouwen geven geen handen aan mannen. Ze doen het wel omdat dit hier de gewoonte is. Maar in stresserende periodes kan dit moeilijker liggen. Tijdens de Ramadan kunnen zieke mensen er voor kiezen om niet deel te nemen.
Rituelen na het overlijden De overledene wordt ook niet meer vastgenomen na het overlijden. Wassen: Er moet een onderscheid gemaakt worden tussen het wassen van een overledene door een verpleegkundige en een rituele wassing. o Wassen door een verpleegkundige: verpleging mag de overledene NIET wassen, tenzij het over wonden e.d. gaat. Dan kan een verpleegkundige eventueel op voorhand de overledene al wassen. o Rituele wassing: vanuit het idee dat de overledene rein voor god moet verschijnen, gaat men over tot een rituele reiniging van de overledene. Lijktooi: De geslachtsdelen moeten steeds bedekt blijven. Mannen wassen mannen, vrouwen wassen vrouwen. De lichaamsopeningen worden opgevuld met geparfumeerde stukken katoen. De mannen worden niet geschoren. De nagels worden niet geknipt. Het lichaam van de overledene wordt in een lijkwade gewikkeld: de kafan. Meestal geven moslims de voorkeur aan een eenvoudige
Herfst 2014 katoenen lijkwade. Na het wassen wordt het lichaam in de lijkwade gewikkeld. Men gebruikt drie doeken voor de man en vijf doeken voor de vrouw. In Vlaanderen is begraven in een lijkwade sinds 2004 wettelijk toegestaan. Er bestaan wel specifieke voorwaarden in verband met de lijkwade die gebruikt mag worden. Normaal moet de begrafenis plaats hebben 24 uur na het overlijden. Moslims begraven hun doden in principe zo spoedig mogelijk. In België kan begraven ten vroegste 24 uur na de aangifte van het overlijden. De administratieve afhandeling van een overlijden neemt meestal enkele dagen in beslag Meestal vindt de begrafenis plaats in het land van herkomst, maar in België zijn er enkele begraafplaatsen met plaats voor moslims. In Antwerpen (Schoonselhof), Luik,… zijn aparte plaatsen voorzien voor een begrafenis die voldoen aan de voorwaarden. Om te weten of in jouw gemeente dit ook zo geregeld is, neem je best contact op met de burgerlijke stand van je gemeente. Ook zijn er in bepaalde steden organisaties die de gelovigen kan bijstaan bij de organisatie van de begrafenis. Ook als het financieel niet haalbaar is, kunnen zij de familie mee ondersteunen. De islam beschouwt het graf als het goed van de dode. Elke gestorven moslim heeft dus in principe een eigen graf, in zuivere grond. Het graf moet diep genoeg zijn en voldoende ruim. Er bestaan twee soorten graven: een eenvoudige, diepe put, en een graf met een nis in het onderste gedeelte van het graf. In het graf ligt het lichaam op de rechterzijde, met het aangezicht in de richting van Mekka. De lijkwade wordt losgemaakt aan het hoofd en de voeten. De wanden kunnen verstevigd zijn, zodat men het lichaam kan afdekken met planken. Nabestaanden strooien aarde in het graf. Daarna vult men het graf verder met aarde. 0
Magazine Kleur-rijk Inrichting van het graf Aan het hoofdeinde van het graf plaatst men alleen een eenvoudige steen of een houten paal. Daarop kunnen enkele gegevens staan, zoals de naam en data. Soms staan er ook koranverzen op. Met de overgebleven aarde kan men een of twee heuveltjes maken. Uit respect voor de dode is het verboden om op het graf te stappen of te zitten. Daarom bedekt men het graf soms met keien of wordt het omzoomd met een stenen boord.
HET JODENDOM Dé jood bestaat niet. Het is belangrijk om onderscheid te maken tussen religieuze en niet religieuze joden. Bij de religieuze joden bestaan er nog eens twee stromingen: het orthodoxe jodendom en het liberale jodendom. Ook binnen deze stromingen zijn vele verschillen. Orgaandonatie is in principe toegelaten, maar meningen kunnen hierover uiteenlopen. Joden geloven dat leven en dood door God bepaald worden en dat het bijgevolg niet aan de mens is om het leven te beëindigen. Euthanasie is doorgaans onbespreekbaar maar een andere mening is mogelijk. Religieuze joden geloven in een lichamelijke verrijzenis, daarom gaat hun voorkeur ook uit naar een begrafenis.
Rituelen voor het overlijden
Herfst 2014 Men laat een stervende doorgaans niet alleen, maar er moet wel rust zijn. De stervende moet de gelegenheid krijgen om het eigen stervensproces zo goed mogelijk door te maken.
Rituelen na het overlijden Elke joodse gemeente heeft haar eigen begrafenisonderneming, chewra Kadiesja. een heilige vereniging die op basis van vrijwilligheid de taak op zich neemt om het lichaam van de overledene klaar te maken voor de begrafenis. Het is belangrijk dat zij verwittigd worden, want zij nemen alle afscheidsrituelen op zich. Als de dood is ingetreden en bevestigd is, worden de ogen en de mond van de overledene gesloten door de chewra kadiesja. De overledene wordt op de grond gelegd en bedekt met een wit kleed. De nagels worden geknipt en de overledene wordt ritueel gewassen (zie onder) en gekleed in een eenvoudig wit katoenen doodskleed (tachrichien). Een zakje met wat aarde uit Israël, dat in elk joods gezin aanwezig is, wordt onder het hoofd van de overledene gelegd, waarna de kist wordt gesloten. Verder wordt er niets meegegeven met de dode. Bij het hoofdeinde van de overledene wordt een brandend licht neergezet, dat direct ontstoken is na de intrede van de dood. De familie laat een overledene niet alleen. Wassen: Verpleging/ anderen mogen de overledene niet wassen, tenzij het over wonden e.d. gaat. Dan kan een verpleegkundige of iemand anders eventueel op voorhand de overledene al wassen.
Een zieke wordt niet verontrust en niet op de hoogte gebracht van zijn kritieke toestand.
Meteen na het overlijden worden de voorbereidingen getroffen voor de rituele wassing (tahara). Dit wordt in handen genomen door de joodse begrafenisonderneming.
Een zieke wordt stervende (goses) als de dood binnen 3 dagen verwacht wordt. Hij wordt wel voorbereid op de dood.
Mannen wassen mannen en vrouwen wassen vrouwen.
Magazine Kleur-rijk Lijktooi: Het lichaam zo weinig mogelijk manipuleren. Ook mag het lichaam zo weinig mogelijk vervoerd worden, enkel in noodsituaties . Het lichaam van de overledene wordt beschouwd als ‘één geheel’. Daarom worden alle lichaamsvochten en lichaamsdelen (bij amputatie) bij in de kist gelegd. Alle vreemde materialen mogen wel verwijderd worden. De rouwenden raken het lichaam niet meer aan, bekijken het zelfs niet meer uit diep respect voor de overledene, maar laten het niet alleen tot aan de begrafenis. In sommige gevallen worden spiegels afgedekt en wordt stilstaand water verwijderd.
Herfst 2014 Er kan voorgelezen worden uit de veda's, mantra's kunnen gereciteerd worden en hymnen kunnen ingefluisterd worden (door vrienden, familie, familiepriester). Aan de stervende wordt soms water uit de Ganges aangeboden, verrijkt met tulsibladeren. Dit symboliseert het leven gevende water van de Ganges. Soms wordt er een koordje om de hals of de pols gebonden en dit wordt niet meer verwijderd.
Rituelen na het overlijden
De begrafenis vindt zo snel mogelijk na het overlijden plaats.
Wassen: Er is een rituele wassing maar een verpleegkundige mag de overledene opfrissen, onnatuurlijke openingen afdekken en vreemd materiaal verwijderen.
In de joodse gemeenschap condoleert men de familie pas als de overledene is begraven.
Mannen wassen mannen en vrouwen wassen vrouwen.
