K I E N H U I S HOVING A
D
V
O
C
A
AANTEKENEN Provinciate Staten van Overijssel Postbus 10078 8000 GB ZWOLLE
Tevens perfax: 038 -42548 88
T
E
N
N O T A R I S S E N
PROVINCIAL^ STATEN VAN OVERIJSSEL Reg.nr.'P>5/2^oCj/£>QM a.d.
Z,
24 JUN 2009
Routing
Bijl.:
Enschede, 23juni 2009 Inzake Ref. Tel. Fax E-mail Van
SummercampHeino/Gemeente Raalte TR/AG200910848 053 - 4804228 053 - 4804296
[email protected] deheermr.T.D.Rijs,advocaat
Geachte Statenleden, Namens mijn clienten Stichting Kinderoord Schaarshoek, gevestigd aan de Schaarshoekweg 1(8131 RE) te Wijhe en de heer J. Besselsen, wonende aan de Woolthuisweg 4 te Raalte (hierna samen te noemen: clienten), wend ik mij tot u met het dringende verzoek om de ontwerp-Omgevingsverordening voor de gronden van clienten deelsgewijzigd vast te stellen. Namens clienten heb ik op 14 april 2009 zienswijzen met betrekking tot de ontwerp-Omgevingsverordening en de ontwerp-Omgevingsvisie Overijssel (zie bijlage) ingediend. Hoewel clienten er vanuit gaan dat u zorgvuldig van deze zienswijzen kennis heeft genomen, wil ikuwbijzondere aandacht vragen voor een onderdeel van de zienswijzen. In de zienswijzen hebben clienten aangegeven grote moeite te hebben met de aanduiding van kleine versnipperde stukjes bomen gelegen bij het Japiksgat te Heino als zijnde 'EHS bestaande natuur'. Hierop is in dereactienota echter geen reactie gegeven. Situatie Het Japiksgat betreft een recreatiemeertje met daarbij verblijfsrecreatieve voorzieningen dat thans bij de Stichting Kinderoord Schaarshoek in exploitatie is. Dit recreatiemeertje wordt intensief gebruikt door de groepen kinderen die het Summercamp Heino bezoeken. Dit intensieve gebruik vindt reeds tientallen jaren plaats en is op grond van het huidige bestemmingsplan toegestaan. Bij dit
K A N T O R E N TE ENSCHEDE EN O L D E N Z A A L K I E N H U I S H O V I N G N.V. P A N T H E O N 25 POSTBUS 109 7 5 0 0 AC ENSCHEDE TELEFOON 0 5 3 - 4 8 0 42 00 www.kienliuishoving.nl i n f o C e k i e n h u i s h o v i n g . n l Han d e l s r e g i s l e r n r . 08124589 BTW nr. NL8 I 30.02 .78 3 .B0 I B A N K R E K E N I N G : 5 9 . 3 4 . 0 8 . 1 7 9 T.N.V, K I E N H U I S H O V I N G S T I C H T I N G D E R D E N G E L D E N A D V O C A T U U R Al onze dienslen worden verleend op basisvaneenovereenkomst gesloten met KienhuisHovingN.V.Op dezeovereenkomslenop toekomstigeovereenkomslenzijn dealgemenevoorwaarden van KienhuisHoving N.V.van toepassing.Dezealgemenevoorwaarden zijngedcponeerd bij de rechlbank Almelo (nr.3/2005) enslaan op deachterzijdevandeze brief enop www.kienhuishoving.nl. Wijzenden uop verzoek kosleloos eenexernplaar.
K I E N H U I S HOVING R I S S E N
2-
recreatiemeertje zijn een aantal verspreidde strookjes met bomen gelegen. Deze bomen maken onderdeel uit van het recreatieterrein en worden als zodanig ook intensief ten behoeve van de recreatie gebruikt. Deze stukjes groen hebben dan ook nagenoeg geen enkele natuurwaarde en kunnen dus bezwaarlijk als zijnde 'bestaande natuur' worden aangeduid. Daar komt nog bij dat in de groenstukjes ook recreatieve bouwwerken zijn opgericht, alsmede dat bepaalde groenstrookjes gebruikt worden ten behoeve van specifieke recreatieve activiteiten zoals een ponyrijbaan. Bij het Summercamp Heino vinden jaarlijks ongeveer 100.000 overnachtingen van groepen kinderen/jongeren plaats. U zult zich wel kunnen voorstellen dat het gebruik van het recreatiemeertje door de bezoeker van Summercamp Heino daarmee zeer intensief is. Het recreatiemeertje en de daarbij behorende strookjes bomen zijn dan ook opeenprofessionele wijze ingerichtten behoevevanditgebruik. HetsocialeaspectvanSummercampHeino. DeStichtingKinderoord Schaarshoek iseenstichting dievanuit socialemotieven een zomerkamp voor kinderen exploiteert. Een van de onderdelen van veel politieke programmes is het stimuleren van (ecologische) projecten ommensen, en in het bijzonder kinderen, weer in contact met de natuur te brengen. Summercamp Heino verzorgt dit voor een grote hoeveelheid kinderen in Nederland (ongeveer 100.000 overnachtingen per jaar). Deze kinderen komen meestal uit de grote stad of de Randstad waar ze steeds rekening met anderen moetenhoudenengeenofweinigruimtehebbenombuitenindenatuurtekunnen spelen en sporten. Eindelijk komt deze 'Nintendo Jeugd' eensnaar buiten endan willen ze maar een ding zich uitleven. Rennen, schreeuwen, gillen, eindelijk weer even kind zijn. Juist voor deze kinderen is de natuur, contact met dieren, grenzen verleggen, uitleven en spelen ontzettend belangrijk voor hun verdere ontwikkeling enomevente ontspannenvanhundagelijkse sleur.Weet uhoeveel volwassenen nog goede herinneringen hebben aan het kamp uit hun schooltijd? Datiseenherinneringvoorjeleven. Het sociale belang van het Summercamp Heino mag met bovenstaande (korte) beschrijving duidelijk zijn. Verzoek Indesamenvatting van dezienswijzen komthetdeelvandezienswijzen overhet ontbreken van de natuurwaarden niet naar voren. Er is dan ook geen conceptreactie op dit deel van de zienswijze gegeven. Hoewel clienten er begrip voorhebbendatinbeginselookkleinestukjesnatuuralsbestaandenatuurkunnen worden aangeduid, is in dit geval overduidelijk dat daar in dit geval geen sprake van kan zijn. Door de nu opgenomen aanduiding 'bestaande natuur' zullen clienten ontegenzeggelijk in hun toekomstige exploitatiemogelijkheden worden beperkt. Elke toekomstige wijziging op uitbereiding van de activiteiten is
