Schoolgids OBS De Berenburcht 2015-2016
2 Woord vooraf …..……………………………………………………………………………...4 1. De school…………………………………………………………….………….……..……5 1.1 Richting…………………...……………………………………………………………5 1.2 Directie…………………………………………………………………………………6 1.3 Situering………………………………………………………………………………..6 1.4 Schoolgrootte……………………………………………….………………………….6 2. Waar de school voor staat…………………………………………………………………...7 3. De organisatie van het onderwijs…...….…………………………………………………....8 3.1 De organisatie van de school………….....…………………………………………….8 3.2 De samenstelling van het team…...……………………………………….……………8 3.3 De activiteiten voor de kinderen...……………………………………………………..9 3.4 Het onderwijs in de groepen 3 tot en met 8…………………………...………………11 4. De zorg voor de kinderen…………….…………………………………………………….16 4.1 De opvang van nieuwe leerlingen in de school...…………..…………………….……16 4.2 Het volgen van de ontwikkelingen van de kinderen in de school……………...….…..16 4.3 Het onderwijsaanbod aan meer-en hoogbegaafde kinderen…..…………….………...18 4.4 Dyslexie……………………………………………………………………………….18 4.5 Anderstalige kinderen…………………………………………………………………19 4.6 Verwijzing leerlingen met specifieke behoeften……..………………………….…….19 4.7 Passend onderwijs…...………………………………………………………………..19 4.8 SoVa training…………………………………………………………………….……20 4.9 Informatie aan gescheiden ouders…………………...………………………………..20 4.10 De speciale zorg voor kinderen met specifieke behoeften………………………….…21 4.11 Activiteiten in kader van VVE-project………………………………………………..21 4.12 Overgang van kinderen naar het voortgezet onderwijs……………………………….21 4.13 Naschoolse activiteiten………………………………………………………………..22 5. De leraren…………………………….…………………………………………………….23 5.1 De wijze van vervanging bij ziekte, studieverlof en scholing……..…………….…….23 5.2 De begeleiding en inzet van stagiaires………...……………………………………...23 5.3 Scholing van leraren…………………………………………………………………..23 6. De ouders……………………………..……………………………………………………24 6.1 Het belang van de betrokkenheid van ouders…………………………………………24 6.2 Informatievoorziening aan ouders over het onderwijs en de school…...……………..24 6.3 Medezeggenschapsraad……………………………………………………………….25 6.4 Activiteitencommissie…………………………………………………...…………….25 6.5 Ouderbijdrage…………………………………………………………………………26 6.6 Andere ouderhulp……………………………………………………………………..26 6.7 Klachtenprocedure…………………………………………………………………….26
3 7. De ontwikkeling van het onderwijs in de school……………...……………...……………26 7.1 Nieuwe methoden……………………………………………………………………..27 7.2 Nascholing…………………………………………………………………………….28 7.3 Leerlingvolgsysteem………………………………………………………………..…28 7.4 Zorg voor de relatie school en omgeving……………………………………………..28 8. De resultaten van het onderwijs……………………………...…………………………….29 8.1 Cijfers over specifieke zorg voor leerlingen……….……………………...………….29 8.2 Vorderingen in basisvaardigheden……………………………………...…………….29 8.3 Uitstroom van onze leerlingen……………………………………………………......30 9. Regeling school- en vakantietijden……………………………………………………...…30 9.1 Schooltijden………………………………………………………………………...…30 9.2 Vakantierooster……………………………………………………………………….31 9.3 Verlof leerlingen………………………………………………………………………31 10. Overige informatie…………………………………………..…………………………....32 10.1 Overblijven…………………………………………………………………………....32 10.2 Ziekte………………………………………………………………………………….32 10.3 Contactavonden……………………………………………………………………….32 10.4 Ophalen kinderen……………………………………………………………………..33 10.5 Informatie vanuit school………………………………………………………………33 10.6 Schoolreis……………………………………………………………………………..33 10.7 Vrijstelling…………………………………………………………………………….34 10.8 Verwijdering…………………………………………………………………………..34 10.9 Sponsoring…………………………………………………………………………….34 10.10 Gebruik gsm……...…………………………………………………………………...34 10.11 Data activiteiten……………………………………………………………………….35 11. Namen…………………………………………………………………………………….36
4
Een woord vooraf Beste ouders/ en of verzorgers Voor u ligt de schoolgids 2015-2016 van onze school. In deze schoolgids leest u hoe OBS de Berenburcht het onderwijs aanbiedt en waarom. Als het ware het presenteren van een visitekaartje van onze school. U kunt ook de website van onze school bezoeken (www.obsdeberenburcht.nl) om al een eerste indruk van onze school te krijgen. U kunt er lezen wie wij zijn, waar we voor staan en wat we zoal doen. Kinderen brengen een belangrijk deel van hun leven op de basisschool door. Zowel voor de kinderen als voor u, is de basisschool een stukje van het leven. Jarenlang is er diezelfde weg van huis naar school en weer terug. In de loop van de jaren vertrouwt u uw kind vele uren toe aan de zorg van de leerkrachten van de basisschool. U als ouder of verzorger heeft veel met de basisschool te maken. Een basisschool kies je dan ook met zorg. De schoolgids laat zien wat ouders van de school kunnen verwachten en wat de school voor het kind kan betekenen. Zo zijn ouders in staat om na te gaan of onze school, Openbare Basisschool de Berenburcht, de beste school is voor hun kind. Scholen verschillen steeds meer, in de manier van werken, in sfeer, in resultaten en scholen hebben verschillende kwaliteiten. Wij willen in deze gids een duidelijk beeld geven van onze school. Daarbij gaat het om wat wij met ons onderwijs willen bereiken en welke rol leerlingen, leerkrachten, ouders en anderen hierin spelen. Deze gids is bedoeld voor ouders die nu kinderen op onze school hebben en voor ouders van toekomstige leerlingen. Aan wie al kinderen op school heeft, leggen wij in deze gids verantwoording af over onze manier van werken. Aan de andere ouders leggen wij uit wat zij mogen verwachten als hun kind een leerling van onze school wordt. De schoolgids wordt jaarlijks na aanvang van het nieuwe schooljaar op de website geplaatst en op verzoek uitgereikt aan alle ouders en natuurlijk aan nieuwe ouders bij inschrijving. Nieuwe ouders heten we van harte welkom. Ik wens alle leerlingen en ouders een boeiende, leerzame en plezierige tijd op de Berenburcht en reken op een goede samenwerking! Met vriendelijke groet Jos Dieleman (directeur)
5
1. De School. Naam school:
Openbare Basisschool De Berenburcht
Adres:
Langestraat 1 4501 BR Oostburg
Telefoon:
0117 – 453148
Postadres:
Postbus 53 4500 AB Oostburg
Email :
[email protected]
Website :
www.obsdeberenburcht.nl
Directeur :
Jos Dieleman
Onze school is van maandag tot en met vrijdag telefonisch te bereiken tussen 08.00 en 17.00 uur op telefoonnummer 0117 453148. Neem ook eens een kijkje op onze website : www.obsdeberenburcht.nl 1.1 Richting. De school is een openbare school. Onze school wordt bestuurd door de stichting Escaldascholen, openbaar primair onderwijs in de gemeente Sluis. De Stichting Escaldascholen is een stichting voor openbaar onderwijs. Dat houdt in dat op onze scholen alle kinderen, ongeacht geloof, huidskleur en afkomst welkom zijn. Wij zien openbaar onderwijs als ontmoetingsonderwijs: kinderen leren er met, van en over elkaar. Ze leren respect voor elkaar te hebben, mede als voorbereiding op hun functioneren als volwassene in de samenleving. Kwaliteit is het belangrijkste uitgangspunt dat wij hanteren. Escalda staat voor kwalitatief goed onderwijs aan alle kinderen, ieder met zijn of haar talenten en mogelijkheden. Wij willen dat kinderen zich optimaal ontwikkelen. Daartoe zetten wij alle middelen in. We onderwijzen met behulp van moderne lesmethoden, in goede gebouwen. En geven de kinderen een veilig en geborgen gevoel, de basis voor goed leren en presteren. Daartoe is de rol van de leerkrachten vanzelfsprekend essentieel. We zorgen er dan ook voor dat onze medewerkers:
Blijven leren en ontwikkelen (en daarmee blijven verbeteren) op lesgevend en opvoedend gebied;
6
Gebruik maken van bewezen didactiek (de wijze waarop wij kinderen iets leren) en nieuwe inzichten voor het leerproces.
Plezier hebben en houden in het werken met kinderen.
De goede en intensieve contacten met ouders en/of verzorgers als cruciaal ervaren om gezamenlijk voor de kind(eren) te zorgen.
De Escaldascholen in de gemeente Sluis werken eendrachtig samen aan datgene waar de scholen voor staan: kwalitatief goed onderwijs (blijven) verzorgen voor onze doelgroep, de kinderen en hun ouders. Eén van de voorwaarden om leerlingen tot goede prestaties te brengen is het creëren van een veilig schoolklimaat. We werken aan een leer- en werkomgeving waarin leerlingen, personeel en ouders zich veilig en prettig voelen. De Escaldascholen staan synoniem voor kwaliteit, warmte, orde en regelmaat. Waarbij normen en waarden belangrijke rol spelen. Zaken waar we voor staan en op mogen worden aangesproken. Openbare scholen zijn toegankelijk voor alle kinderen zonder onderscheid van godsdienst of levensbeschouwing. Het openbaar onderwijs draagt bij aan de ontwikkeling van de leerlingen met aandacht voor de levensbeschouwelijke en maatschappelijke waarden zoals die leven in de Nederlandse samenleving. 1.2 Directie Directeur:
Jos Dieleman.
