1
Wat kun je allemaal met dit boekje doen?
Lezen natuurlijk, maar dat is logisch. Het is wel handig om vooraan te beginnen. Puzzels maken. Je kunt het beste eerst de bladzijde ernaast lezen. Sommige puzzels vind je misschien makkelijk, en andere juist moeilijk. Maar het zijn heel veel soorten, dus er lukken er vast een heleboel. Stickers plakken. Ieder stickertje hoort ergens. Maar waar? Dat kun jij vast wel uitvinden. Kleuren. Het is vaak het mooiste als je dat met kleurpotloden doet.
2
God maakte alles. Eerst was er helemaal niets. Geen aarde, geen bomen, geen lucht. Niets. Alleen de Heere God was er. Hij was er altijd al, en zal er ook altijd zijn. Hij is overal. Hij kan alles. Hij weet en ziet en hoort ook alles. Hij is volmaakt goed en heilig en rechtvaardig (eerlijk). Volmaakt in liefde. Ja, Hij is de liefde Zelf. In het begin heeft God de hemel en de aarde gemaakt uit niets. De aarde was eerst niet mooi. Het was koud en donker. God zei: Er moet licht komen. En… ineens wás er licht. Want wat Hij zegt, gebeurt altijd. Zo maakte Hij ook de wolken, gras bomen, zon, maan, sterren, dieren, enz. Wat maakte de Heere God het laatste? Adam en Eva, de eerste mensen. In zes dagen was alles klaar. En het was zó mooi en zó goed! Op de zevende dag rustte God. Niet omdat Hij moe was, maar Hij wilde zo’n rustdag.
Iets maken uit niets, hoe heet dat? De dieren in het Paradijs.
Uit de Bijbel: ......................... ....................... -d . .
-a God
. . . -l
-b
.
-n.
. .
- tje p=h
-p
Hij
k=w
. .n = .s . . . . .,
. . . . . .
p=z
h=g
-t
r=z
. . . . . , . . . . . !
-n
n = kt
-e
. . .
. . .
. . . 3
Die ene boom. Wat is het mooi op de aarde. Alles is helemaal goed. Er is geen verdriet of pijn. Ook worden de mensen en de dieren nooit ziek. En de dood is er niet. Adam en Eva wonen in een hele mooie tuin, het Paradijs. God is hun Schepper en Vader, hun Vriend en hun Koning. Hij zorgt voor hen. Ze houden het allermeeste van Hem. Zijn wil is hun wet. God wil dat zij het goede doen, en het kwade niet doen. En Adam en Eva willen dat ook. Er is zelfs helemaal geen kwaad in hun hart. Dat maakt hen juist zo blij. Overal is liefde en vrede. Zelfs voor de wilde dieren hoeven ze niet bang te zijn, want die doen hen niets. Er groeit van alles in het Paradijs wat Adam en Eva kunnen eten. Ook zijn er veel bomen met vruchten, heerlijk! Er is maar één boom waar ze niet van mogen eten. Die boom heet: “de boom van de kennis van goed en kwaad”. De Heere God heeft gezegd: als je daar een vrucht van eet, zul je sterven. Dat is een proef om te kijken of de mensen Hem uit zichzelf willen blijven gehoorzamen, en of ze bij Hem willen blijven horen. Het is een makkelijke proef, want er zijn vruchten genoeg aan de andere bomen. appel
1. banaan
2. aardbei
3. citroen
4. druiven
5. 6. 7.
sinaasappel bosbessen
..………………………………………………
4
Plak de vruchtenstickertjes zonder letter op de goede plaats in de rij links. Steeds hoort er een sticker met letter bij. Ga langs de lijntjes om die op de goede plaats te plakken. Als je het goed hebt gedaan, staat er van boven naar beneden een woord.
Wat erg! Op een dag loopt Eva door het paradijs. Opeens hoort ze een stem. De duivel, de grote vijand van God, heeft zich verstopt in een slang. En hij praat tegen Eva. Hij vraagt: heeft God gezegd dat je van niet één boom mag eten? Nee, zegt Eva, wij mogen wel van alle bomen eten, alleen van deze ene niet. Want dan zullen we sterven. Nee hoor, zegt de duivel, dan zal je juist net zo knap en net zo machtig worden als God. Gelooft Eva wat die valse duivel zegt? Ja, ze gelooft hem. Ze gelooft God niet, die haar zó lief heeft, maar ze gelooft de vijand van God. En… ze eet een vrucht van de verboden boom. Wat erg! Opeens wordt ze heel bang. Ze is niet meer gelukkig. Het kwaad (de zonde) is in haar hart gekomen. Kijk maar, ze gaat naar Adam. Ze liegt tegen hem, net als de duivel tegen haar. En… Adam eet ook. O, nu zijn ze allebei ongehoorzaam tegen de Heere God. Nu kennen ze niet alleen het goede, maar ook het kwade. En Adam wordt gelijk net zo ongelukkig als Eva. Ze horen niet meer bij God. Adam en Eva merken dat de Heere God eraan komt. Heel bang verstoppen ze zich in de struiken. Maar Adam moet tevoorschijn komen, en Eva ook. God vraagt aan Adam: heb je van die boom gegeten? Ja, zegt Adam, maar Eva gaf die vrucht. En Eva zegt: de slang zei het. Ze geven allebei een ander de schuld. Adam en Eva moeten kleren aan, en weg uit de mooie tuin. Voortaan zullen ze hard moeten werken. Er zal door de zonde pijn en verdriet zijn. Ze zullen een keer sterven. En, als ze niet gered worden, moeten ze daarna samen met de duivel voor altijd pijn hebben in de hel. Dat hebben ze verdiend, want ze hebben er zelf voor gekozen om vrienden met de duivel te worden. Ze hebben God heel erg veel pijn gedaan, terwijl Hij zo goed voor hen is. De Heere God had het toch duidelijk van tevoren gezegd?! Sommige dieren, zoals leeuwen en tijgers enzo, zijn niet meer mak. Ze worden gevaarlijk! Er beginnen ook planten te groeien met scherpe stekels eraan, doornstruiken en distels. De hele aarde merkt het, dat de mensen niet meer Gods vrienden zijn. Wie merken dat het meest, denk je?
God belooft iets. Heeft de duivel nu gewonnen? Nee! Gods liefde is zó groot! Hij zegt iets tegen de duivel: Ik zal maken dat mensen weer vijanden van jou en van het kwaad zullen worden. Er zal iemand komen die sterker is dan jij en sterker dan het kwaad en de dood. En Hij zal het winnen. Adam en Eva geloven wat God zegt, en zij vertrouwen op de Verlosser die zou komen.
