1
Zelfs na 170 jaar is er toekomst … Als je dit 23e Ceciliaatje ter hand neemt, beste lezer, -voor de één zal dat al wat langer zo zijn dan voor de ander- liggen de uitvoeringen van de "Cecilia-Parade" reeds geruime tijd achter de rug. Met deze evocatie hebben wij geprobeerd het 170-jarig bestaan van de harmonie een feestelijk en een toch niet alledaags tintje te geven. En blijkbaar met succes, afgaande op de talrijke positieve reacties. Wat voor en op het podium, letterlijk en figuurlijk, werd gespeeld heeft menig muziek- en toneelliefhebber bekoord en begeesterd. Zeventig muzikanten, 22 acteurs en een resem medewerkers vóór en achter de schermen, kortom in totaal om en bij de 110 "man", gaven telkenmale het beste van zichzelf om van elke voorstelling een boeiend spektakel te maken. Er is in die 170 jaren, die wij bestaan, uiteraard véél meer gebeurd dan datgene wat wij gebracht hebben en aan bod lieten komen. Heel bewust werd er gekozen om geen chronologische opeenvolging en opsomming van louter feiten en gebeurtenissen van de geschiedenis te geven. We opteerden voor enkele markante hoogtepunten en veel herkenbare situaties. Deze waarin u waarschijnlijk "het muziek" het best kent. Deze aanpak hield ook de betrachting in om een zo ruim mogelijk publiek te bereiken en het te laten kennismaken met muziek. Daar zijn wij, dankzij de samenwerking met de toneelgilde, wonderwel in geslaagd. Als muzikant kunnen musiceren of als acteur kunnen spelen voor een uitverkochte zaal: het geeft toch wel een zekere voldoening. We koesteren de stille hoop dat de weg naar de concertzaal terug iets vlotter wordt gevonden. Heel belangrijk is het ook om de vlotte en de prettige samenwerking te onderstrepen tussen de Harmonie en de Toneelgilde Onder Ons Geluwe.
2
Twee verenigingen met natuurlijk een aantal verschillen qua werking, maar met ook heel veel raakpunten. Ook hier werd er gestreefd naar harmonie en werd die ook bereikt. Eens te meer konden we beroep doen op de daadwerkelijke steun van twee andere Geluwse verenigingen. Onze oprechte dank hiervoor aan "A Lieta Vita" en "KSK Geluwe"! U zorgde er voor dat wij met z'n allen na de voorstelling in de bar konden genieten van een drankje. O.m. dank zij u, sponsor en adverteerder, werd deze productie mogelijk. Maar vooral u, sympathisant van de harmonie en het toneel, danken wij omdat u er opnieuw bij wilde zijn. Wij zien elkaar ongetwijfeld terug op de één of andere van onze activiteiten en we zullen samen zeker dezelfde koers blijven varen op weg naar de 200ste verjaardag. En geniet nu rustig verder van het Ceciliaatje.
Jaak Lecluyse -voorzitter-
* * *
3
Klare kijk ! Net zoals ieder werkjaar van elke vereniging eindigt ons muzikale jaar telkens met een blik naar wat mogelijk volgen kan. Hoe zal de toekomst er voor ons uitzien? Zo ook sloot ons vorige Ceciliaatje in december 2005 af. “Hoe het ook
draait en keert of wat er ook gebeurt, de noten zullen blijven dansen op onze notenbalken. Volgend jaar vieren we ons 170-jarig bestaan … reken maar dat w’er bij zullen zijn”. Zo ver is het zijn er gelukkig terug wat er de afgelopen gebeurd is in en rond
ondertussen en we bij, met oog voor maanden zoal onze harmonie.
Op het eerste zicht zijn er deze keer misschien geen oogverblindende realisaties geweest, maar ook een ‘doodgewoon’ muzikaal jaar heeft bij ons toch meer dan inhoud genoeg om er een kijkje in te nemen. Twaalf maanden lang, elke week opnieuw en soms meerdere keren nog, heerst er een speciale drukte in de buurt van ons repetitielokaal. Vooral op donderdagavond en zondagmorgen is de anders ook al overvolle Beselarestraat hét muzikaal verzamelpunt van ons dorp. Verschillende versies zijn er te ontwaren. Een zwaar beladen kerel bijvoorbeeld die een bastuba-op-wieltjes achter zich aansleurt en zo de parking bij de kerk dwarst. Zijn collega-bassist die ondertussen met de wagen rondjes rijdt tot er een parkeerplaats vrijkomt vlak voor de poort van het lokaal. Handig is dat, al moet je bij het uitstappen soms wel opletten voor een voorbijsnorrend skateboard met trompettist erop, veelal vergezeld van vriend-trompetter met fietszonder-licht. Instrumenten in de rugzak, tussen de velorekkers of in de autokoffer… van alle kanten komen ze en in alle soorten verpakkingen, maar ze zijn er telkens opnieuw… onze muzikanten. Jong en iets ouder, slank en wat breder, klein en meer opgeschoten, opgewekt voordien en zeker erna, allen komen ze bij elkaar om samen
4
muziek te maken. En dat musiceren bij ons wordt heel breed geïnterpreteerd. Meer nog dan een verzameling van tonen en klanken is het telkens een bijeenkomst van vrienden onder elkaar. Het zijn uiteraard de muzieknoten die ons samen hebben gebracht, maar er is zoveel meer die deze verbondenheid kan verstevigen. Daar oog voor hebben is ongelooflijk belangrijk voor een vereniging als de onze, maar het is niet altijd even gemakkelijk. In zijn geheel bekeken is onze harmonie een samenbundeling van vier generaties onder één dak. De oudsten (ze zijn met z’n tweeën) zijn zopas 90 jaar geworden , de jongsten moeten nog minstens 80 jaar ‘noten’ kraken om even ver te komen. Met alle anderen daar tussenin herbergen we zodus de meest verscheidene leeftijden met evenveel verschillende ‘kijken’ op de wereld rondom ons. Er is dan ook maar één middel om als groep te functioneren en dat is elkaar recht in de ogen blijven kijken. Als alles goed gaat gebeurt dat vanzelfsprekend, op moeilijker momenten echter gaat het wellicht iets stroever en dat is dan precies het moment om één en ander van dichterbij te bekijken. Elkaar niet uit het oog verliezen, de ogen de kost geven, positief in het oog springen, scheve en blauwe ogen vermijden, hoge ogen gooien, door het oog van een naald kruipen…. Als je ’t van die kant bekijkt kan en mag het allemaal bij ons. Het is uiteraard gemakkelijk gezegd en misschien nog eenvoudiger geschreven maar het blijft een verdienste als we dit op de één of andere manier kunnen bewerkstelligen. Communicatie is daarbij het belangrijkste middel en daar moet, hoe dan ook, voortdurend aan gewerkt worden. Met dit nieuwe ‘Ceciliaatje’ beogen we voor de 23ste maal een heel klein stukje daarvan te realiseren. Een ideaal bindmiddel tussen de muzikanten onderling, maar ook tussen de talrijke ereleden die ons door dik en dun blijven steunen.
5
In minder dan één ogenblik zal je merken dat het de moeite waard loont om even te grasduinen in ons lijfblad. Ook foto’s zullen deze keer niet ontbreken, want het oog will natuurlijk ook wat.
Veel lees- en kijkgenot.
KNIPOOG !!!
Werkten mee aan dit nummer: Jaak Lecluyse, Pol Ghekiere, Hanne Degrande, Heleen Dever, Lien Durnez, Lisa en Tille Vanlangendonck
Archief: Paul Vandamme Fotografie: Bart Durnez,(junior), Luc Durnez, Stijn Lernout, Ben en Jan Vandamme.
