Waternet
Informatiebijeenkomst 'Verdeling vergunningen vaartuigen ˃14m periode 2020-2030' Locatie: Datum: Tijd:
Waternet, Korte Ouderkerkerdijk 7 12 januari 2016 19.30 - 21.05 uur
Aanwezigen Dagvoorzitter:
Martijn de Greve
Sprekers Waternet:
Robert Boot, Mark Companjen, Steven van Rossum
Overige aanwezigen:
Ongeveer 70 ondernemers, bewoners en andere belangstellenden
Notulist:
Martin Kuiper/Vi.a.Vi Office Management
1. Opening Martijn de Greve opent de bijeenkomst om 19.35 uur. Dit is de eerste informatiebijeenkomst over dit onderwerp. 2. Welkomstwoord door Steven van Rossum (programmadirecteur grachten van Waternet) Steven van Rossum is verantwoordelijk voor de uitvoering van de nota Varen van de gemeente Amsterdam. Een van de onderdelen van die nota is de uitgifte van nieuwe vergunningen voor boten groter dan 14m vanaf 2020. Het doel van deze informatieavond is informatie te bieden over het proces van inspraak op de opgestelde criteria voor de vergunningverlening. De inspraaktermijn sluit op 22 januari 2016. Alle schriftelijke inspraakreacties worden door Waternet verwerkt in een uiteindelijk voorstel. De resultaten zullen naar verwachting medio februari gepubliceerd worden. 3. Toelichting op inspraak Mark Companjen (Waternet) houdt een PowerPointpresentatie. Daarin komen onder andere de volgende punten aan de orde:
De gemeente Amsterdam wil met de nota Varen komen tot het beter benutten, beheren en beprijzen van de grachten. In het oude vergunningstelsel van vóór 2013 werden er geen nieuwe vergunningen beschikbaar gemaakt (volumebeleid). Bestaande vergunningen waren allemaal voor onbepaalde tijd afgegeven. Hoewel zichtbaar was dat veel mensen actief waren bij het vervoer van passagiers, was er toch nauwelijks ruimte voor nieuwe toetreders. Er was dus veel illegaal aanbod. Dat vertaalt zich in veel overlast, zowel voor bestaande reders als voor bewoners. Met het vaststellen van de nota Varen in Amsterdam is ervoor gekozen om de combinatie van een volumebeleid en vergunningen van onbeperkte duur los te laten. Voor vaartuigen kleiner dan 14m wordt het volume losgelaten. Voor vaartuigen groter dan 14m blijft de volumestop van kracht, waarbij voortaan alleen vergunningen voor een bepaalde tijd bestaan. Vergunningen uitgeven voor een bepaalde tijd betekent dat de vergunningen periodiek moeten worden herverdeeld. Daarbij moeten voor iedereen gelijke kansen bestaan om de (schaarse) vergunningen te kunnen bemachtigen. In de nota staat dat vanaf 2020 exploitatievergunningen voor een periode van tien jaar uitgegeven worden. Het gaat bij deze informatieavond dan ook over de vergunningen lopen van 2020 tot 2030. De vergunningen worden op basis van een inhoudelijke weging verdeeld. De beleidsdoelen worden daarvoor vertaald naar criteria. Ondernemers die de gemeente het beste aanbod doen, vergaren de meeste punten en hebben daarmee de meeste kans om een van de schaarse vergunningen te bemachtigen. Hierbij hebben nieuwe toetreders gelijke kansen. Het gewicht van de criteria is in het collegebesluit voor inspraak nog niet vastgesteld. Daarop kan via de inspraak nog invloed worden uitgeoefend. Die inspraakreacties kunnen ook betrekking hebben op de categorie 'Overige vaartuigen'. Voor de twee categorieën, te weten 1
4.
