SCHOOLGIDS 2009— 2010
1.
ALGEMEEN
1.
Identiteit
Het Roelof van Echten College gaat uit van de Stichting Roelof van Echten te Hoogeveen. In artikel twee van de statuten staat haar grondslag als volgt omschreven: ‘De stichting aanvaardt als grondslag voor haar handelen de Bijbel. De geloofsinhoud daarvan wordt tot uitdrukking gebracht in de Apostolische Geloofsbelijdenis. Zij ontleent haar normen en waarden aan de Tien Geboden’. ‘Het doel van de stichting is het doen geven van christelijk onderwijs gericht op algemeen maatschappelijke vorming, persoonlijke ontplooiing en beroepsvoorbereiding…’. 1.2. Visie en missie Een succesvolle leerloopbaan voor ieder kind. Dat wil het Roelof van Echten College bereiken. Handelend vanuit de Bron van de christelijke traditie vinden wij het belangrijk dat een kind volledig tot zijn recht komt op onze school. Wij voelen ons verantwoordelijk voor een goede overgang van het basisonderwijs naar onze school. En van onze school naar het vervolgonderwijs of de arbeidsmarkt.
haar capaciteiten en interesses. Maar ook dat een kind een diploma haalt waar de arbeidsmarkt behoefte aan heeft en dat het een volwaardige deelnemer wordt van onze maatschappij. Het Roelof van Echten College wil te boek staan als een zeer goede school. Niet alleen bij ouders en leerlingen. Wij vinden het even zo belangrijk dat onze werknemers het Roelof van Echten College beoordelen als een goede werkgever. Een werkgever door wie zij worden gehoord, die hen de mogelijkheid biedt zich breder te ontwikkelen en die hen uitdaagt vernieuwend bezig te zijn. Bovenstaande visie vraagt van het management en van de medewerkers van onze school ondernemend en professioneel gedrag.
Onze strategie Het Roelof van Echten College is ONDERNEMEND Wij nemen onze maatschappelijke opdracht serieus. Daarom luisteren wij naar de behoeften van ouders en leerlingen, van de aanleverende basisscholen en van onze ‘afnemers’: het vervolgonderwijs en het bedrijfsleven. Zodat wij in ons onderwijsaanbod hier Hoe wij dat aanpakken? Ten eerste is er voor ieder alert op kunnen reageren. Vanuit deze kind passend onderwijs dat aansluit bij zijn of haar ondernemersvisie handelen wij proactief door het ontwikkelmogelijkheden. Daarnaast bieden we initiatief naar ons toe te trekken en samenwerking te verschillende trajecten aan, die de overgang naar het zoeken met basisonderwijs, het vervolgonderwijs en vervolgonderwijs gemakkelijker maken. Om dit te het bedrijfsleven. bereiken werken wij samen met het basisonderwijs, speciaal onderwijs, vervolgonderwijs en het Het Roelof van Echten College is PROFESSIONEEL bedrijfsleven. En bieden wij onze medewerkers een Wij willen kinderen de mogelijkheid geven over te professionele omgeving waarin ook zij kunnen leren stappen van de ene naar de andere leerlijn, ze en groeien. Een succesvolle leerloopbaan voor ieder uitdagen om hogerop te komen en hen in staat kind. Ouders, medewerkers en stellen zich te oriënteren op vervolgopleidingen en de samenwerkingspartners mogen onze organisatie beroepspraktijk. Hiertoe moeten wij onze aanspreken op deze verantwoordelijkheid! samenwerkingspartners beter leren kennen. En door samenwerking de expertise in huis halen om ieder Onze visie kind op intellectueel en op sociaal-emotioneel vlak te Het Roelof van Echten College wil een school zijn die laten groeien. Onze medewerkers willen wij passend onderwijs biedt voor ieder kind. Of het stimuleren om zich verder te ontwikkelen. Dit willen kind nu meer intellectuele uitdaging nodig heeft of wij bereiken met bijscholing, juist extra begeleiding op inhoudelijk of sociaaluitwisselingsprogramma’s en door meer emotioneel gebied. Het Roelof van Echten College wil verantwoordelijkheden bij hen neer te leggen. dat een kind zo goed mogelijk terechtkomt. Dat het moeiteloos doorstroomt naar het vervolgonderwijs. Of een passende baan vindt die aansluit bij zijn of
PAGINA 3
SCHOOLGIDS 2009—2010
2.
SCHOOLBREED ONDERWIJSAANBOD
2.1. Praktijkonderwijs Deze vorm van onderwijs richt zich op leerlingen van 12 tot 18 jaar die zonder diploma doorstromen naar werk of naar een korte beroepsopleiding. Er is veel aandacht voor de praktijk. Het praktijkonderwijs van onze school beschikt over een Arbeidstrainingscentrum. Soms kunnen leerlingen binnen het Roelof van Echten College doorstromen naar het leerwegondersteunend onderwijs (LWOO) in het vmbo. Het Praktijkonderwijs biedt ook een deel van de vmbo + leerlijn aan. 2.2. VMBO Het voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs kent vier leerlijnen. De opleiding duurt vier jaar. Een leerlijn is een soort onderwijsprogramma van basisschool naar vervolgonderwijs met daarin in de beide laatste leerjaren een aantal verplichte en een aantal vrij te kiezen examenvakken. De vier leerlijnen zijn: • de VMBO + leerlijn; • de Praktische leerlijn; • de Theoretische leerlijn; • de MAVO-leerlijn. Deze doorlopende leerlijnen kennen veel voordelen: • goede aansluiting op basis- en vervolgonderwijs;gemakkelijke overstapmogelijkheden naar een andere leerlijn; • zittenblijven komt nauwelijks voor, omdat een leerling een leerlijn kan kiezen die past bij zijn mogelijkheden en belangstelling; • veel keuzemogelijkheden; • optimale kansen; • grote slagingskans; • ruimte voor eigen talenten. De VMBO+ LEERLIJN is bedoeld voor leerlingen van wie verwacht wordt dat ze met extra zorg het reguliere VMBO-programma kunnen volgen. De + staat dus voor extra zorg + ondersteuning + eventueel een aangepast programma. Een
PAGINA 4
mogelijke route binnen VMBO + is het Leerwerktraject. Met een diploma VMBO + kan een leerling doorstromen naar het Middelbaar Beroeps Onderwijs. Veel leerlingen die in aanmerking komen voor een vmbo + leerlijn hebben een indicatie voor leerwegondersteunend onderwijs (LWOO). De PRAKTISCHE LEERLIJN (VMBO-P) kent veel afwisseling tussen theorie en praktijk, waarbij de nadruk op de praktijk ligt. Leerlingen die goed kunnen leren door te doen en graag de handen uit de mouwen steken, zullen zich in deze leerlijn goed thuis voelen. Met een diploma VMBO-P kan een leerling doorstromen naar niveau 2, 3 of 4 van het Middelbaar Beroepsonderwijs. De THEORETISCHE LEERLIJN (VMBO-T) kent ook een goede afwisseling tussen theorie en praktijk, maar hier ligt de nadruk op de theorie. Voor leerlingen die op zich weinig moeite hebben met studeren, maar zich ook al gericht willen voorbereiden op bepaalde beroepen, is de VMBO-T een geschikte keuze. Met een diploma VMBO-T kan een leerling doorstromen naar niveau 3 of 4 van het Middelbaar Beroepsonderwijs. De MAVO-LEERLIJN is gericht op een naadloze doorstroming naar de HAVO. Deze leerlijn biedt een vakkenpakket aan dat helemaal is afgestemd op de HAVO. Met een MAVO-diploma kan een leerling doorstromen naar de HAVO of het Middelbaar Beroepsonderwijs. Met name in de onderbouw bestaan er optimale mogelijkheden om te veranderen van leerlijn: zowel doorstromen binnen de leerlijnen onderling als naar HAVO en Praktijkonderwijs. Dit gebeurt altijd in overleg met de klassenmentor. 2.3. HAVO/VWO/Gymnasium Het HAVO duurt vijf jaar en is vooral bedoeld als voorbereiding op het hbo (hoger beroepsonderwijs). Met een bewijs dat de
SCHOOLGIDS 2009 7— 201 00 8
dat voor alle profielen gelijk is. Daarnaast is er een profieldeel dat elk van de profielen kenmerkt. Ten slotte is er een vrij deel. Deze vrije ruimte kan de leerling gebruiken om vakken te volgen uit een ander profieldeel. Dat vergroot de mogelijkheden van leerlingen om door te stromen naar het hoger onderwijs.
eerste drie leerjaren havo met gunstig gevolg zijn doorlopen, kan een leerling doorstromen naar een vakopleiding of een middenkaderopleiding in het middelbaar beroepsonderwijs. Het VWO duurt zes jaar en is vooral bedoeld als voorbereiding op het wetenschappelijk onderwijs. Met een bewijs dat de eerste drie leerjaren van het vwo met gunstig gevolg zijn doorlopen, kan een leerling doorstromen naar een vakopleiding of een middenkaderopleiding in het middelbaar beroepsonderwijs. Tot het vwo behoren het ATHENEUM en het GYMNASIUM. Op het gymnasium krijgen alle leerlingen Grieks en Latijn in de onderbouw en Grieks en/of Latijn in de bovenbouw. Op het atheneum wordt soms Latijn of Grieks gegeven als keuzevak.
In havo en vwo is het onderwijs opgebouwd rond het ‘studiehuis’. Daarbij gaat het niet om een gebouw. Met het begrip ‘studiehuis’ doelen we vooral op begeleiding door de docent, die erop is gericht de leerlingen in toenemende mate zelfstandig hun werk te laten doen. De hoeveelheid werk voor de leerlingen wordt uitgedrukt met het begrip 'studielast'. Met studielast wordt bedoeld de hoeveelheid tijd die de gemiddelde leerling nodig heeft om zich een bepaalde hoeveelheid leerstof eigen te maken. Het gaat niet alleen om het volgen van de lessen op school, maar ook om de voorbereiding daarvan thuis. Werkstukken schrijven, boeken lezen, een mediatheek gebruiken en deelnemen aan excursies horen ook bij de studielast.
In het havo en het vwo heeft een leerling de keuze uit vier profielen. Een profiel bestaat uit een samenhangend onderwijsprogramma dat de leerling in havo en vwo voorbereidt op een opleiding aan een hogeschool of universiteit. Door die aansluiting kan ook het aantal studenten dat het hoger onderwijs voortijdig verlaat, beperkt blijven.
De studielast is gebaseerd op de volgende rekensom: een leerling besteedt gedurende 40 weken per jaar 40 uur per week aan zijn of haar opleiding. Dat komt neer op een studielast van 1600 uur per jaar. De studielast voor de tweede fase van het havo is dus 3200 uur (verspreid over twee jaren) en voor het vwo 4800 uur (verspreid over drie jaren).
Er zijn vier profielen: • natuur en techniek; • natuur en gezondheid; • economie en maatschappij; • cultuur en maatschappij. Elk profiel heeft een gemeenschappelijk deel, Werk
MBO
HAVO
HBO
WO
leerjaar 6
ATH
GYM
HAVO
ATH
GYM
leerjaar 5
PRAKTIJK ONDERWIJS
VMBO+
leerjaar 4
PRAKTIJK ONDERWIJS
VMBO+
VMBO P VMBO+
VMBO P VMBO+
VMBO T
MAVO
HAVO
ATH
GYM
leerjaar 3
PRAKTIJK ONDERWIJS
VMBO+
VMBO P VMBO+
VMBO P VMBO+
VMBO T
MAVO
HAVO
ATH
GYM
leerjaar 2
PRAKTIJK ONDERWIJS
VMBO+
VMBO P VMBO+
VMBO T
MAVO
HAVO
ATH
GYM
leerjaar 1
PRAKTIJK ONDERWIJS (dakpanklas)
VMBO+ (LWOO 2)
VMBO P VMBO+ (LWOO 1)
VMBO T
LOCATIE G
LOCATIE PD
LOCATIE N
LOCATIE V
MAVO/HAVO
HAVO/VWO
LOCATIE J
BASISONDERWIJS
PAGINA 5
DC S OH CO UO M LEGNITDT SI T 2E 0L 0 9 — 2 0 1 0
3.
ADRESSEN, MEDEZEGGENSCHAP EN OUDERPLATFORM
3.1 Algemeen adres Roelof van Echten College Postbus 2152 7900 BD Hoogeveen Telefoon: (0528) 358 658 Fax : (0528) 358 651 E-mail:
[email protected] Website : www.rvec.nl
3.1.4 Sector VMBO Sectordirecteur: de heer R.H. Baas LOCATIE GRIENDTSVEENWEG: GRIENDTSVEENWEG 1, HOOGEVEEN Telefoon: (0528) 358 658 Fax: (0528) 358 691 E-mail:
[email protected]
Bankrekening: 566401967 t.n.v. Roelof van Echten College Hoogeveen
LOCATIE VOLTASTRAAT: VOLTASTRAAT 25, HOOGEVEEN Telefoon: (0528) 358 658
3.1.1 Algemene directie en Bestuursbureau Bezoekadres: Julianastraat 3, Hoogeveen
Fax: (0528) 358 692 E-mail:
[email protected]
Algemeen directeur/bestuurder: de heer dr.ir. A. Weishaupt Bestuurssecretaris: de heer H.R. Nijmeijer Directiesecretaresse: mevr. N. Lotterman Telefoon: (0528) 358 672 E-mail:
[email protected] 3.1.2 Sector Bedrijfsvoering en Beheer Sectordirecteur: de heer R. Geuzinge Hoofd facilitaire dienst: de heer F. Kuiper Bezoekadres: Julianastraat 3, Hoogeveen Telefoon: (0528) 358 658 Fax: (0528) 358 693 E-mail:
[email protected] 3.1.3 Sector Praktijkonderwijs en Zorg Sectordirecteur: de heer H. Tichelaar LOCATIE NICOLAAS BEETSSTRAAT: NICOLAAS BEETSTRAAT 3, HOOGEVEEN Telefoon: (0528) 358 658 Fax: (0528) 358 695 E-mail:
[email protected] LOCATIE ANJELIER: ANJERSTRAAT 1, HOOGEVEEN Telefoon: (0528) 358 658 Fax: (0528) 358 694 LOCATIE ARBEIDSTRAININGSCENTRUM: VOLTASTRAAT 55C Telefoon: (0528) 23 60 78
PAGINA 6
LOCATIE PARK DWINGELAND: JONKHEER DE JONGESTRAAT 15, HOOGEVEEN Telefoon: (0528) 358 658 Fax: (0528) 358 696 E-mail:
[email protected] 3.1.5 Sector HAVO/VWO Sectordirecteur: de heer G. Bolderman LOCATIE JULIANASTRAAT: JULIANASTRAAT 3, HOOGEVEEN Telefoon: (0528) 358 658 Fax: (0528) 358 693 E-mail:
[email protected] 3.2. Ministerie van Onderwijs en de onderwijsinspectie MINISTERIE VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAPPEN (OC EN W) Het ministerie van OC en W heeft een speciale informatie site voor ouders en verzorgers van leerlingen in alle vormen van het onderwijs. Website: www.minocw.nl/ouderabc/index.html INSPECTIE VOOR HET ONDERWIJS, KANTOOR GRONINGEN Inspecteur: de heer H.G. Besseling Website: www.onderwijsinspectie.nl 3.3. Externe vertrouwenspersoon Mevrouw drs. W. Verdegaal telefoon 06 47002748
S C H O O L G IDDOSC U 20 M0E9 7N—T T2I 0T 1 0 E0 8 L
D
DE HEER
H. HERBERS
.4. Vertrouwensinspecteur Het ministerie van Onderwijs heeft een vertrouwensinspecteur aangesteld. Het telefoonnummer is 0900-1113111.
