UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT POLITIEKE EN SOCIALE WETENSCHAPPEN
Een onderzoek naar de domesticatie van mobile television bij de eerste generatie gebruikers in Vlaanderen: Yelo van Telenet
Wetenschappelijke verhandeling aantal woorden: 20561
THIJS VANDEPOELE
MASTERPROEF COMMUNICATIEWETENSCHAPPEN afstudeerrichting COMMUNICATIEMANAGEMENT PROMOTOR: PROF. DR. LIEVEN DE MAREZ COMMISSARIS: TOM EVENS COMMISSARIS: EVELIEN DE WAELE – DE GUCHTENAERE
ACADEMIEJAAR 2011 – 2012
Inzagerecht in de masterproef Ondergetekende, Thijs Vandepoele, geeft hierbij toelating aan derden, niet-behorend tot de examencommissie, om zijn proefschrift in te zien. Datum en handtekening 29 juli 2012
Deze toelating geeft aan derden tevens het recht om delen uit de scriptie/masterproef te reproduceren of te citeren, uiteraard mits correcte bronvermelding. 3
Dankwoord Een masterproef schrijven is een werk van lange adem. De angst voor het lege blad schuilt altijd achter de hoek. Jezelf blijven motiveren om ervoor te gaan is niet altijd eenvoudig maar gelukkig sta je er nooit alleen voor. Soms ging het schrijven vlot, maar vaak had het meer weg van de processie van Echternach. Ik wil hier dan ook enkele mensen bedanken omdat zij er hebben voor gezorgd dat ik deze masterproef tot een goed einde kon brengen. Professor De Marez, voor de feedback op mijn onderzoeksvoorstel, voor de tips bij de start van het masterjaar en voor het snelle antwoord op de vragen die ik had. Iedereen die deelnam aan dit onderzoek, zonder hun inzet had ik nooit een degelijk onderzoek kunnen uitvoeren. Hun deelname was van cruciaal belang. Mijn ouders, voor de kansen die ze me de afgelopen jaren hebben gegeven en hun onvoorwaardelijke steun op moeilijke momenten tijdens het schrijven van mijn masterproef. Niels, Simon, Jony, Charlotte, Lien, Zoë, Gerlind, Jens, Laurence, Joachim, Jozefien, Mena, Thomas, Laurens, Koenraad, Marijn, Laura, Jelle, Hadwin, Andrej, Matthias en alle andere vrienden voor de fantastische tijd aan de Universiteit Gent en de broodnodige steun tijdens het schrijven. Jasper, Laura en Jozefien voor het nalezen van deze masterproef. Mijn kotgenoten, voor de vele toffe momenten de afgelopen jaren en de pauzes wanneer het nodig was. Kortom wil ik iedereen bedanken die ik ken en die me geholpen heeft bij het verwezenlijken van deze masterproef. Ik ben jullie dankbaar, zeer dankbaar.
Thijs Vandepoele Gent, 29 juli 2012
5
INHOUDSOPGAVE Dankwoord
5
Abstract
9
DEEL 1: LITERATUURSTUDIE Inleiding 1.
Domesticatietheorie
9 15
1.1 Dimensies binnen domesticatie
15
1.2 Double articulation
18
1.3 Triple articulation
19
2.
Mobile television
19
3.
Context voor het gebruik van mobile television
22
4.
5.
3.1 Plaats van gebruik
22
3.2 Kijkduur
24
3.3 Tijdstip van gebruik
26
3.4 Frequentie
26
3.5 Persoonlijk gebruik
27
Redenen om mobile television te gebruiken
27
4.1 Informatiebron
27
4.2 Tijdsdoder – entertainmentfunctie
28
4.3 Achtergrond bij andere bezigheden
28
4.4 Tweede televisietoestel in huis
28
Content voor mobile television
31
5.1 TV on the Mobile – TV for the Mobile
31
5.2 Lineaire transmissie
31
5.3 Omgevormde content
32
5.4 Specifieke content
32
7
6.
7.
Problemen bij mobile television
34
6.1 Content
34
6.2 Autonomie van de batterij
34
6.3 Scherm
35
6.4 Verbindingsproblemen met de service
35
Yelo
36
DEEL 2: KWALITATIEF ONDERZOEK 1.
Onderzoeksopzet en -methode 1.1 Dagboekmethode
42
1.1.2. Vragenlijst
43
1.1.3. Gegevensverzameling
43 44
1.2.1. Doelstelling
44
1.2.2. Vragenlijst
44
1.2.3. Gegevensverzameling
45
1.3 Rekrutering participanten
3.
42
1.1.1. Doelstelling
1.2 Interviews
2.
41
Resultaten
45 49
2.1 Context
49
2.2 Redenen om mobile television te gebruiken.
57
2.3 Content
60
2.4 Device
62
2.5 Problemen bij het Yelogebruik
65
Conclusie en discussie
68
3.1 Conclusies
68
3.2 Beperkingen
73
3.3 Mogelijkheden voor vervolgonderzoek
73
4.
Bibliografie
74
5.
Bijlage
78
Abstract Deze masterproef wil een beeld schetsen van het Vlaamse mobile televisiongebruik, meer bepaald het gebruik van Yelo van Telenet. In onze samenleving waarin steeds meer en sneller nieuwe innovaties worden gelanceerd (cfr. de innovatiespiraal) en bestaande technologieën convergeren is het nu de beurt aan televisie om losgekoppeld te worden van een vaste plaats in huis. Telenet laat klanten met digitale televisie toe om televisie te kijken via tabletcomputer, smartphone en pc (laptop). Daardoor ontstaat een unieke kans om een onderzoek te doen naar de eerste generatie gebruikers van mobile television in Vlaanderen. Gebaseerd op de domesticatietheorie gaan we na hoe de domesticatie van mobile television verloopt. Hierbij focussen we op de aspecten die bij triple articulation van belang zijn: context, content en het device waarmee via Yelo naar televisie wordt gekeken. Aan de hand van 15 dagboeken en 20 interviews krijgen we een beeld van het Vlaamse Yelogebruik. Met betrekking tot de plaats in huis waar Yelo vaak wordt gebruikt halen we 5 B’s aan: bed, buiten, bad, bestaande kijklocaties en bureau. Er worden langere kijksessies waargenomen dan bij voorafgaand onderzoek. Yelogebruik vindt vooral ’s avonds plaats en de gebruiksfrequentie ligt eerder laag. Gebruikers kijken vooral alleen naar Yelo. Kenmerken van het device spelen hierbij een grote rol. Nieuws- en sportprogramma’s blijken vaak bekeken content, geheel in lijn met voorafgaand onderzoek. Deelnemers beschouwen tablets als beste device om naar televisie te kijken via Yelo. Hoewel we met betrekking tot de redenen achter het Yelogebruik op heel wat gebieden kunnen aansluiten bij eerder onderzoek, zijn er toch interessante inzichten verworven. Naar de toekomst toe uiten participanten vooral de wens naar een groter zenderaanbod en de mogelijkheid om opgenomen content van de digicorder te kunnen bekijken via Yelo. Tot slot formuleren we nog enkele pistes voor vervolgonderzoek.
9
DEEL 1: LITERATUURSTUDIE
11
Inleiding Telefoneren, sms’en, surfen op het internet,… Het kan allemaal grotendeels onafhankelijk van de plaats waar de gebruiker zich op dat moment bevindt. Bij televisie was dit lange tijd anders, om televisie te kijken moesten kijkers voor het logge toestel gaan zitten op een vaste plaats in huis. Daar komt nu verandering in door Yelo van Telenet. Het laat internetgebruikers met digitale televisie toe om televisie te kijken via hun pc (laptop), tablet of smartphone door gebruik te maken van een Telenetverbinding. Op dit moment wordt ook televisiekijken dus losgekoppeld van een vaste plaats in huis (Vangenck, Jacobs, Lievens, Vanhengel & Pierson, 2008, p. 122). Kenmerkend aan onze huidige maatschappij is dat er altijd maar meer en sneller nieuwe innovaties gelanceerd worden (cfr. de innovatiespiraal). Woorden als Internet, ‘mobile’ en nieuwe media zijn alomtegenwoordig in onze samenleving. De reeds bestaande technologieën convergeren ook vlot met elkaar, zoals televisie, internet en gsmgebruik dat nu doen door mobile television. ‘It is increasingly evident that digital convergence will blur the distinctions between traditional technologies and media formats’ (Kaasinen, 2008, p. 23). Het concept ‘mobile television’ (verder mobile television) bestaat al langer dan vandaag. In verschillende andere landen werd dit al vroeg geïntroduceerd, maar in België (Vlaanderen) gebeurde dit pas op 17 december 2010 (Telenet, 2011, 10 februari). Omdat mobile television nieuw is in Vlaanderen, presenteert zich nu de unieke kans om een onderzoek te doen naar de allereerste generatie gebruikers van deze vernieuwde manier van televisiekijken. We focussen hierbij dus op het thuisgebruik van mobile television via Yelo. We willen een beeld vormen van het Vlaamse Yelogebruik. Centraal staan dan ook de vragen naar hoe de domesticatie van Yelo in Vlaanderen verloopt en welke betekenis Yelo heeft voor de gebruikers ervan. We stellen hiervoor volgende deelvragen: -
Wat is de context waarbinnen Yelo gebruikt wordt?
-
Welke content wordt voornamelijk via Yelo bekeken?
-
Welk device wordt als het meest geschikt beschouwd voor Yelogebruik?
-
Wat zijn de motivaties achter het kijkgedrag van Vlaamse Yelogebruikers?
-
Welke aanpassingen zien gebruikers in de toekomst graag gebeuren bij Yelo?
13
Niet alleen is het door de nogal beperkte (Vlaamse) literatuur met betrekking tot mobile television vanuit wetenschappelijk oogpunt interessant om onderzoek te voeren rond deze thematiek, ook het bedrijf Telenet zelf kan deze inzichten gebruiken om het product Yelo naar de toekomst toe te verbeteren en inzicht te krijgen in hoe hun klanten thuis met mobile television via Yelo omgaan.
Literatuurstudie 1. Domesticatietheorie In het verleden was er bij het onderzoek naar innovaties meestal sprake van twee paradigma’s van waaruit onderzoek opgebouwd werd. Enerzijds was dit de diffusietheorie (adoption diffusion) van Rogers uit de jaren ’60 en anderzijds de domesticatietheorie (use diffusion) van Silverstone en Haddon uit de jaren ’80 (Schuurman, Courtois & De Marez, 2011a, p. 78). Anno 2012 kunnen we stellen dat deze benaderingen elkaar niet langer uitsluiten, maar zijn opgegaan in het interactionisme, een benadering die zowel inspeelt op de diffusietheorie als de domesticatietheorie (De Marez & Dejonghe, 2011). Wij gebruiken de domesticatietheorie, rekening houdend met het interactionisme, en zullen daarbij focussen op context, content en het device waarmee via Yelo naar televisie wordt gekeken. We maken gebruik van de domesticatietheorie omdat we vooral geïnteresseerd zijn in het gebruik van Yelo en niet de adoptie ervan. De eindgebruiker wordt bij onderzoek vaak vergeten, maar Do & Kim (2009, p. 669) stellen dat ‘early adopters’ use of a new medium projects how it will evolve over time’. Ook Schuurman, De Marez, Veevaete & Evens (2009, p. 293) halen aan dat heel wat onderzoek momenteel de technologische kant van de zaken bekijkt en vanuit dat perspectief onderzoek opbouwt maar daarbij de eindgebruiker van mobile television vaak over het hoofd ziet. 1.1 Dimensies binnen domesticatie Domesticatie heeft betrekking tot drie verschillende dimensies (Silverstone & Haddon, 1996). Ten eerste is er ‘commodification’; ten tweede is er ‘appropriation’ en tot slot is er ‘conversion’. Het zijn deze dimensies die terug te vinden zijn tijdens de domesticatie van een nieuwe technologie.
Commodification
‘Commodification refers to the industrial and commercial processes that create both material and symbolic artifacts and turn them into commodities for sale […] It also refers to the ideological processes at work within this material and symbolic artifact’ (Silverstone & Haddon, 1996, p. 63). De producent van deze nieuwe technologieën geeft er via marketingcommunicatie betekenis aan (Courtois et al., 2011, p. 3). Hierna is het aan de consument om deze betekenissen te accepteren, verwerpen of veranderen (Courtois et al., 2011, p. 3).
15
Appropriation
Appropriation stelt meer voor dan de aankoop an sich, want wat consumenten na de aankoop effectief gaan doen met de technologieën kent een groeiend belang (Silverstone & Haddon, 1996). Dit is de fase van de eigenlijke adoptie, de fase waarin men de nieuwe technologie voor het eerst thuis binnenbrengt. Appropriation verloopt zeker niet eenvoudig. Er zijn conflicten bij de gebruikers door de verschillende manieren om de nieuwe technologie te gebruiken en er is ook een angst over de mogelijke breuken binnen de huidige rituelen en gewoontes die de nieuwe technologie met zich mee kan brengen (Silverstone & Haddon, 1996). We kunnen twee elementen aanhalen die onder de noemer appropriation liggen vervat. Het gaat enerzijds om ‘objectification’ en anderzijds ‘incorporation’. o Objectification Gebruikers moeten de nieuwe technologie, nadat die werd aangeschaft en binnengebracht in huis, een fysieke plaats geven in huis. En dat is wat met deze objectification wordt bedoeld. o Incorporation Daarnaast is er ook nog ‘incorporation’. Hier vindt de technologie zijn eigen tijd en plaats binnen de routines en gewoontes van de gebruikers en gaat het dus vooral over hoe de technologie wordt gebruikt. Belangrijk hierbij is de notie van ‘onvoorzien gebruik’ (Silverstone & Haddon, 1996, p. 64). Dit wil zeggen dat gebruikers een technologie voor iets anders kunnen gebruiken dan oorspronkelijk door de makers bedoeld was. Hiernaast menen Silverstone & Haddon (1996) dat ‘incorporation’ tijd kan vrijmaken voor andere activiteiten door een betere controle over de voor de gebruiker beschikbare tijd, of dat men door de nieuwe technologie de beschikbare tijd beter benut. Met betrekking tot mobile television kunnen we als voorbeeld geven dat een Yelogebruiker televisie kan kijken via Yelo terwijl hij aan het koken of het eten is.
Conversion
Tot slot en als laatste dimensie binnen de domesticatietheorie is er sprake van ‘conversion’. ‘The third dimension of consumption is one which reconnects the household into the public world of shared meanings and the claims and counterclaims of status and belonging’ (Silverstone & Haddon, 1996, p. 65). Deze laatste dimensie gaat over hoe we de technologie naar anderen toe tonen en hoe we communiceren over de appropration ervan (Courtois, Mechant, Paulussen & De Marez, 2011, p 3). ‘The appropriated technologies re-enter the public domain, thus closing the circle’ (Silverstone & Haddon, 1996, p. 65). Silverstone & Haddon (1996) menen dat het innovatieproces een proces van domesticatie is. ‘It is a process of domestication because what is involved is quite literally a taming of the wild and a cultivation of the tame.’ (Silverstone & Haddon, 1996, p. 60). Dit proces beschouwen ze dus als het ‘temmen’ van een nieuwe technologie of service en het inbedden ervan in de dagdagelijkse routines van de gebruiker (Silverstone & Haddon, 1996). Men leert omgaan met iets nieuws en geeft het een plaats in hun leven. Eenvoudig uitgelegd worden consumenten door adoptie van een nieuwe technologie dus geconfronteerd met een vreemde in hun huis en moeten ze deze vreemde net zoals een nieuw huisdier hun plaats leren kennen binnen de familie. Maar het klikt niet met iedereen, dus sommigen worden deel van de familie, naar anderen wordt amper omgekeken en nog anderen worden verstoten (Silverstone & Haddon, 1996). Carey (in: Schuurman et al., 2011, p. 275) haalt aan dat vaak geen rekening wordt gehouden met het feit dat een innovatie ook een gedragsverandering bij de gebruiker impliceert en dat een innovatie ook conflicten kan veroorzaken met huidige gewoontes. Domesticatie wordt door Thrall (geciteerd in: Silverstone & Haddon, 1996, p. 60) beschouwd als een conservatief proces omdat mensen nieuwe technologieën willen inbedden in hun leven en hierbij de structuur en de controle over de structuur van hun leven willen bewaren. Green (geciteerd in: Schuurman et al., 2011, p. 273) stelt dat domesticatie start waar diffusie eindigt en dat er geen sprake kan zijn van een succesvolle adoptie wanneer er geen domesticatie heeft plaatsgevonden. De innovatie moet dus een plaats krijgen in het leven van de gebruiker.
17
1.2 Double articulation De betekenis die gegeven wordt aan mediatechnologieën is tweevoudig te interpreteren. Hier wordt naar verwezen met de term ‘double articulation’ (Courtois et al., 2011, p. 3). Enerzijds bestaan media uit materiële objecten met specifieke esthetische en functionele eigenschappen, anderzijds laten media ook toe om mediateksten te gaan verbruiken (Courtois et al., 2011, p. 3). De eerste articulatie verwijst volgens Courtois et al. (2011) naar het materiële object zelf. Hartmann (2006) stelt dat de eerste articulatie eenvoudig duidelijk te maken is. Het gaat om het televisietoestel, radiotoestel, computer,… als een materieel object in hun gedaante van gebruiksobject. De tweede articulatie verwijst dan naar de mediateksten die verbruikt worden via deze objecten. De tweede articulatie is volgens Hartmann (2006) minder makkelijk te omschrijven omdat het gaat om het dagdagelijkse mediagebruik. ‘It includes […] individual programmes, genres, broadcasting shedules.’ (Hartmann, 2006, p. 87). Personen geven volgens Courtois et al. (2011, p. 3) betekenis aan beide articulaties. ‘This implies that an individual’s bond with media and its consequences are rooted in an interrelation of media technologies and media texts.’ (Courtois et al., 2011, p. 3). Technologieën zijn zowel een object op zich als een middel om een boodschap over te brengen (Hartmann, 2006, p. 85). De grootste verdienste van de domesticatietheorie is de gecombineerde aandacht voor enerzijds de symbolische dimensie van mediateksten en anderzijds de objecten die gebruikt worden om deze mediateksten te ‘consumeren’ (Courtois et al., 2011, p. 3).
