ZITTING VAN 11 SEPTEMBER 2013
AANWEZIG: Lieven MEERT, voorzitter; Jan ARIJS, Annelies VAN DEN NEUCKER, André VAN DEN STEEN, Jordy DE DOBBELEER, Bart MIGNON, Tineke VAN DER DONCK, Renaat RAES, Dirk VAN OPDENBOSCH, Els DE GROOTE, leden; Carine COPPENS, secretaris; AFWEZIG:
VERONTSCHULDIGD: Guy D'HAESELEER, lid
De Voorzitter opent de vergadering te 20 u. 00. Vervolgens gaat men over tot de behandeling van volgende punten van de agenda:
AGENDA: OPENBAAR De notulen van de openbare zitting van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van 26 juni 2013 worden goedgekeurd met éénparigheid van stemmen.
PERSONEEL 1.
ORGANISATIE EXAMENS: BESLISSING TOT VERDERZETTING AANWERVINGSPROCEDURES
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn, gelet op de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn en latere aanvullingen; gelet op het ocmw-decreet van 19 december 2008, gewijzigd bij decreet van 29 juni 2012; gelet op de raadsbeslissing van 21 februari 2002 waarbij beslist werd om voor de werving van personeel aan te sluiten bij Jobpunt Vlaanderen, erkend selectiebureau van de overheid, door de aankoop van aandelen;
gelet op de beslissing van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van 16 september 2010 houdende vaststelling van de personeelsformatie; gelet op de beslissing van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van 22 september 2011 betreffende de rechtspositieregeling van de personeelsgroepen vermeld in artikel 104 van het OCMW-decreet houdende de opdeling van de betrekkingen in gemeenschappelijke, specifieke graden en personeel in specifieke diensten; gelet op de beslissing van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van 22 september 2011 houdende vaststelling van de rechtspositieregeling van het voltallig OCMW personeel van de specifieke diensten; gelet op de beslissing van de raad voor maatschappelijk welzijn van 8 december 2011 houdende vaststelling van de personeelsformatie en de bezetting; gelet op de beslissing van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van 29 februari 2012 , 12 september en 12 december 2012 houdende aanpassingen aan de rechtspositieregeling; gelet op de beslissing van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van 25 april 2012 houdende beslissing aanleg wervingsreserve voor verplegend, verzorgend en paramedisch personeel; gelet op het schrijven van 9 juli 2012 waarbij de beslissing van 25 april 2012 aan Jobpunt overgemaakt werd met het oog op de organisatie van de examens; gelet op de algemene toelatings- en aanwervingsvoorwaarden, zoals vermeld onder de artikelen 5 en 6 van de rechtspositieregeling, op de bijzondere aanwervingsvoorwaarden zoals vermeld in de bijlage IV van de rechtspositieregeling en op het selectieprogramma zoals vermeld onder artikel 21 van de rechtspositieregeling; overwegende dat het de bedoeling was om examens te organiseren voor de aanleg van een wervingsreserve voor de betrekkingen van verplegend, verzorgend en paramedisch personeel zodat bij uitdiensttreding van een titularis onmiddellijk beroep kan gedaan worden op deze wervingsreserves; overwegende dat artikel 25 van de rechtspositieregeling voorziet dat er bij de vacant verklaring van een betrekking een werfreserve kan aangelegd worden die maximum vastgesteld kan worden op drie jaar, verlengbaar met twee jaar; overwegende dat, teneinde niet steeds een examen te moeten inrichten om een vacante betrekking te laten begeven in de personeelsformatie het aangewezen is om een wervingsreserve aan te leggen geldig voor drie jaar, zoals vermeld onder artikel 25 van de rechtspositieregeling; overwegende dat in het meerjarenplan en budget de nodige kredieten voorzien zijn; overwegende dat alle betrekkingen in de nieuwe personeelsformatie voorzien zijn in voltijdse equivalenten maar dat ze wel halftijds kunnen bezet worden; overwegende dat art 12 §2 van de rechtspositieregeling stelt dat de Raad bij de vacant verklaring kan bepalen dat laatstejaars- scholieren en studenten toegang krijgen tot de selectieprocedure waarbij deze toegelaten worden tot de selectieprocedure als ze met hun kandidatuur een studiebewijs voorleggen en een verklaring dat ze binnen een termijn van maximum zes maanden hun einddiploma kunnen behalen;
overwegende dat in het kader van de gunning van de opdracht tot de aanstelling van een selectiebureau voor de werving van personeel bij raadsbeslissing van 21 februari 2002 beslist werd om aan te sluiten bij Jobpunt Vlaanderen, erkend selectiebureau van de overheid, door de aankoop van aandelen; overwegende dat gepubliceerd zal worden in het Belgisch Staatsblad en in twee plaatselijk verschijnende kranten; overwegende dat het opportuun lijkt om nu in eerste instantie de lopende procedure bij Jobpunt Vlaanderen voor verplegend, zorgkundigen en paramedisch personeel verder te zetten, gelet op de grote schaarste op de arbeidsmarkt en op het feit dat we beroep kunnen doen op schoolverlaters; op voorstel van de voorzitter; besluit met ACHT JA-stemmen en TWEE ONTHOUDINGEN Artikel 1 De lopende organisatie betreffende de examens voor verplegend, zorgkundigen en paramedisch personeel verder te zetten Art. 2 Dit besluit wordt meegedeeld op de toezichtlijst die binnen de 20 dagen na deze zitting wordt verzonden naar het college van burgemeester en schepenen en naar de provinciegouverneur (art. 254 van het ocmw-decreet).
De leden van de afvaardiging van FORZA Ninove, dhr. Renaat RAES en dhr. Dirk VAN OPDENBOSCH, hebben zich onthouden.
2.