KIENHUIS HOVING D V O C
namelijk daarmee praktisch onmogelijk geworden. Clienten hebben dan ook bijzonder groot belang bij eenjuiste aanduiding van hun gronden op de kaarten die bij de ontwerp-Omgevingsverordening horen. Clienten willen u dan ook verzoeken om alsnog de aanduidingen bestaande natuur bij de gronden van het Japiksgatteverwijderen. Uitnodiging Omdat clienten zich goed kunnen voorstellen dat het voor u moeilijk is om een goed beeld van de feitelijke situatie ter plaatse te hebben, willen zij u uitnodigen omnog voor de vaststelling van de Omgevingsverordening de situatie ter plaatse te komen bekijken. U zult dan met eigen ogen kunnen vaststellen dat de aanduiding bestaandenatuur inditgeval geenrecht doet aandefeitelijke situatie. Ook willen clienten u graag een toelichting geven op de activiteiten die door clienten ontplooid worden.Desocialefunctie diehet Summercamp Heinovervult is namelijk een van een landelijke orde, hetgeen het belang van de exploitatiemogelijkheden voor het Summercamp voor u inzichtelijk kan maken. Clientenwillenugraagoverdeactiviteitenvanclientenendefeitelijke situatieter plaatse informeren, zodat u op 1 juli a.s. een goed besluit over de omgevingsverordening kuntnemen. Mocht u op de uitnodiging in willen gaan en een afspraak voor een bezoek ter plaatse willen maken, dan kunt u daarvoor contact opnemen met de heer M. Besselsen optelefoonnummer 0572 - 39 30 49. Ook indien u nadere informatie wenst overde activiteiten vanhet Summercamp Heino endefeitelijke situatie bij het Japiksgat, kunt udaartoe telefonisch contact opnemen met deheer Besselsen. Voor overige vragen omtrent de zienswijze van clienten kunt u desgewenst ook metondergetekendecontactopnemenoptelefoonnummer 053 - 48042 28. Ikvertrouweropum-voldoendetehebben gemformeerd. Metvriendetfjke groet, KienhiuaHpvingNV,
)masRijs Bijlage(n):a.g.
K I E N H U I S HOVING A D V O C A T E N
EN
N O T A R I S S E N
AANTEKENEN METBERICHT VAN ONTVANGST Provinciale Staten van Overijssel T.a.v. Programmasecretariaat Omgevingsvisie Postbus 10078 8000 GB ZWOLLE
Tevens perfax: 038 -425 48 88
Enschede, 14april 2009 Inzake Ref. Tel. Fax E-mail Van
SummercampHeino/GemeenteRaalte TR/AG200910848 053-4804228 053-480 4296
[email protected] deheermr.T.D.Rijs,advocaat
ZIENSWIJZEN MET BETREKKING TOT DE ONTWERP-OMGEVINGSVERORDENING EN DE ONTWERP-OMGEVINGSVISIE OVERIJSSEL 2009
Geachteheer, mevrouw, Tot mij hebben zich gewend de Stichting Kinderoord Schaarshoek, gevestigd aan de Schaarshoekweg 1(813IRE)te Wijhe endeheer J. Besselsen,wonendeaande Woolthuisweg 4 te Raalte (hierna samen te noemen: cliente), met het verzoek om zienswijzen met betrekking tot de ontwerp-omgevingsverordening en de ontwerpomgevingsvisie Overijssel 2009 intedienen.De zienswijzen treft uhieronder aan. 1. Inleiding Cliente exploiteert ten zuidwesten van Heino het Summercamp Heino (hierna: het Summercamp), gelegen aan de Schaarshoekweg (gemeente Olst-Wijhe). Het Summercamp is een park voor verblijfsreactie gericht op (groepen) jongeren. Het betreft een park met voornamelijk groepsaccommodatiesmet in totaal ongeveer 1000 bedden en 85.000 overnachtingen per jaar. Daarmee is het Summercamp een van de grootste locaties voor verblijfsrecreatie in
K A N T O R E N TE ENSCHEDE EN O L D E N Z A A L K I E N H U 1 S H O V I N G N.V. P A N T H E O N 25 POSTBUS 109 7 S 0 0 A C ENSCHEDE TELEFOO N 053-4 SO 42 00 w i v w . k i e n h u i 5 h o v i n g . n l i n f o @ k i e n h u i s h o v i n g . n l Hande l s r e g l s l e r n r . 08124589 BTW nr. NL8 I 3 0 . 0 2 . 7 8 3 . B 01 B A N K R E K E N I N G : 5 9 . 3 4 . 0 8 . 1 7 9 T.N.V. Kl ENH UI S H OVI NG S T I C H T I N G DE RDENG ELD EN A D V O C A T U U R Al onzedienslenwordenverleendop basisvaneenovereenkomstgeslolenmet KienhuisHovIngN.V.Op dezeovereenkomstenop loekomstigeovereenkomstenzijn dealgemenevoorwaarden van KienhuisHovIng N.V.van toepassing.Dezealgemenevoorwaarden zijngedeponeerd bij derechlbankAlmelo (nr.3/2005) ensl3anop deachterzijdevandezebriefenopwww.kienhuisrioving.nl. Wi|zenden uopverzoek kosleloos een exemplaar.
