“Zo doen wij dat!” Duurzaamheid doorgrond
Stichting Veldleeuwerik is een uniek samenwerkingsverband tussen akkerbouwers en verwerkende bedrijven om actief duurzame productie van de akkerbouw te stimuleren. Niet voor niets is de naam van de Stichting verbonden aan een vogel voor wie het boerenland de afgelopen decennia steeds minder leefbaar is geworden. Vermindering van biodiversiteit en de beperking van goede broedplekken door intensief bodemgebruik zijn daar mede debet aan. Duurzame akkerbouw waarin onder andere aandacht is voor biodiversiteit, gewasbescherming en bodemvruchtbaarheid, schept de noodzakelijke voorwaarden voor de voedselvoorziening nu en in de toekomst. Het brengt people, planet en profit weer in balans.
“Zo doen wij dat!” Duurzaamheid doorgrond
Inhoudsopgave 6
-
Voorwoord, Gert Sikken
8
-
Inleiding, Henk Heinhuis
10
-
Veldleeuwerik & Telers
12 14 16 18 20 22 24 26 28 30 32
- - - - - - - - - - -
Aard Robaard: “Investeren in duurzaamheidsstappen.” Indicatoren: 1 - productwaarde & 2 - bodemvruchtbaarheid Tammo Schreuder: “Ik heb er een ambitie bij gekregen.” Indicatoren: 3 - bodemverlies & 4 - voedingsstoffen Wout Lugtenburg: “In zo’n groep ben je niet allemaal hetzelfde.” Indicatoren: 5 - gewasbescherming & 6 - water Jan Reinier de Jong : “Veldleeuwerik past binnen het plaatje.” Indicatoren: 7 - energie & 8 - biodiversiteit Gerard Mangnus: “Mijn nieuwsgierigheid naar duurzaamheid.” Indicatoren: 9 - menselijk kapitaal & 10 - lokale economie Jan Fokke Duursema: “Het is een goede manier om boer te blijven.”
34
-
Veldleeuwerik & Partners
36 37 38 39 40 41 42 43
- - - - - - - -
Agrifirm Plant Bejo Zaden en de Groot en Slot Farm Frites Unilever Coca-Cola Countus accountants + adviseurs Agrico CZAV
44
-
ZLTO: “Eigen verantwoordelijkheid”
45
-
Facts & Figures
5
Voorwoord “Niet vrijblijvend “maar wel “blijvend vrij”
Vrijblijvend. Een woord dat vanwege de geruststellende betekenis die eraan wordt gegeven, vaak wordt gebruikt in offertes; je kunt er rustig op ingaan want ‘je zit nergens aan vast’. Dat is ook wel het commentaar dat Veldleeuwerik krijgt, dat het allemaal vrijblijvend is. Telers die op hun eigen manier invulling geven aan duurzaamheid klinkt sommigen wel erg makkelijk en stuurloos in de oren. Uniformiteit en een ‘gelijke monniken, gelijke kappen’-beleid is tenslotte een stuk overzichtelijker. Zonder kennis van onze methodiek en de bevlogenheid van onze telers, is zo’n reactie best te begrijpen. Maar als je weet dat de telers zich voor 100% verbinden aan de Veldleeuwerik-aanpak, dat ze op basis van 10 duurzaamheidsindicatoren voor hun totale bedrijf een eigen duurzaamheidsplan moeten schrijven, dat ze daar jaarlijks op worden getoetst én dat ze minimaal 8 keer per jaar regiobijeenkomsten hebben met collega-Veldleeuweriktelers, dan is daar niets vrijblijvends aan.
Blijvend vrij. Dat zijn onze telers wél. Vrij om op hun bedrijf invulling te geven aan duurzaamheid. Daarin zit de kracht van Veldleeuwerik en de haalbaarheid van duurzame akkerbouw. En eigenlijk van de totale landbouw. Want iedere agrariër, ieder bedrijf, gewas of product en iedere locatie in het land is uniek. Wat voor de één werkt, is voor de ander niet goed. Daar is geen vast format voor te verzinnen. Daarom maatwerk, maar wel op basis van heldere, scherp geformuleerde indicatoren. Daar kan en mag nooit onduidelijkheid over bestaan. En het werkt! We zijn in 2012 niet alleen gegroeid van 50 naar ruim 200 deelnemende telers, ook de belangstelling van ketenpartners is toegenomen en wordt steeds groter. Want ook zij zien dat de Veldleeuwerik-aanpak een unieke manier is om alle spelers in de keten te laten samenwerken aan duurzaamheid. Aan die gestage groei werken we verder, met alle schakels in de keten. Doet u mee?
Gert Sikken, Voorzitter Stichting Veldleeuwerik
7
“
“
Passie, plezier en partners
Inleiding Werken aan duurzaam geproduceerde akkerbouwproducten. Kort gezegd is dat de doelstelling van Stichting Veldleeuwerik. Vanuit de visie dat we zuinig met water, bodem en lucht moeten omgaan, willen we de steeds maar groeiende wereldbevolking van goed en gezond voedsel kunnen (blijven) voorzien. We zullen de inrichting van onze voedselvoorziening moeten aanpassen om met zo min mogelijk input, maximale opbrengst te realiseren. Op zich geen uniek streven; we zijn - gelukkig - niet de enige die zich inspant voor een duurzame toekomst. Het verschil zit ‘m wel in de manier waarop we dat doen: met passie, plezier en samen met onze partners. Duurzame akkerbouw begint bij de teler, daar gebeurt het. Zijn/haar passie, motivatie en kennis zijn de beste garantie voor een succesvolle transitie naar duurzaamheid. Regels zijn er al genoeg in Nederland en lijstjes afvinken om het benodigde aantal punten te behalen, zegt ons weinig. Het gaat om de intrinsieke motivatie om het anders, beter, duurzaam te doen. Dat is een continu proces en een persoonlijke zoektocht voor iedere individuele teler: hoe kan hij op zijn bedrijf, stappen zetten naar duurzame productie. Met de Veldleeuwerik-aanpak bieden we telers een duidelijke structuur om dat goed en bedrijfsbreed op te pakken. Onze 10 duurzaamheidsindicatoren vormen de meetlat waarlangs het individuele duurzaamheidsbouwplan van de teler wordt gelegd. Daarbinnen heeft hij de ruimte om daar zelf invulling aan te geven. Met hulp van ons, maar ook met advies en ondersteuning van speciale Veldleeuwerik-geaccrediteerde adviseurs van onze partners kan de teler daar zelf invulling aan geven.
9
Kennis en kennisuitwisseling zijn essentieel voor het sneeuwbaleffect van verduurzaming. Het delen van successen, maar ook het met elkaar doorpraten over nieuwe uitdagingen, tegenvallers of lastige kwesties, draagt bij aan saamhorigheid en collegialiteit. Daarom zijn de regiobijeenkomsten zo’n belangrijk onderdeel van onze methodiek: binnen Veldleeuwerik is het halen, maar óók brengen! Dat houd je scherp, brengt nieuwe inzichten en maakt sterk. En levert daarnaast ook plezier op. Want dat is zeker zo belangrijk, dat je plezier hebt in je werk en in samenwerken. Met collega’s, afnemers en toeleveranciers. Samenwerken doen we zelf ook graag, veel en met steeds meer partijen. Het is een goede ontwikkeling dat andere schakels in de keten vanuit hun eigen relatie met telers of via hun netwerk in contact komen met Veldleeuwerik. En andersom, dat wij door een groeiend netwerk met interessante partijen in gesprek raken. Deze partnersamenwerking levert inspiratie op en leidt tot kansrijke initiatieven. In dit boekje staan prachtige voorbeelden daarvan. Samenwerken is bovendien dé manier om onze methodiek door te ontwikkelen en uit te rollen. Maar vooral ook de beste basis om duurzaamheid in de totale keten te realiseren.
Henk Heinhuis, Directeur Stichting Veldleeuwerik
PRODUCTWAARDE PRODUCTWAARDE PRODUCTWAARDE BODEMVRUCHTBAARHEID BODEMVRUCHTBAARHEID BODEMVRUCHTBAARHEID BODEMVERLIES BODEMVERLIES BODEMVERLIES
VOEDINGSSTOFFEN VOEDINGSSTOFFEN VOEDINGSSTOFFEN GEWASBESCHERMING GEWASBESCHERMING GEWASBESCHERMINGWATER WATER WATER
Veldleeuwerik & Telers Sinds 2003 werken groepen telers aan het verduurzamen van de bedrijfsvoering volgens de Veldleeuwerikaanpak. De deelnemers starten met het opstellen van een eigen duurzaamheidsplan aan de hand van 10 indicatoren: productwaarde, bodemvruchtbaarheid, bodemverlies, voedingsstoffen, gewasbescherming, water, energie, biodiversiteit, menselijk kapitaal en lokale economie. De teler bespreekt het plan met collega’s uit zijn regiogroep en wordt begeleid door een adviseur die al in het gebied actief was, maar aanvullend is getraind en geaccrediteerd voor zijn Veldleeuwerik-rol. Jaarlijks stelt de teler zijn plan bij.
MENSELIJK MENSELIJK KAPITAAL MENSELIJK KAPITAAL KAPITAAL ENERGIEENERGIEENERGIE BIODIVERSITEIT BIODIVERSITEIT BIODIVERSITEIT
De 10 indicatoren van Veldleeuwerik LOKALE ECONOMIE LOKALE ECONOMIE LOKALE ECONOMIE
11
Dit hoofdstuk bevat de ervaringen van 6 telers die recent of al langer volgens de Veldleeuwerik-aanpak werken. Zonder uitzondering hechten zij veel waarde aan de kennisuitwisseling met collega’s en ketenpartners. In de groep, die bijna iedere maand bijeenkomt, toetsen zij hun visie en ontvangen uitgebreide feedback. Dat vraagt een open houding en zorgt ervoor dat de teler bewust moet nadenken over zijn eigen duurzaamheidacties. Iedere Veldleeuwerik-deelnemer moet de cursus ‘Bodem in zicht’ volgen, met het beoordelen van een profielkuil. Een duurzame en gezonde bedrijfsvoering begint met de bodem.
Alleen een gezond bedrijf kan investeren in duurzaamheidsstappen
“
“
• Aard Robaard, akkerbouwer in Dronten, Flevoland • Deelnemer sinds 2003, tevens bestuurslid • Bewerkt 160 ha akkerbouwgrond met een bouwplan van aardappelen (frites en tafel), rode en gele uien, winterpeen, tarwe en suikerbieten. • Daarnaast fruitteelt: 15 ha peren.
• Je bent deelnemer van het eerste uur. Wat motiveert je na al die jaren? Akkerbouwer Aard Robaard: “Ik zie het als een soort rentmeesterschap. Ik ben de tweede generatie die hier boert en ik zie het als mijn plicht dat ook de generaties na mij op een gezonde manier kunnen ondernemen. Binnen Veldleeuwerik werken we met regiogroepen van 10 telers. Je maakt een duurzaamheidsplan en bespreekt dat met elkaar. Wij komen al 10 jaar lang 8 keer per jaar bij elkaar. We leren veel van elkaar en sporen elkaar aan tot veranderingen. Voor het duurzaamheidsplan moet je elk jaar een verbeterplan maken, dus elk jaar moet ik iets bedenken om de duurzaamheid van mijn bedrijf op een hoger plan te brengen. Zo ben ik sinds kort bezig met het toedienen van reststromen van varkensstallen (spuiloog), waardoor ik de stikstofbenutting in mijn aardappelteelt kan verbeteren.”
