2j Ó &S. Afd. no Opbergen. Ingekomen: 1 i» JUN Nr. Routing

MET ACCENT OP TALENT

Ingekomen: 1 i» JUN 2011

2j Ó &S

College van Burgemeester en Wethouders Gemeente Alphen aan den Rijn t.a.v. de heer M. du Chatinier Postbus 13 2400 AA ALPHEN AAN DEN RIJN

Nr.

Afd. n o

Routing

Opbergen

.•nfr-'

Alphen aan den Rijn, 10 juni 2011 Kenmerk: Jo/egsa Betr.: jaarrekening 2010 Geacht College, Hierbij zend ik u de jaarrekening 2010, alsmede het besluit van de Raad van Toezicht van de Stichting Scala College in dezen, ter goedkeuring toe. Ik wijs u er op dat de wet op het voortgezet onderwijs per 1 augustus 2010 gewijzigd is. De verantwoordelijkheden van de gemeenteraad en van de Raad van Toezicht zijn daarin aangepast (zie onder meer artikel 42b lid 6 en lid 12 van de WVO). Dit maakt een statutenwijziging van de Stichting Scala College noodzakelijk. Wij hebben u daartoe een voorstel gedaan middels een brief met bijlage op 2 december 2010. Ondanks diverse telefonische verzoeken aan Maatschappelijke Ontwikkeling hebben wij tot dusverre geen reactie mogen ontvangen. De formele implementatie van de Wet zou uiterlijk 1 augustus 2011 moeten plaatsvinden. Ik wil u er bovendien op wijzen dat ik u op 29 oktober 2010 de begroting 2011 van het Scala College ter goedkeuring heb toegezonden. Tot dusverre heb ik daar nog geen reactie op mogen ontvangen. Ook dit heb ik enige malen telefonisch bij MO aan de orde gesteld. In de hoop spoedig een reactie van u te mogen ontvangen, teken ik, Metyriendelijke groet.

llege van Bestuur

bijlage

postbus 458 | 2400 AL Alphen aan den Rijn | tel. 0172 423737 j fax 0172 423742 | e-mall: [email protected] I www.scalacollege.nl

MET ACCENT OP TALENT

BESLUITVORMING Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs te Alphen aan den Rijn en omstreken

Besluit: Voorlopig vaststellen jaarrekening 2010

De jaarrekening 2010 met exploitatieresultaat € 192.782 is voorlopig vastgesteld in de vergadering van de Raad van Toezicht van 9 juni 2011.

Namens de Raad van Toezicht,

dhr. J. ten voorzitter

mr. J.G. van de Kolk, secretaris

postbus 458 I 2400 AL Alphen aan den Rijn | tel. 0172 423737 | fax 0172 423742 | e-mail: [email protected] | www.scalacollege.nl

Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs te Alphen aan den Rijn

RAPPORT INZAKE DE JAARREKENING 2010

Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs Postbus 458 2400 AL Alphen aan den Rijn E-mail [email protected] Website www.scalacollege.nl

Telefoon 0172-423737 Datum 09-05-2011

INHOUDSOPGAVE Pagina INLEIDING Aanbieding Bestuursverslag Financiële positie Resultaat Kengetallen

3 4 28 29 30

JAARREKENING Grondslagen Balans per 31 december 2010 Staat van Baten en Lasten over 2010 Kasstroomoverzicht 2010 Toelichting behorende tot de balans per 31 december 2010 Geoormerkte doelsubsidies OCW (model G) Niet uit de balans blijkende verplichtingen Overzicht verbonden partijen Toelichting op de staat van baten en lasten over 2010 Controleverklaring (Voorstel) bestemming van het exploitatieresultaat Gebeurtenissen na balansdatum

31 35 37 38 39 46 47 48 49 54 56 57

OVERIGE GEGEVENS

BIJLAGE(N) Gegevens over de Rechtspersoon Bezoldiging van bestuurders en toezichthouders Wet Openbaarmaking uit Publieke middelen gefinancierde Topinkomens

58 59 60

Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs t e Alphen aan den Rijn

A.

Inleiding

Aanbieding De Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs te Alphen aan den Rijn biedt u hierbij het "Rapport inzake het Jaarverslag" over de periode 1 januari 2010 tot en met 31 december 2010 aan. Het "Rapport inzake het Jaarverslag" bestaat uit een balans per 31 december 2010 en een Staat van Baten en Lasten over de periode 1 januari tot en met 31 december 2010, welke beide zijn voorzien van de benodigde specificaties en toelichtingen.

Per 1 augustus 2005 is de Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs Alphen aan den Rijn opgericht ter vervanging van de tot dan toe bestaande Gemeenschappelijke Regeling. De Stichting heeft alle bezittingen en schulden van de Gemeenschappelijke regeling overgenomen, hetgeen betekent dat de balans en exploitatierekening vanaf 1 augustus 2005 worden geacht te zijn voortgezet door de Stichting.

- 3-

Verslag Raad van Toezicht van het Scala College bij de jaarrekening 2010 De rechtspersoon van het Scala College is vanaf 1 augustus 2005 de Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs Alphen aan den Rijn (werknaam: Stichting Scala College). Sinds 1 augustus 2007 kent het Scala College een Raad van Toezicht-College van Bestuur model. Dit past in het kader van Good Governance en een heldere scheiding van bestuur en toezicht. De Raad van Toezicht van het Scala College was gedurende het boekjaar 2010 als volgt samengesteld: de heer J. den Ouden (voorzitter, afgetreden per 9 juni 2010), de heer J. ten Voorde (secretaris tot 9 juni 2010, sindsdien voorzitter), de heer J.H. 't Hart (penningmeester), mevrouw M. Chaudron (lid) en de heer J.G. van de Kolk (secretaris vanaf 9 juni 2010 en voordien lid). Per 27 september 2010 trad de heer P.B.P. Disseldorp aan als lid van de Raad. Het Scala College voldoet aan de Code Goed Bestuur. Verantwoordelijkheden, bevoegdheden en toezicht zijn helder geregeld en in de statuten vastgelegd. De wijziging van de Wet op het Voortgezet Onderwijs per 1 augustus 2010 maakt een wijziging van de statuten noodzakelijk. Een voorstel daartoe is in het najaar van 2010 naar het gemeentebestuur gezonden, maar tot besluitvorming is het in dat gremium nog niet gekomen. De wijzigingen behelzen met name een heldere scheiding tussen de toezichthoudende rol van de gemeenteraad op het openbaar onderwijs enerzijds en die van de Raad van Toezicht op het Scala College anderzijds. De wijzigingen houden onder meer in dat de Raad van Toezicht in het vervolg Jaarrekeningen en Begrotingen vaststelt zonder voorafgaande toestemming van de gemeenteraad, en dat de Raad van Toezicht wordt benoemd door de gemeenteraad op voordracht van de Oudergeleding van de medezeggenschapsraad en/of de Raad van Toezicht. De Raad van Toezicht heeft in 2010 vijf maal vergaderd. De strategische ontwikkelingen zoals hierboven vermeld in het bestuursverslag zijn in deze vergaderingen besproken. Op hoofdpunten heeft de Raad van Toezicht besluitvormend opgetreden. Daarnaast heeft de Raad van Toezicht het College van Bestuur gevraagd en ongevraagd advies gegeven. De begroting en de meerjarenramingen zijn door het bestuur opgesteld en door de Raad van Toezicht geaccordeerd. De jaarrekening 2010 zal door de twee daartoe aangewezen leden van de Raad van Toezicht worden besproken met het College van Bestuur. Ook het accountantsrapport zal door hen worden besproken. In het bijzonder heeft de Raad van Toezicht de ontwikkelingen op het gebied van de huisvesting en het optreden van het College van Bestuur in de besprekingen met de gemeente daarover gevolgd en daarbij geadviseerd. J. ten Voorde Voorzitter Raad van Toezicht Alphen aan den Rijn, 22-4-2011

Financieel Jaarverslag

4

Scala College

Bestuursverslag bij de jaarrekening 2 0 1 0 van het Scala College t e Alphen aan den Rijn 1 . Algemeen Missie en visie1 Het Scala College legt het accent op talent. Als brede scholengemeenschap voor (tweetalig) gymnasium, (tweetalig) atheneum, havo en vmbo biedt het Scala College verschillende uitdagende studiemogelijkheden: Allround, sport, cultuur, tweetalig onderwijs, highschool en LOOT. In deze opleidingen is tijd ingeruimd voor het interesse gebied van de leerling. In de bovenbouw ligt de nadruk meer op het examen en de aansluiting op vervolgopleidingen. Maar ook daar wordt door keuzemogelijkheden de persoonlijke ontwikkeling gestimuleerd. Wij zijn ervan overtuigd, dat leerlingen die met plezier naar school gaan, beter gemotiveerd zijn en beter leren. Wij staan voor kwaliteit en verwachten een grote betrokkenheid van docenten. Het personeel neemt verantwoordelijkheid en staat open voor nieuwe ontwikkelingen. Docenten verzorgen activerende lessen en participeren in samenwerkingsverbanden en netwerken. 0"erleg en gezamenlijke activiteiten met het PO en het vervolgonderwijs zorgen voor een doorlopende lijn. Zo ontstaat een lerende dynamische organisatie waarin leerlingen een zo hoog mogelijk diploma met SE en CE resultaten op landelijk niveau behalen. Zij zijn voldoende toegerust voor de overstap naar het mbo/hbo/universiteit en de maatschappij. Er is expliciete aandacht voor communiceren, samenwerken, organiseren, presenteren, reflecteren en onderzoeken. Leerlingen zetten hun kwaliteiten niet alleen in op school, maar leveren ook bijdragen aan maatschappelijke activiteiten in verenigingen, op scholen, in bedrijven en in de directe omgeving. De samenwerking met externe organisaties zorgt voor variatie in de onderwijsomgeving, voor plezier en verantwoordelijkheidsgevoel. Een goed pedagogisch klimaat en een goede en veilige sfeer ondersteunen het leren. Personeel en leerlingen voelen zich verbonden. In een veilige omgeving waarin elke leerling gezien wordt, kunnen jongeren zich met plezier en zelfvertrouwen ontplooien. Daarbij hoort ook de ontwikkeling van zelfstandigheid, het nemen van verantwoordelijkheden. Via de lijn geleid-begeleid-zelfstandig leren wordt gekeken wanneer leerlingen de volgende stap in dit proces kunnen zetten. Het Scala Les Instructiemodel (SLIM) verankert dit alles in de les en de organisatie. Ook de leerlingzorg vindt daarin een plek. Veel tijd en energie wordt besteed aan de begeleiding van de leerlingen bij het leren en in de persoonlijke ontwikkeling. Het Scala College heeft in een zorgplan vastgelegd hoe ze zorgleerlingen ondersteunt. Kernactiviteiten Het Scala College verzorgt onderwijs in het vmbo, havo en vwo. Aan het vmbo (basis- en kaderberoepsgericht) zijn de richtingen zorg en welzijn breed, handel en administratie en sport, dienstverlening en veiligheid verbonden. In de theoretische leerweg van het vmbo worden alle sectoren aangeboden. In de eerste twee leerjaren wordt naast het reguliere onderwijs in de zogenaamde allroundklassen onderwijs verzorgd in sportklassen, highschoolklassen en cultuurklassen. Waar mogelijk wordt dit in het derde leerjaar doorgezet en is er een aanbod van de genoemde accenten bij de keuze van de examenvakken. De school kent een afdeling tweetalig vwo. Het Scala College heeft de LOOT-status, waardoor (aankomende) sporttalenten zo nodig faciliteiten kunnen worden geboden om sport en school op een goede wijze te combineren. Het Scala College is tevens cultuurprofielschool en is volledig gecertificeerd voor het tweetalig onderwijs. Juridische en organisatorische structuur Het Scala College te Alphen aan den Rijn is op 1 augustus 1994 ontstaan uit een fusie van de Koningin Julianaschool voor voorbereidend beroepsonderwijs en de Gemeentelijke Scholengemeenschap Albanianae voor mavo, havo en vwo. De rechtspersoon van het Scala College is vanaf 1 augustus 2005 de Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs Alphen aan den Rijn (werknaam: Stichting Scala College). De Raad van Toezicht van het Scala College was gedurende het boekjaar 2010 als volgt samengesteld: de heer J. den Ouden (voorzitter, afgetreden per 9 juni 2010), de heer J. ten Voorde (secre' De tekst in deze paragraaf komt overeen met die in het betreffende hoofdstuk uit het concept-strategisch beleidsplan 2011 - 2015 van het Scala College Financieel Jaarverslag

5

Scala College

taris tot 9 juni 2010, sindsdien voorzitter), de heer J.H. 't Hart (penningmeester), mevrouw M. Chaudron (lid) en de heer J.G. van de Kolk (secretaris vanaf 9 juni 2010 en voordien lid). Per 27 september 2010 trad de heer P.B.P. Disseldorp aan als lid van de Raad. Het College van Bestuur van het Scala College was in 2010 als volgt samengesteld: de heer B.M. Visser MA (voorzitter, personeelszaken en externe contacten) en de heer H.D. Jol (organisatie en planning, financiën en huisvesting). De onderwijsportefeuille behartigden zij samen. Het College van Bestuur wordt direct ondersteund door de vestigingsdirecteuren: de heer H.W.G.M. Weeber (onderbouw, vestiging Nieuwe Sloot), Mevrouw G.J. Engberts (vmbo, havo, vestiging Diamantstraat) en de heer R.Th.H.M. van Workum (vwo midden- en bovenbouw, vestiging Dr. Sacharovlaan). Een staffunctionaris onderwijs, een staffunctionaris kwaliteitszorg, een staffunctionaris facilitaire zaken, een hoofd informatisering en een hoofd ICT, twee personeelsfunctionarissen en verschillende administratieve functionarissen zorgen voor verdere ondersteuning. Elk van de vestigingsdirecteuren wordt ondersteund door twee tot vijf teamleiders. Deze geven leiding aan een team van ongeveer twintig personeelsleden, die voor een belangrijk deel t n t onderwijs aan dezelfde klassen verzorgen. Op die manier wordt binnen de school kleinschaligheid gecreëerd.

