Woord vooraf Vijfentwintig jaar Spassky’s. Een moment om niet ongemerkt voorbij te laten gaan. Henk, Rolf en Dries hebben dit jubileumboek samengesteld. Is het maken van zo’n boek leuk? Enorm! Van alles van vroeger wordt opnieuw beleefd en verteld, ons realiserende dat niet iedereen alles heeft meegemaakt en alles kan plaatsen. We zien het als een buitengewoon prettige coproductie en hommage aan Boris. We hebben van diverse bronnen gebruik gemaakt, allereerst natuurlijk van ons onvolprezen cluborgaan de Boris. Dit was een onschatbare bron van informatie, die tot 2007 een aardig tijdsbeeld geeft van wat er in al die jaren is gebeurd. De websiteen immense mailarchieven waren vervolgens behulpzaam om de jaren erna in beeld te krijgen. Spasskyweekenden, gesprekken over vroeger en zo meer hebben dingen opgehelderd die al enigszins waren weggezakt uit het clubgeheugen. Wat hebben we? Een unieke sfeer en club; voor een aantal mensen geldt: vrienden voor het leven. Eens een Spassk, altijd een Spassk. Dit boek doet verslag van 25 jaar plezier, humor, ellende, boeiende wedstrijden en anekdotes. We realiseren ons dat de een vaker genoemd wordt dan de ander: als schrijver en/of in de derde persoon enkelvoud. Dat is niet anders. We hebben een selectie gemaakt van wat wij leuk en goed vonden. Het zijn 140 pagina’s geworden, het hadden er makkelijk 200 kunnen zijn, want 25 jaar Spassky’s heeft voor een ware schatkamer aan geschreven woord gezorgd. We hopen dat jij als lezer ervan geniet. We zijn er trots op; net zo trots als een Spassk op de Spassky’s is. Tot slot danken we Harry Gielen voor het gebruik mogen maken van zijn altijd schitterende foto’s, Aleida Bouman voor het typewerk en Mark Deeleman van EZbook.nl, die voor deze fraaie uitgave gezorgd heeft en met wie wij een schappelijke prijs hebben kunnen afspreken. Henk van Putten, Rolf Yska en Dries Koster
3
4
Inhoudsopgave Woord vooraf Inhoudsopgave
3 5
Deel I Geschiedenis, Spasskywoordenboek en Selected Uitspraken Historie versie 1, Spassky’s uit de oude doos Historie 2: Het ontstaan van de Spassky’s, Frits Plat, ongepubliceerde brief 1987(?) Etablissement: historie versie 3 Historie versie 4, website Historie versie 5 De eerste Boris Spassky's, alle rugnummers Contributie Spasskywoordenboek Selected uitspraken Deel 1, website Deel 2, selectie uit Boris en mailverkeer Met deze man zal het nooit wat worden
7 8 8 10 11 13 15 24 27 33 33 35 43
Deel II Borisarchief, website en mail: verslagen en andere stukken Drank was teveel (Boris 2.1, 1987) Cobben verslaat Keizer (Boris 2.3, 1988) Cobben - De Jong Eins zu Null (Boris 2.4, 1988) Weer gepromoveerd!!!! (Boris 2.5, 1988) Schaaktaal (Boris 3.1, 1988) Bukowski - Spassky (Boris 3.4, 1989) Naar Rusland? (Boris 4.1, 1989) Joost weet het (Boris 5.1, 1990) Verslag Groningen VII - Spassky’s (Boris 5.3, 1991) Ontzettend (Boris 5.3, 1991) Het allereerste Spasskyweekend (1991) De heer Rammelbak (Boris, 6.1, 1992) Spassky Aghlieri (Boris, 6.1, 1992) Petrus Gerardus Verdokkem (Boris 6.3 & 6.4) Epiloog (NaSchaken, clubblad sv Lewenborg / Boris 6.3 & 6.4, 1993) HET TEAM (Boris 7.1, 1993) SISSA - Spassky’s, The Icy Manipulator (Boris 7.3, 1994) The Icy Manipulator, naschrift (2011) ESG - Spassky's, oftewel de afgebroken partij (Boris, 8.2, 1994) Een terloopse opmerking (Boris 8.2, 1994) De nieuwe kaarten van Jan Maarten (Boris 8.2, 1994)
44 44 46 47 48 49 50 50 51 52 54 57 59 63 64 65 67 69 69 72 74 5
Kraak de Kooscode (Boris 8.3, 1995) 75 Competitievervalsing (Boris 8.4, 1995) 76 Financieel jaarverslag 1994-1995 (Boris 8.4, 1995) 78 Mijmeringen van een bordenjongen (Boris 9.2, 1995) 78 Opkomst en ondergang van een godheid (Boris 9.2, 1995) 79 DE CRISIS (1995) Gekrakeel met email (Boris 9.3, 1995) 82 Het Wezen der Spassky’s (Boris 9.3, 1995) 83 From the Cobben Archives (Boris 11.1, 1997) 84 DE COUP (1997) Redactioneel (Boris, 11.2, 1997) 85 Wedstrijdverslag Groningen 6 – Spassky’s (Boris 11.2, 1997) 86 Driesmeelpudding (1997) 87 Kort en bondig (Boris 11.2 & 11.3, 1997-1998) 88 Bij Spassky’s in de auto (Boris, 12.2, 1999) 90 The Spassky’s rule (Boris,12.3, 1999) 91 Gouden handdruk voor een weggepromoveerde Spassk (Boris 13.1, 1999) 93 Niet opgevoerde sketches bij de bruiloft van Peter van Dokkum (Boris 13.2, 2000) 94 Koos de bolleboos (Boris 14.1, 2000) 95 Dries, Janski en Putski in Heerenveen (Boris 14.2, 2001) 96 Spassky’s – Groningen 5 (En Passant 39.4, 2001) 98 De zaak J.J. Ham (Boris 16-17.1, 2002-2004) 101 Spassky's - SISSA 2 (Boris 16-17.1, 2002-2004) 102 Spasskyweekenden (2003) 103 Verslag Spassky’s - Groningen 4, 1 oktober 2004, notulist: Rolf (Boris 18.1, 2004) 105 Staunton - Spassky's, the day after the weekend before (Boris,18.1, 2004) 107 Vitaminepillen Verpletteren Vorige Vereniging (Boris 19.1, 2005) 111 Aan het bestuur van SISSA (2006) 112 Een unicum? Spassky's rollen ESG op in bekerfinale. (Boris 20.1, 2006) 113 Dries en Edwin bij Joost en Julia in Polen (2006 is dit, 2e keer was 2009) 114 Volkomen uit het niets kampioen in de promotieklasse (mei 2007) 115 DION Hardenberg - een persoonlijk verslag door Alex (website, 2007) 117 Een dag van gemiste afslagen: Slachthuiskade (website, 2008) 118 Snelschaken voor teams. Spassky's ongeveer 7e (mail, 2008) 120 Spatzkiekrommunicatie (mail, 2009) 121 Drie(s’) fotomomenten (2008-2010) 122 Robin of Spassky; Haren II - Spassky’s 5-3 (website, 2010) 125 Het ongelijk van Bart Romijn (website, 2010) 127 Een wereldse overwinning (website, 2010) 130 De Spassky’s anno 2011 133 Na de val, over de oude Oostblokmoraal (uit een na 2007 niet verschenen Boris) 135 Blik in de bol (2011) 138 6
Geschiedenis, Spasskywoordenboek en Selected Uitspraken
Historie versie 1, Spassky’s uit de oude doos Beste Koos, Groningen 12 januari 1987 Hierbij tref je o.a. een wedstrijdverslag aan van de bekerwedstrijd tussen de Spassky’s en het Heerdenpeerd. Verder heb ik nog enige andere gegevens, die nodig zijn om de biografie van onze vereniging te schrijven. Het is moeilijk te zeggen wanneer de Spassky’s zijn opgericht. Ik heb daarover wel een idee, dat misschien de moeite waard is. Het idee om een schaakclub op te richten is van Frits afkomstig. In het najaar van 1985 zijn hier zo vrijblijvend wat gesprekken over gevoerd en ideeën uitgewisseld. De naam Spassky’s is eveneens een vinding van Frits. Frits had zelfs het plan om de Spassky’s op te heffen bij promotie naar de tweede klasse (inmiddels is hij van gedachten veranderd). De Spassky’s lijken op dit moment volop bestaansrecht te hebben, dus we blijven doorgaan, ook als promotie al dan niet een feit wordt. De eerste officiële wedstrijd als vereniging hebben we gespeeld vriendschappelijk tegen Ypey-Expert op maandag 10 april 1986. Het sein om te beginnen werd gegeven om 20.06. Deze datum en dit tijdstip beschouw ik persoonlijk als de geboorte van de Spassky’s. Op dat moment werden we pas echt een vereniging. Daarvoor waren de Spassky’s een idee. Mijn voorstel is dan ook om 10 april 1986 uit te roepen als ons oprichtingsmoment. Dit is tevens mijn voorstel voor de agenda van 19 januari a.s. Ook heb ik hier de gedetailleerde uitslagen van deze historische wedstrijd. De wedstrijd werd gespeeld bij Ypey-Expert aan de Zilverlaan 4, in gebouw de Apenkooi in Vinkhuizen. Dit even voor de volledigheid.
1 2 3 4 5 6 7 8
Ypey-Expert Megchiel Schrader Carlo Buijvoets Rudie Klein Roel Broekman Erik Draaisma Wim Hunderman Mathien Zenden Peter Kroes
Spassky’s Rolf Yska Frank Kuipers Frits Plat Paul de Beurs Koos Stolk Fred de Jong Paul Verwaard Wouter Verwaard
5-3 ½-½ 1-0 0-1 ½-½ ½-½ ½-½ 1-0 1-0
7
Frank Kuipers deed voor de Spassky’s mee als gastspeler. We debuteerden dus met een nederlaag, maar het was wel erg gezellig bij Ypey-Expert. Op maandag 6 oktober 1986 speelden we vriendschappelijk tegen SISSA 6. Dit liep uit op een grote nederlaag. De exacte uitslag weet ik niet. Ik denk dat het 5½ - 1½ is geweest.
Historie 2: Het ontstaan van de Spassky’s, Frits Plat, ongepubliceerde brief 1987(?) Op de ledenvergadering van 19-1-1987 is besloten om 10 april 1986, de dag van de eerste wedstrijd als de Spassky’s aan te houden als oprichtingsdatum. Hier is echter wel het een en ander aan vooraf gegaan. Door wie en wanneer precies het idee geopperd is om een huisclub te beginnen is onduidelijk, het zal wel met wat pinten erbij, begonnen zijn op de Aqua 361. Potentiële leden waren in die tijd: Rolf, Frits, Henk, de gebroeders (Verwaard red.) en Henk Koopmans, een Haren 1 speler, bekend van de 4-kamp Frits, Rolf, Henk en Henk. Op het Gasunie van december 1985 kwamen daarbij: Koos, Fred en Paul de B. Henk J. viel af omdat hij het toch eens eerst bij SC Groningen wilde proberen en Henk e K. kon 3 klasse KNSB spelen bij Haren. Dat leverde het basis-zevental op. De naam is echt een produkt van de Aqua 361. Bij het brainstormen kwam de suggestie Spassky’s op, een naam die bij het proeven en proberen uitstekend over de tong rolde. Later werd pas beseft, dat het vernoemen naar een nog actieve grootmeester zekere pointes in zich had. Zoals gezegd begon het pas echt tegen Ypey-Expert, de eerste wedstrijd. Deze vriendschappelijke match over acht borden, het basis-zevental plus Henk Jansen (deze laatste viel echter ziek uit, zodat Sissaan Frank Kuipers meespeelde), ging verloren met 5½ - 2½, maar zeker weten doe ik dat niet meer. En daarna kwam de echte competitie al in zicht, waarin we ons nu duchtig weren.
Etablissement: historie versie 3 Ik kan het niet laten, op het gevaar af sentimenteel te worden, om ons clubhuis, ook wel bekend als huize Plat, weer in de herinnering te roepen. De meeste leden hebben het ontstaan niet meegemaakt van deze unieke club van op huiskamerniveau e debuterende dilettanten. We begonnen het seizoen 1986-1987 in de 3 klasse NOSBO, met een zestal. Dat er aan de Aquamarijnstraat 361 een heuse schaakclub 8
haar competitiewedstrijden speelde, wekte veel verbazing en ook de nodige hilariteit op bij de bezoekende clubs. De hygiënische omstandigheden op nummer 361 waren niet best. Ik herinner mij nog goed hoe ik eens een flesje bier uit de koelkast trok, dat in het bloed van runderlapjes lag te schimmelen. Overal in deze sociëteit werd men omringd door onzichtbare virussen die een bedreiging vormden voor de sterkste ratinghouders. Het toilet werd slechts betreden als de nood echt niet meer op andere wijze gelenigd kon worden. Een “bil-brilcontact” zou onherroepelijk het einde betekenen van een veelbelovende schaakcarrière. Papier kon je beter zelf meenemen. Een van de mannen van het eerste uur bekende mij steevast een douche te nemen bij thuiskomst. De ”speelzaal” was verdeeld in twee kamers. De grootste kamer was rookvrij, matig verlicht, schaars gemeubileerd maar verder wel oké. Hier installeerde ik mijzelf met een aantal zelf meegebrachte stoelen en een schemerlamp. Voor de survivors was er kamer twee: niet rookvrij, met de afmetingen 3 bij 4, de kamer van Plat himself. Hij speelde hier zijn partijtjes vaak geflankeerd door een zwaar paffende Koos. Naarmate de avond vorderde en de partijspanning opliep, was er door de rookontwikkeling sprake van beperkt zicht. Toch was het vooral de enorme chaos in deze kamer die een overweldigende indruk achterliet. De vloerbedekking ging verscholen onder drie lagen dik tapijt van kranten, etensresten en niet geraadpleegde vakliteratuur. Kleding lag her en der verspreid; meestal bewoond door twee katten. Een blik in de geel uitgeslagen wasbak was voldoende om een gevoel van onpasselijkheid op te roepen. Vanuit deze entourage werkten wij ons binnen één seizoen op naar een hogere e klasse. In de 2 klasse werden we van een zestal een achttal en dat betekende vaarwel voor de Aquamarijnstraat 361. De Beijumkorf werd de nieuwe locatie. Daarna hebben we korte tijd gespeeld in buurthuis de Karre, maar dat was geen succes. Piccadilly, biljartcentrum was de volgende tussenstop. We hadden daar een speelzaal in open verbinding met de keuken waardoor we konden meegenieten van het sissende frituurvet in de late avonduren. Nu spelen we in het Denksportcentrum, maar daar zijn nu problemen met de exploitatie. Wat er verder gaat gebeuren zien we dan wel weer. Rolf, Boris 8.4, bewerkt artikel
9
Historie versie 4, website De Spassky's is een kleine schaakclub, die in 2007 na een jarenlang verblijf in de promotieklasse voor het eerst in de historie is gepromoveerd naar de 3e klasse KNSB. Op 30 december 1985, na afloop van het Gasunie toernooi, ging een aantal schaakvrienden nog even gezellig doorzakken in de Drie Gezusters. Daar werd het idee gelanceerd een club te beginnen, zonder clubavond en met de ludieke naam De Spassky's. De Spassky's speelden op 10 april 1986 hun allereerste vriendschappelijke wedstrijd tegen het toenmalige Ypey-Expert (later het thans opgedoekte Z!). Het competitiedebuut volgde in de 3e klasse NOSBO ergens in oktober 1986. De thuiswedstrijden werden dat eerste seizoen gespeeld in een huiskamer en een slaapkamer aan de Aquamarijnstraat 361. Promotie volgde, er kwamen sterkere spelers, een betere speelzaal, nog meer promoties, kortom het werd wat professioneler. Maar we blijven goedwillende amateurs die zo nu en dan een klein succesje boeken (zoals bekerwinst in 1996 en 2006). Op 9 mei 2007 werden de Spassky's kampioen van de NOSBO-promotieklasse, het grootste succes tot dan toe in de 21-jarige historie van de club. Het eerste seizoen in klasse 3B van de KNSB zijn de Spassky's als 7e geëindigd. De Spassky's eindigen hiermee in de top 3 van best presterende promovendi. Dit leverde in het seizoen 2008-2009 een extra promotieplaats op voor de promotieklasse van de NOSBO. seizoen
klasse
positie
resultaat
seizoen
klasse
positie
resultaat
1986-1987
3
1
promotie
1999-2000
1
1
promotie
1987-1988
2
1
promotie
2000-2001
p
3
1988-1989
1
2
2001-2002
p
3
1989-1990
1
5
2002-2003
p
3
1990-1991
1
1
2003-2004
p
5
1991-1992
p
7
2004-2005
p
5
1992-1993
p
6
2005-2006
p
5
1993-1994
p
5
2006-2007
p
1
1994-1995
p
7
2007-2008
KNSB 3B
7
1995-1996
p
6
2008-2009
KNSB 3B
6
1996-1997
p
9
degradatie
2009-2010
KNSB 3A
2
1997-1998
1
2
promotie
2010-2011
KNSB 3A
1998-1999
p
9
degradatie
10
promotie
promotie
bekerwinnaar 1996 en 2006 verliezend finalist: 1990, 1994, 2003, 2004
Historie versie 5 Een mailwisseling van 18 november 2003 naar aanleiding van het Spasskyweekend in Wehe den Hoorn in chronologische volgorde. Ha Rolf, Leuk dat je er even was, het weekend was bijzonder gezellig. Er is weer een selected uitspraak bij. Zaterdag legde Koos een spel uit, hij werd onderbroken zoals dat gaat. Ik riep toen: 'Koos interruptus". Henk J. en ik kwamen vervolgens niet meer bij van het lachen. Koos zelf vond het niet zo. Groet! Ik ga eerst bijslapen vanavond en morgenvroeg. De foto van jou is zonder flits, dat vergat ik. Maar toch leuk. Dries
De speler rechts op de foto is Putski, te herkennen aan het glas port bij het bord. Links Rolf met een flesje bier. Fred in Boeddha-houding kijkt belangstellend toe.
11
Hoi Dries, Leuke foto! Wordt gearchiveerd. groeten, Rolf P.S. Onder ons gesproken: die auto van Raoul is een wrak. Op weg naar Wehe hadden we 1½ koplamp en het was behoorlijk donker. Komen we daar aan, is het eerste wat ie doet de accu ontkoppelen. Ik dacht eerst dat hij de accu er uit zou gaan hijsen, viel mee. Enfin, op de terugweg eerst weer de accu aansluiten en gooit die gast zomaar 1 liter olie in het carter dat lekt. Als dat maar goed gaat.... Gelukkig startte de auto na 2 pogingen. In de auto hing een vreselijke benzinelucht. Het schuifdak ging open. Ik was bang dat we gingen ontploffen. En we hadden nog een kleine aanrijding omdat hij niet goed uitkijkt (gelukkig alleen lakschade). Onderweg naar Groningen nog de volgende selected uitspraak geproduceerd: "Denk je nog lang in deze auto te rijden Raoul?" Het lijkt me verstandig bij uitwedstrijden dit vervoermiddel in de remise te laten staan. Al met al was het een buitengewoon vermakelijke avond. Mag dit geweldige leuke verhaal in de volgende Boris? Dan bewaar ik het. Dries Hallo Dries, Ja natuurlijk, plaatsen! Tegen die tijd rijdt Raoul vast weer in een ander model rijp voor de sloop. Dit seizoen nog een Boris met wat minder tekst van mijn kant! Koos moet ook eens uit de oude doos vertellen, hij weet nog heel goed hoe de Spassky's ontstaan zijn. Koos vertelde mij vrijdagavond (ergens eind 2003) nog het volgende: Frits had een prijs gewonnen tijdens het Gasunietoernooi, we schrijven eind december 1985. Fred en Koos debuteerden in de C of D groep met resp. 3½ en 3 uit 7. Boven verwachting. Om dat te vieren gingen we stappen en belandden zodoende in de Blauwe Engel. Daar in de Blauwe Engel heeft Frits Plat het idee gelanceerd onder het genot van flink wat bier, aanwezig waren: Koos, Fred, Rolf, Frits, Henk J. en Paul de Beurs (nota bene wedstrijdleider tijdens het toernooi, hij zou zich later opwerpen als het "geweten van de Spassky's", na zijn vertrek is er geen gewetenscipier meer opgestaan). De Verwaard Bros, Pay en Wout, later Jan Paul en Wouter (waarom weet ik ook niet), sloten snel aan. Speelzaal Plat was het clubgebouw. Ik werd voorzitter, Plat penningmeester (een ongelukkige keus bleek achteraf...) en Paul de Beurs hanteerde de ganzenveer en bezocht trouw al die oervervelende NOSBO-vergaderingen. Fred, Koos en Henk woonden aan de Onnemaheerd. Henk was een soort schaakmentor voor de heren. Volgens Koos (en dat was ik vergeten) waren ze met zijn drieën serieus van plan naar Unitas gegaan. Dat idee heb ik toen resoluut van tafel geveegd met ongeveer de volgende bewoordingen: "een beetje schaker gaat naar SC 12
Groningen en niet naar Unitas, dat is helemaal niks.” Sorry Dries, de tijden veranderen, maar toen leek Unitas veel op SISSA, in de tijd voordat de Walrus uitbrandde. Een gemiddeld clublid was toentertijd een wat aan lager wal geraakte oudere jongere met een beginnend drankprobleem, wonend in een vuil huis. Na de Walrusbrand had, zoals Fred vrijdag terecht opmerkte, SISSA opeens weer schone borden. Selecte uitspraak van Fred aangaande een avondje schaken in de Walrus: "Nadat het ergste vuil van de borden is verwijderd kan de wedstrijd beginnen.” Overigens ben ik in 1976 zelf nog 3 maanden van SISSA lid geweest. Ik koos snel het hazenpad na een paar slechte resultaten, als provincieschaker is de stad toch anders: een klein inburgeringprobleem op de 64 velden, zo moet je het zien. Contributie heb ik ook niet betaald, foei toch! Toen ik daarna naar SC Groningen ging presteerde ik veel beter en kwam zelfs in het 3e team terecht in de 2e klasse KNSB, waar ik, bleek achteraf, toch een maatje te klein voor was (score 2½-8). Gooi dit ook maar in het archief, zonder mij nu direct op te willen werpen als biograaf der Spassken. groeten, Rolf
De eerste Boris Op 5 januari 1987 verscheen het eerste nummer van het clubblad "Boris", als jaargang 1 nummer 0. De eerste Borissen werden gemaakt op een Commodore 64 en uitgeprint op een matrixprinter. Gezien de vele plaatjes (alle schaakstukken zelf getekend in een tekenprogramma) duurde het uitprinten ca 30 minuten per pagina, en maakte veel lawaai. Soms liep het halverwege vast. Om die redenen bestonden de eerste nummers uit 1 pagina. De bedoeling was een muurkrant te maken, een pamflet dat op de muur geplakt was. Koos
13
14
De Spassky’s, alle rugnummers
samenstelling Rolf Yska
1. Frits Plat ( 1986 -1991) Frits is de geestelijke vader en inspirator van de schaakclub Spassky’s. Hij kwam met het idee en de naam. In het eerste seizoen werden de thuiswedstrijden bij hem thuis gespeeld aan de Aquamarijnstraat 361, waar ook de gebroeders Verwaard residentie e e hielden. Frits was in de beginjaren belangrijk en, meestal aan het 2 of 3 bord, haalde hij goede scores. Scores die er mede voor zorgden dat we tweemaal achter elkaar promoveerden. Frits werd bij de oprichting penningmeester. Nadat de schaakmotivatie gaandeweg minder werd, bleek ook dat het bijhouden van de financiën wat in het slop was geraakt. Na zijn aftreden en het verlaten van de club, was er een klein financieel tekort wat afgedicht moest worden. De bekende “Platheffing” is hiertoe in het leven geroepen. 2. Koos Stolk (1986 -) Spassk van het eerste uur en in de begintijd verantwoordelijk voor het op reguliere tijden verschijnen van ons onvolprezen periodiek ”De Boris”. Hij was evenals Fred destijds een schaker in opkomst en speelde intern bij SC Groningen. Hij was in organisatorisch opzicht ook belangrijk bij SC Groningen en later bij de Gasunietoernooien, zowel als wedstrijdleider als in organisatorische functies. Koos is daardoor uiteindelijk werkzaam geworden bij de KNSB op het Bondsbureau te Haarlem. Koos werd onlangs opa.
15
3. Rolf Yska (1986 -) Rolf is samen met Koos, de enige Spassk, die vanaf het begin bij de club zit. Daarnaast is Rolf de enige Spassk, die alle 25 seizoenen in de externe competitie is uitgekomen. Hij was een aantal jaren voorzitter en schreef diverse stukjes voor de Boris. Rolf beheert de website en is secretaris van de club. 4. Jan Paul Verwaard (Pay) (1986 - 1997?) Jan Paul woonde met zijn broer Wouter V. en Frits aan de Aquamarijnstraat 361. Hij was degene die de grote kamer van het 3-kamer appartement bewoonde en deze ook beschikbaar stelde voor de thuiswedstrijden (dat zullen er drie of vier geweest e zijn) dat 1 seizoen. Jan Paul speelde meestal die eerste jaren aan het laagste bord en werd gaandeweg steeds meer als pinchhitter ingezet, omdat de concurrentie steeds heviger werd. Dat was geen enkel probleem voor hem. Hij kon zijn schaakbeperkingen redelijk goed relativeren, behoudens die ene keer dat een notatieformulier opzichtig werd verscheurd na een verknoeide partij. Je kon altijd enorm met hem lachen tijdens wedstrijden, omdat hij een goed oog had voor het randgebeuren en daarover kleurrijk kon fantaseren. Hij laat zich aardig typeren als een soort René van der Gijp avant la lettre maar dan op schaakgebied.
5. Wouter Verwaard (1986 - 1991) Wouter, de jongere broer van Jan Paul (maar dat weet ik niet zeker), is korter lid geweest omdat zijn studie sneller ging dan die van zijn broer. Hij was de betere schaker en ook serieuzer van karakter, maar ook met hem viel er heel wat te lachen.
16
Hij had in mijn ogen een goede schaker kunnen worden als hij er tijd in had kunnen steken. Wielrennen was een grotere passie, dat gold ook voor Jan Paul. 6. Fred de Jong (1986 - 1993?) Fred is via Janski bij de Spassky’s betrokken geraakt en was direct enthousiast toen het idee van een thuisschaakclub gelanceerd werd. Fred pakte het schaken serieus aan en was eveneens Koos en Janski actief in de interne competitie bij Groningen. Een sfeerbepalende figuur die niet voor niets door Frits als huisclown werd gekarakteriseerd. Fred schreef geschiedenis, in dat eerste legendarische seizoen 8687, door in de promotiewedstrijd tegen SISSA 6 het beslissende punt te drukken. Stukjes van zijn hand verschenen in de Boris, waarbij “Cobben - De Jong: Eins zu Null“ en “In het kot van de leeuw” op hilarische wijze zijn kijk op het schaken weergeven. 7. Paul de Beurs (1987- 1991) Paul was een studiegenoot van Frits en was bij de oprichting betrokken. Paul werd secretaris en in die hoedanigheid was hij ook het morele kompas van de club. Paul had talent maar deed er niet veel aan, de studie was belangrijker. Zijn stijl was positioneel: een partij mooi opzetten en dan zien we wel verder. Paul woont nu in Zweden.
8. Henk Jansen (Janski) (1987- 1990, 1991 - ) Henk was bij de oprichting betrokken maar opteerde in eerste instantie voor SC e Groningen te spelen. Hij werd halverwege het 1 seizoen toch lid en bleek de e beslissende versterking om promotie naar de 2 klasse af te dwingen. In die jaren was e Henk een ambitieuze schaker en toen voor de tweede maal promotie vanuit de 1 klasse was mislukt, stapte hij in 1990 over naar SC Groningen. Gelukkig was hij snel weer terug, het seizoen daarop, toen de Spassky’s voor het eerst de promotieklasse hadden bereikt. Wie het Spasskywoordenboek leest, komt heel wat te weten over zijn schaakstijl, die het in ieder geval esthetisch goed doet. 17
9. Dries Koster (1987 - ) Dries sloot zich aan bij de Spassky’s in het tweede seizoen en bleek een regelrechte versterking. Aannemelijk is dat hij de meeste partijen voor de club heeft gespeeld. Dries is een optimistische schaker die ruikt waar de kansen liggen, maar hij is af en toe wat slordig in de afwerking. Hij geniet een reputatie als geducht snelschaker en hij heeft al aardig wat titelhouders verslagen. Dries heeft veel Spasskyweekenden georganiseerd. Dries is momenteel penningmeester van de club en je kunt wel stellen dat hij in die functie het ontbrekende stukje in de legpuzzel is. 10. Jan Maarten Cobben (1988 - 1999) Jan Maarten, gezichtsbepalende Spassk vanaf 1988 tot ongeveer 1999, is degene geweest die het spelen van games op de kaart heeft gezet bij de club. Hij introduceerde Magic en ontelbare bordspellen. Als schaker pretendeerde Jan Maarten in zijn eerste jaren bij de club grootmeester te willen worden of op zijn minst één onsterfelijke partij op zijn naam te krijgen. In verband met dit laatste valt zijn romantische en compromisloze schaakstijl op. Er werd wel eens onverantwoord materiaal geofferd om de tegenstander mat te kunnen zetten. JM maakte zich in de provincie niet erg populair, zelfs zijn teamgenoten stonden de blossen meer dan eens knalrood op de kaken als JM bijvoorbeeld, na een verpletterende overwinning, op de bedeesde vraag van zijn tegenstander ‘nog eventjes te kijken’ minzaam zijn hoofd schudde: “Zet jij de stukken maar weer in de beginstelling.” JM heeft in het pokercircuit enige nationale faam verworven en werd onlangs vader.
18
11. Joost Platje (1988 - 1994) Als je Joost zou moeten typeren dan denk je aan twee dingen: snert en onverzettelijkheid. Joost zijn kookkunsten zijn legendarisch, maaltijden waarop je een marathon kan lopen. Joost zijn schaakstijl: ongepolijst en altijd terugkomen uit e verloren posities. Hij speelde in 1991 een sleutelrol in de eerste promotie van de 1 klasse naar de promotieklasse. Hij moest destijds in de beslissende wedstrijd bij SC Groningen, een eindspel remise zien te houden in een afgebroken partij. Onderweg naar het clublokaal voor de spelhervatting, viel hij door de spanning pardoes van zijn fiets. Joost maakte remise en verwierf zo een plaats in the Spassky’s Hall of Fame. Joost woont in Wroclaw, Polen, waar hij professor is in de planeconomie of een of andere variant hierop. 12. Eddie Janssen (1989 - 1990) Eddie speelde één seizoen bij de Spassky’s. Hij is momenteel actief bij Unitas, waar hij het Talententeam succesvol twee seizoenen heeft begeleid. Eddie schijnt nooit warm te eten. 13. Edwin van Zon (1990 - 2006, 2007- ) Optimistische schaker die geen twijfel uitstraalt achter het bord. Daarnaast gevreesd om zijn scherpe schaakstijl en selected uitspraken. Speelt maar weinig meer, maar als hij wordt opgesteld is hij altijd een versterking. In het dagelijks leven Lottobal.
14. Tammo Bijmolt (Biemolt) (1991-1994) Tammo was een voormalig Fries schaaktalent en werd op voorspraak van Edwin lid van de club. De uiterst sympathieke Tammo speelde een bescheiden rol gedurende de periode 1992-1994. Ongewild en onbedoeld heeft Tammo een belangrijke rol gespeeld in een jarenlang bestaande vete tussen Henk van Putten (Putski) en de 19
Spassky’s. Tijdens een beruchte ledenvergadering werd Tammo verkozen als nieuw lid ten koste van Putski, die al gevraagd was. Dat hebben de Spassky’s geweten. Door Putski lid te maken in 1995, is het conflict uiteindelijk beëindigd. Zie verder bij Henk van Putten. Ook Tammo is hoogleraar in de economie, net als Joost, maar dan aan de Rijksuniversiteit Groningen. 15. Peter van Dokkum (1992 - 1998) Zeer sterrenkundige Spassk, berucht om zijn tenenverzurende nonchalance en rare fratsen. Peter werd lid van de club via Edwin. Peter is ook een voormalig clubgenoot van Henk van Putten. Op zijn lokale club in Elburg had Peter als jeugdspeler de bijnaam ‘de psychiater’, vanwege zijn niet aflatende getater als tegenstanders zich probeerden te concentreren. Tijdens zijn lidmaatschap van de Spassky’s, bevond Peter zich in een nogal roerige tijd, persoonlijk gezien. Dat leverde enkele hilarische situaties op, waaronder het fietssleutelincident, waar Dries meer over kan vertellen. Als schaker zat Peter meestal aan een van de bovenste borden. Met zijn positionele stijl gekoppeld aan een goed tactisch vermogen had hij ongetwijfeld veel verder kunnen komen. Maar zoals zo vaak: een maatschappelijke loopbaan krijgt de voorkeur. Peter is een wereldwijd gerenommeerde astronoom en na eerder te Caltech, California, resideert Peter thans in New Haven, USA, waar hij een leerstoel bekleedt.
16. Thale Hadderingh (1994-2004) In de periode dat Thale bij ons speelde groeide hij langzaam maar zeker van een lagere bordenspeler uit tot een topbordspeler en zag hij zijn rating maar liefst 250 stijgen. Thale verwierf enige faam met de zogenaamde “tussenthalense” rating die direct voor iedereen bepaald werd na afloop van de teamwedstrijd. Daarnaast moet zijn rol als archivaris geroemd worden. Thale bewaart namelijk alles. Thale is in 2004 overgestapt naar Oostermoer. 20
17. Guus Tetteroo (1994 - 1995) Guus heeft twee partijen bij de Spassky’s gespeeld. Daarna heeft hij nog een aantal jaren bij Staunton en Haren gespeeld. Niet meer actief in clubverband. 18. Arjen Gnodde (1995 - 2000) Na een niet geheel uit de verf gekomen wielercarrière zocht Arjen in de late jaren ’80 van het vorige millennium zijn heil in de schaaksport. Arjen maakte de eerste website van de Spassky’s. Jaren later zijn er nog restanten op internet te vinden geweest van de eerste “Spassky-spookwebsite”. Arjen genoot faam als “masterchef”, er werd vaak bij hem thuis gegeten en daarna werd er een wedstrijd voor de externe gespeeld. Arjen zijn schaakstijl is te typeren als puur positioneel. Arjen woont in Engeland waar hij een zeer succesvol pokerportal beheert. Van de inkomsten koopt hij oldtimers.
19. Raoul Witsenburg (1995 - ) Raoul is iemand die geheel zijn eigen gang gaat. Dat zie je ook terug in zijn opvattingen over het spelletje. Dat die eigen visie niet altijd tot resultaten leidt, maakt hem niets uit. Dan weer is zijn spel als briljant te bestempelen en valt hij pardoes in de prijzen op een toernooi in Dieren, dan weer is het weinig meer dan een aanval op de lachspieren. Dat Raoul een unieke plek heeft gevonden binnen de Spassky’s zegt veel over Raoul, maar nog meer over de club. Raoul heeft een aantal Spassky’s zover gekregen dat ze via internet de tactische messen zijn gaan bijslijpen via chesstempo.com. Dat heeft resultaat gehad waarbij de credits voor Raoul zijn. De vraag “Wat doet Raoul in het dagelijks leven?” is nog niet zo eenvoudig te beantwoorden. In totaal brak hij vijf universitaire studies af. Stil zit hij niet, ‘uitvinder’ komt nog het meest in de buurt. Raoul ontwerpt speelgoed en ontwikkelt tevens, in een opzienbarend hoog tempo, methoden om het jachtige bestaan te lijf te gaan.
21
20. Henk van Putten (Putski) (1995 - 1996, 1999 - ) ”If you can’t beat them, join them.” Hij werd om onbegrijpelijke redenen als potentieel lid afgetest in 1992. In 1995 werd Henk alsnog lid, omdat wel ingezien werd dat de club hem nodig had. Noem het maar de “Spassky-factor”. Putski is de e vaste 1 bord speler (met uitzondering van één jaar JJ) en belangrijk als puntenleverancier voor het team. Achter het bord kiest Henk vaak voor wat minder gangbare varianten in bekende openingen. Hij is altijd op zoek naar complicaties en tactische verwikkelingen die veel rekenkracht vergen van beide spelers. Samensteller van het Spasskywoordenboek en schrijver van diverse artikelen. 21. Harrie van der Laan (1997 - ) Harrie is afkomstig van SISSA en had een aantal jaren niet meer geschaakt toen hij kwam. Hij bleek een versterking voor de club. Harrie heeft een hang naar wat afwijkende en ingewikkelde openingsvarianten en zorgt daardoor vaak voor spektakel. Harrie is vooral goed in het terugkomen vanuit slechte stellingen. 22. Gerard van de Berg (Bergski) (1998 - 2007) Voor Gerard is het bridgen altijd belangrijker geweest dan het schaken. Zijn schaakstijl kun je omschrijven als onverzettelijk, waardoor er punten gepakt werden uit slechte stellingen. Gerard is veel werkzaam geweest in de organisatie van vele schaaktoernooien. 23. Jan Postma (1999 - ) Jan werd bij de Spassky’s een belangrijke speler aan de bovenste borden. Zijn stijl is te omschrijven als degelijk positioneel met een wat artistieke inslag. Jan heeft de Spassky’s een aantal jaren gesponsord, al had penningmeester Koster wel eens een dagtaak aan het daadwerkelijk innen van deze bijdrage. 22
24. Maurits Logtmeijer (2003 - ) Maurits had ook een aantal jaren niet geschaakt toen hij bij de Spassky’s kwam. Gaandeweg is hij weer op het niveau terecht gekomen van zijn SC-Groningen-tijd. Opvallend is zijn encyclopedische kennis van bepaalde openingsvarianten. In Maurits schuilt een potentiële schaaktrainer door zijn heldere kijk op het spel en de uitleg daarvan. 25. Martin van Hees (2004 - 2006) Martin werd bij de Spassky’s gehaald om op het onderste bord te spelen. Hij had jaren niet geschaakt en kende een moeizame start, maar verbeterde zich in het tweede seizoen. Martin is hoogleraar ethiek.
26. Alidston Henries (2005 - ) Alidston pakte bij de Spassky’s het schaken weer op en hij zit duidelijk in een opgaande lijn. Zijn schaakstijl wordt wel eens omschreven als Salsa-schaak of Sambaschaak. Alidston zorgt altijd voor de bananen bij thuiswedstrijden. Spreek je hem tijdens een partij in de wandelgangen, dan kan het zijn dat hij zijn oordopjes in heeft. Zijn gehoor is overigens uitstekend. 27. Alex Hut (2007 - 2009) Alex, een oude bekende uit de NOSBO en altijd vaste invalgast bij het snelschaken voor teams, kwam na de promotie in 2007 bij de club. Hij leek op papier een regelrechte versterking, maar kwam niet zo goed uit de verf door zijn hang naar perfectie en het studeren uit verouderde schaaklectuur. Alex is overigens wel een gevreesd snelschaker, die het de sterkste spelers heel moeilijk kan maken. Speelt bij voorkeur tegen Erik Hoeksema bij het snelschaken voor teams.
