11 zuiderlucht cultureel maandblad | jaargang 3 | november 2009
Lara Mennes fotografeert mijncité Genk | Bij Per Kirkeby blijft niets wat het is | H.M. Enzensberger (80), enfant terrible| Berlijn, de muur die bleef | in bijlage: The Great Indoors en i-fabriek 2009 met Guus Beumer, Erik Kessels (KesselsKramer), David Cerný, Mieke Smits e.v.a.
1
www.zuiderlucht.eu
cultureel maandblad
november 2009
EP_Zuiderlucht_HalfPage.qxd:Bonn
9/10/09
08:44
Page 1
Live Forever: Elizabeth Peyton 18.10.200 9–21.03.2010 B O N N E FANTE N M U S E U M www.b onnefanten.nl
2
www.zuiderlucht.eu
cultureel maandblad
november 2009
lma / gratis DES HITECT uive — Z .00 uur via ARC ne zaal ebra nd om 20 ts onli aa —Z vo Z33 nsdaga r uw pl .be ee di ge n elke : reserv in z w nieu -zle
ww
A– Z G E N IN LEZ
lt Hasse g ART IGN RE kt 33 toegan lmar / gratis DES HITECTU uive — Z .00 uur via ARC ne zaal ebra om 20 ts onli aa — Z gavond pl 33 Z e da eer uw dins en.b elke : reserv zing w nieu -zle
Lichte kost
De inhoud
ww
A– Z G E N IN LEZ
— Lu
w.a
A – Z EN
—T
5 Ode aan de missionaris zonder naam 7 Moskou in een circustent
“S
— Pu
te ur In
rieu
rarchi
tecten
haken, not stirred”, placht geheim agent James Bond te antwoorden op de vraag hoe hij zijn wodka martini wilde. Sean Connery begon er mee in Goldfinger (1964) en het bleef een klassieke one liner, ook onder zijn opvolgers. Totdat Daniel Craig als de 21e eeuwse Bond in Casino Royale (2006) meesmuilt: “Do I look like I give a damn?” Is, nu zelfs James Bond kennelijk niet meer als maatgevend geldt, het post-modernisme voltooid? Met het faillissement van DSB is de vrijage tussen high en low in elk geval aardig bekoeld. Het Dirk Scheringa Museum was immers het enige museum waar wel eens een voetbalvandaal binnenwandelde. Maar toen de uiterst bonafide staatsbank ABN Amro er eind oktober de schilderijen kwam ophalen, riepen allerlei kunstpausen op tv dat die collectie écht hélemaal níks voorstelde. Hoog of laag, zelfs als je aan die schijntegenstelling geen enkele boodschap hebt, valt het niet mee om je te positioneren. Zoals laatst in een forumdebat met collega’s van main stream media als Dagblad De Limburger en L1 die vinden dat Zuiderlucht in een niche markt opereert. Voor hun zijn we te high. Intussen betitelde een randstedelijk kunstfonds deze schrijfsels als ‘te algemeen’ en ‘te veel aan de oppervlakte’. Omdat we allergisch zijn voor curatorenklets en Franse filosofen? Hoe het zij, voor deze schatten zijn we te low. Tja. Ik dacht aan Martin Bril die gezegd zou hebben: “In dat geval is de oppervlakte mij diep genoeg.” Laatst las ik een - lovende – recensie over Elizabeth Peyton (in het Bonnefanten) die aan zou tonen “dat je niet altijd diepgang en betekenis nodig hebt om tot goede schilderkunst te komen.” Een andere criticus schreef over een sculptuur van Folkert de Jong (in het Groninger Museum) dat “een werk ook kan bezwijken onder de betekenis.” Aha. Het gaat dus helemaal niet over hoog en laag, het gaat over licht en zwaar. Wat hoog was, noemen we voortaan zwaar, wat laag was, heet nu licht. En zwaar is uit en licht is in. Begint het u te duizelen? Er bestaat een remedie. Zelf gaan kijken. En luisteren. Maar eerst verder lezen. Vrees niet, het is lichte kost! w
13 Ian Curtis, Elton John en Talking Heads
16 Andere tijden in Venlo 18 SPREAD: mijncité Genk door Lara Mennes 20 Peutzlezing 2009 door Jeanne Dekkers 24 Hoeveel muur is er gevallen in Berlijn? 26 Bij Schunck was de lift een attractie 29 Station ZL met Yoshida & Romme 32 De trojka van de abstracte kunst 34 Agenda
De rubrieken 9 Willy & René 11 Enkeltje Utopia door Wido Smeets 13 Time out of Mind 13 Perron Poëzie met Paul Janssen 17 Siciliaanse notities door Pieter Beek 23 Wiewatwaar 34 RAM door Rowland Jones
De cover
omm
w
PHL
— In
stitut
e wit
hout
Bou
ndar
ies /
Luig
ée —
c Schu
zaa ebra 2 — Z d om
KHL
IM –
KHL
M
ARC
H IT
E CT
ME
DES
D IA
&D
ES
ACA
ER IN T
IG N
KHL
—
A– Z G E N IN LEZ
Bow
CA D
w.a
IE U
EM
RA
lt Hasse g ART IGN RE kt 33 toegan lmar / gratis DES HITECTU uive — Z .00 uur via ARC zaal 20 line Zebra nd om aats on — vo Z33 nsdaga r uw pl .be ee di ge n elke : reserv w lezin nieu
ww
EN IT E
LO P
END
PD EO
R AC
H
IJ / PR TEN
IE E CT
EN
G JON
/
RUC
N ST
—C
ARC
A
/
IE
H IT
E / E IG
E CT
C IA SSO
D IR
Z IO
E CT
N T IJ
EUR
TU
NO
T IT IN S
VEE
LBE
O / GL RES
DSE
BRU
NE
EN
M ‘H O
MU
UTE
LO V
BAL
U N IV
O
ww
W IT
HOU
R TS
–
IM –
&A
S ART
IT RCH
&A
D IA ME
en —
E CT
RCH
ES &D
URE
IT E
IG N
CT
/
JUW
GRA
/ URE
ACA
DEM
EEL
IE /
ERS
T
/U
—M
IG DES
RE I/C NAR
IA L
w.a
END
OPE N/
A L IS
AT IE
F LA
ND BOU
OR SF
IN S
P IR
CH / AR
’/V
P H IC
DES
/ TY
ON C— EN cten rchite N EAR E SBlaIGncke Dck E Bon
ME
VE
L IC
AT IE
C CA
— Lu
NO
H ARC
CT IT E
EN
/ NO
VO O
ERP
EC
IN RK
swij
S IT IE
DE
AT
k—
SYS
TEE
L COL M/
GA / OR
A / AV REN
E ANG
N
HE IS C
N TG
O / GL
ARD
BAL
MA
N IE
XP EE
DES
RV
E R IM
IG N
EN
Z / LE
EN
DEN
AN
do
ww
P IS
RAP
CHE
H IC
T TA N SUL
NON
SEN
-z w.a
OBJ
RES
E
EN E CT
H ARC
R / PA
SE
AA
T IC
R / HE
E D IT AND
Y TO R IPA
K N PA
IN T
OU S TR
O R IA
DES
IG N
IN IQ
UE
IM / RU
IN G
LD
E S IG
AND
IN O
VAT
RA PER
TEL
IJ K
uilla
C
EN
BET
T / FO IO N Bijl
IN G
OGR
EKE
TA
ebra
zaal
N IS
ET IN H
A F IE
ENG
Z / LE
E LS
IN G
IN
—
U LT
S E IN
EL
— Z gavo HnE Z33 nsda di IN ee elZkeIN G: reserv / L E nieuw .a-zle EN w ww ESS
LEZ AL /
ume
ENG
ARC
PRO
EC N/
ET IN H
A– Z G E N IN LEZ G E LS N E TAERT N RE IG IN H DES HITECTU G IN
RET
—G
OM / D
S VÉE
ERP
KEN
LEZ T/
lt LEN Hasse anE g R IA kt 33 is M toeg AT IG lmar / grat DES HITECTU E uive — Z .00Ruu ZrAneMvia ARC zaal 20 U li Zebra nd /omD Uaats on — voN pl DE IG Z33 nsEdaSga AAR eer uw en.be di g /W elAkeL D: reserv lezin AT IE IO N nieuw
W ierend
—D
L TA B
Kou
Van
W ONT
H A–Z GEN S IV E C IN LEZ / M A S S RT N A RAIE RE
IT Y
POG
EGE
BO
ON
ER IG N
N
anon
T IE LL A
O DEC S/
EE ST R
K E IG
EN
RS
VA N
REF
Z IJ
ERE
N
N T IE
/ IN G OUD HE RKH G IN WE Z IN N D E –Z / LE N E A UR G K R ZIN CT U E E E D L / H IT ON lt RE EN ARC Hasse g CT U ART IGN IJ E E NE kt 33 toegan IT E H S IGENCTUR lmar / gratis / VR DEE RCH uive AND EN D CSHIT &A — Z .00 uur via O RY E CT IE F AR zaal 20 line R TS THE VAT C H IT Zebra nd om aats on –A N O R — L vo A N pl IO PH Z33 nsdaga r uw / / IN .bUeCT ee di n R N R rv e T ke E E se el E Z inNgS w: re W IJ DEZ zleCzO nieu .aO-F N/ UUR wR IC O E C T A– Z SwSwO R/ EN H IT RS OFE ING GGE EVE ARC / PR LEZ B LO MG EB lt R se / VO R as G H g EN ZA ART IGN ZR3E3 kt 33 is toegan FEN AND lmar at DES HITECTU AZ Zuive uur / gr a OSO R IL — G 0 vi ARC F .0 ne zaal CT / ebra nd om 20 ts onli SEN IT E aa —Z vo TUS Z33 nsdaga r uw pl .bA RCH EK ee di n e SPR elke : reserv ing/e w / GE ZzE R zle nieu .a-IJ ELA wR W S w U M wU E E CT / PR H IT FE es ARC OSO nn M F IL —A G/ BUR IM ML R O TF PLA IG N DES ARC
H IT
E CT
UUR
W IJ
ZER
/
TE UNS
NAA
COM R/
POS
IT IO
N
KE ZO E
3
—N
—M
arcu
s Fa
jiric+
—
irs —
LE NA LAPS C H I NA 24 4..1 10 - 13 13.1 .1 12 / 20 2009 09 09
my favourite late-night television w television watching atching penc encil’ il’ss di diary ary Willemstraat 91a heerlen / wo t/m zo 14-17 uur www.kunstencentrumsigne.nl
WIDO SMEETS hoofdredacteur PS Overigens ben ik van mening dat het Nedinscocomplex in Venlo behouden moet blijven.
Zie pagina 5. foto uit besproken boek, KDC/Klib, Nijmegen.
www.zuiderlucht.eu
B / PU
ZEN
Onbekende missionaris op de motor.
3
-z w.a
w
lt ER Hasse gM AT ART IGN / RE kt 33 is toRegan E lmar / grat DES HITECTU uive r IG Na — Z .00Duu ES ARC ne vi zaal ebra nd G om/20 ts onli Z — U Rr uw plaa e Bvo Z33 nsdaga TER ee en.b ke diL IM serv RPS RelM zing w: re TWE T F O nieu -zle
PLA
–A
E CT
E / OP ER — E R PLefteri N T W hris
IE /
lt Hasse g ART IGN RE kt 33 toegan lmar / gratis DES HITECTU uive — Z .00 uur via ARC zaal 20 line ra on eb om aats —Z vond Z33 nsdaga r uw pl .be ee di en elke : reserv zing w nieu -zle
ww
t
A– Z G E N IN LEZ
IT RCH
A– Z G E N 3 / IN Z3 LEZ
PHL
on Sim
O
/
DEM
A IG N
PHL
-z w.a
assel
lt Hasse g ART IGN RE kt 33 toegan lmar / gratis DES HITECTU uive — Z .00 uur via ARC ne zaal ebra nd om 20 ts onli Z aa — vo Z33 nsdaga r uw pl .be ee di en elke : reserv zing w nieu .a-zle
/
URE
IG N
DES
lt Hasse g ART IGN RE kt 33 toegan lmar / gratis DES HITECTU uive — Z .00 uur via ARC ne zaal ebra nd om 20 ts onli aa —Z vo Z33 nsdaga r uw pl .be ee di ge n elke : reserv w lezin nieu
i—
E E INT MÉ R ARI M U N O U ) U 9 L (B M 1.0 P S 1 0 .1 N NO MA E U O T R I H B U 1.0 9 T 1 7.1 LI / ) SCH L C E T U ( CA 1.0 9 L RES A 2 4 .1 A R A ) ) EB (NL 2 .0 9 B E R R R I (UK F 0 1.1 I K E IJ UIG SW ) EFT 2 .0 9 L U L O 0 8 .1 S (CH RI NK A 09 C H D V . 2 N 1 5 .1 N O N B A LL A K) A (B) 0 M (U 1.1 C I E V 2 6 .0 K N UDO BOWE ANC L 2 .1 0 L 0 B . 2 N 0 K (B) IMO ONC .1 0 S ) D 2 0 L . (NL N J 09 I E B R E E E I S 2 .1 0 D UM LIS A E 2 3 .0 L N L R ) UI (UK 3 .1 0 G L CO E 0 2 .0 S P R AP FA I 3 .1 0 H S U 0 9 .0 ) ARC (HR (B) 3 .1 0 M 0 + . 6 C 1 S I EN JIR 3 .1 0 N ESK 2 3 .0 M NN 3 .1 0 A 0 .0
& E D IA
A– Z G E N IN LEZ
3H
rk t 3
elke
NG
Z33
IM –
Z
l—
lma u i ve
n Z33dinsdagavo
ww
S&
— ara i Ferr
ar Mun
(B) E ART IGN R N E U T TEC D E S H I T E CT I H RC U R A (B) ARC E I R
ww.a
RT –A
runo
—
iten
lt Hasse g ART IGN RE kt 33 toegan lmar / gratis DES HITECTU uive — Z .00 uur via ARC zaal 20 line ra on eb om aats —Z vond Z33 nsdaga r uw pl .be ee di en elke : reserv zing w nieu -zle
ww.a
ww
14 Hans Magnus Enzensberger 80
as L
A– Z G E N IN LEZ
lt Hasse g ART IGN RE kt 33 toegan lmar / gratis DES HITECTU uive — Z .00 uur via ARC ne zaal ebra om 20 ts onli aa — Z gavond pl 33 Z e da eer uw dins en.b elke : reserv zing w nieu -zle
11 Vintage Artifort bij White Rouge
hom
I LEZ
—
A– Z G E N IN LEZ
8 Bij Per Kirkeby blijft niets wat het is
—B
ijzer, urw itectu rg Arch bu urg, l Lim imburg. imb oo L ch L tfor m ke Hoges eschool e og n Pla ie Desig e Kathol nciale H gen.b d van rovi lezin tief van de P .a–z initia cademie van een re A www is n n ectu via: Desig rchit e zinge A n le & li A–Z e Media rts & ts on ent A ,d plaa Z33 artem r uw et dep r vee en h A– Z G E N / rese IN uur 0 LEZ 0.0
w.a
lt Hasse g ART IGN RE kt 33 toegan lmar / gratis DES HITECTU uive — Z .00 uur via ARC zaal 20 line Zebra nd om aats on — vo pl Z33 nsdaga r uw e ee di en.b elke : reserv zing w nieu -zle
ww
w.a
cultureel maandblad
november 2009
PAM EMMERIK wooRdbloEd & bEEldvERMAAK / tEntoonstEllIng / t/M 29 nov 2009
JoHAn tAHon RodE REuzEn En wIttE dwERgEn / tEntoonstEllIng / t/M 29 nov 2009
HEERlEn JAzzt MuzIEK / 01–28 nov 2009 EAP 2009 EuREgIonAlE ARcHItEctuuR PRIJs /14 nov–4 dEc 2009 MuzIEK oP zondAg fEstIvAl 25 JAAR cHARlEs HEnnEn
concouRs 2010 / MuzIEK / 15 nov 2009
HollAnd ExPoRt ARcHItEctuuRdEbAttEn / 18, 25 nov En 2, 9, 16 dEc 2009
nEdERlAnd lEEst lItERAtuuR / t/M 20 nov 2009 zIE www.scHuncK.nl bongERd 18, HEERlEn +31(0)455772200
NUDE
DANSTHEATER CHOREOGRAFIE PIA MEUTHEN MUZIEKCOMPOSITIE JEROEN STRIJBOS
‘Nude is overtuigend gedanst en geacteerd, soepel gemonteerd en krachtig in haar statement.’ (Mirjam van der Linden, Volkskrant, 3 oktober 2009)
VR 6 NOV VENRAY VR 4 DEC MAASTRICHT DI 8 DEC WEERT
Schouwburg Venray 0478-530999 AINSI 043-3505555 Munttheater 0495-513575
www.panamapictures.nl www.stationzuid.com
Nude Zuiderlucht.indd 1
13-10-09 10:14
4
www.zuiderlucht.eu
cultureel maandblad
november 2009
Missionarissen
De meesten stierven naamloos
Journalist Jan Derix bezocht decennialang Nederlandse missionarissen. Hij bracht zijn bevindingen bijeen in het kort voor zijn dood voltooide Brengers van de boodschap. “Hij moet zich hebben gerealiseerd dat dit ook zíjn verhaal had kunnen zijn.”
Jan Derix op bezoek bij de Venlose missionaris Frans Schlooz in Madras, India, in 1969. foto archief familie Derix
door Wido Smeets
“D
it boek is geen brok charitatieve fiction, maar een nuchtere documentaire. De feiten moeten voor zichzelf spreken.” Twee zinnen uit het voorwoord in het boek Omwille van hun honger dat journalist Jan Derix en fotograaf Gerard Kruysen in 1970 publiceerden over hun ervaringen in Madras in Zuid-India waar in die jaren massaal mensen stierven van de honger. Madras was een van de tientallen bestemmingen in Azië, Afrika en ZuidAmerika die Derix tussen 1969 en 1985 aandeed voor de Vastenactie, op zoek naar Nederlandse missionarissen in den vreemde. Hij deed er verslag van in het Dagblad voor Noord-Limburg en andere katholieke kranten in Nederland. In het vuistdikke Brengers van de boodschap brengt Derix zijn bevindingen van al die jaren bijeen, in diezelfde, hierboven omschreven stijl: de feiten moeten voor
5
zichzelf spreken. Toch lag dat niet zo voor de hand als het lijkt, vertelt zijn zoon Govert Derix die de bezorging van het boek na de dood van zijn vader op zich genomen. “Toen ik het manuscript ging lezen, was ik wel bezorgd over de toon. Als het over de kerk ging, kon mijn vader erg provocatief zijn. Hij geloofde niet meer en lag steeds overhoop met de toenmalige conservatieve bisschop Gijsen. Maar het boek is met distantie geschreven. Hij geeft nergens een oordeel, wordt nergens badinerend. Het heeft ook te maken met zijn visie op de journalistiek. Hij was van de generatie die vond dat de krant een meneer moet zijn. Afstandelijk, in plaats van op de huid van de lezer.” In zijn voorwoord in Brengers van de boodschap verbaast Jan Derix zich “over de snelheid waarmee het missiebewustzijn de laatste jaren uit het collectief geheugen van katholiek Nederland is verdwenen.” Even verbaasd was hij over het uitblijven
van een officiële geschiedschrijving van die episode. In die lacune heeft hij, zonder wetenschappelijke pretentie overigens, willen voorzien. Derix’ eigen ervaringen in de missie vormden daarvoor een mer à boire, aangevuld met een enorme hoeveelheid zelf verzameld bronnenmateriaal. Het stelde hem in staat het boek “te wijden aan de inzet en de verdiensten van zoveel ‘naamlozen’ die uittrokken om Christus’ boodschap te verkondigen in en aan de wereld.” Sinds 1500, zo becijfert hij in zijn boek, zijn zo’n 20.000 Nederlandse missionarissen over de wereld uitgezwermd. Het had weinig gescheeld of Derix (1936-2009) was zelf een van hen geweest. Hij ging als jong broekie naar het klein-seminarie om missionaris te worden, maar ‘verloor’ als adolescent zijn roeping en stapte over naar het seculiere gymnasium. Daarna werd hij journalist en schrijver. Waarom dit boek? Govert Derix: “De missie was altijd een soort specialisme. Hij had vrienden
www.zuiderlucht.eu
onder missionarissen met wie hij op school had gezeten. In de loop der jaren vormde zich de gedachte dat er een boek inzat. Hij had de urge om het op papier te zetten omdat hij zich realiseerde dat de katholieke missie op de drempel der vergetelheid verkeerde.” Beschouwde hij Brengers van de boodschap als zijn levenwerk? “Mijn vader leefde van project naar project. Op het moment dat hij aan een boek schreef, was dat zijn levenswerk. Maar als je kijkt hoeveel tijd dit heeft gekost, ja, dan mag je dit wel zijn levenswerk noemen. In 1983 kwam hij op het idee, in 1989 begon hij met bronnenonderzoek, in 2001 is hij eraan gaan schrijven. Het wonderlijke is dat hij als emfyseempatiënt er heel consciëntieus aan is blijven werken. Toen vier jaar later longkanker bij hem werd vastgesteld, was hij bang dat het niet af zou komen. Ik heb hem toen moeten beloven dat ik het dan zou voltooien. Dat hoefde gelukkig niet, in november 2008 was het af. Twee maanden later stierf hij.” Hoe keek hij zelf tegen de missie aan? “Over de vraag wat de missie heeft opgeleverd, hebben we regelmatig gediscussieerd. Er is onder missionarissen veel bloed gevloeid, hij heeft veel ellende gezien. Zelf zag hij missionering als een glijmiddel voor wat eigenlijk ontwikkelingshulp was. Het boek is geschreven met een mengeling van compassie en onthutsing. Ik zie het als een geschiedenis van de mensheid door de ogen van de Nederlandse missie. Je kijkt ernaar zoals je naar Picasso’s Guernica kijkt: ‘Dus dit heeft zich ook nog allemaal afgespeeld.’ “Het belangrijkste voor hem was dat deze verhalen niet verloren gingen, die geschiedenis moest worden opgeschreven. Maar er speelde ook een soort bewondering mee. De meeste missionarissen stierven naamloos, terwijl hier niemand een idee had wat ze ginds hadden uitgespookt. Ergens schrijft mijn vader: ‘Ze vroegen zich niet af waarom ze gingen, ze gingen.’ Voor die keuze had hij enorme bewondering. Als ex-seminarist moet hij zich hebben gerealiseerd dat dit ook zíjn verhaal geweest had kunnen zijn. Jan Derix, Brengers van de Boodschap. Valkhof Pers, 39,50 euro.
