De Plantage schoolgids 2014-2015
SCHOOLGIDS OBS DE PLANTAGE 2014-2015
Pagina 1
De Plantage schoolgids 2014-2015
Twee ogen, twee benen, Tien vingers, tien tenen. Ik ben slechts een kind, in de spiegel gezien, Ik voel me veel meer…toch…wellicht…juf…misschien? Vier jaar en ik teken mijzelf alsmaar groter, Kijk juf dat ben ik, die mooie koppoter! Ik kijk graag veel verder, dus ik zet mijn bril af, Wow! Is dit nu de wereld, zo mooi en zo maf? Juf, help je mij leren te nemen en geven? Mijn schat ligt begraven, zo staat het geschreven. Dat kind in de spiegel is wie ik nu ken, Maar ik wil zo graag weten wie ik werkelijk ben.
Pagina 2
De Plantage schoolgids 2014-2015 Beste ouders / verzorgers, De school speelt een belangrijke rol in het leven van uw kind(eren). Gedurende acht jaar, vijf dagen per week brengt uw zoon of dochter daar het grootste deel van de dag door. Met de dagelijkse activiteiten, feestelijkheden, de samenwerking met klasgenoten en het contact met de leerkracht, bepaalt de school in grote mate het geluk van alledag. Daarom is het belangrijk een school te kiezen die past bij uw kind, maar ook bij uzelf. Een school waarin u het vertrouwen kunt hebben dat uw kind acht jaar lang met de uiterste zorg en aandacht wordt begeleid. Een school waarin acht jaar lang een goede basis aan uw kind wordt meegegeven, goed voorbereid op de toekomst. OBS de Plantage is een openbare basisschool voor daltononderwijs. Een daltonschool is een basisschool, waarbij de lesstof gelijk is aan die van andere basisscholen, echter verschilt de manier waarop ons onderwijs is vormgegeven. Onze leerlingen leren meer dan alleen de lesstof. Naast vakken als o.a. taal, rekenen, wereldoriëntatie, schrijven en Engels, besteden wij veel aandacht aan de wijze waarop onze leerlingen leren. De kernwaarden van ons daltononderwijs spelen hierin een centrale rol, evenals de zogenaamde 21st century skills, die een plek kennen in ons daltononderwijs. Hierover uiteraard meer in deze schoolgids. Met onze schoolgids willen wij u informeren over het onderwijs op onze school. U kunt lezen over ons lesaanbod, onze methodes, onze activiteiten, over ons daltononderwijs en over nog veel meer zaken. Door het lezen van deze schoolgids hopen wij dat u als ouder zich een beeld kunt vormen van het onderwijs op de Plantage. Wanneer u kiest voor de Plantage als basisschool voor uw kind(eren), dan dient u van een aantal specifieke zaken goed op de hoogte te zijn. Deze specifieke zaken, van een eerste kennismaking met school tot aan de eerste schoolweken van uw kind(eren), worden beschreven in ons beleidsdocument “aanname & plaatsing 4-jarigen”. Dit document is op onze website te vinden. Bent u op zoek naar een school voor uw kind en bent u na het lezen van deze schoolgids nieuwsgierig geworden naar de praktijk van ons onderwijs? Dan verzoek ik u contact met ons op te nemen voor een kennismakingsgesprek met de directie en een rondleiding door de school, waarbij u uiteraard een kijkje kunt nemen in onze klassen. Onze leerkrachten, maar ook onze leerlingen staan u graag te woord. Heeft u na het lezen van onze schoolgids vragen, schroom dan niet om contact met ons op te nemen.
Mede namens het team van OBS de Plantage, Joeri van Beek, directeur Eddie Heerings, adjunct-directeur Saskia Hollemans, daltoncoördinator Mail:
[email protected] Tel: 030-2436894
Pagina 3
De Plantage schoolgids 2014-2015
Inhoudsopgave Goed onderwijs op de Plantage De school Daltononderwijs 21st century skills Openbaar onderwijs Methodes en vakgebieden Brede vorming Zorg voor leerlingen Passend onderwijs Team & ouders Leerplicht, verlof en klachten Van A tot Z Adressen
5 7 8 12 13 14 25 31 39 42 46 48 53
Pagina 4
De Plantage schoolgids 2014-2015
Goed onderwijs op OBS de Plantage Goed onderwijs is een breed begrip. Een belangrijke vraag om te beantwoorden is daarom; wat verstaan we onder goed onderwijs op de Plantage? Basiskennis op orde Op de Plantage streven we allereerst naar een goede basiskennis bij onze leerlingen. Met basiskennis bedoelen we de basisvakgebieden van de basisschool: taal, rekenen, schrijven, spelling, lezen en begrijpend lezen. Een goede basis zorgt voor makkelijker leren op andere vakgebieden, zoals o.a.: wereldoriëntatie (aardrijkskunde en geschiedenis), muziek, kunstzinnige en culturele vorming, verkeer en Engels. Wij werken daarom op school met goede, actuele en effectieve lesmethodes. Door kinderen een solide basis mee te geven, leggen we een stevig fundament. Differentiatie in de groep Ieder kind is anders en heeft andere onderwijsbehoeften. Tegemoetkomen aan deze verschillende behoeftes, maar ook aan de verschillende leerstijlen van kinderen, vraagt om een gedifferentieerd lesaanbod en lesgeven op niveau. Wanneer een leerling de lesstof al beheerst, moet deze leerling verder kunnen werken en niet hoeven wachten op de groep. Verdiepings- of verbredingsstof is nodig. Wanneer een leerling moeite heeft met de lesstof, heeft deze leerling extra instructie, aandacht en begeleiding nodig van de leerkracht. Het is de kracht van onze leerkrachten om tegemoet te komen aan deze verschillen. Tegelijkertijd is differentiëren een van de moeilijkste taken voor een leerkracht. Door gebruik te maken van goede methodes die zijn ingericht op differentiatie, ons daartoe ingerichte daltononderwijs, specifieke methodieken en een voortdurende scholing van leerkrachten, kunnen wij tegemoetkomen aan de verschillende onderwijsbehoeften van kinderen. Daltononderwijs Op de Plantage bieden wij de lesstof aan die hoort bij een basisschool. Echter, bij de wijze waarop kinderen leren en de lesstof tot zich nemen zetten wij de kernwaarden van het daltononderwijs in. Kinderen goed leren samenwerken, bij kinderen een leergierige en zelfstandige werkhouding ontwikkelen en kinderen goed laten nadenken (reflecteren) over hun werk en de manier waarop zij leren is erg belangrijk in ons onderwijs. Op deze wijze maken we de kinderen meer betrokken bij school en meer eigenaar van hun werk. Daltononderwijs vraagt om extra scholing. Alle leerkrachten op de Plantage zijn gecertificeerd daltonleerkracht (2-jarige opleiding na de Pabo) of volgen een daltonopleiding. Scholing leerkrachten De leerkracht doet ertoe, wordt vaak gezegd. Onze leerkrachten volgen structureel ieder jaar scholing om op de hoogte blijven van onderwijsontwikkelingen. ICT-middelen in het onderwijs, nieuwe lesmethodes, specialistische kennis (denk aan: lesgeven aan kinderen met dyslexie, ADHD, kinderen met een lichamelijke beperking), EHBO, hoog intelligente kinderen, kinderen met leerproblemen en daltononderwijs zijn enkele onderwerpen waarin onze leerkrachten jaarlijks of meerjaarlijks geschoold worden.
Pagina 5
De Plantage schoolgids 2014-2015 Sterk pedagogisch en didactisch klimaat Misschien wel het belangrijkste op een basisschool is een sterk pedagogisch en didactisch klimaat. De leerkracht is hierbij de belangrijkste persoon. Een goede leerkracht is in staat een leerling zodanig les te geven dat deze leerling de aangeboden lesstof begrijpt (didactiek). Tevens is een goede leerkracht in staat de leerling op een goede wijze te begeleiden en ondersteunen bij zijn ontwikkeling (pedagogiek). Bij onze daltonscholing, nascholing en onze schoolspecifieke scholingsmomenten speelt ons pedagogisch en didactisch klimaat een voorname rol. Waarden openbaar onderwijs Als openbare basisschool vinden wij het belangrijk dat niet alleen kinderen, maar ook ouders zich welkom voelen op school. Een veilig schoolklimaat staat bij ons hoog in het vaandel, want alleen dat kan ervoor zorgen dat leerlingen in ontspanning en met plezier kunnen leren. Bovenstaande zaken samen zorgen voor goed onderwijs op de Plantage. Ze zijn op orde en tegelijkertijd altijd in ontwikkeling.
Pagina 6
De Plantage schoolgids 2014-2015
De school De Plantage opende in 2002 haar deuren. Sinds 2005 mag de school zich gecertificeerd daltonschool noemen. Door ons daltononderwijs, de mooie ligging in een speel- en sportrijke omgeving in HoutenZuid en de kwaliteit van ons onderwijs, is de school inmiddels gegroeid tot een school van iets meer dan 500 leerlingen. Gebouw Onze school kent een hoofdgebouw en tegenover het hoofdgebouw een dependance. Ons hoofdgebouw huisvest 16 groepen. In het midden van de school is een centrale ruimte. Hier vinden gezamenlijke activiteiten plaats als ouderavonden, vieringen en toneelvoorstellingen. In de dependance zijn 4 groepen gehuisvest. In ons onderwijs gebruiken we regelmatig andere ruimtes buiten het lokaal waar leerlingen individueel of in groepjes zelfstandig kunnen werken, eventueel op de computer, of in daarvoor apart gecreëerde werkhoeken. In schooljaar 2014-2015 wordt ons zogenaamde daltonlab gebouwd in het hoofdgebouw, een ruimte waarin leerlingen volgens de daltonkernwaarden zelfstandig (onder begeleiding) kunnen leren. Schoolleiding De directie van de Plantage bestaat uit twee personen. Joeri van Beek is de directeur en eindverantwoordelijk voor het onderwijskundig beleid op de Plantage. Hij is lid van het regiobestuur Midden-Nederland van de Nederlandse Dalton Vereniging. Ook is hij visiteur voor de NDV. Hiervoor bezoekt hij dalton basisscholen t.b.v. de beoordeling van de daltonkwaliteit en de verlenging van de daltonlicentie. Eddie Heerings is adjunct-directeur. Bij afwezigheid van de directeur is hij verantwoordelijk voor de dagelijkse onderwijspraktijk. Daarnaast is hij medeverantwoordelijk voor de OOH academie, het nascholingsbeleid voor personeelsleden van stichting Openbaar Onderwijs Houten. Ook is hij uitvoerder van OOH beweegt, een programma gericht op de motorische ontwikkeling van kinderen en de (sport)gezondheid van personeelsleden. Stichting Openbaar Onderwijs Houten OBS de Plantage valt, met nog 4 andere scholen, onder het gezag van de stichting Openbaar Onderwijs Houten. Het bovenschools management is in handen van het College van Bestuur. Dit College van Bestuur legt op haar beurt verantwoording af aan de Raad van Toezicht, die uit 5 leden bestaat. Openbaar Onderwijs Houten College van Bestuur: Annelies Smits MPM De Haag 2-1 3993 AW Houten Tel: 030 – 6343685 e-mail:
[email protected]
Pagina 7
De Plantage schoolgids 2014-2015
Daltononderwijs OBS de Plantage is een openbare basisschool voor daltononderwijs. Het daltononderwijs is geënt op de ideeën van Helen Parkhurst (1887-1973). Zij bracht haar ideeën als eerste in de praktijk in het plaatsje Dalton in de Amerikaanse staat Massachusetts. Hoewel de basis van het daltononderwijs in de jaren twintig van de vorige eeuw is gelegd, is het daltononderwijs juist in onze tijd zeer actueel. Het aantal daltonscholen neemt dan ook toe, waarbij scholen een omslag maken van traditioneel onderwijs naar daltononderwijs. Daltononderwijs groeit! Het daltononderwijs behoort tot het traditionele vernieuwingsonderwijs, evenals Montessori, Jenaplan, Freinet en de Vrije School. De traditionele vernieuwingsscholen zijn verenigd in het SOVO Netwerk: een samenwerkingsverband van organisaties die zich sterk maken voor de kwaliteit van het vernieuwingsonderwijs in Nederland. Voor uitgebreide informatie over daltononderwijs verwijzen wij u graag naar: www.dalton.nl De visie van ons daltononderwijs is gestoeld op vijf daltonkernwaarden: Vrijheid-verantwoordelijkheid-vertrouwen Deze drie V’s kunnen niet zonder elkaar. In het daltononderwijs vinden wij het belangrijk dat de kinderen kunnen omgaan met verantwoordelijkheden. Het vertrouwen in de eigen kracht van ieder kind is hierbij ons uitgangspunt. We geven de kinderen vrijheden en verantwoordelijkheden en begeleiden ze in het maken van keuzes. De drie V’s zijn op maat. Een 12-jarige zal normaal gesproken meer vrijheid, verantwoordelijkheid en vertrouwen aankunnen dan een 4-jarige, maar er zijn ook individuele verschillen. Sommige leerlingen hebben meer begeleiding nodig en krijgen deze ook. Zelfstandigheid Hieronder verstaan wij het zelf actief kunnen oplossen van dagelijkse problemen. Dit kan alleen ontstaan als kinderen voldoende verantwoordelijkheden worden geboden. Het zelfstandig leren en werken stimuleert het probleemoplossend denken van de leerlingen. Zelfstandige kinderen denken creatiever, gebruiken hun tijd beter, zijn flexibeler en kunnen beter plannen. En dat zijn vaardigheden die ze in het leven na de basisschool uitstekend kunnen gebruiken. Samenwerking Op school besteden wij veel aandacht aan samenspelen en samenwerken. Wij leren kinderen naar elkaar te luisteren en respect voor elkaar te hebben. Want hoe zelfstandig je ook bent, je hebt de ander nodig in de maatschappij. Samenwerken betekent dat leerlingen elkaar helpen om de verschillende leerstappen te zetten door: het stellen van vragen aan andere leerlingen, door samen naar oplossingen te zoeken en door suggesties aan elkaar te geven in het praktisch handelen. In het daltononderwijs kunnen de kinderen regelmatig in tweetallen of in grotere groepjes werken, ze krijgen regelmatig groepsopdrachten. Het samenwerken vindt ook groepsdoorbroken plaats. Bijvoorbeeld met tutorlezen, waarbij een kind uit groep 7/8 samen leest met een kind uit groep 3/4.
