2012 IN HET KORT VOORZICHTIG VOORUIT
Stichting Shell Pensioenfonds
DEKKINGSGRAAD De dekkingsgraad is de verhouding tussen het aanwezige vermogen en de pensioenverplichtingen op een bepaald moment. Het vermogen steeg met € 2.924 miljoen van €18.247 miljoen naar € 21.171 miljoen per eind 2012. De stijging kwam door het beleggingsrendement van 17,0% dat het Pensioenfonds het afgelopen jaar behaalde. De voorziening pensioenverplichtingen steeg met € 1.303 miljoen van € 16.419 miljoen naar € 17.722 miljoen. Oorzaken van deze stijging waren een verdere daling van de rente en de verdere stijging van de levensverwachting. De rente wordt gebruikt om de voorziening pensioenverplichtingen uit te rekenen: dit is het bedrag dat op een bepaald moment nodig is om alle opgebouwde pensioenen in de toekomst te kunnen betalen. Hoe lager de rente, hoe hoger de uitkomst van deze berekening. Voor de levensverwachting geldt: hoe ouder mensen worden, hoe langer zij pensioen zullen ontvangen en hoe hoger de voorziening pensioenverplichtingen dus zal zijn. Het vermogen steeg meer dan de
voorziening pensioenverplichtingen. Hierdoor ging de dekkingsgraad omhoog van 111% eind 2011 naar 119% eind 2012. In september 2012 schreef De Nederlandsche Bank (DNB) voor dat pensioenfondsen een andere, iets hogere, rekenrente moeten gebruiken om hun verplichtingen te berekenen. Dit is gunstig voor de dekkingsgraad. De dekkingsgraad zonder de door DNB voorgeschreven aanpassingen in de rekenrente, was 114% per einde 2012. De minimaal vereiste dekkingsgraad voor alle pensioenfondsen is 105%. Daarnaast geldt per pensioenfonds een wettelijk vereiste dekkingsgraad. Hierbij wordt gekeken naar de risico’s die een pensioenfonds loopt, bijvoorbeeld beleggingsrisicio’s of het renterisico. Op basis daarvan wordt
vastgesteld hoe hoog de dekkingsgraad moet zijn om de risico’s goed op te kunnen vangen. Voor het Pensioenfonds was per eind 2012 de wettelijk vereiste dekkingsgraad 125%. Als de dekkingsgraad hoger is dan 105%, maar lager is dan 125% is er sprake van een reservetekort. Bij een dekkingsgraad van 119% is er dus nog altijd een reservetekort. Doordat het vermogen meer steeg dan de voorziening pensioenverplichtingen, steeg het totaal eigen vermogen van het Pensioenfonds met € 1.621 miljoen van € 1.828 miljoen naar € 3.449 miljoen. Over vermogen, verplichtingen en dekkingsgraad is meer te vinden op de website: www.shell.nl/ pensioenfonds/financiering.
HERSTELPLAN Sinds midden 2009 is een door DNB goedgekeurd Herstelplan van kracht. In de eerste helft van 2012 is dit plan herzien en aan DNB toegestuurd. Het Herstelplan beschrijft hoe het Pensioenfonds verwacht de dekkingsgraad binnen vijftien jaar naar het wettelijk vereiste niveau van 125% te brengen. De dekkingsgraad lag eind 2012 boven het niveau dat in het Herstelplan was voorzien.
