Derde Bachelorjaar, Arbeids- en Organisatiepsychologie
2. Arbeids- en Organisatiepsychologie 2.1 Doelstelling van het onderwijsprogramma van A&O Algemeen geformuleerd heeft de specialisatie Arbeids- en Organisatiepsychologie als doelstelling het ontwikkelen van: • kennis van de voornaamste onderwerpen uit de A&O-psychologie; • vaardigheid in het hanteren van de belangrijkste methoden en technieken die in de A&O-psychologie worden gebruikt; • vaardigheid in het onderkennen en analyseren van A&O-psychologische problemen in de praktijk, en in het formuleren van en (mede) uitvoeren van wetenschappelijk gefundeerde oplossingen; • vaardigheid als onderzoeker van theoretische en praktische problemen op het terrein van de A&O-psychologie. • professionele vaardigheden (zoals samenwerken, overtuigen, argumenteren, presenteren, adviseren) van belang voor A&O-psychologen in de praktijk. Een belangrijke doelstelling van het studieprogramma A&O is het streven om studenten een relatief brede opleiding in het vakgebied te geven. Hiertoe is in het derde bachelorjaar een aantal vakken verplicht gesteld. Daarnaast kan men zich met behulp van de keuzeruimte in het derde bachelorjaar ‘specialiseren’ in een van de volgende drie richtingen: Personeelsselectie en -ontwikkeling (P), Sociale processen in organisaties (O), Arbeid en Gezondheid (A&G).
2.2 Beroepsmogelijkheden A&O Het is mogelijk om na het afronden van een bachelor Arbeids- en Organisatiepsychologie de arbeidsmarkt op te gaan; in dat geval zal men in aanmerking komen voor functies waar een academische opleiding gevraagd wordt. Voor functies in het veld van Arbeidsen Organisatiepsychologie zal echter over het algemeen ook een afgeronde master in de Arbeids- en Organisatiepsychologie worden gevraagd. Bij de beschrijving van de beroepsmogelijkheden wordt daarom uitgegaan van een afgerond masterprogramma. Arbeids- en Organisatiepsychologen kunnen in veel organisaties en instituten terecht als organisatiedeskundige, HRM-adviseur, organisatieconsultant, selectiepsycholoog, of bedrijfspsycholoog. Daarnaast komen A&O psychologen terecht in functies op onderzoeksgebied. Enkele voorbeelden van functies waarin afgestudeerden werkzaam zijn: • organisatieadviseur/consultant bij een organisatieadviesbureau; • zelfstandige vestiging als beleidsadviseur en onderzoeker; • hoofd opleiding, training en development; • hoofd of medewerker van een afdeling Personeel en Organisatie; • selectiepsycholoog bij een bureau voor werving en selectie; • medewerker bij een arbodienst; • beleidsmedewerker bij een overheidsinstantie; • docent, supervisor, trainer op een instelling voor HBO; • beleidsondersteunend onderzoeker bij grote bedrijven en de overheid; • onderzoeker/docent aan een universiteit. Voor meer informatie over beroepsmogelijkheden zie ook Hoofdstuk 1 van deze studiegids.
2.3 Onderwijsprogramma derde bachelorjaar A&O In dit laatste bachelorjaar worden vakken aangeboden die een uitgebreide basis bieden in de A&O-psychologie. Dit zijn vakken op het gebied van de Personeelsselectie en -ontwikkeling, Sociale processen in organisaties en Psychologie van arbeid en gezondheid. Daarnaast is er een methodologisch vak (MODA) en zal ter afsluiting van de bachelor een een empirisch bachelorproject (12 ec) worden uitgevoerd. Aanwezigheid tijdens de 101
Derde Bachelorjaar, Arbeids- en Organisatiepsychologie bijeenkomsten is bij alle vakken verplicht. Vakken worden afgerond met een tentamen en in veel gevallen een of meerdere opdrachten. Bij een onvoldoende beoordeling kan een toetsonderdeel één keer herkanst worden in het lopende collegejaar. Bij verplichte vakken die in het Engels gedoceerd worden, mogen antwoorden op de tentamens in het Nederlands gegeven worden. Naast de grijsgekaderde verplichte vakken in het onderstaande schema zijn er de volgende vakken: • Working in groups en Organisatiestructuur & organisatiecultuur: verplichte keuze uit één van deze twee. • Career management, Organizational change en Interventies in de A&G-psychologie: verplichte keuze uit één van deze drie. Het vak Career management is vooral van belang voor studenten die zich willen specialiseren in Personeelsselectie en -ontwikkeling, Organizational change vooral voor studenten die zich willen specialiseren in Sociale processen in organisaties, en Interventies in de A&G-psychologie voor studenten die zich willen specialiseren in Psychologie van arbeid en gezondheid. Bachelorprogramma Arbeids- en Organisatiepsychologie Blok 1 12 ec
Semester 1 Blok 2 + 3 18 ec
Blok 1 12 ec
Semester 2 Blok 2 12 ec
Recruitment, selection and workperformance (6)
Motivatie & arbeidsgedrag (9)
MODA (6)
Leiderschap (6)
Arbeid, gezondheid & werkstress (9)
Working in groups (6)
Careermanagement (6)
Organisatie structuur en -cultuur (6)
Organizational change (6)
* DOA (6)
*Bachelorthese (9)
Blok 3 6 ec
Bachelorproject (12)
Interventies in de A&G-psychologie (6)
Noot: Studenten volgen in elk blok twee cursussen, met een maximum van 30 ec per semester. Verplichte cursussen zijn grijsgekaderd en vetgedrukt. Alleen in Blok 3 van Semester 2 is de student voltijds met 1 cursusonderdeel bezig, namelijk het bachelorproject . * Deze cursussen worden nog eenmaal aangeboden in ‘oude stijl’ voor studenten die hun tweede jaar hebben gevolgd in 2012-2013 of eerder.
Samenvattend: Om te voldoen aan de eisen van het bachelordiploma, specialisatie Arbeids- en Organisatiepsychologie zijn de volgende onderdelen vereist: • Recruitment, selection & workperformance (6 ec) • Leiderschap (6 ec) • Motivatie & arbeidsgedrag (9 ec) • Arbeid, gezondheid & werkstress (9 ec) • MODA (6 ec) • Keuze uit: Working in Groups (6 ec) of Organisatiestructuur & organisatiecultuur (6 ec) • Keuze uit: Career management (6 ec), Organizational change (6 ec) en Interventies in de A&Gpsychologie (6 ec) • Bachelorproject (12 ec; inclusief 10 colloquia) 102
Derde Bachelorjaar, Arbeids- en Organisatiepsychologie Totaal: 60 ec Indien men door veranderingen in het studieprogramma enkele studiepunten tekort komt, bestaat de mogelijkheid van een literatuurtentamen; overleg hierover eerst met de studieadviseur van A&O (zie 2.6 voor contactgegevens).
Honoursprogramma Voor informatie over de mogelijkheden voor een honoursbachelorprogramma wordt verwezen naar hoofdstuk 3. Voor een specifieke invulling van het honourtraject bij A&O kan men contact opnemen met de coördinator van het A&O-honoursprogramma (zie 2.6 voor contactgegevens).
