Aan het College van burgemeester en wethouders van Zoetermeer Postbus 15 2700 AA Zoetermeer
Betreft: advies Verordening Wmo 2013
Zoetermeer, 6 mei 2013 Geacht college, De adviesaanvraag over uw voorstel aan de gemeenteraad met de nieuwe verordeningWmo 2013, het Besluit maatschappelijke ondersteuning 2013 en de Beleidsregels maatschappelijke ondersteuning 2013 is besproken in onze vergadering van 2 mei jongstleden. Samenvattend brengen wij u het volgende advies uit. In de bijlage treft u onze overwegingen daarbij aan. 1. Melding en aanvraag Wij adviseren u de aanvraagprocedure zo te richten dat deze voor iedereen helder, transparant en te begrijpen is. In dit verband adviseren wij u alleen te spreken van aanvraag en niet van melding en aanvraag. 2. Vraagverheldering Wij adviseren u de vraagverheldering deel te laten uitmaken van de aanvraagprocedure in de Wmo-verordening en dit begrip helder te definiëren. Voorts verdient het aanbeveling om het verslag van het vraagverhelderingsgeprek (bv. lijst van afspraken ) te laten ondertekenen door de cliënt (of zijn vertegenwoordiger) en de mantelzorger. 3. Maatwerk Wij adviseren u voor iedereen die dat wil onafhankelijke cliëntondersteuning beschikbaar te hebben bij het opstarten van de aanvraagprocedure. Het baart ons zorgen dat maatwerk wel in de beleidsnota’s staat maar dat in de praktijk gewoon criteria worden toegepast zonder dat enig onderzoek heeft plaatsgevonden. Bijvoorbeeld: inwonend kind 18 jaar geworden en dus huishouden doen. 4. Eigen kracht Wij adviseren u het ontwikkelen van eigen kracht als te leveren prestatie in de verordening op te nemen. - pag. 1Wmo-raad
Postbus 15
2700 AA Zoetermeer
telefoon 079- 346 8561
[email protected]
5. Te leveren prestaties Wij adviseren u de tekst van artikel 4 van de Wmo integraal op te nemen in het hoofdstuk over de te bereiken resultaten. 6. Gemeentelijke bemiddeling Wij adviseren u het begrip bemiddeling door de gemeente te omschrijven en op te nemen in de verordening Wmo 2013. 7. Volgen van cliënt/nazorg Wij adviseren u in de uitvoering een werkwijze te introduceren waarbij de Wmo-consulent de cliënt nazorg biedt en het verloop van het ontwikkelde arrangement volgt. 8. Mantelzorg Wij adviseren u de mantelzorger altijd zelf in het vraagverhelderingsgeprek te bevragen over de rol die wordt vervuld en over wat er naar het oordeel van de gemeente of mantelzorger (extra) nodig is. Ook is het nodig dat de mantelzorger wordt geïnformeerd over het gebruik van de checklist om overbelasting te “meten”. En van de uitkomst een afschrift ontvangt. 9. PGB Wij ondersteunen de opname van de verstrekking PGB in de verordening. Wij adviseren u t.z.t. te evalueren of een financiële verantwoording per jaar effectief en toereikend. 10. Stapeling van eigen bijdragen en eigen aandeel in kosten Wij vragen ons af of en zo ja hoe de kosten die mensen zelf moeten opbrengen (e.b. zones regiotaxi, eigen aandeel kosten, algemeen gebruikelijk, e.d.) in beeld komen bij het CAK opdat de stapeling kan worden gemonitord. Hoe wil de gemeente deze stapeling van eigen bijdragen, eigen aandeel in kosten, wat als algemeen gebruikelijk wordt beschouwd, e.d., gaan monitoren? 11. Communicatie Wij adviseren u via VNG of rijk te bevorderen dat er een landelijke, beeldbepalende publiciteitscampagne via de massamedia gaat plaatsvinden waarbij de eigen kracht en eigen verantwoordelijkheid van burgers in treffende “reclamespots” wordt uitgebeeld. Voorts in de gemeentelijke communicatiecampagne aandacht geven aan: • groepen burgers die analfabeet zijn of de Nederlandse taal niet (voldoende) beheersen • de werkers in de Zoetermeerse eerstelijn zoals huisartsen, verpleegkundigen, fysiotherapeuten • de groep blinden en slechtzienden en auditief gehandicapten - pag. 2Wmo-raad
Postbus 15
2700 AA Zoetermeer
telefoon 079- 346 8561
[email protected]
12. Diversen Wij verwijzen hiervoor naar onze opmerkingen in de bijlage.
Wij zien uw reactie graag tegemoet.