ONDERWIJSONDERSTEUNEND PERSONEEL mevrouw H. Woltinge
3.5. Leerplichtambtenaar Mevr. A.L. Kuiper en mevr. A Vermoten
OUDERGELEDING de heer H. van Asselt
p.a. Gemeente Hoogeveen,
Mevrouw M. Bakker
afdeling Welzijn, Onderwijs, Cultuur & Sport
Mevrouw G. Loof
bureau leerplicht, Postbus 20.000, 7900 PA te Hoogeveen. Tel. (0528) 29 14 03
Mevrouw S. Loos
de heer G. Meijer
Mevrouw S. Huwaë Mevrouw J. Pflieger
3.6. Raad van Toezicht Raad van Toezicht Stichting Roelof van Echten p.a. Postbus 2152, 7900 BD Hoogeveen 3.7. Medezeggenschapsraad (MR) De Wet Medezeggenschap Scholen (WMS) regelt dat ook het Roelof van Echten College een Medezeggenschapsraad heeft geïnstalleerd. (MR). Het doel van de medezeggenschapsraad is het bevorderen van het goed functioneren van de school door het stimuleren van een goed overleg tussen ouders, leerlingen en personeel (zogenaamde geledingen) en het bevoegd gezag van de school. De medezeggenschapsraad bestaat uit twee geledingen: één voor het personeel en één voor de ouders/leerlingen. Overleg tussen de “oudergeleding” van de MR en de overige ouders is belangrijk, omdat bij meningspeilingen en beslissingen binnen de MR-vergaderingen de oudervertegenwoordiging een duidelijke stem wil laten horen. Ouders kunnen hun mening en/of opmerkingen kenbaar maken aan hun vertegenwoordigers in de medezeggenschapsraad. Daarnaast kent het Roelof van echten College sinds het schooljaar 2007-2008 ook een Ouderplatform (zie hoofdstuk over ouderplatform). 3.7.1
Ledenlijst MR
ONDERWIJSPERSONEEL De heer K. Blanksma (voorzitter)
LEERLINGGELEDING Noora Al-Sinaïd vacature CONTACTPERSOON IS MEVROUW D. DE JONG 3. 8 Ouderplatform Naast de MR waarin ouders participeren kent het Roelof van Echten College sinds het schooljaar 2007-2008 een ouderplatform. Het ouderplatform heeft een zelfstandige status binnen onze school. De algemene doelstelling is om de relatie tussen ouders en school te bevorderen en de ouders te betrekken bij wat er op school gebeurt. Het ouderplatform vormt een klankbord tussen de belangen van ouders en de schoolleiding en organiseert informatieavonden voor ouders over uiteenlopende onderwerpen. Het ouderplatform overlegt regelmatig met de schoolleiding. Samenstelling: Connie van Triest—voorzitter Henny Gruizinga—penningmeester Jacqueline Koster—secretaris Rudie Gruizinga, Alie van Goor, Hilda Hillen, Sandra van Iterson, Anke de Jong, Ina Everts, en Trijnie Tuhumena—leden Contactpersoon: Jacqueline Koster e-mail:
[email protected]
De heer K. Blokzijl (secretaris) Mevrouw D. de Jong Mevouw K.F. Westera Mevrouw J. de Groot
PAGINA 7
DC S OH CO UO M LEGNITDT SI T 2E 0L 0 9 — 2 0 1 0
4.
RESULTATEN EN KWALITEIT
Onze school vindt goede resultaten belangrijk. We volgen de ontwikkeling van onze leerlingen, meten de kwaliteit van ons onderwijs en vragen ouders en leerlingen regelmatig of we ons werk goed doen. Naast de interne kwaliteitscontroles houdt de inspectie voor het onderwijs toezicht op de kwaliteit van onze school. Zij doet dat op twee manieren: • Het Regulier School Toezicht (RST) • De kwaliteitskaart. 4.1. Regulier Schooltoezicht In juni 2002 is er een wet vastgesteld die regelt dat de kwaliteit van alle scholen door de inspectie wordt doorgelicht. De inspectie komt eens in de vier jaar bij elke school met een team op bezoek, spreekt dan met directie, leraren, leerlingen en ouders en bezoekt lessen. Daarna schrijft de inspectie een rapport over de kwaliteit van het onderwijs op de school. De rapporten laten zien hoe de resultaten van de scholen zijn en wat de inspectie vindt van de kwaliteit van de lessen de veiligheid, gebruik van computers en dergelijke. In januari 2004 bezochten twee inspecteurs onze school voor een RST. De inspectie oordeelt positief over onze school. Over de volle breedte overheerst sterkte boven zwakte. Uit het rapport zijn ook verbeterpunten gehaald waaraan we de komende tijd zullen gaan werken. Eén daarvan
is het werken aan de opdracht leerlingen actief te betrekken bij het onderwijs. Het volledige rapport is te vinden op het internet: www.onderwijsinspectie.nl Klik dan door naar : ‘rapporten VO’ of naar ‘producten’ en ‘schooltoezicht voortgezet onderwijs’. 4.2. Kwaliteits- of opbrengstenkaart Vanaf 1998 verschijnt er jaarlijks een kwaliteitskaart waarin verslag wordt gedaan van het rendement van scholen. Deze kaarten zijn te raadplegen op de site www.kwaliteitskaart.nl . Het rendement van onze school wordt dan vergeleken met dat van andere vergelijkbare scholen. De kwaliteitskaart beperkt zich tot een rapportage van de in-, door – en uitstroomgegevens en de examenresultaten van de school. Het geeft dus een beperkter beeld dan het RST. 4.3. Schoolprestaties Trouw/Elsevier Ook Trouw en Elsevier beoordelen de scholen al een aantal jaren. Zij baseren zich daarbij op de kwaliteitskaarten van de inspectie. Onze school komt daar in vergelijking met andere scholen steeds goed voor de dag. In het Dagblad van het Noorden werd gemeld dat het Roelof van Echten College zeer goed scoort. U kunt daarvoor raadplegen : www.trouw.nl en www.dvhn.nl.
Tabel 1. Percentage geslaagde leerlingen Roelof van Echten College 2002-2007
PAGINA 8
S C H O O L G IDDOSC U 20 M0E9 7N—T T2I 0T 1 0 E0 8 L
5.
GELDZAKEN
5.1. Gedragscode schoolkosten Voortgezet onderwijs Het is de school er veel aan gelegen de kosten voor de ouders zo laag mogelijk te houden. Als school hebben we weinig invloed op de hoogte van de schoolkosten. Binnen de school wordt hier grote zorg aanbesteed door een ieder bewust te maken en aan het denken zetten over de mogelijkheden om de kosten voor ouders te beheersen. Landelijk is er een trend gaande om de kosten voor ouders beheersbaar te houden. Het Roelof van Echten ondersteunt dit door het aanvaarden van een gedragscode. Deze gedragscode houdt het volgende in: • De hoogte van de schoolkosten mag voor ouders/verzorgers en leerlingen geen belemmering vormen om het verplichte onderwijsprogramma te volgen. Daarom spant de school zich in om de schoolkosten zo laag mogelijk te houden met behoud van kwaliteit. • De school bespreekt voorafgaand aan het betreffende schooljaar de hoogte en de ontwikkeling van de totale schoolkosten met de ouder-/leerlinggeleding van de medezeggenschapsraad. • Daartoe wordt – eveneens voorafgaand aan het betreffende schooljaar - in overleg met de oudergeleding een begroting opgesteld met betrekking tot de vrijwillige ouderbijdrage die
gevraagd wordt. • De school informeert ouders/verzorgers en leerlingen op een inzichtelijke wijze over de hoogte van de schoolkosten. De school doet dit tijdig voorafgaand aan het betreffende schooljaar. Hierbij splitst de school de kosten uit naar leerjaar, opleiding en specifieke kostensoort. • De school communiceert de hoogte en opbouw van de schoolkosten via diverse kanalen, zoals schoolgids, website, open dagen etc. • De school stuurt een rekening naar de ouders/verzorgers met een duidelijke specificatie van de schoolkosten. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen lesmateriaal en lesactiviteiten, overige schoolkosten en vrijwillige ouderbijdrage. • De school verstrekt bij de rekening een adequate toelichting waaruit blijkt aan welke doeleinden de gelden worden besteed. • De school legt binnen redelijke termijn na afloop van het schooljaar rekening en verantwoording af aan de oudergeleding van de medezeggenschapsraad over de feitelijke besteding van de ontvangen bijdragen.
PAGINA 9
DC S OH CO UO M LEGNITDT SI T 2E 0L 0 9 — 2 0 1 0
• Als blijkt dat de gemaakte kosten aanzienlijk lager zijn dan de betaalde bijdrage, verrekent de school dit met de betreffende ouders/verzorgers. • De school inventariseert jaarlijks, samen met de oudergeleding van de medezeggenschapsraad, of schoolboeken niet of nauwelijks zijn gebruikt. • Indien dit het geval is, worden deze boeken in beginsel uit de toekomstige boekenlijst geschrapt. 5.2 Vrijwillige ouderbijdrage Aan alle ouders van de leerlingen op het Roelof van Echten College wordt een vrijwillige bijdrage gevraagd waarmee de school de kosten bestrijdt die niet worden vergoed door de inkomsten van het Ministerie van OC&W. De bijdrage is geheel vrijwillig en het niet betalen van de bijdrage heeft geen gevolgen voor het volgen van onderwijs of het niet deelnemen aan activiteiten. Activiteiten waaraan leerlingen deel kunnen nemen (verplicht of facultatief) of diensten en producten die afgenomen kunnen worden, worden aan de ouders separaat in rekening gebracht (kluisjes, excursies e.d.). De school bestrijdt ondermeer de volgende kosten uit de vrijwillige ouderbijdrage: • materiaal dagopeningen • culturele vorming • leerlingactiviteiten (schoolkrant, leerlingenraad) • vieringen • informatiebulletin voor ouders • ongevallenverzekering • diplomeringen • aanvullende kopieerkosten • internationalisering • organisatie ouderavonden • proefwerkpapier
gebruikt en de vrijwilligheid wordt benadrukt. Ook wordt vermeld dat het niet voldoen van de bijdrage geen gevolgen heeft voor het volgen van onderwijs aan het Roelof van College. De school zal voor maximaal 2 kinderen uit één gezin een bijdrage vragen. OVERIGE SCHOOLKOSTEN Naast de kosten voor boeken en de vrijwillige ouderbijdrage moet er door de ouders / verzorgers rekening worden gehouden met extra kosten voor activiteiten en/of materialen die per leerjaar en opleiding verschillen. Op de website staat een overzicht per sector van de kosten. Alle bedragen zijn berekend op grond van geprognosticeerde prijzen. Bedragen kunnen afwijken i.v.m. tussentijdse prijsverhogingen en/of aantal leerlingen dat deelneemt aan een activiteit. 5.3. Onderwijsnummer Alle leerlingen die door de overheid bekostigd onderwijs volgen, hebben een persoonsgebonden nummer. Hiervoor wordt het sofi-nummer gebruikt. Dat nummer houden de leerlingen gedurende hun hele loopbaan in het onderwijs, van basisschool tot en met wetenschappelijk onderwijs. Ouders hebben via de belastingdienst een brief ontvangen met daarin het sofi-nummer. In de Wet op het Onderwijsnummer is de nadruk gelegd op de bescherming van persoonsgegevens. De Informatie Beheer Groep beheert de leerlinggegevens in een speciaal daarvoor ontwikkeld Basisregister Onderwijsnummer. De school ontvangt voor de eigen leerlingen een kopie van dit basisregister. Ouders hebben recht op inzage in de gegevens van hun kind (eren). Ouders hebben de plicht om het sofinummer aan te leveren bij de aanmelding of als de school erom vraagt. Voor verdere informatie kunt u terecht op de internetsite www.onderwijsnummer.nl.
