waardevolle natuur verdient eigen geld Werving van private inkomsten door nationale parken
Inhoudsopgave: Waardevolle natuur verdient eigen geld
4
NP De Weerribben-Wieden
8
NP De Hoge Veluwe
9
NP De Hoge Kempen
10
NP Lauwersmeer
11
Goois Natuurreservaat
12
Landschap Noord-Holland
13
Waardevolle natuur Wat je gratis krijgt, is waardeloos Of, om het om te draaien: voor iets waardevols mag best betaald worden. En waardevol zíjn de nationale parken, parels van de Nederlandse natuur. Bestuurders en beheerders van de parken weten beter dan wie ook wat daar financieel gezien bij komt kijken. Tot nu toe komt het grootste deel van de kosten voor beheer, onderhoud en exploitatie in de meeste parken voor rekening van de overheid, die stucturele bijdragen en (project)subsidies betaalt. Voor de ‘dagelijkse’ uitgaven is dat doorgaans genoeg. Maar niet altijd. En u wilt zo graag méér kunnen doen. Ambitieuze plannen genoeg, maar hoe financiert u die? Deze brochure geeft u concrete ideeën die (deels) hun effectiviteit al bewezen hebben.
Privaat geld: wederzijds profijt Als het lukt om nieuwe geldbronnen aan te boren, wordt het park minder afhankelijk van de overheid en krijgt u meer financiële armslag voor kwaliteitsverbetering. Er komt meer geld voor natuurbeheer en onderhoud, én voor het ontwikkelen en verbeteren van voorzieningen voor bezoekers. Dat laatste hoort bij de maatschappelijke taak van de nationale parken. Parken in binnen- en buitenland hebben ervaren dat bezoekers het geen probleem vinden om te betalen voor goede voorzieningen en andere extra’s. Zeker als ze weten dat het geld ook weer aan het park ten goede komt. Wat de bedrijven betreft: een nationaal park is een ‘attractie’ die veel toeristen trekt en die een enorme impuls kan geven aan de lokale economie. Sponsoring van het park is daarom voor lokale en regionale ondernemers een vorm van investeren. De parken hebben wat dat betreft de tijdgeest mee: de trend van het maatschappelijk
4
verantwoord ondernemen versterkt voor bedrijven de motivatie om in goede doelen te investeren. Daar willen ze mee gezien worden! En, niet onbelangrijk: extra inkomsten vergroten behalve de financiële draagkracht van uw park ook het maatschappelijk draagvlak: mensen en bedrijven gaan zich sterker betrokken voelen bij het park, wat meer financiële continuïteit oplevert.
Privaat geld: waar praten we over? Voor het verwerven van privaat geld is fondsenwerving een veelgebruikte term, maar deze dekt eigenlijk de lading niet. Strikt genomen is fondsenwerving het bijeenbrengen van geld voor een goed doel, bijvoorbeeld donaties, erfstellingen, legaten en sponsorgelden. Tegenover zulk geld hoeft niet per se een tegenprestatie te staan. In binnen- en buitenland halen natuurparken hun financiën of een deel ervan ook op andere manieren ‘uit de markt’. Grofweg zijn private bronnen in te delen in drie categorieën: • bezoekers; zij betalen voor diensten (bijvoorbeeld voor horeca, fietsverhuur, excursies) en voor producten (zoals souvenirs, kaarten en streekproducten). • andere particulieren; zij dragen bij in de vorm van erfenissen en allerlei andere soorten giften. • bedrijven; ondernemers kunnen activiteiten sponsoren, zorgen voor advertentie-inkomsten of betalen voor producten van het park of activiteiten die zij in het park ondernemen (bijvoorbeeld horeca, vergaderruimte, certificaat gastheerschap of evenementen)
verdient eigen geld Belemmeringen en oplossingen De Nederlandse parken zijn in het algemeen kleiner dan de buitenlandse. Zonering van activiteiten is hier daardoor lastiger dan elders. Dat maakt de parken voorzichtig met het organiseren van activiteiten voor extra inkomsten. Voorzieningen kunnen vaak echter prima niet in, maar net buiten het park liggen. Ook de organisatiestructuur van de parken in Nederland kan een belemmering zijn. De nationale parken hebben hier geen rechtspersoonlijkheid. Ze bezitten niet zelf de grond en kunnen geen contracten afsluiten. Contacten verlopen daarom via individuele partners van het Overlegorgaan van het park. Enkele parken hebben daar iets op gevonden dat goed functioneert: zij hebben een stichting opgericht, die contracten kan afsluiten en eigen geld kan beheren, of die bijvoorbeeld aan de belastingdienst een erkenning kan vragen als Algemeen Nut Beogende Instelling (ANBI). Een ANBI hoeft geen successierecht of schenkingsrecht te betalen over erfenissen en andere schenkingen.
