Ter inleiding: “Zinloos” geweld, wat kun je er tegen doen? Heel veel! Maar dat dit een complex probleem is zal u, na het lezen van dit boekje misschien nog duidelijker worden. Nadat de term “zinloos geweld” opkwam, en er een discussie ontstond over de vraag of er dan ook “zinvol geweld” is, schokte de schietpartij in Alphen a/d Rijn en het waanzinnige geweld waar o.a. voetbalgrensrechter Richard Nieuwenhuizen (41), hoofdagente Gabriëlle Cervat (28), rector Hans van Wieren (49), Marianne Vaatstra (16), Anja Joos (43), René Steegmans (22), Marianne Roza (18) en Froukje Schuitmaker (17) het slachtoffer van werden, de Nederlandse bevolking opnieuw, na de dood van ondermeer Joes Kloppenburg en Meindert Tjoelker. Ook zijn er veel slachtoffers met blijvend letsel. Je leest of hoort elke dag wel wat over zinloos geweld. Tijdens de grote herdenkingstocht in Gorinchem, waaraan ongeveer 25.000 mensen deelnamen, droegen velen een shirt met de tekst “Is er wel zinvol geweld???”. (Zie foto op de voorzijde van dit boekje). Zes scholieren lazen aan het begin van de tocht het gedicht ”Mensen gevraagd om de vrede te leren” van Coert Poort voor :
© coert poort
Mensen gevraagd Mensen gevraagd om de vrede te leren Waar geweld door de eeuwen heen model heeft gestaan Mensen gevraagd die de wegen markeren Waarop alles wat leven heeft verder kan gaan Mensen gevraagd om de noodklok te luiden En om tegen de waanzin de straat op te gaan Mensen gevraagd om de tekens te duiden Die alleen nog moedwillig zijn mis te verstaan Mensen gevraagd om hun nek uit te steken Voor een andere tijd en een nieuwe moraal Mensen om ijzer met handen te breken Ook al lijkt het ondoenlijk en paradoxaal Mensen gevraagd om hun stem te verheffen Verontrust door een wapen dat niemand ontziet Mensen die helder de waarheid beseffen Dat wie mikt op een ander zichzelf ook beschiet Mensen gevraagd die in naam van de vrede Voor behoud van de aarde en al wat daar leeft Wapens het liefst tot een ploeg willen smeden Voor de oogst die aan allen weer overvloed geeft Mensen gevraagd Er worden mensen gevraagd Dringend mensen gevraagd Mensen temidden van mensen gevraagd
1
➪ Voor mij raakt dit de kern van de zaak. Er zijn een groot aantal “maatregelen” te bedenken om het “zinloze geweld” in onze samenleving te verminderen. Uiterlijke maatregelen (als regelgeving, betere verlichting, video-camera’s, strenger overheids-optreden e.d.) zullen een bepaalde bijdrage kunnen leveren aan het beperken van agressief gedrag. Voorlichtings- en educatieve programma’s, alsmede trainingen in sociale vaardigheden voor jongeren en ouderen, kunnen in belangrijke mate helpen om het geweld terug te dringen. Maar “de echte oplossing moet komen vanuit de mens zelf”, zei de broer van Froukje Schuitmaker tijdens de stille tocht in Gorinchem. Ik zou daaraan willen toevoegen: we zullen als mens en als samenleving de geweldsverslaving te boven dienen te komen en de geweldsdealers (degenen die met hun wapens of hun films, video-spelen, boeken en songs vol geweld geld proberen te verdienen) geen afzet meer laten hebben. In dit boekje komen al deze aspecten aan de orde. Vanuit de realiteit dat er (volgens onderzoeken) een toename en verheviging van agressie tussen mensen (jongeren en ouderen) is, kijken we naar die situatie op straat, in het verkeer, openbaar vervoer, uitgaansleven, op scholen, in de voetbalsport en in de media. Wat gaat er mis, en wat wordt er aan gedaan? Hoe kunnen we weer veilige situaties krijgen? Situaties waarvan de omstandigheden allemaal verschillend zijn, maar waarin een constante zit: het gaat steeds om mensen, van welke leeftijd dan ook, die zich aanvallend naar anderen opstellen. Wat daarachter zit, en hoe u daar weerbaar op een geweldloze manier mee om kunt gaan, willen we u graag verduidelijken. Laten we er tijd, geld en energie in gaan stoppen "om de vrede te leren……waar geweld door de eeuwen heen model heeft gestaan”. Wim Robben
(Ruim 40 jaar werkzaam voor de Stichting voor Actieve Geweldloosheid)
Veilig op straat ondersteun de BEWEGING VOOR GEWELDLOZE KRACHT door storting van € 12,00 op gironummer 266551 t.n.v. Stichting voor Actieve Geweldloosheid, Postbus 288, 5280 AG BOXTEL en ontvang elk voor- en najaar het informatiebulletin en ong. 12 pag. van het “Handboek voor een Vreedzamer, Respectvoller en Veiliger Samenleving” (zie: www.samenvoorvrede.nl)
2
Veilige leefomgeving De omgeving van jongeren in de meer en meer anonieme wijken en steden is niet alleen saai, ze is uitgesproken vijandig. Zeker op het moment dat de invloed van thuis vermindert neemt de rol van de omgeving toe. Deze moet uitdaging bieden, normeren, socialiseren en veiligheid bieden. En dat is niet niks! Welke wijken dragen de meeste risico’s? Een simpel antwoord: compact gebouwde wijken van zo’n 15 jaar oud, waar de saamhorigheid al flink aan het tanen is. Ik maakte een wijk mee in Rosmalen, pas 10 jaar oud, waar men een wijkdebat hield met de hulp van SPOK*. De conclusie was, dat de wijk de kenmerken vertoonde van een samenleving die in slaap aan het sukkelen was. Alleen het gebrom van de bewoners was herkenbaar net als van iemand die bijna in slaap valt en geïrriteerd reageert op teveel herrie. Een slechte start van een periode, waarin vele honderden kinderen puber zullen worden en zich zullen laten horen. Resultaat van deze analyse was, dat men afzonderlijke straten gaat activeren en zelf een speelruimteplan opstelt. Een ander voorbeeld is een proefproject in Gilze-Rijen. Daar was sprake van een kinderrijke en betrokken geen-probleem-wijk en een oudere wijk met weinig sociale samenhang. Het resultaat van de SPOK-analyse was het voornemen vooral te investeren in de geen-probleem-wijk omdat deze een goede voedingsbodem had voor diverse acties die de leefbaarheid moeten handhaven bij een sterk stijgend