Prints: Bert Leplae. Logistiek: Han Coulembier. Teksten, Lay-out, Drukwerk, Verantw. Uitg.: Jan Vandamme
6
November 2005 Net voor we met z’n allen ons 170ste jubileumjaar aanvatten zijn onze muzikale collega’s van het ‘A Lieta Vita’ – koor aan feesten toe. Al twintig jaar lang beweegt de groep zich vrolijk op vocale wegen in en rond Geluwe en zelfs ver daarbuiten. Sinds ze een tijdje geleden ook wekelijks gebruik maken van onze repetitieruimte zijn de banden tussen beide verenigingen nog steviger aangehaald. We zijn dan ook blij en terzelfdertijd fier dat, tijdens hun jubileumfeest eind vorige maand, onze trompettist Aaron een muzikaal tintje mag meegeven tijdens de eucharistieviering. Begeleid door de gelegenheidsorganist brengt de jongeman op deze manier de gelukwensen over van de harmonie naar onze zustervereniging.
7
Maar vanaf nu is het onze beurt. Dit jaar vieren we, zoals je al kon lezen, ons 170-jarig jong-zijn en dat zal ongetwijfeld niet ongemerkt voorbijgaan. Ook al is wellicht alles geconcentreerd naar het einde van het werkjaar toe en misschien zelfs gedeeltelijk naar het volgende Ceciliaatje, je zal er niets van moeten missen. Het zal in elk geval een feestjaar worden, maar het begin ervan is dat helaas allerminst. Alhoewel tijdens de inleiding terecht opgemerkt werd dat communicatie binnen een vereniging zo belangrijk is, was deze tussen dirigent en muzikanten de laatste maanden een beetje zoek geraakt.
“Na heel veel vallen en opstaan is uiteindelijk de knoop doorgehakt en wordt er een onverbiddelijk ‘stopteken’ geplaatst op de samenwerking met dirigent Chris. Een heel mooie periode van net geen tien jaar is voorbij… er komt een nieuwe!”. Op die manier eindigde ons vorig lijfblad dus min of meer met een valse noot. En deze moet uiteraard zo snel mogelijk terug recht gezet worden. Chris Denys heeft ontegensprekelijk gezorgd voor een mooie, leerrijke en vooral gekleurde passage in onze lange geschiedenis. Niet altijd correspondeerden de kleuren even goed, maar veel keren toch resulteerden de soms gedurfde tinten tot een onverwacht mooi resultaat. De goed bevolkte repetities van de laatste jaren waren ongetwijfeld voor een groot deel de verdienste van de dirigent die altijd en overal elkeen, jong en oud, aanmoedigde om er bij te zijn. Maar de verf geraakte wat verwaterd en er werd al eens naast het kader geschilderd. Niet iedereen was daar gelukkig mee en zo viel uiteindelijk het doek. We moesten op zoek naar een nieuwe muzikale leider. Er zijn natuurlijk aangenamere manieren om een feestjaar aan te vatten, maar we mogen niet bij de pakken blijven zitten, want inderdaad: de noten blijven dansen op de notenbalk ! Gelukkig is er volk uit eigen rangen die ons de eerstvolgende pasjes kan aanleren en bijschaven. Astrid, die al een heel tijdje onze jeugd onder muzikale handen neemt, heeft net haar conservatoriumjaren met een
8
schitterend orgelpunt afgerond en wil heel graag haar eigen ‘muziek’ op de rails houden. ‘Ad interim’ weliswaar, want hoewel ze onmiddellijk haar enthousiasme van de zondagmorgen overbrengt naar haar volwassen collega’s op donderdagavond, wil de vastberaden jongedame liever niet als vaste dirigente fungeren. Nogal wat muzikanten vinden het spijtig want ze doet het uitstekend, maar de stokjesslaande meid is niet van de wijs te brengen. Ze wil liever eerst haar eigen weg zoeken in de weidse muzikale wereld die nu voor haar open gaat. Op deze manier kan ze ook de onvoorwaardelijke steunpilaar blijven van onze slagwerkpupiter. Meteen meegenomen is natuurlijk dat papa Jaak op die manier van heel dichtbij –van op dezelfde rij zeg maar- altijd nog een oogje in ’t zeil kan houden. ‘Lecluyse’ is duidelijk synoniem voor ‘klare kijk’, maar dat wisten we al veel langer dan vandaag. Een goede oplossing op alle fronten, maar ze is tijdelijk. Het bestuur kan dus dringend op zoek naar een nieuwe muzikale leider. Zeker tegen het einde van het jaar moet dat in orde komen. De harmonie-wereld is niet zo uitgestrekt en de tamtam meldt al heel vlug overal te lande dat Geluwe op zoek is naar een nieuwe dirigent. Toch blijkt het aantal kandidaturen vrij beperkt. Uiteindelijk krijgen we de kans om kennis te maken met vier mensen die geïnteresseerd zijn in de nieuwe aanbieding. De babbel met ieder van hen maakt duidelijk dat het allen kerels zijn met heel veel muzikale capaciteiten en ambitie. Een luxe-situatie dus, maar het maakt het er niet gemakkelijker op. Zelfs als eentje van het kwartet vroegtijdig afhaakt wacht de bestuursploeg een moeilijke beslissing.
9
Ook na de respectievelijke proefrepetities durft niemand zich uitspreken. Zowel Pieter Meersseman uit Wijtschate, Ieperling Frederik Leroy als Izegemnaar Peter Bruneel zwieren met kennis van zaken de dirigentenstok in ’t rond.
Drie maal is een overvolle repetitieruimte met een kleine 60 muzikanten getuige van een stevige en goede leiding. Elk met eigen stijl en gedrevenheid bewijzen de kandidaten uit het goed muzikale hout gesneden te zijn. Echt pijnlijk dat je in zo’n geval twee mensen moet teleurstellen, maar er is geen andere weg. De moeilijke beslissing wordt nog even uitgesteld want de drukke ‘Cecilia-periode’ komt er aan en die traditionele afsluiter van het werkjaar mag, ook in de ongewone situatie waarin we nu verkeren, niet verloren gaan. De nachtridders, die naar goede gewoonte de festiviteiten zullen aankondigen, kunnen zelfs nog even op oefening want vrijdag 18 november is er de V.R.T.-opname van ‘Sam’, een met grote trom
10
aangekondigd nieuw televiesieprogramma. Onze vertrouwde SintDenysplaats is voor die gelegenheid omgetoverd in één grote T.V.studio. Geheel actief-Geluwe wordt er verwacht en daar horen uiteraard ook muzikanten bij. Het is donker en koud, dus een ideale gelegenheid om te testen wat straks komen moet.
11
Nauwelijks een nacht later slaagt Sinte Cecilia er in om dertien moedige muzikanten rond zich te scharen voor een blijde intrede in het donkere Geluwe. Maar daar denkt een plaatselijke politiepatrouille duidelijk anders over. Waar die kerels meestal voorbijgangers staande houden om even te ‘blazen’ wordt net dit nu verboden. “Geen nachtlawaai!” luidt hun kordate dienstmededeling. Zoiets moet je juist vertellen aan een groep muzikanten in de fleur van hun leven. Een traditie van ruim honderd jaar die door twee jonge, met verlichte stokjes zwaaiende mannen, wordt afgebroken. Daarvoor moet je van veel verder komen. Toch is er heel wat diplomatie nodig om die kerels te overtuigen van het ‘goede doel’. Bovendien is daar ook pastoor Guido die net op het juiste moment de poort van de plaatselijke hemel opent. Niet veel later zit het musicerende gezelschap voltallig en veilig achter een glaasje terplaatse gebrouwen Dyonisius-sap. En het is niet alleen bij de parochieherder dat de muzikanten goed ontvangen worden. Elke gastvrouw- en heer ziet (hoort) de vrolijke bende graag komen (en misschien nog liever gaan). Niets is hen blijkbaar teveel want zelfs het lang verwachte ‘eclairke’ komt op tafel.