• gastlessen / sprekers Alle ouders ontvangen in de maand oktober een brief met het verzoek de vrijwillige ouderbijdrage te betalen. In de brief wordt aangegeven waar de school de bijdrage voor
PAGINA 10
5.4. Verzekeringen De school heeft een verzekeringspakket afgesloten bestaande uit een ongevallenverzekering en een
S C H O O L G IDDOSC U 20 M0E9 7N—T T2I 0T 1 0 E0 8 L
aansprakelijkheidsverzekering. Op grond van de ongevallenverzekering zijn alle betrokkenen bij schoolactiviteiten (leerlingen, personeel, vrijwilligers) verzekerd. De verzekering geeft recht op een (beperkte) uitkering indien een ongeval tot blijvende invaliditeit leidt. Ook zijn de geneeskundige en tandheelkundige kosten gedeeltelijk meeverzekerd, voorzover de eigen verzekering van betrokkene geen dekking biedt (bijvoorbeeld door eigen risico). Materiële schade (kapotte bril, fiets enz.) valt niet onder de dekking. De aansprakelijkheidsverzekering biedt zowel de school zelf als zij die voor de school actief zijn (bestuursleden, personeel, vrijwilligers) dekking tegen schade claims ten gevolge van onrechtmatig handelen. Om misverstanden te voorkomen wijzen we op het volgende: Ten eerste is de school c.q. het schoolbestuur niet (zonder meer) aansprakelijk voor alles wat tijdens de schooluren en buitenschoolse activiteiten gebeurt. Wanneer dit wel het geval zou zijn, zou alle schade die in schoolverband ontstaat door de school moeten worden vergoed. Dat is echter een misverstand. De school heeft pas schadevergoedingsplicht wanneer er sprake is van een verwijtbare fout. De school (of zij die voor de school optreden) moeten dus tekort geschoten zijn in hun rechtsplicht. Het is mogelijk dat er schade wordt geleden zonder dat er sprake is van enige onrechtmatigheid. Bijvoorbeeld tijdens de gymnastiekles een bal tegen een bril. Die schade valt niet onder de aansprakelijkheidsverzekering en wordt (dan ook) niet door de school vergoed. Ten tweede is de school niet aansprakelijk voor (schade door) onrechtmatig gedrag van leerlingen. Leerlingen (of, als zij jonger zijn dan 14 jaar, hun ouders) zijn primair zelf verantwoordelijk voor hun doen en laten. Een leerling die tijdens de schooluren of tijdens andere door de school georganiseerde activiteiten door onrechtmatig handelen schade veroorzaakt, is daar dus in de eerste plaats zelf (of de ouders) verantwoordelijk voor. Het is dus van belang dat ouders/verzorgers zelf een particuliere aansprakelijkheidsverzekering hebben afgesloten.
5.5. Boekenzaken Het Roelof van Echten College kent voor de meeste opleidingen geen boekenfonds. Het Roelof van Echten College heeft een contract afgesloten met Van Dijk Studieboeken uit Kampen. Ouders doen rechtstreeks zaken met Van Dijk. Aan het eind van ieder schooljaar krijgen de ouders bericht via de school van Van Dijk over de boekenlijsten voor het volgend schooljaar. U kunt via de website www.vandijk.nl zelf de bestelling plaatsen en volgen. Ook kunt u de lijst per boek aanpassen. Voor de ouders van leerlingen in het Praktijkonderwijs en de speciale LWOO-afdeling geldt dat er nog een beperkte boekenfonds is. Meer informatie hierover vindt u bij de betreffende locatie-informatie. 5.6 Gratis schoolboeken Het kabinet verlaagt de schoolkosten voor de schoolboeken van uw kind. Vanaf het cursusjaar 2009 – 2010 wordt de regeling ‘gratis schoolboeken’ ingevoerd. Dat betekent dat leermiddelen voor leerlingen door de school worden betaald. Bestellen, leveren en betalen De bestelling van de schoolboeken verloopt op dezelfde manier als het afgelopen schooljaar. Leerlingen bestellen zelf hun pakket op www.vandijk.nl. Dit is mogelijk vanaf 1 juni 2009. De bestelling wordt vervolgens afgeleverd op het huisadres. Van Dijk stuurt de rekening van de levering naar de school. Voor vragen rondom de bestelling kunnen ouders/verzorgers en leerlingen terechtn bij de klantenservice van Van Dijk. Dit kan telefonisch of per e-mail. Welke leermiddelen? Onder de regeling ‘gratis schoolboeken’ vallen alle leermiddelen die nodig zijn voor informatieoverdracht in het komende cursusjaar. Daarbij moet u denken aan:
•
Tekst- en werkboeken
•
Bijbehorende cd-roms
•
Examenbundels
PAGINA 11
DC S OH CO UO M LEGNITDT SI T 2E 0L 0 9 — 2 0 1 0
•
Door de school gemaakt lesmateriaal
•
Licenties van online materiaal
Zaken die meerdere jaren meegaan en die geen informatiedragers zijn, vallen niet onder de regeling. Ouders/verzorgers zullen deze zaken dus zelf moeten bekostigen. Daarbij moet u denken aan onder meer:
•
Agenda, pennen, schriften
•
Rekenmachine
•
Sportkleding
•
Gereedschap
•
Beschermende kleding/bril
•
Usb-stick
•
Atlas
•
Woordenboeken
•
Lees- en literatuur (geen lesboeken)
Overige schoolkosten Er zijn enkele andere zaken die niet onder de regeling ‘gratis schoolboeken’ vallen en waarvoor ouders/verzorgers wel een nota kunnen ontvangen van Van Dijk. Het gaat hier bijvoorbeeld om een rekening voor de verzendkosten, een borg en eventuele bestelde leermiddelen die niet onder de regeling vallen. Aan het einde van het schooljaar, na inlevering van de schoolboeken, stort Van Dijk de borg terug. Eventuele schade of vermissingen worden daarbij verrekend. Wanneer een leerling meer bestelt dan het voor hem bestemde pakket of meerdere pakketten, wordt de school hiervan door Van Dijk op de hoogte gesteld. Het teveel bestelde dient dan geretourneerd te worden. Wanneer hieraan geen gehoor wordt gegeven, brengt de school het teveel bestelde in rekening bij de betreffende leerling en diens ouders/verzorgers. Krijgt u al een bijdrage voor schoolkosten? Ouders die in 2006 een inkomen hadden van ongeveer 33.000 euro of lager, kunnen in aanmerking komen voor een bijdrage via de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten (WTOS). Die bijdrage kent u misschien beter als de ‘tegemoetkoming ouders’.
PAGINA 12
Om in aanmerking te komen voor een tegemoetkoming in het schooljaar 2009/2010 geldt een aantal voorwaarden. Ten eerste moet uw kind op 1 juli 2009 jonger zijn dan achttien jaar. Daarnaast is de tegemoetkoming afhankelijk van of uw kind in de onderbouw of bovenbouw zit. Ook is het gezamenlijke inkomen over 2007 bepalend voor de hoogte van de tegemoetkoming. Wilt u meer weten over de tegemoetkoming ouders óf wilt u hiervoor een aanvraag indienen? Kijk dan op www.ib-groep.nl Meer informatie Mocht u nog vragen hebben, dan kunt u terecht bij: • Postbus 51: via telefoonnummer 0800-8051 of via www.postbus51.nl, onder het thema ‘Onderwijs en Cultuur’. Voor al uw vragen over het onderwerp ‘gratis schoolboeken’. • IB-Groep: via www.ib-groep.nl, voor al uw vragen over de ‘tegemoetkoming ouders’ (WTOS). • OCW: via www.gratisschoolboeken.nl, voor meer (achtergrond)informatie over het onderwerp gratis schoolboeken.
S C H O O L G IDDOSC U 20 M0E9N—T T2I 0T 1 E0 L
6.
KLACHTENREGELING
6.1. Klachtencommissie Het Roelof van Echten College wil graag klachten zoveel mogelijk voorkomen. Mocht zich echter een klacht voordoen dan moet deze op een effectieve manier worden opgelost. Er bestaat een klachtenregeling waarin de procedure wordt beschreven. De procedure gaat er vanuit dat klachten in de regel binnen de school opgelost moeten kunnen worden. Als het een klacht over een persoon betreft, wordt de klacht eerst besproken met de betreffende persoon. Krijgt u onvoldoende gehoor of helpt het niet, dan kunt u de mentor of de sectordirectie benaderen. Mocht u over de afhandeling van de klacht door de sectordirectie niet tevreden zijn dan kunt u in beroep gaan bij de algemeen directeur. Mocht u bezwaar blijven hebben tegen de wijze waarop de school uw klacht heeft afgehandeld dan kunt u zich wenden tot de landelijke klachtencommissie waarbij onze school is aangesloten. Naam en adres staan in de klachtenregeling die op school verkrijgbaar is of via de website van de school te downloaden is.
verwijst de externe vertrouwenspersoon de klager naar andere instanties gespecialiseerd in opvang en nazorg, als dat noodzakelijk mocht zijn. Als de externe vertrouwenspersoon slechts aanwijzingen en geen concrete klachten bereiken, kan hij/zij deze ter kennis brengen van de klachtencommissie of het bevoegd gezag. Uiteraard neemt de externe vertrouwenspersoon bij de werkzaamheden de grootst mogelijke zorgvuldigheid in acht en is verplicht tot geheimhouding in alle zaken die hij/zij in die hoedanigheid verneemt. De externe vertrouwenspersoon die aangesteld is door het bestuur van het Roelof van Echten College is: MEVROUW DRS.
W. VERDEGAAL telefoon 06-47002748
6.3. Vertrouwensinspecteurs Heeft de school, het schoolbestuur of de klachtencommissie geen afdoende antwoord op uw vragen, dan kunt u zich wenden tot de inspectie van het onderwijs. De inspectie houdt namens de minister - toezicht op de scholen en is Klachten ten aanzien van ongewenste intimiteiten goed op de hoogte van de gang van za-ken. Bij kunnen zodanig zijn dat een klager bezwaarlijk de de onderwijsinspectie werken hierboven genoemde procedure kan volgen. Dan vertrouwensinspecteurs bij wie u terecht kunt voor het melden van klachten over kunt u met klachten over ongewenste gebeurtenissen in het onderwijs op het gebied intimiteiten, seksisme of seksuele intimidatie terecht bij de interne vertrouwenspersoon van de van: • seksuele intimidatie en seksueel misbruik sector. De huidige vertrouwenspersonen zijn te vinden bij de informatie van de betreffende sectoren. 6.2. Externe vertrouwenspersoon De school kent ook een externe vertrouwenspersoon. De externe vertrouwenspersoon fungeert als aanspreekpunt bij klachten. De externe vertrouwenspersoon gaat na of door bemiddeling een oplossing kan worden bereikt en gaat na of de gebeurtenis aanleiding geeft tot het indienen van een klacht. Daarnaast begeleidt de vertrouwenspersoon de klager desgewenst bij de verdere procedure en verleent bijstand bij het doen van aangifte bij politie of justitie. Ook
• lichamelijk geweld • grove pesterijen • geweld, extremisme, discriminatie, onverdraagzaamheid, fundamentalisme en radicalisering De vertrouwensinspecteurs zijn tijdens kantooruren bereikbaar op telefoonnummer 0900–1113111 (lokaal tarief). Een vertrouwensinspecteur is aanspreekpunt voor betrokkenen bij scholen. De inspecteur helpt bij het zoeken naar oplossingen, bij het vinden van de juiste weg of bij het doen van aangifte.
PAGINA 13
DC S OH CO UO M LEGNITDT SI T 2E 0L 0 9 — 2 0 1 0
7.
RECHTEN EN PLICHTEN 7.1 Persoonsregistratie van de leerlingen Uiteraard is het nodig om bepaalde gegevens van en over leerlingen te registreren en systematisch te bewaren. Zowel voor wat betreft de registratie, als het verstrekken van de leerlinggegevens worden de voorschriften, zoals die zijn vastgelegd in de Wet Persoonregistraties en in de Wet Bescherming Persoonsgegevens, opgevolgd. Dit houdt onder andere in, dat: • systematisch opgeslagen leerlinggegevens beschermd zijn tegen ongevoegde inzage;
mogen leerlingen thuis blijven. Natuurlijk moeten de ouders hiervoor overleggen met de schoolleiding. Daarnaast kan een leerling in bepaalde gevallen extra vrij krijgen voor vakantie. Met name wanneer hun ouders vanwege hun werk per se niet weg kunnen in de schoolvakantie. Hiervoor zijn nadere richtlijnen opgenomen in de leerplichtwet. Ook voor extra vakantie moeten ouders toestemming vragen aan de schoolleiding. Tenslotte krijgt een leerling vrij wanneer hij ziek is. Bij ziekte moeten de ouders onmiddellijk de school waarschuwen.
Wanneer leerlingen spijbelen (= ongeoorloofd schoolverzuim) moeten ouders en school optreden. Daarom is het ook belangrijk dat ouders regelmatig contact met de school hebben, om te weten te komen of hun kind zonder problemen naar school gaat. Het Roelof van Echten College kent een verzuimprotocol, waarin staat welke actie de school onderneemt bij • alleen relevante leerlinggegevens op ongeoorloofd verzuim (daaronder valt ook te laat verzoek aan andere instanties (onderwijsinspectie, leerplichtambtenaar, komen) of niet gemeld verzuim. Dit etc.) worden verstrekt, voor zover niet in verzuimprotocol ligt ter inzage op de strijd met de Wet Persoonsregistraties en administraties van de verschillende locaties. In ernstige gevallen van ongeoorloofd verzuim is de de Wet Bescherming Persoonsgegevens. school verplicht de leerplichtambtenaar in te schakelen. Ook bij veelvuldig ziekteverzuim is de 7.2 Leerplicht school gehouden de leerplichtambtenaar in kennis Leerplicht betekent dat jongeren verplicht zijn om te stellen. Deze werkt bij de afdeling onderwijs naar school te gaan. In de Leerplichtwet staat van de gemeente. De leerplichtambtenaar helpt uitgelegd wat ouders, jongeren en de school mee met het zoeken van oplossingen om moeten doen om ervoor te zorgen dat jongeren spijbelgedrag tegen te gaan, verwijst door naar naar school blijven gaan. De leerplicht duurt tot hulpinstanties en gaat in gesprek met de leerling, het einde van het schooljaar waarin jongeren zijn ouders en de school. Ook kan de zestien worden. Ook na het schooljaar waarin de leerplichtambtenaar in bepaalde gevallen procesleerling 16 jaar is, blijft hij nog leerplichtig tot de verbaal opmaken en boetes geven. De school dag waarop de leeftijd van 18 jaar wordt bereikt. moet ook aan de leerplichtambtenaar De jongere hoeft dan niet elke dag naar school, toestemming vragen om een leerling langere tijd maar is nog wel kwalificatie plichtig. Ouders vrij te geven buiten de schoolvakanties om. Bij moeten hun dochter of zoon inschrijven op een dit alles staat het belang van de leerling, om een school. Verder moeten ouders ervoor zorgen dan goede schoolopleiding af te maken, voorop. hun kind naar school gaat. Maar ook de leerlingen zelf worden erop aangesproken wanneer ze niet 7.3 Informatie en inzage naar school gaan. Zo kunnen zowel ouders als Ouders krijgen enkele malen per schooljaar leerlingen een boete krijgen vanwege langdurig informatie over de resultaten van hun kind(eren), spijbelen. door middel van een rapport en een daaropvolgende spreekmiddag/- avond. In bepaalde gevallen kunnen leerlingen vrij Leerlingen en / of hun ouders hebben recht op krijgen buiten de normale schoolvakanties om. inzage in: Bijvoorbeeld bij een huwelijk of sterfgeval in de • het schoolplan familie. Ook voor sommige religieuze feesten • ouders en voogden, op hun verzoek en na legitimatie, binnen een maand recht op inzage hebben in de geregistreerde informatie. Deze informatie kan op hun verzoek – bij gebleken onjuistheid – worden aangevuld, verbeterd, en/of verwijderd;
PAGINA 14
S
D O C U M E N T T I T EC L
•
de statuten van de Stichting Roelof van Echten
•
de statuten van de Medezeggenschapsraad
•
het leerlingenstatuut
•
het klachtenreglement
•
het zorgplan
•
de kwaliteitskaart
Om deze stukken in te zien, kunnen ouders een afspraak maken met de schooladministratie.