'Rondvaart' en 'Overige vaartuigen', kan een aparte puntenverdeling worden toegepast. Bij 'Overige vaartuigen' is de uitstraling een toegevoegd criterium. Men zou ervoor kunnen kiezen die zo zwaar te laten wegen dat de lengte van het vaartuig veel minder belang krijgt. Zo zou bijvoorbeeld een vaartuig met een erg goede uitstraling, ondanks een lengte van 20m, toch een goede kans maken. Per inschrijving wordt een optelsom gemaakt van de scores. Ook het aantal vergunningen in de categorie 'overige vaartuigen' is nog niet definitief vastgesteld. Uitgegaan wordt van 15 vaartuigen, maar daarop is nog inspraak mogelijk. Inspraak is o.a. ook mogelijk op het voorstel van het college in verband met de geschiktheidseis: een aantoonbare ervaring met het exploiteren van passagiersvaartuigen. Ten slotte is inspraak o.a. mogelijk op de voorgestelde conditie dat een aanbieder niet meer dan 35% van de te verdelen exploitatievergunningen in bezit mag krijgen. De streefplanning is als volgt: het collegevoorstel is op 17 november vrijgegeven voor inspraak. Op 10 december werd het besproken in de commissie. De inspraaktermijn eindigt op 22 januari. Naar verwachting neemt het college in maart een definitief besluit. Vragen en antwoorden Frans Heijn (voorzitter Verenigde Rederijen Amsterdam) vaart met twee kleine salonboten. Een aantal van de bij de VRA aangesloten (historische) boten heeft al een vrijstelling voor de criteria. Er zijn bij de VRA nog ongeveer zes boten die de vrijstelling niet hebben. Met de andere brancheverenigingen meegerekend komt dat neer op ongeveer vijftien unieke boten zonder vrijstelling. Het lijkt erop dat die straks moeten concurreren om wie het uniekst is. Daarom is het voorgestelde aantal van vijftien 'overige vaartuigen' heel vreemd. Paul Spoek wijst er in verband met het criterium van 'aantoonbare ervaring met de exploitatie van schepen' op dat een nieuwkomer ook kansen moet krijgen. En hoe moet de ervaring aangetoond worden? Robert Boot (Waternet) antwoordt dat aantoonbare ervaring in het varen met passagiersvaartuigen meegenomen moet worden in de inschrijving. In het uitgiftereglement zal gespecificeerd worden hoe inschrijvers dit kunnen aantonen. Casper Wulfers (Rederij Staets) heeft ergens gelezen dat een historische commissie de welstandscriteria gaat beoordelen. Is het dan niet eerlijker te spreken van 'historische schepen' dan van 'welstand'? Want er bestaat ook oude kunst en moderne kunst. Mark Companjen antwoordt dat de beoordeling niet plaatsvindt door de Commissie Historische Schepen. Er wordt een externe beoordelingscommissie voor ingericht; deze zal niet beoordelen of de inschrijvingen voldoen aan de vereisten om het predicaat historisch vaartuig te bemachtigen. De heer Pront is bewoner. Hij merkt wat betreft uitstraling op dat er momenteel geen maatstaf bestaat voor de kleurduiding van rondvaartboten. City Tours heeft een pretparkachtige uitstraling. Wordt dat ook bedoeld bij het criterium 'uitstraling'? Mark Companjen antwoordt dat ook dat onderzocht kan worden, bijvoorbeeld als hier in inspraakreacties voor gepleit wordt. Frans Heijn (VRA) vindt het, ongeacht het aantal schepen, erg onduidelijk wat de twee overige criteria zijn. Mag een salonboot niet meedingen in het rondvaartbootsegment? Of een rondvaartboot niet bij 'Overige vaartuigen'? Mark Companjen antwoordt dat iemand met een vaartuig mag inschrijven in de categorie 'Rondvaart', maar ook in de categorie 'Overige vaartuigen' als hij denkt dat dit kans maakt. Het een sluit het ander niet uit. Joop van Rijn (bewoner) vraagt om hoeveel vergunningen het in totaal gaat. Robert Boot antwoordt dat voorlopig uitgegaan wordt van het huidige aantal vergunningen. Dat is nu 130, inclusief 15 schepen uit de categorie 'Overige vaartuigen'. Bij de uiteindelijke verdeling wordt uitgegaan van het aantal vergunningen op dat moment. Diana Wind (Vereniging Vrienden van de Amsterdamse Binnenstad) mist een criterium met betrekking tot spreiding, iets wat toch een van de doelen van de nota Varen was. Mark Companjen antwoordt dat met het criterium 'Vaartijd in piekuren' een betere spreiding kan worden gerealiseerd. Diana Wind (VVAB) reageert dat zij met spreiding doelde op spreiding over alle wateren van Amsterdam. Dat was het doel van de nota Varen. Mark Companjen antwoordt dat spreiding in die zin ook in een eerder stadium is bekeken in het onderzoek naar het wegingssysteem dat voorligt. In het collegevoorstel staat verwoord waarom het college daar uiteindelijk niet voor heeft gekozen.
