26-6-2013
Doel van de cursus § SLAGEN!!!!!!!!!!!!
Opzet cursus § Leren en herhalen (strakke planning) § Ideale modus: − 1 dag voorbereiden − 1 dag aanwezig − nalezen behandelde stof § Op de dag belangrijke onderwerpen § Valkuilen trainen § Oefenvragen
1
26-6-2013
Examen § Aantal vragen: 80 − 62 vragen Wft-HK (140 min) (incl. 20 vragen Beleggen) − 18 vragen SEH (40 min) § Totale duur: 3 uur § Slaaggrens: resp. 42 en 12 vragen § MC en open vragen (berekeningen)
SEH en Wft Basis § Voor de Erkenning is bezit van het Wft-diploma Basis (of ander daaraan gelijkgesteld diploma) vereist § Indien geen Wft-diploma Basis aanwezig is, dan zijn er 2 keuzes: 1. Niets doen. SEH-diploma geldt als diploma Wft-Hypotheken 2. Registreren (kosteloos) als Erkende op termijn (en later alsnog aan de eisen voldoen)
Introductie en werkafspraken
2
26-6-2013
Opzet van de cursus § Ook examenvragen over niet behandelde onderwerpen § Toetstermen op www.seh.nl § Opgeven voor het examen na dag 1 § Kennismeting vooraf § Oefenvragen achteraf § Oefenexamens op www.seh.nl § Examentraining
Begrijpend (snel)lezen § Via Lindenhaeghe nu ook te boeken: § Online Snellezen Training § Hoezo?
Huidige situatie § 1,5 miljard mensen moeten informatie verwerken om hun werk te kunnen doen § Deze “kenniswerkers” spenderen minstens 2,5 uur per dag met het lezen, begrijpen, leren, analyseren en onthouden van:
ü contracten ü artikelen ü emails ü werk gerelateerde magazines ü vergaderingen en presentaties ü werk gerelateerde nieuws items
3
26-6-2013
Huidige problematiek Effect
Resultaat
Langzame lezer*
Kost veel tijd
Minder tijd voor kerntaken
Teveel leeswerk
Leest niet alles
Mist informatie
Makkelijk afgeleid
Herleest de stof
Probleem
Kan informatie de volgende dag niet meer herinneren
Gefrustreerd
Minder tijd voor kerntaken Kan de informatie niet gebruiken
* De gemiddelde leessnelheid is 200 woorden per minuut. Om bij te blijven is een leestempo van 450 woorden per minuut nodig.
Oplossing § Kenniswerkers helpen om informatie sneller en beter te verwerken, met minder inspanning! § Het effect voor u is: ümeer tijd kunnen besteden aan de belangrijke werkzaamheden üeen betere “output” hebben door beter en meer documenten te kunnen lezen
Online Snellezen Training § “Als u sneller leest, wordt uw tekstbegrip niet lager!” § “Snellezers lezen wel alles!” § Ga naar Lindenhaeghe.nl/snellezen § Met kortingscode ET13SL ontvangt u € 50 korting en betaalt u € 199 voor de e-training in plaats van € 249 § Inhoudelijke vragen kunt u mailen naar
[email protected]
4
26-6-2013
Programma dag 1 § § § § §
Woning kopen en financieren Nationale Hypotheek Garantie (NHG) Hypotheekadvies Toezicht Hypotheekvormen
Kennismeting dag 1 § 10 vragen § 30 seconden bedenktijd per vraag § Gebruik het antwoordformulier § Het antwoordformulier na de kennismeting inleveren
14
Vraag 1 Welk document levert de executoriale titel op voor de geldverstrekker? a) De minuut b) De grosse c) De hypotheekakte d) De transportakte
15
5
26-6-2013
Vraag 2 Wie is de hypotheeknemer? a) De geldgever b) De leningnemer c) De notaris d) De deurwaarder
16
Vraag 3 Bij de vaststelling van het maximaal te financieren bedrag wordt in een woonquotesysteem in eerste instantie a) een percentage genomen van het bruto-inkomen. b) het netto-inkomen verminderd met de kosten voor levensonderhoud. c) de inkomsten uit vermogen opgeteld bij het relevante inkomen. d) het bruto-inkomen verminderd met bijzondere vaste lasten. 17