edrijven: band met park is B investeren in eigen onderneming Wat maakt een plan een goed plan?
Een goed plan voldoet ten minste aan de volgende voorwaarden: • • • •
het houdt rekening met de draagkracht van de natuur; het past in de natuurdoelstellingen van het park; het past bij de identiteit van het park; het bevat een budget en weegt (materiële en immateriële) kosten en baten tegen elkaar af; • het bevat duidelijke afspraken met alle betrokkenen, bijvoorbeeld over wie het geld int; • het voorziet in zichtbare herinvestering van het geld in het park;
• h et besteedt aandacht aan continuïteit (relatiebeheer) en geeft aan wie verantwoordelijk is voor het project; • het voorziet in criteria voor sponsorende organisaties: gaat het om een bedrijf waarmee het park ‘gezien’ wil worden? Is het een betrouwbaar bedrijf en passen de bedrijfsactiviteiten bij het imago van het park? • het voldoet aan de regels, zoals bouwvoorschriften. Een gespecialiseerd bureau kan soms goede diensten bewijzen bij het bedenken en uitwerken van ideeën.
Het zoeken van nieuwe inkomstenbronnen vraagt nogal wat van de organisatie. Het is belangrijk om niet over één nacht ijs te gaan en om van tevoren goed na te denken over de doelen en de mogelijkheden. Een park wordt niet altijd beter van het binnenhalen van privaat geld. Een slecht doordacht plan kóst geld, levert intern frustraties op en kan de naam van het park schaden. Een goed doordacht plan levert financiële draagkracht en maatschappelijk draagvlak op.
5
Waardevolle natuur Privaat geld aanboren: het werkt! Door verschillende parken is al ervaring opgedaan met sponsoring en andere manieren van geld werven. Daar zijn Nederlandse parken bij, en ook in het buitenland zijn goede ideeën uitgewerkt. Een greep uit de praktijk en de mogelijkheden in het binnenland: • parkwinkel - Veel dagjesmensen vinden het leuk om een souvenir mee naar huis te nemen. In de parkwinkel kunnen ze terecht voor (verantwoorde) artikelen, zoals streekproducten (eten, hout, aardewerk, … ), informatie (natuurboeken, gidsen en kaarten, cd’s, dvd’s), milieuvriendelijk geproduceerde kleding (al dan niet bedrukt met logo), kinderartikelen (knuffels, kleurpotloden, puzzels, spelletjes etc.) en mooie ‘hebbe-dingen’ (zoals kalenders, posters, sportartikelen, kunst, tassen, cadeaubonnen). Over de inkoop en de besteding van de opbrengst zijn interessante afspraken te maken met lokale ondernemers, zoals een boekhandel, de Wereldwinkel, een delicatessenzaak, een restaurant of een speelgoedwinkel. • webwinkel - Heel veel producten uit de winkel kunnen ook uitstekend via internet verkocht worden. Betrokken bezoekers zullen hier graag gebruik van maken als ze op zoek zijn naar een origineel cadeau. • kerstpakket of relatiegeschenk - Bedrijven kunnen hun imago versterken met een ‘groen’ kerstpakket of relatiegeschenk van het nationaal park. • sponsor worden van NP - Vrij bekend is het ‘adopteren’ van een bank of een boom. Maar ook het adopteren van een wegwijzer, een pad, een populatie herten, een steigertje of een uitzicht is voor bedrijven en particulieren bijzonder. • overeenkomst met horecaondernemer in het park -
6
Misschien kan de ondernemer gebruik maken van producten uit het park (honing, wild, eieren, melk) en kan hij de opbrengst gedeeltelijk herinvesteren in het park. • verhogen van de toeristenbelasting - Toeristen hebben meestal niet echt een idee over wat er gebeurt met de opbrengst van de toeristenbelasting. De wetenschap (en dus vermelding) dat het geld wordt geïnvesteerd in voorzieningen die met het park te maken hebben, vergroot de bereidheid om wat meer te betalen. Uiteraard is hierover overleg met de gemeente noodzakelijk. • betalen voor het plaatsen van electriciteits-/ communicatiemasten of voor commercieel filmen en fotograferen.