5
6
Hoe is het verder gegaan? Adam en Eva kregen kinderen. Leken die kinderen op God? Wilden zij het goede? Nee, de kinderen leken op hun vader en moeder. Adam en Eva merkten wel dat de zonde (het kwaad) ook in het hart van hun kinderen was. Adam en Eva vertelden over God, over het Paradijs. Ze vertelden wat goed is en wat niet goed is. En ook over de Verlosser die zou komen. Toen hun kinderen later ook kinderen kregen, vertelden ze alles weer verder. En die vertelden het weer door aan hun kinderen. Het werd opgeschreven. Zo wisten de mensen steeds Gods wil en…… ze deden het niet. Niemand deed wat God wil. Je kon echt overal aan zien dat de mensen voor de duivel gekozen hadden. Ze kónden zelfs niet meer anders dan zonden doen. Zó diep zat het kwaad in hun hart. Sommige mensen hadden daar verdriet over. Zij wilden niet meer de vriend van de duivel zijn. Ze geloofden God en vertrouwden op de Verlosser die was beloofd. Zij werden gered. Anderen kon het niets schelen wat God wilde. Zij leefden zoals ze het zelf goed vonden. Daardoor kwam er veel verdriet op de aarde.
eind
En zoals het toen geworden is, zo is het nu nog steeds.
begin
7
Gods Wet. God heeft op laten schrijven wat Zijn wil is. Hoe de mensen in liefde en vrede tot Zijn eer kunnen leven. Het staat in de Bijbel. Het is Gods Wet. In dit boekje kun je erover lezen en puzzelen. Dan kun je er ook achter komen of jij je aan Gods goede Wet houdt. Of je Zijn wil doet of niet. Net alsof je in een soort spiegel kijkt.
. Zoek de10 verschillen
Je moet niet denken dat het niet zoveel uitmaakt of je wel of niet Gods Wet doet, want dat maakt juist álles uit !!! De Heere God, die ons gemaakt heeft, wil het van ons. Hij heeft recht op ons. We mógen Zijn goede schepping niet kapot maken. Hij wíl niet dat we verdriet en ellende op de aarde brengen. En Hij kán en wíl met het kwaad niet leven.
8
De antwoorden die hieronder staan zijn nog niet helemaal af. Kun jij ze af maken? Schrijf de goede letters boven de figuurtjes. a=
e=
i=
b=
f=
j=
c=
g=
d=
h=
m=
r=
v=
n=
s=
w=
k=
o=
t=
ij =
l=
p=
u=
z=
Waarom is Gods wil onze Wet? Omdat Hij onze
is. Hij heeft ons zelf gemaakt, en Hij heeft er recht op dat wij voor Hem leven.
Wat wil God dan? Dat wij het
niet doen, maar het goede wel doen.
Waarom wil de Heere God dat? -
-
Omdat Hij zelf goede wil.
goed is, en alleen het
En uit liefde voor de mensen, want het kwade geeft zoveel .
Wat is goed en wat is kwaad? Dat kun je weten uit Gods
Hoe kunnen wij Gods Wet weten? De Wet staat in de
Maakt het God uit of we Zijn wil wel of niet doen? Ja, heel erg veel. Hij vindt het ontzettend erg als wij Zijn wil niet doen. Want het kwaad dat de mensen doen maakt Zijn mooie schepping helemaal Hij zal het ook zeker niet door de vingers zien.
9
Tien geboden. Gods Wet is verdeeld in 10 geboden. De eerste 4 geboden gaan over ons en God. De andere 6 geboden gaan over ons en de andere mensen (onze naasten). Je kunt al die 10 geboden ook in één keer heel kort zeggen:
We moeten God liefhebben boven alles, en onze naaste net zo lief hebben als onszelf. De meeste van de tien geboden zijn niet zo lang. Maar ze betekenen heel veel. Het gaat over ons hele leven. Niet alleen over wat we doen, maar ook over wat we zeggen en wat we denken. Het vraagt gehoorzaamheid van ons hart. De Heere Jezus heeft dat uitgelegd. Het staat in het Bijbelboek Mattheüs, in de hoofdstukken 5, 6 en 7. Daar vertelt Hij hoe we uit liefde tot God, onze naaste moeten liefhebben. God wil ons van het kwaad weghouden, daarom zegt Hij: Je mag niet…. Maar Hij wil ons ook het goede leren, en dat is het tegenovergestelde van het kwaad. Dus ieder gebod laat ook zien wat we wél moeten doen.
ee
d
i
g
oden
re
e v
k ijter
a ru
iede ... l … … fde
as ie
g … ede geb … … ... ...
o
w
ru
... et kw … … d
f
t r
ch le
aa
legd
s
u
ui
ij
pi
... … ven kor … B ... belboek
j
uu z
m
bre
uitge … … ... ... h … rt onszel … na … … te
Bij de woorden die naast het figuur staan, moet je steeds 1 of meer letters invullen. En het hokje waarin die letters staan moet je steeds met een rood potlood kleuren. (Alle woorden kun je vinden in het stukje op de bovenste helft van de bladzijde.)
10
Heb God lief boven alles.
Het
1e
gebod.
Je mag geen andere goden vereren.
Bestaan er dan andere goden dan de Heere God? Nee, niets en niemand is zó machtig, zó groot en heilig als Hij. Maar als jij meer op mensen of dingen vertrouwt dan op God, dan dóe je wel net alsof die mensen of dingen net zo belangrijk, of nog machtiger zijn dan God. Dan heb je dus een andere god gemáákt, een áfgod (idool). Wat kan bijvoorbeeld jouw afgod zijn? - Iets waarvan men zégt dat het God is, maar het ís maar een beeld. - Je kunt geld of leuke spullenbelangrijker vinden dan God. - Of vertrouwen op je zelf, en jezelf het allerbelangrijkste vinden. - Misschien vereer je wel een voetbalheld of een popster in plaats van God. - Ook als je ergens aan verslaafd bent, neemt dat de plaats van God in. - Denk ook aan occultisme, zoals toveren, toekomst voorspellen, bezweren, geesten oproepen, occulte spelletjes enz. Dat hoort bij de duivel, de vijand van God. En die wil jou alleen maar kwaad doen. - Misschien weet je zelf nog wel iets anders wat in jouw leven de baas is. De computer misschien? Of bijgeloof, een gelukspoppetje of horoscoop ofzo?
Wat is dat, de Heere God vereren?
Als je de dingen die God gemaakt heeft meer waard vindt dan Hemzelf, doe je Hem groot onrecht aan. Je wordt er Wie kun je nu beter zelf ook echt niet gelukkig door. Want vereren dan God? sterren en idolen enz. kennen jou niet eens. Geld enzo helpt niet tegen de dood. Maar de Heere God kent jou. Hij ziet je, Hij hoort je, Hij kan altijd helpen, zelfs als niemand anders het meer kan. Heb je verdriet of pijn? Hij weet ervan.
wil is.)
- Hem leren kennen uit de Bijbel, en Hem geloven. - Hem boven alles en iedereen vertrouwen, liefhebben en eren. - Hem gehoorzamen en volgen. (Als het nodig is liever zelf schade lijden, dan ook maar iets doen wat tegen Zijn - Uitkijken dat er niets tussen jou en Hem in staat.
