Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
Voorwoord Mogelijk kent u de school al uit verhalen van andere ouders, uit eigen ervaring als oud-leerling, of zit uw kind al op basisschool Scharn. Maar misschien is deze schoolgids wel de eerste kennismaking met onze school. In alle gevallen hopen wij dat deze gids u de informatie geeft, die u wenst. In deze gids informeren wij u over onze manier van werken. Bovendien vertellen wij in deze gids wat u van ons mag verwachten en hoe wij ons onderwijs hebben georganiseerd. Ons streven is om in deze schoolgids zo duidelijk en informatief mogelijk te zijn naar ouders en andere belangstellenden. Wij hopen dat u deze gids met veel plezier zult lezen. Indien u vragen of opmerkingen heeft naar aanleiding van deze gids, nodigen wij u uit om contact met ons op te nemen. Voor nieuwe ouders: alleen uit een schoolgids leert u een school niet kennen. Wilt u iets van de sfeer proeven en een indruk krijgen van de werkwijze, kom dan gerust eens langs. Maak voor een kennismakingsgesprek, incl. rondleiding een afspraak via Nancy de Winter, administratief medewerker, 043-3620565 of
[email protected]
Namens het team en medewerkers van basisschool Scharn, Eef Karsten, directeur
2
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
Samenvatting Wat wij het allerbelangrijkste vinden, is dat elk kind met plezier naar school komt en er heel veel leert. Ons team werkt aan een goede sfeer in de school en we willen dat alle kinderen zich bij ons thuisvoelen. Daarom zijn bijvoorbeeld discriminatie en pesten uit den boze. Natuurlijk kent onze school (spel)regels. Omdat er dagelijks ongeveer 500 personen op de school aanwezig zijn, zijn die nodig. Maar belonen van goed gedrag gaat bij ons voor het uitdelen van straffen. Daarnaast proberen we elke leerling een niveau te laten bereiken dat voor hem of haar het hoogst haalbare is. Elk kind krijgt, voor zover als mogelijk is, ruimte en aandacht. Niet alleen bij de vakken rekenen, lezen en taal, maar ook bij zijn verdere ontwikkeling, van groep 1 tot en met groep 8. Kiezen voor basisschool Scharn betekent kiezen voor een school die streeft naar kwaliteit. In alle opzichten. Op onze school draait het om de kinderen; zij staan centraal. Daarbij nadrukkelijk begeleid door de leerkrachten. Om dat goed te kunnen doen, werken leerkrachten intensief samen en worden ze regelmatig bijgeschoold. We dragen zorg voor goed, aantrekkelijk lesmateriaal en actuele lesmethoden. Vervolgens volgen we elke leerling nauwgezet. Dat gebeurt o.a. via observaties en toetsen. De vorderingen worden door de leerkrachten bekeken en geregeld met de ouders doorgesproken. Wij vinden dat kinderen -de volwassenen van morgen- zich breed moeten kunnen ontwikkelen. Behalve aan Nederlandse taal, rekenen en wiskunde, lezen en schrijven besteden we daarom ook aandacht aan andere zaken en vakken. Daartoe behoren: Engels (in de groepen 6,7 en 8), wereldoriëntatie (natuur, menselijk lichaam, natuurkundige verschijnselen, techniek, aardrijkskunde en geschiedenis), bevordering van zelfredzaamheid (verkeersonderwijs en je kunnen redden als consument, als mens en als kritische burger), gezond gedrag, zicht hebben op onze maatschappij, levensbeschouwing (het bijbrengen van een grondhouding waarin christelijke principes een plaats hebben), kunst en cultuur (beeldend, drama, dans, muziek, film, literatuur en cultureel erfgoed) en bewegingsonderwijs. Zodoende komen alle aspecten van de mens in ontwikkeling aan bod. In principe kunnen we alle kinderen van goed onderwijs voorzien. Zo kunnen vlotte leerlingen meer uitdagende stof krijgen. Maar ook ondernemen we actie als een kind extra aandacht of hulp nodig heeft. Circa 20% van de leerlingen heeft hieraan bij tijd en wijle behoefte. De school stelt het zeer op prijs dat de ouders nauw betrokken zijn bij de school en bij het wel en wee van hun kind(eren). Goede contacten zijn zowel in het belang van de leerlingen, als van de ouders én van de school. Ouders en school kunnen elkaar op die manier ondersteunen bij de opvoeding en het onderwijs. Enkele malen per jaar ontvangen de ouders informatie van de school: via een informatieavond aan het begin van het schooljaar en via rapportbesprekingen. Ook kan men na schooltijd voor een gesprek terecht bij de leerkracht. Voorts worden de ouders geïnformeerd door de schoolkalender, deze schoolgids, de nieuwsbrieven en onze website. Ouders kunnen op veel manieren actief zijn. Zo is inzet van ouders nodig bij diverse activiteiten. Zij kunnen lid worden van de Oudervereniging, die tal van zaken organiseert en nauw samenwerkt met de leerkrachten. Daarnaast bestaat de schoolraad, die de schoolleiding adviseert bij een aantal aangelegenheden op het gebied van de schoolorganisatie. In de
3
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
Medezeggenschapsraad kunnen ouders meepraten over het beleid van de school. Tenslotte vinden op school jaarlijks diverse activiteiten plaats, die niet (direct) met de lessen te maken hebben, maar er toch gewoon bij horen. We noemen bijvoorbeeld de intocht van Sinterklaas, de Kerstviering, de speelgoedmarkt, de sportdag, de Kinderboekenweek, excursies, het carnavalsfeest, de schoolreis of het schoolverlaterskamp, de slotdag, schaken, Communie en Vormsel en de verjaardagen. Kortom, Basisschool Scharn staat niet alleen garant voor goed onderwijs in een goede sfeer, maar ook voor een plezierige schooltijd. Want we zeiden het al eerder: we willen graag dat elk kind met plezier naar school komt en er heel veel leert.
4
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
Hoofdstuk 1 Doelstellingen 1.1 Het schoolbestuur MosaLira stichting voor leren, onderwijs en opvoeding, is het bevoegd gezag van 17 scholen voor basisonderwijs, 2 scholen voor speciaal basisonderwijs en 3 voorzieningen voor (voortgezet) speciaal onderwijs. Binnen het speciaal onderwijs zijn er scholen voor zeer moeilijk lerende kinderen (REC 3), kinderen met gedragsproblematiek en kinderen met een stoornis in het autistisch spectrum (REC 4). Op onze scholen werken circa 800 personeelsleden voor ruim 6.000 leerlingen. Missie MosaLira biedt een veilige uitdagende leeromgeving waarin kinderen zich ontwikkelen tot verantwoordelijke en succesvolle medeburgers. Ouders zijn partners bij het onderwijs. Persoonlijke talenten, respect voor elkaar en een duurzame samenleving zijn voor MosaLira leidend. Hoofddoelstelling MosaLira streeft naar het behalen van maximale leeropbrengst voor ieder kind, waarbij in een waarde gerichte benadering de vorming en het welbevinden van het gehele kind centraal staat. MosaLira denkt dat haar hoofddoelstelling het meest effectief gerealiseerd kan worden door te werken aan de hieronder genoemde drie strategische doelstellingen. Visie Tevens heeft MosaLira in het strategisch programma 2015 voor elke strategische doelstelling haar visie geformuleerd wat in 2015 bereikt moet zijn: 1. Beter benutten van haar breed onderwijsaanbod en goede kwaliteitszorg 2. Versterken van de professionele cultuur 3. Versterken van het persoonlijk meesterschap Identiteit MosaLira is een waarden gestuurde stichting. De sturende waarden van de stichting en haar scholen geven richting aan het denken, voelen en handelen van alle betrokkenen, aan de wijze van besturen, aan de inhouden en de vormen van leren, onderwijs en opvoeding en aan de relatie met de ouders en andere opvoedingspartners en de samenleving. Het College van Bestuur van MosaLira heeft een commissie ‘Onderwijs en Identiteit’ in het leven geroepen die gevraagd en ongevraagd adviseert met betrekking tot levensbeschouwelijke zaken en die de levensbeschouwelijke oriëntatie van het onderwijs op alle scholen van MosaLira stimuleert, versterkt, begeleidt en ondersteunt. De commissie voert haar taak uit vanuit de aanname dat de levensbeschouwelijke oriëntatie van de stichting en haar scholen de basis en de toetssteen vormt voor een waarden gestuurde ontwikkeling. Het onderwijs binnen alle scholen van MosaLira wordt gegeven met aandacht voor de godsdienstige, levensbeschouwelijke en maatschappelijke waarden zoals die leven in de Nederlandse samenleving en met onderkenning van de betekenis van de gezamenlijkheid en de verscheidenheid van die waarden. Hierbij wordt geen onderscheid gemaakt tussen katholieke, protestants-christelijke, interconfessionele, algemeen bijzondere, pedagogisch bijzondere of openbare scholen.
5
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
Alle scholen van MosaLira formuleren de voor hen sturende waarden en beschrijven die in hun schoolondernemingsplannen en schoolgidsen. Ze geven daarbij aan op welke wijze zij zich verhouden tot hun levensbeschouwelijke grondslag, het wat en hoe van hun onderwijs en opvoeding, het wat en hoe van hun levensbeschouwelijke educatie en hoe zij de relatie vormgeven met ouders, andere opvoedingspartners, kerkgenootschappen en de samenleving. Dit geheel geeft een eigen kleur aan elke school, het bepaalt wie de school wil zijn, het geeft haar een eigen gezicht, het bepaalt haar identiteit. Voor onze school zijn de volgende waarden sturend in haar pedagogische en educatieve omgang met kinderen en ouders en in de omgang met de samenleving: 1. respect en waardering voor elkaar 2. opkomen voor de zwakkeren in onze samenleving 3. vertrouwen en optimisme 4. eerlijkheid Bestuur De stichting kent 2 organen: - Het College van Bestuur - De Raad van Toezicht Het College van Bestuur Het College van Bestuur is belast met het besturen van de stichting en komt alle taken en bevoegdheden toe die wettelijk het bestuur van de stichting toekomen, met uitzondering van de taken en bevoegdheden die in de statuten en de wet expliciet aan de Raad van Toezicht zijn toegekend. Het College van Bestuur is verantwoordelijk voor de eenheid van het totale beleid en schept op bestuursniveau waarborgen ter bescherming van en bevordering van de denominatieve identiteit respectievelijk het openbaar karakter van de stichting en van de onderscheiden onder zijn beheer staande scholen en overige voorzieningen. Het College van Bestuur heeft zijn werkzaamheden vastgelegd in het bestuursstatuut. Het College van Bestuur bestaat uit de volgende personen: Voorzitter: Dhr. T. van Mulken Lid: Dhr. D. Huntjens De Raad van Toezicht De Raad van Toezicht houdt toezicht op de verwezenlijking van de doelstelling van de stichting, de algemene gang van zaken binnen de stichting alsmede het functioneren van het College van Bestuur. De Raad van Toezicht heeft de taken en bevoegdheden van de Raad van Toezicht vastgelegd in het bestuursstatuut. De Raad van Toezicht bestaat uit de volgende personen: Voorzitter Dhr. F. Groutars Lid Mevr. M. Heijltjes Lid Dhr. H. Manders Lid Dhr. R. Wedler Lid Mevr. M. Depondt Lid Mevr. A. Boeijen
6
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
Directeurenberaad De directeuren van de scholen ressorterend onder de stichting vormen tezamen het directeurenberaad. Dit is een overlegorgaan met een adviserende functie. De volgende scholen ressorteren onder het bevoegd gezag van MosaLira: Bs. St. Aloysius Bs. Amby Bs. Anne Frank Bs. de Vlinderboom UWC Primary Bs. John F. Kennedy Bs. De Lètterdoes Bs. Het Mozaïek Bs. De Maasköpkes Bs. Manjefiek Bs. Montessori Binnenstad Bs. St. Oda Bs. Petrus en Paulus Bs. St. Pieter Bs. de Schans Bs. Scharn Bs. ’t Spoor Bs. Wyck SBO De Opstap SBO de Sprong ZMLK Jan Baptist SO en VSO Don Bosco SO en VSO diplomastroom IvOO SO, VSO diplomastroom, VSO AD, JRK Adresgegevens MosaLira MosaLira stichting voor leren, onderwijs en opvoeding Pastoor Habetsstraat 40a 6217 KM Maastricht Tel. : 043-35 40 133 e-mail:
[email protected] website: www.mosalira.nl
1.2 Basisschool Scharn, een katholieke school Onze school is een katholieke basisschool. We willen dat niet alleen formeel zijn, het moet voelbaar zijn in ons denken en handelen van alledag We vinden het belangrijk dat elk kind, ongeacht geloof, levensovertuiging, culturele achtergrond of afkomst op onze school onderwijs kan krijgen. We willen bewust een link leggen met andere godsdiensten, vooral met de kinderen op zoek gaan naar overeenkomsten. In onze ogen is de school ook een ontmoetingsplaats, waar kennismaking en respect voor andere opvattingen, denkbeelden en culturen van wezenlijk belang zijn. Er wordt actief ingegaan op verschillen om ervan te leren iedereen in zijn of haar waarde te laten. Er is sprake van erkende ongelijkheid, niet van het opdringen van één bepaalde overtuiging. De dialoog staat daarbij centraal. Samenvattend: we willen een katholieke school zijn, waar: sprake is van respect voor elkaar en gelijkwaardigheid opgekomen wordt voor de zwakkeren in onze samenleving
7
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
vertrouwen en optimisme zichtbaar aanwezig zijn mensen elkaar ondersteunen en niet bestrijden vieringen van belang zijn: Kerst, Pasen, Communie, maar ook niet christelijke feesten, zoals bv. het suikerfeest; iedereen welkom is, ongeacht geloof, afkomst of levensovertuiging; leerkrachten, medewerkers, kinderen en ouders/verzorgers respect voor elkaars opvattingen en levenswijzen hebben; we kinderen proberen waardering voor elkaar bij te brengen; kinderen kennis maken met de vele manieren van denken en leven in onze samenleving.
Ook vertellen we de kinderen steeds weer dat er regels gelden op school. Natuurlijk wordt er wel eens een kind gestraft. Maar we vinden het belonen van goed gedrag zinvoller. Overheersend is de lach, de vreugde, het samenzijn en samenvoelen en dat is volgens ons een teken dat we bezig zijn met een goede en fijne school. Bestuurders, directieleden en teamleden van katholieke scholen worden in toenemende mate uitgedaagd door de opgave met elkaar op zoek te gaan naar de betekenis van de katholiciteit van hun eigen school. Belangrijk in deze zoektocht is om een verbinding te leggen tussen de grondslag (de idealen) van de school en het dagelijks handelen in de school. Wie we zijn als katholieke school blijkt immers in eerste instantie uit wat we doen en welke verhalen we vertellen. Een van de belangrijkste kerntaken van onderwijs is bijdragen aan de persoonlijke en maatschappelijke ontwikkeling van kinderen. Uitvoering geven aan deze kerntaak veronderstelt een visie op ontwikkeling en op de bijdrage die een school daaraan kan leveren. Hoe kan onze school invulling geven aan die pedagogische opdracht van het onderwijs om de ontwikkeling van kinderen te bevorderen? En in welke richting? Deze vragen vormen een deel van de vragen, die we ons als team dit schooljaar stellen in het proces van de visieontwikkeling. Doen we de goede dingen en doen we die op een goede manier? Af en toe bewust stilstaan bij je eigen wortels is noodzakelijk om jezelf te voeden en daarmee de eigen praktijk verder te ontwikkelen. Binnen de onderwijsstichting MosaLira, waarvan basisschool Scharn deel uit maakt, ondersteunt een commissie Onderwijs & Identiteit de scholen bij bovengenoemde vragen. Als het gaat om typeringen van scholen op basis van inhoud en de wijze waarop vorm wordt gegeven aan de levensbeschouwelijke educatie (het communiceren over antwoorden op levensvragen) zien we globaal drie type scholen: a. De algemeen/openbare basisscholen. Hierin komen de sociaal-emotionele vorming (ontdekken van de eigen persoonlijkheid, sociale houding, burgerschapsvorming, morele houding op basis van westerse waarden en normen) en de kennismaking met geestelijke stromingen (overdracht van kennis over katholicisme en andere religies en levensvisies) aan bod. b. De katholieke cultuurschool. Naast de hierboven genoemde (wettelijk verplichte) vakken is hier aandacht voor het godsdienstonderwijs of vieringen, in de vorm van de beleving bij bijbelverhalen en rituelen vanuit katholiek perspectief. c. De katholieke geloofsschool. In deze school worden catecheselessen gegeven. Denk daarbij aan de inwijding in het katholieke geloof en in de geloofsgemeenschap, of de inleiding in de katholieke houding en praktijk.
8
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
Basisschool Scharn behoort tot het tweede type, nl. de katholieke cultuurschool. We vinden het belangrijk dat elk kind, ongeacht geloof, levensovertuiging, culturele achtergrond of afkomst op onze school onderwijs kan krijgen. We willen bewust een link leggen met andere godsdiensten, vooral met de kinderen op zoek gaan naar overeenkomsten. In onze ogen is de school ook een ontmoetingsplaats, waar kennismaking en respect voor andere opvattingen, denkbeelden en culturen van wezenlijk belang zijn. Er wordt actief ingegaan op verschillen om ervan te leren iedereen in zijn of haar waarde te laten. Er is sprake van erkende ongelijkheid, niet van het opdringen van één bepaalde overtuiging. De dialoog staat daarbij centraal. We gaan ervan uit dat je levensbeschouwing een persoonlijke keuze is en dat het de taak van de basisschool is om een brede oriëntatie te bieden. Omdat we van oudsher een katholieke school zijn, putten we graag uit de bron van de christelijke traditie als het gaat om verbeelding en rituelen (bijbelverhalen, feesten, vieringen). We zien een driehoek, nl. ouders-school-parochie. Ouders, die ervoor kiezen om hun kind(eren) in te leiden in de katholieke geloofsgemeenschap doen dat in de gemeenschap van de parochie. Samen, in overleg met de parochiegeestelijkheid, kiezen zij voor een voorbereiding op het ontvangen van de sacramenten als Doopsel, Communie en Vormsel. De school geeft gelegenheid om gebruik te maken van onderwijsruimtes, als het nodig is om groepen kinderen te begeleiden. Die begeleiding gebeurt dan buiten schooltijd en onder verantwoordelijkheid van de parochie en de ouders. Tot slot. We hopen dat u, als ouder/verzorger na het lezen van deze teksten, meer zicht hebt op wat u mag verwachten van basisschool Scharn, als katholieke school, in deze tijd. Reacties zijn uiteraard altijd welkom, zeker als deze ons helpen in onze zoektocht.
9
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
1.3
Doelen en uitgangspunten van de school In deze schoolgids schrijven we uitgebreid over de doelen en de werkwijzen van onze school. Maar om te beginnen willen we heel kernachtig zeggen waar het op onze school om draait:
”We willen dat de kinderen veel leren mét plezier, waarbij ze kansen krijgen om zelfstandig en samen met anderen hun talenten te ontwikkelen” samen leven, samen leren
1.3.1 Elke dag met plezier naar school Wij werken aan een fijne sfeer in de klassen. De leerkrachten streven naar een zo hoog mogelijk niveau en houden daarbij rekening met individuele capaciteiten van de kinderen, waarbij we de talenten van kinderen en leerkrachten zo veel als mogelijk tot ontplooiing willen laten komen. Daarbij speelt u als ouder een belangrijke, stimulerende rol. Uw betrokkenheid wordt zichtbaar in de interesse voor de schoolervaringen van uw kind en indien mogelijk de actieve hulp bij allerlei schoolse activiteiten. Hoe kunnen we samen zorgdragen voor het welzijn van onze kinderen?
1.3.2 Zelfstandig en samenwerkend leren Het realiseren van goed onderwijs kan in onze visie alleen in teamverband. Onderlinge samenwerking vinden we in onze school dan ook wezenlijk. We willen op onze school open staan voor elkaar vanuit een eerlijke en respectvolle houding. Respect voor ideeën, opvattingen en kwaliteiten, maar ook voor knelpunten, vragen en beperkingen van mensen. We vinden het erg belangrijk, dat alle mensen binnen de school mogelijkheden krijgen om zich te ontwikkelen. We streven naar een professionele cultuur; een situatie, waarbij mensen: betrokken zijn bij het gehele onderwijs binnen de school leven zien als samenleven elkaars kennen en kunnen accepteren verantwoordelijkheid krijgen en nemen elkaar ondersteunen en vertrouwen in elkaar hebben hulp willen en kunnen geven vanuit eigen vakkundigheid hulp willen en kunnen vragen echt betrokken zijn bij anderen open staan voor elkaar en van elkaar willen leren de dialoog voeren enthousiast zijn positief zijn ingesteld uit zijn op samenwerking betrokkenheid en plezier uitstralen hun eigen opvattingen willen parkeren en onderzoeken zich kwetsbaar durven op te stellen eerlijk zijn, ook als dat moeilijk is flexibel zijn.
10
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
Samenwerking vormt niet alleen voor de schoolcultuur een belangrijk uitgangspunt, maar tevens voor het onderwijs in de klas. Kinderen leren samenwerken, met elkaar communiceren, rekening houden met elkaars sterke en zwakke punten, wederzijds respect voor elkaar. Daartoe is het voortdurend werken aan sociale vaardigheden eveneens van belang. Expliciet aandacht schenken aan waarden en normen is daarbij een van de pijlers; ook hierover communiceren met ouders. 1.3.3 Het ontwikkelen van talenten of gebruik maken van … en omgaan met verschillen Een belangrijk aspect voor ons onderwijs is de wijze waarop we willen omgaan met verschillen. In de klas is er sprake van een grote diversiteit: elk kind is voor ons speciaal! We realiseren ons de grote impact van dit uitgangspunt voor ons onderwijs, maar we zoeken samen naar mogelijkheden om zo goed mogelijk om te gaan met deze verschillen. In kleine, concrete stapjes willen we op weg naar een andere benadering van verschillen tussen kinderen en verschillen binnen één kind. Wij kiezen daarbij voor de uitgangspunten van adaptief onderwijs. De centrale vraag hierbij is: wat heeft een kind nodig om verder te kunnen? In ons onderwijs willen we tegemoet komen aan de basisbehoeften van kinderen: relatie, competentie en autonomie. We streven ernaar, om onderwijs te verzorgen, waarbij elk kind zich optimaal kan ontwikkelen. Dit betekent voor ons zeker niet “individueel onderwijs”, we willen de klas als basisgroep zeker handhaven. Het onderwijs binnen de eigen groep is belangrijk, daarbinnen rekening houdend met behoeften van kinderen. Het kind echt leren kennen is daarbij voorwaarde voor optimaal begeleiden. Het kind met al zijn mogelijkheden en kwaliteiten, behoeften, interesses, beperkingen. Dit proberen we onder meer te doen door gesprekjes met kinderen, door observaties, door naar ze te luisteren, door samen te werken. Maar bovenal door affectie, liefde en respect voor elk kind! Voor ons houdt adaptief onderwijs onder meer in: De leerkracht is zelf verantwoordelijk voor goed onderwijs aan alle kinderen; We bieden elk kind optimale kansen om eruit te halen wat erin zit; We volgen nauwkeurig de ontwikkeling van elk kind; We streven zoveel mogelijk naar voorkomen van problemen i.p.v. remediëren; We bieden alle kinderen voldoende uitdaging; We hebben hoge en optimistische verwachtingen van alle kinderen; We besteden veel aandacht besteden aan een klassenmanagement, dat niet alleen effectief is, maar waarin kinderen zich veilig en geborgen voelen; We willen interactief onderwijs en actief leren realiseren; We benaderen kinderen positief; We zoeken naar een evenwicht tussen kindvriendelijkheid en heldere structuur; Er is veel aandacht voor leerprocessen naast leerproducten; Er zijn voldoende middelen en materialen om e.e.a. mogelijk te maken; We willen op een effectieve wijze gebruik maken van de beeldcultuur. Een ander wezenlijk aspect voor ons is de innerlijke betrokkenheid van kinderen. Kinderen leren het beste als ze iets graag willen leren. We zoeken naar mogelijkheden om deze innerlijke betrokkenheid te vergroten. Daarbij denken we aan vormen van betekenisvol leren: andere keuze en ordening van de leerstof meer koppeling tussen leren en “het echte leven”, andere werkvormen, zelfontdekkend leren, samenwerkend leren. We willen kinderen medeverantwoordelijk laten zijn voor hun eigen leren.
11
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
1.3.4
Schoolondernemingsplan 2011-2015
Alle Nederlandse basisscholen werken met een vierjarige cyclus, waarin strategie en beleid wordt geformuleerd. In het zgn. Schoolondernemingsplan van basisschool Scharn wordt het Strategisch Programma 2015 van MosaLira als basis gebruikt. De doelstellingen en aanwijzingen uit dit programma zijn leidend, maar kunnen worden aangevuld met specifieke doelstellingen. Hoofdthema’s voor deze vier jaren Optimaliseren klassenmanagement om passend onderwijs voor alle kinderen mogelijk te maken Gebruik maken van ICT als middel om onderwijs en organisatie te optimaliseren en met minder inspanning een beter resultaat te bereiken Optimaliseren technisch leesonderwijs middels methode “Estafette” Voortgang implementatie protocol dyslexie Bevorderen van een soepele overgang naar VO Toepassen van smartboardgebruik in de kleuterbouw Borging taalmethode “Taal op maat” Borging rekenmethode Wereld in Getallen 4” Borging methode voor sociale competenties ”Kinderen en hun sociale talenten” Opbrengstgericht werken met als doel het onderwijsaanbod aan te kunnen passen. Visie op de wijze waarop de school actief burgerschap en integratie wil bevorderen, een planmatige invulling geeft en doelen stelt Het vormgeven van inhoudelijk sterk muziekonderwijs Vergroting expertise leerkrachten op zorgniveau m.n. groepsplannen: analyse, diagnose, evaluatie, gebruik logboek Verder bekwamen in het digitaal vastleggen van leerling gegevens Het verkrijgen van specialisatie op het gebied van meer- en hoogbegaafdheid Idem reken-, lees- en taalproblematiek Opstellen, implementeren en vastleggen beleid t.a.v. onderwijs voor meer- en hoogbegaafde leerlingen Het vergroten van de kennis en vaardigheden in het omgaan met speciale kinderen Leren werken met een ontwikkelingsperspectief (individuele leerlijn voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften) Versterken professionele cultuur en persoonlijk meesterschap Optimaliseren Kind Centrum Scharn met kindpartners.
