Voortgangsrapportage BSZ Beleidsprogrammering Sociale Zorg, voortgang juli 2009 - juli 2010 V O O R T G A N S R A P P O R TA G E B S Z juli 2009 - juli 2010
COLOFON Uitgave Provincie Zeeland Coördinatie Provincie Zeeland Directie: Samenleving, Bestuur en Organisatie Fotografie Mechteld Jansen Ineke Houmes Marja Noordhoek Brede School De Stelle KJ Projects Prepress Provincie Zeeland, Afdeling Informatievoorziening & Documentatie Grafische realisatie LnO drukkerij, Zierikzee Oktober 2010
www.zeeland.nl
Voortgangsrapportage BSZ 2009 - 2010 Beleidsprogrammering Sociale Zorg, voortgang juli 2009 - juli 2010
1
Voortgangsrapportage BSZ 2009 - 2010 Beleidsprogrammering Sociale Zorg, voortgang juli 2009 - juli 2010
2
Voorwoord
3
1.
Inleiding
4
2.
BSZ-projecten in het nieuws
8
.3.
Leefbaarheid en sociale samenhang
12
4.
Meedoen & Nieuwe Kansen
19
5.
Jeugd telt mee
25
6.
Gezond & Actief
30
7.
Gezondheidszorg
33
8.
Demonstratieprojecten Nieuwe Verbindingen
38
Bijlage 1 Rapportage Scoop: Inventarisatie per programma op 1 april 2010
48
Voortgangsrapportage BSZ 2009 - 2010 Beleidsprogrammering Sociale Zorg, voortgang juli 2009 - juli 2010
Voorwoord Voor u ligt de voortgangsrapportage Beleidsprogrammering Sociale Zorg (BSZ) juli 2009 – juli 2010. Opnieuw een jaar boordevol activiteiten en projecten. Er is weer veel werk verzet en dat kunt u ook in deze voortgangsrapportage lezen. Bovendien werd in deze periode de Sociale Staat van Zeeland 2009 opgeleverd, waarmee inzicht ontstaat in de maatschappelijke veranderingen in Zeeland en de uitdagingen die voor ons liggen. Daarmee kunnen en moeten we de komende maanden verder. Inmiddels is een uitwerkingstraject voor een nieuwe Beleidsprogrammering Sociale Zorg in volle gang. We kregen het afgelopen jaar van onze partners, gemeenten en maatschappelijke organisaties, een ruime 7,7 voor onze aanpak van het sociaal beleid. Dat bleek uit het onderzoek ‘Provincie Zeeland: meer dan een pinautomaat!’. U mag gerust weten dat ik daar trots op ben! Overigens is niet alles rozengeur en maneschijn. Bezuinigingen in het algemeen hebben zo zijn weerslag op wat er allemaal gebeurt om ons heen en in de samenleving. Maar ook andere ontwikkelingen, bijvoorbeeld demografische, vragen om acties. De vorming van een nieuw kabinet en mogelijk nog meer bezuinigingen zullen zijn weerslag krijgen. Als provincie belanden we ook weer in verkiezingstijd, volgend jaar vinden de Provinciale verkiezingen plaats. Ik zie het als mijn taak om ook het komende jaar er voor te zorgen dat sociaal beleid hoog op de provinciale agenda blijft: de uitdagingen zijn groot en gemeenten kunnen en willen die in Zeeland niet alleen oppakken. We gaan nog een jaar door met de huidige programmering en ik wil dat goed afronden. Het helpt me als ik zie wat er allemaal weer aan resultaten is geboekt het afgelopen jaar, dat geeft moed om ook het komende jaar actief aan de slag te gaan. In de beleidsprogramma’s sociale zorg wordt op een programmatische wijze aan provinciale maatschappelijke opgaven gewerkt. Samen met maatschappelijke organisaties en gemeenten wordt regelmatig overlegd welke projecten aan welke opgaven een bijdrage kunnen leveren. Het afgelopen jaar is daar op verschillende manieren uitvoering aan gegeven. In belangrijke mate door middel van het subsidiëren van projecten, die bijdragen aan de geformuleerde provinciale doelen, maar ook door opdrachten te verlenen voor nader onderzoek en samenwerking in werkgroepen of adviescommissies en niet te vergeten, de demonstratieprojecten Nieuwe verbindingen. Maar daarmee zijn we er nog niet, want we maken ook afspraken met provinciale organisaties, waaronder Scoop, SportZeeland en Het Klaverblad, over de bijdrage die zij leveren aan diverse maatschappelijke opgaven, zoals verwoord in de programma’s. U kunt er alles over lezen in deze voortgangsrapportage. Op het terrein van sociale zorg zijn de effecten van beleid altijd het resultaat van de inspanningen van velen! Doet u ook het komende jaar weer mee? Met vriendelijke groet, George van Heukelom, gedeputeerde sociale zorg
3
1. Inleiding Beleidsprogrammering Sociale Zorg, voortgang juli 2009 - juli 2010
4
1.1 Inleiding In deze voortgangsrapportage beschrijven wij de voortgang van ons zorg- en sociaal beleid (BSZ 2008-2010). Met de vijf programma’s in de BSZ streven wij naar een gezonde en actief betrokken samenleving in de provincie Zeeland. Een samenleving waarin iedereen kan meedoen, gelijke kansen heeft en waarin de nodige zorg en andere voorzieningen beschikbaar zijn. Dit is de tweede voortgangsrapportage van deze BSZ 2008-2010. Voor de uitvoering van de programma’s zetten wij verschillende instrumenten in, zoals resultaatsubsidies voor projecten, prestatieafspraken, onderzoeksopdrachten en samenwerkingsnetwerken. Het is van groot belang dat we de voortgang in alle projecten kunnen volgen. Zeker bij pilotprojecten. Het belang hiervan is dat een project lokaal kan worden uitgeprobeerd, waarna de resultaten naar de rest van Zeeland worden overgedragen. Alleen als de verschillende projecten hun doelstelling behalen, kan de provincie verzekerd zijn van geslaagd beleid. We hebben daarom Scoop gevraagd om jaarlijks na te gaan hoe de verschillende projecten er voor staan. Daarnaast hebben we dit jaar voor het eerst bij wijze van proef tien projecten bezocht en een evaluatiegesprek gevoerd met de projecteigenaren. Deze gesprekken zijn gevoerd door medewerkers van de provincie, maar niet door degenen die de aanvraag en tussentijdse informatie hebben beoordeeld, om het gesprek objectief te houden. Dit werd als heel positief ervaren, omdat tijdens een gesprek toch dieper op de materie, het effect en leerpunten van een project kan worden ingegaan. De resultaten van deze projectbezoeken leest u terug in kaders in de programma’s. De overige projecten zijn door middel van een evaluatieformulier geëvalueerd, zoals ook voorgaande jaren gebruikelijk was. Het totaal aantal verzoeken dat in de periode juli 2009 tot juli 2010 is ingediend, verleend, afgewezen, gereserveerd of vervallen/ingetrokken is opgenomen in tabel 1.1.
1.2 Uitvoering geven aan sociale zorg De heer G.R.J. van Heukelom is binnen ons college eerstverantwoordelijk voor zorg en sociaal beleid. Uiteraard zijn de inhoudelijke resultaten van ons werk het belangrijkst, deze staan beschreven in de programma’s. Daarnaast vinden wij het belangrijk om als overheid klantvriendelijk en betrouwbaar te zijn naar onze relaties en de behaalde resultaten goed
Programmanaam
te communiceren. We hebben in de periode 2009-2010 gefocust op: • het uitbrengen van een maandelijkse digitale nieuwsflits via de mail met al het laatste nieuws over de BSZ, een project van de maand en aankondiging van interessante bijeenkomsten; • actualisatie en verbetering van informatie op de website www.zeeland.nl/bsz; • aanpassen van het digitale aanvraagformulier, zodat het aanvragen van subsidie vergemakkelijkt wordt. Per programma worden de kosten van projecten, activiteiten en overige kosten weergegeven voor de periode juli 2009-juli 2010. Bij de kosten voor projecten is rekening gehouden met het totaal verleende subsidiebedrag en geen uitsplitsing naar meerdere jaren gemaakt. De kosten die opgenomen zijn in deze rapportage komen niet overeen met de bedragen die in de rapportage van Scoop zijn opgenomen, omdat in de rapportage van Scoop ook projecten zijn opgenomen die in eerdere verslagperiodes zijn gesubsidieerd.
1.3 Nieuwe Verbindingen: Mensen in Zeeland Het collegeprogramma stelt de mensen in Zeeland en de kracht en identiteit van Zeeland centraal. Belangrijk is een duurzame ontwikkeling passend bij de Zeeuwse schaal en samenleving. Door vanuit deze principes samen te werken, vergroten we de kracht van de sociale infrastructuur en verminderen we het risico van verschraling van voorzieningen. In elk programma wordt een demonstratieproject Nieuwe verbindingen uitgevoerd. De voortgang van deze projecten leest u in hoofdstuk 8.
1.4 College voor Zorg en Welzijn (CZW) In 2005 is, mede ten behoeve van de invoering van de Wmo (Wet maatschappelijke ondersteuning), het College Zorg en Welzijn (CZW) opgericht. Doel van CZW is het stimuleren van een samenhangend en doeltreffend beleid op de prestatievelden van de Wmo in Zeeland. In dit overlegorgaan zijn de portefeuillehouders welzijn, volksgezondheid (coördinerend wethouder Wmo) van alle gemeenten in Zeeland en de gedeputeerde van de Provincie Zeeland vertegenwoordigd. Ter voorbereiding van het overleg functioneert een ambtelijk vooroverleg met ambtelijke vertegenwoordiging namens alle Zeeuwse gemeenten en de
Verleend
Afgewezen
1. Leefbaarheid & sociale samenhang
18
2
2. Meedoen & nieuwe kansen
15
4
3. Jeugd telt mee
4
3
4. Gezond & actief 5. Gezondheidszorg
Gereserveerd
Totaal
1
21
2
21 7
1 12
Vervallen/Ingetrokken
3
1
2 15
Tabel 1.1 Aantallen per programma (Bron: Corsa)
5
Provincie. De activiteiten worden uitgevoerd ten dienste van alle gemeenten en Provincie in Zeeland. De Provincie Zeeland verleent subsidie voor het secretariaat van het CZW. Het College voor Zorg en Welzijn heeft de volgende functies: informeren, afstemmen en adviseren, advisering met betrekking tot standpuntbepaling en besluitvorming en bestuurlijke verantwoordelijkheid dragen voor het CZW bureau. Het CZW wordt in 2010 en 2011 gecontinueerd. Eind 2010/begin 2011 zullen de participanten gevraagd worden een standpunt in te nemen of en op welke wijze de ondersteuning van het CZW in de toekomst georganiseerd en gefinancierd kan worden.
1.5 Ontwikkelingen In het afgelopen jaar is de Sociale Staat van Zeeland opgeleverd, is de kerntakendiscussie gevoerd in uw Staten en is een stap gezet in de herijking van het sociaal beleid. Sociale Staat van Zeeland In december 2009 is de Sociale Staat van Zeeland 2009 verschenen. Op 15 januari 2010 vond de presentatie van de resultaten plaats. In de SSvZ 2009 (sociaal rapport) wordt de stand van zaken op het terrein van sociale infrastructuur in Zeeland weergegeven en worden bouwstenen aangedragen voor het voeren van een gericht sociaal beleid, dat mede bijdraagt aan een gunstig woon-, werk- en leefklimaat in Zeeland. Het rapport is niet alleen interessant voor de provincie, maar ook voor gemeenten. Het levert gegevens die bruikbaar zijn als basis voor het formuleren van lokaal en provinciaal beleid. Daarvoor is: • de keuze voor onderwerpen en indicatoren gezamenlijk met gemeenten gemaakt en we spreken af dit meerjarig te doen zodat we ook echt kunnen vergelijken tussen de jaren; • de schaal waarop gegevens verzameld zijn, is aangepast. Waar mogelijk zijn gegevens op het niveau van postcodegebied verzameld. De rode draad in de Sociale Staat is het integrale begrip leefbaarheid. Leefbaarheid is de mate waarin de leefomgeving aansluit bij de voorwaarden en behoeften die er door de mens aan worden gesteld. In de SSvZ is de leefbaarheid gemeten langs twee wegen: het bevragen van mensen over de ervaren leefbaarheid enerzijds en het in kaart brengen van de ‘objectieve’ sociale infrastructuur anderzijds (voorzieningen). Uit de
6
SSvZ komt, mede op basis van de grootschalige enquête, naar voren waar de mogelijkheden liggen om deze ervaren leefbaarheid te vergroten. Herijking sociaal beleid Op 18 december 2009 heeft u besloten de huidige Beleidsprogrammering sociale zorg ongewijzigd te verlengen tot 1 januari 2011. Dit omdat de kerntakendiscussie op dat moment nog moest plaatsvinden. Op 5 februari 2010 heeft u gediscussieerd over de kern van de taken van de provincie en heeft u gekozen voor het zogenaamde model 2. In dit model is het pakket kerntaken meer gericht op de rol van gebiedsautoriteit. De herijking van het sociaal beleid bestaat uit meerdere onderdelen. In december 2009 heeft u het rapport “Provincie Zeeland: meer dan een pinautomaat!” ontvangen. Dit is een onderzoek naar partnertevredenheid over de rol en werkwijze van de provincie na ruim zes jaar sociaal beleid. In dit onderzoek is vooral de procesmatige kant belicht. De partners van de provincie zijn tevreden over de manier waarop het sociaal beleid gevoerd is en geven de provincie gemiddeld een 7,7. Een aantal aanbevelingen uit het onderzoek, waaronder het invoeren van een zogenaamd klantcontact met gemeenten, is inmiddels geëffectueerd. De Sociale Staat van Zeeland 2009 biedt inhoudelijk inzicht in de staat van Zeeland op sociaal gebied. Tot slot vormen de jaarlijkse voortgangsrapportages ook input voor de herijking van het sociaal beleid. Na de verschijning van de Sociale Staat van Zeeland zijn de resultaten en de resultaten van het onderzoek “Provincie Zeeland: meer dan een pinautomaat!” in diverse overleggen bediscussieerd. Er is een gespreksronde gehouden onder gemeenten en op 14 april 2010 is er een grote bijeenkomst georganiseerd met vertegenwoordigers van de overheden en maatschappelijke organisaties in Zeeland. Op basis van deze uitkomsten is een concept startdocument sociaal bestuursakkoord geschreven waarover u in oktober een besluit zult nemen. In de vergadering van het bestuurlijk CZW (College Zorg en Welzijn) op 30 juni 2010 is door de aanwezige wethouders ingestemd met het startdocument. Gemeenten willen graag met de provincie in gesprek om de thema’s te concretiseren en prioriteiten te stellen en goede afspraken te maken welke overheid wat doet, ook om te voorkomen dat er gaten vallen.
Het startdocument sociaal bestuursakkoord is nadrukkelijk bedoeld als tussenstap. In het document worden thema’s genoemd die naar de mening van gemeenten en GS vragen om een gezamenlijke aanpak en nadere uitwerking. We kiezen voor een gezamenlijke aanpak met gemeenten en maatschappelijke organisaties. De rol van de provincie concentreert zich daarbij op signaleren, agenderen en ondersteunen van andere partijen. Per thema zal een aanpak uitgewerkt worden waarbij het te bereiken doel, de rolverdeling en de te leveren inspanningen van iedere partij helder beschreven worden. Aan deze inspanningen is ook tijd en geld gekoppeld. Bij al deze afspraken wordt rekening gehouden met het kader van model 2. Bezuinigingen De noodzaak om te bezuinigen heeft ook op de terreinen van de Beleidsprogrammering Sociale Zorg impact: - als gevolg van de bezuinigingen op SportZeeland, Scoop, Adesse en Klaverblad zullen de prestatieafspraken met deze instellingen neerwaarts moeten worden bijgesteld en worden de ondersteuningsmogelijkheden beperkt; - de doorlopende subsidies aan de ZVKK, Splinter en Scouting worden met ingang van 2011 gekort. De genoemde instellingen zijn hiervan in de eerste helft van 2010 op de hoogte gebracht.
1.6 Prestaties van de dragende instellingen In de BSZ staat per programma in grote lijnen aangegeven welke taken van de zogenaamde dragende instellingen worden verwacht. Deze zijn in de subsidierelatie vertaald via prestatieafspraken en de voortgang hiervan wordt per programma beschreven.
1.7 Sportbeleid Sport & bewegen zijn de meest ondernomen vrijetijdsbestedingen, zowel actief als passief via vrijwilligerswerk. Sport is er voor jong & oud en voor mensen van verschillende achtergronden. Het provinciale sport- en bewegingsbeleid is onderdeel van het provinciale sociale beleid. Binnen het sportbeleid zijn vijf thema’s geformuleerd: 1. Actieve en gezonde leefstijl 2. Participatie
3. Bewegingsruimte 4. (Top)sportevenementen en sportpromotie 5. Talentenondersteuning SportZeeland voert het meeste van het sportbeleid van de provincie uit. De eerste drie thema’s zijn beschreven in de programma’s Gezond & Actief en Jeugd telt mee. Onder het thema (top)sportevenementen zijn in het afgelopen jaar diverse subsidies verleend voor sportevenementen, waaronder het NK Dammen, NK Windsurfen, WK Driebanden, Delta Tour Zeeland, Junioren Driedaagse Axel, Marathon Zeeland, Thermphos International Tennis Tournament en diverse kleinere evenementen. De Giro d’Italia met de finish in Middelburg en de Tour de France met doorkomst door Zeeland hebben een belangrijke bijdrage geleverd aan sportpromotie en de promotie van Zeeland. SportZeeland heeft in het kader van het thema Talentenondersteuning het afgelopen jaar het Talentenfonds uitgebreid en het Olympisch Netwerk Zeeland verder doorontwikkeld.
1.8 Terug- en vooruitblik Uit deze voortgangsrapportage blijkt dat er in alle programma’s vorderingen zijn gemaakt met betrekking tot het bereiken van de gestelde doelen. Belangrijke uitdagingen voor na 1 juli 2010 liggen er vooral op de volgende terreinen: • Demonstratieprojecten nieuwe verbindingen. In elk programma van de BSZ 2008-2010 wordt tenminste één demonstratieproject uitgevoerd. De uitvoering van deze projecten is inmiddels in volle gang. In het komende jaar zullen een paar projecten hun eindresultaat opleveren. We hopen u daarover het komende jaar te kunnen informeren en ook over de tussentijdse resultaten van de demonstratieprojecten die nog doorlopen tot in 2015. • Sociale Staat van Zeeland. Het belang van transparante beleidsinformatie blijft groot. De Sociale Staat zal de komende jaren verder uitgroeien tot een algemene overkoepelende rapportage over het sociaal domein. Onder die koepel kunnen diverse verdiepende themarapporten verschijnen over specifieke onderwerpen zoals bijvoorbeeld de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) of armoede. • Beleidsprogrammering Sociale Zorg 2012-2016. In oktober 2010 neemt u een besluit over de kadernota Beleidsprogrammering Sociale Zorg 2012-2016. Na dit besluit vindt een uitwerkingstraject plaats om een nieuw beleidsprogramma op te stellen voor 1 januari 2012.
7
BSZ-projecten in het nieuws Beleidsprogrammering Sociale Zorg, voortgang juli 2009 - juli 2010
8
‘Ik heb altijd moeite gehad met het lezen en schrijven’ Door: Marcel van der Voort, woensdag 24 juni 2009
GOES - “Ik wist al vrij lang dat ik laaggeletterd was. Eerst had ik er geen moeite mee, omdat ik zeventien jaar in een naaiatelier werkte en lezen en schrijven onnodig was. Toen ik later bij sociale werkvoorziening Betho in Goes ging werken en kwaliteitscontroleur wilde worden kwamen de problemen”, stelt Diny Weststrate (47) uit Goes. Ze leert bij ROC Zeeland Nederlands en is een voorstander van het project Zeeuwse Aanpak Laaggeletterdheid. “Makkelijke woordjes lezen of schrijven lukte mij wel. Ik vroeg steeds aan anderen hoe ik iets moest doen. Toen de baan als kwaliteitscontroleur in beeld kwam wilde ik eerst verzwijgen dat ik laaggeletterd ben. Ik ben uiteindelijk toch naar mijn chef gestapt. En inmiddels leer ik Nederlands. Ik zit ongeveer op het niveau van groep acht van de basisschool en de eerste klas middelbare school. Als ik dit jaar goed afsluit volgen nog twee jaar. Daarna kan ik volledig lezen en schrijven”, vertelt Diny. De laaggeletterdheid dateert van haar vroegere school periode. “Daar gaven ze aandacht aan waar ik goed in was: koken, tekenen en handenarbeid. En minder aan Nederlands en rekenen, waar ik minder presteerde. Ik heb altijd moeite gehad met lezen en schrijven. Een woord schrijven
deed ik zoals ik het zei. Ik zag dat wel, maar wist niet hoe ik het moest verbeteren. Op een gegeven moment voelde ik mij minder dan andere mensen. Ik schaamde me om mijn laaggeletterdheid. Nu is dat behoorlijk verminderd. De mensen uit mijn omgeving weten het en ik vraag ze soms nog om hulp”, legt Diny uit. Toch reageren bekenden soms negatief op haar laaggeletterdheid. Diny: “Op mijn werk werd door sommige collegas gezegd: Ze wordt kwaliteitscontroleur, maar kan niet eens fatsoenlijk lezen en schrijven.” En voegt eraan toe: “Het was een drempel om naar school te gaan. Ik was bang voor de reacties uit mijn omgeving. En dat ik daar een bekende zou tegenkomen. Dat is ook gebeurd. Er is juist een last van mij
Eenvoudig Om Bevelanders zoals Diny Weststrate succesvol van hun laaggeletterdheid af te helpen is de RPCZ Experts in Leren en Ontwikkelen in Vlissingen, het project Zeeuwse Aanpak Laaggeletterdheid gestart. “Wij ondersteunen bijvoorbeeld gemeente Noord-Beveland om een aanvalsplan te maken voor hun beleid ten aanzien van laaggeletterdheid”, vertelt projectleider Emile Eshuis. En vervolgt: “Colijnsplaat doet mee aan Ticket to the future en deelt leerbonnen uit, waarmee mensen bij het ROC Nederlands kunnen leren. Gemeente Borsele onderzoekt hoe ze laaggeletterden kunnen begeleiden. Misschien dat ze brieven en hun internetsite eenvoudiger gaan maken.” Voor meer informatie: 0118-480894. afgevallen. Ik besef dat ik niet de enige ben die laaggeletterd is”, zegt Diny tenslotte. Bron: De Bevelander
Ouderenzorg opent drie Provincie steunt servicepunten zorgprojecten Door: Eugène Verstraeten. woensdag 27 januari donderdag 28 mei 2009
TERNEUZEN -Stichting Ouderenzorg Kanaalzone (Soka) heeft van de provincie geld gekregen voor het opzetten van Soka Plus servicepunten in Terneuzen, Westdorpe en Sas van Gent. Soka wil met het realiseren van de multifunctionele ruimten de leefbaarheid in de drie kernen en de sociale redzaamheid van de inwoners verhogen. In de servicepunten kunnen mensen terecht voor allerlei informatie en advies op het gebied van wonen, zorg, welzijn en comfortdiensten. Via speciale zuilen kunnen bezoekers informatie opzoeken. De zuilen zijn zo ingericht dat ook oudere inwoners van de kernen en wijken op een eenvoudige manier toegang hebben tot de informatie. Vrijwilligers en medewerkers begroeten geïnteresseerden met een kop koffie. De servicepunten zijn deze week geopend en bevinden zich in de Zoutvliet in
Terneuzen, de Redoute (ingang Vierambachtenstraat) in Sas van Gent en 't Verlaet in Westdorpe. De servicepunten starten met een divers aanbod, dat de komende tijd nog wordt uitgebreid. Bij het servicepunt in Sas van Gent kunnen bezoekers ook gebruikmaken van de keuken. Ze kunnen er à la carte eten, een keuze maken van de 'kleine kaart' of broodjes bestellen. Soka treedt met de servicepunten buiten de muren van de traditionele zorg om inwoners van de kernen in de thuissituatie beter te helpen met hun zorg-en welzijnsbehoeften.
GOES - Vijf Bevelandse projecten op het gebied van zorg en sociaal beleid krijgen samen ruim 180.000 euro aan provinciale subsidie. De provincie draagt Zeeuws breed een kleine negen ton bij aan projecten. Op de Bevelanden is er subsidie voor de bouw van zorgwoningen in Kamperland (65.000 euro), de woonzorgzone in Goes (70.000 euro), busvervoer voor mindervalide ouderen in Borsele (20.000 euro), bouw van een mindervalidentoilet in dorpshuis Apeldoorn in Oostdijk (13.000 euro), administratieve kosten voor beleidsplan medische-specialistische zorg in Middenen Noord-Zeeland (12.500 euro). Bron: PZC
Bron: PZC
9
Willem-Alexander roemt sociale functie Ruilwinkel Goes donderdag 27 mei 2010 GOES - Kroonprins WillemAlexander heeft tijdens zijn bezoek aan de Ruilwinkel in Goes zijn waardering uitgesproken voor de sociale functie die er van uitgaat. In een ongedwongen sfeer hij liet zich door de vrijwilligers informeren over het werk en ook kreeg een rondleiding in de winkel. De prins was in Goes op uitnodiging van het Oranjefonds, waar hij beschermheer en voorzitter van is. Vorig jaar kreeg de Ruilwinkel de prijs 'Appeltje van Oranje' in Den Haag. Van het bijbehorende geldbedrag kocht de organisatie een bestelbus. Hiermee kunnen grote goederen worden opgehaald of weggebracht bij deelnemende 'ruilers'. Bij de Ruilwinkel is geen geld nodig. Mensen bieden er diensten en producten aan en krijgen daar punten voor. Met die punten kunnen goederen en diensten worden afgenomen. Daarnaast organiseert de Ruilwinkel allerlei activiteiten om de bezoekers met elkaar in contact te brengen. Zo is er altijd verse koffie op de centrale tafel in de winkel.
Provincie steunt projecten vrijdag 29 mei 2009 OUWERKERK - Het Watersnoodmuseum in Ouwerkerk krijgt geld (16.500 euro) van de provincie Zeeland om onder meer drie rolstoelen aan te schaffen. Ook manege Balans in Dreischor kan rekenen op provinciaal geld (18.123 euro) om de toegankelijkheid van deze voorziening fors te verbeteren.