23
28. Johan Scharft (2007 - ) Johan bood zichzelf aan bij de Spassky’s, nadat de promotie naar de KNSB in 2007 een feit was. Johan kende een wat moeizame start in de KNSB maar is nu een belangrijke speler voor de club als puntenleverancier. 29. Kees Bonting (2007 - 2010) Kees kwam als super-sub bij de club na de verrassende promotie in 2007. Hij had jarenlang niet geschaakt, maar toonde wel duidelijk aan positiegevoel te hebben. Hij had moeite door zijn gebrek aan routine om zijn tijd goed in te delen tijdens een partij. Kees kon in de KNSB geen potten breken maar had als NOSBO-speler zeker waarde kunnen hebben. 30. Jan Joris Groenewold (2009-2010) Jan Joris heeft slechts één jaar bij ons gespeeld maar in dat jaar maakte hij veel e indruk met zijn spel en scorend vermogen. Met Jan Joris aan het 1 bord, eindigden e de Spassky’s het seizoen 2009-2010 zelfs als 2 in de competitie. Het had niet veel gescheeld of de Spassky’s waren gepromoveerd naar de landelijke tweede klasse. 31. Peter Bodewes (2010 - ) Peter is de nieuwste aanwinst en opvolger van Jan Joris, maar hij speelt schaaktechnisch gesproken in een andere divisie. Hij is een welkome aanvulling op de onderste borden. Peter heeft nog om een andere reden betekenis verworven. In 2001 schreef hij in de En Passant, het clubblad van SC Groningen, een artikel waarin de spelletjescultuur binnen onze club op magistrale wijze op de hak werd genomen. (Zie verderop in dit boek.) Peter heeft een eigen website waarop schaaklessen worden aangeboden: www.schaakcursus.com. In eigen beheer heeft hij ook een schaakscheurkalender uitgegeven.
Contributie De Spassky-historie kent de nodige perikelen op financieel gebied. Penningmeesters, kwamen en gingen. Verderop in dit jubileumboek staat een legendarisch financieel jaarverslag van Henk “nog één druk op de knop” Jansen, dat iedere presentatie van jaarcijfers, hoe wollig ook, doet verbleken. Rolf verzamelde de eerste schermutselingen op financieel gebied. De startcontributie was onwaarschijnlijk laag: 25 gulden voor het eerste seizoen.
24
e
Het 2 seizoen: de contributieverhoging bedraagt 50 cent.
25
e
Het 3 seizoen zit de clubkas inmiddels in zwaar weer. De beruchte “Platheffing” zal hier het gevolg van zijn. Zie laatste afbeelding.
26
Spasskywoordenboek Het Spasskywoordenboek werd door Henk van Putten (Putski) in 1995 geïntroduceerd. Het was afgekeken van iets vergelijkbaars dat ooit in het clubblad van SISSA had gestaan. Al gauw droegen ook andere leden bijdragen aan. In de onderstaande selectie staan dus ook lemma’s bedacht door Peter van Dokkum, Thale Hadderingh, Alex Hut, Alidston Henries, Henk Jansen en Marten Toonder. Het woordenboek zwol aan tot een lijvig lexicon. Hieronder derhalve een bloemlezing van lemmata. Een criterium voor opname hierin was dat aan het woord herkenbaar moet zijn welke persoon tussen de regels doorklinkt. AH-erlebnis: [zelfst.nw.] - krachtig ingrijpen dat met één volzin aan alle spatzkiekrommunicatie rigoureus een eind maakt en voor een verrassend nieuw perspectief zorgt. Het mailtje van Alidston vatte de discussie in een krachtige parafrase zeer kernachtig samen: 'Jongens, wat een gelul allemaal'. Vervolgens presenteerde hij zichzelf als flexibele oplossing. Deze verfrissende aanpak werd door de andere leden als een echte AH-erlebnis ervaren. 27
anti-dries: [zelfst.nw.] - uitleen-boycot (meestal van toepassing op één persoon). Toen de voorzitter van de schaakclub bij geen der leden meer om een fiets hoefde te komen, smeekte hij tijdens de ALV om opheffing van het algehele anti-dries dat tegen zijn persoon van kracht leek te zijn. anti-Hiddo-tape: [zelfst.nw.] - verzegelend plakband ter voorkoming van ongewenst gebruik van schaakmateriaal ten behoeve van jeugdtoernooien door plaatselijke jeugdleiders. De materiaalcommissaris van schaakclub de Spassky's liep paars aan toen hij breuklijnen constateerde in de anti-Hiddo-tape op de doos met Spassky-materiaal; zeer onhandig was getracht het stiekem openmaken van deze doos te verdoezelen. Inderdaad kwamen er even later lopers van ongelijke hoogte uit de dozen en glimmende koninginnen die zich niets aantrokken van hun matte eega’s. Ook plakten de plastic borden aan elkaar vast door colakringen. bergruimte: [zelfst.nw.] - een met het oog op rokers afgezonderd vertrek. Tijdens het weekend werden de nicotineverslaafden verbannen naar een bergruimte in een aanpalend gedeelte van de kampeerboerderij. betpeter: [zelfst.nw.] - bij het onbehoorlijke af eigenwijs individu; wijsneus. Op het congres van vooraanstaande sterrenkundigen wekte een jonge assistent in opleiding, een echte betpeter, grote ergernis door voortdurende interrupties, waarvan de ene helft begon met "I was just wondering..." en de andere helft met "Nevertheless I guess...". cobbig: [bijv.nw.] - het midden houdend tussen koppig en koddig; stug. Ondanks de lacherige blikken van zijn clubgenoten bleef de schaker cobbig volhouden dat hij ieder willekeurig clublid met vluggertjes naar Noordwijk zou kunnen jagen. dreasen: [werkw.] - Dries teasen. Het plagen van de persoon Dries. Na enkele warrige mailtjes werd de scribent van alle kanten gedreast. driest: [bijv.nw.] - impulsief, onnadenkend of soms overmatig optimistisch; balorig. Driest optreden van een van de spelers van de bezoekende schaakclub wekte zodanige ergernis dat er ondanks een verloren stelling bij de thuisspelende vereniging toch tot afbreken werd besloten en de reis Groningen - Emmen nogmaals in beide richtingen moest worden afgelegd. fret: [zelfst.nw.] - educatief, speels en fanatiek mechanisch beestje. De Sinterklaas-hit dit jaar was een fret: een robotdiertje dat games kan uitleggen, becommentariëren en zelfs meespelen. Helaas bleek de eerste versie van het apparaatje een kinderziekte te bevatten: onverwachte scheldkanonnades bij domme 28
zetten van medespelers in het nadeel van de fret joegen kinderen de stuipen op het lijf; tot huilens toe. Door een ontwerpfout kunnen deze tirades in fret 1.0 helaas niet worden afgezet, de hoop is dat dit euvel in fret 2.0 zal zijn opgelost. gnieden: [werkw.] - onbekommerd luieren en helemaal niets hoeven; lanterfanten. De jongeman had eigenlijk naar de spannende bergetappe willen kijken, maar al gniedend op de bank kon hij het maar niet opbrengen om zich uit te strekken naar de afstandbediening op tafel. Zo werd het een middagje MTV. hamkaas: [zelfst.nw.] - flauwe versnapering die met flink wat korreltjes zout genuttigd dient. Na de NOSBO-wedstrijd kwamen er zoveel hamkaas de wereld in dat teamleider Putski zich genoodzaakt zag om zowel bij de redactie van Unitasnieuws als bij verscheidene van zijn teamgenoten met een grote voordeelverpakking JOZO langs te gaan. henry-etze: [zelfst.nw.] - tot irritatie toe hameren op een eigenaardigheid, in het bijzonder als het in de ogen van het slachtoffer gaat om een discutabel fenomeen, gebaseerd op veel te weinig waarnemingen. Alidston werd zo vaak aangesproken op zijn ooit te laat komen dat er in zijn ogen sprake was van een Henry-etze. huttenkäse: [bijv.gebruikt zelfst.nw.] - boterzacht; geen enkele intrinsieke weerbaarheid bezittend. Onduidelijk was of nu de goede zet uit het verkeerde boekje, of de verkeerde zet uit het goede boekje de oorzaak was geweest, feit was dat de stelling van de zwartspeler na drie uur reizen binnen een half uur huttenkäse was. Hurdegaryp headache: [zelfst.nw.] - uiterst exotisch en moeilijk hanteerbaar lettertype. Doordat een van de stukjes voor het clubblad was opgemaakt in het "Hurdegaryp headache"-font, was de redactie genoodzaakt weer van voren af aan te beginnen; ten slotte moest zelfs de harde schijf opnieuw worden geformatteerd. jj-en: [werkw.]: onstandvastig opereren, van de ene club naar de andere jojo-en. Op de ALV werd er gestemd over het lot van een jj-end ex-clublid. JM-er: [zelfst.nw] - zeilboot gebruikt voor illegaal gokken in de binnenwateren. Toen de JM-er de boei rondde, vlogen de fiches in de rondte. koos-interruptus: [zelfst.nw.] - 1. Onverwachte stilte. Toen het na een half uurtje stolks opeens enige tellen stil was werd er opgekeken. Een plotselinge niesbui bij de spreker bleek de oorzaak van deze koos-interruptus. 29
2. onderbreking van een betoog. Na de zoveelste koos-interruptus tijdens zijn speluitleg vroeg de spreker zichtbaar geërgerd of hij misschien één keer mocht uitpraten. koosjer: [bijv.nw.] - overmatig vet (meestal in verband met voedsel), ranzig. Door plotselinge onwelheid van twee spelers kon het team van de Spassky's maar met zes man opkomen, hetgeen onverhuld werd toegeschreven aan het nogal koosjere maal dat vooraf was genuttigd: een gefrituurd stuk zwoerd, in smeltjus rondzwemmende aardappelkroketten en witlof-met-spek. koster-baten-analyse: [zelfst.nw.] - eenzijdige, ongenuanceerde visie op een gang van zaken. Na een volkomen gelijkopgaande strijd, resulterend in een potremise ongelijkelopers-eindspel, luidde de koster-baten-analyse van de witspeler: "Daar komt zwart goed weg." kostructie: [zelfst.nw.] - wonderlijk voorstel (meestal ter oplossing van een niet of nauwelijks bestaand probleem). Tijdens de ALV vielen er weer enkele verrassende kostructies op te tekenen. laan: [zelfst.nw] - tijdseenheid ter uitdrukking van de lengte van een denkpauze. Toen de speler na bijna drie lanen nagedacht te hebben eindelijk zijn beurt uitvoerde, bleken zijn opponenten stuk voor stuk ingedommeld te zijn. lichtlaan: [zelfst.nw] - onacceptabel lange denkpauze. Een eierwekker voorkwam dat er bij het ingewikkelde spel een lichtlaan gepuzzeld zou worden op de beste zet. narkoose: [zelfst.nw] - staat van lamlendigheid, desinteresse en laveloze laisser-faire. Tijdens het Spasskyweekend geraakten diverse leden in narkoose. Alles gleed af en er kwam niets zinnigs meer uit. patijanse: [zelfst.nw.] - zeer grote lankmoedigheid; engelengeduld. Zelfs tegenstanders begonnen hun bewondering te uiten voor de patijanse die de leden van het schaakteam betoonden met hun uiterst riskant spelende clubgenoot aan bord 6. Pizza Hut: [zelfst.nw.] pizzeria te Almelo, vermaard om zijn onwaarschijnlijke ronde pizza's, echter met zo’n bittere nasmaak dat consumptie ervan kan leiden tot een algeheel afzweren van het eten van deze lekkernij. Een hardnekkig gerucht is dat ze bereid worden uit een verouderd receptenboek. 30
Het bezoek aan Pizza Hut in Almelo, was het laatste optreden van het sympathieke clublid. postmobiel: [zelfst.nw.] – vervoermiddel gebruikt voor uitwedstrijden. Helaas was de postmobiel al langs de afslag gezoefd. raoulewapper: [zelfst.nw.] - meestal in de samenstelling help - uiterst onnozele sequentie van handelingen; blooper. De wedstrijd was koud een paar minuten oud toen de spelers verschrikt opkeken: aan het laatste bord had de zwartspeler een enorme helpraoulewapper geproduceerd, een klassiek stikmat vormde de slotstelling. rap van de alidstongriem gesneden: [werkw.uitdr.] - welbespraakt. Het nieuwe lid van schaakclub de Spassky's bleek een nogal rap van de alidstongriem gesneden persoon: in mum van tijd had hij tot ieders verbijstering Mr. Spassky Dries van diens decennialange koppositie in de praatjesparade verstoten. rekostructie: [zelfst.nw.] - een onder auspiciën van arbiter K. Stolk bepaald partijverloop, meestal na een wederzijdse tijdnoodfase waarin niet meer kon worden genoteerd. De sympathieke Tsjechische grootmeester vreesde de rekostructie zo zeer dat hij zijn partij opgaf; naderhand bleek dat in gewonnen positie te zijn geweest en met ruimschoots voldoende zetten gespeeld. rolf in schaapskleren: [staande uitdruk.] - januskop. De schijnbaar vriendelijke interviewer bleek een echte rolf in schaapskleren: hij verdraaide de woorden van de sympathieke jongeman zodanig dat het leek alsof deze baarlijke nonsens had uitgekraamd. Russische raoulette: [zelfst.nw] - het zonder voorbehoedsmiddelen bedrijven van de liefde. Russische raoulette leidde ertoe, dat er wederom een dochter geboren werd. shjansen: [werkw.] - vergroten van de toevalsfactor (meestal onbewust); met vuur spelen. De speler aan bord zes bleef maar shjansen. Voortdurend zette hij het spel op de wagen, waardoor beurtelings wit en zwart gewonnen kwamen te staan. spatzkiekrommunicatie: [zelfst.nw.] - multi-interpretabele, informatief bedoelde doch volkomen ondoorgrondelijke boodschap, waarbij aan de zenderzijde de stellige overtuiging ontstaat dat alles kraakhelder en in kannen en kruiken is, echter die aan de ontvangerkant slechts tot misverstanden, raadsels en zelftwijfel leidt. Heeft vaak de intussen beruchte “Spasskymailmihoen” tot gevolg. 31
Het mailtje van de teamleider beker was een fraai staaltje spatzkiekrommunicatie: het maakte wel duidelijk dat er binnenkort een bekerwedstrijd zou zijn, maar onder het mom van een 'geheime opstelling' bleef in het midden wie van de twaalf leden hij hiervoor wenste op te trommelen. stolk: [zelfst.nw.] - handig instrumentje dat allerlei doelen kan dienen. "Het is gewoon een stolk!" riep de dwerg opgewonden. "Als je de sprig in de gorrel hutst kan je verramen! Met een stolk natuurlijk." M. Toonder, Het verdwijnpunt. In: Bommelpocket "Altijd dezelfde", blz. 180. stolken: [werkw.] - iemand hinderlijk achtervolgen met grapjes. De achtstebordspeler werd dubbel gestraft: nadat hij door een ongelukje binnen een uur was matgezet, bleef een stolkende teamgenoot hem aan zijn stommiteit herinneren. stolks: [zelfst.nw.] - niet aflatende maalstroom van koeterwaals, apekool en lariekoek; gewauwel. De meeste mensen moeten even met een aspirientje op bed gaan liggen als er een half uur lang stolks in hun oren is getoeterd. stolksel: [zelfst.nw] - gedrocht van een maatregel, op voorhand genomen om ieder vermoeden van een schijn van iets dat op partijdigheid of vriendjespolitiek zou kunnen lijken in de kiem te smoren. De sympathieke schaakclub werd getroffen door een ernstig stolksel. Doordat een andere club zich te elfder ure terugtrok uit de competitie werden ze om niet veroordeeld tot verre uitwedstrijden in Terneuzen en Heerlen. Toen de secretaris van de club zich bovendien verstoutte tot een kritische noot over deze gang van zaken werd er zonder enige vorm van proces onmiddellijk 100 euro boete opgelegd wegens insubordinatie. thalen: [werkw.] - onstopbaar verlangen naar alcoholische versnaperingen. De speler aan bord 6 was thalende, hij bracht meer tijd aan de bar door dan aan zijn bord. tussenthalenserating: [zelfst.nw.] - realtime schaakrating waaraan geen enkel gegeven ontsnapt. De opstelling van de schaakvereniging wijzigde bijna om de vijf minuten, doordat iedere partij door een overactieve ratingcommissaris a tempo werd verwerkt. Wie een potje schaak op een vlooienmarkt speelde kon de consequenties voor de tussenthalenserating nog dezelfde avond op internet zien. verjanselen: [werkw.] - op onnavolgbare wijze wegblunderen; verprutsen. 32
Het was vreselijk. Al na tien minuten had de speler aan bord 5 twee lopers en een toren verjanseld. yskoud: [bijv. nw.] - getuigend van diep inzicht; koel en berekenend handelend. De speler aan bord 6 serveerde na een zorgvuldig opgebouwde partij de tegenstander op yskoude wijze af. "Ik stond wel goed", luidde zijn bescheiden commentaar na afloop.
Selected uitspraken Deel 1, website Supervisor Koos voorzag later alles van helder commentaar en probeerde Helmut Pfleger te imiteren. Henk J., Boris 2.2 De witspeler is nu nog slechts een schaduw van de man, die dacht gezellig een avondje te komen schaken. JM, Boris 2.3 De meest wrede matplaatjes, met veel gedeplaceerd hout meer, dreven mijn geestesoog voorbij. Slechts het aantal zetten was nog onbekend......... Zwetend aanschouw ik de latente druk op f7. Fred, Boris 2.4, Cobben - de Jong: Eins zu Null Nadat het ergste vuil van de borden is verwijderd, kan de wedstrijd beginnen. Fred, Boris 3.2 In het kot van de leeuw. Het zal geen verwondering wekken dat de tegenstanders van Rolf en Dries, twee gevluchte Oostduitsers, ons viertal aanzagen voor respectievelijk grootmeesters............ en voor vertegenwoordigers van een advocatenkantoor. De ware reden achter deze misverstanden was dat de eerste die het agrarische etablissement betrad, de heer Van Zon was, en een coltrui doet in deze contreien nog steeds wonderen. Edwin, Boris 6.2 Het is jammer dat Platje door zijn handicap niet bij daglicht kan spelen, anders zou hij in de komende jaren kunnen uitgroeien tot een gewaardeerde kracht voor de Spassky's. Edwin, Boris 6.3/6.4 33
Ik dien mij te vervoegen in een wijk waar de huizen hun beste tijd wel gehad hebben en de sociale vernieuwing wanhopige pogingen doet het tij van verval te keren........Ik bel aan bij een portiekwoning en de sticker op de deur "disaster area" doet het ergste vermoeden. Rolf, Boris 7.1, Het grote Joost Platje interview De archieven zijn vernietigd. Henk J., Boris 7.1, over de geschiedenis van de Spassky's De afschuwelijkste aan- en ervaringen met R. behoren tot de folklore van menig noordelijk schaakgenootschap. Peter, Boris 8.2, Charisma Het is maandagavond 13 oktober 1997. Een unicum in de turbulente historie der Spassky's. Voor het eerst zijn we de verkeerde kant op gepromoveerd, naar de eerste klas. Henk J., Boris 11.1 "Dit is het antwoordapparaat van Peter van Dokkum. Ik ben niet bereikbaar. Boodschappen kunt U achterlaten na de toon. Vragen over de Spassky's kunt u achterwege laten. Peter van Dokkum, voorzitter, Boris 11.2 Toen ze op een paar meter van ons waren genaderd, groette de burgemeester Peter uiterst joviaal. Voor mij een donderslag bij heldere hemel.............”Zeg kent de burgemeester jou?" "Ja” zei Peter, "sterrenkunde is zijn grote hobby. Maar het is een vreselijke amateur hoor.".....Ik liep een paar passen terug en zag dat Peter was blijven steken bij een zespersoonscabine..........waar hij tot mijn niet geringe verbazing een praatje aan het maken was met Harry Mulisch......... "Zeg kent Harry Mulisch jou nu ook al?"....."Ja" sprak Peter, en deze keer liet hij een toelichting zelfs achterwege. Henk van P, Boris 11.3, Een bekende Spassk Je kunt bij Thale spreken van heavy-metal-snurken. Henk J tegen Putski die de nacht op de bank heeft doorgebracht na verdreven te zijn door het gezaag van Thale Koos: "Gefeliciteerd met de bekeroverwinning. Het is volgens mij zeer lang geleden dat we er in deze fase nog in zitten."Harrie: "Koos, je hebt gelijk; het is maar liefst een jaar geleden dat we in de finale zaten." Selectie uit een mailwisseling na de gewonnen kwartfinale van de NOSBO-beker 2003 - 2004 tegen Hoogeveen 34
Dries speelt met het oog op zijn hypersensitiviteit voor complimentjes met oordopjes in. Zijn oren zullen daarom misschien wat vreemd ogen. Oogdruppels daarentegen moeten de oor-zaak van zijn slechte zicht wegnemen. Putski bereidt zijn team voor op de wedstrijd tegen Roden in januari 2004 "Ik had weinig zelfvertrouwen vanavond. Helaas kwam ik daar pas achter toen ik enkele zetten had gedaan." Rolfs ontboezemingen tegen Dries na de dik gewonnen wedstrijd tegen Haren 2 in november 2003 "Ondanks dat SISSA een goede ploeg is, blijven de Spassky's natuurlijk het beste NOSBO-team. Het onder tafel schuiven van ESG geeft de onbegrensde mogelijkheden weer, die helaas af en toe door geheimzinnige Sissaanse krachten aangetast worden." SISSA-forum, maart 2005
Deel 2, selectie uit Boris en mailverkeer
Begrijp wel, Spassky’s is een manier van denken en leven. Zorg dat je er bij bent als er iets gebeurt. Een Spassk is bijzonder. Zorg dat hij bijzonder blijft. Koos, Drank was teveel, Boris 2.1 In het paardeneindspel kon Jan Maarten toch nog winnen. Hiermee was wel een half pakje shag gemoeid en een ietwat rokerige atmosfeer. Janski, Boris 2.2 Fred onze huisclown, maakt op het bord ook weer grappen. Frits, Boris 2.2 Laatstelijk, in een depressieve bui, stond ik op het punt mijn partijen door de stortkoker te mieteren. Zo van het wordt toch nooit wat. Frits, Interview met Frits, Boris 2.4 Van een vrouw verliezen is het ergste wat er is. Frits, Interview met Frits, Boris 2.4 Soms tril ik over mijn hele lijf van de spanning. Koos, interview met Koos, Boris 2.5
35
De Walrus….Deze verlopen gelegenheid, door mij slechts gefrequenteerd als het echt moet, is gevuld met enkele gammele tafeltjes, wrakke stoelen en ander ondeugdelijk materiaal waaraan het slecht schaken is. Fred, In het kot van de leeuw, Boris 3.2 Koos, als altijd met zichtbare arrogantie, incasseerde het punt grijnzend. Na afloop had hij nog kapsones ook. Een typische speler die Koos. Zijn commentaar na afloop: “Ik heb geen moment gedacht dat ik niet zou kunnen winnen.” Janski, Boris 3.2. Op dit moment zit ik op het niveau kruk. Paul de Beurs, Interview met Paul de Beurs, Boris 3.2 Vanaf een uur of zes ’s avonds stiefelden de spelers bij huize Jansen naar binnen. Wat een zooitje! Maar wel gezellig, deze ongeordende troep schakers die geen van allen op elkaar lijken. Acte de présence gaven Rolf met zijn bulderende en aanstekelijke lach, Frits die twintig jaar te laat is geboren (te gek lekkere rijst), Koos die de wedstrijd reeds in zijn zak had. Pay de teamarts bij afwezigheid van JM en met een tas vol dope, Joost met zijn onmiskenbare flessenplop tijdens de schaakpartij. Dries als immer vriendelijk lachend maar een ware terrorist op de 64 velden. Fred die weer overal was geblesseerd en daarom een ongekende hersenactiviteit tentoonspreidde en ik, teamleider Henk, proberende het zwikje met Rosta in het gareel te houden. Janski, Een avondje op het platteland, Boris 3.3 Ik heb altijd sterk de behoefte de onsterfelijke partij te spelen. Het publiek staat drie rijen dik bij jouw bord te kijken en dan gooi je dat geniale offer er uit. Het publiek denkt verschrikt: wat doet ie nou? En dan plotseling zien ze het. Jan Maarten, Interview met Jan Maarten, Boris 4.1 Paul blijkt een meester in het namaken van het Rietvelddesign. Er staat een Rietveldstoel naast de kachel, geschatte cataloguswaarde f2000,-. De tafel waaraan we eten en het interview afnemen is eveneens een nagemaakte Rietveld. De boekenkasten gekocht (met alle respect) bij de Kwantumhallen, zijn in de bekende Rietveldkleuren geschilderd. Paul: ”Ik zou het hele huis niet vol willen zetten met Rietveld. Ik heb het nagemaakt omdat ik geen geld had om de originele meubels te kopen.” Jan Paul, Interview met Paul Verwaard, Boris 4.? Verder bestaat er de mogelijkheid “iets leuks” in de bossen te organiseren, waarbij de lustrumcie bij voorbaat een dropping uitsluit, aangezien de meeste Spassky’s op een schaakbord al de weg kwijtraken. Rolf, Verslag van de lustrumcie, Boris 5.1 36
Na enige verwarring blijkt Leek in Tolbert te schaken, in de Postwagen, vlakbij het Trekpaard. Van buiten slechts een kroeg met een warm biljart. Maar als je langs de bar schuifelt, kom je in een labyrint van gangen, deuren en trappen. Fred, Leek - Spassky’s, Boris 5.2 e
De 1 officiële sjoelclubSpasskykampioenschappen live vanuit Hellum centrum. Pay heeft de bak en niet de plaat gepoetst. Koos begint met veel lawaai. Mooie start. Na een discussie wanneer een schijf “er in zit” (we doen het normaal per discussie of vinger erlangs) gooit nu de flegmatieke, sympathieke Pay. “Fuck” zegt deze koene ridder. Hij presteert matig. “Shit” roept Pay. Nu komt zijn broertje. Dit gaat fijn. Koos moedigt hem aan, en dat helpt: ik ben super! Tot zover het relaas van Dries, dat hij meer van schaken weet is duidelijk. Dat Dries gewonnen heeft, heeft meer met de “bak” van doen dan met zijn sjoelvaardigheid. In een ander stukje legt hij uit wat in zijn visie sjoelen is (beuken). Dat werkt alleen op tweederangsbakken. De vaardigheid van ondergetekende en ook wel een beetje van Fred werd niet beloond. Daar komt nog bij dat elk twijfelgeval in het nadeel van Koos uitgelegd werd. Dat heeft mij zeker 30 punten gekost. Maar ach, de streber Koster wil nu eenmaal alles winnen. Koos, Sjoelen, Boris 5.3 Nietsvermoedend stapte ik de speelzaal binnen om aangesproken te worden door teamgenoot Flip: “Ben jij van Ypey-Expert?” Nu had ik het weekend ervoor een bezoek aan de kapper gebracht en, als ik het mij goed herinner, staken mijn voeten in nieuwe schoenen, maar als men bedenkt dat Flip al zes keer voor het zesde was uitgekomen dan verbleekt ieder excuus. Peter als speler van SC Groningen wordt begroet door een teamgenoot En Passant, 28.10, juni 1991 Laten we het nu eens niet over de notulen hebben. Voor liefhebbers: ze zijn bij de redactie bekend, overgoten met zeldzame bacillen en gewoon niet om aan te zien. Redactie, Boris 6.1 Als een Spassky plaatsneemt tegenover zijn tegenstander dan gelden slechts de gevleugelde woorden van een spierbonk met spraakgebrek: ”I am your worst nightmare.” Edwin, Een nachtmerrie, Boris 6.2 Als je maar niet denkt dat ik op de knieën ga. Jan Maarten, Boris 6.2 “Edwin telefoon.” “Met Edwin”. “Ja hallo met Rammelbak. Ik ben de eerstebordspeler van Emmen, gelukkig nieuwjaar overigens. Volgens mij kennen wij elkaar. We hebben volgens mij wel eens tegen elkaar gespeeld” 37
“Uw naam komt mij inderdaad wel bekend voor” Edwin. De heer Rammelbak 2, Boris 6.2 Een paar weken later werd ik echter met hetzelfde gemak weer op de reservelijst gezet: na een interne machtsstrijd was er gestemd en ene Biemolt had mij verslagen. Het is niet zonder leedvermaak dat ik sindsdien kennis neem van de pijnlijke nederlagen die de Spassky’s te slikken krijgen (Assen - Spassky’s 7 -1!). Putski, Boris 6.3 & 6.4 Ook op dit late tijdstip klonk zijn stem opvallend luid. “Hoe heb je gespeeld?” “In het begin stond ik gelijk. Langzamerhand kwam ik steeds beter te staan….” Zo ging het minuten lang door en uw teamleider dacht dat Koos een punt had gescoord. “En toen gaf ik mijn dame weg en verloor ik.” U zei? Niet alleen uw teamleider had niet optimaal gepresteerd die avond. Tammo, in een telefonisch gesprek met Koos, Spassky’s - SISSA 3, Boris 7.1 Ik hoorde later dat Cobben en van Zon met een aantal lieden nog tot half acht gestapt hadden. Ach ja, Cobben wordt ook een dagje ouder. De dinsdag ervoor was het half tien. Joost, Boris 7.1 Ik moest maar weer eens een pan snert met varkenskluif gaan maken. Joost, Boris 7.1 Henk hoeft geen “Platheffing” te betalen maar moet zich voor fl.15.00 inkopen. Notulen ALV 06091991, Boris 7.2 Rondvraag: Slechts gelurk aan bierflesjes is hoorbaar. Jan Maarten, notulen ALV 02091994, Boris 8.1 Men spreekt de vrees uit dat er na de beruchte “Platheffing” van enkele jaren geleden een “Platjesheffing” zit aan te komen. De penningmeester zal er alles aan doen dit te voorkomen. Notulen ALV 02091994, Boris 8.1 Rammelbak zit op bord 1, omdat er dan maar één iemand naast hem hoeft te zitten. Jan Maarten, Boris 8.2 Jarenlang was de variant een zorgvuldig bewaard geheim; analyseren deed ik slechts in vergrendelde torenkamers met eunuchen op wacht, maar na enkele vreselijke nederlagen tegen Dries is de lol er een beetje af en wil ik het deksel van het magische doosje wel op een kiertje zetten. 38
Peter, Slachtafval, over de ruilvariant van het Frans, Boris 8.3 De kleur van mijn haar is donkerbruin en mijn onderlinge score tegen Koos Stolk is ½½. (Ik heb wel eens aan een oorzakelijk verband tussen deze twee gegevens gedacht, maar ik stuitte op legio schakers met óók donkerbruin haar en desondanks een forse plusscore tegen Koos….en wat nog verwarrender is: ook het merendeel van de schakers zònder donkerbruin haar heeft een riante plusscore tegen Koos) Putski, Bij mijn komst, Boris 8.4 Met de a-pion kun je een heleboel dingen doen. Raoul, Boris 9.1 Dries: ”Pa4, origineel, maar wat doet ie daar?” Arjen: “Ik heb het Anand eens zien doen…..maar dat was wel een andere stelling.” Boris 9.1 Ik noem de Lockbike-affaire, welke Dries nog geregeld met een gil doet wakker worden en die Peter noopte tot het afleggen van alle Spassky-onderscheidingen en hem verbood nog in het openbaar te verschijnen in Spassky-uniform. Putski over enkele dieptepuntjes in Peters lidmaatschap, Boris, 11.4 Peter en ik spraken af dat ik hem zou laten winnen. Dat zal achteraf, beschouwd vanuit een luie fauteuil en met een stel voeten op de salontafel een gemakkelijke opgave lijken, ethische bezwaren daargelaten. Immers: onze scheidende voorzitter kent de loop der stukken en is bovendien bekend met het feit dat het in ons edele spel om den koning draait. Maar oef!! Wat viel het mij tijdens die partij tegen om Peter de helpende hand toe te steken! Hij speelde zo tenenkrommend slecht dat ik alle zeilen moest bijzetten om hem niet per ongeluk mat te zetten, of met één verveeld gebaar van al zijn matpotentieel te ontdoen. Putski, Van onze correspondent te A., Boris 11.4 Ik blijk achteraf de enige te zijn die een halfje liet liggen afgelopen woensdag. We zijn beesten!!!!!!!! e Dries over een met 7½-½ gewonnen wedstrijd in de 1 klasse Nosbo. "Curtains." Jan Maarten neemt afscheid van de Spassky's per mail. Boris, 12.2 Bart: ”La3 is ook een goede zet.” Dries: ”Dat is geen Dries-zet”. Arjen: ”Dat is een Henk-Jansen-zet”. Dries à tempo: ”Daarom wint hij ook minder.” Tijdens de analyse van Bart Romijn -Dries Koster 0-1, Boris 13.1
39
Micha, je hebt nu kennis gemaakt met Dries Koster, de man die sneller handelt dan hij later ooit kan recht breien. Troost je, wij delen ons schaakleven met de man. Het is echt dweilen met de kraan open. Zucht ... Thale laat zijn licht schijnen over de zaak J.J. Ham (2001). Ik moet er vandoor, mijn fiets gaat. Putski, Boris 14.1 Pay: “mijn zoon Mathijs is gisteren met F4 kampioen geworden.” Dries: “hé, je zoon schaakt, leuk!” Pay: “nee hij voetbalt.” Boris 14.1 De notulen zijn bagger. Gerard tijdens ALV. Ik baal echt van deze nederlaag. Kijk, jij hebt als een kruk gespeeld, maar ik speelde goed. Dries tegen Harrie na de verloren bekerfinale, Boris 2002-2004, nr. 1 Gelukkig had de bevallige bardame koffie gezet met een hoefijzer er in. Dat soort koffie doet wonderen bij Jansen en dan zijn er Kansen. Een listig pionoffer, wit hapt toe. Plotseling is het zwarte loperpaar ontketend en wordt veld f1 onder zware röntgenstraling gezet. Er is geen verdediging meer, stukwinst en de stand is 1½- 1½. Rolf, Assen - Spassky’s, Boris 2002-2004, nr. 1. Ik kom hier niet voor jou Dries, maar voor jouw computer. Rolf, bij Dries thuis tijdens de zomercompetitie 2004. Mochten er door de kascie gaten in de begroting ontdekt worden, dan zullen we niet kunnen ontkomen aan een substantiële tariefsverhoging. Ook het gereduceerd tarief komt dan zwaar onder druk te staan. notulen ALV 9 juli 2004. Raoul, de penningmeester, kent nog wat aanloopproblemen (overmacht) en kan ons nog niet voorzien van een financieel plaatje dat hout snijdt. De meest zinnige opmerking betreft vooralsnog het vermelden van het nieuwe Spassky’s gironummer: 4822787. notulen ALV 9 juli 2004. In een verbazingwekkende entourage heeft vrijdagavond de vierde avond bij Raoul plaatsgevonden. Wie niet geweest is moet echt eens met Raoul afspreken in wat ik in gedachten steeds maar als "een enorme asbestbouwval" benoem. 40
Putski over een avondje zomercompetitie bij Raoul, 2004 Welk team is dit? Jos van Weperen van SC Groningen vraagt het aan Dries, Boris jaargang 2004-2005, nr. 1. Een oudere man kijkt mij aan. Dries: “zit hier schaakclub Assen?“ De oudere man: “jawel, we spelen hier.” Dries: “dan bent u verhuisd” (uiteraard doelende op de schaakclub). De oudere man verbaasd: “wat weet u dat goed, ik woonde vroeger in Leek.” Dries, Boris jaargang 2004-2005. Toen de secretaris een houten stoel naar zich toe wilde trekken, bleef het onderstel staan en hield hij wat spijlen over van wat eens een rugleuning was geweest. Ook hier ligt een mooie taak voor de materiaalcommissie: een interieuradvies. Rolf, over het meubilair ten huize van bestuurslid Logtmeijer, ALV 1 juli 2005 Ook wat later was Jan. En vervolgens als eerste weer weg. Zijn binnenkomst gaat al gepaard met een mobiel gerinkel. Tubular Bells van Mike Oldfield, beter bekend als Bassie en Adriaan die de achtervolging inzetten, wie kent het niet? Putski over Jans afgaande mobiel, Unitas 4 - Spassky’s, Boris 2005-2006, nr. 1 Het is in schakerskringen gebruik om nederlagen, hoe dik ook, naar overwinningen te analyseren, Zo van: Rolf stond helemaal gewonnen, maar miste een eeuwig-schaakgrapje, Henk zag mat in 3 over het hoofd en had vervolgens te weinig compensatie voor het fraai geofferde stuk, Dries had ook moeten winnen - hij stond zo mooi, Jan werd in een potremise eindspel door zijn vlag gejaagd enzovoort, etc., ga zo door. Jongens, niets van dit alles! SISSA won gisterenavond overtuigend met 2½-5½. Van de door hen gesnelde koppen van Rolf, Jan en Janski heb ik niet veel gezien, maar mopperen hoorde ik ze niet na afloop, deze koppen. Er was eerder sprake van een hoofdelijk, bedremmeld zwijgen. Putski over Spassky’s – SISSA II, februari 2006 Alidston speelt vanaf het begin met vuur. Shjansend aan zowel bar als bord met alles en iedereen, horen wij zijn gekraai vanaf het moment dat hij binnenwandelt. Putski, SISSA 2- Spassky’s 2006, oktober 2006 Maar dan verschijnt de oude Harrie ten tonele, de Harrie die als de Baron von Munchhausen zichzelf uit het moeras trekt met een onwaarschijnlijke schwindle. Een schwindle die zelfs de toeschouwers niet gezien hebben. Rolf, Unitas 4 - Spassky’s, januari 2007
41
Putski behoeft niet per se Filet Americain en maakt van het laatste bord (rating 1330) gewoon gehakt. Alidston, ESG - Spassky’s, maart 2007 Ja, we hebben een rondje rond de kerk gereden, we hebben de kermis gezien en een oneerbaar voorstel gedaan aan een argeloze mevrouw, omdat we de weg kwijt waren. Het had niet veel gescheeld of (ik noem zijn naam hier niet, gebrouilleerd raken met clubgenoten is niet mijn sterkste kant) was meegenomen naar het bureau. Hadden we direct al met 1-0 achter gestaan. Ja, Kollum is the place to be. Rolf, De Twee Kastelen - Spassky’s, bekerwedstrijd oktober 2007 Het ligt volgens mij aan die Russisch aandoende baard. Nooit meer afscheren! Putski weet hier de religieuze basis vermoedelijk wel van te achterhalen. Tevens is de tactiek van de ‘Geurende Eierkoeken’ in combinatie met de loper op f4 spitsvondig en geeft maar weer eens aan hoe een goede voorbereiding de basis is voor succes. Edwin over Raouls eclatante succes in Dieren 2008 (zie ook foto bij Rugnummers). Jaja, 5-3 tegen Doetinchem! Een dijk van een competitiestart. Daarna nog goed getafeld in café Jansen (what else?) in Doetinchem en rustig toeren naar huis. Lekker, zo'n match..... Janski, Doetinchem - Spassky’s, september 2008 Het eten achteraf was erg gezellig. Rolf schreef geschiedenis door als eerste man ooit een vegetarisch gerecht te bestellen in het desbetreffende eetcafé. Maurits, WSG - Spassky’s, maart 2009 Dries zat de hele middag met zijn alles-gezien-gezicht te spelen. Putski, Spassky's - Homburg Apeldoorn 3, februari 2009 De match werd een vrij kansloze veldtocht. Veel ging gewoon verkeerd. Mijn tegenstander dacht lang na op het verkeerde moment, Maurits bereidde zich voor op de verkeerde kleur, Dries volgde een variant uit het verkeerde boekje, Janski kwam in het verkeerde eindspel terecht, Alidston verbond twee draadjes in zijn hoofd verkeerd en onze reserve Jan dronk na afloop bij de Marokkaan zijn koffie verkeerd. Bredero zei het al: het kan verkeerd gaan. Putski, Spassky's - Talentteam GrUNn/Unitas, maart 2009 Na een zet of tien kon ik met een gerust hart de altijd wat door herhaald gebruik vunzige, maar zeer sympathieke, consumptiebon verzilveren. Jan Joris, Haren 2 - Spassky’s, maart 2010
42
Met deze man zal het nooit wat worden Dit was wat een hoogwaardige Spassk ooit van mij dacht. En had hij gelijk? Is dit niet het grootste compliment dat gemaakt kan worden? Aangezien ik, zoals Groucho Marx al stelde, geen lid van een club wil worden waar ze lieden zoals mij aannemen? Als beginnend student doolde ik in de duistere spelonken van de Visserstraat 56, waar de Groninger Studentenbond ooit betere tijden gekend had. Een zekere Frits P., verkerende in dampen van tabak en geneesmiddelen vallende onder de chemische groepen OH, prees een geheimzinnig eliteclubje. Waar ik eventueel, mogelijk, dan wel toch wel toegelaten zou kunnen worden. Maar eerst moest een geheimzinnig intern ritueel plaatsvinden. En zo kwam een, in de ogen van Dries, Barhangende Bierslemper in het heilige der heiligen. Koos op de zenuwen werkend met het ploppen van een fris flesje pils. Dit beeld werd gesterkt door Rolfs fabelachtige interview in Huize Disaster Area. Alwaar Fast Eddy, een voormalig Selwerdflat-genoot van Koos, mede-vegeteerde. Niet wetend dat deze man ooit met Paul de B. een schaakclub op het Heymanscollege had opgezet. En in het Literair Café discussiegenoot was van de vriend van een familielid van Pay. En met Rolf de zin van ziek zijn en citroensapkuurtjes bediscussieerde. Awel, zou het met deze man nooit wat geworden zijn, al ware het niet de Spassky’s? De man die op NOSBO-snelschaken voor teams een concurrerend vriendenteam met Sissanen opzette? Die een door de Spassken gewonnen metworst verorberde? In zijn handen gedrukt door een duister individu die dit getransmuteerde varkensdeel op voze wijze verkregen had? Was het Dries met zijn rake en waardevolle opmerkingen dan wel adviezen? Was het grootmeester JM die eeuwige roem verdient vanwege zijn geloof in een betere toekomst? Zijn grootse uitspraken die in mijn geheugen verankerd zijn, zoals “wat in het vat zit verzuurt niet, maar je moet wel oppassen dat een ander het vat niet leeg eet?” Of is het zoals in één van Philip K. Dick’s verhalen, waar mensen door de terugdraaiende tijd weer uit het graf opstaan en dan een omgekeerd eetpatroon ontwikkelen om uiteindelijk weer in de schepper te verdwijnen? Dat alles stroomt en zijn gang gaat, en dat alleen de mooie momenten blijven? Dat, ook als het nooit wat met ons wordt, het toch wel goed zal komen? Dat de legende van de Spassky’s zelfs het meest wanhopige, hopeloze wrak van ellende en treurend verval tot een fleurend voorbeeld van vooruitgang maakt? Is het de Voorstelling die de Wil doet vervagen tot een eeuwigdurend festijn? Joost
43
Borisarchief, website en mail: verslagen en andere stukken
Drank was teveel (Boris 2.1, 1987) De Spassky’s deden mee aan het jaarlijks vluggerfestival. Het NOSBO-kampioenschap voor teams. De Spassky’s? Een was er aanwezig. De rest waren invallers. Wat gebeurde er op die gedenkwaardige 15 mei in het denksportcentrum? We begonnen onder de gedreven leiding van Paul de Beurs en Frits Plat zeer goed. Hoge scores werden behaald. We kwamen boven onze stand. We vielen ver terug. Dit werd hoofdzakelijk veroorzaakt door de drank. Aan de tabel valt af te lezen wie er aan de cola bleef. Nog steeds zit in mijn herinnering de schok die ik kreeg van de Haren-1 speler die mij in mijn al aangeschoten toestand opeens “vlag” toebrulde. Dit was des te pijnlijk, omdat ik op datzelfde moment de matzet wou uitvoeren. Wat ook opvalt, zijn de vele remises van Teunis, een gebeurde al na vijf zetten. Maar van hem moet wel gezegd worden dat zijn score beter werd na elke pot bier. Om half twee was het afgelopen. Groningen werd kampioen. Wij zelf werden vierde in groep vier. Het was reuzegezellig en voor herhaling vatbaar. De enige smet: waar waren al die Spassken die wel vooraf hadden toegezegd. Begrijp wel: Spassky’s is een manier van denken en leven. Zorg dat je erbij bent als er iets gebeurt. Een Spassk is bijzonder. Zorg dat hij bijzonder blijft. Verzin activiteiten, zet je er voor in. Schrijf voor het clubblad. Koos Noot redactie: Alex Hut (!) 9, Dries Koster 11.5, Tim Loos 7, Koos Stolk 8 en Teunis 6.5. Koos was toen het enige lid dat meedeed, Dries kwam vlak daarna erbij.