aantal pubers. De oudere wijk kende niet zo’n deadline en was het meest gebaat bij een heel persoonlijk en kleinschalige aanpak op straat- en blokniveau, omdat een te nadrukkelijke aanpak mensen af zou schrikken en stigmatiserend zou werken. Ik ken een compacte wijk van 15 jaar oud in Bladel, waar het probleem met opgroeiende jeugd niet speelt omdat men vooral veel met elkaar, met speel-ruimte voor de kinderen en met het halfjaarlijkse buurtfeest bezig is. De jongeren zijn er wel, maar niemand ervaart dat als een probleem en de jongeren hebben geen enkele behoefte de zaak op stelten te zetten. Tijdens het buurtfeest is zowel ruimte voor techno als voor Corrie Konings. Een buurt is de Nederlandse samenleving in een zichtbare menselijke maat. Het is aan de mensen om de Nederlande samenleving leefbaar te houden door weer samen te gaan leven. Paul v/d Klein (Steunfunctionaris jeugd en woonomgeving) *Meer info: Brabants Steunpunt Jeugdwelzijn, Postbus 2347, 5202 CH ’s-Hertogenbosch
0900
8844
GEEN SPOED, WEL POLITIE lokaal tarief
5
Agressie in het verkeer In de betrekkelijke anonimiteit van het autoverkeer vindt nogal wat agressie een uitlaatklep. Irritaties over de medeweggebruiker, die zich niet gedraagt zoals jij wilt, worden op soms niet mis te verstane wijze geuit. Soms blijft het bij claxonneren, groot licht, een vinger naar het voorhoofd, een gebalde vuist, scheldwoorden; of het verwordt tot pestgedrag: bumperkleven, snijden, plotseling remmen. Wrevel wordt ook opgewekt door voorkruipen via de vluchtstrook, op de linkerbaan blijven rijden, door rood licht rijden…want men heeft haast. Irritaties naar en tussen automobilisten, vrachtwagen-, taxi-, tram- en buschauffeurs, motorrijders, bromfietsers, fietsers en voetgangers. En zo nu en dan gaat men op de vuist, vallen er klappen, wordt er een mes of pistool getrokken, vallen er gewonden of doden. Uit onderzoek bleek dat aan één op de drie gevallen van “zinloos geweld” een verkeersincident vooraf ging. In twee van de drie gevallen waren het autobestuurders die zich hieraan schuldig maakten. Het waren vrijwel alleen (87%) jongvolwassen mannen die zich te buiten gingen aan de gewelddadigheden. In het ANWB-blad “Kampioen” werd onlangs aandacht geschonken aan asociaal reageren in het verkeer. “Een van de belangrijkste oorzaken van agressief weggedrag is frustratie door oponthoud op de weg, bijvoorbeeld vanwege een file, een langzame rijder of door wegwerkzaamheden, maar ook door omstandigheden thuis of op het werk,” zegt Victoria de Kleijnen die voor ANWB Algemeen Ledenbelang onderzoek deed naar de mentaliteit van automobilisten. De kern van de problematiek zit echter bij de individuele verkeersdeelnemer. “Wat blijf jij toch rustig, ik zou allang stevig getoeterd hebben,” zei iemand eens die met me meereed. “Ach,” zei ik, “ik schud m’n hoofd wel eens en dan denk ik: wat een haast of wat een drukte toch allemaal. En als ze dicht achter me aanzitten, terwijl ik aan het inhalen ben, en ze beginnen met hun groot licht, dan passeer ik royaal en rijd ik in een constante snelheid naar de rechterbaan. En ik denk dan: beetje dimmen achter mij, jongen, want het zijn toch bijna altijd mannen die zich op zitten te winden en iemand voor zich kennelijk moeilijk kunnen dulden.” Het is ook daarom dat de “Stichting tegen zinloos geweld” een landelijke actie is gestart waarin de veiligheid in het verkeer (met nog altijd zo’n 1200 doden en 60.000 gewonden per jaar in Nederland) en agressie en geweld op de weg centraal staan. Zo’n initiatief verdient ruime ondersteuning!!
informatie en advies voor verkeersslachtoffers en hun familieleden: 070-314 77 66 (werkdagen 09.00-17.00 uur)
6
Agressie in het openbaar vervoer Toenemende agressie is er ook in het openbaar vervoer: de trein, metro, tram en bus. Soms richt de agressie zich op de bestuurder, de conducteur of de controleur; soms op medereizigers. In 1987 werd conducteur Ted Boeree dusdanig fel aangevallen door een jong stel dat geen geldig kaartje had (en waarvoor hij een plaatsbewijs wilde uitschrijven, dat per persoon € 1,15 zou kosten) dat hij voor zijn leven moest vrezen. Het stel was onder invloed van heroïne, werd gearresteerd en veroordeeld. De conducteur was aanvankelijk een gebroken man, maar na jaren van een langzaam vorderend herstel ging hij zich meer en meer bezighouden met het organiseren van “opvang voor collega’s door collega’s” na ongelukken of agressie. Zo ontstond “Vangrail”. Ook ging hij werken aan een voorlichtingsprogramma voor jongeren van 11 tot 18 jaar, en voor volwassenen (docenten, groepsleiders, ouderraad etc.), dat als naam “Luisteris” kreeg. In 1994 bundelde hij zijn ervaringen met agressie van anderen, ook in het alledaagse leven, in het aangrijpende boek “Samen moet het lukken” dat door NS-Reizigers werd uitgegee ven en in 2014 aan een 12 druk toe is, met een oplage van meer dan 250.000 stuks. Het “Luisteris”-programma, dat door machinisten en conducteurs van NS gegeven wordt, richt zich in eerste instantie op jongeren op scholen en internaten, omdat die met regelmaat gebruik maken van het openbaar vervoer en in meer of mindere mate een negatief gedrag (vandalisme en/of agressie) vertonen naar conducteurs, machinisten, ander NS-personeel en medereizigers. Tijdens en na de voorlichting tonen jongeren zich bereid om te gaan nadenken over de gevolgen van agressie en met name over hun eigen agressief gedrag. Docenten viel op dat zelfs na één maand jongeren zich minder agressief gedroegen als gevolg van de voorlichting. “Wederzijds begrip en respect vormen een basis om agressief gedrag te voorkomen,” stelt het evaluatierapport van het project. Dat we hiermee op de goede weg zijn, blijkt uit de interesse die andere bedrijven hebben voor de opzet van “luisteris”. Kortom, een goed en helaas noodzakelijk programma.
