1 Een woord vooraf 4. 2 Onze school 5

Schoolgids

Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1 Een woord vooraf

4

2 Onze school

5

3 Waar wij als school voor staan 3.1 Onze visie op het Basisonderwijs 3.2 De missie van onze school 3.3 Het motto van de school 3.4 Katholiciteit 3.5 School en Parochie 3.6 Katechese 3.7 Andere gezindten

6 7 9 11 12 13 14 15

4 Uitgangspunten 4.1 Ons onderwijs 4.2 Doelstellingen

16 17 18

5 De organisatie van ons onderwijs 5.1 De organisatie van de school 5.2 Groepsindeling en -grootte 5.3 Groepsbezetting schooljaar 2008 - 2009 5.4 Gymtijden 5.5 Arbeidsomstandigheden

19 20 21 22 23 24

6 Het schoolteam 6.1 De schoolleiding 6.2 De groepsleerkrachten 6.3 De specialisten 6.4 Studenten en stagiaires 6.5 Scholing 6.6 Taakverdeling

25 26 27 28 29 30 31

7 Activiteiten van en voor de kinderen 7.1 Activiteiten in leerjaar 1 en 2 7.2 Nederlandse Taal 7.3 Engels 7.4 Rekenen en wiskunde 7.5 Oriëntatie op jezelf en de wereld 7.6 Kunstzinnige oriëntatie 7.7 Bewegingsonderwijs 7.8 Computeronderwijs 7.9 Eigen invullingen

32 33 34 35 36 37 39 40 41 42

Rkbs St. Willibrordus 2008, , alle rechten voorbehouden.

blad 1

Schoolgids

Inhoudsopgave 8 De zorg voor kinderen 8.1 De inschrijving van nieuwe leerlingen 8.2 Rapportage 8.3 Zitten blijven 8.4 Versneld doorstromen 8.5 Kwaliteitszorg en -verbetering 8.6 De zorg voor het jonge kind en maatregelen groepsverkleining 8.7 Zorgverbreding 8.7.1 Leerlingvolgsysteem 8.7.2 Leerlingbespreking 8.7.3 Leerlingbegeleiding 8.7.4 Ontwikkelingsplan 8.7.5 Zorg voor kinderen met specifieke behoeften 8.7.6 Verwijzing naar andere scholen 8.7.7 Specifieke voorzieningen 8.7.8 Samenwerking met andere scholen 8.7.9 De begeleiding van de lln. naar het voortgezet onderwijs 8.7.10 Onderwijskundig rapport 8.7.11 Huiswerk 8.8 W.E.C. (leerlinggebonden financiering)

43 44 45 46 47 48 50 51 52 53 54 55 56 57 58 59 60 61 62 63

9 Resultaten van het onderwijs 9.1 Informatie over de resultaten 9.2 Uitstroom naar het voortgezet onderwijs 9.3 Uitstroom naar het Speciaal Basisonderwijs het het R.E.C. 9.4 Interne doorstroomgegevens

64 65 66 67 68

10 Meer dan alleen maar kennis 10.1 Buitenschoolse activiteiten 10.2 Vieringen en feesten 10.3 Acties 10.4 Creatieve ochtenden 10.5 Sport 10.6 Schoolreizen 10.7 Culturele activiteiten 10.8 Bibliotheek

69 70 71 72 73 74 75 76 77

11 Regeling school- en vakantietijden 11.1 Aantal lesuren en de schooltijden 11.2 Verdeling van tijd over de leer- en vormingsgebieden 11.3 Vrijstelling van onderwijsactiviteiten 11.4 Vakantie en afwezig zijn 11.5 Extra vrij 11.6 Ziek zijn 11.7 Controle

78 79 80 81 82 83 84 85


blad 2

Schoolgids

Inhoudsopgave 11.8 Maatregelen ter voorkoming van lesuitval en schoolverzuim 11.9 Regels voor schorsing, toelating en verwijdering 11.10 Vakantieregeling en urenberekening komend schooljaar 12 Externe contacten 12.1 Onderwijsinspectie 12.2 Schoolarts 12.3 Schoolbegeleidingsdienst 12.4 Zorgteam 12.5 P.C.L. 12.6 Buurtnetwerk 12.7 Scholen 12.8 Peuterspeelzaal en Kinderopvangcentrum

86 87 88 90 91 92 93 94 95 96 97 98

13 Ouders en school 13.1 Contacten met school en andere ondersteunende werkzaamheden 13.2 Regels voor ondersteunende werkzaamheden 13.3 Informatieverstrekking 13.4 Inloopmiddag en -avond 13.5 Informatieavonden 13.6 Andere informatiebijeenkomsten 13.7 De oudervereniging 13.8 Wat doet de ouderraad 13.9 Waar betaalt de oudervereniging haar activiteiten van 13.10 Hoe bereikt u de ouderraad 13.11 De Medezeggenschapsraad 13.12 De verkeersouder 13.13 Voor- tussen- en naschoolse opvang 13.14 Overleg met de leerkracht 13.15 Verzekering 13.16 Sponsoring 13.17 Ongewenste intimiteiten 13.18 Klachtenregeling 13.19 Veiligheidsbeleid

99 100 101 102 103 104 105 106 107 108 110 111 112 113 114 115 116 117 118 120

14 Beleidsplannen 14.1 Ontwikkelen en uitvoeren van beleid

121 122

15 Mededelingen en regels

123

16 Instemming MR en Verklaring van Vaststelling

124

17 Uitreiking en slotwoord

125


blad 3

Schoolgids

1 Een woord vooraf Ouders vinden het belangrijk dat hun kinderen in de school hetzelfde klimaat aantreffen als thuis. Ze mogen verwachten dat de school goed onderwijs geeft, maar scholen verschillen ook in sfeer, in hun manier van werken, in hun overtuigingen enz. Tevens hebben scholen verschillende kwaliteiten. Factoren als identiteit (betreft het een openbare of een bijzondere school), onderwijs-visie (welke denkbeelden hebben de directie en de leerkrachten over onderwijs), doelstellingen (welke onderwijsdoelen streeft de school na) en werkwijze (op welke wijze wordt er in de school gewerkt om deze doelstellingen te bereiken) zijn bij het bepalen van de schoolkeuze heel belangrijk. Kwaliteit, identiteit en schoolklimaat zijn in hoofdzaak bepalend voor het gezicht van onze school. In deze schoolgids leest u wat u er allemaal gebeurt op de St. Willibrordusschool. Graag willen we uiteenzetten wat ouders en kinderen van ons mogen verwachten en wat de school voor uw kind(-eren) kan betekenen. Goed en intensief overleg tussen leerkrachten en ouders vinden wij heel belangrijk. In goede samenwerking en harmonie kunnen de aan ons toevertrouwde kinderen die kansen krijgen die horen bij goed en eigentijds onderwijs. De St. Willibrordusschool wil zich bijzonder graag inzetten voor die kinderen en hun ouders. Hoewel wij een katholieke school zijn, zijn we er van overtuigd dat ons waarden- en normenpatroon van grote waarde is, ook voor niet-Christenen. Onze school voert mede daarom een open toelatingsbeleid. Dat wil zeggen dat ook niet-katholieke kinderen welkom zijn. De kwaliteit van het onderwijs is belangrijk voor de ontplooiing van het kind. Onze school is onderwijskundig en pedagogisch afgestemd op de eisen van de huidige maatschappij. Directie en team maken ruimschoots gebruik van mogelijkheden tot bij- en nascholing. Nieuwe ontwikkelingen worden ingepast in oude verworvenheden. Er wordt constructief samengewerkt met andere scholen en instanties om een bijdrage te leveren aan het totale basisonderwijs. De leerlingen – en daar gaat het tenslotte om – zijn daarmee gediend. Daarom ook ben ik blij u deze schoolgids te mogen presenteren en we hopen u hiermede een beeld te geven van het wel en wee op de St. Willibrordusschool. Deze uitgave ontvangt u eenmalig. Jaarlijks ontvangt u een deel die zal bestaan uit aanvullingen, wijzigingen en de nodige gegevens voor dat schooljaar. Ik wil dan ook eindigen met de wens uit te spreken dat zowel u als uw kind(-eren) een fijne schooltijd bij ons mogen doormaken en dat uw kind(-eren) tot een zo’n goed mogelijke ontplooiing mag (mogen) komen. Door goed samen te werken zal het voor kinderen, ouders en leerkrachten een fijne schooltijd worden en dat wensen wij u en uw kind(-eren) van harte toe. Coevorden, augustus 2008, H. H. Benes, directeur.


blad 4

Schoolgids

2 Onze school De St. Willibrordusschool werd op 1 juli 1907 als de eerste katholieke school in Drenthe geopend. De school werd vernoemd naar Sint Willibrordus, de missionaris aan wie Noord-Nederland het Christendom te danken heeft. De parochie en de kerk waren ook al naar St. Willibrordus vernoemd. Waarschijnlijk heeft de naam te maken met het stadswapen, waarop St. Willibrordus en St. Joris voorkomen. St. Willibrordus als grondlegger van het bisdom Utrecht, tot welk grondgebied Drenthe behoorde, en St. Joris, patroon van de Ridderschap, aan wie het bestuur over Drenthe vanuit het kasteel in Coevorden was toevertrouwd. Om duistere redenen heeft dit eeuwenoude wapen in 1968 plaats moeten maken voor een nieuw ontworpen wapen. In 1968 komt er een tweede katholieke school en worden kerkbestuur en schoolbestuur gescheiden. In 1985 werden kleuterschool en lagere school samen één basisschool. We zijn nu dan ook gehuisvest in één gebouw, dat is gelegen aan de Thorbeckestraat 1 te Coevorden. Ons onderwijs is ingericht volgens het leerstofjaarklassensysteem. Leerlingen worden naar leeftijd in jaargroepen ingedeeld. Daarin krijgen ze een bepaald deel van de totale leerstof aangeboden. Voor leerlingen die wat achterblijven, of juist een voorsprong nemen, kunnen we besluiten tot eventuele tijdelijke en op maat gesneden leerprogramma’s. We werken hierin met dagen weektaken. We zijn optimistisch over de gezamenlijke mogelijkheden van de kinderen en het schoolteam. Dit komt tot uitdrukking in een positieve en stimulerende samenwerking van ouders, leerlingen en leerkrachten. Respect voor de schepping en onderlinge verdraagzaamheid vinden wij belangrijke opvoedkundige waarden. Voortdurend proberen we de kwaliteit van ons onderwijs te verbeteren. Zo krijgt het gebruik van de computer steeds meer aandacht. Onze school is een bijzondere school. Dit betekent dat onze school bestuurd wordt door een eigen schoolbestuur en niet door het College van Burgemeester en Wethouders. De katholieke scholen in de gemeente Coevorden vallen onder de “Stichting Katholiek Onderwijs IJssel-Vechtstreek”. Onze school kent, net als de overige scholen binnen de stichting, een schooladviescommissie en een College van Bestuur. De samenstelling van de schoolcommissie bestaat uit tenminste 5 leden, waarvan de benoeming plaatsvindt door het bestuur van de stichting en is als volgt: - tenminste 2 personen worden voorgedragen door de ouders en het personeel van de school; - tenminste 1 persoon kan worden voorgedragen door de parochie waarin de school zich bevindt en hij/zij dient te komen uit het voedingsgebied van de school; - de overige leden worden voorgedragen door de schoolcommissie.


blad 5

Schoolgids

3 Waar wij als school voor staan Het basisonderwijs op onze school bevordert de brede vorming van kinderen. Het onderwijs richt zich op de emotionele en verstandelijke ontwikkeling, op de ontwikkeling van de creativiteit en het verwerven van sociale, culturele en lichamelijke vaardigheden. Het Ministerie van Onderwijs heeft hiervoor zogenaamde kerndoelen vastgelegd. Deze doelen geven aan wat onze school nastreeft bij de kinderen en ons onderwijs is zoveel mogelijk afgestemd op deze kerndoelen. In de eerste plaats omschrijven de doelen het eind van een leerproces en daarnaast moeten leerinhouden en doelen zo veel mogelijk op elkaar worden afgestemd. De doelen moeten vooral voor álle leergebieden van belang zijn: · goede werkhouding, · gebruik van leerstrategieën, · reflectie op eigen handelen en leren, · uitdrukken van eigen gedachten en gevoelens, · respectvol luisteren en kritiseren van anderen, · verwerven en verwerken van informatie, · ontwikkelen van zelfvertrouwen, · respectvol en verantwoordelijk omgaan met elkaar, · zorg voor en waardering van de leefomgeving. De doelstellingen van de verschillende vak- en vormingsgebieden, zoals de werkwijze, de organisatie, geplande veranderingen enz. zijn beschreven in ons schoolplan. Dit schoolplan is een soort draaiboek van het totale gebeuren binnen onze school. Tussentijdse wijzigingen in doelstellingen, werkwijzen, schoolorganisatie enz. worden in het schoolplan doorgevoerd. Het schoolplan ligt in de school voor de ouders ter inzage. Om de schoolgids praktisch en leesbaar te houden zal vanuit deze gids dan ook zo nu en dan verwezen worden naar het schoolplan. Uiteraard verschillen de kinderen in onze school onderling als we praten over capaciteiten, vaardigheden en interesses. Om aan deze verschillen tegemoet te komen streven wij er naar om de onderwijsleerdoelen zoveel mogelijk aan te passen aan de individuele capaciteiten en vaardigheden van het kind. Wij doen dit bijvoorbeeld door middel van variatie in de onderwijsleerstof, door middel van variatie in de wijze van aanbieding en in de wijze van verwerking van de onderwijsleerstof. Voorop staat dat wij proberen de individuele capaciteiten van ieder kind optimaal tot ontplooiing te laten komen.


blad 6

Schoolgids

Waar wij als school voor staan

3.1 Onze visie op het Basisonderwijs Onze visie op school/onderwijs is erop gericht elk kind een gevoel van veiligheid te bieden, waarbij duidelijke structuren en een gezellige leer- en leefomgeving kan ontstaan die een goed pedagogisch klimaat waarborgen. De school moet een plek zijn waar de kinderen graag komen en waar zij zich dienen te houden aan normen en waarden die wij mede van belang vinden vanuit onze katholieke geloofsovertuiging. De samenleving staat niet stil; er worden, steeds meer, eisen gesteld aan de kinderen van nu, de volwassenen van de toekomst. Wij vinden dat de leerlingen zich zo goed mogelijk moeten kunnen ontwikkelen. De zorg voor elk individu is steeds een voorwaarde voor onze manier van lesgeven. Er moet sprake zijn van wederzijds vertrouwen. Acceptatie door de groep is hierbij onontbeerlijk. Het uiteindelijk doel van het vergaren van kennis en het omgaan met sociale vaardigheden is van elke leerling van de St. Willibrordus-school een mens te maken, die zich, voor zover mogelijk, op een prettige manier zelfstandig kan handhaven in deze maatschappij. Wij willen die leerling begeleiden tot een tevreden mens nu en in de toekomst. Om dat allemaal te kunnen realiseren vinden wij het van belang dat kinderen leren elkaar te accepteren. (Gestuurde) vrijheid, zelfstandigheid en samenwerking zijn kernwoorden op onze school. (Gestuurde) vrijheid vinden wij belangrijk voor de ontplooiing van de persoonlijkheid van het kind. Hij/zij moet leren die vrijheid te gebruiken. Wij willen duidelijk maken dat vrijheid iets anders is dan ongebondenheid. Een kind kan niet vroeg genoeg beginnen met de beperktheid van eigen mogelijkheden te leren aanvaarden. Daarom is het principe van (gestuurde) vrijheid belangrijk. Om de zelfstandigheid te bevorderen hebben we het principe van het taakurenmodel ingevoerd. Zelfstandigheid houdt ook zelfwerkzaamheid in. Zelf actief problemen oplossen leert kinderen zelfstandig nadenken en beter begrijpen. Ze leren daardoor creatief denken en handelen. Deze werkvorm vraagt meer energie van kinderen dan het passief repeteren. Hoe zelfstandiger een kind wordt, des te gemakkelijker zal het leren beredeneerde keuzen te maken. Het taakurenmodel stelt de leerkracht bovendien in staat extra tijd te besteden aan de individuele leerling. Samenwerking is in de huidige maatschappij een noodzaak. In het dagelijkse leven moet een mens samenwerken met allerlei andere mensen, die hij niet altijd zelf heeft gekozen. Niets is beter dan zo’n teamverband al op school te laten starten. In onze school kunnen de kinderen in jaargroepen met elkaar werken. Zo leren ze elkaar dingen uitleggen. Dat kweekt beter begrip dan alleen memoriseren. Door samenwerken leren kinderen ook dat “afkijken” of “overschrijven” zinloos is. Natuurlijk kan er ook samenwerking zijn tussen heterogene groepen, b.v. bij vormen van expressie of andere activiteiten. Ons taakurenmodel is ook een manier van omgaan met elkaar. Wij moeten ruimte scheppen en de kinderen gelegenheid geven om zelfstandig of samen te werken aan een afgesproken taak. Bovengenoemde principes (gestuurde vrijheid, zelfstandigheid en samenwerking) vormen de wijze van onze aanpak. De weektaak is het middel om die drie principes te verwezenlijken. Geen kind, noch leraar, moet voor zijn verdriet op school zitten. In principe moet het niet uitmaken wie voor de klas staat, als maar dezelfde uitgangspunten gebruikt worden. Wij gaan daarbij uit van de regel: “Stoor een ander niet, niet door je gedrag, niet door je taalgebruik, niet door je houding”.


blad 7

Schoolgids


Het taakurenmodel blijft daarbij een hulpmiddel om het proces van omgaan met elkaar voortdurend gaande te houden. Deze toepassing verandert met het leven van de mensen die het beleven. Door de school heen werken we vanuit ons onderwijsmodel waarin we proberen zoveel mogelijk recht te doen aan adaptief onderwijs. ONS TAAKURENMODEL: Het “Willibrordus”-model

1.

