FAILLISSEMENTSVERSLAG Gegevens onderneming
Faillissementsnummer Datum uitspraak Curator R-C Activiteiten onderneming
Omzetgegevens Personeel gemiddeld aantal Verslagperiode Bestede uren in verslagperiode Bestede uren Totaal
Nummer: 3
Datum: 28/02/13
: Ernens Makelaars & Financiële Diensten B.V. H.J. Ernens Holding B.V. De Hypotheekshop Herle B.V. : F12/147 F12/161 F12/162 : 15 mei 2012 (Makelaars) 29 mei 2012 (Holding en Hypotheekshop) : Mr. Ch.L.J.R. Lückers : Mr. R.P.J. Quaedackers : Exploitatie van een makelaardij, het uitvoeren van onroerende zaaktaxaties, het verzorgen van verzekeringen en verdere financiële dienstverlening. Hypotheek- en kredietbemiddeling, bank- en spaaragentschappen e.d. : : 2 : 14 november 2012 t/m 28 februari 2013 : 18 uur en 24 minuten : 126 uur en 01 minuten
Veranderingen ten opzichte van het vorige verslag zijn dikgedrukt (nieuwe tekst). De tekst die in het volgende verslag verdwenen zal zijn, is thans doorgestreept. TOELICHTING VOOR DEGENEN DIE KENNIS NEMEN VAN DIT OPENBARE VERSLAG: Een faillissementsverslag wordt primair uitgebracht ter rapportering aan de rechtbank / RC. Krachtens artikel 73a Faillissementswet is dit verslag echter ook openbaar en ligt daardoor voor iedereen ter inzage. Gelet op die openbaarheid, in combinatie met onder meer privacygevoelige informatie en ook omdat lopende onderzoeken nog niet geheel afgerond kunnen zijn, kan er in elk faillissement informatie zijn die (nog) niet uit dit openbare verslag blijkt. Voorts dient er steeds rekening mee te worden gehouden, dat een faillissement zich kenmerkt door voortschrijdend inzicht in feiten en omstandigheden. Aan het verslag kan geen absolute zekerheid met betrekking tot de inhoud ontleend worden, noch kunnen er rechten en/of verplichtingen uit volgen. Op de inhoud van het verslag kan derhalve geen beroep in of buiten rechte gedaan worden tegen de curator en/of de boedel.
1.
Inventarisatie
1.1
Directie en organisatie: De heer H.J. Ernens is bestuurder en enig aandeelhouder van H.J. Ernens Holding B.V., welke op haar beurt enig aandeelhouder en bestuurder is van de twee dochtervennootschappen Ernens Makelaars & Financiële Diensten B.V. (hierna te noemen: “de makelaardij”) en De Hypotheekshop Herle B.V. (hierna te noemen: “de hypotheekshop”). De heer Ernens gaf feitelijk leiding aan de makelaardij, maar dat is inmiddels overgenomen door de koper van de portefeuille Erik Bessems; de heer Ernens is elders in loondienst getreden. De hypotheekshop werd geleid door de levenspartner van de heer Ernens, mevrouw K. Ottenhof. Er was al geen personeel meer in dienst sinds 2011. Mevrouw Ottenhof beheert de hypotheekshop onder de paraplu van de curator, dit in afwachting van het verkrijgen van alle vergunningen ten behoeve van een zelfstandige exploitatie. De portefeuille is inmiddels aan haar verkocht met toestemming van de Rechtercommissaris, echter onder de opschortende voorwaarde van verkrijging van de vergunning. Vastgelegd is dat dit per 30 juni 2012 rond moet zijn. Dit is ook rond en het eerste deel van de betaling is ook ontvangen, alleen ziet de Centrale Organisatie van De Hypotheekshop problemen op het gebied van het franchisecertificaat. Die discussie loopt. Tussen makelaardij en hypotheekshop was enig functioneel onderscheid te maken, maar Holding had geen eigen functie. Financieel en organisatorisch waren de drie vennootschappen volledig verweven, niet alleen qua directie, maar ook qua financiering, ontvangsten en uitgaven (één gezamenlijke bankrekening), huisvesting, enzovoorts. Er vond geen systematische verdeling van investeringen plaats, noch van doorberekening van kosten, noch van financieringslasten, enz. Aan de rechtbank wordt dan ook voorgesteld om de faillissementen volledig geïntegreerd te behandelen. De rechtbank heeft daarmee ingestemd onder voorwaarde dat dit voor geen van de crediteuren nadelig zal zijn. De curator denkt dat dat gevaar niet aanwezig is. De verkoop van de makelaardijportefeuille aan Erik Bessems Makelaardij is inmiddels geheel afgehandeld. De verkoop van de (goodwill van de) Hypotheekshop aan K. Ottenhof Beheer B.V., is ook afgewikkeld.