Pagina 8
De Plantage schoolgids 2014-2015 Effectiviteit Ons daltononderwijs is gericht op een effectieve inzet van tijd, menskracht en middelen. Wij zijn van mening dat wanneer leerlingen een taak krijgen waar zij verantwoordelijkheid voor dragen en die ze in (beperkte) vrijheid zelf kunnen plannen en uitvoeren, het onderwijs dan veel effectiever is dan wanneer kinderen stilzitten en voortdurend naar de leerkracht moeten luisteren. We spreken hierbij over een producentgerichte houding i.p.v. een consumentgerichte houding, waarbij de leerlingen als het ware kleine ondernemers zijn, die verantwoordelijkheid leren dragen voor hun schoolwerk. De taak is hierbij een belangrijk onderdeel. D.m.v. een taak op maat, kan een kind zich optimaal en effectief ontwikkelen. Verder in deze schoolgids leest u meer over de (week)taak. Reflectie Door regelmatig met de leerling te reflecteren, komen we in het daltononderwijs tot ons gezamenlijke doel: de beste en meest effectieve leerweg voor ieder kind. Ook de school zelf reflecteert voortdurend om goed inzicht te krijgen in het professioneel handelen. OBS de Plantage als daltonschool De leerstof op een daltonschool is gelijk aan die van andere basisscholen, maar de manier waarop de stof wordt aangeboden verschilt. Wij bieden de mogelijkheid, naast de reguliere basistaken, met keuzetaken en aangepast materiaal te werken, afgestemd op verschillende onderwijsbehoeften en talenten van de kinderen. Waaraan is op OBS de Plantage te herkennen dat wij een daltonschool zijn? Onze vormen van zelfstandig werken, leren en reflecteren. Ons pedagogisch handelen gaat uit van het vermogen van de leerling tot leren. Dit blijkt onder andere uit de keuzevrijheid van leerlingen gedurende een deel van de dag. Het lokaal en andere ruimtes zijn ingericht voor zelfstandig werken en samenwerken. Zelfstandig en samenwerkend leren krijgen veel aandacht. Uit gedrag van de leerlingen blijkt dat zij gewend zijn aan vrijheid van handelen binnen grenzen. Dat blijkt bijvoorbeeld uit de verantwoordelijkheid voor het eigen werk en dat van klasgenoten. Niet alleen de leerkracht, maar ook de leerlingen houden (ten dele) ook zelf hun leeractiviteiten en resultaten bij. In het daltononderwijs wordt gewerkt met een takenbord, taakbrief of takenlijst, met dagkleuren en andere middelen en materialen t.b.v. zelfstandig werken, zoals een kleurenklok en een zogenaamd daltonblokje (kubus). Schooldag In grote lijnen bestaat een normale schooldag uit drie elementen: Gezamenlijke activiteiten. Dagopening, kringgesprekken, spel, voorlezen, pauze, het vieren van een verjaardag. Instructiemomenten. Kinderen krijgen uitleg over de leerstof of over hun taak. Dit kan plaatsvinden aan de hele klas, maar ook individueel of in een klein groepje. Taakuren. Kinderen kiezen een opdracht uit de takenlijst en zijn zelfstandig aan het werk.
Pagina 9
De Plantage schoolgids 2014-2015
Daltonmiddelen In het daltononderwijs werken kinderen met een zogenaamde takenlijst (taakbrief/weektaak). Een taak kan bestaan uit één of meerdere opdrachten en kent een grote variatie in aard en grootte. U kunt hierbij denken aan het maken van een reken-, taal- of knutselopdracht, het werken met een computerprogramma, het gezamenlijk bedenken van een toneelstuk, het maken en houden van een presentatie, of een sociale opdracht zoals het begeleiden van een nieuwe leerling. Takenlijst Het pakket aan taken waaraan een leerling zelfstandig werkt wordt per week gebundeld. Deze bundeling noemen we de weektaak of takenlijst. De takenlijst is dus een overzicht van alle taken die in één week moeten worden uitgevoerd door de leerling. Niet alleen de leeftijdsgroep is maatgevend voor de inhoud van de taak, maar ook het niveau en het werktempo van het kind spelen een rol. Naast een basispakket bevat de takenlijst opdrachten die op het individuele kind zijn toegesneden. Herhalingsleerstof laat kinderen het geleerde nog eens extra oefenen als ze moeite hebben met een leerstofonderdeel. Bij verdiepingsopdrachten passen kinderen het geleerde toe in moeilijkere vraagstukken en bij verrijkingsopdrachten wordt ook aanverwante leerstof betrokken. Er kunnen ook opdrachten toegevoegd zijn die aansluiten op een bijzondere belangstelling of talent van een kind. Het plannen en het werken met de takenlijst wordt stap voor stap opgebouwd.
Pagina 10
De Plantage schoolgids 2014-2015 Taken in groep 1/2 In groep 1 start het plannen met één eenvoudige, verplichte opdracht die de kinderen zelf aan het begin van de week inplannen door een magneet in de dagkleur op te hangen op een magneetbord. Met een smiley in de kleur van de dag geven de kinderen aan wanneer ze de opdracht hebben afgemaakt en reflecteren ze op hun taak. In de loop van groep 1 werken de kinderen met twee opdrachten per week. In groep 2 wordt dit stapsgewijs uitgebreid naar 4 opdrachten per week. In groep 3 t/m 8 wordt de takenlijst op papier gegeven aan de leerlingen. In groep 3 wordt voor de kerstvakantie gewerkt met pictogrammen, na de kerstvakantie met tekst. Op de takenlijst staan alle taken met een verwerking per dag bij elkaar. Er wordt aangegeven of het een instructieles is of dat de kinderen mogen kiezen of ze naar de uitleg luisteren. De leerlingen plannen zelf aan het begin van de week wanneer ze aan de taakonderdelen gaan werken. Dit doen zij met behulp van de dagkleuren. Als een taakonderdeel af is, wordt dit ook met de dagkleur aangegeven. Zowel het kind als de leerkracht krijgen op deze manier overzicht van de vorderingen gedurende de week. Aan het eind van de week wordt de takenlijst besproken en gekeken of het kind goed gepland heeft. Kinderen die klaar zijn met het vaste deel van de takenlijst, gaan werken aan de keuzeopdrachten die op de keuzetaak vermeld staan. Daltonblokje Alle kinderen vanaf groep 4 hebben op hun tafel een kubus liggen met daarop een vraagteken, een rode stip en een groene stip. Hiermee kunnen ze aangeven of ze een vraag hebben (vraagteken boven) aan de leerkracht. De leerkracht loopt met regelmaat een ronde door de klas en ziet dan welke kinderen hulp nodig hebben. De kinderen gaan ondertussen door met een andere taak. Als de rode stip boven ligt is dat een signaal voor de medeleerlingen. De leerling laat hiermee weten even niet beschikbaar te zijn om hulp te geven, omdat hij/zij geconcentreerd wil doorwerken. Ligt de groene stip boven dan kunnen andere kinderen hulp komen vragen of een afspraak maken om iets samen te doen.
Nederlandse Dalton Vereniging Alle erkende daltonscholen zijn lid van de Nederlandse Dalton Vereniging (NDV). De vereniging biedt enerzijds de scholen een platform voor het uitwisselen van kennis en ervaringen als het gaat om het vormgeven en verder ontwikkelen van het daltononderwijs. Anderzijds werkt de NDV aan de kwaliteit van hun daltonscholen d.m.v. een eigen inspectieorgaan. Daltonlicentie De Nederlandse Onderwijsinspectie beoordeelt de school op de algemene onderwijskwaliteit en de leeropbrengsten. De visitatiecommissie van de NDV beoordeelt de daltonkwaliteit van het onderwijs. Een door de NDV erkende daltonbasisschool krijgt een licentie die voor vijf jaar verleend wordt. Na zo'n periode wordt een licentie niet automatisch verlengd, maar moet de kwaliteit op de school eerst weer beoordeeld worden. Dit kan leiden tot een verlenging van twee jaar, indien de kwaliteit niet helemaal in orde is, of tot vijf jaar, wanneer de kwaliteit wel op orde is. Het beoordelen van scholen gebeurt door een visitatiecommissie, welke bestaat uit daarvoor opgeleide visiteurs (gecertificeerde daltondirecteuren en daltoncoördinatoren).
Pagina 11
De Plantage schoolgids 2014-2015
21st century skills (visie) Leerlingen die nu in groep 8 zitten gaan waarschijnlijk rond het jaar 2075 met pensioen. We kunnen ons nu al nauwelijks een voorstelling maken hoe de maatschappij er over 10 jaar uitziet, laat staan over 50 jaar. Daarom is het belangrijk om ons nu te bezigen met de vraag wat voor soort leerling wij aan het einde van een schoolloopbaan willen zien, in plaats van ons eenzijdig te richten op prestatiedruk en ‘platte’ toetsresultaten. We spreken over de kenniseconomie, de globalisering, jobrotation, over levenslang leren, maar welke mensen passen daarbij? Over welke kwaliteiten moeten deze mensen beschikken? Hier praten we niet meer over scores. Helen Parkhurst vond dat onderwijs een brede functie heeft: onderwijs behoort leerlingen cultureel en moreel te vormen zodat ze zelfredzaam zijn en zich sociaal verantwoordelijk voelen. Ze zijn geoefend in, gewend aan en voorbereid op het leven, het werken en het samenleven in de toekomstige maatschappij. Het gaat hier om persoonsontwikkeling en socialisatie. Zoals Parkhurst zich verzette tegen de misstanden in het stilzit- en luisteronderwijs van haar tijd, zo zoekt het daltononderwijs in de 21e eeuw de menselijke maat in een wereld vol moderniteit, waar alles gericht is op efficiency en doelmatigheid. Daltononderwijs is gericht op ondersteuning aan leerlingen in hun identiteitsontwikkeling, hun sociale betrokkenheid en hun democratisch burgerschap, daarmee op het stimuleren van creativiteit, kritisch denken, probleemoplossend vermogen en samenwerkend vermogen bij kinderen.
Pagina 12
De Plantage schoolgids 2014-2015
Openbaar onderwijs OBS de Plantage is een openbare basisschool. De zes kernwaarden van het openbaar onderwijs zijn verwezen in ons onderwijs. Iedereen welkom De openbare school staat open voor alle kinderen, ongeacht hun levensovertuiging, godsdienst, politieke gezindheid, afkomst, geslacht of seksuele geaardheid. Wij respecteren elkaar en hebben aandacht voor de verschillen en overeenkomsten tussen de leerlingen. Wij zorgen ervoor dat ieder kind en iedere leerkracht zich thuis voelt. Iedereen benoembaar Benoembaarheid bij ons op school staat open voor iedereen, ongeacht levensovertuiging, godsdienst, politieke gezindheid, afkomst, geslacht of seksuele geaardheid. Wederzijds respect Wij houden rekening met en gaan uit van wederzijds respect voor de levensovertuiging van leerlingen, ouders en collega’s. Het betekent overigens niet dat alle ideeën getolereerd worden. Er wordt uitgegaan van respect binnen de kaders van de Nederlandse samenleving. Waarden en normen Wij besteden aandacht aan uiteenlopende levensbeschouwelijke, godsdienstige en maatschappelijke waarden. Het openbaar onderwijs gaat uit van de beginselen van de democratische rechtstaat. Van en voor de samenleving Als openbare school zijn wij een school van en voor de samenleving. Op de Plantage is de leerlingpopulatie een afspiegeling van de wijk Houten-Zuid. Op de Plantage zijn ouders, leerlingen en personeelsleden actief betrokken bij de onderwijskundige ontwikkeling en besluitvorming. Levensbeschouwing en godsdienst Op school bieden wij ruimte en gelegenheid voor het geven en volgen van levensbeschouwelijk vormingsonderwijs. Het aanbieden van godsdienst- of vormingsonderwijs laat respect voor elkaar zien.
Pagina 13
De Plantage schoolgids 2014-2015
Methodes & vakgebieden Op de Plantage gebruiken wij lesmethodes, leermiddelen en materialen om onze leerlingen van goed onderwijs te kunnen voorzien. Onze aanvullende lesmaterialen zijn erop gericht het geleerde toe te passen, de leerstof op andere wijze in te oefenen of extra uitdaging te bieden. De leermiddelen die we gebruiken passen bij ons daltononderwijs. Daarnaast voldoen onze lesmethodes aan de kerndoelen van het Nederlandse basisonderwijs. Onderstaand schema geeft inzicht in welke methodes wij gebruiken. Tevens wordt aangegeven hoe wij hiermee werken; groepsgebonden, in kleine groepjes en individueel. Onderstaande tabel is overgenomen uit ons SOP (School Ondersteunings Profiel) (zie hoofdstuk: Passend onderwijs). Methodes / methodieken
Groepen
Groep Subgroep Individueel
Kleuterplein
1, 2
X
Moet je doen Drama
3, 4, 5, 6, 7, 8
X
Moet je doen Handvaardigheid
3, 4, 5, 6, 7, 8
X
Moet je doen Muziek
3, 4, 5, 6, 7, 8
X
Moet je doen Tekenen
3, 4, 5, 6, 7, 8
X
1, 2, 7, 8
X
Creatieve vorming: X
X
Engels: Groove Me Levensbeschouwelijke vorming: Kleur
1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8 X
Lezen: Leeslijn
5, 6, 7, 8
X
X
X
Lijn 3
3
X
X
X
Nieuwsbegrip XL begrijpend lezen 4, 5, 6, 7, 8
X
X
X
Station Zuid
X
X
X
4
Motorische vorming: Basislessen Bewegingsonderwijs 3, 4, 5, 6, 7, 8
X
Kleuterplein
X
X
X
CITO LVS
1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8 X
X
X
Leerwinst
3, 4, 5, 6, 7, 8
X
X
OVM
1, 2
X
Sociogram
1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8 X
X
1, 2
Observatiesystemen: X
Rekenen: De Wereld in getallen
3, 4, 5, 6, 7, 8
X
X
X
Kleuterplein
1, 2
X
X
X
Pagina 14
De Plantage schoolgids 2014-2015 Schrijven: Schrijfdans
1, 2
X
X
X
Schrijven leer je zo
3, 4, 5, 6
X
Methodes / methodieken
Groepen
Groep Subgroep Individueel
Sociaal- emotionele vorming: Kinderen en hun sociale talenten 3, 4, 5, 6, 7, 8
X
Kleuterplein
1, 2
X
Meidenvenijn
6, 7, 8
SOEMO
1, 2, 3
X
X
X
Wij zijn een groep
4, 5, 6, 7, 8
X
X
X
5, 6, 7, 8
X
X
X
Kleuterplein
1, 2
X
X
X
Nieuwsbegrip XL woordenschat
4, 5, 6, 7, 8
Taal actief
4, 5, 6, 7, 8
X
Jeugdjournaal
5, 6, 7, 8
X
Kleuterplein
1, 2
X
Lijn 3
3
X
Nieuws uit de natuur
3, 4
X
Topondernemers
5, 6, 7, 8
X
X X
Studievaardigheden: Blits Taal: X X
X
X
X
X
X
Wereldoriëntatie:
Pagina 15
De Plantage schoolgids 2014-2015
Kleuterplein Kleuterplein is een geïntegreerd onderwijspakket voor de groepen 1 en 2, de kleutergroepen. De methode is opgezet rondom thema’s die aansluiten bij de interesse van jonge kinderen. Zo ontdekken ze de wereld om hen heen. Spelenderwijs komen de belangrijkste ontwikkelingsgebieden met de bijbehorende tussendoelen aan bod. Kleuterplein is meer dan alleen taal en rekenen, ook motoriek, wereldoriëntatie, muziek en sociaal-emotionele ontwikkeling zijn onderdeel van deze methode. Alle thema’s hebben een vaste opbouw met start-, kern-, keuze- en afsluitingsactiviteiten. In elk thema zijn alle ontwikkelingsgebieden vertegenwoordigd. Handpop Raai de Kraai vliegt met de kinderen mee door de thema’s. Hij is nieuwsgierig en stelt veel vragen, waarmee hij de kinderen prikkelt. Daarnaast heeft elk thema een verhaal dat in het hele thema een belangrijke rol speelt en waaraan activiteiten zijn gekoppeld. Taal Mondelinge taalontwikkeling speelt bij kleuters een belangrijke rol. In Kleuterplein staat de interactie met de kinderen centraal. Hierdoor wordt de taalontwikkeling gestimuleerd. Woordenschat is een belangrijk onderdeel van Kleuterplein. Daarnaast is er aandacht voor beginnende geletterdheid. In de kleuterperiode ontwikkelen kinderen spelenderwijs hun taalbewustzijn. Ze leren omgaan met begrippen als verhaal, zin, woord en klank. Ze ontdekken dat klanken verwijzen naar letters. Rekenen Het ontwikkelingsgebied rekenen in Kleuterplein heeft vier leerlijnen: Tellen en rekenen: o.a. telrij opzeggen, erbij en eraf van 1 of 2, getal symbolen. Meten en wegen: o.a. afpassen, vergelijken en ordenen. Ruimte en vormen: o.a. hanteren van begrippen, spiegelen en construeren. Tijd: o.a. vroeger, later, seizoenen, dagritme, dagen en maanden. Motoriek Motoriek kent een onderverdeling in grove motoriek (in beweging) en fijne motoriek. Bij de grove motoriek richten we ons op de kennismaking met en het plezier krijgen in verschillende vormen van bewegen. We laten de kinderen de mogelijkheden van verschillende materialen en spelvormen ervaren. Bij de fijne motoriek richten we ons op het aanbieden van technieken en laten we de kinderen kennismaken met de mogelijkheden van verschillende materialen. Hierbij gaat het ook om de voorbereiding op het schrijven. Sociaal- emotionele ontwikkeling Binnen de thema’s van Kleuterplein is doorlopend aandacht voor sociaal- emotionele ontwikkeling. Het gaat daarbij om zelfkennis, zelfvertrouwen, verplaatsen in anderen, omgaan met verschillen, rekening houden met anderen, samen spelen en werken en weerbaarheid. Wereldoriëntatie Doordat de thema’s van Kleuterplein gericht zijn op het actief ontdekken van de wereld om ons heen, werken we ook aan het ontwikkelingsgebied wereldoriëntatie. De kinderen bouwen kennis op over zichzelf, hun leefomgeving en de wijde wereld. Pagina 16
De Plantage schoolgids 2014-2015
Lijn 3 In groep 3 krijgen onze leerlingen taal- en leesonderwijs m.b.v. de methode Lijn 3. Lijn 3 is een methode voor aanvankelijk lezen. In het begin van groep 3 zullen nog niet alle kinderen alle letters van het alfabet kennen. Ze zijn daardoor nog niet in staat om een woord heel snel te lezen. Vaak lezen zij het woord nog letter voor letter. Dit wordt spellend lezen genoemd. Door spellend lezen leren de kinderen al kennismaken met de koppeling tussen letters en klanken. Door veel te oefenen, gaan kinderen op den duur sneller en vlotter lezen. 8 leerdomeinen De methode sluit goed aan bij onze werkwijze binnen de school. Het is een allesomvattende methode, waarbij er in elk thema de volgende 8 leerdomeinen aan bod komen: lezen, spelling, woordenschat, mondelinge communicatie, begrijpend luisteren, stellen, leesbevordering en wereldoriëntatie. Letter centraal In Lijn 3 staat bij het leren lezen de letter centraal. Uit onderzoek blijkt dat deze didactiek zeer effectief is in het leesonderwijs. Door de letter centraal te stellen wordt voorkomen dat kinderen een woordbeeld inprenten en daarin blijven hangen, waardoor ze niet toekomen aan het echte lezen. Differentiatie Om bij het leerniveau van kinderen te kunnen aansluiten, hanteert Lijn 3 drie differentiatieniveaus: Risicolezers of kinderen met een beperkte woordenschat Gemiddelde lezers Goede lezers Lijn 3 bouwt voort op de tussendoelen die in groep 1 en 2 aan bod zijn geweest en er is een doorgaande lijn naar Station Zuid, de leesmethode van groep 4.