10
Non-stop muziek in openluchtdiscotheek GOES - Bij de Dancetour gisteren in Goes geen sprookjesfiguren zoals zaterdag in Middelburg, maar gewoon lekker negen uur non-stop uit je bol gaan met een keur aan top-DJ’s.
De provincie Zeeland geeft in totaal 898.193 euro aan subsidies uit op het gebied van zorg en sociaal beleid. Doel is alle Zeeuwen volwaardig aan de samenleving te kunnen laten deelnemen. Er zijn 25 aanvragen ingediend. Het vernieuwde Watersnoodmuseum is met name buiten nog niet goed toegankelijk voor mindervalide bezoekers. De rolstoelen maken de doorgangen door de caissons makkelijker te nemen voor mensen die niet goed ter been zijn. Ook worden twee hellingbanen gemaakt en een rolstoeltoegankelijk voetpad over de dijk achter de caissons. Manege Balans heeft extra meters nodig om niet-validen de ruimte te geven. De manege in Dreischor richt zich op mensen met en zonder handicap. Naast Balans en het Watersnoodmuseum steunt de provincie het project Edoekatie.
Die ene keer per jaar krijgen omwonenden een NS-kortingskaart om de overlast te ontvluchten en wordt de Markt omgevormd tot een openluchtdiscotheek. Een formule die al met al toch nog steeds goed is voor zo’n 7500 bezoekers, zegt Kim Loonen van de Stichting Dancetour. Ze vermoedt dat veel bezoekers zaterdag ook naar Middelburg zijn geweest, want de stroom naar Goes komt wat langzamer op gang dan anders. Tegen zessen zijn evenwel ook de laatste slaapkoppen weer ruim op tijd paraat voor Mark V.
Bron: PZC
Bron: PZC
De Stelle is derde brede school in kern Terneuzen Door: Eugène Verstraeten. dinsdag 16 maart 2010
TERNEUZEN -In de wijk Oudelandse Hoeve is de derde brede school in de kern Terneuzen in gebruik genomen. De Stelle is nu een volwaardige brede school. Nadat de christelijke basisschool de Stelle vorig jaar al zijn intrek nam in de nieuwbouw aan het Wagnerhof, volgden deze week de andere partners: de GGD, peuterspeelzaal de Salamandertjes, buitenschoolse opvang de Krokoos en kinderopvang de Krekeltjes van kindercentrum Juultje.
Ze hebben de afgelopen jaren samen met de gemeente veel tijd en energie gestoken in de nieuwbouw. Maar ook de inhoude-lijke samenwerking tussen de school, de peuterspeelzaalen de kinderopvang vergde de nodige aandacht. Zo worden er al een aantal jaren gezamenlijke activiteiten georganiseerd en
uitgevoerd. De buitenschoolse activiteitencommissie maakt jaarlijks een planning met activiteiten voor ouderen en kinderen. De school moet uitgroeien tot het hart van de wijk. Volgens de partners heeft de brede school een meerwaarde voor de kinderen, ouders en de wijk zelf. De officiële opening van de Stelle is half mei. Bron: PZC
Subsidie voor de ontwikkeling van inclusief onderwijs op Cypressenhof
Eén op de zes Zeeuwen gediscrimineerd
De provincie Zeeland heeft subsidie gegeven aan het verder uitbouwen van de doorgaande ontwikkeling op Cypressenhof van het inclusief onderwijs. In samenwerking met twee andere scholen op Walcheren zal het geld worden besteed aan de integratie in de school van kinderen met een beperking.
MIDDELBURG - Eén op de zes Zeeuwen is het afgelopen jaar gediscrimineerd. Dit blijkt uit recent onderzoek door Intomart GFK.
vrijdag 22 mei 2009
Op de Cypressenhof wordt al een paar jaar samengewerkt met Arduin, de buurman in het gebouw van de brede school Palet. Sommige kinderen uit de groepen van Arduin hebben hun eigen programma in een groep van de school. Dat gebeurt ook op de scholen Vossenburch en de Wissel. Het is erg fijn dat het is gelukt om voor deze drie scholen een flink bedrag aan subsidie te krijgen van de Provincie Zeeland. Het geld is heel erg welkom en zal besteed worden aan de ontwikkeling van dit inclusieve onderwijs. Want het doel ervan is de integratie van kinderen met een beperking binnen het onderwijs. Wij zijn heel blij voor deze erkenning van dit werk!
Nog vaker zien mensen discriminatie om zich heen: één op de vier heeft dit het afgelopen jaar meegemaakt. Op straat of op het werk worden mensen uitgescholden of ongelijk behandeld omdat zij 'anders' zijn. De resultaten van het onderzoek worden toegelicht op een symposium donderdag 28 mei in De Stenge in Heinkenszand. De deelnemers krijgen handreikingen mee om discriminatie in Zeeland te voorkomen en te bestrijden.
Bron: Nieuwsbrief VCO Middelburg 1-12-2009
Bron: PZC
11
Programma 1 Leefbaarheid en sociale samenhang Beleidsprogrammering Sociale Zorg, voortgang juli 2009 - juli 2010
12
Wat willen we bereiken? We streven naar leefbaarheid en sociale samenhang in wijken, kernen en buurten.
Waaraan zien we of dat bereikt is? Om ons streven naar een leefbaar en sociaal samenhangend Zeeland handen en voeten te geven, hebben we drie speerpunten geformuleerd: 1. Sociale betrokkenheid We bevorderen vitale netwerken en sociale betrokkenheid in wijken, kernen en buurten door ons te richten op burgerinitiatieven, vrijwilligerswerk en respect en vertrouwen. 2. Goede woon- en leefomgeving We bevorderen een goede en veilige woon- en leefomgeving met passende en bereikbare voorzieningen in de stad en op het platteland. 3. Ondersteuning, opvang en begeleiding We werken samen met de gemeenten via de backoffice Wmo (CZW-bureau) rond de taken discriminatie, huiselijk geweld en gemeentelijk beleid rond mantelzorg.
Wat hebben we daarvoor gedaan? Speerpunt 1 Sociale betrokkenheid Burgerinitiatieven Alle inspanningen bij dit speerpunt zijn erop gericht de initiatieven van burgers zelf en hun netwerken te versterken. We zijn hierin altijd aanvullend op gemeenten en andere partners. Op basis van het collegeprogramma hebben we enkele stimuleringsregelingen vastgesteld, waarop vanuit het lokale een beroep gedaan kan worden. Van de stimuleringsregeling ‘Local boards’ is in de afgelopen periode geen gebruik gemaakt. De gemeente Terneuzen heeft in april een subsidie ontvangen in het kader van de stimuleringsregeling dorpsplannen voor externe ondersteuning bij het maken van dorpsplannen voor de kernen Hoek en Koewacht. Eerder ontving Terneuzen een subsidie voor dorpsplannen in de kernen Biervliet, Philippine en Zaamslag. Ook de gemeente Schouwen-Duiveland maakt gebruik van deze regeling. De inspanningen van Schouwen-Duiveland zijn opgenomen in het demonstratieproject Hart van leefbaarheid (zie hoofdstuk 8). Net als voorgaande jaren wordt de Zeeuwse Vereniging van Kleine Kernen (ZvKK) gesubsidieerd voor hun rol van kennismakelaar voor burgerparticipatie op het platteland op provinciale schaal en provinciale belangenbehartiging/platformfunctie. De ZvKK heeft succesvolle netwerkbijeenkomsten gehouden, verspreid over heel Zeeland. Onderwerpen van deze drukbezochte bijeenkomsten waren bijvoorbeeld de omgang met de bevolkingsdaling; het leefbaarheidsonderzoek van Scoop; en het maken van dorpsplannen. Ook is er een website actief: www.zvkk.nl. In 2010 hebben we besloten tot beperking van de ondersteuning aan de ZVKK. Vanwege de herijkingsdiscussie samen met de bezuinigings-
noodzaak hebben we besloten de uitvoering van de prijs sociale samenhang voorlopig niet op te starten. Vrijwilligerswerk Het project “Gezamenlijk ‘groen’ vrijwilligersbeleid“ van het platform Groene vrijwilligers wordt komend jaar afgerond. Doel is het versterken en waarborgen van de kwaliteit, kwantiteit en continuïteit van het groene vrijwilligerswerk in Zeeland. De doelstelling is grotendeels behaald en de samenwerking tussen de elf ‘groene’ beroepsorganisaties verloopt goed. Ook is de website www.natuurwerk.nl/zeeland geïmplementeerd. Deze wordt steeds beter bezocht. Een andere doelstelling, namelijk het vinden en binden van (jonge) vrijwilligers verloopt moeizamer dan verwacht. Momenteel worden er plannen gemaakt voor voortzetting van het gezamenlijk vrijwilligersbeleid en de samenwerking. Dit zal mede afhangen van financiering. Op 29 september 2009 werden voor de tweede keer medailles uitgereikt in het kader van The International Award for Young People. Negen jongeren die zich hebben ingezet als vrijwilliger en daarnaast een individuele prestatie leverden, kwamen in aanmerking voor de prijs. Naast zes bronzen medailles, werden dit keer voor het eerst drie zilveren medailles uitgereikt. Ondanks het succes dat deze jongeren behaalden, zal het programma The International Award for Young People in Zeeland beëindigd worden. Er is onvoldoende draagvlak voor bij scholen. Mogelijk heeft dit te maken met de komst van de maatschappelijke stage, waardoor veel jongeren al vrijwilligerswerk doen. De vierde Beursvloer Zeeland vond in maart 2010 plaats in Terneuzen (met als spreidingsgebied Zeeuws Vlaanderen). Er werden maar liefst 203 matches gemaakt tussen 50 deelnemende organisaties en 50 deelnemende bedrijven. De provincie Zeeland bood maatschappelijke organisaties vijf gebruikte pc’s inclusief scherm en toebehoren en incidenteel gebruik van de Filmzaal aan. Het succes van de Beursvloer werd opnieuw bevestigd. De Beursvloer heeft nu alle regio's aangedaan en de aanjaagsubsidie vanuit BSZ loopt ten einde. Het is de bedoeling dat hierna een cyclus van Beursvloeren ontstaat, zodat dit succesvolle concept gecontinueerd kan worden. Over de continuering is nog niets bekend. In het project “Maatschappelijke stages in de sport“ werden leerlingen met introductielessen enthousiast gemaakt voor een maatschappelijke stage bij een sportvereniging of in het sportbuurtwerk. Daarnaast werden verenigingen en organisaties gemotiveerd en gefaciliteerd om stageplaatsen aan te bieden. Er is zowel voor jongeren als voor sportorganisaties een DVD gemaakt. Voor sportorganisaties werd een handboek ontwikkeld. Dit praktische handboek is eventueel ook te gebruiken voor andere vrijwilligersorganisaties. In totaal 279 leerlingen hebben stage gelopen bij 83 aanbieders. Subsidies in het kader van de stimuleringsregelingen vrijwilligerswerk Op het terrein van vrijwilligerswerk zijn in de BSZ drie stimuleringsregelingen opgenomen: • Stimuleringsregeling flexibilisering en vernieuwing vrijwilligerswerk.
13
Projectbezoek Gemeente Middelburg - Project: Participatiefonds woonservicezones De gemeente Middelburg wil dat de laagste inkomensgroepen die binnen een woonservicezone wonen een financiële bijdrage verlenen om er voor te zorgen dat ook zij in de maatschappij kunnen (blijven) participeren. Het doel van het project is dan ook een fonds op te richten om bewoners van 65 jaar en ouder met een minimum inkomen deze financiële bijdrage te kunnen bieden. De doelstelling is gedeeltelijk bereikt. Dat komt doordat het project veel later op gang gekomen is dan verwacht. De bijdragen vanuit het participatiefonds worden pas sinds 2008 verstrekt, terwijl het project zelf en de voorbereiding al in 2005 is gestart. Redenen hiervoor zijn dat de oplevering van nieuwbouwlocaties van ouderenwoningen werd uitgesteld of dat op sommige locaties zelfs nog gestart moet worden met de bouw. Ook zijn er mensen langer in de bestaande woonvorm blijven wonen, waardoor ze nog geen aanspraak konden maken op het participatiefonds. Het project is eenmalig, de gemeente Middelburg gaat er vanuit dat het fonds op gegeven moment niet meer nodig is, omdat er dan landelijke regelingen bestaan voor deze problematiek. De gemeente werkt intensief samen met Woongoed voor de uitvoer van dit project en deze samenwerking verloopt prima. Het belangrijkste leerpunt voor de gemeente is dat er misschien wat te makkelijk gedacht is over het opzetten van een fonds en het vergaren van de benodigde middelen. Daar kwam meer bij kijken dan aanvankelijk gedacht. Het belangrijkste advies dat gemeente Middelburg aan andere gemeenten wil geven als zij overwegen ook een participatiefonds in te richten, is dat je moet zorgen voor een goede relatie met de betrokken woningcorporaties.
• Stimuleringsregeling kennisuitwisseling en ontmoeting vrijwilligerorganisaties. • Stimuleringsregeling deskundigheidsbevordering vrijwillig bestuurlijk kader. Er is afgelopen jaar geen beroep gedaan op de stimuleringsregeling flexibilisering en vernieuwing vrijwilligerswerk. Aan de Nederlandse Patiënten Vereniging Kring Zeeland is een subsidie verleend in het kader van de stimuleringsregeling kennisuitwisseling en ontmoeting vrijwilligersorganisaties. Het betreft een activiteit voor kennisuitwisseling en delen van ervaringen tussen de bestuursleden van zes kringen van de Nederlandse Patiënten Vereniging Kring Zeeland. Vijf organisaties (Zeeuws Agrarisch Jongeren Kontakt, Stichting Vluchtelingenwerk Zeeland, Nederlandse Patiënten Vereniging afdeling Schouwen-Duiveland, Regio Scouting Zeeland en Katholiek VrouwenGilde Zeeland) hebben subsidie ontvangen in het kader van de stimuleringsregeling deskundigheidsbevordering vrijwillig bestuurlijk kader. Met Scouting Zeeland werden nieuwe afspraken gemaakt over de omvang en inzet van provinciale subsidiemiddelen. Respect en vertrouwen De elfde Maand van de Vrijheid kon meer dan 25.000 mensen
14
verwelkomen (zie ook www.maandvandevrijheid.nl). De aftrap werd op 5 mei gegeven door Jan Marijnissen die in een volle St. Jacobskerk in Vlissingen de Van Randwijklezing uitsprak. Op 28 mei werd afgesloten met de uitreiking van de Zeeuwse Vier Vrijheden-awards. Nicolas en Scott Roosevelt, achterkleinkinderen van, reikten de Zeeuwse prijzen uit en verbonden op deze wijze Roosevelts idealen aan lokale initiatieven. Wie deel heeft genomen aan één van de zestig activiteiten merkt dat nog steeds sprake is van een voor Nederland uniek concept. De vrijheid om te zeggen wat je wil, om te geloven wat je wil en beschermd te worden tegen armoede en angst: daar gaat het om. Deze basisrechten zijn uitgangspunt bij het programma. Ze worden verpakt in muziek, film, lezingen en evenementen. De Maand van de Vrijheid is er met nadruk voor jongeren die vrijheid en verdraagzaamheid aan heden en toekomst willen verbinden. Ook dit jaar hebben we met SportZeeland prestatieafspraken gemaakt over het Actiepunt! Weerbaarheid (www.actiepuntzeeland.nl). Vanuit dit punt worden weerbaarheidstrainingen in het Zeeuwse onderwijs gecoördineerd en gestimuleerd. Er is een vaste groep scholen en gemeenten die gebruik maken van het Actiepunt!.
Naam aanvrager
Project
Gemeente Terneuzen
Sociaal Maatschappelijk hart Sas van Gent
Gemeente Reimerswaal
Plan ‘Meerwaarde’ Waarde
Gemeente Vlissingen
Open Wijkschool ‘Het Kroonjuweel’ Oost-Souburg
Gemeente Vlissingen
Open Wijkschool ‘De Combinatie‘ Middengebied Vlissingen
Tabel 3.1 Projecten stimuleringsregeling multifunctionele ruimten
Speerpunt 2 Goede woon- en leefomgeving De inspanningen bij dit speerpunt zijn er op gericht de omgeving van burgers te versterken, zodat zij zelfstandig en met kwaliteit kunnen leven in hun buurt of kern. Het op peil houden van het voorzieningenniveau in onze dunbevolkte provincie door innovatie, bundeling van krachten en duurzame planning draagt hieraan bij. In het kader van de SSvZ zijn het voorzieningenniveau en de ervaren leefbaarheid voor het eerst voor heel Zeeland op het niveau van kernen en wijken in beeld gebracht. Hiermee is een cijfermatige basis verzameld voor nieuw beleid van gemeenten en provincie voor een goede en veilige woon- en leefomgeving. Het driejarig project dat door SEV (Stuurgroep Experimenten Volkshuisvesting) uitgevoerd wordt, is op dit moment op de helft. In 2009 is een voorstudie uitgevoerd naar de stand van zaken in het land rond woonservicegebieden en zijn de 10 proeftuinen geselecteerd. In Zeeland is dit het woonzorgservicecentrum Middelburg. Zij kunnen zich in dit project verder gaan ontwikkelen. Vanaf 1 januari 2010 ligt de nadruk op de start van deze ontwikkelingsmodules. Middelburg heeft gekozen voor de volgende modulen: multifunctionele wijkcentra, ontwikkeling integrale wijkzorgteams en ontwikkeling facilitering mantelzorg. In dezelfde periode is met partnerorganisaties uit Denemarken, Duitsland en Zwitserland een database opgezet met beschrijvingen van twee woonservicegebieden per land. Deze zal in augustus 2010 online gaan en zo mogelijk verder worden uitge-
bouwd. In 2011 zullen de lessen voor Nederland door vergelijking met buitenlandse praktijkvoorbeelden – en het achterliggende stelsel – in een apart rapport worden gepubliceerd. Het afgelopen jaar is er beroep gedaan op de stimuleringsregeling multifunctionele ruimten. In tabel 3.1 is een overzicht van de projecten opgenomen. Bij alle projecten gaat het om een combinatie van meerdere voorzieningen zoals gymzaal, fysiotherapeut, huisartsenpraktijk, keukenvoorziening/grand café, school, dorpshuis. Ook werd een aantal projecten afgerond die in het kader van deze stimuleringsregeling zijn gesubsidieerd. In Terneuzen is in de wijk Oudelandse Hoeve een Brede School gebouwd. In de Brede School werken basisschool De Stelle, Kinderopvang Juultje en Stichting Samenwerking Peuterspeelzalen Terneuzen samen. Daarnaast is de GGD een belangrijke partner met een ouder-kindzorg steunpunt. De leefbaarheid van de wijk heeft daarmee een belangrijke impuls gekregen. Het gebouw werd in mei 2010 op feestelijke wijze geopend. Een ander project binnen de gemeente Terneuzen is het project SOKA-Plus van de Stichting Ouderenzorg Kanaalzone. In dit project worden in meerdere kernen op een centrale plek, zogenaamde servicepunten, voorzieningen aangeboden. De servicepunten verstrekken ook informatie over wonen, zorg en welzijn voor inwoners van de kernen of wijken. De servicepunten in Westdorpe, Sas van Gent en Terneuzen zijn in gebruik genomen, waarmee de doelstelling werd behaald.
Projectbezoek Gemeente Terneuzen - Project: Brede School Oudelandse Hoeve, nu De Stelle In Terneuzen is een brede school gerealiseerd waarin de christelijke basisschool De Stelle, GGD ouder-kindzorg, Kinderopvang Juultje, BSO Krokoos en Stichting Samenwerking Peuterspeelzalen Terneuzen onderdak vinden. De opening van het gebouw vond plaats op 26 mei 2010. De bredeschool-gedachte moet zich nog wel verder ontwikkelen. De samenwerking tussen partijen moet zich nog intensiveren. Gebruik maken van elkaars ruimten is nog geen vanzelfsprekendheid. Naast de realisatie van het gebouw is een andere opbrengst van het project is de ouderkamer. Deze kamer is bedoeld voor ouders die hier kunnen samenkomen tijdens speciaal georganiseerde ochtenden en hierdoor meer betrokken raken bij de school van hun kind. Zo’n 15 ouders, vaak van allochtone kinderen, maken per keer gebruik van de ouderkamer. Een andere opbrengst is dat verschillende ruimtes gebruikt worden als vergaderlocatie door vrijwilligersorganisaties uit de buurt.
15
Speerpunt 3 Ondersteuning, opvang en begeleiding De inspanningen bij dit speerpunt richten zich op ondersteuning, opvang en begeleiding van mensen, die het om uiteenlopende redenen niet (meer) geheel zelfstandig redden in hun directe leefomgeving. Gemeenten hebben hiervoor in het kader van de Wmo de verantwoordelijkheid gekregen. De provincie moet zorgen voor de steunfunctie. Met de totstandkoming van de Back-office Wmo onder de naam CZW-bureau per 1 januari 2009 is in Zeeland een stevige uitvoeringsstructuur ontstaan voor de Wmo, waar Zeeuwsbreed wordt samengewerkt. Gemeenten kunnen op een doelmatige wijze uitvoering geven aan de Wmo, terwijl de provincie de inzet van de steunfunctietaken op de behoeften van de gemeenten kan afstemmen. Binnen de structuur van het CZW worden alle Wmo-gerelateerde, bovengemeentelijke, zaken in eerste instantie in beleidsvoorbereidende zin besproken. Het CZW heeft geen besluitvormende functie en maakt formeel onderdeel uit van het Samenwerkingsverband Oosterschelderegio (SWVO). Om die reden is gezocht naar een organisatie die uitvoering kan geven aan die zaken waar gemeenten en provincie van hebben aangegeven ook in de uitvoering te willen samenwerken. Dat betreft mantelzorgondersteuning, huiselijk geweld, en het anti-discriminatiewerk. In de loop van 2009 zijn ook de centrumgemeentetaken van Vlissingen bij het CZW-bureau ondergebracht. In 2010 is het functioneren van het CZW-bureau geëvalueerd. Besloten is deze succesvol gebleken samenwerking voort te zetten. Dit is bekrachtigd op 30 juni 2010 door het ondertekenen van een bestuursconvenant door de 13 Zeeuwse gemeenten en de provincie. Mantelzorg Door de invoering van de Wmo hebben de gemeenten de regie over de ondersteuning aan mantelzorgers en zijn in Zeeland 11 steunpunten Mantelzorg ontstaan. Dit zijn 10 lokale steunpunten en één regionaal werkend steunpunt. De vraag vanuit deze Zeeuwse steunpunten is leidend voor de functionaris mantelzorgondersteuning binnen het CZW-bureau. Dit gebeurt binnen het kader van een vooraf door het CZW geaccordeerd werkprogramma. Op basis daarvan wordt bijvoorbeeld het Zeeuws Coördinatorenoverleg Mantelzorg gefacili-
16
teerd, van waaruit onder ander het initiatief is genomen om te komen tot een gezamenlijk Zeeuwse webpagina www.mantelzorgzeeland.nl en ander voorlichtingsmateriaal. Ook is Zeeuwsbreed de cursus “Een sociaal netwerk werkt!” uitgerold, met ondersteuning van het CZW-bureau. Tenslotte is in 2010 een begin gemaakt met het opstarten van het Zeeuws Coördinatorenoverleg Vrijwillige Palliatieve Terminale Thuiszorg (VPTZ), waarvan het werkveld veel raakvlakken heeft met die van de mantelzorgondersteuning. Huiselijk geweld De functie van beleidsadviseur huiselijk geweld en vrouwenopvang van het Advies- en Steunpunt Huiselijk Geweld Zeeland (ASHGZ) is per 1-1-2009 ondergebracht in het CZWBureau. De Stichting Adesse zorgt voor de 24-uurs bereikbaarheid van de telefonische advieslijn. Voor de backoffice wordt een beroep gedaan op de bestaande hulpverleningsinstellingen. Eén van de taken waar de beleidsadviseur het afgelopen jaar druk mee bezig is geweest, is de invoering van de Wet tijdelijk huisverbod. Op 1 januari 2009 is de Wet tijdelijk huisverbod in werking getreden. Deze wet maakt het mogelijk om bij huiselijk geweld de pleger tijdelijk uit huis te plaatsen en direct zorg op te starten voor het hele gezin. De burgemeester besluit tot het al dan niet opleggen van een huisverbod. In 2009 zijn er in Zeeland 18 huisverboden opgelegd. In 2010 zijn per 1 juni al 32 huisverboden in Zeeland opgelegd. Met de invoering van het huisverbod is een bijzondere samenwerking ontstaan. De ketenpartners hebben zelf een zogenoemd ‘interventieteam’ samengesteld uit medewerkers van de drie AMW’s en Emergis. Elke organisatie heeft minimaal twee medewerkers die zich hebben aangesloten bij dit team. Deze medewerkers zijn geschoold in de ‘Signs of Safety’ methode en fungeren als casemanager bij een huisverbod. Het voordeel van dit team is dat ze direct inzetbaar zijn en met het hele gezin gezamenlijk aan de slag gaan. Daarnaast vindt er onderling intervisie plaats waardoor kennis wordt opgebouwd. Dit zorgt voor een optimale aanpak bij een huisverbod. De ervaringen zijn zo goed dat er behoefte is om deze werkwijze ook in te zetten bij andere zeer ernstige zaken van huiselijk geweld. Discriminatie Discriminatie komt ook in de provincie Zeeland voor. Het doel
Projectbezoek Castria Wonen - Project: Buurtsparen Tholen Bewoners op Tholen werd gevraagd wat zij het grootste leefbaarheidsprobleem vonden voor de start van het project. Dat bleek het verdwijnen van winkels en voorzieningen te zijn. Castria is daarop ingesprongen door het systeem van Buurtsparen te introduceren. Het verdwijnen van winkels kan worden tegengegaan als de plaatselijke consument er ook werkelijk gebruik van maakt. Daar helpt buurtsparen bij, want met dit concept spaar je als consument voor contant boodschappengeld. Bij aangesloten winkels, bedrijven en organisaties ontvangt de klant zegeltjes of cheques bij hun aankopen. Zowel de doelstelling als het resultaat zijn in zijn geheel bereikt. Buurtsparen is een succesvol project en loopt nog steeds in de kernen op Tholen. Buitenom het bereiken van de doelstelling zijn de extra effecten dat er veel meer buurtspaardeelnemers zijn dan was gedacht, namelijk 62 winkeliers. Ook zijn er alternatieve winkeltjes ontstaan, bijvoorbeeld een klein winkeltje voor dagelijkse boodschappen in zorgcentrum de Maartenshof. Er komt ook weer een nieuw project uit voort, waarbij het gaat om burenhulp, maar dit is nog in ontwikkeling. Het streven is dat het systeem Buurtsparen uiteindelijk wordt beheerd door een zelfstandige organisatie en niet meer onder de supervisie van Castria Wonen. Als Castria Wonen er nu uit zou stappen, zou Buurtsparen niet blijven bestaan. Het was een project van lange adem. Er moest een brug geslagen worden tussen de samenwerkingspartners. Het kost tijd om collega-ondernemers te laten inzien dat zij niet alleen concurrenten zijn, maar ook partners om mee samen te werken. Ook was het afwachten hoe bewoners zouden reageren op dit initiatief.
van het Anti Discriminatie Bureau Zeeland (ADBZ) is het signaleren, registreren en bestrijden van discriminatie op de gronden ras/afkomst, seksuele geaardheid, geloof, geslacht, politieke overtuiging, leeftijd en handicap. Zij hebben als taken klachtbehandeling, voorlichting en beleidsadvies. Het ADBZ is per 1 januari 2009 ondergebracht in het CZW-bureau. In 2009 zijn er 119 klachten/meldingen ontvangen bij het ADB Zeeland. In de periode januari – juni 2010 zijn er 64 klachten/meldingen en 21 verzoeken om informatie ontvangen bij het ADBZ. Mede door de Zeeuwse campagne 2009 tegen discriminatie is de bekendheid toegenomen en daarmee het aantal klachten verdubbeld. De landelijke campagne start op 23 augustus 2010 en loopt tot 24 september 2010. ADBZ sluit hierbij aan via o.a. persberichten en artikelen met Zeeuwse ambassadeurs. Verder is het ABDZ bezig met de voorbereiding van een campagne specifiek gericht op jongeren in 2011. Wat heeft het gekost? Totaalbedrag projecten € 571.930 Totaalbedrag activiteiten € 86.781 Overige kosten € 133.071 Totaal kosten
€ 791.782
Demonstratieprojecten Binnen dit programma worden twee demonstratieprojecten uitgevoerd: • Demonstratieproject Sociaal Stedenbeleid • Demonstratieproject Hart van Leefbaarheid SchouwenDuiveland De voortgang van beide projecten wordt beschreven in hoofdstuk 8. Tussenbalans en vervolgacties Zoals u kunt zien, zijn op het terrein van ‘leefbaarheid en sociale samenhang’ veel activiteiten uitgevoerd met positief resultaat. Wat ook duidelijk is, is dat het een heel omvangrijk programma is met heel uiteenlopende doelstellingen. In feite is het een soort parapluprogramma. Alle provinciale inspanningen zijn gericht op leefbaarheid en sociale samenhang. In de kadernota Beleidsprogrammering sociale zorg 20122016 is dit verwoord in het centrale thema behoud en bevordering van leefbaarheid. Uit te werken thema’s die relatie hebben met het huidige programma Leefbaarheid en sociale samenhang zijn: • Leefbaarheid: een toekomstbestendig voorzieningenniveau en vergroten collectieve redzaamheid.