12
13
14
Het is opmerkelijk dat, naarmate de nacht vordert en de dageraad aanbreekt, de gastvrouwen vrolijker worden. De muzikanten daarentegen …..
Voor
Na
15
Toch wordt de ochtend gehaald en tegen 10u vertrekken 53 muzikanten, de ene al wat frisser dan de ander, voor een vrij stevige tocht doorheen de gemeente. Wijkagent Reggy zorgt voor een behouden thuiskomst in lokaal ’t Zwijntje alwaar Lutje’s dampende hutsepot traditiegetrouw de meeste hongerige magen kan verzorgen. Is de maaltijd te zwaar geweest, of is de drank te licht? Duidelijk is het niet maar zeker is dat het vrolijke musiceren, naar aloude gewoonte, deze keer zo goed als achterwege blijft. De ‘ouderen’ kunnen het blijkbaar niet meer en de ‘jongeren’ kennen het (nog) niet. Ook logistieke steun van uit het trouwe publiek helpt niet. Het blijft, naar ‘Cecilia’-normen, een heel rustige namiddag. De meeste muzikanten gaan dan ook in een opperbeste toestand naar huis, vol verwachting naar het tweede deel van de festiviteiten. En dat komt er snel aan want de zaterdag nadien verzamelen 60 muzikanten in onze parochiekerk.
16
Onder de vastberaden leiding van Astrid, die tot nader order nog altijd de muzikale leiding op zich neemt, wordt een prima misviering afgeleverd. Niet veel later wordt het altaar vervangen door de mooi gedekte tafels van ‘Hof Ter Heulebeke’ waar, net zoals vorig jaar, de feestmaaltijd doorgaat. Tussen de vlotte bediening door is het onze eigen voorzitter Jaak die, als vertegenwoordiger van ‘Vlamo’ de enige medaille van de avond mag uitreiken aan Guido Timperman.
Niet minder dan vijftig jaar al martelt de man, met een ongekend enthousiasme en een snelheid die weinigen hem nadoen, de vele kleppen en toetsen van de sax-tenor. Zijn rijk gevuld muzikale leven werd trouwens uitvoerig beschreven in het 9de ‘Ceciliaatje’ nu alweer 14 jaar geleden. De moeite waard om nog even de bladzijden 50 tot 61 uit dit ondertussen vergeelde boekje te hernemen. In die vele jaren is dat kleine, eenvoudige lijfblad van ons
17
uitgegroeid tot een vaste waarde die, dat hopen we althans, door heel veel Geluwse handen glijdt. We vinden het een ideaal middel om, naast de optredens die we verzorgen, de band te verstevigen tussen onze harmonie en de vele ereleden en mecenassen die ons onvoorwaardelijk blijven steunen. Uiteraard kijken ook de muzikanten zelf telkens vol verwachting uit naar de nieuwe editie, al was het maar om te controleren of ze in het afgelopen jaar een beetje tussen de lijnen hebben gelopen. Veel keren ook komen er, samen met het ontvangen van het boekje, heel wat suggesties los wat uiteraard graag meegenomen is. Maar helaas is er nadien slechts af en toe respons om die voorstellen in daden om te zetten (Lees: een gezellig ‘schrijfseltje’ verzinnen). Wie weet kan deze vernieuwde oproep helpen om de editie van volgend jaar van een sprankeltje verse inspiratie te voorzien. Laat maar komen !!!
Van bestuurswege zal het ongetwijfeld ook niet ontbreken aan nieuwe initiatieven. We duimen met z’n allen op een mooie toekomst voor onze harmonie.
18
19
En als de toekomst er even kleurrijk uitziet als het Ceciliafeest van deze avond, dan ziet het er bijzonder goed uit. Gezellig keuvelen, lachen, lezen, dansen ,zingen, knuffelen … alles is aanwezig.
20
21
22
Best te begrijpen dus dat het alweer heel laat (lees vroeg) wordt alvorens voorzitter Jaak het sein geeft dat het welletjes is geweest. Morgen is een nieuwe dag !
23
Die nieuwe dag begint vooral vroeg voor de dappersten onder ons die, deze keer met minder gezwinde tred, alle materiaal van de kerk terug naar het lokaal brengen. Naar aloude gewoonte zien we weeral de figuren die, een paar uur geleden, het laatst de dansvloer hebben verlaten. ’t Zijn sterke karakters! Maar ook de jeugd laat zich niet kennen want, feest of geen feest, goed elf uur verzamelen ze voor alweer een nieuwe repetitie. We merken zelfs een nog onbekend, fris gezicht ertussen. In opvolging van de drie muzikantjes die in september jongstleden onze jeugdharmonie vervoegden is daar nu ook Martijn Millecamps die onze ruime slagwerkpupiter zal helpen stofferen. Bart is er als eerste bij om de jongeman wegwijs te maken in die soms chaotische regio daar achteraan de muziekzaal.
Een opmerkelijke afwezige tijdens de voorbije feestweken was onze bassist Peter Dierynck. In die periode van het jaar is de man immers
24
alomtegenwoordig tijdens de diverse Cecilia-activiteiten, gaande van de nachtridders-uitstap, via de hutsepotnamiddag naar de misviering en het avondfeest de week nadien. Maar deze keer waren er belangrijker dingen aan zijn hoofd en deze situeerden zich in de materniteit te Menen. Daar werd immers, op de 25ste van deze maand, zijn harem uitgebreid met Jade, een derde dochter voor hem en zijn vrouw Isabel. Proficiat aan beiden en Peter, je hoeft je geen zorgen te maken: gedurende de tijd van je afwezigheid werd je perfect vervangen door je collega-bassist Daniël. Er ging werkelijk geen enkel woord verloren. (Let wel: op de foto is het figuurtje links Jade. Peter daarentegen vind je dan weer aan de rechterkant).
25
December Sinterklaasdag is deze keer ook voor de grote mensen van bij ons een speciale dag. Op zes december is er immers een speciale bestuursvergadering voorzien tijdens dewelke de nieuwe dirigent zal gekozen worden. Alle muzikanten die de proefrepetities meemaakten mochten hun voorkeur laten weten en aan de hand van deze gegevens wordt deze avond een beslissing verwacht. Na ruim anderhalf druk overleg komt er eindelijk witte rook uit de voorgevel van lokaal ’t Zwijntje. Peter Bruneel uit Izegem klopt zijn twee sterke mede-kandidaten. Hij wordt, voor zover gekend, de 20ste dirigent van de 170-jarige Koninklijke Gemeentelijke Harmonie St.Cecilia Geluwe. Het was een deftige speurtocht naar alle mogelijke voorgangers van onze nieuwe muzikale leider Peter, maar secretaris Paul heeft nogal wat liggen in zijn uit haar voegen barstende archiefkast. Al is de periode voor 1930 niet helemaal duidelijk en wellicht onvolledig, er zijn toch tal van interessante gegevens die we jullie niet willen onthouden.
