magazine over werken en leren in de metaalbewerking | www.OOM.nl | voorjaar 2011
1 1 0 2 van r a a j het ursus de c
e ijlag ls b e a m k o ie daar een un lender ska u s cur
‘zo’n cursus is een buitenkans!’
Jan Meijers deed een opleiding Mechatronica
Coolrides 2010: sla snel om voor de winnaar!
In dit nummer: 6
Betaalbaar en beheersbaar André van der Leest, bestuursvoorzitter van OOM, kent geen enkel Europees land waar opleiding en ontwikkeling zo goed zijn georganiseerd als in Nederland.
10
de puntjes op de i BST is een bijzondere onderneming in de metaal. Bij de dienstverlener voor machinebouw staat een vrouw aan het roer. ‘Je moet kunnen vertrouwen op mensen die je bijstaan.’
22
And the winner is... De twee beste praktijk opleiders van Nederland werken bij een OOMbedrijf. Bozèna van Trigt is daar trots op.
26
Weten wat je waard bent Bijna de helft van alle medewerkers van Alimak Hek in Middelbeers doorliep een EVC-traject. ‘Ik weet nu waar ik sta.’
30
Cursus op het werk Jan Meijers zat dertig jaar geleden voor het laatst in de schoolbanken. “Straks kan ik aan de slag als monteur in de buitendienst. Dat maakt mijn werk nog afwisselender.”
en verder... 8 Regiodesk: Kennisavond 15 In Gesprek 16 De Maker 17 Reportage: Het Metalen Scharnierpunt 20 Innovatie: de Whizz-wheel 25 Branche in Beeld: VMRG 32 Het P&O-café 33 Service, OOM-info 37 Colofon en woordzoeker
2
>> metaaljournaal voorjaar 2011
Coole chick, coole ride
Column Ben rijgersberg
Er waren weer fantastische inzendingen voor Coolrides 2010. Maar er kan er natuurlijk maar één de allercoolste auto van Nederland zijn. En dat is de Pontiac van Jolanda Meuwissen (35) uit Ravenstein. zie volgende pagina’s
‘Niets zo onvoorspelbaar als een loopbaan’
tekst annemiek de gier fotografie milan vermeulen
k ben altijd al gek geweest op Amerikanen,” vertelt Jolanda. “I “Mijn eerste auto was een Ford Capri.
A
l vijfendertig jaar hoeft mijn vrouw niet te koken. Na mijn werk ben ik het die een schort voorbindt, de piepers schilt en in de dampende pannen roert. Zo zijn wij getrouwd en we hebben een heel goed huwelijk. Koken is kunst. Het zoeken naar mooie ingrediënten, het creatief zijn, de spanning…Wordt het wat je je ervan voorgesteld had? Krijg je de gerechten tijdig op tafel? Wat vinden de gasten ervan? Van jongs af aan is het een grote liefde. Na de lagere school volgde ik, naast de middelbare school, de koksopleiding. Vervolgens doorliep ik met succes de Hogere Hotelschool. Stiekem droomde ik al van mijn eigen sterrenrestaurant. En het ging voorspoedig; na mijn examen kon ik direct achter de kachel in een restaurant. Maar dit is niet de column van een topkok. Oersaai vond ik mijn werk in de keuken. Elke ochtend weer dezelfde voorbereidende werkzaamheden. Eerst de soepen, dan de sauzen… Afwisseling had ik nodig, creatief wilde ik zijn! Na een jaar zette ik mijn koksmuts af en hield ik het voor gezien. De dienstplicht riep. Ik volgde de officiersopleiding en werd vaandrig. In die functie moest ik een op leiding opzetten. Iets waar ik onvoldoende kennis voor in huis had. In twee jaar haalde ik een hbodiploma pedagogiek. Dat kwam goed van pas toen ik na mijn diensttijd als opleidingsadviseur aan de slag kon bij de SVH, het kenniscentrum van de horeca. Daar kon ik me ontwikkelen tot directeur. Vijf jaar geleden kreeg ik de kans om dezelfde functie te vervullen bij Colo. Niets zo onvoorspelbaar als een loopbaan. Het is maar zelden het geval dat iemand zijn hele leven in één en dezelfde passie blijft hangen. Blijf daarom scherp. Als je openstaat, nieuwsgierig bent, ontdek je steeds weer nieuwe mogelijkheden in je werk en bij jezelf. ‘Ga met vervroegd pensioen, ga lekker naar Frankrijk!’ zeggen mijn leeftijdsgenoten wel eens. Niks hoor, ik heb net weer voor een paar jaar bijgetekend. Als je werk hebt waarin je creatief kunt zijn en je mogelijkheden kunt benutten, dan levert dat zoveel plezier op. Weet je wat ik ’s morgens tegen mijn vrouw zeg? Dag schat, ik ga weer lobbyen en hobbyen! Ben Rijgersberg (60) is directeur van Colo, de vereniging van zeventien samenwerkende kenniscentra. Voor meer dan veertig branches verbinden zij bedrijfsleven, arbeidsmarkt en beroepsonderwijs. Zie ook: www.colo.nl
Daar is de liefde uit geboren. Deze Pontiac was eerst van een collega, die hem voor een andere auto ruilde met een vriend. Uiteindelijk heb ik hem gekocht, want ik kon hem maar niet uit mijn hoofd zetten. Hij was wel in slechte staat; er was veel roest, alleen de neus was blauw, strips ontbraken en van binnen was de auto half kaal.” internet
Jolanda houdt van de achterkant van haar Pontiac. De achterlichten, remlichten en achteruitrijdlichten zijn mooi gepositioneerd. “Net een verbaasd mannetje,” aldus Jolanda.
de tweede prijs
De brandweerbike van Karin van den Berg-Comello
De tweede prijs van Coolrides 2010 gaat naar Karin van den Berg-Comello en haar brandweerbike. De jury is onder de indruk van haar creativiteit.
Jolanda knapte de Pontiac op om er dagelijks in te rijden. “Om die reden heb ik hem niet superstrak laten spuiten, dan zou hij waarschijnlijk de garage niet meer uitkomen.” Ook de binnenkant pakte ze grondig aan. “De originele vloerbedekking heb ik via eBay besteld bij een bedrijf in Amerika. Fantastisch, dat internet, ik zit ook veel op een forum voor eigenaren van dit soort auto’s.
“Ik heb mijn motorrijbewijs op latere leeftijd gehaald” vertelt Karin. “Al voordat ik mijn rijbewijs had, kocht ik deze oude Harley. Ik kreeg het idee om hem om te toveren tot brandweerbike, want ik ben lid van de vrijwillige brandweer en heb veel met dat werk. Met mijn man heb ik hem helemaal gespoten en allerlei nieuwe onderdelen zelf gemaakt. Mijn motor betekent heel veel voor me, we hebben er samen inmiddels al ruim 20.000 kilometer op zitten. Ja, mijn motor en ik horen echt bij elkaar.” De jury: “Het is erg cool dat deze dame pas op latere leeftijd is gaan motorrijden. Ze heeft haar droom waargemaakt en zich laten inspireren door haar werk bij de brandweer. De motor is op een zeer esthetische manier verbouwd.”
Iedereen heeft wel tips waar je bepaalde dingen kunt krijgen.” rock-’n-rolljurkjes
Elke woensdagavond spreekt Jolanda af in een loods met een groep vrienden – ook allemaal Amerikanenliefhebbers. Daar drinken ze wat, praten ze wat en klussen ze met zijn allen aan hun auto’s. Deze winter krijgt de motor speciale aandacht en moeten de deuren netjes worden gemaakt. Jolanda’s werk als CNC-frezer bij GMZ in Schaijk komt daarbij goed van pas. “Ik probeer zo veel mogelijk zelf te doen, ook het laswerk.” Jolande gaat met de Pontiac ook speciale meetings af. “Mijn kleding pas ik meestal aan aan de stijl van de auto, ik draag rock-’n-rolljurkjes en grote zonnebrillen. Veel mensen vinden het grappig om mij in die Pontiac te zien aankomen. Ik ben maar anderhalve meter hoog en dan met zo’n enorme auto rondtuffen...” En het publiek kiest voor...
De Suzuki van Gerard ter Brake. “Deze Suzuki gs750 uit 1977 heb ik ooit gekregen. Geïnspireerd door het tv-programma Biker build-off kreeg ik het idee er een brede achterband in te zetten en op een zaterdagmiddag heb ik de slijptol erin gezet, niet gehinderd door een plan of een idee. Ik kwam er vrij snel achter dat ik de motor toen helemaal moest verbouwen. Dat moest wel low budget, dus de meeste onder delen zijn afkomstig van Marktplaats, hergebruikt of zelfgemaakt.” Gerard wint een bokaal en een sticker voor op zijn motor.
Karin wint een poetsbeurt voor haar motor door een professioneel poetsbedrijf, ter waarde van € 150.
metaaljournaal voorjaar 2011 <<
33
winnaar coolrides 2010 Jolanda Meuwissen Pontiac Chieftain (1958)
“Veel mensen vinden het grappig om mij in die Pontiac te zien aankomen. Ik ben maar anderhalve meter hoog en dan met zo’n enorme auto rondtuffen...”
De originele kleuren van de auto zijn babyblauw met wit. Jolanda heeft erover gedacht hem roze te maken, maar dat paste bij nader inzien toch niet bij de blauwe binnenbekleding.
De hoofdprijs
Jolanda wint de Coolrides 2010-beker en sticker voor op haar auto, een volledige technische check van haar Pontiac, een poetsbeurt bij een professioneel poetsbedrijf t.w.v. €150,- en deze foto in een mooie lijst.
Wat de jury zei over de winnaar:
‘Kippenvelwaardig’ ‘Wat een grote, mooie, vette bak’’ ‘Een auto met gevoel!’ 4
>> metaaljournaal voorjaar 2011
Arjan Hilgersom artdirector Metaaljournaal: “Ik vind duurzaamheid erg belangrijk. Om die reden vond ik het natuurlijk erg leuk dat Peter Koning een aëro dynamische ligfiets aanmeldde voor Coolrides. Maar helaas voor hem kwam ook deze Pontiac voorbij en toen ging mijn hart toch echt sneller kloppen. Want oude auto’s zijn mijn grote liefde, ze hebben vaak zo veel klasse en een eigen identiteit. De Pontiac is natuurlijk niet te missen, wat een grote, mooie, vette bak. En dat Jolanda zo veel zelf doet aan de auto, getuigt van een flinke dosis vakmanschap.”
Viola Robbemondt freelance journalist voor autobladen en eigenaar van weblog Carwoman.nl:
Jan Tinga eigenaar van vakgarage Tinga in Leimuiden:
“Hoewel ik het leuk vind dat een dame de prijs voor coolste ride wint, had ik eerder gekozen voor een auto of motor die helemaal af is. Dat Jolanda zegt haar auto ‘netjes gemaakt’ te hebben, doet mij vermoeden dat er slechts cosmetische ingrepen zijn geweest. Desalniettemin is dit natuurlijk een prachtige auto om op te knappen. De Chieftain was een van de eerste nieuwe modellen van Pontiac na de Tweede Wereld oorlog en ik weet zeker dat het geluid van de 180 pk sterke, originele V8 uit dit ‘58 model na revisie kippenvelwaardig zal weerklinken.”