• Hoe is de wisselwerking met de ketenpartners? “ Veldleeuwerik is in 2003 opgezet door Heineken, samen met de Agrarische Unie en 10 akkerbouwers. Samen hebben we de huidige duurzaamheidssystematiek ontwikkeld en verder uitgebouwd. Wij zijn als telers verantwoordelijk voor de kwaliteit en de kwantiteit van het product en de afnemers zorgen voor de afzet. En juist dat stukje samen optrekken vind ik heel
13
belangrijk. In de afgelopen 10 jaar is heel veel bereikt. Het aantal akkerbouwers is hard gegroeid en er zijn veel afnemers bij gekomen, zoals Coca-Cola, Mc Cain, Aviko en Unilever, dat zijn toch wel serieuze bedrijven. Ze hebben veel interesse in onze duurzaamheidssystematiek, dat vind ik bijzonder en daar ben ik toch ook wel trots op.”
• Wat is je duurzaamheidsstrategie? “ Duurzaam is verbeteren. De jaren dat je boert moet je bedrijf ook verbeteren, dan is het levensvatbaar voor de volgende generatie. Duurzaamheid is voor mij dat je werkt aan een gezond bedrijf, waardoor er ook voldoende middelen beschikbaar zijn om op je bedrijf innovatief te kunnen ondernemen. Het is een elkaar versterkend effect. Als er voldoende marge is, kan het vliegwiel op gang komen. Ik doe dat door niet op contract te telen. Ik ben ‘vrije’ teler. Ik ga uit van mijn eigen kracht. Ik teel een kwalitatief goed product en als dat goed zit, raak ik mijn product ook goed kwijt. Niet iedereen heeft die handelsgeest en kan tegen de druk die dat met zich meebrengt. Mijn uitdaging is om boven de gemiddelde contractprijs af te zetten. Ik kijk heel erg naar de bodem en daardoor zijn de gewassen kwalitatief goed. Dat gaat niet vanzelf, daarvoor moet je stappen zetten.”
EIT
FFEN
BIODIVERSITEIT
GEWASBESCHERMING
An aly s e van d uurz aa mheidsplannen 201 2 PRODUCTWAARDE
BODEMVRUCHTBAARHEID
BODEMVERLIES
VOEDINGSSTOFFEN
GEWASBESCHERMING
WATER
ENERGIE
BIODIVERSITEIT
MENSELIJK KAPITAAL
LOKALE ECONOMIE
Iedere teler werkt aan de hand van een duurzaamheidsplan met maatregelen per duurzaamheidsindicator. In dit hoofdstuk zijn van iedere indicator steeds 3 belangrijke thema’s weergegeven met de acties die de telers daarvoor hebben uitgevoerd. Over 2012 zijn de maatregelen van 198 deelnemers geanalyseerd en dat levert het kleurrijke beeld op van totaal 1.009 acties!
PRODUCTWAARDE
BODEMVERLIES
Thema
Aantal
Toelichting
Aanpassingen teelt
65
Het aanpassen en/of toevoegen van maatregelen in de teelt die de productwaarde verhogen.
GEWASBESCHERMING
WATER
Aanpassingen bouwplan
24
VOEDINGSSTOFFEN
Afzet
15
BODEMVRUCHTBAARHEID
De afzet van de akkerbouwproducten door
• Uitbreiden huisverkoop BODEMVRUCHTBAARHEID • Inrichten eigen graanbewaring • Meerdere marktpartijen benaderen
LOKALE de ECONOMIE teler.
VOEDINGSSTOFFEN
Daarnaast ondernamen telers 92 keer maatregelen gericht op het krijgen van inzicht in de bedrijfskosten door berekening en registratie, het telen van nieuwe gewassen of uitbreiding van de bestaande teelten, nieuwbouw of renovatie van schuur en/of bewaarplaats; grondaankoop- of huur en het aangaan van samenwerkingsverbanden. MENSELIJK KAPITAAL
BODEMVRUCHTBAARHEID
BODEMVERLIES
LOKALE ECONOMIE
VOEDINGSSTOFFEN
MENSELIJK KAPITAAL
B O D EM V RUCH TB A A RH E ID
LO K A L E E CO N O M IE
Bodem in Zicht
Bodemscan
Alle deelnemers volgen de cursus ‘Bodem in zicht’, verzorgd door het Louis Bolk Instituut. In de cursus komen de volgende thema’s aan bod: eigenschappen en beheer van bodem in de regio, beoordeling bodemstructuur, bodemleven en voedselweb, wormen, beworteling, organische stof- beheer, inzet van meststoffen, vruchtopvolging, inzet van groenbeMENSELIJK KAPITAAL mesters en bodembewerking.
Met de bodemscan wordt de bodemvruchtbaarheid op een praktische manier in kaart gebracht. De bodemscan bestaat uit een selectie van gegevens uit de bodemanalyses en de beoordeling van een eigen profielkuil.
Thema
• Aanpassen pootbedbereiding aardappelen • Rassenkeuze • Kalibemesting aanpassen voor verbetering kwaliteit • Plaatsspecifiek bemesten m.b.v. GPS en BIODIVERSITEIT bodemkaarten GEWASBESCHERMING • 1:5 bouwplan realiseren • Bouwplanverruiming; meer maaivruchten • Landruil met veehouder
WATE R
Wie de bodem op zijn bedrijf duurzaam wil beheren, moet allereerst een goed beeld zien te krijgen van de bodemvruchtbaarheid. Bodemvruchtbaarheid wordt echter bepaald door allerlei factoren, die elkaar ook nog onderling kunnen beïnvloeden. De modules bodemscan en organische stof balans ondersteunen de indicator bodemvruchtbaarheid.
Aantal
Groenbemesters en gewasresten
Mechanisatie en grondbewerking
WAT E R
Voorbeelden van de genoemde actiepunten
47
P R O D U C T WA A R D E Het telen van (gras)groenbemesters en het hakselen van stro.
DEMVERLIES • B OGroenbemesters zaaien • Onderzaai groenbemesters in tarwe • Roggegroenbemester overlaten staan als stuifdek • Al het stro hakselen van de granen i.p.v. een gedeelte
46
Het toepassen van niet kerende grondbewerking om organische stof en nutriënten boven in te houden. Maar ook door grondbewerking storende G E WA SVoorkomen B E S C H E R M I Nvan G lagen opheffen. structuurschade door machines.
• • • • •
Rijenbemesting fosfaat toepassen Ploegloos inzaaien van wintertarwe Niet kerende grondbewerking in alle gewassen Tijdstippen van ploegen vervroegen WAT E R op nieuwe ploeg: Eko-ploeg of boven-over Oriëntatie
Het toepassen van organische rest stromen zoals compost, vaste mest etc.
• • • •
Aanvoer stalmest Fosfaat en kali voor 100% uit reststromen aanvoeren Vaste kippenmest na poten, voor frezen toedienen Maaisel uit de regio composteren en gebruiken
ENERGIE
BIODIVERSITEIT
Organische mest (incl. compost)
LO K A L E E C O N O M I E
M EN SE L IJK K A P ITA A L
Toelichting
Voorbeelden van de genoemde actiepunten
Aanpassen van het bouwplan om de bodemvruchtbaarheid te verbeteren of ruimte te creëren voor andere teelten. Door het verhogen van de bodemvruchtbaarheid is er kans op meeropbrengst en/of hogere kwaliteit.
G E WA SB E SCH E RM IN G
2. B o d e m v r uc htbaar he id
1. Pr od u c twaarde De indicator Productwaarde staat voor de economische duurzaamheid van een bedrijf. We gebruiken deze indicator om over bouwplannen, kosten en opbrengsten op de lange termijn te praten. Met de productwaardemodule kunnen telers hun bestaande bouwplan ingeven en daarnaast 2 alternatieven. Het gebruik van deze module heeft al veel deelnemers doen besluiten om het bouwplanENERGIE anders in te richten. PRODUCTWAARDE
BIODIVERSITEIT
WATER
42
VOEDINGSSTOFFEN
BODEMVRUCHTBAARHEID
LO K A L E E C O N O M I E
Daarnaast ondernamen telers 265 keer maatregelen gericht op het toepassen van organische reststromen zoals compost, vaste mest etc., het op peil brengen van de Ca en Mg verhouding door bekalken, het aanpassen van het bouwplan om de bodemvruchtbaarheid te verbeteren of ruimte te creëren voor andere teelten, een goede vochtvoorziening voor een gezonde plantengroei en goede ontwatering voor makkelijker bewerking van de grond, het verdiepen in onderwerpen en het laten uitvoeren van analyses om het inzicht in de problematiek te vergroten of plannen opstellen op het gebied van gewasbescherming en/of bemesting.
15
M E N S E L I J K K A P I TA A L
Ik heb er een ambitie bij gekregen
“
“
• Tammo Schreuder, akkerbouwer in Swifterbant, Flevoland • Deelnemer sinds 2012 • Gangbaar akkerbouwbedrijf: 47 ha met pootaardappelen, tarwe, bieten, 10% uien, 10% bloembollen. Bouwplan 1:5
• Waarom ben je deelnemer geworden? Akkerbouwer Tammo Schreuder: “ ‘Volhoudbaarheid’ vind ik wel een mooie term, je wilt generaties blijven boeren. Op aanraden van 2 deelnemers van het eerste uur ben ik een jaar geleden mee gaan doen en ik heb nu al wat dingen opgestoken. De hele groep vindt het leuk, heeft lol! Als dat er niet is haken ze af. Maar zakelijk gezien zie ik ook de noodzaak. De landbouw beheert 90% van het landschap, maar het landschap is van iedereen. We nemen zelf het heft in handen en zo proberen we de overheid voor te blijven.”
• Welke concrete verbeteringen zijn dat dan? “ Een mooi voorbeeld is de groenbemester. Ik zaai structureel bladrammenas, omdat ik geen gras wil, want gras geeft kans op schurft op mijn pootaardappelen. Elke pootaardappelteler zal dit begrijpen. Ik wíl het gewoon niet. Nu heb ik tóch een stukje Engels raaigras gezaaid. Mijn collega’s hebben mij overtuigd dat schurft bij groenbemester geen rol speelt, alleen bij langdurige grasteelt. Alle collega’s waren hier in het najaar en hebben het resultaat beoordeeld. Ik stond te glunderen bij de bladrammenas, die vond ik super geslaagd, lekker veel blad, het stond er prachtig bij. Maar de 12 collega’s, vaklui, stonden knikkend bij het povere gras-groenbemestertje en zeiden: “En zo moet het”. Het heeft minuten geduurd voor ik het toe wilde
17
geven. Door die collega’s heb ik weer beter naar mijn land leren kijken. Het succes zat in de korrelgrootte van de grond, van de deeltjes. In de bladrammenas was het bonkig en in het gras waren ze als dobbelsteentjes. De beworteling was daar veel beter. Dus het gras heeft veel meer onder de grond gedaan. Bladrammenas heeft mineralen naar zich toegetrokken en stond er zelf florissant bij, maar doet minder voor de grond. Die 12 collega’s doen mij de ogen openen en ik moet gewoon toegeven dat ze gelijk hebben. Schitterend toch!”
• Maar het zijn akkerbouwers zoals jij. Waarom hebben zij die kennis wel en jij niet? “ Soms weet je het wel, maar wat voor waarde hecht je daar aan? Je hebt wel de kennis, maar die kennis waardeer je laag. ‘Schurft voorkomen’ was voor mij belangrijk, maar ik heb er nu een ambitie bijgekregen en dat is ‘een gezonde bodem’.”