Vraag 4 Worden hypothecaire kredieten geregistreerd bij het BKR? a) Ja, altijd b) Ja, maar dan alleen bij achterstanden c) Nee, nooit d) Nee, tenzij de leningnemer daarom verzoekt
18
6
26-6-2013
Vraag 5 Wat is het kenmerk van een annuïteitenhypotheek? a) Vaste periodieke rentelast b) Vaste periodieke aflossing c) Vaste periodieke maandlast d) Vaste periodieke spaarpremie
19
Vraag 6 Hoe wordt in de Gedragscode Hypothecaire Financieringen een verstrekking binnen de norm genoemd? a) Comply b) Explain c) LTI d) LTV
20
Vraag 7 Wat is GEEN vergunningseis in het kader van de Wft? a) Betrouwbaarheid b) Deskundigheid c) Financiële zekerheid d) Solvabiliteit
21
7
26-6-2013
Vraag 8 Bij welke producten moet er een DVD worden uitgereikt? a) Hypotheken b) Complexe producten c) Hypotheken en complexe producten d) Impactvolle producten
22
Vraag 9 Om NHG te krijgen moet leningnemer a) Eigenaar zijn b) Gebruiker zijn c) Vruchtgebruiker zijn d) Eigenaar en gebruiker zijn
23
Vraag 10 Hoe worden de kosten genoemd voor het verkrijgen van NHG? a) Bereidstellingsprovisie b) Borgtochtprovisie c) Bonusprovisie d) Contragarantie
24
8
26-6-2013
Einde kennismeting
Antwoorden 1
B
6
A
2
A
7
D
3
A
8
C
4
B
9
D
5
C
10
B
26
Wat is een hypotheek? 1. Een zakelijk zekerheidrecht 2. op een registergoed 3. met een vorderingsrecht 4. bij voorrang op de opbrengst
9
26-6-2013
Vaak gebruikte termen Klant
Bank
hypotheekgever
hypotheeknemer
degene die het recht van hypotheek verstrekt
hypotheekhouder
geldnemer
degene die het recht van hypotheek verkrijgt
eigenaar van het huis
geldgever
debiteur (meestal)
crediteur
Het koopproces
Kopen of huren? Kopen
Huren
Voordelen
Voordelen
•Bezitsvorming •Fiscaal voordeel
•Relatief lage verhuiskosten •Geen groot onderhoudskosten
Nadelen
Nadelen
•Lastenrisico (rentestijging) •Vermogensrisico •Volgorderisico •Relatief hoge verhuiskosten
•Lastenrisico (huurstijging) •Geen bezitsvorming
10
26-6-2013
Vraag Eigenwoningbezitters hebben meer dan huurders te maken met soms sterk fluctuerende woonlasten. Hoe kan dit het best worden bestreden? Door: a) een variabele rente overeen te komen b) een lange rentevaste periode overeen te komen. c) een lange looptijd overeen te komen. d) een spaarhypotheek af te sluiten.
Vraag Eigenwoningbezitters hebben meer dan huurders te maken met soms sterk fluctuerende woonlasten. Hoe kan dit het best worden bestreden? Door: a) een variabele rente overeen te komen b) een lange rentevaste periode overeen te komen. c) een lange looptijd overeen te komen. d) een spaarhypotheek af te sluiten.
Woningmarkt Verkopersmarkt § “Verkoper heeft de macht” § Veel vraag, weinig aanbod Kopersmarkt § “Koper heeft de macht” § Weinig vraag, veel aanbod
11
26-6-2013
Makelaar § Verschillende soorten dienstverlening − Bemiddelen bij aan/verkoop − Bemiddelen bij verhuur − Bemiddelen bij hypotheken − Verrichten taxaties § Courtage § Certificering (RMT: theoretische kennis, praktijkvaardigheden, gedragscode, uren-eis)
Vraag Huub koopt een klein verbouwd appartement voor € 100.000 v.o.n. De verkoper heeft voor de verkoop een makelaar ingeschakeld aan wie € 1.000 moet worden betaald. Bij de notaris bedragen de overdrachtskosten € 2.000. Huub is bij de notaris € 1.000 kwijt voor het vestigen van de hypotheek op de woning. Hoeveel overdrachtsbelasting ontvangt de belastingdienst?