2.4 Bijzonderheden van de specialisatie A&O Psychologie van Arbeid en Gezondheid (PAG) Wie na het afronden van de bachelor met specialisatie A&O ook een masterspecialisatie A&O gaat doen, heeft de mogelijkheid om de aantekening Psychologie van Arbeid enGezondheid (PAG) te behalen. Om te voldoen aan de eisen voor deze aantekening moet in de bachelor al rekening gehouden worden met het kiezen van het programma. Dat wil zeggen, om in de master aan de vereisten voor de PAG-aantekening te voldoen dient men het volgende programma te volgen in de bachelor: • Voldoen aan de standaard vereisten voor de bachelor A&O. • Behaald hebben van het vak Interventies in de A&G psychologie. • Een bachelorproject uitvoeren over een onderwerp op het terrein van de psychologie van arbeid en gezondheid. Zie voor meer informatie over de PAG-route het hoofdstuk over de masterspecialisatie A&O-psychologie. Voor meer informatie kan met terecht bij de PAG-coördinator (zie 2.6 voor contactgegevens). Basisaantekening Psychodiagnostiek (BAPD) Voor studenten die na de bachelorspecialisatie A&O ook de masterspecialisatie A&O doen, bestaat de mogelijkheid om de basisaantekening psychodiagnostiek in de Arbeidsen Organisatiepsychologie te behalen. De BAPD kan vooral relevant zijn voor studenten die zich willen specialiseren in Personeelsselectie en -ontwikkeling of Psychologie van Arbeid en Gezondheid. Studenten die met ingang van 2013-2014 het tweede jaar hebben gevolgd, voldoen wat betreft hun bachelorprogramma automatisch aan de eisen voor de BAPD. Voor studenten die in 2012-2013 het tweede jaar hebben gevolgd, zie voor meer informatie over de BAPD het hoofdstuk over de masterspecialisatie A&O-psychologie.
2.5 Nadere inlichtingen Studieadvisering Arbeids- & Organisatiepsychologie Voor inlichtingen met betrekking tot de specialisatie A&O-psychologie, vragen over de voortgang en planning van de studie, toelating tot de masterspecialisatie A&O, en eventuele problemen die kunnen optreden tijdens de studie kan men zich wenden tot de studieadviseur van de programmagroep A&O (zie 2.6 voor contactgegevens).
2.6 Contactgegevens secretariaat, studieadviseur en coördinatoren A&O Secretariaat: Mw. Joke Vermeulen kamer 4.05 email:
[email protected] Openingstijden: ma t/m do.: 9.00 - 16.30
telefoon: 525.6860
103
Derde Bachelorjaar, Arbeids- en Organisatiepsychologie Studieadviseur A&O: Dr. Brigitte ten Brink kamer 4.04 telefoon: 525.6866 email:
[email protected] Coördinatie Bachelorthese/Bachelorproject: Dr. Brigitte ten Brink kamer 4.04 telefoon: 525.6866 email:
[email protected] Coördinatie Honoursprogramma: Dr. Astrid Homan kamer 4.04 telefoon 525.5955 email:
[email protected] Coördinatie PAG-route: Dr. Machteld van den Heuvel kamer 4.03 telefoon 525.8773 email:
[email protected] Coördinatie BAPD: Dr. Edwin van Hooft kamer 4.08 telefoon 525.6863 email:
[email protected] Website: http://student.uva.nl/psy http://psyres.uva.nl/research Voorzitter van de programmagroep: Prof. dr. Annelies van Vianen Docenten: In Hoofdstuk 10 vindt u een overzicht van alle docenten, hun contactgegevens plus hun interessegebieden.
Op de volgende pagina’s staat een alfabetisch overzicht van de bacheloronderdelen die gevolgd kunnen worden binnen de specialisatie Arbeids- en Organisatiepsychologie.
104
Bacheloronderdelen, Arbeids- en Organisatiepsychologie
Arbeid, gezondheid & werkstress Punten SIS-code Aantal studenten Plaats in het rooster Toelatingsvoorwaarden Docenten
9 ec 7203BA01V Max. 100 Semester 1, blok 2 + 3 Propedeuse en verplichte vakken tweede jaar Mw. dr. M. van den Heuvel, Mw. dr. mr. A. Bakker-Pieper
Inhoud In de cursus Arbeid, gezondheid en werkstress wordt een overzicht gegeven van de stand van theorievorming, onderzoek en toepassingsgebieden op het terrein van de arbeids- en gezondheidspsychologie (A&G). Er wordt dieper ingegaan op kenmerken van de werkomgeving die tot werkstress dan wel werkplezier kunnen leiden. Tevens wordt aandacht besteed aan interventies die bijdragen aan gezondheid en motivatie van werknemers. Leerdoelen Na de cursus kunnen studenten: (a) theoretische modellen over werkstress beschrijven, vergelijken en toepassen (analyseren en zelfstandig denken); (b) voorspellers en uitkomsten van werkgerelateerde gezondheid en motivatie beschrijven, vergelijken en toepassen op zowel organisationeel als individueel niveau (analyseren en zelfstandig denken); (c) de fysiologische processen die gepaard gaan met stress beschrijven (parafraseren); (d) overig (niet-stressgerelateerd) gezondheidsbeïnvloedend gedrag op het werk en gezondheidsbeïnvloedende factoren in de werkomgeving beschrijven en verklaren (parafraseren en analyseren); (e) globale kennis rondom typen interventies op het gebied van arbeid, gezond en werkstress benoemen en de inhoud globaal beschrijven (parafraseren) en (f) een casus analyseren door relevante kennis toe te passen, een passende onderzoeksopzet maken vanuit A&G perspectief, onderbouwde en realistische aanbevelingen formuleren, resultaten en conclusies presenteren en schriftelijk verslagleggen van analyse, onderzoeksopzet en aanbevelingen (zelfstandig denken en mondeling en schriftelijk communiceren). Onderwijsvorm Wekelijkse bijeenkomsten (hoorcolleges). Daarnaast zijn er vier werkgroepen, verspreid over de cursus. Aanwezigheid is verplicht voor zowel hoorcolleges als werkgroepen. Beoordelingsvorm Schriftelijk tentamen bestaande uit meerkeuzevragen en open vragen over de literatuur en de collegestof (80% van het eindcijfer) en groepsopdrachten (20% van het eindcijfer). Het schriftelijke tentamen bestaat uit twee deeltentamens, die samen moeten worden opgevat als één tentamen. Het tentamencijfer wordt dan ook bepaald aan de hand van de totaal behaalde score op de twee deeltentamens. De groepsopdrachten worden apart becijferd, het gemiddelde telt mee voor het eindcijfer. Men dient voor zowel het tentamen als voor de gezamenlijke groepsopdrachten minstens een 5.5 te behalen. Wanneer men zakt voor het tentamen moet men altijd de gehele stof herkansen. Studiematerialen en kosten • Barling, J., Kelloway, E. K., & Frone, M. R. (Eds) (2004). Handbook of workstress. Thousand Oaks: Sage. ISBN 9780761929499 (± € 145,00), bij Studystore Roetersstraat: € 67,00. (circa 650 blz.) • Artikelen en hoofdstukken van andere boeken, informatie secr. A&O psychologie. (circa 350 blz.) Onderwijstijden www.rooster.uva.nl 105
Bacheloronderdelen, Arbeids- en Organisatiepsychologie
Bachelorthese Arbeids- en Organisatiepsychologie (Oude stijl) Punten SIS-code Plaats in het rooster Toelatingsvoorwaarden Docenten Inlichtingen
9 ec 7203BAT9X Semester 1, blok 2 + 3 Propedeuse, tweede jaar, DOA + minimaal 18 ec aan inhoudelijke vakken van de specialisatie A&O Alle docenten van de programmagroep Mw. dr. B. ten Brink
