GEMEENTE UTRECHT
RAADSVOORSTEL
98
166
18 mei 1998
Jaargang
19
Dienst/sector/afdeling
DSO
Kenmerk
DSO 98.00143/98.5913 BGS
Onderwerp
voorstel tot plaatsing 115 objecten/34 complexen op rijksmonumentenlijst.
Bijlage(n)
overzichtslijst panden (gedrukt bijgevoegd) en dossiers panden met ingediende bedenkingen (liggen in het vak voor de geheime stukken ter inzage).
Datum
Nummer
Classificatienummer
Voorstel
1.
2.
instemmen met het voorstel aan de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen om 115 objecten en 34 complexen, alle behorend tot de jongere bouwkunst, te plaatsen op de rijksmonumentenlijst en instemmen met het voorstel om de beslissing rond het pand Van Sijpesteijnkade nr. 25 aan te houden totdat meer duidelijkheid is omtrent de stedenbouwkundige invulling van dit gebied.
Samenvatting
In 1996 is gestart met de procedure om 116 objecten en 34 complexen voor te stellen bij de Minister voor plaatsing op de rijksmonumentenlijst. Tegen dit voorstel inzake ruim 200 objecten zijn slechts negentien bedenkingen ingediend, waarvan een vijftal tussentijds is ingetrokken. Na afweging van alle betrokken belangen en na diverse adviesronden in de commissie voor Welstand en Monumenten wordt op dit moment een doorslaggevende betekenis toegekend aan de monumentale belangen. In één geval (Van Sijpesteijnkade nr. 25) is de mening dat het pand voldoende monumentale waarden heeft om voorgesteld te worden voor plaatsing, maar dat er eerst meer duidelijkheid moet komen over de stedenbouwkundige invulling van dit gebied. Om die reden wordt nu voorgesteld in te stemmen met het aanhouden van de beslissing omtrent het pand Van Sijpesteijnkade nr. 25 en met het voordragen van 115 objecten en 34 complexen bij de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen voor plaatsing op de rijksmonumentenlijst. Na plaatsing heeft Utrecht circa 1.400 objecten op deze lijst staan.
Commissie(s)
ROW
Datum
12.05.1998
GEMEENTE UTRECHT
Vervolgblad behorende bij
Kenmerk
DSO 98.00143 98.00143/98.5913 BGS
Bladnummer
2
Datum
18 mei 1998
Jaargang 1998, nr. 166
INLEIDING Tot 1984 was er binnen de monumentenzorg een zeer grote aandacht voor de oudere bouwkunst, de periode vóór 1850. Onder invloed van de toenmalige minister Brinkman (Nota Monumentenzorg 1984) is deze aandacht vergroot tot de jongere bouwkunst, de periode 1850 - 1940. Deze aandacht voor de jongere bouwkunst was er al langer in Utrecht. Reeds in 1977 was de gemeentelijke Monumentencommissie begonnen met een inventarisatie van de jongere bouwkunst in Utrecht. In 1980 kregen zij de opdracht van ons college om een beoordeling te geven van deze inventarisatie in de vorm van een beschermingsvoorstel. Dit leidde in 1986 tot een voorstel aan de Minister om ruim 200 objecten te plaatsen op de rijksmonumentenlijst. Aangezien de Minister eerst de landelijke inventarisatie wilde afronden, werd het Utrechtse voorstel aangehouden. Nu wordt er wederom een geactualiseerd voorstel aan u voorgelegd om 115 objecten en 34 complexen voor de stellen bij de Minister voor plaatsing op de rijksmonumentenlijst. Inhoud voorstel/advies commissie voor Welstand en Monumenten Nadat ons college, daarin geadviseerd door de commissie voor Welstand en Monumenten, eind 1996 had besloten de procedure te starten voor 116 objecten en 34 complexen, zijn de eigenaren over ons voornemen geïnformeerd. Uiteindelijk hebben vijftien eigenaren bedenkingen ingediend tegen dit voornemen. Het betrof hier de volgende objecten: Kanaalstraat 198 (Antoniuskerk) Oudegracht 137 (HEMA) Neude 11 (Hoofdpostkantoor) Biltstraat 166 (Annie M.G. Schmidthuis) Herenstraat 43 (garage)
Biltstraat 62-68bis Lucasbolwerk 17 Janskerkhof 14 Lucasbolwerk 7/8/9 Wilhelminapark 65 Kanaalweg 91 c.a. (Cereol) Mariaplaats 28 (vm. Ziekenhuis) Oorsprongpark 4 Van Sijpesteijnkade 25 Oorsprongpark 8