• Hoe belangrijk zijn de ketenpartners? “ Zonder ketenpartners denk ik dat we het als landbouw niet voor elkaar zouden krijgen. We hebben sponsoren nodig die zeggen dat het op een professionele manier moet gebeuren. Zij zijn nodig om de verduurzaming op gang te houden. Het is de benzine in de motor, wij doen het werk wel.”
ARDE
RMING
AARHEID
BIODIVERSITEIT
3. Bod e m v e r l ies
ENERGIE
PRODUCTWAARDE
Thema
Aantal
Toelichting
Stuifdek
10
Het inzaaien of toepassen van een middel om het stuiven van de grond tegen te gaan.
BODEMVERLIES
• Cellulose of papierpulp als stuifdek • Groenbemesters (rogge, Japanse haver) over laten staan
4
ODIVERSI TEIT GEWASBESCHERMING WATER Door nietBIkerende grondbewerking zo• Achterwege laten van spitten veel mogelijk organische stof bovenin • Niet kerende grondbewerking houden.
Bedekkingsindex
1
Het aantal maanden dat een gewas de grond bedekt. Met andere woorden: hoe lang ligt de grond gemiddeld braak per jaar? VOEDI NGSSTOFFEN
• Onderzoeken welke groenbemesters passen bij NKG om bedekkingsindex te verhogen
BODEMVRUCHTBAARHEID
LOKALE ECONOMIE
Daarnaast ondernamen telers 2 keer maatregelen gericht op verbetering van de vlakligging van percelen.
MENSELIJK KAPITAAL
B IO DIV E RSITE IT
GE WA SB E SCH E RM IN
Bij voedingsstoffen worden het bemestingsplan en de stikstof (N), fosfaat (P) en kali (K) balans onder de loep genomen. Bemesting is een samenspel tussen voeding van de bodem en de plant, waarbij reststoffen een belangrijke rol spelen. Steeds vaker worden fosfaat en kali volledig uit reststromen gehaald. Sturing houden op de mineralisatie is daarbij van E N E R G I EVOEDINGSSTOFFEN P R O D U C T WA ARDE B O D E M V E R LLOKALE IES V OE DIN GSSTO F F E N BODEMVRUCHTBAARHEID ECONOMIE essentieel belang.
B O DE M V RUCH TB A A RH E
Voorbeelden van de genoemde actiepunten
WATER en Mechanisatie grondbewerking
LOKALE ECONOMIE
WATER
4 . V o e d ing ssto f f e n
Bij de indicator Bodemverlies staat het vóórkomen en voorkómen van erosie door wind en/ of water centraal. De deelnemers richten zich op het bovenin houden van organische stof en het zolang mogelijk bedekt houden van de grond met gewassen of andere middelen. BODEMVERLIES
GEWASBESCHERMING
Thema
Aantal
Toelichting
Organische mest (incl. compost)
53
Het toepassen van organische reststromen zoals compost, vaste mest etc.
BIODIVERSITEIT
G E WA S B E S C H E R M I N G
Mechanisatie en toedieningstechniek VOEDINGSSTOFFEN
WAT E RMENSELIJK KAPITAAL
Door middel van mechanisatie de mest qua timing en positie afstemmen op de gewasbehoefte en daarbij zoveel mogelijk BODEMVRUCHTBAARHE ID LO K Aproberen LE ECONOM structuurbederf teI Evoorkomen.
Gebruik overige mestsoorten
MENSELIJK KAPITAAL
Voorbeelden van de genoemde actiepunten
19
19
Het toepassen of optimaliseren gebruik van (kunst)mestsoorten anders dan organische mestsoorten. Bijvoorbeeld: bladmeststoffen, Humifirst, Powerstart etc.
• Toepassing organische mest in het voorjaar i.p.v. het najaar • In eigen silo de gehaltes aan N, P en K passend krijgen bij gewasbehoefte M E N SE L IJK K A P ITA A • Varkensdrijfmest vervangen door meststof met meer o.s. • Fosfaat en kali voor 100% uit reststromen aanvoeren • Met GPS meer plaatsspecifiek bemesten • Mest strooien voor het poten op rupsen • Rijenbemesting met fosfaat • Sleepslangbemesting in het voorjaar • Bladbemesting optimaliseren • Kali op aardappelen • Inzet mineralenconcentraat • Met stikstofbemesting sturen op kwaliteit van zetmeelaardappelen • KAS kopen met lage carbonfootprint
M E N S E L I J K K A P I TA A L
Daarnaast ondernamen telers 86 keer maatregelen gericht op het telen van (gras) groenbemesters, het hakselen van stro, het op peil brengen van de Ca en Mg verhouding door bekalken, het verdiepen in onderwerpen en het laten uitvoeren van analyses om het inzicht in de problematiek te vergroten of plannen opstellen op het gebied van gewasbescherming en/of bemesting.
19
Het is juist leuk van zo’n groep dat je niet allemaal hetzelfde bent...
“
“
• Wout Lugtenburg, akkerbouwer in Geervliet, Zuid-Holland • Akkerbouwbedrijf van 52 ha met traditioneel bouwplan: 12 ha consumptieaardappelen, 8 ha bieten, 7 ha uien, 25 ha wintertarwe • Deelnemer sinds 2012
• Wat vind je van de opzet van Veldleeuwerik?
• Waar ben je vooral mee bezig?
Akkerbouwer Wout Lugtenburg: ”Het grootste voordeel van Veldleeuwerik is dat het van telers vandaan komt en dat ook de afnemende partijen meedoen, zoals SuikerUnie, FarmFrites en Nedato. Ik heb eerder aan projecten meegedaan die door onderzoek zijn ingegeven, maar dan sluit het niet altijd aan op de wensen van de afzet. Veldleeuwerik is interessant, omdat je allemaal bezig bent met hetzelfde doel. Het is leuk om te doen en om ervan te leren. We experimenteren soms en dat gaat ook wel eens mis. Door de verschillen in de groep prikkelen we elkaar. Sommigen zijn heel stellig op een bepaald punt, iemand zegt bijvoorbeeld: “Zodra ik een luis zie, spuit ik”, terwijl ik daar zelf niet van wakker lig. Het is juist het leuke van zo’n groep dat je niet allemaal hetzelfde bent.”
“ Ik ben door ‘Telen met Toekomst’ heel kritisch geworden op het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen en dat is nog steeds mijn grootste uitdaging. Het is op dat vlak voor mij zelfs zaak om niet té scherp te gaan. Een neveneffect van duurzaam telen en zuinig zijn met gewasbescherming is dat ik dichter op de teelt ga zitten. Ik ga vaker naar een perceel kijken om op tijd te kunnen reageren.”
• Wat moet je doen voor Veldleeuwerik? “ We hebben de 10 indicatoren en die lopen we ieder jaar langs. Je bepaald zelf waar je in dat jaar de nadruk op legt en dat is een groot voordeel. Als een maatregel je dit jaar niet past kun je eerst met iets anders aan de slag gaan en het volgend jaar oppakken. Daarmee blijf je als ondernemer zelf aan het roer.“
21
• Wat zijn de nieuwste ontwikkelingen? “ Ik heb sinds dit jaar sectiebesturing via GPS op de spuit, waardoor er geen gewasbescherming gespoten wordt op de overlap tussen de banen. De loonwerker heeft in onze vakantie een keer de uien en aardappelen gespoten, daardoor kwam ik achter de besparing van 10% en dat sprak mij wel aan. Het is een hele investering, maar die kan ik bij deze besparing in 3 tot 4 jaar terugverdienen. Voor de bestrijding van de uienvlieg zet ik steriele mannetjesvliegen in. Iedere week brengt “De Groene Vlieg”, het kweekbedrijf hier uit de regio, nieuwe mannetjes. Normaal moet je het zaad ontsmetten, dat hoeft nu niet meer. Door het gebruik van deze vliegen kan ik de schade van de uienvlieg voorkomen.”
EIT
FFEN
PRODUCTWAARDE
GEWASBESCHERMING
BODEMVERLIES
ENERGIE
BODEMVERLIES
PRODUCTWAARDE
ENERGIE
BODEMVERLIES
PERNOED RU GC I ET WA A R D E
EMA VR ER P R O DB UO CD T WA DLEI E S
BO DE M V E RL IE S
6. Wate r
Gewasbescherming is een middel om te komen tot goede opbrengsten, maar is ook een kostenpost en kan gevolgen hebben voor de milieukwaliteit. De Veldleeuwerik-telers werken bewust aan het verminderen van de inzet van gewasbeschermingsmiddelen door te letten op spuittechniek, toepassingstijdstip, middelenkeuze, etc. en proberen BIODIVERSITEIT GEWASBESCHERMING WATER BIODIVERSITEIT daarbij de impact op de omgeving te minimaliseren.
De indicator water kan op vele manieren gebruikt worden. Het kan gaan over waterkwaliteit voor het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen, de kwaliteit van het oppervlaktewater of de kwaliteit en kwantiteit van het water voor beregening.
Aantal
Middelgebruik
25
BODEMVRUCHTBAARHEID
21
Toelichting
17
WAT E R GEWASBESCHERMING
Voorbeelden van de genoemde actiepunten
Bij middelgebruik kan aan diverse aspecten • Veronkruiding door heermoes gericht aanpakken gedacht worden: het verminderen van de • Minder standaard mixen, gerichter op onkruidinzet van gewasbeschermingsmiddelen, bestand het kiezen voor een ander middel datVOEDINGSSTOFFEN een • Graanhaantje geïntegreerd bestrijden in vroeg LO K A L E E C O N O M I E BODEMVRUCHTBAARHEID LOKALE ECONOMIE VOEDINGSSTOFFEN BODEMVRUCHTBAARHEID kleinere milieubelasting heeft of het anders stadium om natuurlijke vijanden te sparen toedienen en/of doseren van middelen. • Selectieve insecticides toepassen om natuurlijke vijanden te sparen • Inzet Contans om Sclerotinia gevoelige gewassen te kunnen blijven telen • Wortelonkruiden plaatsspecifiek aanpakken Met behulp van GPS systemen nauwkeuriger spuiten.
MENSELIJK KAPITAAL
Waterkwaliteit
PRODUCTWAARDE
5 . Ge was be s c herming
Thema
Spuittechniek (GPS)
ENERGIE
Het water dat gebruikt voor het spuiten van gewasbeschermingsmiddelen kan invloed hebben op de werking van de middelen.
• Meer pleksgewijs toepassen van gewas bescherming MENSELIJK KAPITAAL • GPS sectieafsluiting op de spuit • Spuitmachine met luchtondersteuning aanschaffen • Wingsprayer aanschaffen • Gebruik van doppen die naar voren en naar achteren spuiten onderzoeken
WATER
BIODIVERSITEIT
SR BS E ISTCEHI T ERMING B IGOEDWA IVE
Toelichting
G E WA S B E S CWAT H E REMRI N G
WATE R
Thema
Aantal
Voorbeelden van de genoemde actiepunten
Waterkwaliteit
22
Drainage/ ontwatering
14
Het afvoeren van water d.m.v. drainage.
Beregenen
12
Het bepalen van het juiste tijdstip van • Gebruik van vochtsensor optimaliseren beregenen m.b.v. een vochtsensor. • Effect op groei van gewas afwegen tegen effect op M E N S E L I J K K A P I TA A L M E N S E L I J K K A P I TA A L Hierdoor kan mede water en brandstof de structuur van de bodem worden bespaard.
