Workshop N@tschool Portfolio en Projecten
Fontys Hogeschool Pedagogiek
September 2009
© Werkgroep Mediavoorzieningen N@tschool
1
Inhoudsopgave Inhoudsopgave................................................................................................... 2 Inleiding............................................................................................................. 3 Algemene doelstelling ........................................................................................ 4 Specifieke doelstelling........................................................................................ 4 Werkwijze .......................................................................................................... 4 Middelen............................................................................................................. 5 Evaluatie ............................................................................................................ 5 1. 1.1 1.1.1
Opstarten N@tschool............................................................................. 6 Aan de slag ........................................................................................... 6 Thuis aan de slag .................................................................................. 6
2. 2.1 2.1.1
Het Portfolio.......................................................................................... 8 Het openen van het Portfolio................................................................. 9 Persoonlijke pagina instellen .............................................................. 10
3.
Het inrichten van de werkruimte......................................................... 10
4. 4.1 4.1.1 4.1.2 4.1.3 4.2 4.3 4.4 4.5
Toevoegen van bestanden................................................................... 11 Hyperlink toevoegen ........................................................................... 11 Hyperlink naar een website maken ..................................................... 11 Competentiematrix in je portfolio zetten............................................. 12 Competentiematrix vullen ................................................................... 14 Bekijken van bestanden ...................................................................... 19 Notities maken (mening geven over portfoliodocumenten) ................ 19 Bewerken van bestanden en versiebeheer .......................................... 21 Wijzigingenoverzicht bekijken ............................................................ 22
5.
Toevoegen Portfoliodeelnemers .......................................................... 23
6.
Dossiers samenstellen ........................................................................ 24
6.1 6.2 6.3
Dossiers publiceren in N@tschool........................................................ 27 Dossiers publiceren op Internet .......................................................... 28 Backpack............................................................................................. 29
7 Projecten............................................................................................ 29 Inleiding........................................................................................................... 29 7.1 Deelnemen aan projecten ................................................................... 29 7.2 Over de projectonderdelen.................................................................. 30 7.3 Het wijzigingenoverzicht..................................................................... 31 7.4 De werkruimte .................................................................................... 32 7.4.1 Documenten toevoegen....................................................................... 32 7.4.2 Notitie toevoegen................................................................................ 34 7.4.3 Documenten in een project bewerken ................................................. 36 7.4.4 Mappen toevoegen aan de werkruimte................................................ 37 7.5 Bibliotheekmappen ............................................................................. 38 7.5.1 Studiematerialen bekijken .................................................................. 38 Contactadressen bij problemen en/of vragen;.................................................. 39 Eindopdracht N@tschool ................................................................................... 40 Boordelingsformulier eindopdracht N@tschool ................................................. 41
2
Notatie Deze handleiding hanteert de volgende symbolen en tekstconventies:
Verwijst naar een ander document of naar een bijlage waarin je gedetailleerde informatie kunt vinden over een gerelateerd onderwerp. Vestigt je aandacht op een belangrijk gebruiksaspect of op een andere bijzonderheid. Geeft een tip. Waarschuwt je voor problemen die kunnen ontstaan als jij een bepaalde handeling niet of incorrect uitvoert.
Vetgedrukte tekst
Geeft menuopties en knoppen aan. Bijvoorbeeld: Klik op Nieuw om nog een groep aan te maken, of klik op OK als je klaar bent.
Vetgedrukte tekst met haken
Duidt een reeks handelingen aan die je in de applicatie uitvoert. Bijvoorbeeld: Ga naar Studie > Mijn projecten.
Tekst in hoofdletters
Geeft bestandsformaten aan. Bijvoorbeeld: je gebruikt de optie IMS Enterprise XML om CSV-bestanden te importeren en te converteren naar XML.
De instructie "Klik met de rechtermuisknop" wordt gebruikt om aan te duiden dat je op de secundaire muisknop moet klikken om het contextmenu te openen. Als je je muis hebt ingesteld voor linkshandig gebruik, lees je hier dus "Klik met de linkermuisknop".
Inleiding Traditioneel is een portfolio een verzameling van je eigen werk, waarmee je laat zien wat je kunt, waar je goed in bent. Met zo’n portfolio ging je als kunstenaar of architect naar je opdrachtgevers, zodat zij een beeld kregen van je kunnen, maar ook van je stijl en werkwijze. Tegenwoordig kent een portfolio nog steeds deze functie en is er ook nog iets aan toegevoegd. In een portfolio laat je nu ook zien op welke manier je je hebt ontwikkeld, hoe je gekomen bent waar je bent, wat betekenis voor je heeft, wat je raakt, wat belangrijk voor je is, hoe je reflecteert op je ontwikkeling, of je inzicht hebt in je eigen leerproces, wat je leervragen zijn. Je bent nog steeds eigenaar van je portfolio, maar gebruikt dit ook om anderen met je mee te laten kijken zodat zij je kunnen begeleiden bij je ontwikkeling, je een spiegel kunnen voorhouden, met je mee kunnen denken, en je (tussentijds) kunnen beoordelen. Zo geeft een portfolio een compleet beeld van je ontwikkeling en helpt het inzicht te krijgen in deze ontwikkeling. Wat is een digitaal portfolio? Op zich hebben een papieren portfolio en een digitaal portfolio dezelfde functie. Aan een digitaal portfolio zitten echter een aantal voordelen (en ja, ook een aantal nadelen).
3
Een digitaal portfolio kan op meerdere plaatsen tegelijk benaderd worden. Je hebt het zelf altijd beschikbaar en je begeleider(s) ook. Zo hoeft het niet steeds te verhuizen van de ene plaats naar de andere. Je kunt ook makkelijk je materialen met andere delen door dat je (delen van) je portfolio via een elektronische leeromgeving of via het internet aan anderen beschikbaar kunt stellen. Je maakt eenvoudig, door op de computer te slepen, te plakken en te knippen voor verschillende doeleinden ook steeds weer andere arrangementen van producten in je portfolio. Een nadeel is dat een digitaal portfolio alleen digitale producten kan bevatten en niet, bijvoorbeeld, een beeldhouwwerk. Wél kan het een afspiegeling van dat beeldhouwwerk bevatten. Denk aan een foto, maar ook aan een verslag over hoe het is ontstaan, welke reacties je erop kreeg van anderen, een beschrijving van de betekenis die het voor je heeft, hoe het beoordeeld werd. Dit kan allemaal wel in je digitale portfolio. Ook kun je in een digitaal portfolio filmpjes en geluidsbestanden kwijt die een beeld geven van wat je hebt gedaan in een bepaalde leersituatie. Digitaal portfolio in N@tschool bij Fontys In het onderwijs bij Fontys staat je persoonlijke ontwikkeling centraal. Dit betekent dat jijzelf en jouw begeleiders en beoordelaars een goed beeld moeten hebben van jouw persoonlijke ontwikkeling. Daarbij wordt het digitale portfolio in N@tschool gebruikt. Dit portfolio beheer je zelf. Je verzamelt hierin producten, reflecties, beoordelingen en feedback. Je geeft anderen permissies om bepaalde dingen in je portfolio te mogen. Zo kun je bepalen dat sommigen alleen mogen kijken en anderen ook mogen toevoegen of zelfs bewerken. Je blijft echter zelf altijd verantwoordelijk voor je portfolio. Op bepaalde momenten in je opleiding sta je voor een assessment. Op dat moment moet je de competenties die je hebt ook echt laten zien. Je portfolio kan daarbij helpen, daarin heb je namelijk van alles verzameld dat aantoont (bewijst) dat je iets kunt, dat je kennis hebt, inzicht, en dit alles ook in een beroepssituatie kunt toepassen. Het kan zijn dat je competenties helemaal worden beoordeeld aan de hand van je portfolio, maar het kan ook zijn dat de bewijzen in je portfolio ondersteunend zijn bij het assessment. “Mijn Portfolio” zoals jij het kunt gaan gebruiken Het portfolio is dus als het ware je werkmap voor een bepaalde opleiding of voor bepaalde werkzaamheden. Hierin bewaar en bewerk je alle documenten die met de opleiding of dat werk te maken hebben. Dit kunnen studiebestanden zijn zoals verslagen, rapporten, werkstukken en beoordelingen, of administratieve bestanden zoals formulieren, certificaten, cijferlijsten en correspondentie. Of als je beschikt over een persoonlijk opleidingsplan of activiteitenplan, alle documenten die daarop betrekking hebben. Je kunt meerdere portfoliodelen hebben, bijvoorbeeld een major- en minorportfolio.