17
• Sociale veiligheid: nader bekeken. • Vrije tijd: sport, gezond & uitdagend en vrijwilligers. Het thema voorzieningen maakt ook onderdeel uit van de notitie ‘Het Routepad’. Hierin wordt gesteld dat niet het aantal voorzieningen op korte afstand bepalend is voor de leefbaarheid, maar dat het belangrijker is te investeren in de bereikbaarheid en kwaliteit van voorzieningen. De uitkomsten van de Sociale Staat van Zeeland bevestigen dit beeld met cijfers. In het kader van het Nationaal Actieplan Bevolkingsdaling wordt in de regio Zeeuws Vlaanderen gestart met een experiment op dit terrein, getiteld “Masterplan Voorzieningen Zeeuws Vlaanderen”. De doelen zijn als volgt te omschrijven: • Bepalen van de krimpopgave ten aanzien van de voorzienin-
18
gen in Zeeuws Vlaanderen in termen van capaciteit, kwaliteit, spreiding en clustering van voorzieningen. • Lange termijnvisie ten aanzien van het toekomstig voorzieningenaanbod met daarbij keuzemogelijkheden/scenario’s. • Uitwerking visie in een uitvoeringsprogramma en concrete uitwerking van een aantal “quick-wins”. In de inventarisatie en analyse wordt onderzoek gedaan naar het huidige beleid van gemeenten, het bestaande aanbod van voorzieningen, omgevingsfactoren, externe ontwikkelingen en trends en de vraag of behoefte aan voorzieningen voor de komende twintig jaar. Op basis van de inventarisaties worden de visie en het plan gemaakt. Hierbij wordt eerst een aantal scenario’s opgesteld en beoordeeld. Naar verwachting zijn de resultaten begin 2011 bekend.
Programma 2 Meedoen & Nieuwe Kansen Beleidsprogrammering Sociale Zorg, voortgang juli 2009 - juli 2010
19
Wat willen we bereiken? We streven naar een inclusieve en toegankelijke samenleving voor alle burgers.
• Klaverblad informeert het algemene publiek over zorg en dienstverlening vanuit zorgvragersperpectief. • Klaverblad bevordert actief de inclusieve samenleving, met name de bouwkundige aspecten. De voortgang en de resultaten van de werkafspraken worden tijdens een halfjaarlijks bestuurlijk overleg geëvalueerd.
Waaraan zien we of dat bereikt is? Om ons streven naar een inclusieve samenleving handen en voeren te geven, hebben we vier speerpunten geformuleerd: 1. Belangenbehartiging: We bevorderen belangenbehartiging van kwetsbare burgers, zoals zorgvragers. 2. Toegankelijkheid: We stimuleren de toegankelijkheid van de samenleving voor mensen met een beperking. 3. Niemand aan de zijlijn: We willen bereiken dat alle groepen mee kunnen doen aan de samenleving. 4. Tijdelijk vangnet: We bieden een tijdelijk vangnet voor groepenburgers die buiten de boot vallen.
Sinds 2009 heeft de Zeeuwse afdeling van LFB Onderling sterk, een belangenorganisatie voor een door mensen met een verstandelijke beperking kantoorruimte bij Het Klaverblad. Vanuit BSZ is de inrichting van deze kantoorruimte mogelijk gemaakt. In 2009 heeft Het Klaverblad de ‘Baas met begrip’-Award geïntroduceerd. Werkgevers die goede faciliteiten bieden aan werknemers die ook mantelzorger zijn, worden in het zonnetje gezet. De eerste Award kreeg ECS Technics uit Terneuzen uit handen van gedeputeerde van Heukelom.
Wat hebben we daarvoor gedaan? Speerpunt 2 Toegankelijkheid Speerpunt 1 Belangenbehartiging Bij dit speerpunt zijn de inspanningen gericht op het vergroten van het zelforganiserend vermogen van mensen. Gebundelde krachten in sociale netwerken en zelforganisaties kunnen vaak meer bereiken dan een individu. Het Klaverblad is de organisatie die zich richt op het versterken van de positie van de Zeeuwse zorgvrager, zowel individueel als collectief. Om dat mogelijk te maken, worden jaarlijks werkafspraken gemaakt met Het Klaverblad rond de volgende prestatievelden: • Klaverblad werkt er actief aan in Zeeland de algemeen erkende instelling op het terrein van de belangenbehartiging van zorgvragers, WAO-ers en mantelzorgers te zijn. • Klaverblad behartigt actief de collectieve belangen van deze groepen bij relevante andere partijen. • Klaverblad ondersteunt verschillende achterbanorganisaties. • Klaverblad is een onafhankelijk informatiepunt voor alle Zeeuwse zorgvragers.
De inspanningen bij dit speerpunt zijn gericht op het fysiek toegankelijk maken van voor publiek toegankelijke plaatsen. Voor de stimuleringsregeling is in april 2010 één subsidieaanvraag ingediend en gehonoreerd. Daarnaast zijn nog enkele kleinere subsidies toegekend. Fort Ellewoutsdijk Natuurmonumenten wil Fort Ellewoutsdijk restaureren en toegankelijk maken. In het Fort wordt één invalidetoilet gerealiseerd, rolstoelvriendelijke opritjes naar de kazematten en de poort en binnenplaats worden verhard, zodat mensen in een rolstoel makkelijker naar binnen kunnen. Tot slot worden twee invalideparkeerplaatsen gerealiseerd. Vanuit BSZ is € 50.000,— subsidie aan dit project verleend uit de stimuleringsregeling publiek toegankelijke plaatsen. Onbeperkt leren in beeld! In samenwerking met diverse andere (zorg en onderwijs)
Projectbezoek Gemeente Schouwen-Duiveland - Project: plan van aanpak gemeente Musea Zierikzee Het museum wil de historische band tussen de stad, het (ei)land en de zee voor een breed publiek toegankelijk maken door het museum te renoveren en tegelijkertijd een lift voor minder validen aan te brengen. De doelstelling is nog niet gehaald, omdat de oplevering van de lift gepland is voor de laatste week van januari 2011. De voorbereidende werkzaamheden voor het plaatsen van de lift vinden nu plaats en lopen op schema.
Projectbezoek Cultureel Centrum Den Dullaert - Project: Lift voor minder validen Cultureel Centrum Den Dullaert wil haar zalen ook bereikbaar maken voor mensen met een fysieke beperking en daarvoor een lift voor minder validen aanbrengen. Het resultaat is nog niet gerealiseerd, omdat de lift nog niet geplaatst is. De voorbereidende werkzaamheden zijn nog niet gestart, die staan gepland voor het einde van het jaar, dan is ook de plaatsing van de lift voorzien. Een andere opbrengst van dit project buitenom de lift is dat er een intensiever contact is ontstaan tussen Stichting Den Dullaert en de Stichting minder validen Kloosterzande. Deze stichting komt maandelijks samen in Den Dullaert. Daarnaast wordt één keer per drie maanden een gesprek gevoerd met de betrokken partijen. Uit deze bijeenkomsten komen goede ideeën voort met als doel de activiteiten in Den Dullaert uit te breiden voor een nog breder aanbod.
20
organisaties, heeft het Centrum voor Kunst- en Cultuureducatie in het voorjaar van 2010 een symposium georganiseerd. Het doel van deze bijeenkomst was het bieden van een podium voor dialoog, ontmoeting en ontplooiing voor studenten en zorgorganisaties. Hiermee wil men de positieve beeldvorming van mensen met een beperking bevorderen. Integratie aangepast sporten Het Calvijn College gaat alle derdejaars leerlingen kennis laten maken met aangepast sporten. In twee lesuren wordt er gesproken met sporters met een handicap en gaan zij vervolgens zelf in een rolstoel sport beoefenen. Om dit project uit te voeren heeft het Calvijn College subsidie ontvangen. Nederlandse Vereniging van Blinden en Slechtzienden (NVBS) De NVBS organiseerde een weekend waarin blinden en slechtzienden elkaar kunnen treffen. Dit weekend is georganiseerd met de doelstellingen: het onderhouden van contacten en het geven van voorlichting. Er is in het afgelopen jaar door gemeenten geen gebruik gemaakt van de stimuleringsregeling preventief aanpassen van eengezinswoningen.
Speerpunt 3 Niemand aan de Zijlijn De inspanningen bij dit speerpunt zijn gericht op deelname van kwetsbare groepen aan de samenleving, emancipatie, armoede
en het bijdragen aan lokaal openbare geestelijk gezondheidsbeleid in samenspraak met de Zeeuwse gemeenten. Deelname kwetsbare groepen Het project ‘Ticket to the future’ is afgerond. De doelstellingen van het project zijn niet helemaal gehaald. Doel van het project was het uitdelen van leerbonnen aan laaggeletterden in Middelburg, Vlissingen en Noord-Beveland. Met deze leerbon konden laaggeletterden zich bij het ROC aanmelden voor een NT1-cursus. In Vlissingen werden 12 leerbonnen uitgereikt, in Middelburg 0 en in Noord-Beveland 2. Oorzaken voor het onvoldoende slagen zijn o.a. het taboe rond laaggeletterdheid en het feit dat wijkprofessionals (hulpverlening, onderwijs, opbouwwerk, gezondheidszorg) aangaven niet op zoek te willen naar vrijwilligers (intermediairs) die een brug zouden kunnen slaan tussen laaggeletterde buurtbewoners en het ROC. In juni 2010 is het project Resto van Harte gestart. Vijf (al bestaande) grand cafés in Middelburg worden in september de ontmoetingsplek voor mensen uit alle lagen van de bevolking, waarbij ontmoeten en eten centraal staan. Rondom de maaltijd worden activiteiten georganiseerd om mensen te informeren en met elkaar in contact te brengen. De keukens zijn leerwerkplekken voor scholieren en ze bieden vrijwilligers de kans om zinvol werk te doen. Omdat Middelburg als pilotgemeente fungeert, is met de initiatiefnemer afgesproken dat de Middelburgse resultaten overdraagbaar moeten zijn voor de rest van Zeeland.
Projectbezoek Stichting Space Station - Project: Edoekatie Het project Edoekatie heeft als doel een reguliere kunstopleiding op te zetten binnen een regulier opleidingsinstituut voor mensen met een zeer intensieve hulpvraag. De doelstelling is geheel bereikt. Space Station is een samenwerking aangegaan met het ROC. Binnen het opleidingenpakket wordt nu een driejarige kunstopleiding aangeboden voor deze specifieke doelgroep. De lessen worden druk bezocht en de deelnemers, allemaal met een meervoudige beperking, zijn enthousiast. Space Station is begonnen met zes studenten, dat zijn er inmiddels 17. Er is nu zelfs een wachtlijst. Een andere opbrengst van dit project is dat leerlingen van het ROC die een opleiding volgen op het terrein van zorg praktijkervaring kunnen opdoen tijdens de lessen van de kunstopleiding. Het belangrijkste leerpunt in dit project is voor de stichting de factor tijd geweest. Ze hadden onvoldoende tijd uitgetrokken voor de voorbereiding van het project. Ook vormt het vervoer van de studenten een probleem, omdat ze speciaal vervoer nodig hebben. Stichting Space Station wil van dit project een landelijk project maken en gebruikt hiervoor haar contacten in haar landelijk netwerk.
21
Projectbezoek Gemeente Veere - Project: Preventief aanpassen eengezinswoningen/opplussen Het doel van het project is eengezinswoningen in de gemeente Veere op te plussen voor zowel eigenaar bewoners als huurders om er voor te zorgen dat mensen zo lang mogelijk in de eigen omgeving kunnen blijven wonen. Gemeente Veere werkt hiervoor samen met Woonburg en Stichting Welzijn Veere. De doelstelling van het project is gedeeltelijk bereikt. Dit komt omdat de scheidslijn tussen wat bij de Wmo hoort en wat bij dit project niet helemaal duidelijk is. Bijvoorbeeld als mensen in het kader van de Wmo een aanvraag doen voor een verhoogd toilet krijgt men een opzetstuk. Vraagt men een verhoogd toilet aan binnen de opplusregeling dan krijg je ook daadwerkelijk een verhoogd toilet. De belangrijkste leerpunten uit dit project zijn goed en open overleg voeren met de partners om strubbelingen te voorkomen of op te lossen. De gemeente moet zorgen voor een snelle afhandeling van de aanvraag binnen één à twee weken. Om de doelstelling alsnog te kunnen halen, wordt het project met een half jaar verlengd.
Emancipatie Een van de opdrachten uit het initiatiefvoorstel van PS is er voor te zorgen dat de provinciale adviesraden- en -commissies voor minimaal 40% uit vrouwen bestaan. In het najaar van 2009 hebben wij alle provinciale adviesraden en –commissies gevraagd of zij inmiddels voor minimaal 40% uit vrouwen bestaan. Van de tien adviesraden en –commissies is er bij twee (Raad voor de Cultuur en Commissie Bezwaarschriften) in 2009 een bezetting van meer dan 40% gehaald. Eén commissie (Provinciale Commissie Wonen) zit met het aantal vrouwen onder de 10%. Echter, de provincie hecht ook waarde aan de vrijheid van organisaties en instellingen om de samenstelling van adviesraden of – commissies zelf te laten bepalen. Scoop ondersteunt het Platform Zeeuwse Vrouwenraad (PZV) bij het vinden van en komen tot een nieuwe rol. De Vrouwenraad heeft in het najaar van 2009 een meerjarenbeleidsplan aangeboden aan de voorzitter van de commissie Welzijn en gedeputeerde Van Waveren. Het platform heeft inmiddels een nieuwe naam: Zeeuws Vrouwen Platform. Het platform organiseert symposia en themabijeenkomsten om te bevorderen dat zoveel mogelijk vrouwen in Zeeland zich bewust zijn van hun positie en mogelijkheden. Zo hebben zij een bijeenkomst over het bespreekbaar maken van huiselijk geweld en een netwerkbijeenkomst ‘Bitch or Babe’ medegeorganiseerd. Armoedebeleid en ondersteuning Splinter Dankzij de aangenomen motie in Provinciale Staten om een Armoedefonds van € 200.000,— in te stellen hebben we het
22
afgelopen jaar de samenwerking tussen en met gemeenten verdiept. Daarnaast zijn een aantal Zeeuwsbrede projecten gefinancierd uit het Armoedefonds. In tegenstelling tot de eerste Armoedemonitor deden aan de tweede monitor alle Zeeuwse gemeenten mee. De belangrijkste conclusies uit de tweede Armoedemonitor op een rij: 1. Ruim 9.000 huishoudens (5,3%) heeft een inkomen onder de 105% van het sociaal minimum. Drie jaar geleden was dit 5,9%. Landelijk is de raming 6,8%. 2. Naar regio uitgesplitst: Walcheren telde de meeste minimahuishoudens (6,9%), dan Zeeuws-Vlaanderen (5,9%) en daarna de Oosterschelderegio (3,7%). De gemeente Vlissingen telt het meeste minimahuishoudens (8,1%), gemeente Veere de minste (2,4%). 3. Bijna 59% behoort al langer dan 3 jaar tot de minima, de zogenaamde langdurige minima. 4. Het totaal aantal personen dat deel uitmaakt van een huishouden onder het sociaal minimum is 16.692 (4,4%). Ruim een kwart hiervan is jonger dan 18 jaar (ruim 4.000; 25,1%) Met betrekking tot langdurige minima valt juist op dat deze groep uit relatief veel ouderen bestaat. 5. 17% van de minima maakt van geen enkele aanvullende regeling gebruik. Ook in de tweede Zeeuwse armoedemonitor is vastgesteld dat van de Zeeuwse minima de jongeren onder de 27 jaar, de 65plussers/AOW-ontvangers, alleenstaanden, plattelandsbewoners en mensen die minder dan een jaar van het huidig lage inkomen moeten rondkomen het minst gebruik maken van de beschikbare regelingen.
De aanbevelingen uit de eerste Armoedemonitor zijn vooral opgepakt door de gemeenten. Ook de aanbevelingen in de tweede Armoedemonitor zijn voornamelijk aan gemeenten gericht. Het komend jaar wordt bekeken of sommige van die aanbevelingen in Zeeuws verband opgepakt kunnen worden. Daarvoor kunnen de resterende middelen uit het Armoedefonds gebruikt worden. De gemeenten hebben gezamenlijk een bedrag gekregen uit het Armoedefonds om bestanden te koppelen. Zo kan het onterecht niet-gebruik van voorzieningen verminderd worden, omdat gemeenten dan gericht burgers kunnen attenderen op regelingen waar ze recht op hebben. Daarnaast is het afgelopen jaar aan alle Zeeuwse gemeenten subsidie verstrekt uit het Armoedefonds voor de implementatie van de website ‘Bereken uw recht’. Deze website is bedoeld om burgers te helpen bij het maken van een berekening van landelijke, maar ook lokale regelingen waar zij recht op hebben om ook zo weer het niet-gebruik te verminderen. Splinter is het Zeeuwse platform voor de bestrijding van armoede en sociale uitsluiting. Naast een jaarlijkse subsidie van de provincie, ontvangt Splinter bestuurlijke ondersteuning van Scoop. Splinter verzorgt de trainingen van cliëntenraden van sociale diensten. Tijdens de jaarvergadering van Splinter werd het thema ‘particuliere initiatieven in relatie tot armoedebestrijding’ besproken. Aan Splinter is duidelijk gemaakt dat de ondersteuning en de subsidie in de toekomst zal verminderen. Geestelijke gezondheidszorg Het project ‘Vriendendienst als deel van het Maatschappelijk Steun Systeem’ van Emergis organiseert en begeleidt sinds 2005 maatjescontacten voor mensen met langdurige psychiatrische problematiek die in een isolement dreigen te raken als gevolg van het psychisch ziek zijn. De Vriendendienst maakt deel uit van een formeel en informeel zorgondersteuningssysteem dat cliënten op vele manieren ondersteunt bij hun pogingen om in de samenleving te participeren. Door de invoering van de Wmo kwam de verantwoordelijkheid voor de Vriendendienst bij de gemeenten te liggen. De gemeenten in Zeeland besloten het aanbod Vriendendienst te behouden en deze onder te brengen bij de lokale steunpunten mantelzorg en vrijwilligerswerk. In het overgangsjaar 2009 is
door gemeenten gewerkt aan een goed onderbouwd inhoudelijk standpunt inzake de mogelijkheid van ondersteuning van cliënten en vrijwilligers van Vriendendienst en werd voor Vriendendienst Emergis tijd gecreëerd om het aanbod met zorgvuldigheid af te sluiten dan wel over te dragen. Emergis maakte een plan van aanpak voor een zorgvuldige, kwalitatief goede overdracht van mensen en methodiek. Dit proces is inmiddels afgerond. Het CZW Bureau heeft ook een taak op het gebied van maatschappelijke opvang en vrouwenopvang (namens de centrumgemeente). De primaire aandachtsgebieden zijn de zorg voor sociaal kwetsbare personen, waarbij onderscheid gemaakt wordt naar dak- en thuislozen, ambulante verslavingszorg, zwerfjongeren en provinciale OGGz-taken. Het primaire doel hierbij is: • het realiseren van de uitvoering van de doelstellingen van het Zeeuws Kompas; • formuleren van (regionale) beleidsvisie op de omvang en het karakter van de inspanningen van de verschillende participanten. Het gaat om de functies preventie, opvang, handhaving en herstel, afgezet tegen de regionale problematiek van de gehele kwetsbare groep waarop de opvang zich richt; • zorg dragen voor een adequaat, gedifferentieerd voorzieningenniveau. Hierbij aanpalende sectoren aanspreken op hun verantwoordelijkheid, al dan niet door middel van vastgelegde inspanningsverplichtingen; • stimuleren van het kwaliteitsbeleid in de opvangvoorzieningen en toezicht houden op de kwaliteit; • uitvoering geven aan de regierol van de centrumgemeente Vlissingen gericht op bovenlokale voorzieningen die de grenzen van de gemeenten overschrijden. Voor 2010 is een nadere inhoudelijke beleidsontwikkeling gepland. Het Zeeuws Kompas wordt aangepast, rekening houdend met het beschikbare budget na toepassing van de nieuwe landelijke verdeelsleutel.
Speerpunt 4 Tijdelijk vangnet De inspanningen bij dit speerpunt zijn er op gericht om groepen burgers die buiten de boot dreigen te vallen een tijdelijk vangnet te bieden. De afgelopen periode hebben we de stichting Inlia intensief bijgestaan bij de afbouw van de stichting en bijbehorende overdracht van kennis en werkzaamheden.
23
Om daar uitvoering aan te geven is een projectplan opgesteld door de stichting. Doel van het project is de kennis en kunde op het terrein van asielzoekers (met een illegaal verblijf) te borgen en over te dragen aan gemeenten en kerken. Daarna, per 1 november 2010, wordt de stichting Inlia opgeheven. Wat heeft het gekost? Totaalbedrag projecten € 361.668 Totaalbedrag activiteiten € 14.872 Overige kosten € 918 Totaal kosten
€ 377.458
Demonstratieprojecten In dit programma wordt het demonstratieproject Integratie openbaar vervoer & doelgroepenvervoer uitgevoerd. De voortgang hiervan is beschreven in hoofdstuk 8.
Tussenbalans en vervolgacties Zoals u kunt zien, zijn op het terrein van ‘meedoen en nieuwe kansen’ veel activiteiten uitgevoerd met positief resultaat. Wat ook duidelijk is, is dat participatie van alle burgers aan de maatschappij nog steeds geen vanzelfsprekendheid is. In de kadernota Beleidsprogrammering sociale zorg 20122016 is geen expliciete aandacht voor participatie opgenomen. Uit te werken thema’s die relatie hebben met het huidige programma Meedoen en nieuwe kansen zijn: • Sociale veiligheid: nader bekeken. • Gezondheid: Zeeland de ‘gezondste’ provincie van Nederland • Zorgen: mantelzorg en Zeeuws zorgaanbod • Vrije tijd: sport, gezond & uitdagend en vrijwilligers.
Projectbezoek Stichting Maatschappelijk Werk Oosterschelderegio (SMWO) Project: Cliëntgestuurd netwerk Oosterschelderegio Ondanks de vele zorg die wordt geboden, zijn er toch mensen die buiten de boot dreigen te vallen. Het SMWO heeft zich afgevraagd hoe dit komt, hoe situaties te signaleren zijn en waar die mensen te vinden zijn. Hiervoor is het project cliëntgestuurd netwerk opgericht. Er zijn verschillende mensen aangemeld die buiten de boot dreigden te vallen. Hulp is ingezet, soms alleen vanuit het projectteam, maar ook in samenwerking met andere partners. Er wordt gezocht naar heldere communicatie en afstemming van hulpverleningsplannen. De doelgroep van dit project zijn multi-problems: drop-outs, jongeren die eigenlijk bij Bureau Jeugdzorg Zeeland terecht horen, gevorderd dementerenden. Dit zijn over het algemeen mensen die sociale vaardigheden missen om zelf actie te ondernemen en die moeilijk naar zichzelf durven te kijken. Inmiddels is er een projectteam aangesteld. Het project is gestart in Goes, omdat de stuurgroep in Goes is gevestigd. De eerste stappen zijn gezet om tot een eenduidig en overdraagbaar intakeformulier te komen wat voor iedere hulpverlener werkbaar is. Dit model wordt door de projectpartners uitgeprobeerd via de Delphi-methode. Ook is er een sociale netwerkkaart in ontwikkeling. Het project is nu een jaar actief en loopt nog een jaar door. Tussentijds kunnen er al diverse leerpunten worden benoemd, zo heeft men zich onvoldoende gerealiseerd dat er op verschillende niveaus samengewerkt moet worden binnen dit netwerk. Het is een zoektocht geweest om de juiste manier van werken te krijgen binnen het team, het management en directeuren. Eigenlijk gaat het om een reorganisatie van het maatsschappelijke middenveld en dat doe je niet even in een project van twee jaar.