Het water dat wordt gebruikt voor het • pH-waarde van het spuitwater onderzoeken spuiten van gewasbeschermingsmidde- • Nieuwe bron bemonsteren len kan invloed hebben op de werking van de middelen. Bij beregenen speelt de EC-waarde een rol. Bij een te hoge V O E D I N G S S T O F F E N waarde Vkan BOOED EI N Mgewasschade EID BODEMV LO KC AH L ET BEACA ORNHOEMI D IE Der GVSRSUTCOHFTFB EA NA R Hoptreden. RU LOK A L E E CO N O M IE LOKALE ECONOMIE
MENSELIJK KAPITAAL
• Verbeteren van natte perceelsgedeelten • Tussendrainage • Storende lagen opzoeken en oplossen
Daarnaast ondernamen telers 18 maatregelen gericht op het beperken en verwerken van restvloeistoffen bij het spuiten om puntemissies van gewasbeschermingsmiddelen tegen te gaan. Bovendien richtten zij zich op maatregelen rond het opvangen van hemelwater en verdiepten zij zich in met name het onderwerp beregenen.
• Regenwater opvangen voor spuiten • Analyse van het water uit de bron en het oppervlaktewater
Daarnaast ondernamen telers 109 keer maatregelen gericht op beslissingsondersteunende systemen om het juiste moment te bepalen om een gewasbeschermingsmiddel toe te dienen, aanpassingen in de teelttechniek om ziekte en/of plagen te voorkomen of te verminderen, vaker spuiten met lage dosering voor minder belasting van het cultuurgewas, het voorkomen van puntemissies door beperken en verwerken van restvloeistoffen, aaltjesbeheersing, het verdiepen in onderwerpen en het laten uitvoeren van analyses om het inzicht in de problematiek te vergroten of plannen opstellen op het gebied van gewasbescherming.
23
Veldleeuwerik past binnen het plaatje
“
“
• Jan Reinier de Jong, akkerbouwer in Odoorn, Drenthe • Deelnemer sinds 2012 • Bewerkt ruim 100 ha volgens veenkoloniaal bouwplan: grofweg 20% suikerbieten, 20% zetmeelaardappels, 20% graan volgens Veenkoloniaal bouwplan en 40% pootaardappelen. 1:2 roulatie, aardappelteelt met resistente rassen. Daarnaast teelt van biologische rogge op percelen van Staatsbosbeheer.
• Waarom ben je in Veldleeuwerik gestapt?
• Heeft het je al iets geleerd?
Akkerbouwer Jan Reinier de Jong: “Duurzaamheid is heel belangrijk en dat ervaren we hier op ons eigen bedrijf. Wij zijn de vierde generatie akkerbouwers. Mijn vader deed altijd al grondmonsters en het blijkt dat de grond er alleen maar op vooruit gaat. We zijn ook deelnemer van het project ‘Beter Boeren Biodiversiteit’. Om energie te besparen verwarmen we onze woning met een warmtepomp en hebben we zonnepanelen op de bebouwing. De eerste serie produceert nu 52.000 kW uur en binnenkort breiden we nog met 60% uit. Veldleeuwerik past gewoon heel goed bij hoe wij hier op ons bedrijf bezig zijn. Het past binnen het plaatje.”
“ De kennisuitwisseling is belangrijk. Dat heb je bij andere studieclubs en groepen ook wel, maar bij Veldleeuwerik gaan we dieper op de materie in. Het is een kleine groep en we stellen elkaar kritische vragen. Veldleeuwerik is niet voor iedereen weggelegd. Niet iedereen is op zoek naar kennis. Ik wel, ik probeer overal wat op te steken. Ik heb mensen om mij heen nodig die mij kritisch houden. De Veldleeuwerikgroep geeft me ook bevestiging dat ik het nog zo slecht niet doe en dat is ook wel eens fijn om te ervaren.”
• Levert duurzaam bezig zijn ook geld op? “ Daar heb ik geen twijfel over. Het staat of valt met het rendement, anders hou je geen bedrijf in stand. Countus gaat het nu met cijfers onderbouwen, maar duurzaam bezig zijn is ook economisch. En dat is dan het mooie, hè! Aan de andere kant, als je vindt dat je midden in de samenleving staat dan moet je misschien ook wel duurzaam bezig zijn. Er wonen hier in het dorp nog maar 8 boeren en men kijkt toch steeds kritischer naar ons. Laten we het omdraaien, als het nou geen geld kost?! Waarom zou je het dan niet doen?”
25
• Waar zit de uitdaging voor jou? “ Ik ben altijd op zoek naar nieuwe dingen. Veldleeuwerik betekent voor mij bevestiging van mijn werkwijze en het plezier om nieuwe kennis op te doen. Ik ben ondernemer en daar hoort een actieve houding bij.”
• Hoe belangrijk vind je het dat ketenpartners bij Veldleeuwerik betrokken zijn? “ We hebben ze nodig om onze duurzame werkwijze naar de maatschappij te laten zien, om de meerwaarde betaald te krijgen.”
ENERGIE
ENERGIE
P RO DUCTWA A RDE
8. B io d iv e r site it
De indicator Energie gaat hand in hand met duurzaam bodembeheer. Betere bewerkbaarheid van de grond leidt tot brandstofbesparing. Daarnaast gaan telers aan de slag met alternatieve energiebronnen, zoals zonnepanelen, en energiebesparing in de bewaring.
Toepassing van duurzamere vormen van landbouw zal naar verwachting samengaan met een toenemende biodiversiteit. We onderscheiden 2 vormen van biodiversiteit, de boven en ondergrondse. Bij de beide vormen van biodiversiteit is het juiste evenwicht van de natuurlijke vijanden van groot belang om eenzijdige populaties te voorkomen. De bovenB IO DIV RSITE P R O D U C T WA A R D E B OEDE M V EIT RL IE S GEWASBESCHERMING E N E R G I E WATER grondse biodiversiteit is uiteraard ook van groot belang voor de bestuiving van de planten.
PRODUCTWAARDE
BODEMVERLIES
Aantal
Toelichting
Aanschaf zonne panelen onderzoeken
27
Het zich verdiepen in de aanschaf van zonnepanelen (ligging, terugverdientijd) voor het bedrijf.
BIODIVERSITEIT
Mechanisatie en VOEDINGSSTOFFEN grondbewerking
E N E RGIE
BODEMVERLIES
7. En e r gie
Thema
Bewaring
PRODUCTWAARDE
GEWASBESCHERMING
27
ENERGIE
P R O D U C T WA A R D E
Voorbeelden van de genoemde actiepunten
WATER
Optimalisatie van de bewaring van de producten door kennisopbouw, automatisering of renovatie danwel nieuwbouw van de bewaring. Een bewaarcomputer zorgt ervoor dat op het juiste moment geventileerd/gekoeld wordt.
19 BODEMVRUCHTBAARHEID Het reduceren van het aantal bewerkingen LOKALE ECONOMIE of bewerkingen combineren in één werkgang.
• Onderzoeken van mogelijkheden/voordelen van zonnepanelen bij nieuwbouw BIODIVERSITEIT
G E WA S B E S C H E R M I N G
• Bewaring automatiseren • Cursus graanbewaren volgen • EC ventilatoren plaatsen • Deelname aan praktijknetwerk Bewaring • Onderzoek mogelijkheden eigen pootgoed bewaren met Talent
VOEDINGSSTOFFEN • Tarwe zaaien zonder ploegen • Minimaal aantal bewerkingen uitvoeren in de teelten • Alle aardappelen poten en direct aanaarden • Meerrijig aardappels rooien
B BIODIVERSITEIT ODEMVERLIES
Thema
Aantal
Akkerranden
24
BODEMVRUCHTBAARHEID
LO K A L E E C O N O M I E
Bodemleven
Voorbeelden van de genoemde actiepunten
Door het aanleggen van akkerranden • Akkerranden integreren in het bedrijfsplan kunnen natuurlijke vijanden worden • GAOS-systeem verder uitbreiden gestimuleerd die de populatie plaag • Bloemenrand aanleggen om burgers zelf hun V OE DIN GSSTO F FRE N B I O Donderdrukken. I V E R S I TLOKALE EIT G E WA S B E S C H Ete RM I N G snijden WATE BODEMVRUCHTBAARHEID ECONOMIE insecten kunnen bloemen laten
WAT E R VOEDINGSSTOFFEN
Overige elementen
Toelichting
GE WA SB E SCH E RM IN
13
Creëren van biodiversiteit op nietproductieve plaatsen.
3
Door gebruik van compost en andere organische mest wordt bodemleven gestimuleerd.
B O DE M V RUCH TB A A RH E
• Meer kleur en variatie in singel aanbrengen • Plaatsen van nestkasten • Palen plaatsen voor roofvogels • Onrendabele perceelgedeelten herbestemmen • Inrichten paddenpoel
V O E D I N G S S TMENSELIJK OFFEN BODEMVRUCHTBAARHEID KAPITAAL
LO K A L E E CO N O M IE
• Kennis over ondergrondse biodiversiteit op peil brengen • Kennis opdoen over effect GBM op bodemleven
M E N SE L IJK K A P ITA A
Daarnaast ondernamen telers 11 keer maatregelen gericht op het leveren van een actieve bijdrage aan het oprichten van een agrarisch natuurvereniging, het doen van onderzoek en M E N S E L I J K K A P I TA A L het vergroten van inzicht in functionele biodiversiteit of de invloed van gewasbeschermingsmiddelen op natuurlijke vijanden.
Daarnaast ondernamen telers 71 keer maatregelen gericht op het vergroten van inzicht in M E N S E L I J K K A P I TA A L MENSELIJK KAPITAAL energiegebruik en besparingsmogelijkheden door studie en onderzoek, bijhouden van brandstofverbruik tijdens de verschillende bewerkingen om zo het dieselverbruik per bewerking/ teelt te kunnen bepalen, de inzet van alternatieve energiebronnen zoals zonne-energie.
27
• Akkerbouwbedrijf van 34 ha vruchtbare en zware klei, met een hoog opbrengend vermogen. In bouwplan toegelegd op granen: wintertarwe, zomergerst, graszaad, suikerbieten (1 op 5 à 6 rotatie), bruine bonen, klein areaal zonnebloempitten. Besloten om niet te investeren in de aardappel- en uienteelt. Ook de arbeid die dat in piektijden met zich meebrengt past niet bij het bedrijf.
“
“
Veldleeuwerik is het ideale vehikel om mijn nieuwsgierigheid naar duurzaamheid te bevredigen
• Gerard Mangnus, akkerbouwer in Ossenisse, Zeeland
• Deelnemer sinds 2011
• Wat betekent Veldleeuwerik voor jou? Akkerbouwer Gerard Mangnus: ”Ik zie Veldleeuwerik als een proces van continue verbetering in het kader van duurzaamheid. De grond is bij ons in de afgelopen 10 jaar niet verbeterd. Dat had met de situatie te maken dat mijn schoonvader noodgedwongen steeds minder aandacht aan de gezondheid van de bodem kon besteden en wij eerst op afstand zaten. In die context sprak het begrip duurzaamheid me enorm aan. Ik wil graag leren ontdekken wat duurzaamheid is, hoe geef je dat concreet inhoud? We zijn met onze studiegroep eigenlijk op ontdekkingsreis. Alle 12 telers zijn zonder uitzondering heel gedreven in die reis naar duurzaamheid. Allemaal hebben we een duurzaamheidsplan en iedere keer bespreken we het plan van de teler waar we te gast zijn. Je probeert met elkaar een sfeer te creëren waarin kritiek mogelijk is, liefst zo positief mogelijk. Je moet elkaar kunnen uit dagen en ik merk dat dat moet groeien.”