Antwoord Koopsom VON = 100.000 = waarde woning + 2% + kosten overdracht (2.000) Waarde woning + 2% = 98.000 Waarde woning = 98.000/1,02 = 96.078 Overdrachtsbelasting = 96.078 x 2% = EUR 1.922
12
26-6-2013
Notaris § § § § §
Onpartijdig Controle echtheid en juistheid Bewaarfunctie aktes Minuut (authentieke akte) Grosse (gewaarmerkt kopie ‘in naam der Koningin) biedt executoriale titel
Vraag Wanneer vindt eigendomsoverdracht plaats? a) Transportakte b) Hypotheekakte c) Financiële afhandeling d) Inschrijving in openbare registers
Vraag Wanneer vindt eigendomsoverdracht plaats? a) Transportakte b) Hypotheekakte c) Financiële afhandeling d) Inschrijving in openbare registers
13
26-6-2013
Vraag I. Alleen de eerste hypotheekhouder heeft het recht van parate executie. II. Door het opnemen van een huurbeding in de hypotheekakte wordt verhuur van de woning onmogelijk gemaakt. a) Alleen I is juist b) Alleen II is juist c) Beide stellingen zijn juist d) Beide stellingen zijn onjuist
Vraag I. Alleen de eerste hypotheekhouder heeft het recht van parate executie. II. Door het opnemen van een huurbeding in de hypotheekakte wordt verhuur van de woning onmogelijk gemaakt. a) Alleen I is juist b) Alleen II is juist c) Beide stellingen zijn juist d) Beide stellingen zijn onjuist
Aanbieders § § § § § § §
Banken Hypotheekbanken Spaarbanken Verzekeraars Pensioenfondsen Bouwfondsen Overige (vakbonden, woningcoöperaties, werkgevers, familie)
14
26-6-2013
Distributiekanalen § § § § § §
Kantorennet banken Intermediair Onafhankelijke tussenpersonen Assurantietussenpersonen Makelaars Direct writers (via advertenties, mailings, telefoon, internet)
Funding § Banken (toevertrouwde gelden = retail funding) § Hypotheekbanken (pandbrieven, onderhandse leningen) § Spaarbanken (spaargeld) § Verzekeraars/pensioenfondsen (pandbrieven, onderhandse leningen, winst projectontwikkeling, premies) § Bouwfondsen (onderh. leningen, pandbrieven, winst projectontwik.)
Geld aantrekken/uitzetten § Matching: in aansluiting op aangetrokken gelden hypothecaire leningen uitzetten § Funding ↔ Matching § Middel voor verstrekker om winst te maken!
15
26-6-2013
Vraag Hieronder volgt een voorbeeld van een vereenvoudigde balans van een hypothecaire geldgever. Uitgezet bedrag
Aangetrokken middelen
Dagelijks aanpasbare rente
20
60
Rente aanpasbaar na 1-4 jaar
40
10
Rente aanpasbaar na >5 jaar
40
30
Totaal
100
100
Stel, er is een rentestijging op de geld- en kapitaalmarkt. Wat is dan, in beginsel, het gevolg voor de marge van de geldgever? a) De marge zal afnemen. b) De marge zal toenemen. c) De marge zal gelijk blijven.
Vraag Hieronder volgt een voorbeeld van een vereenvoudigde balans van een hypothecaire geldgever. Uitgezet bedrag
Aangetrokken middelen
Dagelijks aanpasbare rente
20
60
Rente aanpasbaar na 1-4 jaar
40
10
Rente aanpasbaar na >5 jaar
40
30
Totaal
100
100
Stel, er is een rentestijging op de geld- en kapitaalmarkt. Wat is dan, in beginsel, het gevolg voor de marge van de geldgever? a) De marge zal afnemen. b) De marge zal toenemen. c) De marge zal gelijk blijven.
Hypotheekadvies § Inventarisatie § Analyse
→ →
§ Rapportage
→
§ Review
→
klantprofiel obv inventarisatie en bescheiden passend en begrijpelijk herbeoordeling en evaluatie
16
26-6-2013
Beoordelingsnormen § § § §
Inkomsten Lasten (NIBUD) BKR-toetsing Taxatie
NB. Bescheiden aanleveren!