Raad van toezicht

\

/ Medezeggenschapsraad

College van bestuur

/

V

Stafbureau

Vestigingsdirecteur DIA

Vestigingsdirecteur SAC

Vestigingsdirecteur NS

Good Governance Het besluit om over te gaan van het klassieke bestuur-directie-model naar een Raad van Toezichtmodel werd in 2007 genomen en geëffectueerd. Dit past in het kader van Good Governance en een heldere scheiding van bestuur en toezicht. Het Scala College onderschrijft de Code Goed Onderwijsbestuur2 van de VO-raad. Daarin wordt onder meer het onderscheid en de verhouding tussen bestuur en toezicht beschreven. De statuten zijn in overeenstemming met de code. Een statutenwijziging naar aanleiding van de wijziging van de Wet op het Voortgezet Onderwijs is ter besluitvorming voorgelegd aan het gemeentebestuur. Het betreft met name een nieuwe verhouding tussen de gemeente en het openbaar voortgezet 2

VO-raad, 27 mei 2008


Scala College

onderwijs. Begroting en Jaarrekening behoeven in de toekomst geen goedkeuring meer van de gemeente, maar uitsluitend die van de Raad van Toezicht. De toezichthouders zullen door de gemeenteraad worden benoemd op voordracht van de oudergeleding van de medezeggenschapsraad dan wel op voordracht van de Raad van Toezicht. De Raad van Toezicht benoemt het College van Bestuur. 2. Personeelsbeleid Samenstelling personeel Met de groei van de school is ook het aantal personeelsleden van het Scala College fors toegenomen. Enkele cijfers: het aantal FTE's onderwijzend personeel is sinds 1 oktober 2004 gestegen van 114,5 naar 185,6. Ter vergelijking: de OOP-formatie is in die periode gestegen van 21,3 naar 42,9 FTE's en de directieformatie daalde van 5,8 naar 5,0 FTE's. De stijging van de formatie OOP is voornamelijk toe te schrijven aan de indiensttreding van een aantal onderwijsassistenten en een groot aantal UDO's, naast een versterking van de staf (personeelszaken, secretariaat, facilitair en systeembeheer). Deze cijfers bevestigen het beeld dat in het jaarverslag over 2006 naar voren kwam uit een benchmark naar overhead in het Voortgezet Onderwijs: het Scala College wil de middelen vooral inzetten voor het primaire proces met een verantwoord minimum aan overhead. In totaal steeg het aantal personeelsleden van de school van 2004-2010 van 191 naar 297. Samenwerkingsverband 5=1 en Opleidingsschool Sinds ruim 10 jaar vormt het Scala College samen met het Anna van Rijn College uit Nieuwegein, de RSG Broklede uit Breukelen, het Minkema College uit Woerden en het Schoonhovens College uit Schoonhoven het samenwerkingsverband 5 = 1 . Eerste inzet van het samenwerkingsverband is het gezamenlijk ontwikkelen van een goed personeelsbeleid, zoals leeftijdsbewust personeelsbeleid, begeleiding van beginnende én van ervaren personeelsleden, aandacht voor mobiliteit, kwaliteitszorg e.d. Al spoedig bleek samenwerking op breder terrein zinvol. Zo zijn op het gebied van ICT, het onderwijs in de tweede fase, het tweetalig onderwijs en het vmbo diverse contacten ontstaan en bestaat er een uitgebreide uitwisseling van ervaringen op het gebied van taakbeleid en formatiebeleid. Het samenwerkingsverband is een partnerschap aangegaan met de Hogeschool van Utrecht (Educatief Partnerschap, EPS) met als doel een positieve bijdrage te leveren aan de kwaliteit van de opleiding van onderwijspersoneel, onder meer door het ter beschikking stellen van een substantieel aantal stageplaatsen en het aanstellen van UDO's (leraren in duale opleiding) en LIO's (leraren in het laatste jaar van hun (duale) opleiding). In een dieptepilot onderzoekt het Scala College samen met een tiental andere scholen de mogelijkheden om te komen tot een zogenaamde 'Academische opleidingsschool', waar naast onderwijs ook onderzoek een integraal deel van de studie uitmaakt. In de pilot werken medewerkers van het Scala College, van de Hogeschool en Universiteit van Utrecht en studenten samen aan innovatieve projecten en aan de borging van de kwaliteit van door hen ontwikkeld materiaal. Door de intensieve samenwerking van school en opleidingsinstituut zijn goede ervaringen opgedaan. Het Scala College toont op die manier aan dat het ook voor toekomstige docenten een aantrekkelijke werkgever is.

Convenant Risicoregio Rijnstreek In het kader van de risicoregio Rijnstreek is door het Scala College een convenant afgesloten waarbij partijen zich verplichten een bijdrage te leveren in de bestrijding van het lerarentekort. De school heeft in diverse projecten in dit verband geparticipeerd. Functiebouwwerk Onderdeel van de tot 2009 geldende CAO-afspraken was de toetsing van de diverse functies aan de FUWA-VO systematiek. In 2005 is deze ingrijpende operatie in eerste aanleg afgerond voor de geledingen OOP, directie en OP. Met de PMR werd toen afgesproken door de invoering van de functie


7

Scala College

seniordocent (gewaardeerd in LC) het carrièreperspectief te vergroten voor degenen die dat ambiëren en daarvoor de nodige competenties bezitten. Er werd een streefformatie afgesproken waarbij 15% van de docenten een LC-functie zou bezetten, op termijn werd beoogd een verdeling 55% LB, 35% LC en 10% LD te realiseren. Actieplan Leerkracht In 2008 is door de minister besloten in het kader van het Actieplan Leerkracht (naast een reeks andere maatregelen) de scholen meer geld ter beschikking te stellen voor beter betaalde docentenfuncties. Daarbij krijgen de scholen uit de regio's rond de vier grote steden een extra bedrag. Het Scala College valt binnen ééri dezer regio's. De mogelijkheden blijken uit de volgende tabellen. Per 1 oktober 2008 is een zogenaamde nulmeting uitgevoerd.3 De te bereiken doelen worden hieraan getoetst. De verdeling van de docentenfuncties op het Scala College was per die datum: Functieschaal LB LC LD

Nulmeting 1 okt. 2008 66,00% 15.40% 18.60%

De meest recente teldatum (1 oktober 2010) levert het volgende beeld: (gegevens ontleend aan eigen administratie): Functieschaal LB LC LD

Functiemix per 1 okt. 2010 49.68% 30.35% 19.98%

Voor het Scala College betekent het hier aan de orde zijnde onderdeel van Actieplan Leerkracht de opdracht om de landelijk afgesproken streefpercentages voor (LC- en) LD-formatie op de aangegeven ijkmomenten (2011 en 2014) te realiseren, inclusief de voor de Randstad geldende extra faciliteiten. Dit betekent concreet dat t.o.v. de meting per 1 oktober 2008 (de zogenaamde nulmeting) voor 1 oktober 2011 een groei van de formatieverdeling met 29% LC en 1 % LD geëffectueerd dient te worden en t.o.v. 2011 voor 2014 nog eens 10% LC en 10% LD.4 Rekening houdend met de streefformatie zal de verdeling over de functieschalen er per 2011 en per 2014 voor de school dan als volgt uit gaan zien: Functiemix per 2011: Functieschaal LB LC LD


Functiemix per 2014: Functieschaal LB LC LD


De wijze waarop de school de stijging van het percentage LC- en LD- functies realiseert is niet voorgeschreven; wel is vastgelegd dat dit'in overleg met de PMR gebeurt. In 2011 zal door het ministerie worden onderzocht of de scholen de gewenste ontwikkeling tot stand hebben gebracht. Alleen dan zullen de extra gelden voor de ontwikkeling tot 2014 ter beschikking worden gesteld. 3 De cijfers die het ministerie op www.functiemix.nl publiceert wijken enigszins af van de gegevens van het administratiekantoor OSG. De oorzaak daarvan ligt onder meer in het al dan niet meetellen van bepaalde vervangingen en detacheringen. * Binnen bepaalde grenzen kan een groei met 2% LC vervangen worden door 1 % LD, dan wel In omgekeerde richting 1 % LD door 2% LC.


Scala College

Het Scala College kiest voor een beleidsrijke invoering van de functiemix. De in 2005 geformuleerde functiebeschrijvingen geven dit al aan. Er is omschreven aan welke extra kwalificaties een LBdocent moet voldoen om in aanmerking te komen voor een LC- of LD-benoeming. De veel ruimere percentages die in de periode tot 2011 en (mits aan een toets is voldaan) meer nog tot 2014 kunnen worden benoemd in hogere schalen, heeft geleid tot een herbezinning op de vigerende functiebeschrijvingen. Aan de MR is een compleet plan aangeboden, waarin op LC- en LD-niveau drie functiebeschrijvingen zijn opgenomen, met wisselende accenten met betrekking tot de expertise op het gebied van pedagogie, didactiek, kennis van het vakgebied en de organisatie. Dat biedt in de toekomst ruime mogelijkheden om de behoefte aan een specifieke functionaris beter aan te duiden. Bij het beleidsrijk toekennen van de LD-füncties moet rekening worden gehouden met het in Leerkracht genoemde entreerecht. Dit houdt in dat een eerstegraads docent die structureel in de bovenbouw lesgeeft rechten kan doen gelden op benoeming in een LD-functie. Het Scala College benadrukt dat het hebben van een eerstegraads bevoegdheid op zich nog niet voldoende is: men moet bereid en in staat zijn daadwerkelijk op LD-niveau te functioneren of zich daar binnen afzienbare tijd voor te kwalificeren. Door het entreerecht wordt de toekenning van LD-functies in onderbouw en vmbo evenwel in belangrijke mate begrensd. Om de doelstelling per 1 oktober 2011 te behalen wordt in het voorjaar 2011 nog in een aantal vacatures LC en LD voorzien door een extra sollicitatieronde. 3. Onderwijs De kwaliteit van het onderwijs is niet alleen af te meten aan behaalde slagingspercentages. Toch geven deze een indicatie op dit gebied. In onderstaande tabel zijn de gegevens van de afgelopen zeven schooljaren opgenomen. Slagingspercentages 2004 vmbobb vmbo kb vmbo tl havo vwo

2005

2006

2007

2008

2009

100% 100% 100% 97%

100% 98% 96% 95%

93% 98% 97% 96%

94% 100% 95% 91%

100% 99% 98% 92%

100% 99% 97% 87%

98%

98%

96%

89%

98%

99%

2010 100% 99% 94% 84% 89%

In 2010 waren er in totaal 446 examenkandidaten waarvan er 404 geslaagd zijn (91%). Uit deze percentages valt niet af te lezen hoe de resultaten bij de verschillende vakken zijn geweest, of dat er grote verschillen zijn tussen school- en centraal examen etc. In de schooljaren 2009-2010 en 2010-2011 is dit een belangrijk gespreksonderwerp van de vestigingsdirecteuren met de sectieleiders. In het kader van de kwaliteitszorg wordt aan dit onderwerp bijzondere aandacht gegeven. In het bijzonder hebben de teleurstellende resultaten op havo en vwo geleid tot bijstelling van de teamplannen. De groei van de school heeft enkele jaren geleden geleid tot een herindeling van de organisatie. Om zoveel mogelijk energie (en geld) te steken in het primaire proces en zoveel mogelijk aandacht te kunnen besteden aan de leerlingen en hun functioneren, is gekozen voor het werken in kleine, overzichtelijke teams onder leiding van een teamleider. Kenmerkend voor het Scala College (in de brugperiode) is het 'Onderwijs Op Maat'. Meer dan 10 jaar geleden is het Scala College begonnen met het aanbieden van accentonderwijs. Sport-, cultuur- en tweetalig onderwijs krijgen extra aandacht en tijd gedurende een substantieel deel van de lestijd met een op de belangstelling van de leerlingen toegesneden inhoudelijk versterkt programma. De accenturen zijn destijds op het Scala College ingevoerd om leerlingen zo goed mogelijk te begeleiden naar het behalen van een diploma op eigen niveau, waarbij het uitgangspunt is dat dit beter lukt door leerlingen op hun eigen belangstelling aan te spreken. Nadat dit onderwijs in eerste instantie in sportklassen vorm had gekregen is ervoor gekozen ook het tweetalig onderwijs in het vwo te ontwikkelen. Later volgden de cultuurklassen en de zogenaamde highschoolklassen (waarin de 'eigen' sport van leerlingen een meer centrale plaats krijgt). In de accenturen wordt relatief veel


Scala College

aandacht geschonken aan het ontwikkelen van vaardigheden en competenties. Het onderwijs blijkt zeer aantrekkelijk voor leerlingen en heeft geleid tot een grote groei van het aantal aanmeldingen. Gedurende de laatste jaren meldden zich ongeveer 80% van de eerstejaars leerlingen aan voor dit type onderwijs. De lessentabel is voor de diverse stromen aangepast. De leerlingen in de reguliere klassen krijgen ook een specifiek onderwijsaanbod, veelal in de vorm van projectonderwijs. De reguliere klassen worden als 'allround' - klassen aangeduid. De school heeft diverse projecten uitgevoerd. Eén van die projecten (helemaal havo) beslaat verscheidene jaren en heeft een vervolg gekregen na afloop van de subsidieperiode. In het bijzonder staat het ICT-gebruik en het gebruik van een elektronische leeromgeving hierbij in het middelpunt van de aandacht. In het kader van Digidac, een samenwerkingsverband tussen verschillende scholen rondom onderwijs en ICT, is een project gestart om te komen tot een Leermiddelenbeleidsplan. Daarvoor is een subsidie verleend. Als uitvloeisel van het project zet een groep personeelsleden zich in om het gebruik van ICT in de vorm van digitale leermiddelen en Elektronische Leeromgevingen (ELO's) verder vorm te geven en stelselmatig in te voeren in de school. Een breed opgezette scholing voor het personeel wordt daarbij aangeboden. De school neemt deel aan het innovatieproject 'Leerlingen voor Leerlingen'. Daarbij wordt digitaal materiaal (in de vorm van korte filmpjes) ontwikkeld die in de elektronische leeromgeving wordt geplaatst, waardoor ze op school en thuis toegankelijk is. De filmpjes kunnen in de les gebruikt worden, maar ook in de begeleiding, door LOOT-leerlingen, door tutoren en/of voor invallessen. Oudere leerlingen maken deze filmpjes onder begeleiding van docenten. Beide partijen doen ervaring op met het digitaliseren van lesmateriaal. Voor leerlingen kunnen de filmpjes bijvoorbeeld een bewijs zijn in een portfolio. Docenten worden leermiddelenarrangeurs en wisselen ervaringen uit met circa 30 andere scholen. In de onderbouw worden projecten uitgevoerd die ontwikkeld worden in de zogenaamde onderwijslabs. Studenten van de Hogeschool van Utrecht werken samen met docenten van het Scala College aan leermateriaal dat leerlingen aanspoort tot een actieve deelname aan het eigen leerproces. Internationalisering is een belangrijk en geïntegreerd aspect van het onderwijs op het Scala College. Aanvankelijk werd met name in het tweetalig onderwijs geïnvesteerd, allengs is het niet meer weg te denken binnen het onderwijs van de hele school. Het betreft contacten met buitenlandse scholen, buitenlandse reizen en uitwisselingsprogramma's. Jaarlijks vindt gedurende een beperkte periode uitwisseling van docenten plaats; een docent van het Scala College geeft dan bijvoorbeeld een aantal lessen op een school in Groot Brittannië en omgekeerd. In het kader van de ontwikkeling van het vmbo-beroepsgerichte onderwijs wordt in Alphen aan den Rijn overleg gevoerd tussen de gemeente, ondernemers, middelbaar beroepsonderwijs en het voortgezet onderwijs over de realisatie van onderwijs in een Leerpark. Bedrijfsleven en onderwijs worden daar samen gebracht en profiteren optimaal van eikaars mogelijkheden bij het vormgeven van het onderwijs, zowel wat betreft de inrichting als wat betreft de praktische vorming. Uitgangspunt is dat het onderwijs uiteraard zelf verantwoordelijk is voor en onafhankelijk is in het bepalen van de inhoud van het te geven onderwijs. Het overleg heeft geleid tot een samenwerkingsovereenkomst. De realisering van het Leerpark (in twee vestigingen) is thans gepland voor 2014 en 2016. In de aanloop daarnaartoe werkt het Scala College nauw samen met het ID-College, een MBO met een vestiging in Alphen aan den Rijn. In 2009 is een onderzoek gestart naar de haalbaarheid van tweetalig onderwijs in het vmbo. Op diverse plaatsen in het land wordt dit inmiddels vorm gegeven. Het Scala College kiest daarbij voor een eigen invulling en programmering voor de betreffende groep leerlingen. Het aanbod moet passen bij aard en inhoud van het programma voor en het loopbaanperspectief van degenen die het onderwijs op het vmbo volgen. In 2011 zal worden besloten of het Scala College deze onderwijsvorm gaat aanbieden en indien dit het geval is, zal een aanvang worden gemaakt met de nodige scholing en training van de betrokken collega's. In het onderwijs in havo- en vwo-bovenbouw wordt gedurende de zogenaamde Scalatijd extra tijd vrijgemaakt voor de leerlingen om zich middels diverse projecten te verdiepen in zowel direct met de schoolvakken uit het curriculum verband houdende thema's als met andere maatschappelijke of wetenschappelijke onderwerpen. Dit onderwijs wordt gegeven in een hiervoor in het rooster gecreëerde band. Onderwijstijd wordt hierdoor beter benut dan de meer vrijblijvende en soms tot het