SOCIAAL AKKOORD BETREFFENDE DE FEDERALE GEZONDHEIDSSECTOREN 2013: AKKOORD BIJKOMENDE TEWERKSTELLING VAN 0,6 VOLTIJDS EQUIVALENT
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn, gelet op de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn en latere aanvullingen; gelet op het ocmw-decreet van 19 december 2008 gewijzigd bij decreet van 29 juni 2012; gelet op het sociaal akkoord betreffende de federale gezondheidssectoren van 2013 van 24 oktober 2012; gelet op het schrijven van 11 juli 2013 waarbij de RSZPPO ons laat weten dat er in het kader van het sociaal akkoord betreffende de federale gezondheidssectoren van 2013 een budget voorzien is voor bijkomende tewerkstelling in de sector van de rusthuizen/rust- en verzorgingstehuizen; overwegende dat het doel is om de verpleegkundigen, zorgkundigen en andere “witte jassen” die een fysisch en psychisch erg lastig werk doen, met moeilijke uurroosters, te ondersteunen;
overwegende dat de bijkomende tewerkstelling bijgevolg in de regel betrekking heeft op arbeidsplaatsen in de functie van zorgkundige en dat indien toch in een andere kwalificatie wordt voorzien, deze aan voormelde doelstelling dient te beantwoorden; overwegende dat de financiering van de bijkomende arbeidsplaatsen via het RIZIV verloopt doch de verdeling en de opvolging ervan toevertrouwd zijn aan het Beheerscomité van het FONDS SOCIALE MARIBEL van de Overheidssector; overwegende dat het Beheerscomité beslist heeft om de beschikbare arbeidsplaatsen gelijk te verdelen over het aantal betrokken instellingen; overwegende dat het beschikbare budget toelaat om aan elke instelling 0,6 voltijds equivalent toe te kennen; overwegende dat het maximale bedrag van de financiële tussenkomst die door het RIZIV zal toegekend worden, vastgelegd is op 30 000 euro voor de tewerkstelling van 0,6 voltijds equivalent gedurende een volledig kalenderjaar; overwegende dat de bijkomende tewerkstelling moet gerealiseerd worden bovenop ons arbeidsvolume op datum van 31 december 2012 (= gemiddelde van het vierde kwartaal 2012); overwegende dat de arbeidsplaatsen ten laatste ingevuld dienen te zijn tegen 31 december 2013 en dat zij niet beschouwd worden als Maribeltewerkstellingen; overwegende dat indien ingevolge controle zou blijken dat de bijkomende betrekking niet effectief gerealiseerd werd, de financiële tussenkomst zal teruggevorderd worden; overwegende dat voor het invullen van de arbeidsplaats de normale syndicale overlegprocedures dienen gerespecteerd te worden; gelet op het gunstig advies van het Basisoverlegcomité van 6 augustus 2013; op voorstel van de voorzitter; besluit met éénparigheid van stemmen Artikel 1 Akkoord te gaan met de bijkomende tewerkstelling van 0,6 voltijdse equivalent in het kader van het budget voorzien in het sociaal akkoord betreffende de federale gezondheidssectoren van 2013. Art. 2 Dit besluit wordt meegedeeld op de toezichtlijst die binnen de 20 dagen na deze zitting wordt verzonden naar het college van burgemeester en schepenen en naar de provinciegouverneur (art. 254 van het ocmw-decreet).
ECONOMAAT 3.
OPDRACHT VOOR AANKOOP VAN ELEKTRICITEIT - PERIODE 2015-2017: 1. AKKOORDVERKLARING MET DE GEZAMENLIJKE AANKOOP EN OVERDRACHT VAN DE BEVOEGDHEDEN 2. AANDUIDING EANDIS VOOR DE MATERIËLE ORGANISATIE VAN DE GUNNINGSPROCEDURE
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn, gelet op de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn en latere aanvullingen; gelet op het ocmw-decreet van 19 december 2008 gewijzigd bij decreet van 29 juni 2012; gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen; gelet op het decreet van 26 maart 2004 betreffende openbaarheid van bestuur; gelet op de richtlijn 2009/72/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor elektriciteit en tot intrekking van richtlijn 2003/54/EG; gelet op de wet van 10 maart 1925 op de elektriciteitsvoorziening; gelet op de Bijzondere Wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, zoals gewijzigd door de Bijzondere Wet van 8 augustus 1988, inzonderheid artikel 94 wat de gewestelijke aspecten van het energiebeleid betreft; gelet op de wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten; gelet op het KB van 15 juli 2001 betreffende plaatsing van overheidsopdrachten klassieke sectoren; gelet op het KB van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken; gelet op de wet van 29 april 1999 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt, zoals tot op heden gewijzigd, en de daarbij horende uitvoeringsbesluiten; gelet op het decreet van 17 juli 2000 houdende de organisatie van de elektriciteitsmarkt, zoals tot op heden gewijzigd, en de daarbij horende uitvoeringsbesluiten; gelet op het decreet van 8 mei 2009 houdende algemene bepalingen betreffende het energiebeleid en het daarbij horende uitvoeringsbesluit (het “Energiebesluit”) van 19 november 2009; gelet op de beslissing van het College van burgemeester en Schepenen van 06 augustus 2013 waarbij EANDIS, Brusselsesteenweg 199 te 9090 Melle, wordt belast met de materiële organisatie van de opdracht voor gezamenlijke aankoop van elektriciteit; gelet op de vraag van het stadsbestuur d.d. 25/07/2013 of het OCMW Ninove opnieuw bereid is om deel te nemen aan de gezamenlijke aankoop van elektriciteit;
gelet op de Raadsbeslissingen van 20/11/2003; 20/04/2006; 17/04/2008 en 07/04/2010 waarbij een beslissing werd genomen om deel te nemen aan de samenaankoop van elektriciteit; overwegende dat sinds 1 juli 2003 elke afnemer op de Vlaamse elektriciteitsmarkt vrij is om te contracteren met de elektriciteitsleverancier van zijn keuze; overwegende dat de VREG in haar mededeling van 11 november 2002 met betrekking tot het kiezen van een elektriciteitsleverancier door een overheid met toepassing van de wetgeving inzake overheidsopdrachten stelt dat verschillende besturen deze overheidsopdracht gezamenlijk kunnen uitschrijven om hun gezamenlijke behoeften te dekken, en dat door de schaalvergroting van de opdracht een gunstig (neerwaarts) effect op de prijs te verwachten valt; overwegende dat een gunstig neerwaarts effect tevens bereikt kan worden indien verschillende besturen op het grondgebied van de gemeente een gezamenlijke opdracht uitschrijven; overwegende dat de huidige opdracht volgens vermelde principes werd uitgeschreven en gegund; overwegende dat de huidige opdracht afloopt op 31 december 2014; overwegende dat aldus een nieuwe opdracht moet gegund worden en er geen reden is om daarbij af te wijken van voormelde principes; gelet op de besprekingen met de gemeente met betrekking tot gezamenlijke aankoop door de gemeenten, de OCMW’s; politiezones; kerkfabrieken en AGB’s van elektrische energie voor hun installaties, gebouwen en de openbare verlichting; op voorstel van de voorzitter; besluit met éénparigheid van stemmen Artikel 1 De gemeente Ninove wordt, conform art. 38 van de wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, aangeduid om in naam en voor rekening van het OCMW van Ninove op te treden voor het toewijzen van een overheidsopdracht strekkende tot het aanduiden van een leverancier voor elektriciteit voor een periode vanaf de eerste dag aansluitend op het huidig leveringscontract zijnde 01/01/2015 tot en met 31/12/2017. Art. 2 De distributienetbeheerder wordt belast met het opmaken van een lijst met afnamepunten van het OCMW Ninove teneinde deze over te maken aan de gemeente voor opname in het bestek. Art. 3 De gemeente wordt belast met alle procedurele verplichtingen m.b.t. de in artikel 1 bedoelde overheidsopdracht. De gemeente zal het gunningsvoorstel ter consultatie meedelen aan het OCMW Ninove alvorens over te gaan tot effectieve gunning.