“Eigenlijk heb ik helemaal niet zo veel met Amerikanen, maar deze sprong er voor mij direct uit. Met zijn baby blue met witte kleurstelling en zijn originele details brengt deze Pontiac je helemaal terug naar de sfeer van de jaren zestig. Een auto met gevoel! Jolanda heeft ontzettend veel aan de auto gedaan. Dat moet een enorme klus zijn geweest. Ik vind het een heel stoere wagen geworden, ze zal er ongetwijfeld veel bekijks mee trekken. Het lijkt me ook wel een grappig gezicht, een klein vrouwtje in zo’n bak te zien rondrijden.”
metaaljournaal voorjaar 2011 <<
vooraf
“ Het gaat niet om harder werken, maar om slimmer werken”
Op pagina’s 32, 33 en 34 vind je alle informatie over de nieuwe OOM-regelingen op een rijtje. plus een handig overzicht van alle regiomanagers om gelijk mee aan de slag te gaan.
OOM begint het nieuwe jaar goed. Met Metaaljournaal in een opgefriste vorm én met nieuwe regelingen die opleiding en ontwikkeling in de branche moeten stimuleren. Daarom is het aardig om eens terug te blikken op de geschiedenis van de OOM-regelingen. Oorspronkelijk waren alle onderdelen van de regelingen gericht op het egaliseren van scholingskosten: alle bedrijven betaalden mee aan het opleiden en bijscholen van leerlingen en werknemers in de metaalbewerking. In 2008 kwam de focus te liggen op het stimuleren van opleiden en bijscholing en is een geheel nieuw bijdragestelsel gelanceerd. Een pilot van drie jaar moest duidelijk maken of dit tot voldoende resultaten zou leiden. persoonlijke trainings toelage
Het meest in het oog springende onderdeel van de nieuwe regelingen was de Persoonlijke Trainings Toelage (PTT). Opgesteld als een stimuleringsregeling, waarbij werknemers en werkgevers gezamenlijk werk konden maken van een betere inzetbaarheid en van loopbaanontwikkeling. Ook de andere onderdelen van de regelingen van OOM, zoals de Leerwerkbijdrage, het Ontwikkelbudget en de stagevergoeding, staan in het teken van deze missie. Met persoonlijk advies en een financiële bijdrage wil OOM ervoor zorgen dat werknemers en werkgevers samen komen tot de invulling van opleidingen, stages en bijscholing. De gedachte daarachter is dat we met veel meer inzet dan voorheen moeten werken aan het opleiden en voort durend bijscholen van medewerkers, om zo bij de top vijf van kenniseconomieën van de wereld te kunnen behoren. De werknemer wordt aangesproken op het up-to-date brengen, het behouden en het verder ontwikkelen van zijn professionaliteit. De werkgever wordt gestimuleerd om blijvend werk te maken van scholing, kennisontwikkeling en inzetbaarheid van zijn medewerkers. betaalbaar en beheersbaar
Een evaluatie, medio 2010, heeft ons geleerd dat de OOM-regelingen succesvol zijn, maar dat ze voor de toekomst wel enkele aanpassingen behoeven. De PTT2011 is zo aangepast dat deze voldoende stimuleert, 6
>> metaaljournaal voorjaar 2011
maar tegelijkertijd in de uitvoering ook betaalbaar en beheersbaar blijft. De andere regelingen zijn nagenoeg gelijk aan die van de afgelopen jaren. De Leerwerkbijdrage voor nieuwe vakmensen blijft, waarbij we wel via de regionale scholingspool een kwaliteitsslag willen maken. Het Ontwikkelbudget voor bedrijven blijft een beroep doen op werkgevers om structureel aandacht te geven aan opleiden en bijscholen. De stageregeling is verruimd, zodat hiervan meer gebruik kan worden gemaakt. samenwerking
We willen de regelingen ruim onder de aandacht van bedrijven brengen. Om dat te bereiken, werkt OOM in de Regiodesk Scholing en Opleiding Metaal samen met de partners van de vakbonden, Metaalunie en de OpleidingsBedrijven Metaal (OBM). De Regiodesk helpt de bedrijven bij het opstellen van scholingsplannen
“Alle werknemers one-step-up is een logische doelstelling voor de komende tijd.” en het optimaal inzetten van de regelingen. Overigens ken ik geen enkel Europees land waar dit zo goed is georganiseerd als bij OOM in Nederland en daar ben ik trots op! Om de slag met de concurrentie te kunnen winnen, gaat het nadrukkelijk niet om harder werken, maar om slimmer werken. Om meer productiviteit. Alle werknemers ‘one-step-up’ is daarom een logische doelstelling voor de komende tijd. Opleiding en ontwikkeling leiden tot interessanter werk en een beter toekomstperspectief voor bedrijven en hun werknemers. André van der Leest Voorzitter bestuur OOM
metaaljournaal voorjaar 2011 <<
7
oom in de regio
Uitleg bij de hypermoderne watersnijder van Opleidingscentrum Technum
Wim Verdonk (45) allround metaalbewerker “Ik ben zeer geïnteresseerd in een opleiding of cursus. Om in de toekomst bij te blijven, is het volgens mij een goed idee om op de hoogte te zijn van de nieuwste ontwikkelingen. Ik heb hier vanavond dingen gezien waarvan ik nog nooit had gehoord. Die lassimulator bijvoorbeeld, maar ook wat er allemaal mogelijk is op het gebied van cursussen. Als ik thuis ben, ga ik me eens verdiepen in de website van OOM.”
bijblijven op de Kennisavond
Vele technische innovaties op de kennisavond: ‘Ik heb hier dingen gezien waarvan ik nog nooit had gehoord.’
In het opleidingscentrum Technum in Vlissingen organiseerde de Regiodesk Metaalbewerking en OOM een kennisavond over de nieuwste technieken, ontwikkelingen en opleidings mogelijkheden in de metaalbewerking. “Je moet ervoor zorgen dat je werk interessant blijft, anders is er geen lol meer aan.” tekst en foto’s frank hylkema
erknemers en werkgevers uit de regio worden persoonlijk, per brief, W uitgenodigd voor de Kennisavonden.
kennisavonden Wil je weten waar en wanneer de volgende kennisavond is? Kijk op www.oom.nl/kennisavond
8
>> metaaljournaal voorjaar 2011
Tijdens deze gratis bijeenkomsten kunnen metaalbewerkers kennis maken met de nieuwste technieken, zoals ‘Virtual Welding’, een simulator die lassen zeer natuurgetrouw nabootst. De ‘lasser’ draagt een lasmasker met daarin een virtual realitybril. Als in een computergame kan de lasser met een realistische lastoorts aan de slag. De computer registreert de lassnelheid, toortshoek en
de afstand tot het werkstuk. Op het scherm zijn de verrichtingen precies te volgen. ‘De lascursus van de toekomst’ volgens de fabrikant, en daar kon hij wel eens gelijk in hebben. Naast vele technische vernieuwingen bieden de kennisavonden ook veel voorlichting over opleidingsmogelijkheden in de metaal bewerking. De aanwezige medewerkers van OOM kunnen direct antwoord geven op alle vragen over opleidingen en cursussen, en in veel gevallen een passende regeling aanbieden voor werkgevers en werknemers.
Nicole de Reu (45) P&O adviseur
Marco van Drie (39) fotolasser
Toon Bevers (52) inspectiecoördinator
“Ik ben P&O-adviseur bij Herder BV in Middelburg waar we machines maken voor berm- en slootonderhoud. Er werken 85 mensen in ons bedrijf en we maken altijd veel gebruik van de regelingen van OOM. We kennen elkaar dus goed. Ik kom hier om te netwerken en collega’s te ontmoeten, maar ik vind al die nieuwe technieken ook heel interessant. Iedereen kan altijd wel iets leren op de kennisavonden.”
“Alle werknemers in deze regio kregen per brief een persoonlijke uitnodiging voor deze kennisavond. Ik was er heel blij mee, want ik wil verder komen in dit werk. Ik ben al 17 jaar lasser, maar het liefst ga ik uit de productie en word ik leraar of praktijkopleider. Ik houd ervan om met mensen om te gaan, het sociale spreekt mij aan. Dat je zelfvertrouwen kunt vergroten door vakmanschap over te brengen, dat lijkt me mooi.”
“Ik kom hier echt voor de voorlichting over EVC. Ik vind het belangrijk dat ik plezier heb in mijn werk, maar ik wil ook weten waar ik sta op de arbeidsmarkt. Met een ervaringscertificaat op zak kun je om de tafel gaan zitten met je baas. Het gaat niet om geld, ik vind de waardering voor mijn werk belangrijker. Je moet ervoor zorgen dat je werk interessant blijft, vooral op onze leeftijd, anders is er geen lol meer aan.”
metaaljournaal voorjaar 2011 <<
9
reportage
‘Als directeur moet je goed kunnen delegeren en vertrouwen op de mensen die je bijstaan.’
Vertrouw op je mensen Textielindustrie Bij OOM-bedrijf Bolhaar Service Techniek (BST) in Hengelo staat een vrouw aan het roer. Onlangs kaapte BST de ervaren adviseur Cor Oostendorp kort voor diens pensioen weg bij techniek-kenniscentrum Kenteq. ‘Het zijn de puntjes op de i.’