Algemene doelstelling Je leert hoe een digitaal portfolio er uit ziet, wat je ermee kunt doen en hoe je het digitaal portfolio in kunt richten.
Specifieke doelstelling Na het doorlopen van deze workshop ben je in staat om de volgende punten uit te voeren. • • • • •
Het openen van een portfolio Het toevoegen van gebruikers Het inrichten van de werkruimte Het opnemen en bewerken van documenten, en av-bestanden Dossier samenstellen en publiceren
Werkwijze Aan de hand van de reader ga je oefenen met en opdrachten maken binnen het digitaal portfolio.
4
De workshop wordt afgesloten met een eindopdracht. Deze eindopdracht moet individueel gemaakt worden.
Middelen Te organiseren door het instituut; • computerwerkplek • oefenbestanden Te organiseren door de student; • deze reader
Evaluatie De workshop N@tschool is afgerond als voldaan is aan de volgende eisen; • de eindopdracht gemaakt • deze voldoende beoordeeld is.
5
1.
Opstarten N@tschool
1.1 Aan de slag Voor studenten en medewerkers van Fontys is Single sign-on (SSO) gerealiseerd. Dit houdt in dat als je eenmaal bent ingelogd op het Fontys-netwerk je niet meer apart hoeft in te loggen in N@tschool. Open Internet Explorer. Klik in het rechtergedeelte van het scherm (paarse gedeelte) op N@tschool
Om te voorkomen dat sommige dialoogvensters niet geopend kunnen worden, is het noodzakelijk om de Pop-upblokkering uit te schakelen. Dit doe je als volgt; •
Kies in de Internet menubalk voor Extra > Pop-upblokkering > Popupblokkering uitschakelen.
1.1.1 Thuis aan de slag Open Internet Explorer en typ in de adresbalk : http://elo.fontys.nl. Het volgende inlogscherm verschijnt:
• • •
Vul hier je gebruikersnaam en wachtwoord in dat je gebruikt om op het Fontysnetwerk te komen. Klik op Log in N@tschool wordt nu geopend
6
Er verschijnt nu het volgende dialoogvenster:
Als je THUIS met N@tschool aan de slag gaat moet je een Browser Plugin installeren. Deze Browser Plugin heb je nodig om in N@tschool de bestanden lokaal te kunnen bewerken. Je gaat als volgt te werk; •
In bovenstaand dialoogvenster kies je voor Downloaden
•
Kies in het volgende dialoogvenster voor Opslaan.
•
Sla de setup vervolgens op een schijf naar keuze op (selecteer de schijf en kies dus voor Opslaan) Als het downloaden voltooid is kies je in het nu geopende dialoogvenster voor Uitvoeren N@tschool vraagt nogmaals een bevestiging of je deze software echt uit wilt voeren; kies voor Uitvoeren De software wordt nu geïnstalleerd. Je kunt nu in N@tschool inloggen met als inlognaam je PCN en als wachtwoord je PCN (mits je jouw wachtwoord nog niet gewijzigd hebt).
• • • •
Let op! De grootte van het totale portfolio mag niet meer dan 2 GB zijn. Als je meer informatie wilt hebben over bijvoorbeeld werken met het portfolio of met het studieprofiel, over het zelf maken van HTML-pagina's en informatiebronnen met Three Ships N@Tschool! of over discussiëren via het Forum, dan kun je de online help raadplegen. Je kunt de help in N@Tschool! oproepen door op de F1-knop op je toetsenbord te drukken of door de menuoptie N@Tschool! Help (F1) te selecteren.
7
2.
Het Portfolio
Concreet bestaat een portfolio uit vier onderdelen: •
een algemeen wijzigingenoverzicht waarop je alle veranderingen in het portfolio vanaf een bepaald tijdstip kunt bekijken.
•
een dossier-map waarbinnen je dossiers kunt samenstellen die je wilt publiceren of die je wilt vrijgeven ter beoordeling.
•
eventueel één of meerdere portfoliomappen, welke weer uit meerdere onderdelen bestaan en waarin je alle eigen documenten kunt bewaren en beheren en (als je daar permissie voor hebt) algemene documenten van de organisatie kunt inzien.
•
Mijn competentieprofielen, waarin de instituten/vakgroepen een overzicht of matrix kunnen plaatsen. Met deze matrix kun jij zelf jouw competenties en bewijsvoering beheren.
Je hebt alleen de beschikking over een Portfoliodeel als er een voor je is aangemaakt. Een portfoliodeel heeft minimaal een wijzigingenoverzicht, waarop je alle wijzigingen in het portfoliodeel kunt bekijken, en een werkruimte-map, waarbinnen je documenten kunt bewaren (de werkruimte-map kan bij jou anders heten. Vraag dit eventueel na bij je begeleider). Binnen de werkruimte-map kunnen submappen zijn aangemaakt voor studieroutes die je volgt. Daarnaast kun je er de formulieren uit de werkruimte Mijn formulieren vinden. Het portfoliodeel bevat de map bibliotheekmappen, waarin de opleidingen voor de studenten informatie over het Portfolio kunnen plaatsen. Er kan ook een logboek zijn, waarin je informatie kunt uitwisselen met andere gebruikers die toegang hebben tot je portfoliodeel. Als je daarvoor permissie hebt, kun je zelf mappen aanmaken direct onder het portfoliodeel of in de werkruimte-map. Je begeleider kan permissie hebben om mee te kijken of om materialen en mappen toe te voegen, te bewerken en te verwijderen. Dossier-map Binnen de dossier-map kun je dossiers (zogenaamde Showdossiers) samenstellen uit portfoliodocumenten of materialen die zich elders bevinden, bijvoorbeeld op schijf of in de materialenbank. In een dossier plaats je alles wat je wilt tonen aan jouw medestudenten, collega's, docenten, mogelijke opdrachtgevers of werkgevers. Je kunt het dossier publiceren binnen Three Ships N@Tschool! door het naar de gewenste gebruikers te zenden. Als je wilt dat een dossier wordt beoordeeld, bijvoorbeeld door jouw begeleider, zet je het dossier om in een assessmentdossier; het dossier wordt dan 'bevroren' en kan niet meer worden gewijzigd. Hierna stuur je het aan jouw docent of begeleider. Je kunt een dossier opzetten als een webpagina-dossier, bestaande uit een enkele HTML-pagina, of als een compleet website-dossier, bestaande uit een verzameling bestanden.
8
2.1
Het openen van het Portfolio •
Klik in het beginscherm op Mijn Portfolio
Je kunt het portfolio ook bereiken via Portaalmenu (linksonder op het scherm) > Profiel en portfolio > Mijn Portfolio •
Probeer dit uit
Je krijgt nu het volgende scherm te zien:
De portfoliostructuur staat in het linkerscherm, maar deze is nog dichtgeklapt. • Klik op het plusteken voor Portfolio FHP Studenten.
Zoals je ziet kan het portfolio uit 6 onderdelen bestaan: - Wijzigingenoverzicht
9
-
Archief Prive Werkruimte Bibliotheekmappen Logboek
Afhankelijk van jouw opleiding zullen er sommige onderdelen wel of niet in staan. In deze workshop werken we met de volgende onderdelen: • Werkruimte • Wijzigingenoverzicht • Dossiers
2.1.1 Persoonlijke pagina instellen De persoonlijke pagina is een door jou zelf gemaakt voorblad voor jouw eigen Portfolio’s. Op deze pagina kun je jezelf presenteren; denk aan een stukje tekst en eventueel een foto van jezelf. Om deze persoonlijke pagina te kunnen maken heb je dus materialen nodig. Deze materialen moet je eerst in N@tschool gaan plaatsen (in de materialenbank) voordat je ze kunt publiceren. Omdat deze optie binnen N@tschool nog niet goed functioneert, gaan we dit tijdens deze workshop NIET behandelen. Wil je uiteindelijk toch een Persoonlijke pagina aanmaken, dan adviseren wij jullie om de N@tschool Help-functie (F1) te raadplegen.
3.
