VRIJESCHOOLPAROOL
Fred Kessels ‘Meer dan duizend woorden’
Eerste jaargang nummer 6
VRIJESCHOOLPAROOL
DEEL 2 DE AFBROKKELING VAN HET BISSCHOPPELIJKE Over het Bisschoppelijk College Broekhin 1945 - 1996 Na 1945 groeide het aantal leerlingen snel. Waar het internaat nog enkele haast onbewoonbaar verklaarde kamers had, werden die ingericht als noodlokaal. Er waren toen ongeveer 150 internen, die elke middag door de ‘hoge, sombere gangen’ liepen – zoals een kroniekschrijver vermeldt – om rond 13.00 uur de warme maaltijd te genieten. Nieuwe tijdgeest In 1956 werd er voor het eerst een leek benoemd op school, die op de administratie kwam te werken. Er waren op het Bisschoppelijk College tot dan toe alleen priesterleraren (‘professoren’). Behalve voor de vakken tekenen en gymnastiek. Hoe dat zo? De kroniekschrijver: ‘Begrijpelijk. Een cursus M.O –tekenen houdt ook in het tekenen naar levende modellen, die meestal niet van enige charme ontbloot zijn. Een gymnastiekleraar moest ook de handstand kunnen voordoen, terwijl een priester gebonden was aan het dragen van een toog.’
die de cour van het gebouw bezetten, tot ontzetting van de rector. Maar veranderen deed er voorlopig niets. In de godsdienstlessen bleef de ‘Triptiek van het Godsrijk’ verplichte leerstof. Er kwam wel een leerlingenblad - ‘De Brug’ - en in 1964 vonden de eerste verkiezingen plaats voor het schoolparlement. Men vocht in deze anti-autoritaire jaren voor meer democratie op school. De artikelen in ‘De Brug’ werden door de staf van de school vaak als opruiend ervaren en vaak werd er dan censuur gepleegd en de staf beklaagde zich ook bij de bisschop van Roermond over de opruiende ideeën die op B.C. Broekhin door het leerlingenblad werden verspreid. Er werd veel gesproken over nieuwbouw. Het centrum bleef lang de meest gewenste plek. Want de priesterleraren van het internaat gingen ’s morgens de mis lezen in kerken en kloosters, waarvan de binnenstad goed was voorzien. De kroniek hierover: ‘In die tijd werd de rust alleen maar verstoord met carnaval en kermis.’
Kronieken maken er melding van dat de nieuwe tijdgeest voorzichtig doorbrak. Zo was er een in 1955 plots een rebelse actie van de leerlingen
-2-
VRIJESCHOOLPAROOL
Men sprak van een tweede school en het bouwen op Schöndeln begin in 1964. Maar moest daar dan ook nog een internaat bij komen? In die tijd verschenen er onder andere in de Maas- en Roerbode kritische artikelen over de toekomst van die schoolinternaten. De kroniekschrijver: ‘In december 1963 benoemde het bestuur van de Vereniging Bisschoppelijk College, dat bestond uit drie priesters van het Bisdom, drie leken en trad zelf af. De afbrokkeling van het “Bisschoppelijk” van het College, dat reeds was begonnen bij het benoemen van een leek als directeur in 1959, en ging nu verder.’ In 1966 begon de ontruiming van het internaat in de stad. Bijna werden ze gesloopt, de glas-inlood-ramen. Ooit nog getekend door leerlingen uit het atelier van de Roermondse bouwmeester Cuypers. Een advertentie geeft een indruk van het klimaat dat aan het veranderen is: ‘We zoeken een niet al te oude priester die goed met jonge mensen en met docenten kan omgaan, een man die zijn katholieke overtuiging kan overdragen zonder daarbij extreme denkbeelden te verkondigen.’
