Werken voor (vaar)wegen RWS Dienst Verkeer en Scheepvaart
Inhoud
Dienst Verkeer en Scheepvaart Topadviseurs: weten wat er speelt Directie Netwerken DVS Directie Mobiliteit DVS Directie Bedrijfsvoering DVS
2 4 6 36 60
Wat een land... en wat een drukte
Op de Nederlandse (vaar)wegen is het een constant komen en gaan Veilig en duurzaam verkeer over water en weg. Dat is wat de Dienst Verkeer en Scheepvaart wil. Dat is waar Rijkswaterstaat aan werkt. Als één van de vijf landelijke diensten van RWS maken we deel uit van een rijke traditie. Tegelijkertijd slaan we een nieuwe weg in. Wie zijn we? Wat gaan we doen? De Dienst Verkeer en Scheepvaart stelt zich graag aan u voor!
Het directieteam, v.l.n.r. Linda Geerlings (directie Netwerken), Joris Al (Hoofdingenieur-Directeur), Titia Wouters-Slis (directiesecretaris en hoofd Bureau HID), Jos Sprangers (directie Mobiliteit) en Martin Timmer (directie Bedrijfsvoering)
Dienst Verkeer en Scheepvaart Steeds meer automobilisten, vrachtwagenchauffeurs en schippers zoeken de snelste weg naar hun bestemming, over een soms overvol wegennet. Ze laden hier en lossen daar, en zijn voortdurend onderweg. De Nederlandse (vaar)wegen krijgen veel te verduren. Netwerken beheren Voor Rijkswaterstaat (RWS) is het dagelijkse kost, de zorg voor het landelijke web van wegen, voor veiligheid en voor doorstroming. Als uitvoeringsorganisatie van het ministerie van Verkeer en Waterstaat is RWS al decennia lang de beheerder van de hoofdwatersystemen en van het hoofdwegen- en hoofdvaarwegennet. Kennis overdragen, normen stellen, monitoren en sturen Om alle uitdagingen, nu en op termijn, aan te kunnen gaan, heeft Rijkswaterstaat zich opnieuw georganiseerd. Voortaan functioneert RWS nadrukkelijk als netwerkmanager die zijn taken regionaal uitvoert maar zich ondersteund weet door landelijke deskundigheid. Landelijke normen en kaders stellen, monitoren en adviezen geven zijn de voornaamste activiteiten van de vijf landelijke diensten die zich over de verschillende taakvelden van RWS ontfermen. Op het gebied van vlot, veilig en duurzaam verkeer over water en weg staat de Dienst Verkeer en Scheepvaart tot uw dienst. Samen optrekken De Dienst Verkeer en Scheepvaart (DVS) borduurt voort op het werk en de ruime ervaring van de Adviesdienst Verkeer en Vervoer (AVV) en de Dienst Weg- en Waterbouwkunde (DWW). DVS is op de hoogte van de huidige toestand van de nationale infrastructuur en weet hoe deze wordt gebruikt. Maar DVS kijkt ook naar de toekomst. Door op rele-
2
vante ontwikkelingen te anticiperen en verwachte problemen tijdig te signaleren. Door te zoeken naar nieuwe methoden en toepassingen voor doeltreffend netwerkmanagement en mobiliteit. Dit kan DVS niet zonder intensief samen te werken. Daarom treft u onze medewerkers ook regelmatig in het land aan. Strategisch positioneren DVS wil een strategische positie innemen in de (inter)nationale kenniswereld enerzijds en de wereld van beleid en uitvoering anderzijds. Centraal staat onze samenwerking met partners binnen het ministerie van Verkeer en Waterstaat: de regionale diensten van Rijkswaterstaat, maar ook de drie beleidsdirecties en de Inspectie Verkeer en Waterstaat (IVW). Voor hen is DVS informatiebron, gesprekspartner, adviseur, monitor en opsteller van kaders. Zij aan zij werken we om het primaire proces op weg en water optimaal te laten verlopen. Inwinnen en uitwisselen Om als deskundig gesprekspartner te kunnen fungeren, beschikt DVS over een (inter)nationaal netwerk van kennisinstellingen en deskundige marktpartijen. Op een aantal gebieden die van primair belang zijn voor Rijkswaterstaat heeft DVS eigen topadviseurs in huis. Deze gebieden zijn verkeersmanagement, netwerkcapaciteit, (vaar)weggebruikers, assetmanagement en leefbaarheid. In deze brochure maakt u kennis met onze organisatie, onze plannen, onze drijfveren en onze mensen. Met onze producten en specifieke kennis zijn we u graag van dienst. Hoe precies, daarover gaan we het liefst met u in gesprek.
3
Topadviseurs: weten wat er speelt Sommige kennis is cruciaal voor Rijkswaterstaat. Op vijf strategische gebieden heeft de Dienst Verkeer en Scheepvaart daarom topadviseurs in huis. Specialisten die weten wat er speelt en de werelden van wetenschap, beleidsvorming en toegepaste kennis moeiteloos met elkaar verweven. Leefbaarheid ‘Je bent als adviseur een boegbeeld voor je kennisgebied, maar aan zo’n beeld zit natuurlijk een heel schip vast.’ Jos Arts is aangesteld op het kennisgebied Leefbaarheid. ‘Zelf spreek ik liever van Leefomgeving’, zegt hij, ‘omdat dit behalve de milieukant ook de ruimtelijke aard van de kwesties benadrukt.’ De leefbaarheidsproblematiek kenmerkt zich door de confrontatie tussen milieu-, infrastructuur- en 4
mobiliteitsvraagstukken. Arts maakt zich, samen met collega-adviseurs en specialisten, sterk voor integrale advisering. De milieuproblematiek vráágt ook om zo’n integrale benadering. Zeker waar het actuele problemen als versnelling van planstudies betreft. Enerzijds fungeert Arts intern als ‘adviseur aan tafel’ voor het Bestuur, voor Staf DG, voor de Regionale Diensten van RWS en als intern klankbord voor DVS. Anderzijds is hij een belangrijk gezicht naar
v.l.n.r. Ronald Adams, Jan van der Waard en Jos Arts
buiten. ‘RWS kan worden aangesproken op complexe kwesties, waarbij infrastructuur, milieuhygiëne, cultuurhistorie, klimaat, mobiliteit en m.e.r.-procedures bij elkaar kunnen komen.’ RWS heeft op het terrein van de leefbaarheid veel te maken met planbureaus, universiteiten en internationale organisaties. Arts levert ook daar een bijdrage aan – als bijzonder hoogleraar aan de Rijksuniversiteit Groningen heeft hij direct contact met de universitaire wereld. Verkeersmanagement Ronald Adams is benoemd als topadviseur op het gebied van Verkeersmanagement. ‘Ik ben bezig met de zaken die van nut zijn voor de weggebruiker die van a naar b wil. Ik zou meer samenhang willen tussen strategische en operationele ontwikkelingen op dat terrein. Geen plannen op strategisch niveau zonder voeding uit de praktijk, en geen operationele projecten zonder inpassing in strategische plannen.’ Dit zou de reiziger moeten merken. ‘Als ik bekijk welke maatregelen er worden genomen op het gebied van verkeersmanagement, dan zie ik dat het geheel te veel in beweging is. We moeten meer focus aanbrengen. Bekijken wat de echte prioriteiten zijn en ons richten op de dingen die er echt toe doen. Ik wil alert zijn op het proces. Ik zal in de gaten houden of het besluitvormingstraject goed is ingericht, of er draagvlak is bij de mensen die aan de gekozen speerpunten werken en of de juiste betrokkenen zijn ingeschakeld. Ik kan ook mensen optrommelen uit mijn netwerk. En ik hoop dat de
klant zo merkt dat er over de producten van de nieuwe DVS goed is nagedacht.’ Netwerkcapaciteit en -robuustheid Jan van der Waard is topadviseur op het gebied van Netwerkcapaciteit en -robuustheid. Dit terrein gaat in feite over de toekomstbehoefte van de netwerken van RWS. Van der Waard analyseert deze behoefte en vertaalt die onder andere naar de binnen RWS gebruikte verkeers- en vervoersmodellen. Van der Waard: ‘De modellen moeten weergeven wat de toekomstige hoeveelheid verkeer op het wegennet zal zijn. Deze modellen zijn bijvoorbeeld gebaseerd op de verwachtingen over de ruimtelijke spreiding van wonen en werkgelegenheid. Deels baseer je je dan op toekomstbeelden die worden gemaakt door de planbureaus – CPB, RPB en CBS. Soms is specifiekere informatie nodig en maakt RWS zo’n verkenning van invloedsfactoren grotendeels zelf.’ Van der Waard adviseert over dit soort modelvorming. Hoe werk je met modellen, hoe genereer je ze? Dit zou moeten leiden tot kwaliteitsverbetering van de planprocessen. ‘Je kunt zo op den duur beter rekening houden met de omgeving. Je weet beter wat de burger beweegt en vertaalt dit naar je product. Je kunt ook beter beoordelen of het onderliggende vaar- en wegennet nog voldoet.’