1.2
Winst en verlies: Sinds het instorten van de vastgoedmarkt, zeker in Parkstad, alwaar het bedrijf werkzaam was, werd er verlies geleden. Ook na het ontslag van alle personeel, het bijna naar nihil terugdraaien van
het eigen salaris, het niet doorberekenen van huisvestingskosten (het kantoor is onderdeel van het woonhuis van de heer Ernens), werd er nog verlies gemaakt. Er was gewoonweg te weinig omzet. Zo werden in de eerste vijf maanden van 2012 slechts twee panden via de makelaardij verkocht. Een exact verliescijfer is nog niet te geven vanwege de vermenging met privé en vanwege enkele herwaarderingen en afboekingen. 1.3
Balanstotaal: Hiervan zal in het volgende verslag een opgave worden gedaan, na correctie van interne posten tussen de drie B.V.’s en opschoning van de relatie tot privé. Dit blijkt nog niet zo makkelijk te zijn en wordt daarom doorgeschoven naar het volgend verslag. De balansen worden sterk vervormd, door interne verhoudingen, met name doordat die niet zijn gesaldeerd. Zo staat de Hypotheekshop nog in de boeken met een vordering op Makelaardij van €182.000,00 en van €69.000,00 op de Holding. Ook worden de totalen sterk gedomineerd door de goodwill die destijds betaald is aan de vader van de heer Ernens. Dat waren onder de toenmalige marktomstandigheden reële bedragen. De restant goodwill is echter thans van nul en generlei waarde meer. Ook ten opzichte van de heer Ernens prive staan posten in de geconsolideerde en afzonderlijke jaarstukken van de B.V.’s. Zo zou hij iets meer dan €11.000,00 verschuldigd zijn aan de Holding en €89.000,00 aan de Hypotheekshop B.V. Daartegenover staan met name pensioen- en lijfrente voorzieningen ad €127.000,00 en €37.000,00, welke niet meer van enige waarde geacht mogen te zijn.
1.4
Lopende procedures: Geen (een crediteur had juist voor uitspraak faillissement een veroordelend vonnis gekregen).
1.5
Verzekeringen: De gebruikelijke, waarvan de beroepsaansprakelijkheidsverzekering in ieder geval is aangehouden tot 30 juni 2012 in verband met de afwikkeling van de portefeuille en het uitlooprisico opgezegd.
1.6
Huur: Geen, er wordt werd gebruik gemaakt van een separate ruimte in de woning van de heer Ernens.