de leraren van het Bisschoppelijk College - om het verkondigen van extreem roomse denkbeelden. Daarmee werd de nieuwe tijdgeest in de knop gebroken. Het jaarboek vermeldt: ‘De leraren, vroeger gevreesde en gerespecteerde boemannen, zijn noch gevreesd noch gerespecteerd meer.’ De kroniekschrijver stelde in 1981 vast: ‘Nee, je kunt niet zeggen dat de wereldwijde studenten- en scholierenopstand van eind jaren ’60 een vervolg kreeg op het Bisschoppelijk College te Roermond. Het bleef rustig.’ Het is in ditzelfde jaar 1970 dat de nieuwbouw van het Bisschoppelijk College officieel in gebruik wordt genomen. Tee-emmen Al werd men toch wel aangeraakt door de tijdgeest. Zo werd er in 1976 in Rolduc een studiedag georganiseerd over een anti-autoritaire aanpak in het onderwijs. Maar zonder het gewenste succes. De tijdgeest wordt ook merkbaar doordat godsdienstleraren zich openstelden voor de meditatietechnieken die toen in zwang raakten. Wellicht had de vestiging van de Maharishi (de held van de Beatles) in Vlodrop daar enige invloed op. In ‘De Brug’ staat te lezen:
In 1970 vertrok de laatste priester als rector van het gymnasium en directeur van het internaat. In beide functies kwamen leken. Maar in Roermond werd bisschop Gijsen benoemd, berucht en zeer omstreden - ook onder -3-
VRIJESCHOOLPAROOL
‘De meditatie is echt evangelisch. Het zou goed zijn om wat meer aandacht te besteden aan de grote meditatiemeesters van de geschiedenis.’ Leerlingen mochten voortaan in de lessen dan gaan ‘tee-emmen’ (afgeleid van: transcedente meditatie). Een links bolwerk Het jaar 1977 is gedenkwaardig, omdat Broekhin en Schöndeln twee aparte zelfstandige scholengemeenschappen worden. Het aantal inwonende priesterleraren in het Bisschoppelijk College liep sterk terug. In 1980 waren het er nog twee. In die jaren lijkt de school van katholieke kleur te verschieten. Een zogenaamd telegram uit China, bij het eerste lustrum van het schoolparlement, gepubliceerd in ‘De Brug’ duidt daar op:
Adjunct directeur Henk Giesbers studeerde in die zeventiger jaren in Nijmegen, vond aansluiting bij links georiënteerde dispuutgroepen en introduceerde nieuwe studenten in de marxistische economie. Hij bevestigt de ontwikkeling van rooms naar rood op school: ‘Er doceerden in die jaren een aantal docenten op Broekhin die zich openlijk verbonden met de PvdA. Zij waren een fervent tegenstander van het Rooms Katholieke bolwerk in Roermond. De school kreeg een links imago.’ Katholiek Als in 1981 leraar en conrector Jos Offermans wordt begraven na een kort ziekbed, zegt de rector aan zijn graf: ‘Zijn groot geloof in de Heer van leven en dood moge ons allen tot voorbeeld blijven.’
‘Aan S.P. Holland+proficiat+nog vijf jaren en we komen.’
De pastoor, die in de uitvaartdienst voorging, voegt daar aan toe:
De strekking wordt duidelijk als we de ondertekening bekijken: ‘mao.’
‘Boven alles was hij een gelovige. Hij was een man die hield van het leven maar die de dood naast zich een plaats gaf; de dood was voor hem geen bedreiging meer, eerder een metgezel, de laatste dagen zelfs een vriend. En waarom? In de diepste grond: hij wist dat de Heer zijn God was.’
-4-
VRIJESCHOOLPAROOL
In datzelfde jaar sneuvelt de kapel op school. Men maakt er een muzieklokaal van. De kroniekschrijver stelt somber vast: ‘Eens kende het Bisschoppelijk College alleen maar priesterleraren. Nu kan men bijna zeggen: het kent alleen maar lekenleraren. Van het “Bisschoppelijk” van het College is niet veel meer overgebleven, maar de naam leeft voort, alsof er niets is gebeurd.’ Zo is het uiteindelijk niet gegaan. In 1974 wordt opgericht: ‘S.K.V.O.M.L.’ dat staat voor: Stichting Katholiek Voortgezet Onderwijs voor MiddenLimburg. Nu bekend als S.O.M.L. Het woord ‘katholiek’ is gesneuveld, in het jaar 2000. Adjunct Henk Giesbers: ‘Een priester die verbonden was aan Broekhin stond dag en nacht klaar voor zijn leerlingen. Zijn werk beschouwde hij als een opdracht. Op een gegeven moment is dat voorbijgegaan. We beschouwen ons werk nu als een gewone baan. Toch blijven de sporen van de katholieke identiteit wel zichtbaar. Het komt tot uiting in de grote aandacht die er bij ons nog steeds bestaat in de begeleiding van leerlingen. Die zorg voor hen zit diep.’ Meisjes, spijkerbroeken en de vrije zaterdag In 1970 worden er voor het eerst meisjes toegelaten. Het sluikse contact in de pauzes tussen de paraderende meisjes aan de ene kant en de slenterende jongens aan de andere kant was voorgoed voorbij. Maar er werd natuurlijk wel