Bureau Krediet Registratie § BKR verzorgt het Centraal Krediet Informatiesysteem (CKI) § Registratie betaalverleden van de afgelopen 5 jaar § Slechts de deelnemer kan gegevens muteren
50
BKR-coderingen § Code 1: aflossings- of schuldregeling na achterstandsituatie § Code 2: de (restant) vordering is opeisbaar gesteld § Code 3: € 250 of meer afgeboekt § Code 4: de kredietnemer bleek/blijkt onbereikbaar § Code 5: er is preventieve betaalregeling getroffen
17
26-6-2013
Voorbeeld BKR-overzicht Geregistreerde persoons-en adresgegevens Voorletters: A Voorvoegsel: Naam: PROEFPERSOON Geboortedatum: 13/08/1958 Laatst bekende adres: DODEWAARDLAAN 1 4006 EA TIEL Voorlaatst bekende adres: APPELGAARD 35 4000 AB TIEL
Kredietsoort
Contractnummer
Bedrag
Ingangsdatum
Eind-datum
Registratieweek
Code
RK
12345678
6500
01/10/2004
Nog niet
05/2006
A (17/09/2005) H (11/01/2006)
AK
98765432
908
01/11/2011
Nog niet
46/2009
VK
46363747
0
01/10/2002
08/06/2008
41/1999
1 (26/05/2007)
HY
A123456
0
22/08/2006
08/05/2010
37/2006
A (22/08/2006) 2 (01/10/2006)
SR
698566196
1835
01/02/2008
12/01/2009
01/2008
RO
201051456
0
01/01/2008
01/04/2008
01/2008
A (01/01/2008) 1 (01/01/2008) 3 (01/05/2008) 4(01/06/2008)
Bijzonder Beheer § Beslaglegging − Loonbeslag − Conservatoir beslag − Executoriaal beslag § Surséance van betaling/faillissement § Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen
Gedwongen verkoop § Openbare verkoop − Hypotheekhouder − Parate executie − Deurwaardersexploit − Veiling § Onderhandse verkoop − Verzoek indienen bij rechtbank − Roept belanghebbenden op te bieden − Kan ook als veilingprocedure is gestart
18
26-6-2013
Nationale Hypotheek Garantie § § § § § § §
WEW Borgstelling Dossiervorming Verliesdeclaratie Soorten NHG Maximale hypotheek Woonlastenfaciliteit
Vraag I. De geldgever moet het WEW binnen 30 dagen inlichten nadat de geldnemer zes maandelijkse termijnen verschuldigd is gebleven. II. Een lening onder NHG mag bij nonbetaling onder bepaalde voorwaarden zonder toestemming van het WEW worden opgeëist. a) Alleen I is juist b) Alleen II is juist c) Beide stellingen zijn juist d) Beide stellingen zijn onjuist
Vraag I. De geldgever moet het WEW binnen 30 dagen inlichten nadat de geldnemer zes maandelijkse termijnen verschuldigd is gebleven. II. Een lening onder NHG mag bij nonbetaling onder bepaalde voorwaarden zonder toestemming van het WEW worden opgeëist. a) Alleen I is juist b) Alleen II is juist c) Beide stellingen zijn juist d) Beide stellingen zijn onjuist
19
26-6-2013
NHG: Algemeen § Opvolger Gemeentegarantie § Stichting Waarborgfonds Eigen Woningen (WEW) § Repressief toezicht (controle achteraf) § Borgstelling § Voorwaarden en Normen (www.nhg.nl )
NHG: Borgstelling § Recht van 1e hypotheek bij dezelfde verstrekker (NHG niet noodzakelijk) § Betreft eigen woning: − binnen aangesloten gemeente − niet verhuurd − verzekerd obv herbouwwaarde § Verplichte verpanding polissen § Eisen hypotheekofferte § Borgtochtprovisie: 0,85% (2013) § Maximale verstrekking tot 105% van de marktwaarde van de woning. Wanneer er sprake is van een energiebesparende maatregelen is het 106% § Er dient sprake te zijn van een directe aflossing tenzij er al een bestaande lening was per 31-12-2012
NHG: dossiervorming § § § § § § § §
Geaccepteerde hypotheekofferte Kopie hypotheekakte Kopie notariële pandakte Kopie transportakte Kopieën stukken kosten verwerving Inkomensbescheiden (vast/structureel) Werkgeververklaring(en) Taxatierapport (<6 maanden)
20
26-6-2013
Verliesdeclaratie § Binnen 1 mnd verzoek tot betaling verlies door verstrekker aan WEW § Verliescomponenten (zie boek) § Na betaling vordering op geldnemer § Indien geldnemer te goeder trouw → finale kwijting § Nieuwe lening onder NHG mogelijk § Anders betalingsregeling volgens WSNP
NHG: wanneer? NHG bij aankoop van woning, verbetering of oversluiting § Max € 320.000 bij aankoop, per 1 juli naar € 290.000 § Max € 265.000 bij oversluiting § Afkoop erfpacht