Pagina 17
De Plantage schoolgids 2014-2015
Station Zuid Per schooljaar 2014-2015 werken wij in groep 4 met de methode Station Zuid. Station Zuid is een methode voor voortgezet technisch lezen. Voortgezet technisch lezen is de fase in het leesonderwijs die volgt op aanvankelijk lezen en wordt gekenmerkt door het vlot kunnen verklanken van woorden en zinnen. 3 leerlijnen Station Zuid is gebaseerd op drie leerlijnen. Deze leerlijnen sluiten aan op de leerlijn aanvankelijk lezen van groep 3 en bouwen voort op het eindniveau van aanvankelijk lezen in groep 3: Leerlijn technisch lezen De leerlijn technisch lezen is afgestemd op de verschillende AVI- leesniveaus. Het startniveau in groep 4 is E3 (Eind 3). Daarmee sluit Station Zuid aan op het eindniveau van aanvankelijk lezen in groep 3. Leerlijn vloeiend lezen De leerlijn vloeiend lezen is van belang, omdat een kind er met alleen het snel en goed koppelen van letters aan klanken er nog niet is. Een kind leest pas vloeiend wanneer het tijdens het lezen niet alleen decodeert, maar ook in staat is betekenis te verlenen aan de tekst. Leerlijn leesbevordering De leerlijn leesbevordering besteedt aandacht aan de leesmotivatie van kinderen. Kinderen worden gestimuleerd om hun mening te geven over verschillende verhalen en teksten. Op deze manier ontwikkelen de kinderen hun eigen leesvoorkeuren en wordt het plezier in lezen gestimuleerd. Differentiatie Om bij het leerniveau van kinderen te kunnen aansluiten, hanteert Station Zuid drie differentiatieniveaus: Zwakke lezers. Dit zijn kinderen die onder het beheersingsniveau van de jaargroep lezen. Deze kinderen krijgen binnen de methode begeleide (in)oefening en verlengde instructie. Gemiddelde lezers. Dit zijn kinderen die lezen op het beheersingsniveau van de jaargroep. Deze kinderen maken voldoende vorderingen binnen de reguliere aanpak van de methode. Sterke lezers. Dit zijn kinderen die boven het instructieniveau van de jaargroep lezen. Ze lezen goed tot zeer goed en behoeven uitdaging bij en onderhoud van hun leesvaardigheid.
Pagina 18
De Plantage schoolgids 2014-2015
Leeslijn Leeslijn in een methode voor technisch lezen in de groepen 5 t/m 8. Technisch lezen is de basis van alle andere leesvormen. Bij technisch lezen gaat het erom dat de hersenen de lettertekens vlot kunnen koppelen aan klanken en daar woorden in kunnen herkennen. Eerst wordt er geoefend met eenlettergrepige woorden. Dat wordt geleidelijk aan uitgebreid naar meerlettergrepige woorden, die steeds langere zinnen vormen. Goed technisch kunnen lezen is belangrijk. Het heeft effect op het begrijpend lezen, het gedrag, de schoolloopbaan en het maatschappelijk functioneren. Kinderen leren lezen, zodat ze lezen kunnen gebruiken om te leren. 2 leerwegen Leeslijn is gebaseerd op twee leerwegen. Het betreft de leerwegen Leesweg en Leespad: Leesweg Leesweg is een leerweg voor leerlingen die extra uitleg behoeven. Deze weg doorloopt kleinere stapjes in het leerproces en wordt gekenmerkt door meer begeleiding en meer instructie. Leespad Leespad is een leerweg voor leerlingen die zonder uitleg aan de slag kunnen met (lees) opdrachten gericht op zelfontdekkend lezen. Deze groep kinderen zal in hoge mate zelfstandig op verschillende niveaus kunnen werken. Dit sluit goed aan bij onze daltonwerkwijze.
Schrijven leer je zo! Leren schrijven vraagt van kinderen veel inspanning. Daarom is het belangrijk dat ze deze uitdaging gemotiveerd en met plezier aangaan. Kinderen leren gemakkelijker lezen en schrijven als ze een schrift leren dat ze dagelijks om zich heen zien: het blokschrift. Op de Plantage hebben we er bewust voor gekozen om de kinderen te leren schrijven in blokschrift. Voordelen van schrijven met blokschrift We merken dat kinderen: Leesbaar en ontspannen leren schrijven. Met veel plezier leren schrijven. Hun eigen teksten vlot teruglezen. Minder uitvallen op lezen en schrijven. Een persoonlijk handschrift ontwikkelen. Kritisch leren kijken naar hun handschrift. Met veel zelfvertrouwen leren schrijven. Een ontspannen zit- en werkhouding leren en toepassen.
Pagina 19
De Plantage schoolgids 2014-2015
Nieuwsbegrip Begrijpend lezen is een van de belangrijkste vakken in het basisonderwijs. In de groepen 4 t/m 8 werken we met Nieuwsbegrip, een methode voor begrijpend lezen. Bij begrijpend lezen leren kinderen hoe ze teksten moeten lezen en leren begrijpen. Bij Nieuwsbegrip wordt structureel maar één type tekst aangeboden, namelijk de informatieve tekst over een actueel onderwerp (in de stijl van een nieuwsbericht of achtergrondartikel). Iedere week staat een ander actueel onderwerp centraal. In totaal behandelen we per schooljaar 42 actuele onderwerpen. Opdrachten maken de kinderen individueel of samen, op papier of op de computer. Doel van de lessen Nieuwsbegrip is het bevorderen van strategisch leren lezen van teksten. Om eenvoudige tot moeilijke teksten te begrijpen, worden de kinderen manieren geleerd om teksten te ontrafelen. De leerkracht speelt hierin een belangrijke rol. Hardop denkend / lezend doet de leerkracht voor hoe het lezen van een tekst in je hoofd werkt. Dit noemen we modelen. 5 niveaus Nieuwsbegrip biedt begrijpend leeslessen, aan de hand van informatieve teksten en opdrachten, op vijf niveaus aan: Niveau AA: voor groep 4 Niveau A: voor groep 5/6, praktijkonderwijs en pas gealfabetiseerde cursisten Niveau B: voor groep 7/8, vmbo bbl/kbl leerjaar 1-2 en mbo niveau 1 Niveau C: voor de betere lezers van groep 8, vmbo bbl/kbl leerjaar 3-4, vmbo g/t leerjaar 1-3, havo/vwo leerjaar 1-2 en mbo niveau 2 Niveau D: voor vmbo t leerjaar 4, havo/vwo leerjaar 3-4 en mbo niveau 3 5 Strategieën Nieuwsbegrip kent vijf leesstrategieën. Elke week staat een andere strategie centraal: Voorspellen De leerlingen leren dat ze bij een tekst eerst naar de titel en plaatjes moeten kijken. Als je eerst voorspelt waar een tekst over gaat, begrijp je de tekst beter. Ophelderen van onduidelijkheden Er wordt gewerkt met een stappenplan waarbij de kinderen een woordhulp hebben. Dit helpt de leerlingen om moeilijke woorden beter te begrijpen. Relaties en verwijswoorden De kinderen krijgen uitgelegd wat verwijswoorden zijn. Ze leren ook verbanden leggen. Ze gaan zelf op zoek in de tekst naar deze signaalwoorden en verbanden. Samenvatten Samenvatten is een strategie die je gebruikt om na te gaan of de tekst goed begrepen is. Dit gebeurt aan de hand van een stappenplan. Vragen stellen en visualiseren Vragen stellen is een manier die je kan helpen een tekst beter te begrijpen. Voor, tijdens en na het lezen kun je vragen stellen over een tekst. Zo maak je de tekst eigen. Pagina 20
De Plantage schoolgids 2014-2015
Taal actief In groep 4 t/m 8 wordt gewerkt met de taalmethode Taal actief. Het werken met ankers is een belangrijk uitgangspunt in Taal actief. Met behulp van de ankers verkennen leerlingen nieuwe problemen vanuit een herkenbare context. Dit gebeurt aan de hand van een verhaal waar elk thema mee begint, het zogenaamde ankerverhaal. Per leerjaar is de methode opgebouwd uit tien thema’s van elk drie weken. In deze tien thema’s krijgen de kinderen instructie, oefenen ze met de leerstof en vindt er toetsing plaats. De methode gaat er vanuit dat de kinderen regelmatig samenwerken en biedt verschillende coöperatieve werkvormen aan. 3 leergangen De methode is opgebouwd uit drie leergangen: Spelling Taal Woordenschat voor kinderen die uitvallen op woordenschat, kan een aparte leerlijn worden ingezet. Taal en taalvaardigheden De methode is opgebouwd uit 3 deelleergangen: Luisteren, spreken en gesprek Stellen en taalbeschouwing Informatie midden gebruiken (woordenboek, internet) Leerlijn spelling Spelling is onderverdeeld in onveranderlijke woorden en werkwoorden. Werkwoorden komen vanaf groep 7 aan bod. De onveranderlijke woorden zijn verdeeld in spellingscategorieën. Het wordt de leerlingen duidelijk waarom woorden tot een bepaalde spellingscategorie gerekend wordt. Bijvoorbeeld welke klank hoor je, wat is het woordbeeld, kan je een regel verbinden aan de spellingsmoeilijkheid, etc. Differentiatie De methode biedt in het taalboek extra differentielessen onderverdeeld in remediëringslessen en verrijkingslessen. Deze lessen kunnen worden ingezet vooraf en na de toetsing.
Pagina 21
De Plantage schoolgids 2014-2015
Wereld in Getallen Vanaf groep 3 krijgen onze leerlingen dagelijks rekenonderwijs middels de methode De Wereld in Getallen. De Wereld in Getallen heeft zijn leerlijnen opgebouwd via een dakpanconstructie: oriëntatie, begripsvorming, oefenen en automatiseren (lees: inoefenen). In de eerste fase van het leerproces spelen oriëntatie en begripsvorming de belangrijkste rol. Kinderen leren begrijpen wat bijvoorbeeld de bewerkingen vermenigvuldigen en delen inhouden. Of ze oriënteren zich op bijvoorbeeld het onderwerp procenten: in welke situaties kom je procenten tegen. Vanuit deze fase leren kinderen te oefenen met de verschillende aangeboden strategieën met als doel dat de oefenstof geautomatiseerd wordt. Leerlijnen De methode sluit goed aan bij de werkwijze binnen de school, waarbij alle leerlijnen opgebouwd aan bod komen. In groep 3 wordt het eerste halve jaar gestart met de leerlijnen getalbegrip en optellen & aftrekken. Opgebouwd in leerjaren volgen er meer leerlijnen en worden deze verdiept. Differentiatie De Wereld in Getallen gaat uit van een klassikale instructie waarbij er binnen de groep, de les en een blok wordt gedifferentieerd. De kinderen werken op hun eigen niveau zelfstandig aan een takenlijst. De oefensoftware wordt ook op eigen niveau aangeboden en verwerkt. Om bij de verschillen van kinderen te kunnen aansluiten, hanteert De Wereld in Getallen drie differentiatieniveaus of een combinatie hiervan:
Minimumniveau. Dit betreft rekenzwakke kinderen Basisniveau. Dit betreft gemiddelde rekenaars Plusniveau. Dit betreft sterke rekenaars
De Wereld in Getallen bouwt voort op de tussendoelen die in groep 1 en 2 aan bod zijn geweest.
Engels In groep 1/ 2 starten we met Engels. We gebruiken daarvoor de methode Groove Me. Dit is een digibord lesmethode Engels voor groep 1 t/m 8. Wij werken met deze methode in de groepen 1/2 en 7/8. Muziek is de basis van alle lessen in deze methode. Het thema van het liedje wordt gebruikt om de kinderen Engels te leren.