K I E N H U I S HOVING A D V O C A T E N
E N
N O T A R 3 S S E N
-2
Overijssel. Het Summercamp wordt ter plaatse reeds sinds de jaren '60 geexploiteerd. Vlakbij het park is een recreatiemeertje (het Japiksgat) gelegen (gemeente Raalte). Dit recreatiemeertje vormt een functioneel verband met het Summercamp en wordt ook in samenhang met het Summercamp geexploiteerd. Het recreatiemeertje, de gebouwen en de rest van het terrein worden gebruikt voor recreatieve doeleinden. Het park wordt hierna "locatie Schaarshoekweg" genoemd, het recreatiemeertje, degebouwen enderestvanhetterrein "locatie Japiksgat". 2. Vigerende bestemmingsplannen Voordat ik de zienswijzen van cliente weergeef, vat ik de thans geldende gebruiks-, bouw-, en ontwikkelingsmogelijkheden van de locaties Schaarshoekweg enJapiksgat samen. 2.1 Locatie Schaarshoekweg Op grond van het bestemmingsplan 'Buitengebied Wijhe', geldt voor de hele locatie Schaarshoekweg de bestemming 'Verblijfsrecreatievedoeleinden' met de aanduidding 'actieve recreatie'. Op grond van artikel 14 van de planvoorschriften zijn de desbetreffende gronden bestemd voor recreatief verblijf in zomerhuizen of kampeermiddelen, alsmede voor een vakantie- en kinderoord, met de daarbijbehorende gebouwen. In het kader van deze bestemming mogen vakantiehuizen, kampeermiddelen en gebouwen voor verblijfsrecreatie en een vakantie- enkinderoord worden opgericht, tot 12.000 m2. Daarnaast zijn opdeze gronden twee bedrijfswoningen toegestaan. 2.2 Locatie Japiksgat Voor de locatie Japiksgat geldt het bestemmingsplan 'Japiksgat 1998'. Het bestaande recreatieve gebruik van het Japiksgat is als zodanig bestemd. Daarbij zijn in het bestemmingsplan enkele ontwikkelingsmogelijkheden opgenomen, ten behoeve van de realisering van een verblijfsrecreatiegebouw en een tweetal verblijfsrecreatieschepen. Voor zover de locatie Japiksgat niet expliciet voor verblijfs- of dagrecreatie is bestemd, gelden de bestemmingen 'Bos/beplantingsstrook' en 'Water', met dien verstande echter dat de desbetreffende gronden (mede) voor recreatie recreatieve doeleinden mogen worden gebruikt, hetgeen ook gebeurt. Kortom de hele locatie Japiksgat is bestemd voor recreatieve doeleinden.
K I E N H U I S HOVING A D V O C A T E N
E N
N O T A R I S S E N
ZIENSWIJZEN GERICHT TEGENDE OMGEVINGSVERORDENING 3. De Omgevingsverordening Cliente wordt bij ongewijzigde vaststelling van de Omgevingsverordening ten onrechte in de gebruiks-, bouw- en ontwikkelingsmogelijkheden van de Iocaties Schaarshoekweg en Japiksgat beperkt. Daarbij komt dat de Omgevingsverordening een aantal onduidelijkheden en tegenstrijdigheden bevat, zodat ook een rechtsonzekere situatie voor haar ontstaat. Hieronder licht cliente haar zienswijzen nader toe. Cliente maakt onderscheid tussen de zienswijzen die specifiek betrekking hebben op de Iocaties Schaarshoekweg en Japiksgat endezienswijzen meteenmeer algemene strekking. 4. Zienswijzen die specifiek betrekking hebben op de Iocaties Schaarshoekweg en Japiksgat 4.1 De ecologische hoofdstructuur Op grond van het thans vigerende bestemmingsplan mogen de Iocaties Schaarshoekweg en Japiksgat geheel voor recreatieve doeleinden worden gebruikt, hetgeen ook gebeurt. Een groot deel van de desbetreffende gronden, inclusief het gehele recreatiemeertje, is op de kaart 'EHS, overige natuur en nationale landschappen' echter aangemerkt als 'EHS, bestaande natuur'. In artikel 2.7.3. is bepaald dat bestemmingplannen, projectbesluiten en beheersverordeningen die betrekking hebben op gebieden waarvoor deze aanduiding geldt, uitsluitend mogen strekken tot behoud, herstel of duurzame ontwikkeling van de wezenlijke kenmerken en waarden. Cliente wordt hierdoor in onevenredige mate in haar gebruiks-, bouw- en ontwikkelingsmogelijkheden beperkt. De desbetreffende aanduiding is bovendien onterecht. De Iocaties Schaarshoekweg en Japiksgat bezitten namelijk geen bestaande natuurwaarden. De Iocatiesworden al sinds dejaren '60 voor recreatieve doeleinden gebruikt. Dit gebruik zal ook in de toekomst gehandhaafd blijven. Daarom kan in een bestemmingsplan, waarin de Omgevingsverordening wordt verwerkt, ook geen (mede)bestemming voor natuurdoeleinden worden opgenomen; een dergelijke (mede)bestemming zal immers niet uitvoerbaar zijn. Cliente verzoekt u dan ook om de Omgevingsverordening zo aan te passen, dat voor de Iocaties Schaarshoekweg en Japiksgat de aanduiding 'EHS,bestaande natuur' komt te vervallen.
