Beschermingsvoorstel Brugge, Sint-Kruis Polderhoeklaan nr. 31
Beschermingsvoorstel Woning met fresco’s van Luc Peire, Polderhoeklaan 31 Brugge (Sint-Kruis) I.
AANLEIDING VAN DE BESCHERMING
De bescherming is het gevolg van een beschermingsaanvraag ingediend door de eigenaar van de woning. II.
HISTORISCH OVERZICHT
De woning Polderhoeklaan nr. 31, maakt deel uit van een tweewoonst, gebouwd in 1951 in opdracht van Marcel Peire, de broer van Luc Peire. Architect van het ensemble is René Van Oyen. Architect René Van Oyen heeft naast restauraties van historische panden, nieuwbouwwoningen in modernistische en landelijke regionalistische stijl ontworpen. De plannen van Van Oyen zijn 20 september 1950 gedateerd. De bouwvergunning door het college van burgemeester en schepenen van Sint-Kruis volgde op 11 oktober 1950. De woning werd in 1951 voltooid. In 1951 voorzag Luc Peire de woonkamer op de begane grond en de slaapkamer, waar zijn moeder verbleef, op de verdieping van interieurschilderingen in frescotechniek, schilderingen op verse en natte kalk. Peire zou jaren later, bij een bezoek in 1993, aan zijn neef – de huidige bewoner van het huis - de zware houten schouderbak schenken met in gesloten glazen bokalen de restanten van de kleurpoeders waarmee hij in 1951 in Knokke in het ondertussen gesloopte Noordzeehotel aan de Lippenslaan en Sint-Kruis de fresco‟s had gemaakt. III.
BESCHRIJVING
Exterieur Halfopen bebouwing maakt deel uit van een gekoppelde tweewoonst in sobere, landelijke regionalistische stijl gebouwd volgens een spiegelbeeldschema. Enkelhuis van vier traveeën en één bouwlaag onder een dak bedekt met mechanische pannen. Het dak is voorzien van dakkapellen. Het is een witgeschilderde baksteenbouw op een bakstenen sokkel. De gevels zijn opengewerkt met rechthoekige muuropeningen. De deur is gevat in een bakstenen omlijsting. De vensters hebben afgeschuinde geglazuurde lekdrempels. Bij de woning nr. 31 bleef het houtwerk bewaard. Grondplan De woning bestaat uit een ruime inkomhall met aansluitend een keuken, geflankeerd door een zitkamer aan de straatzijde en een eethoek aan de tuinzijde. De bovenverdieping bestaat uit een centrale traphall, vier slaapkamers en een zolder. Interieur In het interieur van de woning zijn enkele elementen geïntegreerd afkomstig van de ouderlijke woning in de Carmersstraat 5 te Brugge: eikenhouten lambriseringen met mascarons en neogotische briefpanelen in de inkomhall en een eikenhouten schouw in de voorste slaapkamer op de bovenverdieping, met op de schouwboezem een schildering die Brugge evoceert door de weergave van kerktorens en het Brugse wapenschild met inscriptie SPQB: Senatus Populus Que Brugensis. Het schilderij is van de hand van de Brugse schilder Adolf Decock. (Brugge 1906 –1966) Fresco’s door Luc Peire In de woonkamer bevindt zich een fresco z.g. „Evocatie van Vlaanderen‟ (189 cm x 443 cm) een schilderwerk, waarin de geschiedenis van de eigen streek opgeroepen wordt door middel [Brederonummer]
1
Beschermingsvoorstel Brugge, Sint-Kruis Polderhoeklaan nr. 31 van twee Bourgondische dames, een ridder met het wapenschild van Vlaanderen, de middeleeuwse stad en haven, de kerktoren van Damme en gotische bogen. Tijl en Nele, in groot formaat links en rechts uitgewerkt, overstijgen de geografische en historische beperkingen en lijken door houding en stijl verwant met figuren uit de renaissance. Vooral de gestalte van Nele roept door stilering, lijnvoering en coloriet eerder een Fra Angelicomadonna op dan een Vlaamse vrouw. Deze fresco is duidelijk in twee fasen tot stand gekomen. Dit is af te leiden uit de twee giornate Eerst werd de