Ronde 1 ± 5 min: ronde door de klas ± 15 min: herinstructie è extra uitleg

2.

Ronde 2 ± 5 min: ronde door de klas ± 15 min: herinstructie è zorg- ( of handelings-)plannen

3.

Ronde 3 ± 5 min: ronde door de klas ± 15 min: herinstructie è n.a.v. fouten

4.

Ronde 4 ± 5 min: ronde door de klas ± 15 min: herinstructie è extra werk

5.

Ronde 5 ± 5 min: afsluiting Leerlinggesprek met:


blad 8

Schoolgids


3.2 De missie van onze school Wij willen een werken samenwerkplaats zijn waar de kinderen kansen krijgen zich zo breed mogelijk te ontwikkelen, zowel op sociaal-emotioneel gebied als op het praktisch handelen en verwerven van kennis. Hierbij gaat de aandacht van de school vooral uit naar het boeken van resultaat ten aanzien van basiskennis, basisvaardigheden en basisattitudes enerzijds en naar het behoud van het leerplezier anderzijds. Dit alles om de kinderen op hun vaak complexe toekomstige maatschappelijke taken te begeleiden en voor te bereiden. Hoewel de ouders hoofdverantwoordelijk zijn voor de opvoeding van hun kind(eren), acht het team het van belang dat de kinderen op een goede manier met normen en waarden leren omgaan en ziet dit ook als een opdracht. Daar waar dit reëel mogelijk is, zal de katholieke identiteit van de school daar een betekenisvolle rol bij spelen. Hoe wil de St. Willibrordusschool dit alles realiseren? Van grote betekenis is, dat: · kinderen zich naar eigen aanleg mogen ontwikkelen, maar dat zij bovendien door de school geprikkeld worden zich te ontwikkelen; er is daartoe aandacht van de school voor: - leermotivatie, - het gedifferentieerd begeleiden van kinderen, - het volgen van het ontwikkelings- en leerproces van de kinderen, - zorgverbreding op maat, - het ontwikkelen van het “zelfstandig leren” door de kinderen vanaf groep 1, - het werken met dagtaken en weektaken; · er voortdurend aandacht is voor het scheppen van een goed pedagogisch klimaat, waardoor kinderen zich in rust en met een gevoel van veiligheid verder kunnen ontwikkelen, kunnen leren. Een goede sfeer op school is de basis voor alles (daarbij gaat het om wederzijds respect voor elkaar, echte belangstelling voor elkaar tonen). Een goede sfeer is niet alleen belangrijk voor leerlingen onderling, maar evenzeer tussen leerlingen en leerkrachten en alle personeelsleden van de school; · er binnen alle geledingen op een haalbare manier schooldemocratie wordt ontwikkeld, waardoor initiatief, gedrag en medezeggenschap kunnen gedijen. Daarbij zijn overigens aanvaarde school-, groeps- en medezeggenschapsregels onontbeerlijk als steun. Daarbij is het duidelijk dat alle betrokkenen zich daaraan houden; · de groeps- en andere leer- / werklokalen er uitnodigend en ordelijk uitzien; · nieuwe onderwijsontwikkelingen kritisch worden gevolgd en, waar wenselijk en mogelijk, binnen het onderwijs worden ingepast; · er binnen de school een inspirerend samenwerkingsklimaat bestaat; dit als een belangrijk fundament voor het leren en het zich verder ontwikkelen; · samenwerken van alle geledingen (leerkrachten, schoolleiding, leerlingen, ouders) betekent serieus met elkaar communiceren. d.w.z.: - luisteren naar elkaar, goede initiatieven van elkaar positief bekrachtigen, Rkbs St. Willibrordus 2008, , alle rechten voorbehouden.

blad 9

Schoolgids


- voorstellen helpen verbeteren, elkaar praktische tips geven, enz. Wij willen de kinderen op onze school leren respect voor elkaar en elkaars eigendommen te hebben. Rekening houden met de anderen is evenzeer belangrijk. Belangrijk is verantwoordelijkheid te leren dragen en te aanvaarden over het eigen handelen. Ook leren we de kinderen de consequenties te aanvaarden. Met andere woorden: sociale vorming is een zeer belangrijk onderdeel van onze school. Deze uitgangspunten vindt u ook terug in ons “Pestprotocol” en in de schoolregels. Het pestprotocol ligt, naast alle andere vastgestelde protocollen, op school ter inzage. Tevens vinden we het op onze school belangrijk om een goed voorbeeld te geven en te zijn.


blad 10

Schoolgids


3.3 Het motto van de school Onze motto luidt: "SMS je mee in de school waarin je je thuis voelt". Voor de afkorting SMS moet u lezen: Samen Meer School Dit motto leggen we op twee manieren uit: Op de eerste plaats willen we aangeven dat ouders en school samen moeten werken in het belang van het kind en dat we, door samen te werken, meer school kunnen zijn. Als tweede uitleg geldt ook dat we de kinderen duidelijk willen maken dat je door samen te werken en samen te spelen meer school kunt zijn en daardoor een plezierige schooltijd kunt hebben.


blad 11

Schoolgids


3.4 Katholiciteit Onze school is een katholieke school. We proberen er, in nauwe samenspraak met anderen, vorm aan te geven. We doen dat mede in de overtuiging dat de boodschap en levenswijze van Jezus van Nazareht ook in deze tijd van grote waarde zijn. We proberen de kinderen in verwondering en bewondering de dingen om hen heen te leren zien. Respect voor de schepping en onderlinge verdraagzaamheid zijn belangrijke opvoedkundige waarden. Voor onze godsdienstlessen gebruiken we de methode "Reis van je leven".


blad 12

Schoolgids


3.5 School en Parochie De Willibrordusschool valt onder de parochie H. Willibrordus. We hebben een nauw contact met de parochie. Verder besteedt het team, in samenwerking met de parochie, aandacht aan: voorbereiding op de 1e H. Communie en het H. Vormsel, voor degenen die daaraan mee willen doen, gezinsvieringen, schoolvieringen Vanzelfsprekend geschiedt deelname aan deze activiteiten op vrijwillige basis.


blad 13

Schoolgids


3.6 Katechese In de methode "Reis van je leven" proberen we kinderen op het spoor te houden van hun nieuwsgierigheid naar de grote vragen van het leven. Zoals: Waar komen we vandaan? Hoe gaan we het beste met elkaar om en met de natuur om ons heen? Waarom ben ik er eigenlijk? Waar ga je heen als je doodgaat en waarom moeten mensen vaak zoveel lijden? We gaan met de kinderen na hoe zij zelf met die vragen kunnen omgaan en hoe andere mensen dat doen. En wat mensen in onze eigen omgeving en ook in andere landen en culturen over belangrijke levensvragen denken en voelen. Op deze manier helpen we de kinderen om geleidelijk aan hun eigen weg te kiezen. De methode biedt twintig thema's aan, die geïnspireerd zijn op de grote zingevingsvragen van mensen. De volgorde 'spoort' met de hoogtepunten van de seizoenen en van het kerkelijk jaar. Die thema's keren jaarlijks terug en worden voor alle acht groepen op een eigen niveau uitgewerkt. De methode sluit aan bij de verscheidenheid van de herkomst van de kinderen, ook op levensbeschouwelijk gebied. In groep 4 worden de leerlingen die daaraan meedoen, voorbereid op de 1e Heilige Communie. De leerlingen die mee willen doen aan het Heilig Vormsel worden in groep 8 voorbereid. De projecten worden uitvoerig besproken met de ouders op de ouderavonden voor de 1e H. Communie en het H. Vormsel. De uiteindelijke keus en verantwoording om deel te nemen aan deze vieringen ligt uiteraard bij de ouders.


blad 14

Schoolgids


3.7 Andere gezindten Onze school staat zeer zeker open voor kinderen van andere gezindten of waarvan de ouders aangegeven hebben "niets" te zijn. We vragen respect voor elkaars geloofsovertuiging en mening over levensbeschouwing. Wij gaan ervan uit dat ouders die hun kind bij ons aanmelden onze doelstellingen onderschrijven. Bij ons op school worden geen kinderen in een uitzonderingspositie geplaatst, waar het informatie over levensbeschouwing betreft. Binnen het vakgebied “Geestelijke Stromingen” besteden we in de bovenbouw ook aandacht aan Jodendom, Christendom, Islam, Boeddhisme, Hindoeïsme en Humanisme.


blad 15

Schoolgids

4 Uitgangspunten In dit hoofdstuk leest u meer over de uitgangspunten die wij als school hanteren. Wij gaan daarbij in op: · ons onderwijs · doelstellingen


blad 16

Schoolgids

Uitgangspunten

4.1 Ons onderwijs Ons onderwijs: ·

·

·

·

is afgestemd op de voortgang van het ontwikkelings-proces van de individuele leerling en is zo ingericht dat het mede de grondslag legt voor het volgen van aansluitend voortgezet onderwijs. We gaan er daarnaast vanuit dat de kinderen van elkaar verschillen in talent, tempo en temperament; richt zich, naast de emotionele en verstandelijke ontwikkeling, op het ontwikkelen van creativiteit en het verwerven van de noodzakelijke kennis op het gebied van sociale, culturele en lichamelijke vaardigheden; gaat er mede vanuit dat leerlingen opgroeien in een multiculturele samenleving, waarin ieder kind zich geaccepteerd voelt met zijn/haar uiterlijk, taal en culturele achtergrond. Wij vinden het onze taak om, in een sfeer van vertrouwen, in de eerste plaats de kennis en de achtergrond die de kinderen zelf meebrengen in de klas te gebruiken om van elkaar te leren; besteedt ruim aandacht aan de ontwikkelingen op het gebied van de informatica door de leerlingen vertrouwd te maken met de mogelijkheden die de computer biedt voor het onderwijs.


blad 17

Schoolgids

Uitgangspunten

4.2 Doelstellingen Op onze school willen we de aan ons toevertrouwde kinderen zo goed mogelijk voorbereiden op de complexiteit van de huidige maatschappij en ze optimale kansen geven zich individueel te ontwikkelen. Ruime aandacht zal besteed worden aan de normen en waarden die thuis en op school gangbaar zijn. Het goede voorbeeld geven en het bewust creëren van situaties waar deze waarden en normen een rol spelen, komen nadrukkelijk aan de orde. De maatschappij vraagt om goed opgeleide mensen die zich verantwoordelijk weten voor hun gedrag en de activiteiten waar ze mee bezig zijn en die zich door hun omgeving gewaardeerd voelen. De kans hierop is groter, naarmate de kinderen op de basisschool hun kwaliteiten zo optimaal mogelijk kunnen ontwikkelen. Het praktisch handelen is naast het overdragen van kennis van wezenlijk belang. Individuele begeleiding en acceptatie van elkaars (on)mogelijkheden is essentieel. We proberen een klimaat te ontwikkelen waar kinderen: · het gevoel hebben erbij te horen, dat mensen hen waarderen en met hen willen omgaan (relatie); · het gevoel hebben iets te kunnen, het geloof en plezier hebben in eigen kunnen (competentie); · het gevoel hebben op zichzelf te staan, dus het gevoel hebben dat men iets kan ondernemen zonder dat anderen hierbij hoeven te helpen (autonomie). Een goede samenspraak en samenwerking met en tussen ouders, leerlingen, leerkrachten en ondersteunende instanties is vanzelfsprekend. Samenwerking die gekenmerkt wordt door openheid, vertrouwen en wederzijds respect.


blad 18

Schoolgids

5 De organisatie van ons onderwijs In dit hoofdstuk leest u iets over de organisatie van ons onderwijs. Wij gaan daarbij wat dieper in op: · de organisatie van de school · de groepsindeling en -grootte · de groepsbezetting in dit schooljaar · de gymtijden · de arbeidsomstandigheden


blad 19

Schoolgids

De organisatie van ons onderwijs

5.1 De organisatie van de school Er wordt lesgegeven aan leerlingen in de leeftijd van 4 - 12 jaar. Als uitgangspunt wordt het leerstofjaarklassensysteem gebruikt, waarbij leerlingen op grond van hun leeftijd in een jaargroep worden ingedeeld. Binnen deze groepen wordt zo veel als mogelijk aandacht besteed aan de eigenheid van iedere leerling. Aangepast werk voor zowel de uitvallers als de kinderen die meer aan kunnen, is een regelmatig terugkerende activiteit. Groepsleerkrachten vinden hierbij ondersteuning van collegae en de interne begeleider. De interne begeleider heeft zorgbegeleiding als specialiteit. Ook kan advies en begeleiding gevraagd worden bij het zorgteam van ons samenwerkingsverband.


blad 20

Schoolgids


5.2 Groepsindeling en -grootte De groepsgrootte is afhankelijk van het totaal aantal leerlingen en het aantal groepen dat van overheidswege geformeerd mag worden. Afhankelijk van de beschikbare formatie maken we aan het eind van ieder schooljaar, voor het daaropvolgend schooljaar, een nieuwe groepsindeling. Bij het maken van deze groepsindeling staat steeds het belang van de kinderen en de zorg voor het geven van kwalitatief goed onderwijs voorop. In het formatieplan van onze school, waarvoor de Medezeggenschapsraad instemmings- en adviesrecht heeft, staat precies aangegeven hoe de verdeling is. Niet altijd hebben we voor ieder leerjaar een aparte groep. Soms moeten we door de grootte een groep opsplitsen. Soms werken we, als de groepsgrootte het toelaat, ook bewust in combinatiegroepen. Ouders kijken vaak wat onwennig tegen combinatieklassen aan. De leerkrachten zijn echter goed op hun taak voorbereid en kunnen hier goed mee omgaan. Een groot voordeel voor de kinderen is, dat er eerder een beroep op de zelfstandigheid van het kind gedaan wordt. Dit komt de ontwikkeling en werkmotivatie zeer ten goede, zoals eerder vermeld in onze visie op het basisonderwijs. Ook op de schoolkalender vindt u de groepsindeling voor dit schooljaar.


blad 21

Schoolgids


5.3 Groepsbezetting schooljaar 2008 - 2009 Het schooljaar 2008 - 2009 starten we met de volgende groepsbezetting: Groep 1A:

juf Daniëlle Bunnik

Groep 1B:

juf Mieke Piek

Groep 2:

maandag en dinsdag: juf Liesbeth Smit woensdag t/m vrijdag: juf Annemieke Assen

Groep 3:

maandag t/m woensdag: juf Agnes Griemink donderdag en vrijdag: juf Judith Bosman

Groep 4:

dhr. Dirk de Jong

Groep 5:

juf Karin Bosman

Groep 6:

juf Marleen Knol

Groep 7:

maandag t/m donderdag: dhr. Koos Krekelaar (op vrijdag ADV / BAPO) vrijdag: juf Liesbeth Smit

Groep 8:

maandag t/m woensdag: juf Jissy Hidding donderdag en vrijdag: juf Nicole Stroeve


blad 22

Schoolgids


5.4 Gymtijden De gymtijden dit schooljaar zijn: Groep 3

gymt op dinsdagmorgen van 09.15 tot 10.00 uur en op woensdagmorgen van 08.30 tot 09.15 uur.

Groep 4

gymt op dinsdagmorgen van 08.30 tot 09.15 uur en op donderdagmorgen van 08.30 tot 09.15 uur.

Groep 5

gymt op dinsdagmorgen van 08.30 tot 09.15 uur en op donderdagmorgen van 08.30 tot 09.15 uur.

Groep 6

gymt op dinsdagmorgen van 09.15 tot 10.00 uur en op dondermorgen van 09.15 tot 10.00 uur.