Art. 4 De gemeente zal Eandis belasten met de materiële organisatie van de gunningsprocedure inzake aankoop van elektrische energie voor de gebouwen en installaties van de gemeente, het OCMW; de politiezone; kerkfabriek en AGB en voor de openbare verlichting en de coördinatie ervan met de gunningsprocedures van de andere aanbestedende overheden. Art. 5 Het OCMW Ninove machtigt de gemeente om op haar beurt volmacht te geven aan de leverancier voor het bekendmaken van de keuze van de nieuwe leverancier aan de distributienetbeheerder. Art. 6 Het OCMW Ninove verbindt er zich toe om zelf de overeenkomstig het bestek aan haar gerichte facturen voor het op haar afnamepunten ter beschikking gestelde elektrische vermogen en de geleverde elektrische energie tijdig te betalen aan de leverancier. Art. 7 Het OCMW Ninove en de leverancier zullen geschillen m.b.t. de leveringen op de afnamepunten van het OCMW Ninove via minnelijke onderhandelingen pogen op te lossen. In geval geen minnelijke oplossing gevonden wordt, vrijwaart het OCMW Ninove de gemeente integraal voor de geschillen m.b.t. leveringen op haar afnamepunten. Art. 8 In geval van een betwisting m.b.t. huidige overheidsopdracht, anders dan onder art. 8 (afnamepunten van het OCMW), is het OCMW Ninove mee verantwoordelijk voor alle kosten in verhouding tot haar aandeel in de opdracht. Daartoe vrijwaart het OCMW Ninove de gemeente in verhouding tot haar aandeel van de opdracht. Art. 9 Dit besluit wordt meegedeeld op de toezichtlijst die binnen de 20 dagen na deze zitting wordt verzonden naar het college van burgemeester en schepenen en naar de provinciegouverneur (art. 254 van het ocmw-decreet).
4.
OPDRACHT VOOR AANKOOP VAN GAS - PERIODE 2015-2017: 1. AKKOORDVERKLARING MET DE GEZAMENLIJKE AANKOOP EN OVERDRACHT VAN DE BEVOEGDHEDEN 2. AANDUIDING EANDIS VOOR DE MATERIËLE ORGANISATIE VAN DE GUNNINGSPROCEDURE
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn, gelet op de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn en latere aanvullingen; gelet op het ocmw-decreet van 19 december 2008 gewijzigd bij decreet van 29 juni 2012; gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen; gelet op het decreet van 26 maart 2004 betreffende openbaarheid van bestuur;
gelet op de richtlijn 2009/73/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor elektriciteit en tot intrekking van richtlijn 2003/55/EG; gelet op de Bijzondere Wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, zoals gewijzigd door de Bijzondere Wet van 8 augustus 1988, inzonderheid artikel 94 wat de gewestelijke aspecten van het energiebeleid betreft; gelet op de wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten; gelet op het KB van 15 juli 2011 betreffende plaatsing van overheidsopdrachten klassieke sectoren; gelet op het KB van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken; gelet op de wet van 12 april 1965 betreffende het vervoer van gasachtige producten en andere door middel van leidingen, o.a. gewijzigd door de wet van 29 april 1999 betreffende de organisatie van de gasmarkt en het fiscaal statuut van de elektriciteitsproducenten, zoals tot op heden gewijzigd, en de daarbij horende uitvoeringsbesluiten; gelet op het decreet van 8 mei 2009 houdende algemene bepalingen betreffende het energiebeleid en het daarbij horende uitvoeringsbesluit (het “Energiebesluit”) van 19 november 2009; gelet op de beslissing van het College van burgemeester en Schepenen van 06 augustus 2013 waarbij EANDIS, Brusselsesteenweg 199 te 9090 Melle wordt belast met de materiële organisatie van de opdracht voor gezamenlijke aankoop van gas; gelet op de vraag van het stadsbestuur d.d. 25/07/2013 of het OCMW Ninove opnieuw bereid is om deel te nemen aan de samenaankoop van gas; gelet op de Raadsbeslissingen van 23/10/2003; 29/01/2004; 19/04/2007 en 07/04/2011 waarbij het OCMW Ninove reeds eerder een beslissing nam om deel te nemen aan de gezamenlijke aankoop van gas; overwegende dat een gunstig neerwaarts effect bereikt kan worden indien verschillende besturen op het grondgebied van de gemeente een gezamenlijke opdracht uitschrijven; overwegende dat de huidige opdracht volgens vermelde principes zal worden uitgeschreven en gegund; overwegende dat de huidige opdracht afloopt op 31 december 2014; overwegende dat aldus een nieuwe opdracht moet worden gegund en er geen reden is om daarbij af te wijken van voormelde principes; op voorstel van de voorzitter; besluit met éénparigheid van stemmen
Artikel 1 De gemeente Ninove wordt, conform artikel 38 van de wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en sommige opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, aangeduid om in naam en voor rekening van het OCMW van Ninove op te treden voor het sluiten van de overheidsopdracht strekkende tot het aanduiden van een leverancier voor gas voor een periode vanaf de eerste dag aansluitend op het huidig leveringscontract zijnde 01 januari 2015 tot en met 31 december 2017. Art. 2 De distributienetbeheerder wordt belast met het opmaken van een lijst met afnamepunten van het OCMW Ninove teneinde deze over te maken aan de gemeente voor opname in het bestek. Art. 3 De gemeente wordt belast met alle procedurele verplichtingen m.b.t. de in artikel 1 bedoelde overheidsopdracht. De gemeente zal het gunningsvoorstel op basis van de goedkoopste regelmatige bieding ter consultatie meedelen aan het OCMW Ninove. Art. 4 De gemeente zal EANDIS belasten met de materiële organisatie van de gunningsprocedure inzake aankoop van aardgas voor de gebouwen en installaties van de gemeente, het OCMW, AGB’s, de politiezone, de kerkfabrieken en de coördinatie ervan met de gunningsprocedures van de andere aanbestedende overheden. Art. 5 Het OCMW Ninove machtigt de gemeente om op haar beurt volmacht te geven aan de leverancier voor het bekendmaken van de keuze van de nieuwe leverancier aan de distributienetbeheerder. Art. 6 Het OCMW Ninove verbindt er zich toe om zelf de overeenkomstig het bestek aan haar gerichte facturen voor het op haar afnamepunten ter beschikking gestelde vermogen en de geleverde energie tijdig te betalen aan de leverancier. Art. 7 Het OCMW Ninove en de leverancier zullen geschillen m.b.t. de leveringen op de afnamepunten van het OCMW Ninove via minnelijke onderhandelingen pogen op te lossen. In geval geen minnelijke oplossing gevonden wordt, vrijwaart het OCMW de gemeente integraal voor de geschillen m.b.t. leveringen op haar afnamepunten. Art. 8 In geval van een betwisting m.b.t. huidige overheidsopdracht, anders dan onder art. 8 (afnamepunten van het OCMW), is het OCMW Ninove mee verantwoordelijk voor alle kosten in verhouding tot haar aandeel in de opdracht. Daartoe vrijwaart het OCMW Ninove de gemeente in verhouding tot haar aandeel van de opdracht. Art. 9 Dit besluit wordt meegedeeld op de toezichtlijst die binnen de 20 dagen na deze zitting wordt verzonden naar het college van burgemeester en schepenen en naar de provinciegouverneur (art. 254 van het ocmw-decreet).