1.3 Triple articulation Volgens Courtois et al. (2011, p. 3) werden bij voorafgaand onderzoek de kenmerken van de objecten zelf overdonderd door contextuele beschrijvingen van het gebruik ervan zonder het onderscheid te maken tussen die twee. Er was dus niet veel aandacht voor de betekenis achter het object. Hij stelt voor om meer aandacht te hebben voor ‘triple articulation’ bij onderzoek. ‘Such a triple articulation sees media consumption as composed by meaning of (1) media technologies as objects, (2) media texts and (3) the symbolic environment’ (Courtois et al., 2011, p. 3). Figuur: triple articulatie van mediatechnologieën
Bron: Hartmann (2006)
2. Mobile television Er is volgens Morley (2006) een lange geschiedenis waar te nemen als we kijken naar de domesticatie van televisie. Aanvankelijk was televisie iets volledig nieuw dat een plaats kreeg in een van de vaakst gebruikte ruimtes in een huis, de woonkamer. Geleidelijk aan kwamen ook televisietoestellen in slaapkamers en keukens. Nu zijn we op het punt gekomen waarop toestellen kleiner en gemakkelijk draagbaar zijn en gebruikers zelfs via allerlei andere toestellen naar televisie kunnen kijken. Volgens Morley (2006) kunnen we deze kleinere toestellen zelfs omschrijven als ‘body parts’. Televisie is een van de laatste media die losgekoppeld wordt van een vaste plaats in huis (Vangenck et al., 2008, p.112). Na telefonie, computer en radio gaat nu ook televisie mobiel. Mobiele televisie werd in het
verleden
aangekondigd
als
de
ultieme
convergentie
tussen
de
televisie-
en 19
telecommunicatieindustrie (Schuurman, De Moor, De Marez & Evens, 2011b, p. 275). ‘Mobile TV integrates the major mass medium- TV, and the most personal medium – the mobile phone. This combination could at its best enable much more than just an additional portable TV set.’ (Kaasinen et al., 2008, p. 9). Er bestaan verschillende soorten mobile television: mobile television over het 3Gnetwerk, DVB-H (Digital Video Broadcasting for Handhelds) en mobile television over wifi (hier maakt Yelo van Telenet gebruik van). DVB-H werd recent naar voor geschoven als de standaard voor mobiele uitzendingen (Vangenck et al., 2009, p. 123). Voor dit onderzoek rond het gebruik van Yelo is dus mobile televisie over wifi van belang. Vroege experimenten met mobile television waren niet altijd even succesvol (Bouwman, de Reuver & Stalman, 2011, p. 185). Mogelijke verklaringen voor het falen van tests met mobile television moeten volgens Braet & Ballon (in: Bouwman et al., 2011, p. 185) dan ook gezocht worden binnen zowel technologische beperkingen, gebrek aan content, slechte samenwerking tussen de verschillende stakeholders, inkomstenmodellen die niet op punt staan als gebrek aan ervaring door de gebruiker en een lage willingness to pay bij de gebruiker. Het is volgens Bouwman et al. (2011, p. 185) een logische stap dat enkele jaren later, na de doorbraak van smartphones, opnieuw heel wat aandacht wordt besteed aan de mogelijkheden die mobile television biedt. Technologische ontwikkelingen zorgden ervoor dat mobiele telefoons (smartphones) niet langer enkel te gebruiken zijn om te telefoneren of sms’en. Men kan er ook mee fotograferen, op het internet surfen, navigeren via GPS,… (Lievens et al., 2008, p. 2). Nu is het zelfs mogelijk om televisie te kijken via laptop, smartphone en ook via tablet, een toestel dat tot voor kort niet eens bestond. Volgens Trefzger (2005, p. 3) zijn veel mensen geneigd om mobile television te beschouwen als het ontvangen van traditionele televisiekanalen op een mobiel apparaat of ‘real time or near real time streaming of programmed content (usually made for TV).’ (Trefzger, 2005, p. 3). Wij hebben het in de literatuurstudie over mobile television in het algemeen. Dit omvat Yelo, maar is ruimer. Mobile television is overal bruikbaar, terwijl Yelo dat niet is. Verder komen we dan nog terug op Yelo en wat de specifieke kenmerken ervan zijn (cfr. infra). Als we er de literatuur omtrent mobile television op naslaan, stellen we vast dat er meestal gesproken wordt over enerzijds context en anderzijds content. Deze twee termen zijn dan ook van cruciaal belang binnen deze masterproef om beter inzicht te krijgen in het gebruik van mobile television via Yelo. Naast de context en content moeten we uiteraard ook focussen op het toestel dat gebruikt wordt om naar mobile television via Yelo te kijken en de betekenis die mensen geven aan hun Yelogebruik. Verder
gaan we in de literatuurstudie dieper in op elk van deze deelaspecten om zo tot een grondig overzicht te komen van de beschikbare literatuur met betrekking tot mobile television. Het is volgens ons, gezien de eerder aangehaalde triple articulation, van groot belang om tijdens ons onderzoek stil te staan bij het device waarmee naar televisie gekeken wordt via Yelo. Hoewel mobile television ruimer is dan Yelo, bieden we toch een volledig overzicht van de beperkte literatuur rond mobile television. We halen er dan de relevante elementen uit voor ons onderzoek. Een belangrijke noot die we, vooraleer we verder gaan, moeten maken bij de beschikbare literatuur over mobile television is het feit dat in het verleden nogal wat onderzoek georganiseerd of gesponsord werd door bedrijven die belangrijke spelers zijn op de markt van mobiele televisie. Er is dan ook twijfel bij de objectiviteit van sommige studies, gezien de belangen die de ‘sponsors’ hebben bij de resultaten. Ook Lievens, Vanhengel, Pierson & Jacobs (2008, p. 20) menen dat door de industrie en telecomoperatoren gemaakte optimistische assumpties en voorspellingen met betrekking tot mobile television enige nuancering bij het interpreteren vereisen. Met een kritische bril kijken naar de resultaten van bepaalde studies is dan ook aan te raden zodat mobile television niet te positief wordt beoordeeld. Er zijn namelijk ook onderzoeken die dit tegenspreken. Een tweede opmerking die we vooraf willen maken met betrekking tot de bestaande literatuur is dat verschillende landen vaak ook verschillende culturen en gewoontes hebben. Zo kunnen ook patronen voor het televisiekijken sterk verschillen tussen de onderzochte landen. Het is belangrijk om deze culturele verschillen in het achterhoofd te houden wanneer er aan onderzoeken rond mobile television wordt gerefereerd. Tot slot kunnen we er wel van uitgaan dat ondanks het feit dat er heel wat verschillende technologieën gebruikt werden bij allerlei voorafgaande onderzoeken, toch uit de verschillende pilootstudies blijkt dat een meerderheid van de consumenten mobile television een interessante service vindt (Kaasinen, 2008, p. 23).
21
3. Context voor het gebruik van mobile television 3.1 Plaats van gebruik Er wordt vaak uitgegaan van de veronderstelling dat mensen al veel televisie kijken en dus ook wel ergens anders dan thuis televisie willen kijken. Lievens, Vanhengel, Pierson & Jacobs (2008, p. 2) durfden dit echter in vraag te stellen en gingen in hun onderzoek na of het ook werkelijk zo is dat mensen echt altijd en overal televisie willen kijken. Ook heel wat andere auteurs gingen bij eerder onderzoek in op welke plaats mobile television het vaakst wordt gebruikt. Er is dus al veel geschreven omtrent de context waarin mobile television wordt gebruikt. Södergard (2003, p. 30) haalt aan dat vooral de publieke sfeer de beste omgeving is om gebruik te maken van mobile television. Södergard (2003, p. 84) meent dat mobile television vooral tijdens het woonwerkverkeer gebruikt wordt. Logischerwijs onderscheidt hij twee piekmomenten in het gebruik van mobile television, namelijk de ochtend- en avondspits. Cui, Chipchase & Jung (2007, p. 198-200) halen zowel thuisgebruik, woon-werkverkeer, kleine en grote pauzes en geheim gebruik van mobile television aan als momenten waarop mobile television het vaakst wordt gebruikt. Bij het onderzoek van Oksman, Ollikainen, Noppari, Herrero & Tammala (2008, p. 110) vonden gebruikers mobile television dan weer het handigst onderweg. Hoewel enkele auteurs menen dat mobile television het vaakst gebruikt wordt buitenshuis is er toch ook ander onderzoek dat aantoont dat heel wat mensen het gebruik van mobile television op openbare plaatsen als asociaal en als stoorzender beschouwen en het daarom liever thuis gebruiken (Vangenck et al., 2008, p. 125). Ook Knoche (2005, p. 2) haalt aan dat mensen zich bewust zijn van het feit dat mobile television storend kan zijn voor anderen (telefoneren met gsm is dat ook vaak). Het gebruik van oortjes kan dan een oplossing bieden, maar dan slorpt mobile television de gebruiker nog meer op en wordt deze mogelijk als nog asocialer beschouwd (Knoche, 2005a, p. 2). Kaasinen et al. (2008, p. 20) stellen ook dat het gebruik van mobile television in de publieke ruimte zekere beperkingen heeft. Heel wat gebruikers zijn bang dat te veel van hun aandacht zal uitgaan naar het bekijken van programma’s, ze vrezen ongelukken in het verkeer of het missen van hun halte (Kaasinen, 2008, p. 20). Deze auteurs spreken dus de eerdere resultaten van Södergard gedeeltelijk tegen. Het feit dat mobile television als asociaal en een stoorzender wordt beschouwd is volgens Vangenck et al. (2008, p. 125) een van de redenen waarom mobile television meestal thuis gebruikt wordt. Hoewel mobile television kijkers toelaat om real-time televisie te bekijken waar ze willen en wanneer ze dat willen stelden Vangenck et al.
(2008, p. 125) toch vast dat ‘in spite of its mobile potential, the application is not mainly used on the move, but nomadic at home’. Ook Cui, Chipchase & Jung (2007, p. 198) zijn verbaasd dat ‘home use was the most prevalent context for Mobile TV watching which is somewhat surprising given the alternative forms of entertainment that were available in the home’. Verschillende auteurs (Cui et al., 2007; Schuurman, De Marez & Evens, 2010) wijzen er ook op dat thuisgebruik bij hun onderzoek het vaakst voorkwam. Urban (2007, p. 53) vindt het hoge aandeel aan thuiskijkers enigszins verrassend en probeert er ook een mogelijke verklaring voor te geven. Mobile television laat namelijk toe om thuis een private sfeer te creëren en laat ook televisie toe op plaatsen waar dit vroeger onmogelijk was (Urban, 2007, p. 53). Deze laatste mogelijke verklaringen zijn slechts assumpties waarvoor verder onderzoek wenselijk is. Hoewel Lee & Lee (1995, p. 12) in 1995 nog stelden dat televisiekijken, ondanks het toegenomen aantal televisietoestellen per gezin, meestal in een sociale context gebeurt, kunnen we door de recente technologische ontwikkelingen toch stellen dat thuis alleen televisiekijken makkelijker kan dan vroeger. Södergard (2003) haalt aan dat enkele gebruikers soms iets alleen willen zien, bijvoorbeeld een ander programma dan de rest van het gezin, of het mobiele apparaat gewoon willen meenemen terwijl ze iets anders aan het doen zijn. Naast deze twee redenen zijn er ook nog andere redenen waarom mensen naar mobile television kijken. Hierop komen we verder terug (cfr. infra). In een pilootstudie in Oxford van Oksman, Noppari, Tammela, Mäkinen & Ollikainen (2007, p. 216) gaf ongeveer 50 procent van de testgebruikers aan mobile television thuis te bekijken zonder zich te verplaatsen. Ook bij Orgad (2006, p. 10) vinden we gelijkaardige resultaten terug, gaande van een derde van de gebruikers tot de helft van de gebruikers die mobile television ook thuis gebruiken. Gebruikers willen na hun werk zonder veel moeite relaxen met licht entertainment en de drukte op de trein of bus laat dit niet altijd toe (Miyauchi, Sugahara & Oda, 2008, p. 132). Schuurman et al. (2011b, p. 276) gaan er dan weer van uit dat mobile television op verscheidene plaatsen werd gebruikt, waaronder ook thuis. Thuis werd het dan gebruikt als een tweede televisiescherm naast het traditionele televisietoestel. Heel wat onderzoek rond mobile television komt tot het besluit dat thuis, onderweg naar het werk en het werk zelf de vaakst voorkomende momenten zijn waar een mobiele telefoon wordt gebruikt (Knoche, 2005, p. 2). Het is volgens hem te verwachten dat deze plekken ook populair zijn voor mobile television via dat toestel. 23
Bij Kaasinen et al. (2008, p. 43) lezen we dat vóór een grootschalige test met mobile television in Helsinki minder dan de helft van de panelleden zeiden dat ze tijdens de test mobile television thuis zouden gebruiken. Hoewel er op verschillende plaatsen naar televisie kon worden gekeken, werd na twee weken vastgesteld dat mobile TV toch het vaakst thuis werd gebruikt. Ook testgebruikers bij een onderzoek van Schuurman et al. (2011, p. 277) halen aan dat ze het vaakst thuis naar mobile television keken. Tijdens een focusgroep kwamen Schuurman et al. (2011, p. 277) tot twee redenen voor het lage gebruik buitenshuis: ‘two major reasons for the rather low usage outside of the home came out of the focus groups: fear of the device getting stolen and embarrassement because of the odd-looking mobile TV-device.’ (Schuurman et al., 2011, p. 277). Hoewel mobile television het dus mogelijk maakt om op verschillende plaatsen televisie te kijken stellen ook Lievens et al. (2008) dat gebruikers het hoofdzakelijk thuis gebruiken. ‘The ‘mobile’ aspect of the device isn’t seen as such. The mobile aspect is more often used at home: moving over mobile television from the kitchen into the bedroom, into the bathroom or the work place.’ (Lievens et al., 2008, p. 7). Vanuit de literatuur is dus duidelijk dat er drie grote delen onder de noemer ‘plaats’ kunnen vallen met betrekking tot mobile televisiongebruik. Thuis, onderweg met het openbaar vervoer van en naar het werk en op het werk zelf zijn plaatsen die vaak als geschikte locaties voor het gebruik ervan voorkomen. Met betrekking tot het thuisgebruik is er dus zeker ruimte voor onderzoek hieromtrent. Dit onderzoek probeert verder in deel 2 dieper in te gaan op dit thuisgebruik en een beter beeld te vormen van wat dat thuisgebruik allemaal omvat (cfr. infra). 3.2 Kijkduur Doordat het kleine scherm zorgt voor een minder optimale kijkervaring, wordt er vaak van uitgegaan dat enkel korte content bruikbaar is voor mobile television (Schuurman et al., 2009, p. 298). Bij hun onderzoek stelden Schuurman et al. (2009, p. 299) dat zowel trialresultaten, potentiële gebruikers en experts geen éénduidig antwoord hebben op de kijkduur van mobile television en dit ondanks het feit dat heel wat auteurs korte content als meest bruikbare aanhalen. Södergard (2003, p. 197) stelde in zijn onderzoek vast dat ‘most mobile television watching sessions lasted less than 10 minutes’. Ook bij Knoche (2005, p. 2) vinden we dezelfde bevinding terug, namelijk dat het kijken naar mobile television zich beperkte tot sessies van korter dan 10 minuten.
De kijkduur is volgens Schuurman et al. (2009, p. 299) mogelijk ook afhankelijk van de specifieke redenen waarom men kijkt. Knoche (2005, p. 2) stelt dat de kijkduur ook implicaties kan hebben op het type content dat wordt bekeken en op de manier waarop mensen gebruik maken van mobile television. Lievens et al. (2008) stellen dat op heel wat plekken waar mobile television werd gebruikt geen tijd was voor lange kijksessies. Volgens hen wordt mobile television soms gebruikt als substituut voor hun traditionele televisietoestel en dit als het traditionele televisietoestel bezet is of op plaatsen waar geen ander televisietoestel voorhanden is. Wanneer mobile television als substituut wordt gebruikt kijkt men er langer naar (Lievens et al., 2008). Hoewel korte kijksessies typisch lijken voor mobile television, werden bij een onderzoek van Oksman et al. (2008) toch ook langere kijksessies waargenomen. Het is dan ook niet mogelijk om zomaar uit te gaan van korte kijksessies, want we zien bij sommige onderzoeken ook lange kijksessies terugkeren (Kaasinen, 2008, p. 20). Figuur: kijkduur mobile television bij onderzoek Oksman et al.
Bron: Oksman et al. (2008, p. 111) We veronderstellen dat we bij ons onderzoek rond Yelo, waarbij momenteel nog maar enkel thuisgebruik mogelijk is, langere kijksessies zullen waarnemen dan de literatuur ons doet vermoeden. Lievens et al. (2008) geven ook aan dat verschillende toestellen aanleiding kunnen geven tot een verschil in kijkduur. ‘As a notebook has a bigger screen size, a better sound and often already used for watching video fragments, it enables users a more traditional television experience then on a mobile phone.’ (Lievens et al., 2008, p. 11). 25
Het is in het kader van ons onderzoek interessant om bij het analyseren van de gegevens na te gaan in welke mate verschillen merkbaar zijn tussen de verschillende toestellen waarop Yelo kan worden gebruikt: laptop, smartphone en tablet. 3.3 Tijdstip van gebruik Cui, Chipchase & Jung (2007, p. 198-200) halen zowel thuisgebruik, woon-werkverkeer, kleine en grote pauzes en geheim gebruik van mobile television aan als momenten waarop mobile television het vaakst wordt gebruikt. Uiteraard hangt het tijdstip samen met de eerder besproken plaatsen waarop naar mobile television wordt gekeken. Schuurman et al. (2011, p. 277) halen 4 piekperiodes aan voor mobile televisiongebruik: ’s morgens, ’s middags, de vroege avond en de late avond. Kaasinen et al. (2008, p. 15) stellen dat mobile television meer spontaan gebruikt werd in hun onderzoek dan dat met traditionele televisie het geval is en mobile television werd bekeken wanneer de situatie het toeliet en er de tijd voor was. Volgens Lievens et al. (2008) keken de meeste deelnemers aan hun onderzoek vooral ’s avonds naar mobile television. Ze stelden ook vast dat er ’s middags naar het journaal gekeken werd. Hoewel andere onderzoeken dus ’s morgens als een piekperiode beschouwen, is dit in Vlaanderen volgens Lievens et al. (2008) niet het geval omdat er hier geen traditie van ‘ochtend-tv’ is. Een typisch moment waarop mobile television wordt gebruikt is ’s avonds laat, net vooraleer men slaapt (Kaasinen et al., 2008). 3.4 Frequentie Tijdens het onderzoek van Schuurman et al. (2011, p. 287) daalde de gebruiksfrequentie van mobile television. Zij gaan er van uit dat wanneer het ‘nieuwtje’ er af is, gebruikers hun interesse erin verliezen. Ook Lievens et al. (2008) halen de lage gebruiksfrequentie aan in vergelijking met traditionele televisie. Mobile television wordt volgens hen slechts sporadisch gebruikt en is zeer gebonden aan de context waarin de gebruiker zich bevindt. Mensen vergeten soms simpelweg dat ze de mogelijkheid hebben om mobile television te kijken (Lievens et al., 2008).
3.5 Persoonlijk gebruik Södergard (2003, p. 199-200) stelt dat mobile television vooral alleen bekeken wordt. Ook bij Do et al. (2002, p. 673-674) gaven de meeste geïnterviewden aan dat ze alleen naar mobile television zouden kijken. Kaasinen et al. (2008, p. 20) stellen dat persoonlijk gebruik thuis een van de typische situaties is waarin mobile television wordt gebruikt. We kunnen dus besluiten dat ‘the mobile TV service was mainly used as an individual, personal media format.’ (Oksman et al. , 2008, p. 110). Als mogelijke verklaringen ziet Södergard (2003, p. 199) onder andere het kleine scherm dat er voor zorgt dat gebruikers recht voor het toestel moeten zitten om een degelijk beeld te krijgen en het feit dat dicht bij andere mensen aanzitten een gevoel van ongemak met zich meebrengt. Bij Cui et al. (2007, p. 200) lezen we dat samen kijken misschien mogelijk is voor mensen die elkaar goed kennen, maar ongemak kan veroorzaken bij anderen. Do et al. (2002, p. 671) stellen dat televisiekijken tot op heden beschouwd werd als groepsgebeuren maar dat dit door de komst van mobile television is veranderd. ‘While family members normally watch together at home in a traditional TV environment, mobile broadcasting is certainly geared to individual watching.’ (Do et al., 2002, p. 671). Vangenck et al. (2008, p. 125) menen ook dat traditioneel televisiekijken momenteel als een sociale gebeurtenis wordt beschouwd, maar dat wanneer het over mobile television gaat het scherm hiervoor gewoon te klein is. Volgens Lievens et al. (2008) is het individuele gebruik niet enkel te wijten aan de grootte van het scherm, maar ook louter aan het feit dat het mobiele toestel (telefoon,...) als een persoonlijk toestel wordt beschouwd dat niet met anderen wordt gedeeld.