cultureel maandblad
november 2009
voor meer info en inschrijven zie www.berden.nl/_designwedstrijd start designwedstrijd: 14 november 2009
6
DESIGNWEDSTRIJD
7 t/m 14 november
Flos - Euphorbia lamp design: Patricia Urquiola
berden / schunck-glaspaleis
Ontdek jouw stijl, Schep jouw werkelijkheid, Leer creatief of autobiografisch schrijven. www.kumulus.nl
www.zuiderlucht.eu
cultureel maandblad
november 2009
Berlin brengt Moskou in circustent
Na Bonanza
Scene uit Moscow, een filmische productie van Berlin. foto Berlin
Ze noemen zich Berlin, omdat Berlijn voor hen het prototype van een stad is waar altijd wat valt te beleven. Over drie Vlaamse theatermakers die geen theater maken. door Tuur Devens
Z
e hebben alle drie hun sporen verdiend in het theater en worden als theatergezelschap gesubsidieerd. Maar het stempel theater is nauwelijks van toepassing als het om de Vlaamse theatermakers Bart Baele (technicus), Caroline Rochlitz (actrice) en Yves Degryse (acteur) gaat. Zelf willen ze hun werk niet definiëren. Degryse: “Door het te benoemen ontneem je de kracht van datgene waarmee we bezig zijn. Het voordeel van dit gebrek aan een etiket is dat we daardoor in verschillende circuits spelen. Zowel op documentairefestivals, als op theaterfestivals, in schouwburgen, fabriekshallen, in musea en nu zelfs op een internationaal circustheaterfestival in Neerpelt.” Laten we het een soort documentairefilms of docudrama’s noemen; filmische producties van hybride artiesten die gemakkelijk van discipline naar discipline switchen. Die vertellen over Jerusalem of over Iqaluit, de hoofdstad van de Inuit in Noord-Canada. Over Bonanza,
7
het kleinste stadje van Colorado (VS), en nu over Moskou. Het zijn portretten van steden die je nooit op televisie kúnt zien, want de films zijn gemaakt voor tenminste twee schermen waarop de beelden naast elkaar worden geprojecteerd. De ene keer gaat het om dubbele beelden, de andere keer om tegenstellingen, dan weer vloeien de beelden in elkaar over. Het trio heet Berlin, omdat Berlijn voor hen het prototype van een bruisende stad is. Hun reeks van stadsen streekportretten noemen ze ‘de Holoceen-cyclus’ naar het geologische tijdperk waarin we nu zitten. “Hoe lang deze cyclus wordt, weten we nog niet, maar Berlijn zal in elk geval het slotdeel vormen.” Hoe gaan ze te werk? “We doen heel veel research naar een stad. Eerst zoeken we de juiste interviewkandidaten en gaan we al voorzichtig op pad om stadsbeelden te filmen. Vervolgens nemen we interviews af en gaan monteren. Zelf komen we niet in beeld. We geven geen commentaar en maken geen gebruik van voice overs.” Veel belang hecht het drietal aan de esthetische vormgeving. Gaan ze voor
drie of voor zes schermen? Komt er iets naast de films? En daar valt het T-woord dan toch: “Door de inhoud een zekere enscenering mee te geven, ontstaat een vorm van theater.” Berlin bouwt ook aan een repertoire. Alle projecten die in de loop van zes jaar zijn gemaakt worden nog steeds gespeeld. En vaak in een reeks. Jerusalem bijvoorbeeld brengt de antagonisten op drie schermen in beeld. Iqaluit gaat over de ecologische teloorgang van een Inuit-stadje. In het begin speelde nog een Inuit-acteur live via Skype mee, maar dat leverde toch niet de gewenste meerwaarde. Vandaar dat deze voorstelling nu nog alleen als installatie te zien is. Bonanza is een pareltje over gekrakeel in een Amerikaans stadje. Op een podium staat een grote maquette met vijf huisjes en stalletjes met daaronder op vijf schermen filmische beelden die naast en in elkaar overlopen. Ook op de maquette beweegt van alles. Het zijn de kleine kantjes des mensen op modelbouwschaal. Moscow is groter opgezet en is te zien in een aparte voor dit project ontworpen circustent (rood zeildoek met een brede zwarte band, en schuin
www.zuiderlucht.eu
aflopend). Het publiek staat tussen zes grote bewegende schermen die de chaos van een grootstad moeten voorstellen. Als rode draad gelden de verhalen van een klein Moskous circus. Terwijl een strijkorkest livemuziek speelt van de jonge Belgische componist Benjamin Boutreur, kruipt op de filmschermen de Russische corruptie als het ware vanuit de rioleringen naar boven. In het park rond cultuurcentrum de Dommelhof in Neerpelt staat de Moscow-tent tussen tal van andere tenten van dit circustheaterfestival. Eindpunt van de cyclus is het Ruhrgebied waar in juli 2010 de première plaatsvindt van Land’s End, een portret over de regio. Het is het jaar dat Essen (en omgeving) de culturele hoofdstad van Europa is. Brengt Berlin nu film of theater? Het doet er niet toe, Berlin is gewoon Berlin, met stadsportretten in een steeds andere verpakking. Berlin met Moscow. Van 5 t/m 7 november in Theater op de Markt in Dommelhof Neerpelt. www.theateropdemarkt.be en www.berlinberlin.be
cultureel maandblad
november 2009
Bij Kirkeby blijft niets wat het is
Geestverwanten
Met schitterende kleuren leidt Per Kirkeby je binnen in een wereld waar geïsoleerde motieven ronddrijven als wrakhout. In Düsseldorf is een overzicht van zijn werk te zien, samen met dat van de 18e-eeuwse Alpenschilder Caspar Wolf. Ze hebben meer gemeen dan je zou denken.
Per Kirkeby, Kristall (1983). foto’s Museum Kunstpalast.
8
www.zuiderlucht.eu
door Duncan Liefferink
O
Dichter, essayist, beeldhouwer, graficus, maar bovenal schilder Per Kirkeby verleidt je in eerste instantie met kleur. Zo verging het mij tenminste toen ik voor het eerst werk van hem zag, een jaar of twintig geleden. Hoog in de hal van Statens Museum for Kunst in Kopenhagen hingen een paar doeken in raadselachtige, haast oplichtende tinten groen en bruin met een enkel wit of blauw accent. Onwillekeurig moest je denken aan diepe bossen, paddenstoelen in de herfst, het licht van het noorden. Maar als je beter keek, zag je dat er meer aan de hand was dan pakkende kleuren en de geest van Scandinavische landschappen. Er zaten breuken in de composities, kleurvlakken schoven over elkaar heen en vormden vreemde, modderige passages, hier en daar maakten zich boomstronken of andere figuratieve elementen los uit de wirwar. Hier gebeurde iets, al wist ik niet precies wat. Het werk van Kirkeby heeft me sindsdien nooit meer losgelaten. Per Kirkeby (Kopenhagen, 1938) schildert geen ‘mooie’ plaatjes, het is hem niet te doen om sfeervolle natuurimpressies. “Eigenlijk zien wij de wereld helemaal niet”, zei hij in 1994 in een interview tegen Siegfried Gohr. “We zien alleen maar vooropgezette beelden.” Kirkeby neemt dat heel letterlijk. Bomen en andere standaardmotieven zoals de menselijke gestalte, rotsformaties of gras, keren telkens in min of meer dezelfde vorm terug in zijn werk. Het zijn ‘zetstukken’ geworden, clichés. Ze werken als een opstapje, een uitnodiging om verder door te dringen in het beeld. Schaamteloze herfstkleuren en zonsondergangen vervullen een vergelijkbare functie. Als drijfhout aan een schipbreukeling bieden ze houvast aan de kijker. In de schilderijen van de laatste tien, vijftien jaar zijn die figuratieve elementen vrij overzichtelijk naast elkaar geplaatst en meestal direct herkenbaar. In eerder werk lijken ze ter plekke te ontstaan uit half-transparante, gedeeltelijk elkaar afdekkende lagen, een soort oersoep van kleur en beweging. Als de schilderijen van Kirkeby – en zeker die uit de jaren tachtig en de vroege jaren negentig – ergens een afbeelding van zijn, dan is het niet van een vastliggende toestand, maar van een proces. Kirkeby werd behalve als kunstenaar ook opgeleid als geoloog. In zijn jonge jaren ondernam hij verscheidene expedities naar Groenland. Hij haalde er de grillige gesteentestructuren en de gletsjermorenen vandaan die in gestileerde vorm in zijn schilderijen opduiken. En belangrijker nog: als geoloog raakte hij vertrouwd met de gedachte dat niets in de wereld blijft wat het is. Op het doek doet Kirkeby de ‘geologische’ cyclus van opbouw en afbraak, van ontstaan en vergaan nog eens dunnetjes over. Je ziet hem als het ware
cultureel maandblad
november 2009
willy & rené
Caspar Wolf, Blick auf den Engelberger Rotstock, Schlossstock und Wissigstock (1774-1777).
‘Schilderijen van Wolf dienden in de Keukenhof jarenlang als wandversiering.’ tastend zijn weg zoeken in de vele lagen die hij zelf gecreëerd heeft. Er bestaan een paar mooie films waarop Kirkeby aan het werk is. Die bevestigen dat beeld. Laag na laag zet hij op. Al werkende wacht hij ‘op het wonder’, zoals hij het zelf uitdrukt. En tenslotte komen wij, de toeschouwers, aan de beurt. Ook het kijken naar het werk van Kirkeby is een proces waarbij iedere stap voortbouwt op de vorige. Er zijn weinig kunstenaars van wie het werk zozeer groeit naarmate je het langer in je opneemt. Steeds zie je nieuwe verbindingen, binnen het schilderij en met de werkelijkheid – die je weer verwerpt na andere ontdekkingen. Je zit de essentie op de hielen, maar krijgt haar net niet te pakken. Bij Kirkeby gaan natuurlijke processen, het ontstaansproces van het beeld en het proces van waarneming ongemerkt in elkaar over. Dat kan een hallucinerende ervaring zijn. Een moment denk je te doorzien hoe de wereld in elkaar steekt, totdat je je realiseert dat de eenheid achter de complexiteit toch ook weer ongrijpbaar is. Het wezen van de dingen, van álle dingen, lijkt Kirkeby te willen zeggen, is voortdurende verandering. Met een stuk of tachtig schilderijen, een aantal bronzen sculpturen en een selectie tekeningen, biedt de tentoonstelling in Düsseldorf een mooi, evenwichtig overzicht van Kirkeby’s oeuvre. De soms zeer omvangrijke doeken komen in de ruime, lichte zalen bovendien prachtig tot hun recht. Een sterk punt is de grote aandacht voor het werk uit de jaren zestig. Als beginnend kunstenaar ontwikkelde Kirkeby een stijl die aansloot bij de toen dominante stroming van de Pop Art. Op hardboard en met huis-, tuin- en keukenverf maakte hij collage-achtige schilderijen waarin stripfiguren en pin-ups werden afgewisseld met abstracte passages. Het is interessant te zien hoe Kirkeby, veel meer dan zijn Amerikaanse collega’s, ook toen al gelaagdheid en betekenis zocht. Niet alleen de ruime keuze uit de beginjaren draagt bij aan het begrip van Kirkeby’s ‘rijpe’ werk. Dat doen ook de Alpenlandschappen van Caspar Wolf (1735-1783) die tegelijkertijd in Museum Kunstpalast te zien zijn. Bergen worden al sinds mensenheugenis geschilderd, maar meestal speelde de fantasie daarbij een grotere rol dan de waarneming. De Zwitser Caspar Wolf was een van de eerste kunstenaars
die, in de jaren zeventig van de achttiende eeuw, zelf het hooggebergte introk en de ravijnen, rotswanden en gletsjers ter plaatse vastlegde. Alleen al daarom vormt Wolfs oeuvre een belangrijk kunsthistorisch document. De tentoonstelling in Düsseldorf maakt bovendien duidelijk dat hij een meer dan verdienstelijk schilder was. Dat hij toch zo onbekend is gebleven, valt vooral te wijten aan de ondoorgrondelijke wegen van het lot. In dit geval leidden die zelfs naar Nederland. Via een officier van de Zwitserse Garde kwamen honderden van Wolfs schilderijen terecht in de Keukenhof bij Lisse. Daar deden ze, in vier rijen boven elkaar, zo’n anderhalve eeuw dienst als wandversiering. Pas in 1940 werden ze herontdekt. Kort na de oorlog vonden ze hun weg terug naar Zwitserland. De combinatie van Per Kirkeby en een achttiende-eeuwse bergenschilder lijkt misschien wat ver gezocht, maar het museum presenteert de twee kunstenaars met recht als geestverwanten. “Een van mijn oude favorieten”, schrijft Kirkeby in een essay uit de jaren tachtig over Wolf. Als je goed kijkt begrijp je waarom. Zoals Kirkeby veel van zijn ideeën over de betrekkelijkheid van onze blik op de wereld opdeed tijdens geologische expedities naar Groenland, zo is de hoofdmoot van Wolfs werk gebaseerd op zijn deelname aan de eerste wetenschappelijke ontdekkingstochten in het Zwitserse hooggebergte. Wolf was goed op de hoogte van de toenmalige theorieën over gebergtevorming, erosie en sedimentatie. Dat zie je terug in de manier waarop hij het beeld opbouwt, waarop hij bomen, rotsen, reliëf, diepte, licht en schaduw weergeeft. Net als Kirkeby gaat het hem niet alleen om het mooie plaatje, maar vooral om terugkerende patronen en structuren. Wat de twee kunstenaars verbindt, is het hardnekkige streven het fragmentarische, de chaos, het ongrijpbare van de wereld om ons heen zichtbaar te maken en in een groter verband te plaatsen. Natuurlijk slagen ze daar niet helemaal in. Gelukkig maar, het raadsel wordt er alleen maar mooier van. Per Kirkeby Retrospektive en Caspar Wolf: Gipfelstürmer zwischen Aufklärung und Romantik . Düsseldorf, Museum Kunstpalast, t/m 10 januari 2010. www.museum-kunst-palast.de.
Per Kirkeby. foto Peter Bech
9
www.zuiderlucht.eu
Goud
Z
eg René als ik Bulgarije zeg, wat zeg jij dan? - Dan zeg ik helmaal niks, Wil. Zoals ik er ook het zwijgen toe doe bij landen als Laos, Mozambique of Paraguay. - Helemaal fout jongen. Die landen zijn straks na China en India aan de beurt. Dáár moeten we nu al zijn. - Je gaat daar toch niet je collectie Klashorst naar toe brengen? - Reken maar van yes! Dacht je soms dat de mensen in die landen niet op beeldende kunst zitten te wachten? Ze hebben er alleen even geen geld voor. - Waar wil je heen Wil? - We moeten er grond kopen René, een baai, een huis, een voetbalclub. En nou komt het: ik heb een uitstekend mannetje die dat voor ons gaat regelen! - Zijnde? - Zijnde collega Christo Stoitsjkov. Die zegt dat in Bulgarije een zwembad zichzelf betaalt. - Da’s straf. Ik kan je verzekeren dat Helmondse zwembaden alleen maar geld kósten. - Luister. De grond daar zit vol goud van de Thraciërs. Dus je graaft een gat voor het bad en houdt het goud apart. Een deel verkoop je op de Tefaf, liquide middelen, weet je wel. - En hoe zit het in Mozambique? - Te laat, dat is al afgegraven. - Goed, maar wat adviseert de heer Stoitsjkov te doen met de rest van het goud? - Exposeren, da’s fiscaal gunstig en dan heb je de boel verzekerd. Er schijnt in Maastricht een museum te zijn dat gespecialiseerd is in Thracisch goud. - Eigenlijk komt dit allemaal heel goed uit Wil. Ik heb namelijk mijn zinnen gezet op een wethouderschap in Maastricht. Je hebt er de posten voor het uitkiezen. - Dat bedoel ik, en als we even doortastend te werk gaan in Bulgarije of Mozambique dan heb je uitstekende referenties voor je politieke ambities. - Waar wachten we nog op Wil? Bel Christo!
cultureel maandblad
november 2009
121009:Opmaak 1 12-10-09 16:00 Pagina 5
LA CONDITION HUMAINE
GALERIE POST+GARCíA
OPENING: ZATERDAG 31 OKTOBER 2009 OM 15.00 UUR T/M 29 NOVEMBER 2009
LA FORTEZZA AVENUE CÉRAMIQUE 17 NL 6221 KV MAASTRICHT T +31 (0)43 356 19 00
[email protected] WWW.POSTGARCIA.COM REVOLVERHELDIN BEP SCHEEREN
OPENINGSTIJDEN DONDERDAG T/M ZATERDAG 12-18 U ZONDAG 13-17 U
HUIS VOOR DE KUNSTEN LIMBURG
OVERAL TE VINDEN!
HET GROTE WETEN – DÉ FILMQUIZ 8 NOVEMBER 2009, AANVANG 13.30 UUR. GOTCHA! CINEMA WEERT WWW.HKLIMBURG.NL/AUDIOVISUEEL WWW.HETGROTEWETEN.NL
JONGEREN FILMFESTIVAL HÜCKELHOVEN 20 T/M 22 NOVEMBER 2009 DIA DIGI DAG 29 NOVEMBER 2009, AANVANG 13.00 UUR. DE PINNENHOF NEDERWEERT
10
www.zuiderlucht.eu
cultureel maandblad
november 2009
INKIJK
enkeltje utopia
Lena Lapschina was here!
M
uren zijn dankbare plekken voor kunstenaars, binnen en buiten de musea. Je kunt er een spijker inslaan en daar van alles aan ophangen. Je kunt er ook op schrijven en tekenen. Bij Schunck in Heerlen hangen tekeningen van Pam Emmerik, waar ze met op de muur geschreven teksten zelf commentaar op levert. Bij KUS, eveneens in Heerlen, heeft Lena Lapschina alle muren tot haar werkterrein verklaard. Afkomstig uit West-Siberië belandde Lapschina in de jaren negentig in Wenen waar ze bleef hangen als criticus, curator en kunstenaar. Tekenen op muren deed ze pas één keer eerder, vorig jaar september, in een oude Franse villa. Toon Hezemans van KUS zag de tekeningen op internet en haalde haar als artist in residence naar Heerlen. “Prachtige lange muren zijn het hier”, zegt Lena, “ik ben er erg blij mee.” Tot begin december gaat ze die te lijf met associatieve tekeningen en teksten. Want dat is opvallend: de teksten zijn minstens even belangrijk. Toen ik haar twee weken geleden bezocht, drukte ze me een A4tje in de handen met een citaat van James Joyce. “Any thing, a nothing, a fancy, a chimera in my brain.” Angelsaksisch flegma, toegediend door een Siberische kunstenares. De tekeningen van Lapschina hebben ook dat onnadrukkelijke. Misschien wel vanwege de clichés – waar ze zo van houdt. “Clichés staan niet toe dat je wegkijkt.” Haar thema’s zijn alledaagse gebeurtenissen, vaak autobiografisch.