voorstelling links aangebracht (= 1ste giornata). De giornatagrens volgt mooi het profiel van de Bourgondische dame. Het tweede tafereel (rechterhelft) met voorstelling van de ridder en Nele werd in een tweede fase (= 2de giornata) aangebracht. In de rechterbenedenhoek is de fresco gesigneerd “L. PEIRE” In de slaapkamer aan de straatzijde op de verdieping heeft Peire eveneens de frescotechniek toegepast. Het is een tweedelig werk z.g. “Zeebrugge ’51”, een tweeluik als het ware (links: h 255,5 x b 132 cm / rechts: 255,5 cm x b 137 cm) waarvan de delen door een vooruitspringende schoorsteen gescheiden zijn. Tegen de achtergrond van boten met masten en zeilen staat aan de ene kant een visser en aan de andere kant een vissersvrouw De voor hen uitgestorte producten van de zee, vissen, krabben, een zeester, vormen stillevens. Het fresco Zeebrugge ’51 is links onderaan getekend: „Peire 51‟. Hierdoor kan worden afgeleid dat Luc Peire eerst het rechterdeel Vissersvrouw realiseerde (als eerste giornata) en daarna (als tweede giornata) het linkerdeel Visser. Pas na voltooiing van het volledige fresco plaatste de kunstenaar zijn handtekening met jaartal. Stilistisch sluiten vooral de figuren van de Nele-madonna en de vissersvrouw aan bij die van het schilderij De Familie Godderis (1951). Dit werk wordt beschouwd als een sleutelwerk in de evolutie die de geleidelijke, stapsgewijze overgang betekende van een vereenvoudigde, heldere, overzichtelijke en reeds door strenge constructieve beginselen geordende figuratie tot ruimtelijke, ritmische, zuivere verticale, niet-figuratieve compositie, waarvan Marcinelle (1956) en Het Nieuwe Rijk (1956) als eerste voorbeelden kunnen gelden. Details zoals gelaatsuitdrukkingen worden weggelaten. Het verticalisme wordt sterk benadrukt door de masten, zeilen en figuren.
IV.
EVALUATIE 1.
Waarden
Artistieke waarde: De uit 1951 daterende wandschilderingen “Evocatie van Vlaanderen” en “Zeebrugge ’51” zijn unieke voorbeelden van de frescoschilderkunst in Vlaanderen. Peire had de techniek tijdens zijn reis in Italië in 1947 leren kennen door het bestuderen van de kunst uit het Trecento en het Quattrocento. De techniek had hij op de Balearen in 1950-1951 aangeleerd. Deze werken illustreren duidelijk de frescotechniek. De witte kalklaag (intonaco) komt helder door de pigmenten en zorgt voor de typische zachte kleuren. De scheidingslijn tussen de delen (de giornate) zijn op een subtiele manier verwerkt in het profiel van de Bourgondische vrouw. Bovendien zijn de originele pigmenten die de kunstenaar gebruikte nog bewaard gebleven. De fresco‟s “Evocatie van Vlaanderen” en “Zeebrugge 51” vormen zonder meer een belangrijke stilistische stap in het totale oeuvre van de kunstenaar Luc Peire, een fase gekenmerkt door abstrahering en vereenvoudiging van de figuren en waarbij ook het verticalisme een steeds belangrijker rol zal spelen. Deze stijlevolutie wordt door Jaak Fontier in de tentoonstellingscatalogus van 1995 als volgt omschreven: “Voor de ontwikkeling van de picturale visie, de verwerving van nieuwe formele inzichten en de groeiende belangstelling voor de muurschilderkunst, waren de reizen naar Italië die Luc Peire tijdens de tweede helft van de jaren veertig maakte, van grote betekenis. Niet zozeer het cinquecento als wel het trecento en het quattrocento boeiden hem. De werken van Giotto, Paolo Uccello en Piero della Francesca maken een diepe indruk. Af te lezen van het oeuvre uit de periode 1948-1951 is de aandacht voor de beginselen van de „novus ordo‟ waarvan Giotto aan de basis lag: de directheid van de uitbeelding, de concrete opvatting van de ruimte, het rustige ritme, de natuurlijke eenvoud, de eenheid van voorstelling en beeldende waarden. Vanuit de [Brederonummer]