HET HINDOEÏSME Ziekte duidt bij het Hindoeïsme op een verstoorde relatie tussen lichaam en geest. Het gaat hier eerder om oorzaak en gevolg en niet om schuld en straf. Leven en dood maakt deel uit van de cirkel van geboorte, dood en wedergeboorte. De dood is bijgevolg de overgang naar een volgend leven. Orgaandonatie is in principe toegelaten, maar de meningen hierover kunnen uiteenlopen. Ook zijn ze geen voorstander van euthanasie. In ons land zijn er enkele hindoeïstisch geïnspireerde groeperingen: hare krisjna, brahma kumari, ook hier is er een enorme diversiteit.
Rituelen voor het overlijden Tijdens het terminaal proces wordt de zieke regelmatig bezocht. Dit heeft vooral te maken met de verbondenheid met de gemeenschap.
Lijktooi: De mondholte mag niet opgevuld worden. Er wordt een muntstukje of stukje goud op de tong gelegd. Op het voorhoofd wordt een tika (stip) geplaatst. Het lichaam van de overledene wordt met het gezicht naar het zuiden gelegd. De echtgenoot van een overleden vrouw kleurt de haarscheiding vermiljoenrood. De vrouwen worden gekleed in een sari, hun haar wordt gekamd, hun gezicht wordt opgemaakt en ze worden met juwelen getooid. (door dochters/moeders). De mannen krijgen een kostuum aangetrokken. Het is verboden rouwenden aan te raken vanaf het ogenblik van het overlijden, want de dood wordt gezien als iets onrein. Door het contact met de dood wordt ook de familie onrein en bijgevolg mag men niet aangeraakt worden. De rouwenden
Magazine Kleur-rijk
Herfst 2014
dragen witte kleren (rouwkleur), geen make-up en sieraden. De vloer mag niet geveegd worden en de familie draagt geen schoenen. Familie en vrienden worden uitgenodigd voor de laatste ontmoeting. Er worden geschenken behoeftigen en brahmanen.
uitgedeeld
aan
Meestal wordt gekozen voor een crematie. Dit zorgt er voor dat de elementen het snelst kunnen overgaan in hun oervorm. De crematie gebeurt meestal zonder kist en de brandstapel wordt door een familielid aangestoken. In een crematorium kan gevraagd worden of een familielid de apparatuur kan bedienen. Het rouwproces is zeer intensief. De eerste twaalf dagen na het overlijden komt de hele familie bijeen en leest men uit heilige boeken. Deze periode wordt afgesloten met het brengen van offers.
HET BOEDDHISME Boeddhisme is een geheel van zeer verschillende tradities. Er zijn veel Westerse boeddhisten. Zij zijn ingebed in onze cultuur. Leven, dood en vergankelijkheid zijn natuurlijke en bespreekbare thema’s. De dood is een relatief hoopvol gebeuren want het biedt de kans om te ontsnappen uit de cirkel van wedergeboorte en het Nirvana te bereiken. Lijden en dood horen bij het leven. Lijden wordt niet als iets negatiefs ervaren maar als iets dat bij het leven hoort. Het is belangrijk dat men het aardse leven kan verlaten zonder gevoelens van gehechtheid. Gevoelens van verdriet worden daarom bij
voorkeur vermeden, want deze houden de dode vast in het aardse bestaan en verhinderen een goede wedergeboorte. Men verkiest crematie, maar andere meningen zijn mogelijk. Vanuit het idee dat bijdragen tot het welzijn van anderen belangrijk is, is orgaandonatie een belangrijke optie. Vragen rond symptoombestrijding, reanimatie en euthanasie zijn bespreekbaar.
Rituelen voor het overlijden Er is mogelijkheid tot waken bij de patiënt. Er wordt een goede, serene omgeving gecreëerd voor de stervende (cf. het idee van onthechting.) De gemoedstoestand waarin iemand sterft is belangrijk in het licht van het Nirvana. In sommige tradities zijn er speciale rituelen voorzien, soms geleid door een monnik, leraar of priester Naast het ziekbed wordt vaak een klein altaartje opgericht met een Boeddhabeeldje of een brandende kaars (of lampje), bloemen en wierook.
Rituelen na het overlijden Wassen: verpleging mag de overledene wassen, familie mag helpen. Lijktooi: geen specifieke voorschriften. Een goede sfeer en sereniteit blijven belangrijk, ook voor de nabestaanden (cf. het idee van onthechting). De overledene wordt vaak gezien als nog verkerend in een overgangsfase. In sommige tradities zijn er speciale rituelen voorzien, soms geleid door een monnik, leraar of priester. In sommige tradities kiest men er voor om het lichaam 8 uur te laten liggen zodat de geest uit het
Magazine Kleur-rijk
Herfst 2014
lichaam kan ontsnappen. Daarna kan het lichaam pas gewassen en aangekleed worden. De overledene krijgt witte kleding aan. Ook de directe familie en kinderen dragen witte kleding en hoofdband. Er worden een aantal rituelen uitgevoerd zoals het offeren van bloemen, fruit en voedsel (voeding die de overledene als voorkeur had).
HET HUMANISME Het humanisme is geen godsdienst of een religieuze stroming. Men verstaat onder humanisme een levensbeschouwing die de mens centraal plaatst en ook uitgaat van de waarde van de mens.
De familie wordt gecondoleerd en men wacht tot het laatste met het sluiten van de kist.
Ze hebben een positief mensbeeld en ze leggen het accent op het leven nu. Ze geloven niet in een leven na de dood. Voor hen is de dood dan ook het einde.
7 dagen na het overlijden wordt de naam op een tablet bijgeschreven en na 49 dagen wordt deze tablet bijgezet op een huisaltaar of in de tempel. In die periode wordt dagelijks voor de overledene een ceremonie gehouden, tot 100 dagen na het overlijden.
Dit wilt niet zeggen dat er geen rituelen kunnen zijn. Er is een groeiende aandacht om ook op belangrijke levensmomenten dit met rituelen in te vullen. Deze rituelen zijn dan ook zeer individueel bepaald.
Eén jaar later wordt een opnieuw een ceremonie gehouden.
Meer informatie: Vrijzinnig humanisme: http://www.demens.nu
PRAKTISCHE REGELINGEN Bij het meegeven van onderstaande praktische informatie baseren we ons op de tekst “Wat bij het overlijden van een dierbare? Formaliteiten voor een begrafenis – crematie – repatriëring van een lichaam.” (2006) gepubliceerd op de website www.medimmigrant.be specifieke (medische) situaties rechter lichtblauwe blok met informatie. Uiteraard is het belangrijk dat je bij de plaatselijke gemeentebesturen en eventueel een begrafenisondernemer de meest recente informatie inwint. Aanvullend zal je ook enkele websites vinden met interessante informatie.
Eerst en vooral moet het overlijden vastgesteld worden door een arts. Hij maakt een overlijdenscertificaat op. Bij een onduidelijk of verdacht overlijden of een overlijden op de openbare weg, moet een gerechtsarts ter plaatse komen. Het overlijden moet bij de burgerlijke stand van de plaats van het overlijden aangegeven worden, bij voorkeur binnen de vijf dagen na het overlijden. De gemeenteambtenaar zal het trouwboekje, de identiteitskaart, het doktersattest en eventueel de laatste wilsbeschikking vragen.