Bronvermelding: -“Samen moet het lukken”, Ted Boeree, NS Reizigers, tel. (030) 2356084. -“Luisteris, agressie & respect; een NS-project over de gevolgen van agressie, -met name onbezonnen of onverschillig gedrag”; NS Reizigers.
Ted Boeree
Voor meer info: NS Reizigers, “Luisteris”, HgB IV, 17k87A, Postbus 2025, 3500 HA UTRECHT
9
Veilig uitgaan De “susploegen” in Noordwijk zijn een initiatief van de horeca in het concentratie-gebied van Noordwijk, gemeente, VVV, politie en de Noordwijkse Ondernemers-vereniging. De susploegen hebben tot doel problemen met betrekking tot overlast en criminaliteit in een vroeg stadium te signaleren en hierop adequaat te reageren, door op te treden (“de boel te sussen”) of zonodig de politie in te schakelen. Door het lopen van een route in het uitgaanscentrum (concentratie-gebied) houden de susploegen zicht op de situatie. Ze worden zelf duidelijk herkend door het dragen van speciale kleding (truien en/of bodywarmers). Hiervan gaat een preventieve werking uit. Doordat de susploegen feitelijk deel uit maken van de horeca is de reactie van het publiek ten opzichte van hen veel milder dan tegenover de politie. Voorts is er een signaleringssysteem opgezet. Dat wil zeggen dat susploegen en andere “toezichthouders” (portiers) elkaar informeren. De leden van de susploegen krijgen vooraf een speciale training (sociale vaardigheden e.d.). Vaak zijn de susploegleden goede bekenden in het Noordwijkse uitgaanscircuit. Een evaluatie na afloop van het eerste seizoen toonde aan dat de susploegen zeker hebben bijgedragen tot rustiger gedrag op straat. Ook uit het rapport ”Goed toeven?” bleek dat de susploegen zeer werden gewaardeerd. 86% van de ondervraagden noemde de maatregel (zeer) goed. Inmiddels zijn de susploegen op de zaterdagen in de zomerperiode een deel van het straatbeeld geworden. In de winterperiode is op de zaterdagavonden een team van twee personen actief. De susploegleden rijden om beurten ook mee met de “borrelbussen”. Vandalisme aan bussen is sinds deze maatregel sterk teruggelopen. De uitwerking van de susploegen is overgelaten aan de horeca zelf. Vanuit de gemeente wordt aan de horeca slechts een aantal eisen gesteld voor het afgeven van een ontheffing voor het sluitingsuur. Ondernemers die voldoen aan alle eisen mogen tot een later tijdstip open zijn. De financiering komt volledig voor rekening van de horeca-ondernemers. Op grond van de bevoegdheid van de burgemeester om voorwaarden te verbinden aan de ontheffing wordt feitelijk iedere horeca-onderneming (in Noordwijk ook diverse snackbars), die daarvan gebruik wil maken, verplicht gesteld de susploeg mede te financieren. De Noordwijkse horeca zelf is positief over het project. Men ziet in dat rustig gedrag op straat door de meeste klanten op prijs wordt gesteld en dat de investering zich gemakkelijk terugverdient. Bron: documentatie “Beleid om geweld in de horeca te voorkomen”; Gemeente Noordwijk.