NHG: wanneer? § NHG bij vergroting eigendom − Relatiebeëindiging − Afkoop erfpachtcanon − Erfopvolging § NHG bij kwaliteitsverbetering − 1e hypotheek niet verplicht onder NHG − Verstrekking o.b.v. marktwaarde (max. 106% bij energiebesparende investeringen) − Altijd een depotverplichting
21
26-6-2013
NHG: maximale hypotheek 1. Gebruik (hoogste) inkomen (+ 1/3 van het laagste inkomen) 2. Zoek woonquote in het tabel 3. Bereken te verwonen bedrag per maand ahv (beide) inkomen(s) 4. Breng CK-maandlast in mindering 5. Bereken maximale hypotheek ahv formule: financieringslast x factor
NHG: woonlastenfaciliteit § Voorkomen gedwongen verkoop § Aanvullende borgtocht § Bij echtscheiding, werkeloosheid, AO, overlijden partner § Hypotheeklasten naar draagkracht § Niet betaalde bovenop NHG-lening § Tot maximaal 9% hoofdsom NHG
Oefenvraag De heer Poortvliet wil een woning kopen. Hij vraagt aan een hypotheekadviseur hoeveel hij maximaal met NHG kan lenen. Op basis van een lening met een looptijd van 30 jaar en een hypotheekrente van 5% voor 10 jaar vast komt daar een bedrag uit. Tijdens het gesprek blijkt echter dat Poortvliet een doorlopend krediet heeft met een limiet van EUR 15.000,- met een maandlast van EUR 300,00 Hoeveel minder kan de heer Poortvliet met NHG voor een woning lenen als gevolg van het doorlopend krediet?
22
26-6-2013
Antwoord De maximale hypotheek = toegestane financierings(maand)last x annuïteitenfactor. De maandlast van de CK wordt in mindering gebracht op de toegestane maandlast. De verlaging van deze toegestane maandlast heeft als gevolg dat de maximale hypotheek wordt verlaagd met: € 300 x 186,2816 (ann.factor) = € 55.884
Regelgeving § Gedragscode Hyp. Financiers − financiering aan consument − ten behoeve van eigen woning − in Europees land gelegen § Wet op het financieel toezicht (Wft) − gedragstoezicht en bescherming financiële ondernemingen − bescherming van de consument − implementatie Eur.richtlijnen
GHF Offerte (informatievoorziening) Algemene voorwaarden Informatie over risico restschuld Woonquotes Bepaling toetsrente Vermogensinkomsten Lasten CK (2% kredietsom) Bij studieschuld 0,75% over oorspronkelijke schuld § Comply/explain § Anti-discriminatiebepaling § § § § § § § §
23
26-6-2013
GHF § Maximaal 105% van de marktwaarde als verstrekkingsnorm § Maximaal 50% van de marktwaarde van de woning aflossingsvrij § Inperking van de mogelijkheden voor gemotiveerde afwijking van de financieringsnorm (explain)
70
Wanneer explain? § Restschuld na verkoop mag worden meegefinancierd bij aankoop andere woning § Bij oversluiting, wanneer de consument blijft wonen in de woning mag er worden overschreden met de eventuele oversluitkosten § Als de lasten van financiering minder bedragen dan 60% van de lasten obv maximale leencapaciteit
71
Afwijkingen aflossingsvrij deel 1. Bij oversluiting bij huidige financier of andere mits men blijft wonen op hetzelfde adres 2. Verpand vermogen salderen 3. Als de lasten minder bedragen dan 60% van de maximale leencapaciteit
72
24
26-6-2013
Wet op het financieel toezicht § Eisen aan dienstverlener (vergunning) −Betrouwbaarheid (VOG) −Deskundigheid −Diploma (opleidingen & PE) § Bedrijfsvoering (adequaat en integer) § Verantw’heden feitelijk leidinggevende § Financiële zekerheid (BAV) § Zorgplicht § Transparantie
Wft-proof advies § § § § § § § § §
Zorgplicht Klantprofiel/risicoprofiel Reproduceerbaarheid van advies Motivatie van advies Waarschuwen bij afwijken van advies Objectieve analyse (intermediair) Execution only Bewaarplicht Klachtenprocedure
Transparantie Dienstverleningsdocument (DVD) Beloningstransparantie Gedeeltelijk provisieverbod (2013) Precontractuele kostentransparantie Kostenverklaring Inducementnorm Verbod op bonusprovisie schadeverzekeringen (2012) § Doorlopende informatieplicht § § § § § § §