5.
TOEWIJZING ONDERHANDELINGSPROCEDURE ZONDER BEKENDMAKING AANSTELLEN VEILIGHEIDSCOÖRDINATOR (ONTWERP EN VERWEZENLIJKING)
-
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn, gelet op de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn en latere aanvullingen; gelet op het ocmw-decreet van 19 december 2008 gewijzigd bij decreet van 29 juni 2012; gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen; gelet op het decreet van 26 maart 2004 betreffende openbaarheid van bestuur; gelet op de wet van 24 december 1993 op de overheidsopdrachten, het KB van 8 januari 1996 en het KB van 26 september 1996 en latere wijzigingen; gelet op het KB van 25 januari 2001 betreffende de tijdelijke of mobiele bouwplaatsen; gelet op het meerjarenplan 2009-2013 en op het feit dat het OCMW Ninove het oud rusthuis te Denderwindeke wenste om te bouwen tot serviceflats en erkende dagopvang; gelet op de omzendbrief dd. 14 september 2007 van de Vlaamse Overheid betreffende de toepassing wetgeving overheidsopdrachten, waarin duidelijk is bepaald dat voor het geven van een opdracht tot het bouwen van woningen op zijn grondgebied aan een intergemeentelijk samenwerkingsverband waarvan het opdrachtgevend bestuur lid is de wet op de overheidsopdrachten niet van toepassing is; gelet op de raadsbeslissing van 24 juni 2010 betreffende de toetreding van het OCMW Ninove tot SOLVA in het kader van het intergemeentelijk samenwerkingsverband voor ruimtelijke ordening en socio-economische expansie ; overwegende dat het OCMW Ninove door de Algemene Vergadering van SOLVA op 28 juni 2010 als lid is aanvaard; gelet op de raadsbeslissing van 16 september 2010 om SOLVA opdracht te geven tot het opmaken van een voorontwerp en raming voor de verbouwing van het oud rusthuis te Denderwindeke tot serviceflats en erkende dagopvang en waarbij beslist werd dat de samenwerkingsovereenkomst in een latere zitting ter goedkeuring voorgelegd zal worden; gelet op de raadsbeslissing van 29 februari 2012 waarbij SOLVA aangesteld werd voor de opmaak van een lastenboek afbraak rusthuis Denderwindeke; gelet op de raadsbeslissing van 25 april 2012 waarbij V.E.T.O. & Partners nv, Houtemstraat 25, 9860 Oosterzele aangesteld werden als veiligheidscoördinator voor de afbraakwerken; gelet op de raadsbeslissing van 20 juni 2012 houdende goedkeuring raming en bestek voor het doorlopen van een offerteaanvraag met Europese bekendmaking voor het aanstellen van een ontwerper voor het realiseren van assistentiewoningen te Ninove (oud rusthuis Denderwindeke);
gelet op de raadsbeslissingen van 14 november 2012 houdende enerzijds stopzetten van de procedure voor het aanstellen van een ontwerper voor de realisatie van assistentiewoningen en anderzijds het instellen van een nieuwe algemene offertaanvraag met Europese bekendmaking; gelet op de raadsbeslissing van 29 mei 2013 houdende aanstellen van een ontwerper na algemene offerteaanvraag met Europese bekendmaking; gelet op de raadsbeslissing van 29 mei 2013 houdende het instellen van een onderhandelingsprocedure voor het aanstellen van een veiligheidscoördinator ontwerp en verwezenlijking voor de realisatie van assistentiewoningen; gelet op de wettelijke vereisten, namelijk dat een veiligheidscoördinator (ontwerp en verwezenlijking) dient aangesteld, waartoe beroep dient gedaan op een extern studiebureau; gelet op het door SOLVA opgestelde bestek voor het aanstellen van een veiligheidscoördinator (ontwerp en verwezenlijking) voor de realisatie van assistentiewoningen te Denderwindeke en de bijbehorende raming voor een bedrag van 30.000,00 EUR; gelet op de beslissing van de Raad van 29 mei 2013 om een onderhandelingsprocedure te doorlopen voor het aanstellen van een studiebureau als veiligheidscoördinator (ontwerp en verwezenlijking) voor de realisatie van assistentiewoningen op de site van het oud rusthuis te Ninove (Denderwindeke), en daartoe volgende bureaus tot deelname uit te nodigen: o o o o o o
TOPCO BV ovv BVBA, Bergestraat 24, 9550 Herzele; VETO & Partners NV, Houtemstraat 25, 9860 Oosterzele; IVW-consult, Ten Bosse 40, 9800 Deinze; Van Der Weken, Tuttegemstraat 30, 9870 Machelen; Jan d’Hauwer, Valleistraat 75, 9402 Ninove VIVER BVBA, Berkenlaan 48, 9308 Hofstade;
gelet op het gunningsverslag d.d. 11 september 2013; overwegende dat de motivering en het besluit van het bovenvermelde gunningsverslag geheel wordt onderschreven; overwegende dat volgende offertes werden ingediend: - V.E.T.O. & Partners nv, Houtemstraat 25, 9860 Oosterzele. TOPCO BV ovv BVBA, Bergestraat 24, 9550 Herzele overwegende dat na onderzoek van de ingediende offertes, alle offertes regelmatig bevonden zijn; overwegende dat alle inschrijvers voldoen aan de opgelegde selectiecriteria. overwegende dat het enige gunningscriterium de prijs betreft, op basis waarvan volgende biedingen ontvangen zijn: - V.E.T.O. & Partners nv: - TOPCO BV ovv BVBA:
7.140,00 EUR; 12.400,00 EUR
overwegende dat de inschrijvers werden uitgenodigd tot onderhandeling en gevraagd werden de opgegeven prijs naar beneden te herleiden maar zij niet op deze vraag ingegaan zijn;
overwegende dat SOLVA bij het ontwikkelen van zijn projecten alle stappen steeds in nauw overleg met het opdrachtgevend bestuur zet; gelet op het visum van de financieel beheerder; overwegende dat het investeringsbudget voorzien in de meerjarenplanning 2009-2013 voor het rustoord Denderwindeke in het budget 2012 gewijzigd werd naar de bouw van assistentiewoningen onder project 2012/11 waarvoor een budget van 4 280 000 EUR werd voorzien; overwegende dat in het budget 2013 onder actieplan 1-1-1 150 000 EUR voorzien is voor de start van dit project; overwegende dat dit project ook moet voorzien blijven in de nieuwe meerjarenplanning van 2014; op voorstel van de voorzitter; besluit met NEGEN JA-stemmen en EEN ONTHOUDING Artikel 1 VETO & Partners nv, Houtemstraat 25 te 9860 Oosterzele aan te stellen als veiligheidscoördinator (ontwerp en verwezenlijking) voor de realisatie van assistentiewoningen op de site van het oud rusthuis te Ninove (Denderwindeke) op basis van het bestek en de door hen ingediende offerte. Art. 2 Dit besluit wordt meegedeeld op de toezichtlijst die binnen de 20 dagen na deze zitting wordt verzonden naar het college van burgemeester en schepenen en naar de provinciegouverneur (art. 254 van het ocmw-decreet).