Ontwikkelplan ”Ontdekkend Leren” 2014-2016 “Het idee dat je na afronding van je lerarenopleiding bent uitgeleerd, is volledig achterhaald. De school is een lerende omgeving. Dé plek waar onze kinderen zich ontwikkelen, op weg naar volwassenheid. Zo’n lerende omgeving functioneert alleen optimaal als degenen die voor de klas staan op dezelfde manier in het leven staan.” Dat stelt staatssecretaris Sander Dekker in een interview met PrimaOnderwijs (10 april 2013).
12
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
De staatssecretaris vindt dat leraren ruimte moeten krijgen om zichzelf te professionaliseren, maar dat ze vooral ook zélf hun verantwoordelijkheid moeten nemen. Een breed onderwijsaanbod is wenselijk om kinderen niet alleen te laten presteren op het gebied van taal en rekenen, maar ook in andere schoolvakken, zoals wetenschap en technologie, cultuur en sport. Het gaat bovendien niet alleen om cognitieve prestaties, maar ook om bepaalde vaardigheden die op school worden ontwikkeld of zouden moeten worden ontwikkeld, zoals creativiteit, nieuwsgierigheid, het vermogen om samen te werken, toepassingsvaardigheden, verantwoordelijkheid en doorzettingsvermogen. De Onderwijsraad spreekt ook wel van vakoverstijgende advanced skills, waar bijvoorbeeld probleemoplossing, communiceren en ictgeletterdheid toe behoren. Om dit alles te realiseren worden hoge eisen gesteld aan de pedagogische en didactische vaardigheden van onze leerkrachten. Onderwijsstichting MosaLira wil hieraan bijdragen, door onderzoek en het stimuleren en faciliteren van ontwikkeling op de scholen. Daartoe zijn afspraken gemaakt met landelijke onderwijsadviesorganisaties als BMC en Cadenza. Op woensdag 8 en donderdag 9 januari 2014 voerden Aris Fickweiler en Tineke Drewes (BMC) een onderzoek uit naar de kwaliteit van het onderwijs op Basisschool Scharn. Het onderzoek maakt deel uit van het programma Leren in het Kwadraat; Goed onderwijs door lerende professionals. Het programma heeft tot doel het onderwijskundig leiderschap in de scholen van MosaLira verder te ontwikkelen, en tegelijkertijd een stevige impuls te geven aan de kwaliteit van de scholen. Naar aanleiding van de uitkomst van het onderzoek maakt de school een ontwikkelplan om haar onderwijskundige praktijk te verbeteren of naar een hoger stadium te brengen. De uitvoering van dat plan dient bij Leren in het Kwadraat als context voor scholing en training van onderwijskundig leiderschap. Een ontwikkelteam heeft in de periode maart-mei 2014 dit ontwikkelplan inhoud gegeven, met begeleiding van Wim Nederlof, Het ontwikkelteam (Fieke Ummels, Dominique Tychon, Joke Deckers, Joyce den Os, Marlou Habets, Saskia Janssen, Vivianne Rijnders en Eef Karsten) heeft een keuze gemaakt uit de aangereikte ontwikkelpunten in de kwaliteitsanalyse van BMC. Daarbij werd gekozen voor drie thema’s, waarin efficiënte combinaties zijn verwerkt. Tijdens een studiedag voor het voltallige team op 25 maart werden het perspectief (“Excellent onderwijs voor alle kinderen”), de ontwikkelpunten en de keuzes door het ontwikkelteam toegelicht. Vervolgens werd het ontwikkelplan nader uitgewerkt en in de teamvergadering van 2 juni toegelicht en verhelderd. Tijdens de studiedag van 25 juni werd het Ontwikkelplan vastgesteld.
13
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
In drie thema’s in schema: SCHOOLJAAR 2014-2015
SCHOOLJAAR 2015-2016
INSTRUCTIE
INSTRUCTIE
EFFECTIEVE INSTRUCTIE VOLGENS HET DIRECTE INSTRUCTIEMODEL
EFFECTIEVE INSTRUCTIE VOLGENS HET DIRECTE INSTRUCTIEMODEL
Gekoppeld aan taal-spelling
Gekoppeld aan Oriëntatie op jezelf en de wereld
Een themagroep doet - tijdens dit schooljaaronderzoek naar “Oriëntatie op jezelf en de wereld” (kerndoelen 34 t/m 54) en formuleert adviezen om te komen tot een integrale curriculumkeuze, ingaande het volgend schooljaar. De kerndoelen zijn verdeeld over de thema's: mens en samenleving, natuur en techniek, ruimte en tijd.
LEERLINGENZORG / PASSEND ONDERWIJS
LEERLINGENZORG / PASSEND ONDERWIJS
Gekoppeld aan rekenen en wiskunde
Gekoppeld aan rekenen en wiskunde
KLEUTERONDERWIJS
KLEUTERONDERWIJS
1.4 De school en haar kinderen De school ligt in de Maastrichtse wijk Scharn, in het oosten van de stad. Aan de zuidkant grenst Scharn aan de voormalige zelfstandige gemeente Heer; in het westen vormt de A2 (nu nog in 2011) een grens. In het zuiden grenst Scharn aan de wijk Amby, ook een voormalige zelfstandige gemeente. Aan de oostkant ligt Bemelen (gemeente Margraten), op ca 2 km, achter een natuuren landbouwgebied. In dit voedingsgebied ligt ook de wijk Wittenvrouwenveld. Twee andere basisscholen zijn gelegen in dit zelfde voedingsgebied, nl. OBS de Regenboog en Nutsschool-Oost, beide beheerd door Onderwijsstichting kom Leren.
14
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
De naam Scharn is afkomstig van een omstreeks 1100 gebouwde ridderburcht. Een van de bewoners van deze burcht was Adelbert van Scharn. De oude fundamenten van de burcht liggen op de plaats van de tegenwoordige Adelbert van Scharnlaan. Tot 1970 maakte Scharn deel uit van de gemeente Heer. Scharn bestaat uit enkele doorgaande straten met oudere bebouwing, met daaromheen een aantal uitbreidingsplannen uit verschillende periodes. Aan de Bergerstraat, de Bemelerweg en de Wethouder Van Caldenborghlaan liggen enkele fraaie hoeves en landhuizen. Het voormalige raadhuis van de gemeente Heer uit 1920 ligt aan het Raadhuisplein, aan de rand van Scharn. Het ontwerp voor de brede Adelbert van Scharnlaan, met enkele woonblokken van Frits Peutz, en het waaiervormige stratenplan tegenover de Sint Antonius van Paduakerk, dateren uit de jaren dertig en veertig. In de jaren tachtig werd aan de oostkant van Scharn het uitbreidingsplan Keerderstraatje gerealiseerd, met grotendeels duurdere koopwoningen. In de jaren '90 werd het landbouwgebied tussen Scharn en Amby (Scharn-Noord) ontwikkeld, deels voor woningbouw, deels voor bedrijfshuisvesting in een parkachtige setting. Op het terrein van de gesloopte villa Aldegonda werd in 2005 de kleine woonwijk Aldegondapark voltooid. In de wijk zijn meerdere winkel- en horecavoorzieningen aanwezig, waaronder enkele hotels (bij het verkeersknooppunt Europaplein). Verder zijn er in de wijk diverse scholen gevestigd. In Scharn zijn ook enkele (boven-)stedelijke voorzieningen aanwezig, zoals het Mondriaan PsychoMedisch Streekcentrum Vijverdal, de hoofdvestiging van de Leeuwenborgh-opleidingen en een zwembad. In het noordelijk deel van de wijk bevindt zich het 15 hectare grote bedrijventerrein ScharnNoord. De wijk is per openbaar vervoer goed bereikbaar. Scharn is een relatief welvarende wijk. Het opleidings- en inkomensniveau ligt hoger dan het gemiddelde voor Maastricht. De werkeloosheid ligt onder het gemiddelde, evenals de criminaliteitscijfers. Een ruime meerderheid van de bewoners woont in een koopwoning. Dagelijks komen er ca 470 kinderen naar school. De meesten komen uit Scharn. Van oudsher wordt de school ook bezocht door leerlingen uit nabijgelegen wijken. 1.5 De school op 1 augustus 2014 De school telt thans 16 groepen, die gehuisvest zijn in twee gebouwen, het hoofdgebouw de Klok (anno 1950-1970, en gerenoveerd in 1997) en de dislocatie de Klepel (1970 en gerenoveerd in 2005), gescheiden door de Kloosterstraat. De gymzaal ligt naast de dislocatie. In de groepen zitten kinderen van gelijke leeftijd. De gemiddelde groepsgrootte is 27 leerlingen
15
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
In de schoolkalender, die aan het begin van elk schooljaar verschijnt, vindt u meer gegevens over de organisatie van de school, maar ook een actueel overzicht van de planning van activiteiten of namen en adressen van leerkrachten en overige direct betrokkenen bij de schoolorganisatie. 1.6 Kind Centrum Scharn We zien een brede maatschappelijke ontwikkeling, die er toe leidt dat kinderen in toenemende mate uit gezinnen van tweeverdieners komen. Deze ontwikkeling heeft er mede toe geleid dat bij wet is geregeld dat de school het ouders mogelijk moet maken beiden te blijven werken. Anders gezegd, de school moet ouders faciliteren en is verantwoordelijk voor het bieden van een sluitende dagopvang, en daarmee voor de organisatie van voorschoolse, tussenschoolse- en naschoolse opvang. Bij de uitvoering daarvan kan de school samenwerking zoeken met een andere partij, die dit voor de school regelt. Dit laat onverlet dat de school de eindverantwoordelijke is voor de realisatie van een dagarrangement. Voor de Tussenschoolse opvang zijn twee coördinatoren en een kleine twintig medewerkers als vrijwilligers actief op maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag. In de afgelopen jaren hebben we gezien dat het aantal overblijvers sterk toenam in vergelijk met de daaraan voorafgaande jaren. Jarenlang schommelde het totaal aantal overblijvers dagelijks tussen 100 en 130 kinderen. De huidige aantallen liggen rond de 300 kinderen. De beide coördinatoren en een grote groep medewerkers maken gebruik van de mogelijkheid om scholing te volgen, met als doel het verbeteren van de kwaliteit van deze tussenschoolse opvang. De circa 300 overblijvers verblijven in klaslokalen van de beide schoolgebouwen. De samenwerking tussen basisschool Scharn (MosaLira), peuterspeelzaal Sjanulleke (STEPS), kinderdagverblijf de Flex (MIK) en buitenschoolse opvang Idéfix (MIK) bestaat al geruime tijd en is voortgekomen uit een gemeenschappelijke visie op het jonge kind. Deze instellingen slaan de handen ineen om een nog beter afgestemd aanbod te realiseren waar het kind en ouders alleen maar voordeel bij hebben.
16
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
Hoofdstuk 2
Uitwerking van de doelstellingen
2.1 Streven naar kwaliteit Basisschool Scharn is een van de bijna 35 Maastrichtse basisscholen. Al die scholen verschillen in meerdere of mindere mate van elkaar. Ze verschillen in werkwijzen, sfeer maar ook in resultaten en kwaliteit. Op drie manieren werkt onze school aan verdere kwaliteitsverbetering: - het verhogen van de deskundigheid van het personeel, - het kiezen voor goede methoden, materialen en software en - het nauwgezet volgen van de leerlingen. Belangrijker dan de methoden die een school gebruikt zijn de mensen die er werken. Aan hen vertrouwt u immers uw kind met een gerust hart toe. De teamleden werken niet op eigen houtje, maar werken nauw samen. De maatschappij verandert voortdurend en dus ook het onderwijs. Nieuwe ontwikkelingen volgen we op de voet. Daarom zijn er elk schooljaar studiemomenten voor teamleden en volgen leerkrachten cursussen. In onze school wordt lesgegeven met behulp van gedegen lesmethoden. In de afgelopen jaren werd regelmatig geïnvesteerd in nieuwe materialen. Bij het kiezen van lesboeken en ander materiaal wordt gelet op de kwaliteit, het uiterlijk, verdiepingsleerstof en software. De leerlingen moeten er goed mee kunnen leren en het materiaal dient er aantrekkelijk uit te zien. Voor leerkrachten dient het goed hanteerbaar te zijn. Het werken met goede, moderne methoden is één manier om kwaliteit na te streven. De leerling staat centraal en er is een goed contact tussen de ouders en de school, waarbij er tevens sprake is van een open en eerlijke informatieverstrekking aan de ouders. Er zijn kinderen die extra moeilijk werk aankunnen, maar ook kinderen die veel extra oefenstof nodig hebben. Deze kwaliteit hangt af van heel wat factoren, waar we hier iets nader op ingaan. Na de basisschool stromen de leerlingen uit naar allerlei vormen van voortgezet onderwijs. De Cito-eindtoets is een van de middelen om te meten welke vorm het meest geschikt is voor een kind, maar zeker niet het enige. De toets geeft een voorspelling van het schoolsucces van de individuele leerlingen in het voortgezet onderwijs, maar is niet ontworpen voor het meten van de kwaliteit van het basisonderwijs. Toch wordt kwaliteit in de media vaak alleen gekoppeld aan behaalde toetsscores. Overzicht gemiddelde scores CITO- Eindtoets
bs Scharn landelijk
2010 538,7 534,9
2011 538,7 535,1
2012 537,8 535,1
2013 539,2 534,7
De scores van de Cito-eindtoets kunnen liggen tussen 501 en 550.
17
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
2014 539,0 534,4
Overzicht adviezen voortgezet onderwijs in groep 8 2009 14 9 10 4
vwo havo-vwo havo havo -tl vmbo-tl vmbo-gl vmbo-gl/tl vmbo-k vmbo-bb totaal aantal leerlingen
2010 12 16 13 1
2011 15 15 7 1
2012 15 13 11 1 1
4 1
2 5
43
48
2013
15 9 15 6 3
2 1 44
vwo havo tl gl k bb
= = = = = =
1 2 48
3 2 2 55
2014
15 5 9 6 4 1 4 1 45
voorbereidend wetenschappelijk onderwijs hoger algemeen vormend onderwijs theoretische leerweg’’/[[[[[[;;;;; gemengde leerweg kaderberoepsgerichte leerweg basisberoepsgerichte leerweg
Goede scholen kenmerken zich doordat het maximale uit de kinderen wordt gehaald. De ideale school let bovendien niet louter op kennisoverdracht, maar zorgt er ook voor dat kinderen met plezier naar school gaan, sociale vaardigheden ontwikkelen en iets meekrijgen over waarden en normen. Om deze redenen worden alle leerlingen bij ons op school gedurende hun hele “schoolcarrière”” systematisch gevolgd. Daartoe hanteren we een leerlingvolgsysteem, waarbij gebruik wordt gemaakt van een methode-onafhankelijk toetssysteem, Cito en SCOL. In dit systeem kunnen toetsscores, die op verschillende tijdstippen zijn verkregen, met elkaar vergeleken worden. We volgen het protocol dyslexie, met de verschillende meetmomenten om de leesontwikkeling te volgen, m.n. in de groep 3 en hoger. Maar ook gegevens over de sociaal-emotionele ontwikkeling (thuis- en omgevingssituatie, aanleg, motivatie, welbevinden, zelfbeeld, observaties, gesprekken met het kind en de ouders) worden hierin vastgelegd. Hierdoor wordt zichtbaar hoe een leerling zich in een bepaalde periode heeft ontwikkeld ten opzichte van een eerder meetmoment. Met deze informatie kan sturing gegeven worden op het niveau van het kind, de groep of de school. Daarnaast worden de ontwikkelingen en resultaten van alle scholen ook regelmatig door de inspectie beoordeeld. De beoordelingen zijn voor de school van belang om voortdurend de kwaliteit te bewaken en te verbeteren. Ook ouders kunnen een beeld krijgen van de zaken waar de school mee bezig is. Het rapport van de inspectie kan worden bekeken op de internetsite van de inspectie www.owinsp.nl of via http://www.scholenopdekaart.nl/10008/Basisschool-Scharn
18
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
2.2
Onderwijsaanbod
2.2.1
Identiteit
Onze visie op het kind Veiligheid voorop ! Een warm pedagogisch klimaat van veiligheid, welbevinden, geborgenheid, rust en regelmaat is een voorwaarde om te kunnen leren. Saamhorigheid en respect voor elkaar Een onderling gevoel van saamhorigheid zorgt ervoor dat je respectvol met elkaar omgaat, juist ook als de ander van je verschilt, bijvoorbeeld een andere godsdienst of huidskleur heeft. Verder werken we aan rechtvaardigheidsgevoel, met betrokkenheid op elkaar en open en eerlijk communiceren. Persoonlijke ontwikkeling Het gaat dan om ontwikkeling wat betreft een positief zelfbeeld, zelfstandigheid, verantwoordelijkheid nemen voor jezelf, ontdekken van je talenten, en werken aan je kennis en basisvaardigheden. Wat ‘ontwikkeling’ betreft vinden we het belangrijk te zien dat een kind niet alleen een hoofd heeft, maar ook handen, een hart én een ziel (‘meervoudige intelligentie’). We vinden het dan ook belangrijk om - naast het weten en het denken - ook sociaal-emotionele, levensbeschouwelijke, creatieve, musische en motorische ontwikkeling van het kind te stimuleren. Onze visie op onderwijs Zorg dragen voor de kwaliteit van onderwijs betekent voor ons ook dat deze waarden als een rode draad door ons onderwijsprogramma lopen. Dit geldt niet alleen voor het pedagogisch klimaat dat we proberen te scheppen (zie hierboven), maar ook voor de didactische werkvormen en het leerstofaanbod. Didactische werkvormen De waarden die wij willen doorgeven aan de kinderen komen ook naar voren in de wijze waarop we met de kinderen willen werken. - ‘Saamhorigheid’ wordt gestimuleerd doordat we de kinderen zoveel mogelijk laten samenwerken. De kinderen leren zo open te communiceren en elkaar aan te vullen en te ondersteunen. - ‘Persoonlijke ontwikkeling’ wordt gestimuleerd doordat we de kinderen zoveel mogelijk betrekken bij hun eigen leerproces (activerend en zelfstandig leren) en door rekening te houden met individuele verschillen (adaptief onderwijs). Waardeneducatie - Er zijn ‘omgangsregels’ voor gedrag waar alle kinderen zich aan hebben te houden. - Leerkrachten geven ‘het goede voorbeeld’ qua gedrag. - Bij sociaal-emotionele ontwikkeling geven we inzicht in (de consequenties van) bepaald gedrag.
19
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
Onze levensbeschouwelijke visie Zie hoofdstuk 1.2 Een katholieke school De vertaling in vakgebieden en andere schoolactiviteiten Sociaal-emotionele ontwikkeling De doelen die we op dit vlak hopen te realiseren, zijn: kinderen bewust maken van hun gedrag, respect tonen voor anderen en jezelf, leren accepteren van verschillen, ontwikkelen van vaardigheden zoals luisteren en ruzies oplossen, ontwikkelen van inlevingsvermogen. Godsdienst, levensbeschouwing, geestelijke stromingen en schoolvieringen Door overeenkomsten en verschillen te leren tussen de grote godsdiensten (christendom, islam, jodendom, hindoeïsme, boeddhisme) gaan de kinderen respect opbrengen voor mensen met andere geloven. De kinderen laten luisteren naar Bijbelverhalen en hun ervaringen verwerken met creatieve werkvormen (tekenen, drama, muziek). Levensbeschouwelijke gesprekken over onderwerpen als ‘moedig zijn’, ‘spijt hebben’, ‘in de put zitten’ e.d. De ene leerkracht zal vaker lessen kiezen die met feitenkennis te maken hebben of met levensbeschouwelijke gesprekken. De andere leerkracht zal vaker voor creatieve lessen kiezen. Waar het ons om gaat, is dat de kinderen, in de acht jaar dat ze bij ons op school zijn, met al deze aspecten in aanraking komen en zo volop kansen krijgen om hun éigen levensbeschouwing te vormen. De voorbereiding op de Eerste Communie en het Vormsel geschiedt in de parochie. 2.2.2 Kleuteronderwijs, spelen = leren = ontwikkelen Jongste en oudste kleuters zitten in Scharn in verschillende groepen. De vierjarige start in groep 1. In deze groep ligt de nadruk op het wennen aan de basisschool, het nieuwe dagritme, leren omgaan met andere kinderen en een leerkracht (of leerkrachten) en vooral op het zich prettig gaan voelen in de klas en school. Een kind kan zich immers alleen ontwikkelen vanuit een gevoel van veiligheid en vertrouwdheid met de leerkracht en de andere kinderen. Er worden sociale vaardigheden ontwikkeld zoals het leren omgaan met regels (op je stoeltje blijven zitten, zorgvuldig omgaan met materialen, opruimen, luisteren naar de leerkracht en naar elkaar) samen spelen, samen delen, samen werken, verdraagzaam zijn en elkaar helpen. Leren gebeurt vooral door spel en creativiteit. Spelenderwijs leren de kinderen de kleuren, vormen, tellen en cijferherkenning en letterherkenning, omgaan met hoeveelheden, gesprekjes voeren, de woordenschat vergroten, tekenen en voorbereidend schrijven, voorbereidend lezen. In deze groep stromen tot mei op vastgestelde tijdstippen steeds nieuwe vierjarigen in. In de middengroep 1-2 ligt de nadruk op de ontwikkeling op het sociaal-emotionele gebied. Er wordt voor elke kleuter onderwijs op zijn of haar niveau (groep 1 of groep 2) geboden. Kinderen die al wat verder zijn op bepaalde gebieden, krijgen een ander aanbod dan kleuters die daar nog niet aan toe zijn. Tevens bestaat er de mogelijkheid om een kleuter die zich erg snel ontwikkelt, in januari door te laten stromen naar groep 2. En als dat goed gaat, kan deze in het nieuwe schooljaar naar groep 3. In de groepen 2 werken we al een beetje naar groep 3 toe. Vooral na de kerstvakantie wordt er veel aandacht besteed aan voorbereidend schrijven, lezen en rekenen. Maar natuurlijk is en blijft groep 2 een kleutergroep waar dus vooral nog heel veel ruimte is voor spel en spelen, vooral in thematische vorm. In het voorjaar zult u van de leerkracht van groep 2 horen of uw kind toe is aan groep 3, of dat een jaar kleuterverlenging wenselijk is.
20
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
In alle kleutergroepen werken we met verschillende werkvormen. We zitten met de kleuters in de kring om te vertellen, te zingen, voor te lezen, dingen te bekijken of uit te leggen. Daarnaast werken kleuters veelal gedifferentieerd, op hun eigen niveau, met verschillende materialen. Er wordt gewerkt met ontwikkelingsmateriaal, constructiemateriaal, er wordt getekend en geknutseld, maar we maken natuurlijk ook gebruik van de computer, het smartboard, televisie en dvd. Om de grote motoriek te stimuleren geven we gymlessen en is er regelmatig buitenspel. Verder maken we gebruik van de rekenmethode “Pluspunt”, de methode “Pennenstreken” voor voorbereidend schrijven en hebben we “Schatkist” als taalmethode. De ontwikkelingsgebieden van kleuters zijn: Taal Ruimtelijke oriëntatie Motoriek Waarneming Denkontwikkeling Om elk ontwikkelingsgebied op de juiste manier aan bod te laten komen, zijn we sinds enkele jaren bezig met het opnieuw opzetten van de leerlijnen in de kleuterbouw. We werken aan het herinrichten van de speelhoeken, we maken deze betekenisvol door er geletterde en gecijferde activiteiten aan te verbinden. Het klassenmanagement is veranderd: we gaan meer uit van de inbreng van het kind. Als je werkt vanuit de belevingswereld van de kleuter steken ze er ook veel meer van op. In de afgelopen jaren hebben de leerkrachten zich verder bekwaamd in het systematisch observeren, registreren en analyseren van de ontwikkelingen van de kinderen. Vanaf groep 3 wordt er meer klassikaal gewerkt aan de hand van methodes. Er wordt geprobeerd de overgang van groep 2 naar groep 3 zo geleidelijk mogelijk te laten verlopen en hierbij veel speelse momenten in te bouwen. We noemen dit speelleren.
2.2.3
Groepen 3 t/m 8, vakken, werkwijze en methoden
2.2.3.1 Rekenen en wiskunde Onze school gebruikt in alle leerjaren de vernieuwde versie van de methode "Wereld in getallen, versie 4", een zgn. realistische rekenmethode, incl. software voor individueel (PC) en klassikaal gebruik (smartboard). Dit betekent dat de methode uitgaat van allerlei situaties uit het dagelijks leven, van waaruit de kinderen zich begrippen en vaardigheden eigen maken. Naast het aanleren van velerlei technieken ter oplossing van rekenkundige vraagstukken, vinden we het belangrijk dat de leerlingen ook de gelegenheid krijgen om zelf strategieën en oplossingen te zoeken voor allerlei praktische, rekenkundige problemen. Van groot belang achten wij het, dat de kinderen deze vaardigheden leren toepassen in dagelijkse situaties. Aan de hand van methodegebonden toetsen worden regelmatig de vorderingen getoetst. Twee maal per jaar wordt er een landelijke en methode-onafhankelijke (Cito)toets afgenomen. 2.2.3.2 Nederlandse Taal Taal is een instrument dat kinderen in dagelijkse situaties voortdurend nodig hebben. Het is een communicatiemiddel en expressiemiddel. Door de taal kan het kind zijn gevoelens uitdrukken, wat een belangrijke voorwaarde is voor de emotionele vorming. Voorts is het een instrument voor het denken: door het verwoorden van handelingen en formuleren van gedachten kan het kind de wereld om zich heen verkennen en ordenen.