10

Scala College

maken van huiswerk beperkte keuzewerktijd. 4. Kwaliteit Op het Scala College wordt systematisch aandacht gegeven aan de kwaliteit van het onderwijs. De stafmedewerkers spelen hier een belangrijke rol in. De jaarlijkse collegiale visitatie in 5=l-verband die vooraf gegaan wordt door een zelfevaluatie van (een deel van) de school, helpt bij de zelfreflectie op het onderwijsproces. Nadat in het schooljaar 2004-2005 de Tweede Fase onder de loep werd genomen, was in 2005-2006 de basisvorming onderwerp van de visitatie. In 2006-2007 stond het vmbo centraal. Deze cyclus wordt sindsdien herhaald. Een aantal meetinstrumenten van www.kwaliteitsscholen.nl wordt ingezet om zicht te krijgen op de tevredenheid van personeel, ouders en leerlingen. Het betreft onderzoeken waar veel scholen aan deelnemen en die leiden tot een landelijke benchmark. Sinds begin 2011 zijn de resultaten, samen met andere belangrijke gegevens en cijfers, beschikbaar via Vensters voor Verantwoording op www.schoolvo.nl. Met de andere scholen voor voortgezet onderwijs uit de regio wordt deelgenomen aan een samenwerkingsverband (Samenwerkingsverband VO Midden Holland en Rijnstreek) zodat voldoende aandacht kan worden besteed aan de zogenaamde zorgleerling. In Alphen aan den Rijn hebben met name het Groene Hart Lyceum en het Wellant College de nodige expertise in huis; de betreffende leerlingen worden voornamelijk daar geplaatst. In dit verband wordt ook gesproken over Passend Onderwijs en de consequenties van de aangekondigde bezuinigingen bij de invoering van de betreffende wet. De school is er trots op van 2010 tot 2012 de titel Sportiefste school van Nederland te mogen voeren. Bij de inrichting van de lessentabel voor het derde leerjaar is een discussie ontstaan over de opbrengsten van de accenturen en de opbrengsten van het onderwijs in het algemeen. Ook de MR heeft deelgenomen aan deze discussie. Gezamenlijk is gekozen een breed onderzoek in te stellen naar de invloed van de keuze voor 'Onderwijs Op Maat' op kennis en vaardigheden. De onderzoeksopdracht luidt globaal als volgt: "Het Scala College wil weten of de kwaliteit en de effectiviteit van de lessen goed is en of de lessen efficiënt worden gegeven. Het gaat hierbij om lessen bij alle vakken, over de volle breedte van de school en zowel over cognitieve opbrengsten (kennisopbouw) als minder cognitieve opbrengsten (vaardigheden en persoonlijke kwaliteiten). Het Scala College wil werken aan de kwaliteit en de kwaliteitsborging." Besloten is dit onderzoek onafhankelijk te laten verrichten door een externe partij. De keuze is daarbij gevallen op het APS. Het onderzoek heeft schoolbreed plaatsgevonden, waarbij interviews met leerlingen en docenten en lesbezoek op ruime schaal zijn ingezet. In 2010 is dit onderzoek afgesloten met de rapportage 'rendementsmeting Scala College'. Eén van de conclusies uit het rapport luidde: ..."APS ziet dat de gemiddelde les op het Scala College in redelijke mate voldoet aan de kwaliteitskenmerken die vastgesteld zijn met de projectgroep. Daarentegen ziet APS ook dat er op enkele gebieden kwaliteitsverbetering kan plaatsvinden"... en ..."Zowel op inhoud, didactiek en pedagogiek zijn onderdelen waar aan gewerkt kan worden."... Na een uitgebreide voorbereiding is in 2010 begonnen het SLIM-model te implementeren (Scala Les en Instructie Model). Dit is een pedagogisch didactisch concept én klassenmanagementmodel waarin de docent het onderwijsleerproces organiseert en de leerling zich veilig voelt. De docent is voorspelbaar in zijn gedrag en verdeelt zijn aandacht over al zijn leerlingen. De leerling leert om te gaan met uitgestelde aandacht en dit is tevens de start van de leerlijn zelfstandigheid. Dit model, dat in de loop der jaren doorgevoerd gaat worden in de gehele school, sluit goed aan bij de aanbevelingen zoals gedaan na het APS-onderzoek. 5. Huisvesting In augustus 2007 heeft het Scala College de beschikking gekregen over nieuwbouw in het gebied Nieuwe Sloot (aan de Kees Mustersstraat). Het betreft een prachtig vormgegeven pand met moderne onderwijsvoorzieningen. Het Scala College maakt, zoals hierboven vermeld, een periode van groei door. De drie vestigingen, in Nieuwe Sloot, aan de Dr. Sacharovlaan en Diamantstraat worden zeer intensief gebruikt.


11

Scala College

In de vestiging in Nieuwe Sloot is het onderbouwhuis gehuisvest, waar de leerlingen uit het eerste en het tweede leerjaar en 3-vwo hun lessen volgen. Een dependance van het onderbouwhuis werd gevestigd in hoogwaardige noodbouw op het plein van de Diamantstraat. Sinds 1 augustus 2009 werd het voor de leerlingen van het eerste en tweede leerjaar vmbo-beroepsgerichte leerweg hun (vaste) onderkomen, in de nabijheid van de vaklokalen Zorg en Welzijn, Handel en Administratie en Sport, Dienstverlening en Veiligheid voor de bovenbouw. Naast het gebouw in Nieuwe Sloot zijn noodlokalen geplaatst, ten dele voor eigen rekening van de school. Een in 2009 gestarte juridische procedure waarbij van de gemeente wordt verlangd de totale kosten op zich te nemen, zal waarschijnlijk in 2011 worden afgerond. In de jaarrekening wordt uitgegaan van het meest ongunstige scenario. In het hoofdgebouw aan de Diamantstraat zijn de bovenbouw van het vmbo en het havo gevestigd. De bovenbouw van het vwo maakt gebruik van het in 2005 betrokken en verbouwde pand aan de Dr. Sacharovlaan. De twee grote sporthallen in de Limeshal (zes zalen) voorzien in een behoefte van de school aan sportaccommodatie. Daarnaast wordt volop gebruik gemaakt van de Arena, het zwembad De Hoorn, de atletiekbaan en diverse buitenvelden en tennisbanen. 6. Klachtenafhandeling en horizontale verantwoording Het Scala College kent een klachtenregeling naar het model van VOS/ABB. In het leerlingenstatuut wordt hier bij het onderwerp klachtrecht naar verwezen. In 2010 heeft een beperkt aantal ouders en leerlingen klachten ingediend in verband met voorvallen op school. In alle gevallen zijn hierover met betrokkenen gesprekken gevoerd door de betreffende vestigingsdirecteur. Het betrof in totaal twintig klachten, die afgehandeld zijn na gesprekken tussen de betrokkenen en na inwerkingstelling van de interne klachtenprocedure. Het betroffen klachten over onderwijs, toetsing en begeleiding, verlof en disciplinaire maatregelen. In één geval bleek het niet mogelijk de procedure al in een vroeg stadium naar tevredenheid van de klagers af te handelen en is de klacht bij de landelijke klachtencommissie aanhangig gemaakt. Het Scala College heeft in 2008 en in 2009 een publiek jaarverslag uitgegeven. Dit verslag is ter beschikking gesteld aan belangrijke stakeholders binnen de regio, zoals primair en voortgezet onderwijs, ROC, ondernemers, ouderraad, leerlingenraad en plaatselijke overheid. In dit jaarverslag werd een beeld gegeven van het gevoerde onderwijsbeleid, de (examen)resultaten, de samenstelling van het personeel, de werving van personeel, het ziekteverzuim, de ouderbijdragen en het gevoerde financiële beleid, de huisvesting en de kwaliteitszorg. Op deze wijze wordt in brede kring verantwoording afgelegd voor de besteding van door de maatschappij ter beschikking gestelde middelen. In 2010 is besloten het publiek jaarverslag digitaal ter beschikking te stellen, onder meer via de site van het Scala College. 7. Belangrijkste kenmerken van het gevoerde financiële beleid Het beleidskader Het Scala College streeft naar een solide financiële positie. Daartoe zijn in de afgelopen jaren de nodige reserves en voorzieningen opgebouwd. Sinds 1997 stijgt het aantal leerlingen dat onderwijs op het Scala College volgt gestaag, oplopend van 1344 in 1997 naar 2721 in 2010 (inclusief 16 VAVO-leerlingen). Daarmee nam uiteraard ook de vraag naar personeel voor de school toe. De sterke groei van de school en de financiering die achterloopt op het werkelijke leerlingenaantal hebben geleid tot een negatief resultaat in de exploitatie in zowel 2004 als in 2005. De tekorten moesten in de jaren 2004 en 2005 ten dele gedragen worden door onttrekkingen aan de opgebouwde reserve personeel. In 2006 was het Scala College voor het eerst weer uit de rode cijfers, en ondanks de grote investeringen voor de inventaris van de nieuwbouw was dat in de boekjaren 2007 en daarna weer het geval. In het algemeen zijn de inkomsten en uitgaven van het Scala College redelijk in evenwicht, zoals blijkt uit onderstaande grafiek.5

5

De cijfers van 2009 volgens de stelselwijziging boekjaar 2010


12

Scala College

Inkomsten en uitgaven Scala College in (miljoenen euro's)

—p-

j -

2001200220032004200520062007200820092010 Jaren

Het financiële beleid van scholen staat volop in de belangstelling van maatschappelijke groeperingen en van de overheid. De schoolbesturen accepteren dit gegeven als volstrekt normaal en gewenst. Geld dat door de burger wordt opgebracht dient met zorgvuldigheid te worden bestemd voor de doelen waarvoor het beschikbaar is gesteld. In het bestuursverslag bij de jaarrekening 2009 is uitvoerig stilgestaan bij de vermogenspositie van de scholen en de adviezen die de commissie Don hierover heeft gegeven. Het College van Bestuur van het Scala College neemt zich de opmerkingen van de commissie Don over het vermogensbeheer zeer ter harte. Met ondersteuning van het Nederlands Adviesbureau voor Risicomanagement wordt gewerkt aan een risico-analyse die o.a. in beeld zal brengen welke noodzakelijke financiële buffer aanwezig dient te zijn bij het Scala College. Voor het einde van het schooljaar wordt dit onderzoek afgerond. Voordat het College van Bestuur gebruik zal maken van instrumenten als vreemd vermogen zal de op de school toegespitste risico-analyse moeten leren dat dit verantwoord is. Twee richtlijnen die het Scala College hierbij wil hanteren zijn: • Risico's moeten in kaart worden gebracht en zo mogelijk worden voorzien van een bedrag in euro's. De som van de bedragen die aan alle risico's gepaard gaan is echter groter dan de noodzakelijk aan te houden risicobuffer ('men kan pech hebben, maar nooit pech op alle terreinen tegelijk'). • Indien uit de risico-analyse blijkt dat de aanwezige reserves hoger zijn dan noodzakelijk, kunnen die ingezet worden voor het onderwijs. Zet echter nooit incidenteel beschikbaar geld in voor structurele verplichtingen. In dit jaarverslag zal nog volstaan worden met een vergelijking van de kengetallen van het Scala College met door de commissie Don aangegeven globale landelijke signaleringsgrenzen en zullen daarbij enkele kanttekeningen worden gemaakt.


13

Scala College

Financiële beheersing Het Scala College heeft een belangrijke deel van de financiële werkzaamheden uitbesteed aan de Onderwijs Service Groep. Uiteraard behoren de beleidsmatige beslissingen op bestuursniveau van de school te worden genomen. De voorbereiding van begroting en jaarrekening vindt plaats via een samenwerking van het bureau en het College van Bestuur. Het OSG werkt volgens vastgelegde maatstaven. Het Scala College heeft recent de regeling bevoegdheden accorderen facturen en kascontrole geactualiseerd, waarbij het voorkomen van belangenverstrengeling (zoals het fiatteren van eigen declaraties) uiteraard centraal is blijven staan. Reserves en voorzieningen Het College van Bestuur van het Scala College heeft reeds bij de oprichting van de school als richtlijn aangegeven een personele reserve te vormen van 10% van de jaarlijkse personele lumpsum (in feite het equivalent van ruim een maand salariskosten inclusief vakantietoeslagen, eindejaarstoeslagen en werkgeverslasten). Dit om fricties te kunnen opvangen als gevolg van fluctuaties in het leerlingenaantal, een hoog ziektepercentage of een wijziging in de regelgeving van de overheid (zoals bij de overgang van Formatie Budget Systeem naar Lumpsumfmanciering en bij de overgang van de school-GPL naar de landelijke GPL. Beide wijzigingen hadden grote gevolgen voor de financiële positie van het Scala College). Bij de bestemming van het resultaat is met genoemde richtlijn rekening gehouden. Daarnaast wordt een reserve inventaris in stand gehouden. De reserve inventaris is opgebouwd op basis van de boekwaarde van het bestaande meubilair, zodat bij aanschaf van nieuw meubilair de nodige middelen beschikbaar zijn. Boekwaarden en te verrichten afschrijvingen worden systematisch via een database op internet bijgehouden. In 2010 zijn forse investeringen gedaan, vooral in de p-lokalen van de Diamantstraat die deels zullen zijn opgebracht door een onttrekking aan deze reserve. De schooi heeft er in de afgelopen jaren steeds naar gestreefd de kosten voor ouders en leerlingen zo laag mogelijk te houden. Mede daarom werd een eigen boekenfonds in stand gehouden. Jaarlijks werd op basis van de boekenlijst vastgesteld wat de deelnemersbijdrage diende te zijn om de kosten voor boeken of boekvervangende middelen te bestrijden. Omdat lesmethoden niet precies volgens een tevoren vast te leggen patroon kunnen worden vervangen en dit laatste mede afhankelijk is van externe (onder meer landelijke) ontwikkelingen, werd gewerkt met een reserve boekenfonds waar bedragen aan toegevoegd of onttrokken werden. Dit vond plaats afhankelijk van het verschil tussen daadwerkelijke aanschaf van leermiddelen en de daarvoor geïnde vergoeding. Deze reserve kon zowel positief als negatief zijn; gestreefd werd naar een gemiddelde van nihil in een periode van vier jaren. Sinds 2009 ontvangen de scholen via de lumpsum geld van het rijk om de leermiddelen mee te bekostigen. De ouders hoeven thans voor leermiddelen geen bijdrage meer te betalen. De aanschaf van de leermiddelen brengt hoge kosten met zich mee, die ver boven de drempel voor de verplichting om Europees aan te besteden uitgaan. Met ondersteuning van een externe partij is in 2009 dan ook via de daarbij behorende procedures een offerte aangevraagd. In maart 2010 wordt tot gunning overgegaan. Besloten is in het vervolg niet meer inkomsten en uitgaven voor leermiddelen te sturen op de wijze zoals voorheen. Door middel van activeren worden de uitgaven over de jaren heen geëgaliseerd. In 2009 is hiermee een aanvang gemaakt. Werkboeken worden in één jaar afgeschreven, studieboeken in drie tot vier jaar. De bestaande reserve boekenfonds is eind 2009 vrijgevallen ten gunste van de algemene reserve. De werkweken dienen kostendekkend te zijn. Indien een werkweek substantieel goedkoper blijkt te zijn dan geraamd, wordt een bedrag teruggestort aan de ouders. Een reserve of voorziening wordt hiervoor niet opgenomen. De onderhoudsvoorziening is opgebouwd op grond van een meerjarenonderhoudsplan. Na oplevering van het gebouw in Nieuwe Sloot is een begin gemaakt met verbouwingen in de vestiging aan de Diamantstraat. Dit gebouw is in 1980 geplaatst en groot onderhoud is daar (na bijna dertig jaar gebruik) noodzakelijk. Hiermee is in 2008 begonnen. Dit heeft in 2009 en 2010 een vervolg gekregen. Bij het doorzetten van bepaald onderhoud wordt rekening gehouden met dat wat werkelijk noodzakelijk is en de termijn waarop te verwachten valt dat de gemeentelijke plannen in het kader van het masterplan onderwijshuisvesting worden gerealiseerd. Hieronder wordt daarop nader ingegaan. Desinvesteringen zullen zoveel mogelijk moeten worden voorkomen. Toch was het niet te vermijden om een zeer grote investering in het gebouw van de Diamantstraat te doen: het vervan-