religieuze verplichtingen; vakantieverlof (bij hoge uitzondering) als het beroep van één van de ouders het onmogelijk maakt dat vakantie wordt opgenomen in één van de schoolvakanties; andere gewichtige omstandigheden (voldoen aan een wettelijke verplichting, verhuizing, huwelijk van een familielid t/m de vierde graad, ernstige ziekte van ouders en/of bloedverwanten t/m de vierde graad, bevalling van moeder of verzorgster, overlijden van bloed- of aanverwanten t/m de vierde graad, het 25-, 40- en 50-jarige ambtsjubileum en het 12½ -, 25-, 40-, 50- en 60jarig huwelijksjubileum van bloed- en aanverwanten voor de duur van één dag, en andere calamiteiten ter beoordeling van het bevoegd gezag.
7.4 Foto en video Geregeld worden bij ons op school video-opnames of foto's gemaakt tijdens schoolactiviteiten. Formeel horen ouders / verzorgers hier toestemming voor te geven. Hiermee verzoeken wij de ouders/verzorgers die bezwaar hebben tegen dergelijke foto's en/of video-opnames om dit te melden bij de schoolleiding van de sector. In Geen gronden voor toekenning zijn: voorkomende gevallen zullen van de • familiebezoek in het buitenland; desbetreffende leerling(en) dan geen opnames • vakantie in een goedkopere periode of in plaatsvinden. verband met een speciale aanbieding 7.5. Aanvraag buitengewoon verlof Bij het toekennen van buitengewoon verlof (vrijstelling van schoolbezoek) is de schoolleiding gehouden de leerplichtwet uit te voeren. De schoolleiding kan maximaal 10 dagen per cursusjaar extra verlof toekennen. Gronden voor toekenning van buitengewoon verlof kunnen zijn:
•
vakantie onder schooltijd bij gebrek aan boekingsmogelijkheden
•
eerder vertrek of latere terugkeer in verband met (verkeers)drukte
•
verlof voor een kind omdat andere kinderen uit het gezin al of nog vrij zijn
PAGINA 15
SCHOOLGIDS 2008—2009
8.
VAKANTIEOVERZICHT SCHOOLJAAR 2009/2010 Vakantieoverzicht schooljaar 2009-2010 Vakantie
Start
T/m
Herfstvakantie
17-10-09
25-10-09
Kerstvakantie
19-12-2009
03-01-2010
Voorjaarsvakantie
20-02-2010
28-02-2010
Paasvakantie
02-04-2010
05-04-2010
Meivakantie
30-04-2010
09-05-2010
Hemelvaart
13-05-2010
14-05-2010
Pinksteren
23-05-2010
24-05-2010
Zomervakantie
10-07-2010
29-08-2010
PAGINA 16
SCHOOLGIDS 2008-2009
PAGINA 17
SCHOOLGIDS 2009— 2010
SECTOR MAVO/HAVO/VWO 1. ONDERWIJS EN VORMING 1.1
Wat is het havo en vwo?
Binnen de sector mavo/havo/vwo worden – zoals de afkortingen al zeggen – drie soorten onderwijs aangeboden: middelbaar algemeen voortgezet onderwijs, hoger algemeen voortgezet onderwijs en voorbereidend wetenschappelijk onderwijs. Het mavo duurt 4 jaar, het havo is een vijfjarige opleiding en het vwo is een zesjarige opleiding.
begeleiding en zorg aan. We steken daarom in op een sterk mentoraat en voor meer specifieke begeleiding hebben we binnen de school speciaal opgeleide personeelsleden aangesteld. Tegelijk vinden we het belangrijk dat leerlingen zich verder ontwikkelen tot zelfstandige en zelfredzame individuen die hebben geleerd om verantwoordelijkheid te dragen. Hoe hoger het leerjaar, hoe zelfstandiger de leerling moet kunnen functioneren binnen zijn of haar leerproces.
Het mavo bereidt voor op leerjaar 4 havo. Ook is het 1.3 Lesrooster en lestijden mogelijk om door te stromen met een mavo-diploma naar niveau 3 en 4 van het middelbaar beroeps onderwijs (mbo). Lestijden Het havo bereidt leerlingen voor op het hoger 1 08.30u – 09.20u beroepsonderwijs (hbo). Met een overgangsbewijs 2 09.20u – 10.10u van klas 3 naar klas 4 havo, kan een leerling ook Pauze 10.10u – 10.30u doorstromen naar het mbo. Met een havo-diploma kunnen leerlingen - onder bepaalde voorwaarden – 3 10.30u – 11.20u ook instromen in het vijfde leerjaar van het vwo. Het vwo is een zesjarige opleiding en bereidt voor op een universitaire studie. Het is ook mogelijk om na het vwo een hbo-opleiding te gaan volgen. Binnen het vwo onderscheiden we Atheneum en Gymnasium. Het gymnasium biedt naast de vakken die op het Atheneum worden aangeboden ook de klassieke talen Grieks, Latijn en Klassieke Culturele Vorming (KCV) aan.
4
11.20u – 12.10u
Pauze
12.10u – 12.35u
5
12.35u – 13.25u
6
13.25u – 14.15u
Pauze
14.15u – 14.30u
7
14.30u – 15.20u
8
15.20u – 16.10u
9
16.10u— 17.00u
1.2 Sectorvisie op goed onderwijs: betrokkenheid en verantwoordelijkheid Het Roelof van Echten College heeft vanuit haar christelijke identiteit een schoolbrede missie en visie op het onderwijs beschreven die elders (op de website of in het algemene gedeelte van de schoolgids) te raadplegen zijn. Binnen onze sector vertalen wij deze uitgangspunten naar twee kernbegrippen voor goed onderwijs: betrokkenheid en verantwoordelijkheid. Binnen ons onderwijs streven we ernaar de betrokkenheid van leerlingen bij het leerproces zo groot mogelijk te laten zijn. We doen dat door het onderwijs zo goed mogelijk op de leerling af te stemmen. We bieden keuzemogelijkheden aan die passen bij de belangstellingssfeer van de leerling. Waar leerlingen vastlopen, bieden we extra
PAGINA 18
1.4
De onderbouw
VERSCHILLENDE BRUGKLASSEN De sector mavo/havo/vwo van het Roelof van Echten College aan de Julianastraat kent brugklassen van drie verschillende niveaus: mavo/havo-brugklassen, havo/vwo-brugklassen en gymnasiumbrugklassen. Als een leerling naar een havo/vwo brugklas gaat, moet hij nóg een keuze maken, namelijk een keuze die past bij zijn belangstelling. De leerling kan kiezen uit extra sport, extra kunst of extra techniek in het Technasium. Bovendien starten we dit cursusjaar al in de brugklas met ons Gymnasium (vwo-leerlingen). Overigens zijn wij de enige school in Hoogeveen met een gymnasiumopleiding.
S C H O O L G IDDOSC U 20 M0E9N—T T2I 0T 1 E0 L
HET STROMENLAND EN DE KEUZEMOGELIJKHEDEN We bieden zoveel keuzemogelijkheden omdat we weten dat niet alle kinderen hetzelfde zijn. Onze school houdt juist rekening met de verschillen tussen leerlingen. Wij noemen dat maatwerk en daarom kunnen de leerlingen in de havo/vwo brugklassen al kiezen voor de onderwijsstroom, die het beste bij ze past. Een school die meer aansluit bij de belangstellingwereld van het kind is natuurlijk leuker. Aan het einde van een cursusjaar is het mogelijk om over te stappen naar andere stroom. Dat noemen wij pas maatwerk! Er zijn 5 stromen: Sportstroom Kunststroom Technasium
INTRODUCTIE EN BEGELEIDING De overstap van het basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs beleven leerlingen vaak als ingrijpend. Bij die overstap worden ze daarom intensief begeleid. Aan het begin van het schooljaar is er voor nieuwe brugklassers een introductieweek. Doelstelling van de introductieweek is om leerlingen kennis te laten maken met hun klasgenoten, hun mentor, de nieuwe vorm van onderwijs en met het schoolgebouw. Gedurende het hele schooljaar worden de leerlingen begeleid en gevolgd door hun mentor. Eén keer per week wordt tijdens studieles expliciet aandacht besteed aan studievaardigheden. Ook worden alle leerlingen in de brugklas gescreend op taalkundige problemen en motorische vaardigheden.
Gymnasium Reguliere stroom
DETERMINATIE NAAR DE TWEEDE KLAS: MAVO, HAVO,
ATHENEUM OF GYMNASIUM?
Alle stromen hebben een lessentabel van 32 uur in de brugklas. Dat is op de meeste scholen in Nederland het normale aantal lesuren.
Aan het eind van het schooljaar wordt aan de hand van een bindend advies bepaald naar welke onderwijssoort de leerling het beste kan worden doorverwezen. Bij leerlingen uit de mavo/havo-
PLAATSING IN DE BRUGKLAS In de brugklas wordt er onderwijs op 3 niveaus
brugklassen wordt het overgangscijfer op zowel
gegeven: mavo/havo, havo/atheneum en gymnasium. Leerlingen
bekeken of de leerling bevorderd kan worden naar
worden in de brugklas in principe geplaatst op basis van twee gegevens: het advies van de basisschool én het advies Cito of een vergelijkbaar extern testbureau. Voor plaatsing in de mavo/havo-brugklas, moet bij de adviezen tenminste één keer twijfel aan havoniveau worden genoemd. Voor plaatsing in de havo/vwo-brugklas moet tenminste één advies op havo-niveau liggen en één advies op tenminste twijfel havo. Wanneer het advies van de basisschool en het op de test gebaseerde
mavo-als havo-niveau berekend. Vervolgens wordt het tweede leerjaar van het mavo of van het havo. Leerlingen uit de havo/vwo-brugklassen krijgen voor hun vakken een jaarcijfer op havo-niveau. Op basis van het cijfergemiddelde voor alle vakken èn de adviezen van vakdocenten wordt bekeken of de leerling bevorderd kan worden naar het atheneum of gymnasium. Na de derde cijferrapportage – doorgaans in april -krijgen de leerlingen reeds een voorlopig advies, gebaseerd op het cijfergemiddelde tot dan toe en de adviezen van vakdocenten. HET TWEEDE LEERJAAR: MAVO, HAVO, ATHENEUM OF
advies sterk uiteenlopen, treedt de school in
GYMNASIUM
overleg met de basisschool.
Vanaf het tweede leerjaar volgt de leerling
PAGINA 19
DC S OH CO UO M LEGNITDT SI T 2E 0L 0 9 — 2 0 1 0 Lessentabel onderbouw cursus 2009-2010 1M
1reg
1kunst
1sport
1tech
1gym
2M
2H
2A
2G
3M
3H
3A
3G
4M
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
Ne
4
4
4
4
4
4
4
3
3
3
3
3
3
2
3
Fr
3
3
3
3
3
3
2
3
3
2
3
3
3
2
3
2
3
3
3
3
3
3
2
3
3
3
3
2
3
3
3
2
3
Gds
Ma
2
Du En
4
3
3
3
3
3
Gri
4
Lat
1,7
4
3
GS
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
AK
2
2
2
2
2
2,1
2
2
2
2
2
2
2
1
2
1
1
1
4
3
3
3
3
3
Ec
2
Wi
4
4
4
4
4
4
4
3
3
3
Na/Sk I
4
Na/Sk II
4
Nat
2
2
2
2
3
2
2
2
2
2
SK Bio
4
2
2
2
2
2
2
Verz
2
3
2
2
2
2 4
2
2
2
CKV
1
Tech
2
2
2
2
2
2
2
Mu
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
Te
1
1
1
1
1
1
1
1
2
1
HV
1
1
1
1
1
1
1
2
1
4
3
3
3
3
3
2
2
2
2
1
1
1
1
1
2
2
2
2
2
2
1
1
1
1
32
33
33
34
Beeldv. LO
Fi
2
2
0,2
Inf
Kunst
2
Sport
2
O&O
4
Men
1
1
1
1
1
1
1
Tot.
32
32
32
32
32
32
32
onderwijs in het mavo / havo of vwo. Het mavo kent 4 leerjaren, het havo vijf leerjaren, het vwo zes. Binnen het vwo onderscheiden we atheneum en gymnasium. Het gymnasium kent behalve de vakken die in het atheneum worden aangeboden ook onderwijs in de klassieke talen Grieks en Latijn. Grieks wordt pas aangeboden vanaf het derde leerjaar.