Pagina 22
De Plantage schoolgids 2014-2015
Topondernemers Vanaf groep 5 werken de leerlingen middels de methode Topondernemers aan de vakken aardrijkskunde, geschiedenis, natuur en techniek. Kinderen ontdekken de wereld en zichzelf d.m.v. thematisch onderwijs. Opzet Jaarlijks staat bij Topondernemers een vijftal thema’s centraal, met ieder 15 opdrachtkaarten. De kinderen kiezen aan welke opdrachten zij gaan (samen)werken. De leerkracht registreert en begeleidt dit en stuurt waar nodig bij. De keuze vergroot de betrokkenheid en het ondernemerschap van de kinderen. De registratie en begeleiding waarborgt het behalen van de kerndoelen. 21st Century Skills Middels Topondernemers begeleiden wij leerlingen van nu om optimaal voorbereid te zijn op de samenleving in de 21ste eeuw. Naast de wereldoriënterende vakken werken we aan de competenties: Samenwerken Creativiteit ICT-geletterdheid Communiceren Probleemoplossend vermogen Kritisch denken en sociale- en culturele vaardigheden Ook een betrokken, ondernemende en nieuwsgierige houding komen van pas in de 21ste eeuw. Presenteren Het verzorgen van presentaties, spreekbeurten en het maken van een PowerPoint, muurkrant, Prezipresentatie, verslagen en werkstukken is integraal opgenomen en behoort zelfs tot de doelen van de methode Topondernemers. Een duidelijke opbouw is aanwezig en aan het aanleren en inoefenen van de genoemde vaardigheden wordt in de methode structureel aandacht besteed. Presenteren, oftewel het houden van een spreekbeurt wordt hiermee heel normaal.
Blits Blits is een methode voor de groepen 5 t/m 8 gericht op het aanleren van studievaardigheden. Studievaardigheden zijn vaardigheden die voor kinderen steeds belangrijker worden in een wereld waarin er een overvloed aan informatie is. Het gaat om vaardigheden zoals het verzamelen en lezen van informatie, het onderscheiden van hoofd- en bijzaken, aantekeningen maken, samenvatten en presenteren. Studievaardigheden worden voor kinderen steeds belangrijker. Hoe zoek je gericht naar de juiste informatie en waar? En hoe verwerk je die? Met Blits leren kinderen het lezen, begrijpen en verwerken van allerlei informatiebronnen. 4 onderdelen De studievaardigheden die de kinderen zich eigen maken zijn gericht op het bestuderen van studieteksten, het lezen van kaarten, schema’s, grafieken en tabellen. Daarnaast worden er lessen besteed aan het omgaan met informatiebronnen zoals woordenboeken, encyclopedieën en internet.
Pagina 23
De Plantage schoolgids 2014-2015 Samen of zelfstandig In groep 5 worden alle leerstofonderdelen geïntroduceerd en aangeboden. Na groep 5 wordt de leerstof elk jaar herhaald én verder uitgebreid. Telkens vanuit andere thema's. Bij elke les kiest de leerkracht voor de mogelijkheid om deze gezamenlijk door te nemen óf de leerlingen zelfstandig aan het werk te zetten. Cito De toetsen van Blits sluiten naadloos aan bij de toetsen van het Cito. Ze vormen dan ook een perfecte voorbereiding op de Cito-toetsen.
Pagina 24
De Plantage schoolgids 2014-2015
Sociaal- emotionele vorming en burgerschap Sociaal - emotionele vorming staat hoog in het vaandel op onze school. Daltononderwijs per definitie is een onderwijsvorm waarin de brede vorming van kinderen centraal staat. Naast de standaard vakgebieden als taal, rekenen, begrijpend lezen enz. leren wij de kinderen hoe ze goed kunnen samenwerken en samen werken. Tevens leren wij ze hoe ze in het kader van zelfstandigheid hun eigen ik kunnen ontwikkelen, zowel in de smalle vorming (o.a. taal en rekenen) als in de brede vorming (o.a. burgerschap, cultureel en sociaal). Naast onze daltonmethodiek gebruiken we op school een aantal methodes om kinderen breed te vormen. Opgemerkt daarbij moet worden dat sociaal-emotionele vorming geen methode betreft die eens per week op het rooster is geagendeerd. Het sociaal-emotionele vormingsproces is geïntegreerd in het dagelijkse werken, het dagelijkse lesprogramma. Wel wordt eens of meerdere keren per week specifiek stilgestaan bij en ingezoomd op de sfeer in de groep en de omgang tussen de leerlingen. Voor onze sociaal- emotionele vorming gebruiken wij een aantal methodes en methodieken:
Klassenbouwers Ieder schooljaar wordt aan het eind van de zomervakantie een klaslokaal opnieuw ingericht, een fijne plek waar kinderen kunnen leren en samen kunnen werken. Zo is het ook met de kinderen in een klas. Opnieuw inrichten; bouwen aan een klas, waardoor het een groep wordt waarin kinderen zichzelf en anderen leren kennen, waarderen en respecteren. Klassenbouwers, het woord zegt het al, zijn activiteiten waarmee de leerkracht aan een klas kan bouwen. Kenmerkend voor de activiteiten van klassenbouwers is dat ze eenvoudig zijn, leuk en niet over de lesstof gaan, maar over dingen die je hebt meegemaakt, meningen, favoriet eten, vakanties, films, hobby’s, etc. Kinderen en leerkracht leren elkaar echt kennen aan het begin van een schooljaar. Organisatie De leerkracht behandelt in de eerste periode van het schooljaar minimaal één activiteit uit klassenbouwers per week tot aan de herfstvakantie.
Kinderen… en hun sociale talenten Kinderen… en hun sociale talenten is een schoolbrede methode die de ontwikkeling van sociale competenties bij kinderen stimuleert. Het is belangrijk dat kinderen leren adequaat te kunnen handelen in sociale situaties: Hoe ga je met elkaar om, hoe doe je mee en hoe bepaal je mee als kind? Kinderen leren voor hun eigen belangen op te komen, maar ook rekening te houden met die van een ander. De kennis en vaardigheden die hiervoor nodig zijn, maar ook de houding van een kind komen in Kinderen…en hun sociale talenten aan bod. De methode gaat uit van de acht gedragscategorieën van het meetinstrument de SCOL (Sociale Competentie Observatie Lijst) Deze acht gedragscategorieën: ervaringen delen, aardig doen, samen werken en spelen, een taak uitvoeren, jezelf presenteren, een keuze maken, opkomen voor jezelf en omgaan met ruzie, zijn in 20 contextgebonden lessen en in de bijbehorende lessuggesties verwerkt.
Pagina 25
De Plantage schoolgids 2014-2015 Organisatie De leerkracht behandelt tijdens iedere basisles een onderwerp dat valt onder een van de acht gedragscategorieën. Dit onderwerp wordt gekozen n.a.v. wat er in de groep leeft of waar op dat moment aandacht aan besteed moet worden. In de twee weken die volgen kan het behandelde onderwerp in de dagelijkse praktijk toegepast worden of er kan naar worden teruggegrepen via pictogrammen en aandachtskaartjes. Vanaf de herfstvakantie wordt iedere twee weken 1 les gewerkt uit de methode.
Meidenvenijn In elke school, klas of groep komt het weleens voor dat er gepest wordt. Pestgedrag en het voorkomen hiervan wordt in de methodes voor sociaal- emotionele ontwikkeling die de school gebruikt besproken en aangepakt. Er bestaat een belangrijk verschil tussen de manier waarop jongens pesten en de manier waarop meisjes dat doen. Met name jonge jongens pesten meer op een directe en fysieke manier. Meisjes hanteren daarentegen een meer indirecte stijl. Meisjes kunnen pesten d.m.v. sociale relaties: roddelen over een ander, buitensluiten en isoleren, negeren en afwijzen. In het verleden richtten de methodes zich vooral op individueel pestgedrag. De afgelopen jaren is hier verandering in gekomen. Pesten wordt meer gezien als groepsfenomeen, waarbij meer groepsleden betrokken zijn dan alleen de pester en degene die gepest wordt. Meisjes krijgen goed inzicht in welke rol zij hebben en welk gedrag zij vertonen d.m.v. het programma Meidenvenijn. Meidenvenijn op OBS de Plantage Wanneer het groepsproces verstoord is of wanneer er signalen zijn dat de balans binnen de groep verstoord gaat worden kan er worden gekozen om Meidenvenijn in te zetten. Dit kan via de preventielessen of gehele lesblokken in de groep of in een kleinere setting. De groepsleerkracht en de IB-er of vertrouwenspersoon van school hebben hierbij een sturende en begeleidende rol.
Kleur Kleur is een methode in tijdschriftvorm die aandacht besteedt aan levensbeschouwing en sociaalemotionele vaardigheden, samenleving en burgerschap. Binnen deze lessen wordt verbinding gezocht tussen deze thema’s met als uitgangspunt dat school en haar leerlingen als minisamenleving fungeren. Kinderen worden voorbereid op zelf keuzes maken, wat is zinvol, waar en echt, hoe communiceer en reflecteer je op gevoelens, meningen en ideeën van een ander en dus ook over de maatschappij. Hierbij krijgen ze een mooie kijk op het leven. Dit gebeurt via een lessenreeks binnen een bepaald thema. Naast de introductie en verdieping van thema’s wordt er gebruikgemaakt van verschillende werkvormen; gesprekken, spiritizers, creatief, spel, verhaal, muziek etc.
Pagina 26
De Plantage schoolgids 2014-2015 Kleur op OBS de Plantage Obs de Plantage is een openbare school en heeft aandacht voor alle culturen, tradities en religies binnen onze samenleving. Kleur heeft 18 vieringen opgenomen in haar methode waar binnen de groepen aandacht aan kan worden gegeven. Per viering 2 lessen voor de onderbouw en 2 lessen voor de bovenbouw. Kleur wordt naast de methode sociaal- emotionele ontwikkeling gebruikt van groep 1 t/m 8.
Wij zijn een groep Wij zijn een groep is een training(sboek) voor de basisschool om het groepsgevoel in een klas (middenbouw en bovenbouw) positief te stimuleren. Met gevarieerde opdrachten, spel en creativiteit leren kinderen met de training ‘Wij zijn een groep’ elkaars goede eigenschappen en vaardigheden kennen. Een klas waarin gepest wordt, een die na een vakantie samengevoegd is, of een klas die uit subgroepjes bestaat en kinderen buitensluit wordt hierdoor gestimuleerd om elkaar te helpen en om elkaar positieve feedback te geven. Ook afspraken leren maken, problemen samen oplossen, omgaan met pesten en grenzen aangeven zijn sociale vaardigheden die geoefend worden met als doel de sfeer in de klas te verbeteren. De training is kort en intensief en kan op ieder moment van het jaar ingezet worden door de eigen leerkracht of intern begeleider. De opbouw gaat van kortdurende, thematische opdrachten naar opdrachten die een wat langere spanningsboog vragen. Wij zijn een groep op OBS de Plantage Het ‘gevaar’ van gesprekken rondom sociale (on-)wenselijke situaties is dat kinderen al snel geneigd zijn sociaal wenselijke antwoorden te geven. Kinderen weten vaak hoe het hoort, maar hier naar handelen kan moeilijk zijn. Door middel van het boek ‘Wij zijn een groep’ zetten we in op de groepsprocessen, de dynamiek binnen de groep. Kinderen leren elkaar beter kennen en door samenwerkingsopdrachten leren ze te vertrouwen op elkaar. Hierdoor hopen we dat het groepsgevoel dermate sterk wordt dat pesten en buitensluiten niet aan de orde is.
Pagina 27
De Plantage schoolgids 2014-2015
Kunstzinnige en culturele vorming Op de Plantage willen we graag uit kinderen halen wat erin zit. Niet alleen op het gebied van rekenen en taal, maar ook als het gaat om creativiteit. Iedereen beschikt wel over creativiteit, maar hoe stimuleren we deze creativiteit bij de kinderen? Als daltonschool vinden we het belangrijk dat kinderen vrijheid krijgen om zelf dingen te kunnen uitproberen en ontdekken. We nodigen ze uit om te laten zien wie ze zijn. Een mooi aanbod van creatieve activiteiten past daarbij. De parade In elke groep wordt aandacht besteed aan drama, dans en muziek. Eenmaal per jaar treden alle kinderen op voor hun ouders tijdens de ‘Grote parade’. Op deze avond wordt er gezongen, gedanst, muziek gemaakt en worden er toneelstukjes opgevoerd. Kunst Centraal De Plantage maakt gebruik van het kunstmenu van de stichting ‘Kunst Centraal’. Het kunstmenu bevat activiteiten rond diverse vormen van kunst. Zeker eens per jaar bezoekt uw kind een tentoonstelling, dans- , muziek- of theatervoorstelling. Meestal worden deze bezoeken in de klas al voorbereid met een aantal speciale lessen. Ook organiseert Kunst Centraal activiteiten op school. Professionele muziek- en dramadocenten bezoeken onze school en geven inspirerende lessen. Beeldende vorming Bij tekenen en beeldende vorming laten we de kinderen kennismaken met verschillende stijlen en technieken. Regelmatig zult u nieuwe kunstwerken in de school kunnen bewonderen. Vaak sluiten de opdrachten aan bij een actueel thema. Natuurlijk krijgen de kinderen ook de ruimte om zelf dingen te verzinnen en lekker aan te rommelen. Er is aandacht voor esthetiek, kinderen beschouwen kunst en worden gestimuleerd om hun smaak en voorkeuren te ontwikkelen.
Pagina 28
De Plantage schoolgids 2014-2015
Sport, spel en beweging Voor een goede ontwikkeling van kinderen is het belangrijk dat hun motorische vaardigheden gestimuleerd worden. Het blijkt steeds vaker dat dit ook van invloed is op hun en sociale ontwikkeling. Bewegingslessen groepen 1 en 2 De kinderen van de groepen 1/2 hebben elke dag minimaal één beweegmoment. Als het mogelijk is spelen ze buiten, maar vaak zijn ze daarvoor te vinden in de speelzaal. Voor de lessen binnen heeft uw kind gymschoentjes nodig met een goede zool om uitglijden te voorkomen. Bewegingslessen groepen 3 en 4 De groepen 3 en 4 hebben twee keer per week een bewegingsles in de gymzaal van de Plantage. De leerkracht geeft zelf de les. Daarnaast krijgen alle kinderen uit de groepen 3 en 4 die een extra zetje nodig hebben op motorisch gebied een extra beweegmoment aangeboden. Dit wordt uitgevoerd door een vakleerkracht bewegingsonderwijs. Bewegingslessen groepen 5 t/m 8 De groepen 5 t/m 8 hebben ook twee keer per week een bewegingsles. Zij gaan daarvoor naar sporthal De Wetering. Naast de bewegingslessen hebben we ook het sportaanbod van ‘OOH Beweegt’. Hierbij maken we gebruik van diverse externe sporttrainers. We werken hierbij ook intensief samen met het Sportpunt Houten.