4. Redenen om mobile television te gebruiken Mensen maken gebruik van mobile television om verschillende redenen en daar gaan we in dit deel dieper op in. Schuurman et al. (2009, p. 299) halen vier functies van mobile television aan. Ook bij een ander onderzoek van Schuurman et al. (2011, p. 277) uit 2011 komen opnieuw gelijkaardige redenen om van mobile television gebruik te maken naar voor. Ze onderscheiden: 4.1 Informatiebron Net als Södergard (2003, p. 195) stellen Schuurman et al. (2009, p. 299) dat mobile television wordt gebruikt om op de hoogte te zijn van het laatste nieuws in de wereld. Lievens et al. (2008) zien ook dat er een piek is in gebruik tijdens het middagjournaal, enkele gebruikers kijken dus naar het journaal om het laatste nieuws mee te pikken.
27
4.2 Tijdsdoder – entertainmentfunctie Wanneer men even niets te doen heeft of wat afleiding wil gebruikt men mobile television om de tijd te doden. Ook Södergard (2003, p. 194) stelt dat ‘killing time was the main reason for using mobile television’ en dat sommige geïnterviewden het makkelijker vonden om te ontspannen met televisie dan door te lezen. Bij het FinPilot2-onderzoek (Kaasinen et al., 2008) was entertainment zelfs de voornaamste reden om te kijken naar mobile television. Ook Lievens et al. (2008) halen aan dat mobile television wordt gebruikt om de tijd te doden wanneer ze een korte periode niets te doen hebben. Opvallend is dat deze drijfveer om mobile television te gebruiken overeenstemt met eerder onderzoek van Rubin (geciteerd in: Do et al., 2009, p. 672) naar redenen om traditionele televisie te bekijken. Uit dat onderzoek (Rubin, 1984) bleek dat het voornaamste doel om televisie te kijken entertainment en relaxatie is en daarnaast ook het verdrijven van tijd. 4.3 Achtergrond bij andere bezigheden Mobile television wordt bekeken tijdens andere activiteiten. Men kijkt vaak pas echt naar het programma als men iets hoort dat hen aanspreekt. Ook bij het onderzoek van Kaasinen et al. (2008) werd mobile television als achtergrond gebruikt tijdens het rijden met de auto of thuis in plaats van de radio. Net als bij het onderzoek van Kaasinen et al. (2008) vinden we bij Lievens et al. (2008) dat mobile television vaak wordt gecombineerd met andere activiteiten. Mobile television wordt in hun onderzoek eerder als een radio beschouwd. ‘It is reduced to a background or wallpaper functionality.’ (Lievens et al., 2008, p. 10). 4.4 Tweede televisietoestel in huis Mobile television wordt gebruikt als tweede scherm wanneer iemand anders een ander programma wenst te bekijken of wanneer men op een andere plaats in huis televisie wil kijken dan waar het vaste televisietoestel staat. Ook bij het onderzoek van Do et al. (2002, p. 674) gebruikte men mobile television als tweede televisiescherm thuis. Net als bij Do et al. (2002) lezen we ook bij Södergard (2003, p. 225226) dat geïnterviewden soms iets alleen willen bekijken of iets anders dan de rest van het gezin op dat moment. Mobile television dient dan als een substituut voor het normale televisietoestel (Do et al., 2002, p. 676).
Bij Cui, Chipchase & Jung (2007, p. 197-198) vinden we gelijkaardige redenen terug om mobile television te gebruiken, namelijk dat mobile television verveling tegengaat en het toelaat om op de hoogte te blijven van het laatste nieuws. Ook Urban (2007, p. 50) stelt dat ‘free time is limited and consumers are impatient to kill time when they would otherwise be kicking their heels while waiting for something, or having to spend time in an activity without doing anything (waiting in a queue, sitting on a bus). No doubt, mobile television can be suitable for this purpose’. ‘Mobile tv was most popular while travelling with public transport to and from work in order to relax or keep up to date with the latest news. It also proved to be popular to watch mobile TV at home for entertainment and as a complement to the regular main TV watching.’ (Carlsson & Walden, 2007, p. 4). Hoewel mobile television veel mogelijkheden biedt in en rond het huis, haalt Södergard (2003) in zijn onderzoek toch ook aan dat mobile television het traditionele televisietoestel thuis niet kon vervangen en dit omdat mensen bepaalde dingen op groot scherm willen zien en teletext of kanalen die niet via het mobiele toestel beschikbaar zijn willen bekijken. Op basis van hun onderzoek hebben Lievens et al. (2008) drie manieren van mobile televisiongebruik kunnen beschrijven, deze manieren zijn sterk gerelateerd met het traditionele televisiekijken. Ten eerste gaat het om mobile television als primaire activiteit. Mobile television wordt dan een substituut voor het traditionele televisietoestel. Ten tweede gaat het over mobile television als een secundaire activiteit. Hierbij gebruikt men mobile television bij een andere (primaire) activiteit, zoals bijvoorbeeld de afwas of het wachten op de bus. Ten slotte kan het ook gebruikt worden om tijdens het wachten of onaangename momenten tijdens primaire activiteiten te verlichten. Mobile television is dan een tertiaire activiteit en dient enkel maar als achtergrond. De vergelijking met radio is dan snel gemaakt, de mobile television is er dan enkel maar als ‘metgezel’ tijdens een andere activiteit, zonder dat er veel aandacht naar het televisiekijken gaat (Lievens et al., 2008). Ook bij dit onderzoek werden dus heel wat zaken aangehaald die ook bij eerder onderzoek met betrekking tot mobile television al waren neergeschreven.
29
Figuur: drie manieren van mobile televisiongebruik
Bron: Lievens et al. (2008, p. 18)
5. Content voor mobile television Een ander cruciaal punt in de literatuur omtrent mobile television is de notie content. Inhoud wordt voor vele media als belangrijk en bepalend beschouwd, en ook bij mobile television wordt verondersteld dat content een cruciale rol zal spelen (Carlsson & Walden, 2007, p. 4). 5.1 TV on the Mobile – TV for the Mobile Trefzger (2005, p. 3-5) maakt een opdeling tussen ‘TV on the mobile’ en ‘TV for the mobile’. Met het eerste, TV on the mobile, bedoelt Trefzger (2005, p. 3) het uitzenden van programma’s van traditionele televisie op het mobiele apparaat. Hier rijzen uiteraard vragen met betrekking tot grootte van het scherm en levensduur van de batterij. Deze problemen komen verder aan bod (cfr. infra). Met het tweede, TV for the mobile, gaat Trefzger (2005, p. 4-5) in op de mogelijkheid om specifieke programma’s te maken voor mobiele apparaten die meer toelaten dan het louter uitzenden van voor traditionele televisie gemaakte programma’s. Schuurman et al. (2009) delen ‘TV for the mobile’ nog verder op in ‘repurposed content’ en ‘mobile-specific content’. En daarmee delen ze dus de content die beschikbaar is voor mobile television op in drie grote categorieën: 5.2 Lineaire transmissie Ten eerste is er content voor lineaire transmissie. Dit is naast de gemakkelijkste ook de minst dure manier om content via mobile television te verspreiden en is eigenlijk louter het televisiesignaal naar het mobiele apparaat doorsturen (Schuurman et al., 2009). In wezen verschilt lineaire transmissie dus op twee punten met normale televisie: gebruikers kunnen op andere plaatsen dan voor hun televisietoestel naar televisie kijken en daarnaast is er ook een verschil in grootte van het scherm (Orgad, 2006). Hoewel sommige auteurs twijfels hebben over deze strategie wordt er toch ook gesteld dat al vaak duidelijk is geworden dat er naar ontwikkeling wordt gestreefd door te kijken naar het verleden en het dus een logische stap is in de evolutie van een nieuw medium (Schuurman et al., 2010, p. 8). ‘In case of mobile TV, this means that if mobile TV will develop into a new mass medium, content exploiting the full possibilities of the new medium will follow. Simulcasting linear television only cannot suffice.’ (Schuurman et al., 2010, p. 8). Yelo van Telenet maakt gebruik van deze lineaire transmissie. De programma’s op zich ondergaan geen wijzigingen en worden louter uitgezonden op het mobiele toestel. We zien bij Yelo van Telenet echter wel dat er ook andere content wordt aangeboden zoals bijvoorbeeld films in de tv-theek.
31
5.3 Omgevormde content Ten tweede is er sprake (Schuurman et al., 2010, p. 8) van omgevormde content (repurposed content). Deze content is gelijkaardig aan de content van lineaire transmissie en dus van normale televisie, maar hier gebeuren enkele technische bewerkingen die er vooral voor moeten zorgen dat de content beter past op het kleine scherm en het kijkgemak wordt vergroot. Dit is uiteraard duurder dan lineaire transmissie, maar toch nog steeds goedkoper dan het ontwikkelen van speciale content voor mobile television (Schuurman et al., 2010, p.8). ‘Repurposing existing TV-content thus combines the best of two worlds: it recycles well-known brands with proven quality, and it adds this to a better viewing experience due to the formal content adaptations (e.g. cropping the screen size, etc.)’ (Schuurman et al., 2010, p. 8). 5.4 Specifieke content Tot slot is er volgens Schuurman et al. (2009) content specifiek gemaakt voor mobile television (mobilespecific content). Voorstanders van content die speciaal gemaakt wordt voor mobile television zeggen dat het een noodzakelijke stap is in de evolutie van mobiele televisie. Het kleinere scherm, de kortere kijksessies, de luidruchtige omgeving,… dragen bij aan de nood naar specifieke content (Orgad, 2006). Deze bevinding komen we ook tegen bij Schuurman et al. (2010, p. 8-9). Naast de lineaire transmissie en de omgevormde content biedt ook de productie van nieuwe content specifiek voor mobile television mogelijkheden voor de toekomst (Schuurman et al., 2009, p. 300). Uit het onderzoek van Kaasinen et al. (2008, p. 16) blijkt dat gebruikers naar verschillende types content kijken naargelang ze zich op verschillende locaties bevinden. Vooral lineaire transmissie is bij ons onderzoek dus van belang aangezien Yelo momenteel programma’s live uitzendt die eigenlijk geproduceerd werden om op gewone televisieschermen te bekijken. Dit kan als een van de pijnpunten van lineaire transmissie beschouwd worden, omdat het kijkcomfort niet optimaal is (Schuurman et al., 2009, p. 300). Lineaire televisie kunnen we linken met het eerder aangehaalde gebruik van mobile television als een ‘tweede televisietoestel’ omdat het de gewone content van op televisie uitzendt (Schuurman et al., 2009, p. 300). Volgens Schuurman et al. (2011, p. 277) moet, gezien de verschillende contexten waarin mobile television wordt gebruikt ook worden voorzien in een breed gamma aan content voor mobile television. Wanneer mobile television gebruikt wordt als tweede televisiescherm in huis is een loutere transmissie
van het gewone TV-signaal al voldoende, maar wanneer echter tijdens het pendelen van en naar het werk gekeken wordt, lijkt volgens Schuurman et al. (2011, p. 277) korte content het best. Onderzoek (Södergard, 2003) wees ook uit dat gebruikers wilden dat alle content van traditionele televisie beschikbaar zou zijn voor mobile television, zelfs al waren de programma’s niet zo optimaal voor mobile television, en dit omdat anders verwarring zou ontstaan waarom sommige content wel en andere dan weer niet beschikbaar is. De experts uit dit onderzoek van Södergard (2003) waren dan weer van mening dat content moest verschillen van de content van traditionele televisie. Korte content wordt door Schuurman et al. (2009, p. 298) beschouwd als de ideale content om te consumeren via mobile television buitenshuis omdat het kleine scherm vaak niet optimaal is om lang naar te kijken. Ook Knoche & McCarthy (2005, p. 1) stellen vast dat het gebruik van mobile television zich zou beperken tot sessies van ongeveer 10 minuten en dus lijkt ook voor hen korte content ideaal. Niettegenstaande menen Schuurman et al. (2010, p. 17) dat ook redelijk wat interesse bestaat voor langere content zoals bijvoorbeeld films. Verschillende wetenschappers onderzochten ook welke content het meest gewild en bekeken werd door gebruikers van mobile television. Hierbij omschrijven Schuurman et al. (2010) het zogenaamde ‘content triumviraat’. Met deze term wijzen ze op het feit dat bij verschillende onderzoeken nieuws, soaps en sport veruit altijd de populairste content zijn voor mobile television (Schuurman et al., 2010, p. 11). Ook Knoche & McCarthy (2005, p. 1) gaven aan dat nieuwsprogramma’s als beste content naar voor geschoven werd tijdens hun onderzoek. Heel wat onderzoek haalt nieuws als populairste content (Mäki, 2005; Noppari, 2008; Södergard, 2003; Urban, 2007). Knoche & McCarthy (2005) stelden in het kader van hun onderzoek een lijst op met populaire content. Ook hier kwam nieuws op de eerste plaats, gevolgd door muziek, sport, cartoons, films, soaps en sitcoms. Volgens Kaasinen et al. (2008, p. 17) zijn programma’s die een niet te grote of te lange concentratie vergen van de gebruiker goede content voor mobile television. Hiernaast lossen nieuws, soaps en sport als content voor mobile television de eerder aangehaalde behoefte aan informatie (nieuws en sport) en ontspanning (soaps en sport) in (Schuurman et al., 2010, p. 11-17). Naast dit ‘content triumviraat’ keren ook nog twee andere soorten content terug in de literatuur (Schuurman et al., 2010, p.13). Het gaat over enerzijds muziek en anderzijds content voor volwassenen (porno). 33
6. Problemen bij mobile television In de literatuur wordt vaak verwezen naar problemen die opduiken bij het gebruik van mobile television. Deze problemen situeren zich zowel op vlak van content, context als device. Hieronder geven we een overzicht van de voor ons relevante problemen die vaak terug te vinden zijn in de literatuur. 6.1 Content Zoals eerder aangehaald is passende content van cruciaal belang voor mobile television. In onderzoek van Cui et al. (2007) was geen enkele deelnemer enthousiast over de content. Gezien de verschillende contexten waarin van mobile television gebruikt gemaakt wordt, moet ook de content aan deze verschillende contexten aangepast worden. Cui et al. (2007) suggereren dat, om mobile television succesvol te maken, er zowel populaire content beschikbaar moet zijn van traditionele televisie als content specifiek gemaakt voor mobile television. 6.2 Autonomie van de batterij Wanneer met een smartphone wordt gewerkt dan loopt de batterij uiteraard langzaam leeg naarmate je hem langer gebruikt. Wanneer je er veel mee werkt gaat dit sneller. Als je naar mobile television kijkt is de batterij echter nog sneller leeg. Wanneer je onderweg bent en de batterij raakt leeg is dit geen ideale situatie. Dit is een van de redenen waarom men zou kiezen om geen mobile television te kijken via smartphone. Het wordt dan volgens Cui et al. (2007) een keuze tussen televisiekijken en bereikbaar blijven via gsm. De keuze gaat dan vaak naar het laatste. ‘When mobile TV consumes all energy, the device can not be used for its initial pupose [sic]: calling and texting.’ (Schuurman et al., 2010, p. 19). Tijdens het onderzoek van Södergard (2003, p. 226) was het heel erg koud. Koud weer zorgt er voor dat batterijen sneller leeg zijn en dus was het buitengebruik van mobile television hierdoor niet optimaal. Bij dit onderzoek verwachten wij dat batterijproblemen geen grote rol zullen spelen bij het gebruik. Cui et al. (2007) menen dat ‘battery life is less of an issue in the home context where the device can either be docked in a charging cradle or connected to the nearest available power socket.’ (Cui et al., 2005, p. 201). Bij bepaalde onderzoeken (Ollikainen, 2008) werd mobile television getest met apparaten die enkel dienden voor mobile television. Daar viel de tevredenheid over de batterij dan ook mee. Bij ons onderzoek worden voor mobile television toestellen gebruikt die naast de functie van mobile television ook nog andere functies moeten vervullen zoals telefoneren, mailen, surfen op het Internet, sms’en,…
6.3 Scherm De grootte van het scherm van een smartphone is kleiner dan dat van een televisietoestel of tablet. Het ligt in de lijn der verwachtingen dat mensen hierdoor problemen ervaren met betrekking tot leesbaarheid en duidelijkheid van het beeld. Bij onderzoek van Södergard (2003) hadden gebruikers de keuze tussen twee verschillende groottes van mobiele toestellen om mobile television te bekijken. Gebruikers kozen voor het grotere apparaat omdat het scherm van dat toestel groter was en ze het toch niet buitenshuis moesten meedragen. Niet alleen de grootte van het scherm kan problemen met zich meebrengen, Södergard (2003, p. 226) stelt ook dat reflecties in het scherm problemen kunnen geven bij het kijken naar mobile television. 6.4 Verbindingsproblemen met de service Wanneer verbinding moet gemaakt worden met een netwerk kunnen er altijd technische problemen opduiken waardoor kijken niet mogelijk is. Zo kan bijvoorbeeld de applicatie niet opstarten of kan er een verbindingsprobleem zijn waardoor de beelden niet laden. Er kan echter ook sprake zijn van een schokkerig beeld zodat de kijkervaring alles behalve optimaal is. Omdat Yelo enkel in en rond het huis bruikbaar is verwachten wij bij ons onderzoek minder problemen met betrekking tot de verbinding dan bij mobile television die overal bruikbaar is.
35
7. Yelo Via Yelo kunnen Telenetklanten met digitale televisie thuis live televisie kijken via hun smartphone, tablet of pc (laptop) die het Yeloplatform ondersteunt. Van zodra er connectie is met Telenetnetwerk is het mogelijk om live televisie te kijken. Om via tablet en smartphone naar Yelo te kijken moeten gebruikers een applicatie downloaden naar het toestel. Via de laptop kan men kijken op de website www.yelo.be. Hieronder gaan we dieper in op Yelo en de functionaliteiten die het aanbiedt aan de gebruiker. We zullen gebruikmaken van enkele printscreens in bijlage om duidelijk te maken wat er allemaal mogelijk is. We bespreken hieronder de tabletversie, omdat daar het meest functionaliteiten op beschikbaar zijn. We geven telkens aan wat er al dan niet mogelijk is via de pc (laptop) en smartphone. Op de startpagina krijgt de gebruiker een overzicht van de verschillende functies van Yelo. Zo kan je dus TV-kijken, een TV-gids raadplegen, on demand bepaalde content (films, series,…) aanvragen, nieuwsberichten lezen en de algemene instellingen bewerken (zie bijlage 1). Wanneer op een zender wordt geklikt start deze zender op en start het live TV-kijken. We moeten opmerken dat niet alle zenders te bekijken zijn. Ingaan op het rechtenverhaal zou aan het doel van dit onderzoek voorbij gaan, maar het is dus zeker belangrijk in het achterhoofd te houden dat niet alle zenders van de traditionele televisie via Yelo beschikbaar zijn. Via smartphone, tablet en laptop kan je dus live televisiekijken. Bij de tablet komt hier echter nog een ander aspect bij kijken. Rechts op het scherm (zie bijlage 2) staat een “Twitterbalk’’, die toelaat om tijdens het programma tweets te versturen over het programma. Wegens het kleine scherm is dit echter niet mogelijk op smartphone. Ook op laptop is enkel het televisiescherm zichtbaar zonder de extra twitterfeed. Er is ook een tv-gids voorzien (zie bijlage 3). Wanneer men op een programma klikt krijgt men niet enkel meer informatie over het programma, maar is er ook de mogelijkheid om de digicorder thuis te programmeren zodat gebruikers thuis kunnen kijken naar de opgenomen programma’s. Gebruikers kunnen ook een herinnering instellen zodat ze een waarschuwing krijgen wanneer het programma bijna start. Het opgenomen programma via Yelo bekijken is (nog) niet mogelijk. Gebruikers moeten dus nog steeds voor het gewone televisietoestel naar de opgenomen programma’s kijken. Enkel live televisiekijken en bepaalde content (series of films) huren kan via Yelo.
