Artikel: Plastic fantastic?
Interview: Rijdende Rechter
Docent in Bedrijf: René de Groot
JiBulletin Faculteitsblad, nummer 2 / Winter 2014
Tijd
VOORWOORD Colofon JiBulletin 24e jaargang • Nummer 2, Winter 2014. JiBulletin is een uitgave van Stichting Jurist in Bedrijf. De Stichting Jurist in Bedrijf heeft tot doel aanstaande juristen te informeren over hun beroepsmogelijkheden, in de ruimste zin des woords. Redactie: Inge Hensen Silvia Joosten Justine Sliwinski Marieke Bettelheim Eva Scheel Eva Hendrikx
Lay out & druk: Compact Drukwerken NV Lanaken, België
Informatie & kopij: Jurist in Bedrijf UM/ Faculteit der Rechtsgeleerdheid Postbus 616 6200 MD Maastricht Tel: 043-3883106 Fax: 043-3260568
[email protected] www.juristinbedrijf.nl Contactgegevens: Faculteit der Rechtsgeleerdheid Op werkdagen tussen 10:00 en 12:00 Tel.: 043-3883106 Email:
[email protected] www.juristinbedrijf.nl College van advies: Houthoff Buruma Van Doorne De Brauw Nautadutilh Met dank aan: René de Groot Frank Visser Stef van Heezik Francis ten Broeke Ruud Smits Stephanie Thijssen Eline Loeffen Fayette Driessen Ron Jeronimus Raymond Canisius Noortje Lut Kirsy Corten Anouk Smits Oplage: 1100 exemplaren
Tijd… De tijd vliegt voorbij! Het feit dat de tweede editie van het JiBulletin klaar is geeft meteen aan dat we alweer op de helft van het academisch jaar zitten. Vandaar dat we in deze editie voor het thema tijd hebben gekozen. We zullen op de volgende onderwerpen ingaan; De verhoging van de wettelijke AOW- leeftijd is al jaren lang een regelmatig terugkerend onderwerp binnen de politiek. Het bereiken van het 65ste levensjaar is niet langer de start van de maandelijkse uitkering, doordat Nederland vergrijst en het pensioenstelsel als gevolg hiervan onder druk komt te staan. Het recht op vrije tijd komt steeds meer onder druk te staan. Niet alleen vraagt de huidige maatschappij steeds meer van de mens, de mens vraagt ook steeds meer van zichzelf. De lat wordt zo hoog gelegd en burn-out verschijnselen eerder regel dan uitzondering zijn. Hoewel het idee van vrije tijd gegoten in de vorm van een recht een vrij modern idee lijkt, is dit niet het geval. Is het echt mogelijk de tijd stop te zetten en voor altijd jong te blijven? Anti- ageing procedures, zoals facelifts, botox, vullingen en ooglidcorrecties, zijn vaak voorkomende cosmetische procedures. De leeftijd dat mensen naar de cosmetisch chirurg gaan wordt steeds lager. Waar komt deze obsessie vandaan? Terwijl vroeger alle vrouwen geacht werden moeder te willen worden en abortus uit den boze was, heeft er in de loop der tijd een ontwikkeling richting het zelfbeschikkingsrecht van de vrouw plaats gevonden. Hoe zit het anno 2014 precies met de juridische en feitelijke beschikkingsbevoegdheid van de (zwangere) vrouw? De uitbraak van het Ebola virus is al een tijd een wereldwijd probleem. Er is op dit moment nog geen specifieke behandeling of medicijn beschikbaar ter genezing van Ebola. Naast de medische vraagstukken bestaan er ook juridische kwesties; hoe ver mogen staten gaan om de verspreiding van deze ziekte tegen te gaan? Hebben staten het recht om (mogelijk) besmette mensen in quarantaine te plaatsen? Het internet maakt anno 2014 deel uit van ons dagelijks leven, velen kunnen niet meer zonder functioneren. In de loop der tijd is internet sterk ontwikkeld en speelt het een steeds grotere rol in onze maatschappij. Het gedeelte van het internet dat vandaag de dag gebruikt wordt is slechts een klein gedeelte van de gehele capaciteit. Wat schuilt hier nog achter? Veel leesplezier! Inge Hensen Voorzitter Bulletincommissie Stichting Jurist in Bedrijf
Volgende verschijningsdatum: Winter 2014 Alle druk- en spelfouten voorbehouden © Stichting Jurist in Bedrijf 2014-2015
JURIST in BEDRIJF
3
You keep
your cool
Whether meeting a tight deadline or cooking a fancy dinner, you keep your cool. www.werkenbijnautadutilh.nl
Inhoud 3
Voorwoord door Inge Hensen
6
Plastic fantastic?
9
Docent in bedrijf : René de Groot
12
Rijdende Rechter
16
Het zelfbeschikkingsrecht van de zwangere vrouw
20
Een greep uit de week van... Silvie Joosten, student-stagiair bij Houthoff Buruma in Amsterdam
6
12
22 Stelling: "Het verhogen van de alcoholgrens naar 18+ jaar is een effectief middel om overmatig alcoholgebruik onder tieners terug te dringen"
24
Groeten uit ....Aruba!
26
Juirist in Bedrijf
28
Kantoorspecial: NautaDutilh
30
Het recht op luiheid en vrije tijd
33
Hoe gaat het met...?
38
Oprecht opmerkelijk
44 De verhoging van de AOW-leeftijd
47
Legal issues Ebola
50
The Deep Web
52
ICGI PREMIUM Masterclassreeks 2014-2015
54 Agenda
24
30
47
Adverteerdersindex Houthoff Buruma 2 NautaDutilh 4 Compact drukwerken nv 36 De Brauw Blackstone Westbroek 51 Van Doorne 52
5
ARTIKEL
Plastic fantastic? Wie wil het nu niet; de ‘tijd’ stopzetten en er stukken jonger uitzien. Anti-ageing procedures, zoals facelifts, botox, vullingen en ooglidcorrecties, zijn vaak voorkomende cosmetische procedures. Na het zien van de recente - haast onherkenbare - beelden van Renée Zellweger, schrok ik een beetje en toch ook weer helemaal niet: botox is tegenwoordig een heel normaal fenomeen. De leeftijd om naar de cosmetisch chirurg te gaan wordt ook steeds lager. Zo denkt één op de vijf vrouwen in Nederland al rond haar twintigste aan een behandeling bij een cosmetisch chirurg. In de Verenigde Staten hebben 12,5 op de duizend inwoners iets aan hun lichaam laten doen. Opmerkelijk hierbij is dat ruim 87% vrouw is. Ook opmerkelijk is dat meer dan de helft van de patiënten terugkerende bezoekers zijn. Waar komt deze obsessie vandaan?
Door: Eva Scheel Ongeveer 2000 jaar geleden werden er in India al reconstructies verricht voor afgesneden neuzen. Rond diezelfde tijd opereerden artsen in China lip-, kaaken gehemeltespleten. De eerste ervaringen over het herstel van lipspleten in Nederland werden in de Middeleeuwen opgeschreven. De ontwikkeling van de plastische chirurgie verliep zeer traag tot halverwege de 19de eeuw. Door de Eerste Wereldoorlog is de plastische chirurgie snel ontwikkeld. Een enorm aantal oorlogsslachtoffers had ernstige verwondingen, waar nieuwe operatietechnieken voor moesten worden uitgevonden. Tijdens de Tweede Wereldoorlog waren er vooral veel slachtoffers met ernstige brandwonden, waardoor artsen technieken voor huidtransplantaties ontwikkelden. Door het herstel van het gelaat konden gewonde soldaten weer teruggestuurd worden naar de loopgraven of terugkeren in de maatschappij. Nog steeds bestaat het grootste deel van de werkzaamheden in de plastische chirurgie uit het herstellen van brandwonden of verminkingen. Maar steeds meer worden ook puur cosmetische ingrepen uitgevoerd.
6
Steeds jonger De Verenigde Staten is koploper als het gaat om het land waar de meeste cosmetische ingrepen plaatsvinden. Hierbij is botox de meest uitgeoefende cosmetische ingreep is. Uit cijfers van de America Society Of Plastic Surgeons blijk dat in 2012 in de Verenigde Staten 6,1 miljoen botox-injecties werden uitgevoerd, waarvan 100.000 patiënten tieners waren. Er wordt al gesproken van een trend die ‘Teen Toxing’ wordt genoemd. Veel van deze jongeren komen terecht in het illegale circuit, omdat veel erkende cosmetische chirurgen weigeren tieners te behandelen. Daarbij speelt een rol dat botox bij gebruik op jonge leeftijd mogelijk schadelijk kan zijn. Daarnaast kan veelvuldig gebruik bij tieners zich makkelijk ontwikkelen tot een verslaving. Toch weerhoudt dit de meeste jongeren niet van het gebruik hiervan. De jongste gevallen vooralsnog bekend zijn tieners van 15 en 16 jaar. Jongeren voelen zich vooral aangetrokken tot het gebruik van botox, omdat gedacht wordt dat als ze er op jonge leeftijd mee beginnen, rimpelvorming in de toekomst voorkomen wordt. Wat
JURIST in BEDRIJF
overigens niet zo is. Daarnaast is er tegenwoordig ook de mogelijkheid om botox zelf in te spuiten. Op internet zijn doe-het-zelf injectiekits verkrijgbaar voor zo’n 70 euro. Dit is wel inclusief een gebruikshandleiding, waar een gezicht op staat afgebeeld met de precieze punten waar je de naald moet inbrengen om het gewenste resultaat te krijgen. Het risico dat er bij een doe-hetzelf injectie iets mis gaat, is natuurlijk extra groot. Brazilië Na de Verenigde Staten en China staat Brazilië op nummer drie van de lijst met het hoogste aantal cosmetische ingrepen. Dit houdt in dat er per dag zo’n 3000 Brazilianen onder het mes gaan om er beter uit te zien. In Brazilië is het mogelijk om de ingreep in termijnen te betalen, dus kunnen ook armere Brazilianen zich een cosmetische ingreep veroorloven. Ook vergoedt de overheid in sommige situaties een ingreep volledig. Zo vergoedt de Brazilian National Health Service een buikwandcorrectie bij vrouwen die geen strakke buik meer hebben na een bevalling, omdat niet ingrijpen mogelijk zou
ARTIKEL
"Zo vergoedt de Brazilian National Health Service een buikwandcorrectie bij vrouwen die geen strakke buik meer hebben na een bevalling, omdat niet ingrijpen mogelijk zou kunnen lijden tot psychische gevolgen." kunnen leiden tot psychische gevolgen. Het hoge cijfer aan cosmetische ingrepen in Brazilië ligt vooral aan het feit dat er in het algemeen een hoge druk is, voor zowel mannen als vrouwen, om er goed uit te zien en er geen schaamte heerst om openlijk over je ingrepen te praten. Wie een operatie heeft ondergaan, komt hier gewoon voor uit. Daarnaast geeft het hebben van een cosmetische ingreep ook aanzien en status; je bent immers rijk genoeg om het te betalen. Ook al zijn de cosmetische ingrepen in Brazilië relatief goedkoop, toch geldt: hoe meer ingrepen, hoe meer aanzien. Vooral populair zijn bilimplantaten, omdat het hebben van volle billen de nationale trots is van het land. Een andere populaire ingreep voor het verkrijgen van een goed gevuld achterwerk is de ‘Brazilian Butt Lift’, die niet voor niets is vernoemd naar Brazilië. Bij deze ingreep wordt vet van de taille, heupen of bovenbenen weggezogen en in de billen gespoten. Zuid-Korea Het land met de meeste cosmetische ingrepen per inwoner is Zuid-Korea. In de hoofdstad Seoel ondergaat zelfs één op de vijf vrouwen een operatie aan haar gezicht. Daarnaast heeft meer dan 40% van de Zuid-Koreaanse tieners een cosmetische ingreep op zijn of haar verlanglijstje staan en is het heel normaal dat een tiener bij het behalen van haar diploma een ooglidcorrectie als beloning krijgt. Van de twintigjarige vrouwen heeft daarom al zo’n 60% een cosmetische ingreep gehad. Waar het cijfer in Brazilië hoog ligt door de druk om er goed uit te zien, komt het hoge cijfer
in Zuid-Korea vooral door het beeld wat pop- en filmsterren geven: allemaal zijn ze dun, hebben ze een bleke huid, grote ronde ogen en een smal ovaal gezicht. En tieners willen nu eenmaal op hun idolen lijken. Cosmetisch chirurgen werken hier slim aan mee door regelmatig flinke aanbiedingen op ingrepen te geven. Desondanks was er in 2013 ophef over de deelnemers bij de Miss Korea verkiezing. Alle deelnemers hadden een of meer cosmetische ingrepen ondergaan, waardoor de deelnemers te veel op elkaar leken. De populairste plek om een cosmetische ingreep te ondergaan is Gangnamgu (waar ook de bekende ‘gangnam style’ vandaan komt). Gangnam-gu is het rijke gedeelte van de hoofdstad Seoel, waar alle luxe merken zijn gevestigd en dure auto’s en chique restaurants op elke hoek van de straat zijn te vinden. Hier ligt ook de zogenaamde ‘Beauty Belt’, zo genoemd omdat er meer dan 400 klinieken voor cosmetische chirur-
"Het is heel normaal dat een tiener bij het behalen van haar diploma een ooglidcorrectie als beloning krijgt."
gie te vinden zijn. Een afspraak maken voor een nieuwe neus is hier vaak niet eens nodig. Ook in Nederland een trend? In vergelijking met Brazilië en ZuidKorea valt het cosmetisch gebruik in Nederland wel mee; ongeveer vier procent van alle Nederlanders heeft een cosmetische behandeling ondergaan. In de ranglijst met cosmetische ingrepen staat Nederland op nummer 24. Uit onderzoek van TNS Nipo blijkt dat 55% van de Nederlanders van mening is dat cosmetische chirurgie wettelijk verboden zou moeten worden voor het vijfentwintigste levensjaar. Toch zijn het vooral de ouderen die deze mening delen; van de 55+’ers is 66% het met deze stelling eens, terwijl 59% het met deze stelling oneens is uit de leeftijdscategorie van 18 tot 24 jaar. Ook in Nederland wordt een cosmetische ingreep steeds meer geaccepteerd. Steeds meer Nederlanders overwegen een operatie, in roddelbladen staat het er vol mee en ook op televisie wordt er veel aandacht aan besteed. Toch zijn de mensen in Nederland over het algemeen nuchterder als het gaat om cosmetische ingrepen. Daarnaast zijn vooral de financiële lasten die eraan verbonden zijn een reden om er vanaf te zien. Ook de economische crisis speelt hierbij wellicht een rol.
FOTO
JURIST in BEDRIJF
7
ARTIKEL Ondanks de Hollandse nuchterheid is er ook hier te spreken van een trend. In de toekomst zal dan ook het aantal cosmetische ingrepen in Nederland waarschijnlijk toenemen. Minister Edith Schippers van Volksgezondheid wil de toename voorkomen door de regels voor gebruik van cosmetische chirurgie aan te scherpen en vast te leggen in de wet. Ze is van mening dat mensen beter moeten worden geïnformeerd over de risico’s en dat de kwaliteit van behandelingen omhoog moet. Zo wordt er gedacht aan een waarschuwing bij cosmetische televisieprogramma’s. Ook wil de minister dat er een leeftijdsnorm gaat gelden van 18 jaar voor niet-noodzakelijke operaties. Alleen voor bijvoorbeeld het
"Steeds meer Nederlanders overwegen een operatie, in roddelbladen staat het er vol mee en ook op televisie wordt er veel aandacht aan besteed." rechtzetten van flaporen wordt deze leeftijdsgrens losgelaten. Daarnaast opperde de minister een reclamecode in te voeren die de regels voor het maken van reclame voor cosmetische chirurgie aanscherpt. Naar aanleiding van de uitspraken van minister Schippers heeft de Nederlandse Vereniging voor Plastische Chirurgie (‘NVPC’) medio 2013 de regels aangescherpt voor reclame voor cosmetische chirurgie. De NVPC wil dat een cosmetische ingreep een ‘weloverwogen keuze’ is en niet iets wat iemand impulsief moet doen. Er mogen geen gratis consultaties meer worden gegeven en gratis behandelingen mogen niet meer worden gewonnen met een prijsvraag. Reclame maken an sich mag nog wel – in tegenstelling tot België. Er moet in de reclames echter wel staan wie de ingreep uitvoert en of dat wel een erkend plastisch chirurg is. De aangescherpte regels over reclame gelden in Nederland alleen voor leden van
8
de NVPC, dus artsen die geen plastisch chirurg zijn maar wel een cosmetische ingreep uitvoeren, vallen hier niet onder. Dat is volgens de NVPC ook precies waar het grootste probleem ligt: artsen zonder chirurgische opleiding kunnen cosmetische operaties uitvoeren als zij zich daartoe bekwaam voelen. In Frankrijk is dit anders en mag een cosmetische ingreep bij wet alleen plaatsvinden onder supervisie van een plastisch chirurg. Reclameverbod in België Aanleiding voor het aanscherpen van de reclameregels voor cosmetische chirurgie waren onder andere de acties van website Groupon. Groupon geeft vaak hoge kortingen op cosmetische ingrepen; zo was er begin 2013 een actie waarin een Belgische kliniek 92% procent korting gaf. Klanten konden voor 49 euro een bon kopen, die recht gaf op 600 euro aan behandelingen. De bon kon vervolgens worden besteed aan cosmetische behandelingen naar keuze. In november 2011 ontstond er ophef omdat er een bon werd aangeboden voor een schaamlipcorrectie voor 999 euro bij een Haarlemse privékliniek. Een medewerker van de Haarlemse kliniek heeft later laten weten ‘alleen mee te hebben gedaan omdat, als wij het niet doen, anderen het doen.’ Daarnaast kon na een intakegesprek bij de kliniek het geld van de bon worden teruggegeven, als de koper zich alsnog had bedacht. Groupon liet weten drie klachten over de aanbieding te hebben gekregen. Onder andere door de acties van Groupon is er in België sinds 2011 een verbod op het maken van reclame voor cosmetische ingrepen, waardoor dergelijke kortingsacties niet meer mogelijk zijn. Reden hierachter is het voorkomen dat er economische motieven worden gebruikt om mensen in de operatiekamer te krijgen. Een andere reden voor invoering van het verbod is dat mensen bij de kortingsacties binnen een dag moesten beslissen. In België wordt in de wet het woord ‘reclame’ heel ruim gedefinieerd en het geven van persoonlijke informatie over de ingrepen en de beoefenaars is enkel onder strikte voorwaarden toegelaten. De informatie moet waarheids-
JURIST in BEDRIJF
getrouw, objectief, relevant, verifieerbaar, discreet en duidelijk te zijn. Ook mogen er geen vergelijkingen worden gemaakt en zijn financiële argumenten om cosmetische chirurgie te gebruiken verboden, net als het gebruik van foto’s om aan te tonen hoe de patiënt er voor en na de ingreep uitzag. Degene die zich niet aan het verbod houdt, wordt een straf opgelegd, waarbij de sancties variëren van gevangenisstraffen van 8 dagen tot een maximum van 6 maanden of een boete die kan oplopen tot 5.000 euro. De achterliggende gedachte bij deze wet is dat de wettelijke regeling moet verhinderen dat kwetsbare personen die niet goed in hun vel zitten, te lichtzinnig denken over een ingreep, omdat de reclame hun een onrealistisch ideaalbeeld voorspiegelt. Wettelijke leeftijdsgrens? Ook in de Verenigde Staten is een campagne gelanceerd om potentiële patiënten nog eens extra bewust te maken over het belang van veiligheid. Nog te vaak zijn er medische missers. Het is daarom verstandig om vooraf een goed vooronderzoek te doen. Niet alleen over de procedure en de te verwachte resultaten, maar ook over de reputatie van de kliniek en de kwalificaties van de cosmetisch chirurg. Vaak durven patiënten over de ervaring van de chirurg geen vragen te stellen. In Italië is recent een wet aangenomen die borstvergrotingen verbiedt bij jongeren onder de achttien jaar. Jonge meisjes zijn daar te veel met hun uiterlijk bezig en staan niet voldoende stil bij de risico’s van een borstvergroting. Alleen als er een medische noodzaak is, mogen chirurgen nog een borstvergroting uitvoeren bij minderjarigen. De Duitse regering is van plan om cosmetische chirurgie bij wet te verbieden. Volgens de huidige wetgeving is het nu, net als in Nederland, nog mogelijk dat een tiener een liposuctie of borstvergroting ondergaat. Als het wetsvoorstel in Nederland wordt aangenomen, zal hier dus verandering in worden gebracht. Tot die tijd kan een minderjarige nog met toestemming van een van zijn of haar ouders een cosmetische ingreep ondergaan.