24
Programma 3 Jeugd telt mee Beleidsprogrammering Sociale Zorg, voortgang juli 2009 - juli 2010
25
Wat willen we bereiken? Zeeland is de beste provincie om groot te worden. We geven ieder kind en iedere jongere van 0-23 jaar de kans om zich zo goed mogelijk te ontwikkelen in Zeeland. We streven naar een verbetering van het leefklimaat voor alle Zeeuwse jeugdigen.
Waaraan zien we of dat bereikt is? Om ons streven naar de beste provincie om groot te worden handen en voeten te geven, hebben we vier speerpunten geformuleerd: 1. Jeugdparticipatie: We ondersteunen nieuwe manieren om de betrokkenheid van de jeugd bij hun leefomgeving te vergroten en een betere aansluiting te realiseren tussen provinciaal beleid en de leefwereld en werkelijke behoeften van jongeren. 2. Vrije tijd: We bevorderen een aansprekend aanbod aan sport- en cultuuractiviteiten voor de jeugd. 3. Onderwijs: We stimuleren een sluitende samenwerkingsketen die schooluitval en schoolverzuim voorkomt in de gehele ontwikkelingslijn van voorschool naar hoger onderwijs. 4. Preventief beleid: We bevorderen een goede afstemming met en samenwerking tussen provincie, gemeenten, hulpverleningsinstanties en onderwijs bij het ontwikkelen van een provinciebreed samenhangend preventief jeugdbeleid.
Periodiek worden hierover thema(plus)rapporten uitgebracht voor beleidsmakers van gemeenten, instellingen en onderwijs. In de periode juli 2009- juli 2010 ging het hierbij om: • Ouders jonge kinderen: Kerngegevens (2009) • Ouders jonge kinderen: Kinderopvang en peuterspeelzalen (2010) • Primair onderwijs: Partners in cultuureducatie (2010) • Plusrapport: Eénoudergezinnen (2010) Op basis van de resultaten van de jeugdmonitor voert Scoop adviesgesprekken met alle Zeeuwse gemeenten. De monitor wordt door de provincie en de Zeeuwse gemeenten gezamenlijk gefinancierd.
Speerpunt 1 Jeugdparticipatie De inspanningen bij dit speerpunt zijn gericht op het ondersteunen van nieuwe manieren om de betrokkenheid van de jeugd bij hun leefomgeving te vergroten en een betere aansluiting te realiseren tussen provinciaal beleid en de leefwereld en werkelijke behoeften van jongeren. JongerenDenktank De JongerenDenktank is nu meer dan twee jaar operationeel en de bevindingen zijn positief. De jongeren hebben in het afgelopen jaar meegedacht over de volgende onderwerpen: Verkeersveiligheid, Cultuur, Kustbeleid, Duurzame Ontwikkeling, Sociale Staat van Zeeland, uitgaansvervoer, Bevrijdingsfestival (Maand van de Vrijheid), Taskforce Onderwijs en provinciale verkiezingen in 2011 (hoe trekken we meer jongeren naar de stembus).
Wat hebben we hiervoor gedaan? Algemeen Sinds het vaststellen van de nota Integraal Jeugdbeleid begin 2007, zijn we aan de slag gegaan met het uitwerken van de daarin genoemde 38 actiepunten. De nota loopt tot 2012 en het realiseren van de doelstellingen en actiepunten gaat verder in de komende jaren. Alle subdoelen uit het programma Jeugd telt mee hebben een directe link met de beleidsdoelstellingen die zijn opgenomen in de nota Integraal Jeugdbeleid. RBA Monitoring gebeurt door middel van de RBA methode: Result Based Accountability. Bij deze methodiek worden per thema uit de nota Integraal jeugdbeleid maatschappelijk gewenste effecten geformuleerd met daaraan gekoppeld indicatoren die iets zeggen over dit effect. Samen met de gemeenten hebben we indicatoren vastgesteld die zowel van toepassing zijn op het provinciale als het gemeentelijke jeugdbeleid. De indicatoren worden jaarlijks in een trendlijn geplaatst. Op basis van deze trendlijn en de discussie met betrokkenen wordt gestreefd naar een afgestemde agenda. Jeugdmonitor In de prestatieafspraken met Scoop is vastgelegd dat zij de jeugdmonitor bijhouden en gegevens levert over de jeugd van 023 jaar op de terreinen: algemeen, onderwijs, welzijn, cultuur, gezondheid, jeugdzorg, wonen en leefomgeving, sociale zaken en arbeid, openbare orde en veiligheid, sport en mobiliteit met als doel jeugdbeleid te ontwikkelen, uit te voeren en te evalueren.
26
Duurzaamheid Het idee van de Groene Sportschool dat in het kader van duurzaamheid door vijf jongeren bedacht is, wordt nu verder ontwikkeld als businesscase door het Zeeuwse onderwijs. Diverse Zeeuwse sportscholen hebben al aangegeven interesse te hebben in deze businesscase. Eveneens in het kader van duurzaamheid zijn vanuit de JongerenDenktank ‘6 groene leeuwen‘ voor de Provincie van start gegaan. Deze jongeren adviseren de Provincie op het gebied van duurzaamheid en ontwikkelen op eigen initiatief educatief materiaal over duurzaamheid. Zij worden hierin begeleid door medewerkers van de provincie Zeeland. Europa Er zijn het voorbije jaar diverse activiteiten ondernomen in het kader van jongeren en Europa. Zo is Europarlementariër Marietje Schake (D66) op bezoek geweest in Middelburg en heeft met de JongerenDenktank gesproken. Samen met studenten van de Hogeschool Zeeland is er een bezoek gebracht aan Brussel. In samenwerking met gemeente en jongerenraad Goes is Goes voorgedragen als Europese Jongerenhoofdstad 2013, met als doel om het Zeeuwse en Goese jeugdbeleid op de Europese kaart te zetten. 1 juni 2010 hebben we het bidbook aangeboden in Brussel. 14 juli 2010 werd bekend gemaakt dat we op de shortlist staan samen met Derry (United Kingdom), Maribor (Slovenia) and Karlstad (Sweden). Op 13 oktober 2010 wordt bekend gemaakt wie zich in 2013 Europese jongerenhoofdstad mag noemen.
Chatsessies We willen steeds op nieuwe manieren jongeren betrekken. In juni 2010 hebben we een chatsessie gehouden met de jongerendenktank. 20 jongeren hoefden niet te reizen, maar gaven vanaf thuis snel en gemakkelijk hun mening over diverse onderwerpen. Dit bleek een vernieuwende en succesvolle methode. Zoals voorgaande jaren blijven we actief inzetten op het bereiken van een zo divers mogelijke groep jongeren in de JongerenDenktank. Daartoe worden diverse initiatieven genomen zoals bezoeken aan de jongerenraden, workshops op scholen, maar ook promotie bij bijvoorbeeld de City Party (Middelburg). Jongeren konden hun wensen voor Zeeland aan een ballon de lucht insturen. Zeeuws Jeugdnetwerk Daarnaast willen we het Zeeuwse (jeugd)netwerk versterken door de partners uit het veld meer met elkaar in contact te brengen (jongeren, jongerenwerkers, beleidsmedewerkers, jongerenraden e.d.) en op deze wijze samenwerking en koppeling van bestaande en nieuwe initiatieven stimuleren. Een tweede (gezamenlijke) dag heeft plaatsgevonden op 12 december 2009 in Ovezande en is georganiseerd door jongeren van de Denktank in samenwerking met de jongerenraad Borsele. In december 2010 zal een derde gezamenlijke dag plaatsvinden in Middelburg. Dit keer gericht op de bredere regio (Brabant, Zeeland en Zuid-Holland) en in samenwerking met de nationale jeugdraad (NJR). www.jouwzeeland.nl Per 1 juli 2010 is de provinciale jongerenwebsite ingekrompen. De website richt zich nu voornamelijk op jongerenparticipatie. Voor jongerennieuws is www.watisnouje.nl opgericht door de PZC. Voor diverse activiteiten werken www.jouwzeeland.nl en www.watisnouje.nl samen.
provinciale voorrondes en een bijdrage geleverd in de facilitering. Jongeren worden zo bij de politiek en hun eigen leefomgeving betrokken en gestimuleerd zich te verdiepen in maatschappelijke en politieke kwesties. Ook dit jaar zijn de doelstellingen ruimschoots gehaald: in totaal hebben 70 Zeeuwse jongeren tijdens het Nationale Jeugddebat deelgenomen aan een of meerdere debatten. Aan het Lagerhuis debat deden twee Zeeuwse scholen mee. De provincie Zeeland faciliteert jaarlijks ook het Model European Parliament waaraan ongeveer 50 jongeren van vijf verschillende scholen meedoen. Jongeren spelen gedurende een week het Europees Parlement na. Tien deelnemers worden geselecteerd voor de landelijke voorrondes. Met als uiteindelijk doel om op Europees niveau te debatteren. Scoop heeft in het kader van de prestatieafspraken in 2008 een debatstructuur ontwikkeld: I-Debate voor jongeren in Zeeland i.s.m. IDEA-NL, de international debate education association die daarvoor subsidie ontving van de provincie Zeeland. Het ROC Zeeland en een aantal middelbare scholen zijn hierbij betrokken. Doel is Zeeuwsbreed jongeren te prikkelen tot het voeren en opzetten van debatten met leeftijdsgenoten en hun bredere leefomgeving over verschillende maatschappelijke onderwerpen. In 2010 is het project – met verlenging – afgerond. Gezien het succes van het project en het enthousiasme van de betrokkenen kijkt Scoop nu hoe dit ‘debat in de buurt’- project een structurele inbedding kan krijgen in Zeeland. Aansluitend bij dit project, ontvangt Zeeland in de zomer van 2010 ongeveer 260 jongeren uit 42 verschillende landen voor het Youth Forum 2010. Vanuit Zeeland zijn ook deelnemers aan I-debate afgevaardigd. De organisatie van het Youth Forum 2010 is in handen van IDEA en Scoop. Dit project wordt vanuit het provinciaal Integraal Jeugdbeleid mede gefinancierd.
Speerpunt 2 Vrije tijd Jongeren en debat Het Nationale Jeugddebat (28 januari 2010) is een landelijke debatvorm voor jongeren, georganiseerd door de NJR. Op Weg Naar het Lagerhuis (8 maart 2010) is ook een landelijke debatvorm, maar voor scholen en scholieren, georganiseerd door de VARA. Jaarlijks vinden de voorrondes ook in Zeeland plaats. De provincie Zeeland heeft subsidie verleend voor de
Ter bevordering van een aansprekend aanbod aan sport- en cultuuractiviteiten voor de jeugd werd een aantal activiteiten en projecten gesubsidieerd. Dancetour Voor het vijfde jaar op rij werd in Goes het dancejongerenfestival Dancetour georganiseerd op 25 juli 2010. Zeeuwse jon-
27
geren worden actief bij de organisatie van het festival betrokken. Door de unieke combinatie van topartiesten, gratis entree en als locatie het centrum van de stad worden duizenden jongeren intensief bereikt. Wij hebben dit project wederom vanuit het integraal jeugdbeleid gesubsidieerd. In de sportnota worden sport en bewegen nog nadrukkelijker neergezet als middel onder meer voor de bevordering van de gezondheid, participatie en vanuit een voorbeeldfunctie. Jeugd is daarbij een van de prioritaire doelgroepen. SportZeeland voert in het kader van het prestatiecontract projecten uit gericht op bevordering van sportdeelname van jeugd. Daarnaast wordt veel aandacht besteed aan gehandicaptensport en bewustwording hieromtrent bij jongeren en het verbeteren van het bewegingsonderwijs (zie ook programma Meedoen en nieuwe kansen en Gezond & actief).
Het netwerk van intermediairs is uitgebreid. De intermediairs komen nu ook van het maatschappelijk werk, vluchtelingenwerk, de sociale diensten en het onderwijs. In 2010 is besloten, naar het model van het Jeugdsportfonds, ook een Jeugdcultuurfonds in de stellen. De verwachting is dat in september 2010 een convenant zal worden ondertekend. De gemeente Middelburg heeft aangegeven hierin te willen participeren. De provincie Zeeland stelt hiervoor een startsubsidie beschikbaar. De Nationale Stichting ter bevordering van de Vrolijkheid heeft subsidie ontvangen voor het organiseren van allerlei (culturele) activiteiten door en voor alleenstaande, minderjarige asielzoekers in het AZC in Middelburg om hen in contact te brengen met de lokale bevolking en vice versa.
Speerpunt 3 Aansluiten op onderwijs In 2009 is door SportZeeland in dit kader onder meer uitvoering gegeven aan de verdere uitbouw van de pilot sCOOLsport. Zie programma Gezond & actief. Voor het versterken van de relatie tussen buitenschoolse opvang en sport zijn workshops verzorgd en worden onder supervisie van SportZeeland medewerkers gedetacheerd. Voor het vergroten van de vrijwillige inzet van jongeren in sportverenigingen is een handboek maatschappelijke stages in de sport samengesteld en verspreid, tevens zijn diverse voorlichtingsbijeenkomsten gehouden. In 2008 is besloten een eenmalige startsubsidie te geven aan het Jeugdsportfonds. Het Jeugdsportfonds (JSF) richt zich op het bevorderen van sportdeelname van kinderen in achterstandssituaties. Uit onderzoek is gebleken dat jongeren met minder draagkrachtige ouders minder deelnemen aan sportactiviteiten. Het lidmaatschap van sportverenigingen is binnen deze groep erg laag. Ook speelt de financiële situatie daarbij een belangrijke rol. Het JSF betaalt de volledige contributie van de sportclub en sportuitrusting. Aanvragen kunnen alleen worden gedaan door professionele opvoeders (onderwijs, jeugdhulpverlening en welzijnsinstellingen). Het JSF werkt als franchiseformule en wordt in een periode van drie jaar uitgerold. Het is succesvol, er zijn meer dan 1000 kinderen aangemeld.
28
De inspanningen bij dit speerpunt richten zich op goed en inspirerend onderwijs voor de hele Zeeuwse jeugd. Begin 2008 is de provinciale onderwijsagenda vastgesteld, waarin passend onderwijs en een sluitende ontwikkelingslijn van voorschool naar hoger onderwijs een duidelijke plaats hebben. De onderwijsnota geeft daarmee tevens uitvoering aan de in de nota Integraal Jeugdbeleid gestelde actiepunten ter preventie van schooluitval en -verzuim. In de vorige subsidierondes is ruim geïnvesteerd in deze thematiek door middel van subsidieverlening aan grotere Zeeuwsbrede projecten die inmiddels zijn afgerond zoals het Arbeidstraining- en coachingscentrum (ATCC) ‘De Loods’, het project Zeeuws netwerk loopbaanadviseurs en het Zeeuwsbreed zorgplatform voor de ROC’s. Dit laatste is per 1 augustus 2009 afgerond. De aanvragers (ROC Zeeland, ROC Westerschelde en Edudelta Goes) hebben alle drie een Zorg Adviesteam opgezet en geïmplementeerd. Daarvoor is de interne zorgstructuur aangepast en samenwerking gerealiseerd met relevante zorginstellingen in de regio. Ook het Hoornbeeck College is betrokken bij dit traject. De structuur is neergezet en vormt de basis voor verdere ontwikkeling.
Tenslotte is er begin 2009 voor drie jaar subsidie verleend aan het ROC Westerschelde voor het ontwikkelen en uitvoeren van een integraal begeleidingssysteem voor bijna 100 risicoleerlingen per jaar met een onderbroken opleiding met als doel een maatschappelijk aanvaardbaar toekomstperspectief te bieden. Hierdoor kan 60% een diploma op niveau MBO 1 behalen: Arbeidsmarkt Gekwalificeerd Assistent. Hiertoe worden integrale begeleiders ingezet die zorg verlenen op sociaal, maatschappelijk en onderwijskundig gebied en tevens nazorg verlenen na afronding. In dit kader worden instrumenten ontwikkeld en wordt samengewerkt met maatschappelijke partners.
Speerpunt 4 Preventief beleid CJG’s De bestuurlijke Taskforce Jeugd Zeeland is sinds een aantal jaren actief. Samen met een ambtelijke werkgroep, de Zeeuwse zorgaanbieders die verbonden zijn met jeugd en het onderwijs zet de Task Force in Zeeland een eenduidig jeugdbeleid neer. De op te richten Centra voor Jeugd en Gezin (CJG) en de Zorg Advies Teams (ZAT’s) rond het onderwijs vormen hiervan de basis. De Provincie biedt financiële ondersteuning voor de opstart van de CJG’s in de 13 gemeenten. Provinciale Staten hebben hier afzonderlijke middelen voor beschikbaar gesteld. Inmiddels hebben alle 13 gemeenten gebruik gemaakt van deze regeling. Uiterlijk 1 januari 2012 zullen alle CJG’s operationeel zijn. Foyer de Jeunesse Een Foyer de Jeunesse is een woonvoorziening voor jongeren die behoefte hebben aan lichte begeleiding. In 2009 hebben wij een subsidie aan AZZ verstrekt voor een kwartiermaker om een gemeenschappelijk (werkbaar en financieel verantwoord) basisconcept voor de Foyers de Jeunesse in Zeeland op te stellen, om het mogelijk te maken Foyers te stichten in Goes, Terneuzen en Middelburg. Signs of Safety / Signs of Well-Being Signs of Safety / Signs of Well-Being is een methodiek die erop gericht is om voor kinderen in onveilige gezinssituaties oplossingen te vinden die leiden tot meer veiligheid. Met deze methodiek worden de ouders tot partners gemaakt. Signs of Safety biedt een beproefde werkwijze om te komen tot de ont-
wikkeling en uitvoering van een veiligheidsplan voor kinderen. In het veiligheidsplan worden zowel de zorgpunten en gevaren als de sterke kanten en positieve krachten in het gezin verwerkt tot een actieplan met concrete doelstellingen. Deze doelstellingen geven aan wat er moet gebeuren om voor de kinderen een veilige situatie te bewerkstelligen. Signs of Safety geeft grenzen voor de veiligheid aan zodat bepaald kan worden wanneer de situatie zo onveilig is dat kinderen extra bescherming nodig hebben en eventueel uit huis geplaatst moeten worden. Om gemeenten en gemeentelijke/regionale voorzieningen (CJG, AMW, thuiszorg, Agathos) te stimuleren om ook in het voortraject van de zorg Signs of Well-being en Familie Ontmoeting in te zetten, heeft de provincie Zeeland in 2009 en 2010 de kosten voor de uitrol en verankering op zich genomen.
Wat heeft het gekost? Totaalbedrag projecten € 923.534* Totaalbedrag activiteiten € 5.000 Overige kosten € 0
Totaal kosten
€ 928.534
*Diverse projecten uit dit programma zijn gesubsidieerd vanuit middelen integraal jeugdbeleid.
Tussenbalans en vervolgacties De looptijd van de huidige nota Integraal Jeugdbeleid is nog niet verstreken (2007-2012). Toch wordt nu al voorgesorteerd op een nieuwe beleidsperiode. In oktober 2010 zal door de provincie Zeeland een bijeenkomst worden georganiseerd waarvoor Zeeuwse gemeenten, instellingen en organisaties worden uitgenodigd. Het doel van deze bijeenkomst is te komen tot een Zeeuwse jeugdagenda, met thema’s waarop gezamenlijk zal worden ingezet richting de toekomst. De uitkomsten van deze bijeenkomst kunnen wellicht als aanzet voor een nieuwe beleidsnota dienen. De intentie van de provincie Zeeland is om ook de komende jaren in te blijven zetten op (preventief) jeugdbeleid. Het is echter niet uitgesloten dat gezien bezuinigingen en provinciale verkiezingen keuzes gemaakt zullen worden.
29
Programma 4 Gezond & Actief Beleidsprogrammering Sociale Zorg, voortgang juli 2009 - juli 2010
30
Wat willen we bereiken? We streven naar het bevorderen van de lichamelijke en geestelijke gezondheid van Zeeuwen door te investeren in een gezonde omgeving en in het stimuleren van gezond gedrag.
Waaraan zien we of dat bereikt is? Om ons doel naar een gezond, actief en sportief Zeeland te bereiken, hebben we drie speerpunten geformuleerd: 1. Zeeuwse volksgezondheid: We bevorderen kennisuitwisseling over kansen en mogelijkheden om de gezondheid van Zeeuwen te vergroten. 2. Bevorderen gezonde omgeving: We bevorderen een gezonde omgeving door passende maatregelen op het gebied van milieu en inrichting van ruimte. 3. Bevorderen gezond gedrag: We bevorderen gezond gedrag door het stimuleren van gezonde voeding en voldoende beweging.
Wat hebben we hiervoor gedaan? Speerpunt 1 Zeeuwse volksgezondheid De inspanningen bij dit speerpunt zijn gericht op kennisuitwisseling over kansen en mogelijkheden om de gezondheid van Zeeuwen te vergroten. Ter inspiratie wordt voor het veld regelmatig een Abdijlezing gehouden. In het afgelopen jaar waren dat er twee. Eén op 22 oktober 2009 met Prof. dr. Johan Polder. Het thema was “Grijze luchten – economische crisis en de toekomst van de zorg”. Op 23 juni 2010 kwam Prof. dr. Pieter Winsemius naar de Abdij om een lezing te houden over “De duurzame Zeeuwse samenleving“. Het is de bedoeling om in 2012 een volgende editie van de Regionale Volksgezondheid Toekomstverkenning (r-VTV) te laten verschijnen. De voorbereidingen voor het verschijnen van deze nieuwe versie zijn in 2009 gestart. De werkzaamheden liggen op schema.
Speerpunt 2 Bevorderen gezonde omgeving De inspanningen bij dit speerpunt zijn gericht op het bevorderen van een gezonde omgeving door passende maatregelen op het gebied van milieu en inrichting van de ruimte. Inspelen op klimaatverandering in Zeeland Het welzijn en de gezondheid van mensen is in sterke mate afhankelijk van de toestand van hun natuurlijke en sociale woon- en leefomgeving. Als de voorspellingen het bij het rechte eind hebben, krijgt ook Zeeland op termijn te maken met de gevolgen van de klimaatverandering. Dit zal vrijwel zeker (negatieve) gevolgen hebben voor de sociale woon- en leefomgeving van de inwoners van onze provincie. Zeeland zal zich daarop moeten voorbereiden. We moeten er voor zorgen dat Zeeland klimaatbestendig is en wordt, zodat Zeeland een veilige plek blijft waar het goed wonen, recreëren en werken is. Op veel terreinen is de Provincie Zeeland al bezig met het klimaatbeleid. Dat geldt zowel voor onze inspanningen om een bijdrage te leveren aan het tegengaan of afremmen van
de klimaatverandering (de klimaatmitigatie) als voor onze inspanningen om Zeeland meer klimaatbestendig te maken (de klimaatadaptatie). Veel problemen en onderwerpen, samenhangend met klimaatverandering, zijn dus niet nieuw en er wordt al langer aan gewerkt. Klimaatverandering intensiveert echter die kwesties en vraagt daarom mogelijk om extra inspanning en inzet op het gebied van beleid en uitvoering. Klimaat is geen apart beleidsveld, maar loopt dwars door verschillende beleidsvelden heen. In de nota 'Inspelen op klimaatverandering in Zeeland' zijn de te verwachten gevolgen van klimaatverandering in relatie tot verschillende beleidsvelden in kaart gebracht en de maatregelen geformuleerd om deze effecten te compenseren of er gebruik van te maken. Dat heeft geresulteerd in een eerste aanzet tot een klimaatprogramma. In de klimaatnota zijn voor het beleidsveld Welzijn de volgende acties opgenomen voor de periode 2010-2012: - Vergroten van kennisinzicht van de effecten van klimaatverandering op de menselijke gezondheid. - Vergroten van kennisinzicht van de sociaal-maatschappelijke consequenties van klimaatverandering. - Bevorderen van de ontwikkeling van (vernieuwende) interventies en strategieën. De acties, die beschreven zijn in de nota, zullen input moeten leveren voor de discussie die in het kader van het nieuwe Omgevingsplan 2012-2018 gevoerd gaat worden.