Groep 7


Groep 8



blad 23

Schoolgids


5.5 Arbeidsomstandigheden De groepsleerkrachten dragen zorg voor de veiligheid van de kinderen. De lessen zijn zo georganiseerd dat redelijkerwijs kan worden aangenomen dat de veiligheid is gewaarborgd. Een aantal leerkrachten zijn opgeleid tot Bedrijfshulpverlener en jaarlijks volgen zij herhalingscursussen.


blad 24

Schoolgids

6 Het schoolteam Ons schoolteam bestaat uit de volgende mensen: Het team van onze school:

Staand van links naar rechts: Koos Krekelaar, Annemieke Assen-Mars, Marleen Knol, Karin Bosman, Dirk de Jong, Agnes Griemink en Nicole Stroeve (adjunct directeur) Zittend van links naar rechts: Mieke Piek-Westendorp, Willem van de Wateringen (conciërge), Daniëlle Bunnik, Herman Benes (directeur), Mariëlle Schipper-Mittendorff, Johannes van der Wal (vakleerkracht muziek) en Jissy Hidding-Eggen Mariëlle Schipper-Mittendorff en Johannes van der Wal zijn niet meer op onze school werkzaam. Niet op de foto: Liesbeth Smit.


blad 25

Schoolgids

Het schoolteam

6.1 De schoolleiding Onze school wordt geleid door de directeur. Hij wordt bijgestaan door een plaatsvervangend directeur. Deze laatste vervangt de directeur tijdens diens afwezigheid. De directeur is de eerst verantwoordelijke.


blad 26

Schoolgids

Het schoolteam

6.2 De groepsleerkrachten De groepsleerkracht heeft de verantwoordelijkheid voor een vaste groep. Wanneer een leerkracht geen volledige baan heeft, deelt hij/zij de verantwoordelijkheid met een andere leerkracht. Dit kan het geval zijn indien een leerkracht in deeltijd werkt of wanneer een leerkracht naast lesgevende taken ook nog andere taken binnen de school uitoefent. De leerlingen hebben dan les van twee leerkrachten. Ieder leerkracht heeft binnen het team ook nog andere taken. We doen dan vaak beroep op de specifieke kwaliteiten van leerkrachten. Zo voelt de een zich meer thuis bij het samenstellen van de schoolkrant, terwijl een ander liever de computerbegeleiding op zich neemt. Jaarlijks worden een aantal taken opnieuw verdeeld, dit in het kader van het taakbeleid.


blad 27

Schoolgids

Het schoolteam

6.3 De specialisten Een aantal leerkrachten houdt zich bezig met specifieke taken: · 1 leerkracht coördineert het computergebruik op school; · 1 leerkracht coördineert de zorgverbreding en is intern begeleider; · 1 leerkracht is een gespecialiseerde leerkracht en ondersteunt de kinderen die 'een rugzak' hebben; · de conciërge heeft bij ons een weektaak, hij maakt zich verdienstelijk door op velerlei terreinen werkzaam te zijn.


blad 28

Schoolgids

Het schoolteam

6.4 Studenten en stagiaires Op onze school worden ook structureel stagiaires van de Pabo’s uit Emmen en Zwolle begeleid. Incidenteel ook van andere Pabo’s. Overigens zijn we dat wettelijk ook verplicht. Genoemde studenten leren het lesgeven in alle groepen door in diverse groepen les te geven en natuurlijk onze eigen leerkrachten aan het werk te zien. Betreft het een vierdejaars student dan neemt deze student voor een paar weken zelfstandig de groep over van de leerkracht. De leerkracht is dan niet in de klas, maar wel in de buurt. Soms gebeurt het ook dat de student het hele jaar door op de donderdag en vrijdag zelfstandig les geeft aan een klas. Overigens zijn deze regelingen tot stand gekomen in overleg met de onderwijsinspectie. Daarnaast zijn we een erkend leerbedrijf van het OVDB Kenniscentrum voor leren in de praktijk. Ook van andere instanties krijgen wij wel eens het verzoek tot het plaatsen van stagiaires. We proberen zoveel mogelijk de rust op school te handhaven, waardoor we niet op alle stageverzoeken positief kunnen reageren.


blad 29

Schoolgids

Het schoolteam

6.5 Scholing Jaarlijks volgen de leerkrachten scholing. Dit om het omgaan met verschillen tussen de kinderen steeds beter te kunnen uitvoeren. Verder is het regelmatig nodig vakinhoudelijk te worden bijgeschoold. We plannen daarvoor ook regelmatig terugkerende scholings(mid)dagen. Daarnaast volgen leerkrachten (bij-)scholing in Bedrijfs Hulp Verlening. Naast (bij-)scholing op schoolniveau kan er ook (bij-)scholing plaatsvinden op individueel niveau.


blad 30

Schoolgids

Het schoolteam

6.6 Taakverdeling Aan de hand van een uitvoerig takenoverzicht worden de groepsoverstijgende taken verdeeld. Via een fijnmazig systeem is het taakbeleid opgebouwd en jaarlijks worden de taken geëvalueerd en zonodig bijgesteld.


blad 31

Schoolgids

7 Activiteiten van en voor de kinderen In dit hoofdstuk beschrijven we meerdere activiteiten gedurende het schooljaar. Hieronder vindt u een overzicht van methoden die op onze school gebruikt worden: De basisvaardigheden: Lezen

groep 3 groep 4 groep 5 groep 6 groep 7 groep 8

Rekenen

Schatkist Rekenen Schatkist Schatkist Taal Schatkist Taal Rekenen Veilig leren lezen Veilig leren lezen Rekenrijk T de R / Estafette Zin in Taal Rekenrijk T de R / Estafette Zin in Taal Rekenrijk T de R / Estafette Zin in Taal Rekenrijk T de R / Estafette Zin in Taal Rekenrijk T de R / Estafette Zin in Taal Rekenrijk

groep 1 Schatkist Taal groep 2

Taal Schatkist Taal

Schrijven Voorloper Schrijven in de basisschool Voorloper Schrijven in de basisschool Schrijven in de basisschool Schrijven in de basisschool Schrijven in de basisschool Schrijven in de basisschool Schrijven in de basisschool Schrijven in de basisschool

Overige vakken: Aardrijkskunde Geschiedenis

Biologie

Verkeer

Engels

groep 1 themagebonden groep 2 themagebonden

themagebonden themagebonden



groep 3 themagebonden groep 4 themagebonden Wijzer door de groep 5 wereld Wijzer door de groep 6 wereld Wijzer door de groep 7 wereld Wijzer door de groep 8 wereld

themagebonden themagebonden Wijzer door de tijd Wijzer door de tijd Wijzer door de tijd Wijzer door de tijd

Leefwereld Leefwereld

Klaar over Klaar over

Leefwereld

Klaar over

Leefwereld

Klaar over

Leefwereld

Klaar over

Hello World

Leefwereld

Klaar over

Hello World

Het komend schooljaar staan een aantal methoden op de rol om vervangen te worden.


blad 32

Schoolgids

Activiteiten van en voor de kinderen

7.1 Activiteiten in leerjaar 1 en 2 In leerjaar 1 en 2 leren de kinderen spelenderwijs. De thema’s worden enerzijds door de leerkrachten gekozen uit een beredeneerd leerstofaanbod, anderzijds komen ze vanuit de belevingswereld van de kleuter. Wij spelen daarop in door te zorgen dat er veel ontwikkelings-materiaal is waarvan kleuters kunnen leren. Dit wordt zowel klassikaal als in subgroepen aangeboden. We praten veel met de kinderen over allerlei onderwerpen, zodat ze veel woorden leren en goed leren spreken. Dat is belangrijk voor het verdere lees- en taalonderwijs. Beweging is erg belangrijk voor de ontwikkeling van onze jongste leerlingen. We gaan daarom iedere dag naar buiten of naar het speellokaal. De vormingsgebieden die aan bod komen zijn: · taal-, bewegings- en muzikale vorming (expressie); · werken met ontwikkelingsmateriaal. De volgorde waarin de vormingsgebieden aan bod komen, wordt bepaald door de leerkracht, waarbij de totaaltijd per week en per vormingsgebied vastligt; · voorbereidend schrijven. Als bronnen en leidraad worden o.a. gebruikt: · schatkist taal (voor bevordering van de taalontwikkeling); · schatkist rekenen (voor bevordering van de rekenontwikkeling). Daarnaast is er tijd bestemd voor vrije keuzes; d.w.z. dat de kleuters zelf beslissen met welk materiaal ze werken. De vorderingen van de leerling, waarbij gebruik gemaakt wordt van observatielijsten en een leerlingvolgsysteem, worden bijgehouden in de groepsmap en twee keer per jaar besproken met de ouders op de tien-minuten-gesprekken en op verzoek volgens afspraak. Eventueel vindt er een huisbezoek plaats. Leerlingen die extra aandacht verdienen, omdat ze niet datgene kunnen wat op grond van hun leeftijd verwacht mag worden, worden extra geholpen. Er vindt dan altijd overleg met de ouders plaats. Deze leerlingen kunnen dan een handelingsplan krijgen. Doorgaans zal de eigen leerkracht of de intern begeleider dit plan in de klas uitvoeren. Een jaartje groep 1 of 2 overdoen, behoort tot de mogelijkheden. Leerlingen die voorlopen krijgen ook zoveel mogelijk kansen zich te ontwikkelen. De inrichting van de lees-, luisteren schrijfhoek komt aan de mogelijkheden van deze kinderen tegemoet.


blad 33

Schoolgids


7.2 Nederlandse Taal Vanaf groep 3 komen de basisvaardigheden verder en nog meer structureel aan de orde. De aanbieding hiervan is methodegebonden. Keuze van methodes is mede gebaseerd op de mogelijkheid van differentiatie. In deel 2 van de schoolgids (de schoolkalender) vindt u een overzicht van de gebruikte methodes voor de basisvaardigheden lezen, schrijven, taal en rekenen. Waar de ontluikende geletterdheid start in de groepen 1 en 2 begint het leesonderwijs in groep 3. Binnen groep 3 wordt uitgegaan van de totale groep, maar daarbinnen vindt veel differentiatie plaats, zodat kinderen ook op eigen niveau kunnen werken. In de hogere jaargroepen wordt ook aandacht besteed aan andere vormen van lezen. Allerlei moderne leer- en hulpmiddelen worden daarbij gebruikt, waaronder de computer. Ons taalonderwijs is niet zoals vroeger alleen op spelling gericht. De ontwikkeling van de mondelinge taalvaardigheid, het luisteren en het goed antwoorden zijn minstens zo belangrijk geworden. Nog steeds leren wij de kinderen foutloos schrijven, maar ook de andere gebieden krijgen veel aandacht. Bij het “stellen” wordt gewerkt aan een correcte zinsbouw en wordt niet alleen op spelling gecorrigeerd. Ook aan de opmaak van teksten wordt zorg besteed. Uiteraard is de computer hierbij een handig hulpmiddel. Taal heeft ook een sociale functie. Kinderen dienen hun taalvaardigheid te ontwikkelen omdat ze die nu en straks in de maatschappij hard nodig hebben. Dit houdt onder meer in dat het onderwijs waar mogelijk uitgaat van communicatieve situaties. Taalverwerving en –onderwijs verlopen als het ware in cirkels: het gaat vaak om dezelfde inhouden, maar de complexiteit en de mate van beheersing nemen toe. Anders gezegd: het onderwijs in de Nederlandse taal is er op gericht dat kinderen in de beheersing van deze taal in en buiten school steeds competenter taalgebruikers worden. Het zal duidelijk zijn dat onderwijs in Nederlands als tweede taal vaak een wat ander karakter heeft dan Nederlands als eerste taal: de beginsituatie van de leerling is anders, de wijze van aanbieden verschilt, het aanbod is soms anders gefaseerd en er ligt meer nadruk op woordenschatuitbreiding. Maar voor alle leerlingen gelden in feite dezelfde doelen en hetzelfde aanbod. Taal speelt in alle vakken een cruciale rol bij het verwerven van kennis en vaardigheden in die ‘andere vakken’.


blad 34

Schoolgids


7.3 Engels Beheersing van de Engelse taal wordt voor iedereen belangrijker door de toenemende internationalisering, groeiende mobiliteit en de uitbreidende mogelijkheden om te communiceren via de nieuwe media. De plaats van Engels in het basisonderwijs wordt gefundeerd door Europees beleid en door het uitgangspunt dat een redelijke beheersing van die taal bereikt wordt wanneer er vroeg met het onderwijs in Engels begonnen wordt.


blad 35

Schoolgids


7.4 Rekenen en wiskunde Ons rekenonderwijs is gericht op het ontwikkelen van inzicht en niet, zoals vroeger veel werd gedaan, op het leren van “maniertjes”. Vanuit bepaalde contexten uit het dagelijkse leven worden problemen inzichtelijk opgelost door de kinderen en de leerkracht. Natuurlijk spelen het cijferen en hoofdrekenen daarbij een belangrijke rol. Maar voordat een bepaald handeling wordt verricht – bijvoorbeeld een staartdeling – wordt de kinderen geleerd hoe een getal in elkaar zit en op een inzichtelijke manier geleerd zo’n som te maken. Ook leren de kinderen grafieken en tabellen te lezen en ze zelf te maken. De lessen met contexten wisselen lessen met opdrachten voor het zelfstandig verwerken af en worden ondersteund door een computerprogramma met een doorlopende lijn van de kleuters. In de loop van hun basisschoolperiode verwerven de kinderen zich – in de context van voor hen betekenisvolle situaties – geleidelijk vertrouwdheid met getallen, maten, vormen, structuren en de daarbij passende relaties en bewerkingen. Ze leren de wiskundetaal te gebruiken en worden ‘wiskundig geletterd en gecijferd’.


blad 36

Schoolgids


7.5 Oriëntatie op jezelf en de wereld In dit leergebied oriënteren de kinderen zich op zichzelf, op hoe mensen met elkaar omgaan, hoe ze problemen oplossen en hoe ze zin en betekenis geven aan hun bestaan. Zij oriënteren zich op de natuurlijke omgeving en op verschijnselen die zich daarin voordoen. De kinderen oriënteren zich ook op de wereld, dichtbij, veraf, toen en nu en maken daarbij gebruik van cultureel erfgoed. Kinderen zijn nieuwsgierig. Ze zijn voortdurend op zoek om zichzelf en de wereld te leren kennen en te verkennen. Die ontwikkelingsbehoefte is een aangrijpingspunt voor dit leergebied. Tegelijk stelt de samenleving waarin kinderen opgroeien haar eisen. Kinderen vervullen nu en straks taken en rollen, waarop ze via onderwijs worden voorbereid. Het gaat om rollen als consument, als verkeersdeelnemer, als burger in een democratische rechtstaat. Kennis over en inzicht in belangrijke waarden en normen, en weten hoe daarnaar te handelen, zijn voorwaarden voor samenleven. Respect en tolerantie zijn er verschijningsvormen van. Bij het leren kennen van de wijze waarop mensen hun omgeving inrichten, spelen economische, politieke, culturele, technische en sociale aspecten een belangrijke rol. Het gaat daarbij om datgene wat van belang is voor betekenisverlening aan het bestaan, om duurzame ontwikkeling, om (voedsel-) veiligheid en gezondheid en om technische verworvenheden. Bij oriënteren op de natuur gaat het om jezelf, om dieren en planten en natuurverschijnselen. Bij de oriëntatie op de wereld gaat het om de vorming van een wereldbeeld in ruimte en tijd. De kinderen ontwikkelen een geografisch wereldbeeld aan de hand van gebieden en met behulp van kaartvaardigheden. Ze ontwikkelen een historisch wereldbeeld. Dat betekent dat ze kennis hebben van historische verschijnselen in delen van de wereld en van chronologie. De kinderen leren hun wereldbeeld (over henzelf en de wereld), aan de hand van actuele onderwerpen, voortduren ‘bij de tijd’ te brengen. Waar mogelijk worden onderwijsinhouden over mensen, de natuur en de wereld in samenhang aangeboden. Ook inhouden uit andere leergebieden worden betrokken bij de “oriëntatie op jezelf en de wereld”. Te denken valt aan het lezen en maken van teksten (begrijpend lezen), het meten en verwerken van informatie in onder andere tabellen, tijdlijn en grafieken (rekenen/wiskunde) en het gebruik van beelden en beeldend materiaal (kunstzinnige oriëntatie). Onderwijs is er immers vooral op gericht om leerlingen zicht te geven op betekenis en samenhang. Mens en samenleving, Natuur en techniek, Ruimte, Tijd In de kleutergroepen worden de onderwerpen behandeld die voor deze kinderen interessant zijn en aan de hand daarvan worden kennis en inzicht aangebracht op het gebied van “oriëntatie op jezelf en de wereld”. Vanaf groep 3 gebeurt dit deels methodisch (zie voor een overzicht van de gebruikte methoden de schoolkalender). Ook de schooltelevisie maakt onderdeel uit van het lesprogramma. Dit, omdat we de samenhang van bovengenoemde vakken met de actuele gebeurtenissen in de maatschappij willen laten zien. In de hogere leerjaren leren de kinderen Nederland, Europa en de Werelddelen kennen hoe de mensen er leven. De leerlingen leren over de geschiedenis van ons land. We doen dit chronologisch,


blad 37

Schoolgids


omdat we vinden dat daardoor een beter tijdbegrip ontstaat. Natuurlijk werken we soms thematisch, maar de hoofdlijn is een opbouw van vroeger naar nu.