14

Scala College

gen van de ramen en puien was urgent en langer uitstel niet verantwoord. Omdat onduidelijk is hoe lang het gebouw nog zal worden gebruikt, heeft het College van Bestuur besloten deze verbouwing niet te activeren maar te bekostigen door de voorziening onderhoud eenmalig met een dotatie van € 500.000,- op te hogen. Overigens wordt in 2011 het gesprek met de gemeente afgerond aangaande hun verantwoordelijkheid in dezen omdat het voor een deel een investering betreft waarvoor door de gemeente een voorziening had moeten worden getroffen in de periode dat deze nog verantwoordelijk was voor het onderhoud van de schoolgebouwen voor zover het de buitenkant en aanpassingen betreft. De voorzieningen BAPO en spaarverlof zijn opgebouwd om te zijner tijd het salaris te kunnen betalen van degenen die thans hun ADV sparen en degenen die hebben aangegeven de BAPO te willen sparen en pas later te willen opnemen. De laatste mogelijkheid is inmiddels vervallen (opgebouwde rechten blijven bestaan). Per 1 januari 2010 is het niet meer toegestaan een BAPO-voorziening te treffen. Onder het hoofd stelselwijziging wordt hier nader op ingegaan. Volgens de regelgeving RJ 660 wordt sinds 2008 een voorziening Jubilea getroffen. Deze stelselwijziging heeft geleid tot het achteraf wijzigen van de algemene reserve per 31 december 2007. Het niveau hiervan is via een globale berekening (in de lijn van een advies van VOS/ABB) gesteld op €590,- per FTE. Per 1 januari 2006 is het voortgezet onderwijs niet meer aangesloten bij het Vervangingsfonds. Om een keuze te maken of het zinvol was de school te verzekeren bij Loyalis of Risicofonds, is een analyse gemaakt van het ziekteverzuim en het declaratiegedrag van het Scala College gedurende de afgelopen tien jaren. De conclusie was dat het alleszins verantwoord is geen verzekering af te sluiten en eigenrisicodrager te worden. In de jaren 2006 tot en met 2010 is niet gebleken dat dit een verkeerde keuze was. Bij onverhoopt groot ziekteverzuim zal indien nodig een beroep worden gedaan op de personele reserve. Dit is medebepalend voor de hoogte van deze reserve en bij de opstelling van het formatieplan wordt hier jaarlijks rekening mee gehouden. Stelselwijziging Onder meer de stand van voorzieningen en reserves en het resultaat worden beïnvloed door een stelselwijziging die bij de opstelling van deze jaarrekening wordt doorgevoerd. Het is niet meer toegestaan een voorziening te treffen voor de BAPO-kosten, ook niet voor die van de flexibele BAPO. Er is daarom voor gekozen de personele reserve te verhogen met het volume van de verplichtingen aan de uitgestelde BAPO. De dotatie aan de BAPO-voorziening vervalt. Dit is doorgevoerd voor de cijfers van 2010 en de vergelijkende cijfers van de jaarrekening 2009. De stelselwijziging houdt verder in dat de vordering op het ministerie van OCW (7,5% van de personele lumpsum) per 1 januari 2010 is afgeboekt ten laste van het eigen vermogen. Deze vordering wordt pas geïnd bij opheffing van de onderwijsinstelling en heeft daarom geen reële waarde. Deze substantiële afboeking heeft ook plaatsgevonden op de vergelijkende cijfers voor 2009. Een en ander betekent ook een wijziging van onder meer de staat van baten en lasten bij de overheidssubsidies (de betreffende 7,5% is uit de cijfers gehaald) en een forse vermindering van het resultaat in 2009 ten opzichte van de goedgekeurde jaarrekening 2009. Uiteraard is er ook invloed op de hieronder te behandelen kengetallen. Financiën op balansdatum De materiële vaste activa op de balans zijn in 2010 met ongeveer € 200.000,- toegenomen ten opzichte van 2009. Dit bedrag is in grote lijnen als volgt te verklaren: • De investeringen in gebouwen en terreinen waren fors (aanpassingen van diverse lokalen zowel in de Dr. Sacharovlaan als in de Diamantstraat). • De investeringen in inventaris en apparatuur waren aanzienlijk. Het betreft het volledig vernieuwen van de inventaris in een aantal lokalen voor scheikunde, natuurkunde en biologie en een nieuw ICT-lokaal. Bovendien zijn de investeringen in digitale middelen als Active Boards doorgezet. Jaarlijks komen ook de investeringen in de leermiddelen voor een substantieel bedrag terug. De overige materiële vaste activa betreffen een tumblingbaan e.d. De vorderingen zijn ten opzichte van de jaarrekening 2009 aanzienlijk gedaald als gevolg van de afboeking van de schuld van OCW van meer dan € 1.000.000,- in verband met de stelselwijziging. Het verschil met de jaarcijfers 2009 is in de jaarrekening 2010 niet te zien, omdat de cijfers voor 2009 zijn bijgesteld conform de stelselwijziging. De vorderingen spreken verder voor zich.


15

Scala College

De liquide middelen zijn ondergebracht bij een rekening courant van de ING en een aantal hoger rentegevende rekeningen bij ING, RABO-bank en ABN AMRO. In overleg met de Raad van Toezicht heeft het College van Bestuur besloten de middelen te spreiden over deze banken om risico's zo veel als mogelijk te vermijden. Achtergrond hierbij is uiteraard de kredietcrisis. Zoals eerder aangegeven streeft het bestuur naar een personele reserve van 10% van de jaarlijkse lumpsum (ruim één miljoen euro). Bovendien wordt de vroegere voorziening voor de flexibele BAPO aan de reserve personeel toegevoegd. De reserve inventaris kan worden aangewend voor de vervanging van schoolmeubilair e.d. In 2010 is voor ongeveer € 300.000,- in inventaris en ICT-apparatuur geïnvesteerd. Om deze reden meent het College van Bestuur dat het verantwoord is deze reserve met € 100.000,- terug te brengen. De voorziening onderhoud wordt aan de hand van een meerjarenonderhoudsplanning op peil gehouden. Dat plan is op basis van een inspectie van alle gebouwen in 2010 geactualiseerd. Ondanks het feit dat het gebouw aan de Diamantstraat op termijn naar alle waarschijnlijkheid zal worden verlaten, zal de jaarlijkse dotatie voor dit gebouw worden doorgezet. Bij het betrekken van een nieuwe locatie zal het Scala College worden gevraagd om een eigen bijdrage waarvan een component samenhangt met uitgespaard onderhoud. De personele voorziening spaarverlof betreft bedragen die te zijner tijd worden aangewend om de vervangers van degenen die gebruik maken van spaarverlof te betalen. De voorziening jubilea is in omvang gelijk aan het aantal personeelsleden in FTE's maal € 590,-. Kengetallen Hierboven is al aangegeven dat de stelselwijziging van invloed is op de kengetallen die in deze paragraaf worden besproken. In de overzichten dient een duidelijk onderscheid te worden gemaakt tussen de kengetallen vóór 2009 en die van 2009 en 2010. In de staafdiagrammen is dit onderscheid geaccentueerd door een verticale streep. Ter vergelijking zal voor 2009 steeds het kengetal zoals dat werd berekend voor de stelselwijziging worden genoemd. Weerstandsvermogen en Kapitalisatiefactor Het weerstandsvermogen (gemeten als eigen vermogen/totale baten maal 100%) van het Scala College bedroeg volgens de berekening voor de stelselwijziging in 2009 18,02%. Na de stelselwijziging geeft de berekening in 2009 een weerstandsvermogen aan van 14,51% in 2009 én in 2010. Het ligt in de rede dat de vuistregel, dat het weerstandsvermogen zich moet bewegen tussen de 10% en 40%, na de stelselwijziging opnieuw moet worden bezien. Hierboven is in hoofdstuk 1 en 3 uiteengezet waartoe de nodige reserves en voorzieningen die leiden tot dit weerstandsvermogen, zijn opgebouwd. De commissie Don heeft kritiek op het gebruik van dit kengetal, mede vanwege de diverse definities en het feit dat het totale bezit aan kapitaalgoederen met vreemd vermogen vergroot zou kunnen worden zonder dat het weerstandsvermogen boven de signaleringsgrens uitkomt. Don pleit ervoor om in plaats hiervan een ondergrens te stellen aan het gewenste eigen vermogen en gebruik te maken van een nieuw kengetal: de kapitalisatiefactor ((totaal vermogen exclusief gebouwen en terreinen/(totale baten inclusief financiële baten) maal 100%). Door gebouwen en terreinen uit te sluiten in deze factor wordt een beter beeld gegeven van redelijk snel beschikbaar kapitaal. Bovendien speelt de eigendomssituatie van het onroerend goed hierdoor geen rol. Als bovengrens van de kapitalisatiefactor voor een school van de omvang van het Scala College geeft Don globaal 35% aan. Hierbij zij aangetekend dat deze grens ook voor dit kengetal opnieuw dient te worden bezien na de stelselwijziging. De kapitalisatiefactor van het Scala College bedroeg in 2009 34,64% (voor de stelselwijziging 40,24%) en in 2010 28,42%. Hieronder zijn weerstandsvermogen en kapitalisatiefactor van het Scala voor de afgelopen jaren in beeld gebracht.


16

Scala College

Als vuistregel wordt genomen dat het weerstandsvermogen zich dient te bewegen tussen 10 en 40%.

q

50,00%

35.00%

5.00% 0,00% Kapitalisatiefactor

Volgens de algemene (niet op de instelling toegespitste) richtlijn van de commissie Don dient de kapitalisatiefactor zich b i j kleine besturen te bewegen in de richting van een bovengrens van 6 0 % ; bij grote besturen (waaronder in dezen ook het Scala College valt) in de richting van 3 5 % .

Liquiditeit Naar het oordeel van de commissie Don dient de liquiditeit (vlottende activa/kortlopende schulden) van een onderwijsinstelling zich te bewegen tussen de 0,5 en 1,5. Nadat het Scala College jaren (in afwachting van het betrekken van de nieuwbouw) behoudend is geweest met investeringen om die vanaf 2005 volop te kunnen doen in de nieuwe vestiging Dr. Sacharovlaan en vanaf 2007 in de nieuwbouw in Nieuwe Sloot, en vervolgens de verbouwingen van vakiokalen in de Diamantstraat, is de liquiditeit uiteraard in de afgelopen jaren afgenomen. De invloed van de stelselwijziging komt ook bij dit kengetal uitdrukkelijk naar voren: in 2009 werd voor die wijziging een liquiditeit berekend van 1,33; na de wijziging is deze teruggezakt naar 0,99 in 2009 en 0,80 in 2010. Ook hier geldt dat een nieuwe richtlijn voor dit kengetal na de stelselwijziging nog ontbreekt.


17

Scala College

Vuistregel: 0,5 < liquiditeit < 1,5. Rentabiliteit Als norm wordt aangehouden dat gedurende een aantal jaren de gemiddelde rentabiliteit (netto resultaat/totale baten maal 100%) licht positief moet zijn. Hieronder zijn liquiditeit en rentabiliteit van het Scala College gedurende de laatste jaren in beeld gebracht. Ook hier weer de invloed van de stelselwijziging in 2009: voor de wijziging 0,90, na de wijziging 0,08%. De rentabiliteit in 2010 bedroeg 1,02%.

Gemiddeld dient de rentabiliteit over een aantal jaren licht positief te zijn. Solvabiliteit Deze kengetallen worden berekend door het eigen vermogen respectievelijk exclusief en inclusief de voorzieningen te delen door de totale passiva, maal 100%. Hiermee wordt een aanwijzing gegeven tot in hoeverre het eigen vermogen voldoende is normale financiële risico's op te vangen zonder dat extra kosten ontstaan door externe financiering. Don hanteert een signaleringsgrens van 20%. Hieronder het beeld van het Scala College. De solvabiliteit exclusief voorzieningen bedroeg in 2009 37,24% (voor stelselwijziging 40,50%) en in 2010 43,22%. Inclusief voorzieningen waren de cijfers in 2009 53,42% (59,59%) en in 2010 52,59%.


18

Scala College

■2004 ■2005 O2006 02007

20,00%

I

■2006 ■2009

10,00%

■ 2010

Sotvabiirtert 2

De solvabiliteit heeft als signaleringsgrens 2 0 % .

Kasstroom In het kasstroomoverzicht zijn de investeringen in materiële vaste activa (voornamelijk in leermid delen en vernieuwing van de biologie, scheikunde en natuurkundelokalen in de Diamantstraat en de Dr. S acharovlaan) duidelijk zichtbaar. Treasury Het S cala College kent een Treasurystatuut. Daarin is aangegeven op welke wijze de liquide midde len van de school mogen worden beheerd. In het afgelopen boekjaar zijn deze (naast de lopende rekeningen) uitsluitend belegd in deposito's of andere vormen van risicoloos sparen (via de ING, RABObank en ABN AMRO). Deze werkwijze is volledig in overeenstemming met de voorschriften van het statuut. Staat van Baten en Lasten over 2010 Als gevolg van de bovengenoemde stelselwijziging sluit de kolom realisatie 2009 niet volledig aan bij de kolom zoals opgenomen in de jaarrekening 2009. De opboeking van de vordering op OCW van € 157.705, is uit de rijksbijdrage Ministerie OCW verwijderd. Ook de met de voormalige voor ziening BAPO samenhangende gelden (waaronder dotaties) zijn uit de cijfers van 2009 verwijderd. Consequentie van deze stelselwijziging is dat het resultaat 2009 is teruggebracht van € 159.000, t o t C 14.579,. In deze paragraaf wordt ingegaan op enkele opvallende discrepanties tussen de begroting en de uiteindelijke staat van Baten en Lasten.