10
Veilig op school / Pesten Bijna de helft van de scholieren heeft minstens één keer iemand gepest of deelgenomen aan een vechtpartij. (jongens: 59%, meisjes: 33%). 43% heeft iemand geslagen of verwond. Bijna een kwart iets gestolen, of vernield op straat/ school. Ongeveer 30% van de scholieren heeft de afgelopen 12 maanden contact gehad met de politie. Sinds 2013 zijn scholen wettelijk verplicht dit aan te pakken. Om deze reden is het Einstein Lyceum in Hoogvliet (Rotterdam) betrokken bij activiteiten rondom “de veilige school”. Dit heeft geresulteerd in een veiligheidsen zorgplan, die bestaat uit o.a. de volgende onderdelen: • Zodra pesten wordt gesignaleerd komen de teamleiders en mentoren in actie. • Registratie van strafbare feiten m.b.t. uitschelden en pesten, alcohol, drugs, wapens, vuurwerk, etc. en de berichtgeving daarvan aan de ouders. • Klachtenregeling, begeleiding van slachtoffers, hoe te handelen met daders van strafbare feiten, training sociale vaardigheden & faalangst. • Kluisjes, surveance, beveiliging schoolgebouw en corvee door leerlingen. • De aanpak van diverse vormen van criminaliteit (vandalisme, diefstal, sexuele intimidatie etc.) en lessen “Levensbeschouwing”. • Contacten met omgeving; buren; winkelcentra; pers etc. • Last but not least: ontwikkelen van waarden en normen in de school via mentorlessen “Hoezo crimineel?” en “Skills for life”. Ik ben van mening dat het onderwijs een opvoedende taak heeft ten aanzien van een veilig en zorgzaam leefmilieu. Met name kinderen in de leeftijd 12 tot ongeveer 15 jaar zijn nog te beïnvloeden. Het feit dat wij ons profileren als veilige en zorgzame school heeft een positieve invloed op onze leerlingeninstroom in de brugklas. De afspraken in het convenant “Veilig op school” en de actie “Op onze school zijn alle wapens verboden”, geven de school een instrumentarium in handen om duidelijkheid te verschaffen naar leerlingen, personeel en externe instanties. Van alle strafbare feiten op school wordt aangifte gedaan bij de politie. Het project ”Hoezo crimineel?” waarbij 13- en14-jarigen spreken met vertegenwoordigers van de politie; het Openbaar Ministerie; slachtofferhulp; een bezoek brengen aan de gevangenis etc. heeft absoluut invloed op jongeren. Tijdens de lessen “Skills for life” worden leerlingen oefensituaties geboden waarin hun gedrag besproken wordt. Mw. M.I. Röder (rector Einstein Lyceum) Project "De Veilige School": Alg. Pedag. Studiecentrum (APS), Postbus 85475, 3508 AL Utrecht, tel. (030) 2856600. www.einsteinlyceum.nl
0800-0432 (gratis & anoniem) elke dag van 2 tot 8 uur. 13
Geweld op het voetbalveld Eén van de meest onbegrijpelijke vormen van geweld kan regelmatig worden waargenomen op en rond sportvelden. Het gaat dan niet alleen over het supportersgeweld bij topsport maar ook om wedstrijden in de laagste regionen van amateurvoetbal zoals bij de gewelddadige dood van hobby-grensrechter Richard Nieuwenhuizen uit Almere door 3 jongens van 15 en 16 jaar. In toenemende mate vinden sommige ouders en begeleiders het tegenwoordig ook aanvaardbaar dat men gewapend met messen en erger op zaterdag-ochtend naar wedstrijden van kinderen van 6 tot 12 jaar gaat. Als er een verschil van inzicht ontstaat tussen ouders onderling of tussen ouders en de scheidsrechter over de uitleg van spelregels wordt gebruik van het wapen niet geschuwd. Bij wat ouderen zijn het veelal spelers zelf die gewelddadig verhaal halen niet schuwen. Voor zover het gebruik van geweld al ooit gerechtvaardigd kan worden, is de directe aanleiding voor dergelijk gedrag rond de sport in de meeste gevallen helemaal onbegrijpelijk: bij de ouders kan de vraag of een bal wel of niet lek is, al de aanleiding zijn tot geweld. Bij spelers is er soms sprake van ”door het lint gaan” als men niet in staat blijkt te zijn verbaal voldoende weerbaar te zijn tegen opmerkingen (“zuigen”) van tegenstanders. Als men later de betrokkenen spreekt kan men veelal niet tot een andere verklaring komen dan dat men zo “opgefokt” naar de wedstrijd was toegegaan dat het minste of geringste de “ontlading” tot stand kan brengen. Met die constatering kan men hoogstens parallellen trekken naar oorzaken van uitgaansgeweld, verkeersgeweld etc. Een sluitende verklaring ontbreekt, hetgeen het zoeken naar oplossingen voor specifiek de sport bemoeilijkt. Het lijkt er echter wel op dat een laagdrempelige sport als voetbal ook tot een “lagere” ontladings-drempel leidt dan bijvoorbeeld in de werksituatie of in de maatschappij in het algemeen. Met zwaarder straffen wordt weliswaar bereikt dat de geweldspleger deze sport enige tijd niet meer kan beoefenen, het preventieve effect lijkt helaas echter beperkt laat staan dat de dieper liggende oorzaken weggenomen kunnen worden. Hierin berusten is echter onaanvaardbaar en reden waarom wij moeten blijven zoeken naar wegen die de oorzaken wegnemen. Inmiddels is de minister van sport het programma “Veilig sportklimaat” gestart, waarin ondermeer ouders, trainers en spelers training krijgen. Peter van Leeuwen www.knvb.nl
(Op persoonlijke titel geschreven door Peter van Leeuwen, tuchtcommissie amateurvoetbal KNVB)
14