Magazine Kleur-rijk
Herfst 2014
Het overlijden kan aangegeven worden door twee privépersonen of door de Vereniging voor begrafenissen en crematies of door een begrafenisondernemer. Voor privépersonen is dit gratis en voor een begrafenisondernemer is het een commercieel bedrag. Een overlijdensakte zal je kunnen verkrijgen bij de bevolkingsdienst op de plaats van het overlijden, alsook op de woonplaats van de overledene. In principe is de overlijdensakte gratis, maar voor de notaris moet een akte zegels gekleefd worden, die tegen betaling zijn. De prijs van de zegels verschilt per gemeente. Ook voor iemand die onwettig in België verblijft, kan een overlijdensakte opgemaakt worden. De gemeente moet de toestemming geven alvorens de persoon begraven of gecremeerd kan worden (minimum 24u na het overlijden). De naaste familie kan contact opnemen met een begrafenisondernemer. Dit erkende beroep valt onder de commerciële beroepen. Enkel in Brussel is er een vzw, de Vereniging voor Begrafenissen en Crematies www.aic-vbc.be die zich in eerste instantie richt op maatschappelijk kwetsbaren. Deze dienst geeft ook juridische informatie. Wanneer de overledene in het wachtregister is opgenomen, dan zal de gemeente dit aan de Dienst Vreemdelingenzaken melden. De ambassade zal niet automatisch verwittigd worden, tenzij dit opgenomen is in een Conventie met het betrokken land van herkomst. De ambassade kan of mag ook verwittigd worden door de gemeente of derden. Op die manier kunnen familieleden op de hoogte gebracht worden en eventueel helpen met begrafeniskosten of afhandelen van formaliteiten of repatriëring.
Normaal gezien wordt de overledene binnen de vijf dagen na de aangifte begraven of gecremeerd. Dat is om hygiënische redenen. Er kan echter afgeweken worden van deze termijn. Meer informatie over de begrafenis zelf vind je elders in dit dossier. De kosten voor een begrafenis worden, normaal gezien, gedragen door de persoon die de begrafenis regelt. “Het uitgangspunt is: wie de begrafenis regelt, dient zelf de financiële lasten ervan te dragen”. Daarnaast wordt algemeen aangenomen dat de begrafeniskosten een last uitmaken van de nalatenschap en dus principieel door de erfgenamen moeten worden gedragen.” (Medimmigrant–03/2006–www.medimmigrant.be –4). Soms neemt niemand het initiatief wanneer iemand overlijdt. Dan zal de gemeente het nodige doen om een uitvaart te regelen. Nadien zal geprobeerd worden om nabestaanden te vinden om de kosten terug te vorderen. In heel wat gevallen zal het OCMW een rol opnemen bij het betalen van onkosten. De kostprijs van een begrafenis kan erg verschillend zijn. Er moet rekening gehouden worden met bv. de diensten in het ziekenhuis of rusthuis, de keuze van de kist, inrichting van de funerarium, keuze van lijkwagens, dienstverlenging, begrafenisondernemer, .. Sommige gemeentes houden rekening met de wensen en voorschriften die bij sommige religies behoren. Ze richten soms een speciale plaats op een begraafplaats in hiervoor. Begraven op privéterrein is echter verboden in België. Een begraafplaats is de eerste tien jaar gratis in Vlaanderen. Daarna worden er regelingen getroffen voor vijf, vijftien of dertig of vijftig jaar, dit wordt concessie genoemd. Deze regelingen verschillen per gemeente.
Magazine Kleur-rijk Naast begraven worden, kan men ook kiezen voor crematie. In sommige religies zijn hiervoor een aantal bezwaren, in andere religies is het toegelaten of de traditie. Voor een crematie is het belangrijk dat de kist aan een aantal (milieu)voorwaarden voldoet. Ook de prijzen voor een crematie verschillen per crematoria. De as mag thuis bewaard worden of uitgestrooid over de zee of in een strooiweide. Het uitstrooien in de zee is ook tegen betaling. Een combinatie van uitstrooien en mee naar huis nemen is ook mogelijk. Soms wordt de as ook in een juweeltje verwerkt. In dit filmpje zie je verschillende mogelijkheden: www.uitvaartvlaanderen.be/asbestemming.php Wanneer ervoor gekozen wordt om het lichaam van de overledene te repatriëren naar het land van herkomst, zal in dat geval, naast een ticket voor de reiziger ook een ‘vrachtticket’ gekocht moeten worden. De kist wordt met de hoogste prioriteitsklasse behandeld en krijgt voorrang op andere vrachten. De douane zal een medisch attest vragen, waarin staat dat dat overledene niet aan een besmettelijke ziekte leed. De dokter die de dood vast stelde maakt dit document op.
Vervolgens moet de ambassade of het consulaat ook de toestemming geven tot repatriëring. Ten derde moet ook de gemeente waar de overledene naar gebracht zal worden toelating geven via de ambassade of het consulaat. Ten laatste moet er ook een bewijs zijn van de ontvanger van het lichaam. Bij een begrafenisondernemer kan
Herfst 2014
hierover meer uitleg geven. Een land kan een ‘overleden lichaam’ weigeren, bijvoorbeeld als hij asiel heeft aangevraagd in een ander land. Daarom is het altijd noodzakelijk om identiteitspapieren mee te repatriëren. Repatriëring van een lichaam kost gemiddeld €3000. In vele gevallen komt een reisbijstandsverzekering, een levensverzekering, schuldsaldo-verzekering of andere verzekering tussen bij het betalen van (een deel van) de kosten. Een verzekering komt vaak pas achteraf tussen, nadat de kosten al gebeurd zijn. Wanneer mensen in een onwettige situatie verbleven, is het soms erg moeilijke om de repatriëring te regelen en dan lopen de kosten vaak hoog op. Een begrafenisondernemer geeft de familie meestal 24u de tijd om geld bijeen te verzamelen. Als dat niet lukt, zal de persoon noodgedwongen in België begraven worden. Repatriëren is duur. Daarom bundelen landgenoten soms de krachten om binnen de eigen kring op zoek te gaan naar middelen of wordt via de ambassade naar een oplossing gezocht. Sommige banken komen tussen om repatriëring mogelijk te maken vb. Wafa Bank. We citeren een aantal “factoren die van belang zijn bij repatriëring: - De gemeenteadministratie: De gemeente van overlijden vraagt een tussenkomst voor de verzegeling van de kist. Dit is voor elke gemeente verschillend.
Magazine Kleur-rijk - De afstand tot de vlieghaven: bv. voor sommige landen is er geen vlucht vanuit Brussel en moet er vertrokken worden vanuit Schiphol. Dit betekent vervoer van het lichaam naar Amsterdam. - De vliegtuigmaatschappijen: Elke vliegtuigmaatschappij heeft een ander prijs voor het vervoeren van vracht. Meestal ligt de prijs erg hoog. Deze prijs kan variëren van €750 Euro tot €3.500. De nationale vliegtuigmaatschappijen van Pakistan en Iran vervoeren bv. gratis de lichamen van de onderdanen. - De douaneadministratie: De douanes vragen al dan niet een tussenkomst voor toelaten of doorlaten van een lichaam plus een bedrag voor het vervullen van andere administratieve formaliteiten, bv. de Italiaanse douane vraagt geen geld om het lichaam door te laten richting Italië terwijl de Filipijnse douane hier wel een bedrag voor vraagt plus ze eisen de vertaling van de documenten, legalisatie van documenten en handtekeningen wat opnieuw geld kost. - Het type lijkkist: Als het lichaam van de overledene per vliegtuig wordt vervoerd, is een speciale zinken binnenkist met een houten of spaanplaat buitenkist nodig. Het gewicht van de kist is belangrijk, want er moet per kilo worden betaald. - Het gewicht van het lichaam: Het lichaam wordt beschouwd als vracht waarvoor per kilo betaald moet worden.
Herfst 2014 - Het al dan niet verplichten tot balseming: Het hangt af van de wetgeving van het land waarnaar het lichaam wordt getransporteerd. De balseming is bv. vereist voor landen als Congo en Spanje. Voor islamitische landen zoals Marokko en Turkije worden de overledenen niet gebalsemd. Voor die landen geldt dat er zo weinig mogelijk aan het lichaam mag worden gedaan. Balseming, wat het ontbindingsproces aanzienlijk vertraagt, kost ongeveer 370 Euro. - De consulaten van het herkomstland: Ze kunnen al dan niet een bedrag vragen om het lichaam op het grondgebied te laten.” (Medimmigrant – maart 2006 – www.medimmigrant.be – 8) De as van een overledene mag gewoon meegenomen, zowel in een valies als in een handbagage. Indien dit als vracht verzonden wordt, zal hiervoor een extra kost aangerekend worden. Aan de luchthaven van Zaventem is het mogelijk om aanwezig te zijn bij aankomst of vertrek van de overledene of om een afscheids- of ontvangstbijeenkomst te organiseren. . Er is een luchthavenmortuarium. Eens de repatriëringsdocumenten en regelingen voltrokken zijn, zal de aankomst in het land van herkomst ter plekke geregeld worden. Medimmigrant–03/2006– www.medimmigrant.be
Magazine Kleur-rijk
Herfst 2014
PERSOONLIJKE GETUIGENISSEN
Een kleur-rijke getuige met Keniaanse roots vertelt:
Enkele voorbeelden van begrafenisrituelen in Kenia:
Als iemand thuis sterft wordt het lichaam ofwel naar het mortuarium gebracht ofwel thuis bewaard onder vochtig zand. Die keuze wordt meestal bepaald door de financiële toestand van de familie.