Speerpunt 3 Bevorderen gezond gedrag De inspanningen bij dit speerpunt zijn gericht op het bevorderen van gezond gedrag door het stimuleren van gezonde voeding en voldoende beweging. SportZeeland voert namens de provincie het provinciaal sportbeleid uit. Speerpunt van het provinciaal sportbeleid is gezonde leefstijl, waaronder beweging en voeding voor verschillende doelgroepen. SportZeeland heeft gerichte programma’s om deze groepen in beweging te krijgen. De groepen die het betreft zijn jongeren, ouderen en inactieve werknemers. Ook ondersteunt SportZeeland gemeenten bij de uitvoering van het lokale sportbeleid. Onder dit speerpunt zijn twee projecten gesubsidieerd die tot doel hebben om kinderen meer te laten bewegen en het bewustmaken van gezonde voeding en voldoende beweging. Het project ‘TopKidz op school’ is afgerond. TopKidz is een multidisciplinair programma voor kinderen met overgewicht. Het programma richt zich op duurzame beïnvloeding van fysieke conditie, eetgedrag, leefstijl en sociale competenties bij kinderen met overgewicht. Er werden 15 kinderen in de leeftijd van groep 5, 6 en 7 gedurende 20 weken via een multidisciplinair programma getraind. Twee keer per week werden de kinderen door een fysiotherapeut, psycholoog of diëtist begeleid. Tijdens het programma zijn drie effectmetingen gedaan, drie ouderbijeenkomsten gehouden en vijf Multidisciplinaire overleggen (MDO) georganiseerd. Er zijn vier sportclubs bezocht en de kinderen hebben het werkboek TopKidz ontvangen. De conclusie is dat over de hele breedte de kinderen op alle fronten (bewegen, voeding en psychologie) een verbetering
31
Projectbezoek SportZeeland - Project: Talentenfonds Zeeland SportZeeland geeft aan dat de doelstelling geheel bereikt is. Bij aanvang van het Zeeuws Talentenfonds namen 8 kinderen hieraan deel. Al snel liep dit aantal op tot 30. Momenteel staat de teller op 109. Wat aantallen betreft is het dus heel succesvol. Maar het doel van het project ging niet puur om aantallen, maar juist om zicht te krijgen op sporttalenten in Zeeland en hen een passende ondersteuningsstructuur te bieden. Er is een gedegen structuur opgezet om talenten te ondersteunen in hun ontwikkeling tot topsporter en daarmee is de doelstelling van het project geheel bereikt. Om aanspraak te kunnen maken op een bijdrage uit het Zeeuws Talentenfonds moet je beschikken over een topsport- of talentenstatus. Het Olympisch Netwerk Zeeland, waar het Talentenfonds onder is gebracht, is in de laatste twee jaar fors uitgebreid. Het pakket met professionals die faciliteiten bieden op medisch, fiscaal, juridisch en financieel gebied is compleet. Het netwerk staat. Er zijn afspraken gemaakt met aanbieders vanuit de (para)medische zorg. Kosten die niet worden gedekt door de zorgverzekeraar kunnen door sporters met een talentstatus bij het Zeeuws Talentenfonds worden gedeclareerd. Andere opbrengsten uit het project zijn dat er regelmatig informatiebijeenkomsten worden gehouden voor talenten en hun ouders. Er is een documentatiemap 'Olympisch Netwerk Zeeland, Dé weg naar sportief succes' en een website: www.olympischnetwerkzeeland.nl.
laten zien. De kinderen geven zichzelf een duidelijk hoger cijfer wanneer gevraagd wordt naar hun gezondheid (8 tegen een 6,4 bij de start van het programma). Er is samengewerkt met sCOOLsportscholen (zie project hieronder) die de kinderen al gescreend hadden. Er is een uitgebreide evaluatie en projectrapportage met conclusies en aanbevelingen. TopkidZ is in onderhandeling met verzekeraars om het programma structureel en breed op scholen in te kunnen zetten. Daarnaast is men in onderhandeling met gemeenten omdat niet via het medische circuit gewerkt wordt en men meent dat gemeenten de overige kosten zouden moeten financieren zoals bezoek aan sportverenigingen, kookbijeenkomst en gesprek met de ouders. Het project ‘sCOOLsport’ is erop gericht om de methodiek sCOOLsport te ontwikkelen en implementeren zodat scholen na de projectperiode zelfstandig volgens het concept kunnen werken. Doel van sCOOLsport is basisschoolleerlingen aan te zetten tot een actieve leefstijl, waarin voldoende beweging en gezondheid als vanzelfsprekend aandacht krijgen. Kinderen worden gestimuleerd dagelijks een uur te bewegen en een gezond gewicht na te streven. Daarnaast wordt ook aandacht besteed aan fysiek-mentale weerbaarheid en beheersing van motorische vaardigheden. De ontwikkeling loopt, per thema van sCOOLsport worden de doelen en acties beschreven aan de hand van ervaringen op de sCOOLsport scholen. Ook het leerlingvolgsysteem en de website ontwikkelen zich. Inmiddels werken er negen scholen mee aan de implementatie van sCOOLsport. In overleg met de provincie is de einddatum van het project ‘sCOOLsport’ verschoven van 10 januari 2011 naar 30 november 2011. In het najaar van 2010 wordt overgestapt op een landelijke versie van het huidige leerlingvolgsysteem. Afspraken over de voortgang na de projectperiode zijn vastgelegd in samenwerkingsovereenkomsten met de scholen.
32
Wat heeft het gekost? Totaalbedrag projecten € Totaalbedrag activiteiten € Overige kosten €
Totaal kosten
0* 0 93
€ 93
* Er zijn in de periode juli 2009-juli 2010 geen aanvragen gehonoreerd, er is alleen een bedrag gereserveerd. Demonstratieproject Gezond Zeeland In dit programma wordt het demonstratieproject Natuur en Gezondheid uitgevoerd. De voortgang hiervan is beschreven in hoofdstuk 8. Tussenbalans en vervolgacties Zoals u kunt zien, zijn op het terrein van ‘gezond & actief’ enkele activiteiten uitgevoerd met positief resultaat. De doelstellingen binnen het programma Gezond & actief blijven ook de komende tijd belangrijk. De resultaten van de Sociale Staat van Zeeland 2009 liegen er niet om. Steeds meer mensen kampen met overgewicht, meer dan de helft van de ouderen in Zeeland heeft daar mee te maken. Ook bij jongeren is dit een punt van aandacht. In de kadernota Beleidsprogrammering sociale zorg 20122016 is aandacht voor gezondheid en bewegen opgenomen in de uit te werken thema’s: • Gezondheid: Zeeland de ‘gezondste’ provincie van Nederland • Vrije tijd: sport, gezond & uitdagend en vrijwilligers.
Programma 5 Gezondheidszorg Beleidsprogrammering Sociale Zorg, voortgang juli 2009 - juli 2010
33
Wat willen we bereiken? De provincie wil de gezondheidszorg in Zeeland versterken door het centraal stellen van de patiënt.
Waaraan zien we of dat bereikt is? Om het streven naar de beste gezondheidszorg handen en voeten te geven zijn drie speerpunten geformuleerd: 1. Kwaliteit van de zorg: Wij ondersteunen de kwaliteitsverbetering in de chronische en curatieve zorg. 2. Bereikbare en beschikbare zorg: We bevorderen dat de gezondheidszorg dichtbij inwoners beschikbaar blijft. 3. Platformfunctie: We willen bereiken dat de betrokken partijen in Zeeland met elkaar in gesprek blijven, worden geïnformeerd over relevante ontwikkelingen in de (Zeeuwse) zorg en dat gezamenlijk initiatieven worden ontwikkeld.
Wat hebben we daarvoor gedaan? Speerpunt 1 Kwaliteit van de zorg Publieksversie Medisch Beleidsplan Admiraal de Ruyterziekenhuis De ziekenhuiszorg in Noord- en Midden-Zeeland heeft turbulente tijden doorgemaakt. De NMa heeft vergunning verleend voor fusie tussen beide ziekenhuisorganisaties. De medische stafbesturen zijn al gefuseerd. Een van de actiepunten die opgepakt is het opstellen van een Medisch Beleidsplan. Er is besloten van dit document een publieksversie uit te geven. Deze publieksversie is besproken in de Provinciale Klankbordgroep “Toekomstscenario Zeeuwse ziekenhuiszorg” en heeft een looptijd van vier jaar. Bijeenkomst huisartsen medisch-specialisten Admiraal de Ruyterziekenhuis Op 21 januari 2010 werd vanuit het Admiraal de Ruyterziekenhuis een bijeenkomst georganiseerd voor huisartsen en medisch specialisten in Noord en Midden-Zeeland. De bijeenkomst was bedoeld ter versteviging van de onderlinge relatie en samenwerking tussen huisartsen en medisch-specialisten. Uiteindelijke doel is een nauwere samenwerking tussen de eerste en tweede lijn met het oog op het uitbouwen van de gezondheidszorg in Noord- en Midden-Zeeland. Veilige Start De gemeente Vlissingen wil, in samenwerking met ketenpartijen, komen tot een meer preventieve aanpak van hoogrisicozwangerschappen door het vroegtijdig signaleren vanuit ziekenhuizen van ‘bedreigde’ ongeboren kinderen. Hiervoor is het project ‘Veilige Start’ opgezet. Het doel van dit project is ten eerste om in minstens 90% van de hoogrisico-zwangerschappen vroeg inzicht te krijgen in de mogelijkheden om veiligheid te creëren voor de nieuwe baby. Ten tweede om de expertise te vergroten bij alle deelnemers met betrekking tot het ‘samenwerken onder dwang’. In samenwerking met het ziekenhuis wordt een gesloten keten gevormd met zeer strakke regie volgens het ‘Signs of Safety’ principe. De doelstelling van 90% van hoog-risico situaties is inmiddels aangepast omdat dit niet meetbaar bleek te zijn vanwege het ontbreken van een standaard risicotaxatie bij verloskundigen. Er wordt nu een proef gedaan met het invullen van
34
een risicotaxatie door verwijzers bij iedere aanmelding voor het project. De aangepaste doelstelling is voor ongeveer 48 cliënten per jaar een veiligheidsplan te maken en vervolgzorg te bieden. De doelstelling is inmiddels grotendeels bereikt. In het tweede en laatste jaar van het project zal met de partners gesproken worden over de financiering na afloop van het project. Diabetes keten in beweging Bewegen is goed voor de gezondheid. De laatste jaren wordt steeds meer aandacht gegeven aan bewegen in relatie tot (het voorkomen van) diabetes en obesitas (overgewicht). De (landelijke) BeweegKuur is speciaal ontwikkeld voor mensen die overgewicht hebben in combinatie met een risicofactor zoals (een verhoogd risico op) diabetes type 2 en voor mensen met obesitas. Zij worden vanuit de eerstelijns zorg begeleid naar een gezondere en actievere leefstijl, waarin meer wordt bewogen en gelet wordt op gezonde voeding. Voor dit doel werken de huisarts, een leefstijladviseur, fysiotherapeut en diëtist nauw samen. Het project –opgezet vanuit PMC MenslnBeweging en Huisartsencoöperatie Zorggroep Walcheren- betreft een geprotocolleerde selectie en doorverwijzing van diabetespatiënten uit de huisartsenpraktijk naar een oefengroep bij de fysiotherapeut met als doel hen meer te laten bewegen. Mogelijk dat in 2012 de BeweegKuur opgenomen wordt in het basispakket van de Zorgverzekeringswet. ZwangerTotaal Ketenzorg kan heel kort worden omschreven als het organiseren van zorg door zorgaanbieders rond een bepaald ziektebeeld of ter voorkoming daarvan. Het project ZwangerTotaal richt zich op het voorkomen van ziektebeelden als bekkenproblematiek, incontinentie etc. op latere leeftijd, als gevolg van een zwangerschap. Er wordt een multidisciplinair begeleidingsprogramma voor alle zwangere vrouwen op diverse plaatsen in Zeeland aangeboden, gericht op behandeling en voorkoming van klachten in de pre- en postnatale fase van de zwangerschap. Alle zorgverzekeraars hebben dit behandelprogramma opgenomen in hun verzekeringspakket. Ter verbetering van de communicatie in de zorgketen is gekozen voor het ontwikkelen van een website/webbase applicatie en elektronisch patiëntendossier. Wij streven naar uniformiteit in informatiesystemen in de zorgsector. Daarom is op ons aangeven de Stichting IZ (ICT en Zorg) Zeeland betrokken bij dit project. Implementatie nieuwe zorgvisie “Samen zorgen” Zorgsaam Zeeuwsch-Vlaanderen zet sinds een aantal jaar in op een nieuw zorgconcept met het verlenen van belevingsgerichte zorg. Inleven in de situatie van de zorgvrager vanuit de professionaliteit, meebewegen met de vraag en kijken wat voor iemand gedaan kan worden, zijn de kernwoorden van dit zorgconcept. Op 27 mei jl. is een landelijk symposium gehouden waarbij deze visie meer bekendheid is gegeven. De visie krijgt door middel van het project “sTimul Zeeland” een vervolg in het opzetten van een “zorg ethisch laboratorium” waarbij studenten van de Hoge School Zeeland en het ROC Westerschelde bij wijze van leerervaring een cursus kan worden aangeboden, met als doel het inzicht van zorgverleners in het effect van hun handelen te verhogen. Digitaal Ritformulier ambulancezorg De introductie van het Digitale Ritformulier heeft als doel het
Projectbezoek Revant (Revalidatie Geneeskunde Zeeland) - Project: Geriatrische Revalidatie Geneeskunde Zeeland Het doel van dit project is het realiseren van een expertisecentrum voor ouderen en het optimaliseren van de ketenzorg met betrekking tot oudere patiënten die revalidatiegeneeskundige zorg nodig hebben. Inhoudelijk is het project klaar. De plannen, route en visie zijn gereed en daarmee kan worden gestart. Er is een samenwerking tussen het verpleeghuis De Blaauwe Hoeve in Hulst, het revalidatiecentrum RGZ De Wielingen en het ziekenhuis in Terneuzen. Deze driehoek geldt als proef en kan een voorbeeldproject zijn op landelijk niveau. Organisatorisch, technisch en financieel is het plaatje nog niet gereed. Het grote struikelblok is de financiering van de behandelingen. Het probleem is dat er een verschil is in het financieringsstelsel tussen revalidatie in een verpleeghuis en revalidatiegeneeskunde. In verpleeghuizen worden behandelingen gefinancierd met AWBZ-gelden. Er vindt eerst een indicatie plaats door het CIZ (Centrum indicatiestelling zorg) waar het zzp (zorg zwaarte profiel) wordt bepaald. Het CIZ bepaalt het aantal uren zorg en de lengte van deze zorgperiode. In geval van revalidatiegeneeskunde stelt de revalidatiearts de indicatie en de intensiteit van de behandeling vast. Bij revalidatiegeneeskunde vindt er in een korte periode in hoge frequentie revalidatie plaats met als doel dat de patiënt weer terug naar huis kan. De kosten voor revalidatiegeneeskunde zijn in die korte periode dus hoger, maar uiteindelijk zal deze vorm van behandeling niet duurder zijn, omdat de patiënt sneller naar huis kan wat een besparing in verpleegkosten meeneemt. Er is veel overleg over het financieringsstelsel gevoerd met het Zorgkantoor. Zij zijn inhoudelijk positief over het project, maar zien geen mogelijkheden voor financiering. Er komt een nieuwe financieringsstructuur volgens Diagnose Behandel Combinaties (DBC), maar deze laat nog voor een onbekende periode op zich wachten. Het Zorgkantoor wil deze DBC afwachten voordat zij besluiten nemen over de financiering van deze behandelingen. De financiering van de behandelingen is dus niet rond. Omdat Revant dit project erg belangrijk vindt heeft men onlangs besloten zelf tot eind 2010 de behandelkosten te financieren. Dit betekent dat er daadwerkelijk gestart kan worden met een proefperiode van een half jaar. Het project wordt daarom verlengd en de organisatie hoopt dat de proefperiode meer bewijsmateriaal oplevert om financiers te overtuigen.
efficiënt en correct vastleggen en uitwisselen van informatie in de spoedeisende zorgketen. De communicatie tussen meldkamer, ambulance en spoedeisende hulpafdeling van ziekenhuizen wordt met de invoering sneller, betrouwbaarder en efficiënter. De –Zeelandbrede- introductie van deze IT-toepassing zal de kwaliteit en de betrouwbaarheid van de overdracht verhogen. Hooge Platen Leerbedrijf Breskens Het project “Hooge Platen leerbedrijf” is op 31 juli 2010 afgerond. Vanuit de locatie “Hooge Platen” te Breskens – waarin een leefconcept van wonen, zorg en welzijn aangeboden wordt- wordt nieuw personeel een servicegerichte dienstverlening aangeleerd, waarvoor door de werkgever kerncompetenties zijn aangeleverd. Onder cursisten die deze kerncompetenties moeten beheersen is onderzoek gedaan naar aandachts- en verbeterpunten, die geleid hebben tot een actieplan. Op 31 mei 2010 is een workshop
gehouden waarbij de projectresultaten breed bekend zijn gemaakt. Themabijeenkomst Nieuwe Wet op Klachtrecht In februari 2010 is onder de titel ‘Klachtrecht in de praktijk, steeds belangrijker’ een themamiddag georganiseerd ter gelegenheid van de (voorgenomen) samenvoeging van de klachtencommissies verpleging en verzorging in Zeeuwsch-Vlaanderen en Noord-Zeeland tot een ‘Klachtencommissie Zeeland’.
2. Bereikbare en beschikbare zorg Verloskundig samenwerkingsverband Noord- en Midden-Zeeland Begin 2008 verscheen de rapportage van de werkgroep Verloskunde Walcheren. Een van de aanbevelingen van deze werkgroep was om te komen tot de oprichting van een verloskundig samenwerkingsverband (VSV) in Noord- en Midden-
35
Zeeland. Een VSV draagt een gezamenlijke verantwoordelijkheid voor de verloskundige zorg, waarbij de kwaliteit van de individuele verloskundige zorgverlening, ketenzorg en organiseren van de regionale zorg centraal staat. In een dergelijk samenwerkingsverband participeren in ieder geval eerstelijns verloskundigen en gynaecologen, uitgebreid met verloskundig actieve huisartsen en waar nodig en wenselijk kunnen andere disciplines (kinderartsen, huisartsen, kraamzorg etc.) aanschuiven. De komende tijd krijgt het verloskundig samenwerkingsverband een meer structureel karakter (stimuleringsregeling ketenzorg). ICT en Zorg Tijdens het project bleek in 2008 bleek dat de oorspronkelijke doelstellingen te hoog gegrepen waren. Besloten werd tot een koerswijziging, waarbij de problematiek meer vanuit de basis werd benaderd. Daarbij werd ingestoken op vier deelprojecten: 1. E-learning: Voor interne opleidingen wordt door een aantal deelnemers de wens van digitalisering van lesmateriaal uitgesproken. De haalbaarheid van een “Virtuele Zeeuwse Zorgacademie” wordt daarbij onderzocht. 2. Zorgnet Zeeland: Totstandkoming van een Zeeuws Zorgnet, hetgeen bovendien als aanspreekpunt kan dienen voor het Landelijk Schakelpunt van Nictiz (het landelijke expertisecentrum dat ontwikkeling van ICT in de zorg faciliteert). 3. Met ICT doe ik mee(r) (MIDIM): Het onderdeel MIDIM beoogt een vorm van een ICT bewaking in de thuissituatie van bijvoorbeeld ouderen. 4. Eerstelijnsserver (ELS): Het project Eerstelijnsserver is een initiatief vanuit de Stichting Huisartsendiensten-structuur Zeeland. Het project wil de mogelijkheid van inzage in patiëntendossiers van deelnemende huisartsen aan de huisartsenposten in Noord- en Midden Zeeland realiseren en informatie vanuit de huisartsenpost te communiceren naar deelnemende individuele huisartsen. Het is de bedoeling dat in de toekomst meerdere zorgaanbieders hierop kunnen aansluiten. Eerste lijns gezondheidscentrum Clinge Door het intensiveren van de samenwerking tussen en het samengaan van de diverse zorgverleners in de eerste lijn kan een bijdrage geleverd worden aan een kwalitatief goede eerstelijns zorg voor de kernen Clinge, Nieuw Namen en Graauw. Het betreft de 2 huisartsen in Clinge, de fysiotherapeut, de
36
psycholoog, de apotheek en de wijkverpleging, en de maatschappelijk werker (van ZorgSaam Zeeuws-Vlaanderen). Kwaliteit, het opzetten van ketenzorg en borging van continuïteit van eerstelijns zorg, zijn hierbij belangrijke sleutelwoorden. Streven is het centrum in het laatste kwartaal 2011 te openen. Voor de langere termijn biedt een gezondheidscentrum meer aantrekkingskracht voor beroepsbeoefenaren, zodat daarmee opvolging c.q. vervanging beter geborgd kan worden. Daarnaast biedt het centrum in de kern Clinge ook werkgelegenheid voor ondersteunende medewerkers. Patiëntenbrochure Palliatieve Zorg Zeeland Palliatieve zorg is een vorm van zorg die maatschappelijk steeds meer aandacht krijgt. Vanuit het Netwerk Palliatieve zorg Zeeland is een brochure ontwikkeld over palliatieve zorg voor patiënten, waarbij deze alle informatie krijgen die nodig is over deze vorm van zorgverlening, over mogelijkheden van zorg en over veranderingen in het lichaam, in relaties en in het dagelijks leven. Deze folder is Zeelandbreed beschikbaar. Deskundigheidsbevordering hospice “Het Clarahofje” Hospice “Het Clarahofje” heeft zich in Hansweert gevestigd. Voor de werving en training van een coördinator en nieuwe zorgvrijwilligers is een subsidie verleend. Brochure “Mijn extra speeltijd, Werken in de zorg en welzijn houdt je jong” Enthousiasme, loyaliteit en hulpvaardigheid, dat zijn de kenmerken die meteen naar boven borrelen bij het lezen van de bundel ‘Mijn extra speeltijd’ van ViaZorg. Tien Zeeuwen vertellen hierin over hun leven en hun werk in de zorg- en welzijnssector. Allen zijn ze ouder dan vijfenzestig en hebben nog steeds een arbeidscontract. De bundel is een echte motivator voor mensen die (willen) werken in Zorg en Welzijn. Trefpunt Niet-aangeboren hersenletsel (NAH) Door de Werkgroep “Instandhouding Voorzieningenniveau” (voortkomend uit de Stuurgroep Zorgvisie in 2005) werd het volgende probleem gesignaleerd: “Heel vaak wordt gezien dat mensen met NAH in het zorgverleningcircuit zijn “uitgeshopt”, maar dat het psychosociale veranderingsgedrag van deze mensen een probleem blijft, zowel voor de patiënt als diens familie. Vraag is of door bijvoorbeeld bundeling van krachten van zorgaanbieders iets voor deze groep betekend zou kunnen worden.”
Het Samenwerkingsverband NAH wil een Trefpunt oprichten: een prikkelarme locatie waar –familie van- mensen met NAH elkaar kunnen ontmoeten. Het doel van deze trefpunten is drieledig: naast het geven van voorlichting en onderlinge informatie-uitwisseling wordt eveneens een georganiseerd aanbod gecreëerd van vrijetijdsbesteding voor (jong) volwassenen met NAH. Het is de bedoeling het project te starten in de regio De Bevelanden en dan successievelijk uit te rollen in Zeeuws Vlaanderen, Walcheren en Schouwen-Duiveland. Bereikbaarheid ziekenhuiszorg Na de concentratie van de klinische tweede lijnsverloskunde met ingang van 1 januari 2009 is per 1 september 2009 de klinische kindergeneeskunde geconcentreerd. Naar verwachting zal de komende tijd de verschuiving van acute klinische opnamen naar Goes verder vorm krijgen. In dat kader is het van belang dat de bereikbaarheid van de acute zorg in het gebied geborgd blijft. Wij blijven ons inspannen voor extra structurele financiering van de ambulancepost op de Kop van Walcheren, waarover in het voorjaar door de Tweede Kamer een motie is aangenomen. In de Provinciale Klankbordgroep “Toekomstscenario Zeeuw-se ziekenhuiszorg” is meerdere keren het bereikbaarheidsvraagstuk van de ziekenhuiszorg boven de Wester-schelde aan de orde geweest. Dit heeft ons er toe doen besluiten een Stuurgroep “Bereikbaarheid ziekenhuiszorg Noord- en MiddenZeeland” in het leven te roepen om na te gaan of er mogelijkheden zijn tot verbetering daarvan. Deze Stuurgroep heeft 2 werkgroepen ingesteld: een werkgroep “Spoedeisend Patiëntenvervoer” en een werkgroep “Bezoek”. In het najaar zullen beide werkgroepen hun rapportages aanbieden aan de Stuurgroep. Een ander onderwerp dat in de achterliggende tijd de gemoederen bezig gehouden heeft is de vergunningverlening rond het PCI-centrum (dottercentrum). Vorig jaar is onzerzijds een beroep gedaan op de Raden van Bestuur, de medische staven en de maatschappen cardiologie om in dit kader te streven naar een Zeeuwse oplossing. In Terneuzen is inmiddels het PCI-centrum in gebruik genomen en is al een groot aantal patiënten behandeld; de vergunningaanvraag voor een dergelijk centrum van het Admiraal De Ruyterziekenhuis wacht nog op besluitvorming van de Minister van VWS. Zeeuwse patiëntenstromen en Zeeuwse zorgvoorzieningen Eind 2008 werd aan ons college de rapportage “Zeeuwse patiëntenstromen en Zeeuwse Zorgvoorzieningen” aangeboden. Deze rapportage bevatte een grote hoeveelheid gedetailleerde informatie over de uitstroom van zorgvragers uit Zeeland, alsook over de instroom. Dit onderzoek –uitgevoerd door de Bureau’s Prismant en IVA- werd begeleid door een begeleidingscommissie. Zij stelden ook een tiental aanbevelingen op om te komen tot beperking van de uitstroom en vergroting van de instroom. Vorig jaar hebben wij deze begeleidingscommissie gevraagd om een nadere uitwerking van deze aanbevelingen. Komend najaar verwachten wij de rapportage.
3. Platformfunctie De inspanningen bij dit speerpunt zijn erop gericht dat
betrokken partijen in Zeeland met elkaar in gesprek blijven en worden geïnformeerd over relevante ontwikkelingen. Klankbordgroep Ziekenhuiszorg De klankbordgroep “Toekomstscenario Zeeuwse ziekenhuiszorg” heeft in het afgelopen jaar een aantal keer vergaderd. Actuele ontwikkelingen binnen de Zeeuwse ziekenhuiszorg werden hier besproken en ook het Medisch Beleidsplan van het gefuseerde Medische Stafbestuur van het Admiraal de Ruyterziekenhuis. Abdijlezingen In het achterliggende rapportagejaar hebben wij twee Abdijlezingen georganiseerd. Zie ook programma Gezond en actief speerpunt 1, pagina xx. Wat heeft het gekost? Totaalbedrag projecten € 166.850 Totaalbedrag activiteiten € 33.933 Overige kosten € 937 Totaal kosten
€ 201.720
Demonstratieproject Gezondheidszorg In dit programma wordt het demonstratieproject Gezondheidscentrum Axel uitgevoerd. De voortgang hiervan is beschreven in hoofdstuk 8.
Tussenbalans en vervolgacties Er wordt in Zeeland hard gewerkt aan een kwalitatief goede, bereikbare en beschikbare zorg. Zoals u heeft kunnen lezen zijn vele initiatieven mede mogelijk gemaakt door de provincie. Het is een blijvende uitdaging voor de zorgsector om op Zeeuwse schaal een kwalitatief goede infrastructuur in stand te houden, zeker in een situatie waarin de marktwerking steeds meer voelbaar wordt. Mede in relatie tot de op ons afkomende vergrijzing is een nauwe samenwerking tussen de eerste en tweede lijn in zorgketens noodzakelijk om met name de toekomstige (chronische) zorgvraag te beantwoorden. Waar gewenst zullen wij in de komende tijd hier blijvend aandacht aan besteden en waar mogelijk de totstandkoming daarvan stimuleren. In de kadernota Beleidsprogrammering sociale zorg 20122016 is het thema 'Zorgen: mantelzorg en Zeeuws zorgaanbod' opgenomen. Onder Zeeuws zorgaanbod is aandacht voor zowel de eerstelijns als tweedelijns gezondheidszorg. Een apart te benoemen onderdeel is ook de Jeugdzorg, waar de provincie een wettelijke taak heeft. Onderdelen die verder aandacht of nadere uitwerking vragen zijn: het realiseren van eerstelijnsgezondheidscentra waarin cure, care en welzijn in elkaars verlengde functioneren, het wegwerken van de kloof tussen cure en care enerzijds en welzijn/opbouwwerk anderzijds, de infrastructuur van tweedelijns gezondheidszorg waarbij wij nog steeds een platformfunctie voor de Klankbordgroep "Toekomstscenairo Zeeuwse ziekenhuiszorg" zien weggelegd, de tekorten aan menskracht in de zorg en een gezamenlijke inzet op een sluitende keten van algemeen jeugdbeleid, preventief jeugdbeleid en de jeugdzorg.