DOCENT IN BEDRIJF
René de Groot
Door: Eva Scheel & Justine Sliwinski
Kunt u uzelf kort introduceren? Mijn naam is Gerard René de Groot en ik ben geboren in 1951 en wel in Stadskanaal in de provincie Groningen in het noorden van het land. Daar heb ik ook het gymnasium gedaan. Wel gymnasium bèta en ben toen rechten gaan studeren aan de universiteit van Groningen. Eerlijk gezegd had ik liever in Antwerpen gestudeerd omdat mijn oma in Antwerpen woonde, maar destijds was het niet echt een optie om in het buitenland rechten te gaan studeren. We spreken dan over het jaar 1969 toen ik aan mijn rechtenstudie ben begonnen. Ik ben afgestudeerd in januari 1973. Waarom rechten? Dat is een hele goede vraag. Het allerlief-
Het was in die tijd ook heel ongebruikelijk, ook na je afstuderen, om in het buitenland te gaan studeren. Ik heb mazzel gehad.
ste had ik geschiedenis gestudeerd, maar toen ik die keuze moest maken, was er een behoorlijke werkloosheid onder de leraren geschiedenis. Bovendien dacht ik als ik afstudeer, ben ik vooraan in de twintig. Om dan leraar geschiedenis te worden en dat dan nog ruim veertig jaar te moeten zijn op een middelbare school, lijkt me ook niks. Ik had toen natuurlijk echt niet in de gaten dat het misschien ook een optie kan zijn om hoogleraar te worden. Wat zijn de verschillen met uw rechtenstudie vroeger en de rechtenstudie die u nu doceert? In de eerste plaats was de rechtenstudie destijds nog wel heel nationaal georiënteerd. Hoewel wij in Groningen ook echt een hele goede hoogleraar volkerenrecht hadden en een hele goede hoogleraar Europees recht, Laurens Jan Brinkhorst. Maar hoofdzakelijk was de studie toch duidelijk nationaal georiënteerd. Je moet ook beseffen dat bijvoorbeeld de Europese Conventie van de Rechten van de Mens destijds nog niet zo vreselijk belangrijk was want de belangrijke beslissingen van het Hof van de Rechten van de Mens
JURIST in BEDRIJF
komen pas eind van de jaren zeventig. In het familierecht is bijvoorbeeld een belangrijk arrest het Marckx arrest van 1979. Dus we hebben wel geleerd dat er zo’n verdrag is, maar zoveel aandacht hebben we daaraan niet besteed. Er werd ook niet veel aandacht besteed aan rechtsvergelijking, maar ik heb wel rechtsvergelijking gedaan als student. Dat was bij professor Jessurun d’Oliveira. D’Oliveira gaf rechtsvergelijking en ik dacht:‘dat is leuk, laten we dat doen!’We begonnen met een redelijk aantal mensen, maar toen bleek dat hij als verplichte literatuur een boek voorgeschreven had van René David: ‘Les grands systèmes de droit contemporains‘, dus in het Frans. De volgende keer zaten we daar nog maar met zijn tweeën in de collegezaal. Die tweede student is vervolgens ook bijna afgevallen. Meestal zat ik dan helemaal alleen bij professor D’Oliveira. Dat vond ik best gezellig! Het was in die tijd ook heel ongebruikelijk, ook na je afstuderen, om in het buitenland te gaan studeren. Ik heb mazzel gehad. Ik heb de stoute schoenen aangetrokken en een beurs aangevraagd bij de
9
DOCENT IN BEDRIJF Duitse regering. Die heb ik toen ook nog gekregen en heb dus vanaf augustus 1973 in Duitsland gezeten. Ik heb zelfs nog een verlenging van mijn beurs gekregen met nog een jaar, maar dat heb ik toen niet gedaan omdat ik een benoeming heb gekregen aan de universiteit Groningen. Daar heb ik gezeten tot begin 1982 en vanaf 1982 zit ik hier in Maastricht. Waarom heeft u voor een academische carrière gekozen en niet voor een andere richting? Ik vond het altijd erg leuk om zelf te kijken met wat voor soort onderwerpen ik aan de slag ga, om deze uit te werken en daarover te publiceren. Een van mijn eerste publicaties was bijvoorbeeld over de gelijke behandeling van mannen en vrouwen in het namenrecht. Daar was ik zo tegenaan gelopen tijdens mijn verblijf in Duitsland. Hetzelfde geldt voor gelijke behandeling van mannen en vrouwen in het nationaliteitsrecht. Daar heb ik ook over gepubliceerd. Of een rechterlijke beslissing waarover je je opwindt… schrijf er maar wat over! Waarom heeft u zich gespecialiseerd in Internationaal Privaatrecht (‘IPR’)? Dat is een hele goede vraag. Vooral omdat ik telkens weer tegen conflicten tussen rechtssystemen aangelopen ben, en toen dacht ik: ‘dat lijkt me zinvol om daar over na te denken’. Deze conflicten kwamen deels ook in mijn naaste familie voor omdat mijn grootmoeder in België woonde, ik had één tante die een dubbele nationaliteit had, een andere tante die altijd beweerde dat ze staatloos was en mijn oudere zus en mijn zwager waren genaturaliseerd in de Verenigde Staten en hun kinderen hadden twee nationaliteiten. Dat is dan het nationaliteitsrecht. Nu krijg je doordat je dubbele nationaliteiten hebt ook vanzelf problemen over het toepasselijk recht. Dat vond ik altijd boeiend. Welke ontwikkeling binnen het IPR, die u
10
heeft meegemaakt tijdens uw loopbaan, heeft bij u het meeste/grootste enthousiasme gewekt? De Europeanisering. Vanaf het begin van deze eeuw heeft Brussel geprobeerd de regels over de internationale bevoegdheid, de regels over erkenning van beslissingen en ook regels omtrent het toepasselijk recht te coördineren. Dat vind ik toch echt het meest spannend. En ik heb tijdens colleges ook wel eens gezegd:‘tegen de tijd dat jullie met pensioen gaan, is er geen Nederlands IPR meer, maar gewoon Europees IPR’. Wat is uw kijk op Europa gezien de huidige onrust? Ik ben optimistisch over Europa. Momenteel ligt er wel een groot probleem wat Oekraïne betreft. Oekraïne ligt uiteraard net buiten de Europese Unie, maar de spanningen daar hebben ook gevolgen voor de Europese Unie.Als ik het globaler bekijk, zijn er in elke maatschappij, en zeker in zo’n grote maatschappij als de Europese Unie, altijd wel spanningen en druk. Dat zal nooit veranderen. Dat is in het verleden ook niet anders geweest. In elke periode kristalliseren die problemen zich weer op een andere manier uit. Die problemen steken dan weer op andere plekken de kop op, maar moeilijkheden heeft elke generatie.
Als een rechterlijke beslissing waarover je je opwindt… schrijf er maar wat over! Onze generatie staat ook voor de uitdagende vragen hoe Europa te definiëren? Welke staten moeten nog bij de Europese Unie kunnen komen? Moet je ernaar streven dat op een gegeven moment alle landen die lid zijn van de Raad van Europa, lid worden van de Europese Unie, of juist niet? Dat zou dus inclusief zulke staten zijn als Wit-Rusland en Rusland. Moet je
JURIST in BEDRIJF
dat willen? Voorlopig niet denk ik. Maar het ijkpunt ligt nu bij Oekraïne. Ik denk dat je, wat Oekraïne betreft, je heel erg moet inzetten om de spanningen niet verder te laten escaleren, en proberen deze te de-escaleren. Ziet u raakvlakken met de Koude Oorlog, gezien de huidige situatie in Oekraïne? Het gaat me te ver om nu te zeggen dat we nu weer een nieuwe Koude Oorlog hebben, maar het is wel duidelijk killer geworden. In de Koude Oorlog was het vooral zo dat beide grootmachten, Amerika en Rusland, zekere invloedsferen hadden en niet wilden dat de andere staat invloed kreeg in die invloedsfeer. Dat is tot op zekere hoogte nu ook wel het geval bij Oekraïne. Rusland zou het buitengewoon onplezierig vinden als Europa en de Europese Unie nog meer invloed in Oekraïne zouden krijgen. En je ziet ook binnen Oekraïne dat sommige delen dus kennelijk anders georiënteerd zijn. Ik had gisteren toevallig een uitvoerig gesprek met een Belgische collega, niet hier van de faculteit, maar van een Belgische universiteit die hier bij ons op bezoek was. Hij zei dat ze eigenlijk zouden moeten overwegen het Belgische model een beetje te volgen in Oekraïne. Dat is dan de federalisering van dingen, maar hij vertelde ook dat ze in Oekraïne nog niet direct oren naar hebben. Het probleem ligt ten dele bij de attitude van Rusland enerzijds en Europa anderzijds. Maar de kernproblemen liggen natuurlijk in Oekraïne zelf. Er zijn veel haken en ogen. Oekraïne zal zelf met een initiatief moeten komen om de eigen problematiek op te lossen en het ligt wel voor de hand om een zekere federalisering van dat land te overwegen. Er zijn wel meer staten in Europa waar spanningen zijn tussen verschillende delen van het land. Dan is het altijd weer zaak, hoe los je dat op? Ik vind het heel erg knap wat er in het Verenigd Konink-
DOCENT IN BEDRIJF rijk is gebeurd. Schotland wenste onafhankelijkheid, althans een groot deel van de Schotten wenste onafhankelijkheid en Cameron, als Prime Minister, heeft toegestaan dat daarover een referendum werd georganiseerd. Daarmee is geen meerderheid gehaald, maar ze hebben wel behoorlijk wat mensen achter zich gekregen. Nu zal de volgende stap zijn: meer autonomie. Het is boeiend, als je dit vergelijkt met wat er gebeurt in Spanje (vs. Catalonië). Daar roept de regering de hele tijd dat een referendum verboden is en tegen de grondwet. Die houding van de Spaanse regering doet de spanningen juist toenemen.
Studenten moeten zich er heel goed over oriënteren welke richting het IPR op moet gaan in Europa. Er is een grote behoefte aan mensen die op een creatieve manier met IPR-zaken omgaan. En wat betekent dit voor het Europees IPR? Als we het hebben over de grote lijnen van ontwikkelingen binnen Europa, dan heb je het niet over IPR. IPR heeft te maken met het vrij verkeer van goederen, diensten en personen.Wat mij daarbinnen het meeste interesseert is het vrij verkeer van personen en de consequenties voor het IPR. Wat ik vooral heel erg belangrijk vind binnen de Europese Unie, dat beslissingen genomen over personen in andere lidstaten van de Europese Unie, worden erkend. Dat je niet telkens weer het hele rekenwerk opnieuw hoeft te doen. Oftewel om het in IPR-jargon te zeggen: geen conflictrechtelijke toetsingen. Personen die van één staat naar een andere verhuizen, mogen daardoor niet plotseling een aantal aspecten van hun burgerlijke staat verliezen. Dat vind ik
heel belangrijk.We moeten ook heel open en flexibel omgaan met verschillen die er bestaan in onze systemen. Bijvoorbeeld, discussiëren we bij de cursus Family Law in Europe over draagmoederschap- constructies. Sommige landen zijn er heel trots op dat ze een prachtig systeem hebben ontwikkeld, bijvoorbeeld Oekraïne. Andere systemen zijn juist mordicus tegen draagmoederschap. Daarvoor moet je toch oplossingen zien te vinden binnen Europa. Een status verworven in de ene staat, dient in beginsel te worden erkend in de andere staat. Wat vind u van deze stelling: ‘Het verhogen van de alcoholgrens naar 18 jaar is een effectief middel om overmatig alcoholgebruik onder tieners terug te brengen.’ Mag ik het antwoord van mijn vader geven? Die zei altijd: ‘je moet af en toe wel wat wijn drinken, dus voor je achttiende, om te voorkomen dat je als eerstejaars meteen onder de tafel wordt gedronken’. Ik weet niet of het zo verstandig is om te zeggen dat tot de achttiende verjaardag alcohol strikt verboden is en daarna mag het wel. Dan bestaat ook het gevaar dat men in een klap zich eraan te buiten gaat, maar je kunt hier natuurlijk ook heel verschillend over denken. Het is een moeilijke stelling. Hij is zeker heel provocerend. Daar zullen ongetwijfeld verschillende antwoorden op komen. Maar het blijft heel tragisch dat er bijna elk jaar weer eerstejaars aan een alcoholvergiftiging overlijden.
Moeten we het strafbaar maken als een minderjarige een glaasje wijn drinkt? Dat vind ik wel heel ver gaan.
ënteren welke richting het IPR op moet gaan in Europa. Er is een grote behoefte aan mensen die op een creatieve manier met IPR-zaken omgaan. Ik zou me niet telkens richten op de regels zoals ze nu zijn. Die moet je wel beheersen, maar het is gewoon heel goed jezelf de vraag te stellen: hoe moet het nu verder met deze wirwar in Europa? Ik denk dat je dan ook een belangrijke bijdrage kunt leveren aan de ontwikkeling van het IPR. Je kunt dan natuurlijk zeggen waarom Europa? Waarom niet de hele wereld? Dat is waar. Je kunt ook zeggen: hoe moet het IPR in de wereld evolueren? Maar als je je nu op Europa oriënteert, kun je daarna kijken hoe de oplossingen die je daar vindt, vertaalbaar zijn naar wereldniveau.
Ik heb niks tegen het verbod van verkoop van alcohol aan minderjarigen, maar het drinken vind ik een ander verhaal. Moeten we het strafbaar maken als een minderjarige een glaasje wijn drinkt? Dat vind ik wel heel ver gaan. Heeft u nog tips voor studenten die een carrière in IPR ambiëren? Studenten moeten zich heel goed ori-
JURIST in BEDRIJF
11
ARTIKEL
Rijdende Rechter
Door: Silvie Joosten & Eva Hendrikx Kunt u zich even voorstellen? Ik ben “de Rijdende Rechter”. Mijn naam is Frank Visser en ik ben natuurlijk al heel lang rechter. Ik ben 25 jaar kantonrechter geweest en daarvoor was ik Officier van Justitie. Inmiddels sta ik al 18 jaar bekend als “de Rijdende Rechter”. U heeft rechten gestudeerd in Rotterdam. Waarom heeft u gekozen voor rechten en waarom precies in Rotterdam? Ik ben rechten gaan studeren omdat ik advocaat wilde worden. Daarnaast was er ook een praktische reden: met mijn voor-
12
opleiding kon je alleen een beperkt aantal vervolgstudies doen, zijnde talen, rechten of economie. Ik heb er toen voor gekozen om rechten te studeren. Ik heb in Rotterdam rechten gestudeerd door een geografisch foutje. Ik woonde toen in Den Haag en dacht dat Rotterdam dichter bij Den Haag lag dan Leiden.. Dat was een vreselijke vergissing waar ik twee jaar lang voor heb moeten boeten, maar ook in Rotterdam was een hele goede opleiding. Daarna ben ik voor mijn Doctoraal naar Amsterdam gegaan. Ik had
JURIST in BEDRIJF
namelijk gelezen dat rechtenstudenten van de ene universiteit naar de andere trokken. Ik denk nog altijd dat het goed voor je is om na je bachelor van universiteit te wisselen. Als u nu nog een keer een opleiding zou moeten kiezen, zou u dan weer voor rechten kiezen? Ja, ik denk het nu wel. Hoewel, vroeger kon je niet net als nu nog, als je niet de juiste vooropleiding had, iets totaal anders gaan doen. Als ik wel helemaal vrij mocht kiezen denk ik dat ik een hele goede inter-
ARTIKEL nist zou zijn geweest. Ik hou wel van puzzelen en kijken waar het probleem zit. Ik zou nooit gaan snijden, maar internist of huisarts lijkt me erg interessant. Kunt u iets vertellen over uw studententijd? Was u actief in het studentenleven of niet? Ik heb in de jaren ’70 gestudeerd. Toen ter tijd was er in Rotterdam nog geen studentenleven. Je moest zo snel mogelijk afstuderen en vervolgens een goede baan vinden. In Amsterdam was er wel een studentenleven, maar van een studentenvereniging wilde ik geen lid worden. Ik werkte echter wel bij “de Rechtswinkel”, dus ik deed wel wat en daar heb ik ook veel van geleerd. Het is belangrijk om maatschappelijk werk naast je studie te doen. U bent ook Officier van Justitie geweest, hoe vond u dat en waarom heeft u uiteindelijk er toch voor gekozen rechter te worden? Officier van Justitie is geweldig om te doen. Vooral omdat in die tijd de Officier van Justitie het paria van het juridische leven was. Toen en misschien tegenwoordig ook nog was de hele studie erop gericht om de Officier van Justitie te grazen te nemen. Dan moet je net mij hebben, dat vind ik interessant. Officier van Justitie is echter een hele zware baan, nog altijd, maar er heerst een geweldige groepssfeer: “ wij met z’n alle tegen de rest van de wereld” . Daarnaast leer je ontzettend goed de juridische praktijk. Als Officier
"Ik denk nog altijd dat het goed voor je is om na je bachelor van universiteit te wisselen" van Justitie moet je namelijk ontzettend veel zittingen doen en op al die zaken moet je kunnen presteren. Bij politierechterzittingen gaat dat om tientallen zaken op een dag. Dat heeft een advocaat niet, die heeft misschien één of twee zaken per dag. Je krijgt dus heel veel ervaring, ook in het verliezen en dat is heel belangrijk. Ik vind Officier van Justitie, net als de advocatuur, de ideale vooropleiding om
rechter te worden. Helaas zie je nu steeds meer dat mensen de interne opleiding voor rechter doen en niet meer buiten de rechtbank komen. Zij blijven dus in die rechtbank zitten en worden dan rechter. Zij missen dan dus de ervaring hoe het is om te pleiten en om te verliezen. Ik heb er uiteindelijk voor gekozen om rechter te worden omdat ik als Officier van Justitie toch wel heel veel jaren fraudezaken heb gedaan. Dat waren toen ontzettend grote zaken die aan mij begonnen te vreten. Als je Officier van Justitie bent en je doet allemaal kleine zaken, dan kun je om 17uur naar huis en heb je een heel leuk leven, maar als je grote zaken doet, neem je het letterlijk mee naar huis. Dat zijn zaken die je ook niet mag verliezen, er staat heel veel druk op je en dat is heel vervelend. Vervolgens heb ik nog een jaar kinderzaken gedaan, om een beetje uit te rusten, maar toen had ik het wel een beetje gezien. Ik had een nieuw plan en wilde graag kantonrechter worden. Dat leek me leuk en bovendien kon ik dan vaker thuis zijn bij de kinderen. U heeft ook een tijdje als griffier in Maastricht gewerkt, klopt dat? Dat was tijdens mijn opleiding, in Amsterdam was ik Officier in opleiding. Ik heb twee jaar op de griffie in Maastricht gewerkt als griffier. Toen waren er maar twee RAIO’s in de hele rechtbank, inmiddels zijn dat er tientallen. Bovendien waren er ook maar tien rechters in totaal, dus het was allemaal nog heel klein. We zaten toen nog aan de Minderbroedsberg, daar zat de hele rechtbank en het hele
JURIST in BEDRIJF
parket in. Maastricht als stad vond ik heerlijk. Ons oudste kind is daar op carnavalsmaandag geboren, op de plek waar nu de kinderrechter kantoor houdt. Hoe is het idee van de Rijdende Rechter ontstaan? Moest u daar auditie voor doen? Ze zijn bij mij langsgekomen of ik dat wilde doen samen met collega’s. Ze hadden nog een paar andere oudere rechters
"Als iemand een klap uitdeelt, wat ook absoluut niet mag, zeggen we nu: “u moet dat beschaafd oplossen en naar de rechtbank gaan”. Maar vervolgens zeggen we dan: “de mensen gaan te snel naar de rechtbank”
uitgezocht, maar wat ze niet vertelden was dat ze proefopnames maakten en de leukste eruit kozen. Ik wist dus eigenlijk niet dat ik auditie aan het doen was. Ik had toen niet kunnen vermoeden hoe het programma zich zou ontwikkelen. Het programma bestaat nu al heel erg lang, klopt het dat het programma nu wat meer humor bevat dan vroeger? Of herkent u deze ontwikkeling niet? Ik heb thuis nog van die videobanden van vroeger en daarop zie je hoe ik er vroeger bij zat. Dat was toen wel heel serieus en precies. Ik ben me door de jaren
13
ARTIKEL sproken natuurlijk niet, maar je moet daar als Rijdende Rechter niet naar kijken. We hebben onze website en daar staan van die duimpjes bij. Als 92% het niet goed vindt zou je denken dat je niet heel trots bent op jezelf, maar dan was het in ieder geval een spraakmakende uitzending. Het mooiste is als 50% positief is en 50% negatief. Het is wel aardig dat je nu feedback krijgt, dat krijg je als kantonrechter zelden. Ik denk niet dat ik daar anders van word. Je wordt je er natuurlijk wel steeds meer bewust van wat je aanricht. Als rechter kun je heel anoniem iemand zijn leven verwoesten, doordat je de wet toepast en je je geen zorgen hoeft te maken hoe het verder moet. Maar als kantonrechter heb ik ook altijd gedacht hoe het
heen meer op mijn gemak gaan voelen, dus daar zit zeker een verandering in. De zaken waren echter hetzelfde: groot deel burenruzies en ook een deel consumentenzaken. U bent als Rijdende Rechter televisie aan het maken. Heeft u soms problemen met het combineren van uw rol als rechter, de zakelijke rol, en de amusementskant? Nee, ik ben namelijk niet verantwoordelijk voor de opnames. Ik doe wat ik moet doen. Er is dus geen verschil tussen toen ik als kantonrechter optrad of nu als Rijdende Rechter optreed. Ik heb nu alleen wat meer tijd voor de mensen. Als kantonrechter trokken we voor een bepaalde zaak bijvoorbeeld een uur uit of zelfs een half uur, maar dat red je hier niet. De televisie neemt dus veel meer tijd in beslag, maar in de kern is het niet wezenlijk anders. Op social media komen nu ook reacties van mensen. Dat had u als kantonrechter niet. Vindt u dat vervelend? Reacties op twitter, facebook etc. is nieuw, dat hebben rechters normaal ge-
14
"Als je echt wat wilt doen met je juridische vak, zou ik me geen zorgen maken over de studierichting, want als je zorgt dat je beter bent dan anderen kom je overal aan het werk, zelfs in het strafrecht."
verder moest, ik hield daar altijd rekening mee. Dit wel eens tot boosheid van de advocaat van de partij die dacht dat ze de zaak 100% zeker gingen winnen. Denkt u dan toch niet dat het onbewust impact heeft op uw beslissingen? De feedback weerspiegelt namelijk hoe de maatschappelijke opvatting luidt en normaal gesproken verandert de beslissing van de rechter puur juridisch gezien niet zolang de wetgever het niet verandert. Je kan het nog zo vaak uitleggen, maar toch blijven mensen boos. Je moet je als rechter natuurlijk wel altijd afvragen: “kun je dit wel maken?”. Bij de Rijdende Rechter zit ik veel dichter op de mensen en zie beter wat er gaande is. Als je op de rechtbank zit en er zitten ook nog advocaten tussen die angstvallig proberen hun cliënt buiten beeld te houden, dan heb je dat veel minder. Ik denk in zijn algemeenheid dat advocaten er dus ook goed
JURIST in BEDRIJF
aan doen hun cliënten mee te nemen naar de zitting en als een cliënt daar iets wilt zeggen, ook al is het helemaal niet juridisch van aard, dat toch laten doen. Ik weet uit ervaring dat dit ervoor kan zorgen dat iemand een zaak wint of verliest. Ik heb het natuurlijk niet over zaken waar de uitkomst vastligt, maar juist in die zaken waar je twee kanten goed kan verdedigen, kan de mens achter het verhaal het verschil maken. Als de advocaat er dan voor kiest de cliënt weg houden, is de kans groter dat de beslissing meer juridisch wordt en het maatschappelijk belang wat kleiner wordt. Wat vindt u dan leuker? Als u de zaak als kantonrechter beslecht of als Rijdende Rechter? In wezen is het natuurlijk hetzelfde, maar kantonrechter is wat saaier. Als Rijdende Rechter heb ik natuurlijk heerlijke dagen. Ik word opgehaald en krijg heerlijk eten na de zitting. Dat soort luxe heb je op het kantongerecht niet. Daarnaast is op het kantongerecht de werkdruk ontzettend hoog. 25 jaar geleden deed ik vier/ vijf vonnisen per week, nu moet een kantonrechter er veel meer doen. Er moet dus veel productie worden gemaakt en dat is natuurlijk minder. Bij de Rijdende Rechter hebben we een vast aantal zaken die we inplannen en dat brengt een hoop rust met zich mee. De meeste zaken bij de Rijdende Rechter gaan over burenruzies: een schutting, een muurtje etc. Mist u dan niet de juridische diepgang? We hebben ook wel andere zaken, maar de ellende is dat dan de kijkcijfers instorten. We hebben weleens zaken gedaan over auteursrecht of consumentenrecht, maar dan haken kijkers sneller af. Dat zijn juridisch zeer interessante zaken, maar de mensen onthouden altijd de burenruzies. Echter, we doen 24 zaken per jaar en uiteindelijk zijn het vaak maar 10 zaken die daadwerkelijk over burenruzies gaan, maar die andere zaken onthouden de kijkers niet. U heeft ooit in een interview gezegd dat het aantal burenruzies stijgt, kunt u dat verklaren? Burenruzies zijn van alle tijden, maar
ARTIKEL zeggen. Je hebt buren die echt heel vervelend zijn en dan mag je best een grens trekken. Als je een buurman hebt met psychotische trekken heeft het weinig zin om toe te geven want dan gaat het toch door. Als je echt een asociale buurman hebt, heb je maar twee opties: of je leert er mee leven of je doet er iets aan. Een tussenweg is er niet. vroeger loste de mensen dat zelf op. Vaak gingen de heren of dames in kwestie elkaar te lijf en werd het zo uitgevochten. Tegenwoordig doen we er echter ontzettend moeilijk over. Als iemand een klap uitdeelt, wat ook absoluut niet mag, zeggen we nu: “u moet dat beschaafd oplossen en naar de rechtbank gaan”. Maar vervolgens zeggen we dan: “de mensen gaan te snel naar de rechtbank” . Vindt u dat elke burenruzie voor een rechter zou moeten kunnen komen? Moeten kunnen wel ja, ik zou niet weten waarom niet. Ik vind het een merkwaardige gedachtegang dat mensen met “kleine problemen” niet naar de rechter zouden kunnen, want wie mag dan wel naar de rechter? De rechtbank is dan kennelijk alleen bedoeld voor het grote geld, criminelen en voor vechtscheidingen, terwijl er toch een heleboel andere zaken zijn die net zo belangrijk zijn. Klopt het dat u ooit heeft gezegd dat je geen vrienden moet worden met je buren? Ja dat klopt, dat heb ik gezegd en daar sta ik nog steeds achter. Het is namelijk heel gevaarlijk daar vrienden mee te worden. Je moet natuurlijk goed omgaan met je buren en je kunt er best af en toe een borreltje mee drinken, maar je moet dat niet elke week doen. Ik merk dat als het dan wat minder loopt, wat vaker gebeurd, dan weten ze alles van elkaar en dan wordt het allemaal heel ingewikkeld. Met je buren op vakantie gaan is dus ook iets heel gevaarlijks! Heeft u zelf ooit met een burenruzie te maken gehad? We hebben allemaal weleens mee gemaakt dat het niet zo lekker ging natuurlijk, maar de bedoeling is dat je daar uit komt zonder proces. Wat ik wel altijd zeg is dat je niet alles tegen je moet laten
Hoe worden de zaken geselecteerd die bij de Rijdende Rechter komen? De eisende partij meldt zich aan. Dat zijn er altijd heel veel, maar de gedaagde partij moet altijd mee doen. Het is namelijk vrijwillige rechtspraak: bindend advies. Als de gedaagde partij ook meedoet, is het in principe een zaak die we kunnen draaien. Als het enkel een papierkwestie is, wordt het moeilijk deze zaak op beeld te krijgen, maar daar ga ik niet over. Als er wordt besloten dat een zaak geschikt is, zou ik in theorie nog kunnen zeggen “ik doe het niet”, maar dat is pas een keer voorgekomen. Er moet dus wel een hele belangrijke reden zijn waarom je een zaak niet kan doen. Hebben jullie gedurende de opnames weleens gezegd: “hiermee gaan we niet door”? Nee, dat is niet voorgekomen. Enkel in de voorselectie worden zaken afgewezen. We krijgen natuurlijk allerlei soorten zaken met verschillende soorten mensen, maar mijn uitgangspunt is altijd: als ze in de rechtbank zouden kunnen komen, dan moeten ze ook bij mij kunnen komen. Ik heb daar wel eens klachten over gehad, maar ik vind het een merkwaardige gedachte dat mensen met een psychisch probleem niet bij de Rijdende Rechter zouden mogen komen. De bedoeling is dat deze mensen anticiperen in de maatschappij, maar we zouden dat dan niet in beeld mogen brengen. Dat is natuurlijk vreemd. Het lijkt mij namelijk van maatschappelijk belang dat je ook de psychotische buurman in beeld mag brengen, want dan zien de mensen ook wat het gevolg is van de huidige tendens om mensen niet in een kliniek op te nemen, maar ze tussen de mensen te laten wonen. Als gevolg krijg je dat er af en toe rare dingen gebeuren en ik vind het hypocriet om te zeggen dat je dat dan niet in
JURIST in BEDRIJF
beeld zou mogen brengen. De meeste partijen zijn niet juridisch onderlegd. Daar komt natuurlijk veel emotie bij kijken, ze hebben sterke meningen etc. vindt u het dan niet moeilijk om uit te leggen hoe het werkt en waarom u tot een bepaald oordeel bent gekomen? Nee, dat is wel een leerstuk bij de Rijdende Rechter geweest. Je moet de mensen uitleggen hoe het zit, bovendien willen sommige mensen gewoon niet luisteren en dan houdt het op, maar je moet dat wel altijd proberen. Ik heb ook minder geduld met advocaten in de Rechtbank dan met de mensen die bij de Rijdende Rechter partij zijn. Ik ben altijd heel vriendelijk geweest en gedacht “een advocaat moet ook zijn geld verdienen”, maar dat is eigenlijk een vreemd uitgangspunt. Ik vind het wel vermoeiend als advocaten met allemaal vreemde verweren komen en niet meer praktisch nadenken. Daar moet je als rechter allemaal op reageren, allemaal opnemen in een vonnis terwijl een advocaat dat zelf ook wel weet. Je kan als rechter dan niet roepen: “joh, je weet zelf ook dat dat onzin is”, want dan loop je het risico gewraakt te worden. Heeft u nog een tip voor de huidige student? Mensen die zich continu zorgen maken of ze een carrière zullen krijgen, krijgen er vaak geen. Van de meeste mensen die het goed doen, hoor je vaak dat het toeval is. Het is wel de bedoeling dat je beter bent dan anderen, met middelmatigheid kom je er niet. Als je echt wat wilt doen met je juridische vak, zou ik me geen zorgen maken over de studierichting, want als je zorgt dat je beter bent dan anderen kom je overal aan het werk, zelfs in het strafrecht.