K l E N H U I S HOVING A D V O C A T E N
E N
N O T A R I S S E N
-4
Ook geldt voor een groot gedeelte van de gronden de aanduiding 'beheersgebied'. Deze aanduiding verhoudt zich niet met het feit dat de gronden thans intensief worden gebruikt voor recreatieve doeleinden. Zo is het grote speelveld, dat onderdeel is van de locatie Schaarshoekweg, voorzien van deze aanduiding, terwijl dit speelveld thans voor recreatieve doeleinden (sport en spel)wordt gebruikt. Daarbij komt dat dit speelveld onderdeel is van het bestaande bouwvlak, wat meebrengt dat op het speelveld ook gebouwen en bouwwerken mogen worden opgericht. Om dit speelveld aan te duiden als beheersgebied, is daarom onterecht. Cliente verzoekt u dan ook om deze aanduiding te verwijderen. Ook voor de locatie Japiksgat geldt dat - onder meer- het grote open veld dat nu wordt gebruikt voor recreatieve doeleinden (sport en spel, zonnen, etc.) is aangeduid als beheersgebied. Ook ten aanzien daarvan verzoekt cliente omdeze aanduidingte verwijderen. In artikel 2.7.3 lid 4 is een regeling opgenomen die lijkt te moeten voorkomen datbestaande gebruiksmogelijkheden worden beperkt. Deze regeling is echter onduidelijk geformuleerd, zodat het risico bestaat dat de bestaande gebruiksmogelijkheden van cliente wel degelijk worden beperkt. Zo wordt in deregeling gesproken over 'rechteri en 'ontwikkelingsmogelijkhederi die niet mogen worden beperkt. Onduidelijk is echter wat hieronder wordt verstaan. Met name de vraag of het begrip 'ontwikkelingsmogelijkhederi' betrekking heeft op planologische of feitelijke ontwikkelingsmogelijkheden, is voor de reikwijdte van deregeling bepalend. Cliente gaat ervooralsnog vanuit dathet de bedoeling is om de bestaande gebruiks-, bouw- en ontwikkelingsmogelijkheden te behouden en om daarnaast voldoende ontwikkelingsmogelijkheden te bieden, met het oog op de toekomst. Dit komt in artikel 2.7.3 lid 4 echter onvoldoende tot uitdrukking. Cliente verzoekt u om de regeling aante passen. 4.2 Verblijfsrecreatie In artikel 2.12.1 is een aantal definities opgenomen betreffende het onderwerp 'verblijfsrecreatie'. Deze definities zijn echter onduidelijk, zodat niet kan worden vastgesteld wat de reikwijdte van de bepalingen betreffende dit onderwerp precies is. In de definities van 'recreatiewoning' en 'recreatieverblijf staat bijvoorbeeld dat het moet gaan om een gebouw (of kampeermiddel) dat 'uitsluitend door een huishouden of daarmee gelijk te stellen groep vanpersoneri dient te worden gebruikt. Gelet ophet feit dat het Summercamp zich vooral richt op (groepen) jongeren, rijst de vraag of de groepsaccommodaties (ten behoeve van - bijvoorbeeld - kinderkampen) ook daaronder worden verstaan, of dat de definitie juist beoogt om deze uit te sluiten. Clienteverzoekt u omditte verduidelijken.
K I E N H U I S HOVING A D V O C A T E N
E N
N O T A R I S S E N
-5-
In artikel 2.12.2 is een vergaande beperking opgenomen voor het in bestemmingsplannen voorzien in de mogelijkheid om nieuwe recreatiewoningen te bouwen. Onduidelijk is wat onder 'nieuwe' recreatiewoningen moet worden verstaan. Cliente gaat ervan uit dat hiermee recreatiewoningen worden bedoeld waarvan de realisering niet reeds in bestaande bestemmingsplannen is voorzien. Echter, ook een recreatiewoning die wordt gebouwd op grond van een bestaande bouwmogelijkheid, kan als een nieuwe recreatiewoning worden aangemerkt. Nu het niet de bedoeling kan zijn om bestaande bouwmogelijkheden te beperken, verzoekt cliente u om dit in de Omgevingsverordening tot uitdrukking te brengen. Naast het behoud van de bestaande bouwmogelijkheden, zullen bestaande locaties voor verblijfsrecreatie ook de mogelijkheid moeten hebben om nieuwe recreatiewoningen te bouwen met het oog op ontwikkelingen in de toekomst (bijvoorbeeld ter vervanging van "oude" recreatiewoningen en als een andere, betere indeling van een park daartoe aanleiding geeft). Dezemogelijkheid komt in artikel 2.12.2 echter niet tot uitdrukking. Cliente verzoekt u om de regeling ook in dat opzicht aan te passen. Artikel 2.12.2 onder a noemt een aantal uitzonderingen ten opzichte van de beperking die geldt voor nieuwe recreatiewoningen. Twee belangrijke begrippen in dit artikel zijn echter niet gedefinieerd, wat zorgt voor onduidelijkheid over dereikwijdte van deze uitzonderingen. Bepaald is dat de desbetreffende beperking niet geldt voor een 'innovatief concept' danwel een 'kwaliteitsimpuls' voor 'bestaande recreatieterreinen'. De gecursiveerde begrippen zijn niet gedefinieerd, wat meebrengt dat gemeenten deze begrippen uiteenlopend in bestemmingsplannen zullen gaan invullen. Dit is niet overeenkomstig bedoeling van algemeneregels (zieparagraaf 5.2). Artikel 2.12.2 onder b biedt tot slot een mogelijkheid voor de bouw van nieuwe recreatiewoningen op locaties voor verblijfsrecreatie die als zodanig zijn aangeduid op de kaart 'Recreatie'. Op deze kaart zijn de locaties Schaarshoekweg en Japiksgat echter niet als locaties voor verblijfsrecreatie aangeduid! Dit moet op een misverstand berusten, omdat het Summercamp een zeer belangrijke locatie voor verblijfsrecreatie in de provincie Overijssel betreft, waarvoor uiteraard ook ruimte voor ontwikkelingen in de toekomst moet worden geboden. Cliente verzoekt u dan ook om beide locaties alsnog van deze aanduidingte voorzien. 4.3 Algemene voorschriften Uit de Omgevingsverordening blijkt dat de bestaande gebruiks-, bouw- en ontwikkelingsmogelijkheden bij ongewijzigde vaststelling verder zullen worden beperkt, doordat in de 'algemene voorschriften voor de ruimtelijke