een aparte fietsenstalling voor de meisjes gebouwd… Een leraar merkt daar wat neerbuigend over op in een terugblik: ‘Met de Mavo-instroom kwamen de meeste meisjes op onze jongensschool. Ze stonden er in die tijd nogal “geplamuurd” op en zaten vaak alleen maar “mooie meisjes” te zijn in de les.’ Er woedt een strijd over de vrije zaterdag, die in 1972 wordt ingevoerd. Ook wordt er in 1970 op het Bisschoppelijk College een festiviteiten gala georganiseerd: ‘met een saloon, een underground-room, een Chinese theetuin. In de hal zijn behalve een bar ook inlichtingenstands over drugs en zo en een derde-wereldwinkel.’ De kroniekschrijver laat erop volgen: ‘Kom daar op Schöndeln eens om.’ Het zijn de jaren waarin de spijkerbroek ‘als uniform’ voor jongens en meisjes wordt gedragen… 125 jaar Bisschoppelijk College In het jaar 1976 bestaat het Bisschoppelijk College 125 jaar en dat wordt gevierd met een plechtige eucharistieviering in de kathedraal. De kroniekschrijver vermeldt: ‘Het was duidelijk dat het niet zo’n massale belangstelling zou trekken als bijvoorbeeld een popconcert.’ De pastoor hield een toespraak waarop hij het college ‘een bijbels volkje’ noemde, en ‘een exodus-, een barakkentroep’ en zei dat het college altijd een ‘dynamische, begeesterde gemeente is geweest en zich altijd heeft bezonnen op de
-5-
VRIJESCHOOLPAROOL
taak die men te doen had.’ ‘Katholiciteit betekent,’ aldus de pastoor, ‘de jeugd opvoeden tot godservaring, constant doen aan levensbekering, de jeugd opvoeden tot engagement, dienst aan elkaar en aan het Rijk Gods.’ Bij de receptie werd uitgesproken, ‘dat het bestuur graag bereid was met het bisdom te overleggen hoe de katholieke identiteit van de school bewaard kan blijven.’ Sporen van katholieke identiteit Als er iets te vieren valt, een promotie of een jubileum (iemand is als leraar 25 jaar verbonden aan de school, of een ander viert zijn 40 jarig priesterjubileum), dan vindt er een Heilige Mis plaats. Ook wordt er in de kronieken uit de jaren zeventig en tachtig melding gemaakt van traditionele kerstvieringen, die bestaan uit een kerstvoettocht en avondvieringen. Soms vermeldt de kroniek ook nog een ‘avondmis en nachtwake voor de bovenbouw’. Soms staat de katholieke achtergrond op de agenda van een studiedag. Bijvoorbeeld op 3 mei 1977, waarop er een bezinningsdag wordt georganiseerd voor docenten: ‘Katholiciteit op school.’ In het schooljaar erop klinkt het al heel anders, het onderwerp van de bezinningsdag: ‘Absenteïsme in de eindexamenklassen.’ Er bestaat een culturele sociëteit, die ooit E.K. heette, ‘Eucharistische Kruistocht’, een godsdienstige vereniging voor schoolgaande jeugd. Die E.K. werd op het Bisschoppelijk College in de jaren zestig opgesplitst in: een culturele so-
ciëteit, kapelgroep en boerderij-commissie. Die blijven naast elkaar bestaan. Op 14 november 1980 wordt er in Schöndeln een praatcafe geopend. Elke vrijdag na half drie kunnen de leerlingen van de vierde klas en hoger hier met de docenten gezellig samenzijn tot vijf uur. Adjunct Henk Giesbers: ‘Uiteindelijk schrapt Schöndeln door een fusie het woord katholiek. Het is geen Bisschoppelijk College meer.’ In overeenstemming met de wensen van het ministerie wordt ook B.C. Broekhin een brede scholengemeenschap, met in 1996 drie vestigingen. Onderwijs is nooit af Rector Tijs Dorenbosch zegt in 1981 die op die jaren terugkijkt doet over de kwaliteit van het toenmalige onderwijs een opmerkelijke ontboezeming: ‘Er is ook nog veel blijven liggen. Er werd op Broekhin geen vernieuwd of vernieuwend onderwijs gegeven. Ik voelde mij niet voldoende geschoold hiervoor. Er is in dit opzicht nog veel te doen. Onderwijs is nooit af.’ Met dank aan verschillende collega’s voor de informatieve gesprekken die ik mocht voeren: Gerda Nieskens, Marc Demandt en Henk Giesbers. wordt vervolgd:
-6-
VRIJESCHOOLPAROOL
Deel 3 maart 2014 Geert Groote en Rudolf Steiner als geestverwanten. (De vrijeschool Roermond in een historisch perspectief) Deel 4 april 2014 BC Broekhin en vrijeschool Roermond: samen op weg (In gesprek met de schoolleiding).
Literatuur: -----
Bisschoppelijk College Roermond herdenken & vooruitzien gedenkboek bij het 125 jarig bestaan 1851-1976. Bisschoppelijk College Schöndeln Lustrumboek 1977-1981. 150 jaar Bisschoppelijk College Broekhin Roermond (2001). Plas, Michiel van der Mijnheer Gezelle (1990).