170 jaar muzikale leiding van de Geluwse harmonie (De bronnen worden met een * aangeduid). ADOLPHE MAYEUR: Bij het ontstaan van de harmonie wordt hij de eerste dirigent. Hij speelt klarinet en is tevens dirigent van de ‘Grote Harmonie’ uit Wervik. Dirigent van 1836 tot ??? (* Briefboek der gemeente Geluwe 1835-1845/Geschiedenis van de ‘Grote Harmonie’ van Jean-Pierre Renier). SCHROEDEL: 13 september 1868: Muziekfestival te Roeselare. Sint-Cecilia treedt er op met 27 muzikanten. Chef de musique: Schroedel. (* Stadsarchief Roeselare). JEAN BALMAEKERS:
26
In ‘Annuaire Musical’ van J.Dufrane uitgegeven in 1880 staat vermeld dat hij in 1880 dirigent is. Hij is tevens dirigent van de harmonie ‘Ypriana’ te Ieper. (*Jozef Clinckemaille). Zondag 24 juli 1892: Groot festival te Roeselare. Sint-Cecilia treedt er op met 40 muzikanten o.l.v. Jean Balmaekers. (*Stadsarchief Roeselare). 17 juli 1898: Internationaal Festival te Wervik. Sint-Cecilia treedt er op met 40 muzikanten o.l.v. J. Balmaekers. (*Informatie Luc Haeghebaert uit Lichtervelde). VAN ISEGHEM: Dirigent van ??? tot 1912. Zondag 12 mei 1901: Festival te Menen. Sint-Cecilia treedt er op o.l.v. A. Van Iseghem. (*’De Meenenaar’ van 27 april 1901). 24 mei 1903: Festival te Moorslede. Sint-Cecilia treedt er op met 37 uitvoerders o.l.v. A. Van Iseghem. (*Luc Haeghebaert Lichtervelde). 7 juli 1912: Festival te Roeselare. Sint-Cecilia treedt er op met 42 muzikanten o.l.v. A. Van Iseghem. (*Luc Haeghebaert Lichtervelde). Antoon Vanryckeghem vertelt: Toen ik in 1911 in de harmonie van Geluwe kwam kocht ik een nieuw instrument. De dirigent toen, Mst. Van Iseghem, raadde me aan een ‘piston’ te kopen. Dat deed ik dan maar. Ik heb er mij echter nooit mee ‘gejeund’. (* ’Geluwe en zijn 150-jarige Harmonie’). JEROME VERVAECKE: Dirigent van 1912 tot aan de eerste wereldoorlog. Kermiszondag 13 oktober 1912: Inhuldiging van de nieuwe kerk. ‘Muziekchef Vervaecke uit Wervik liet de muzikanten eventjes in hun instrumenten blazen. Dan hieven ze zachtjes maar zeker aan: een heerlijk stuk muziek ontplooide zich over de honderdkoppige menigte. (*omtrent Geluwse parochiekerk deel 1 blz.14 van meester Hugo Driessens). NESTOR GHESQUIERE: Dirigent van ??? tot 1928. Woont in Menen en wordt dirigent na de eerste Wereldoorlog. (* Jozef Clinckemaille). JEROME POOT: Dirigent van 1928 tot 1930 (* Jozef Clinckemaille)
27
AUGUST WAIGNEIN: Dirigent van 1930 tot Juni 1936. NESTOR GHESQUIERE: Dirigent voor de tweede keer van 1 juli 1936 tot aan de tweede Wereldoorlog. AUGUST WAIGNEIN: Dirigent voor de tweede keer van 1945 tot augustus 1950. STEFAAN DOMBRECHT: Dirigent van 31 augustus 1950 tot 9 december 1955. EMIEL ONRAET: Dirigent van Januari 1956 tot 16 maart 1976. ALFONS BRULEZ: Dirigent ad interim van 16 maart 1976 tot 18 april 1976. WERNER VANDAMME: Dirigent van 25 april 1976 tot 15 oktober 1992. HANS LESAGE: Dirigent ad inerim van 17 oktober 1992 tot 27 februari 1993. WILLY VAN FRAECHEM: Dirigent van 4 maart 1993 tot 24 april 1994. HANS LESAGE: Dirigent van 28 april 1994 tot 26 juni 1997. CHRIS DENYS: Dirigent van 3 juli 1997 tot 10 oktober 2005. ASTRID LECLUYSE: Dirigent ad interim van 13 oktober 2005 tot 24 november 2005. PETER BRUNEEL: Dirigent van 6 december 2005 tot ??? *** Een nieuwe dirigent dus, maar nog niet helemaal meteen. Terwijl de resterende witte rookwolken nog over de Beselarestraat glijden wordt Peter opgebeld. Hij meldt zich onmiddellijk paraat voor de nieuwe
28
opdracht maar kan er helaas deze week nog niet zijn. Ook Astrid, die ons de laatste weken feilloos doorheen deze overgangsperiode loodste, is donderdag aanstaande onbeschikbaar. Geen repetitie dus en dat is bij ons een heel grote uitzondering die niet door alle leden geappreciëerd wordt. (Wellicht vernemen vele muzikanten-partners nu pas dat er die bewuste donderdag 8 december 2005 eigenlijk geen repetitie was). Hoe het ook mag aflopen hier en daar, bij onze harmonie eindigt het jaar in elk geval met een heel positieve noot. Zoals iedereen kon vermoeden na de contacten met Peter, ervaren we al na de eerste repetities dat we een heel goeie keuze hebben gemaakt. Kordaat, punctueel, muzikaal meer dan onderlegd en vooral… altijd welgezind. Welkom Peter, we zijn nu al blij met je komst. Sedert een tijdje wordt elk nieuw jaar bij ons aangevat met een gezellige nieuwjaarsreceptie, maar de eerste dagen van volgende maand zijn enkele jonge leden van de club, samen met onze voorzitter, op muzikaal pad richting Kemmelberg. Daar is immers de traditionele Play-In ingericht door Vlamo. En als we niet voltallig zijn feesten we niet, dus wordt er met een kleine kunstgreep overgeschakeld naar een even gezellige eindejaarsfuif. Ook dat lukt goed al ontstaat er op een gegeven moment nog enige twijfel wie nu uiteindelijk de muzikale leiding zal overnemen. Het wordt uiteindelijk dan toch, zoals voorzien, de man links op de foto.
29
Januari Enkele jongelieden dus op weg om, samen met meer dan honderd muzikale soortgenoten uit de provincie, een aangename en vooral ook leerrijke driedaagse mee te maken in ‘De Lork’ langs de flanken van de Kemmelberg. Laat ons van de veronderstelling uitgaan dat de grote bagage aan muzikaliteit die ze daar ongetwijfeld meekrijgen, omgekeerd evenredig is met de lengte van het verslag dat ze ervan maken, want wat er binnen komt is wel bijzonder kort samengevat. Toch de moeite om even de indrukken van Lien Durnez, Lisa en Tille Vanlangendonck door te nemen.
Play-In
VLAMO.
Kemmel 3-5 Januari 2006-10-31
’s Morgens mochten we vroeg uit de veren om naar Kemmel te vertrekken. Alles ging ter plaatse door in kamphuis ‘De Lork’. Toen we aankwamen werden we ingelicht over de regels die we moesten naleven. Hierna volgde onze eerste repetitie. We waren met slechts zes muzikanten om de Geluwse harmonie te vertegenwoordigen. Voor we het wisten was de eerste dag voorbij gevlogen. De tweede dag verliep al even snel. De vaste waarden zijn repeteren, lekker eten en ’s avonds veel leute en plezier maken. Na alweer een korte nacht moesten we er voor de laatste keer in vliegen. Het werd een zware repetitie. Misschien door de korte voorafgaande nacht? Na de uitstekende barbecue was het de beurt aan de slagwerkers om alles af te breken en naar Ieper over te brengen. Daar zou namelijk het slotconcert doorgaan. Toen iedereen in Ieper aankwam werd er nog een algemene repetitie gehouden en daarna had iedereen wat vrije tijd. Sommigen gingen schaatsen en anderen gingen de stad onveilig maken. Uiteindelijk kwam het grote moment naderbij en moest iedereen zich opmaken voor het slotconcert. Daar bracht het slagwerk eerst een
30
geslaagd nummertje op vuinisbakken. Op het slotconcert brachten we enkele leuke werken zoals: ‘I’ve got the music in me’ en ‘What a feeling’. Dat was dan het einde van een schitterende Play-In. Op naar volgend jaar !!! LIEN, LISA en TILLE.
31
Andere avonturen horen we ondertussen van de ‘Driekoningen’ die, met hun vaste gezelschap, dezer barre winterdagen opnieuw op pad zijn. Toch moet ook van hen gezegd worden dat ze, hoe traditioneel en honkvast , niet ontsnappen aan de tand des moderne tijd. Digitale camera in aanslag, geld uit de muur halen of sigaretten uit de automaat laten rollen…. het is hen allemaal niet meer vreemd. Wat je al niet vindt op weg naar de stal.