Met vriendelijke groeten, namens de Wmo-raad Zoetermeer,
drs. J.J. Ramekers, voorzitter
- pag. 3 Wmo-raad
Postbus 15
2700 AA Zoetermeer
telefoon 079- 346 8561
[email protected]
BIJLAGE: Overwegingen bij en advies over de Verordening Wmo 2013, Besluit maatschappelijke ondersteuning 2013 en de Beleidsregels maatschappelijke ondersteuning 2013 .
1. Melding en aanvraag De verordening lijkt pas in werking te treden als een aanvraag voor een individuele Wmo-voorziening tot stand is gekomen. De verordening ziet niet op de melding en het keukentafelgesprek. Dat zijn stappen die tot een voortraject behoren die buiten de reikwijdte van de verordening liggen, althans zo hebben wij het begrepen. Dat maakt de aanvraagprocedure van een compenserende maatregel, arrangement of voorziening weinig transparant. Burgers zullen niet in dit soort termen denken maar ofwel een voorziening willen aanvragen ofwel een probleem/vraag willen voorleggen bij de gemeente met de vraag of de gemeente kan helpen. Het lijkt nu nodeloos ingewikkeld te worden met als achterliggend doel om ruimte te creëren voor de eigen kracht, het eigen netwerk, enz. en om tegelijkertijd de drempel te verhogen voor het aanvragen van een individuele Wmo-voorziening. Omdat het altijd mogelijk is een aanvraag in te dienen zonder eerst een melding te doen, komt de stap melding over als een overbodige stap. Als iemand een individuele Wmo-voorziening aanvraagt, waarbij Wmovoorziening ook kan betekenen een maatwerkoplossing/arrangement voor een te compenseren beperking, dan kan iemand gewoon een aanvraag indienen volgens de aanvraagprocedure (digitaal, op papier, mondeling). Na de ingediende aanvraag zal er altijd een vraagverhelderingsgesprek moeten plaatsvinden. Wij vinden dat de aanvraagprocedure helder, transparant en voor iedereen te begrijpen moet zijn. Wij adviseren u dan ook alleen te spreken van aanvraag. Het begrip melding is ook nergens gedefinieerd. Uiteraard moet er altijd een eerste contact zijn tussen aanvrager en gemeente om een aanvraagprocedure te kunnen opstarten. 2. Vraagverheldering Dit is een zeer cruciale fase in het contact tussen burger die ondersteuning vraagt en de gemeente. Volgens de beleidsuitgangspunten zou de Wmoconsulent in deze fase “de vraag achter de vraag” moeten achterhalen en ook een eerste inschatting moet maken van wat de cliënt (en zijn systeem) nog zelf kan, -1Wmo-raad
Postbus 15
2700 AA Zoetermeer
telefoon 079- 346 8561
[email protected]
welke eigen kracht nog kan worden ontwikkeld en waar echt de grens bereikt is/wordt. Wij hebben begrepen dat u overweegt om de consulenten ( en mogelijk andere professionals) daarbij gebruik te laten maken van een vaste methodiek. (zelfredzaamheidmatrix of domeincheck of een ander instrument). Wij hebben nog geen duidelijk beeld van hoe dat aan de keukentafel moet gaan lopen bij de verschillende doelgroepen van de Wmo. Wij pleiten er voor dat de cliënt en zijn mantelzorger serieus worden genomen in hun opvattingen en zienswijze. De zienswijze dat er een “vraag achter de vraag” is, kan ook betuttelend uitwerken (”wij weten ’t beter”). Wij adviseren u de cliënt uitleg te geven over de toepassing van het instrument en ter plekke te informeren over de uitkomsten waartoe de consulent in dat gesprek komt. Wij adviseren u ook de vraagverheldering deel uit te laten maken van de aanvraagprocedure in de Wmo-verordening en dit begrip helder te definiëren. Wij adviseren u in de procedure op te nemen dat het verslag van dit gesprek (lijst van afspraken bv.) ook wordt ondertekend door de cliënt (of zijn vertegenwoordiger) en de mantelzorger. 