K l E N H U I S HOVING A D V O C A T E N
E N
N 0 T A B . 1 S S E N
kwaliteit' de verplichting is opgenomen dat bestemmingsplannen moeten overeenstemmen met de Ontwikkelingsvisie. Door deze koppeling met de Omgevingsvisie, lijken de bestaande gebruiks-, bouw- en ontwikkelingsmogelijkheden in een aantal opzichten te worden beperkt. Cliente licht dit hierondertoe. Artikel 2.1.4 bepaalt dat bestemmingsplannen uitsluitend in 'andere dan stedelijke ontwikkelingen' een extra ruimtebeslag mogen leggen op de groene omgeving, als is aangetoond dat de (her)benutting van bestaande bebouwing in redelijkheid niet mogelijk is en de mogelijkheden voor combinaties van functies optimaal zijn benut. De reikwijdte van dit artikel is onduidelijk. Cliente beschikt op basis van de vigerende bestemmingsplannen over diverse gebruiks-, bouw- en ontwikkelingsmogelijkheden (ten aanzien van de locaties Schaarshoekweg en Japiksgat) die mogelijk als een extra ruimtebeslag op de groene omgeving worden gezien. Het kan niet de bedoeling zijn dat deze gebruiks-, bouw- en ontwikkelingsmogelijkheden worden beperkt. Cliente verzoekt uom ditte bevestigen. Uit artikel 2.1.5 vloeit voort dat bestemmingsplannen in overeenstemming moeten zijn met de ontwikkelingsperspectieven die voortvloeien uit de Omgevingsvisie. Voor een groot deel van de gronden van cliente geldt het ontwikkelingsperspectief 'Realisatie groene en blauwe hoofdstructuur, aaneengesloten structuur van natuurgebieden'. De bestaande ontwikkelingsmogelijkheden lijken zich niet te verhouden met dit ontwikkelingsperspectief. Dit lijkt tot gevolg te hebben dat de bestaande ontwikkelingsmogelijkheden moeten worden wegbestemd. Dit kan niet de bedoeling zijn, zeker niet gelet ophet feit dat het wegbestemmen van bestaande ontwikkelingsmogelijkheden op grond van vaste rechtspraak alleen in bijzondere gevallen is toegestaan. Ookzalhetwegbestemmen veel (plan)schade veroorzaken. Tot slot merkt cliente op dat op grond van artikel 2.1.5 lid 4 iedere ontwikkeling in het buitengebied alleen mogelijk lijkt als sprake is van een 'zwaarwegend sociaal-economisch belong'. Volstrekt onduidelijk is wanneer aan dit criterium wordt voldaan, wat voor cliente meebrengt dat een strikte toepassing van dit criterium haar ontwikkelingsmogelijkheden feitelijk onuitvoerbaar kan maken. Dit kan niet de bedoeling zijn. Cliente verzoekt u dan ook om de Omgevingsverordening in dat opzicht te verduidelijken, in zoverre dat dit criterium in ieder geval niet voor de locaties Schaarshoekweg enJapiksgat geldt.
K l E N H U I S HOVING A D V O C A T E N
E N
N O T A R I S S E N
5. Algemene zienswijzen Naast de zienswijzen die specifiek betrekking hebben op de locaties Schaarshoekweg en Japiksgat, maakt cliente de volgende, algemene zienswijzen met betrekking tot deOmgevingsverordening kenbaar. 5.1 Onjuist gebruik instrumenten In de eerste plaats kan cliente zich niet verenigen met de koppeling die is gemaakt tussen de Omgevingsvisie en de Omgevingsverordening. Een van de uitgangspunten van de Wro is dat een duidelijk onderscheid moet worden gemaakt tussen instrumenten die beleid respectievelijk normstelling betreffen. De Omgevingsvisie betreft beleid en moet worden aangemerkt als een structuurvisie als bedoeld in de Wro. Algemene regels horen niet in een structuurvisie thuis. De structuurvisie en de bevoegdheid tot het stellen van algemene regels zijn duidelijk van elkaar te onderscheiden instrumenten die niet aan elkaar gekoppeld dienen te worden. Doordat in de Omgevingsverordening expliciet wordt verwezen naar delen van de Omgevingsvisie, die volgens de Omgevingsverordening in bestemmingsplannen moeten worden verwerkt, wordt via een omweg echter ook aan delen van de Omgevingsvisie het karakter van een algemene regel gegeven. De systematiek van de Wro wordt hierdoor opeen onaanvaardbare wijze doorkruist. De koppeling tussen de Omgevingsvisie en de Omgevingsverordening heeft verder tot gevolg dat tal van beleidsmatige uitspraken door gemeenten zullen moeten worden verwerkt in bestemmingsplannen. Deze beleidsmatige uitspraken zijn echter nietgeschikt om alsalgemene regel verwerktteworden. De beleidsmatige uitspraken zijn hiervoor onvoldoende duidelijk en onvoldoende concreet. Dit leidt tot rechtsonzekerheid en rechtsongelijkheid. Clientenoemteen aantal voorbeelden. Artikel 2.1.5 Uit artikel 2.1.5 vloeitvoort datallebestemmingsplannen in Overijssel binnen een jaar moeten voldoen aan de normerende en richtinggevende uitspraken van de Gebiedskenmerken 2009. Deze normerende en richtinggevende uitspraken zijn echter verre van duidelijk en concreet. Strikt genomen moeten alle bestemmingsplannen in overeenstemming worden gebracht met de normerende en richtinggevende uitspraken die gelden voor natuurlijke lagen, typen landschappen, etc. Dit zorgt voor veel onduidelijkheid. Die onduidelijkheid wordt vergroot, doordat voor veel gebieden een aantal gebiedskenmerken geldt, terwijl de onderlinge verhouding van die gebiedskenmerken ook onduidelijk is. Mogelijk zijn deze gebiedskenmerken zelfs onderling tegenstrijdig. Voor bijna heel Overijssel geldtbijvoorbeeld dat