2
Diana Wind (VVAB) vraagt of het aantal vergunningen per aanvrager aan een maximum is gebonden. En moet iemand in het bezit van een boot zijn voor hij kan aanvragen? Mark Companjen antwoordt dat je geen boot hoeft te hebben; het mag een papieren aanvraag zijn. Dat is belangrijk, want iedereen moet gelijke kansen maken op een vergunning. Er is geen maximum aantal aanvragen vastgesteld, maar wel is er een maximum aantal dat iemand kan bemachtigen: 35% van het totaal aantal vergunningen. De heer Pront (bewoner) wijst op de huidige grote drukte, bijvoorbeeld op de Singelgracht. Het is filevaren. Daarbij is de voorspelling dat in de komende jaren het toerisme nog verder zal toenemen. Er zijn nu al files bij de Heineken Experience, het Rijksmuseum en het Anne Frank Huis. En wat doet men? Men plant voor die plekken een extra ingang, zodat de vaartuigen meer verspreid worden. Hoe kan men voorkomen dat er nog meer files komen in de Singelgracht? Er zal een maximum moeten worden gesteld aan het aantal vaarbewegingen. In ieder geval zou dat niet hoger moeten worden dan nu. Mark Companjen antwoordt dat de markt zal inspelen op een toenemend aantal mensen dat een rondvaart wil maken. Het college heeft bepaald dat er voor schepen groter dan 14m geen vergunningen verdwijnen, maar er komen evenmin vergunningen bij. De ruimte die in de markt zal ontstaan, moet worden opgevuld met vaartuigen kleiner dan 14m. In de nota Varen staan voorstellen hoe – ondanks de toegenomen drukte op de grachten – iedereen gebruik kan blijven maken van de grachten. Het aanpassen van het vergunningstelsel alleen (waar deze herverdeling van vergunningen onderdeel van uitmaakt) is niet genoeg, de nota staat een samenhangend pakket aan maatregelen voor. Denk bijvoorbeeld aan verkeersmaatregelen, zoals de introductie van meerdere eenrichtingverkeerlussen in de gemeente, om de piekbelasting van de grachten te verminderen. De heer Pront kan zich voorstellen dat een rondvaartbotenondernemer nachtvaren gaat aanbieden. Maar dat zorgt toch voor een nog veel grotere belasting voor de bewoners en de grachten? Met dit voorstel zal de belasting door het vaarverkeer alleen maar toenemen. Dingeman Coumou (VVAB) merkt op dat er een voorstel ligt, Amsterdam Waterstad, om het gebruik van het water in de stad te intensiveren. Ook voor transport. Daarmee zou de drukte op het water nog verder toenemen. Mark Companjen reageert dat alle vaarbewegingen permanent gemonitord worden. Er blijkt sprake te zijn van piekbelasting op de grachten. Bij de verdeling van vergunningen wordt geprobeerd om de belasting van de grachten op die piekmomenten te verminderen. De reders kunnen daarom gevraagd worden in hun inschrijving een bijdrage te leveren aan het verminderen van drukte op deze piekuren. Ook kan door verkeersmaatregelen de overlast op het water verminderd worden. Diana Wind (VVAB) merkt op dat het misschien op een ander moment druk is bij het CS dan bij het Anne Frank Huis of de Heineken Experience. Mark Companjen reageert dat men is uitgegaan van tijdstippen. Wat zijn de drukste momenten op welke dagen? Je kunt inderdaad meer lokaal kijken waar knelpunten ontstaan, maar ook de