Voor de kennisgebieden Assetmanagement en Gebruikers Verkeer en Vervoer worden nog topadviseurs aangesteld. 5
HoofdingenieurDirecteur Bureau HID
directie Netwerken
directie Mobiliteit
Accountmanagement
Kennismanagement
directie Bedrijfsvoering
Afdelingen Netwerkplanning
Veiligheid
Inkoopondersteuning
Assetmanagement
Verkeersmanagement Hoofdwegennet
Bedrijfsvoeringsdiensten
Ontwerp en inrichting netwerken
Verkeersmanagement Hoofdvaarwegennet
Human Resources Management
Verkeerssystemen
Innovatie en implementatie
Control en toezicht
Inpassing netwerken
Gebruikers Verkeer en Vervoer DVS biedt onderdak aan het KpVV
Modellen en verkenningen
6
Kennisplatvorm Verkeer en Vervoer
directie Netwerken DVS Het hoofdwegennet en het hoofdvaarwegennet in topconditie houden is een vereiste. De directie Netwerken ontwikkelt visies op hoe dit tot stand wordt gebracht en verschaft kennis en informatie ten behoeve van aanleg, beheer en onderhoud. In nauw overleg met regionale diensten stelt de directie richtlijnen en kaders op die een duurzaam netwerkbeheer mogelijk maken. Dit doet zij door modelstudies, planstudies en verkenningen uit te voeren, ontwerp en inrichting van netwerken te onderzoeken, (gebruikers)behoeften in kaart te brengen en advies te geven over de toepassing van technologie.
ACCOUNTMANAGEMENT
Werken aan goede relaties De wensen van Rijkswaterstaat, beleidsdirecties en de Inspectie Verkeer en Waterstaat vertalen naar op te leveren producten. Dat is waar de afdeling Accountmanagement voor staat en gaat. Oren open, goed luisteren naar de klant, maar ook zorgvuldig afwegen of de gevraagde producten passen binnen het takenpakket van DVS. Toepasbaar Vroeger draaide het vooral om het vergaren en up-to-date houden van onze kennis op het gebied van verkeer en vervoer en wegen waterbouwkunde. Nu willen we er voor zorgen dat die kennis ook heel praktisch en goed toepasbaar is. Om dat voor elkaar te krijgen hebben we een aantal echte netwerkers in ons team gezet. Mensen die de regionale diensten en andere relaties van haver tot gort kennen, goed kunnen luisteren en ervoor zorgen dat de vraag van de klant helder wordt.
8
Laurens Schrijnen en Wim Hoevers geven samen met Govert Sweere en Mirjam Korse vorm aan het accountmanagement binnen DVS. Met als doel: het zorgen voor goede contacten met alle relaties van de nieuwe dienst. ‘Dat betekent orderportefeuilles maken die zijn toegesneden op de wensen van de klant om zo toe te werken naar maximale klanttevredenheid.’
RWS en de Highways Agency: informatie-uitwisseling mogelijk maken De Highways Agency is als agentschap van het English Department of Transport de uitvoerend beheerder van het nationaal wegennetwerk, en vergelijkbaar met Rijkswaterstaat. Al enkele jaren lang wisselen de twee informatie en ervaringen met elkaar uit met betrekking tot innovatief verkeersmanagement. Bruce Parker, Project Co-ordinator, Highways Agency, England ‘Recently we signed a Memorandum of Agreement to further stimulate the exchange of knowledge between the two organisations. I am here on an exchange programme for two years, and working on the PIM (Partnerprogramma Infrastructuur Management) project. This is a Rijkswaterstaat initiative aimed at the further improvement of its working processes. The Highways Agency, Agentschap Infrastructuur (our Flemish counterpart) and two private sector companies are participating. I spend half my time directly working on PIM, which includes providing input for the five pilot projects currently being implemented in the Netherlands under the programme. For instance, I provide information on how the Highways Agency undertakes certain tasks and also organise visits from, say, a Dutch delegation to the UK to talk to policy-makers and practitioners on the subject of Asset Management. Another pilot project addresses the issue of contracting. The English use a form of contracting which relies heavily on the expertise and self-sufficiency of the contractor.
We, as government agency, concentrate on the end-product by checking whether the contractor’s systems are fit to deliver what has been agreed. We strive for a partnership rather than a master-servant relationship. Rijkswaterstaat wishes to experiment with a similar contracting relationship and practice over here. So we provide them with examples and advice.’ ‘The other half of my working time is taken up by gathering useful examples of how Rijkswaterstaat operates, particularly in the field of traffic management, from which I believe we could benefit in England. There are plenty of these about. I have already reported back enthusiastically on issues such as cooperation between Rijkswaterstaat and local authorities, as shown in the traffic management of the A10 ring around Amsterdam. The ring road around Manchester is very similar, for instance in its congestion problems, and I think we could benefit from replicating the way in which national and local roads management complement each other here. Likewise, I think we can learn from the application of flexible calamity screens around Rotterdam and the use of lorry-overtaking bans in peak hours. All in all, I consider the DVS and its predecessors to be very knowledgeable on a wide range of traffic and highway related subjects. The fact that they are so willing to share their expertise with us, and that I am able to provide useful information in return, makes my stay all the more rewarding. It is enabling me to make a genuine contribution to a cross-border learning process.’
NETWERKPLANNING
Houdt netwerken begaanbaar Als er één ding is dat gebruikers mogen verwachten van wegen en vaarwegen dan is het wel dat je er goed op kunt rijden of varen. De bruggen en sluizen moeten werken, het wegdek is in orde en bij dreigende gladheid wordt er tijdig gestrooid. De afdeling Netwerkplanning zorgt ervoor dat de droge en natte netwerken goed begaanbaar zijn en dat blijven – ook onder extreme weersomstandigheden. Ze leveren de landelijke onderhoudsplanningen, helpen overbelading van vrachtwagens voorkomen en coördineren de gladheidsbestrijding. Onderhoud Om de kwaliteit van het netwerk op het afgesproken peil te houden is onderhoud nodig. Wij geven aan welk onderhoud, waar en wanneer nodig is. Regio’s plannen dit in, samen met andere werkzaamheden (aanleg), zodanig dat er zo min mogelijk hinder is voor de gebruiker en de uitvoering kostenefficiënt is. Wij toetsen deze door de regio voorgestelde planningen weer op de landelijke kaders en hindereffecten. Door veel contact met de regio en samen op zoek te gaan naar zwakke schakels in de planningsketen werken we continu aan verbetering. Voorkomen overbelading Te zware vrachtwagens veroorzaken onnodige slijtage aan het wegdek. Dat betekent extra onderhoud, ongemak voor de gebruiker en hogere kosten. Wij coördineren maatregelen om overbelading te voorkomen. Zo leveren wij weeggegevens, ingewonnen met ons landelijke systeem Weigh-In-Motion, aan het Korps Landelijke Politiediensten en de Inspectie VenW. Deze data gebruiken zij om hun handhavings- en inspectietaken 12
uit te voeren. Maar we zijn er nog niet. Daarom nemen wij graag het voortouw om de problematiek effectiever aan te pakken. Gladheidsbestrijding Bij de bestrijding van gladheid op de wegen richten wij ons op tactisch-strategische zaken. Wij zorgen voor een visie op gladheidsbestrijding en vertalen deze naar landelijke richtlijnen: wie doet wat, wanneer, met welke instrumenten. Een belangrijk instrument is het Gladheidsmeldsysteem, waarvan wij functioneel beheerder zijn. We zorgen voor passende opleidingen en organiseren kennisdagen. Ook zorgen wij voor contracten met zout- en materiaalleveranciers en de weerbureaus.
Martijn Koster, hoofd afdeling Netwerkplanning ‘De afdeling netwerkplanning levert de regio’s onder andere landelijke onderhoudsplanningen, zout en materieelovereenkomsten, en levert KLPD en IVW adviezen ten behoeve van de handhaving van overbelading. We leveren dus concrete producten aan het primaire proces. Maar nog belangrijker… we kijken steeds naar de hele keten, waar kunnen we verbeteren en hoe. Dat kan zijn door het leveren van nieuwe instrumenten, het opstellen van richtlijnen of door elkaar te houden aan de afspraken.’
Van grof naar fijn en met DVS in het midden Joost de Ruig, Dienst Noord Nederland, Rijkswaterstaat ‘Ik zou de DVS een centrale rol willen geven in de totstandkoming van het meerjarenprogramma van Rijkswaterstaat. Dit wordt samengesteld uit de meerjarenprogramma’s van de regionale diensten. Voordat deze worden besproken met de Directeur-Generaal, worden ze eerst getoetst. Voorheen gebeurde dit enkel door de regionale dienst zelf. Ik vind echter dat DVS een cruciale rol moet krijgen in de begrotingenstroom die naar Den Haag vloeit. Er zit nogal wat kennis bij DVS en die zouden we directer kunnen gaan aanwenden voor ons werkpakket. Bovendien weet DVS op deze wijze beter wat er speelt in de regio. Zo’n toetsing verschaft hen diepte-inzicht. Gezamenlijk kunnen we zo tot een beter en waarschijnlijk goedkoper variabel onderhoud komen. Zo krijgt DVS de kans om te gaan meedenken in plaats van enkel te adviseren. Maar is DVS hier al klaar voor? Niet als het gaat zoals het nu gaat. Bij het plannen en programmeren zouden we een efficiencyslag moeten maken. De programmering is nu nog veel te bewerkelijk. Nu gaan de districten aan de slag met prima maar zeer gedetailleerde tabellen over de toestand van de weg. Details van 100 meter moeten vervolgens opgebost worden tot een meerjarenprogrammering over tientallen tot honderden kilometers. RWS is wat dit betreft echt doorgeschoten in de professionalisering. Ik stel voor dat we de werkwijze precies omdraaien: van grof naar fijn. Hierdoor kunnen we beter werken met scenario’s: wat te doen als we minder geld krijgen dan gedacht? Of als er minder capaciteit beschikbaar is?’