Buren, familieleden, kennissen en vrienden blijven dag en nacht bij de getroffen familie, tot de dag van de begrafenis, ongeveer drie dagen na het overlijden. De dag van de begrafenis wordt het lichaam van de overledene thuis opgebaard zodat iedereen afscheid kan nemen.
In de onmiddellijke omgeving van het huis is dezelfde dag ook al een diepe kuil gegraven.
Voornamelijk familieleden dragen zwarte kledij met een wit lint op de borst. Vervolgens wordt de kist door familie naar buiten gedragen. Men draagt er zorg voor dat de dode met de voeten eerst naar buiten wordt gedragen om de slechte geesten te verjagen.
Dan neemt de dorpsoudste of priester de ceremonie in handen. Er wordt veel gezongen en geweend.
Het levensverhaal van, geboorte tot de dood, van de overledene wordt verteld aan de aanwezigen. Dan laat men de kist zakken in de put. Iedereen mag een beetje zand op de kist gooien als teken van afscheid en respect. Dan wordt er samen gegeten, gerouwd en nagepraat.
Als er een weduwe achterblijft met kinderen, of als er enkel kinderen achterblijven, zullen de oudste leden van de familie zich diezelfde dag nog beraden over mogelijke opvang en hulp voor de achtergeblevenen.
Magazine Kleur-rijk
Herfst 2014
Een kleur-rijke getuige vertelde ons :
Praten over lijden, sterven, …. Dat doe je niet zomaar. Dat doe je niet elke dag. Ook sta je er niet altijd bij stil dat het ook jou zou overkomen. Elke dag bespreek ik dit met vreemden want dat is mijn job. Ik werk op de sociale dienst van een ziekenhuis, meer bepaald op de afdeling daghospitaal oncologie, de kankerpatiënten. Ik ontmoet hen meestal tijdens hun eerste chemo behandeling. Dan hebben ze soms al weken van onzekerheid en slecht nieuws achter de rug. Ik ga bij hen langs om hen welkom te heten, kennis te maken, hen de werking van het daghospitaal toe te lichten, en te luisteren naar hun verhaal/hun vragen. Ik ben steeds verwonderd over de draagkracht van hen, maar ook over de openheid. Soms duurt het een tijd vooraleer ze hun verhaal vertellen, maar meestal lukt dit wel … aan mij, de arts, de psychologe, de verpleegkundige. Ook hun kijk op hun lijden, hun levenseinde, … ze geven hun wensen aan, vertellen welke rol ze zelf in dit verhaal willen spelen, …. Sommige onder hen kiezen ervoor om alles zeer gedetailleerd te regelen. Hun wilsverklaring ligt klaar, de lijst van genodigden voor de uitvaartviering is opgemaakt, er zijn contacten geweest met de notaris en de bank om te zorgen voor diegene die achterblijven, …. Anderen willen niet spreken over hun levenseinde en mogen de woorden “dood” , “palliatieve zorg”, … niet uitgesproken. Iedere heeft zijn/haar ritme en wij als hulpverleners moeten dit ritme respecteren. En als tussen een koppel andere ritmes zijn, dan moeten we zoeken naar de zaken die hen verbinden en respect opbrengen voor de weg die elk wilt gaan. Ook al komt het koppel uit hetzelfde land, soms spelen hier de cultuurverschillen ook mee. Als je uit een gezin komt waar dood en lijden weggemoffeld werd, maakt het ook moeilijk om dit nu ook bespreekbaar te stellen. Of als je uit een gezin komt waarin zorg centraal staat en niet opgeven, dan is het moeilijk om als partner de ander los te laten, of anderen mee de zorg laten opnemen. Ik ben soms verwonderd hoe diep die gesprekken gaan. Daarom is het soms zo vreemd dat ik met mijn eigen familieleden dit gesprek veel moeilijker ligt. Door een spoedopname van mijn vader vorig jaar, hebben hij en mijn moeder mondjesmaat wel aan ons laten weten hoe zij een aantal zaken zien. En ook in hun wensen herken je wie ze zijn. Mijn moeder geeft duidelijk aan dat ze geen foto wilt op haar gedenkkaartje. Dit heeft ook te maken met haar trots. Ze zou bang zijn dat wij geen flatterende foto van haar nemen. Ook wilt ze aangekleed worden met een kleed met lange mouwen. Ze wilt daarmee de bruine vlekken op haar armen verbergen. En mijn vader kiest voor een hemd met een trui, geen “plastron”. Hij is een man van het volk. Iedereen is steeds bij hem welkom geweest, rijk of arm. Ook wilt hij dat een verhaal over een vogeltje wordt voorgelezen. Een vogeltje dat hij bevrijd had, kwam niet terug om dank te zeggen. Maar de dag erop kwamen andere vogels bij mijn vader langs met hun mooiste lied. Hij wilt daarmee zeggen dat als je nu iets goed doet voor een ander, je ooit een dankt terug zult krijgen, op een moment dat je het minst verwacht en misschien dan het meest nodig hebt. In hun wensen komt duidelijk de afkomst van mijn ouders terug : mijn moeder kwam uit een rijk boeren gezin waar uiterlijk belangrijk was en mijn vader kwam uit een groot maar arm gezin. Hij moest opboksen tegen veel vooroordelen. Ja, met vreemden en met mijn ouders heb ik reeds gesproken over hoe zij hun afscheid zien. Maar dit is toch een moeilijk onderwerp om met mijn partner uit Afrika te bespreken. Ik zou graag weten hoe hij het ziet, of hij wenst begraven te worden, of in zijn thuisland, … maar hij wilt hier niet over praten omdat hij vreest hierdoor het lot uit te dagen. Ook dit moet ik respecteren. Daarom kijk ik nu hoe hij reageert als iemand ziek is of slecht nieuws krijgt. Ook probeer ik te volgen hoe binnen hun gemeenschap omgegaan wordt met een overlijden. Welke rituelen ze doen ? hoe die bijeenkomsten verlopen ? …. Dus hier en daar probeer ik wat op te vangen om zo toch een beeld te krijgen van wat eventueel zou kunnen of moeten. Maar natuurlijk blijft het een gok want zijn diepste wensen zal ik nu nog niet kennen. Maar wat zijn mijn wensen ? Eigenlijk heb ik daar ook niet altijd zo een zicht op, soms heb ik het gevoel dat ik het volledig wil orkestreren en op andere momenten wil ik alles overlaten aan de emoties van diegene die achterblijven. Misschien moet ik zelf er ook een wat meer over nadenken ….