Leerdoel Het kunnen maken van een literatuuroverzicht op een specialistisch terrein. Deelleerdoelen: het kunnen formuleren van een heldere vraagstelling; het kunnen zoeken naar en selecteren van de belangrijkste wetenschappelijke literatuur over die vraagstelling; het kunnen integreren en evalueren van de gevonden literatuur in een eigen betoog waarin de vraagstelling wordt beantwoord; het kunnen toepassen van de APA richtlijnen. Onderwerpkeuze Studenten schrijven zich in voor een of meer onderwerp/docentcombinaties. Na plaatsing bij een onderwerp/docent kiest elke student een deelonderwerp waarover de bachelorthese geschreven wordt. Werkwijze, eisen en beoordeling Werkwijze, eisen en beoordelingscriteria staan uitgebreid beschreven in het stuk “De bachelorthese bij de opleiding Psychologie aan de UvA”, studentenhandleiding. De student levert tijdens het traject de volgende producten op: vraagstelling en gevonden literatuur, opzet, eindversie, verbeterde eindversie. Bij elk product, behalve het eerste, geeft de student schriftelijk aan hoe de feedback van de docent op het voorgaande product is verwerkt. De betreffende opleverdata worden direct na de introductiebijeenkomst schriftelijk vastgelegd in een thesecontract. Na ondertekening van het thesecontract volgt altijd een beoordeling, die dus ook onvoldoende kan zijn. De cursus wordt afgesloten met een presentatie van de these aan medestudenten. Omvang De bachelorthese (9 ec) bestaat uit een literatuuroverzicht van tussen de 5000 en 6000 woorden. Het literatuuroverzicht moet gebaseerd zijn op circa 15 empirische onderzoeksartikelen. Onderwijsvorm en onderwijstijden Er is een verplichte startbijeenkomst op maandag 27 oktober 2014 van 13.00 - 15.00 (semester 1) met alle studenten die geplaatst zijn voor de bachelorthese, en een verplichte eindpresentatie (tijden worden nader bekend gemaakt). Verder is de begeleiding individueel. Literatuur • Starreveld, P. A. (Ed.). (2009). Verslaglegging van psychologisch onderzoek (2e ed). Amsterdam: Boom. ISBN 9789047301240 (± € 25,00) • De bachelorthese bij de Opleiding Psychologie aan de UvA, studentenhandleiding. Blackboard.
106
Bacheloronderdelen, Arbeids- en Organisatiepsychologie Aanmelden Aanmeldingsprocedure SIS. De aangemelde studenten krijgen begin oktober via de studentenmail informatie over de beschikbare onderwerpen en de exacte intekenprocedure voor een onderwerp. Bijzonderheden Deze cursus is een verplicht onderdeel voor studenten die in september 2013 of eerder aan de bachelorspecialisatie A&O zijn begonnen. Studenten die in september 2014 met hun bachelorspecialisatie A&O starten, volgen de cursus “Bachelorproject A&O”.
107
Bacheloronderdelen, Arbeids- en Organisatiepsychologie
Bachelorproject A&O Punten SIS-code Plaats in het rooster Toelatingsvoorwaarden Docenten
12 ec 7203BPROXY Semester 2, blok 2 + 3 Propedeuse, tweede jaar, MODA (deeltentamen a) en daarnaast minimaal 18 ec aan inhoudelijke vakken van de bachelorspeciali- satie A&O Mw. dr. B.E.H. ten Brink (coördinator), alle docenten van de programmagroep A&O
Inhoud Studenten voeren groepsgewijs een empirisch onderzoek uit en schrijven daarover individueel een verslag in de vorm van een onderzoeksartikel. Het onderzoeksonderwerp wordt door een supervisor aangereikt. Activiteiten die individueel worden uitgevoerd zijn: het uitvoeren van een literatuurstudie, het maken van een analyseplan, het analyseren, interpreteren en evalueren van de verkregen data, het schrijven van een onderzoeksverslag, het mondeling presenteren van het verrichte onderzoek, het geven van feedback op presentaties van medestudenten. Activiteiten die in groepsverband worden uitgevoerd zijn: het onder supervisie ontwerpen, implementeren en uitvoeren van een empirische studie. Leerdoelen Na het Bachelortheseproject kan een student (a) de onderzoeksliteratuur over een psychologisch onderwerp in kaart brengen en daaruit de belangrijkste publicaties selecteren (analyseren en evalueren) (b) de inhoud van de geselecteerde publicaties parafraseren (c) de gehanteerde wetenschappelijke redenering in de geselecteerde publicaties analyseren en op hoofdlijnen evalueren (d) op basis daarvan de huidige stand van zaken weergeven binnen een onderzoeksgebied (wetenschappelijk denken), (e) aangeven waarom de onderzoeksvraag belangrijk is (evalueren), (f) in groepsverband en onder supervisie een empirische studie opzetten en uitvoeren (wetenschappelijk denken), (g) de data zelfstandig analyseren (wetenschappelijk denken), (h) reflecteren op de ethische aspecten van de studie, (i) de resultaten interpreteren (analyseren) en op hoofdlijnen evalueren binnen het onderzoeksveld, (j) verslag doen van het hele proces in de vorm van een wetenschappelijk artikel in APA-stijl (schriftelijk communiceren en reflecteren), (k) het verrichte onderzoek mondeling presenteren (mondeling communiceren). Onderwijsvorm Inleidend college; groeps- en individuele bijeenkomsten met de supervisor; uitvoeren van (schrijf) opdrachten ter voorbereiding op de bijeenkomsten; uitvoeren van een empirische studie; presentaties aan medestudenten (tijden worden nader bekend gemaakt); verwerken van feedback. Beoordelingsvorm De supervisor beoordeelt zowel de eindproducten (een individueel geschreven onderzoeksverslag en de mondelinge presentatie van het verrichte onderzoek) als de manier waarop die tot stand zijn gekomen (het proces). Voor de kwaliteit van het proces zijn de beoordelingscriteria: de wijze waarop de student individueel en in groepsverband de diverse stadia van het project heeft doorlopen; of deadlines zijn gehaald en afspraken zijn nagekomen; de kwaliteit van de deelproducten; de manier waarop met instructies en feedback van de docent is omgegaan; in hoeverre de student in staat is te reflecteren op het eigen werk en op ethische aspecten van psychologisch onderzoek. 108
Bacheloronderdelen, Arbeids- en Organisatiepsychologie De eindproducten (een individueel geschreven onderzoeksverslag en de individuele mondelinge presentatie van het verrichte onderzoek) worden beoordeeld op de criteria parafraseren, analyseren, evalueren, wetenschappelijk denken, communiceren en zelfreflectie. Het onderzoeksverslag wordt ook door een tweede beoordelaar beoordeeld. Zie de Studenthandleiding voor de exacte uitwerking. Alle criteria dienen als voldoende te zijn beoordeeld om tot een voldoende eindbeoordeling te komen. N.B. Wanneer het proces niet goed verloopt kan de student al tijdens het project een onvoldoende beoordeling ontvangen voor dit criterium waardoor voortijdig gestopt moet worden. Studiemateriaal Starreveld, P.A. (Ed.). (2012) Verslaglegging van psychologisch onderzoek. 3e druk. Amsterdam: Boom. ISBN: 9789059318359. (circa € 25,-). Studenthandleiding Bachelortheseproject (Blackboard). Onderwijstijden Plenair introductiecollege op maandag 30 maart 2015 van 11.00 - 13.00 uur. Aansluitend een eerste groepsbijeenkomst met de supervisor. Daarna individuele en groepsbijeenkomsten op afspraak met de supervisor. Eindpresentatie in de laatste week van Semester 2 (tijden worden nader bekend gemaakt). Aanwezigheid bij alle bijeenkomsten is verplicht. Bijzonderheden Aanmelden in SIS is verplicht. Vervolgens ontvangen alle aangemelde studenten die de eerste toets van MODA gehaald hebben via hun studentenmailadres informatie over de beschikbare onderwerpen, en kunnen voorkeuren aangegeven worden. In de laatste week voorafgaand aan de start van het bachelorproject zal de indeling via blackboard bekend gemaakt worden.