Mevr. DE GROOTE Els van de N-VA-fractie heeft zich onthouden en geeft als reden hiervoor dat zij zich ook onthouden heeft bij de beslissing omtrent het al dan niet oprichten van assistentiewoningen, het al dan niet nodig zijn hiervan en de kosten en opbrengsten die deze realisatie met zich zou meebrengen.
6.
OPDRACHT VOOR PERIODIEKE LEVERINGEN VAN KLEIN MEDISCH MATERIAAL VOOR HET WZC KLATERINGEN INGAANDE OP 01/01/2014 VOOR EEN PERIODE VAN DRIE JAAR (2014-2016). VASTSTELLING WIJZE VAN GUNNEN EN VOORWAARDEN
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn, gelet op de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn en latere aanvullingen; gelet op het ocmw-decreet van 19 december 2008 gewijzigd bij decreet van 29 juni 2012; gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen;
gelet op het decreet van 26 maart 2004 betreffende openbaarheid van bestuur; gelet op de wet van 15 juni 2006 betreffende overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten; gelet op het Koninklijk besluit van 15 juli 2011 meer bepaald artikel 100 betreffende de plaatsing van overheidsopdrachten klassieke sectoren meer bepaald de procedure van de ‘aanbesteding’; overwegende dat er aanleiding is om een opdracht te gunnen met als voorwerp periodieke leveringen van klein medisch materiaal voor het WZC Klateringen, ingaande op 01/01/2014 voor de periode van drie jaar (2014-2016); overwegende dat de opdracht in detail is toegelicht in het bestek; overwegende dat de prijs van de opdracht geraamd wordt op 30.000 EUR/jaar of 90.000 EUR/3 jaar; overwegende dat de daartoe bestemde budgetten zullen worden voorzien op het exploitatiebudget 2014, 2015 en 2016 onder art. 601080 BI 09530; overwegende dat de bekendmaking van de opdracht zal gebeuren door middel van publicatie in het bulletin der aanbestedingen, zijnde een Belgische publicatie gezien de opdracht het drempelbedrag van 200.000 EUR niet overstijgt; overwegende dat de toelating tot deelname aan de opdracht evenals de kwalitatieve selectie van de gegadigden zal gebeuren op basis van het KB van 15 juli 2011 meer bepaald art.6179; gelet op het visum van de financieel beheerder; op voorstel van de voorzitter; besluit met éénparigheid van stemmen Artikel 1 Er zal een opdracht gegund worden met als voorwerp de periodieke leveringen van klein medisch materiaal voor het WZC Klateringen, ingaande op 01/01/2014 voor de periode van drie jaar (2014-2016), volgens het bijzonder bestek. Art. 2 De opdracht waarvan sprake in artikel 1 zal gegund worden volgens de procedure van de ‘Aanbesteding met bekendmaking’. Art. 3 De toelating tot deelname aan de opdracht evenals de kwalitatieve selectie van de gegadigden zal gebeuren op basis van het K.B. van 15 juli 2011 meer bepaald art. 61-79. Art. 4 Het Bijzonder Bestek geraamd voor een bedrag van 30.000 EUR per jaar of 90.000 EUR per drie jaar, wordt goedgekeurd.
Art. 5 De opdracht waarvan sprake is in artikel 1 zal gefinancierd worden met de gewone werkmiddelen. Art. 6 Dit besluit wordt meegedeeld op de toezichtlijst die binnen de 20 dagen na deze zitting wordt verzonden naar het college van burgemeester en schepenen en naar de provinciegouverneur (art. 254 van het ocmw-decreet).
7.
