Zorgbelang Drenthe. Actie- en activiteitenplan in het kader van het

Zorgbelang Drenthe

Actie- en activiteitenplan in het kader van het

STIMULERINGSPROGRAMMA WMO 2007

Datum: Auteur: Eindredactie:

oktober 2006 drs. H. Hollander drs. H. Hollander

Zorgbelang Drenthe Postbus 278 9400 AG Assen telefoon fax e-mail internet KvK

0592-243844 0592-243804 [email protected] www.zorgbelang-drenthe.nl 04062551 (RPCP Drenthe)

Inhoudsopgave 1.

Algemene inleiding Lokaal Centraal 2007

3

2.

Stand van zaken, najaar 2006 2.1 Achtergrond provincie Drenthe 2.2 Activiteiten Zorgbelang Drenthe 2.3 Wmo-pilot 2.4 Bovengemeentelijke samenwerking 2.5 Samenwerking met andere organisaties 2.6 Werkwijze Zorgbelang Drenthe 2.7 Accenten Zorgbelang Drenthe in 2007

5 5 5 5 6 6 6 7

3.

Activiteiten 2007 3.1 Deskundigheidsbevordering 3.2 Informatie en advies 3.3 Signalering 3.4 Programmacoördinatie

8 8 10 12 13

4.

Financiële samenvatting

14

Bijlage 1

Overzicht ontwikkelingsfases

15

2

1.

Algemene inleiding Lokaal Centraal 2007

Voor u ligt het werkplan Lokaal Centraal 2007 van Zorgbelang Drenthe. Dit werkplan is onderdeel van het driejarige landelijke stimuleringsprogramma Lokaal Centraal. Het stimuleringsprogramma heeft - zoals de naam al aangeeft - ten doel de lokale cliëntenparticipatie in het kader van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) te stimuleren. Voor dit programma heeft het ministerie van VWS voor de kalenderjaren 2006, 2007 en 2008 jaarlijks 2,5 miljoen euro ter beschikking gesteld. Dit geld wordt ter beschikking gesteld door middel van subsidies van het Fonds PGO. Het programma wordt uitgevoerd door de Zorgbelangorganisaties in de 12 provincies en in de regio Amsterdam. De brancheorganisatie Zorgbelang Nederland heeft een centrale stimulerende en coördinerende rol bij de uitvoering van het programma. Voor het gehele driejarig programma is een (landelijk) raamplan opgesteld. De integrale tekst van dit raamplan, inclusief de bijlage met de bijzondere aandachtspunten voor het kalenderjaar 2007 kan worden geraadpleegd via de website van Zorgbelang Nederland, www.zorgbelang-nederland.nl. Op deze website zijn ook alle provinciale werkplannen te raadplegen. Aan het raamplan 2006-2008 wordt met betrekking tot de ambities, de missie en taken van de Zorgbelangorganisaties het volgende ontleend: Ambities: Er is lokale cliëntenparticipatie waarbij in principe alle doelgroepen betrokken zijn; Er is effectieve belangenbehartiging mogelijk door “kwetsbare” burgers; Er zijn inhoudelijke criteria geformuleerd waaraan gemeentelijk beleid moet voldoen en op basis waarvan belangenbehartiging plaats kan vinden; Er is een krachtenveldanalyse uitgevoerd: er bestaat inzicht in de lokale samenwerkingspartners, zoals welzijnsinstellingen, vrijwilligersorganisaties, mantelzorgorganisaties; Er is kennis en gevoeligheid over het (politieke) proces verworven (resultaatgerichtheid); Participatie en belangenbehartiging sluiten aan op het gemeentelijk beleidsplan voor de negen verschillende prestatievelden; De voornemens van partijen zijn/worden ‘verankerd’ en gemonitord. Missie: Vanuit de unieke positie die Zorgbelangorganisaties hebben – te weten: sectoroverstijgend, dicht bij de burger, vertrekkend vanuit gebruikersperspectief – ontwikkelen, ondersteunen en versterken zij de integrale cliëntenparticipatie op lokaal niveau, waardoor (groepen van) zorggebruikers zelf of met lokale ondersteuning, in staat worden gesteld hun belangen te behartigen en aan beleidsbeïnvloeding te doen. Taken: - georganiseerde groepen en niet georganiseerde burgers van informatie voorzien. Aanzetten tot en stimuleren van participatie en betrokkenheid; - aanbieden van concrete ondersteuning dan wel het aanzetten van een lokale partner tot het aanbieden van die ondersteuning; - een bijdrage leveren aan het (doen) vormen van meningen en standpunten rond de Wmo prestatievelden; - samenwerken met andere partijen.