org voor een goed Z doordacht plan • g astheercursussen - Tot nu toe worden deze meestal gratis gegeven. Maar het is eigenlijk vrij logisch om ervoor te laten betalen. Zoals elke cursus is het voor degene die hem volgt een investering in (de kwaliteit van) zijn bedrijf. • excursies - Bijzondere excursies en andere activiteiten zijn een bedragje waard. Een blote voetenpad, een boomtoppenroute, een zoektocht naar paddenstoelen, een bewegwijzerde wandel- of fietsroute... • kunst in de buitenlucht - Zowel voor bezoekers als voor artiesten is het genieten geblazen van een theatervoorstelling op locatie, een expositie in de open ruimte of een concert in de zwoele zomeravondlucht. Dat hoeft niet altijd gratis te zijn, noch voor de bezoeker, noch voor de organisatie.
verdient eigen geld Buitenlandse ervaringen
Ook in het buitenland zijn creatieve ideeën ontwikkeld. Natuurlijk is de organisatorische, juridische of geografische situatie voor buitenlandse parken vaak anders dan voor de Nederlandse. Het heffen van entreegeld is hier bijvoorbeeld niet altijd mogelijk. Toch zijn sommige buitenlandse ervaringen, al dan niet in aangepaste vorm, ook in Nederland goed bruikbaar.
Verenigde Staten: proud partners
In de Verenigde Staten is de situatie vergelijkbaar met die in Nederland: de nationale parken zijn ‘overheid’, zodat ze niet zelf fondsen mogen werven. Overeenkomsten met de private sector zijn ondergebracht in stichtingen. De National Parks Foundation, de evenknie van het Samenwerkingsverband Nationale Parken, rekent onder andere American Airlines en Discovery Channel tot haar ‘proud partners’. De Foundation haalt jaarlijks ruim 50 miljoen euro binnen. Ook lokaal bestaat een actieve samenwerking met de private sector. Het Boston Harbor Islands National Park bijvoorbeeld herinvesteert private inkomsten in de activiteit waarmee ze verdiend zijn en stort het overblijvende deel in een fonds voor algemene financiële ondersteuning van het park. Op de website kunnen bedrijven terecht op de pagina Doing business with the park, waar onder andere de criteria te vinden zijn waaraan commerciële activiteiten moeten voldoen. Deze zijn tamelijk algemeen. Activiteiten moeten bijvoorbeeld passen bij de natuurdoelstellingen en de identiteit van het landschap, voldoen aan de bouwvoorschriften en zo mogelijk aansluiten bij andere projecten.
‘Brand Management Group’, waarin de staf van het park, de Kamer van Koophandel en gemeenten hun vertegenwoordigers hebben. Criteria voor vermelding van de parknaam verschillen per sector, maar komen erop neer dat het betrokken bedrijf mens- en milieuvriendelijk onderneemt. Toeristisch-recreatieve ondernemers moeten bijvoorbeeld voldoen aan bepaalde gedragsregels en in het bezit zijn van een milieukeurmerk (Visit Scotland-certificaat). Producten mogen alleen de naam van het park dragen als ze uit het park afkomstig zijn en milieuvriendelijk zijn geproduceerd. Zo ontwikkelt de Brand Magement Group de naam van het nationaal park tot een sterk merk.
Gebruik van het merk Cairngorms Nationaal Park is een eer Praktijkervaringen in Nederland
Op de volgende pagina’s vertellen zes parken het verhaal van hun ervaringen met inkomsten van bedrijven en particulieren: - NP De Weerribben-Wieden - NP De Hoge Veluwe - NP De Hoge Kempen (België) - NP Lauwersmeer - Goois Natuurreservaat - Landschap Noord-Holland.