Het inrichten van de werkruimte
Alvorens je de Werkruimte gaat inrichten ga je twee bestanden maken. Open hiervoor de Officetoepassing Word. Maak hier een kort Curriculum Vitae, waarin je bijvoorbeeld gegevens kunt opnemen als achternaam, voornamen, adres, postcode en plaats, telefoon, geboortedatum en geboorteplaats. Sla dit vervolgens op je m-schijf (schijf met pcn toevoeging) op en geef dit bestand als naam “C.V. en je achternaam”. Sluit het bestand af; je hebt dit bestand verder in de workshop weer nodig. Maak zo ook een wordbestand “Logboek” aan dat je later in de workshop nodig zult hebben. Je hoeft als tekst alleen “logboek competentiematrix” in dit document te zetten. •
Dubbelklik op Werkruimte.
We gaan nu mappen en documenten in jouw Werkruimte plaatsen; dit doe je ALTIJD in de linkerkant van het scherm; • •
Klik met de rechtermuisknop op Werkruimte en kies voor Nieuw > Map Geef deze map de naam OefenCV en klik vervolgens op OK
Je ziet de map OefenCV nu zowel in het linker deel als in het rechter deel van het scherm onder Werkruimte staan •
Maak vervolgens nog een map aan in Werkruimte en noem deze N@tschool
Op dezelfde manier kunnen ook submappen worden aangemaakt: •
Klik met de rechter muisknop op de map N@tschool en maak een map aan. Noem deze Submap
10
Als je nu de map N@tschool opent (klik op plusteken voor de map N@tschool) zie je daaronder de nieuwe map (=submap) staan. Wil je nu in het rechtergedeelte van het scherm de submap zien staan, dubbelklik dan op de map N@tschool.
4.
Toevoegen van bestanden
Aan jouw portfoliodeel (of portfoliodelen, als je er meerdere hebt) kun je jouw eigen documenten toevoegen. Als materiaaltypen kun je bestanden, webpagina's, websites en internetlinks toevoegen. •
Klik met de rechtermuisknop op de map OefenCV waaraan je een document wilt toevoegen en kies voor Uploaden;
Nu ga je het document ophalen en invoegen: • • • •
Klik in hetzelfde dialoogvenster op Bladeren; je opent hiermee de verkenner van Windows Ga naar je m-schijf en kies hierin het eerder gemaakte C.V. met je naam Klik op Openen Klik op OK
Het bestand C.V. + je achternaam is nu in het portfolio onder de map OefenCV geplaatst: zie afbeelding
Bestand CV+achternaam
•
4.1
Plaats ook nog op dezelfde manier zoals hierboven omschreven het door jou aangemaakt bestand Logboek in de door jou aangemaakte map N@tschool
Hyperlink toevoegen
Om iemand direct naar elders opgeslagen relevante informatie door te kunnen “sturen” kun je gebruik maken van hyperlinks.
4.1.1 Hyperlink naar een website maken Wanneer je naar informatie op een bepaalde website wilt verwijzen, kun je binnen jouw Portfolio een hyperlink naar deze website maken. Je gaat als volgt te werk; • • • •
Maak eerst (zoals in het begin van hoofdstuk 3 wordt uitgelegd) een Worddocument met als tekst Fontys Website Sla dit document op je M-schijf op en geef het de naam Link Website Klik (in N@tschool) met de rechtermuisknop op de map Submap en kies voor Uploaden Zoek met behulp van Bladeren het document Link Website en klik op Openen
11
•
Klik vervolgens op OK
We gaan nu de hyperlink toevoegen; • • •
Klik met de rechtermuisknop op het document Link Website en kies voor Lokaal bewerken Selecteer (trek de muis over de tekst) de tekst Fontys Website, klik vervolgens met de rechtermuisknop op de tekst en kies voor Hyperlink Klik in het volgende dialoogvenster op het icoontje Surfen op het web
Icoon Surfen op het web Koppelen aan: Bestaand bestand of webpagina
Adresregel dialoogvenster
Je gaat nu de Fontys website opzoeken; type in de adresbalk http://www.fontys.nl en geef een enter. De Fontyswebsite wordt dan geopend. Om het adres van deze website nu in de adresregel van het (bovenstaande) dialoogvenster te kunnen plaatsen, minimaliseer je de Fontyswebsite. Het adres wordt nu automatisch in de adresregel gekopieerd. • Klik op OK en zoals je nu ziet is de hyperlink gemaakt (tekst is blauw geworden) • Sla het document op en sluit het af N@tschool zal nu vragen of je het bewerkte bestand in N@tschool wilt Uploaden; • Klik op Ja en uitgecheckt laten • Sluit NU de Fontyswebsite af!! Om uit te proberen of de hyperlink werkt; • dubbelklik op het document Link Website. Het document wordt geopend. Om de hyperlink te activeren; • klik met de rechtermuisknop op de hyperlink (Fontys Website) en kies voor Hyperlink openen. Werkt dit niet; • Houd de CTRL-toets ingedrukt en klik tegelijkertijd op de hyperlink Om de hyperlink te verwijderen; • Klik met de rechtermuisknop op de hyperlink en kies voor Hyperlink verwijderen.
4.1.2 Competentiematrix in je portfolio zetten Om aan de slag te kunnen gaan, dien je eerst de lege competentiematrix uit de Bibliotheekmap op te halen en in jouw portfolio te zetten, dit doe je als volgt:
12
1. De lege competentiematrix staat in je eigen portfolio en wel in de bibliotheekmap “Portfoliomateriaal Studiejaar 2009-2010” >>Map: Portfoliomateriaal Studiejaar 2009-2010 Op de submap: Propedeuse >>OEFENVERSIE Competentiematrix_ Propedeuse_2009-2010.htm
• •
•
Klik met de rechtermuisknop op het bestand “OEFENVERSIE Competentiematrix_Propedeuse_2009-2010.htm” en kies “kopiëren”. Ga naar de Werkruimte van je portfolio en maak daar een nieuwe map met de naam “OEFENVERSIE Competentiematrix”. Klik rechts in de zojuist gemaakte map “OEFENVERSIE Competentiematrix” en kies “plakken”. Klik met de rechtermuisknop op het bestand “OEFENVERSIE Competentiematrix_Propedeuse_2009-2010.htm” en kies “Naam wijzigen” en verander dit in “OEFENVERSIE Competentiematrix_Voornaam_Achternaam.htm”
In de Werkruimte van je portfolio heb je nu de beschikking over een lege competentiematrix met jouw naam, zie afbeelding.
13
4.1.3 Competentiematrix vullen Vervolgens ga je jouw Competentiematrix vullen door hem eerst te openen, je persoonlijke gegevens in te vullen, het bewijsmateriaal uit je portfolio op te nemen en de verantwoordingen te schrijven. Tenslotte controleer je of alle bewijsstukken vanuit de matrix toegankelijk zijn.
Competentiematrix openen 1. Klik met de rechtermuisknop op jouw competentiematrix “OEFENVERSIE Competentiematrix_Voornaam_Achternaam.htm” en kies “Bewerken met de Webpagina Editor”, zie afbeelding.
2. Vervolgens krijg je een dialoogvenster met een tekst over “stijlelementen binnen HTML”, je moet in dit venster op “JA” klikken. De matrix wordt nu geopend in de Webpagina Editor.
Tip: Sla de matrix tijdens het werken regelmatig tussentijds op m.b.v. het “diskette-icoon” (opslaan) linksboven op de werkbalk.
Invullen persoonlijke gegevens 3. Vul je voornaam, achternaam, studentnummer en studiejaar in.
Opnemen bewijsmateriaal In de lege cellen ga je hyperlinks aanbrengen die je gaat koppelen aan de documenten in je portfolio. Een hyperlink verwijst naar een bewijsstuk in je portfolio: als een SLB’er of assessor straks op zo’n hyperlink klikt, komt hij rechtstreeks bij het onderliggende bewijsstuk.
14
Hier lees je hoe je die koppelingen kunt maken binnen je eigen portfolio. In de volgende stappen wordt – als voorbeeld – in de matrix een hyperlink gemaakt naar het document met de naam “Logboek” in het portfolio. 4. Typ in de cel waarin je het bewijsstuk wilt opnemen een korte tekst die betrekking heeft op het bewijsstuk (de tekst mag meerdere woorden bevatten; zorg er dan wel voor dat elk woord maximaal 7 karakters lang is i.v.m. de breedte van de matrix). In het voorbeeld in de afbeelding is gekozen voor het woord “logboek”.