3

Accenten 2007 Het kalenderjaar 2006 stond in het teken van de invoering van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning. Vanaf 1 januari 2007, de datum van inwerkingtreding van de wet, gaat het om de uitvoering. In aanvulling op het raamplan zijn voor het jaar 2007 aandachtspunten benoemd. Aan deze punten zal op landelijk niveau en/of provinciaal niveau bijzondere aandacht worden besteed: - het (meer) betrekken van specifieke doelgroepen bij de lokale cliëntenparticipatie, in het bijzonder jongeren en allochtonen; - het (meer) betrekken van doelgroepen bij de lokale cliëntenparticipatie die op het lokale niveau onvoldoende in staat zijn tot participatie, bijvoorbeeld omdat zij over onvoldoende vertegenwoordigers op het lokale niveau beschikken of omdat zij communicatieproblemen ondervinden bij de participatie (bijvoorbeeld doven of visueel gehandicapten); - het gestructureerd vormgeven van de registratie van vragen, klachten en signalen over de uitvoering van de Wmo waarbij enerzijds kennis kan worden gedeeld om te voorkomen dat telkenmale het wiel wordt uitgevonden en anderzijds deze vragen en klachten ook kunnen leiden tot relevante signalen waar op lokaal, provinciaal of landelijk niveau actie op kan worden ondernomen; - het bieden van maatwerk bij de ondersteuning van de lokale Wmo-participatie, waarbij weliswaar gebruik wordt gemaakt van landelijk beschikbare kennis en instrumenten, maar de toepassing is afgestemd op het lokale niveau; - het ontwikkelen en toepassen van een instrument dat behulpzaam is bij het oplossen van meningsverschillen of samenwerkingsproblemen tussen participanten of cliëntorganisaties onderling; - het formuleren en valideren van prestatiecriteria voor effectieve cliëntenparticipatie; - het stimuleren van informele vormen van cliëntenparticipatie In dit werkplan kunt u lezen hoe door onze organisatie in 2007 aan deze ambities, missie en taken invulling zal worden gegeven. Voor meer informatie kunt u te allen tijde contact opnemen. Mw. drs. H. Hollander, Zorgbelang Drenthe, Postbus 278, 9400 AG Assen. Telefoon 0592-243844, e-mail: [email protected]

4

2.

Stand van zaken, najaar 2006

2.1 Achtergrond provincie Drenthe Drenthe is een overzichtelijke plattelands provincie met 12 gemeenten. Het aantal inwoners is 474.506. Er zijn twee steden met meer dan 100.000 inwoners, te weten Assen en Emmen. Hoogeveen en Meppel tellen respectievelijk 53.000 en 30.500 inwoners. De andere (plattelands)gemeenten bestaan uit een aantal kernen met kleinere dorpen er omheen. De 12 gemeenten, verenigd in de Vereniging Drentse Gemeenten (VDG), werken nauw samen bij de invoering van de Wmo.