1.7
Oorzaak faillissement: In 2004 heeft de heer Ernens de zaak overgenomen van zijn vader. Daar voor is een hoge financieringslast aangegaan, maar de prijs was voor die tijd niet te hoog. Deze last rust overigens op alle drie
de vennootschappen en dus niet alleen op de aandeelhouder of op Holding (nader punt van onderzoek). Van die koopsom werd voor de heer Ernens sr. een lijfrente gekocht, teneinde deze voor de rest van zijn leven in zijn inkomen te laten voorzien. De heer Ernens sr. zou wel het bedrijf waar mogelijk blijven bijstaan, onder andere via zijn grote netwerk. Enige jaren na de overname overleed echter mevrouw Ernens sr. De heer Ernens sr. kreeg gezondheidsklachten en viel grotendeels uit. Inmiddels is ook hij overleden. Dit waren tegenslagen op persoonlijk vlak voor de heer H.J. Ernens, maar ook een groot verlies voor het bedrijf. Daar bovenop kwam de crisis op de woningmarkt in Nederland en speciaal in Limburg en al helemaal in Parkstad, alwaar het bedrijf nagenoeg zijn hele omzet moest halen. Daarop werd gereageerd door de kosten zover als mogelijk terug te draaien en door privé ook zo min als mogelijk ten laste van het bedrijf te komen. Het voornemen was om -onder andere via een loondienstverband elders van de heer H.J. Ernens- de huidige crisis te overleven. Dit bleek echter niet mogelijk doordat de huisbankier (ING) eind 2011 een versnelde aflossing van het krediet eiste en wel met €7.500,00 per maand, gekoppeld aan een hoge risico-opslag op de rente. Aflossing, noch renteopslag, waren voor het bedrijf op te brengen en ook privé niet door de heer Ernens op te brengen, althans daar wilde hij niet voor kiezen. De redenering van ING Bank was, dat deze vanwege de verscherpte voorschriften voor banken (“Basel II en Basel III”) het zich niet kon permitteren om slechte kredieten op de balans te hebben. Navraag heeft opgeleverd dat dit onjuist is: de banken hebben wat dat betreft nog altijd een grote vrijheid van handelen. Voorts bestaat de mogelijkheid om af te boeken op de waarde van kredieten of er een voorziening voor te nemen en dergelijke. Los van dat alles, lijkt het er toch op, dat een bank beter een krediet in de boeken heeft staan waarop gewoon rente wordt betaald (een aflossingsverplichting was niet overeengekomen en terzake was er dus ook geen achterstand), dan een faillissement te veroorzaken en daarmee haar inningskans geheel of nagenoeg geheel te vernietigen. Het gevecht met de bank heeft veel energie gekost en heeft zelfs tot een dagvaarding in kort geding geleid, waarna de bank de aflossingsverplichting sterk terugschroefde, maar deze bleef in combinatie met de renteopslag te hoog voor het bedrijf.
Uiteindelijk is om die reden het eigen faillissement van de makelaardij aangevraagd, direct gevolgd door Holding en hypotheekshop. De curator heeft onderzocht of het zin heeft een schadeclaim bij de ING neer te leggen, maar de uitkomst daarvan bleek al op het eerste gezicht negatief te zijn. De bank heeft meer dan €100.000,00 te vorderen en de schade die zij heeft veroorzaakt zal altijd aanmerkelijk lager zijn dan dat bedrag en door de bank gecompenseerd kunnen worden. Voorts zit in het besluit van de directie van gefailleerden om het eigen faillissement aan te vragen een sterk emotionele component. Hoe begrijpelijk dat ook is, het levert geen grond op voor een schadeclaim tegen de bank. Tot slot: indien de directie op goede gronden het gedrag van de bank in rechte had kunnen aanvallen, dan had men dat ook moeten doen, zodat een rechter het gedrag had kunnen toetsen en zonodig had kunnen bijsturen. Mocht het tot een uitkering aan de concurrente crediteuren kunnen komen in dit faillissement, dan kan de positie van de bank herbezien worden. Vooralsnog is de vordering opgenomen op de lijst van concurrente crediteuren met de aantekening “betwist”. 2.
Personeel
2.1
Aantal ten tijde van faillissement: Alleen de heer H.J. Ernens en mevrouw K. Ottenhof (geen werknemers maar DGA).
2.2
Aantal in jaar voor faillissement: Twee, in onderling overleg afgevloeid.
2.3
Datum ontslagaanzegging: Niet van toepassing.
3.
Activa
Onroerende zaken 3.1 Beschrijving: Geen 3.2
Verkoopopbrengst: --
3.3
Hoogte hypotheek: --
3.4
Boedelbijdrage: --
Bedrijfsmiddelen 3.5 Beschrijving: Een eenvoudige kantoorinventaris. 3.6
Verkoopopbrengst: Conform taxatie van de bank verkocht aan K. Ottenhof Beheer B.V. voor executiewaarde plus 10%, conform toestemming rechtbank.