blad 38

Schoolgids


7.6 Kunstzinnige oriëntatie Hieronder vallen tekenen, handvaardigheid, dramatische vorming en muziek. We gebruiken daarvoor meerdere bronnenboeken (zie de schoolkalender). Ook zijn er activiteiten gerelateerd aan actuele zaken of activiteiten die bij de andere vakken een aanknopingspunt vinden. Jaarlijks voeren we ook een musical op en we hebben een aantal keren per jaar een creatieve ochtend. Dan laten alle groepen iets zien van eigen kunnen op expressief gebied. Daarbij worden de ouders ook altijd uitgenodigd. Kijk op de schoolkalender wanneer de creatieve ochtenden zijn. Daarnaast willen de kinderen een aantal keren in hun ‘basisschoolperiode’ in aanraking brengen met diverse kunstdisciplines. Door middel van een kunstzinnige oriëntatie maken kinderen kennis met kunstzinnige en culturele aspecten in hun leefwereld. Het gaat hierbij om kennismaking met dié aspecten van cultureel erfgoed waarmee mensen in de loop van de tijd vorm en betekenis hebben gegeven aan hun bestaan. Het gaat er ook om het verwerven van enige kennis van de hedendaagse kunstzinnige en culturele diversiteit.


blad 39

Schoolgids


7.7 Bewegingsonderwijs Kinderen bewegen veel en graag. Dat zien we bijvoorbeeld op het schoolplein tijdens het buitenspelen van de kleuters. Het behouden van die actieve leefstijl is een belangrijke doelstelling van dit leergebied. Gymnastieklessen voor de groepen 1 en 2 worden op school gegeven en voor de andere groepen gebeurt dat in de “Drostenhal”. Middels een jaarplan werken alle groepen aan dezelfde bewegingsvormen. Het volgend jaar komen de vormen weer terug, maar dan op een hoger niveau. Een tweede bewegingsles per week wordt meestal besteed aan spellessen. De meeste bewegings- en sportactiviteiten worden gezamenlijk ondernomen en dus is het nodig om te leren afspreken wat de regels zijn, hoe die na te leven en wie welke rol speelt. Verder hoort daarbij elkaar helpen, op veiligheid letten, elkaars mogelijkheden respecteren en eigen mogelijkheden verkennen. Het is eigen aan ‘bewegen’ dat er plezier aan te beleven valt. Dat plezier is van groot belang voor een blijvende deelname aan bewegingsactiviteiten.


blad 40

Schoolgids


7.8 Computeronderwijs Wij zijn een groot voorstander van het gebruik van computers op school. Door regelmatige aanvulling en vernieuwing willen we de doelmatigheid verder vergroten. Reeds vanaf groep 1 wordt de computer structureel ingezet. Beschikbare programma’s worden op bruikbaarheid getest en in overleg met het team ingevoerd. In sommige groepen geven ouders ondersteuning bij het computergebruik. Computerprogramma’s ondersteunen de lessen in meerdere vakgebieden. Ook wordt deze ingezet bij Remedial Teaching. We streven naar methodegebonden software.


blad 41

Schoolgids


7.9 Eigen invullingen Door de overheid zijn kerndoelen vastgesteld. Kerndoelen geven aan wat iedere school nastreeft bij leerlingen. Ze omschrijven het eind van een leerproces en dat is een inspanningsverplichting voor de school. Daarnaast geeft de wet ook ruimte aan de school om eigen keuzes te maken. Die eigen keuzes moet de school verantwoorden in het schoolplan. De school wordt hierdoor in staat gesteld het onderwijs aan te passen aan verschillen tussen kinderen. Afhankelijk van hun vorderingen zijn sommige kinderen ermee gebaat dat ze meer tijd besteden aan de leergebieden uit het kerndeel, zodat ook zij de kerndoelen bereiken. Andere kinderen kunnen de leertijd van het differentieel deel benutten om andere doelen dan de kerndoelen te bereiken. Ook kunnen wij dit deel benutten om ons te profileren ten opzichte van andere scholen en tegemoet te komen aan schooleigen invullingen.


blad 42

Schoolgids

8 De zorg voor kinderen Het centrale thema binnen onze lange termijnvisie op de zorg is dat elk kind onderwijs-op-maat moet krijgen en dat het onderwijs aansluit bij de mogelijkheden van het kind. Onderwijs-op-maat wordt in de eerste plaats gegeven door de leerkracht in de groep van de basisschool. Kinderen hebben behoefte aan aandacht, rust en vertrouwen om zich harmonieus te ontwikkelen en het is de leerkracht die hun dat kan geven. De norm voor succes wordt in het kind zelf gelegd; elk kind dient voortdurend zich verder te ontwikkelen en afhankelijk van de mogelijkheden van het kind zal dat met grotere of kleinere stapjes gaan. Competentie, relatie, vertrouwen en zelfstandigheid zijn hierbij kernbegrippen waaraan gewerkt wordt. Gezien de verschillen die er bestaan tussen de kinderen zullen leerkrachten moeten leren om steeds beter om te kunnen gaan met deze verschillen, of ze nu een kindgebonden of milieugebonden achtergrond hebben, of beide. Deze diversiteit doet een beroep op het vakmanschap van de leerkracht en van het team dat zich gezamenlijk verantwoordelijk voelt voor alle kinderen. Voorzover dat verantwoord is naar het kind en binnen de mogelijkheden van een team past, is er ook plaats op onze school voor kinderen die recht hebben op leerlinggebonden financiering (het "rugzakje"). In feite worden deze kinderen al sinds jaren opgevangen. Leerkrachten moeten worden toegerust voor het omgaan met al dit soort verschillen tussen kinderen en het professionaliseren van alle leerkrachten krijgt daarom een duidelijk accent. Naast de interne begeleider moeten zij groeien in hun deskundigheid en vakmanschap. Dat maakt onze school een lerende organisatie. Deze visie vraagt om een zelfbewuste, autonome school die een helder beeld heeft van zijn ideaal en een plan heeft om daaraan te werken. De beschikbare middelen die de school ten dienste staan dienen dan ook efficiënt gebruikt te worden voor het realiseren van de ideale school. Hiermee ligt de verantwoordelijkheid voor kwaliteitsonderwijs bij de school zelf, in een samenspel tussen directie, team, schooladviescommissie en ouders. De nadruk valt dus op versterking van de kwaliteit in de school. Maar er zijn pedagogische opdrachten die basisscholen niet in hun eentje tot een goed einde kunnen brengen. Dit betekent dat o.a. gewerkt wordt aan een netwerk van interne begeleiders voor collegiale ondersteuning. Scholen kunnen van elkaar leren. Blije mobiliteit draagt bij aan een goed personeelsbeleid. Daar waar de school haar grens bereikt, zal vanuit het speciaal onderwijs ambulante begeleiding en andere specialistische hulp zoveel mogelijk preventief worden ingezet om een doorlopend traject van zorg te realiseren. Hierbij heeft de basisschool een beslissende stem met betrekking tot de gewenste inzet, omdat de basisschool het beste kan bepalen welke aanvullende expertise nodig is. Met ingang van 1 augustus 2004 is de leerlinggebonden financiering van start gegaan. De extra middelen, die een kind nodig heeft om onderwijs te kunnen volgen, neemt het kind als het ware in een rugzakje mee naar een reguliere school. Dit hoofdstuk gaat dieper in op de zorg en de zorgverbreding aan onze leerlingen.


blad 43

Schoolgids

De zorg voor kinderen

8.1 De inschrijving van nieuwe leerlingen Met de ouders van toekomstige leerlingen wordt een intakegesprek gehouden. In dat gesprek krijgen de ouders informatie over het reilen en zeilen op school. Ook wordt tijdens dit gesprek o.a. een afspraak gemaakt over de kennismakingsochtenden. Deze vinden plaats voor de vierde verjaardag om de nieuwe leerling alvast te laten wennen aan de nieuwe omgeving. Het vertrouwd raken met de kinderen, de leerkracht en de directe omgeving zijn erg belangrijk. Wat betreft de toelating hanteren we het volgende beleid: · 3 jarigen. Als uw kind 3 jaar en 10 maanden is, mag het op school komen kennismaken. Dat mag maximaal 5 dagdelen. In bijzondere gevallen kunnen we daar van afwijken. · 4 jarigen. Op de dag dat uw kind vier jaar wordt, mag het naar onze basisschool. Een 4-jarig kind is nog niet leerplichtig. · 5-jarigen. Tot het kind 6 jaar wordt, mag het, in bijzondere omstandigheden, een aantal uren per week thuisgehouden worden. Dit is natuurlijk niet wenselijk, maar in bepaalde gevallen kan het noodzakelijk zijn. · 6-jarigen en ouder. Vanaf deze leeftijd horen kinderen op schooldagen op school. Alleen in buitengewone omstandigheden kan de directeur verlof verlenen.


blad 44

Schoolgids


8.2 Rapportage We vinden dat u goed op de hoogte moet zijn. We rapporteren drie keer schriftelijk over de resultaten. Hieronder vindt u de data waarop de rapporten mee naar huis gaan. Na het eerste en tweede rapport wordt u uitgenodigd om over de vorderingen van uw kind te komen praten. Tijdens de gesprekken wisselen u en de leerkracht van gedachten over niet alleen de leerprestaties, maar ook over de vorderingen op het gebied werkhouding, inzet en gedrag. De data waarop u een rapport over en via uw kind kunt verwachten zijn: vrijdag 21 november 2008: vrijdag 20 maart 2009: vrijdag 03 juli 2009:

1e rapport 2e rapport 3e rapport


blad 45

Schoolgids


8.3 Zitten blijven In bepaalde gevallen bestaat de mogelijkheid dat een kind een groep over doet en daardoor een betere aansluiting krijgt. Wij adviseren daarin nadrukkelijk de ouders. Bij twijfel beslist de directie van de school. Op school is een protocol 'zitten blijven' van kracht. Vanzelfsprekend kunt u die inzien. INTERNE DOORSTROOMGEGEVENS Ons schoolteam begeleidt het leren van de kinderen zo goed mogelijk. In een doorgaande lijn, steeds een stap verder, iets erbij leren, nieuwe ervaringen opdoen, zelfstandigheid bevorderen, elkaar helpen enz. Kinderen verschillen in aanleg, aard, kennis, inzicht en tempo van werken en leren. De leerkrachten houden hiermee rekening bij het geven van uitleg en het aanbieden van leerstof. We proberen hierbij zittenblijven zoveel mogelijk te voorkomen. In onderstaand schema kunt u zien hoeveel zittenblijvers er in de laatste jaren binnen onze school zijn geweest: totaal leerlingen percentage aantal op 1 zittenblijvers oktober

schooljaar

aantal zittenblijvers

1999-2000

4

87

4,60 %

2000-2001

2

95

2,10 %

2001-2002

2

104

1,92 %

2002-2003

3

103

2,91 %

2003-2004

4

117

3,42 %

2004-2005

3

146

2,10 %

2005-2006

3

157

1,91 %

2006-2007

4

162

2,47 %

2007-2008

4

179

2,23 %

Naast de Eindtoets Basisonderwijs nemen we nog meer onafhankelijke tussentijdse toetsen af. Dit zijn de toetsen die behoren bij ons leerlingvolgsysteem. De resultaten van uw kind liggen altijd ter inzage bij de tien-minuten-gesprekken en zonodig tijdens andere gesprekken. Deze toetsen worden gedurende het hele schooljaar afgenomen.


blad 46

Schoolgids


8.4 Versneld doorstromen Het initiatief om een kind versneld door te laten stromen, ligt bij de groepsleerkracht en de directeur. De uiteindelijke beslissing ligt bij de directeur, na overleg met de ouders. Als criteria gelden de sociaal-emotionele ontwikkeling en de leervorderingen. Bovendien speelt de persoonlijkheidsontwikkeling een belangrijke rol. Intensief overleg met de ouders is van groot belang. We laten ons in deze situaties ook extern adviseren.


blad 47

Schoolgids


8.5 Kwaliteitszorg en -verbetering Het motto van onze school ten aanzien van kwaliteitszorg is: "De Willibrordusschool streeft er naar dat alle kinderen op school met zelfvertrouwen werken aan hun eigen ontwikkeling". We willen goed onderwijs geven en de zorg naar onze leerlingen steeds verbreden. En: doen we de goede dingen en doen we ze ook goed? Maar wat is ‘goed’? Als team bezinnen we ons voortdurend op de volgende vier vragen: - Wat kan de school doen om de doeltreffendheid van het onderwijs te verbeteren? (effectiviteit) - Hoe kan de school omgaan met verschillen? (differentiatie) - Op welke manier kan dat het beste worden georganiseerd? (organisatie) - Hoe kunnen kinderen zelf actief betrokken worden bij het onderwijs? (zelfsturing) Jaarlijks volgen we scholing om bovenstaande vragen te perfectioneren. Deze worden geborgd en jaarlijks geëvalueerd (“Doen we nog wat we hebben afgesproken?”). We streven t.a.t. kwaliteitsverbetering na. Uit die visie volgt het implementeren van de procedures en het mobiliseren van alle mensen die bij school betrokken zijn. Met dit plan willen wij de kaders voor de kwaliteit van het onderwijs in onze school vastleggen en daarmee zo goed mogelijke voorwaarden scheppen voor een soepel en gunstig verloop van het leerproces. In dit plan worden de noodzakelijke voorwaarden geschetst voor kwalitatief hoogstaand onderwijs. Een wezenlijk onderdeel van de visie van ons op kwaliteit van onderwijs is dat deze school een “lerende organisatie” is. Daarmee wordt bedoeld dat de school in staat is om zichzelf te verbeteren en dit operationeel gemaakt heeft met cycli ter evaluatie en verbetering. Een dergelijke cyclus bestaat uit: · Formuleren van doelen en maatregelen; · Uitvoeren van maatregelen; · Controle op resultaten (meten en evalueren); · Plannen finaliseren en bijstellen. De terugkoppeling in dit proces is van essentieel belang om tot verbetering te kunnen komen. De hiervoor geschetste verbetercyclus kan pas effectief zijn als de elementen daaruit worden onderbouwd in documenten. Van de uitvoering van het onderwijs en acties ter verbetering van de kwaliteit wordt jaarlijks verslag gedaan in een onderwijsjaarverslag dat wij opstellen na een grondige evaluatie van ons onderwijs. Waarom volgt hier kwaliteit uit van het ‘onderwijsproduct’? Het is goed om te realiseren dat kwaliteit een dynamisch begrip is. Het onderwijs dient mee te veranderen met de omstandigheden buiten en binnen de school. Het gaat niet om een product van een bepaalde statische kwaliteit, maar om een proces van goede kwaliteit. Rkbs St. Willibrordus 2008, , alle rechten voorbehouden.

blad 48

Schoolgids


In dat proces dienen jaarlijks de volgende vragen te worden beantwoord: - Zijn de nagestreefde doelen de moeite waard? - Worden de doelen gerealiseerd? - Hoe worden de doelen gerealiseerd? En in het verlengde daarvan: op welke wijze kunnen we verbeteringen tot stand brengen? Bij dit alles past het concept van de lerende organisatie. Dit alles staat beschreven in een kwaliteitsplan. Dit ligt op school ter inzage.


blad 49

Schoolgids


8.6 De zorg voor het jonge kind en maatregelen groepsverkleining In de onderbouw wordt de basis gelegd voor de schoolloopbaan van de leerlingen. Extra middelen, die we van de overheid krijgen, worden dan ook in deze groepen ingezet. Waar nodig zetten we assistentie in. Die ondersteuning zien we ook als een impuls voor de zorg van de kwaliteit van het onderwijs in de onderbouw. Aanvullende kwalitatieve maatregelen: · nascholing leraren onderbouw; · leerlingvolgsysteem, zowel cognitief als sociaal-emotioneel; · de ontwikkelingslijnen van Pravoo; · het uitvoeren van het dyslexieprotocol in de onderbouw; · gebruik van de computer in de onderbouw; · rekenen wiskundeactiviteiten voor 4- en 5-jaren; · taalstimulering voor jonge kinderen; · regelmatig evalueren van de activiteiten in de onderbouw; · het aanbieden van de leerstof n.a.v. een beredeneerd leerstofaanbod.


blad 50

Schoolgids


8.7 Zorgverbreding In onze school telt ieder kind mee. Elk kind is uniek. Daarom benaderen we ze niet alleen als groep, maar ook individueel. Alle kinderen hebben zorg nodig; maar de één wat meer dan de ander. Er zijn speciale programma’s voor kinderen met leer- en gedragsproblemen. Meer begaafde kinderen krijgen mogelijkheden om zich verder te ontwikkelen. De computer wordt ook als hulpmiddel ingezet. Eén leerkracht op onze school heeft de functie van interne begeleider. Zij is één van de zorgspecialisten. De interne begeleider wordt jaarlijks bijgeschoold. Zij kan zo beter de problemen van kinderen signaleren en begeleiden. Aangezien wij de zorg voor kinderen het aller belangrijkste vinden, probeert zij in overleg met de groepsleerkrachten een planmatige aanpak van de zorgverbreding door de hele school te bewerkstelligen. De leerkrachten zijn betrokken bij de activiteiten op de volgende pagina's.


blad 51

Schoolgids

De zorg voor kinderen Zorgverbreding

8.7.1 Leerlingvolgsysteem Het leerlingvolgsysteem (LVS) is opgezet om problemen in de ontwikkeling van kinderen in een zo vroeg mogelijk stadium te signaleren. Alle leerlingen worden regelmatig in de groep getoetst en geobserveerd. De toetsen die we gebruiken zijn landelijk genormeerd. De gegevens worden per kind en per groep vastgelegd.