De duivel wil je bij God vandaan houden. Maar je mag altijd bij God terugkomen. Daarvoor kwam de Verlosser, De Heere Jezus, naar de aarde. Als je je schuld toegeeft en in Hem gelooft, mag je Gods kind zijn, en is Hij je Vader. Dan leidt Hij alles in je leven zoals het goed voor je is. Ook de moeilijke dingen die je meemaakt.
11
Kleur de hokjes in de goede kleur, dan komt er een plaatje uit. Dat plaatje heeft te maken met een regel van de bladzijde hiernaast. Weet jij welke regel? 0 1 2 3
12
= = = =
wit zwart geel rood
4 = bruin 5 = groen 6 = blauw
Heb God lief boven alles.
Het
2e
gebod.
Je mag geen afbeeldingen van God maken of vereren
Je kúnt helemaal geen afbeeldingen van God maken. Hij is met niets of niemand te vergelijken. Hoe kun je dan een beeld of een andere afbeelding van Hem maken? Dat wordt altijd heel anders en veel minder dan dat God in het echt is. Dus dan eer je Hem niet, maar dan haal je Hem omlaag. Soms zeggen de mensen: Ja, maar dat beeld is God niet, maar God is in dat beeld. Maar dán raak je gauw in de war. De Heere God wil dat dus niet. Hij wil dat de mensen Hem leren kennen zoals Hij is. En dat staat precies in de Bijbel. Je kunt het ook zien aan de Heere Jezus. Hij is mens geworden en toch God gebleven. Zoals Hij was toen Hij op de aarde was, zó is God. We hebben helemaal geen beeld van God nodig, want je kunt zo ook tot Hem bidden. Als je Hem lief hebt en in Hem gelooft, is Hij veel dichterbij dan een beeld ooit kan zijn. Een beeld kan niets, maar God kan alles. En wat God tegen je wil zeggen kun je in de Bijbel lezen. Hij blijft trouw aan wat Hij gezegd heeft, altijd!
Mag je dan als kunst ook geen gewone beelden maken, of iets leuks van klei bijvoorbeeld? Of een tekening of schilderij? Ja hoor, dat mag best. De Heere God houdt van mooie dingen. Kijk maar eens hoe mooi Hij de natuur gemaakt heeft. Al die mooie kleuren en vormen. Als je maar geen dingen maakt die tegen Gods Wet zijn, zoals b.v. een schilderij of beeld van naakte mensen (7e gebod). Of iets waarin je gelooft, b.v. een geluks-poppetje (1e gebod). Of sieraden die iets laten zien van wat tegen Gods wil is. Maar als je creatief bent, kun je zóveel moois maken wat wel goed is!
13
Kruiswoordpuzzel Van links naar rechts: 1. Als ik tegen God praat, wat doe ik dan? Ik ………. 3. Je moet het goede wel doen, en het ............... niet doen. 7. Een oude lengtemaat (komt ook in de Bijbel voor). 9. Dit roep je als je pijn hebt. 10. De eerste 2 letters van 7. 11. De verleden tijd van eet. 12. Het tegenovergestelde van oneven. 14. Een bloem die ook in de Bijbel voorkomt. 16. Afkorting van Laten Raden. 17. De afkorting van Nieuwe Testament. 18. Hoe moet je praten over God? Met ……………… 20. Afkorting van Laus Deo (lof aan God). 21. Derde en vierde letter van beeld. 23. Ik ben het met je ......... 26. Koning uit de Bijbel die een beeld aanbad (staat in 1 Koningen 16 vers 23) 28. Een voorzetsel. 29. Een dubbele klinker. 30. De middelste 2 letters van rucola. 31. De eerste 2 letters van lucifer. 32. De Bijbel is het ............. van God. 33. Dit boekje gaat over Gods ............... 1 6
2
7
3
8
10
12
4
5
9
11
13
14
15
16
17
18
19
20 22
23
21
24
28
30
32
14
25
26
27
29
31
33
Zoek de goede stickers. Een dier dat in de Bijbel en in de puzzel voorkomt.
Een bloem die in de Bijbel en in de puzzel voorkomt.
Een koning uit de Bijbel die een beeld aanbad.
Van boven naar beneden: 1. Gods Wet staat in de …….. 2. Een woord waar je iets mee aanwijst. 4. Alles wat er in de Bijbel staat is ........... 5. Een vervoersmiddel. 6. God schiep het licht niet het laatst, maar het ……….. 8. Iemand die leent is een ………. 13. Geen oorlog, maar …….... 15. Het tegenovergestelde van boven. 19. Een ander woord voor afgod. (zie blz. 10) 20. Een wild dier dat ook in de Bijbel voorkomt. 22. De duivel zegt nooit de waarheid, maar hij ……….. altijd. (zie blz. 26) 24. Een jongensnaam. 25. De haren onder een mannen-neus. 27. Het deel van je trui waar je arm in moet.
Heb God lief boven alles.
Het
3e
gebod.
Misbruik Gods Naam niet.
In de Bijbel geeft God zichzelf een heleboel namen. Weet je waarom? Daarmee laat Hij je weten wie Hij is. Hij is, zoals Hij zich noemt. Hij is God, de Allerhoogste boven alles en iedereen. Hij is Heere, de Regeerder over alles. Hij noemt zichzelf ook de Almachtige en de Eeuwige, want dat is Hij ook. En zo zijn er nog veel meer namen die Hij zichzelf geeft. Ook de Heere Jezus is God. Hij is Jezus (Zaligmaker), de énige waardoor we gered kunnen worden. Als je dan zomaar, als een stopwoord, één van Gods Namen zegt, dan doe je dus net of God zélf niets is. Je gebruikt Zijn Naam dan leeg (ijdel), nutteloos. Daarmee veracht je je Schepper, die alles voor je wil zijn. Dat is erg! En als je Zijn Naam als een boos woord of een scheldwoord zegt, doe je net alsof Hij met allerlei lelijkheid te maken heeft. Terwijl Hij juist heilig en goed en rechtvaardig is. Hij is onze eerbied waard. Daarom zegt God er nog iets bij in dit derde gebod: Dat Hij niemand vrijuit zal laten gaan die Zijn Naam misbruikt. Dat is een ernstige waarschuwing. De meeste mensen vloeken met de Namen: “God” en “Jezus”, of afkortingen daarvan. Sommigen zeggen ook: God-verdoem-me, maar dan ietsje anders, je weet wel. Dat is een soort omgekeerd bidden waarmee je vraagt of God je verdoemt. Dat is: of God je voor eeuwig een vreselijke straf wil geven. Dat vráág je toch niet! Maar je kunt ook nog op andere manieren Gods Naam misbruiken, b.v. - Door te bidden terwijl je helemaal niet nadenkt. - Door te spotten met God, of met de Bijbel. Jij weet nu hoe erg vloeken is. Maar anderen weten het misschien helemaal niet. Of ze weten het wel, maar doen het toch. Als je nog eens iemand hoort vloeken, vertel dan maar hoe erg het is. Het is goed om voor Gods Naam op te komen! Zijn Naam is zo geweldig mooi, want Zijn Naam is Hijzelf. Daarom moeten we over Hem alleen maar met eerbied praten en denken. En zó leven dat andere mensen door ons niet lelijk over God gaan praten.