Pagina 29
De Plantage schoolgids 2014-2015
ICT & mediawijsheid De computer heeft een vaste plek binnen ons onderwijsprogramma. We beschikken over een computernetwerk met programma’s van hoge kwaliteit die de leerstof aanvullen en/of verrijken. Naast het gebruik van educatieve software in alle groepen ligt de nadruk in de onderbouw op het leren omgaan met de computer (muis- en toetsenbordgebruik). In de middenbouw op het oefenen van basisvaardigheden (Word, internet). In de bovenbouw het gebruik van bepaalde software die kan ondersteunen bij het maken van een werkstuk of presentatie. In groep 6 volgen de leerlingen een cursus typevaardigheid, waarbij ze hun typediploma halen. Alle groepen 3 t/m 8 zijn voorzien van een digitaal schoolbord. Mediawijs op school De huidige tijd kenmerkt zich door een overvloed aan informatie die op eenvoudige wijze bereikbaar is. Sinds de school informatiekanalen als televisie (en video) en internetfaciliteiten ter beschikking heeft, kunnen er beelden en programma's de school binnenkomen en uitgaan die ongeschikt zijn voor leerlingen. Denk aan bepaalde uitingen van geweld, seks en racisme. Met name door de gemakkelijke toegang tot internet, wordt het risico op het binnenhalen van onfatsoenlijk, disrespectvol en ongewenst materiaal steeds groter. Leerlingen moeten leren daarmee om te gaan. Via Online klas zorgen wij ervoor dat onze leerlingen stap voor stap hun wereld op het internet vergroten. Als school willen wij leerlingen leren wat goed is en wat niet, wat wel kan en wat niet. Middels werkwijzen met de methode Topondernemers begeleiden we kinderen actief in het leren omgaan met het internet: Hoe zoek je planmatig en gericht naar de juiste informatie? Hoe beoordeel je de gevonden informatie? We benaderen het gebruik van het internet/e-mail, zoals we ook kinderen leren omgaan met het verkeer of de televisie. Indien er zich een bepaalde situatie voordoet, wordt daar op ingespeeld. Het is ons doel dat leerlingen ‘mediawijs’ van school gaan: in de groepen 6 t/m 8 wordt jaarlijks aandacht besteed aan ontwikkelingen op het gebied van moderne communicatie en eventuele risico’s. In eerste instantie doen zij dit onder begeleiding/toezicht van de leerkracht en een beperkte keuze mogelijkheid. Naarmate leerlingen meer ervaring opdoen met internet en computers krijgen zij meer vrijheid. Wij stellen afspraken op over toegang tot media en internet, en over het gebruik daarvan. Ook het omgaan met mobiele telefoons en de sociale netwerken zoals Facebook wordt besproken. Wij willen voorkomen dat er onprettige zaken gebeuren (zoals pesten per e-mail) of leerlingen met ongewenste informatie of gebeurtenissen te maken krijgen. Wij volgen de Kijkwijzer bij het vertonen van films. School stelt kinderen niet bewust bloot aan beelden van geweld, seks en racisme, die geen opvoedkundige bedoeling hebben.
Pagina 30
De Plantage schoolgids 2014-2015
Zorg voor leerlingen Op de Plantage wordt gewerkt in leeftijdsgroepen (leerstofjaarklassensysteem). Kinderen worden op grond van hun leeftijd in een groep geplaatst. We werken handelingsgericht, dit houdt in dat we op drie instructieniveau ’s (basisinstructie, verkorte instructie of verlengde instructie) methodegebonden werken. De groepen 1 en 2 zijn gecombineerde groepen met als gevolg dat het leerstofaanbod in deze groepen breed ingezet wordt. Het streven op de Plantage is werken in enkelvoudige groepen. Soms moet er voor een combinatiegroep gekozen worden, dit heeft dan te maken met het aantal te verdelen leerlingen en het aantal te vormen groepen. Groepsgrootte We streven naar groepen met een van gemiddelde van 25 tot 30 leerlingen. Daar kunnen we helaas geen waterdichte garantie op geven. Bij kleutergroepen is er een instroom van vierjarigen door het schooljaar heen. Aan het eind van het schooljaar zijn deze groepen daardoor soms wat groter dan wenselijk, maar deze periode duurt meestal kort. Plaatsing kinderen Aanname en plaatsing van nieuwe kleuters is beschreven in ons beleidsdocument ‘aanname & plaatsing 4- jarigen’. Voor dit document, zie www.obsdeplantage.nl. Dit is een belangrijk document voor nieuwe ouders om te lezen! De plaatsing van een nieuwe kleuter op school lijkt misschien gemakkelijk, echter komt er veel bij kijken om ervoor te zorgen dat uw zoon of dochter bij ons op school zo goed mogelijk tot zijn / haar recht komt. De ontwikkeling die uw kind start bij ons op de basisschool, begint al voor de eerste dag in de kleuterklas. Bij de aanname van kinderen die vier jaar worden, spelen veel factoren en omstandigheden een rol. Doel van plaatsing is de toekomstige leerlingen in díe klas te plaatsen waar wordt verwacht dat hij/zij gedurende twee jaar kleuteronderwijs het best tot zijn/haar recht komt. Het volgen van leerlingen Zodra uw kind op school komt, wordt er van uw kind een dossier aangelegd in het leerlingvolgsysteem. Dat dossier staat voor een deel op papier en voor een deel is het digitaal opgeslagen. In dat dossier zitten gegevens die u bij het inschrijven of tijdens gesprekken met de leerkracht heeft verstrekt en gegevens die op school zijn verzameld. De schoolgegevens bestaan uit: Observatiegegevens van de leerkrachten Verslagen van gesprekken Groepsplannen en individuele plannen en overzicht onderwijsbehoeften Gegevens uit het OVM ontwikkelingsvolgsysteem voor kleuters Toetsgegevens (Cito en methodetoetsen)
Pagina 31
De Plantage schoolgids 2014-2015 De kleuterleerkrachten op de Plantage maken gebruik van een observatie-instrument om de ontwikkeling van kleuters structureel in kaart te brengen. In dit instrument, het Ontwikkel Volg Model ( OVM) , staan alle stappen die kleuters in hun ontwikkeling moeten doormaken per ontwikkelingsgebied weergegeven. De leerkracht observeert in welke fase de kinderen zich bevinden en slaat de gegevens op in het bijbehorende computerprogramma. Met dit instrument is een ontwikkelingsvoorsprong of achterstand helder te signaleren en kan het leerstofaanbod beter worden afgestemd op het ontwikkelingsniveau van uw kind. Opbrengsten Op de Plantage willen we het beste uit de leerlingen halen, leerdoelen stellen en zicht hebben op leerresultaten. Planmatig en resultaatgericht werken zijn essentieel voor het bereiken van zo hoog mogelijke opbrengsten voor een leerling. Deze resultaten houden we bij in het leerlingvolgsysteem. Op de Plantage gebruiken we de toetsen uit het Cito-leerlingvolgsysteem. De volgende Citotoetsen worden één of twee maal per jaar afgenomen: Taal voor Kleuters groep 2 Ordenen kleuters groep 2 DMT groep 3 t/m 8 AVI groep 3 en 4 Begrijpend luisteren groep 3 Begrijpend lezen groep 3 t/m 8 Rekenen en Wiskunde groep 3 t/m 8 Woordenschat groep 3 t/m 8 Spelling groep 3 t/m 8 Entreetoets groep 7 Eindtoets groep 8 (m.i.v. 2015) De uitkomsten van deze toetsen worden in het Cito-computerprogramma geregistreerd, zodat de vorderingen van uw kind over de jaren worden bijgehouden. De intern begeleider bespreekt de toetsuitslagen met de leerkracht. Met behulp van de uitkomst van deze toetsen kunnen zij bepalen of uw kind naar behoren presteert, of dat extra zorg noodzakelijk is. Naast de Cito-toetsen bestaan er ook toetsen die bij een leermethode horen. Deze controleren of de behandelde leerstof ook werkelijk wordt beheerst. De uitkomsten van beide soorten toetsen vormen samen met de observaties van de leerkracht de basis voor de rapportbeoordeling. In verband met het recht op privacy worden de leerlingdossiers in een afgesloten ruimte bewaard en zijn digitale gegevens met wachtwoorden beveiligd. Ouders kunnen wel, indien zij dat wensen, op school het dossier van hun eigen kind inzien. Ieder schooljaar maken we een diepteanalyse van de resultaten van de Citotoetsen halverwege het schooljaar. Doel van de diepteanalyse van de Citogegevens is het in kaart brengen van de leerresultaten van ons onderwijs, waarna eventueel onderwijskundige interventies gepleegd worden om de resultaten te verbeteren.
Pagina 32
De Plantage schoolgids 2014-2015 Deze analyse wordt in school besproken met het team en de MR en gedeeld met de bestuurder van het OOH. De belangrijkste bevindingen komen in de nieuwsbrief voor de ouders. Hieronder treft u een overzicht aan van onze opbrengsten, de resultaten van de midden toetsen Cito en de behaalde resultaten op de Cito-entreetoets. We geven hierbij de resultaten weer die door de onderwijsinspectie als het meest cruciaal worden gezien. U ziet de door de inspectie gehanteerde norm en de op de Plantage behaalde resultaten. Wanneer u behoefte heeft aan een toelichting kunt u contact opnemen met de directie. Daarnaast ziet u in de tweede tabel de uitstroom van onze leerlingen uit groep 8. Naam toets
Norm inspectie 21
Resultaat 20092010 29.5
Resultaat 20102011 26.5
Resultaat 20112012 19.2
Resultaat 20122013 26.6
Resultaat 20132014 22.2
Resultaat 20142015 24.0
Technisch Lezen, DMT groep 3 Technisch Lezen. DMT groep 4 Technisch Lezen DMT groep 5 Rekenen Wiskunde groep 4 Rekenen Wiskunde groep 5 Rekenen Wiskunde groep 6 Begrijpend lezen groep 5 Begrijpend lezen groep 6 Begrijpend lezen groep 7 Begrijpend lezen groep 8
48
53.9
58.9
53.7
54.4
51.3
60.4
69.6
71.6
76.1
68.9
66
50
73.8
64.9
55.0
52.6
52.3
71
95.2
76.3
74.5
56.3
75.9
157.3 uitgave 3.0 77.6
84
97.5
91.3
87.5
89.7
94.6
89.2
25
36.7
25.5
29.4
32.1
24.4
27.5
32
47.4
41.0
34.8
33.4
37.8
32.3
45
54.1
51.9
51.0
49.1
49.6
54.5
54
57.3
61.4
65.4
63.1
62.1
58.8
Pagina 33
De Plantage schoolgids 2014-2015 De begeleiding van de overgang naar het voortgezet onderwijs Na acht jaar basisschool moeten u en uw kind een keuze maken voor het voortgezet onderwijs. Een belangrijke stap! Om u te helpen een goede keuze te maken hanteren wij een vaste procedure die bestaat uit een aantal onderdelen: Informatieavond voor de ouders, verzorgd door de school eind groep 7 Cito-entreetoets eind groep 7 Vragenlijst voor leerkracht eind groep 7 Vragenlijst voor ouders begin groep 8 Cito-eindtoets, april van het leerjaar dat uw kind in groep 8 zit (m.i.v. schooljaar 20142015). Het schooladvies wordt in overleg tussen de leerkracht van uw kind en de intern begeleider gegeven en in een persoonlijk gesprek aan u toegelicht. Belangrijke aspecten in de beoordeling zijn de resultaten die uw kind in de basisschoolperiode heeft behaald (zowel de resultaten van de Citotoetsen als van de methode gebonden toetsen), de werkhouding en het concentratievermogen van uw kind. Met het advies in de hand kunt u samen met uw kind gericht op zoek gaan naar de juiste school voor uw kind. Alle middelbare scholen organiseren open dagen en open lesmiddagen voor de leerlingen in groep 7 en 8, zodat u een goed beeld kunt krijgen van deze scholen. Natuurlijk denken wij hierin graag met u mee. In de tweede helft van groep 7 maken de leerlingen de entreetoets. Met deze toets meten we de basisvaardigheden van de leerlingen. De toets is ontwikkeld door Cito. U wordt schriftelijk op de hoogte gebracht van de resultaten. Zo heeft u de mogelijkheid de resultaten van uw kind te vergelijken met het landelijk gemiddelde. In de periode december-januari krijgt u een advies van school. Dit advies wordt gebaseerd op de schoolbevindingen, de verkregen schoolresultaten (rapport), het LVS (Cito-leerlingvolgsysteem van school) en de uitslag van de entreetoets. Het voorlopige advies stellen de leerkrachten van groep 7 en 8 in samenspraak met de IB-er op. Aan het eind van januari vindt een scholenmarkt plaats waar de scholen voor voortgezet onderwijs uit de omgeving zich presenteren. Ook ouders van groep 7 ontvangen hiervoor een uitnodiging. Tot slot is het mogelijk om onder schooltijd gebruik te maken van de open dagen, die de scholen voor voortgezet onderwijs organiseren. Overigens adviseren de leerkrachten t.a.v. het schooltype. De keuze voor een bepaalde school wordt aan de ouders en hun kinderen overgelaten. In april volgt de eindtoets, zoals de inspectie vanaf 2015 verplicht stelt voor alle scholen in het primair onderwijs. De gegevens van de eindtoets worden in principe niet meegenomen in de plaatsing op de nieuwe school, tenzij er een zeer afwijkend positief resultaat uit volgt. In dat geval kan het advies naar boven worden bijgesteld. Door deze werkwijze ligt het accent van de informatie voor het doorstromen naar het voortgezet onderwijs bij de kennis die de school over uw kind heeft opgebouwd. Meer informatie www.vanponaarvo.nl
Pagina 34
De Plantage schoolgids 2014-2015 Uitstroom
Advies op type Voortgezet onderwijs Praktijk Onderwijs VMBO basis/ kader VMBO kader/TL VMBO TL VMBO TL/ HAVO HAVO HAVO/VWO VWO Totaal aantal schoolverlaters Afkortingen: VMBO VMBO basis VMBO kader VMBO TL HAVO VWO
2009 aan % tal
2010 aan % tal 2
4
2011 aan % tal
2012 aan % tal
2013 aan % tal
4
14
9
20
10
31
7
17
1
4
1
2
0
0
2
5
2
5 1
18 4
11 3
24 7
5 0
16 0
8 4
19 10
9 2 6
32 7 21
3 8 8
7 18 18
1 8 8
3 25 25
6 6 9
14 14 21
28
100 45
100 32
100 42
Pagina 35
1
2.9
6
2
5.88
9 2
26 6
6 4
17.64 11.76
6 6 9
18 18 26
4 10 7
11.76 29.41 20.58
100 34
voorbereidend middelbaar beroeps onderwijs basisberoepsgerichte leerweg kaderberoepsgerichte leerweg theoretische leerweg (voorheen MAVO) hoger algemeen voortgezet onderwijs voorbereidend wetenschappelijk onderwijs
2014 aan % tal
100 34
100
De Plantage schoolgids 2014-2015
Extra zorg Het kan zijn dat uit het leerlingvolgsysteem, analyses van toetsen en observaties van de groepsleerkracht resultaten komen waaruit blijkt dat een leerling extra zorg nodig heeft. Deze zorg wordt uiteraard met de ouders gedeeld. Het grootste deel van de leerlingondersteuning vindt gewoon plaats in de klas en wordt gegeven door de leerkracht zelf. Als de begeleiding uitgebreider en meer structureel wordt dan maakt de leerkracht een handelingsplan, indien nodig met de intern begeleider of extern deskundige. In sommige gevallen is het niet mogelijk of wenselijk dat de hulp in de klas gegeven wordt. In dit geval kan de remedial teacher extra hulp geven buiten de klas. Een jaar langer of korter Kinderen van dezelfde leeftijd kunnen sterk van elkaar verschillen in ontwikkeling. Het ene kind ontwikkelt zich veel sneller dan het andere. Soms kan het verstandig zijn om te besluiten een pas op de plaats te maken en uw kind een jaar extra de tijd te geven om zich te ontwikkelen of om zich de leerstof eigen te maken. Uiteraard is het belangrijk dat de school u tijdig informeert als er aan een doublure wordt gedacht. Bovendien willen we graag weten hoe u er zelf over denkt. Informatie van ouders is een belangrijk onderdeel in het besluit dat de school uiteindelijk neemt t.a.v. het extra leeren ontwikkelingsjaar. Het komt echter ook voor dat uw kind al veel verder in zijn ontwikkeling is dan zijn klasgenootjes. In dat geval is het mogelijk uw kind een groep hoger te plaatsen dan op grond van zijn leeftijd verwacht kan worden. Ook hier is uw informatie en uw mening van groot belang. Een jaar langer of een jaar korter, in beide gevallen zal het leerprogramma van uw kind worden bijgesteld, zodat uw kind zich goed kan aanpassen aan de nieuwe situatie. De visie van de Plantage is wel dat de kinderen zo lang mogelijk in hun eigen groep het onderwijs blijven volgen. Ongewenst gedrag op school Indien een leerling grensoverschrijdend gedrag vertoont, kan de directie van de school besluiten voor één of enkele dagen die leerling de toegang tot de klas en/of school te ontzeggen. Het kind krijgt gedurende de ‘time-out’ of schorsing huiswerk mee naar huis om toch enige vorm van onderwijs te kunnen blijven volgen. Deze procedure is beschreven in protocol ‘maatregelen en ongewenst gedrag’. Zie hiervoor onze website. Schoolbegeleidingsdienst De Plantage heeft een overeenkomst met ‘Leerkrachtig’. Marjan Boeve is hier werkzaam als orthopedagoog en gz-psycholoog. Marjan Boeve ondersteunt en adviseert onze school op het gebied van leerlingbegeleiding. Naast de hulp van Marjan Boeve is ondersteuning van het samenwerkingsverband Profi Pendi mogelijk. Zie het hoofdstuk passend onderwijs verder in deze schoolgids voor meer informatie. School overlegt samen met de ouders wie ingeschakeld gaat worden bij vragen over worden bij vragen over een leerling met cognitieve- en/of gedragsproblematiek.
