3
Opdrachten Werkplaats Werklocaties Doel Een excellent vestigingsklimaat voor bedrijven. Een goede balans tussen vraag en aanbod van regionale werk- en detaihandelslocaties. Opdracht • Opstellen regionale visie detailhandel en actualiseren regionaal programma bedrijventerreinen. • Vertalen visie detailhandel en programma bedrijventerreinen in afspraken met betrokken partijen. Activiteiten • Verzamelen subregionale input en op basis daarvan opstellen regionale visie detailhandel in 2014. • Verzamelen subregionale input en op basis daarvan actualiseren regionaal programma bedrijventerreinen in 2015. • Organiseren kennisnetwerk voor werklocaties, met ruimte voor pilots voor bijvoorbeeld leegstand bedrijventerreinen en detailhandel, herstructurering en verhuisketens.
15
Werkplaats Werklocaties 1. Context Onze regio is een van de slimste in een snel veranderende wereld. Nog nooit eerder gingen de veranderingen zo snel als nu. Het vraagt het maximale van het regionale bedrijfsleven om in het gevraagde tempo te blijven werken. Een excellente werkomgeving is daarvoor een must. Bij de realisatie hiervan komt de overheid steeds meer in een ondersteunende rol, steeds minder in een bepalende. De markt vraagt niet om een overheid die bepaalt hoe de ruimte er uit ziet, wel om een overheid die de kaders maakt en het bedrijfsleven ondersteunt waar mogelijk. Zeker op het gebied van werklocaties ligt er de komende jaren een grote uitdaging om de concurrentiepositie van de regio te behouden en waar mogelijk te versterken. Primaire focus ligt hierbij op kwaliteit van locaties. Kwaliteit is waar de regio op (inter)nationaal niveau het verschil kan maken. Hierdoor blijft de regio een aantrekkelijke vestigingsplaats voor het gevestigde bedrijfsleven en wordt nog interessanter voor nieuwe spelers. Bij de versterking van de regionale concurrentiekracht kan de werkplaats werklocaties een beslissende rol spelen. In de werkplaats vormt de veranderende rol van de overheid een belangrijk gezamenlijk aandachtspunt. Hoe kunnen we de rol van de overheid veranderen zodat deze beter aansluit bij de ambities van het bedrijfsleven. Begrijpen we de ontwikkelingen goed? Welke partijen doen mee? Trends detailhandel Het functioneren van de traditionele detailhandel en van delen van de detailhandelsstructuur staat onder druk. Een belangrijke rol hierin speelt de economische crisis, maar ook andere trends, zoals de toename van het online winkelen heeft veel invloed op de detailhandelssector. Online winkelen leidt namelijk tot een afnemende vraag naar fysieke winkelruimte. Wel onstaan er nieuwe vormen; denk aan pick-up points van supermarkten. Consumenten hebben daarnaast een steeds groter blikveld door toenemende fysieke, sociaaleconomische en virtuele mobiliteit. De consument is steeds minder trouw aan het winkelcentrum in de buurt. In veel branches leidt dit tot schaalvergroting van winkels en branchevervaging. Tegelijkertijd zien we ook specialisaties van winkels op één of enkele artikelgroepen of op een bepaald marktsegment. Consumenten zijn ook steeds meer op zoek naar beleving en entertainment. Winkelcentra die zich onvoldoende onderscheiden komen onder druk te staan. Voor gespecialiseerde (kleinschalige) winkels wordt de vestigingslocatie een steeds belangrijkere factor, evenals voor grootschalige winkels, die een totaalconcept aanbieden. De detailhandelsmarkt wordt door al deze ontwikkelingen steeds meer een regionale markt, die vraagt om regionale visie en afstemming.