-7-
VRIJESCHOOLPAROOL
-8-
VRIJESCHOOLPAROOL
COLUMN Een eerste kennismaking met de Vrije School en met de antroposofie. Vorig jaar zijn we begonnen met een eerste oriëntatie betreffende de schoolkeuze van onze dochter Emma. Emma, toen nog een zevende groeper op openbare basischool De Stapsteen in Herten kwam thuis met een schoolbrief. Hierin werd ons geadviseerd om alvast eens op bezoek te gaan bij een paar middelbare scholen. Prima advies, dus zo gezegd, zo gedaan. De ouders van een vriendinnetje wezen ons ook op een nieuwe school in Roermond, de Vrije School. De Vrije School, het zei ons helemaal niets. De ouders van het vriendinnetje waren zeer enthousiast. Ze waren in Maastricht al wezen kijken op de Vrije School en hadden nu vernomen dat er ook een in Roermond kwam. Dus wij op weg naar Broekhin. Broekhin beviel Emma gelijk goed. De algemene voorlichting was goed verzorgd. Toen verder naar de afdeling Vrije School. Spannend. Het was voor ons nog steeds een beetje vaag. De Vrije School, antroposofen, handvaardigheid, creatief…. Veel verder kwamen we niet. Hoe zouden ze eruit zien die antroposofen en waren ze niet een beetje wereldvreemd ?
Bij binnenkomst viel ons direct op dat het een prettig lokaal was, groot, rustig gelegen. En vervolgens de antroposofen….Daar stond mevrouw Vrij die Marcel Seelen introduceerde. Hij begon te vertellen en we hebben een uur ademloos naar hem en naar de twee leerlingen die mee waren gekomen uit Amsterdam geluisterd. Dit klonk ons totaal niet als wereldvreemd en vaag in de oren, maar juist zeer logisch en gezond. Het kind niet alleen op cijfers beoordelen , maar de ruimte geven om zich te ontwikkelen. Het voelde direct goed. Hier moesten we meer over te weten komen. We besloten vervolgens om naar een informatieavond te gaan. Ook deze informatieavond was zeer verhelderend betreffende het soort onderwijs. Inmiddels begrepen we al dat de Vrije School niet zomaar een reguliere school is met wat meer uren knutselen. Dit vroeg om meer verdieping. We hebben het boek “Mijn lot heeft vlamgevat” besteld en gelezen. Hierin lezen we dat de Vrije School is opgericht om een kind te begeleiden in zijn ontwikkeling en wel zo breed mogelijk: naar hoofd, hart en handen.
-9-
VRIJESCHOOLPAROOL
Ook lezen we dat de Vrije School wortelt in de antroposofie en dat deze gebaseerd en geïnspireerd is op en door Rudolf Steiner’s visie op de mens. We worden alsmaar enthousiaster en besluiten om naar de drie lezingen te gaan die er gegeven gaan worden op de Vrij School Roermond. Stuk voor stuk bijzondere, mooie en leerzame lezingen. We weten inmiddels zeker dat het Vrije School onderwijs past bij onze dochter en bij ons. Er gebeurt echter nog iets anders. Tijdens de lezingen worden we geraakt door de achterliggende verhalen. In de eerste lezing wordt er verteld over de Maanknopen en tijdens de tweede lezing raakt het verhaal van Plato over soldaat Er ons zeer. Hetgeen er verteld wordt komt heel direct binnen en raakt ons vanwege persoonlijke redenen.
Pap en mam zijn dus blij met de Vrije School. Nu dochterlief nog. We maken een afspraak voor een kennismakingsgesprek op de Vrije School. Het is een aangenaam gesprek. Emma (die dol is op lezen) staat gelijk voor de boekenkast in het lokaal. Als er vervolgens ook nog een doos op tafel komt met alle nieuwe boeken die net die dag zijn aangeschaft voor de Vrije School is het ijs gebroken. We gaan zitten en Emma stelt al haar vragen die ze heeft opgeschreven. Marcel geeft in alle rust en met alle aandacht antwoord. Hij stelt Emma ook een aantal vragen en er ontstaat een open en aangenaam gesprek. Emma weet het na afloop zeker. Ze wil naar de Vrije School.
Na de tweede lezing sturen we Marcel een mailtje met de vraag of hij ons misschien wat titels aan de hand kan doen om te lezen. Heel enthousiast komt er een mailtje terug. Met zorg zijn er titels uitgezocht die aansluiten bij ons persoonlijke verhaal. De boeken die ons geadviseerd zijn, zijn een schot in de roos. Inmiddels ervaren we Steiner (die we eerst wantrouwend bekeken) zo vreemd niet meer. We vinden veel terug van onze denkbeelden en overtuigingen. Er komen antwoorden en steeds ook weer nieuwe vragen.
- 10 -
VRIJESCHOOLPAROOL
Twee dagen later gaat Emma samen met een paar vriendjes en vriendinnetjes naar de vrijeschoollesdag. Tussen de middag eten ze samen een broodje bij ons. Ze hebben er zin in. Rond vijf uur ’s middags komen ze terug. Vier beginnende tieners stormen druk pratend de gang in. We zetten ze maar aan de keukentafel neer met een stuk cake en een kop thee. Er begint een geanimeerd gesprek. Ze vertellen dat meester Marcel een gedicht heeft voorgedragen. Ze hebben dit overgeschreven en besproken. Daarna hebben ze zelf een gedicht mogen schrijven. Alle vier lezen ze hun gedicht voor .Ze zijn zo mooi, zo eerlijk, zo zuiver dat je er kippenvel van krijgt. Vervolgens gaan ze hun gedichten bespreken en ook de gedichten van de andere kinderen. Ze zijn het er alle vier over eens dat de gedichten van de andere kinderen ook mooi waren.