32
32
32
hij in de bovenbouw mavo,havo of vwo wil gaan volgen. De leerling wordt daarbij begeleid door zijn mentor en de decaan. Tijdens speciale lessen krijgen de leerlingen meer informatie over de bovenbouw en vervolgopleidingen. Ook worden ouders uitgenodigd voor een informatieavond speciaal over dit thema. Deze avond wordt in oktober/november georganiseerd. Halverwege het schooljaar (januari/februari) moeten de
HET DERDE LEERJAAR: KEUZE- EN SCHAKELJAAR In het derde leerjaar moet de leerling gaan kiezen welk profiel / welke sector en welke vakken
PAGINA 20
leerlingen een voorlopige keuze inleveren, en geven vakdocenten adviezen op basis waarvan de leerling kan bepalen of het verstandig is om een
41
S C H O O L G IDDOSC U 20 M0E9N—T T2I 0T 1 E0 L
bepaald profiel of een bepaald vak te kiezen. In april bepaalt de leerling definitief wat hij kiest. CIJFERRAPPORTAGE EN BEVORDERING Vier keer per jaar krijgen de leerlingen een cijferrapportage mee naar huis. Deze rapportage bevat de voortschrijdende gemiddelden van de tot dan toe behaalde cijfers per vak. De vierde cijferrapportage bevat de definitieve jaargemiddelden en is ook het overgangsrapport. Om te bepalen of een leerling bevorderd kan
Lessentabel bovenbouw 2009-2010 VAK
4H
4V
5H
5V
GD
1
1
1
1
6V 1
MAAT/ MA1
1
1
1
1
1
NETL/ NE
4
3
3
3
3
LA
3
4
4
GR
3
4
4
KCV
1
1
1
FATL/ FA2
3
3
3,25
3
3
DUTL/ DU2
3
3
3
3
3
worden naar het volgende leerjaar, zijn de
ENTL/ EN
4
2
4
3
3
bevorderingsnormen voor de onderbouw van
GES/GS/GS2
3
3
3
2,25
3
toepassing. Deze zijn te raadplegen op de
GES CM
website of zijn op te vragen bij de adjunctsectordirecteur van de betreffende afdeling.
AK
3
3
3
2
2
WISA
3
3
3
3
4
4
3
3
4
4
WA12 WISB
1.5 De bovenbouw: Tweede Fase De Tweede Fase gaat in vanaf het moment dat leerlingen in leerjaar vier, de bovenbouw, terecht komen.
WB12/ WB2 WISC NAT/NA1
3
3
3
3 3
4
3
3
3
3
3
2
3
3
3
4
3
3
NA2 SCHK/ SK/ SK1
AANBOD Kenmerkend aan het aanbod van onderwijs is, dat het is opgedeeld in drie delen:
3
SK2 BIOL/ BI/BI1 BI2 1
0,75
3
3
4
3
3
M&O
3
3
3
2
2
MU
3
3
3
3
1
TE
3
3
3
3
3
HA
3
3
3
3
3
CKV / CKV1
1
1
1
1
1
LO
2
2
1
1
1
BSM/ LO2
2
2
4
3
3
FI
3
3
3
3
3
Er is een keuze uit vier profielen:
IN
3
3
3
2
3
•
Cultuur & Maatschappij (CM)
Men
1
1
•
Economie & Maatschappij (EM)
•
Natuur & Gezondheid (NG)
•
Natuur & Techniek. (NT)
Het gemeenschappelijk deel (GD): daarin zitten vakken die alle leerlingen verplicht volgen Het profieldeel (PD): alle leerlingen moeten een profiel kiezen. Ze worden daar op voorbereid in de derde klas. Tijdens lessen die gegeven worden vanuit het decanaat en mentoraat maken leerlingen kennis met de verschillen tussen die profielen en worden ze geïnformeerd over de mogelijkheden die de verschillende profielen bieden om toegelaten te kunnen worden tot vervolgopleidingen.
Ieder profiel heeft vier vakken; minimaal één van die vier vakken mag een leerling kiezen uit het aanbod dat de school doet, in aanvulling op de wettelijk verplichte vakken uit het profiel.
ANW ECON / EC1
1
EC12
CKV2
door een groot aantal vakken, waaruit de leerling kan kiezen. Op de site van de decanen is te vinden welk aanbod aan vakken de school doet. Het vrije deel (VD): naast de vakken uit het gemeenschappelijk deel en het profieldeel, zijn leerlingen verplicht hun vakkenpakket aan te vullen met minimaal één vak, te kiezen uit het aanbod van de school.
Het specifiek, schooleigen aanbod kenmerkt zich
PAGINA 21
DC S OH CO UO M LEGNITDT SI T 2E 0L 0 9 — 2 0 1 0
Per periode worden de resultaten van de toetsen besproken door docenten en ontvangen leerlingen een overzicht van de behaalde resultaten tot dan toe.
VMBO
HAVO/VWO 6V
4mavo
5havo
5V
4havo
4V
OMVANG Hoewel de inhoud van het gekozen pakket van de
3mavo
3havo
3ATH.
3G
leerlingen dus kan verschillen, is de minimale
2mavo
2havo
2ATH.
2G
omvang van ieder verplicht vakkenpakket in de bovenbouw gelijk. Wettelijk is vastgelegd dat per leerjaar in de bovenbouw een leerling 1600 studielasturen dient te maken. Deze studielasturen worden ingevuld door de wettelijke bepaalde omvang van de
1 M/H
1 H/V
opdrachten zoals omschreven in het PTA per vak. Daarnaast kent een aantal vakken aanvullend een Centraal Examen (CE). Het eerste tijdvak van dit CE start half mei, het tweede tijdvak (herkansing) doorgaans in de derde week van juni.
afzonderlijke vakken. Bij de toedeling van tijd aan ZELFSTANDIGHEID In de Tweede Fase wordt meer dan in de totale studiebelasting die voor een bepaald vak van onderbouw de nadruk gelegd op het ontwikkelen een leerling mag worden gevraagd. Daarbinnen van studievaardigheden. Uitgangspunt hierbij is dat liggen alle onderdelen van het programma de samenleving behoefte heeft aan goed opgeleide besloten, zoals les- of contacttijd, huiswerk, mensen die tevens weten hoe ze de opgedane (begeleid) zelfstandig werken, toetstijd en kennis moeten inzetten. Bovendien kunnen bepaalde studievaardigheden leerlingen excursies. voorbereiden op de werkwijze in het vervolgonderwijs. PTA Wij vinden kennisoverdracht voor leerlingen die Ieder cursusjaar dient uiterlijk 1 oktober het hun havo- of vwo-diploma willen behalen van groot Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA) vast belang gezien de vervolgopleidingen waar het havo te liggen. In dit document wordt per leerjaar onder dan wel het vwo op voorbereidt. andere omschreven welke toetsen worden afgenomen, in welke toetsperiodes deze toetsen 1.6 Op- en afstroom worden afgenomen, wat de toetsstof is en of een Onder bepaalde voorwaarden is het mogelijk om toets herkansbaar is of niet. naar een andere opleidingssoort over te stappen. Het PTA is te raadplegen via de website van de Leerlingen kunnen bijvoorbeeld na het behalen van school. Vier keer per jaar hebben leerlingen in de een vmbo-tl of mavodiploma instromen in het vierde leerjaar van het havo. Leerlingen met een bovenbouw een toetsperiode die de ervoor diploma havo kunnen bijvoorbeeld instromen in het afgaande periode afsluit. Per periode worden de e resultaten van de toetsen besproken door docenten 5 leerjaar van het vwo. Ook voor de onderbouw zijn er mogelijkheden gecreëerd om leerlingen te en ontvangen leerlingen een overzicht van de laten overstappen. Overstap van vwo naar havo of behaalde resultaten tot dan van havo naar vmbo-tl of mavo komt soms ook toe. voor als gaandeweg blijkt dat gaandeweg het type onderwijs toch niet goed bij de leerling past. De SCHOOLEXAMEN EN CENTRAAL EXAMEN mogelijkheden voor (tussentijdse) overstap zijn Ieder vak dat een leerling volgt, wordt afgesloten geregeld in het op- en afstroomschema. Een met in ieder geval een Schoolexamen (SE). Dit exemplaar hiervan is op te vragen bij de adjunctSchoolexamen per vak is het geheel van toetsen en sectordirecteur van de afdeling waarin de leerling de verschillende vakken wordt uitgegaan van een
PAGINA 22
S C H O O L G IDDOSC U 20 M0E9N—T T2I 0T 1 E0 L onderwijs volgt.
één schoolconcert en één toneelvoorstelling aangeboden. Brugklasleerlingen hebben daarnaast 1.7 Bijzondere activiteiten de jaarlijks terugkerende Scapinodag, waarin dans centraal staat, onder leiding van ervaren EXCURSIES Scapinomedewerkers. Aan het eind van de Excursies leveren een belangrijke bijdrage aan de Scapinodag verzorgen de leerlingen een optreden reguliere lessen. Voorafgaand aan de excursie zelf voor familie, vrienden en overige belangstellenden. worden opdrachten verstrekt die becijferd kunnen De leerlingen van de derde klassen hebben de worden en meetellen voor het jaarcijfer. Geruime jaarlijks terugkerende Kunstcarrouseldagen. tijd van tevoren worden de ouders / verzorgers Tijdens deze Kunstcarrousel, krijgen de leerlingen schriftelijk door de organisatoren geïnformeerd 2 tot 3 workshops, een muziektheatervoorstelling over de reis, waarbij alle relevante gegevens en een film aangeboden. Deze activiteiten zijn vermeld worden. De school brengt voor maximaal tevens een voorbereiding op het in de bovenbouw twee excursies de kosten in rekening bij de ouders. voor alle leerlingen gemeenschappelijke vak Het totaalbedrag aan excursies mag per leerjaar Cultureel Kunstzinnige Vorming en Klassieke het bedrag van €37,50 niet te boven gaan Culturele Vorming. In februari wordt op een (reiskosten en entrees). vrijdagavond de ‘Klassieke avond’ georganiseerd voor ouders, leerlingen en andere belangstellenden. Leerlingen en docenten treden WERKWEKEN EN ARBEIDSSTAGE Voor de leerlingen in 4H en 5V wordt jaarlijks een daarbij op. werkweek georganiseerd, doorgaans in de week na de meivakantie. Centraal staat de verdieping van INTERNATIONALISERING op school behandelde lesstof en de opgedane Anglia kennis. Afgelopen cursus waren de aangeboden Anglia Examinations Syndicate is een organisatie bestemmingen York, Parijs, Taizé, Londen, Rome, die scholen wereldwijd de mogelijkheid biedt om en Oostenrijk (survival). De totaalprijs bedraagt leerlingen examen Engels te laten doen op maar maximaal € 350 voor een buitenlandse bestemming liefst 8 verschillende niveaus. De sectie Engels (Rome mag dit bedrag overschrijden) en € 150 binnen de sector havo/vwo is bij dit netwerk voor een binnenlandse reis. De limiet wordt ieder aangesloten. Leerlingen krijgen de mogelijkheid jaar opnieuw vastgesteld i.v.m. de inflatiecorrectie om aan het Anglia Examen deel te nemen. Dit en verdere kostenontwikkelingen in de reisbranche. examen en ook het te behalen certificaat wordt Leerlingen kunnen ook kiezen voor een internationaal erkend. Afhankelijk van de prestatie maatschappelijke stage. Deze is vrijwel kosteloos. krijgt de leerling een certificaat met de vermelding Leerlingen die gedoubleerd hebben, kunnen ‘distinction’, ‘credit’ of ‘pass’. Leerlingen die het opnieuw voor één van de bestemmingen kiezen hoogste niveau behalen, kunnen mede op basis maar worden alleen geplaatst als er voldoende van hun certificaat toegang krijgen tot een Engelse plaats is. Al vroeg in het schooljaar wordt aan de school of universiteit. Een Anglia Examen biedt ook leerlingen gevraagd om zich in te tekenen. Op de mogelijkheid tot een verblijf in Engeland - onder basis van deze intekening wordt de organisatie van alle geslaagde deelnemers wordt jaarlijks een de werkweek in gang gezet. De school schiet de beurs verloot voor een week Summer School op kosten daarvan voor. Leerlingen die tussentijds de het Chichester College te Ipswich (een prijs die school verlaten of om andere redenen (bijv. een opgevraagd kan worden als je 16 jaar bent). blessure of ziekte) niet mee kunnen met de Verder biedt Chichester College Nederlandse werkweek, blijven daarom betaalplichtig voor de deelnemers voordelige mogelijkheden tot een ‘gap door hen gekozen werkweekbestemming. Ouders year’, een jaar in Engeland wonen en studeren. kunnen daarvoor eventueel zelf een annuleringsverzekering afsluiten. Varel, Duitsland CULTURELE ACTIVITEITEN Binnen het onderwijsaanbod wordt getracht veel aandacht te besteden aan culturele activiteiten. Leerlingen in de leerjaren 1 t/m 3 krijgen minstens
•
Al zo’n 25 jaar vinden er jaarlijks leerlingenuitwisselingen plaats met het Lothar Meyer Gymnasium uit Varel (Duitsland). Bij voldoende deelname is het
PAGINA 23
DC S OH CO UO M LEGNITDT SI T 2E 0L 0 9 — 2 0 1 0
voor een aantal leerlingen uit 3e en 4e klassen mogelijk om hieraan deel te nemen. In voorgaande schooljaren bezochten leerlingen uit de derde klas de leerlingen in Varel en ontvingen wij de leerlingen het volgende jaar. Het doel van de uitwisseling is het vergroten van de mondelinge taalvaardigheid in het Duits en Engels en het vergroten van de regionale beeldvorming. Tevens kan men kennismaken met de schoolcultuur op een Duits gymnasium. Onderdeel van het programma is het volgen van een aantal lessen op het Lothar Meijer Gymnasium. De uitwisseling duurt twee keer acht dagen. Ook worden excursies en andere activiteiten georganiseerd. Bratislava, Slowakije Afhankelijk van subsidiemogelijkheden bij het Europees Platform worden soms uitwisselingen georganiseerd met het Evangelical Lyceum in Bratislava, Slowakije. Net als bij de uitwisseling met Varel staat het programma in het teken van lessen volgen, excursies en culturele activiteiten. De eigen bijdrage in de kosten van de deelnemers bedraagt ongeveer €200,00. Het thema van de uitwisseling is ‘Culturele identiteit’ en vooral de kennismaking met een andere Europese cultuur en de Engelse taalvaardigheid staan centraal. JET-NET Jet-Net, het Jongeren en Technologie Netwerk Nederland, is een samenwerkingsverband tussen onderwijs, bedrijfsleven en overheid. Sinds 6 juni 2005 maakt het Roelof van Echten College deel uit van dit netwerk, en werkt in het bijzonder samen met de Nederlandse Aardolie Maatschappij te Assen. In Jet-Net werken bedrijven samen met havo- en vwo-scholen. Doel is het onderwijs in de exacte vakken aantrekkelijker te maken. Het landelijk coördinatiepunt Jet-Net is de initiator en coördinator die scholen en bedrijven één op één bij elkaar brengt. Samen ontwikkelen zij uitdagende activiteiten die aansluiten bij de bètavakken in het curriculum. Door samen met het voortgezet onderwijs te werken aan kwalitatief hoogwaardige onderwijsprojecten:
•
verbetert Jet-Net het beeld dat jongeren van technologie hebben,
•
wordt hun keuzegedrag in studieprofiel en vervolgstudie beïnvloed,
PAGINA 24
•
bouwt Jet-Net mee aan een solide kenniseconomie in Nederland.