15
ARTIKEL
Het zelfbeschikkingsrecht van de zwangere vrouw Een groot aantal jaren werd de (gehuwde) vrouw geacht moeder te willen worden. Zodra de vrouw getrouwd was, diende per definitie elk kind welkom te zijn. Abortus was uit den boze en de vrouw diende zodra ze zwanger was blijmoedig de zwangerschap uit te dragen. Op een gegeven moment kwamen er voorbehoedsmiddelen en ontstond de mogelijkheid tot sterilisatie. In Nederland werden de vrouwen steeds mondiger. Vrouwen wilden zelf beslissen over het aantal kinderen dat zij graag wilden en het moment waarop zij zwanger wilden worden. Deze tendens werd onder andere bevestigd door een van de meest besproken zwangerschappen in 2011. Tineke Geessink beviel eind maart 2011 op 63-jarige leeftijd van haar dochter Meagen. Dit zorgde voor een stortvloed van overwegend negatieve reacties uit de samenleving. In dit artikel zal ik schrijven over het zelfbeschikkingsrecht van de zwangere vrouw. Hierbij zal ik specifiek ingaan op de houdbaarheid van de leeftijdsgrens voor de vrouw. Daarnaast zal ik aandacht besteden aan de vraag of de zwangere vrouw en de foetus aangemerkt dienen te worden als een twee-eenheid, waarbij de juridische en feitelijke beschikkingsbevoegdheid bij de vrouw ligt. Door: Silvie Joosten Een diepe kinderwens Tineke Geessink, een alleenstaande juriste, had zo een diepe kinderwens dat ze op haar 63-jarige leeftijd is bevallen van haar dochter. Door haar zwangerschap heeft zij zowel de grenzen opgezocht van hetgeen biologisch gezien mogelijk is, als de grenzen van hetgeen juridisch gezien in Nederland mogelijk is. Op grond van art.
16
27 Embryowet is in Nederland commerciële geslachtsceldonatie verboden. Op grond van art. 2 jo. 11 Wet Donorgegevens Kunstmatige Bevruchting is in Nederland anonieme kunstmatige donorbevruchting verboden. Tevens geldt voor IVF met behulp van gedoneerde eicellen een leeftijdsgrens van 45 jaren, op grond van het Modelreglement Embyrowet 2003. Ondanks deze
JURIST in BEDRIJF
wettelijke bepalingen kon Geessink haar kinderwens op 63-jarige leeftijd in vervulling laten gaan, dankzij anonieme eicel- en spermadonatie en een IVF-behandeling bij de Italiaanse arts Severino Antinori. Door de geslachtscellen in het buitenland te verwerven en de bevruchting in Italië te laten plaatsvinden kon de Nederlandse wetgeving omzeild worden.
ARTIKEL Een discussie die naar aanleiding van deze zwangerschap ontstond had betrekking op de vraag wat de consequenties voor het kind en de samenleving zouden zijn, wanneer de juridische leeftijdsgrens voor het krijgen van een kind in Nederland zou wor-
Door de geslachtscellen in het buitenland te verwerven en de bevruchting in Italië te laten plaatsvinden kon de Nederlandse wetgeving omzeild worden. den verhoogd. Voorts speelde de wellicht meer morele vraag of deze consequenties opwegen tegen een diepe kinderwens. Het Europese Hof voor de Rechten van de Mens (Hierna: EHRM) leidt uit art. 8 EVRM het recht op voortplanting af en heeft dit recht erkend in haar jurisprudentie. Uit het recht op respect voor het privé- en gezinslezen leidt het EHRM het recht af zich ongestoord te kunnen voortplanten en het recht op toegang tot voortplantingstechnologieën. Derhalve ontstaat al snel de vraag of we in Nederland wel dienen vast te houden aan een leeftijdsgrens voor het krijgen van een kind. Erkenning van de belangen van het kind door het Nederlandse recht Wanneer de leeftijdsgrens voor het krijgen van een kind zou worden verhoogd, is waarschijnlijk een veel voorkomende opvatting dat de belangen van het kind in het geding komen. Zo loopt het kind een groter risico vroeg wees te worden en is het de vraag of de ouders die op oudere leeftijd een kind krijgen fysiek en mentaal nog in staat zijn de zorg en aandacht aan het kind te bieden die het nodig heeft. De vraag is of het belang van het kind kan worden beschermd door middel van regelen wetgeving.
dit vordert. Komt het dood ter wereld, dan wordt het geacht nooit te hebben bestaan”. Art. 1:2 BW speelt echter pas wanneer de vrouw daadwerkelijk zwanger is en derhalve nog niet wanneer er een besluit dient te worden genomen over het al dan niet krijgen van een kind. Desalniettemin kent het recht diverse voorbeelden waaruit blijkt dat in Nederland de belangen van toekomstige kinderen wel binnen het recht worden erkend. Hierbij valt te denken aan de bepalingen die strekken tot het verbieden van het gebruik van sperma of eicellen van anonieme donoren. Deze bepalingen zijn opgenomen met het oog op het fundamentele belang van het toekomstige kind om te weten wie zijn of haar biologische ouders zijn. Een ander voorbeeld is het verbod op het klonen van mensen. Ondanks dat blijkt dat de rechten van ongeboren kinderen wel in het Nederlandse recht worden erkend, is het de vraag of met het oog op de belangen van het ongeboren kind de wetgever iets kan betekenen. Er dient dan namelijk een afweging te worden gemaakt tussen enerzijds het krijgen van een kind op oudere leeftijd ten opzichte van een kind dat helemaal niet geboren zal worden. De “Baby Kelly-zaak” In de discussie met betrekking tot het belang van het toekomstige kind wordt door auteurs gewezen op de zogenoemde “Baby Kelly-zaak”. In deze zaak ging het om het
volgende. Een vrouw die zwanger raakte vroeg aan de verloskundige of onderzoek van de vrucht nodig was in verband met ernstige erfelijke afwijkingen in de familie van haar man. De verloskundige vond dit niet nodig.Vervolgens werd Kelly geboren met de desbetreffende afwijkingen. Vaststond dat bij nader onderzoek de afwijkingen van de vrucht kenbaar zouden zijn geworden en dat naar aanleiding daarvan de moeder en vader tot afbreking van de zwangerschap zouden hebben besloten. De ouders van Kelly vorderden vergoeding van de schade die zij hebben geleden doordat hun dochter ernstig gehandicapt geboren is. Daarnaast vorderden zij als wettelijke vertegenwoordigers de schade die Kelly na haar eenentwintigste jaar zou lijden ten gevolge van haar handicaps en de immateriële schade die zij zou lijden ten gevolge van het feit dat ze geboren was, de zogenoemde claim van “wrongful life”. De Hoge Raad wees de schadevergoeding toe. Alle kosten van de ouders voor verzorging en opvoeding, inclusief alle extra kosten die samenhingen met de handicaps van Kelly dienden te worden vergoed. Daarnaast werden de kosten toegewezen voor de psychiatrische behandeling van de moeder en vergoeding van immateriële schade van de moeder, omdat door de fout van de verloskundige inbreuk was gemaakt op haar zelfbeschikkingsrecht. Dit gold tevens voor de vader.Tot slot werd vergoeding van immateriële schade aan Kelly toegekend. Kelly had volgens de Hoge Raad geen recht om over haar eigen abortus te beslissen, dit recht kwam enkel aan de moeder toe.
Het probleem waar men allereerst tegenaan loopt is de vraag of belangen van toekomstige kinderen door het recht worden erkend. Een ongeboren kind is namelijk nog niet aan te merken als een rechtssubject. Wel kent het recht art. 1:2 BW, welk artikel bepaalt: “Het kind waarvan een vrouw zwanger is wordt als reeds geboren aangemerkt, zo dikwijls zijn belang
JURIST in BEDRIJF
17
ARTIKEL
Daarnaast vorderden zij als wettelijke vertegenwoordigers de schade die Kelly na haar eenentwintigste jaar zou lijden ten gevolge van haar handicaps en de immateriële schade die zij zou lijden ten gevolge van het feit dat ze geboren was, de zogenoemde claim van “wrongful life”
Deze zaak wordt specifiek in verband met de belangen van het kind genoemd, omdat het aantoont dat onder omstandigheden een kind wel degelijk belang lijkt te hebben bij het eigen niet-bestaan. Een toekomstig kind kan derhalve wel degelijk gebaat zijn bij de bescherming van zijn of haar belangen. De vraag is echter, met name met het oog op de discussie van de leeftijdsgrens, welke rol hier dan voor de wetgever is weggelegd. Een groot issue is namelijk wie kan bepalen bij welke ouders een kind het beste af is. Eenieder heeft het recht zich voort te planten.Veel kinderen komen derhalve bij ouders ter wereld waarbij niet overtuigend kan worden gesteld dat deze ouders goed voor het kind kunnen zorgen, los van het hebben van een bepaalde leeftijd. Men kan zich daarom afvragen of er überhaupt wel een rol is weggelegd voor de wetgever om grenzen te stellen aan de leeftijd van toekomstige ouders met het oog op de belangen van het (toekomstige) kind. Een controversiële discussie Het lijkt derhalve zo te zijn dat het Nederlandse recht de belangen van toekomstige kinderen erkend en dat onder omstandigheden een (toekomstig) kind hier wel degelijk belang bij heeft. Dit wordt tevens door de Hoge Raad erkend. Er zijn dan ook vele argumenten aan te voeren waarom criteria voor het krijgen van een kind nodig zijn, waaronder het stellen van een bepaalde leeftijdsgrens. Artsen en andere deskundigen nemen door het opstellen
van richtlijnen hun verantwoordelijkheid en dienen daarmee de belangen van het toekomstige kind, de ouders en de samenleving. Aan overheidsbemoeienis op dit terrein lijken evenwel de nodige haken en ogen te kleven en de wetgever zal zich al snel op glad ijs begeven. Er dient namelijk bijna te worden beslist over de vraag welk leven het wel en welk leven het niet waard is om geleefd te worden. De vraag is of de wetgever hierover kan beslissen of daar eigenlijk zijn taak te buiten gaat. Het is duidelijk dat het zo dient te zijn dat de belangen van het toekomstige kind in oogschouw worden genomen, maar anderzijds het zelfbeschikkingsrecht van de vrouw gewaarborgd wordt. Deze materie zorgt in elk geval voor een controversiële discussie. Door de groei van de medische mogelijkheden, waardoor het mogelijk lijkt te zijn dat ouders op steeds latere leeftijd een kind krijgen, zal deze discussie nog niet ten einde zijn. De juridische status van het ongeboren kind Een stadium later, zodra de vrouw zwanger is, speelt de vraag wat de juridische status van het ongeboren kind is. Ligt de beschikkingsbevoegdheid volledig bij de vrouw of heeft een ongeboren kind ook eigen rechten? In 1984 werd in Nederland de Wet Afbreking Zwangerschap ingevoerd. In deze wet is bepaald dat een vrouw haar zwangerschap kan afbreken tot het moment waarop de vrucht levensvatbaar is. Dat is ongeveer na vierentwintig weken. Tot dat moment lijkt de vrouw derhalve een absoluut zelfbeschikkingsrecht te hebben. Na dit moment is het afbreken van de zwangerschap in beginsel verboden. In het gezondheidsrecht wordt de leer van de toenemende beschermwaardigheid van de ongeborene gehanteerd. Deze leer houdt in dat wanneer de vrucht zich meer ontwikkelt, deze meer eigen rechten en derhalve meer rechtsbescherming toekomt. Het systeem voor het afbreken van de zwangerschap lijkt derhalve goed aan te sluiten bij dit systeem. Feit blijft echter dat in Nederland pas vanaf de geboorte een kind drager is van rechten en voor die tijd slechts beschermingswaardig is. Dit is tevens erkend door het EHRM. Voorkomen is beter dan genezen Sommige ongeboren kinderen worden al in een zeer vroeg stadium van de zwangerschap blootgesteld aan ernstige gezond-
JURIST in BEDRIJF
Deze mogelijkheid biedt art. 8 EVRM. De persoonlijke autonomie van de moeder kan worden beperkt vanwege onder meer de bescherming van de gezondheid en de rechten en vrijheden van anderen. heidsrisico’s. Dit wordt “prenatale kindermishandeling” genoemd. In dat geval staan de rechten van de zwangere vrouw in de weg aan het ingrijpen ter bescherming van het ongeboren kind. Met het oog op het zelfbeschikkingsrecht en het recht op lichamelijke integriteit van de vrouw is hier wat voor te zeggen. Echter, er zijn gevallen denkbaar waarbij gezondheidsschade zou kunnen worden voorkomen door zorg, begeleiding etc. tijdens de zwangerschap. Hierdoor kunnen tevens de “wrongful life claims” worden voorkomen. Rechters maken in dit verband soms dankbaar gebruik van art. 1:2 BW. Daarnaast wordt door rechters soms ingegrepen door over te gaan tot een voorlopige ondertoezichtstelling. Doordat de grens in het wettelijk systeem ligt bij het levensvatbaarheidscriterium, kan de rechter deze ingrepen echter niet toepassen in de eerste vierentwintig weken van de zwangerschap. Toch is het niet uitgesloten dat ook in deze periode met behulp van het recht door middel van dwang wordt ingegrepen. Deze mogelijkheid biedt art. 8 EVRM. De persoonlijke autonomie van de moeder kan worden beperkt vanwege onder meer de bescherming van de gezondheid en de rechten en vrijheden van anderen.Van deze mogelijkheid kan niet lichtvaardig gebruik worden gemaakt, maar het is derhalve juridisch niet uitgesloten in bijzondere omstandigheden tijdens de zwangerschap door middel van het recht in te grijpen ter bescherming van de gezondheid van het ongeboren kind. Het lijkt derhalve mogelijk te zijn dat ook tijdens de zwangerschap rekening wordt gehouden met de belangen van het ongeboren kind. Het recht biedt mogelijkheden deze belangen te laten prevaleren boven het zelfbeschikkingsrecht en de lichamelijke integriteit van de zwangere vrouw.
19
DAGBOEK
Een greep uit de week van... Silvie Joosten, student-stagiair bij Houthoff Buruma in Amsterdam
MAANDAG De tweede week van mijn twee maanden durende stage bij Houthoff Buruma te Amsterdam is aangebroken, de eerste week is omgevlogen! Omdat Amsterdam voor een studente uit Maastricht niet om de hoek ligt, heb ik het geluk gebruik te mogen maken van het studentenappartement van Houthoff Buruma. Dit appartement ligt naast het kan-
20
toor, waardoor ik binnen vijf minuten vanuit het appartement op mijn werkplek ben. Deze werkplek bevindt zich op de sectie Dispute Resolution, waar ik mij bezig houd met het bestuursrecht. Om 9:00 uur begint de dag en word ik al snel gevraagd mee te gaan voor het halen van een kopje koffie. Met een cappuccino binnen handbereik begin ik met mijn opdrachten. Twee ad-
JURIST in BEDRIJF
vocaten schrijven een artikel over een milieurechtelijk onderwerp en ik mag hier een bijdrage aan leveren. Voor mij is dit een mooie uitdaging, omdat milieurecht een rechtsgebied is dat tijdens mijn studie niet (veel) aan de orde is gekomen. Dit maakt het extra interessant en ik begin dan ook mij over het onderwerp in te lezen. Vervolgens word ik al snel opgehaald voor het werkoverleg. Hier wordt door eenieder van de sectie verteld waar hij/zij zich in de aankomende week mee bezig zal houden. Na het werkoverleg ga ik verder met het inlezen en nadat ik voor mezelf een helder beeld over het onderwerp heb geschetst ga ik verder met het schrijven van een notitie over dit onderwerp. Rond 12:00 uur gaan we lunchen. Bij Houthoff Buruma is het gebruikelijk samen te lunchen met de mensen van de sectie, wat altijd een leuke onderbreking van de werkzaamheden vormt. Even het hoofd leegmaken en de mensen van de sectie beter leren kennen. Na de lunch ga ik verder met het schrijven van de notitie. Tevens is het bij Houthoff Buruma gebruikelijk dat de studentstagiaires om 16:00 uur samen een kopje koffie drinken. Op die manier hoor je waar andere studentstagiaires zich mee bezig houden en hoe het er op andere secties aan toe gaat. We zijn gestart met acht studentstagiaires en we vormen samen een leuke groep die regelmatig leuke dingen doet. Rond 17:30 uur lees ik de notitie tot zover aandachtig door en bekijk het kritisch op fouten. Om 18:00 uur is de eerste werkdag van
DAGBOEK de week alweer ten einde en ga ik terug naar het studentenappartement waar ook mijn huisgenoot enthousiast thuis komt van zijn stagedag.
DINSDAG De dag begint met het lezen en beantwoorden van nieuwe e-mails. Vandaag houd ik mij bezig met overheidsaansprakelijkheid, specifiek met onrechtmatige overheidsdaad. Over dit onderwerp zoek ik actuele jurisprudentie en literatuur met betrekking tot relevante leerstukken die vanaf 2009 veel in de literatuur aan de orde zijn gekomen. De notitie die ik vandaag schrijf gaat specifiek over het leerstuk van het causaal verband en ik richt mij op interessante vraagstukken die de afgelopen jaren menig auteur heeft bezig gehouden. Deze actualiteiten verwerk ik in een notitie, welke wordt gebruikt ter ondersteuning voor een cursus die Houthoff Buruma verzorgt aan juristen die zich bezighouden met overheidsaansprakelijkheid. Het is erg interessant om deze leerstukken uit te pluizen, omdat het voor mij nu duidelijk wordt hoe de theoretische leerstukken in de praktijk worden toegepast. Door de studentstage komt de theorie tot leven en blijkt de theorie veel dynamischer dan ik vaak aanvankelijk tijdens het studeren dacht. Ook vandaag gaan we rond 12:00 uur met de sectie lunchen. Rond 16:00 uur is mijn notitie klaar. Ik lever de notitie nog niet meteen in, maar kijk het kritisch na en leg het ter zijde zodat ik er de volgende dag nog even met een frisse blik naar kan kijken. Vervolgens houd ik mij bezig met een opdracht met betrekking tot een EUverordening over het typegoedkeuring van personenauto’s. Ter ondersteuning van een advocaat zoek ik hiervoor bepaalde dingen uit. Wanneer ik heb gevonden wat ik zoek,
print ik alles, markeer de belangrijkste punten en licht het mondeling toe. Ik hoef hierover geen memorandum of notitie te schrijven. Na deze opdracht is het alweer 18:00 uur en is de stagedag ten einde.
WOENSDAG Ook vandaag houd ik mij bezig met overheidsaansprakelijkheid bij onrechtmatige overheidsdaad. Vandaag schrijf ik een notitie met betrekking tot onrechtmatigheid door feitelijk handelen en besluiten. Er is veel recente jurisprudentie en literatuur te vinden over onrechtmatigheid wegens feitelijk handelen,
specifiek door middel van het doen van uitspraken, toezeggingen en informatieverstrekking. Tevens is over dit onderwerp een masterthesis geschreven, welke is bekroond door het NJB. Derhalve is er genoeg interessante informatie en kan ik mij de hele dag bezig houden met het schrijven van een notitie waarin ik de belangrijkste leerstukken formuleer. Ik vind het erg interessant me hierin te verdiepen, omdat ook dit een onderwerp is wat tijdens het volgen van het mastervak “verdieping bestuursprocesrecht” uitgebreid aan de orde is gekomen.