3. Maatwerk Het enkelvoudig toepassen van criteria, normen, standaardoplossingen en ook afgegeven indicaties om een voorziening te krijgen, lijkt voorbij De uitkomst ( de compensatie als resultaat) wordt voorshands ongewisser maar biedt ook meer kansen om ondersteuning naar eigen inzicht te regelen. De professionele deskundigheid en beslisruimte van de consulent enerzijds en de vaardigheid van de cliënt anderzijds zullen in hoge mate bepalen hoe maatwerk als beleidsuitgangspunt zal uitpakken. Maatwerk heeft nadrukkelijk ook een schaduwzijde of valkuil. Burgers gaan onderling verschillen tegenkomen die mogelijk niet begrepen worden. Ieder mens is verschillend, is dan de redenering. Situaties kunnen echter overeenkomstig zijn. Het is niet uitgesloten dat handige, mondige en vooral assertieve burger er meer aan maatwerk zullen “uitslepen” dan een burger die minder mondig is en de weg niet weet. Verschillen kunnen burgers als onrechtvaardig gaan zien. Dat kan langzamerhand nadelige gevolgen hebben voor het maatschappelijk draagvlak van het beleid. -2Wmo-raad
Postbus 15
2700 AA Zoetermeer
telefoon 079- 346 8561
[email protected]
Wij adviseren u de communicatie daarover overtuigend in te richten. De vraag is of de samenleving zich laat overtuigen door de stelling dat elk mens verschillend is. Voorts adviseren wij u voor burgers die daar behoefte aan hebben onafhankelijke en deskundige cliëntondersteuning vanuit een (betrokken) organisatie beschikbaar te hebben. Deze cliëntondersteuning dient er o.i. voor mensen uit alle doelgroepen te zijn. Hoe het niet moet! Wij vernamen een voorbeeld van hoe het niet moet. Gezin (moeder met MS) heeft huishoudelijke hulp. Thuiswonend, studerend kind wordt 18 jaar en zonder enig onderzoek wordt de huishoudelijke hulp beëindigd. Het kind wordt geacht de huishoudelijke taken waar te nemen. Dit is in onze ogen geen maatwerk, maar het simpelweg toepassen van een criterium. Omdat nader onderzoek tijdrovender is dan een gestandaardiseerde maatregel (efficiency), achten wij de kans aanwezig dat maatwerk in de praktijk toch (ook) gaat uitmonden in gestandaardiseerde beslissingen of toepassingen. Dat baart ons zorgen. Wij hebben dan het beleid in mooie, aansprekende woorden omschreven maar in de praktijk wordt de kanteling een moeizaam proces alleen omdat het tijdrovender is. 4. Eigen kracht Met de beleidsambtenaren hebben wij uitgebreid gesproken over de vraag hoe nu de eigen kracht of het ontwikkelen daarvan in de verordening terecht is gekomen. Zijdens de gemeente is gesteld dat de verordening (alleen) ziet op individuele voorzieningen. Daaraan voorafgaand ligt een heel terrein van eigen kracht van de burger, eigen netwerk, informele zorg en ondersteuning, algemene welzijnsvoorzieningen, buurt/wijk, etc., etc. Kortom het algemene Wmo- en aanverwante beleid van de gemeente. Wij vinden het teleurstellend dat een zo essentieel onderdeel en prestatie(veld) van het nieuwe Wmo-beleid niet in de Wmo-Verordening is opgenomen. Het ontwikkelen of versterken van eigen kracht zou heel goed kunnen worden opgenomen als een te bereiken resultaat in de Wmo (hoofdstuk 2, artikel 2 verordening). De beoordeling van de gemeente dat geen individuele voorziening nodig is omdat de cliënt het zelf kan (regelen) wordt niet toetsbaar anders dan door een aanvraag in te dienen die uitmondt in een negatieve beschikking. Langs deze indirecte weg kan een cliënt dan een beroep doen op rechtsbeschermende stappen als bezwaar en beroep. Immers, ook het arrangement op grond waarvan -3Wmo-raad
Postbus 15
2700 AA Zoetermeer
telefoon 079- 346 8561
[email protected]
de gemeente vindt dat er geen individuele voorziening nodig is, valt onder de werking van de compensatieplicht van de Wmo (en niet alleen de individuele voorziening). Wij adviseren u het ontwikkelen van eigen kracht als te leveren prestatie in de verordening op te nemen. 5. Te bereiken resultaten Wij stellen vast dat de te bereiken resultaten in artikel 2 van de verordening niet één-op-één aansluiten bij artikel 4 lid van de Wmo. Zo spreekt de wet over medemensen ontmoeten en sociale verbanden aangaan. In de verordening staat daarentegen de mogelijkheid om contacten te hebben met medemensen en deel te nemen aan maatschappelijke activiteiten. Ons is verzekerd dat ‘ontmoeten’ zeer zeker onder het te bereiken resultaat valt. Wij adviseren u in deze de omschrijving van de wet zelf aan te houden dan wel daar naar te verwijzen. 