1.3 Situering De school is gevestigd in het centrum van Oostburg. We zijn in het schooljaar 2014-2015 tijdelijk ruim gehuisvest in voormalig cultureel centrum De Hoekzak. In dit jaar vindt de bouw van de nieuwe school plaats. In oktober 2015 verhuizen we naar onze nieuwe school. De kleutergroepen kunnen gebruik maken van een eigen speel/gymlokaal. Ook hebben we naast de klaslokalen de beschikking over een zeer ruime hal en verschillende kleinere ruimten voor gesprekken met externen en/of ouders en gebruiken we deze ruimten om individueel met leerlingen te werken. 1.4 Schoolgrootte Aantal leerlingen: 102 (1 oktober 2014) Aantal leerkrachten: 9 Er zijn bij de start van het schooljaar in augustus 8 groepen in 6 klassen Onderbouw: groep 1 en groep 2 (afsplitsing na nieuwe instroom kleuters) Middenbouw: groep 3, 4 en 5/6 Bovenbouw: groep 7 en groep 8
7
2. Waar de school voor staat. 2.1 Uitgangspunten. “Niet apart maar samen” Als openbare basisschool werken we al jaren vanuit het thema ‘niet apart maar samen’. Dit uitgangspunt van openbaar onderwijs hebben we tijdens verder uitgewerkt in een aantal regels die we op onze school als team willen hanteren. We hebben specifiek voor dit onderwerp gekozen, omdat er grote maatschappelijke belangstelling is voor ‘normen en waarden’ en ‘moraal’ in onze samenleving. Concreet vind je dit terug in thema’s als pesten en zinloos geweld, die niet alleen in het onderwijs, maar ook breder maatschappelijk in de belangstelling staan. Omdat we onze verantwoordelijkheid als school ook willen invullen, hebben we gezocht naar concretiseringen voor onze school, die voor ouders, leerlingen en leerkrachten duidelijk en ‘naleefbaar’ zijn. Als team hebben we vijf leefregels voor school geformuleerd:
We streven naar een lichamelijk en geestelijk veilige omgeving We accepteren elkaar ongeacht achtergrond We accepteren en waarderen ieders prestaties We streven naar een situatie waarin leerlingen verantwoordelijkheid nemen Zelfredzaam gedrag wordt gestimuleerd
We vinden dat iedereen op OBS De Berenburcht vanuit deze leefregels moet (proberen te) werken. Een aantal regels gaat uit van het ‘accepteren’. Ter verduidelijking hebben we geprobeerd dit begrip nog verder uit te werken. Accepteren betekent voor ons:
Luisteren naar elkaar Niet uitlachen Elkaar in waarde laten Rekening houden met elkaar
We vinden het belangrijk dat de kinderen hun persoonlijke mogelijkheden kunnen ontplooien. Naast de sociale, creatieve en emotionele ontwikkeling van het kind bieden we het onderwijs zo aan dat een zo hoog mogelijk niveau wordt bereikt voor het volgen van voortgezet onderwijs. Maar ook houdt ons onderwijs rekening met de individuele verschillen tussen kinderen en verzorgen we extra hulp.
8
Het basisonderwijs op OBS De Berenburcht: - is bestemd voor kinderen vanaf de leeftijd vanaf 4 jaar - is zodanig ingericht, dat de leerlingen binnen een tijdvak van 8 aaneensluitend jaren de school kunnen doorlopen. - legt mede de grondslag voor het volgen van aansluitend voortgezet onderwijs. - is zodanig ingericht dat de leerlingen een ononderbroken ontwikkelingsproces kunnen doorlopen. - is afgestemd op de voortgang in de ontwikkeling van de leerlingen. - gaat er mede vanuit dat de leerlingen opgroeien in een multiculturele samenleving. - wordt gegeven met eerbiediging van ieders godsdienst of levensbeschouwing.
3. De organisatie van het onderwijs. 3.1 De organisatie van de school Het onderwijs op onze school is bestemd voor kinderen vanaf 4 jaar. De basisschool is geen eindonderwijs. Het onderwijs legt de basis voor het volgen van alle soorten onderwijs die op de basisschool aansluiten. Op onze school worden de kinderen ingedeeld in vaste groepen. Bij hun eigen groep horen vaste leerkrachten. Deze verzorgen ook de contacten met de ouders over de kinderen. De klasgrootte ligt ongeveer tussen 15 en 25 leerlingen. Vanaf groep 3 krijgen de leerlingen dezelfde basisleerstof aangeboden. De werkwijze in de klas is er op gericht dat er afhankelijk van de mogelijkheden herhaald en verdiept kan worden. Bij problemen bij een bepaald vak wordt hieraan extra aandacht in de klas gegeven. Het team is hierin op het vlak van klassenmanagement extra geschoold, zodat kinderen in de klassensituatie aangepaste instructie ontvangen. Dit gebeurt in overleg met de intern begeleider. Indien hiertoe aanleiding is, wordt ook extra hulp buiten de klas verzorgd. De school heeft hiervoor een zorgsysteem ontwikkeld en gebruikt daarbij vooronder meer lezen, spelling en rekenen extra leermaterialen. Ook nieuwe computerprogramma’s worden hiervoor ingezet. De leerstof die in de verschillende groepen is behandeld, wordt getoetst. Als uit de toetsen blijkt dat een leerling de leerstof onvoldoende beheerst, kan dit gevolgen hebben voor de overgang naar een volgende groep. Eventuele besluiten hierover zullen genomen worden in goed overleg met de ouders. Na het doorlopen van groep 8 gaat het kind naar het voortgezet onderwijs. De schoolresultaten, aangevuld met het resultaat van de eindtoets Cito, bepalen welke schoolkeuze gemaakt zal worden. 3.2 De samenstelling van het team Op onze school hebben de teamleden de volgende taken: * Directeur Deze is belast met de dagelijkse leiding van de school. * Groepsleerkrachten De groepsleerkrachten zijn primair verantwoordelijk voor het werk in ‘hun’ klas.
9 Ze verzorgen de lessen en houden de vorderingen van de kinderen bij. Ook onderhouden zij de contacten met de ouders. In verband met specialisatie (muziek, lichamelijke opvoeding ) geven groepsleerkrachten ook les in andere groepen. * Leerkrachten Deze leerkrachten vervangen de groepsleerkrachten tijdens hun afwezigheid i.v.m. compensatieverlof of bapo. Een leerkracht heeft extra uren ter begeleiding van leerlingen met een extra financiering. * Intern begeleider Zij adviseert leerkrachten over het werk met de kinderen in de klas. Ook is zij verantwoordelijk voor de zorgactiviteiten in het kader van passend onderwijs. * ICT-coördinator Eén leerkracht is verantwoordelijk voor het systeembeheer van het computernetwerk. Zij onderhoudt ook de contacten met het systeembeheer. * Leerkracht godsdienst Eén leerkracht geeft algemene godsdienstlessen in de groepen 3 tm.8. 3.3 De activiteiten voor de kinderen. Het onderwijs in de onderbouw: Activiteiten in groep 1 /2 In de kleutergroepen wordt thematisch gewerkt. Voor het hele schooljaar worden thema’s gepland. In de thema’s bieden we de kleuters gelegenheid al spelend en handelend indrukken op te doen. Met de opgedane ervaringen kan de kleuter verbanden leggen en zich een wereldbeeld vormen met betrouwbare en bruikbare gegevens. Wij gaan uit van de totale ontwikkeling van de kleuter, maar de activiteiten in de thema’s hebben wel concrete leerdoelen. Het ontwikkelen van motorische vaardigheden, de waarneming, de sociaal-emotionele ontwikkeling, de taalontwikkeling, de reken-denkontwikkeling en de kunstzinnige vorming nemen een belangrijke plaats in. Bij het organiseren van activiteiten worden de methode Schatkist en Ik en Ko gebruikt.
10 Daarnaast worden voorlopers ingezet van de methoden die in de hogere groepen van onze school gehanteerd worden. Naast de themaweken hebben we tijdens het schooljaar ook enkele observatieweken georganiseerd. Gedurende deze weken worden de vorderingen van de kleuters geobserveerd en geregistreerd in het KIJK!-registratiesysteem. Tijdens de observatieweken wordt ook getoetst. Voor het toetsen van de reken-denkontwikkeling wordt gebruik gemaakt van de Cito-toets Rekenen en voor de taalontwikkeling van de Cito-toets Taal voor kleuters. Hoe ziet de dagindeling van een kleutergroep eruit? Bij de groepen 1/2 begint de dag meestal met een kringactiviteit. In deze kring worden allerlei activiteiten gedaan, zoals taalactiviteiten, muzikale activiteiten, voorbereidende rekenspelletjes, spelletjes om de waarneming te stimuleren. Daarna staat er zelfstandig werken met materialen op het rooster. In deze les zijn de kinderen bezig met materialen zoals puzzels, lotto’s, boeken, spelletjes, constructiemateriaal en werkbladen
Halverwege de ochtend wordt er gezamenlijk een kleuterhapje genuttigd. Daarna wordt er gebruikgemaakt van onze eigen gymzaal of bij goed weer, het kleuterschoolplein. We besteden veel aandacht aan gym- en spellessen. We hebben de beschikking over klim- en klautermateriaal, evenwichtsmateriaal, rijdend materiaal, ballen, hoepels, schommels, touwen enzovoort. Er wordt ook veel aan handvaardigheid gedaan. In het lokaal zijn hoeken ingericht, een huishoek en een winkeltje, een bouwhoek, een lees - schrijfhoek, een ’natte ’hoek met een watertafel en een zandtafel. Daarnaast werken de kleuters ook op de computer met een eenvoudig programma. Hierbij worden we door ouders geholpen. Maandelijks houden we een spelletjesmiddag met leerlingen van de bovenbouw.
11
Traktaties/verjaardagen Kinderen die jarig zijn, mogen in hun groep trakteren. Gezonde traktaties genieten de voorkeur, bijvoorbeeld een stukje worst, kaas of fruit. Het verjaardagsfeest van een leerkracht wordt per groep bekend gemaakt. Voor de verjaardag van ouders of grootouders mogen de kleuters op school een wensje maken. Graag tijdig door middel van een briefje aangeven wanneer uw kleuter iets wilt maken voor het familielid. 3.4 Het onderwijs in de groepen 3 tot en met 8: Taal/lezen: In groep 3 wordt gewerkt met de methode ‘Veilig Leren Lezen’. Door middel van kernwoorden worden de letters aangeleerd. Belangrijk in de beginfase is het samenvoegen van klanken tot woorden en omgekeerd (dus het opsplitsen van een woord in klanken). In de beginfase van groep 3 is het lees- en taalonderwijs geïntegreerd. Na enkele maanden worden werkboekjes gebruikt. Bij de leeslessen in de groepen 4 tm. 8 wordt gebruik gemaakt van de voortgezet leesmethode Estafette. De Avi-toets bepaalt het leesniveau van de kinderen. Voor de hoogste groepen staat een documentatiebibliotheek ter beschikking i.v.m. het maken van werkstukjes en het voorbereiden van spreekbeurten. Met ingang van dit schooljaar wordt voor Begrijpend lezen met de methode ‘Nieuwsbegrip’ gewerkt. Het doel van de lessen Nieuwsbegrip is het strategisch leren lezen van teksten. Het nieuws is een middel om bij de kinderen de interesse op te wekken om de tekst te lezen. De leerkracht speelt daarbij een belangrijke rol. Die doet in de Nieuwsbegriplessen namelijk hardopdenkend voor hoe het lezen van een tekst in je hoofd werkt. Daarbij wordt regelmatig gebruik gemaakt van het digibord. Elke week oefenen de kinderen met een strategie die ze bij de tekst kunnen gebruiken. Ze leren bijvoorbeeld dat ze eerst naar de titel en de plaatjes bij de tekst moeten kijken, voor ze de tekst gaan lezen. Wanneer je eerst voorspelt waar de tekst over gaat, begrijp je de tekst beter. Voorspellen is één van de vijf strategieën die leerlingen bij Nieuwsbegrip leren. Ze werken ook met een stappenplan.