2
Beschermingsvoorstel Brugge, Sint-Kruis Polderhoeklaan nr. 31 bewondering voor Giotto en de Italiaanse muurschildering besloot Luc Peire de frescoschildering aan te leren. Toen zijn broer een woning liet bouwen te Sint-Kruis bij Brugge deed zich de unieke kans voor de pas verworven techniek in dit huis toe te passen. De twee in 1951 beschilderde wanden in het huis zijn zuivere voorbeelden van al fresco, d.i. beschildering op de natte kalk. Biografie van Luc Peire (aangereikt door Marc Peire): 1916 Luc Peire wordt op 07.07.1916 te Brugge geboren. 1930-1935 Volgt aan de Brugse „Academie van Schoone Kunsten‟ avondles. De avondlessen vanaf 1932 volgt hij gelijktijdig met zijn studies te Gent aan de dagschool van het Hoger Instituut voor Kunst- en Vakonderwijs Sint-Lukasschool (1932-1935). 1935-1940 Rond 1935 maakt Luc Peire persoonlijk kennis met Constant Permeke die hem sterk beïnvloedt. In oktober 1935 legt hij het ingangsexamen af aan het Hoger Instituut voor Schone Kunsten te Antwerpen en werkt er vijf jaar (tot 1940) in de ateliers van Gustave Van de Woestijne. 1938 De eerste solotentoonstelling van Luc Peire wordt georganiseerd te Brugge. 1942 Wordt laureaat van de Wedstrijd Stichting Napoléon Godecharle 1941. 1945 Wordt lid van La Jeune Peinture Belge. Samen met Rik Slabbinck en Jack Godderis behoort Luc Peire er tot de tendens van 'La tradition flamande'. Wordt in november 1946 laureaat van de Prijs van Rome voor schilderkunst. 1947-1948 Samen met Rik Slabbinck en Jack Godderis neemt Luc Peire op 15.03.1947 ontslag uit La Jeune Peinture Belge. Tijdens een cultuur- en studiereis naar Italië en Sicilië bewondert hij het werk van Giotto en Piero della Francesca. 1949 Op 25.02.1949, te Brugge, huwt Luc Peire met Jenny Verbruggen. 1949-1950 Reist tijdens de wintermaanden 1949-1950 met een reisbeurs voor Spanje naar het zuiden (Spanje, Marokko). 1950-1951 Reist in het najaar van 1950 naar de Balearen en leert er de techniek van het al fresco-schilderen. In het voorjaar van 1951 reist hij vanuit Palma (de Mallorca) verder over Ibiza, Alicante, Granada, Sevilla en Algeciras richting Rabat (Marokko). 1952 Aangeduid door de commissie voor artistieke betrekkingen tussen Belgisch-Kongo en België, vertrekt Luc Peire op 9 maart 1952 naar Belgisch-Kongo op studiereis. 1953 Komt vanuit Matadi (Belgisch-Kongo) rond 10.04.1953 aan op de Canarische Eilanden en verblijft er tot en met november 1953 te Santa Cruz de Tenerife. Het komt tot een sterk artistiek-richtinggevend en vriendschappelijk contact met Eduardo Westerdahl. Ook met architect en kunsttheoreticus Alberto Sartoris komt het tot een blijvende artistiek-verrijkende en vruchtbare vriendschapsband. In september 1953 verschijnt de eerste Luc Peiremonografie in het Spaans geschreven door Eduardo Westerdahl. Ontmoet in december 1953 te Barcelona de Catalaanse beeldhouwer Josep María Subirachs. 1954 Brengt de winterperiode 1954-1955 door in het mini-atelier van Victor Servranckx te Parijs. Komt te Parijs in contact met Michel Seuphor. 1955 Keert na het winterverblijf te Parijs terug naar Knokke. Creëert er zijn eerste graphies. 1957 Samen met K.N. Elno organiseert Luc Peire „esthétique d‟aujourd‟hui/vormen van heden‟ te Knokke, een tentoonstelling met internationale weerklank. 1958 Wordt belast met de functie van Kunst-Adviseur van de Sectie van Belgisch–Kongo en Ruanda-Urundi in het kader van de Algemene Wereldtentoonstelling te Brussel 1958 (Expo ‟58). Op uitnodiging van Leo Breuer neemt Luc Peire deel aan het 13ème Salon des Réalités Nouvelles/Nouvelles Réalités te Parijs. 