25
26-6-2013
WFt § § § § §
Vergunningstelsel Verbonden bemiddelaar Aangesloten instelling Verlicht regime kredietbemiddelaars Doorlopend toezicht door AFM
Onderzoeken AFM § 2007 (nulmeting) en 2010 § Thema’s: – verantwoorde woonlasten – oversluiten – aflossen hypotheek – afdekken risico’s – fiscaliteit – rentevastperiode (alleen 2010) § Bevindingen + verbeterpunten
AFM Leidraden over advisering 1. De AFM helpt bij een goed hypotheekadvies 2. Advies over verantwoorde woonlasten 3. Advies over opbouw van vermogen 4. Advies over de rentevastperiode 5. Advies over oversluiten 6. Advies over risicoverzekeringen 7. Fiscaliteit
26
26-6-2013
Hypotheekvormen
Aflossingsvormen § Uitgestelde aflossing § Directe aflossing § Geen aflossing
Directe/geen aflossing § Directe aflossing − Lineaire hypotheek − Annuïteiten hypotheek § Geen aflossing − Aflossingvrije hypotheek − Krediethypotheek
27
26-6-2013
Uitgestelde aflossing § § § § § §
Traditionele levenhypotheek Spaarhypotheek Beleggingsverzekeringshypotheek Hybride hypotheek Bankspaarhypotheek Beleggingshypotheek − Effectenhypotheek − Beleggingsrekeninghypotheek
Lineaire hypotheek Rente Aflossing 0
30
Kenmerk: Vaste aflossing per maand
Lineaire hypotheek Hoofdsom: 200.000 Rente: 5%
R(ente) A(flossing) 0 30 Wat is de maandlast in de R: (200.000 x 5%)/12 = A: 200.000/360 = Totaal
1e termijn? 833,33 555,55 1.388,88
28
26-6-2013
Lineaire hypotheek Hoofdsom: 200.000 Rente: 5%
R(ente) A(flossing) 0 30 Wat is de maandlast in de 24e termijn? Schuld: 200.000 – (23 x A) = 187.222 R: (187.222 x 5%)/12 = 780,09 A: 200.000/360 = 555,55 Totaal 1.335,64
Lineaire hypotheek Hoofdsom: 200.000 Rente: 5%
R(ente) A(flossing) 0
30
Wat is de last in de laatste termijn? Laatste aflossing = 555,55 R: (555,55 x 5%)/12 = 2,31 Totaal 557,86
Lineaire hypotheek Hoofdsom: 200.000 Rente: 5%
R(ente) A(flossing) 0 30 Wat is de rente over de hele looptijd? Rente 1e termijn = 833,33 e Rente 360 termijn = 2,31 Gemiddelde rente = 835,64/2 Totaal: 417,82 x 360 = 150.415
29
26-6-2013
Lineaire hypotheek § Voordelen lineaire aflossing: −Snelle vermogensvorming. −Dalende lasten in loop der jaren. −Lage totale hypotheeklasten. § Nadelen lineaire aflossing: −Hoge lasten in de beginjaren. −Dalend fiscaal voordeel. −Beperkt inflatievoordeel.
Annuïteitenhypotheek Aflossing Rente 0
30
Kenmerk: Vast maandtermijn
Annuïteitenhypotheek Aflossing Rente 0
Hoofdsom: 200.000 Rente: 5%
30
Wat kost deze hypotheek per maand? Hoofdsom = Maandlast Factor 200.000 = € 1.073,64 186,2816
30
26-6-2013
Annuïteitenhypotheek Aflossing
Hoofdsom: 200.000 Rente: 5%
Rente 0 30 Wat is de restschuld in de 2e maand? Rente + aflossing = 1.073,64 Rentebestanddeel: 833,33 -/Aflossing: 240,31 200.000 – 240,31 = 199.759,69
Annuïteitenhypotheek Aflossing
Hoofdsom: 200.000 Rente: 5%
Rente 0 30 e Wat is de rente in de 2 maand? Restschuld 2e maand: 199.759,69 Rente: 5% = 9.987,98 / 12 = 832,33 Afl.: 1.073,64 - 832,33 = 241,31
Annuïteitenhypotheek Aflossing Rente 0
Hoofdsom: 200.000 Rente: 5%
30
Hoeveel rente betaal je in de laatste maand? Bonnetje BTW: 1.073,64 / 1,004167 = 1.069,18 Rente: 1.073,64 - 1.069,18 = 4,46
31
26-6-2013
Annuïteitenhypotheek Aflossing Rente 0
Hoofdsom: 200.000 Rente: 5%
30
Wat is de rente over de hele looptijd? 1.073,64 x 360 = 386.510 386.510 - 200.000 = 186.510
Annuïteitenhypotheek Aflossing Rente 0
Rente: 5,9%
25
Klaas wil een maandlast van € 1.250. Hoeveel kan hij lenen? Hoofdsom = 1.250 156,6901 Hoofdsom = 195.862,62
Annuïteitenhypotheek Aflossing Rente 0
Rente: 5,9%
30
Stel: CK van € 17.500 Hoeveel minder hypotheek wordt hierdoor verstrekt? Hoofdsom = € 350 168,5953 Hoofdsom = € 59.008
32
26-6-2013
Annuïteitenhypotheek § Voordelen annuïtaire aflossing: − Lage aanvangslasten. − Veel inflatievoordeel. § Nadelen annuïtaire aflossing: − Nauwelijks vermogensvorming. − Toenemende netto lasten. − Relatief hoge rentelasten.