2.2 Activiteiten Zorgbelang Drenthe In 2005 is Zorgbelang Drenthe, in samenwerking met Programma VCP Drenthe, begonnen met het organiseren van lokale werkconferenties ter vorming van gemeentelijk Wmo-raden. Daartoe zijn alle patiënten/consumentenorganisaties, contactpunten mantelzorg en het vrijwilligerswerk uitgenodigd. Verschillende modellen cliëntenparticipatie zijn besproken en steeds is gezamenlijk voor een bepaald model gekozen. Deze activiteiten zijn gefinancierd vanuit provinciale gelden. In het najaar van 2006 is het resultaat, dat er in alle 12 gemeenten een integrale Wmo-raad is. In 9 van de 12 gemeenten hebben de Wmo raden een eigen subsidie ontvangen, in 5 van de 12 gemeenten is de verordening Cliëntenparticipatie vastgesteld. De overige Wmo raden zijn daarover in overleg met de gemeenten. Alle gemeenten zitten in eind ontwikkel fase 3 en begin fase 4. Zie bijlage 1 voor een overzicht van de ontwikkel fases. Overal is gekozen voor een brede integrale opzet, met deelname uit de volgende groeperingen: ouderen, mensen met een beperking (LG, CZ en VG), sociale minima, gebruikers GGZ, cliëntenraden woonzorginstellingen, mantelzorg en zorgvrijwilligers. In sommigen Wmo-raden zijn ook de wijk/buurt/dorpsverenigingen, jeugdraden, allochtonen en diaconieën van kerken vertegenwoordigd. In 2007 wordt gewerkt aan uitbreiding met deze doelgroepen in overige Wmo-raden. Het speerpunt in 2006 was deskundigheidsbevordering. Daartoe zijn cursussen gegeven op lokaal, regionaal en provinciaal niveau: teambuilding, beïnvloeding gemeentelijk beleid, argumenteren/onderhandelen, presentatie/PR, vergadertechnieken en gebruik maken van ervaringsdeskundigheid. In 2007 wordt extra aandacht ingeruimd voor signalering. Zie 3.3.

2.3 Wmo-pilot Drenthe kent een Wmo-pilot. Deze wordt uitgevoerd in de gemeente Hoogeveen en richt zich op het prestatieveld ‘bevorderen van de participatie voor mensen met een beperking’. Het thema ‘civil society’, als een van de pijlers van de nieuwe wet, wordt binnen de pilot verder uitgewerkt. De gemeente streeft er naar de kwaliteit van het leven van mensen met een beperking zo groot mogelijk te laten zijn. Een ‘beperking’ kan zijn een lichamelijke, geestelijke of verstandelijke beperking, maar ook psychosociale beperkingen, die maken dat mensen eenzaam zijn of niet meer volwaardig kunnen deelnemen aan de samenleving. Met de pilot wordt dit streven op drie terreinen aangepakt: 1. Mensen met een beperking bewust maken van hun wensen en mogelijkheden en hen stimuleren zich in te zetten voor zichzelf en hun omgeving. 2. De sociale omgeving (de buurt) stimuleren en faciliteren een bijdrage te leveren aan het welbevinden van de wijk in het algemeen en van de buurtbewoners met een beperking in het bijzonder. 3. Het voorzieningen- en zorgaanbod in de wijk stimuleren en faciliteren ten einde aan te sluiten bij de wensen en behoeften van de mensen met een beperking. De pilot heeft een looptijd van 2 jaar en wordt uitgevoerd in een specifieke wijk. In deze wijk zijn weinig tot geen zorg- en welzijnsvoorzieningen. Zie ook www.hoogeveen.nl. Kopje Wmo, pilot titel Zuid Voor Elkaar.

5

Een aantal mensen uit de Wmo-raad Hoogeveen participeert actief in de voor deze pilot ingestelde werkgroep. Zij koppelen hun ervaringen terug en geregeld staat de pilot op de agenda van de Wmo-raad.