“Vooral veel banaliteiten, zoals in het echte leven.” Er komen ook beelden uit de wereldgeschiedenis voorbij. Hitler op de Heldenplatz in Wenen in 1938 bijvoorbeeld, ten tijde van de Anschluss. De enthousiaste menigte is in de tekening van Lapschina dezelfde die in 1955 juichte voor kanselier Julius Raab en in 2005 voor DJ Tiësto. Met sarcasme weet Lena Lapschina wel raad, “maar je moet het niet al te serieus nemen, het leven is al serieus genoeg.” Haar tekeningen hebben geen begin en geen eind. Ze zijn als pop ups, het gaat om het moment de kijker kijkt. Het doet denken aan epifanie, een terugkerend thema in de boeken van, inderdaad, James Joyce. Epifanie is het heldere moment, vaak een split second dat ons inzicht geeft in ons bestaan. Dat is wat Lena Lapschina beoogt. Net als bijvoorbeeld toneelmaakster Lieke Benders. En beeldend kunstenares Donya Saed, als ik me niet vergis. Als Lapschina na 6 december weer oostwaarts trekt, zal haar werk verdwijnen. Dan komt de winterschilder bij KUS voorbij. Ze is er niet rouwig om. In de Franse villa waar ze vorig jaar werkte, hebben ze haar gevraagd de tekeningen te kopiëren op papier, zodat ze bewaard blijven. Maar Lapschina vindt dat geen goed plan. En wij? Wij begrijpen nu waarom. Wie op zoek is naar het moment, heeft geen tijd voor de eeuwigheid. WIDO SMEETS
Lena Lapschina voor haar wandtekening in KUS Heerlen. foto Zuiderlucht
11
Vintage Artifort-stoelen, waarschijnlijk van G.C. Bremer.
Kunst en constructie door Duncan Liefferink
“I
n een gewone kunstgalerie hangen de dingen waar het om gaat meestal aan de muur en is het verder leeg. In een galerie met designmeubelen staat alles verspreid door de ruimte en zijn de muren juist leeg! Waarom zou je die twee niet combineren? Dat doe je thuis per slot ook.” Ronald van Iersel, eigenaar van Galerie Whiterouge in Maastricht, koopt al sinds zijn vroege studententijd kunst en vintage design. Tien jaar lang werkte hij als huisarts. Sinds 2006 combineert hij de passie van de verzamelaar met de gerichte blik van de handelaar. Galerie Whiterouge concentreert zich op de periode 1920-1980: van kloeke art deco via modernistische buisstoelen tot flitsende ontwerpen van hedendaagse klassiekers als Frank Gehry of Ettore Sottsass. Bij de beeldende kunst ligt een zekere nadruk op sober, minimalistisch werk uit de jaren vijftig en zestig. Ter gelegenheid van de heropening van de galerie aan de Looiersgracht is tot het einde van dit jaar een tentoonstelling te zien met tafels, stoelen en lampen ontworpen door architecten. Ze worden gecombineerd met werk op papier van Markus Lüpertz. “Voor architecten is de constructie heel belangrijk”, licht Van Iersel toe.
www.zuiderlucht.eu
“Bij een gebouw is dat logisch, anders zakt het gewoon in elkaar. Maar je ziet het ook terug als architecten meubels ontwerpen. Als design draait om constructie, vormgeving en functie, dan halen architecten juist de constructie naar voren.” Hij wijst op een bank van Roy Fleetwood: “Die uitstekende poten, vooral van achteren is het net een maanlander. Je ziet precies hoe hij in elkaar zit. Bij een ‘gewone’ bank is dat allemaal verstopt achter de bekleding.” Even verderop steekt een wandlamp zeker een meter de ruimte in. Het is een ontwerp van Paolo Rizzatto. De fragiele draai-arm blijkt te balanceren op één enkel punt. De kunst zit hier inderdaad in de constructie. Maastrichts erfgoed is ook vertegenwoordigd. Zo zijn er enkele stoelen uit het oude Gouvernement aan de Bouillonstraat, op een steenworp afstand van de galerie. Ze zijn gemaakt rond 1935 door het (toen nog) Maastrichtse bedrijf Wagemans & Van Tuinen, het latere Artifort, en hoogstwaarschijnlijk ontworpen door de architect van het gebouw, rijksbouwmeester G.C. Bremer. De verzilverde buisconstructie wekt de suggestie dat de statenleden en gedeputeerden oog hadden voor de toekomst, maar de huiselijke, donkerbruine bekleding doet vermoeden dat het ook weer niet al te gek moest worden. Constructions, t/m 31 december 2009. Galerie Whiterouge, Maastricht. www.whiterouge.com
cultureel maandblad
november 2009
Podium
Zie ook Agenda en www.zuiderlucht.eu
Genk
Kumulus – centrum voor kunsteducatie Edelsmeden? | Porselein & Paperclay? | nog enkele plaatsen vrij!
Cultuurcentrum Genk
Opening expo Model/Portret | Galerie Kumulus Herbenusstraat | 26/11
Vrij 6 nov | muziek | Björn Again – Casino Modern - 20.15 uur
Presentatie Compositieproject Rick Debie | 27/11 | Muziekschool | 20.00u
Din 17 nov | theater | Dimitri Leue – Tegen de lamp Auditorium Limburghal – 20.15 uur
Proefles Filmanalyse met Jos Hodenius | 23/11 | Filmtheater Lumière 19.30u
Woe 18 nov | muziek | Kleinkunsteiland (met oa Lucas Van den Eynde) – te vroeg, te
www.kumulus.nl, www.bkmaastricht.nl
mooi – Schouwburg Cultuurcentrum – 20.15 uur Zon 22 nov | muziek | Aranis – Songs from mirage – Schouwburg Cultuurcentrum –
Lumière
20.15 uur
Vr 7 & za 8 november | Cinemaztlán | Mexicaans filmfestival
23 t/m 25 nov | theater | Cie Cecilia / Arne Sierens – Apenverdriet – Auditorium
Vanaf 29 oktober | Antichrist | Lars von Trier
Limburghal – 20.15 uur
Vanaf 19 november | Das Weisse Band | Michael Haneke (Gouden Palm)
Zat 28 nov | familietheater | HETPALEIS – Danske - Auditorium Limburghal – 15 uur
Vanaf 26 november | Capitalism, a love story | Michael Moore
Zat 28 nov | comedy | Anuar – Ongeremd - Schouwburg Cultuurcentrum – 20.15 uur
Meer informatie op www.lumiere.nl
Ook in november: MOTIVESFESTIVAL GENK 2009 (check www.motivesfestival.com) Info: Cultuurcentrum Genk (B), Stadsplein 1, 3600 Genk (B) Tickets: UiT in Genk – Europalaan 34 – Genk. T +32(0)89 65 44 80 –
(highlights)
Tongeren de Velinx , dijk 111 bus 2, 3700 Tongeren België.
E
[email protected] – W www.cultuurcentrumgenk.be
vrijdag 6 november | klassiek | Acteur Michaël Pas en sopraan Anne Cambier nemen,
Belgisch Limburg
samen met pianist Jan Vermeulen en acteur Koen Van Impe, ‘Haydn en Mozart’ onder de loep. Een perfect samengaan van theater en klassieke muziek. zondag 8 november | familie | Niemand weet (6+), een muzikaal ‘Repelsteeltje’ door
TOEGEPAST 14 - een presentatie van jong ontwerptalent
één van de topgezelschappen uit Nederland: Stella Den Haag. 15 uur.
Het door Design Platform Limburg uitgeschreven parcours waarin 5 pas afgestudeerde designers met behulp van een werkingsbudget én designcoach Bram Boo tot nieuwe ontwerpen komen. Roos de Krom (juweelontwerp)- Caro Van den hole (textielontwerp)- Tom Lambeens (grafisch ontwerp)- Kaspar Hamacher (design) - Johan Bruninx (design) De tentoonstelling loopt nog tot 13 december 2009 bij Z33, Zuivelmarkt 33 te Hasselt. Open: Dinsdag-Zaterdag: 11-18u op Zondag: 14-17u
woensdag 25 november | theater | Terug van veel te lang weggeweest: Dood Paard! Met ‘REIGEN, REIGEN, REIGEN’ pakken we de draad weer op met dit Nederlandse topgezelschap. 20.30 uur. Meer info: www.develinx.be,
[email protected] of 0032 12 39 38 00.
Venlo Perron55 Poppodium
meer info http://www.designplatform.be
zondag 1 november | blues | Cuby + Blizzards | 20:30 | 27,50 Euro
Maastricht
vrijdag 6 november | funk-jazz | The Ploctones | 21:30 | 10 Euro vrijdag 22 november | pop-rock | 3FM Presents: Miss Montreal | 21:00 | 10 Euro
AINSI
zaterdag 28 november | progrock | Kayak | 21:30 | 24 Euro
Di 3 nov | theater | Gemaakt om te vergeten – Tg Cargo en Het Zuidelijk Toneel | 20:30
zaterdag 19 december | punk | De Heideroosjes | 15 Euro
Zo 8 nov | theater | Picasso@Stravinsky – Ko van Dun en Jeroen van Veen | 15:00
www.perron55.nl
Vrij 13 t/m zo 15 nov | dans | Aniversario 22 – Tango Maastricht Di 17 en wo 18 nov | multidisciplinair | Europe, money and development - Maastricht Global 2009 Do 19 nov | multidisciplinair | Avond van de spiritualiteit – Studium Generale | 20:00 Za 21 nov | dans | We solo men – Ann Van den Broek – WArd/ waRD & Korzo | 20:30 Vrij 27 nov | dans | Spectatorship – Bruno Listopad/ Korzo | 20:30 AINSI - Lage Kanaaldijk 112 - 113, Maastricht / volledige agenda op www.ainsi.nl.
Centre Céramique
(november highlights)
Zo 1 november | Lezing Darwin’s dierentuin| door Marcus Werner, bioloog en wetenschapsjournalist Zo 8 november | Workshop | Column schrijven 6 t/m 29 november 2009 | Tentoonstelling | WORLD PRESS PHOTO 2009 22.11. 2009 - 12.09.2010 | Tentoonstelling | DE DORST VAN MAASTRICHT Zo 29 november | World Press Photo-lezing | Fotograaf Roger Cremers Kijk voor meer info: www.centreceramique.nl
Thembi – Smull Music Lab Series Zon 08 nov | jazz |Susanne Abbuehl Trio | ECM Records Concert | 15:00u Zon 15 nov | jazz | Paul van Kemenade Quintet | Dubbel Concert | 15:00u Zon 22 nov | jazz | Award Winning Tineke Postma & Marc van Roon | Duo Concert | 15:00u Zon 29 nov | jazz | Harmen Fraanje International Quartet | Thomas Morgan + Nelson Veras | 15:00u SMULL: Stichting Muziek Lab Limburg | 06-45109871 | thembi.nl
Hedah, Centrum voor Hedendaagse Kunst Maastricht vr 6 november - zo 29 november | Tentoonstelling | Myriam Custers | Kissing The Target. ´Kissing The Target´ is een coherent geheel van tekeningen, beelden en foto’s die Myriam Custers speciaal voor deze tentoonstelling gerealiseerd heeft. Meer informatie:www.hedah.nl en www.myriamcusters.com
12
www.zuiderlucht.eu
cultureel maandblad
november 2009
perron poëzie
TIME OUT OF MIND 10 Wido Smeets en Leon Verdonschot wisselen muzikale helden uit van vroeger en nu. Rond de herdenking van vijftig jaar Nederpop beleven we tal van come backs van bands uit de jaren zeventig en tachtig. Zoals die van Elton John. “Hier hoor je het ambacht zelve, maar ik voel er verdomd weinig bij.”
Elton John
Theaterstukje
I
O
n een van de eerste scènes van Control, de film van Anton Corbijn over leven en dood van Ian Curtis, horen we de klanken van David Bowies Drive In Saturday voorbijkomen. Aan de muur van Curtis’ tienerkamer hangt een poster van Lou Reed. Het is begin jaren zeventig, de tijd van Ziggy Stardust en Transformer. Bowie en Reed maakten werk van hun uiterlijk en hun (bi)seksualiteit en stonden zo aan de basis van de glitterrock – hoewel ze natuurlijk niet in één genre gevangen kunnen worden. Curtis, zanger van Joy Division, was weliswaar fan van Bowie en Reed maar bepaald geen jongen van het uiterlijk. In diep-depressieve songs als Unknown Pleasure, Isolation, Love Will Tear Us Apart en Don’t Walk Away in Silence toonde de schuwe en onzekere Curtis vooral zijn innerlijk behang. Op 18 mei 1980, hij was toen 23, verhing hij zich. Van het theatrale dat de popmuziek toen domineerde, van Elton John tot Genesis en Pink Floyd, moest hij niets hebben. Toen ik een tijdje geleden iemand op de radio hoorde zeggen dat de muzikale kwaliteiten van Elton John altijd zijn weggedrukt door zijn hang naar extravagantie, reed ik instemmend naar de platenzaak om de cduitvoering van Madman across the Water aan te schaffen, zo’n sufgedraaide galmplaat uit mijn jeugd, net als - vreemd genoeg – Unknown Pleasure van Joy Division. (Op vragen over mijn muzikale voorkeur geef ik altijd buitengewoon warrige antwoorden; bij boeken en beeldende kunst is het niet anders). Voor Elton John heb ik nog steeds een zwak, net als voor de Eagles trouwens, sinds eind jaren tachtig de meest verguisde band van het westelijk halfrond. Geen aardige jongens misschien, maar met aardige jongens kun je de grachten dumpen, hetgeen je niet lukt met muzikanten van dit kaliber. Hun Witchy Woman bood me de allereerste glimp van wat popmuziek zoal kan losmaken in een mens. Een paar jaar later had ik dat met de Talking Heads, hardcore New Yorkers die niets ophadden met die meurende hippies van de westkust. En ik, ik hield van allebei. Eén ding hebben deze favorieten van weleer gemeen: ze komen (bijna) niet voor in mijn cd-rek. Angst dat de magie verbroken wordt, denk ik. Hoe ouder je wordt, hoe groter de huiver dat de geur der herinnering weer eens fake blijkt te zijn.
ver de Eagles schreef de Vlaamse dichter en publicist Bart Meuleman laatst: “Met de Eagles voltrok zich een schandaal dat blanke rock voorgoed in een kwaad daglicht stelde. Zij zijn het die de jaren zeventig verknald hebben. Zij lieten toe dat er van rock een miljardenindustrie gemaakt werd die, in weerwil van de winsten, voor een jarenlange artistieke malaise zorgde”. Het is een band waar mensen zich bijzonder boos over kunnen maken. Rick de Leeuw kan nog steeds het schuim op de lippen krijgen als hij vertelt hoeveel weerzin hij voelt wanneer hij Hotel California hoort. Ik heb met die band hetzelfde als met jouw oude held Elton John: ik hoor dat het goed is, en veel meer dan dat ook; hier wordt niet gewoonweg gespeeld, hier wordt ronduit gemusiceerd, hier hoor je het ambacht zelve, maar ik voel er verdomd weinig bij. Denkend aan Elton John zie ik vooral twee beelden voor me die voor een glimlach zorgen. Het eerste is zijn optreden tijdens het herdenkingsconcert voor Freddie Mercury. De grootste artiesten van de wereld zongen nummers van Queen, en het bleek ze allemaal niet mee te vallen. Degene die vocaal veruit de meeste indruk maakte, was George Michael. Maar in ieder ander opzicht stal een duet de show, omdat de twee artiesten samen het visuele universum van Mercury leken te omspannen: Elton John en Axl Rose. Het was een spannende combinatie: twee onverenigbaar lijkende werelden kwamen samen in een ode aan Queen. John begon achter de piano, in een leren broek en rood jasje, zette laag in met “Mama”, en kreeg onmiddellijk bijval van een vol Wembly. Na een paar regels stond hij op en ging staand verder. Het koorgedeelte van het nummer, live ronduit ondoenbaar, kwam van tape, met projecties van de legendarische clip op het podium. Vuurpotten knalden, en toen rende Axl Rose het podium op, en met die afgeknepen slachtvarkenvocalen van hem droeg hij het versnelde gedeelte van het nummer. Vervolgens stonden ze daar samen. Het langharige white trash Amerika naast de Britse überhomo. Bij Nothing really matters liepen ze op elkaar af, keken elkaar aan – geamuseerd, zo leek het, alsof ze de ironie er zelf ter plekke van inzagen - en raakten elkaar aan. Het tweede beeld is dat van Elton John laatst in de finale van een programma van de Oostenrijkse modenicht Brüno. Toen zat hij opnieuw achter zijn piano. Op een halfnaakte Mexicaan.
WIDO SMEETS
LEON VERDONSCHOT
13
www.zuiderlucht.eu
Liep je achteruit moest je de gang ervan kennen, kunnen dromen; het spel scherp spelen, zeiden ze, en hé gracias – maar dan heidenser – de woorden een tijd lang verbinden totdat de staart goed hangen bleef. At A. schepijs achter de coulissen waar men de maan oprolde, schijn verteerde niet haar koele voodoo. Ik zag zo’n maan ooit boven Heerlen. Ik zag zo’n maan nooit. Ik denk, valt van een papieren rots een hoed, eindeloos valt de rots. De rest is bijgeloof. Theatraal. PAUL JANSSEN
Paul Janssen (Hoensbroek, 1960) woont en werkt in Groningen. Hij debuteerde in 2004 met de bundel Instructies voor een ober in de Windroosreeks. Zijn werk verscheen in diverse bloemlezingen, waaronder Sprong naar de sterren (Kwadraat) en 25 jaar Nederlandstalige poëzie 1980 – 2005 (BnM Uitgevers). Zijn nieuwe bundel Vierkanten verschijnt in 2010 bij uitgeverij De Contrabas.
Perron Poëzie wordt mede mogelijk gemaakt door:
Defauwes
cultureel maandblad
november 2009
Het radicalisme
Ach, Europa!
Hans Magnus Enzensberger is al decennialang het enfant terrible van de Duitse publicistiek. Maar door de jaren heen maakte zijn sarcasme plaats voor ironie en werd hij een toonbeeld van gematigdheid en begrip. Tegelijkertijd, constateert Cyrille Offermans,“heeft hij aan originaliteit, scherpzinnigheid en stilistisch vernuft niets ingeboet.”