6. Bemiddelende rol gemeente Wij vinden het positief dat de gemeente voor zichzelf als taak ziet te bemiddelen bij de totstandkoming van compensatiearrangementen waarbij cliënt zelf en zijn eigen netwerk, vrijwilligers, algemene voorzieningen, e.d. met elkaar een compenserende ondersteuning hebben afgesproken. Daarbij ziet u de activiteit bemiddeling als compenserende maatregel. Ons lijkt het resultaat van uw bemiddeling tot een (te toetsen) compensatie te leiden en niet de bemiddelende activiteit zelf. Wij adviseren u ook uit te werken wat onder deze bemiddeling wordt verstaan. Wat kunnen burgers van de gemeente verwachten als eigen arrangementen voorliggend zijn op een individuele Wmo-voorziening? Is bemiddeling een koude verwijzing of een ”warme” overdracht aan een organisatie waarmee de gemeente afspraken heeft gemaakt? Doet de gemeente meer? Voorts adviseren wij u de bemiddeling op te nemen in de verordening. Zeker als u de bemiddeling zelf als compenserende maatregel wilt definiëren. 7. Volgen van de klant Als een aanvraag uitmondt in een arrangement zonder individuele Wmovoorziening, dan is het contact met de consulent c.q. de gemeente als het ware afgesloten. De aanvrager regelt de compensatie zelf met zijn eigen netwerk op basis van de afspraken die zijn gemaakt in bijv. het vraagverhelderingsgesprek. -4Wmo-raad
Postbus 15
2700 AA Zoetermeer
telefoon 079- 346 8561
[email protected]
Wij adviseren u een werkwijze te introduceren waarbij de consulent nazorg levert om te volgen en te horen of het eigen arrangement ook in de praktijk werkt (d.w.z. compenseert) en standhoudt. Ook met de beste bedoelingen kunnen afspraken in het eigen netwerk snel veranderen bijv. omdat omstandigheden wijzigen of omdat hetgeen men voor ogen had toch moeilijker is te realiseren dan gedacht. Daarnaast is het belangrijk om het arrangement te evalueren omdat de kans aanwezig is dat een teleurgestelde cliënt zich niet meer tot de gemeente wendt en op eigen houtje gaat “redderen”. Is er wel een individuele voorziening dan is nazorg geboden bv. om te controleren of de leverancier de afspraken is nagekomen. 8. Mantelzorg De mantelzorger is geen zelfstandig subject in de aanvraagprocedure maar altijd een afgeleide van de aanvragende cliënt. Wij pleiten er voor de mantelzorger altijd zelf in het vraagverhelderingsgeprek te bevragen over de rol die wordt vervuld en over wat er naar het oordeel van de gemeente of mantelzorger (extra) nodig is. In bijzondere omstandigheden kan het zelfs aanbeveling verdienen om de mantelzorger apart te spreken. De checklist bij Bijlagen 8 in de Beleidsregels kan daarbij behulpzaam zijn. Wij hebben begrepen dat dit een instrument is met behulp waarvan de consulent zelf tot een beoordeling van de mantelzorger komt. Wij adviseren u de checklist met de beoordeling ter beschikking te stellen aan de betrokken mantelzorger. In de stukken wordt op meerdere plekken gesproken over dreigende overbelasting van de mantelzorger. Wij adviseren u te spreken over de mate van belastbaarheid van de mantelzorger. Dat is een positievere insteek en maakt het ook mogelijk voor mantelzorger aan te geven dat (meer) ondersteuningstaken nu of in de nabije toekomst te veel worden. 9. PGB In het kader van het Wmo-uitgangspunt om maatwerk te betrachten, ondersteunen wij uw keuze om het PGB ook op te nemen in de nieuwe verordening. De praktijk zal moeten leren in hoeverre uitsluitende bepalingen ten aanzien van het verstrekken van een PGB niet averechts zullen werken en maatwerk in de -5Wmo-raad
Postbus 15
2700 AA Zoetermeer
telefoon 079- 346 8561
[email protected]