Schotland: sterk merk
In Schotland pakken ze het anders aan. Onder vrij strenge voorwaarden mogen ondernemers daar de naam van het Cairngorms National Park gebruiken in ruil voor een vermelding als ‘Cairngorms National Park Ambassador’ op de website van het park. De voorwaarden worden vastgesteld door een speciale
7
NP DE WEERRIBBEN -WIEDEN
Ken de mensen in je regio! Gezamenlijke visie
Over de ontwikkelingen bij NP De Weerribben-Wieden vertelt Hans Schiphorst, die secretaris was van het park en nu nog werkt bij de gemeente Steenwijkerland. Als actueel voorbeeld om particulieren en bedrijven te betrekken haalt hij de lopende gesprekken aan met een lokale ondernemer voor kleinschalige verblijfsaccommodatie: “We weten nog niet precies hoe dat eruit gaat zien. Een plek voor wat tentjes? Een aanlegplek voor een kano erbij? Een trekkershut? Boomhutten? Wat het ook wordt, voor ons beiden is het uitgangspunt dat het gevoel midden in de natuur te zitten centraal zal staan.” Het Overlegorgaan NP De Weerribben-Wieden heeft de afgelopen jaren veel nagedacht over samenwerking met bedrijven. Dat heeft een duidelijke visie opgeleverd waar iedereen achter staat. Hoe dat in de praktijk gaat werken moet nog blijken.
Natuur is bedrijfskapitaal
Schiphorst vertelt dat Natuurmonumenten en Staatsbosbeheer denken over kamperen in het park. Daarvoor zijn verschillende vormen denkbaar, die niet allemaal evenveel impact hebben op de omgeving. Voor de ondernemer zijn natuurlijk de kosten van investeringen, onderhoud en exploitatie afhankelijk van de gekozen vorm. Voor Schiphorst is duidelijk: “Kostbaar zijn de ondernemers die natuur als hun bedrijfskapitaal zien.” Hoe je die vindt? “Ze volgen bijvoorbeeld een cursus gastheerschap, of zijn elders al actief bezig met natuur. En heel belangrijk is je netwerk, daar moet je het vooral van hebben. Ken de mensen in je regio!”
8
NP DE HOGE VELUWE
Wat willen de bezoekers? En hoe bundelen we regionale krachten? Marketing
Directeur Seger van Voorst tot Voorst heeft duidelijke ideeën over het werven van inkomsten: “Marktonderzoek is een zeer belangrijk instrument. Het is belangrijk je klanten, de bezoekers van het park, te kennen. Wat willen ze? Wat vinden ze van het park? Je moet zorgen dat ze terug willen komen voor een dag natuurbeleving.” Investeren in duurzaamheid is daarbij essentieel. “Iets wat gratis wordt aangeboden, kan niet duurzaam zijn,” merkt Van Voorst tot Voorst op. “Duurzame instandhouding van natuur kost veel geld.”
Particulier kan!
NP De Hoge Veluwe is een particuliere stichting. De stichting maakt uiteraard gebruik van overheidsgeld (bijvoorbeeld projectsubsidies), maar is het enige nationaal park van Nederland dat alle exploitatiekosten dekt met geld dat niet van de overheid komt. Doel bij De Hoge Veluwe is om 40% van de totale inkomsten uit de markt te halen. Verpachten van grond, verhuren van gebouwen, houtverkoop - zaken die de meeste NP’s hebben - leveren al een belangrijk aandeel. De Hoge Veluwe probeert zich daarnaast te onderscheiden door (niet gratis) excursies te organiseren en lokale producten te verkopen (honing, wildbraad). Verder zijn er natuurlijk de entreegelden, donateurs etc.