21
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
Onze school werkt met de methode "Taal op maat" en “Spelling op maat”. Het taalonderwijs is veelomvattend. Er is aandacht voor zowel de mondelinge als de schriftelijke taalontwikkeling. De woordenschat wordt uitgebreid; er is aandacht voor spelling en ontleden en het verwoorden van ideeën. Daarnaast leren we kinderen verhalen schrijven en het houden van spreekbeurten en presentaties. Daarbij wordt veel gebruik gemaakt van PC’s en het Smartboard. Ook bij Nederlandse taal worden er regelmatig toetsen afgenomen. De spellingsresultaten worden twee maal per jaar met een landelijke (Cito)toets gemeten. 2.2.3.3 Lezen Het is van belang dat kinderen in staat zijn teksten te lezen. Zij kunnen daardoor kennis nemen van informatiebronnen en van elementen van onze cultuur uit het verleden en het heden. Ze kunnen gedachten en gevoelens van anderen leren kennen. Bovendien is lezen een onmisbaar goed in onze hedendaagse maatschappij met zijn vele vormen van communicatie. Leesvaardigheid is een belangrijke sleutel om te kunnen deelnemen in de samenleving. Het is daarom van belang dat alle kinderen vlotte en vloeiende lezers worden. Onderwijsadviseurs geven op basis van onderzoek aan dat veel lezen, op school en thuis, alle schoolprestaties verbetert. De resultaten op alle onderdelen van de Citotoets, zelfs bij rekenen, worden er beter door. In groep 3 wordt officieel een start gemaakt met het leren lezen. Er wordt gewerkt met de methode "Veilig leren lezen". In groep 4, 5 en 6 wordt veel aandacht besteed aan het technisch lezen, middels de methode “Estafette”. In de hogere leerjaren komt de nadruk steeds meer op het begrijpend (methode “Nieuwsbegrip”) en later op het studerend lezen te liggen. Twee maal per jaar worden de vorderingen van het technisch lezen getoetst. Niet ieder kind is een enthousiaste lezer. We proberen het zo veel als mogelijk te stimuleren, o.a. door het lezen in eigen boeken, het voorlezen hieruit of het vertellen hierover. Ook wordt wekelijks de eigen schoolbibliotheek “Boekenbos” bezocht en worden er speciale activiteiten georganiseerd, bijv. de landelijke kinderboekenweek (oktober). Het onderwijs in de Nederlandse taal en lezen mag wel het hart van ons onderwijs worden genoemd. Het bestaat niet alleen uit de uren die daarvoor in ons activiteitenplan staan; in alle vak- en vormingsgebieden wordt hier aandacht aan besteed. Bibliotheek in basisschool Scharn het BOEKENBOS In februari 2013 is er binnen onze school een schoolbibliotheek geopend, in samenwerking met de centrale bibliotheek te Maastricht. Wat is de bibliotheek op school? De Bibliotheek op school is de aanpak waarbij basisschool en bibliotheek samen bouwen aan een gezamenlijke visie op het meetbaar verbeteren van de prestaties op de thema’s LEZEN en MEDIAWIJSHEID. Bij dit meerjarige ontwikkelproces maken school en bibliotheek gebruik van de bouwstenen: netwerk & beleid, expertise, collectie, digitaal portaal, lees- & mediaplan, activiteiten en de monitor. Bibliotheek, school(-bestuur) en gemeente werken als netwerk aan een gedeelde visie en leggen de doelen beleidsmatig vast. De bibliotheek en school zetten hun expertise in om de lees- en mediaprestaties van de leerlingen te verbeteren. Alle leerlingen hebben toegang tot een actuele en gevarieerde collectie in een school-, digitale of (mobiele) bibliotheek. De school legt in samenwerking met de bibliotheek haar visie, doelen en het jaarprogramma vast in het lees- en mediaplan. In alle groepen is dagelijks aandacht voor lezen.
22
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
Waarom lezen zo belangrijk is! Of kinderen wel of niet lezen maakt een groot verschil in hun leven. Goede lezers scoren niet alleen hoger op taalvaardigheid, maar ook op schoolsucces en intelligentie. Want lezen is essentieel voor leren, zeker het leren op school. Wie kan lezen en teksten begrijpt, kan kennis verwerven en zich ontwikkelen. Een goede taalbeheersing zorgt er bovendien voor dat kinderen betrokken zijn bij wat er om hen heen gebeurt. Zo kunnen kinderen beter meekomen in de (digitale) samenleving. De Bibliotheek op school zet zich ervoor in om te zorgen dat kinderen plezier krijgen en houden in het lezen. Samen staan we sterk. De Bibliotheek op school is niet alleen gericht op scholen maar ook op de ouders. Samen stimuleren bibliotheek en school lezen in de thuisomgeving door bijvoorbeeld het meegeven van boeken naar huis en door ouders te informeren over het belang van lezen en het geven van een goed voorbeeld. Leesconsulente en leescoördinator De leescoördinator en de leesconsulent zijn voor hun specifieke taak toegerust en geschoold. De leesconsultent begeleidt de leescoördinator bij de uitvoering van wat is vastgelegd in het lees-en mediaplan en de leescoördinator ondersteunt het team in school. De leescoördinator en de leesconsulent maken deel uit van een netwerk van leescoördinatoren, dat in de meeste gevallen door de bibliotheek is opgericht en wordt aangestuurd. Op deze manier wisselen zij opgedane kennis en ervaring uit. Leesbevordering In het kader van de Bibliotheek op school kijken school en bibliotheek samen naar hoe leesbevordering structureel wordt ingebed binnen de school. Het belangrijkste punt van aandacht is optimale ondersteuning van het dagelijks (vrij) lezen, voorlezen en praten over boeken. Daarnaast stellen zij samen vast welke (structurele) leesbevorderingsactiviteiten nog meer bijdragen aan het behalen van de vastgestelde schooldoelen. Leesplan De school en bibliotheek leggen alle te behalen doelen, resultaten en de te verrichten activiteiten jaarlijks in goed overleg vast in een lees- en mediaplan. Het lees- en mediaplan wordt zowel ingebed in het beleid van de school als van de bibliotheek. Op deze wijze vormt het plan een leidraad voor iedereen die bij de dagelijkse uitvoering van de Bibliotheek op school betrokken is. Momenteel is alleen het thema Lezen in dit plan vertegenwoordigd. 2.2.3.4 Engels In de groepen 6, 7 en 8 wordt Engels gegeven. In onze samenleving speelt de Engelse taal een belangrijke rol. Niet alleen doordat er al veel Engelse woorden in ons land ingeburgerd zijn, maar ook door de invloed van radio, televisie en andere communicatiemiddelen. We gebruiken hiervoor de methode: “The Team”, met bijbehorende auditieve ondersteuning. De nadruk ligt op de spreek- en luistervaardigheidvaardigheid. 2.2.3.5 Schrijven Kinderen leren in Basisschool Scharn schrijven volgens de methode: "Pennenstreken". Aanvankelijk ligt de nadruk op de motorisch-technische vaardigheid. Zo wordt er bij de kleuters gelet op de juiste hantering van een potlood, zit- en schrijfhouding, evenals bladhantering. In de bovenbouw streven we naar de ontwikkeling van een eigen handschrift dat voldoet aan eisen voor vormgeving, leesbaarheid en tempo.
23
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
2.2.3.6 Oriëntatie op mens en wereld Op heel veel momenten wordt er gesproken over de wereld om ons heen en brengen we kinderen kennis bij over het heden en het verleden van de aarde. Meestal gebeurt dit in aparte vakken aan de hand van methoden, maar ook tijdens klassengesprekken, spreekbeurten, schooltelevisie, werkstukjes e.d. komen wereldoriënterende onderwerpen aan bod. De methode "Natuur en techniek" behandelt de natuur, het menselijk lichaam, natuurkundige verschijnselen en techniek. We trachten bij de kinderen zoveel mogelijk een onderzoekende houding te kweken. Belangrijk vinden we dat de kinderen zorg voelen en verantwoordelijkheidsgevoel krijgen voor hun eigen leefwereld en het milieu.. In onze schoolorganisatie trachten we zoveel mogelijk milieubewust bezig te zijn, o.a. door te letten op het onnodig laten branden van licht en door een geleidelijke vervanging van allerlei schoolmaterialen door milieuvriendelijkere. We verzamelen en scheiden per groep gebruikt papier en groente-en tuinafval. We stimuleren het gebruik van een drinkbeker en lunchtrommel om het afval te beperken. We vragen om eigen afval mee naar huis te nemen. Bij aardrijkskunde willen we vanaf groep 5 de leerlingen kennis van en inzicht over hun eigen regio en land laten verwerven. Maar ook over andere landen en werelddelen met andere volkeren en culturen komen zij veel te weten. We willen de kinderen laten ontdekken, dat de leefwijze van mensen mede bepaald wordt door allerlei geografische omstandigheden, die mensen niet zelf in de hand hebben. We vinden dat de kinderen enige vaardigheid dienen te hebben in het gebruik van atlassen, legenda, afstandstabellen en registers. De gebruikte methode heet : "De blauwe planeet". Bij geschiedenis gebruiken we vanaf groep 5 de methode "Tijdstip". We vinden het van belang dat kinderen zich kunnen inleven in situaties van het verleden, waardoor ze belangstelling krijgen voor historische gebeurtenissen en ontwikkelingen. Bovendien willen we hen laten ervaren, dat veel zaken - die nu vaak zo vanzelfsprekend zijn - niet altijd zo geweest zijn. Het is een proces, waarin mensen met elkaar de samenleving bouwen en veranderen, en waarbij elke situatie of gebeurtenis een gevolg is van een andere. De geschiedenis wordt op een chronologische manier aangeboden. In de groepen 1 t/m 4 maken we gebruik van projecten, de methode “Leefwereld” of schoolTVprogramma’s. 2.2.3.7 Bevordering van sociale redzaamheid, waaronder gedrag in het verkeer We streven ernaar, dat de kinderen in de loop van de acht jaren basisonderwijs een aantal houdingsdoelen hebben verworven, met name op het gebied van groepsprocessen. We denken hierbij o.a. aan het durven geven van een mening en het openstaan voor de mening van anderen. Maar ook het kunnen functioneren in een groep, hulp kunnen vragen en bieden. Het kunnen omgaan met eigen gevoelens en die van anderen. Verantwoordelijkheid kunnen dragen. Inzicht hebben in verschillen en overeenkomsten tussen diverse groepen van onze samenleving. Daarnaast dienen de kinderen ook nog specifieke vaardigheden te leren, die van belang zijn voor het functioneren in de maatschappij, zodat zij zich ook leren redden als consument. Denk aan het kunnen omgaan met geld, naslagwerken leren gebruiken, een kritische houding betreffende prijzen en kwaliteit van producten verwerven. In het verkeersonderwijs proberen we te bereiken dat de kinderen zich niet alleen vrij, maar ook veilig in het verkeer kunnen bewegen. Van even grote waarde vinden we dat de kinderen duidelijk wordt gemaakt, dat verkeer een sociale activiteit is met telkens wisselende situaties,
24
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
waarbij voortdurend met elkaar rekening dient te worden gehouden. Hierbij maken we gebruik van de methode “Klaarover”, actueel lesmateriaal o.a. van 3VO. In groep 7 staan een verkeersexamen én een fiets controle op het programma. De hogere groepen krijgen bezoek van de wijkagent en oud-wielrenner Ad Wijnands van Go-Cycling, die de kinderen laat ervaren hoe je je eigen fiets veilig kunt besturen. Groep 8 krijgt lessen over de dode hoek bij vrachtwagens. Indien mogelijk nemen de hogere groepen deel aan een regionale verkeersquiz voor basisschoolleerlingen. Sociale competenties Met de methode “Kinderen en hun sociale talenten” worden de sociale competenties van de kinderen geoefend en vergroot. Met de Sociale Competentie Observatielijst (SCOL)worden de ontwikkelingen van de kinderen jaarlijks in beeld gebracht. De leerkracht kan hiermee inspelen op individuele verschillen of extra aandacht besteden aan situaties die spelen in de groep. Pesten De afgelopen maanden stonden de kranten en andere media er helaas weer vol mee: pestslachtoffers die met hun last niet meer konden leven. Het lijkt bijna een niet uit te bannen iets, dat pesten. Ook op onze school worden we daarmee geconfronteerd. Met zo’n 450 leerlingen kan het niet altijd allemaal even harmonieus verlopen, een ruzietje, een meningsverschil, het hoort erbij en kinderen leren ervan. Als er echter sprake is van uit de hand gelopen ruzies die blijven slepen, stiekem gedrag, steeds dezelfde kinderen die het mikpunt zijn van zogenaamde lolletjes, gaat het de verkeerde kant op en kunnen we spreken van pestgedrag. Dat proberen we altijd voor te zijn, door zowel tijdens onze lessen sociaal-emotionele ontwikkeling maar ook op elk moment dat wij dat als leerkracht nodig achten hierover met onze kinderen te praten. Openheid, transparantie en kinderen het gevoel geven dat ze altijd bij hun juf, meester of begeleider terecht kunnen is iets wat wij hoog in het vaandel dragen. Echter, er zijn kinderen die zo introvert zijn dat ze niet laten merken dat ze geplaagd of gepest worden, die erg goed toneel kunnen spelen en doen alsof er niks aan de hand is, uit schaamte of omdat ze bang zijn voor de kinderen die pesten. Als u als ouders denkt dat uw kind gepest wordt, als u signalen opvangt, stap dan naar de leerkracht van uw kind en bespreek uw zorgen. Ook pesten via internet, op msn of Facebook, komt regelmatig voor. Kruip regelmatig samen met uw kind achter de computer, zorg dat u in zijn of haar mailbox kunt kijken; want een vervelend mailtje is snel gestuurd en kan voor grote problemen zorgen. Als dit op tijd ondervangen kan worden kan dat heel wat problemen voorkomen. Wij, als leerkrachten en medewerkers van de TSO zijn alert, geven hier in de klas zeer regelmatig lessen over. De werkgroep SEO (Sociaal Emotionele Ontwikkeling) is alles rondom pesten weer eens goed onder de loep aan het nemen. Pestprotocol Op stichtingsniveau bestaat al een aantal jaren een pestprotocol. Gedurende het schooljaar 13-14 heeft de themagroep "Omgaan met verschillen" o.a. een school specifiek pestprotocol gemaakt voor BS Scharn. Dit protocol is inmiddels goedgekeurd door de leerkrachten en de MR. Op de website kunt u het pestprotocol vinden. Vanaf schooljaar 14-15 gaan we werken met twee anti-pest-coördinatoren. In het begin van het komend schooljaar zullen zij zichzelf via de Nieuwsbrief aan u voorstellen en hun taken toelichten. U vindt dit protocol op onze website www.bsscharn.nl
25
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
En nogmaals de oproep aan u: maakt u zich zorgen, ziet of hoort u dingen waarvan u het belangrijk vindt dat de leerkracht en/of de directeur op de hoogte is, schroom niet en meld u. Pesten en gepest worden, wij willen er alles aan doen om dit te stoppen en liefst te voorkomen! 2.2.3.8 Bevordering van gezond gedrag Wij vinden het van belang dat kinderen een gezond gedragspatroon verwerven, dat past bij henzelf en de omgeving waarin ze opgroeien. Gezondheid houdt in dit verband meer in dan enkel de lichamelijke gezondheid. Het gaat hierbij ook om het zich geestelijk en sociaal veilig voelen tussen de mensen met wie je samenleeft. In groep 8 nemen de kinderen deel aan een EHBOcursus. 2.2.3.9 Maatschappelijke verhoudingen Met name in de groepen 7 en 8 besteden we hieraan aandacht, waarbij we willen bereiken dat de kinderen kennis en inzicht hebben in aspecten van het verschijnsel arbeid. Bijvoorbeeld werkeloosheid, inkomensverschillen en soorten beroepen. Relaties tussen individuen en groepen komen hierbij aan de orde, zoals verschillen in gezinsvormen en etnische groepen en daarmee samenhangende problemen als rolpatronen en discriminatie. Voorts besteden we aandacht aan de wijze waarop instellingen in onze maatschappij functioneren. We behandelen tevens hoofdzaken van onze staatsinrichting. In de groepen 8 maken de kinderen kennis met gehandicapten tijdens de lessen van het GIPS-project. 2.2.3.10 Culturele Educatie Culturele educatie is werken met uitdagend onderwijs, met verleiden en stimuleren, en kinderen vanuit een krachtige leeromgeving ook op een andere manier leren kijken. Culturele educatie heeft vele raakvlakken met andere vakgebieden, met Nederlandse taal en literatuur, aardrijkskunde, geschiedenis, natuurkunde, godsdienst, maatschappij en samenleving, beeldende vakken, techniek. Vaak gebeuren er dingen op dit gebied zonder dat je je er bewust van bent. De kunst is het met deze dingen verder te gaan, te komen tot ontmoetingen, bezoeken, onderzoeken enz. Vanuit deze vakgebieden laten wij de volgende disciplines nu nadrukkelijker aan bod komen: beeldende kunst, dans en beweging, drama en toneel, muziek, film, literatuur, cultureel erfgoed, schoolomgeving, stad. Om deze disciplines verantwoord aan bod te laten komen, hebben wij gekozen voor een menustructuur. De disciplines zijn dan over de leerjaren verdeeld, uitgaande van vier combinaties (vaststaande disciplines), zodat iedere combinatie in de acht schooljaren twee keer centraal staat. Deze combinaties zijn: Dans en muziek (groep 1 en 6). Beeldende kunst (groep 2 en 5). Drama en toneel (groep 3 en 8). Cultureel erfgoed (groep 4 en 7). Daarnaast is er in iedere groep nog ruimte voor film, literatuur en wat wij noemen onverwachte kansen (eigen keuze). Ook zal in de lessen handenarbeid, tekenen en muziek of geschiedenis en techniek nog een en ander aan bod komen. Het teken- en handvaardigheidsonderwijs We zien tekenen en handvaardigheid als een belangrijk middel voor het uiten van gevoelens en het weergeven van belevenissen en het prikkelen van de fantasie. Bovendien zal het kind door het willen tekenen van voorwerpen, dieren en mensen, deze nauwkeuriger gaan bekijken, wat
26
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
een belangrijke oefening is voor visuele waarneming. Door te praten over de werkstukken hopen we het esthetisch gevoel bij de kinderen te ontwikkelen, hetgeen een aanzet kan zijn tot het waarderen en beoordelen van beeldende kunst in het algemeen. Goed teken- en handvaardigheidsonderwijs kan ook een aanzet zijn tot een zinvolle vrijetijdsbesteding, nu en later. Wij zijn van mening dat muziek een belangrijke bijdrage kan leveren aan de emotionele ontwikkeling en de esthetische vorming van een kind. Het stimuleren van de fantasie en de motorische ontwikkeling staan tevens centraal. Door de verschillende aspecten van muziek te gebruiken, kan ieder kind plezier aan muziek beleven. Dat kan zijn door het zelf musiceren, luisteren naar muziek, praten over muziek, bewegen op muziek of muzieknotatie. De liedjes sluiten aan op het jaargetijde of actuele vieringen, zo dicht mogelijk bij de interesse van de leerlingen. De lessen worden gegeven in de eigen klaslokalen, door een gediplomeerde vakdocent van Muziekschool Kumulus. Er zal in de les aandacht besteed worden aan het kennen en herkennen van instrumenten, de beginselen van de muziektaal en het samen zingen en spelen (ritmische en melodische vorming). Via het toneelspelen, of drama, krijgen de kinderen de mogelijkheid om het beste uit zichzelf naar voren te brengen. Een vakleerkracht verzorgt al enkele jaren op onze school de drama-lessen, vooral in de groepen 8. Daarbij is de weg naar de musicalvoorstelling even belangrijk als het eindproduct zelf. De school onderhoudt intensieve contacten met o.a. het Brede Spoor van Marijk Greweldinger, Het Bonnefantenmuseum, Centre Céramique, Museum ah Vrijthof en het Kinderatelier van Milous Heunks. 2.2.3.11 Zintuiglijke en lichamelijke oefening In de groepen 1 en 2 staat bewegingsonderwijs dagelijks op het programma (rooster). Er wordt in de klas, op de speelplaats en in het speellokaal gespeeld. Vanaf groep 3 krijgen de kinderen gymles in de gymzaal (twee keer per week) en een buitengymles, wanneer de weersomstandigheden dit toelaten. Eén keer per week wordt in de gymzaal door alle groepen les gegeven uit de methode van Van Gelder en Stroes. De gemeente Maastricht heeft de basisscholen deze methode aangereikt om het bewegingsonderwijs een nieuwe impuls te geven. Het is een vakwerkplan dat uitgaat van de kerndoelen. Binnen deze lessen wordt gewerkt met een basisopstelling, die de gehele dag blijft staan en geschikt is om op eenvoudige wijze aan het niveau van de kinderen aan te passen. We zien de zintuiglijke en lichamelijke oefening als een belangrijke bijdrage aan de persoonlijkheidsvorming, de harmonische ontwikkeling van lichaam en geest. Bovendien wordt de gemeenschapszin erdoor ontwikkeld, omdat er vaak een beroep wordt gedaan op samenwerking in allerlei vormen. Voorts trachten we verdraagzaamheid en het kunnen accepteren van verlies te bevorderen. Dit is essentieel voor de karaktervorming. De kinderen maken kennis met diverse sporten, die ze wellicht als zinvolle vrijetijdsbesteding gaan beoefenen. 2.2.4 ICT Onderwijsmethoden veranderen. Kinderen leren steeds meer op hun eigen manier en in hun eigen tempo. De groepen 3 beschikken over een eigen netwerk in een aparte ruimte, met geschikte software, die met name gericht is op de taalontwikkeling. In de klaslokalen bevinden zich meerdere computers die aangesloten zijn op het internet. In alle leerjaren worden computers ingezet als hulpmiddel. Daarbij wordt gebruik gemaakt van
27
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
speciale onderwijsprogramma's. Deze programma´s registreren in veel gevallen de vorderingen van de leerlingen. De leerlingen van de groepen 5 t/m 8 beschikken over een eigen e-mailadres. Het ICT beleid en de ontwikkeling zullen structureel onderdeel zijn van de ontwikkeling van leerling en leerkracht maar ook van de school als geheel. Alle groepen beschikken over een smartboard. 2.2.4.1 Internet in basisschool Scharn. De kinderen van onze school kunnen gebruik maken van internet. Wij hebben ervoor gekozen de kinderen vanaf groep 5 die mogelijkheid te bieden. Wij maken hiervoor gebruik van Kennisnet. Kennisnet heeft een eigen Nederlandstalige zoekmachine die kinderen in principe leidt naar Nederlandstalige sites die geselecteerd zijn, waardoor zaken als racistische uitingen en pornografie niet zomaar benaderd kunnen worden. Kinderen kunnen echter ook andere zoekmachines gebruiken. Elk kind vanaf groep 5 krijgt een eigen e-mail adres, waarmee met andere kinderen gecommuniceerd kan worden. Ook kunnen deze leerlingen hun documenten opslaan en thuis raadplegen en bewerken. Waarom internet? Kinderen maken gebruik van internet ter verrijking van het onderwijs: om informatie te zoeken, contacten te leggen met leerlingen van andere scholen en deskundigen te kunnen raadplegen. De software die in ontwikkeling is verwijst meer en meer naar internetsites voor aanvullend, actueel of alternatief materiaal. Internetactiviteiten worden hiermee steeds meer onderdeel van methodes en leergangen. De software bij methodes kan in de toekomst door kinderen ook via Internet benaderd worden.
Afspraken Samen met de kinderen en de leerkrachten hebben wij een aantal afspraken gemaakt: Gedragsafspraken met de kinderen.
28
Spreek van tevoren met je leraar af wat je op internet wilt gaan doen. Ik zal geen persoonlijke informatie doorgeven op internet, zoals mijn naam, adres en telefoonnummer, het werkadres of telefoonnummer van mijn ouders of het adres van school zonder toestemming van mijn juf, meester of begeleider. Zoek niet bewust naar sites met ongewenste of ongeschikte informatie. Kom je toch op een dergelijke pagina, klik meteen op de knop ‘vorige’ om weer weg te komen van die site en meldt het bij de juf, de meester of de begeleider. Ik vertel niemand mijn wachtwoord, het is alleen van mij. "Je mag van mij alles weten behalve…" . Voor je 't weet kent de hele wereld het, ook mensen van wie ik het niet zou willen. Ik vertel het mijn juf, meester of begeleider meteen, als ik informatie zie of ontvang (e-mail) waardoor ik me niet prettig voel en verstuur ook zelf dergelijke mailtjes niet. Ik zal nooit afspreken met iemand die ik op internet heb ontmoet, zonder toestemming van mijn juf, meester of begeleider. Ik gebruik geen rare taal of lelijke woorden als ik een e-mail verstuur. Een e-mail geschreven op school, mag altijd door de juf, meester of begeleider worden
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
gelezen. Ik zal nooit antwoorden op e-mailberichten die onprettig zijn (racistisch, discriminerend, e.d.). Het is niet mijn schuld dat ik zulke berichten krijg. Ik vertel het mijn juf, meester of begeleider meteen, zodat ze maatregelen kunnen nemen. Verstuur bij e-mailberichten nooit foto’s zonder toestemming van je leraar. Er is altijd een leerkracht (of ouder) in de buurt als ik bezig ben op internet.