32
Wat er ook van zij, die vrolijke kerels zijn nog maar een keer de laatste blinkende kerstbollen aan de boom van dit jaar. Straks worden de dagen opnieuw langer.
33
Het nieuwe jaar is dus goed en wel begonnen. Nu ook met de zekerheid dat het inderdaad Peter Bruneel is die de muzikale leiding van ons korps op zich zal nemen. We zijn vertrokken voor een nieuwe, hopelijk boeiende episode. Veel meer dan dat de brave man uit Izegem afkomstig is weten we nog niet, dus het ware niet slecht om even nader kennis te maken.
Met Peter gaat het beter ! Peter werd in Izegem geboren op 6 april 1977. Niet direct in het nest van een muzikale familie, want vader noch moeder had ook maar enige notie van noten , de balken waarop ze meestal staan of van één of ander muziekinstrument. Zelfs de jonge Peter had niet meteen door dat muzikant worden wel eens heel interessant zou kunnen zijn. Voetballen, sporten, ravotten…. dat leek veel meer zijn ding. Het was uiteindelijk de jongere zus die grote broer aanzette om een paar muzikale stappen te proberen. De jongedame speelde al een tijdje klarinet in het ‘muziek van de ‘Congregatie’ en daar hadden ze op een bepaald moment nood aan nieuwe slagwerkers om het trommelkorps te versterken. Het enthousiasme van de meid was blijkbaar groot genoeg om ‘broere’ te overhalen. Zo werd Peter een ‘kleine little drummer-boy’. Maar het bleef daar niet bij want de instructeur van het trommelkorps was toevallig ook lesgever slagwerk in de plaatselijke muziekacademie. Het lag dus voor de hand dat de man zijn onervaren discipels probeerde mee te tronen naar zijn eigen winkel. En leergierige Peter volgde gewillig. Meer nog zelfs, want het ruime aanbod aan slagwerk leek hem na een tijdje al niet meer voldoende. Zo kwam de logische , ritmische stap naar de piano er vrij vroeg bij. Uiteindelijk genoot dit laatste instrument zelfs de voorkeur en na tien jaar deftige studie behaalde Peter er de stadsmedaille mee. Dat smaakte uiteraard naar meer, maar de optie om beroepsmuzikant te worden werd in de thuisbasis niet met al te veel enthousiasme onthaald. Bezorgd als ze waren opteerden de ouders voor iets ‘serieuzer’ en brave Peter volgde, zij het schoorvoetend, het advies van Pa en Ma. Maar het verleden heeft het al dikwijls bewezen: de
34
muziekmicrobe is een taai beestje. Wat te verwachten was gebeurt dan ook. In geen tijd dwaalt de vastberaden man, na een kleine omweg via de K.U.L.A..K in Kortrijk, doorheen de lokalen van het Leuvense Lemmensinstitiuut en dat was duidelijk zijn juiste biotoop. Veel meer nog dan zelf musiceren wilde Peter ook dirigent worden. Daarom verhuisde hij na een jaartje naar het Koninklijk Vlaams Conservatorium in Antwerpen. Daar alleen immers kon ‘muziektheorieschriftuur’ gevolgd worden. En dat is uiteraard een noodzakelijkheid als je ooit een orkest wil leiden. Vier jaar later zwaait Peter er met feestelijk tromgeroffel af. Hij heeft zich onderscheiden in respectievelijk Hafabradirectie en – arrangement met als nevenvakken piano, slagwerk en alle theoretische vakken. Zelfs bezorgde ouders kunnen niet anders dan fier zijn met zo’n resultaat. Daadwerkelijk dirigeren is zelfs voor de pas afgestudeerde ook al lang geen nieuwigheid meer want tijdens de studies nam Peter al de Harmonie van Boezinge en het blazersensemble Jeugd en Muziek van WestVlaanderen onder handen. Ook het jeugdorkest van het eigen Izegems muziek mocht al proeven van zijn ‘muzikale kunnen’, net zoals de muzikanten van de korpsen uit Moorslede en Kuurne. Zelfs de Geluwse harmonie was niet meer helemaal vreemd want hij was al enkele keren te gast tijdens onze “Dag van ’t Muziek” en een paar jaar geleden depanneerde hij onze toen onvolledige slagwerkpupiter voor het plaatselijke winterconcert. Maar vanaf nu is hij er helemaal bij. We hopen met z’n allen en samen met hem op een heel vruchtbare periode.
35
En wat dat ‘vruchtbare’ betreft ziet het er zeer goed uit want op de 28ste van deze maand wordt immers de geboorte gemeld van nog een Dierynckske. Aster is de kloeke, gezonde dochter van saxofonist Steven en vrouw Annelies. Proficiat aan beiden !
36
Februari Een korte maand maar met veel activiteit. De voorbereidingen van twee belangrijke organisaties doorkruisen dezer dagen immers elkaar. Waar enerzijds al enkele muzikanten druk in de weer zijn om materiaal en gegevens te verzamelen voor de evocatie die, naar aanleiding van het 170-jarig bestaan van de harmonie in het najaar zal plaatsvinden, is daar ook nog het geplande winterconcert van eind deze maand. En dat laatste is dus heel kort bij. De overgangsperiode die ons uiteindelijk naar een nieuwe dirigent leidde was uiteraard niet de ideale voorbereiding voor zoiets, maar het ziet er naar uit dat w’er toch wel zullen komen. Ook al naar aanleiding van het jubileumjaar werd eerder voorgesteld om het concertprogramma samen te stellen uit de favoriete muziekwerken, uitgevoerd tijdens de laatste tien jaar. Alle muzikanten konden daarover hun mening kwijt en uit deze rondvraag ontstond een aardig allegaartje van mooie, aangename en toch min of meer gekende muziek. Er moest deze keer dus niet van nul gestart worden zodat de weliswaar korte voorbereidingsperiode waarmee Peter het, samen met zijn muzikanten, moet doen misschien wel zal volstaan om er iets degelijk van te maken. Ongeveer 200 toehoorders zijn op zaterdag 25 februari dan ook getuige van een vrij vlot concert. Een heel ontspannen dirigent draagt die rust over op de 64-koppige bende die een aangename avond bij elkaar speelt. De lente mag met een gerust gemoed aangevat worden.
37
Maart – April Het wordt inderdaad rustig en dat is maar goed ook. Een dirigentenwissel, hoe vlot die ook mag verlopen, is niet niks voor een harmonie. Er wordt op die manier, willen of niet, telkens een periode afgesloten met mooie en minder mooie gebeurtenissen. Niet iedereen heeft dezelfde mening over dezelfde dingen en dat is maar goed ook. Maar het maakt het er niet gemakkelijker op om , te midden van die vele verschillende ideeën, de juiste beslissing te nemen. Hoe dan ook, wat er ook gebeurt op zo’n momenten, het is voor de goede zaak en daar gaan we uiteindelijk voor. Veel tijd om te piekeren is er immers niet want zelfs tijdens de voorbereidingen van het zojuist afgewerkte winterconcert was een ander, nog veel groter project, in de voorbereidingsfase. Zoals reeds eerder vermeld bestaat onze harmonie dit jaar 170 jaar en dat kan je uiteraard niet zomaar laten voorbijgaan. Vooral in het brein van voorzitter Jaak was al enkele jaren iets aan het rijpen en daar moet er nu wel eens werk van gemaakt worden. Patrick Rozé die, als voorzitter van de plaatselijke toneelgilde, al een tijdje ook deel uitmaakt van onze bestuursploeg, lijkt de ideale partner om het mooie idee te realiseren. Wat enkele maanden geleden nog een voorstel was, is nu een zekerheid geworden. De Toneelgilde en de Harmonie slaan de handen in elkaar en in het najaar komt er een evocatie over onze jubilerende vereniging. We kijken er nu al naar uit. Toch zijn er altijd muzikanten die niet zover vooruit kijken omdat er tussentijdse, minder officiële opdrachten op hen wachten. Zo zijn daar bijvoorbeeld de sportievelingen onder ons die de legendarische voorjaarsklassieker Parijs-Roubaix van een muzikaal tintje willen voorzien. In de vroege morgen van 9 april dokkeren een tiental piekfijn uitgedoste ‘Quick-steppers’ over de Noord-Franse kasseien richting Troisvilles en het nog beter bekende ‘Carrefour des Arbres’.