DONDERDAG De ochtend houd ik mij bezig met de notitie waar ik woensdag aan heb gewerkt. Rond 11:30 uur is deze notitie klaar en kijk ik het nog eens grondig na op fouten. Na de lunch houd ik mij bezig met een vraagstuk met betrekking tot de Wet Openbaarheid van Bestuur (hierna: WOB). Voor een advocaat zoek ik uit of een verzoek op grond van de WOB zover strekt dat deze mede betrekking heeft op documenten die zijn
JURIST in BEDRIJF
vervaardigd na het moment van het besluit in primo. Na het lezen van jurisprudentie en literatuur vind ik uiteindelijk het antwoord in een van de vele boeken uit de bibliotheek van Houthoff Buruma. Ik verwerk mijn antwoord in een memorandum. Ook nu wacht ik nog even met het inleveren totdat ik het de volgende ochtend goed heb nagekeken. Voor ik het weet is het alweer 18:00 uur en gaan we met alle studentstagiaires gezellig uiteten!
VRIJDAG De laatste dag van de tweede stageweek is alweer aangebroken. Om 9:00 uur begin ik de dag met het nakijken van het memorandum dat ik donderdag heb geschreven. Na het helemaal gecontroleerd te hebben lever ik het met een voldaan gevoel in. Vervolgens krijg ik feedback op een eerder geschreven notitie. Aan de hand van deze feedback pas ik de notitie aan. Vervolgens is het 12:00 uur en tijd voor de lunchpauze. Op vrijdag is het gebruikelijk om als studentstagiaire niet met de sectie te lunchen, maar samen met alle andere studentstagiaires. Dit vormt altijd een gezellig half uur waar de plannen voor het weekend uitgebreid worden besproken. Na de lunch krijg ik de vraag twee recente uitspraken en een artikel met betrekking tot overheidsaansprakelijkheid bij onrechtmatige overheidsdaad uit te werken in een notitie. Hier houd ik mij de rest van de middag mee bezig. Wanneer de stagedag ten einde is en het weekend voor de deur staat, word ik opgehaald om mee te gaan naar de vrijdagmiddagborrel. Dit vormt een gezellige afsluiting van de week en een perfect begin van het weekend!
21
STELLING
"Het verhogen van de alcoholgrens naar 18+ jaar is een effectief middel om overmatig alcoholgebruik onder tieners terug te dringen"
Danique Oomen, 22 jaar, Master Privaatrecht. Met deze stelling ben ik het oneens. Ik verwacht dat het alcoholgebruik juist zal toenemen. Jongeren rond de leeftijd van 16 jaar gaan nu eenmaal stappen en naar feestjes. Ik verwacht niet dat zij zich zullen laten tegenhouden om te drinken. Misschien wordt het hun in horeca gelegenheden lastig gemaakt om aan alcohol te komen. Maar zij kunnen nog steeds aan drank komen doordat zij het laten halen in de supermarkt
22
bijvoorbeeld. Ik verwacht daarom dat er thuis stiekem veel meer wordt "ingedronken". Dit gaat vaak zonder toezicht en in veel grotere hoeveelheden dan in een café. Want in een café is drank veel duurder en jongeren hebben niet zo veel geld. Daarnaast is daar meer toezicht. Kijk ook naar Amerika, daar worden enorme illegale huisfeesten gegeven die compleet uit de hand lopen. Wie weet staat ook dat in Nederland te gebeuren!
JURIST in BEDRIJF
Janneke Bootsma, 21 jaar, Master Management, Policy Analysis and Entrepreneurship in the Health and Life Sciences. Eens, ik verwacht alleen niet dat alle gevallen van overmatig alcoholgebruik onder 18 jaar worden voorkomen. Er blijft altijd wel een groep tieners die alsnog stiekem drinkt of wel van hun ouders mogen drinken onder 18 jaar. Het is denk ik onmogelijk om dat helemaal te voorkomen. Voor de andere groep tieners heeft het beleid denk ik
STELLING
wel effect. Dan bedoel ik de groep die thuis onder het toezicht van ouders wel pas op hun 18e mogen meedrinken. Ik verwacht dat minderjarige tieners daardoor de risico’s van alcohol langzamerhand beter beseffen als de grens op 18 jaar ligt. De leeftijd van het vroeg beginnen met overmatig alcoholgebruik zal als gevolg denk ik over een paar jaar hoger zijn dan voorheen, als deze wet de beginfase voorbij is. Koen van Wijk, 23 jaar, Notarieel Recht, Radboud Universiteit. De verhoging van de alchoholgrens voor minderjarigen is in mijn ogen een betuttelende overheidsmaatregel. De regeling is dusdanig opgesteld dat het verkrijgen van alcohol door minderjarigen strafbaar is, maar het hebben van alcohol op niet openbare plekken (lees: in privésfeer) niet. Het gevolg hiervan is dat de plek waar het meest door tieners gedronken werd niet verdwenen is: thuis. Ook is het niet in kaart te brengen hoeveel jongeren drinken. Het zou in mijn ogen beter zijn om een maximum hoeveelheid alcoholische consumpties per leeftijdsgroep vast te stellen. Zo zouden minderjarigen bijvoorbeeld maximaal 2 alcoholische consumpties mogen krijgen, bij te houden via een systeem gekoppeld aan het identiteitsbewijs. Hierdoor leren
jongeren verantwoord met alcohol om te gaan. Anne Schouten, 21 jaar, European Law School. Ik denk dat het verhogen van de alcoholgrens er wel voor zal zorgen dat een aantal jongeren later zal beginnen met drinken maar het verhogen van de leeftijdsgrens alleen zal niet genoeg zijn om het overmatige alcohol gebruik te verminderen. Belangrijk is vooral hoe ouders hiermee omgaan en of zij hun kinderen ook echt gaan verbieden om te drinken. Het heeft namelijk geen zin als jongeren zelf geen drank mogen kopen maar als ouders het wel halen omdat zij het gevaar van alcohol niet inzien. Daarnaast denk ik dat de wetgeving die het in het bezit zijn van drank onder de 18 strafbaar stelt ook een groot verschil zal maken omdat jongeren dan zelf strafbaar zullen worden voor hun alcohol gebruik in plaats van alleen de verkopers. Juriaan de Vries, 25 jaar, Master Handels- en Ondernemingsrecht. Tot op een zekere hoogte kan ik mij voorstellen dat een verhoging van de alcoholgrens naar 18 jaar effectief kan zijn. In de Verenigde Staten, waar de leeftijdsgrens 21 jaar is, zijn er studies
JURIST in BEDRIJF
waaruit is gebleken dat de studenten daar minder geneigd zijn om veel te drinken en dat zij minder vaak betrokken zijn bij verkeersongelukken waar alcohol in het geding is. Feit blijft wel dat ik verwacht dat deze wetgeving vaak overtreden zal worden. Er is altijd wel een broer, zus, of vage kennis die jongeren aan alcohol wil helpen of je een DIY identiteitskaartje wil aangeven. Maar dat betekent niet dat dit soort wetgeving onderschat moet worden. Overigens denk ik dat het in combinatie met andere initiatieven de effectiviteit ten goede zou komen. Vooral informatie verstrekking met betrekking tot de (eventuele) schadelijke gevolgen voor jongeren op de lange termijn en over alcohol in het verkeer, zouden hier positief aan kunnen bijdragen. Rein Bressers, 25 jaar, Master Handels- en Ondernemingsrecht. Eens. Ik denk dat het verhogen van de leeftijdsgrens voor alcoholgebruik ervoor zorgt dat de leeftijd waarop jongeren voor het eerst alcohol drinken omhoog zal gaan. Voor het verhogen van de leeftijdsgrens van 16 naar 18 jaar dronken jongeren al vaak voor hun 16de hun eerste biertjes, wijntjes en breezers. Dit werd tot op een zekere hoogte sociaal geaccepteerd. Ik verwacht echter dat over enkele jaren, wanneer iedereen gewend is aan de verhoogde leeftijdsgrens, het maatschappelijk niet meer geaccepteerd wordt en ouders het ook niet meer zullen toestaan dat jongere tieners zich af en toe aan overmatig alcoholgebruik overgeven.
Stelling: Eens: 43% Oneens: 54% Neutraal: 3%
23
GROETEN UIT
Groeten uit… Aruba! Mijn naam is Stef van Heezik en ik ben 21 jaar oud. Ik ben geboren in Maastricht en studeer Rechtsgeleerdheid aan de Universiteit Maastricht. Op dit moment ben ik mijn laatste keuzevakken, Arubaans personen- en familierecht en Arubaans belastingrecht, aan de Universiteit van Aruba aan het afronden. Als ik in januari terug ben in Nederland ga ik mijn bachelor scriptie maken en daarna ben ik klaar met mijn bachelor opleiding.
Door: Eva Hendrikx
Hoe kwam je erbij om in het buitenland te gaan studeren en waarom juist Aruba? De wil om een tijdje in het buitenland te gaan studeren is ontstaan doordat vrienden van mij ook een exchange programma hebben gevolgd. Hier heb ik alleen maar enthousiaste verhalen over gehoord en tevens zag ik hoe leuk zij het hebben gehad toen ik hen ging opzoeken. Mijn eerste intentie was om naar een grote stad, zoals Barcelona of Londen, te gaan. De mogelijkheden voor een student Rechtsgeleerdheid zijn echter iets beperkter, aangezien het exchange programma geen verplicht onderdeel van deze studie is. Er is namelijk een beperkt aantal plekken per stad beschikbaar. Barcelona, mijn eigenlijke eerste keus, was helaas niet meer beschikbaar voor mij. Uiteindelijk is het Aruba geworden en om eerlijk te zijn ben ik hier achteraf heel blij mee. Steden als Barcelona en Londen zijn dichtbij en dus makkelijker en goedkoper te bereiken, Aruba was dus een grotere uitdaging.Tevens was ik
24
nog nooit in Aruba geweest, dus weer een nieuwe ervaring erbij! Hoe heb je informatie gevonden om naar Aruba te gaan? Via Danielle Schneider heb ik informatie gekregen over de mogelijkheden om naar het buitenland te gaan. Met haar heb ik contact gehad aangezien zij de aangewezen persoon binnen de Universiteit Maastricht is. Verder heb ik zelf veel contact gehad met mensen van de Universiteit van Aruba om het een en ander te regelen. Hoe zit het met de financiën? Toen ik op Aruba aankwam was het al snel duidelijk dat een auto hebben een must is; fietsen is levensgevaarlijk aangezien de mensen hier niet gewend zijn aan fietsers en het niveau van de gemiddelde autobestuurder ook stukken lager ligt dan in Nederland. Tevens zijn de wegen ’s nachts niet erg goed verlicht. Een auto huren kost mij rond de 300 euro in de maand; een redelijk grote kostenpost dus.
JURIST in BEDRIJF
Daarnaast betaal ik ongeveer 380 euro voor mijn kamer, met eigen badkamer en ‘keuken’. De gemiddelde uitgaven voor mijn boodschappen zijn iets hoger dan in Nederland, aangezien bijna alles wordt geïmporteerd. De grootste tegenvaller is de prijs van alcohol. Bier is veel duurder dan in Nederland. Hoe bevalt het land Aruba? Het was op het begin erg wennen. Ik kwam aan op het vliegveld en werd opgehaald door de decaan van de rechtenfaculteit. De eerste indruk die ik had: warm! De eerste avond heb ik al meteen leuke mensen leren kennen. Ik woon namelijk op een plek waar heel veel andere mensen van mijn leeftijd (veel Nederlanders, maar ook Duitsers en Amerikanen) wonen. Er heerst hier echt een gezellige sfeer en er zijn altijd mensen om mee om te gaan. De eerste keer dat ik aankwam op een van de stranden die Aruba te bieden heeft stond ik met mijn mond open te kijken.
GROETEN UIT Het is net een paradijs, en ja de stranden zijn inderdaad echt zo wit en de zee is echt zo helder als je op alle afbeeldingen ziet. Met eigen ogen de zee bewonderen is nog veel beter dan dat. Verder is het leven hier heel fijn; de mensen zijn aardig, gastvrij en vrolijk. Het is 90% van de tijd zonnig en dat maakt het leven hier al erg fijn. Er is in vergelijking met grote wereldsteden vrij weinig te doen, maar toch verveel ik mij hier nooit. Wat zijn de verschillen met Nederland? Het grootste verschil met Nederland is het weer; zoals ik al zei, het is hier 90% van de tijd zonnig. Op het moment is het 25 november, en ik kijk naar buiten en zie een blauwe lucht met enkele wolkjes, zon en palmbomen. Een ander verschil met Nederland is de levensstijl van de mensen. Hier is iedereen veel rustiger, minder gehaast en relax. In Nederland zijn mensen meer prestatiegericht en gehaaster. Naar mijn mening zijn mensen hier af en toe wel iets te relax. Afspraken nakomen is een ‘probleem’ op het eiland. Als er iets moet worden gedaan vandaag de dag, maar als dat ook morgen kan; dan doet men het liever morgen. Verder is een groot verschil de infrastructuur: de wegen zijn hier slechter, de straatnaamborden zijn hier moeilijk te vinden en de verlichting langs de weg is minder goed dan in Nederland. Het is hier onveiliger op de weg, aangezien de mensen gewoon minder goed kunnen rijden. Tevens zijn hier veel mensen die dronken achter het stuur kruipen. Daarnaast is ook het openbaar vervoer hier slecht geregeld in vergelijking met Nederland.
hetgeen erg leuk is om mee te werken; ze willen entertainment en als ze tevreden zijn geven ze goede fooi. Ik heb hier ook goede vrienden gemaakt met een aantal collega’s en sindsdien ga ik meer om met hen dan met alle Nederlanders waarmee ik ‘samenwoon’. Vanaf nu ben ik ook op andere plekken van het eiland gekomen, zoals lokale bars. Verder ga ik naar de sportschool en af en toe ga ik met een aantal vrienden voetballen. Ik ben een aantal keer naar de bioscoop geweest, hetgeen hier erg goedkoop is; voor 3 euro ga je naar de film. Een van de leukste dingen die ik hier heb meegemaakt was ‘Electric Festival’. Dit is een driedaags festival met overdag poolparties en ’s avonds een feest in een club, daarna afterparties op het strand. In Nederland heb ik al veel festivals bezocht, maar door het weer en de locatie was dit toch wel een unieke ervaring. Hoe bevalt de universiteit? De universiteit bevalt erg goed. Het vak personen- en familierecht heb ik ondertussen afgesloten. Ik vond het een interes-
sant vak en had een leuke, Nederlandse, docente. Ik moet eerlijk zeggen dat het tempo en niveau wel lager liggen dan op de Universiteit Maastricht. De inhoud is echter hetzelfde; we gebruikten een Nederlands handboek als literatuur. Het tentamen voor het vak belastingrecht moet ik nog maken. Het onderwijs van dit vak was wat minder prettig; we hebben alleen maar colleges gehad, dus geen literatuur. De docente voor dit vak is een gastdocente, die dit als eerste keer doet. De oorspronkelijke docent is namelijk sinds dit jaar aangesteld als Minister van Financiën. Het fijne aan onze docente is dat ze bij de belastingdienst heeft gewerkt, en op dit moment als belastingadviseur werkt. Ze heeft dus veel praktijkvoorbeelden om het een en ander te verduidelijken. Al met al heb ik het niet heel druk gehad met mijn studie. Ik heb wel op een prettige manier kunnen werken op de universiteit; de mensen zijn ontzettend vriendelijk en behulpzaam. De universiteit is zeer kleinschalig en daardoor is er veel persoonlijk contact met de docenten.
Wat doe je naast de studie? Op het begin ben ik naast mijn studie vaak uit eten geweest, veel wezen stappen en heb ik veel op het strand gelegen. Snel besefte ik dat een bijbaan wel erg handig zou zijn, aangezien mijn geld er snel doorheen ging. Na anderhalve maand hier te zijn ben ik begonnen met werken als kelner bij een van de betere restaurants op Aruba, genaamd pinchos. Het is een restaurant op een pier, zo’n 60 meter de zee op. Het is een prachtige plek om te werken en al mijn collega’s zijn erg fijn om mee te werken. Het merendeel van de gasten is Amerikaan,
JURIST in BEDRIJF
25
JURIST IN BEDRIJF Hoe heb je je eigen studententijd ervaren? Heel cliché, maar het was de beste tijd uit mijn leven, tot nu toe. Ik heb alles er uit gehaald wat ik eruit wilde halen; naast mijn studies goed afgerond te hebben, heb ik vriendschappen opgedaan voor het leven en ontzettend veel plezier gehad in alles wat ik deed. Wat doe je momenteel? Ik werk als junior Company Lawyer bij Intertrust. Daar volg ik het eerste jaar een speciaal traineeship programma waarin je wordt opgeleid tot Company Lawyer en trust officer. Hoe ben je hier terecht gekomen? Via een recruitment bureau waar ik goede connecties heb. Wilde je tijdens je studie altijd al bij een trustkantoor werken? Tot het moment dat ik gebeld werd voor deze functie, had ik nog nooit van een trustkantoor gehoord. Maar ik ben zeer aangenaam verrast door de mogelijkheden die er worden geboden en de leuke, afwisselende en diverse werkzaamheden.
Door: Marieke Bettelheim
Wil je jezelf kort introduceren? Francis ten Broeke, 25 jaar. Ik heb in Maastricht gestudeerd en daar een bachelor en twee masteropleidingen afgerond. Sinds 4 maanden werk ik als junior Company Lawyer bij Intertrust Group, een trustkantoor in Amsterdam. Waarom ben je rechten gaan studeren? Ik ben eigenlijk European Law School gaan studeren omdat het een Engelstalige studie is en ik bewust niet een van de toga beroepen wilde gaan uitoefenen na mijn studie. Ik wilde geen Nederlands recht studeren, dat leek me erg saai en droog. Later ben ik hier wel op teruggekomen en heb ik gemerkt dat je heel creatief moet zijn om goed te zijn in een rechtenstudie. Welke master(s) heb je gedaan en waarom heb je hiervoor gekozen?
26
Ik heb eerst de master International Laws gedaan; een master die twee jaar duurt en waarvoor je een speciale toelating moet doen. Het internationale aspect van deze master trok mij erg aan en daarnaast ook de voordelen dat je een tijd in het buitenland moet studeren. Dat je een andere taal leert, in mijn geval was dat Frans. De diversiteit en de ruimte die je krijgt om jezelf optimaal te ontwikkelen, waren voor mij erg belangrijke redenen om voor deze master te gaan. Ik wil altijd nieuwe dingen doen en leren en daarbij mezelf uitdagen. Na de master International Laws, heb ik de master Handels- en Ondernemingsrecht gedaan, omdat ik graag een goede achtergrond in het Nederlandse recht wilde hebben en op deze manier de vakken van beide masters kon combineren naar een specialisatie in Internationaal ondernemingsrecht.
JURIST in BEDRIJF
Wat zijn je voornaamste taken? Wij verzorgen de corporate housekeeping van de entiteiten (rechtspersonen) die wij servicen. Dat houdt in dat vennootschappen die in Nederland gevestigd zijn, aan bepaalde criteria moeten voldoen om in aanmerking te komen voor juridische- en belastingvoordelen. Hiervoor moet er onder andere bepaalde substance zijn in Nederland.Wij plannen en begeleiden bestuursvergaderingen, stellen aandeelhoudersbesluiten op, keren divenden uit, begeleiden het gehele proces rondom de deponering van de jaarrekening enzovoort. De hele dag door heb je ook contact met je cliënten; deze zijn gevestigd over de hele wereld. Wat vind je het meest uitdagend aan je huidige functie? Geen één dag is hetzelfde. Je kunt een planning maken voor jezelf aan het begin van de dag, maar vaak is het zo dat hier
JURIST IN BEDRIJF niks van terecht komt omdat er zoveel tussendoor kan gebeuren. Ook is het spannend omdat er veel wetgeving is waar wij ons aan moeten houden en wij onder toezicht staan van de financiële autoriteiten. Kun je iets vertellen over Intertrust Group in het algemeen? Intertrust is een groot trustkantoor, waar kwaliteit, professionaliteit, persoonlijke service en integriteit hoog in het vaandel staan. Daarnaast is er ook veel oog voor detail. Een quote van onze website: “Intertrust is the world’s global quality leader in the trust and corporate services sector, providing a broad range of specialized administrative services to multinational corporations, financial institutions, alternative investment funds and private clients from every corner of the world.” Er werken ongeveer 1500 mensen bij Intertrust, verdeeld over 33 kantoren in 24 landen. Hierdoor ontstaat er een wereld aan lokale expertise en kunnen we op deze manier klanten optimaal bedienen. Een groot deel van onze clientèle staat in de Fortune Global 500. Hoe is het om voor zo’n groot, internationaal kantoor te werken? Het kantoor in Nederland is in meerdere teams verdeeld, waardoor je elke dag samenwerkt met ongeveer 30-40 mensen binnen je unit. Dat is het kleinschalige binnen een groot kantoor, wat heel prettig is want zo leer je je collega’s goed kennen en bevordert het de samenwerking en de teamspirit. Er heerst echt een mentaliteit dat je het samen moet doen. Ook
het internationale aspect dat Intertrust heeft is een van de redenen waarom ik hier graag werk: de voertaal met cliënten is Engels, want zij zijn gevestigd over de hele wereld. Daarbij heeft Intertrust ook vestigingen over de hele wereld en ook met collega’s in andere landen heb je van tijd tot tijd contact. Wat zijn je toekomst plannen? Ik zit momenteel in mijn traineeship, dat wil ik graag met goed gevolg afronden en dan hopelijk ook promotie maken naar company lawyer. Als dat allemaal lukt, ligt er bij dit bedrijf een mooie carrière in het verschiet want de mogelijkheden zijn groots.
verleidingen van ’hippe’ drankjes, wordt er meer, maar ook sneller, geld uitgegeven aan alcohol. Voor leerprestaties en gezondheid is het zeker beter om de leeftijd te verhogen, al denk ik zelf dat er meer nadruk moet worden gelegd op de handhaving van de verkoop van alcohol.Als jongeren willen drinken, doen ze het toch wel, dus is het beter om de verkoop van alcohol in de gaten te houden. Iets wat nu overigens al veel meer gebeurt dan een paar jaar geleden, maar op huisfeestjes en andere indrink-momenten zal controle ver te zoeken zijn en zal wellicht de inname van alcohol onder de 18 alleen maar toenemen.
Wat voor advies zou je willen geven aan studenten? Allereerst om echt goed te genieten van je studie en alles er om heen. Als je eenmaal werkt verandert er een hoop! Ga niet te vroeg werken, maar benut je studententijd optimaal, ook met leuke en leerzame nevenactiviteiten. Probeer werkervaring op te doen tijdens je studie, dat helpt behoorlijk bij het solliciteren. Het thema van ons huidige bulletin is ‘tijd’. Wat vind je van de volgende stelling: het verhogen van de alcoholgrens naar +18 jaar is een effectief middel om overmatig alcoholgebruik onder tieners terug te dringen. Volgens onderzoeken is het een effectief middel om hersenschade tegen te gaan; de grootste groep drinkers onder jongeren zouden rond de 16 jaar oud zijn. Jongeren hebben steeds meer geld te besteden op jonge leeftijd en door de
JURIST in BEDRIJF
27
KANTOORSPECIAL
NautaDutilh NautaDutilh is een internationaal advocatenkantoor met vestigingen in Amsterdam, Brussel, Londen, Luxemburg, New York en Rotterdam. Met meer dan 400 advocaten, notarissen en belastingadviseurs zijn we een van de grotere, onafhankelijke advocatenkantoren in de Benelux. Ons primaire doel is de juridische uitdagingen van onze cliënten aan te gaan en bij te dragen aan het succes van hun bedrijf. Dit doen we niet alleen door juridische adviezen op topniveau te bieden en uitstekende service te verlenen, maar ook door ons te richten op de specifieke behoeften van cliënten, open te communiceren en gemakkelijk benaderbaar te zijn.