Naast live televisiekijken is er bij Yelo ook ruimte gemaakt voor een TV-theek (zie bijlage 4). Deze TVtheek maakt het mogelijk om films te huren en bepaalde programma’s op te vragen. Via smartphone is dit ook mogelijk. Wij stellen ons hierbij wel de vraag in welke mate kijken naar een lange film via smartphone haalbaar is op gebied van grootte van het scherm en batterij. Naast dit alles is het ook nog mogelijk om nieuwsberichten te bekijken, maar deze nieuwsberichten zijn bezwaarlijk als nieuws te beschouwen omdat het eerder een opsomming is van relevante berichten over de programma’s die te bekijken zijn via Yelo. Zoals eerder aangehaald kunnen gebruikers van de Yelo-applicatie ook programma’s laten opnemen op hun digicorder thuis (zie bijlage 5). Dit kan overal waar internet beschikbaar is zodat geen enkel programma moet worden gemist. Enkel opnemen is mogelijk, het bekijken van de opgenomen programma’s dient nog altijd thuis voor het normale televisietoestel te gebeuren. Het is dus momenteel nog niet mogelijk om je opgenomen programma’s op te vragen en via Yelo te bekijken. Niet iedereen kan gebruikmaken van mobile television via Yelo. Hiervoor moet men Telenetklant zijn en zowel internet als digitale televisie hebben bij hen. Daarnaast moeten gebruikers ook beschikken over een laptop, smartphone of tablet die het Yeloplatform ondersteunt. Wanneer dan via de applicatie verbinding gemaakt wordt met het Telenetnetwerk kan de gebruiker via Yelo naar televisie kijken. Er zijn dus nogal wat mensen die niet voldoen aan deze voorwaarden en dus niet van Yelo kunnen gebruikmaken.
37
DEEL 2: KWALITATIEF ONDERZOEK
39
1. Onderzoeksopzet en -methode Zoals aangehaald in de inleiding willen we een beeld vormen van het Yelogebruik in Vlaanderen. Centraal staan de vragen naar hoe de domesticatie van Yelo in Vlaanderen verloopt en welke betekenis Yelo heeft voor de gebruikers ervan. We stellen hiervoor volgende deelvragen: -
Wat is de context waarbinnen Yelo gebruikt wordt?
-
Welke content wordt voornamelijk via Yelo bekeken?
-
Welk device wordt als het meest geschikt beschouwd voor Yelogebruik?
-
Wat zijn de motivaties achter het kijkgedrag van Vlaamse Yelogebruikers?
-
Welke aanpassingen zien gebruikers in de toekomst graag gebeuren bij Yelo?
Om een antwoord op deze vragen te kunnen bieden, viel onze keuze op kwalitatief onderzoek. Om inzicht te verkrijgen in de domesticatie en het gebruik van Yelo volstond kwantitatief onderzoek volgens ons niet. Enige diepgang is nodig om een overzicht te bieden van het Yelogebruik. Hierdoor opteerden we voor op literatuur gebaseerde interviews met Vlaamse Yelogebruikers aangevuld met dagboeken om zo een beeld te verkrijgen van hoe Yelo gebruikt wordt. Nogal wat onderzoek wil naast de bespreking van de methodes ook een sterke verdediging bieden voor kwalitatief onderzoek in het algemeen. Deze paragraaf heeft deze verdediging niet als doel. Kwalitatief onderzoek is een onderzoeksmethode die wetenschappelijk aanvaard wordt naast kwantitatief onderzoek. Een keuze voor kwalitatief onderzoek moeten verdedigen zou in principe al een twijfel betekenen aan de waarde van kwalitatief onderzoek op zich (Mortelmans, 2007) en dit is een stelling waar wij ons ook volledig in kunnen vinden. Dit neemt echter niet weg dat we hieronder nauwkeurig onze methode zullen bespreken en verantwoorden waarom we elke beslissing genomen hebben. Dit staat echter naast de beslissing om voor kwalitatief onderzoek te kiezen.
41
1.1 Dagboekmethode 1.1.1.Doelstelling Eerst en vooral werd er dus voorafgaande grondige literatuurstudie uitgevoerd rond mobile television. Mobile television omvat namelijk meer dan wat Yelo inhoudt. Daarom kozen we voor een ruimer literatuuroverzicht met betrekking tot mobile television. Uit de literatuur komen aspecten naar boven die we kunnen projecteren op Yelo en komen ook vragen naar boven met betrekking tot het Vlaamse Yelogebruik die een antwoord kunnen krijgen tijdens interviews. Om deze interviews echter niet te laten vervallen in een opeenvolging van platitudes en onduidelijke antwoorden lieten we eerst enkele deelnemers een kijkdagboek invullen waarin ze nauwkeurig hun Yelogebruik noteerden. Deze kijkdagboeken moesten ons een eerste beeld geven van welke stellingen uit de literatuur ook betrekking hebben op het Yelogebruik en kunnen ons ook helpen bij het opstellen van vragen voor de verschillende interviews. Het gebruik van deze kijkdagboeken betekent een meerwaarde voor de interviews en ons onderzoek in het algemeen aangezien deelnemers kunnen geconfronteerd worden met wat ze in hun kijkdagboek zeiden om zo meer diepgang in de resultaten te verkrijgen. Ook kunnen we nagaan of wat gebruikers zeggen over hun gebruik tijdens de interviews ook effectief overeenstemt met de door hen ingevulde gegevens. De vragen van deze kijkdagboeken zijn gebaseerd op de beschikbare literatuur en mede op vragen die gesteld werden tijdens het MADUF-project. De dagboeken hebben dus tot doel om een eerste zicht te krijgen op het Yelogebruik en dienen als hulpinstrument bij het opstellen van vragen voor het interview. We veronderstellen volgende zaken met betrekking tot het Vlaamse Yelogebruik die we mogelijk zullen opmerken in de verschillende dagboeken: -
Vlaamse Yelogebruikers kijken vooral naar nieuws, soaps en sport.
-
Vlaamse Yelogebruikers kijken slechts voor korte periodes naar mobile television.
-
Vlaamse Yelogebruikers kijken vooral ’s avonds voor het slapengaan naar mobile television.
-
Vlaamse Yelogebruikers kijken vooral alleen naar televisie via Yelo.
1.1.2.Vragenlijst Ten eerste gaan we na welke programma’s en zenders bekeken worden. Hieruit kunnen we iets afleiden over de soort content die wordt bekeken. Daarnaast gaan we ook in op de kijkduur. De literatuur haalt vooral korte kijksessies aan. Via deze vraag gaan we na of gebruikers ook in Vlaanderen slechts korte periodes naar mobile television kijken. Heel wat schrijvers halen volgende piekperiodes aan: ’s morgens, ’s middags en ’s avonds (Schuurman et al., 2011, p. 277). Gezien het feit dat er in Vlaanderen geen traditie van ochtendtelevisie is (Lievens et al., 2008) en Yelo dus slechts in uitzonderlijke gevallen te gebruiken is, veronderstellen wij dat Yelogebruik vooral ’s avonds zal plaatsvinden bij onze deelnemers. Daarom de vraag naar het tijdstip waarop men keek. Omdat zoals eerder aangehaald korte kijksessies een vaak voorkomend gegeven zijn, vragen we ook naar de reden waarom men stopte met kijken om zo een beeld te krijgen van enerzijds de kijkduur en anderzijds de motivaties erachter. We willen ook te weten komen hoe men Yelo precies een plaats geeft in huis (en het dagelijkse leven) en daarom vragen we ook naar de precieze locatie waarop men via Yelo naar televisie keek. Heel wat literatuur gaat er van uit dat mobile television alleen wordt bekeken, vandaar ook de vraag of men alleen of met andere personen keek. Tot slot wordt ook gevraagd om de kijkervaring een score te geven zodat de algemene tevredenheid over de kijksessies kan worden nagegaan. Er kan ook aangegeven worden via welk device gekeken werd naar Yelo. Zo krijgen we al een beeld van het gebruik van verschillende toestellen en werd elk van de bij ‘triple articulation’ belangrijke aspecten aangehaald in het dagboek. 1.1.3. Gegevensverzameling Gedurende twee weken werden deze dagboeken bijgehouden via een formulier op ‘Google Docs’. Dit formulier vindt u in bijlage terug (zie bijlage 7). Zo konden deelnemers na afloop van hun sessie meteen op het door hen gebruikte device naar de doorgestuurde link uit de mail surfen. Korte vragen die snel konden worden opgelost en een duidelijke lay-out waarover weinig twijfels konden ontstaan moesten zorgen voor weinig problemen bij het invullen. Voordelen van het dagboek online te laten invullen is dat gegevens realtime beschikbaar zijn. Elke dag kunnen dagboekgegevens geanalyseerd en verwerkt worden. Een bijkomend voordeel is dat er ook een tijdstip wordt meegegeven waarop deelnemers hun dagboek hebben ingevuld. Zo kunnen begin- en einduur van hun kijksessie nog beter worden bijgehouden en kunnen we eventueel zwakke deelnemers die de vragen verkeerd invulden oproepen om een extra inspanning te doen om de gegevens alsnog verder correct in te vullen. 43
1.2 Interviews 1.2.1. Doelstelling De bedoeling is om een beeld te vormen van het Vlaamse mobile televisiongebruik en dan meer specifiek het gebruik van Yelo van Telenet. Ons op zowel mobile television van Belgacom (TV overal) als Telenet (Yelo) richten zou voor een masterproef, en gezien de tijd die er was om deze tot een goed einde te brenge, te ambitieus zijn. Gezien verschillende elementen in de literatuur wijzen op een groot aandeel aan thuisgebruik en er slechts in beperkte mate Vlaams onderzoek hieromtrent is gevoerd, is het dus zeker wetenschappelijk relevant om daarop dieper in te gaan. We kozen er dus ook bewust voor om ons te focussen op het thuisgebruik van mobile television via Yelo. Dit neemt echter niet weg dat we ook vragen konden stellen over toekomstige wensen van de participanten aan het onderzoek. Zowel huidige inzichten als toekomstige wensen van de participanten kunnen een meerwaarde bieden voor Telenet naar de toekomst toe. 1.2.2. Vragenlijst De motivaties achter het Yelogebruik en de gegevens uit de dagboeken proberen we dus aan de hand van interviews verder te achterhalen. De vragenlijst werd opgesteld op basis van van de eerder geraadpleegde literatuur en de resultaten uit de dagboeken. Voor het opstellen van de vragenlijst gingen we na welke vragen eerder onderzoek rond domesticatie stelde. Bij het onderzoek van De Vis (2009) vonden we enkele interessante vragen die we konden aanpassen naar vragen over het Yelogebruik. Voor de interviews stelden we een vragenprotocol op. Door het vragenprotocol konden we elke participant ongeveer dezelfde vraag stellen, terwijl bij een topiclijst de vragen nogal snel zouden verschillen. Niet alleen kunnen we vragen stellen aan personen die een dagboek bijhielden, we kunnen ook andere gebruikers vragen met betrekking tot Yelo stellen om zo een completer beeld over het Yelogebruik door Vlamingen te krijgen. De dagboeken brengen naast directe informatie over het kijkgedrag namelijk ook verdere vragen met zich mee die we zullen stellen tijdens de interviews. De vragen uit de interviews hebben betrekking op de verschillende dimensies van domesticatie. Iedere vraag kunnen we onder een van deze dimensies plaatsen. De vragen sluiten ook aan bij de voor ‘triple articulation’ belangrijke aspecten. Zo is er dus object als eerste articulatie, tekst als tweede articulatie en context als derde articulatie. Bij de vragen naar object werd gepeild naar de voorkeur voor een bepaald toestel om via Yelo naar televisie te kijken. Door hen de keuze te geven tussen de voor hen beschikbare toestellen konden we een beeld vormen van het meest geschikte device om naar televisie
te kijken via Yelo. Hiernaast werd ook gezocht naar de redenen achter deze voorkeuren. Ten tweede zijn er de vragen over de tekst en werd er dus ingegaan op de content die men via Yelo gebruikt. Ten derde zijn er de vragen over de specifieke context waarin het kijken naar televisie via Yelo plaatsvindt. Deze vragen omvatten niet alleen de plaats, het tijdstip, de kijkduur en de frequentie van het Yelogebruik maar ook de sociale context waarin dit gebeurt. 1.2.3. Gegevensverzameling Eerst en vooral gaven we uitleg over wat het interview zou gaan. We deden dit zowel bij dagboekdeelnemers als niet-dagboekdeelnemers en dit om een positief gevoel te creëren. Dat positieve gevoel is volgens Mortelmans (2007, p. 239) van belang voor het verdere verloop van het interview. Hierna werd toestemming gevraagd om het gesprek op te nemen. Vervolgens startte de opname en begonnen we met het eigenlijke interview. Via verschillende probingtechnieken (doorvraagtechnieken) slaagden we er tijdens de interviews in om een grotere diepgang in de resultaten te verkrijgen. Probing is van cruciaal belang binnen kwalitatief onderzoek (Mortelmans, 2007). Dat doorvragen was makkelijker wanneer dagboekgegevens beschikbaar waren. Dan konden we participanten namelijk confronteren met wat ze invoerden in hun dagboeken om zo meer informatie te verkrijgen over hun Yelogebruik. De vragenlijst van het interview vindt u ook in bijlage (zie bijlage 8). Dit alles moet ons een inzicht geven in hoe de Vlaamse gebruikers omgaan met Yelo van Telenet en het gedomesticeerd hebben. De resultaten daarna toetsen aan de literatuur moest ons een beeld geven van het Vlaamse Yelogebruik. We streefden naar 20 interviews. 1.3 Rekrutering participanten Eerst deden we een oproep naar deelnemers voor de dagboeken via Facebook en Twitter. Daaruit probeerden we nog een aantal deelnemers te overtuigen om deel te nemen aan het interview. We kregen hiervoor een grote hulp van Mobile Vikings. Zij vonden het geen probleem om een oproep te lanceren op hun Facebookpagina, waardoor 50 geïnteresseerden hun mailadres achterlieten. De mensen die hun mailadres achterlieten stuurden we meteen een informatiemail met meer uitleg over het onderzoek (zie bijlage). Het lag in de lijn der verwachtingen dat heel wat mensen nog zouden afhaken. Dit gebeurde ook, maar toch hadden we nog wat deelnemers over die wel bereid waren om het dagboek in te vullen. Periodes van interviewen en analyseren van de reeds afgenomen interviews wisselden elkaar daarna af. Dit zorgde er niet alleen voor dat het inzicht in het Yelogebruik groeide, maar ook dat we de vragenlijsten voor de nog volgende interviews waar nodig nog konden aanpassen 45
of specifiëren. Het was spijtig dat Telenet niet bereid was om een oproep via hun Yelopagina op Facebook te verspreiden. De beheerders van de social mediapagina’s hadden schrik dat er te veel aanvragen zouden binnenkomen. (J. Hamal, persoonlijke mededeling, 13 juli 2012). Dit is een keuze die we respecteerden. Onverdroten gingen we verder op zoek naar Yelogebruikers. Tijdens vele voorgaande onderzoeken werd mobile television als iets compleet nieuw aan de mensen voorgesteld. Zij engageerden zich om gedurende een periode mee te werken aan een onderzoek naar een nieuwe technologie die eraan kwam. Met betrekking tot de gebruiksfrequentie moest vaak even gewacht worden vooraleer effectief resultaten konden worden geanalyseerd. Wanneer iets nieuw is, doorgaat het gebruikspatroon vaak een zogenaamde speelfase (De Marez & Dejonghe, 2011, p. 80) waarin de nieuwe technologie vaker gebruikt wordt dan in de toekomst effectief het geval is. Gebruikers tonen het aan vrienden, denken dat ze het frequent moeten gebruiken voor het onderzoek,… Dit zou een vertekening van de resultaten kunnen impliceren. Een voordeel van dit onderzoek is dat Yelo immers al gelanceerd is. Deelnemers kennen het al en gebruiken het, zij het licht of zeer frequent. We moesten in mindere mate rekening houden met het feit dat de technologie compleet nieuw is voor de deelnemers. Er werd in de mail met informatie ook specifiek vermeld dat zowel frequent gebruik als niet frequent gebruik mocht worden opgegeven om mensen niet aan te sporen het tijdens dit onderzoek Yelo frequenter te gebruiken om televisie te kijken dan ze effectief in het dagelijkse leven doen. We moeten rekening houden met het feit dat niet iedereen zomaar in aanmerking kon komen om deel te nemen. Eerst en vooral moet men een klant zijn voor internet bij Telenet. Vervolgens moet men ook nog digitale televisie hebben van Telenet. Daarnaast moet men een pc (laptop), smartphone of tablet hebben die het Yeloplatform ondersteunt en tot slot ook nog de applicatie van Yelo effectief gebruiken om naar televisie te kijken, en niet enkel om te programmeren. Hierdoor wordt binnen de groep Vlamingen een aanzienlijk deel uitgesloten voor dit onderzoek, wat het vinden van deelnemers niet vereenvoudigde. Doordat gebruikers om Yelo te gebruiken sowieso over een internetverbinding moeten beschikken was het mogelijk om online naar deelnemers te zoeken.
Figuur: situering aandeel Yelogebruikers binnen Vlaamse bevolking
Vlamingen Laptop/smartphone/tabletbezitters Internetklanten bij Telenet Digitale televisieklanten bij Telenet Yelogebruikers Televisiekijkers die via Yelo kijken
Voor de dagboekmethode waren er uiteindelijk 15 mensen bereid om deel te nemen, waarvan 13 mannen en 2 vrouwen. We beseffen dat dit een vertekend beeld kan geven (bijvoorbeeld met betrekking tot de resultaten van de content). Hoewel we geen conclusies willen trekken uit de dagboeken maar ze gebruiken als een basis voor vragen nemen we dit toch op als een beperking van dit onderzoek. Hierop komen we later terug. Een overzicht van de periode waarin deze dagboeken liepen kunt u in bijlage terugvinden (zie bijlage 9). In totaal werden er 20 interviews afgenomen bij 15 mannen en 5 vrouwen. Van deze 20 interviews werden er 8 afgenomen bij deelnemers van de dagboekmethode (7 mannen en 1 vrouw). De gemiddelde leeftijd van onze participanten is 25 jaar. De jongste deelnemer is 18 jaar oud en de oudste 49 jaar. We beseffen dat er een ongelijke verdeling is tussen het aantal mannen en vrouwen die deelnamen aan dit onderzoek. Op verschillende oproepen reageerden slechts weinig vrouwen. Dit is dan ook een beperking aan dit onderzoek. Om onze interviews af te nemen gingen we niet altijd langs bij de mensen thuis. De huidige technologie maakt het perfect mogelijk om een gesprek te voeren via videoconferentie. Daarom kozen we er ook voor om ook interviews via Skype te laten verlopen. Dit zorgde ervoor dat mensen sneller deelnamen aan het interview en dit kon plaatsvinden op een moment waarop zij dat wilden. Bijkomend voordeel is dat er op verschillende plaatsen in Vlaanderen mensen konden deelnemen op een korte tijdspanne en dit toch met een grote geografische spreiding.
47
Via Audiacity, een gratis programma waarmee we op eenvoudige wijze audio kunnen opnemen, werd zowel onze klank als de klank van de participant opgenomen. Om de interviews te transcriberen maakten we gebruik van Windows Media Player. Via de afstandsbediening van een laptop konden we eenvoudig pauzeren en terugspoelen. Dit zorgde ervoor dat we snel en efficiënt de uitgevoerde interviews konden uittypen. We kozen er ook voor om telkens nadat een interview afgelopen was het meteen uit te typen, zo lag wat gezegd werd nog vers in het geheugen en maakten we geen foute interpretaties bij eventuele twijfel op het geluidsbestand. Het meteen uittypen zorgde er ook voor dat het coderen van alle interviews werd vereenvoudigd.