tekst johan van der tol foto’s mark van der zouw
oor mensen die BST kennen, is het duidelijk te zien dat V het bedrijf door een vrouw wordt
linda olde bolhaar leeftijd: 40 jaar bedrijf: bolhaar service techniek beroep: directeur opleiding: havo, mmo en nima a-b
geleid. Een verzorgd interieur en een ‘warme’, persoonlijke werk omgeving. “Toch anders dan je in zo’n mannenomgeving gewend bent,” zegt OOM-regiomanager Jan Abbing (zie kader pag. 12). Directeur Linda Olde Bolhaar (40) zelf ziet maar een deel van die vrouwelijke invloed. “Het interieur is precies zoals ik het bijna zeven jaar geleden van mijn vader heb overgenomen,” zegt ze. Maar Olde Bolhaar erkent dat er veel aandacht is voor de persoon en de thuissituatie van de werknemers. “Er zijn vaste momenten, zoals de vrijdagmiddag, waarop we even bijpraten. Dan gaat het niet alleen over het werk.” ingerold
Een vrouwelijke manager in de metaal is voor haar vanzelfsprekender dan voor de buitenwereld. Ze is er min of meer ingerold. Na de havo en een managementopleiding werkte ze onder andere bij Grolsch, met zeven vrouwen op een commerciële 10
>> metaaljournaal voorjaar 2011
afdeling. “Maar daar voelde ik me niet thuis. Ik kon niet de hele dag over kleding en make-up praten.” Toen vroeg haar vader of ze de administratie bij BST wilde doen. Nadat haar vader in 2004 een hartinfarct had gekregen, kwam vanuit het personeel de vraag of zij de leiding op zich wilde nemen. Tijdelijk wilde ze dat wel, totdat haar vader hersteld of het bedrijf verkocht zou zijn. Haar vader werd langzaam beter, maar Linda had intussen ontdekt dat het nieuwe werk haar wel lag. Ze wilde haar vader, die al over de zestig was, opvolgen. onzeker
“In het begin was ik onzeker in de contacten naar buiten, doordat ik niet over technische kennis beschik. Maar die onzekerheid werd snel minder. Voor het algemene management en mijn contacten met klanten heb ik die technische kennis niet nodig. Wel moet je goed kunnen delegeren en kunnen vertrouwen op de mensen die je bijstaan.” Als directeur had Olde Bolhaar zich-
BST is in 1991 opgericht door de vader van Linda Olde Bolhaar. Het bedrijf levert alle mogelijke diensten om machineparken te laten draaien. Regulier onderhoud, inspecties, aanpassingen en (spoed)reparaties, waarbij de monteurs 24 uur per dag, ook in het weekeinde, klaarstaan voor de klant. Ook verzorgt BST de volledige assemblage, installatie, demontage en verhuizing van machines, compleet met planning, transport en projectleiding. Soms zijn dat spectaculaire operaties. Zo is BST nog steeds erg trots op het transport en de installatie van enkele bottellijnen van streekgenoot Grolsch, enkele jaren geleden van Enschede naar de nieuwe brouwerij in Boekelo. De eerste klanten kwamen voornamelijk uit de regionale textielsector. Toen die verdween, richtte BST zich vooral op de levensmiddelenindustrie. De bakkerijen van Bolletje waren al klant en daar kwamen onder andere Grolsch en Unilever bij. Linda Olde Bolhaar is daar erg blij mee. “De levensmiddelensector doet het nog goed in deze tijd. Mensen moeten toch blijven eten.” Daarnaast zal BST zich nu ook meer op het mkb in de regio richten. “Dat zijn we de laatste jaren een beetje uit het oog verloren.” BST bestaat nu nog uit drie onderdelen, ondergebracht in aparte bv’s. De ‘core business’ is de servicetak, waarin twintig monteurs in vaste dienst van BST (aangevuld met inleenkrachten en zzp’ers) het meest aan het werk zijn bij de klant. De BST-monteurs zijn actief in het hele land, maar ook in onder andere Duitsland, Frankrijk, Australië en Ghana. In het West-Afrikaanse land worden verhuisde machines van een textielfabrikant geïnstalleerd. Verder heeft BST een fabrieksruimte waarvan klanten van de servicegroep gebruik kunnen maken, bijvoorbeeld voor assemblagewerkzaamheden. Tot slot heeft BST een uitzend bureau voor de metaalsector dat zestien mensen werk biedt.
metaaljournaal voorjaar 2011 <<
11
reportage
‘Op vrijdagmiddag praten we altijd even bij. Dan gaat het niet alleen over werk.’
Van krullenveger tot accountbeheerder
Een vrouwelijke manager in de metaal is voor Linda Olde Bolhaar vanzelfsprekender dan voor de buitenwereld.
In de servicetak, BST’s ‘core business’, werken twintig monteurs in vaste dienst.
zelf vijf jaar gegeven om te kijken of het zou lukken. En het lukte. Nieuwe klanten werden binnen gehaald, terwijl bestaande klanten bleven. Maar dat waren economisch betere tijden. Nu worden alle zeilen bijgezet. crisis
Ook BST is flink getroffen door de crisis, zegt Olde Bolhaar. “Soms wisten we woensdag nog niet wat sommige monteurs de week erna zouden gaan doen. Vaak viel dan alles vrijdag grotendeels op zijn plaats.” BST heeft nog geen mensen moeten ontslaan of gebruik gemaakt van arbeidstijdverkorting. 12
>> metaaljournaal voorjaar 2011
Het personeel begreep het als er even wat minder werk was. “Dan zeiden ze dat ze thuis nog wel een klus hadden liggen,” aldus Olde Bolhaar. Inmiddels is het lastige besluit genomen om een van de drie bv’s, de fabriek, af te stoten. Het voor de markt produceren van machines was nooit een hoofdactiviteit van BST. “Daar is de fabriek ook niet op toegerust,” zegt Cor Oostendorp, sinds mei als bedrijfsleider in dienst bij BST. De grote werkplaats dient vooral als extra service aan de klanten van de Servicegroep. Hier kunnen machines worden geassembleerd, gerepareerd en aangepast
zonder dat de klant er last van heeft. Bij het afgestoten onderdeel gaat het om zeven arbeidsplaatsen. BST doet er alles aan om te voorkomen dat die mensen in de WW terecht komen - onder andere door vervroegde pensionering en overplaatsing naar de serviceafdeling. In een uitplaatsingstraject volgt een werknemer nu een snuffelstage bij een ‘conculega’, zegt Olde Bolhaar. “Je wilt toch dat ze ergens terechtkunnen. Sommigen zijn al bijna twintig jaar bij ons in dienst.” allround
Door de crisis zijn de klanten van BST een stuk veeleisender gewor-
den. Er woedt een flinke prijsconcurrentiestrijd, onder andere door goedkope zzp’ers die de afgelopen jaren voor zichzelf zijn begonnen. BST gaat hier maar gedeeltelijk in mee. Olde Bolhaar: “Geregeld zien we klanten na zo’n uitstapje bij een goedkope aanbieder toch weer bij ons terugkomen.” BST zegt meer te zien in kwaliteit en flexibiliteit van het personeel. Olde Bolhaar: “Wij vinden het belangrijk dat onze klant vertrouwde monteurs over de vloer krijgt, zodat er weinig uitleg nodig is. Ze moeten sociaal vaardig zijn en ze moeten een probleem zelfstandig en liefst ter plaatse kunnen oplossen.” BST
wil, kortom, allround-medewerkers hebben, nog veelzijdiger dan de meesten al zijn. cirkel rond
Om de ontwikkelingsbehoefte en -mogelijkheden in het bedrijf in kaart te brengen én vanwege zijn enorme netwerk in de sector, is voormalig Kenteq-adviseur Cor Oostendorp in dienst gekomen. Oostendorp is een oude bekende van het bedrijf: hij werkte er als bedrijfsleider tot hij eind jaren negentig voor zichzelf begon. Later trad Oostendorp in dienst bij Kenteq. Een nieuwe carrièreswitch - op zijn 61ste - diende zich aan
‘BST is altijd in beweging’ luidt een van de leuzen waarmee het bedrijf zich op zijn website profileert. Medewerkers krijgen er de ruimte zich te ontwikkelen. Onder hen is Thijs Lenferink (26). Op zestienjarige leeftijd kwam hij het bedrijf binnen en begon met het vegen van ijzerkrullen. Hij haalde al snel zijn BBL2 en 3, om vervolgens in een rap tempo bijna alle functies te doorlopen. Hij werd monteur in de buitendienst en later werkvoorbereider. “Ze zagen dat ik handig was met computers. Toen ik twintig was, vroeg Linda of ik commercieel medewerker wilde worden. In het eerste jaar benaderde ik heel veel potentiële klanten en met veel van hen heb ik nu nog steeds geregeld contact.” Thijs was naast zijn werk ook aan een avondopleiding MTS begonnen, maar door tijdgebrek lukte het hem niet die af te maken. Wel staat een personal coach hem af en toe bij, die hem bijslijpt in zijn benadering van klanten. Zijn verdere ambities? “BST verder helpen uitbouwen, gericht op kwaliteit en met klanten die bij het bedrijf passen.”
metaaljournaal voorjaar 2011 <<
13
de dialoog
reportage Komend voorjaar begint BST
met het opstellen en uitvoeren van opleidingsplannen voor medewerkers
Een training doen? Even met de baas bespreken! Je ontwikkeling valt of staat tenslotte met de steun van het bedrijf waar je werkt. In deze rubriek praat een werknemer over zijn loopbaan en vertelt de werkgever wat hij daarvan vindt. tekst annemarie vestering foto’s hans van den heuvel
Edwin & Jeroen In de grote werkplaats kunnen machines van klanten worden geassembleerd of gerepareerd.
toen Oostendorp namens Kenteq bij BST aan de slag was. Linda Olde Bolhaar vroeg of hij tijdens zijn vroegpensioen drie dagen in de week bij BST zou willen werken. Oostendorp stapte over. “Bij Kenteq vonden ze het een verrassende beslissing, maar wel een die bij mij past. Voor mij is de cirkel rond: terug bij BST en dichter bij het begin van mijn carrière als verspaner op de werkvloer.” opleidingsplannen
Tot dusver heeft Oostendorp zich voornamelijk met de commerciële kant beziggehouden, onder andere met de reorganisatie van de machinefabriek. Komend voorjaar begint hij met het opstellen en uitvoeren van opleidingsplannen voor medewerkers. Niet iedereen zal willen bijleren of daartoe in staat zijn, zegt hij. Maar de servicegroepmonteurs kunnen nog veelzijdiger worden met vaardigheden als draaien, frezen en lassen. “Daarmee kunnen we de dienstverlening bij de klant nog beter maken.” Oostendorp gaat zich dan ook bezighouden met eventuele uitbreiding en het aannemen van mensen die bij het bedrijf passen. Leerlingen zijn ook welkom, alleen zijn die nauwelijks te krijgen. “Men wil tegenwoordig geen vieze handen meer,” aldus Olde Bolhaar.
14
>> metaaljournaal voorjaar 2011
Wederzijds vertrouwen OOM-regiomanager Jan Abbing is onder de indruk van BST, juist door de vrouwelijke leiding. “Het zijn de puntjes op de i. Het is er keurig netjes.” Hij onderschrijft het probleem dat moeilijk nieuwe instroom is te krijgen in de metaal. “Door de crisis was de behoefte daaraan wat minder, maar die zie je nu weer toenemen. Er zijn te weinig jongeren om de uitstroom door vergrijzing op te vangen.” De jongeren, zegt Abbing, komen minder in aanraking met techniek. “Waarden en normen zijn dezelfde als in onze tijd. Maar de kinderen moeten hun aandacht verdelen over meer zaken, met sociale vakken op school en Hyves en computerspelletjes in hun vrije tijd.” Abbing is zeer tevreden over de brede samenwerking die er nu is tussen OOM en de andere technische fondsen om mensen te interesseren voor techniek. “Vroeger was ieder voor zijn eigen branche bezig. Nu proberen we mensen in elk geval de techniek in te krijgen, of dat nou verspanen, montage, elektrotechniek, motorvoertuigen- of procestechniek is. Daarna komen ze uiteindelijk wel op de juiste plek terecht.”
Ook over de samenwerking met de sociale partners in zijn regio Overijssel/Noordoostpolder is Abbing zeer te spreken. “Die is gebaseerd op wederzijds vertrouwen.” Abbing zelf staat klaar voor een nieuw offensief om bedrijven te wijzen op opleidingskansen. De laatste jaren ging zijn tijd vooral op aan vergaderen en ander kantoorwerk, wat ten koste ging van de bedrijfs bezoeken. “En daar ligt echt mijn hart.” Gelukkig zal OOM daar verandering in brengen. De regio managers gaan meer de boer op. Bedrijven als BST zullen Jan Abbing vaker zien. Jan Abbing: ‘Nu proberen we mensen in elk geval de techniek in te krijgen’
Edwin van der Waart (40)
Jeroen van der Worp (28)
Financieel directeur bij Geveltechniek IJmond B.V
Werkvoorbereider bij Geveltechniek IJmond B.V.