5. Selecteer de getypte tekst (in het voorbeeld de tekst “logboek”), zie afbeelding.
6. Klik vervolgens op de knop “Hyperlink” op de werkbalk van de Webpagina Editor, zie afbeelding.
Het volgende scherm wordt dan zichtbaar:
7. Klik nu alleen op het bladericoon rechts (zie pijl in bovenstaande afbeelding). 8. Blader in “Mijn portfoliomappen”
15
N.B. Hiermee zorg je er voor dat je gegarandeerd alleen linkt naar documenten die in jouw portfolio staan en dus niet bijv. op jouw C:-schijf thuis, want daar kan de SLB’er of assessor niet bij… 9. Blader in jouw eigen portfolio naar het in de map N@tschool geplaatste bestand “Logboek”. Klik één keer op het bestand: het bestand wordt nu in het scherm rechtsonder geselecteerd, zie afbeelding.
10. Klik nu op “OK” en het volgende scherm verschijnt:
11. Kies “invoegen” en vervolgens “ok”. Het woord “logboek” in de matrixcel wordt blauw en onderstreept, zie afbeelding.
16
Je hebt nu in cel 2B van je matrix een hyperlink gemaakt naar het document “Logboek.doc” in je portfolio. N.B. De hyperlink verwijst altijd naar de laatste versie van een document. 12. Ga naar de volgende cel waarin je een hyperlink wilt maken en herhaal de stappen 4 t/m 11 hierboven. 13. Sla tussentijds regelmatig op met het “diskette-icoon” op werkbalk. 14. Als je klaar bent, sla je het bestand nog een keer op en sluit je de Webpagina Editor af met Menu > Bestand > Sluiten of klik op het kruisje rechtsboven. 15. Klik op Ja op de eventuele vraag Wilt u uw wijzigingen nu opslaan? Deze vraag krijg je alleen als je het bestand nog niet hebt opgeslagen voordat je het hebt afgesloten. 16. Om te kijken of de hyperlinks goed werken open je het matrixbestand in de werkruimte nog een keer. Dubbelklik op de Competentiematrix 17. Controleer of alle hyperlinks werken: klik op elke hyperlink en open het document.
Hyperlink verwijderen Wil je een gemaakte hyperlink weer verwijderen (bijv. omdat hij niet naar het juiste document verwijst)? Open de matrix met de Webpagina Editor, plaats de cursor achter het woord met de hyperlink en gebruik één keer de toets “Backspace”: de blauwe, onderstreepte tekst wordt weer zwart.
Verwijzen naar studieresultaten (cijfers) in de matrix Je hoeft de studieresultaten in de vorm van cijfers niet zelf op te nemen in de matrix, die worden door Studievoortgang rechtstreeks aan de assessoren ter beschikking gesteld. Je moet in een bepaalde matrixcel alleen een tekst opnemen die beschrijft voor welk resultaat (casustoets, voortgangstoets, ...) je hier een cijfer wilt opvoeren. Je hoeft dus niet het cijfer zelf op te nemen en je hoeft ook niet een hyperlink van de tekst te maken. Als voorbeeld wordt in de afbeelding hieronder in matrixcel 3A tekstueel verwezen naar het cijfer van de casustoets uit periode 2 door alleen de tekst "cijfer C2" te typen:
17
Tip: Plaatsen van de link van een film, bijvoorbeeld van de externe databank Surfmedia, in je portfolio Je kunt in je portfolio een bestand aanmaken wat alleen een link is. Klik in een map in je portfolio met de rechtermuisknop en kies nieuw > internetlink:
Vervolgens geef je de link een naam en plak je er bijvoorbeeld het Surfmedia internetadres (Belangrijk: Kies de "Windows Media: Embedded player" link!) in bij adres:
Klik op OK en je link is klaar.
18
4.2
Bekijken van bestanden
Als eigenaar of als Portfoliodeelnemer kun je een bestand alleen maar willen bekijken zonder er veranderingen in aan te willen brengen; • Klik op de map N@tschool • Dubbelklik op een bestand (dat je net in de map N@tschool hebt toegevoegd) om dit te bekijken of • Klik met de rechtermuisknop op het bestand dat je wilt bekijken en kies Bekijken • Er verschijnt nu een dialoogvenster met de vraag of je dit bestand wilt openen of opslaan. Kies voor Openen. • Het document wordt nu (in Internet Explorer) geopend met aan de linkerkant het bestand en aan de rechterkant het notitie-overzicht.
Rechterkant van de streep
Om het hele document nu te kunnen lezen, ga je met de cursor (pijltje van de muis) naar de rechterkant van de streep die het dialoogvenster in 2en deelt. Beweeg de cursor totdat het pijltje in een dubbele pijl verandert (↔). Met deze dubbele pijl kun je de streep naar rechts slepen/trekken zodat je het document helemaal te zien krijgt. Als je het document bekeken hebt, sleep je de streep weer terug naar links zodat je het gedeelte Notities weer helemaal te zien krijgt. We gaan hier in het volgende onderdeel namelijk mee aan de slag.
4.3
Notities maken (mening geven over portfoliodocumenten)
Andere portfoliogebruikers kunnen bij jouw producten Notities maken. Dit kan advies zijn, maar ook feedback (door een docent) of een beoordeling. Deze notities/annotaties kun jij vervolgens weer lezen •
Je maakt een nieuwe notitie in het vak Notitie toevoegen (zie afbeelding): typ jouw tekst in het tekstvak en selecteer eventueel een icoontje om de aard van de notitie weer te geven (negatief, neutraal, positief). Klik vervolgens op Toevoegen.
Midden in het vak Notitie toevoegen verschijnt door jou (zojuist) gemaakte notitie.
19
Door jou gemaakte notitie
Tekstvak
Toevoegen
Privé-notitie • •
•
LET OP: Een toegevoegde notitie of toegevoegde feedback kun je niet meer wijzigen of verwijderen. Je kunt een notitie ook als privé-notitie invoeren. Dit betekent dat anderen (degenen die je aan je Portfolio gekoppeld hebt; zie hoofdstuk 5) deze notitie niet kunnen lezen. Om een notitie als privé-notitie in te voeren vink je de optie Privé-notitie aan.
Om de gehele tekst en alle geleverde feedback van een bestaande notitie te bekijken, klik je onder de notitie op Bekijken (blauwe tekst). Klik rechtsboven (in het vak Notities) op de link Notities tonen om weer terug te keren naar het overzicht met alle notities. Het getal achter de hyperlink feedback (blauwe tekst) onder een notitie geeft aan hoe vaak er feedback is gegeven op de notitie. Feedback geef je door onder een bestaande notitie op de hyperlink feedback te klikken en in het tekstvak onder Feedback toevoegen jouw tekst te typen. Selecteer een icoontje om de aard van de feedback weer te geven en klik op Toevoegen. Klik rechtsboven (in het vak Notities) op de link Notities tonen om weer terug te keren naar het overzicht met alle notities. Sluit als je klaar bent met Notities en Feedback toevoegen; Bestand > Sluiten Om alleen jouw eigen privé-notities te kunnen bekijken klik je in het vak Notities op de link Privé.
20
4.4
Bewerken van bestanden en versiebeheer
Je gaat nu het document CV + achternaam bewerken (en dus opslaan als nieuwe versie): • Open de map OefenCV • Klik met de rechtermuisknop in het rechtergedeelte van het scherm op het document CV + achternaam en kies voor Lokaal bewerken. Je gaat zodadelijk het document in N@tschool bewerken. Om te voorkomen dat een andere deelnemer van je project het bestand eveneens gaat bewerken terwijl jij het document al aan het bewerken bent, wordt het bestand Uitgecheckt. Je PCN en een slotje staan dan in de kolom Uitgecheckt.
Uitgecheckt door
Dit houdt in dat een andere deelnemer op het moment dat jij het bestand aan het bewerken bent, het bestand alleen maar mag bekijken en niet mag bewerken, ook al heeft de deelnemer wel de rechten daarvoor. •
Maak nu een wijziging in de tekst van je CV ( het worddocument) en sla het bestand op d.m.v. het Opslaanicoon
Opslaanicoon
•
Sluit het bestand (Bestand > sluiten)
Er verschijnt nu een dialoogvenster waarin N@tschool vraagt of je het bestand wilt uploaden in N@tschool.