blad 52

Schoolgids


8.7.2 Leerlingbespreking Wekelijks hebben wij op de teamvergadering het onderwerp leerlingbespreking. Daarin bespreken wij o.a. de resultaten van de toetsen en observaties met de groepsleerkrachten. Samen bekijken ze of er een andere aanpak nodig is.


blad 53

Schoolgids


8.7.3 Leerlingbegeleiding Soms blijkt dat extra uitleg of een andere aanpak binnen afzienbare tijd geen resultaat oplevert. Er wordt dan verdere informatie ingewonnen bij het zorgteam van ons samenwerkingsverband. In dit samenwerkingsverband werkt onze school met andere basisscholen en een school voor speciaal basisonderwijs aan de Weer Samen Naar School-gedachte. Deze gedachte houdt in dat de school zoveel mogelijk kinderen met leer- en of gedragsproblemen zelf kunnen blijven begeleiden. Het plaatsen van een leerling op een speciale basisschool moet zoveel mogelijk worden voorkomen. Samen met deskundige leerkrachten en hulpverleners proberen we voldoende begeleiding op onze school te blijven geven. Een lid van het zorgteam bekijkt het kind. De ouders worden uitgenodigd om nadere informatie te geven. In dit proces speelt de orthotheek een belangrijke rol. Hierin is informatie op het gebied van zorgverbreding verzameld. Hierdoor ontstaat meestal een helder beeld van wat de oorzaak, de aard en de omvang van het probleem is. Zodoende kan er een passend handelingsplan voor het kind worden gemaakt. Hierin staat hoe de hulp die gegeven gaat worden op school en eventueel thuis op elkaar is afgestemd. Gesprekken hierover met de ouders worden schriftelijk vastgelegd en in het dossier gevoegd. Essentieel is een goede wisselwerking tussen ouders en school. Tijdens de uitvoering van het handelingsplan wordt er regelmatig geëvalueerd of er tussentijds bijstellingen noodzakelijk zijn. We streven ernaar om het kind in een later stadium weer te laten functioneren op het groepsniveau. Bij ernstige problemen schakelen we de hulp in van het zorgteam of de schoolbegeleidingsdienst Drenthe. Zij creëren door collegiale consultatie voor kinderen en leerkrachten op onze school extra mogelijkheden.


blad 54

Schoolgids


8.7.4 Ontwikkelingsplan Binnen ons samenwerkingsverband Weer Samen Naar School wordt jaarlijks een ontwikkelingsplan opgesteld. Hieraan staat beschreven hoe we omgaan met zorgleerlingen. Het plan ligt op school ter inzage.


blad 55

Schoolgids


8.7.5 Zorg voor kinderen met specifieke behoeften Voor kinderen met specifieke behoeften wordt soms een hulpplan (handelingsplan) opgesteld. Daarin staat wat er extra met de leerling moet gebeuren. Dat kan nodig zijn omdat het cognitief niet zo goed gaat of vanwege sociaal-emotionele redenen. De leerkracht voert zelf het handelingsplan uit. Ook zijn er kinderen die meer aan kunnen dan de rest van de groep. Voor die kinderen zijn ook programma’s aanwezig. Kinderen met hulpplannen worden regelmatig besproken in de leerlingenbespreking.


blad 56

Schoolgids


8.7.6 Verwijzing naar andere scholen Ondanks de vele inspanningen kan het soms voorkomen dat een andere vorm van onderwijs beter aansluit bij de mogelijkheden van het kind. De ouders spelen in deze procedure een belangrijke rol. Voor iedere stap wordt met hen overlegd en om hun toestemming gevraagd. De eventuele aanmelding voor een kind op een speciale school gebeurt door de ouders.


blad 57

Schoolgids


8.7.7 Specifieke voorzieningen Wat betreft de specifieke voorzieningen verwijzen we naar dit hoofdstuk en het hoofdstuk Externe contacten.


blad 58

Schoolgids


8.7.8 Samenwerking met andere scholen Belangrijk is ook de samenwerking met andere interne begeleiders. Dit gebeurt in Weer Samen Naar School-verband. Tevens vindt er continue nascholing plaats.


blad 59

Schoolgids


8.7.9 De begeleiding van de lln. naar het voortgezet onderwijs Eind groep 7 / begin groep 8 nemen we de zogenaamde ‘Cito-Entreetoets’ af bij de kinderen. Het geeft een goed beeld van hoe de leerling er individueel voor staat op een aantal onderdelen. Maar voor ons als school geeft het ook aan waar we nog accenten kunnen leggen in het lesprogramma voor groep 8. Ook wordt duidelijk wanneer bij een leerling een Leerweg Ondersteunend Onderzoek moet worden afgenomen. Eind januari / begin februari maakt groep 8 de zgn. ‘Cito-eindtoets basisonderwijs’. De uitslag van deze toets is medebepalend voor de latere schoolkeuze van de leerling. In het begin van het schooljaar is er een informatieavond over o.a. het voortgezet onderwijs voor de ouders van de kinderen uit groep 8. In een later stadium gaan de ouders en kinderen scholen voor voortgezet onderwijs bezoeken tijdens open dagen. Op school vindt in maart een adviesgesprek plaats. De leerkracht baseert het advies o.a. op basis van het leerlingvolgsysteem, de Cito-eindtoets en de observaties. De leerkracht laat zich daarbij adviseren door de intern begeleider en de directeur. Na de advisering bepalen de ouders de schoolkeuze voor hun kind. De aanmelding geschiedt door middel van formulieren die door ons worden verstuurd naar de diverse scholen voor voortgezet onderwijs. De aanmeldings-formulieren worden vergezeld van advies-formulieren.


blad 60

Schoolgids


8.7.10 Onderwijskundig rapport Als een leerling naar een andere school vertrekt, hetzij door verwijzing naar een speciale basisschool, hetzij door verhuizing, hetzij door vertrek naar het voortgezet onderwijs, is de school wettelijk verplicht over die leerling een onderwijskundig rapport op te stellen. U, als ouder/verzorger, heeft recht op inzage in dat onderwijskundig rapport.


blad 61

Schoolgids


8.7.11 Huiswerk Op onze school is het gebruikelijk dat de kinderen in de bovenbouw al vast wat huiswerk mee krijgen. Soms is het nodig dat het kind wat extra oefening nodig heeft om de leerstof eigen te maken. Als een kind om specifieke redenen huiswerk mee krijgt, dan is daar een begeleidend schrijven bij. Ook willen we de kinderen wat bewuster om laten gaan met huiswerk-opdrachten. Daarvoor hebben we een ‘huiswerkwijzer’ ontwikkeld.


blad 62

Schoolgids


8.8 W.E.C. (leerlinggebonden financiering) Sinds 1998 is het onderwijs aan leerlingen tot 20 jaar vervat in 3 wetgevingstrajecten, te weten: · De Wet op het Primair Onderwijs (WPO); hieronder vallen de scholen voor het basisonderwijs en de speciale scholen voor basisonderwijs. · De Wet op het Voortgezet Onderwijs (WVO); hieronder vallen de scholen voor voortgezet onderwijs en de scholen voor speciaal voortgezet onderwijs. · De Wet op de Expertisecentra (WEC); hieronder vallen alle scholen voor speciaal onderwijs voor leerlingen van 3 t/m 20 jaar. Hoewel de wettrajecten te onderscheiden eenheden zijn met elk hun regelgeving en bekostigingsstructuur, dient er in de praktijk sprake te zijn van een continuïteit van zorg waardoor scholen in elkaars verlengde komen te liggen. Deze laatste wet (WEC) heeft ook gevolgen voor scholen voor primair en voortgezet onderwijs. In onderwijsland heeft deze laatste wet al de term “Rugzak” gekregen. De “Rugzak” is het synoniem geworden voor het bekostigingsvoorstel “de leerlinggebonden financiering” (LGF). Deze gedachte houdt in dat elke geïndiceerde gehandicapte leerling extra middelen zou krijgen waarmee hij of zij in elke schoolsoort geplaatst zou kunnen worden. Daarvoor zijn er 4 clusters samengesteld, met voor alle vier clusters “objectieve criteria” om vast te stellen of een kind voor deze financiering in aanmerking komt. De uitgangspunten van de “Rugzak” (Leerling Gebonden Financiering) zijn kort en bondig als volgt samen te vatten: · Emancipatie en integratie: gewoon waar het gewoon kan, speciaal als het speciaal moet. · Keuzevrijheid van ouders vergroten: gewoon of speciaal. · Ouders hebben meer zeggenschap over de aard en inzet van middelen voor hun gehandicapte kind. · De middelen volgen de leerling naar de plaats waar het onderwijs wordt gegeven. · Vraagsturing in plaats van aanbodsturing. · Thuisnabij onderwijs: door de keuzevrijheid van de ouders kan men de school om de hoek kiezen. · Behoud van expertise. Met de leerlinggebonden financiering krijgt de integratie van gehandicapte kinderen in het reguliere onderwijs een wettelijke basis. Leerlingen die vanwege hun handicap in het reguliere onderwijs extra voorzieningen nodig hebben, krijgen een budget waarmee ouders kunnen kiezen tussen onderwijs op een speciale of een reguliere school. Op schoolniveau hebben we daar beleid op ontwikkeld en een duidelijke, stapsgewijze procedure vastgesteld. In die procedure worden alle belangen goed afgewogen en stellen we ons de vraag of wij die zorg aan dat kind kunnen besteden waar het kind recht op heeft. Wij stellen het belang van het kind, maar ook de mogelijkheden van de school om het ontwikkelingsproces van het kind te ondersteunen centraal. Als we dat kunnen, zullen we een individueel handelingsplan opstellen waarin staat welke doelen ouders en school nastreven ten gunste van het kind. Indien van toepassing kunt u inzage vragen in bovengenoemd protocol.


blad 63

Schoolgids

9 Resultaten van het onderwijs In dit hoofdstuk vertellen we u iets over de resultaten van ons onderwijs. Gedurende de basisschoolperiode wordt u op diverse manieren geïnformeerd over de resultaten van uw eigen kind. De resultaten zijn voor u en uw kind van belang om te weten hoe de vorderingen zijn en waar eventueel de problemen liggen. De school gebruikt de resultaten van uw kind om steeds een tussenstand te kunnen vaststellen. Met behulp hiervan bepalen we hoe we in ons onderwijs voortgaan met uw kind. Wij willen de resultaten niet gebruiken om kinderen met elkaar te vergelijken. Ieder kind komt met zijn eigen aanleg en sociale achtergrond de school binnen op vierjarige leeftijd. Met dat gegeven probeert de school het optimale uit ieder kind te halen. De wijze waarop we dit doen, bepaalt de kwaliteit van ons onderwijs. Op de schoolkalender staan gegevens en cijfers met betrekking tot doorstroom en uitstroom van onze leerlingen gedurende de afgelopen jaren.


blad 64

Schoolgids

Resultaten van het onderwijs

9.1 Informatie over de resultaten Het leerlingvolgsysteem, de observatielijsten en de cito-toetsen spelen hierbij een zeer belangrijke rol. De school houdt per leerling en per groep de resultaten bij aan de hand van methodegebonden en niet-methodegebonden toetsen. Op de toetskalender van het leerlingvolgsysteem wordt per leerjaar aangegeven welke toetsen moeten worden afgenomen en in welke periode. Alle resultaten worden opgeslagen. De groepsleerkrachten bespreken met de I.B.-er en elkaar de resultaten. Dit kan leiden tot aanpassing van het groepsprogramma, of aanpassing van een deel van het leerprogramma voor individuele kinderen of een groep kinderen. Toetsgegevens komen uitsluitend ter beschikking van de ouders en alleen na toestemming van de ouders aan derden. Als uw kind in groep 8 zit, wordt u door ons geadviseerd over het meest geschikte onderwijs na de basisschool. Dit schooladvies is gebaseerd op de kennis en de ervaring die wij met uw kind vaak gedurende 8 jaar hebben opgedaan. Daarnaast doen wij ook mee aan de eindtoets basisonderwijs van het Cito. Dit is een onafhankelijke toets die alleen de leervorderingen meet. Wij beschouwen de uitslag van de toets als een second opinion. Naast leervorderingen vinden wij motivatie, inzet en de wil van groter belang. Nu zijn wij wettelijk verplicht doorstroomgegevens openbaar te maken. Het is echter gevaarlijk conclusies te verbinden aan doorstroomcijfers of standaardscores die de kinderen halen op de eindtoets basisonderwijs. De pers heeft daar de laatste jaren een handje van en gaat op basis van slechts die gegevens een school bestempelen als goed of slecht. Ook de Cito-groep beklemtoont dat het gevaarlijk is conclusies te verbinden aan de schoolscores. Wij citeren: “…………………………Wij beklemtonen echter al jaren dat de Eindtoets Basisonderwijs in de eerste plaats een hulpmiddel is voor ouders en leerkrachten om een zo goed mogelijke keuze te kunnen maken voor een school voor vervolgonderwijs. Daarnaast kunnen scholen zelf hun rapportage gebruiken bij een evaluatie van hun onderwijsresultaten. De Eindtoets biedt daarvoor een prima aanknopingspunt, maar het is een misverstand om te denken dat, louter op basis van een vergelijking van gemiddelde schoolscores op de Eindtoets Basisonderwijs, conclusies worden getrokken over de kwaliteit van het onderwijs op een school. De Citogroep is dan ook niet voor het afrekenen van scholen op basis van een cijfer ………………………… De Eindtoets Basisonderwijs besteedt aandacht aan kennis en vaardigheden die in het basisonderwijs aan de orde komen. Niet alle kinderen hoeven aan de toets mee te doen …………………………(einde citaat)”. We willen hiermee zeggen dat u nooit zo maar af moet gaan op een getal. U zult altijd de context van het verhaal moeten kennen voordat u een conclusie kunt trekken.


blad 65

Schoolgids


9.2 Uitstroom naar het voortgezet onderwijs Hieronder vindt u de doorstroomgegevens van de afgelopen jaren: jaar

po

2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008

1 (12,5 %)

po opdc bb kb gl tl hv

1 (7,7 %)

opdc

bb

2 (20,0 %) 1 (7,7 %) 2 (13,3 %) 3 (20,0 %) 1 (8,3 %) 1 (8,3 %) 5 (31,3 %) 1 (10,0 %) 1 (10,0 %) 2 (18,2 %)

kb

gl

4 (50,0 %) 2 (20,0 %) 4 (30,7 %) 2 (13,3 %) 2 (16,8 %) 1 (8,3 %) 2 (12,5 %) 3 (30,0 %) 2 (18,2 %) 3 (25,0 %)

tl

h/v/ gym.

schoolscore

2 (25,0 %) 2 (20,0 %) 5 (38,5 %) 4 (26,7 %) 1 (8,3 %) 1 (6,3 %) 3 (30,0 %) 4 (36,3 %) 3 (25,0 %)

1 (12,5 %) 4 (40,0 %) 2 (15,4 %) 4 (26,7 %) 6 (50,0 %) 8 (50 %) 2 (20 %) 3 (27,3 %) 6 (50 %)

535,0 536,7 539,3 535,7 536,4 535,8 535,1 531,0 539,4

= praktijkonderwijs = orthopedagogisch en dicactisch centrum = basisberoepsgericht onderwijs = kader beroeps gericht onderwijs = gemengde leerweg = theoretische leerweg/havo = havo/vwo

De schoolscore is de gemiddelde standaardscore van alle leerlingen. Een standaardscore is een getal tussen de 501 en 550.


blad 66

Schoolgids


9.3 Uitstroom naar het Speciaal Basisonderwijs het het R.E.C. We streven ernaar om in de leerbehoeften van ieder kind te voorzien. Toch komt het soms voor dat de leerproblemen van een kind te groot zijn om in onze school op te vangen. Verwijzing naar een school voor speciaal basisonderwijs of een verwijzing naar een Regionaal Expertise Centrum kan dan voor het kind een goede stap zijn. In onderstaand schema geven we u een overzicht van de verwijzingen die in de laatste jaren hebben plaatsgevonden:

Schooljaar

aantal verwijzingen

totaal leerlingen percentage aantal op1 verwijzingen oktober

1999-2000

0

87

0,00 %

2000-2001

2

95

2,11 %

2001-2002

2

104

1,92 %

2002-2003

0

103

0,00 %

2003-2004

1

117

0,85 %

2004-2005

0

146

0,00 %

2005-2006

2

157

1,27 %

2006-2007

2

162

1,23 %

2007-2008

2

179

1,12 %


blad 67

Schoolgids


9.4 Interne doorstroomgegevens Ons schoolteam begeleidt het leren van de kinderen zo goed mogelijk. In een doorgaande lijn, steeds een stap verder, iets erbij leren, nieuwe ervaringen opdoen, zelfstandigheid bevorderen, elkaar helpen enz. Kinderen verschillen in aanleg, aard, kennis, inzicht en tempo van werken en leren. De leerkrachten houden hiermee rekening bij het geven van uitleg en het aanbieden van leerstof. We proberen hierbij zittenblijven zoveel mogelijk te voorkomen. In onderstaand schema kunt u zien hoeveel zittenblijvers er in de laatste jaren binnen onze school zijn geweest: totaal leerlingen percentage aantal op 1 zittenblijvers oktober

schooljaar

aantal zittenblijvers

1999-2000

4

87

4,60 %

2000-2001

2

95

2,10 %

2001-2002

2

104

1,92 %

2002-2003

3

103

2,91 %

2003-2004

4

117

3,42 %

2004-2005

3

146

2,10 %

2005-2006

3

157

1,91 %

2006-2007

4

162

2,47 %

2007-2008

4

179

2,23 %

Naast de Eindtoets Basisonderwijs nemen we nog meer onafhankelijke tussentijdse toetsen af. Dit zijn de toetsen die behoren bij ons leerlingvolgsysteem. De resultaten van uw kind liggen altijd ter inzage bij de tien-minuten-gesprekken en zonodig tijdens andere gesprekken. Deze toetsen worden gedurende het hele schooljaar afgenomen.