ASSETMANAGEMENT
Kaders en instrumenten voor optimale prestaties Als agentschap moet Rijkswaterstaat verschillende prestaties neerzetten. De toestand van de hoofdwegen en vaarwegen moet in orde zijn, het verkeer moet optimaal kunnen doorstromen en er moet publieksgericht en efficiënt worden gewerkt. Over dit alles worden prestatieafspraken gemaakt. De afdeling Assetmanagement levert richtlijnen, modellen en methodes waarmee kan worden gemeten of de prestaties worden gehaald en of dit op een doelmatige manier gebeurt. Richtlijnen voor nat en droog De richtlijnen die we opstellen omvatten de natte en droge netwerken. Onze toegevoegde waarde is dat wij dit landelijk doen en daarmee overzicht hebben. Zo leggen we voor alle hoofdsnelwegen vast aan welke eisen deze minstens moeten voldoen. Dat zijn eisen op het gebied van veiligheid – is het wegdek stroef genoeg? – en techniek. Kosten spelen vanzelfsprekend ook een rol. Ook maken we richtlijnen waarmee de beheerder het onderhoud en beheer van wegen of vaarwegen goed kan regelen. Wij geven aan welk periodiek onderhoud minimaal nodig is om prestatieafspraken na te komen en vermelden hoe dit het best kan worden aangepakt. Andere prestatieafspraken – bijvoorbeeld over de optimale doorstroming van het verkeer – mogen immers niet in het gedrang komen.
16
Advies bij prestatieafspraken Prestatieafspraken worden vastgelegd in zogenaamde Service Level Agreements (SLA’s) die worden gesloten op verschillende niveaus. De hoofdafspraken worden gemaakt tussen de Secretaris-Generaal van Verkeer en Waterstaat en de DirecteurGeneraal (DG) van Rijkswaterstaat. Deze afspraken worden vertaald naar SLAafspraken tussen de DG en de leidinggevenden (de HID’en) van de RWS-diensten. Als afdeling Assetmanagement adviseren wij de Staf DG Rijkswaterstaat en de RWS-diensten over het maken van goede, heldere SLA’s en het doorvertalen van SLA-afspraken. Dit laatste moet zó gebeuren dat voor ieder dienstonderdeel duidelijk is welke bijdrage geleverd moet worden voor het ‘halen’ van de SLA.
Bert de Wit, hoofd afdeling Assetmanagement ‘Wij zijn een kaderstellende afdeling. We maken richtlijnen en ontwikkelen werkprocessen, methodes en afwegingsmodellen die Rijkswaterstaat helpen om goed, uniform en efficiënt te werken. Veel daarvan is voorgeschreven dus niet vrijblijvend. We toetsen of er binnen de kaders wordt gewerkt die vooraf zijn overeengekomen. Uiteindelijk draait het er om dat we het maximale presteren tegen minimale kosten. Het beschikbare geld kan maar een keer worden uitgeven.’
Krachtiger kaders Hetty Klavers, stafdirecteur Netwerken ‘Als stafbureau ondersteunen wij de Directeur-Generaal (DG) en het directieteam om RWS goed aan te sturen. Wij bereiden kaders voor en geven prioriteiten aan, op basis waarvan de DG een weloverwogen beslissing kan nemen. DVS levert ons de kennis en informatie op het gebied van verkeer en scheepvaart die nodig is om deze adviesrol goed te vervullen. Concreter. Voor RWS is het belangrijk om te weten wat er wel of niet mogelijk is op de netwerken. Daarom hebben we vorig jaar – nog met de oude diensten AVV en DWW – gewerkt aan een visie die beschrijft hoe het wegen- en vaarwegennet robuuster kan worden gemaakt. DVS heeft ook het landelijk overzicht over de toestand van de netwerken. De dienst weet onder andere hoe het asfalt erbij ligt en kan aangeven waar en wanneer onderhoud nodig is. Men giet dit in planningen die wij, omkleed met advies, voorleggen aan de DG. Nu de kennis uit de werelden van verkeer en scheepvaart is gebundeld in één dienst – DVS – zal de rol van de dienst vast steviger worden. Een goede ontwikkeling is dat men vaker aan tafel gaat bij de regio: hierdoor zal DVS de landelijke taak beter kunnen invullen. Het verdient aanbeveling om daarbij niet al te diep in de regionale projecten te duiken, want de dienst heeft primair een landelijke, kaderstellende rol. En de kaders mogen, wat ons betreft, krachtiger worden neergezet.’
ONTWERP EN INRICHTING NETWERKEN
Advies aan tafel en betrokken van concept tot uitwerking Bij het ontwerp en de inrichting van een weg of vaarweg komt heel wat kijken. Wat is de ideale vorm? Hoe wordt de weg op een veilige manier ingedeeld in stroken? Zijn spitsstroken nodig? Welk type asfalt is duurzaam en geluidsarm? Hoe houden we borden en belijning uniform zodat het geen ratjetoe wordt voor de weggebruiker? Welke verlichting pas ik toe? De afdeling Ontwerp en Inrichting Netwerken heeft de kennis in huis om RWS’ers en beleidsambtenaren te adviseren over dit soort zaken. Met als doel: robuuste netwerken waarop gebruikers vlot en veilig kunnen rijden of varen.
Uitleg en advies Stel dat een regionale dienst een stuk weg wil laten asfalteren door een aannemer. Dan informeert de dienst bij DVS welk type asfalt het meest geschikt is en hoe dat kan worden gespecificeerd. Dan vertellen wij, als afdeling Ontwerp en Inrichting Netwerken, dat men moet letten op zaken zoals levensduur, stroefheid en geluidwerendheid. Ook geven we advies over het grotere plaatje. Asfalteren is onderhoudswerk en dat betekent hinder voor de weggebruiker en wellicht ook voor de omgeving. Alle belangen moeten worden meegewogen. De verzamelde kennis kan worden verwerkt in het bestek voor de aannemer. Vragen over standaardcontractteksten? Dan kunt u bij ons aankloppen voor uitleg en advies.
20
Ambities Als nieuwe afdeling hebben we ambities. We willen iedereen binnen RWS die onze kennis kan gebruiken, actief gaan benaderen. Dat wil zeggen: niet alleen ingaan op vragen van RWS’ers die, bijvoorbeeld, bezig zijn met de uitvoering van projecten, maar ook eerder en vaker met hen om tafel gaan en praktische ondersteuning bieden. Wij denken aan een deskundige ‘aan huis’ die meedenkt vanaf het allereerste concept, advies geeft tijdens het project en helpt met het oplossen van knelpunten. In de toekomst willen wij ook achteraf toetsen of projecten volgens de landelijke richtlijnen zijn uitgevoerd.
Albert Manenschijn, hoofd afdeling Ontwerp en Inrichting Netwerken ‘De afdeling heeft veel kennis in huis over ontwerp en inrichting van wegen en vaarwegen. De deskundigen fungeren als vraagbaak en adviseur voor RWS’ers die actief zijn op dit terrein. Zij helpen knelpunten in een ontwerp oplossen, leveren met de afdeling Inkoopmanagement grond-, weg- en waterbouw (IMG) standaardteksten voor innovatieve contracten, en zorgen voor de onderbouwing van landelijke richtlijnen. Het is de bedoeling dat onze kennis niet blijft zitten waar die zit, maar doordringt tot in de haarvaten van de organisatie.’
Het adviesbureau als inhoudelijk partner Peter van de Mede, directeur Goudappel Coffeng, Adviseurs Verkeer en Vervoer ‘Ik ben benieuwd naar hoe de Dienst Verkeer en Scheepvaart zijn rol van makelaar in verkeerskennis gaat invullen. Als extern adviseur werken we al jaren voor Rijkswaterstaat, met de voormalige Adviesdienst Verkeer en Vervoer als grootste klant. We hebben substantieel onderzoek verricht ten bate van een betere doorstroming van verkeer op de snelweg – ‘gebiedsbericht benutten’ in het bijzonder. Het is dan ook goed om te merken dat de samenwerking tussen de nationale wegbeheerders en de provinciale en gemeentelijke overheden zienderogen is verbeterd. Het inzicht dat je in het geval van een capaciteitstekort prioriteiten moet stellen, werpt in het huidige verkeersmanagement zijn vruchten af. In onze bijdragen zijn we soms te weinig betrokken bij de context en de opdrachtformulering, doorgaans omdat het overkoepelende projectplan al helemaal is dichtgetimmerd. Zo blijft er voor ons weinig ruimte over om extra deskundigheid in te brengen en alternatieven te overwegen. Nu de DVS als kennismakelaar meer een spilfunctie in de regio ambieert, en daar ook veel tijd doorbrengt, lijkt het me dat de relatie met kennisinstituten en adviesbureaus intensiever, meer inhoudelijk én minder hiërarchisch kan worden. Laten we elkaar voortaan niet meer als traditioneel opdrachtgever en -nemer bejegenen, maar als partners verkeers- en vervoerskwesties gezamenlijk te lijf gaan.’