‘Door scholing krijgen mensen meer zelfvertrouwen’
‘Over opleidingswensen wordt nooit moeilijk gedaan’
“GTIJ wordt geleid door drie directeuren. We vinden zelf dat we het goed doen, maar vindt ons personeel dat ook? Daarom hebben we een regiomanager van OOM gevraagd om onderzoek te doen naar de tevredenheid van de werk nemers en hun ervaring en opleidingswensen te inventari seren. GTIJ bestaat nu zes jaar en in die periode heeft het bedrijf een stormachtige groei doorgemaakt. We zitten nu in de overgang van de pioniersfase naar de managementsfase. Dat vraagt om beleid op allerlei gebied, waaronder opleiding en ontwikkeling. Elk scholingsverzoek wordt nu nog op zijn eigen verdiensten beoordeeld. Als de kennis toepasbaar is in het bedrijf, gaan we eigenlijk altijd akkoord. Maar als iemand een cursus Spaans wil gaan doen voor een vakantie aan de Costa del Sol, is dat wat anders. In het personeels reglement dat ik schrijf, worden onze regels over de tegemoetkoming van studiekosten inzichtelijk gemaakt. Ik begrijp best dat Jeroen het nu te druk heeft om met een avondcursus te beginnen, maar ik vind toch dat je als werkgever zo veel mogelijk moet stimuleren dat je werknemers zich ontwikkelen. Door scholing krijgen mensen meer zelfvertrouwen. We verkopen er misschien geen extra kozijn door, maar als iemand beter in zijn vel komt te zitten en meer werkvreugde ervaart, is dat minstens zo belangrijk.”
“Ik zit hier helemaal goed, bij GTIJ. Met mijn collega’s heb ik het enorm gezellig en mijn werk biedt voldoende afwisseling. De functie die ik nu heb, is voor mij in dit bedrijf het hoogst haalbare. Door scholing zal ik niet hogerop komen. Maar er zijn nog wel cursussen die ik zou willen doen en die me in mijn werk van pas kunnen komen. Laatst was hier een regiomanager van OOM, om de ervaring en opleidingswensen van het personeel in kaart te brengen. Ik heb MTS Bouwkunde op zak, volgde cursussen bij de Vereniging Metalen Ramen en Gevel branche en trainingen voor teken- en calculatieprogramma’s voor werkvoorbereiders, zoals Logical en Elusoft. En onlangs heb ik mijn VCA-diploma vernieuwd. Ik heb aangegeven dat ik nog wel een cursus technisch Engels wil doen. Maar een opleiding in de avonduren is voor mij nu geen optie. We maken lange dagen bij GTIJ en thuis ben ik aan het verbouwen. Maar misschien bestaat er wel een intensieve cursus tijdens kantooruren. Het is prettig om te weten dat de directie in principe open staat voor opleidingswensen. Er wordt nooit moeilijk over gedaan. Dat vind ik goed. Werknemers moeten zich kunnen ont wikkelen als ze dat willen. Vaak zit er meer in dan je op het eerste gezicht denkt.”
metaaljournaal voorjaar 2011 <<
15
de maker Etienne Blom, Technisch directeur van Kramer en Duyvis in Zaandam “De LAGX versnippert vloeistofzakken, zoals bloedzakken en infuuszakken, die gebruikt worden in ziekenhuizen. De shredder snijdt de volle zakken stuk en spoelt het afval weg. De gedesinfecteerde snippers kunen gewoon bij het restafval. Normaal moet het verplegend personeel de zakken legen boven de gootsteen of het toilet. Het medisch afval gaat daarna naar een speciale vuilverbrandingsoven. Een kostbare procedure met bovendien besmettings- en infectiegevaar voor de verplegers. De LAGX is dus een welkome uitvinding. Met dit apparaat behoorden we bij de laatste vijf voor de Gouden Kans 2010. We hebben net niet gewonnen, maar ik ben trots dat we zover zijn gekomen.”
tekst evelien hoekstra foto rob overmeer
onderwijs
een vuurkorf maken In zeven stappen Kansrijk en inspirerend onderwijs, dat is waar Het Metalen Scharnierpunt om draait. Een onderwijsmethode met aantrekkelijke praktijkopdrachten, die vmbo-leerlingen stap voor stap begeleiden bij het maken van bijvoorbeeld een vuurkorf, een zonnewijzer of een minibike. tekst evelien hoekstra foto’s rob overmeer
e praktijkopdrachten van het Scharnierpunt slaan aan bij ‘D de leerlingen, doordat ze authentiek, vernieuwend en aantrekkelijk zijn. Ze raken extra gemotiveerd,” zegt Adri Pijnenburg. Hij is programmamanager VMBO sector Techniek, en manager VMBO bij de Stichting Consortium Beroepsonderwijs. Hij was als projectleider verbonden aan Het Metalen Scharnierpunt en werkt met 230 vmbo-scholen en de opleidingsfondsen uit de Metaalbewerking OOM en Metalektro A+O aan een techniek brede doorontwikkeling van deze onderwijsvernieuwing. ‘Het Metalen Scharnierpunt’ (HMS) is een nieuwe leermethode voor het VMBO. Het onderwijs sluit beter aan op het mbo, en moet techniek aantrekkelijker maken. “Het bij zondere aan de praktijkopdrachten is dat de leerlingen allerlei deel vaardigheden leren. Ze maken kennis met verschillende facetten van de techniek. In zeven stappen worden de leerlingen door het werken leerproces geleid, waarbij ze steeds een aantrekkelijk product maken. Het proces verloopt van de voorbereiding, via het maken tot de oplevering en de nazorg. Bij elke stap wordt aangegeven wat de leerling moet doen. Het gaat niet alleen om draaien en frezen, maar ook om werkvoorbereiding en 16
>> metaaljournaal voorjaar 2011
dienstverlening, zoals onderhoud, afmontage en revisie. Vooral voor de leerlingen, maar ook voor de docenten, geven de opdrachten een bredere visie op de sector techniek.” Elke praktijkopdracht is uitgewerkt op drie verschillende diepgangen/ niveaus. De diepgangen verschillen door de instructie en informatie. “Je begint allemaal op ‘diepgang 2’. Afhankelijk van de ontwikkeling van de leerling kan die een niveau stijgen. Dit geeft hem de mogelijkheid om te excelleren tijdens zijn opleiding en een niveau hoger examen te doen.” aansluiting
Uit onderzoek blijkt dat Het Metalen Scharnierpunt een positief effect heeft op het leergedrag. Leerlingen worden goed voorbereid op het werken binnen het mbo en hun toekomstige plaats binnen het bedrijf. Professor Learning and Instruction Jeroen van Merriënboer van de Universiteit Maastricht ziet Het Metalen Scharnierpunt als een middel om de aansluiting van vmbo en mbo te vergemakkelijken. “Het ineenschuiven van bovenbouw vmbo en onderbouw mbo tot een verkorte leerweg is tijd- en kostenbesparend.” Pijnenburg: “De praktijkopdrachten hadden eerst alleen betrekking op de metaal en de metalelektro.
Inmiddels hebben we op aandringen van onze lidscholen ook voor de andere technische afdelingen uit de sector techniek ontwikkeld, waaronder Techniek Breed, Instalektro en Electrotechniek. Overigens verandert de naam langzamerhand in ‘Het Scharnierpunt’, om de werkwijze ook in andere opleidingen te kunnen toepassen.” Tot slot wil Pijnenburg graag nog een compliment geven. “We zijn enorm geholpen door het Expertisecentrum Beroepsonderwijs (ECBO) en het adviesbureau CINOP bij het ontwikkelen van deze nieuwe onderwijsmethode. Bovendien was de vernieuwing er niet geweest zonder de steun van de opleidingsfondsen OOM en A+O; door het meedenken in de stuurgroep, het aanleveren van de bedrijven die als klankbord konden dienen en natuurlijk de financiële ondersteuningen vanuit de fondsen.”
Meer over het metalen scharnierpunt is te lezen op www.cinop.nl en op www.platform beroepsonderwijs.nl
‘Het gaat niet alleen om draaien en frezen, maar ook om werkvoorbereiding en dienstverlening.’
metaaljournaal voorjaar 2011 <<
17
Peter Maat
Bryan Visser (18)
Praktijkopleider Stichting Metaal- en Elektro Opleidingen Zeeuws-Vlaanderen (SMEO-ZV)
BBL-opleiding constructiebankwerker
“Sinds dit schooljaar gebruiken we de methode van Het Metalen Scharnierpunt. Laatst hebben we met de leerlingen een vuurkorf gemaakt. Dat vonden ze geweldig en het was een mooi cadeau voor de ouders. In totaal zijn ze een kleine week bezig geweest met het project. Ze vonden het pittig, maar dat was juist een mooie uitdaging voor de groep. Tijdens de opdracht kwamen verschillende vaardigheden aan bod, zoals snijden, knippen, buigen en het uitbewerken van metaal. Omdat Zeeuws-Vlaanderen een dun bevolkt gebied is, heb ik relatief weinig leerlingen op onze bedrijfsschool. In het eerste en tweede jaar hebben we twaalf leerlingen. Het grote voordeel is dat ik een goed persoonlijk contact heb met de jongens, waardoor ik ze goed kan motiveren. En ze zijn leergierig. Bij SMEO verzorgen we tweejarige opleidingen via de beroepsbegeleidende leerweg: een dagje in de week in de schoolbanken en de rest leer je in de praktijk. Dat betekent voor onze leerlingen: leren, werken en verdienen tegelijk. Bryan is een sympathieke leerling. Hij wil echt vooruit in de metaal en doet erg zijn best. Ik geef hem al ruim en half jaar les en zie dat hij met sprongen vooruitgaat. Hij heeft nu een arbeidsleercontract dat afloopt in de zomer van 2011, maar dat zal door het bedrijf waar hij nu al werkt, worden omgezet in een vast contract. Ze zijn erg enthousiast over hem.”
‘Ze vonden het pittig, maar dat was juist een mooie uitdaging voor de groep.’
18
>> metaaljournaal voorjaar 2011
“Ik vond het leuk dat we een vuurkorf gingen maken. Toen we begonnen, kregen we eerst uitleg van onze docent Peter. Hij besprak de complete tekening. Bij deze praktijkopdracht leerden we om van verschillende zelf gemaakte onderdelen een totaal werkstuk samen te stellen. We moesten hoekstaal warm buigen, een strip materiaal draaien, een pijp buigen op de pijpenbuiger en ten slotte een met zand gevulde pijp warm buigen. Ik vond het leuk om met behulp van de tekeningen en een stuklijst het juiste materiaal te verzamelen voor de vuurkorf. Achteraf hebben we met Peter gekeken wat er goed ging, wat er beter kon en welke vaardigheden we beter moeten oefenen. Met Peter kan je heel goed lachen. Bovendien weet hij ook alles. Hij zegt altijd dat je beter te veel kunt vragen dan dat er iets fout gaat. Als we als groep iets niet snappen, legt hij het bij de werkbanken uit en niet op het bord. Dat is fijn, want als hij het laat zien en voordoet, begrijp ik het veel sneller. Het is leuk om echt iets te maken. Vorig jaar werkten we nog niet met Het Metalen Scharnierpunt. Toen moesten we werkstukken maken om bepaalde technieken te oefenen. Als het dan af was, gooide je het in de prullenbak. Nu maak je echt iets moois. De vuurkorf staat nu bij ons in de tuin.”