• Is Veldleeuwerik een aanrader voor iedere teler? “ Het is niet voor iedereen weggelegd. Je moet een bepaalde gedrevenheid hebben om dit leuk te vinden, want het kost ook tijd. Het gaat om minimaal 8 bijeenkomsten per jaar en het maken van een duurzaamheidsplan. Elk jaar kies je welke adviseur jou mag helpen met het plan. Dit kost het eerste jaar 500 euro en daarna jaarlijks 300 euro. Vooraf wordt je goed geïnformeerd over de conse-
29
quenties. Niet de contributie, maar het commitment zijn doorslaggevend voor deelname aan Veldleeuwerik. Het is het ideale vehikel om mijn nieuwsgierigheid naar duurzaamheid te bevredigen.”
• Waar ben je nu concreet mee bezig? “ Het monitoren van het gehalte aan organische stof in de bodem geeft ons veel inzicht en heeft ons doen besluiten het roer om te gooien. Zoals stro verhakselen en in de grond inwerken, dat is niet gangbaar hier in de streek. Op de korte termijn kost dat geld, maar je moet een balans zien te vinden tussen opbrengst en kosten. Op lange termijn verdient het zich terug in de structuur van de grond. We doen nu dingen die op dit bedrijf jarenlang niet gebeurd zijn. Ook het telen van groenbemester werd al enige tijd niet meer structureel en met zorg gedaan. Te lang je grond verwaarlozen werkt in alle activiteiten door. De grond wordt stugger en daardoor gaat het bewerken moeilijker en dat kost je weer meer diesel en zo kom je in een neergaande spiraal terecht.”
• Nog andere indicatoren waar je invulling aan geeft? “ Met een groep lokale telers brengen we de gerst naar de mouterij van Grolsch hier in de buurt. Je ziet echt wat er met je gewas van het land gebeurt en dat mis ik met andere producten. Eigenlijk zou ik dat ook wel met tarwe willen.”
ARHEID
VOEDI NGSSTOFFEN
LOKALE ECONOMIE
BODEMVRUCHTBAARHEID
LOKALE ECONOMIE
BIODIVERSITEIT
VOEDINGSSTOFFEN
GEWASBESCHERMING
WATER
BODEMVRUCHTBAARHEID
9 . Me n s e l ij k kapitaa l
G E WA S B E S C H E R M I N G
WATE R
1 0 . Lo ka l e e c o n o m i e
De indicator menselijk kapitaal gaat over de energie van de ondernemer; waar haalt hij het vandaan en waar steekt hij zijn energie in. Het gaat over relaties, netwerken, kennisbronnen, inspiratiebronnen; het gaat over zijn gezin, zijn buren, zijn collega’s en de maatschappij. En dan gaat het ook nog over duurzaamheid, over de Veldleeuwerik-aanpak. MENSELIJK KAPITAAL
MENSELIJK KAPITAAL
B I OLO D IKVAELRES E I TCEOI N T OMIE
Thema
Aantal
Toelichting
Werkomstandig heden en veiligheid
14
Verbeteren en veiliger maken van werkomstandigheden.
VOEDINGSSTOFFEN
BODEMVRUCHTBAARHEID
Bij lokale economie gaat het om het belang van het agrarische bedrijf voor de gezins economie en voor de economie van de regio. Hoe is de economische relatie met andere bedrijven in en buiten de regio, met collega’s in samenwerkingsverbanden, afnemers, adviseurs? Wat is het aandeel van het inkomen uit het eigen bedrijf in vergelijking met M E N S E L I J K K A P I TA A L VOEDINGSSTOFFEN BODEMVRUCHTBAARHEID LOK A L E E CO N O M IE LOKALE ECONOMIE andere inkomstenbronnen en hoe ziet men dit in de toekomst?
Voorbeelden van de genoemde actiepunten • Stofafzuiging bij sorteren • Wegwerphandschoentjes gebruiken bij gewasbescherming • Met GPS makkelijker werken • Managementsysteem meer gebruiken
Opdoen van kennis
10
Het verdiepen in onderwerpen gerelateerd aan landbouw.
• Proeven volgen van bodemverbeteraars • Cursus volgen over bodemvruchtbaarheid
Persoonlijke ontplooiing
7
Met persoonlijke ontplooiing wordt niet bedoeld het opdoen van kennis, maar meer het ontdekken van andere kanten van de persoonlijkheid of de ontwikkeling.
• Meer tijd maken voor bestuur windmolens • Arbeidskracht inhuren om meer tijd vrij te maken voor gezin en andere activiteiten • Reis maken naar Suriname
Thema
Aantal
Toelichting
Voorbeelden van de genoemde actiepunten
Maatschappelijke betrokkenheid (regionaal)
4
Activiteiten ontplooien die een regionaal maatschappelijk karakter hebben .
• Jongeren ontvangen op het bedrijf via scholenproject over duurzaamheid • Website eigen bedrijf inrichten
M E N S E L I J K K A P I TA A L
MENSELIJK KAPITAAL
Lokale afzet
4
Ontplooien van activiteiten gericht op het lokaal afzetten van de producten.
• Verdere uitbouw van klanten voor de huisverkoop • Agria’s wassen en schillen en afzetten naar verzorgingshuizen • Eigen graanopslag organiseren en afzetten naar varkenshouders
Recreatie
2
Recreatieve mogelijkheden op het bedrijf ontwikkelen.
• Voorbereiding wandelpad over het bedrijf
Daarnaast ondernamen telers 4 keer maatregelen gericht op beïnvloeding van regionale overheidsplannen en benutten van reststromen uit het gebied.
Daarnaast ondernamen telers 21 keer maatregelen gericht op het aangaan van samen werkingsverbanden met buren/collega’s of het aanstellen van een vaste arbeidskracht, de veiligheid van personeel en de overlegstructuren met personeel, het overdragen van het bedrijf aan de bedrijfsopvolger en maatschappelijke betrokkenheid.
31
Het is een goede manier om boer te blijven
“
“
• Jan Fokke Duursema, akkerbouwer in Nagele, Flevoland • Deelnemer sinds 2006 • 48 ha akkerbouw: aardappelen, uien, bieten, tarwe, deel bollenteelt. Opa is hier in 1957 komen boeren.
• Wat is Veldleeuwerik voor jou?
• Wat is er veranderd sinds je meedoet?
Akkerbouwer Jan Fokke Duursema: “Veldleeuwerik is voor mij een studiegroep. Je leert van elkaar, je praat met elkaar, je deelt ideeën met elkaar. Ik ben ook lid van een bedrijfseconomische studiegroep, waarin je diep ingaat op de cijfers. Veldleeuwerik is veel breder. We hebben het veel over de grond, bodemvruchtbaarheid is bij ons een groot ding, energie is ook een onderwerp. We hebben altijd een leuke, levendige discussie. Voor de afwisseling hebben we wel eens een spreker. Maar over het algemeen werken we met een open agenda. Iedere derde donderdag van de maand komen we bij elkaar. De opkomst is na al die jaren nog steeds goed. Je start met het bedrijf waar we te gast zijn en er is altijd wel iets te bespreken. We komen wel heel vaak terug op de bodem.”
“ Ik ben sinds 2006 meer dierlijke mest gaan gebruiken, maar dat heeft ook met regelgeving te maken. Het bedrijf is transparanter dan voorheen, of in ieder geval had niemand er voorheen interesse in. Mee laten kijken met wat je doet ook. Het heeft mij vooral bewustwording en kennis gebracht, niet alleen van de bodem, maar ook van spuitmiddelen. Groenbemester gebruikte ik al, maar bijvoorbeeld stro hakselen en gelijk onderwerken met mest en groenbemester was ik niet gewend. We kiezen nu eerder voor de hakselaar, ook als de prijs van stro hoog is. Zeker na de tarwe is het belangrijk dat je snel groenbemester zaait.”
• En welk aspect van de bodem dan? “ Alles, de bemesting, manier van bewerking, tijdstip van bewerken, combineren van werkgangen, van alles. We waren de laatste keer bij een teler van de groep die een deel wel had geploegd en een deel niet. Hij is voorstander van zo min mogelijk ploegen en vroeg ons heel eerlijk: “Wat vinden jullie ervan? Als je het niks vindt moet je het ook eerlijk zeggen.” We zijn heel open gaan vergelijken en voeren daar dan met elkaar een discussie over.”
• Eerlijk zeggen wat je ervan vindt? “ Hij stelt zich kwetsbaar op ja, maar wij hebben een heel leuke groep wat dat betreft. Dat is bij iedereen eigenlijk wel zo. Eerlijke meningen kunnen gewoon gegeven worden. We geven best wel kritiek, of nou ja, we zijn best eerlijk naar elkaar. Daar heb je wat aan. Dat is eigenlijk wel snel gegaan.”
33
• Zijn Veldleeuwerik-boeren duurzamer dan andere akkerbouwers? “ Je hebt ook boeren die gigantisch duurzaam bezig zijn en niet bij Veldleeuwerik zitten. Elke boer denkt aan zijn kavel en aan zijn toekomst. Ik sla mezelf niet op de borst. Het is ook echt niet zo dat je beter bent omdat je bij Veldleeuwerik zit. Ik vind het gewoon heel interessant, je leert er heel veel van. Het is ook niet zo dat je van het een op het andere moment alles omgooit op je bedrijf, hoewel van de 12 akkerbouwers in onze studiegroep er wel 11 hun bouwplan hebben verruimd. Ik ben veel meer gaan nadenken over ‘hoe ga ik het doen?’, over bouwplan, bemesting en spuiten. We zien in de groep bijvoorbeeld mindere resultaten van varkensmest en dan gaan we op zoek naar alternatieven. Je hebt daar met elkaar een gesprek over. Als ik kijk naar mijn ontwikkeling door de jaren heen, dan moest ik in de begin jaren wennen aan de groep en de methodiek, maar nu kan ik zeggen dat het een goede manier is om boer te blijven.”
Samenwerken
Marktkansen benutten
Stichting Veldleeuwerik is een samenwerkingsverband tussen partijen in de akkerbouwsector. Wat hen bindt is de overtuiging dat je met schaarse middelen duurzaam moet omgaan. Zij delen de drive om te ontdekken hoe je met elkaar duurzaamheid concreet vorm kunt geven. Voor nu en later. In die samenwerking is gelijkwaardigheid het uitgangspunt; telers, afnemers en toeleveranciers, ieder heeft binnen Veldleeuwerik dezelfde rechten en wordt gehoord. Bijvoorbeeld bij regio- of winterbijeenkomsten waar telers en ketenpartners kennis met elkaar delen en elkaar scherp houden.
Veldleeuwerik hecht aan de intrinsieke motivatie van telers om hun bedrijf verder te verduurzamen. Zij is ervan overtuigd dat een dergelijke bedrijfsvoering en productie ook loont. Daarom is Veldleeuwerik zelf geen eigenaar van producten, brengt zelf geen producten op de markt. Maar zij begrijpt wel dat voor de telers en ketenpartijen een mogelijke meerwaarde kan zitten in een product dat volgens de Veldleeuwerik-aanpak is geproduceerd en het Veldleeuwerik-logo draagt. Het voeren van dat logo staat de deelnemers vrij. Daarin bestaat geen exclusiviteit: niemand kan een ander uitsluiten van gebruik van het logo.
Internationalisering
Certificering
De Veldleeuwerik-aanpak is ontwikkeld voor Nederland, maar is wellicht ook bruikbaar in het buitenland. Met het groeiende aantal ketenpartners dat ook internationaal is georiënteerd, dient deze vraag zich concreet aan en wordt gekeken naar mogelijkheden over de grens. De landbouwstructuur is overal anders en ook de ondernemers en ondernemingen zijn anders. Skylark, de internationale naam voor Veldleeuwerik zal daarom geen één op één kopie van het Nederlandse model kunnen zijn. Het goed neerzetten en verder uitrollen van Veldleeuwerik in eigen land blijft prioriteit nummer één, maar de internationale ambitie is er zeker.