•
Klik op Ja en inchecken
N@tschool slaat nu dit document als een nieuwe versie op. Om dit te controleren klik je met de rechtermuisknop op het document CV+achternaam en kies voor Versies beheren.
21
Er wordt dan een dialoogvenster geopend dat de verschillende versies van jouw document CV+achternaam weergeeft. Als het goed is zijn er 2 verschillende versies te zien. Een oude versie staat als Gearchiveerd aangegeven en de nieuwste versie als Gepubliceerd. Tevens staat aangegeven van welke data de versies zijn. Dit is erg handig om te weten omdat je op deze manier het oude document (de eerste versie) weer kunt ophalen/openen als er met de 2e versie iets mis is gegaan.
4.5
Wijzigingenoverzicht bekijken
De werkruimte Mijn portfolio bevat een algemeen wijzigingenoverzicht; daarnaast heeft ook elk portfoliodeel apart (bijvoorbeeld later je minorportfolio) een wijzigingenoverzicht. Je kunt hierop de wijzigingen bekijken die vanaf een bepaald tijdstip hebben plaatsgevonden. Wijzigingen bekijken • Om wijzigingen te bekijken die gelden voor de hele werkruimte: klik in het verkennerpaneel direct onder Mijn portfolio op Wijzigingenoverzicht. •
Om wijzigingen te bekijken in je eigen portfolio: open het gewenste portfolio en klik daaronder op Wijzigingenoverzicht
•
Klik op het driehoekje achter Veranderd sinds aan de rechterkant van het scherm en kies het tijdstip van verandering in de keuzelijst In het overzicht zie je informatie over nieuwe documentversies, notities en feedback die sinds het gekozen tijdstip zijn toegevoegd
•
Klik op de link van een document om dit bekijken. Je ziet hier ook alle notities en feedback bij het document en kunt eventueel een notitie of feedback toevoegen.
•
Een toegevoegde notitie of toegevoegde feedback kan niet meer worden gewijzigd of verwijderd.
22
5.
Toevoegen Portfoliodeelnemers
Als je daar permissie toe hebt gekregen (als student heb je deze permissie verkregen), kun je aan een portfoliodeel begeleiders, medestudenten en anderen personen toevoegen of deze verwijderen als portfoliodeelnemer. Ga als volgt te werk; •
Klik met de rechtermuisknop op jouw Portfolio en kies voor Deelnemersprofielen beheren
Het dialoogvenster Deelnemersprofielen beheren wordt nu geopend. In dit venster kun je zien welke rollen (eigenaar, medestudent, studieloopbaanbegeleider enz.) voor jou zijn aangemaakt. Je kunt per rol een of meerdere portfoliodeelnemers toevoegen; •
Klik met de rechtermuisknop in het linkerscherm op de rol waaraan je een Portfoliodeelnemer wilt toevoegen. In dit geval gaan we jouw Studieloopbaanbegeleider toevoegen; Klik dus op Studieloopbaanbegeleider en kies voor Leden toevoegen
Het volgende dialoogvenster verschijnt;
Naar de volgende bladzijde bladeren
Enkelvoudig pijltje naar beneden
Je gaat hier nu zoeken naar de persoon die je toe wilt voegen;
23
• •
•
•
Typ in het zoekvenster de achternaam in van jouw studieloopbaanbegeleider en klik op Zoeken In de rechterkant van het scherm verschijnen alle namen/personen met de door jouw gezochte naam. Met het groene pijltje rechtsboven in het dialoogvenster kun je naar de volgende bladzijde met namen bladeren Selecteer de juiste naam/persoon door op de naam te klikken en klik op het enkelvoudige pijltje naar beneden om die naam/persoon aan jouw Portfolio toe te kunnen voegen. De naam/persoon komt dan in het onderste gedeelte van het rechtergedeelte van het scherm te staan. Heb je nu per ongeluk de verkeerde naam/persoon geselecteerd, dan kun je met het enkelvoudige pijltje omhoog deze weer verwijderen. Zorg er wel voor dat je eerst in het onderste gedeelte van het rechtergedeelte van het scherm de juiste naam/persoon selecteert door op die naam/persoon te klikken Klik vervolgens op OK om de naam/persoon aan jouw Portfolio toe te voegen
Zoals je nu kunt zien is jouw studieloopbaanbegeleider toegevoegd bij de rol Studieloopbaanbegeleider. Je kunt een ongelimiteerd aantal gebruikers aan je Portfolio toevoegen. Voor deze workshop laten we het bij deze ene. Om te kunnen bekijken welke deelnemers je aan je Portfolio hebt toegevoegd klik je met de rechtermuisknop op jouw Portfolio (blauwe map) en kies voor Deelnemers profielen beheren. Vervolgens klik je weer met de rechtermuisknop op bijvoorbeeld de rol “Docent” en kies voor “Leden tonen”.
6.
Dossiers samenstellen
In je portfolio kun je mappen en materialen selecteren en hiervan automatisch een website-dossier genereren. •
Open zonodig jouw map Portfolio FHP Studenten
•
Open de werkruimte en klik met de rechtermuisknop op de map N@tschool.
•
Kies > Website-dossier genereren
24
Websitedossier genereren
. •
Klik op OK om verder te gaan.
•
Je hebt hier linksonder de keuze om het dossier als een “momentopname” te genereren. Wanneer je dit kiest dan wordt er een showdossier aangemaakt met kopieën van de bronbestanden in je portfolio i.p.v. links naar die bronbestanden.
25
•
•
Je kunt hier ook naar wens een nieuwe map aanmaken in de dossierwerkruimte waar je vervolgens je dossier in kunt opslaan. Dit doe je door op de Nieuwe map knop te klikken Klik op OK om het dossier te genereren.
Je krijgt nu onderstaand scherm waar je gevraagd wordt of je het dossier naar iemand wilt versturen.
•
Klik op Nee. Het dossier wordt aangemaakt en je kunt het bekijken in de werkruimte Dossiers. Je kunt het later alsnog verzenden door er met de rechtermuisknop op te klikken en te kiezen voor Dossier verzenden.
•
In de map Dossiers van je portfolio is nu een dossier aangemaakt met daarin de geselecteerde map(pen) en verwijzingen naar de door jouw geselecteerde documenten
LET OP; In het dossier staan dus niet de documenten zelf, maar verwijzingen naar die documenten. Wijzigingen die je hierna in de documenten in jouw portfoliodeel maakt, zijn dus ook zichtbaar in jouw dossier. (Nieuwe documenten die je toevoegt aan mappen die ook voorkomen in jouw dossier, worden echter niet in het dossier opgenomen). (Deze kun je zonodig in het dossier generen) •
Selecteer (klik 1 maal) de map Dossiers om deze te openen. In het rechtergedeelte van het scherm zie je nu alle dossiermappen die je vanuit de werkruimte gegenereerd hebt.
•
Dubbelklik op het dossier N@tschool om het te kunnen bekijken. In het volgende dialoogvenster verschijnt de link naar de hele inhoud van het dossier. Door op deze links te klikken kun je deze openen; je kunt dit dossier hier echter niet bewerken; wel kun je hier notities en feedback toevoegen.
•
Sluit het dialoogvenster.
26
6.1
Dossiers publiceren in N@tschool
Je kunt een dossier publiceren door het op te sturen naar de gewenste N@Tschool! gebruikers (dit kan je docent of Studieloopbaanbegeleider zijn). De ontvangers van het dossier kunnen het dossier vervolgens bekijken in de werkruimte Ontvangen dossiers. Ontvangers van een dossier kunnen het dossier niet wijzigen. Als een dossier van het type Showdossier is, kun je het dossier in de werkruimte van je Portfolio zelf wel wijzigen; deze wijzigingen zijn direct zichtbaar in jouw eigen dossier en voor de ontvangers van het dossier. • • • •
Ga naar Portaalmenu (linksonder op het scherm)> Profiel en portfolio >> Mijn portfolio. Open de map Dossiers. Selecteer in het rechterpaneel het dossier dat je wilt opsturen (dossiermap N@tschool). Klik met de rechtermuisknop op de dossiermap N@tschool en kies voor Dossier verzenden.