handhaafbaarheid en toepasbaarheid van zo'n criterium speelt een rol. Het is belangrijk dat gemaakte afspraken met een inschrijver ook gehandhaafd kunnen worden. Diana Wind (VVAB) vraagt hoe men, uitgaande van het bestaande aantal vergunningen, kan zeggen dat er meer ruimte wordt gecreëerd. Voor boten kleiner dan 14m wordt de markt vrijgegeven. Mark Companjen antwoordt dat er met het herverdelen van het bestaande aantal vergunningen groter dan 14 meter an sich niet per definitie extra ruimte ontstaat. Wel zullen naar verwachting met het lengtecriterium meer kleinere vaartuigen gaan varen in dit segment. De gemeente zet verder voor het creëren van ruimte ook andere instrumenten in, zoals het verwijderen van rommelboten, het introduceren van eenrichtingsverkeer, etc. Nico Bax (Classic Boat Dinners) heeft twee salonbootjes. De gemeente wil de reders vragen om niet te varen op de piekmomenten. Hoe moet hij dan werken? Mark Companjen antwoordt dat de ondernemer een vrijwillig voorstel kan doen aan de gemeente om bij te dragen aan een vermindering van de piekbelasting van de grachten, zoals die gedefinieerd zijn in het collegevoorstel. Nico Bax (Classic Boat Dinners) reageert dat voor 50 mensen die willen dineren al gauw een salonboot groter dan 14m nodig is. De gemeente zegt dan: tussen 17.00-19.00 uur op zaterdag is het druk. Moeten ze dan om 17.00 uur gauw van boord? Van de reder wordt een belofte verwacht die tien jaar geldig is. Maar hoe druk is het over tien jaar? En kunnen die piekmomenten niet opeens anders worden? Mark Companjen antwoordt dat de piekmomenten in het collegevoorstel gebaseerd zijn op data uit het verkeersmodel.
3
Jan Cramer (Sloepvrienden) herinnert aan de uitspraak van het Europees Hof over het vergunningstelsel (de zaak-Trijber). Kan die niet alles weer op zijn kop zetten? Mark Companjen antwoordt dat het arrest-Trijber gaat over de combinatie van een maximumvolume (een maximum aantal vergunningen) en vergunningen voor onbepaalde tijd. Onder de 14m voldoet men aan het Europees recht door het aantal vergunningen vrij te geven Dan mogen ook vergunningen voor onbepaalde tijd worden uitgegeven. Andersom geldt het ook: geeft men het aantal vergunningen niet vrij, dan mag dat onder voorwaarde van vergunningen voor een bepaalde tijd. Iedereen moet dan gelijke kansen krijgen bij de herverdeling van schaarse vergunningen. De voorgestelde regeling lijkt dus conform de Europese regelgeving. Nico Bax (Classic Boat Dinners) vraagt welke data verzameld zijn (in verband met de piekbelastingen). Zijn die verzameld door AIS? Mark Companjen antwoordt dat het verkeersmodel gebruikmaakt van een aantal datastromen. Meetpunten verspreid in het grachtenstelsel, de AIS transponder en data uit de populaire VaarWater-app. Rámon van der Storm (Vereniging Amsterdamse Rondvaartrederijen) hoort zeggen dat er data van twee jaar gebruikt worden in het verkeersmodel. Is twee jaar niet wat weinig om beleid op te baseren? Mark Companjen antwoordt dat de hoeveelheid data die verzameld en bestudeerd is, aanzienlijk is. Het model kan zelfs op basis van deze data drukte voorspellen. Paul Spoek merkt op dat men zelfs een spitsuurtarief