OPDRACHT VOOR PERIODIEKE LEVERINGEN VAN INCONTINENTIEMATERIALEN VOOR HET WZC KLATERINGEN INGAANDE OP 01/01/2014 VOOR EEN PERIODE VAN DRIE JAAR (2014-2016). VASTSTELLING WIJZE VAN GUNNEN EN VOORWAARDEN
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn, gelet op de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn en latere aanvullingen; gelet op het ocmw-decreet van 19 december 2008 gewijzigd bij decreet van 29 juni 2012; gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen; gelet op het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur; gelet op de wet van 15 juni 2006 betreffende overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten; gelet op het Koninklijk besluit van 15 juli 2011 meer bepaald artikel 100 betreffende de plaatsing van overheidsopdrachten klassieke sectoren meer bepaald de procedure van de ‘aanbesteding’; overwegende dat er aanleiding is om een opdracht te gunnen met als voorwerp periodieke leveringen van incontinentiematerialen voor het WZC Klateringen, ingaande op 01/01/2014 voor een periode van drie jaar (2014-2016); overwegende dat de opdracht in detail is toegelicht in het bestek; overwegende dat de prijs van de opdracht geraamd wordt op 55.000 EUR/jaar of 165.000 EUR/3 jaar; overwegende dat de daartoe bestemde budgetten zullen worden voorzien op het exploitatiebudget 2014, 2015 en 2016 onder art. 601030 BI 09530. overwegende dat de bekendmaking van de opdracht zal gebeuren door middel van publicatie in het bulletin der aanbestedingen, zijnde een Belgische publicatie gezien de opdracht het drempelbedrag van 200.000 EUR niet overstijgt;. overwegende dat de toelating tot deelname aan de opdracht evenals de kwalitatieve selectie van de gegadigden zal gebeuren op basis van het KB van 15 juli 2011 meer bepaald art.6179; gelet op het visum van de financieel beheerder;
op voorstel van de voorzitter; besluit met éénparigheid van stemmen Artikel 1 Er zal een opdracht gegund worden met als voorwerp de periodieke leveringen van incontinentiematerialen voor het WZC Klateringen, ingaande op 01/01/2014 voor een periode van drie jaar (2014-2016), volgens het bijzonder bestek. Art. 2 De opdracht waarvan sprake in artikel 1 zal gegund worden volgens de procedure van de ‘Aanbesteding met bekendmaking’. Art. 3 De toelating tot deelname aan de opdracht evenals de kwalitatieve selectie van de gegadigden zal gebeuren op basis van het KB van 15 juli 2011 meer bepaald art.61-79. Art. 4 Het Bijzonder Bestek geraamd voor een bedrag van 55.000 EUR per jaar of 165.000 EUR per drie jaar, wordt goedgekeurd. Art. 5 De opdracht waarvan sprake is in artikel 1 zal gefinancierd worden met de gewone werkmiddelen. Art. 6 Dit besluit wordt meegedeeld op de toezichtlijst die binnen de 20 dagen na deze zitting wordt verzonden naar het college van burgemeester en schepenen en naar de provinciegouverneur (art. 254 van het ocmw-decreet).
8.
OPDRACHT VOOR DOORLICHTING VAN OFFERTES VOOR RESTAURATIEDIENSTEN. VASTSTELLING WIJZE VAN GUNNEN EN GUNNING
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn, gelet op de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn en latere aanvullingen; gelet op het ocmw-decreet van 19 december 2008 gewijzigd bij decreet van 29 juni 2012; gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen; gelet op het decreet van 26 maart 2004 betreffende openbaarheid van bestuur; gelet op de wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van bepaalde werken, leveringen en diensten, meer bepaald art. 3, 7° en art.26 1° zijnde de onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking waarbij drie consultatiebureaus werden geraadpleegd, zijnde : 1. P&S Problem Solving 2. Probis Consulting 3. EPB Consulting;
gelet op het KB van 15 juli 2011 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren meer bepaald art. 105, 4° voor opdrachten gesloten met een aanvaarde factuur; overwegende dat er aanleiding is om een opdracht te gunnen met als voorwerp doorlichting van offertes voor restauratiediensten omvattende : 1. doornemen lastenboek ‘uitbating Centrale Keuken 2014-2016' 2. doornemen van de verschillende offertes 3. overleg plegen met aanbieders indien onduidelijkheden in de offerte 4. analyse en vergelijking van de aanbiedingen 5. voorstel keuze aanbieder; gelet op de raadpleging van drie consultatiebureaus welke een offerte hebben ingediend nl. : 1. P&S Problem Solving 79u x €. 85,00/u = 6.715 EUR 2. Probis Consulting 60u x €. 112,50/u = 6.750 EUR 3. EPB Consulting 63u x €. 135,00/u = 8.505 EUR; overwegende dat de offertes van alle drie de consultatiebureaus als regelmatig werden bevonden en in aanmerking komen voor het uitvoeren van de opdracht; overwegende dat na doorlichting van de offertes blijkt dat de meest voordelige regelmatige offerte werd ingediend door P&S Problem Solving, zijnde 79u x 85,00 EUR/u = 6.715 EUR; overwegende dat de prijs van de opdracht vastgesteld wordt op 6.715 EUR, excl. btw; overwegende dat de nodige budgetten voorzien zijn op het exploitatiebudget art. 616400 erelonen consultants BI 01190; gelet op het visum van de heer ontvanger; op voorstel van de voorzitter; besluit met éénparigheid van stemmen Artikel 1 Er wordt een opdracht gegund via onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking met als voorwerp de doorlichting van offertes voor restauratiediensten aan het consultatiebureau P&S Problem Solving, Hooimansstraat 145 te 9112 Sinaai aan de prijs van 85 EUR/u. x 79 u.= 6.715 EUR excl. btw., om reden : de meest voordelige regelmatige offerte. Art. 2 Dit besluit wordt meegedeeld op de toezichtlijst die binnen de 20 dagen na deze zitting wordt verzonden naar het college van burgemeester en schepenen en naar de provinciegouverneur (art. 254 van het ocmw-decreet).
9.
PERSONEELSFEEST: VASTSTELLING BIJDRAGE
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn, gelet op de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn en latere aanvullingen;
gelet op het ocmw-decreet van 19 december 2008 gewijzigd bij decreet van 29 juni 2012; gelet op de raadszitting van 26 juni 2013 waar de opdracht met als voorwerp de organisatie van een personeelsfeest gegund werd na onderhandelingsprocedure aan tafelhouder De Doncker (= feestzaal Kellenhof), Edingsesteenweg 10 te 9402 Meerbeke, aan de all-in prijs van 67 EUR/pers.(incl. btw) + supplement van 250 EUR voor gebruik zaal + supplement van 400 EUR voor huur discobar, om reden van de meest voordelige offerte en gevolg kan geven aan de door ons vooropgestelde datum vrijdag 4 oktober 2013; gelet op het feit dat er budget is voorzien ; gelet op de budgettaire wensen namelijk dat de kosten van de organisatie, rekening houdende met de all-in prijs van 67 EUR/pers. (incl. btw) + supplement van 250 EUR voor gebruik zaal + supplement van 400 EUR voor huur discobar, niet meer belopen dan 75 EUR/persoon en dat de bijdrage van het personeelslid voor deelname aan het personeelsfeest 2013 vastgelegd wordt op 10 EUR voor het personeelslid en 50 EUR voor de partner, op 10 EUR voor de vrijwilliger en 50 EUR voor de partner en op 50 EUR voor een raadslid; gelet op het visum van de financieel beheerder; op voorstel van de voorzitter; besluit met éénparigheid van stemmen Artikel 1 de bijdrage van het personeelslid voor deelname aan het personeelsfeest 2013 wordt vastgelegd op 10 EUR voor het personeelslid en 50 EUR voor de partner, op 10 EUR voor de vrijwilliger en op 50 EUR voor de partner en op 50 EUR voor een raadslid. Art. 2 Dit besluit wordt meegedeeld op de toezichtlijst die binnen de 20 dagen na deze zitting wordt verzonden naar het college van burgemeester en schepenen en naar de provinciegouverneur (art. 254 van het ocmw-decreet).