Afspraken met de leerkrachten
Internet wordt gebruikt voor opbouwende educatieve doeleinden. Er worden geen sites bekeken die niet aan onze fatsoensnormen voldoen. Er wordt aan de kinderen uitgelegd waarom zij bepaalde sites wel of niet mogen bekijken. De leerkracht draagt zorg voor een omgeving waarin kinderen open kunnen vertellen wanneer zij op een gewenste, onbedoelde site komen. Het is immers meestal niet hun schuld. Regels en wetten met betrekking tot copyright worden in acht genomen. Informatie die terug te voeren is op leerlingen mag niet op het openbare deel van het net terechtkomen. Achternamen in combinatie met foto’s en werkjes van kinderen worden niet op het net gepubliceerd. Voor e-mail geldt ook het briefgeheim. Maar op grond van hun pedagogische verantwoordelijkheid mogen de leerkrachten e-mail van leerlingen bekijken.
Binnen stichting MosaLira is er een internet- en e-mailprotocol opgesteld. Zie portal.mosalira.nl , onder handboek. Van iedereen wordt verwacht dat zij zich houden aan deze afspraken en regels. Leerlingen zullen gewezen worden op het juiste gebruik van bijvoorbeeld internet maar ook van andere Elektronische Informatie & Communicatiemiddelen en de mogelijke gevolgen die verkeerd gebruik kan hebben. Hierbij is een belangrijke taak weggelegd voor het personeel die de gevaren bespreekbaar zal maken en houden. 2.2.5 Toetsen en testen We proberen vroegtijdig te signaleren en in te schatten wat het ontwikkelingsniveau van het kind is. Daarbij is de leerkracht vooral aangewezen op de informatie van ouders en de eigen observaties. Het intredegesprek (leerkracht-ouders) is een vast onderdeel bij elke nieuwe leerling. Regelmatig worden de leerlingen in alle groepen getoetst. Toetsen vormen een onderdeel van het gehele leerproces. Wij denken dan bv. aan het dictee, de toetsen van de taal- en rekenmethode, de AVI-, en DMT-leestoetsen of de toetsen voor begrijpend lezen. Voor het volgen van de sociale-emotionele ontwikkeling maakt de school gebruik van SCOL (Sociale Competentie Observatie Lijst). Methodegebonden toetsen Uw kind wordt getoetst op de kennis die het heeft. Hiervoor heeft de leerkracht verschillende toetsmogelijkheden ter beschikking. Vaak gebruikt hij de toetsen die horen bij de leerboeken waaruit de leerlingen les krijgen. Deze toetsen worden ook wel methodegebonden toetsen genoemd. De methodegebonden toets wordt gebruikt als afsluiting van een bepaalde hoeveelheid leerstof. Als de leerkracht een bepaald onderwerp heeft behandeld kan hij met een methodegebonden toets direct en vrij eenvoudig zien of de leerlingen zich de leerstof hebben eigen gemaakt en deze
29
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
kunnen toepassen. Dit is een belangrijke bron van informatie voor de school, niet alleen over uw kind, maar ook over of de leerstof en wijze van lesgeven aansluit bij de kinderen. Leerlingvolgsysteem Het nauwkeurig onderzoeken, bijhouden en beoordelen van de individuele vorderingen van leerlingen is belangrijk. Om de voortgang van elk kind systematisch bij te houden bestaan er leerlingvolgsystemen. Daardoor kan het onderwijsprogramma beter worden afgestemd op de leerling. Via het leerlingvolgsysteem (LVS via ESIS) krijgen leraar, ouders en schoolleiding zicht op de studievoortgang van een leerling door de jaren heen en in vergelijking met andere leerlingen in de klas of elders in het land. Bij een leerlingvolgsysteem hoort vaak een set van methodeonafhankelijke, genormeerde toetsen. Een volledig leerlingvolgsysteem betreft de hele basisschool. Het meest gebruikte leerlingvolgsysteem is dat van Cito. De entreetoets en eindtoets maken hier een onderdeel van uit. De informatie in het leerlingvolgsysteem is uiteraard zeer privacygevoelig en mag niet zonder toestemming van ouders aan (onbevoegde) derden worden verstrekt. Entreetoets groep 7 De Entreetoets Groep 7 maakt deel uit van het leerlingvolgsysteem van Cito. Met de entreetoets kan de leerkracht goed nagaan of de leerling op niveau presteert en of er in de kennis en vaardigheden op bepaalde punten hiaten zitten. De leerkracht kan op basis van de uitslag van de toets zonodig een gericht plan maken om de hiaten op te vullen. De Entreetoets Groep 7 bestaat uit vier onderdelen: Taal, Lezen, Rekenen-Wiskunde en Studievaardigheden. In de Entreetoets Groep 7 zitten zestien taken. Een taak bestaat uit 25 of 30 opgaven. Het afnemen van een taak kost een half uur tot drie kwartier. Alle opgaven in de Entreetoets hebben de meerkeuzenvorm. Als alle taken gemaakt zijn, stuurt de school de antwoordbladen naar Cito. Daar worden de bladen door de computer nagekeken. Vervolgens maakt Cito de rapportage. Die wordt naar de school gezonden. De ervaring is dat het afnemen van de totale toets vier tot zes dagdelen kost, maar het staat scholen vrij om een ruimere periode te nemen. Om de leerlingen te laten wennen aan het type opgaven van de toets heeft Cito kennismakingstaken gemaakt. Die zijn in een extra opgavenboekje opgenomen. De school neemt deze taken af een aantal dagen voordat de echte toets afgenomen wordt. Meer informatie kunt u vinden op www.cito.nl. Eindtoets Scholen zijn verplicht om in groep 8 een eindtoets af te nemen. De meest gebruikte toetsen in groep 8 om de keuze voor een school voor middelbaar onderwijs te ondersteunen, zijn de Citoeindtoets en de Nio. De Cito-eindtoets stelt vast wat een leerling na acht jaar basisonderwijs aan leerstof heeft verworven. ongeveer 85% van alle basisscholen gebruiken de Cito-eindtoets. De Nio (Nederlands intelligentietest voor onderwijsniveau) is geen vaardigheidentoets zoals de Cito-eindtoets, maar een intelligentietest.
30
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
Het is heel wisselend hoe scholen van voortgezet onderwijs omgaan met de toelating van leerlingen die van groep 8 van de basisschool komen. Soms wordt uitsluitend gekeken naar de score van de eindtoets. In andere gevallen gaat men volledig af op het advies van de basisschool. In de meeste gevallen wegen zowel de toetsscore als het basisschooladvies mee. De kinderen van groep 8 doen mee aan de CITO-eindtoets op 21, 22 en 23 april 2015. Nader onderzoek Indien de ouders en/of groepsleerkracht het wenselijk achten beter inzicht te krijgen in de mogelijkheden van een leerling zal nader onderzoek plaats moeten vinden. Hiervoor maakt de school gebruik van de Permanente Commissie Leerlingenzorg binnen het samenwerkingsverband van de regioscholen. Indien een onderzoek wordt aangevraagd wordt dat altijd besproken met de interne begeleider en eventueel een schoolbegeleider (eerstelijnsbegeleider / orthopedagoge). 2.2.6 Onderwijskundig rapport Alle leerlingen, die onze school verlaten, krijgen een onderwijskundig rapport, bestemd voor de vervolgschool. In dit rapport wordt beschreven hoe het kind op de basisschool heeft gefunctioneerd en hoe het zich ontwikkeld heeft. In feite is het een samenvatting van het leerlingendossier. Ook wordt beschreven met welke methodes werd gewerkt en hoever het kind daarin gevorderd is. Het onderwijskundig rapport wordt naar de nieuwe school en de ouders toegestuurd.
31
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
2.2.7 Besteding van de lestijd De besteding van de lestijd is vastgesteld op basis van een doorgaande lijn van groep 1 tot en met 8 en op basis van wettelijke regelgeving. Op grond hiervan krijgen de kinderen vanaf groep 5 meer lesuren dan in de groepen 1 t/m 4. In onderstaande tabel is de urenverdeling van een gemiddelde schoolweek weergeven. De uren zijn in de tabel aangegeven in decimalen. gr.1
gr.2 mgr.
Rekenen en wiskunde
gr.3
gr.4
gr.5
gr.6
gr.7
gr.8
4,75
4,75
5,00
5,00
5,00
5,00
Nederlandse taal
lezen taal schrijven
3,15 5,00 2,00
3,15 5,00 2,00
5,00 5,00 1,50
5,00 5,00 1,50
5,00 5,00 1,00
5,00 5,00 1,00
Oriëntatie op mens en wereld
bevorderen gezond en redzaam gedrag aardrijkskunde geschiedenis, waaronder staatsinrichting natuur, techniek, samenleving, milieu
1,15
1,15
0,50
0,50
0,50
0,50
0,00 0,00
0,00 0,00
1,00 0,75
1,00 1,00
1,00 1,00
1,00 1,00
1,50
1,50
1,00
0,75
0,75
0,75
0,50
0,50
0,50
Engelse taal Kunstzinnige oriëntatie
tekenen handvaardigheid spel en beweging muziek
1,00 1,00 0,50 0,50
1,00 1,00 0,50 0,50
0,75 0,75 0,50 0,50
0,75 0,75 0,50 0,50
0,75 0,75 0,50 0,50
0,75 0,75 0,50 0,50
Lichamelijke opvoeding
in de zaal omkleed- en looptijd
1,15 0,50
1,15 0,50
1,50 0,50
1,50 0,50
1,50 0,50
1,50 0,50
Ontwikkelingsleerlijnen
auditieve waarneming ruimtelijke waarneming visuele waarneming taal denken taal lezen rekenen denken taal communicatie fijne motoriek grove motoriek sociaal emotionele ontwikkeling spelontwikkeling Werkhouding
1,50 1,50 1,50 2,00 2,00 3,00 1,50 1,50 1,75
1,50 1,50 1,50 2,50 2,50 3,00 1,75 1,75 1,75
3,00 1,00
3,50 1,00
Levensbeschouwelijk onderwijs
0,50
0,50
0,50
0,50
0,50
0,50
0,50
0,50
Pauze
1,25
1,25
1,25
1,25
1,25
1,25
1,25
1,25
22,00 24,00 24,00 24,00 26,00 26,00 26,00 26,00
32
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
2.3.
Leerlingenzorg
Passend Onderwijs Zorgplicht Vanaf 1 augustus 2014 gaat de Wet Passend Onderwijs in. Vanaf dat moment heeft het schoolbestuur een zorgplicht. Dat betekent dat zij vanaf dat moment iedere leerling die extra ondersteuning nodig heeft een passende onderwijsplek moet bieden. Vroeger moesten ouders zelf op zoek naar een geschikte school. Vanaf 1 augustus 2014 melden ouders hun kind aan bij de school van hun keuze. In de Wet Passend Onderwijs wordt een aanmeldingsprocedure geïntroduceerd. Hierin is nieuw dat een leerling voortaan schriftelijk aangemeld moet worden. De school heeft de taak om een passende onderwijsplek te bieden. Op de eigen school of, als de leerling daar beter op zijn plaats is, op een andere school in het reguliere onderwijs of het (voortgezet) speciaal onderwijs. Iedere school heeft een ondersteuningsprofiel opgesteld. Dit profiel is bedoeld om aan te geven welke ondersteuning een school kan bieden. De school van aanmelding bekijkt of ze het kind een passende plek kan bieden. Kan de school uw kind niet toelaten, dan biedt ze binnen 6 weken een plek aan op een andere school waar het kind wel geplaatst kan worden. De school mag deze termijn 1 keer met maximaal 4 weken verlengen. Daarom is het van belang dat u uw kind minimaal 10 weken van te voren inschrijft bij de nieuwe school, zeker als het een verhuizing betreft. Samenwerken Om de zorgplicht te kunnen waarmaken en alle leerlingen een passend aanbod te kunnen bieden, werken reguliere scholen en scholen voor (voortgezet) speciaal onderwijs samen in een samenwerkingsverband. Het samenwerkingsverband heeft een ondersteuningsplan gemaakt. In dit plan ligt vast welke basisondersteuning alle scholen binnen het samenwerkingsverband bieden. Daarnaast is er vastgelegd hoe de extra ondersteuning georganiseerd wordt en hoe ze het geld gaan besteden. Alle basisscholen, en de scholen voor speciaal basisonderwijs en (voortgezet) speciaal onderwijs van MosaLira vallen onder het Samenwerkingsverband Maastricht-Heuvelland. Maatwerk Passend Onderwijs kijkt vooral naar de mogelijkheden van leerlingen en wat er nodig is om het onderwijs te geven dat daarbij past. Dat kan met extra ondersteuning in de klas of het inrichten van nieuwe voorzieningen, maar ook in het (voortgezet) speciaal onderwijs. Onderwijs op maat is nodig om elke leerling tot zijn recht te laten komen. Passend Onderwijs biedt deze ruimte. Wat Passend Onderwijs voor u en uw kind betekent, is afhankelijk van de school en de keuzes die in het samenwerkingsverband worden gemaakt. Deze keuze bepaalt bijvoorbeeld of veel of extra ondersteuning in de reguliere klas wordt geboden, of er binnen het reguliere onderwijs speciale arrangementen worden ingericht of dat juist de extra ondersteuning vooral in het (voortgezet) speciaal onderwijs wordt geboden.
33
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
In het schoolondersteuningsprofiel stelt iedere school vast welke extra ondersteuning de school kan bieden, aanvullend op de basisondersteuning die alle scholen in het samenwerkingsverband bieden. Dit profiel borduurt voort op het ondersteuningsbeleid dat de school al heeft. In bijlage 2 vindt u een samenvatting van het profiel, zodat u weet welke extra ondersteuning de school wel en niet kan bieden. Ontwikkelingsperspectief Scholen zijn verplicht een ontwikkelingsperspectief op te stellen voor alle leerlingen in het (voortgezet) speciaal onderwijs en het speciaal basisonderwijs. Ook is het opstellen van een ontwikkelingsperspectief verplicht voor leerlingen die extra ondersteuning krijgen in het regulier basisonderwijs. In een ontwikkelingsperspectief staat beschreven wat de verwachte uitstroombestemming van de leerling is en de onderbouwing daarvan. In het ontwikkelingsperspectief voor leerlingen in het regulier onderwijs wordt ook beschreven welke ondersteuning en begeleiding de leerling nodig heeft en hoe die wordt aangeboden. Het ontwikkelingsperspectief wordt door de leerkracht en de Intern Begeleider opgesteld. Een belangrijke rol is ook weggelegd voor u als ouders/verzorgers: u kunt de school van informatie voorzien over de situatie thuis of eerdere begeleiding op een andere school. Het ontwikkelingsperspectief wordt in overleg met de ouders vastgesteld. Ook daarna wordt er regelmatig (tenminste jaarlijks) overleg gevoerd met ouders en de leerling. Als daar aanleiding voor is wordt het ontwikkelingsperspectief bijgesteld. Vragen over Passend Onderwijs? Voor vragen kunt u terecht bij het ouderinformatiepunt 5010 van de Rijksoverheid én de website www.steunpuntpassendonderwijs.nl Zorg en begeleiding in basisschool Scharn Wat Passend Onderwijs betekent voor de praktijk in de reguliere basisscholen weten we nog niet precies. Het doel van de regeling is zo min mogelijk leerlingen naar het Speciale (Basis) Onderwijs te laten doorstromen. Op dit moment ligt het percentage verwijzingen naar Speciaal Basisonderwijs landelijk rond de 4%. Wij blijven daar in basisschool Scharn ver onder met ongeveer 0,5%. Wij proberen leerlingen binnen onze school verantwoorde begeleiding te geven, óók als leerlingen het moeilijk hebben met de leerstof, of gedrag. Er zit echter een grens aan hetgeen voor ons mogelijk is. Wanneer een kind téveel een-op-een begeleiding nodig heeft, of met teveel vakken een aparte leerlijn moet gaan volgen, slaan wij een traject in voor verwijzing naar Speciaal (Basis) Onderwijs. Daarnaast houden we het belang van de overige leerlingen in de groep in het oog.
34
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
Aanpak leerlingenzorg: De leerlingenzorg is vastgelegd in vijf niveaus, waarbij niveau 1 begint met het geven van goed onderwijs en niveau 5 verwijzing naar Speciaal (basis)onderwijs is. Niveau 1: In de nieuwe leermethoden wordt uitgegaan van lesgeven met drie verschillende aanpakken: Aanpak 1: kinderen volgen de methode Aanpak 2: kinderen volgen de methode met extra instructie Aanpak 3: kinderen volgen de methode, iets versneld. Op deze manier houden we alle leerlingen zolang mogelijk bij de instructie die ze nodig hebben in hun leerjaar. Soms moeten we afwijken van de leerstof van het leerjaar waar de leerling in zit. Voor zo’n leerling maken we dan een individueel ontwikkelingsperspectief (IOP). Dit wordt altijd opgesteld in samenspraak met de ouders en intern begeleider. Ook ligt daar bijna een onderzoek naar capaciteiten aan ten grondslag. Dit doen we om zo’n IOP verantwoord te kunnen opstellen.
De aanpakken zoals hierboven genoemd worden vastgelegd in een groepsplan. Op dit moment zijn we volop bezig die op een goede manier te ontwikkelen. De extra zorg voor leerlingen die dat nodig hebben, wordt daar ook in vastgelegd. Er worden in principe geen individuele handelingsplannen meer gemaakt. Alle leerlingen die dat nodig hebben worden ingedeeld in aanpak 2 en krijgen voor het vak waarin ze dat nodig hebben, 4 á 5 keer in de week verlengde instructie. Niveau 2 en 3 Leerlingbespreking Twee á drie keer per jaar worden de leerlingen besproken met de intern begeleider. Leerkrachten bespreken de resultaten en hun observaties van de kinderen in hun groep. We bekijken of er extra aandacht nodig is en of het nodig is dat kinderen gaan wisselen in de bovengenoemde aanpak 1-2-3. Het is ook mogelijk beroep te doen op onze “eerstelijnsbegeleider” Karin Paulis. Zij is orthopedagoge en begeleidt IBers en scholen vanuit onze stichting MosaLira. Niveau 4 Het komt regelmatig voor de leerkrachten en ouders met vragen zitten over hun leerling/kind. Hoe komt het dat de prestaties onvoldoende zijn? Hoe komt het dat mijn kind zich zo lastig kan concentreren? Is mijn kind een onderpresteerder? Waardoor komt het dat het technisch lezen niet lukt en de rest van de vakken wel? Om deze vragen goed te kunnen beantwoorden is vaak een onderzoek nodig. Een onderzoek naar capaciteiten, naar concentratie, naar welbevinden, naar dyslexie enz. Zo’n onderzoek kan op twee manieren: ouders vragen dit zelf aan via een instantie/psycholoog. Of de school vraagt dit aan bij het Centrum Leerling Zorg (dit geldt op dit moment nog alleen voor schooljaar 2013-2014). Voor de school is dit laatste prettig omdat het onderzoek dan ook in samenspraak met school gebeurt. School krijgt aan het einde van het onderzoek ook handvatten hoe te handelen met de leerling. (voor meer informatie hierover kunt u terecht bij de intern begeleider) Niveau 5 Soms moeten we met zijn allen concluderen dat het hier op school verder niet lukt. Dat de problemen te complex zijn om verantwoord mee bezig te zijn in de groep. Verantwoord voor de leerling, maar ook verantwoord voor de rest van de groep. Dat is meestal voor iedereen een
35
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
moeilijk proces. Leerkrachten en school vinden het vaak lastig toe te moeten geven dat de hulp die ze willen bieden eindig kan zijn. Voor ouders is het moeilijk te accepteren dat de toekomst van hun kind anders wordt dan gehoopt of verwacht. Wij willen ouders daar graag een stuk in begeleiden en gaan mee, indien ouders dat willen, op oriëntatie bezoek bij de nieuwe school.
niveau 1 niveau 2 niveau 3 niveau 4 niveau 5
algemene begeleiding extra begeleiding speciale begeleiding na intern onderzoek extra begeleiding na extern onderzoek verwijzing naar speciaal basisonderwijs
2.4 De Plusgroep Doelgroep Een plusgroep is een speciale groep voor kinderen met een ontwikkelingsvoorsprong en/of meer/hoogbegaafde kinderen. De kinderen werken buiten de klas, onder schooltijd, aan een eigen programma onder begeleiding van een gespecialiseerde leerkracht, de plusgroepbegeleider. Deze kinderen komen op een vast tijdstip in de week bij elkaar, de rest van de week werken ze in hun eigen groep. In de eigen groep wordt aan deze leerlingen extra uitdagende leerstof aangeboden. De plusgroepen worden samengesteld met leerlingen uit de groepen 4-5-6-7 en 8. De leerlingen van de plusgroepen werken op maandag onder begeleiding van Anne-Marie Lahaije-Tuinstra. Elke plusgroep bestaat uit maximaal 8 leerlingen. Het schooljaar is voor de plusgroep verdeeld in twee periodes: - Vanaf de zomervakantie tot rond de krokusvakantie; - Na de krokusvakantie tot aan de zomervakantie. In de periode na Cito-eindtoets nemen de leerlingen uit groep 8 niet meer deel, het is dan mogelijk voor leerlingen uit groep 4 om in te stromen. Halverwege het schooljaar vindt een tussenevaluatie met leerkrachten, intern begeleider en plusgroepbegeleider/specialist begaafdheid plaats. Dan wordt bekeken welke leerlingen de volgende periode gaan deelnemen of kunnen continueren. Het doel van de plusgroep is om te voorzien in een onderwijsbehoefte van kinderen met een ontwikkelingsvoorsprong en/of meer/hoogbegaafde kinderen. Deze kinderen worden op gezette tijden in staat gesteld aan de slag te gaan met ontwikkelingsgelijken. De kinderen worden uitgedaagd op cognitief, sociaal-emotioneel en creatief gebied. Leren samenwerken, zelfstandig werken en het ontwikkelen van sociale vaardigheden zijn uitgangspunten. Door de leerkracht wordt met het deelnemende kind, in overleg met de plusgroepbegeleider een persoonlijk doel vastgesteld. Dit kan o.a. zijn: - Leren samenwerken; - Het vergroten van het zelfvertrouwen; - Werken aan weerbaarheid; - Het verminderen van faalangst/perfectionisme; - Het leren structureren van het eigen werk;
36
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
- Het leren leren; - Het leren leven; - Het kind verantwoordelijk leren maken voor zijn eigen leren; - Het leren doorzetten. De leerlingen hebben ieder een map. Hierin wordt het huiswerk bewaard. Daarnaast is in deze map ook een logboek gevoegd waarin de leerlingen elke bijeenkomst beschrijven wat ze gedaan en geleerd hebben. Tevens worden hierin de huiswerkopdrachten genoteerd. De groepsleerkracht dient dit na de bijeenkomst te bekijken en te tekenen met een paraaf. Toelatingsprocedure Leerlingen worden gesignaleerd door de groepsleerkracht(en) en/of de intern begeleider en in overleg met de plusgroepbegeleider/specialist begaafdheid voorgedragen om deel te nemen aan de plusgroep. Indien nodig vindt er een leerlingbespreking plaats met alle betrokken leerkrachten gericht op de plaatsing in de plusgroep. Veel meer- of hoogbegaafde kinderen kunnen voldoende in hun eigen groep begeleid worden. Indien een leerling meer/andere begeleiding nodig heeft kunnen zij voor plaatsing in de plusgroep in aanmerking komen. De leerling wordt aangemeld voor de plusgroep nadat ouders en leerling in een gesprek met de leerkracht(en), intern-begeleider en plusgroepbegeleider/specialist begaafdheid hebben aangegeven akkoord te zijn. Ouders kunnen hun kind niet zelf aanmelden, wel kunnen zij hun vraag bij de leerkracht neerleggen. Deze zal dit met de intern begeleider en plusgroepbegeleider/specialist begaafdheid bespreken. Een intelligentietest is geen must om deel te nemen aan de plusgroep! Regelmatig wordt de voortgang van de betreffende leerlingen door de plusgroepbegeleider/specialist begaafdheid met de leerkrachten besproken. De ouders van de plusgroepleerlingen worden geïnformeerd door de groepsleerkracht over de deelname aan de plusgroep. Tijdens de 10-minutencontactavond is het voor de ouders van de plusgroepkinderen mogelijk om een aparte afspraak over de voortgang met de plusgroepbegeleider/specialist begaafdheid te maken. De plusgroepbegeleider houdt zelf een logboek bij over elke leerling die deelneemt. De plusgroepbegeleider maakt bij elk rapport een schriftelijke beoordeling van de plusgroepleerling. Regelmatig wordt de voortgang van de plusgroep met alle betrokkenen geëvalueerd en zo nodig bijgesteld. De deelname aan de Plusgroep is in principe van tijdelijke aard. Het onderwijs is zodanig ingericht met Levelwerk, dat veel kinderen met meer mogelijkheden in de eigen groep een passend onderwijsaanbod krijgen. 2.5. Relatie met ouders Het is van groot belang dat ouders nauw betrokken zijn bij het wel en wee van hun kind op school. Leerlingen voelen zich beter thuis op school als hun ouders een goed contact hebben met de school, weten wat er dagelijks met de kinderen wordt gedaan, er thuis over praten en er rekening mee houden. De schoolloopbaan van de leerling verloopt dan vaak beter en met minder problemen. Daarom is het belangrijk dat ouders en school met elkaar praten over hun opvattingen over onderwijs en opvoeding en wat zij van elkaar kunnen verwachten.