Vier beginnende pubers die een uur met elkaar verwikkeld zijn in een serieus gesprek over gedichten. Bijzonder! We zien ernaar uit om met de andere leraren kennis te mogen maken. Complimenten voor Broekhin omdat ze de ruimte en ondersteuning voor deze nieuwe school geboden hebben. Wij als ouders van een toekomstige leerling zijn er erg blij mee. Rob & Suzan Cornelissen-Poulissen
Vooral de gedichten van twee kinderen die gepest worden en een gedicht van een meisje dat zich op school niet veilig voelt hebben grote indruk gemaakt. Ze vinden het erg knap dat de kinderen dit zo mooi hebben kunnen verwoorden en ondanks de emoties hebben voorgelezen. Er wordt met veel respect over de andere kinderen gesproken. Ook het boetseren en de muziekles hebben ze erg leuk gevonden. Spontaan beginnen ze met zijn vieren een nummer van Queen te zingen.
- 11 -
VRIJESCHOOLPAROOL
- 12 -
VRIJESCHOOLPAROOL
Ingezonden Brief Beste leraren van de vrijeschool, Rowena is vandaag bij jullie geweest voor de meeloopdag. Wat eenervaring......ze straalt helemaal als ze er over verteld. Het was eerlijk waar, ze had genoten van de les Nederlands (niet te geloven!)......er werd helemaal niet gelet op de spelling. En zo gaat dat daar altijd. Want dat heeft ze extra nagevraagd.......dit was geen meeloopdag, waarin ze je wat leuks willen voorspiegelen, hier gaat het er echt zo aan toe! Ze vertelde me stralend over het gedicht tijdens Nederlands, het plezier tijdens het kleien en het spannende verhaal over de steenhouwer bij Filosophie. Ze had wel zitten dromen, want er kwamen beelden bij het verhaal, maar ze zat niet aan iets anders te denken of weg te dromen en ze kan het verhaal helemaal navertellen.......zonder dat ze er iets uit gemist heeft............ en zo hoort onderwijs te zijn! Wat een opluchting en blijdschap voel ik als ouder, te weten dat mijn dochter net zo “bevangen” is door de Vrije school als ik! Yessica
- 13 -
VRIJESCHOOLPAROOL
Ingezonden Brief Beste leraren van de vrijeschool, Wil je even laten weten dat Sanne genoten heeft gistermiddag bij jou in de klas. Haar exacte woorden toen ze naar buiten kwam, waar ik de kinderen op stond te wachten” beste schooldag ooit”! Haar gedicht vond ik prachtig zoals ze haar gevoelens verwoord. Maar ook confronterend ze zit niet goed in haar vel op de Stapsteen. Gelukkig weet en voelt ze dat dat volgend jaar op de vrije school allemaal weer goed komt! Ze kan niet wachten... Genoten hebben Susan en ik dan ook van alle verhalen van Niels Thijs Emma en Sanne zo enthousiast en wat een diepgang na die korte middag! We waren allemaal aan het stralen de kinderen omdat ze het zo leuk hadden gevonden en zich verheugden op de vrije school, en Susan en ik omdat we zeker weten dat onze dochters daar op de juiste plek zitten! Dankjewel voor je fantastische inzet en goede werk! Met vriendelijke groet, Maaike Stuij
- 14 -
VRIJESCHOOLPAROOL
- 15 -
VRIJESCHOOLPAROOL
FRED KESSELS ‘Meer dan duizend woorden’ door Heidi Reer
Het gesprek met Fred begint luchtig. Ik vertel hem dat ik deze interviews maak om ouders kennis te laten maken met de docenten van de vrijeschool. Mijn schrijfstijl is ‘beschrijvend’. Ik ben een waarnemer en bespreek met Fred mijn beeld van hem. Ik beschrijf hem met de woorden, relatief rustig, no-nonsense en to the point, integer en dat hij een prachtig subtiel gevoel voor humor heeft. Dat laatste heeft weinig te maken met waarneming maar meer met een paar zeer amusante ervaringen. Ook vertel ik hem voorzichtig dat ik hem ervan verdenk dat hij streng kan zijn als dat nodig is. Gelukkig herkent hij zichzelf in mijn woorden en al gauw ontspint zich een geanimeerd gesprek. Fred verzorgt de lessen handvaardigheid op de vrijeschool en op de andere afdelingen van BC Broekhin. Hij is creatief, dat wist ik al. Dat hij jarenlang een eigen atelier heeft gehad en als prijzenwinnend beeldend kunstenaar furore maakte wist ik niet. Hij beschrijft zijn toenmalige werk met de woorden: ‘relatief abstracte, enigszins geometrische, vormen, net op de grens tussen 2D en 3D, die nadrukkelijk in relatie stonden met elkaar, andere objecten en de ruimte waarin ze zich bevonden.’ Nu ik dit zo opschrijf is het lastig om dit vertalen naar een concreet beeld. Maar daarover later meer. Ook is Fred de bezitter van het eerste ‘passiefhuis’ in Limburg.