‘Peter zegt altijd dat je beter te veel kan vragen dan dat er iets fout gaat.’
metaaljournaal voorjaar 2011 <<
19
innovatie
Superslimme ventilator is stil en zuinig Bronswerk Heat Transfer BV in Nijkerk is van oudsher een machinebouwer die zich heeft toegelegd op warmtewisseling voor vele industrieën. De vernieuwende en kennisgedreven manier van werken vraagt om specialistisch personeel, dat veelal in eigen huis wordt opgeleid. Kijk voor meer informatie op www.bronswerk.com
Van luchtbehandelingssystemen voor de industrie tot piepkleine koelingen in je laptop - ventilatoren gebruiken naar schatting dertig procent van alle elektriciteit op de wereld. Een ventilator die de helft minder energie verbruikt én de helft stiller is heeft de toekomst. tekst en foto frank hylkema
uus Bertels van Bronswerk Heat Transfer BV in Nijkerk is de geestelijk vader van de Whizz-Wheel, G een ventilator die wordt gebruikt in allerlei toepassingen waar luchttoevoer en -circulatie nodig is. Het koelen van gassen in de petrochemie bijvoorbeeld. Shell en de NAM zijn al klant. Het enorme gevaarte met een diameter tussen de vier en tien meter is gemaakt van ultralicht maar zeer sterk materiaal. De futuristisch gevormde schoepen zijn gevormd van kunststof maar hebben een bijzondere metalen binnenkant om een optimale stijfheid en vormvastheid te waarborgen. Bertels: “Ik heb een achtergrond in de vliegtuigbouw, maar ik ben ook werktuigbouwer. Door technieken uit de vliegtuigbouw te gebruiken is de Whizz-Wheel dertig procent lichter dan andere systemen. Het superlichte materiaal zorgt voor veel minder trillingen, waardoor de levensduur van onze ventilator aanzienlijk wordt verlengd. Maar het belangrijkst is natuurlijk de energie besparing van wel vijftig procent.” Het bijzondere van de Whizz-Wheel zit niet alleen in het materiaalgebruik. Bertels: “Onze ventilator heeft veel meer schoepen dan de gebruikelijke vier. En die schoepen hebben een optimale, gewelfde vorm. Bovendien draaien ze in een aerodynamische buitenring die trillingen en weerstand enorm vermindert, zoals ook gebeurt bij de wingtips op vliegtuigvleugels.” stil en zuinig
“Als je bedenkt dat dertig procent van alle elektriciteit door ventilatoren wordt gebruikt, zou je kunnen stellen dat de Whizz-Wheel één op de zes energiecentrales overbodig maakt.” zegt Bertels. “Wanneer de ventilator ook nog wordt aangedreven door een moderne en duurzame elektromotor worden de voordelen nog groter.” De ventilator is ook nog eens vier tot zes decibel stiller dan traditionele systemen. Bertels: “Dat is zo’n beetje het verschil tussen een brommer en een fiets.” EOS subsidie
Bronswerk maakte voor de ontwikkeling van de Wizz-Wheel gebruik van Energie Onderzoeks Subsidie (EOS). Subsidieverstrekker Agentschap NL (onderdeel van het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie) helpt bedrijven het innovatieproces te versnellen. EOS ondersteunt het hele traject van idee tot marktintroductie. Kijk voor meer informatie op www.senternovem.nl/eos
20
>> metaaljournaal voorjaar 2011
metaaljournaal voorjaar 2011 <<
21
kenteq-verkiezingen
Opleiders met hart en ziel Bozèna van Trigt over het succes van de praktijkopleiders OOM-bedrijven hebben het goed gedaan bij de laatste Kenteq-verkiezing van beste praktijkopleider en beste leerbedrijf. OOM doet er dan ook alles aan om de status van praktijkopleider te vergroten. ‘Het is niet iets wat je er even bij doet.’ tekst johan van der tol foto frank ruiter
BOZèNA VAN TRIGT is als beleidsadviseur scholing van Oom betrokken bij de activiteiten van kenteq.
et zijn heel gedreven mensen, die puur vanuit “H het hart werken en toegewijd zijn aan het vak. Dat is hartverwarmend in deze tijd, waarin productiviteit en efficiëntie zwaar wegen.” Beleidsmedewerkster Bozèna van Trigt van OOM is duidelijk trots op de hoge notering van OOMbedrijven bij de verkiezing van beste praktijkopleider en leerbedrijf. Praktijkopleiders Adri Schepers en Leon Reijmer van OOM-bedrijven Melamo en Numac eindigden op de eerste en tweede plaats. OOMbedrijf Metalco De Leye werd het op twee na beste leerbedrijf. blijvertjes
Het is ook de kroon op het werk van OOM, zegt Van Trigt. “Wij hebben de cursussen ‘bedrijfsopleider’ en de opfriscursussen van de winnaars gefinancierd. En dat zien we nu terug. OOM en Kenteq werken al jaren samen om de status van praktijk opleider te vergroten. Het is niet iets wat je er even bij doet of dat 22
>> metaaljournaal voorjaar 2011
onder het mom van efficiëntie even stilgelegd kan worden. Dan snijd je je als bedrijf op lange termijn in de vingers.” Juist nu het aantal leerlingen in de techniek afneemt, is de rol van de praktijkopleider belangrijk, stelt Van Trigt. “Zo slaat de winnaar van de verkiezing, Adri Schepers, een brug tussen zijn bedrijf Melamo en het onderwijs.” Schepers heeft op dit moment zeven stagiairs en zes BBL’ers onder zijn hoede. De meeste leerlingen zijn ‘blijvertjes’; Schepers kan binnen het bedrijf zo tien oud-leerlingen aanwijzen. “Opleiden heeft Melamo altijd gedaan, maar de laatste jaren hebben we een tandje bijgezet,” zegt Schepers. “Het moet nu, anders zijn we te laat.” Zelf doet hij het al bijna dertig jaar, maar pas vanaf 2000 kreeg die op leidingsfunctie een officiële status. Schepers volgde bij Kenteq en op kosten van OOM cursussen praktijkopleiding en is inmiddels ook bevoegd examinator. Behalve Schepers
Wie is de beste Praktijkopleider van 2010? Kenteq is het kennis- en adviescentrum voor technisch vakmanschap. Kenteq wil bijdragen aan loopbaanontwikkeling en hoogwaardig vakmanschap in de techniek. Ieder jaar organiseert Kenteq de verkiezing ‘Beste Leerbedrijf’ en ‘Beste Praktijkopleider’. Op de volgende pagina’s zie je wie de winnaars zijn. Meer informatie over Kenteq vind je op www.kenteq.nl
metaaljournaal voorjaar 2011 <<
23
branche in beeld
Ook oude techniek ‘Op machines schrijf je af, op mensen schrijf je bij.’
zijn er nog zes praktijkopleiders binnen het zeventig werknemers tellende Melamo, maar hij is het gezicht naar buiten en de coördinator. een leven lang leren
Ook de nummer twee is een schoolvoorbeeld van opleiden in de praktijk, aldus Van Trigt. “Numac heeft de Numacademy mede vorm gegeven, waarmee de kreet ‘een leven lang leren’ wordt uitgevoerd.” Leon Reijmer van Numac vindt dat hij de tweede plaats als praktijkopleider voor een groot deel te danken heeft aan zijn werkgever. “Die vindt het opleiden en ontwikkelen van personeel heel belangrijk. Daardoor kan ik me er met een collega fulltime mee bezighouden.”
Open dag Door de contacten die praktijk opleider Adri Schepers heeft met vmbo’s en roc’s in de buurt is het voor Melamo niet moeilijk nieuwe instroom te krijgen. “Het jaar voor de vmbo-stage ga ik naar de school toe, houd een praatje en nodig de leerlingen uit voor de open dag. Dan worden zo’n 25 kinderen getrakteerd op koek en limonade. Ze mogen een gaatje boren en hun naam graveren. Later zie je sommigen terug voor hun stage.” Schepers en Melamo proberen ook meisjes te interesseren voor het bedrijf. Er werken nu zes vrouwen, van wie twee op de werkvloer en de anderen vooral in technische functies op kantoor. Schepers is ook voor een half jaar twee dagen in de week als instructeur gedetacheerd bij een roc, waar hij praktijklessen verzorgt. Zijn werkgever biedt hem alle ruimte. “Opleiden in het productieproces is bij ons de rode draad. Daarbij hechten we ook veel belang aan waarden en normen.”
24
>> metaaljournaal voorjaar 2011
Straks wordt het door vergrijzing en ontgroening ‘touwtrekken om leerlingen’, zegt Reijmer. Hij denkt dat Numac dan door de goede op leiding en begeleiding een streepje voor zal hebben. “Onze oprichter en vroegere directeur Ger Camp zei het al: ‘Op machines schrijf je af, op mensen schrijf je bij.” ook voor kleine bedrijven
Vooral bij kleinere bedrijven is het lastig een opleider vrij te maken, erkent Bozèna van Trigt van OOM. “Elk uur dat een werknemer niet productief is, voel je. Je hebt er een zekere omvang voor nodig.” Er zijn afgelopen jaren veel kleine zelfstandigen bij gekomen in de sector. “En je hebt de niche beroepen: zelfstandigen in de creatieve sector. Deze mensen zouden best een leerling willen hebben, maar hebben niet de tijd en het geld om ze zelf te begeleiden.” Van Trigt, sinds juni in dienst bij OOM, ziet hierin een taak voor haar organisatie: “Kijken of we voor hen iets kunnen regelen bij bijvoorbeeld de scholingpools in de metaalbewerking.” Dat opleiding binnen een klein bedrijf niet onmogelijk is, bewijst Metalco deLeye. “Wij doen met tien medewerkers hetzelfde als wat grote ondernemingen doen,” zegt directeur/eigenaar Ad Verstijnen van Metalco de Leye, een OOMbedrijf in Oisterwijk. Voor Metalco de Leye is goed opgeleid, veelzijdig personeel pure noodzaak. “Anders moet je op prijs concurreren en dan leg je het af tegen de Polen en de Chinezen.” Metalco is bij de Kenteqverkiezing het hoogst genoteerde kleine bedrijf en de hoogst geëindigde metaal onderneming. Verstijnen: “Geweldig, als je bedenkt dat bij OOM bijna vijftienduizend bedrijven zijn aangesloten.”
Leon Reijmer is één van de grondleggers van de Numacademy, het opleidingsinstituut met praktijk leercentrum van Numac dat een carrière lang leren mogelijk maakt. Numac, dat machines onderhoudt en optimaliseert, heeft op dit moment tien stagiairs en vijf leer lingen in huis. Het bedrijf is in heel Nederland actief en voor het werven en begeleiden van stagiairs bezoekt Reijmer dan ook overal roc’s. Daar zit tegelijkertijd een probleem: elk roc geeft de lessen op zijn eigen manier. Er is Numac veel aan gelegen om de nieuwkomers specifieke Numaccompetenties te leren. “Een modern vak als mechatronica sluit niet altijd goed aan op wat wij doen,” zegt Reijmer over de mengeling van mechanica, elektrotechniek, elektronica en kennis van besturingssoftware. “Voor de toekomst is het wel goed, en ook bij de nieuwbouw van machines heb je wat aan zo’n vak. Maar wij onderhouden ook oudere machines. Lesgeven in oudere techniek gebeurt niet zo uitvoerig meer.”