VERKEERSSYSTEMEN
Afstemmen en vooruitkijken De hoofdwegen en -vaarwegen worden steeds intensiever gebruikt. Verkeerssystemen zijn een belangrijk instrument om het verkeer zo vlot en veilig mogelijk te laten doorstromen. De afdeling verkeerssystemen zorgt ervoor dat die droge en natte systemen optimaal functioneren, uniform zijn en slim worden ingezet. Naast droog ook nat Als afdeling zorgen wij voor het optimaal functioneren van de verkeerssystemen. Dat zijn hoofdzakelijk systemen voor het ‘droge’, maar er komen steeds meer ‘natte systemen’ bij. Een voorbeeld is IVS-90, een systeem waarmee schepen op de Nederlandse wateren kunnen worden gevolgd. In ontwikkeling is het Digitaal Journaal voor schippers waarin zij – zoals vroeger in het logboek – registreren wat hun opvalt onderweg. Dit kan zeer nuttig zijn bij calamiteiten en stremmingen. Oog voor gebruik en gebruikers Voorheen was er altijd veel aandacht voor de technische aspecten van systemen. We gaan sterker de nadruk leggen op het gebruik ervan. De regionale diensten van Rijkswaterstaat en de leveranciers worden hierbij nauw betrokken. We investeren in het opleiden van medewerkers zodat zij systemen goed leren gebruiken en configureren. Ons testcentrum in Delft en de fysieke testsite langs de A12, bij Harmelen, spelen hierbij een belangrijke rol.
24
Via Edulab – een samenwerking met de TU Delft, gevestigd in het Delftse testcentrum – stellen wij onze kennis en gegevens ook beschikbaar aan studenten voor onderzoek en educatie. Met het oog op de toekomst Toekomstige ontwikkelingen houden we scherp in de gaten. Naast lopende acties voor het project Verkeerscentrale van Morgen verbeteren we het bestaande instrumentarium in de verkeerscentrales en anticiperen daarmee op de ontwikkelingen van de komende twee jaar. Parallel denken we na over hoe de centrale van de toekomst eruit moet zien. We onderzoeken welke maatregelen nodig en mogelijk zijn in het kader van ‘Anders betalen voor mobiliteit’. En samen met andere wegbeheerders zorgen we ervoor dat via het Nationaal Data Warehouse betrouwbare verkeersgegevens centraal beschikbaar komen voor verkeersmanagement.
Andrina Simons, hoofd afdeling Verkeerssystemen ‘De uitvoering van verkeersmanagement rust voor een groot deel op de inzet van dynamische maatregelen en daarmee op verkeerssystemen. Dynamisch verkeersmanagement kan beter functioneren als de verkeerssystemen de verkeersmanagementprocessen optimaal uitvoeren ofwel ondersteunen. Dat betekent dat we goede afspraken moeten maken over de systemen die we gebruiken en de manier waarop we dat doen. Het afkruisen van rijstroken, bijvoorbeeld, moet in elke regio op een zelfde wijze, eenvoudig en veilig kunnen worden uitgevoerd. Het gaat er uiteindelijk om dat de mensen op de weg of op de vaarweg op een eenduidige, heldere manier worden geïnformeerd en geïnstrueerd.’
Wordt vervolgd Serge Hoogendoorn, hoogleraar Verkeersstroomtheorie en -simulatie aan de TU Delft ‘We voeren al jaren opdrachten uit voor AVV en hebben flink wat samenwerkingsverbanden gesmeed. Zo zijn wij in 2003, samen met AVV, gestart met de ontwikkeling van een meetsysteem waarmee het mogelijk is – met behulp van een helikopter die hangt boven de weg – om zeer gedetailleerde verkeersgegevens binnen te halen en uit te lezen. Het systeem is bedoeld om beter inzicht te krijgen in rijgedrag – wat gebeurt er bijvoorbeeld als iemand plotsklaps remt? Hoe rijden mensen ter hoogte van een incident? – en verkeersmaatregelen hierop af te stemmen. De ingewonnen gegevens worden gebruikt om verkeerssimulatiemodellen te verbeteren. We werken met DVS nog steeds aan de verfijning van het systeem met als gezamenlijk einddoel: grotere veiligheid op de weg. Ook de samenwerking binnen ITS-Edulab willen we verder uitbouwen. Studenten en promovendi van onze universiteit kunnen gebruik maken van de faciliteiten van het Delftse Testcentum voor verkeerssystemen. DVS kan direct zijn voordeel doen met de uitkomsten van het verrichte onderzoek. Dat is win-win. We tasten bovendien de mogelijkheden af voor samenwerking op een hoger strategisch niveau tussen DVS en de TU Delft. Wordt dus vervolgd.’
INPASSING NETWERKEN
Partner in planvorming Aanleg van infrastructuur vergt een grondige voorbereiding. Elke stukje weg heeft een voorgeschiedenis van verkenning en planvorming. Wat zijn de gevolgen voor de omgeving? Voor de luchtkwaliteit, de leefbaarheid, voor natuur en milieu? Hoeveel geluid is acceptabel? De afdeling Inpassing Netwerken verzamelt en gebruikt specialistische kennis om vragen als deze te beantwoorden. Collega’s van Rijkswaterstaat krijgen tijdige ondersteuning en advies over het op een aantrekkelijke en verantwoorde manier inpassen van wegen in de omgeving. Wat? Het inbedden van infrastructuur gaat gepaard met verkenningen en planstudies. Wij kijken en denken mee met de regionale diensten van Rijkswaterstaat, die het beheer van de netwerken in handen hebben. Maar bijvoorbeeld ook met de Staf DG van Rijkswaterstaat of het DG Personenvervoer van het ministerie van Verkeer en Waterstaat, als adviseur over beleid en regelgeving nationaal en internationaal. We anticiperen op knelpunten of zwakke plekken in procedures. We leggen de vinger op inhoudelijke tekortkomingen. We analyseren, vullen aan en verbeteren. Dat willen we op een proactieve manier doen door elke regionale dienst regelmatig te bezoeken. En we doen het bijtijds, aan het begin van de planprocedure. Alleen dan kunnen we ervoor zorgen dat zogenaamde voortoetsing van milieu-effect-rapportages niet voor verrassingen zorgt en dat plannen niet stranden bij de Raad van State.
28
Hoe? Allereerst beschikken we hier in huis over de nodige deskundigheid. Deze afdeling bestaat merendeels uit hoog opgeleide specialisten: van experts op het gebied van landschap, cultuurhistorie, natuur, geluid, bodem, luchtkwaliteit, klimaatontwikkeling, tot experts op het gebied van de Tracéwet en milieuregelgeving. Daarnaast fungeert DVS als knooppunt van kennis. Wij verzamelen relevant onderzoek en zetten onderzoeksvragen uit. Vervolgens maken we de resultaten toepasbaar. Door ook veel in de regio aanwezig te zijn, helpen we onze collega’s met advies en kennis om zo de netwerken efficiënt en duurzaam te beheren. Ons belangrijkste product? Meerwaarde.
Harry Buursen, hoofd afdeling Inpassing Netwerken ‘Regels en normen vormen een vanzelfsprekend onderdeel van het werk van Rijkswaterstaat. Hoe je bermen op een ecologisch verantwoorde wijze onderhoudt. Aan welke eisen een ZOABwegdek moet voldoen. Aanleg en onderhoud van wegen gaan gepaard met tientallen vragen. De afdeling Inpassing Netwerken schuift aan bij de beheerders om samen te komen tot onderbouwde antwoorden.’
Nationale Mobiliteitsmonitor: DVS als bron én schakel Robert Hijman, DG Personenvervoer, ministerie van Verkeer en Waterstaat ‘De Nota Mobiliteit blikt vooruit naar 2020. Om beleid en uitvoering tijdig te kunnen bijsturen maken we jaarlijks de Nationale Mobiliteitsmonitor. Deze monitor brengt in beeld hoe ver de gezamenlijke overheden zijn met maatregelen en in hoeverre ze effect hebben. Ik vraag DVS om deze samen te stellen. Dit brengt de nodige analyses met zich mee. Onderliggende informatie is deels bij DVS aanwezig, deels halen ze die ergens anders vandaan. Neem een onderwerp als regionale bereikbaarheid. Verkeer en Waterstaat gaat niet over het provinciale en gemeentelijke wegennet, dus vervult DVS een schakelfunctie en verwerkt in feite de informatie van andere partijen. Die functie vervult de dienst uitstekend en, wanneer DVS zicht blijft oriënteren op meer dan alleen Rijkswaterstaat, zie ik de ontwikkeling van die rol met vertrouwen tegemoet. De intentie om als kennisdienst voeling te houden met wat er speelt bij de andere diensten door elke week een deel van de tijd in de regio door te brengen, spreekt me erg aan. Meer in gezamenlijkheid werken geldt wat mij betreft ook voor de relatie tussen DVS en een beleidsdirectie zoals DGP. Ik zou het prima vinden als de projectleider van de Mobiliteitsmonitor hier twee dagen per week meedraait. Hoe dichter bij het vuur, hoe beter hij een brug kan slaan tussen kenniswereld en politiek.’