15
Er zijn 8 kleine vierkante stickertjes die precies op deze plaat passen. Kun jij uitvinden waar? Probeer ze op de goede plaats te plakken.
Vloeken. In geen geval ! 16
Heb God lief boven alles.
Het 4e
gebod.
Laat de rustdag een heilige dag voor je zijn.
Weet je nog dat de Heere God alles geschapen heeft in zes dagen? En op de zevende dag rustte Hij. Niet omdat Hij moe was, maar Hij wilde deze dag apart houden. Een dag waarop de mensen niet druk mogen zijn met de dingen van deze aarde, maar die we apart moeten houden voor God. Een dag dus waarop we mogen rusten, samen met God. God rustte op de zevende dag. Dat is op zaterdag. Daarom vierden de mensen in de Bijbel de sabbat (rustdag) op zaterdag. Maar de christenen vieren de rustdag op zondag, want op die dag is de Heere Jezus opgestaan uit de dood. Daarom is dat de belangrijkste dag die er ooit geweest is. Zes dagen mag je werken voor alles wat je nodig hebt; en klussen en sporten en studeren enz. Eén dag mag je niet werken. Die dag is voor God. Hoe moet dat? - Met andere christenen bij elkaar komen om te bidden en God te loven en uit de Bijbel te horen (kerkdiensten). - Thuis ook de dag vrijhouden, en iets doen waardoor je dichter bij God komt en waarmee je Hem eert. Als je veel van de Heere God houdt, wordt het vanzelf de fijnste dag van de hele week. - De rustdag vieren samen met het gezin, de dieren en de mensen die bij ons zijn, en personeel als dat er is. Dat staat verderop in het vierde gebod. Heerlijk dat we niet altijd en altijd maar hoeven te werken en hard bezig te zijn om geld of wat dan ook bij elkaar te krijgen. De Heere wil niet dat we slaven zijn van ons werk. Hij wil ons vrij maken van álle slavernij, vooral van het vastzitten aan de zonden. Het is niet zo dat je helemaal niets mag werken op zondag. Want er zijn dingen die gewoon moeten gebeuren, bijvoorbeeld: - Oude, zieke en gehandicapte mensen moeten verzorgd worden. - De brandweer en de politie moeten er ook op zondag zijn. - De dieren moeten gevoerd worden. - En de mensen moeten ook eten en drinken. Welke Dat mag allemaal natuurlijk wel. Want de rustdag is niet bedoeld sticker als straf, maar juist als een cadeau van God voor ons. past hierbij?
17
10 + 10 + 6 1. = 3x5= 3+7+4= 10 – 6 = 2+3–4= 2x2+3=
Wat er uit de sommen komt, daar moet je de goede letter bij zoeken. Wat staat er dan?
1=a 2=b 3=c 4=d 5=e 6=f 7=g 8=h 9=i 10=j 11=k 12=l 13=m 14=n 15=o 16=p 17=q 18=r 19=s 20=t 21=u 22=v 23=w 24=x 25=y 26=z
2. 5 + 4 = 10 + 9 =
3.
12 – 6 – 2 = 4. 1–0= 3x1+1+3=
2 x 10 + 2 = 1+0= 7+7= 5.
9–2= 3x5= 12 – 8 =
2+2= 9–4=
. . . . . . . . . . .
. .
. . .
A
P
A
Z
O
N
D
A
G
E
E
I
T
I
L
O
P
C
T
N
A
W
B
M
E
K
A
E
E
E
E
L
N
R
V
D
N
V
R
E
IJ
E
I
M
E
K
A
E
K
W
E
E
T
A
E
L
N
G
R
V
R
IJ
U
I
S
A
B
I
D
D
E
N
Z
D
N
E
R
E
I
D
O
U
S
T
D
A
G
D
U
O
E
S
N
E
M
Z
E
S
D
G
. Als je alle woorden doorgestreept hebt (recht of schuin of andersom) houd je nog letters over. Schrijf die achter elkaar in de hokjes eronder. Wat komt er dan uit?
T R RUSTDAG ZONDAG S G GEMEENTE R E EREN APART E M BLIJ E E VIER SLAVEN W E WERK VRIJ D N BIDDEN N T OUD ZIEK A E BRANDWEER POLITIE R R ETEN B N DAG DIEREN MENSEN CADEAU WEEK 18 ZES
. .
6.
Heb je naaste lief als jezelf.
Het
5e
gebod
Eer je vader en je moeder.
De Heere God is de baas van iedereen. Hem moeten we dus boven alles eren. Maar God heeft een stukje van Zijn gezag aan de vaders en moeders gegeven. Want dan kunnen die hun kinderen leren hoe ze met alles om moeten gaan. Ze leren hun kinderen bijvoorbeeld dat brand gevaarlijk is. Dat verkeerde vrienden je meetrekken naar verkeerde dingen. Dat drugs gebruiken helemaal niet goed voor je is. En ze leren je wat God wil, en wat Hij juist niet wil. Tenminste… Als het goed is. Want er zijn ook ouders die hun kinderen helemaal niets over God leren, omdat ze niets over Hem weten. Of omdat ze zelf niet bij de Heere God willen horen. Toch moet je ook dan je ouders eren. Alleen als je van hen iets moet doen wat God niet wil, en je wéét dat, dan moet je God meer gehoorzamen dan je ouders. Want Hij is de Allerhoogste. Hij zegt in de Bijbel: Wie vader of
moeder liefheeft bóven Mij, is Mij niet waard.
Wat is “je vader en moeder eren” eigenlijk? - Respect hebben voor hen en dat ook laten merken in hoe je met hen omgaat en hoe je met ze praat. - Hen gehoorzaam zijn in alle dingen die goed zijn, ook al zijn ze niet leuk. - Van hen houden. - Trouw zijn aan hen. Ook als ze oud of gebrekkig zijn. Soms is het héél moeilijk om je ouders, of één van hen, te eren. Bijvoorbeeld als je door hen mishandeld of misbruikt wordt. En…. ouders mógen ook niet alles met kinderen doen wat ze maar willen. Ook de ouders moeten naar God luisteren. Én naar de wetten die de regering van ons land heeft gemaakt. Want de Heere God heeft ook een stukje van Zijn gezag aan de regering gegeven. En aan de meesters en de juffrouws. En aan de baas op het werk, enz. Dat hoort ook allemaal bij het 5e gebod.
(Als je hulp nodig hebt, kijk dan achterin voor een website)
Wat zou het een rommeltje zijn als iedereen maar gewoon deed waar hij of zij zelf zin in heeft! God wil ons in Zijn liefde beschermen, en ons veilig op laten groeien, in een land waar vrijheid is, en geen chaos. Heerlijk als vaders en moeders en kinderen de Heere God liefhebben en eren. Dan houden ze ook van elkaar en luisteren ze naar elkaar. Dan gaat het goed met je! Dat belooft God ook aan het eind van dit gebod.