Partijen samen
Overleg met allerlei partijen op de Veluwe naar aanleiding van Natura2000 resulteerde in een bijzondere overeenkomst tussen de toeristische sector, de grondeigenaren en de beheerders. Een heel pakket van ideeën voor potentiële bronnen van inkomsten kwam daaruit voort, weergegeven in het rapport Veluwe op de balans. Een greep uit deze ideeën: • tolheffing op wegen / betaald parkeren; • een Eindeloos Veluwefonds instellen; • sponsoring en merchandising; • opt-in voor toeslag op horeca-, hotel- of campingrekening; • arrangementen in cultuur- of ruitertoerisme; • exclusieve accommodaties aanleggen. Hoewel het rapport zich niet alleen op het NP richt maar op het hele Veluwegebied, geeft het zeker veel inspiratie voor alle nationale parken, juist om samenwerking in de regio te zoeken.
9
NP DE HOGE KEMPEN
Ogenschijnlijke trivialiteiten wezenlijk voor slagen van de plannen Groen streekfonds
Het NP Hoge Kempen in Vlaanderen heeft zich in de tien jaar van zijn bestaan tot een sterk merk ontwikkeld. Er zijn vijf toegangs-‘poorten’ gerealiseerd, herkenbaar aan hetzelfde logo. Ze liggen aan de rand van het park of enkele kilometers daarbuiten en heten de bezoekers welkom. Het park is gratis toegankelijk, maar voor alle extra’s moet de bezoeker iets betalen. Bijzonder is het recente initiatief van een groenfonds. Johan Van Den Bosch, projectleider bij het park, licht toe hoe dit groenfonds werkt: “Van de Vlamingen zijn vooral de Limburgers trots op hun eigen provincie, en het Nationaal Park geniet een grote populariteit. In (Belgisch) Limburg bestond al het streekfonds Een Hart voor Limburg. Het fonds wordt ‘gevuld’ door Limburgse bedrijven en steunde tot nu toe vooral sociaal-maatschappelijke initiatieven. Het krijgt er nu met het Groenfonds een groene ader erbij. Zo kunnen bedrijven én de natuur profiteren.” De beginfase van het fonds kende wat startproblemen. “Ogenschijnlijk triviale zaken die toch essentieel zijn voor het slagen van de plannen,” zegt Van Den Bosch. “Het is belangrijk dat duidelijk en concreet omschreven is waar het geld van het fonds, en dus van de inleggelden, voor bestemd is. Dat is namelijk fiscaal van belang voor de sponsors.” Inmiddels staat het project echt in de startblokken en kan de mediacampagne losbarsten.
10
NP LAUWERSMEER
Profiteer van marktkennis en innovatiekracht van ondernemers Samen ondernemen
Het circa 5000 hectare grote NP Lauwersmeer wordt beheerd door Staatsbosbeheer (SBB). Bert Hummelen is districtshoofd in het gebied en is voor SBB deelnemer in het Overlegorgaan van NP Lauwersmeer. Al een poos wordt daar gepraat over een nieuw bezoekerscentrum in het nationaal park. Een aantal betrokken partijen (SBB, vier gemeenten, het waterschap Noorderzijlvest en de provincies Groningen en Friesland) zijn nu serieus in gesprek met een Groningse ondernemer over een gezamenlijke aanpak. Wat is het idee? De ondernemer heeft een goedlopend recreatiebedrijf in het gebied, met onder andere een camping, een plaza met restaurant, supermarkt e.d., fietsverhuur, een jachthaven en mogelijkheden voor bootexcursies. De ondernemer heeft in het VVV en de Natuurschool nieuwe partners gevonden. Vanwege deze samenwerking wil hij zijn bedrijfsgebouwen moderniseren en verbouwen. De partijen rond het NP Lauwersmeer willen daarin graag meeliften door er een gezamenlijk informatiecentrum op te zetten.
Marktkennis en innovatiekracht SBB vroeg zich al langer af hoe het Lauwersmeer aantrekkelijker gemaakt kan worden voor het publiek. Bert Hummelen: “Het recreatiebedrijf zit in het drukste deel van het gebied, bij de haven. Het draait goed. Waarom zouden we de concurrentie aangaan door op een andere plek ons eigen informatiecentrum in te richten? We kunnen beter aansluiten bij dat succes en zorgen voor een one stop shopping voor de bezoekers.” “We willen niet in de eerste plaats onszelf profileren, maar samen met andere partijen ‘smoel’ geven aan het nationaal park. De ondernemer heeft innovatiekracht, weet hoe de markt werkt, wat de mensen willen. Hij komt met ideeën voor activiteiten die geld op kunnen leveren en heeft bijvoorbeeld voor ons nieuwe ideeën over hoe je informatie en activiteiten kunt aanbieden. Niet dat we die allemaal zomaar willen overnemen. Maar het helpt wel om meer out of the box te denken. Zo komen we samen verder.”