De Vereniging Metalen Ramen en Gevelbranche (VMRG) komt op voor de gevelbouwbedrijven in Nederland. ‘Door de robots besparen we veel dure manuren en toch nemen we meer mensen aan’ tekst evelien hoekstra foto frank hylkema
robot bouwt gevelelementen
Meer informatie op www.kolf-molijn.nl en www.vmrg.nl
De lat elk jaar hoger
Metalco de Leye werkt al vanaf de oprichting in 1998 aan personeelsontwikkeling. Er loopt continu een BBL’er en nu is er ook een stagiair voor BOL4. Onlangs nog heeft het personeel in de fabriek een lascursus gehad. Ieder op zijn eigen niveau, van 1 tot 4. De docent van het roc werd betaald door de individuele OOM-subsidies bij elkaar te leggen. En een gepensioneerde leraar van de mts spijkert de theorie van het personeel bij. Onbezoldigd. “Maar als hij een roestvrijstalen onderstel voor een tuintafel wil hebben, dan maken we dat voor hem,” aldus directeur/eigenaar Ad Verstijnen. De kwaliteit van Metalco de Leye is dat ze alles uit vrijwel alle metalen kunnen maken, enkele stuks of in kleine oplages. Daarvoor moet je veelzijdig personeel hebben, dat steeds weer bijleert. “Ons motto is: elk jaar de lat een beetje hoger leggen.”
red Moes is algemeen directeur van Kolf & Molijn. Het bedrijf F maakt aluminium gevelelementen in de woning- en utiliteitsbouw. “Natuurlijk zijn wij lid van de VMRG. Zij komen op voor de belangen van de gevelbouwbedrijven. Bovendien stimuleert de vereniging ook de proces- en productie-innovatie.” Met dat laatste heeft Moes ervaring. Het bedrijf schafte twee splinternieuwe robots aan. “De kit- en lijmrobot pakt de gezaagde,
gefreesde of geboorde aluminium profielen op en brengt lijm en kit zeer nauwkeurig op de juiste plaats aan,” zegt Moes. personeelsbestand
Fred Moes is razend enthousiast over de robots. “Ze werken voortreffelijk. We besparen veel dure manuren en hoeven geen mensen te ontslaan. Integendeel: doordat de productie zo fors toeneemt nemen we meer mensen aan.” Onder hen ook vrouwen.
“Wij hebben vijf vrouwen in de productie die we intern opleiden. Vrouwen zijn serieus, gedisciplineerd en leergierig. Een specifiek voordeel van vrouwen is dat ze een fijnere motoriek hebben. Ze doen assemblagewerk, maar dit moet wel snel en secuur worden gedaan. Verder heeft Kolf & Molijn ook nog een Wajonger in dienst en vier monteurs met een verstandelijke beperking. Voor Moes betekent deze diversiteit de basis voor een goede sfeer op de werkvloer. metaaljournaal voorjaar 2011 <<
25
evc
‘Ik weet nu al waar ik sta’ Frans van de Wal (51), Magazijnmedewerker:
“Ik werk al 24 jaar bij dit bedrijf en heb alleen een lts-diploma. Ik ben begonnen bij het magazijn, de expeditie en daar is later ook de inkoop aan toegevoegd voor de verhuur van onze liften en steigers. Voor de EVC-procedure moest ik een portfolio opstellen met daarin mijn achtergrond en welke vaardigheden en technieken ik beheers. Vervolgens hebben we de werkplek bekeken. Uit het EVC-traject bleek dat ik voor Logistiek Teamleider niveau 3 drie van de vier kerntaken beheers. Dat betekent dat ik alleen nog een Nederlandse test moet halen, een cursus Engels schrijven en een vak over personeel aan nemen zou moeten volgen. En dan heb ik al mijn diploma voor een mbo niveau 3–opleiding. Binnenkort overleg ik met mijn leidinggevende wanneer ik de cursussen zal volgen. Maar het belangrijkste is dat ik nu al weet waar ik sta.”
Directeur Frank Klessens: ‘Je moet altijd innovatief blijven. Zonder vernieuwing kan je als bedrijf de toekomst niet aan, ook als werknemer trouwens niet.’
Het Ervaringscertificaat is als een foto van jezelf n het Brabantse Middelbeers staat de fabriek van wereldmarktIleider Alimak Hek. Midden in het
tekst evelien hoekstra foto’s frank hylkema
Veel werknemers in de metaal hebben het vak in de praktijk geleerd. Door jarenlange ervaring is hun vakmanschap ontwikkeld. Maar dat staat niet op papier. En veel werkgevers weten niet hoeveel ervaring hun personeel in huis heeft. Een Ervaringscertificaat (EVC) maakt vakmanschap inzichtelijk. Wij gingen op bezoek bij Alimak Hek, waar bijna de helft van de werknemers een EVC-traject doorliep.
26
>> metaaljournaal voorjaar 2011
boerenland is het gesprek met directeur Frank Klessens en directieassistent Mieke van den Heuvel. Klessens: “Wij zijn een bedrijf dat machines ontwerpt en vervaardigt voor verticaal transport. Je moet dan vooral denken aan bouwliften, hefsteigers, personen- en goederenliften en transportsteigers voor in de bouw en de industrie.”
bestand met twintig procent moeten reduceren. In overleg met de ondernemingsraad besloten we een EVC-traject te beginnen. In het reorganisatieplan stond dat we de mensen zouden helpen met het zoeken naar een nieuwe baan. Veel medewerkers binnen Alimak Hek hebben hier lang gewerkt, maar ze hebben vaak weinig diploma’s.” Klessens: “Vervolgens konden ook alle medewerkers die bleven een EVC-procedure volgen.”
Hoe zijn jullie in aanraking gekomen met EVC? Van den Heuvel: “OOM-regiomanager Marcellino Kat attendeerde ons op de mogelijkheden voor het be halen van een EVC-certificaat. Dat wordt gedeeltelijk door OOM vergoed. Door de wereldwijde economische crisis was een reorganisatie bij Alimak Hek noodzakelijk. Het bedrijf heeft zijn personeels
Wat zijn de resultaten? Van den Heuvel: “Van alle mensen die te maken kregen met de reorganisatie heeft veertig procent aan het EVC-traject deelgenomen en het ook afgerond. Ook van de medewerkers die bleven is bijna de helft bezig met het traject. We hebben hier een aantal collega’s met gouden handjes die door vele jaren praktijkervaring meer kunnen dan hun diploma’s laten zien. De vraag
is: hoe kunnen wij hun werkervaring verkopen op de arbeidsmarkt? EVC geeft je de kans om je kennis en vaardigheden inzichtelijk te maken. Als je weet wat je kunt, helpt dat je weer om werk te krijgen. En nadenken over het personeels beleid is voor een werkgever van groot belang voor de toekomst.” Klessens: “Voor de werknemer is het mooi om een certificaat te krijgen waarin precies beschreven
‘Wij willen een toekomstbestendig opleidingsplan van elke werknemer opstellen.’
metaaljournaal voorjaar 2011 <<
27
staat welk traject doorlopen is en in hoeverre hij of zij aan de gestelde eisen voldoet, vergezeld van een scholingsadvies. Voor alle deelnemers op mbo-niveau die het traject al hebben afgerond, heeft het vrijstellingen van onderdelen van een opleiding opgeleverd. Als zij de ontbrekende vaardigheden of kennis nog bijspijkeren, kunnen zij hun certificaat verzilveren in een diploma. Omdat bijna niemand wist wat
‘Investeren in medewerkers is investeren in het bedrijf. Kwaliteit nastreven begint bij de medewerker.’ ‘Het is een groot voordeel dat we een beter inzicht hebben in de verborgen kwaliteiten van ons personeel.’
Ervaringscertificaat
Een EVC-traject bestaat uit drie onderdelen: meten, waarderen en erkennen. Eerst stelt een beoordelaar een portfolio op aan de hand van bewijsmateriaal als vaardigheden, interviews en een bedrijfsbezoek. Daarna schrijft de beoordelaar een EVC-rapport, waarin staat wat de ervaring en de kennis van de betreffende werknemer waard zijn. Als blijkt dat de werknemer op het niveau zit van een mbo- of hbo-diploma, kan een mbo- of hbo-instelling dit diploma verlenen. Als de kennis en ervaring niet precies passen bij een bestaand diploma, geeft de beoordelaar een certificaat en een scholingsadvies om alsnog een erkend diploma te verkrijgen.
een EVC-traject inhield en hoe nuttig het kan zijn, hebben wij erop aangedrongen dat de mensen bij de voorlichtingsbijeenkomst waren en een intakegesprek deden. We zijn erg blij dat ze dat wilden.” Van den Heuvel: “Nu de resultaten van de EVC’s langzaam binnenkomen, zal de leidinggevende deze met de werknemer gaan bespreken. De vervolgvraag luidt natuurlijk in hoeverre wij of de werknemer de behoefte hebben om zich verder te laten scholen. Wij willen een toekomstbestendig opleidingsplan van elke werknemer opstellen.”
Wat zijn volgens u de grote voordelen van EVC voor de werknemer en de werkgever? Van den Heuvel: “Een EVC-traject laat de kennis en kunde van de medewerkers zien. Het maakt als het ware een foto van je en laat zien welke competenties je beheerst. Op deze manier wordt duidelijk wat je vaktechnisch allemaal in huis hebt. Voor de werknemer betekent dit dat zijn ervaring en kwaliteiten erkend worden, waardoor zijn arbeidsmarktpositie verbetert. Bovendien kan een werknemer met het scholingsadvies versneld een erkend diploma halen. Wij weten door de certificaten veel beter hoe we mensen kunnen inzetten, waardoor voor ons de loopbaanontwikkeling van onze werknemers gemakkelijker wordt. Daarnaast is het een groot voordeel dat we een beter inzicht hebben in de soms
verborgen kwaliteiten van ons personeel. Wij kunnen nu onze werknemers efficiënter inzetten en een bijdrage leveren aan hun leerontwikkeling.”