MODELLEN EN VERKENNINGEN
Vraagbaak voor visies en prognoses De mensen van de afdeling Modellen en Verkenningen zitten in het kraaiennest van Rijkswaterstaat. Ze signaleren nieuwe ontwikkelingen en geven aan wat het effect daarvan is op de organisatie. Dat betekent ogen en oren open houden, maar ook instrumenten ontwikkelen waarmee RWS betrouwbare voorspellingen kan doen en goede afwegingen kan maken – ook economische. De afdeling maakt kaders en klimt regelmatig naar beneden om klanten te ondersteunen met ‘advies aan tafel’. Uitdagingen De onderbouwing van de Nota Mobiliteit is grotendeels gebaseerd op resultaten van het Landelijk Modelsysteem. Het LMS en de NRM’s, bedoeld voor regionale verkeersprognoses, zijn veelgevraagde producten van de afdeling Modellen en Verkenningen. Met onze kennis van verkeersprognoses en economische afwegingen dragen we bij aan een goed planproces in de regio. Binnen heel RWS moeten we op een uniforme manier gaan werken, dus ook met dezelfde kaders en modellen. Wij willen er in eerste instantie voor zorgen dat de instrumenten die onze afdeling levert goed toepasbaar zijn, heel praktisch en RWS’ers helpen om efficiënter te werken. Onze expertise wordt vaak ingezet bij aanlegprojecten – bruggen, sluizen, viaducten, stukken snelweg – om te beoordelen of de kosten in verhouding staan tot de baten, ofwel: het effect. En om investeringen voor beheer en onderhoud te beoordelen.’
32
Kosten-batenanalyse We coördineren de inbreng van expertise van DVS voor ‘Anders betalen voor mobiliteit’, waarbij de weggebruiker gaat betalen naar gereden kilometer. Bepalend voor het kilometertarief zijn zaken als tijdstip en plaats van het rijden en voertuigkenmerken. We zorgen ervoor dat kennis van andere afdelingen tijdig wordt ingebracht, bijvoorbeeld kennis over systemen voor Anders Betalen voor Mobiliteit. Tot slot houden we ons bezig met langetermijnverkenningen voor Rijkswaterstaat. We houden scherp in de gaten welke ontwikkelingen zich aandienen op het nationale en internationale vlak en wat de gevolgen daarvan zijn voor de organisatie. Dat kunnen ontwikkelingen zijn op het gebied van EU-wetgeving, maar ook in de verkeersen vervoerswereld. Zo zetten we momenteel ontwikkelingen op een rij voor de nieuwe visie op het hoofdvaarwegennet.
Floortje Hanneman, hoofd afdeling Modellen en Verkenningen ‘De afdeling maakt veelgevraagde modellen zoals het Landelijk Model Systeem (LMS) en het Nieuw Regionaal Model (NRM). We gebruiken ze om verkeersprognoses te maken voor de middellange en de lange termijn – voor onze klanten in de regio, voor beleidsdirecties en voor de Inspectie Verkeer en waterstaat.’
Meer ruimte in de relatie publiek-privaat Rudolf Mulder, directeur unit Verkeer, DHV ‘Het verkeersbureau van DHV is al jaren lang een vaste opdrachtnemer van Rijkswaterstaat. Onze dienstverlening omvat veiligheid, mobiliteit, verkeersmanagement, modellering en systemen. Wat ik waardeer is dat er langzaam maar zeker ruimte ontstaat in de relatie voor een kennispartner als DHV om bepaalde processen te helpen verbeteren. Ik doel dan bijvoorbeeld op de omgang met de resultaten van modelstudies. Het gaat er niet alleen om effecten van beleid en maatregelen in beeld te brengen, het gaat er ook om resultaten te interpreteren en in een brede ruimtelijke context te bezien. We zijn er in Nederland nog niet in geslaagd om het proces van aanleg en beheer van het wegennet te vervlechten met planprocedures. Een manco waardoor vertraging en extra werk ontstaan. Kunnen we daar echt niet uitkomen? Ik gebruikte eerder bewust het woord ‘kennispartner’ omdat de DVS zegt instellingen en marktpartijen als kennispartners te beschouwen. En dat verheugt me zeer. Naar mijn mening betekent dit dat wij meer adviserend kunnen optreden, meer kennis en praktijkervaringen die wij bijvoorbeeld in het buitenland opdoen, bij Rijkswaterstaat kunnen inbrengen. Zo kunnen we naar een manier van werken toegroeien die ook in Angelsaksische landen tot prima resultaten leidt: publiek-private samenwerking tussen partners die elkaar aanvullen.’
HoofdingenieurDirecteur Bureau HID
directie Netwerken
directie Mobiliteit
Accountmanagement
Kennismanagement
directie Bedrijfsvoering
Afdelingen Netwerkplanning
Veiligheid
Inkoopondersteuning
Assetmanagement
Verkeersmanagement Hoofdwegennet
Bedrijfsvoeringsdiensten
Ontwerp en inrichting netwerken
Verkeersmanagement Hoofdvaarwegennet
Human Resources Management
Verkeerssystemen
Innovatie en implementatie
Control en toezicht
Inpassing netwerken
Gebruikers Verkeer en Vervoer DVS biedt onderdak aan het KpVV
Modellen en verkenningen
36
Kennisplatvorm Verkeer en Vervoer
directie Mobiliteit DVS Om het verkeer op hoofdwegen en hoofdvaarwegen zo veilig en efficiënt mogelijk af te wikkelen, ontwikkelt de directie Mobiliteit kennis, toepassingen en advies voor uniform verkeersmanagement, voor een integrale toepassing van veiligheidsaspecten en gebruikerswensen in verkeers- en vervoersbeleid. In nauw overleg met regionale diensten verzamelt en analyseert de directie kennis, geeft strategische en praktische adviezen en brengt nuttige innovaties binnen Rijkswaterstaat tot stand.
KENNISMANAGEMENT
Kennis geoptimaliseerd Als er kennis door de aderen van de Dienst Verkeer en Scheepvaart stroomt, dan is Kennismanagement het pompend hart. Kennismanagement als vanzelfsprekend onderdeel van het dagelijks werk, dát is de ambitie. Medewerkers zullen zich meer en meer als zelfstandige kennisnetwerkers opstellen. Met het hoger onderwijs en de grote technologische instituten worden hechte banden gesmeed. Resultaat: een dynamische dienst die op haar vakgebieden een autoriteit is van (inter)nationale allure. Intern Om collega’s, partners en ‘klanten’ als inhoudelijk partner tegemoet te treden, is het nodig om de kennis in huis te hebben voor de huidige en toekomstige vragen van RWS. We gaan dit doen door kennisplannen onderdeel te maken van het dagelijks werk. Door het in gesprekken tussen medewerker en leidinggevende uitdrukkelijk te hebben over kenniscompetenties. Door een dialoog tussen medewerkers te stimuleren die tot een meer ‘kennisbewuste’ houding leidt. Extern Met onze kennispartners maken we structurele afspraken. Want hoewel we zelf op een vijftal strategische gebieden over zeer specifieke deskundigheid beschikken – onder meer in de vorm van vijf topadviseurs – is het niet ons doel om alles zelf te weten. Met het oog op structurele samenwerking met het hoger onderwijs en de grote technologische instituten organiseren we in 2008 en 2010 werkconferenties die resulteren in een programmatische aanpak. Wat verwacht men van ons en vice versa? Hoe delen we kennis?
38
In feite komen we tot koepelovereenkomsten voor de langere termijn, die het onze partners mogelijk maken zelf te investeren in de ontwikkeling van kennis. Kennis waar RWS baat bij heeft en die op deze wijze geborgd wordt. Een sprong voorwaarts als je bedenkt dat we in het verleden vooral met ‘losse’ contracten hebben gewerkt. Zo werken we dus doelmatiger aan kennisontwikkeling én we profileren ons nadrukkelijk als toonaangevende organisatie in een (inter)nationaal kennisnetwerk.
Ruud Smit, hoofd Kennismanagement ‘Of het nu gaat om verkeersgeleiding, veiligheid of de toepassing van innovatieve technologie: om onze relaties van RWS, beleidsdirectie en inspectie actief en adequaat te kunnen ondersteunen is doordacht en doelgericht kennisbeheer voor DVS van doorslaggevende betekenis.’
Structurele samenwerking met TNO Arie Bleijenberg, Manager van de Business Unit Mobiliteit en Logistiek, TNO ‘Dat twee organisaties die beide met overheidsgeld werken, besluiten om intensiever samen te werken, is alleen maar toe te juichen. Het is prettig om te zien dat deze nieuwe dienst een uitgesproken profiel heeft: een ondersteunende en sturende rol in de uitvoeringstaken van Rijkswaterstaat op basis van een weloverwogen verdeling tussen ‘eigen’ kennis die DVS zelf in huis moet hebben en samenwerking met andere instituten als het onze. Concreet betekent deze verklaring voor ons dat we de resultaten van ons werk meer structureel delen met de overheid. Maar ook dat we kunnen bouwen op langetermijnafspraken, bijvoorbeeld door continuïteit in onze onderzoeksprogrammering aan te brengen. Op welke vlakken we samen optrekken? Er zijn zeven thema’s benoemd. Op technisch gebied, bijvoorbeeld, zullen wij DVS onder meer voorzien van kennis van video-based monitoring en intelligente voertuigen. Incidentmanagement is een ander onderwerp van samenwerking. Maar we zullen in onze simulatoren bijvoorbeeld ook rijgedrag van bestuurders gaan onderzoeken op aspecten die door DVS worden ingebracht. Verder is het zo dat beide organisaties over verkeer- en vervoermodellen beschikken; dat vraagt om nadere afstemming. Wanneer DVS, in ieder geval tijdelijk, bij ons aan de overkant wordt gehuisvest, lijkt dat me de ideale gelegenheid om van onze intenties werk te maken. Letterlijk.’