Concrete afspraken Partijen zijn er nog niet uit hoe de samenwerking eruit moet gaan zien. Hummelen heeft nog heel wat vragen: “Krijgen VVV, SBB en de ondernemer elk een eigen balie in de verbouwde plaza? Gaan we activiteiten naar ‘soort’ verdelen? Hoe zorgen we dat de bezoekers onze samenwerking en gezamenlijke presentatie logisch vinden, zonder dat het gezicht van de ondernemer, SBB of het nationaal park helemaal uit beeld verdwijnt?” Op dit moment is het idee dat SBB gaat zorgen voor de activiteiten in de natuur (excursies, wandelroutes, speelbos) en de ondernemer voor informatie en verdieping (tentoonstelling, presentaties). Behalve op de vernieuwde plaza kunnen bezoekers straks voor basisinformatie ook terecht bij drie ‘basispunten’ bij de ingangen van het gebied. En dan de financiën. Ook daarover wordt nog volop nagedacht. Hummelen: “Waarschijnlijk gaan we een stichting oprichten die voor het nationaal park zorgt voor huur en exploitatie van de ruimte. Hoe de andere kosten- en opbrengstenposten eruit zien en welke potjes daarbij horen? Daar zijn we nog niet uit.” Er is nog heel wat overleg nodig voordat de nieuwe informatiecentra open kunnen.
11
NP GOOIS NATTUURRESERVAAT
Netwerken! Waar je zichtbaar bent moet je boter bij de vis zien te krijgen Netwerken
Is De Hoge Veluwe het enige volledig particuliere nationaal park van Nederland, het Goois Natuurreservaat heeft een bestuur dat alleen uit overheden bestaat: de provincie Noord-Holland en zeven gemeenten. Gezamenlijk nemen zij de exploitatie en het onderhoud van het reservaat voor hun rekening nemen. Formele eigenaar van het gebied is een aparte stichting, die houder is van het CBF-keurmerk en waarin ook alle private (project)gelden terechtkomen. Verantwoordelijke voor de marketing is Edwin Van Oevelen. Zijn ervaring: “Mailings en dergelijke werken niet, netwerken wel. Houd het dichtbij: waar je zichtbaar bent moet je boter bij de vis zien te krijgen.”
Landschapsveiling
Bij de viering van het 75-jarig jubileum in 2007 schonken de bezoekers het natuurreservaat in totaal bijna 16.000 euro. Dat ging op een heel bijzondere manier: tijdens één van de eerste landschapsveilingen in Nederland. Belangstellenden konden hier een landschapselement ‘kopen’. De Gooise kopers werden geen eigenaar, maar ‘participant’. Ze adopteerden als het ware een stukje landschap en kregen de garantie dat het bewaard blijft en dat er voldoende middelen waren om het een jaar lang te onderhouden. De kopers waren vooral bedrijven, waaronder een notariskantoor, een groenbedrijf, adviesbureaus in groen en ruimtelijke ordening, en een grote aannemer. Maar ook particuliere personen en terreinbeheerders meldden zich. Zo gingen enkele zitbankjes, een uitzichtspunt, een grafheuvel en een oeverzwaluwenkolonie onder de hamer. De participanten ontvingen behalve de notariële acte een mooie foto van ‘hun’ plekje en een speciale excursie. Veilingmeesters waren een Hilversumse notaris en een medewerker van het Utrechts Landschap. Inmiddels zijn er in Nederland verschillende bureaus die natuur- en landschapsveilingen organiseren. Geïnteresseerden kunnen zelfs terecht bij online veilingen.
Digitale etalage
Op dit moment werkt het Goois Natuurreservaat een nieuw initiatief uit: een platform duurzaamheid. Het Natuurreservaat wil een website openen die gaat functioneren als duurzaamheidsportaal. Geïnteresseerden kunnen op de site een pagina kopen, waar ze hun groene dienst of product ‘in de etalage’ kunnen zetten.