weg zullen staan. In de Wmo-raad is gediscussieerd over de wenselijkheid om bij grote bedragen een verantwoording per kwartaal te vragen. Wij hebben inmiddels begrepen dat u recent besloten heeft om eenmaal per jaar een verantwoording te vragen. Wij adviseren u dit in de loop van de tijd te evalueren, bijvoorbeeld op het moment dat deze nieuwe verordening opnieuw gewijzigd moet worden als gevolg van de decentralisatie van de AWBZ-begeleiding en ondersteuning. 10. Stapeling van eigen bijdragen en eigen aandeel in kosten Bij individuele voorzieningen is er een inkomensafhankelijke bovengrens aan de eigen bijdragen die het CAK bewaakt. Eigen aandelen in kosten, eventuele kosten van algemene voorzieningen, e.d. komen ten laste van de cliënt maar komen niet in beeld bij het CAK. Dat betekent dat de cliënt naast hogere en langduriger eigen bijdragen met nog meer kosten kan worden geconfronteerd voor de benodigde compensatie of hulp. Deze vallen dan buiten het gezichtsveld van de methodiek die de stapeling van eigen bijdragen monitort. Hoe gaat de gemeente in de gaten houden dat mensen met hun besteedbaar inkomen niet door het minimumniveau zakken? In Besluit MO (hfst 8) staat dat het eigen aandeel wordt berekend, opgelegd en geïnd door CAK. Is dit juist? Het CAK int eigen bijdragen maar niet eigen aandelen in kosten (bv. regiotaxi). 11. Communicatie Wij hebben begrepen dat vóór de inwerkingtreding van de verordening een intensieve en gevarieerde voorlichtingscampagne zal worden gehouden om burgers, instellingen en professionals voor te bereiden op het nieuwe Wmobeleid. Vooral zullen de verwachtingen die de burgers van de gemeente mogen hebben waar het gaat om de Wmo, helder en regelmatig gecommuniceerd moeten worden. Wij geven u daarbij in overweging om bijvoorbeeld via de VNG of het rijk een landelijke, beeldbepalende publiciteitscampagne op touw te gaan zetten. Niet iedere gemeente hoeft dan steeds opnieuw het wiel te gaan uitvinden. Het verhaal van eigen kracht en eigen verantwoordelijkheid is immers in (bijna) elke gemeente aan de orde. Voorts raakt het iedere burger, ook degenen voor wie de Wmo vandaag niet aan de orde is maar morgen wel nodig kan zijn. Ook zouden steeds meer burgers besef moeten krijgen van de omstandigheid dat zij morgen gevraagd kunnen -6Wmo-raad
Postbus 15
2700 AA Zoetermeer
telefoon 079- 346 8561
[email protected]
worden (mantelzorg)taken op zich te nemen in verband met de ondersteuning van bijvoorbeeld ouders of naasten. Wij ondersteunen deze brede en intensieve aanpak van harte. Dat de burger op de hoogte is, is bij uitstek een voorwaarde om eigen kracht te kunnen ontplooien. Dit is eens te meer van belang als u in de beleidsregels stelt dat onbekendheid met wet- en regelgeving niet wordt beschouwd als een bijzondere omstandigheid op grond waarvan een aanvraag kan worden ingediend (blz. 11 Beleidsregels) Wij adviseren u daarbij in de communicatiecampagne ook extra aandacht te geven aan: • groepen burgers die analfabeet zijn of de Nederlandse taal niet (voldoende) beheersen • de werkers in de Zoetermeerse eerstelijn zoals huisartsen, verpleegkundigen, fysiotherapeuten • de groep blinden en slechtzienden 12. Diversen • Beleidsregels blz. 32: een brommobiel wordt in beginsel niet verstrekt. Als iemand al een brommobiel heeft en daaraan zouden door verandering van de individueel situatie aanpassingen nodig zijn om er gebruik van te kunnen, dan zou dit wel een (maatwerk)verstrekking kunnen zijn. Vergelijkbaar met een auto-aanpassing die volgens de beleidsregels wel mogelijk is. • De ineffectiviteit van het beleid om een andere , geschiktere (koop)woning te zoeken als een dure aanpassing van de eigen woning wordt afgewezen. In veruit de meeste gevallen is zo’n geschiktere woning er niet. • In het B&W-voorstel wordt verwezen naar documenten waarover de Wmoraad niet beschikt. Graag ontvangen wij nog de publieksversie van de beleidsregels.
0-0-0-0-0-0-0
-7Wmo-raad
Postbus 15
2700 AA Zoetermeer
telefoon 079- 346 8561
[email protected]