K I E N H U I S HOVING A D V O C A T E N
E N
N 0 T A R 1 S S E N
het bestaande landschap in stand moet blijven en dat debestaande natuurlijke laag moet worden beschermd. Daartegenover geldt echter voor veel gebieden het ontwikkelingsperspectief 'natuur', dat is gericht op de realisering van natuur. De doelstellingen van de ontwikkeling van natuur staat echter haaks ophet behoud vanhet cultuurlandschap. Dit is slechts een voorbeeld. Ook is onduidelijk wat een beschermende regeling voor het behoud van het een of ander zal moeteninhouden. Moet elkeontwikkeling, elk gebruik dat de gebiedskenmerken negatief kan bei'nvloeden, worden uitgesloten? Als dit de bedoeling is, dan kan bijna geen enkel gebruik van de gronden meer plaatsvinden. Tot slot merkt cliente hierover op dat in een groot aantal van de normerende en richtinggevende uitspraken wordt voorgeschreven dat deze in de bestemmingsplannen moeten worden verwerkt, terwijl het onderwerpen betreft die niet ruimtelijk relevant zijn en die gemeenten daarom - volgens vaste rechtspraak - niet in bestemmingsplannen mogen opnemen. Enkele voorbeelden zijn de normerende en richtinggevende uitspraken over het opnemen van een beschermende regeling die ervoor moet zorgen dat een bepaald waterpeil moet worden gerealiseerd en die betrekking moeten hebben op de instandhouding van 'de waterkwaliteit', 'de bodemkwaliteit' en de 'natuurkwaliteit'. 5.2 Onduidelijke bepalingen enbegrippen Algemene regels moeten op grond van artikel 4.1 lid 2 Wro door gemeenten in bestemmingsplannen worden verwerkt. Dit is alleen mogelijk, als algemene regels volstrekt duidelijk en niet voor uitleg vatbaar zijn. In de parlementaire geschiedenis isditooktotuitdrukking gebracht: "Voorts kunnen oprijks- en provinciaal niveau vastgesteldejuridisch bindende normen alleen goed doorwerken, indien deze duidelijk en ondubbelzinnig zijn. Daamaast dient te worden beschreven welke stappen binnen welke termijn door wie dienen te worden gezet. Dit vergt een grotemate van concreetheid in formulering." ' "Met de raad ben ik van mening datjuist vanwege de beoogde rechtsgevolgen de algemeen verbindende voorschriften, opgenomen in algemene maatregelen van bestuur of provinciale verordeningen, zo helder en eenduidig mogelijk moeten zijn geformuleerd, zodat geen tnterpretatieproblemen ontstaan."2
1
MvT 1 Tweede Kamer vergaderjaar 2002-2003,28 916, nr.3,p.42. Nader rapport, Tweede Kamer vergaderjaar 2002-2003,28 916,A,p. 19.
K I E N H U I S HOVING A D V O C A T E N
E N
N O T A R I S S E N
De Omgevingsverordening voldoet niet aan dit uitgangspunt. Cliente noemt eenaantal voorbeelden. Zo wordt in artikel 2.1.2. voorgeschreven dat bestemmingsplannen uitsluitend mogen voorzien in 'woningbouw, aanleg van bedrijventerreinen en het realiseren van voorzieningeri' indien dit dient ter voldoening aan een 'lokale behoefte' en 'de behoefte van bijzonderedoelgroepen'. Indezebepaling,noch elders in de verordening is uitgelegd wat onder de gecursiveerde begrippen moetworden verstaan. Uit de toelichting leidt cliente af dat deze uitgangspunten vooral voor stedelijke ontwikkelingen zijn bedoeld. Ook de reikwijdte van het begrip 'stedelijke ontwikkelingen' is echter niet duidelijk bepaald. Blijkens de definitie van dit begrip (artikel 2.1.1) is een stedelijke ontwikkeling: 'het realiseren van woningbouw, bedrijventerreinen, voorzieningen en infrastructuur met bijbehorend groen enwater en het hiertoe bouwrijp makenvan gronden.' Onduidelijk is echter wat het stedelijke karakter van deze ontwikkelingen zoumoeten zijn. In artikel 2.1.5. de leden 1tot en met 3wordt een aantal eisen gesteld aan de toelichting van bestemmingsplannen dievoorzien in 'nieuwe ontwikkelingen'. Het begrip 'nieuwe ontwikkelingen' is echter niet gedefinieerd, zodat onduidelijk is voor welke ontwikkelingen de leden 1t/m 3 van artikel 2.1.5 gelden. Onduidelijk is of deze bepalingen alleen betrekking hebben op ontwikkelingen die nog niet (planologisch) zijn voorzien of dat onder 'nieuwe ontwikkelingen" elke ontwikkeling die feitelijk nog niet is gerealiseerd moet worden verstaan. Voorts is bepaald 'dat de nieuwe ontwikkelingen (...) bijdragen aan het versterken van de ruimtelijke kwaliteit conform de gebiedskenmerken'. Dit betekent dat bestemmingsplannen overeen