Ontwikkeling van de dekkingsgraad over 2012 130%
Vereiste dekkingsgraad1
Dekkingsgraad
125%
DNB dekkingsgraad
120% 115%
Dekkingsgraad obv marktrente
110% 105%
Minimaal vereiste dekkingsgraad2
100% Dec 1) 2)
Jan
Feb
Maart
April
Mei
Juni
Juli
Aug
Sept
Okt
Nov
Dec
Dit is het niveau dat vereist is voor het Pensioenfonds, gebaseerd op de beleggingen en de daarbij behorende risico’s Dit geldt voor alle pensioenfondsen in Nederland
BELEGGINGSRESULTAAT 2012 werd opnieuw een jaar van schuldencrises, bezuinigingen, stijgende werkloosheid en (daarmee) van groeiende sociale onrust. Maar het bleek ook een jaar dat aantoonde dat het nemen van risico kan lonen. De start van 2012 verliep niet rooskleurig. De kredietwaardigheid van Italië, Spanje en Frankrijk werd verlaagd. Er vond een forse daling van de marktrente plaats wat tot gevolg had dat de verplichtingen van het Pensioenfonds een hoogtepunt bereikten. Ondanks deze achtergrond van economische recessie en onzekere financiële markten deden de beleggingen van het Pensioenfonds het vooral in de tweede helft van 2012 goed. Enkele van de beleggingen rendeerden zelfs boven verwachting.In 2012 was het beleggingsrendement 17,0% (in 2011: 6,5%)
waardoor de vermogenspositie van het Pensioenfonds is verbeterd. Het Pensioenfonds belegt in aandelen, vastrentende waarden en alternatieve beleggingen. In de tabel hieronder ziet u hoe de beleggingen en de in 2012 behaalde resultaten zijn verdeeld. Meer over beleggingen staat op de website: www.shell.nl/pensioenfonds/beleggingen. Voor gedetailleerde financiële informatie kunt u het Jaarverslag raadplegen. Dit is ook beschikbaar op de website.
Netto rendementen en verdeling van beleggingen in 2012 De rendementen zijn na valuta-afdekking en na aftrek vermogensbeheerkosten
Strategische verdeling beleggingen in 2012(%)
Rendement in 2012(%) Pensioenfonds
Benchmark
Aandelen
40
17,1
15,4
Vastrentende waarden
40
14,6
13,6
Alternatieve beleggingen
20
11,6
10,3
100
15,3
13,9
Renteafdekking vast
--
12,4
12,4
Renteafdekking variabel
--
Totaal
Totaal rendement
3,7
3,7
17,0
15,7
VERANTWOORD BELEGGEN Het Pensioenfonds heeft een beleid voor verantwoord beleggen en kijkt naar de bedrijfsvoering van ondernemingen waarin het investeert. Als belegger heeft het Pensioenfonds stemrecht bij de aandeelhoudersvergaderingen van die ondernemingen. Het streeft ernaar om te stemmen bij zoveel mogelijk bedrijven waarin het belegt, behalve bij aandelen van Royal Dutch Shell plc. Uit praktische overwegingen stemt het Pensioenfonds meestal op afstand, zonder aanwezigheid op de aandeelhoudersvergaderingen zelf. Als het nodig is gaat het Pensioenfonds met de leiding van een onderneming in gesprek, onder andere over het gevoerde ondernemingsbeleid, sociaal beleid en milieubeleid. Voor deze beide activiteiten gebruikt het Pensioenfonds een gespecialiseerde dienstverlener. Het Pensioenfonds heeft in 2012 op afstand gestemd op 8.214 aandeelhoudersvergaderingen. Bij 4.395 van deze vergaderingen werd bij één of meer besluiten tegen gestemd. Met 696 ondernemingen werd gesproken over diverse zaken, onder andere: bestuursstructuur, bedrijfscultuur, succession planning, interactie met werknemers en de gemeenschap, gezondheid en veiligheid, kinderarbeid, controversiële wapens, corruptie,
klimaatverandering, waterbeheer, bosbeheer en andere onderwerpen betreffende het milieu. Op www.shell.nl/pensioenfonds/verantwoordbeleggen staat het ‘beleid verantwoord beleggen’ en rapporteert het Pensioenfonds elk kwartaal over de uitvoering van dit beleid.
INDEXATIE IN 2012 Het jaar begon met het uitvoeringsbesluit van het bestuur over de wijziging van de financiële opzet van het Pensioenfonds, waaronder het indexatiebeleid, per 1 januari 2012. Met dit besluit werden de indexatiegrenzen verhoogd. De grenzen gingen van 105% naar 115% voor de voorwaardelijke indexatie, en van 115% naar 125% voor inhaalindexatie. De deelnemersraad vond deze verhoging, hoewel nadelig voor de kansen op indexatie, redelijk. Het feit dat er een bijstortingsverplichting voor de werkgever geldt, speelde
daarbij voor de deelnemersraad een belangrijke rol. De ontwikkeling van de dekkingsgraad liet toekenning van voorwaardelijke indexatie per 1 juli 2012 niet toe. De dekkingsgraad op 1 juli 2012 was 110%. Voor voorwaardelijke indexatie is geen reserve gevormd en wordt geen premie betaald. Deze indexatie wordt uit het beleggingsrendement gefinancierd. Ga voor het indexatiebeleid op hoofdlijnen naar de website: www. shell.nl/pensioenfonds/indexatie. Op de website is ook de Indexatiebrochure te downloaden.