38
Al zijn de letters op de truien bij de ene heel wat groter dan bij de ander, ze zien er allemaal even schattig uit.
39
En ook hier weer blijkt dat sport en cultuur heel dicht tegen elkaar aanleunen. Zo merken we dat onze eigen president al heel vlug contact zoekt met een collega-voorzitter uit de voetbalwereld. Wie weet komt er ooit een verbroedering tussen beide plezante verenigingen.
Zeker is in elk geval dat deze boeiende opdracht alweer tot een goed einde wordt gebracht, al heeft het vele gedokker op de kasseien geleid tot oververmoeidheid bij sommige deelnemers.
40
Harmonie en toneel zijn niet de enigen in onze gemeente die dit jaar aan het feesten gaan. Ook de plaatselijke voetbalclub heeft reden genoeg om even het zwart-witte plunje te wisselen voor wat beter ogende uitgaanskledij. Immers, al 75 jaar lang lopen die kerels achter de bal aan en nog altijd geven ze’t niet op. Als dat geen doorzetters zijn. Uiteraard willen we met onze harmonie voor een muzikale bijdrage zorgen tijdens hun geplande activiteiten op zaterdag 29 april. Er is de muzikanten die ook meespelen met de jeugdharmonie weinig rust gegund want de dag nadien is er voor hen een lenteconcert gepland. Met als thema “Het leven zoals het is” sluiten ze op een heel mooie, aangename manier het voorjaar af. De zwierige muzikale leiding van Astrid, het technische vernuft van Luc en de alomtegenwoordigheid van hun persoonlijke ‘Cecilia’ zorgen voor een feilloos verloop. We zijn fier op al die jonge gasten !
41
42
Mei Het mooie weer komt er aan en meteen ook de zomerse zonnehoedjes van onze ‘Skudders en Bevers’. Nog altijd mogen onze kwieke senioren regelmatig op pad om hier of daar wat muzikale gezelligheid te brengen. Veelal trekken ze goed hun plan maar een overschot aan manschappen is er niet. Zo komt het dat ze af en toe een depanneur van doen hebben om één of andere pupiter aan te vullen. Polke Ghekiere had eerder al te kennen gegeven dat hij graag eens die mannen zou bezig zien en vooral horen. Nu ze plots een extra-trompetter kunnen gebruiken krijgt hij de kans en van hem weten we al langer dat die nooit verloren gaat. We lezen met alle plezier zijn verhaal.
Als ik eens een gepensioneerde vlieg was… “Voilà het zit er allemaal in. Ge kijkt daar naar hé!” glunderde André terwijl hij het kofferdeksel dichtsloeg. “Ja maar dat is ook de eerste keer niet dat ik dat doe” lachte hij. Inderdaad even voordien werd een volledig gedemonteerd drumstel achter zijn auto neergelegd en toen ik vroeg: “Moet dat daar allemaal in?” lachte hij: “Kijk maar eens goed hoe wij dat gaan doen!”. Bereidwillig pakte ik de grote trom vast en wilde hem hulpvaardig in zijn koffer leggen toen André als een doorwinterde ploegchef kordaat riep: “Nee! Eerst dit!” wijzend naar het onderstel van de snaartrommel. “Anders gaan we het er nooit in krijgen. Laat mij maar doen, ik zal je wel zeggen wat je mij moet aangeven!”. Gedwee volgde ik zijn instructies. Toen ik echter halverwege de vracht voorzichtig een voorstel deed om mijn instrument in een ‘precies gepast overgebleven plekje’ te mogen inpassen schudde André driftig van “nee” en zei: “Ge moet gij met uw trompetje niet inzitten, zet het daar maar were schone op de grond en ge zult het zien, we gaan het niet vergeten, dat we het niet gaan vergeten. Kom maar met mij nog ne keer mee naar de zale, we gaan nog een twadde halen”. “Nog een twadde?” vroeg ik. “Jaja, vaneigens! Wij moeten toch iets hebben om onze muziek op te zetten!... De staantjes!”. André lachte uitbundig. De ganse groep van Skudn en Beevn in Zonnebeke zonder staantjes. Hahaha!”. André
43
verduidelijkte verder nog: “Zonder staantjes zouden we de partituren op de grond moeten leggen (haha) en we zouden geen plaats meer hebben om onze pint op de grond te zetten (hahaha). Is het niet waar? Hé? En dat zou toch schadelijk zijn (hahaha)”. Ik knikte bevestigend. In het repetitielokaal demonteerde ik zware zwarte pupiters onder toezicht toen André plots riep: “Ow ow ow! Dendezen moet niet los”. En ik: “Maar die neemt toch veel plaats in als die jniet uit elkaar gehaald wordt?”. André lachte geheimzinnig en zei met enig lef: “Dendezen gaat er op zijn gehele in. Altijd. De convoyeur (dat zou ik zijn) moet juist maar een beetje zijn zetel naar voren schuiven en die heeft nog schone plaats om zijn hoofd te draaien. Ge gaat dat wel zien, ge moet daar niet mee inzitten!”. (zoals met mijn trompetje) Ondertussen werden de andere auto’s ook van een bescheiden lading vooprzien en verdeelden de manschappen zich volgens een ongeschreven maar niet betwistbare regeling in groepjes van ‘convoyeurs’. “Zit iedereen nu in een auto?” riep meester Valcke nog even bezorgd. Daarop werd niet geantwoord en onbezorgd zette de colonne zich in beweging. Tijdens de rit naar Zonnebeke kon ik mij verder informeren over de gewoontes van de skudders en de bevers. “Ge gaat dat zien” zei André “Ik weet al wie er den eersten zal arriveren, het is altijd dezelfden. Maar ik, ik ben gene crosser (wat ik niet betwijfelde) en ik ken de bane naar Zonnebeke op mijn duimke. Welwelwel, je zou moeten weten hoeveel keer dat ik die al gedaan heb, en niet met den auto hé, met de velo!”. De rit naar het kasteel van Zonnebeke verliep prettig. Keuvelend wees André hier en daar een huis aan waar iemand woonde die hij kende, of die getrouwd was met iemand die hij kende of een kennis van de reeds vernoemden, die dan verhuisd waren naar een woning van wie hij de vroegere bewoners wel niet kende, maar wél wist van welke kanten ze afkomstig waren, toen de mensen die hij wél kende daar zijn komen wonen in de jaren vijftig, vijfenvijftig, in de winter, een harde winter, want toen hij eens met zijn fiets –hij ging altijd langs de Reutel …….. Feilloos parkeerde André zijn auto in het kasteelpark;. Koffer open en het materiaal werd uitgeladen. Taakverdeling: iedere muzikant neemt wat mee, recht naar het podium. Onvoorstelbaar hoeveel mensen van Skudn en Beevn andere mensen kennen. Mij volledig onbekende wezens
44
worden haast broederlijk met de voornaam aangesproken. Ze informeren naar elkaars familieleden, kinderen (klein- en achter-), die ze uiteraard ook kennen, maar toch nemen ze even de tijd om hun infobestand te actualiseren. Op het podium was een groepje met zwaar materiaal aan het ‘soundchecken’ . Zij zouden pas over twee uur optreden. Skudn en Beevn gooide die gastjes gewoon van het podium en zette alles klaar. De baas van ’t Kapittel en Gerard wisten al vlug wie van de organisatoren echt belangrijk was. Ze kenden daar iemand persoonlijk (en ook zijn familie) die onmiddellijk voor de bonnekes zou zorgen. Je mag die jongetjes van Wervik overal los laten, ze kennen overal iemand en als ze iemand persoonlijk niet kennen, kennen ze toch zijn familie. Het spelen zelf is plezierig en verloopt in een ‘keuvelende’ sfeer. Meester Daniël vraagt: “Wat zouden we nu eens spelen? Misschien ne keer ne rappen?”. Met de goedkeuring van Gerard kan het nummer al dan niet gespeeld worden. De man aan het drumstel heeft echter het spel in handen,. Hij weet hoeveel slagen er ‘voor niets’ zijn vooraleer het nummer wordt ingezet. Op de valreep voor de inzet roept meester –met de klarinet aan de mond- nog vlug hoeveel kruisen of bées er zijn en dat we moeten opletten voor de coda. En joep, daar gaan we. Na het optreden wordt er gezamenlijk nog één drank geconsumeerd en worden de auto’s ingeladen. Achter de auto van André ligt een uiteengeschroefd drumstel. “En weet je nog wat we het eerst moeten
45
inladen?” vraagt André. Ik weet het al een klein beetje, maar instrumenten inladen… het is al geen haar snijden! Ik zie er wel uit als een gepensioneerde, maar dat is blijkbaar niet voldoen,de om bij die bende rakkers aan te sluiten, maar ik hou me klaar en oefen nog wat om … ‘staantjes’ te laden. POL. N.B. Namen die zouden verwijzen naar bekende personen zijn louter te wijten aan toevalligheid.