Pestgedrag op het werk Een geintje op kantoor, je collega een beetje plagen, dat moet toch kunnen? Natuurlijk! Minder fraai wordt het wanneer één werknemer voortdurend geplaagd wordt. Als één collega constant bespot of geïsoleerd wordt, voortdurend in de maling wordt genomen of alleen de rotklusjes krijgt. In dat geval praten we niet meer over plagerijtjes maar over pesten. Pestgedrag wordt door de Arbo-wet gezien als een vorm van geweld. In dit artikel gaan we in op wat we precies verstaan onder pesten en wat je er aan kunt doen om de werkomgeving zoveel mogelijk pestvrij, en dus veiliger, te maken. Veel mensen herkennen pestgedrag nog uit hun jeugd. Wie kent niet de jongen die op de sportclub na de training zijn fiets steevast met lege banden terugvond? Of die er na schooltijd op kon rekenen te worden opgewacht door de pestkoppen uit de klas? Of het meisje dat stelselmatig werd bespot of geïntimideerd - of juist genegeerd - vanwege haar uiterlijk of kleedgedrag? Wie denkt dat pestgedrag hoort bij de opgroeiende jeugd en dat we als volwassenen intussen 'wel beter weten', vergist zich. In Nederland gaat één en een kwart miljoen werknemers dagelijks gebukt onder terreur op het werk. Ofwel één op de vier werknemers. Dat baart zorgen. Nachtmerrie Slachtoffers kunnen hun leven lang last hebben van het feit dat ze ooit gepest werden. Dit kan indringende gevolgen hebben voor het slachtoffer. Hij of zij weet niet wanneer het de volgende pesterij kan verwachten en moet dus vijf dagen per week, acht uur per dag voorbereid zijn. Al na een paar dagen kunnen hoofdpijn, maag- en darmklachten, trillen, transpireren, hartkloppingen en slaapproblemen optreden. Houdt pestgedrag aan, dan gaan de klachten door, ook lang nadat het pesten is gestopt. Nachtmerries, geheugenverlies, concentratieverlies en vermijdingsgedrag treden op. Niet zelden krijgen slachtoffers te maken met depressies en raken uiteindelijk arbeidsongeschikt. Ook opvallend: vooral jonge medewerkers tot een jaar of 24 zeggen relatief vaak het slachtoffer te zijn van ongewenst gedrag. We zeiden het al: een plagerijtje moet kunnen. Plagerijtjes hebben het karakter van elkaar voor de gek houden. Een plagerijtje op zijn tijd kan de werksfeer en de onderlinge band bevorderen. Een belangrijk kenmerk van plagen is dat de machtsverhouding tussen de personen gelijk is. Pesten daarentegen is 'het systematisch uitoefenen van geestelijke of lichamelijke mishandeling door één of meerdere individuen op een persoon die zich niet kan verdedigen'. Het varieert van over iemand roddelen tot iemand doodzwijgen, bespotten, seksueel intimideren, bedreigen of lichamelijk of verbaal geweld aandoen. Bij pesten, ook wel 'mobben', heeft de 'pester' vaak meer macht dan het slachtoffer. Hij is sterker, beter gebekt, heeft meer aanzien bij de groep of heeft een hogere positie. Aanzien verwerven Sommige werknemers pesten omdat ze denken daar voordeel bij te halen. Ze menen bijvoorbeeld dat ze er meer aanzien aan over houden. Niet zelden is pesten ook een manier om frustraties af te reageren. Het ligt voor de hand om een slachtoffer te kiezen dat zich
16
➪ niet goed kan verweren. Minstens zo interessant is het om te kijken naar de meelopers die de kant van de pester kiezen en zo pestgedrag overnemen. Vaak doen zij dat om bij de groep te willen horen en aanzien te verwerven. Maar natuurlijk komt het ook voor dat de dader zóveel macht heeft, dat mensen bang zijn om ook slachtoffer te worden als ze niet meedoen. Van onderling vertrouwen is er dan nauwelijks of geen sprake. Eén op de vier werknemers krijgt te maken met pesterijen. De kans neemt toe als het slachtoffer op een of andere manier extra kwetsbaar is. Als individuele opvattingen afwijken van die van de groep of als men verbaal minder sterk is. Of als men voor een baas werkt die pesterijen niet of onvoldoende stevig aanpakt. Ook stress en conflicten op het werk blijken een goede voedingsbodem voor pestgedrag. Statement maken Het is belangrijk dat het slachtoffer actie onderneemt. In eerste instantie door de pestkoppen duidelijk te maken dat zij te ver gaan en daarmee respectloos worden in hun dagelijkse gedrag. Het slachtoffer kan ook hulp zoeken bij de vertrouwenspersoon of iemand van de afdeling P&O. Men kan ook buiten het werk om hulp te zoeken om over de ervaringen te praten. Daarnaast moet de baas worden gewezen op de onaanvaardbare situatie die is ontstaan. Getuigen van pestgedrag kunnen het slachtoffer actief steunen. Bijvoorbeeld door nadrukkelijk niet mee te lachen of door de dader aan te spreken. Weggaan zodra het pesten begint of fysiek de kant van het slachtoffer kiezen, kan ook. Pesten leidt tot een onveilige werkplek. De leidinggevende is er op de eerste plaats verantwoordelijk voor de werkplek zo veilig mogelijk te houden. Onder andere door goed te luisteren. Hij kan zijn medewerkers uitnodigen zelf na te denken over de effecten van verschillen in inzicht tussen mensen, en dat die er op het werk ook mogen zijn! Hij moet pestgedrag tijdig herkennen en ingrijpen. Een opmerking als 'Hé zo gaan wij niet met elkaar om', is vaak voldoende om de juiste norm te creëren. Daarbij is het belangrijk dat de baas zich niet laat verleiden tot een discussie over wel of niet pesten. De organisatie zet een goede stap door een paragraaf over pesten op te nemen in het bedrijfsreglement. Hiermee wordt een duidelijk statement gemaakt: pesten valt niet goed te praten en wordt per definitie afgekeurd. Trees van Rijn De auteur is eigenaresse van TVR Loopbaanconsult uit Nuenen. Dit bedrijf is gespecialiseerd in loopbaanbegeleiding, coaching, outplacement en reïntegratie. Telefoon (040) 291 37 04, www.tvrloopbaanconsult.nl
17