Jet-Net verbindt zich aan de doelstellingen van het Deltaplan Bèta Techniek door mee te werken aan verhoging van de doorstroom van havo/vwo scholieren naar het hoger bèta technisch onderwijs. DE GEZONDE SCHOOL Genotsmiddelen zijn niet uit de samenleving weg te denken. Het Roelof van Echten College is van mening dat bezit en/of gebruik van alcohol en/of drugs door leerlingen binnen de school niet acceptabel is. Daarvoor zijn eenduidige richtlijnen opgesteld. Tegelijk realiseert de school zich wel degelijk dat jongeren buiten het zicht van school en ouders in de leeftijdsfase van 12 tot 18 met genotsmiddelen experimenteren. Het is van groot belang dat jongeren hierbij zo begeleid worden, dat er zo min mogelijk sprake is van risicovol gedrag. Daarom is het Roelof van Echten College een samenwerkingsverband aangegaan met de stichting Verslavingszorg Noord Nederland (VNN) en neemt het deel aan het landelijke project ‘De Gezonde School en Genotsmiddelen’. De VNN ondersteunt het Roelof van Echten College bij:
•
het vormgeven van lessenseries over roken, alcohol en drugs;
•
het informeren van ouders en het organiseren van ouderavonden over dit thema;
het bevorderen van deskundigheid bij docenten en zorgfunctionarissen binnen de school voor wat betreft het signaleren en begeleiden van leerlingen die op risicovolle wijze experimenteren met genotsmiddelen. 1.8
Maatschappelijke stage
Jongeren tijdens hun schooltijd kennis laten maken met de samenleving en daar een onbetaalde bijdrage aan laten leveren. Dat is het primaire doel van de Maatschappelijke Stage (MaS). Het geeft leerlingen de mogelijkheid om buiten de school te leren en daarbij op een andere manier kennis te maken met de samenleving en met bepaalde groepen in deze samenleving, waar ze
S C H O O L G IDDOSC U 20 M0E9N—T T2I 0T 1 E0 L In leerjaar 1 is de maatschappelijke stage gericht op de directe omgeving van de leerling. In leerjaar 2 staat de stage in het teken van de wereld om je heen. In het derde leerjaar staat de stage in het teken van persoonlijke diensten voor medemensen. In het laatste leerjaar, leerjaar 4, is er ruimte voor Een bijkomend doel van de maatschappelijke stage is persoonlijke keuzeactiviteiten en wordt de maatschappelijke stage afgesloten. dat jongeren belangstelling kunnen ontwikkelen om zelf (nu of later) vrijwilligerswerk te doen. Naast dit alles blijkt dat veel leerlingen een maatschappelijke 1.9 Mediatheek stage gewoon als een leuke, waardevolle en soms spannende ervaring beleven. In het nieuwe gedeelte van het gebouw aan de Daarmee is de maatschappelijke stage Julianastraat ligt heel centraal op de eerste • Gericht op de ander, maar levert daarnaast een verdieping de mediatheek. Voor bijna alle vakken kan bijdrage aan de persoonlijke ontwikkeling van de men hier informatie vinden. Leerlingen van de sector leerling MAVO/HAVO/VWO kunnen hier boeken en andere • Onbetaald. De meeste stages worden dan ook materialen lenen. uitgevoerd bij instellingen die niet als doel hebben Alle materialen worden uitgeleend via het AURAom winst te maken. uitleensysteem. Om de materialen te kunnen lenen De regering wil dat alle leerlingen in het voortgezet moeten de leerlingen hun schoolpas bij zich hebben. onderwijs tijdens hun schoolloopbaan een De mediatheek is geopend van maandag t/m vrijdag maatschappelijke stage uit gaan voeren. van 08.30 – 16.00 uur. De mediathecaris van onze school is mevr.A.Wiggers-Everts. De mediathecaris ROELOFS MAATSCHAPPELIJKE STAGE verzorgt de opzet en het beheer van de Op het Roelof van Echten College is in de afgelopen schoolmediatheek. Ze werkt daarbij samen met een jaren begonnen met de maatschappelijke stage. Zo aantal docenten én ouders, die een zeer belangrijk hebben op het vmbo leerlingen uit de tweede klas in aandeel in de mediatheekwerkzaam-heden hebben. het schooljaar 2006/2007 een verwendag Wanneer u als ouder geïnteresseerd bent in het georganiseerd voor bewoners van een verpleeghuis. assisteren in de mediatheek, kunt u contact op In het schooljaar 2007/2008 hebben vijf tweede nemen met de mediatheek (0528-295271) of met klassen één dag stage gelopen. mevr. A.Wiggers (0528-230738) Ook binnen de sectoren praktijkonderwijs en mavo/ havo/vwo worden activiteiten ontwikkeld waarbij In de mediatheek staan computers met internetschool en maatschappij bij elkaar komen en leerlingen als vrijwilliger iets kunnen betekenen voor aansluiting. Op alle computers is een tekstverwerkingsprogramma aanwezig en de digitale encyclode medemens. pedie Encarta. Het Roelof van Echten College wordt bij de uitvoering Ook kunnen leerlingen de zogenaamde Kranten-bank, van de MaS ondersteund door de Stichting Present. Literom en Uittrekselbank raadplegen. De Present wil een brug slaan tussen mensen die hulp willen bieden en mensen die hulp nodig hebben. Kijk Krantenbank is een zoekmachine waarmee het digitale archief van de landelijke dagbladen kan voor meer informatie op www.stichtingpresentworden doorzocht. Met de Literom en Uittreksel-bank hoogeveen.nl kunnen recensies en uittreksels van boeken worden geraadpleegd. MAVO/HAVO/VWO Wanneer de leerling een tekst wil overnemen kan hij/ Voor leerlingen van de sector mavo, havo en vwo zij gebruik maken van een printer, Ook is er een wordt de maatschappelijke stage verspreid over de kleurenprinter in de mediatheek aanwezig (voor het eerste vier leerjaren. De stage wordt gekenmerkt door een opbouw in het type stage door de leerjaren printen wordt een bijdrage gevraagd). Voor het maken van kopieën kan men ook in de heen. Deze opbouw heeft te maken met de mate en mediatheek terecht . intensiteit waarin de werkzaamheden gericht zijn op anders niet zo snel mee in contact komen. Het stelt leerlingen in staat om zich meer betrokken te voelen bij de maatschappij, op een praktische manier te leren welke waarden en normen belangrijk zijn en zich mede verantwoordelijk te voelen voor een stukje van de samenleving.
de medemens.
PAGINA 25
DC S OH CO UO M LEGNITDT SI T 2E 0L 0 9 — 2 0 1 0
1.10
Studie en sport
Sterk in studie en sport
of in kleine groepjes gewerkt. Het resultaat is dat leerlingen weer met meer plezier aan de lessen LO deelnemen.
Het Roelof van Echten College is een sportieve school. De school (sector havo/vwo) is in 2004 genomineerd als “Sportiefste school van Nederland”. Dat de school sport en bewegen belangrijk vindt, blijkt wel uit de vele en verschillende activiteiten waaraan de leerlingen kunnen deelnemen.
huiswerk; uitstel van toetsen; extra verlof i.v.m. wedstrijden of toernooien; (incidenteel) aangepast rooster i.v.m. trainingstijden en studiebegeleiding door sportmentor en topsportcoördinator. Om de status “topsporttalent” te krijgen en gebruik te kunnen maken van de faciliteiten, moet een leerling aan een aantal criteria voldoen. Deze criteria zijn vastgesteld door de nationale topsport Certificaat Sportactieve school en Topsport steunpunten en de sportbonden Elk sporttalent Steunpuntschool krijgt een “studiegids Topsport Traject” met een De school organiseert diverse activiteiten en contract en alle gemaakte afspraken. Een toernooien voor de verschillende jaarlagen. Er is sportmentor neemt de taken over van de contact met de gemeente en sportverenigingen om klassenmentor en coacht de sporttalenten, zodat sport en bewegen breed neer te zetten. In 2004 de leerling studie en sport optimaal kan heeft onze school daarom ook als eerste school in combineren. Uitgangspunt is daarbij altijd het Noord-Nederland het certificaat “Sportactieve behalen van een schooldiploma. Voor informatie school” gekregen. In 2003 is het Roelof van Echten over het Topsport Traject en aanmelding kan men College, sector havo/vwo eveneens tot “Topsport contact opnemen met de school, telefonisch of per Steunpunt School” uitgeroepen. De school heeft mail:
[email protected] hierover een convenant getekend met het Topsport Steunpunt Noord (TSN). TSN valt onder het NOC/ Toernooien en buitenschoolse activiteiten NSF. Voor meer informatie: www.noordsport.nl. Elke jaarlaag heeft zijn eigen toernooien. De toernooien maken onderdeel uit van het Topsportbeleid onderwijsprogramma en hebben dan ook een Dit betekent dat de school zich heeft uitgesproken verplicht karakter. In de onderbouw ligt het accent topsportvriendelijk te zijn en zich wil inzetten om op klassentoernooien en in de bovenbouw is er sporttalenten mogelijkheden te bieden om sport en ruimte voor keuzesporten. Daarnaast neemt de studie optimaal te combineren. De sector mavo/ school deel aan twee nationale toernooien: havo/vwo kan en wil (afhankelijk van de categorie • Mission Olympics: KVLO-toernooien voetbal waartoe het talent behoort) talenten daarvoor de en volleybal. De finales vinden elk jaar plaats volgende faciliteiten bieden: vrijstelling van in het Olympisch Stadion in Amsterdam vaste ingeroosterde uren onder schooltijd. • Athenespelen: bovenbouwleerlingen strijden twee dagen op 10 sportdisciplines in MOTORISCHE REMEDIAL TEACHING Groningen. Aan brugklasleerlingen die (soms) moeite hebben met L.O.(-onderdelen) wordt M.R.T. aangeboden. In de afgelopen jaren hebben leerlingen verschilleNiet elke leerling komt in aanmerking voor M.R.T. nde prijzen in de wacht gesleept, waaronder een Elke brugklasleerling wordt voor de herfstvakantie aantal eerste plaatsen. getest. Als de uitslag van deze test aanleiding hiertoe geeft, volgt voor een aantal leerlingen een tweede, uitgebreidere test. Met de testgegevens wordt een individueel handelingsplan opgesteld, en aan de hand hiervan volgt de leerling wekelijks een aantal sessies M.R.T. Er wordt daarbij individueel
PAGINA 26
S C H O O L G IDDOSC U 20 M0E9N—T T2I 0T 1 E0 L
2.
LEERLINGBEGELEIDING
het gebied van de talen;
•
2.1 Begeleidingsstructuur Leerlingenzorg wordt door ons beschouwd als een doorlopende lijn die loopt van de vakdocent tot aan • speciale zorgfunctionarissen die binnen de school zijn aangesteld of buiten de school werkzaam zijn. VAKDOCENT Leerlingbegeleiding begint in de vaklessen. Wanneer een vakdocent problemen constateert t.a.v. de studievoortgang, probeert hij de leerling zo veel mogelijk ‘op maat’ te begeleiden. De vakdocent signaleert eveneens richting mentor als de door hem geboden hulp niet toereikend is. MENTOR Elke leerling op onze school heeft een mentor. De mentor vervult voor leerlingen een vertrouwensrol en neemt binnen de begeleidingsstructuur een centrale rol in. De mentor is degene met wie leerlingen en ouders als eerste contact opnemen als de leerling problemen heeft met zijn studievoortgang, sociale of emotionele problemen heeft, of als er omstandigheden in de privé-sfeer zijn die van invloed zijn op het functioneren op school. De mentor volgt ook de studievoortgang van de leerling. Hij krijgt als eerste de signalen van vakdocenten. Tijdens cijferbesprekingen speelt de mentor een belangrijke rol: hij draagt leerlingen voor ter bespreking en formuleert voor problemen een bepaalde aanpak. AANVULLENDE BEGELEIDING In sommige gevallen blijkt dat de door vakdocenten en mentoren geboden begeleiding niet toereikend is. In zulke gevallen treedt de mentor in overleg met de adjunct-sectordirecteur die verantwoordelijk is voor de afdeling waarin de leerling onderwijs volgt. De adjunct-sectordirecteur is verantwoordelijk voor het aanmelden van leerlingen voor aanvullende begeleiding. Mogelijkheden die de school biedt op het gebied van leerproblemen:
•
•
studiebegeleiding in de onderbouw (op het gebied van algemene studievaardigheden, moderne vreemde talen en exacte vakken); remediale hulp voor specifieke problemen op
LGF-begeleiding: leerlingen met een indicatie voor leerling-gebonden financiering krijgen een persoonlijke begeleider toegewezen; psychologische begeleiding door de schoolpsycholoog.
Mogelijkheden die de school biedt op het gebied van sociaal-emotionele problemen:
•
counseling: hulp bij grote sociaal-emotionele problemen;
•
faalangstreductietraining (BOF, Beter Omgaan met Faalangst);
•
sociale vaardigheidstraining;
•
psychologische begeleiding door de schoolpsycholoog.