blad 68

Schoolgids

10 Meer dan alleen maar kennis Natuurlijk doen we op school meer dan alleen maar kennisoverdracht. In dit hoofdstuk daarover wat meer informatie.


blad 69

Schoolgids

Meer dan alleen maar kennis

10.1 Buitenschoolse activiteiten Jaarlijks nemen we deel aan het plaatselijke voetbal- en lijnbaltoernooi. Incidenteel vinden er ook nog overige activiteiten plaats buiten de lestijden. De kinderen kunnen hier vrijwillig aan deelnemen onder begeleiding van een leerkracht en/of enthousiaste ouders. Deze activiteiten vinden plaats na schooltijd.


blad 70

Schoolgids


10.2 Vieringen en feesten De meeste tijd op school gaat op aan het onderwijs. Er is ook tijd voor feesten en vieringen of andere activiteiten. Door het jaar heen vinden er verschillende feesten plaats. Sommige worden vooraf gegaan door een viering. Op de schoolkalender staan ze in chronologische volgorde vermeld.


blad 71

Schoolgids


10.3 Acties Elk jaar zijn er op school een aantal inzamelingsacties voor een goed doel of ter ondersteuning van de kas van uw ouderraad. Ook doen we elk jaar iets voor een goed doel. Eén van de jaarlijks terugkerende acties is de kinderpostzegelactie. Ook ondersteunen we een project in een ontwikkelingsland. Op de schoolkalender vindt u alle acties voor het komend schooljaar vermeld.


blad 72

Schoolgids


10.4 Creatieve ochtenden Door het jaar heen vinden er een aantal creatieve ochtenden plaats. De bedoeling hiervan is dat elke groep of een deel van een groep iets op het toneel doet. Dit alles meestal rondom een thema. In het algemeen vinden de kinderen het leuk om iets voor de hele school te doen. Bovendien is het zeer leerzaam. Dit kan zijn: toneel, zingen, playbacken, een muziekinstrument bespelen, een versje opzeggen, drama enz. U als ouders bent daarbij van harte welkom om uw zoon/dochter daarbij te bewonderen. De creatieve ochtend begint om 11.00 uur. De zaal gaat om 10.45 uur open. De creatieve ochtenden voor het schooljaar 2008 - 2009 zijn: · ·

vrijdag 17 oktober 2008 vrijdag 24 april 2009


blad 73

Schoolgids


10.5 Sport Elk jaar organiseren we een speldag voor de jongste kinderen (t/m groep 3 of 4) en voor de kinderen van groep (4) 5 t/m 8 een sportdag. Zie de schoolkalender voor de juiste data.


blad 74

Schoolgids


10.6 Schoolreizen De kinderen van groep 1 t/m 8 gaan één dag per jaar op schoolreis. De bestemming wordt in overleg met uw ouderraad gekozen. De kinderen uit groep 8 (en evt. groep 7) hebben een kampeerkamp van 3 dagen.


blad 75

Schoolgids


10.7 Culturele activiteiten Het instituut voor Kunst en Cultuur te Assen verzorgt voor alle kinderen het zgn. Kunstmenu. De activiteiten vinden in principe plaats op school. Soms gaan we op stap naar een andere gelegenheid. Elke groep komt twee keer per jaar in aanraking met één van de acht kunstdisciplines. Daarnaast verzorgen we zelf ook culturele activiteiten waaronder een musical.


blad 76

Schoolgids


10.8 Bibliotheek De kinderen gaan een aantal keren in hun basisschoolperiode naar de bibliotheek. Ook komt de jeugdbibliothecaris een aantal keren per jaar naar school. Ze verzorgt o.a. de “boeken-top-5”. Jaarlijks organiseert de jeugdbibliothecaris een bijeenkomst met een kinderboekenschrijver of een kinderboekenillustrator.


blad 77

Schoolgids

11 Regeling school- en vakantietijden In dit hoofdstuk leest u meer over de school- en vakantietijden.


blad 78

Schoolgids

Regeling school- en vakantietijden

11.1 Aantal lesuren en de schooltijden Hieronder een overzicht van het aantal lesuren en de schooltijden. Door onderstaand model is het mogelijk dat binnen een paar jaar ook de kinderen uit de groepen 5 t/m 8 altijd op de vrijdagmiddag vrij zijn. groep 1

uren p/w 24 ½

2

24 ½

3

24 ½

4

24 ½

5

26

6

26

7

26

8

26

maandag

dinsdag

8.30-12.00 13.15-15.15 8.30-12.00 13.15-15.15 8.30-12.00 13.15-15.15 8.30-12.00 13.15-15.15 8.30-12.00 13.15-15.15 8.30-12.00 13.15-15.15 8.30-12.00 13.15-15.15 8.30-12.00 13.15-15.15

8.30-12.00 13.15-15.15 8.30-12.00 13.15-15.15 8.30-12.00 13.15-15.15 8.30-12.00 13.15-15.15 8.30-12.00 13.15-15.15 8.30-12.00 13.15-15.15 8.30-12.00 13.15-15.15 8.30-12.00 13.15-15.15

woensdag 8.30-12.30 vrij 8.30-12.30 Vrij 8.30-12.30 Vrij 8.30-12.30 vrij 8.30-12.30 vrij 8.30-12.30 vrij 8.30-12.30 vrij 8.30-12.30 vrij


donderdag

vrijdag

8.30-12.00 13.15-15.15 8.30-12.00 13.15-15.15 8.30-12.00 13.15-15.15 8.30-12.00 13.15-15.15 8.30-12.00 13.15-15.15 8.30-12.00 13.15-15.15 8.30-12.00 13.15-15.15 8.30-12.00 13.15-15.15

8.30-12.30 vrij 8.30-12.30 vrij 8.30-12.30 vrij 8.30-12.30 vrij 8.30-12.30 13.00-14.30 8.30-12.30 13.00-14.30 8.30-12.30 13.00-14.30 8.30-12.30 13.00-14.30

blad 79

Schoolgids


11.2 Verdeling van tijd over de leer- en vormingsgebieden VERDELING VAN TIJD OVER DE LEER- EN VORMINGSGEBIEDEN leerjaar

1

2

3

4

5

6

7

8

525 315

525 315

90

90

90

90

90

90

Taalontwikkeling Nederlandse Taal Lezen Schrijven

315

300 270 285 120

315 240 90

360 180 60

390 135 60

330 180 30

330 180 30

Rekenactiviteiten Rekenen en wiskunde

135

345

390

450

465

435

435

60

60

45 45 45 45

45 45 45 45

30

30

Arbeid met ontwikkelingsmateriaal Lichamelijke oefening

120

Engelse taal Oriëntatie op jezelf en de wereld Aardrijkskunde Geschiedenis w.o. staatsinr. Natuur w.o. biologie

45

45

30

30

45 45 45 30

45 45 45 30

Geestelijke stromingen Verkeer Expressie activiteiten Muziek Tekenen

30 60 30 30

30 45 30 30

30 90

30 90

30 90

30 90

45

75

Godsdienst

60

60

60

60

60

60

30

30

Pauze

75

75

75

75

75

75

75

75

1470

1470

1470

1470

1560

1560

1560

1560

24 ½ u 24 ½ u 24 ½ u 24 ½ u

26 u

26 u

26 u

26 u

Totaal in minuten Totaal in uren


blad 80

Schoolgids


11.3 Vrijstelling van onderwijsactiviteiten Het kan voorkomen dat kinderen door bepaalde omstandigheden, b.v. vanwege hun geloofs- of levensovertuiging of lichamelijke gesteldheid, niet aan bepaalde onderwijsactiviteiten mee kunnen doen. In die gevallen, waarover de directie beslist, moeten de kinderen wel de school bezoeken en krijgen ze vervangende werkzaamheden aangeboden.


blad 81

Schoolgids


11.4 Vakantie en afwezig zijn Aan het begin van ieder schooljaar is het bij alle ouders bekend wanneer de officiële vakanties zijn. Soms willen ouders hiervan afwijken. Ze willen dan buiten de vakanties om extra vrije dagen voor hun kind opnemen. In zeer uitzonderlijke gevallen mag de directeur van de school een leerling vrij geven om met zijn ouders op vakantie te gaan. Dat geldt alleen voor ouders die door hun beroep hun vakantie niet in de schoolvakantie kunnen nemen. Er moet dan een verklaring van de werkgever komen, waaruit blijkt dat men niet op een ander moment met vakantie kan. De directeur mag geen toestemming geven als het gaat om de eerste twee weken na de zomervakantie. Dit verzoek moet minimaal 8 weken tevoren bij de directeur van de school worden ingediend. Vanuit de overheid is er verscherpte controle op ongeoorloofd afwezig zijn.


blad 82

Schoolgids


11.5 Extra vrij Scholen moeten kinderen vrij geven voor de dagen wanneer ze vanwege geloofs- of levensovertuiging niet op school kunnen zijn. Dat geldt ook op dagen met belangrijke familieverplichtingen, zoals een begrafenis of een huwelijk. In de wet wordt dit genoemd als verlof ingeval van gewichtige omstandigheden en moet vooraf of binnen 2 dagen na ontstaan van de verhindering aan de directeur van de school worden voorgelegd. Onder gewichtige omstandigheden wordt verstaan: omstandigheden die buiten de wil van de leerling of de ouders zijn gelegen. Iedereen moet zich houden aan de vastgestelde schoolvakanties. Dat geldt ook voor wintersportvakanties of bezoek van buitenlandse leerlingen aan hun eigen land. Extra vakantie wordt niet als gewichtige omstandigheid aangemerkt. Op school zijn aanvraagformulieren verkrijgbaar.


blad 83

Schoolgids


11.6 Ziek zijn Als een kind ziek is en het kan niet naar school, dan dient dit dezelfde dag, liefst voor schooltijd, gemeld te worden. De school moet immers weten waarom het kind niet aanwezig is en de leerkrachten moeten een deugdelijke absentenadministratie bijhouden. Vanuit de overheid is er verscherpte controle op afwezigheid. Wanneer een kind langdurig ziek is, thuis of in het ziekenhuis, dan zorgt de school ervoor dat de leerling betrokken blijft bij het onderwijs. Een aangepast leerprogramma kan het kind de nodige afleiding geven en zal het contact tussen het kind en de school waarborgen. Ook wordt voorkomen dat de achterstand te groot wordt om na de ziekteperiode de draad weer op te pakken. Om de begeleiding van zieke leerlingen zo optimaal mogelijk te realiseren, kunnen we een beroep doen op de consulenten Onderwijs aan Zieke Leerlingen, die werkzaam zijn bij de Schooladviesdienst. In overleg met de school en de ouders kan de consulent de leerling 1 à 2 keer in de week bezoeken en samen met de leerstof bezig zijn. Meer informatie over het project Onderwijs aan Zieke Leerlingen kunt u vinden op internet: www.ziezon.nl.


blad 84

Schoolgids


11.7 Controle De gemeente let er op dat men zich houdt aan de regels van de leerplicht. Daarvoor zijn speciale medewerkers aangesteld, de leerplichtambtenaren. Zij hebben dus een controlerende taak. In enkele gevallen mag de directeur geen toestemming geven voor verlof van een kind. Dat moet de leerplichtambtenaar dan doen. De directeur deelt aan de ouders mee wanneer dat van toepassing is.


blad 85

Schoolgids


11.8 Maatregelen ter voorkoming van lesuitval en schoolverzuim Hiervoor hebben we al veel beschreven over de afwezigheidregeling. Natuurlijk let de school er dagelijks op dat een kind niet zonder duidelijke reden van school weg blijft. Daarom is het van groot belang dat de school gewaarschuwd wordt als er wat bijzonders aan de hand is. Zoals gezegd: uw kind is verplicht om naar school te gaan. U bent daarvoor verantwoordelijk! Maar wat gebeurt er als kinderen “spijbelen” en ouders dat niet merken? U mag er op rekenen dat wij direct contact opnemen als uw kind zonder bericht niet op school komt. Toestemming voor extra vrij moet normaal gesproken tenminste 2 dagen van tevoren schriftelijk aangevraagd worden bij de directeur van de school. Hiertoe dient een aanvraagformulier ingevuld te worden. Formulieren zijn op school aanwezig.


blad 86

Schoolgids


11.9 Regels voor schorsing, toelating en verwijdering Leerlingen kunnen van school worden gestuurd, voor een tijdje: schorsing, of voorgoed: verwijdering. Meestal gebeurt zoiets alleen als het kind zich ernstig misdraagt. Wij spreken dan van wangedrag. Voor het zover is worden eerst alle betrokkenen gehoord. Als het besluit genomen is, mag de school de leerling niet meteen van school sturen. Wij zullen eerst moeten proberen om een andere school te vinden voor de leerling. Alleen als dat niet lukt, en daar moeten wij ten minste 8 weken ons best voor doen, mag de school de leerling de toegang tot de school weigeren. De ouders kunnen altijd in beroep gaan tegen deze beslissing bij de rechter. Wat betreft toelating gebruiken we de volgende regels: · 3 jarigen. Als uw kind 3 jaar en 10 maanden is, mag het op school komen kennismaken. Dat mag maximaal 5 dagen. Op onze school is de regel dat de nieuwe kinderen 5 dagdelen (in overleg) voor hun vierde verjaardag komen wennen. In bijzondere gevallen kunnen we daar van afwijken. · 4 jarigen. Op de dag dat uw kind vier jaar wordt, mag het naar onze basisschool. Een 4 jarig kind is nog niet leerplichtig. · 5 jarigen. Tot het kind 6 jaar wordt, mag het een aantal uren per week thuis gehouden worden. Dat is natuurlijk niet wenselijk, maar als het echt noodzakelijk is dan kan het. · 6 jarigen en ouder. Vanaf deze leeftijd horen kinderen op schooldagen op school. Alleen in buitengewone omstandigheden kan de directeur verlof verlenen.


blad 87

Schoolgids


11.10 Vakantieregeling en urenberekening komend schooljaar Vakantierooster schooljaar 2008 / 2009: Herfstvakantie: Kerstvakantie: Voorjaarsvakantie: Paasvakantie: Meivakantie: Hemelvaart: Pinkstervakantie: Zomervakantie:

20-10-2008 t/m 24-10-2008 22-12-2008 t/m 02-01-2009 16-02-2009 t/m 20-02-2009 10-04-2009 t/m 13-04-2009 27-04-2009 t/m 05-05-2009 21-05-2009 t/m 22-05-2009 01-06-2009 06-07-2009 t/m 14-08-2009

Vrije dagen: Studiemiddag Ganzenmarkt: Studiedag Studiedag: Studiemiddag: Studiedag:

07-10-2008 10-11-2008 01-12-2008 28-01-2009 12-03-2009 06-05-2009

Urenberekening: aantal klokuren per week keer 52 weken extra bijtelling 30-09-2009 Totaal aan klokuren (a)

onderbouw 24 ½ uur 1274 uur 4 uur 1278 uur (a)

bovenbouw 26 uur 1352 uur 4 uur 1356 uur (a)

24 ½ uur

26 uur

49 uur

52 uur

24 ½ uur

26 uur

9 ½ uur

11 uur

35 ½ uur

37 uur

Vakanties: Herfstvakantie 20-10-2008 t/m 24-10-2008 Kerstvakantie 22-12-2008 t/m 02-01-2009 Voorjaarsvakantie 16-02-2009 t/m 20-02-2009 Paasvakantie 10-04-2009 t/m 13-04-2009 Meivakantie 27-04-2009 t/m 05-05-2009 Rkbs St. Willibrordus 2008, , alle rechten voorbehouden.

blad 88

Schoolgids


Hemelvaartvakantie 21-05-2009 t/m 22-05-2009 Pinkstervakantie 01-06-2009 Zomervakantie 06-07-2009 t/m 14-08-2009

9 ½ uur

11 uur

5 ½ uur

5 ½ uur

147 uur

156 uur

Vrije dagen: Studiemiddag Ganzenmarkt Studiedag Studiedag

07-10-2008 10-11-2008 01-12-2008 28-01-2009

2 uur 5 ½ uur 5 ½ uur

2 uur 5 ½ uur 5 ½ uur

4 uur

4 uur

Studiemiddag Studiedag

12-03-2009 06-05-2009

2 uur

2 uur

4 uur

4 uur

328 uur (b)

347 ½ uur (b)