Met de groei die Veldleeuwerik doormaakt, komt steeds vaker de vraag naar certificering aan de orde. De unieke aanpak voor verduurzaming die in Veldleeuwerik is ontwikkeld, vraagt ook om het ontwikkelen van een unieke manier van certificeren. De Veldleeuwerik-aanpak draait om een proces van continue verbetering, daarom richt de certificeringsmethodiek zich ook op het proces en hanteert het geen absolute normen voor de uitkomsten (eenheden en productiecijfers) van de verschillende indicatoren of normen voor de (eind)producten. Het doel is om de Veldleeuwerik-aanpak van integrale verduurzaming herkenbaar en verifieerbaar te maken in de keten. Dat draagt bij aan erkenning van de aanpak en is tevens een betrouwbaarheidswaarborg. Certificering is belangrijk voor onze groeiambitie en helpt ons om met een duidelijk verhaal te komen richting overheid, markt en uiteindelijk de consument. Het laat zien dat er vanuit een bepaalde structuur wordt gedacht en gewerkt en dat er toetsing plaatsvindt. Het gaat dus sec om certificering van de methodiek, niet om certificering van de individuele teler. Het certificeren van de methodiek kan wél een positief effect hebben op de teler: ben je Veldleeuwerik-teler, dan weet men dat je voldoet aan de duurzaamheidscriteria. De planning is dat begin 2014 de Veldleeuwerik-aanpak is gecertificeerd.
Veldleeuwerik & Partners Binnen Stichting Veldleeuwerik werken ketenpartners en telers al ruim 10 jaar samen aan het verduurzamen van de akkerbouw. We zien dat bij afnemers en verwerkers van agrarische producten de ‘license to produce’ staat of valt met de mate van duurzaamheid in het proces en/of product. Deze partijen komen steeds vaker vanuit hun eigen relatie met telers of via hun netwerk in contact met Veldleeuwerik. Veldleeuwerik kan zich verheugen in een groeiende groep bedrijven die haar
35
systematiek ondersteunen en/of overnemen. Een mooie ontwikkeling, ook vanwege de internationale (markt) kansen die dit biedt. Want juist door samenwerking en kennisuitwisseling ontstaat meer draagvlak voor verdere verduurzaming van de akkerbouw. In dit hoofdstuk laten we enkele van onze partners aan het woord. Door deze verhalen heen spelen 4 aspecten die we belangrijk vinden: samenwerken, marktkansen benutten, internationalisering en certificering.
Agrifirm Plant
Bejo Zaden en de Groot en Slot
Agrifirm Plant geeft maatwerkadvies aan boeren en telers in de akker- en tuinbouwsector. Daarnaast levert het bedrijf een breed pakket aan producten voor de agrarische sector. Met ruim 250 medewerkers heeft Agrifirm Plant een landelijk opererend diensten- en distributienetwerk en een eigen R&D afdeling voor onderzoek van onder andere meststoffen en gewasbescherming. Sinds 2007 is Agrifirm Plant ketenpartner van Veldleeuwerik.
Met meer dan 100 jaar ervaring is Bejo Zaden specialist in veredeling, productie, bewerking en verkoop van kwaliteitszaden. Een assortiment met meer dan 1.000 rassen verdeeld over zo’n 50 gewassen, een netwerk in meer dan 100 landen en 1.100 medewerkers, maakt Bejo tot internationale speler. Samen met hun partner De Groot en Slot, wereldmarktleider en specialist in uienzaad, is Bejo sinds 2012 als ketenpartner verbonden aan Veldleeuwerik.
Hoe zijn Agrifirm en Veldleeuwerik aan elkaar gekomen?
Wat doen jullie voor Veldleeuwerik-telers?
Vincent Roelofs, adjunct-directeur bij Agrifirm Plant: “In de fusies die ten grondslag liggen aan de uiteindelijke fusie van Agrifirm en Cehave Landbouwbelang, was ook de Agrarische Unie als partij betrokken. Agrarische Unie is samen met een aantal akkerbouwers in de polder en onder andere Heineken, Unilever en Van Liere, oprichter van Veldleeuwerik. Het zegt wel iets dat Veldleeuwerik al die fusies van de afgelopen jaren heeft overleefd. Want natuurlijk komt bij dat soort trajecten de vraag voorbij: wat moeten we met een stichting als Veldleeuwerik? Ook wij hebben die vraag gesteld. Maar binnen Veldleeuwerik zit zoveel kennis over alle aspecten van duurzaamheid dat wij, als fusiepartners met duurzaamheid als kernwaarde, deze samenwerking graag voortzetten.”
“Wij zijn een coöperatie die maximale toegevoegde waarde wil bieden als het gaat om prijs, producten en diensten. Daarvoor hebben we ruim 100 mensen in de buitendienst. Zeven daarvan zijn speciaal Veldleeuwerik geaccrediteerd adviseur. Zij helpen de akkerbouwers om binnen de Veldleeuwerik-aanpak concreet invulling te geven aan hun duurzaamheidsplannen. We bezoeken daarnaast actief de regiobijeenkomsten en denken mee over onderwerpen en sprekers die voor de deelnemers interessant zijn.”
Hoe zien jullie duurzaamheid? “Agrifirm en haar leden hebben een belangrijke rol in de voedselketen. Een bijdrage leveren aan smakelijk, veilig en betaalbaar voedsel, nu en in de toekomst, is in essentie duurzaam en iets wat boeren in de genen zit. Rendement over de langere termijn is daarbij het uitgangspunt, pas dan kun je zeggen dat iets ook echt duurzaam is. Die manier van denken en werken vinden we terug in Veldleeuwerik. Daarbij staat de agrarisch ondernemer aan de basis. Een boer is van nature al duurzaam bezig, omdat hij weet dat zijn grond zijn belangrijkste onvervangbare kapitaal is. Daar moet hij zuinig op zijn. Daarom is hij continu bezig met verbeteren en innoveren. Veldleeuwerik probeert boeren daarbij te helpen en deze duurzaamheid inzichtelijk te maken.”
36
Hoe ziet u de toekomst van Veldleeuwerik? “De groeiambitie van Veldleeuwerik is belangrijk. Je ziet in de afzetmarkt toenemende aandacht voor de huidige en toekomstige impact van de voedselproductie op onze leefomgeving. Om daar een goed antwoord op te kunnen geven moet Veldleeuwerik groeien, ook buiten Nederland. De grote partijen die aan Veldleeuwerik verbonden zijn, kijken ook over de grenzen heen. Daar liggen kansen. Maar ook in Nederland zelf. Opschalen en samenwerken, dat is belangrijk. Maar wel de kern bewaren: de kennis en de boereninbreng!”
Wat doen jullie voor de telers van Veldleeuwerik? Perry Kuilboer, Verkoopleider Benelux bij Bejo Zaden:”Als leverancier van zaaigoed willen we onze kennis en ervaring delen en goed, betrouwbaar advies geven. Vanuit die rol zijn we ook aanwezig bij regiogroepen: om waarde toe te voegen vanuit betrokkenheid en een bijdrage te leveren aan duurzaamheid. Een proces waar we als Bejo zaden en uienzaadleverancier De Groot en Slot ook zelf in geloven en investeren.”
Wat betekent duurzaamheid voor jullie? “Duurzaamheid heeft voor ons zowel intern als extern betekenis. Intern als het gaat om onze eigen bedrijfsvoering, de maatregelen die we nemen wat betreft energie en de manier waarop we onze interne processen runnen. Extern als het gaat om onze langdurige klantrelaties en om onze producten. Onze producten zijn direct gelinkt aan de bodem. Bij alles wat daar gebeurt, of niet goed gaat, zijn wij partij. We delen de passie voor de bodem en de gezondheid daarvan met Veldleeuwerik.”
van je vader overnemen betekent niet vanzelfsprekend dat het ook op dezelfde manier moet worden voortgezet. Een nieuwe generatie zoekt nieuwe wegen. Daar biedt Veldleeuwerik ruimte en ondersteuning voor. Die manier van denken en werken voedt ook onze eigen interne duurzaamheid en werkt inspirerend voor onze vertegenwoordigers.”
Hoe belangrijk is Veldleeuwerik voor Nederland? “Wij allemaal, de BV Nederland, zijn gebaat bij productkwaliteit. Als exportland, maar ook nationaal. Daar kan Veldleeuwerik een plus aan geven; de productkwaliteit van Veldleeuwerik-telers zal uiteindelijk hoger zijn als de juiste maatregelen worden genomen. Daarom is certificering ook belangrijk: het laat zien dat het product ergens voor staat en kwalitatief wordt erkend.”
Wat spreekt jullie aan in Veldleeuwerik?
“De groeiambitie van Veldleeuwerik is belangrijk.”
“De bottom-up benadering. We zijn ervan overtuigd dat een door de telers zelf gedragen project uiteindelijk duurzamer is. Met name jonge ondernemers worden uitgedaagd om te kijken en te onderzoeken wat hen aanspreekt. Het bedrijf
37
“Duurzaamheid heeft voor ons zowel intern als extern betekenis.”
Farm Frites
Unilever
Familiebedrijf Farm Frites ontwikkelt ruim 40 jaar diverse bevroren en gekoelde aardappelproducten en heeft zich daarmee een toonaangevende marktpositie verworven. Jaarlijks wordt 1,3 miljoen ton aardappels wereldwijd verwerkt in het bedrijf dat zo’n 1.700 medewerkers telt. Als leverancier van consumptieproducten staan kwaliteit, voedselveiligheid en consumentbehoeften bij Farm Frites centraal. Sinds 2012 is Farm Frites ketenpartner van Veldleeuwerik en betrekt het bedrijf aardappels van Veldleeuwerik-telers.
Unilever is het grootste bedrijf in fast moving consumer goods in de Benelux en heeft in Nederland ruim 3.100 medewerkers in dienst. Unilever heeft meer dan 400 merken waarvan in Nederland de bekende en populaire merken als Ben & Jerry’s, Blue Band, Calvé, Unox, Knorr, OMO en Dove in praktisch alle supermarkten te vinden zijn. De doelstelling van Unilever is om in 2020 uitsluitend duurzaam geproduceerde producten op de markt te brengen. Sinds 2008 is Unilever ketenpartner van Veldleeuwerik.
Wat was voor jullie de reden om partner te worden van Veldleeuwerik ? Martin Vrij, manager Agronomy bij Farm Frites: “Duurzaamheid vraagt volgens ons om een integrale aanpak. Die zien we terug in Veldleeuwerik: een gezamenlijk gedragen methodiek tussen de verschillende afnemers met een bottomup benadering waarbij de boer/de teler de basis vormt voor de duurzaamheidsstrategie van alle Veldleeuwerik-partners. Die werkwijze spreekt ons aan. Het geeft de teler de vrijheid om binnen de systematiek een eigen, bij hemzelf passende invulling aan duurzaamheid te geven wat uiteindelijk de gehele keten ten goede komt.”
Waarom is dat laatste zo belangrijk? “Ondanks het feit dat het begrip duurzaamheid veelvuldig wordt gebruikt, bestaat er toch wel onduidelijkheid over de betekenis ervan. Veel mensen denken dan vooral aan milieu met allerlei extra regels en eisen. Ook bij telers zagen we aanvankelijk de angst dat Veldleeuwerik van regels aan elkaar zou hangen en ze aan allerlei eisen zouden moeten voldoen. Uiteraard is dat niet aan de orde en je merkt dat als de Veldleeuwerik-telers hun ervaringen delen, bij anderen de behoefte ontstaat om aan te haken bij deze systematiek.”