In eerste instantie wordt naar de in de leeskamer neergelegde dossiers verwezen, waarin ook de redengevende omschrijvingen zijn opgenomen. Deze omschrijvingen geven een eerste verantwoording van het voornemen om deze panden bij de Minister voor te stellen. Hierna zijn in het kort de bedenkingen weergegeven, het advies van de commissie voor Welstand en Monumenten en onze eindafweging daarbij. Ook is nagegaan of bestemmingsplannen en/of stedenbouwkundige plannen zich zouden verzetten tegen een voorstel tot plaatsing. Afgezien van het pand Van Sijpesteijnkade nr. 25, waarover hieronder meer, is hier niet van gebleken. Tenslotte kan nog worden opgemerkt dat na plaatsing eigenaren een beroep kunnen doen op de aanwezige subsidiebudgetten bij restauratie van het casco en dat er, onder voorwaarden, een mogelijkheid is van fiscale aftrek van de onderhoudskosten. Kanaalstraat nr. 198 De eigenaar heeft aangegeven niet negatief te staan tegenover een plaatsing op de rijksmonumentenlijst. De thans in ontwikkeling zijnde plannen moeten echter niet hierdoor worden belemmerd. Naar onze mening is dit niet het geval. Momenteel worden gesprekken gevoerd met het kerkbestuur over restauratie van de kerk en de pastorie. Daarnaast staat de kerk op dit moment al op de gemeentelijke monumentenlijst zodat voorgenomen wijzigingen al aan een (monumenten)vergunning zijn gebonden. Ook de commissie voor Welstand en Monumenten heeft positief geadviseerd. Om die reden, en gelet op het feit dat het kerkbestuur er niet negatief tegenover staat, hebben wij het voorstel gehandhaafd. Oudegracht nr. 137 De eigenaar respecteert het voornemen tot plaatsing maar heeft, gelet op de bedrijfsvoering, verzocht om alleen delen van het exterieur onder de bescherming te laten vallen.
GEMEENTE UTRECHT
Vervolgblad behorende bij
Kenmerk
DSO 98.00143 98.00143/98.5913 BGS
Bladnummer
3
Datum
18 mei 1998
Jaargang 1998, nr. 166
Naar aanleiding hiervan is een nieuwe redengevende omschrijving opgesteld die uitgaat van bescherming van het gehele pand, maar waarbij wel een gradatie is aangebracht in de waarde van de diverse delen van het gebouw. De commissie voor W/M heeft positief geadviseerd naar aanleiding van deze nieuwe redengevende omschrijving. Aangezien er nog geen concrete plannen voor wijziging zijn ingediend en ook niet is aangetoond dat bescherming leidt tot een inbreuk op de bedrijfsvoering, is het voorstel gehandhaafd. Neude nr. 11 De eigenaar pleit voor een bescherming die zich beperkt tot het exterieur en de centrale hal. De eigenaar geeft daarbij aan in beginsel geen bezwaren tegen plaatsing te hebben indien hieraan wordt voldaan en aan een aantal andere voorwaarden waaronder de toezegging dat aanpassingen mogelijk moeten zijn en dat de bedrijfsvoering op geen enkele wijze mag worden belemmerd. Naar aanleiding hiervan is een nieuwe redengevende omschrijving opgesteld die een gradatie in waardering van het gebouw aangeeft. De commissie voor W/M heeft positief geadviseerd. Wij kunnen niet op voorhand toezeggingen doen betreffende in de toekomst gewenste wijzigingen. In het geval dat sprake is van een concreet plan zal in het kader van de belangenafweging een beslissing worden genomen. Nu wordt voorgesteld het pand, gelet op haar grote monumentale kwaliteiten, in het voorstel te handhaven. Biltstraat nr. 166 De eigenaar heeft meer pragmatische dan principiële bezwaren tegen de voorgenomen plaatsing. Er zijn al voorlopige verbouwingsplannen in de commissie voor W/M behandeld ten behoeve van de nieuwe functie voor het pand. De bezwaren richten zich op de mogelijkheid dat in de toekomst, bij de behandeling van een definitief plan, andere en/of