Hoe verliep de intake van de EVC’s? Klessens: “De voorlichtingsbijeenkomsten zijn op het bedrijf zelf geweest. En vanwege het grote aantal aanvragen voor een intakegesprek, zijn die ook hier gehouden. Ik moet ook zeggen dat dat heel drempel verlagend heeft gewerkt. Anders moest men naar een onbekende instantie en hier is het natuurlijk heel vertrouwd. Vrijwel iedereen heeft een intakegesprek gehad, waarin nadrukkelijk aandacht is besteed aan het doel van de EVCprocedure voor de individuele werknemer. Met name bij de werknemers die het bedrijf moesten verlaten, kon het ervaringscertificaat bij een sollicitatiegesprek inzicht geven in hun kennis en ervaring. Het opleidingscentrum heeft van tevoren uitgebreid met hen gesproken over welke opleiding als uitgangspunt moest dienen van het EVC.” Welke rol heeft opleiden en ontwikkelen binnen jullie bedrijf? Klessens: “Je moet altijd innovatief blijven. Zonder vernieuwing kan je als bedrijf de toekomst niet aan, als werknemer trouwens ook niet. Bovendien werk het motiverend voor de werknemers. Investeren in medewerkers is investeren in het bedrijf. Kwaliteit nastreven begint bij de medewerker. Je moet scherp blijven.” Wat maakt EVC zo succesvol? Van den Heuvel: “EVC geeft aan waar je als werknemer staat. On bewust heb je door jarenlange ervaring een hoger opleidings niveau gehaald. Dit bekrachtigt het certificaat. Het is een bewijs van eigen kunnen. Met een EVC ben je direct inzetbaar in het bedrijf en op de arbeidsmarkt. Het is voor ons belangrijk om te weten wat de mensen kunnen en of we ze binnen het bedrijf een nog betere plek kunnen geven. Op welk niveau staat een medewerker nu? Werk nemers en werkgevers moeten continu bezig zijn met ontwikkelen. De vraag moet altijd zijn of de medewerkers voldoende geschoold zijn voor de toekomst.”
foto rob overmeer
evc
Henk Wijninga, Landelijk bestuurder metaal bij FNV Bondgenoten en bestuursvoorzitter van OOM
“De technologische ontwikkelingen gaan snel. Als mensen niet bijscholen, lopen ze snel achterop. Kennis vernieuwt zich permanent. De waarde van EVC is daarom groot: je ziet waar gebrek aan kennis is en wat je zou moeten bijscholen. Het onderhouden van vakkennis levert een weerbare positie op de arbeidsmarkt op. Voor met name de technische functies is een EVC waardevol. Ook voor de werkgever is een EVC-procedure interessant. Door te weten waar je werknemers staan, kun je een gericht opleidings- en ontwikkelingsbeleid voeren. ” Wat kan OOM betekenen?
OOM kan helpen bij het inzetten van een EVC-procedure. Verder kun je bij OOM een bijdrage aanvragen voor het laten uitvoeren van een EVC-procedure. Kijk voor meer informatie en de voorwaarden op www.oom.nl/evc of neem contact op met onze regiomanagers.
Directie-assistent Mieke van den Heuvel: ‘Onbewust heb je door jarenlange ervaring een hoger opleidingsniveau gehaald. ’
28
>> metaaljournaal voorjaar 2011
metaaljournaal voorjaar 2011 <<
29
de cursist
Jan Meijers leeftijd: 49 bedrijf: sormac (www.sormac.nl) functie: plaatwerker cursus: mechatronica
Terug naar school Plaatwerker Jan Meijers zat dertig jaar geleden voor het laatst in de schoolbanken. Maar toen zijn werkgever hem vroeg of hij wilde meedoen aan een interne cursus mechatronica, was hij meteen enthousiast. ‘Straks kan ik ook aan de slag als monteur in de buitendienst. Dat maakt mijn werk nog afwisselender.’ tekst annemarie vestering foto mark van der zouw
lke woensdagavond eet Jan Meijers op zijn werk. Zijn werkgever Sormac E verzorgt dan een warme maaltijd voor de medewerkers die de tweejarige interne cursus mechactronica volgen. Geen overbodige luxe, want de lessen waarmee Jan en zijn collega’s worden opgeleid tot allround machinebouwer duren van één uur ’s middags tot acht uur ’s avonds. Voor de pauze krijgen ze theorieles in de bedrijfskantine, daarna voeren ze opdrachten uit op de werkvloer. Dan ontleden ze bijvoorbeeld een machine onderdeel, zodat ze in het vervolg precies weten hoe ze dat moeten repareren. Zo komen alle machines die bij Sormac worden gemaakt voor de groenteverwerkende industrie een voor een aan bod. buitenkansje
“De interne cursus is een mooie manier om mensen op te leiden. Voor het bedrijf is het belangrijk dat alle medewerkers alle machines van binnen en van buiten kennen. Voor de werknemers is het een buitenkans. Na de cursus kan ik ook aan de slag als monteur in de buitendienst. Dat maakt mijn werk afwisselender en interessanter. Maar het is sowieso mooi meegenomen als je je kennis over de machines kunt opfrissen. Die kun je overal in het bedrijfsleven toepassen. Ik volg nu niveau drie, maar wil ook niveau vier nog doen. Dan wordt leidinggeven behandeld.” Sormac heeft 42 medewerkers in dienst.
30
>> metaaljournaal voorjaar 2011
De helft van hen werkt, net als Jan, in de productie. “Mijn collega’s zijn van alle leeftijden, maar een aantal is niet meer de jongste. Het verbaasde me dan ook niet dat uit een onderzoek van de afdeling P&O bleek dat dertig procent van de productiemedewerkers binnen vijf jaar met pensioen zal gaan. Daarom zijn er inmiddels vier jonge technici in dienst genomen. Ik doe de cursus met hen en met elf jongeren die bij ons een beroepsbegeleidende leerweg volgen. Je merkt dat de oudere werknemers hun kennis en ervaring graag overdragen aan de jongeren. Handig, want zo blijft die kennis binnen het bedrijf.” aangename verassing
De tweejarige cursus mechatronica werd opgezet door Sormac, na overleg met Kenteq, kennis- en adviescentrum voor technisch vakmanschap en Patricia Storms, regiomanager bij OOM. Patricia Storms: “Ik was aangenaam verrast door de gedegen opzet van de cursus, maar ook door het belang dat het bedrijf aan opleiding en ontwikkeling hecht. De volgende interne cursus voor de buitendienst staat alweer op stapel. Dit is wat we graag willen bij OOM: dat bedrijven investeren in een continue opleidingscyclus en dat ze alle medewerkers daarbij betrekken.”
Op www.oom.nl/regelingen lees je alles over subsidies voor het volgen van cursussen.
metaaljournaal voorjaar 2011 <<
31
personeelsbeleid
illustratie enkeling
Dit is een initiatief van TechniekTalent.nu TechniekTalent.nu is een uniek samenwerkings verband van bedrijfsleven, opleidingsfondsen, koepelorganisaties en scholen. Met maar één doel: meer instroom en behoud van (jonge) mensen in de techniek.
Wat doet een werkgever van een klein bedrijf zonder personeelsafdeling? Die gaat naar het café!
en een portie P&O graag... e worden P&O-cafés genoemd, de bijeenkomsten van een aanZ tal kleinere technische bedrijven waar toekomstgericht p&o-beleid centraal staat. Volgens OOMregiomanager Patricia Storms zijn de p&o-cafés een succes. “De bedrijven worden niet alleen wijzer met elkaar, maar vooral ook van elkaar.” De p&o-cafés faciliteren bedrijven om van elkaar te leren bij het verbeteren of op poten zetten van actief personeels-
‘Bedrijven worden niet alleen wijzer met elkaar maar vooral ook van elkaar’ management. Een professioneel advies- en trainingsbureau, met de nodige kennis van het mkb en van techniek, begeleidt de deelnemers. “Vanwege de vergrijzing is toekomstgericht personeelsbeleid van wezenlijk belang voor een bedrijf,” zegt Storms. “Als je personeel wilt vasthouden, moet je duidelijkheid 32
>> metaaljournaal voorjaar 2011
bieden. Anders worden je mede werkers ontevreden en dan ben je ze kwijt. Het gaat hier wel om kleine bedrijven, zonder aparte personeelsfunctionaris. De meeste bedrijven geven zelf eerlijk aan: ‘Bij ons ligt er niets vast, alles op het gebied van personeelsbeleid gebeurt ad hoc. We hebben het al zo druk, dit doen we erbij.’ Het zijn bovendien technici of mensen met een administratieve achtergrond die verantwoordelijk zijn voor p&o; mensen dus die hiervoor niet zijn opgeleid.” “Het project is heel flexibel opgezet. We kijken waaraan behoefte is,” zegt Storms. “Zo bleek al snel dat niemand zijn functieprofielen up-to-date had, als ze er al waren. Dan kun je ook geen goede functioneringsgesprekken voeren. Wij leveren dan onze bijdrage door materiaal aan te leveren voor die functieprofielen. Wij zijn steeds bij de bijeenkomsten voor praktische steun. Bijvoorbeeld als iemand zegt dat de kosten voor een bepaalde
opleiding te hoog zijn. Of als iemand iets niet begrijpt uit de cao. Wij zoeken dan zaken uit en geven tips, over een tegemoetkoming voor opleidingen bijvoorbeeld.” Opleidingsmogelijkheden voor het personeel lopen als een rode draad door het hele project. Storms: “We praten steeds over strategische en bedrijfsopleidingsplannen. Waar wil je als bedrijf naartoe, wat voor mensen heb je daarvoor nodig, welke kwalificaties horen daarbij en welke opleidingen moet je dan hebben? Die vragen zitten overal in verweven.” De bijeenkomsten worden vooral benut om ervaringen uit te wisselen. “En het houdt niet op na de acht geplande bijeenkomsten. Het is nadrukkelijk de bedoeling dat dit een netwerkkring blijft. Ook moderne communicatiekanalen als LinkedIn kunnen helpen om vragen te beantwoorden. Voor medeorganisator TechniekTalent.nu is dat ook belangrijk. We willen iets duurzaams neerzetten.”
denise van der jagt (37) gebruikte haar PTT VOOR de cursus ‘rvs introductie’
“Ik werk als inkoper en administratief medewerker bij Smitsair in Uithoorn. We maken hier luchttechnische componenten voor verwarming, koeling en ventilatie. Ik heb deze cursus gedaan om meer te weten te komen over de achtergrond van de materialen die ik inkoop. Ik hou binnen het bedrijf de voorraden bij en koop eigenlijk al jaren dezelfde producten. Het was een cursus van één dag, maar ik weet nu wel waar ik het over heb.”
foto frank ruiter
metaaljournaal voorjaar 2011 <<
33
OOM, AANGENAAM! Wie is OOM?
Hoe wordt OOM gefinancierd?
De toekomst van een bedrijf valt of staat met goed opgeleide mensen. OOM, het Opleidings en Ontwikkelingsfonds van de Metaalbewerking, zet zich in om vakmanschap in de branche te behouden en te vergroten. Bij OOM zijn een kleine 15.000 bedrijven en circa 145.000 werknemers aangesloten. Daarmee is OOM één van de grootste opleidingsfondsen van Nederland.
OOM krijgt geld van bedrijven uit de metaal bewerking. Dit geld wordt zeker gesteld door een loonheffing (het percentage is bepaald door cao-afspraken tussen werkgevers en werknemers). Ook vraagt OOM landelijke en Europese subsidies aan.
Wat doet OOM? Onze missie is het het professionaliseren van de Metaalbranche. Dit doen wij door financiële steun te bieden aan werknemers en werkgevers die door het volgen van een opleiding of cursus beter willen worden in hun werk. Daarnaast adviseert OOM bedrijven bij de opleiding en ontwikkeling van hun personeel. Ook zet OOM zich in om de instroom in de branche te vergroten. Want met de vergrijzing voor de deur zijn de komende jaren veel geschoolde arbeidskrachten nodig.
Wie bestuurt OOM? Het bestuur van OOM bestaat uit vertegenwoordigers van werkgeversorganisaties en werknemersorganisaties; de ‘sociale partners’. De vertegenwoordigers van de werkgevers zijn afkomstig uit de Koninklijke Metaalunie. De werknemersvertegen woordigers komen uit FNV Bondgenoten, CNV Vakmensen en De Unie.