37
Demonstratieprojecten Nieuwe Verbindingen Beleidsprogrammering Sociale Zorg, voortgang juli 2009 - juli 2010
38
Demonstratieprojecten Nieuwe Verbindingen halverwege De Zeeuwse samenleving staat voor een forse uitdaging. Ingrijpende veranderingen op het gebied van bevolkingsopbouw en economische ontwikkelingen dwingen ons te kiezen voor een andere manier van werken. Om deze uitdagingen aan te kunnen is het nodig dat we nieuwe vormen van samenwerking vinden om te komen tot duurzame oplossingen voor de toekomst van Zeeland. Samenwerking tussen verschillende beleidsterreinen en tussen verschillende partners. Maar ook burgers die meedenken en meedoen. Met Nieuwe Verbindingen wil de Provincie Zeeland nieuwe kansen en mogelijkheden scheppen voor samenwerken en samenleven. Dat is de rode draad die door de demonstratieprojecten heen loopt. Juist de Zeeuwse kleinschaligheid vraagt om creativiteit en een gezamenlijke aanpak om oplossingen te vinden voor de ingrijpende veranderingen die ons te wachten staan. Alleen door slimme dwarsverbanden te leggen kan Zeeland haar unieke karakter behouden. De vijf demonstratieprojecten geven concreet invulling aan het begrip Nieuwe Verbindingen in het sociale domein. De meerwaarde van deze projecten bestaat eruit dat zij eerst lokaal worden uitgevoerd, maar ook elders in Zeeland gerealiseerd kunnen worden. En daarmee worden het typisch Zeeuwse projecten. Vanaf 2009 tot en met 2011 zijn er middelen in de provinciale begroting opgenomen voor deze projecten. Nu, halverwege het traject kunnen we de eerste resultaten laten zien. • Sociaal stedenbeleid De vier grote Zeeuwse steden laten zien wat mogelijk is als expliciet samenwerking wordt gezocht bij het investeren in probleemwijken. • Hart van Leefbaarheid op Schouwen-Duiveland Bewoners en verschillende partijen werken samen om ieder dorp een kloppend hart van leefbaarheid te geven. De
werkwijze wordt nu ook uitgedragen naar andere kleine kernen in Zeeland. • Zeeuws model in de gezondheidszorg Eerstelijnsgezondheidszorg is in het dunbevolkte Zeeland geen vanzelfsprekendheid, ook omdat het beroep van huisarts verandert. In Axel onderzoeken we hoe we deze vorm van zorg kunnen waarborgen voor de toekomst. Met in-breng van de bewoners wordt nu een gezondheidscentrum opgezet dat voldoet aan lokale behoeften waarbij samenwerking en het voorkomen van gezondheidsproblemen voorop staat. • Integratie Openbaar Vervoer en Doelgroepenvervoer Zeeland (IODZ) Door slimme samenwerking tussen verschillende partijen wordt het vervoersaanbod in Zeeland geoptimaliseerd. • Natuur en gezondheid in Goes Toekomstige gebruikers van alle leeftijdsgroepen denken mee in het realiseren van een grootschalig opgezet groengebied dat uitdaagt tot gezond gedrag: bewegen, spelen en ontmoeten.
Expertmeeting Demonstratieprojecten Nieuwe Verbindingen Op 8 december 2009 vond de expertmeeting ‘Zeeuwse verbindingen in vijf bijzondere projecten’ plaats. Deze bijeenkomst voor professionals uit het sociale domein werd goed bezocht en bood een platform voor een aantal spraakmakende voorbeelden uit andere regio’s. Daarnaast was er volop gelegenheid voor het aangaan van ‘nieuwe verbindingen’. Het verslag van de expertmeeting is te downloaden via: www.zeeland.nl/bsz. Naast de beschrijving van de voortgang van de vijf demonstratieprojecten in deze voortgangsrapportage, hebben we ook een folder gemaakt waarin de tussenstand van de projecten wordt verteld door de projectleiders. Deze folder heeft u reeds ontvangen en is ook te downloaden op www.zeeland.nl/bsz. In het najaar en begin volgend jaar worden er bijeenkomsten georganiseerd over deze bijzondere projecten.
39
Demonstratieproject Sociaal Stedenbeleid Wat willen we bereiken? Ook de relatief kleine Zeeuwse steden hebben te maken met wijken waar extra investeringen nodig zijn. In de gemeenten Goes, Middelburg, Vlissingen en Terneuzen zijn wijken aangewezen die in aanmerking komen voor een verbetertraject. Met behulp van de Communities that Care (CtC) methode wordt de problematiek in kaart gebracht en worden duurzame oplossingen ontwikkeld voor deze wijken. Daarnaast wordt het begrip opbouwwerk nieuw leven ingeblazen en ingezet om de sociale banden binnen de wijken te verstevigen. In nauw overleg met de vier steden is een demonstratieproject opgezet met de volgende doelstellingen: • De methodiek van Communities that Care (CtC) is uitgevoerd en geborgd - Per stad is duidelijk wat er speelt op sociaal terrein - Er liggen vier actieplannen die zijn toegesneden op wat er in de wijk speelt • Er is een ‘Zeeuws model’ voor opbouwwerk ontwikkeld, dat ook gebruikt kan worden voor kleinere steden • Door een gezamenlijke aanpak en interactie tussen de vier steden zijn er bovenlokale oplossingen voor bovenlokale problemen
Waaraan kunnen we zien of dat bereikt is?
40
3. Er is een stuurgroep Sociaal Stedenbeleid geformeerd waarin de vier wethouders en de gedeputeerde zitting hebben. Hieronder valt een projectgroep waarin de vier gemeenten, Scoop en provincie participeren. Gezamenlijk werken zij aan de uitvoering van het project en delen actief ervaringen met elkaar.
Wat hebben we daarvoor gedaan? 1. Voor het onderdeel CtC, sociale diagnose en wijkactieplannen, is de eerste stap afgerond: er zijn enquêtes gehouden onder jongeren van de vier steden. De resultaten hiervan vormen samen met reeds bestaande informatie op wijkniveau (het zogenaamde bronnenboek) de vier sociale diagnoses per stad. Dit onderzoeksdeel is door Scoop uitgevoerd. In het voorjaar van 2010 is nog extra aandacht besteed aan het verbreden van het CtC model met gegevens uit de Sociale Staat. Na de werving en benoeming van projectleiders in de vier gemeenten, zijn gemeenten aan de slag gegaan met bijeenkomsten in de wijk en het opstellen van wijkprofielen en wijkactieplannen. Die zijn nu in alle vier de gemeenten, deels in concept gereed. De vier gemeentelijke projectleiders CTC worden gezamenlijk gecoached. Er ontstaat zo een platform voor uitwisseling van ervaringen en ideeën tussen de vier gemeenten.
1. Met de vier gemeenten zijn prestatieafspraken gemaakt. Hieraan zijn subsidiebeschikkingen verbonden. In 2011 moeten de gemeenten de volgende drie zaken aanleveren: • het rapport wijkprofiel • het preventieplan voor de wijk • het uitvoeringsplan voor de wijk De vier projectleiders CtC van de vier wijken worden gezamenlijk begeleid door een hiervoor opgeleide coach.
2. Voor het onderdeel opbouwwerk zijn in de vier gemeenten per 1 juni vier parttime opbouwwerkers gestart. Deze nieuwe opbouwwerkers stellen, samen met de eventueel reeds aanwezige opbouwwerkers, een plan op waarin de uitwisseling en samenwerking tussen de vier steden structureel wordt geborgd. Dit plan is eind 2010 gereed.
2. Er is een “Zeeuwse opbouwwerkplaats” gerealiseerd. Kern van de aanpak is dat elke gemeente 1 fte opbouwwerk levert en de provincie daar 2 fte aan toevoegt (het zogenaamde 4 + 2 model). De samenwerking in de Opbouwwerkplaats is gericht op expertise delen en versnippering in aanpak te bestrijden. In de projectperiode (tot en met eind 2011) wordt een netwerk opgebouwd, dat ook na de projectperiode kan blijven functioneren. De opbouwwerkplaats speelt - waar nodig en mogelijk - in op de aanpak van CtC.
Daarnaast is aan Scoop gevraagd om de samenwerking tussen de vier steden verder uit te werken in de vorm van een Opbouwwerkplaats Zeeland. Het doel is om te komen tot een netwerk van opbouwwerkers met twee soorten expertise. Aan de ene kant kennis van de lokale situatie en worteling in lokale netwerken. Aan de andere kant competenties met betrekking tot bepaalde thema’s en doelgroepen die op meerdere plaatsen in Zeeland kunnen worden ingezet, afhankelijk van de vraag. De Opbouwwerkplaats
streeft naar een optimale balans tussen deze twee vormen van expertise. 3. De stuurgroep en projectgroep zijn regelmatig bij elkaar geweest, waarbij zowel op bestuurlijk als ambtelijk niveau aandacht wordt besteed aan uitwisseling van ervaringen, kennis en netwerken.
Tussenbalans en vervolgacties De Opbouwwerkplaats Zeeland is een meerjarig traject dat bestaat uit twee fasen. De eerste fase heeft een verkennend karakter en mondt uit in een werkplan c.q. plan van aanpak (september 2010). Hierin wordt aangegeven hoe de balans tussen enerzijds inbedding van het opbouwwerk in de lokale gemeenschap en anderzijds bovenlokale inzet van de beschikbare competenties kan worden bereikt. De tweede fase is erop gericht het plan van aanpak uit te werken. Wat heeft het (tot nu toe) gekost? In 2009: Subsidie aan gemeenten externe begeleiding CtC In 2010: Subsidies aan gemeenten Externe begeleiding CtC Scoop voor Opbouwwerkplaats Totale kosten:
€ €
78.000,32.606,-
€ € €
61.875,10.154,13.750,-
€ 196.385,-
Demonstratieproject Hart van Leefbaarheid: bevorderen leefbaarheid kleine kernen Wat willen we bereiken? In de gemeente is in een aantal kernen een traject ingezet om de leefbaarheid te verbeteren. De betrokkenheid van de bewoners bij dit proces is groot. Voor de leefbaarheid in een dorp is een ontmoetingsplaats essentieel. Het project beoogt de dorpshuizen te maken tot ‘Hart van Leefbaarheid’. Het dorpshuis moet in dit project de centrale plaats worden waar bewoners elkaar ontmoeten en met elkaar activiteiten ondernemen. Nieuwe vormen van samenwerking tussen organisaties en bedrijven moeten ook voor de langere termijn het dorpshuis tot Hart van Leefbaarheid maken. In het
project wordt samengewerkt door partijen uit verschillende beleidsvelden. De kracht van het project is dat leefbaarheid niet vanuit één thema benaderd wordt, maar dat gezocht wordt naar oplossingen vanuit zowel het sociale, ruimtelijke als het economische domein. In het traject wordt bovendien bewust gezocht naar ‘nieuwe verbindingen’. Uniek aan dit project is dat de betrokken partijen dit proces in alle 18 kernen willen uitvoeren. De uitdaging: “Hoe kunnen we met beperkte middelen de dorpshuizen in alle 18 kernen van Schouwen-Duiveland blijvend tot leven brengen” is ook voor andere gemeenten in Zeeland interessant. Er zijn vooralsnog vijf kernen aangewezen die als pilot zullen dienen. Binnen het project is een aantal subdoelen benoemd: Subdoel 1 Vijf dorpsactiveringsplannen: De pilotkernen Ellemeet, Dreischor, Oosterland, Nieuwerkerk, en Bruinisse beschikken over een uitgewerkt plan om dorpsactivering binnen de kern concreet vorm te geven. Subdoel 2 Dorpshuizen onder één stichting: Om efficiënt en taakgericht te kunnen werken is het dorpshuisbeheer ondergebracht onder één beheerorganisatie. Subdoel 3 De toegepaste methodiek is overdraagbaar aan andere gemeenten en relevante partijen (woningcorporaties, zorginstellingen, dorpsraden) in Zeeland. Daarnaast inspireert het project andere gemeenten in Zeeland tot het aangaan van nieuwe verbindingen. Subdoel 4 Zorgvuldige communicatie naar direct en indirect betrokkenen over het project en de projectresultaten. Subdoel 5: Monitoring van het proces en van de resultaten zodat objectief kan worden vastgesteld of het traject daadwerkelijk bijdraagt aan de verbetering van de leefbaarheid in de pilotkernen.
Waaraan kunnen we zien of dat bereikt is? Het project draagt bij aan het bevorderen van vitale netwerken en sociale betrokkenheid in de kernen van SchouwenDuiveland. Daarnaast heeft het project een positieve invloed
41
op een goede en veilige woon- en leefomgeving met daarin passende voorzieningen. Subdoel 1 De dorpsactiveringstrajecten vormen de basis voor de verbeteringen die in de pilotkernen worden gerealiseerd. Subdoel 2 De dorpshuizen zijn ondergebracht in één stichting. Subdoel 3 Het proces is succesvol overgedragen aan de andere gemeenten en betrokken partijen (woningcorporaties, zorginstellingen, dorpsraden) in Zeeland. Subdoel 4 Inwoners van Schouwen-Duiveland kennen het project Hart van Leefbaarheid en weten wat dat voor hun dorp betekent of gaat betekenen. Subdoel 5: Het monitoringsproces is succesvol uitgevoerd; bekend is wat de bijdrage van het traject is geweest aan het verbeteren van de leefbaarheid in de vijf pilotkernen.
Wat hebben we daarvoor gedaan? Subdoel 1 In de vijf pilotkernen zijn de bewoners gestart met het ontwikkelen van dorpsactiveringsplannen. Hierbij is gebruik gemaakt van leefbaarheidenquêtes waaruit een aantal belangrijke thema’s naar voren zijn gekomen. Deze thema’s verschillen per kern. In samenwerking met verschillende partijen uit het dorp waaronder bewoners, ondernemers, de gemeente, de basisschool en de woningcorporatie zijn per kern concrete plannen opgesteld om de leefbaarheid in de kern te verbeteren. Een deel van deze plannen is inmiddels binnen de kaders van het demonstratieproject Hart van Leefbaarheid daadwerkelijk gerealiseerd. Deelproject ‘Hart voor de dorpswinkel’ Dit deelproject draagt bij aan de projectdoelstelling van het project Hart van Leefbaarheid. Ook dorpswinkels kunnen als bindmiddel fungeren in de relatief kleine gemeenschappen op Schouwen-Duiveland.
42
Aan de hand van de ervaringen met dorpswinkel Nummer 11 in Noordgouwe wordt gekeken naar de (on)mogelijkheden van het in stand houden of opstarten van een dergelijke voorziening in kleine kernen. Ook de rol en de functie van het dorpshuis zal nadrukkelijk worden meegenomen. Subdoel 2 De gemeenteraad van Schouwen-Duiveland heeft besloten de oprichting van één nieuwe stichting voor het beheer en de exploitatie van de dorpshuizen te ondersteunen. Afspraken over het beheer en de exploitatie van de dorpshuizen zijn vastgelegd in een overdrachtsconvenant. Dit convenant is op 1 juli 2009 ondertekend. De gemeentelijke dorpshuizen zijn met terugwerkende kracht met ingang van 1 januari 2009 onderdeel van Stichting Dorps- en Gemeenschapshuizen (SDGS). Inmiddels heeft het stichtingsbestuur kennis gemaakt met de besturen van de overige (niet gemeentelijke) dorpshuizen en is een mogelijke samenwerking besproken. Van de negen resterende dorpshuizen zijn er drie per 1 januari 2010 naar SDGS overgegaan. Subdoel 3 Op 8 december 2009 is een bijeenkomst georganiseerd met contactambtenaren van alle gemeenten in Zeeland voor dorpshuizenbeleid en vertegenwoordigers van dorpshuisbesturen. Dit overleg zal in 2010 worden voortgezet. Doel van het overleg is: • Delen van kennis en informatie over het gemeentelijke beleid rondom dorps- en gemeenschapshuizen, • Gemeenschappelijke vraagstukken en oplossingen benoemen, • Samenwerking tot stand brengen waar mogelijk. Op 8 juli 2010 heeft een bijeenkomst plaatsgevonden voor contactambtenaren en wethouders bij gemeenten en voor besturen en beheerders van dorpshuizen. Hier zijn de resultaten van de inventarisatie dorpshuizenbeleid onder de 13 Zeeuwse gemeenten gepresenteerd. Er ligt een voorstel om te onderzoeken of een ondersteunend platform opgericht kan worden voor dorpshuizen in Zeeland. Andere provincies hebben al een dergelijk platform. Subdoel 4 Op 30 juni 2009 is het beeldmerk voor het project Hart van Leefbaarheid gepresenteerd. Dit beeldmerk wordt gebruikt om de verschillende activiteiten rondom leefbaarheid op
Schouwen-Duiveland met elkaar in verband te brengen. De begrotingskrant van de gemeente is gebruikt om intensief te communiceren over het project. Daarnaast is een groep vrijwilligers gestart met een ‘Inwonerskrant’. Deze krant zal als bijlage bij Wereldregio verschijnen. Deze gratis krant wordt door veel mensen op Schouwen gelezen. De start van de Inwonerskrant wordt gefinancierd vanuit het project. Daarna zal de krant op eigen kracht verder gaan. Subdoel 5 Scoop heeft voor iedere kern die deelneemt in Hart van Leefbaarheid een leefbaarheidsmonitor opgesteld. Deze wordt gebruikt als nulmeting. In de monitor zijn de resultaten van de leefbaarheidstrajecten, de gegevens uit interviews met dorpshuisbeheerders en de SDGS en de resultaten uit de Sociale Staat van Zeeland verwerkt.
Tussenbalans en vervolgacties Het project Hart van Leefbaarheid ligt op koers. Het leefbaarheidsproject neemt een belangrijke plaats in binnen de gemeente Schouwen-Duiveland. Het traject met de Zeeuwse gemeenten wordt gebruikt om de resultaten van Hart van Leefbaarheid als een inspiratiebron voor andere gemeenten in Zeeland neer te zetten. In februari 2010 heeft in een gezamenlijke bijeenkomst van stuurgroep en projectgroep een evaluatie plaatsgevonden. De resultaten van de evaluatie zijn gebruikt om vast te stellen hoever het project gevorderd is, welke doelstellingen wel en welke niet gerealiseerd worden en wat dat betekent voor de looptijd van het project.
Wat heeft het (tot nu toe) gekost? De provincie heeft een subsidie verleend van € 200.000,- voor de jaren 2009 en 2010. In december 2008 is een subsidie verleend van € 26.875,- voor de aanloop van het project. In februari van 2010 heeft de provincie een voortgangsrapportage ontvangen.
Demonstratieproject ‘Zeeuws model in de gezondheidszorg’, Gezondheidscentrum Axel
en de gemeente Terneuzen gesignaleerde risico van verschraling van het zorgaanbod. Er dreigt een opvolgingsproblematiek in de huisartsenzorg in Zeeland, vooral op het platteland. Het behoud van eerstelijns gezondheidszorg is een belangrijke voorwaarde voor de leefbaarheid op het Zeeuwse platteland. Het realiseren van multidisciplinaire gezondheidscentra kan ervoor zorgen dat voorzieningen behouden blijven, omdat zij een aantrekkelijke werkplek zijn voor jonge huisartsen. In de tweede plaats is het van belang dat het op te richten gezondheidscentrum aansluit bij de wensen en behoeften van de inwoners van Axel. Deze wensen en behoeften worden door Het Klaverblad en de NPCF geïnventariseerd. Daarnaast moet het gezondheidscentrum niet alleen een functie hebben in het herstellen van gezondheidsproblemen, maar ook nadrukkelijk aandacht besteden aan preventie en het bevorderen van gezond gedrag. Het moet een laagdrempelig inloopcentrum worden, waar inwoners van Axel adviezen kunnen krijgen om hun gezondheid te behouden en te bevorderen. Dit is in lijn met het collegeprogramma Nieuwe Verbindingen, waarbij meer aandacht komt voor voorafbeleid. De problemen die in Axel spelen, spelen overal op het platteland van Zeeland. Er is voor Axel gekozen, omdat hier op korte termijn een aantal huisartsen stopt en zich daarom kansen voordoen om iets nieuws uit te werken. Doel van het demonstratieproject in Axel is daarom tweeledig: 1. De ontwikkeling van een multidisciplinair gezondheidscentrum dat de eerstelijnszorg in Axel versterkt en dat toekomstbestendig is. 2 Het op basis van de ervaringen in Axel uitwerken van een succesvol concept ten behoeve van andere (plattelands) gemeenten in Zeeland. Het project is - met de voorwaarden die aan (de ontwikkeling van) het gezondheidscentrum gesteld worden - een pilot die moet bijdragen aan de versterking van de eerstelijnszorg in andere (kleine) kernen in Zeeland.
Waaraan kunnen we zien of dat bereikt is? Wat willen we bereiken? Aanleiding voor het project is het door de Provincie Zeeland
Het project in Axel zal een drietal zaken opleveren en demonstreren:
43
1. Een oplossing voor eerstelijns gezondheidszorg in landelijke gebieden; 2. De toegevoegde waarde voor de kwaliteit van de zorg door het betrekken van burgers/zorgvragers bij de ontwikkeling van eerstelijnsgezondheidszorg; 3. Er is een meerwaarde van de koppeling tussen Wmo, volksgezondheidsbeleid en eerstelijnszorg voor het welzijn en de gezondheid van burgers.
Wat hebben we daarvoor gedaan? Haalbaarheidstudie gezondheidscentra Axel en Clinge In 2008 heeft Nucleus Zorg in opdracht van de Provincie een haalbaarheidstudie in Clinge en Axel uitgevoerd naar de wenselijkheid en mogelijkheden van een gezondheidscentrum. Hieruit bleek dat in beide plaatsen een gezondheidscentrum nieuwe mogelijkheden biedt om de positie van de patiënt als zorgvrager meer centraal te stellen. In overleg met de gemeente Terneuzen is besloten om de pilot in Axel te laten plaatsvinden. De reden hiervoor is, dat de situatie in Axel complexer en minder overzichtelijk is dan in Clinge. In Axel is het mogelijk om de ontwikkeling van een eerstelijns gezondheidscentrum vanaf het begin af aan te volgen. Dat is ook voor andere Zeeuwse instellingen en gemeenten een voordeel. De vijf projecten moeten immers het leggen van nieuwe, slimme verbindingen demonstreren. Situatie in Axel In Axel zullen de komende jaren twee van de drie huisartsen met pensioen gaan. De continuïteit van de huisartsenzorg is daardoor niet gegarandeerd. Daarnaast is er gezien de capaciteit van de huidige praktijk geen ruimte voor een vierde huisartsenpraktijk. Een haalbaarheidsstudie naar gezondheidscentra in de gemeente Terneuzen wijst uit dat de verschillende aanbieders van eerstelijnszorg in Axel veel belangstelling hebben voor een gezondheidscentrum. Er zijn voldoende mogelijkheden in Axel om te bouwen. Stuurgroep Multidisciplinair gezondheidscentrum Axel De Provincie heeft de gemeente Terneuzen gevraagd de verdere uitvoering van dit demonstratieproject op zich te nemen. Hiervoor is een stuurgroep in het leven geroepen, die het proces begeleidt. Ook de Provincie is in de stuurgroep vertegenwoordigd. Voor de feitelijke uitvoering heeft de gemeente
44
Terneuzen in 2009 twee externe projectleiders benoemd. De eerste projectleider wordt met name in de opstartfase ingezet, de tweede heeft vooral een rol in de praktische uitvoering. Voor de kosten van deze twee externe projectleiders heeft de Provincie aan de gemeente Terneuzen een subsidie verleend. Programma van aanbevelingen vanuit zorgvragersperspectief Eind 2009 is aan Het Klaverblad opdracht verleend om met de Nederlandse Patiënten Consumenten Federatie (NPCF) en het aan de Rijksuniversiteit Groningen gelieerde onderzoeksbureau ARGO BV (Advies, Research, Gezondheidszorg en Ouderenbeleid) een programma van aanbevelingen op te stellen vanuit het perspectief van de zorgvrager. Ook is hen gevraagd dit programma te implementeren en te borgen in het nieuwe gezondheidscentrum in Axel. Dit programma van aanbevelingen is inmiddels opgeleverd.
Tussenbalans en vervolgacties Tijdens een aantal werkconferenties hebben de verschillende disciplines die belangstelling hebben om zich te vestigen in het nieuw te bouwen gezondheidscentrum kennis met elkaar gemaakt. Ook zijn er afspraken gemaakt over de concretisering van het gezondheidscentrum. Op 15 juni 2010 heeft een werkconferentie plaatsgevonden over de manier waarop preventie vorm kan krijgen in het centrum. Op 16 juni 2010 heeft een eerste Bouwconferentie plaatsgevonden vinden met als doel (in)zicht te krijgen op de verschillende opties van kopen en huren, op problemen die nog opgelost moeten worden en op de manier waarop de verschillende deelplannen in elkaar gevlochten kunnen worden. Een tweede Bouwconferentie vindt eind augustus plaats. Dan wordt bepaald of de bouw van het gezondheidscentrum en de te realiseren doelstellingen haalbaar zijn. Uiteindelijk moet deze conferentie uitmonden in een convenant, waarmee de partijen de verantwoordelijkheid nemen om het gezondheidscentrum daadwerkelijk te laten bouwen. De ondertekening van dit convenant staat gepland voor september 2010.
Wat heeft het (tot nu toe) gekost? De kosten van de externe projectleiders bedragen tot nu toe € 66.664,-. Voor de opdracht aan Het Klaverblad is een bedrag van € 33.044,- betaald.