12
Bij de taallessen wordt gewerkt met de methode ‘Taalactief ‘. Het onderdeel Taalspel houdt in: Luisteren, spreken, lezen, schrijven, individuele taalontwikkeling. De spelling van de Nederlandse taal wordt verwerkt in Woordspel (teksten verzorgen, leren van spellingsregels met als doel vlot en foutloos schrijven ).
Schrijven: Kinderen leren schrijven met de methode ‘Schrijven in de Basisschool’. De leerlingen werken op dit moment tot en met groep 6 met deze methode. Rekenen: Er wordt gewerkt met de realistische methode ‘Pluspunt’. Groep 3: Rondom allerlei thema’s worden de verschillende onderdelen behandeld; getalbegrip, optellen/aftrekken tot 20, structuren van getallen, vergelijken, handig tellen en verdubbelen. Groep 4: Getalbegrip tot 150 - optellen en aftrekken binnen en over het 10-tal heen, automatisering van de tafels 1 tm. 10, meten, tijd, ruimtelijk inzicht, plattegronden. Groep 5: Bevorderen inzicht in de getallenrij tot 1000, optellen en aftrekken onder 1000, cijferend optellen zonder onthouden, tafels 1 tm. 10, deeltafels 1 tm. 10 kunnen uitrekenen, delen in contexten, meten in millimeters, centimeters en meters, schatten, ongeveer rekenen, analoge klok (hele en halve uren, kwart voor en kwart over, vijf voor, tien voor), liter, kilogram, gram, staafgrafieken. Groep 6: Getallen tot 1000.000, cijferend rekenen, handig rekenen bijv. door te halveren en verdubbelen, breuken, omtrek, oppervlakte, metriek stelsel, grafieken, staafdiagrammen, verhoudingstabellen, coördinaten, bepalen van tijdsduur, relatie afstand/tijd, rekenen met geld in concrete situaties, afronden, schatten. Groep 7: Getalbegrip, de vier hoofdbewerkingen tot 1000.000, verhoudingen, breuken, kommagetallen, procenten, meten, grafieken, meetkunde, gebruik. van de zakrekenmachine. Groep 8: Getalbegrip (kommagetallen), hoofdrekenen (handig en schattend), vermenigvuldigen en delen met kommagetallen, kwantitatieve verhoudingen, verdere uitdieping van procenten en breuken, werken met de zakrekenmachine, ontwikkelen van maatgevoel, geld, tijd, tabellen en grafieken, meetkunde.
13 Aardrijkskunde: Er wordt gewerkt met de nieuwe methode ‘Geobas’. Vanaf jaargroep 5 is Geobas opgebouwd uit hoofdstukken. Elk hoofdstuk omvat een lessenserie met klassikale delen en gedeeltes voor zelfstandig werken. De nadruk ligt bij groep 5 op de eigen omgeving, plattegronden, kaartsymbolen, register, topografische kaart, het bos, het weer, veehouderij, licht en warmte, water, grondsoorten. Bij groep 6 komen de volgende onderwerpen aan de orde: Grondsoort en landschap, akkers en terpen, wadden, zand en veen, natuur en landschap, nieuwe wegen, vissers en polders, rivieren en kanalen, recreatie en verkeer, zee en polders, tuinbouw en techniek, poort van Europa, waterwerken in de Delta, fabrieken en industrie, bodemschatten en delfstoffen. In groep 7 komen landen en groepen landen van Europa aan de orde. Daarnaast is er aandacht voor: het weer en de klimaten, natuurverschijnselen, economische begrippen, milieu, internationale contacten o.a. EU en VN, kaartlezen. Groep 8 behandelt: de wereld in delen, de woestijn, savanne en steppe, water en olie, India, de tropen, China, Indonesië, Japan, Australië, Amerika, Mexico-Stad, tropisch oerwoud, LatijnsAmerika, een kleurrijke wereld. Geschiedenis: De methode “Wijzer door de Tijd” wordt ingezet voor het geschiedenisonderwijs. Dit is een compacte geschiedenismethode voor de groepen 5 tm. 8. De leerstof wordt verwerkt met gevarieerde opdrachten in het werkboek. Naast het leren van de basisstof is het belangrijk dat kinderen weten hoe je zelf nieuwe informatie op het spoor komt, met verschillende bronnen kunt omgaan en hoe je informatie kunt verwerken. In groep 5 wordt vnl. gewerkt rond het thema ‘tijd’; tijdwijzers, je eigen tijd, andere tijden, een kijkje in de tijd en de school heeft ook geschiedenis. Daarnaast ook aandacht voor oude en nieuwe huizen, kastelen, vervoermiddelen en nieuws. Groep 6 behandelt de prehistorie, de Romeinse Tijd, de Middeleeuwen. Ook thema’s als ‘het dagelijks leven’ en ‘reizen’. In groep 7 komen de ontdekkingsreizen, de 80-jarige oorlog, de Gouden Eeuw, vreemde werelden, een nieuwe wereld: Amerika, de revoluties en thema’s reizen en oorlog en vrede aan de orde. Groep 8 volgt hierop met de eeuw der koningen, het recht op een stem, de beide wereldoorlogen en de tijd ertussen, de wereld na 1945, de jaren ’60, verschillende besturen. Ook hier ter afsluiting thema’s oorlog en vrede en communicatie. Biologie/Natuur: Op onze school wordt de methode ‘Natuurlijk’ gebruikt. De groepen 3 en 4 werken ook rondom de onderwerpen van ‘huisje, boompje, beestje’, een programma van SchoolTV. In de groepen 5, 6 en 7 wordt er naast de methode ook gekeken naar de serie Nieuws uit de Natuur. Nadat het programma bekeken is, wordt het bijbehorende lesboekje behandeld. Deze serie sluit nauw aan bij de belevingswereld van de kinderen en behandelt allerlei actuele onderwerpen zoals: Waar woon ik, Herfst, Communicatie, Natuur en Namaak. Verkeer: Hiervoor wordt de nieuwste versie van de methode ‘Wijzer door het verkeer ‘ ingezet. Ook wordt gebruik gemaakt van de losse uitgaven ‘op voeten en fietsen’ en de ‘jeugdverkeerskrant’.
14 Groep 7 doet jaarlijks mee aan het praktisch en theoretisch verkeersexamen. De kinderen worden in de klas goed voorbereid op het verkeersexamen. Elk kind verlaat de school met het verkeersdiploma op zak! Muziek: Bij muziek wordt in alle groepen gewerkt met ‘Muziek, moet je doen’. Deze methode heeft een gevarieerd aanbod van liedjes. Daarnaast worden er in de bovenbouw ook hedendaagse populaire liedjes aangeleerd. Engels: De leerlingen in de groepen 7 en 8 werken met de Engelse methode ‘Groove.me’. Groove.me is een digibord lesmethode Engels. Het is de eerste complete lesmethode Engels waarbij muziek de basis is van alle lessen. De muziek die gebruikt wordt, is ‘echte’ muziek: bekende popsongs en eigentijdse hits. In de lessen wordt het thema van het liedje gebruikt om leerlingen Engels te leren, daarbij komen alle vaardigheden aan bod. De lessen beperken zich niet tot alleen de woorden uit het liedje, maar worden uitgebreid met woorden passend bij het thema.
Frans: Sinds 2010 krijgen de leerlingen van groep 8 ook Franse les. Dit staat niet vast op ons lesrooster maar bieden wij in de tweede helft van het schooljaar aan als extra voorbereiding op het voortgezet onderwijs. We maken gebruik van de methode ‘Eventail-junior’ en werken met het lesboek ‘En action’. De leerlingen krijgen een basis van de grammatica en conversatielessen, zodat ze op de middelbare school al wat vertrouwd zijn met het vak Frans. De materialen die gebruikt worden zijn: leerling boeken, een cd met luisteractiviteiten, een cd met Franse chansons, een spellenkoffer, wandplaten en materiaal voor het digibord. Computerles. Voor het computeronderwijs hebben we geen aparte methode. Het werken met de computer is geïntegreerd in de vakken. We beschikken over een netwerk met 10 computers in de hal. Ook staan er in elke klas enkele op het netwerk aangesloten computers. Bij het werken met de computers wordt voor de jongste groepen ook wel de hulp van ouders gevraagd. Juf Lilian Meesen is naast groepsleerkracht ook onze ICT coördinator, zij is het aanspreekpunt voor de computers op school, houdt de programma’s bij en onderhoudt de contacten met de systeembeheerder.
15
Techniek: Voor het vak techniek heeft de school het laatste jaar materialen aangeschaft waarbij verschillende technische gebieden aan de orde komen. Er vindt ook wel een combinatie plaats met handvaardigheid en tekenen. Ook wordt gebruikt gemaakt van de techniektoren. Expressie activiteiten: De lessen handvaardigheid, tekenen en textiel zijn gericht op het bevorderen van creativiteit, omgang met materialen (zoals papier, verf, lijm, textiel enz.), aanleren van verschillende technieken; thema’s zijn o.a. compositie, ruimte, licht, kleur, contrast, vorm.
Lichamelijke opvoeding: Alle leerlingen van groep 3 tm. 8 hebben 1,5 uur per week gymnastiek. In de lessen wordt aandacht besteed aan de verschillende bewegingsvormen zoals bijvoorbeeld rollen, klimmen, duikelen, springen met en zonder toestellen. Daarnaast zijn er lessen waarin allerlei spelvormen worden aangeleerd. Het accent ligt daarbij op samenspel en sociaal gedrag. De lessen lichamelijke opvoeding worden gegeven in Sporthal de Eenhoorn. Er wordt gewerkt volgens de methode ‘Bewegingsonderwijs’.