Cobben verslaat Keizer (Boris 2.3, 1988) Nu Kasparov zichzelf in zijn nieuwe boek tot “The Greatest of All Times” heeft uitgeroepen is arrogantie troef in de schaakwereld. Als aanvulling werd dan ook, geheel genereus, onderstaande analyse kosteloos afgestaan aan ons aller BORIS, dat onvolprezen blad. Wit: Keizer (Leek 2) Zwart: Cobben (Een Spassky, maar hoelang nog wordt hij getolereerd??) 1.e4 e5 2.Pf3 Pc6 3. Lb5 a6 4. La4 Pf6 5.0-0 Le7 6. Te1 b5 7. Lb3 0-0 8. c3 d5 De aloude Marshall. Wit verzonk in diep gepeins. In psychologische zin speelde zwart van nu af aan een gewonnen partij. 9. xd5 Pxd5 10. Pxe5 Pxe5 11. Txe5 Pf6. De oudste zet van dit gambiet. Tegen spelers van niveau Karpov iets minder, maar overigens zeker speelbaar. 12. f3? Dodelijke verzwakking van koningsstelling. De 44
oervariant luidt (12.d4 Ld6 13. Te1 Pg4 14. h3 Dh4 15. Df3 Pxf2 16. Dxf2 Lh2+! 17. Kf1 Lg3 met kansen ) 12…Ld6 13. Te2 Ph5 (Misschien is zelfs 13….Pg4 speelbaar 14. xg4 Lxg4 etc.) 14. De1 Pf4 15. Lc2? Na 25 minuten zweten gespeeld. In feite al capitulatie. De enige kans lag in 15. Te3. 15….Pxe2+ 16. Dxe2 Dh4 17.g3 Lxg3!? Speculatief? Echter mentaal gezien een krachtzet. Witspeler zit gebroken achter de houtjes. 18. xg3 Dxg3+ 19. Dg2 De1+ 20. Df1 Te8 21. Le4 Ai, ein kleines Ubersehen. Maar niet te lang getreurd (tijd zwart hier ca. 20 minuten). 21…Dg3+ 22. Dg2 De1+ 23. Df1 Alweer een zuiver psychologische manoeuvre. ’t Is wit die wanhopig naar de zwarte pijpen danst. 23….Dh4!?
XABCDEFGHY 8r+l+r+k+( 7+-zp-+pzpp' 6p+-+-+-+& 5+p+-+-+-% 4-+-+L+-wq$ 3+-zP-+P+-# 2PzP-zP-+-+" 1tRNvL-+QmK-! xabcdefghy Dit is de stelling waar het om gaat. De zet werd slechts gespeeld na een kort doch intensief overleg met de non-playing captain. Volgens geruchten en boze tongen zou zwart hier verloren staan. Achteraf werden zelfs geluiden als “zwijnkont” gehoord. Ik stel voor dat bepaalde mensen deze stelling tegen de zwartspeler, met laten we zeggen 10 min. pp. en f 5,- inzet, uitspelen, dan praten we daarna wel verder. 24. Df2 Txe4!? Hopla. De witspeler is nu nog slechts een schaduw van de man, die dacht gezellig een avondje te komen schaken. 25. xe4 Dxe4 een stelling is ontstaan, waarin wit een stuk tegen 2 pionnen heeft, echter enigszins onderontwikkeld is en met een niet meer geheel intacte koningsstelling behept. 26.Dg2 De1+ 27. Df1 Dh4 28. Df2 Dh5 29. Dg2 wat anders? (29. d4 Lb7 A.30.Kf1 Te8 31.Le3 Dd1+ etc. B. 30.De3 Dh1+ 31. Kf2 Dg2+ 32. Kf1 Lc6 etc.) 29...Tb8 30.d3 Lb7 31. Dg3 Dd1+ 32. Kf2 Dxc1 Nu wint op 33. Dxc7 behalve Te8 ook eenvoudig 33….Dd2+ 34.Kg3 Dg2+ 35.Kh4 g5+ 36. Kh5 Lf3+ 37. Kh6 Dh3+ 38.Kxg5 Dg4+ 39. Kf6 De6+ 40. Kg5 h6+ 41. Kf4 Dg4+ 42.Ke3 Te8+ 43. Kd2 Te2+ 44. Kd1 Dg1++, een variant die slechts zijvarianten met wit dameverlies kent. Wit vindt een snellere methode. 33.Pd2? Dxd2+ en na nog 2 zetten gaf wat er nog van wit over was, op. Jan Maarten 45
Cobben - De Jong Eins zu Null (Boris 2.4, 1988)
XHGFEDCBAY 1-mKR+QvLNtR! 2zPP+-zPPzPP" 3-+N+-+-+# 4+l+n+-+-$ 5-+-zp-+-+% 6+-+-+-+-& 7pzpL+kzppzp' 8tr-vl-wq-snr( xhgfedcbay Wat moet ik er verder van zeggen. Zonder illusies or whatsoever vertrok ik naar de Wijert-Zuid om mijn eerste interne partij tegen een van onze kanonnen te spelen, en dus mijn jongste nul aan de onafzienbare reeks van dit seizoen toe te voegen. Informanten meldden mij dat Cobben Koningsgambiet speelde. Dat zou dus een gruwelijke klap worden. De meest wrede matplaatjes, met veel gedeplaceerd hout meer, dreven mijn geestesoog voorbij. Slechts het aantal zetten was nog onbekend. Vanwaar dit leed, ik hoef toch ook geen 10 km tegen Bert Koopmans te rijden; ik mag in mijn aparte klassen krukken. Meer denkend aan het dagje Amsterdam van morgen schuif ik achter het bord. 1.e4 e5 Ik schik mij reeds in mijn lot, het kan niet anders, van andere openingen heb ik totaal geen kaas gegeten. 2. f4 Pf6 Weet ik nog van Henk, volgens hem kan er nu niets ernstigs meer gebeuren. Maar dit soort stellingen liggen mij totaal niet. Het juiste pad is mij te smal, een kleine misstap is al fataal. 3.Pf3 Pxe4 Ik neem, alhoewel dat per definitie verdacht is, dit soort onzekerheid is beklemmend. Het rattenkruid ligt over het hele bord. 4.fxe5 d6 Nu al ben ik het slachtoffer van de opening, verblind door onzekerheid verval ik in passiviteit, ik weet dat dit niet goed is. Maar beter zie ik niet. Nu achteraf wel: simpelweg d5 biedt gezond spel. Vanaf nu is mijn lot definitief, ik bevind mij op de Verliehrerstrasse en dans naar de pijpen van Cobben. Als een nachtvlinder op het licht ga ik op mijn ondergang af 5.Lc4 Lg4 Ik wist dat dit zou gebeuren. Zwetend aanschouw ik de latente druk op f7. Compleet verkokerd denkend, leg ik een falende remedie op het bord. Kurze Rochade leider ubersehen. 6.0-0 dxe5 Precies op het goede moment sla ik toe, slechtere zetten dan de laatste drie zijn eigenlijk onmogelijk. Ik aanvaard mijn 46
lot, het stond al vast, maar ik heb toch wel vreselijk zitten knoeien. Ik kijk nog eens naar mijn notatiebiljet waar het nu definitief de goot inging. Te erg voor woorden. 7.Lxf7+… Het einde. Het is alleen nog te vroeg om mij te gaan bedrinken. Wat doe ik hier eigenlijk nog. Ik kies voor een waardig slot: ik sla de hand aan mijzelf: 7. … Kd7 Mission completed, ik zet de klok stil. Opgelucht kan ik naar huis. Fred
Weer gepromoveerd!!!! (Verslag Oostermoer – Spassky’s, Boris 2.5, 1988) Donderdag 24 maart 1988, een historische dag voor de Spassky’s. Weliswaar werd de beslissende stap pas twee weken erna gezet, maar de voorzet op deze dag gegeven, was niet meer te missen. Hoe kwam dit alles tot stand? Vooraf waren wij helemaal niet zo gerust op een goede afloop. Laten we het even bord voor bord bekijken. Dries, onze rots in de branding, hij zou wel winnen. Dat doet hij tenslotte altijd. Al was de voorbereiding van deze rustige burgerman ernstig verstoord door een laat diner. Henk blijft een twijfelgeval, deze hoogbegaafde schaker gaat soms op de meest onverklaarbare wijze de boot in. RemiseFritsje, het woord zegt het al. Wat wil je ook als Andersson een van je favoriete schakers is. Jan Maarten, ach Jan Maarten, deze met veel gejuich binnengehaalde schaker doet de laatste tijd niets anders dan fel bevochten nullen met dubieuze systemen scoren. Daarbij kwam deze keer dat hij zijn boterhammetje met Venz hagelslag niet gekregen had. Koos, hij verkeerde al drie maanden in een ernstige vormcrisis en zijn patiencekaarten voorspelden een nederlaag. Rolf, normaal gesproken een winstpartij, maar hoe bitter, hij was ziek. Een Spassk waardig kwam hij toch. Een lid van deze club laat zich niet door zeg maar 42 graden koorts uit het veld slaan. Wij mannen van stavast. Paul V (Pay) wat van hem te zeggen. Altijd verrast hij je. Alleen door zijn gebrekkige openingskennis wordt hij ook wel eens zelf verrast. Paul de B. heeft het dit jaar zeer druk met zijn studie gehad. Zijn schaken heeft hieronder duidelijk te lijden gehad. Dus ook hij een onzekere factor. Daarbij zat de nederlaag tegen Haren onderhuids het zelfvertrouwen nog verder aan te tasten. Tot besluit van deze inleiding: de portemonnee moest ook ernstig aangesproken worden, omdat Dries zijn auto onvrijwillig uitgeleend had. Over naar de wedstrijd. In een benauwde zaal van een over het paard getild duur hotel vond het plaats. Pay voldeed aan de prognose en werd verrast, verlies. Ai. Hij kreeg het Lettisch gambiet te verwerken. Paul was de volgende die klaar was. In een voor hem iets nadelige stelling kreeg hij remise aangeboden. Het eerste halfje was binnen. Dries speelde een gave partij en haalde uiteindelijke de winst binnen, al was dit zeker niet zonder slag of stoot. 7 uit 7 heeft hij dit seizoen behaald, goed voor een beloning van de bond. Applaus. Koos, zoals later duidelijk werd, maakte een einde aan zijn vormcrises. Zonder zijn tegenstander maar een enkele kans te geven, won 47
hij. Jan Maarten kreeg ook geen kans, zonder het te beseffen speelde de oude K. Top de wedstrijd van zijn leven. In de analyse bleek dat hij geen van de varianten gezien had. Maar dit is ook niet nodig als je steeds de juiste zet doet. De overige drie partijen werden afgebroken. Twee en een half beide dus. Henk had slechter gestaan, maar nam een kwaliteit mee en stond gewonnen. Rolf deed het rustig aan. Geheel positioneel gespeeld stond hij in de afgebroken stand een pion voor, met een overweldigende stelling. Frits knoeide er zoals gewoonlijk weer lustig op los. Zijn afgebroken stelling was remise omdat zijn tegenstander een loper van de verkeerde kleur overhield. Het uitspelen leverde geen problemen op en met 5-3 was het kampioenschap een feit. Driewerf hoera!!! Koos
Schaaktaal (Boris 3.1, 1988) Dit artikel is een eerste aanzet enige gebezigde en nog te gebruiken schaaktaal in kaart te brengen. Opvallend aspect hierbij is dat het jargon zo hier en daar een welhaast overmatig gewelddadig en sadistisch karakter heeft. Aan u als schaker of zo u wilt commentator de keus uit dit arsenaal te putten, teneinde de partijen van uzelf of anderen van het nodige cachet te voorzien. De Tegenstander: in het pak naaien (uit het beurswezen) - een oor aannaaien (HJ) opbrengen - arresteren - oprollen - aankranten - wurgen- molesteren - aanschroeven - beschwindelen (bezwendelen) - flessen - kortsluiten - aftasten - afserveren (uit de horeca) - insnoeren - elimineren - intimideren - hakken - pletten - van het bord zetten - alle hoeken van het bord laten zien (een toeristische rondleiding?) - uitroken (kun je ook doen door een atmosfeerverzieker in de hens te steken - een zware pijp laten roken - verschroeien - inmaken (tegenwoordig met boter en suiker) - doordraaien (net zoals een partij tomaten) - schuren - vastspijkeren (bij voorkeur op de onderste rij) - over de kling jagen - beurs spelen - op sterk water zetten - “kalt stellen”(cg kaltgestellt) - mishandelen. Over Jezelf: de teil ingaan (we gingen met 5-3 de teil in) - de pottenbak opgaan (Hein Vergeer) - ik zat met een slecht gebit (pionnenstelling was een Emmentaler kaas) - de verdediging was zo lek als een zeef, toch kreeg ik het lek boven water. - Uit De Voetballerij: achterin 1 tegen 1 spelen (betekent zoiets als dat je per se moet winnen) e e - regisseur op het middenveld ( de 4 of 5 bordspeler) - architect op het middenveld e (idem) - pinchhitter (invaller) - targetman (1 bordspeler) – klantenbinding (aan klantenbinding doen, dus een partij spelen die de aandacht trekt) - lange halen snel thuis (op g7 -g6 h4-h5-h6 spelen en snel winnen) - ballen hoog voor de pot (wanhoopsoffensief) – gallery-play (alles lukt, dus: schoonheid). 48
Laatste Ingevingen: Einsatzfreudig (Sportschau) - inertie (luiheid) - de apocalyptische ruiters drongen de stelling binnen - randgroepschaker (zijn de Spassky’s) - plusremise - wurgwinst - delibereren (bij een analyse) - het technisch loopvermogen van de paarden - schaaktoerist - zondagschaker (knoeier) - schuiver (passivo) – heggeschaarvariant (de onderste rij afgrazen) - postkoets (opening met einsatzfreudige paard manoeuvres) - finishing touch - lijm aan de stukken (niets weggeven) - de zwakke plek in het schaakharnas - beton (kom je niet door heen)- betonrot (je vreet het beton op) - sofzet - stoomwalsmaatschappij ….. (vul hier je eigen naam in) - vangrail (verdediging) - loopgraven - turboschaak - pseudo pletwerk - de aandeelhouder wint (beurskrach) - casinoschaak - Russische roulette - optische voordelen - nachsetzen (doordrukken) - een duistere partij op de mat leggen (de Jong) - coördinatie - latente druk - interesting gespielt (taalfoutje, doet het altijd leuk tijdens een vluggertje) esthetisch verantwoord (minder goede voortzetting die sterft in schoonheid) - een gelopen koers - Obersturmbahnfahrer (schaakfascist) - stukkenstamper (iemand met een overontwikkeld machocomplex) - objectiviteit (tref je zelden aan in de schaakwereld) Rolf
Bukowski - Spassky (Boris 3.4, 1989) Geachte Spassky’s, Een café-eigenaar in Haarlem vond de sfeer die de Amerikaanse schrijver Bukowski opriep in zijn geschriften zo typerend voor zijn café dat hij zijn café doopte met de naam Bukowski. Om dit tot uitdrukking te laten komen, had hij de beeltenis van Bukowski in zijn cafédeuren laten etsen en had hij dezelfde beeltenis gebruikt voor een poster die hij in Haarlem verspreidde. Deze afbeeldingen van Bukowski waren kopieën van een foto van de Amerikaanse kunstenares J. Levine-Ganny. Beide Amerikanen waren niet op de hoogte van de handel en wandel van deze Haarlemse kroegbaas, totdat ze ontdekten dat daar aan de overkant van de plas in een klein koninkrijkje iemand zijn naam en haar foto gebruikte. Wat doe je in zo’n geval? Je gaat naar de rechtbank. En rechtbankpresident H. van der Haak deed dinsdag 8 augustus jl. uitspraak. Deze luidt: fl.4000,- schadevergoeding te betalen aan de kunstenares wegens schending van haar auteursrecht fl.500,- schadevergoeding te betalen aan Bukowski (Zie o.a. NRC-Handelsblad d.d. 9-8-’89) Is dit iets om bij stil te staan? Ik denk van wel en ik zal het zeker ter sprake willen brengen op de komende A.L.V. Immers, er is nu een duidelijk precedent geschapen en wel een die lijkt op onze naamgeving. Paul 49
Naar Rusland? (Boris 4.1, 1989) Rusland, land van perestrojka, daar moet je toch eens geweest zijn. Welnu, binnen mijn hoofd is het plan gerezen om met de Spassky’s naar Rusland te gaan. Dit zal dan in 1990 plaats moeten vinden. De bedoeling is om contact te leggen met een “zustervereniging”en daarmee een uitwisseling aan te gaan, wij spelen een toernooi in Moskou, zij in Groningen. Dit betekent dat wij daar bij hun logeren en zij ook bij ons in een later stadium (als zij dat wensen tenminste). De voorwaarden: 1) minimaal 8 personen moeten geïnteresseerd zijn en tijd vrij houden om daadwerkelijk te gaan. 2) deze mensen moeten bereid zijn gasten uit Rusland te ontvangen. De kosten: aan reisgeld minstens fl.500,- Verder aan onderhoud toch ook wel zo’n fl.500,-. Dit laatste bedrag varieert naar gelang je zelf uit wil geven. Stel je bent geïnteresseerd, neem dan zo spoedig mogelijk contact met mij op, dan beleggen we een vergadering over de verder invulling van dit plan. Koos
Joost weet het (Boris 5.1, 1990) We zeggen en schrijven donderdag 1 november 1990. Welk een heuglijke zaak dat de Spassky’s de eerste externe wedstrijd speelt. De deelname van een nieuw toegetredene Edwin van Zon wordt luid toegejuicht. Eenzelfde staande ovatie valt Koos ten deel voor zijn voortreffelijke kookkunst (vegetarische chili samengesteld uit diverse blikken van Albert H.). De schrijver dezes is non-playing captain aangezien hij nog enige studieboeken in wil kijken. (Wat studiegenoot Edwin ook wel mag doen, want hij wist niet eens van welke drie factoren de Lucas-supply curve afhangt.) Desalniettemin werd begonnen. Pay was er niet en de captain zag al angstvisioenen van toch moeten spelen. Doch welk een geluk, deze karaktervolle speler kwam alsnog. Naar eigen zeggen door tegen de grenzen van het ethische zijn te handelen. Koos is blij met het Evans-gambiet dat hij tegen krijgt en ik grijp maar eens naar de (gekopieerde) studieboeken. 10 over half 9. Koos heeft een volle boer ingeleverd. Edoch met tegenspel. Wout, hoop in bange dagen, staat ongeveer gelijk. JM heeft weer duistere plannen en Fred een fatsoenlijke pion. 5 voor 9, bedriegen mijn ogen mij of heeft onze Dries een stuk te pakken? De loper staat vast, lastig. 21.05 uur, Edwin Jongen, hoe sta je? Antwoord (onderwijl de schouders ophalend): “Als ik in de loop van de tijd betere zetten doe, win ik wel.” Fred staat beroerd, maar vecht door. Dries, onze held, heeft een zeer gezonde vrije Hanson op e4. Rolf is de 50
degelijkheid zelve en staat materieel gelijk met een gezonde stelling. De teamgoeroe spreekt: “Koos wint niet, Dries wel, ik heb niets bereikt (niets = nul en generlei iets) en Edwin wint.” Helaas, helaas. Fred pakt de nul. Na harde verbeten strijd ten onder gegaan. Dries, o, Dries, ook al hebt ge menig kans gemist, ge schuift uw opponent op deeg’lijke wijze in de kist. 1-1, er sprankelt hoop. Edwin lijkt zijn beloftes waar te maken. Deze talentvolle bedrijfseconoom in spe staat gezond op winst. Ga zo door en laat je niet door dubieuze offers bezwendelen. Koos krijgt een remiseaanbod. Advies: deze genereuze geste niet aannemen. Edwin staat toch riskant, JM niets van te zeggen, Rolf niet significant beter en de gebr. Verwaard ongeveer gelijk. De zaken staan onduidelijk. Koos remise en Pay remise. Edwin nog steeds gewonnen (er is een tijd van opgeven…..)Rolf iets beter, Wout ongeveer gelijk, JM zoals altijd duister. Waar dit heengaat, zal slechts de Here weten. En o, o, wat heeft die Wout een mazzel. Biedt remise aan, wordt afgewezen. De tegenstander bleek totaal gewonnen te staan. Dame offer en stukken in de kist. Ach ja, soms lijkt een stelling globaal beter dan ze is. Edwin wint. Klasse! 3 ½ - 2 ½. Wouts opponent offert niet, conclusio - kansen. En JM staat gelijk. Spanning en sensatie waar geen slechte Veronica-film tegenop kan. J. M. breekt af met een meerboer. Zal Wout de tijdscontrole halen? (twee zetten in vier minuten). Het lijkt of hij gelijk staat. Beiden kunnen nauwelijks wat doen. Grote verrassing: Wout remise. Loftrompetten schetteren! (Niet slim van de tegenstander. Nu is het 4 - 3 voor ons en JM kan niet verliezen). Gevolg, de tegenstander gaf op. Er stond niets meer op het spel. 5-3 winst. Dat geeft moed voor de toekomst. N.B. dit is de eerste externe in 2 jaar die gewonnen werd, terwijl ik (9 uit 12 in twee jaar) niet meedeed. Run for promotion. En vooral gebr. Verwaard, klasse! Joost
Verslag Groningen VII - Spassky’s (Boris 5.3, 1991) Het is 9 april 1991, 22.43 uur. Zelf heb ik zojuist een alleszins bevredigende remise gespeeld en dus even tijd om het wedstrijdverslag te maken: heb ik op slinkse wijze toch mijn eigen prestatie vermeld. Goed, het verloop van de wedstrijd. Er werden meer remises gespeeld vanavond. Als ik dit schrijf hebben Fred, Dries “ik viel aan, maar kon er niet door komen”en Rolf, die nog driftig zit te analyseren en geen onbezonnen commentaar wil leveren ook al de punten gedeeld. We gaan een rondje langs de borden maken; de gezichten staan gespannen. De inzet is dan ook hoog: bij gelijk spel zijn de Spassky’s de onbetwiste KAMPIOENEN. Gaat u mee? Het bord van Koos kunnen we inmiddels links laten liggen, ook hij heeft …. Of toch niet? Ja! Ook 51
Koos speelt gelijk. Op zich is hij tevreden, maar bange voorgevoelens betreffende verliezende Spassky’s spoken door zijn hoofd. Joost, Jan Maarten en Edwin moeten derhalve het schip in veilige haven loodsen. Misschien is het nu tijd voor wat schaaktechnisch commentaar, maar ik vrees dat bij deze ondraaglijke spanning het mij onmogelijk is de stellingen koel te calculeren. Edwins tegenstander bevindt zich in afschuwelijke tijdnood: amper 21 zetten gedaan en de vlag op vallen! Bovendien staat Edwin goed: ik krijg visioenen van Van Hooijdonk, demarrerende op de Bosberg. Zo moet het Edwin: verpletteren die man, geen genade! Joost wiegt bedachtzaam heen en weer: de stelling lijkt mij van een afstandje ongeveer in evenwicht. Wel valt me op dat Joost steeds meer op Fidel Castro begint te lijken (baard, sigaar). We onderbreken dit live-verslag voor deskundigen: Dries en Rolf. Edwin lijkt slecht te staan: erg slecht, maar gezien de tijdnoodsituatie (mooi sportwoord trouwens) moet hij het kunnen redden. Ondertussen rukt Rolf zich de korte haren bijkans uit het hoofd: mijn stelling bleek glad gewonnen te zijn. Jan Maarten ten slotte staat onduidelijk aldus Dries. Daar hebben we natuurlijk niets aan, “Flying Doctors” willen we zien. Niemand minder dan Henk Jansen (jawel!), die ik nog Oordeel en Plan moet retourneren: maar dat durf ik niet te zeggen, meldt mij dat Edwin wint (Hennie Kuiper, Parijs-Roubaix, lek, toch winnen). Naast mij biedt Joost onmiddellijk remise aan; zijn tegenstander mag het niet aannemen. De spanning lijft. Dramatische ontwikkelingen! JM staat plotseling een stuk achter. Dapper vecht hij door maar waarschijnlijk strijdt hij een verloren strijd. Misschien wil hij straks nog commentaar geven. Het gaat dus om Joost, die afbreekt bij de stand 31/2 - 31/2. Nog niets is beslist: the struggle goes on… Nagekomen berichten: Dries zegt: “Wij worden champions! Schrijf dat maar op dat ik dat gezegd heb.” Jan Maarten: “Ik stond een kwaliteit voor, maar een verschrikkelijke combinatie met allemaal gedwongen zettenreeksen zorgen ervoor dat enz….” Jan-Paul, Reporting live for Boris!
Ontzettend (Boris 5.3, 1991) 52
“Koos Stolk” “Hallo Koos, met Edwin. Aanstaande donderdag kan ik niet tegen je spelen.” “Oh, dat zal Jan Maarten niet leuk vinden. Heeft hij je nog niet verteld dat de interne en de externe tegen ESG omgewisseld zijn?” “Hè,…nee…” “Ik zou hem maar even bellen” “Met Jan Maarten Cobben” “Met Edwin” “…..hallo…”
-
-
-
“Ik hoorde van Koos dat we aanstaande donderdag tegen ESG moeten. Maar dan kan ik niet.” “Wat…? Ik dacht al dat ik het iemand vergeten was te zeggen. Ik had net de teamleider van ESG aan de lijn en heb gezegd dat alles voor aanstaande donderdag geregeld was. Ik zal hem meteen terugbellen en wat proberen te regelen. Wanneer ben je thuis?” “Ik bel jou wel even” “Met Dries Koster” “Met Edwin” “Hai…” “Heeft Jan Maarten jou al gezegd dat er aanstaande donderdag tegen ESG gespeeld wordt?” “Wat…. Nee!” “Met Jan Maarten Cobben” “Met Edwin. Heb je wat kunnen regelen? “ “Ja, Je speelt remise. De teamleider vond dat goed en niemand kon op een andere dag.” “Wat…!? Als een net zo fanatiek schaker als jij wil ik gewoon schaken. En zij willen dat op een andere dag spelen, dus als zij niet kunnen op een dag dat ik wel kan, dan geven ze maar op …! Tevens weten we niet wat Joost tegen die Hannes gaat doen” “…ja, maar je mag geen zeven partijen vooruit spelen. Dus ik kon echt niet anders.” “…tsja….nou succes dan maar donderdag” “dag” “dag”
Naschrift: Joost won, dus de schade bleef beperkt. Edwin
53
Het allereerste Spasskyweekend (1991)
Het allereerste Spasskyweekend. In Hellum. 1991. v.l.n.r. onder: Fred, Paul, Jan Maarten en Edwin. Boven: Dries, Pay (Jan Paul), Koos, Wout, Joost en Rolf.
Warm eten: altijd zelf koken De Spasskyweekenden: vanaf 1991 dus en altijd gezellig. We waren twee keer op een e eiland. De 1 keer met Joost (erg veel gehaktballen), Eddie, Jan Maarten, Fred en ik weet niet meer wie en ondergetekende. Ik weet nog goed dat we maandagmorgen naar de boot gingen Jan Maarten tegen me zei: “goh Dries, je hebt best een mooi eiland uitgezocht.” Waren behalve voor boodschappen nul komma nul buiten geweest……. Ik weet verder nog dat ik ’s nachts met Eddie Jansen op de slaapkamer geschaakt heb, dan vanuit ieders bed en zonder licht. Op zet 18 zei Eddie: “Dries, je paard kan daar niet naartoe, daar staat een loper.” 54
e
De 2 keer was ook erg bijzonder. We speelden 13 uur Civilzation. En Monopoly (Dries, Rolf, Joost, Jan Maarten en Edwin)
Kan niet missen: de jonge Joost en Rolf De Spassky’s gingen twee keer abroad. Edwin en JM naar Boedapest in de jaren 90 en Edwin, Koos, Rolf en Dries in 1992 naar Parijs. Bijzondere reis: twee dagen schaken in Bagneux onder Parijs en stad in! Wie schetst onze verbazing toen we in de ontbijtzaal Hiddo Zuiderweg gewaarwerden. Hij was daar met jeugd. Rolf en Dries op één kamer en Edwin en Koos op de andere. Veel gedaan. We speelden best OK, topper was Dries die tegen Tseitlin moest (2400 of zo).
55
Dries had kansen en Edwin vertelde ’s avonds dat volgens hem Dries i.p.v. Pc3-d5 Pc3-d1! had moeten doen met redelijk spel. Na afloop vroeg Tseitlin direct of Dries speldjes wilde kopen. Dat deed Dries. Spoedig daarna werden 10 Spasskyspeldjes door hem gekocht (hele collecties opengebroken) met het idee dat bij alle wedstrijden deze op de trui of whatever gespeld zouden worden. Welk 1 naïeve gedachte zou dat blijken te wezen…….
56
De heer Rammelbak (Boris, 6.1, 1992)
XABCDEFGHY 8-tr-+-wq-mk( 7+r+-+-+-' 6-+-+-zpQzp& 5+-+-zp-+P% 4-zPR+-zp-+$ 3+-+-+-+-# 2-+-+-zPP+" 1+-tR-+-mK-! xabcdefghy e
Stelling na de 46 zet van wit (Te1 – c1) in de partij Van Zon – Rammelbak. Er zijn van die momenten dat het noodlot je tart. Om het niet te uitgebreid te maken, zal ik niet eerst met talloze interessante voorbeelden komen maar meteen met de deur in huis vallen. De situatie is de volgende: Na een zeer voorspoedig verlopen maandagavond werd in de uitwedstrijd tegen ESG 1 afgebroken in een voordelige 3 – 4 stand. Een halfje zou voor ons al de achtste plek in de promotieklasse veilig stellen en omdat ondergetekende had afgebroken in een zeer voordelige stelling, leek er geen vuiltje aan de lucht. Problemen ontstonden toen de NS plotseling op de maandag waarop de partij hervat zou moeten worden ging staken. De door de GADO verstrekte informatie leerde dat de laatste bus uit Emmen om 22.37 zou vertrekken, het missen ervan zou een overnachting in Emmen betekenen. Een telefonisch gesprek om de partij remise te geven werd resoluut afgewezen: de zwarte partij zag nog wel degelijk winstkansen en de tegenstander gaf te kennen beter dan GADO op de hoogte te zijn van de bustijden: de laatste bus zou pas om 23.45 vertrekken. Toen op de bewuste maandag de reis naar Emmen was voltooid bleek echter dat de door de GADO verstrekte informatie de juiste was. Om precies 20.10 kwam ondergetekende het speellokaal binnen en zag dat zijn klok ook reeds tien minuten geleden in beweging was gezet (stiptheid kan de Emmenaar niet ontzegd worden). De eerste gang was echter naar de wedstrijdleider om aan te geven dat om 21.55 uur de bus uit de buitenwijk gehaald moest worden om op het station de bewuste bus van 22.37 uur naar Groningen te kunnen halen. De wedstrijdleider gaf te kennen dat er in principe 4 uur gespeeld diende te worden en dat alleen eerder afgebroken zou kunnen worden in overleg met de tegenstander. Deze werd dan ook direct benaderd 57
maar gaf te kennen eerder afbreken in eerste instantie niet in overweging te nemen. De speeltijd van het eerste speeluur van de witspeler was inmiddels gereduceerd tot 20 minuten toen hij achter het bord plaatsnam. Hij had begrepen dat er snel gespeeld moest worden om een slaapplaats in Groningen veilig te stellen. 46. … Tg7 47. Dh6 Kg8 48. Kf1Dd8 49. b5 f3 50. g3 Dd7 51. Df6 Dh3 (op …Tf8 volgt 52. Dxf8) 52. Ke1 Tf8 53. De5 Td8 54. Td4 Txd4 Wit lijkt door zeer optimistische vreterij in de problemen te zijn geraakt. Toevalligerwijs was deze stelling bij een duistere huisanalyse al op het bord verschenen en toen was gebleken dat er nog net één tegenactie inzit. 55. Dxd4 Te7 56. Kd2 Td7 57. Tc8 Kf7 58. Tc7+Txc7 59. Df4+ Ke8 60. Dxc7 Dh5 61. Dc6 Ke7 62. Ke3 Wit staat natuurlijk straal gewonnen. Rammelbak die bekend staat om zijn rappe speelwijze had voor zijn zetten ruim de tijd genomen en dacht ook over de volgende zet een kwartier na. Een blik op de klok leerde echter dat over niet al te lange tijd een zeer essentiële bus zou vertrekken. Even speelde de gedachte van opgeven door mijn hoofd… 62…. Kd8 63. b6 De5 64. Kf3 Df5 65. Kg2 Hoe meer gewonnen moet iemand aan het eerste bord van de promotieklasse staan voordat de tegenstander capituleert? Er moet toch ook nog een bus gehaald worden die over ruim zes minuten zou weggaan!? Op het zeer opvallend en stelselmatig op het horloge kijken wordt niet gereageerd. 65…. De6 De kans waarop ik misschien wel gewacht had. Onder het oog van enkele belangstellenden schreef ik twee halfjes in mijn notatieboekje, deed het dicht en sloeg op e6. Bij de gehaaste handdruk merkte Rammelbak nog op dat hij genoten had van de partij en dat remise de meest rechtvaardige uitslag was. De moraal van dit verhaal is dat je je tegenstanders niet altijd voor het uitzoeken hebt. Hopelijk kan ieder ander eenvoudiger een speelzaal uitlopen en een dergelijk gebeuren gewoon vergeten. (Alle overeenkomsten met bestaande personen berusten vanzelfsprekend op zuiver toeval.)