Kunt u zich aan ons voorstellen? Mijn naam is Ruud Smits (37), partner Corporate/M&A op de New Yorkse vestiging van NautaDutilh. Ik ben afgestudeerd in European Law School en Nederlands recht aan de Universiteit Maastricht. Ik vind het heel leuk om een keer mee te werken aan het JiBulletin daar ik eind jaren 90 de bedrijvendag heb mogen organiseren en een jaar voorzitter van JiB heb mogen zijn. Ik voer mijn praktijk vanuit de vestiging van NautaDutilh in New York, waar ik leiding geeft aan het corporate team. Ik richt zich op zowel Nederlands- als Caribisch Nederlandsrechtelijke aspecten van fusies en overnames, joint ventures, herstructureringen en kapitaalmarktransacties. Mijn speciale focus ligt op private equity /high tech alsmede Brazilië. Mijn clienten zijn internationale bedrijven zoals Amazon, NasdaqOMX,Vodafone en Intel, private equity huizen en grote advieskantoren. Ik werk veelal samen met Amerikaanse en Engelse advocatenkantoren op internationale transacties.
28
Hoe bent u bij het kantoor NautaDutilh terecht gekomen? Ik ben in 2007, nadat ik mijn Grotius Specialisatieopleiding Effectenrecht, had afgerond bij NautaDutilh terecht gekomen om na een tijd in Amsterdam, ondernemingsrecht en effectenrecht in Londen te gaat beoefenen. Ik kende NautaDutilh al uit mijn periode bij JiB, waar ik de bedrijvendag heb mogen organiseren. Na periodes in Amsterdam, Londen en Rotterdam, werk ik sinds 2011 vanuit kantoor New York. Wat onderscheidt NautaDutilh van alle andere grote advocatenkantoren in Nederland? Allereerst wil ik benadrukken dat onze "peers" ook prima kantoren zijn. Er zijn denk ik drie dingen die ons specifiek onderscheiden: (i) de sfeer en de samenwerking tussen de partners, medewerker, stagiaires en staff is heel goed; het is gewoonweg een heel leuk kantoor om voor te werken, (ii) ons kantoor is heel internationaal, qua werk op de Nederlandse vestigingen maar ook door onze vestigin-
JURIST in BEDRIJF
Ruud Smits, partner Corporate/M&A op de New Yorkse vestiging van NautaDutilh
gen in Brussel, Luxemburg, Londen en New York. In Londen en New York waar altijd tussen de 7 en 10 advocaten, notarissen en belastingadviseurs, werkzaam zijn, veruit het meeste in vergelijking met onze directe concurrenten en (iii) wij hechten veel belang aan cliëntgerichte expertise en het zijn van een "partner" van onze cliënten: expertise door duidelijk te kiezen voor sectorfocus. Wij hebben bijvoorbeeld groepen die zich specifiek richten op life sciences, high tech, financiële instellingen, vastgoed en bijvoorbeeld private equity en investeren in zwaar in praktijkgroepen buiten corporate en finance. "Partnerschap" is erg gericht op hoe je informatie presenteert aan de cliënt ("delivery") en hoe goed je je cliënt kent en wat hem/haar drijft; geen ellenlange memo's (behalve als de cliënt er specifiek om vraagt en dan altijd met een korte samenvatting), maar een paar slides en meedenken hoe advisering past in de korte en lange termijnstrategie van de cliënt. Hoe ziet een normale werkdag er voor u uit?
KANTOORSPECIAL Er is eigenlijk geen normale werkdag. In NY lopen we 6 uur achter op Nederland, dus de eerste uren van de dag probeer ik mijn email weg te werken en alles met Nederland te regelen. Ik zit veel aan de telefoon voor onderhandelingen, bekijk en stel overeenkomsten op en bespreek die met de medewerkers. Daarnaast ben ik ook veel op pad. Ik probeer zoveel mogelijk met cliënten te lunchen zodat ik weet wat er speelt. Amerikanen hebben vaak duidelijke ideeën over hoe zaken moeten gaan; aan ons dan de uitdaging om ervoor te zorgen dat eea in de Nederlandse context werkt. In dat kader duiken we veel de boeken en de jurisprudentie in. Wat zoeken jullie in studenten en medewerkers? Wij zijn voortdurend op zoek naar advocaten, kandidaat-notarissen en belastingadviseurs die zich in onze mentaliteit herkennen: autonoom, eigenzinnig, kritisch, buiten de gebaande paden en altijd op zoek naar innovatieve en baanbrekende oplossingen. Mensen die onafhankelijk kunnen en durven denken. Wat houdt een stage bij NautaDutilh in? Als student-stagiair kun je twee maanden stage bij ons lopen. Je werkt met verschillende kantoorgenoten aan uiteenlopende zaken, schuift aan bij besprekingen en bent welkom bij alle sociale evenementen. Na je eerste stagemaand wissel je van praktijkgroep. Zo maak je kennis met zoveel mogelijk kantoorgenoten en krijg je een goed beeld van het type werkzaamheden binnen de verschillende secties van ons kantoor. Je kunt je tweede stagemaand ook doorbrengen op ons kantoor Londen of New York! Na je studentstage is het mogelijk je scriptie in de bibliotheek van ons kantoor te schrijven. Dit kan ook tijdens of na je werkstage. Tijdens het lopen van een werkstage ben je voor langere tijd (op parttime basis) aan ons verbonden en assisteer je bij lopende werkzaamheden.
Op welke manieren kunnen studenten een kijkje nemen in jullie kantoor? Ieder voorjaar organiseren wij onze driedaagse Masterclass. 24 gevorderde rechtenstudenten gaan de confrontatie aan met de rechtspraktijk. Begeleid door onze advocaten, notarissen en belastingadviseurs. Tijdens de masterclass krijg je een goed beeld van ons kantoor. Je spreekt veel kantoorgenoten en krijgt inzicht in het type zaken dat we doen. Een hersenkrakend, maar niet te missen evenement! Daarnaast organiseren wij twee keer per jaar een STEP In-housedag, verschillende Experiences en kun je kennismaken op events en banenmarkten. Dit jaar organiseren we voor het eerst een tweedaagse Business Course voor het notariaat. Houd onze agenda op www. werkenbijnautadutilh.nl in de gaten of kijk op Facebook! NautaDutilh opereert ook op de internationale markt. Kun je hier iets meer over vertellen? NautaDutilh is een onafhankelijk Benelux kantoor. Dat betekent dat wij met name adviseren over Nederlands, Belgisch, Luxemburgs - en vanuit NY Nederlands Caribisch recht. Wij werken veelal voor buitenlandse cliënten die in of via onze jurisdicties samen doen en werken op dagelijkse basis met de Engelse en Amerikaanse topkantoren. Hoewel de zakenwereld internationaal is, is het recht veelal lokaal. Vooral op het gebeid van arbeidsrecht, milieu- en toezicht recht zijn de verschillen heel groot. Onze meerwaarde zit er dan ook vaak in dat wij de experts zijn op het lokale recht, terwijl we heel goed snappen waar onze internationale cliënten naar op zoek zijn. Dit doen wij onder andere door onze medewerkers uit te zenden naar onze buitenlandse kantoren of te detacheren bij buitenlandse kantoren. Op onze vestigingen in Londen en NY zitten altijd een stuk of 5/6 medewerkers die voor 1 of 2 jaar roteren. Het is over het
JURIST in BEDRIJF
algemeen dan ook veel makkelijker om buitenlandervaring bij ons op te doen met je NL recht achtergrond - dan bij de zogenaamde "internationale" kantoren. Wij hebben ook "desks" gespecialiseerd op bepaalde regios' waar we geen kantoor hebben zoals Duitsland en Frankrijk, maar ook China, Japan en India. Ik ben zelf onderdeel van onze Brazil desk, waarvoor ik twee keer per jaar naar Brazilië ga om bezoeken af te leggen en presentaties te geven. Om Braziliaans werk te krijgen is het heel belangrijk om persoonlijke contacten op te doen. Er zijn veel verschillende praktijkgroepen bij jullie. Hoe is de onderlinge samenwerking tussen die gebieden, wordt er vaak samengewerkt? Er gaat geen dag voorbij dat ik niet samenwerk met andere praktijkgroepen. Bij het doen van een overname zijn verschillende disciplines van belang, bijvoorbeeld arbeidsrecht, vastgoed, belastingrecht en mededingingsrecht. Daarnaast werken wij veel in sectorteams die zich uitstrekken over de verschillende praktijkgroepen en kantoren. De private equity groep bestaat bijvoorbeeld uit Nederlandse, Belgische en Luxemburgse advocaten die werkzaam zijn op tax, corporate en finance. Worden er veel evenementen of activiteiten ondernomen voor de werknemers? Wekelijks vindt op donderdag de kantoorborrel plaats. Het nieuwjaarscabaret is altijd een groots evenement. Daarnaast worden er jaarlijks verschillende sectieuitjes georganiseerd (zoals ski-uitjes, weekendjes Barcelona of Parijs). Ook zijn er veel sportteams zoals kantoorvoetbal, -hockey en -wielrennen. Kortom: aan sociale activiteiten geen gebrek!
29
ARTIKEL
Het recht op luiheid en vrije tijd
Door: Eva Hendrikx
“Eerst naar bijles Daarna naar ballet Daarna naar de bibliotheek En 's avonds vroeg naar bed Je moet maar goed veel leren kind We hebben ook recht op vrije tijd School, muziek en dans We hebben ook recht op vrije tijd En natuurlijk heel veel sport We hebben ook recht op vrije tijd We hebben ook recht op vrije tijd Je moet je goed ontplooien We hebben ook recht op vrije tijd Verspil vooral geen tijd We hebben ook recht op vrije tijd Het leven duurt al veel te kort We hebben ook recht op vrije tijd We hebben ook recht op vrije tijd”
30
Bram is 10 jaar oud en heeft een bijzonder talent voor turnen. Hij traint dan ook 4x per week. Verder volgt hij 1x in de week pianoles. Zijn ouders trachten hem verantwoordelijkheid te leren door hem huishoudelijke klusjes te laten doen in ruil voor zijn zakgeld. Daarbij willen zijn ouders dat Bram 1x per maand met hun een museum bezoekt, zodat hij kunst leert waarderen. Bram vindt het zelf leuk om ’s avonds met zijn vrienden te voetballen. Bram zijn broer zit op het Stedelijk Gymnasium, een school waar Bram zelf ook graag naartoe wilt. Dit lijkt een onwaarschijnlijke situatie, maar menig Nederlands huishouden leeft naar deze norm. Ouders willen dat hun kinderen nergens in tekort schieten, ze moeten op alle vlakken ontwikkeld worden. Kinderen moeten
JURIST in BEDRIJF
aan alle eisen voldoen die de huidige maatschappij aan hen oplegt. Het is niet gek dat de termen burn-out en kinderen moeiteloos in één zin gebruikt kunnen worden. Door school, sport en alle andere eisen waar kinderen aan moeten voldoen, wordt de gezondheid van het kind op de proef gesteld. Zowel geestelijk als fysiek kan een kind hier aan onder door gaan. Het is zelfs zo erg dat er een Kinderen voor Kinderen liedje is geschreven: ‘We hebben ook recht op vrije tijd’. De vraag die reist is: Kan dit zomaar? Zoals blijkt uit artikel 24 van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens en artikel 13 van het Internationale Kinderrechtenverdrag kan dit niet door de beugel. Toen ook al.. Het recht op vrije tijd, dit klinkt als een vanzelfsprekend recht, maar is dit ook
ARTIKEL het geval? In de huidige maatschappij wordt veel van de mens gevraagd, maar de mens vraagt ook meer van zichzelf dan vroeger. De lat wordt zo hoog gelegd en burn-out verschijnselen zijn eerder regel dan uitzondering zijn. Hoewel het idee van vrije tijd gegoten in de vorm van een recht een vrij modern idee lijkt, is dit niet het geval. Al in 1883 verscheen er een pamflettistisch werkje van de Franse socialist Paul Lafargue ter weerlegging van het recht op werk zoals dat werd geopperd in de februari revolutie van 1848. In zijn werk opperde hij. Hij noemde dit het recht op luiheid, oorspronkelijk, le droit à la paresse. Het recht op luiheid lijkt dan weer een ander uiterste, maar Lafargue schreef dit zoals hierboven genoemd als tegenbeweging. Het klinkt misschien gek, om tegen het recht op werk te zijn, in eerste instantie is het een mooi doel en zeker in die tijd waar werk schaars was. Maar het recht op werk bracht een hoop negatieve gevolgen met zich mee. Hij schrijft over de morele en kapitalistische opvattingen omtrent arbeid in loondienst van zijn tijd. Een van de negatieve gevolgen was dat er nog nauwelijks wettelijke regelingen van de arbeidsovereenkomst en evenmin sociale wetgeving bestond. De arbeider stond er dus alleen voor en zonder regels komt willekeur al gauw om de hoek kijken. De arbeider was afhankelijk van de werkgever, die een bijzonder grote machtspositie had, omdat er zoals zojuist genoemd nog nauwelijks sociale wetgeving bestond. Enerzijds laat hij het gevaar zien van te weinig sociale wetgeving, namelijk willekeur, anderzijds bekritiseert hij de sociale wetgeving die al wel tot stand gekomen was. De wettelijke regeling van de achturige werkdag zag hij als onnodig. Iemand zou niet langer moeten werken dan nodig is om in zijn bestaan en dat van zijn gezin te voorzien. ‘Een mens leeft niet om te werken, maar werkt om te leven.’ Gewoon weer vrij spelen Dat kritiek op een te arbeidsgerichtemindset niet alleen van nu is, mag nu wel duidelijk zijn.Wat echter wel nieuw is, is dat er zelfs door kinderen al een grote mate van stress wordt ervaren. Deze stress klachten gaan zo vet dat ze te vergelijken zijn met burn-out verschijnselen. David
‘Een mens leeft niet om te werken, maar werkt om te leven.’ Elkind, een psychoanalist, heeft onderzoek gedaan naar burn-out verschijnselen bij kinderen. Hij is van mening dat een burn-out bij kinderen wel kan voorkomen. Hij is denkt niet dat een burn-out per se met werk-stressoren verbonden moet zijn, ook academische stressoren kunnen leiden tot een burn-out, ook wel school burn-out genoemd. Hij constateert dat de trend om veel druk te leggen op de academische prestaties van kinderen leidt tot ongeschikte lesmethoden. Dit is met name bij jonge kinderen het geval, men moet dan denken aan kinderen van kleuterleeftijd en de eerste 3 jaar van de basisschool. Kinderen leren op deze jonge leeftijd namelijk radicaal anders dan op oudere leeftijd. De meeste volwassenen associëren ‘leren’ met aan een tafel zitten, een werkschrift en het alfabet leren, een schoolse manier van leren, maar vergeten hierbij dat zij minstens 2 tot 3 jaar ouder waren dan dat kinderen nu zijn. Op jongere leeftijd leren kinderen effectief door middel van ervaren, het oplossen van een puzzel, fouten maken en samen spelen met andere kinderen. Ook laat deze leeftijdscategorie geleerde vaardigheden op een andere manier zien, namelijk door hun gedrag en niet door het domweg achtereen bureautje zitten met pen en papier.Wanneer jonge kinderen toch via deze ‘schoolse’ manier onderwezen worden, kan dit leiden tot frustratie bij kind, ouder maar ook leerkracht. Het gevolg is dat het kind zich gaat afzetten tegen school en op lange termijn een burn-out kan ontstaan. Het kind wordt constant ondervraagd wordt en niet de kans krijgt zichzelf als individu te ontplooien. Geconcludeerd kan worden dat veel kinderen ervaren dat ze aan veel eisen moeten voldoen. Ze staan onder stress wat hun functioneren drastisch kan verminderen. Om deze klachten te voorkomen zouden staten meer moeten investeren in bepaalde kinderrechten. Artikel 13 van het Verdrag inzake de Rechten van het Kind behandelt het recht van het kind op rust, vrije tijd, spel,
JURIST in BEDRIJF
recreatie, culturele leven en kunst. Het Comité voor de Rechten van het Kind pleit voor meer aandacht en een betere naleving van de rechten van kinderen om vrije tijd te hebben, om te kunnen spelen en deel te nemen aan recreatie, culturele en kunstzinnige activiteiten. Het comité is van mening dat staten te weinig investeren in deze kinderrechten. Het is aan de Staten om maatregelen te nemen om alle kinderen van deze rechten te laten genieten. Het recht op vrije tijd en spel klinkt wat abstract, maar te denken valt aan kunstzinnige of sportieve activiteiten die de ontwikkeling en gezondheid van het kind stimuleren, benadrukt moet worden dat het om vrijwillige participatie moet gaan. Het is van essentieel belang dat het kind op moment van deelname aan deze activiteiten niet of nauwelijks prestatiedruk voelt. Het moet gaan om vrije tijd. Ondanks dat het om een vrijwillige participatie gaat, moeten er genoeg omstandigheden worden gecreëerd die het zo aantrekkelijk mogen maken om daadwerkelijk te participeren. Deze actieve houding van de Staten houdt niet louter financiële steun in, maar ook milieubeleid, informatie aan ouders en ambtenaren die met kinderen werken en er moet onderzoek worden gedaan. Het Comité legt uit dat in de moderne wereld kinderen steeds meer geconfronteerd worden met commercialisering van spel en groeiende onderwijseisen, wat allemaal ten koste gaat van de omvang van de ´echte´ vrije tijd en de mogelijkheden om van die tijd gebruik te maken. Generatie Y = Generatie lui Geboren in 1992 behoor ik tot 'generatie Y', dit betekent dat ik lui ben als ik de opinieartikelen en kritische blogs moet geloven. Generatie Y is verwend en heeft alles in de schoot geworpen gekregen, we zijn opgegroeid in een goede economie, onze studie wordt betaald en er zijn oneindig veel mogelijkheden. Ik vraag me af of dit daadwerkelijk het geval is, wat ik wel weet is dat de generatie Y van jongs af aan te horen krijgt hoe goed we het wel niet hebben en dat vroeger alles moeilijker was, toen moest er nog echt gestudeerd en gewerkt worden. We mogen dus niet zeuren en moeten dankbaar zijn voor al deze prachtige mogelijkhe-
31
ARTIKEL
den. We krijgen continu te horen dat we alle kansen moet pakken, uitblinken en presteren. Er mogen geen meer zesjes gehaald worden, optimaal presteren hoort er nu eenmaal bij. Onze samenleving is gemaakt door de generaties voor ons en zij hebben met zijn alle besloten dat er ontwikkeling moet blijven, het kan altijd beter! Met deze mentaliteit zijn we opgegroeid, maar generatie Y lijkt zich er tegen te verzetten, want de burn-out klachten bij deze generatie zijn het hoogst van allemaal. Stichting Blik op Werk is een onderzoeksbureau, gespecialiseerd in onderzoek naar het functioneren van organisaties en hun medewerkers. Zij hebben getest of het klopt dat generatie Y minder presteert in vergelijking met andere generaties op de werkvloer. Uit hun onderzoek blijkt dat jongere werknemers inderdaad niet meer zo goed uit de bus komen, wat je eigenlijk wel zou verwachten. De Y-generatie heeft namelijk vrij veel te maken met uitputting en overbelasting, wanneer dat meegerekend wordt in hun werkvermogen presteren zij slechter hun 10 jaar oudere collega’s. Het niet kunnen maken van keuzes, komt naar mijn mening, doordat we alles
32
moeten doen. Ik denk dat menig student het met mij eens is dat tegenwoordig bij het krijgen van een stageplek of baan er hele hoge eisen worden gesteld. Ten eerste moet je hoge cijfers hebben, dit is een absolute must, met een zesje kom je er niet. Ten tweede moet je iets naast je
"Het blijft een gesloten markt, dus alle afzonderlijke facetten van de markt worden wel gereguleerd door de rijksoverheid." studie hebben gedaan bijvoorbeeld een bestuursjaar. Bovendien moet je stage hebben gelopen om al wat praktijkervaring te hebben en natuurlijk in het buitenland zijn geweest. Dit moeten we allemaal doen, maar we moeten natuurlijk ook uitkijken met onze studievertraging die vaak gepaard gaat met een steeds groter wordende studieschuld, dit brengt ontzettend veel stress met zich mee en deze stress heeft een averechts effect op onze prestaties. Ik wil graag afsluiten met
JURIST in BEDRIJF
een quote, om even de stress te vergeten en genieten van ons recht op luiheid!
‘Laten we lui zijn in alle dingen, behalve in het lief hebben en drinken, behalve in het luieren.’ Lessing
JURIST IN BEDRIJF
Hoe gaat het met ......? die ik in mijn tweede jaar bij Jurist in Bedrijf heb mogen organiseren. We hebben met zijn allen maanden naar deze dag toegewerkt en ondanks dat het ons bloed, zweet en tranen heeft gekost, heeft alle inspanning tot een heel mooi eindresultaat geleid waar wij met zijn allen erg trots op mochten zijn. Ik kan het iedereen dan ook aanraden om te solliciteren voor deze commissie, omdat het niet alleen erg leerzaam is, maar je tevens een bijzondere band opbouwt met je team. Zelf kijk ik met veel plezier terug op deze periode.
STEPHANIE THIJSSEN, 25 jaar Master privaatrechtelijke rechtspraktijk (Universiteit van Amsterdam)
Wat sprak je aan in de gekozen bestuursfunctie? Het jaar voordat ik penningmeester werd zat ik in de bedrijven- en instellingendagcommissie. Nu ik met veel plezier deze dag had georganiseerd en het naar mijn zin had bij Jurist in Bedrijf, heb ik destijds besloten om te solliciteren voor de bestuursfunctie als penningmeester. De acquisitie en verantwoordelijkheden die men draagt als bestuur leken mij een leerzame uitdaging. De bestuursfunctie penningmeester sprak mij aan, omdat ik graag met cijfers bezig ben en je een grote verantwoordelijkheid draagt. Een organisatie staat of valt immers met de financiën. Daarnaast mocht ik als penningmeester nogmaals de bedrijven- en instellingendag organiseren, en die kans liet ik natuurlijk niet aan mij voorbijgaan.
Wat doe je momenteel? Momenteel werk ik als juridisch medewerker bij Hekkelman Advocaten N.V bij de sectie personen- en familierecht. Dit is een middelgroot kantoor met circa 60 advocaten met een vestiging in Arnhem en Nijmegen. Via mijn student-stage ben ik begonnen als juridisch medewerker. Vanaf januari 2015 zal ik daar beginnen als advocaat-stagiaire. Ik houd mij met name bezig met het recht op het gebied van echtscheiding, huwelijksvermogensrecht, alimentatiezaken, gezag- en omgangszaken en nalatenschap. Dit rechtsgebied is naar mijn inzien de juiste combinatie tussen het juridische en interpersoonlijke aspect. Ik heb het erg naar mijn zin bij dit kantoor. Ik raad dan ook iedereen aan om verder te kijken dan alleen de grote advocatenkantoren, want ook middelgrote kantoren kunnen je tal van mogelijkheden bieden.
ELINE LOEFFEN, 26 jaar Master Nederlands Recht: Specialisatie Privaatrecht Master Recht en Arbeid: Specialisatie Arbeid en Gezondheid
Wat sprak je aan in de gekozen bestuursfunctie? Voordat ik voorzitter werd van de bulletincommissie had ik er al een jaar in de commissie op zitten. Ik wist van dat jaar dus al een beetje wat de functie voorzitter bulletincommissie in zou houden. Het eerste jaar JiB vond ik zo leuk dat ik er graag nog een jaar aan vast wilde plakken. Het schrijven van artikelen en het afnemen van interviews was me namelijk heel goed bevallen. Bovendien had ik wel wat ideeën om het JiBulletin te vernieuwen. Ik hoop dat dat gelukt is. Het jaar dat ik als voorzitter aan de slag ging, bestond het JiBulletin 20 jaar. Best bijzonder dus. Wat is je het meest bijgebleven van je periode bij JiB Het is een zeer goede beslissing geweest om twee jaar lid te zijn van Jurist in Bedrijf. Ik heb twee super leuke jaren gehad en er veel leuke contacten aan overgehouden.