1959 Gaat zich te Parijs vestigen. Vanaf nu verblijft Luc Peire ‟s winters te Parijs en ‟s zomers te Knokke. 1960 Medestichter van Groupe Mesure te Parijs. Van 25.11 tot en met 31.12.1960 organiseert Hélène Pillement in haar Galerie Hautefeuille de eerste solotentoonstelling Luc Peire te Parijs. Via die solotentoonstelling begint voor Luc Peire het contact met de fonetische dichter Henri Chopin. Hij werkt daaropvolgend mee aan het tijdschrift Cinquième Saison (redactie: Henri Chopin) en realiseert graphies als „objectieve gedichten‟ in de ruimte, met teksten van Henri Chopin, René Garnier, Edmond Humeau en Michel Seuphor. 1961 Wint op 07.05.1961 de Grote Prijs voor Schilderkunst 1961 van de stad Oostende. Krijgt op 24.06.1961 de Grote Prijs voor Schilderkunst van Knokke overhandigd. [Brederonummer]
3
Beschermingsvoorstel Brugge, Sint-Kruis Polderhoeklaan nr. 31 1962 Neemt deel aan Salon des Comparaisons te Parijs. 1963 Samen met Henri Chopin en de Zwitserse cineast Tjerk Wicky presenteert Luc Peire in augustus de experimentele fonetische kortfilm Pêche de nuit in wereldpremière te Knokke. 1964 Op 31.01.1964 wordt aan Luc Peire de Prix Floréal van de 5ème Biennale de Peinture van Menton toegekend. Gaat op aanbeveling van Pierre Soulages opnieuw graveren en werkt in dit verband samen met het Atelier Lacourière-Frélaut te Parijs. De samenwerking met het Atelier Lacourière-Frélaut duurt tot en met 1969. 1965 Wordt lid van het inrichtend comité van Salon des Réalités Nouvelles en blijft dit tot in 1972.In oktober vertrekt Luc Peire voor zes maanden naar Amerika en ontdekt New York, waar hij in het vrije atelier van zijn Canadese vriend-kunstenaar York Wilson kan werken. 1966 Tijdens zijn verblijf in Amerika maakt Luc Peire de eerste veertien dagen van februari 1966 een reis naar Mexico. Ter gelegenheid van Luc Peires vijftigste verjaardag wordt in het Stedelijk Groeningemuseum te Brugge een 'Retrospectieve Tentoonstelling' georganiseerd. 1967 Realiseert in zijn atelier te Knokke de graphiewanden van zijn ENVIRONNEMENT (1967, ILP 777). Het werk wordt voor het eerst tentoongesteld te Parijs (Musée National d‟Art Moderne). Wordt lid van de groep graveurs Cap d‟Encre. 1968 Wordt voor de eerste maal aangeduid voor de deelneming aan de XXXIV Biennale di Venezia (Belgisch Paviljoen). Door de inzet en het steunend advies van Mathias Goeritz kan Luc Peire op uitnodiging van het inrichtend comité van het cultureel programma van de 19 de Olympiade te Mexico en van de Universidad Nacional Autónoma van Mexico zijn Ambiente Mexico 68 (1968, ILP 1106) realiseren. Het integratiewerk Muur Relief 68 voor J. van Breda & C° (Bank van Breda) te BorgerhoutAntwerpen wordt eind 1968 voltooid. 1973 Op 12.04.1973 vertrekt Luc Peire richting Auckland (aankomst 25.04.1973), waar hij zal assisteren bij de montage van Environment III (ILP 1107) en de vernissage van de tentoonstelling zal bijwonen. Dit is het centrale deel van een grote reis waarbij hij India, Maleisië, Indonesië, Thailand, Hongkong en Japan bezoekt. Neemt te Parijs voor de laatste keer deel aan Salon des Réalités Nouvelles en neemt voor het eerst deel aan Grands et Jeunes d‟aujourd‟hui te Parijs. Vertrekt op 25.10.1973 naar Varigotti waar hem tot eind 12.1973 een atelier ter beschikking wordt gesteld, ter voorbereiding van een solotentoonstelling met graphies te Milaan (Galleria Lorenzelli, 05.1974). 1975 Werkt mee aan het project van La Ville Nouvelle de Marne la Vallée (Centre Urbain Régional de Noisy le Grand; Le Pavé Neuf), artistiek gecoördineerd door Erwin Patkaï. 