Zijn politieke ontnuchtering heeft Enzensberger vorm gegeven in De ondergang van de Titanic (1978)
door Cyrille Offermans
H
ans Magnus Enzensberger is op 11 november 1929 in het Zuid-Duitse Kaufbeuren geboren – je zou zeggen: onder een ongelukkiger gesternte kon het niet. Toch hebben zijn ouders, behorend tot de ontwikkelde, gegoede middenklasse, daar indertijd misschien nog heel even anders over gedacht. Duitsland maakte voor het eerst in zijn geschiedenis iets mee wat op democratie leek, al mag met reden worden betwijfeld of het tegenwoordig dominerende beeld van die tijd ook het hunne was. Zeer waarschijnlijk niet. Het zorgeloze mengsel van avant-garde en decadentie, theater en film, cabaret en charleston, dat wij nog graag met de Republiek van Weimar identificeren, behoorde bij een ultrakleine Berlijnse subcultuur, waar de modale Duitser, zeker in de provincie, part noch deel aan had. Wel moet die hebben gemerkt dat de politieke tegenstellingen in het land zich onrustbarend toespitsten, dat de hysterische propaganda en de bereidheid tot geweld pandemische vormen aannamen. Het tijdperk van de
14
extremen bereikte eind jaren twintig het punt waarop het dagelijkse straatgeweld grootschalig geregisseerd zou worden. Voor wie in 1929 geboren werd, zou het er slecht gaan uitzien. Op zijn dertigste schreef Enzensberger in een gedicht: ik ben verblind geboren, schuim in de ogen, brullend van weemoed, zonder de hemel te zien, op zwarte vrijdag, vandaag dertig jaar geleden. Dat was een poëtische vrijheid: in werkelijkheid is hij twee weken later geboren. Maar die correctie is veelzeggend. Zwarte vrijdag was de dag waarop de beurs in New York crashte, het begin van de Grote Depressie, die de Europese extremisten, in het bijzonder de nazi’s, een stevige wind in de rug gaf. Maar vanuit een later perspectief mag je Enzensberger ook een geluksvogel noemen. En uiteraard niet alleen hem, het geldt voor al zijn jaargenoten en bijna-jaargenoten, onder wie Jürgen Habermas, Walter Kempowski, Heiner Müller, Ralf Dahrendorf, Christa Wolf en Günter Kunert. Want
www.zuiderlucht.eu
weliswaar hebben zij tot hun zestiende nauwelijks iets anders gekend dan intimidatie en terreur, oorlog en vernietiging, zij waren in elk geval te jong om nog actief bij al die mensonterende ellende betrokken te zijn geraakt. En dus konden zij later, feitelijk noch moreel, medeschuldig worden bevonden. Daarom is het niet toevallig dat juist zij zo’n grote rol hebben gespeeld in het naoorlogse culturele leven en in het weliswaar late, maar ook zeer grondige politieke normaliseringsproces van de Bondsrepubliek. Enzensberger gold in kleine kring al als een fenomeen nog vóór hij op zijn zevenentwintigste debuteerde met de provocerende dichtbundel Verteidigung der Wölfe. Via publicaties in tijdschriften en optredens voor de radio – voor aan de weg timmerende kunstenaars en intellectuelen destijds media van eminent belang – had hij een nieuwe toon geïntroduceerd, zelfverzekerd, laconiek en intelligent, die in progressieve kring met gretige bewondering werd waargenomen. Hier was iemand aan het woord die bang was voor god noch gebod en zich nergens voor schaamde. In de kritiek, en ook die was destijds nog van groot belang, werd hij vergeleken met Heine en Brecht, natuurlijk ook vanwege zijn onorthodoxe opvattingen. Eindelijk had ook Duitsland zijn angry young man, de eretitel waaronder jonge, nonconformistische Engelse auteurs als John Osborne (Look Back in Anger) en Harold Pinter ook op het continent furore maakten. Maar Enzensberger was niet alleen jong en opstandig, hij bleek ook van jongs af aan uiterst veelzijdig. In het spoor van Adorno’s beroemde essay over ‘Cultuurindustrie’ bekritiseerde hij de ‘Bewustzijnsindustrie’. Hij schreef ‘een theorie van het toerisme’ en analyseerde nauwgezet ‘de taal van de Spiegel’ en ‘de anatomie van de Wochenschau’ (‘een van de machtigste instrumenten van de publiciteitsindustrie’, let wel, het betreft het bioscoopjournaal, waar volgens de auteur wekelijks wereldwijd 215 miljoen mensen naar keken.) Dat was het begin. En sindsdien mag er veel zijn veranderd, Enzensberger is altijd het enfant terrible van de Duitse publicistiek gebleven, het eigenzinnige middelpunt van talloze publiekelijk uitgevochten controversen. Hij mengde zich in nagenoeg alle actuele politieke en culturele kwesties, altijd met dwarse visies, met kennis van zaken en in een scherpe, vaak geestige stijl. Lang niet altijd bleek hij – achteraf – gelijk te hebben, meer dan eens maakte hij bovendien een spectaculaire wending, maar wat zijn tegenstanders opportunisme noemden zag hij zelf, soms terecht, als mentale wendbaarheid. Consequent gedrag was iets voor de rechtlijnigen, de dommen, de gelovigen. “Mensen die de diepe behoefte hebben consequent te zijn, laten zich moeiteloos in verenigingen organiseren. De consequentie van het consequent-zijn betekent
cultureel maandblad
november 2009
afgezworen ‘De consequentie van het consequent-zijn betekent meestal: school, groep, kerk, kazerne of partij.’ meestal: school, groep, kerk, kazerne of partij.” En Enzensberger kon het weten. Zelf was hij vanaf 1965, het jaar waarin hij zijn nieuwe tijdschrift, het al gauw fameuze en onwaarschijnlijk goed verkochte Kursbuch lanceerde, sterk geradicaliseerd. De ‘internationale klassenstrijd tussen de rijke en de arme landen’ was nog zo ongeveer het enige thema dat ertoe deed. Zijn pamfletten stonden nu in het teken van wat hij later, met de nodige zelfspot, het ‘jargon der eenduidigheid’ zou noemen. En dat jargon staat weinig nuanceringen toe: de Verenigde Staten van de jaren zestig zouden zich niet wezenlijk onderscheiden van Duitsland onder de nazi’s, de Amerikaanse rassendiscriminatie was net zoiets als de jodenvervolging. Hij komt weer bij zinnen als hij in 1969 naar Cuba gaat, niet als revolutietoerist maar om er een jaar lang te werken. Nauwelijks aangekomen was het hem al duidelijk dat Fidels stoere taal, in een bijdrage aan het tweede Kursbuch nog volstrekt serieus genomen, niet kon verhelen dat de corruptie op het eiland nog meer opvalt dan de armoede. Zijn politieke ontnuchtering heeft Enzensberger – behalve in een boek over Cuba, dat in een la verdween en daar tot op heden niet is uitgekomen – vorm gegeven in twee van zijn beste poëzieboeken, Mausoleum (1975) en De ondergang van de Titanic (1978), vertwijfelde bundels vol afscheid, rouw, mislukking en precaire zelfkennis.
I
llustratief voor de volstrekt veranderde politieke stemming is onder meer de fraaie tiende zang van laatstgenoemd boek. Daarin is sprake van een tafel waaraan ‘een Russische emigrant’, in wie we de theoreticus van het anarchistische terrorisme Bakoenin herkennen, gesticulerend en gehuld in een blauwe rookwolk van goede sigaren, Cubaanse, merk Partagas, handwerk (…) de revolutie predikt, terwijl aan ‘de tafel ernaast’ een ‘andere heer’, ‘een textielfabrikant uit Manchester’ (en dat moet dus wel Friedrich Engels zijn) zich nauwelijks kan ‘beheersen als hij deze onzin hoort’. Niemand heeft de beide heren gezien in één van de reddingsboten, niemand heeft ooit meer iets van hen vernomen. Alleen de tafel, de lege tafel drijft nog altijd op de Atlantische Oceaan. In de jaren die volgen wordt Enzensberger alleen nog maar veelzijdiger en creatiever. Net als zijn grote voorbeeld, de achttiende-eeuwse encyclopedist, alleskunner en mensenvriend Denis Diderot, schiet zijn rusteloze geest alle kanten uit – Zickzack heet een bundel uit 1997 – mits het om onderwerpen gaat die nog niet door anderen zijn afgekloven en hij er iets bijzonders over te melden heeft. En dat blijkt haast altijd het geval. Op zijn laatst in de jaren tachtig wordt hij, met Habermas, de meest invloedrijke
15
intellectueel van de Bondsrepubliek. Jong, althans jeugdig, is Enzensberger altijd gebleven. Maar van zijn kwaadheid kan dat niet gezegd worden. Sinds hij niet langer om het inzicht heen kon dat zijn linkse radicalisme het spiegelbeeld was van het zo gehate rechtse radicalisme, heeft hij aanzienlijk meer gevoel gekregen voor de meerduidigheid en complexiteit van de verschijnselen. Wie zijn lichtvoetige, vaak speelse of bedachtzame poëzie van de laatste decennia leest, kan nauwelijks begrijpen dat deze dichter ooit in agressieve toon de vloer aanveegde met de zelfgenoegzame, reactionaire mentaliteit van de Duitse kleinburger. Zijn sarcasme heeft plaats gemaakt voor ironie, hij is een toonbeeld van gematigdheid, hoffelijkheid en begrip geworden. Maar aan originaliteit, scherpzinnigheid en stilistisch vernuft heeft hij gelukkig niets ingeboet. Tot de hoogtepunten van zijn latere werk, voor zover in het Nederlands vertaald, behoren zijn waarnemingen uit de Europese periferie, gebundeld in Ach, Europa! (1989), een pleidooi voor de diversiteit en tegen de homogenisering van Europa als politieke en economische moloch. Opzien baarde hij in 1993 (!) met Oog in oog met de burgeroorlog, waarin hij zich concentreert op het islamitische fundamentalisme, waarvan de ideologische substantie volgens Enzensberger veel dunner is dan men in het Westen gelooft. “Dat het met de historische wereldgodsdienst niets te maken heeft, kan men van iedere intelligente moslim horen. Het gaat om een uiterst moderne reactie op de oprukkende modernisering.” Daar sluit een recent essay op aan, De radicale verliezer (2006), waarin hij de moslimterrorist, net als iedere andere zelfmoordterrorist, portretteert als iemand die door zijn gewelddaad wraak neemt voor zijn onverdraaglijke minderwaardigheid. In 2008 verraste Enzensberger met een boek dat in het Nederlands De eigenzinnigheid van Hammerstein heet. De verrassing zat niet alleen in de forse omvang, maar vooral in het onderwerp. Kurt von Hammerstein, grand seigneur, was tot eind 1933 de hoogste Duitse legerleider en ook daarna, na zijn vrijwillige ontslag, nog altijd generaal. Zijn levensloop kent zoveel onthutsende kanten dat het onvoorstelbaar is dat die nooit eerder uitgebreid en wetenschappelijk is gedocumenteerd. De man vond Hitler een gevaarlijke proleet, werkte hem waar mogelijk tegen en was betrokken bij diverse pogingen hem te arresteren. Twee van zijn dochters sloten zich aan bij het communistische verzet, twee zoons waren betrokken bij de op het laatste moment verijdelde aanslag van 20 juli 1944 op ‘de Oostenrijkse korporaal’. Het is – ook in de documentaire vorm: een compilatie van verhalen, archiefonderzoek, interviews met nabestaanden en ‘gesprekken met de doden’ – een typisch Enzensberger-boek. Hij laat zien hoe mensen zich aarzelend, schipperend en weifelend, maar zonder zich onvergeeflijk te compromitteren door de onwaarschijnlijkste moeilijkheden heenslaan. Het is ook nadrukkelijk een oproep aan de later geborenen zich van elk gemakkelijk oordeel te onthouden. Misschien moeten we dat ook maar voor Enzensbergers eigen kortstondige enthousiasme voor de eenduidigheid laten gelden.
www.zuiderlucht.eu
TRANS FORM A R C H I T E C T E N
WWW.TRANS-FORM.NL
BOSCHSTRAAT 48 MAASTRICHT op afspraak 043 325 58 64 alleen voor mannen
BOSCHSTRAAT 46 zonder afspraak
Rok&Ruil presenteert
‘Swop Shop’ Maastricht
voor nop een nieuwe outfit
Zaterdag 14 november 13 uur Achter de Barakken 3
cultureel maandblad
Inname kleding:
Vr 13 nov. van 15 tot 18 uur Za 14 nov. van 12 tot 13 uur
www.rokenruil.nl
november 2009
Andere tijden in
Oercollectie
Museum van Bommel van Dam gaat op zoek naar zijn roots. Een boek en een film documenteren de schenking uit 1969 die de grondslag vormt van het museum dat met een derde van de collectie van het echtpaar Van Bommel-van Dam al vol hangt. Waarom strijkt een gereformeerd Amsterdams echtpaar uitgerekend in Venlo neer? “Kunst kan de mens verheffen en moet daarom zo breed mogelijk worden getoond.”
De verhuizing van de familie Van Bommel-van Dam van Amsterdam naar Venlo. foto Sef Dael
door Duncan Liefferink
N
aast, boven en onder elkaar hangen ze in de centrale zaal: de schilderijen uit de ‘oercollectie’ van het Venlose Museum van Bommel van Dam. Heel veel zijn het er. En vooral heel divers. Landschapjes en grote abstracte doeken, felle kleuren en sobere tekeningen, braaf en baanbrekend, zo’n beetje alles wat er in de jaren vijftig en zestig in Nederland speelde is aanwezig. In de andere ruimtes gaat het verder: Armando, Rudi Bierman, Jaap Min, Jan Schoonhoven, Melle, Edouard Righetti, Ger Lataster, Hans Olde, Kees Franse, Edgar Fernhout en zo kunnen we nog wel even doorgaan. Toch bleef voor deze expositie meer dan twee derde van de collectie in het depot. In het huis van Maarten en Reina van Bommel-van Dam aan de Sarphatistraat in Amsterdam moet het nog veel erger zijn geweest. Daar stond, naar verluidt, het echtelijk bed een stukje van de muur om in de tussenliggende ruimte nog een paar schilderijen te kunnen opslaan.
16
Maarten van Bommel (1906-1991), effectenhandelaar en later directeur bij de Twentsche Bank, en Reina van Dam (1910-2008), verpleegster, trouwden in 1944. Het echtpaar bleef kinderloos en legde ziel en zaligheid in de opbouw van een verzameling van hoofdzakelijk Nederlandse eigentijdse kunst, aangevuld met internationale grafiek en etnografica. Eind jaren zestig – Maarten was inmiddels vervroegd met pensioen gegaan in verband met hartproblemen – vonden ze het mooi genoeg geweest. Ze schonken hun collectie aan de gemeente Venlo op voorwaarde dat die er een museum omheen zou bouwen. Zelf gingen ze er, eveneens op kosten van de gemeente, pal naast wonen. Niet gek geregeld, zou je zeggen. Maar toch: wat bracht een gereformeerd Amsterdams echtpaar ertoe uitgerekend in Venlo neer te strijken? En wat bracht de gemeente Venlo ertoe de omvangrijke, kwalitatief nogal uiteenlopende verzameling te aanvaarden en fors te investeren in de bouw en exploitatie van een museum, met een villa en gebruik van auto voor de gulle gevers op de koop toe?
www.zuiderlucht.eu
Een kleine veertig jaar na dato begonnen ook directie en staf van Museum van Bommel van Dam zich af te vragen hoe het nu zat met die ‘oercollectie’. De ruim duizend kunstwerken werden opnieuw in kaart gebracht. Men dook in de archieven, verzamelde brieven en beeldmateriaal en snorde mensen op die het allemaal nog hebben meegemaakt. Het resultaat is een museumvullende tentoonstelling met werken die deels al jaren niet meer te zien zijn geweest. Een boek en een documentairefilm gaan uitvoerig in op de ontstaansgeschiedenis van collectie en museum. Het geheel geeft bovenal een prachtig beeld van een periode. Kijk naar de fragmenten uit de beslissende raadsvergadering op 12 juni 1968, luister naar de woordkeus en de dictie van Maarten van Bommel, lees de knipsels uit het Dagblad voor Noord-Limburg en het E3 Journaal: het is haast tastbaar dichtbij maar tegelijkertijd onbereikbaar ver weg. Andere tijden in Venlo. Maarten en Reina van Bommel-van Dam, hard werkend en zelfs op een vakantiefoto keurig in het pak, komen naar voren als ouderwetse notabelen. Maarten had in zijn jonge jaren goed geboerd in de effectenhandel, maar kunst betekende alles voor hem. Hij sleepte zijn vrouw mee in zijn passie. Samen besteedden zij hun vrije tijd en hun hele vermogen aan hun verzameling. Dat deden ze natuurlijk in de eerste plaats voor zichzelf, geef ze eens ongelijk, maar ze hadden ook een missie. Ze ondersteunden armlastige kunstenaars door herhaalde aankopen en door ze zonodig met raad en daad bij te staan. En misschien nog belangrijker: ze beschouwden het verzamelen van kunst als “een cultuurdaad”. Kunst kon de mens verheffen en moest daarom zo breed mogelijk getoond worden. Vanuit deze oprechte overtuiging gingen ze, toen de jaren begonnen te tellen, op zoek naar een plek om hun collectie publiek toegankelijk te maken. Dat hun naam op die manier tot in lengte van dagen zou voortleven was natuurlijk mooi meegenomen. De keuze voor ‘de provincie’ was vooral strategisch. Welke provincie deed er klaarblijkelijk minder toe. Dirk Hannema, oud-directeur van Museum Boijmans die zijn eigen collectie had ondergebracht in een kasteeltje in Heino bij Zwolle, waarschuwde het echtpaar al in 1959 dat het “weinig zin” had “iets nieuws te creëren in een stad als Amsterdam b.v.” De Van Bommels boden hun collectie dan ook her en der aan. Eenvoudig was het niet. Een wethouder van de Friese gemeente Dantumadeel, geciteerd in het bij de expositie verschenen boek Van particuliere verzameling in
cultureel maandblad
november 2009
Venlo
siciliaanse notities
‘De discussie over een Tajiri-museum verloopt een stuk minder voortvarend dan destijds die over Museum van Bommel van Dam.’ Amsterdam naar openbare collectie in Venlo, stelde vast dat de eisen van het echtpaar “er net om lige”. Dat Limburg uiteindelijk toehapte was, zoals vaker in dit soort gevallen, het gevolg van een samenloop van omstandigheden. Het verzoek van het echtpaar Van Bommel-van Dam belandde aanvankelijk op het bureau van Harry Dobbelstein, directeur van de Culturele Raad Limburg. Deze speelde het door naar Venlo, waar zijn voormalige dorpsgenoot Lei Alberigs de scepter zwaaide over de Culturele Dienst. Stadsarchivarissen Jos de Jong en Frans Hermans spreken in het boek over de ‘Elsloo-connectie’. Het voorzetje van Dobbelstein en Alberigs was vooral gericht op de toenmalige burgemeester van Venlo, Leonard de Gou. Deze gepromoveerde rechtshistoricus had een grote belangstelling voor kunst en geschiedenis en beschouwde de culturele wederopbouw van de stad als een noodzakelijk onderdeel van het oorlogsherstel. De ideeën van Maarten en Reina over de maatschappelijke functie van kunst sloten hierbij goed aan. Zonder veel moeite loodste De Gou de schenking, met voorwaarden en al, door de gemeenteraad en bezorgde Venlo het eerste museum voor moderne kunst in Limburg. Tegenwoordig laten gemeentes zich niet zo snel meer tot een dergelijk kostbaar avontuur verleiden, stelt Renée Steenbergen in haar bijdrage aan het boek. En inderdaad, de discussie over de vestiging van een Tajiri-museum in Venlo verloopt dezer dagen een stuk minder voortvarend. De doorsnede van de ‘oercollectie’ die nu in het
museum te zien is, laat je even meelopen in de zoektocht die een verzamelaar van eigentijdse kunst onvermijdelijk moet afleggen. Het is interessant te zien dat, althans voor Maarten en Reina, de keuze tussen figuratief en abstract allesbehalve absoluut is. Ze kochten alles door elkaar en dat doet eigenlijk wel weer denken aan de huidige stand van zaken in de kunst. Sommige namen in de collectie hebben de tand des tijds ongeschonden doorstaan (Armando, Benner, Bogart, Fernhout, Lataster, Schoonhoven, Wagemaker), andere zijn – meer of minder terecht – in de vergetelheid geraakt. Met het voordeel van de terugblik valt op dat bepaalde namen geheel ontbreken, bijvoorbeeld die van Cobra-kunstenaars als Appel, Constant of Wolvecamp. Daar zagen Maarten en Reina kennelijk niet zoveel in. Dergelijke lacunes scherpen het oog voor het enigszins behoudende karakter van de verzameling. Zo haakte het echtpaar af bij het radicale Nul-werk van Armando en Schoonhoven. Het leukste zijn natuurlijk de ‘ontdekkingen’. Nardus van de Ven is er zo een. In zijn weerbarstige halve abstractie en zijn intensiteit lijkt de Vogel op tak van deze Eindhovense zondagsschilder – in retrospectief – warempel op de apenverdrietbomen van Raoul de Keyser. Van particuliere verzameling in Amsterdam naar openbare collectie in Venlo. Museum van Bommel van Dam, Venlo, t/m 24 januari 2010. www.vanbommelvandam.nl.
Gerrit Benner, Duinen, 1953. (gouache op papier, 55x74,5cm)
17
www.zuiderlucht.eu
Ja, lekker
“W
il je een ijsje?” vraag ik aan mijn vrouw. Het is begin juni, half elf in de avond en we zitten te genieten van de nazomer op het terras van het vis-restaurant bij de haven van Portopalo di Capo Passero, een vissersdorp op de zuidelijkste punt van Sicilië. Een dorp met wit geschilderde huizen, die door de felle zon en de zilte zeewind helemaal zijn verweerd. En een dorp waar de kerk van de Heilige Gaetano geen haan op de toren heeft, maar een zwaardvis. Toeristen komen er nauwelijks, al zijn er plannen van Duitse investeerders om de historische tonnara (een soort fabriek waar vroeger de vers gevangen tonijn voor consumptie werd bereid) en het foeilelijke rood-witte kasteeltje Tafuri van de adellijke familie di Belmonte aan te kopen om er een welnesscentrum van te maken. Ik denk daar maar even niet aan, we hebben goed gegeten en naar de al vroege zonsondergang achter de heuvels gekeken. Een avond om elke tien minuten tegen elkaar te zeggen dat je nog steeds verliefd op elkaar bent. “Wil je een ijsje?” “Jij?” “Dat vroeg ik niet. Wil jij een ijsje?” “Alleen als jij er ook eentje neemt.” Als je niet echt verliefd bent, zeg je dit soort dingen niet op deze manier tegen elkaar. Ik moest die avond denken aan de tijd dat ik aan de universiteit van Heidelberg studeerde. Een van de andere Nederlandse studenten was Antonio Belfi, zoon van Italiaanse ijsmakers in Nederland. Hij vertelde mij dat zijn familie uit een Noord-Italiaans dorp kwam en dat daar niet alleen de beste Nederlandse ijsmakers maar ook de beste ijsmakers van Italië vandaan kwamen. Ik had nog nooit van Belfi gehoord. Hij nodigde mij uit om zijn ijs in Nederland te komen proeven. In Leiden, dacht ik. Ik ben er tijdens een vakantie heen gegaan. Wat een belevenis, wat een lekkernij! Als een klein kind heb ik me misselijk gegeten aan Belfi-ijs. Maar, Antonio Belfi, toen ik nog op Sicilië woonde, wist ik waar écht het lekkerste ijs wordt gemaakt. Op Sicilië dus. Van verse sinaasappelen, van amandelen, van chocola, van pistachenootjes, van mango, van cactusvruchten, van peren, appels, aardbeien, rabarber, mandarijnen en van mijn favoriete citroenen, het liefst met een beetje peper erdoorheen. Dat is ijs eten, niet omdat je je er misselijk aan kunt eten en niet omdat het lekker is als toetje na een goede maaltijd. Nee, dat is ijs eten als een sensuele ervaring, als puur genot: Langzaam lepelen totdat het bakje leeg is. Het liefst wil je nog een tweede bestellen, maar dat doe je niet, omdat je weet dat dan de sensatie weg is. Het verlangen ook. “Wil je een ijsje?” “Mm, ja, lekker.” PIETER BEEK
cultureel maandblad
november 2009
Cité Genk Met Cité, een reeks van 38 foto’s van Winterslag, een van de ‘vergeten’ mijngebieden bij Genk, won Lara Mennes (Antwerpen, 1982) dit jaar de Prijs van de Jonge Belgische Schilderkunst. In haar analoge fotografie laat Mennes zien hoe gebouwen als architectonische monumenten in het landschap elk hun eigen verhaal vertellen: persoonlijke verhalen, economische verhalen, politieke verhalen. De foto’s confronteren de kijker met een deels verdrongen stuk Belgische geschiedenis. Het toenmalige geloof in de vooruitgang en de hoop op
18
een in het verschiet liggende welvaart spreken uit bijna elke gestapelde baksteen van de gebouwen en de – nog steeds bewoonde – arbeiderswoningen. De mijnsluitingen in de jaren tachtig van de vorige eeuw zorgden voor een grote sociale en economische terugslag waar Genk zich pas de laatste jaren aan ontworstelt. Tegelijkertijd is er sprake van een culturele opleving die zich onder meer manifesteert in C-Mine, een ontwikkelingsproject in en rond het voormalige mijncomplex Winterslag. Daar zitten nu een megabioscoop, ateliers voor
www.zuiderlucht.eu
kunstenaars, een stadstheater en de nieuwe campus van de Media en Design Academie. Het mijncomplex en de aanpalende cité van Winterslag werden vanaf 1913 gebouwd naar een ontwerp van Adrien Blomme. Zijn architectuur geldt als monumentale herinnering aan hoe de mijnbouw bijna honderd jaar geleden bezit nam van het landschap. Cité van Lara Mennes, tot en met 10/11 in Stadsbibliotheek Genk. www.bibliotheek.genk.be en www.laramennes.be
cultureel maandblad
november 2009
19
www.zuiderlucht.eu
cultureel maandblad
november 2009
Architectuur is ingenieurspoëzie
Peutzlezing
De positie van de architect als virtuoze speler met ruimte, licht en kleur staat onder druk, zei architect Jeanne Dekkers (Venlo, 1953) tijdens de Peutzlezing. “Er is geen vast recept, er is geen vaste stijl, er ontstaat steeds opnieuw een antwoord op de specifieke vraag.”