109
Bacheloronderdelen, Arbeids- en Organisatiepsychologie
Career Management Credits SIS-code Semester Maximum participants Prerequisites Lecturers
6 ec 7203BA17XY Semester 2, period 2 30 All first and second year courses and Recruitment, Selection and Workperformance and Motivatie en Arbeidsgedrag Mw. dr. J. Koen
Summary Careers are an important part of individuals’ lives. The focus of this course is on career management, development and planning during the life span. Based on theory and empirical research, we will address topics such as career choice and development, career progress, career success and career counseling. The course is highly interactive and has a strong focus on application of the literature to practice. During the first meeting of the week, a small group of students presents the literature on a specific subtheme and provides practical applications. During the second meeting of the week, students meet with an invited guest and get the opportunity to question the guest about his/her career. Students write a career assessment for each guest in which they apply the literature of the specific subtheme to the guest’s career. Objectives At the end of this course, students are able to (a) define and describe different approaches to careers and career success (paraphrasing), (b) describe and compare leading theories on career choice, development and planning (analyzing) and (c) explain how people make career choices and decisions (paraphrasing). Students will also be able to (d) present, explain and integrate the content of empirical articles per subtheme (analyzing), (e) evaluate the quality, difficulties and (future) challenges of theory and research in the field of career studies (evaluating) and (f) show the connection between theory, empirical research and real-life examples of careers (analyzing). Additionally, students are able to (g) analyze individual-, context- and societal influences in people’s careers and explain the processes by which these factors influence people’s careers (analyzing), (h) formulate career advice based on knowledge acquired from theory and research (scientific thinking), (i) answer people’s career-related questions by using knowledge acquired from theory and research (scientific thinking) and (j) think of possible solutions for people’s career problems (scientific thinking). Teaching format In view of the interactive character of the course and the input that is expected from students, attendance at all meetings is required. The course consists of two meetings per week: a lecture meeting (Tuesday) and a case study meeting (Thursday). Students are expected to make a large contribution in the form of group presentations on a specific subtheme and weekly individual career assessment papers. Assessment Presence and input during the meetings is a prerequisite for passing the exam. The grade itself will be based on a literature exam (40%), the group presentation (20% theoretical part; 20% practical part) and the individual career assessment papers (20%). The exam has a strong focus on open-ended questions. Students need a minimum grade of 5.5 per 110
Bacheloronderdelen, Arbeids- en Organisatiepsychologie component to pass the course. Final publishing date end result: two weeks after the examination date. Literature • Articles and bookchapters (ca. 500 pages). These will be announced later. Lesson dates www.rooster.uva.nl Extra information This course will be taught in English and is an elective course in the bachelor program for Work & Organizational Psychology. It is recommended for students who want to specialize in Personnel Selection and Development.
111
Bacheloronderdelen, Arbeids- en Organisatiepsychologie
Design, operationalisatie en analyse (DOA) (Oude stijl) Punten SIS-code Plaats in het rooster Aantal deelnemers Toelatingsvoorwaarden Docent
6 ec 7203BA06V Semester 1, blok 1 Maximaal 40 Propedeuse, onderzoekspracticum en VRT-2 Mw. dr. B. Nevicka & Dr. M. Hamstra
Inhoud en leerdoelen De cursus geeft een overzicht van de verschillende methoden en onderzoeksopzetten voor organisatieonderzoek. Hierbij wordt speciale aandacht besteed aan het soort onderzoeksvragen die in organisatieonderzoek aan de orde komen en aan de beperkingen van de meest gebruikte vorm van onderzoek, de cross-sectionele survey. Daarnaast wordt de waarde besproken van het combineren van verschillende onderzoeksmethoden en wordt aandacht besteed aan de mogelijkheden en beperkingen van quasi-experimentele designs. Centraal hierbij staan het validiteitvraagstuk en de vraag welk onderzoeksdesign bij welke onderzoeksvraag hoort. In dit onderdeel zal men zelf methodologisch commentaar geven op een bestaand empirisch artikel. Ten tweede richt de cursus zich op de operationalisatie van theoretische concepten, testconstructie, en vragenlijstontwerp, oftewel op het meetbaar maken van hetgeen men wil onderzoeken. In dit onderdeel zal men zelf een korte vragenlijst ontwerpen. Onderwijsvorm Eén dagdeel per week een college of werkgroep bijeenkomst. In verband met het uitdelen en bespreken van opdrachten is aanwezigheid bij de bijeenkomsten verplicht. Beoordelingsvorm De toetsing van kennis en vaardigheden opgedaan in de cursus bestaat uit drie elementen: (a) een schriftelijk tentamen dat bestaat uit open vragen en meerkeuzevragen over de literatuur en de collegestof (76.9% van het eindcijfer) en (b) twee opdrachten (eerste 7.7% en tweede 15.4% van het eindcijfer). Voor alle drie onderdelen moet minimaal een 5.5 worden behaald. Een onvoldoende kan dus niet gecompenseerd worden. Studiematerialen (circa 430 pagina’s) en kosten • Robson, C. (2011). Real world research (3rd ed). Oxford: Blackwell Publishers. ISBN 9781405182409 (± €36,00). • Diverse artikelen, zie tzt Black Board. Onderwijstijden www.rooster.uva.nl (NB: soms wordt gewerkt in subgroepen die de hele dag geroosterd zijn; subgroeptijden worden later bekend gemaakt.) Bijzonderheden Deze cursus is voor studenten die in september 2013 of eerder aan hun bachelorspecialisatie A&O zijn begonnen. Studenten die in september 2014 met hun bachelorspecialisatie A&O starten, volgen de cursus MODA.