3.7
Boedelbijdrage: --
3.8
Bodemvoorrecht fiscus: Waarschijnlijk wel.
Voorraden/ onderhanden werk 3.9 Beschrijving: Een portefeuille van 41 woningen, plus twee die reeds verkocht waren waren. Inmiddels zijn er nog vijf zes woningen verkocht. In de hypotheekshop zijn nog twee transacties afgerond. 3.10
Verkoopopbrengst: - €10.000,00 voor de makelaardijportefeuille, plus 50% van de tot 31 december 2012 daarop te ontvangen courtage bij verkoop van de woningen in portefeuille en een restbedrag van €125,00 per woning die op 31 december 2012 nog in portefeuille is. Inmiddels is €9.134,44 bovenop de aanvankelijke €10.000,00 ontvangen ter finale afdoening. -
3.11
€15.000,00 voor de hypotheekportefeuille, waarvan €7.989,00 is ontvangen. De koper doet een beroep op compensatie met oude openstaande posten voor het restant, maar dat wordt door de curator niet geaccepteerd en betaling zal zo nodig in rechte afgedwongen worden. Hierop is wel nog een korting geaccepteerd moeten worden voor het certificaat dat verbonden is aan de hypotheek portefeuille. De totale opbrengst bedraagt derhalve €11.990,00.
Boedelbijdrage: --
Andere activa 3.12 Beschrijving: Goodwill, verkoopondersteunend materiaal en kantoorbenodigdheden. 3.13
Verkoopopbrengst: Zijn begrepen onder 3.10.
4.
Debiteuren
4.1
Omvang debiteuren: Makelaardij: €11.668,18 €526,58 Hypotheekshop: € 5.026,80 +/- 142,80 (dit valt niet geheel te scheiden!) De debiteuren zijn door de curator aangeschreven om het verschuldigde bedrag te voldoen. Alle bedragen zijn ontvangen op enkele kleine oninbare bedragen na.
4.2
Opbrengst: Zie volgend verslag. Makelaardij: €10.727,79 Hypotheekshop: € 1.590,00
4.3
Boedelbijdrage: Zie onder 5. Geheel
5.
Bank / Zekerheden
5.1
Vordering van bank(en): ING Bank: €104.932,81 Rabobank: € 7.044,24
5.2
Leasecontracten: Een kopieermachine en een personenauto Ford Max C, welke zijn teruggenomen door de leasemaatschappijen.
5.3
Beschrijving zekerheden: Verpanding van alle materiele activa aan ING, echter op juridisch aanvechtbare wijze en voorts deels onderhavig aan een eventuele tegenclaim tegen de bank vanwege haar handelen zoals onder 1.7 genoemd achtergesteld aan het bodemrecht van de fiscus.
5.4
Separatistenpositie: Idem
5.5
Boedelbijdragen: --
5.6
Eigendomsvoorbehoud: --
5.7
Reclamerechten: --
5.8
Retentierechten: --
6.
Doorstart / voortzetten
Voortzetten 6.1 Exploitatie / zekerheden: -6.2
Financiële verslaglegging: --
Doorstart 6.3 Beschrijving: Direct na het faillissement van de makelaardij is in samenwerking met de heer Ernens een beroep gedaan op Erik Bessems Makelaardij te Maastricht om als backoffice te fungeren (beantwoorden telefonie, bewaken post en service naar klanten e.d.). Omdat de heer Ernens direct aangaf de makelaardij niet te willen voortzetten en ook de portefeuille niet te kunnen beheren vanwege zijn dienstbetrekking elders, is via meerdere regionale media kenbaar gemaakt dat er een overnamekandidaat gezocht werd. Tevens is daartoe een groot aantal bedrijven in de regio benaderd. De animo was heel gering, mede ook omdat bij veel makelaars dezelfde economische problemen speelden en de financiële slagkracht gering was. Uiteindelijk heeft Erik Bessems Makelaardij het hoogste bod uitgebracht en de portefeuille tot zich genomen. Ook hier echter met grotendeels gespreide betaling naar aanleiding van de te boeken resultaten. Ten aanzien van de Hypotheekshop is op dezelfde wijze gehandeld, maar omdat mevrouw Ottenhof dit bedrijfsonderdeel wel wilde doorzetten en daar ook als enige de steun voor kreeg van de centrale organisatie van de Hypotheekshop (franchisevereniging), heeft zij een aanmerkelijk hoger bedrag kunnen bieden dan de andere gegadigden welke op dezelfde wijze zijn benaderd als met betrekking tot de makelaardijportefeuille. Hier is dus sprake van een doorstart, maar wel binnen haar persoonlijke B.V. K. Ottenhof Beheer B.V. De gefailleerde bedrijven zelf maken dus binnen de eigen vennootschappelijke structuur geen doorstart.