Geweld in de audiovisuele media De “cultuur van geweld”, waarin wij als samenleving gevangen zitten, wordt waarschijnlijk nog het meest zichtbaar via de audiovisuele media. Wie het leuk lijkt om voor haar of zijn 3-jarige een tekenfilm van Sneeuwwitje aan te zetten, wordt al na ca. 15 minuten geconfronteerd met een moordaanslag, gevolgd door vreesaanjagende beelden van de wegvluchtende hoofdpersoon. De peuters die naar het hertje Bambi kijken zijn er getuige van hoe Bambi’s moeder neergeknald wordt en Bambi hulpeloos, in regen en kou, “Mammaaaa” roepend (versterkt door echo-effecten) achterblijft. Waarom kleine kinderen dan ’s nachts angstig en huilend wakker worden zal ook iemand die geen jeugdpsycholoog is kunnen begrijpen. Na “Sneeuwwitje” en “Bambi” wordt het alleen maar erger, zeker in de Amerikaanse tekenfilms, op enkele uitzonderingen na. Het excuus dat we onze kinderen moeten “gewennen aan” en “harden tegen” de realiteit, duidt al aan dat we in een “cultuur van geweld” zitten. En dus schijnen we er niet vroeg genoeg mee te kunnen beginnen om ervoor te zorgen dat ze in die cultuur hun “vrouwtje” of “mannetje” kunnen staan. Films voor jeugdigen en volwassenen worden via allerlei computer-effecten onvoorstelbaar gewelddadig gemaakt. De detective, waar je voorheen met spanning naar kon kijken, wordt bloediger en bloediger; bij thrillers en horrorfilms kan de gruwelijkheid niet meer op. Voor computer“spelletjes” geldt dit evenzeer, en “internet” is ook in geen richting meer te stoppen. Omdat er een gewennings-effect optreedt moet het steeds weerzinwekkender worden. Bioscoop/video/tv-films, reality-programma’s, talk-shows waarin agressie en grove/kwetsende taal voor hogere kijkcijfers moeten zorgen. Als we opstaan tegen “zinloos geweld” dan moeten we ook het “vanzelfsprekende” en “niet te begrenzen” schadelijke amusements-geweld niet meer willen en er niet meer aan meedoen. Noch als consument, noch als producent, noch als tussenpersoon. Langzaam beginnen er ook vanuit de overheid maatregelen te komen om het audiovisuele geweld een halt toe te roepen. Ook wordt bezien of blokkerings-technieken voor tv/video/computer beschikbaar kunnen komen. Ook de school kan een rol spelen door het opnemen van media-educatie in het lesprogramma van basis- en voortgezet onderwijs. Het zijn echter pas de eerste aanzetten om veiligere, en meer verantwoorde, media-voorzieningen te krijgen. Wim Robben
1234gsahdt (Zie voor meer informatie ook www.kijkwijzer.nl)
19
Waar komt agressie (bij onszelf en anderen) vandaan? ●
●
●
● ●
●
zwakke persoon: maakt een twijfelende (en soms gespannen) indruk; weinig standvastig; angstig; verlegen; onzeker; wantrouwend; heeft vaak een negatief beeld van zichzelf; is niet in balans/evenwicht/harmonie met zichzelf; onderdanig agressieve persoon: maakt een onrustige (en vaak gespannen) indruk; snel geprikkeld en geïrriteerd; driftig en fel (aanvallend/ afkeurend/kwaad) reagerend; wantrouwend; absoluut overtuigd van het eigen gelijk; wil zich bewijzen; is niet in balans/evenwicht/ harmonie met zichzelf; overheersend krachtige persoon: maakt een standvastige indruk; is zeker van zichzelf; vol vertrouwen; is veelal in balans/evenwicht/harmonie met zichzelf; zelfbewust Vaak gekoppeld aan: zwakke persoon: passieve opstelling / zichzelf “geweld” aandoen; agressieve persoon: gewelddadige opstelling / anderen “geweld” aan doen; krachtige persoon: niet-gewelddadige en/of geweldloze opstelling / noch jezelf en noch anderen “geweld” aan doen.
We hebben allemaal momenten waarop we ons “zwak”, “agressief” of “krachtig” voelen. Dit is ondermeer afhankelijk van de situatie, van hoe we ons op dat moment voelen; van wie we tegenover ons hebben (“meerdere/mindere-positie”); wat we voor “belangen” hebben om b.v. iets te bereiken of gedaan te krijgen; wat voor vaardigheden we hebben om voor onszelf op te komen. Welk gevoel zouden we het liefst op zoveel mogelijk momenten hebben? Dat we ons “zwak” voelen? Dat we “agressief” zijn? Dat we ons “krachtig” voelen? Wat is agressie? Agressie is een emotie die op een psychische en/of fysieke manier geuit wordt: b.v. als spanning; tandenknarsen; schelden; schreeuwen; woedend reageren; eropslaan; vernielen……omdat je verrast wordt en geen uitweg weet; omdat je iets dwars zit of iets je niet zint; omdat je iets (kost wat kost) gedaan wilt krijgen of wilt bereiken. Het kan een spontane uiting zijn (reagerend op een bepaalde situatie of in een bepaalde sfeer die ontstaat), of een bewuste, doordachte en/of georganiseerde uiting (als “methode” b.v. bij misdaden). Het is belangrijk dat die emotie “erkend” wordt; dat we die emotie niet ont20
➪ kennen, negeren, veroordelen, afwijzen, belachelijk maken of bagatelliseren. De persoon die de agressie voelt of er uiting aan geeft zal zich dan ontkend, genegeerd, veroordeeld, afgewezen of uitgedaagd voelen. Het is daarom van belang dat we op die “emotie” ingaan (bij onszelf of bij anderen) en verwoorden: wat zit me toch zo dwars? / Ik zie dat je heel kwaad bent. / Wat wil je voor elkaar krijgen? / Ik voel me bedreigd. Is agressie hetzelfde als geweld? Nee, geweld is een uitingsvorm van onze natuurlijke (ingeboren) agressie. Een andere uitingsvorm van agressie is geweldloosheid (daadkrachtig, positief en creatief gericht denken, voelen en handelen). Bij “passiviteit” komt onze agressiviteit niet tot uitdrukking, verdoven we die als het ware. Deze kan naar binnen slaan (b.v. wroeging; haat; schuldgevoelens vanwege het niet-handelen), en heeft naar buiten toe het effect dat negatieve situaties, en situaties van onrecht, blijven voortbestaan. Waar komt “agressie”, “zwakte” en “kracht” vandaan? Dit heeft veel te maken met het “overlevings-instinct” dat we allemaal in ons hebben; onze “geaardheid” (onze “natuur”) en wat we (soms al als ongeborene; baby; kleuter) meegemaakt (ervaren) en gezien (aangeleerd) hebben. Hoe houden we ons staande als we (soms al op heel jonge leeftijd) in een “onveilige” omgeving leven (b.v. onderdrukt, verwaarloosd, tekortgedaan, ontkend, gekleineerd, vernederd, geslagen, uitgescholden, kapotgemaakt worden). Mede afhankelijk van onze “geaardheid” zullen we hier op reageren met lijdzame onderwerping; inwendige gevoelens van verzet/woede/angst/haat/geweld; proberen “weg te vluchten” uit de onveilige situatie; onszelf proberen te “verdedigen”; de aanval in te gaan. We verdedigen ons omdat we willen “overleven”; omdat we ons staande willen houden; omdat we erkend willen worden. De verdediging kan naar binnen gericht zijn (“defensief”) of die verdediging kan naar buiten gericht zijn, aanvallend (“offensief”). Het is agressie, een levens-energie / een levensdrift…die ons “drijft” omdat we willen leven, er bij willen horen. Ons “gekwetst zijn” kan zich richten op een behoefte om zichzelf steeds opnieuw te (laten) kwetsen (“slachtofferschap / martelaarschap”) of om anderen te kwetsen (uit genoegdoening of vergelding). 23