Contact met oom Heeft u een vraag of wilt u hulp van een van onze medewerkers? Er zijn verschillende manieren waarop u ons kunt bereiken. Via de regiomanagers OOM vindt het belangrijk om aanwezig te zijn in het land. Daarom zijn er tien regiomanagers. Zij zijn het aanspreekpunt voor zowel werkgevers als werknemers. Op deze pagina’s kun kunt u kennismaken met onze regiomanagers.
Rijnstreek en Haaglanden Pieter Langeveld Telefoon: 06 30 411 211 E-mail:
[email protected]
Op het hoofdkantoor Postadres: Postbus 15, 2390 AA Hazerswoude-Dorp Bezoekadres: Frankrijklaan 10, 2391 PX Hazerswoude-Dorp Telefoon: 0172 - 52 15 00 | Fax: 0172 - 52 15 77 E-mail:
[email protected] Onze medewerkers zijn bereikbaar van maandag tot en met vrijdag van 8.30 tot 17.00 uur. Op internet www.oom.nl
Een opleiding? OOM helpt met raad en daad. OOM biedt advies en materiële steun bij opleiden en ontwikkeling. In 2011 zal een aantal regelingen veranderen. Op de volgende pagina’s een overzicht van wat OOM volgend jaar kan bieden aan werkgevers en werknemers in de metaal. De Persoonlijke TrainingsToelage (PTT2011)
Limburg Patricia Storms Telefoon: 06 20 956 803 E-mail:
[email protected]
Deze regeling heeft als doel het vakmanschap in de metaal te vergroten. De PTT2011 geeft een bijdrage in de scholingskosten van werknemers. De vergoeding bedraagt de helft van de scholingskosten per werknemer per jaar, tot een maximum van € 500. Per bedrijf is een bijdrage beschikbaar voor tien werknemers of, indien dat meer is, dertig procent van het personeelsbestand. Kijk voor meer informatie en de voorwaarden op www.oom.nl/PTT2011
De Leerwerkbijdrage Voor elke werknemer met een (leer) arbeidsovereenkomst bij een bij OOM aangesloten bedrijf die een beroepsopleiding gaat volgen, kan de werkgever een Leerwerkbijdrage aanvragen. Er zijn bijdragen beschikbaar voor beroepskwalificerende opleidingen op mbo-niveau en op hbo-niveau. Met deze bijdrage wil OOM werknemers enthousiast maken voor een beroepsopleiding die leidt tot een erkend diploma en werkgevers stimuleren om leerlingen aan te nemen. Kijk voor meer informatie en de voorwaarden op www.oom.nl/leerwerkbijdrage
Wie is uw regiomanager? De regiomanager vertegenwoordigt OOM in uw regio. Bij hem of haar kunt u terecht voor al uw vragen over opleiden en ontwikkeling.
De Stagebijdrage Noord-Holland m.u.v. het Gooi Anton Verlaan Telefoon: 06 51 990 830 E-mail:
[email protected]
Zeeland en West-Brabant Jet Ruiter Telefoon: 06 51 990 833 E-mail:
[email protected]
34
>> metaaljournaal voorjaar 2011
Overijssel en de Noordoostpolder Jan Abbing Telefoon: 06 51 990 828 E-mail:
[email protected]
Gelderland Johan-Peter Leeuwenburg Telefoon: 06 53 366 148 E-mail:
[email protected]
Voor de begeleiding van stagiairs stelt OOM een bijdrage beschikbaar. Werkgevers met een stageplaats voor een stagiair van vmbo, mbo (BOL) of hoger onderwijs ontvangen € 125 per stagemaand, bij een vijfdaagse stageweek. Bij minder dagen per week is de vergoeding evenredig lager. Kijk voor meer informatie en de voorwaarden op www.oom.nl/stagebijdrage
Het Ontwikkelbudget Om het personeelsbeleid van de organisatie te ontwikkelen en het begeleiden van werknemers te professionaliseren, kunnen werk gevers bij OOM een Ontwikkelbudget aanvragen. Het Ontwikkelbudget is geldig voor twee jaar. In 2011 kunnen maximaal 400 bedrijven gebruik maken van het Ontwikkelbudget. Op www.oom.nl/ontwikkelbudget is te zien hoeveel bedrijven er nog gebruik kunnen maken van deze regeling.
Alternatieve leerplek (ALP) Om de instroom en de opleiding van leerlingen in 2011 op niveau te houden, is de tijdelijke regeling Alternatieve leerplek in het leven geroepen. Jongeren zijn tenslotte onmisbaar in onze bedrijfstak. Ze zorgen voor frisse kennis en productiviteit; hard nodig als de economische crisis voorbij is én als straks een grote groep werk nemers met pensioen gaat. Werkgevers kunnen een aantrek kelijke extra bijdrage ontvangen door leerwerkplekken aan te bieden in hun bedrijf. Kijk voor meer informatie en de voorwaarden op www.oom.nl/alp
Jobstart Jobstart is een vergoeding voor het scholen en begeleiden van werkzoekenden en arbeidsgehan dicapten die bij een OOM-bedrijf aan de slag willen. Kijk voor meer informatie en de voorwaarden op www.oom.nl/jobstart
metaaljournaal voorjaar 2011 <<
35
Het Ervaringscertificaat (EVC) Veel werknemers in de metaal hebben het vak in de praktijk geleerd; door jarenlange ervaring is hun vakmanschap ontwikkeld. Toch weten zij niet precies wat ze vaktechnisch waard zijn, terwijl veel werkgevers niet weten hoeveel ervaring hun mensen in huis hebben. Een Ervaringscertificaat (EVC) maakt dit vakmanschap inzichtelijk aan de hand van een uitgebreid en gefundeerd rapport, en kan onder andere diploma’s opleveren als blijkt dat de werknemer op mbo- of hbo-niveau zit. OOM biedt een vergoeding voor EVCprocedures. Kijk voor meer informatie en de exacte voorwaarden op www.oom.nl/evc
Meer informatie over de regelingen en de voorwaarden vindt u op www.oom.nl/regelingen. Om een regeling aan te vragen gaat u naar www.mijnoom.nl.
Metaaljournaal is een uitgave van het Opleidings- en Ontwikkelingsfonds voor de Metaalbewerking (OOM). OOM adviseert over scholing en personeelsbeleid in de metaalbewerking. OOM is de uitvoerings organisatie van sociale partners. In het fonds zijn de volgende organisaties vertegenwoordigd:
Utrecht, het Gooi, Flevoland, Veluwe Evert Polhoud Telefoon: 06 51 991 659 E-mail:
[email protected] Rijnmond Houria Belkhadda Telefoon: 06 30 412 983 E-mail:
[email protected]
WOORD ZOEKER Speel de puzzel online en maak kans op deze rijkgevulde gereedschapskoffer. Ga naar www.metaaljournaal.nl om de woordzoeker in te vullen. En als je de hoofdprijs niet wint, maak je altijd nog kans op dat andere topgereedschap.
Vanuit werkgevers: ❚ Koninklijke Metaalunie, Nederlandse Organisatie van ondernemers in het MKB in de metaal ❚ Nederlandse Vereniging van Modelmakerijen (NVvM) ❚ Nederlandse Vereniging van Ondernemers in het Graveerbedrijf (NVOG)
61-delige bitset van Stanley. Professionele kwaliteit.
Hoofdprijs 106-delige aluminium gereedschapskoffer. Kwaliteitsgereedschap van Kraftwerk.
Vanuit werknemers: ❚ FNV Bondgenoten ❚ De Unie ❚ CNV Vakmensen
5x tweede prijs
10x derde prijs 5-delige schroevendraaierset. Gehard staal, zwarte punt, ergonomisch gevormd.
Na schriftelijke toestemming van OOM is het mogelijk delen uit deze publicatie over te nemen.
Colofon
Weten wie uw regiomanager is? Ga naar www.oom.nl en vul uw postcode in.
❚ Redactie: Frank Hylkema Michel Revet (eindredactie) ❚ Medewerkers OOM: Linda Roessen Barbara Verhulst ❚ Redactionele bijdragen: Annemiek de Gier Evelien Hoekstra Frank Hylkema Johan van der Tol Annemarie Vestering ❚ Fotografie: Hans van den Heuvel Frank Hylkema Rob Overmeer Frank Ruiter Milan Vermeulen Mark van der Zouw ❚ Ontwerp en productie: Team Hilgersom, Amsterdam
❚ ISSN: 1568-0959
De woorden uit de lijst staan kriskras verborgen in het veld met letters. Als je met alle woorden uit de lijst het letterveld hebt doorgestreept, vormen de overgebleven letters (in de leesrichting) de oplossing van de puzzel.
m o
e
r
m o
o
r
t
s
n
i
m
e
t
a
a
l
r
o
t
o m
n
v
s
o
p
l
e
i
d
i
n
g
n
k
e
m
r
o
b
o
t
e
v
k
o
e
e
r
a
v
b
o
l
o
a
s
v
i
r
r
s
c
a
o
f
a
k
e
a
n
f
a
n
p
h
l
o
v
m
d
t
h
c
a
d
c
a
i
a
r
a
o
i
c
u
r
s
u
s
n
n
s
n
i
e
e
r
j
s
t
a
g
e
e
s
g
v
t
i
k
e
n
t
e
q
n
a
e
c
b
m
i
g m
a
g
g
e
n
r
r
Techniek innovatie mig-mag bijscholen cursus opleiding evc machine kenteq metaal verspanen vakman instroom moer lasser robot frees boor cad motor stage regiodesk
Dit zijn de winnaars van de najaarspuzzel Friesland, Groningen en Drenthe Michiel Jansen Telefoon: 06 53 762 417 E-mail:
[email protected]
36
>> metaaljournaal voorjaar 2011
Midden- en Oost-Brabant Marcellino Kat Telefoon: 06 51 990 835 E-mail:
[email protected]
iPad: R. Alferink uit Oldemarkt PC-speakerset: David van Dongen uit Oosterhout, Maria Beening uit Aalten, Dorien Langeveld uit Groningen, Henrie Verboven uit Eindhoven, D. Koezema uit Leeuwarden Mini-ratelset: Martijn Doeven uit Wapserveen, Peter Buskermolen uit Zevenhoven, Jacques Hooi uit Alphen aan den Rijn, Walter van Rossum uit Beek-Ubbergen, Sjors van den Hurk uit Veghel, Wilfred Tak uit Oudenbosch, Ramon Willeman uit Kraggenburg, Ron Strobos uit Zuidermeer, Roy Bruinsma uit Almelo, Nency van Essen uit Kootwijkerbroek metaaljournaal voorjaar 2011 <<
37
goed nieuws Ook in 2011 helpt OOM werknemers in de metaalbewerking weer met het vergroten van hun vakmanschap. En dat is goed nieuws, want door het volgen van een opleiding blijft je werk tenslotte leuk. Werknemers die een opleiding willen volgen kunnen samen met hun werkgever een bijdrage in de kosten aanvragen uit de Persoonlijke TrainingsToelage (PTT)2011. Mooi meegenomen, toch? O ja, er is één maar: voor deze regeling geldt ‘op is op’. Daarom vind je op www.oom.nl/PTT2011 een meter waarop je precies kunt zien hoeveel mensen al een bijdrage hebben aangevraagd, hoeveel budget er nog over is en wat de voorwaarden zijn. En dan nu onze uitdaging: ervoor zorgen dat al jullie aanvragen goed worden afgehandeld! Wil van Goozen-Bakker en Jan Geluk Administratief medewerkers