Een passiefhuis is een zeer goed geïsoleerd en geventileerd huis, waardoor het binnenklimaat op alle plekken in het huis exact hetzelfde is. De stookkosten in zo’n huis zijn te verwaarlozen, maar dat was niet de primaire reden waardoor hij besloot het huis te laten bouwen. ‘Wat mij aansprak was de mogelijkheid om open ruimtes te creëren en daardoor een huis op een andere, transparantere, maner vorm te kunnen geven. Deuren zijn er alleen op plekken waar privacy gewenst wordt.’ In 1990, meteen na zijn afstuderen als 1e graads bevoegd docent handvaardigheid, werd hij benaderd door het Blariacum College om een beperkt aantal lessen te geven. Dat beviel goed en het gaf hem de mogelijkheid zijn kunstenaarschap te combineren met een andere passie: het docentschap. Het uitten van zijn eigen creativiteit stond in die eerste jaren op de voorgrond maar dat veranderde al snel. De pedagogische en didactische kant van zijn docentschap boeide hem steeds meer. De term persoonlijk leren is tegenwoordig ‘hot’ in de onderwijswereld. Ik vraag Fred om een praktijkvoorbeeld te geven. ‘Hoe geef jij invulling aan deze, voor mij redelijk onduidelijke, term?’
- 16 -
VRIJESCHOOLPAROOL
Fred vertelt dat hij rond 2000 gefascineerd raakte door de ontwikkelingen op ICT-gebied en, meer specifiek, in de mogelijkheden op het vlak van webdesign. Webdesign is niet alleen het design van een webpagina, maar houdt zich ook bezig met de structuur, navigatie en interactie via het web. Ik uit mijn verbazing over deze switch. Fred licht toe. ‘Als beeldend kunstenaar maakt het niet uit welk instrument je gebruikt. Of het nu een hamer of beitel is, een verfkwast, een computer, of (zijn huidige uitingsvorm) een fototoestel is, het zijn ‘slechts’ middelen die je gebruikt om iets te creëren.‘ In verlengde van zijn andere baan als webdesigner ontwikkelde hij, naast zijn creatieve lessen, mede het vak informatica. Dit vak behelsde in eerste instantie een redelijke hoeveelheid theorie. Inmiddels heeft het vak één contactmoment op het lesrooster en vindt de uitvoering vooral buiten de lestijd plaats. Hij maakte een ‘blog’ waarop leerlingen opdrachten kunnen nalezen en ervaringen en ideeën kunnen uitwisselen. De leerlingen maakten/ maken, in groepjes van drie, een eigen website (over een onderwerp dat hun aansprak) en al doende leren ze de fijne kneepjes van het vak. Door met deze vrij open structuur te werken is het voor de leerlingen mogelijk op elk moment te werken aan de opdrachten, en te communiceren met medeleerlingen en docent. Dat geeft de leerling een onafhankelijkheid die aangegrepen wordt. Dat maakt het leren in ieder geval persoonlijker dan hoe het voorheen georganiseerd was. Wat overigens erg typisch was’, vervolgt hij nadenkend, ‘was de feedback die ik kreeg op mijn vraag aan het einde van vorig jaar.
‘Ik vroeg mijn leerlingen wat ze het moeilijkste hadden gevonden. Hun antwoord? Het moeilijkste vonden ze het aspect samenwerken.’ Fred was ook degene die opperde dat hij graag een buitenruimte voor zijn vrijeschool-lessen wilde hebben. Een vriend uit Denemarken had hem laten kennis maken met het concept ‘openluchtschool’. Dat wilde hij ook! ‘Het is toch vreselijk dat je als kind de hele dag in een klaslokaal moet zitten,’ zegt hij. Wie de buitenruimte kent, begrijpt zijn enthousiasme. De leerlingen werken, afgeschermd tegen wind en regen, aan creatieve houtbewerkings-opdrachten. Dit vergt enige fysieke inspanning en is daardoor, in de ietwat koudere wintermaanden, een prima afwisseling voor de meer theoretische vakken. ‘Staat er ook een vuurkorf,’ vraag ik. ‘Nee’, zegt hij, ‘maar volgend jaar komt er waarschijnlijk een smidse.’ Ik vraag Fred hoe hij zijn ideale school zou inrichten. Nadenkend vertelt hij over zijn bezoek aan ‘De Nieuwste School’ in Tilburg.‘Ik was onder de indruk en erg gecharmeerd door de aanpak van deze school. De structuur was heel eenvoudig, er waren duidelijke afspraken en alle lessen waren qua aanpak nagenoeg hetzelfde. Er waren geen klassen met traditionele schoolbanken. De leerlingen zaten in allerlei ruitmes. Er werd sterk ingezet op de begeleiding van het kind door mentoren. Daarnaast waren er professionals die nadrukkelijk de meer vakinhoudelijke aspecten verzorgden. Dit komt ook enigszins overeen met de aanpak binnen het vrijeschoolonderwijs. In de zevende klas wordt sterk de verbinding met het kind gezocht want pas daarna, aldus de vrijeschoolfilosofie, kun je je als kind verder ontwikkelen.