16 Trends bedrijventerreinen Uiteraard zijn macro-economische en demografische ontwikkelingen ook van invloed op de markt van bedrijventerreinen1. De economische crisis leidt tot een teruglopende vraag naar bedrijventerreinen. Daarnaast vindt een verschuiving plaats van een uitbreidingsmarkt naar een vervangingsmarkt. Herstructurering krijgt hiermee een grote impuls. Een andere ontwikkeling is dat bedrijven meer gaan doen op minder meters, waardoor er, ook bij groeiende bedrijven, naar verhouding minder (extra) ruimte nodig is. De meerderheid van de bedrijven blijft het liefst op hun bestaande plek opereren en investeert bij voorkeur op hun eigen locatie. Traditionele vestigingseisen als voldoende arbeidspotentieel en een goede bereikbaarheid blijven belangrijk. Mede vanwege bovengenoemde trends wordt op het gebied van bedrijventerreinen meer aandacht geschonken aan kwaliteit, bereikbaarheid en multifunctionaliteit. De snelle economische ontwikkelingen vragen om veel flexibiliteit op gebieds- en gebouwniveau. Ook komt er meer aandacht voor nieuwe concepten en sectoren en een groeiende nadruk op duurzaamheid. De economische dynamiek vraagt ook meer flexibiliteit in de manier waarop overheden omgaan met bedrijventerreinen. Regionale afstemming is in deze vraagstukken essentieel. Trends kantoren Uiteraard heeft de economische crisis ook haar weerslag gehad op de vraag naar kantoorruimte. In de SRE-regio is, net als in de rest van het land, de vraag naar kantoorruimte teruggelopen en daarmee is het aanbod aan kantoorruimte flink gestegen2. Dat aanbod heeft inmiddels een verontrustend hoog peil bereikt en een aanzienlijk deel staat al langere tijd leeg. Aangezien alleen een verhuurd pand zijn waarde houdt, wordt door vastgoedeigenaren veel meer dan voorheen ondernomen om de leegstand in hun kantoorpanden terug te dringen, zoals door renovatie. De verwachting is dat door daling van de potentiële beroepsbevolking, schaalvergroting bij bedrijven en het Nieuwe Werken de vraag naar kantoorruimte verder zal dalen.
2. Doelstelling en opdracht Doelstelling van de Werkplaats Werklocaties is om een bijdrage te leveren aan de versterking van de concurrentiepositie en economische structuur van de regio. De focus van de Werkplaats Werklocaties ligt op de domeinen detailhandel en bedrijventerreinen. Het thema kantoren wordt vooralsnog niet meegenomen, aangezien voor de programmering voor de kantorenmarkt recent reeds afspraken zijn gemaakt. Bovendien is dit thema met name relevant voor het stedelijk gebied en in mindere mate voor de 21 samenwerkende gemeenten. Uiteraard worden de ontwikkelingen op dit thema in de subregio’s wel gevolgd en indien nodig / gewenst geagendeerd.
1
Zie ook de Regionale afspraken & programmering werklocaties Zuidoost-Brabant. Samenwerkingsverband Regio Eindhoven. Mei 2012. 2 Zie ook onder andere de Regionale programmering werklocaties – Kantorenprogrammering regio Eindhoven. Samenwerkingsverband Regio Eindhoven en Provincie Noord-Brabant. November 2013.