Edwin
Spassky Aghlieri (Boris, 6.1, 1992) Een druilerige regen vergezelt ons als wij verdergaan. Na enkele uren gelopen te hebben zien wij naast het pad een man zitten, op de grond en met nietszeggende blik in de verte starend. Afschuw vult mijn hart, want hoewel het gelaat sterk misvormd is, doordat op de plaats waar een mond zou moeten zijn niets behalve gladde huid te zien is, herken ik in de ogen duidelijk de blik van hem die eens mijnheer De Jong was. 58
Welnu, jong ziet hij er nu niet uit, hij herkent mij zelfs niet meer en lijkt vroegtijdig gedementeerd. “Wee de ongelukkigen die zich kenmerkten door een overdreven taalgebruik”, zo spreekt mijn metgezel, in wit gewaad en met lange vleugels trouwens, “wee hen die hun verbale vermogens slechts gebruikten om hun onkunde te maskeren, die hun gebrek aan daden camoufleerden door wollige taal en hoogdravende woorden. Hier, op het achtste niveau, is hen het spreken ontnomen en ziet, zonder dat blijken zij tot niets in staat. Zonder woorden blijkt ook de geringste daad voor hen al schier onmogelijk en zo vervallen zij al snel tot een vegeterende vorm van seniliteit, levende demonstraties van het gegeven dat bij velen zonder woorden geen gedachten mogelijk zijn.” Ik probeer vruchteloos mij aan de ongelukkige kenbaar te maken. Het is alles tevergeefs en mijn metgezel, zijn lange gewaad wapperend in de vlakke bries, maant mijn talmen, waarna wij onze weg vervolgen. Het is de aartsengel Michael, die mij leidt, hetgeen verderop geen overbodige luxe is, daar men letterlijk geen hand voor ogen kan zien.”Ziehier het zevende niveau van de hel”, spreekt Michael met zachte stem. Dat lukt dus niet, maar terwijl wij doorlopen bemerk ik dat we niet alleen zijn. Van diverse kanten hoor ik schuifelende voeten en wanhopige geslaakte zuchten. Ik vraag mijn metgezel wie dit zijn. “De pessimisten, zij die altijd iets te klagen hadden, die op aarde steeds weigerden om het licht te zien en hier veroordeeld zijn tot het eeuwige aardedonker.” Ik huiver. Terwijl wij verder lopen komen bepaalde schuifelpassen dichterbij totdat plots een zuchtend en steunend lichaam tegen het mijne botst. ”Oooooh” kreunt het lichaam en terwijl het zich van het mijne losmaakt, meen ik duidelijk de niet te miskennen contouren van mijnheer Platje herkend te hebben. Opnieuw gevoel ik een huivering en zonder hem aan te spreken vervolgen Michael en ik onze weg. Na blijkbaar een lange tunnel te hebben doorlopen wordt in de verte een lichtpuntje zichtbaar, dat gelukkig steeds groter wordt. Wij komen in een dal en verderop bij een klein dorpje. Een continue motregen doorweekt onze kleding. Het dorpje bestaat uit plaggenhutten en in het midden daarvan is een open plek waar diverse mensen rond een grote ketel neerzitten. Eenieder heeft een mok voor zich en lepelt daaruit een indifferent mengsel. Wij willen in feite reeds verdergaan als ik plots tussen de troostelozen mijnheer Yska ontwaar en ik loop op hem af. Ook hij heeft mij herkend en wij wisselen enkele nietszeggende woorden waarop ik vraag wat hij eet. Hij laat mij een lepel proeven en het blijkt een smakeloze, krachteloze lauwwarme amorf soort bouillon te zijn. Ik wil een opmerking maken maar Yska blijkt zijn belangstelling voor mij alweer verloren te hebben en lepelt gelaten verder. Ik voeg mij weer bij mijn metgezel en vraag naar de betekenis van wat ik zojuist gezien heb. “U ziet de krachtelozen, de afwachtende die zich bij hun leven kenmerkten door slappe zetten. Hier zijn zij aangewezen op een volstrekt smaakloze weeïge bouillon, die zij de gehele dag tot zich moeten nemen om voldoende voedingswaarde tot zich te nemen. Hier zijn zij veroordeeld tot wat ze op aarde nooit geheel bereikten, 59
namelijk een bijna volmaakte initiatiefloosheid. Helaas voor hen blijkt het gegeven dat ze zo niets kunnen verliezen ook hier op het zesde niveau geen troost. Wij spoeden ons verder van deze heilloze plek en langs kronkelende paden komen we plots uit op een grote vlakte. Een voetspoor leidt naar de horizon. Als we verder lopen, zien we aan weerskanten van dit spoor mensengedaanten als standbeelden in diverse posen opgesteld als in een tentoonstelling. Nu ik beter kijk gaat er echter een schok door mij heen als ik zie, dat de reuzenbeelden zonder uitzondering ademhalen, te zien aan de bewegingen al hun borstkas. Deze mensen leven! “De besluitlozen”, zo reageert mijn behulpzame gids op mijn blik vol afschuw, “zij die bij het leven maar geen keuze konden maken, die steeds zolang dachten totdat het probleem zichzelf had achterhaald of totdat zij zodanig in tijdnood waren gekomen, dat zij op puur impulsieve gronden uiteindelijk toch deze of gene weg insloegen. Op het vijfde niveau zijn zij geplaatst in een tijdstraag universum, waar bijvoorbeeld bij het spelen van een voetbalwedstrijd het einde van de eerste helft niet voor het einde der eeuwigheid gehaald kan worden. Het is niet bekend, of deze extra denktijd hen gelukkiger maakt.” Het lijkt mij van niet, te oordelen naar de in-trieste gelaatstrekken die ik op ieder beeld afzonderlijk kan waarnemen. Speciaal treft mij een jongeman al licht kalend, die op een stoel gezeten zijn armen voor zich op tafel heeft gekruist, ingespannen turend naar een schaakbord vol stukken, terwijl een dubbele klok blijkbaar niet in het trage universum geplaatst, de seconden en minuten op beide wijzerplaten weg laat tikken. Hoe merkwaardig. Een kartonnen bordje op de tafel geeft aan, dat het hier om ene mijnheer Jansen moet gaan. Verliezen kan hij zo in elk geval niet. Gelukkig lopen wij stevig door en laten deze lugubere vlakte alras achter ons, waarna we in een bos aankomen. Al verdergaand wordt een penetrante stank, die eerst nog terloops onze neusgaten beroerde, steeds duidelijker. Na een tijd (de geur wordt haast ondraaglijk) arriveren wij op een open plek en zien een afschuwwekkend tafereel, de bron der gruwelijke stank en, zoals blijkt, een oorverdovend gekrijs. De cirkelvormige plek is aan alle zijden bezet met kinderbedjes, waarin een honderdtal baby’s brullend en huilend liggen. Een donkerharige man (maar dat is mijnheer Koster, realiseer ik mij) verwisselt een luier, maar het is duidelijk dat als hij dat gedaan heeft, de volgende zuigeling in de rij de zijne of hare alweer heeft bevuild. Zo gaat hij verder en het wordt ons alras duidelijk, dat er juist zoveel baby’s zijn, dat als hij de laatste in de cirkel heeft verschoond, hij juist weer op tijd is voor nummer één. “De kinderen worden natuurlijk nooit ouder of zindelijk” vertelt Michael mij. Zo worden zij, die op aarde een teveel aan afleiding van de ware weg als excuus voor hun falen aanvoerden. gestraft. Ook zij die claimden een 'bewuste keuze' te maken, hetgeen met name in de 70er en 80er jaren erg in de mode was, maar zodoende hun leven slechts met zaken van secundair belang vulden, zult ge hier vinden. Tot in de eeuwigheid kunnen ze hier hun meest afleidende bezigheid uitvoeren, zonder daarbij ook maar de tijd te hebben om aan iets anders te denken. Zo krijgen ook zij in 60
overvloed wat ze tijdens hun leven gewild hebben. Hoe gruwelijk maar hoe rechtvaardig, zo realiseer ik mij. Wij kijken nog een wijle naar dit schilderachtige tafereel, hier op het vierde niveau, maar vervolgen dan toch snel onze weg. Achter ons sterft het lawaai gelukkig snel weg, terwijl voor ons steeds zuiverdere luchten aanwezig blijken. Vrij abrupt eindigt het bos en voor ons ligt een pad, dat duidelijk leidt naar een kasteel in de verte. Aan onze rechterzijde is een weide, afgezet met een hek en vierkant van vorm. Op de weide zien wij een zwart geklede oudere jongere en een duiveltje in het wit vergezeld door een eveneens witte loper en een klein duiveltje, dat aan de rand van de weide staat. Mijn nieuwsgierigheid is gewekt en ik opper om het tafereel eens nader te bekijken, wat Michael gelaten accepteert. De weide blijkt verdeeld in vierkante gebieden van afwisselend wit en zwart gekleurd gras, terwijl het kleine duiveltje probeert, gesteund door zijn loper en de grotere duivel, de overkant te bereiken. De zwarte man met een scheefstaande kroon op zijn hoofd (waarop in slecht leesbare letters de woorden ‘mijnheer koning Stolk' te lezen zijn) roept met bijzonder luide en triomfantelijke stem tegen de grote duivel, dat dit niet kan omdat het hoekveld van dezelfde kleur is als het veldje, waarop de loper staat. De grote duivel kijkt hem meewarig aan en zijn gezicht verandert alras via een valse grijns in een schaterende lach, terwijl voor onze ogen de kleur van het hoekveldje verandert en het kleine duiveltje naar de overkant snelt. De grote zwarte koning huilt en brult, maar na een tijdje stelt iedereen zich weer in de uitgangsstelling op. Hetzelfde tafereel speelt zich af, behalve dat nu de kleur van het veldje waarop de loper staat op magische wijze verandert, en de zwarte man blijkt weer ontroostbaar. Ik wend mij nietsbegrijpend af een vraag aan mijn metgezel, of dit soms de straf voor waanzinnigheid of onsamenhangend gedrag is, daar althans ik geen touw non het tafereel kan vastknopen. “Ach neen, hoewel dat in dit specifieke geval had gekund”, zegt Michael. Terwijl zijn ogen gericht zijn op het kleine duiveltje, dat nu met turboaandrijving uitgerust blijkt waarna de zwarte man zich ter aarde werpt en het hoofd diverse malen tegen de grond aanbeukt, “maar dit derde niveau is niet echt interessant. Wij kunnen beter verdergaan.” Dat doen wij, en al snel bereiken wij de poort van het kasteel. 'Tweede niveau der Hel', staat er met gotische letters op de poort, die krakend voor ons opengaat. Wij lopen de binnenplaats op en verder tussen twee lange rijen kleine gebouwtjes door. Ik merk dat het om sanitaire inrichtingen gaat en besluit er één binnen te treden, terwijl Michael op mij wacht. Binnen in het kleine huisje blijkt er een schone bril te zijn, waarop ik mij dan ook snel nederzet, want van zulke vermoeienissen willen de darmen wel lopen, hetgeen dan ook rijkelijk gebeurt. Als ik opsta en door wil trekken, zie ik dat dat niet kan en eveneens, dat de bril geplaatst is op een donker en blijkbaar zeer diep gat. Ik kijk erin maar zie niets, hoewel ik in de diepte een gekreun meen te ontwaren (is het mijnheer Cobbens stem of vergis ik mij?). Dit alles komt mij tamelijk beangstigd voor en snel verlaat ik het kleine huisje en voeg mij bij mijn metgezel. “Hoogmoed is één der ergste zonden, en zij die hoog van de toren bliezen zullen hier het diepst vallen. De arroganten de verwaanden, de pochers, hen allen zult ge hier 61
vinden”, zo spreekt de aartsengel. Ik begrijp niet in het minst waar hij op doelt daar ik hier niet gevonden heb, maar gelukkig alleen iets geloosd. Intussen zijn wij opnieuw bij een deur gearriveerd. 'Eerste niveau', staat daarop te lezen. Ook deze deur opent zich vanzelf en wij gaan naar binnen. Voor ons opent zich een enorme ruimte, waarin niet zover van ons af een man met een gekweld gelaat onrustig heen en weer loopt. Waar zou hij bang voor zijn, vraag ik mij af, maar zie, terwijl hij in de andere richting kijkt, materialiseert zich achter hem een wit paard. Dit paard nu heeft het hoofd van een helaas maar al te bekend Nederlands zanger van het levenslied, een vadsig kwabbig hoofd met koeienogen en vele onderkinnen. ‘HAAAAZEEEES', hinnikt het woeste paard plots angstaanjagend hard en de man schrikt zich vrijwel dood en zakt huilend en trillend in een zielig hoopje ineen, waarop het paard zich weer in het niets oplost. “Nee, niet hazès, please, niet hazès” murmelt het zielig hoopje op de grond nog na. “De onachtzamen, de onoplettenden, die terwijl hun vrienden al hun vertrouwen in ze gesteld hadden door ze aan hun hoofd te plaatsen dit beschaamden door op het moment suprême hun aandacht ergens anders te hebben en zo jammerlijk faalden”, zo spreekt de aartsengel Michael nu, en hij gaat verder: dit tafereel hier voor u herhaalt zich nu al 879 jaar en zal nog oneindig vele malen langer duren. De straf is uiteindelijk altijd het zwaarst, voor hen die het vaandel droegen en zo in hun falen hun kameraden meesleepten in hun val. Misplaatst en beschaamd zelfvertrouwen bij deze groep mensen is niet zwaar genoeg te straffen. Nu pas herken ik in de gekwelde en vervormde gelaatstrekken van de eenzame man die van de eens zo charmante mijnheer van Zon. Ik wil al op hem af stappen, maar Michael houdt mij bij de schouder tegen en ik zie hoe achter mijnheer van Zon zich opnieuw een wit paard materialiseert, nog woester en briesender dan het vorige. De troosteloze heeft natuurlijk nog niets bemerkt en wij wenden snel onze gezichten af van deze meelijwekkende scene en begeven ons naar een klein poortje. waarachter een eindeloos lange wenteltrap ons in een grote torenkamer brengt. En daar, o, ik ongelukkige sterveling, in die rijkelijk gedecoreerde en met een verblindend licht gevulde kamer kniel ik voor mijn uiteindelijke Rechter. Met deemoed en angst voor Zijn rechtvaardigheid vult Zijn bulderende stem mijn oren en vraagt, of ik, ik Spassk, nog iets te zeden heb alvorens het vonnis zich zal voltrekken. Maar neen, ach wee en klaag, niets, maar dan ook niets heb ik echter toe te voegen aan mijn leven. Want Spassky’s - Assen 1-7, what's left to say? Jan Maarten
62
Petrus Gerardus Verdokkem (Boris 6.3 & 6.4, 1993) De nieuwe aanwinst van de Spassky's is voor een deel der Spassky's een goede bekende. Het andere deel legt bij de naam Peter slechts verbanden met Russische Tsaren of de schizofrene overbuurman. De redactie heeft het dan ook als haar plicht gezien de heer Verdokkem te introduceren middels een niets ontziend vraaggesprek. Er is geprobeerd zoveel mogelijk van de sfeer van het gesprek te representeren, ondanks het danig moeten samenvatten van de oorspronkelijke hoeveelheid tekst. Nos presente, P.G. Verdokkem. “Ik kan niet zeggen dat Ik een ongelukkige jeugd heb gehad, nee. De vrouwen lagen al snel aan mijn voeten. Tegenwoordig wekt dat geen verwondering meer, 't Harde ligt op de Veluwe.” Wij vroegen hem naar de effecten op een kind van het opgroeien in een kunstenaarsgezin. “Je leert al vroeg creatief met jezelf en de wereld om je heen bezig te zijn. Ook nu ben ik nog steeds geabonneerd op de Penthouse. Het bleek al snel dat mijn vaardigheden lagen op het literaire vlak. Ik kan dan ook in al mijn bescheidenheid zeggen dat ik het niveau van de Boris naar een hoger peil zal tillen met mijn toekomstige bijdragen.“ Peter studeert sterrenkunde en staart menig avond gezellig In zijn eentje (of met een andere knappert) naar de sterrenhemel. “Bij mij vallen studie en interesse samen. Toch zal ik nooit zo'n wereldvreemde vakidioot worden als die De Jong. Ik heb via Edwin z'n proefschrift gekregen en het op een zonnige middag doorgewerkt. Even twee puntjes: allereerst is de thèta-functie wel correct en ten tweede geeft hij blijk het vakgebied niet in begrijpelijke taal weer te kunnen geven (een maatstaf voor kwaliteit). Ik heb er grotendeels dan ook weinig van begrepen.“ De vraag die de redactie bezighield, was waar de ambities van Verdokkem lagen. “Op dit moment heb ik mijn interesse in vrouwen even opzij gezet, dit noemen wij een woordspeling. Ik wil bij de Spassky's mijn plezier in het schaken terug zien te krijgen Tevens biedt mijn lidmaatschap eindelijk wat meer zekerheid voor de nog steeds smachtende H. van P. om ooit nog lid te worden. Daarnaast zal ik mijn studie voltooien en promoveren op het functioneren van lichtfrequenties van melkwegstelsels (Peter werkt momenteel aan een klein project op dit gebied, red.) Daarna zal ik in het huwelijk treden met de mooiste ..., uhh, !? zal ik misschien gaan samenwonen met een vriend van me. Jullie willen waarschijnlijk echter weten hoe ik mij zal profileren binnen de Spassky's. Wel, als gedegen remiseschuiver is mijn plaats eigenlijk duidelijk. Ik zal plaats nemen tussen de structurele nullen (Dries en lager, red.) en de twee topborden. Voor teamleider Bijmolt zal het wat mij betreft dus niet moeilijk zijn.” Met Peter Verdokkem lijkt een gezellige knul en niet grote eter tot de gelederen der Spassky's te zijn toegetreden. De redactie wil hem van deze plaats succes wensen. Edwin 63
Epiloog (NaSchaken, clubblad sv Lewenborg / Boris 6.3 & 6.4, 1993) (Regelmatig wordt mij door Groningenleden gevraagd wat mij er toe gebracht heeft dit seizoen uit te komen voor Léwenborg. Wel, volgens mij heb ik nooit een echte reden hiervoor gehad. Het was een samenspel van factoren: ik was te zwak geworden voor de landelijke eerste klasse, was het plezier in het schaken aan het verliezen, maar kon er ook weer niet helemaal afscheid van nemen. Toen werd ik gevraagd voor de Spassky's. In plaats 'er nog even over na te denken' hapte ik onmiddellijk toe, want het leek me ideaal, op een iets lager niveau gezellig wat partijtjes schaken met Koos Stolk en zo. Een paar weken later werd ik echter met hetzelfde gemak weer op de reservelijst gezet: na een interne machtsstrijd was er gestemd en ene Biemolt had mij verslagen. Het is niet zonder leedvermaak dat ik sindsdien kennis neem van de pijnlijke nederlagen die de Spassky's te slikken krijgen (Assen - Spassky's 7-1!). Op het moment dat Spassky-opperhoofd Stolk mij te verstaan gaf dat ik op een zijspoor was gerangeerd gaf John Riksten mij als alternatief Lewenborg in overweging. En in plaats 'er nog even over te denken'...enfin. Op 16 november jl. betrad ik voor het eerst van mijn leven de roemruchte Walrus voor de confrontatie tussen SISSA 5 en Lewenborg 1.) (…)
De eerste zet moest nog gespeeld worden in de bekerfinale tussen de Spassky's en Lewenborg toen er zich een incidentje voordeed. De Spassky's bleken twee verschillende opstellingen te hebben ingeleverd. Koos Stolk, die als eerste was gearriveerd, had aan mij het volgende viertal doorgegeven: 1. Van Zon, 2. Koster, 3. Yska, 4. Stolk. Dit lijstje had ik aan Jan gegeven en Jan had het formulier ingevuld. Even later kwam Jan op ons af. Van de eerstebordspeler van de Spassky's, dhr. Van Zon, had hij nog een opstelling gekregen, terwijl het wedstrijdformulier al ingevuld was. Deze lijst week af van de eerste, hoewel het niet veel uitmaakte. Alleen Stolk kwam er niet op voor; aan bord vier speelde ene mijnheer Biemolt. Jan vroeg of wij ermee instemden dat de opstelling van de Spassky's (hoewel de onze al was prijsgegeven) nog werd gewijzigd. Wij hadden er geen bezwaar tegen. Op dat moment schrokken wij op van een luid kabaal. Het kwam uit de hoek waar de Spassky's zaten. "IK WAS AAN DE BEURT OM DE OPSTELLING TE BEPALEN", schalde het door de zaal. Het was Koos Stolk die gesproken had. "Maar ik had Tammo al gevraagd, omdat ik dacht je dat je niet kon.", klonk het iets rustiger uit de mond van een lange jongen met een bril (eerstebordspeler Van Zon naar later zou blijken). De stem verried ingehouden woede. "Bovendien past Tammo beter in dit bekerte..", vervolgde hij, toen een welgemikt uithaal van Stolk met de vlakke hand het brilletje van Van Zon een halve meter door de lucht deed vliegen. Het kletterde een klein eindje van Stolk vandaan op de grond. Zonder een moment te aarzelen sprong hij er drie keer vol bovenop. Het steunende gekraak van glas vulde de zaal. Een zware jongen (de heer Biemolt bleek later) greep Stolk hierop vast en sleurde hem naar de grond. Als een kat sprong ook Van Zon, razend om de twee enorme barsten die over zijn brillenglazen kropen, er bovenop. De twee andere spelers, die zich tot dusverre afzijdig hadden gehouden, mengden zich nu eveneens in de strijd en voor iemand er 64
erg in had krioelden er vijf Spassky's over de vloer. Uit het kluwen armen, benen, vuisten en voeten viel minutenlang niet meer op te maken wie wie was. Pogingen van Jan Schut zijn stem te verheffen losten op in een kakofonie van scheldkanonnades, jammerkreten en bezwijkend textiel. Toen de gemoederen eindelijk enigszins waren bedaard bleek Koos Stolk amper nog bij bewustzijn. John Riksten reed hem in vliegende vaart naar het AZG. (Onderweg schijnt John nog te hebben geprobeerd Koos te interesseren voor Lewenborg). Ten slotte begon de wedstrijd met ruim een uur vertraging. Nu Stolk was afgevoerd kon Biemolt probleemloos plaatsnemen aan bord vier. Lewenborg won met 3-1. Bord één van de Spassky's had beide ogen zo goed als dicht zitten en pakte per ongeluk zijn koning vast toen hij na 1 e4 e5 2 Dh5 de pion op e5 met d6 wilde dekken. John Riksten was onverbiddelijk en beëindigde de partij triomfantelijk met 3 Dxe5 mat. Bord twee moest het in een verscheurd hemd opnemen tegen Bart van Gelder en was blij dat hij vlot kon opgeven. De tegenstander van Martin Riksten verloor op tijd. Zijn aanhoudende bloedneus werd hem in tijdnood noodlottig. Alleen aan bord vier kwam de potige en nagenoeg ongeschonden Biemolt tot winst voor de Spassky's. Tegen mij. Putski
HET TEAM (Boris 7.1, 1993) 1. Tammo Bijmolt, afkomstig van Buitenpost, sluitpost van de Spassky’s. Houdt niet alleen ballen tegen maar ook rondvliegende klompen van de tegenpartij als het moet. Gewend aan het boerenkoolvoetbal van de Friese Wouden. Typische lijnkeeper. Zwak punt: uit het doel komen. Moet zijn verdediging beter organiseren. Heerst soeverein in het luchtruim. e
2. Rolf Yska, linksback en de veteraan van het team, gehard in de 3 klasse van de KNVB, zoekt altijd naar een voetballende oplossing. Haalt regelmatig de achterlijn. Durft geen beuk uit te delen als de wedstrijd daar om vraagt. Gaat wel totaal over de rooie als hij door zijn benen wordt gespeeld. Moet vaak spelers tegen zichzelf in bescherming nemen. Zeurt nooit als de trainer hem er naast zet. 3. Paul Verwaard, alias Pay, publiekslieveling, vormt samen met Fred de Jong het centrum van de verdediging. Gaat steeds beter spelen naarmate hij ouder wordt. Zwak punt: kan eigenlijk alleen maar op één lijn spelen, laat de buitenspelval te laat dichtklappen, waardoor Bijmolt weer moet vissen. Beheerst het aloude catenaccio tot in de finesses. Moet wel regelmatig pasta eten om de conditie op peil te houden. Hoopt op een transfer naar Lanerossi Vicenza Italië.
65
4. Fred de Jong, centrumverdediger, zit eigenlijk liever op een fiets dan dat hij de wei wordt ingestuurd. Kan de centrumspits van de tegenpartij volledig slopen zonder daarbij zijn ellebogen te gebruiken. Blessuregevoelig door speelstijl. Gaat bij corners altijd mee naar voren. Weet zijn kracht steeds beter te doseren. Was als libero een openbaring vorig seizoen. Specialiteit: klimmend schot diagonaal in de kruising. Zou wel eens in de Bundesliga terecht kunnen komen. 5. Koos Stolk, rechtsback. Vaste waarde voor het team. Krijgt veel gele kaarten wegens aanmerkingen op de leiding. Blijft nog wel eens doorrollen na een onschuldige tackle. Laat zelfs op het toilet zijn broek theatraal zakken. Fantastische wreeftrap. Sterk punt: moet driemaal gepasseerd worden voordat je hem echt voorbij bent. Is van mening dat hij beter kan fluiten dan de scheidsechter. Op zoek naar een buitenlands avontuur. 6. Henk Jansen, linkermiddenvelder. De architect op het middenveld. Zet de lijnen uit. Laat het publiek genieten van zijn fluwelen techniek. Niet altijd even effectief door risicoloze breedtepasses. Loopt vaak tegen een kaart aan wegens tijdrekken. Kan niet spelen als er in het spelershome geen koffie te krijgen is. Gaat altijd voor de wedstrijd nog even naar de zonnebank. 7. Joost Platje, centrale middenvelder. Wordt niet voor niets “het beest” genoemd. Blijft negentig minuten lang gaan en als het moet honderdtwintig minuten. Heeft twee zuurstofcilinders op zijn rug. Geeft pas op bij het laatste fluitsignaal. Moet door de medische staf altijd klaargestoomd worden voor een wedstrijd wegens fysieke en geestelijke ongesteldheden. Laat aantoonbaar de tegenpartij slechter voetballen. Sterk punt: bikkelen, schaven en gaatjes dichtlopen voor de medespelers. Eet maaltijden die standaard in overlevingspakketten thuishoren. Komt daardoor wel eens te laat bij de bal door teveel kilo’s. Wordt uitgeleend aan Wroclaw Polen. 8. Peter van Dokkum, rechtermiddenvelder. Zomeraankoop op voorspraak van linkerspits Van Zon, die het afgelopen seizoen geen bruikbare ballen kreeg vanaf het middenveld en daardoor van de topscorerslijst verdween. Van Dokkum zal veel vuil werk op moeten knappen voor Van Zon. Kwaliteiten lijken veelbelovend. Hij moet voor de broodnodige stabiliteit zorgen in een labiel geheel. Robuust voorkomen zal de tegenstander enige angst inboezemen. Prognose: zal spoedig Jan Wouters doen vergeten. De topclubs zullen in de rij staan volgens de kenners. 9. Jan Maarten Cobben, linkerspits. Scoort overal en altijd. Nog een van de weinige buitenspelers die Nederland rijk is. Begrijpt maar niet waarom hij nog niet in Oranje speelt. De bondscoach zit zeker te slapen. Is nogal balverliefd en geeft zelden de bal af aan iemand die er beter voor staat om te scoren. Geeft verdedigers vaak het 66
nakijken. Is het in principe altijd oneens met de grensrechter. Als hij verkocht wordt is een ding zeker: degradatie. Specialiteit: het ontwijken van vliegende tackles. 10. Dries Koster, centrumspits. Komt van DOVO Veenendaal, nog in het bezit van al zijn voortanden. Scoort uit de meest onmogelijke posities. Torinstinct. Maakt vaak doelpunten waar een buitenspelluchtje aan zit. Speelt als een krant als hij geen toetje bij zijn bakje eten krijgt. Nachtmerrie voor statische verdedigers. Doet veel aan klantenbinding. Meubelstuk van de club. 11. Edwin van Zon, rechterspits. Maakte afgelopen seizoen een vormcrisis door, waardoor hij zijn tweede gouden schoen misliep. Werd veel beter gedekt en afgeschermd door de tegenpartij dan in de vorige jaargang. Trof bovendien veel paal en lat. Voorkwam door zijn goede vorm in het seizoen 91-92 een kortstondig verblijf van de club in de hoogste afdeling van het betaalde voetbal. Gaat misschien zijn kunsten in de Domstad vertonen. Beschikt over een fantastische omhaal. Specialiteit: de schaarbeweging. Trekt voornamelijk vrouwelijke toeschouwers naar het stadion. Stond lange tijd in de belangstelling van Honved Budapest. Rolf
SISSA - Spassky’s, The Icy Manipulator (Boris 7.3, 1994) Het is maandagavond 28 februari 1994. Uw razende reporter bevindt zich in één van Groningens meer befaamde uitgaansgelegenheden: De Walrus. Het is tegen middernacht als ik dit pand betreed en geheel achterin de niet minder befaamde eerstebordspeler der Spassky’s zie en de associaties met Jonas in de Walvis mij voor de ogen verschijnen. Rumoer en kabaal zijn alom aanwezig als ik een blik op zijn afgebroken stelling werp. Wit is JM Cobben met een koning op c2, een toren op a7, loper op b5 en een eenzame pion op a6, zwart is Inge R. met een koning op g4, paard op f2, toren op a3 en een groepje pionnen e6, f6 en g5. Het geschreeuw is niet van de lucht als JM zich probeert te concentreren op de af te geven zet. Ik ontwaar de heer Koster: “Geef toch gewoon op man.” De heer Zon “Hou toch op”, de heren Knockem en Biemolt “Allez Cobbe, geef op dan kunne we gaan” en diverse andere teamgenoten, die elk op hun eigen wijze hun eersteborder een hart onder de riem steken. Dan kijkt JM op en spreekt het verzamelde publiek berispend toe. Zijn stem klinkt zacht en bescheiden, maar zijn woorden missen desondanks hun uitwerking niet. “Mag ik misschien opmerken dat ik hier op winst speel?” Een kakofonische orkaan breekt los, waarbij met name het gebulder van de heer Koster en het gegier van de heer Stolk nog boven de rest uitstijgen. “O daar hebben we Cobben weer.” “Mafkees, doe toch eens voor het eerst in je leven gewoon.””idioot”. “Wat is het toch een arrogante kwal.” Wat een teamspirit hier bij de Spassky’s! 67
Nadat de envelop gesloten en getekend is neemt JM enkele teamgenoten apart in een hoekje. Er wordt gefluisterd, sommigen lopen terug naar het bord, anderen bieden blijkbaar omstandig en uitvoerig excuses aan, zo maak ik uit hun gebaren op. Even later doet zich de unieke gelegenheid voor tot een persoonlijk diepte-interview met de eerstebordspeler zelve. Aan de bar tref ik hem aan, offreer een rum-cola en quasi terloops (ik ben hier incognito) stel ik mijn zorgvuldig geprepareerde vragen: “Cobben, wat wazzer aan de hand?” “Ja, ik speelde tegen een vrouw en wat dat betreft heb ik hier bij de Sissanen een reputatie laag te houden. Het was dus eigenlijk een tactische opstelling hunnerzijds. “Maar hoe zadda dan? “Ik was natuurlijk veruit de superieure speler, maar in vrijwel gewonnen middenspelstelling sloeg de blunder mij uit de vingers. Vreselijk. Daarna heb ik misschien wat lang op winst gespeeld. Het is nog maar de vraag of dat gerechtvaardigd..” “Wat wadda dan met die afgebroken stelling?” “Ha. nou.” Cobben pakt een bord en werpt met losse pols een handvol stukken op de velden. “Kijk, die teamgenoten van mij hebben zonder het te willen maar weer al te duidelijk gemaakt wie hier de schaker is en wie niet. Mijn afgegeven zet is Ta7-c7, dreiging Tc4+ en Ta4 uit, en bovendien... “ Een dronken Sissaan passeert en Cobben heeft met één soepele tap de stukken weer van het bord gehaald. Nonchalant neemt hij een trek van zijn shag en kijkt mij bepaald doordringend aan. Plots dringt de waarheid tot mij door: Hier zit de Icy Manipulator in persona. One wrong move and l'm tapped. Ik durf niet te bewegen.
XABCDEFGHY 8-+-+-+-+( 7tR-+-+-+-' 6P+-+pzp-+& 5+L+-+-zp-% 4-+-+-+k+$ 3tr-+-+-+-# 2-+K+-sn-+" 1+-+-+-+-! xabcdefghy 68
Maar even later staat de stelling weer. Ik zie het allemaal niet zo snel en probeer nog iets te zeggen als: “Ja, maar asse nou op Tc7 eerst Ta5 speelt en na Tc4+ en Ta4 Txb5 antwoordt, om na a7 met Tc5+ en Tc8 een minimale draw binnen te halen? Cobben kijkt verveeld. Onder het aantrekken van zijn grauwe jas zegt hij nog: “Kijk thuis nog maar eens naar dit kleine variantje. Ik moet er vandoor. 41. Ta7-c7, Ta3-a5 42. a6-a7, Kg4-g3 43. Lb5-c6 en zwart kan slecht hopen op remise, waarschijnlijk tevergeefs.“ En weg is hij, het artifact. Jan Maarten
The Icy Manipulator, naschrift (2011) De uitslag die na uitspelen op het scorebord is gekomen, is helaas niet meer boven water gekomen. Jan Maarten zelf laat weten dat met zijn afscheid van de schaaksport rond de eeuwwisseling gelijktijdig zijn harde schijf met alle schaakdata is gewist. Interessant blijft de vraag hoe het nu werkelijk stond. Bedriegt schijn zozeer dat JM het gelijk aan zijn zijde had toen hij beweerde op winst te kunnen spelen? Of hebben hier toch een bulderende Koster geflankeerd door een gierende Stolk het bij het rechte eind? Beiden lijken slechts te redeneren vanaf net boven hun broekriem, maar soms is het eenvoudig zo dat schoten voor de boeg volstrekt toevallig doel treffen. Siliconen geven anno 2011 het sluitende antwoord. Laat het apparaat even op twintig zetten diep ratelen en er rolt uit dat het nagenoeg gelijk staat, hooguit is het een weinig beter voor de witten: +0.36. De zet Tc7, door JM te midden van brallende teamgenoten in een bejoelde en omdanste heksenketel gevonden, blijkt de sterkste manoeuvre. Respect. Een variantje van Fritz: 1. Tc7 Pe4 2. Tc4+ Kf3 3. Ta4 Tc3+ 4. Kb2 Tc7 5. Ta3+ Kf4 6. a7 Txa7 7. Txa7 g4 8. Kc2 g3 9. Lf1 e5 10. Kd3 +0.36 Volgens Fritz kan wit niet verder komen. Dit oordeel laat onverlet dat JM wel degelijk op winst kòn spelen. Het is namelijk zwart die op het juiste verborgen idee moet komen: zo gauw mogelijk haar toren tegen de pion offeren om met een paard en drie pionnen tegen toren en loper een soort van naar voren stiefelende vesting in te nemen. Zeventien jaar later, terugblikkend, wil ik daarom als laatste woord dit toch stellen: The Icy Manipulator: Cobbig…..maar ook cool. Putski
ESG - Spassky's, oftewel de afgebroken partij (Boris, 8.2, 1994) Eindelijk is het dan zover. Voor het eerst sinds ik weet niet hoelang maak ik een NOSBO-uitwedstrijd mee, eentje waarvoor je diep de provincie in moet trekken. 69
Herinneringen aan een ver verleden trekken langs: Ten Boer met negen man in een auto, Veendam om half twee 's nachts bij -10°C en een niet te starten wrak van de maand, sightseeing Roden, een seniele bejaarde tegenstander in Baflo. Wat zal er vanavond gaan gebeuren!? Emmen is de plaats van deze clash of the titans. Verzamelen bij het Groninger hoofdstation. Peter komt laat en moet dan nog pinnen. Maakt niet uit, we zijn toch nog ruim op tijd. In de auto zegt NOSBO-competitieleider Koos dat de Emmense statistieken wijzen op de volgende merkwaardigheid: Emmen breekt bij thuiswedstrijden veel partijen af, bij uitwedstrijden nooit. Ja, Emmen ligt ver buiten het kloppend hart van het NOSBO-gebied. We zijn gewaarschuwd. Zonder noemenswaardige problemen vinden de drie Spassky-auto's de speelzaal. Nadat de partijen zijn begonnen, vind ik ondanks de toezegging het wedstrijdverslag te verzorgen absoluut geen tijd om rondjes langs de borden te gaan lopen. Vandaar dat het verslag vanuit het gezichtspunt van bord 6 wordt geschreven. Links van mij is Koos bezig zijn tegenstander te pletten en het punt wordt voor het eind van de avond genoteerd. Koos schijnt een partij tussen de Kroatische Margot Pyrc en de Serviër Magic te hebben gevolgd, zowaar geen slechte ingeving. Ietsje verder links (verder kunnen we niet, overigens) is Paul bezig met een dieptepsychologische aanpak. De Emmenaar verzinkt in een diep gepeins en als hem niet veel tijd meer rest, wordt door onze man een kien remiseaanbod geplaatst. We schrijven het halve punt bij. Bord 6 is vanaf het begin in walgelijke problemen. Na veel gedraaikont lijkt schrijver d6 de zaken te redden maar tegenstander A3 Verhoog, een fanatieke schlachtenbummler van André H6, pakt me toch een pionnetje af. 'G4!' werp ik nog tegen, maar mede door de tijd wordt mijn verweer zwakker. We naderen toch nog het afbreken. Rechts van me, aan bord vijf zit Henk een solide remise te spelen, maar verliest toch, of ben ik nou in de war met Rolf aan bord vier. Hoe dan ook, Henk en Rolf scoren samen nul punten. We noteren 0 punten. Het vermaledijde afbreken doemt op aan de horizon; voor mezelf is dit, lijkt het, het hoogst haalbare voor vanavond. Na veertig zetten heb ik 1.59 uur op de klok en mijn tegenstander een half uurtje minder. Afbreken is nog niet aan de orde. Nog tien zetten verder staat mijn klok op 2.30 uur en die van Verhoog nog steeds op 1.30 uur. 'Ik breek af', zeg ik, omdat ik toch wat hoop heb geput uit het ongelijke-lopereindspel. 'Kan niet', zegt Koos. 'Hoezo niet'. 'Eerst vier uur spelen'. Ik probeer enkele keren 2.30 en 1.30 op te tellen, kom tot de slotsom dat dit toch echt 4.00 moet zijn, vergelijk dit met mijn horloge en de andere schaakklokken, maar nu moet de conclusie luiden, dat er slechts 3.30 uur is gespeeld. Verwarring maakt zich van mij meester. Na enige tijd besef ik dat mijn klok een half uur te snel heeft gelopen. Verhoog, de minutenmiljonair, oppert dat zíjn klok wel eens veel te snel kon hebben gelopen, de hypocriet! In plaats van zwaar protest aan te tekenen geef ik mijn 51e zet onder couvert af en begin eens wat rond te kijken wat er bij de drie overgebleven 70
stumpers gebeurt. We noteren dus nog geen punten voor bord 6, maar de eerlijkheid gebiedt me te zeggen dat er weinig hoop is. Dat zal voor twaalven wel opgeven worden! Peter v. D. is bezig Kloppenburg te pletten, Dries maakt mootjes van Van Os en JM heeft geen kind aan Roos. Vier uur gespeeld, nu echt. Verwachte uitslag: 4½3½ voor de onzen en daar lijkt geen speld tussen te krijgen. Dit vindt Dries ook en hij zegt dan ook olijk tegen Kloppenburg: 'Aan bord 1 noteren we het punt alvast voor ons'. Nou kan Kloppenburg wel een kwaliteit en twee pionnen achter staan, en bovendien geforceerd een stuk verliezen, maar aan onze noteerwoede werkt de patser niet mee! Alle Emmenaren worden bewerkt om af te breken, en de vier Spassky's twee weken later te laten terugkomen. Bedankt Dries! Afgebroken, tussenstand: 2½ - 1½ voor ESG. Het fenomeen afbreken leidt in de schaakwereld en op oudejaarsavond al jaren tot verhitte discussies, en ook ik heb al die tijd een zeer vastomlijnde mening hierover gehad. Men breekt geen bushokjes en telefooncellen af! Nu moet ik mijn mening lichtelijk aanpassen: Behalve als dit in Emmen gebeurt! Twee weken later sta ik voor het Groninger station te wachten op mijn drie teamgenoten. Dries verschijnt als eerste (dus als tweede). Zegt dat hij steeds telefonisch contact met de ESG-captain heeft gehad, maar dat deze er ook niks aan kon doen, en ook van de zaak baalde. Als klap op de strijker vertelt Dries ook nog, dat Kloppenburg om half zes telefonisch heeft opgegeven. De aanstichter van dit alles piept er dus tussen uit. Wat sportief tegenover Peter! Wat een lafaard! De reis naar Emmen is zeer deprimerend. Jan Maarten houdt maar niet op over Magic en zijn walging van Emmer methodes. Schaken is niets meer en oh ja, hij heeft het ook over Magic. Hij baalt er van en tevens heeft hij het over M.... Emmen. Na twee minuten geeft Roos op. We noteren het punt voor Jan Maarten. Weer twee minuten later geeft Van Os op. We noteren het punt voor Dries. Ik weet niet wat mij bezielde, maar ik kon geen afscheid nemen van mijn straal verloren stelling, waarschijnlijk omdat Verhoog continu Dries zat te bestoken met de vraag waarom ik niet opgaf. Een half uur later was het echt met me gebeurd. We noteren dit punt voor Emmen. Gelukkig waren we toch nog redelijk vroeg terug in Groningen! Ik ben benieuwd wat de volgende uitwedstrijd zal opleveren?! Thale
71
BON TER WAARDE VAN 50 CENT VERMENIGVULDIGD MET DE AFSTAND EMMEN-MIJN CLUB Ondergetekende: ..................................................... Speler van vereniging ............................................... verklaart dat hij/zij de ESG-speler ................................. een afgebroken partij in de maag heeft gesplitst, waardoor deze Emmenaar een reis moest ondernemen naar mijn club te ................ Reisafstand: ...... km Mijn bank/gironummer is ............ Handtekening ...................................................... Handtekening ESG-er X DE PENNINGMEESTER VAN DE SPASSKY'S ZAL HET VERSCHULDIGDE BEDRAG ZO SPOEDIG MOGELIJK OVERMAKEN OP BOVENSTAAND BANK/GIRONUMMER
Een terloopse opmerking (Boris 8.2, 1994) Het was een novemberavond. Droog, maar toch wat klam. Kil, maar niet echt koud. Somber, maar niet echt triest, november dus. Verrassend op tijd hadden de Spassky's zich verzameld bij het hoofdstation der Nederlandse Spoorwegen te Groningen. De penningmeester der Spassky's zat weer eens achter de contributie aan, hetgeen niet bij iedereen ter plekke tot resultaat leidde. De gemiddeld genomen stijgende levensstandaard der Spassky's bleek onder andere uit een bataljon, bestaande uit vier automobielen, dat zich verdrong om toekomstige KNSB-ers te mogen vervoeren. Hieraan hebben we de volgende selected uitspraak van JM te danken: “Laat die van mij maar staan, hij is niet meer te vertrouwen.” Uit wraak heeft de rode tank JM inmiddels geheel in de steek gelaten en schiet deze nu wortel aan de rand van de snelweg. De reis naar Emmen verliep voorspoedig De dodenweg leverde slechts een door ondergetekende bijna geschept konijn op. In Emmen wilde Dries nog op bezoek bij een kennis in een andere wijk, maar hij zag hier tijdig vanaf, zodat het gehele team, jawel, op tijd, zich in de ESG-speelzaal meldde. Waarom schrijf ik nu een schaduw-wedstrijdverslag? Er kan maar één reden zijn: Rammelbak. Reeds bij onze binnenkomst staat hij daar. De onverzettelijke Drent. Quasi nonchalant in gesprek met clubgenoten, doend voorkomen alsof onze entree ongemerkt is gebleven. Of bespeuren wij daar toch een blik uit de ooghoeken in de geest van: Is die Van Zon er ook? Jaaa. Schudhofje, we hebben je wel door! De opstellingen worden genoteerd, het welkomstwoord gesproken, de handen geschud en de wedstrijd neemt een aanvang. Psychologische motieven, dit is een kwestie van 72
aanvoelen, hebben teamleider Dries tot de conclusie gebracht dat Peter de Trilplaat moet bestrijden. Een juiste keuze! De avond verloopt geheel volgens verwachting. E.S.G. is altijd goed voor veel matchpunten, maar heeft traditioneel moeite met de Spassky’s. Aan het eind van de avond staat E.S.G. weliswaar voor, maar er zijn vier afgebroken partijen, waarvan alleen Thale zal verliezen en de rest vermoedelijk zal winnen. De prognose is een nipte winst. Shakeyard contra Van Dokkum is ook afgebroken. De hele partij heeft zich afgespeeld in een niet zeer onvriendelijke stemming, maar vlak voor het eind, Rammelbak staat inmiddels verloren, is er toch de eerste aanvaring. Er zijn veertig zetten gespeeld en nog 45 minuten te gaan in de reguliere vier uur. Peter: ”Ik wil nu afbreken.'' Klopgeest: ''...'' Peter breekt af, sluit de envelop en wil de tijden noteren. Rammelbak:''Je krijgt nu wel tijd in mindering, je hebt dan nog 18 minuten.'' Een juiste conclusie en puntig verwoord door de stoere Drent. Peter: “Ehh waarom? Ehh.....'' Trilplaat: “We hebben nog geen vier uur gespeeld.'' Peter: “….. oh ja, shit.'' Vanaf dat moment is de onderlinge verhouding als in de vroege ijstijden: kil. Shakeyard: ”Wil je analyseren?” Peter: “Nee.” Peter zit even droog voor zich uit te staren, de bloedsomloop naar het hoofd wat versneld, wat op een lichte vorm van ongezonde opwinding, ergernis in de volksmond, duidt. Vervolgens lummelt hij wat met teamleden, kijken wij naar zijn afgebroken partij, die gewonnen blijkt te staan (zeker wanneer Henk met Df4 op de proppen komt, wat een klasse). Na enige tijd planten we die zet ook op het bord in de analyse, waarbij we net doen alsof Rammelbak het niet mag zien, maar er niet omheen kan, de verleiding is te groot (non-verbaal: hé Schudhof, Df4, helemaal uit, geef maar op!). En ja hoor. Even later heeft Schudhof Df4 met clubgenoten op het bord. Gemompel, hmm ja, toch wel ernstig, ziet er slecht uit. Rammelbak is al niet meer toerekeningsvatbaar. Een donkerrode blos op de wangen, een onberekenbare uitstraling, het stadium van één verkeerde opmerking en het is schluss. Toch doet zich het opmerkelijke feit voor, dat zich een korte, edoch in de grond vriendelijke conversatie tussen beide kemphanen ontspint en je voelt gewoon, dat Klopgeest op het punt staat, of althans overweegt, om op te geven. Dries, die al enige tijd rondloopt en zich allerlei frivoliteiten permitteert, neemt ook eens een kijkje bij de verkenningen aan bord 1. Hij ziet Df4, hij zag dat het goed was, om eens een treffend citaat neer te zetten....... EN PLAATST DAN DE VOLGENDE TERLOOPSE OPMERKING: ''HEE PETER, DF4, DREIGT G5. NOTEER DAT PUNT MAAR.” Dit mist zijn uitwerking niet. Trilplaat kijkt op, als door een wesp gestoken. Je ziet de chemische reacties verlopen in de hersenpan, het hart bonkt, en hij spreekt:''Ja, als jullie zo gaan beginnen.” Terugkomen dus, hahahahaha. De terugreis verliep 73
uitstekend, 80 in de bebouwde kom van Emmen, 80 op de dodenweg (Rolf: Henk, je bent toch wel een veilige coureur.”), 140 op de snelweg en, joyridend met Dries,100 in de bebouwde kom van Groningen. Mooi figuur, die Dries. Geweldig. Henk J.