VEILIGHEID
Veilig beheer, veilig verkeer Veiligheid is een breed begrip. De afdeling Veiligheid zet zich op verschillende fronten in om aanleg, onderhoud en gebruik van de Nederlandse (vaar)wegen zo veilig mogelijk te laten verlopen. Door informatie te verzamelen, bijvoorbeeld over incidenten en hier lessen uit te trekken. Door het gedrag van weggebruikers te bestuderen en te adviseren over educatieve maatregelen. Door te onderzoeken en aan te geven hoe technologie kan worden ingezet ter verhoging van de veiligheid. Maar ook door de Rijkswaterstaat zelf veiliger te laten werken. Veelzijdig advies en gerichte ondersteuning is wat de afdeling Veiligheid voorstaat. Veiligheidscultuur Binnen de afdeling wordt gewerkt aan verschillende thema’s. Zo werken we structureel aan externe veiligheid, gedrag van weggebruikers, de rol van technologie in het veilig maken van verkeer en vervoer, het verzamelen en beheren van relevante basisinformatie, nautische veiligheid en veiligheidsmanagement. Onder die laatste noemer verstaan we het zo veilig mogelijk uitvoeren van ons eigen werk. Door richtlijnen te ontwikkelen samen met de Bouwdienst en deze binnen Rijkswaterstaat uit te dragen, willen we ongelukken met eigen personeel en mensen die in opdracht van ons werken zoveel mogelijk voorkomen.
42
Raakvlak Behalve op beleid en inspectie richten we ons, steeds meer, op de regionale diensten van Rijkswaterstaat. Met hen willen we zoveel mogelijk optrekken: dicht op de huid van de directe behoefte aan kennis, advies of andersoortige expertise. Laten we vooral in overleg met elkaar zoeken naar verbeteringen, dat werkt het beste. Met de Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid (SWOV) wisselen we voortdurend informatie uit. Ook stemmen we de onderzoeksprogrammering op elkaar af. We maken veiligheidskennis toepasbaar voor Rijkswaterstaat, beleid en inspectie: daarmee kunnen we veel bijdragen aan de verbetering van de veiligheid in Nederland.
Yvonne Need, hoofd afdeling Veiligheid ‘Scheikundigen, psychologen, informatici, de afdeling Veiligheid is een bundeling van diverse disciplines. Geen wonder dat collega’s vanuit heel Verkeer en Waterstaat hier terecht kunnen voor een keur aan producten: van advies over maatregelen tegen bumperklevers tot en met een analyse van een recente kettingbotsing.’
Evaluatie 2+1 (N50): aanmoediging tot meer betrokkenheid Kees Vogelaar, technisch manager Dienst Oost-Nederland, Rijkswaterstaat ‘Eind 2006 zijn werkzaamheden aan de N50 afgerond. Het gaat om een verbreding van de tweebaansweg met een extra rijstrook die afwisselend voor beide rijrichtingen beschikbaar is, een zogenaamde 2+1-weg. Dit met het oog op meer veiligheid en meer comfort (je kunt nu inhalen). Het project hield in dat de weg ongeveer zes weken lang afgesloten is geweest voor alle weggebruikers. Het ontwerp, de werkzaamheden en de aanpak van het project zijn onderwerp van een evaluatie waaraan DVS een substantiële bijdrage levert. Die bestaat onder meer uit toetsing van het wegontwerp aan de hand van beeldmateriaal: met camera’s is het gedrag van weggebruikers in beeld gebracht, ook is tijdens spitsuren vanuit de lucht gefilmd. DVS analyseert dit materiaal en legt het naast de resultaten van de toetsing van het ontwerp in een verkeersmodel. Zo krijg je een goede vergelijking tussen theorie en praktijk. Ook een externe rapportage, met daarin interviews met weggebruikers, wordt door DVS getoetst en gebruikt om verkeerskundig advies te leveren over het project, maar ook over mogelijke verbeteringen in het wegontwerp of verkeersmanagement. Als vaste deelnemer aan ons projectteam speelt DVS een substantiële rol als praktisch adviseur voor primaire projecten. Dat de dienst van plan is intensiever in de regio mee te draaien, moedig ik daarom aan. Gezien het pakket van extra maatregelen voor de N50 dat uit de evaluatie volgt, heb ik graag een DVS-deskundige in de buurt.’
VERKEERSMANAGEMENT HOOFDWEGENNET
Regie in veelzijdigheid BermDRIPS, incidentmanagement, proefprojecten met dynamische maximum snelheden en regionale bereikbaarheidsstudies: dagelijkse kost voor de afdeling Verkeersmanagement Hoofdwegennet. Kort gezegd helpt onze afdeling de regionale diensten van Rijkswaterstaat de verkeersstromen te geleiden en te sturen. Belangrijk aspect van deze meervoudige taak is het informeren van weggebruikers voor en tijdens de reis. Ook brengt de afdeling in kaart hoe maatschappelijke en technologische ontwikkelingen het verkeersmanagement van de toekomst vormen. Als vraagbaak voor én inhoudelijk partner van zowel de regionale diensten, verkeerscentrales als beleidsmakers fungeert de afdeling als regisseur voor nationaal verkeersmanagement. Eenheid Handen en voeten geven aan de Nota Mobiliteit. Dat doen we door collega’s terzijde te staan met praktijkoplossingen voor actuele vraagstukken en een doortimmerde visie op de toekomst. Maar ook door kaders te stellen en eenheid te scheppen in de multidisciplinaire wereld van het verkeersmanagement. Want ons werkveld is veelzijdig. Het gedrag van weggebruikers, reis-routeinformatie, incident management, in-car voorzieningen, dynamische verkeersmodellen, monitoring van verkeer en effecten en evaluaties: het hoort er allemaal bij. Kijk De dagelijkse praktijk – wat er op de weg gebeurt en welke vraagstukken dat met zich meebrengt – is onze voedingsbodem. Tegelijkertijd houden we scherp in de gaten wat de toekomst brengt. Wij weten, dankzij onderzoek, analyse, metingen en modelberekeningen, welke koers we moeten varen.
46
Door veel tijd door te brengen in de regio zijn we echt in staat de operationele kant van verkeersmanagement te combineren met een overkoepelende kijk op de ontwikkeling van datzelfde verkeersmanagement. Nut We ondersteunen de regionale diensten en de verkeerscentrales met raad en daad. Met ideeën en adviezen, met slimme én uitvoerbare maatregelen. Daarbij gaat het er niet uitsluitend om te zorgen voor doorstroming en betrouwbaarheid. We moeten ons ervan vergewissen dat het gewenste effect wordt bereikt en dat we het maatschappelijk nut van onze plannen en producten kunnen aantonen. Des te belangrijker om een uniform monitoring- en evaluatieprogramma op te stellen en uit te voeren. Zodat we als overheid de weggebruiker kunnen uitleggen wat wel werkt en wat niet.
Arjen Reijneveld, hoofd afdeling Verkeersmanagement Hoofdwegennet ‘Wat betekent het voor verkeersmanagers dat elke automobilist op termijn over een eigen navigatiesysteem beschikt? Hoe kunnen verschillen in werkwijze van wegbeheerders worden omgezet in een uniforme aanpak? Twee zeer uiteenlopende vragen die kenmerkend zijn voor de taken van de afdeling Verkeersmanagement Hoofdwegennet.’
Intensievere samenwerking met de regio Bernard Mobach, hoofd afdeling Advies Verkeer en Wegen, Dienst Zuid-Holland, Rijkswaterstaat ‘Advies leveren op het gebied van verkeer en vervoer en samenwerken met de regio. Dat is wat de Adviesdienst Verkeer en Vervoer voor ons deed en dat is wat wij van de nieuwe dienst verwachten – maar dan net iets beter. Als aanspreekpunt voor Zuid-Holland op het gebied van verkeer en wegen hoop ik dat DVS de weg naar de regio vaker weet te vinden. De eerste stappen zijn gezet. DVS heeft ons gevraagd om mee te denken over de inrichting van de nieuwe dienst en men heeft geluisterd naar onze input. Hierdoor krijgen we nu vaker advies aan tafel. We hebben bijvoorbeeld een DVS’er over de vloer die ons helpt bij het opstellen van een verkeersmanagementvisie. Een ander assisteert ons bij de planstudie voor het beruchte A4-traject DelftSchiedam. Intensievere samenwerking tussen de ‘studiedienst’ en de ‘jongens van het asfalt en de klei’ is noodzaak. Wie hieraan twijfelt, denkt aan het besluit van de Raad van State waarmee een streep is gezet door de geplande verbreding van de A4 bij Leiden. Reden? Men vond de gebruikte landelijke modellen niet geschikt voor regionale toepassing. RWS mag het huiswerk nu overdoen. Dit soort buikpijn kunnen we voorkomen als we de schouders er samen onder zetten. Daarbij mag de landelijke dienst sterk kaderstellend zijn, zodat wij – waar mogelijk – werken volgens dezelfde standaards.’