SOCIALE DIENST 10.
TOETREDING TOT SYSTEEM AANKOOPKAARTEN COLRUYT TEN BEHOEVE VAN CLIËNTEEL SOCIALE DIENST
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn, gelet op de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn en latere aanvullingen; gelet op het ocmw-decreet van 19 december 2008 gewijzigd bij decreet van 29 juni 2012; gelet op het aanbod van systeem aankoopkaarten ColliShop Professional van Colruyt; overwegende dat VVSG enig voorbehoud heeft tegen het gebruik van dit systeem; overwegende dat Colruyt niet akkoord gaat met dit voorbehoud en het systeem reeds toegepast wordt in bepaalde ocmw’s (o.a. Zele);
overwegende dat de maatschappelijk werkers van mening zijn dat dit systeem meer voordan nadelen heeft; overwegende dat geen samenwerkingsovereenkomst dient opgemaakt te worden en het ocmw het gebruik van het systeem op elk ogenblik kan stopzetten; overwegende dat het Bijzonder Comité Sociale Dienst op 23.08.2013 een gunstig advies verstrekte; op voorstel van de voorzitter; besluit met NEGEN JA-stemmen en EEN ONTHOUDING Artikel 1 - Goedkeuring toetreding systeem aankoopkaarten Colruyt ten behoeve van cliënteel sociale dienst. - Evaluatie na 1 jaar toepassing van het systeem. Art. 2 Dit besluit wordt meegedeeld op de toezichtlijst die binnen de 20 dagen na deze zitting wordt verzonden naar het college van burgemeester en schepenen en naar de provinciegouverneur (art. 254 van het ocmw-decreet).
Dhr. Dirk VAN OPDENBOSCH van de fractie FORZA Ninove heeft zich onthouden.
11.
GOEDKEURING AFSPRAKENNOTA VRIJETIJDSPARTICIPATIE 2014 -2019
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn, gelet op de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn en latere aanvullingen; gelet op het ocmw-decreet van 19 december 2008 gewijzigd bij decreet van 29 juni 2012; gelet op de beslissing van het stadsbestuur van Ninove om in 2009 voor het eerst een afsprakennota ‘Vrijetijdsparticipatie voor mensen in armoede’ in te dienen, conform artikel 22, § 3 van het decreet van 18 januari 2008 houdende flankerende en stimulerende maatregelen ter bevordering van de participatie in cultuur, jeugdwerk en sport; gelet op het feit dat er een nieuwe afsprakennota dient opgemaakt te worden voor de periode 2014– 2019; overwegende dat na overleg met alle betrokken partners een definitieve versie ter goedkeuring wordt voorgelegd aan gemeenteraad (12 september) en OCMW-Raad (11 september); overwegende dat ten laatste op 1 oktober 2013 de nieuwe afsprakennota ‘Vrijetijdsparticipatie voor mensen in armoede’ moet ingediend zijn bij de Vlaamse overheid; overwegende dat Ninove in 2012 een trekkingsrecht van 8.976 EUR genoot van de Vlaamse overheid;
overwegende dat het Bijzonder Comité Sociale dienst op 23.08.2013 een gunstig advies verstrekte; op voorstel van de voorzitter; besluit met éénparigheid van stemmen Artikel 1 Goedkeuring afsprakennota vrijetijdsparticipatie 2014 – 2019. Art. 2 Dit besluit wordt meegedeeld op de toezichtlijst die binnen de 20 dagen na deze zitting wordt verzonden naar het college van burgemeester en schepenen en naar de provinciegouverneur (art. 254 van het ocmw-decreet).
SENIORENBELEID 12.
HERNIEUWEN SCHRIFTELIJKE AANNEMINGSOVEREENKOMST VAN 18 SEPTEMBER 2001 MET COÖRDINEREND GENEESHEER IN RVT
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn, gelet op de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn en latere aanvullingen; gelet op het ocmw-decreet van 19 december 2008 gewijzigd bij decreet van 29 juni 2012; gelet op de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juni 1994 inzonderheid artikel 34, eerste lid, 11°, vervangen bij de wet van 24 december 1999 en van 27 december 2005, en 37, §12, gewijzigd bij de wet van 20 december 1995 en van 24 december 1999; gelet op het M.B. van 6 november 2003 tot vaststelling van het bedrag en de voorwaarden voor de toekenning van de tegemoetkoming, bedoeld in artikel 37, § 12, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, in de rust- en verzorgingstehuizen en in de rustoorden voor bejaarden; gelet op de raadsbeslissing van 13 september 2001 houdende aanneming coördinerend arts in RVT; gelet op de aannemingsovereenkomst van 18 september 2001 tussen OCMW Ninove en Dokter Robert Hove, huisarts met R.I.Z.I.V.-nummer 1/43813/38/003, wonende Graanmarkt 35 te 9400 Ninove; gelet op de raadsbeslissingen van 26 september 2002, van 18 september 2003, van 26 augustus 2004, van 29 september 2005, van 21 september 2006, van 13 september 2007, 18 september 2008, 3 september 2009 en 16 september 2010, 22 september 2011 en van 12 september 2012 houdende hernieuwing schriftelijke aannemingsovereenkomst van 18 september 2001 met coördinerend geneesheer in RVT met ingang van 1 oktober, telkens voor de duur van één jaar;
overwegende dat de op 18 september 2001 ondertekende aannemingsovereenkomst, ingaande op 1 oktober 2001 en jaarlijks hernieuwd op 1 oktober, op 30 september 2013 eindigt; overwegende dat artikel 2 van bovenvermelde aannemingsovereenkomst stelt dat het RVT de dokter aanwijst voor de periode van één jaar en dat deze periode hernieuwbaar is; gelet op het schrijven van 2 september 2013 van Dokter Hove Robert, waarbij hij ons zijn staat van zijn CRA-activiteiten in de periode september 2012 tot en met juli 2013 laat geworden; gelet op de gunstige evaluatie door de heer Sonck, directeur woonzorgcentrum; overwegende dat het de bedoeling is om de aannemingsovereenkomst met dokter Hove Robert opnieuw met ingang van 1 oktober 2013 te verlengen voor de duur van één jaar; op voorstel van de voorzitter; overgaande tot geheime stemming; besluit met éénparigheid van stemmen Artikel 1 akkoord te gaan met de vernieuwing voor de duurtijd van één jaar van de aannemingsovereenkomst van 18 september 2001 tussen het OCMW, Burchtstraat 50 te 9400 Ninove, die het woonzorgcentrum beheert, en Dr. HOVE Robert, huisarts met R.I.Z.I.V.-nummer 1/43813/38/003, wonende Graanmarkt 35 te 9400 Ninove en dit met ingang van 1 oktober 2013. Art. 2 Dit besluit wordt meegedeeld op de toezichtlijst die binnen de 20 dagen na deze zitting wordt verzonden naar het college van burgemeester en schepenen en naar de provinciegouverneur (art. 254 van het ocmw-decreet).