1976 Voor Luc Peires zestigste verjaardag wordt te Knokke een solotentoonstelling („Aspekten Luc Peire‟) georganiseerd in het Ontmoetingscentrum „Scharpoord‟ . 1977 Via het contact met galeriehoudster en uitgeefster Carmen Martinez kan Luc Peire van nieuwjaar tot Pasen 1977 gebruik maken van het huis met atelier van kunstenares Roberta González te Bormes-les-Mimosas om er te schilderen en te graveren. 1979 Reist in maart 1979 naar Santa Cruz de Tenerife en ontmoet er opnieuw Eduardo Westerdahl. Vandaar reist hij naar Lanzarote en maakt er een excursie. Hij bewondert er de kunst van Cesar Manrique. 1980 Verblijft en werkt van 07.01.1980 tot aanvang 03.1980 op een appartement in het Spaanse Gandía (bij Valencia) ter voorbereiding van een solotentoonstelling te Gandía (Galería Lucas). Van 31.12.1980 tot en met 14.01.1981 maken Jenny en Luc Peire een reis naar Egypte met Club Méditerranée. 1981 Neemt voor de laatste keer deel aan de tentoonstelling Comparaisons. 1982 In maart 1982 verblijft Luc Peire een korte tijd in Zweden naar aanleiding van de Stockholm International Art Expo. Op 07.05.1982 wordt te Brussel het Metrostation Roodebeek met de integratie Kunsthekwerk Station Roodebeek (Integratie Roodebeek) van Luc Peire geopend. Op 02.10.1982: openstelling van Place Carrée te Marne la Vallée (La Ville Nouvelle; Centre Urbain Régional de Noisy le Grand; Le Pavé Neuf). 1985 In Musée d‟Art Moderne du Nord te Villeneuve d‟Ascq wordt een opmerkelijke „Rétrospective de Luc Peire‟ georganiseerd.
[Brederonummer]
4
Beschermingsvoorstel Brugge, Sint-Kruis Polderhoeklaan nr. 31 1988 Wordt geselecteerd voor de Belgische vertegenwoordiging op de Olympiade des Arts/Olympiad of Art te Seoel (Zuid-Korea). Reist in december 1988 naar Stockholm in het kader van de tentoonstelling 'Luc Peire / Rétrospective 1954-1984 / Toiles et graphies' in het Institut Français. 1989 De solotentoonstelling 'Luc Peire, 50 peintures de 1951 à 1988/l'oeuvre gravé' in Musée du Luxembourg te Parijs kent een grote weerklank. 1992 Schenkt in februari 1992 zijn volledig grafisch oeuvre aan de Stad Brugge. Op 08.12.1992 wordt te Leuven Peires Teken U.Z. Gasthuisberg ingehuldigd. 1993 Op 19.01.1993 overlijdt Jenny Peire-Verbruggen, de vrouw van Luc Peire, te Knokke. Haar laatste levensmaanden heeft ze met Luc Peire doorgebracht in de atelierwoning te Knokke. 1994 Luc Peire overlijdt op 07.02.1994 in het Parijse Institut Curie, 77 jaar oud. De uitvaartdienst vindt plaats op 14.02.1994 in het crematorium van Père Lachaise te Parijs. Op 26.02.1994 wordt de as van Luc Peire bijgezet in het columbarium van de Parkbegraafplaats te Knokke, naast de urne van Jenny Peire-Verbruggen. Het oeuvre en stijlevolutie van Luc Peire (aangereikt door Marc Peire) De persoonlijke stijlevolutie van de kunstenaar wordt beïnvloed door een permanente belangstelling voor de omgeving in binnen- en buitenland en een constant zoeken naar artistieke, multidisciplinaire contacten (cf. biografie). Hij volgt daarin een artistieke weg van figuratief naar verticaal-spiritueel-abstract. De beeldende kunstenaar Luc Peire (Brugge 1916 – Parijs 1994) evolueerde vanuit het expressionisme (in het zog van Constant Permeke) over een persoonlijke reductie en stilering van de menselijke figuur (tijdens de jaren ‟50) naar een voorstelling van de mens als spiritueel wezen, gesymboliseerd in de verticale beweging en gesitueerd in een uitgebalanceerde ruimte. Zo groeide Peire internationaal uit tot de meester van het abstract verticalisme. Voor deze ontwikkeling was de artistieke dialoog met figuren als Eduardo Westerdahl, Alberto Sartoris, Josep María Subirachs, Michel