112
Bacheloronderdelen, Arbeids- en Organisatiepsychologie
Interventies in de Arbeids en Gezondheidspsychologie Punten SIS-code Plaats in het rooster Aantal deelnemers Toelatingsvoorwaarden Docent
6 ec 7203BA16XY Semester 2, blok 2 Maximaal 28 Propedeuse, verplichte cursussen tweede studiejaar; Arbeid, Gezondheid en Werkstress Mw. dr. M. van den Heuvel
Inhoud In deze cursus wordt aan de hand van literatuur ingegaan op interventies binnen A&G Psychologie. In het eerste deel van de cursus komen diverse typen interventies aan bod die het welzijn, gezondheid en motivatie van werknemers kunnen behouden of verbeteren. In het tweede deel van de cursus wordt een methodiek voor het ontwikkelen van interventies besproken en oefenen studenten hiermee in groepsverband. Leerdoelen Aan het eind van de cursus kunnen studenten: 1) verschillende classificatie-methoden van interventies definiëren en herkennen (parafraseren en analyseren); 2) beschrijven waar werknemers tijdens een ziekteproces mee te maken krijgen m.b.t. wetgeving en instanties (parafraseren); 3) onderzoeksresultaten m.b.t. effecten van werk op gezondheid beschrijven (parafraseren); 4) reflecteren op de totstandkoming van die resultaten gegeven het onderzoeksdesign & proces (analyseren en evalueren); 5) de effectiviteit van A&G interventies beschrijven en met elkaar vergelijken (analyseren); 6) kenmerken van goed interventie-onderzoek benoemen (parafraseren); 7) een oordeel geven over de kwaliteit van een interventie (evalueren); 8) de 6 stappen van ‘Intervention Mapping’ benoemen en toepassen (parafraseren; zelfstandig denken); 9) theorieën rondom gedragsverandering beschrijven en beoordelen op toepasbaarheid bij interventie-ontwerp (parafraseren; analyseren en evalueren); 10) in groepsverband een casus analyseren, een interventie ontwikkelen en presenteren aan collega’s (zelfstandig denken; schriftelijk en mondeling communiceren). Onderwijsvorm Een dagdeel per week een bijeenkomst, waarin de literatuur en opdrachten besproken worden. Ook wordt een aantal gastsprekers uitgenodigd. Aanwezigheid bij alle zittingen is verplicht evenals het maken van een aantal opdrachten. Beoordelingsvorm Een tentamen bestaande uit meerkeuze- en open vragen. Om te slagen voor de cursus moet het tentamen met minimaal 5,5 beoordeeld worden. Daarnaast worden er een aantal (groeps)opdrachten gemaakt (o.a. een presentatie-opdracht en een casus-opdracht). Het gemiddelde van de opdrachten dient voldoende te zijn. Het gemiddelde cijfer voor de opdrachten bepaalt of er geen, een halve of een hele bonuspunt verdiend kan worden. Als het gemiddelde cijfer van de opdrachten tussen 6 en 7 is, dan is het eindcijfer gelijk aan het tentamencijfer. Als het gemiddelde cijfer van de opdrachten tussen de 7 en 8 is, dan is het eindcijfer: tentamencijfer + 0,5. Als het gemiddelde cijfer van de opdrachten boven de 8 is, dan is het eindcijfer: tentamencijfer + 1,0. Voor het tentamen moet altijd minimaal 5,5 behaald worden, een goed cijfer voor de opdrachten kan dus geen onvoldoende voor het tentamen compenseren. Een eventueel bonuspunt geldt alleen voor de eerste kans van het tentamen, niet voor de herkansing.
113
Bacheloronderdelen, Arbeids- en Organisatiepsychologie Studiematerialen en kosten • Onder voorbehoud: Bartholomew, L., Parcel, G., Kok, G., Gottlieb, N., & Fernandez, E. (2011). Planning health promotion programs: An intervention mapping approach (3rd edition). San Fransisco: Jossey-Bass. ISBN 9780470528518 (± € 77) • Artikelen en hoofdstukken van andere boeken, informatie secretariaat A&O psychologie. Onderwijstijden www.rooster.uva.nl Bijzonderheden Deze cursus is een keuzevak binnen de bachelor Arbeids- & Organisatiepsychologie en wordt aanbevolen voor studenten die zich willen specialiseren in de Arbeidsgezondheidspsychologische richting. De cursus is verplicht voor degenen die de aantekening Psychologie van Arbeid en Gezondheid willen behalen.
114
Bacheloronderdelen, Arbeids- en Organisatiepsychologie
Leiderschap Punten SIS-code Plaats in het rooster Aantal deelnemers Toelatingsvoorwaarden Docent
6 ec 7203BA04X Semester 1, blok 1 Maximaal 100 Propedeuse, verplichte cursussen tweede jaar Dr. M.R.W. Hamstra
Inhoud Leiderschap is een onderwerp dat wetenschappers sinds decennia weet te boeien. Talloze boeken en artikelen zijn verschenen over verschillende aspecten van leiderschap en de effecten ervan op organisaties en medewerkers. Inzicht in factoren die de effectiviteit van leiders beïnvloeden is dan ook van groot belang vanuit zowel theoretisch als praktisch oogpunt. In deze cursus worden de belangrijkste en meest recente inzichten uit leiderschapsonderzoek behandeld. Onderwerpen die onder meer aan bod komen zijn: de mogelijkheden en beperkingen van charismatisch leiderschap, de betekenis van ethisch leiderschap, persoonskenmerken van effectieve leiders en leiderschap in verschillende culturen. Leerdoelen Na afloop van de cursus kunnen studenten (1) de belangrijkste theorieën en typologieën over leiderschap vergelijken (analyseren) en kritisch evalueren (bijvoorbeeld charismatisch leiderschap, ethisch leiderschap); (2) op basis van verscheidene criteria beoordelen (evalueren) of een leider effectief is; (3) aangeven (analyseren) waar en waarom een leiderschapsproces het beoogde doel niet bereikte (4) aanbevelingen doen over de selectie van leiders op basis van persoonskenmerken (analyseren); (5) aanbevelingen doen over welk type leiderschap in welke situatie effectief is (analyseren); (6) schriftelijk en mondeling communiceren over een theoretische analyse van een specifieke leider (zelfstandig denken en communiceren); (7) schriftelijk en mondeling communiceren over een empirisch onderzoek naar een leiderschapsonderwerp (zelfstandig denken en communiceren). Onderwijsvorm Per week een hoorcollege van twee uur en een werkcollege van twee uur. Studenten voeren individuele en groepsopdrachten uit en geven tijdens de werkcolleges presentaties. De aanwezigheid bij de hoor- en werkcolleges is verplicht. De indeling in werkgroepen wordt uiterlijk de vrijdag voorafgaand aan de eerste werkgroep bekend gemaakt via Blackboard Beoordelingsvorm De toetsing van dit onderdeel bestaat uit een tentamen over de literatuur en de collegestof (meerkeuze- en essayvragen), beoordeling van twee gezamenlijk papers (in twee of drietallen) en individuele opdrachten. Voor de eindbeoordeling van de cursus telt het cijfer voor het tentamen voor 60%, en beide papers elk voor 20%. De eindbeoordeling wordt pas geldig nadat voor zowel het tentamen als beide papers minimaal een 5.5 is behaald. Daarnaast moet aan alle individuele opdrachten voldaan zijn. Studiematerialen en kosten • Yukl, G. (2013). Leadership in organizations (8th ed.). Upper Saddle River, NJ: Pearson/ Prentice Hall. ISBN 13:9780273765660 of 10:0273765663 (± € 85,00). (circa 500 blz.) • Aanvullende artikelen. Deze worden nog bekend gemaakt. (circa 50 blz.) Onderwijstijden www.rooster.uva.nl 115