Pagina 36
De Plantage schoolgids 2014-2015 Schoolarts/huisarts Problemen met het gedrag of het leren van een kind kunnen ook een medische achtergrond hebben. Dan spreken we meestal van een leer- of gedragsstoornis. Er zijn echter ook stoornissen waardoor het kind moeite heeft met het leggen van contacten of met leren. Een diagnose kan alleen door een medisch specialist worden gesteld. Daarvoor is een verwijzing nodig van de schoolarts of de huisarts. Centrum voor Jeugd en Gezin Houten (CJG) Vragen over school, vriendschappen, eten, gezondheid, opvoeding, pesten of geld? Het CJG wil meedenken met vragen rondom opgroeien en opvoeden. Zowel ouders als jongeren en kinderen kunnen een beroep doen op het CJG. In het CJG werken het Consultatiebureau, Jeugdgezondheidszorg 4-19 jaar van GGD MiddenNederland en het maatschappelijk werk nauw met elkaar samen. Elke gemeente heeft een eigen CJG. Het CJG is bereikbaar via de mail, telefoon of u kunt binnen lopen op het inloopspreekuur. Adres, telefoonnummers en spreekuurtijden (zowel inloop als telefonisch) zijn te vinden op de website van het CJG: www.cjghouten.nl De GGD voor kinderen in het basisonderwijs De afdeling Jeugdgezondheidszorg van GGD Midden-Nederland werkt preventief aan een gezonde groei en ontwikkeling van jeugdigen van 4 tot 19 jaar. Daarom onderzoekt de GGD alle kinderen op verschillende leeftijden, om zodoende mogelijke problemen in het opgroeien tijdig op te sporen. Mochten er problemen gesignaleerd zijn, dan helpt de GGD bij het bewandelen van de juiste weg. Aan elke school is een jeugdgezondheidszorgteam van de GGD verbonden. Dit team bestaat uit een jeugdarts, een jeugdverpleegkundige en een doktersassistente. De GGD is kernpartner binnen het CJG. Gezondheidsonderzoeken U krijgt van ons bericht als uw kind aan de beurt is voor onderzoek. De standaard preventieve onderzoeken vinden plaats op het CJG en op school. In principe is het eerste onderzoek in de basisschoolleeftijd onderzoek in groep 2 met ouders op het CJG, daarna in groep 7 zonder ouders op school. Bij groep 2 betreft het een algemeen geheel onderzoek en krijgen ouders direct de terugkoppeling. Bij groep 7 betreft het een beperkt onderzoek naar lengte/gewicht en worden de ouders schriftelijk geïnformeerd over de bevindingen. Hierbij staat ook vermeld of er nog een vervolgafspraak geadviseerd wordt met een jeugdarts of jeugdverpleegkundige. U krijgt dan een uitnodiging om samen met uw kind naar het spreekuur te komen. Extra afspraak voor vragen, een onderzoek of gesprek Alle ouders en kinderen kunnen gebruikmaken van de mogelijkheid om een extra afspraak te maken bij de GGD. U kunt er terecht met vragen over de ontwikkeling of lichamelijke en/of geestelijke gezondheid van uw kind of voor onderzoek of een gesprek. Deze afspraken vinden plaats in het CJG.
Pagina 37
De Plantage schoolgids 2014-2015 U kunt gebruikmaken van de mogelijkheid voor een extra afspraak als: U zelf vragen hebt over de ontwikkeling of gezondheid van uw kind; Het consultatiebureau aangeeft dat onderzoek of een gesprek gewenst is; De leerkracht zich zorgen maakt, en in overleg met u een afspraak op het spreekuur voorstelt en dit doorgeeft aan de GGD; Het onderzoek op school aanleiding geeft tot extra onderzoek of een gesprek. In het eerste geval maakt u zelf een afspraak. In de overige drie gevallen ontvangt u een uitnodiging van de GGD. Telefonisch spreekuur voor opvoed- en gezondheidsvragen Heeft u een vraag over de opvoeding of de ontwikkeling van uw kind, dan kunt u contact met de GGD opnemen van maandag t/m vrijdag tijdens kantoortijden. U wordt dan altijd dezelfde dag nog teruggebeld door een jeugdverpleegkundige. U kunt de GGD bereiken op telefoonnummer 033 – 4600046. De GGD biedt ook opvoedondersteuning via de e-mail:
[email protected] en de mogelijkheid om te twitteren met de jeugdarts via @deschoolarts. Meer informatie: www.ggdmn.nl of mail naar
[email protected] Meldcode huiselijk geweld Sinds 1 juli 2013 zijn alle scholen verplicht om een meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling te hanteren. Het doel hiervan is om huiselijk geweld en kindermishandeling vroegtijdig te signaleren en ondersteuning te bieden in de omgang met de signalen. De meldcode omvat de volgende stappen: In kaart brengen van de signalen; Collegiale consultatie, eventueel gevolgd door raadplegen van het Algemeen Meldpunt Kindermishandeling (AMK); Gesprek met ouders; Wegen van het geweld of de mishandeling; Beslissen: hulp organiseren of melden bij AMK of Bureau Jeugdzorg. De volledige meldcode kunt u inzien op school.
Pagina 38
De Plantage schoolgids 2014-2015
Passend onderwijs Passend onderwijs is de nieuwe manier waarop onderwijs aan leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben, wordt georganiseerd. Het gaat om zowel lichte als zware ondersteuning. Denk hierbij aan extra begeleiding op een reguliere school, aangepast lesmateriaal, hulpmiddelen of onderwijs op een speciale school. Scholen werken met elkaar samen in samenwerkingsverbanden. De scholen in het samenwerkingsverband maken onderling afspraken over hoe elke leerling onderwijs krijgt dat bij hem/haar past. Passend onderwijs vervangt het oude systeem van de leerlinggebonden financiering, beter bekend als het ‘rugzakje’. Dat is nodig omdat het rugzakje een aantal problemen oplevert. Een van de problemen is dat steeds meer leerlingen een indicatie krijgen voor leerlinggebonden financiering. Hierdoor is het systeem steeds duurder geworden. Ook wordt de indicatiestelling als een ingewikkeld proces ervaren en zijn er nog te veel kinderen die thuiszitten. Het doel van passend onderwijs is om deze problemen op te lossen. Passend onderwijs is er voor alle leerlingen in het basis- en voortgezet onderwijs, speciaal (voortgezet) onderwijs en het middelbaar beroepsonderwijs. In de praktijk gaat het vooral om leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben. Deze ondersteuning kan nodig zijn vanwege een verstandelijke beperking of een chronische ziekte. Maar ook voor leerlingen met een gedrags- of leerstoornis is passend onderwijs natuurlijk erg belangrijk. Soms is het bij de start op school al duidelijk dat er extra ondersteuning nodig is, soms blijkt dat pas later. Het onderwijs aan blinde en slechtziende leerlingen (cluster 1) en aan kinderen met gehoorproblemen of een taalontwikkelingsstoornis (cluster 2) blijft in een landelijk systeem georganiseerd worden. Voor alle andere leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben, wordt het onderwijs georganiseerd in regionale samenwerkingsverbanden. Met ingang van 1 augustus 2014 gaat passend onderwijs van start. Schoolbesturen hebben dan een zorgplicht en de samenwerkingsverbanden krijgen het geld en de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van passend onderwijs. Vanaf dat moment wordt er niet meer gewerkt met het oude systeem voor indicatiestelling. Het samenwerkingsverband is de nieuwe vorm waarin scholen gaan samenwerken op het terrein van passend onderwijs. De belangrijkste taak is het maken en uitvoeren van een plan (het ondersteuningsplan) waarin staat op welke manier alle leerlingen een passende plek op een school krijgen. Schoolbesturen krijgen vanaf 1 augustus 2014 zorgplicht. Dat betekent dat de scholen ervoor moeten zorgen dat iedere leerling die bij hen inschreven staat of zich aanmeldt een passende onderwijsplek krijgt. De school moet zorgvuldig onderzoeken wat het kind nodig heeft en dit eerst proberen zelf te realiseren. Soms blijkt dat een andere school een meer passende plek kan bieden. Daarbij is het belangrijk dat de school goed met ouders overlegt welke school passend is voor het kind. Voor meer informatie kunt u kijken op: www.steunpuntpassendonderwijs.nl
Pagina 39
De Plantage schoolgids 2014-2015
Profi Pendi Profi Pendi is het samenwerkingsverband (SWV) waar onze school bij hoort. Bij samenwerkingsverband Profi Pendi horen alle vestigingen van basisscholen en de scholen voor speciaal basisonderwijs in de gemeenten Houten, IJsselstein, Lopik, Nieuwegein en Vianen en de vestiging in Houten van de Berg en Boschschool voor speciaal onderwijs cluster 4. Ook behoren tot het samenwerkingsverband scholen voor speciaal onderwijs van cluster 3 en 4 waarvan de vestigingen gelegen zijn buiten het gebied van Profi Pendi. Deze scholen hebben ervoor gekozen aan het samenwerkingsverband deel te nemen, omdat er kinderen naartoe gaan die in onze regio wonen. Profi Pendi heeft als doel een samenhangend geheel van ondersteuningsvoorzieningen, binnen en tussen de deelnemende scholen, te realiseren en wel zo dat alle leerlingen een ononderbroken ontwikkelingsproces kunnen doormaken en dat leerlingen die extra ondersteuning behoeven een zo passend mogelijke plaats in het onderwijs krijgen. De schoolbesturen in het gebied van SWV Profi Pendi zijn zich bewust van hun zorgplicht. Hoewel het uitgangspunt is dat kinderen thuisnabij onderwijs volgen, zal dat niet altijd mogelijk zijn, want niet alle gespecialiseerde vormen van ondersteuning kunnen worden geboden binnen de scholen die gevestigd zijn in de regio. Doordat naast de scholen voor SBO en SO binnen Profi Pendi ook SO-scholen buiten deze regio deelnemen aan het samenwerkingsverband, kan worden voldaan aan de wettelijke plicht om voor leerlingen, die in verband met hun ondersteuningsbehoeften niet worden toegelaten tot een school in het gebied van het SWV, een andere school te vinden die bereid is de leerling toe te laten. Voor leerlingen die naast specifieke onderwijsbehoeften ook vormen van jeugdzorg nodig hebben, zijn met de gemeenten in de regio afspraken gemaakt. Basisondersteuning omvat de ondersteuningsvoorzieningen die alle scholen in het gebied moeten kunnen bieden. Voor de basisondersteuning zijn ‘standaarden’ ontwikkeld door een werkgroep met vertegenwoordigers vanuit de basisscholen, de scholen voor speciaal basisonderwijs en deelnemende scholen voor cluster 3 en 4. Mogelijk kunnen nog niet alle scholen al direct op 1 augustus 2014 volledig aan deze standaarden voldoen. Scholen hebben tot 1 augustus 2016 de gelegenheid om ontwikkelpunten uit te werken. Naast de ondersteuning die de basisscholen kunnen bieden, beschikt het SWV over diverse mogelijkheden voor leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben. Daartoe behoren de vier scholen voor speciaal basisonderwijs (SBO) en de mogelijkheid om leerlingen te plaatsen op verschillende soorten scholen voor speciaal onderwijs (SO). Overleg op de basisschool met ouders, leerkracht, IB’er en externe deskundigen noemen we het Multidisciplinair Overleg (MDO). De externe deskundigen zijn de collegiaal consultant uit het onderwijsexpertisecentrum en een schoolmaatschappelijke werkende of andere specialist op het gebied van opvoeding en gezin. Samen met ouders en school zoeken zij een werkwijze om aan de benodigde ondersteuning tegemoet te komen. Om onderwijs te mogen volgen op een school voor SBO of SO, moet het SWV de leerling toelaatbaar verklaren. Daaraan vooraf gaat altijd een MDO, waarin de deelnemers met elkaar vinden dat plaatsing op een SBO of SO de beste ondersteuning biedt.