19

Scala College

De geraamde en de gerealiseerde subsidies van OCW wijken niet noemenswaardig van elkaar af. Onder niet geoormerkte subsidies OCW zijn opgenomen de subsidie voor de Leerling Gebonden Financiering, verrekening van teveel gekorte subsidie voor uitkeringsgerechtigden en gelden voor vervanging van degenen die een lerarenbeurs ontvingen. Daarnaast ontving de school geld voor maatschappelijke stages en kwaliteitsbeleid. De (leer)boeken worden geactiveerd en daarom worden de inkomsten verspreid over enkele jaren. Opgemerkt dient te worden dat het ministerie de subsidies over het algemeen verstrekt op basis van vaste normen als leerlingenaantallen, type onderwijs e.d., eventueel aangevuld met een vaste voet. Bij projectsubsidies geldt dit niet. Deze subsidies worden aangevraagd door de indiening van een projectplan. Het bedrag van € 12.807,- dat wordt toegerekend aan de investeringssubsidie van OCW is de jaarlijkse egalisatie van de subsidie voor de praktijkgerichte leeromgeving van het vmbo die ontvangen is van het ministerie. (Het gaat hierbij om een bedrag van € 131.346,-, weliswaar in één keer uitgegeven, maar deze subsidie verschijnt middels toerekening gedurende een aantal jaren op de staat van baten en lasten omdat het zaken betreft die goeddeels worden geactiveerd). De toerekening aan de egalisatierekening gemeente is afkomstig van twee bedragen die de gemeente ter beschikking heeft gesteld voor eerste inrichting (te weten € 437.085,- in 2007 en € 429.109,- in 2008), die gebruikt zijn voor de aanschaf van inventaris en in een aantal jaren via de egalisatierekening worden afgeschreven. De deelnemersbijdragen zijn iets lager dan geraamd. De daarbij behorende uitgaven hebben daarmee gelijke tred gehouden. De personele vergoedingen en Platform Bèta bestaan onder meer uit inkomsten voor de dieptepilot, subsidies in het kader van het Regio Platform Rijnstreek, toegekende projectsubsidies, inkomsten detachering e.d. Vaak zijn deze inkomsten pas kort voor een schooljaar te schatten en als gevolg daarvan niet of in bescheiden mate opgenomen in de begroting. De overige baten bestaan uit subsidies in het kader van internationalisering, sponsorgelden, giften van de ouderraad, inkomsten die zijn binnengekomen door de inzet van een deurwaarder, verrekeningen met derden (dit betreft soms hoge bedragen i.v.m. de gezamenlijke contracten met Sportspectrum voor energie, onderhoud etc. aan de Kees Mustersstraat en in mindere mate de Diamantstraat). Deze baten zijn qua omvang moeilijk van tevoren te ramen. Bij de ontvangst van sponsorgelden wordt het convenant terzake nageleefd, hetgeen met name betekent dat de inhoud van de lessen niet door sponsoren mag worden beïnvloed. De toerekening van de egaiisatierekening VSB betreft een in 2007 ontvangen gift ten bate van de fitnessruimte. De hiermee betaalde toestellen zijn geactiveerd. De personeelslasten zijn ongeveer € 200.000,- hoger dan geraamd, vooral als gevolg van de hogere pensioenlasten. De dotatie personele voorzieningen is laag ten opzichte van de begroting. Alleen de componenten voor spaarverlof en die voor jubilea in de personele voorziening worden gehandhaafd; de voorziening voor de flexBAPO vervalt en wordt toegevoegd aan de reserve personeel. De kosten voor extern personeel zijn aanzienlijk lager dan in het vorig boekjaar; het is echter niet gelukt geheel binnen de flink afgeslankte begrotingspost te blijven. Inhuur van expertise bij de implementatie van diverse programma's was noodzakelijk. De cursuskosten zijn aanzienlijk hoger dan begroot. De keuze om breed in te zetten op het didactisch gebruik van digitale leermiddelen, het nieuwe roosterprogramma, de kweekvijver en een cursus van NSO voor de teamleiders, laten hier hun financiële consequenties zien. Voor een belangrijk deel zijn die keuzen gemaakt na het opstellen van de begroting. Ook bij scholing zal een (meerjaren-)planning noodzakelijk zijn om de kosten te beheersen. De overige personeelskosten betreffen reis- en verblijfskosten personeel, de bedrijfsgezondheidszorg, de nieuwjaarsreceptie, de kerstpakketten en koffievoorzieningen in de personeelskamers. De aan ROC Leiden en het ID-College betaalde personeelskosten ten bate van VAVO-leerlingen vallen hier ook onder. Het aantal VAVO-leerlingen is sterk toegenomen en dat verklaart de begrotingsoverschrijding in dezen. Er staan inkomsten tegenover. Het Scala College heeft ervoor gekozen de IPAP-verzekering voor alle werknemers af te sluiten en te bekostigen. Ook die post wordt onder overige personeelskosten geboekt.


20

Scala College

De afschrijvingen zijn toegenomen ten opzichte van de begroting. Het betreft vrijwel volledig de afschrijvingen op leermiddelen, waarmee geen rekening was gehouden ten tijde van het opstellen van de begroting. De kosten voor huur betreffen de sportvoorzieningen (zalen, zwembaden, atletiekbaan, tennisbanen) en voor ongeveer € 60.000,- de huur van noodlokalen aan de Kees Mustersstraat. In de begroting 2010 was dit laatste bedrag nog niet voorzien. Zoals elders vermeld bestaat er een verschil van inzicht tussen gemeente en Scala College over het recht op 10 lokalen die daar zijn geplaatst. Het Scala College probeert de in rekening gebrachte kosten via juridische weg terug te vorderen van de gemeente. De kosten voor onderhoud zijn aanzienlijk hoger dan geraamd. Dit heeft te maken met de vele investeringen die nodig waren voor de noodlokalen in de Kees Mustersstraat. Daarbij valt op te merken dat verschillende zaken, zoals zachte vloerbedekking, normaal gesproken zouden worden geactiveerd. In verband met onzekerheid over de termijn dat de noodlokalen in gebruik zullen zijn, is ervoor gekozen in dit geval in één keer af te schrijven. De hoogte van de dotatie aan de onderhoudsvoorziening is mede bepaald door de uitkomst van de opstelling van een nieuw meerjarenonderhoudplan. In de zomer van 2010 zijn alle gebouwen opnieuw geïnspecteerd. De kosten voor energie en water wijken niet sterk af van de begrote bedragen. De schoonmaakkosten zijn hoger geweest dan geraamd, als gevolg van de geplaatste noodbouw. Ook het tuinonderhoud heeft meer gekost dan begroot (mede als gevolg van het aanleggen van een extra plein aan de Kees Mustersstraat). De bewakings- en beveiligingskosten zijn teruggebracht ten opzichte van het boekjaar 2009 tot ongeveer het begrote bedrag. De overige huisvestingskosten (bestrating, hekwerk e.d.) zijn beperkt gebleven t.o.v. de begroting. De kosten voor overige administratie en beheer behelzen voornamelijk kosten voor het administratiekantoor (ongeveer € 157.000,-) en kantoorbenodigdheden (ongeveer € 21.000,-). De uitgaven zijn net binnen de begroting gebleven. De telefoon- en portokosten daarentegen zijn sterk toegenomen als gevolg van een herschikking van de portokosten van Scala Nieuws (niet meer onder drukwerk meegerekend) en een toename van het gebruik van mobiele telefonie. De laatste is reden geweest het contract met de huidige provider op te zeggen en een gunstiger contract af te sluiten dat ingaat medio 2011. De post inventaris betreft kleine, niet geactiveerde inventaris. Deze zijn aanzienlijk lager dan begroot. De hoge kosten in 2009 werden veroorzaakt door de noodzakelijke inrichting van de noodlokalen; in 2010 was dat in veel mindere mate het geval. De kosten voor ICT-hardware zijn laag ten opzichte van de begroting. Ten opzichte van 2009 wordt het verschil vooral veroorzaakt door de in dat jaar aangeschafte accessoires voor de digitale borden. Op deze post worden uitsluitend kleine, niet geactiveerde uitgaven geboekt. Als gevolg van de stijging van het leerlingenaantal zijn de kosten voor de leermiddelen en boekenfonds aanzienlijk gestegen. Omdat de leerboeken in 2009 en 2010 voor het eerst zijn geactiveerd, is die toename niet direct zichtbaar in de hier gepresenteerde cijfers. In de begroting was met het activeren nog geen rekening gehouden. Wel komen de leermiddelen nu voor in het overzicht van de afschrijvingen. Bibliotheek-uitgaven zijn ongeveer op het begrote niveau uitgekomen. De reproductiekosten zijn aanzienlijk toegenomen. Dat wordt veroorzaakt door de opname van de printers in het contract met Océ. De wervingskosten zijn binnen het budget gebleven. De gerealiseerde kosten zijn moeilijk voorspelbaar, want deze hangen sterk af van individuele keuzen voor mobiliteit. De kosten voor excursies en werkweken zijn beperkt gebleven ten opzichte van het geraamde. Tegelijkertijd zijn de inkomsten in gelijke mate achtergebleven.


21

Scala College

De contributies betreffen het lidmaatschap van besturenorganisatie en werkgeversorganisatie. Die worden naar rato van het leerlingenaantal geheven en zijn daardoor hoger dan geraamd. Bovendien worden de werkgeverskosten voor het georganiseerd overleg met de vakbonden via de VOraad betaald. Onder Publiciteit en Reclame worden de uitgaven voor de Scala wijzer, folders en andere voorlichtingsactiviteiten geboekt. Er zijn enkele extra publicaties verschenen. Bovendien is een nieuwe huisstijl voor publicaties en website gekozen. De overige instellingskosten behelzen veelal kosten van projectdagen en van activiteiten in het kader van accentklassen (ruiïn € 100.000,-). In het laatste geval staan daar bijdragen van ouders tegenover. Ook de kosten voor advies van deskundigen, zoals juristen, begeleiding Europese Aanbestedingen, het Nederlands Adviesbureau voor Risicomanagement (tezamen ongeveer € 55.000,-) worden hieronder geboekt. Daarnaast kosten voor vervoersmiddelen en overige onderwijskosten (ruim € 80.000,-). Onder de laatste zijn de kosten voor extra begeleiding van de LGF-leerlingen geboekt (deze beslaan een zeer groot deel van dit bedrag). De kosten voor testen en toetsen zijn afhankelijk van de behoefte van ouders en leerlingen en worden gedeeltelijk gecompenseerd door inkomsten. De rentebaten zijn, mede als gevolg van de afname van de liquide middelen en de forse rentedalingen, afgenomen. 8. Toekomstige ontwikkelingen Nieuwe of andere kernactiviteiten Op de keuze voor en uitgangspunten van 'Onderwijs Op Maat' is in het algemene deel van het verslag al ingegaan. In het strategisch beleidsplan 2011-2016 dat binnenkort zal worden afgerond wordt nader ingegaan op de beleidsagenda. In het huidige schooljaar wordt afrondend onderzoek gedaan naar de meerwaarde van tweetalig vmbo. Bij een positief onderzoeksresultaat zal een implementatietraject worden gestart. De vernieuwingen in de tweede fase zijn in 2007 gestart. Daarbij is de nadruk gelegd op de mogelijkheid om verwante profielen te combineren en wordt de organisatie gestroomlijnd. Gekozen is voor een kwalitatief goed te realiseren aanbod. De versnippering van uren die was ontstaan door het aanbod van deelvakken in de tweede fase is verleden tijd. In het schooljaar 2009-2010 is de vernieuwing in de gehele bovenbouw van het havo en vwo gerealiseerd en zijn de eindexamens volgens het nieuwe programma afgenomen. In het beroepsgerichte vmbo heeft de school in 2008 voor het eerst examen afgenomen volgens het intersectorale programma handel en administratie. Sterker dan voorheen bij de afdeling administratie is het programma praktijkgericht. Bij Zorg en Welzijn is een werkplekkenstructuur ingericht. In 2010 en 2011 is in Alphen aan den Rijn onderzoek gedaan naar de mogelijkheden van het inrichten van een Leerpark, waarin Overheid, Onderwijs en Ondernemers samen vorm geven aan het onderwijs aan vmbo-leerlingen in een contextrijke en levensechte leeromgeving. In 2011 zal een samenwerkingsovereenkomst worden ondertekend. In dit kader werken VO en MBO nauw samen om gestalte te geven aan doorlopende leerlijnen. Te beginnen in de onderbouw is dit schooljaar gestart met het omvattende Scala Les en Instructie Model (SLIM). Met behulp van externe expertise wordt gewerkt aan een gemeenschappelijke pedagogische en didactische aanpak. De onderbouwteams hebben met grote instemming voor dit concept gekozen. Na dit startjaar zal worden gewerkt aan een verdere implementatie in de school. Leerlingen Het leerlingenaantal van het Scala College is in de afgelopen tien jaar sterk gegroeid. In het verslagjaar hebben zich 499 leerlingen aangemeld voor het eerste leerjaar. Gezien de leeftijdsopbouw van de school en de belangstellingspercentages zal mogelijk nog sprake zijn van een lichte groei, waarna stabilisatie en op termijn lichte krimp optreedt.


22

Scala College

Personeel Als gevolg van de stijging van het leerlingenaantal en door natuurlijk verloop zal voor de cursus 2011-2012 een beperkt aantal vacatures ontstaan. Gestreefd wordt deze te vervullen met een afgewogen mix van ervaren en beginnende docenten. Bovendien past het het Scala College als opleidingsschool om een substantieel aantal LIO's en LIDO's aan te trekken. Opnieuw zal een aantal huidige LIO's in dat jaar worden aangesteld als regulier en bevoegd docent. In het voorjaar van 2011 werd voor de derde maal met succes een middag georganiseerd waarbij geïnteresseerde potentiële docenten kennismaakten met de mogelijkheden op het Scala College. Om ook op langere termijn inzicht te verkrijgen in de behoefte aan docenten en daarbij kennis te ontwikkelen binnen welke sectoren zich tekorten voordoen, participeert het Scala College in een project van het platform Rijnstreek om samen met andere scholen onder begeleiding van het bureau KOCK te werken aan een strategisch personeelsbeleidsplan. Voor (zowel zittend als komend) personeel zullen de mogelijkheden om zich verder te ontwikkelen opnieuw worden aangeboden. De gesprekkencyclus (POP-, functionerings- en beoordelingsgesprekken) kan daarbij richtinggevend zijn. De realisatie van het Actieplan Leerkracht zal, zoals eerder besproken, het carrièreperspectief van veel docenten vergroten. Van belang is daarbij hoe in de komende cao-onderhandelingen het entreerecht van eerstegraadsdocenten die in de bovenbouw van havo en vwo werken, nader wordt uitgewerkt. Te verwachten valt dat in de nieuwe CAO extra aandacht wordt besteed aan de positie van onderwijsondersteunend personeel. Schoolbreed krijgt het personeel een scholingsaanbod op het gebied van de didactische inzet van digitale leermiddelen. Dit zal zeker een vervolg krijgen. Huisvesting Het College van Bestuur is sinds april 2008 met de gemeente Alphen aan den Rijn en de andere scholen voor voortgezet onderwijs in overleg over de huisvesting op de middellange termijn. Over de vestiging in Alphen van twee leerparken voor het vmbo beroepsgericht, waarin alle VO-scholen en MBO participeren is grote overeenstemming, zoals hierboven is gemeld. In het Masterplan Onderwijshuisvesting dat eind 2009 is gepubliceerd en dat tot stand is gekomen na intensief overleg tussen gemeente en schoolbesturen, wordt geconstateerd dat de staat van alle schoolgebouwen voor VO (met uitzondering van de vestigingen van het Scala College aan de Kees Mustersstraat en de Dr. Sacharovlaan) niet meer voldoet aan de eisen die het onderwijs thans stelt. In scenario drie van het plan wordt nieuwbouw op grote schaal voorgesteld. Inmiddels heeft nadere analyse uitgewezen dat de kosten voor integrale nieuwbouw niet kunnen worden opgebracht en is gekozen voor het concept: 'Renovatie waar mogelijk, Nieuwbouw waar noodzakelijk'. Bij de voorjaarsnota wordt dit aangepaste concept van het Masterplan in de gemeenteraad behandeld. Inventaris In de laatste jaren is bijzonder veel geïnvesteerd in ICT, beamers en interactieve schoolborden. In 2011 zullen naast de reguliere vervanging van afgeschreven apparatuur nieuwe investeringen op dit gebied uitblijven. In 2012 is de investeringsruimte zodanig dat in een aantal stappen de overige onderwijsruimten worden voorzien van moderne leermiddelen. Op basis van de vestigingsplannen zullen hierbij de prioriteiten worden bepaald. Financieel In het jaarverslag 2009 is uitgebreid ingegaan op de wens een nadere risico-analyse te maken van het Scala College en aan deze analyse een financiële vertaling te geven. Het College van Bestuur heeft hier met ondersteuning van het Nederlands Adviesbureau voor Risicomanagement vorm aan gegeven en zal voor de zomervakantie 2011 de bevindingen in een rapport vastleggen. Kwaliteitszorg en horizontale verantwoording De kwaliteitszorg en horizontale verantwoording zullen verder hun plaats krijgen binnen het schoolbeleid. Instrumenten als het korte publieksjaarverslag waarin verwezen wordt naar de website van 'Vensters voor Verantwoording', (publiek toegankelijk, een site waar kengetallen en karakteristieken van scholen hun plaats krijgen) en diverse tevredenheidsonderzoeken onder de stakeholders (onder andere via www.kwaliteitsscholen.nn zullen daartoe worden ingezet.