De nieuwe kaarten van Jan Maarten (Boris 8.2, 1994) Jan Maarten was de belangrijkste man van de stad. Iedereen keek tegen Jan Maarten op. Maar sommigen dachten stiekem dat hij een beetje ijdel was. Als Jan Maarten iets deed, het maakte niet uit wat het was, dan deed iedereen hem na. Vooral Henk en Koos, van wie iedereen stiekem dacht dat zij een beetje dom waren, deden altijd precies wat Jan Maarten deed. Op een dag zei Jan Maarten tegen de spelletjesmaker van de stad: “Ik wil iets bijzonders. Iets wat niemand anders heeft. De spelletjesmaker, die heel slim was, krabde achter zijn oor en zei: “Ik heb iets wat heel bijzonder is en wat niemand anders heeft en hij haalde uit zijn broekzak een paar kaartjes waar zijn zoontje van drie zojuist wat krabbels op gemaakt had. “Met deze kaarten, Jan Maarten, kunt U een heel ingewikkeld spel spelen. Zo ingewikkeld dat alleen de allerslimste mensen van de stad het begrijpen. En pas als je het begrijpt, is het leuk. Anders vind je er niets aan.” Jan Maarten was verrukt en hij wilde meteen met de kaarten gaan spelen. Hij belde Henk en Koos, die natuurlijk onmiddellijk heel veel kaarten van de spelletjesmaker wilden hebben. Maar de spelletjesmaker, die heel slim was, liet ze er wel flink voer betalen. Jan Maarten, Henk en Koos legden om beurten een kaart op tafel, waarbij ze heel geleerd keken. Af en toe riep Jan Maarten op goed geluk: “Zeven mana voor de ijzige terminator”, waarop Koos of Henk op goed geluk riep: “Negen taps tegen de paarse draak.” En dan zeiden ze allemaal dat het toch zo'n leuk spel was, als je het begreep tenminste. Dat ging zo een tijdje door. De spelletjesmaker had zijn zoontje intussen vervangen door zestig peuters, die voor een lolly per uur allemaal kaartjes voltekenden. Ook had hij een nieuw huis gekocht en een nieuwe auto. Plotseling had Jan Maarten een slim idee: Koos, Henk, luister eens. Ik ga een toernooi organiseren, zodat iedereen kan zien hoe slim wij zijn. Alleen de allerslimste mensen zullen er iets van begrijpen en die mogen dan meespelen. Een paar dagen later was het zover. Jan Maarten, Koos en Henk speelden aan een tafel omringd door zware touwen, waarachter rijen mensen zich verdrongen. De eerbiedige stilte werd af en te verbroken door Jan Maarten, als hij op goed geluk riep: “Twintig popo achter de interplop”, waarop Koos of Henk dan op goed geluk riep: 74
“Veertig flos in de knippelknos.” Niemand van de omstanders durfde aan een van de lege tafeltjes met stapeltjes kaarten te gaan zitten. Zij waren niet slim genoeg, dus hoe konden zij het dan leuk vinden? Dat kon immers alleen als je het begreep. Peter, het slimste jongetje van de klas, was ook op het toernooi afgekomen. Hij vond het maar raar dan niemand iets van het spel begreep, behalve Jan Maarten en Koos en Henk. Vooral omdat hij altijd stiekem dacht dat Jan Maarten een beetje ijdel was en dat Koos en Henk een beetje dom waren. Peter drong zich door de eerbiedige haag toeschouwers en bekeek het spel een tijdje. Af en hoorde hij Jan Maarten hele rare dingen roepen, zoals “honderd floepies tegen de taptaptoe”, waarop Henk of Koos dan vaak riep: “tweeduizend tala’s over de maraboe!” Peter moest een beetje lachen en zei toen hardop: “Maar het is onzin wat ze zeggen. Er is helemaal niets aan.” Eerst schok iedereen geweldig, maar toen begon de schoolmeester, die toch heel slim was zachtjes te grinniken. Toen ook de burgemeester zich niet meer kon inhouden en hardop begon te lachen, was er geen houden meer aan: alle mensen schaterden het uit om die domme Koos en Henk en die ijdele Jan Maarten. Jan Maarten probeerde eerst nog even verstoord-geleerd te kijken, maar had al snel in de gaten dat het niets meer hielp en de mensen alleen maar harder gingen lachen. Jan Maarten, Koos en Henk liepen vlug weg en gingen in een andere stad wonen. Peter werd later de belangrijkste man van de stad en de mensen lieten zich nooit meer beetnemen door een ijdeltuit als Jan Maarten. Peter
Kraak de Kooscode (Boris 8.3, 1995) Hoewel het aantal praktijkvoorbeelden honderdvierentachtig bedraagt, en mijn IQ dat getal waarschijnlijk dicht nadert, was het wel even puzzelen! Iedereen weet natuurlijk dat Koos altijd alles verdraait wat iedereen zegt (deze zin zou van hem afkomstig kunnen zijn, maar dat begrijpt U straks), maar dat er zo'n duidelijk systeem aan Koos‘ gebral ten grondslag zou liggen had niemand verwacht, Koos misschien nog wel het minst. Welnu, wat is de sleutel? Bezie onderstaande kolommen. De linkerkolom bevat woorden die tot Koos gesproken zouden kunnen zijn, door mij 'in' genaamd, De rechterkolom daarentegen, ‘uit’ genaamd, laat de woorden zien die Koos zou gebruiken om de inhoud van de woorden uit de linkerkolom aan iemand door te geven. Het spreken van ‘in’ en ‘uit’ heeft het voordeel dat wij ons niet af hoeven te vragen of Koos de woorden uit de linkerkolom eenvoudigweg niet goed verstaat, of hij de woorden welbewust verdraait, of hij zelf niet weet wat hij zegt. Wij benaderen de zaak vanuit een zuiver beschouwend perspectief. In:
Uit: 75
wel eens soms vroeger in de toekomst acht het niet uitgesloten geloof geloof niet zou kunnen misschien wellicht niet 100% zeker een paar dingen iemand (negatieve context) Iemand (positieve context) Koos Spassky’s
altijd altijd altijd nu weet zeker weet zeker weet zeker gaat vast en zeker vast en zeker uitgesloten alles Peter Koos Spassky’s Koos
Nu weet U dus wat er van zinnetjes als “Wanneer de vergadering door Koos wordt georganiseerd missen we Spassky’s op de afgesproken dag.” of “Ik acht het niet uitgesloten dat speler H. in de toekomst bij club S. zou kunnen spelen.” terecht komt! Wanneer U zich al eens verbaasd hebt over een door Koos doorgegeven boodschap, kunt U de oorspronkelijke tekst (met enige redundantie) achterhalen door de procedure in omgekeerde richting te volgen. Peter
Competitievervalsing (Boris 8.4, 1995) Roden 1
-
Spassky's
7 schakers 1 schaker
-
7 schakers lucht
winst 1-0 ------winst
Voor de Spassky's, dat wel. Ik meen dat we met 5 - 3 gewonnen hebben, maar weet dit niet zeker meer. Is dit belangrijk? Nee! Is er nou echt een Spassk geïnteresseerd in de precieze eindstand? Nee! Wat de moeite van het vermelden waard is:
76
-
-
Rolf had last van zijn rug, is inmiddels weer beter, maar moest de match op teletekst volgen. Zeven Spassken stonden voor een onmogelijke opgave, want: We moesten winnen om geruchten over een mogelijke degradatie van ons sterrenteam de kop in te drukken. En dus werd Rolf verguisd, maar is nu wel weer geliefd, want hij is inmiddels verhuisd en kan dus in het vervolg koken voor de Spassky's, wat niet kon vanwege zijn onderbuurman, en dus hoeft Dries minder vaak te koken. we aten bij Dries. De kwaliteit van het geserveerde was voldoende. we moesten naar Roden en omdat ik mijn luxueuze mobiel had thuisgelaten: Maakten Thale en ik (Henk) een zeer twijfelachtige rit mee in een Fiat Panda, waarvan: Peter de chauffeur was (geleend van familie) en waarin: het comfort ronduit rampzalig te noemen was (middeleeuwse martelmethodes verbleken bij wat je in dat vehikel als nietsvermoedende passagier moet doorstaan). Ik noem (en dit is slechts een ruwe selectie van de door mij geconstateerde gebreken): - geen achterbank, maar even later wel (door Peter toevallig uit de laadbak opgediept) - rumoer van het vehikel zelf - rumoer van wat later bleek een autoradio of cassetterecorder te zijn - het niet functioneren van diverse essentiële meters - her en der elektrische bedrading, die nergens naar leidde, maar uitmondde in koperkleurige uiteinden - de tamelijk muffe atmosfeer, bevorderd door een onwillige klimaatregeling - overige gebreken, niet nader te specificeren - de opmerkelijke rijstijl van de chauffeur. We kwamen goed aan in Roden, vonden snel de speelzaal, dus Peter weet wel met dit karretje om te gaan. Over de match zelf geen informatie. Dit ging wel goed. De Groninger koek tot slot was gratis en erg lekker. Ik ben met Dries mee terug gereden.
77
1 2 3 4 5 6 7 8
Roden T.H. Visser (1990) D.T. Dalmolen (1815) L. Boskma (1785) H. van Bemmel (1730) P. Holthuysen (2045) R. Frieswijk (1640) R.R. Matulessy (1630) S. Cats (1585)
Spassky’s Peter N.O. Jan-Maarten Henk Dries Thale Koos Pay
3-5 1-0 1-0 0-1 remise 0-1 0-1 0-1 remise
Henk J.
Financieel jaarverslag 1994-1995 (Boris 8.4, 1995) Dat had hier dus moeten staan. Dat is er dus nog niet. Overbodig te zeggen, dat ik er mee bezig ben! Ik zal er niet met de kas vandoor gaan. We hebben namelijk nog een kas. De Spassky's staan er namelijk goed voor! Door een bombardement van contributiebetalingen is er geen achterstand meer. Alle rekeningen zijn betaald. We hebben drie donateurs: Edwin, Fred en Joost. Aflossing van de schulden aan Dries en Jan Maarten kan met twee vingers in de neus plaatsvinden. We hebben zelfs een plusrekening op de giro en vangen dus rente!!!!! Door een plotselinge toename van het aantal leden ziet de financiële toekomst er rooskleurig uit. Ik doe het volgende. Voor 1 juli stuur ik iedere Spassk, dus ook de nieuwe leden, de volledige cijfers toe, dus beginbalans, resultaat, eindbalans alles voorzien van een toelichting. Toch nog een aardig verslag geworden... . Henk J Naschrift Putski: ik was een van de nieuwe leden in 1995. Sindsdien houd ik ieder jaar in de tweede helft van juni verwachtingsvol mijn brievenbus in de gaten. Zou het in 2011 zo ver zijn?!
Mijmeringen van een bordenjongen (Boris 9.2, 1995) Ze zaten vlak bij me. Piket, Lautier, Tiviakov en Adams. Iets verder Karpov en Sokolov. Ik mocht stil doch alert de stukken verzetten op de grote borden naast de grootmeesters. Dus dit waren diegenen voor wie ik nu automatisch eerbiedig was. Alleen de ex-wereldkampioen onder hen zou ik misschien op straat herkennen. Ik 78
bekeek hun kleding, hun schoenen, of hun haar goed geknipt was. Adams viel me op door zijn gymschoenen met 33 erop en zijn gewone kleding. Bij hem voelde ik niet die afstand die ik bij Piket en Lautier wel duidelijk voelde. Als mij nu al zoveel gedachten te binnen schoten, hoeveel last zouden deze jongens dan daarvan hebben. Van al die mensen die, omdat je een sterke grootmeester bent, van alles aan je opmerken. Er was er maar één die me bewust aankeek. Karpov wendde zijn blik af toen ik dat in de gaten kreeg. Zouden zij ooit bordenjongen geweest zijn? Hoe lang waren ze toen ze grootmeester werden? Met mijn 1 meter 85 moet ik nog reiken om de stukken op de achtste rij te verzetten. Raoul
Opkomst en ondergang van een godheid (Boris 9.2, 1995) De volgende zin mailde ik 's morgens na de wedstrijd tegen Groningen 5 naar alle Spassky's met email. ''Mijn pionoffer gevolgd door het loperoffer is afgelopen nacht niet (niet!) weerlegd. Zou ik dan eindelijk goddelijk zijn?” De reacties dezelfde dag nog in volgorde van bijeenkomst: PETER: Als je dat werkelijk dacht had je het offer wel aan mij laten zien... Het lijkt me nog wat vroeg voor een eredienst. DRIES: Koos: je hebt dus gewonnen? Geweldig, leuke partij trouwens, zeker een analyse waard en een publicatie in de Boris. Hoe was trouwens de uitslag? JAN MAARTEN: Het zal niet waar zijn. Je geeft de man een (1) schouderklopje en meteen groeien de ego's de achtste hemel in. Wat niet wegneemt dat het inderdaad een mooie partij was, geheel in JM-stijl. Veel goddelijker is echter, dat je rond deze tijd al op bent...oeps, vergeten dat je tegenwoordig ook een noeste arbeider bent. Kun je tegen de baas zeggen dat hij snel opgeeft? Zelfs zijn teamleden vonden het gênant dat hij gisteren nog afgebroken heeft. ARJEN: Laat die stelling maar even zien, ik weerleg 'm wel even. HENK (vP): Al zo lang ik je ken vond ik jou onmiskenbaar iets goddelijks hebben. (Goden zijn er immers ook in soorten en maten: je hebt ook heel onnozele...) Ik begrijp je twijfel aan deze status niet. THALE: Ik had mijn mailtje al klaar met het verzoek om een sappige sfeerbeschrijving + tussenstand van gisteren’s wedstrijd. Je was me voor: good thinking! PS: Je bent echt geniaal; we zeggen echter altijd van niet om je een beetje te temperen. Dan lijkt 79
het net of wij (de rest van de Spassky's) toch nog een beetje bij je in de schaduw kunnen staan! Wat hiervan te zeggen? - Bij Peter loopt het over van afgunst, veegt hij een talentje, gaat toch alle aandacht naar Koos. - Dries, de positivo, valt alleen maar op door zijn (in dit artikel niet te zien, want gecorrigeerde) zeer slordige gebruik van opmaak van zijn reactie. - Jan Maarten is toch nog beter, het komt natuurlijk allemaal door zijn invloed. - Arjen moet zich duidelijk nog bewijzen, grootspraak. - Henk (vP) waarschuwt mij eigenlijk al voor de latere val; een profeet. - Thale valt op door zijn eerlijkheid. Dan nu de partij die dit allemaal teweegbracht. Wit: Koos Stolk (1710 en dalend) Zwart: Peter Steeneken (1700 en stijgend) 1.e4 c5 2. c3 Pf6 3. e5 Pd5 4. d4 cxd4 5.cxd4 Pc6 6.Pf3 d6 7.Lc4 Pb6 8. Lb5 a6 (al niet zo goed, Ld7 is beter) 9.Lxc6 bxc6 10.Pc3 Lg4 11.h3 Lh5 12.e6 ja een pionoffer. meestal als ik iets offer ben ik het ook kwijt, maar ik voelde mij bijzonder deze avond) 12...fxe6 13.0-0 h6 14.Te1 Dd7 15.Pe4 g5 16. g4 Lg6 17 Lxg5 (nog een offer, zijn beste kans ligt in 17...Lxe4, maar ook dan sta ik beter. Nu hij dat nalaat is het helemaal uit.)
XABCDEFGHY 8r+-+kvl-tr( 7+-+qzp-+-' 6psnpzpp+lzp& 5+-+-+-vL-% 4-+-zPN+P+$ 3+-+-+N+P# 2PzP-+-zP-+" 1tR-+QtR-mK-! xabcdefghy 17...hxg5 18.Pexg5 0-0-0 19.Txe6 Txh3 (toch nog even schrikken, maar het helpt hem niet) 20.Db3 Pd5 21.Tc1 Lh6 22.Dxd5 Kb7 23. Db3+ Ka7 24.Pxh3 Lf7 25.Tce1 Lxe6 26. Dxe6 Ka8 27.Dxd7 28.Phg5 Tb7 29.Te2 Kb8 30.Pe6 Kc8 31.g5 1-0 Het mooiste was toch wel de reactie van mijn tegenspeler en verschillende Groningenspelers: ''je stond toch gewoon een stuk achter, wat had je nou”; sukkels. 80
Na een analyse tot 1.30 uur legde iedereen zich bij mijn superioriteit neer. Een nachtje slapen verder begon ik mij goddelijk te voelen. Maar onderweg naar mijn werk dreef de wereld de spot met mij. Regen hoosde over mijn lijf. Stoplichten sprongen spontaan op rood en bruggen moesten juist bij mijn aankomst schepen doorlaten. Ik was immers god, mij kon niets deren. Die dinsdag snel naar Sc Groningen om verder god te zijn. Mijn tegenstander is lmme van den Berg, vroeger een talent, nu een degelijke speler. Wit: Koos Stolk (1710) Zwart: Imme van den Berg (2005), 1. e4 e5 2 Pf3 Pc6 3 Lb5 a6 4 La4 Pf6 5.Lxc6 (hij speelt altijd open Spaans en daar heb ik meestal geen zin in) 5...bxc6 6. d3 d6 7.Pbd2 Le7 8.Pc4 Lg4 9. h3 Lh5 10.0-0 0-0 11.Te1 Dd7 12.c3 h6 13.d4 exd4 14.cxd4 Tfe8 15.e5 Pd5 16.Dd3 Lg6 17.De2 Pb4 18.Pe3 Pd3 19.Td1 Pf4 20.Df1 Le4 21.Ph2 dxe5 22.f3 Lh7 23.Peg4 Df5 24.Pxe5 Ld6 25.Lxf4 Dxf4 26.Phg4 h5 27.Pf2 Tab8 28.Pe4 Txb2 29.Dd3 en hier schrok ik me rot (oké ik sta niet al te best, maar te vechten valt er nog). Na 29...Lxe4 30.Dxe4 Dg3 is het mat niet meer te voorkomen. Hij speelt 29...Lxe4, ik kijk nog even en geef op. Waarom is zijn reactie, na 30...Dg3 speel je 31.f4 en dan moet ik het nog zien.
XHGFEDCBAY 1-mK-+R+-tR! 2+P+-+-trP" 3Pwq-+-+-+# 4+-zPQzP-+-$ 5p+-sN-+-+% 6+-+-vlp+p& 7-zpp+-zp-+' 8+k+r+-+-( xhgfedcbay Terug op aarde. Koos De redactie (Dries) voegde de resultaten toe: (overigens gebiedt de eerlijkheid te zeggen dat we een boete kregen omdat we het wedstrijdformulier niet opstuurden; ik ging die avond als kijker eerder weg, maar vroeg het aan iemand, niemand weet er iets van; sorry dus) 81
1 2 3 4 5 6 7 8
Spassky’s Henk van P. Peter Rolf Jan Maarten Henk J. Koos Arjen Raoul
Groningen K. Haveman (1880) J. Schrage (1835) E. Zuiderweg (1705) J. Zwanepol (1710) G. Blom (1710) P. Steeneken (1700) J. Koops (1705) G. Visser (1745)
5-3 1-0 1-0 0-1 1-0 0-1 1-0 1-0 0-1
P.S. Putski: Had deze partij vijftien jaar later plaatsgevonden dan had Koos dezelfde nacht nog geconstateerd dat Fritz zijn offer kraakt (de weerleggingen zijn legio)…maar waren we ook verstoken gebleven van dit fraaie verslag, ’24 uur god’. Pas na 21…Lh6?? is wit weer aan het roer, een constatering waarnaar men vergeefs zoekt in Koos’ relaas….Je hebt behalve onnozele goden kennelijk ook zeer selectieve - die slechts kennis geven van het hen welgevallige.
DE CRISIS (1995) Gekrakeel met email (Boris 9.3, 1995) Peter stelde voor wat mailtjes tussen Dries (begint) en Jan-Maarten te plaatsen, vooral omdat in mailtje nr. 4 gesteld wordt dat een beetje redacteur dat bericht integraal in de Bopis zou plaatsen. 1. Dries: Lieden: as. donderdag maken Peter en ik de Boris af. Het zijn weer dezelfde mensen die schrijven. Waar blijven Koos, Thale, Jan-Maarten en Arjen? Zelfs Henk Jansen stuurt niets, ook geen financieel verslag (!?). Misschien moeten we maar stoppen met de Boris, m.i. heeft het behalve een fanatieke Henk v.P., Dries en Peter niet zoveel zin. 2. JM: Ja er moet een einde aan komen. Het heeft geen zin meer, de Bopis niet, de Spassky’s niet. Het zat er in en diverse gedragingen van diverse lieden waren en zijn symptomen van het onvermijdelijk vaststaande: Aan alles komt een eind. En dat der Spassky's is aanstaand 3. Dries: Wat een doemdenken! Dit is verboden en ik ben het niet met je eens. 4. JM: Ach, zo gaat het nou altijd. De feiten worden verwoord, een Realpolitiker spreekt. En onmiddellijk volgen de beschuldigingen in tendentieuze doch holle woorden weergegeven en wordt men vervolgens gecensureerd en het zwijgen opgelegd. Een beetje redacteur zou dit bericht integraal in de Bopis opnemen: OVER, UIT EN AFGELOPEN: LES SPASSKYS, ILS SONTS MORTS. Een zwarte rand aan dit laatste nummer zou niet misstaan. Ik neem aan bij het uitblijven van enige reactie daarop binnen enkele maanden ook rasoptimisten als jijzelve de realiteit onder ogen zullen moeten zien. 82
Het Wezen der Spassky’s (Boris 9.3, 1995) Peter: De grote conflicten van deze tijd staan alle in het teken van het zoeken en bevestigen van de eigen identiteit. Na het uiteenvallen van de oude machtstructuren zoeken mensen naar nieuwe idolen en zondebokken en proberen zij, uit alle macht, het gemeenschapsgevoel te hervinden. Het gevoel ‘nergens bij te horen' kan bergen verzetten, en oorlogen ontketenen. Het is niet zonder enige schroom dat de redactie voorstelt een nieuwe rubriek in de Bopis in het leven te roepen, getiteld ‘het Wezen der Spassky’s'. Zal dit niet tot grensconflicten leiden? Dreigt de ALV van juni te ontaarden in een totale oorlog? Wij wagen het erop. Uit nieuwsgierigheid! Want wat bindt een olijke schoolmeester aan een gereformeerde student? Een zelfingenomen astronoom aan een self-made astroloog? Een scheidende (komt van Dries) huisarts aan een scheidsrechter met nierstenen? Een poker-ideoloog aan de vader van Jolien? Een zwangere computerprogrammeur aan Arjen? Wat bindt Henk Jansen? Koos, veroorzaker van en schuldige aan de meest recente crisis der onzen, heeft beloofd de serie te openen. Koos: De laatste weken verschijnen er vreemde mailtjes op mijn beeldscherm. Het gaat niet goed met de Spassky's, er schijnt een 'Bopis' uit te moeten komen, en hef de boel maar op, verleden tijd die club. En dat alles terwijl deze schaakclub aan het begin staat van een nieuw tijdperk. De zaterdagwedstrijden zullen het karakter van de vereniging veranderen. Niet meer: ''Zal ik nog even koffie zetten, want een kwartier of een half uur te laat maakt niets uit, maar ''Zullen we nog koffie nemen, na deze grote overwinning van afgelopen middag''. Sommige spelers zullen verdwijnen. sommigen zullen zeggen dat ze verdwijnen, anderen nemen de plaats in. Zo was het 8 jaar geleden. zo zal het over 5 jaar zijn. Het enige dat blijft is het 'Spassky's gevoel'. Het 'Spassky's gevoel': Eens een Spassk altijd een Spassk! Paul de Beurs, (van het eerste uur, wie kent hem nog?) is hij nog steeds een Spassk? Tammo Bijmolt, Edwin van Zon, Frits Plat, Wouter Verwaard, Joost Platje, Eddie Janssen (ja hij ook); zijn zij Spassk? En wij dan, zijn wij? ,' Natuurlijk, Spassk zijn daar kies je voor, als je wilt schaken word je lid van een vereniging. Als je van spelen houdt, word je Spassk. Spassk ben je voor je leven. Het zal altijd een stempel op je blijven drukken. Elk najaar weer naar Vierhuizen een weekend lang je meten met je gelijken. Een echte Spassk blijft Spassk. Hij zeurt dat het slecht gaat, vraagt zich af of het nog wel zin heeft en (dat vooral) alles wat niet goed gaat ligt niet aan hem. De anderen verliezen, hij is ongelukkig. De anderen doen het fout, hij wist hoe het moest. Je doet iets niet goed, je doet het briljant. Vul aan beste Spassken, wat zijn wij, wie zijn wij, hoe zie jij het? Peter en Koos, asynchrone samenspraak 83
(NB: In jaargang 10, 1996-1997, verscheen geen enkele Boris….)
From the Cobben Archives (Boris 11.1, 1997) (Wat vooraf ging: in een ultieme poging kopij te bemachtigen hadden Peter en Henk Jan Maarten een simpele, enkelvoudige vraag voorgelegd: “Wat vindt Jan Maarten ervan?” Onderstaand epistel bereikte de redactieburelen.) Wat JM ervan vindt? Nou JM vindt er vrij weinig van. Na het afgelopen weekend, met een twijfelachtig diepterecord van 9 uur slaap in 4 nachten, zijn de energiebronnen om wat dan ook maar te vinden eenvoudigweg uitgeput. De reserveaccu's zijn inmiddels al geruime tijd uitgeput, alle interne circuits staan op het laatste noodaggregaat doorgeschakeld: Lopen, zitten, adem & hartslag, doen alsof en dergelijke, dat zijn de maximale activiteiten die vanuit hier nog geleverd kunnen worden. Voor verregaand abstracte zaken als ''er iets van vinden’ is nu geen enkele gelegenheid. Bovendien regent het en bleek vannacht alle elektriciteit in mijn auto uitgevallen. En vanavond spelen de Spassken tegen Ypey-Expert, 1e klasse onderbond: Een no-win situatie. Kortom, het sucks allemaal behoorlijk. Laat ik echter om je tevreden te stellen een stukje uit de archieven trekken: Een briefje aan Henk Jansen uit het voorjaar van 1994 toen alles er wat zonniger uitzag en toen er een nieuwe serie Magic-kaarten op de markt kwam genaamd ''Arabian Nights''. -------start cited message from Cobben-Archives-----------------HJ / Groningen, 02-02-94 Arabian Nights, zwoel en warm, sterren en een maansikkel aan de hemel met aan de horizon de koepels en minaretten van een oosterse stad. Paleizen, pracht en praal, fantastische vrouwen met olijfkleurige huid en veel meerkleurige vliesdunne sluiers om hun scherpgesneden gezichten, granaatappelvormige borsten en ranke heupen, buikdansend, met 1001-en tegelijk in een harem te midden waarvan wij sjeiks en prinsen, op luxueuze tronen zetelend, geolied met de duurste balsems en koelte toegewuifd door onze bevalligste slavinnen, genieten van de meest exotische spijzen, dranken en de verhalen van Sherenadze. Arabian Nights, nu al een collector's item, slechts verkrijgbaar bij speciale adresjes en duistere tussenhandelaren. Een gesloten pakje waarvan only God knows what's inside. Een kado als een rib uit mijn lijf, wie weet wat ik je aan grootse kaarten geef? Als warme broodjes gaan deze Arabian Nights over de toonbanken, straks zijn ze nergens ter wereld meer te verkrijgen, en jij weet niet ik eens dat ze bestaan dus waarom zou ik een slapende hond wakker 84
maken? Maar ik ben irrationeler dan ik dacht, want ik doe er zelfs een met grote moeite verkregen lijst bij van alle kaarten (behalve die uit Arabian Nights zelve). -----------end cited massage from Cobben-Archives------------------Jan Maarten
DE COUP (1997) (Wat vooraf ging: op een door Peter en Henk enthousiast uitgeschreven prijsvraag: verzin een nieuwe naam voor de Boris, kwam geen enkele reactie).
Redactioneel (Boris, 11.2, 1997) Twee inzendingen hebben ervoor gezocht dat de Boris niet meer de Boris heet, maar Zwart op Wit. Inzendingen mochten wij ontvangen van Henk van Putten en Peter van Dokkum. Het is een extra dun feestnummer, dat voor U ligt, waarvoor onze dank uitgaat naar Thale, Koos en Raoul. Wanneer zij wel iets hadden gedaan had dit nummer nooit zo dun kunnen zijn. Overigens valt over Raoul nog op te merken dat zijn zwijgen ook als kopij kan worden beschouwd: de moeilijkste puzzel die hij ooit moest oplossen was kennelijk het vraagstuk wat de moeilijkste puzzel was die hij ooit oploste. Daarover denkt Raoul wellicht nog steeds na. Hier laten wij het bij. Vrolijk kerstmis. Peter en Henk
85
Wedstrijdverslag Groningen 6 – Spassky’s (Boris 11.2, 1997) Rolf schrijf jij een wedstrijdverslag? Ja dat moet dan maar. Zoiets wordt er niet eenvoudiger op als je de speelzaal reeds rond een uur of tien verlaten hebt met de staart tussen de benen en een vette nul op het wedstrijdformulier. Ruim op tijd thuis voor het Jeugdjournaal. Gelukkig was het bier reeds op de vereiste serveertemperatuur koud gezet. Dries belt de volgende dag op om te vertellen dat we de wedstrijd verloren hebben. Ook dat nog! Aan het eten heeft het niet gelegen want maître de cuisine Joop Gnodde had wederom een maaltijd op tafel gezet waarmee je makkelijk Parijs-Roubaix kan uitrijden op een op een SpartaMed zonder schokbrekers. Onvermijdelijk moet ik nu bij mijzelf beginnen. En dan de omstandigheden de schuld geven, zoals het gras was niet gemaaid, de scheidsrechter floot constant voor buitenspel en de bal was door de terreinchef niet hard genoeg opgepompt. Oftewel de tegenstander stond mij niet aan, ik kwam in een openingsvariant terecht waar ik niet in terecht moet komen omdat ik daar niets van begrijp en er ook niets van kan (wat een zelfkennis) en zo kan ik wel even doorgaan. Ik voelde me als een potvis die door een navigatiefout het niet zo ruime sop van de Noordzee verkiest om op het Noordzeestrand zijn onvermijdelijke Waterloo te vinden. Maar goed ik vernam alras dat er nog meer niet-zeewaardige dieren waren aangespoeld, die niet goed op het radarscherm hadden gekeken. Jan Maarten ''they used to call me Jaws'' was een heel eind op weg zijn prooi te verschalken maar ergens ging het fout en een ingecalculeerd punt belandde op het eierrek. Dries de orka deed weer allerlei vreemde kunstjes met zwart in het Frans. Dat ging dan puur op improvisatie, want het is minstens twintig jaar geleden dat hij een theorieboek over het Frans heeft ingekeken. Zwanepol was niet bijster onder de indruk, hij ziet wel eens vaker een grootmeester voorbijkomen. Free Willy vond derhalve een roemloos einde. Peter onze walvis manoeuvreerde schadevrij tussen de kanonneerboten door zodat een hele generatie kinderen van levertraanpillen verstoken zal blijven. Hij ging er met het punt vandoor. Henk ''La Piovra'' de inktvis leek alles volledig onder controle te hebben (zoals gewoonlijk), maar ditmaal wist hij zijn wurgende tentakels niet in stelling te brengen, zodat de tegenstander met remise kon ontsnappen. Hoe het de potvis verging is reeds beschreven. Thale de tonijn wist ook uit de handen te blijven van de tonijnvissers, maar beleefde enige bange momenten toen hij even in de netten verstrikt was geraakt. Maar hij wist zich te bevrijden met een snoekduik naar de vrijheid. Koos de piranha had het helemaal naar de zin en vrat zijn tegenstander met huid en haar op toen deze dacht onbezorgd een bad te kunnen nemen in de Amazone, zoals bekend een gevaarlijke rivier vol met gevaarlijke dieren en milieubelastende stoffen zoals kwik. Tot slot wist chef-kok Joop G. zijn culinaire prestatie van een paar uur daarvoor niet te overtreffen; nu was het haring met 86
pindakaas. Hij moest met een halfje genoegen nemen. Tot zover de bevindingen van de “de Flipper”, “ook uw speciaalzaak in vis en hengelsportbenodigdheden.” De s(c)ores: Jaws: 0 Orca: 0 Walvis: 1 Inktvis: ½ Potvis: 0, Tonijn: ½ Piranha: 1 Joop e Gnodde: ½ En ze zwommen nog lang en gelukkig in het aquarium dat de 1 klasse der NOSBO heet. Rolf
Driesmeelpudding (Boris 11.2, 1997)
XABCDEFGHY 8r+l+-+ktr( 7zp-wqp+-+p' 6-+-sNp+RwQ& 5+pzp-zPp+-% 4-+-+-+p+$ 3+-zP-+-zP-# 2PzP-+PzPP+" 1tR-+-mKL+-! xabcdefghy Eigenlijk moet je dergelijke melige woordspelingen pas de wereld in zenden wanneer zij ergens op slaan; bijvoorbeeld wanneer Dries weer eens een onherkenbaar toetje bereidt op een Spasskyweekend. Hoewel, deze bijdrage inderdaad Dries tot onderwerp heeft, gaat het niet over eten; de titel dient dan ook voornamelijk om de aandacht te trekken. Er valt trouwens van alles te zeggen over Dries en eten. De laatste keer dat Dries mij uitnodigde om bij hem te komen eten nam hij me mee naar de snackbar: “Maximaal een tientje hoor.” Ik geloof dat ik vier gulden heb bijbetaald. U moet nu geen rare dingen van Dries denken hoor: hij heeft mij menigmaal een heerlijk maal voorgeschoteld. Ik wilde het trouwens over iets heel anders hebben. Onlangs won ik een partijtje snelschaak van Dries. Niets bijzonders, zult U zeggen, dat doen we allemaal wel eens; wat zeg ik, sterker nog, eerder regel dan uitzondering, winnen van Dries; twintig zetten is eigenlijk nog veel. Deze keer was Dries echter zo onder de indruk van mijn verwoestende aanvallen dat hij voorstelde de partij te 87
reconstrueren. Het teleurstellende van een dergelijke onderneming is natuurlijk dat het achteraf een rommeltje blijkt te zijn geweest: ik speelde beroerd, maar Dries nog slechter. Weet U wat? Speel het eens na in een minuut of drie. Nergens over nadenken, deed Dries ook niet, alleen maar letten op de sprankelende stijl van de witspeler. Peter - Dries, eens bij Peter thuis: 1. d4 Pf6 2. Lg5 Pe4 3. Lh4 g5 4. Lg3 Lg7 5. Pf3 e6 6. Pbd2 Pxg3 7. hxg3 c5 8. Pe4 g4 9. Pd6+ Ke7 10. Pe5 Da5+ 11. c3 Lxe5 12. dxe5 Pc6 13. Pc4 Dc7 14. Dd2 b5 15. Dg5+ Kf8 16. Dh6+ Kg8 17. Th5 Pe7 18. Pd6 f5 19. Tg5+ Pg6 20. Txg6 en Dries zag het. Mischien is ‘Driesmeelpudding’ toch niet zo’n gekke titel.