Pagina 40
De Plantage schoolgids 2014-2015 De concrete invulling van partnerschap tussen school en ouders is in de eerste plaats de verantwoordelijkheid van school en ouders samen. In de standaarden voor de basisondersteuning heeft het SWV wel een aantal voorwaarden benoemd voor constructieve samenwerking met ouders. Ouders en personeel van de scholen in het SWV hebben op twee niveaus medezeggenschap. Advies over het schoolondersteuningprofiel (SOP) door de MR van de school Instemming met het ondersteuningsplan door de Ondersteuningsplanraad (OPR) van het SWV. Zie voor de actuele samenstelling van de OPR: profipendi.nl/opr.html. SWV Profi Pendi heeft een ondersteuningsplan ‘in ontwikkeling’ gemaakt voor de periode 2014-2016. De OPR heeft met dit ondersteuningsplan ingestemd, onder het voorbehoud dat alle aanvullingen en wijzigingen aan de OPR worden voorgelegd en dat er voor de periode 2016-2020 een volwaardig ondersteuningsplan wordt gemaakt. Voor het SOP (School Ondersteunings Profiel) van OBS de Plantage verwijzen wij u naar www.obsdeplantage.nl
Pagina 41
De Plantage schoolgids 2014-2015
Team van de Plantage Op de Plantage werkt een hecht en enthousiast team van goed opgeleide mensen samen om uw kind zo goed mogelijk onderwijs te geven. Het team bestaat uit de volgende personen: De groepsleerkrachten De juf of de meester is voor u en uw kind de belangrijkste volwassene in de school. Eén of meer jaren lang trekt deze persoon dagelijks met uw kind op en is daarmee zowel begeleider als mede-opvoeder van uw zoon of dochter. Daarom stellen we hoge eisen aan de kwaliteit van onze leerkrachten. Nieuwe leerkrachten worden om die reden onderworpen aan een uitgebreide sollicitatieprocedure, waarbij o.a. wordt gekeken naar de pedagogische en didactische kwaliteiten. Uiteraard is het een vereiste dat de beoogde leerkracht achter het daltonconcept staat en voorstander is van het openbaar onderwijs. De groepsleerkracht is de hoofdverantwoordelijke m.b.t. de gang van zaken in de groep waarin uw kind zit en daarmee ook in eerste instantie het aanspreekpunt als u vragen of opmerkingen over uw kind heeft. De laatste jaren is het gebruikelijk dat kinderen te maken hebben met meer dan één juf of meester. In een duobaan, beide leerkrachten werken ongeveer op 50% basis met de groep, zijn beide leerkrachten eindverantwoordelijk. In andere gevallen is de leerkracht die gedurende de meeste dagen in de groep werkt hoofdverantwoordelijk. Op het lokaalbord kunt u lezen op welke dagen de leerkrachten aanwezig zijn . Directie Joeri van Beek is de directeur van de Plantage. Hij is als schoolleider eindverantwoordelijk voor het reilen en zeilen van de school. Eddie Heerings is adjunct-directeur. Bij afwezigheid van Joeri van Beek is Eddie Heerings verantwoordelijk. Heeft u vragen of opmerkingen waarmee u niet bij de groepsleerkracht van uw kind terecht kunt en die de algemene gang van zaken in de school betreffen, dan kunt u met Joeri van Beek of Eddie Heerings een afspraak maken voor een gesprek. Dat kan telefonisch, per e-mail, of door gewoon even binnen te lopen. In principe is een van de directieleden altijd aanwezig in het gebouw. Daltoncoördinator Saskia Hollemans is onze daltoncoördinator. Naast de directeur is de Daltoncoördinator de belangrijkste actor in de aansturing van het onderwijskundige daltonklimaat op de Plantage. De daltoncoördinator maakt beleid, begeleidt het schoolteam bij de uitvoer van dit beleid en houdt toezicht op de onderwijskundige daltonkwaliteit van de school. Het onderwijskundige daltonbeleid is zichtbaar gemaakt in het daltonboek. Intern Begeleiders Frieda Verheijen en Monique Lemmens zijn de interne begeleidsters van de school. Zij coördineren de zorg die in school aan de kinderen wordt besteed en ondersteunen de leerkrachten bij de begeleiding van zorgleerlingen. Tevens bewaken zij o.a. procedures voor extra zorg en beheren het daarvoor aanwezige budget. Zij coördineren ook de contacten tussen de school en externe instanties. Pagina 42
De Plantage schoolgids 2014-2015 Wilt u een van de interne begeleidsters spreken, dan kan dat op afspraak. Remedial teacher Sija de Graaf is onze remedial teacher. Zij begeleidt kinderen die extra ondersteuning nodig hebben op het gebied van leren en/of gedrag. Die begeleiding kan gericht zijn op individuele leerlingen, maar ook op groepjes kinderen die vergelijkbare ondersteuning nodig hebben. Dit gebeurt in overleg met de leerkracht en de intern begeleidster. Uiteraard zullen we u inlichten als uw kind structureel extra begeleiding van onze remedial teacher zal krijgen. Bouwcoördinatoren De school is verdeeld in drie bouwen: Onderbouw: groep 1 en 2 Coördinator: Susan Mulder Middenbouw: groep 3 en 4 Coördinator: Sandra Ursinus Bovenbouw: groep 5 t/m 8 Coördinator: Sander van Daalen Elke bouw wordt vertegenwoordigd door een bouwcoördinator. Deze coördinatoren leiden de bouwvergaderingen en stemmen de praktische en inhoudelijke zaken van de bouw en de school op elkaar af. Stagiair(e)s Het vak van leerkracht leer je niet alleen uit boeken. De praktijk is ook hier de beste leerschool. De Plantage biedt daarom stageplaatsen aan voor studenten van de PABO, de opleiding voor leerkrachten. We zien dat als investering in de toekomst van het onderwijs. Stagiairs in de eerste drie jaar van hun opleiding zijn meestal een dag per week aanwezig en geven op zo’n dag een of meer lesjes onder begeleiding van de leerkracht. Studenten in het laatste jaar van hun opleiding hebben een lesbevoegdheid, waarmee ze zelfstandig les mogen geven onder begeleiding van een coach, meestal een groepsleerkracht, die tevens eindverantwoordelijk is voor de gang van zaken in de groep waarin de student werkt. Deze studenten worden Leerkracht In Opleiding (LIO) genoemd en maken in hun stageperiode volledig deel uit van het schoolteam.
Pagina 43
De Plantage schoolgids 2014-2015
Ouderbetrokkenheid We zijn van mening dat ouders en school partners zijn in de opvoeding. Het uitgangspunt van de school daarbij is dat ouders in principe het beste voor zullen hebben met hun kinderen. Indien u uw kind inschrijft op de Plantage, gaan we ervan uit dat dit vertrouwen wederzijds is. Het team van de Plantage zal zich inspannen om uw kind zo goed mogelijk te begeleiden; u brengt uw kind naar school in het vertrouwen dat uw kind in goede handen is. De verantwoordelijkheid voor de communicatie ligt zowel bij u als bij ons. Met andere woorden: van ons kunt u verwachten dat we belangrijke informatie over uw kind met u delen. Heeft u echter een vraag of maakt u zich zorgen, dan rekenen we erop dat u dit aan de leerkracht of aan de directeur kenbaar maakt. Medezeggenschapsraad (MR) Medezeggenschap is niet alleen bij wet geregeld, wij beschouwen het ook als een groot goed. In de Medezeggenschapsraad is de inspraak van zowel personeel als ouders geregeld. Hierbij dient de Wet Medezeggenschap Scholen (WMS) als basis. Hierin staat beschreven op welke onderdelen de personeels- en of oudergeleding advies- dan wel instemmingsrecht hebben. Daarnaast beschikt elke individuele MR over een eigen reglement. De gesprekspartner voor de MR is de directeur van de school. U kunt de MR bereiken via:
[email protected] Voor meer informatie over de MR van onze school, zie www.obsdeplantage.nl Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR) Een deel van de medezeggenschap wordt georganiseerd binnen de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR). Ook hierin hebben zowel personeelsleden als ouders zitting. Deze worden afgevaardigd namens de afzonderlijke scholen van het OOH. De GMR bespreekt schooloverstijgende zaken voor het OOH. De gesprekspartner voor de GMR is het College van Bestuur. De GMR van het OOH is via email te bereiken:
[email protected] Ouderraad In samenwerking met het team draagt de ouderraad zorg voor de organisatie van allerlei bijzondere activiteiten voor de kinderen en soms ook voor ouders, zoals het sinterklaasfeest, het paasfeest, de sportdagen en de koffie-inloop voor ouders. De plannen voor die activiteiten worden op de ouderraadvergaderingen met het schoolteam besproken. Na vaststelling van de plannen, wordt voor assistentie en/of begeleiding ook een beroep gedaan op ouders die niet in de OR zitten. Andere taken van de ouderraad: Het betrekken van ouders bij de activiteiten op school; het bevorderen van onderlinge contacten; Het beheren van de ouderbijdragen. Daarnaast kan de OR ook zaken signaleren die ‘leven’ onder de ouders van de Plantage.
Pagina 44
De Plantage schoolgids 2014-2015 Klassenouders In elke klas zijn één of twee groepsouders actief. Zij helpen de leerkracht bij het organiseren van bijzondere activiteiten voor hun groep. Tevens kunnen zij als contactpersoon fungeren tussen de groepsleerkracht en andere ouders. De klassenouder wordt door de leerkracht van de groep gevraagd. Klank Bord Groep De Plantage heeft naast de oudergroepen MR en OR een zgn. Klank Bord Groep ouders. Deze groep ouders voert periodiek gesprekken met de directeur over schoolbrede thema’s. De KBG geeft feedback op de werking in de praktijk van schoolbeleid en adviseert de directeur betr. dit schoolbeleid. Enkele thema’s die besproken worden zijn o.a.: veiligheid en sociaal klimaat op school, hygiëne en schoonmaak op school, communicatie tussen school en ouders, actuele maatschappelijke onderwerpen.
Pagina 45
De Plantage schoolgids 2014-2015
Leerplicht, verlof en klachtenprocedure Leerplicht en verlof Uw kind mag naar onze school als het vier jaar is, na de vijfde verjaardag wordt uw kind leerplichtig. Voor kinderen van vier en ook van vijf jaar oud kan de schooldag vermoeiend zijn. Tot zes jaar mag een kind vanwege vermoeidheid nog vijf uur per week thuisblijven, dit in overleg met de leerkracht en de directeur. Indien noodzakelijk kan hieraan nog eens 5 uur per week worden toegevoegd. Voor de (on-) mogelijkheden om verlof te krijgen buiten de schoolvakanties verwijzen wij u naar de tekst hieronder en/of www.leerplicht.net Extra verlof kan worden aangevraagd wegens gewichtige omstandigheden. Gewichtige omstandigheden zijn uitzonderlijke omstandigheden die ‘buiten de wil zijn gelegen’. Het verlof wordt verleend om een onredelijke situatie te vermijden, waarbij het belang van het kind voorop staat. Meestal blijft het verlof beperkt tot een of enkele dagen. Voorbeelden daarvan zijn: Voor het voldoen aan een wettelijke verplichting Bij verhuizing Bij huwelijk van bloed-of aanverwanten tot en met de 4e graad Bij overlijden van bloed- of aanverwanten tot en met de 4e graad Bij ernstige ziekte van bloed- of aanverwanten tot en met de 4e graad Bij 12,5, 25, 40, 45, 50, 55 en 60-jarig huwelijks- en of ambtsjubileum van bloed- en aanverwanten tot en met de 4e graad Bij bepaalde gezinsproblematiek De volgende situaties kunnen niet worden gekenmerkt als gewichtige situaties: Bij bepaalde gezinsproblematiek Een midweekaanbieding van ouders of anderen Een of meerdere dagen eerder vertrekken naar vakantie om de files voor te zijn Eerder vertrek of later terugkomen van vakantie om financiële redenen of vervoer technische redenen Een afwijkend vakantierooster van kinderen uit een gezin die op een andere school zitten Dienstrooster van de werkgever van de ouders Activiteiten van verenigingen, zoals scouting- of voetbalkamp Geen andere boekingsmogelijkheden Familiebezoek in het buitenland of bezoek aan land van herkomst Verjaardagen van familieleden Voor bepaalde feesten of verplichtingen die voortvloeien uit godsdienst of levensovertuiging bestaat er recht op verlof. Als richtlijn geldt hiervoor dat een dag per gebeurtenis vrij wordt gegeven. Indien u voor een periode tot 10 schooldagen verlof wil aanvragen dan doet u dit bij de directeur. Betreft de aanvraag meer dan 10 schooldagen dan beslist de leerplichtambtenaar over het verzoek. U dient de aanvraag dan schriftelijk in bij de leerplichtambtenaar, 8 weken van tevoren of zo snel mogelijk. De leerplichtambtenaar reageert schriftelijk naar u. U kunt tegen de beslissing schriftelijk in bezwaar gaan.
Pagina 46
De Plantage schoolgids 2014-2015 Als uw kind verzuimt zonder dat er toestemming is voor extra verlof, dan is er sprake van ongeoorloofd schoolverzuim. De directeur van de school is, op grond van de Leerplichtwet, verplicht het schoolverzuim te melden bij de leerplichtambtenaar. Rond de schoolvakanties controleert de leerplichtambtenaar of alle kinderen op school zijn en of er geen sprake is van luxe verzuim. Meer informatie hierover kunt u vinden op de website van de leerplicht. https://www.houten.nl/burgers/onderwijs/leerplicht-vakantie-verlof-en-vrijstelling/ Klachtenprocedure Als organisatie OOH doen wij onze uiterste best om onze leerlingen zo goed mogelijk te begeleiden en besteden we zorg aan de communicatie met u als ouders. Desondanks kan het voorkomen dat u het ergens niet mee eens bent of dat u een klacht wilt indienen. Klachten of vragen kunt u in eerste instantie voorleggen aan de leerkracht van uw kind. In verreweg de meeste situaties wordt een probleem hiermee snel en afdoende opgelost. Mocht dit voor u niet tot een bevredigend resultaat leiden, dan kunt u terecht bij de directeur van de school. Ook de interne vertrouwenspersoon kan u begeleiden in het bespreekbaar maken van uw probleem of onvrede. Leerlingen, leerkrachten en ouders kunnen een beroep doen op deze interne vertrouwenspersoon van onze school, José Donker. Zij is in principe altijd bereikbaar: vóór en na schooltijd, telefonisch op school of schriftelijk via josé
[email protected] De contactpersoon bespreekt met u welke stappen kunnen worden ondernomen. In overleg kan worden besloten de klacht voor te leggen aan een onafhankelijke vertrouwenspersoon. Naast de interne vertrouwenspersoon heeft het OOH ook een onafhankelijk vertrouwenspersoon aangesteld. U kunt deze desgewenst ook benaderen zonder de school te informeren. De onafhankelijke vertrouwenspersoon is werkzaam bij de IJsselgroep: De heer Herman Riphagen, vertrouwenspersoon Blaloweg 20 8041 AH Zwolle Tel.: 038 – 4539943 e-mail:
[email protected] Naast de onafhankelijke vertrouwenspersoon en de interne vertrouwenspersoon op school is het altijd mogelijk om de voorzitter van het College van Bestuur, mevrouw Annelies Smits te benaderen. Tenslotte heeft u altijd de mogelijkheid uw klacht te deponeren bij de ‘Landelijke Klachtencommissie voor het Openbaar Onderwijs’. De klachtenregeling is op school te verkrijgen of te downloaden via www.oo-h.nl.
Pagina 47
De Plantage schoolgids 2014-2015
OBS de Plantage van A tot Z Allergieën en medicijnen. Is uw kind overgevoelig of allergisch voor bepaalde stoffen, dan kunt u dit vermelden op het inschrijfformulier en op het intakeformulier. Omdat allergieën plotseling kunnen ontstaan, vragen we dat jaarlijks bij de overgang naar een nieuwe leerjaar nogmaals na op een daarvoor specifiek bestemd formulier. Bij heftige allergieën is het belangrijk dat u dat met de leerkracht van uw kind bespreekt, zodat vervelende situaties kunnen worden voorkomen. Voor het toedienen van medicijnen aanvaardt de school in principe geen verantwoordelijkheid. Alleen wanneer hier tussen thuis en school duidelijke afspraken over gemaakt zijn. Deze afspraken worden vastgelegd. Niettemin willen we het wel graag weten indien uw kind langdurig bijzondere medicijnen gebruikt. Bedrijfshulpverlening/EHBO. De Plantage beschikt over een aantal leerkrachten dat getraind is in bedrijfshulpverlening en EHBO. Jaarlijks vindt er nascholing plaats. Wanneer op school een ‘ongeval’ heeft plaatsgevonden, dan kunnen onze zogenaamde BHV-ers direct hulp verlenen. Altijd worden ouders telefonisch op de hoogte gesteld van hetgeen er gebeurd is. Bij spoed wordt meteen contact opgenomen met de huisarts en/of eerste hulp, daarna worden meteen de ouders gebeld. Burger Service Nummer (BSN). De wet op het onderwijsnummer (OWN) schrijft voor dat de school van elke ingeschreven leerling een BSN in de leerling administratie heeft opgeslagen. Hiervoor moet een kopie van het officiële document worden afgegeven (bijvoorbeeld inschrijving bij de burgeradministratie, identiteitsbewijs, zorgpas). Eten en drinken op school. In de ochtendpauze is er gelegenheid voor uw kind om datgene te eten en te drinken dat u heeft meegegeven. Gezonde tussendoortjes, zoals fruit en vruchtensap hebben de voorkeur. Snoep en frisdranken zijn niet toegestaan. Ook bij de lunch tussen de middag horen snoep en frisdranken niet thuis. Is uw kind jarig en wordt er uitgedeeld? Ook dan vragen wij u zoveel mogelijk rekening te houden met gebit en gezondheid. Fietsen. Het is niet toegestaan om op het schoolplein te fietsen. Fietsen dienen op de toegewezen plekken te worden geplaatst. Gevonden voorwerpen. Bij de ingang van het gebouw worden gevonden voorwerpen bewaard. Deze spullen worden na elke vakantie opgeruimd. Honden. Op het schoolplein en in de school zijn honden niet toegestaan.