➪ Mede afhankelijk van wat we “gezien” of “geleerd” hebben zal die “agressie” zich uiten in: a) gewelddadige vormen (destructie, gemeenheid, psychisch of fysiek geweld) b) niet-gewelddadige vormen (aanpassing, passiviteit, medelijden of sympathie) c) geweldloze vormen (op samenwerking gerichte houding m.b.t. positieve activiteiten; sociaal vaardig zijn en zich sociaal verantwoordelijk voelen; ieders gelijkwaardigheid voorop stellen; goedheid en gerechtigheid bevorderen; eerlijkheid, eenvoud, oprechtheid nastreven; assertief zijn). We zijn beïnvloed door het gedrag van onze ouders en opvoeders; door andere kinderen of personen; door wat we op de televisie en in kinderfilms zien. Het voelt ook lekker om de meerdere te zijn; de baas te zijn. En het voelt vreselijk om de mindere of het slachtoffer te zijn. Constructief reageren op agressie van anderen 1) probeer diep te (blijven) ademen…… 2) terwijl je snel een inschatting maakt van de situatie; 3) probeer het initiatief te nemen door op de situatie of op de ander te reageren…probeer “contact” te maken (de ander te “bereiken”, om zo de negatief gerichte agressie te neutraliseren). In situaties van een plotselinge aanval heb je voor stap 1 en 2 maar een seconde de tijd, en volgt na die seconde onmiddellijk stap 3. Je kunt je erin trainen om hier vaardiger in te worden. Als je goed kunt blijven ademen dan kun je gemakkelijker rustig en in evenwicht blijven. Het houdt je bewust en tot handelen in staat. Schat in een oogopslag de situatie in waarin je zit. Doe iets waardoor de agressie afneemt en/of je veiligheid toeneemt. Dit kan b.v. door praten; schreeuwen; hulp van anderen inroepen of proberen weg te komen. Soms is het mogelijk om, vanuit je kracht, tot wezenlijk contact met je aanvaller te komen. Daar gaat voor beiden een positieve werking van uit. Besef dat je nooit op alles voorbereid kunt zijn en dat je soms niet kunt voorkomen dat er geweld tegen je gebruikt wordt. Maar door aan trainingen in geweldloze weerbaarheid deel te nemen kun je leren om in dergelijke situaties krachtiger en vaardiger te reageren, om zo beter en met minder schade uit zo’n confrontatie te komen. 24
Constructief omgaan met eigen agressie 1) Vat agressie op als een positieve kracht, gericht op je instinctieve drang tot leven en bescherming. 2) Kijk naar je agressie; verdring die niet; wat irriteert je of wat maakt je kwaad of woedend? Hoe komt dat? In hoeverre ligt dat bij je zelf of in de situatie waarin je zit; in hoeverre ligt dat bij de ander? Was het echt nodig om daar zo kwaad over te worden? Wat steekt je? Wat zit je dwars? 3) Uit je agressie op een positieve manier; praat over je gevoelens van kwaadheid; praat over oplossingen die de situatie kunnen verbeteren; ga een stuk lopen of spring onder de douche; kom in beweging; “ga iets positiefs en creatiefs ondernemen”; blijf nadenken over werkelijk goede oplossingen. Leer nieuwe manieren om je gevoelens van agressie positief te uiten en je drift niet te onderdrukken. 4) Verminder de aanleidingen en oorzaken van je agressie; is de situatie waarin je zit onduidelijk of frustrerend? Sta je onder grote spanning of druk, ook b.v. van dingen die je in het verleden hebt meegemaakt? Werk je te hard, te veel; ben je te haastig? 5) Werk aan het vergroten van je zelfvertrouwen: Ben je in staat: - spontaan met iemand een kort gesprekje op te zetten; - in een ontmoeting met iemand te vragen naar de mening van de ander ten aanzien van actuele gebeurtenissen; - over jezelf te praten; - enkele anecdotes/voorvallen uit je werk te vertellen; - een gesprekje zelf, zonder smoes, te beëindigen; - op een assertieve manier op beledigingen te reageren; - iemand op te bellen, om samen iets gezelligs te doen; - in een groep actief te zijn, zowel verbaal als non-verbaal; - oude kennissen op te zoeken en contacten te vernieuwen; - te handelen overeenkomstig je rechten; - jezelf elke dag minstens drie complimenten te geven. Als je veel zelfvertrouwen hebt dan kun je beter omgaan met je gevoelens van agressie, maar het is ook een kwaliteit die je nodig hebt als je geconfronteerd wordt met agressie van anderen of met geweldssituaties. Zelfvertrouwen moet je steeds blijven toetsen en proberen te vergroten.
www.
.nl
27
Assertief reageren De sleutel tot assertiviteit ligt in het uiten van onze gevoelens: het weten wat wij waardevol vinden en nodig hebben. In de meeste van onze behoeftes moeten we voorzien door middel van onze relaties. Mensen die zich tevreden voelen over hun situatie, waarin ruimte en plaats is voor hun belangrijkste behoeften, zijn in staat hun innerlijke kracht en energie met anderen te delen. ●
●
●
wie zich passief opstelt is vaak de verliezer in haar of zijn relatie met anderen. In jouw belangrijke behoeften wordt niet voorzien; wie zich aanvallend agressief opstelt zal vaak de overwinnaar lijken, maar verliest haar of zijn relatie met de ander en roept veel gevoelens van afkeer en vijandigheid op; wie zich assertief opstelt komt op voor de eigen behoeften en rechten, maar staat ook open voor de behoeften en rechten van anderen. Het schept een klimaat waarin ieder “wint” en waarin een warme band van genegenheid ontstaat.