“De tegenwoordige perceptie van de aarde is de perceptie van Google Earth geworden.” foto Perry Schrijvers
door Jeanne Dekkers
“H
et graf van het onzelieveheersbeestje is het meest poëtische antwoord op een ontwerpopgave dat ik ken. Mijn oudste dochter maakte zo’n graf op zesjarige leeftijd in de tuin. Ze vond een dood onzelieveheersbeestje en wilde het niet zomaar weggooien. Net als alle hamsters, vissen en vogeltjes moest ook dit beestje een eigen graf krijgen. Alleen
20
was het te klein voor een traditioneel graf, dus deed ze het anders. Ze nam aarde uit de tuin en kneedde die om het dode diertje. Daarna stak ze er een roze parasolletje van een ijsco doorheen. Zo ontstond een nieuwe vorm, een nieuw graf. Geboren uit respect voor het dode dier. Ze maakte dankbaar gebruik van haar creatieve geest en de elementen die voorhanden waren. Zo wil ik ook ontwerpen, zo zie ik het ontwerpproces.
www.zuiderlucht.eu
Het ontstaan van het graf brengt me tot de wortels van mijn vak. Ieder ontwerp gaat specifiek in op de gestelde vraag en de omgeving als cadeau van de plek. Er is geen vast recept, er is geen vaste stijl, er ontstaat steeds opnieuw een antwoord op de specifieke vraag. Daardoor is ieder ontwerp uniek. De ontwerpwijze en houding zijn hetzelfde, het resultaat is steeds anders. In het totale oeuvre komen steeds dezelfde dingen terug, die meer vanuit inhoud dan vanuit vorm herkenbaar zijn. Ook vroeg mijn dochter waarom alles wat in de natuur dood gaat, op de grond valt. Een simpele vraag waarop het antwoord eenvoudig lijkt. Als het leven dood is, verdwijnt de autonomie en de wil om te staan, om te zijn. Als de ziel is verdwenen, verdwijnt de wil. Met gebouwen is het niet anders. Als het leven uit een gebouw is, als de ziel er uit is, blijft er een casco over dat spoedig tot een bouwval verwordt. Gebouwen komen pas tot leven als de gebruiker erin trekt en het gebouw met liefde en respect bewoont. Zoals ook het Glaspaleis nu weer opnieuw een levend organisme in de stad Heerlen is geworden doordat het een nieuwe functie heeft gekregen. Het lag niet in de verwachting dat ik als meisje architect zou worden. Maar ik ontwierp al vanaf mijn jongste jaren. Ik schetste en schiep: kleren, kasten, poppenhuizen. Vliegeren was mijn passie. Ik maakte mijn vliegers van oude fietsspaken en krantenpapier. De staart was een bos gras die bij harde wind dik en zwaar was en bij matige wind dun en licht. Van vliegeren heb ik geleerd te vieren, het touw kort te houden als de wind hard of onbetrouwbaar was. Het touw lengte te geven als de wind gunstig stond, waardoor de vlieger fantastisch steeg en mooie figuren beschreef. Deze wijsheid draag ik al een leven lang bij me en pas ik steeds opnieuw toe. Vanuit Maastricht, waar ik opgroeide, reisden we met ons gezin naar het zuiden. We waren altijd op pad. Grensovergang de Plank gold als poort naar het zuiden: de Ardennen, de Eifel, de Vogezen, Zwitserland, Italië. Tijdens die reizen keek ik ingespannen naar het steeds veranderende landschap. Met het veranderen van het landschap veranderde ook de bebouwing. Wanden van steen werden gestuukte wanden in aarde tinten, vakwerkhuizen werden houten huizen. De huizen in de Ardennen zijn gemaakt van hardsteen en plaatselijke keien, al dan niet gestuukt. Alpenhutten zijn van hout, gestapeld en bestendig tegen grote klimaatverschillen, zomerse hitte en winterse sneeuw. Door te observeren zag ik verband tussen het landschap en de wijze van bebouwing en bewoning, de mensen en hun leef- en eetgewoonten en de harmonie die daartussen bestaat. Maat en schaal van de bebouwing zeggen iets over de rijkdom van de grond. In streken waar de grond vruchtbaar is en veel producten oplevert, is de bebouwing grootser
cultureel maandblad
november 2009
‘Gericht zijn op het zuiden heeft mijn denken beïnvloed.’ en rijker dan in gebieden met arme grond. Deze ervaringen gebruik ik nog steeds in mijn huidige denken en ontwerpen. Pas op mijn twaalfde gingen we voor het eerst naar Holland, zag ik voor het eerst de Noordzee, water tot aan de horizon. Ik vond het geweldig indrukwekkend. Ik sliep slecht met de gedachte onder de zeespiegel te liggen, ik voelde me veiliger hoog en droog in Limburg. Gericht zijn op het zuiden heeft mijn denken beïnvloed. Ik voel me meer Europeaan dan Nederlander. Ik voel me verbonden met de lange geschiedenis terug naar de Romeinen en de Grieken. En zeker door het vele reizen voel ik me een wereldbewoner, die vanuit haar roots denkt en schept. Ik twijfelde tussen kunstacademie en natuurkunde, tussen kunst en onderzoek. Het werd bouwkunde en architectuur. Een studie waarvan ik dacht dat het creatieve van de kunstenopleiding en mijn passie voor ontdekken en onderzoeken te combineren valt. Deze intuïtieve keuze bleek goed uit te pakken, immers het onderzoeken en ontdekken van iedere ontwerpopgave is de sleutel naar het creatieve proces. Ontwerpen is als simultaan schaken, alle beslissingen hebben invloed op elkaar. Alles heeft met elkaar te maken, geen probleem staat op zichzelf. Na mijn afstuderen voelde me ik geen architect onder de architecten. Ik wilde een wereld bedenken waarin mensen leven, zich lekker voelen en verleid worden tot veelsoortig gebruik. Anders dan de collega’s om mij heen was ik niet zo bezig met een scherp detail of het nieuwste materiaal. In mijn vrije tijd schilderde en schetste ik op kleine en grote formaten waarin vorm, betekenis en kleur werden uitgevonden en getest.
Ondertussen realiseerde ik wel mijn eerste werken, een onderwijsgebouw op de TU te Twente en een postkantoor te Breda. Gebouwen met de detaillering van een architect. Ik zocht alles uit tot en met inrichting, wandschildering en buitengebied. Ik kwam erachter dat ik het schilderen, schetsen en architect zijn met elkaar moest verbinden om verder te komen. Daarna werd ik vrijer met vorm en kleur, terwijl ik daarvoor zo diep bezig was met orde en maat en verhouding, dat het te streng werd voor me. Ik kwam in conflict met mijn leermeesters en trok mijn eigen plan.
H
et maken van gebouwen en alles wat daarbij hoort, voel ik als een zware verantwoordelijkheid. Immers, een gebouw staat er voor lange tijd en veel mensen hebben er dagelijks mee te maken. Bij het realiseren van mijn eerste gebouw kwamen de ruimten en de werking van materiaal en kleur overeen met wat ik in mijn schetsen had bedoeld. Dit gaf me het vertrouwen dat mijn ruimtelijk voorstellingsvermogen klopte. Daarop is mijn vertrouwen gebaseerd. Daarom durf ik beslissingen te nemen. De landing op de maan in 1969 werd een keerpunt in het zien van de aarde. Ik ben me daarvan bewust geworden, toen ik voor het eerst vloog met mijn kinderen. Ze waren vijf en zes jaar oud. Ze maakten in het vliegtuig een tekening van de aarde als bol. Dit zou ik als kind nooit hebben kunnen doen of bedenken. Vóór de landing op de maan was de aarde een aaneenrijging van plekken, die je beleefde door vele uren reizen per auto, trein of boot. De
Het Limburgs Museum (2000) in Venlo, naar een ontwerp van Jeanne Dekkers.
21
www.zuiderlucht.eu
tegenwoordige perceptie van de aarde is de perceptie van google earth geworden, vanuit de ruimte google je naar de plek die je wilt zien. De globalisering heeft ook het gedachtegoed over de betekenis van architectuur veranderd. De relatie met het plaatselijke van cultuur is verlaten en op iedere plek kan een zichzelf respecterend gemeentebestuur architectuurcoryfeeën uitnodigen om de gemeente op de kaart te zetten. Die moeten dan het beeld van de stad uitdragen. Het lijkt alsof de steden een collectie design beheren en daar de namen van architecten willen toevoegen. De relatie met de wortels van de plek en de cultuur van een land wordt óf overstegen óf niet belangrijk gevonden. De positie van de architect in zijn rol als virtuoze speler met ruimte met licht en kleur, inspelend op verleden en toekomst staat onder druk. Ook een architect die een omgeving componeert die voldoet aan de behoeften van de opdrachtgever laat zich verleiden tot het maken van beelden die bijdragen aan de markt. Daarbij kan de architect gebruikt worden als speeltje: hij produceert een mooi en verleidelijk beeld en wordt vervolgens afgevoerd. De globalisering dwingt ons om vanuit mondiale verbanden te denken. Maar de grote verschillen tussen arm en rijk, de energiehuishouding van de wereld en de kredietcrisis dwingen ons anders te zijn en te handelen. Vanuit deze nieuwe realiteit zal de architectuur weer met beide benen op de grond komen te staan en in een duurzame wereld zoeken naar antwoorden die tot hoge kwaliteit leiden. Dit alles in een markt waarin kleinschaligheid, humaniteit en aandacht voor het individuele weer opnieuw een plek krijgt. Geen massahysterie maar aandacht voor arm en rijk. Het inspelen op deze ontwikkelingen is een belangrijke taak voor de architect. In een tijd waarin normen en waarden opnieuw geformuleerd worden en waarin voortdurende beweging en verandering staat tegenover de niet veranderende waarden van leven en dood is het aan de architect om opnieuw inhoud te geven aan zijn vakdiscipline. Ik noem dat poëtisch ingenieursschap: de kunst om een gebouwde omgeving te realiseren die de technische en wetenschappelijke verworvenheden van de ingenieursstudie en de maatschappelijke uitgangspunten van deze tijd met elkaar verbindt door een poëtische vertaling in een nieuw beeld dat gestalte geeft aan de opgave.” Dit is een ingekorte versie van de zesde Peutzlezing, een initiatief van de Vrienden van het Vitruvianum. Eerdere sprekers waren Wim van den Bergh, Bob van Reeth, Jo Coenen, Hubert-Jan Henket en Wiel Arets.
cultureel maandblad
november 2009
FRANCO ALBINI GAE AULENTI MARIO BOTTA MARCEL BREUER LE CORBUSIER CHARLES EAMES FRANK GEHRY REM KOOLHAAS GEORGE NELSON GERRIT RIETVELD WIM RIETVELD SLOTHOUBER/GRAATSMA ETTORE SOTTSASS TOBIA SCARPA E.A.
Verkoopexpositie TAFELS, STOELEN EN LAMPEN ONTWORPEN DOOR ARCHITECTEN MARKUS LÜPERTZ WERKEN OP PAPIER 1970 -1990 10 oktober 2009 - 31 december 2009
Galerie Whiterouge | Looiersgracht 1 A | Postbus 671 | 6200 AR Maastricht Openingstijden: vrijdag en zaterdag 11.00 - 17.00 uur en op afspraak tel. + 31 6 54658576 |
[email protected] | www. whiterouge.com
ten years of travel max kreijn
Gerald Abramovitz Desklamp No. 41555, 1961 Best & Lloyd LTD UK Aluminium / steel 51 x 70 x 9 cm
CONSTRUCTIONS
MARKUS L†PERTZ
4 okt t/m 6 dec
HARRY LIPS - Een uitgebreide keuze uit zijn oeuvre
Harry Lips (Rotterdam 1918 - Maastricht 1979); een kunstenaar die in de naoorlogse periode, vanuit Maastricht, vorm en kleur gaf aan een nieuw tijdperk. 4 okt t/m 20 mrt 2010
watercolours from four continents 1998 - 2009 15.11.2009 - 04.01.2010
CHARLES EYCK - Schilderijen 1940-1980
Naast het werk van Harry Lips ook schilderijen van Charles Eyck uit dezelfde periode. 4 okt t/m 20 mrt 2010
Jan Laeven en het Zuid Limburgse landschap Hartstochtelijk geschilderde Limburgse dorpen en heuvels.
Galerie Michel Knops
Grotestraat Centrum 31 – 043 601 63 94 – open: di t/m vrij 10.00 - 17.00 u, za en zon 13.00 - 17.00 u. Meer informatie op www.museumlandvanvalkenburg.nl
Steenweg 42 - 44 Sittard tel. 046 - 45 10 262 Open: di t/m za 11.00 - 17.00 uur zo 14.00 - 17.00 uur
www.galeriemichelknops.nl
LM heeft een groot aantal werken in stock van o.a.
Arie Berkulin Pieter Defesche Theo Kuijpers Lei Molin Ger Lataster Toon Teeken
moderne kunst
Wij hebben geen vaste openingstijden, maar na een telefonische afspraak bent u van harte welkom. Leon Mommers Savelsbosch 6228 SBKN Maastricht Bellefroidlunet40, 12F, 6221 Maastricht 043 361 01 38 Even voorkijken? Zie: www.lm-modernekunst.nl
140909 Zuiderlucht 113x79:Opmaak 1 14-9-09 11:03 Pagina 1
galerie prinsenhoek Ringweg 7 6141 LM Limbricht tel. 0464 518 459 of 06 55 183 747 Do 14h tot 21h en Zo 13h tot 17h. www.galerieprinsenhoek.nl
CONTRASTEN 15/11 t/m 27/12
W U E I N +GARCÍA BIJ GALERIE POST
19 00 tricht T. 043 356 e 17 6221 KV Maas Avenue Céramiqu
gesloten 3, 6 en 10 december
itleenl kunsstturic ht.n maa
22
www.zuiderlucht.eu
cultureel maandblad
november 2009
WIEWATWAAR
Twaalf songs zouden even zo veel schilderijen op moeten leveren. Piek: “Het is lastig om me voor te stellen wat er gaat gebeuren en hoe het publiek zal reageren. Maar ik ben een snelle schilder; het is echt ‘work in progress’.” www.peterpiek.com
Vuurbergen in zicht
Im Westen nichts neues
aangekondigd dat hij zou stoppen als programmeur.
Vanaf 5 oktober starten de broers Vincent en Marcel Tabbers met een nieuw radioprogramma bij Omroep Venlo: Im Westen nichts neues. Ze draaien daarin zowel nieuwe als oude popplaten van Duitse bodem, van grote namen als Udo Lindenberg en Herbert Grönemeyer en van minder bekende bands als Fotos of Gisbert zu Knyphausen. Naast muziek kent Im Westen nichts neues een aantal terugkerende items die de hedendaagse Duitse cultuur behandelen, de regionale grensoverschrijdende geschiedenis en culturele activiteiten in de Duitse regio. Elke maandag van 20:00 tot 21:00 uur of elk ander moment via myspace.com/imwnn
Wel nieuw, in het Bonnefanten De in Chili geboren en in Düsseldorf opgeleide Sandra Vasquez de la Horra (1967) krijgt in 2010 een solo-expositie in het Bonnefantenmusuem in Maastricht. Vasquez maakt tekeningen op met bijenwas bewerkt papier. In 2011 staat Paul Chan (Hong Kong, 1973) op het programma. Chan zorgde deze zomer op de Biënnale van Venetië voor enige ophef met zijn installatie Sad for Sade’s Sake, een op de muur geprojecteerde animatie met pratende, dansende en neukende mensen. Overigens heeft het Bonnefanten gedurende het jubileumjaar 2009 vier nieuwe werken aangekocht: van René Daniëls, Robert Ryman, James Mangold en Luc Tuymans. Alle vier zitten al in de bestaande collectie.
In het zomerpark Marcel Tabbers wordt in Venlo als programmeur van het Zomerparkfeest opgevolgd door Johan Hauser. Als voorzitter van de programmacommissie van het Zomerparkfeest wordt Hauser, overdag journalist bij regionale omroep L1, eindverantwoordelijk voor het volledige programma van Venlo’s grootste festival. Tabbers had eerder al
23
‘Vergleden tijd’ op muziek Componist André Stolwijk uit Margraten heeft de dichtbundel Vergleden tijd van Elly Blom op muziek gezet. De eerste uitvoering van de liederencyclus is op 10 januari in de Vaalser Kopermolen door Trio Slevante (Paula Paashuis, viool; Gemma Serpenti, cello; Sofia Shapiro, piano). Sopraan Fréderique Bosz zal de liederen zingen. Stolwijk heeft zich vooral geconcentreerd op de belangrijkste thema’s in deze gedichten: de mens in zijn relatie tot de natuur, het verlies van dierbaren en bezinning op de eigen dood. Zelf spreekt de componist van een ‘beeldende toonzetting’. Door gebruik te maken van muzikale citaten knipoogt hij naar Schubert, Mozart en Sjostakovitsj.
Farbklang und Klangfarbe
Muzikant/schilder Peter Piek.
“Ik ben muzikant en schilder en ik probeer beide te verbinden”, zegt de Duitse kunstenaar Peter Piek over zichzelf. In zijn landstaal: “In der Malerei ist es der Farbklang und in der Musik die Klangfarbe. Beides hat dieselben Eigenschaften: hell, dunkel, harmonisch, disharmonisch.” Vandaar dat Pieks Europese tour Sing it in a Song I paint it on a Wall Tour is gedoopt. De tournee die begint en eindigt in Leipzig doet naast Oostenrijk en Italië ook Nederland aan. Op 14 november staat Piek op het podium van de Nieuwe Nor in Heerlen, schilderend en muziek makend.
De Kerkraadse kunstenares Diana Ramaekers wil eind 2010 enkele steenbergen (heuvels met restanten steengruis uit de voormalige mijnen) in Landgraaf, Genk en Aken in het (kunst)licht te zetten. Via dit Fire Mountain Project, dat ze een ‘tijdelijk herinneringsmonument’ noemt, wil Ramaekers de steenbergen de energie en warmte teruggeven die ze in de jaren na de mijnbouw ontnomen zijn. Een eerste aanloop naar het project is komende maanden te zien in een solo bij galerie Yart in Ransdaal. In het voorjaar neemt Ramaekers alvast een voorschot op het project tijdens de Biennale für Internationale Lichtkunst Ruhr 2010, waar ook Pipilotti Rist, Dan Flavin en Olafur Eliasson van de partij zullen zijn. www.yart.com en www.diana-ramaekers.com
Theaters Euregio verenigen zich De theaters in de Euregio MaasRijn lijken elkaar eindelijk te hebben gevonden. Ze gaan zich tenminste verenigen in een artistiek project dat door het Europese subsidieprogramma Interreg IV wordt ondersteund. Het Luikse Théâtre de la Place, Theater aan het Vrijthof in Maastricht, Cultuurcentrum Hasselt, het Kulturbetrieb Stadt Aachen en Chudoscnik Sunergia uit Eupen hebben onder de titel REGIOTheater O REGIODans een akkoord bereikt om een choreografisch en theatraal programma te ontwikkelen. Artiesten van nationale en internationale faam zullen er, naar verluidt, aan deelnemen. Om het publiek te laten circuleren tussen de vijf plaatsen worden er gratis pendels voorzien voor de toeschouwers. Opmerkelijke afwezige in dit conglomeraat is het Parkstad Limburg Theater in Heerlen.