17 De werkplaats heeft de volgende opdrachten: 1. Actuele regionale visie detailhandel 2. Actueel programma bedrijventerreinen 3. Kennisnetwerk als middel om tot regionale afspraken te komen Hierbij hanteren we de volgende speerpunten: • Excellent vestigingsklimaat voor bedrijven We gaan ons met name richten op kwaliteit van locaties. Kwaliteit is waar de regio op (inter)nationaal niveau het verschil kan maken. Het gaat niet alleen om de top, maar om een goede kwaliteit voor alle bedrijvigheid, passend bij de vraag van de markt. De ‘basics’ moeten excellent zijn: locaties moet hoog scoren op de criteria ‘schoon, heel en veilig’. Hierdoor blijft de regio een aantrekkelijke vestigingsplaats voor het bedrijfsleven en kenniswerkers. Aandachtspunten daarnaast zijn: o Flexibiliteit en snelheid: Vanwege de snelheid van de huidige tijd wordt het steeds belangrijker in het ruimtelijk-planologisch instrumentarium flexibel te zijn. Flexibel betekent heldere regels die snel aan te passen zijn (met duidelijke basisnormen). De regio moet koploper worden als het gaat om het faciliteren van nieuwe kansen. • Afwegingen over (nieuwe) functies: Een duurzame inrichting van werklocaties vraagt om creatieve visies, met goed onderbouwde keuzes tussen functiewijziging of juist functieversterking. o Bieden van voldoende ontwikkelingsmogelijkheden: Het is van belang dat de regio voorziet in een goede infrastructuur en voldoende kansen en mogelijkheden, bijvoorbeeld voor starters. • Goede balans tussen vraag en aanbod van terreinen en locaties Daarnaast is het van belang dat er afspraken worden gemaakt betreffende de daadwerkelijke vraag en het aanbod van bedrijven en bedrijventerreinen. Dit is van cruciaal belang om de kwaliteitsambities uit Brainport 2020 te halen. Een goede balans voorkomt immers dat – vanuit concurrentie-oogpunt – gronden te goedkoop verkocht worden en lage kwaliteitseisen worden gesteld aan bedrijven. Bovendien voorkomt het leegstand en verpaupering op bestaande terreinen. Door hier gezamenlijk afspraken over te maken wordt een mismatch voorkomen en de markt optimaal bediend.
3. Activiteiten en producten In de werkplaats Werklocaties gaan twee teams aan de slag met de thema’s detailhandel en bedrijventerreinen. In de Werkplaats Werklocaties zal gewerkt worden aan de volgende producten: 1. Actuele regionale visie detailhandel De Provincie Noord-Brabant wil uiterlijk eind 2014 afspraken met de regio maken over het thema detailhandel. Het is dus zaak dat er binnen de regio afstemming plaatsvindt op dit thema. De regio wil zelf aan zet blijven en het voortouw blijven nemen. Afgesproken is dat de subregio’s eerst komen tot visies op subregionaal niveau. Basis hiervoor is onder andere het koopstromenonderzoek van 2010. Vervolgens zal op regionaal niveau, in de werkplaats, gezorgd worden voor afstemming tussen de subregionale visies. De werkplaats heeft hierin een belangrijke signaalfunctie. Vanuit de werkplaats – met zijn triple helix invulling – zullen uitspraken gedaan worden over de subregionale visies. Hierbij
18 wordt gekeken of de visies bij elkaar aansluiten of dat er bijstelling nodig is. Eventuele aanpassingen zullen altijd op het niveau van de subregio vorm krijgen. De totaalvisie, het resultaat van de subregionale visies met de regionale paraplu, zal aan de Provincie worden gepresenteerd. Hiermee wordt voldaan aan de wens van de provincie om regionale afspraken te maken én hebben de subregio’s maximale vrijheid om een eigen invulling te geven aan afspraken die passen bij hun specifieke situatie. De regionale visie detailhandel vormt een kader dat gemonitord en waar nodig aangescherpt / aangepast wordt. 2. Actueel programma bedrijventerreinen Op 12 juni 2013 is het meest actuele ontwikkelingsprogramma voor bedrijventerreinen vastgesteld in een gecombineerd overleg van de wethouders economie en ruimtelijke ordening van de 21 gemeenten. Dit is ook in het RRO vastgesteld. Bij elke nieuwe prognoses die beschikbaar komt voor bedrijventerreinen zullen de cijfers moeten worden afgezet tegen de regionale programmering. Op deze manier kan bepaald worden de planning nog realistisch is of subregionale bijstelling behoeft. Deze discussie zal in de werkplaats gevoerd worden. Daarnaast zal binnen de werkplaats bekeken worden of het programma aansluit bij de trends en ontwikkelingen in de markt. Voorziet de regionale programmering in de behoefte van Brainport 2020? Indien er bijstelling nodig blijkt zal er op subregionaal niveau een exercitie moeten plaatsvinden om prognose en programma weer in balans te brengen. In 2015 zal worden toegewerkt naar een nieuwe regionale programmering bedrijventerreinen. 