kan invoeren. Via transponders ziet men precies wie op een bepaalde plek op een bepaald tijdstip vaart. In 2020 is de techniek daarvoor vast klaar. Wordt deze mogelijkheid gebruikt als sturingsmogelijkheid? Mark Companjen antwoordt dat de beschikbare techniek inderdaad vele mogelijkheden biedt en sluit niet uit dat een dergelijk voorstel in de toekomst onderzocht kan worden. Frans Heijn (VRA) heeft zijn twijfels over de betrouwbaarheid van de gebruikte gegevens. Hij kent een voorbeeld: men ging kijken hoe de doorstroming was bij de hoek PrinsengrachtLeidsegracht. TNO zei daarover dat het raar was dat ongeveer 10% van de boten die de kruising op ging, er niet uit kwam. TNO vroeg zich daarom af hoe het zit met de betrouwbaarheid. Dit waren gegevens van boten die voor duizenden euro's aan transponders hebben. En waarom is het zo druk? Is het omdat de lijndiensten veel meer varen of is het door de salonboten? Of gaan tienduizend privébootjes de grachten op? Wat voegt dit toe? Mark Companjen antwoordt dat met het introduceren van het criterium piekbelasting de gemeente niet zegt dat alleen passagiersvaartuigen alle overlast of drukte veroorzaken. De gemeente vraagt de ondernemers in dit voorstel een vrijwillige bijdrage te doen om de drukte tijdens piekuren te verminderen. Frans Heijn (VRA) vindt het een redelijk extreme maatregel. Het zijn allemaal theoretische modellen. In hoeverre kloppen die? Mark Companjen antwoordt dat gebruik is gemaakt van bestaande data, daadwerkelijke vaarbewegingen gemeten in de stad. Alfred Vellekoop (Rederij Belle) stelt zich voor dat een nieuwe aanbieder zegt dat hij met zijn vergunning niet in de piektijden gaat varen. Hoe gaat Waternet dat handhaven? Mark Companjen antwoordt dat de gemeente, nadat het college een definitief besluit heeft genomen, een handhavingssysteem gaat inrichten. Daarvoor heeft de gemeente een aantal automatiseringsinstrumenten tot zijn beschikking. Waternet kan op afstand zien welk vaartuig welke vaarbewegingen maakt. Casper Wulfers (Rederijk Staets) is bang dat de gemeente het wiel opnieuw probeert uit te vinden. In de krant staat dat het toerisme groeit. Het voorstel is dat kortere boten prevaleren boven grotere. Normaal gesproken komen toeristen op piekmomenten; ze vliegen op donderdag in en vertrekken zondagmiddag. Is er wel goed onderzoek gedaan naar de effecten van veel kleine boten, met het oog op wendbaarheid en passagiers die toch vervoerd moeten worden? Een dergelijk verstrekkend voorstel moet op wetenschappelijk bewijs gebaseerd zijn. Mark Companjen antwoordt dat schriftelijke inspraakreacties op de achterliggende gedachte om op lengte te gaan wegen, uiteraard welkom zijn. In de nota staat helder verwoord dat de gemeente graag ziet dat er in het krap bemeten grachtenstelsel met kleinere en schonere vaartuigen wordt gevaren. Een reder die aanbiedt om met een vaartuig te gaan exploiteren die kleiner is dan de maximale maatvoering, wordt beloond. Zo ook bij een emissievrij vaartuig. Jan Cramer (Sloepvrienden) merkt op dat het Trijber-arrest en het onderzoek dat daarvoor gedaan had moeten worden, kennelijk geen belemmering is geweest voor dit voorstel.
