Dossier 313/FR
AD VIES VLAAMSE COMMISSIE VOOR RU IMTELIJK E ORD ENING Ontwerp gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan HGB NV. Bovin Kortenaken
A. Samenvatting van het dossier A .1 . S it ue ri n g Het voorliggend gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan, werd voorlopig vastgesteld door de Vlaamse regering op 21 maart 2008. Het betreffende plangebied situeert zich te Kortenaken langs de Tiensestraat. Aan de noord-westelijke zijde grenst het gebied aan de Tiensestraat. Aan de overzijde van deze straat ligt met het gewestplan vastgelegd deels agrarisch landschappelijk waardevol gebied, deels woongebied met landelijk karakter. Aan zuid-oostelijke en zuidwestelijke zijde van het plangebied ligt agrarisch gebied. Ten noord-oosten paalt het plangebied aan de Walsbeek waarachter agrarisch landschappelijk waardevol gebied ligt. A .2 . Ontw e rp Het betreffende plangebied bestaat uit een bedrijventerrein ten behoeve van het historisch gegroeid bedrijf de NV Bovin, dat betonproducten vervaardigt en natuursteenbewerking doet. Het ontwerp voorziet in een bestendiging en een beperkte uitbreiding van de bedrijfsactiviteiten op het voorgestelde site. Hierbij wordt het samenbrengen beoogd van op drie verschillende plaatsen gelegen bedrijfssites van dit bedrijf. Voor het plangebied wordt de ontwikkeling beoogd van een bedrijventerrein voor historisch gegroeid bedrijf. Er worden stedenbouwkundige voorschriften opgemaakt waarbij 1 bestemmingsgebied wordt onderscheiden: •
bedrijventerrein voor historisch gegroeid bedrijf (art. 1);
met twee overdrukken: •
gebied voor buffer (art. 1.3.)
•
gebied voor landschappelijke inpassing langsheen de Walsbeek (art. 1.4.).
1/7
Dossier 313/FR
Op 6 juli 2006 werd aan het kwestieuze bedrijf en voor de betreffende plaats, een gedeeltelijk positief planologisch attest verleend onder de volgende voorwaarden: 1. de bestendiging van de bedrijfsactiviteiten voor de bedrijfsvestiging aan de Tiensestraat is aanvaardbaar mits maatregelen getroffen worden inzake de waterhuishouding (waterafvoer –opvang en –buffering) in relatie met de dakoppervlakten en de verharde grondoppervlakten. 2. de ruimtelijke behoeften op korte termijn zijn ruimtelijk aanvaardbaar onder strikte voorwaarde van de relatie van een landschappelijke inpassing en waterhuishoudkundige buffering op de eigen site langs de Walsbeek, en in de zone op 6m en 7,5m van de noordelijke en noordwestelijke perceelsgrens. Dit betekent dat grote oppervlakten bestaande en geplande verharding dienen gebufferd te worden op het eigen terrein. 3. de ruimtelijke behoeften op lange termijn zijn gedeeltelijk ruimtelijk aanvaardbaar. Het deel van de ruimtelijke behoefte op lange termijn ten noorden van de Walsbeek zijn ruimtelijk niet aanvaardbaar. Er kan onderzocht worden of andere uitbreidingsmogelijkheden mogelijk zijn langs dezelfde zijde van de Tiensestraat mits vrijwaring van de gewenste open ruimte corridor, langs zuidelijke en zuidwestelijke zijde. Het deel van de ruimtelijke behoefte op lange termijn betreffende een hal met burelen op de bedrijvensite kan ruimtelijk aanvaard worden mits de landschappelijke inpassing van de hele site gegarandeerd is. 4. Voorafgaandelijk werd op 18 april 2006 door Vlacoro een gunstig advies verleend voor zowel de korte als de lange termijnbehoeften (dossier 240). A .3 . O ve ree nst e mmin g met het R u i mt e l i jk St ru ctu ur p la n V laan de re n In de bindende bepalingen van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen werd het betreffende site niet als stedelijk gebied afgebakend en ligt zij bijgevolg in buitengebied. Het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan voor bedrijventerrein voor historisch gegroeid bedrijf werd opgemaakt in overeenstemming met de ontwikkelingsperspectieven die hieromtrent in het RSV worden geformuleerd (RSV p.453 e.v.). A .4 . Ope nb aa r o nder z oe k Het