Zorg in en om de AOC’s Een tussenstand van de samenwerking tussen kinderopvang en jeugdzorg
Zorg in en om de AOC’s
1
Inleiding
Deze brochure is bedoeld voor de mbo afdelingen
en middelbaar beroepsonderwijs. Vervolgens
van de AOC’s (het groene beroepsonderwijs).
vertalen we dit beleid in concrete voorbeelden
We schetsen in het eerste deel de actuele
van samenwerking. Hierbij richten we ons
ontwikkelingen rond het beleidskader ‘zorg
specifiek op de mbo afdelingen van de AOC’s. De
in en om de school’. Hierbij gaat het om de
vmbo afdeling komt zijdelings aan de orde.
brede ontwikkeling in voortgezet onderwijs
Algemeen
Het onderwijs heeft de opdracht om
van de jongere gediend is met het inzetten van
leerlingen ten minste op te leiden
hulpverlenende instanties buiten de school.
tot een startkwalificatie . Daarbij
Deze multidisciplinaire samenwerking is nog
wordt geprobeerd om optimaal aan
niet overal vanzelfsprekend en structureel
te sluiten bij de onderwijsbehoefte
georganiseerd.
1
van leerlingen. In de dagelijkse praktijk stuiten scholen hierbij in
Het belang van multidisciplinaire
toenemende mate op persoonlijke en
samenwerking wordt ook door de overheid
maatschappelijke belemmeringen bij
nadrukkelijk onderkend. Met name de borging
leerlingen, in de vorm van gedrags- en
van de ZAT ontwikkeling heeft de aandacht.
ontwikkelingsproblemen, die vaak een
ZAT’s in het onderwijs zijn multidisciplinaire
grote rol spelen in het leerproces. Het
teams waarin professionals uit onderwijs,
is belangrijk om hier slagvaardig op te
gezondheidszorg, geestelijke gezondheidszorg,
kunnen reageren. Hiervoor wordt in
maatschappelijk werk, (bureau) jeugdzorg,
eerste instantie zorg en begeleiding in
leerplicht/RMC, speciaal onderwijs en politie
de school geboden. Daarbij ontstaat
structureel samenwerken met scholen . Bij
regelmatig de noodzaak en behoefte
(vermoedens) van studieloopbaanproblemen,
om partijen van buiten te betrekken.
psychosociale problemen of problemen in de
Dit kan voortkomen uit het feit dat de
leefwereld van leerlingen, bieden die partijen
grenzen van de interne begeleiding
ondersteuning en hulp aan leerlingen, ouders
bereikt worden of doordat het belang
en school. In deze opsomming gaat het om de partijen in het mbo. De ZAT’s in voortgezet-
1 kwalificatieniveau 2 in het mbo of het HAVO diploma
en basisonderwijs kennen een sectorspecifieke samenstelling.
Nederlands Jeugdinstituut
3
De ‘a’ van ‘advies’ in de afkorting ZAT is
deze leerlingen in onderwijs en maatschappij
overigens de laatste jaren op steeds meer
vergroot worden.
plaatsen doorontwikkeld naar de ‘a’ van
4
‘activering’ en ‘afstemming’ van zorg. Het ZAT
De overheid streeft naar een 100% dekkende
functioneert als netwerk/uitvoeringsteam én
structuur van ZAT’s rond primair, voortgezet
als casusoverleg. Het ZAT wordt geactiveerd
en middelbaar beroepsonderwijs. Wetgeving
wanneer eerdere – lichtere – interventies
daarvoor is in voorbereiding. ‘Zorg in
via de schoolinterne zorg niet toereikend
en om de school’ wordt verankerd in de
zijn gebleken. Naast het ZAT komen tevens
onderwijswetten en in het wetsvoorstel en
interne zorgteams tot ontwikkeling. Hierbij is
de AMvB ‘CJG en regierol gemeente in de
sprake van een beperktere interdisciplinaire
jeugdketen’. Daarmee moet geborgd worden
bespreking met een deel van de partners
dat partijen de school als vind- en werkplaats
buiten de school zoals GGD en RMC-
gebruiken voor zorg aan leerlingen. Daarom
leerplicht.