PSYCHODIAGNOSTISCH ONDERZOEK Wanneer blijkt dat bepaalde leer- en/of sociaalemotionele problemen complex zijn, kan een leerling via de adjunct-sectordirecteur worden aangemeld voor psychodiagnostisch onderzoek. Voorbeelden zijn onderzoek naar:
•
dyslexie;
•
dyscalculie;
•
faalangst en/of sociale vaardigheidsproblemen;
•
leerbelemmerende factoren;
•
intelligentieniveau (op het gebied van verbaal, ruimtelijk, rekenkundig).
STRUCTURELE FACILITEITEN MET BETREKKING TOT TOETSING EN (SCHOOL)EXAMEN In bepaalde gevallen kan een leerling aanspraak maken op faciliteiten met betrekking tot het afnemen van toetsen, schoolexamens en centraal examen. In aanmerking komen bijvoorbeeld leerlingen met:
•
dyslexie;
•
PDD-NOS;
•
blind-/slechtziendheid;
•
een motorische of psychische handicap.
Faciliteiten die verstrekt worden, betreffen de wijze van toetsafname (bijvoorbeeld lettertype van de
PAGINA 27
DC S OH CO UO M LEGNITDT SI T 2E 0L 0 9 — 2 0 1 0
toets, digitale toetsing) als ook de duur (verlenging van tijd). In al deze gevallen moet de schoolpsycholoog als GZ-gecertificeerde een beschikking afgeven. Afgegeven beschikkingen hebben altijd een beperkte duur en worden na evaluatie mogelijk verlengd. EXTERNE HULPVERLENING Bij bepaalde leerlingenproblematiek werkt de school samen met externe hulpinstanties als de GGZ, Accare, Algemeen Meldpunt Kindermishandeling, schoolarts, maatschappelijk werk. Ook wordt samengewerkt met Regionale Expertise Centra als De Twijn en De Ambelt waar het gaat om leerlingen met een indicatie voor leerlinggebonden financiering. Afhankelijk van de problematiek van de leerling wordt bepaald met welke frequentie en in welke samenstelling de school overleg voert met betrokken externe instanties. ZORGOVERLEG De adjunct-sectordirecteuren coördineren de interne leerlingbegeleiding en externe hulpverlening. Zij hebben frequent overleg met de schoolpsycholoog over het functioneren van de zorgstructuur op school. Individuele leerlingen met complexe problematiek kunnen ook in dit zorgoverleg besproken worden. Daarnaast is er frequent overleg met de leerplichtambtenaar.
gebied van bijvoorbeeld de talen (zoals dyslexie) kunnen worden geholpen door remedial teachers. Het doel van Remedial Teaching is het wegwerken van leerachterstanden. Remedial Teaching wordt gegeven voor een bepaalde periode aan individuele leerlingen of aan leerlingen in kleine groepjes op vaste ingeroosterde uren onder schooltijd. MOTORISCHE REMEDIAL TEACHING Aan brugklasleerlingen die (soms) moeite hebben met L.O. (-onderdelen) wordt M.R.T. aangeboden. Niet elke leerling komt hiervoor in aanmerking. Elke brugklasleerling wordt voor de herfstvakantie getest. Als de uitslag hiertoe aanleiding geeft, volgt voor een aantal leerlingen een tweede, uitgebreidere test. Met de testgegevens wordt een individueel handelingsplan opgesteld, en aan de hand hiervan volgt de leerling wekelijks een aantal sessies M.R.T. Er wordt daarbij individueel of in kleine groepjes gewerkt. Het resultaat van M.R.T. is dat leerlingen met veel meer plezier deelnemen aan de lessen L.O. COUNSELING Het woord ‘counselor’ betekent ‘raadgever’. Tijdens counseling wordt begeleiding geboden aan leerlingen met ernstige persoonlijke, sociale en emotionele problemen. Meestal gebeurt dat in de vorm van een reeks persoonlijke gesprekken. Leerlingen kunnen counselors rechtstreeks
2.2
Begeleidingstrajecten
benaderen, of kunnen zich via hun mentor of adjunct-sectordirecteur opgeven.
STUDIEBEGELEIDING Voor leerlingen in de onderbouw bestaat de mogelijkheid van studiebegeleiding. Deze vorm van begeleiding is bedoeld voor leerlingen die moeite hebben met de aanpak van exacte vakken, het leren van een van de moderne vreemde talen of met meer algemene studievaardigheden en planning. Ook leerlingen met een grote achterstand kunnen in aanmerking komen voor studiebegeleiding. In overleg met de mentor kunnen vakdocenten leerlingen voor studiebegeleiding aanmelden. REMEDIALE HULP Leerlingen met specifieke leerproblemen op het
PAGINA 28
BEGELEIDING DOOR DE SCHOOLPSYCHOLOOG/ ORTHOPEDAGOOG
Leerlingen met leerproblemen, sociaal-emotionele en/of gedragsproblemen kunnen worden begeleid door de schoolpsycholoog. Meestal worden leerlingen aangemeld door de mentor of door hun ouders. Soms vindt doorverwijzing plaats, bijvoorbeeld na overleg tussen mentor en adjunctsectordirecteur of na leerlingenbespreking door vakdocenten. Leerlingen kunnen zich voor een gesprek met de schoolpsycholoog aanmelden tijdens het spreekuur van de schoolpsycholoog.
S C H O O L G IDDOSC U 20 M0E9N—T T2I 0T 1 E0 L
Ook kunnen ze zich hiervoor aanmelden via hun
bijvoorbeeld van mavo naar havo. Leerlingen kunnen zich met hun vragen rechtstreeks wenden mentor of de adjunct-sectordirecteur. tot decanen. Zij houden spreekuur volgens een beschikbaarheidsrooster dat te vinden is bij hun FAALANGSTREDUCTIETRAINING kamer. Via de digitale decanenkamer op de Faalangst kan een blokkade zijn om tot goede website van de school zijn formulieren te prestaties te komen. Leerlingen die hier last van downloaden, kan men in contact treden en zijn hebben, kunnen worden aangemeld voor de cursus relevante links te vinden. BOF, oftewel ‘Beter Omgaan met Faalangst’. Tijdens de brugklasperiode wordt er een BOFtraining gegeven aan een groep van ongeveer 10 leerlingen. Deze groep komt acht keer één uur bij elkaar. Als er vermoedens bestaan dat een leerling last heeft van faalangst, dan wordt met deze leerling een gesprek gehouden door één van de trainers. Als de leerling vervolgens zelf aangeeft mee te willen doen, krijgen ouders/verzorgers hiervan bericht.
2.4 Vertrouwenspersoon Elke onderwijssector binnen het Roelof van Echten College kent vertrouwenspersonen.(zie algemene gedeelte van de gids). De vertrouwenspersonen zijn door het bevoegd gezag benoemd. Zij zijn het eerste aanspreekpunt bij vermoedens van of klachten met betrekking tot seksuele en andere intimidatie. Vertrouwenspersonen luisteren naar de klacht, helpen oplossingen te vinden voor het probleem en geven ondersteuning als er een officiële klacht ingediend wordt.
SOCIALE-WEERBAARHEIDSTRAINING Het komt voor dat leerlingen problemen ondervinden in de omgang met leeftijdgenoten. Soms uit zich dat in pestgedrag, soms vinden leerlingen geen aansluiting bij de rest van de klas. Als leerlingen niet op een goede manier voor zichzelf durven opkomen, dan heeft dat vaak te maken met een gebrek aan bepaalde sociale vaardigheden. Sociale vaardigheden en weerbaarheid zijn te leren. Aan leerlingen die hiervoor in aanmerking komen, wordt gedurende een reeks van tien bijeenkomsten op een intensieve manier aan dit probleem gewerkt. 2.3
Decanaat
Op onze school werken twee decanen met afzonderlijke aandachtsgebieden voor vwo resp. havo en mavo. In de derde klas geven decanen begeleiding op het gebied van profiel- en vakkenkeuze. Ze dragen zorg voor een aantal keuzebegeleidingslessen waarin oriëntatie op de Tweede Fase en vervolgopleidingen centraal staat. In de bovenbouw wordt de verdere oriëntatie op een vervolgstudie door decanen begeleid. Decanen worden ook betrokken bij interne doorstroming,
3
OVERIGE ACTIVITEITEN
3.1
Schoolklassenavonden
Onder leiding van de klassenleraar/mentor kunnen klassenavonden georganiseerd worden. De ouders/ verzorgers van leerlingen uit de onderbouw ontvangen over één en ander tijdig een brief met mededelingen over de datum waarop de avond gehouden zal worden en de tijden van aanvang en einde. 3.2
LAC
Het LAC, oftewel de Leerlingen Activiteiten Commissie bestaat uit leerlingen en wordt begeleid door een aantal docenten. Activiteiten die het LAC in de afgelopen jaren organiseerde, waren themaavonden voor leerjaren of de hele school, sportieve activiteiten en actie voor een goed doel zoals ‘Zip your Lip’. Toegang tot de school op LAC-activiteiten gaat alleen op vertoon van de schoolpas! Er wordt altijd een (kleine) entree of vergoeding gevraagd zodat er kostendekkend kan worden gewerkt.
PAGINA 29
DC S OH CO UO M LEGNITDT SI T 2E 0L 0 9 — 2 0 1 0
3.3
Schoolkrant
Maximaal drie keer per jaar verschijnt er een schoolkrant. De redactie van de schoolkrant bestaat uit leerlingen die begeleid worden door een of twee docenten. Aan het begin van elk schooljaar gaat de redactie op zoek naar nieuwe redactieleden. Aan het eind van een cursus vertrekt elk jaar weer een aantal vaste medewerkers. Leerlingen die het leuk vinden om te schrijven, interviews af te nemen, achter de tekstverwerker te zitten en/of aan de vormgeving te werken, kunnen zich aan het begin van het schooljaar opgeven bij de redactie. Het is altijd heel gezellig en wanneer er weer een nieuw nummer uit komt, is dat altijd een spannend moment.
4.
ADMINISTRATIEVE ZAKEN
4.1
Ziek- en herstelmeldingen
AFWEZIGHEID DOOR ZIEKTE Leerlingen die bijvoorbeeld door ziekte één of meer dagen de lessen niet kunnen volgen, moeten voor het begin van het eerste lesuur telefonisch worden afgemeld bij de verzuim coördinator (vc). Bij te verwachten langdurige absenties wordt de ouders verzocht telefonisch contact op te nemen met de adjunct-sectordirecteur. Bij hun terugkomst op school moeten de leerlingen aan het begin van de lesdag een door hun ouders/verzorgers ondertekend formulier inleveren waarop de reden en duur van het verzuim vermeld is. Op de website van de school zijn alle formulieren met betrekking tot afwezigheid te downloaden. Mededelingen van ouders/verzorgers mogen niet per e-mail worden gedaan, omdat dit medium te fraudegevoelig is. AFWEZIGHEID DOOR BEZOEK VAN EEN ARTS Dokters- en tandartsbezoeken moeten indien mogelijk vooraf worden gemeld. De leerlingen zijn wel gehouden de afspraken zoveel mogelijk buiten de schooltijden te maken.
PAGINA 30
4.2
Roosterwijzigingen
Mededelingen over afwezigheid van docenten worden vermeld op de lichtkrant. Daarop worden ook na het tweede en na het vijfde lesuur de dagelijkse wijzigingen van het lesrooster vermeld. De wijziging die na het vijfde lesuur op de lichtkrant wordt gepubliceerd, is die voor (het begin van) de volgende dag. 4.3
Adreswijziging en formulieren
Ouders of verzorgers van leerlingen zijn verplicht bij eventuele verandering van adres de administratie zo spoedig mogelijk op de hoogte te stellen. Formulieren die de schoolleiding ter ondertekening worden aangeboden (zoals de schoolverklaring i.v.m. de kinderbijslag), kunnen worden gedeponeerd in de bus bij de administratie. De formulieren kunnen in de regel de volgende dag weer worden opgehaald bij de conciërge.
5.
SCHOOLREGELS
Onze school kent een leerlingenstatuut waarin de rechten en plichten van leerlingen zijn omschreven. Leerlingen krijgen het uitgereikt als ze als leerling worden ingeschreven. Bewaar het dus goed. Eventuele wijzigingen worden tijdig aangekondigd. Onderstaande schoolregels zijn opgesteld op basis van de bepalingen in het leerlingenstatuut en wettelijke bepalingen ten aanzien van de leerplicht. TE LAAT KOMEN IN DE LES 1. De aanvang van de lesuren na de pauzes wordt aangegeven door een signaal van de zoemer. Vijf minuten voor aanvang van het eerste lesuur wordt eveneens een signaal gegeven. Bij het tweede signaal dienen de leerlingen in het lokaal aanwezig te zijn. Het einde van alle lessen wordt aangegeven door een signaal. Bij de wisseling van de lessen moeten de leerlingen zich vlot naar de lokalen begeven. 2. Een leerling die te laat is voor een bepaalde les, moet zich melden bij de verzuim
S C H O O L G IDDOSC U 20 M0E9N—T T2I 0T 1 E0 L coördinator (vc). Hij/zij ontvangt een toegangskaart voor de lessen, tenzij men zonder geldige reden meer dan tien minuten na het begin van de les te laat komt bij de vc. De betrokken leerling blijft onder toezicht in lokaal 240. De naam wordt doorgegeven aan de coördinator. Indien men zonder geldige reden te laat komt zijn, per periode van drie maanden, de volgende maatregelen van kracht:
•
de eerste keer: volgende dag om 08.00 uur melden;
•
een tweede keer: een week lang om 08.00 uur op school melden bij de conciërge;
•
een derde keer en vierde keer: ‘vierkant rooster’, d.w.z. een week lang van 08.00 u tot 16.30 u op school zijn.
