> COMMISSIE 1 ‘Leren binnenstebuiten’ en ‘Goed Gevoel op school’ 23 februari 2013 (12u45-14u35)
Voorzitter: Lora Hasenbroeckx Moderator: Nieke Nouwen (Vlaamse Scholierenkoepel ) en Dirk Lagast (Raad van de Vlaamse Gemeenschapscommissie) Verslag: Dirk en Nieke Commissieleden: 20 scholieren Bezoekers: 6 bezoekers
Thema 1: Leren binnenstebuiten 1. Scholieren willen: buiten les krijgen
Bij mooi weer op het grasveld: Het is beter voor de groepssfeer en op die manier leren leerlingen liever. Het bevordert het goed gevoel en de relatie leerkracht en leerling
Leerlingen naar buiten brengen kan eenvoudig. Het moet niet veel geld kosten. De Grieken kregen vroeger ook buiten les, waarom wij niet meer?
2. Scholieren willen: Buiten kunnen leren We leren niet alleen binnen de school maar ook daarbuiten. Hou hier rekening mee
Buiten de school leren is de toekomst
Door in contact te komen met de echte samenleving, leer je pas echte dingen De commissieleden geven een grote rol aan meer uitstappen in het onderwijs van de toekomst, niet alleen voor de fun, maar vooral omdat je hier daadwerkelijk meer leert en onthoudt. Ze halen enkele goede voorbeelden aan: - Een moeilijke passage bij wiskunde werd veel beter begrepen nadat een school een landmeetweek organiseerde. De leerstof werd onmiddellijk toegepast en getest. - We moeten verder gaan dan alleen bedrijfsbezoeken. Ook de culturele sector moet aandacht krijgen. - Buitenlandse uitwisselingen zijn erg leerrijk.
pagina 2 > 5
-
-
Trein der duizend: met leerlingen van heel Europa met de trein van Brussel naar Auschwitz. Dit was een zeer pakkende ervaring die echt bijbleef. Je school moet je laten zien hoe je met andere godsdiensten moet omgaan Uitstappen doen naar verenigingen die aan armoedebedeling doen. Zodat iedereen beseft dat niet iedereen het even gemakkelijk heeft in onze samenleving.
>Evenwicht tussen praktijk en theorie is belangrijk. Theorie in de praktijk zien zorgt ervoor dat je écht leert.
3. Scholieren willen: De buitenwereld ook meer binnen de schoolmuren. Binnen de schoolmuren moet je zaken leren die je buiten de schoolmuren ook echt kan gebruiken. Buiten de school leer je zaken die relevanter en actueler zijn. Dit zou binnen de school ook dringend een plaats moeten krijgen. De commissieleden halen enkele voorbeelden aan: -
Een vak waar je kan praten, discussiëren en creatief zijn. Sprekers uitnodigen en mensen uit het werkveld een les laten geven. ‘Leren leren’ en ‘goed leren plannen’ (bv. met mindmappen werken) Projectweek: In kleine groepjes een bepaald thema uitwerken, interviews afnemen met mensen die je interesses delen, een fijne band opbouwen met je eigen leerkracht, samenwerken Zuiddag: één dagje gaan werken in ruil voor geld voor een project in het Zuiden Een week bij een boer of in een fabriek gaan werken Sociale stage bij een rustoord om te kijken of dit je al dan niet ligt. Jobobservatiedagen Fysica en chemie zijn leuker en beter om te zien in praktijk: bv. in Technopolis, …
>De commissieleden zijn sterke voorstander van meer stages, ook in het aso. De leerstof zelf moet relevant zijn. Commissieleden moeten te veel vragen ‘Waarom moeten we dit kennen’? en vaak krijgen scholieren geen antwoord op deze vraag. Waarschijnlijk komt alles ooit eens van pas. Een brede kennis is belangrijk. Leerlingen vragen gewoon duidelijkheid hierover. 4. Nieuwe media? Als we het hebben over de school en de buitenwereld, moet er volgens de commissie ook gesproken worden over de rol van nieuwe media op school (tablets, smartboards, wifi, digitale leerplatfora, …). De commissie is hierover verdeeld: voor sommige commissieleden is dit van heel groot belang, andere commissieleden wijzen er op dat het niet voor alle leerlingen even eenvoudig is om te werken met deze nieuwe snufjes. Enkele argumenten ‘tegen’: -
Van een oude saaie leerkracht kan je ook leren Zijn de lessen wel écht beter?