37
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
2.5.2 De oudervereniging Basisschool Scharn heeft een oudervereniging. Het doel van deze oudervereniging is een schakel en klankbord te zijn tussen de ouders (leden van deze oudervereniging) en de school. De oudervereniging werkt met de leerkrachten samen bij diverse activiteiten, die voor de kinderen worden georganiseerd. De oudervereniging houdt zich bezig met de ondersteuning van deze schoolse activiteiten die buiten het reguliere lesprogramma vallen. Dit zijn onder andere: Sinterklaas, kerstviering, concert, Carnaval, sport- en speldagen, schoolreisjes, excursies en theatervoorstellingen. Tevens is het een goed gebruik om een kleine attentie te verzorgen bij langdurige ziekte van leerkracht of scholier, of bij jubilea van leerkracht (hostessdienst). Al deze activiteiten worden geheel of gedeeltelijk door de oudervereniging gefinancierd. De middelen die we hiervoor gebruiken komen van de ouderbijdrage. Aan het begin van het schooljaar of na de instroom van een nieuwe leerling vragen wij u om een ouderbijdrage per kind naar de oudervereniging over te maken. Het doel van deze ouderbijdrage is dus om bovengenoemde activiteiten te financieren. De oudervereniging wordt gevormd door enkele ouders en bestaat uit een bestuur (voorzitter, penningmeester en secretaris) en een aantal leden van de activiteitencommissie. De oudervereniging werkt nauw samen met de leerkrachten met als doel de tijd die de kinderen op school doorbrengen zo prettig mogelijk te laten verlopen. De aard of inhoud van een activiteit en de uitvoering hiervan wordt in overleg tussen activiteitencommissie oudervereniging en team besproken. De oudervereniging vergadert één keer in de vier tot zes weken, dit is mede afhankelijk van de geplande activiteiten. Deze vergaderingen worden bijgewoond door een afvaardiging van het team. Het jaarverslag en het financieel jaarverslag zijn te vinden op de website van school. De notulen, zijn na vaststelling, ter inzage beschikbaar op de administratie van school. Voor namen en adressen verwijzen we naar de jaarlijkse schoolkalender. Voor meer informatie kunt u terecht bij de leden van het bestuur of via de website.
38
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
2.5.2.a Ouderbijdrage De ouderbijdrage is een vrijwillige bijdrage, die wordt geïnd door de oudervereniging en wordt jaarlijks – na instemming van de MR –vastgesteld. De oudervereniging legt verantwoording af over de begroting/besteding van de ouderbijdragen. Het jaarverslag en financiële jaarverslag komen na goedkeuring op de website te staan. En zijn zo voor iedereen toegankelijk. Hoe vrijwillig is deze bijdrage? Nadat uw kind op onze school is toegelaten - dit is niet afhankelijk van het betalen van de bijdrage - , wordt er door de oudervereniging aan u als lid contributie gevraagd voor extra activiteiten en andere zaken die niet tot het gewone onderwijs behoren. Zie ook hoofdstuk 4, Jaaractiviteiten. Mocht u de bijdrage niet of slechts gedeeltelijk betalen, dan kan de oudervereniging u uitsluiten van de activiteiten waarvoor niet betaald is. De school is wèl verplicht om uw kind deel te laten nemen aan het reguliere onderwijsprogramma. 2.5.3
De medezeggenschapsraad
Wie neemt op school de beslissingen? Op elke school worden belangrijke beslissingen genomen. De meeste beslissingen hebben direct te maken met het onderwijs dat wordt gegeven, bijvoorbeeld wanneer het gaat over de keuze van een lesmethode of over de klassenindeling. Daarnaast worden beslissingen genomen die meer betrekking hebben op de school als geheel, zoals verandering van de onderwijskundige doelstelling van de school, verandering van de schooltijden, fuseren met een andere school. Iedere school heeft een schoolleiding, die belast is met de dagelijkse leiding op school. De directeur is eindverantwoordelijke. De schoolleiding neemt beslissingen in overleg met de medezeggenschapsraad. Door actief te zijn voor de medezeggenschapsraad kunt u dus invloed uitoefenen op de gang van zaken op school. Wie zitten er in de medezeggenschapsraad? De raad bestaat in het basisonderwijs uit ouders en personeelsleden. De verdeling tussen personeel en ouders in de medezeggenschapsraad is fiftyfifty. De MR van BS Scharn bestaat uit 10 leden, te weten 5 leden namens de ouders en 5 leden namens het personeel. De MR wordt van advies voorzien door de directeur van de school. Voor namen verwijzen we naar de schoolkalender of naar de website onder ‘potlood’ MR. Waarover praat de medezeggenschapsraad? In feite over alles wat met de school te maken heeft. Elk belangrijk besluit dat de schoolleiding wil nemen, moet worden voorgelegd aan de medezeggenschapsraad (MR). Op zijn beurt kan de MR elk standpunt dat hij heeft kenbaar maken aan de schoolleiding, of daar nu wel of niet om wordt gevraagd. Eén keer per jaar brengt de MR schriftelijk verslag uit van alles wat hij heeft gedaan, het jaarverslag. De raad zorgt ervoor dat iedereen daarvan kennis kan nemen. De raad zal ook tussentijds zijn achterban informeren via de notulen. Zo kunnen alle ouders en personeelsleden op de hoogte blijven van wat er speelt. In feite kan de MR dus zorgen voor een grote openheid binnen de school. Het jaarverslag en de notulen van de MR vergaderingen zijn te vinden op de website. Op de website kunt u ook zien wat de actuele thema’s en speerpunten zijn.
39
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
Blijft het bij praten alleen? De Medezeggenschapsraad praat niet alleen mee, maar geeft ook adviezen en beslist mee. Daarmee komen we op de twee soorten rechten die de MR heeft: adviesrecht en instemmingsrecht. Adviesrecht wil zeggen, dat de schoolleiding serieus moet reageren op elk advies dat de MR geeft. Dat betekent echter niet, dat elk advies van de MR zonder meer overgenomen hoeft te worden. Dat ligt anders voor beslissingen waarop de MR instemmingsrecht heeft. De schoolleiding kan zonder instemming van de MR dergelijke besluiten niet nemen. Voorbeelden van instemmingsrecht Verandering van de onderwijskundige doelstellingen van de school. Vaststelling of wijziging van het jaarplan. Vaststelling of wijziging van het beleid over de ondersteunende werkzaamheden van ouders. Vaststelling of wijziging van het schoolreglement. Verandering van de grondslag van de school. Voorbeelden van adviesrecht Fusie met een andere school. Beleid inzake aanstelling of ontslag van de schoolleiding. Regeling van de vakantie. De verschillende geledingen in de MR hebben één gemeenschappelijk belang: de school. Verreweg de meeste bevoegdheden worden dan ook door de MR als geheel uitgeoefend. Maar soms wordt er een besluit genomen dat voor de ene geleding zwaarder telt dan voor de andere. In dat geval heeft de één instemmingsrecht en de ander adviesrecht. Kortom: geen van de geledingen staat ooit "buitenspel”. Informatie en contact? Bovengenoemde informatie is terug te vinden op de website van de school onder potlood MR en het huishoudelijk reglement MR ligt ook ter inzage op school. Voor vragen of opmerkingen kunt u mailen naar:
[email protected] 2.5.4 De schoolraad De schoolraad is een adviesorgaan voor de directie van de school. De schoolraad is een onafhankelijk orgaan, dat zelfstandig adviezen formuleert en is geen formele verantwoording schuldig aan enig orgaan. De leden van de schoolraad worden op voordracht van de schoolraad zelf benoemd door het bestuur van de stichting. Leden van het stichtingsbestuur kunnen geen deel uitmaken van de schoolraad. In de schoolraad heeft minimaal één ouder en hebben bij voorkeur meer ouders zitting. Ook deskundigen en maatschappelijk betrokkenen in de buurt waar de school gevestigd is, kunnen deel uitmaken van de schoolraad. De leden van de schoolraad hebben zitting voor een periode van vier jaar. Het reglement schoolraad ligt ter inzage op school. Voor namen verwijzen we naar de schoolkalender. 2.5.5 Klassenouders Per groep zijn één of twee ouders aanspreekpunt voor zowel de leerkracht als de andere ouders. Zij maken een ‘ouderhulplijst’ waarop iedereen kan aangeven waarmee hij of zij het liefste wil helpen tijdens het schooljaar, zoals rijden naar een excursie of helpen met het kerstdiner. Het
40
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
initiatief voor andere regeldingetjes, zoals het kopen van een attentie, en praktische zaken, zoals het op weg helpen van nieuwe ouders, ligt bij de klassenouders. Uiteraard kunnen zij dit ook aan andere ouders uitbesteden. 2.5.5
MONDELINGE INFORMATIE
Informatie-avond Jaarlijks organiseren wij diverse contactavonden. We starten altijd met de algemene informatieavond per groep in september. De leerkrachten kunnen dan nader met u kennis maken en informeren u over datgene wat zich in de loop van dat schooljaar gaat afspelen in de groep van uw kind. Aan de ouders van de kleuters, die na oktober in groep 1 instromen, geven wij een schriftelijk verslag van deze informatieavond. Rapportage en contact Alle kinderen krijgen drie maal per jaar een rapport, c.q. kleuterverslag mee naar huis: medio november, maart en aan het einde van het schooljaar. De rapporten van groep 3 en 4 zijn woord rapporten, maar bij groep 4 komt ook al een aantal cijfers voor. Op de rapporten van groep 5 t/m 8 komen de cijfers 1 t/m 3 niet voor. In plaats daarvan vermelden we z.z. (zeer zwak). Op deze manier willen wij voorkomen dat bepaalde kinderen voortdurend ontmoedigd worden. Het rapportpunt is in de regel het gemiddelde punt van testwerk, dat tijdens een trimester gemaakt wordt. Het werk in de schriften is meestal oefenwerk. Het is niet juist een leerling onmiddellijk na de uitleg van een bepaalde moeilijkheid te beoordelen. De meeste leerlingen hebben nu eenmaal vaker uitleg nodig. En pas na voldoende oefenwerk volgen de testwerkjes. In de rapporten worden tevens de behaalde Cito-niveaus van de verschillende onderdelen vermeld. Verschil methodegebonden toets en een Cito-toets Een belangrijk verschil tussen een Cito-toets en een methodegebonden toets is dat de laatste direct volgt op de aangeboden en geoefende leerstof. Cito-toetsen echter worden één of een aantal malen per jaar afgenomen en zijn meer leerstofoverstijgend. Ze zijn landelijk genormeerd op wat een leerling in een bepaald leerjaar zou moeten beheersen op dat moment. Het kan voorkomen dat een kind op methodegebonden toetsen van bijvoorbeeld spelling beter scoort dan op zijn Cito-toetsen. De leerling kan de woorden die hij net geleerd en geoefend heeft op korte termijn goed opschrijven, maar onthouden op langer termijn en later opschrijven lukt minder goed. Zo zie je dat bij meer leergebieden. Een enkele keer lopen de Cito-toets en het aanbod in de methoden niet geheel parallel. Dan komt er een onderdeel in de toets voor die in onze methode nog niet is behandeld In november en maart wordt u uitgenodigd om het kleuterverslag of rapport met de leerkracht(en) te bespreken in een zgn. "tien-minuten-contact". Gesprek na schooltijd Veel ouders halen hun kinderen zelf van school. Dat kan ook een moment zijn om even wat te vragen of een afspraak te maken voor een gesprek. Schooladvies-gesprek De ouders van de leerlingen van groep 8 worden in januari of februari uitgenodigd voor een adviesgesprek met de leerkracht en directeur, over het meest geschikte onderwijs na de basisschool.
41
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
2.5.7
SCHRIFTELIJKE INFORMATIE
Kalender Aan het begin van een nieuw schooljaar brengt uw (oudste) kind de schoolkalender mee naar huis. Deze geeft een handig overzicht van alle activiteiten die in de loop van een schooljaar plaatsvinden, aangevuld met andere belangrijke informatie. Als u deze kalender op een opvallende plaats in uw huis ophangt, heeft u alle schoolwetenswaardigheden een jaar lang binnen handbereik. Achter in de kalender vindt u allerlei gegevens (namen, adressen) en belangrijke informatie voor het betreffende schooljaar. Schoolgids Deze schoolgids wordt jaarlijks vernieuwd. Het doel van deze schoolgids is u met name te informeren over uitgangspunten, activiteiten, organisatie en resultaten van de school. De complete tekst is te lezen via onze website www.bsscharn.nl Een geprinte versie is verkrijgbaar op school. Tussentijdse wijzigingen worden gepubliceerd via de nieuwsbrief of website. Nieuwsbrief Regelmatig, tweewekelijks, verschijnen er nieuwsbrieven. U leest hierin over actuele gebeurtenissen op school. Ook te lezen via de website. Website Op onze website vindt u veel actuele informatie over de school of de groepen: verslagen van bezoeken, veel foto’s van werkstukken of activiteiten, een routebeschrijving, kalender van activiteiten en vrije dagen, links naar interessante sites, nieuws van de oudervereniging of medezeggenschapsraad. Maar ook de complete teksten van nieuwsbrieven, deze schoolgids, enkele downloads, protocollen (bv. hoe om te gaan met afwezigheid van leerkrachten) zijn gemakkelijk terug te vinden. Het adres is www.bsscharn.nl Informatie van de overheid Het ministerie van OC en W geeft jaarlijks een actuele gids uit voor ouders en verzorgers van basisschoolleerlingen. Deze informeert u over rechten, plichten en mogelijkheden in het basisonderwijs. Deze gids is verkrijgbaar op school. Ook te raadplegen via internet www.minocw.nl/onderwijs/pogids Tip: http://www.scholenopdekaart.nl/10008/Basisschool-Scharn
42
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
Hoofdstuk 3 De organisatie van de school 3.1 Indeling De school is ingedeeld in onderbouw (groepen 1-2), middenbouw (3-4-5) en bovenbouw (6-7-8). De verdeling van de groepen over de gebouwen kan jaarlijks wijzigen en is mede afhankelijk van het leerlingenaantal van de groepen. Zo veel als mogelijk wordt getracht groepen uit eenzelfde leerjaar naast elkaar te plaatsen. Indeling van leerlingen in groepen. De indeling van de leerlingen in groepen, is een zeer zorgvuldig proces. Doordat de leerkracht(en) de kinderen minimaal 1 jaar in de groep heeft gehad, heeft zij/hij een goed beeld ontwikkeld van de leerling en zijn/haar mogelijkheden en eigenschappen. Bij plaatsing van leerlingen in een andere groep vervult de leerkracht(en) een belangrijke rol. Het plaatsingsproces wordt nauwkeurig begeleid door de interne begeleider. De directeur stelt vanwege de eindverantwoordelijkheid de definitieve plaatsing van leerlingen vast. Overwegingen die bij plaatsing een rol spelen: Per groep een zo evenwichtig mogelijke verdeling van jongens/meisjes. Per groep een zo eerlijk mogelijke verdeling van kinderen met speciale zorg/ aanpak. Kinderen die onverenigbaar zijn van karakter niet bij elkaar plaatsen. Een evenwichtige verdeling van het aantal kinderen, dat tot zelfstandig werken in staat is. Kinderen die een positieve invloed op elkaar hebben bij elkaar plaatsen. Rekening houden met onderlinge sociale contacten. Rekening houden met specifieke kwaliteiten en individuele draagkracht van de leerkrachten. Rekening houden met de wisselwerking leerkracht/leerling. Argumenten van ouders/verzorgers. De definitieve indeling van de kinderen in groepen is de verantwoordelijkheid van de school en niet van de ouders. De school werkt met jaarklassen. 3.2 Personeel en organisatie Het beleid van de overheid is er op gericht om meer verantwoordelijkheid bij het bestuur en de scholen te leggen. Directeuren moeten daarvoor met schoolteams steeds meer zelf beleid gaan maken, met name op het gebied van personeel en onderwijs. Onze school behoort tot de Onderwijsstichting MosaLira. Deze organisatie streeft naar een zorgvuldige aansturing van een gemeenschappelijke visie. Om daarbij de kwaliteiten binnen MosaLira optimaal te benutten is er een intensieve samenwerking van scholen. Het eerste aanspreekpunt voor u als ouder is de groepsleerkracht. Deze heeft de verantwoordelijkheid voor de leerlingen in de groep. De directeur draagt de eindverantwoordelijkheid. 3.3 Taakverdeling De directeur is vrijgesteld van lesgevende taken. Spreekuur: geen vaste tijden, bij voorkeur op afspraak. De directeur wordt bijgestaan door drie bouwcoördinatoren en een lid van het
43
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
managementteam. Zij coördineren de dagelijkse gang van zaken in de onder-, midden- en bovenbouwgroepen en overleggen geregeld met de directeur. De interne begeleiding wordt verzorgd door de IB. Zie hiervoor hoofdstuk 2.3 leerlingenbegeleiding. 3.4 Overleg Het teamoverleg is tweewekelijks. Vier keer per jaar organiseert de school een studiedag. Daarnaast is er geregeld werkoverleg tussen leerkrachten onderling (parallel- of bouwoverleg). 3.5 Vervanging Elke leerkracht houdt middels een logboek het onderwijs in zijn of haar groep bij. Bij ziekte kan een vervangende leerkracht direct zien, waar de groep mee bezig is. Indien vervanging nodig is: - MosaLira beschikt over een vervangerspool. De schoolleiding maakt -indien nodig - gebruik van deze voorziening. -Stagiaires van de Pabo, kunnen in hun stagetijd een klas tijdelijk opvangen onder verantwoordelijkheid van de "buur"-leerkracht. -Intern wisselen bij een vervanging in de bovenbouw als er een vervangend leerkracht voor de onderbouw beschikbaar is. Nadeel: onrust in twee groepen. -Inzet van onderwijsondersteunend personeel en ouders, wederom onder verantwoordelijkheid van de "buur"-leerkracht, is een optie in uiterste nood. -Het "openzetten van de deur" naar de naast gelegen klas is ook een mogelijkheid in uiterste nood. -Activiteiten gezamenlijk laten plaatsvinden: videopresentatie, gymnastiek, buitenspel. -Spreiden van de groep indien mogelijk, voor ten hoogste een dag. -De directie of diens gemachtigde bekijkt de omstandigheden waaronder de vervanging al dan niet plaats vindt en maakt mogelijk keuzes die afwijkingen van deze regeling rechtvaardigen. -Leerkrachten wordt gevraagd om bij ziekte dit in een zo vroeg mogelijk stadium te melden, zodat er tijd is om vervanging te regelen. -Indien het niet gelukt is een vervanger te vinden, rest slechts onderstaande noodoplossing -Thuis blijven: indien er geen vervanger gevonden wordt voor de volgende dag, blijft een groep thuis. Ouders/verzorgers worden hiervan de dag van tevoren in kennis gesteld zodat zij in de gelegenheid zijn om, indien nodig, voor opvang te zorgen. Tevens worden het bestuur en de inspectie vooraf geïnformeerd over de calamiteit en de gekozen oplossing. -Bij opeenvolgende dagen blijven de groepen wisselend thuis; op deze wijze wordt de vervallen lestijd gespreid; de ouders / verzorgers van de kinderen van de betreffende groepen worden zo spoedig mogelijk daarvan in kennis gesteld.
44
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
3.6 Communicatie Binnen de school vindt er geregeld afstemming plaats tussen de verschillende personen of geledingen, die hun bijdrage leveren aan de dagelijkse gang van zaken, zoals leerkrachten, medewerkers, overblijfgroep (TSO), ouderraad, schoolraad, schoolbestuur, medezeggenschapsraad en hulpouders. 3.7 Contacten Naast de zorg voor de organisatie, het personeel en het onderwijs zijn er vele externe contacten met bv.STEPS, MIK, Traject, kinderdagverblijven in onze omgeving (o.a. BSO de Boomhut, Puk & Muk), gemeente, overheid, andere scholen, bureau Jeugdzorg, MosaLira, leveranciers, Pabo, parochie, inspectie, GGD, kinderbescherming, educatieve instellingen, Kumulus, peuterspeelzaal, kinderopvang, onderwijsbureau en ... we noemen ze hier het laatst, maar eigenlijk horen ze voorop te staan, nl. de vele contacten met de ouders. 3.8 Stagiaires Jaarlijks bezoeken stagiaires van verschillende instellingen onze school. Het merendeel is afkomstig van de Pabo. Het kunnen eerste, tweede, derdejaars of zelfs deeltijd studenten zijn. Regelmatig zien we ook stagiaires van de Leeuwenborghopleidingen (ICT of SPW) of de kunstacademies. 3.9 Onderwijs De school is verantwoordelijk voor de kwaliteit van het onderwijs. In ons ondernemingsplan kunt u lezen hoe de school de kwaliteit nog verder wil verbeteren. Dit ondernemingsplan ligt ter inzage op school bij de schoolleiding en is te vinden op onze website. 3.10 Huisvesting De school is gehuisvest in twee gebouwen, gelegen aan de Kloosterstraat. Het hoofdgebouw de Klok (1950, met aanbouw uit 1970) werd gerenoveerd in 1998. De dislocatie de Klepel werd oorspronkelijk als kleuterschool gebouwd in 1969. Sinds 1985 zijn de kleutergroepen in de Klok ondergebracht. in 2004 werden het gebouw en de bijbehorende terreinen van de Klepel gerenoveerd. In de Klepel is peuterspeelzaal Sjanulleke (Steps) te vinden. De Stichting Mik (Maatwerk in Kinderopvang) beheert twee locaties, grenzend aan de terreinen van de basisschool, nl. het kinderdagverblijf de Flex (Kloosterstraat) en de buitenschoolse opvang Idéfix (Weth. van Caldenborghlaan). Voor meer informatie over het zgn. Dagarrangement zie hoofdstuk 5.13 van deze gids. 3.11 Veiligheid Uw kind kan tijdens de schooluren ziek worden of een ongelukje krijgen. Het kind wordt op school door de eigen leerkracht en indien nodig door een van de BHV’ers zo goed mogelijk verzorgd. Het kan voorkomen dat het noodzakelijk is om een huisarts, tandarts of de eerste hulp te bezoeken. U wordt in dat geval als ouder op de hoogte gebracht van het voorval en de bevindingen van school. U kunt dan zelf met het kind naar een arts gaan. Bent u als ouder echter niet bereikbaar, dan zal de school de verantwoording nemen en met het kind naar een arts gaan. De school streeft naar een veilige en hygiënische speel- en leeromgeving voor kinderen en volwassenen, waarbij veel aandacht wordt besteed aan de bewustwording en medeverantwoordelijkheid van de leerlingen. Minimaal een keer per schooljaar vindt er een ontruimingsoefening plaats. Dan wordt er onder
45
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
toeziend oog van een deskundige een oefening gehouden om het schoolgebouw zo snel en veilig mogelijk te ontruimen. Hoe een en ander moet gebeuren staat beschreven in het veiligheidsplan. In basisschool Scharn beschikken 3 leerkrachten over een erkend EHBO-diploma en hebben 11 personeelsleden het diploma Bedrijfshulpverlening om te helpen en in te grijpen bij calamiteiten. Jaarlijks volgen zij herhalingstrainingen op het gebied van EHBO en brandbestrijding.
46
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
Hoofdstuk 4 Jaaractiviteiten Regelmatig organiseert de school, in nauwe samenwerking met de Oudervereniging een aantal lesoverstijgende vieringen, acties en evenementen. Daarbij wordt veelal gebruik gemaakt van uw ouderbijdrage. Zie ook 2.5.5 Klassenouders. We noemen enkele sfeeractiviteiten in willekeurige volgorde: 4.1 De intocht van Sint-Nicolaas. Ieder jaar is het weer een verrassing hoe hij met zijn Pieten naar school komt. Hij bezoekt met name de kinderen van de groepen 1 t/m 4. De groepen 5 t/m 8 houden een surprisemiddag. 4.2 Kerstviering In de week voor Kerstmis organiseren we meestal een kerstviering, in de eigen groep, of op een andere locatie, bijvoorbeeld in de kerk van Scharn. Daarnaast organiseren we meestal nog een extra activiteit in de week voorafgaande aan Kerstmis. Deze activiteit wisselt en varieert jaarlijks van een lampionnentocht door de straten van Scharn tot een speelgoedmarkt , kunstmarkt of kerstdiner op school. 4.3 Sportactiviteiten Een herfstwandeling in oktober en een echte sportdag, waarbij kinderen in kleine groepen of individueel met elkaar sporten, in combi met de Koningsspelen of de Nationale Sportweek. 4.4 Kinderboekenweek In oktober besteden we in de eigen klas, maar ook in schoolverband extra aandacht aan het kinderboek door o.a. voor te lezen, schrijvers of illustrators uit te nodigen, of in de bioscoop naar een film te kijken. Doel is de promotie van het lezen. 4.5 Excursies en theaterbezoek In het kader van de cultuureducatie bezoeken groepen kinderen regelmatig musea, theaters, of instellingen. Soms bezoeken kunstenaars of theatergezelschappen onze school. Doel is de kinderen te laten kennismaken met de culturele rijkdom in de omgeving, maar ook met amateuristische en professionele kunstbeoefening. Het vervoer vindt, indien mogelijk per bus plaats, maar het vervoer wordt ook vaak geregeld met ouders die leerlingen brengen en halen naar/van de locatie. 4.6 Carnaval Op de vrijdag voor carnaval komen de kinderen ‘s ochtends verkleed naar school. We vieren met z’n allen carnaval, samen met onze eigen Raad van Elf, de Prins en de Prinses van de kleuters en de prins en prinses uit groep 3 t/m 8. 4.7 Schoolreis Een keer per jaar gaan we een dag op stap. Meestal zoeken we een plek, waar we gezellig samen de dag door kunnen brengen. Vaak doen we dit met de hele schoolbevolking, maar ook wel apart in onder-, midden- of bovenbouw. 4.8 Schoolverlaterskamp De leerlingen uit de groepen 8 nemen aan het einde van het schooljaar deel aan een kampweek, meestal in een kampeerboerderij vlak over de Belgische grens. Hiervoor wordt een extra bijdrage gevraagd, waarover u op de informatieavond wordt geïnformeerd.