16
4. De zorg voor kinderen. 4.1 De opvang van nieuwe leerlingen in de school. Op verzoek krijgen nieuwe ouders de schoolgids, nieuwsbrieven, algemene informatie en de schoolkrant toegestuurd. Ook heeft iedere nieuwe ouder voordat zijn/haar kind de school bezoekt, een informatief gesprek met de directeur. In dit gesprek worden ouders op de hoogte gebracht van het onderwijs op onze school en is er ruime gelegenheid tot het stellen van vragen. Ook wordt er een rondleiding door de school gegeven en kan de sfeer in de verschillende groepen worden geproefd. Een kind van 4 jaar mag naar de basisschool. Voor deze tijd mag hij/zij al 5 hele dagen komen ter kennismaking. Spelenderwijs leren de jongste kinderen met elkaar omgaan en rekening houden met anderen. Ze doen activiteiten die passen bij hun ontwikkelingsniveau en interesses. Bij aanmelding van kinderen met leerlinggebonden financiering (de rugzak) zal in goed overleg afhankelijk van handicap of stoornis worden bepaald of het kind wel of niet toelaatbaar is op school. De mogelijkheden van de school en de verwachtingen van de ouders vormen hierbij het uitgangspunt. 4.2 Het volgen van de ontwikkeling van de kinderen in de school. In de klas De leraar is verantwoordelijk voor het aanbieden van een afgestemd leerstofaanbod en begeleiding in een veilige en uitdagende omgeving. Er wordt gedifferentieerd op drie niveaus m.b.t aanbod en instructie. Hoe dit gebeurt wordt beschreven in het handelingsgerichte groepsplan dat de leerkracht opstelt. Wanneer een leerling problemen heeft met de leerstof zal de leerkracht daar als eerste stap extra aandacht aan besteden binnen de groep. Hulp wordt in principe in de eigen klas door de eigen leerkracht gegeven. De extra zorg kent de volgende vormen: • verlengde instructie; • herhaling van leerstof; • verdieping van leerstof; • verminderen/vermeerderen leerstof; • kind gesprekken: individuele gesprekken waarin kinderen zelf hun kijk kunnen geven op de zorg. Wanneer dit niet het gewenste resultaat geeft, maakt de leerkracht een beschrijving van het probleemgebied met een analyse van wat wel en niet goed gaat, volgens een standaard formulier in Parnassys (administratiesysteem). Vervolgens wordt de betreffende leerling besproken met de intern begeleider. Interne begeleiding (IB) Juf Christianne Vermorken is op onze school de intern begeleider. Zij fungeert als klankbord voor de leraar en heeft een stimulerende en bewakende taakstelling t.a.v. het volgen van alle leerlingen. Binnen de consultatiegesprekken, die enkele malen per jaar worden gevoerd met de leerkracht, wordt samen gereflecteerd op de analyses en onderwijsbehoeften. De leerkracht en IB- er vertalen de voorgenomen aanpak naar het groepsplan voor leerlingen die iets extra’s nodig hebben. De leraar is eigenaar van het primaire proces en wordt hierin actief gecoacht
17 door de IB- er. Tevens is de IB-er verantwoordelijk voor het bewaken van de doorgaande lijn. Om processen goed te kunnen bewaken en waar nodig te ondersteunen, is het mogelijk dat de leerkracht en/of ouders vragen om de IB-er bij oudergesprekken aanwezig te laten zijn. Tijdens die bespreking wordt gekeken hoe de leersituatie het beste kan worden afgestemd op de leer- en onderwijsbehoeften van de leerling, zodat deze zich kan blijven ontwikkelen. Er wordt een doel gesteld; wat willen we bereiken door middel van aanpassingen in de instructie, de leerstof of de leertijd. Deze hulp vindt bij voorkeur binnen de groep plaats en wordt omschreven in het groepsplan. Indien de hulp ontoereikend blijkt dan wordt een individueel handelingsplan opgesteld. Het kind krijgt dan extra hulp binnen of buiten de groep. Er wordt altijd door de leerkrachten en de IB-er op een afgesproken datum geëvalueerd en gekeken of verdere stappen moeten worden ondernomen. Blijft het gewenste resultaat uit, dan kan (na overleg met de ouders) de hulp ingeroepen worden van de onderwijsbegeleidingsdienst of een andere instantie. Ook kan er contact gezocht worden met collega's uit het speciale basisonderwijs. Blijkt dat een kind zich niet kan ontplooien binnen het gewone basisonderwijs, dan kan er een onderzoek komen waarin bekeken wordt of het kind verwezen moet worden naar het speciale basisonderwijs. Een kind wordt daar pas toegelaten als alle mogelijkheden geprobeerd zijn. Van de leerlingen worden alle toets gegevens bewaard in ParnasSys (=Leerlingvolgsysteem) In een handelingsplan staat: - Een beschrijving van het leerprobleem; - Wat is het doel dat je wilt bereiken binnen een bepaalde tijd. - Welke materialen, leermiddelen je erbij gebruikt en op welke manier het wordt uitgevoerd. - Wie de begeleiding/instructie geeft en op welke tijd. - Wanneer en hoe geëvalueerd wordt. De evaluatie wordt eveneens met ouders besproken. Nagegaan wordt of de gestelde doelen zijn bereikt. Is voortzetting voor een volgende periode nodig, is er nader onderzoek nodig of kan de begeleiding worden beëindigd. Begeleiding buiten de groep is altijd tijdelijk en voor een bepaalde periode. Met ondertekening van het handelingsplan geven ouders hun goedkeuring aan de begeleiding van school. Een zorgdossier kan door ouders op school worden ingezien. Het dossier blijft altijd op school. Informatie uit het dossier wordt alleen met toestemming van ouders aan externe hulpinstanties doorgegeven. Wanneer het handelingsplan niet voldoende resultaat geeft, kan hulp van buitenaf wenselijk zijn. Voor externe hulp werkt de school samen met het Regionaal Pedagogisch Centrum Zeeland. De schoolbegeleider van het RPCZ heeft regelmatig overleg met de school en maandelijks worden leerlingenconsultaties, in de vorm van HGPD, gehouden. De betreffende leerkracht, intern begeleider en de schoolbegeleidster van het RPCZ bespreken de leerling. Uiteraard worden ouders over deze besprekingen geïnformeerd of worden zij betrokken bij de bespreking. Naast het geven van handelingsadviezen kan aanvullend onderzoek door de schoolbegeleidster tot de mogelijkheden behoren.
18 Doubleren Soms komt het voor dat de school u als ouders adviseert om uw kind in een bepaalde groep over te laten doen (doubleren). Het kind heeft het nodig om de aangeboden leerstof van dat schooljaar nog eens als herhaling te krijgen. Natuurlijk is doubleren geen besluit dat de school alleen neemt. Bij deze beslissing zijn de leerkracht, intern begeleider en uiteraard ook de ouders betrokken. 4.3 Het onderwijsaanbod aan meer- en hoogbegaafde kinderen Zoals er kinderen zijn die extra hulp en aandacht nodig hebben omdat zij wat meer moeite met de leerstof hebben, zijn er ook leerlingen die extra aandacht nodig hebben omdat de reguliere leerstof voor hen te weinig uitdaging biedt. Met een gestructureerd onderwijsaanbod willen we het mogelijk maken, binnen de basisschool, beter aan de ontwikkelingsbehoeften van meer- en hoogbegaafde leerlingen tegemoet te komen. Op onze school kiezen wij er voor om te spreken over “ pluskinderen”. In de groepen 3 t/m 8 wordt gewerkt met “Werken met Compacten”. Compacten wil zeggen dat de leerstof op hoofdlijnen wordt aangeboden en met minder oefenstof wordt verwerkt. Op deze manier komt er leertijd vrij om met extra verrijkende en verdiepende leerstof aan de slag te gaan. Methodetoetsen van de groep worden altijd meegemaakt met de groep, om een goed overzicht te houden op de ontwikkeling. Twee ochtenden per maand bieden wij de meer-begaafde kinderen van alle Escaldascholen de mogelijkheid om de verdiepingsklas te bezoeken in de Berenburcht. Meer- of hoogbegaafde kleuters hebben doorgaans een ontwikkelingsvoorsprong van meer dan een half jaar bij de Kijkregistratie. Het bronnenboeken “Compact en Rijk” wordt gebruikt om opdrachten aan te passen aan de onderwijsbehoeften van kleuters met een ontwikkelingsvoorsprong. Ook bestaat er binnen de methode Schatkist en extra aanbod voor de meer- begaafde kinderen. 4.4 Dyslexie Sinds 1 januari 2009 zit diagnostiek en behandeling van ernstige enkelvoudige dyslexie in het basispakket van de zorgverzekering. Om voor deze vergoeding in aanmerking te komen, moet er sprake zijn van enkelvoudige ernstige dyslexie. Dit wil zeggen dat er bij deze leerlingen, naast dyslexie, geen sprake mag zijn van een of meer andere stoornis(sen).De vergoeding van dyslexie geldt voor leerlingen die op of na 1 januari 2000 geboren zijn. Op school volgen wij de betreffende kinderen met het dyslexieprotocol. Ouders worden hiervan op de hoogte gebracht. Kinderen krijgen extra hulp en er wordt een individueel handelingsplan opgesteld. De school geeft aan wanneer het kind in aanmerking kan komen voor onderzoek en behandeling. De ouders melden hun kind vervolgens aan voor diagnostisch onderzoek en behandeling. De ouders zijn in principe vrij in de keuze van de diagnosticus/behandelaar waar zij het kind aanmelden. De school levert een onderbouwend dossier aan, ondertekend door de directeur van de school namens het bevoegd gezag, wat nodig is voor de aanvraag. Ook de schoolbegeleidingsdienst RPCZ is een instantie die dyslexie diagnosticeert en behandelt binnen de school.
19 4.5 Anderstalige kinderen Wanneer er een leerling op school komt die geen Nederlands spreekt, dan nemen we de eerste week de starttoets af van de methode Horen, zien en Schrijven. Na de starttoets is duidelijk of een kind al (enigszins) kan lezen, schrijven en rekenen en op welk niveau het kind zich bevindt. Waar mogelijk plaatsen we het kind het liefst in een groep met leeftijdsgenoten. Kinderen die nog niet kunnen lezen, volgen een technisch leesaanbod gedurende een jaar, conform leerlingen in groep 3. Om de kinderen de Nederlandse taal zo snel mogelijk te leren werken wij daarnaast ook met het NT2-programma Horen, Zien en Schrijven.