Magazine Kleur-rijk
Zomer 2014
Een Kleur-rijke weduwe van een partner met West-Afrikaanse achtergrond deelt met ons haar verhaal (deel 1/3): Bij de stam van mijn man gelden een heleboel regels en gebruiken in verband met overlijdens en begrafenissen. Een heel oude persoon moet geëerd worden met een uitgebreid begrafenisfeest. Een echte viering van een rijk gevuld leven. Het lijk wordt zo lang in de koeling bewaard tot de nabestaanden er financieel en organisatorisch klaar voor zijn. Straten worden afgesloten, podia met live muzikanten, één per tak van de familie (de nabestaanden van één bepaalde echtgenote van de overledene). Luxueuze kledij, bijpassende – liefst zijden - hoofddoeken en hoofddeksels, alles om te laten zien hoe geslaagd de nabestaanden wel zijn. Een rijkelijk warm buffet met grote hoeveelheden drank, geen kosten worden gespaard. Het ten grave dragen van de overledene wordt vaak begeleid door dansende muzikanten al is dat heel afhankelijk van zijn godsdienstige overtuiging. Het uitdelen van geschenken aan de gasten hoort daar ook bij zoals bij elk groots feest. Dit staat natuurlijk in schril contrast met de begrafenis van een jonger lid van de familie. Toen mijn 31-jarig schoonzusje overleed was er de gebruikelijke rouwperiode direct na het overlijden waar wij (voornamelijk de vrouwen van de familie) samenzaten bij haar moeder in haar ouderlijk huis. De keuze van de begraafplaats en het organiseren van de dienst werd door haar echtgenoot gedaan, want zij was door haar huwelijk opgenomen in zijn familie. Omdat ze zoveel jonger was dan ik mocht ik haar begrafenis niet bijwonen. Het wordt niet gepast geacht om op de begrafenis van een jonger familielid aanwezig te zijn. Bij het overlijden van een echtgenoot zijn er traditioneel een aantal rituelen en gebruiken die de echtgenotes moeten ondergaan. De behandeling van weduwen weerspiegelt de slechte positie van vrouwen in het algemeen en hun gebrek aan rechten. Nog zo recent als 1975 is er rechtspraak die de traditionele positie bevestigt dat de vrouwen beschouwd worden als deel van de erfenis en dus ook geen recht hebben om te erven van hun echtgenoot. De weduwenrites zijn verbonden met de idee dat de echtgenote de eerste verdachte is in het overlijden van haar man en dat zij door deze rites haar onschuld kan bewijzen. Een ander gebruik is het “levirate marriage” waarbij een broer van de overledene een huwelijk met de weduwe aangaat en de kinderen in de familie opgevoed worden. Of de vrouw gestudeerd heeft, haar mogelijke financiële onafhankelijkheid, de aanvaardbaarheid van zo’n huwelijk bij haar kinderen en haar eigen godsdienstregels bepalen meestal of zo een huwelijk plaatsvindt. Tijdens de rouwperiode kan er verwacht worden dat de echtgenote gedurende een lange rouwperiode opgesloten zit, naast het lijk van de overledene moet zitten, zich niet mag wassen of propere kleren aandoen. Het haar kan kortgeknipt worden of afgeschoren. Een opsluitingsperiode van 40 dagen is niet ongebruikelijk maar de rouwperiode is soms ook 3, 6, 11 of 12 maanden. Op de vloer moeten zitten en slapen en eten uit gebroken schalen of van oude borden symboliseren ook het verlies aan status van “getrouwde vrouw”. De vrouw kan verplicht worden om het water te drinken waarmee het lijk van haar man gewassen werd, op de grond moeten zitten en slapen en in het algemeen soms verschillende wreedheden ondergaan. In het moderne leven zal de weduwe meestal een verkorting van de periode toegezegd krijgen door bijvoorbeeld haar schoonmoeder zodat zij weer kan gaan werken. De specifieke gebruiken en rites verschillen naargelang hoe traditioneel de familie is en van streek tot streek. Standaard zal het genot van de bezittingen van de echtgenoot aan de weduwe ontzegd worden. Erfenissen gaan enkel naar bloedverwanten, met name naar de kinderen van de overledene tenzij er een testament was. Dit toont nogmaals aan hoe belangrijk het hebben van kinderen van is. Na het overlijden behoren de kinderen toe aan de familie van de man. De vrouw treedt enkel toe tot de familie door haar huwelijk en alle kinderen die er al waren voor dat huwelijk staan hoger in de rangorde van de familie. Zonder kinderen heeft men een “nutteloos leven” geleid. Enkel de kinderen kunnen aanspraak maken op een deel van de erfenis. Daarbij is enkel de afstamming belangrijk, niet of er wel of niet een wettelijk of een traditioneel huwelijk heeft plaatsgevonden. Ook in de definitie van huwelijk is men erg flexibel. Het hebben van een “volwassen” zoon is meestal bepalend of aan de rituele gebruiken paal en perk gesteld wordt. Deze zoon kan er dan ook voor zorgen dat de bezittingen van zijn overleden vader niet door inhalige “broers” van de overledene toegeëigend worden. Voor vele vrouwen is het weduwschap een traumatische periode waarin er geen ruimte is voor een privaat intern rouwproces maar waar men luidkeels huilend het juiste gedrag moet vertonen om zoveel mogelijk de onschuld in de dood van de overledene te bewijzen. De behandeling van weduwen druist dikwijls in tegen het nationale recht en vaak gewoon zelfs tegen de mensenrechten.
Magazine Kleur-rijk
Herfst 2014
Een Kleur-rijke weduwe van een partner met West-Afrikaanse achtergrond deelt met ons haar verhaal (deel 2/3): Bij het overlijden van mijn echtgenoot was ik niet in het land, ik was in België en je zou dus denken dat dit mij vrijpleitte van betrokkenheid in zijn overlijden. Vooral omdat dit overlijden in het ziekenhuis was na een ernstige ziekte. Maar niet in de denktrend van zijn stamgenoten: je kan altijd nog ingrijpen door iemand in te huren als je kwaad in de zin hebt en bovendien kan je iemand ook op het spirituele vlak raken zonder fysiek aanwezig te zijn. Ik had geen geldige reispas en kon pas 2 weken na het overlijden afreizen. De begrafenis vond aansluitend plaats. Omdat ik niet direct ter plaatse was heb ik weinig met de gebruiken en rituelen te maken gekregen. Je krijgt in België ook maar 3 dagen verlof voor het overlijden van een echtgenoot. Een paar weken binnen zitten was er dus al zeker niet bij. Wel zo snel mogelijk naar ginder afreizen voor de begrafenis waarmee men gewacht heeft tot ik zelf en mijn oudste zoon die ook in België was er geraakte. De twee jongste zonen waren reeds daar. Dat kon enkel door onbetaald verlof aan te vragen op de job waar ik net uit de proefperiode was. Mijn man was opgebaard in een mortuarium en ik ben hem daar gaan groeten. Zijn gezicht was vertrokken van de pijn. Het moet een harde doodstrijd geweest zijn. Het feit dat ik het lijk bezocht heb en mijn duidelijk verdriet daarbij was blijkbaar aanvaardbaar. Mijn verwensingen aan het adres van diegenen die hem zo hebben laten lijden en hem niet geholpen hadden (dat hen zelf erger zou overkomen) maakte sommigen ongemakkelijk. Er wordt in die orale cultuur heel veel belang gehecht aan het gesproken woord. (“Mummy don’t talk because your words are too strong. What you used to say used to become true…”). Ik denk alleszins niet dat ik verdacht werd van betrokkenheid in het overlijden. Mijn zonen en een goede vriendin van mij die mijn zoon stuurde in alles wat er moest gebeuren hadden beslist dat ik omwille van de veiligheid niet in ons eigen huis kon verblijven. Deze goede vriendin heeft mij en mijn 3 kinderen meer dan een maand gehuisvest en verzorgd. De jongere broer van mijn man regelde de begrafenis. Mijn man was niet oud genoeg voor een begrafenisfeest maar hij moest toch met de nodige ceremonie begraven worden als het oudste kleinkind van die bepaalde familietak. Zijn jongere broer regelde het meeste in samenspraak met de familie waarvan traditioneel de leden een quotum krijgen opgelegd door de ouderen van de familie, hoeveel zij verwacht worden van bij te dragen in de kosten. Aan mij noch aan mijn kinderen die nog te jong waren en nog niet werkten werd een bijdrage gevraagd. De stof die wij moesten dragen bij de “service of songs” de avond voor de eigenlijke begrafenis werden voor ons gekozen (een zwarte stof van een soort ‘broderie anglaise’ waarvan op maat gemaakte traditionele kledij genaaid werd). De door mijn schoonbroer uitgekozen begraafplaats werd door de jeugdvrienden van mijn man niet goed genoeg geacht (terwijl het toch de begraafplaats was waar zijn jongere zus begraven was) en zij betaalden voor een meer standingvolle begraafplaats een 50tal km verderop in een nieuw aangelegde wijk buiten de stad. Iemand zijn jeugdvrienden nemen meestal de plaats in die bij ons de volle broers