zwaardere eisen zullen worden gesteld dan zonder plaatsing het geval zou zijn geweest. Een definitief oordeel over dit 'gevoel' van de eigenaar is pas te geven nadat een concrete aanvraag is ingediend. Daarbij dienen dan ook de adviezen van de commissie voor W/M en de Rijksdienst voor de Monumentenzorg betrokken te worden. Aangezien de commissie voor W/M positief heeft gereageerd op het plaatsingsvoorstel en de beschreven situatie zich pas in de toekomst zal voordoen, wordt op dit moment een doorslaggevend belang toegekend aan de monumentale belangen. Herenstraat nr. 43 De eigenaar is al langere tijd van plan het gebouw aan de Herenstraat uit te breiden. Het plan is de bestaande achterbebouwing, waaronder de garage, te slopen en te vervangen door nieuwbouw. Daarnaast ligt er een uitspraak van gedeputeerde staten uit 1984 waarin wordt bepaald dat de bestemming en de maximale bouwhoogte in nader overleg dienen te worden aangepast. Deze uitspraak was mede ingegeven door het feit dat de berging en de tuinmuur zijn aangegeven als indifferente bebouwing op de plankaart bij het toenmalige bestemmingsplan Nieuwegracht-Oost. Bescherming leidt in de ogen van de eigenaar tot een belemmering van de plannen om het bouwvolume te vergroten. Tijden en daarmee inzichten veranderen. Werd de garage in 1984 nog aangemerkt als indifferent, nu wordt dit gebouwtje voorgesteld voor bescherming als gaaf en zeldzaam voorbeeld van kleinschalige Jugendstil. Ter vergelijking: het hoofdpostkantoor aan het Neude werd indertijd ook aangemerkt als indifferent en nu is het één van de toppers op het gebied van de jongere bouwkunst. Daarnaast is er geen concreet plan ingediend voor de garage. Om die reden, gelet op de gaafheid en zeldzaamheid, de aanwezige subsidiemiddelen bij restauratie en het positief advies van de commissie voor W/M wordt voorgesteld het gebouw mee te nemen in het voorstel.
GEMEENTE UTRECHT
Vervolgblad behorende bij
Kenmerk
DSO 98.00143 98.00143/98.5913 BGS
Bladnummer
4
Datum
18 mei 1998
Jaargang 1998, nr. 166
Biltstraat nrs. 62 - 68bis De bezwaren van de Vereniging van Eigenaren van dit appartementencomplex richten zich op de in het verleden uitgevoerde verbouwingen, de financiële consequenties van plaatsing en de negatieve gevolgen van de aanwezige stalen kozijnen. Daarnaast wordt, gelet op de aangebrachte wijzigingen van de oorspronkelijke opzet, getwijfeld aan de keuze om het pand voor te stellen voor plaatsing. Vastgesteld is dat de in het verleden uitgevoerde verbouwingen niet tot een ernstige aantasting van de essentie van het gebouw hebben geleid. Aan de enkele plaatsing van een pand op de monumentenlijst zijn geen financiële consequenties verbonden. En tenslotte zijn er goede alternatieven om met behoud van de karakteristieke stalen kozijnen het wooncomfort te verbeteren. De commissie voor W/M heeft positief geadviseerd. Om die reden en gelet op het verder aangevoerde, wordt voorgesteld dit complex in het voorstel te handhaven. Janskerkhof nr. 14 De eigenaar heeft op zich niet zoveel problemen met bescherming van het exterieur, maar wil wel meer duidelijkheid omtrent de omvang van de bescherming van het interieur. Naar aanleiding van deze opmerking is de redengevende omschrijving nog meer aangescherpt, waarbij het, gelet op de aanwezige monumentale waarde, wel zo is dat het gehele pand onder de bescherming blijft vallen. De commissie W/M heeft positief geadviseerd. De eigenaar erkent wel de monumentale kwaliteiten van het pand maar ziet de meerwaarde voor hem niet, omdat het pand in een goede staat verkeert. Het pand voldoet aan de criteria voor het verkrijgen van de status van rijksmonument. Naast steun in de vorm van subsidie zijn er ook fiscale mogelijkheden voor de eigenaar van