Hasselt klaar voor Manifesta 2012 Half december wordt bekend wie in 2012 de nomadische kunstbiënnale Manifesta mag organiseren. Belgisch Limburg behoort tot de laatste twee kandidaten. De hoofdtentoonstellingen zullen in Hasselt en Genk plaatshebben, er zijn plannen voor satellietprojecten
www.zuiderlucht.eu
in Nederlands Limburg. Manifesta verandert elke twee jaar van locatie: na Rotterdam, Luxemburg, Ljubljana, Frankfurt, San Sebastian en Trente/ Zuid-Tirol is volgend jaar Murcia aan de beurt. Het na de val van het IJzeren Gordijn opgerichte Manifesta zoekt op enige afstand van de dominante kunstcentra frisse en vruchtbare gronden op om zo een nieuwe culturele topografie in Europa uit te zetten.
Zuchten met Gainsbourg
Serge Gainsbourg (l) en Jane Birkin (m).
Hij is de uitvinder van de term ‘zuchtmeisjes’, Guuz Hoogaerts. Onder het pseudoniem Guuzbourg stelde hij twee cd’s samen met chansons van zwijmelende Françaises en presenteerde eind september in Paradiso de cd Gainsnord, een tribute aan de Franse zanger, kettingroker en womanizer Serge Gainsbourg (1928-1991). Artiesten zoals Tom Barman, Benjamin Herman, Spinvis, Leine en Saule werkten er aan mee. Het Paradiso-feest beleeft op 20 november in Maastricht une petite reprise met Guuz zelf als dj, plus de Antwerpse Gainsbourg-fanaat Pierre Elitair, “en veel vieze filmpjes natuurlijk”, in café Ipanema (bij het Bonnefanten). www.fillessourires.com/gainsnord
Stedelijk dicht Sinds 1 november is het Stedelijk Museum Roermond dicht voor een grote restauratie. De activiteiten van het huidige Stedelijk Museum worden verspreid over drie locaties in de stad. De stadsgeschiedenis krijgt vanaf volgend jaar een plaats in het gebouw van Bibliorura, de stadsbibliotheek aan de Neerstraat. De collectie beeldende kunst is vanaf 2013 te zien in het ECIcomplex en in het huidige museum komt het Cuypershuis, te heropenen in 2011.
cultureel maandblad
november 2009
Hoeveel Muur is
1989
Wat deed u op 9 november 1989? Berlijners weten het precies, maar de antwoorden zijn onvoorspelbaar, en niet zo juichend als de datum doet vermoeden. Veelzeggend zijn ze wel. Hoe de kunst is gaan fungeren als een kritisch geweten van de stad dat visueel verwerkt wat in werkelijkheid verloren gaat.
Bettina Pousttchi, Echo (2009), werk aan de buitenkant van de tijdelijke kunsthal op de Schlossplatz. foto Benjamin Pritzkuleit, Courtesy Buchmann Galerie, Berlin.
door Jurriaan Benschop
N
orbert Bisky, tegenwoordig schilder, lag op de avond van de 9e november 1989 in een diepe soldatenslaap. Hij vervulde als mannelijk burger van de DDR zijn militaire dienstplicht en was gelegerd op het platteland, ergens ten noorden van Berlijn. In de ochtend van de 10e hoorde hij van een commandant dat in Berlijn de Muur open was. Flauwe grap, dacht hij, ga een ander iets wijsmaken. Er veranderde eerst ook niets in het kampement waar Bisky gelegerd was. En toen Bisky de benen nam naar Berlijn, werd hij daar opgepakt en gevangen gezet wegens desertie. De DDR functioneerde nog, tot maanden na die beroemde novemberdag.
24
Christoph Tannert, tegenwoordig directeur van Künstlerhaus Bethanien, zat op 9 november 1989 met vrienden in een café aan de Friedrichstrasse. Het was een avond als zovele, zegt hij, misschien iets rumoeriger. Er kwam iemand binnen die zei dat je naar het Westen kon (Checkpoint Charlie was vlakbij). Maar Tannert haalde de schouders op en bleef zitten. Naar het Westen? Dat was niet waarschijnlijk en anders kwam er wel gedonder van. En dat had hij al genoeg gehad met de autoriteiten. Pas een dag of twee later kon hij geloven dat de Muur over de volle lengte aan het wankelen was, en niet slechts voor even. Deze herinneringen aan 1989 geven iets weer van het ongeloof dat de inwoners van Berlijn trof toen ze hoorden dat de zwaarbewaakte grens kon worden overgestoken. Dezelfde ongelovige Berlijners
www.zuiderlucht.eu
konden jaren later echter goed uit de voeten met de grote verandering, toen die eenmaal zijn beslag had gekregen. Ex-soldaat Norbert Bisky besloot naar de kunstacademie te gaan, kwam in de klas van Georg Baselitz terecht en kreeg al op jonge leeftijd internationaal succes. In zijn vroege werk rekende hij af met de DDR, met het verschil tussen de vrolijke beeldtaal van het socialisme en de grimmige werkelijkheid daarachter. Tegelijk viel hem op dat in het westen beelden evenzeer manipulatief werden gebruikt. Ook dat betrok hij in zijn schilderijen. “Ik ben eigenlijk heel goed voorbereid op het kapitalisme”, zegt hij droog, nu zijn doeken voor meer dan vijftigduizend euro de wereld over gaan. Christoph Tannert had in 1989 al een geschiedenis in de kunst achter zich. Eerst als vertegenwoordiger van
cultureel maandblad
november 2009
er gevallen? ‘Naar het Westen? Dat was niet waarschijnlijk, en anders kwam er wel gedonder van.’ een DDR-staatsorgaan dat kunstenaars adviseerde en begeleidde. Later, toen hij daar ontslagen werd, als dissident en speler in de ondergrondse kunstscene van Oost-Berlijn. Na de Wende kwam hij in het Künstlerhaus Bethanien te werken, in Kreuzberg. West-Berlijn dus. En sinds 2000 is hij daar directeur van een huis dat onderdak biedt aan een internationaal gezelschap van artists-in-residence. Ook voor Tannert werd de wereld groter na de Wende, gingen Oost en West door elkaar lopen, er ontstond reisvrijheid. Maar hij wijst er op dat zijn loopbaan toch een uitzondering is. Als je kijkt hoe de leidinggevende functies zijn verdeeld in de Duitse kunstinstellingen, zegt hij, dan zijn het bijna allemaal mensen uit het Westen die de scepter zwaaien. Ook in het oosten van het land. Anders gezegd: de Muur is verdwenen, maar in sommige opzichten staat hij er toch nog. Zo snel en grillig als de Wende van 1989 individuele mensenlevens veranderde, zo heeft ze ook de stad veranderd. Een van de gedaantes die Berlijn aannam is die van kunststad. Van een gesubsidieerd en geïsoleerd eiland, ver weg in het oosten van Europa, ontwikkelde Berlijn zich op kunstgebied tot een hoofdstad die kunstenaars uit alle windstreken aantrok, met galeries en kunstliefhebbers in hun kielzog. Wat bracht al die kunstenaars naar Berlijn en wat vinden zij in de stad? De Berlinische Galerie in Kreuzberg wijdt een tentoonstelling aan deze thematiek onder de titel Berlin 89/09 - Kunst zwischen Spurensuche und Utopie. Ze nodigde ruim veertig
kunstenaars uit om sporen van de Wende te laten zien en hun visie op de ontwikkeling van Berlijn te tonen. De bijdrage Phantom Clubs van Nina Fischer & Maroan el Sani leert iets over de ontwikkeling van de wijk Mitte tot het nieuwe centrum van de hedendaagse kunst in de jaren negentig. Het duo maakte een serie foto’s van onduidelijke deurpartijen, trappen, binnenplaatsen en portalen. Het blijkt steeds om de toegang te gaan tot ruimtes die in de jaren negentig tot het informele clubcircuit behoorden. Waar ‘s nachts gefeest werd, waar de nieuwe generatie Berlijners (veelal afkomstig van buiten de stad) elkaar trof. Er ontstond een inofficieel circuit, van plekken die men alleen kon kennen “van horen zeggen”.
D
e bijdrage raakt de atmosfeer die Mitte in de jaren negentig tot trekpleister en tot hart van menig kunstenaarsleven maakte. Het oude oostelijke centrum gold als Freiraum waar makkelijk over lege ruimtes kon worden beschikt, waar je een club kon beginnen, of een feest, presentatie of concert kon organiseren, zonder dat iemand om een vergunning of een huurcontract vroeg. Er was ruimte zat. Wat daarbij hielp was dat in Oost-Berlijn van veel huizen niet duidelijk was wie de eigenaar was. Pas later, toen dat was opgehelderd, kwam ook het kapitaal naar Mitte, werden de huizen door mensen uit het Westen opgekocht, gerenoveerd en weer verhuurd of verkocht. Toen kwam het bouw- en
Tacita Dean, Palast (2005), te zien in tentoonstelling Berlin 89/09 in de Berlinische Galerie.
25
www.zuiderlucht.eu
renoveringsproces op gang dat Mitte heeft veranderd in wat het nu, twintig jaar, later is geworden: een moderne, hippe, gepolijste en ook dure stadswijk waar de kunst in strakwitte ruimtes wordt getoond. Freiraum is het al lang niet meer, daarvoor moet je nu naar andere delen van de stad. Opvallend veel werken in de Berlinische Galerie documenteren de verdwijning van gebouwen en andere symbolen uit het Berlijn van voor 1989, of houden iets vast van hoe de stad er uitzag in de jaren negentig. Zo is op een serie fotogravures van Tacita Dean uit 2005 de gevel van het veelbediscussieerde – en inmiddels gesloopte - Palast der Republik te zien. Deans werk laat zien is wat er in de bruinoranje spiegelfacade van het Palast werd weerkaatst: de koepel van de Dom, de sculpturen op dak van het Alte Museum, de hemel boven Berlijn... De gravures zijn ontleend aan de gelijknamige film Palast die Tacita Dean maakte. Een stil en ingehouden werk dat met langzaam verschuivende camera de gevel van het Volkspalast aftast. Het is alsof Dean het gebouw met zijn spiegelende façade zelf een laatste keer aan het woord heeft gelaten voor het moest verdwijnen. In de bijdrage van Reynold Reynolds, een zwartfilm op twee beeldsporen naast elkaar, wordt Berlijn vergeleken met een boek dat op verschillende manieren gelezen kan worden. In deze film passeren talloze bekende gebouwen en monumenten de revue, versneld afgespeeld en virtuoos en ritmisch gemonteerd. De tekst van een gedicht begeleidt de film en geeft er verder richting aan. Veel bijdragen missen de poëtische kracht die de werken van Dean of Reynolds hebben, maar bieden wel een documentair perspectief op de stad. Wat opvalt over de hele linie is hoeveel kunstwerken zijn verbonden met - heel concreet - verandering en verdwijning van gebouwen uit het stadsbeeld. De Muur werd afgebikt, de resten van het socialistisch paradijs afgevoerd. En de leegtes die de stad karakteriseerden werden opgevuld met nieuwbouw en grootstedelijke ambities. Zo kwam een nieuwe stad tevoorschijn, voor velen een belofte, maar voor velen tegelijk ook verlies. Of een te snelle verandering, die geestelijk niet direct kon worden bijgebeend. Net zoals de val van de Muur pas vertraagd tot mensen doordrong. De kunst is in dit traject gaan fungeren als een geheugen, een kritisch geweten van de stad dat pas op de plaats maakt en visueel verwerkt wat in realiteit verloren gaat. Ze vertraagt, weerspiegelt en transformeert de veranderingen die in Berlijn, twintig jaar na de grote omwenteling, nog altijd in volle gang zijn. De tentoonstelling Berlin 89/09 - Kunst zwischen Spurensuche und Utopie in de Berlinische Galerie duurt nog tot en met 31 januari. www.berlinischegalerie.de
cultureel maandblad
november 2009
Plekken der Herinnering 5
Alleen de lift was
Begin vorige eeuw brachten imposante warenhuizen de nieuwe luxe onder handbereik van boeren, arbeiders en mijnwerkers. In Heerlen wordt die ontwikkeling gesymboliseerd door het Glaspaleis. “De industrie maakt het mogelijk dat de zoete schijn van de weelde zelfs de mensen met de meest bescheiden middelen bereikt.” door Paul van der Steen
D
e Franse schrijver Émile Zola zag het scherp: warenhuizen waren niet zomaar een nieuw fenomeen. Ze markeerden een maatschappelijke revolutie. In 1883 verscheen zijn roman over het fictieve winkelparadijs Au Bonheur des Dames (Nederlandse titel: In het paradijs voor de vrouw). Haarfijn beschreef hij de wereld van de kooppaleizen: van de geoliede organisatie en de gevolgen voor de kleine middenstand tot het geraffineerde spelen met de luxe dromende burgerij. Klanten verlekkerden zich aan de aangeboden kleding, zag Zola. “Vrouwen, bleek van begeerte, bogen zich voorover om zich erin te bekijken. Allen bleven voor deze losgebroken vloed staan in de heimelijke vrees door een dergelijke overstroming van weelde te worden gegrepen, en in de onweerstaanbare lust zich erin te werpen en erin verloren te gaan.” Zola voorzag de homo consumentis, de door koopverslaving voortgedreven mens. De dictatuur van de marketing zou alom tegenwoordig worden. Wie zijn gelijk bewezen wil zien, hoeft de boekhandel maar in te lopen op zoek naar de onlangs verschenen heruitgave van In het paradijs voor de vrouw. Op het omslag staat de aanprijzende tekst: ‘Een van de eerste romans over seks & shoppen’. Zola als uitvinder van de chicklit - alles is alles geoorloofd om verkoopcijfers op te krikken. Het lokken is tot kunst verheven, en deze provincie is er bedreven in. Limburg is de laatste decennia uitgegroeid tot een walhalla voor winkeldieren. Terwijl Maastricht wordt overlopen door
26
Warenhuis Schunck in Heerlen, eind jaren dertig. fotograaf onbekend
kooptoeristen, scoort Roermond als runner-up: de oude binnenstad kreeg gezelschap van een merkendorp en een retailpark. En wat te zeggen van de Ikeavestiging in Heerlen, dat is (na De Efteling) de op een na grootste dagattractie van Nederland. Een eerste plaats lijkt slechts een kwestie van tijd, een speciaal NS-station Ikea Heerlen is in voorbereiding. Economisch zal het een zegen zijn, maar mooier wordt Limburg niet van deze vershopping. Maastricht bewaakt het fysieke karakter van de oude binnenstad nog met een streng welstandsbeleid, maar outletcenters hebben kennelijk de onderlinge afspraak gemaakt dat ze voor hun architectuur hun toevlucht zoeken tot functionele winkelruimtes met het masker van een manisch opgewekt Disney-dorp. Het Roermondse retailpark doet in zijn blauwe-dozerigheid niet onder voor Ikea-vestigingen. Hét toonbeeld van Verelendung door winkelmanie is de V&D in Sittard. Een neogotisch raadhuis en een stadsboerderij verdwenen in 1966 onder de slopershamer om plaats te maken voor een betonnen doos. Tot op de dag van vandaag is het gebouw een litteken op de gezichtsbepalende Markt van de stad. Architectonisch gezien is Heerlen als enige echt beter geworden door de opkomst van het grootwinkelbedrijf. In het hart van de stad staat het door Frits Peutz ontworpen Glaspaleis, inmiddels weer voorzien van de originele winkelnaam Schunck*, met een asterisk als speelse toevoeging. “Een recht-
www.zuiderlucht.eu
voor-de-raap-gebouw”, zegt Leo Schunck, kleinzoon van de toenmalige opdrachtgever Peter Schunck. Kwaliteit wint altijd was een van de slogans waarmee het bedrijf reclame maakte. Schunck: “Die kwaliteit moest zichtbaar worden. Iedereen kocht antraciet, grijs, donkerblauw. Heel soms met een klein streepje, maar dat was al heel wuft. Met zo weinig onderscheid tussen de verschillende stoffen was het belangrijk om de kleur en kwaliteit goed te kunnen zien. Vandaar dat gekozen is voor het principe van de gestapelde markten, waar via het vele glas het daglicht goed naar binnen kon komen. Andere warenhuizen uit die tijd zaten vol verborgen verleiders. Dat was bij Schunck minder het geval. Alleen de lift was een attractie.” Uit zijn eigen kinderjaren herinnert Ton van Mastrigt, voormalig stadsbouwmeester van Heerlen, zich dat hij gefascineerd was door de mogelijkheid om steeds van binnen naar buiten te kunnen kijken en vice versa. “De V&D had ook wel ramen, maar een stuk minder en als jongetje keek je er tegen de borstweringen onder de ruiten aan.” Tijdens en na de oplevering in 1935 oogstte Schunck overigens niet meteen unanieme lof. Integendeel, er was grote beroering ontstaan over de nieuwe verschijning in het Heerlense centrum. Met name het scherpe contrast tussen de monumentale Pancratiuskerk en de modernistische schepping van Peutz schoot velen in het verkeerde keelgat. Critici spuwden hun gal over dat ‘loeder van een warenhuis’,
cultureel maandblad
november 2009
’n attractie bij Schunck ‘ Iedereen kocht antraciet, grijs, donkerblauw. Heel soms met een klein streepje, maar dat was al heel wuft’. dat ‘aanstootgevend wangedrocht’, die ‘dominante glazen kooptempel’. Vakgenoten van Peutz waren wel positief. Hoogleraren bouwkunde van de Technische Universiteit Delft oordeelden dat het Glaspaleis een reis naar Heerlen waard was. Ook de architect J.J.P. Oud sleepte zijn leerlingen mee naar Heerlen. Als gebouw heeft Schunck heeft iets van een oceaanstomer die Heerlen van het ene moment op het andere is binnen komen varen. De witte relingen op de terrassen, de trappenpartij, ze roepen associaties op met een schip. Volgens Ton van Mastrigt symboliseert het Glaspaleis als geen ander gebouw de geschiedenis van Heerlen, dat door de steenkolenwinning razendsnel van een dorp in een stad veranderde. “Het neerzetten van zo’n creatie naast een romaanse kerk laat zien hoe abrupt de overgang was.” In de tweede helft van de negentiende eeuw verschenen de warenhuizen voor het eerst in de Europese binnensteden. Gemechaniseerde productie schreeuwde om gemechaniseerde verkoop: dat kon in kolossale winkels. Het betekende een rigoureuze breuk met de wat grijze traditie van de bestaande middenstand. De nieuwe kooppaleizen pakten uit met verleidelijke etalages, zeeën van licht, sprookjesachtige etages en de sensatie van de lift met liftjongen.