wordt vastgelegd dat:
Door interne zorgteams en ZAT’s kunnen
• het bevoegd gezag van een
meer leerlingen vroegtijdiger, effectiever
onderwijsinstelling de plicht heeft om
en efficiënter hulp krijgen en wordt het
samen te werken in de jeugdketen en
handelingsrepertoire van de basisbegeleider/
om ontwikkelings- en opvoedrisico’s
docent versterkt, waardoor de kansen van
vroegtijdig te signaleren en te melden,
onder andere door het hebben van
Onder zorg in en om de school wordt
een meldcode huiselijk geweld en
verstaan:
kindermishandeling en door de
• de preventieve inzet van hulpverlening en
bevordering van het gebruik hiervan; • onderwijs en gemeenten de verplichting krijgen om samen afspraken te maken
zorg (bijvoorbeeld schoolmaatschappelijk werk), • de instandhouding van multidisciplinaire
over de taakverdeling ten aanzien van zorg
casusoverleggen/ZAT’s,
in en om de school, waarbij de regierol bij
• het benodigde aantal ZAT’s,
gemeenten ligt. Deze afspraken kunnen
• de benodigde partijen in ZAT’s,
een onderdeel vormen van de Lokale/
• de taakverdeling tussen gemeente en
Regionale Educatieve Agenda.2
5
onderwijs in de uitvoering van ZAT’s, • de beschikbaarheid van achterliggende zorg en zo nodig aanvullende voorzieningen om tot een sluitende aanpak te komen voor overbelaste jongeren in de
2 Rouvoet, A., S.A.M. Dijksma, en M. Van
Bijsterveldt. ‘Wettelijke borging zorg in en om de school’. Brief aan Tweede kamer. 10 juli 2009.
leeftijd van 16 tot 23 jaar. Er is inmiddels een ontwikkeling gaande waarbij partners meer en meer in de school aanwezig bij de uitvoering van zorg (school
Nederlands Jeugdinstituut
als werkplaats), Voorbeelden zijn het (school)
brengen van de interne begeleidings- en
maatschappelijk werk dat begeleiding
zorgstructuur. De school brengt in kaart of
biedt binnen de schoolmuren, de GGD die
binnen de opleidingen het optimale wordt
ondersteunt bij verzuimbegeleiding of de
gedaan om deelnemers een passend aanbod
leerplichtambtenaar/RMC-consulent die
van onderwijs, begeleiding en zorg te bieden.
meekijkt bij de absenties.
AOC’s staan bekend als kleinschalige en
Bovendien wordt samen met ketenpartners
veilige scholen. Het onderwijs kent een
gewerkt aan een sluitend aanbod van
sterke oriëntatie op de praktijk. Het is
programma’s voor leerlingen met bijzondere
bekend dat op de AOC’s veel deelnemers
onderwijs- en begeleidingsbehoeften. Sluitend
zitten met specifieke en soms omvangrijke
in die zin dat voor iedere leerling een passend
begeleidingsvragen. De AOC’s kenmerken
aanbod van onderwijs en zorg voorhanden is.
zich dan ook over het algemeen als scholen met een goede zorgstructuur. Toch is ook hier
Het ZAT vervult in al deze ontwikkelingen
winst te behalen.
een sleutelrol. Een sleutelrol omdat in dit
6
multidisciplinaire casusoverleg duidelijk
Versterken van de interne zorgstructuur
wordt welke maatwerkvragen leerlingen
De basis van de begeleiding en zorg voor
hebben, welke begeleidingsmogelijkheden er
deelnemers ligt bij de basisbegeleiders/
zijn en welk regionaal aanbod voorhanden is.