* * *
46
Juni Ondanks de vrij goede repetities lijkt er, tijdens deze overgangsperiode, geen schot in de zaak te komen. Nochtans staan er straks , zoals naar gewoonte, een paar zomerconcerten geprogrammeerd maar we lijken maar niet op dreef te komen. Toch komt Geluwe-kermis er onvermijdelijk aan dus moet er gemusiceerd worden in de Beselarestraat. En het wordt letterlijk en figuurlijk zweten die 18de juni. Uiteraard omwille van de brandende zon want het is bloedheet, maar ook de gebrekkige voorbereiding zorgt voor nogal wat parelende voorhoofden bij de muzikanten en vooral bij de dirigent. Inderhaast wordt nog uitgekeken naar mogelijke versterking en er zijn kandidaten, maar de tijd is te kort. Toch blijven oefenen Dirk! Velen zijn er duidelijk niet gerust in want er zijn er nogal wat die geen risico durven te nemen en zich verbergen achter donkere brilglazen. Ondanks alles wordt er toch een redelijke prestatie afgeleverd. Het publiek is best tevreden met de muziekkeuze maar dirigent Peter laat duidelijk en terecht blijken dat het volgende keer best iets beter mag. Dat beloven we !
47
48
49
Juli De vakantiemaand begint vol activiteit want de eerste zaterdag al is onze jeugd druk in de weer met spons en zeem om de talrijke wagens die zich presenteren voor hun jaarlijkse carwash een grondige beurt te geven. Altijd plezant is het daar in de omgeving van de Tuinwijk en ’t brengt bovendien nog goed op ook. Zo’n mooie initiatieven moeten gewoon blijven doorgaan.
50
Even verder op, midden in het Moeremaaibos, zitten op hetzelfde ogenblik onze kopers te musiceren. De jaarlijkse Molenhoek-kermis verdient een feestelijke noot en dat geven we hen dan ook met alle plezier. In een prachtig decor leidt dirigent Alain (in zijn vrije uren klarinettist) zijn muzikanten op een feilloze manier doorheen de mooie expositie aldaar.
51
En er is nog altijd geen sprake van een vakantie-stop want een weekje later zijn daar al de ‘Gapersfeesten’. Ook daar kan onze harmonie uiteraard onmogelijk ontbreken. Misschien hadden de organisatoren ons beter op voorhand verteld dat het korps zou vergezeld worden van de bevallige ‘Miss Belgian-Beauty’. Wellicht waren er dan meer dan de povere 28 muzikanten aanwezig. Toch ontbreekt het de mooie dame niet aan belangstelling, de ene al met meer succes dan de andere.
.
52
Nu is het eindelijk echt vakantie … RUST !!!
53
Augustus Die rust is altijd heel betrekkelijk in onze harmonie, want uiteindelijk wordt er gans de zomer verder gerepeteerd met diegenen die thuis blijven. En dat valt meestal vrij goed mee. Op het concert tijdens de
Wervikse zomerkermis vullen we zelfs helemaal de kiosk op het SintMaartensplein . Het is nog maar een keer ‘depanneur’ Astrid die de 50 aanwezige muzikanten feilloos doorheen het programma leidt. Onze ‘echte’ muzikale leider heeft dezer dagen andere en belangrijker dingen aan zijn hoofd. Peter trad immers twee dagen geleden in het huwelijksbootje met zijn Mieke. Uiteraard wordt hen nu een beetje Proficiat !!! rust gegund. ‘Vaart wel ende levet scone , Mieke en Peter’.
De feeststemming blijft aanhouden want een week later is er alweer de “Dag van ’t Muziek”, de zoveelste in de rij. En die lange reeks wordt op een perfecte manier aangevuld. Een stralende zon zorgt voor wellicht de mooiste dag van deze barslechte augustusmaand. Ook het programma mag er opnieuw best zijn. Onze eigen jeugdharmonie, ‘De Verenigde Vrienden’ uit Moorslede, Danny van ’t Gaperke, Skudn & Beevn, het West-Vlaams accordeonorkest, de Wervikse Big Band en tenslotte de ‘Laaglanders’ die jammer genoeg afgeblokt worden door een ferme regenbui… allen helpen ze op hun eigen manier mee aan een
54
onvergetelijk feest. Volgend jaar deze tijd komt er, zonder tegenbericht, een nieuwe ‘DAG’, daar twijfelt niemand aan.
55
Al die
56
genen, en er zijn er veel bij ons, die hoopten dat er na de veel te korte zomervakantie eindelijk eens een keer geen nieuw schooljaar zou volgen, komen nog maar een keer bedrogen uit. Volgende week is het weer zover. Toch bekijken we wat komen moet door een roze bril en dan ziet het er uiteindelijk allemaal nog zo slecht niet uit.
57
September Nieuwe gezichten, zowel op de schoolbanken als achter onze pupiters. Liefst 10 jonge muzikanten mogen we verwelkomen op de eerste donderdagrepetitie van deze maand. Allemaal gezichten die door de meesten van ons genoegzaam bekend zijn, maar nu horen ze er helemaal bij … in ’t groot muziek ! Heleen Dever op de dwarsfluit, Evelien Millecamps en Dimitri Delbeecke op de altsaxofoon, Sien Vanlangendonck en Filip Depover op trombone, Nele Scheirlynck en Lies Lecluyse op klarinet en tenslotte Anton Lesage, samen met Stijn en Brecht Lernout op trompet. Welkom allemaal, we maken er samen iets moois van.
58
59
Die jonge gasten worden onmiddellijk al beloond voor hun inzet want ze mogen, samen met hun collega-jeugdmuzikanten, mee op weekend naar Oostduinkerke. Zoals elk jaar is er immers dit eerste weekend van september de driedaagse uitstap van onze jeugdharmonie. Hoewel iedereen daar uiteraard verlangend naar uitkijkt, verraadt de bange blik in de ogen van hoofdverantwoordelijke Bart dat dit toch altijd een hele onderneming is. Het is inderdaad geen gemakkelijke opdracht om er met een bende jong, gezond geweld een paar dagen op uit te trekken. Gelukkig is er een heel sterke werkgroep die alles vooraf tot in de puntjes regelt. Er kan nauwelijks iets mislopen. Honderden foto’s worden er gemaakt van hun belevenissen, maar er over vertellen gaat blijkbaar niet zo vlot. Na veel aandringen kruipen de drie meisjes, die de voorbije winter al een verslagje typten over de Play-In, terug achter de schrijftafel.