Wat is je het meest bijgebleven van je periode bij JiB? Voor mij was het hoogtepunt van mijn periode bij JiB de bedrijven-instellingendag
JURIST in BEDRIJF
33
JURIST IN BEDRIJF op de i zetten. Een week waarin je naar dé dag van het jaar toeleeft: 7 maart 2012, onze Bedrijvendag. Een week waarin we met onze commissie een op elkaar ingespeelde en hechte groep zijn geworden.
Ik zal nooit het eerste interview voor het JiBulletin vergeten; het interview met de broers Hans en Wim Anker van Anker & Anker advocaten. Met de hele commissie zijn we afgereisd naar Leeuwarden, waar de twee broers ruimschoots de tijd voor ons namen om er een mooi interview van te maken. Wim Anker is daarna zelfs nog een borreltje gaan drinken met ons in zijn stamkroeg. Het was een reis van zo’n 8 uur in totaal, maar één van de leukste interviews die we gedaan hebben. Wat doe je momenteel? Ik werk op dit moment als stafjurist in het Laurentius Ziekenhuis te Roermond. Als stafjurist behandel ik claims van patiënten over bijvoorbeeld fouten tijdens een operatie. Ik houd me bezig met juridische vraagstukken op het gebied van privacy, behandelbeperkingen, BOPZkwesties, rechten van patiënten enzovoorts. Ik stel reglementen en overeenkomsten op en beoordeel ze. Daarnaast ben ik juridisch adviseur van de Commissie Kindermishandeling en Huiselijk Geweld van het Laurentius Ziekenhuis en secretaris van de klachtencommissie van het Laurentius Ziekenhuis. Het ligt niet zo voor de hand om als afgestudeerde jurist in een ziekenhuis te gaan werken. Ik had ook altijd gedacht dat ik de advocatuur in zou gaan, maar ik kan het iedereen aanraden om ook verder te kijken.
FAYETTE DRIESSEN, 25 jaar Master Nederlands Recht: Specialisaties Strafrecht en TogaMaster
Wat sprak je aan in de gekozen bestuursfunctie? Na het horen van zeer veel enthousiaste verhalen van oud-bestuursleden van Jurist in Bedrijf wist ik het zeker: ik wilde voorzitter worden van de Bedrijven- en Instellingendagcommissie. De combinatie tussen het neerzetten van een groot evenement, het aansturen van en samenwerken met je commissie en het contact met het bedrijfsleven spraken me erg aan. Mijn verwachtingen bleken waar: een geweldig bestuursjaar, waarin ik ontzettend leuke contacten heb opgedaan en waarin mijn commissie een Bedrijven- en Instellingdag heeft neergezet om trots op te zijn! Wat is je het meest bijgebleven van je periode bij JiB? De week voor de Bedrijvendag is mij het meest bijgebleven van mijn periode bij JiB. Bijna 24/7 was mijn hele commissie op het JiB-kantoor te vinden (totdat we eruit getrapt werden door de huismeester, die ook graag naar huis wilde): als een gek goodiebags vullen, 30 keer het draaiboek doorspreken, alle deelnemende kantoren nog een laatste keer bellen, oplossingen zoeken voor problemen die zich op het laatste moment voordeden en de puntjes
34
JURIST in BEDRIJF
Wat doe je momenteel? Op dit moment werk ik als juridisch medewerker bij de Rechtspraak. Binnen het team Strafrecht bereid ik zittingen voor, treed ik op als griffier ter zitting, ken ik inmiddels het geheim van de raadkamer en schrijf ik concept-vonnissen. Ik sta in mijn functie dicht bij de rechter en ben elke dag opnieuw bezig met het rechtsgebied wat de media (en mijzelf) het meest in haar greep houdt: strafrecht. Ik heb kennis gemaakt met de Rechtspraak door mijn deelname aan SummerCourt (www.summercourt.nl). Een week achter de schermen van de Rechtspraak en het Openbaar Ministerie die ik elke rechtenstudent kan aanraden!
RON JERONIMUS, 28 jaar Master Indirect Tax (Indirecte Belastingen)
Waarom heb je voor de functie van Algemeen voorzitter gekozen? Ik heb destijds voor deze functie gekozen omdat ik JiB een bijzondere stichting vond binnen de rechtenfaculteit waar ik graag leiding aan wilde geven. Financi-
JURIST IN BEDRIJF eel orde op zaken stellen was de eerste uitdaging die ik aan wilde gaan om vervolgens de JiB-activiteiten nieuw leven in te blazen met een team van enthousiaste mensen. Wat is je het meest bijgebleven van je bestuursjaar bij Stichting Jurist in Bedrijf? Verschillende gebeurtenissen zijn mij bijgebleven gedurende mijn tijd bij JiB; het was een zeer mooie en leervolle ervaring! Wat mij specifiek is bijgebleven is de passie en de gedrevenheid van iedereen om het Bulletin, de Bedrijven- en Instellingendag en JiB in het bijzonder goed op de kaart te willen zetten. Het harde werk ging uiteraard hand in hand met veel plezier en gezelligheid waaronder de verschillende borrels en ons JiB-weekend in België. Wat doe je momenteel? Momenteel ben ik werkzaam bij Hertoghs advocaten-belastingkundigen. Hertoghs advocaten-belastingkundigen is momenteel 25 jaar(!) gespecialiseerd in het behandelen van conflicten met de Belastingdienst. De expertise bij Hertoghs advocaten-belastingkundigen geldt zowel voor administratieve of civiele geschillen met de fiscus als voor de behandeling van fiscaal gerelateerde strafzaken (FIOD) en aanverwante dossiers. Zelf ben ik vooral betrokken bij de aspecten van de (indirecte) fiscale strafrechtadvocatuur. Hierbij kan gedacht worden aan conflicten inzake de omzetbelasting, invoer en uitvoer of bijvoorbeeld de BPM. Daarnaast ben ik ook betrokken bij de zogenoemde inkeerdossiers waarbij "zwartspaarders" buitenlandse spaartegoeden aan de Belastingdienst kenbaar maken. Bij Hertoghs advocaten-belastingkundigen zijn de werkzaamheden zeer divers en hebben een relatie met het voorkomen of bestrijden van een (fiscale) boete of strafvervolging. Indien je meer te weten wilt komen over Hertoghs advocatenbelastingkundigen of een stage wilt lopen, kijk dan voor meer informatie op www. hertoghsadvocaten.nl.
RAYMOND CANISIUS, 25 jaar Master of Laws (LL.M.), Privaatrecht/Ondernemingsrecht, cum laude.
Wat doe je momenteel? Sinds 2013 ben ik werkzaam als juridisch medewerker bij Thuis & Partners Advocaten op de sectie ondernemings- en faillissementsrecht. Thuis & Partners Advocaten is het grootste advocatenkantoor in Parkstad Limburg en één van de drie grootste advocatenkantoren in Limburg. Wij zijn vaste juridisch adviseur van vele (middel)grote ondernemingen, instellingen en overheden. Daarnaast ben ik als promovendus verbonden aan ICGI, the Institute for Corporate Law, Governance and Innovation policies, gelieerd aan de Universiteit Maastricht. Titel: "Uitkeringen aan aandeelhouders in het nieuwe BV-recht; besluitvorming, vertegenwoordiging en vereenzelving" Met mijn academische achtergrond kan ik innovatieve en vooruitstrevende concepten uit de wetenschap implementeren in mijn dagelijkse praktijk.
grote verdeeldheid in de rechtspraak, literatuur en (rechts)praktijk. Ook bij de totstandkoming van de Wet flexibilisering en vereenvoudiging van het BV- recht, was dit een heikel punt. De wetgever koos uiteindelijk, na een aantal keer van standpunt te zijn gewisseld, voor een uitkeringstest. Die uitkeringstest houdt in dat het bestuur de dividenduitkering moet goedkeuren en de goedkeuring slechts mag weigeren indien het weet of redelijkerwijs behoort te voorzien dat de BV na uitkering niet zal kunnen blijven voortbestaan met het betalen van haar opeisbare schulden. Verleent het bestuur ten onrechte goedkeuring aan uitkering aan aandeelhouders, dan leidt dat tot aansprakelijkheid van iedere bestuurder voor het gehele tekort. Hoe de uitkeringstest moet worden uitgevoerd, vermeldt de wetgever echter niet. In het proefschrift wordt het onderwerp in juridisch, economisch en maatschappelijk perspectief geplaatst, waarna de (dividend-) besluitvorming en de verschillende zienswijzen worden geanalyseerd. De uitkomst van het onderzoek zal voor veel ondernemers een zegen zijn, omdat het proefschrift antwoord geeft op de vraag hoe de uitkeringstest zou moeten worden uitgevoerd. Daarbij is bijzondere aandacht besteed aan de directeur- grootaandeelhouder en de MKB- sector. Nu de BV de meest voorkomende rechtsvorm in Nederland is en het uitkeren van winst onlosmakelijk aan de BV verbonden is, raakt dit proefschrift de kern van het ondernemingsrecht.
Het proefschrift van de broers Canisius ziet op de rol van de bestuurder bij dividenduitkeringen aan de aandeelhouders. Over dit onderwerp bestaat
JURIST in BEDRIJF
35
OPRECHT OPMERKELIJK
In plaats van haren groeien er nagels op haar gezicht
Dieven stelen acht schoenen uit oud-concentratiekamp Majdanek
Bij Shanyna Isom uit het Amerikaanse Baltimore werd vijf jaar geleden een zeldzame huidaandoening vastgesteld die er voor zorgt dat er nagels groeien op haar gezicht in plaats van haar. In 2009 kreeg Isom een astma-aanval waarbij ze op spoed steroïden toegediend kreeg. Ze zou daarvan opknappen, maar haar lichaam reageerde helemaal verkeerd. Al haar lichaamshaar viel uit en na een periode van jeuk en pijn groeiden er nagels uit haar wangen. Op dit moment lijkt het er op dat de 28-jarige Shanya niet te helpen valt omdat ze de eerste is ter wereld die deze nieuwe aandoening heeft. Dokters hebben geen idee waarmee ze te maken hebben.
Uit het museum op het terrein van het voormalige concentratiekamp Majdanek in Polen hebben onbekenden acht schoenen gestolen die toebehoorden aan toenmalige gevangenen. Volgens het museum gaat het om zes schoenen voor volwassenen en twee kinderschoenen die waarschijnlijk door bezoekers uit een vitrine zijn gegrist.
Goed excuus? Vreemdgaan zit in je genen
Het museum noemt de verdwenen schoenen van grote historische waarde. De dieven pakten de schoenen waarschijnlijk tijdens twee open dagen vorige week. 'In de vroegere gevangenenbarakken worden alleen schoenen van slachtoffers getoond, om het gewicht van het misdrijf duidelijk te maken', aldus de woordvoerster. In het vernietigingskamp MajdanekLublin, ten oosten van de stad Lublin, zijn 280 duizend schoenen tentoongesteld.
Vreemdgaan is deels erfelijk. Bij mannen is het wangedrag voor 63 procent aan hun genen te wijten, bij vrouwen voor 40 procent. Dat zou blijken uit een nieuwe studie. Volgens Brendan Zietsch, een onderzoeker aan Queensland University, laat de studie duidelijk zien dat het menselijke DNA invloed heeft op de neiging om seks te hebben met iemand buiten je relatie. Voor het onderzoek werd gekeken naar 7.300 tweelingen, die allemaal een vaste relatie hadden. Hun seksuele gedrag buiten die relatie werd vergeleken met hun DNA. Daaruit bleek dat genen bij mannen voor 63 procent van invloed zijn op hun overspelig gedrag en bij vrouwen voor 40 procent. De onderzoekers slaagden er verder in één specifiek gen voor ontrouw aan te wijzen bij vrouwen. Maar er moet een combinatie van genen aanwezig zijn om het gedrag te stimuleren.
36
De diefstal in Barak 52 werd zaterdag ontdekt tijdens eens routine-controle. Er waren honderden schoenen tentoongesteld. 'Na het tellen, zagen we dat acht schoenen ontbraken', aldus een woordvoerder van het museum. Zo'n 78 duizend gevangenen, onder wie 60 duizend Joden, werden in het kamp gedood tijdens de Tweede Wereldoorlog.
In 2010 gingen bij een brand in Majdanek tienduizend paar schoenen verloren. Het kamp was tussen 1941 en 1944 operationeel. Russische troepen sloten het kamp uiteindelijk. In 2009 werd bij de ingang van het voormalige concentratiekamp Auschwitz het beruchte ijzeren stuk met de tekst 'Arbeid maakt vrij' gestolen door onbekenden.
Bizar: man graaft lijk van moeder op voor selfie De selfie-gekte is vollédig doorgeslagen: Deab Saiqly werkt als bewaker op een begraafplaats in Libanon en heeft het lijk van zijn moeder opgegraven, om er vervolgens mee op de foto te gaan. Ik voel me oprecht gelukkig tussen de
JURIST in BEDRIJF
doden, zegt de Libanees tegen de zender MBC TV. MBC TV maakte een reportage over de – op z’n zachtst gezegd – vreemde hobby van Saiqly. Ik neem wel vaker selfies met lijken, zegt hij. Ook beweert Saiqly dat hij zelfs wel eens een huwelijksaanzoek van een Amerikaanse vrouw naast zich neer had gelegd, omdat hij geen afscheid kon nemen van zijn ‘vrienden op de begraafplaats’. De reportagemakers van MBC TV legden de verklaringen van Deab Saiqly voor aan een psychiater. Die kon, hoe bizar ook, geen afwijkend gedrag of mentale problemen vinden bij de man, meldt emirates247.com (let op: als je klikt zie je meteen die lugubere selfie).
Lingeriewinkel heeft spiegels die juiste behamaat bepalen In Amsterdam is nu een lingeriewinkel die in de paskamers spiegels heeft opgehangen met daarin 3D-meettechnologie verwerkt, die je beha-maat bepalen. En dat is goed nieuws, want blijkbaar loopt ruim zeventig procent van de vrouwen rond met de verkeerde maat. Dat waren de bevindingen van het Nederlandse lingerielabel Lincherie. Naar aanleiding van die (schokkende) uitkomst heeft Lincherie de spiegels ontwikkeld. In de paskamers vind je digitale spiegels met daarin een bodyscanner die in minder dan een minuut 140 metingen van je bovenlichaam maakt. Dus geen gedoe meer met meetlinten en coupeuses die ongevraagd je hokje in piepen. Wanneer de juiste maat is bepaald, kun je vervolgens door alle lingeriecollecties bladeren en zie je meteen wat in de winkel op voorraad is. Je kunt zelfs foto’s maken van jezelf om verschillende lingeriesetjes met elkaar te vergelijken. Wees niet bang: de foto’s worden niet opgeslagen.
Boete van 500 euro voor koffers op wieltjes in Venetië Zaken die voor de een heel handig zijn, blijken voor anderen nogal eens een
OPRECHT OPMERKELIJK nachtmerrie. Denk bijvoorbeeld aan gierende bladblazers of lekkende koptelefoons in de trein. In Venetië is de bevolking klaar met een ander handigheidje: de rolkoffer op wieltjes. Wie er mee loopt riskeert binnenkort een forse boete. In de Italiaanse stad sleuren hele hordes toeristen hun bagage over het plaveisel. Dat kan moeilijk anders want in de stad, die bestaat uit een wirwar van steegjes en kanalen, rijden geen auto's. Vooral 's nachts veroorzaakt dat gesleur met koffers zoveel lawaai dat de Venetianen uit hun slaap worden gehouden. De stad, waar meer toeristen verblijven dan dat er inwoners zijn, wil daarom een verbod invoeren op het gebruik van koffers met harde plastic wieltjes.Wie er mee betrapt wordt riskeert een boete van 100 tot 500 euro wegens geluidsoverlast. Koffers en karretjes op luchtbanden zijn wel toegestaan. De maatregel is bedacht door commissaris Vittorio Zappalorto die tijdelijk de stad bestuurt omdat de burgemeester is gearresteerd wegens corruptie. Het rolverbod wordt in mei volgend jaar van kracht en geldt alleen voor toeristen.
Drive-in kerkdienst vanwege vogelgriep In Veenendaal moet zondag een kerkdienst verplaatst worden vanwege de uitbraak van vogelgriep. De kerkelijke gemeente 'Mozaiek 0318' komt elke week samen in de Veenendaalhal. Die evenementenhal staat nu vol met kippen, hoenders, duiven, konijnen en cavia’s voor de jaarlijkse tentoonstelling van de Veenendaalse Konijnen- en Pluimveefokkers Vereniging.Vanwege de uitbraak van vogelgriep geldt er een vervoersverbod. Kerkgangers mogen de hal niet in. De kerk, waar iedere week meer dan duizend bezoekers komen, wil de dienst toch door laten gaan. Op korte termijn was het niet mogelijk om een vergunning te krijgen voor een andere locatie. Daarom regelt ‘Mozaik 0318’ dat de dienst via de in Veenendaal gevestigde radiozender Groot Nieuws Radio wordt uitgezonden.
Voorganger Kees Kraayenoord verwacht dat "iedereen zondag wel gewoon voor de deur zal staan”. Daarom zijn mensen welkom om in hun auto op het parkeerterrein naar de uitzending te luisteren. Een drive-in-kerkdienst, noemt Kraayenoord het. De dienst zal aandacht besteden aan de uitbraak van het virus. Kraayenoord: "Uiteraard staan we bij de vogelgriep stil en bidden we voor de getroffen boeren". De rechtstreekse uitzending begint om 10.00 uur. De dienst is overal in Nederland te horen op de kortegolfradio.
Man leeft 4 jaar met een lintworm in zijn hersenen Een Britse man ging naar zijn huisarts omdat hij last had van hoofdpijn, epileptische aanvallen, flashbacks en vreemde geuren. Pas 4 jaar later werd vastgesteld dat hij al die tijd leefde met een zeldzame parasitaire worm in zijn hersenen. De worm had zich in de loop der jaren een weg gebaand van de ene kant van zijn hersenen naar de andere. De artsen wisten niet wat ze zagen toen ze merkten dat vreemde ringachtige patronen zich 5 cm verplaatsten in een reeks van scans die in de loop van 4 jaar gemaakt werden. Chirurgen ontdekten de 1 cm lange worm pas toen ze een biopt namen en dat voorlegden aan deskundigen op het gebied van parasieten. Die stelden vast dat het ging om een zeldzaam soort lintworm met de naam Spirometra erinaceieuropaei. Sinds 1953 werden slechts 300 gevallen van besmetting bij de mens met deze parasiet gemeld, waarvan slechts 2 in Europa. De worm wordt normaal gesproken gevonden in amfibieën en schaaldieren in China en infecteert later de darmen van honden en katten, waar hij kan groeien tot 1,5 meter. Zelfs in China zijn er sinds 1882 slechts 1000 gevallen bij de mens gemeld.Als mensen besmet worden gaat de worm niet meteen naar de darm, zoals andere lintwormen zouden doen. Eerder
JURIST in BEDRIJF
werd de worm gevonden onder de huid, in de longen of in de borsten. De patiënt met de worm in zijn hersenen is van Chinese afkomst en de artsen denken dat hij de parasiet meenam tijdens één van zijn vele bezoeken aan China. Hoe dat precies gegaan is, is niet bekend. Hij zou de parasiet via besmet vlees of water binnen gekregen kunnen hebben, waarna de worm zich een weg door zijn lichaam baande naar zijn hersenen. Daar zou de worm voedingsstoffen hebben geabsorbeerd via zijn lichaam, want de worm heeft geen mond. Een andere mogelijke vorm van besmetting zijn kikkerkompressen, een traditionele Chinese remedie waarbij rauw kikkervlees wordt gebruikt om pijnlijke ogen te kalmeren. Ondertussen hebben wetenschappers het genoom van de zeldzame worm in kaart gebracht. Daaruit bleek dat deze worm 10 keer meer DNA heeft dan de doorsnee lintworm. De resultaten van het onderzoek kunnen worden gebruikt om in de toekomst sneller een diagnose te stellen en om betere behandelingsmethodes te vinden.
Normale Barbie heeft cellulitis en acne Dit is Lammily: een nieuwe speelpop met normale menselijke proporties. Ze heeft moedervlekken, cellulitis op haar benen en soms last van pukkeltjes, zoals elke normale vrouw. Ontwerper Nickolay Lamm vroeg zich af hoe speelpoppen eruit zouden zien als ze realistische menselijke maten zouden hebben. Hij begon in maart een crowdfunding project om zijn pop op de markt te brengen. Met succes: volgende week is de eerste lading poppen verkrijgbaar. Op de speelpop kun je stickertjes plakken met oneffenheden en ongemakjes die bij iedereen wel eens voorkomen: acne, zwangerschapsstrepen, littekens en schaafwonden. Er zijn ook stickers van tatoeages, pleisters en brillen.
37
FIRST MAASTRICHT
Waarde lezer, Build your network FIRST! Middels dit bulletin heb ik de eer om jou kennis te laten maken met dé studievereniging voor alle fiscale studenten van Maastricht University. Het doel van onze vereniging is om de fiscale student in Maastricht op meerdere manieren op een laagdrempelige manier kennis te laten maken met potentiële werkgevers en andere studenten. We hebben meer dan 500 studenten die fiscaal recht of fiscale economie studeren en daarnaast een honderdtal reünisten waarmee we vanaf dit jaar een alumni-netwerk opzetten. ‘Last but not least’ zijn we flink aan de internationale weg aan het timmeren. Voor al onze studenten organiseren wij allerlei activiteiten, zoals o.a. de FIRST Fiscale Bedrijvendag, een tweejaarlijkse studiereis en verschillende kantoorbezoeken. Wij vinden het ook erg belangrijk om onze leden studie gerelateerd te ondersteunen en daarom organiseren we tentamentrainingen, een lezing over het nieuwe belastingplan en delen we gratis belastingwettenbundels uit. Daarnaast biedt een lidmaatschap oefententamens, het verenigingsblad de FIRM vier keer op je deurmat, maandelijks een gratis borrel, eens per jaar een open feest, 10% korting bij enkele horecagelegenheden en elke twee jaar een symposium. Traditiegetrouw hebben we een Luxemburg Trip en vorig jaar is er onder andere een International Job Fair tot stand gebracht voor onze studenten van de internationale master. En laten we niet vergeten dat FIRST Maastricht vooral ook een gezellige vereniging is, met een trouwe kern aan actieve leden. Wil je meer over ons en onze activiteiten te weten komen? Neem dan eens een kijkje op onze website www.firstmaastricht.nl of onze Facebookpagina. Uiteraard kun je ons ook altijd mailen via
[email protected] en je bent tijdens kantooruren van harte welkom op de Tongersestraat 6. Wij zijn van maandag t/m donderdag aanwezig tussen 10:30 en 13:00 uur. Inschrijven kan online of op kantoor. Tot slot wenst het bestuur van FIRST Maastricht de stichting Jurist in Bedrijf veel succes in het komende jaar! Met vriendelijke groet, Masha Siebers Secretaris/Vice-voorzitter 2014-2015 FIRST Maastricht
RESEARCH PROJECT MAASTRICHT
Research Project Maastricht zoekt nieuw opstart bestuur! Wil jij 4 maanden werken en reizen op een eigen gekozen bestemming?