- 17 -
VRIJESCHOOLPAROOL
Ergens gedurende het gesprek ontdekt Fred zelf wat de rode draad is in zijn werkzame leven. Hij was vaak een van de eersten die geïnteresseerd raakte in allerlei nieuwe ontwikkelingen. Als beeldend kunstenaar wist hij zich te onderscheiden door vernieuwend te zijn. Dat gold ook voor zijn switch naar het vak van webdesign. En hoe ondenkbaar was het vijf jaar geleden dat er een vrijeschoolafdeling op BC Broekhin zou komen?
Omdat ik nieuwsgierig was naar zijn werk heb ik zijn naam ‘gegoogled’ en merkte aan het aantal ‘hits’ dat zijn naam onlosmakend is verbonden met kunst. Wie meer wil weten over de kunstenaar Fred Kessels en zijn passie voor fotografie, adviseer ik de site: http://www.flickr.com/photos/fred_kessels/ te bezoeken. De puurheid van zijn werk is moeilijk uit te leggen, maar de beelden zeggen meer dan 1000 woorden. Heidi Reer
- 18 -
VRIJESCHOOLPAROOL
De meeloopdag
door Fiona Lapworth Nooit gedacht dat ik me nog eens zou voelen als een kind op kerstochtend. Toch voel ik me vrolijk, hoopvol en opgetogen als ik om 8 uur ’s morgens het vrijeschool lokaal inloop. Hopend op ongeveer 20 leerlingen had Marcel een dagprogramma opgezet. Dit plan ging echter in rook op toen er zich 104 leerlingen aanmeldden! De afgelopen weken hebben we hard gewerkt aan een nieuwe dagindeling, groepsindelingen en het verzamelen van materialen. Het lokaal zag er netjes uit en de materialen stonden klaar. Het gekozen lesprogramma was een periodeles, een les handvaardigheid en een les koor/muziek. Volgens ons een reëel beeld van een vrijeschoolochtend of -middag. Toch geeft een goede organisatie geen garantie op succes. Dus een beetje nerveus loop ik naar de hal om te wachten op de kinderen die vandaag komen meekijken en meebeleven. En daar kwamen de eerste kinderen voor de mee-
loopdag binnen. Beetje onzeker, beetje onwennig maar vol verwachting. Sommige kinderen kwamen met hun ouders (die aan de lokaaldeur meteen afgeschud werden), sommige in groepjes en sommigen alleen. Wat een feest was het, om met deze kinderen te praten, te kleien en te zingen! Voor mij is het idee van een eigen klas op deze dag ook meteen veel echter geworden nu ik mogelijke nieuwe leerlingen heb ontmoet. En misschien verschillen we eigenlijk niet zoveel van elkaar. Zij krijgen een nieuwe rol als brugklasser op een nieuwe school en ik krijg een nieuwe functie als klassenjuf. Beide erg spannend.Na afloop heeft Marcel kort het dagdeel afgesloten en hebben we de kinderen een klein plantje meegegeven. Met Marcel en Hesther heb ik rond 4 uur deze dag nog nabesproken. Blij en uitgelaten voelde ik me en heb Marcel en Hesther uit enthousiasme waarschijnlijk de oren van het hoofd gepraat. Toen ik naar mijn auto liep kon ik alleen maar glimlachen. Wat hebben we samen toch een heerlijke dag gehad! Fiona
- 19 -
VRIJESCHOOLPAROOL
Mededelingen
Voordracht Marcel Seelen Na een drukbezochte avond op 23 januari vindt donderdag 6 februari 2014 een nieuwe voordarcht plaats van Marcel Seelen. “De Vrijeschool in de 21e eeuw” De voordracht gaat over het oprichten van de vrijeschool, het leerplan, de huidige samenleving, de eisen van de inspectie en hoe de vrijeschool zich daartoe verhoudt. aanmelden via
[email protected]
Vrije dagen leerlingen vanwege de ‘meeloopdag’ zijn de kinderen van de 7e klas vrij op donderdag 20 en vrijdag 21 februari.