VERKEERSMANAGEMENT SCHEEPVAART
Anticiperen en aansluiten Om al het verkeer over zee, in havens, op rivieren, kanalen en andere hoofdvaarwegen in goede banen te leiden is adequaat verkeersmanagement essentieel. In de eerste plaats is dat een kwestie van verkeersgeleiding, zodat vaarwegen ten volle kunnen worden benut. Een uitgekiende bediening van sluizen en bruggen is eveneens nodig voor de doorstroming van scheepvaart. Maar verkeersmanagement is meer. Met incidentmanagement worden risico’s op en gevolgen van ongelukken tot een minimum beperkt. En zonder hoogwaardige informatievoorziening – tussen wal en schip, en tussen schepen onderling – is verkeersmanagement niet goed mogelijk. Op al deze terreinen heeft de afdeling Verkeersmanagement Scheepvaart toepasbare expertise. Vragen stellen Zoveel dingen moeten kloppen, zoveel schakels moeten op elkaar aansluiten om te kunnen vertrouwen op een veilig en robuust gebruik van de vaarwegen. Verkeersmanagement is een taak die 24 uur per dag aandacht vraagt. Waar de beheerders zich concentreren op uitvoering van die taak, richten wij ons op onderliggende vragen. Anticiperen we voldoende op tendensen, zoals een toename van het goederenvervoer over water? Sluiten de werkzaamheden van de diverse beheerders voldoende op elkaar aan? Welke standaarden, welke kaders heeft Rijkswaterstaat nodig? Maken we slim gebruik van nieuwe technologie? Voortdurend vragen wij ons af: Doen we het goed? Kan het beter? Dialogen voeren We beschikken over deskundigen op tal van onderwerpen. We hebben toepasbare instrumenten, zoals simulatiemodellen.
50
We maken deel uit van een internationaal speelveld van kennisleveranciers. Zo kunnen we Rijkswaterstaat voeden met ter zake doende adviezen en informatie. Dat gebeurt in directe dialoog met andere diensten, het ScheepvaartVerkeersCentrum, Inspectie Verkeer en Waterstaat en de beleidsdirecties. Het motto daarbij: wij anticiperen én sluiten aan op de praktijk. Dat bereiken we niet door op afstand een bestek te gaan zitten bestuderen. Wél door samen met de projectleider functionele eisen op te stellen, waarbij we zoveel mogelijk gebruik maken van standaarden. We werken bij voorkeur schouder aan schouder, zodat we zelf zien wat er speelt. Tegelijkertijd houden wij het overzicht en weten dus als geen ander hoe ervaringen ter plekke passen in een groter verband. En, o ja, als er geen dik rapport nodig is, dan maken we zeker geen dik rapport. We gaan uit van: snel, kundig en bruikbaar.
Pieter van Ginneken, hoofd afdeling Verkeersmanagement Scheepvaart ‘Een optimale verkeersafwikkeling op het water is voor Nederland van groot belang. Een veilige en betrouwbare vaarweginfrastructuur ligt hier vanzelfsprekend aan ten grondslag. Hoe een optimaal functionerend vaarwegennet eruit ziet, is de vraag die Pieter van Ginneken en zijn afdeling zich telkens weer stellen.’
Nog inniger relatie Cor Venema, kwartiermaker Scheepvaartverkeerscentrum Rijkswaterstaat ‘Binnen het project ‘Betrouwbaar op de vaarweg’ werkte ik al twee jaar nauw samen met deskundigen van AVV en DWW. Doel was een stevige basis te leggen voor optimaal verkeersmanagement voor de scheepvaart en een betrouwbare en voorspelbare bereikbaarheid te garanderen van A naar B. Daarbij kwamen zaken aan de orde als incidentmanagement, ligplaatsenbeleid, informatieverstrekking aan gebruikers en corridormanagement. Ook hielden we ons bezig met de ontwikkeling van prestatieindicatoren, waarmee we ons eigen functioneren kunnen meten en uiteindelijk verbeteren. Wat binnen dit project in gang is gezet, krijgt nu handen en voeten binnen het nieuwe Scheepvaartverkeerscentrum RWS. Ik vermoed dat onze toch al innige relatie hier alleen maar inniger van zal worden. Naast de invulling van de aan hen toegewezen landelijke taken, zal DVS fungeren als belangrijke bron van informatie en deskundigheid voor ons. Aan een precieze taakverdeling tussen DVS en het Scheepvaartverkeerscentrum wordt nog gewerkt. Sleutel tot succes daarbij is samenwerking. We moeten niet elk op ons eigen terrein blijven zitten, maar de krachten zó bundelen dat de vaarweggebruiker daarvan de vruchten plukt: veilige vaart, vlotte doorstroming en goede informatiediensten.’
INNOVATIE EN IMPLEMENTATIE
Wisselwerking tussen recht en dwars Dat Rijkswaterstaat zinvolle vernieuwing onderschrijft, is geen nieuws. Het Ideeëncentrum, het Innovatie Test Centrum, een programma zoals Wegen naar de Toekomst en een project zoals Filevermindering op de korte termijn getuigen van de wil om anders te denken en te doen. Nieuw is dat de innovatieve impuls voortaan door één afdeling wordt gegeven. De DVS beschikt over een eigen expertisecentrum gericht op het verwezenlijken van nuttige innovaties. Anders, maar hoe? Wij zijn de partij bij wie je terecht kunt met de vraag: ‘We willen het anders doen, hoe pakken we dat aan?’. Op basis van een intake kijken we of de vraag in ons straatje past. Zo ja, dan bepalen we onze horizon: wat willen we bereiken, op welke termijn? Binnen dat kader is alles mogelijk. We beschikken over een reusachtig netwerk van aannemers en andere marktpartijen, onderwijs- en kennisinstellingen op wier specifieke deskundigheid en talenten we een beroep kunnen doen. Onze rol is om de juiste ingrediënten te verzamelen. Om te organiseren, aan te jagen en te sturen. Daartoe werken hier zowel kundige, klassieke projectleiders als dwarse denkers die langs de meer ongebaande paden hun doel bereiken.
54
Verrassing en verwondering We weten heel goed wat er binnen Verkeer en Waterstaat te koop is. Tegelijkertijd zijn onze antennes permanent naar buiten gericht. We houden relevante trends en ontwikkelingen voortdurend in de gaten en maken die ons eigen. In de wisselwerking tussen interne en externe oriëntatie ligt onze kracht. Cruciaal voor onze afdeling is immers dat we voor collega’s degene zijn die voor nieuwe inzichten zorgt, andere dan de geijkte perspectieven biedt. We willen al het goede behouden, maar zoeken altijd naar het gouden randje. Dit betekent ook dat we onszelf fris houden. Vandaar de benoeming van een parttime ‘gastdirigent’. Dat is iemand van buiten de Rijkswaterstaat die ons gedurende anderhalf jaar prikkelt met ideeën en inzichten. Iemand die zorgt voor verrassing en verwondering, zodat we ook onszelf blijven vernieuwen.
Guido Debeus, wnd. hoofd afdeling Innovatie en Implementatie ‘Of het nu gaat om technologische, procesmatige of organisatorische vernieuwing, mijn afdeling is van alle markten thuis. Mits de vraag in het verlengde ligt van ons werk – mobiliteit, leefbaarheid, klimaat of publieksgerichtheid – is mijn club de partner voor het ontwikkelen van een innovatieve aanpak. Van dwarse plannenmakerij tot en met een strak geregisseerd traject.’
Innovaties implementeren: een gezamenlijk belang Hans Ramler, directievoorzitter BAM Infraconsult bv ‘Dat de Dienst Verkeer en Scheepvaart een afdeling Innovatie en Implementatie heeft, beschouw ik als een belangrijk signaal. Vooral vanwege het woord Implementatie. Wij ondersteunen de ontwikkeling van innovaties in de GWW-sector van harte. Onder meer door zelf regelmatig mee te doen aan prijsvragen. Vorig jaar nog hebben we, in reactie op een prijsvraag van de DWW, een eenvoudige en goedkope toepassing gevonden om de verspreiding van opdwarrelend fijnstof naar naast de weg gelegen woonwijken tegen te gaan. Door calciumchloride, dat vocht aantrekt, op het wegdek te spuiten. Zoals er ’s winters zout wordt gestrooid, zo zouden ’s zomers, wanneer een grens wordt overschreden, dezelfde strooimachines kunnen worden gebruikt. Netwerk en apparatuur bestaan al. Mooi toch? DWW gaf toen aan vooral op implementatie te willen focussen, en ik hoop dat DVS dat ook zal doen. Rijkswaterstaat weet heel goed hoe je innovatief vermogen kunt stimuleren en organiseren. Waar het soms aan schort, en dat geldt voor overheid en bedrijfsleven gezamenlijk, is het vermogen om bruikbare vernieuwende toepassingen de wereld in te helpen. Maar, zoals gezegd, er zijn signalen die wijzen op meer vermogen. Zo is er een kersvers convenant tussen minister Eurlings en het bedrijfsleven, gericht op het in de markt zetten van innovaties. Zo is er een DVS die het belang van implementatie nadrukkelijk onderkent. Gezamenlijk belang lijkt me een uitstekend startpunt voor structureel innoveren.’