Seuphor en Leo Breuer cruciaal. Met de zwart-wit-„graphie‟ als persoonlijke kunstvorm bereikte Luc Peire de essentie van zijn doorgedreven verticalisme. Hij paste dit model van geritmeerde „optical art‟ toe in zijn drie spiegel-environments (1967, 1968, 1973) waarin hij in uiterste consequentie de climax van zijn artistieke streven bereikte: het oneindige (l’infini) en de ruimte (l’espace). Peires wil tot samenwerking met andere kunstenaars, architecten en urbanisten leidde tot heel wat integratieprojecten in België en Frankrijk. De artistieke carrière van Luc Peire volgde een internationaal parcours. Daarover getuigde de echtgenote van de kunstenaar, Jenny Peire-Verbruggen, in haar dagboeknotities De ateliers van Luc Peire, postuum in 2001 uitgegeven door Ludion (Gent-Amsterdam). In juli 2003 stelde Atelier Luc Peire - Stichting Jenny & Luc Peire het atelier van de kunstenaar te Knokke (België) open voor het publiek. 2.
Afbakening
Het woonhuis met de fresco‟s wordt voorgesteld als monument. V.
BOUWFYSISCHE TOESTAND
De toestand van de fresco‟s is goed, behoudens verborgen gebreken.
[Brederonummer]
5
Beschermingsvoorstel Brugge, Sint-Kruis Polderhoeklaan nr. 31
VI.
JURIDISCHE TOESTAND
Het pand is opgenomen in de vastgestelde inventaris van het bouwkundig erfgoed: ID 77470. Gewestplanbestemming:woongebied VII.
BEHEERSDOELSTELLINGEN
1. Algemene beheersdoelstellingen voor monumenten, stads- en dorpsgezichten De hieronder opgesomde beheersdoelstellingen zijn geen vervanging van de wettelijke voorschriften inzake instandhouding en onderhoud van monumenten, stads- en dorpsgezichten, zoals vermeld in: het Besluit van de Vlaamse regering van 17 november 1993 (monumenten en stads- en dorpsgezichten) De erfgoedwaarden, geformuleerd in het ministerieel besluit en het inhoudelijk dossier, vormen de leidraad voor beheersdoelstellingen en toekomstvisie. Ze zijn de basis voor het verdere beheer. 2. Specifieke beheersdoelstellingen voor het monument Polderhoekstraat nr. 31 te SintKruis (Brugge). De bescherming beoogt het behoud, het onderhoud en de instandhouding van de fresco‟s. Toekomstige onderhoudswerken of aanpassingswerken in functie van het gebruik van de woning dienen de eigenheid en karakteristieken van de fresco‟s te respecteren. Er dient gestreefd te worden naar het materiële behoud van de fresco‟s in situ. Het verdient aanbeveling om de bewaringstoestand van de fresco‟s na te gaan en te laten onderzoeken hoe de schildering het best in haar huidige staat behouden kan blijven. De doos met bewaarde pigmenten kan bij een mogelijke restauratie van de fresco‟s gebruikt worden. Bibliografie In verband met de woning van Marcel Peire in Sint-Kruis: GILTÉ S., VAN VLAENDEREN P. met medewerking van DENDOOVEN K., Inventaris van het bouwkundig erfgoed. Provincie West-Vlaanderen. Gemeente Brugge. Deelgemeente Sint-Kruis, (Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen), Brussel, 2005, p. 145 (onuitgegeven werkdocumenten). In verband met de fresco‟s van Luc Peire in Sint-Kruis: DE JONG L. (samenstelling en redactie), Luc Peire 1916-1994. Overzichtstentoonstelling, Koninklijk Museum voor Schone Kunsten Antwerpen, Gent, 1995, p. 18 (“ 1951 fresco‟s in bioscoop te Knokke en huis van zijn broer”), 111-112, afb. op p. 111. PEIRE M., De ateliers van Luc Peire Jenny Peire-Verbruggen, Gent-Amsterdam, 2001, p. 10, 13 (noot 2), afb. 13a. PEIRE M., Dossier fresco ‘Evocatie van Vlaanderen’, onuitgegeven bron, Brugge, 2014. PEIRE M., Dossier fresco ‘Zeebrugge ‘51’, onuitgegeven bron, Brugge, 2014. PEIRE M., De fresco’s van Luc Peire te Sint-Kruis, onuitgegeven bron, Brugge, sine anno.