4
Steven van Rossum reageert dat de maatregel uit de nota om met het volumebeleid in het segment groot alleen vergunningen voor bepaalde tijd kunnen bestaan, voldoet aan de Dienstenrichtlijn. Zo ook de herverdeling die nu plaatsvindt. Daar is geen twijfel over. De heer (…) wijst erop dat er volgens het arrest een reden van algemeen belang moet zijn om een vergunningstelsel met een beperkte duur te introduceren. Om dat aan te tonen, is onderzoek nodig dat aantoont dat het in de afgelopen jaren te druk op het water was, of te onveilig. Maar dat onderzoek is er niet. Op grond van de dienstenrichtlijn zou de hele markt dus eigenlijk vrijgegeven moeten worden. Mark Companjen reageert dat de afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State hier een uitspraak over zal doen. Hier is in een preadvies al iets over gezegd door de afdeling: er zou sprake voor het vervoeren van passagiers op de Amsterdamse grachten sprake zijn van een dwingende reden van algemeen belang. De heer Van Nierop vraagt of onderzoek uitwijst dat het te druk is op het water. Mark Companjen antwoordt dat de Dienstenrichtlijn stelt dat een markt in principe vrij toegankelijk moet zijn. Kiest de overheid er toch voor om het aantal vergunningen beperkt te houden, dan moet ze daarvoor een erg goede reden hebben. Als de Raad van State uiteindelijk beslist dat die goede reden in dit geval ontbreekt, kan dat zeker gevolgen hebben voor de plannen. Eveline van Nierop (Wijkcentrum d'Oude Stadt) begrijpt dat het college nog geen besluit heeft genomen. Waarover praat men hier dan? Wanneer neemt het college een besluit? Mark Companjen antwoordt dat het college wel degelijk een besluit heeft genomen. Het besluit is een voorstel dat voor inspraak is vrijgegeven. Voor het definitieve besluit wordt genomen, wil het college gebruikmaken van de kennis en input van belanghebbenden. Als die tijdig met een schriftelijke reactie komen, wordt deze nog verwerkt in het definitieve voorstel. Eveline van Nierop (Wijkcentrum d'Oude Stadt) wijst erop dat voor het meten van de drukte op het water eerst een nulmeting nodig is. Daarover hoort ze niets. En als dit allemaal uitgezocht is, krijgen belanghebbenden dan nog een leuke app? Dan kunnen ze het nog eens nakijken en misschien intoetsen. Markt Companjen antwoordt dat de app feitelijk een website (www.grachten.waternet.nl) is die ook voor bewoners bereikbaar is. Het verkeersmodel visualiseert zich in die website. Per locatie kan men daarmee het aantal vaarbewegingen aflezen. Diana Wind (VVAB) zou iets meer willen weten over de loting, over wie wel of niet geplaatst wordt in 2016. Mark Companjen antwoordt dat die loting betrekking heeft op vaartuigen kleiner dan 14m. De gemeente wil graag toewerken naar het vrijgeven van het volume in 2020. Dat gebeurt stapsgewijs en gecontroleerd. Telkens kan bekeken worden wat het doet met het afstemmen van vraag en aanbod in de markt. Daarbij worden drie momenten genoemd: 2014 (is geweest), 2016, 2018 en dan in 2020 een finaal besluit over het loslaten van de volumebeperking. Diana Wind (VVAB) verwijst in verband met het definiëren van drukte op de Richtlijnen Vaarwegen van Rijkswaterstaat. Daarin maakt men gebruik van krappe profielen, brede profielen, enkel spoor en dubbel spoor. Daarin worden ook vaarintensiteiten gedefinieerd. Daarin kan men goed per rak en gracht zien wat de vaarbewegingen zijn. Jasmijn Klarenbeek (Jasmijn Rondvaart) brengt naar voren dat door het vrijgeven de drukte alleen maar toeneemt. Dat wil toch niemand? Het is druk zat. Markt Companjen reageert dat het bij deze gewogen toetreding louter gaat om het verdelen van de vergunningen voor schepen groter dan 14m. Rámon van der Storm (VAR) merkt op dat er in een boot van 20m misschien 80 mensen kunnen. In een boot van 14m kunnen er 50. Voor 80 mensen heb je dan dus twee boten nodig van 14m. Dat komt neer op 28m gracht in plaats van 20m. Waarom denkt het college dat het met meer kleine bootjes rustiger wordt op de grachten? Mark Companjen antwoordt dat de gemeente niet stelt dat het rustiger wordt op de grachten. Joop van Rijn (woonbootbewoner) vindt de vergelijking tussen grote en kleinere boten van Rámon van der Storm niet kloppen. Vaak ziet hij grote rondvaartboten langsvaren met maar vijf of zes mensen. Frans Heijn (VRA) wijst erop dat er in 2012 ongeveer 100 grote boten waren. Nu zijn dat er 130-140. Er zijn er dus 40 bijgekomen in tijden dat er toch sprake was van een volumebeleid. Verder waren er in 2012 niet meer dan vijf sloepen. Nu zijn dat er wel 40. En dan liggen er nog 100 vergunningen die niet in gebruik zijn genomen. Beloofd was dat men in 2015 alles zou evalueren. De vraag is of alles gebracht heeft wat men wilde.