een rijksmonument. Door de aanscherping van de redengevende omschrijving voor wat betreft het interieur menen wij voldoende tegemoet gekomen te zijn aan de wensen van de eigenaar. Aangezien er ook geen concrete plannen zijn ingediend, kennen wij een zwaarder belang aan de monumentale waarden toe. Wilhelminapark nr. 65 De eigenaar vreest voor belemmeringen in de uitoefening van zijn bedrijf en daarmee gepaard gaande financiële consequenties. Er wordt gedacht aan het realiseren van een aanbouw en aanpassing van de keuken. De commissie voor W/M heeft positief gereageerd. Slechts op het moment van indiening van een concrete aanvraag om vergunning kan een beoordeling worden gegeven over de haalbaarheid. Op dit moment is deze situatie nog niet aanwezig, zodat er geen onderbouwing kan worden gegeven aan de vrees van de eigenaar. Wel zal uiteraard bij een in de toekomst in te dienen monumentenaanvraag een belangenafweging plaatsvinden tussen de monumentale en economische belangen. Op dit moment wordt echter een doorslaggevende betekenis toegekend aan de monumentale belangen. Mariaplaats nr. 28 De eigenaar geeft aan dat er wordt gedacht aan sloop/nieuwbouw op deze plaats danwel een forse verbouwing, met name gericht op de gangenstructuur en de kapel. Een plaatsing op de rijksmonumentenlijst weerhoudt zich daar niet mee. De commissie voor W/M heeft positief geadviseerd. De eigenaar heeft in de gehouden hoorzitting aangegeven dat een aantal studies is verricht naar de mogelijkheden van sloop/nieuwbouw en verbouw, maar dit heeft nog niet geleid tot concrete plannen. Om die reden en gelet op de hoge monumentale waarden van het pand (belangrijk voorbeeld neogotiek en zeer bepalend voor het stadsbeeld ter plaatse) wordt voortzetting van de beschermingsprocedure voorgesteld.
GEMEENTE UTRECHT
Vervolgblad behorende bij
Kenmerk
DSO 98.00143 98.00143/98.5913 BGS
Bladnummer
5
Datum
18 mei 1998
Jaargang 1998, nr. 166
Van Sijpesteijnkade nr. 25 De eigenaar geeft in eerste instantie aan dat er sprake is van een mengvorm van bouwstijlen en een weinig geslaagde poging om de neorenaissancestijl te bereiken. Daarnaast is een stedenbouwkundig plan ingediend door onder andere de eigenaar, dat uitgaat van volledige sloop van het gebiedje. Om die reden wordt plaatsing niet opportuun geacht. De commissie W/M heeft in twee vergaderingen aandacht besteed aan dit pand. De commissie acht de monumentale waarden van het pand van dien aard dat dit plaatsing rechtvaardigt. Aangezien er echter een stedenbouwkundig plan is ingediend en er vrijheden zijn om in het kader van de uitwerking van dit plandeel alsnog tot sloop over te gaan, adviseert de commissie de beslissing aan te houden tot het moment dat er meer duidelijkheid is over dit gebied. Om die reden stellen wij u voor de beslissing omtrent dit pand aan te houden tot het moment dat meer duidelijkheid is verkregen over de uitwerking van dit plandeel. Lucasbolwerk nr. 17 Belangrijkste bezwaar van de eigenaar ligt in de veronderstelde belemmering van de vrijheid van handelen met het pand na plaatsing. Daarnaast worden ook geen voordelen (fiscaal/subsidie) gezien. Door de eigenaar is zijn veronderstelling niet nader onderbouwd. Toekomstige wijzigingen worden zeker niet door ons uitgesloten, maar deze zijn gebonden aan een monumentenvergunning. Indien bij het pand sprake zou zijn van restauratie zijn er wel degelijk (subsidie)voordelen verbonden aan de plaatsing. De commissie voor W/M heeft positief geadviseerd. Om die reden en gelet op het verder aangevoerde, wordt voorgesteld dit pand in het voorstel te handhaven. Lucasbolwerk nrs. 7/8/9 De problemen van de eigenaar richten zich met name op de bescherming van het interieur. Hierin zit naar de mening van de eigenaar