VERWIJDERING UIT DE LES
worden vermeld op een lijst in de hal van de school. Leerlingen worden geacht deze lijst dagelijks te controleren. Na absentie heeft een leerling twee schooldagen de gelegenheid om een briefje in te leveren. Na deze termijn wordt het verzuim beschouwd als spijbelen. Deze leerlingen worden opgeroepen zich te melden bij de coördinator. 9. De coördinator controleert de absentieregistratie. Bij openstaande absenties worden nadere maatregelen genomen (naamlijst van betrokken leerlingen op het publicatiebord met aanwijzingen voor een gesprek met de coördinator, telefonisch contact met de ouders, brief naar de ouders, e.d.). Bij herhaaldelijke absentie (ook al is de absentie ‘gedekt’ door een brief van de ouders) wordt ook contact opgenomen met de ouders. Als uiterste consequentie bijongeoorloofd verzuim (spijbelen) gelden de volgende strafmaatregelen:
3. Een leerling die uit de les wordt verwijderd, • dient zijn tas mee te nemen. De leerling meldt zich bij de vc, wordt geregistreerd en krijgt nadere aanwijzingen met betrekking tot het melden bij de • adjunct-sectordirecteur. De adjunct-sectordirecteur • kan eventueel contact opnemen met de ouders. LESTIJDEN, LESUITVAL, TUSSENUREN E.D. 5. Als een docent niet tijdig bij het leslokaal aanwezig is, mogen de leerlingen niet zonder meer aannemen dat er geen les wordt gegeven. Zij moeten eerst nadere informatie inwinnen bij de conciërge. 6. Verplaatsing van lesuren bij twee of meer tussenuren moet vooraf overlegd worden met de desbetreffende docenten en coördinator. In de bovenbouw is een dergelijke verplaatsing in principe niet mogelijk. 7. De bel is een teken voor de docent dat de les afgesloten dient te worden. De leerling blijft aanwezig tot de docent aangeeft dat de les voorbij is. De docent is verplicht de leerlingen te laten gaan op een zodanig tijdstip dat ze op tijd bij de volgende les kunnen zijn.
MAATREGELEN BIJ ONGEOORLOOFD VERZUIM 8.
Openstaande absenties van leerlingen
•
1e keer: straf te bepalen door de coördinator van de afdeling 2e keer: een dag schorsen; brief aan ouders 3e keer: drie dagen schorsing; gesprek met de ouders 4e keer: definitieve verwijdering
(TIJDELIJKE) VRIJSTELLING VAN LESSEN LICHAMELIJKE OPVOEDING
10. Formulieren voor (tijdelijke) vrijstelling van de gymnastieklessen op grond van een medische oorzaak zijn te verkrijgen bij de adjunctsectordirecteur en te downloaden op de website van de school. GEDRAGSREGELS M.B.T. GEBRUIK VAN HET GEBOUW EN VOORZIENINGEN
11. De leerlingen zijn verplicht zich in en om de school rustig en ordelijk te gedragen. Van hen wordt verwacht dat zij zich mee verantwoordelijk voelen voor het netjes houden van de school en het terrein. Afval moet in de daarvoor bestemde manden/bakken worden gedeponeerd. In de lokalen gelden de volgende regels:
•
leerlingen mogen geen jassen meenemen in de lokalen; jassen op de kapstokken en niet op de gang
PAGINA 31
DC S OH CO UO M LEGNITDT SI T 2E 0L 0 9 — 2 0 1 0
met betrekking tot het dragen van mutsen en z.g. caps geldt dat de docent kan eisen dat een ongehinderd uitzicht op het gezicht mogelijk blijft en de orde niet wordt verstoord
•
•
ingeschakelde walkmans en andere geluidsdragers en communicatieapparaten (gsm, buzzers, en dergelijke) zijn in de les verboden. Bij overtreding kan het betreffend object een week worden ingenomen en een strafmaatregel worden opgelegd consumpties in de lokalen zijn verboden
In overige ruimten binnen de school gelden de volgende regels:
•
Bij de fietsen mag men zich niet ophouden anders dan voor het plaatsen en weghalen van de fiets. In de kelder mag niet worden gefietst en gerookt. Moedwillige beschadiging van fietsen/bromfietsen wordt streng bestraft.
12. Voor een aantal leerlingen zijn de lessen eerder afgelopen dan na het 7e lesuur. In dergelijke gevallen dienen de fietsers na het verlaten van de fietsenkelders zo snel mogelijk het schoolplein te verlaten. 13. Het is de leerlingen niet toegestaan leerlingen van andere scholen in de school of op het schoolterrein te ontvangen, anders dan na voorafgaande toestemming van de directie.
•
mediatheek: tassen buiten de mediatheek in de daarvoor bestemde kasten
•
het is de leerlingen verboden te zitten in de vensterbanken of op de verwarmingen in de gangen en de lokalen
•
In de studieruimtes mogen geen consumpties worden genuttigd
14. Leerlingen die betrokken zijn bij overtredingen in/rondom de school kan worden opgedragen buiten de gewone lesuren op school te komen en passende werkzaamheden te verrichten. Naast de directie en de adjunct-sectordirecteuren zijn de toezichthoudende personeelsleden hierin ook tot het nemen van maatregelen bevoegd.
•
Op de publicatieborden mag door de leerlingen niets worden opgehangen zonder toestemming van de directie
AANSPRAKELIJKHEID VOOR VERMISSING EN SCHADE E.D.
•
In school mag niet gerookt worden. Spelletjes om geld zijn niet toegestaan
•
De leerlingen die de soos bezoeken, dienen zich te houden aan de daar geldende regels.
Ten aanzien van het gebruik van de fietsenstalling geldt:
• • • • • •
Leerlingen dienen hun fietsen te stallen op de volgende plaatsen
15. Het bestuur van de school draagt geen verantwoordelijkheid voor beschadiging of vermissing van eigendommen van leerlingen. Het verdient aanbeveling kledingstukken die in garderobes worden opgehangen te voorzien van een naam, en geen geld of andere waardevolle voorwerpen in deze kleding achter te laten.
16. Alle schade die door een leerling aan eigendommen van de school wordt toegebracht, wordt op zijn kosten hersteld. Zolang de gemaakte kleine kelder - de 2e klassen; kosten niet zijn betaald, kan de leerling de toegang grote kelder - de brugklassen; tot de lessen/school door de sectordirecteur tegelplateau achter de flat - 3e, 4e, 5e en 6e worden ontzegd. klassen. 17. Indien een minderjarige leerling voor enige Bromfietsen moeten ook op het tegelplateau schade verantwoordelijk is, stelt de school de worden geplaatst. ouders daarvan in kennis. Fietsen/bromfietsen die op de onjuiste plaatsen worden aangetroffen, worden WAPENBEZIT EN DIEFSTAL verwijderd; de eigendommen zijn om 16.30 uur weer terug te krijgen bij de conciërge. 18. Bij constatering van bezit en/of gebruik
PAGINA 32
S C H O O L G IDDOSC U 20 M0E9N—T T2I 0T 1 E0 L
van messen, hand- en vuurwapens, laserpennen vuurwerk en bij diefstal geldt de volgende richtlijn:
•
1e keer: de leerling wordt gedurende één dag geschorst.
•
2e keer: schorsing voor drie dagen
•
3e keer: schorsing voor vijf dagen
van school verwijderen, indien deze zich niet houdt aan de schoolregels of zich schuldig maakt aan nalatigheid, wangedrag, verzet of in het algemeen door zijn gedrag in of buiten de school een nadelige invloed op zijn medeleerlingen uitoefent.
25. Met betrekking tot definitieve verwijdering is een aantal wettelijke regels van kracht. Op basis • 4e keer: definitieve verwijdering. hiervan is een procedure opgesteld die is opgenomen in het leerlingenstatuut. Het ligt 19. Bij wapenbezit en diefstal vraagt de school aan de politie advies over de verdere afhandeling. In eveneens ter inzage bij de administratie. overleg en/of naar aanleiding van bijzondere omstandigheden kan het bevoegd gezag besluiten af te wijken van bovenstaande richtlijnen. 20. Bij constatering van handel (verkopen, afleveren, verstrekken) in ongewenste hand- en vuurwapens aan leerlingen van de eigen of andere school volgt schorsing voor 5 dagen. Bij herhaling volgt direct verwijdering van school.
6.
PERSONEEL
SECTORDIRECTIE
•
de heer G. Bolderman, sectordirecteur
•
de heer H.G. Wesseling, adjunctsectordirecteur onderbouw
•
mevrouw G.W. Smid, adjunct-sectordirecteur bovenbouw
GENOTSMIDDELEN 21. Bij geconstateerd gebruik en/of bezit van alcohol en drugs gelden de volgende richtlijnen:
COÖRDINATOREN • Mevrouw P.H. Reitsma, brugklassen
•
1e keer: de leerling wordt gedurende één dag geschorst.
•
Mevrouw J.H. Vrielink, klassen 2 en 3
•
De heer A.J. Bosch, havo bovenbouw
•
2e keer: schorsing voor drie dagen
•
Mevrouw E. Visser, vwo bovenbouw
•
3e keer: schorsing voor vijf dagen
•
•
4e keer: verwijdering van school
DECANEN de heer A.J. Bosch (aandachtsgebied havo)
22. Op handel (verkopen, afleveren en verstrekken) in alcohol, soft- en harddrugs (hasj, weed, XTC, amfetamine/speed, cocaïne, heroïne en andere drugs) aan leerlingen van de eigen of andere school volgt schorsing voor 5 dagen. Bij herhaling volgt direct verwijdering van school. 23. Bij gebruik van, bezit van en/of handel in alcohol en/of drugs kan de school eveneens aan de politie advies vragen over de verdere afhandeling. In overleg en/of naar aanleiding van bijzondere omstandigheden kan het bevoegd gezag besluiten af te wijken van bovenstaande richtlijnen. G.
SCHORSING EN VERWIJDERING
24. Het bevoegd gezag c.q. de sectordirecteur kan een leerling het bijwonen van de lessen of de toegang tot de school voor één of meer dagen ontzeggen (schorsen) dan wel de leerling definitief
mevrouw I.C.W. Renkema-Betten (aandachtsgebied vwo) VERTROUWENSPERSOON de heer T.C. Breen COUNSELORS mevrouw P.H. Reitsma REMEDIAL TEACHING mevrouw M.S. Blanksma-de Vries MOTORISCHE REMEDIAL TEACHING mevrouw P.H. Reitsma COÖRDINATOR TOPSPORTBELEID de heer O. Linde
PAGINA 33
DC S OH CO UO M LEGNITDT SI T 2E 0L 0 9 — 2 0 1 0
Naam de heer G. Barkhof
afkorting gba
Vak En
De heer K.N. Blanksma
Kbl
Ne
mevrouw M.S. Blanksma-de Vries
mbl
rt/fa
de heer U. de Boer
ubo
En
de heer A.J. Bosch
abo
Gs
De heer H. Bodewits
hbo
mu
de heer P.L.R.M. Botermans
pbo
tn
de heer M.J. Botter
mbo
Wi
De heer A.H. Brakenhoff-Schür de heer J.C. Boxem de heer T.C. Breen
abk jbo tbr
wi bi/anw Ma
de heer P.J. Brongers
pbr
Wi
de heer M.J. de Bruyn
mbr
Ak
Mevrouw B.E. Broekema-Janssen
bbr
ne
De heer B.C. Buijsrogge
BBU
TN
De heer M. Corbet
MCO
Ned/Eng
de heer H. de Does
hdo
ne/gs
Mevrouw M. Delasalle
mdl
Fa
mevrouw R. Ellenbroek
rel
Lo
Mevrouw G.E. Everts
GEV
Schei
de heer M. de Fockert
mfo
Gs
Mevrouw P.M. Fusiara
pfu
mevrouw G.P. Gordeau
egd
Mevrouw J. From-Dorenbos
Ne
Jfr
Ne
De heer M.B. Giel
BGI
Wis
De heer J. de Goede
Jgo
AK
Mevrouw H.A. v.d. Greft
Hgr
Ned
De heer M. Hartman
Mha
LO
de heer G.G. Hartog
gha
bi/anw
mevrouw L.G.H. Heller
lhe
Lo
mevrouw S. Herrewijnen
she
Du
de heer G.A.M. olde Heuvel
gol
Wi
mevrouw A.E. Jellema
aje
Fa
mevrouw D.A. de Jong
djo
Du
mevrouw A.H. de Jonge-Spoelman
ajg
En
De heer J. Kasada
Jks
Na/sk
de heer C.M. Knaap
ckn
bi/if
E. Kolthoff
ekl
Du
mevrouw Y. Koene
yko
Du
mevrouw J. Kooi
jko
Ew
de heer O. Linde
oli
Lo
PAGINA 34
SCHOOLGIDS 2009— 2010
Naam mevrouw G. Masselink
Afkorting gma
Vak Go
Mevrouw J.M. Miedema
Jmi
Ak
de heer A.H. Mulder
amu
na/if
Mevrouw E.H. Noordhoek-Hageman
Eno
Ne
de heer A.C. v.d. Oever
aoe
Fa
de heer H. Oosterhof
hoo
Wi
Mevrouw G.G. Otten
gtt
Ne
mevrouw H.M.T. Pelser
hpe
bi/vz
mevrouw J.H.P. Piebes-van Weegberg
jpi
Fa
de heer A. van der Pol
apo
na/sk
mevrouw P.H. Reitsma
pre
Lo
mevrouw I.C.W. Renkema-Betten
ire
Fa
de heer H.C. la Roi
hri
En
Mevrouw A.V. Romikh
Aro
EW
mevrouw J.M.A. Rubingh-Bosscher
jke
Kt
mevrouw K.J. van Ruler
kru
te/ckv
de heer J.J.H. Scholing
jsc
Lo
mevrouw A.C. Soppe
Asp
EW
Mevrouw J.J. Spit
Jsi
Gr
mevrouw A.J.H. ter Steeg
ast
fa/ne
de heer F.W.J. Tharner
fth
mu/ckv
de heer H. van der Veen
hve
te/ha/tn/ckv
mevrouw E. Visser
evi
Ne
mevrouw N. van Voorst
nvo
te/ha
Mevrouw I. Vos-van den Berg
Ibe
Gs
mevrouw J.H. Vrielink
jvr
Ak
De heer A.J. de Vries
Avr
Fi
de heer J.D. Warta
jwa
Go
de heer A. Wendt
awe
ew/gs
de heer J. Werkman
jwr
tn
De heer S. Westra
swe
Ne
mevrouw E.S.A.M. Witmer-Oor
ewi
Ak
de heer Th.J. Zeinstra Mevrouw N.S. Zolotova
tze nzo
sk/anw En
Mevrouw G. van der Zwaag
Gza
Ne/En
PAGINA 35