23

Scala College

Jaarverslag 2010 versus begroting 2011 Op de volgende pagina is de begroting 2011 naast het jaarverslag 2010 in gecomprimeerde vorm weergegeven. Daarbij valt op dat de inkomsten lager zijn geraamd voor 2011 dan gerealiseerd in 2010. Dat is voor een belangrijk gedeelte het gevolg van: • Een geringe groei van het leerlingenaantal. • Het ontbreken van de groei van zowel de materiële als de personele lumpsum door bezuinigingsmaatregelen van het kabinet. • Een aantal projectsubsidies die in omvang onbekend zijn en daarom zijn de overige baten conservatief geschat. • Het feit dat in de begroting de volledige verstrekking van de gelden voor de functiemix nog niet is meegenomen. Nog onbekend was ten tijde van de opstelling van de begroting tot in welke mate de verkorting van de salarislijnen zou worden vergoed. Daarom zijn de personele lasten begroot boven het in 2010 gerealiseerde. De loonkosten zijn door de inkorting van de salarisschalen en de invoering van de functiemix toegenomen. Inmiddels is de regeling gemiddelde personeelslast (gpl) 2011 gepubliceerd. Hierin wordt het extra budget toegekend voor de afspraken uit het convenant LeerKracht vanaf januari 2011. Het gaat om budget voor de verdere inkorting van de carrièrelijnen van docenten en voor de afspraken over de functiemix. Verondersteld wordt dat de scholen minder aan vervanging en werkloosheidsuitkeringen uitgeven dan in voorgaande jaren. Daarom wordt de lumpsum met 0 , 1 % van de gpl gekort (5 miljoen euro). Er staat geen ophoging tegenover voor stijgende uitgaven voor andere onderdelen, zoals de BAPOuitgaven. De afschrijvingen zijn iets hoger geraamd dan in 2010 is gerealiseerd. Na 2011 zal veel inventaris afgeschreven zijn en wordt de investeringsruimte groter. De huisvestingslasten voor 2011 zijn lager ingeschat dan gerealiseerd in 2010. Dat is voor een belangrijk deel het gevolg van investeringen in 2010 in de aanvullende huisvesting, die als gevolg van het tijdelijk karakter van de huisvesting (formeel voor slechts één jaar) in één keer zijn afgeschreven. Verder werd in 2010 huur afgedragen aan de gemeente die door het Scala College juridisch wordt aangevochten. Of deze kosten in 2011 weer worden gemaakt, zal blijken na de gerechtelijke uitspraak. De overige lasten lijken krap begroot. Met name bij de kleine inventaris zullen de uitgaven gematigd kunnen worden ten opzichte van 2010. Het saldo financiële baten en lasten is hoger geschat dan in 2010. In 2011 wordt een gunstiger contract afgesloten met ING.


24

Scala College

Begroting 2 0 1 1 e n Jaarrekening 2010 (gecomprimeerd)

Werkelijk 2010

Begroting 2011

Werkelijk 2009

Begroting 2010

BATEN Overheidsbijdragen en -subsidies

€ 18.200.793

€

18.189.153

€

686.326

18.040.903

€ 16.828.615

589.000

692.504

Overige baten

571.000

Totaal baten

€ 18.771.793

€

18.875.479

€

18.629.903

€17.521.119

€ 14.487.000

€

14.224.478

€

14.064.215

€ 13.048.085 687.522

LASTEN Personele lasten Afschrijvingen

890.000

859.465

700.000

Huisvestingslasten

€

1.405.000

1.565.741

1.223.000

€

1.786.014

Overige instellingslasten

€

1.991.000

2.062.559

2.653.500

€

2.049.029

Totaal lasten

€ 18.773.000

€

18.712.243

€

18.640.715

€ 17.570.650

10.812-

49.531-

1.207-

163.236

Financiële baten

50.000

31.447

50.000

65.420

Financiële lasten

2.000

1.901

1.000

1.310

Saldo baten en lasten

Saldo financiële baten en lasten

48.000

29.546

49.000

64.110

Exploitatie resultaat

46.793

192.782

38.188

14.579


25

Scala College

9. Tenslotte Het resultaat van het boekjaar 2010 is positief. Daarbij zijn enkele kanttekeningen te maken. •

•

De gemiddelde leeftijd van het personeel is nog steeds laag ten opzichte van de landelijke cijfers, waardoor de salarissen gemiddeld lager zijn dan landelijk. Er dient echter rekening mee te worden gehouden dat door de inkorting van de carrièrelijnen de salariskosten versneld omhoog gaan. Het resultaat is beïnvloed door de huisvestingsperikelen waar het Scala College in 2009 en 2010 mee te maken heeft gehad. Bij het bepalen van het resultaat is uitgegaan van de in rekening gebrachte en betaalde kosten aan de gemeente. Mogelijk dat dit achteraf nog in positieve zin zal worden bijgesteld na de gerechtelijke uitspraak in 2011.

Centraal in het financiële beleid van het Scala College blijft: Inzet op het primaire proces en geen onnodige overhead. Goed opgeleid personeel dat de kennis en vaardigheden op een hoog niveau houdt. Investeren in de kwaliteit van het onderwijs. Kwalitatief goede huisvesting. Kwalitatief goede materiële voorzieningen. Aantrekkelijke werkgever zijn en blijven; de mogelijlJ|ieden van de functiemix volop benutten.

Voorzitter College van Bestuur Scala College

Lid College van Bestuur Scala College

Alphen aan den Rijn, 25 maart 2011


26

Scala College


FINANCIËLE POSITIE Ter verkrijging van een inzicht in de financiële positie van het schoolbestuur dienen de navolgende overzichten. Deze zijn gebaseerd op de gegevens uit de jaarrekening. Ter analyse van de financiële positie dient de volgende opstelling, welke is gebaseerd op de gegevens uit de balans: Vergelijkend balansoverzicht

31-12-2010 x € 1.000

31-12-2009 %

x € 1.000

%

ACTIVA Materiële vaste activa Vorderingen Liquide middelen

4.022 400 1.927

63,4 6,3 30,3

3.820 394 2.637

55,8 5,8 38,4

6.349

100,0

6.851

100,0

2.744 595 119 2.891

43,2 9,4 1,9 45,5

2.551 1.108 130 3.062

37,2 16,2 1,9 44,7

6.349

100,0

6.851

100,0

PASSIVA Eigen vermogen Voorzieningen Langlopende schulden Kortlopende schulden

-28-


RESULTAAT Het resultaat over 2010 bedraagt € 193.000 tegenover € 15.000 over 2009. De resultaten over beide jaren kunnen als volgt worden samengevat: Realisatie 2010

Begroting 2010

Realisatie 2009

x € 1.000

x € 1.000

x € 1.000

Baten Rijksbijdragen Ministerie van OCW Overige overheidsbijdragen en -subsidies Overige baten

18.044 145 685

17.916 125 589

16.666 163 693

Totaal baten

18.874

18.630

17.522

Personeelslasten Afschrijvingen Overige materiële lasten

14.224 859 3.628

13.928 700 4.013

13.048 688 3.835

Totaal lasten

18.711

18.641

17.571

163

-11

-49

30

49

64

193

38

15

Lasten

Saldo baten en lasten Saldo financiële baten en lasten Nettoresultaat

-29-


KENGETALLEN

2010

2009

Liquiditeit (Vlottende activa/kortlopende schulden) 0,80 0,99 De liquiditeit geeft de mate aan waarin het bestuur in staat is op korte termijn aan haar verplichtingen te voldoen. De liquiditeitspositie geeft de toestand op 31 december weer; er is dus sprake van een momentopname. Solvabiliteit 1 (eigen vermogen (excl. voorzieningen) / totaal passiva * 100%) 43,22 37,24 De solvabiliteit geeft de mate aan waarin het bestuur in staat is op langere termijn aan haar verplichtingen (rente en aflossing) te voldoen. De solvabiliteitspositie geeft de toestand op 31 december weer; er is dus sprake van een momentopname.

Solvabiliteit 2 (eigen vermogen (incl. voorzieningen) / totaal passiva * 100%) Rentabiliteit (netto-resultaat / totale baten * 100%)

52,59

53,42

1,02

0,08

De rentabiliteit geeft aan hoe effectief met de opbrengsten wordt omgegaan. Bij dit kengetal wordt gekeken naar de verhouding tussen het netto-resultaat en de totale opbrengsten.

Weerstandsvermogen Het weerstandsvermogen geeft aan hoe de beschikbare reserves zich verhouden tot de exploitatie. Naarmate de reserves groter zijn zal het weerstandsvermogen groter zijn. (Eigen vermogen / Totale baten inclusief rente * 100%)

14,51

14,51

(Eigen vermogen / Totale baten exclusief rente * 100%)

14,54

14,56

Personeelslasten / totale lasten

76,01

74,26

Materiële lasten / totale lasten

23,99

25,74

Weerstandsvermogen

Kapitalisatiefactor De kapitalisatiefactor wordt gehanteerd om te signaleren of een onderwijsinstelling zijn kapitaal al dan niet efficiënt benut. (Totaal vermogen - gebouwen en terreinen) / Totale baten * 100%)

-30-

28,37

34,51


GRONDSLAGEN ALGEMEEN De in de jaarrekening opgenomen bedragen luiden in hele euro's. De algemene grondslag voor de waardering van activa en passiva, alsmede voor het bepalen van het resultaat, is de verkrijgingsprijs. Voor zover niet anders vermeld, worden activa en passiva opgenomen voor de nominale waarde. Voor zover van toepassing zijn ter vergelijking de cijfers opgenomen de realisatiecijfers van het voorgaande jaar, alsmede van de goedgekeurde begroting over het huidige jaar. De jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met de wettelijke bepalingen van Titel 9 Boek 2 BW en de stellige uitspraken van de Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving uitgegeven door de Raad voor de Jaarverslaggeving.

STELSELWIJZIGING In de jaarrekening 2010 is op grond van de Ministeriële Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 22 september 2010, nr. WJZ-237131 een stelselwijziging doorgevoerd. Op grond van deze Ministeriële Regeling dient met ingang van 2010 de voorziening BAPO vrij te vallen ten gunste van het eigen vermogen en dienen de BAPO kosten als periodelasten verwerkt te worden. Omwille van de vergelijkbaarheid van de jaarcijfers 2009 en 2010 zijn de vergelijkende cijfers over 2009 aangepast in de jaarrekening. De verwerking van de stelselwijziging is berekend per 31 december 2009. In de vastgestelde jaarrekening bedroeg het eigen vermogen € 3.197.681. Door de stelselwijziging is de voorziening BAPO vrij gevallen ten gunste van het eigen vermogen. Hierdoor is het eigen vermogen toegenomen met € 399.008. Verder is de vordering op het Ministerie van OC&W (7,5% van de personele lumpsum) in verband met een wijziging in 2010 van de RJ 660.204 per 1 januari 2010 afgeboekt ten laste van het eigen vermogen. Uit RJ 660.204 blijkt dat de vordering in beginsel niet meer in de balans mag worden opgenomen. Aangezien de vordering pas geïnd zal worden bij opheffing van de onderwijsinstelling kan verondersteld worden dat de reële waarde verwaarloosbaar is. Door het afboeken van deze vordering is de algemene reserve afgenomen met € 1.045.273. Het resultaat volgens de jaarrekening van 2009 was € 158.860. Door de stelselwijziging vervalt de dotatie aan de voorziening BAPO en dit heeft tot gevolg dat het resultaat met een bedrag van € 13.424 toeneemt. Daartegenover vervalt de opboeking van de personele lumpsum in 2009 met 7,5% waardoor het resultaat € 157.705 lager wordt. Het resultaat over 2009 bedraagt na verwerking van de stelselwijzigingen € 14.582.

VERGELIJKENDE CIJFERS Voor zover van toepassing zijn ter vergelijking de realisatiecijfers opgenomen van het voorgaande jaar, alsmede de cijfers van de meest recente, vastgestelde versie van de begroting van het verantwoordingsjaar.

-31 -


GRONDSLAGEN VOOR DE WAARDERING VAN ACTIVA EN PASSIVA Algemeen De algemene grondslag voor de waardering van activa en passiva, alsmede voor het bepalen van het resultaat, is de verkrijgingsprijs. Voor zover niet anders vermeld, worden activa en passiva opgenomen voor de nominale waarde. Voor zover van toepassing zijn ter vergelijking de cijfers opgenomen, de realisatiecijfers van het voorgaande jaar, alsmede van de (goedgekeurde) begroting over het huidige jaar. Materiële vaste activa De materiële vaste activa worden gewaardeerd op verkrijgingsprijs, verminderd met lineair berekende cumulatieve afschrijvingen, gebaseerd op de verwachte economische levensduur. In het jaar van investeren wordt naar tijdsgelang afgeschreven. Activering vindt plaats bij aanschaffingen boven de € 500. Vorderingen De vorderingen worden opgenomen tegen reële waarde, voor zover noodzakelijk onder aftrek van een voorziening voor het risico van oninbaarheid. Liquide middelen De liquide middelen staan, voor zover niet anders vermeld in de toelichting op de balans, ter vrije beschikking van het bestuur en worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Algemene reserve De algemene reserve betreft een buffer ter waarborging van de continuïteit van het bevoegd gezag en wordt opgebouwd uit resultaatbestemming van overschotten welke ontstaan uit het verschil tussen de toegerekende baten en werkelijk gemaakte lasten. In geval van een tekort wordt dit resultaat ten laste van de algemene reserve gebracht. Reserves worden geacht uit publieke middelen te zijn opgebouwd ten zij expliciet anders is vermeld in de toelichting op de balans. Voorzieningen De voorzieningen worden opgenomen voor de nominale waarde en bestaan uit verplichtingen en risico's waarvan de omvang onzeker is, maar redelijkerwijs is in te schatten. De voorziening jubilea is opgenomen tegen de contante waarde van de toekomstige verplichtingen. Langlopende schulden Onder de langlopende schulden worden schulden opgenomen met een resterende looptijd van meer dan één jaar. De op korte termijn (binnen één jaar) verschuldigde aflossingen worden opgenomen onder de kortlopende schulden.

-32-


Kortlopende schulden De kortlopende schulden hebben een verwachte looptijd van maximaal één jaar. GRONDSLAGEN VOOR DE RESULTAATBEPALING Algemeen Het resultaat wordt bepaald als het verschil tussen de baten en alle hiermee verbonden, aan het verslagjaar toe te rekenen lasten. De baten en lasten worden toegerekend aan de verslagperiode waarop deze betrekking hebben. Rijksbijdragen OCW Onder de Rijksbijdragen OCW worden de vergoedingen voor de exploitatie opgenomen verstrekt door het Ministerie OCW. De Rijksbijdragen worden toegerekend aan het verslagjaar. Overige overheidsbijdragen Onder de overige overheidsbijdragen worden de vergoedingen opgenomen verstrekt door gemeente of provincie. De overige overheidsbijdragen worden toegerekend aan het verslagjaar waarop ze betrekking hebben. Overige baten Onder de overige baten worden de vergoedingen opgenomen die niet verstrekt zijn door het Ministerie van OCW, gemeenten, provicie of andere overheidsinstellingen. De overige baten worden toegerekend aan het verslagjaar waarop ze betrekking hebben. Personele lasten Onder de personele lasten worden de lasten opgenomen van de personeelsleden die in dienst zijn van de rechtspersoon, alsmede de overige personele lasten die betrekking hebben op o.a. het inhuren van extra personeel, scholingskosten, bedrijfsgezondheidszorg. Afschrijvingen De afschrijvingen zijn gerelateerd aan de aanschafwaarde van de desbetreffende materiële vaste activa. In het jaar van investeren wordt afgeschreven op basis van de door het bestuur gemaakte keuzen. Huisvestingslasten Onder de huisvestingslasten worden de uitgaven voor huisvesting opgenomen. De lasten worden toegerekend aan het verslagjaar waarop ze betrekking hebben. Overige lasten De overige lasten hebben betrekking op uitgaven die voortvloeien uit aangegane afspraken dan wel noodzakelijk zijn voor het geven van onderwijs en worden toegerekend aan het verslagjaar waarop ze betrekking hebben.