Peter
Kort en bondig (Boris 11.2 & 11.3, 1997-1998) Onrust op de financiële markten De opmerking dat de gloeilamp geen lang leven meer beschoren zal zijn, door financieel goeroe H. Jansen gemaakt in het clubblad van schaakvereniging de Spassky's, heeft grote paniek gezaaid op de internationale beurzen. Philips noteerde de afgelopen weken een verlies van maar liefst 50 gulden op fl.119. De vrije val van Philips sleurde diverse belangrijke fondsen wereldwijd mee, waarbij Hong Kong het zwaarst getroffen werd. De Philipstop nam direct maatregelen en besloot de lichtstad zo spoedig mogelijk de rug toe te keren. Henk Jansen is nadrukkelijk verzocht beursgevoelige uitspraken zoveel mogelijk voor zichzelf te houden. Zoals een belegger verwoordde: “Wij hebben nog liever dat Greenspan de rente een procent omhoog gooit, dan dat Jansen gaat lopen orakelen.”
88
Huisman-van-het-jaar-competitie ziet kanshebber afhaken Koos Stolk, extern competitieleider van schaakvereniging de Spassky's, ziet definitief af van deelname aan de huisman-van-het-jaar-verkiezing, die is uitgeschreven door weekblad VIVA. Dit verklaarde de plaatselijke favoriet voor Radio Noord. Als reden gaf hij op dat drie uren boenen op divers sanitair in zijn woning aan de Wibenaheerd geen noemenswaardige toename in glans hadden kunnen bewerkstelligen. Stolk stak zijn teleurstelling niet onder stoelen of banken. "Ik heb tien jaar lang verkeerde prioriteiten gesteld" zo analyseerde hij de diepere wortels van zijn gedwongen terugtrekking. Het denken van den Spassk De wetenschappelijke onderzoekschool die het werk van professor A.D de Groot wil voortzetten, heeft haar experimenten met leden van schaakvereniging de Spassky's met onmiddellijke ingang stopgezet. De toewijding van de deelnemende Spassken, die massaal op de dagvergoeding waren afgekomen, was ronduit teleurstellend te noemen. Dit bleek al tijdens de eerste proef, waarin de deelnemers gedurende een uur zoveel mogelijk stellingen dienden te memoriseren. Toen de onderzoekers, vergezeld van enkele sponsoren, na een uur het laboratorium weer betraden trof men tot hun stomme verbazing de deelnemers geconcentreerd rond een groot gezelschapspel aan; hun binnenkomst werd niet eens bemerkt. De onderzoeksschool zint thans op juridische stappen, daar het incident niet alleen de planning maar ook de financiering van het project op de tocht heeft gezet. Schaken tijdens de Yoga De avondcursus ''Schaken tijdens de Yoga”, door R. Witsenburg wekelijks verzorgd in centrum voor spiritualiteit ''De Poort” te Groningen, lijkt een groot succes te worden. Inmiddels is de eerste van de zes cursusavonden geweest, maar nog steeds melden zich deelnemers aan. Wie ook belangstelling heeft, moet snel zijn, want het aantal vloerplaatsen is beperkt. Het resterende programma ziet er als volgt uit: Avond 2: Dematerialisering van de houten stukken Avond 3: Totale verzoening met een dubbelpion Avond 4: De ademhaling bij een stikmat Avond 5: Het Zentrum Avond 6: Schaakmat zetten in een dubbele Lotushouding Leden van schaakvereniging de Spassky's mogen rekenen op een aantrekkelijke korting op het cursusgeld. Putski 89
Bij Spassky’s in de auto (Boris, 12.2, 1999) Het valt niet altijd mee om bij een Spassk in de auto te zitten, zo kon ik de afgelopen weken ervaren. JM bracht mij na een zwaar Spassky-weekend met zijn Renault 5 (bouwjaar 1978?) terug naar Groningen. Bij het keren van de auto op de parkeerplaats van het huisje merkten we al dat er iets niet in orde was. Wanneer JM het stuur naar links draaide, hoorden (en voelden) we een paar harde tikken. Waar deze tikken vandaan kwamen, was niet helemaal duidelijk. Toch maar vertrokken. Ikzelf was kapot na een zwaar weekend, waar ik al niet helemaal uitgerust aan begon, anders was ik nooit in deze auto gestapt! We misten de oprit van de snelweg naar Groningen, want behalve de harde tikken stuurde de auto ook niet zo scherp meer. Als ik fit was geweest had ik op dit moment zeer zeker een verband gelegd. Henk J haalde ons hier in. Op de oprit van de snelweg zagen we de lachende gezichten van Henk J. en Dries, want ze waren even gestopt om te kijken wat er aan de hand was. JM: ''Ze denken zeker dat er wat mis is met deze bolide.” Ik zal ze op de snelweg eens wat laten zien.” Inderdaad, moeiteloos haalden we de 110. Later hoorde ik van Henk J.. dat ie al dacht dat JM’s vijfje een bijzonder goede dag had, want eerder die dag had diezelfde Renault 5 de Golf van Henk J. nog moeten aantrekken, omdat deze niet wilde starten door de kou. Het tikken was de gehele terugweg hoorbaar bij elke bocht. Bij de laatste(!) bocht, de draai vanaf de Korreweg in Groningen de Oppenheimstraat in, gebeurde het. JM kon draaien aan het stuur wat hij wilde. maar de voorwielen bewogen niet meer: het stuur was toegedraaid, de stuurkolom gebroken. We zaten in een stuurloze auto! Gelukkig reden we niet harder dan 10 kilometer per uur en dus kon JM op tijd stoppen. Was dit vijf minuten eerder gebeurd dan zaten we nog op de snelweg van Hoogezand naar Groningen en had ik dit waarschijnlijk niet kunnen opschrijven. Uiteindelijk hebben we deze 'bolide' nog kunnen parkeren, doordat ik met harde, gerichte trappen tegen de voorwielen de auto een klein beetje kon sturen. De auto stond aan de kant van de weg, maar wel op de stoep van de Korreweg. Bij mij thuis belde JM de wegenwacht en legde de situatie uit. Op dit moment hoopte hij nog steeds dat de auto gerepareerd kon worden. Maar de wegenwacht sprak na de uitvoerige uitleg van JM wat er precies gebeurd was (en na het horen van het merk/type/bouwjaar) de woorden: “Mijnheer, we geloven niet dat het nog de moeite waard is om te komen. Bel een garage om 'm weg te laten slepen.” Nog half nalachend van dit verhaal (ik was inmiddels van de schrik bekomen die me een paar dagen lang na deze dodemansrit steeds om het hart sloeg) stapte ik samen met Dries in de auto van Henk J. We hadden net voor de beker verloren van Bedum. Wat hadden we tijdens het eten trouwens een lol om het 'duidelijk zwakkere' Bedum. :-1. We hadden nog wat nagedronken aan de bar in Piccadily. (Nu ik er zo over nadenk: Henk J., onze chauffeur dronk mee. Ik was me hier niet zo van bewust, 90
omdat ik op de heenreis met Thale mee had gereden.) Toen we het Damsterdiep opdraaiden werd ik opgeschrikt door een luid “Henk wat ben je #&M4*$! aan het doen!!'', van Dries. Wat gebeurde er nu precies? Henk J. draaide linksaf het Damsterdiep op, de taxi die met hoge snelheid van links aan kwam denderen negerend. De taxi had voorrang omdat het Damsterdiep nu eenmaal een voorrangsweg is. En, zoals we inmiddels weten, taxi’s remmen niet. Het ging net (gelukkig niet op zijn Hurdegaryps) goed. De taxi reed rakelings langs de achterkant van Henks Golfje (Ja die tijdens het Spasskyweekend aangesleept moest worden door het vijfje van JM), door wat extra gas geven kon een botsing worden voorkomen. Henk zijn uitleg: “Ik dacht dat de brug opgebroken was, zodat de taxi alleen maar rechtsaf kon slaan. Nooit rekening mee gehouden dat de taxi ook rechtdoor kon gaan.” Arjen P.S. Of het dezelfde auto was weet ik niet, maar van JM is ook de selected uitspraak: “Ruitenwissers zijn nergens voor nodig.” Onder deze woorden draaide hij een zijraampje open om met een zakdoek de ergste regen van zijn voorruit te boenen… Inderdaad een wonder dat er zich nooit ongelukken hebben voorgedaan.
The Spassky’s rule (Boris,12.3, 1999) Er is geen taal ter wereld die mij liever is dan het Nederlands en toch verleiden de Spassky's mij telkenmale weer tot anderstalige kopjes boven mijn stukjes. Zo even uit mijn hoofd: "Les Spassky's ils sont très très vivants" (naar aanleiding van Jan Maartens LES SPASSKYS ILS SONT MORTS), "Just another manic Monday" (over niet de eerste onfortuinlijke maandag 11 maart in mijn leven) en "Mis nix, Spassky's on six" - Spas-sky-channel (over ons wegens tenenkrommende laksheid en ergerlijke desinteresse niet van de grond gekomen televisiestation; de zendmachtiging is intussen naar Net 5 gegaan). Thans: "The Spassky's rule". Dit is dubbelzinnig. Ik zou kunnen bedoelen: de Spassky's heersen. Je hoeft de huidige stand in de promotieklasse maar ondersteboven te houden. Ik zou ook een bepaalde wetmatigheid kunnen beogen, die ik meen te hebben waargenomen in wedstrijden van de Spassky's. Die moet dan zijn dat wij zijn hierin voortdurend aan het roer staan, tot plusminus vijf minuten voor het moment dat er een uitslag valt. Die uitslag is meestal beroerd. Beide interpretaties zijn van toepassing. Ik neem als voorbeeld de laatste wedstrijd tegen Roden. Teneinde de tegenstander zand in de ogen te strooien werd aan Dries 91
en Arjen vriendelijk doch dringend verzocht de hebbelijkheden waaraan zij zo moeilijk weerstand bieden (zoals daar zijn: het vroegtijdig vast- of matzetten van de tegenstander, het verwerven van beslissend materieel reeds in het prille middenspel, het afpikken van dode eindspelletjes, hun weinig aan het toeval overlatende openingsvoorbereiding - dankzij Koos werken de Spassky’s tegenwoordig hierbij samen met Sergei Tiviakov - hun treiterend nauwkeurige positiespel, hun stappensysteem-tartende tactische slagvaardigheid, samengevat: dat ultieme inzicht in Caissa’s raadselen dat van een schaker een Spassk maakt) bij het vooruitspelen zoveel mogelijk te onderdrukken. Zij slaagden glansrijk. Twee kogelronde nullen en de ideale uitgangspositie voor de woensdagavond. "Eitje" zullen ze hebben gedacht in Roden. Koos, Gerard en Henk kregen de opdracht te winnen. Harrie, Thale en Rolf zouden remiseren, Roden met een minieme nederlaag naar huis. Gerard houdt zich als eerste aan zijn opdracht. De partij zal het Nieuwsblad niet halen en dat is in dit geval veelzeggend (noot redactie: Gerard speelde tegen toenmalig hoofdredacteur van het NvhN Dick Dalmolen). Harrie maakt ondanks griep remise. De Spassky’s op koers als ik om 22:50 de speelzaal binnenwandel. Het staat 1½-2½. Arjen en ik taxeren gezamenlijk de wedstrijd. Thale en Rolf staan hooguit marginaal minder: zij moeten volgens plan remise kunnen houden. Koos heeft een kwaliteit meer, kwestie van tijd en techniek. Ook zijn rijst met prut was van een uitstekend gehalte, met (als kostelijk en kosteloos extraatje) veel vitaminerijk vocht. Een gouden kracht deze Koos. Op dat moment wint Henk op fraaie wijze met 36. e4! een stuk.
XABCDEFGHY 8-+-+-+k+( 7+p+-+-vlp' 6-+l+-+p+& 5+-+nzpqsN-% 4-zP-zpP+-zP$ 3zP-+-+-zP-# 2-vL-wQ-+LmK" 1+-+-+-+-! xabcdefghy Moneytime. De Spassky's virtueel in het geel tegen Roden. Het degradatiespook met het schaampaars op de kaken Piccadilly uitgejaagd.
92
Maar dan. Dan stort het kaartenhuis in. Koos ruilt de verkeerde stukken af en ziet pardoes een zwarte pion doorlopen. Henk mist na 36…. xe3 e.p. 37 Lxd5+ Kh8 38. Dg2 e2 het koele zetje 39. Lc3! De stelling is meteen verloren: 38. Dxe3?? Lxd5 39. Lc3 Db1 40. Lxe5 Dc2+ (40… Dh1+ mat was een - andere- linkse directe) 41. Kh3. Rolf proest het uit als hij Koos plotseling walgbalend hoort opgeven en mijn mededeling dat Henk Jansen mat gaat (41… Lg2+ 42. Kg4 Df5 mat of 42. Kh2 Lf1+ en mat) lokt een nieuwe schaterlach bij hem uit. Relativeren is inderdaad maar het beste. Henks tegenstander speelt echter 41. Df5+. Dit wint een stuk en de partij, maar een schaker van dezelfde kleur lispelt hardop het mat dat in de stelling zat. Een staaltje van verregaand Marxisme. Eigenlijk om helemaal over de rooie te gaan, temeer daar zwart na 42. Kh2 met 42... Dc2+ dezelfde stelling op het bord kan brengen. Met de NOSBO-competitieleider op minimale afstand volstrekt ontoelaatbaar en laakbaar gedrag. Die competitieleider zit echter te treuren over eigen, in dit geval sportieve, vergrijpen. Arjen en ik proberen hem tot ingrijpen te bewegen, maar Koos vindt dat Henk dan eerst zelf een claim moet indienen. (Terecht denk ik nu). Als Henk opgeeft haast de Rodenaar zich opnieuw zijn vondsten wereldkundig te maken. Zijn teamgenoot is hem voor en voert nu zelf 41… Lg2+ uit. "Juisssssst!" sist de amateur-souffleur. “Jou wil ik hier helemaal niet meer zien”, bijt Henk hem toe. Later verklaart Henk zonder meer de partij te hebben geclaimd als de stelling ook maar ietsje minder verloren was geweest dan degene waartegen hij zat aan te kijken na de 40e zet. Vijf minuten later staat het dus 1½-4½ in plaats van de geplande 3½2½. Rolf laat zich niet van de wijs brengen en zet volgens afspraak een halfje op het scorebord. Dat Thale ook nog verliest maakt eigenlijk niet uit. 2-6. The Spassky's rule. Ook wel: Murphy's law. Putski
Gouden handdruk voor een weggepromoveerde Spassk (Boris 13.1, 1999)
Voor Peter die nu een ster is Met deze cheque heb je je contributieschuld bij de in je proefschrift genoemde Schaakvereniging Spassky’s vereffend
afgegeven op 21 juni 1999 m.m.v. Edwin, Henk1, Henk2, Harrie, Rolf en Dries 93
Ter waarde van fl. 85,De Spassky’s wensen je veel goeds en plezier in de States en kijk niet double met de Hubble. Niet opgevoerde sketches bij de bruiloft van Peter van Dokkum (Boris 13.2, 2000) Fietsincident 1 Week 1: Peter: "Hoi Henk, ik moet vanavond bridgen en ik heb geen fiets, mag ik die van jou lenen?" Week 2: Peter: "Hoi Henk, ik moet vanavond bridgen en ik heb geen fiets, mag ik die van jou lenen?" Week 3: Henk komt bij Peter op bezoek, die tegenover een fietsenmaker woont. Henk (Wijzend op een rijwiel in de gang): "He Peter ik dacht dat jij geen fiets had?!" Peter: "Heb ik ook niet, de band van die fiets is lek." Fietsincident 2 Peter: 'Dries, kan ik je fiets lenen?" Dries: "is goed.” Peter haalt de fiets op, heeft hem een poosje en Dries denkt: ik moet die fiets eens terug. Dries belt Peter op: "ik wil graag mijn fiets terug" Peter: "o ja, je fiets, hmm. Ik heb nu geen tijd" Dries: "morgen dan?" Peter: "nee, kan ook niet, overmorgen kom ik wel" Enfin, Peter komt, brengt de fiets mee en neemt de bus terug naar huis. Dries ontdekt dat Peter de fiets op slot heeft gezet en de fietssleutel heeft meegenomen. Dus Peter gebeld. "Met Peter" “Mijn fiets is terug, maar jij hebt mijn fietssleutel meegenomen, sukkel." "Had je daar niet naar kunnen vragen dan?" "ja, ik weet toch niet dat jij mijn eigen fiets bij mij thuis op slot gaat zetten.” "hmm, zit wat in" "Wanneer breng je die sleutel dan 94
terug?" "Kom maar halen, je hebt een auto en je bent hier sneller met de auto dan ik bij jou met de bus.” Dries heel boos. Peter dumpt een meisje Peter: "Dries, zou jij mij vanavond willen komen ophalen voor schaken?" Dries: "Maar we hoeven vanavond helemaal niet te schaken." Peter: "Nee, maar ik krijg een meisje op bezoek en ik weet niet hoe ik van haar af moeten komen." Dries: "Wat wil je dat ik doe dan?" Peter: "Je moet om 19.30 aanbellen en om het echt te laten lijken binnenkomen en uitleggen dat Koos vergeten is aan mij door te geven dat we moesten spelen.” Dries speelt het spel mee en komt op de afgesproken tijd langs. Ze rijden een rondje en Peter wordt ergens in de buurt van de Walrus afgezet om het geweten nog enigszins te sussen. Peter: “Sorry dat ik je heb laten opdraven, maar dit meisje stalkt mij al jaren.” Peter heeft een computer gekocht Peter: "Dries wil je mijn computer zien?" Dries: "Mooi zeg, wat een groot scherm zeg." Peter "Ja, dat is een 17-inch monitor." Dries: "zo-o, die zijn volgens mij niet goedkoop." Peter: "Nee die kosten 1700 gulden. Wil je mijn financiële administratie eens zien?" Dries: "Heb ik weinig mee te maken, maar laat maar eens zien." Peter tovert een spreadsheet op het scherm. Dries ziet een zwaar negatief saldo onderaan opdoemen. Dries: "Volgens mij kon je je die monitor helemaal niet veroorloven." Peter: "Nee, dat kon niet." Dries: "Hoe deed je dat dan?" Peter: "Ik heb geld geleend van mijn ouders." Dries: "Maar als je een jaar wacht kosten ze nog de helft" Peter: "Daar had ik geen zin in." Dries
Koos de bolleboos (Boris 14.1, 2000) Lang leve Koos! Wij plagen hem vaak, hij wordt niet boos. Onze Koos; hij mag niet weg. Voor onze tegenstanders is dat pech. Niet al zijn zetten snappen wij, maar als hij weer gewonnen heeft, zijn wij blij. Niet elke manoeuvre van Koos is zonneklaar. Maar even later meldt hij losjes: het punt is daar. Op een kei als Koos zijn wij meer dan trots. In ons voordeel zijn alle odds. 95
Koos is het boegbeeld en dit al een hele poos. En toch blijft hij erg bescheiden, voor zo'n bolleboos. Putski
Dries, Janski en Putski in Heerenveen (Boris 14.2, 2001) Een leuke dag in een koude zaal met uiteindelijk 4 uit 7. Henk v. P, idem en Henk J. 3 uit 7. Na vijf rondes hadden Henk v. P. en ik 4 pt, dus zat Putski op 1 en ik op 2. Putski tegen Sipke Ernst (2400) en ik tegen een grootmeester uit Rusland! Na de boeiende openingszinnen mijnerzijds "where do you come from and where do you stay now?" en "I suppose you do not come from your country to Holland for this tournament" werd er geschaakt. Cruciaal met nog veel stof na afloop, inclusief analyses van de GM (maar de analyses hieronder hebben we niet besproken), was de volgende positie. De boeiende stelling tegen de Rus Ikkonikov met 2560: wit (ik) heeft nog 10 minuten, zwart 4 minuten.
XABCDEFGHY 8-+r+-trk+( 7+p+-vlpzpp' 6p+-+p+-+& 5+-+pzP-+-% 4-+-zP-+-+$ 3snPsNq+N+P# 2PwQnvL-zPP+" 1+-tRR+-mK-! xabcdefghy Ik speel vrij rap 1. Lg5 en kom na 1…Dxc3 2. Dxc3 Txc3 3. Lxe7 Tc8 toch wat minder te staan. Het beste zou nu denk ik zijn geweest: 4. Lxa3, maar ik deed 4. Lc5 in de stellige overtuiging, of zoals je wilt, veronderstelling, dat ik goed stond. Immers de clijn is vergrendeld en zwart doet zijn best maar. Maar de Rus die eerder lang had nagedacht speelde a tempo Pxd4! Dat had ik totaal niet gezien. Alles valt op zijn plaats en wit kan een verloren eindspel in. Uiteindelijk had de Rus nog 1½ minuut en moest ie nog flink doorzetten, maar ik vond het niet meer dan normaal op te geven. Zo iemand jaag je toch niet door de vlag? Hoewel bij winst met 5 uit 6 zou ik tegen 96
Sipke Ernst (2400) hebben gemoeten, ook leuk en nog in de race voor f 750,-. Genoeg gedroomd, het was zo al leuk genoeg! Maar laten we nog eens kijken naar de diagramstelling. 1. Lg5 kan op zich dus, ligt erg voor de hand en mondt normaal gesproken uit in een minder staand eindspel dat wellicht voor wit, zeker met dit tijdsverschil, nog te keepen is. Maar beter lijkt al Le1, zeker nu de dame terugmoet en de stelling complex is. Geen rare, wilde dingen doen. Wel houdt zwart het betere spel. Winnend echter lijkt het op zondagmorgen door Putski gemailde 1. Pxd5! Sowieso een bijzonder goede zet. Het idee is daarna pas Lg5 te spelen, immers het paard op c3 kan niet meer geslagen worden, want hij is naar d5 gegaan! Twee varianten nu na dus 1. Pxd5! A.) 1. …… xd5 2. Lg5 Df5 3. Lxe7 met hele mooie stelling voor wit. B.) 1. …. xd5 2. Lg5 Dxf3 (door Fritz 4 aangegeven) 3. Lxe7 (verleidelijk is gxf3, maar na 4. Lxg5 wint zwart nog een kwaliteit en staat erg goed)
XABCDEFGHY 8-+r+-trk+( 7+p+-vlpzpp' 6p+-+p+-+& 5+-+NzP-+-% 4-+-zP-+-+$ 3snP+q+N+P# 2PwQnvL-zPP+" 1+-tRR+-mK-! xabcdefghy en nu staat wit erg goed!!!!!!!!!!!!!! Fritz vindt het boven de + 1.00. Tot zover eerst maar eens. Zoals jullie weten ben ik meestal niet goed in het reproduceren van stellingen, maar vanmorgen stond ie in 1 minuut goed! Dries 97
Spassky’s – Groningen 5 (En Passant 39.4, 2001) “Vogelbekdier” roept Gerard van der Berg breed grijnzend en verdient zo zijn laatste taartpuntje. “Gewonnen!!” kirt hij opgewonden, maar veel tijd voor het bezinken van dit gelukzalige gevoel van superioriteit is er niet, want Van Putten heeft het Speciale Spassky Ganzenbord al klaargelegd: niet met 63 ordinaire veldjes maar met liefst 126 fraai gekleurde opties. Niet alleen met een gevangenis en een put, maar met vele extra’s zoals op veld 118 een culinair adviseur die ganzenleverpaté in de oven schuift en je zonder meer terug verwijst naar “start”. Ik heb gehoord dat Henk Jansen in dit spel ongenaakbaar is. De Spassky’s: het is al weer even geleden dat dit clubje zich afsplinterde van de grote SC. Sindsdien is er een hoop misgegaan; hoewel ze regelmatig samenkomen onder de noemer schaakclub, wordt er bij dergelijke gelegenheden zelden een stuk aangeraakt. Hoe het zo ver heeft kunnen komen weet ik niet, maar zo nu en dan gaat dit stel er een weekend op uit om zich ergens, in een door de civilisatie verlaten oord, aan de wereld te onttrekken. Op zich niets mis mee natuurlijk, maar er gaat bij zulke gelegenheden geen schaakbord mee. Nee… dan wordt er gepimpampet, gespasskyriskd, geflipflapflopjes, geganzebord en, onder het bezielend enthousiasme van de bijna-profi-pokémon Koos Stolk, gepokémond. Zoals Henk J. ongenaakbaar is op het Speciale Spassky Ganzenbord, zo is Koos, met zijn encyclopedische kennis van de Weedle, Jigglypuff, de Bellsprout en de Machoke onverslaanbaar bij het Pokémonnen. Knap natuurlijk … als je ergens zo in uitblinkt… maar als dat betekent dat je ook tijdens het schaken Energy Cards en Trainers inzet slaat de balans toch iets door naar de verkeerde kant. Bovendien ben ik niet heel erg gecharmeerd van de mantra’s die Koos onophoudelijk en monotoon mompelt. Clefairy, Wartotle, Gust of Wind, Charmander, Clefairy, Wartotle, Gust of Wind, Charmander, Clefairy, Wartotle, Gust of Wind, Charmander en dat onophoudelijk en monotoon gemurmeld. Komend weekend gaan deze jongens van Han de Wit weer ergens de hei op voor een non-stop 48-uurssessie. Borst, bil, bier, bef, bof, big borrelt Thale dan op de vraag “noem zoveel mogelijk dingen met een ‘b’.” Boezem, bezem, batterij bekt de Spasskyrast opgewonden terwijl buiten het gezellige geboemboemboem van het aggregaat te horen is. Zoals ze een extra groot ganzenbord hebben, zo worden ook de andere activiteiten groots aangepakt. Bij Pim Pam Pet is het wiel waarin alle letters van het alfabet voorkomen een groot metalen gevaarte dat door genoemd aggregaat wordt aangedreven. Spasskyrisk wordt gespeeld op een speelveld vergelijkbaar, in omvang, met een voetbalveld. Landen zijn opgesplitst in streken en/of provincies, er kunnen vliegtuigen en onderzeeërs worden ingezet enzovoort, enzovoort. “Drie soldaatjes te paard, ik zet acht legers op Jipsingboermusselkanaalsterveen” roept Jan Postma uit, terwijl Harrie van der Laan zijn uit bordkarton gefiguurzaagde kanonnetjes verplaatst. Een triviale kennisquiz door een 98
der Spassménen, Yska, ontwikkeld, schijnt uit 563.800.000 vragen te bestaan. Voor het spelen ervan wordt normaliter een plaatselijke bibliotheek afgehuurd. Gerard van der Berg is heer en meester op dit terrein. Ik weet wel hoe dat komt; hij heeft me eens verteld dat ie een hele rits broers heeft. Precies weet ik het niet meer, wel weet ik nog dat ik onder de indruk was toen hij me, jaren geleden alweer, vertelde hoeveel het er wel niet zijn. Laat ik zeggen; en iedereen die me een heel klein beetje kent weet dat ik een hekel heb aan overdrijven; dat het er 26 zijn. Nu is één van die broers zeer geïnteresseerd in ’s werelds fauna den dus weet Gerard dat het enige zoogdier dat eieren legt een vogelbekdier is. Een andere broer verzamelt boeken over vuurtorens en dus weet Gerard dat de vader van Liesbeth List een vuurtorenwachter is. Hard to beat zo’n jongen, dat begrijp je wel. En schaken? Op bord 1 speelt een van de weinige Spasskyisten die onze mooie sport serieus neemt: Henk van Putten. Tegen Har komt er een ingewikkeld K-gambiet op het bord met kansen voor beide spelers. De stelling is mij allang boven de pet gegroeid als Henk ineens miskleunt in een kleine combinatie. Sterspeler Van Himbergen (ooit door een inzichtloze onverlaat verweten een laffe inborst te hebben op basis van Da5-Dd8-Da5-Dd8 remise) heeft daarna geen enkele moeite meer het voordeel te verzilveren. Bord 3: Jos heeft wit en dus komt c4, g3, Lg2. Bij deze partij leidt dat tot een Tarrasch die uitmondt in een stelling waarin zwart een vervelende penning over de a7/g1 diagonaal koppelt aan een binnengedrongen toren op de tweede rij. Wit heeft daarentegen dreigingen tegen de vernielde zwarte koningsveste. Een en ander leidt in het vierde speeluur tot een afwikkeling waarin Jos het iets betere eindspel krijgt. Dit “iets beter” wordt per zet “nog iets beter” en vijf, zes zetten later kan zwart opgeven… en doet dat ook. Aan bord 4 speelt de Beer met zwart een K-gambietje. 1. e4 e5 2. f4 exf4 3. Pf3 g5 4. Lc4 Lg7. In het middenspel verzuimt wit g3 te spelen, maar speelt in plaats daarvan passiever Pb1-c3-e2. De natuurlijke compensatie voor de gambietpion verdampt, waarna wit zich kapot offert om er nog iets van te maken. Soepel neemt Wim het hout en het punt. Bord 5: Invaller Hiddo heeft al vrij snel een wat bedenkelijke stelling tegen Rolf Yska. Als later zijn lange rokadestelling aan gort wordt geschoten door Dxb2 zie ik het somber in. In een latere afwikkeling en het daaropvolgende eindspel brandt er echter een lampje door bij de Spassmoot. Het overgebleven toreneindspel behandelt hij onnauwkeurig en ergens moet Hiddo zelfs beter hebben gestaan. Het zetje d4 had m.i. ingewisseld moeten worden voor een torenzet over de h-lijn om de versnipperde pionnen van zwart aan te vallen. Het wordt in elk geval remise, misschien de meest terechte uitslag. Bord 6: De jaren, de uitputting welk het Speciale Spassky Ganzenbordkampioenschap met zich meebrengt en het verdriet van Leeuwarden, zijn ernstig gaan tellen bij Henk Jansen. Vanaf zet één speelt hij op remise. In de opening kiest hij niet voor De2 waarna een spannend middenspel ontstaat maar voor het vervlakkende dxc5. De dames gaan eraf, de stelling blijft helemaal symmetrisch, de torens gaan eraf, wit biedt remise aan. Er is geen enkele reden om niet onmiddellijk akkoord te gaan. Bord 7: Johan speelt Spaans tegen Van der Berg. Zodra ik een loper 99
op c5 zie verschijnen weet ik dat deze op f2 gaat belanden. Voordat van der Berg besmet werk met Spasskygezellie, speelde hij regelmatig een potje bij de SC. Meer dan eens (in elk geval {1994? 1995?} tegen huidig Spassmaatje Stolk) zag ik een Dilworth voorbij zeilen. 1.e4 e5 2.Pf3 Pc6 3.Lb5 a6 4.La4 Pf6 5.0–0 Pxe4 6.d4 b5 7.Lb3 d5 8.dxe5 Le6 9.c3 Lc5 10.Pbd2 0–0 11.Pc2 Pxf2 12.Txf2 Lxf2+ 13.Kxf2 f6 14.exf6 Dxf6 15.Kg1 Zie diagram volgende pagina. Alles bekend en alles vast niet voor de eerste keer op het bord van Van der Berg. De zet waarmee hij vervolgt ken ik niet: 15. … Lg4. Johan speelt 16. De2?! waarna niet het voor de hand liggende (en goede) 16. … Tae8 komt, maar 16. … Pe7. Na 17. De5 Db6+ 18. Dd4 Dxd4 staat wit uitstekend en Johan laat ondanks hevig tegenspartelen van zwart niet meer los.
XABCDEFGHY 8r+-+-trk+( 7+-zp-+-zpp' 6p+n+lwq-+& 5+p+p+-+-% 4-+-+-+-+$ 3+-zP-+N+-# 2PzPLsN-+PzP" 1tR-vLQ+-mK-! xabcdefghy Bord 8: Bart Beijer zit na zo’n vijf, zes zetten meestal in een originele stelling. Deze keer via de zetten 1. e4 c5 2. c3 a6 en een later e5 dat door wit met d5 wordt beantwoord. Met een dichtgeschoven centrum moet het van de vleugels komen en Koos Stolk besluit de knuppel in het hoenderhok te gooien met een stukoffer op b5. Tegelijkertijd zet hij een Energy Card, Kadabra de superspy en een Joker in. Naast het bord legt hij bovendien een Tarot om de correctheid van zijn stukoffer te bepalen. De kaarten zijn hem gunstig gezind en op basis daarvan beweert Koos de hele verdere avond dat zijn offer uitstekend is (geweest). Dat de kaarten gunstig liggen heeft natuurlijk geen enkele relatie met de stelling op het bord (of waar dan ook mee) en Bart drukt, geheel niet onder de indruk en met een stuk meer, de witspeler langzaam maar trefzeker de gootsteen in. Tja, al met al een wedstrijd die op basis van de papieren speelkracht een verrassende uitslag heeft gekend. Captain Leenes kondigde in de uitnodigingsmail al heel voorzichtig deze verrassing aan en ach… soms valt het dubbeltje net naar de goede kant. Weer een concurrent gemangeld. En voor de rest? Gonna catch them all!! 100
1 2 3 4 5 6 7 8
Groningen 5 Har van Himbergen Robert Leenes Jos van Weperen Wim van Beersum Hiddo Zuiderweg Peter Bodewes Johan Zwanepol Bart Beijer
Spassky’s Henk van Putten Jan Postma Thale Hadderingh Harrie van der Laan Rolf Yska Henk Jansen Gerard van der Berg Koos Stolk
6-2 1-0 0-1 1-0 1-0 remise remise 1-0 1-0
Peter B.
De zaak J.J. Ham (Boris 16-17.1, 2002-2004) Beste Mischa (schrijf ik dit zo goed?), Wat is dit nu? Eerst was Unitas - Groningen 6 4-4 en nu 5-3. ik ken het verhaal erachter, het is afgelopen zaterdag uitgebreid besproken tijdens het schaaktoernooi in Roden. Jaap Ham van Groningen had met een 4-3 stand voor Unitas gewonnen waardoor het 4-4 is geworden. (Jaap Ham schijnt opgesteld te zijn voor Groningen 5), maar van tevoren vond de captain van Unitas het goed en jij schijnt in de zaal gezeten te hebben. Zaterdag jl. vertelde Meijs van Unitas nog dat Unitas misschien de winst ging claimen. Dat kon niemand geloven. Als ik me niet vergis ben jij ook van Unitas. Hier zit een rare smaak aan. Ik ken niet alle details, maar wij concludeerden zaterdag jl. nog met een man of 6 dat dit Unitas onwaardig zou zijn. Van tevoren een vent, dan ook achteraf een vent. Als het echt klopt, wil ik niet meer spelen tegen een team dat op zo'n zielige wijze misschien kampioen wordt. Dus ik stel voor; Spassky's: niet spelen tegen dit soort zielepoten! Als dit verhaal echt klopt, is het toch te dol voor woorden? Een stoere Dries
Reactie M. Jans, 12 november 2001 Geachte Spassken, Conform artikel 35 lid a.1 van het competitiereglement is het verboden uit te komen met een speler die een hoger team als basisteam heeft. Artikel 36 van het competitiereglement schrijft voor dat de competitieleider de partij steeds verloren verklaart voor de speler die ten onrechte aan de wedstrijd heeft deelgenomen. Dit heeft de competitieleider van de NOSBO dan ook gedaan. Een eventuele afspraak 101
tussen de teamleiders van de betrokken teams, die overigens niet staat vermeld op het wedstrijdformulier, doet hierbij niet ter zake. Tot mijn grote teleurstelling moet ik concluderen dat mijn integriteit als competitieleider in twijfel wordt getrokken. Om ook maar de schijn van partijdigheid te voorkomen heb ik in dit geval medebestuurders Jan van Os (ESG) en Jan Schut (Lewenborg) van tevoren geconsulteerd. Beide heren hebben ondubbelzinnig te kennen gegeven dat dergelijke handelen niet valt te tolereren en moet worden bestraft conform het competitiereglement. Ondergetekende gaat er vanuit voldoende duidelijkheid te hebben verschaft. Met vriendelijke groeten, NOORDELIJKE SCHAAKBOND Micha Jans Competitieleider
Spassky's - SISSA 2 (Boris 16-17.1, 2002-2004) Magnifiek eindspel van Jan brengt ons de overwinning. Verder punten voor Thale, Rolf en Putski. Geen punten deze keer voor Dries, Janski en Gerard. Een halfje voor Harrie, na de hele partij gewonnen te hebben gestaan, biedt zijn tegenstander remise aan als hij plotseling een gewonnen pionneneindspel heeft...... De beste prestatie ooit (een tweede plaats) lonkt, een gelijkspel tegen Groningen IV volstaat al. Putski ...had de computer al uitgezet, als ik me plotseling realiseer dat er iets niet klopte vanavond......En wel dit: De heer Koster, verliezend teamgenoot op bord 3, speelde geheel ten onrechte met WIT. De Spassky's hebben vanavond op 5 borden wit gehad en op maar 3 zwart. Op de borden 2 tot en met 4 speelden Putski, Koster en Van der Laan allen met wit, waarvan Dries 100% illegaal. Ik schaak al 25 jaar, maar dit herinner ik me niet eerder te hebben gezien. Ongelooflijk. Goed dat Dries er niets mee gedaan heeft en keurig verloren, anders was het nog een lastige kwestie geworden voor de competitieleider....Ik herhaal: never a dull moment met Dries.