een aantal onjuistheden. Daarnaast dient een goede belangenafweging plaats te vinden. Naar aanleiding van een bezoek ter plaatse is de redengevende omschrijving aangepast voor wat betreft het interieur. Overigens valt het gehele pand altijd onder de bescherming van de Monumentenwet. Op het moment dat een concreet plan wordt ingediend door de eigenaar zal er uiteraard een zorgvuldige belangenafweging plaatsvinden. Op dit moment wordt vanwege de monumentale kwaliteiten en de afwezigheid van concrete plannen voorgesteld de panden mee te nemen in het voorstel aan de Minister. Kanaalweg nr. 91 c.a. De eigenaar spreekt van een interne gemeentelijke tegenstelling. Enerzijds het willen sluiten/verplaatsen van het bedrijf, danwel het opleggen van zware milieueisen en anderzijds bescherming van het complex via plaatsing op de rijksmonumentenlijst. De uitvoering van deze milieueisen zal leiden tot aantasting van de monumentale waarden en tot mogelijke sloop van één of meer dienstwoningen. Daarnaast zal bescherming leiden tot een beperking van de bedrijfsvoering. Zowel naar onze mening als de mening van de commissie voor W/M moet de essentie van de gebouwen bewaard blijven, mede gezien het feit dat Utrecht nauwelijks industriële monumenten heeft. Wel moeten in de toekomst wijzigingen mogelijk blijven, maar dit wordt door plaatsing ook niet uitgesloten, maar verbonden aan een monumentenvergunning. Wel is, op verzoek van de eigenaar, de redengevende omschrijving verder toegespitst op de omvang van de bescherming van de bijgebouwen van het complex. Om die reden, gelet op de hoge monumentale kwaliteiten van het complex en gelet op het positieve advies van de commissie voor W/M wordt dit industriële complex meegenomen in het voorstel.
GEMEENTE UTRECHT
Vervolgblad behorende bij
Kenmerk
DSO 98.00143 98.00143/98.5913 BGS
Bladnummer
6
Datum
18 mei 1998
Jaargang 1998, nr. 166
Oorsprongpark nr. 4 De eigenaar geeft aan geen bezwaren te hebben tegen de bescherming van het exterieur, maar wel van het interieur. Er is geen gemeentelijke motivatie waarom ook het interieur wordt beschermd. Daarnaast bestaat zijns inziens het bezwaar dat bescherming inhoudt dat er geen wijzigingen mogen worden uitgevoerd in de toekomst. Uitgangspunt voor bescherming is het gehele pand. Een redengevende omschrijving wordt niet geacht uitputtend te zijn, maar een zodanige aanduiding van het pand dat voor een ieder duidelijk is wat onder de bescherming valt. Naar onze mening blijkt uit de redengevende omschrijving duidelijk dat ook hier het gehele pand onder de bescherming valt. Het is overigens niet uitgesloten dat toekomstige wijzigingen wel mogen worden uitgevoerd. Op basis van een concreet plan zal een belangenafweging plaatsvinden. De eigenaar heeft, hoewel daartoe uitgenodigd, geen (mondelinge) toelichting gegeven tijdens de hoorzitting of bij de behandeling van het voorstel in de commissie voor W/M. Om de hierboven weergegeven redenen wordt voorgesteld het pand mee te nemen in het voorstel. Oorsprongpark nr. 8 De eigenaar heeft het verzoek gedaan, gelet op de bedrijfsvoering, om alleen het exterieur, de hal en het trappenhuis te beschermen. Reden voor dit verzoek is, dat er een aantal jaren geleden een grote interne verbouwing heeft plaatsgevonden. Uitgangspunt van de plaatsing is de bescherming van het gehele pand, omdat alleen onroerende zelfstandige zaken kunnen worden beschermd op grond van de Monumentenwet 1988. Op het moment dat een concreet wijzigingsplan wordt ingediend, zal een belangenafweging plaatsvinden. Op dat moment wordt ook bekeken hoe de voorgenomen wijziging zich verhoudt tot het beschermde pand. Daarbij is het mogelijk dat de bescherming zich met name richt op zaken zoals door de eigenaar