ontwerp van gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan werd onderworpen aan een openbaar onderzoek gedurende 60 dagen van 25/04/08 tot 23/06/08. Conform het DRO art. 42 kunnen bezwaren worden bezorgd aan Vlacoro of aan de betrokken gemeente uiterlijk op de laatste dag van het openbaar onderzoek. De gemeente bezorgt de bij haar ingediende bezwaren aan Vlacoro binnen de drie werkdagen na het afsluiten van het openbaar onderzoek, in casu ten laatste op 26/06/08. Alle bezwaarschriften worden opgenomen in een databank1 zodat in het advies van Vlacoro ieder bezwaar kan worden geïdentificeerd. Bij het openbaar onderzoek werden in het totaal 3 bezwaarschriften ingediend door 3 bezwaarindieners. Bezwaarschriften die niet tijdig aan Vlacoro werden bezorgd, worden conform art. 42 §4 van het decreet van 18 mei 1999 houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening niet behandeld door Vlacoro. Hierbij werden geen laattijdige bezwaren ingediend Vlacoro dient over dit ontwerp van RUP advies uit te brengen binnen de 90 dagen na het afsluiten van het openbaar onderzoek. A .5 . A d vieze n Er werd 2 adviezen tijdig aan Vlacoro overgemaakt en eveneens opgenomen in de databank: 1
Uittreksel van de databank in bijlage.
2/7
Dossier 313/FR
−
advies van de gemeenteraad van Kortenaken (17/06/08);
−
advies van de provincieraad van Vlaams Brabant (18/06/2008).
B. Advies van Vlacoro B .1 . B espr ek i ng va n d e b ezw are n e n o pme rk i nge n De nummers tussen [ ] verwijzen naar de bezwaarschriften zoals zij opgenomen zijn in de databank. 1. [B1] Bezwaarindiener heeft opmerkingen en bedenkingen aangaande de overdruk art. 1.3. ‘gebied voor buffer’. Bezwaarindiener stelt dat het voor deze zone in aanmerking komende kadastraal perceel (298NO), in tegenstelling tot de beweringen op p 16 van de toelichtingnota (Bestaande juridische toestand), waarbij wordt gesuggereerd dat alle tot het plangebied behorende percelen eigendom zijn van het bedrijf de NV Bovin, dit kadastraal perceel geen eigendom is het van het hiervoor vermelde bedrijf. Bezwaarindiener stelt nog dat hij deze grond in pacht heeft en dat hij de daarop staande fruitbomen wilt behouden. Hoe dan ook stroken de kadastrale nummers op het verordenend plan niet met deze zoals deze opgenomen zijn in de hiervoor vermelde rubriek van de toelichtingnota. Het voorzien van een bufferzone heeft ook een waardevermindering van de grondprijs voor gevolg. Vlacoro vraagt de ontwerper te willen onderzoeken in hoeverre het door de bezwaarindiener aangehaalde perceel 298 NO, dat volgens het grafisch plan blijkbaar geheel of gedeeltelijk behoort tot het voorgestelde plangebied, al dan niet eigendom is van de aanvrager. De opgave van de juridische toestand betreffende de percelen in eigendom van de NV Bovin (toelichtingnota p. 16, Tabel 1) vermeldt het hiervoor vermelde kadastrale nummer niet. Het behoud van fruitbomen wordt in het RUP niet in vraag gesteld. Het wordt als ruimtelijk noodzakelijk geacht om in een goede landschappelijk inpassing te kunnen voorzien. Vlacoro is van mening dat omtrent de bestaande juridische toestand geen onduidelijkheid mag bestaan. In voorkomend geval dient de ontwerper de nodige aanpassingen in het dossier door te voeren. Ten aanzien van de mogelijke waardevermindering verwijst Vlacoro naar haar eerder ingenomen standpunt inzake analoge mogelijke waardeverminderingen en de daaraan gekoppelde regeling inzake planschade en billijke vergoedingen (dossiers 289 en 290 inzake afbakeningen van agrarische en natuurlijke structuur). Vlacoro stelt vast dat er op heden geen eenduidig vergoedingssysteem per sector bestaat. Vlacoro acht het daarom wenselijk dat een algemeen gecoördineerd vergoedingsbeleid wordt uitgewerkt, ten einde juridische procedures achteraf m.b.t. mogelijke schending van het grondwettelijk gewaarborgd gelijkheids- en non-discriminatiebeginsel te vermijden.