- 33-


Financieel resultaat De rentebaten en -lasten betreffen de op de verslagperiode betrekking hebbende rente-opbrengsten en rentelasten van uitgegeven en ontvangen leningen.

Afschrijvingen aantal jaar Gebouwen Verbouwingen Stoffering Machines en installaties Meubilair Leermiddelen Inventaris en apparatuur ICT-apparatuur Overige materiële vaste activa

40 jaar 40 jaar 10 jaar 10-15 jaar 6-10-15 jaar 4 jaar 5-7-10-15 jaar 3 jaar 5-6-10-20 jaar

Pensioenen De Stichting heeft de toegezegde pensioenregeling verwerkt als zou er sprake zijn van een toegezegde bijdrage regeling. De Stichting is aangesloten bij het bedrijfstakpensioenfonds ABP en de Stichting heeft in geval van een tekort bij het pensioenfonds geen verplichtingen tot het voldoen van aanvullende bijdragen anders dan toekomstige premies.

-34-


BALANS PER 3 1 DECEMBER 2010

31 december 2010 €

31 december 2009

€

ACTIVA Vaste activa Materiële vaste activa

(D

Gebouwen en terreinen Inventaris en apparatuur Leermiddelen Andere vaste bedrijfsmiddelen

984.447 2.379.160 557.404 100.825

781.320 2.528.359 401.585 108.552 4.021.836

3.819.816

4.021.836

3.819.816

Vlottende activa Vorderingen

(2)

Overige vorderingen Overlopende activa

Liquide middelen

8.410 391.816

(3)

-35-

4.354 390.035 400.226

394.389

1.926.619

2.636.525

2.326.845

3.030.914

6.348.681

6.850.730

31 december 2010

31 december 2009

PASSIVA Eigen vermogen

(4)

Eigen Vermogen Voorzieningen

2.744.192 (5)

Onderhoudsvoorziening Personele voorzieningen

Langlopende schulden

205.598 389.106

Crediteuren Belastingen en premies sociale verzekeringen Schulden terzake van pensioenen Overige kortlopende schulden Overlopende passiva

636.040 472.212 594.704

1.108.252

118.905

130.488

(6)

Overige langlopende schulden Kortlopende schulden

2.551.410

(7) 176.851

264.476

647.154 190.749 500.036 1.376.090

609.849 167.973 459.231 1.559.051

-36-

2.890.880

3.060.580

6.348.681

6.850.730


STAAT VAN BATEN EN LASTEN OVER 2010

Realisatie 2010

Begroting 2010

Realisatie 2009

Rijksbijdragen Overige overheidsbijdragen en -subsidies Overige baten

18.044.245 144.908 686.326

17.915.903 125.000 589.000

16.665.662 162.953 692.504

Totaal baten

18.875.479

18.629.903

17.521.119

Personeelslasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige lasten

14.224.478 859.465 1.565.741 2.062.559

13.928.215 700.000 1.223.000 2.789.500

13.048.085 687.522 1.786.014 2.049.029

Totaal lasten

18.712.243

18.640.715

17.570.650

163.236

-10.812

-49.531

29.546

49.000

64.110

Resultaat

192.782

38.188

14.579

Nettoresultaat

192.782

38.188

14.579

Baten

Lasten

Saldo baten en lasten Financiële baten en lasten

-37-


KASSTROOMOVERZICHT 2010 Het onderstaande kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de indirecte methode. Hierbij wordt het saldo baten en lasten als uitgangspunt genomen, waarop vervolgens correcties worden aangebracht voor verschillen tussen opbrengsten en ontvangsten en kosten en uitgaven. 2009

2010 Kasstroom u i t bedrijfsoperaties Resultaat Aanpassingen voor: - Afschrijvingen - Mutaties voorzieningen Veranderingen in vlottende middelen - Vorderingen

- Schulden

Ontvangen interest Betaalde interest

163.236

-49.531

859.465 -513.548

687.522 231.887

-5.837 -169.700

-46.128 381.536

333.616

1.205.286 65.420 -1.310

31.447 -1.901 29.546

64.110

-1.061.485

-1.368.091

Kasstroom u i t investeringsactiviteiten Investeringen in materiële vaste activa Kasstroom u i t financieringsactiviteiten Nieuw opgenomen leningen Aflossing langlopende schulden

Mutatie liquide middelen Beginstand liquide middelen Mutatie liquide middelen

25.050 -17.522

19.005 -30.588 -11.583

7.528

-709.906

-91.167

2.636.525 -709.906

Eindstand liquide middelen

2.727.692 -91.167 1.926.619

- 38-

2.636.525

Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs t e Alphen aan d e n Rijn

T O E L I C H T I N G BEHORENDE T O T DE B A L A N S PER 3 1 DECEMBER 2 0 1 0

ACTIVA

VASTE A C T I V A 31-12-2010

31-12-2009

1. Materiële vaste activa Gebouwen e n terreinen

984.447

Inventaris en apparatuur Leermiddelen

2.379.160 557.404

Overige materiële vaste activa Totaal materiële vaste activa

Aanschafprijs t / m 2009

Gebouwen

Cum. afschrijvingen t / m 2009

Boekwaarde 31-122009

Investeringen 2010

Desinvesteringen 2010

Afschrijvingen 2010

781.320 2.528.359

100.825

401.585 108.552

4.021.836

3.819.816

Aanschafprijs 31-122010

Cum. afschrijvingen 31-122010

Boekwaarde 31-122010

833.844

52.524

781.320

238.384

35.257

1.072.228

87.781

984.44;

833.844

52.524

781.320

238.384

35.257

1.072.228

87.781

984.44;

2.865.667

2.528.359

517.653

666.852

5.911.679

3.532.519

2.379.16(

36.716

401.585

296.673

140.854

734.974

177.570

557.40'

253.584

108.552

8.775

16.502

370.911

270.086

100.82:

3.208.491

3.819.816

1.061.485

859.465

8.089.792

4.067.956

4.021.83*

Inventaris en apparatuur 5.394.026 Leermiddelen 438.301 Ov.mat.vaste activa 362.136 Totaal m a t . vaste act. 7.028.307

- 39-


Afschrijvingspercentages

% 2,5 6,7; 10; 14,3; 16,7; 20; 33,3 5; 10; 16,7; 20 25

Gebouwen en verbouwingen Inventaris en apparatuur Overige materiële vaste activa Leermiddelen

De gebouwen worden gehuurd en/of zijn economisch eigendom van de gemeente. De verzekerde waarde ligt dus tevens bij de gemeente. In 2007 is de nieuwbouw aan de Nieuwe Sloot opgeleverd. Ook dit pand is eigendom van de gemeente maar het Scala heeft hierin zelf € 423.030 geïnvesteerd (fitnessruimte, warmte/koude opslag, plafondsystemen, lichtinstallatie en diverse werkplekken). Het Scala College is economisch en juridisch eigenaar van de fitnessruimte. In 2009 is een luchtafzuiginstallatie geplaatst en aan de Diamantstraat zijn klaslokalen samengevoegd. In 2010 heeft een verbouwing c.q. herindeling plaatsgevonden aan de Sacharovlaan en zijn de practicumlokalen aan de Diamantstraat aangepast. In verband met de subsidie gratis lesmateriaal worden met ingang van 2009 de studieboeken geactiveerd (de werkboeken uitgezonderd). Deze studieboeken worden in 4 jaar afgeschreven. De studieboeken worden bekostigd vanuit de subsidie gratis lesmateriaal. In 2009 werd aan subsidie € 842.009 ontvangen waarvan € 438.301 werd geactiveerd. In 2010 werd € 861.620 ontvangen en daarvan is € 296.672 geactiveerd. De boekwaarde van de studieboeken per 31 december 2010 ad € 557.404 komt overeen met de post "Subsidie gratis lesmateriaal" onder de overlopende passiva. De passivering van deze subsidie leidt tot een beter inzicht in het vermogen omdat de baten nu synchroon lopen met de (afschrijvings)lasten.

-40-


VLOTTENDE ACTIVA 31-12-2010

31-12-2009

2. Vorderingen Overiae vorderingen Voorschotten Lonen & Salarissen Fietsplan

1.802 6.608

3.811 543

Totaal overige vorderingen

8.410

4.354

24.025 248.265 26.367 26.717 4.424 60.445 1.573

20.329 183.217 56.039 31.602 14.733 70.817 13.298

391.816

390.035

400.226

394.389

Banken Deposito's Kasmiddelen

1.101.560 822.147 2.912

1.818.846 814.433 3.246

Totaal liquide middelen

1.926.619

2.636.525

Overige overlopende activa Werkweken Vooruitbetaalde kosten Terug te ontvangen energiekosten Rente Bijdrage boekenfonds Nog te ontvangen bedragen Overige Totaal overlopende activa Totaal vorderingen 3. Liquide middelen

-41 -


PASSIVA EIGEN VERMOGEN

4 . Eigen vermogen Stand per 31-12-2009 Algemene reserve

Resultaat

Overige mutaties

Stand per 31-12-2010

17.871

100.000

117.871

740.833 1.792.706

-100.000 192.782

640.833 1.985.488

2.533.539

92.782

2.626.321

Totaal eigen vermogen

2.551.410

192.782

2.744.192

Totaal Eigen vermogen

2.551.410

192.782

2.744.192

Bestemmingsreserves publiek Reserve inventaris Reserve personeel

-42-


De specifieke bestemming van alle reserves is door het bestuur van het Scala College aangebracht. De voornaamste reserve is de reserve personeel. Als richtlijn heeft het bestuur reeds bij het ontstaan van het Scala College aangegeven een personele reserve te willen vormen van 10% van de jaarlijkse personele lumpsum. De personele lumpsum van 2010 was € 14.514.997. Op basis van de richtlijn van het bestuur zou de stand van de personele reserve per 31-12-2010 € 1.451.500 moeten zijn. Echter, in verband met de gewijzigde regelgeving inzake de voorziening BAPO heeft het Scala College besloten de richtlijn van 10% van de personele lumpsum los te laten. Alle BAPO-lasten zullen vanaf 2010 vanuit de personele reserve opgebracht moeten worden. Bij de niet uit de balans blijkende verplichtingen vanuit de jaarrekening 2009 bleek al dat bij integrale toepassing van RJ 660 per 31/12/2009 de toekomstige BAPO-last ruim € 1.200.000 bedroeg. Daarom is besloten het volledige resultaat over 2010 toe te voegen aan de personele reserve. Ook de voorziening BAPO is (vanwege de stelselwijziging) toegevoegd aan de personele reserve. Verder dient nog vermeld te worden dat het Scala College inmiddels eigenrisicodrager is met betrekking tot de kosten van vervanging van het personeel bij ziekteverzuim. Dit betekent dat er een voldoende buffer (in de reserve personeel) dient te zijn om de daarmee gepaard gaande kosten op te vangen. Op welke termijn de personele reserve moet worden aangewend, is niet op voorhand aan te geven. Dat zal het geval zijn als in de toekomst het aantal leerlingen gaat dalen. Al het personeel met contracten voor onbepaalde tijd zal dan conform een op te stellen sociaal plan geruime tijd doorbetaald moeten worden. Ook een hoog ziekteverzuim zal leiden tot een afname van deze reserve. De stand van de reserve inventaris per 31-12-2010 is € 100.000 lager t.o.v. 2009. Er is in 2010 voor een kleine € 535.000 geïnvesteerd in inventaris en apparatuur. Tussen gemeente en de schoolbesturen voor Voortgezet Onderwijs vindt thans intensief overleg plaats over de realisering van het Masterplan Onderwijshuisvesting. Onderdeel van dit plan is de vestiging aan de Diamantstraat op een termijn van vijfjaar te vervangen door gedeeltelijke renovatie van een ander schoolgebouw en aanvullende nieuwbouw te realiseren. Besluitvorming in de gemeenteraad hierover is in het voorjaar van 2011 te verwachten. De reserve inventaris zal dan ingezet worden om nieuw schoolmeubilair in het te betrekken pand in gebruik te nemen. Vanwege de stelselwijziging inzake de vordering op het Ministerie van OCW is deze vordering afgeboekt ten laste van het eigen vermogen. Aangezien de personele reserve vanwege de toekomstige BAPO-verplichtingen (zie hierboven) nog niet voldoende hoog is, wordt de vordering op het ministerie ten laste gebracht van de algemene reserve. Hierdoor zou de algemene reserve nog maar € 17.871 bedragen. Daarom is besloten € 100.000 van het resultaat over 2010 toe te voegen aan de algemene reserve. De algemene reserve is bedoeld om continuïteitsproblemen op te vangen.

-43-


31-12-2010

31-12-2009

5. Voorzieningen Personeelsvoorzien i ngen Overige voorzieningen


Dotaties 2010

Onttrekkingen 2010

Onderhoudsvoorziening Onderhoudsvoorziening

636.040

100.000

530.442

Personele voorzieningen Voorziening spaarverlof Voorziening jubilea

339.462 132.750

9.774

6.824

472.212

9.774

1.108.252

109.774

Totaal voorzieningen

205.598 389.106

636.040 472.212

594.704

1.108.252

Vrijval 2010


205.598

86.056

253.406 135.700

6.824

86.056

389.106

537.266

86.056

594.704

6. Langlopende schulden

Saldo lening 31-12-2009 Waarborgsommen

130.488

Aangegane leningen o/g 2010 19.005

Aflossingen

Saldo lening 31-12-2010

Rentepercentage

€

€

%

30.588

118.905

De waarborgsommen hebben betrekking op de borgsommen voor boeken en kluisjes.

-44-

Resterende looptijd in jaren


31-12-2010

31-12-2009

7. Kortlopende schulden Crediteuren

176.851

264.476

Belastingen en premies sociale verzekeringen

647.154

_609.849

Schulden terzake van pensioenen

190.749

167.973

Overige kortlopende schulden Vakantiegeld

500.036

459.231

Overlopende passiva Accountants- en advieskosten Subsidie zij-instroom Subsidie gratis lesmateriaal Egalisatie OCW-subsidie PGL Egalisatie subsidie gemeente Egalisatie gift VSB Fonds Overige vooruitontvangen bedragen Nog te betalen bedragen Energiekosten Nog te besteden subsidies OCW / nietgeoormerkt

10.187 16.185 557.404 200.509 412.727 4.431 47.317 92.068 25.262

401.585 213.316 555.135 7.451 63.508 106.806 34.205

10.000

162.045

Totaal kortlopende schulden

15.000

1.376.090

1.559.051

2.890.880

3.060.580

De post "overige vooruitontvangen bedragen" bestaat uit bedragen gerelateerd aan de werkweken. De nog te besteden niet-geoormerkte subsidies OCW betreft de subsidie convenant VSV 2011.