beschreven. De eigenaar heeft, hoewel daartoe uitgenodigd, geen (mondelinge) toelichting gegeven tijdens de hoorzitting of bij de behandeling van het voorstel in de commissie voor W/M. Reden waarom, mede gelet op het positieve advies van de commissie voor W/M, wordt vastgehouden aan een bescherming van het gehele pand. Verdere procedure Na instemming door de gemeenteraad zal het voorstel worden ingediend bij de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen. Op grond van de Monumentenwet 1988 dient de Minister binnen tien maanden na ontvangst van het gemeentelijk verzoek te beslissen omtrent de aanwijzing tot beschermd rijksmonument. De eigenaren worden over de uitkomst van deze beslissing geïnformeerd door de Rijksdienst voor de Monumentenzorg. Gevolgen eigenaren Na de aanwijzing van de objecten tot beschermd rijksmonument, treedt een aantal gevolgen voor de eigenaar op. Allereerst dient hij bij een voorgenomen wijziging aan het pand te beschikken over een monumentenvergunning. Aangezien deze procedure vaak parallel loopt met een procedure voor een bouwvergunning, is hier nauwelijks tijdverlies mee gemoeid. Als positieve gevolgen zijn te noemen de mogelijkheid om bij restauratie een subsidie te verkrijgen en de dan aanwezige mogelijkheid van fiscale aftrek van de instandhoudingskosten. Overigens hebben wij in 1997 voor de eigenaren een informatieavond georganiseerd, waarbij deze gevolgen uitgebreid aan de orde zijn gekomen.
GEMEENTE UTRECHT
Vervolgblad behorende bij
Kenmerk
DSO 98.00143 98.00143/98.5913 BGS
Bladnummer
7
Datum
18 mei 1998
Jaargang 1998, nr. 166
Het jaar 1998 is door de Rijksdienst voor de Monumentenzorg uitgeroepen tot 'Jaar van het Monumentaal Onderhoud'. Dit themajaar houdt tevens verband met het 25-jarig bestaan van de Monumentenwacht. In de Nota van Aanbieding bij de begroting 1998 is aangegeven dat de mogelijkheden worden onderzocht om hier een gemeentelijk accent aan te geven. In dat kader krijgen alle eigenaren van de thans voorgestelde panden de publicatie 'Monumenten Onderhouden', een gids over preventief monumentenonderhoud, aangeboden. Deze gids zal eind juni 1998 verschijnen. Wij stellen u voor de beslissing omtrent het, in principe beschermingswaardige, pand Van Sijpesteijnkade nr. 25 aan te houden totdat meer bekend is over de definitieve invulling van dit plandeel van het Utrecht Centrum Project. Daarnaast stellen wij u voor, mede gelet op het positieve advies van de commissie voor Welstand en Monumenten en na afweging van de ingediende bedenkingen, 115 objecten en 34 complexen bij de minister van OC&W voor te dragen voor plaatsing op de rijksmonumentenlijst en daartoe het besluit te nemen dat in ontwerp is bijgevoegd.
Burgemeester en wethouders van Utrecht, De secretaris, De burgemeester, drs A. Vermeulen
mr I.W. Opstelten
GEMEENTE UTRECHT
RAADSBESLUIT
Voorstel b. en w. d.d.
18 mei 1998
98
Nummer
166
Jaargang
19
Publicatiedatum
Kenmerk
DSO 98.00143/98.5913 BGS
Datum in werking treding verordening
Dienst/sector/afdeling
DSO / Monumenten / ROO
Onderwerp
voorstel tot plaatsing 115 objecten/34 complexen op rijksmonumentenlijst.
Bijlage(n)
overzichtslijst voorgestelde objecten en complexen (gedrukt bijgevoegd)
De raad der gemeente Utrecht gelet op het voorstel van b. en w. d.d. 18 mei 1998
Besluit
1.
2.
de beslissing omtrent het voorstellen van het pand Van Sijpesteijnkade nr. 25 voor plaatsing op de rijksmonumentenlijst aan te houden totdat meer duidelijkheid is omtrent de stedenbouwkundige invulling van dit plandeel van het Utrecht Centrum Project en de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen voorstellen 115 objecten en 34 complexen, zoals aangegeven op de bijgevoegde overzichtslijst, aan te wijzen als beschermd rijksmonument.
Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad, gehouden op
De secretaris,
De burgemeester,
BIJLAGE BEHOREND BIJ JAARGANG 1998, NR. 166
Overzichtslijst voorgestelde rijksmonumenten In het hieronder weergegeven overzicht zijn per categorie aangegeven: a. het adres; b. omschrijving van het gebouw c.q. de oorspronkelijke functie; c. de architect (voorzover bekend). Overheidsgebouwen Ganzenmarkt 3, 5 Hamburgerstraat 30 Leidseweg 90 Neude 11 Tolsteegbrug 1 Wolvenburg Metselaar
-
Stadhuis Kantongerecht Rijksmunt Hoofdpostkantoor PTT Politiepost/brug Gevangenis
C.A. Boll van Buuren W. Metselaar C.H. Peters J. Crouwel J.P. Planjer G. Warnsinck/W.
Kerken Kanaalstraat 198 Willemsplantsoen 2 Willemsplantsoen 3
-
rk Antonius van Padua St. Gertrudis pastorie St. Gertrudis
J. Stuyt E.G. Wentinck E.G. Wentinck
Militaire Gebouwen Biltsestraatweg 78 Biltsestraatweg 108 Gageldijk Koningsweg/Houtensepad Vechtdijk Weg tot de Wetenschap
-
woonhuis verboden kringen woonhuis verboden kringen fort De Gagel Lunetten I, II, III en IV fort De Klop brug met de 12 gaten/Kromhoutkazerne, Pr. Hendriklaan
Begraafplaatsen Gansstraat 165 Koningsweg ongenummerd Prinsesselaan 2 Zandpad 2-3
-
1e Algemene Begraafplaats 2e Algemene Begraafplaats rk Begraafplaats St. Barbara Joodse Begraafplaat
J.D. Zocher W.G. Nieuwenhuis A. Tepe A. Nijland
Gebouwen voor de gezondheidszorg F.C. Dondersstraat 65 - Ooglijdersgasthuis Jutfaseweg 7 - voorm. ziekenhuis Amaliastichting Maliesingel 77 - St. Hieronymus Mariaplaats 28 - Johannes de Deo
A. Tepe Van Kesteren
Kantoorgebouwen Choorstraat 2 Choorstraat 14 Drift 2/Nobelstraat Nobelstraat 4 Van Sijpesteijnkade 25*)
P.J. Houtzagers J.F. Staal/A.J. Kropholler J. van Straaten J. Baanders/Heusinkveld L. Verbeek/Van der Sande
-
Levensverz. Mij. Kosmos dependance “De Utrecht” Levensverz. Mij. Piëtas Incassobank Kantoor
D. Kruyf
-2Sociëteiten Janskerkhof 14 Keistraat 24 Trans 19
-
Studentensociëteit PHRM Sociëteit De Vriendschap Sociëteit Sic Semper
Universiteitsgebouwen Bijlhouwerstraat 8 Catharijnesingel 59 Domplein 29 Minrebroederstraat 12-14 Vondellaan 6
-
Physisch laboratorium Laboratorium voor anorganische chemie Academiegebouw Pharmacologisch Instituut Pharmacologisch Instituut
Industrie/bedrijf en techniek Amsterdamsestraatweg 380 Burg. Reigerstraat ongen. Bem. Weerd 19/Gruttersdijk 24 Lauwerhof 29 Neckardreef Oudegracht 364 Kanaalweg 24 Everard Meysterlaan 3
-
Watertoren Brandspuithuisje Bedrijfspand met stalling Watertoren Watertoren Sigarenfabriek Ribbius Peletier Mobach Olie- en Lijnkoekenfabriek (Cereol)
A.H. Zinsmeister P.J. Houtzagers
F. Nieuwenhuis Van Lokhorst E.H.Gugel/F.J.Nieuwenhuis A.A. Kok
M.E. Kuiler
Weg- en waterbouwkundige werken Kanaalweg/Leidseweg e.o. - Sluizencomplex Merwedekanaal Jagerskade - Brugwachtershuisje Maliesingel - Herenbrug Maliesingel - Abstederbrug Spinozalaan - Spinozabrug Drift - Brug t.o. nr. 10 Nijenoord - Spoorwegviaduct