Traditionele levenhypotheek § Gemengde kapitaalverzekering § Uitkering bij leven en overlijden § Rendement: garantiedeel en winstbijschrijving (overrente- of mij.winstdeling) § Winstbijschrijving (fictief rendement naar 60% hypotheekbedrag) § Aflossing aan einde looptijd § Premie gelijkblijvend (risico/spaar)
Spaarhypotheek
Bruto last
§ § § § §
Verbeterde levenhypotheek Koppeling spaar- en hypotheekrente Dempend effect bij rentewijziging Gegarandeerd eindkapitaal Ander ORV-kapitaal mogelijk risicopremie + spaarpremie rente looptijd
33
26-6-2013
Beleggingsverzek.hypotheek § Combinatie kapitaalverzekering en aflossingsvrije hypotheek § Geen gegarandeerd rendement § Spaarpremie in beleggingsfondsen § Prognoserendement max. 8% § Beleggingsprofiel noodzakelijk
Hybride hypotheek § Combinatie spaar- en beleggingsverzekeringshypotheek § Switchen mogelijk § Eventueel kosten voor switchen § Spaardeel niet volledig gegarandeerd
Bankspaarhypotheek § Sinds 1 januari 2008 § Sparen via geblokkeerde spaar en/of beleggingsrekening (SEW/BEW) § Geen verplichte koppeling ORV § Vormvereisten (KEW) § Lage kostenstructuur § Meer op dag 3
34
26-6-2013
Beleggingshypotheek § Vermogensopbouw in beleggingen § Met een effectenhypotheek − Direct beleggen in aandelen − Effectenportefeuille − Belast in box 3 § Met beleggingsrekeninghypotheek − Beleggen in fondsen − Eenmalig/periodieke inleg § Dubbel renterisico
Aflossingsvrije hypotheek Alleen rente betalen Geen aflossing gedurende looptijd In principe aflossing laatste termijn Aflossingsvrije deel vaak gemaximeerd tov executiewaarde
Bruto last
§ § § §
rente looptijd
Krediethypotheek § Doorlopend krediet met woning als onderpand § Kredietplafond § Geen aflosverplichting § Renteverrekening via krediet mogelijk § Rente variabel of zeer kort § Boetevrij aflossen (itt andere vormen)
35
26-6-2013
Rentesoorten § Nominale rente (offerterente) − Tijdswaarde van geld (reële rente) − Compensatie voor inflatie
− Risico-opslag (debiteurenrisico) § Effectieve rente − Gedragscode eis − Rekeninghoudend met tijdstip betaling en afsluitkosten
Rentesoorten Netto werkelijke rente § Initiatief VEH § Ook rekeninghoudend met belastingteruggave en ORV-premies
Renteconstructies § Rentemiddelingsconstructie § Rentedrempelconstructie § Overstapconstructie −verg. rentebedenktijd vooraf § Meeneem- en doorgeefconstructie −verhuisrente § Loonvastconstructie −koppeling aan loonindex
36
26-6-2013
Rentemiddelingsconstructie Rente Rente Rente Rente
§ § § §
op op op op
1 1 1 1
januari januari januari januari
2009: 2010: 2011: 2012:
5% 6% 7% 7,5%
Wat is de rente bij een 10% aanpassing? 5
5
5
5
5
5
5
6
7
7,5
([7 x 5] + 6 + 7 + 7,5) : 10 = 5,55% Wat is de rente bij een 20% aanpassing? 5
5
6
7
7,5
([2 x5] + 6 + 7 + 7,5) : 5 = 6,1%
Rentedrempelconstructie Rente op 1/1/2010: Rente op 1/1/2011: Rente op 1/1/2012: Rentedrempels:
7% 5% 9% 4% ↔ 8% (basisrente 6%)
Wat is de rente in de jaren 2010 – 2012? 1/1/2009
1/1/2010
1/1/2011
5%
9%
8% 6% 4% 7%
Rente op 1/1/2010: 6% (binnen bandbreedte) Rente op 1/1/2011: 6% (binnen bandbreedte) Rente op 1/1/2012: 6 + 1% (overschrijding) = 7%
Depotconstructies § § § §
Depot bij nieuwbouw Depot bij bestaande bouw Bouwsparen (40/60 constructie) Bij Belastingen meer over bouwrente!