47
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
4.9 Communie De voorbereiding op de Eerste H. Communie vindt plaats in groep 4, door de pastoor van de parochie en ouders. Het grootste gedeelte van de voorbereiding vindt plaats na schooltijd in het schoolgebouw en de kerk. De begeleiding is dan in handen van de pastoor en/of parochiemedewerker en enkele ouders. 4.10 Vormsel Het sacrament van het H. Vormsel zal worden toegediend aan die leerlingen van groep 8, die dit na en in overleg met hun ouders - wensen. Ook deze voorbereiding vindt plaats op school, na schooltijd en wordt verzorgd door de pastoor en/of parochiemedewerker. 4.11 Verjaardagen Laten we ze in het rijtje evenementen niet vergeten. Kinderen ervaren hun verjaardag als een geweldig feest. Ook in de klas wordt hieraan de nodige aandacht besteed. Ook de verjaardag van de meester of juf wordt niet vergeten. 4.12 Schaken Reeds vele jaren worden er na schooltijd schaaklessen verzorgd. De start is meestal na de herfstvakantie. De aanmelding vindt plaats na de aankondiging in bv. de Nieuwsbrief. Voorafgaand hieraan wordt er vier keer een uur schaakles gegeven in de groepen 5. Voor naam en adres van de schaakmeester zie de kalender. 4.13 Jaarafsluiting Een feestelijke gebeurtenis vol muziek, dans, toneel met alle kinderen, team, medewerkers op de laatste vrijdagochtend van het schooljaar. Indien de weersomstandigheden dit toelaten zijn ouders, verzorgers, opa’s, oma’s en buurtbewoners van harte welkom. 4.14 Naschoolse activiteiten | KIX (Kids X-plore) Via naschoolse activiteiten kun je kennismaken met allerlei activiteiten op het gebied van sport, spel, cultuur, creatieve vormgeving, natuur, techniek, theater, dans en muziek. Via KIX leer je en ontdek je door het zelf te doen! Basisschool Scharn en/of BSO Idéfix doet ook mee! Omdat de wensen van ouders en kinderen centraal staan bij KIX wordt via een vragenlijst geïnformeerd waar de interesse naar uitgaat en welke activiteiten men graag terug wil zien in de wijk. Zie de informatie over KIX op website en in Nieuwsbrieven. 4.15 Musical groep 8 Jaarlijks voeren de leerlingen van de groepen 8 aan het einde van het schooljaar een musical op. 4.16 Nationaal Schoolontbijt We bekijken het van jaar tot jaar … In de eerste week van november neemt onze school deel aan het Nationale Schoolontbijt. Zie www.schoolontbijt.nl Goed ontbijten is voor iedereen van belang, maar zeker voor kinderen. 4.17 Voorjaarsconcert In het voorjaar organiseert de Oudervereniging tweejaarlijks een avondconcert, uitgevoerd door leerlingen van onze school.
48
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
Hoofdstuk 5 5.1
Regelingen en praktische aangelegenheden
Schooltijden
voormiddag namiddag woensdag
: 08.30 uur - 12.00 uur : 13.15 uur - 15.15 uur* : 08.30 uur - 12.30 uur
*Voor de kleuters van groep 1 is er op dinsdagmiddag geen school. Groep 1, de middengroep en groep 2, 3 en 4 hebben op vrijdagmiddag vrij. woensdagmiddag, zaterdag en zondag hebben alle groepen vrij. 5.2 MIK Kinderdagverblijf de Flex Welkom bij MIK Kinderdagverblijf de Flex. Het kinderdagverblijf van MIK in de wijk Scharn in Maastricht is een kleinschalige locatie met 3 groepen en biedt opvang aan kinderen in de leeftijd van 0 tot 4 jaar. Het kinderdagverblijf is geopend tijdens werkdagen van 07.30 - 18.30 uur. MIK Kinderdagverblijf de Flex - Heeft 3 verticale groepen met kinderen van 0 tot 4 jaar. De groepen grenzen aan elkaar en de tussendeuren binnen de groepen worden in de ochtenduren opengezet zodat ieder kind op ontdekking kan gaan en zelf kan kiezen waar, met welk materiaal en met wie ze willen gaan spelen - Hebben de ruimten eigen namen; de Berekoul, het Amorsplei, het Vriethof ( gezamelijke hal met verkleedkist, speelhuis, klimrek) en de Merret . - Vormt samen met basisschool Scharn, peuterspeelzaal Sjanulleke, Tussenschoolse Opvang (TSO) en buitenschoolse opvang (bso Idéfix) het Kindcentrum Scharn - Beschikt over een gezellige buitenruimte met volop plek om te rennen, te fietsen, te glijden en te spetteren in het zwembadje in de zomer - Wordt rekening gehouden met het dagritme van de baby’s en gaan de peuters mee in het vaste dagritme met eet-, speel- en slaapmomenten - Stimuleert ieder kind in zijn/haar ToTaalontwikkeling omdat de pedagogisch medewerkers werken met het taalstimuleringsprogramma ‘Speelplezier’ - In de meeste gevallen wordt een deel van de kosten van Kinderopvang vergoed in de vorm van kinderopvangtoeslag. MIK Kinderdagverblijf de Flex heeft heel wat te bieden. Wilt u meer informatie of weten wat de kosten zijn? Neem dan contact op met onze afdeling Klantenservice: 043-351 71 71 of maak zelf een berekening via de site: www.mikkinderopvang.nl Voor een kijkje op de locatie kunt u bellen voor een afspraak. U bent van harte welkom! MIK KDV de Flex Kloosterstraat 14 6226 BP Maastricht T: 043 362 32 35 E:
[email protected] I: www.mik-kinderopvang.nl
49
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
5.3 Peuterspeelzaal Sjanulleke Alle peuters (2-4 jaar) van Scharn kunnen gedurende enkele dagdelen per week gebruik maken van peuterspeelzaal Sjanulleke, één van 22 peuterspeelzalen van STEPS. Peuterspeelzaal Sjanulleke is gehuisvest in de dislocatie de Klepel, aan de Kloosterstraat 16 A, telefoon 3633003,
[email protected]. De peuters kunnen er gedurende de 40 schoolweken iedere ochtend en op donderdagmiddag terecht om samen met nog 15 andere peuters naar hartenlust te spelen en zich verder zo optimaal mogelijk te ontwikkelen. Er is altijd minimaal een gediplomeerde beroepskracht aanwezig en een vrijwilligster. De plaatsing wordt altijd in overleg met de ouders besproken. De openingstijden zijn ’s ochtends van 8.45-11.45 uur en op donderdagmiddag is de speeltijd van 12.30 tot 15.30 uur. Vakanties en vrije dagen worden in de regel aangepast aan de basisschool. Er wordt nauw samengewerkt met groep 1 van de basisschool om de overgang voor de peuter zo prettig mogelijk te laten verlopen. In het kader van het Integraal Kindcentrum Scharn (IKC) is er een nauwe samenwerking tussen peuterspeelzaal, school en kinderopvang. Meer informatie over peuterspeelzaal Sjanulleke en over STEPS kunt u vinden op de site van STEPS : www.pszm.nl of via het Centraal Bureau STEPS, waar u ook terecht kunt voor vragen rond de plaatsing van uw peuter. Adres STEPS is Past.Habetsstraat 40A, 6217KM Maastricht, telefoon 3270998 of
[email protected]. 5.4 Tussenschoolse Opvang (TSO) In de middagpauze worden de gemiddeld 300 overblijvers opgevangen door de medewerkers van de overblijfgroep. Zij zorgen ervoor dat deze kinderen de middagpauze op een prettige manier kunnen doorbrengen. Per dag zijn er 18 mensen aanwezig. De kinderen zijn in drie leeftijdsgroepen ingedeeld. Voor alle groepen geldt hetzelfde “ritme” : samen eten - toiletbezoek - spelen. Dat laatste is meestal buiten. Bij slecht weer vermaken de kinderen zich binnen met diverse spelmaterialen, welke aanwezig zijn in de drie overblijfruimten (enkele klaslokalen en BSO Idéfix). Vanuit een stuk betrokkenheid naar vooral de kleuters toe, willen wij het volgende benadrukken. Denk niet te lichtvaardig over het overblijven. Onze ervaring is, dat waar het kind tussen de middag thuis even tot rust kan komen, dit niet altijd opgaat voor kinderen die op school overblijven. U zult begrijpen, dat een kind dat zich tussen de middag moet handhaven in een groep minder tot rust kan komen. Hij of zij blijft actief en de ervaring is, dat ook dit zijn terugslag kan hebben na de middagpauze in de klas. De overblijfgroep wil met de nodige zorg uw kind begeleiden. Ook voor het overblijven gelden regels. Ieder kind zal zich hiernaar moeten gedragen. Mocht het gedrag van een kind regelmatig leiden tot klachten dan zullen de ouders/verzorgers hierover geïnformeerd worden. Aanmeldingsformulieren worden via de school verstrekt in het begin van het schooljaar of op verzoek. Voor informatie over kosten en namen van contactpersonen verwijzen we naar de schoolkalender. In de brochure “Overblijven op basisschool Scharn” (verkrijgbaar op school) geven we inzicht in de regels en organisatie van het overblijven op onze school.
50
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
5.5 Buitenschoolse opvang en dagarrangementen Sedert 1 augustus 2007 bestaat voor het schoolbestuur de wettelijke verplichting tot het organiseren van een voorziening voor buitenschoolse opvang. Buitenschoolse opvang (BSO) is bedoeld om kinderen voor en na schooltijd en in de schoolvakanties (m.u.v. wettelijk erkende feestdagen) op te vangen. BSO is een gezamenlijke aangelegenheid van het schoolbestuur (stichting MosaLira) en de ouders. Binnen de stad Maastricht is door de gezamenlijke schoolbesturen besloten de buitenschoolse opvang uit te besteden aan erkende kinderopvangorganisaties. Voor onze school betekent dit dat er een samenwerkingsovereenkomst is gesloten met stichting “Meerwaarde In ‘n Kinderleven” (MIK). Op deze manier voldoet het schoolbestuur aan haar zorgplicht; de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van de opvang ligt bij de opvangorganisatie zelf. Alle zaken rondom kwaliteit, personeel en huisvesting zijn dus een verantwoordelijkheid van de kinderopvangorganisatie. Ouders dienen zelf een overeenkomst met de eerder genoemde organisatie af te sluiten. Vanzelfsprekend staat het u als ouder vrij om voor een andere aanbieder van kinderopvang te kiezen. Voor adresgegevens van kinderopvangorganisaties in Maastricht verwijzen we u naar het register kinderopvang. Dit kunt u vinden op de website van de gemeente Maastricht: www.maastricht.nl (ga naar: kinderopvang en peuterspeelzalen, register kinderopvang). Met dagarrangementen wordt een doorlopend en goed op elkaar aansluitend aanbod van onderwijs, opvang, welzijn en mogelijke activiteiten tussen 7.30 uur en 18.30 uur bedoeld. Doel van deze dagarrangementen is om de voor-, tussen- en naschoolse opvang beter op elkaar te laten aansluiten met name om werkende ouders met kind(eren) ondersteuning te bieden bij het combineren van zorg en werk. De mogelijkheden van dagarrangementen zullen in de naaste toekomst ook voor onze school verder uitgewerkt en ingevuld worden. Kinderopvang is goedkoper dan u denkt: werkende ouders hebben immers in bijna alle gevallen recht op een kinderopvangtoeslag. Ook indien u niet werkt, maar aan bepaalde voorwaarden voldoet, heeft u recht op deze toeslag. Voor nadere informatie over de kinderopvangtoeslag verwijzen we u naar de website van de belastingdienst: www.belastingdienst.nl (ga naar: privé; toeslagen; informatie over toeslagen; kinderopvangtoeslag). Opvang buiten schooltijd! Welkom bij MIK buitenschoolse opvang Idéfix. Opvang voor en na school, tijdens alle vrije dagen en vakanties van school. Van 07.30-18.30 uur. Voor alle kinderen (4-13 jaar) van basisschool Scharn. Idéfix, de creatieve buitenschoolse opvang in kindcentrum Scharn: -Vormt samen met school, kinderdagverblijf de Flex, peuterspeelzaal Sjanulleke en de TSO het kindcentrum Scharn. Alles lekker dicht bij elkaar! -Weet je iedere keer weer te verrassen met afwisselende activiteiten, zoals koken, knutselen, sporten, pianoles. Eigenlijk teveel om op te noemen -Heeft een aantal ruimten die ingericht zijn naar leeftijd of activiteit. Zoals een loungekelder voor de 10 plussers, een groot stoeihok, een eigen keuken, een discokamer en een podium voor alle voorstellingen. In het gebouw is er altijd wel een plek om lekker bezig te zijn!
51
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
-De creativiteit spat er vanaf! Niet alleen bij het team, maar ook bij de kinderen. -Maakt gebruik van een drietal buitenplekken. Met voldoende ruimte en speelmateriaal, dat uitdaagt om lekker buiten bezig te zijn -Biedt de mogelijkheid om onder BSO-tijd rustig huiswerk te maken, eventueel onder begeleiding -Maakt zwemles tijdens BSO tijd mogelijk. Lekker gemakkelijk toch! -Daar kun je ook terecht vóór school, tijdens alle vakanties en voor een opvangprobleem van één dag. Ook als u normaal geen gebruik maakt van de BSO. MIK BSO Idéfix heeft heel wat te bieden! Wilt u meer informatie of weten wat de kosten zijn? Neem dan contact op met onze afdeling Klantenservice 043 351 71 71 of kijk op onze website www.mik-kinderopvang.nl. U kunt ook altijd met het team van Idéfix bellen om een afspraak te maken om een keer te komen kijken bij Idéfix en zelf het ‘gevoel’ te beleven. U bent van harte welkom. MIK BSO Idéfix W. v. Caldenborghlaan 38 6226 BT Maastricht T. 043 363 47 65
[email protected] www.mik-kinderopvang.nl 5.5.a KIX De naschoolse activiteiten vormen een onderdeel van het aanbod in het kader van dagarrangementen binnen ons kindcentrum. Deze naschoolse activiteiten worden sinds schooljaar 2013-2014 in Maastricht centraal gecoördineerd door Stichting KIX. Samen willen we er voor zorgen dat alle kinderen van 2-13 jaar in Maastricht via de naschoolse activiteiten kunnen kennismaken met allerlei leuke en uitdagende activiteiten op het gebied van sport, spel, cultuur, creatieve vormgeving, natuur, techniek, theater, dans en muziek. De aangeboden activiteiten vinden plaats in of nabij ons kindcentrum. Voor meer informatie en inschrijving voor de naschoolse activiteiten van ons kindcentrum kun u terecht op de website www.kix-maastricht.nl Via nieuwsbrieven houden wij u en de kinderen steeds op de hoogte op welke activiteiten en in welke periode kan worden ingeschreven. De keuze van activiteiten wordt in nauw overleg tussen KIX en de kindcentrumpartners bepaald: dus een aanbod op maat en gestuurd door de vraag!
52
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
5.6 De aanmelding De aanmelding voor onze school geschiedt via een aanmeldingsformulier, te verkrijgen bij de administratie van de school, of te downloaden via de website www.bsscharn.nl Met de ouders van de nieuwe leerlingen, cq. de oudste van een gezin, maken we graag een afspraak, om kennis te maken en elkaar te informeren. Loopt u gerust even binnen om een afspraak te maken of neem telefonisch contact op (043-3620565). Duur van het kennismakingsgesprek: circa 45 minuten. Een vast onderdeel daarbij is een wandeling door het schoolgebouw. We verzoeken u graag tijdig contact met ons op te nemen: bij voorkeur een jaar voor de vierde verjaardag van uw kind. Om de 14 dagen stromen nieuwe kleuters binnen op de datum, die het dichtst bij hun vierde verjaardag ligt, op maandagen. In de week voorafgaande aan de definitieve eerste schooldag vindt er een “oefenmoment” plaats. Dit is echter niet mogelijk in de maand december en de periode mei-juni.
Voorafgaande aan de daadwerkelijke startdatum van iedere leerling zult u een formulier ontvangen waarbij we u vragen dit zo zorgvuldig mogelijk in te vullen. Dit is het zogenaamde intredeformulier. Dit ingevulde formulier wordt met u besproken nadat uw zoon of dochter daadwerkelijk is gestart. Denk hierbij dan na ongeveer 3-4 weken onderwijstijd. Bij de aanmelding van broertjes of zusjes uit een gezin, kan er vooraf een telefonisch consult zijn of, daar waar nodig, een gesprek. Ook hier wordt voorafgaande aan de startdatum het intredeformulier toegezonden. Dit intredeformulier geldt ook voor zijinstromers. Hiermee bedoelen wij kinderen in hogere groepen, die van een andere basisschool afkomstig zijn. We verzoeken u graag tijdig contact met ons op te nemen: bij voorkeur een jaar voor de vierde verjaardag van uw kind. 5.7 Aanmelding nieuwe leerlingen met leerling gebonden budget Hierbij gaat het om ouders die hun kind aanmelden met een leerlinggebonden budget, na een positief advies van de commissie voor indicatiestelling. In een gesprek met de ouders en de schoolleiding wordt overlegd over de mogelijkheden van de school en de verwachtingen van de ouders. Met het leerlinggebonden budget kan de school in overleg met de ouders, de speciale hulp voor het betreffende kind bekostigen. Ouders kunnen bij het maken van hun keuze en bij het overleg met de basisschool ondersteuning vragen van het REC (Regionaal Expertise Centrum). De school kan hier ook om verzoeken bij het REC. Indien het kind is ingeschreven bij een speciale school, zal uiteraard hiermee overlegd worden. De betreffende hulpvragen van het kind worden afgezet t.o.v. de visie van de school, de mogelijkheid om een genoegzaam onderwijsaanbod te realiseren kijkend naar de onderwijsbehoeften van het kind. Hierbij wordt tevens rekening gehouden met de ondersteuningsmogelijkheden (materieel en immaterieel) die geboden kunnen worden. Vervolgens neemt de directeur, na overleg met het team, een besluit en deelt dit mede aan de ouders. Er kan sprake zijn van: Een plaatsing, waarbij een plan van aanpak wordt opgesteld met daarbij een overzicht van inzet van middelen, ondersteuning door derden, inzet aanvullende formatie, aanpassingen gebouw etc.
53
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
5.8
Voorlopige plaatsing. Alleen wanneer er sprake is van een observatieperiode, als niet duidelijk is of plaatsing succesvol kan zijn. Met ouders wordt afgesproken hoelang die observatieperiode duurt. Een afwijzing, die wordt onderbouwd en schriftelijk aan ouders en inspectie wordt medegedeeld.
Doorstroming kleuters
5.8.1 De groepen 1 Een 4-jarige kleuter komt rond zijn verjaardag voor het eerst naar de basisschool en start in groep 1. Gedurende het schooljaar is er doorgaans (afhankelijk van de groepsgrootte) om de veertien dagen een instroomdag op maandag of dinsdag met uitzondering van: zes weken voor de kerstvakantie en acht schoolweken voor de zomervakantie. Kinderen, die in deze periode 4 jaar worden starten na de vakantie. Normaal gesproken zullen de kleuters die een heel schooljaar onderwijs hebben genoten doorstromen naar groep 2. 5.8.2 De groepen 2 In deze groep wordt veel aandacht besteed aan de voorbereiding van groep 3. Er wordt verder gewerkt aan het ontwikkelen van vaardigheden die nodig zijn voor het leren lezen, rekenen en schrijven. Daarnaast verliezen we de sociaal-emotionele ontwikkeling niet uit het oog. 5.9 Pasfoto In verband met de persoonlijke benadering van ieder kind is er van elke leerling een leerlingdossier op school aanwezig en een leerlingkaart, inclusief pasfoto. Bij de leerlingbesprekingen zijn deze pasfoto's gemakkelijk voor de herkenning ! Er zijn bv. meerdere leerlingen met dezelfde achternaam. Daarom zijn we er enkele jaren geleden toe over gegaan om alle leerlingkaarten en dossiers te voorzien van een pasfoto. Ouders van nieuwe leerlingen worden dan ook verzocht om tijdig twee pasfoto's van hun kind (voorzien van naam op de achterkant van iedere foto) te bezorgen.
54
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
5.10 Verlof en verzuimbeleid Mag ik mijn kind zomaar een dag vrij geven? Hoe zit het eigenlijk met de leerplicht en hoe kan het dat mijn buurjongetje op andere dagen vakantie heeft dan mijn kind? U kunt hiervoor terecht op school. Tip: http://www.rijksoverheid.nl/ministeries/ocw Ook kunt u terecht bij de leerplichtambtenaar van de gemeente. Verzoek om verlof In welke gevallen kunt U extra verlof aanvragen? De Leerplichtwet kent geen snipperdagen (bijvoorbeeld om een dag eerder met wintersport te gaan om de files voor te zijn), maar in bepaalde bijzondere omstandigheden kunt u wel extra verlof aanvragen. Extra verlof is mogelijk als de volgende omstandigheden zich voordoen: 1. Huwelijk van bloed- of aanverwanten tot en met de 3e graad van het kind: maximaal 2 dagen 2. 12,5- of 25-jarig huwelijksjubileum van ouders: 1 dag 3. 25-, 40-, of 50-jarig ambtsjubileum van ouders of grootouders: 1 dag 4. Ernstige ziekte van ouders, bloed- of aanverwanten tot en met de 3e graad van het kind: duur in overleg met de directeur 5. Overlijden van bloed- of aanverwanten tot en met de 4e graad van het kind: duur in overleg met directeur 6. Verhuizing van gezin: 1 dag 7. Sommige religieuze feesten: in overleg met directeur Extra verlof kunt u aanvragen bij de school of de leerplichtambtenaar. Om tijd te creëren voor overleg of een eventuele bezwaarprocedure, dient uw verlofaanvraag minimaal acht weken van tevoren bij de directeur van de school binnen te zijn. Dit geldt niet in het geval er sprake is van bijzondere omstandigheden. Bij de leerkracht/administratie en op de website zijn eventueel standaardformulieren verlofaanvragen te verkrijgen. De schooldirecteur is bevoegd een besluit te nemen over een extra verlofaanvraag (zie bovengenoemde omstandigheden) voor maximaal tien dagen in een schooljaar (aaneensluitend of bij elkaar opgeteld). De leerplichtambtenaar is bevoegd een besluit te nemen over een extra verlofaanvraag voor meer dan tien dagen. Hij doet dit altijd in overleg met de schooldirecteur. Na ontvangst van uw ingevulde formulier, ontvangt u het formulier retour, voorzien van de vermelding van de directeur : akkoord, dan wel niet akkoord. Indien nodig neemt de directeur telefonisch contact met u op. Een kopie van de verlofaanvraag bewaren we in het leerlingdossier. De leerkracht vindt het verleende verlof terug op de digitale absentielijst. Vakantie tijdens schooltijd De Leerplichtwet stelt heel duidelijk dat vakantie tijdens schooltijd vrijwel onmogelijk is. Alleen als het gaat om een gezinsvakantie, die het gezin niet in de schoolvakantie kan opnemen door de specifieke aard van het beroep van (een van) de ouders, kan extra verlof worden verleend. Hierbij moet gedacht worden aan seizoensgebonden werkzaamheden in de agrarische sector en de horeca. In dat geval mag de schooldirecteur eenmaal per schooljaar het kind vrij geven (voor maximaal 10 schooldagen), zodat het gezin toch op vakantie kan. Het gaat daarbij om de enige gezinsvakantie in dat schooljaar. De verlofperiode mag overigens niet in de eerste twee weken van het schooljaar vallen. Op het aanvraagformulier is een werkgeversverklaring opgenomen. Bijzondere talenten Sommige kinderen hebben bijzondere talenten op het gebied van sport of kunst. Als zij iets met hun talenten doen, kan het voorkomen dat zij hiervoor lessen moeten verzuimen. De Leerplichtwet biedt hiervoor echter geen vrijstellingsmogelijkheid. Het is wel mogelijk hierover
55
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
afspraken te maken met de schooldirecteur; hij kan vrijstelling geven van bepaalde onderwijsactiviteiten. Dit zijn structurele afspraken die jaarlijks bij het begin van het schooljaar worden gemaakt. Incidentele verzoeken om te mogen verzuimen vallen buiten deze regeling. Verzuim Als uw kind ziek is of om een andere reden een dag(deel) niet naar school kan komen, dient u dit altijd de school te melden. Dit kan ’s morgens vanaf acht uur tot half negen. Komt uw kind ’s middags niet naar school dan kunt u dit doorgeven tot kwart over één. Een kwartier na aanvang van de schooltijden wordt gecontroleerd welke kinderen afwezig zijn, en of deze kinderen zijn afgemeld. Als we niet weten waarom een kind afwezig is, dan proberen we dit te achterhalen door (telefonisch) contact op te nemen met thuis. Afwezigheid wordt vastgelegd in het (leerling)dossier. Als een leerling ongeoorloofd afwezig is, neemt de school als eerste contact op met de ouders. Wanneer binnen vijf dagen zestien uur ongeoorloofd verzuim is, wordt de leerplichtambtenaar door de school ingelicht. De gemeente is namelijk met de school verantwoordelijk voor de aanpak van verzuim en voortijdig schoolverlaten. De leerplichtambtenaar houdt hierbij toezicht op de leerlingen, de ouders en de school. Hij spreekt leerlingen en ouders aan op verzuim en kan ouders of leerlingen een boete opleggen. De leerplichtambtenaar spreekt de school aan op verzuimbeleid en –administratie. Als de school verzuim niet of onvoldoende meldt aan de leerplichtambtenaar, dan informeert de leerplichtambtenaar de inspectie hierover. Tijdens regulier onderzoek kan de Inspectie van het Onderwijs steekproefsgewijs de verzuimadministratie van scholen controleren. Bij signalen kan de inspectie de verzuimadministratie op scholen inspecteren. De inspectie handhaaft de naleving van de leerplichtwet bij scholen en kan de directeur een boete opleggen bij niet-naleving. 5.11 Niet te vroeg... niet te laat... De leerlingen worden op tijd op school verwacht, d.w.z. niet te laat, maar uiteraard ook niet te vroeg. Al jarenlang geldt de regel: de leerlingen moeten op een zodanig tijdstip van huis gaan, dat zij circa tien minuten voor aanvang van de school op de speelplaats kunnen zijn. U zult er begrip voor hebben, dat het voor de bewoners van de Kloosterstraat niet erg prettig is, als er leerlingen veel te vroeg in deze straat aanwezig zijn. Iedere leerling heeft zodoende de mogelijkheid tijdig in zijn klaslokaal aanwezig te zijn, zodat de lessen op tijd kunnen beginnen. Toch worden de lessen nog vaak gestoord door te-laat-komers. De reden hiervoor is meestal te vinden in het niet tijdig naar school sturen van de leerlingen. Wij vragen de ouders ook hier hun medewerking te willen verlenen. Alle leerlingen gaan na schooltijd meteen naar huis. 5.12
Gedragscode en enkele schoolregels
Gedragscode Stichting MosaLira en onze school werken aan een veilige school: een school waar het voor iedereen prettig werken en leren is. Goede relaties tussen allen die in de school werken en afspraken over hoe je met elkaar omgaat, zijn daarbij heel belangrijk. Een school kan niet zonder afspraken. Voor kinderen kennen wij schoolregels en voor volwassenen is er een gedragscode opgesteld. Het naleven van de afspraken in deze gedragscode zal leiden tot een veilig, werkbaar en prettig schoolklimaat voor iedereen. Een schoolklimaat dat zich kenmerkt door veiligheid, acceptatie, respect en vertrouwen is een voorwaarde voor alle leden van de scholengemeenschap om optimale leer- en werkprestaties te kunnen leveren.