De makelaardijportefeuille is verkocht met toestemming van uw rechtbank aan Erik Bessems Makelaardij te Maastricht, de Hypotheekshop aan K. Ottenhof Beheer B.V. 6.4
Verantwoording: De bedragen zijn uitvoerig aan de Rechter-commissaris toegelicht en deze is met de verkoop in beide gevallen akkoord gegaan. Mede door de naderhand nog verder verslechterde marktomstandigheden, zijn de gerealiseerde opbrengsten als heel tevredenstellend voor de boedel te kwalificeren.
6.5
Opbrengst: Zie 3.10.
6.6
Boedelbijdrage: Idem.
7.
Rechtmatigheid
7.1
Boekhoudplicht: Lijkt geheel in orde voor wat betreft de periode t/m 2010. De stukken van daarna moeten eerst nog in concept afgemaakt worden alvorens daar een definitief oordeel over geveld kan worden. De verwachtingen wat dat betreft zijn echter positief, dit op basis van hetgeen de curator heeft aangetroffen aan administratie. De relatie met de accountant is echter niet optimaal.
7.2
Depot jaarrekeningen: Is aan voldaan.
7.3
Goedk. verklaring Accountant: Niet van toepassing.
7.4
Stortingsverplichting aandelen: Correct.
7.5
Onbehoorlijk bestuur: Nee.
7.6
Paulianeus handelen: Nee.
8.
Crediteuren
8.1
Boedelvorderingen: Voor de instandhouding van de portefeuilles is tijdelijk een beperkt aantal en gering bedrag aan kosten gemaakt moeten worden.
8.2
Pref. vord. van de fiscus: Door de belastingdienst is een vordering ingediend ten name van Holding ad €9.284,00 plus nog een aantal ambtshalve aanslagen waartegen gemotiveerd geprotesteerd is.
Voor de fiscale eenheid is er een vordering door de belastingdienst ingediend ad €3.566,00. 8.3
Pref. vord. van het UWV: Geen.
8.4
Andere pref. crediteuren: Geen.
8.5
Aantal concurrente crediteuren: Makelaardij: 27 Hypotheekshop: 8 Holding: 2 (deels overlappend en niet consistent gescheiden) Alle drie de vennootschappen hebben wel een gezamenlijke schuld bij ING ad ruim €104.000,00 (concurrent, maar met zekerheden, echter ook onderhavig aan onderzoek naar verweermogelijkheden door curator).
8.6
Bedrag concurrente crediteuren: Makelaardij: €20.608,92 Hypotheekshop: € 8.030,50 Holding: € 4.727,10 (conform voorlopige administratie, maar niet consistent van elkaar gescheiden).
8.7
Verwachte wijze van afwikkeling: Nog niet te overzien.
9.
Overig
9.1
Termijn afwikkeling faillissement: Idem.
9.2
Plan van aanpak: De afwikkeling van de makelaardijportefeuille en de inning van de aan de boedel toekomende gelden. Dat laatste ook voor wat betreft de verkoop van de Hypotheekshop- portefeuille. Inning debiteuren, afwikkeling rekening-courantpositie directie. Nog slechts aan de orde zijn de rekening-courant verhoudingen en met name de schuld van de heer Ernens aan de Hypotheekshop. Hier zal in het volgende verslag op teruggekomen worden.
9.3
Indiening volgend verslag 15 februari 2013 15 mei 2013