4.6 Verwijzing leerlingen met specifieke behoeften Het komt echter voor dat leerlingen zulke specifieke begeleidingsbehoeften hebben, dat zij aangewezen zijn op een vorm van Speciaal Basis Onderwijs. Door de wet is voorgeschreven dat een leerling niet zo maar naar het SBO kan worden doorverwezen. De basisschool zal moeten aantonen dat zij voor een langere periode structureel extra hulp heeft geboden, maar dat deze vorm van afstemming onvoldoende resultaat heeft. In dat geval kan het speciaal basisonderwijs een betere vorm van onderwijs zijn voor de betreffende leerling. 4.7 Passend onderwijs Passend onderwijs legt een zorgplicht bij scholen. Dat betekent dat zij er per 1 augustus 2014 verantwoordelijk zijn om alle leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben een goede onderwijsplek te bieden. Daarvoor werken reguliere en speciale scholen samen in regionale samenwerkingsverbanden. In onze klassen gingen leraren voor de invoering van passend onderwijs ook al om met verschillen tussen leerlingen. Bijvoorbeeld tussen intelligentieniveaus en leerstijlen, maar ook in onderwijs- en ondersteuningsbehoeftes. Omgaan met diversiteit is dan ook niet nieuw. Het maakt de lespraktijk uitdagend en boeiend, maar soms ook lastig. Voor leraren is de uitdaging om de verschillen te zien en te bedenken wat de leerling nodig heeft en daarop te anticiperen. Zij kunnen dat bijvoorbeeld doen door verschil te maken tussen instructies, werkvormen of in de manier waarop zij leerstof aanbieden. Visie/Beleid van school: Het beleid van onze school is dan ook gericht op onderwijs aan kinderen met verschillende onderwijsbehoeftes. We willen zoveel mogelijk rekening houden met verschillen tussen kinderen. Dit houdt in dat we ons onderwijs ook willen afstemmen op de onderwijsbehoeften van een kind met een handicap. De uitgangspunten van adaptief onderwijs staan daarbij
20 centraal, dat wil zeggen dat we de drie basisbehoeftes van leerlingen als centraal uitgangspunt in onderwijs opgenomen hebben: behoefte aan relaties, competentie en autonomie. De ouders die bij ons op school een kind met een handicap aanmelden, zullen we vanuit die positieve intentie benaderen. Dat wil zeggen dat we zo nauwkeurig mogelijk zullen nagaan wat de mogelijkheden van onze school zijn voor het verzorgen van onderwijs aan deze leerling. We gaan bij het onderzoeken naar de mogelijkheden uit van de volgende uitgangspunten: Een kind heeft recht op integratie in het reguliere basisonderwijs. Ouders hebben keuzevrijheid bij het kiezen van een school. De afweging of de school wel of niet onderwijskundig in staat is om een leerling op te vangen, vindt plaats aan de hand van zo objectief mogelijke criteria, Daarbij gaat het in eerste instantie niet om wat het kind niet kan, maar om de mogelijkheden die er wel zijn. Alle afwegingen zullen we in een open communicatie met de ouders van de leerling bespreken. Voor elk individueel kind met een handicap, dat wordt aangemeld bij onze school bepalen we afzonderlijk wat voor mogelijkheden we hebben om het onderwijs aan dit kind op onze school te verzorgen. De zwaarte van de handicap in combinatie met de mogelijkheden van onze school spelen een rol bij de afweging. We zullen gebruik maken van externe ondersteuning, als we advies willen bij de afweging. 4.8 SoVa Training Sociaal emotioneel De leerlingen op de Berenburcht worden niet alleen op cognitief gebied gevolgd, maar ook sociaal-emotioneel. Wij doen dit met het digitale sociaal-emotionele leerlingvolgsysteem ‘Zien’. Hierin worden alle kinderen minstens 1 keer per jaar ingevoerd en wordt er gekeken naar betrokkenheid, welbevinden, sociaal initiatief, sociale flexibiliteit, sociale autonomie, impulsbeheersing, inlevingsvermogen. Vanaf groep 5 vult het kind zelf ook een vragenlijst in. Al deze gegevens samen worden aangevuld met de observaties van de leerkracht van alledag. Hierdoor ontstaat een compleet beeld van de sociaal-emotionele ontwikkeling van het kind. Als een kind behoefte heeft aan meer ondersteuning op dit gebied, dan kunnen verschillende personen/instanties hier een rol in spelen. Enkele jaren geleden zijn we gestart met SoVa-training (sociale vaardigheidstraining) binnen onze scholen van Escalda door een extern deskundige. De kosten voor de training worden gedekt door de verzekering. Jaarlijks kan er (bij voldoende aanmelding) gestart worden met een groep leerlingen die extra ondersteuning/training nodig hebben op het gebied van sociaal emotionele ontwikkeling. In overleg met de Intern Begeleider wordt de leerling hiervoor aangemeld. 4.9 Informatie aan gescheiden ouders Er zijn kinderen bij ons op school, waarvan de ouders niet bij elkaar leven. Wij vinden het belangrijk om beide ouders goed te informeren over de ontwikkeling van hun kind of kinderen. Voorwaarde is natuurlijk wel dat beide ouders zelf hun verschillende adressen kenbaar maken aan de directeur. Aan beide ouders wordt dan de volgende informatie verstrekt: deze schoolgids, het rapport en de uitnodiging voor de ouderavonden. Deze informatie wordt in tweevoud aan het kind meegegeven of aan de “andere” ouder toegestuurd. Als één van de ouders dit anders wil, kan hij of zij contact opnemen met de directeur en/of de leerkracht. Het originele rapport wordt altijd aan het kind verstrekt. Alle overige informatie wordt aan het kind in enkelvoud meegegeven.
21 Een verzoek om gegevens over het kind te verstrekken aan derden wordt altijd aan beide ouders gedaan. Rapport Alle kinderen in de groepen 1 tm. 8 krijgen 3x per jaar een rapport (groepen 1 en 2 twee keer per jaar). Voorafgaande aan de uitreiking worden de ouders uitgenodigd op school om over de vorderingen te praten. Natuurlijk kan er ook op andere tijden met de leerkrachten een afspraak gemaakt worden. 4.10 De speciale zorg voor kinderen met specifieke behoeften. Onder zorgverbreding verstaan we: de uitbreiding van maatregelen en activiteiten op school om een zo goed mogelijke zorg te garanderen voor de kinderen. Speciaal voor hen die specifieke pedagogische of didactische behoeften hebben. De intern begeleider ondersteunt de teamleden bij het werken met kinderen die extra zorg nodig hebben. Daarnaast neemt ze aanvullende toetsen af en werkt individueel met kinderen. 4.11 Activiteiten in kader van VVE-project: Enkele jaren terug is het VVE-project gestart. Het doel van het project is erop gericht een doorgaande lijn te hebben in het volgen en begeleiden van de ontwikkeling van jonge kinderen van 2 tot 7 jaar. Gezamenlijke activiteiten worden ondernomen tussen de peuterspeelzaal, het kinderdagverblijf, en de drie basisscholen. De ontwikkeling van de kinderen wordt geregistreerd via het Kijk! registratiesysteem. In het kader van deze samenwerking wordt nu gewerkt met de methodes Puk & Ko en Ik & Ko. 4.12 Overgang van kinderen naar het voortgezet onderwijs: In groep 8 krijgen de kinderen net als in de andere groepen 3x per jaar een rapport mee naar huis. Daarnaast maken de leerlingen de Cito-eindtoets. Na het maken van de Cito-eindtoets worden alle leerlingen aan de hand van het leerlingvolgsysteem door de leerkrachten van groep 7,8 en de directeur besproken. Voor ieder kind wordt een advies geformuleerd voor plaatsing in een bepaalde brugklas. Zodra de uitslag van de Cito-eindtoets bekend is, volgen er een aantal contactavonden met de ouders. Tijdens dat gesprek worden de resultaten van de toets en het advies van de school besproken. De kinderen kunnen na groep 8 in een vmbo (b/k)/ ,vmbo(t)/havo of havo/vwo brugklas geplaatst worden. Ook kan leerwegondersteunend of praktijkonderwijs aan de orde zijn. Het voortgezet onderwijs in Oostburg organiseert ieder jaar in januari een open avond voor de ouders van de leerlingen van groep 8. Nadat de leerling aangemeld is bij het voortgezet onderwijs vindt er een gesprek plaats tussen de brugklascoördinator en de groepsleerkracht van groep 8. Wanneer de leerlingen in de brugklas van het voortgezet onderwijs zitten, is er in november weer een gesprek tussen de brugklasmentor en de groepsleerkracht van de basisschool.
22 4.13 Naschoolse activiteiten. Regelmatig vieren we met de kinderen feest. Elke leerling die jarig is, krijgt op school feestelijke aandacht, de meeste kinderen trakteren in de klas en mogen de klassen rond. Ook de verjaardag van de groepsleerkracht wordt in elke klas gevierd. De gehele school doet mee aan de Sinterklaasviering, met als jaarlijkse hoogtepunt het bezoek van Sint en Piet. De groepen 1 t/m 5 krijgen een cadeautje. Vanaf groep 6 vieren de kinderen het feest met surprises, die ze voor elkaar maken (nadat er lootjes zijn getrokken). We vragen jaarlijks een eigen bijdrage voor het sinterklaasfeest van 5 euro per kind. De activiteitencommissie vult het bedrag aan tot 8 euro. Tijdens de kerstperiode staat in alle klassen een kunstkerstboom (i.v.m. allergieën) en kleden ouders, team en leerlingen de hele school sfeervol aan. Het kerstfeest vieren wij in de klas. Er wordt een verhaal verteld met aansluitend een kerstbuffet mede mogelijk gemaakt door ouders.
Jaarlijks vieren wij Pasen met een paasontbijt. Ook besteden we aandacht aan andere speciale dagen, zoals Moeder- en Vaderdag, Bevrijdingsdag, Koningsspelen, Prinsjesdag, Dierendag en de Kinderboekenweek.
We gaan ieder jaar op schoolreis. Het karakter is vooral ontspannend, als bestemming kiezen we onder meer uit Bellewaerde, Plopsaland, Bobbejaanland of Walibi. De groepen 1, 2 en 3 gaan meestal iets dichter bij huis op schoolreis, ze bezoeken dan meestal een speeltuin zoals het
23 Krekeltje, Pierewiet of een attractie op Walcheren. Groep 8 heeft jaarlijks een driedaags kamp naar Brugge.
Op gezette tijden zijn er voor alle groepen excursies naar bijvoorbeeld natuurreservaten, musea, bedrijven, kinderboerderij en de bibliotheek.
De Berenburcht neemt in schoolverband deel aan de avondvierdaagse, de schoolzwemkampioenschappen en het schoolvoetbal.
24
5. De Leraren. 5.1 De wijze van vervanging bij ziekte, studieverlof en scholing. Als een leerkracht ziek is, of om een andere reden afwezig is, wordt getracht een vervanger te vinden. Leerkrachten kunnen vanaf 57 jaar gebruik maken van de bapo regeling (dagdeel verlof). De vervanging hiervoor wordt intern opgelost, waarbij er naar wordt gestreefd niet meer dan twee vaste leerkrachten per groep in te zetten. Uitzonderingen vormen onvoorziene omstandigheden, als ziekte e.d. 5.2 De begeleiding en inzet van stagiaires van Pabo’s: Op onze school lopen regelmatig leerlingen stage van de Hogeschool Zeeland afd. Pabo (Vlissingen) en het ROC Scalda (Terneuzen). Zij kunnen in alle groepen worden geplaatst en voeren de opdrachten uit die zij meekrijgen vanuit de Hogeschool, ROC, of van de groepsleerkracht. De groepsleerkrachten zijn verantwoordelijk voor de begeleiding van de stagiaires; de directeur is eindverantwoordelijk. De contacten met de Pabo en het ROC worden onderhouden door de directeur. Deze is tevens opleidingsmentor voor de Escaldascholen. 5.3 Scholing van leraren: Nascholing is een vorm van scholing, gegeven aan leden van het personeel om hun kennis, inzicht, vaardigheden en beroepshoudingen direct verband houdend met de uitoefening van hun beroep te verdiepen en uit te breiden. Ook zal in het schooljaar ’15 -’16 gebruik gemaakt worden van ‘nascholing op maat’. Dit betekent dat er nascholing gevolgd wordt die specifiek op onze school of de Escaldascholen is gericht. De onderwerpen in dit schooljaar liggen op het terrein van ict, pedagogische tact onder enthousiaste leiding van Marcel van Herpen (Nivoz) en het leerlingvolgsysteem.