Inlognaam (PCN) invoeren Dossier omzetten naar assessmentdossier
Je kunt gebruikers toevoegen door op Toevoegen te klikken. Van deze optie maken we in deze workshop geen gebruik omdat je dit in hoofdstuk 5 al geoefend hebt. In deze oefening kiezen we voor de optie Inlognaam • Dubbelklik in het veld
, typ de inlognaam (874420 (workshopbegeleider)) en druk op ENTER. • We gaan dit NIET verzenden, maar als je dit in de praktijk wilt toepassen dan klik je op verzenden en het dossier wordt als showdossier naar de workshopbegeleider verzonden. Als je wilt dat een dossier wordt beoordeeld, bijvoorbeeld door jouw slb-er, kun je er een assessmentdossier van maken. Het dossier wordt dan ‘bevroren’ en kan niet meer worden gewijzigd. In onderstaande oefening wordt uitgelegd hoe je een dossier om kunt zetten naar een Assessmentdossier. Omdat je een assessmentdossier niet meer kunt wijzigen of verwijderen ga je • Vink Dossier in assessmentdossier omzetten aan. • Klik op Verzen
DEZE OEFENING NU NIET UITVOEREN en ga vanaf hoofdstuk 6.2 weer aan de slag
27
• • •
Vink Dossier in assesmentdossier omzetten aan Klik op Verzenden Klik in het volgende dialoogvenster op OK
Het dossier wordt nu opgestuurd naar alle dossierontvangers. Deze kunnen het dossier bekijken in de inbox van de werkruimte Ontvangen dossiers. •
Om te zien welke gebruikers een dossier hebben ontvangen, selecteer je (wanneer je later echt een dossier hebt verzonden) het dossier N@tschool en kies je wederom voor Verzenden. In dit venster zie je alle ontvangers van het dossier. Bovendien zie je of ze het dossier gelezen hebben en, in het geval van een assessmentdossier, of ze het hebben beoordeeld.
6.2
•
Sluit het dialoogvenster af.
•
Om de eventuele beoordeling te bekijken, klik je met de rechtermuisknop op het dossier N@tschool > bekijken Je ziet dan bij de Notities je eventuele beoordeling staan.
•
Wil je het dossier nog naar andere gebruikers sturen, dan kun je de bovenstaande stappen herhalen. Gebruikers die het dossier al hebben ontvangen, krijgen het niet nog een keer toegestuurd.
•
Sluit dit venster af.
Dossiers publiceren op Internet
Wil je het dossier voor derden die geen toegang hebben tot N@tschool (denk b.v. aan je stageplaats) toegankelijk maken, dan kun je dit dossier op Internet publiceren. Wanneer het dossier op Internet gepubliceerd is, kun je de link naar deze website opsturen naar iedereen die jouw dossiers mag inzien. •
Klik met de rechtermuisknop op de dossiermap N@tschool en kies voor Internetadres kopiëren
Het lijkt nu of N@tschool niets gedaan heeft, maar; • Open Internet Explorer • Klik met de rechtermuisknop in de adresbalk en kies voor Plakken • Druk op ENTER zodat de juiste website geopend wordt Je ziet nu de door jouw gepubliceerde dossiermap N@tschool Open deze dossiermap en de onderliggende bestanden. • Sluit Internet Explorer Om vervuiling van je map Dossiers te voorkomen ga je nu alle door jou aangemaakte dossiermappen verwijderen; • •
Klik in het linkergedeelte van het scherm op de map Dossiers Klik in het rechtergedeelte van het scherm met de rechtermuisknop op de dossiermap N@tschool en kies voor Verwijderen.
28
6.3
Backpack
Met de BackPack heb je de mogelijkheid om een kopie van alle bestanden en dossiers uit je N@tschoolportfolio op te slaan en mee te nemen. Dat kan op de harde schijf van je eigen laptop of pc of bijvoorbeeld op een USB stick. Zo kun je er voor zorgen dat je altijd een backup van je portfolio bij je hebt en ook kunt laten zien als er geen internetaansluiting beschikbaar is. Instructie over het opslaan van de Backpack vind je op http://www.fontys.nl/backpack/, klik op FAQ.
7 Projecten Inleiding In dit hoofdstuk leer je omgaan met het onderdeel “Mijn Projecten“ in N@tschool. Mijn projecten is een werkruimte waarin je met anderen digitaal kunt samenwerken. Je kunt bijvoorbeeld documenten uitwisselen, contact opnemen met de andere deelnemers aan het project en je mening over het project geven. Je kunt in de werkruimte bijv. met je beroepsproductgroep werken aan het beroepsproduct (BP). Deelnemers zijn de leden van de BP-groep en eventuele begeleiders. De inhoud van een projectruimte is alleen zichtbaar voor diegenen die verbonden zijn aan het project. Je kunt ingedeeld zijn bij meerdere projecten. Bij het onderdeel “Mijn Projecten” zie je deze dan ook onder elkaar staan. Door gebruik te maken van de projectomgeving is het o.a. mogelijk om onderling documenten uit te wisselen en gezamenlijk aan één document te werken. De omgeving heeft een ingebouwd versiebeheer van de gebruikte documenten. Voordeel hiervan is dat er altijd teruggegaan kan worden naar een eerdere versie van een document. Daarnaast is het mogelijk om ieder lid van de projectgroep een aantal specifieke rechten/rollen toe te kennen. Zo kan iemand bijvoorbeeld wel alle documenten in de projectruimte lezen maar niet aanpassen. Het is aan de projectleider om te bepalen wie welke rol en de daarbij behorende rechten krijgt toebedeeld.
7.1 Deelnemen aan projecten In projecten werk je met een groep medecursisten of -studenten samen aan bijvoorbeeld een werkstuk of een opdracht. Projecten kunnen op zichzelf staan of zijn gekoppeld aan het studiemateriaal in een van jouw studieroutes. Je vindt losstaande en gekoppelde projecten onder portaalmenu > Studie>>mijn projecten of via Mijn projecten. Er zijn dus twee manieren om het onderdeel Mijn Projecten te openen.
29
Een project bestaat uit een aantal onderdelen, die zijn bedoeld om binnen het project te kunnen communiceren, samenwerken, rapporteren en studeren. Je krijgt nu eerst uitleg over deze onderdelen en daarna krijg je uitleg over hoe je ze gebruikt.
7.2 Over de projectonderdelen Ga naar portaalmenu > Studie>>mijn projecten en selecteer het project “Oefenproject Pedagogiek” in het verkennerpaneel onder Mijn projecten. Als bij jou het dialoogvenster Favorieten verschijnt, selecteer hierin dan eerst de projecten die je wilt weergeven en klik op OK. Afhankelijk van de projectinstellingen, verschijnt de introductiepagina van het project of een overzicht van de projecteigenschappen. De projecteigenschappen kun je ook bekijken via “klik met de rechtermuisknop” op het betreffende project en kies dan > Eigenschappen.
Een project heeft standaard de volgende onderdelen: • een wijzigingenoverzicht • een werkruimte Hiernaast kunnen de volgende optionele onderdelen zijn opgenomen:
30
• • • • • •
bibliotheekmappen een fasering (phases) een forum een logboek beoordelingen thermometers
•
Via het Wijzigingenoverzicht zie je in een oogopslag wat er in een bepaalde periode is gewijzigd in het project. Bovendien kun je van hieruit direct een gewijzigd document openen of naar de map gaan waarin dat document staat.
•
Onder het onderdeel Werkruimte zie je de mappen voor documenten die jouw begeleider voor jou heeft klaargezet. Hiernaast kan de werkruimte ook mappen bevatten waarin je geen documenten kunt plaatsen, maar alleen documenten kunt inzien, bijvoorbeeld een map voor jouw begeleider. In de werkruimte kun je documenten uitwisselen met de andere deelnemers en er samen aan werken. De werkruimte-map kan in de toekomst bij jou anders heten. Jouw opleiding bepaalt nl. zelf hoe deze map wordt genoemd. In de regel houdt men wel vast aan de benaming werkruimte.
•
Onder het onderdeel Phases (Fasering) tref je mappen aan voor de verschillende fases van het project. Hierbinnen kun je dossiers samenstellen die betrekking hebben op die fase.