Pagina 48
De Plantage schoolgids 2014-2015 Hoofdluis. Hoofdluis komt voor op alle plaatsen waar kinderen elkaar ontmoeten. Dus ook op onze school. Om een luizenplaag te voorkomen, zijn er op de Plantage twee preventieve maatregelen genomen: u zorgt voor een luizencape (is via school verkrijgbaar) waaronder uw kind zijn jas en muts aan de kapstok kan hangen. Deze luizencape is verplicht. De tweede maatregel is dat alle kinderen van de Plantage regelmatig worden nagekeken op hoofdluis. Worden er luizen bij uw kind gevonden, dan gaan we daar discreet mee om en nemen we contact met u op. Constateert u zelf dat uw kind besmet is, geeft u dit dan door aan de leerkracht. Alleen op die manier blijven we de luizen de baas! Op onze website kunt u meer lezen over onze aanpak tegen luizen in ons hoofdluisprotocol. Huiswerk. In principe krijgen de kinderen uit groep 1 t/m 5 nog geen huiswerk, maar het kan soms wel zijn dat met uw kind en u afgesproken wordt thuis een leerstofonderdeel nog eens extra in te oefenen om meer vaardigheid te krijgen. Vanaf groep 6 krijgen de kinderen huiswerk mee. We willen ze daarmee vertrouwd maken met het maken van huiswerk en het plannen ervan, ter goede voorbereiding op het voortgezet onderwijs. Inloop van 08.20-08.30 uur. Ouders van kinderen in groep 1 en 2 kunnen hun kind naar de klas brengen. De kinderen gaan in hun lokaal meteen aan de slag met een werkje. De ouders van kinderen in groep 3 kunnen tot de herfstvakantie de kinderen naar de klas brengen. Na de herfstvakantie wordt de situatie zoals in groep 4 t/m 8. De kinderen uit groep 4 t/m 8 gaan zelfstandig naar binnen en we verwachten dat u niet meer mee naar binnen gaat. Na schooltijd kunt u uiteraard altijd nog even naar binnen komen om iets te bekijken in de groep of wellicht de leerkracht even aan te spreken. Kledingvoorschriften. Op onze school hanteren we de volgende kledingvoorschriften. De school verbiedt het dragen van hoofddeksels in de klas, waarbij het gelaat niet zichtbaar is. Ook is het dragen van sieraden (zoals kettingen, oorbellen, ringen) die tijdens de gymnastiek een gevaar vormen voor het kind zelf of de medeleerlingen niet toegestaan. We vragen de leerlingen deze af of uit te doen. Tijdens de gymnastieklessen in de gymzaal dragen de leerlingen sportschoenen die alleen voor de binnensport gebruikt worden en waarvan de zolen niet zwart afgeven. De leerlingen van groep 3 t/m 8 dragen daarbij ook sportkleding. Een hoofdbedekking dragen op grond van godsdienst mag op onze scholen, tenzij de onderlinge communicatie wordt verhinderd en het onmogelijk wordt de identiteit vast te stellen. Daarnaast mag de hoofdbedekking geen gevaar vormen tijdens lichamelijke oefening en zwemmen. Leerlingenraad. Op de Plantage vinden we het belangrijk om niet alleen over maar ook met de kinderen te praten. We willen weten wat hen bezighoudt en hen waar mogelijk mee te laten denken over onderwerpen die hen direct aangaan en daarin een kleine beslissingsbevoegdheid geven. Daarom hebben we een leerlingenraad. In de leerlingenraad praten vertegenwoordigers uit de groepen 5 t/m 8 met de directie of daltoncoördinator. Deze vertegenwoordigers worden door hun klasgenoten gekozen en benoemd voor 1 jaar. Eens in de 6 weken komt de leerlingenraad bij elkaar. Voor meer informatie verwijzen wij u graag naar ons beleidsdocument leerlingenraad op onze website.
Pagina 49
De Plantage schoolgids 2014-2015 Noodnummers. Een ongelukje komt altijd onverwacht, bovendien kan een ziekte plotseling de kop op steken. Daarom is het van belang dat de school over een telefoonnummer beschikt waar we tenminste een van de ouders altijd kunnen bereiken. Aan het begin van ieder schooljaar ontvangt u een formulier thuis, waarop u deze noodnummers kunt vermelden. Krijgt u in de loop van het schooljaar aan ander telefoonnummer, dan stellen we het op prijs dat u dat aan de leerkracht van uw kind doorgeeft. Overblijven/continurooster. De kinderen eten hun lunch samen met de leerkracht. Om de leerkrachten toch nog een korte pauze te geven hebben we hulp van een aantal ouders die helpen bij het buitenspelen. Omdat deze mensen een vergoeding krijgen betaalt u 20 euro per schooljaar. De inning van dit bedrag loopt via een automatisch incasso. Parkeren. Wij verzoeken u zoveel mogelijk te parkeren op de parkeerplaats achter de school. Parkeren op of naast de stoep is niet toegestaan. Wij zien het liefst dat onze leerlingen lopend of fietsend naar school komen. Rookverbod. Roken is in het gebouw van de Plantage en op het schoolplein niet toegestaan. Scheiding ouders. Ook als ouders zijn gescheiden hebben zij over het algemeen allebei behoefte aan en belang bij goede informatie vanuit school over de ontwikkeling van hun kind(eren). School heeft hierin een actieve informatieplicht en volgt in principe de wettelijke kaders. Als beide ouders met het ouderlijk gezag zijn belast, is het uitgangspunt dat school alle schriftelijke en mondelinge informatie aan beide ouders verstrekt. In de praktijk betekent dit meestal dat ouders hier samen afspraken over maken met school. Als een van de ouders niet belast is met het ouderlijk gezag, kan deze ouder de school altijd verzoeken om belangrijke feiten over het kind, zoals bijvoorbeeld een rapport. Op deze informatievoorziening kan een uitzondering worden gemaakt wanneer het belang van het kind zich hiertegen verzet. Het is aan de school om hierin een afweging te maken. Als u hier meer over wilt weten kunt u contact opnemen met de directeur. Schoolfotograaf. Jaarlijks maakt de schoolfotograaf een foto van uw kind en van de groep waarin uw kind zit. Vindt u de foto’s mooi en wilt u ze behouden, dan zijn er uiteraard kosten aan verbonden. U bent echter niet verplicht de foto’s af te nemen. Schoolkamp. Elk schooljaar gaan de kinderen uit groep 8 op kamp. Het kamp duurt drie dagen en vindt plaats in een bosrijke omgeving. Plaats, datum, locatie en andere bijzonderheden verneemt u in de loop van het schooljaar. De kosten voor dit schoolkamp zijn voor de ouders. De kosten hiervoor staan los van de vrijwillige ouderbijdrage en bekostiging vanuit school of de ouderraad. Schoolreis. Voor alle andere groepen is er het jaarlijkse schoolreisje. Het reisdoel wordt afgestemd op de leeftijdsgroep. De kosten van het reisje worden door de ouders van de deelnemende kinderen betaald. Net als bij het schoolkamp trachten we die kosten zo laag mogelijk te houden. Omdat we bij busvervoer kiezen voor veilige en daardoor soms wat duurdere bedrijven is het echter niet altijd te voorkomen dat de prijzen soms wat hoger zijn dan we ons zouden wensen.
Pagina 50
De Plantage schoolgids 2014-2015 Sponsoring. Door de stichting Openbaar Onderwijs is een protocol betreffende sponsoring vastgesteld. De scholen worden geacht zich hieraan te houden. Het bestuur kiest voor een algemeen geldend beleid ten aanzien van sponsoring. Indien de school een sponsorovereenkomst wenst aan te gaan dan legt de school deze overeenkomst voor aan het College van Bestuur en aan de oudergeleding van de MR. Sporttoernooien. De scholen van het OOH nemen elk schooljaar deel aan een aantal Houtense sportactiviteiten, zoals het schoolvoetbaltoernooi, schoolvolleybal en de avondvierdaagse. Telefoons. Kinderen mogen hun mobiele telefoon meenemen naar school. Aan het begin van de dag wordt deze uitgeschakeld en ingeleverd bij de leerkracht. Om 14.15 uur, einde schooldag, krijgen de kinderen hun mobiele telefoon weer in ontvangst. Veiligheid. De scholen van OOH, Openbaar Onderwijs Houten, creëren een veilige school voor haar leerlingen, ouders en personeel. Een veilige school biedt een veilig pedagogisch klimaat, een eerste voorwaarde voor leerlingen om zich te kunnen en durven ontwikkelen. In het ‘Integraal Veiligheidsbeleid binnen OOH’ staat beschreven hoe de stichting haar preventief en incidentenbeleid heeft vormgegeven. Naast het ‘Integraal Veiligheidsbeleid binnen OOH’ heeft het OOH documenten die gerelateerd zijn aan het eerder genoemde veiligheidsdocument. Voorbeelden hiervan zijn de documenten ‘Veiligheid en verantwoordelijkheid’, ‘Omgaan met agressie, geweld en seksuele intimidatie’ en ‘Protocol maatregelen ongewenst gedrag’. Deze documenten zijn vastgesteld door de OOH directeuren, de GMR (Gemeenschappelijke Medezeggenschap Raad) en het college van bestuur en gelden voor alle scholen van het OOH. Voor de school zelf hebben we een Schoolveiligheidsplan. Hierin staan de school specifieke veiligheidsaspecten beschreven, zoals bijv. het ontruimingsplan en de schoolafspraken. Dit document geldt dus alleen voor de Plantage. Verhuizing. Als uw kind reeds een andere school bezocht heeft, dan is het belangrijk dat u zowel met de oude school als met ons afspreekt wanneer uw kind voor het eerst de Plantage zal bezoeken. In verband met de leerplichtwet is het noodzakelijk dat de uitschrijving van de oude school aansluit op de inschrijving op de Plantage. Bovendien kunnen we dan rekening houden met de komst van uw kind. De oude basisschool zal een onderwijskundig rapport opmaken, waarin informatie over uw kind wordt verstrekt, zodat wij weten welk leerniveau uw kind heeft en waar eventueel extra zorg nodig is. Verzekeringen. Voor alle scholen van het openbaar onderwijs zijn onderstaande verzekeringen afgesloten: • Collectieve schade inzittenden • Doorlopende reis • Inventaris • Aansprakelijkheid • Bestuurdersaansprakelijkheid • Collectieve ongevallen Deze verzekeringen dekken de schade die niet door een particuliere verzekering gedekt wordt.
Pagina 51
De Plantage schoolgids 2014-2015 Vrijwillige ouderbijdrage. Vrijwel alle extra activiteiten die door de school worden georganiseerd kosten geld, waarvoor de school geen budget heeft. U kunt daarbij denken aan de kerst- en sinterklaasviering, maar ook aan het schoolreisje. Om deze activiteiten toch mogelijk te maken wordt er van u een bijdrage gevraagd. Deze bijdrage wordt geïnd en beheerd door de ouderraad. Jaarlijks zal de ouderraad een begroting opstellen, waarin wordt aangegeven hoe het geld wordt besteed en achteraf legt de ouderraad aan u verantwoording af. Dat vindt plaats op de algemene ouderjaarvergadering in oktober. De bijdrage voor het schoolreisje en het schoolkamp wordt door de school zelf geïnd. De ouderbijdrage is niet verplicht, maar wij gaan er wel van uit dat u uw bijdrage betaalt, opdat ook uw kind kan meegenieten van de activiteiten die worden georganiseerd. Ziek- en absentiemelding. Als uw kind ziek is, dient u dat ’s morgens via het schooltelefoonnr. aan school door te geven tussen 8.00 en 8.30 uur. Ook bij kortdurende afwezigheid in verband met een bezoek aan de huisarts of tandarts krijgen we graag een bericht. Tussen 08.30 – 08.45 uur ontvangen de leerkrachten bericht over de afwezigheid van uw kind. Bij onduidelijkheid (uw kind is afwezig, maar niet voor 08.30 uur afwezig gemeld), zullen de leerkrachten tussen 08.45 – 09.30 uur contact met u opnemen. Zindelijkheid. Alle vierjarigen moeten zindelijk zijn als ze op school komen. Meestal is dat ook het geval en zijn er geen problemen. Mocht een kind een keer een ongelukje hebben, dan lost de leerkracht dat middels een verschoning op.
Pagina 52
De Plantage schoolgids 2014-2015
ADRESSEN OBS de Plantage Plantagepolder 1 3991 ZE Houten Telefoon: 030-2436894 Email:
[email protected] Website: www.obsdeplantage.nl
Gemeente Houten; Afdeling onderwijs Postbus 30 3990 DA HOUTEN Telefoon: 030-6392611 E-mail:
[email protected] Website: www.houten.nl G.G.D. Midden – Nederland Locatie Nieuwegein Poststede 5 3431 HP NIEUWEGEIN Postbus 624 3430 AP NIEUWEGEIN Telefoon: 030-6305400 Website: www.ggdmn.nl Inspectie van het basisonderwijs Hoofdkantoor Park Voorn 4 3544 AC UTREHCT Telefoon: 088-6696000 Email via het contactformulier op de website: www.onderwijsinspectie.nl Meldpunt vertrouwensinspecteurs: Telefoon: 0900-1113111 Vragen over onderwijs: 1400
Openbaar Onderwijs Houten Mevr. A. Smits, directeur bestuurder Mevr. I. Streumer, stafmedewerker financiën /secretariaat De Haag 2-I 3993 AW HOUTEN Telefoon: 030–6343685 E-mail:
[email protected] Website: www.oo-h.nl Externe vertrouwenspersoon Dhr. H. Riphagen Dr. Klinkertweg 8B 8025 BS ZWOLLE Bereikbaar via IJsselgroep Telefoon: 088-0931000 E-mail:
[email protected] Centrum Jeugd en Gezin De Loericker Stee Hollandspoor 3 3994 VT HOUTEN Telefoon: 030-8802210 E-mail:
[email protected] Website: www.cjghouten.nl Onderwijsgeschillen Bezoekadres: Gebouw "Woudstede" Zwarte Woud 2 3524 SJ UTRECHT Postadres: Onderwijsgeschillen Postbus 85191 3508 AD UTRECHT Telefoon: 030-2809590 Email:
[email protected] Website: www.onderwijsgeschillen Profi Pendi Samenwerkingsverband primair onderwijs Mevr. Drs. Bea van Burgsteden Dukatenburg 101 3437 AB NIEUWEGEIN Telefoon: 030-2751288 E-mail:
[email protected] Website: www.profipendi.nl
Pagina 53