19
Dit is een stickertjes-puzzel. Zoek de goede stickers op het stickervel. Je kunt het beste bij de uitstekende hand of het pootje beginnen. De grijze lijn is een hulp-lijn. Pas plakken als je het zeker weet!
Bij welke van de eerste 5 geboden hoort het zinnetje? Plak er een stickertje bij met het goede nummer. Zeg nog eens iets lelijks van mijn moeder als je durft! ……….. God is de áller – állerhoogste ……………………………………………….
!X&?^ $/ ……………………………………………………………….. Werken, werken, werken, werken, ..………… o, nee ...…………..
20
Ik heb geen beeld nodig om God te dienen ...……………………..
Heb je naaste lief als jezelf.
Het
6e
gebod. Je mag niet doodslaan.
Eerst wás er helemaal geen dood. God heeft de mensen geschapen om te leven. Maar toen is de zonde gekomen in het hart van de mensen. En nu gebeurt het soms dat de ene mens de andere mens dood maakt. Wat een pijn, wat een verdriet. Dat mag dus helemaal niet. De Heere God vindt mensen en hun leven heel kostbaar (jou ook!). Hij bedoelt met dit gebod meer dan je denkt. Je mag gewoon niemand kwáád doen. Zelfs niet iemand haten. Want dat is al het beginnetje van dood maken. Wat hoort er allemaal bij dit gebod? - Niemand vermoorden, en ook geen wonden maken of pijn doen. - Jezelf niet dood maken. - Niemand expres in gevaar brengen door heel onvoorzichtig te zijn. - Geen gevaarlijke dingen doen die niet nodig zijn. - Niet roken en geen drugs gebruiken, want dat sloopt je - lichaam langzaam. Teveel alcohol doet dat ook. - En wat denk je van véél te veel eten of snoepen? - Niet pesten, want daar doe je iemand vreselijk pijn mee.
Een peststickertje. Als iemand jóu kwaad doet, is dat natuurlijk ook niet goed. Dan is die ongehoorzaam aan het 6e gebod. Zo iemand heeft straf verdiend. Maar dat moeten mensen doen die daarvoor zijn, zoals je vader of moeder, de meester of juf, of de politie. Let op wat je zelf denkt en doet. Want wat kan je er zin in hebben om iets heel lelijks terug te doen. Dan is het in je eigen hart ook heel zwart. Tégen de dood, dat is hetzelfde als vóór het leven. Voor je eigen leven en voor het leven van anderen. Dan wil je vriendelijk en geduldig zijn en vrede stichten. Mensen helpen en liefhebben. Ja, de Heere Jezus zegt zelfs: Heb uw vijanden lief. Zegen hen die u vervloeken. Doe goed aan degenen die u haten, en bid voor degenen die u geweld aandoen. Zó wil God het. Als iedereen zo deed (jij ook), dan zou er geen oorlog zijn, geen haat, geen ruzie, geen geweld. Dan hoefde je voor niemand bang te zijn...
21
Hier staan 7 dingen door elkaar waarmee je jezelf of iemand anders kwaad kunt doen. Welke 7 dingen? …..………..……………………… …………. ……..……...……………………… ………… ………..…...……………………… ………… ………….....……………………… ………… ………..…..….…………………… ………… ………..…..….…………………… …………
Een woordzoeker. Sommige letters mag je dubbel gebruiken. Uit de letters die over zijn komt iets. IK JIJ ZES BANG LELIJKS GEBOD VERDRIET
22
HATEN NEMEN LIEFDE POLITIE ROKEN PESTEN
………..…..…….………………… ………… J IJ N I K I E N S
K
IJ
L
E
L
P
E
V
E
R
D
R
I
E
T
B
T
O
D
O
E
S
A
A
D
K
E
N
F
T
H
N
G
E
B
O
D
E
Z
G
!
N
E
M
E
N
E
P
O
L
I
T
I
E
S
Heb je naaste lief als jezelf.
Het
7e
gebod.Je mag niet echtbreken
(niet het huwelijk breken)
De Heere God maakte eerst Adam. Daarna gaf Hij Adam een vrouw. Het huwelijk is een heel mooi cadeau van God aan de mensen. Want als je trouwt ben je niet alleen. Je houdt heel veel van elkaar. Je wilt de ander geen pijn doen. Je kunt samen alles bespreken, samen blij zijn, samen verdrietig zijn. Je bent samen als het leven moeilijk wordt. Twee kameraden die elkaar helpen en troosten. Samen God dienen. Je blijft elkaar trouw door dik en dun, tot aan je dood, want dat beloof je als je trouwt. Je kunt je veilig helemaal aan elkaar geven, ook met je lichaam. Je kunt elkaar helemaal vertrouwen. Zó heeft God het bedoeld. En als je het huwelijk breekt, dan is het kapot. Net als bij een stok. Als je die breekt, dan is hij kapot. Krak! Bij een stok is dat meestal niet zo erg. Maar als een huwelijk breekt, geeft dat veel verdriet. Bij de man of bij de vrouw of bij de kinderen. krak Hoe kun je een huwelijk breken: - Als man en vrouw veel ruzie maken, of gaan scheiden. - Door overspel. Als de man of de vrouw verliefd wordt op iemand anders en daarmee naar bed gaat. - De Heere Jezus zegt: Als een man een vrouw begerig bekijkt, is dat al overspel in zijn hart. En andersom ook natuurlijk. Dat betekent ook: - Geen seksblaadjes of seksfilms, geen schuine moppen, geen rare gebaren, geen sexy kleren, enz. Jij bent nog niet getrouwd. Toch kun je ook ongehoorzaam zijn aan dit gebod. Bijvoorbeeld als je seksblaadjes bekijkt. Of schuine moppen vertelt. Als je op radio, tv. of internet luistert en kijkt naar wat met overspel te maken heeft. Als je seks heel gewoon vindt, ook al ben je niet getrouwd. Dan maak je iets kapot. Je beschadigt een ander en jezelf. Want de veiligheid van het huwelijk is er niet. Het respect voor elkaar is weg. Je houdt meer van jezelf dan van de ander. De Heere God vindt het heel erg als je het mooie cadeau dat Hij gegeven heeft niet wilt hebben, of kapot maakt. Het geeft zóveel verdriet. Als iedereen aan dit gebod gehoorzaam zou zijn, zou er niemand misbruikt of verkracht worden. Niemand zou aan de kant gezet worden als oud vuil. Een aantal ziektes zou niet eens bestaan. Kinderen zouden het niet moeilijk hebben omdat hun vader en moeder scheiden. En je hoefde niet bang te zijn voor kinderlokkers. 23
Ga met een blauwe pen van stip 1 naar stip 2, enz. Gebruik voor de lange stukken een liniaal, dan wordt het veel mooier! Heel licht zie je al een beginnetje. Langs bijna alle stippen kom je twee keer.