en zussen innemen. De eigen broers en zussen zijn ofwel respect verschuldigd omdat ze jonger zijn ofwel moeten ze gerespecteerd worden omdat ze ouder zijn. Men staat met hen niet op voet van gelijkheid. Bij de begrafenis zelf hadden mijn vriendinnen voor mij geregeld dat ik een hele mooie donkere katoenen gebatikte boubou zou dragen. Dat was zowel eenvoudige kledij, donkerblauw en zwart van kleur en een eenvoudige katoenen stof en past altijd. Een lieve kennis had mij die uitgeleend. Na de begrafenis werd mij de raad gegeven van een stuk of 2 eenvoudige katoenen outfits afwisselend te gebruiken en te wassen gedurende het jaar van rouw. Er wordt daar wel eens gezegd dat een vrouw pas weet of haar man haar echt trouw was op zijn begrafenis als er geen andere weduwen met kinderen ten tonele verschijnen. Er waren geen onverwachte verschijningen. De wel verwachte zoon van mijn man van voor ons huwelijk was bij alles steeds aanwezig. Dat was de zoon waarover mijn man mij verteld had alhoewel hij niet wilde dat ik aan de familie liet blijken dat ik van zijn bestaan afwist. Dat ik aan mijn kinderen gevraagd had om hem vooraan te laten staan aan het graf (hij is dan ook een hoofd kleiner) had de hele familie gezien en neem ik aan goedgekeurd. Zijn moeder, die nooit de status van echtgenote gehad had maar wel op de begrafenis was kwam achteraf naar mij en “gaf” mij haar zoon. Hij was van mij nu. Ik werd er door de familie op aangesproken dat de zoon, die mijn man bij leven nooit officieel erkend had maar de familie wél, niet over het hoofd gezien zou worden. Mijn antwoord dat voor zover het mij betrof er 4 kinderen waren viel denk ik wel in goede aarde. Op de eigendommen daar had ik traditioneel geen enkel recht alhoewel ik daar financieel aan bijgedragen had. De kinderen hadden het erfrecht. Dit is in tegenstrijd met de wetten van de deelstaat waar we daar woonden waarbij de weduwe recht zou hebben op 30% van de erfenis. Ik stel mij sterke vragen bij de uitvoerbaarheid van die wetten.
Magazine Kleur-rijk
Herfst 2014
Een Kleur-rijke weduwe van een partner met West-Afrikaanse achtergrond deelt met ons haar verhaal (deel 3/3): De implicaties in België is iets waar ik nog niet eerder bij had stilgestaan. We waren in België getrouwd volgens het wettelijk systeem zonder huwelijkscontract dus met gemeenschap van aanwinsten. En ik had tijdens ons huwelijk ons huis gekocht, met een hypotheeklening op onze beide namen natuurlijk want we waren getrouwd. Alhoewel ik deze lening altijd volledig zelf had afbetaald zou dat huis toch voor de helft in de erfenis terecht gekomen zijn, ware het niet dat ik een deel ervan rechtstreeks van mijn grootmoeder geërfd had waardoor het mijn persoonlijke bezit was. Dit is vooral van belang voor het geval er ineens nog andere erfgenamen zijn dan de eigen kinderen. Ook kon ik beslissingen nemen over dit huis zonder daarvoor de toestemming van mijn kinderen te vragen. Een huwelijk met één van de verwanten van mijn man kwam natuurlijk ook nooit ter sprake. Mijn kinderen zouden dit ook nooit bespreekbaar hebben gevonden en mijn schoonbroer verkondigde luidkeels dat ik wat hem betrof geen weduwe was want ik had altijd alleen mijn plan getrokken en was altijd financieel zelfstandig geweest. Van de zogezegde bescherming die de familie aan mij en mijn kinderen zou bieden hebben we niet veel gemerkt. Eén familielid die lang bij ons gewoond heeft toen we pas getrouwd waren heeft mij eens tweehonderd pond gegeven om te helpen. Een ander familielid die op de hoogte was van de financieel moeilijke periodes voor mijn gezin zei regelmatig dat ze mij graag zou helpen want dat dat eigenlijk haar verplichting was maar ja, ze had zelf niets. Nog een ander familielid heeft zich wel het lot van één van mijn zonen aangetrokken en gaf hem goede raad over zijn studie- en carrièremogelijkheden. Hij wordt er thuis ook als een volwaardig familielid ontvangen en uitgenodigd op familiefeesten, ook om te komen helpen. Al bij al is dus voor mij en mijn kinderen alles nog meegevallen. Maar eigenlijk is dat allemaal toevallig zo. Als ik het had willen plannen, was het zeker niet zo positief uitgedraaid omdat we zo onwetend waren.
Een kleur-rijke weduwe van een man met Westafrikaanse achtergrond deelt met ons: Mijn man is 8 jaar geleden gestorven, hij kwam uit een West-Afrikaans land. Hij liet drie jonge kinderen en een vrouw achter. Toen hij gestorven was konden we hem een week gaan groeten. Hij koos ervoor om in zijn thuisland begraven te worden, na vijf dagen werd zijn lichaam klaargemaakt om over te brengen, in witte lakens gewikkeld, en er mochten geen voorwerpen mee. We hadden geen verzekering om te repatriëren, dus alles was op onze kosten, maar zijn landgenoten hebben ook geld bijeen gespaard, zodat zijn wens vervuld kon worden.
Magazine Kleur-rijk
Herfst 2014
‘een kleur-rijke inbreng van een menselijke ziel’
Een onsterfelijk verhaal, met een moraal van goud Goudman 5000 jaar geleden was er een land genaamd’ Goudland’. Dit land was steenrijk en had één van de grootste rijkdommen nl. goud. Toch waren de inwoners zeer arm. Er was één invloedrijke koning namelijk Goudman. Al het goud was in zijn bezit en hij kon niet genoeg krijgen van zijn rijkdom. Integendeel hij streefde steeds, naar meer en meer rijkdom. Terwijl de inwoners stierven van de honger, bewaarde hij het goud en zijn rijkdommen, in de kelders van zijn grote paleizen. Op een dag schreef een vrome herder een brief: Beste Goudman, Weet dat ik en jij hetzelfde zijn. We zijn beiden mensen van vlees en bloed. Als we sterven zullen we onder de grond rotten. Al uw materiële bezittingen zullen achter blijven. Uw goud zal u niet beschermen, tegen het natuurlijk verrottingsproces. Wees een vrijgevige man en laat het volk niet verhongeren! Goudman was onder de indruk van deze krachtige boodschap. Hij besefte dat hij eigenlijk niet echt gelukkig was, Hij dacht bij zichzelf: “Deze rijkdom moet ik steeds beschermen (tegen diefstal), maar zal mij niet beschermen tegen de dood??!!” Goudman schonk zijn overtollige rijkdommen, aan de armen. Hij wilde niet meer dat zijn volk verhongerde terwijl hij rijkdommen in de kelder had rusten, onder het stof. De inwoners waren zeer blij. Op een dag was Goudman ernstig ziek. De inwoners waren verdrietig en gingen hem bezoeken. De laatste persoon die hem zag, was de vrome herder. Hij bedankte de herder voor zijn wijze boodschap. Vervolgens smeekte hij de herder, om hem te begraven in een stoffen doek. De herder was verontwaardigd, over deze laatste wens. Hij schreeuwde: “U bent Goudman! De bezitter van heel veel goud!!! Waarom wil je niet begraven worden in een gouden kist?” Goudman beantwoorde deze vraag, voordat hij zijn laatste adem uitblies: Vrome herder, Weet dat ik en jij hetzelfde zijn. We zijn beiden mensen van vlees en bloed. Als we sterven zullen we onder de grond rotten. Al mijn materiële bezittingen zullen achter blijven. Het goud zal mij niet beschermen, tegen het natuurlijk verrottingsproces. Wat is het moraal van dit verhaal? God kijkt niet naar bepaalde kenmerken zoals: huidskleur, lichaamslengte, gewicht, afkomst, financiële status, sociale klasse, enz. Voor onze heer, zijn alle mensen gelijk. Het enige dat telt zijn de verrichte daden. In de Islam worden de overledenen begraven in een 'stoffen doek'. Dit benadrukt nogmaals de gelijkheid tussen de mensen. Elke moslim zal op dezelfde 'wijze' begraven worden, zonder onderscheid te maken tussen 'sociale klassen' en financiële status. Dus geen peperdure begrafenissen, met uitbundig versierde kisten. Iemand die rijk is, kan dit zich veroorloven en iemand die arm is niet. Dit zou niet eerlijk zijn. Daarbovenop zal 'hoogmoedigheid 'wat een verachtelijke eigenschap is, de kop ingedrukt worden. Vervolgens kan een kist, het natuurlijk verrottingsproces na de dood (medische term: putrefactie) op preventieve wijze niet voorkomen. De dood maakt eveneens geen onderscheid tussen financiële status of sociale klassen. Iedereen zal dit natuurlijk' fenomeen' ondergaan. Kortom: iedereen is gelijk, ZELFS na de dood. Laat elke mens, elk levend wezen, elk schepsel, op aarde in zijn 'waarde'. Ondanks de kleine unieke uiterlijke verschillen, verschillen we eigenlijk niet zoveel van elkaar. Rijkdom maakt je niet gelukkig, want zal je uiteindelijk moeten achterlaten. Wees goed voor elkaar en leef in vrede met elkaar! Streef niet naar een gouden kist, maar wel naar een Gouden hart, want dit laatste is het enige dat telt!