3. Kennisuitwisseling, inclusief pilots, als middel om tot regionale afspraken te komen Uiteraard kan kennisuitwisseling niet als een product op zich worden gezien. We willen het hier echter wel apart noemen, omdat dit een belangrijk onderdeel van de werkplaats uitmaakt en het een middel is om tot bovengenoemde producten te komen. In de regio is veel kennis beschikbaar bij gemeenten, kennisinstellingen en bedrijfsorganisaties. Binnen de werkplaats willen we inzetten op de continuering en doorontwikkeling van het kennisnetwerk op het terrein van werklocaties. Gedacht kan worden aan kennisuitwisseling over praktische aspecten zoals groen, ontsluiting, beveiliging etc. Maar ook de complexere problematiek van de herstructurering of de ideevorming voor braakliggende terreinen. Ook kunnen hierbinnen pilotprojecten worden opgepakt (“leren van elkaar”). Deze pilots zullen verkend worden met de respectievelijke teams voor bedrijventerreinen en detailhandel. Voorbeelden kunnen zijn: • Een project ‘wat te doen met ons overschot aan bedrijventerreinen?‘ We zijn de slimste regio ter wereld in het dichtst bevolkte land ter wereld en we hebben een probleem omdat we teveel ruimte hebben voor bedrijventerreinen. Hoe kan dat een probleem zijn? Het zou leuk zijn om eens naar een andere invulling van bedrijventerreinen te kijken. • Verhuisketens: iedereen kent ze, maar hoe zitten ze bij ons in de regio in elkaar? En wat zijn de effecten? • Regionale voorzieningen en structuurversterking: wat zouden we in de regio nog moeten hebben en waar? Denk aan havens/aanlegvoorzieningen/kades, gebouwen voor starters, durfkapitaal?
19 •
• • • •
Herstructurering: wat is er mogelijk op bestaande terreinen? Met name interessant om de relatie tussen nieuw en bestaand beter te kunnen leggen in de programmering. Hoe communiceren deze vaten? Ontwikkeling van (sub)regionale bedrijventerreinen – specifieke segmenten. Aanpak leegstand van detailhandel (voorbeeldprojecten). Aanpak hoofdwinkelcentra van de 21 gemeenten. Stedelijke herverkaveling (voorbeeldprojecten).
4. Samenstelling werkplaats Robert Visser, wethouder van de gemeente Son en Breugel, is bestuurlijk trekker van de werkplaats Werklocaties. Voor de beide thema’s detailhandel en bedrijventerreinen wordt een team opgericht. Onderstaande schema’s tonen de voorlopige samenstelling van de teams. Team Detailhandel Naam Overheid Robert Visser
Organisatie
Wethouder gemeente Son en Breugel, bestuurlijk trekker Werkplaats Bianca van Kaathoven Wethouder gemeente Eindhoven, vertegenwoordiger Stedelijk Gebied Piet Machielsen Wethouder gemeente Oirschot, vertegenwoordiger Stedelijk Gebied Nicole Lemlijn Wethouder gemeente Deurne, vertegenwoordiger Peel-Gemeenten Frans Cuppens Wethouder gemeente Cranendonck, vertegenwoordiger A2-gemeenten Vester Munnecom Provincie Noord-Brabant Marco Karssemakers Gemeente Eindhoven Bedrijfsleven / brancheorganisaties etc Patrick Manning Detailhandel Nederland Jef van Stratum Centrummanager Geldrop Centrum en Citycentrum Veldhoven Kennisinstellingen Peter ter Hark Fontys Hogescholen Team Bedrijventerreinen Naam Overheid Robert Visser Renée Hoekman
Organisatie Wethouder gemeente Son en Breugel, bestuurlijk trekker Werkplaats Wethouder gemeente Geldrop-Mierlo, vertegenwoordiger Stedelijk Gebied
20 Roël Hoppezak
Wethouder gemeente Gemert-Bakel, vertegenwoordiger Peel-gemeenten n.t.b. Wethouder gemeente ?? vertegenwoordiger Kempen-Gemeenten Frans Cuppens Wethouder gemeente Cranendonck, vertegenwoordiger A2-gemeenten Manuel Groot Zevert Provincie Noord-Brabant Manuel Martinez Gemeente Helmond Bedrijfsleven / brancheorganisaties etc Rob Bogman BZW Frits Rutten Bedrijventerreinen Helmond Ad van der Heijden BOM, Brabantse Ontwikkelingsmaatschappij N.V. Kennisinstellingen Cees Jan Pen Fontys Hogescholen Beide teams zullen 2 tot 3 keer per jaar bij elkaar komen, onder voorzitterschap van Robert Visser. De werkplaats wordt procesmatig en inhoudelijk ondersteund vanuit de Metropoolregio Eindhoven.