2. Resultaten De kwalitatieve data uit de interviews werden verwerkt volgens de Grounded Theory. Het werk van Mortelmans (2007) was een leidraad bij het verwerken van de resultaten. In de eerste plaats werden de interviews open gecodeerd. Dit is ‘the analytic process through which concepts are identified and their properties and dimensions are discovered’ (Strauss & Corbin, 1990, p. 101). Hierbij worden labels bij stukken tekst uit het interview geplakt. Hierna volgt de fase van het axiaal coderen waarbij ‘the process of relating categories in their subcategories termed “axial” because coding occurs around the axis of a category, linking categories at the level of properties and dimensions’ (Strauss et al., 1990, p. 123). Tot slot is er de fase van het selectief coderen, ‘the process of integration and refining the theory’ (Strauss et al., 1990, p. 143). Het selectief coderen kan op een hele reeks manieren verlopen (Mortelmans, 2007). Wij kozen er voor om een matrix op te stellen. Deze matrix vindt u ook in bijlage achterin deze masterproef. ‘Matrices hebben bijvoorbeeld het voordeel om op een geordende wijze heel veel materiaal samen te brengen. Op die manier kunnen minder duidelijke schema’s waarin respondenten meer uiteenlopende elementen aandragen toch overzichtelijk gemaakt worden’ (Mortelmans, 2007, p. 418). Het duidelijke vragenprotocol, dat er voor zorgt dat we bij elk interview gelijkaardige vragen stellen, in combinatie met deze matrix zorgen er voor dat de antwoorden van de verschillende participanten horizontaal overlopen kunnen worden en de onderzoeksvragen vlotter kunnen beantwoord worden. Ook relevante quotes kunnen we op deze manier eenvoudiger terugvinden. De verschillende aspecten met betrekking tot content, context en device kunnen we zo grondig bestuderen. Op basis van deze methode komen we tot antwoorden op onze onderzoeksvragen die we hieronder zullen bespreken. Domesticatie is zoals eerder aangehaald een verhaal rond context, content en device. Verder volgen we de structuur van de eerdere literatuurstudie om het overzicht tussen de verschillende onderdelen te bewaren. 2.1 Context Over de context waarin Yelo wordt gebruikt valt veel te zeggen. We bespreken hieronder achtereenvolgens de plaats, kijkduur, het tijdstip, de frequentie en het persoonlijk gebruik van Yelo. 2.1.1 Plaats van gebruik Verscheidene auteurs beschouwen thuis als een zeer vaak voorkomende plek waar mobile television wordt gekeken (Oksman et al., 2007). Ondanks het feit dat traditionele televisie beschikbaar is biedt 49
mobile television het voordeel van mobiliteit in het huis. Gebruikers kunnen kijken waar ze willen, zolang er een verbinding met het Telenetnetwerk is. Voorafgaand onderzoek ging echter niet in op de specifieke plaatsen in huis waar naar mobile television wordt gekeken. Bij de exacte locatie in huis waar het vaakst naar televisie wordt gekeken via Yelo kunnen we vijf B’s onderscheiden: 1. Bed Op het tijdstip waarop gebruikers het vaakst naar televisie kijken via Yelo komen we verder terug, maar een groot deel van de kijksessies vindt ’s avonds laat plaats in bed. Net voor het slapengaan start men Yelo om nog even televisie te kijken. Ook Jelle (M, 19 jaar) en Jens (M, 24 jaar) doen dit. Net als Ruben (M, 23 jaar) geeft Jelle (M, 19 jaar) aan soms te lui te zijn om voor het gewone televisietoestel te gaan zitten. Ze leggen zich dan in bed en kijken van daaruit via Yelo nog naar televisie. Klaas (M, 23 jaar) gebruikt Yelo wanneer hij ’s avonds in bed ligt en niet kan slapen. Gebruikers stoppen met kijken wanneer ze willen slapen. Jens (M, 24 jaar) : ‘Het is gemakkelijk. Ge kunt zomaar overal, zolang dat ge netwerk hebt zeg maar, kunde overal tv kijken […] En zo ’s avonds voor ik ga slapen dat ik nog rap in bed naar een programma kijk op tv. Op mijn huidige job doet het zich soms voor dat ik een week van wacht ben ofzo en dat is dan een 24/7. Dus ieder moment dat ge dan kan slapen of kan rusten grijp ik dan wel aan en dan zou ik al sneller vanuit mijn bed wat tv zitten kijken dan beneden, dat ik ondertussen wat kan rusten.’ 2. Buiten Buiten wordt ook gekeken naar Yelo. Hier is dan weer duidelijk een link merkbaar met het weer. Dit onderzoek werd in de zomer gevoerd waardoor het weer het vaker toeliet om buiten te kijken. Tijdens de wintermaanden kan dit buitengebruik dus sterk gereduceerd worden. Thijs (M, 22 jaar) bekijkt sportprogramma’s via Yelo buiten aan het zwembad. Ook Peter (M, 49 jaar) vindt het aangenaam om buiten te kijken en zit vaak in de tuin. Hij vindt Yelo een mooie kans om niet in de zetel te moeten gaan zitten om televisie te kijken als het mooi weer is.
Peter (M, 49 jaar) : ‘Ik ben van Limburg en ’t is nu niet dat het hier altijd goed weer is, maar als het droog is, is het aangenaam buiten en ik ben een buitenmens. Ik zit heel veel in de tuin en dan ga ik echt niet in m’n zetel zitten als het buiten 25 graden is.’ 3. Bureau Ook achter een bureau wordt vaak gekeken naar Yelo. Hier heeft het televisiekijken voornamelijk een achtergrondfunctie. Men wil iets horen terwijl men bezig is met andere zaken op de computer. Daarom zet men Yelo op. Jelle (M, 19 jaar) : ‘Ik kijk ook gewoon achter mijn bureau via m’n laptop of iPad. Dan heb ik meestal drie schermen opstaan: m’n iPad, m’n gewoon scherm en m’n tweede scherm van m’n computer waarop ik aan het werken ben […] Da’s ook vaak Nickelodeon, dus daar kijk je sowieso ook maar met een half oog naar.’ 4. Bestaande kijklocaties Televisiekijken heeft reeds een vaste plaats in het leven van vele mensen verworven. Televisietoestellen zijn binnengedrongen op heel wat plaatsen in huis. Zo hebben vele mensen naast een televisietoestel in de woonkamer ook een in de keuken of de slaapkamer. Het grote voordeel van Yelo is dat op deze plaatsen nu ook televisie kan gekeken worden zonder dat gebruikers er een televisietoestel moet installeren. Jongeren die geen televisie mogen installeren op hun kamer, kunnen nu toch nog televisie kijken, ondanks het feit dat een televisietoestel eerder niet mocht. Vergelijkbaar is de situatie bij kotstudenten zoals Bert (M, 24 jaar) en Sanne (V, 22 jaar). Ze hebben geen televisie beschikbaar maar maken gebruik van Yelo om op deze manier toch naar televisie te kunnen kijken. Hiervoor moeten deze studenten wel een Telenetverbinding tot hun beschikking hebben op kot. Kevin (M, 20 jaar) : ‘Ik zit altijd redelijk vroeg op m’n kamer, een tv heb ik eigenlijk nog nooit mogen kopen voor op m’n kamer, dus dan kijk ik eigenlijk naar Yelo.’ De keuken is een plaats waar vaak al een televisietoestel beschikbaar is. Door Yelo kan daar nu ook eenvoudig televisie worden gekeken zonder dat er effectief een televisietoestel moet zijn. Sanne (V, 22 jaar) en Anne (V, 27 jaar) gebruiken Yelo tijdens het koken. Ze zetten hun tablet dicht bij het fornuis waar ze aan het koken zijn en volgen op die manier het programma dat ze anders moeten missen. Niet 51
enkel tijdens het koken wordt in de keuken gekeken naar Yelo, aansluitend kijkt men ook tijdens het eten naar televisie. Bram (M, 26 jaar) legt het toestel naast zich en kijkt ondertussen als afleiding naar televisie. Binnen het gezin van Sofie (V, 20 jaar) is Yelo kijken tijdens het eten een gewoonte geworden. Ze leggen de iPad op tafel tijdens het eten om naar het Journaal te kijken. Bram (M, 26 jaar) : ‘De smartphoneversie gebruik ik zo als ik aan het eten ben. Dan leg ik dat zo naast me om es te kijken. Meer eigenlijk als afleiding of als het nieuws bezig is.’ 5. Bad Een aantal deelnemers halen ook het bad aan als locatie waar men via Yelo naar televisie kijkt. Bram (M, 26 jaar) heeft in zijn badkamer luidsprekers geïnstalleerd. Deze kan hij eenvoudig aansluiten op de iPad, die ze in een daarvoor gemaakte houder zetten. Op die manier kan hij vanuit bad televisiekijken. Ook Jelle (M, 19 jaar) kijkt televisie via Yelo vanuit bad. Hij staat vooral tijdens vakanties laat en kijkt dan in bed al even op Yelo of er niets interessant is op televisie. Daarna gaat hij met het toestel naar de badkamer om vanuit bad verder te kijken. Het tijdstip waarop men kijkt hangt dus samen met de plaats waarop men kijkt. Een aanzienlijk deel van het Yelogebruik gebeurt vanuit bed. Naast deze frequent gebruikte en vaakst aangehaalde plaatsen waarop naar televisie via Yelo wordt gekeken zijn er ook plaatsen waar je minder snel zou verwachten dat naar televisie wordt gekeken. Zo werd door een deelnemer de laptop in de tuin aangesloten op een projector onder het afdak van een poolhouse tijdens een poolparty, waardoor alle aanwezigen naar televisie konden kijken. Jens (M, 24 jaar), een sportieve man met een drukke job, kijkt Yelo tijdens het sporten. Hij fietst vaak op rollen en neemt er dan zijn tablet bij om naar televisie te kijken. Iets wat anders niet mogelijk was geweest. Ook op het toilet wordt door enkele deelnemers (Bert, M, 24 jaar; Sanne, V, 22 jaar & Senne, M, 22 jaar) gekeken naar Yelo. We kunnen dus besluiten dat er een grote verscheidenheid is aan locaties, maar dat er op een aantal locaties in huis toch vaker naar televisie via Yelo wordt gekeken dan op andere.
Södergard (2003, p. 84) meent dat mobile television vooral tijdens het woon-werkverkeer zou gebruikt worden. Hoewel Yelo enkel bruikbaar is wanneer er een verbinding met het Telenetnetwerk is, werd op de vraag waar men Yelo graag zou kunnen gebruiken veruit unaniem geantwoord dat men Yelo graag zou kunnen gebruiken tijdens het pendelen. Dit zowel tijdens het wachten in het station als op de trein zelf. Zowel studenten als reeds werkende volwassenen zien de trein als een perfecte locatie voor toekomstig Yelogebruik. Vooral tijdens momenten waarop men moet wachten lijkt Yelo een gewenste applicatie buitenshuis. 2.1.2 Kijkduur Vaak starten gebruikers met kijken naar een programma via Yelo wanneer ze daar eens tijd voor hebben. Als reden om te stoppen voert men heel vaak ‘het programma was gedaan’ in. Heel wat kijkers geven aan één programma te bekijken zonder verder te kijken. Heel veel sessies duurden dus tot het einde van een programma (vanaf wanneer men begon te kijken tot het einde). Daarna stopte men met Yelo kijken omdat men iets anders ging doen. Vaak ging men na het kijken slapen aangezien een aanzienlijk deel van het Yelogebruik ’s avonds in bed plaatsvond. Op basis van de geraadpleegde literatuur verwachtten wij dat we langere kijksessies zouden waarnemen dan de literatuur ons doet vermoeden. Deze vooronderstelling wordt ondersteund door de verschillende ingediende kijksessies waarbij aanzienlijk langere periodes van Yelogebruik zitten dan de tien minuten die vaak in de literatuur worden aangehaald. Daarnaast bleek ook tijdens de interviews dat er soms zeer lang via Yelo naar televisie wordt gekeken. Bij Sanne (V, 22 jaar) zijn de voetbalmatchen tijdens het EK de langste sessies die ze heeft gehad. Ze spreekt dan al snel over twee uur dat ze televisie kijkt via de tablet. Ze zegt echter ook soms maar een kwartier te kijken, maar ook een uur of anderhalf uur. Het varieert, maar het is wel altijd redelijk lang. Ook bij Jens (M, 24 jaar) duren kijksessies vaak lang. Hij meent dat het goed anderhalf uur kan zijn dat hij kijkt naar televisie via Yelo. Veel hangt af van de op dat moment beschikbare content. Jelle (M, 19 jaar) geeft aan vrij lang te kijken, tot zelfs anderhalf uur lang, maar enkel als er iets interessant op televisie is. Wanneer er een ‘stom’ programma begint dan zet hij het toestel gewoon uit en doet hij iets anders. Hij geeft aan in de vakantie vaak ’s morgens te kijken of er niets interessant is. Vaak is dit niet het geval en zet hij het toestel meteen terug uit.
53
Jelle (M, 19 jaar) : ‘Als er iets op tv is, dan kan dat wel vrij lang zijn. Dat kan goed anderhalf uur zijn, maar als er dan niets is, of er begint een stom programma, dan zet ik da ook wel gewoon af.’ De kijkervaring die Yelo biedt wordt over het algemeen ook goed tot zeer goed beoordeeld ook al blijven er natuurlijk verschillen met traditionele televisie. Yelo kan thuis gebruikt worden, wat er voor zorgt dat het mogelijk is om langer te kijken aangezien de batterij ondertussen kan worden opgeladen. Heel wat sessies duren dus langer dan de 10 minuten die door heel wat auteurs worden aangehaald. Het feit is dat Yelo thuis gebruikt wordt, wat langer kijken mogelijk eenvoudiger maakt dan tijdens pendelen. Toch zijn er ook participanten die het niet hebben over lange kijksessies. Zo is er Peter (M, 49 jaar), een levensgenieter die vaak in zijn tuin werkt en buiten bezig is. Hij heeft niet de behoefte om uren televisie te zitten kijken binnen en ook via Yelo zal hij dat niet doen. Hij is wel een zeer frequente kijker van Yelo, maar dan gaat het niet over lange kijksessies. Peter (M, 49 jaar) : ‘ Dan wil ik wel eens een stukje meepakken, geen volledige wedstrijd, maar wel eens heel effe update van wat de stand staat eigenlijk […] en ook kort, alle, Yelo is niet, voorlopig toch niet, en nu ga ik mij hier eens twee, drie uur gaan zetten voor een film te gaan kijken, dat ga ik niet doen. Het zijn korte stukken. Ik zeg maar als de tour begint om twee uur dan zet ik die niet aan en kijk ik niet tot half zes tot die binnen is hé. Ik wil maar zeggen je komt om vijf uur thuis. Ok je kan nog een half uurke meepakken […] .’ 2.1.3 Tijdstip Met betrekking tot het tijdstip waarop wordt gekeken kunnen we in ieder geval al aangeven dat net zoals in de literatuur heel vaak televisie via Yelo wordt gekeken ’s avonds laat of ’s nachts voor het slapengaan (Kaasinen et al., 2008). Naast ’s avonds laat wordt ook tijdens het koken ’s avonds vaak televisie gekeken via Yelo. Men zet het toestel dan in de keuken naast zich terwijl men kookt. De avond willen we daarom opsplitsen in enerzijds de vooravond en anderzijds de late avond. Op deze twee momenten wordt vaak gekeken. Gebruikers komen thuis van het werk en pikken nog wat televisie mee tijdens het koken en aansluitend tijdens het eten. Anderzijds vindt een aanzienlijk deel van de kijksessies plaats nog later op de avond, vanuit bed, net vooraleer men gaat slapen. Gebruikers kijken vaak, zoals eerder werd aangehaald, in bed naar televisie via Yelo. Naast slapen geven participanten ook enkele keren ‘omdat ik moe was’ aan als reden om te stoppen met kijken.
Hoewel dit niet volledig hetzelfde impliceert, kunnen we, afgaand op het tijdstip waarop werd gekeken, er toch van uitgaan dat het ook hier over kijksessies net voor het slapen gaat. Stef (M, 18 jaar) en Klaas (M, 24 jaar) zetten zelfs ’s nachts Yelo aan om televisie te kijken, wanneer ze niet kunnen slapen. Kijksessies laat op de avond zijn een constante, zowel in de dagboeken als de interviews. Jens (M, 24 jaar) : ‘Meestal is dat meer aan de late kant van de avond, 21u30, 22u, 22u30…’ We kunnen dus met betrekking tot het tijdstip de stelling van Kaasinen et al. (2008) bijtreden dat ’s avonds laat, net vooraleer men gaat slapen, een typisch moment is waarop mobile television wordt gebruikt. We mogen dit uiteraard niet veralgemenen naar mobile television, maar enkel tot het Yelogebruik in Vlaanderen. Dit is geheel in lijn met de resultaten uit eerder onderzoek van Lievens et al. (2008). Ook wij zien namelijk weinig activiteit ’s morgens. Lievens et al. (2008) halen, zoals eerder in de literatuurstudie vermeld, aan dat er in Vlaanderen geen traditie van ochtendtelevisie is en dit een reden is voor het lage gebruik tijdens de ochtend. Enkele deelnemers kijken ’s middags tijdens het eten naar het journaal, iets wat ook Lievens et al. (2008) aanhaalden. Sanne (V, 22 jaar) is een studente die op kot zit in Gent. Zij kijkt tijdens het middageten soms eens naar het journaal via Yelo als pauze tussen het blokken door. Desalniettemin stelt ook zij dat, hoewel ze sporadisch eens ’s middags kijkt naar televisie via Yelo, ze toch voornamelijk ’s avonds kijkt. Volgens Lievens et al. (2008) wordt traditionele televisie ook het vaakst ’s avonds bekeken. Dit heeft een impact op de momenten waarop mobile television wordt bekeken. Doordat televisiekijken voor vele mensen een gewoonte is passen mensen volgens Lievens et al. (2008) hun gewoonte van ’s avonds televisie te kijken toe op het mobile televisiongebruik. Het is via mobile television mogelijk om in bed te kijken dus daardoor leggen heel wat gebruikers zich ‘s avonds in bed met hun device naast zich zodat ze nog wat televisie kunnen kijken vooraleer ze effectief gaan slapen. ‘The traditional viewing patterns are still that dominant in such a way that they shape the mobile viewing practice’ (Lievens et al., 2008, p. 15).