PEIRE M., Fresco - Fresque, in Bulletin Stichting - Fondation Jenny & Luc Peire, 7, 2009, p. 10-14, 10-13, afbeeldingen. In verband met schilder Luc Peire : BEKKERS L., Gesprek met Luc Peire, in Streven, 19, 1966, p. 1066-1073.
[Brederonummer]
6
Beschermingsvoorstel Brugge, Sint-Kruis Polderhoeklaan nr. 31 BEX F., Kunst in België na 1975, Antwerpen, 2001, p. 202, 206, 214, 224, 289, 333, 337, 359, 370. DYPRÉAU J., Les peintres abstraits, Brussel, 1969. FONTIER J., In gesprek met Luc Peire, in De Vlaamse Gids, 57, 3, 1973, p. 30-39. FONTIER J., Luc Peire, Tielt-Weesp, 1984. GEIRLANDT K.J. (o.l.v.), Kunst in België na 1945, Antwerpen, 1983, p. 11, 15, 16, 37, 37, 55, 56, 59, 60, 61, 61, 68, 68, 100, 100, 118, 119, 173, 244, 262, 338 (De cijfers in cursief verwijzen naar de illustraties). MERTENS Ph., La Jeune Peinture Belge, Brussel, 1975, p. 30-35, passim. PEIRE M., De ateliers van Luc Peire Jenny Peire-Verbruggen, Gent-Amsterdam, 2001. PEIRE M., SOETAERT E., FONTIER J. (medew.), Luc Peire. Catalogue Raisonné of the Oil Paintings, Tielt, 2005. SARTORIS A., Luc Peire, in Futurismo oggi, XII, 7-8, 1980. XURIGUERA G., Luc Peire, Parijs, 1984. Z(EEBROEK-HOLLEMANS) J., Peire Luc Bruges, 1916 – Paris, 1994, in Le dictionnaire des peintres belges du XIVe siècle à nos jours depuis les premiers maîtres des anciens Pays-Bas méridionaux et de la Principauté de Liège jusqu‟aux artistes contemporains, (2), Brussel, 1995, p. 799-800; (3.) Une histoire visuelle de la peinture en Belgique présentée par Philippe Roberts-Jones, Brussel, 1995, p. 382. http://www.lorenzelliarte.com/index.html?pg=2&lang=it&id=104&pos=9&step=60 (geraadpleegd op 19 maart 2014: i.v.m. de tentoonstellingen in 1969 en 1970 in de Galleria Lorenzelli in Bergamo) http://www.amazon.com/Biennale-Venezia-Belgio-Delvaux-Archoul/dp/B005SAEKPI (geraadpleegd op 19 maart 2014: i.v.m. de Biennale di Venezia in 1968) VIII.
GEMOTIVEERD ADVIES
Woonhuis, gelegen Polderhoeklaan 31 in Sint-Kruis (Brugge), dient, met inbegrip van de fresco‟s van kunstenaar Luc Peire, te worden beschermd als monument, omwille van het algemeen belang, gevormd door de: Artistieke waarde: De fresco‟s “Evocatie van Vlaanderen” en “Zeebrugge „51” aangebracht in de woning Polderhoeklaan 31 te Sint-Kruis zijn van de hand van Luc Peire, een kunstenaar met internationale faam. Deze werken zijn unieke voorbeelden van 20ste-eeuwse frescoschilderkunst in Vlaanderen en vormen een belangrijke stilistische stap in het totale oeuvre van Luc Peire, een fase gekenmerkt door abstrahering en vereenvoudiging waarbij de menselijke uitdrukkingen tot het minimale werden herleid en waarbij het verticalisme een belangrijke rol gaat spelen.
[Brederonummer]
7