Plak als je klaar bent een zwart rond stickertje in het midden. Wat heb je nu getekend?
Versje:
Bewaar je oog, bewaar je oog voor wat je ziet.
Bewaar je oog, bewaar je oog voor wat je ziet.
Er
is er Eén die op je
let
En die luistert naar ’t gebed.
24
Bewaar je oog, bewaar je oog voor wat je ziet.
Bewaar je oor, bewaar je oor voor wat je hoort. Bewaar je oor, bewaar je oor voor wat je hoort. Er is er Eén die op je let En die luistert naar ’t gebed. Bewaar je oor, bewaar je oor voor wat je hoort. Bewaar je mond, bewaar je mond voor wat je zegt. Bewaar je mond, bewaar je mond voor wat je zegt. Er is er Eén die op je let En die luistert naar ’t gebed Bewaar je mond, bewaar je mond voor wat je zegt. Bewaar je hand, bewaar je hand voor wat je doet. Bewaar je hand, bewaar je hand voor wat je doet. Er is er Eén die op je let En die luistert naar ’t gebed Bewaar je hand, bewaar je hand voor wat je doet. Bewaar je voet, bewaar je voet voor waar je gaat. Bewaar je voet, bewaar je voet voor waar je gaat. Er is er Eén die op je let En die luistert naar ’t gebed Bewaar je voet, bewaar je voet voor waar je gaat.
Heb je naaste lief als jezelf.
Het
8e
gebod. Je mag niet stelen.
Waarom zou iemand willen stelen? Omdat hij of zij inhalig en hebberig is! Welke dingen kunnen allemaal gestolen worden? Geld, spullen, mensen, land, eer, goede antwoorden, snoep, enz. Dat kan op heel veel manieren:
Geld:
- Gewoon wegpakken - Afpersen - Oneerlijk handelen - Belasting ontduiken - Beroven (tasjesroof b.v.) - Vals geld maken of gebruiken - Inbreken
Spullen:
- Afpakken of wegpakken - Oneerlijk ruilen - Inbreken - Winkeldiefstal
Mensen: - Slavernij
- Mensenhandel - Kidnappen - Gijzelen
Land:
- Door oorlog b.v.
Eer:
- Discrimineren
Goede antwoorden: Snoep:
- Spieken
- Afpakken - Uit de winkel of thuis wegpakken
De Heere Jezus zegt: Verzamel geen schatten voor jezelf op de aarde, waar ze bederven of gestolen kunnen worden. Maar verzamel schatten voor jezelf in de hemel (door goede dingen te doen uit liefde tot de Heere Jezus). Want daar komen de dieven niet. Mattheüs 6 Korinthe 6 : 10
1
Dit mag dus allemaal niet, want het is erg voor de mensen van wie het gestolen wordt. Je zou het zelf toch ook niet leuk vinden? Wist je trouwens dat je ook van jezelf kunt stelen? Als je zo gierig bent, dat je niet koopt wat je echt nodig hebt? Je kunt ook stelen van God: Als je je geld en je talenten misbruikt of verspilt. Of als je alles alleen maar voor jezelf houdt. Het is fijn om met anderen te delen. Dat maakt je blij. Als iedereen gehoorzaam was aan dit gebod, hoefde je niet bang te zijn voor inbrekers. Dan hoefde je nooit je fiets op slot te zetten, en zou niemand iets van je afpakken.
25
Trek een lijn van 1 naar 2 naar 3, enz. Als je klaar bent, kun je het plaatje nog mooier en duidelijker maken door de vakken in te kleuren. A = zwart B = bruin C = groen D = blauw E = rose F = geel
Plak de geldstickertjes in de goede volgorde.
Trek deze vier plaatjes zo netjes als je kan over. Deze vier dingen worden allemaal genoemd op de bladzijde hiernaast. Zet er daar een streepje onder.
26
Heb je naaste lief als jezelf.
Het
9e
gebod.
Je mag geen vals getuigenis spreken (niet liegen).
De Heere God bedoelt hier in de eerste plaats mee, dat je eerlijk moet zijn als je moet getuigen voor de rechtbank. Want een eerlijke rechtspraak is héél belangrijk. Anders is er niemand veilig in het land. Maar het heeft ook alles te maken met gewoon liegen. Want dan kun je je medemensen ook erg beschadigen. Dat kan door: - Roddelen. Dat hoeft niet persé liegen te zijn, maar erg eerlijk is het ook niet om achter iemands rug om over hem of haar kletsen. Dan kan iemand zich nooit verdedigen. - Iemand de schuld geven terwijl je niet zeker weet of hij het gedaan heeft. - Iemands woorden verdraaien. Het expres nét even iets anders zeggen dan die ander het bedoeld heeft. - Lasteren. Expres iets lelijks zeggen over iemand terwijl het niet waar is. - Je woord niet houden, dus niet doen wat je beloofd hebt. - Onechtheid. Als je anders doet dan dat je zegt. - Iets verzwijgen voor iemand wat hij wel hoort te weten. - Iets lelijks wat je hebt gedaan geheim houden. De duivel wordt in de Bijbel de vader van de leugens genoemd. Hij laat b.v. ook graag de waarheid in de Bijbel door mensen verdraaien. En toen de mensen vrienden met de duivel werden, ging het liegen ook in ons zitten. Waarom zijn er anders kaartjesknippers, douanes, snelheidscontroles, belastinginspecteurs, enz. nodig? De mensen zijn niet zomaar te vertrouwen. En jij? De Heere Jezus is dé Weg, dé Waarheid, en hét Leven. Hij kan ons bevrijden van de leugen. Soms kun je iemand redden door een leugen, of door anderen te misleiden. Denk bijvoorbeeld aan mensen in de oorlog die onderduikers in huis hadden. Dan mag het ook. Maar écht alleen als het nood is. Niet alleen maar om jezelf uit een lastig probleem te redden. En denk er dan ook aan dat de ene leugen vaak weer een andere leugen nodig maakt, en die weer een andere, enz. Je kúnt wel eens als een grapje iets zeggen wat niet waar is. Maar dan snapt vaak iedereen wel dat het niet helemaal klopt, of het komt al gauw uit. Dan wil je niet bedriegen. Maar kijk er wel mee uit.
27
B
C
E
F
D K
A J R
L GM
I
H N
Q P
H
I U J
V G
T
W
S K
X
R N L Q
M
Y O
P
Z
E
F
O
Twee plaatjes die met (niet) liegen te maken hebben. Trek een lijn van A naar B, enz. Als je dat te makkelijk vindt, kun je het ook achterste-voren doen. Begin dan bij het bovenste plaatje bij R En bij het plaatje hiernaast bij Z
A D B
C
28 Drie stickers die met (niet) liegen te maken hebben. Zoek ze maar op het stickervel.
Heb je naaste lief als jezelf.
Het
10e
gebod.
Je mag niet begeren.