2.4. Bovengemeentelijke samenwerking De 12 gemeenten in Drenthe hebben in 2006 nauw met elkaar samengewerkt. Er werden zogenaamde halfproducten ontwikkeld die als basis dienden voor de gemeentelijke notities, zoals: loketfunctie, mantelzorg/vrijwilligerswerk. Hoe de samenwerking van de Drentse gemeenten er in 2007 gaat uitzien is nog onbekend. Door o.a. deze intensieve samenwerking van de gemeenten is sinds begin 2006 gekozen om alle Wmo raden ook provinciaal gezamenlijk te laten vergaderen in de vorm van het provinciaal Wmo-voorzittersoverleg waarbij voorzitters en secretarissen van alle Wmo-raden bij elkaar komen. Centraal staan discussies over algemene Wmo-aangelegenheden en het uitwisselen van ervaringen. Besproken onderwerpen zijn o.a. verhouding tot gemeente d.m.v. convenant of verordening, eigen status als vereniging of stichting, aandachtspunten voor eigen begroting en discussies over gemeenschappelijke onderwerpen als huishoudelijke verzorging, kwaliteitseisen huishoudelijke verzorging en te kiezen strategie naar de eigen gemeente. Dit gemeenschappelijk overleg heeft een versterkende werking voor de eigen lokale Wmo-raad. De VDG (Vereniging Drentse Gemeenten) is regelmatig aanwezig om op het Wmovoorzittersoverleg informatie te geven over het gezamenlijke Wmo-beleid binnen de VDG (bijvoorbeeld over de gezamenlijke aanbesteding van huishoudelijke zorg). De contacten waren aanvankelijk informerend van aard, inmiddels wordt onderzocht op welke wijze VDG en Wmo-voorzittersoverleg meer inhoudelijk kunnen samenwerken. De intentie hiervoor is door beide partijen uitgesproken. Door de contacten met de VDG en het voorzittersoverleg zijn Wmo raden beter in staat op lokaal niveau belangen effectief te behartigen doordat zij in een vroeg stadium op de hoogte zijn van de afspraken die gemeenten met elkaar onderling hebben gemaakt.

2.5 Samenwerking met andere organisaties Zorgbelang Drenthe werkt vanaf het begin van de Wmo-activiteiten samen met Programma VCP Drenthe. Ook zijn er in het najaar contacten gelegd met Lokale Versterking GGz. Zorgbelang Drenthe heeft vanaf het begin contact met het Drents Platform Mantelzorg en met de provinciale ondersteuningsorganisatie voor vrijwilligerswerk (SAS, Samenwerken Aan Samenhang) over de positie en inzet van mantelzorgers en zorgvrijwilligers in gemeentelijke Wmo-platforms. Ook is er contact met Verslavingszorg Noord Nederland en I2D (provinciale organisatie voor ondersteuning allochtonen) over de positie van deze doelgroepen in de Wmo-raden. Met de laatste organisatie wordt in het laatste kwartaal 2006 een viertal voorlichtingsbijeenkomsten georganiseerd om allochtone organisaties meer te betrekken bij de Wmo. In het kader van de pilot Hoogeveen wordt samengewerkt met STAMM-CMO. In Drenthe is ‘Lokaal in de Steigers’ niet actief. De landelijke informatie vanuit dit project wordt wel in Drenthe gebruikt.

2.6 Werkwijze Zorgbelang Drenthe Wij willen dat alle burgers voldoende zorg krijgen waar en wanneer zij die nodig hebben. Zorg van goede kwaliteit, die aansluit bij de wensen van de klant. Het woord “zorg” is voor Zorgbelang heel breed: zorg voor mensen die ziek zijn, voor mensen die lichamelijke, psychische of verstandelijke beperkingen hebben, voor mensen die niet meer thuis kunnen wonen. Maar ook: zorg voor mensen met een laag inkomen, zorg voor het wonen en de vrijetijdsbesteding van mensen met beperkingen, zorg voor elkaar wanneer iemand hulp van een ander nodig heeft, zorg voor jong en oud. Onze leidraad is: kwaliteit van leven, ook voor mensen die het tijdelijk niet, of niet meer geheel op eigen kracht kunnen redden.