GEBRUIKERS VERKEER EN VERVOER
Primair publieksgericht Rijkswaterstaat heeft publieksgerichtheid hoog in het vaandel. Niet voor niets wordt gebruikers van de netwerken regelmatig hun mening gevraagd over tal van zaken. De taken van de afdeling Gebruikers Verkeer en Vervoer zijn: het beheren, uitdragen en (doen) toepassen van specifieke kennis van de behoeften van automobilisten, vrachtwagenchauffeurs, binnenschippers en alle andere (vaar)weggebruikers. Gebruikers Wie is volgens Rijkswaterstaat een gebruiker? Eigenlijk iedereen die aan het verkeer deelneemt. Van de plezierjachtbezitter tot de nadrukkelijke liefhebber van openbaar vervoer die af en toe de auto neemt. En wat wil een gebruiker? Wat zijn zijn motieven? Terwijl voor sommigen de ochtendspits kommer en kwel blijft, zijn er ook die van de gelegenheid gebruik maken om rustig wat telefoontjes en mailtjes af te handelen. Ofwel, gebruikers zijn er in alle soorten en maten. Hoe en in welke mate DVS aan hun wensen tegemoet kan komen: daar houden Jolanda Vis en haar team zich mee bezig. Beeldvorming Op basis van gebruikersonderzoeken en klantenpanels hebben we een goed beeld van wat er onder gebruikers leeft. Zo kan het zijn dat ‘ritsen’ niet aantoonbaar bijdraagt aan de doorstroming van verkeer. Maar blijkt wel dat de weggebruiker het als nuttig ervaart. Dan heeft ‘ritsen’ vanuit zijn optiek zeker zin. Soms volstaan heel simpele maatregelen om net dat extra beetje service te verlenen. Zo kan er behalve voor vaarweggebruikers ook voor weggebruikers een bord worden geplaatst met de openings58
tijden van de brug. Ook kun je bij wegwerkzaamheden alternatieven aanbieden om slim langs de file te reizen. Verder vraagt het goederenvervoer in de komende jaren extra aandacht, niet in de laatste plaats omdat de hoeveelheid vrachtverkeer op de weg fors zal blijven groeien. Afspraken Nu gaat het er ons niet om allerlei losse maatregelen te lanceren. Wij willen het ‘tegemoet komen van gebruikers’ een vanzelfsprekend onderdeel maken van het primaire proces van Rijkswaterstaat (het is je werk). Dit bereiken we langs verschillende wegen. Onder meer door gebruikersgerichtheid een expliciet en vast onderdeel te maken van onze interne afspraken en contracten. Maar ook door als DVS ideeën te opperen, concrete voorstellen te ontwikkelen en methoden aan te reiken. Door te vertellen en te laten zien hoe maatregelen kunnen werken. Door de theorie in praktische toepassingen te vertalen, bereiken we ons gezamenlijke doel: publieksgericht te werken.
Jolanda Vis, hoofd afdeling Gebruikers Verkeer en Vervoer ‘De bril van Rijkswaterstaat als netwerkmanager is niet vanzelfsprekend die van de weggebruiker. Als een van de twee rijstroken is afgezet maar achter de pylonen niemand valt te bekennen, is de conclusie snel getrokken: ‘Kijk, ze zijn niet eens aan het werk en ik sta in de file omdat er een stuk weg is afgesloten. Waar is dit goed voor?’. De beheerder weet dat asfalt eerst moet drogen, nu nog de weggebruiker. Kan Rijkswaterstaat zijn publiek beter bedienen? Absoluut.’
HoofdingenieurDirecteur Bureau HID
directie Netwerken
directie Mobiliteit
Accountmanagement
Kennismanagement
directie Bedrijfsvoering
Afdelingen Netwerkplanning
Veiligheid
Inkoopondersteuning
Assetmanagement
Verkeersmanagement Hoofdwegennet
Bedrijfsvoeringsdiensten
Ontwerp en inrichting netwerken
Verkeersmanagement Hoofdvaarwegennet
Human Resources Management
Verkeerssystemen
Innovatie en implementatie
Control en toezicht
Inpassing netwerken
Gebruikers Verkeer en Vervoer DVS biedt onderdak aan het KpVV
Modellen en verkenningen
60
Kennisplatvorm Verkeer en Vervoer
directie Bedrijfsvoering DVS DVS is een organisatie van en voor professionals. De directie Bedrijfsvoering van DVS is verantwoordelijk voor een efficiënte en effectieve ondersteuning van de mensen die werken aan complexe projecten voor verschillende opdrachtgevers. Dat doet zij door middel van adviseren, het stellen van kaders en het houden van toezicht vanuit een integrale benadering. Daarbij hanteert Bedrijfsvoering de invalshoeken inkoop, human resource management, financiën en project- en programmamanagement.
BEDRIJFSVOERING
Optimaal faciliteren van een organisatie van professionals Bij DVS werken mensen aan complexe projecten voor verschillende opdrachtgevers. De Directie Bedrijfsvoering is verantwoordelijk voor een efficiënte en doeltreffende ondersteuning van hen. Dat doet zij door middel van het adviseren, het stellen van kaders en het houden van toezicht vanuit een integrale benadering van de invalshoeken inkoop, HRM, financiën en project- en programmamanagement
62
v.l.n.r. Eric Vendel (Inkoopondersteuning), Maurice Derks (Bedrijfsvoeringsdiensten), Anne Ubbels (Human Resources Management) en Remco de Vos (Control en toezicht)
Managementcontract als startpunt Bedrijfsvoering regisseert alle activiteiten die leiden tot het managementcontract: van het scherp stellen van de vraag van het bestuur, de regionale diensten en de beleidsdirecties via het benoemen en specificeren van werkzaamheden en projecten en kiezen van thema’s voor organisatieverbetering en –vernieuwing tot aan het beheersmatig onderbouwen van het contract. Gedurende het jaar houden medewerkers van Bedrijfsvoering steeds de meest actuele stand van zaken met betrekking tot de werkzaamheden en projecten van DVS bij en doen voorstellen voor bijsturing of herprioritering. Door middel van integrale voortgangsrapportages verantwoorden zij de prestaties van DVS aan het bestuur en de beleidsdirecties. Actief ondersteunen De ambitie van Bedrijfsvoering is om haar kennis en kunde zoveel mogelijk vorm te geven en aan te bieden geïntegreerd als onderdeel van het primaire proces: de werkzaamheden en projecten. Zo helpen
medewerkers van inkoopondersteuning bij het formuleren van vragen aan marktpartijen, begeleiden zij (Europese) aanbestedingen, stellen zij inkooptools ter beschikking en dragen zij adequaat zorg voor contract- en leveranciersmanagement. Voor contracten met kennisorganisaties doen zij dit samen met de kennismanager. Medewerkers van bedrijfsvoeringsdiensten helpen de collega’s van de andere afdelingen bij het beheersen van hun projecten, of het nu gaat om tijdplanningen, budgetten, kwaliteits-, informatie- of organisatieaspecten. Ook dragen ze zorg voor het vertalen van alle werkzaamheden en projecten in de financiële en personele systemen. Control en toezicht vertaalt de inhoudelijke ambities van DVS in een begroting en projectbudgetten, stelt kaders op waarbinnen werkzaamheden en projecten dienen te worden uitgevoerd, voert audits uit en stelt periodiek verantwoordingen op. Human Resources Management stuurt actief op het personeelsbestand van DVS in kwantitatieve en kwalitatieve zin. 63
Zij bewaakt de uniformiteit van het personeelsbeleid en helpt medewerkers van DVS goed toe te rusten voor hun taak door bijvoorbeeld het (laten) ontwikkelen en aanbieden van op maat gesneden opleidingen en trainingen. Motor achter organisatieverbetering en -vernieuwing Bedrijfsvoering is de spin in het web van DVS. Zij overziet de veranderingen in de omgeving, of het nu gaat om dienstonderdelen van Rijkswaterstaat of de markt. Zij zorgt, samen met account- en kennismanagement, voor een adequate vertaling van de gevolgen van deze veranderingen naar de interne organisatie en stelt medewerkers in staat om hiervan te leren. De medewerkers van Bedrijfsvoering zijn gericht op het herkennen en beschikbaar stellen van ‘best practices’: daartoe werken ze nauw samen met collega’s in het land en halen ze kennis van buiten naar binnen. Tot slot werken Bedrijfsvoering en de Ondernemingsraad van DVS actief samen bij het verder professionaliseren van de organisatie.
64
Spil Medewerkers van DVS verlangen vanzelfsprekend een hoogwaardige ondersteuning van hun werk. Bedrijfsvoering fungeert als spil tussen hen en de dienstverlenende organisaties op het gebied van facilitaire voorzieningen en (kantoor)automatisering. Zo wil ze de corporate dienstonderdelen faciliteren bij het beantwoorden van de klantvraag en de medewerkers van DVS snel en doeltreffend voorzien van de door hen gewenste faciliteiten.
Erik Vendel, Maurice Derks, Anne Ubbels en Remco de Vos ‘DVS dient de komende jaren haar waarde te bewijzen. Daarbij wordt van ons terecht veel verwacht. Wij zijn immers als geen ander in staat om de rode draden binnen de organisatie te trekken; draden die ons niet alleen onderling maar ook met de buitenwereld op een efficiënte en doeltreffende wijze moeten verbinden. Daarbij willen we bovenal een lerende organisatie zijn, waarin professionals graag willen werken aan uitdagende en complexe projecten. Van ‘langs de zijlijn ondersteunen’ zullen we toe moeten groeien naar actieve ‘partners in business’.’
DVS/1207/DD/050-1
Rijkswaterstaat is de uitvoeringsorganisatie van het ministerie van Verkeer en Waterstaat die zorgt dat verkeer en water op de nationale netwerken kunnen stromen en die werkt aan droge voeten en voldoende en schoon water. www.rijkswaterstaat.nl