Als je graag een fiets wilt hebben, mag je er natuurlijk naar verlangen, en hem gaan kopen als je genoeg geld hebt. Soms heb je erge trek of erge slaap. Dan begeer je eten of je bed. Dat is natuurlijk ook goed. (Wel even een waarschuwing trouwens: Als je God erdoor vergeet, en alleen maar aan zulke dingen kunt denken, worden die gewone, goede begeerten toch te erg.) Maar wat God in dit gebod bedoelt is: Je mag niet je zinnen zetten op iets wat van iemand anders is, of op iets wat tegen Gods wil in gaat. “Ergens je zinnen op zetten” betekent dat je het, hóé dan ook, te pakken wilt krijgen. Hebzucht zit daar achter. Vaak ook jaloersheid. Het kan ook zijn dat je kwade begeerten niet naar buiten komen, maar je koestert ze wel in je gedachten en in je fantasieën. Je vindt het leuk om eraan te denken. Terwijl het toch echt dingen zijn die je - niet mág doen (omdat ze tegen Gods wil in gaan, en als je het echt zou doen, zouden jijzelf of anderen er schade door lijden) - of die je niet mág hebben (omdat ze van iemand anders zijn.) De duivel weet wel dat hij door kwade begeerten lekker de baas over ons kan spelen. En dat die begeerten ons van God weg houden, of weg trekken. Hij begon gelijk in het begin van de wereld al met Eva. Hij wekte haar begeerte op naar de verboden vrucht. Toen had die vijand er al succes mee. Het kwaad ging in de mensen zitten, omdat ze vrienden van de duivel werden, en vijanden van God. Nu komen er vaak vanzelf verkeerde begeerten in je op. (Let trouwens ook op wat bijvoorbeeld reclame en loterijen met je doen. Zulke dingen kunnen je hebzucht aardig prikkelen.) Door dit gebod kun je duidelijk zien dat God niet alleen op dingen let die we doen of zeggen, maar ook op onze gedachten. Ons hart is de bron waaruit alles opkomt. De bron is verkeerd. Die moet veranderen. Bekeer je, zegt God. Bij Mij is redding. Ik wil je vrijmaken, zodat de begeerten en het kwaad niet meer de baas over je zijn. Ik wil voor je zorgen, en dan kom je niets meer tekort. Dát mag je begeren. Naar Gód mag je verlangen met alles wat in je is. Hij is jouw begeerten echt waard!
29
Welke stickers... 0
...passen hier?
3
3 3 3 5 2 2 2 1 1
-
3
3
3
5
3
5
0
4 4
4 4 4 1 1
5 50
1
4 4
0 0
1
2 5 5
4
1
5
4
44
0
5
2 2 2 5 5
1
5
1
4
0
3
2
3 3
1
0
0
3
4 4
2
2
4 4 4
22 22
1
1
1 1
1 1 1
3
3
2
3
1
0
0 0 0
3 1
4 1 4
0
1
2 1 1
0 0
2 2
0
2
1
1 0
Kleur alle driehoekjes waar een 3 in staat rood. Kleur alle driehoekjes waar een 4 in staat paars. Kleur de rest van de driehoekjes oranje.
Ben jij wel eens jaloers?
Bij welke van de laatste 5 geboden hoort het zinnetje? Plak er een stickertje bij met het goede nummer. Ik krijg je nog wel ……….................................................................. Zit niet zo te roddelen .................................................................. Waarom krijgt hij dat wel? Ik krijg nooit iets! .......................... Liefde en trouw ..............................................................................
30
Als ze even niet kijken pik je het gewoon
00 00 0
2 2
0
5
5 55
5
5 4 4 4 3 3
4 4 4 4 4 4 5
Heb je gemerkt dat de Heere God ons vrij wil hebben van de macht van de zonde, van het kwaad? Heb je gemerkt dat Hij ons wil beschermen voor de akelige dingen die altijd uit het kwaad voortkomen? Dáárom gaf Hij Zijn Wet. Hij heeft ons bestwil op het oog. Het zijn niet de wetten van een verschrikkelijke dictator, maar van onze Schepper, die het goede voor ons zoekt.
Nu weet je Gods wil.
En wat dóe je ermee? Heb je áltijd, in álles, Gods wil gedaan, Gods Wet gehoorzaamd? Of kwam je erachter dat het niet zo is? Dat je er eigenlijk zelfs helemaal geen zin in hebt? Dat je gewoon niet zo kúnt leven?
31
Het is waar wat in de Bijbel staat, dat de mensen vijanden van God geworden zijn.
Er is niemand rechtvaardig, ook niet één. Er is niemand die verstandig is, er is niemand die God zoekt. Allemaal doen ze verkeerd, allemaal zijn ze nutteloos geworden. Er is niemand die goed doet, er is er zelfs niet één.
Romeinen 3 vers 10 t/m 12
Hoe móét dat nu, want God zal na onze dood onze Rechter zijn. Een eerlijke, zuivere Rechter.
Want wij moeten allemaal voor de rechterstoel van Christus Jezus komen, opdat iedereen beloning of straf krijgt voor wat hij door middel van zijn lichaam gedaan heeft, goed of kwaad.
2 Korinthe 5 vers 10
Hoe móét dat nu, want God ziet het kwaad niet door de vingers.
Mensen die laf zijn, niet trouw zijn, slecht zijn, moordenaars en hoeren, tovenaars en afgoden-vereerders, en alle bedriegers zullen moeten gaan in de poel die van vuur en zwavel brandt.
Openbaring 21 vers 8 (De kleine lettertjes wijzen aan waar het in de Bijbel staat. Als je een Bijbel hebt kun je opzoeken hoe het er precies staat. In dit boekje staat het wat makkelijker.)
Hoe móét dat nu? Iedereen is schuldig. Jij en ik ook. En als we gestorven zijn moeten we bij God, de eerlijke Opperrechter komen. Hoe kunnen we het op tijd goed maken met God? Dat kunnen we gewoon niet. Maar………
God heeft zélf gezorgd voor de mooiste en de heerlijkste oplossing die er bestaat!
32
Gods Oplossing. De Heere God zei: De mensen kunnen het nooit meer goed maken. Daarom zal Ik het Zelf doen. Weet je nog wat God tegen de duivel zei toen Adam en Eva van de boom hadden gegeten?
Ik zal maken dat mensen weer vijanden van jou en van het kwaad zullen worden. En er zal iemand komen die sterker is dan jij en dan het kwaad en de dood. En die zal het winnen!
God vertelde aan de mensen steeds meer over de Verlosser die zou komen. Hij liet het ook opschrijven in de Bijbel, zodat wij het nu ook kunnen lezen. Het staat in het Oude Testament, het eerste deel van de Bijbel. En toen kwam Hij. Alles klopte precies. Je kunt het lezen in het Nieuwe Testament van de Bijbel. De Zoon van God kwam op de aarde. Hij werd een mens zoals wij. Hij werd geboren als een kleine baby, en Maria was zijn moeder. Eén ding was anders: De Heere God liet haar zwanger worden zonder een man. Daardoor leek Hij niet op Adam en Eva en alle andere mensen. Wel aan de buitenkant, maar van binnen niet. Want Hij deed hélemaal nooit kwaad, zelfs niet in Zijn gedachten. Zijn Naam is Jezus. Dat betekent Redder, Zaligmaker. Want dat ís Hij ook. God werd mens om mensen te redden van de duivel, van het kwaad en van de straf. En Hij bleef tegelijk God.