Bacheloronderdelen, Arbeids- en Organisatiepsychologie
Methodology: Operationalization, Design and Analysis (MODA) Punten SIS-code Plaats in het rooster Aantal deelnemers Toelatingsvoorwaarden Docent
6 ec 7203BA14XY Semester 2, blok 1 Maximaal 100 Propedeuse, verplichte tweede jaars cursussen Mw. dr. B. Nevicka; Dr. M.R.W. Hamstra
Inhoud De cursus geeft een overzicht van de meest gebruikelijke methoden en onderzoeks opzetten voor onderzoek in de arbeids- en organisatiepsychologie: (quasi-)experimenteel, cross-sectioneel en longitudinaal. Het vak behandelt het gehele proces van het opstellen van een onderzoek met de focus op A&O psychologie: onderzoeksvraag kiezen/formuleren met een passend design, hypotheses specificeren, operationaliseren van constructen, statistische analyses en interpretatie. Daarnaast wordt aandacht besteed aan bedreigingen van de validiteit van onderzoek. De cursus bereidt studenten voor op het bachelorproject. Leerdoelen Na deze cursus kunnen studenten: (a) het meest gepaste onderzoeksdesign selecteren voor een bepaalde (praktische of fundamentele) onderzoeksvraag en beargumenteren waarom dit het beste design is (analyseren en communiceren); (b) een (grafisch) overzicht van een onderzoeksmodel maken en toetsbare hypotheses formuleren (evalueren en communiceren); (c) kiezen welke meetmethode het meest gepast is bij een bepaalde onderzoeksvraag en verschillende meetmethoden evalueren (vragenlijsten, observaties, interviews, gedragsmetingen) (analyseren en evalueren); (d) psychologische constructen operationaliseren en meten (vragenlijst ontwerpen of een manipulatie ontwikkelen)(zelfstandig denken); (e) een gepast statistisch model voor de onderzoeksvraag/data identificeren en toe passen (analyseren en zelfstandig denken); (f) statistische output interpreteren en goede argumenten geven voor de conclusies die hieruit voortkomen (analyseren en evalueren); (g) bestaande onderzoeken kritisch evalueren en oplossingen of suggesties ter verbeteringen formuleren (in termen van analyses, theorieontwikkeling, operationalisatie, design) (wetenschappelijk denken en schriftelijk communiceren). Onderwijsvorm Eén keer per week een hoorcollege en een werkgroepbijeenkomst/SPSS-practicum. Aanwezigheid is verplicht. Beoordelingsvorm De toetsing bestaat uit drie elementen: (a) een schriftelijk tentamen in het midden van de cursus dat gehaald dient te worden om te kunnen beginnen met het bachelorproject (40%) (b) een practicumtoets aan het eind van de cursus (40%) en (c) opdrachten (20%). Voor alle drie onderdelen moet minimaal een 5.5 worden behaald. Een onvoldoende kan dus niet gecompenseerd worden. Studiematerialen en kosten • Robson, C. (2011). Real world research (3rd ed). Oxford: Blackwell Publishers. ISBN 9781405182409 (± €36,00) • Field, A. (2013). Discovering statistics using SPSS (4th ed). London: Sage. ISBN 9781446249185 (± €58,00) • Verscheidene hoofdstukken en artikelen (wordt nog bekend gemaakt) 116
Onderwijstijden www.rooster.uva.nl
Bacheloronderdelen, Arbeids- en Organisatiepsychologie
Motivatie & Arbeidsgedrag Punten SIS-code Aantal studenten Plaats in het rooster Toelatingsvoorwaarden Docenten
9 ec 7203BA13X Max. 100 Semester 1, blok 2 + 3 Propedeuse, verplichte tweedejaars cursussen Mw. dr. J. Koen, Mw. dr. B. ten Brink, werkgroepbegeleiders
Inhoud De motivatie van werknemers is van essentieel belang voor de werkprestatie, de werktevredenheid en het gedrag van werknemers op de werkvloer (arbeidsgedrag). Organisaties en managers doen er daarom alles aan om de motivatie van hun werknemers te bevorderen. In de theorieën en het wetenschappelijk onderzoek binnen de Arbeids- & Organisatiepsychologie neemt werkmotivatie een centrale plek in. Deze cursus behandelt de belangrijkste theorieën en het empirisch onderzoek over werkmotivatie en arbeidsgedrag. Onderwerpen die tijdens de cursus aan bod komen zijn o.a. de (de-)motiverende effecten van geld, straffen en belonen, zelf-determinatie theorie, doelen, rechtvaardigheid, job design, werktevredenheid, prestatie en (wan-) gedrag op het werk. Tijdens de cursus is er veel aandacht voor de praktische toepassing van de theorie door studenten de uiteenlopende stappen van een adviesproject voor een organisatie te laten doorlopen (probleem vaststellen en vraagstelling formuleren; kennis over de organisatie vergaren; literatuur verzamelen, evalueren en interpreteren; adviesrapport schrijven en presenteren). Leerdoelen Na afloop van de cursus kunnen studenten: (a) de belangrijkste theorieën op het gebied van werkmotivatie en arbeidsgedrag beschrijven (parafraseren), vergelijken (analyseren) en bekritiseren (evalueren); (b) onderscheid maken tussen voorspellende en verklarende processen m.b.t. werkmotivatie (analyseren); (c) uitleggen hoe werkmotivatie en arbeidsgedrag met elkaar samenhangen (parafraseren); (d) laten zien hoe wetenschappelijk bevindingen uit de geselecteerde literatuur de besproken theorieën kunnen ondersteunen en/of weerleggen (analyseren); (e) de inhoud van de geselecteerde literatuur per onderwerp integreren (analyseren); (f) de literatuur selecteren, evalueren en structureren om toe te passen op een praktijkcasus (evalueren); (g) veelvoorkomende misvattingen over motivatie en arbeidsgedrag weerleggen (parafraseren); (h) uitleggen waarom een gebeurtenis in de praktijk invloed heeft (gehad) op de werkmotivatie en het arbeidsgedrag van werknemers (parafraseren); (i) beargumenteren waarom (veranderingen in) procedures en beleid binnen organisaties al dan niet bevorderlijk zijn voor de werkmotivatie en het arbeidsgedrag van werknemers (evalueren/zelfstandig denken); (j) een onderbouwd advies schrijven om de werkmotivatie van werknemers binnen een organisatie te bevorderen (zelfstandig denken); en (k) een onderbouwd advies communiceren naar een organisatie a.d.h.v. een ‘pitch’ en een posterpresentatie (zelfstandig denken). Onderwijsvorm De cursus bestaat uit 10 colleges en 10 werkgroepbijeenkomsten. Aanwezigheid bij alle colleges en werkgroepen is verplicht. Tijdens de colleges wordt de literatuur nader toegelicht, uitgediept en in een groter geheel geplaatst. Tijdens de werkgroepbijeenkomsten werken studenten in subgroepen aan de verschillende stappen van het adviesproject, presenteren zij hun voortgang en wordt gediscussieerd over de vervolgstappen en de daarvoor relevante literatuur.