•
Onder Bibliotheekmappen kun je extra studiematerialen vinden over het onderwerp van dit project, mits deze door jouw opleiding zijn toegevoegd.
•
Als je het onderdeel Forum selecteert, zie je het forum dat aan dit project is gekoppeld en dat jouw begeleider voor jou heeft klaargezet. Aan dit forum kun je deelnemen.
•
In het logboek kun je opmerkingen plaatsen voor jouw mede-projectdeelnemers en jouw begeleider.
•
Via het onderdeel beoordelingen zie je hoe jouw begeleider jou persoonlijk, en de projectgroep als geheel, heeft beoordeeld. Als je voldoende rechten hebt, kun je daarnaast eventueel de individuele beoordelingen van andere projectdeelnemers bekijken.
•
Middels het instellen van thermometers kun je aangeven hoe jij de samenwerking en de voortgang in het project ervaart.
7.3 Het wijzigingenoverzicht Je kunt een overzicht bekijken van alle wijzigingen die in een bepaalde periode binnen jouw project hebben plaatsgevonden. Vanaf dit overzicht is het bovendien mogelijk direct nieuwe versies van documenten te bekijken en hier notities en feedback aan toe te voegen.
31
7.4
De werkruimte
In de werkruimte-map van het project zie je de mappen die jouw begeleider voor jou heeft aangemaakt voor de opslag van materialen. Binnen deze mappen kun je documenten uitwisselen met de andere deelnemers en er samen aan werken. Deze documenten kunnen bestanden, webpagina's, websites en internetlinks zijn: • • • •
Een bestand is een enkelvoudig document, bijvoorbeeld een Word-document, een Excel-sheet of een gif-afbeelding. Een webpagina is één enkele HTML-pagina. Een website is een verzameling bij elkaar horende bestanden. Een website is te vergelijken met een internetsite. Een internetlink is een link naar een internetsite.
Gedurende deze workshop werken we alleen met enkelvoudige bestanden en niet met webpagina’s, websites en internetlinks. Je kunt gebruik maken van de uitgebreide helpfunctie binnen Three Ships N@Tschool! indien je hier meer van wilt weten. Kies de button Verversen
7.4.1
om ook de laatste wijzigingen te zien.
Documenten toevoegen
Doel: een bestaand bestand plaatsen in de projectruimte In dit onderdeel is het de bedoeling dat je een zelfgeschreven verhaal gaat plaatsen in de projectruimte. We laten je vrij in de keuze wat voor verhaal dat moet zijn. Je kunt bijvoorbeeld iets schrijven over je ervaringen met de introductie of over je vakantie of je hobby’s. Besteed hier niet teveel tijd aan, twee alinea’s is meer dan genoeg, het gaat erom dat je wat hebt. Sla het Word-document op met de naam je PCN-nummer en dan je achternaam (bijvoorbeeld 874357-vanderwal.doc) Doe dit eerst en plaats dan pas het document in het Oefenproject Pedagogiek. Hoe je dat doet staat hieronder beschreven:
1. Ga naar portaalmenu > Studie>>mijn projecten, indien je daar nog niet bent. Anders ga door naar stap 4.
32
2. Open Mijn projecten in het verkennerpaneel. Als bij jou het dialoogvenster Favorieten verschijnt, selecteer hierin dan eerst de projecten die je wilt weergeven en klik op OK. 3. Open het Oefenproject Pedagogiek. 4. Open de map Werkruimte. 5. Selecteer de map ‘korte verhalen’ 6. Klik met de rechtermuisknop op de naam van de map en vervolgens Uploaden
òf klik op de knop Uploaden
boven in de balk.
Als je deze menuoptie niet kunt gebruiken, heb je onvoldoende rechten op de map. Neem eventueel contact op met jouw begeleider en vraag om extra rechten. 7. Klik in het dialoogvenster dat wordt geopend op Bladeren..., selecteer het zojuist door jezelf gemaakte document op jouw pc en klik op Openen.
In het veld Pad komen het pad en de naam van het bestand te staan dat je zojuist hebt geselecteerd. 8. Klik op OK. Het bestand is nu beschikbaar voor de overige projectdeelnemers. Zij kunnen het lezen en er eventueel commentaar op geven d.m.v. notities. Het is bij stap 7 mogelijk om geavanceerde instellingen op te geven. Dit voeren we nu niet uit. Je kunt hieronder wel een korte omschrijving ervan lezen. Het advies is om deze instellingen niet te wijzigen tenzij je weet wat je doet! Je
33
kunt doorgaan bij mening geven over documenten. Je kunt geavanceerde instellingen opgeven, dat wil zeggen een beschrijving en versie- en caching-instellingen. Klik eventueel eerst op Geavanceerd >> om ze zichtbaar te maken. Geef in het veld Beschrijving een duidelijke omschrijving op voor de andere deelnemers. Wijzig eventueel de versie-instellingen. Gebruik bij voorkeur de instelling Automatisch detecteren, die standaard is geselecteerd. Het versienummer van het bestand wordt dan automatisch opgehoogd volgens de optie die je hebt gekozen in het veld Versieophoging. Je kunt in dit veld kiezen uit Major, Minor, Revision en Build. De opties corresponderen met de vier cijfers in een versienummer. Als je het bestand toevoegt met de optie Major, dan wordt voor het nieuwe versienummer het eerste cijfer verhoogd (1.0.0.0); voeg je het bestand toe met de optie Minor, dan wordt het tweede cijfer verhoogd (0.1.0.0), enzovoort. Wil je zelf het versienummer bepalen kies dan bij versiebeleid voor Specificeer versie en vul een versienummer in. Je kunt eventueel een andere cachingstrategie opgeven; normaalgesproken zul je echter de standaardinstellingen gebruiken. De cache is de tijdelijke opslagplaats op jouw pc of laptop voor bestanden die je via internettechnologie opent of opslaat. Laat bij voorkeur de optie Probeer laatste versie geselecteerd. Met de optie Altijd van server wordt er niet lokaal opgeslagen, waardoor het openen van het bestand een volgende keer lang kan duren.
7.4.2 Notitie toevoegen Doel: notitie toevoegen aan een document in de projectruimte of feedback geven op een reeds gepubliceerde notitie. 1. Ga naar portaalmenu > Studie>>mijn projecten, indien je daar nog niet bent. Ga anders door naar stap 4. 2. Open Mijn projecten in het verkennerpaneel. Als bij jou het dialoogvenster Favorieten verschijnt, selecteer hierin dan eerst de projecten die je wilt weergeven en klik op OK. 3. Open het Oefenproject Pedagogiek. 4. Open de Werkruimte-map en daarna de map reflecties. 5.
Selecteer het Worddocument De Stelling.doc.
6. Kies bovenaan in de knoppenbalk de button > Bekijken òf met de ‘rechtermuisknop’ op het document en dan kiezen voor Bekijken.
34
7. Klik op “openen”. Een nieuw venster verschijnt met aan de linkerkant het document zelf en aan de rechterkant ruimte voor het toevoegen van notities en feedback. In het document staat een stelling. Plaats een reactie hierop door een notitie toe te voegen. 8. Je voegt als volgt een notitie toe: typ jouw tekst in het tekstvak onder Notitie toevoegen, selecteer eventueel een icoon dat jouw gevoel weergeeft (neutraal, negatief, positief) en klik op Toevoegen.
Jouw naam, de datum, het icoon en jouw opmerking zijn nu toegevoegd aan het document en kunnen worden bekeken door de andere deelnemers. Je kunt daarnaast ook een feedback plaatsen bij een gepubliceerde notitie. Dit doe je als volgt: klik onder een bestaande notitie op de link feedback, typ jouw tekst in het tekstvak onder Feedback toevoegen, selecteer eventueel een icoon om de aard van de feedback weer te geven en klik op Toevoegen. Klik rechtsboven op Notities tonen om weer terug te keren naar het notitieoverzicht. Let wel, de feedback geef je dus op een al reeds geplaatste notitie! Voor de workshop van vandaag hoef je dit niet te doen, maar het mag wel… Een toegevoegde notitie of toegevoegde feedback kan niet meer worden gewijzigd of verwijderd. Nieuwe notities en feedback worden direct op het wijzigingenoverzicht getoond. De teller achter de link Feedback onder een notitie geeft aan hoe vaak er feedback is gegeven op die notitie.