- - - -
Je eigen team samenstellen Professioneel contractueel onderzoek voor Nederlandse multinationals Alternatief voor je buitenlandverplichting (26 ECTS) Samen werken in een hecht team van 14 studenten
Informatie avond en borrel op 28 oktober, 19.00 uur op de Tongersestraat 53, C-1.09 (onder de mensa). Deadline sollicitatiebrief vrijdag 7 november 16.00. Meer informatie: Tongersestraat 43 kamer 2.011, telefoon 043-3883931 of
[email protected] en http://student.researchproject.nl
38
JURIST in BEDRIJF
OURANOS
Waarde lezer, Het is ons een waar genoegen om u kennis te laten maken met de grootste juridische faculteitsvereniging verbonden aan de Universiteit Maastricht. Sinds het jaar 1983 verrijkt JFV Ouranos niet alleen het leven van de rechtenstudent op inhoudelijk vlak, maar ook op sociaal en organisatorisch gebied. De vele commissies die bij ons vervult worden door enthousiaste rechtenstudenten zorgen elk jaar voor zowel academisch interessante, als leuke en ontspannende activiteiten. Zo organiseren wij ook dit jaar het Maastrichts Juristen Congres, de European Career Day, lezingen van hoogstaand niveau, een leuke ski reis, diverse excursies en workshops, blokfeesten en niet te vergeten onze altijd gezellige borrel. Daarnaast worden studenten voorzien van tentamentrainingen en ook wil ik u wijzen op de recruitmentagenda die voor dit jaar op de planning staat. Wij als studievereniging hebben contact met advocatenkantoren en bedrijven die op verschillende wijzen te maken hebben met het recht en daar betrekken wij graag de student bij door het organiseren van recruitmentactiviteiten. Kortom, JFV Ouranos hoopt zowel academisch als sociaal een belangrijke toevoeging te zijn op het leven van de rechtenstudent in Maastricht. Voor vragen, bijvoorbeeld betreffende lidmaatschap of actief lidmaatschap, kunt u een bezoek brengen aan onze website www.jfvouranos. nl of langskomen tijdens onze spreekuren iedere werkdag van 10:30 tot 13:30 uur. Namens het 31ste bestuur der JFV Ouranos, Sharon Deten Secretaris 2014-2015
GAIUS MAASTRICHT
Pleitgenootschap Gaius is een studievereniging voor rechters, juridische medewerkers, maar vooral advocaten in spe. Tweewekelijks organiseren wij een pleitavond op maandag. Tijdens deze avonden leren onze leden de kunst van het pleiten en het rechteren. Vaak nodigen we op deze avonden gasten uit die werkzaam zijn in de advocatuur en/of rechterlijke macht. De gasten geven onze leden feedback, zodat ze steeds beter worden in de pleitkunst. Aansluitend aan de pleitavond vindt er een borrel plaats, waar leden en gasten onder het genot van een drankje op een informele wijze kunnen napraten over de avond. Onder de pleiters en rechters worden tevens ‘meeloopdagen’ verloot, tijdens welke men kan ervaren hoe de dag van een bekende advocaat eruit ziet. Buiten de leerzame pleitavonden kan gezelligheid en hechtheid niet ontbreken binnen de vereniging. Derhalve organiseert Pleitgenootschap Gaius tal van activiteiten gedurende het jaar. Zo is er in december een kerstdiner en bezoeken we advocatenkantoren door heel Nederland! Leden kunnen ook plaatsnemen in commissies om zodoende Pleitgenootschap Gaius te ondersteunen en aan persoonlijke competenties te werken. Pleitgenootschap Gaius vormt sinds 1991 een van de studieverenigingen van de Universiteit Maastricht. Ons pleitgenootschap telt zo’n 60 enthousiaste leden c.q. pleiters. Behalve de pleitavonden en gezelligheidsactiviteiten nemen wij ook deel aan landelijke pleitwedstrijden. Tot onze trots hebben onze pleiters meerdere keren (in 2012 wederom) de Nationale Pleitmarathon weten te winnen. Mocht je dus op zoek zijn naar een vereniging waar gezelligheid gecombineerd wordt met leerzame aspecten die een aanvulling vormen op je studie, wacht dan vooral niet en word lid. Voor informatie over het genootschap en de activiteiten kun je terecht op www.pleitgenootschapgaius.nl of je kun een e-mail sturen naar
[email protected]. Graag begroeten wij je tijdens een van onze pleitavonden! Patrick Tay, voorzitter Jeffrey van Nuland, secretaris Tim Brouwers, penningmeester
JURIST in BEDRIJF
39
AIESEC
INTEGRAND
“Ervaring is de beste leermeester” Praktijkervaring wordt in het bedrijfsleven een steeds belangrijker criterium als studenten solliciteren. Bedrijven nemen niet langer genoegen met een afgeronde universitaire studie. Integrand komt tegemoet aan de behoefte van studenten om een gedeelte van hun studie in te vullen met praktijkervaring. Het doel hiervan is het verkleinen van de kloof tussen studie en praktijk. Integrand – brug tussen student en bedrijf Stichting Integrand, opgericht in 1980, is een landelijke onafhankelijke non-profit organisatie bestuurd door academische studenten. Integrand vervult een bemiddelende rol tussen studenten enerzijds en bedrijven en publieke instellingen anderzijds. Het verwerven van praktijkopdrachten op academisch niveau behoort tot de kernactiviteit van Integrand. Dergelijke praktijkopdrachten bieden de student de mogelijkheid om belangrijke en bijna onontbeerlijke werkervaring op te doen. Voor bedrijven is een samenwerking met Integrand ook erg aantrekkelijk. Integrand is een stichting zonder winstoogmerk en de bemiddeling geschiedt dan ook tegen een gerichte vergoeding. Diensten Buiten stagebemiddeling biedt Integrand ook andere mogelijkheden om student en bedrijf dichter bij elkaar te brengen. Zo organiseert Integrand Inhousedagen, Business Courses, bestuursledendagen en workshops op lokale evenementen. Daarnaast biedt Integrand bedrijven mogelijkheden om naamsbekendheid te vergroten door middel van mailings, posterservices en artikelen in het Integrand Magazine, verspreid onder ruim 100.000 studenten door heel Nederland. Bestuursjaar Voor academische studenten is het mogelijk een parttime bestuursfunctie te vervullen bij Integrand. Een bestuursjaar bij Integrand staat garant voor een leerzame, maar ook gezellige tijd. De bestuursleden ontwikkelen hun professionele vaardigheden, leggen contacten in het bedrijfsleven, bezoeken andere Integrand vestigingen en gaan naar borrels, feesten en (netwerk)evenementen. Heb je interesse in een stage, deelname aan een evenement of misschien zelfs een bestuursjaar? Neem dan gerust contact met ons op! Meer informatie Integrand Maastricht · Bonnefantenstraat 2, kamer C0.13 · 6211 KL Maastricht · Telefoon: (043) 388 53 50 E-mail:
[email protected] · Openingstijden: maandag t/m vrijdag: 9.00-12.30 en 13.30-17.00 · www.integrand.nl
40
JURIST in BEDRIJF
VROUWEN RECHTSWINKEL
In 1993 is de Stichting Vrouwenrechtswinkel Maastricht (VRW) opgericht door rechtenstudentes van de Universiteit Maastricht. Het doel van de Vrouwenrechtswinkel is het bieden van gratis juridisch advies aan vrouwen door vrouwen in Maastricht en omstreken, waardoor zij meer inzicht krijgen in hun juridische positie. De aard van de vragen die wij voorgelegd krijgen is dan ook erg gevarieerd. Zo krijgen wij onder andere vragen over pensioenregelingen, arbeidscontracten, huurrecht, alimentatie, echtscheiding, burenrecht en mishandeling. Onze werkzaamheden bestaan uit het houden van inloopspreekuren*, het organiseren en bijwonen van lezingen en andere workshops, het samenstellen en verstrekken van brochures en het schrijven van columns in De Trompetter. Wij willen door ons werk de rechtspositie van vrouwen versterken en een bijdrage leveren aan het vergroten van de zelfstandigheid en weerbaarheid van vrouwen. Door gratis, laagdrempelig juridisch advies zorgen wij ervoor dat ook voor minder draagkrachtige vrouwen rechtshulpverlening binnen handbereik ligt. Om de privacy van onze cliënten te waarborgen, hebben wij een geheimhoudingsplicht: persoonlijke informatie blijft binnen de muren van de rechtswinkel. Naast het opdoen van juridische kennis, biedt de Vrouwenrechtswinkel ook bestuurs- en commissie-ervaring. Omdat wij erg veel waarde hechten aan een gezellig team, organiseren wij regelmatig borrels en andere activiteiten om dit teamgevoel te versterken. Mocht je nog vragen hebben of ons team willen komen versterken, stuur dan een e-mail naar info@vrouwenrechtswinkelmaastricht. De volgende sollicitatieronde zal plaatsvinden eind februari 2014. Ben jij minimaal tweedejaars student Nederlands recht of European Law School regular track en heb je je propedeuse gehaald? Stuur dan vóór eind februari je sollicitatiebrief! *Het inloopspreekuur wordt gehouden op donderdagavond van 19:00 tot 21:00 uur en op vrijdagochtend van 10:00 tot 12:00 uur. Stichting Vrouwenrechtswinkel Maastricht Spoorweglaan 9 • 6221 BS Maastricht Telefoon: +31 43 325 55 35 • Fax: +31 43 321 09 45
[email protected] • www.vrouwenrechtswinkelmaastricht.nl
STUDENTEN RECHTSBUREAU
Het Studenten Rechtsbureau Maastricht is een stichting voor en door Maastrichtse studenten. Onze doelstelling is het geven van gepast juridisch advies aan studenten die geconfronteerd worden met een probleem dat ze zelf niet kunnen oplossen. Het SRB verleent voornamelijk advies op het gebied van huurrecht, onderwijsrecht en arbeidsrecht. Daarnaast zijn wij behulpzaam bij tal van andere juridische zaken o.a. met betrekking tot (gemeentelijke) belastingen, zorgverzekeringen en studiefinanciering. Studenten kunnen ons hun vragen per e-mail voorleggen of zonder afspraak langskomen op ons kantoor. Ben je tweede- of derdejaars rechtenstudent en lijkt het je leuk om je juridische kennis in de praktijk te brengen? Dan is het misschien iets voor jou om ons team te komen versterken! Heb je interesse? Mail je motivatiebrief en c.v. naar
[email protected] Studenten Rechtsbureau Maastricht Bonnefantenstraat 2, Kamer C -1.07 www.studentenrechtshulp.nl of kijk op facebook.com/srbmaastricht
JURIST in BEDRIJF
41
ARTIKEL
De verhoging van de AOW-leeftijd
De verhoging van de wettelijke AOW-leeftijd is al jarenlang een regelmatig terugkerend onderwerp binnen de politiek. Het bereiken van het 65ste levensjaar is niet langer de start van de maandelijkse uitkering, doordat Nederland vergrijst en het pensioenstelsel als gevolg hiervan onder druk komt te staan. In de toekomst zal een steeds kleiner wordende groep werkenden namelijk de oudedagsvoorziening moeten gaan bekostigen voor een steeds groter wordende groep uitkeringsgerechtigden. Om te waarborgen dat alle ouderen in Nederland ook in de toekomst nog kunnen genieten van een AOW-uitkering is het onontkoombaar dat de leeftijd moet worden verhoogd van 65 naar 67 jaar. Dit artikel geeft een globale inzage in het gehele AOW-traject van de afgelopen 57 jaar: van het moment van de invoering van de Algemene Ouderdomswet tot aan nu. Daarnaast worden de gedachten achter de wettelijke verhoging van de AOW-leeftijd omschreven en tot slot wordt het Nederlandse pensioenstelsel, en de bijbehorende problematiek, vergeleken met de situatie in andere, al dan niet Europese, landen. Door: Marieke Bettelheim Sinds 2013 is het aantal ouderen in Nederland versneld aan het toenemen. CBS Bevolkingsprognoses voorspelt dat het aantal 65-plussers in Nederland in 2041 een hoogtepunt zal bereiken van 4,7 miljoen. Een flinke toename, als je weet dat de teller in 2012 nog maar op 2,7 miljoen stond. Door deze stijging van
42
het aantal ouderen in de bevolking stijgt de gemiddelde leeftijd in Nederland en verandert de bevolkingssamenstelling. Het aantal ouderen in Nederland neemt zowel absoluut als relatief gezien toe. Dit is een verschijnsel dat ook wel bekend staat als ‘vergrijzing’. Hoofdoorzaken die worden aangewezen voor deze ontwik-
JURIST in BEDRIJF
keling zijn het ouder worden van de babyboomgeneratie, die sinds 2011 de leeftijd van 65 passeert, een toename van de gemiddelde levensverwachting en een afname van de geboortecijfers; zowel relatief als absoluut. De Nederlandse vergrijzing brengt met zich mee dat het AOW-systeem, zoals geïntrodu-
ARTIKEL ceerd in 1957, niet langer kan blijven functioneren.Welke wetswijzigingen zijn er al doorgevoerd, welke veranderingen zal het Nederlandse pensioenstelsel de komende jaren nog ondergaan en welke argumenten liggen hieraan ten grondslag? Het pensioenstelsel in Nederland bestaat uit drie pijlers. De eerste pijler is het basispensioen op grond van de Algemene Ouderdomswet en wordt geregeld door de staat. Deze AOW wordt opgebouwd in de 50 jaren voorafgaande aan de op dat moment geldende wettelijke AOWleeftijd, mits de burger in Nederland verblijf heeft gehad. Arbeid verrichten is hiervoor geen vereiste; de AOW is een basisvoorziening met als doel armoede onder ouderen te voorkomen. De tweede pijler die het Nederlandse pensioenstelsel kent is het aanvullend pensioen. Deze rechten worden tijdens het werkzame leven opgebouwd en de premie wordt betaald door de werkgever en de werknemer samen. De derde pijler betreft de inkomensvoorzieningen die mensen zelf treffen. Meestal zijn dat commerciële spaarproducten, zoals een levensverzekering of lijfrente. Deze derde pijler is optioneel. Dan bestaat er officieus ook nog de vierde pijler, inhoudende alle niet-fiscale pensioenvoorzieningen, zoals aandelen, obligaties en klassieke spaargelden.
"Al vanaf de jaren 80 is het verhogen van de initiële AOW-leeftijd een discussiepunt geweest." Jacobus Gerardus Suurhoff introduceerde als minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid de Algemene Ouderdomswet in 1957. De AOW-leeftijd werd toen vastgesteld op 70 jaar, maar al enkele jaren later werd dit gewijzigd naar 65 jaar.Toentertijd werd al voorzien dat deze leeftijd niet tot het einde der tijden in stand gehouden zou worden. In de memorie van toelichting van de wet werd opgenomen dat de AOW-leeftijd in de toekomst naar boven aangepast zou moeten worden omdat de vergrijzing van Nederland onontkoombaar zou zijn. Het verhogen van de leeftijd zou dan goed aansluiten bij deze demografische veran-
dering door een verhoogde gemiddelde levensverwachting en de verbeterde fysieke toestand van bejaarden. Al vanaf de jaren 80 is het verhogen van de initiële AOW-leeftijd een discussiepunt geweest. Onder leiding van Willem Drees junior onderzocht een staatscommissie de gevolgen van de verwachte vergrijzing en of het toenmalige beleid in stand kon blijven. Volgens het advies van de staatscommissie kon het AOW-stelsel gehandhaafd worden. Ruim 20 jaar later, tijdens de Tweede Kamerverkiezingen van 2006, kwam het onderwerp weer ter sprake. Zowel de VVD als D66 kwamen met het plan om de AOW-leeftijd te verhogen van 65 naar 67 jaar. De VVD nam dit uiteindelijk niet op in haar partijprogramma, maar D66 wel. Sindsdien is de verhoging van de AOW-leeftijd niet meer van het politieke toneel verdwenen. Tijdens de bovengenoemde verkiezingen van 2006 bleek de AOW een heikel punt. Op advies van de Sociaal Economische Raad zou de AOW gefiscaliseerd moeten worden. Bovendien zouden alleen ouderen die voor hun 65ste stoppen met werken en een aanvullend pensioen hebben van meer dan € 18.000 hoeven meebetalen aan de AOW. Het CDA was aanvankelijk tegen deze fiscalisering, maar verrassend genoeg kwam premier Balkenende in 2008 met het voorstel om de AOW-leeftijd te verhogen naar 67 jaar. Dit viel, niet geheel toevallig, samen met het begin van de economische crisis in Europa. Op 25 maart 2009 werd een crisisakkoord gesloten met de mogelijkheid tot verhoging van de AOW-leeftijd om de financiële crisis te bestrijden. In oktober dat jaar bereikten de coalitiepartijen CDA, PvdA en ChristenUnie een akkoord over de verhoging van de AOW-leeftijd naar 67 jaar. Overeengekomen werd dat de AOW-leeftijd zou stijgen in twee fases: eerst naar 66 in 2020 en vervolgens naar 67 in 2025. Een kleine twee maanden hierna werd het wetsvoorstel Wijziging van de Algemene Ouderdomswet, de Wet inkomstenbelasting 2001 en de Wet op de loonbelasting 1964 in verband met verhoging van de leeftijd waarop recht op ouderdomspensioen ontstaat voor de eerste keer ingediend. Deze is anderhalf
JURIST in BEDRIJF
jaar later ingetrokken en vervangen door een nieuw wetsvoorstel, dat ook weer ingetrokken werd. Pas ruim een jaar hierna werd de Wet van 12 juli 2012 tot wijziging van de Algemene Ouderdomswet aangenomen, die de AOW-leeftijd voor het eerst definitief verhoogde sinds de invoering van de AOW in 1957.
"Waar momenteel tegenover elke AOW-gerechtigde vier werkenden staan, zal die verhouding verschuiven naar 2 werkenden per AOW-gerechtigde in 2040." Er zijn vele jaren overheen gegaan om tot een wettelijke verhoging van de AOWleeftijd te komen, die in de zomer van 2012 gerealiseerd werd. Kort hierna werd in het huidige regeerakkoord opgenomen dat de AOW-leeftijd vanaf 2016 versneld omhoog moet gaan: naar 66 jaar in 2018 en naar 67 jaar in 2021. Dit zal gerealiseerd worden door de AOW-leeftijd vanaf 2016 te verhogen in stappen van 3 maanden, en vanaf 2018 in stappen van 4 maanden. Dit wordt ook wel de ‘stapsgewijze verhoging’ genoemd. Vervolgens wordt de AOW-leeftijd vanaf 2022 gekoppeld aan de gemiddelde levensverwachting. De Tweede en de Eerste Kamer moeten nog instemmen met dit voornemen van het kabinet. Zoals eerder vermeld is de stijgende levensverwachting een van de meest genoemde argumenten voor het verhogen van de AOW-leeftijd. Een stijgende levensverwachting zorgt immers voor toenemende lasten, waardoor er meer druk komt te staan op de pensioenspaarpot van Nederland. Toen de AOW in 1957 werd ingevoerd , lag de gemiddelde leeftijd van overlijden nog op 65,2 jaar. Het was dus niet bepaald regel in die tijd dat je überhaupt de AOW-leeftijd zou bereiken. Als je de 65 al haalde, was je vaak niet meer in staat om te werken. Een AOW-uitkering op je 65ste was dus echt een basisbehoefte. De gemiddelde sterfteleeftijd is in 2013 door het Centraal Bureau voor de Statistiek vastgesteld op 77,5 jaar. In 56 jaar tijd is de levensver-
43
ARTIKEL landen worden nu, net als in Nederland, langzaamaan de eerste pensioenherzieningen doorgevoerd. Met name worden wijzigingen aangebracht in de wettelijke pensioenleeftijd en worden prepensioenregelingen aangepast. Zo is in Italië de prepensioenleeftijd voor mannen gewijzigd van 57 naar 62 jaar. In Frankrijk wordt niet de wettelijke pensioenleeftijd verhoogd, maar wordt er gekeken naar het aantal dienstjaren dat de burger gewerkt heeft, wat in 2008 naar 40 jaar is verhoogd.
wachting dus met ruim 12 jaar toegenomen, terwijl de leeftijd waarop men AOW-gerechtigd wordt, momenteel nog steeds 65 is. Dit legt uiteraard een enorme druk op het Nederlandse pensioenstelsel, vanwege het feit dat er meer steeds meer ouderen recht hebben op een 65+-voorziening. Bovendien zal de AOW voor een steeds langere periode uitbetaald moeten worden, wanneer we ervan uitgaan dat de gemiddelde levensverwachting ook de komende jaren zal blijven toenemen. Daarbij wordt deze druk op het Nederlandse pensioenstelsel nog eens vergroot door de (relatieve) afname van premiebetalers, ten gevolge van de vergrijzing, en de schade die de economische crisis in Nederland heeft achtergelaten.Waar momenteel tegenover elke AOW-gerechtigde vier werkenden staan, zal die verhouding verschuiven naar 2 werkenden per AOWgerechtigde in 2040.Tegelijkertijd zal het aantal AOW-gerechtigden naar schatting toenemen met 2 miljoen. De kosten zullen daarmee oplopen tot ongeveer € 50 miljard in 2040, ten opzichte van € 30 miljard nu. Dit houdt dus in dat minder mensen de uitgaven voor meer AOW-uitkeringen zullen moeten gaan opbrengen. De wetswijziging ter verhoging van de AOW-leeftijd heeft echter ook geleid tot veel controverses onder werkend Nederland. Veel genoemde argumenten tegen de leeftijdsverhoging zijn onder andere dat met name rijkere mensen langer leven, en dus het armere deel van de bevolking wel degelijk te maken krijgt met een kortere pensioenperiode . Een
44
ander argument dat wordt aangehaald is dat het relatief lastig is voor ‘ouderen’ om werk te krijgen; werkgevers zitten niet te wachten op oudere werknemers en zullen dus de voorkeur geven aan jongere sollicitanten. Verder zou het volgens de vakbonden gezond zijn voor werkenden om zelf te kiezen wanneer men met pensioen wil gaan, zonder daaraan een verplichte leeftijd te koppelen. Het geschetste probleem van het Nederlandse pensioenstelsel wordt ook herkend in andere Europese landen, waar de levensverwachting ook stijgt en ze, evenals in Nederland, steeds minder kinderen krijgen. Vooral in landen die gebruikmaken van het omslagstelsel, waarin pensioenen worden betaald uit de lopende premieontvangsten en er dus geen opbouw van pensioenvermogen bestaat, zorgt de vergrijzing voor steeds hoger wordende pensioenpremies. Hoewel Nederland, in tegenstelling tot veel andere Europese landen, een grote pensioenspaarpot heeft opgebouwd, kunnen tegenvallers steeds minder goed opgevangen worden met premieaanpassingen. In het Verenigd Koninkrijk speelt de verhoging van de pensioenleeftijd al langere tijd een rol binnen de politiek en wordt de noodzaak tot het doen van aanpassingen al lange tijd herkend. Dit uit zich in een lange traditie van hervormingen binnen het Britse pensioenstelsel. In de Verenigde Staten is, opmerkelijk genoeg, al in 1983 besloten om de pensioenleeftijd te verhogen van 65 naar 67 jaar, in de periode van 2003 tot 2022. In de meeste continentaal-Europese
JURIST in BEDRIJF
Het staat buiten kijf dat het Nederlandse pensioenstelsel onder druk staat. Door de vergrijzing die gaande is, waarbij mensen aan de ene kant steeds langer blijven leven en er aan de andere kant steeds minder baby’s geboren worden, worden de AOW-uitkeringen steeds lastiger te financieren. Dit gevoegd bij de schade die Nederland heeft geleden door de economische crisis, heeft de Nederlandse politiek ertoe bewogen om wetswijzigingen door te voeren en het Nederlandse pensioenstelsel te hervormen. Waar de wettelijke AOW-leeftijd in 1957 vastgesteld werd op 65 jaar, is in 2012 definitief de wet gewijzigd om dit te verhogen naar 67 jaar. Het huidige kabinet is voornemens deze wijziging versneld door te gaan voeren, door de leeftijd in 2018 te verhogen naar 66 en in 2021 naar 67 jaar, in stappen van drie maanden. De Eerste en Tweede Kamer moeten nog instemmen met dit voornemen, maar het is overduidelijk dat drastische stappen nodig zijn om op de lange termijn ook elke AOW-gerechtigde van een oudedagsvoorziening te kunnen voorzien. Ook in andere (Europese) landen komt het pensioenstelsel onder druk te staan en moeten hervormingen plaatsvinden om te waarborgen dat in de toekomst iedereen kan worden voorzien van een uitkering. Met de wetenschap dat de kosten van de AOW met zo’n € 20 miljard zullen toenemen gedurende de komende 35 jaar, is het dus niet bepaald onredelijk dat de Nederlander twee jaar langer door zal moeten werken voor men de AOW-leeftijd bereikt, met inachtneming van het feit dat de gemiddelde levensverwachting met ruim 12 jaar is toegenomen sinds de invoering van de Algemene Ouderdomswet in 1957.