55
2.1.4 Frequentie Hoewel enkele deelnemers aangeven dat ze dagelijks naar televisie kijken via Yelo, is het bij de meeste deelnemers iets wat slechts sporadisch gebeurt. Men komt niet elke dag terecht in een situatie waar men mobile television wil kijken of denken er niet aan dat ze ook via andere toestellen naar televisie kunnen kijken. Volgens Bram (M, 26 jaar) hangt veel af van het televisieseizoen. Hij geeft aan dat hij tijdens de wintermaanden vaak kijkt, tot zelfs dagelijks, aangezien er dan heel vaak nieuwe programma’s zijn. Tijdens de zomermaanden valt het televisieseizoen stil en wordt er minder vaak gekeken. Het aantal personen in het gezin lijkt mee te spelen bij het Yelogebruik. Peter (M, 49 jaar), Remco (M, 34 jaar) en Anne (V, 27 jaar) geven aan dat ze slechts met twee zijn thuis en er dus niet vaak discussie ontstaat over het programma dat ze zullen bekijken. Ze kunnen zich wel inbeelden dat bij grotere gezinnen sneller discussie ontstaat over naar wat men zal kijken. Daar grijpt men volgens hen sneller naar Yelo dan in gezinnen met slechts twee personen. Stef (M, 18 jaar) : ‘Ik kijk wekelijks. De motivatie en interesse om er naar te kijken is er niet echt aangezien het aanbod dat ze hebben net het geen is waar ik nooit naar kijk.’ Anne (V, 27 jaar) : ‘Ik kijk wekelijks een paar keer, weet eigenlijk niet of dat veel is. Je denkt daar ook niet altijd aan en als je maar met twee bent kom je al beter overeen om televisie te zien denk ik. Vroeger was dat bij ons thuis toch altijd moeilijk om te beslissen naar wat er zou worden gekeken.’ 2.1.5 Persoonlijk gebruik Mobile television (via Yelo) blijkt volgens onze resultaten inderdaad een persoonlijk medium te zijn. Van alle ingegeven dagboeksessies waren er slechts een klein aantal waar deelnemers zeiden dat ze samen met iemand anders keken. Daarnaast blijkt ook uit de interviews dat vooral alleen wordt gekeken. Wanneer samen wordt gekeken met andere personen was het met een partner. Bij alle andere sessies werd telkens alleen televisie gekeken via Yelo. Dat er vaak alleen naar mobile television wordt gekeken is een bevinding die ook bij eerdere onderzoeken terug te vinden is (Do et al., 2002; Kaasinen et al., 2008; Södergard, 2003). Södergard (2003) haalde ook aan dat het dicht bij iemand anders zitten een gevoel van ongemak kan met zich meebrengen. Dicht zitten bij een partner vinden gebruikers dan weer minder erg. Peter (M, 49 jaar) kijkt ’s avonds in bed samen met zijn vrouw nog naar het late journaal en het weerbericht. Zo is hij op de hoogte van het weer voor de volgende dag en
weet hij wat hij ’s morgens moet aantrekken om naar het werk te gaan. Ook Sanne (V, 22 jaar) kijkt samen met haar vriend op kot naar televisie via Yelo. Volgens Lievens et al. (2008) is het grotere aandeel aan individueel gebruik onder andere te wijten aan het feit dat het mobiele toestel (telefoon,...) als een persoonlijk toestel wordt beschouwd dat niet met anderen wordt gedeeld. Ook bij onze participanten blijkt dit een van de redenen om alleen te kijken. Louis (M, 18 jaar) : ‘Ik kijk telkens alleen, ik zou dat persoonlijk maar raar vinden om met een stuk of twee of drie mensen op een scherm te zitten staren, als je zoals mij hier aan de livingtafel zit is het niet zo handig om daar met nog eens twee bij te zitten. Ik zie Yelo eerder als een persoonlijk tv-scherm, iets waarbij ik dus alleen beslis wat er te zien is.’ Daarnaast wordt ook het feit dat het scherm klein is door heel wat participanten aangehaald als reden om alleen te kijken. De grootte van het scherm van het device zorgt er dus voor dat alleen wordt gekeken naar televisie. Jelle (M, 19 jaar) vindt het irritant om met meerdere mensen rond een scherm te zitten. Hij stelt dat als ze binnen het gezin met meerdere mensen naar een programma willen kijken, ze dan wel de gewone televisie zullen verkiezen. Hij vindt dat om met meerdere personen televisie te kijken een groot scherm gemakkelijker dan het klein scherm van een laptop, smartphone of tablet. Ook voor hem dient Yelo vooral om alleen te kijken naar wat hij wil. Jens (M, 24 jaar) : ‘Meestal is dat alleen. Het is misschien wel een beetje moeilijk om daar met meerdere mensen naartoe te kijken. Op een tablet zou dat nu misschien nog redelijk meevallen maar als dat op een gsm is al helemaal niet hé dan.’ Cui et al. (2007, p. 200) stellen dat samen kijken misschien mogelijk is voor mensen die elkaar goed kennen, maar ongemak kan veroorzaken bij anderen. Deze stelling willen we bijtreden voor het Yelogebruik. Met anderen samen kijken vormt geen probleem bij mensen thuis omdat ze er iedereen toch beter kennen of er een hechtere band mee hebben. Toch wordt meestal alleen gekeken. 2.2 Redenen om mobile television te gebruiken. Door de interviews kwamen we heel wat meer te weten over de motivaties die achter het Yelogebruik zitten. We kwamen te weten door welke verschillende redenen men televisie kijkt via Yelo. Hieronder gaan we verder in op die redenen. Er komen over het algemeen beschouwd twee soorten redenen voor. 57
Enerzijds zijn er redenen die aangeven dat men het gewone televisietoestel en de programma’s die opstaan wil ontvluchten. Anderzijds zijn er die redenen die aangeven dat men uit noodzaak of gemak op een ander device kijkt dan het traditionele televisietoestel. In het ene geval wil men dan een programma niet zien waardoor men via Yelo naar een ander programma kijkt. In het andere geval wil men wel televisie kijken, maar is er geen televisie beschikbaar op dat moment, waardoor men via Yelo kijkt op een andere plaats. Yelo wordt gebruikt wanneer men niet naar het programma wil kijken waar anderen binnen het gezin naar kijken. Daarom gebruikt men Yelo wanneer men zich in zo’n situatie bevindt. Ze ontvluchten dan het gewone televisietoestel bij bepaalde programma’s. Ruben (M, 18 jaar) kijkt dan naar een programma dat de rest van het gezin niet wenst te bekijken. Zo kan hij toch zijn zin doen. Op die manier kunnen de gebruikers kijken naar wat ze zelf willen. Yelo wordt dan een substituut voor de gewone televisie. Deze reden is vooral belangrijk binnen grotere gezinnen. Gezinnen met slechts twee personen zoals bij Remco (M, 34 jaar), Anne (V, 27 jaar) en Peter (M, 49 jaar) hebben minder discussie over naar wat wordt gekeken. Ook voor Sofie (V, 20 jaar) is de tablet in combinatie met de applicatie Yelo ideaal om televisie te kijken waar ze maar wil. Eerst zouden haar ouders een tweede televisietoestel kopen maar ze kochten een iPad. De iPad in combinatie met Yelo vervangt nu dus dat tweede televisietoestel. Ook bij Jelle (M, 19 jaar) vervangt Yelo een tweede televisietoestel. Hij verwijderde zelfs het televisietoestel uit zijn kamer omdat hij toch niet meer kijkt doordat hij Yelo heeft. Mobile television via Yelo wordt heel vaak gebruikt om de tijd te doden. Men heeft niets te doen en zet een toestel aan op om naar Yelo te kijken. Stef (M, 18 jaar) zegt enkel te kijken wanneer hij zich verveelt. Ook Senne (M, 22 jaar) geeft aan enkel op ‘dode momenten’ naar televisie via Yelo te kijken. Men zoekt vooral entertainment tijdens deze periode. Voor Louis (M, 18 jaar) is het een extra optie om zich mee bezig te houden, naast spelletjes en het Internet, wanneer de gewone televisie op een programma staat die hij niet graag ziet. Televisiekijken via Yelo vervult voor gebruikers een nood aan informatie. Informatie willen we omschrijven in de ruimste zin van het woord. Sofie (V, 20 jaar) kijkt naar Yelo om op de hoogte te blijven van de actualiteit wanneer ze niet over een televisietoestel kan beschikken. Gebruikers willen niet alleen op de hoogte zijn van de actualiteit, maar wensen ook te kunnen meepraten over programma’s waar heel wat mensen het over hebben. Zo kijkt Sanne (V, 22 jaar) op kot naar populaire programma’s als Komen Eten en Dagelijkse Kost om zo mee te kunnen praten met haar vriendinnen over deze
programma’s. Het nieuws is uiteraard een programma die voldoet aan de vraag naar informatie, maar ook sportprogramma’s kunnen een vraag naar informatie inwilligen. Peter (M, 49 jaar) : ‘We zijn maar met twee in ons gezin hier nu, we hebben heel weinig problemen met ‘waar kijken we naar?’ maar als er nu een keer voetbal op is of er is een keer wielrennen op dan wil ik wel eens een stukje meepakken, geen volledige wedstrijd, maar wel eens heel effe updaten van wat de stand staat eigenlijk.’ Een laatste reden om televisie te kijken via Yelo is dat het ook nog kan gebeuren tijdens andere bezigheden in huis. Men kijkt niet met de volle aandacht naar de programma’s, maar ze staan op in de achtergrond tijdens wat men aan het doen is. Participanten beschouwen Yelo als een achtergrondactiviteit zoals muziek dat soms is tijdens andere bezigheden. De content die wordt bekeken eist niet de volledige aandacht van de kijker op en daardoor kan men tijdens het kijken toch nog andere dingen doen. Sanne (V, 22 jaar) en Stef (M, 18 jaar) geven aan te multitasken tijdens het televisiekijken. Stef vindt het handig om niet voor televisie te moeten gaan zitten om een programma te kijken. Bijkomend voordeel vindt hij dat hij alles in één oogopslag heeft en nog andere dingen kan doen. Zowel Sanne (V, 22 jaar) als Stef (M, 18 jaar) geven aan rond te kijken op Facebook, mails te beantwoorden of nog snel wat werk te doen voor school. Ze kijken dus absoluut niet met volle aandacht naar het programma dat speelt. Ook Jelle (M, 19 jaar) zet Yelo wanneer hij op de computer aan het werken is. Hij vergelijkt het kijken naar televisie via Yelo op die manier eigenlijk meer met een radio. Het staat op in de achtergrond, zonder er echt aandachtig naar te kijken. Sanne (V, 22 jaar) : ‘Wij zijn eigenlijk allemaal nogal multitaskers. Terwijl dat ik tv kijk ben ik bezig met mijn mail aan het checken, ben ik Facebook aan het checken, ben ik iets voor school aan het doen dus alle ja wij zijn eigenlijk nooit helemaal gefocust…Juist de voetbal hebben wij echt wel gevolgd. Ik zeg het de meeste programma’s die wij kijken zijn Komen Eten en Dagelijkse Kost en het nieuws en blokken en dat is toch meestal wel zo terwijl we de was aan het opvouwen zijn snapte. Tenzij dat het echt een heel interessant of informatief programma is, wat dan wel eens voorvalt, maar niet zo vaak.’ Jelle (M, 19 jaar) : ‘Ik start dan Yelo op omdat zoals gezegd een beetje achtergrond is. Dat is gewoon om iets op te hebben staan zoals ge muziek zou ophebben staan, maar dan tv, […] Bij die kinderprogramma’s maakt dat niet zo veel uit, of bij de zoveelste herhaling van F.C. De Kampioenen maakt dat allemaal niets uit dat je iets mist.’ 59
Met betrekking tot de verschillende plaatsen waarop naar televisie via Yelo wordt gekeken merken we een verschil in aandacht op. Als gebruikers in bed of bad kijken, zeggen ze aandachtiger te kijken naar het programma. Wanneer Yelo echter gebruikt wordt op bestaande kijklocaties zoals de keuken, de woonkamer of aan het bureau dan kijkt men minder vaak met volle aandacht. Het is vaker een achtergrond tijdens andere bezigheden, terwijl in bed en bad er niet veel andere mogelijkheden zijn dan kijken naar het scherm. We willen hierbij nog even teruggrijpen naar de literatuurstudie waar we het hadden over mobile television als een primaire, secundaire en tertiaire activiteit (Lievens et al., 2008). Tijdens onze interviews komen verschillende uitspraken aan bod die aangeven dat televisiekijken via Yelo zowel een primaire, secundaire als tertiaire activiteit kan zijn. Yelo is dan respectievelijk als een substituut voor de traditionele televisie, een metgezel tijdens andere activiteiten of als een loutere achtergrond te beschouwen (Lievens et al., 2008). 2.3 Content Uit ons onderzoek komen 2 contenttypes uit het ‘content triumviraat’ van Schuurman et al. (2010, p. 11) naar voor. Vooral sport en nieuws werden tijdens ons onderzoek zeer frequent bekeken door onze deelnemers. Ook tijdens de interviews kwam bij verschillende deelnemers het nieuws ter sprake als content waar ze vaak naar kijken via Yelo. Het feit dat soaps niet voorkwamen in de dagboeken en interviews is volgens ons als volgt te verklaren. Tijdens de periode waarin de dagboeken liepen was het seizoen van de soaps afgelopen. Hoewel op VTM nog steeds familie liep, is deze zender niet beschikbaar via Yelo. Het seizoen van Thuis kende korte tijd eerder zijn finale. Hoogstwaarschijnlijk is het seizoen waarin het onderzoek liep dus van impact op de vaakst bekeken content. Bij ons onderzoek vinden we geen soaps terug als vaakst bekeken content, dit omdat de meest bekeken soaps niet meer uitgezonden werden of sowieso al niet beschikbaar waren via Yelo. Het is dus mogelijk dat, wanneer dit onderzoek tijdens een andere periode zou worden uitgevoerd, soaps wel naar voor zouden komen als vaak bekeken content. We kunnen hierover enkel maar een veronderstelling maken en hebben hier geen bewijs voor. Verder onderzoek is dus nodig om dit te kunnen bevestigen. Desalniettemin merken we wel op dat tijdens de interviews ook niemand soaps aanhaalde. Mogelijk is dit afhankelijk van het grote aandeel geïnterviewde mannen. We nemen dit verder op als een beperking van ons onderzoek.
We moeten ook opmerken dat de periode waarin deze dagboeken liepen, de periode was waarin het EK voetbal plaatsvond en ook de programma’s rond de Tour de France opnieuw startten. Door het grote aantal potentiële voetbalwedstrijden en sportgerelateerde uitzendingen in deze periode ligt het misschien in de lijn der verwachtingen dat er een groter aandeel aan voetbalwedstrijden bekeken wordt dan normaal. Zomaar stellen dat het grote aandeel aan sport dat via Yelo wordt bekeken te wijten is aan een groter aantal potentiële matchen is niet aan de orde. Het is niet omdat er meer matchen zijn, dat deze effectief ook worden via Yelo bekeken. Enkele deelnemers halen echter wel het EK Voetbal en de nakende sportzomer aan als reden om via Yelo naar televisie te kijken. Naast de personen die graag sport bekijken via Yelo is er ook Louis (M, 19 jaar). Hij heeft het tijdens het interview zeer vaak over sport, maar niet in de betekenis die wij er hier eerder al aan gaven. Hij vlucht namelijk weg van sport. Louis is geen sportief persoon en thuis wordt er door de rest van het gezin vaak naar voetbalwedstrijden gekeken. Omdat hij niet graag kijkt naar sport maakt hij gebruik van Yelo telkens het gezin naar een wedstrijd kijkt en dit om er zelf niet te moeten naar kijken. Hij ziet op tegen de nakende sportzomer en zal op die momenten veel kijken naar televisie via Yelo, maar dan wel naar de programma’s die hij zelf wil. Hier zien we duidelijk weer het vluchten van het gewone toestel terugkeren wanneer er een programma is die men niet interessant vindt. Yelogebruikers bekijken vaak kookprogramma’s. Dagelijkse Kost en Komen eten werden door onze participanten regelmatig aangehaald als programma’s waar men naar kijkt via Yelo. Sanne (V, 22 jaar) zegt dat dit de programma’s zijn waar iedereen het over heeft en dat ze daarom kijkt via Yelo zodat ze kan meepraten. Indien Yelo niet had bestaan zou ze minder goed kunnen meepraten met haar vriendinnen over de programma’s waar zij naar kijken. Vanuit de interviews blijkt dat eenvoudige content zoals cartoons en series populair is om via Yelo te bekijken. Het is niet echt nodig om bij deze programma’s aandachtig alles te volgen en dat is ideaal voor mobile television. Ook muziekzenders zoals MTV kunnen rekenen op heel wat kijkers via Yelo. Ook hier spelen volgens de participanten de eenvoud van de content en de lage aandacht die nodig is bij de programma’s die op deze zender aan bod komen een grote rol.
61
2.4 Device We moeten opmerken dat heel wat voorafgaand onderzoek via devices verliep die heel wat kleiner waren dan een tablet of laptop. Uit de interviews werd duidelijk dat het device waarmee gebruikers naar Yelo kijken ook een belangrijk aspect is bij het gebruik van Yelo. De specifieke kenmerken van de verschillende toestellen hebben een impact op het gebruik per toestel. Hoewel Yelo zowel op smartphone, pc (laptop) als tablet beschikbaar is werd in onze dagboeken weinig Yelogebruik via smartphone opgegeven. Indien men een tablet heeft kijkt men minder snel via laptop of smartphone naar televisie via Yelo. De redenen waarom een smartphone, in tegenstelling tot een tablet of laptop, minder gekozen wordt om naar Yelo te kijken zijn volgens de participanten vooral te zoeken in de grootte van het scherm en de autonomie van de batterij. Het scherm is groter dan dat van een smartphone en dat maakt het duidelijker om naar televisie te kijken. Veruit elke participant haalt aan dat het scherm van een smartphone te klein is om naar televisie te kijken. De batterij lijkt het bij een tablet ook beter te doen dan bij laptop en smartphone. Een tablet wordt beschouwd als een mobieler apparaat met een hoger gebruiksgemak dan een loggere laptop dat is. Stef (M, 18 jaar) : ‘Het is een Samsung Galaxy S2 dus qua grootte is het nogal groot voor een smartphone maar de ondertitels en dergelijke zijn nogal klein dan ja. Het scherm van de laptop is groter en het wifi-signaal is iets te zwak hier voor een stabiele verbinding met de smartphone te hebben, dan gaat hij over op 3G en dat wil Yelo niet. Aangezien je een ‘vaste’ verbinding nodig hebt kan ik bijna enkel Yelo thuis kijken en heb ik zowel laptop als smartphone ter beschikking. Ik zal dus enkel op smartphone kijken als de laptop af staat.’ Peter (M, 49 jaar) weet dat wanneer je gaat ‘yeloën’ op je smartphone, je binnen een paar uur je toestel al terug aan het opladen bent. Ook bij een laptop ervaart hij dit. De batterij lijkt veel sneller leeg te zijn dan die van een iPad. Hij vindt een tablet solider om naar televisie via Yelo te kijken. Deze reden om een tablet te gebruiken in plaats van smartphone komt ook terug in het onderzoek van Cui et al. (2007) en Schuurman et al. (2010). ‘When mobile TV consumes all energy, the device can not be used for its initial pupose [sic.]: calling and texting.’ (Schuurman et al., 2010, p. 19). Wanneer de keuze tussen smartphone en tablet er is, kiest men bijna altijd voor de tablet. Kevin (M, 20 jaar) haalt aan dat een batterij snel leeg gaat maar dit geen probleem vormt doordat Yelo enkel thuis kan gebruikt worden. Hij laat het toestel tijdens het kijken meestal in het stopcontact zitten om problemen met de batterij te vermijden.