35
7.4.3 Documenten in een project bewerken Doel: wijzigingen aanbrengen in een document in de projectruimte 1. Ga naar portaalmenu > Studie>>mijn projecten, indien je daar nog niet bent. Anders ga naar stap 4. 2. Open Mijn projecten in het verkennerpaneel. Als bij jou het dialoogvenster Favorieten verschijnt, selecteer hierin dan eerst de projecten die je wilt weergeven en klik op OK. 3. Open Oefenproject Pedagogiek 4.
Open de Werkruimte-map en vervolgens de map korte verhalen.
Selecteer het document Een limerick.doc en kies de button Lokaal Bewerken Je kunt het document nu bewerken.
.
Het document wordt bovendien automatisch uitgecheckt. Dat wil zeggen dat niemand anders het in de tussentijd kan bewerken.
Als een document al door een andere deelnemer is uitgecheckt (de naam van die deelnemer verschijnt in de kolom Uitgecheckt door) kun je het document niet bewerken. Klik zo nu en dan op de button Verversen om te zien of het document is uitgecheckt. Wacht net zo lang totdat het document vrij is en vul de limerick aan met vijf rijmende regels volgens het rijmschema aabba. Voeg daar ook je PCN en je achternaam bij!
36
Duurt het erg lang voordat het document wordt vrijgegeven, ga dan door naar het volgende onderdeel en kom later weer hier terug. 5. Als je klaar bent met bewerken, sluit je het geopende venster weer. Je doet dit als volgt: Sla het bestand op en sluit eventueel Microsoft Word. Ga terug naar de N@Tschool! browser en klik in het dialoogvenster op Ja en inchecken om de wijzigingen ook in N@Tschool! door te voeren. 6. Aan jouw project wordt nu een nieuwe versie van het document toegevoegd. Indien je oudere versies van het document weer wilt bekijken, kies je met je “rechtermuisknop” op het document voor de optie Versies beheren. 7. Zorg ervoor dat je het document na het bewerken ervan weer incheckt met de “rechtermuisknop” > Inchecken. Doorgaans zal dit automatisch gebeuren, maar controleer het maar voor de zekerheid. Anders kunnen de overige studenten er niet mee aan de slag! Het document is nu automatisch beschikbaar voor alle projectdeelnemers. Eventueel moeten zij eerst de button Verversen te kunnen zien.
kiezen om de laatste versie
Eerdere versies van het document zijn altijd op te vragen via de “rechtermuisknop” Versies beheren. Zie eventueel de online help voor uitgebreidere informatie over het bewerken van bestanden, webpagina’s, websites enz…
7.4.4
Mappen toevoegen aan de werkruimte
Doel: Eigen mappenstructuur maken die past bij het project 1. Ga naar portaalmenu > Studie >> mijn projecten, indien je daar nog niet bent. Ga anders naar stap vier. 2. Open Mijn projecten in het verkennerpaneel. Als bij jou het dialoogvenster Favorieten verschijnt, selecteer hierin dan eerst de projecten die je wilt weergeven en klik op OK. 3. Open het Oefenproject Pedagogiek. 4. Selecteer de map Werkruimte en vervolgens de map reflecties. 5. Kies “rechtermuisknop” > Nieuw >> Map. 6. Geef je PCN nummer als naam aan de nieuwe map. 7. Klik op OK.
37
In het volgende onderdeel gaan we een document kopiëren naar de door jouw gemaakte map.
7.5 Bibliotheekmappen
7.5.1
Studiematerialen bekijken
1. Ga naar portaalmenu > Studie>>mijn projecten, indien je daar nog niet bent. Anders ga naar stap 4. 2. Open Mijn projecten in het verkennerpaneel. Als bij jou het dialoogvenster Favorieten verschijnt, selecteer hierin dan eerst de projecten die je wilt weergeven en klik op OK. 3. Open het Oefenproject Pedagogiek. 4. Open de map Bibliotheekmappen. 5. Selecteer de bibliotheekmap Handleidingen. 6. Selecteer in het rechterpaneel het document reflectie pedagogiek.doc. 7. Kies de button Bestand Bekijken of klik met de rechtermuisknop op het document reflectie pedagogiek en kies voor Bekijken De inhoud van het document wordt getoond. 8. Sluit het document. 9. Je gaat het bestand kopiëren naar je eigen map in de map reflecties. Klik met je “rechtermuisknop” op het bestand reflectie pedagogiek.doc en kies voor kopiëren. 10. Ga nu naar de map reflecties en klik dan met je “rechtermuisknop” op je eigen map en kies voor de optie plakken.
38
De onderdelen projectthermometers, beoordelingen, fasering, forum en logboek worden in deze workshop niet behandeld. Indien je hier meer informatie over wilt hebben, kun je gebruik maken van de uitgebreide studentenhandleiding (o.a. te vinden op www.fontys.nl/natschool) of de helpfunctie van N@tschool raadplegen.
Contactadressen bij problemen en/of vragen; Voor vragen betreffende de inhoud van deze reader; [email protected] Voor overige vragen; • [email protected] • de natschoolhelpdesk via de Helpdeskknop in Natschool. Zie afbeelding
LET OP! N@tschool ondersteuning wordt alleen geboden als je werkt met Internet Explorer 7.0.
39
Eindopdracht N@tschool 1 jaarsstudenten Pedagogiek ste
Opdracht 1 •
•
Maak in je portfolio in de map werkruimte een eigen map aan. ∗ Geef deze map als naam je voorletter + achternaam. Plaats de 4 bestanden (“Psychologie van de levensloop”, “krullenbolletje”, “Pedagogische Stromingen Voltijd” en “Pedagogiek”) die in Bibliotheekmappen > Portfoliomateriaal Studiejaar 2009 - 2010 > Oefenmateriaal Workshop N@tschool staan, in de zojuist door jou aangemaakte map
Opdracht 2 •
Verander in het worddocument “Psychologie van de levensloop”, de ondertitel “het jonge kind” in: “van baby tot kleuter”. ∗ Sla dit bestand op als nieuwe versie
•
Voeg bij het jpg-document “krullenbolletje” een notitie toe en controleer of het in het Wijzigingenoverzicht is opgenomen.
Opdracht 3 •
Voeg aan je portfolio Marlie Leboux (pcn 879541) als nieuwe gebruiker toe (rol: minorbegeleider).
Opdracht 4 •
Maak in een van de documenten in de map die je bij opdracht 1 al hebt aangemaakt (voorletter+achternaam) een hyperlink naar een website van een hulpverlenende instantie.
•
Zorg ervoor dat de hyperlink ook daadwerkelijk werkt.
Opdracht 5 •
Maak van het door jou gemaakte portfolio (voorletter + achternaam) met de vier bestanden een dossier. ∗ Publiceer dit dossier (wijzig naam) op Internet
Laat je eindopdracht beoordelen door één van de workshopbegeleiders!
40
Boordelingsformulier eindopdracht N@tschool Naam student:…………………………………………………………… Studentnummer:……………………………………………………….
Alle onderdelen moeten met een Ja beoordeeld zijn! Heb je binnen jouw Portfolio een eigen map aangemaakt?
Ja / Nee
Staan de 4 verplichte bestanden in deze map en kun je deze openen en bewerken?
Ja / Nee
Is het worddocument (Psychologie v.d. levensloop) bewerkt en opgeslagen als nieuwe versie?
Ja / Nee
Heb je bij het jpeg bestand (Krullenbolletje) een notitie gemaakt? Laat deze aanpassing in het Wijzigingenoverzicht zien.
Ja / Nee
Is er een nieuwe gebruiker aan jouw Portfolio toegevoegd? ( Marlie Leboux rol; minorbegeleider)
Ja / Nee
Heb je in een van de documenten in de door jouw aangemaakte map (voorletter+achternaam) een hyperlink naar een website toegevoegd?
Ja / Nee
Laat zien dat deze hyperlink ook daadwerkelijk werkt.
Ja / Nee
Laat zien dat je van de map met jouw voorletter en achternaam een dossier hebt gemaakt
Ja / Nee
Kun je laten zien dat je jouw dossier op Internet hebt gepubliceerd?
Ja / Nee
OPMERKINGEN
……………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………… AKKOORD:
JA / NEE
41