117
Bacheloronderdelen, Arbeids- en Organisatiepsychologie Beoordelingsvorm Het eindcijfer voor de cursus bestaat uit drie onderdelen: (a) twee tentamens over de literatuur en de collegestof (meerkeuze- en open vragen), 60%; (b) de groepsopdracht (adviesrapport en presentatie), 30%; (c) de inbreng tijdens de werkgroepen, 10%. De cursus is behaald indien studenten hebben voldaan aan de aanwezigheidsplicht en een cijfer van minimaal 5,5 hebben behaald voor ieder tentamen, de groepsopdracht en de werkgroep inbreng. Studiematerialen en kosten • Artikelen en enkele hoofdstukken (circa 800 pagina’s). Deze worden nog bekend gemaakt. Onderwijstijden www.rooster.uva.nl. NB: Werkgroepbijeenkomsten vinden plaats op vrijdagen (31-10-2014 t/m 19-12-2014) 09.00-11.00 uur of 11.00-13.00 uur of 13.00-15.00 uur, afhankelijk van de subgroep waarin men geplaatst wordt. De indeling in werkgroepen wordt uiterlijk twee weken voorafgaand aan de cursus via Blackboard bekend gemaakt. NB: Individuele bespreking opdracht: Vr. 09-01-2015 tussen 09.00 en 17.00
118
Bacheloronderdelen, Arbeids- en Organisatiepsychologie
Organisatiestructuur en organisatiecultuur Punten SIS-code Plaats in het rooster Aantal deelnemers Toelatingsvoorwaarden Docent
6 ec 7203BA08X Semester 2, blok 1 Max. 40 Propedeuse, verplichte tweedejaars cursussen en Leiderschap Mw. dr. mr. A. Bakker-Pieper
Inhoud De bouwstenen van een organisatie, de structuur en cultuur, worden in deze cursus aan de orde gesteld. Het goed functioneren van een organisatie is afhankelijk van de wijze waarop het werk is georganiseerd, maar ook van de wijze waarop mensen binnen die structuur met elkaar omgaan en gezamenlijk een cultuur creëren. De cultuur van een organisatie kan veranderingsprocessen maken of juist breken. Diverse elementen van organisatiecultuur worden besproken, relaties met organisationele uitkomsten worden geanalyseerd en de impact van nationale culturen wordt besproken. Cultuuronderzoek in het algemeen zal kritisch onder de loep worden genomen. Leerdoelen Na afloop van de cursus kunnen de studenten: Na afloop van de cursus kunnen de studenten: (a) dimensies en modellen van organisatiestructuren definiëren, identificeren en beoordelen (parafraseren, analyseren en evalueren), (b) het begrip organisatiecultuur beschrijven (parafraseren), verschillende elementen van organisatiecultuur benoemen en toelichten (analyseren), en verschillende cultuurtypologieën vergelijken (analyseren) en evalueren, (c) de rol van nationale cultuur in relatie tot organisatiecultuur toelichten en de mogelijk impact ervan interpreteren (parafraseren, analyseren en evalueren), (d) het belang van person-environment fit en acculturatiefactoren in relatie tot organisatiecultuur toelichten en onderbouwen (analyseren en zelfstandig denken) en (e) aan de hand van een zelf uitgekozen, bestaande organisatie de opgedane kennis en vaardigheden toepassen om een zelf geformuleerde vraag te beantwoorden, uitmondend in onderbouwde aanbevelingen op het gebied van organisatiestructuur en –cultuur (zelfstandig denken en schriftelijk communiceren). Onderwijsvorm De cursus is opgebouwd uit een viertal activiteiten: • Colleges • Vijf opdrachten • Presentatie-/discussiesessies waarin onderdelen van de stof aan de hand van één van de opdrachten gepresenteerd worden en kritisch worden bediscussieerd • Een paper waarin de literatuur op een zelfgekozen praktijksituatie wordt toegepast Voor de uitwerking van de opdrachten, presentaties en het paper wordt gedurende de cursus intensief samengewerkt in kleine groepjes. Elke week is er een bijeenkomst (college, presentatie/discussie), de eerste 5 bijeenkomsten duren 4 uur, de laatste 2 duren 3 uur. Aanwezigheid tijdens deze bijeenkomsten is verplicht. Houd daarnaast rekening met minimaal 16 uur per week die je nodig hebt voor zelfstudie en voorbereiding van de opdrachten.
119
Bacheloronderdelen, Arbeids- en Organisatiepsychologie Beoordelingsvorm De toetsing van de leerdoelen bestaat uit drie elementen: een tentamen, het groepspaper en de opdrachten/presentaties. Het tentamen (60%) en het groepspaper (40%) worden beoordeeld met een cijfer. De cursus is behaald en de 6 ec worden toegekend indien voldaan is aan de volgende voorwaarden: (a) een cijfer van minimaal 5,5 voor het tentamen, (b) een cijfer van minimaal 5,5 voor het groepspaper, (c) een voldoende beoordeling van de opdrachten en presentatie, en (d) voldaan aan de aanwezigheidsverplichting. Studiematerialen en kosten • Schein, E.H. (2010). Organizational culture and leadership (4th ed). San Francisco, CA: Jossey-Bass. ISBN 9780470190609 paperback (± € 40,00). (circa 230 blz.) • Artikelen: nadere informatie zal tijdig op Blackboard beschikbaar zijn (circa 500 blz.) Onderwijstijden www.rooster.uva.nl Bijzonderheden Deze cursus is een derdejaars keuzevak binnen de bachelor Arbeids- & Organisatiepsychologie, en is relevant voor alle richtingen (Personeelspsychologie, Arbeids- en Gezondheidspsychologie en Sociale Processen in Organisaties) binnen A&O.
120
Bacheloronderdelen, Arbeids- en Organisatiepsychologie
Organizational change Credits 6 ec SIS-code 7203BA15X Semester Semester 2, period 2 Number of participants Max. 40 Prerequisites Obligatory second year courses, Motivation and Workplace Behavior Lecturer Wordt later bekend gemaakt Content Organizations are changing at an ever increasing rate. In this course, we will delve into different theories and tools that can be used to facilitate change processes. We will discuss the psychological underpinnings of change management and apply research in this area to concrete situations in organizations through the discussion of business cases in small groups in class and in discussion with multiple guest speakers who are practitioners in different fields relating to organizational change. Goals After this course, students will be able to (a) explain, reproduce, and summarize the theoretical frameworks on organizational change as discussed in the Penguin book, articles, and during the lectures (also from the guest lectures; paraphrasing); (b) identify how different aspects of organizations can influence the organizational change process and success (analyzing), (c) apply knowledge from empirical and theoretical articles on organizational change to different types of changes, and they will be able to reflect upon factors that can make a change successful or not (evaluating); (d) order and analyze findings from empirical articles within theoretical frameworks, to schematically represent the most important arguments of empirical and theoretical papers, and to link findings from different empirical articles to each other (scientific thinking); (e) critically judge, study, and describe an organizational change process in an organization by interviewing focal actors in the change process (analyzing and scientific thinking), (f) write a reflective report on an actual organizational change (written communication), come up with solutions for potential problems they distinguished (evaluating), and critically assess whether and how theory and practice overlap or not (analyzing); (g) visualize their qualitative research in a poster presentation, and adequately communicate their findings to an audience (written and oral communication). Teaching format Highly participative lecture format. Attendance is required. Assessment Grading will be determined based on a group assignment (30%) and the exam (70%). The group assignment consists of identifying an organization going through a change, interview key individuals there, and giving a presentation in class analyzing the change in that organization in light of the theories and frameworks in the course. The exam consists of 8 open ended questions about the material from the required readings and lectures (including the guest lectures) and 2 essay questions about a business case. To pass the course, students must achieve minimally a 5.5 for the group assignment and a 5.5 for the exam. (The exam may be done in Dutch.) Study materials and costs • Complete literature list will be made available later. Most readings (both articles and book chapters) can be obtained from the library (Approx. 700 pages) 121
Bacheloronderdelen, Arbeids- en Organisatiepsychologie • Korter, J., & Rathgeber, H. (2005). Our iceberg is melting. London: Macmillan (available in Dutch or English). Dutch: ISBN: 9789047000921. English: ISBN 9780230014206 (ca. € 15,00, 160 pages). Lesson dates www.rooster.uva.nl Extra information This course is an elective course in the bachelor study Work and Organizational Psychology and is recommended for students who want to specialize in the direction of Social Processes in Organizations. This course is taught in English.