13.
HERZIENING VAN DE INSCHRIJVINGS- EN OPNAMEPROCEDURE EN HET WACHTLIJSTBEHEER VAN HET WOONZORGCENTRUM, HET DAGVERZORGINGSCENTRUM, HET CENTRUM VOOR KORTVERBLIJF EN DE SERVICEFLATS + AANPASSING VAN DE BIJHORENDE DOCUMENTEN (INSCHRIJVINGSDOCUMENTEN, OPNAMEDOCUMENTEN, INTERNE AFSPRAKENNOTA)
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn, gelet op de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn en latere aanvullingen; gelet op het ocmw-decreet van 19 december 2008 gewijzigd bij decreet van 29 juni 2012; gelet op het decreet van 17 oktober 2003 betreffende de kwaliteit van de gezondheids- en welzijnsvoorzieningen, gelet op het woonzorgdecreet van 4 maart 2009,
overwegende dat het decreet betreffende de kwaliteit van de gezondheids- en welzijnsvoorzieningen bepaalt dat elke voorziening een procedure moet hebben voor de opname en het onthaal van bewoners, op voorstel van de voorzitter; besluit met éénparigheid van stemmen Artikel 1 De Raad voor Maatschappelijk Welzijn keurt de procedure voor inschrijving, opname en wachtlijstbeheer van het woonzorgcentrum, dagverzorgingscentrum, centrum voor kortverblijf en de serviceflats goed. De Raad voor Maatschappelijk Welzijn keurt de documenten die gebruikt worden bij het toepassen van de procedure en die aangepast werden goed: - de interne afsprakennota van het WZC en het KV - de inschrijvingsdocumenten voor het WZC, SF, KV en DVC - de opnamedocumenten voor het WZC en de SF - het document "inventaris van de flats" - het medisch getuigschrift tot opname (SF) - de schriftelijke opnameovereenkomst (SF) - het ontvangstbewijs van de sleutels (SF) - het ontvangstbewijs van de interne afsprakennota (SF) - het document "aanvraag kortverbijf". Art. 2 Dit besluit wordt meegedeeld op de toezichtlijst die binnen de 20 dagen na deze zitting wordt verzonden naar het college van burgemeester en schepenen en naar de provinciegouverneur (art. 254 van het ocmw-decreet).
14.
OPMAKEN VAN EEN KWALITEITSHANDBOEK VAN HET DAGVERZORGINGSCENTRUM KLATERINGEN
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn, gelet op de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn en latere aanvullingen; gelet op het ocmw-decreet van 19 december 2008 gewijzigd bij decreet van 29 juni 2012; gelet op het decreet van 17 oktober 2003 betreffende de kwaliteit van de gezondheids- en welzijnsvoorzieningen, gelet op het voorgelegde kwaliteitshandboek voor het dagverzorgingscentrum Klateringen; overwegende dat het decreet van 17 oktober 2003 bepaalt dat alle dagverzorgingscentra een kwaliteitshandboek moeten hebben; op voorstel van de voorzitter; besluit met éénparigheid van stemmen
Artikel 1 De Raad voor Maatschappelijk Welzijn keurt het volledige kwaliteitshandboek van het dagverzorgingscentrum Klateringen goed. Art. 2 Dit besluit wordt meegedeeld op de toezichtlijst die binnen de 20 dagen na deze zitting wordt verzonden naar het college van burgemeester en schepenen en naar de provinciegouverneur (art. 254 van het ocmw-decreet).
15.
OPMAKEN VAN EEN KWALITEITSHANDBOEK VAN HET CENTRUM VOOR KORTVERBLIJF KLATERINGEN
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn, gelet op de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn en latere aanvullingen; gelet op het ocmw-decreet van 19 december 2008 gewijzigd bij decreet van 29 juni 2012; gelet op het decreet van 17 oktober 2003 betreffende de kwaliteit van de gezondheids- en welzijnsvoorzieningen, gelet op het voorgelegde kwaliteitshandboek voor het centrum voor kortverblijf Klateringen; overwegende dat het decreet van 17 oktober 2003 bepaalt dat alle centra voor kortverblijf een kwaliteitshandboek moeten hebben; op voorstel van de voorzitter; besluit met éénparigheid van stemmen Artikel 1 De Raad voor Maatschappelijk Welzijn keurt het volledige kwaliteitshandboek van het centrum voor kortverblijf Klateringen goed. Art. 2 Dit besluit wordt meegedeeld op de toezichtlijst die binnen de 20 dagen na deze zitting wordt verzonden naar het college van burgemeester en schepenen en naar de provinciegouverneur (art. 254 van het ocmw-decreet).
16.
KENNISNAME BOORDTABELLEN
De leden van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn nemen kennis van de boordtabellen van de maanden juni, juli en augustus 2013.
ALGEMEEN 17.
AKTENAME VAN HET RAPPORT “INTERNE CONTROLE: TUSSENTIJDSE EVALUATIE OVER DE PERIODE JUNI 2012 TOT EN MET AUGUSTUS 2013” EN VOORSTEL VAN DE PLANNING 2013 – 2015
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn, gelet op de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn en latere aanvullingen; gelet op het ocmw-decreet van 19 december 2008 gewijzigd bij decreet van 29 juni 2012; gelet op artikel 98, artikel 99 en artikel 100 van het ocmw-decreet van 19 december 2008, afdeling III, interne controle; overwegende dat een interne controlesysteem een continu en dynamisch proces is; gelet op de verplichting om het algemene kader van het interne controlesysteem door de Raad voor Maatschappelijk Welzijn te laten goedkeuren; gelet op de introductienota interne controle goedgekeurd door de raad op 25 februari 2010; gelet op de aktename van het rapport “interne controle over 2010-2011 en voorstel planning 2011-2013” door de raad van 09 juni 2011 gelet op de aktename van het rapport “interne controle:tussentijdse evaluatie over de periode juni 2011 tot en met juni 2012” door de raad van 20 juni 2012 op voorstel van de voorzitter; besluit met éénparigheid van stemmen Artikel 1 De Raad neemt akte van het rapport interne controle: tussentijdse evaluatie over de periode juni 2012 tot augustus 2013 Art. 2 Dit besluit wordt meegedeeld op de toezichtlijst die binnen de 20 dagen na deze zitting wordt verzonden naar het college van burgemeester en schepenen en naar de provinciegouverneur (art. 254 van het ocmw-decreet).