37
26-6-2013
Bijzondere leningconstructies § Uitgestelde aflossing −Looptijd wordt niet verlengd § Tophypotheken −Financieringen boven 100% EW § Rentemiddeling −Bij verhoging de oude rente middelen met de marktrente −Meerdere leningdelen samenvoegen
Overbruggingskrediet § Pos/neg hypotheekverklaring − negatieve: geldlener belooft geldverstrekker het pand niet verder te bezwaren met een hypotheekrecht − positieve: op verzoek van geldverstrekker onmiddellijk meewerken aan vestigen hypotheekrecht pand § Notariële volmacht § Vestiging hypotheek op beide
Rentemiddeling Restant hoofdsom: € 90.000 Rente: 5,5% (nog 3 jaar) Nieuwe lening: € 150.000 Rente: 7,3% (5 jaar vast) Wat is de rente bij rentemiddeling? 5,5%
5,5%
5,5%
7,3%
7,3%
90.000
90.000
90.000
90.000
90.000
60.000
60.000
60.000
60.000
60.000
7,3%
7,3%
7,3%
7,3%
7,3%
90.000 x 5,5% x 3 = 90.000 x 7,3% x 2 = 60.000 x 7,3% x 5 =
14.850 13.140 21.900 49.890 : 5 = 9.978 9.978/150.000 x 100 = 6,65%
38
26-6-2013
Secundaire voorwaarden § 2e hypotheek ↔ onderhandse verhoging § Notaris § Bankhypotheek (inschrijfbedrag!) § Extra aflossing § 10% (GHF) -20% boetevrij § Boeterente bij verkoop
Geldigheidsduur offerte § § § § § § §
Bereidstellingsprovisie Rente op passeerdatum Offerterente Passeerrente (laagste bij passeren) Dalrente (laagste tot passeren) Verhuisfaciliteit Rente meenemen (eventueel doorgeven aan koper)
Boeterente 1. Bepaal totaal renteverschil rekening houdend met boetevrij gedeelte 2. Bepaal factor in tabel aan de hand van renteverschil en restant jaren 3. CW-boete = Factor Rest. jaren
x absoluut renteverschil
39
26-6-2013
Vraag Piet heeft een hypotheek van € 200.000 tegen 8% nog 4 jaar. Huidige marktrente is 5%. 20% van de oorspronkelijke hoofdsom is boetevrij aflosbaar. Bereken de Contante Waarde van de boete.
Antwoord Stap 1: bepaal renteverschil € 200.000 - 20% = € 160.000 € 160.000 x 3% x 4 jaar = € 19.200 Stap 2: bepaal factor Bij 3% en 4 jaar: 3,7171 Stap 3: bepaal boete 3,7171 x € 19.200 = € 17.842,08 4
Vraag Een geldnemer wil zijn hypotheek oversluiten. De lening heeft een hoofdsom van € 230.000 en een rentevaste periode van 10 jaar, waarvan inmiddels precies 6 verstreken zijn. De rente van de lening is 7%. Op het moment van aflossing hanteert de betreffende geldgever de volgende tarieven voor soortgelijke leningen: 4 jaar vast 3% 6 jaar vast 4% 10 jaar vast 5% De geldgever hanteert bij de berekening van de kosten voor vervroegde aflossing de methode op basis van de oorspronkelijke rentevaste periode. De geldnemer mag 20% van de hoofdsom per jaar boetevrij aflossen. Wat is de boete voor vervroegde aflossing?
40
26-6-2013
Antwoord 1. 230.000 – 20% = 184.000 2. Totaal renteverschil = 184.000 x 2% x 4 jaren = 14.720 3. Factor bij 2% en 4 jaren = 3,8077 4. Boete: 3,8077/4 x 14.720 = 14.012
Einde dag 1 Voor volgende week: § Aanmelden voor examen § Nakijken stof dag 1 § Oefenvragen beantwoorden en meenemen op lesdag 2 § Voorbereiden hoofdstukken volgens studieschema
41