Zó lief had God de wereld, dat Hij Zijn eigen Zoon gegeven heeft, opdat iedereen die in Hem gelooft niet verloren gaat, maar het eeuwige leven heeft.
Johannes 3 vers 16
Toen de Heere Jezus een grote Man was, vertelde Hij aan de mensen wie Hij was. Hij liet het ook zien. Want Hij maakte zieke mensen zomaar in één keer beter. Blinden liet Hij weer zien en doven weer horen. Hij maakte zelfs doden levend. Hij liet zien dat Hij sterker is dan de duivel. De wind gehoorzaamde Hem. En nog veel meer. Maar er moest nog iets gebeuren. Want Hij wilde de straf dragen die de mensen verdiend hebben, zodat het helemaal goed kon komen tussen mensen en God. Dat ging ook precies zoals God het al had gezegd in het Oude Testament. Een heleboel mensen geloofden niet in Hem. Ze dachten dat ze zelf goed genoeg waren. Toen Hij 33 jaar was namen ze Hem gevangen, en zorgden ervoor dat de Romeinen Hem martelden en aan een kruis hingen.
33
God in de hemel liet Hem Zijn boosheid en verdriet over het kwaad van de mensen voelen. Ontzettend erg was dat. En toen stierf Jezus aan het kruis. Zó wilde Hij de straf op de zonde dragen. Wat een grote liefde! Zijn vrienden hebben het gezien en in de Bijbel opgeschreven. En zo was het goed. Na drie dagen werd Hij weer levend. Daarna was Hij nog 40 dagen bij Zijn vrienden, en toen is Hij naar de hemel teruggegaan.
Jezus is….
storm, en dan dood en duivel.
Sterker dan de Geboren.
ziekte,
Opgestaan en naar de hemel
terug gegaan.
Door veel 34 mensen veracht.
Gestorven aan het kruis.
Hij is hier niet want Hij is opgestaan
Jezus de Verlosser is in de hemel. Hij hoort en ziet jou. Heb je gemerkt dat er zoveel kwaad in je is? Weet je dat God daar verdriet over heeft, en er boos om is? Omdat Zijn goede schepping nu zo lelijk is? Geloof je dat God het kwaad straft en dat het oordeel komt? Dan mag je nu ook weten:
Jezus wil jou redden!
Geloof je dat? Ga maar bidden en zeg tegen Hem hoeveel verdriet je hebt van het kwaad dat je hebt gedaan. Geef jezelf en al je schuld maar aan de Heere Jezus. Hij zegt in de Bijbel:
Kom naar Mij toe, allen die vermoeid en belast bent, en Ik zal u rust geven. (Mattheus 11 vers 28)
Geloof in de Heere Jezus Christus, en je zult zalig worden.
(Handelingen 16 vers
31)
Wat een heerlijke blijdschap en liefde en vrede komt er in je hart als je gelooft en weet dat er vrede gekomen is tussen de Heere God en jou, door de Heere Jezus. Je wilt zo graag voor Hem leven en het goede doen. God de Heilige Geest woont nu in je en helpt je daarbij. Wat houd je ook veel van Gods goede Wet, die jou leert hoe je moet leven zoals God het wil. Je wilt geen andere goden meer vereren. Want je bent veel te blij dat je Gód hebt. (1e gebod) Je wilt God graag zo vereren zoals Hij het gezegd heeft, want daar word je juist zo blij van. (2e gebod) Je wilt geen lelijke dingen van God zeggen en horen, omdat je zoveel van Hem houdt. (3e gebod) Je bent blij dat er een rustdag is waarop je tijd genoeg hebt om meer over God te weten te komen. (4e gebod) Je wilt graag je vader en moeder gehoorzaam zijn, omdat je Gods wijsheid daarin ziet. (5e gebod) Je wilt de liefde die je zelf van God krijgt aan andere mensen doorgeven, in plaats van haten. (6e gebod) Je wilt zo graag je lichaam rein houden, omdat je van God bent en Hij in je woont. (7e gebod) Je hoeft niets te stelen, want je vertrouwt dat God voor je zorgt. (8e gebod) Je wilt niet meer liegen en roddelen, want dat hoort bij je vijand, de duivel. (9e gebod) 35 Je wilt voor altijd genoeg hebben aan God. (10e gebod)
Kijk naar de puzzelstukjes. Welke twee zinnen komen dan in de twee grijze vlakken te staan? Koning
Jezus van
van je
Heere
is je
de hart,
leven.
Dan de
Iedere keer als het toch weer misgaat, en je toch weer kwaad doet, mag je weer tegen God zeggen dat je er zo’n berouw van hebt. Dan wil Hij het weer vergeven. Want wat de Heere Jezus heeft gedaan is voor altijd genoeg. En als je gestorven bent, mag je voor altijd bij Hem in de hemel komen. Daar is het kwaad weg. Hélemaal weg. En daar kan het nooit meer komen. Daar is het feest bij de Heere God. Want daar is liefde en blijdschap en vrede voor altijd.
God zal alle tranen van je ogen afwissen. En de dood zal er niet meer zijn, ook geen rouw, verdriet of moeite zal er meer zijn. Want de eerste dingen zijn voorbijgegaan. Openbaring 21 vers 4
36
Als je nog niet in de Heere Jezus gelooft, vraag ik het heel dringend aan je: Geloof in Hem! Vraag Hem om vergeving van je schuld. Hij is gewillig om ook jouw Zaligmaker te zijn. Sla Zijn grote liefde niet af, want dat zou nog het ergste van alles zijn. Het zal zo vreselijk zijn om zonder de Heere Jezus te sterven en voor Gods rechterstoel te staan. Want dan zul je zelf de straf moeten dragen die je hebt verdiend. En zo zeker als je dit nu leest, zo zeker zul je over een poosje gestorven zijn en door God geoordeeld worden. Bid nú om genade. Vertel aan de Heere wat je gezondigd hebt. Nú kan het nog, want nú leef je nog. En het is zó heerlijk om bij God te horen en Zijn kind te zijn!
Toen werden kinderen bij Jezus gebracht, opdat Hij de handen op hen zou leggen en zou bidden. Maar de discipelen (vrienden van Jezus) zeiden dat het niet mocht. Toen zei Jezus: Laat de kinderen bij Mij komen en verhinder hen niet, want voor zulke kinderen is het hemelse Koninkrijk. En Hij omarmde hen en zegende hen. Mattheus 19 vers 13 en 14 / Markus 10 vers 13 tot 16 37