Wat betekent partner zijn voor jullie? “Partner zijn binnen Veldleeuwerik betekent voor ons vooral het delen van kennis, inzicht en transparantie omtrent duurzaamheid op het land. Producent en teler zijn betrokken
38
bij een continu verbeterproces gericht op duurzaamheid en voedselveiligheid. Zo heeft Farm Frites met haar telers een reis naar Egypte gemaakt om te leren hoe onder andere omstandigheden aan duurzaamheid invulling wordt gegeven. En met bewaarspecialist Omnivent starten we een pilot om te kijken hoe we ook dat proces duurzaam kunnen maken. Die kennis brengen we weer in bij Veldleeuwerik.”
Wat is ervoor nodig om Veldleeuwerik een grotere vlucht te laten maken? “Uiteindelijk zijn de telers de ambassadeurs. Met hun duurzaamheidsplannen inspireren zij collega’s om ook deze stappen te zetten. Als partner hebben wij de taak om de duurzaamheidsresultaten uit Veldleeuwerik door te zetten in onze keten, letterlijk ‘van land tot klant’. Maar het gaat in het hele traject van duurzaamheid vooral ook om het delen en vieren van Veldleeuwerik-successen. Want die zijn er! Er is bijvoorbeeld al veel bereikt op het gebied van gewasbescherming en bodemverbetering. Daarover mag breed gecommuniceerd worden; hoe meer partijen aanhaken, hoe beter!”
“Als de Veldleeuwerik-telers hun ervaringen delen ontstaat bij anderen de behoefte om aan te haken.”
Wat betekent Veldleeuwerik voor Unilever en andersom? Sikke Meerman, Sustainable Sourcing Development Manager bij Unilever: “Voor ons allebei geldt dat we actief werken aan implementatie van duurzaamheid en dat we over en weer van elkaar leren. Wij van de bottom-up benadering en de input vanuit telers. En Veldleeuwerik van ons door onze kennis en ervaring, bijvoorbeeld in het buitenland. Unilever vervult geen directe, maar een indirecte partnerrol via onze tussenleveranciers. We stimuleren hen om zich bij Veldleeuwerik aan te sluiten als ketenpartner vanwege onze overeenkomende doelstellingen. “
Hoe kun je duurzaamheid borgen? “Door het proces te certificeren en daar concrete voorwaarden aan te koppelen. Er moet substantie onder zitten waardoor het voor de buitenwereld duidelijk is dat elke Veldleeuwerik-teler op zijn bedrijf werkt aan biodiversiteit, stikstofbalans en geïntegreerde gewasbescherming en beperkende maatregelen neemt als het gaat om milieubelasting en broeikasemissie. Daar zijn overigens mooie tools voor die inzichtelijk maken of je écht meer produceert met minder. Dat is belangrijk voor je geloofwaardigheid naar alle schakels in de keten en de consument.”
Levert duurzaamheid geld op? “Duurzaamheid begint met een bewustwordingsproces: hoe kan ik mijn manier van werken aanpassen zodat mijn totale bedrijfsvoering duurzamer wordt? De aanschaf van een
39
bepaald systeem kan misschien duurder zijn dan wat je had, maar kan als neveneffect op andere fronten besparingen opleveren. Het slim inregelen van je processen en er scherp bovenop zitten levert absoluut geld op. Misschien niet direct in een meerprijs voor het product, maar in de besparing in het proces. “
Van teler naar consument is nog een hele weg, ziet u marktkansen? “Wij zijn best bereid meer te betalen voor een duurzaam geproduceerd product, maar dan moet het voldoende overtuigend zijn voor de kritische consument. Hoe weet hij/zij dat er inderdaad minder bestrijdingsmiddelen zijn gebruikt? Dan komt dus weer die meetbaarheid en zichtbaarheid van verduurzaming om de hoek kijken. Daar moet invulling aan worden gegeven, ook commercieel. Bijvoorbeeld in commercials op TV; dat de teler en zijn manier van werken in beeld worden gebracht. Dat werkt. Als de consument is overtuigd en extra wil betalen, dan moet die meerprijs uiteraard evenredig worden terugbetaald aan alle andere schakels in de keten.”
“Het slim inregelen van je processen en er scherp bovenop zitten levert absoluut geld op.”
Coca-Cola
Countus accountants + adviseurs
Coca-Cola is actief in de markt van de niet-alcoholische dranken. Wereldwijd wordt zo’n 1,5 miljard keer per dag één van de Coca-Coladranken geconsumeerd. Coca-Cola is een multinational en telt in Nederland ruim 850 medewerkers. Voor hun dranken gebruikt Coca-Cola Nederland onder meer duurzaam geproduceerde suiker van de Veldleeuwerik-telers die aan Suiker Unie leveren. Sinds begin 2012 is Coca-Cola als partner verbonden aan Veldleeuwerik.
Hoe is het partnerschap met Veldleeuwerik ontstaan?
Jan Burger, Supplier QESH & Commercialisation Support Manager NWEN bij Coca-Cola: “Tot een aantal jaren geleden hanteerden we een meer traditioneel ingestoken duurzaamheidsstrategie waarbij we vooral keken naar wat we zélf op het gebied van duurzaamheid beter konden doen als het gaat om energie, water, transport en kosten. Die scope is geleidelijk aan verbreed naar onder andere de ingrediënten die we voor onze producten gebruiken, zoals suiker. Agrarische producten zijn van grote invloed op het totale duurzaamheidsproces. Zij vormen de basis. Maar kennis over duurzame landbouw hadden we niet echt; we kopen in bij grote partijen en zien de teler niet. Via het SAI platform (Sustainable Agriculture Initiative) zijn we in contact gekomen met Veldleeuwerik. Vooral om te leren over duurzame landbouw. Inmiddels zijn we echt partners die niet alleen van elkaar leren, maar elkaar ook inspireren.”
Hoe geven jullie invulling aan de partnerrol?
“Op verschillende manieren. Financieel, om de stichting te steunen bij de verdere doorontwikkeling en uitbreiding. Maar daarnaast zijn we ook actief om andere partijen te interesseren in de methodiek. Zo hebben we bijvoorbeeld met een afvaardiging van McDonald’s een Veldleeuwerik- teler bezocht. Onze cola wordt bij McDonald’s verkocht, de contacten zijn er. Het zou mooi zijn als ook zo’n partij aanhaakt. Daarnaast zijn we samen met andere ketenpartners van Veldleeuwerik betrokken bij een pilotproject in Polen om te kijken of deze methodiek ook voor de landbouwsector daar kan werken. Ook organiseren we bijeenkomsten voor telers in ons bedrijf, zodat ze zien wat er met hun product gebeurt.”
40
Countus is een accountant- en adviesorganisatie voor de agrarische sector en het MKB. Met 22 vestigingen en zo’n 675 medewerkers kent de dienstverlening van Countus een landelijke dekking. Actief werken aan duurzaam succes is het uitgangspunt, een goede onderlinge samenwerking de basis. Countus is sinds 2010 actief betrokken bij Veldleeuwerik als kennispartner.
Hoe belangrijk is certificering?
“Certificering zie ik als middel om een doel te bereiken, niet als doel op zich. Het gaat ook niet om certificering van producten, maar van de methodiek. Dat is de waarborg voor de afnemers dat er gecontroleerd duurzaam is geproduceerd. Daarvoor is vertrouwen in de organisatie die erachter zit essentieel. “
Welke stap heeft nu prioriteit als het gaat om de toekomst van Veldleeuwerik?
“Schaalgrootte, dat is echt belangrijk. Suiker Unie heeft zo’n 10.000 akkerbouwers, daarvan is nog maar een klein aantal Veldleeuwerik-teler. Het moet geen niche zijn, maar juist mainstream worden. Dan heeft het meer impact. Het moet merkbaar en meetbaar zijn dat je met minder input een hogere opbrengst kunt realiseren. Dan gaat het ook lukken om voldoende kritische massa te bewerkstelligen waardoor er binnen de sector beweging komt. Ik ben ervan overtuigd dat telers die niet meegaan in de transitie naar duurzaamheid, zich uit de markt prijzen. Duurzaamheid is niet meer weg te denken uit welke toekomststrategie dan ook!“
Wat is de relatie tussen Countus en Veldleeuwerik? Geert Kuipers, manager bedrijfsadvies Food & Agri bij Countus: “De integrale duurzaamheidsaanpak van Veldleeuwerik past bij onze visie dat duurzaamheid in alle elementen van je bedrijfsvoering zit. En als je dat goed doet, levert het een kostenbesparing en beter resultaat op. Als je op een betere en duurzame manier produceert, kun je je product beter verkopen.”
Wat doet Countus voor telers van Veldleeuwerik? “We maken met onze managementrapportages inzichtelijk of een bepaalde beslissing of investering op het gebied van duurzaamheid een goede keuze is geweest. Duurzaamheid vraagt om registratie zodat de teler ziet wat het oplevert. Tevens is het bruikbaar in de communicatie met afnemers of de bank. De jaarrekening alleen is niet meer de basis, maar we kijken naar de totale kasstroom: wat heeft deze oogst gekost en opgebracht? Daar koppelen we ook een prognosemodule aan zodat verantwoord kan worden geïnvesteerd voor de toekomst of plannen kunnen worden bijgesteld.”
Hoe zien jullie Veldleeuwerik in relatie tot andere duurzaamheidsinitiatieven? “Het Veldleeuwerik-concept zou meer integraal over andere sectoren moeten worden doorgetrokken, bijvoorbeeld de melkveehouderij. Zodat niet alleen de suiker in het toetje duurzaam is geteeld, maar ook de andere ingrediënten duurzaam zijn geproduceerd. Dat betekent wel dat de markt belang moet hechten aan duurzaamheid. Alleen dan krijg je meer partijen mee en kun je samen optrekken.”
Partner zijn van Veldleeuwerik, wat brengt dat jullie? “Wat wij ervoor terugkrijgen is het kunnen acteren in een geweldig, nationaal en internationaal, netwerk. We zijn betrokken bij maatschappelijke discussies, onze adviseurs worden gevoed met allerlei informatie die hen in bredere zin doet adviseren bij de ondernemer. We zijn erfbetreders die de ondernemer een spiegel voor kunnen houden, maar wel met voldoende kennisbagage en oprechte betrokkenheid bij verduurzaming en het bedrijf.”
Hoe maken jullie duurzaamheid inzichtelijk?
“Inmiddels zijn we echt partners die niet alleen van elkaar leren, maar elkaar ook inspireren.”
“Wij werken mee aan de ontwikkeling van een speciale app, die het voor een teler mogelijk maakt zijn complete teelt te registreren. Onze software is zodanig aangepast dat we in een zorgvuldige benchmark inzichtelijk kunnen maken hoe een Veldleeuwerik-teler presteert in vergelijking tot gangbare of andere teeltwijzen zoals biologisch.”
41
“Als je op een betere en duurzame manier produceert, kun je je product beter verkopen.”
Agrico
CZAV
In 1973 bundelden 3 regionale coöperaties hun krachten tot een coöperatie: Agrico. Deze samenwerking is uitgegroeid tot een organisatie die wereldwijd aardappelen vermarkt, nieuwe rassen kweekt en innovatieve oplossingen bedenkt om aardappelen te verpakken voor de retail. Met ruim 900 ledenbedrijven en 180 medewerkers is Agrico een toonaangevend bedrijf op het gebied van pooten consumptieaardappelen. Jaarlijks vermarkt Agrico ruim 450.000 ton aardappelen. Sinds 2011 is Agrico ketenpartner van Veldleeuwerik.