1278 - 328 = 950 uur

1356 – 347 ½ = 1008 ½ uur

Totaal aantal uren vakantie en vrije dagen (b) Jaartotaal uren onderwijs (a-b)


blad 89

Schoolgids

12 Externe contacten Verschillende instanties zijn betrokken bij het wel en wee van de kinderen. In dit hoofdstuk worden enkele van die instanties genoemd.


blad 90

Schoolgids

Externe contacten

12.1 Onderwijsinspectie Onze school valt, net als iedere andere school, onder een onderwijsinspectie. De inspecteur van onderwijs ziet namens de minister toe dat de onderwijswet op de juiste manier toegepast wordt en de school aan de kwaliteitseisen voldoet. Het adres waarop u de onderwijsinspectie kunt bereiken luidt: Inspectie van Onderwijs: [email protected]; vragen over onderwijs: 0800-8051 (gratis) Klachtmeldingen: meldpunt vertrouwensinspecteurs ( 0900-1113111 (lokaal tarief)


blad 91

Schoolgids

Externe contacten

12.2 Schoolarts De schoolarts of een verpleegkundige onderzoeken de kinderen 2 keer, en vaker indien nodig, in hun basisschoolperiode. De ouders zijn bij dat onderzoek aanwezig. Het onderzoek richt zich op de lichamelijke en geestelijke ontwikkeling van het kind. Via de directie kan er een afspraak geregeld worden. Overigens kan er ook tussendoor een afspraak geregeld worden. Ook daarover kunt u contact opnemen met de directie.


blad 92

Schoolgids

Externe contacten

12.3 Schoolbegeleidingsdienst Op verzoek van de school kan er een school-begeleidingsdienst worden ingeschakeld als het gaat om: · onderwijsvernieuwing; · hulp aan leerlingen met leer- en/of gedragsproblemen · nascholing van leerkrachten · organiseren van thema-avonden.


blad 93

Schoolgids

Externe contacten

12.4 Zorgteam Door ons samenwerkingsverband met een Speciale school voor Basisonderwijs, in het kader van Weer Samen Naar School, kunnen wij, na overleg met de ouders, kinderen aanmelden voor het zorgteam. Dit is een team van specialisten die de school en de ouders kunnen ondersteunen met zorgvraagstukken. Elk jaar wordt er ook een ontwikkelingsplan gemaakt. Daarin staat hoe wij, binnen WSNS, omgaan met zorgleerlingen.


blad 94

Schoolgids

Externe contacten

12.5 P.C.L. Soms kan het gebeuren dat, ondanks alle zorg op onze school, het kind beter op zijn plaats is op een Speciale school voor Basisonderwijs. Dit gaat niet zomaar. Elk samenwerkingsverband heeft een Permanente Commissie Leerlingenzorg ingesteld. Deze P.C.L. heeft de wettelijke taak om op aanvraag van de ouders te bepalen of plaatsing van een leerling op een Speciale school voor Basisonderwijs noodzakelijk is. Deze commissie beziet of alle benodigde gegevens aanwezig zijn. De normale aanmelding bij de P.C.L. loopt via de basisschool. U kunt uw kind ook rechtstreeks aanmelden bij de P.C.L. In dat geval zorgt u, in overleg met de school of het zorgteam, voor een aantal documenten. Meer informatie kunt u krijgen bij de directeur of intern begeleider van de school.


blad 95

Schoolgids

Externe contacten

12.6 Buurtnetwerk Onze school participeert ook in een buurtnetwerk. Dit is een vorm van samenwerking van mensen/instellingen die met kinderen en hun ouders contact hebben. Samen bespreken ze ingebrachte signalen over problemen bij kinderen. Daarbij vragen ze elkaar om steun en advies. Ze proberen problemen bij kinderen zo vroeg mogelijk op te sporen, zodat een lichte vorm van hulp al voldoende is om deze op te lossen of te verminderen.


blad 96

Schoolgids

Externe contacten

12.7 Scholen We onderhouden met diverse scholen, zowel in Coevorden als daarbuiten, contacten. Naast organisatorische vraagstukken komen er ook inhoudelijke en onderwijskundige zaken aan de orde.


blad 97

Schoolgids

Externe contacten

12.8 Peuterspeelzaal en Kinderopvangcentrum Voordat de kinderen op de basisschool komen, gaan ze meestal naar de peuterspeelzaal of het kinderopvangcentrum (K.O.C.). Indien het in het belang van het kind is, wordt met deze instanties overleg gepleegd. Beide nemen ook deel aan het overleg in het buurtnetwerk.


blad 98

Schoolgids

13 Ouders en school Ouders vertrouwen hun kind voor een belangrijk deel van de dag toe aan de school. Het spreekt vanzelf dat ze goed op de hoogte willen blijven van het reilen en zeilen op school. Daarnaast doet de school ook regelmatig een beroep op ouders om te assisteren. Om die samenwerking goed te regelen zijn er een Medezeggenschapsraad (M.R.), een Schooladviescommissie (S.A.C.) en een Ouderraad (O.R.). Deze staan het schoolteam met raad en daad ter zijde.


blad 99

Schoolgids

Ouders en school

13.1 Contacten met school en andere ondersteunende werkzaamheden Vele activiteiten op school zouden zonder hulp van ouders nauwelijks of niet gerealiseerd kunnen worden. We doen dan ook regelmatig een beroep op ouders en gelukkig nooit tevergeefs. Daarnaast nodigen wij u regelmatig uit om te praten over wat er allemaal gaat gebeuren en hoe het met uw kind op school gaat. Wij doen dat door middel van informatieavonden, rapportavonden, ouderavonden en natuurlijk volgens afspraak. Ook huisbezoek is mogelijk indien u dit wenst.


blad 100

Schoolgids

Ouders en school

13.2 Regels voor ondersteunende werkzaamheden Indien u als ouder ondersteunende werkzaamheden verricht op school, geschiedt dit onder verantwoording van school. Als regel geldt dat de lopende onderwijsactiviteiten niet belemmerd mogen worden. Ook dient de privacy in acht genomen te worden.


blad 101

Schoolgids

Ouders en school

13.3 Informatieverstrekking De ouders worden op de hoogte gehouden van het schoolgebeuren via: - deze schoolgids; - de schoolkalender; - nieuwsbrieven, circulaires; - de schoolkrant (3 keer per jaar); - informatieavonden; - inloopmiddagen en –avonden; - tien-minuten-gesprekken. Natuurlijk kunnen ouders een gesprek aangaan met de desbetreffende leerkracht of directie om nadere informatie over een bepaalde zaak. Leerkrachten kunnen een gesprek aangaan met ouders, als er zich een situatie voordoet.


blad 102

Schoolgids

Ouders en school

13.4 Inloopmiddag en -avond Twee keer per jaar is er een middag en avond waarop u het werk van uw kind kunt bekijken en eventueel het rapport van uw kind kunt bespreken. Ook kunt u voor die dag een zgn. "tien-minuten-gesprek" aanvragen. De geplande inloopmiddagen en –avonden voor het schooljaar 2008 - 2009 zijn: · ·

dinsdag 9 december 2008 dinsdag 7 april 2009.


blad 103

Schoolgids

Ouders en school

13.5 Informatieavonden Jaarlijks houden we aan het begin van het schooljaar informatieavonden. De geplande data zijn: dinsdag 19 augustus woensdag 20 augustus maandag 25 augustus maandag 1 september dinsdag 2 september maandag 8 september dinsdag 9 september maandag 15 september

om 20.00 uur voor groep 6 om 20.00 uur voor groep 5 om 20.00 uur voor groep 7 om 20.00 uur voor groep 4 om 20.00 uur voor groep 3 om 20.00 uur voor groep 1A en 1B om 20.00 uur voor groep 2 om 20.00 uur voor groep 8


blad 104

Schoolgids

Ouders en school

13.6 Andere informatiebijeenkomsten Gedurende het jaar kunnen er ook andere informatieavonden plaatsvinden. Indien van toepassing voor uw kind of indien u belangstelling heeft, zijn er informatiebijeenkomsten voor de ouders van wie de kinderen mee doen aan de Eerste Heilige Communie of het Heilig Vormsel. Daarnaast houden we meestal elk jaar wel een groot project. Aan het eind van zo’n project houden we ook een open avond waarop de ouders en andere belangstellenden de werkstukken kunnen bekijken die tijdens het project gemaakt zijn.


blad 105

Schoolgids

Ouders en school

13.7 De oudervereniging Alle ouders van de Rkbs St. Willibrordus maken deel uit van de Oudervereniging. Het bestuur van deze vereniging wordt de ouderraad genoemd. De ouderraad is dus een vertegenwoordiging van alle ouders van de St. Willibrordusschool. In het algemeen ligt de taak van de ouderraad in het steunen van de leerkrachten bij de organisatie van de schoolreisjes, het St. Willibrordus- en het St. Nicolaasfeest, musical, ouderavonden enz. Ook opknapbeurten van b.v. het schoolplein en materialen worden gedaan in samenwerking met de ouders. De belangen van de ouders worden op school behartigd door de MR (zie verderop) en de ouderraad. Ouders die zich met school verbonden voelen en die, om welke reden dan ook, iets van hun ideeën kwijt willen aan school, raden wij dan ook aan contact te zoeken met één van de leden van de ouderraad. Natuurlijk kan men als ouders die wensen/ ideeën ook rechtstreeks kenbaar maken aan de directie en/of leerkrachten van de school. Bovendien kan de ouderraad dienen als gesprekspartner wanneer er problemen zijn tussen ouders en leerkrachten. De ouderraad is ook lid van de Nederlands Katholieke Oudervereniging. Dit is een vereniging die de belangen van de ouders behartigt en gevormd wordt door ouders. Het belangrijkste doel van de vereniging is om ouders met schoolgaande kinderen te helpen bij de begeleiding van deze kinderen. Dit gebeurt d.m.v. informatie aan ouderraden. Ook organiseert de N.K.O. cursussen voor ouders die meer willen weten van ouderraad, medezeggenschapsraad of organisaties van verschillende onderwijsinstellingen.


blad 106

Schoolgids

Ouders en school

13.8 Wat doet de ouderraad De ouderraad probeert de belangen van de kinderen op school, in de ruimste zin van het woord, te behartigen. De ouderraad is praktisch ingesteld en steunt de school met de dagelijkse gang van zaken. Waar moet U aan denken bij activiteiten van de ouderraad? In zijn algemeenheid gaat het om allerlei zaken die te maken hebben met: - het welzijn in en rond de school. Zo is de ouderraad actief betrokken bij de werving en plaatsing van speeltoestellen op de speelplaats; - ondersteuning van festiviteiten. Te denken valt aan het St. Willibrordusfeest het Sinterklaasfeest, kerstvieringen en kerstmusical, carnaval, paasviering, sport- en spelochtend, schoolreis; - het verrichten van hand- en spandiensten. Bijvoorbeeld schilderwerk en reparatiewerkzaamheden; - het verwerven van aanvullende geldmiddelen door allerlei acties en de schoolmarkt; - fungeren als doorgeefluik voor de belangenbehartiging van ouders en kinderen.


blad 107

Schoolgids

Ouders en school

13.9 Waar betaalt de oudervereniging haar activiteiten van Als geldmiddelen heeft de Ouderraad de jaarlijkse ouderbijdrage ter beschikking. De ouderbijdrage is vrijwillig en de school mag een leerling niet weigeren als de ouders de ouderbijdrage niet betalen. Maar als u niet bijdraagt, kan het zo zijn dat uw kind niet mag meedoen aan bepaalde uitstapjes of feestjes. Die worden namelijk vaak uit de ouderbijdragen betaald. Wij blijven verantwoordelijk voor de opvang van uw kind tijdens b.v. een schoolreisje dat betaald wordt uit de ouderbijdrage. De ouderbijdrage wordt jaarlijks vastgesteld en is opgebouwd uit een aantal onderdelen. In de schoolkalender vindt u die onderdelen en de kosten die ervoor berekend worden. De ouderbijdrage is niet kostendekkend. De overige kosten worden mede betaald uit de opbrengsten van allerlei acties. De school sluit met de ouders een aparte overeenkomst af inzake de vrijwillige ouderbijdrage. In de schoolkalender treft u een model aan van deze overeenkomst voor de ouderbijdrage. In deze overeenkomst worden ook de bedragen vermeld voor genoemde onderdelen. We sluiten de overeenkomst af, nadat de leerling is toegelaten. De overeenkomst heeft altijd een geldigheid van één jaar. Modelovereenkomst ouderbijdrage Rkbs St. Willibrordus Ondergetekende,

…………………………..……………………………………(naam) ……………………….....……………………………………(adres)

ouder/verzorger van

…………………………………………………………(naam kind)

die als leerling van de Rkbs St. Willibrordusschool staat ingeschreven, verklaart van onderstaande kennis te hebben genomen. Hij/zij gaat er mee akkoord dat: 1. de Ouderraad van de Rkbs St. Willibrordus in september van het schooljaar de ouderbijdrage, zoals vermeld in de schoolgids, mag innen; 2. deze ouderbijdrage zal worden aangewend voor het bekostigen van die activiteiten die niet tot het normale onderwijsprogramma behoren, zoals het St. Willibrordusfeest, sinterklaasfeest, kerstfeest, paasfeest, schoolreisje e.d.; 3. de school in de loop van het schooljaar voor de leerlingen van de groep 8 een bijdrage van € 45 mag innen voor het schoolkamp. Deze bijdrage kan in 2 termijnen worden betaald (LET OP: nu niet betalen, u ontvangt later een nota!); 4. de bijdrage vrijwillig is, zodat deze overeenkomst niet behoeft te worden aangegaan, doch wanneer deze overeenkomst ondertekend is wel een verplichting tot betaling van de overeengekomen bijdrage(n) door de ouder/verzorger bestaat; 5. de ouderbijdrage per kind wordt betaald voor: Rkbs St. Willibrordus 2008, , alle rechten voorbehouden.

blad 108

Schoolgids

Ouders en school

Willibrordusfeest Sinterklaas Kerst Pasen Schoolreisje

€ 5,00 * € 10,00 * € 5,00 * € 2,50 * € 20,00 *

* = doorstrepen wanneer u NIET wilt hebben dat uw kind daaraan meedoet en dus ook niet voor hoeft te betalen. de te betalen ouderbijdrage per kind dit schooljaar € ……… bedraagt (zelf invullen, max. € 42,50); 6. de ouder/verzorger door het aangaan van deze overeenkomst gehouden is de daarin opgenomen bijdrage(n) te voldoen op rekeningnr: 4007.15.309 t.n.v. Ouderraad St. Willibrordusschool Coevorden; 7. de verantwoording van de gelden op de algemene ouderavond ter inzage ligt; 8. deze overeenkomst voor de duur van één schooljaar wordt aangegaan. Aldus overeengekomen en opgemaakt te ………………...………………, d.d. ……-……- …… Handtekening ouder/verzorger:…………………………………………………………………………………… Handtekening directeur: ………….………………………………………………………………………………………… PS: DEZE OVEREENKOMST IS EEN MODEL-OVEREENKOMST. DE DEFINITIEVE ONTVANGT U VAN DE OUDERRAAD.


blad 109

Schoolgids

Ouders en school

13.10 Hoe bereikt u de ouderraad In de schoolkalender vindt u de namen, adressen en telefoonnummers van alle ouders die in de Ouderraad zitting hebben. Neemt gerust contact op met de leden van de Ouderraad indien u van mening bent dat daar aanleiding toe bestaat. Uw reacties worden zeer op prijs gesteld en zullen altijd vertrouwelijk worden behandeld.


blad 110

Schoolgids

Ouders en school

13.11 De Medezeggenschapsraad De Medezeggenschapsraad (M.R.) in het onderwijs is, wat de naam zelf al zegt, een orgaan voor medezeggenschap, voor inspraak. De Medezeggenschapsraad is het orgaan waarin diverse belangen worden vertegenwoordigd die in de school aanwezig zijn. De raad spreekt zowel voor ouders als personeel. Het is de taak van de M.R. ervoor te zorgen dat in de school een ieder in staat wordt gesteld zijn belangen naar voor te brengen, zijn gezichtspunten toe te lichten en desnoods te verdedigen. De taak van de raad is erin gelegen een klimaat van openheid en onderling overleg te scheppen én te behouden. De Medezeggenschapsraad is door middel van een speciale wet in haar doen en laten geregeld. Zij staat tussen school en bestuur en werkt met een vastomlijnd reglement. Ook werkt zij samen met de Ouderraad. De M.R. van de St. Willibrordus-school bestaat uit twee geledingen: · ·

De personeelsgeleding. De oudergeleding.

Deze wordt gekozen uit en door het personeel van de school. Deze wordt gekozen uit en door de ouders van onze leerlingen.