3/7
Dossier 313/FR
2. [B2]De NV Bovin is niet akkoord met de voorziene zone 10 langs de Walsbeek. In het bijzonder is de minimale breedte van deze zone niet haalbaar. Bezwaarindiener beroept zich op: - het eerder op 06-07-06 afgegeven planologisch attest; - de stedenbouwkundige vergunning nr. 2007/00071 (beschikkend gedeelte: cfr. Inplantingsplan) afgeleverd door het college van burgemeester en schepenen, waarin volgende wordt gesteld: “Langs de bedrijvenzijde wordt ruimte geboden voor de ondersteuning van de oeverbegroeiing via een aanplant van hoogstammen en heesters op een strook van ongeveer 5 m breedte”. Deze dimensionering strookt met het inplantingsplan waarvoor de vergunning werd verleend. - de buffers voor opvang van regenwater werden in de stedenbouwkundige vergunning voorzien op minder dan 10 m van de oever (cfr. Inplantingsplan). De bezwaarindiener vraagt om de bufferzone langs de Walsbeek te behouden op een breedte van 5 m van de oever. Vlacoro heeft geen inzage in de voorwaarden en bepalingen die zijn op gelegd met de stedenbouwkundige vergunning(-en) waarvan sprake. Evenmin heeft zij kennis van het(de) bij de stedenbouwkundige vergunning(-en) horende plan(-en). Vlacoro vraagt de ontwerper de vergunde toestand van het gevestigde bedrijf nader te willen onderzoeken en er rekening mee te houden. Vlacoro vraagt om in voorkomend geval eventuele aanpassingen aan het ontwerp in overweging te willen nemen. Desgevallend kan overwogen worden om een overgangsbepaling te voorzien voor zover bestaande vergunde gebouwen in de strook zitten. 3. Agentschap Natuur en Bos [B3] Na een uitgebreide omschrijving van het voorliggende ontwerp heeft ANB volgende opmerkingen: a. Voor ANB is het behoud van laagstamboomgaarden binnen de zone gebied voor buffer geen optie als landschappelijke buffer voor het bedrijf. In artikel 1.3 dient éénduidig de aanleg van een bufferbeplanting met inheemse struik- en boomsoorten voorgeschreven te worden. Uiterlijk in het plantseizoen dat volgt op het verlenen van de stedenbouwkundige vergunning moet de zone voor buffer aangelegd en beplant zijn. b. Gelet op de geplande herstructurering van het bedrijf dringt de opmaak van een globaal inrichtingsplan en beplantingsplan voor heel de site zich op. Beide plannen dienen bij de aanvraag tot stedenbouwkundige vergunning ter advies aan het Agentschap voor Natuur en Bos voorgelegd te worden. c. Gelet op het tweeledig doel van de bufferzone langs de Walsbeek, zowel de landschappelijke inpassing als het creëren van ruimte voor het herstel van de natuurlijke loop van de Walsbeek, stelt het ANB hier een strook van minimaal 15 m breedte voorop. Deze zone dient voorbehouden te worden voor de effectieve aanleg van een visuele groenbuffer met streekeigen struiken en bomen langs de Walsbeek. Maatregelen naar waterbeheer mogen geen afbreuk doen aan de continuïteit van de groenbuffer.