Op de tweede plaats komt de laptop. Een laptop wordt als minder ideaal beschouwd om naar Yelo te kijken dan een tablet. Als argumenten hiervoor worden een kortere autonomie van de batterij en het feit dat het een logger toestel is genoemd. Een laptop moet je in tegenstelling tot een tablet openklappen, wat het volgens de participanten een logger toestel maakt. Het wordt op gebied van scherm door onze deelnemers wel positiever beoordeeld dan een smartphone. Gebruik via de smartphone komt niet zo frequent voor, mede door het kleine scherm en de autonomie van de batterij die niet altijd is wat het zou moeten zijn. Wanneer gebruikers de keuze hebben om Yelo te kijken via tablet, laptop of smartphone dan gaat men vaak voor de tablet omdat een smartphone een kleiner scherm heeft die het kijkgemak niet bevordert. De autonomie van de batterij laat het ook niet echt toe om op een smartphone lang via Yelo naar televisie te kijken. De keuze voor een bepaald toestel gebeurt dus zeker niet zomaar en is gebaseerd op ervaringen die de gebruiker met andere toestellen had. Er wordt een afweging gemaakt tussen de plaats waar wordt gekeken en de specifieke kenmerken van het toestel. Daarop baseert men de beslissing om te kijken via een bepaald toestel. Niet alleen merken we een verschil in gebruiksgemak tussen de verschillende devices, ook het gebruik zelf verschilt per device. Volgens Sofie (V, 20 jaar) is een smartphone handiger om korte content mee te bekijken. Ook Bert (M, 24 jaar) zegt dat een smartphone handig is om te kort te gebruiken op het toilet. Voor langere kijksessies gebruikt hij de laptop en dit om de reeds hierboven aangehaalde redenen. De vraag die wij ons hierbij echter stellen is of deze trend, waarbij de smartphone niet zo populair blijkt als een laptop of tablet om naar televisie te kijken via Yelo, zich zal blijven manifesteren eenmaal Yelo ook buitenshuis echt overal beschikbaar wordt. Misschien blijkt een smartphone dan wel geschikter om buitenshuis te kijken en hangt dit samen met een lager tabletgebruik buitenshuis. In onze interviews zijn er alvast aanwijzingen om te vermoeden dat de kenmerken die binnenshuis als een sterkte van een tablet worden beschouwd om naar Yelo te kijken, een zwakte kunnen worden buitenshuis. Een vergelijking met TV-Overal van Belgacom kan een antwoord bieden op de vraag of een tablet ook buitenshuis nog als het beste device wordt beschouwd om naar mobiele televisie te kijken. De afweging die men maakt tussen de plaats waar men wil kijken en de specifieke kenmerken van het toestel kan een andere uitkomst hebben dan dit bij thuisgebruik het geval is. Verder onderzoek kan een antwoord bieden op deze vraag. Voorgaand onderzoek maakte vooral gebruik van toestellen met een kleiner scherm. Het kleine scherm werd dan vooral beschouwd als reden om niet lang naar mobile television te kijken (Lievens et al., 63
2008). Bij dit onderzoek is het kleine scherm een van de voornaamste redenen om niet via smartphone te kijken. Het scherm van een tablet lijkt volgens deelnemers uitermate geschikt om naar televisie te kijken via Yelo. Men houdt van de grootte van het scherm die toch een nog grotere mobiliteit biedt dan een laptop dat doet. Het is dan ook geen probleem om langere content te bekijken via Yelo op een tablet. In onderzoek van Lievens et al. (2008) werd een analyse gemaakt van de sterktes en zwaktes van laptop en mobiele telefoon met betrekking tot mobile television. In 2008 was er nog geen sprake van tablets (iPad,…). Door de komst van de tablet kunnen we nu ook teruggrijpen naar dat voorgaand onderzoek en de tablet inpassen in dat schema van sterktes en zwaktes. Opvallend is dat de tablet als het ware het beste van de twee andere toestellen combineert. Het heeft de mobiliteit en opstartsnelheid van een smartphone, gecombineerd met de functionaliteit en schermgrootte van een laptop. Figuur: Sterktes en zwaktes van verschillende toestellen met betrekking tot het Yelogebruik Toestel
Tablet
Sterktes
Zwaktes
Groot scherm
Duur
Mobiliteit
Minder eenvoudig mee te nemen
Start sneller op
buitenshuis
Compact Batterij Pc (Laptop)
Groot scherm
Openklappen Logger toestel Beperktere mobiliteit Start trager op dan tablet
Smartphone
Mobiliteit
Klein scherm
Altijd op zak
Batterij
Start snel op Klein scherm op sommige momenten handig Compact
2.5 Problemen bij het Yelogebruik We vroegen onze deelnemers ook wat zij zouden veranderen aan Yelo moesten ze daar de kans toe krijgen. Zo weten we in welke richting gebruikers Yelo graag zien evolueren om zo naar de toekomst toe het gebruik te vereenvoudigen en/of te verbeteren. Hierbij kwamen enkele zaken naar boven die voor de gebruiker anders zouden moeten bij Yelo. Enerzijds halen verschillende participanten aan dat ze de content die ze opnamen via de digicorder ook willen bekijken via hun mobiele device zijnde hun smartphone, tablet of laptop. Hoewel de huidige aangeboden content via Yelo als positief wordt beoordeeld en er geen veranderingen gewenst zijn, zijn er impliciet uit de antwoorden van de geïnterviewden toch opmerkingen waar te nemen die wijzen op een vraag naar aangepaste content voor mobile television. Sofie (V, 20 jaar) geeft aan dat ze meer van Yelo zou gebruik maken als ze alle diensten die ze via de digicorder kan gebruiken ook zou kunnen gebruiken via Yelo. Hierin staat ze zeker niet alleen. Heel wat andere participanten wensen ook dat in de toekomst de content die opgenomen werd via de digicorder toegankelijk wordt gemaakt op andere toestellen. Timm (M, 29 jaar) : ‘Dat ge ook die opnames kunt bekijken van uw digicorder.[…] Die digicorder kunnen uitlezen zou er toch wel mogen bijkomen stilaan ze. […] zet gewoon het gene van op uw digicorder op die Yelo en ge hebt een perfect product.’ De beslissing van de zenders blijkt hierbij doorslaggevend. De content die uitgezonden wordt via Yelo blijft hun content. Op dit moment biedt Telenet zo’n functionaliteit niet aan, maar Telenet vindt het wel interessant om te weten dat dit een van de punten is waar een vraag naar is (J. Hamal, persoonlijke mededeling, 2012, 11 juli). Een ander punt voor verbetering dat participanten aanhalen is dat ze willen dat alle zenders die beschikbaar zijn via digitale televisie op hun gewone toestel ook via Yelo te bekijken zijn op hun tablet, smartphone en laptop. Senne (M, 22 jaar) zou het handig vinden dat alle zenders beschikbaar zouden zijn. Nu kunnen gebruikers bepaalde zenders (zoals bijvoorbeeld vtm) niet bekijken. Peter (M, 49 jaar) zegt zelfs dat dit zijn enige ontgoocheling was toen hij de toen hij voor het eerst de applicatie opende. Hij vroeg zich meteen af waar alle andere zenders heen waren. Hij vindt net als vele andere participanten dat het zenderaanbod beter kan. Wanneer we dit voorleggen aan de productmanager van Yelo binnen Telenet stelt hij dat Yelo nu eenmaal een innovatief product is waarbij het televisieaanbod 65
op een nieuwe manier naar de klant wordt gebracht. Dit betekent voor de zenders een uitdaging om er zich van te verzekeren dat ze alle nodige uitzendrechten geregeld hebben of krijgen om te kunnen deelnemen aan Yelo. Dit vraagt dus nodige tijd. Telenet bekijkt momenteel met verschillende nog niet beschikbare zenders wat de mogelijkheden voor de toekomst zijn (J. Hamal, persoonlijke mededeling, 2012, 11 juli). Er blijft dus echter wel een vraag naar het volledige zenderaanbod die de traditionele digitale televisie aanbiedt. Senne (M, 22 jaar) : ‘Moest het mogelijk zijn alle zenders bekijken want ik denk dat dat nu niet mogelijk is en dat je vtm en zo niet kan bekijken. Dat zou ik ook willen zien. En euh ja opgenomen programma’s ook kunnen bekijken op die manier.’ Peter (M, 49 jaar) : ‘Iemand die dat installeert die daar nog nooit iets van gehoord heeft die verwacht, dat had ik ook, alle zenders. Dat was eigenlijk mijn enige ontgoocheling toen ik de app opendeed: waar zijn m’n andere zenders naar toe? Het zendaanbod kan beter.’ Hiernaast wordt door een aantal participanten ook het feit dat televisie kijken via Yelo heel wat van de maandelijks beschikbare data verbruikt aangehaald als punt voor verandering. Zo vinden ook studenten Bert (M, 24 jaar) en Stef (M, 22 jaar) het frustrerend dat Yelo veel data verbruikt. Hierdoor raken ze op kot soms op smallband en is het naast degelijk surfen op het Internet ook onmogelijk om nog naar Yelo te kijken. Als studenten zonder televisie op kot is Yelo voor hen de enige mogelijkheid om televisie te kijken. Stef (M, 19 jaar) : ‘Het zou ook niet van je volume af moeten gaan vind ik, het is een service van Telenet dus dat zou echt niet van je telemeter af moeten gaan. Als je dan op smallband zit moet die service ook op de uitzonderingenlijst staan […]’ Enkele uitspraken die ook aandacht verdienen in deze masterproef zijn deze met betrekking tot het opnemen van programma’s en live kijken via een ander device dan het traditionele televisietoestel. Enkele participanten geven aan dat ze in plaats van een programma op te nemen op digicorder om achteraf te bekijken, omdat ze op dat moment niet bij een televisietoestel zitten, het programma live via Yelo bekijken doordat ze de kans hebben om op een andere plaats te kijken en zo dus niet meer via de digicorder kijken. Dit kan implicaties hebben voor adverteerders. Wanneer televisie wordt gekeken via digitale televisie, wordt reclame heel vaak doorgespoeld. Doordat men beslist om niet langer op te nemen maar live te kijken, vervalt de mogelijkheid om reclame door te spoelen. Dit kan dus een
voordeel betekenen voor adverteerders. Wanneer Yelo echter toelaat om programma’s van de digicorder te bekijken via smartphone, tablet of laptop, dan zullen gebruikers de reclame opnieuw doorspoelen als daar de kans toe is. Er moet dus een systeem voorzien worden die het onmogelijk maakt om reclame door te spoelen, zoals dat nu bijvoorbeeld bij YouTube het geval is (Bram, M, 24 jaar). Yelo van Telenet heeft nog groeipotentieel. Het is niet het eindproduct zoals we dat in de toekomst zullen kennen. De productmanager van Yelo is van mening dat ze eerst de basis perfect moeten krijgen, liever dan allemaal nieuwe features toe te voegen (J. Hamal, persoonlijke mededeling, 2012, 11 juli).
67
3. Conclusie en discussie 3.1 Conclusies In de inleiding haalden we aan dat we een beeld wilden vormen van het Vlaamse Yelogebruik. We stelden enkele deelvragen op die we hieronder via het door ons gevoerde onderzoek willen beantwoorden. -
Wat is de context waarbinnen Yelo gebruikt wordt?
Met betrekking tot de plaats waar via Yelo naar televisie gekeken wordt komen we tot de conclusie dat er qua locaties 5 B’s zijn waar Yelo vaak wordt gebruikt: bed, buiten, aan een bureau, op bestaande kijklocaties (zoals de keuken en woonkamer,…) en in bad. Sporadisch wordt Yelo ook gebruikt op andere plaatsen zoals bijvoorbeeld het werk. Dit komt echter niet zo vaak voor omdat dit afhankelijk is van de nodige verbinding met het Telenetnetwerk. Naarmate de applicatie verder zal ontwikkelen is het mogelijk dat deze locaties wijzigen, maar dit is een onderzoek naar de huidige situatie dus toekomstig onderzoek zal dit kunnen uitwijzen. Uiteraard speelt ook de zomer een rol in het feit dat er regelmatig buiten wordt gekeken. De kijkduur verschilt volgens dit onderzoek van de resultaten die in eerdere onderzoeken werden aangehaald. Daar werd vaak gesproken over een groot aandeel aan korte kijksessies van ongeveer tien minuten. Deze bevinding komen wij minder vaak tegen. Voorgaande onderzoeken maakten gebruik van services die het mogelijk maakten om overal televisie te kijken. Yelo is zoals al enkele keren aangehaald enkel in en rond het huis te gebruiken. Hierdoor ontstaan geen problemen met de batterij en kan men langer kijken dan wanneer men dat buitenshuis zou doen. Men plant soms vooraf dat men naar een programma wil kijken, maar vaak start men het toestel op en kijkt men wat er is. Dan kijkt men het volledige programma of de film uit en stopt men met kijken. Enkelen kijken dan nog even verder of er een interessant progamma volgt, indien niet stopt de kijksessie daar. Met betrekking tot het tijdstip waarop gekeken wordt naar televisie via Yelo kunnen we ons aansluiten bij de resultaten van eerder onderzoek. Mobile television via Yelo wordt voornamelijk ’s avonds gebruikt. Hoewel er ook sessies zijn die overdag plaatsvinden (bijvoorbeeld om de finale van een sportwedstrijd te zien), haalden de meeste participanten toch de avond aan als moment waarop men van Yelo gebruik maakt. De avond splitsen we op in twee delen. Enerzijds het deel van de avond avond net na het werk
wanneer men thuiskomt en begint te koken. Aansluitend kijkt men dan mobile television tijdens het eten. Anderzijds is er een heel groot deel van het Yelogebruik dat laat op de avond, net voor het slapen, vanuit bed plaatsvindt. De gebruiksfrequentie van Yelo ligt vrij laag. Enkele deelnemers gaven aan het dagelijks te gebruiken maar anderen maar enkele keren per week of per maand. Ook op het gebied van gebruiksfrequentie kunnen we ons aansluiten bij resultaten van eerder onderzoek. Eerder onderzoek stelt dat mobile television vooral alleen wordt bekeken en als een persoonlijk medium wordt beschouwd. Hier moeten we ons op basis van de resultaten uit ons onderzoek ook bij aansluiten. Er wordt vooral alleen gekeken naar televisie via Yelo. Voornamelijk komt dit door het feit dat het scherm te klein wordt bevonden om met meerdere personen op te kijken. Men wil op hun device zelf beslissen naar wat men kijkt. Wanneer ze een programma met meerdere personen willen bekijken, kijken ze via het traditionele toestel. Een andere reden waarom vaak alleen wordt gekeken is omdat men ’s avonds laat vanuit bed kijkt. In de gevallen dat er wel samen werd gekeken naar televisie via Yelo, was dat altijd met een partner. Met anderen samen kijken kan een gevoel van ongemak met zich meebrengen (Södergard, 2003). Wanneer dit met een partner is, is dit iemand die je goed kent en dan lukt het wel nog om samen te kijken. Deze bevinding komt ook in het onderzoek van Cui et al. (2007) terug. Hier kunnen we ons dus bij aansluiten met betrekking tot het televisiekijken via Yelo. -
Welke content wordt voornamelijk via Yelo bekeken?
Twee soorten content uit het content triumviraat van Schuurman et al. (2010) komen bij onze resultaten vaak aan bod. Enerzijds wordt er vaak gekeken naar het nieuws en anderzijds ook naar sportprogramma’s. Hoewel soaps ook deel uitmaken van het content triumviraat konden we dit bij ons onderzoek niet terugvinden in de dagboeken en interviews. Wij vermoeden dat het feit dat op het moment van het onderzoek geen soaps meer werden uitgezonden die beschikbaar zij via Yelo de reden hiervoor is. Ook bij de interviews bleven soaps achterwege. Het tijdstip waarop we het onderzoek uitvoerden blijkt met betrekking tot content een beperking te zijn. Hierop komen we verder terug bij de bespreking van de beperkingen van het onderzoek (cfr. infra). Naast sport en nieuws kijken gebruikers vaak naar kookprogramma’s of aan koken gerelateerde programma’s. Zo worden Dagelijkse Kost en Komen Eten vaak aangehaald. Hiernaast zijn muziekzenders ook als vaak bekeken content te beschouwen. 69
Auteurs halen vaak korte content aan als meest geschikte content voor mobile television. Met betrekking tot Yelo kunnen we deze stelling niet bijtreden. Er zijn zeer lange kijksessies waargenomen en gebruikers geven ook niet aan dat ze iets willen veranderen aan de lengte van de content. Mogelijk verandert deze voorkeur in de toekomst als Yelo op meer plaatsen beschikbaar zal zijn.
-
Welk device wordt als het meest geschikt beschouwd voor Yelogebruik?
De specifieke kenmerken van de verschillende toestellen hebben een impact op de keuze om via een bepaald toestel naar televisie via Yelo te kijken. Wanneer gebruikers beschikken over zowel een smartphone, tablet als laptop, zullen ze bijna altijd voor een tablet kiezen om mobile television te gebruiken. Het scherm combineert de mobiliteit van een smartphone met het grotere scherm van een laptop en blijkt het beste van twee werelden. Wanneer een tablet en laptop beschikbaar zijn, dan kiest men voor de tablet als de laptop niet aanstaat. Een tablet start sneller op dan een laptop dat doet en dat is een reden waarom tablets vaker gebruikt worden om via Yelo naar televisie te kijken. Vanaf er een tablet beschikbaar is, beslist men over het algemeen om geen gebruik te maken van een smartphone om via Yelo naar televisie te kijken. We stelden op basis van onderzoek van Lievens et al. (2008) een schema op met daarin de sterktes en zwaktes van verschillende toestellen met betrekking tot het Yelogebruik. De invulling van dit schema kwam er op basis van de analyse van de interviews.
Figuur: Sterktes en zwaktes van verschillende toestellen met betrekking tot het Yelogebruik Toestel
Tablet
Sterktes
Zwaktes
Groot scherm
Duur
Mobiliteit
Minder eenvoudig mee te nemen
Start sneller op
buitenshuis
Compact Batterij Pc (Laptop)
Groot scherm
Openklappen Logger toestel Beperktere mobiliteit Start trager op dan tablet
Smartphone
Mobiliteit
Klein scherm
Altijd op zak
Batterij
Start snel op Klein scherm op sommige momenten handig Compact
-
Wat zijn de motivaties achter het kijkgedrag van Vlaamse Yelogebruikers?
Wij kwamen twee verschillende soorten motivaties voor om naar televisie te kijken via Yelo. Enerzijds zijn er redenen die aangeven dat gebruikers het gewone televisietoestel en de programma’s die er op spelen willen ontvluchten. Anderzijds zijn er die redenen die aangeven dat gebruikers uit noodzaak of gemak op een ander device kijkt dan naar het traditionele televisietoestel. Aan de ene kant wenst men dus een programma op de traditionele televisie niet te zien waardoor men via Yelo kijkt, aan de andere kant wil men wel televisie kijken, maar is er geen televisietoestel beschikbaar, waardoor men via Yelo kijkt. Yelo wordt als substituut gebruikt voor de traditionele televisie wanneer men niet wil kijken naar het programma waar de rest van het gezin naar kijkt. Vooral bij grotere gezinnen speelt deze reden mee, 71
aangezien onze participanten stellen dat in kleine gezinnen minder vaak discussie ontstaat over naar wat wordt gekeken. Daarnaast wordt Yelo ook gebruikt als tijdsdoder. Men heeft even niets te doen en zet Yelo op om televisie te kijken. Yelo vervult voor de gebruikers ook een nood aan informatie. Hierbij bedoelen we informatie in de ruimste zin van het woord. Men wil niet alleen op de hoogte zijn over het nieuws, maar men wenst ook te kunnen meepraten over programma’s waar heel wat mensen het over hebben. Een laatste reden om te kijken naar Yelo is het feit dat gebruikers het kunnen combineren met andere activiteiten. Men doet tijdens het televisiekijken aan multitasken. Gebruikers kijken dan niet met volle aandacht naar de programma’s maar laten het eerder als achtergrond opstaan. De vergelijking met een radio is hier niet veraf. -
Welke aanpassingen zien gebruikers in de toekomst graag gebeuren bij Yelo?
Twee zaken keerden in bijna elk interview terug. Ten eerste willen gebruikers dat ze hun opgenomen content van hun digicorder kunnen bekijken via Yelo op tablet, smartphone of pc (laptop). Bij Telenet horen we dat de zenders hierbij doorslaggevend zijn. De content die uitgezonden wordt via Yelo blijft hun content. Op dit moment biedt Telenet zo’n functionaliteit nog niet aan, maar binnen Telenet vinden ze het wel interessant om te weten dat dit een van de punten is waar een vraag naar is. Ten tweede willen gebruikers het zenderaanbod uitgebreid zien. Gebruikers willen dezelfde zenders bekijken via Yelo als de zenders die via digitale televisie op hun gewone televisietoestel beschikbaar zijn. Een vast gebruikspatroon van Yelo is moeilijker als niet alle gewenste content beschikbaar is. Telenet stelt dat Yelo nu eenmaal een innovatief product is waarbij het televisieaanbod op een nieuwe manier naar de klant wordt gebracht. Dit betekent ook voor de zenders een uitdaging om er zich van te verzekeren dat ze alle nodige uitzendrechten geregeld hebben/krijgen om te kunnen deelnemen aan Yelo. Dit vraagt de nodige tijd. Telenet bekijkt met verschillende zenders wat de mogelijkheden zijn voor de toekomst. Yelo zoals we het nu kennen is niet het eindproduct. In de toekomst zullen er nog verdere updates volgen en dan kunnen gebruikspatronen wijzigen. Naast de beperkte literatuur die bestaat rond mobile television is er op Vlaams gebied nog weinig onderzoek verricht rond mobile television. Heel wat van de onderzoeken werden ook gevoerd met voor de consument nieuwe services die op dat moment nog niet op de markt waren. Yelo van Telenet is een product dat reeds bestaat, en een onderzoek rond het gebruik ervan was dan ook mogelijk. Hoewel mobile television ruimer is dan Yelo, kunnen we toch heel wat resultaten uit voorafgaande studies bijtreden.