moeten stemmen met de Gebiedskenmerken. Dit is een omeen aantal redenen een onmogelijke opgave (zieparagraaf 4.3). Verder is in artikel 2.1.6. bepaald dat bestemmingsplannen in afwijking van artikel 2.1.3 en 2.1.4. wel in 'nieuwvestiging' en 'grootschalige ontwikkelingen' kunnen voorzien indien hier 'sociaaleconomische en/of maatschappelijke'' redenen voor zijn en voldoende compensatie door investering 'ter versterking van ruimtelijke kwaliteif in de omgeving plaatsvindt. Of de bestaande ontwikkelingsmogelijkheden voor cliente onder 'nieuwvestiging' of een 'grootschalige ontwikkeling' kan worden begrepen is onduidelijk. Ook andere begrippen als 'ecologisch en landschappelijk kapitaaV en 'versterking ruimtelijke kwaliteif zijn geen begrippen die zonder
K I E N H U I S HOVING A D V O C A T E N
E N
N O T A R I S S E N
10
een nadere defmiering voldoende duidelijk zijn om rechtsreeks in een bestemmingsplan te worden vertaald. Weliswaar bevat de Omgevingsverordening een definitie van het begrip 'ruimtelijke kwaliteit', maar deze definitie is zo ruim en vaag dat hiermee nog niet voldoende duidelijk wordt watvan degemeenten (endusookvanburgers)wordt verwacht. Cliente verzoekt gezien het voorgaande om debepalingen van de verordening te verduidelijken door deze zo te formuleren, dat deze slechts voor een uitleg vatbaar zijn. Gezien de huidige formuleringen zal cliente anders in haar exploitatie- en ontwikkelingsmogelijkheden (kunnen) worden geschaad, hetgeen niet debedoelingkan zijn. 5.3 Bestaande rechten, overgangsrecht De Omgevingsverordening moet voorzien in overgangsrecht ten aanzien van bestaande gebruiks-, bouw- en ontwikkelingsmogelijkheden. Ook in de parlementaire geschiedenis isdittot uitdrukking gebracht: "Het rechtszekerheidsbeginsel verplicht ertoe dat die algemeen verbindende voorschriften tevens zorgvuldig voorzien in overgangsrechtelijke bepalingen. Daaraan zal dus structurele aandacht moeten worden gegeven. Daarbij zal het algemene uitgangspunt gelden dat gevestigde rechten en belangen, alsmede gerechtvaardigde verwachtingen worden geeerbiedigd."3
Het overgangsrecht dat in de Omgevingsverordening is opgenomen, voorziet echter niet in het behoud van bestaande gebruiks-, bouw- en ontwikkelingsmogelijkheden. Een aantal gebreken met betrekking tot het overgangsrecht is reeds genoemd (zie de paragrafen 4.1,4.2 en 4.3). Hieronder plaatst cliente nogeen aantalkanttekeningen bij het algemene overgangsrecht. In artikel 8.1.2 lid 1isbepaald dat besluiten die voor de inwerkingtreding van de Omgevingsverordening gelden, blijven gelden zolang het bestuursorgaan niet anders heeft beslist. De vraag rijst hoe dit artikel zich verhoudt met de verplichting voor gemeenten die voortvloeit uit artikel 4.1 lid 2 Wro, dat bestemmingsplannen binnen een jaar na inwerkingtreding van de Omgevingsverordening moeten worden aangepast, tenzij een andere termijn in de Omgevingsverordening is gesteld (een andere termijn is niet gesteld). Het overgangsrecht biedthierover geen duidelijkheid. Indien de bestemmingsplannen niet tijdig aan de Omgevingsverordening worden aangepast, danrijst devraag hoezichditverhoudt methetbepaalde in artikel 122 Gemeentewet. Op grond van dit artikel moeten lagere regelingen 1
MvT,Tweede Kamer,vergaderjaar 2002-2003,28 916,nr. 3,p.43.
K l E N H U I S HOVING A D V O C A T E N
E N
N O T A R 1 S S E N
11
die in strijd zijn methogere regelingen, buitentoepassing blijven. Dit kan ook gelden voor bestemmingsplannen die in strijd zijn met de Omgevingsverordening. Het is devraag ofhet overgangsrecht dit uitsluit.Het overgangsrechtbiedt ookhierover geen duidelijkheid. In artikel 8.1.2 lid 2 is bepaald dat op procedures die zijn aangevangen voor inwerkingtreding van deverordening het ouderecht van toepassing blijft. Wat hiermee wordt beoogd, is onduidelijk. Uit artikel 4.1 Wro vloeit namelijk voort dat bestemmingsplannen binnen een jaar opnieuw zullen moeten worden aangepast (een anderetermijn isnietgesteld). Gezien de onduidelijkheid van het thans geformuleerde overgangsrecht en de twijfels die bestaan over de juridische houdbaarheid van deze bepalingen, verzoekt cliente om het overgangsrecht opnieuw te bezien en te komen met een nieuwe regeling die de bestaande rechten van burgers en bedrijven nauwkeurig waarborgt. 5.4 Tot slot In de Omgevingsverordening wordt op een antal plaatsen verwezen naar kaarten, die echter niet als zodanig bij de Omgevingsverordening zijn gevoegd. Dewel beschikbaar gestelde viewer voor digitale kaarten geeft geen mogelijkheid om te controleren of een kaart overeenkomt met de aanduiding die deze in de Omgevingsverordening heeft. Of de getoonde kaarten inderdaad de in de Omgevingsverordening aangeduide kaarten betreffen, is daarmee onzeker. Verder is de verwijzing in de Omgevingsverordening naar de Gebiedskenmerken onjuist. De verwijzing heeft betrekking op de Gebiedskenmerken 2009, terwijl de bij de Omgevingsvisie gevoegde Gebiedskenmerken de Gebiedskenmerken 2008 betreffen.