56
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
Voorop staat dat iedereen op school gelijkwaardig is en dat er geen enkel onderscheid gemaakt wordt in de manier waarop we elkaar benaderen. Met ‘elkaar’ bedoelen we de relaties tussen leerlingen onderling, leerlingen en volwassenen en volwassenen onderling. Onder volwassenen verstaan wij ouders, personeel, stagiaires en vrijwilligers op school. Het doel van de Gedragscode van MosaLira is dat:
duidelijk is wat we van elkaar in school verwachten; duidelijk is welk gedrag kan en welk gedrag niet kan; we elkaar kunnen aanspreken op het naleven van de afspraken; het personeel van de school aan de ouders of verzorgers kan uitleggen hoe het omgaat met de leerlingen; vóór er een problematische situatie ontstaat, duidelijk is hoe de regels zijn; overtreding van de regels getoetst kan worden aan de Gedragscode; bij overtreding de juiste maatregelen genomen kunnen worden. Voor personeel gelden de afspraken in de CAO PO onder het hoofdstuk “ordemaatregelen en disciplinaire maatregelen”.
Op de scholen van MosaLira houdt men zich aan de volgende “Gouden Regels”: 1. Wij werken aan een goed en veilig leer- en werkklimaat. 2. Wij delen de taken en verantwoordelijkheden met alle betrokkenen op onze school. 3. Wij werken in een open communicatie, waarbij zorgvuldigheid een leidraad is. We lossen problemen op door erover te praten. 4. Wij nemen elkaar serieus en helpen elkaar waar dat nodig is. 5. Wij hebben respect voor de persoonlijke levenssfeer van de ander. 6. Wij zijn ons bewust van de kwetsbare en afhankelijke relatie tussen leerling en volwassene en tussen leerlingen en volwassenen onderling. 7. Wij houden ons aan de Gedragscode, het mediaprotocol en privacyprotocol en spreken elkaar hierop aan wanneer dat niet wordt gedaan. 8. Wij vertonen professioneel gedrag, gerelateerd aan schoolse activiteiten. De gedragscode met bijlagen ligt ter inzage op school of via de website van MosaLira (www.mosalira.nl) Schoolregels In elke school dienen er regels te zijn over hoe we met elkaar omgaan. De meeste regels zijn zo vanzelfsprekend, dat we ze niet opschrijven. Toch denken we dat het goed is om de regels, die we samen in ons team als een soort gedragscode hebben vastgelegd eens bij elkaar te zetten en u als ouder hierover te informeren. Op de website vindt u een uitgebreide versie van de schoolregels. Wij zullen de gedragsregels tevens op het niveau van de kinderen duidelijk maken. Ze zijn zeker nog niet uitputtend, maar zullen jaarlijks bekeken en eventueel bijgesteld worden. Hieronder volgen dan enkele belangrijke gedragsregels, die zijn afgesproken en worden nageleefd : Omgang met elkaar: van de leerlingen, leerkrachten en ouders wordt verwacht dat zij zich tegenover iedereen beleefd en correct gedragen. Het schoolgebouw en de speelplaatsen moeten netjes gehouden worden. Met meubilair en schoolartikelen moet eveneens zorgvuldig worden omgegaan, zodat beschadigingen voorkomen worden. Kosten van reparaties of vervanging van
57
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
58
opzettelijk vernielde materialen worden op de vernieler verhaald. Handtastelijkheden en ruzies moeten voorkomen worden. Respect voor elkaar en voor elkaars spullen vinden wij erg belangrijk. Het is verboden om voorwerpen in bezit te hebben, die gevaar opleveren voor de leerling zelf of voor anderen (bv. een mes). Wanneer de leerkracht constateert dat er gevaarlijke voorwerpen in iemands bezit zijn, zullen die in beslag genomen worden en wordt er contact opgenomen met de ouders, cq. de verzorgers. Overblijven: de leerlingen die overblijven mogen tijdens de middagpauze de speelplaats niet verlaten. Om dit te voorkomen worden de hekken gesloten. Het toezicht op de speelplaats geschiedt door overblijfmoeders. De regels van het overblijven worden elders in deze schoolgids besproken. Zie ook het boekje “Overblijven op basisschool Scharn”. Van alle leerkrachten wordt verwacht dat ze tien minuten voor aanvang van de lestijd in hun lokaal of in de onmiddellijke omgeving zijn. Om 08.20 uur, resp. 13.05 uur gaan de tien minuten voor aanvang van de lessen gaan de buitendeuren open en mogen ze naar hun lokaal. Bij slecht weer is de deur eerder open. De ouders van de groepen 1, middengroep, en 2 kunnen mee naar binnen om afscheid te nemen van hun kind. Het afscheid nemen vindt plaats in de gang. De kinderen van deze groepen worden bij de lokaaldeur opgevangen door de leerkracht en de kinderen gaan zelfstandig de klas in. De fietsen dienen in de fietsenstalling te worden geplaatst; het fietsen op de speelplaats is niet toegestaan. Het rennen en hard roepen in de gangen mag niet. Tijdens het speelkwartier gaan alle leerlingen naar buiten, er van uitgegaan dat het weer dit toelaat. Tijdens het speelkwartier houden alle leerkrachten toezicht. Bij slecht weer blijven de leerlingen in het eigen klaslokaal. Leerlingen van groep 8 houden mee toezicht in de klaslokalen. Leerkrachten houden toezicht in de gangen. De leerlingen dragen geen petjes in de klaslokalen. Een GSM of smartphone is een handig apparaat. Toch staan wij op school geen GSM’s of smartphones toe voor kinderen. Als kinderen willen bellen, kunnen ze gebruik maken van de telefoon van de school, na toestemming van de leerkracht. Kinderen zijn ook voor de ouders bereikbaar via het schooltelefoonnummer. In bijzondere situaties kan de leerkracht toestemming geven tot het gebruik van een GSM op school, in overleg met ouders van de betreffende leerling. Sommige kinderen komen op de step naar school en zetten deze op de gang bij de klas. Vanwege de brandveiligheidsvoorschriften willen wij geen steps in school. Kinderen kunnen hun step in de fietsenstalling plaatsen. Er blijven nogal eens steps buiten staan, na schooltijd. De school heeft hier geen verantwoordelijkheid voor. Rollerskates mogen alleen mee als de kinderen schoenen bij zich hebben om op school te kunnen dragen. De rollerskates moeten in een tas worden opgeborgen en aan de kapstok worden opgehangen. Jassen en tassen dienen eveneens aan de kapstok te worden opgehangen. Als de kinderen van groep 1, de middengroep en groep 2 door hun ouders naar school worden gebracht is het in de gang een drukte van belang. Om elkaar wat ruimte te geven, willen wij graag dat de ouders alleen met hun kind(eren) de school in komen. Buggy’s, wandelwagens en honden belemmeren de doorgang teveel en dienen dus buiten te blijven. Wij streven ernaar dat uw kinderen zo weinig mogelijk snoepen op school. De kinderen van groep 3 t/m 8 gaan zelfstandig naar hun klaslokaal en zorgen ervoor dat zij op tijd in hun klas aanwezig zijn. De ouders van deze leerlingen komen niet mee naar binnen, tenzij daarvoor duidelijke redenen zijn, zoals een mededeling aan
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
de leerkracht. In principe is er aan het einde van elke schooldag gelegenheid voor ouders om even binnen te lopen en werkjes van de kinderen te bewonderen, een korte mededeling of vraag aan de leerkracht te stellen. Veilige school Op onze school streven we naar een veilig pedagogisch klimaat voor leerlingen en volwassenen. Naast fysieke veiligheid – heel belangrijk – gaat het ook om sociale veiligheid. Pas dan kan een mens tot ontwikkeling komen. We zorgen ervoor dat iedereen zichzelf kan zijn, we praten met elkaar, we helpen elkaar om te gaan met problemen en luisteren naar elkaar. Door kinderen te leren dat respect hebben voor elkaar ook betekent, dat je rekening houdt met anderen en dat je mensen respecteert zoals ze zijn, willen we bereiken dat kinderen zich veilig voelen op onze school. Tegen pesten treden we onmiddellijk op. Onze school heeft omgangsregels voor zowel kinderen als volwassenen die afgeleid zijn van de gedragscode van MosaLira. Onze school onderschrijft het “convenant veilige school”, dat in oktober 2009 door MosaLira is ondertekend. MosaLira heeft ervoor gekozen om een veiligheidsplan op bestuursniveau te formuleren en dit plan vervolgens, waar nodig geacht door de directeur van de school, te laten specificeren voor de individuele scholen in schoolveiligheidsplannen. 5.13 Ouderverkeersbrigade Leden van de ouderverkeersbrigade zorgen voor de veiligheid bij het oversteken op het volgende punt : Wethouder van Caldenborghlaan (bij het Chinees restaurant). Wij wijzen erop dat de brigadiers er niet voor niets staan en dat het ook de bedoeling is met de brigadiers over te steken en hun aanwijzingen op te volgen. Wij vragen de ouders, die kinderen halen of brengen, eveneens met de ouderverkeersbrigade over te steken. Komt u met de fiets dan vragen wij u om af te stappen en lopend met de fiets aan de hand, over te steken. Geef zelf het goede voorbeeld. Aanmelden van nieuwe leden voor de ouderverkeersbrigade is steeds mogelijk en noodzakelijk bij de coördinator verkeersbrigade of bij de directeur (zie de schoolkalender). 5.14 Verkeerssituatie Kloosterstraat en omgeving Iedere schooldag komen er ruim 460 kinderen naar onze school. Dat geeft nogal een drukte bij het begin en bij het uitgaan van de school. Het huidige, intensieve verkeer - met alle gevaren van dien - is voor veel ouders aanleiding hun kinderen te begeleiden. Meestal gebeurt dit lopend of fietsend. Maar een groeiend aantal ouders maakt gebruik van de auto en daarmee is rond de school een nieuw probleem ontstaan. De werkgroep Verkeersouders, de ouderraad en de directie doen ieder jaar een beroep op de verantwoordelijkheid van ouders om de verkeerssituatie rond de school voor àlle kinderen veilig te houden. Er is geregeld overleg met de wijkagent. In samenwerking met de Verkeerspolitie Maastricht en 3VO zijn speciale maatregelen genomen. a. De Kloosterstraat is een eenrichtingsstraat (Wethouder van Caldenborghlaan richting Padualaan) voor alle gemotoriseerd verkeer. Het onderbord bij het verkeersbord geeft aan dat dit niet geldt voor fietsers! b. Tijdens het optreden van de verkeersbrigadiers (zie hierboven) wordt de Kloosterstraat afgesloten door een ketting. Voetgangers en fietsers kunnen echter gebruik blijven maken van de Kloosterstraat in beide richtingen.
59
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
Met klem vragen wij de ouders deze verkeersmaatregelen te respecteren !!! Los van het feit dat een aantal verkeershandelingen van ouders bij wet verboden is, vragen wij: - de Kloosterstraat niet achteruit in te rijden om daar te parkeren - niet te parkeren voor opritten - niet te parkeren op stoepen - niet dubbel te parkeren - het verkeer in de Padualaan niet te hinderen Indien wij merken dat er gevaar ontstaat door het verkeersgedrag, zal de wijkagent gevraagd worden om verbaliserend op te treden. Uiteraard kunnen wij niemand verbieden de kinderen met de auto naar school te brengen. Voor velen is dat - gezien de afstand - zelfs noodzakelijk. Het hoeft ook geen probleem te zijn als wij maar bereid zijn ons aan de geldende afspraken te houden. Bedenk: "verkeersopvoeding van kinderen doen we samen". 5.15
Een goed gesprek ... klachten en klachtenregeling
Iedere school kent zijn eigen problemen. De meeste worden gelukkig snel opgelost, maar soms leidt een probleem tot een klacht. Elke basisschool heeft een klachtenregeling. Het indienen van een klacht is daarin de laatste stap. Soms wordt die stap onvermijdelijk. Er worden in Nederland jaarlijks honderden klachten ingediend bij de klachtencommissies, waarbij scholen zijn aangesloten. De klachtencommissies komen tot de conclusie dat een groot aantal problemen al op school kan worden opgelost als de communicatie beter zou verlopen. Klachten kunnen worden voorkomen door duidelijk en volledig te zijn naar elkaar naar elkaar, door elkaar serieus te nemen en door gezamenlijk te zoeken naar een oplossing. Kortweg door (beter) met elkaar te communiceren. Communicatie is geen eenrichtingsverkeer. Daar zijn twee partijen bij betrokken. Daarom is er zowel voor de ouders als voor de school een brochure geschreven: “Een goed gesprek voorkomt erger”. Om beide partijen handreikingen te bieden bij het vroegtijdig oplossen van de problemen, zodat een officiële klacht kan worden voorkomen. Deze brochure is verkrijgbaar op school.
De klachtenregeling Door de klachtenregeling, die door de overheid verplicht is gesteld, krijgen ouders en leerlingen wettige mogelijkheden hun klachten aan de orde te stellen. Onze school wil stimuleren, dat ouders en leerlingen een passend gebruik maken van deze nieuwe wetgeving, omdat klachten door team en directie beschouwd worden als een hulpmiddel, een handreiking om een veilig schoolklimaat te behouden. Veiligheid op school in de praktijk van alle dag is voor kinderen, ouders en personeel van groot belang. Klachten kunnen gaan over bijvoorbeeld onderwijskundige zaken, pedagogisch klimaat, leerkrachten, discriminerend gedrag, geweld, pesten of vermoedens van seksuele intimidatie. Veruit de meeste klachten over de dagelijkse gang van zaken in de school zullen in onderling overleg tussen ouders, leerlingen, personeel en directie op de juiste wijze afgehandeld kunnen worden. Indien dat echter niet mogelijk is, gezien de aard van de klacht of indien de afhandeling niet naar tevredenheid heeft plaatsgevonden, kan men een beroep doen op de klachtenregeling.
60
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
In het stappenplan is een en ander schematisch weergegeven. Voor het Reglement Klachtencommissie voor het Katholiek Onderwijs zie: http://www.geschillencommissiesbijzonderonderwijs.nl/index.php/klachten of www.mosalira.nl. Een exemplaar van dit reglement ligt ter inzage bij de schoolleiding en een exemplaar bij de contactpersonen van de school. Voor de klachtenregeling van MosaLira zie: www.mosalira.nl. Een exemplaar van deze klachtenregeling ligt ter inzage bij de schoolleiding en een exemplaar bij de contactpersonen van de school.
Stap 1.
Stap 2.
Stap 3.
Stap 4.
Stap 5.
Stap 6.
De klachtenregeling van MosaLira: het stappenplan De klager gaat met zijn klacht zo mogelijk in gesprek met degene tegen wie de klacht gericht is. De klacht is afgehandeld indien de klager tevreden is, indien niet: volg stap 2. De klager gaat met zijn klacht zo mogelijk in gesprek met de schoolleiding. De klacht is afgehandeld indien de klager tevreden is. Indien niet, dan attendeert de schoolleiding de klager op de interne contactpersoon die de klager de weg wijst in de mogelijke klachtroutes. De klager kan, via de schoolleiding of de interne contactpersoon, een externe (bemiddelende) vertrouwenspersoon (laten) inschakelen om te bemiddelen tussen klager en aangeklaagde. De klacht is afgehandeld indien de klager tevreden is, indien niet: volg stap 4. De klager kan, al dan niet bijgestaan door een andere externe vertrouwenspersoon*, een klacht indienen bij het bestuur. Het bestuur neemt de klacht in behandeling. De klacht is afgehandeld indien de klager tevreden is, indien niet: volg stap 6. De klager kan een klacht indienen bij het College van Bestuur. Het College van Bestuur neemt de klacht in behandeling. De klacht is afgehandeld indien de klager tevreden is, indien niet: volg stap 5. De klager kan, al dan niet bijgestaan door een vertrouwenspersoon, een klacht indienen bij de landelijke klachtencommissie. Deze onafhankelijke klachtencommissie onderzoekt de klacht en adviseert het bevoegd gezag hierover. De klachtencommissie geeft advies over: a. de (niet-) ontvankelijkheid van de klacht; b. de (on-) gegrondheid van de klacht; c. het nemen van maatregelen; d. overige door het bevoegd gezag te nemen besluiten. Het indienen van een klacht bij de landelijke klachtencommissie moet binnen een jaar, gerekend vanaf de dag na die waarop de feiten waarop de klacht betrekking heeft moet hebben plaatsgevonden, dan wel vanaf de dag waarop de klager daarvan heeft kennis genomen. Binnen 4 weken na ontvangst van het advies van de klachtencommissie zal het bevoegd gezag het besluit hierop kenbaar maken aan: a. de klager b. de aangeklaagde c. klachtencommissie d. directie school e. onderwijsinspectie (*Deze vertrouwenspersoon is niet dezelfde persoon als de bemiddelend vertrouwenspersoon waarnaar verwezen wordt in stap 3.)
61
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
Adres klachtencommissie Klachtencommissie voor het Katholiek Onderwijs Ambtelijk secretaris dhr. Mr. H.N. Nentjes Postbus 82324 2508 EH DEN HAAG Tel. 070-392 55 08 Fax. 070-302 08 36
De contactpersoon Contactpersonen zijn personeelsleden van de school, zij praten over, horen van en zien onveilige situaties. De contactpersoon is voor iedereen die betrokken is bij de school aanspreekpunt met betrekking tot klachten over de schoolsituatie, bijvoorbeeld over pedagogisch klimaat, begeleiding van leerlingen, toepassing van een strafmaatregel, (cyber)pesten, intimidatie, roddels, discriminatie, agressie, een medewerker die zijn handen niet thuis kan houden, enzovoorts. Bij de behandeling van een klacht zet de contactpersoon de procedure in werking. De contactpersoon controleert en bewaakt of een klacht volgens de procedure juist wordt behandeld, maar bemiddelt niet tussen klager en aangeklaagde. Voor de procedure, zie het stappenplan in de klachtenregeling van MosaLira. De contactpersonen van onze school zijn mw. Saskia Janssen, mw. Anne-Marie Lahaije en mw. Myra Meisen. 5.16
Huiswerk
Huiswerk, wat is het? Onder huiswerk verstaan we klassikaal werk dat vanuit de school meegegeven wordt en waarvan verwacht wordt dat het door alle kinderen thuis gemaakt of geoefend wordt. Het huiswerk wordt ook weer mee terug naar school genomen. Huiswerk is iets anders dan extra oefenstof*. Vanaf welke groep krijgen kinderen huiswerk mee? Bij ons op school krijgen kinderen vanaf groep 3 structureel huiswerk mee. In groep 6, 7 en 8 vragen we aan ouders om voor de kinderen een eenvoudige schoolagenda aan te schaffen. Waarom geven wij op school huiswerk ? Huiswerk is geen vervanging van het leren op school. Huiswerk is een manier om kinderen de gelegenheid te geven hun kennis en vaardigheid te verfijnen en uit te breiden. Het resultaat van deze extra oefening draagt bij tot automatiseren van de al gekende leerstof. Huiswerk bevordert de zelfstandigheid (verantwoordelijkheid, plannen) en draagt bij aan een positief leerresultaat. Waar moet het huiswerk aan voldoen? De leerkracht geeft per keer het doel aan van de huiswerkopdracht. Het huiswerk wordt nabesproken. Dat kan op verschillende manieren; individueel of met de hele groep; het kan inhoudelijk gaan over de opdrachten, maar ook of het plannen lukte en hoeveel tijd er voor nodig was. Kinderen leren dan van elkaar. Kinderen krijgen huiswerk mee naar huis over stof die ze al beheersen. In principe moeten de kinderen het werk zonder hulp van ouders kunnen maken. Wat kunnen de ouders van de school verwachten ? De kinderen hebben duidelijke instructies gekregen bij het opgegeven huiswerk. De leerkrachten staan altijd open voor een gesprek als ouders merken dat er iets niet goed gaat met het huiswerk van hun kind (onduidelijkheden, te veel, te moeilijk, geen motivatie, geen tijd etc.) We nemen
62
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
contact op als blijkt dat een leerling regelmatig het huiswerk niet of niet goed maakt of leert. Dit om de ouders daarvan in kennis te stellen, maar ook om samen naar oplossingen te zoeken. Wat verwacht de school van de ouders ? Sleutelwoorden hierbij zijn: begrip en belangstelling. Als een kind merkt dat de ouders het huiswerk belangrijk vinden en er aandacht aan besteden, heeft dat een positieve uitwerking op de houding van het kind ten opzichte van het huiswerk. Zorg dat uw kind voldoende tijd heeft om rustig het huiswerk te kunnen maken. U kunt samen met uw kind bepalen hoeveel tijd het kind nodig heeft en samen plannen wanneer het huiswerk dan het beste gemaakt kan worden. Zorg dat er een geschikte plek in huis is, waar het kind een tijd geconcentreerd kan werken. Een geschikte plek is een vaste plek, waar weinig afleidingsmogelijkheden zijn, die opgeruimd is, die goed van temperatuur is en waar voldoende licht is. Het is een goede zaak deze plek met het kind samen te bepalen en samen in orde te maken. Aanmoedigen en motiveren is prima, maar het is geen goed idee om samen met uw kind het huiswerk te maken. De bedoeling van huiswerk is dat kinderen oefenen wat op school is behandeld en dat toepassen. Als uw kind niet zelfstandig in staat is het huiswerk te maken, neemt u dan contact met de leerkracht op. Voor leerwerk geldt dat een kind ook leert van overhoren. Houdt u in de gaten hoeveel tijd het kind daadwerkelijk met huiswerk bezig is. Is dit te veel of te weinig, neem dan contact op met de leerkracht. Wilt u een briefje aan uw kind meegeven als onverhoopt het huiswerk niet gemaakt is. We gaan ervan uit dat dit slechts zeer incidenteel zal gebeuren. Wat krijgen de kinderen mee aan huiswerk? Huiswerk in groep 3 Eerste halfjaar aanvankelijk lezen, wisselrijtjes woorden Tweede halfjaar aanvankelijk lezen, tekst en wisselrijtjes woorden Huiswerk in groep 4 Spelling Rekenen 1 vertelbeurt Huiswerk in groep 5 Taal en spelling Rekenen Begrijpend lezen Nieuwsbegrip XL 1 boekbespreking 1 spreekbeurt Huiswerk in groep 6, 7 en 8 Taal en spelling Rekenen Begrijpend lezen Nieuwsbegrip XL Geschiedenis, aardrijkskunde of biologie Engels 1 boekbespreking 1 spreekbeurt *) Extra oefenstof Elk jaar wordt door de leerkracht bekeken welke kinderen extra oefenstof nodig hebben en op welke manier. In overleg met de ouders krijgen kinderen extra oefenstof mee naar huis. Dit kan dus per kind verschillen. De extra oefenstof hoeft niet altijd mee teruggenomen te worden naar school. Extra oefenstof kan worden meegegeven vanaf groep 3. Wij hanteren daarbij de volgende afspraken: De eerste twee weken na de zomervakantie geven we geen oefenstof mee;
63
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
Een kind krijgt voor maximaal 1 vakgebied oefenstof mee; Oefenstof wordt meegegeven in overleg met de ouders; Oefenstof wordt meegegeven voor een periode van maximaal zes weken.
5.17 Bijlessen Wij zijn ervan overtuigd, dat kinderen die de hele dag les hebben gehad, beslist een volledige dagtaak achter de rug hebben. Dit geldt zeker voor de kinderen die moeite met het leren hebben. Zij hebben na school allereerst behoefte om te spelen. Een verzoek aan de leerkrachten om bijles tegen financiële vergoeding te geven aan leerlingen van de eigen school zal altijd afgewezen worden. De ouders zijn en blijven uiteraard vrij het kind bijles te laten geven door andere dan onze eigen leerkrachten, maar dan is voorafgaand contact hierover met de betreffende groepsleerkracht toch absoluut noodzakelijk. Het tijdelijk bijwerken van een leerling na een ziekteperiode behoort tot de normale dagtaak van de groepsleerkracht. Wij zien grote verschillen in de kwaliteit van mensen, die door de ouders worden ingeschakeld. Wij willen als school of leerkracht graag in overleg treden met remedial teachers van uw kind, indien wij overtuigd zijn van de noodzaak hiertoe buiten schooltijd en overtuigd zijn van de kwaliteit van de geboden hulp. In principe geeft de school geen toestemming tot het volgen van de remedial teaching buiten de school, tijdens schooltijden. In specifieke gevallen wordt daar soms een uitzondering op gemaakt. De directie beslist hierin. 5.18 Boekenbos Alle leerlingen van onze school kunnen gratis boeken halen bij de schoolbibibliotheek “Boekenbos” 5.19 Gymlessen Tijdens de gymnastieklessen wordt de kinderen geadviseerd gymschoenen te dragen, i.v.m. het veelvuldig voorkomen van voetaandoeningen. Vanaf groep 3 zijn de leerlingen verplicht sportkleding (t-shirt, gymbroek en sportschoenen) te dragen. Belangrijk verzoek : wilt u alle kleding en schoeisel met de naam van het kind merken. De kinderen moeten zich na afloop van de gymles altijd aan de kraan wassen. Daarbij dienen handen, gezicht, oksels en voeten gewassen te worden. Het gebruik van zeep, crème en deodorant (geen spuitbussen !) wordt daarbij toegestaan. De kinderen, die gebruik willen maken van de douches, krijgen hiertoe de gelegenheid. In het begin van het schooljaar wordt u geïnformeerd over de uren voor de lichamelijke opvoeding in de diverse groepen, zodat u op de hoogte bent wanneer u gymkleding, handdoek, etc. aan uw kind mee moet geven. Om ouders in de gelegenheid te stellen na elke gymles kleding en handdoek te wassen, blijven de gymnastiekspullen niet op school. Voor de gymlessen-binnen (groep 3-8) maken we gebruik van de gymzaal aan de Kloosterstraat. Voor de gymlessen buiten maken we gebruik van onze speelplaatsen. De kleuters van de groep 1, de middengroep en groep 2 maken gebruik van de speelzaal in het hoofdgebouw de Klok.