3.2 Beperkingen Een eerste beperking rond dit onderzoek is het beperkte aantal vrouwen die deelnamen. Hoofdzakelijk mannen waren geïnteresseerd om deel te nemen aan dit thesisonderzoek. Mogelijk komen nog andere gebruikspatronen voor wanneer meer vrouwen worden geïnterviewd. Toch kwamen in dit onderzoek gelijkaardige resultaten naar voor bij zowel mannen als vrouwen. Vervolgens zijn we ons ten volle bewust van het feit dat de interviews tijdens de zomermaanden afgenomen werden. Tijdens deze maanden loopt het televisieseizoen op zijn eind en zendt men heel wat herhalingen uit. Het is dus mogelijk dat met betrekking tot content een verschil is waar te nemen in vergelijking met wintermaanden waarin zenders talloze nieuwe programma’s lanceren. Mogelijk heeft ook de sportzomer van 2012, met het Europees Kampioenschap voetbal en de Tour de France, een impact op de resultaten van het onderzoek. We spreken dan vooral over de dagboeken, want bij de interviews kon men openlijk vertellen over het Yelogebruik in het verleden. Een nadeel aan het werken met dagboeken voor een kortere periode is dat je slechts een beperkt beeld krijgt van het kijkgedrag van mensen. Over een langere periode dagboeken laten invullen kan zeker een grote meerwaarde bieden. We haalden geen echte conclusies uit deze dagboeken, maar zagen het eerder als een aanvulling op wat tijdens de interviews werd gezegd. 3.3 Mogelijkheden voor vervolgonderzoek Een gelijkaardig onderzoek voeren rond TV-overal van Belgacom zou vergelijking mogelijk maken tussen Yelogebruik en het gebruik van TV-Overal en gelijkenissen en verschillen in gebruik kunnen blootleggen. Toekomstig onderzoek zou kunnen nagaan of een smartphone wel beter geschikt blijkt om onderweg naar mobiele televisie te kijken zoals een tablet dat nu is om thuis naar televisie via Yelo te kijken. Dit zou een completer beeld kunnen geven van het mobile televisiongebruik in Vlaanderen in het algemeen en dus ruimer zijn dan het doel van deze masterproef. Gelijkaardig onderzoek op een ander tijdstip uitvoeren kan mogelijk meer duidelijkheid scheppen met betrekking tot de content die het vaakst via Yelo wordt bekeken. Tevens is er de mogelijkheid om gelijkaardig onderzoek op te stellen met meer vrouwen onder de participanten. Mogelijk komen dan andere gebruikspatronen naar boven.
73
4. Bibliografie Berker, T., Hartmann, M., Punie, Y., Ward, K. (2006). Domestication of Media and Technology. Milton Keynes: Open University Press. Bouwman, H., de Reuver, M. & Stalman, S. (2011). Mobile tv: search for a holy grail that isn’t. Proceedings of the 9th European Interactive TV Conference, 185-193. Carlsson, C. & Walden, P. (2007). Mobile tv- to live or die by content. Paper presented at the 40th Hawaii International Conference on System Sciences, Hawaii. Courtois, C., Mechant, P., Paulussen, S. & De Marez, L. (2011). The triple articulation of media technologies in teenage media consumption. New Media & Society, 14(3), 401-420. Courtois, C., Verdegem, P. & De Marez, L. (2012). The triple articulation of media technologies in audiovisual media consumption. Television and New Media, in druk. Cui, Y., Chipchase, J. & Jung, Y. (2007). Personal tv: a qualitative study on mobile tv users. Lecture Notes in Computer Science, 4471, 195-204. Do, J., Kim, D., Kim, D.Y. & Kim, E.M. (2009). When mobile phones meet television: an fgi analysis of mobile broadcasting users in korea. Media Culture & Society, 31(4), 669-679. De Marez, L., Dejonghe, E. (2011). Inleiding tot de nieuwe communicatietechnologieën (3e ed.). Leuven: Acco. Hartmann, M. (2006). The triple articulation of ICT’s. Media as technological objects, symbolic environments and individual texts. In T. Berker, M. Hartmann, Y. Punie & K. Ward (Eds.), Domestication of Media and Technology. (80-102). Berkshire: Open University Press. Kaasinen, E., Kulju, M., Kivinen, T. & Oksman,V. (2009). User acceptance of mobile TV services. Proceedings of the 11th International Conference on Human-Computer Interaction with Mobile Devices and Services, 1-88.
Knoche, H. (2005a). A user-centred mobile television consumption paradigm. Proceedings of HCTW, 14. Knoche, H. & McCarthy, J.D. (2005b). Good news for mobile tv. Proceedings of WWRF14, 1-8. Lee, B. & Lee, R.S. (1995). How and why people watch tv: implications for the future of interactive television. Journal of Advertising Research, 35(6), 9-18. Lemmens, K. (2011, 25 februari). Telenet ziet toekomst in Yelo. De Standaard, 38-39. Livingstone, S.M. & Lievrouw, L.A. (2009). New Media. London: Sage. Lievens, B., Vanhengel, E., Pierson, J. & Jacobs, A. (2008). Does mobile television enhance a new television experience? In A. Marcus, A.C. Roibás, R.Sala (Eds.), Mobile TV: Customizing content and experience (81-96). Londen: Springer-Verlag. Miyauchi, K., Sugahara, T. & Oda, H. (2008). Relax or study? a qualitative user study on the usage of mobile tv and video. In: Tscheligi, M., Obrist, M. & Lugmayr, A. (Eds.), EuroITV 2008, Springer-Verlag, 128-132. Morley, D. (2006). What’s ‘home’ got to do with it? Contradictory dynamics in the domestication of technology and the dislocation of domesticity. In T. Berger, M. Hartmann, Y. Punie & K. Ward (Eds.), Domestication of Media and Technology. (21-40). Berkshire: Open University Press. Mortelmans, D. (2007). Handboek kwalitatieve onderzoeksmethoden. Leuven: Acco. Oksman, V., Noppari, E., Tammela, A., Mäkinen, M. & Ollikainen, V. (2007). Mobile tv in everyday life contexts – individual entertainment or shared experiences? Lecture Notes in Computer Science, 4771, 215-225. Oksman, V., Ollikainen, V., Noppari, E., Herrero, C. & Tammela, A. (2008). ‘Podracing’: experimenting with mobile tv content consumption and delivery methods. Multimedia Systems 14(2), 105-114.
75
Orgad, S. (2006). This box was made for walking…how will mobile television transform viewers’ experience and change advertising? Department of Media and Communications, London School of Economics and Political Science, London. Picard, R.G. (2005). Mobile telephony and broadcasting: are they compatible for consumers. International Journal of Mobile Communications, 4(1), 19-28. Schuurman, D., Courtois, C. & De Marez, L. (2011a). New media adoption and usage among flemish youngsters. Telematics and Informatics, 28(2), 77-85. Schuurman, D., De Marez, L. & Evens, T. (2010). Content for mobile television: issues regarding a new mass medium within today’s ICT environment. Human-Computer Interaction Series, 4, 143-163. Schuurman, D., De Marez, L., Veevaete, P. & Evens, T. (2009). Content and context for mobile television: integrating trial, expert and user findings. Telematics and Informatics, 26(3), 293-305. Schuurman, D., De Moor, K., De Marez, L. & Evens, T. (2011b). A living lab research approach for mobile tv. Telematics and Informatics, 28(4), 271-282. Silverstone, R. & Haddon, L. (1996). Design and the domestication of information and communication technologies: technical change and everday life. In R. Silverstone and R. Mansell (Eds.), Communication by Design: The Politics of Information and Communication Technologies (p. 44-77). Oxford: Oxford University Press. Silverstone, R. & Hirsch, E. (1992). Consuming Technologies. Media and information in domestic spaces. London: Routledge. Södergard, C. (2003). Mobile television- technology and user experiences: report on the mobile-tv project, Helsinki: VTT Publications. Strauss, A.L. & Corbin, J. (1990) Qualitative analysis for social scientists. Cambridge: Cambridge University Press.
Telenet (2011, 10 februari). Vlaanderen kleurt Yelo: meer dan 1.000.000 kijksessies sinds lancering. Geraadpleegd op 25 juli 2012 op http://hugin.info/136600/R/1487870/423306.pdf Trefzger, J. (2005). Mobile TV-launch in Germany – challenges and implications. Germany: Köln. Urban, A. (2007). Mobile television: is it just a hype or a real consumer need? Observatorio, 1(3), 45-58. Vangenck, M., Jacobs, A., Lievens, B., Vanhengel, E. & Pierson, J. (2008). Does mobile television challenge the dimension of viewing television? An explorative research on time, place and social context of the use of mobile television content. Lecture Notes in Computer Science, 5066, 122-127. Silverstone, R. & Hirsch, E. (1992). Consuming Technologies. Media and information in domestic spaces. London: Routledge.
77
5. Bijlage Figuren Figuur 1: Triple articulatie van mediatechnologieën Figuur 2: Kijkduur mobile television bij onderzoek Oksman et al. Figuur 3: Drie manieren van mobile televisiongebruik Figuur 4: Situering aandeel Yelogebruikers binnen Vlaamse bevolking Tabellen Tabel 1: Sterktes en zwaktes van verschillende toestellen met betrekking tot het Yelogebruik Bijlagen Bijlage 1: Startscherm Bijlage 2: Live TV-kijken Bijlage 3: TV-gids Bijlage 4: TV-theek Bijlage 5: Opnames digicorder Bijlage 6: Uitnodiging tot deelname Bijlage 7: Vragenlijst dagboeken Bijlage 8: Vragenprotocol interviews Bijlage 9: Overzicht deelnemers dagboekmethode Bijlage 10: Kijksessies dagboekmethode Bijlage 11: Overzicht deelnemers interviews Bijlage 12: Matrix selectieve codering Bijlage 13: Interviewtranscripts
Bijlage 1: Startscherm
Bijlage 2: Live TV-kijken
79
Bijlage 3: TV-gids
Bijlage 4 : TV-theek
Bijlage 5: Opnames digicorder
81
Bijlage 6: Brief uitnodiging deelname Beste Bedankt voor je interesse om deel te nemen aan mijn thesisonderzoek. Zonder jouw hulp kan ik deze niet tot een goed einde brengen. Voor deze thesis zoek ik dus Yelogebruikers die een ‘kijkdagboek’ willen invullen. Op onderstaande link vind je enkele vragen die je kan invullen elke keer je naar Yelo hebt gekeken. Dit zijn korte vragen en nemen dus niet veel tijd in beslag (1 minuut per kijksessie). Ik zou je dan ook willen vragen of je dit gedurende 2 weken wenst vol te houden. Ook al kijk je niet vaak of net héél vaak, dat maakt niet uit zolang de gegevens maar eerlijk ingevuld werden. Hieronder staat de link. Neem even een kijkje en stuur me een mailtje als je dit ziet zitten! Nog enkele opmerkingen: -
gelieve je volledige naam in te vullen, zo is er geen twijfel bij mensen met dezelfde voornaam.
-
Bij opmerkingen kun je aangeven of je via tablet, laptop of smartphone keek
Alvast HARTELIJK bedankt Met vriendelijke groeten Thijs Vandepoele
Bijlage 7: Vragenlijst dagboeken
Yelo Kijkdagboek Vul dit dagboek zo nauwkeurig mogelijk in na elk Yelogebruik. Alvast bedankt! *Vereist Naam deelnemer: *
Info over het programma Zender: * Programma: *
Datum & kijkduur Dag & datum: * Tijdstip van kijken: * Duur van de sessie: * 1
2
3
4
5
Kort
6
7 Lang
Waarom stopte u met kijken? *
Locatie Beschrijf hieronder zo concreet mogelijk waar u keek: *
83
Gezelschap Keken er nog andere personen mee? *
Ja
Nee Zoja, wie?
Algemene score Hoe zou u de kijkervaring evalueren? * 1
2
3
4
slecht
5
6
7
8
9
10 goed
Opmerkingen (via welk toestel keek u naar Yelo?) Hebt u nog opmerkingen?
Bijlage 8: Vragenprotocol interviews Deze vragenlijst vormt de basis van onze interviews. Afhankelijk van de antwoorden werd er nog steeds geprobeerd om door te vragen. Afhankelijk van de verschillende toestellen die werden gebruikt, werden ook daarover bijkomende vragen gesteld. Deze vragen omvatten de verschillende fases binnen de domesticatie. Voor deze vragenlijst baseerden we ons op eerder domesticatieonderzoek van De Vis (2009). Demografische gegevens: -
M/V
-
Leeftijd
-
Burgerlijke stand
-
Beroep
-
Indien student: op kot?
Vragen interview: -
Als je het concept van Yelo zou moeten omschrijven aan iemand die het niet kent. Hoe zou je dat dan doen?
-
Hoe zou je de term mobiele televisie omschrijven?
-
Door wie hoorde je voor het eerst iets over Yelo?
-
Toen je voor het eerste hoorde over Yelo wat dacht je dan dat het zou betekenen voor jou?
-
Wou je direct hiervan gebruik maken?
-
Duurde het dan nog lang vooraleer je het effectief ging gebruiken?
-
Gebruik je het nu meer of minder dan in het begin? -
Hoe denk je dat dat komt?
-
Praat je over Yelo met anderen?
-
Waarover?
-
Moest Telenet jou de kans geven om iets te veranderen aan Yelo. Wat zou je dan willen veranderen?
-
Wat is momenteel het belangrijkste aspect aan Yelo voor jou?
-
Wat zijn voor jou de voornaamste redenen om Yelo te gebruiken?
-
Heb je een smartphone?
-
Heb je een laptop?
-
Heb je een tablet? 85
-
Gebruik je Yelo via smartphone?
-
Gebruik je Yelo via laptop?
-
Gebruik je Yelo via tablet?
-
Waarom gebruik je Yelo niet via laptop/tablet/smartphone?
-
Indien op 2 of 3 devices: in wat verschilt je gebruik dan?
-
Is je Yelogebruik een gewoonte?
-
Heeft Yelo jouw dagelijks leven veranderd/verrijkt/vergemakkelijkt? -
-
Zou je Yelo nog kunnen missen? -
-
Waarom wel/waarom niet?
Waar gebruik je Yelo voornamelijk? -
-
In welk opzicht?
Waarom daar?
Zou je Yelo op andere plaatsen willen gebruiken dan enkel thuis? -
Op welke plaatsen?
-
Stel dat je voor Yelo extra zou moeten betalen zou je dit dan doen?
-
Geef je Yelo voorrang op traditionele televisie of niet? -
-
-
Wanneer zou je dat wel doen?
Hoe lang kijk je naar Yelo per sessie? -
Denk je dat dit lang of kort is?
-
Waarom?
Hoe vaak kijk je naar Yelo? Is dit dagelijks, wekelijks, maandelijks? -
Denk je dat dat veel is?
-
Waarom kijk je zo weinig/veel?
-
Kijk jij alleen of kijken er nog andere mensen mee?
-
Zijn er volgens jou redenen om niet met anderen te kijken naar Yelo?
-
Als je naar Yelo kijkt, kijk je dan naar 1 programma of kijk je verder als het gedaan is?
-
Wanneer kijk je vooral naar Yelo?
-
Welk soort programma’s bekijk je?
-
Waarom geen andere?
-
Hoe is je Yelogebruik geëvolueerd sinds je het in het begin had?
-
Verschilt je keuze van programma’s volgens het toestel dat je gebruikt?
-
Zou er volgens jou iets moeten veranderen aan de programma’s om ze te optimaliseren voor Yelo?
-
Zou jij kiezen voor andere manier van uitzenden?
-
Gebruik je de tv-theek? -
Waarom/waarom niet?
-
Vind je dat handig?
-
Kijk je naast Yelo vaak naar gewone televisie?
-
Kijk je meer naar Yelo of meer naar gewone televisie? -
Waarom denk je dat dat zo is?
-
Denk je dat je minder/meer kijkt naar gewone televisie doordat je Yelo hebt?
-
Zijn er nog dingen waarover je iets wil zeggen met betrekking tot Yelo?
Dit was de laatste vraag. Bedankt voor uw deelname en nog een prettige dag!
87
Bijlage 9: Dagboekmethode Naam
Start
Stop
Interview
Interviewcode
Sanne
18 juni
1 juli
Ja
X3
Thijs
18 juni
8 juli
Ja
X15
Kim
25 juni
8 juli
Nee
Kevin
25 juni
8 juli
Ja
Davy
25 juni
22 juli
Nee
Jens
25 juni
8 juli
Ja
X10
Peter
25 juni
15 juli
Ja
X5
Emile
25 juni
8 juli
Nee
Steven
25 juni
8 juli
Nee
Reinoud
18 juni
1 juli
Nee
Wouter
2 juli
15 juli
Nee
Klaas
18 juni
1 juli
Nee
Louis
25 juni
15 juli
Ja
X7
Jelle
18 juni
1 juli
Ja
X1
Stef
25 juni
8 juli
Ja
X2
X14
Bijlage 10: Kijksessies dagboekmethode De kijksessies vindt u op de CD-rom achteraan dit document. Voor de online versie werden de kijksessies als “Bijlage 10 - Kijksessies Dagboekmethode” toegevoegd. Bijlage 11: Overzicht deelnemers interviews Deelnemer X1
Dagboek ja
Geslacht M
Leeftijd 21
Burgerlijke stand Vrijgezel
Beroep Student, thuiswonend
18 22
Woonplaats Heist-Op-DenBerg Arendonk Gent
X2 X3
nee ja
M V
Relatie Relatie
M
22
Gent
Relatie
ja nee ja
M M M
49 29 19
Helchteren Antwerpen Ingelmunster
Getrouwd Relatie Vrijgezel
X8
ja
M
26
’s-Gravenwezel
Relatie
X9 X10
nee ja
M M
24 24
Ingelmunster Beernem
Vrijgezel Vrijgezel
X11 X12
ja nee
M V
18 27
Wielsbeke Kortrijk
Vrijgezel Relatie
X13 X14 X15 X16
nee ja ja ja
M M M M
34 20 22 23
Mechelen Harelbeke Brasschaat Passendale
Relatie Relatie Relatie Vrijgezel
X17
nee
V
20
Mechelen
Vrijgezel
X18
nee
M
23
Vrijgezel
X19
nee
V
29
Sint-KatelijneWaver Oostende
Student, thuiswonend Student, op kot, samen met vriend Student, op kot, samen met vriendin x x Student, op kot Adjunct-directeur marketing, samenwonend Student, op kot Technical Consultant, thuiswonend Student, thuiswonend Secretaresse, samenwonend. Samenwonend Student, thuiswonend Student, thuiswonend Programmer, thuiswonend Studente, thuiswonend Productiemedewerker
X4
ja
X5 X6 X7
X20
nee
V
33
Diepenbeek
Getrouwd
Getrouw
Kuisvrouw, samenwonend Secretaresse, samenwonend
89
Bijlage 12: Matrix selectieve codering De matrix die gemaakt werd tijdens de selectieve codering vindt u achteraan dit document op CD-rom. Voor de online versie werd deze matrix als “Bijlage 12 – Matrix selectieve codering” toegevoegd.
Bijlage 13: Interviewtranscripts De transcripties van de interviews vindt u hieronder op CD-rom. Voor de online versie werden de transcripties als “Bijlage 13 - Interviewtranscripts” toegevoegd.
91