6

Wat doet Zorgbelang Drenthe Ondersteuning Er zijn vele organisaties die zich op vrijwillige basis inzetten voor de belangen van mensen die zorg nodig hebben. Wij ondersteunen deze organisaties bij hun belangenbehartiging met faciliteiten, informatie en ondersteuning op maat. Belangenbehartiging en beleidsbeïnvloeding De beschikbaarheid en kwaliteit van zorg staan onder druk als gevolg van bezuinigingen en schaarste. Verbeteringen vanuit het perspectief van de zorgvrager zijn hard nodig. Wij adviseren zorginstellingen en –aanbieders, verzekeraars, besluitvormende instanties en politiek verantwoordelijken, zowel op lokaal als op provinciaal niveau. Bovendien onderhandelen wij met deze partijen over hun beleid. Kwaliteit Soms is de zorg van onvoldoende kwaliteit of weet men onvoldoende wat kwaliteit is vanuit het perspectief van de klant. Wij bewaken en bevorderen de uitvoering van de kwaliteitswetten op het gebied van medezeggenschap, verlenen op verzoek diensten aan cliëntenraden en adviseren over cliëntenbeleid. Op grond van signalen die bij ons binnenkomen vanuit bijvoorbeeld de achterban of de klachtenbureaus, kaarten we zaken aan die verbetering behoeven. Wij toetsen de kwaliteit van zorg en doen aanbevelingen voor verbeteringen. Keuzeondersteunende informatie Steeds meer mensen maken gebruik van het recht om zelf te kiezen welke behandeling, zorg of dienstverlening bij hen past. Om een weloverwogen keuze te kunnen maken is betrouwbare en vergelijkende informatie nodig. Wij bevorderen dat er via internet en loketten dichtbij de burger, keuzeondersteunende informatie beschikbaar komt en geven zelf ook dergelijke informatie via websites, brochures en op voorlichtingsbijeenkomsten. Klachtenopvang en patiëntenrechten Mensen voelen zich soms niet goed behandeld door bijvoorbeeld onheuse bejegening of een slechte organisatie van de zorg. Wij hebben een afdeling Informatie en Klachtopvang, waar u dagelijks terecht kunt met vragen en klachten over de zorg. Ook heeft Zorgbelang vertrouwenspersonen voor Jeugdzorg in dienst. Wij geven onafhankelijke informatie en advies over rechten ,over klachtenprocedures en ondersteunen bij het indienen van een klacht. Zorgbelang Drenthe komt op voor alle mensen die gebruik maken van zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bij deze provinciale belangenorganisatie zijn patiëntenverenigingen, organisaties van mensen met een lichamelijke, psychische of verstandelijke beperking, familieorganisaties, organisaties van uitkeringsgerechtigden en ouderenbonden aangesloten. Zij geeft patiënten en gebruikers van zorg onafhankelijke informatie, doet aan collectieve belangenbehartiging en verzorgt klachtenopvang. Zorgbelang Drenthe heeft haar ideeën over de concrete invulling Lokaal Centraal 2007 besproken in het voornoemde Wmo-voorzittersoverleg. Deze bespreking is de belangrijkste input voor dit actie en activiteitenplan 2007.

2.7 Accenten Zorgbelang Drenthe 2007 Zorgbelang Nederland heeft een aantal accenten voor 2007 benoemd (zie inleiding). Zorgbelang Drenthe besteedt in 2007 in haar activiteiten extra aandacht aan:
het betrekken van specifieke doelgroepen bij de lokale cliëntenparticipatie. 1
de signaalfunctie van Wmo raden.2

1 2

zie deskundigheidsbevordering op provinciaal niveau en informatie en advies zie activiteit Signalering

7

3.

ACTIVITEITEN 2007

3.1 Deskundigheidsbevordering Rubricering Gemeenten Doel

Scholing en training De 12 Drentse gemeenten - de verschillende groepen belangenbehartigers werken effectief samen in het WMO-platform - belangen worden effectief behartigd door betrokkenen op gemeentelijk niveau - leden kunnen effectief communiceren - de Wmo-raad communiceert met de achterban en ontvangt signalen vanuit de bevolking - de leden kunnen de gemeente adviseren over de negen prestatievelden.

Doelgroep Wijze van aanpak

De Wmo-raden van de 12 Drentse gemeenten Alle Wmo-platforms/-raden hebben in de inventarisatie naar ondersteuningsbehoefte aangegeven dat men deskundigheid wil verwerven over de volgende thema’s: a. Op lokaal niveau 1) effectief communiceren met de gemeente 2) communicatie Wmo-raad met de achterban, signalen ontvangen vanuit de bevolking b. Op regionaal niveau 1) effectief communiceren naar de gemeente 2) communicatie Wmo-raad met de achterban, signalen ontvangen vanuit de bevolking