docenten in het primair proces. Deze bouwen
Aansluiting bij het referentiemodel van het
een band op met deelnemers en staan het
Landelijk Steunpunt ZAT, wat voor het mbo-
meest nabij in het signaleren van verandering
onderwijs impliceert dat het niet alleen gaat
in houding en gedrag. Op aangeven van de
om ZAT’s op instituutsniveau maar ook om
begeleiders wordt de deelnemer vervolgens
interne zorgteams op de opleidingen, is hierbij
besproken in het teamoverleg en worden de
van belang.
zorgen over de betreffende deelnemer gedeeld. Uiteraard nadat eerst met de deelnemer zelf
Zorgstructuren en ZAT’s in het AOC
is gesproken. Dit leidt tot nieuwe afspraken
De beschreven ontwikkelingen leiden er toe
en interventies om de deelnemer weer verder
dat scholen de eigen zorgstructuur onder
op weg te helpen. Als blijkt dat de gekozen
de loep nemen en beleid ontwikkelen of
aanpak niet werkt, betrekt men het Intern
aanpassen op het gebied van begeleiding en
Zorgteam, waarin de schoolmaatschappelijk
zorg. Zo ook de AOC’s, zowel in het vmbo
werker en de leerplichtambtenaar of RMC-
als het mbo. Dit start met het in beeld te
consulent participeren. Gezamenlijk bepaalt
het Intern Zorgteam of het betrekken van andere partijen en inbreng in het ZAT gewenst is. Inbreng in het ZAT gebeurt als er sprake is van meervoudige en complexe problematiek. Bij bespreking in het internen zorgteam moet duidelijk worden met welke bedoeling en verwachtingen de deelnemer wordt ingebracht in het ZAT. Wanneer een deelnemer besproken is in het ZAT worden afspraken systematisch teruggekoppeld naar alle relevante betrokkenen. De activiteiten van partners wordt zo schoolnabij mogelijk ingezet. Uitgangspunt daarbij is om met behulp van de partners de kansen op een
kan zelf een eigen ZAT in het leven
succesvolle studieloopbaan te verbeteren.
roepen, maar kan ook aansluiten bij een al bestaand ZAT of kan kiezen voor het
Vormgeven aan ZAT’s in de mbo afdelingen
samen met andere scholen opzetten van
van het AOC
een nieuw ZAT. Waar ROC’s gezien hun
Het ministerie geeft in haar brief ‘Wettelijke
grootte en de mate van probleemdruk
borging Zorg in en om de school’ aan dat in
vaak een eigen ZAT nodig hebben, is
2012 elke school over een ZAT moet kunnen
dit voor mbo afdelingen van AOC’s
beschikken. De mbo afdeling van een AOC
niet altijd vanzelfsprekend, omdat er
3
soms sprake is van grote spreiding en 3 Rouvoet, A., S.A.M. Dijksma, en M. Van
Bijsterveldt. ‘Wettelijke borging zorg in en om de school’. Brief aan Tweede kamer. 10 juli 2009.
relatief kleine scholen. In de landelijke richtlijnen gaat men uit van 1 ZAT voor 500 deelnemers op niveau 1 en 2 van het mbo en 1 ZAT voor 3000 leerlingen
Nederlands Jeugdinstituut
7
op niveau 3 en 4 van het mbo. Voor de mboAOC’s met een kleine populatie ligt het voor
• Spreiding in de regio waar deelnemers vandaan komen.
de hand om samen te werken dan wel aan
In de volgende voorbeelden van zorg- en
te sluiten bij een ander ZAT. Hiervoor zijn
adviesteams worden deze factoren nader
verschillende mogelijkheden denkbaar:
uitgewerkt.