Demonstratieproject Integratie Openbaar Vervoer & Doelgroepenvervoer Zeeland (IODZ) Wat willen we bereiken? In 2014 beschikt Zeeland over een duurzaam vervoersysteem dat aansluit bij de vervoersbehoefte van de Zeeuwse burger. Hierbij wordt gebruikt gemaakt van regulier openbaar vervoer en van het zogenaamde doelgroepenvervoer. Mensen die aangewezen zijn op deze vormen van vervoer kunnen hier zo optimaal mogelijk gebruik van maken en daardoor blijven deelnemen aan het maatschappelijk leven. De leefbaarheid van de Zeeuwse dorpen en kleine kernen staat onder druk. Dit is onder meer het gevolg van de voortgaande schaalvergroting en de veranderende bevolkingssamenstelling. Voorzieningen in de kleinere kernen verdwijnen en de bewoners zijn daardoor vaker aangewezen op voorzieningen in grote kernen of steden. Voor de meeste mensen vormt dit geen probleem. Mobiliteit is nu eenmaal een randvoorwaarde om op het platteland te kunnen (blijven) wonen. De meeste gezinnen beschikken dan ook over een of meerdere auto’s. Maar voor een kleine groep mensen ligt dit anders. Het betreft inwoners van Zeeland die om wat voor reden dan ook niet (meer) of nog niet in het bezit zijn van een (eigen) auto en/of rijbewijs en geen beroep kunnen doen op een ander. Dit gemis aan mobiliteit speelt met name voor ouderen, maar ook voor jongeren. Tegenover deze ‘vervoersarmoede’ staat een uitgebreid aanbod van collectieve vervoersproducten die op verschillende momenten van de dag met name vanuit de zorg- onderwijsen welzijnsector worden aangeboden. Denk hierbij aan het openbaar vervoer, Wmo-vervoer, vervoer in het kader van de AWBZ, WSV en leerlingenvervoer. Hierbij zijn verschillende opdrachtgevers (provincie, gemeenten en zorgverzekeraars, e.d.) en veel vervoerders betrokken. Samenwerking tussen de verschillende opdrachtgevers en vervoerders is nog maar beperkt op gang gekomen. Gevolg hiervan is onder meer een lage bezettingsgraad van bussen. Bij het doelgroepenvervoer zien we dat meerdere voertuigen dezelfde routes rijden met ieder een marginale bezetting. Naar verwachting is hier een behoorlijke efficiencyslag te maken.
Waaraan kunnen we zien of dat bereikt is? Als de provincie per 1 januari 2014 een nieuwe concessie voor het openbaar vervoer verleend, waarin voor een lange termijn tegemoet wordt gekomen aan de mobiliteitvraag van de bovengenoemde doelgroep.
Wat hebben we daarvoor gedaan? Mobycon heeft een onderzoek uitgevoerd naar de vervoerstromen binnen de doelgroepen- en openbaar vervoer in Zeeland. Hierbij is de haalbaarheid om de verschillende vormen van openbaar vervoer en doelgroepenvervoer te integreren onderzocht en zijn alternatieven gepresenteerd. Uit dit onderzoek komt naar voren dat in Zeeland een beperkt aantal combinatiemogelijkheden kans van slagen heeft. De tussenresultaten van dit onderzoek zijn in een drietal achtereenvolgende bijeenkomsten met gemeenten, zorgaanbieders, sociale werkvoorzieningen, zorgverzekeraars en Het Klaver-blad besproken.
Tussenbalans en vervolgacties Mede op basis van de uitkomsten van deze studie is per 1 september 2009 een eerste pilot gestart in de Oosterschelderegio. Hierin wordt onder andere het Wmo-vervoer na 19.00 uur opengesteld voor de reguliere openbaar vervoerreiziger. In Zeeuws-Vlaanderen is per 1 februari 2010 een vergelijkbare pilot van start gegaan. In 2010 start in Zeeuws-Vlaanderen ook een kleinschalige (deel) pilot, waarin het delen van taxivervoer wordt gestimuleerd. De taxicentrale die in handen is van de drie Zeeuws-Vlaamse gemeenten faciliteert dit initiatief. Momenteel wordt onderzocht waar in Zeeuws-Vlaanderen de pilot kan plaatsvinden. De financiële haalbaarheid van een servicebus-concept in Middelburg is niet duidelijk. Op Walcheren zal daarom wellicht naar een alternatief moeten worden gezocht. De pilots leveren vanuit de praktijk input voor het programma van eisen voor de volgende aanbesteding van het openbaar vervoer in Zeeland, vandaar dat er verschillende pilots worden uitgevoerd. Scoop monitort de verschillende (deel)pilots.
Wat heeft het (tot nu toe) gekost? Dit demonstratieproject is een gezamenlijk project van de directies Economie & Mobiliteit en Samenleving, Bestuur &
45
Organisatie (SBO). Het wordt bekostigd vanuit de experimenteergelden Openbaar Vervoer. De kosten van het onderzoek bedragen € 49.350,- en worden door beide directies gedragen. De kosten van de pilot in de Oosterschelderegio (pilot 1) bedragen maximaal € 200.000,- voor de duur van twee jaar. Het maximaal aandeel in de pilot OV in de avonduren (pilot 2) & het Zeeuws-Vlaams liften (pilot 3), bedraagt € 100.000,- voor eveneens twee jaar. De pilots worden eveneens vanuit de experimenteergelden OV gefinancierd. Daarnaast leveren Goes, Terneuzen en Woongoed Zeeuws-Vlaanderen een bijdrage.
Demonstratieproject Natuur en Gezondheid Wat willen we bereiken? Het college van Gedeputeerde Staten (GS) streeft naar een gezond en actief betrokken Zeeland. Dat betekent niet alleen het aanpakken van sociale vraagstukken en problemen (herstelbeleid), maar ook investeren in het voorkomen van gezondheidsproblemen. Gezondheid heeft niet alleen een individuele, maar ook een grote maatschappelijke waarde. Het is een voorwaarde voor een goede leefbaarheid, draagt bij aan vermindering van het zorggebruik en is onmisbaar om mee te kunnen doen aan het economische en maatschappelijke leven. Ook in Zeeland zijn trends zichtbaar die juist een negatieve invloed hebben op de levensverwachting en het aantal gezonde levensjaren van burgers. Denk hierbij aan overgewicht of aan eenzaamheid onder ouderen. (On)gezond gedrag hangt sterk samen met de sociale en fysieke omgeving van mensen. Een gezonde fysieke omgeving is een belangrijk aangrijpingspunt voor preventie van gezondheidsproblemen, het stimuleren van gezond gedrag en het nemen van verantwoordelijkheid voor de eigen gezondheid. Met het project Natuur en Gezondheid wil de Provincie de gezondheid van gebruikers - van jong tot oud - verbeteren door het creëren van een ‘groene omgeving’ (park, recreatie, speel- en ravotgedeelte) die mensen uitnodigt tot gezond gedrag; bewegen, spelen en ontmoeten. De ambitie is om gezondheidswinst te boeken door een interactie met de natuur. In het project willen we: • bewoners actief betrekken bij de (her)inrichting van hun gezonde woonomgeving;
46
• uitwisseling van kennis over kansen en mogelijkheden om de gezondheid van Zeeuwen te vergroten door het (her)inrichten van een gezonde omgeving; • investeren in onderzoek naar de effecten van de natuurgerelateerde elementen die in worden gezet of worden benut om gezondheidswinst te bereiken.
Waaraan kunnen we zien of dat bereikt is? • Eind 2011 is in de wijk Goes-Oost een ‘natuurzone’ aangelegd voor verschillende leeftijds- en gebruikersgroepen; kinderen, jongeren, ouderen. Voor het ontwerp en de inrichting van deze natuurzone is uitgegaan van gezondheidsbevorderende elementen. De bewoners zijn als toekomstige gebruikers nauw betrokken bij ontwerp en inrichting van het terrein. • Het project dient als inspirerend voorbeeld voor Zeeland. De aanpak, het proces en de ervaringen moeten zodanig zijn vastgelegd dat deze overdraagbaar zijn naar andere partijen en locaties. Op deze manier wordt de inzet van ‘natuur en gezondheid’ ook elders gestimuleerd. • Eind 2011 is een onderzoeksopzet beschikbaar waarmee kan worden onderzocht wat de effecten van het project zijn op de gezondheid en het welzijn van de gebruikers.
Wat hebben we daarvoor gedaan? In oktober 2009 heeft de gemeente Goes het college van GS een projectplan aangeboden. In de voorafgaande periode heeft frequent ambtelijk en bestuurlijk overleg plaatsgevonden tussen de Provincie en gemeente Goes. In deze fase is met name gewerkt aan: • een goede afstemming tussen de afdelingen Stadsontwikkeling, Economische Zaken en Samenleving van de gemeente Goes; • de voorbereiding van een integrale uitgangspuntennotitie (gezondheids-, Wmo-, sport- en speelvoorzieningenbeleid en groenstructuurplan); • een zorgvuldige keuze voor een geschikte locatie; • de projectstructuur; • de werving van een geschikte extern projectleider.
Tussenbalans en vervolgacties Keuze locatie Als mogelijke locatie zijn vier opties vergeleken aan de hand van een aantal criteria, zoals de grootte en eigendom van
de kavel, het bestemmingsplan, veiligheid, bewonersparticipatie, spreiding van voorzieningen over Goes, investering in het terrein en bereikbaarheid van de locatie. Op basis van deze criteria is de voorkeur uitgesproken voor een locatie in de wijk Goes-Oost. Dit gebied is door Goes in het Groenstructuurplan aangewezen als zogenaamde groene bufferzone. Dit Groenstructuurplan vormt een lange termijn visie op de gewenste ontwikkelingen van het groen in de bebouwde kom. Als onderdeel hiervan zijn de eigenaren van de grond en de pachtovereenkomsten geïnventariseerd. Burgerparticipatie Participatie van burgers is leidend in het project. De gemeente en de extern projectleider hebben inmiddels een start gemaakt met het voeren van gesprekken met direct omwonenden. Ook zijn voorgesprekken gevoerd met dorps- en wijkraden om het draagvlak voor de plannen te toetsen en input te krijgen voor het project.
• de werkgroep onderzoek/monitoring houdt zich bezig met het maken van een onderzoeksopzet. Voor de participatie in deze werkgroepen wordt/is een beroep gedaan op organisaties als GGD Zeeland, IVN Zeeland, Scoop, natuur- en milieueducatiecentra, zorg- en onderwijsinstellingen, et cetera. Met een deel van deze partijen heeft al vooroverleg plaatsgevonden. Met de GGD en Scoop is gesproken over de opzet van een onderzoek naar de effecten van het project op de gezondheid en het welzijn van de gebruikers. Voorbeeldfunctie Het demonstratieproject Natuur en Gezondheid heeft een voorbeeldfunctie voor Zeeland. Om dit thema te ondersteunen is op initiatief van de Provincie in 2009 de bijeenkomst ‘Natuurspeelplaatsen’ gehouden. Ook hier stond de verbinding tussen natuur/groen en gezondheid centraal via de (integrale) realisatie van natuurspeelplaatsen.
Wat heeft het (tot nu toe) gekost? Werkgroepen Voor dit project worden drie werkgroepen ingesteld: • de werkgroep voorbereiding houdt zich bezig met de voorbereiding voor de realisatie van het project, inclusief de bewonersparticipatie; • de werkgroep realisatie houdt zich bezig met de daadwerkelijke realisatie van het terrein;
Dit gezamenlijk demonstratieproject van de gemeente Goes en de Provincie loopt van 1 oktober 2009 tot en met 31 december 2011. De Provincie heeft de gemeente Goes voor 2009 een subsidie verleend van € 56.000,- en voor 2010 van € 135.000,-. De bijdrage van de gemeente Goes bedraagt € 293.512,- voor het totaal.
47
Beleidsprogrammering Sociale Zorg Voortgang Projecten: Programmering Sociale Zorg 2010
Inventarisatie per programma op 1 april 2010
Juni 2010 Samenstelling E. Spuesens A. Tange in opdracht van de Provincie Zeeland
48
Inhoudsopgave Voortgang Projecten: Inventarisatie per programma op 1 april 2010
Inleiding
50
1
Leefbaarheid en sociale samenhang
51
2
Meedoen en nieuwe kansen
56
3
Jeugd telt mee
62
4
Gezond en Actief
65
5
Gezondheidszorg
67
49
Inleiding Voortgang Projecten: Inventarisatie per programma op 1 april 2010
Met de Beleidsprogrammering Sociale Zorg wil de Provincie Zeeland ruimte en voorwaarden scheppen om gewenste ontwikkelingen op het gebied van sociale zorg in gang te zetten. Dus geen beleidsnota’s als papieren tijgers maar een concrete aanpak met duidelijke programma’s waarbinnen subsidie aangevraagd kan worden. De Beleidsprogrammering Sociale Zorg (BSZ) is niet alleen een uitvoeringsplan, maar ook een subsidie-instrument. Gemeenten, maatschappelijke organisaties en Zeeuwse instellingen voor zorg en welzijn kunnen subsidie aanvragen voor projecten die bijdragen aan de (sub-)doelstellingen van de programma’s. Scoop is gevraagd om net als voorgaande jaren in 2010 weer een inventarisatie uit te voeren van de lopende en afgeronde projecten in de verschillende programma’s van de Beleidsprogrammering Sociale Zorg. Het resultaat is bedoeld als bouwsteen voor de voortgangsrapportages aan de Provinciale Staten.
Werkwijze inventarisatie De formulieren voor de tussenevaluatie zijn digitaal verzonden en ook weer digitaal aangeleverd. De eindevaluatieformulieren zijn door de provincie verzameld. Alle 49 projecten met een einddatum na 1 april 2010 hebben een formulier voor tussentijdse evaluatie gekregen. Alle 44 projecten met een einddatum tussen 1 april 2009 en 1 april 2010 kregen een formulier voor eindevaluatie. Uiteindelijk zijn in totaal 48 evaluatieformulieren van lopende projecten ontvangen en alle (44) formulieren van afgeronde projecten. In 2009 zijn bij wijze van proef zes projecten mondeling geëvalueerd in plaats van schriftelijk. Doel hiervan was om te kijken of een dergelijke werkwijze een diepgaander inzicht biedt in het verloop van een project met de daarbij behorende succesfactoren en/of valkuilen. In 2010 is er door de provincie voor gekozen om tien projecten te bezoeken en mondeling te evalueren. Een korte terugblik is in kaders weergegeven in de voortgangsrapportage van de provincie. De uitkomsten van de inventarisatie, inclusief de beoordelingen die daarbij worden vermeld, zijn gebaseerd op de gegevens die vanuit de projecten zijn aangeleverd via deze formulieren. Die gegevens zijn niet nader geverifieerd door de provincie en/of Scoop. Projecten lopen soms langer dan de beleidscyclus, waardoor sommige langlopende projecten uit een vorige periode zijn ondergebracht in nieuwe programma’s. De programmaleiders van de provincie Zeeland trekken per programma en (sub)doelstelling conclusies in de voortgangsrapportage. Daarom vindt u in dit rapport geen conclusies, maar uitsluitend een beschrijving van de stand van zaken.
Leeswijzer De stand van zaken van de projecten wordt per programma gepresenteerd. Elk programma heeft een eigen hoofdstuk, waarbij de kerngegevens worden gepresenteerd in een tabel en de evaluatiegegevens per project worden beschreven.
50
1. Leefbaarheid en sociale samenhang Voortgang Projecten: Inventarisatie per programma op 1 april 2010
De doelstelling van het programma ‘Leefbaarheid en sociale samenhang’ is het bevorderen van leefbaarheid en sociale samenhang in wijken, kernen en buurten in Zeeland. Om dit streven handen en voeten te geven zijn er drie speerpunten geformuleerd: 1. Sociale betrokkenheid: bevorderen van vitale netwerken en sociale betrokkenheid in wijken, kernen en buurten door aandacht voor burgerinitiatieven, vrijwilligerswerk en respect en vertrouwen. 2. Goede woon- en leefomgeving: bevorderen van een goede en veilige woon- en leefomgeving met passende en bereikbare voorzieningen in de stad en op het platteland.
3. Ondersteuning, opvang en begeleiding: via de backoffice Wmo samenwerken met gemeenten rond de taken discriminatie, huiselijk geweld en gemeentelijk beleid rond mantelzorg. In dit programma zijn 28 afgeronde en lopende projecten geëvalueerd met in totaal een subsidiebedrag van € 2.037.932,— Een overzicht van de projecten in dit programma is opgenomen in tabel 1.
Tabel 1 Projecten in het programma ‘Leefbaarheid en sociale samenhang’
Nummer
Projectnaam
Organisatie
Startdatum
Einddatum
Subsidie
1-1-2006
1-7-2010
€ 135.000,—
1-10-2006
1-10-2009
€ 11.380,—
1-7-2006 1-12-2006
1-7-2009 30-4-2009
€ 45.000,— € 50.000,—
1-6-2007
1-6-2009
€ 25.000,—
1-4-2007 1-3-2009
1-4-2010 28-2-2010
€ 24.585,— € 20.000,—
2-1-2008
31-12-2009
€ 47.704,—
7-1-2008
1-12-2009
€ 124.663,—
2-6-2008
1-10-2009
€ 31.310,—
2-4-2008 28-5-2009
29-1-2010 28-5-2009
€ 79.000,— € 8.080,—
1-8-2009 1-4-2009
26-1-2010 1-5-2010
€ 55.050,— € 40.000,—
1-1-2006
1-7-2011
€ 81.746,—
1-6-2006
31-12-2011
€ 144.100,—
Afgerond BSZ0500104 BSZ0600063 BSZ0600067 BSZ0600123 BSZ0700021 BSZ0700046 BSZ0700129 BSZ0700150 BSZ0700178 BSZ0800033 BSZ0800034 BSZ0900007 BSZ0900026 BSZ0900036
ParticipatiefondswoonGemeente Middelburg servicezones Middelburg Gastlessen Stichting COS Zeeland Ontwikkelingssamenwerking Ruilwinkel SMWO Welzijn Inventaris woonzorgcentrum Stichting Werkt voor Ouderen Schutterijstraat Vlissingen Opplusregeling Gemeente Goes eengezinswoningen Buurtsparen Castria Wonen Optimaliseren informatie Samenwerkingsverband uitwisseling WMO Welzijnszorg Oosterscheldereg Werken met autisme Bureau Arbeid “de Zeeuwse aanpak” Implementatie digitaal Samenwerkingsverband Wmo loket XINVIS Welzijnszorg Oosterschelderegio Onderzoek Jeugd Gemeente Vlissingen Interventie Team (JIT) Domotica in de Zorg Stichting Hogeschool Zeeland Symposium discriminatie Samenwerkingsverband in Zeeland Welzijnszorg Oosterscheldereg Servicepunten SOKA Plus Stichting SOKA Dorpsplannen Biervliet, Gemeente Terneuzen Philipipne en Zaamslag
Lopend BSZ0500108 BSZ0600065
Project Toegang tot de Zeeuws-Vlaams Zorg Overleg woning Zeeuws-Vlaanderen Pilotproject implementatie Stichting Personen Alarmering Digitaal huisbezoek/ Zeeland De brede postbode: “Met ICT doe ik mee(r)”
51
Nummer
Projectnaam
Organisatie
Startdatum
Einddatum
Subsidie
Gezamenlijk Vrijwilligersbeleid Woonzorg en-servicecentrum Scherpenisse Ondersteuning CZW
IVN Consulentschap Zeeland
2-7-2007
31-12-2010
€ 62.000,—
Gemeente Tholen
1-10-2007
1-10-2011
€ 50.000,—
Samenwerkingsverband Welzijnszorg Oosterscheldereg Gemeente Schouwen-Duiveland Zorgstroom Walcheren
1-1-2008
31-12-2012
€ 275.486,—
2-6-2008 1-5-2008
31-3-2011 1-5-2011
€ 26.875,— € 68.250,—
Gemeente Veere
1-4-2010
1-12-2011
€ 150.000,—
Stichting Beursvloer Zeeland Platform Zeeuwse Vrouwenraad
1-1-2009 1-7-2009
31-5-2010 1-12-2010
€ 52.117,— € 14.000,—
Gemeente Noord-Beveland Gemeente Terneuzen
1-5-2009 12-6-2008
1-11-2010 1-5-2010
€ 65.475,— € 150.000,—
Gemeente Goes
1-7-2009
1-3-2011
€ 71.645,—
Nederlandse Patiënten Vereniging (NPV) afd. Schouwen-Duiveland
1-10-2009
1-10-2010
€
Lopend BSZ0700038 BSZ0700051 BSZ0700115 BSZ0700149 BSZ0800038 BSZ0800088 BSZ0800119 BSZ0800131 BSZ0800142 BSZ0900020 BSZ0900029 BSZ0900064
Hart van leefbaarheid Doorstart project Tabadila in de wijk Woonzorgcomplex Plus Grijpskerke Beursvloer Zeeland Subsidie 2009 Platform Zeeuwse Vrouwenraad Centrumplan Kamperland Brede School Oudelandse Hoeve Wonen, zorg en welzijn, Erasmusflat in Goes Deskundigheidsbevordering besturen NPV afdn.