PREMIE Het Pensioenfonds probeert zijn doel te bereiken met aanvaardbare en stabiele premies. Het belegt de premies die de werkgever en de deelnemers betalen. De premie voor de werknemers, de deelnemerspremie, is vastgelegd in het Reglement. De premie die de werkgever betaalt, is afhankelijk van de financiële positie van het
Pensioenfonds. Het bestuur bepaalt, na raadpleging van de certificerend actuaris, de hoogte van de werkgeverspremie. In het afgelopen jaar bedroeg de werkgeverspremie 41,6% van de salarissom. In de eerste helft van het jaar was de premie voor deelnemers 2% over het salarisdeel tot € 77.128
en 8% over het salarisdeel boven deze grens. Vanaf 1 juli 2012 lag het grensbedrag op € 77.899. In 2012 betaalden de deelnemers gemiddeld 3,4% premie en bedroeg de totale pensioenpremie 45%. Ga voor meer informatie naar: www. shell.nl/pensioenfonds/financiering.
UITVOERINGSKOSTEN Vanaf 2011 is er in toenemende mate binnen de politiek, bij toezichthouders, in de media en bij het algemeen publiek belangstelling getoond voor de uitvoeringskosten van pensioenfondsen. Onder uitvoeringskosten wordt verstaan de kosten van pensioenbeheer, vermogensbeheerkosten en de transactiekosten. De Pensioenfederatie heeft een invoeringstraject voor ogen waarbij de pensioensector in toenemende mate inzicht geeft in de totale vermogensbeheerkosten. Dit heeft als doel dat eind 2014 over het totale vermogen van de Nederlandse pensioenfondsen inzicht wordt gegeven in de uitvoeringskosten. In de bijgevoegde ‘Nieuwsflits’ is meer informatie te vinden over de uitvoeringskosten van het Pensioenfonds in 2012.
Kosten pensioenbeheer en vermogensbeheer (Miljoenen euro) 2012
2011
Beheerkosten SAMCo
20
17
Kosten externe vermogensbeheerders
10
12
3
4
33
33
pensioenadministratie)
6
6
Overige SSPF-uitvoeringskosten
2
1
Kosten SPN en overige kosten SSPF
8
7
41
40
Bewaarkosten effecten en overige kosten Kosten vermogensbeheer Kosten SPN (pensioenbeheer en
Totaal kosten
HISTORISCH OVERZICHT 2003 - 2012 2012 Deelnemers
2011
2010
2009
2008
2007
2006
2005
2004
2003
11.182 10.879 10.933 11.517 11.690 11.655 11.226 10.589 10.591 10.927
Ingegane pensioenen 19.584 19.522 19.471 19.562 19.554 19.509 19.300 19.003 18.878 18.656 Uitgestelde pensioenen
6.458
6.717
6.855
6.616
6.701
6.639
7.010
7.458
7.605
7.789
Totaal aantallen
37.224 37.118 37.259 37.695 37.945 37.803 37.536 37.050 37.074 37.372
Vermogen (miljoenen euro)
21.171 18.247 17.445 15.473 10.598 19.257 18.570 16.153 13.770 12.158 1
Voorziening 17.722 16.419 14.183 12.978 13.213 10.679 11.256 11.120 10.197 pensioenverplichting (miljoenen euro)
1
9.573
Dekkingsgraad (%)2
119
111
123
119
80
180
165
145
135
Totaal rendement (%)
17,0
6,5
14,8
27,5
-43,3
5,9
17,3
20,4
15,8
21,7
0,0
1,9
0,8
0,0
2,0
1,6
1,4
1,4
0,6
2,5
Indexatie doorlopend pensioen (%)
3
127
1
1
1 In 2003 en 2004 op basis van 4% rekenrente 2 Berekend met de door DNB voorgeschreven rekenrente. Voor 2012 is die gebaseerd op het gemiddelde van voorgaande drie maanden en wordt gerekend
met een aangepaste lange termijn rentecurve, de zogeheten 'UFR' 3 Exclusief inhaalindexatie uit 2009 van 1,5% die in 2011 is verleend