Beide geledingen hebben 2 of 3 vertegenwoordigers. De leden van de M.R. zijn na 3 jaar aftredend en herkiesbaar. Met het invoeren van de Wet op de Medezeggenschap Onderwijs (WMO) kent de M.R. een tweetal bevoegdheden. a. het instemmingsrecht b. het adviesrecht Instemmingsrecht Het instemmingsrecht houdt in dat het bevoegd gezag pas een besluit mag vaststellen als de MR het met dat besluit eens is. Adviesrecht Het adviesrecht betekent dat het bevoegd gezag een besluit over deze onderwerpen kan vaststellen, ook als de MR. negatief advies uitbrengt. Nieuwe ontwikkelingen in het onderwijs hebben geleid tot het instellen van een G.M.R. G.M.R. staat voor Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad. Alle scholen die vallen onder het bestuur van Stichting IJssel-Vechtstreek zijn hierin vertegenwoordigd. De G.M.R. zal de zaken behartigen die meer het algemeen belang van de aangesloten scholen dienen. Bij de vergaderingen is ook de directeur als adviserend lid aanwezig. De namen en adressen van de M.R.-leden vindt u in de schoolkalender.


blad 111

Schoolgids

Ouders en school

13.12 De verkeersouder Op onze school is ook een verkeersouder actief. Namens de ouders is dat mevr. Roelfsema. Samen met een leerkracht (Marleen Knol) is de verkeersouder de contactpersoon tussen school en gemeente inzake verkeersaangelegenheden rondom school. Samen met de verkeersouders van andere scholen zijn er regelmatig bijeenkomsten rondom bepaalde thema’s en hebben ze gezamenlijke inspraak inzake het verkeersbeleid van de gemeente.


blad 112

Schoolgids

Ouders en school

13.13 Voor- tussen- en naschoolse opvang De overheid heeft aangegeven dat de school verantwoordelijk is voor de voor-, tussen- en naschoolse opvang en de mogelijkheden heeft deze zelf of door een professionele organisatie uit te laten voeren. De Willibrordusschool heeft er voor gekozen, met instemming van de Medezeggenschapsraad, zowel de voor- en naschoolse als de tussenschoolse opvang uit te besteden aan de Stichting Kinderopvang Coevorden. Zij verzorgen dus de opvang voor de school. Ten aanzien van de voor- en naschoolse opvang kunt u contact opnemen met de directeur van de school of de Stichting Kinderopvang Coevorden, Wilhelminasingel 19, 7741 HD Coevorden, tel.nr. 0524-524445. Ten aanzien van de tussenschoolse opvang kunt u contact opnemen met de school. U krijgt dan meteen alle bruikbare informatie. Door de Stichting Kinderopvang wordt ten aanzien van de tussenschoolse opvang gezorgd voor: · · · · · · ·

een professionele TSO TSO op school contracten voor de TSO om te voldoen aan de wettelijke vereisten. De contracten worden pas bij aanvang van het nieuwe schooljaar opgesteld. per keer en per kind wordt € 2,00 in rekening gebracht. De verrekening vindt via automatische incasso plaats. incidentele opvang is ook mogelijk. De kosten daarvan bedragen € 2,50 een TSO coördinator, mevr. Exel-Heller, die voor uw vragen, aan- en/of opmerkingen bereikbaar zal zijn een TSO coördinator, mevr. Klaske Grit, die de vrijwilligers zal begeleiden.

De Stichting Kinderopvang Coevorden maakt voor de tussenschoolse opvang gebruik van vrijwilligers. Hierbij doen zij een oproep voor vrijwilligers. Er zal voor een goede opleiding en begeleiding gezorgd worden. Voor het verrichten van werkzaamheden wordt een vrijwilligersvergoeding gegeven. Heeft u interesse, vindt u het leuk en heeft u tijd om één of twee dagen in de week tussen de middag zorg te dragen voor een goede opvang, neem dan contact op met Klaske Grit, TSO coördinator. Zij is telefonisch bereikbaar op nummer 0524-524445 of via het volgende emailadres, [email protected]


blad 113

Schoolgids

Ouders en school

13.14 Overleg met de leerkracht Ouders kunnen voor en na schooltijd overleg plegen met de leerkracht. Dit kan op eigen initiatief of op verzoek van de leerkracht. Van tevoren een afspraak maken is zeer wenselijk. Indien noodzakelijk kan de leerkracht ook op huisbezoek komen.


blad 114

Schoolgids

Ouders en school

13.15 Verzekering Het schoolbestuur heeft voor alle bij school betrokken personen een W.A. verzekering afgesloten. Deze verzekering dekt eventuele schade voor zover deze niet onder de eigen verzekering van die personen vallen en betreft gebeurtenissen die onder schooltijd plaats vinden en/of activiteiten die onder verantwoordelijkheid van de school vallen. (b.v. schoolreisjes, schoolkamp, excursies, sporttoernooien, overblijven e.d.). Verder heeft de school nog een schoolongevallenverzekering afgesloten. Via de school zijn alle leerlingen en het aan de school verbonden onderwijzend en niet-onderwijzend personeel verzekerd tegen ongevallen die ontstaan tijdens het reizen naar en van school, tijdens verblijf op school en tijdens alle activiteiten, die in schoolverband worden georganiseerd.


blad 115

Schoolgids

Ouders en school

13.16 Sponsoring Sponsoring is actueel in het onderwijs. Voor het bedrijfsleven is een school aantrekkelijk voor sponsoractiviteiten. De jeugd is immers een boeiende doelgroep. De jeugd heeft de toekomst en vertegenwoordigt een potentiële markt. Maar jongeren vormen ook een beïnvloedbare en kwetsbare groep. Met name die kwetsbaarheid vraagt onze zorg. Leerlingen worden aan onze school toevertrouwd. De leerlingen hebben dus recht op bescherming tegen ongewenste invloeden van buiten de school. Als een sponsor zich bij onze school meldt, dan is dat wel een kans voor de school. Van dat geld kunnen extraatjes gedaan worden. Het uitgangspunt is dat de autonomie van de school niet in gevaar mag komen en dat sponsorgelden een toegevoegde waarde moeten hebben. We hebben op school een beleidsstuk sponsoring en een modelcontract. Omdat schenkingen niet vallen onder het begrip schoolsponsoring, zijn schenkingen van harte welkom op school.


blad 116

Schoolgids

Ouders en school

13.17 Ongewenste intimiteiten Het is niet mogelijk een sluitende omschrijving van het bovenstaande te geven; ieder heeft zijn/haar opvatting over wat in contact met anderen wel of niet gewenst is. Leerkrachten bij ons op school houden zich aan een aantal richtlijnen en we hebben daarvoor een protocol opgesteld. Mocht u als ouder desondanks signalen ontvangen die naar uw mening wijzen op ongewenste intimiteiten in de school (of daar buiten), dan blijft het bespreekbaar maken hiervan met de directeur van de school de eerst aangewezen weg. De directeur heeft een meldingsplicht.


blad 117

Schoolgids

Ouders en school

13.18 Klachtenregeling Elke school is verplicht om een klachtenregeling te hebben. De scholen binnen de Stichting Katholiek Onderwijs IJssel-Vechtstreek hebben dit als volgt geregeld: Klachtenregeling: 9. De meeste klachten over de dagelijkse gang van zaken in de school zullen in eerste instantie in goed overleg tussen de ouders, leerlingen, personeel en schoolleiding op een juiste wijze worden afgehandeld. Wanneer dat echter, gelet op de aard van de klacht niet mogelijk is, of wanneer de behandeling niet naar tevredenheid heeft plaats gevonden, kunt u een beroep doen op de klachtenregeling. Neem dan contact op met de contactpersoon van onze school., mevr. Westerling - Karperien. Een klager in de zin van de klachtenregeling kan zijn: · een (ex) leerling · een ouder, voogd, verzorger van een minderjarige · een lid van het personeel van de school · het bevoegd gezag · een vrijwilliger die werkzaamheden verricht voor school · een persoon die anderszins deel uitmaakt van de schoolgemeenschap. 10. De aard van de klacht. Klachten kunnen bijvoorbeeld gaan over: - begeleiding van leerlingen - toepassing van strafmaatregelen - beoordelingen van leerlingen - de inrichting van de schoolorganisatie - seksuele intimidatie en misbruik - discriminerend gedrag - agressie - geweld - pesten 11. De contactpersoon van onze school is: mevr. Joke Westerling-Karperien. 12. De vertrouwenspersoon van de Stichting is te bereiken via het ambtelijk secretariaat van de Stichting, Postbus 290, 8000 AG Zwolle, tel: 088-8508680. 13. Het nummer van de vertrouwensinspecteur luidt: Inspectie van Onderwijs: [email protected]; vragen over onderwijs: 0800-8051 (gratis) Klachtmeldingen: meldpunt vertrouwensinspecteurs Rkbs St. Willibrordus 2008, , alle rechten voorbehouden.

blad 118

Schoolgids

Ouders en school

( 0900-1113111 (lokaal tarief) 14. Rol van de contactpersoon. · de contactpersoon heeft een voorlichtende en informerende rol naar ouders en personeel over de procedure van klachtafhandeling · de contactpersoon zorgt ervoor dat de klacht procedureel juist behandeld wordt · de contactpersoon bewaakt het proces van klachtafhandeling · de contactpersoon verwijst door naar vertrouwenspersoon, vertrouwensinspecteur en/of klachtencommissie.


blad 119

Schoolgids

Ouders en school

13.19 Veiligheidsbeleid Iedereen wil in een veilige omgeving werken. Maar wat is ‘veilig’? Om veilig te kunnen werken, gelden allereerst de regels uit de arbowet. Risico’s zijn vastgelegd in een ‘RI&E’ (risico-inventarisatie en –evaluatie). Hierin staat ook een plan van aanpak met daarin maatregelen om de risico’s te beperken. Vanuit de wet zijn ook gecertificeerde bedrijfshulpverleners in dienst. Zij zijn opgeleid om de gevolgen van ongevallen en brand op te vangen. Ook zijn er schoolregels opgesteld die jaarlijks met de kinderen worden besproken. Al zijn er nog zoveel regels, incidenten kunnen op elke school voorkomen. Deze incidenten worden geregistreerd en gemeld. Het is zaak om de kans dat incidenten zich voordoen te verkleinen en de effecten ervan te beperken. Daarom heeft onze school ook een preventiemedewerker aangesteld. Eigenlijk moet iedereen die op school werkt een bijdrage leveren aan de veiligheid en iedereen heeft daarin ook zijn of haar eigen verantwoordelijkheid. Wij werken hierin ook samen met politie, jeugdzorg en maatschappelijk werk. Om bovengenoemde reden hebben we op school ook een veiligheidsplan. In dat plan wordt ook verwezen naar diverse protocollen. De MR is hierin onze gesprekspartner.


blad 120

Schoolgids

14 Beleidsplannen Met inachtneming van de wettelijke bepalingen maakt de school haar eigen beleid. Dit eigen beleid is niet vrijblijvend. Zo kan het schoolbestuur een aantal zaken dwingend voorschrijven en worden er in het directie-overleg afspraken gemaakt die voor alle scholen, vallend onder de Stichting Katholiek Onderwijs IJssel-Vechtstreek, gelden. De eindverantwoordelijkheid van het personeelsbeleid ligt bij het bestuur. Keuze van materialen en methodes wordt overgelaten aan de schoolteams. Het lesrooster wordt door het schoolteam vastgesteld.


blad 121

Schoolgids

Beleidsplannen

14.1 Ontwikkelen en uitvoeren van beleid De overheid kan dwingend opleggen dat er t.a.v. bepaalde activiteiten beleid gemaakt moet worden. Schooloverstijgend: · Het directieberaad, c.q. het bevoegd gezag bereidt beleidsstukken voor. Voordat het beleid definitief is dienen de inspraakprocedures in acht genomen te worden. Aan vastgesteld beleid dient iedere school zich te houden. M.R. en G.M.R. spelen hierbij een rol. Aandacht hierbij verdient ook het lokaal onderwijsbeleid. Schoolspecifiek beleid: · Hieronder vallen b.v. de schoolgids, het schoolplan en alle activiteiten. De school verwoordt hierin schoolspecifieke zaken. Totstandkoming van beleid schoolspecifiek: · voorstel is meestal afkomstig van de directeur; · voorbespreking kan, indien nodig, in een ad hoc gevormde commissie; · voorstel wordt ter goedkeuring aan het voltallige team voorgelegd en wordt aangenomen bij meerderheid van stemmen (de helft plus één, hoewel er gestreefd wordt naar consensus); · het voorstel wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de schooladviescommissie. Alle beleidsstukken liggen op school ter inzage in de diverse beleidsmappen.


blad 122

Schoolgids

15 Mededelingen en regels · ·

· · · ·

· ·

· · ·

Als uw kind niet (op tijd) op school kan komen, wilt u dit dan tijdig doorgeven? Het liefst tussen 8 en half 9. Wilt u zoveel mogelijk de naam van uw kind in zijn/haar gymkleding, gymschoenen, laarzen enz. aanbrengen? Verder is het 's winters erg gemakkelijk dat de handschoenen van de jonge kinderen aan een koordje door de mouwen van de jas heen zitten. Wat betreft de gym: er mag alleen op schone schoenen gegymd worden en ieder kind vanaf groep 3 gaat zich douchen na de les, tenzij daarover bericht is ontvangen van de ouders. Denkt u ook eens aan schone sokken en schoon ondergoed. Tussen 12.00 uur en 13.15 uur kunnen de kinderen ook op school overblijven. Indien het overblijven op uw kind van toepassing is, dan kunt u op school een informatiepakket halen. Het overblijven is uitbesteed aan de Stichting Kinderopvang. Coördinator is mevr. Ina Exel. Wilt u bij de verjaardag van uw kind proberen om op iets gezonds te trakteren? Er is genoeg keus. Dit ook met het oog op kinderen die al die zoetigheid en kleurstoffen echt niet mogen hebben (ps. wij als leerkrachten hoeven niets extra's). ‘s Morgens eten de kinderen uit de groepen 1 t/m 4 rond het speelkwartier gezamenlijk in de kring. Dit kan fruit, melk, een boterham enz. zijn. De oudere kinderen mogen natuurlijk ook iets meenemen, maar eten dit buiten, tijdens het speelkwartier, op. Voor de verjaardagen van ouders en grootouders en voor bruiloften kunnen de kinderen wensjes maken. Voor groep 1 en 2 is het gemakkelijk als u een briefje meegeeft naar school waarop de data vermeld staan. Het liefst 2 weken van te voren. De kinderen uit de groepen 3 t/m 8 kunnen op eigen verzoek een tekening maken/kleuren of een versje schrijven. Wilt u uw kind a.u.b. geen speelgoed mee naar school laten nemen. Alleen op hun eigen verjaardag kan dat. De laatste morgen voor een vakantie mag dat ook. Meestal hoort uw kind het dan wel van de leerkracht. Voor het binnenspel van groep 1 en 2 willen we graag dat de kinderen gymschoenen dragen. De schoenen graag in een stoffen tas en die kan dan op school blijven hangen. Graag de naam in beide schoenen. Tijdens de gymles doen de kinderen van groep 1 en 2 ook hun bovenkleding uit. Wilt u eraan meewerken dat uw kind zichzelf leert aan- en uitkleden? Daarmee gaat anders ontzettend veel tijd verloren. Als uw kind uit de onderbouw alleen naar huis mag, wilt u dat dan even aan de leerkracht doorgeven? U bent als ouder altijd welkom op school om het werk van uw kind te bekijken en/of over uw kind te praten. Natuurlijk het liefst niet tijdens de schooltijden. Wilt u een persoonlijk gesprek met één van de leerkrachten dan kunt u beter even van tevoren een afspraak maken. Als u als ouder uw kind 's morgens en 's middags bij het begin van de lessen naar binnen brengt, verzoeken wij u vriendelijk niet te lang blijven "hangen". Dit werkt storend voor zowel leerkracht als kind. Bovendien komt het de zelfstandigheid van uw kind niet ten goede.


blad 123

Schoolgids

16 Instemming MR en Verklaring van Vaststelling INSTEMMING MR EN VERKLARING VAN VASTSTELLING Instemming Medezeggenschapsraad De Medezeggenschapsraad van de Rkbs St. Willibrordus geeft een positief advies en stemt in met de inhoud van deze schoolgids. Namens de oudergeleding: (naam) ………………………………………………………………………………………… (handtekening) ………………………………………………………………………………… Namens de personeelsgeleding: (naam) ………………………………………………………………………………………… (handtekening) ………………………………………………………………………………… Verklaring van vaststelling schoolgids namens het Bevoegd Gezag Het Bevoegd Gezag van de Rkbs St. Willibrordus heeft de schoolgids van de Rkbs St. Willibrordus vastgesteld. Ondertekening namens het bevoegd gezag: (naam) ………………………………………………………………………………………… (functie) ………………………………………………………………………………………. (handtekening)…………………………………………………………………………………


blad 124

Schoolgids

17 Uitreiking en slotwoord Deze schoolgids wordt u eenmalig uitgereikt. Alle wijzigingen worden meteen aangepast en op onze site kunt u t.a.t. de laatste versie inzien. De schoolkalender, die u altijd aan het begin van het schooljaar ontvangt, staat ook op onze site (www.willibrordusschool.nl) Er is veel informatie opgenomen in de schoolgids. Uiteraard geeft deze gids niet antwoord op alle mogelijke vragen. Mochten er na het lezen van dit deel nog onduidelijkheden zijn, dan is men op school van harte bereid om mondeling het een en ander toe te lichten.


blad 125

1 Een woord vooraf 4. 2 Onze school 5

Recommend Documents