-45-

Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs te Alphen aan den Rijn

GEOORMERKTE DOELSUBSIDIES OCW (model G) Het Scala College heeft in 2010 de volgende geoormerkte subsidies ontvangen: Geoormerkt en doorlopend op 31-12-2010 Jaar en kenmerk

Zij-instroom Binnenmilieu Innovatie

10/97150 09/145006 301835-1

Bedrag van toewijzing

Ontvangen t/m 2009

Besteed t/m 2009

EUR

EUR

EUR

Saldo Ontvangen 31-12-2009 in 2010 EUR

EUR

T.b.v. exploitatie 2010 EUR

T.b.v. invest. 2010 EUR

Saldo 31-12-2010 EUR

19.000 1.000 9.000

19.000 1.000 9.000

2.815 1.000 9.000

16.185 0 0

29.000

29.000

12.815

16.185

-46-


NIET UIT DE BALANS BLIJKENDE VERPLICHTINGEN Vordering op het Ministerie van OC&W In overeenstemming met de ministeriële regeling voor onvoorziene gevallen bij invoering vereenvoudiging bekostiging voortgezet onderwijs heeft het Scala College nog recht op maximaal 7,5 % van de personele lumpsum. Voor 2010 is dit bedrag € 1.088.625. Meerjarige financiële contracten Het Scala College heeft per balansdatum nog de volgende langdurige contracten: - een contract tot oktober 2012 met OCE inzake de reproductiekosten voor ca. € 140.000 per jaar - een contract tot januari 2015 met Centraal Beheer inzake de aansprakelijkheidsverzekering voor ca. € 6.400 per jaar

-47-


OVERZICHT VERBONDEN PARTIJEN Het Scala College vormt samen met het Anna van Rijn College uit Nieuwegein, de RSG Broklede uit Breukelen, het Minkema College uit Woerden en het Schoonhovens College uit Schoonhoven het samenwerkingsverband 5 = 1 . De leden van het College van Bestuur van het Scala College maken tevens deel uit van het bestuur van de Stichting Educatieve Activiteiten Alphen aan den Rijn. Aangezien het balanstotaal van deze stichting minder is dan 5% van het geconsolideerde balanstotaal van het Scala College, is consolidatie van de Stichting Educatieve Activiteiten achterwege gebleven.

Beslissende zeggenschap

Naam Stichting Educatieve Activiteiten

Juridische vorm

Stichting

Statutaire zetel

Verklaring art. 2 : 4 0 3 BW ja/nee

Consolidatie ja/nee

Deelnemingspercentage

Alphen aan den Rijn

nee

nee

100

Overige verbonden partijen Naam

Juridische vorm

Statutaire zetel

Stichting Schoolfonds Scala College

Stichting

Alphen aan den Rijn

-48-


TOELICHTING OP DE STAAT VAN BATEN EN LASTEN OVER 2010 Baten Realisatie 2010

Begroting 2010

Realisatie 2009

Rijksbijdragen Ministerie van OCW Rijksbijdrage Ministerie van OCW Geoormerkte subsidies OCW Niet-geoormerkte subsidies OCW Toerekening investeringssubsidies Ministerie van OCW

16.430.476 12.815 1.588.147 12.807

16.465.010

15.871.356

1.440.893 10.000

779.097 15.209

Totaal Rijksbijdragen Ministerie van OCW

18.044.245

17.915.903

16.665.662

Samenwerking VO/VSO Toerekening investeringssubsidies gemeente

2.500 142.408

125.000

2.500 160.453

Totaal overige overheidsbijdragen

144.908

125.000

162.953

1.597 410.957

1.000 430.000

1.377 451.935

412.554

431.000

453.312

Personele vergoedingen Platform Bèta Belastingdienst teruggaaf oude jaren Toerekening investeringssubsidie VSB Fonds Overige baten

126.307 22.750

60.000

3.020 121.695

98.000

108.525 55.250 8.589 3.020 63.808

Totaal overige baten

273.772

158.000

239.192

Totaal overige baten

686.326

589.000

692.504

Overige overheidsbijdragen en - subsidies

Overige baten Verhuur Deelnemersbijdragen

-49-


Lasten Realisatie 2010

Begroting 2010

Realisatie 2009

Personeelslasten 11.140.388 1.157.848 1.418.516

11.265.215 1.070.000 1.200.000

10.112.325 1.092.862 1.187.999

13.716.752

13.535.215

12.393.186

Dotatie personele voorzieningen Extern personeel Cursuskosten Vrijval personele voorzieningen Overige personeelskosten

2.950 260.967 174.291 -86.056 243.551

55.000 220.000 123.000 -160.000 179.000

20.303 355.846 88.918

Totaal overige personele lasten

595.703

417.000

684.621

Af: Uitkeringen (-/-)

14.312.455 -87.977

13.952.215 -24.000

13.077.807 -29.722

Totale personeelslasten

14.224.478

13.928.215

13.048.085

Brutolonen en salarissen Sociale lasten Pensioenlasten

219.554

Uitsplitsing personeel 2010

Directie Onderwijzend personeel OOP Overige

2009

564.400 11.082.281 1.982.094 595.703

622.830 10.142.812 1.597.822 684.621

14.224.478

13.048.085

Per 31 december 2010 was de totale personele bezetting ruim 230 FTE's (2009: 225). Hiervan was 5 FTE voor de Directie (2009: 6), ca. 183 FTE voor het Onderwijzend Personeel (2009: 179) en ca. 42 FTE voor het Onderwijs Ondersteunend Personeel (2009: 40). Realisatie 2010

Begroting 2010

Realisatie 2009

Afschrijvingen Gebouwen Inventaris en apparatuur Overige materiële vaste activa Leermiddelen

35.257 666.852 16.502 140.854

25.000 655.000 20.000

22.074 613.040 15.692 36.716

Totaal afschrijvingen

859.465

700.000

687.522

-50-


Realisatie 2010

Begroting 2010

Realisatie 2009

Huisvestingslasten Huur Dotatie onderhoudsvoorziening Onderhoud Energie en water Schoonmaakkosten Heffingen

361.509 100.000 212.876 244.311 520.659 43.830

300.000 -100.000 140.000 250.000 490.000 55.000

260.409 500.000 153.822 244.691 456.197 44.559

1.483.185

1.135.000

1.659.678

Tuinonderhoud Bewaking / beveiliging Overig

12.517 45.058 24.981

8.000 45.000 35.000

6.203 90.242 29.891

Totaal overige huisvestingslasten

82.556

88.000

126.336

1.565.741

1.223.000

1.786.014

Totaal huisvestingslasten

- 51 -


Realisatie 2010

Begroting 2010

Realisatie 2009

Overige instellingslasten Administratie en beheer Accountantskosten Telefoon- en portokosten e.d.Drukwerk Overige administratie en beheer

191.547 15.000 59.994 41.851 51.129

192.000 15.000 40.000 45.000 46.000

173.882 18.512 45.820 42.363 40.884

Totaal administratie- en beheerslasten

359.521

338.000

321.461

Inventaris ICT Hardware Leermiddelen Boekenfonds Bibliotheek / mediatheek Reproductiekosten

83.426 9.854 305.574 322.852 10.339 183.495

120.000 15.000 476.000 700.000 10.000 135.000

146.918 21.461 278.399 391.433 6.856 144.640

Totaal inventaris, apparatuur en leermiddelen

915.540

1.456.000

989.707

Wervingskosten Representatiekosten Excursies / werkweek Buitenschoolse activiteiten Contributies Medezeggenschapsraad Verzekeringen Testen & toetsen Publiciteit en reclame Overige lasten

60.084 11.208 347.201 37.006 1.650 6.063 26.070 57.007 241.209

75.000 10.000 430.000 12.000 25.000 2.500 15.000 15.000 45.000 366.000

98.634 4.942 328.543 28.265 25.287 1.870 10.503 11.320 52.419 176.078

Totaal overig

787.498

995.500

737.861

2.062.559

2.789.500

2.049.029

Totaal overige instellingslasten

Onder de overige instellingslasten zijn de kosten voor de accountantscontrole verantwoord. Deze bedragen voor 2010 en 2009 respectievelijk € 15.000 en € 18.512. Er is door de accountantsorganisatie geen andere dienstverlening geweest dan hier genoemd. De post administratie en beheer bestaat voor € 157.051 uit kosten voor het onderwijsbureau en verder uit kosten voor kantoorbenodigdheden (€ 21.754) en beheer en bestuur (€ 12.742). De post overige instellingslasten bestaat uit advieskosten (€ 52.011), projectkosten (€ 105.810), overige onderwijskosten (€ 83.840), kosten vervoersmiddelen (€ 2.081) en overige materiaalkosten (€ 1.140). Verder maken de kosten voorgaande jaren hier deel van uit. Deze kosten waren in 2010 negatief (totaal € 3.673) vanwege teveel betaalde loonbelasting over 2009.

- 52-


Financiële baten en lasten Realisatie 2010 Financiële baten Rentebaten Rente spaarrekeningen/deposito

Financiële lasten Overige financiële lasten Saldo financiële baten en lasten

- 53-

Begroting 2010

Realisatie 2009

1.724 29.723

50.000

8.962 56.458

31.447

50.000

65.420

1.901

1.000

1.310

29.546

49.000

64.110

GIBO Onderwijs Registeraccountants

Meander 261 Postbus 9221

Aan: de Raad van Toezicht van Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs te Alphen aan den Rijn

6800KB ARNHEM telefoon

< 0 2 6 ) 3 5 4 28 ^

fax (026) 354 28 20 e-mail [email protected]

CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Verklaring betreffende de jaarrekening Wij hebben de in dit rapport op pagina 31 tot en met 53 opgenomen jaarrekening 2010 van Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs te Alphen aan den Rijn te gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de balans per 31 december 2010 en de staat van baten en lasten over 2010 met de toelichting, waarin zijn opgenomen een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen. Verantwoordelijkheid van het bestuur Het bestuur van de stichting is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die het vermogen en resultaat getrouw dient weer te geven, alsmede voor het opstellen van het jaarverslag, beide in overeenstemming met de Regeling jaarverslaggeving onderwijs. Het bestuur is tevens verantwoordelijk voor de financiële rechtmatigheid van de in de jaarrekening verantwoorde baten, lasten en balansmutaties. Dit houdt in dat deze bedragen in overeenstemming dienen te zijn met de in derelevantewet- en regelgeving opgenomen bepalingen. Het bestuur is tenslotte verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als het noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening en de naleving van de relevante wet- enregelgevingmogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten. Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle, als bedoeld in artikel 18, derde lid van het Bekostigingsbesluit W.V.O. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden en het onderwijscontroleprotocol OCW/EL&I 2010. Dit vereist dat wij voldoen aan voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controleinformatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico's dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten.

f i y n » a onderdeel mn de GIBO Groep. GIBO Groep gsat op termijn F t y n t h heten. GIBO Onderwijs Registeraccountants bv maakt deel uit van GIBO Groep bv. GIBO Groep is lid van BKR International en heeft een strategische alliantie met Driehoek Advocaten. Hoofdkantoor: Meander 261, Postbus 9221.6800 KB Arnhem, telefoon (026) 354 26 00, fax (026) 354 26 90. Bankrelaties: Rabobank 38.16.66.611, ABN AMRO 41.48.17.400. ING 65.41.62.891 of 935770 tn.v. GIBO Groep. Beconnummer 287234. Dienstverlening vindt plaats onder algemene voorwaarden, op aanvraag verkrijgbaar en gedeponeerd bij de KvK te Arnhem, nummer 09063024.

GIBO Onderwijs Registeraccountants

Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking dierelevantis voor het opmaken van de jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan alsmede voor de naleving van de betreffende weten regelgeving, gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risicoinschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van de stichting. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voorfinanciëleverslaggeving en de gebruikte financiële rechtmatigheidcriteria en van deredelijkheidvan de door het bestuur van de stichting gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden. Oordeel Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het vermogen van Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs te Alphen aan den Rijn per 31 december 2010 en van het resultaat over 2010 in overeenstemming met de Regeling jaarverslaggeving onderwijs. Voorts zijn wij van oordeel dat de in deze jaarrekening verantwoorde baten, lasten en balansmutaties over 2010 voldoen aan de eisen van financiële rechtmatigheid. Dit houdt in dat deze bedragen in overeenstemming zijn met de in de relevante wet- enregelgevingopgenomen bepalingen, zoals vermeld in paragraaf 2.3.1. Referentiekader van het onderwijscontroleprotocol OCW/EL&I 2010. Verklaring betreffende overige bij ofkrachtens de wet gestelde eisen Ingevolge artikel 2:393 lid 5 onder e en f BW vermelden wij dat ons geen tekortkomingen zijn gebleken naar aanleiding van het onderzoek of het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, overeenkomstig Titel 9 Boek 2 BW is opgesteld, en of de in artikel 2:393 lid 1 onder b tot en met h BW vereiste gegevens zijn toegevoegd. Tevens vermelden wij dat het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening zoals vereist in artikel 2:391 lid 4 BW.

Arnhem, 28 april 2011 Was getekend: Drs. A.F.J. van der Velden RA GIBO Registeraccountants B. V.


(VOORSTEL) BESTEMMING VAN HET EXPLOITATIERESULTAAT Het exploitatieresultaat volgens de exploitatierekening over 2010 bedraagt € 192.782. Er wordt € 100.000 toegevoegd aan de algemene reserve en € 192.782 aan de reserve personeel. De reserve inventaris wordt met € 100.000 teruggebrac

De heer J. ten Voorde^ Voorzitter Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs Alphen aan den Rijn

De heer J.G. van de Kolk Secretaris Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs Alphen aan den Rijn

- 56-


GEBEURTENISSEN NA BALANSDATUM Voor aanvang van het schooljaar 2009/2010 heeft het Scala College een aantal noodlokalen aan de Kees Mustersstraat laten plaatsen. De huur en eenmalige kosten van het plaatsen van deze noodlokalen zijn op last van de gemeente Alphen aan den Rijn voor 50% door het Scala College zelf betaald. Het Scala College betwist middels juridische weg de toewijzing van tien lokalen op voorwaarde van eigen bekostiging. Bij het opmaken van de jaarrekening 2009 was er nog geen uitspraak in deze rechtszaak. Onder de huisvestingslasten waren voorzichtigheidshalve in 2009 daarom wel de huurkosten (€ 64.975) van de tien noodlokalen opgenomen. In 2010 was er nog steeds geen uitspraak. Het bedrag aan huurkosten in 2010 ad € 122.247 is daarom in de huisvestingslasten van 2010 opgenomen. Ook de eenmalige bouwkosten voor het schooljaar 2009/2010 ad € 92.061 zijn in de huisvestingslasten opgenomen onder de post Onderhoud. Hiervan is € 38.359 in 2009 verantwoord en € 53.702 in 2010.

- 57-


GEGEVENS OVER DE RECHTSPERSOON

Bestuursnummer Naam instelling

41537 Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs

Postadres Postcode / Plaats Telefoon Fax E-mail Internet-site

Postbus 458 2400 AL Alphen a/d Rijn 0172-423737 0172-423742 [email protected] www.scalacollege.nl

Contactpersoon Telefoon Fax E-mail

de heer Bert Jol 0172-423737 0172-423742 [email protected]

Brinnummer 10AN

Sector

Naam St. Openb. Voortgez. Onderwijs Alphen a/d Rijn

- 58-

VO

Aantal leerlingen 2010 2.721

Aantal leerlingen 2009 2.663

Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs t e Alphen aan d e n Rijn

BEZOLDIGING VAN BESTUURDERS EN TOEZICHTHOUDERS Realisatie

Begroting

Realisatie

2010

2010

2009

€119.017 € 130.487

€120.000 € 135.000

€118.183 € 32.260

€ 249.504

€ 255.000

€ 150.443

€ 1.524 € 1.535 € 1.522 € 2.539 €1.547

€ 2.000 € 2.000 € 2.000 € 2.000 €2.000

€ 765 € 1.535 € 763 € 1.323 €778

€ 8.667

€ 10.000

€5.165

College van Bestuur H.D. Jol B.M. Visser

Raad van Toezicht M. Chaudron J.H. 't Hart J.G. van de Kolk J. den Ouden J. ten Voorde

- 59-


WET OPENBAARMAKING U I T PUBLIEKE MIDDELEN GEFINANCIERDE TOPINKOMENS Er zijn geen personeelsleden die met hun inkomen het gemiddeld belastbaar loon van onze ministers overschrijden.

-60-

2j Ó &S. Afd. no Opbergen. Ingekomen: 1 i» JUN Nr. Routing

Recommend Documents