5
Mark Companjen antwoordt dat hij de barrage aan cijfers moeilijk kan herkennen. Hij meldt dat er jaarlijks geëvalueerd wordt in de Grachtenmonitor. Het college heeft de ambitie om in 2020 het volumebeleid los te laten, maar wil dat stapsgewijs, gecontroleerd doen. Dat gebeurt met drie uitgifterondes, in 2014, 2016 en 2018. Als blijkt dat een deel van de in 2014 uitgegeven vergunningen nog niet gebruikt wordt, zal je dat terugzien in de analyse van het aantal vaarbewegingen. Waternet weet hoeveel vaartuigen worden geëxploiteerd. Die kennis kan worden betrokken in de overwegingen die Waternet voorlegt aan de gemeenteraad met betrekking tot het aantal vergunningen dat in de volgende uitgifteronde wordt vrijgegeven. Steven van Rossum merkt op dat de Grachtenmonitor vorig jaar voor het eerst is verschenen. Binnenkort wordt de Grachtenmonitor over 2015 aangeboden. Daarin worden cijfers over handhaving, overlast, vergunningverlening en het aantal ligplaatsen geëvalueerd. Er wordt dus sinds 2014 jaarlijks geëvalueerd. Een aantal op- en afstapplaatsen ontbreekt nog in de evaluatie. Die inventarisatie wordt nu gemaakt en binnenkort aangeboden aan de commissie. De heer De Smeth (bewoner) constateert dat er nog maar tien dagen tijd is om met een schriftelijke inspraakreactie te komen op de plannen. Is dat niet erg kort? Steven van Rossum antwoordt dat er één inspraakavond is waarop men met reacties kan komen. Formeel is de periode van inspraak zes weken. Die periode is vanwege de kerst juist uitgebreid met twee weken. Stephan … (Red Light District Tours) merkt op dat het Europees Hof heeft gezegd dat er vrij verkeer van diensten moet komen. Dat staat los van drukte. De gemeente moet aantonen dat er gereguleerd moet worden. Dat kan niet voor boten kleiner dan 14m. Voor grotere boten wil de gemeente reguleren. Onderzocht wordt of dat mogelijk is. Het gaat hier dus alleen om het juridische verhaal. Steven van Rossum antwoordt dat er met de Nota Varen een aantal beleidsdoelen is geformuleerd. Nu gaat het om de invulling daarvan. Over het juridisch kader heeft het Europees Hof iets gezegd, maar er spelen ook andere aspecten zoals de toegang voor nieuwe ondernemers. Het gaat dus niet alleen om het juridische verhaal. Lotte van der Meer (woonbootbewoner) merkt op dat het in de eerste plaats moet gaan over de leefbaarheid voor de gebruikers van de grachten. Verder stond in de nota dat de binnenhavens (voor de nieuwe vergunningen) meer naar de rand van de stad zouden worden gebracht. Hoe zit het daarmee? Steven van Rossum antwoordt dat er een tekort aan ligplaatsen bestaat voor commerciële vaart. Door een wijziging van het bestemmingsplan wordt het mogelijk om 270 plekken voor passagiersschepen te faciliteren in jachthavens rondom het centrum. Het wordt lastig om nieuwe ligplaatsen te creëren in het centrumgebied.
5. Sluiting Martijn de Greve dankt iedereen voor zijn/haar komst. Hij sluit de bijeenkomst om 21.05 uur.
6