Magazine Kleur-rijk
Herfst 2014
Wist je dat? “WAKEN In het boeddhisme, maar ook bij de christengemeenschap, de antroposofen, en de Rooms-katholieke kerk waakt men drie dagen bij de dode. Vooral op het platteland wordt dit gebruik nog in eer gehouden… Bij de christengemeenschap waakt men tussen 10 en 1 uur ’s nachts, de tijd van het inslapen, en tussen 6 en 8 ’s morgens, de tijd van het wakker worden. Dit heeft een diepere betekenis. Men gaat ervan uit dat de vormkrachten en de levensenergie drie dagen nodig hebben om het lichaam van de overledenen te verlaten. Ook is dit de tijd dat de geest van de overledene zijn hele leven nog één keer beschouwt. Men ondersteunt dit door positieve teksten te lezen over vernieuwing en opstanding. Een mooie vergelijking is: zoals de vlinder tijd nodig heeft om uit zijn cocon te komen, zo heeft de ziel tijd nodig om los te komen van het aardse bestaan. Om deze reden kunnen er vlinders of andere symbolen op de kist geschilderd of geplakt worden. Het creatief bezig zijn kan het waken verlichten, vooral als er kinderen bij betrokken zijn. Zorg wel voor rust bij de dode.” (De Lange, 2010, p 58)
Wist je dat? “ZWART EN WIT De rouwkleur was vroeger wit, wat niet zo verwonderlijk is: wit is de kleur van geesten en spoken. Men droeg rouwkleuren om zich onzichtbaar te maken voor de geest van de dode, zodat die achterblijvers geen kwaad kon berokkenen. Men rouwde zolang als men dacht dat de ziel onderweg was om het hiernamaals te bereiken. Daar aangekomen kon de ziel geen onheil meer aanrichten, zodat de rouwkleren weer uit mochten. In 1498 droeg Anne van Bretagne bij de dood van haar Man Karel VIII een zwart mantelpakje. Dat had zoveel succes dat iedereen haar voorbeeld volgde. Het zwart als rouwkleur was zijn carrière begonnen. Omdat wit zuiverheid en onschuld symboliseert, bleef het nog wel de rouwkleur bij het overlijden van kinderen of maagden. Wit staat ook voor de bleekheid van de dood. In het Midden-Oosten is wit nog steeds de kleur van de rouw. Bij ons kiezen koninklijke families wel vaker voor wit. In Nederland werden zowel prins Hendrik als koningin Wilhelmina in witte rouw begraven. Als teken va hoop trok ook koningin Fabiola bij de begrafenis van koning Boudewijn een witte jurk aan.” (Rosseels, 1995, p 168)
Magazine Kleur-rijk
Herfst 2014
Wist je dat? “OP REIS De dood wordt vaak voorgesteld als een reis. De ziel vliegt naar het hof van Osirirs, steekt de Styx over in gezelschap van veerman Charon of rijdt met de Walkuren naar het walhalla. In vele culturen geven de achterblijvers de dode daarom kleren, voedsel, wapens, werktuigen en magische voorwerpen mee. Die moeten de reizigers een behouden reis en een goed onthaal garanderen. De duur van de reis kan variëren van drie weken tot drie jaar. De Lappen doodden een rendier op het graf zodat de overledene daarmee naar z’n laatste bestemming kon rijden. De oude Grieken stopten een munt in de mond van de dode om de veerman Charon te betalen. Bij de Japanse boeddhisten is het een oude vrouw die de ferry over de Sanzu-rivier runt, terwijl de slaven een budget meegeven dat de hele reis moet dekken. De Chinezen geven tegenwoordig behalve nep geld ook moderne voorwerpen mee – zoals papieren en auto’s of vliegtuigjes – die samen met de dode worden gecremeerd. Tussen de as die overblijft na crematie vindt mens zelfs bij ons no geregeld een muntstuk of een bord waarop familieleden voedsel hebben meegegeven. Mensen die de dode thuis opbaren en aanwezig zijn bij het kisten, stoppen vaak persoonlijke spulletjes van de dode in de kist. Iets meegeven voor onderweg geeft hen het gevoel dat ze de dode niet zomaar laten gaan.” (Rosseels, 1995, p 179)
Magazine Kleur-rijk
Herfst 2014
Wist je dat? “DANSEN VAN VERDRIET Klagende, jammerende en bijna uitzinnige Surinaamse vrouwen in de rouwstoet na de Nederlandse Bijlmerramp: het is een beeld dat televisiekijkend Vlaanderen en Nederland is bijgebleven. Vooral omdat het luide weeklagen van deze vrouwen zo schril afsteekt tegen onze eigen beheerste en ingehouden emoties bij begrafenissen en crematies. Stilletjes huilen mag bij ons nog wel, zij het al veel minder voor mannen dan voor vrouwen. In onze cultuur geldt: de dood als een beproeving waarbij je vooral flink moet blijven. Weeklagen, spontaan of in geritualiseerde vorm, komt in de meeste andere culturen wél voor. Men jammert, beukt zich op de borst, bedekt het hoofd met as of scheurt zich de kleren van het lijf. Vaak vormen familieleden, vrienden en kennissen ook een klaagstoet, die soms door ingehuurde klaagvrouwen wordt versterkt. Ook de Australische Aboriginals die zich rond een dode hebben verzameld, huilen luid en onophoudelijk. Zij uiten trouwens niet alleen verdriet, maar ook woede en onmacht. Daartoe verwonden ze zichzelf met een mes of met een bijl. Een van de naaste verwanten ontsteekt plotseling in grote woede en beschuldigt de anderen ervan niet goed voor de overledene te hebben gezorgd. Het komt niet tot ongelukken omdat enkele omstanders tijdig ingrijpen en de woeste man kalmeren. De andere aanwezigen laten zich scheldkanonnades met bewonderenswaardige kalmte over zich heen komen. Niemand raakt in paniek. De dreigementen en verwondingen zijn immers rituele vormen om emoties te uiten. Ook joden tonen openlijk hun wanhoop en verdriet. Een joods gebruik is bij voorbeeld de keri’ah. Voor de begrafenisplechtigheid maken de rouwenden een scheur in hun kleren die hun woede en innerlijke verscheurdheid symboliseert. Die scheur herstellen ze nooit helemaal, zodat het litteken van de rouw altijd zichtbaar blijft. Nadat de zwaarste ogenblikken van een begrafenis of crematie voorbij zijn, volgt in de meeste culturen een moment van rust en ontspanning. Wij kennen de koffietafel. Ook de joden zorgen voor een maaltijd. Door samen te eten en te drinken beklemtoont men de solidariteit binnen de gemeenschap. Bovendien maakt zo’n maaltijd meteen ook duidelijk dat het leven gewoon verdergaat, hoe groot het verlies ook is. Het is een moment van aanvaarding, waarop je zelfs al eens mag lachen. In sommige culturen wordt tijdens het afscheidsritueel ook gezongen en gedanst. Surinamers zingen bij voorbeeld treurige afscheidsliederen. De Aboriginals dansen om de ziel ertoe aan te zetten het dode lichaam te verlaten en het onvermijdelijke te accepteren. Met dat aanvaardingsproces zijn ze ondertussen zelf ook de hele tijd bezig. Bij ons komen steeds meer mensen bij psychotherapeuten en psychiaters terecht omdat ze niet hebben durven huilen, tieren, zingen, dansen of lachen van verdriet.” (Rosseels, 1995, p 162-163)