6. De ouders. 6.1 Het belang van de betrokkenheid van ouders We vinden het belangrijk dat ouders betrokken zijn bij de ontwikkelingen bij ons op school. Een goed contact tussen ouders en school is noodzakelijk. Door dit contact weten de ouders ook waar de leerkrachten en de kinderen op school mee bezig zijn. 6.2 Informatievoorziening aan ouders over het onderwijs en de school. Driemaal per jaar worden ouders de mogelijkheid geboden om op de contactavond over de vorderingen van de kinderen te spreken. De ouders worden dan mondeling op de hoogte gesteld. Tevens kunnen de ouders het werk van hun kinderen bekijken. In groep 8 zal op de tweede contactavond de cito-eindtoets en het advies voor het voortgezet onderwijs besproken worden.
25 Ook buiten de contactavonden om is het team graag bereid om met u over uw kind te spreken als daar aanleiding toe is. Er kan dan altijd een afspraak gemaakt worden. In de eerste schoolweek hebben de ouders de mogelijkheid om een uur in te lopen. Ze worden dan door hun kinderen bijgepraat over de activiteiten in de groep. In september wordt een informatie avond voor ouders gehouden. Tijdens deze avond geven de groepsleerkrachten in de eigen klas uitleg over het werk en de verschillende activiteiten van hun groep in het schooljaar. Ook bestaat dan natuurlijk de gelegenheid om hierover vragen te stellen. Later in het schooljaar worden “open ochtenden” gehouden. Alle ouders kunnen dan vrij de groepen tijdens de lessen bezoeken. Verder worden de ouders op de hoogte gehouden door informatie in de maandelijkse nieuwsbrief en de schoolkrant, welke drie keer per jaar verschijnt. Ook worden er bij tussentijdse veranderingen nieuwsbriefjes meegegeven. Nieuwsbrieven zijn, evenals berichten en foto’s van verschillende activiteiten ook terug te vinden op de website van school. De school verzendt berichten, nieuwsbrieven e.d. ook via email naar de ouders. 6.3 Medezeggenschapsraad. De taken en bevoegdheden van de medezeggenschapsraad zijn nauwkeurig omschreven in het reglement. De medezeggenschapsraad op onze school bestaat uit 6 leden. Drie leden worden gekozen uit en door de ouders, drie leden worden gekozen uit en door het personeel van de school. Elk jaar treedt een gedeelte van de raad af volgens een rooster van aftreden en worden nieuwe verkiezingen uitgeschreven. Voor de oudergeleding worden deze verkiezingen gehouden in september. In dezelfde periode wordt tijdens een personeelsvergadering de verkiezing gehouden voor de personeelsgeleding. De medezeggenschapsraad geeft adviezen en neemt besluiten over onderwerpen die met het beleid van de school te maken hebben. Dit kan gaan over bijv. de vakantieregeling, de inzet van personeel, sollicitatieprocedures enzovoort. Medezeggenschapsraad 2015-2016 Oudergeleding. Dhr. Marcel Prins (voorzitter) tevens lid namens de oudergeleding in de GMR Dhr. Jarno Verheije, Mevr. Anita van Ruijven-Bekers Personeelsgeleding: Mevr. Lilian Meesen (secr.) Mevr. Conny Tanghe, lid namens de personeelsgeleding in de GMR Mevr. Ina Verhage Dhr. Jos Dieleman (adviserend lid). 6.4 Activiteitencommissie. De activiteitencommissie bestaat uit ouders en leerkrachten. Deze commissie organiseert allerlei activiteiten op school, zoals Sinterklaasfeest, kerstfeest, Feestavond, Berenburchtdag, Paasontbijt, Winterwondertocht, laatste schooldag, avondvierdaagse, etc. Ook de ouderbijdrage wordt door de activiteitencommissie beheerd. In de maand september worden de verkiezingen gehouden. Op de ouderavond in september worden de verschillende activiteiten en het financieel overzicht besproken.
26 Activiteitencommissie leden 2015-2016 Oudergeleding. Mevr. Jacquelin Spijkerman (voorz.) Mevr. Mariska de Back (secr.) Mevr. Rixta de Bode (penningm.) Mevr. Indhra Prins, Mevr. Bianca Schenkelaars, Mevr. Madelon de Feijter Mevr. Nathalie van Hanegem Dhr. Tom van den Bossche Dhr. Werner Verpoorten Personeel: Mevr. Angela Jansen Mevr. Ruth Verheije Mevr. Evelien Helfferich De namen van de leden van de medezeggenschapsraad en de activiteitencommissie worden in elke uitgave van de schoolkrant vermeld. 6.5 Ouderbijdrage. Van alle ouders wordt een vrijwillige bijdrage verwacht om allerlei activiteiten te kunnen uitvoeren. Zonder deze bijdrage kan een aantal van deze activiteiten niet doorgaan. De bijdrage voor het ouderfonds bedraagt: € 20, = per kind. Uw bijdrage kunt u overmaken op: St. Vrienden vd Escalda-scholen-ouderbijdrage Oostburg Rekeningnr. P7541521 Vermeld hierbij naam + groep van uw kind. Penningmeester van de activiteitencommissie is mevr. Rixta de Bode. In de maand september wordt, na de jaarvergadering, voor het voldoen van de vrijwillige ouderbijdrage een briefje meegegeven. 6.6 Andere ouderhulp. Naast de ouders in de medezeggenschapsraad en activiteitencommissie zijn ouders actief bij de begeleiding van kinderen. Tijdens de creatieve middag helpen ouders met textiele werkvormen; ook wordt er geholpen bij computeronderwijs in de onderbouw. Verder wordt er begeleid bij het schoolvoetbaltoernooi, de avondvierdaagse, sportdag, schoolreizen schoolkamp en excursies. Ook helpen de ouders van de kleuters bij het schoonmaken van het kleutermateriaal op het eind van het schooljaar. 6.7 Klachtenprocedure. Het team van de school streeft naar een open contact met de ouders van de leerlingen. Indien u vragen heeft, kunt u zich altijd wenden tot de groepsleerkracht van uw kind. In een gesprek wordt er naar gestreefd om een bepaald probleem op te lossen. De ervaringen geven aan dat dit meestal ook wel lukt. Als een gesprek met de leerkracht geen oplossing biedt, kunt u hierover altijd met de directeur spreken. Desondanks kan het gebeuren dat u niet tevreden bent over de school.
27 Wanneer zich een dergelijke situatie onverhoopt voordoet, verzoeken wij u deze ontevredenheid aan ons kenbaar te maken. U stelt ons dan in staat de oorzaak van deze ontevredenheid weg te nemen. Hoe dient u een klacht in? U kunt mondeling of schriftelijk een klacht indienen bij de school. Wij vragen u de volgende gegevens aan ons door te geven: uw naam en contactgegevens, verder een omschrijving van de klacht. Behandeling van uw klacht: Het kan zijn dat u telefonisch een klacht aan ons doorgeeft, en dat wij deze direct kunnen afhandelen. In dit geval is de klacht dan afgehandeld. In alle andere gevallen ontvangt u van ons binnen drie dagen een schriftelijke bevestiging van de ontvangst van uw klacht. De directeur wint inlichtingen in over uw klacht. Binnen twee weken (met uitzondering van de schoolvakanties) kunt u van ons een reactie verwachten. Afhankelijk van de aard van de klacht, nodigen wij u uit voor een gesprek of geven wij een gemotiveerde reactie. Wij streven naar een onderlinge oplossing van uw klacht. Niet tevreden met de klachtenafhandeling: Het kan zijn dat u het niet eens bent met de wijze waarop wij uw klacht hebben afgehandeld. U kunt zich dan wenden tot de Algemene Directie van de Stichting Escaldascholen. De Algemene Directie onderzoekt de feiten en geeft hierover een oordeel. Indien u het niet met het oordeel of de gevolgde aanpak van de Algemene directie eens bent, kunt zich wenden tot de Commissie Klachtbehandeling van de Stichting Escaldascholen, Postbus 1121, 4530 GC Terneuzen, telefoonnummer 0115 68 32 80, contactpersoon is mevrouw S. de Frel, secretaris. De commissie zal de feiten onpartijdig onderzoeken en geeft hierover een oordeel. Deze uitspraak heeft de status van advies waarna de Algemene Directie een beslissing zal nemen. Deze klachtenregeling dient in samenhang gelezen te worden met het gedragsgebied schoolouders, welke op school verkrijgbaar is. Naast de Klachtencommissie heeft de Stichting Escaldascholen ook een vertrouwenspersoon. Een beroep op deze vertrouwenspersoon kan worden gedaan wanneer de klacht betrekking heeft op: ongewenste (seksuele) contacten / lichamelijk geweld seksuele / geestelijk en/of fysieke intimidatie discriminatie op basis van geaardheid, huidskleur of geloof De vertrouwenspersoon is mevrouw M. Caljouw, werkzaam bij de Arbo Unie. Het bezoek adres is Klein Frankrijk 7a, 4461 ZN Goes. Telefoonnummer 0113-886637. (zie: ‘klachtenregeling primair onderwijs’ en ‘klachtenprocedure Escaldascholen’ op www.escaldascholen.nl)
28
7. De ontwikkeling van het onderwijs in de school. 7.1 Activiteiten ter verbetering van het onderwijs in de school. Nieuwe methoden. In het schoolplan heeft de school een overzicht gegeven van de voornemens die ze het komende jaar wil realiseren ter verbetering van het onderwijs. Een belangrijk onderdeel hierin vormen de methoden waarmee gewerkt wordt. Alle scholen moeten voldoen aan de kerndoelen. Dit zijn beschrijvingen van wat leerlingen in elk geval leren op de basisschool. Mede in verband met de aangepaste kerndoelen, maar ook met nieuwe ideeën en inzichten over kwalitatief goed onderwijs, zijn en worden nieuwe methoden aangeschaft. De laatste jaren is op een breed terrein vernieuwd; in dit schooljaar wordt met een nieuwe methode voor begrijpend lezen en Engels gewerkt. Voor kinderen die de Nederlandse taal nog niet (volledig) beheersen hebben we de nieuwste uitgave van de methode ‘Horen, Zien, Schrijven ingezet. 7.2 Nascholing. Bij het werken in de klas is natuurlijk de rol van de leerkrachten de belangrijkste. Zij verzorgen het onderwijs conform de kerndoelen en bieden dit de kinderen op een zo aantrekkelijk mogelijk wijze aan. Jaarlijks worden er door de teamleden cursussen gevolgd die o.a. worden verzorgd door RPCZ, Pabo en Seminarium voor Orthopedagogiek. Deze cursussen houden vooral direct verband met de praktijk in de klas. De laatste jaren vindt vooral nascholing met het hele team plaats. De te behandelen onderwerpen liggen op het terrein van teamontwikkeling. Dit schooljaar zal aandacht gegeven worden aan het coöperatief leren en verdieping ict onderwijs. 7.3 Leerlingvolgsysteem. Het Leerling-Onderwijs-Volg-Systeem (LOVS) Alle leerlingen van onze school worden opgenomen in ons leerlingvolgsysteem. De naam zegt het al, het is een systeem om leerlingen en ons onderwijs te volgen. Iedere leerkracht kan de toets gegevens van de leerlingen invoeren in de computer. We kunnen op deze manier de kinderen gedurende 8 schooljaren volgen en het onderwijs aan de groep of aan het individuele kind, hierop afstemmen. Het systeem biedt tevens de mogelijkheid om de verschillende schooljaren in beeld te brengen. Op deze manier kunnen we ook ons onderwijs evalueren en optimaliseren. De vorderingen van de leerlingen worden geregistreerd in het systeem Parnassys en besproken met de intern begeleider. Deze bespreekt de gegevens met de directeur. Ook de bij de methode behorende toetsen worden in Parnassys verwerkt. 7.4 Zorg voor de relatie school en omgeving. Contacten. Zwin College in Oostburg. Als de leerlingen na het doorlopen van groep 8 de school verlaten, gaan ze naar een vorm van voortgezet onderwijs. Het Zwin College in Oostburg is een scholengemeenschap voor lwoo, vmbo, havo, vwo.