N
ederland bleef vooralsnog achter bij die trend, maar Limburgers konden zich in het nabije buitenland vergapen aan de nieuwe rijkdom, zoals in de in 1885 geopende Nouveau Bazar de la Place Saint-Lambert in Luik. Misschien was Nederland te calvinistisch om zich direct over te geven aan de nieuwerwetse uitspattingen. De doorslaggevende initiatieven kwamen uiteindelijk vooral van Duitsers: Sinkel, Dreesmann, Clemens & August (C&A), Brenninkmeijer, Peek en Cloppenburg, Kreymborg, Lampe, Voss, Hoying. Hun herkomst sprak uit hun
Ton van Mastrigt. foto Perry Schrijvers
27
namen. Johann Arnold Schunck (1842-1905) was er ook zo een. In 1874 kwam hij vanuit Duitsland lopend de grens over, met een handkar vol stoffen en 900 thaler (ruim 600 euro) op zak. Hij wilde zich in Sittard vestigen, maar bleef uiteindelijk in Heerlen. De eerste generatie Nederlandse warenhuizen werden veelal gemodelleerd naar de buitenlandse voorbeelden. De Parijse paleizen van het consumentisme met hun grote glazen koepels en hoge lichthallen waren je van het. Amsterdam had mogelijk al vroeg een eigenzinnig ontwerp kunnen hebben als Berlage zijn opdracht van de Duitse ondernemer Leonhard Tietz voor een warenhuis aan het Damrak had kunnen uitvoeren. Maar de weerstand van de Amsterdamse winkeliers tegen de nieuwkomer was te groot. Nu werd Dudoks Bijenkorf (1930) in Rotterdam het eerste Nederlandse warenhuis volgens de principes van de moderne architectuur. Weg was de Franse krullerigheid, hier domineerde de geometrie van de Nieuwe Zakelijkheid. Voordat ze aan het nieuwe warenhuis begonnen, keken architect Peutz en opdrachtgever Peter Schunck rond in heel Europa. De meeste inspiratie deden zij op in Nantes, waar Les Grand Magasins Decré stonden, een warenhuis als een gestapelde markt met veel glas, naar een ontwerp van architect Henri Sauvage. Warenhuizen maakten de smaak van de rijken bereikbaar voor de minder bedeelden. Dat leidde vanaf het begin tot gefronste wenkbrauwen. “Het volk klaagt dat zijn arbeid onvoldoende betaald wordt. Maar als men nu dergelijke prullenkramen ziet”, vroeg het tijdschrift Onze meisjeswereld zich af. “Is het volk niet veel zelf schuld aan zijn armoe? Verknoeit het niet een gedeelte van zijn inkomen op erbarmelijke wijze? En is het geen ongelukkig iets in onze hedendaagsche maatschappij dat de toenemende weelde, de zucht tot het aanbrengen van versieringen en verfraaiingen, in huis en in de kleeding, overal doordringt tot in de laagste standen der maatschappij toe?” De Franse historicus Georges d’Avenel (1855-1939) was positiever. Zijn analyse van de democratisering van de luxe luidde: “Elke keer dat de industrie haar bereik vergroot, wordt het leven van een aantal individuen verrijkt; ze maakt het mogelijk dat de bleke, denkbeeldige maar zoete schijn van de weelde zelfs de mensen met de meest bescheiden middelen bereikt. Die vulgarisatie is het werk van deze eeuw: ze waarderen dat enorm.” d’Avenel onderkende dat het niet meer was dan de schijn van welvaart en individualiteit zonder onderscheidend vermogen. Toch vond hij het vooruitgang: “Het ligt in de aard van de nieuwe luxe om banaal te zijn. Laten we daarover alstublieft niet te veel klagen: voorheen was
www.zuiderlucht.eu
alleen de ellende banaal. Laten we niet verstrikt raken in de kinderachtige, maar gangbare tegenstrijdigheid die de ontwikkeling van de industrie toejuicht, maar de gevolgen van de industrialisering betreurt.” Schunck straalde uiterlijk geheel en al de nieuwe tijd uit, maar met de vluchtigheid van de moderne marketing had het bedrijf minder. De onderneming zocht het liever in meer traditionele methodes: ruimhartige gestes richting fanfares, koren en andere verenigingen betaalden zich in de regel goed uit in klandizie van de afzonderlijke leden. Winkeltrouw was de zaak meer waard dan de verleiding tot impulsaankopen. Inmiddels is Schunck al lang geen winkel meer, maar een cultuurtempel. Peutz’ paleis voldoet prima voor de plannen van directeur Stijn Huijts die zijn aanpak baseert op de pijlers van modernisme en urban culture. Huijts hecht erg aan het transparante karakter van het voormalige warenhuis. “Het geeft de kunst geen kans zich te verschansen en te zwelgen in autonomie.” Huijts wil van Schunck een magic cube maken waar de verschillende kunstdisciplines gemakkelijk kruisbestuivingen aangaan en de verbindingen tussen cultuurmakers en de maatschappij als vanzelf ontstaan. “Het oude Schunck-gevoel moeten we daarbij vasthouden. Zoals de toenmalige slogan al zei: Kwaliteit wint altijd.” Dit is het vijfde artikel in een reeks van vijftien in het kader van de Culturele Biografie, een project van de provincie Limburg. www.schunck.nl
cultureel maandblad
november 2009
Het goede wonen
Plein 1992 vanaf Toren van Siza - Maastricht Architect: Álvaro Siza | Foto: Philip Driessen | www.vesteda.com
VEST_adv KvhW_Zuiderlucht.indd 5
25-03-2009 15:13:03
za, 31 13, vernissage 19, 20 , 2 6 2 7oktober mei 2007 van 16.00 uur tot 19.00 uur
Johannes eri kvan h a bWetering, ets Van uit deSint k l eFiet i g e en t r ozijn kken verschijningen
Voor wie meer wil weten, Voor wie verder kijkt, Voor wie nieuwsgierig is.
underground gallery van sint fiet
undergroun g a22 l l enovember ry van sint fiet zo 8, 15den
geopend n 14.00 1 4 . 0 uur 0 t o-t 17.00 1 7 . 0uur 0 uur geopendva van
Lezingen, workshops, excursies. www.kumulus.nl
van sint fiet / verzamelaar van kunst / hagengaard 49 6227 he maastricht
28
www.zuiderlucht.eu
cultureel maandblad
november 2009
station
zuiderlucht
Yoshida & Romme “De directe omgeving steeds opnieuw durven
Station Zuiderlucht
te bekijken is mijn uitgangspunt. Terug naar In de achttiende aflevering van Station Zuiderlucht, halteplaats voor kunstenaars en vormgevers, aandacht voor Yoshida & Romme. Het werk 54-55 wordt per opbod verkocht op www.zuiderlucht.eu. Klikken op de button ‘Station Zuiderlucht’. Namen van bieders worden niet bekendgemaakt, wel de hoogte van het laatst geboden bedrag. De bieding begint bij 260 euro. Werk van Yoshida & Romme is deze maand als presentatie van Station Zuiderlucht te zien in Galerie Stevens in Maastricht www.galeriestevens.nl en galerie New Untitled in Venlo www.galerienewuntitled.nl
de oorsprong - het waarnemen, vastleggen en doorgeven van beelden. Op een onbevangen manier door de zoeker van de camera naar de wereld om me heen kijken. Eten laten zien als een waar feest van kleur en smaak, gebouwen als grafische constructen weergeven, portretten worden iconen van -verborgen?- verlangens. De toeschouwer maak ik deelgenoot van mijn 3-dimensionale keuze naar het platte vlak. Het verlies van de derde dimensie compenseer ik door het functionele gebruik van contrasten. Soms gewoon licht tegen donker, of hard tegen zacht, of kunstmatig tegen natuurlijk, maar ook smaak tegen smaak of kleur tegen kleur. Iedere keer wordt die extra dimensie op speelse wijze toegevoegd. In vele foto’s, zoals bijvoorbeeld de bananenschil, breng ik zelfs meerdere soorten contrast bij elkaar tot één beeld. Met mijn fotografie streef ik ernaar het alledaagse bijzonder maken en het bijzondere weer schijnbaar alledaags.”
‘Station Zuiderlucht’ wordt ondersteund door Amacura (Sittard-Geleen), Galerie New Untitled (Venlo), Galerie Stevens (Maastricht), Huis voor de Kunsten Limburg en Unlimited.DSM. Reacties naar
[email protected]
Yûko’s blog: http://moulegai.exblog.jp. Op deze blog houdt Yûko een soort dagboek bij. De hoofdzaak betreft (het dagelijks) eten, maar ook over andere zaken belijdt ze haar passie. 54 – 55 (42 x 63,4 cm) Yûko Yoshida, Michiel Romme Samenwerking sinds 1986 Yûko Yoshida: fotograaf, ontwerper 2005 ’t Bassin, Maastricht; 2005 bij Studio Wyck, Maastricht; 2006 – 07 Stevens HiFi Gent; 2009 bij Le Bon Bassin, Maastricht; 2009 bij 6211 Kunstkwartier, Maastricht Michiel Romme: Ontwerper Expositie meubels 1995 – 2002 doorlopend bij Beclau Maastricht; 2002 – heden doorlopend bij Beclau Waterloo (Australië); 2005 ’t Bassin, Maastricht; 2009 bij 6211 Kunstkwartier, Maastricht. Expositie grafisch werk: 2005 ’t Bassin, Maastricht; 2009 bij 6211 Kunstkwartier, Maastricht
[email protected] www.yoshidaromme.nl
Bananenschil (59 x 39 cm)
29
Amarant dip (42 x 63,4 cm)
www.zuiderlucht.eu
cultureel maandblad
november 2009
Art is creativity. Creativity is DSM Bárbara Wagner MIM series, 2008 Brasília Teimosa series, 2005 Tot eind november 2009 in het DSM Hoofdkantoor in Heerlen Bárbara Wagner, Untitled from the series Weddings of the Century, 2008, collectie Museum Het Domein De DSM Art Collection bestaat uit hedendaagse schilderkunst, beeldhouwkunst, fotografie, glas, keramiek en design. De kernverzameling telt ruim 600 werken van Nederlandse en buitenlandse kunstenaars. www.dsm.com
Thomas Urban Actéon
Wonen tussen de anderen Jurriaan Benschop
Berlijn heeft zich, twintig jaar na de Wende, ontwikkeld tot een creatieve metropool. Kunstenaars uit de hele wereld komen naar de stad en velen van hen blijven er. Wat beweegt al die kunstenaars, wat biedt de stad hen? En andersom: .wat bieden zij de stad? Jurriaan Benschop portretteert de Duitse hoofdstad door de ogen van oude en nieuwe Berlijners. Hij doorkruist de stad van oost naar west en brengt kunstschatten in kaart van zowel moderne klassiekers als kunstenaars van nu.
Der AnlAuf, l’élAn, De AAnloop 2 18 september t/m 27 november 2009 – een keuze uit eindexamenwerk van kunstacademies in de Euregio Maas-Rijn
Uitgeverij Atheneum ISBN: 9789025367022 Prijs: € 21,95
Op zondag 15 november gaat Wido Smeets (Zuiderlucht) in gesprek met Jurriaan Benschop over zijn nieuwe boek Wonen tussen de anderen, een portret van kunststad Berlijn. U kunt het gesprek gratis bijwonen. Aanvang: 16.00 uur.
Gouvernement aan de Maas Limburglaan 10, 6229 GA Maastricht Openingstijden maandag t/m vrijdag, 9.00 - 17.30 uur
dominikanerkerkstraat 1 maastricht t. +31 (0)43 321 08 25 www.selexyz.nl
PL_AD_Z_Lucht_SEP_DEF.indd 1
30
30-07-2009 16:18:10
www.zuiderlucht.eu
cultureel maandblad
november 2009
31
www.zuiderlucht.eu
cultureel maandblad
november 2009
Cézanne - Picasso Mondriaan
De trojka van de
In het Gemeentemuseum Den Haag worden Mondriaan, Cézanne en Picasso samen verantwoordelijk gehouden voor het ontstaan van de abstracte kunst. Maar hebben ze eigenlijk wel zoveel met elkaar te maken? “Zij volgden elkaar maar gedeeltelijk; hun paden lagen niet parallel, maar kruisten zich.” door Koen Kleijn
Piet Mondriaan, Stilleven met gemberpot (1912). foto’s Gemeentemuseum Den Haag
D
e belangrijkste mijlpaal op weg naar de abstractie in de kunst is het kubisme, dat vanaf 1907 furore maakte in Parijs. Paul Cézanne wordt gezien als de wegbereider ervan; Pablo Picasso als de grote profeet en gangmaker. Piet Mondriaan was een late bekeerling, maar uitgerekend hij zou in 1919 de kubistische schilderkunst tot het minimaalste minimum terugbrengen, tot composities met alleen primaire kleuren en rechte lijnen. Zodoende zijn Cézanne, Picasso en Mondriaan gezamenlijk verantwoordelijk voor het ontstaan van de abstracte kunst. Dat is een mooie stelling, uitgedragen door de samenstellers van de expositie CézannePicasso- Mondriaan. In nieuw perspectief in het Gemeentemusuem in Den Haag. Het veronderstelt een onvermijdelijke ontwikkeling van het werk van Cézanne (1839-1906) via de wervelstorm van de kubistische periode naar de uiterste consequentie van Mondriaans klare lijn. Zonder Cézanne zou Picasso (1881-1973) niet de weg naar het licht gevonden hebben. En Piet Mondriaan (1872-1944) is dan de Parsifal, die de tocht volbracht en de Graal zou zien. Maar was dat echt een onvermijdelijke ontwikkeling? Was Cézanne echt op weg naar de absolute abstractie? Het kubisme was de uitkomst van een lange
32
ontwikkeling die de kunst eigenlijk al sinds de Renaissance bezighield: de vraag of de werkelijkheid, met zijn diepte en zijn solide vormen en volumes, nog wel moest worden uitgedrukt als een illusie van drie dimensies op een plat doek. De impressionisten hadden de grens van die manier van werken bereikt. Voor veel kunstenaars was het echter moeilijk te accepteren dat de werkelijkheid zomaar voor altijd zou oplossen in een weefsel van kleur en licht, zonder perspectief, zonder lijn. Postimpressionisten als Van Gogh en Gaugain hielden vast aan het idee dat een schilderij een basis in de werkelijkheid moest hebben, en zij zochten naar de structurele kwaliteiten van de kleur zelf. Aan het begin van de twintigste eeuw was dat uitgelopen op een fantastisch vuurwerk van kleur, in het werk van de fauvisten. Alles mocht. Elk contact met de werkelijkheid leek verloren. Het curieuze van Paul Cézanne was dat hij zich aan die hele ontwikkeling van het eind van de 19de eeuw had onttrokken. Hij was een marginale figuur, een laatbloeier. Gesteund door vrienden als Zola en Pissarro en met een toelage van zijn vader had hij zich ver weg in de provincie gewijd aan een lange zoektocht. Dat ging niet vanzelf. Cézanne was geen natuurtalent. Zo kon hij bijvoorbeeld niet bijster goed tekenen. Bovendien wilde hij iets doen dat zó lastig te vatten was, het vinden van een echte
www.zuiderlucht.eu
oplossing voor die conflicten tussen werkelijkheid en illusie, tussen de effecten van het licht en de structuur van de ruimte, dat het hem tientallen jaren van oefening kostte voor hij er greep op kreeg. Daar zijn smakelijke anekdotes over. Toen hij het portret schilderde van de criticus Gustave Geffroy liet hij hem in drie maanden tachtig keer poseren en verklaarde het project vervolgens mislukt. Cézanne liet gaandeweg de verfstreek los ten gunste van het aanbrengen van kleine kleurvlakjes, die allemaal samen de constructie en structuur van een schilderij opbouwden. Het oppervlak van het schilderij werd zo in heel kleine stukjes gebroken, zonder dat de eenheid van het beeld werd verstoord. Het bleek mogelijk, met kleine verschuivingen in perspectief, bijvoorbeeld, een beeld van de werkelijkheid te geven zonder de illusie van drie dimensies. Het was, in de woorden van de kubist Gleizes, een ‘réalisme profond’, een dieper realisme.
H
et was een volslagen ander soort kunstenaarschap dan dat van Pablo Picasso, die vanaf 1900, pas 19 jaar oud, de kunstwereld stormenderhand veroverde. Vanaf 1904 woonde hij in Parijs en absorbeerde daar het complete scala aan schilders en zag en passant ook werk van Cézanne. In 1907 presenteerde Picasso Les Demoiselles d’Avignon
cultureel maandblad
november 2009
abstracte kunst Picasso: ‘Ik heb eigenlijk nooit geëxperimenteerd.’ dat wel het grote kanonschot voor de triomftocht van het kubisme mag worden genoemd. Zo schoven de kubisten, grof gezegd, het laatste restje Renaissance aan de kant. De kunstenaar had voortaan het recht om de dingen van alle kanten tegelijk te bekijken. Linear perspectief was niet meer van belang. De bouwstenen van een schilderij - kleur, vorm en volume - konden voortaan onafhankelijk van elkaar functioneren. Een schilderij kon ook worden gemaakt met dagelijkse dingen, collages van krantenknipsels bijvoorbeeld. Ruimte en volume konden worden weergegeven zonder dat daar een 3D-illusie voor moest worden gewekt. Het kan raar klinken, maar het kubisme was dus in essentie een realistische kunst die terugreikte naar de periode vóór de impressionisten. Naar eigen zeggen bouwden Picasso, Braque en de voormalige fauvist Matisse voort op het werk van de oude Cézanne, die juist in 1906 was overleden. Matisse noemde Cézanne “ons aller Meester”. Picasso roemde hem “als een vader voor ons allemaal”. In de jaren voor de Eerste Wereldoorlog werd het kubisme een sensatie in de hele wereld.
I
n 1907 zat Piet Mondriaan echter nog kalmpjes te aquarelleren aan het Gein. Zijn kunstenaarschap was, om het vriendelijk te zeggen, ongericht. Hij had in 1906 de grote Van Gogh-tentoonstelling in Amsterdam gezien en begon daarna zelf ook nachtelijke landschappen te schilderen, om ‘de tragiek van de natuur’ weer te geven. Hij maakte
Pablo Picasso, Staande naakte vrouwen.
33
portretten en bloemstukken, hij schilderde beurtelings ‘luministisch’ en ‘expressief’, hij kopieerde Caspar David Friedrich. Hij was sterk spiritueel angehaucht. In 1908 trad hij toe tot de ingewijden van de Theosofische Beweging. Het revolutionaire kubisme was, kortom, nog ver weg. Toch drong het nieuws ook in het noorden door. Schilderijen van Cézanne waren in Amsterdam vanaf 1909 te zien in de nieuwe vleugel van het Rijksmuseum, waar de collectie-Hoogendijk in bruikleen hing. Mondriaans bewustwording moet zijn gekomen in oktober 1911, op een tentoonstelling van de Moderne Kunstkring in Amsterdam, waar niet minder dan 28 schilderijen van Cézanne te zien waren, temidden van werk van Toorop, Redon, Denis, Van Dongen, Gestel, Sluyters en Mondriaan zelf. Voor veel Nederlandse kunstenaars was die Cézanne-presentatie een openbaring, of zoals samensteller Willem Steenhoff het uitdrukte: “… een heenwijzing naar niet vermoede uitzichten, of een grondige inkeer, die de kunstverschijning op een nieuw voetstuk zet.” Kort daarna zou Steenhoff in het Rijksmuseum een tekening van Picasso tentoonstellen, iets wat op zo’n niveau nog niet eerder was gebeurd. Mondriaan vertrok in 1912 naar Frankrijk, vervuld van nieuwe inzichten, maar hij was niet zomaar een naïeve discipel van de kubisten geworden. Zeker, zijn Stilleven met Gemberpot (1912) is een devoot eerbewijs aan Cézanne, maar daar houdt de relatie met het kubisme eigenlijk al op. Voor Mondriaan was het een fase, een opstap naar iets anders. De oorsprong voor die andere richting ligt in Mondriaans theosofische opvattingen. Die worden vaak als mal en onbelangrijk gezien. Toch was dat gedachtegoed een stevige constante in zijn leven die zijn ontwikkeling in hoge mate voortdreef. Het Evolutie-drieluik van 1911 bijvoorbeeld was een theosofische allegorie op de transformatie van de mens van de lichamelijke toestand naar de spirituele. Het kubisme bood Mondriaan de mogelijkheid om dat proces in schilderijen vorm te geven. Het ging hem dus niet om de nieuwe vorm van realisme, dat het kubisme voorstond, integendeel: hij vond juist dat de kunst ver boven de werkelijkheid stond. Hij bewoog zich in een compleet andere richting dan Picasso en Braque. In 1914 schreef hij aan kunstpaus H.P. Bremmer: “Ik construeer op een plat vlak lijnen en kleurcombinaties met ‘t doel algemeene schoonheid zoo bewust mogelijk uit te beelden. Ik wil de waarheid zoo dicht mogelijk benaderen en daarom alles abstraheeren tot ik kom tot het fundament der dingen.”
www.zuiderlucht.eu
Paul Cézanne, Montagne Sainte-Victoire.
Wanneer de weergave van de materiële wereld echt werd losgelaten zou de ‘abstracte werkelijkheid’ zichtbaar en voelbaar worden, onthuld door de dynamische tegenstelling van vlak en lijn, van kleur en zwart/wit, van horizontaal en verticaal. Zo bezien is er een hechte relatie tussen de kunst van Cézanne, Picasso en Mondriaan, maar het is de vraag of zij ook echt alle drie bezig waren met hetzelfde onderzoek. Zij volgden elkaar maar gedeeltelijk; hun paden lagen niet parallel, maar kruisten zich. Cézanne zei: “In het schilderen zoek ik”. Picasso meende het tegenovergestelde: “Volgens mij betekent ‘zoeken’ in de schilderkunst niks. Het gaat om het vinden. Ik heb eigenlijk nooit geëxperimenteerd.” Picasso dacht niet lang na over de filosofische of spirituele aspecten van zijn kunst: hij had een duidelijk idee over wat het moest worden, en dat voerde hij uit. Hij zag, nam in zich op, ging voorwaarts, veranderde van stijl naar het hem uitkwam.
J
uist het rusteloze zoeken, het voortdurende experiment, bindt Mondriaan aan Cézanne. In de schilderijen van Cézanne is dat aarzelende onderzoek altijd herkenbaar, en ook in Mondriaans werk, zelfs in zijn meest radicale, heldere composities is dat zo. Het dwangmatige werk met het penseel, de plotselinge ingevingen, de veranderingen van gedachte, dat alles toont zijn behoefte om het proces van het schilderen zichtbaar te maken. Er is geen vaste structuur, geen perfecte harmonie. Er is alleen maar een eeuwigdurende beweging van tegengestelde krachten.