COMMUNICATIE & ORGANISATIE COMMUNICATIE In 2012 werd voortgebouwd op het vorig jaar ingezette traject om meer pro-actief en meer stakeholdergericht te communiceren. Eind 2011 werd met een online enquête aan deelnemers en gepensioneerden feedback gevraagd over de communicatie van het Pensioenfonds. Op basis van de resultaten van deze feedback is in 2012 het gedeelte van de website voor deelnemers opnieuw ingericht. De informatie wordt meer gesegmenteerd naar leeftijdscategorieën aangeboden, met de gebeurtenissen die voor deze categorieën van belang zijn. In 2013 wordt verder gewerkt aan meer doelgroepspecifieke communicatie. Eind 2012 werd opnieuw online feedback gevraagd aan deelnemers en gepensioneerden van het Pensioenfonds. Er werd aan de deelnemers en gepensioneerden gevraagd om deel te nemen aan het landelijke ‘Benchmark Onderzoek Platform’ (BOP). Aan dit onderzoek
doen nu 17 pensioenfondsen mee, waaronder vrijwel alle grote bedrijfstakpensioenfondsen, enkele beroepspensioenfondsen en ook enkele ondernemingspensioenfondsen. Hier zal het Pensioenfonds jaarlijks aan deelnemen, zodat het effect van de communicatie-inspanningen in de tijd te zien is. ORGANISATIE Het Pensioenfonds voert de pensioenregeling uit voor Shell in Nederland en heeft zijn taken daarbij uitbesteed aan SPN en SAMCo. SPN is het bestuursbureau en is aangesteld als directeur van het Pensioenfonds. SPN zorgt ervoor dat de dagelijkse gang van zaken bij het Pensioenfonds soepel verloopt. Ook ondersteunt en adviseert SPN het bestuur over het pensioenbeleid, bij toezicht op het vermogensbeheer en op het terrein van risicobeheersing. Het bestuur is eindverantwoordelijk. Verder verloopt het contact met deelnemers en pensioengerechtigden via SPN.
SAMCo beheert het vermogen van het Pensioenfonds en adviseert het bestuur over de beleggingen. Beleggingsvoorstellen van SAMCo worden eerst besproken in de beleggingscommissie, het bestuur neemt daarna de beslissingen. Het Pensioenfonds wordt bestuurd door het bestuur. Medezeggenschap van deelnemers en pensioengerechtigden wordt gewaarborgd door de deelnemersraad. Jaarlijks legt het bestuur verantwoording af over het gevoerde beleid aan het verantwoordingsorgaan. De commissie intern toezicht kijkt hoe het bestuur functioneert en brengt jaarlijks verslag uit. De rapportage van de commissie intern toezicht, het oordeel van het verantwoordingsorgaan en de reactie van het bestuur daarop staan op de website: www.shell.nl/pensioenfonds/organisatie. Hier vindt u ook de samenstelling van de verschillende organen en commissies en de taken en verantwoordelijkheden.
DEELNEMERSRAAD De deelnemersraad kwam in 2012 achtmaal bij elkaar en vergaderde zesmaal met de directie van het Pensioenfonds. Twee van deze zes vergaderingen waren extra vergaderingen. Daarnaast waren er de twee gebruikelijke vergaderingen met het bestuur. De deelnemersraad werd acht keer om advies gevraagd, onder meer over de wijzigingen van het reglement, het Herstelplan, indexatie en aanpassingen per 1 juli 2012, en de premie voor 2013.
‘2012 in het kort’ belicht enkele gebeurtenissen en cijfers over het afgelopen jaar van Stichting Shell Pensioenfonds (het Pensioenfonds). Op deze publicatie heeft geen controle door een externe accountant plaatsgevonden en er kunnen geen rechten aan worden ontleend. De maatschappijen waarin Royal Dutch Shell plc direct of indirect deelnemingen heeft, zijn afzonderlijke rechtspersonen met een eigen identiteit. In deze uitgave wordt het collectieve begrip ‘Shell‘ gebruikt om de verschillende bij het Pensioenfonds aangesloten Shell werkgevers en joint ventures aan te duiden.