29 De ouders van de leerlingen in groep 8 worden in november 2013 uitgenodigd voor een informatiebijeenkomst op school. Verder bestaat voor deze groep ouders de mogelijkheid om de ‘open avond’ van het Zwin College te bezoeken. De leerkracht van groep 8 heeft een aantal keer per jaar contact met de coördinatoren van het Zwin College. Regionaal Pedagogisch Centrum Zeeland (RPCZ). Deze schoolbegeleidingsdienst adviseert en begeleidt scholen op een breed terrein. Ook verzorgt men de nascholing voor leerkrachten. Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst Zeeland (GGD). Het preventief gezondheidsonderzoek 5- jarigen wordt niet meer op school uitgevoerd, maar op het servicepunt van de GGD Zeeland in Oostburg. Normaal gesproken gaat een kind slechts één maal in de basisschoolloopbaan naar een servicepunt. De kinderen worden opgeroepen op basis van het geboortejaar. Er wordt naar gestreefd kinderen zo dicht mogelijk rond 5,5 jaar op te roepen. De logopedische screening wordt op school uitgevoerd. De onderzoeken op indicatie (op verzoek van school en ouders) en de hercontroles zullen, indien de jeugdarts ze uitvoert, op het servicepunt plaatsvinden. Bij de 10-jarigen wordt een PGO afgenomen. Verder kan de GGD de school helpen op het gebied van gezondheidsopvoeding. Uit het ‘Open Aanbod’ met lesmaterialen en ondersteuning op het gebied van gezondheidseducatie kunnen scholen een keus maken. Verder zijn er jaarlijks nog veel contacten, o.a. nog contacten met: Scoop (instelling voor kunst- en cultuureducatie), de Hogeschool Zeeland, de Zeeuwse bibliotheek, de stichting Welzijn, de basisscholen en de gemeente Sluis.
8. De resultaten van het onderwijs. 8.1 Cijfers over specifieke zorg voor leerlingen. De vorderingen van de leerlingen worden regelmatig getoetst. De methoden die worden gebruikt, hebben vrijwel allemaal een toets die wordt afgenomen na het behandelen van een deel van de leerstof. De resultaten van deze toetsen worden door de leerkracht geregistreerd. Zoals aangegeven in hoofdstuk 7 gebruiken we voor een aantal vakken landelijk genormeerde Cito toetsen. Deze toetsen kunnen los van de methode worden gemaakt. De resultaten hiervan worden centraal verwerkt in het computerprogramma Leerlingvolgsysteem. Daarna worden ze in sub- teams besproken. Het is belangrijk dat we uit de toetsen kunnen lezen of individuele kinderen vooruit blijven gaan. Indien een kind bij een bepaald vak (m.n. op het gebied van lezen, spelling, taal, rekenen) problemen heeft, wordt door de intern begeleider aanvullend getoetst en wordt in samenspraak met de groepsleerkracht een aangepast hulpprogramma opgezet. De leerlingen krijgen dan enkele keren per week (afhankelijk van de problematiek) extra hulp in de klas of indien noodzakelijk buiten de klas. De leerlingen werken verder gewoon in de klas met de groep mee. Ook kan in de klas op dit specifieke vakgebied aangepast worden gewerkt. Indien mogelijk wordt er naar gestreefd om de leerlingen na een periode van intensieve extra hulp weer te laten meedoen met het programma van de groep.
30 Als het kind wel vorderingen maakt op een bepaald gebied, maar (nog) niet toe is aan het volledig volgen van het reguliere lesprogramma, wordt gedurende de tijd die noodzakelijk is, gewerkt met extra hulp en een aangepast programma. Er zijn in het schooljaar 2014 – 2015 15 kinderen begeleid tijdens deze extra hulp. Er hebben 3 leerlingen het advies gekregen dezelfde groep nog eens over te doen. 8.2 Vorderingen in basisvaardigheden. De vorderingen van de leerlingen worden periodiek getoetst en deze gegevens worden bijgehouden door de groepsleerkracht. Voor het toetsen van de reken-denkontwikkeling en taalontwikkeling worden de kinderen in de kleutergroepen in januari en juni getoetst. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de Cito-toetsen. De gegevens worden met de ouders op de contactavonden besproken en verwerkt in het leerlingvolgsysteem. Voor de bepaling van het niveau van technisch lezen wordt de Cito-toets afgenomen. De vorderingen op het gebied van spelling worden getoetst met de cito spelling toets. In groep 8 wordt begin februari de Cito-eindtoets afgenomen. Deze toetst op de onderdelen taal, rekenen, informatieverwerking en wereldoriëntatie. 8.3 Uitstroom van onze leerlingen. Het percentage leerlingen dat naar de diverse vormen van voortgezet onderwijs gaat, wisselt van jaar tot jaar enigszins. Het is mede afhankelijk van de samenstelling van groep 8. Bij de schoolkeuze voor het voortgezet onderwijs is het advies van de school belangrijk. Hierin hebben de leerkrachten van de hoogste leerjaren in samenspraak met de directeur een stem. Daarnaast wordt de uitslag van de Cito-eindtoets in het advies betrokken. Dit wordt met de ouders besproken door de groepsleerkracht van groep 8 in de maand maart. De gemiddelde gecorrigeerde cito schoolscore van onze groepen de laatste 3 jaren is: 536,8. Dit is boven het landelijk gemiddelde en jaarlijks een zeer constante uitslag. Aan het eind van het schooljaar 2013-2014 hebben 16 leerlingen na het doorlopen van groep 8 de school verlaten. De uitstroom hiervan was als volgt: 2 leerlingen hebben een advies gekregen voor vmbo (b/k) 4 leerlingen hebben een advies gekregen voor vmbo-tl 4 leerlingen hebben een advies gekregen voor havo 6 leerlingen hebben een advies gekregen voor vwo
9. Regeling school- en vakantietijden 9.1 Schooltijden. Groepen 1 en 2 maandag dinsdag woensdag donderdag vrijdag
8.45 - 12.00 en 13.00 - 15.15 8.45 - 12.00 en 13.00 - 15.15 8.30 - 12.15 8.45 - 12.00 en 13.00 - 15.15 8.45 - 12.00
31
Groepen 3 en 4 maandag dinsdag woensdag donderdag vrijdag
8.45 - 12.00 en 13.00 - 15.15 8.45 - 12.00 en 13.00 - 15.15 8.30 - 12.15 8.45 - 12.00 en 13.00 - 15.15 8.45 - 12.00
Groepen 5 tot en met 8 maandag 8.45 - 12.00 en 13.00 - 15.15 dinsdag 8.45 - 12.00 en 13.00 - 15.15 woensdag 8.30 - 12.15 donderdag 8.45 - 12.00 en 13.00 - 15.15 vrijdag 8.45 - 12.00 en 13.00 - 15.15 Het weektotaal van de groepen 1 tm. 4 is: 23 uur en 30 minuten. Het weektotaal van de groepen 5 tm. 8 is: 25 uur en 45 minuten. De groepen 1 tm. 4 hebben minimaal 880 lesuren en de groepen 5 tm. 8 hebben minimaal 1000 lesuren per jaar. 9.2 Vakantierooster 2015-2016 Herfstvakantie: Kerstvakantie: Voorjaarsvakantie: Paasvakantie: Meivakantie: Pinkstervakantie: Zomervakantie:
maandag 26 oktober tot en met vrijdag 30 oktober 2015. maandag 21 december 2015 tot en met vrijdag 1 januari 2016 maandag 8 februari tot en met vrijdag 12 februari 2016. vrijdag 25 tot en met dinsdag 29 maart 2016 maandag 25 april tot en met vrijdag 6 mei 2016. maandag 16 en dinsdag 17 mei 2016. maandag 25 juli tot en met vrijdag 2 september 2016.
Het vakantierooster en andere bijzondere vrije dagen wordt aan het begin van het schooljaar aan iedere ouder gemaild of uitgereikt. Het is ook te vinden op onze website. 9.3 Verlof leerlingen. Het uitgangspunt is dat ieder kind elke schooldag naar school gaat. De vakantie dient te worden opgenomen in de schoolvakanties. Verlof voor vakantie (verlenging) is vrijwel niet meer mogelijk. De enige mogelijkheid voor extra verlof voor vakantie is aangegeven in de wet (als de jongere - vanwege de specifieke aard van het beroep van één van de ouders - slechts buiten de schoolvakanties met hen op vakantie kan gaan). De directeur vraagt in dit verband om een werkgeversverklaring, waaruit blijkt dat een vakantie binnen de reguliere vakanties niet mogelijk is. Het moet de enige vakantie van de ouder(s) en het kind gezamenlijk in dat schooljaar betreffen. In dat geval kan een schriftelijk verzoek om extra verlof worden gedaan.
32 Aanvraagformulieren hiervoor zijn te verkrijgen bij de directie. De directeur beslist op het verzoek na overleg met de leerplichtambtenaar.