Van Ravesteyn
Scholen Brederoplein 30 Jutfaseweg 3 Kruisdwarsstraat 101 Laan van Chartroise 160 Laan van Puntenburg 2 Mecklenburglaan 3 Springweg 91
Maas en Zonneveldt E.G. Wentinck jr. C. Vermeys J.P. Planjer Mertens S. Loeb C. Vermeys
-
Winkels Biltstraat 469-473 Domstraat 5-13 Kromme Nieuwegracht 90 Lijnmarkt 20bisA Minrebroederstraat 3 Nachtegaalstraat 32/Kerkstraat 2 Oudegracht 137 Oudegracht 152 Oudegracht 161 Oudegracht 167 Oudegracht 203 Oudkerkhof 5 Oudkerkhof 20 -
Da Costaschool Vakschool voor typografie Rijks HBS Rietendakschool Industrie en Huishoudschool Koningin Wilhelminaschool Marnixschool
W.A. Maas
J. van der Lip C. Kramm/P.J. Houtzagers W.J. Vogelpoel P.H.N. Brit A. Nijland
-3Oudkerkhof 27 Steenweg 4 Steenweg 44 Steenweg 65 Voorstraat 6 Zadelstraat 19 Overige (m.u.v. wonen) Herenstraat, achter nr. 43 Maliesingel 74 Hogeweide 1 Hogeweide 6 Voetiusstraat 2-4 Vredenburg 3 Wilhelminapark 65 Wilhelminapark Hofjes Gansstraat 87-133 Wolter Heukelslaan 9-35 Oudwijkerveldstraat 14-58 Kerkstraat 41-73 Sterrenhof 1-12/Sterrenbos 8/9
-
Apotheek Apotheek Apotheek
-
Garage Boerderij/woning bij Hieronymushuis Boerderij Boerderij Openbare bibliotheek voorm. Café ‘Noord Brabant’ Theepaviljoen
-
Martinushofje Eleemosynae van Oudmunster Eleemosynae van Oudmunster Speyaert van Woerdenhofje Sterrenhof
Woonhuizen Begijnekade 1-18 Biltstraat 62-64 Biltstraat 95/Kruisstraat 301-313 Biltstraat 423 Catharijnekade 1-5/Vredenburg 40 F.C. Dondersstraat 5 F.C. Dondersstraat 24-26 Emmalaan 1-19 Emmalaan 21-41 Erasmuslaan 1-3 Frans Halsstraat 24-32 Wolter Heukelslaan 56 Koningslaan 49-52 Kromme Nieuwegracht 80 Lange Nieuwstraat 11 Lepelenburg 101 Lucas Bolwerk 7-8 Lucas Bolwerk 9-11 Lucas Bolwerk 17-18 Maliebaan 7 Maliebaan 10 Maliebaan 16 Maliebaan 42 Maliebaan 55 Maliebaan 70 Maliebaan 74 Maliebaan 76-78 Maliebaan 82
G. Rietveld J.M. Kuiler W.J. Vogelpoel R. Rijksen
Tepe G. van Weerden G. van Weerden J. Stuivinga R. Rijksen G. van der Gaast Copijn
A.G. Tollenaar
A.G. Tollenaar
Féberwe Nijland
Houtzagers R. Rijksen G. Rietveld W.A. Maas/Zonneveldt
Van Ravesteyn
Van Lunteren Van Lunteren
De Snooi J.W. Hanrath Ed. Cuypers Houtzagers Tepe
-4Maliesingel 12 Maliesingel 13-15 Maliesingel 18-20/Parkstraat 2 Maliesingel 21-23/Parkstraat 1 Maliestraat 1A Maliestraat 1-9 Mariahoek 3-4 Mariaplaats 49 Museumlaan 7 Nachtegaalstraat 31 Oorsprongpark 1-10 Oorsprongpark 12 Oudegracht 255 Oudegracht 354 Oudwijk 37 Oudwijkerlaan 47 Ramstraat 2-16/23-27 Rembrandtkade 51-66/ A. Neuhuysstraat Schoolstraat 2-10 Servaasbolwerk 10-14 M.H. Trompstraat 1 Mons. Van de Weteringstraat 124-130 Wittevrouwensingel 26-27
J.A. van Straaten A.C. Vink A.C. Vink
Houtzagers D. Semmelink invloed Ravesteyn A. Kool K.P.C. de Bazel Houtzagers Jan en Theo Stuivinga
*) Besluitvorming aangehouden in verband met onduidelijke stedenbouwkundige invulling