122
Bacheloronderdelen, Arbeids- en Organisatiepsychologie
Recruitment, selection and workperformance Credits SIS-code Number of students Semester Prerequisites Lecturer
6 ec 7203BA12X Max 100 Semester 1, period 1 Propedeuse, obligatory second year courses Mrs. dr. B. Nevicka
Summary This course focuses on human resource management from an applied psychological perspective, including topics such as: job analysis, recruitment and selection of personnel, training, job performance. By combining lectures with working groups and an “in the field” group assignment this course aims to guide the students throughout the entire process of personnel selection by improving their understanding of the underlying theory and prior research findings and then helping them apply this knowledge to practice. Objectives Generally speaking, at the end of this course students should be able to identify a particular problem in practice pertaining to personnel psychology and analyze the situation on the basis of scientific literature (evaluating). They should likewise be able to provide a concrete solution to the problem and be able to implement it, again on the basis of scientific literature and practical relevance/feasibility (scientific thinking). More specifically students should be able to: (a) describe the entire circle of personnel selection; namely job analysis, performance, selection, and training (paraphrasing) and also identify and explain the advantages and disadvantages of the different methods involved (analyzing); (b) conduct a thorough job analysis in the field (e.g. using interviews, questionnaires) (scientific thinking); (c) critically assess the adequacy of existing performance measures, selection procedures and training based on scientific knowledge (evaluating); (d) design appropriate performance measures, selection procedures (e.g. role play, situational judgment test), and a short training (scientific thinking); (e) justify the various methods used from both a theoretical and practical perspective (evaluating and written communication); (f) critically reflect on the project and team processes (reflection); (g) divide responsibilities in a group context, coordinate and communicate with others, plan, and present (oral communication). Teaching format This course combines a classic lecture with weekly working groups. Working groups will include active discussions of various issues relevant to the topic of that week and practical exercises that help tie the theory from the lecture to practice. Attendance is required. Assessment Grading depends on performance in: (a) the final closed-book exam which comprises of multiple choice questions as well as open questions (70%) and (b) a group project (30%). Each component (exam and group project) needs to reach a minimum grade of 5.5, in other words you need to pass both of the components in order to pass the course. Literature • Cascio, W.F., & Aguinis, H. (2013). Applied psychology in human resource management (7th ed., international edition). Pearson Education Limited. ISBN: 9781292023472 (± € 70,00). (Approx. 315 pages) • Articles will be made available later. (Approx. 100 pages) 123
Bacheloronderdelen, Arbeids- en Organisatiepsychologie Lecture times www.rooster.uva.nl; please note: working groups are on Fridays 10.00-13.00 hrs or 14.0017.00 hrs, depending on the subgroup students are assigned to. Special conditions The course will be taught in English. Please read the detailed course-syllabus (available via Black Board) before the first session of the course. International students please make sure you consult the study guide provided by the international office.
124
Bacheloronderdelen, Arbeids- en Organisatiepsychologie
Working in groups Credits 6 ec SIS-code 7203BA05V Number of students Max 100 Semester Semester 2, period 1 Prerequisites Propedeuse, WSR and POR Number of participants Max 100 Lecturer Mrs. dr. A Homan Content Working in groups is a very common form of social interaction. Whether it is a sports team, a student association, or a department in an organization; most people have had the experience of working together with others to accomplish a goal. In this course, we will discuss the different psychological aspects of group interaction and their impact on the individuals working within these groups. The aim of the course is to gain insight into the dynamics of working in groups. Goals After this course, students will be able to (a) explain, reproduce, and summarize the theoretical frameworks on group processes and functioning as discussed in the book Group Performance (Nijstad, 2009; paraphrasing); (b) identify how different group inputs can influence group processes and finally group performance and explain which and how contextual factors can influence this input-process-output model (analyzing); (c) apply knowledge from empirical and theoretical articles on group work to different types of groups (evaluating), and (d) order and analyze findings from empirical articles within theoretical frameworks, to schematically represent the most important arguments of empirical and theoretical papers, and to link findings from different empirical articles to each other (scientific thinking); (e) critically observe interactions within groups and be able to predict whether groups will experience positive or negative intragroup dynamics (analyzing) and use this knowledge to give advice on how to improve group functioning (scientific thinking); (f) organize and collaborate on a creative task in a group, and provide written and oral reports on these interactions based on the literature discussed throughout the course (written and oral communication); (g) write a reflective report about their own interactions within their group (self-reflection), and come up with solutions for potential problems they experienced (evaluating); (h) have a thorough understanding of the literature and are able to critical assess whether and how theory and practice overlap or not (scientific thinking). Teaching format Highly participative lecture format. Attendance is required as part of the group assignment will take place in class. Assessment The grade will be determined by three group assignments (30%) and an exam (70%). The teacher will assign all students to three or four-person groups. The group assignments all evolve around a “creative Masterchef ” task, in which the groups will prepare and cook a creative dinner for a guest. The first assignment will consist of a written report about the creative process in determining the dinner menu. The second assignment will consist of preparing a presentation about the actual dinner preparation, and will require a critical outlook on the theories discussed during the lecture. Three groups will be asked to present their work during class. The third assignment will be a reflection report about 125
Bacheloronderdelen, Arbeids- en Organisatiepsychologie the group interaction, including an advice for future group interactions based on the literature discussed during class. The exam will consist of 30 multiple choice and 4 open questions. To pass the course, students must achieve minimally a 5,5 for both the group assignments and the exam. (The exam may be done in Dutch). Study materials and costs • Nijstad, B.A. (2009). Group performance. New York: Psychology Press. ISBN 9781841696690, (±€ 24,00), (Approx. 235 pages) • Scientific articles (Approx. 400 pages) Lecture times www.rooster.uva.nl Special conditions The course is an elective course and can be scheduled in the second bachelor year or as part of the bachelor specialization in Work and Organizational psychology. The course is taught in English.
126