• aansluiten bij het ZAT van het vmbo-AOC; • aansluiten bij het ZAT van het nabijgelegen ROC;
Eén ZAT voor het mbo-AOC Een mbo-AOC zal voor een eigen ZAT kiezen
Het is aan het mbo-AOC hierin een keuze
wanneer te verwachten is dat er, gezien het
te maken, die de grootste garantie biedt
aantal deelnemers, regelmatig een beroep
op effectieve samenwerking. Daarbij zijn
gedaan zal worden op het ZAT. Daarnaast
schoolkenmerken en de mate waarin er al
zal meespelen hoe de verdeling over de 4
samenwerkingsrelaties in de regio zijn een
opleidingsniveaus is. Bij een substantieel
factor van belang.
aandeel van niveau 1- 2 deelnemers is het gezien de te verwachten probleemdruk
Bij de keuze voor een bepaalde
realistisch om een eigen ZAT te realiseren.
organisatievorm kunnen meerdere factoren
In dat geval zal regelmatig een beroep
een rol spelen, zoals:
gedaan worden op de kerntaak van het ZAT,
• Aanbod van opleidingen op de locatie;
namelijk multidisciplinaire probleemtaxatie
• Betreffende niveau van de opleiding;
en afstemming van zorgtrajecten. Wanneer
• Grootte van de locatie;
er onvoldoende casussen aan de orde komen
• Grootte van de populatie vmbo en de
is dit demotiverend voor de samenwerking.
populatie mbo; • Verschillen in leeftijd tussen de vmbo en de mbo deelnemers. • Het wel of niet aanwezig zijn van combinatie vmbo – mbo op de locatie; • Te verwachten in te brengen casuïstiek; • Contact/ samenwerking met nabijgelegen ROC; • Mate van samenwerking met ander onderwijs of samenwerkingsverband van
Er kan dan beter gekozen worden voor aansluiting bij een bestaand ZAT of het opzetten van een “gecombineerd” ZAT. Voordelen van een eigen ZAT voor een mboAOC zijn: • ketenpartners komen gericht voor de AOC doelgroep vanaf 16 jaar en ouder; • de school heeft zelf de regie; • de “fysieke” nabijheid en zichtbaarheid ten opzichte van de eigen school.
VO in de regio;
Nederlands Jeugdinstituut
9
10
Nadelen:
1. Aansluiten bij het nabijgelegen ROC
• externe partners zijn veelal eerder geneigd
Als de samenwerking met het nabijgelegen
samenwerking te zoeken met vmbo en
ROC goed is, dan is het de moeite waard om
mbo, waarmee het moeilijk wordt voor
te onderzoeken of aansluiting bij het ZAT van
AOC’s om alle relevante partners te binden
het ROC mogelijk is. Voor zowel het mbo-AOC
(onvolledig ZAT). Zie volgende variant
als voor de ketenpartners is dit een goede
voor argumentatie.
manier om de ZAT-bijeenkomsten efficiënt te benutten voor alle mbo’ers uit de betreffende
Aansluiten bij een ‘bestaand’ ZAT
regio. Tevens kan dit als voordeel hebben dat
Als er sprake is van een kleine mbo-AOC
AOC en ROC over en weer gebruik maken
school, met een beperkt aantal deelnemers op
van specifieke begeleiding en aanvullende
een eigen locatie ligt de overweging om aan
trajecten voor deelnemers die door problemen
te sluiten bij een ZAT van een andere school
op meerdere leefgebieden niet terecht kunnen
of samenwerkingsverband voor de hand.
op een reguliere opleiding.
Daarvan zien we meerdere varianten:
Voordelen:
en andere specifieke instellingen. Voor de
• aanhaken bij een bestaande situatie;
externe partijen is het van belang dat zij in
• participeren in een volledig ZAT;
het ZAT een toegevoegde waarde hebben
• samenwerking met ROC versterken;
en een bijdrage kunnen leveren aan de
• meer keuzemogelijkheden bij uitval of
multidisciplinaire probleemtaxatie.
wisseling van opleiding.
Voordelen:
Nadelen:
• kleinschalig en korte lijnen;
• minder ruimte voor het AOC door grotere
• doorlopende zorglijnen.
inbreng en probleemdruk in het ROC; • meer afstand tussen ZAT en AOC als vind-
Nadelen: • beperkte probleemtaxatie;
en werkplaats als het ZAT overleg bij het
• te veel zelf doen;
ROC plaatsvindt.