Samenwerking/afstemming met andere zorgbelangorganisaties/andere Wmoprogramma’s

Verwachte resultaten

Tijdsinvestering

c. Op provinciaal niveau Themadag hoe om te gaan met advisering over prestatievelden die niet vertegenwoordigd zijn in de Wmoraad. In Drenthe worden alle activiteiten ontwikkeld en uitgevoerd in samenwerking met programma VCP. In 2007 zal hetzelfde gelden voor Lokale Versterking GGz. Er wordt gebruik gemaakt van informatiemateriaal dat door andere Zorgbelangorganisaties, Lokaal in de Steigers, programma VCP en Lokale Versterking GGZ is ontwikkeld. - Er is effectieve lokale cliëntenparticipatie waarbij in principe alle doelgroepen betrokken zijn - De Wmo-raad adviseert over de negen prestatievelden - Signalen uit de achterban en de bevolking zijn input voor belangenbehartiging richting gemeente - Er is effectieve belangenbehartiging mogelijk door “kwetsbare” burgers. a) lokaal niveau Uitgaande van 2 modules in 6 gemeenten van 2 dd, 12 bijeenkomsten = 24 dd. Voorbereiding = 6 dd. Totaal 6 dd en 24 dd = 30 dd = 120 uur

8

b) regionaal niveau de 2 scholingsactiviteiten zullen in 2 regio’s worden georganiseerd 2x2 bijeenkomsten= 4x2dd= 8 dd. Voorbereiding 2dd Totaal 2 dd + 8 dd =10 dd = 40 uur c) provinciaal 1 provinciale themadag. Voorbereiding 4 dd. Uitvoering 2dd. Totaal 4 dd + 2 dd = 6 dd. =

24 uur

Totale Zorgbelang Drenthe inzet Lokaal niveau 120 Regionaal niveau 40 Provinciaal niveau 24 184 uur

Totaal Begroting

Inzet Zorgbelang Drenthe 184 uur à € 70 Activiteitenkosten: Zaalhuur 100 Lunches 15 x 10.00 150 Per bijeenkomst 250 17 bijeenkomsten x 250,--

€ 12.880

Extern cursusleider: 156 uur a € 80

€ 12.480

Totaal

€ 29.610

9

€ 4.250

3.2 Informatie en advies Rubricering activiteit Gemeenten Doel

Doelgroep Wijze van aanpak

Samenwerking/afstemming met andere zorgbelangorganisaties/andere Wmo programma’s. Verwachte resultaten

Informatie en advies De 12 Drentse gemeenten De continuering van het kenniscentrum Zorgbelang Drenthe/Wmo, van waaruit kennis wordt geleverd: a) m.b.t. o.a. organisatie en functioneren van een Wmo-raad. Te denken valt aan leveren van statuten, convenanten/verordeningen, begrotingen, huishoudelijk reglement, aanvragen gemeentelijke subsidie en evaluatie. b) m.b.t. de inhoud van de WMO in algemene zin en specifieke thema’s per onderwerp of per prestatieveld. Te denken valt aan advisering in het kader van het 4-jarig beleidsplan Wmo. De aangeleverde kennis beoogt de mogelijkheden van de integrale collectieve belangenbehartiging door de Wmoraden te versterken Alle 12 Drentse Wmo-raden en gemeenten 1) In het kenniscentrum inbrengen van informatie die is verkregen door het verlenen van procesmatige ondersteuning bij Wmo-platforms/-raden. Overleg tussen de ondersteuners is essentieel. Wat in een platform is bedacht, wordt uitgewisseld en aan de andere doorgegeven. (De procesmatige ondersteuning zelf wordt gefinancierd uit de provinciale Zorgbelang begroting en Programma VCP). 2) Vanuit het kenniscentrum verstrekken van informatie, algemeen of op maat aan Wmo-platforms/-raden en gemeenten. Informatie is verkregen via websites, collegainstellingen en derden. Het patiënten/consumentenperspectief is hierbij uitgangspunt. 3) Organiseren van provinciale bijeenkomsten voor voorzitters en secretarissen van Wmo-platforms/-raden 4) Informatieverstrekking naar (provinciale) allochtone-, mantelzorg-, vrijwilligers-, verslavings en andere organisaties. Samenwerking met VCP, Lokale Versterking GGz, informatie vanuit Lokaal in de Steigers en andere Zorgbelangorganisaties wordt gebruikt. -