Uitgangspunten “Assertief Reageren” ●
●
●
●
●
● ●
●
●
Door voor rechten op te komen respecteer je jezelf en krijg je het respect van anderen. Onze gevoelens niet aan anderen kenbaar maken is een vorm van macht uitoefenen op hen. Onze eigen rechten opofferen kan tot gevolg hebben dat we anderen ertoe brengen ons verkeerd te behandelen. Als we anderen niet zeggen welke invloed hun gedrag op ons heeft, onthouden we hen de kans om te veranderen. Als we iets doen wat we als juist aanvoelen, zijn we meer tevreden over onszelf en onderhouden we echtere, en meer voldoening schenkende, betrekking met anderen. Iedereen heeft er recht op met beleefdheid en respect behandeld te worden. We hebben het recht uiting te geven aan onszelf zolang we de rechten van anderen niet schenden. Het leven kan veel aan waarde winnen, als men vrij is en in staat om voor zichzelf op te komen, en ook als men diezelfde rechten in anderen respecteert. Als we ons assertief opstellen, kan dit iedereen in onze omgeving tot voordeel zijn.
(Bronvermelding: Deelnemersmap Basis-Opleiding Actieve Geweldloosheid.)
28
Slachtoffer of getuige van een misdrijf 1) Verminder risico’s ● Verminder het risico om slachtoffer van een misdrijf te worden (neem hierbij je gevoel serieus). ● Kies, als het mogelijk is, voor situaties die je meer veiligheid kunnen bieden (goed verlichte bredere straten; plekken waar andere mensen zijn of wonen; samen met anderen zijn). ● Draag niet teveel geld of kostbaarheden bij je (daar heb je dan geen zorgen over). ● Een zak-alarm kan behulpzaam zijn (er zijn kleine apparaatjes te koop die een hard alarmgeluid maken, als je erop drukt). ● Werk aan een zelfbewuste houding (vaardigheden als assertiviteit, vreedzame weerbaarheid, aikido en judo zijn nuttig). 2) Basis-reactie Oefen jezelf in de basis-reactie van geweldloze zelfverdediging: ademen; situatie inschatten en constructief reageren. 3) Bescherm jezelf Er blijven situaties bestaan waarin we slachtoffer van een misdrijf worden, en waarin we geen of weinig verweer hebben. Probeer, als het mogelijk is, jezelf zo goed mogelijk te beschermen (een soort foetushouding, waarbij je met je armen en handen je hoofd beschermd, kan fysieke schade beperken). Zeker als het mogelijk is met je rug tegen een muur of schutting te staan of te liggen, geeft dat extra bescherming. Probeer op de aanvaller in te blijven praten, om hiermee te stoppen; uit de pijn die je gedaan wordt. 4) Kom te hulp Het kan ook jou overkomen! Het is afschuwelijk als anderen toekijken en niets doen. Soms kan kordaat tussenbeide komen goed werken; probeer de agressie van de aanvaller te deëscaleren. Overdenk de volgende punten en maak ze je eigen: ● ● ● ● ● ● ●
Ik help, maar zonder mezelf in gevaar te brengen; Ik spoor anderen direct aan om mee te helpen; Ik let goed op en noteer kenmerken van de dader; Eventueel foto en/of filmpje maken met mobiele telefoon; Ik zorg dat er hulp komt – Alarmnummer 112; Ik bekommer me om het slachtoffer; Ik stel me als getuige ter beschikking. 31
Na een geweldsmisdrijf ●
●
●
●
● ● ●
●
Probeer je ademhaling weer te verdiepen; neem een moment om tot jezelf te komen; probeer op te staan, als je op de grond terecht gekomen bent. Huil/praat …… zoveel als je daar behoefte toe voelt. Vraag andere aanwezigen om je te helpen; neem aangeboden hulp van anderen aan als dat goed voor je voelt. Geef het misdrijf bij de politie aan; probeer een zo goed mogelijk signalement van de aanvaller(s) te geven, zoals: lichamelijke kenmerken; kleding; soort schoenen; verbale uitingen. Geef informatie over eventuele getuigen door. Vraag een kopie van het proces-verbaal van aangifte. Praat met mensen van “Buro Slachtofferhulp” over wat je overkomen en aangedaan is. Vooral ook de psychische gevolgen kunnen ingrijpend zijn. (De politie weet het adres van het dichtstbijzijnde buro.) Op internet kun je terecht op www.slachtofferhulp.nl Meld evt. schade binnen 48 uur aan uw verzekeringsmaatschappij. Wil je in contact komen met andere slachtoffers van zinloos geweld, dan kun je terecht op de site van de Stichting Tegen Zinloos Geweld: www.zinloosgeweld.nl Vraag informatie aan bij: Postbus 359, 2200 AJ Noordwijk, Tel./Fax (071) 364 70 07 Vraag informatie aan bij: Schadefonds Geweldmisdrijven Postbus 20302, 2500 EH DEN HAAG Telefoon (070) 414 20 00 Fax (070) 414 20 01 www.schadefonds.nl WILT U MEER INFORMATIE over het werk van de Stichting voor Actieve Geweldloosheid:
Bestel voor € 3,95: 'info-pakket Geweldloze Kracht' door storting van het bedrag op postbankgiro 266551, t.n.v. Stichting voor Actieve Geweldloosheid Postbus 288 5280 AG Boxtel onder vermelding van ‘info-pakket GK’.
Ook uw donatie is zeer welkom! *** Dank aan alle adverteerders die ervoor gezorgd hebben dat wij u deze gids gratis kunnen aanbieden ***
32
Samen werken aan veiligheid