Cézanne – Picasso – Mondriaan. In nieuw perspectief. Gemeentemuseum Den Haag, van 17/10 t/m 24/1. www.gemeentemuseum.nl
cultureel maandblad
november 2009
Agenda
Let op, nieuw emailadres! Items voor de agenda digitaal opsturen vóór de 15e van de maand naar
[email protected]
Architectuur, mode en vormgeving >Hasselt – In her Shoes, de geschiedenis van de modeschoen, van 30/5 t/m 8/11 in het Modemuseum. www.modemusuemhasselt.be > Maastricht – Rien ne va Plus, architectuur in tijden van crisis & Reading Europe, een verzameling ideeën over architectuur en design. Van 13/9 t/m 10/1 2010. NAiM/bureau Europa. www.bureau-europa.nl > Maastricht – Constructions, openingsexpositie. En Markus Lüppertz, tekeningen op papier. Van 10/10 t/m 31/12 bij Galerie Whiterouge, nu op Looiersgracht 1. www.whiterouge.com > Nijmegen - De Blijde Incomste van Katherina van Kleef: kostuums uit de vroege vijftiende eeuw. Van 10/10/9 t/m 3/1/10. Museum het Valkhof. www.museumhetvalkhof.nl > Rotterdam - 4de Internationale Architectuur Biënnale Rotterdam. Van 24/9 t/m 10/1/10. www.iabr.nl
Beeldende kunst > Aijen (Bergen) - Groepsexpositie van 4/10 t/m 22/11 in Galerie Pictura. www.galeriepictura.nl > Amsterdam – Van Goghs Brieven. De kunstenaar aan het woord. Van 9/10 t/m 3/1/2010. Van Gogh Museum. www.vangoghmusuem.nl > Bergen – Maasheggen met Madeleine Jansen en Marco van de Plasse. Van 16/10 t/m 22/11. Kunsthuis de Bakkerij. www.bakkerijbergen.nl
> Berg en Terblijt – Groepstentoonstelling 2009. Vanaf 15/3. Giardino galerie & beeldentuin. www.beeldentuinen.nl > Breda – B-Sides and Rarities. Van 20/9 t/m 12/12. Lokaal 01. www.lokaal01.nl >Brussel – Jeff Geys, Quadra Medicinale. Van 7/6 t/m 22/11. Ann Veronica Janssen.Van 5/9 t/m 15/11. Andro Wekua. Van 24/10 t/m 3/1/10. Wiels, centrum voor hedendaagse kunst. www.wiels.org > Cadier en Keer – Vruchtbare kunst. Afrikacentrum. Van 15/5 t/m 29/11. www.afrikacentrum.nl > Den Haag – Notes on Narratives. Van 10/10 t/m 28/11. Nest. www.klarawallner.de > Eindhoven – Lissitzky. Van 19/9 t/m 5/9 2010. Van Abbemusuem. www.vanabbemuseum.nl > Eindhoven – Werk van Claudy Jongstra, Marc Mulders, Alexander van Slobbe en Reinoud van Vught. Van 19/10 t/m 21/11 in galerie Zand. www.galeriezand.com > Hasselt – Toegepast 14. Designers van morgen. Van 26/9 t/m 13/12. (un) Balanced, Frederic Geurts. Van 8/11 t/m 7/2/10. Z33 Hasselt. www.designplatform.be > Hasselt – Paula Strauven en Nicole Festjens. Van 25/10 t/m 18/11. Galerie de Oude Barrier. www.galeriedeouderbarrier.be > Hasselt – Smile, stad als canvas. Van 26/0 t/m 26/12. Binnenstad Hasselt. www.mooze.be > Heerlen - Woordbloed en beeldvermaak , Pam Emmerik. Van 26/9 t/m 29/11. Rode Reuzen en Witte Dwergen, Johan Tahon. Van 26/9 t/m 29/11. Glaspaleis Schunck. www.schunck.nl > Heerlen – “ZIJ”N, Angelo Timmermans. Van 26/10 t/m 2/1/10. Galerij tussenverdieping Atrium MC Heerlen. > Heusden-Zolder – Schitterend
Suzanne Abbuehl op 8/11 in café Thembi in Maastricht
34
Zilver: de Sterckshofopdrachten en recente zilverobjecten. Van 24/10 t/m 10/1/10. Kunstgalerij de Mijlpaal. www.demijlpaal.com > Heythuysen – Marianne Delmee en Jac Linssen. Van 25/10 t/m 22/11. Gemeentehuis Heythuysen. > Maastricht – Palazzo: vroegItaliaanse kunst in Nederland (19001940). T/m 31/12/12. Bonnefantenmuseum. www.bonnefanten.nl > Maastricht – Myriam Custers, Kissing The Target, van 06/11 t/m 29/11 in Hedah. www.hedah.nl > Maastricht – Beagle2beagle, Nathalie Brans. Van 7/3 t/m 22/11. Red Animal. Van 20/9 t/m 30/11. Natuur Historisch Museum. www.nathaliebrans.nl > Maastricht – Constructions, openingsexpositie. En Markus Lüppertz, tekeningen op papier. Van 10/10 t/m 31/12 bij Galerie Whiterouge, nu op Looiersgracht 1. www.whiterouge.com > Maastricht – Der Anlauf, l’Elan, de Aanloop 2. Keuze uit kunstacademies euregio Maas-Rijn. Van 18/9 t/m 27/11. Gouvernement. > Maastricht – An act in 20 minutes. Van 7/10 t/m 8/11. ‘t Brandweer. www.juulsadee.nl > Maastricht – Depression. Van 19/9 t/m 29/11. Marres, centrum voor contemporaine cultuur. www.marres.org > Maastricht – Erik Buijs en Hjalmar Riemersma, van 18/10 t/m 15/11 bij Galerie Huub Hannen. www.huubhannen.nl > Maastricht - Johannes van Wetering, van sint fiet en zijn verschijningen in Underground gallery. 8, 15 en 22 november van 14.00 tot 17.00 uur. > Middelburg - Nina Beier & Marie Lund, The Object Lessons. Van 3/10 t/m 13/12. De Vleeshal. www.vleeshal.nl > Middelburg - Heidrun Holzfeind Mexico 68. Van 3/10 t/m 13/12. De kabinetten van De Veeshal. www.vleeshal.nl > Nijmegen – Het getijdenboek van Katherina van Kleef. T/m 3/1 2010. Museum Het Valkhof. www.museumhetvalkhof.nl > Roermond – Cuypers-Mentjens, de nieuwe presentatie over architect Pierre Cuypers. Van 4/4 t/m 31/12. www.museum.roermond.nl > Roermond – Een belofte. Piet Schoenmakers tekeningen. Van 18/9 t/m 8/11. DZD Art Gallery. www.dzdart.nl > Roermond – Ilona van den Brekel, video, kijkers en keramische spiegels. Vrijeveldkunst. Van 23/10 t/m 7/11. www.vrijeveldkunst.nl > Roermond – Torsten Uerlings, van 23/10 t/m 17/11 in Huis voor de Kunsten. www.hklimburg.nl/beeldendekunst > Sittard - Anne-Marie Schneider, Jambes Longues 26/9 t/m 03/01/10. Anouk Kruithof, Becoming Blue 26/09 t/m 03/01/10 in Het Domein. www.hetdomein.nl > Sittard - Magda Luttikhuizen, Rutger Jan Bredewold en Wilma Schipholt. 13/10 t/m 13/12. Jack Willems, van 06/11 t/m 29/11. Flash Expo’s in 21A Art en Architecture. Galerie NDK. www.dabekaussen.nl
Pascalle Mansvelders, This Gun’s For Hire in Odapark Venray.
> Sittard – Ten years of travel. Max Kreijn, watercolours from four continents 1998-2009. Van 15/11 t/m 4/1/10. Galerie Michel Knops. www.galeriemichelknops.nl > Tegelen – Engelenspel. Van 17/10 t/m 10/1/10. Keramiekcentrum Tiendschuur. www.tiendschuur.net > Valkenburg – Harry Lips, Een uitgebreide keuze uit zijn oeuvre, van 4/10 t/m 6/12. Jan Laeven en het Zuid-Limburgse landschap, van 4/10 t/m 20/3/ 2010. Charles Eyck, Schilderijen 1940-1980, van 4/10 t/m 6/12. Museum Land van Valkenburg www.museumlandvanvalkenburg.nl > Venlo – Birds. Van 13/9 t/m 8/11. Galerie new Untitled. www.galerienewuntitled.nl > Venlo – Maarten & Reina van Bommel van Dam. Van 5/11 t/m 24/1/10. Symposium: Uit liefde voor de kunst, relatie tussen verzamelaars en musea. Op 5/11. Museum Van Bommel van Dam. www.vanbommelvandam.nl > Venray – Pascalle Mansvelders, This Gun’s For Hire – Van 27/11 t/m 28/2/10. Odapark. www.odapark.nl > Vijlen – Tasempio “In between from to and further: het beeld achter de muziek”. Schilderijen van William Otermans geïnspireerd op live optredende bands. Met iPod touch voor muziek en uitleg. Van 19/9 t/m 10/1/10. www.tasempio.nl > Weert – Huis van Nicolaas. Van 17/11 t/m 4/12. Kijk op kerststallen. Van 19/12 t/m 10/1/10. Jacob van Horne. www.galeries.nl > Weert – Niet meer jezelf zijn. Van 20/9 t/m 11/10. Oorlog en Vrede. Van 17/10 t/m 29/11. Getekend Weert. Van 13/12 t/m 21/3/10. Tiendschuur. www.galeries.nl
Fotografie en film > Genk - Cité van Lara Mennes, tot en met 10/11 in Stadsbibliotheek Genk. www.bibliotheek.genk.be en www.laramennes.be > Hasselt – Smile. Hasselt als canvas voor het werk van talentvolle fotografen. Grote foto’s door de hele stad. Routes verkrijgbaar bij Toerisme Hasselt. www.smilehasselt.be
www.zuiderlucht.eu
Muziek > Hasselt – Beastfest European Tour 2009. Op 7/11. Imperial Never Say Die Club Tour 2009. Op 21/11. www.muziekodroom.nl > Heerlen – LSO met Barber, Copland en Bernstein. Op 7/11. www.lso.nl > Heerlen – New model Army. Op 2/11. Luka Bloom. Op 3/11. Therapy? Op 5/11. Moke. Op 20/11. Heideroosjes. Op 26/11.Nieuwe Nor. www.nieuwenor.nl > Heerlen - Barokensemble Collegium AD MOSAM. Scarlattissimo. Een Italiaans Kamermuzikaal Gerecht. Op 8/11. Theater Heerlen. www.admosam.nl > Heerlen – Sabrina Starke. Op 1/12. Gabriel Rios. Op 3/12.Van Velzen. Op 17/12. The Groovealicious Tour met Boris feat. Do, Wicked Jazz Sounds Band & Jenny Lane. Op 22/1/10. Rowen Héze. Op 6/2/10. Vive La Fete. Op 27/2/10. Parkstad Limburg Theater. www.parkstadlimburgtheaters.nl > Kerkrade – Alice Cooper. Op 8/12. Rodahal. www.parkstadlimburgtheaters.nl > Maastricht – LSO: diverse concerten. www.limburgssymfonieorkest.nl > Maastricht - Susanne Abbuehl Trio. Op 8/11 om 15.00 uur. Paul van Kemenade Quintet. Op 15/11 om 15.00 uur. Award Winning Tineke Postma & Marc van Roon. Op 22/11 om 15.00 uur. Harmen Fraanje International Quartet. Op 29/11 om 15.00 uur/. Cafe Thembi. www.thembi.nl > Maastricht –Muziek van Franse zuchtmeisjes. Op 20/11.Ipanema. www.fillessourires.com/gainsnord > Roermond – Diverse Cuypers Kamerconcerten. Statenzaal van het stadhuis. www.museum.roermond.nl > Valkenburg - Bart Spits Quartet, vrijdag 6/11 om 18.00 uur. restaurant Aan de Linde. www.aandelinde.eu
Theater > Maastricht – Vijand van het Volk, Toneelgroep Maastricht (Het Vervolg). Van 7/10 t/m 22/12 tournee. www.hetvervolg.nl > Neerpelt - Berlin met Moscow.
cultureel maandblad
november 2009
Van 5 t/m 7 november in Theater op de Markt in Dommelhof Neerpelt. www.theateropdemarkt.be en www.berlinberlin.be
Colofon
Zuiderlucht is een onafhankelijk maandblad (oplage 15.000) dat gratis wordt verspreid via 220 distributiepunten. Uitgever: (in opdracht van de Stichting Zuiderlucht): Bodosz, Stationsplein 27, 6221 BT Maastricht. Tel.: 0031 43 3510029 Email:
[email protected] Hoofdredactie: Wido Smeets Tel.: 0031 43 3500591 Mobiel: 0031 653 338905 Email:
[email protected] Eindredactie: Emile Hollman Commercie en relatiebeheer: Loes Franck . Mobiel: 0031 648 188 400 Email:
[email protected] ISSN: 1875-7146
Diversen > Bergen aan de Maas – Happen en trappen: kunst bekijken, rivierenlandschap verkennen en bourgondisch dineren op verschillende locaties. Vanaf 10/4. Kunsthuis de Bakkerij. www.bakkerijbergen.nl > Brussel – China, made in Italy, Gabriele Di Matteo. Van 19/10 t/m 17/12. Keitelman Gallery. www.keitelmangallery.com > Hasselt – Magnifique, Hasseltse keramiek spreekt. Van 20/9 t/m 3/1/10. Nationaal Jenevermuseum. www.hasselt.be > Heerlen – Cultuurbrouwerij. Elke eerste maandag vd maand. www.cultuurbrouwerij.nl > Limbricht - Presentatie Canon van Limburg, 26/11 17.00 uur in kasteel Limbricht. > Maastricht - De Wereld van René Glaser. Vanaf 17/5. Museum de Historische Drukkerij. www.drukmuseum.nl > Maastricht – Red animal. Van 20/9 t/m 30/11. Natuurhistorisch Museum. www.nhmmaastricht.nl > Maastricht – Lezing: De wisselingen van het lot: Maastricht 1827-1831 door Lou Spronck. Op 2/11 om 20.00 uur. Aula VMBO-locatie van het Bonnefantencollege. www.lgog.nl > Maastricht - Rok & Ruil, kledingruilwinkel voor 1 dag. zaterdag 14/11 vanaf 12.00 uur Achter de Barakken 3. www.rokenruil.nl > Nijmegen - De keukenboeken van Katherina van Kleef. Van 10/10 t/m 3/1/10. Museum het Valkhof. www.museumhetvalkhof.nl > Thorn - De Tijd tikt in Het land van Thorn, van 10/10 t/m 10/01/10, Museum Het land van Thorn. www.museumhetlandvanthorn.nl
Uitgelicht • Bárbara Wagner, MiM-Series en Brasília Teimosa series, tot eind november in DSM Hoofdkantoor Heerlen. www.dsm.com
• Bruno Pedrosa, ‘Signs’. Van 12/11 t/m 19/12 in Galerie Stevens Maastricht. www.galeriestevens.nl • Der Anlauf, l’Elan, de Aanloop 2. Keuze uit eindexamenwerk kunstacademies euregio Maas-Rijn. Van 18/9 t/m 27/11. Gouvernement. • Erik Buijs en Hjalmar Riemersma. Van 18/10 t/m 15/11 bij galerie Huub Hannen in Maastricht. www.huubhannen.nl
• Johan Tahon en Pam Emmerik (t/m 29/11); Heerlen Jazzt (1/11 tm 28/11) in Schunck* Heerlen. www.schunck.nl • La condition humaine. Robbert Fortgens, Ger Lataster, Bep Scheeren en Dariusz Vasina. T/m 29/11 in Galerie Post + Garcia. www.postgarcia.com • Lena Lapschina, My Favorite Late-Night Televison Watching Pencil’s Diary. T/m 13/12 in KUS Heerlen. www.kunstencentrumsigne.nl
• Live Forever: Elizabeth Peyton. T/m 21/03/2010 in Bonnefantenmuseum. Palazzo t/m 1/1/2010. www.bonnefanten.nl • Motives Festival Genk. New sounds of jazz. 13/14 en 15/11 in Casino Modern Genk. www.motivesfestival.com
• Nude Danstheater Station Zuid. Op 6/11 in Schouwburg Venray, op 4/12 in AINSI Maastricht en op 8/12 in Munttheater Weert. www.stationzuid.nl • Rien ne va Plus, Architectuur in tijden van crisis & Reading Europe. T/m 10/01/10 in NAIm/Bureau Europa Maastricht . www.bureau-europa.nl
• This Gun’s for Hire, Pascalle Mansvelders. Van 27/11 t/m 28/2/10 in Odapark Venray. www.odapark.nl
K u n s t o p d r a c h t ‘Groene Kruis Heerlen 100 jaar’ Op 10 oktober 2010 bestaat het Groene Kruis Heerlen 100 jaar. Zij willen het jubileumjaar kracht bijzetten door de gemeente Heerlen een kunstwerk in de openbare ruimte te schenken waarin de filosofie van de organisatie verbeeld wordt:
“Van zorg naar welzijn, voor jong en oud”. Voor de kunsttoepassing is een bedrag van e 50.000,- (all in) gereserveerd. De kunsttoepassing dient 15 september 2010 gerealiseerd te zijn. Professionele kunstenaars die belangstelling hebben voor deze opdracht dienen zich vóór 1december 2009 aan te melden bij de gemeente Heerlen. Deze aanmelding dient vergezeld te gaan van: Documentatie van relevant werk / Beknopte CV / Motivatie voor deze opdracht. De vergoeding per schetsontwerp bedraagt e 2.500,-. Op basis van max. 3 schetsontwerpen wordt een definitieve keuze gemaakt voor een kunstwerk. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de beleidsmedewerker cultuur, Carola van Iersel: telefoon 045 5604529 /
[email protected]
Aanmeldingen voor de kunstopdracht kunnen gericht worden aan: Aan het College van Burgemeester en wethouders van de gemeente Heerlen T.a.v. Carola van Iersel, afd. Welzijn Postbus 1 6400 AA Heerlen
• Toegepast 14. Designers van morgen. Van 26/9 t/m 13/12 in Z33 Hasselt. www.designplatform.be
0
Uitgelicht is een extra service aan de adverteerders in Zuiderlucht. Meer info via info@ zuiderlucht.eu of 043 3500591.
o e k i n 2 01
www.zuiderlucht.eu
n e Kr ui s H
1 0 0 j a a r Gr
oe
cultureel maandblad
r le n - H o e ns
35
• I-fabriek, 3rd edition. 3/12 in Maastricht, 4/12 in Venlo. www.i-fabriek.nl
ee
> Aken – Bijeenkomst van schrijvers, elke eerste woensdag van de maand. Kulturhaus Barockfabrik, Löhrgraben 22. www.literaturbuero-emr.de > Aken - EUROVISION zeigt Petra Herzog & Franz Burkhardt: Trout Miller’s Wife und zu sammeln. Jahresgaben 2009. Van 30/8 t/m 8/11. NAK Neuer Aachener Kunstverein. www.neueraachenerkunstverein.de >Berlijn - De tentoonstelling Berlin 89/09 - Kunst zwischen Spurensuche und Utopie in de Berlinische Galerie duurt nog tot en met 31 januari. www.berlinischegalerie.de > Düsseldorf – Danica Dakic. Van 29/8 t/m 8/11. Eat Art. Van 28/11 t/m 28/2/10. Kunsthalle Düsseldorf. www.kunsthalle-duesseldorf.de > Düsseldorf- Ayse Erkmen, Hausgenossen. Van 8/11 t/m 17/01/10. In K21. www.kunstsammlung.de > Düsseldorf- Per Kirkeby Retrospektive en Caspar Wolf: Gipfelstürmer zwischen Aufklärung und Romantik . Düsseldorf, Museum Kunstpalast, t/m 10 januari 2010. www.museum-kunst-palast.de. > Kalkriese - Tentoonstelling Colossal met oa Hans Lemmen, Yves Maes, Wim Delvoye, Rui Chafes, Pedro Vabrita Reis en Yue Minjun. Van 25/4 t/m 31/12/11. Museum & park Kalkriese bij Osnabruck > Keulen - Ergin Çavusoglu van 07/11 t/m 17/01/10. Videoarchiv, t/m 17/01/10 Ludwig Forum. www.ludwigforum.de > Kleve – Alex Katz – An American Way of Seeing. Overzicht met 40 werken uit 1957–2008. Van 11/10 t/m 21/2/10. Museum Kurhaus. www.musuemkurhaus.de > Mönchengladbach – Das Gespinst. t/m 10/01/10 (met oa Monika Baer, William Engelen, Martin Kippenberger). Robert Morris. Van 1/11 t/m 1/3/10 Museum Abteiberg. www.museum-abteiberg.de > Mönchengladbach – Partners. Kunst in het euregio-huis, 24/9 t/m 12/12. > Oberhausen – Sterstunden, Wunder des Sonnensystems. T/m 30/12/10. Gasometer Oberhausen. www.gasometer.de
br
[ DUITSLAND ]
november 2009
36
www.zuiderlucht.eu
cultureel maandblad
november 2009