64
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
5.20 Luizenouders De kinderen worden na iedere vakantie door een aantal ouders van de werkgroep luizenouders gecontroleerd op luizen. Getracht wordt om hoofdluis zo effectief mogelijk te bestrijden door de volgende handelingen en afspraken : de controle vindt per groep plaats; afwezige leerlingen worden zo spoedig mogelijk gezien; er wordt aan de kinderen geen melding gedaan over het wel of niet voorkomen van luizen of neten; worden er wel luizen of neten geconstateerd, dan belt de leerkracht de ouders op en informeert hen hierover; indien nodig kan dit gebeuren door de coördinator of de schoolleiding; er worden geen standaard brieven meer meegegeven, als er in een klas luizen zijn geconstateerd; tussentijdse meldingen van ouders worden door de coördinator aan de ouders van de werkgroep doorgeven, zodat er een extra controle kan plaatsvinden;. De coördinatie ligt in handen van mw. Yvonne Jongen. Voor meer informatie over hoofdluis verwijzen wij naar de informatie van de landelijke campagne van het RIVM in samenwerking met de GGD: Luis in je haar? Kammen maar! Deze en meer informatie kunt u vinden op www.hoofdluis.startpagina.nl 5.21
Jeugdgezondheidszorg GGD Zuid Limburg
De Jeugdgezondheidszorg (JGZ) van de GGD Zuid Limburg volgt de lichamelijke, geestelijke en sociale ontwikkeling van alle kinderen van 4 tot 19 jaar. Wij nodigen uw kind regelmatig uit voor een gezondheidsonderzoek of een inenting. Ook met vragen over opgroeien en opvoeden of zorgen om uw kind kunt u altijd bij ons terecht. Het team JGZ werkt nauw samen school en met andere organisaties in het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG). Gezondheidsonderzoek Uw kind wordt uitgenodigd voor een onderzoek rond de leeftijd van 5 en 10 jaar. Tijdens het onderzoek kijken we bijvoorbeeld naar groei, motoriek, spraak en sociaal-emotionele ontwikkeling. Door uw kind goed te volgen probeert de GGD eventuele problemen op tijd op te sporen en te helpen voorkomen. Als blijkt dat uw kind extra hulp of zorg nodig heeft, kijken we samen wat daarvoor nodig is. We werken hierin nauw samen met andere organisaties binnen het CJG. De onderzoeken vinden plaats in het CJG, op school of bij de GGD Zuid Limburg. Uw informatie is erg belangrijk U als ouder/verzorger kent uw kind vaak het beste. Om te weten of er dingen zijn waar we extra op moeten letten, vragen we u om van tevoren een vragenlijst in te vullen. Hierin komen allerlei gezondheidsaspecten aan bod. Uiteraard gaan we zorgvuldig om met alle persoonsgegevens van u en uw kind. Inentingen
65
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
In het kalenderjaar dat uw kind 9 jaar wordt, krijgt het de laatste twee inentingen tegen DTP (difterie, tetanus, polio) en BMR (bof, mazelen, rodehond). Meisjes krijgen in het jaar dat ze 13 jaar worden bovendien de HPV-vaccinatie tegen baarmoederhalskanker. U ontvangt een oproep voor de gratis prikken. Deelname is niet verplicht. Vragen of zorgen? Hebt u vragen over de ontwikkeling of het gedrag van uw kind. Is er sprake van leerproblemen of andere problemen? Maakt u zich zorgen? Neem dan contact op met het Team JGZ. Wij helpen u graag! Contact Jeugdverpleegkundige Stephanie Korach, Doktersassistente Inge Hendriks, Jeugdarts, Veronique Wijnands : Team JGZ Maastricht E:
[email protected] T: 043-8506695 www.ggdzl.nl/jeugdgezondheidszorg 5.22 Logopedie Er is geen logopedische screening meer op school. Leerkrachten kunnen wel ouders verwijzen naar logopedie, indien zij twijfels hebben over de spraak- en taalontwikkeling. Dit gaat via de huisarts. 5.23 Op tijd naar bed De leerkrachten en de schoolarts constateren herhaaldelijk, ook bij de jongsten, dat een aantal kinderen geregeld te laat naar bed gaat. Indien bij onderzoek blijkt, dat dit de oorzaak van eventuele leermoeilijkheden is, kan de school niet helpen. De ouders zullen dan deze oorzaak van leermoeilijkheden zelf moeten wegnemen door het kind op tijd naar bed te laten gaan. 5.24 Ziek 5.24.1 Afmelding bij ziekte Mocht ’s ochtends blijken dat uw kind ziek is dan verwachten wij voor 09.00 uur een afmelding bij onze administratie. Mocht blijken dat er geen afmelding heeft plaats gevonden en uw kind is niet op school aanwezig, zal er gedurende de ochtend contact met u worden opgenomen. Eenzelfde procedure geldt voor de middag. Als uw kind niet kan deelnemen aan gymnastieklessen hebben wij daarvan graag schriftelijk bericht, met opgave van reden(en). Bij langdurige ziekte of ziekenhuisopname verzoeken wij u contact op te nemen met de groepsleerkracht. Bij ziekenhuisopname zouden wij van u willen vernemen in welk ziekenhuis (plaats en afdeling) uw kind is opgenomen. De leerkrachten en/of de hostessleden van de oudervereniging kunnen dan, indien dat tenminste mogelijk is en op prijs gesteld wordt, uw kind bezoeken. 5.24.2 Zieke leerlingen Als blijkt dat uw kind door ziekte het onderwijs niet (regelmatig) kan volgen, dan is het van belang dat u als ouders dit aan de leerkracht kenbaar maakt.
66
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
De leerkracht kan dan samen met u bekijken hoe het onderwijs aan uw kind toch voortgezet kan worden. Hierbij kan gebruik gemaakt worden van de deskundigheid van een Consulent Onderwijsondersteuning aan Zieke Leerlingen van de onderwijsbegeleidingsdienst: OZL in Midden- en Zuid- Limburg of van de Educatieve Voorziening van een academisch ziekenhuis. Vanzelfsprekend is het continueren van het onderwijs belangrijk omdat een zieke leerling dan actief blijft met wat bij het dagelijkse leven hoort namelijk: onderwijs. Hierdoor wordt voorkomen dat een leerling die ziek is achterstand oploopt, waarbij zelfs sprake zou kunnen zijn van doubleren. Als u meer wil weten over onderwijs aan zieke leerlingen dan kunt u informatie vragen aan de leerkracht van uw kind. Meer informatie en de bereikbaarheid van consulenten in uw regio kunt u vinden op de website van Ziezon, het landelijk netwerk Ziek Zijn & Onderwijs, www.ziezon.nl
5.24.3 Medicijnverstrekking en medisch handelen Het komt regelmatig voor, dat een leerling ziek wordt of een ongeluk krijgt op school, waarbij de leerkracht direct bepaalt wat er moet gebeuren; vaak kan het verholpen worden met eenvoudige middelen. Ook krijgt de schoolleiding steeds vaker het verzoek van ouder(s)/verzorger(s) om hun kinderen de door een arts voorgeschreven medicijnen te laten toedienen of een medische handeling te laten verrichten. De schoolleiding aanvaardt met het verrichten van dergelijke handelingen een aantal verantwoordelijkheden en kan ervoor kiezen wel of geen medewerking aan het toedienen van medicijnen en het verrichten van medische handelingen te verlenen. Voor de individuele leerkracht geldt dat hij mag weigeren handelingen uit te voeren waarvoor hij zich niet bekwaam acht. Een en ander staat beschreven in het protocol medicijnverstrekking en medisch handelen van MosaLira, dat ter inzage ligt op school. 5.25 Fietsenstalling Er is slechts een beperkte fietsenstalling. Schoolbestuur en schoolleiding aanvaarden geen aansprakelijkheid voor fietsen, autopeds, etc. welke op het schoolterrein worden geplaatst. Ook wordt onder geen enkele voorwaarde aansprakelijkheid aanvaard voor fietsen, welke na afloop van de schooltijd op het schoolterrein blijven staan. 5.25.1 Het fietsen op het schoolterrein is niet toegestaan Aan leerlingen, die zich niet aan bovengenoemde regel houden, kan voor kortere of langere tijd de toestemming geweigerd worden de fiets op het schoolterrein te plaatsen. 5.26 Kleding, gevonden voorwerpen Wij doen een dringend beroep op de ouders, om kledingstukken (jassen, mutsen, dassen, laarzen!) van naam te willen voorzien. Er zijn veel kinderen die min of meer gelijke kleding dragen. Bij een eventuele verwisseling is het praktisch nooit mogelijk uit te maken van wie de betreffende spullen zijn. Ieder jaar verzamelen wij stapels gevonden kledingstukken, die van niemand lijken te zijn ...? Staat de naam erin dan is de eigenaar vlugger gevonden. Indien u spullen mist kunt u contact opnemen met de administratie. 5.27 Toelating, schorsing en verwijdering van leerlingen Wanneer kinderen vier jaar zijn kunnen ze tot de basisschool worden toegelaten. In de twee maanden gelegen tussen de leeftijd van 3 jaar 10 maanden en 4 jaar, mag een kind maximaal 5 dagen naar school komen. Deze regeling is bedoeld om kinderen alvast aan de nieuwe situatie te laten wennen, alvorens ze definitief tot school worden toegelaten. Afspraken hierover worden
67
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
door de betreffende leerkracht gemaakt. Voor aanmelding vindt er altijd eerst een gesprek plaats tussen de directie en de ouder(s)/verzorger(s). Er dient bij aanmelding een aanmeldingsformulier te worden ingevuld dat door minstens één van de ouders/verzorgers dient te worden ondertekend. Wanneer ouders/verzorgers hun kind(eren) van een andere school op onze school willen overplaatsen wordt er altijd contact opgenomen met de vorige school. Mocht een leerling van zijn "oude" school een advies voor overplaatsing naar een speciale school voor basisonderwijs hebben meegekregen, dan nemen wij deze leerling niet aan omdat wij als gewone basisschool niet die zorg kunnen bieden die dit kind nodig heeft. Indien een leerling wel bij ons kan worden geplaatst (ook afhankelijk van de klassengrootte) dan dient de oude school een bewijs van uitschrijving en een onderwijskundig rapport aan ons te laten toekomen. Ouders ontvangen van de “oude” school een afschrift van dit onderwijskundig rapport. Bij de overgang van onze school naar een andere school zijn vanzelfsprekend dezelfde voorwaarden van toepassing. De beslissing over schorsing en verwijdering van leerlingen ligt bij het bevoegd gezag, nadat de school en eventueel de ouders/verzorgers hierover zijn gehoord. Indien een leerling om welke reden dan ook niet meer toegelaten kan worden tot onze school kan het bevoegd gezag overgaan tot verwijdering van deze leerling. Het bevoegd gezag dient wel alles in het werk te stellen een andere school bereid te vinden deze leerling op te nemen. Indien dit ondanks alle inspanningen niet lukt is het bevoegd gezag gerechtigd na 8 weken deze leerling toch van school te verwijderen. De regeling “Toelating, schorsing en verwijdering” ligt ter inzage op school. Kind met hoepel, oftewel Sjaannulleke Wie kent niet het beeldje dat het voorplein van onze school siert. Het diende menigmaal als decor voor een groepsfoto, er werd zelfs een carnavalskraker aan gewijd en in ons drukwerk komt zij ook terug. Zij..., want het gaat hier om Sjaannulleke. Op 23 september 1981 kreeg het beeldje deze naam, na een prijsvraag in ons schoolblad "Scharnier". Monique van Est bedacht deze naam. In haar briefje stond te lezen dat het meisje slechts tot nul kon tellen en nu naar de lagere school in Scharn ging om beter te leren tellen. De oorspronkelijke titel was "Kind met hoepel", vervaardigd door de beeldhouwster mevrouw Creygton-Motke in opdracht van het gemeentebestuur van de voormalige gemeente Heer. Nadat zij haar einddiploma behaalde aan de Jan van Eyckacademie te Maastricht stelde het gemeentebestuur van Heer aan mevrouw Creygton een prijs beschikbaar en het materiaal, waarvan het beeldje vervaardigd werd, een stukje franse kalksteen. Medio 1965 werd het beeldje voor het schoolgebouw geplaatst op een sokkel van maaskeien.
68
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
INHOUD
69
Voorwoord
2
Samenvatting
3
Hoofdstuk 1 Doelstellingen 1.1 Het schoolbestuur MosaLira 1.2 Basisschool Scharn, een katholieke school 1.3 Doelen en uitgangspunten van de school Ontwikkelplan 2014-2016 “Ontdekkend Leren” 1.4 De school en haar kinderen 1.5 De school op 1 augustus 2013 1.6 Kind Centrum Scharn
5 5 7 10 12 14 15 16
Hoofdstuk 2 Uitwerking van de doelstellingen 2.1 Streven naar kwaliteit 2.2 Onderwijsaanbod 2.2.1 Identiteit 2.2.2 Kleuteronderwijs, spelen=leren=ontwikkelen 2.2.3 Groepen 3 t/m 8, vakken, werkwijzen en methoden 2.2.3.1 Rekenen en wiskunde 2.2.3.2 Nederlandse taal 2.2.3.3 Lezen | Boekenbos, Bibliotheek in de basisschool 2.2.3.4 Engels 2.2.3.5 Schrijven 2.2.3.6 Oriëntatie op mens en wereld 2.2.3.7 Bevordering van sociale redzaamheid, waaronder gedrag in het verkeer, pesten 2.2.3.8 Bevordering van gezond gedrag 2.2.3.9 Maatschappelijke verhoudingen 2.2.3.10 Culturele educatie 2.2.3.11 Zintuiglijke en lichamelijke oefening 2.2.4 ICT 2.2.4.1 Internet in basisschool Scharn 2.2.5 Toetsen en testen 2.2.6 Onderwijskundig rapport 2.2.7 Besteding van de lestijd 2.3 Leerlingenzorg / Passend Onderwijs 2.4 Plusgroep 2.5 Relatie met ouders 2.5.2 De oudervereniging 2.5.2.a De ouderbijdrage 2.5.3 De medezeggenschapsraad 2.5.4 De schoolraad 2.5.5 Klassenouders 2.5.6 Mondelinge informatie 2.5.7 Schriftelijke informatie
17 17 19 19 20 21 21 21 22 23 23 24
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
24 26 26 26 27 27 28 29 31 32 33 36 37 38 38 39 40 40 41 42
70
Hoofdstuk 3 De organisatie van de school 3.1 Indeling 3.2 Personeel en organisatie 3.3 Taakverdeling 3.4 Overleg 3.5 Vervanging 3.6 Communicatie 3.7 Contacten 3.8 Stagiaires 3.9 Onderwijs 3.10 Huisvesting 3.11 Veiligheid
43 43 43 43 44 44 45 45 45 45 45 45
Hoofdstuk 4 Jaaractiviteiten 4.1 Intocht Sint-Nicolaas 4.2 Kerstviering 4.3 Sportactiviteiten 4.4 Kinderboekenweek 4.5 Excursies en theaterbezoek 4.6 Carnaval 4.7 Schoolreis 4.8 Schoolverlaterskamp 4.9 Communie 4.10 Vormsel 4.11 Verjaardagen 4.12 Schaken 4.13 Jaaropening en jaarsluiting 4.14 Naschoolse activiteiten 4.15 Musical groep 8 4.16 Nationaal Schoolontbijt 4.17 Voorjaarsconcert
47 47 47 47 47 47 47 47 47 48 48 48 48 48 48 48 48 48
Hoofdstuk 5 Regelingen en praktische aangelegenheden 5.1 Schooltijden 5.2 MIK Kinderdagverblijf de FLEX 5.3 STEPS Peuterspeelzaal SJANULLEKE 5.4 Tussenschoolse Opvang TSO 5.5 Buitenschoolse opvang en dag arrangementen 5.5.a KIX 5.6 De aanmelding / kennismakingsgesprek 5.7 Aanmelding nieuwe leerlingen met een leerlinggebonden budget 5.8 Doorstroming kleuters 5.8.1 De groepen 1 5.8.2 De groepen 2 5.9 Pasfoto 5.10 Verlof- en verzuimbeleid 5.11 Niet te vroeg ... niet te laat 5.12 Gedragscode en enkele schoolregels Schoolregels
49 49 49 50 50 51 52 53
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
53 53 54 54 54 55 56 56 57
Veilige school 5.13 Ouderverkeersbrigade 5.14 Verkeerssituatie Kloosterstraat en omgeving 5.15 Een goed gesprek .. klachten en klachtenregeling De klachtenregeling Contactpersoon 5.16 Huiswerk 5.17 Bijlessen 5.18 Boekenbos 5.19 Gymlessen 5.20 Luizenouders 5.21 Jeugdgezondheidszorg GGD Zuid-Limburg 5.22 Logopedie 5.23 Op tijd naar bed 5.24 Ziek 5.24.1 Afmelding bij ziekte 5.24.2 Zieke leerlingen 5.24.3 Medicijnverstrekking en medisch handelen 5.25 Fietsenstalling 5.25.1 Het fietsen op het schoolterrein is niet toegestaan 5.26 Kleding, gevonden voorwerpen 5.27 Toelating, schorsing en verwijdering van leerlingen Kind met hoepel, oftewel Sjaannulleke
59 59 59 60 60 62 62 64 64 64 65 65 66 66 66 66 67 67 67 67 67 68 68
Inhoud
69
Bijlage 1 Bijlage 2
71
Protocol schorsing en verwijdering Samenvatting School Ondersteuningsprofiel
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
72 75
Bijlage 1 PROTOCOL SCHORSING EN VERWIJDERING VAN LEERLINGEN Dit protocol treedt in werking als er sprake is van ernstig ongewenst gedrag door een leerling, waarbij psychisch en of lichamelijk letsel aan derden is toegebracht. Er worden 3 vormen van maatregelen genomen: Time-out Schorsing Verwijdering Time-out Een ernstig incident leidt tot een time-out met onmiddellijke ingang. Hierbij gelden de volgende voorwaarden: In geval van een time-out wordt de leerling voor de rest van de dag de toegang tot de school ontzegd. Tenzij redelijke gronden zich daartegen verzetten worden de ouders/verzorgers onmiddellijk van het incident en de time-out gemotiveerd op de hoogte gebracht. ( zie noot 1) De time-out maatregel kan eenmaal worden verlengd met 1 dag. Daarna kan de leerling worden geschorst voor maximaal 1 week. In beide gevallen dient de school vooraf of – indien dat niet mogelijk is – zo spoedig mogelijk na het effectueren van de maatregel contact op te nemen met de ouders. De ouders/verzorgers worden op school uitgenodigd voor een gesprek. Hierbij is de groepsleerkracht en een lid van de directie van de school aanwezig. Van de het incident en het gesprek met de ouders wordt een verslag gemaakt. Dit verslag wordt door de ouders voor gezien getekend en in het leerlingendossier opgeslagen. (zie noot 2) De time-out maatregel kan alleen worden toegepast na goedkeuring door de directie van de school. De time-out maatregel wordt na toepassing schriftelijk gemeld aan het bevoegd gezag. Schorsing Pas bij een volgend ernstig incident, of in het afzonderlijke geval dat het voorgevallen incident zo ernstig is, kan worden overgegaan tot een formele schorsing. De wettelijke regeling voor het Bijzonder/Openbaar* onderwijs is hierbij van toepassing. Hierbij gelden de volgende voorwaarden: Het bevoegd gezag van de school wordt voorafgaand aan de schorsing in kennis gesteld van deze maatregel en om goedkeuring gevraagd. Gedurende de schorsing wordt de leerling de toegang tot de school ontzegd. Voor zover mogelijk worden er maatregelen getroffen waardoor de voortgang van het leerproces van de leerling gewaarborgd kan worden. (zie noot 3) De schorsing bedraagt maximaal 3 weken en kan hooguit 2 maal worden verlengd. (zie noot 4) De betrokken ouders/verzorgers worden door de directie uitgenodigd voor een gesprek betreffende de maatregel. Hierbij dienen nadrukkelijk oplossingsmogelijkheden te worden verkend, waarbij de mogelijkheden en de onmogelijkheden van de opvang van de leerling op de school aan de orde komen. Van de schorsing en het gesprek met de ouders wordt een verslag gemaakt. Dit
72
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
verslag wordt door de ouders/verzorgers voor gezien getekend en in het leerlingendossier opgeslagen. Het verslag wordt ter kennisgeving verstuurd aan: Het bevoegd gezag De ambtenaar leerplichtzaken De inspectie onderwijs
Ouders kunnen beroep aantekenen bij het bevoegd gezag van de school. Het bevoegd gezag beslist uiterlijk binnen 14 dagen op het beroep. Verwijdering Bij het zich meermalen voordoen van een ernstig incident, dat ingrijpende gevolgen heeft voor de veiligheid en/of de onderwijskundige voortgang van de school, kan worden overgegaan tot verwijdering. De wettelijke regeling voor het Bijzonder/Openbaar* onderwijs is hierbij van toepassing. Hierbij gelden de volgende voorwaarden:
Verwijdering van een leerling van school is een beslissing van het bevoegd gezag. Voordat men een beslissing neemt, dient het bevoegd gezag de betrokken leerkracht en de directie te horen. Hiervan wordt een verslag gemaakt wat aan de ouders ter kennis worden gesteld en door de ouders voor gezien wordt getekend. Het verslag wordt ter kennisgeving opgestuurd naar De ambtenaar leerplichtzaken De inspectie onderwijs Het bevoegd gezag informeert de ouders schriftelijk en met redenen over het voornemen tot verwijdering, waarbij de ouders gewezen wordt op de mogelijkheid van het indienen van een bezwaarschrift.
De ouders krijgen de mogelijkheid binnen zes weken een bezwaarschrift in te dienen. Het bevoegd gezag is verplicht de ouders te horen over het bezwaarschrift. Het bevoegd gezag neemt een uiteindelijke beslissing binnen vier weken na ontvangst
van het bezwaarschrift. Een besluit tot verwijdering is pas mogelijk nadat een andere basisschool of een andere school voor speciaal onderwijs is gevonden om de leerling op te nemen of dat aantoonbaar is dat het bevoegd gezag, gedurende acht weken, er alles aan heeft gedaan om de leerling elders geplaatst te krijgen.
Noot 1: Als veiligheid voorop staat, en dat zal regelmatig het geval zijn, moet de time-out niet afhankelijk gesteld worden van het contact met ouders. De vraag blijft dan staan wat er moet gebeuren als de ouders niet te bereiken zijn. Eventueel is het verwijderen uit de klas en opvang elders nog een oplossing? Noot 2: de time-out is geen officieel instrument, maar kan niettemin bruikbaar zijn bij onveilige situaties of bij het herstellen van de rust binnen de school: het is principieel geen strafmaatregel maar een ordemaatregel in het belang van de school; daarom geen
73
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
aantekening van de time-out maar van het incident in het dossier van de leerling. Noot 3: Schorsing mag niet betekenen dat het doen van toetsen (denk aan cito-entree of eindtoetsen) wordt belemmerd. Dit vraagt passende maatregelen, bijv. het wel tot de school toelaten voor het doen van deze toets. Daarnaast kan het beschikbaar stellen van (thuis)studiemateriaal tot de mogelijkheden behoren. Noot 4: wezenlijk is dat de schorsing aan een maximum termijn gebonden is; zij mag geen verkapte verwijdering worden; de termijn is zo gekozen dat in het ernstigste geval de school voldoende tijd ter beschikking heeft om een eventuele verwijderingsbeslissing op zorgvuldige wijze voor te bereiden.
74
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015
Bijlage 2
Samenvatting School Ondersteuningsprofiel (SOP) Basisschool Scharn heeft in het School Ondersteuningsprofiel (SOP) aangegeven voor de volgende leerlingen voldoende ondersteuning te kunnen bieden: - de school biedt passend onderwijs aan leerlingen met ondersteuningsbehoeften op het gebied van rekenen; - de school biedt passend onderwijs aan leerlingen met ondersteuningsbehoeften op het gebied van lezen; - de school biedt passend onderwijs aan leerlingen met ondersteuningsbehoeften op het gebied van meer- en hoogbegaafdheid; - de school biedt passend onderwijs aan leerlingen met ondersteuningsbehoeften op het gebied van sociale veiligheid en gedrag. Basisschool Scharn heeft aangegeven géén zorg te kunnen bieden aan visueel en verstandelijk gehandicapte kinderen. Daarnaast wordt aangegeven dat de draaglast en de draagkracht voor leerkrachten in redelijk evenwicht dient te zijn, wat betreft leerlingen met specifieke onderwijs behoeften.
75
Schoolgids Basisschool Scharn 2014-2015