Magazine Kleur-rijk
Herfst 2014 Wist je dat? In Ghana prachtige kisten worden vervaardigd, zodat de overledene eervol kan begraven worden. De nabestaanden kiezen voor een typisch beeld dat bij de overledene staat, dat kan verwijzen naar het leven dat hij had, naar zijn beroepsactiviteiten, een hobby of een kwaliteit. De resultaten zijn verbluffend, verrassend en creatief. Op volgende websites vind je leuke afbeeldingen: -
http://test.whocares.me/artikel/de-10-meest-bizarre-doodskisten http://www.upcoming.nl/rick/2165/15-wel-heel-bijzondere-doodskisten
Magazine Kleur-rijk
Herfst 2014
BRONNEN :
De Lange, R, (2010): rituelen bij mijlpalen in het leven (2de dr) Deventer, ANK-Hermes BV
Rosseels, C, (1995): Rituelen vandaag, Hadewijch Antwerpen-Baarn
Tekst “Lijden en dood in een multireligieuze context” van Pastorale zorg van de faculteit Theologie en Religiewetenschappen – KU Leuven. De tekst kun je terugvinden op volgende link : www.pastoralezorg.be/page/lijden-en-dood-in-een-multireligieuze-context/
BOEKENTIPS: Ceremonies en feesten: De dood, D. Chaplin, L. Broadbent, E. Deul, P. Kaekebeke, uitgeverij Koninklijk instituut voor de Tropen – Amsterdam, 2004
Veelkleurig verdriet, Afscheid nemen in verschillende culturen, uitgeverij KPC groep, Fiddelaers-Jaspers, R.; Roos, D.; Spee, I.
WEBSITE-TIPS:
http://uitvaartvlaanderen.be/
http://www.crematorium.be
Vlaamse Autonome Raad voor het Uitvaartwezen www.varu.be
Officiele website van Belgische begrafenisondernemers: www.funebra.be
www.medimmigrant.be
Magazine Kleur-rijk
Herfst 2014
ACTIVITITEITEN AANBOD NAJAAR 2014 EN VOORJAAR 2015 Gelieve onze website in het oog te houden. Wijzigingen zijn mogelijk.
NOVEMBER 2014 WAT: cafébezoek ViaVia Mechelen WANNEER: 21-11-2014 (avond) MEER INFORMATIE: http://www.kleur-rijk.be/kalender/caf%C3%A9bezoek-12
DECEMBER 2014 WAT: Première Tutti Fratelli ten Huwelijk in de Roma in Antwerpen WANNEER: 05-12-2014 (avond) MEER INFORMATIE: over de voorstelling: http://www.deroma.be/#!eventid=443 + concrete informatie op www.kleur-rijk.be WAT: bezoek badenhuis Antwerpen Veldstraat WANNEER: 29-12-2014 (avond) MEER INFORMATIE: over het badenhuis: http://www.sportoase.be/nl/veldstraat + concrete informatie op www.kleur-rijk.be
JANUARI 2015 WAT: bezoek badenhuis Antwerpen Veldstraat WANNEER: 16-01-2015 (avond) MEER INFORMATIE: over het badenhuis: http://www.sportoase.be/nl/veldstraat + concrete informatie op www.kleur-rijk.be WAT: etentje Volxkeuken – ’t Werkhuys WANNEER: 16-01-2015 (avond) MEER INFORMATIE: http://www.kleur-rijk.be/kalender WAT: filmavond Africa Paradis WANNEER: 30-01-2015 (avond) MEER INFORMATIE: http://www.kleur-rijk.be/kalender/filmavond-africa-paradis
FEBRUARI 2015 WAT: Workshop trouwen met een vreemdeling WANNEER: 14-02-2015 (avond) MEER INFORMATIE: http://www.kleur-rijk.be/kalender/workshop-huwelijksmigratie
MAART 2015 WAT: kookworkshop met kinderen WANNEER: 14-03-2015 (namiddag) MEER INFORMATIE: volgt via de website WAT: nominatie ambassadeur Femma WANNEER: 14-03-2015 (namiddag) MEER INFORMATIE: volgt via de website
NOTEER ALVAST ONZE GEZINSUITSTAP op 18-4-2014 IN JE AGENDA.
Magazine Kleur-rijk
Herfst 2014
L ID WORDEN ? We zijn blij dat je interesse hebt in onze werking. We hopen dat ons aanbod (activiteiten, nieuwsbrief, website en alle persoonlijke contacten) je kan blijven boeien. Lid worden/blijven van Kleur-rijk, groep van Femma, kost €30. Je kunt op elk moment van het jaar lid worden. Je lidmaatschap is geldig voor twaalf maanden. Om je lidmaatschap in orde te brengen, vragen we je volgende stappen te zetten : - via het e-mail adres
[email protected] je lidmaatschap te bevestigen en volgende gegevens te bezorgen: naam, adres, telefoonnummer en geboortedatum of via onze website www.kleur-rijk.be (tab "over kleur-rijk" en dan tab "lid worden"). - je ontvangt dan een brief van Femma met de vraag om het lidgeld te betalen. - als je dit hebt gedaan, ontvang je je lidkaart en het wachtwoord om op onze website een aantal extra pagina's te openen.
Als je nog vragen hebt, aarzel dan niet om ons te contacteren. - Over het lidmaatschap :
[email protected] (Corinne) - Alle andere vragen:
[email protected] (Corinne) of 0477 84 71 52 (Brigit) Femma Kleur-rijk – p/a Nationalestraat 111 – 2000 Antwerpen VOLG ONS: - Onze website: www.kleur-rijk.be - Facebook: https://www.facebook.com/pages/Kleur-rijk/122886007780904?ref=ts&fref=ts - Website Femma: http://www.femma.be/nl/groep/antwerpen-kleurrijk
ECB MEMBERSHIP Kleur-rijk maakt deel uit van ECB, European Conference of Bicultural/binational relationships. Sinds het voorjaar van 2014 is de website van ECB een website online: http://www.ecbcouples.eu/ Onze partners in de andere Europese landen zijn: Denemarken Duitsland Frankrijk Oostenrijk Spanje Zwitserland
AEGteskab uden Graenser http://www.aegteskabudengraenser.dk Verband Binantionaler http://www.verband-binationaler.de Les amoureux au ban public http://www.amoureuxauban.net Ehe ohne grenzen http://www.ehe-ohne-grenzen.at Verein-Fibel http://www.verein-fibel.at Asfamix http://www.asfamix.es IG-binantional http://www.binational.ch/de
COLOFON Redactieraad: Brigit, Cil, Corinne, Kristien, Leen, Nadia, Veerle en enkele moedige anonieme getuigen Tekstredactie: Corinne Hoofdredactie: Kristien Lay-out & eindredactie: Kristien