-

Tijdsinvestering/tijdplanning

Er is lokale cliëntenparticipatie waarbij in principe alle doelgroepen betrokken zijn; Er is effectieve belangenbehartiging mogelijk door ‘kwetsbare’ burgers; Er zijn inhoudelijke criteria geformuleerd waaraan gemeentelijk beleid moet voldoen en op basis waarvan belangenbehartiging plaats kan vinden; Opbrengsten van het voorzittersoverleg zijn benoemd aan de hand van een evaluatieformulier met oog op formuleren van vraaggerichte ondersteuning.

(Vanwege de intensieve contacten met Drentse gemeenten en Wmo-raden wordt uitgegaan van een half uur per week)

10

Kosten ½ uur per week x 52 x aantal gemeenten 28 uur per gemeente x 12 gemeenten = 336 uur Begroting

Uren Zorgbelang Drenthe 336 uur x € 70 Extra kopieerkosten, telefoonkosten, verzendkosten € 40 per gemeente. Activiteitenkosten 12x € 40 23.520 + 480 =

€ 23.520

€ 480 € 24.000

Activiteitenkosten voorzittersoverleg Per bijeenkomst Zaalhuur en consumpties 150 Kopieerkosten 100 Reiskosten deelnemers 200 Totaal 450 4 bijeenkomsten à € 450

€ 1.800

Inzet Zorgbelang Drenthe 4 bijeenkomsten 8 uur per bijeenkomst 32 uur x € 70

€ 2.240

Totaal voorzittersoverleg

€ 4.040

Totaal kosten Informatie en advies 24.000 + 4.040 Per gemeente

11

€ 28.040 € 2.336

3.3 Signalering Rubricering activiteit Gemeenten Doel/ speerpunt

Doelgroep Wijze van aanpak

Samenwerking/ afstemming met andere zorgbelang organisaties/ andere WMOprogramma’s Verwachte resultaten/ effecten

Evaluatie In de 12 Drentse gemeenten - Inventarisering knelpunten in de uitvoering Wmo. - Rapportage aan Wmo-raden, lokale p-c organisaties, gemeenten zodat dit kan leiden tot verbetering van de door de gemeente aangeboden dienstverlening. Drentse burger, specifiek gebruikers en Wmo-raden. - signalering vast agendapunt Drents Wmovoorzittersoverleg. Bespreken van strategieën. - Zorgbelang Drenthe heeft contact met de Vereniging Drentse Gemeenten inzake signalering. - Zorgbelang Drenthe rapporteert halfjaarlijks de binnengekomen signalen/klachten naar de VDG en afzonderlijke gemeenten. - Zorgbelang Drenthe ontwikkelt een vragenlijst i.s.m. voorzittersoverleg en afdeling Informatie en Klachtopvang. De vragenlijst wordt uitgezet bij Wmoraden, website en diverse bijeenkomsten Zorgbelang Drenthe. Samengewerkt wordt met alle Wmo-raden, programma VCP, Lokale versterking GGz, Zorgbelang Nederland, VDG, IKG Zorgbelang Drenthe. -

Tijdinvestering

. -

Inzicht is verkregen in de door cliënten ervaren knelpunten uitvoering Wmo op lokaal en provinciaal niveau. Wmo-raden worden door de gemeente gezien als serieuze organisatie inzake signalering en gebruiken dit in hun discussies met gemeenten. Het totaal van de signalen wordt gebruikt in discussies met de Vereniging Drentse gemeenten (VDG) ontwikkelen vragenlijst 7 dd overleg VDG 6 dd voorzittersoverleg overleg 0 dd (begroot bij 3.2) verwerken binnengekomen signalen door ZBD 30 dd halfjaarlijkse rapportage aan voorzittersoverleg en VDG 10 dd

Totaal 53 dd = Begroting

212 uur

Uren Zorgbelang Drenthe 212 uur à €70 Kopieerkosten signaleringsrapport € 840

€ 14.840

Totaal 14.840 + 840 =

€ 15.680

12

3.4 Programmacoördinatie Rubricering activiteit Gemeenten Doel/speerpunt

Programmacoördinatie Alle 12 gemeenten In het kader van Lokaal Centraal mogelijk maken van ten eerste programmatische en inhoudelijke samenhang tussen ZBD en ZBN en ten tweede structurele samenwerking en afstemming met andere partijen op lokaal, regionaal en provinciaal niveau.