pagina 3 > 5
-
Thuis zitten leerlingen altijd achter schermen (computer, tv, smartphone, …). De school zorgt voor een adempauze Moet je geen andere leermethode aanmeten? (bv. notitties nemen)
Enkele argumenten ‘voor’: -
Het maakt lessen leuker! Is eenvoudiger voor leerlingen met dyslexie Het is onze toekomst, als je een bedrijf binnenkomt dan is alles digitaal en met computers. De scholen zijn té ouderwets Een minder zware boekentas
. Digitaal is wel gemakkelijk en spreekt scholieren aan, maar voor de meeste leerlingen maakt het niet zo veel uit of de les op een smartboard of een gewoon bord geschreven staat. Scholen moeten wel de keuze geven aan leerlingen: een persoonlijke iPad toelaten moet je zeker doen en afwisseling bij verschillende vakken wordt geapprecieerd. Maar er moet altijd rekening gehouden worden met de kosten.
Voorstel plenair discussiepunt: “Buiten naar school halen en school naar buiten halen”!
De input van dit thema werd/wordt gebruikt voor: -
Advies over nieuwe en sociale media in de klas Visietekst Memorandum voor de Vlaamse verkiezingen in 2014 Standpunten over hervormingen secundair onderwijs
Thema 2: Goed Gevoel Voorbereiding discussie Wat verstaan de commissieleden onder “Je goed voelen op school”
Sfeer Geen verbod op religieuze symbolen – aanvaarding van het individu Recht van leerlingen respecteren Schoolgebouw Relatie leerlingen-leerkrachten
Anti-pestplan Werkdruk Inspraak Vooroordelen over richtingen Individuele begeleiding
Uit die begrippen worden drie thema’s geselecteerd die besproken worden in de commissie:
Anti-pestplan Aanvaarding van het individu Relatie leerlingen-leerkrachten
pagina 4 > 5
Discussie 1. Anti-pestplan
Vandaag beslist elke school individueel over de aanpak van pesten.
Niet elke school heeft een eigen anti-pestbeleid. Soms ontbreekt het aan ideeën. De (lokale) overheid zou hier ondersteuning kunnen bieden.
Moet er een algemeen anti-pestbeleid bestaan? Voor iedere school verplicht en hetzelfde
Een algemeen anti-pestbeleid is onmogelijk en werkt niet. Elke school heeft zijn eigen karakteristieken. Maatwerk is nodig.
Scholen zouden wel verplicht een anti-pestplan moeten hebben.
In plaats van een algemeen anti-pestbeleid, zouden er richtlijnen moeten worden gegeven waarin staat hoe een anti-pestbeleid er zou moeten uitzien.
Leerlingenbegeleiders moeten een belangrijke rol spelen in een anti-pestplan, door zich hier bijvoorbeeld in te laten specialiseren.
Niet alle leerlingenbegeleiders of leerkrachten zijn de meest aangewezen personen om gepeste leerlingen op te vangen. Er ontbreekt vaak een vertrouwensband. Waarom die rol niet toevertrouwen aan een leerling?
Soms worden leerlingen gepest door leerkrachten. Ook dat moet worden aangepakt.
Voorstel tot plenair discussiepunt: “Een school zonder pesten is onmogelijk” 2. Aanvaarden van het individu. Jezelf kunnen zijn op school is heel erg belangrijk voor de commissieleden en je godsdienst beleven valt daar ook onder.
Niet alleen religieuze symbolen moeten kunnen op school, ook kledij die verband houdt met allerhande jongeren- en subculturen moeten hun plaats hebben (bv. metal-shirts). Ieder individu moet zichzelf kunnen zijn.
Studies wijzen uit dat voornamelijk moslims gediscrimineerd worden op school. Het niet mogen dragen van een hoofddoek, is eigenlijk een verbod op het uitoefenen van je godsdienst. Dat is eigenlijk een schending van de mensenrechten.
Wanneer een school religieuze symbolen verbiedt, doet ze dat vaak om de leerlingen te beschermen. Een bepaalde kledij of bepaalde tekens leidt soms tot pestgedrag.
Soms geraakt de relatie met je leerkrachten verkoeld als je een hoofddoek begint te dragen
Er wordt vaak geschermd met het begrip neutraliteit om religieuze symbolen te verbieden. Neutraliteit herken je niet aan iemands kledij en zit ook niet in wie hij of zij is. Neutraliteit komt naar buiten in je gedrag.
pagina 5 > 5
Een school moet vooral investeren in het omgaan met verschillen en diversiteit. Diversiteit verbieden is gewoonweg absurd.
Voorstel plenair discussiepunt: : “Jezelf zijn op school moet altijd kunnen zonder anderen te hinderen.” De input van dit thema werd/wordt gebruikt voor: - Visietekst - Memorandum voor de Vlaamse verkiezingen in 2014 - Standpunt over religieuze kentekens op school