12
NP LANDSCHAP NOORD-HOLLAND
Zelf met specifieke deskundigheid de boer op Vrienden
De Provincie en het ministerie van LNV verlenen het Landschap structureel geld en verschillende overheden dragen bij in de vorm van projectsubsidies. Daarnaast krijgt Landschap Noord-Holland steun van de ‘beschermers’ en de Nationale Postcode Loterij en komen er giften binnen van particulieren. Incidenteel ontvangt het landschap projectbijdragen van het VSB-fonds, het Prins Bernhard Cultuurfonds en andere particuliere fondsen. Ongeveer 65 bedrijven zijn ‘vriend’ van het Landschap. Zij sponsoren het Landschap voor minimaal drie jaar. Afhankelijk van het sponsorbedrag ontvangen ze een tegenprestatie, zoals publiciteit (naamsvermelding) in verschillende media, exclusieve excursies voor relaties en medewerkers, vergaderlocaties, gratis cadeau-beschermerschappen, korting op aankopen in de informatiewinkel en extra publiciteit bij adoptieprojecten. Naast het standaardpakket aan tegenprestaties worden met grote sponsors ook individuele afspraken gemaakt. Zo is met een verzekeraar afgesproken dat het Landschap de verzekeraar onder de aandacht brengt bij de ‘beschermers’; die kunnen met korting een verzekering afsluiten. Voor elke nieuwe verzekerde die dit oplevert krijgt het Landschap Noord-Holland een klein bedrag van de verzekeraar. Bedrijven worden door Landschap Noord-Holland actief benaderd. Vrienden zijn onder andere banken, verzekeraars, aannemers, een architectenbureau, een afvalverwerker, KvK en woningcorporaties.
Zelf marktspeler
Stichting Landschap Noord-Holland beheert niet alleen zijn eigen terreinen maar, tegen betaling, ook die van andere eigenaren. Verder wordt de organisatie betaald voor onderzoek en advies. Ilse Miedema, hoofd Communicatie, licht dit toe: “We doen flora- en faunaonderzoek en monitoring voor de Provincie. Ook gemeenten kunnen ons inhuren voor ecologisch advies. Veel gemeenten hebben mooie stukjes natuur. Hoe kan je daar zorgvuldig mee omgaan? Particuliere terreineigenaren, zoals boeren, kunnen we goed adviseren over inrichting en beheer van boerenland, erf en tuin.” Het Landschap zet zo zijn deskundigheid in rond ecologisch en cultuurhistorisch beheer en (ILG-)subsidies. Van deze dienstverlening maken de Provincie, gemeenten, semi-overheden en particuliere grondeigenaren dankbaar gebruik.
13
Bronvermelding/meer informatie - Berkers, R.F.A. en H. de Jong, Private inkomsten voor nationale parken, Den Haag 2008, Stichting Recreatie, Kennis- en Innovatiecentrum. - Samenwerkende Nationale Parken, Verslag workshop Nationale parken en verwerving van eigen inkomsten, Den Haag 2009. - Borsje Communicatie, Notitie Werving, Den Haag 2008. - De Wit Communicatie, S, Natuurlijk sponsoren - De versterking van een keurmerk, Eindhoven 2007. - Beunders, N. en M. van der Donk, Veluwe op de balans, Breda 2009, NHTV, Centre for Sustainable Tourism and Transport. - Jochemsen, M.C., Wie betaalt de ambities van de nationale parken? NP Magazine 3 (2010), pp. 14-15. - Websites van de genoemde parken.
Colofon Deze brochure is een uitgave van: Stichting Samenwerkingsverband Nationale Parken Willem Witsenplein 6, 2596 BK Den Haag Postbus 20401, 2500 EK Den Haag Telefoon: 070 - 378 5255 E-mail:
[email protected] Website: www.nationaalpark.nl
Tekst: Klare Taal, Leiden Vormgeving en druk: Aktief bv Den Haag, www.aktief.nl
januari 2011
Deze brochure is gedrukt op FSC - gecertificeerd papier