102
Spasskyweekend (2003)
103
104
Wedstrijdverslag Spassky’s - Groningen 4, 1 oktober 2004, notulist: Rolf (Boris 18.1, 2004) quotes: “welk team is dit?” “zwart heeft hier geen enkel probleem “
1 2 3 4 5 6 7 8
Das Erste FC Spaßkys Putski Postma Logtmeijer Jansen Yska Stolk Van der Laan Van Hees
Hotels-4 Tilstra Alberts Van Weperen De Vlieger Zuiderweg Kruit Karsdorp Zwanepol
4 -4 remise remise 0 -1 1 -0 0 -1 1 -0 1 -0 0 -1
Vrijdag 1 oktober, locatie Denksportcentrum. Direct een billenknijper in de eerste ronde. Gelukkig een thuiswedstrijd tegen de zoveelste onbetaalde reserves van de Groninger hotelketen. In de DSW-kantine spelen we ook altijd op DSW-niveau (en dat is onder ons niveau), daar worden embryonale kampioensaspiraties altijd in de kiem gesmoord. Vanuit medische optiek: meestal verloopt de bevruchting succesvol (goede stellingen op de borden). Maar dan grijpt het team van Dr. Tilstra en Co hardhandig in. In een van de werkkasten van de DSW staat namelijk een grote Hoover-stofzuiger (hij klopt en hij veegt en hij zuigt, vooral die laatste optie vrezen wij). Als de toestand werkelijk kritiek dreigt te worden, zet Zwanepol op een seintje van Tilstra met een druk op de knop het apparaat in werking. Hiermee wordt op rücksichtsloze wijze met een zuigkracht van maar liefst 3000 Watt, de zwangerschap op 8 borden vroegtijdig afgebroken. De rest laat ik over aan jullie eigen fantasie. Hoe anders verloopt het in het clubhuis van Unitas. We gaan een rondje maken langs de borden in volgorde van uitslag. Putski: Rolf wil jij een verslag schrijven, want daar heb ik morgen geen tijd voor. Welja dat lukt mij tegenwoordig beter dan een partij tot een goed einde brengen. Maar eerst Koos. Of is dit het grote Koos mysterie? Ik kan het niet bewijzen en het is nogal speculatief, maar toch. Sinds zijn verhuizing naar Haarlem is er sprake van een oude Koos en een nieuwe Koos. Volgens mij is er een eenvoudige verklaring voor de welhaast explosief gestegen rating van deze speler. Koos zijn schaakcarrière zat totaal in het slop. Om de problemen te ontlopen kwam hij op het idee naar Haarlem te verhuizen. Hier plande hij zijn grote Schwindle. Tros Opgelicht kan hier een avondvullende uitzending van maken. Ook al ben je een matige schaker, je kunt toch over een meesterbrein beschikken. Het zit zo, wat wij namelijk niet weten is dat Koos een tweelingbroer heeft, Jacobus (Kobus in de wandelgangen) genaamd. Kobus was 105
al een aantal jaren uit het zicht verdwenen maar dook plotseling weer op. Koos en Kobus, eeneiiger kan een tweeling niet zijn, twee handen op een dikke buik. Opgegroeid in de jaren zestig in de volkse volkswijk Klarendal Arnhem, stonden ze hun mannetje en vochten zij aan zij, tegen onrecht en overheersing. Klarendal, de wijk waar ook de gevaarlijke Vitessespelers Remco Van der Schaak, Ruud Knol en de zwaar getatoeëerde Theo Janssen veelvuldig met de prinsemarij overhoop lagen. Het gaat er even om dat we de roots van het duo Ko en Ko volledig in beeld krijgen. Dit zijn winnaarstypes. Hoe er gewonnen wordt maakt niet uit, het gebeurt gewoon. Welnu Koos en Kobus lijken als twee druppels uit een glas bier op elkaar. Toch zijn er ook verschillen. Kobus is namelijk een veel betere schaker en ook een stuk actiever dan Koos. Terwijl Koos in Haarlem gezellig achter de tv hing met een groot glas cola en een voordeelzak chips van de Basismarkt, had hij Kobus op pad gestuurd richting Groningen, om daar eens lekker een Hotelspeler van het bord te rossen. Het is dezelfde Kobus die de interne van Haarlem onveilig maakt. Zo onveilig dat ze hem e een basisplaats in het 1 KNSB team hebben aangeboden om verdere escalatie te voorkomen. Preventief beleid heet dat. Als de Hells Angels een schaakclub zouden hebben gehad dan zou Kobus daar ook lid van zijn en aan het eerste bord spelen natuurlijk. Dus Kobus zat gisteren in het Denksportcentrum, veegde zijn tegenstander van het bord, op een klein foutje na dan. Kobus blijkt ook over dezelfde humor te beschikken als Koos, nog een reden om het verschil niet op te merken. In de analyse van de partij van Rolf zegt Kobus: ”zwart heeft hier geen enkel probleem”, oeps! onpareerbaar mat in twee. Ook Kobus maakt zo zijn inschattingsfoutjes. Kortom ik kan het niet bewijzen, maar in de breedte zijn we duidelijk sterker geworden. Harrie meets Karsdorp. Een relatief snelle overwinning. Karsdorp denkt dat hij verloren staat als hij opgeeft, maar hij had gewoon door kunnen spelen. Harrie: “Ik speelde Slavisch voor het eerst in mijn leven, ik ken het niet. Rolf: “Slavisch is op dit moment erg in de mode.” Harrie: ”Dat wist ik niet, ik lees geen schaakrubrieken meer.” Onbevangenheid is blijkbaar een pré in dit soort gevallen. Rolf verliest kansloos van Zuiderweg. Dan moet je maar niet zulke moeilijke Pircvarianten spelen die soms zelfs voor grootmeesters onoverkomelijk zijn. Nu was het Einbahnstrasse ohne Ruckkehr. De analyse wijst nog op een onbenutte escaperoute, maar daar kopen we niks voor. Rolf beraadt zich op zijn zwartrepertoire en staat open voor schaakadviezen, overeenkomstig zijn speelstijl. Wie daarna klaar was weet ik niet. Ik denk dat de bekende professor Van Hees het punt moest inleveren bij de al even bekende Zwanepol. Martins debuut liet een CaroKann stelling zien en hij kwam niet slecht uit de opening. Sterker nog, hij stond op een gegeven moment erg goed. Waar het fout ging heb ik niet gezien. Blood on the Tracks. Vooralsnog is zijn Dylanrepertoire-kennis groter dan zijn schaakroutine, die nog wat moet groeien. 106
Jan had al een plusremise overgehouden aan zijn vooruitgespeelde partij met de altijd taaie Alberts. Of had hij een vol punt kunnen scoren? Jan was er deze avond ook en zag dat het goed was (of fout, want dat zag hij ook wel). Maurits speelde tegen Van Weperen die het erg druk heeft op zijn werk. Aan het begin vraagt hij aan Maurits: ”Welk team is dit?” Het zal wel ironisch bedoeld zijn. Een Hollandse opening geeft Maurits met zwart na een dameruil heel goed spel. Ergens moet het heel erg fout zijn gelopen. Ik merk op dat in het eindspel Van Weperen een kwaliteit meer heeft. En dat geeft de doorslag. Dan kijken we bij Janski aan bord 4. Opening een heel klein beetje mislukt. Henk: “ik wilde het Grünfeld eens anders spelen.” Dat moet je dan wel goed doen natuurlijk. Henk blijkt uitermate goed bestand tegen de latente druk die De Vlieger uitoefent op lamgelegde witte damevleugel. De Vlieger kan bovendien de betere pionstructuur overleggen. Maar dan blijkt dat Janski in betere vorm steekt dan De Vlieger. Met enigszins opportunistische zetten weet Henk zich los te werken en haalt wat pionnen op. Dat is voldoende voor een vol punt. Tot slot Putski die het bijna traditiegetrouw tegen Tilstra op moet nemen. Tilstra de openingenanarchist, begint met f4. Putski repliceert met het ongebruikelijke c6. Henk krijgt voor twee pionnen een kwaliteit maar weet van dit voordeel geen gebruik te maken omdat Tilstra bijna al zijn pionnen op dezelfde kleur zet. Dan kun je toch zien dat Tilstra meer ervaring heeft met het oergezellige Halma dan Putski. Het zal de generatiekloof wel zijn. We noteren hier een remise. Geen slecht begin dus 4 - 4 tegen het sterke Groningen 4. Staunton wacht ons in de volgende wedstrijd.
Staunton - Spassky's, the day after the weekend before (Boris,18.1, 2004) Proloog, citaten: Als we het erover eens zijn dat er door beide partijen 40 zetten zijn gedaan dan hoeft er van mij niet gereconstrueerd worden. (Popke Dijkhuis, eigenwijs, wedstrijdleider van Staunton) We zitten ver in de 40. (Kruisinga, zonder blikken of blozen, tegenstander van Harrie) Dit vind ik een lekkere zet, Lb7, zoiets verzin je toch niet?! (Dries, enthousiast, over zijn partij uit één stuk tegen Van Pelt) 107
O, hij heeft eens gewonnen hoor - Dries win nou een keer altijd. (Koos, geërgerd, tegen Dries die zijn teamgenoten de zwarte Piet toespeelt over het geleden verlies.) Winnen is voor hen belangrijker dan voor ons. (teamleider Putski, berustend)
1 2 3 4 5 6 7 8
Staunton (1901) Y Blom (2035) T. Ebels (1962) E. van Pelt (1826) L. Damen (1997) B. Koole (1841) P. Wilhelm (1773) B. Kruisinga (1823) R. Popken (1950)
Spassky's (1887) H. van Putten (2048) J. Postma (1989) D. Koster (1908) K. Stolk (1826) H. Jansen (1817) M. Logtmeijer (1805) H. van der Laan (1815) M. van Hees (-)
4½-3½ 0-1 remise 0-1 1-0 0-1 1-0 1-0 1-0
Het Spasskyweekend kende dit jaar een unicum: er was een 4e dag ingelast. Plaats van handeling was De Helpen "gamegarden" aan de Groenensteinlaan te Groningen. Op allerlei games, welke willekeurig bepaald zouden worden, hadden de Spassken zich drie dagen lang kunnen voorbereiden. Helaas bleek de tol die een zwaar weekeinde eiste een punt zwaarder te wegen dan deze gedegen voorbereiding. Staunton hield de punten in eigen huis: 4½-3½. Op bord 1 komt Putski in een Maharadja terecht tegen Blom. Blom verzuimt een netwerk aan te leggen voor zijn architecten en moet al snel hoge tol betalen om te reizen. Als zijn voornaamste tempels zwaar onder vuur komen te liggen gooit Blom de handdoek in de ring en mag Putski al in de 22e beurt zijn slottempel plaatsen: 1-0. Op bord 2 Jan Postma, een spelletje boter-kaas-en-eieren tegen Ebels. De remisemarge van deze game is erg hoog. Hierdoor is het spel al snel uit en rest er slechts een half punt. Prima als je de nazet hebt en het rondje speelt, maar een breekijzer in de teamwedstrijd kan Jan zo niet meer worden. De volgende keer dus weer even langskomen in Wehe den Hoorn om je ook in wat andere games te verdiepen, Jan! ½-½ Op bord 3 Dries: Adel Verpflichtet tegen Van Pelt. Dries steelt al snel een rijtje kunstwerken weg en zijn tentoonstelling wordt imposant, met name de portretten van enkele bisschoppen (over een lange rij: b, c, d, e). De detectives van Van Pelt zijn telkens te laat ter plekke, en zijn dieven falen. Een apetrotse Dries spreekt van een Adel Verpflichtet uit één stuk. 1-0 Op bord 4 is Koos aan het Magicen tegen Leo Damen. Helaas moet Koos een creature inleveren, maar hij krijgt er een boel mana voor terug. Op het moment dat ik denk 108
dat Koos het creature terug kan winnen, lukt het zijn tegenstander om Koos' belangrijkste artefact te untappen. Ten slotte ontstaat er een eindspel waarin Koos steeds meer mana moet inleveren: 0-1. Op bord 5 legt Henk Jansen wederom een strak gespeelde Sint Petersburg op de mat. Op het beslissende moment laat hij de adel schieten en wint hij het spel door een zeer krachtig gebouw te plaatsen, gesteund door twee erg sterke boeren. Koole is te laat met zijn gebouw en als hij ziet dat zijn boeren te weinig zullen opleveren staakt hij de strijd. 1-0. Op bord 6 is Maurits verwikkeld in een Puerto Rico tegen Wilhelm. Puerto Rico ligt Maurits niet zo. Deze keer houdt hij zijn cashflow wel in de gaten in de eerste fase, maar verzuimt hij het omschakelpunt naar winstpunten te onderkennen. Uiteindelijk slaat alleen zijn tegenstander maar aan het shippen: 0-1. Op bord 7 raakt Harrie verzeild in een Funkenschlag tegen Kruisinga. Harrie kiest voor een tactiek waarbij hij kleinere centrales in eerste instantie laat schieten voor een snelle ontwikkeling van de meer geavanceerde. Er ontstaat een razend ingewikkeld eindspel waarin beide spelers bovendien met een chronisch tekort aan bevoorradingsmiddelen kampen. Na een kortsluiting bij Harrie houdt zijn tegenstander een bruinkoolcentrale meer over.....maar is alles wel goed gegaan in diens bevoorrading? Volgens tegenstander Kruisinga lijdt dat geen enkele twijfel en is hij ruim binnen de marges gebleven, maar reconstructie laat zien dat dat toch echt een dubbeltje op zijn kant is geweest. 0-1. Op bord 8 dan ten slotte toch ook nog een schaakpartij. Martin was vanwege zijn kinderen verhinderd naar het Spasskyweekend te komen en heeft zich zo nog geen andere games eigen kunnen maken. Volgens mij moet hij na een scherpe opening ergens heel goed staan, in iedere geval 2 pionnen voor. Ergens gaat het mis. Gaan we nog analyseren! 0-1. Epiloog. 4½-3½ voor Staunton dus, na een bewogen wedstrijd, die heel duidelijk twee kanten op kon. Er vallen geen incidenten te rapporteren, maar het had lastig kunnen worden e als Harrie niet vlug zijn 41 zet had uitgevoerd (in de veronderstelling dat het zijn 40e was) en de klok had stilgezet op het moment van vallen van de vlag van Kruisinga. Dan hadden we geweten of de vlag van Kruisinga voor diens 40e zet viel of toch pas net erna. Ik vond het persoonlijk nogal storend te constateren hoe Staunton in de personen van wedstrijdleider Dijkhuis en ook Kruisinga zelf het verliesgevaar trachtte af te wenden door welke claim dan ook op voorhand te bagatelliseren. Behalve het gewuif van Kruisinga ("we zitten ver in de veertig") en de opmerking van wedstrijdleider (!) Dijkhuis dat "als we het allemaal eens waren over 40 er niet gereconstrueerd hoefde te worden", ging dat zelfs zo ver dat Kruisinga tot tweemaal 109
toe de zet Kh7 op het reconstructiebord trachtte uit te voeren, terwijl er op het bord zelf ernaast, "real-time", toch echt geen koning op h7 stond! En dan was er ook nog Koole, de tegenstander van Henk Jansen, die klaagde over het rumoer dat er ontstond op dat belendende bord tijdens de reconstructie (Het liefst zou hij die reconstructie eigenhandig stilgelegd hebben.) Echter, als er geen wedstrijdleider is die zetten opschrijft en er in een overvolle zaal ter plekke gereconstrueerd dient te worden, waar allerlei omstanders ook nog eens hun plasje over menen te moeten doen, dan is een kakofonie niet te vermijden. (Vergelijkbaar met vier willekeurige Spassken die Munchkin spelen tijdens een Spasskyweekend...) Of Harrie in het partijgedeelte winstkansen heeft laten liggen weet ik niet, verliezen was volgens mij zeker niet nodig. Koos verloor van een sterke tegenstander, in het dagelijkse leven overigens decaan van de rechtenfaculteit. Het leek mij dat hij kansrijk spel had, maar na afloop bleek het dat de beste kansen toch steeds voor de witten waren geweest. Maurits verliest steevast zijn concentratie na tienen. Ook nu weer speelde hij de opening veel doordachter dan zijn opponent, die maar wat op tactische grapjes zat te azen, zo leek het. Misschien eens een time-release vitamine-c-capsule (het wondermiddel van Bergski) voor de wedstrijd proberen? Bij Martin is er sprake van wedstrijdritmetekort. Schaakinzicht is er echt wel en handigheid komt vanzelf terug. Zijn tegenstander beschikte trouwens over de 4e rating van het team! Jan had zin om te spelen vertelde hij aan mij de avond vooraf en zegde zijn bridgen er voor af. Remise maken op bord 2 met zwart is niet slecht en leek op dat moment in de wedstrijd ook prima. Achteraf had hij bij een 3-4 achterstand natuurlijk altijd moeten doorspelen van mij, maar bij die stand was Jans partij al twee uur daarvoor beëindigd. Henk J hield zijn winning-mood van het weekend vast. Een mooi loperoffer op a1 tot besluit als zijn toren + twee pionnen de beslissing kunnen brengen. Goed gezien en prima uitgerekend, pluim! Dries buitte een moordend loperpaar uit, ook heel mooi gespeeld, en met verve na afloop gedemonstreerd. Zijn partij kan zo de leerboekjes in. Ikzelf kwam al in de opening in het voordeel doordat Blom met zijn loper op e5 terugsloeg (voor één grapje: 11. g4? Pg3!) Zijn stukken raakten daardoor al snel in een onontwarbare knoop. Het mat via paard maal f6 sloeg in als een bom bij Blom. 110
XABCDEFGHY 8r+-+k+-tr( 7zppwq-+psn-' 6-+p+lsNpzp& 5+-+-zP-+-% 4-vLP+-+P+$ 3+-+-+-+P# 2PzP-+-+-+" 1+-mKR+L+R! xabcdefghy Kennelijk dacht hij dat het mijn bedoeling was om de dame via 22. Pd6+ en 23. Pb5+ terug te halen, maar dat kost gewoon een stuk na 22…Dxd6. Ook mooi is de variant 21…Kf8 22 Pc5! Lxf6 23 Pd7++ Kg8 (/e8) 24 Pf6 mat. Een kleine nederlaag dus en daarover wat mij betreft niet al te lang getreurd, al heeft Koos mij streng verboden al te zeer te relativeren. De bami vooraf was een stuk minder à la plakka dan die een half jaar geleden voorafgaand aan de wedstrijd tegen Haren II en de koffiemelk was vers. Koos at twee toetjes, Dries niet. Putski
Vitaminepillen Verpletteren Vorige Vereniging (Boris 19.1, 2005) Na al het geharrewar rond de opstelling nu een goed bericht van het bekerfront: Groningen werd met 3-1 opgerold! Cafetaria Sims, aanbevolen door Putski, is echt een aanrader! De ontvangst is er gastvrij en de boerenfriet wordt geserveerd met gado-gado en een gehaktmengsel. Na een pleidooi van Henk voor megadoses vitamine C in de vorm van vertraagde-afgiftetabletten besloot ik er een te nemen. Ik moet zeggen, ze smaken lekkerder dan mijn Seroxat en werken minstens even goed! Volgens mij ben ik er nog steeds hyper van want ik zit nu harde muziek te draaien en mailtjes te schrijven. Maar goed, ik voel me dan ook prima want ik heb Jan de Vlieger lekker te pakken genomen! Met zwart ontweek hij met 2...Pf6 de hoofdvariant van het Siciliaans, die ik op mijn beurt ook weer ontweek, hetgeen mij echter weinig opleverde. Ik offerde daarom maar een pion, hetgeen mij een initiatiefje opleverde. Met nauwkeurig spel had Jan een beter eindspel kunnen krijgen, maar een foutje 111
kostte hem twee tempi, waarna hij vakkundig werd opgeknoopt. Zijn enorme tijdvoorsprong slonk snel en uiteindelijk bezweek hij onder de enorme druk. Vlak daarvoor had Putski met zwart aangetoond dat Peter Hendriks met ongewone systemen gemakkelijk te bestrijden is. Het systeem dat Putski speelt (volgens mij heet het ook de 'Apekont') ziet er niet uit, maar wat onze Peter deed al helemáál niet! Henk zal e.e.a. wel met details kunnen staven. Aan borden 2 en 3 ging het allemaal wat zwaarder. Jan Postma, onze heldhaftige invaller, wist aan bord 2 de Leningrader van Arjen Tilstra in bedwang te houden. Het leek me een zware, moeilijke partij, ik heb er weinig van begrepen. Dries zat aan bord 3 omdat hij niet op bord 1 durfde te spelen, en dat was te merken aan zijn opening! Slechts de megadosis vitaminen hielden me op de been toen ik toe moest kijken hoe Dries het geweigerd damegambiet verkrachtte tegen Kees Alberts. Dries, in zo'n stelling speel je na ..dxc4 gewoon ..b5, ..Lb7, gevolgd door ..c5! Maar uiteindelijk werd het remise (en alleen Dries kan uitleggen waarom denk ik ). Kees Alberts zal trouwens ook wat uit te leggen hebben aan zijn teamgenoten... (Hij kan de uitleg die ik gisteravond iemand hoorde geven aan Gerda Schreuder goed gebruiken: "Ach Gerda, je bent gewoon geen dinsdagavondmens!"). Dus, 3-1 uit het hol van de leeuw gesleept en we zijn weer een ronde verder! Een ronde waarin we weer gaan winnen en waarover ik jullie tijdig zal berichten! Maurits
Aan het bestuur van SISSA (2006) t.a.v. E.J. Walinga Groningen, 9 december 2006. Betreft: klacht over roken Geacht bestuur, Op 18 november jl. heeft Spassky’s bij de competitieleider een klacht ingediend over het feit dat er bij SISSA tijdens competitiewedstrijden gerookt wordt. Op grond van art. 18 van het reglement op de competitiewedstrijden geldt er bij alle wedstrijden van de competitie een rookverbod. Dit verbod geldt tijdens de duur van de wedstrijd. SISSA dient er dus voor te zorgen dat de wedstrijden in een rookvrije ruimte gespeeld worden. Op dit moment voldoet “De Walrus” niet aan deze eis. In het speelgedeelte ondervindt men hinder van het roken in het bargedeelte. Wanneer er een rookvrije ruimte ontbreekt, kan de competitieleider op verzoek van het bezoekende team een wedstrijd geheel of gedeeltelijk op een andere plaats vaststellen. Deze regel is ook van toepassing op bekerwedstrijden. Op 8 januari a.s. spelen SISSA en Spassky’s weer tegen elkaar in “De Walrus”, dit keer voor de NOSBO-beker. Wanneer de speelruimte 112
dan niet rookvrij is, overweegt Spassky’s niet te spelen. Dit vindt het bestuur een onwenselijke situatie. Graag vernemen wij binnen twee weken van het bestuur van SISSA of men kan zorgen voor een rookvrije ruimte tijdens competitie- en bekerwedstrijden. Namens het NOSBO-bestuur, met vriendelijke groet, Paul Zilverberg, secretaris
Een unicum? Spassky's rollen ESG op in bekerfinale. (Boris 20.1, 2006) 1 2 3 4
ESG (1894) J.H. Voss (1937) E.C. Hondema (1814 C.L. Roos (1961) J.C. van Os (1863)
Spassky's (1902) H.T. van Putten (2088) A.J. Koster (1913) H. Jansen (1840) M.A. Logtmeijer (1769)
0-4 0-1 0-1 0-1 0-1
Sinds de affaires 'Rammelbak' (Spassky’s contra Kloppenburg) waren de verhoudingen met het Emmer Schaak Genootschap intussen flink verbeterd. Totdat ene Dries Koster namens de Spassky's en ene Jan van Os namens ESG in een klein kamertje werden samengebracht om uit de 60 dagen die de maanden mei en juni tellen een gezamenlijke, aan beide partijen welgevallige, datum te prikken voor 1 schaakwedstrijd. Om een lang verhaal kort te maken: naar dat kamertje hoeft de nieuwsgierige Spassk niet meer op zoek te gaan; dat kamertje is er niet meer. Het huis waarvan het deel uitmaakte overigens ook niet. Uitgezocht wordt momenteel wat er van de belendende percelen nog te redden zal zijn - vermoedelijk betreft dat alleen de fundamenten. Op het moment dat contact tussen Koster en Van Os alleen nog maar via hun advocaten verliep bood Haren aan de organisatie op zich te nemen op Bevrijdingsdag: de wedstrijd gered. Putski moest vliegen, maar haalde het. En de Spassky's wonnen! Met een maximale 4-0. Uit de post-mortem: Henk J: "Dries denk nu eerst eens even na voordat je weer een zet brult." Dries (na een niet al te lange periode van zwijgen): "mag Kingkong weer een zet voorstellen?" ESG - Spassky's werd een walk-over. De loting viel goed: Dries zie ik het liefst met wit. De overige zwartrepertoires zitten wel goed. Niet bij Emmen, zo was al snel duidelijk. Maurits en Dries overspeelden hun tegenstanders in de opening. Dat was 2-0. Tegen mijn tegenstander, de sympathieke Herman Voss, merkte ik op dat hij nu 'volle bak moest'. Een beetje boosaardig, want zijn stelling was al zeer bedenkelijk. De cruciale zet was: 18...d4! Een zet die Fritz niet gelijk voorstelt, maar die de zwarte toren doet 113
binnenvallen op c2, altijd wel een pion waard. Henk J. had lichte problemen in de opening, maar zijn tegenstander verbruikte zoveel tijd dat hij aan het eind ruim daarvan tekort kwam. Zo wonnen de twee zwartspelers dus ook. Volgend jaar naar Breda of Hilversum! Putski TOTAAL BEKER SEIZOEN 06/07: Spassky's 1. H.T. van Putten 2. A.J. Koster 3. H. Jansen 4. R.J. Yska 5. M.A. Logtmeijer 6. A.F. Henries
1 -
2 1 1 1 0
3 0 1 1 ½ -
4 1 ½ 1 0 -
5 1 1 1 1 -
Ap 4 4 3 1 3 1
Bp 3 3½ 3 1 1½ 0
Brd 1,0 2,0 3,0 3,0 4,0 4,0
Kl 4w 4z 3w 1w 3z 1z
KNSB 2088 1913 1840 1823 1769 1736
TPR 2095 2120 2202 2000 1767 1520
Dries en Edwin bij Joost en Julia in Polen (2006 is dit, 2 e keer was 2009)
114
Volkomen uit het niets kampioen in de promotieklasse (mei 2007)
115
DION Hardenberg - een persoonlijk verslag door Alex (website, 2007) Het was met een zwaar gemoed, lezer, dat ik zaterdag op weg toog. Daar waren drie redenen voor. Voor de eerste reden moeten we terug naar het jaar des Heren 1227. Bisschop Otto II van Utrecht mobiliseert al zijn weerbare manschappen en van alle windstreken stromen de strijders toe. Daar was de beroemde houwdegen Bernard van Horstmar, en verder Boudewijn van Bentheim en Reinold van Dees. Met vergenoegd gelaat en blij gemoed ontving de bisschop zijn strijdbare scharen bij Ommen, en voerde ze langs Hardenberg tot in de buurt van Ane. Daar......werden ze door Drentse boeren vernietigend verslagen, terwijl hun paarden wegzonken in het Drentse moeras. Stad en Ommelanden, in het bijzonder de stad Groningen werd een verloren buitenpost, die Drenthe de rug toekeerde. Tot zover de geschiedenis. Van belang is dat in deze stoere Saksische streken de weerzin tegen "stad" van generatie op generatie over gaat. Niet gauw wordt zo'n bloedig stukje geschiedenis vergeten, noch vergeven. Voor een Gronings clubje dat op bezoek komt in deze contreien valt hierdoor veel te vrezen. De tweede reden dat ik een zwaar gemoed had, lezer, was van een meer persoonlijke aard. Onlangs kwam mij het volgende ter ore. "Volgens Dolf en mij heb jij geen 2040 maar 1900, het ratingsysteem werkt niet goed, randstadratings zijn veel te hoog" werd mij toegevoegd (lezer: de naam Dolf is door mij gefingeerd - ter bescherming -, in de werkelijkheid heet betrokkene anders). Deze slag kwam hard aan. Zelfs zodanig 116
hard, dat ik begon mee te gaan in de redenering die werd gevolgd. Was het niet zo, dat degene die dit zei, ene Viers (wederom lezers: een gefingeerde naam) een lagere KNSB rating had dan ik, maar altijd de vloer met mij aanveegde op ICC? En is het niet algemeen bekend dat verschillen in speelsterkte zich sterker uiten naarmate het speeltempo hoger is? Manmoedig besloot ik - hoe zwaar mijn gemoed ook was lezer - over dit punt heen te stappen. Ik besloot als hypothese te aanvaarden dat ik het mikpunt was van "Randstedelingetje bashen" dat de laatste tijd in het Groningse zo in zwang lijkt te komen (de lezer raad het al, dit is de derde reden voor mijn zware gemoed). Hoe raak die hypothese was bleek wel, toen ik iedereen het aanbod deed met mij mee te mogen rijden (ik kondigde aan mij op een bepaald tijdstip op de laan van Meerdervoort op te stellen) en dit aanbod ostentatief bleek te worden genegeerd. In groten getale zat men in een aantal Noord-Nederlandse vehikels, mijn bolide werd gemeden als de pest. Genoeg hierover, thans gaan we over tot de bespreking van mijn partij, tegen Joan Reinders (1906) Ondergetekende voerde de zwarte stukken aan. 1 e4 Pc6 2 d4 e5 3. d5 Pe7 4 Pf3 Pg6 5 c4 Lc5 6 Ld3 Pf6 7 0-0 0-0 8 a3 d6 (na 8...a6 9 b4 La7 is 10 d6 vervelend, en na 8...a5 komt Da4 in de stelling). 9 b4 Lb6 10 Dc2 (wit kiest een opzet die tegen mijn knollentuinenplan in gaat (Ph5-f4 soms Lg4 met allerlei lastige bindingen op de diagonaal d1-h5). 10...a6 11. Kh1 Ph5 12. Tg1 (nog meer originele zetten: de partij komt in voor mij echt onbekend vaarwater).12... Phf4 13. Lf1 Lg4 14. Le3 Ph3 (Putski maakte in de post-mortem wat behartenswaardige opmerkingen, in ieder geval komt wit hier "te lekker" te staan. In feite ben ik veel te oppervlakkig bezig, maar da's vaak wijsheid achteraf, hoe weet je dat op het moment zelf?) 15 xh3 Lxf3+ 16 Lg2 Df6 17 c5 La7 (hier keek ik naar Ph4, Dries stelde dat ook voor. Ik verwierp dit op grond van 18 Lg5?!! Lg2+ 19 Txg2) 18 Pd2 Lxg2 19 Txg2 De7 (zwart staat minder, maar is wakker, er dreigt Lg5) 20 Tag1 f6.
XABCDEFGHY 8r+-+-trk+( 7vlpzp-wq-zpp' 6p+-zp-zpn+& 5+-zPPzp-+-% 4-zP-+P+-+$ 3zP-+-vL-+P# 2-+QsN-zPRzP" 1+-+-+-tRK! xabcdefghy 117
Enfin lezer, er volgden nog 35 zetten en ik won. Van deze 1906 speler. Voor het moment niet ontevreden (de winnaar heeft altijd gelijk), reisde ik af naar de verre Randstad, terwijl naar mij bleek de rest van de Spassken het op een slempen zette. Te vrezen valt dat de Schout van Hardenberg vannacht overuren draait. Alex
Een dag van gemiste afslagen: Slachthuiskade - een persoonlijke ervaring (website, 2008) Putski: Afslagen werden gemist. Door de auto van Dries, waarvan de bestuurder de door mij tot in de puntjes verzorgde routeplanning gedelegeerd bleek te hebben aan Rolf. En van wie de TomTom thuis lag. Door mijn eigen tegenstander, die Txb6 - paard kwijt miste. Door Alex, die in de vertakkingen van het Schots wat afslagen door elkaar haalde. Door Jan, wiens tegenstander de remise welke Jan niet eens durfde aan te bieden stilzwijgend afsloeg door zeer sterke zetten in het eindspel. Positief is dat door de andere uitslagen (met name Amersfoort - Drachten 7½-½ en ASV 3- Dion 5½-2½) de kans op degradatie verder geminimaliseerd is. Alex: 1. "Slachthuiskade, mannen, dat moeten we zien als een uitdaging.” Ik zie het mezelf nog intypen. Toen leek het erop dat ik niet zou meespelen, later bleek dit alsnog het geval. Dat heb ik geweten. 2. Na wat interessante ervaringen (Dries' auto wil echt heel hard, vooral als het moet) kwamen we ten slotte hobbelend over fietspaden waar we wezen moesten. 3. Negen minuten te laat schoof ik gezellig aan. 1. e4 Pc6 2. d4 e5 3. Pf3 xd4 (Schots: leuke bijkomstigheid vaak is dat de witspelers hier NIET op uitkomen, omdat ze bijv. vaak Spaans in hun repertoire hebben). Deze leuke bijkomstigheid deed zich nu niet voor. Betrokkene koerst altijd al af op het Schots (Alex- Karma 0-1). 4. 4. Pxd4 Dh4 5. Pc3 Lb4. We zitten in de partij Azmaiparashvili- Hector, San Sebastian 1991. In het boekje "Winning with te Scotch (Alex- Karma 0-2), van Gary Lane, gebruikt als hoofdvariant van deze Steinitz variation. 5. 6. Pb5 (Azmaiparashvili speelde Le2, Gary Lane merkt op over Pb5: "also possible is 6 Pb5 Qe4x 7 Le2, transposing to the [ ] line") 6. Hut speelt echter niet Qe4x maar 6…Lc5. Zie diagram op de volgende bladzijde. Hoe kwam hij daar bij? De andere hoofdvariant die Lane geeft is: 5 Pb5 Lc5. Dan heeft wit De2 of Df3 en kan Pd4 volgen. Zoals tijdens de partij en de analyse al bleek is het volstrekt onspeelbaar om dit toch vrolijk te spelen onder verlies van het tempo Lb4118
c5. Het vervelende was dat ik dacht dat het safe zat, ik wist immers dat het in het boekje stond! Uiterst pijnlijke ervaring. 7. Mijn tegenstander bleek ook niet van het kaliber, "ik heb gewonnen, dus nu spaar ik je gevoelens", terecht natuurlijk. Ik dacht toen nog steeds dat ik gelijk had. Pijnlijk! 8. Man speelde het verder onberispelijk uit. Ik bespaar mezelf de kastijding dit ook nog even vast te leggen. 9. Nog even op www.chesslab.com gekeken (stelling na 6....Lc5) "no games found". 10. Bomans, "op de keper beschouwd", zesde druk, blz. 148 "Een schaker die werkelijk terneergeslagen is omdat hij verloren heeft is dan ook de ware schaker niet. Hij is een verzamelaar van punten. En hij heeft met de collectioneur dit gemeen, dat het hem om het resultaat te doen is.” Trap na van de grootste schrijver van Nederland. Dank.
XABCDEFGHY 8r+l+k+ntr( 7zppzpp+pzpp' 6-+n+-+-+& 5+Nvl-+-+-% 4-+-+P+-wq$ 3+-sN-+-+-# 2PzPP+-zPPzP" 1tR-vLQmKL+R! xabcdefghy 1 2 3 4 5 6 7 8
Almelo (1991) E. Sarink (2101) B. Poelstra (2053) M. Schippers (1948) J.W Brinks (1958) M. Lucas (1987) M. Bootsma (2016) Z. Zeeman (1968) W. Brey (1900)
Spassky's (1940) H.T. van Putten (2067) A. Hut (2046) D. Koster (1926) J. Postma (1985) H. Jansen (1862) J. Scharft (1927) A. Henries (1832) H. van der Laan (1872)
5-3 0-1 1-0 1-0 1-0 remise 1-0 0-1 remise
119
Vrijdagavond, 9 mei 2008: Snelschaken voor teams. Spassky's ongeveer 7e (mail, 2008) Jongens, na een indrukwekkende voorronde, waarbij teams als SISSA en het jeugdteam van Unitas met grote cijfers klop kregen, lonkte een herhaling van de stunt van vorig jaar (een tweede plaats in de eindrangschikking). Het mocht niet zo zijn, de finalepoule was het een en al zand in de machines. Op onze beurt werden we ruim versagen door teams die we in de voorronde nog hadden afgedroogd. Onze groeibriljant Dries, bijnaam 2400, was de ster van de voorronde. Met 7½ uit 8 aan het eerste bord liet hij een nieuwe bijnaam, "2500", rondzoemen. In de finalepoule ging de kaars echter helemaal uit en vermeerderde hij zijn score slechts met een schamel halfje. Zelf geloof ik dat het striemende regiem van wegvliedende seconden, de tergende terreur der wegtikkende tijd, steeds meer terrein begon te winnen op onze vermoeidheid en dat Dries dit in de frontlinie van het eerste bord het zwaarst ondervond. Dries' eigen verklaring luidde echter: "Eén biertje teveel." Maurits en Putski kwamen tot 10 uit 16, Alex zat hier marginaal onder. Dries kwam op een totaal van 8 uit 16. Spassky's II, met Johan, Tom en Raoul Witsenburg en Rolf in de gelederen, stal de show in een lagere finalepoule en pakte als ik het wel heb zelfs de eerste prijs. Zij worden vanmiddag op een hooiwagen door Roden gereden Johan is op dit moment daar de laatste voorbereidingen voor aan het treffen. Hoogtepunt van gisterenavond was voor mij Hut - Hoeksema. Een zeeslang die zéér lang onduidelijk bleef. Kijk niet raar op als Hoeksema komende zaterdag aan deze partij ruim aandacht besteedt in het Dagblad van het Noorden. Alex wist nog niet of hij die krant zou gaan kopen trouwens: "Ik heb niet zo zin om via de krant kennis te moeten nemen van een verborgen matvoering, waarvan ik wel voelde dat hij er móest zijn.", aldus Alex, die ondanks zijn lege handen met een fier gemoed de arena kon verlaten. Putski Alex erna: Henk vermeldt niet het hele verhaal... met de mantel der liefde verbergen noemen ze dat. Feit is dat vóór de wedstrijd tegen Erik, het voor iedereen in ons kamp, en zeker voor mij, duidelijk was dat Hoeksema het onderspit zou moeten delven. Henk slaagde er zo links en rechts in mij nog in die overtuiging te sterken. En alras ontstond bij ons op voorhand al een soort mededogen. We zagen Erik ontspannen rondlopen, een gesprekje aanknopen met deze en gene, en we wisten welk een vreselijk lot hij 120
tegemoet ging. Henk en ik hebben toen een spoedberaad gehouden: wat te doen, Erik hinten wat er aan zat te komen? Of het toch maar zo laten? Vreselijk was vervolgens de ontknoping. Erik speelde mij behoorlijk zoek, en kon zonder meer een kwaliteit op d2 winnen, maar wilde dat om de één of andere reden niet (misschien vond hij de winstvoering met een kwaliteit voor nog wat te weerbarstig?). Op een gegeven moment stond ik weer redelijk, maar verslikte me tactisch. Hoeksema: "het was behoorlijk onduidelijk" (vergelijk verslag Henk). Er is een precedent in de schaakliteratuur voor de wending die ik nu moest maken. Ik meen dat het in de bundel "Hartversterkende Schimpscheuten" is dat Tabe Bas urenlang op een afgebroken stelling heeft geanalyseerd, en trots de vrucht van zijn arbeid telefonisch rapporteert aan Lodewijk Prins. Die maakt er (zonder bord en stukken bij de hand) gehakt van, en Tabe Bas dekt zijn aftocht met termen als "ja, zo kan het ook." En merkt over zijn eigen spreekstijl op "ik piepte van herwonnen nederigheid." Nou, ik was er ook snel bij. Onzeker naar Putski kijkend mompelde ik trots "het was behoorlijk onduidelijk.”