4/7
Dossier 313/FR
a. Vlacoro sluit zich aan bij de ontwerper die stelt (toelichtingsnota p 12) dat “het behoud van de bestaande laagstamboomgaarden in het omliggende agrarische gebied instaat voor een goede landschappelijke inpassing van de site Bovin”. Te meer deze bemerking verband houdt met het bezwaar [B1] (kader 1), is het volgens Vlacoro niet gewenst deze boomgaard, die deel uitmaakt van een groter omliggend geheel, te laten verdwijnen. b. Vlacoro kan deze bemerking bijtreden. Overwegende dat de stedenbouwkundige voorschriften stellen dat “het bedrijventerrein volledig mag worden verhard en bebouwd”, is Vlacoro van mening dat de opmaak van een globaal inrichtingsplan, voorafgaand aan stedenbouwkundige aanvragen, wenselijk is ten einde de vergunningverlenende overheid toe te laten een afdoende stedenbouwkundige toetsing te kunnen maken. c. Deze bemerking houdt verband met het bezwaar [B2] (kader 2). Vlacoro verwijst dan ook in eerste instantie naar haar standpunt onder kader 2. Vlacporo stelt verder vast dat de stedenbouwkundige voorschriften geen vaste breedte opgeven en dat het bewuste in overdruk weergegeven gebied voor landschappelijke inpassing langsheen de Walsbeek (art. 1.4.) enkel op het grafisch plan werd aangeduid met een breedte die varieert tussen de 10 en de 20 m. De toelichtingnota spreekt van “minimaal” 10 m breedte. Als dusdanig is Vlacoro van mening dat de ontwerper aan de essentie van deze bemerking reeds is tegemoet gekomen. Ook met het oog op het vinden van een ruimtelijk aanvaardbare modus vivendi tussen het waterbeheer van de Walsbeek en de aan te leggen landschappelijk verantwoorde inkleding met streekeigen groen is de opmaak van een inrichtingplan voorafgaande aan de stedenbouwkundige aanvragen wenselijk. B .2 . B espr ek i ng va n d e a d vieze n
4. Gemeenteraad van Kortenaken [A1] GUNSTIG + BEDENKINGEN De gemeente sluit zich aan bij het gunstig advies betreffende het ontwerp gewestelijk RUP HGB NV Bovin. Dit ontwerp van gewestelijk RUP, dat in navolging is van het gedeeltelijk positief planologisch attest is opgemaakt, biedt een oplossing aan het historisch gegroeide bedrijf de NV Bovin op korte termijn. Zij oordeelt dar het ontwerp een goede ruimtelijke en socio-economische oplossing biedt. De herlocalisatie van de twee andere sites van het bedrijf naar het betreffende terrein is volgens haar een positieve actie. Voor wat betreft de overwegingen op lange termijn nuanceert zij haar standpunt en koppelt zij deze voorliggende ruimtelijke ontwikkeling aan andere behoeften en noden op het niveau van de gemeente. Als motivatie daarvoor stelt zij volgende argumenten: - de aanwezigheid van de Velpevallei die werd geselecteerd als een natuurlijke structuur van bovenlokaal belang; - de selectie van de woonkern Kortenaken als hoofddorp; - het lokale containerpark is te klein en moet kunnen uitbreiden; - het tekort op gemeentelijk vlak van ambachtelijk bedrijvengebied; - door de eigenheid van de bestaande en vastgelegde ruimtelijke ordening is een locatie langsheen de Tiensestraat-Heerstraat, als zone voor een mogelijke inplanting voor een KMO met buffering, noodzakelijk; - een mogelijk lokaliseren van een ambachtelijke zone langs de Schansstraat is, om reden van een belastende verkeersleefbaarheid voor de dorpskern, niet te verantwoorden; - ten gevolge van de ontwikkeling van een ‘BPA zonevreemde bedrijven’ t.b.v. een beperkt aantal bedrijven blijft de vraag naar een bijkomende ambachtelijke zone heel prangend actueel; de inplanting van dergelijke ambachtelijke zone dient zowel open te blijven voor het hoofddorp Kortenaken als voor het woondorp Waanrode.