• niet altijd de relevante mbo basispartijen vertegenwoordigd in het ZAT.
2. Een gezamenlijk ZAT vmbo-mbo Als het vmbo en mbo samen op 1 locatie zijn
Welke variant men ook kiest, het belangrijkste
gesitueerd en het aantal mbo-ers klein is voor
is dat het ZAT kan bieden wat er nodig is.
een eigen ZAT, kan om pragmatische redenen
Dit betekent dat recht gedaan wordt aan
gekozen worden voor een gezamenlijk ZAT
de multidisciplinaire probleemtaxatie met
vmbo-mbo op de eigen locatie. Het is van
alle partijen. Daarnaast heeft het ZAT een
belang om in een dergelijke situatie een
netwerkfunctie en is het van belang de
beeld te vormen van de problematiek die
expertise van elkaar te kunnen inroepen ten
zich aandient en goed in te schatten waar de
behoeve van de zorg voor de deelnemers.
school en de deelnemers behoefte aan hebben. Dit bepaalt welke externe partijen betrokken
Conclusie
worden in het ZAT. Ervaring leert dat de
Over het algemeen kiezen de AOC’s voor een
jongeren van 18 – 23 jaar andersoortige
pragmatische insteek. Zij kennen de eigen
hulpvragen hebben dan de leeftijdsgroep
school en zorgstructuur. Op basis van de
in het vmbo. Bij de deelnemers in het
schoolkenmerken, waarvan het volume van
mbo komen problemen met bijvoorbeeld
het mbo-deel erg van belang is, en de al dan
schulden, verslaving en huisvesting vaker
niet bestaande samenwerkingsrelaties in de
voor dan bij de jongeren van 12 – 16 jaar.
regio kiest men voor een eigen ZAT of een
Dit vraagt om samenwerking met partners
aansluitingsvariant.
uit de schuldhulpverlening, verslavingszorg
Nederlands Jeugdinstituut
11
Samenwerking met de gemeenten In de organisatie en borging van zorg in en om de school krijgt de gemeente de regierol toebedeeld. De scholen houden de regie op de inhoud en uitvoering van de interne zorg en de samenwerking daarbij met partijen buiten de school. Tegelijkertijd werken scholen en gemeenten samen om met de partners afspraken ten aanzien van de uitvoering, beleidsontwikkeling en verantwoording vast te leggen in convenanten. Voor het mbo is dat soms
Contact
lastig omdat de deelnemers uit een grote
Heeft u vragen of behoefte aan
regio komen en daarmee de grenzen
ondersteuning? Neem dan contact op
van gemeenten overschrijden. Voor de
met het Landelijk steunpunt ZAT, via
mbo afdelingen van de AOC’s geldt dat
telefoonnummer 030 230 64 81 of
zeker en misschien wel in meerdere
e-mail
[email protected].
mate. Het schoolbestuur doet er goed aan zelf het initiatief te nemen en met de sleutelgemeenten afspraken te maken 12
Voor meer informatie kunt u ook terecht op onze website www.zat.nl.
over regionale afspraken. De RMCbesturen bieden daarbij vaak een goed
Landelijk Steunpunt ZAT
aanknopingspunt. De ontwikkelingen
Nederlands Jeugdinstituut
rond de Locale en regionale educatieve
Postbus 19221
agenda (LEA en de REA) kunnen hierbij
3501 DE Utrecht
ondersteunend zijn. Het NJi heeft
030 230 64 81
voor het borgen van de samenwerking
www.zat.nl
voorbeelden van convenanten
[email protected]
ontwikkeld. Deze zijn te downloaden op www.zat.nl.
Foto’s: Marcel van den Bergh en de AOC Raad © 2010 Nederlands Jeugdinstituut
Zorg in en om de AOC’s Een tussenstand van de samenwerking tussen kinderopvang en jeugdzorg