CZAV is de agrarische coöperatie in Zuidwest-Nederland met een landbouwafdeling van zo’n 135 medewerkers. De activiteiten van CZAV zijn gericht op de inname, opslag en het vermarkten van granen, zaden en peulvruchten. Daarnaast is de coöperatie leverancier van meststoffen, gewasbeschermingsmiddelen, veevoeders, zaaizaad, pootgoed, aardolieproducten en bedrijfs artikelen. Bij CZAV zijn ruim 3.000 agrarische onder nemers aangesloten. CZAV is al langere tijd betrokken bij Veldleeuwerik en sinds 2012 adviesorganisatie.
Wat spreekt jullie aan in Veldleeuwerik? Peter Dijk, commercieel manager bij Agrico: “We zijn actief bezig met duurzaamheid en volgen daarin 2 sporen: we werken aan duurzaamheid bij ons in het bedrijf én we zien de grotere slag die je kunt maken als je telers ook duurzaam gaan produceren. Daarom ondersteunen wij het initiatief van Veldleeuwerik die de telers als uitgangspunt neemt en van daaruit kijkt naar verduurzaming binnen het hele bedrijf. Dus niet alleen voor de aardappel, maar voor meer gewassen op het bedrijf waardoor de teler meer producten af kan zetten. Ook ons dochterbedrijf Agrico Research is aangesloten bij Veldleeuwerik.”
Krijgt een teler meer voor een duurzaam geteelde aardappel? “We zijn ervan overtuigd dat duurzaamheid loont, anders gaat niemand eraan beginnen. De meerkosten van bijvoorbeeld advies en/of begeleiding die telers soms (moeten) maken, worden terugverdiend door de besparingen in het totale proces op het bedrijf. Op dit moment zijn we met een supermarktketen in gesprek om dit najaar een speciale Veldleeuwerikaardappel in het schap te krijgen. En natuurlijk proberen we daar wel een meerprijs voor te halen. Ook al weten we nu nog niet wat de prijs gaat worden, we gaan de telers wel een kleine vergoeding geven. Niet zozeer als financiële prikkel, maar meer als vergoeding voor de inspanning.”
42
Is er vanuit de supermarkten interesse in een Veldleeuwerik-aardappel? “Duurzaamheid speelt een steeds belangrijker rol; consumenten vragen er nadrukkelijk naar. Maar wil je echt wat voor elkaar krijgen op dat gebied, dan moeten we als groentesector meer kunnen bieden dan alleen een aardappel, wortel en ui. Pas als je een breed pakket kunt aanbieden, wordt het voor de retailers interessant om ruimte te maken in de schappen. Dan zet het zoden aan de dijk. Voor alle partijen.”
Hoe belangrijk is certificering in dat verhaal? “Als het gaat om duurzaamheid is het waarheidsgehalte erg belangrijk. Certificering vormt een waarborg dat woorden en daden met elkaar kloppen. Maar certificering mag geen verandering brengen in de basisgedachte van Veldleeuwerik. We moeten dus vast blijven houden aan die bottom-up werkwijze: het begint bij de teler. Vanuit de keten, in de volle breedte, moet er worden nagedacht over certificering. Hierin zou het mooi zijn om dit te doen door geïntegreerde systemen. Bijvoorbeeld door GlobalGap en Veldleeuwerik gezamenlijk op te laten trekken. Mogelijk kunnen NAK Agro en SKAL hier ook een rol in spelen. Alles draait om het creëren van een draagvlak binnen de gehele keten.”
“Certificering mag geen verandering brengen in de basisgedachte van Veldleeuwerik.”
Wat heeft CZAV met Veldleeuwerik gemeen? Ko Francke, adjunct-directeur van CZAV: ”Duurzaamheid betekent voor ons dat we samen met onze klanten verantwoord omgaan met mens, milieu en omgeving. Dus: met zo min mogelijk input (uitgedrukt in bijvoorbeeld werkzame stof, hoeveelheid product, geld of milieubelastingpunten) werken aan een hoge opbrengst van een voedselveilig product. Ons programma ‘Goed boeren, goed beheren’ sluit aan bij de duurzaamheidsvisie van Veldleeuwerik en de daarbij aangesloten telers.”
Hoe geven jullie daar invulling aan? “Duurzaamheid doe je samen. Je kunt in veel dingen voorop willen lopen, maar omdat duurzaamheid een bedrijf over de volle breedte raakt, heb je anderen nodig. Om kennis te delen, onderzoek te doen, advies te vragen. Wij concentreren ons vanuit onze business op de teelt. Voor een hoge productie met weinig input is een gezonde bodem en een gezonde plant noodzakelijk. Daar leveren we een bijdrage aan door bedrijfsbrede teeltadvisering, gericht op rendement en duurzaamheid. Ook in de afzet realiseren we samen met onze graantelers al jaren een hoge prijs. We leiden onze mensen op tot geaccrediteerd Veldleeuwerik-adviseurs die de telers kunnen helpen bij het concretiseren van hun persoonlijke duurzaamheidsplan. Dat plan bekijken we per jaar en stellen we, waar nodig, gezamenlijk bij.”
43
Hoe belangrijk is certificering van Veldleeuwerik of van het duurzaamheidsplan? “Erkenning van een duurzaam geproduceerd gewas betekent meerwaarde voor het eindproduct. Kijk naar Global GAP of voedselveiligheid. Voor telers die nog een stap extra zetten, is erkenning van het duurzaamheidsplan belangrijk voor het vermarkten van het product. Niet zozeer als merk in de schappen, maar wel bij de verwerkende industrie.”
CZAV is een coöperatie. Hoe kijken jullie leden aan tegen partnerschap met Veldleeuwerik? “Wij proberen zoveel mogelijk onze leden mee te nemen en te volgen in de ontwikkelingen in de markt. Duurzaamheid, daar kunnen en willen we dus niet om heen. Nog niet iedereen is even ver op het gebied van duurzaamheid. Maar onze leden staan er in het algemeen positief tegenover dat we ons erin verdiepen en een partij zijn met kennis van zaken. We zijn tenslotte toeleverancier/adviseur op het boerenbedrijf. Dan is het niet meer dan vanzelfsprekend dat je weet wat er speelt en kunt inspelen op de actualiteit. Maar uiteindelijk beslist de ondernemer zelf.”
“Duurzaamheid, daar kunnen en willen we niet om heen.”
ZLTO ZLTO vindt dat ondernemers zelf verantwoordelijk zijn voor het verduurzamen van hun bedrijfsvoering. Niet omdat het moet van een anonieme overheid die waakt over het algemeen belang en daarom regels oplegt, maar vanuit een eigen intrinsieke motivatie en overtuiging. Zij willen een bijdrage leveren aan levenskwaliteit, welzijn en welvaart. Zorgvuldig beheer van de productiefactoren bodem, water, lucht en ook het landschap is hun welbegrepen eigen belang, maar dient ook het algemeen belang. Immers de kwaliteit van de productiefactoren veronachtzamen is ‘snijden in eigen vlees’ en leidt tot productieverlies of soms zelfs hogere kosten om de productie op peil te houden.
Facts & Figures juni 2013
“Eigen verantwoordelijkheid” In onze visie is belangenbehartiging anno 2013 niet het vragen om meer ruimte en minder regels van de overheid en aan de kant gaan staan ‘alsof het je overkomt’. Het is vooral denken vanuit ondernemerschap, bieden en meedoen: wat vraagt de samenleving van mij als akkerbouwer en wat heb ik als akkerbouwer de samenleving te bieden. In de belangenbehartiging is de focus dan ook niet langer gericht op de overheid, maar zoeken boeren en tuinders hun weg in nieuwe netwerken van relevante stakeholders en partners. Verduurzaming van de landbouw, zoals in Veldleeuwerik, doe je samen en komt echt op gang als andere partijen in de keten zich verbinden met de primaire producent. De deelnemers aan Veldleeuwerik begrijpen dat, werken samen om nieuwe wegen in te slaan en profiteren daarmee van de voorsprong die hen dat oplevert. Wat de winst van deze werkwijze is, laat zich niet uitdrukken in een spreadsheet of een schema. Akkerbouwers weten zelf als geen ander of de grond waarop zij boeren beter vocht vasthoudt, rijker is qua bodemleven, makkelijker te bewerken is en een goede opbrengst van het gezaaide gewas laat zien. De waarneming van de akkerbouwer is meer waard dan de cijfers.
44
Hij ‘leest’ zijn grond. Hij weet in welke hoek meer mest nodig is. Hij weet dat hij minder hoeft te spuiten tegen onkruid en ongedierte. Dat is de kracht van samenwerkingsverbanden als Veldleeuwerik, dat akkerbouwers op hun expertise worden aangesproken en uitgedaagd. Een ander belangrijk winstpunt voor hen is meer en veel directer contact met de afnemers van hun producten, dat is ook winst in termen van duurzame relaties en bouwen aan vertrouwen. Veldleeuwerik heeft zijn eigen dynamiek en zal zich doorontwikkelen in de richting die de deelnemers zelf belangrijk en juist vinden. Daar hoeft een overheid of ZLTO niet in de sturen. Dat doen de partners en deelnemers zelf. Het is te verwachten dat in de toekomst meer van dergelijke initiatieven ontstaan. Soms aangevoerd door een grote eindgebruiker van bijvoorbeeld graan, soms aangevoerd door boeren zelf. De variaties op Veldleeuwerik zullen wel een gemeenschappelijke deler hebben: duurzaam produceren! Hans Huijbers Voorzitter ZLTO
Deelnemende telers/bedrijven:
. . . . . . . . . . . . . 367
Regiogroepen: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 35 Ketenpartners: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25 Donateurs: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13 Adviesorganisaties:
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
Adviseurs: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 50 Bedrijfseconomische adviesorganisaties: . . . . . 1
45
Ketenpartners
Donateurs
Adviesorganisaties
Duurzaam produceren volgens de Veldleeuwerik-aanpak is een bewuste keuze van akkerbouwers. Vanuit de overtuiging dat zij als eerste schakel in de keten een bijdrage kunnen en willen leveren aan verantwoord en duurzaam voedsel. Dat geeft op alle fronten meerwaarde; in plezier in werk, in trots op hun producten, in het delen van kennis en in het leren van elkaar. En het werpt vruchten af: steeds meer partijen in de keten haken aan als partner van Veldleeuwerik, omdat door samenwerking meer en sneller duurzame meters gemaakt kunnen worden. In dit boekje staan ervaringen en toekomstvisies van bevlogen telers en partners met een gezamenlijk motto: geen woorden maar daden!
Contact: • Stichting Veldleeuwerik • Gelderingen 52B • 8341 PZ Steenwijkerwold •
[email protected] • www.veldleeuwerik.nl
©Stichting Veldleeuwerik, juni 2013 Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie of op welke wijze dan ook zonder schriftelijke toestemming van Stichting Veldleeuwerik.
Colofon: • Jolien Koole, realisatie - koolecommunicatie.nl • Els van Westrienen, concept en tekst - whatels.nl • Marion van Weeren, redactie - wording.nl • Hans Dijkstra, fotografie akkerbouwers - gaw.nl • Bart Stroes, vormgeving - stroes.info • Feiko Stevens, drukwerk - drukkerijfeikostevens.nl
Deze uitgave is met grote zorgvuldigheid en naar beste weten samengesteld. Auteur en uitgever aanvaarden evenwel geen aansprakelijkheid door schade, van welke aard dan ook, die het gevolg is van handelingen en/of beslissingen die gebaseerd zijn op bedoelde informatie.