5/7
Dossier 313/FR
Besluit: De gemeente Kortenaken verleent een gunstig advies voor het ontwerp gewestelijk rup voor het HGB NV Bovin. Zij stelt dat dit ontwerp van RUP geen uitsluiting mag betekenen voor een mogelijke inplanting van een KMO-zone zowel in het hoofddorp Kortenaken langsheen de Tiensestraat-Heerstraat, waar ook een uitbreiding van het (te) kleine containerpark moet mogelijk blijven, als in het woondorp Waanrode. Vlacoro neemt akte van dit advies, maar stelt dat de bedenkingen aangaande het koppelen van het betreffende gewestelijk RUP aan een door het gemeentebestuur vooropgestelde gewenste ruimtelijke structuur voor Kortenaken hier niet aan de orde zijn of kunnen zijn. Vlacoro is van mening dat de gemeente hiervoor de geëigende planologische instrumenten (Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan, gemeentelijke Ruimtelijke Uitvoeringsplannen) dient aan te wenden of in voorkomend geval te ontwikkelen. 5. Provincieraad Vlaams-Brabant [A2] VOORWAARDELIJK GUNSTIG Overwegingen: Het provinciaal ruimtelijk structuurplan van Vlaams-Brabant (PRS Vl-Br) stelt dat regionale bedrijven bij voorkeur moeten ingeplant worden nabij stedelijke gebieden of economische knooppunten. Kortenaken is gelegen in het buitengebied alwaar het behoud van het landelijk karakter met de grote open-ruimte-gehelen en de nadrukkelijk aanwezige landbouw wordt voorgehouden. De keuze voor het groeperen van de activiteiten, die momenteel verspreid zijn over drie sites, op de voorgestelde locatie ondersteunt het provinciaal beleid inzake het weren van zwaar vervoer door de kernen. Het overbrengen van de activiteiten van de twee momentele bedrijfslocaties (Schoolstraat en Molenbergstraat) naar de site langs de Tiensestraat heeft een zeer gunstig effect op de ruimtelijke ontwikkeling van de dorpskern van Kortenaken. De zwaar vervoersstroom van en naar het bedrijf kadert in de door de provincie uitgewerkte mobiliteitsstudie in het bijzonder voor wat betreft het zwaar verkeer. De provincie is van mening dat de gemeente afspraken dient te maken met het bedrijf omtrent de te volgen route voor het vrachtverkeer. Volgens de provincie komt het ontwerp van RUP tegemoet aan de met het planologisch attest aanvaarde korte termijnbehoeften. Over de met het planologische attest open gelaten mogelijkheid inzake de lange termijnbehoeften is dit RUP niet duidelijk en blijft de ruimtelijke vraag hier onopgelost. De provincie is van mening dat aan de gemeente voldoende beleidsruimte moet gelaten worden om de lange termijnbehoeften verder te onderzoeken samen met het door haar te ontwikkelen lokaal bedrijventerrein. Volgens de provincie bieden de omliggende en te behouden laagstam boomgaarden, gekoppeld aan nog aan de te leggen bufferstrook een voldoende landschappelijke inpassing. Vanuit de provinciale dienst waterlopen wordt benadrukt dat er steeds een doorgang, zonder enige belemmering, moet zijn van 5 m langs de Walsbeek ten einde deze beek te kunnen onderhouden. Hoogstambomen dienen zich op minstens 6 m vanaf het beektalud te bevinden. De vereisten inzake het beheer van de Walsbeek dienen in acht genomen te worden. Besluit: Het betreffende gewestelijk RUP kan passen binnen de beleidsopties van het provinciaal structuurplan Vlaams-Brabant op voorwaarde dat voor de ruimtelijke behoefte op lange termijn een oplossing verder onderzocht wordt, of kan onderzocht worden op gemeentelijk niveau. Vlacoro neemt akte van dit advies, zij merkt op dat het hier een ruimtelijk uitvoeringsplan betreft waarbij een ruimtelijk kader wordt vastgelegd waarbinnen de ruimtelijke ontwikkelingen dienen te gebeuren. Hierin is geen sprake van ruimtelijke behoeften op termijn.
6/7
Dossier 313/FR
Het nemen van een planningsinitiatief op lokaal niveau voor de lange termijn perspectieven van dit bedrijf is, gelet op het subsidiariteitprincipe niet evident. Dit neemt niet weg dat de gemeente, als suggestie naar de hogere overheid, eventuele verdere ontwikkelingsmogelijkheden nader kan onderzoeken, in samenhang met de gemeentelijke opties inzake het lokaal bedrijventerrein en binnen de marges van het afgeleverde planologisch attest.
B .3 . E i gen o p me rk ing en V la co ro Geen bemerkingen.
B .4 . B es luit Vlacoro geeft gunstig advies over het ontwerp gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan “Historisch Gegroeid Bedrijf BOVIN NV”. te Kortenaken., mits −
rekening wordt gehouden met de gestelde opmerkingen en voorwaarden.
Verleend te Brussel op 30 september 2008
Lieve Reenaers, vaste secretaris
Filiep Loosveldt, voorzitter
7/7