10. Overige Informatie 10.1 Overblijven De kinderen kunnen tussen de middag overblijven op school. Kinderen die op school eten, betalen per keer 1 €. Hiervoor kunnen ‘overblijfkaarten’ worden gekocht (van 10, 20 of 30 euro) De overblijfmoeders letten erop dat de kinderen aan tafel hun brood opeten en houden daarna (vanaf 12.15 uur) toezicht op het plein tot 12.45 voor de groepen 3 tm. 8 en tot 13.00 uur bij de kleuters. Voor inlichtingen: Daniëlle van Halst (06-51584698)
Toezicht. Er is dagelijks toezicht op het plein door de leerkrachten voor de groepen 3 tm. 8 van 8.30 - 8.45 uur (woensdag 8.15 - 8.30 uur), 10.15 - 10.30 uur en 12.45 - 13.00 uur. De overblijfkrachten houden tussen de middag toezicht op de overblijvers. Kinderen die thuis eten, mogen bij slecht weer vanaf 12.50 uur naar binnen. Bij het buiten spelen geldt: -
groepen 1 en 2 spelen op het kleuterplein. groepen 3,4,5,6,7,8 spelen op het grote plein. alle kinderen blijven op het plein.
10.2 Ziekte. Wanneer uw kind wegens ziekte de school moet verzuimen of om een andere reden de school niet kan bezoeken, dient dit voor schooltijd te worden doorgegeven. Met ouders van afwezige kinderen die niet zijn afgemeld wordt voor half 10 telefonisch contact opgenomen. 10.3 Contactavonden. U wordt twee maal per jaar (voor het 1e en 2e rapport) in de gelegenheid gesteld de vorderingen van uw kind met de groepsleerkracht te bespreken. Voor het 3e rapport kan dit op verzoek van ouders en/of leerkracht.
33 Natuurlijk bestaat ook de mogelijkheid om naast deze vastgestelde contactavonden met de leerkracht over uw kind te spreken indien dit wordt gewenst. Er kan dan een afspraak gemaakt worden met de groepsleerkracht. Voor de ouders van de leerlingen in groep 8 wordt op de 2e contactavond de uitslag van de Cito-toets en de aanmelding voor het voortgezet onderwijs besproken. Deze besprekingen zullen plaatsvinden in maart. 10.4 Ophalen kinderen. Veel ouders halen aan het eind van de morgen of dag hun kinderen op van school. De meeste ouders wachten op het plein. Toch wordt er ook wel voor het einde van de schooltijd gebruik gemaakt van de hal om te wachten. De hal wordt intensief gebruikt voor het computeronderwijs, groepswerk, lezen en is ook ons documentatiecentrum. Een groep wachtende ouders kan de aandacht afleiden van de kinderen en de leerkrachten die op dat moment nog met de lessen bezig zijn. En dat kan uiteraard niet de bedoeling zijn. We vragen dan ook van u om niet in de hal op uw kind te wachten. Na het eindigen van de lessen is er natuurlijk voldoende gelegenheid om de groepsleerkrachten te spreken. 10.5 Informatie Voor mededelingen vanuit school worden briefjes en de nieuwsbrief meegegeven, en wordt de schoolkrant gebruikt. Informatie wordt ook per e-mail naar ouders verzonden. De school maakt ook gebruik van Facebook. Informatie is ook vinden op de website www.obsdeberenburcht.nl . Hierop treft u ook foto’s van verschillende activiteiten aan. 10.6 Schoolreis De groepen 1,2 en 3 gaan 3 juli op schoolreis. Voor de groepen 4 tot en met 7 staat de schoolreis op 28 juni gepland (Beide data nog onder voorbehoud i.v.m. planning, vervoer, bestemming).
Groep 8 gaat van 29 juni tot en met 1 juli drie dagen op schoolkamp naar Brugge.
34 Voor de schoolreis en het schoolkamp kan gespaard worden. De kinderen kunnen op maandagmorgen hun bijdrage meenemen en aan de groepsleerkracht geven. Ook kan deze worden overgeboekt op: Bankrekeningnummer: NL92 RABO 0159422264 St. vrienden van de Escaldascholen, inz. Schoolreis Oostburg Postbus 53 4500 AB Oostburg Daarbij ook naam + groep van uw kind vermelden. De hoogte van de schoolreisbijdrage wordt bekend gemaakt, zodra de kosten duidelijk zijn. 10.7 Vrijstelling Op gronden van levensovertuiging of godsdienst kunnen kinderen op verzoek van de ouders vrijstelling krijgen van het volgen van lessen of activiteiten onder schooltijd. De kinderen zijn wel verplicht om op school aanwezig te zijn, tenzij het hier om bijzondere godsdienstige feesten gaat. Onder schooltijd zullen voor kinderen die vrijstelling hebben, vervangende onderwijsactiviteiten georganiseerd worden. 10.8 Verwijdering Leerlingen kunnen van school gestuurd worden, voor een tijdje: schorsing, of voorgoed: verwijdering. Meestal gebeurt zoiets alleen als een kind zich ernstig misdraagt. Men spreekt dan van wangedrag. De beslissing over verwijdering van een leerling wordt genomen door het schoolbestuur. Voordat zo’n besluit kan worden genomen, moeten eerst de groepsleerkracht, directie en ouders gehoord worden. Als het besluit eenmaal is genomen, mag het schoolbestuur de leerling niet onmiddellijk van school sturen. Het bestuur moet eerst proberen om een andere school voor de leerling te vinden. Alleen als dat niet lukt – en daar moet het schoolbestuur minimaal acht weken zijn best voor doen – mag de school de leerling de toegang tot de school weigeren. Als het schoolbestuur een leerling wil schorsen of verwijderen dan moet het bestuur daarover met de ouders overleggen. Levert dat overleg niets op, dan kunnen de ouders aan de onderwijsinspectie vragen om te bemiddelen. Blijft het schoolbestuur bij het besluit, dan kunnen de ouders schriftelijk bezwaar aantekenen. In dat geval moet het schoolbestuur binnen vier weken eveneens schriftelijk op dat bezwaarschrift reageren. Als het schoolbestuur dan nog vasthoudt aan het besluit om de leerling te verwijderen, dan kunnen de ouders in beroep gaan bij de rechter. 10.9 Sponsoring Voor het bedrijfsleven is een school aantrekkelijk voor sponsoractiviteiten. De jeugd is immers een boeiende doelgroep. Onderwijsorganisaties hebben hierover afspraken gemaakt, deze zijn neergelegd in een convenant. Het doel is dat scholen op een verantwoorde en zorgvuldige manier met sponsoring omgaan als ze daarmee te maken krijgen. Op onze school is op dit vlak nog geen echt beleid ontwikkeld. Indien in de toekomst sponsoring zich aandient zullen de mogelijkheden zorgvuldig worden afgewogen.
35 10.10 Gebruik gsm De tijd van de sociale media rukt natuurlijk ook op in de basisschool. Veel van onze leerlingen zijn in het bezit van een GSM/Smartphone. De school beschikt over een vaste telefoonaansluiting, zodat we altijd voor ouders bereikbaar zijn. De kinderen kunnen, als hiertoe aanleiding is, gebruik maken van de schooltelefoon. Het is dan ook kinderen niet toegestaan om mobiele telefoons mee naar school te nemen. Verzoeken voor uitzondering op deze regel in overleg met groepsleerkracht. 10.11 Data van activiteiten schooljaar 2015 – 2016 OBS De Berenburcht
1 september 7 september 22 september 23 september
26 tm. 30 oktober
Inloopmiddag voor ouders Controle hoofdluis Ouder/Info avond Kinderpostzegelactie groepen 7 en 8. Groep 1 en 2 VRIJ Nieuwsbrief Kinderboekenweek ‘Raar maar waar’ Groep 1 en 2 VRIJ Groepen 3 t/m 8 VRIJ i.v.m. verhuizing Herfstvakantie
9 november 10 november 16, 17, 18 november 27 november 1 december 2 december (o.v.b.) 7, 8, 9 december 10 december
Controle hoofdluis Nieuwsbrief Contactavond groep 1 en 2 Groep 1 en 2 VRIJ Nieuwsbrief Sint Viering Contactavond groepen 3 tm. 8 Rapporten mee.
16 december (o.v.b.) 17 december 18 december
Kerstviering vanaf 17.30 uur Schoolkrant nr. 1 Groepen 1 en 2 VRIJ Groepen 5 tm. 8 middag VRIJ Kerstvakantie
25 september 29 september 7 tm. 18 oktober 23 oktober 23 oktober (o.v.b)
21 december tm. 1 januari 11 januari 29 januari 2 februari 5 februari 8 tm. 12 februari 22 februari 22, 23, 24 februari
Controle hoofdluis Groep 1 en 2 VRIJ Nieuwsbrief Carnavalsactiviteit Voorjaarsvakantie Controle hoofdluis Contactavond groep 1 en 2
1 maart 17 maart 24 maart 25 tm. 29 maart 11, 12, 13 april 14 april 15 april
Nieuwsbrief OPA / OMA ochtend Nieuwsbrief Goede Vrijdag + Paasvakantie Contactavond gr. 3 tm. 7 Rapport mee Groep 1 en 2 VRIJ
19, 20, 21 april 21 april
Eindtoets groep 8 Schoolkrant nr. 2
25 april tm. 6 mei 16 + 17 mei 23 mei 31 mei 6 tm. 9 juni 10 juni 28 juni 28 juni (o.v.b) 29, 30 juni + 1 juli 4, 6, 7 juli 5 juli (o.v.b.) 6 juli
Meivakantie
11 juli 19 juli 20 juli 21 juli 22 juli
Pinkstervakantie Controle hoofdluis Nieuwsbrief Avondvierdaagse Groep 1 en 2 VRIJ Nieuwsbrief Schoolreis groepen 4 tm. 7 Schoolkamp groep 8 naar Brugge Contactavond groep 1 en 2 Schoolreis groepen 1 tm. 3 Alle leerlingen VRIJ i.v.m. studieochtend Contactavond op verzoek groepen 3 tm. 7 Afscheid ouders groep 8 Schoolkrant nr. 3 Viering ‘Laatste Schooldag’ Start zomervakantie: alle leerlingen vrij om 12 uur. Zomervakantie tm. 2 sep.
36
11. Namen Personeel
Dhr. Jos Dieleman (directeur)
Mevr. Christianne Vermorken (Intern Begeleider)
Mevr. Angela Erkelens-Jansen (groepsleerkracht groep 1,2)
Mevr. Evelien Helfferich-Hubregtse (groepsleerkracht groep 2 en 3)
Dhr. Werner van Pamelen (groepsleerkracht groep 4)
Mevr. Ina Verhage- van Hermon (groepsleerkracht groep 4 )
Mevr. Ruth Verheije-Cools (groepsleerkracht groep 5,6)
Mevr. Conny Tanghe (groepsleerkracht groep 7/8)
Mevr. Lilian Meesen (groepsleerkracht groep 7,8
Mevr. Yolande Jacobs (vervanging groepen)
Dhr. Thijs van Wijk (godsdienst)
37
Bestuur: Stichting Escalda Scholen Bezoekadres: Nieuwstraat 50, 4501 BE Oostburg Correspondentieadres: Postbus 35 4500 AA Oostburg Tel. 0117-450610 Algemeen directeur-bestuurder: Dhr. A.R. (Raymond) de Jong.