Wijze van aanpak

Met name de provinciale projectleiders besteden systematisch tijd aan het aansturen van de uitvoering van de activiteiten, het op reguliere basis onderhouden van contacten speciaal t.b.v. het Wmo programna en lokale belangenbehartigers organisaties en lokale ondersteuningsorganisaties. Intern vindt regelmatig voorlichting plaats en afstemming t.b.v. voortgangsrapportage plaats en afstemming t.b.v. een effectieve en efficiënte uitvoering van activiteiten.

Samenwerking/afstemming met andere zorgbelang organisaties/andere Wmoprogramma’s Verwachte resultaten

Samengewerkt wordt met programma VCP, Lokale versterking GGZ, ZBN en andere zb organisaties

Tijdsinvestering

Begroting

Regelmatig legt de provinciale projectleider mondeling dan wel schriftelijk verantwoording af aan zowel de directeur betrokken Zorgbelang als ZBN en daarmee indirect aan het ministerie van VWS. Resultaten worden eens per drie maanden gemonitord middels een vastgesteld stramien. Gemiddelde tijdsbesteding 4 uur per week gedurende 40 weken per jaar. Totaal 160 uur Totale kosten 160 x € 70 euro € 11.200

13

4.

Financiële samenvatting

Deskundigheidsbevordering Informatie en advies Signalering Programmacoördinatie

€ 29.610 € 28.040 € 15.680 € 11.200

Totaal

€ 84.530

14

Bijlage 1: Overzicht ontwikkelingsfases Fase 1 Omschrijving Er is nog geen vorm van burger/-cliëntenparticipatie aangaande de WMO in uw gemeente aanwezig. Dat wil zeggen: er zijn in uw gemeenten nog geen georganiseerde cliëntengroepen (met of namens een achterban), die overleg hebben met de gemeente op het gebied van wonen, welzijn en zorg (de toekomstige WMO).

Fase 2 Omschrijving • Er zijn binnen uw gemeente diverse georganiseerde cliëntengroepen (met achterban) aanwezig (bijvoorbeeld platform gehandicapten en/of seniorenraad). Deze hebben ieder afzonderlijk overleg met de gemeente op het gebied van wonen, welzijn en zorg (de toekomstige WMO). Er vindt geen onderlinge afstemming of samenwerking plaats rondom de WMO. • Er is wel een initiatiefgroep van mensen die, in principe, bereid is de WMO-burger/ cliëntenparticipatie op te pakken en uiteindelijk als gesprekspartner van de gemeente op te treden.

Fase 3 Omschrijving • Binnen uw gemeente zijn diverse georganiseerde cliëntengroepen (met achterban) aanwezig.  Sommige van deze groepen werken samen en hebben gezamenlijk overleg met de gemeente op het gebied van wonen, welzijn en zorg (de toekomstige WMO). Vaak zal het gaan om een samenwerkingsverband tussen ouderen en gehandicapten (lichamelijk en/of verstandelijk gehandicapten).  Een aantal groepen ontbreekt. • Het kan ook gaan om een situatie waarbij er wel al sprake is van een WMO platform waarin diverse cliëntengroepen vertegenwoordigd zijn. Enkele specifieke doelgroepen zijn daarin niet vertegenwoordigd, zoals jeugd, allochtonen, sociale minima. • De leden van het platform zijn geschoold en getraind en zijn begonnen met het adviseren van de gemeente.

Fase 4 Omschrijving Er is een daadwerkelijk functionerend WMO platform waarin alle groepen van cliënten zijn vertegenwoordigd. Dat wil zeggen de WMO-adviesraad/het WMO-platform functioneert al enige tijd, misschien een jaar, misschien twee jaar. Er zijn al diverse adviezen aan de gemeente uitgebracht en de raad/het platform heeft ervaring opgedaan in het raadplegen van de achterban.

15