K I E N H U I S HOVING A D V O C A T E N
EN
N O T A R 1 S S E N
12
ZIENSWIJZENGERICHT TEGENDE OMGEVINGSVISIE 6. Inleiding De Omgevingsvisie heeft ter inzage gelegen voor zienswijzen van 22 december 2008 tot 2 februari 2009. Op dat moment was echter nog geen ontwerp van de Omgevingsverordening bekendgemaakt en was derhalve voor clientenog niet bekend datdelenvan deze Omgevingsvisie - doormiddel van een koppeling met de Omgevingsverordening - als algemene regel verankerd zouden worden. In verband hiermee ziet cliente zich genoodzaakt om thans ook tegen de volgende onderdelen van de Omgevingsvisie een zienswijze te richten. 7. Hetgebiedskenmerk 'Lust- enLeisurelaag' Op de kaart voor het gebiedskenmerk 'Lust- en Leisurelaag' is een deel van de gronden voor verblijfsrecreatie als gebied voor verblijfsrecreatie aangemerkt. Indien cliente gebruik zoumakenvan debestaande planologische mogelijkheden voor het vernieuwen van gebouwen, dan wel het plaatsen van nieuwe gebouwen opanderedelenvanhetterrein, danzoudit opgrondvande kaart mogelijk als een uitbreiding van een bestaand recreatiecomplex moeten worden gezien. Op grond van de normerende en richtinggevende uitspraken voor dit gebiedskenmerk zou hiermee ineens aan aanvullende voorwaarden moeten worden voldaan. Dit kan niet de bedoeling zijn, nu de regels enkel bedoeld zijn voor feitelijk nieuwe recreatiecomplexen of uitbreidingen daarvan. Cliente verzoekt u dan ook om, conform het geldende bestemmingsplan, delocaties Schaarshoekweg en Japiksgat op dekaart geheel als gebied voor verblijfsrecreatie aantemerken. 8. Ontwikkelingsperspectief realisatie groene hoofdstructuur Voor een groot deel van de locaties Schaarshoekweg en Japiksgat geldt het 'Ontwikkelingsperspectief realisatie groene hoofdstructuur'. In artikel 2.1.5. is bepaald dat alleen op grond van 'zwaarwegende sociaaleconomische belangen' en 'met versterking van de ruimtelijke kwaliteit van het ontwikkelingsperspectief mag worden afgeweken. Ook bestaande ontwikkelingsmogelijkheden worden hierdoor beperkt. Cliente wordt hierdoor in onevenredige mate in haar belangen geschaad. Nu dit niet de bedoeling kan zijn van de Omgevingsverordening, verzoekt cliente u om artikel 2.1.5 zo aan te passen, dat dit artikel geen beperkingen meebrengt voor bestaande ontwikkelingsmogelijkheden.
K I E N H U I S HOVING A D V O C A T E N
E N
N O T A R I S S E N
13
Daarnaast verzoekt cliente u om dit ontwikkelingsperspectief van haar gronden te verwijderen en te vervangen door het een ander perspectief (bijvoorbeeld 'Buitengebied accent veelzijdige gebruiksruimte (mixlandschap)'). Voor de gronden waarvoor thans dit ontwikkelingsperspectief is opgenomen, is immers duidelijk dat deze thans geen natuurwaarde bezitten en dit ook niet zullen verkrijgen. Deze terreinen worden namelijk intensief gebruikt door cliente en dit gebruik zal ook in de toekomst gehandhaafd blijven. Het Summercamp Heino is een succesvol recreatiebedrijf dat in ieder geval nog tientallen jaren ter plaatse gevestigd zal blijven. Erbestaat dan ook geenreeel ontwikkelingsperspectief voor natuur op deze gronden, zodat het nu opgenomen ontwikkelingsperspectief niet past. Cliente heeft in deze zienswijze opmerkingen gemaakt ten aanzien van aspecten van de Omgevingsvisie die in de verordening terugkomen. Nu het enkel aanpassen van de verordening aan de zienswijze van cliente onvoldoende recht zou doen aan de opmerkingen van cliente, verzoekt cliente om ook de Omgevingsvisie op die onderdelen gewijzigd vast te stellen. Het betreft dan in ieder geval het opgenomen Ontwikkelingsperspectief voor de grondenvan cliente, alsmede het ontbreken van een groot deel van het verblijfsrecreatieterrein van cliente opde 'Lust- enleisurekaart' enhet ontbreken van de aanduiding als locatie voorverblijfsrecreatie opdekaart 'Recreatie'.
K l E N H U I S HOVING A D V O C A T E N
E N
N O T A R I S S E N
14-
9. Conclusie Opgrondvanalhetvoorgaandeverzoektclienteuomde Omgevingsverordening niet in deze vormvast te stellen. Cliente verzoekt u ombelemmeringen voor de exploitatie- en ontwikkelingsmogelijkheden voor cliente weg te nemen en de verordeningteverduidelijken,overeenkomstig dezienswijzen. Mocht u naar aanleiding van deze zienswijze vragen hebben danwel in een gesprek desituatievan clienteverderwillenbespreken,danben ikdaartoegaarne bereid.Ukuntcontactmetmijopnemenviatelefoonnummer 053-4804228.