Spatzkiekrommunicatie (Mail, 2009) Sent: Sunday, February 08, 2009 11:10 AM Subject: Gisteren Hallo mannen, Gisteren is er iets vreselijks gebeurd. 's Morgens ben ik van bed gekomen en ik had een enorme griep. Ik kon moeilijk op mijn benen staan en Eline verschonen en de kleren aan doen was er al helemaal niet bij. Om ongeveer 8.30 uur heb ik Putski gebeld op nummer 06-48423515. Helaas kreeg ik zijn voicemail ervoor en die ingesproken dat ik niet kon spelen. Daarna ben ik weer lekker in mijn bedje gaan liggen hopende dat Putski het bericht zal afluisteren en nog snel een vervanger kon regelen. Om 13.30 uur ging ik even naar beneden en ik zag tot mijn grote schrik dat ik een gemiste oproep en 1 nieuwe sms had. De grote schrik werd de keiharde waarheid. Er was geen vervanger geregeld. Zelf denk ik dat ik dat dit een grote communicatiefout was van beide kanten. 's Avonds heb ik nog wel gekeken op jullie niet hadden verloren met 4½-3½. Dan had ik me heel erg lullig gevoeld. Gelukkig was het 4-4. Aan de andere kant; je kunt ook zeggen als Johan Scharft wel had meegedaan hadden de Spassky's misschien wel gewonnen en nog een gooi naar het kampioenschap kunnen doen. Da's allemaal achteraf. Helaas is het gebeurd. Hopelijk is het hierdoor wat duidelijker geworden. Groeten, Johan Scharft 121
Drie(s’) fotomomenten (2008-2010) Alidston Sommige Spassken spelen toernooien! Vooral Alidston is zeer actief. Hier in het Harmonietoernooi 2008, toen zijn finest (but one hopen we) moment in 2010 nog moest komen (daar haalde hij een TPR van 2100). Net als Raoul bedient ook Alidston zich van geheime wapens….
Een anekdote over deze geheime wapens is dat hij bij het kersttoernooi 2010 allerlei horeca-accessoires meegetorst had naar de speelzaal in het universitaire sportcentrum, waaronder een waterkoker. Hiermee zette hij zijn eigen thee in de kantine. Dat was het sportcentrum toch iets te gortig en de organisatie, in de persoon van Zwanepol, was dan ook genoodzaakt om voor de aanvang van de vijfde ronde om te roepen dat het niet toegestaan was om in de kantine of de speelzaal eigen meegebrachte waterkokers, eierwekkers of steengrill-setjes te gebruiken. Dat was lichtelijk overdreven; Alidston is natuurlijk nooit van plan geweest om tijdens een partij een eitje te gaan bakken. Maar een kopje thee moest kunnen, vond hij.
122
Onze Joost in prachtig pak in Polen!
Oktober 2008: Spassken in Enschede Henk mocht als onze clubkampioen tegen Staunton (Blom) en andere wereldkampioenen (Lasker, Philidor). Heavy sheavy. Henk speelde echt super, maar had pech. Ikzelf won de groep tot 2000. Zie hier onze T-shirts in de wedstrijd in Enschede. 123
Dries 124
Toegift
Koos tiptop in Corus! Rechts daarvan een iets meer casual Koos. (Wel dezelfde blik en beide keren met accreditatie.)
Robin of Spassky; Haren II - Spassky’s 5-3 (website, 2010) Het is pas vandaag dat ik de kracht heb gevonden om u te berichten omtrent de gebeurtenissen van de noodlottige zesde februari. De verstikkende aanhoudende pijnen en het slechte slapen in cohesie met de maar voortdurende smerige winterdagen hebben het moeilijk gemaakt om op een objectieve manier te kunnen reproduceren hoe het toch in vredesnaam mogelijk was dat de glorieuze Spassken van de onderbegaafde reserves van Haren hebben kunnen verliezen. Daarbij in ogenschouw nemende dat concurrerende teams uit de gehuchten Sneek en Almere ons deze dag een groot glanzend geschenk hadden aangeboden; in de vorm van de koppositie in de roemruchte derde klasse a. Nog verleden week had ik een nachtmerrie. In deze droom waren de Spassky’s met de nodige ontberingen eindelijk, maar toch een half uur te laat, in Almere aangekomen. Eenmaal in de speelzaal kwamen we tot de ontdekking dat we in plaats van schaken moesten dammen. Ik ging door mijn vlag, terwijl ik nog aan het uit puzzelen was hoeveel schijven er in het begin op een dambord moeten staan. 125
Laat ik dan maar iets over de wedstrijd zeggen. Allen, behalve een die rond een uur of een door mijn vriendin betrapt werd in de korenbeurs toen hij een paar bananen op de kop tikte, waren mooi op tijd aanwezig. Ik speelde tegen Bart Romijn. Na een zet of tien kon ik met een gerust hart de altijd wat door herhaald gebruik vunzige, maar zeer sympathieke, consumptiebon verzilveren. Romijn had een zware positionele fout gemaakt. Ik ging in het vervolg misschien iets te obelix te werk, maar het punt was snel binnen. Vervolgens ging ik in de beregezellige kantine wat keuvelen met de plaatselijke z-side van Haren. Ook waren er lekkere broodjes knakworst. Eenmaal terug in de speelzaal was te zien dat de onverwachte strijd hevig was los gebarsten. Een grote tegenvaller van de dag was het ontbreken van een van onze sterspelers. Het wulpse spel van de moedige Raoul deed dit echter even volkomen vergeten. In een van beide zijde creatief gespeeld twee paardenspel in de nahand had Raoul met zwart tegen Kees Romijn een kansrijke positie verkregen. In de tactische fase was de toverdrank echter op en kreeg zwart een flinke raoulewapper te verduren, met een noodloze nul als resultaat. Dit an sich gaf nog niks. Henries, met een nogal rap van de alidstongriem gesneden tekst op zijn shirt - ‘wanna piece of me’, zat lekker te swingen tegen Frans Vermeulen. Deze speler, welk vaak opvalt door agressief openingsspel, was kennelijk zo geïntimideerd, dat hij zich genoodzaakt zag om woestijnschaak te gaan spelen. Remise was voor zwart niet te vermijden. Dan komen we bij Putski. Zelf had hij op voorhand aangeven liever niet tegen de snelspeler Romijn te spelen. Mijn inziens had hij met Ab Faber, poos gestopt nu weer terug op de velden, echter een gevaarlijke tegenstander. Zeker toen Putski driest een pion voor stukken spel offerde koos hij misschien een wat ongelukkige speelwijze. Fabers roestige schaakmachine kon op het ding gaan zitten en lekker verdedigen. Al de fraaie pogingen ten spijt moest van Putten afzien. Ondertussen was Jan met wuivende helmbos vrolijk ten strijde gegaan tegen De Wit. Ondanks dat Jan deze man moet oppeuzelen was zijn conversie van opening naar middenspel met wit in de Tarrasch verre van subliem. In een totaal verloren stelling met een bijna smekend remise aanbod van de Wit, was remise een opportuun resultaat. Johan was yskoud een voordelige stelling aan het opbouwen. Heerlijk was hij aan het manoeuvreren terwijl tegenstander Bodewes moeilijk een plan kon vinden. Sterker nog, de zwarte partij leek lam geslagen en Johan schoof bijna gniedende het punt binnen. Rolf was met zijn Oezbeekse opening wat in de problemen geraakt tegen Valiente. Een pionoffer voor verlichting had het tegendeel tot gevolg. Echter in het moment van deze zware tijden kwam Rolf met een buitengewoon sterk praktisch 126
stukoffer. Met wat meer tijd had dit winst kunnen betekenen. Er waren echter vele keuzes, misschien wat voor een computer. Als mens moet je de juiste maar zien te grijpen. De partij ging helaas verloren. Tot slot komt het tragische verhaal van Janski tegen Posch. Opgelegde winsten, daarna kansrijke afwikkelingen, remise moeten weigeren in teambelang, en tot slot verliezen. Verschrikkelijk. Janski had vier uit vier moeten hebben en heeft nu twee. Al met al een vreselijke wedstrijd. Ook vond ik de plaatselijke pizzeria helemaal niks. Iedereen ging rap andere dingen doen. Ik verwerkte het geheel in de Atlantis, waarna ik thalende mijn huis wist te bereiken. Het is niet anders: we worden kampioen. We stelen van de rijken en geven aan de armen. Jan Joris
Het ongelijk van Bart Romijn (website, 2010) Bart ken ik al zo'n twintig jaar en ik vind het een sympathieke jongen. Zijn hart voor het schaken en dan met name voor schaakclub Haren kent zijn weerga niet en is soms zelfs bijna aandoenlijk. Zo schoot hij me ooit aan met de woorden: "Henk, heb je het al gehoord van Haren 5??!!" Nee, dat had ik niet. "Die hebben Grijpskerk op 3-3 gehouden, ongelóóflijk!" Hierna volgde een gedetailleerd verslag van hoe de bord-5-speler van Haren zich uit een penibele situatie had weten te redden en met eeuwig schaak was ontsnapt, waar de bord-1-speler zelfs op meer had mogen hopen tegen een speler die wel 200 ratingpunten sterker was. En bord drie was een immens spektakel geweest, bloedstollende taferelen waar om de zet de ander gewonnen had gestaan. Ook remise uiteindelijk.... Ik sluit niet uit dat er toentertijd inderdaad sprake is geweest van een heuse stunt. Ongetwijfeld ging het om een enerverend, op en neer deinend gebeuren tussen twee op papier ongelijke partijen. Barts geestdrift echter kwam vooral voort uit gebiologeerd gestaar naar getalletjes en werd voortgedreven en opgezweept door diens onvoorwaardelijke liefde voor SC Haren. Scorebordjournalistiek is het, als je ratings maatgevend maakt voor je oordeel over een uitslag. Scorebordjournalistiek was het ook, wat Bart in de supermarkt aan onze Dries meedeelde over de in de vorige KNSB-ronde verrassend door Haren 2 gewonnen wedstrijd tegen de Spassky's. Het was verdiend geweest, het was makkelijk gegaan en tegen Almere zouden we het zeker gaan afleggen, want dat was een veel sterker team dan wij hebben. Van Almere verloor Haren 2 immers met 5-3. Dat terwijl ze juist van ons met dezelfde cijfers gewónnen hadden. In de wereld van Bart is een plus een dan twee. En 5-3 plus 3-5, dat wordt 7-1 of zo. 127
Wat betreft de eerste twee opmerkingen van Bart deel ik overigens zijn visie. Haren 2 won verdiend van ons en wij maakten het hen niet overdreven moeilijk. De meesten van ons hadden een totale off-day op zaterdag 6 februari (de dag van de afgelaste schaakwedstrijden; wrang was dat ik zelf op de inhaalzaterdag 20 februari van de weg glibberde; auto total-loss...). Ik zelf had in 3 jaar niet zo'n slechte KNSB-partij gespeeld, ook al was de openingsfout die aan de basis stond van mijn eigen debacle eigenlijk best subtiel (opeens geen nuttige zet hebben). De redenering 'A wint van B, B van C, dus A ruim van C' echter gaat lang niet altijd op in sport. Dat zouden wij op zaterdag 6 maart gaan bewijzen en dat hebben we gelukkig gedaan. De overwinning op Almere was verdiend en niet buitengewoon moeilijk. Het later op de dag met zijn achten samenkomen in een en hetzelfde restaurant bleek vele malen lastiger, maar daarover straks meer. De wedstrijd ging van een leien dakje. Er waren de professionele niemendalletjes van het supertrio Koster, Postma en Scharft; sommigen boden zelfs een puntendeling aan zonder vragen. Deze partijen eindigden in remise bovendien voordat ik iets kón verbieden, want de andere partijen moesten eigenlijk nog beginnen. Maar er tekende zich al snel voordeel af voor ons op de hoge borden. Harrie en Maurits stonden tegelijkertijd zeker niet minder. Alleen Janski was een zorgenkindje. Maar bij de stand van 1½-1½ volgde een enorme meevaller. De tegenstandster van Janski, mevrouw Ada van der Giessen (Nederlands kampioen in 1973 bij de dames zoals Rolf meteen paraat had), verzuimde eerst een winnende damezet en even later een remisemakende. In plaats daarvan wikkelde ze af naar een eindspel van spijker van een loper tegen dartelrondhuppelend paard. Janski wist er raad mee: 2½-1½. Niet lang daarna volgde helaas een tegenvaller. Harrie verrekende zich in een stelling waarin hij eerder beter leek te staan dan zijn opponent en verloor een stuk. Tot lang na de tijdcontrole rekte hij de strijd, bijna leek er nog remise in te zitten, maar dat was helaas net niet zo. Er stond tegenover dat Putski een stuk won, het zichzelf nog heel moeilijk maakte (zeker 1 snelle winst miste) om de partij ten slotte met een soort zugzwang alsnog fraai te beslissen. Maurits maakte vervolgens remise, waardoor we naar 4-3 uitliepen. Bij die stand stond JJ zodanig dat de matchpunten ons niet meer konden ontgaan. JJ had een paard plus twee pionnen tegen een toren. Hij bereikte een winststelling maar patgrappen maakten hem het leven zuur. Toen hij de verkeerde pion liet oprukken was remise opeens moeilijk meer te vermijden en liet JJ doelbewust zo'n patje over zich heen komen. Kassa: 4½-3½. Dan het eten. Het eerste voorstel dat viel, ik steek er mijn hand voor in het vuur, was 128
Haje. Die zit op de weg naar Joure, overigens verrassend dicht nog bij Almere (moet ik toegeven). Daarheen op weg gaat de telefoon. Henk Jansen, alias H.J.: Waar we mee bezig zijn. Wat blijkt? Jansen en met hem de complete inhoud van de Postmobiel staan sur place bij La Place Almere. Keren dus. Dries mopperen, Putski vol onbegrip, Harrie en Maurits analyserend: iedereen is zo vol van de wedstrijd dat niemand meer naar elkaar luistert. Bij La Place aangekomen blijkt het daar om een lopend buffet te gaan en is het nog ongezellig druk ook. Het voorstel om toch naar Haje te gaan valt in goede aarde. Haje, dat is op de weg naar Joure. Vóór het verkeersplein? In elk geval voor het verkeersplein. Niet die bij Heerenveen. Johan weet dat het om een Haje gaat met een vogelnaam. Hij noemt de Aalscholver, het is de Lepelaar zo leren we later. Wat ik meteen toegeef is dat "Op de weg naar Joure" een ruim bemeten omschrijving is. Helemaal als je in Almere bent en de Haje in kwestie net na Almere bij een benzinepomp al blijkt op te duiken. Dat geconstateerd hebbende, weet ik wat me te doen staat als de letters Haje plots voor Dries' bolide opdoemen: bellen met H.J. Onbegrip en gemopper aan de andere kant van de lijn. Want Janski kan de afslag benzinepomp nog net nemen, maar de Postmobiel is er net langs gezoefd. Dus Jan ook maar snel gebeld. Onbegrip en gemopper. Maar ook Jan zal op zijn beurt keren. Als wij aan ons eerste drankje zitten belt Jan. Hij staat ook bij een Haje, maar dan aan de andere kant van de snelweg. Is dat wellicht de Aalscholver? Enfin, een kwartier later voegen ook zij zich bij ons in de Lepelaar en kunnen we eindelijk gaan bestellen en lepelen. Haast overbodig te vermelden dat we ook binnen in deze Haje nog van tafel zullen wisselen na het voorgerecht - we zijn in een veel te koud hoekje neergezet. Als we vertrekken gaat Haje wel maar H.J. niet akkoord met een fooi van 4 euro plus 2 toiletvouchers (a 0,50 eurocent). Hij lapt 5 euro extra. JJ karakteriseert het als 'de grote man uithangen in een wegrestaurant'. De partijen van de dag zijn dan al lang gefileerd. Wat is schaken toch moeilijk. Het belangrijkste blijft echter dat Bart geen gelijk had en ook niet heeft gekregen. Haren won dan wel verdiend van de Spassky's, maar de Spassky's net zo terecht van Almere. Vanaf nu spelen we alleen nog maar finales. Eerst Sneek dan Lasker. Toch nog één beschouwende opmerking: de eerlijkheid gebiedt mij vast te stellen dat veel uitslagen van toeval aan elkaar hangen. Janski, alias H.J., had een aantoonbare winst tegen Haren 2, liet die stelling in remise verzanden, moest forceren voor de match en verloor: 5-3 in plaats van 4-4. Tegen Almere had zijn tegenstandster eerst een overduidelijke winst (...Dh1), even later een geforceerd eeuwig schaak (...Df3). Maar ten slotte ging zij kopje onder: 3½-4½ in plaats van 4½-3½ of 4-4. Haje indachtig is daarom enige relativeringzin en bescheidenheid wel sur La Place. Dat is de slotsom van deze boeiende wedstrijd in de zevende KNSB-ronde; onze 25e wedstrijd in de landelijke competitie, 27e matchpunt alweer en 13e gewonnen wedstrijd. Putski 129
Een wereldse overwinning (website, 2010) 1 2 3 4 5 6 7 8
Emanuel Lasker Rienk Sybesma 2092 Sikko Ros 2140 Dolf Wissmann 2012 Tjalling Wiersma 2148 Erik Bosma 1963 Jan Hibma 1952 Murk Viersma 1874 Johnny Diekstra 1892
Spassky’s Jan Joris Groenewold 2224 Henk van Putten 2098 Johan Scharft 1963 Dries Koster 1954 Maurits Logtmeijer 1882 Henk Jansen 1889 Harrie van der Laan 1863 Alidston Henries 1863
3-5 0-1 0-1 0-1 1-0 remise 1-0 remise 0-1
Op de NOSBO-site meldde Fons van Hamond, bestuurscoryfee van de stichting Mat in 2, na de vorige KNSB-ronde dat hij wat betreft Spassky's - Sneek nog wachtte op een gepointeerd verslag van de hand van Henk van Putten. Dat lukt om allerlei redenen niet altijd, maar vooruit, het is nu de laatste ronde geweest, deze keer geldt er eenmalig: Fons vraagt, ik draai. Hieronder een puntig verslag. Op zaterdag 17 april speelden wij onze laatste wedstrijd van dit succesvolle derde seizoen in de KNSB tegen de parochianen uit Sint Jacobiparochie, de Friese versie van Santiago de Compostella. Acht in eigentijdse habijten gestoken geestelijken bonden de strijd aan met acht wereldse mannen, beide teams in naam verbonden met een voormalig wereldkampioen. De clerici met Emanuel Lasker, wij goddelozen met Boris Spassky. Lasker en Spassky kruisten de degens nimmer, zij leefden in verschillende tijdsgewrichten. Evenwel, op de aardappelenzolder werd een bekerwedstrijd E. Lasker - Spassky's al eens 3-1. En ook deze middag zou het team uit Friesland tot drie punten komen. Drie punten lijkt voor hen het plafond tegen ons. (Niet getreurd daarover, er zijn teams die dat slechter doen!) Bord 1 bood de aanblik van broeder Sybesma tegen onze eigen Jolly Jumper, JJ. Zijn sprongen gingen weer skyhigh, de ply's alras naar duizelingwekkende diepten. Het tactische geweld werd de godsman spoedig te veel. Als duizelig getuige van een combinatoire fanfare moest hij, met de pij op half 7, als eerste het door JJ aangerichte inferno ontvluchten en de vlag strijken. Aan bord 2 troffen we kloosterling Ros aan tegen uw dienaar Putski. Die maakte miraculeuzerwijze uit niets opeens iets, snapte zelf eigenlijk ook niet direct hoe dat zomaar kon, het leek wel een creatio ex nihilo. In dit wonderspel ontstond een vagevuur van steeds meer onredbare witte pionnen. Ten slotte verspeelde Ros ook zijn ziel door een heel ros de doos in te bokken.
130
Aan bord 3 pater Wissman tegen Johan. Die liet de Bird op hem los, en dat was geen vredesduif. Bord 4 liet een spetterend treffen zien waarin de fraters eindelijk wisten terug te slaan. Slachtoffer werd onze Dries, die op niet mis te verstane wijze de biecht werd afgenomen in een ongelijk bisschoppeneindspel. Daar moet je tegen parochianen dus niet in komen. Dries bad nog om absolutie, maar dat werd afgewezen; zijn zonden kwamen uiteindelijk niet voor vergeving in aanmerking. Aan bord 5 had abt Bosma plaatsgenomen tegenover Maurits. Maurits ontfutselde deze leider der geestelijken op handige wijze een stuk, maar een pionnentekort maakte het pad naar winst smal. Te smal: Maurits belandde op de brede weg naar nivellering. Een puntendeling was wat er restte. Bord 6: Priester Hibma tegen onze Janski. Hiervan heb ik slechts de uitslag meegekregen; het punt bleef binnen de abdijmuren. Was het een boetedoening voor het door Janski gestolen punt in Almere? Zijn opponente van toen, Mw van der Giessen, won een rijtje verder op haar beurt van Sneek-topscorer Fleur, die onze Alidston weer minimaal een half punt onrechtmatig had ontnomen in de vorige ronde. Het is geven en nemen, in ieders leven. Aan bord 7 speelde Harrie niet tegen broeder Durk Wiersma, maar tegen een monnik luisterend naar de naam Murk Viersma. (Tussen haakjes: dat werpt de vraag op wie er nu Murk Viersma heet. Het antwoord luidt: alleen Murk Viersma doet dat, niemand anders. Friezen zijn eigenzinnig - ik kan erover meepraten met mijn Friese vrouw.) Harrie verpandde het gebruikelijke materiaal in de opening, maar wist door creatief en stug doorploeteren remise te maken. Zijn vergrijpen in de opening werden hem deze keer niet aangerekend. De -matig gemotiveerde- offerande alsmede een bewonderenswaardige volharding konden de goedkeuring van de monnik kennelijk wegdragen. Tot slot bord 8: broeder Diekstra tegen onze eigen Salsa-specialist Alidston. Swingend werd het punt binnengehaald; de profane pasjes waarop Alidston de arme geestelijke op leeftijd trakteerde, waren deze broeder veel te modern of gingen hem gewoon te snel. Hoe dan ook, er leek hem een rad voor de ogen gedraaid: de pijp werd nogal haastig aan de heilige Maarten gegeven. Struikelend verliet deze pater de arena, terwijl een heupwiegende Alidston de stukken weer in beginopstelling zette. 5-3 voor de mannen van de wereld derhalve, de onzen, die in zonde hun zege vierden met een ongebreidelde braspartij bij een Mexicaan aan de Vismarkt; één met een reputatie van misdadig smakelijke spareribs. Deze spareribs werden in zulke getale door ons aangerukt dat enkelen van ons met zere buiken de toko verlieten, wankel ook van talloze karaffen wijn die we ons haast willoos lieten vol- en bijschenken. Een 131
slemppartij in schril contrast met de eenvoudige broodmaaltijd die de broederorde 's avonds op hun zolder in Sint Jacob zal hebben genuttigd, met hooguit een klein kloosterbiertje ernaast. Lasker zou de tweede finale van het seizoen geweest zijn, ware het niet dat we de eerste in de vorige ronde verloren van Sneek - dat er zo met de hoofdprijs vandoor ging. Eigenlijk kwamen wij er dit seizoen te laat achter dat we knalhard een kampioenskandidaat waren. Dit kwam denk ik vooral door de eerste wedstrijd, die we verloren van FSB-promovendus Schaakwoude. En dan eigenlijk nog meer door de uitslag (3.5 - 4.5) ervan dan door het verloop van die wedstrijd, waarin twee volle punten pardoes naar de overkant sprongen. Harrie ging in nagenoeg gewonnen stelling door de vlag op de 40e zet; Maurits liet zich in goede tot zeer goede stelling plotseling mat achter de palissade zetten. De uitslag had zonder deze ongelukken 5.5 - 2.5 voor ons kunnen zijn, een gezien de eindstand in 3A normale uitslag. Maar we verloren en ik herinner me nog hoe Rolf bij de Indiaan de troepen ervan heeft doordrongen dat we dit seizoen tegen degradatie zouden moeten knokken. Eigenlijk tot de cruciale wedstrijd tegen Sneek haast hebben we er zo over gedacht; in zijn speech voorafgaand aan die wedstrijd verwees Dries er zelfs nog naar. Volgend jaar zal de insteek anders zijn. En met recht. Dit seizoen leverden we al voor het tweede achtereenvolgende seizoen de topscorer aan bord 1 van onze klasse en bovendien nu ook de topscorer aan bord 2 (als je tenminste David Slagter van het talententeam die halverwege het seizoen van bord 2 naar bord 1 ging, ziet als een bord-1-speler). Op de ALV zal het seizoen nogmaals dunnetjes geëvalueerd worden. Rolf heeft een sabbatical aangevraagd annex aangekondigd, maar daar zijn kamervragen over gekomen. Ik reken erop dat we volgende jaar hetzelfde sterrenteam de wei in kunnen sturen. Het wijwater dat wij vandaag door de heilige Jacobus over ons uit lieten sprenkelen, helpt ons voorzeker te hopen volgend seizoen van meet af aan te kunnen strijden voor de hoogste eer. Putski
132
2011. Op dit moment spelen: Henk van P., Maurits, Johan, Jan, Peter B., Henk J., Harrie, Alidston, Rolf en Dries. Inzetbaar zijn Raoul, Koos en Edwin. 13 man.
133
134
Na de val, over de oude Oostblokmoraal (uit een na 2007 nooit meer verschenen Boris) In de vroege jaren ’90 van het vorige millennium vormde de almaar groeiende toestroom van Oost-Europeanen naar Nederlandse toernooien een wonderlijk fenomeen. Op uitnodiging van een organisatie konden schakers vanachter het IJzeren Gordijn veel gemakkelijker dan voorheen een visum aanvragen, maar op de een of andere manier kwamen er in de slipstream daarvan horden anderen mee: handelaren, familieleden, gelukzoekers. Het was een van de onverwachte gevolgen van de val van de muur in 1989. Zij brachten, behalve Matroesjkapoppen en allerlei andere snuisterijen, ook hun eigen ethiek mee. Het duurde even voordat het me lukte de systematiek daarvan te doorzien. Ik leerde dat niet afspraken, regels of wetten van belang waren, maar de mensen die het voor het zeggen hadden, de personen met macht of gezag. Zij bepaalden wat kon en wat niet en dàt was wat telde, zo was men het sinds heugenis gewend geweest. Ik was medewerker van het traditionele schaaktoernooi rond de kerstdagen in Groningen en aanspreekpunt voor algemene zaken. Het inzicht rijpte bij mij gestaag dat door de schaaksport voor het eerst sinds zeer lange tijd twee totaal verschillende werelden met elkaar waren verbonden. Het maakte het soms erg complex om contact te leggen met een Oostblokbewoner en elkaar te begrijpen. “I’ve talked to mr. Zwanepol.” Hoe vaak ik dat zinnetje niet gehoord heb. Het beduidde dat een autoriteit (i.c. hier de toernooidirecteur) iets wat eigenlijk niet was toegestaan, voor een bepaald persoon in het bijzonder, en dan ook alleen voor hem, geregeld had, zodat iemand anders, zeker een lagergeplaatste medewerker als ik, op zijn tellen moest passen daar iets van te zeggen, of er zelfs maar vragen over te stellen. Niet de regels, maar de machthebbers kwamen voorop in het denken. Zo moest ik tot mijn stomme verbazing op een koude decembermorgen in 1992 constateren dat de vaste plaats van de informatie- en boekenstand van de organisatie opeens was ingenomen door een op het eerste gezicht niet eens onsympathieke en bovendien goedgeklede Rus. Uren voor aanvang van de ronde stuitte ik daar op zijn laken vol met koopwaar. “I’ve talked to mr. Zwanepol.” IJzig kalm, zonder één spoortje gêne, sprak hij deze woorden uit. “Do you want buy?” Zoveel schaamteloze brutaliteit, mijn ogen schoten vurige kolen. Kopen was wel het allerlaatste waarvoor ik kwam. “Please stop lying” bulderde ik. Wegwezen. “Now!” Dit leidde tot een abrupte omslag. Poeslief en pijlsnel wikkelde de Rus zijn handelswaartjes weer in de doek en weg vloog de vogel. De rest van het toernooi was de man van een kruiperige onderdanigheid jegens mij. Dat hoefde nou ook weer niet. Ook bij topspelers nam ik varianten waar van de ontdekte wetmatigheden. 1993 was het jaar van het grote PCA-toernooi in Groningen. De familie Polgar was aanwezig en vader Laszlo dribbelde opvallend vaak rond onze stand, zonder veel interesse te 135
tonen in de boeken overigens. Ergens halverwege het toernooi richtte hij het woord tot mij, in een onverstaanbaar brabbeltaaltje; een steenkoolvariant van HongaarsEngels, meer kon ik er niet van maken. Minutenlang bleef het mij volstrekt onduidelijk wat hij wilde. Toen ook omstandig gesticuleren ons niet dichter bij elkaar bleek te brengen, haalde hij dochterlief op, om de boodschap over te brengen. Judith sprak Engels, ik duidelijk geen Hongaars. Het kwam er vlot uit dat de Polgars schaakboeken met ons wilden ruilen. Ze hadden in eigen beheer uitgegeven boeken en andere parafernalia meegebracht naar het toernooi: handzame werkjes met combinatieopgaven, schaakkalenders, grappige prulletjes met beeltenissen van de star sisters, et cetera. Judith legde uit wat zij voor ogen hadden: een “stuff-for-bookstrade.” Ik zag er wel wat in. We hadden niet zoveel van de Polgars liggen. Ik vroeg aan haar welke boeken zij graag wilde hebben van ons. Wij hadden toernooiboeken liggen vanaf de Niemeijertoernooien, wel 25 jaargangen. En ook het nodige uit de Schaaknieuwswinkel en bovendien talloze Trends, openingsboeken die we voor een rondbuikige Ier aan het verkopen waren. Ze wees echter over onze koopwaar heen. Wat bedoelde ze? “Which one?” vroeg ik onzeker. “All of them.” Ik keek Arjen, mijn trouwe compagnon in de stand, aan, te verbouwereerd om gelijk te reageren. Al onze boeken voor een paar Polgarprularia. “No.” Kennelijk had de gedachte dat hun ‘stuff’ vele malen bijzonderder was dan wat wij aan ongeregeld spul hadden liggen, héél diep postgevat. Als ik wel akkoord was gegaan hadden we onze kraam gelijk kunnen opdoeken. Judith was wereldberoemd, maar voor boeken over de Polgars was bepaald niet de belangstelling die dit absurde aanbod ook maar in de verste verte rechtvaardigde, in tegendeel. Schakers kopen het liefst openingsboeken, dat leer je wel na verloop van tijd. Rechten of plichten, het waren nogal vaagomlijnde begrippen voor velen. Mevrouw Dreev stak in de organisatiekamer de ene sigaret met de andere aan. Een secretariaatsmedewerker met luchtwegproblemen had er zo’n last van dat we haar weg moesten sturen. En beledigd dat ze was! De vrouw van, hoe durfden we. Te bont maakte ook het echtpaar Radjabov, de ouders van Teimour. Doodgemoedereerd namen ze plaats in de ontspanningsruimte voor de spelers van de hoofdgroep, smakelijk mee-etend van de door mijzelf even tevoren nog zorgvuldig daar gestalde broodjes kaas en ham. Dat ging te ver. Dacht je de lunch voor de spelers met succes te hebben afgeschermd van sommige hondsbrutale journalisten, gingen familieleden van spelers (en toen nog maar in de B-groep!) ermee aan de haal. Namens de organisatie mocht ik het tweetal vriendelijk verzoeken om de spelersruimte niet te betreden. Het leidde tot gebries bij de heer Radjabov. “I am a friend of Gary Kasparov!”, begon hij mij te waarschuwen. Hoe maak je duidelijk dat in Bakoe andere wetten gelden dan in Groningen? “Upstairs we have a special room for friends of Gary Kasparov”, probeerde ik. Dat werkte gelukkig. “Okay”, bond hij in en hij maande zijn vrouw mee te komen. Ook hier weer een enkel woord dat voldoende was. Het 136
bestendigde mijn indruk dat kordaat ingaan tegen het gebluf of ander, met irrelevante gezagsargumenten omkleed verweer, veruit het beste werkte. Opmerkelijk was zeker ook een aperte normloosheid die af en toe de kop opstak. Als iets volgens de regels hier wèl mocht, maar onvoldoende duidelijk was afgebakend, dan gebeurde het driedubbel en dwars, daar kon je de klok van de Martinitoren op gelijk zetten. Zo verscheen er in een zeker jaar om de beurt een andere OostEuropeaan met een en dezelfde volpension-kamersleutel aan het ontbijtbuffet. Er was niet tegenaan bij te vullen. En steevast ging er ook weer een riant lunchpakket mee naar boven. Sommige volpensionners aten voor vijf, zes man. Alras werd duidelijk dat er een levendige handel was ontstaan, waarbij de sterkste spelers, voorzien van het complete logiespakket, bijschnabbelden door de mindere spelers van brood te voorzien. Het Mercurehotel klaagde steen en been en er moest toezicht op het ontbijtbuffet worden ingesteld. Dat hadden ze nog nooit meegemaakt. Het jaar erop zouden we ontbijt- en dinervouchers gaan uitdelen aan de rechthebbenden. Ook met andere faciliteiten was de omgang moeizaam. Akopian zette eens het bad aan en ging beneden aan de bar een biertje drinken. Het gerstenat smaakte hem goed, totdat hotelpersoneel hem kwam halen: er kwam ander nat uit het plafond direct onder zijn kamer…. De kosten van zoveel onnozelheid heeft de organisatie moeten schikken. Twee kamergenoten die klaarblijkelijk weinig contact hadden met elkaar, keken een keer allebei vrijwel al de ‘free ten minutes’-televisie uit. Zo kwamen ze dus samen bijna aan het dubbele van de gratis hoeveelheid, de meter gaf een kleine twintig minuten aan. De factuur weigerden de heren te betalen en belandde linea recta bij de toernooiorganisatie - het hotel was deze groep gasten intussen meer dan zat. Beide spelers verklaarden met de hand op hun hart èn horloge niet langer dat 10 minuten te hebben gekeken….”No no Sir, I watch watch Sir!” Ze tikten de wijzerplaten bijna aan diggelen. Onderzoek wees uit dat dit de waarheid kon zijn. Maar ook dat de rekening helemaal terecht was. In de jaren tot aan het laatste toernooi waarbij ik betrokken was, dat in 1998, zag ik de moraal langzaam ten goede evolueren. Het ging zeker niet snel, maar het stond, in mijn herinnering althans, ook niet stil. Ik besef het, ik kijk er met een westerse bril naar, maar ik heb geen andere. Buitensporigheden werden zeldzamer, de frequentie van onaangepast gedrag nam af. Ik had ook de indruk dat er gemiddeld minder armoede was in het Oostblok dan in de beginjaren, misschien dat dat ook een rol heeft gespeeld. Mijn overtuiging is daarom dat het hierbij aanvankelijk eerder om historisch gegroeide overlevingsmechanismen is gegaan dan om volksaard, een polariserend en discriminerend begrip. Of denk ik dat alleen maar omdat ik dat het liefst zo wil? Verhalen over vakantievierende en hun nukken botvierende Russen ken ik, maar dat lijkt mij toch vooral de nouveau riche te betreffen.
137
Feit is dat het overgrote merendeel van de hierboven aangehaalde anekdotes plaatsvonden in de eerste helft van de jaren ’90, net na de val. Putski
Blik in de bol (2010) We schrijven het jaar 2036. Voor de lounge van de Vondelflat stopt een grote limousine, die zojuist is komen aanrijden vanaf Eelde Airport. De heer Jansen stapt uit. Hij woont in Marbella, maar eens per maand laat hij zichzelf invliegen voor een schaakwedstrijd. Hij wordt opgewacht door de heer Cobben: “Jansen, je moet nog inleggen.” Cobben is kwakkelende, maar mentaal nog zeer kras. Hij runt een wedkantoortje in de luxe serviceflat die hij heeft betrokken. Behalve op de uitslag van schaakwedstrijden kan er worden gewed op hoe laat de verpleging ’s morgens komt wassen, op vlees, vis of gevogelte bij het diner en zelfs op het aantal valse bingo’s op vrijdagavond. In de verte zien wij twee oude heren op een tandem aan komen fietsen. Het blijken de heren Van Dokkum en Koster te zijn. Zij wonen in een aanleunwoning niet ver van de Vondelflat en delen deze fiets. Beiden hebben hun eigen sleuteltje ervan, dat voorkomt gedoe. In de aula is het rumoerig. De heer Stolk vertelt over vroeger, geholpen door de heer Yska, die de vele overdrijvingen nuanceert. Yska weet alles nog heel precies. Dan begint de heer Koster plotseling met een welkomstwoordje en wordt het stil. De Pensionado’s spelen tegen ESG III. Stolk is wedstrijdleider, Yska staat eerste reserve. Koster gaat in op de rijke Spassky’s-ESG-geschiedenis. Vroeger heetten de Pensionado’s namelijk Spassky’s. Zijn stem kraakt af en toe, maar zijn betoog is helder. Tijdens dit geestige speechje stiefelt de heer Postma binnen, zich luidkeels verontschuldigend: “Ria had de rollator mee.” Zeven schaakpartijen gaan van start, met enigszins trage doch nog steeds ferme handdrukken. Voor de achtste partij is het wachten op de heer Henries. Hij danst niet veel later binnen, opvallend kwiek; “Waar moet ik zitten?” Rond 10 uur wordt het druk. Het is maar een wedstrijd e in de 2 klasse van de onderbond, maar de belangstelling is groot. Wij ontwaren onder de toeschouwers de heren Gnodde, De Jong, Platje en Van Zon. Als de heer Platje een drankje wil nuttigen, klinkt het “plop!” Opeens is de partij aan bord 2 afgelopen. “Zet u de stukken even terug?” horen wij een jeugdig schakertje vragen aan de heer Cobben. Cobben heeft niet best gespeeld en wordt in de analyse geholpen door de heer Logtmeijer, die zelf zijn partij keurig remise heeft gehouden. Het is spannend. De Pensionado’s staan 3½-2½ voor als de heer Van der Laan helaas door zijn vlag gaat. Het schijnt al de vierde keer te zijn in dit seizoen. Gelukkig komt het goed. Aan bord 1 trekt de heer Van Dokkum aan het langste eind. Nipte winst. Degradatie naar de 3e klasse lijkt ook dit seizoen net voorkomen te kunnen worden. Putski 138
Het Jannes-van-der-Wal-denksportcentrum aan de Oliemuldersweg in Groningen. Sinds het jaar 2000 is dit de thuishaven van Schaakvereniging de Spassky’s .