- 20 -
VRIJESCHOOLPAROOL
Leesplezier
Suzanne Willems 7e Klas 19 Februari 2014 Waarom zie je een verhaal soms voor je en soms niet? Dat ligt aan de woordkeuze van de schrijver. Als een verhaal met levendige woorden is geschreven, kan je je het beter voorstellen. Bijvoorbeeld: ‘Een enorme vloedgolf tilt het schip op en smakt het een eind verder neer.’ (uit Simone van der Vlugt Bloedgeld) Door het woord smakt te gebruiken, kun je je het beter voorstellen. De schrijver had in plaats van smakt ook ‘valt’ kunnen zetten, en dat was heel anders geweest. We hebben veel verschillende fragmenten gelezen, van Simone van der Vlugt Schijndood, Bloedgeld en Zwarte Sneeuw. De verhalen van Simone van der Vlugt waren heel spannend geschreven, en het waren meestal verhalen die zich afspeelden in een ander tijdperk. Normaal vind ik verhalen die zich afspelen in de geschiedenis heel saai, maar door de woordkeuze waren deze verhalen veel leuker om te lezen. We hebben ook een verhaal gelezen van Carry Slee, namelijk; Spijt. Dat vind ik een heel mooi boek. Het gaat over een jongen op de middelbare school die gepest wordt. Uiteindelijk word het pesten zo erg dat hij besluit zelfmoord te plegen. De film hiervan heb ik ook gezien, dus tijdens het lezen wist ik al hoe het afliep, maar get boek was toch een beetje anders.
Het had mooie details zoals, Simbad die rond middernacht zat te janken, en dat het blijkbaar de tijd was dat Jochem, de gepeste jongen, zichzelf verdronk. Dit boek heeft ook een boodschap, het was je misschien al opgevallen, dit boek is tegen pesten. Misschien was het doel van Carry Slee wel om mensen te laten beseffen hoe erg pesten wel niet kan zijn. We hebben ook verhalen gelezen van Guus Kuijer, bijvoorbeeld; Polleke en Krassen in het tafelblad. Polleke heb ik op school al gelezen, dus ik kende alles al, maar het blijft een leuk boek. Bij Polleke hadden we het over identificatie; het vereenzelvigen met Polleke bijvoorbeeld. Krassen in het tafelblad daar heb ik de film van gezien, ik heb het verhaal nooit gesnapt, maar nu ik het heb gelezen wel. Dit vond ik een heel rustig verhaal vergeleken met Polleke. Polleke was ook wat spannender. Het fragment van Lieneke Dijkzeul Aan de bal, was ook heel mooi. In verband met woordkeuze en het onderwerp. Het onderwerp was namelijk; voetbal criminelen om het zo maar te zeggen.
- 21 -
VRIJESCHOOLPAROOL
Er kwam echte vriendschap in voor en het was heel spannend. De andere fragmenten zijn me een beetje tegen gevallen, daarom laat ik die achterwege. De meeste kinderen werden vroeger voorgelezen, maar ik was daar meestal te moe voor. Ik had vroeger wel altijd dat als ik op school werd voorgelezen, dat ik me heel goed een voorstelling ervan kon maken. En soms, als we na het boek lezen tijd hadden, keken we ook de film ervan (als die bestond) en soms had ik dan ook nog een juiste voorstelling gemaakt. Nu ik er toch over schrijf, herinner ik me opeens
wel iets van voorlezen voor het slapen gaan…! Mijn jeugdherinnering is……… Ik had vroeger een boekje met 3 verhalen over dieren. Als mijn vader vrij had las hij mijn zus en mij soms voor uit dat boekje. Het boekje las hij elke avond uit, dus we hoorden elke keer dezelfde verhalen. Maar toch bleef het leuk. Mijn vader las anders voor dan mijn moeder, want mijn vader deed altijd alsof hij niet goed kon lezen en dat liet hij merken door sommige woorden te veranderen. Doordat mijn zus en ik de 3 verhalen elke avond hoorde kende we het van buiten en verbeterden we mijn vader dan altijd. Na het voorlezen begon mijn vader ons altijd te kietelen en op zo’n avond lachten we heel veel. Lezen vond ik voor de periode heel anders als nu toen vond ik het niet verschrikkelijk, als het maar een goed boek was. Maar nu weet ik waardoor een boek goed kan zijn, namelijk door de woordkeuze, en nu zie ik lezen meer als een andere wereld beleven waar je niet voor eeuwig in kan blijven. Suzanne Willems
- 22 -
VRIJESCHOOLPAROOL
Colofon
Vrijeschoolparool eerste jaargang nummer 5 Contact klassenleraar Als ouder kunt u met lesgerelateerde en pedagogische vragen direct de klassenleraar mailen of bellen. Marcel Seelen
[email protected] 06-10782560 Contactouders De klas heeft drie contactouders, zij ondersteunen het werk van de klassenleraar. Contactouders: Cynthia Uijens, Eddy Maas en Mariska Smulders Indien u een vorige editie van het Vrijeschoolparool wilt ontvangen stuurt u een bericht naar
[email protected]
- 23 -