Weekend Jeugdharmonie.
Oostduinkerke 1-3 Sept. ‘06
Na een vermoeiende schooldag mochten we alweer op weekend. Dit jaar met het thema sterren van vroeger en nu. Na het uitpakken en een lekker avondmaal gingen we op verkenning naar het strand, waar we wat strandspelen deden om ons te amuseren. Na de eerste (hele) korte nacht, stonden we ’s morgens klaar om terug leute en plezier te maken. We vulden de dag met wat repeteren en wat spelletjes. ’s Middags gingen we naar het strand om ‘allen tegen de werkgroep’ te spelen. Hoewel het Ronny-spel wat te moeilijk bleek hebben we toch een hele fijne namiddag beleefd. Die avond mocht iedereen zijn verkleedkleren uithalen om zich te vermommen als ‘gewezen’ popster.
60
De popsterrenquiz, voorbereid door Wim, Tom en Fien bezorgde ons terug een hele leuke avond. Na de tweede (nog kortere) nacht, mochten we meteen een moord oplossen in het cluedospel. Na een korte repetitie werd ons het eten voorgeschoteld; Hoewel het er niet zo smakelijk uitzag, was het zeer lekker. Na het koffieconcert en het opruimen konden we ons thuis terug op het schoolwerk concentreren. We kijken alvast uit naar het volgende weekend. Lien Durnez, Lisa en Tille Vanlangendonck
En er komt plots nog meer want ook Hanne Degrande en Heleen Dever willen wel eens hun bevindingen vertellen over het korte verblijf aan de Westkust.
Weekend Jeugdharmonie.
Tweede versie.
Na een vermoeiende eerste schooldag trokken we richting Oostduinkerke. Wanneer we de gevaarlijke toeren van chauffeur Tille hadden meegemaakt en na een uurtje rijden kwamen we eindelijk aan in Oostduinkerke. We mochten met Pol even een kijkje nemen in het gebouw, daarna moesten we helpen de vrachtwagen ledigen. Ondertussen werd het al redelijk laat in de avond en moesten we ook nog eens aan eten denken. Vrijdagavond stond er op het menu lekkere hamburgers met ajuintjes. Hmmm…heerlijk ! Toen we ons avondmaal binnen hadden moesten we gaan slapen. Nadat we genoeg getaterd hadden en natuurlijk eens naar de jongenskamer waren geweest werd het wellicht twee uur ‘s nachts.
61
Toen we een douche hadden genomen waren we lekker fris en klaar voor een nieuwe dag. We kregen als ontbijt lekkere boterhammetjes met choco. ‘s Morgens speelden we Cluedo en ons Peterke was het lijk. Wanneer het spel ten einde was en een groep het lijk had gevonden moesten we ook nog eens repeteren. Wanneer we gedaan hadden was het tijd voor het middageten. Deze keer was het aardappelen met appelmoes en stoofvlees. We moesten genoeg eten want ‘s namiddags speelden we het spel ‘Allen tegen de werkgroep’. We waren niet geslaagd dus moesten we geen opdracht zoeken voor de werkgroep. Genoeg gespeeld dus tijd voor lekkere pannekoekjes met stiereboter. ‘s Avonds nog wat gerepeteerd endan werd het opnieuw tijd voor het avondeten (belegde broodjes). Bij de uitnodiging kregen we een apart blaadje waar er een muziekster van vroeger en nu op stond. Dit jaar was da tons thema en we moesten ons dan ook zo verkleden voor de quiz. Na lang fuiven moesten we onder de dekentjes. De voorlaatste dag zat er alweer op. De volgende dag was het alweer tijd om ons valies te maken. ‘s Middags lekkere kip gegeten, de kamers opruimen, wat repeteren, verkleden en de ouders kwamen er al aan. Het weekend zit er dit jaar weer op. Het was echt fantastisch. Dank je wel de werkgroep, de koks voor het lekkere eten. Het was echt super of met andere woorden beeeeeeeeeeeeeeeregoed. Voor herhaling vatbaar !!! HANNE & HELEEN.
* * *
62
Oktober Waar we in deze herfstperiode veelal stilletjes aan uitbollen naar het einde van het muzikale werkjaar toe ligt het deze keer, naar aanleiding van ons jubileum, helemaal anders. De 170ste verjaardag van de Koninklijke Gemeentelijke Harmonie St.Cecilia Geluwe zal met ‘verve’ gevierd worden en dat staat allemaal nog te gebeuren eind deze maand en begin volgende. Zoals eerder vermeld zijn, sinds vele maanden al, een aantal mensen uit muziek- en toneelmiddens druk in de weer om een heuse evocatie uit de mouw te schudden. Het moet het verhaal worden over het wel en wee van onze harmonie gedurende meer dan anderhalve eeuw. Een hele karwei dus om alles te achterhalen. Gelukkig hebben we nog twee muzikanten bij ons die ongeveer de helft van deze lange periode hebben meegemaakt. Jozef Eeckhout en Albert Vandamme , twee boezemvrienden die dit jaar allebei 90 jaar zijn geworden en nog altijd musiceren in het seniorenorkest, werden lid van de harmonie in 1930. Ze hebben dus meer dan reden tot spreken. Naar aanleiding van de 150ste verjaardag van onze harmonie zetten ze toen hun belevenissen op papier en ’t is best de moeite waard, want hun verhaal is al een kleine evocatie op zich. Bovendien is het handschrift waarmee ze hun muzikale bevindingen optekenden zo uniek geworden in onze getypte computertijd, dat we willen proberen het document in zijn oorspronkele staat weer te geven. We lezen even mee en dromen weg, samen met Albert en Jozef, in de tijd van heel lang geleden.
63
64
65
66
67
68
69
70
71
72
Als je zo’n getuigen in je rangen telt, heb je natuurlijk al een serieus streepje voor om een degelijk scenario bij elkaar te schrijven. Stijn Lernout heeft ondertussen die opdracht aanvaard en zich verder verdiept in onze rijke archieven die sinds jaar en dag minutieus worden bijgehouden door secretaris Paul Vandamme. Uit die opzoekingen zal de evocatie ongetwijfeld voldoende inhoud krijgen. Patrick Rozé heeft een hele schare acteurs en actrices uit zijn toneelgilde ‘TOOG’ verzameld om alle taferelen uit te beelden en dirigent Peter Bruneel doet alle mogelijke pogingen om, samen met zijn muzikanten, het geheel van passende muziek te voorzien. Pol Driessens, die in het verleden al vele strepen heeft verdiend in zowel de muziek- als toneelwereld, is de ideale man om, samen met Patrick het geheel te ‘producen’. Zijn gezicht staat, een paar weken voor de uitvoering, op onweer want er moet nog één en ander gebeuren. Ook zijn compagnonregisseur heeft momenteel driedubbele brilglazen nodig om er een beetje klaar in te zien. Toch krijgt het idee, ooit ontsproten in de geest van voorzitter Jaak, nu echt vaste vorm. Vier maal zal er opgetreden worden en nu al staat vast dat het elke keer voor een nagenoeg uitverkochte zaal ‘Ter Linde’ zal zijn. Liefst zeven keer zal CECILIA er verschijnen in haar eigen PARADE.
73
74
75
76
77
78
79
November Een heel bijzonder jaar is op een schitterende manier geëindigd. Het 170ste al in de rijke geschiedenis van onze harmonie. En als Sinte Cecilia ons gunstig gezind blijft, en daar zijn we van overtuigd, mogen we in de toekomst nog vele kaarsjes uitblazen.
CECILIA, O SANCTA NOSTRA PATRONA.
80