5. Werkwijze Twee teams gaan aan de slag met de respectievelijke thema’s Detailhandel en Bedrijventerreinen. De agenda voor deze thema’s wordt bepaald door deze teams, met input van bedrijven en kennisinstellingen. De teams kunnen verder bouwen op afspraken uit het verleden. Er zal worden gewerkt op basis van een flexibele inhoudelijke agenda voor de Werkplaats Werklocaties. De voorliggende opdracht geldt als richtinggevend document. Dit is de basisopdracht waarmee de werkplaats start. Als de actualiteit er om vraagt en wanneer de werkplaats dat nodig acht kunnen er altijd meer thema’s en onderwerpen opgepakt worden. Belangrijk uitgangspunt is dat het inhoudelijke beleid in de subregio’s zelf wordt ontwikkeld. Binnen de werkplaats worden plannen en ambities tussen de verschillende subregio’s afgestemd en geïntegreerd in regionale producten. De regionale paraplu is zorgt voor de samenhang die op dat niveau bestaat. Er vindt veel afstemming plaats met de subregio’s. Binnen de werkplaats worden plannen en ambities tussen de verschillende subregio’s afgestemd en geïntegreerd in regionale producten. Daarnaast is de koppeling en afstemming met de regionale Werkplaatsen Economische Strategie, Arbeidsmarkt en Strategie Ruimte erg belangrijk. Aangezien een aantal van bovenstaande onderwerpen samenvallen met ruimtelijke bevoegdheden van de Provincie worden een aantal producten formeel vastgesteld in het Regionaal Ruimtelijk Overleg (RRO) van de Provincie. Het gaat daarbij om zaken als de gemelijke visie detailhandel en afstemming over hoeveelheden bedrijventerreinen en kantoorlocaties. Zie voor een gedetailleerde uitwerking het schema in bijlage 1.
21
6. Mensen en middelen Er is voor gekozen om niet meer met alle 21 gemeenten om tafel te gaan, maar met vertegenwoordigers van de subregio’s. Zowel op ambtelijk als bestuurlijk niveau zullen zij het mandaat in de eigen subregio op moeten halen. Dit past bij de nieuwe bestuurlijke werkwijze en zorgt voor meer slagkracht en snelheid. Daarnaast is ook gekozen voor een intensieve samenwerking met de triple helix partijen. De overheden nemen uiteindelijk de besluiten, maar de andere partijen worden intensief betrokken vanaf het begin. Personele inzet: De Werkplaats Werklocaties wordt ondersteund vanuit de Metropoolregio Eindhoven met een procesmanager. Werkbudget: Voor de Werkplaats Werklocaties is een werkbudget begroot van € 50.000,- per jaar. Dit wordt bestemd voor bijvoorbeeld het maken van kaarten of de organisatie van bijeenkomsten. Daarnaast wordt jaarlijks een bedrag van € 31.750,- bijgedragen aan het regionale vestigingenregister. Dit register wordt voor onze regio beheerd door Eindhoven en Helmond. •
22
Bijlage 1. •
Structuur Werkplaats Werklocaties