ARTICLE
Legal issues Ebola
The Ebola virus outbreak is global news, making headlines all over the World almost every day. Ebola is a disease of humans and other primates caused by the Ebola virus. It has a high mortality rate, averaging out at 50 percent. At this time no specific treatment or vaccine for the virus is commercially available, although a number of potential treatments are being developed. Control of outbreaks requires coordinated medical services along with a certain level of community engagement. In 2014 an estimated number of 5.000 deaths caused by Ebola were reported. These numbers indicate that we are dealing with the worst Ebola outbreak in history. In addition to the medical issues, legal questions rise like: ‘how far can states go to prevent the spread of this disease?’ and ‘Do states have the right to quarantine individuals if they were exposed to the disease or even infected by it?’. By: Inge Hensen Contamination Among people, the Ebola virus only spreads through direct contact with blood or body fluids of a person who has developed symptoms of the disease. Body fluids that may contain the Ebola virus include saliva, mucus, vomit, faeces, sweat, tears, breast milk, urine and semen. To make matters even worse, corpses of Ebola victims remain infectious.This means that the corpses need to be treated with the same caution and attention as
living victims of the Ebola virus.With this knowledge at hand, people can imagine that preventing the spread of this disease is very difficult and requires a great deal of expertise and financial resources. Especially in countries that do not have the
"We are dealing with the worst Ebola outbreak in history."
JURIST in BEDRIJF
financial resources nor the expertise to maintain high standard medical systems, contamination is a high risk. The number of countries that do have a medical system capable of implementing correct and safe medical quarantine procedures is relatively low, allowing the Ebola virus to continue claiming victims. Health-care workers that are exposed to the Ebola virus when treating infected patients run the highest risk of getting contaminated
45
ARTICLE
themselves. This risk is even higher in countries that cannot afford the required protective clothing, gloves, masks, disinfectant materials and so on. These are usually the same countries that also lack knowledge and education concerning the correct approach to containing the outbreak of a deadly contaminous disease such as the Ebola virus. Prevention The US Centre for Disease Control (CDC) warns that people who have direct contact with those infected with the Ebola virus should wear protective gear, masks, gloves, gowns and goggles. No skin should be left exposed.The CDC claims, and this is correct, that infection control is a key strategy in stopping the spread of Ebola and managing patients with the Ebola virus. The website of the CDC contains numerous protocols and other information for health-care workers concerning the personal risk of getting infected with the Ebola virus and still being able to help those in need. Unfortunately, the Ebola crisis has reached a level where
46
prevention in its self is no longer sufficient. Due to the large number of people infected, more profound measures are required. Measures such as isolation and quarantine are now applied. The maximum incubation time for the Ebola virus is a period of 21 days. This means that if someone is infected with the Ebola virus they start to show symptoms of the disease within 21 days. Patients only become infections when they start to show symptoms of the disease. In some states such as New York and New Jersey,
"In some states such as New York and New Jersey, there is a mandatory 21-day quarantine period for every healthcare worker who has been treating Ebola patients in West Africa."
JURIST in BEDRIJF
there is a mandatory 21-day quarantine period for every healthcare worker who has been treating Ebola patients in West Africa.When a person does not show any symptoms after the period of 21 days, this person is not infected with Ebola. This rule seems reasonable given the current circumstances and severity of the Ebola epidemic. But those who oppose forced automated quarantines insist that proper self-monitoring removes almost all likelihood of transmission, given that Ebola is typically only infectious after symptoms appear.They state that requiring a threeweek quarantine period would deter some aid workers from travelling to West Africa to fight the unprecedented epidemic. So the question rises; what are the legal boundaries and restrictions to these measures? How far can states go to protect the health of their citizens? The case of Kaci Hickox Kaci Hickox was held in an isolation tent in New Jersey for three days after she returned from Sierra Leone, where she worked with Ebola patients as a nurse for
ARTICLE Médicins sans frontiers (MSF).When she arrived at the Newark Liberty International Airport a forehead scanner detected a slight increase of her body temperature, which indicated she might have a fever. Because Hickox came from a country that had a high Ebola rate, she was pulled aside and was put in an isolation tent for three days.This state-imposed quarantine in Maine, the home of Hickox, led to a discussion among experts on the legal issue whether or not states have the right to isolate people against their will in order to protect the health of others. The state of Maine has the right to isolate or impose quarantine for infected people, even against their will. But to be legally allowed to do this, the infected individual needs to constitute a threat against the state’s citizens. It is a complicated legal issue because of the universal fundamental rights of people, including the freedom of movement. No one can be held against their will without a legal rule that dictates otherwise. The Constitution provides a basis for derogation of this fundamental right, giving the federal government the power to isolate by means of quarantine. They have the right to protect the citizens of their state for the benefit of society. Maine's law states: "In the event of an actual or threatened epidemic or outbreak of a communicable or occupational disease, the Department of Health and Human Services may declare that a health emergency exists and may adopt emergency rules for the protection of the public's health relating to procedures for the isolation and placement of infected persons for purposes of care and treatment of infected persons, which shall be subject to the supervision and regulations of the department." But was Hickox really a potential threat? The only grounds for her being a threat were that she helped take care of Ebola victims and a slight increase in body temperature. Can these two facts be considered as sufficient evidence to the statement that Hickox is a risk to the public? Or is she being unduly deprived of her fundamental rights? Legal experts are divided over this legal issue. On the fourth of November 2014 an agreement was reached between Hickox and the
"Preventing the spread of this disease is very difficult and requires a great deal of expertise and financial resources. Especially in countries that do not have the financial resources nor the expertise to maintain high standard medical systems, contamination is a high risk." US state of Maine. Hickox was tested twice and the results of these tests were negative for Ebola. Furthermore she did not have any symptoms so there was no legal ground to restrict her freedom any longer. Hickox herself has made the following statement concerning the news about her possible contamination: "I am not going to sit around and be bullied around by politicians and be forced to stay in my home when I am not a risk to the American public,". The agreement complies with the ruling by a judge that she should be free to travel but must monitor her health. Public opinion Whether or not it is legally allowed to put infected or even possibly infected people in quarantine or isolation, according to a Wall Street Journal/NBC 4 New York/ Marist College poll the results of the survey show that eighty-two percent of the respondents feel that a 21-day quarantine for individuals who have been in contact with an Ebola patient, regardless of whether or not they have symptoms, should be mandatory. These people also believe that the healthcare workers’ movements should be monitored and controlled. The general opinion is that because of the lack of detailed knowledge about the transmission of this disease, there should be extra caution. Citizens state that they have respect for the healthcare workers because they make a sacrifice by going to West Africa and help those in need. On the other hand the citizens think workers need to understand that
JURIST in BEDRIJF
they should also make a similar sacrifice to those back in the United states in preventing the domestic spread of the disease. Furthermore, when considering the speed with which Ebola spreads and the high mortality rate of the disease, can one ever be too careful? Many believe the 21-day quarantine is a measure that, if necessary, needs to be imposed on those who were at risk. Some say the measure is like hitting a fly with a sledgehammer, but at least the fly is dead. Ebola in the Netherlands The risk of someone being infected with the Ebola virus and bringing it into the Netherlands is extremely low. Schiphol and the airline companies have the knowledge to deal with a potentially infected passenger. National and international agreements (IATA guidelines and International Health Regulations) have been established to identify people with infectious diseases in time. Also the pilots and flight crews are being trained to notify Schiphol when passengers show symptoms of infectious diseases such as Ebola. If the case arises that an infected individual does enter the Netherlands, there is a risk of further spreading of the disease. Fortunately, almost all citizens have access to medical attention within a very short period of time. It is also common to contact one’s personal doctor when someone is not feeling well. All Dutch doctors and other medical experts are obliged to report any suspicion of an Ebola contamination (or similar virus) to the Community Health Service. The RIVM and the Community Health Service retrace all of the patient’s contacts, and monitor the health of those who came in contact with the patient for a period of three weeks.As soon as they show any symptoms, they are immediately nursed in isolation, which is an effective way to control the spread of the disease. The same approach has shown its effect in successfully containing the spread of the Marburg virus in 2008, when a patient in the Netherlands was infected with the disease. The Marburg virus is closely related to the Ebola Virus.
47
ARTICLE
The Deep Web
The internet. Many cannot live without it. It has quickly become part of our daily lives. We work, shop and socialize via internet. It feels so normal and comfortable that we would almost forget what life used to be without internet access. We get aggravated when our providers do not supply good quality internet access. It is like being a fish out of water. And we all know the feeling of being cut off when abroad: when we are not able to consult Google maps, stay up to date about our friends’ and family’s whereabouts or share our adventures with the world. The internet hasn’t been a presence in our lives for that long. Many remember the days of modems that made weird, alienesque noises and cellphones unequipped for internet use. If you think about the development in the past couple of years, it is almost scary to think what the future might hold. However, what we do not know is that even now there are parts of the internet that we are not familiar with. The part of the internet we have used mainly until now is just the tip of the iceberg. It is called the ‘surface web’. But there is an entire unexplored and dark area of the internet: the Deep Web. By: Justine Sliwinski The World Wide Web is like an iceberg in the water. Just the tip of it is visible and the rest is hidden under the water surface. The tip of that iceberg is what most of us know and use on a daily basis. Researchers estimate that the Web we know is a part as small as 1% of the World Wide Web as a whole.This is the so called surface Web or visible Web. The surface Web is anything that can be indexed by a search engine like Google,Yahoo or Bing. A search engine searches by ‘crawling’ the
48
"The part of the internet we have used mainly until now is just the tip of the iceberg." Web. It does that by following the links between sites, crawling the Web's threads like a spider. This ‘crawling technology’ finds and identifies websites. This basically means that search engines find links
JURIST in BEDRIJF
via webpages that contain more links that are connected to other pages. So a search engine behaves just like we do when we are navigating through a website. When we are looking for black boots on a shoe shop website, we need to click on a tab that will navigate us from the homepage to the page with shoes that are black or a certain kind of shoes. In this case boots. When we try to find black boots via Google, it will give us the link to the webpage of the shoe shop but it will also give a link
ARTICLE that will lead us directly to the page with either black shoes or a page with boots. Examples of pages we access on the surface Web are social media sites like Facebook,Twitter or LinkedIn, news sites like CNN or BBC, online shopping pages such as Amazon and all kinds of blogs. The ‘crawling technology’ only lets search engines gather static pages.What they do not capture are dynamic pages, like the ones that get generated when you ask an online database a question. When a Web crawler finds a database, it cannot find links within that database because the access to databases is limited. Therefore databases are part of the Deep Web. The Deep Web, also known as hidden Web, Undernet or invisible Web, is anything a search engine cannot find. Databases are a huge part of the Deep Web. NASA has one of the largest governmental databases and Elsevier has a very big database on academic journals for example. Another part of the Deep Web consists of hidden pages on internal networks. Universities and companies have Intranet that contains a lot of information on students and personnel. Schedules, files, message boards, etc. Maastricht University uses Eleum as its internal network for example. Now picture that iceberg again. The tip of that iceberg sticks out of the water. That is the surface Web. However, the biggest part of that iceberg is under water. This part of the iceberg is called the Deep Web. All the way down on the ocean floor, where the sun light does not come through, there is yet another part of the deep web at the bottom of the iceberg: the Dark Web.This small part of the Deep Web is totally different from the rest. Webpages on both the surface web and the Deep Web can be accessed through a regular browser. Not only are regular search engines useless to browse the Dark Web, but also regular browser are useless to do it. So you cannot access the Dark Web through Safari, Internet Explorer or Mozilla Firefox. To browse the Dark Web you need special software such as Tor (The Onion Router). The Dark Web is a small portion of the deep web that has been intentionally
hidden and only accessible via special software. People use the Dark Web so their internet activities cannot be traced back to them because the ip-address of TOR-users changes and so does the country of origin. This happens because the users are being led through several servers while browsing via TOR. The Dark Web is difficult to access and even when you manage to do it, you are not there yet.The Dark Web does not have search engines and regular websites that contain the name or brand of what you are looking for followed by .com, .nl, .de, etc. Webpages on the Dark Web contain a combination of letters and numbers followed by ‘.onion’.A webpage on the dark web looks more like a code or a password. ‘kpvz7ki2v5agwt35.onion/wiki/index. php/Main_page’ is an example of what a website looks like in the Dark Web. This is the link to ‘Hidden Wiki’. Facebook also launched a website for TOR users recently and it looks like this: facebookcorewwwi. onion.
The Dark Web is the dark corner of the internet. Since internet activities cannot be traced back to the users, obscure things are happening on the Dark Web. It is the Wild West of the internet where black markets flourish. It has become a playground for drug trafficking and drug dealing but what you can also find on the Dark Web is: stolen credit cards, illegal pornography, trade in body parts and pirated media to name a few.You can even hire an assassin. On the other hand, the Dark Web is a great place for ‘white hat hackers’ or ‘whistleblowers’ like Edward Snowden. These people expose misconduct and alleged dishonest or illegal activities in an organization. They often have access to sensitive information because they are part of that particular organization.White
JURIST in BEDRIJF
hat hackers are ethical hackers.They try to hack the system of an organization and test the quality of the security to prevent real hackers from hacking. Hackers usually use the Dark Web so they can erase their steps. Whistleblowers can expose sensitive information in case a law or regulation is being violated or when they believe misconduct is a direct threat to public interest like fraud and corruption. When the whistleblower's activities could be traced back to him, he or she would be in trouble.The Dark Web allows whistleblowers to warn the world anonymously without being punished for it, ideally. Whoever develops a mechanism that is able to comb the Deep Web, preferably including the Dark Web, would certainly be able to make a lot of money. There are a lot of interested parties who would love to get more grip on this dark side of the World Wide Web. Stanford and the University of California have come up with some prototypes but as for the foreseeable future, it seems that the Dark Web users can carry on their activities. Many people make the mistake of using the term 'Deep Web' when referring to the Dark Web but there is a clear distinction between the two. The Deep Web does not only contain illegal activities. This only applies to the Dark Web and the other part of the Deep Web just holds hidden information like databases that can be legally accessed with passwords. So the Deep Web can be accessed via a regular browser. The Dark Web on the contrary needs special software to access it. For now most people mainly use the surface Web but I, for one, am curious to see what our perception of 'normal' use of the World Wide Web will be in a couple of years.Will the Deep Web stay as anonymous and hidden as it is today? Or will researchers find a way to develop a mechanism that can comb the entire Web including the Deep Web? Time will tell.
49
MASTERCLASS
ICGI PREMIUM Masterclassreeks 2014-2015
Door: Kirsy Corten & Anouk Smits Op maandag 27 oktober is de ICGI PREMIUM Masterclassreeks 2014-2015 weer van start gegaan. Dit is een intensief honours programma aan de Universiteit Maastricht, georganiseerd door het Institute for Corporate Law, Governance and Innovation Policies. Het programma is gericht op gemotiveerde masterstudenten Rechtsgeleerdheid met een aantoonbare affiniteit met het ondernemingsrecht. Dit jaar nemen er elf studenten deel aan het programma. Zij zijn geselecteerd op basis van hun cijferlijst, C.V., motivatiebrief en pitch tijdens het sollicitatiegesprek. De benodigde tijd om actief deel te kunnen nemen aan dit programma is circa acht uren per week. Er vinden vier inhoudelijke masterclasses plaats bij de ICGI partnerkantoren. Dit zijn DVDW Advocaten gevestigd in Den Haag en in Rot-
50
terdam,Thuis & Partners Advocaten gevestigd in Maastricht en Heerlen en Vlaminckx Advocaten gevestigd in Venlo. Deze partnerkantoren spelen allemaal een actieve rol in het programma. Tijdens de in-housedagen wordt er aandacht besteed aan diverse interessante thema’s; de overname van een onderneming, het insolventierecht, geschillen in de onderneming en de positie van de statutair directeur. Verder komen ook een aantal praktische vaardigheden aan bod, zoals samenwerken, presenteren, pitchen, onderhandelen, processtukken opstellen en pleiten. In het kader van deze Masterclassreeks vindt er namelijk ook een mootcourt plaats
JURIST in BEDRIJF
in de Rechtbank Maastricht. Ter voorbereiding hierop zullen de studenten in teams worden opgedeeld en gesprekken moeten voeren met hun cliënt. Ook zijn er voldoende mogelijkheden om te netwerken en gezellig te borrelen. Verder wordt er, net zoals in andere PREMIUM programma’s, ook gewerkt aan de generieke competenties van de individuele deelnemers. Elke deelnemer heeft een aantal verplichte gesprekken met een competence coach en volgt nog een aantal algemene workshops. Uiteindelijk zal elke deelnemer van de ICGI PREMIUM Masterclassreeks een wetenschappelijk artikel schrijven met een ondernemingsrechtelijke invalshoek. De deelnemers hebben in beginsel zelf de vrijheid om een onderwerp te kiezen. Het artikel dient gericht te zijn op de praktijk.
MASTERCLASS Deze artikelen worden, indien zij aan de gestelde eisen voldoen, gepubliceerd in de ICGI Corporate Lawyers Bundel. Deze bundel zal vanaf de zomer van 2015 te koop zijn in diverse boekenwinkels door heel Nederland. Op vrijdagochtend 14 november mochten we ons melden bij Vlaminckx Advocaten in Venlo voor de eerste masterclass met als thema ‘overname van onderneming’. We werden hartelijk ontvangen met een lekker stuk Limburgse vlaai en een kopje koffie of thee. Na dit ontvangst was het tijd voor iedereen om zijn elevator pitch te houden. Deze elevator pitch moest een stukje over jezelf bevatten, het onderwerp waarover je wetenschappelijke artikel gaat schrijven en je moest kort wat aandachtspunten voor een goed wetenschappelijk artikel goed bespreken. Het was echt opvallend dat het leek of niemand zenuwachtig was! Na deze eerste ronde overleefd te hebben, kregen we in twee groepen een rondleiding door het kantoor van Vlaminckx Advocaten. Tijdens deze rondleiding konden we aanwezige advocaten, werkzaam in verschillende rechtsgebieden, het hemd van het lijf vragen. Hierdoor kregen we een goede indruk van de sfeer bij Vlaminckx Advocaten en kregen we diverse verhalen uit de praktijk te horen. Onze indruk van het kantoor was dat er een toegankelijke en gemoedelijke sfeer hing en alle advocaten er met veel plezier werken.
Na de rondleiding was het tijd voor een lunch met lekkere broodjes. Tijdens de lunch konden we even met zijn allen bijkletsen en de overige vragen die we nog hadden stellen. Daarna was het tijd voor de tweede ronde, onderhandelen! Van te voren waren we al in vier kleinere groepjes verdeeld, twee verkopende partijen en twee kopende partijen. Daarnaast hadden we een casus gekregen zodat we ons konden inlezen, maar deze casus bevatte geen details dus we konden onze strategie pas ter plekke bepalen. Ons groepje was de verkopende partij, wij moesten zorgen dat het pareltje van cliënt voor een goede prijs verkocht
JURIST in BEDRIJF
werd en er zo min mogelijk zekerheden werden gegeven. De kopende partij had natuurlijk tegenstrijdige instructies waardoor de onderhandelingen echt losbarstten. Natuurlijk werden we het totaal niet eens, maar we moesten tot een deal komen, omdat anders de verkoop van tafel zou zijn. Geen van de partijen wilde concessies doen, waardoor onze onderhandelingen in het begin stroef verliepen en erop gegeven even een pauze moest worden ingelast. Na de pauze hadden we nog maar even de tijd, zodat er snel concessies werden gedaan. Dit resulteerde uiteindelijk in een deal! Tijdens de vergelijking van beide deals door managing partner Remie Huijs bleek echter dat het snel doen van concessies had geleid tot hilarische bedragen, die in praktijk nooit voor zullen komen. Bij de vergelijking werd er besproken hoe we tot deze bedragen waren gekomen en wat er in de praktijk gebruikelijk was. Hierna werd de dag natuurlijk afgesloten met een borrel en lekkere tapas! Wij kijken terug op een leuke en leerzame dag.Wij hopen dat alle andere onderdelen van de ICGI PREMIUM Masterclassreeks 2014-2015 net zo leuk en leerzaam zullen zijn!
51
Agenda JANUARI 2015 13 januari 2015
ALV (algemene ledenvergadering) (OURANOS)
FEBRUARI 2015 02 februari 2015
Carrièrebus Stichting Jurist in Bedrijf; laat je curriculum vitae controleren
02 februari 2015
ALV (algemene leden vergadering) (GAIUS)
03 februari 2015
Activiteit bachelorcommissie (OURANOS)
03 februari 2015
Halfjaarlijkse ALV met aansluitend fiscale wettenbundelborrel i.s.m. Loyens & Loeff (FIRST)
05 februari 2015
Activiteit International Mastercommittee
06 februari 2015
International Job Fair (FIRST)
10 februari 2015
Blokfeest (OURANOS)
11 februari 2015
FIRST Fiscale Bedrijvendag (FIRST)
12 februari 2015
Activiteit European Law committee (OURANOS)
24 februari 2015
Kantoorbezoek Belastingdienst (FIRST)
26 februari 2015
Interstedelijk Fiscaal Debat Tilburg (FIRST)
MAART 2015
52
05 maart 2015
Bedrijven- en instellingendag (STICHTING JURIST IN BEDRIJF)
6 maart- 15 maart 2015
Ouranoski (OURANOS)
10 maart 2015
Activiteit Mastercommissie (OURANOS)
10 maart 2015
Open feest (FIRST)
20 maart 2015
Kantoorbezoek Loyens & Loeff (FIRST)
20 maart 2015
Alumni-borrel (FIRST)
23 maart 2015
Snelpleitavond (GAIUS)
JURIST in BEDRIJF
THE BRIGHT VINDT PLAATS OP 5, 6 & 7 FEBRUARI 2015
VLIEG VAN AMSTERDAM NAAR LONDEN
WERK AAN EEN CASE ÉN AAN JE LEGAL ENGLISH
EET SCONES MET ONZE NOTARIËLE KANTOORGENOTEN
DUIK MET DE BRAUW HET FINANCIAL DISTRICT IN Studeer je notarieel recht? Dan is dit dé business course van het jaar: The Bright, from the Rock to the City, in Amsterdam én in Londen. We behandelen een case uit de praktijk, werken aan je Legal English en je leert elkaar en kantoorgenoten beter kennen. Aanmelden voor The Bright kan t/m 11 januari 2015 via werkenbijdebrauw.nl/thebright
De wet van Van Doorne:
Meelopen is geen goede stage
Bij Van Doorne werken gedreven en geslepen geesten. Advocaten, notarissen en fiscalisten die hun vak verstaan. Kom je bij ons stage lopen, dan leren we je dat vak graag. Maar weet wel waar je aan begint. Aan meelopers hebben we hier geen behoefte, aan mensen die vooroplopen en vooruitdenken des te meer. Onze praktijk leert dat talent pas komt bovendrijven wanneer het zich mag bewijzen. Kijk op www.werkenbijvandoorne.nl hoe je je talent op scherp kunt zetten. Maak kennis met je nieuwe collega’s, neem een kijkje op je nieuwe werkplek en kies de toekomst die je wilt. Heb je vragen of wil je solliciteren, neem dan contact op met onze recruiter, telefoon 020 6789 338,
[email protected]
Van Doorne houdt je scherp