Inventarisatie Bij het project ‘Gastlessen Ontwikkelingssamenwerking’ ging het om het bevorderen van deelname aan vrijwilligerswerk, met specifieke aandacht voor immigranten en jongeren, het versterken van de ondersteuningsstructuur door training van vrijwilligers en het afstemmen van vraag en aanbod van gastlessen voor het primair en voortgezet onderwijs. De doelstelling is grotendeels bereikt. Vrijwilligers van Zeeuwse stichtingen die actief zijn in ontwikkelingslanden én migranten en vluchtelingen zijn getraind in het geven van gastlessen op school. Door deze lessen maken jongeren kennis met vrijwilligerswerk op het gebied van ontwikkelingssamenwerking. Migranten/vluchtelingen zijn binnen de training daar waar mogelijk gekoppeld aan vrijwilligers van Zeeuwse stichtingen. Dit heeft geleid tot verdere samenwerking tussen beide doelgroepen. Op basis van de kwaliteiten van gastdocenten heeft COS Zeeland een vrijwilligerspool samengesteld waar scholen in Zeeland, via bemiddeling van COS, een beroep op kunnen doen. Door hier bekendheid aan te geven zorgt COS Zeeland voor het afstemmen van vraag en aanbod tussen scholen en gastdocenten. Deze pool blijft bestaan en COS Zeeland zal hier actief bekendheid aan blijven geven. De financiering van COS is verzekerd via NCDO ( Nationale Commissie voor Internationale Samenwerking en Duurzame Ontwikkeling). In ‘De Ruilwinkel’ in Goes kunnen mensen uit de Oosterschelderegio zonder tussenkomst van geld producten en diensten ruilen en zich zo materieel en/of immaterieel verrijken en met elkaar in contact komen. De doelstelling een bijdrage te leveren aan het tegengaan van effecten van armoede
52
6.900,—
en uitsluiting, is geheel bereikt. Ondanks een tussentijdse verandering van locatie heeft de Ruilwinkel een groot aantal deelnemers en een constante stroom aan bezoekers. De ruilwinkel is heel laagdrempelig en een goede plek om van daaruit ook daaruit ook diensten te ruilen, mee te doen en elkaar te ontmoeten. De ruilwinkel heeft in mei 2009 de prijs Appeltje van Oranje uit handen van prinses Maxima gekregen. Duidelijk is dat zo’n project niet zonder betaalde coördinatie kan. Er zullen tijdig plannen gemaakt moeten worden voor de toekomst en (her) financiering. De financiering is tot 1 januari 2011 geregeld. De bedoeling van het project ‘Inventaris woonzorgcentrum Schutterijstraat Vlissingen’ was het zo lang mogelijk zelfstandig blijven functioneren in de eigen woning van mensen in en nabij de omgeving van dit woonzorgcentrum. De ruimten voor de zorginfrastructuur zijn ingericht. Alle randvoorwaarden om de doelstelling te bereiken zijn zo gerealiseerd, maar in hoeverre er gesproken kan worden van een afname van het aantal verblijfplaatsen is nog niet duidelijk ivm de recente opening van woonzorgcentrum Schutterijstraat. Ervaring van eerdere en soortgelijke projecten leert dat afname binnen enkele jaren daadwerkelijk gerealiseerd wordt. Het project wordt geëvalueerd door een stuurgroep en de mogelijkheden voor samenwerking met Resto Van Harte en welzijnsorganisatie Palladium worden onderzocht. Het project wordt verder gefinancierd uit een subsidieregeling zorginfrastructuur. Het project ‘Opplusregeling eengezinswoningen’ is opgezet voor woningeigenaren van 55 jaar en ouder in Goes. Doelstellingen waren hen te informeren over deze Opplus-
regeling en het gebruik van deze regeling (en daarmee het langer zelfstandig kunnen wonen) stimuleren. Alle betrokkenen zijn aangeschreven en uitgenodigd voor een informatiebijeenkomst. Dit was een groot succes. In eerste instantie was er uitgegaan van 40 subsidie-aanvragen maar uiteindelijk zijn er 130 aanvragen ingediend. De doelstelling is hiermee geheel bereikt. Vanwege het succes is het budget voor het project twee maal verhoogd door de gemeente. Het project wordt als zeer geslaagd beschouwd. Senioren zijn zich meer bewust van hun eigen woonsituatie en zijn bereid daarover na te denken. Tegelijkertijd zijn ze bereid daarin zelf hun verantwoordelijkheid te nemen. Het project is voor een periode van één jaar voortgezet door de gemeente Goes. De doelstelling van het project ‘Optimaliseren informatie uitwisseling Wmo’ was om eenvoudige informatie uitwisseling van Wmo gegevens, éénvormigheid van gegevens voor de Wmo monitor en een geïntegreerd infosysteem ten behoeve van cliënten te realiseren. Deze doelstelling is gedeeltelijk bereikt omdat de financiële mogelijkheden te beperkt bleken om alles geheel naar wens te realiseren. Wel zijn grote stappen gezet in het aanleveren en controleren van gegevens en het eenvoudig rapporteren over Wmo gegevens op cliëntniveau. Er is (nog) geen webportal, maar de gegevens worden nu wel geautomatiseerd aangeleverd en verwerkt. Bezien wordt nog of met eigen middelen een verdere optimalisering mogelijk is. Werken met autisme ‘de Zeeuwse aanpak’ was een project om mensen met autisme in Zeeland uit het isolement te halen door begeleiding naar (onbetaald) werk en door het organiseren van lotgenotengroepen. Het project is gedeeltelijk gerealiseerd. In de praktijk bleek het moeilijk om de doelgroep, degenen die zich afzonderen, te bereiken. Degenen die zelf over meer initiatief beschikken zijn beter bereikt. Er zijn voorlichtingsbijeenkomsten georganiseerd en in plaats van 12 zijn er 18 mensen richting (on)betaald werk of begeleiding op/bij het werk geleid. Minder mensen hebben een assessment gedaan (4 ipv 12) of deelgenomen aan een lotgenotengroep (4 ipv 24). Wel is er als niet geformuleerde doelstelling een intensieve samenwerking met de samenwerkingspartners ontstaan en een betere bekendheid van Werkpad (fusie van bureau Arbeid en FAMA per 1-5-2009). Dit bureau zal bij voldoende passende kandidaten die zich voor een traject hebben aangemeld of willen aanmelden, onderzoeken of er alsnog een assesment kan worden uitgevoerd of een lotgenotengroep kan worden opgericht. Over financiering moet dan overlegd worden met de opdrachtgever zoals UWV, gemeente of werkgever. In het project ‘Implementatie digitaal Wmo loket XINVIS’ was het de bedoeling om bij minimaal negen en maximaal twaalf gemeenten in Zeeland dit digitale loket te implementeren. De doelstelling is grotendeels bereikt, inmiddels is het loket bij tien gemeenten geïmplementeerd. De gemeente Middelburg heeft uitstel van implementatie gevraagd met het verzoek om de subsidie beschikbaar te houden. Het digitale Wmo-loket is een webbased loket waaarin bezoekers algemene informatie kunnen vinden over de Wmo (Wet maatschappelijke ondersteuning) en informatie van aanbieders van goederen en diensten in het kader van de Wmo. Op het samenhangende werkterrein van wonen, welzijn en zorg zijn er naast contactgegevens uitgebreide productgegevens van de organisaties beschikbaar. De gemeenten continueren de financiering door middel van
een contract en hebben een abonnement voor het onderhoud van XINVIS. De doelstelling van het project ‘Onderzoek Jeugd Interventie Team’ was ten eerste het in kaart brengen van de resultaten en effecten van de JIT-aanpak. Ten tweede het onderzoeken van de methodiek en de overdraagbaarheid ervan. En ten derde het proefdraaien met extra capaciteit voor het realiseren van de JIT-doelstelling. Deze doelstellingen zijn inmiddels grotendeels bereikt. Het Jeugd Interventie Team streeft zelf twee doelen na, namelijk het verminderen van overlast en criminaliteit door jongeren in de zogenaamde PIT-wijken én het aanpakken van de achterliggende problematiek van de jongere. Vanwege het succes van de JIT (een samenwerkingsverband tussen de gemeente Vlissingen, de politie Zeeland, AMW Walcheren, BJZ, Raad voor Kinderbescherming en de GGD) willen de partners de aanpak continueren en borgen de methodiek ook aan andere Zeeuwse gemeenten aanbevelen en aanbieden. Om dit te kunnen realiseren zijn de eerder genoemde onderzoeken uitgevoerd. Het eindrapport is beschikbaar. Inmiddels heeft de gemeente Middelburg besloten ook te starten met de JIT aanpak. Patiënten met chronische ziekten langer in een thuissituatie houden door een oplossingsrichting te verkennen waarmee betere, efficiëntere en humanere zorg wordt geleverd, was het doel van het project ‘Domotica in de Zorg’. Het faciliteren van een sociaal-medisch vangnet staat hierin centraal, domotica kan hierin een rol spelen. De doelstelling is geheel bereikt. Het voordeel van een sociaal-medisch vangnet is dat een patiënt na een incident eerder en langer in zijn vertrouwde thuissituatie kan functioneren. Financieel-technisch levert dit een forse besparing op. Het project krijgt een vervolg door een zogenaamd valorisatieproject dat op dit moment in de steigers wordt gezet. De organisatie van een ‘Symposium discriminatie in Zeeland’ was een project van het Anti Discriminatie Bureau Zeeland (ADB Zeeland). Doel ervan was om gemeenten inzicht te geven in het discriminatieklimaat in Zeeland en daarnaast handreikingen te bieden voor het formuleren van een passend antidiscriminatiebeleid. Het symposium heeft op 28 mei 2009 plaatsgevonden. Elke gemeente was door één of meerdere deelnemers vertegenwoordigd. De deelnemers waardeerden het symposium gemiddeld met een acht. De doelstelling is dan ook geheel bereikt. Op het symposium zijn de resultaten van een internetpanel-onderzoek gepresenteerd. Eén op de zes inwoners gaf daarin aan het afgelopen jaar discriminerend behandeld te zijn. Ook komt discriminatie in elke gemeente voor. De resultaten van het symposium zijn via een nieuwsbrief verspreid en besproken in een werkgroep van College Zorg en Welzijn. Tevens zijn de resultaten verwerkt in het werkplan 2010 en het meerjarenplan van het ADB Zeeland. Het project ‘Servicepunten SOKA Plus’ had als doel het realiseren van een centrale plek in de kleinere woonkernen waar meerdere voorzieningen worden aangeboden en waar de nodige informatie en advies wordt gegeven op het gebied van wonen, comfort, welzijn en zorg. SOKA, de Stichting Ouderenzorg Kanaalzone heeft in Westdorpe, Sas van Gent en Terneuzen steunpunten in gebruik genomen. De doelstelling is bereikt. Inwoners kunnen er terecht
53
voor allerhande informatie en advies en kunnen ondersteund worden om zo lang mogelijk in de thuissituatie te blijven functioneren. Het is een centrale plek van waaruit de informatie gegeven wordt. Ook buiten de openingstijden kunnen geïnteresseerden via informatiezuilen informatie opzoeken. Het project wordt geëvalueerd, de opzet is vastgelegd en kan opgevraagd worden door geïnteresseerden. De financiering is geregeld en bekeken wordt of ook in andere kleine kernen steunpunten geopend kunnen worden. ‘Dorpsplannen Biervliet, Philippine en Zaamslag’ was een project waarbij de dorpsraden van deze dorpen met de bewoners van hun dorp inzicht wilden krijgen in wat er is en wat er leeft in hun dorp. De dorpsplannen voor Biervliet en Philippine zijn klaar, het plan van Zaamslag is in de afrondende fase. De doelstelling is hiermee grotendeels bereikt. De ambtelijke organisatie van de gemeente Terneuzen gaat kijken naar het realiteitsgehalte van de wensen uit de dorpsplannen. Daarna wordt aan het College van B&W en de gemeenteraad een plan voor uitvoering voorgelegd. Met het project ‘Toegang tot de woning Zeeuws-Vlaanderen’ wordt een werkbaar, veilig en betaalbaar systeem van toegang tot de woning beoogd bij alarmopvolging van de Zorg op Afroep- voorziening in Zeeuws-Vlaanderen. Het is een alternatief voor het ‘sleutelsysteem’. Er werden sleutelkluisjes gemonteerd, maar deze voldeden niet en zijn weer gedemonteerd. Ook de groei van het aantal gebruikers van het Zorg op Afroep-systeem noopte tot een ander systeem voor toegang tot de woning. Nu wordt er weer gewerkt met kopieën van (voor) deursleutels. Voor de nieuwe oplossing is een ruime testperiode nodig om er zeker van te zijn dat het gekozen product in de praktijk geen problemen meer zal opleveren. Er is verlenging van de projectperiode gevraagd en gekregen tot 1 juli 2011. Het ‘Pilotproject implementatie Digitaal huisbezoek/De brede postbode: Met ICT doe ik mee(r)’ heeft ten doel het verhogen van het gevoel van veiligheid en comfort en het verbeteren van de sociale participatie van mensen met beperkingen door middel van nieuwe ICT-ontwikkelingen. Het aantal diensten in het project is beperkter dan in de opzet en daardoor realistischer. Er is een pilotgroep van 30 personen, die gebruik maakt van de diensten Attentiealarmering, Goedemorgen/avondservice of Familie/mantelzorgcontact. Er hebben intakegesprekken met klanten plaatsgevonden en in mei 2010 zullen de eerste toestellen worden geplaatst. Tevens is een website ten behoeve van communicatie, evaluatie, forums en kennisdeling, in voorbereiding. De pilot wordt hoofdzakelijk gehouden op Walcheren (stad en platteland) met het doel er later een Zeeuws project van te maken. Het project loop tot 31 december 2011. Financiering voor de verdere uitrol is nog niet gevonden. Het project ‘Gezamenlijk Vrijwilligersbeleid’ is een project van het Platform Groene Vrijwilligers van elf ‘groene’ beroepsorganisaties. Het doel is het versterken en waarborgen van de kwaliteit, kwantiteit en continuïteit van het groene vrijwilligerswerk in Zeeland. Hierdoor kunnen meer en vooral jongere vrijwilligers worden ingezet bij het op een aantrekkelijke en deskundige manier organiseren en begeleiden van
54
natuuractiviteiten en - projecten voor de vaste en tijdelijke bewoners van Zeeland. De doelstelling is inmiddels grotendeels bereikt. Het project loopt tot 31-12-2010 en de samenwerking tussen de 11 projectpartners verloopt prima. De website www.natuurwerk.nl/zeeland wordt steeds beter gevoed en bezocht. Het vinden en binden van (jonge) vrijwilligers verloopt moeizamer dan verwacht, maar is helaas een landelijke trend. Een promotiedag in maart 2010 met 26 organisaties en werkgroepen heeft zeer veel publiciteit opgeleverd. De financiering na afloop van het project is nog niet verzekerd. Er zal eerst een zorgvuldige evaluatie plaatsvinden. Er worden al plannen gemaakt voor een gezamenlijk vrijwilligersbeleid en de voortzetting van de samenwerking. ‘Woonzorg- en servicecentrum Scherpenisse’ is een project met als doel enerzijds te bevorderen dat ouderen zo lang mogelijk zelfstandig in Scherpenisse kunnen blijven wonen. Anderzijds het voorzieningenniveau in de kern Scherpenisse in stand te houden cq te versterken door een combinatie van voorzieningen en participatie door derden. Het project omvat de realisatie van 20-25 appartementen voor ouderen, een zorgcluster, ruimte voor ontmoeting, ruimten voor huisarts, fysiotherapie en andere zorg- en maatschappelijke functies en een multifunctionele zaal die geschikt is voor gymonderwijs en dorpshuisfunctie. Of de einddatum van oktober 2011 gehaald kan worden is afhankelijk van het verloop van een mogelijk planologische procedure. Naar het zich in april 2010 laat aanzien zal mogelijk een bezwaarschriftenprocedure tot de Raad van State gevolgd moeten worden voordat met de bouw gestart kan worden. In juni 2010 is de aanbesteding en als bovengenoemde procedure niet gevolgd hoeft te worden, kan de bouw in het derde kwartaal van 2010 plaatsvinden. Anders wordt een jaar vertraging verwacht. De plannen zijn nog ongewijzigd. Alleen is inmiddels duidelijk dat er geen gelduitgifteautomaat van de Rabobank in de kern Scherpenisse gehandhaafd kan worden. De woningbouwvereniging bouwt het hele complex en is eigenaar. De gemeente wordt door terughuur verantwoordelijk voor instandhouding van de dorpshuisfunctie binnen het gehele project. Doel van het project ‘Ondersteuning CZW (College Zorg en Welzijn)’ is het stimuleren van een samenhangend en doeltreffend beleid op de prestatievelden van de Wmo (Wet maatschappelijke ondersteuning) in Zeeland. De doelstelling is geheel behaald. Het CWZ wordt in 2010 en 2011 gecontinueerd. Het project loopt tot 31 december 2012. Eind 2010/begin 2011 zullen de participanten gevraagd worden een standpunt in te nemen of en op welke wijze de ondersteuning van het CWZ in de toekomst georganiseerd en gefinancierd kan worden. Het project ‘Hart van Leefbaarheid’ van de gemeente Schouwen-Duiveland is erop gericht de leefbaarheid en vitaliteit in de kernen van Schouwen-Duiveland te behouden en te versterken door uitbreiding van de activiteiten, beleidsontwikkeling en reorganisatie van beheer/exploitatie/besturen van dorpshuizen. Er zijn vijf leefbaarheidtrajecten opgestart en vier dorpsvisies opgeleverd. Per 1 juli 2009 is de overkoepelende stichting Dorps- en Gemeenschapshuizen opgericht. Per 1 januari 2010 zijn er 12 dorpshuizen in deze stichting opgenomen, waarvoor beheer, onderhoud en exploitatie wordt gedaan. De doelstelling is inmiddels grotendeels bereikt. Er is een aanvullend project gestart ‘Hart van de dorpswinkel’,
waarin een samenwerking is aangegaan met Vluchtelingen-werk Zeeland. Ook wordt er met een groot aantal vrijwilligers gewerkt aan de realisatie van een Inwonerskrant. Het project Hart van Leefbaarheid heeft ook een demonstratiekarakter in die zin dat de resultaten en werkwijze provinciebreed gedeeld moeten worden. Hiervoor wordt een bijeenkomst gepland met beleidsmedewerkers, stichtingsbesturen en beheerders van dorpshuizen met als doel provinciebreed van elkaar te leren. Er wordt gezocht naar een manier om het project structureel voort te zetten. ‘Doorstart project Tabadila in de wijk’ is een project waarbij een structuur wordt opgezet waarin professionele organisaties samenwerken om zorg, wonen en welzijn dichtbij de Molukse gemeenschap te brengen en St. Tabadila, gelegen in de Stromenwijk in Middelburg, tot een herkenbare locatie te ontwikkelen. Dit laatste is gelukt. Tabadila is een herkenbare locatie waar, naast wonen, welzijnsactiviteiten zijn opgezet en een dagverzorging is gerealiseerd. Behalve Molukse mensen maken nu ook mensen met een andere culturele achtergrond gebruik van de dagvoorziening en welzijnsactiviteiten en dat is een extra element waardoor de multiculturaliteit wordt bevorderd. Het in stand houden van de voorziening zonder subsidie zal waarschijnlijk niet te realiseren zijn, omdat er dan te hoge eigen bijdragen van de deelnemende ouderen moeten worden gevraagd. Zorgstroom doet onderzoek naar het financieel haalbaar maken van dagvoorzieningen en welzijnsvoorzieningen. Met het project ‘Woonzorgcomplex (WoZoCo) Plus Grijpskerke’ investeert de gemeente Veere in de leefbaarheid in Grijpskerke. Doel is voor de langere termijn een ‘groene’ straat te realiseren met duurzame betaalbare senioren- en starterswoningen en een multifunctioneel complex. Dit moet tot stand komen door duurzaam te bouwen (CO2 neutrale voorziening) en jong en oud moeten er voor allerlei activiteiten hun weg kunnen vinden. Het multifunctioneel complex bestaat, naast de gebruikelijke zorgvoorzieningen, uit een ruimte die dienst doet als dorsphuis, een jeugdhonk en een grote zaal met podium annex gymzaal. In het gebouw zal zoveel mogelijk rekening worden gehouden met het multifunctioneel gebruik en de verbindingen tussen groepen gebruikers zowel op technisch als op activiteitenniveau. De doelstelling is nog niet bereikt. Volgens de huidige planning wordt het WoZoCo in oktober 2011 opgeleverd. Dat is eerder dan gepland in verband met een voorwaarde van de POP 2 subsidie. De huurlast (restant tekort dat wordt omgeslagen naar een huurlast) voor de gemeente wordt hoger ten opzichte van eerder ingediende financiële dekkingsplannen. Met het project ‘Beursvloer Zeeland’ wordt een impuls gegeven aan het Maatschappelijk Betrokken Ondernemen in de Zeeuwse samenleving. De Beursvloer is een marktplaats waar vraag en aanbod van vrijwilligerswerk in de meest brede zin worden verhandeld. De Beursvloer voor de regio Walcheren heeft in 2008 plaatsgevonden. De beursvloer voor de Bevelanden en Tholen (2009) vond plaats in Goes, waarbij 285 matches (nationaal record)
tot stand zijn gekomen door 60 aanbieders en 67 vragers. De Beursvloer voor Zeeuws-Vlaanderen vond in maart 2010 plaats in Terneuzen. Er werden 203 matches gerealiseerd door 50 aanbieders en 50 vragers. De doelstelling is inmiddels geheel bereikt. De organisatie wil graag met een bepaalde cyclus terugkomen in de regio’s waar al een beursvloer heeft plaatsgevonden, te beginnen met Walcheren. Hiervoor moet nog naar financiering worden gezocht. Er lopen aanvragen bij de drie Walcherse gemeenten. Tevens staan er gesprekken met potentiële sponsoren gepland. Doel van ‘Subsidie 2009 Platform Zeeuwse Vrouwenraad’ is het verhogen van het percentage vrouwen in besturen. Om dit te bereiken heeft het Zeeuws Vrouwen Platform twee themadagen georganiseerd om onder andere de Waterschapsverkiezingen onder de aandacht te brengen van vrouwen in Zeeland. De doelstellings is inmiddels gedeeltelijk bereikt. Het project ‘Centrumplan Kamperland’ beoogt het behouden van de sociaal-culturele voorzieningen voor de inwoners van Kamperland in het algemeen en de ouderen en jongeren in het bijzonder door middel van de bouw van een nieuwe multifunctionele accommodatie (dorpshuis). Onderdeel van het plan is de bouw van 20 zorgwoningen, twee psychogeriatrische woningen, zorginfrastructuur en een huisartsenpraktijk. De ruwbouw is bijna gereed en de financiering van het project is verzekerd. Het project ‘Wonen, zorg en welzijn, Erasmusflat in Goes’ beoogt de bouw van een multifunctionele accommodatie en het bevorderen van een samenhangend aanbod van wonen, zorg en welzijn in de wijk Goese Polder in Goes. De bouw van het nieuwe complex is gestart. De oplevering wordt medio 2013 verwacht. Door de bundeling van zorgwoningen met algemene voorzieningen wordt een belangrijke impuls gegeven aan het voorzieningenniveau en daarmee de leefbaarheid in de Goese Polder. In 2010 start naar verwachting het project Woonservicegebieden in de Goese Polder om aanbod en activiteiten daadwerkelijk te gaan afstemmen. De financiering na afloop van het project is nog niet geregeld. De financiële kaders voor Woonservicegebieden dienen nog te worden vastgesteld. Het project ‘Deskundigheidsbevordering besturen Nederlandse Patiënten Vereniging (NPV) afdelingen’ is bedoeld om de besturen op goed gekwalificeerde wijze en als gediplomeerde EHBO/AED zijn werk te laten uitvoeren tot nut van heel de maatschappij. Er zijn cursussen EHBO/AED aan alle Zeeuwse besturen van de afdelingen van de NPV aangeboden. In Zeeuws-Vlaanderen en Midden-Zeeland zijn deze cursussen inmiddels afgerond. Op Schouwen-Duiveland start de cursus op 10 mei 2010 en worden de examens in juli 2010 afgenomen. Omdat er te weinig deelname binnen de besturen was, is van de provincie toestemming verkregen om ook samenwerkende organisaties van de NPV te benaderen om mee te doen. Eén andere organisatie heeft vervolgens deelgenomen. Het is nog onzeker of er voldoende financiële middelen zijn om deze cursussen in de toekomst te herhalen.
55
2. Meedoen en nieuwe kansen Voortgang Projecten: Inventarisatie per programma op 1 april 2010
De doelstelling van het programma ‘Meedoen en nieuwe kansen’ is het streven naar een inclusieve en toegankelijke samenleving voor alle burgers. Hiervoor zijn vier speerpunten geformuleerd: 1. Belangenbehartiging: bevorderen van belangenbehartiging van kwetsbare burgers, zoals zorgvragers 2. Toegankelijkheid: stimuleren van de toegankelijkheid van de samenleving voor mensen met een beperking. 3. Niemand aan de zijlijn: bereiken dat alle groepen mee kunnen doen aan de samenleving 4. Tijdelijk vangnet: bieden van een tijdelijk vangnet voor groepen burgers die buiten de boot vallen. In dit programma zijn 30 afgeronde en lopende projecten geëvalueerd met in totaal een subsidiebedrag van € 1.612.649,—
Een overzicht van de projecten in dit programma is opgenomen in tabel 2.
Inventarisatie Met het project ‘Hier sta ik’ wilde de Nationale Stichting ter bevordering van Vrolijkheid via de kunst investeren in de kansen voor kinderen en jongeren in het asielzoekerscentrum (azc) Middelburg en in de integratie en participatie van vluchtelingen in de Zeeuwse samenleving. Er zijn 14 langere projecten en 35 kortere workshopseries georganiseerd. Er is onder andere gewerkt met muziek, dans, verf, film, websites, papier-marché, fotografie en klei. Er is volop geïnvesteerd in het project en de integratie en participatie zijn bevorderd. De kinderen hebben ervaren dat zij er
Tabel 2 Projecten in het programma ‘Meedoen en nieuwe kansen’
Nummer
Projectnaam
Organisatie
Startdatum
Einddatum
Subsidie
BSZ0600088
Hier sta ik
1-9-2006
31-8-2009
€ 30.000,—
BSZ0600171
1-11-2006
1-4-2010
€ 80.000,—
Stichting Dunya
1-6-2007
1-7-2009
€
Stichting Het Klaverblad Zeeland
1-5-2007
31-12-2009
€ 32.800,—
SportZeeland
1-11-2007
31-10-2009
€ 19.900,—
BSZ0700155 BSZ0800026 BSZ0800031
Toegankelijkheid Poppendamme Start Intercultureel Vrouwencentrum Keuze in kleinschalige vormen voor wonen en dagbesteding. Maatschappelijke stages in de sport Strandslaaphuisjes Lift voor minder validen Manteling van Walcheren
Nationale Stichting ter Bevordering van Vrolijkheid Stichting Ambrosius
1-3-2008 1-7-2008 1-4-2008
1-3-2011 1-8-2010 15-8-2009
€ 100.000,— € 17.116,— € 30.000,—
BSZ0800045 BSZ0800068
Podia voor Verhaal Ticket to the Future
16-6-2008 26-5-2008
24-4-2009 28-9-2009
€ 9.240,— € 36.700,—
BSZ0800092
Aanpassing accomodatie tbv minder-validen Inclusief onderwijs in Zeeland Kantine tennispark De Veste Vriendendienst als deel van het MSS Uitbreiding Watersnoodmuseum Kwartiermaker Foyer de Jeunesse in Zeeland
Jeras Project Management bv Cultureel Centrum den Dullaert Staatsbosbeheer regio West-Brabant Deltagebied Stichting VluchtelingWerk Walcheren Regionaal Pedagogisch Centrum Zeeland RPCZ LTC de Bongerd
12-6-2008
1-4-2010
€ 48.500,—
Stichting Arduin
1-1-2009
30-4-2010
€ 30.510,—
Stichting De Veste
01/10/2009
31/3/2010
€ 50.000,—
Emergis
5-1-2009
1-4-2010
€ 60.000,—
Stichting Nationaal Monument Watersnood 1953 Stichting AZZ
2-6-2009
30-6-2009
€ 16.500,—
13-2-2009
13-2-2010
€ 72.785,—
Afgerond
BSZ0700044 BSZ0700068
BSZ0700138
BSZ0900001 BSZ0900017 BSZ0900018 BSZ0900033 BSZ0900051
56
6.612,—
Nummer
Projectnaam
Organisatie
Startdatum
Einddatum
Subsidie
Client gestuurd netwerk Oosterschelderegio Gastlessen door Zeeuwse ambassadeurs met een beperking op de basisschool Project Doe Mee 2009-2011 Escalda-Korre Plan van aanpak gemeente Musea Zierikzee Arbeidstoeleiding jongeren met autisme Mobiele jeugdvoorzieningen Veere Nu meedoen is straks meetellen Aanpassen eengezinswoningen/opplussen Stichting Woondroom Middelburg Opplussen Loont gemeente Sluis Mindervalidentoilet ‘Apeldoorn’ De Bus in Borsele (werktitel) 120 Kilometer kustkwaliteit, dijkovergang Zoutelande Splinter 2010
SMWO, Stichting Maatschappelijk Werk Oosterschelde SportZeeland
1-8-2008
31-12-2010
€ 279.358,—
1-4-2007
1-7-2010
€ 30.879,—
Escaldascholen
1-1-2009
31-12-2011
€ 53.000,—
Gemeente Schouwen-Duiveland
1-1-2008
1-12-2010
€ 50.000,—
Buitenkans - coaching van ondernemende mensen Gemeente Veere
1-12-2007
30-11-2010
€ 97.110,—
1-12-2007
1-12-2010
€ 35.000,—
Stichting Leergeld Nederland
1-1-2008
31-12-2010
€ 163.550,—
Gemeente Veere
1-6-2008
1-6-2011
€ 25.000,—
Stichting Woondroom Middelburg
1-7-2008
30-6-2011
€ 50.000,—
Gemeente Sluis
1-1-2009
23-12-2011
€ 25.000,—
Stichting Dorpshuis ‘Apeldoorn’ Oostdijk Gemeente Borsele
1-7-2009
31-7-2010
€ 13.210,—
1-6-2009
1-1-2012
€ 20.000,—
Gemeente Veere
1-5-2009
1-6-2010
€ 14.000,—
Stichting Splinter
1-1-2010
31-12-2010
€ 19.995,—
Lopend BSZ0700057 BSZ0700081
BSZ0700124 BSZ0700132 BSZ0700135 BSZ0700142 BSZ0700171 BSZ0800014 BSZ0800024 BSZ0800113 BSZ0800148 BSZ0900011 BSZ0900023 BSZ0900080
toe doen. Door het verloop van bewoners op het centrum is het echter een blijvende, nooit volledig te behalen doelstelling. Er is wat minder aandacht dan gepland naar de jongeren gegaan. Enerzijds doordat zij vaak verhuisden, anderzijds omdat de Stichting er onvoldoende in is geslaagd mensen te vinden die tijd en moeite konden investeren om een band op te bouwen met de jongeren. Wel zijn er steeds activiteiten voor jongeren aangeboden en wordt er inmiddels als vervolg op dit project een jongerenproject georganiseerd. Er is nog geen definitieve financiering voor de voortzetting. Er zijn toezegginen van COA, gemeente Middelburg en Vrolijkheid landelijk. Daarnaast is er een subsidie aangevraagd bij de provincie voor het jongerenproject. ‘Toegankelijkheid Poppendamme’ was een project om alle voorzieningen van Poppendamme optimaal toegankelijk te maken voor mensen met een beperking. Poppendamme in Grijpskerke bestaat uit een Bezoekerscentrum, een Boerenhoftuin met kas en een Bijen- en Energiespeelplaats. In overleg met de provincie is de einddatum van het project verschoven van 2009 naar 1 april 2010 door een wijziging in de betrokken organisatie: de belevingstuin wordt niet meer door Stichting Het Gors maar door de Stichting Ambrosius / BijEén aangelegd. Door de strenge winter heeft de aanleg van de
Belevingstuin vertraging opgelopen en kon deze niet officieel geopend worden tijdens het Lentefeest van 13 t/m 15 mei 2010. Er is tijdens dit Lentefeest wel aandacht geweest voor het totale project Toegankelijkheid Poppendamme. Bus 1202 (voorlichting over voorzieningen voor mensen met een beperking) stond twee dagen op dit feest. Poppendamme trekt jaarlijks tussen de tachtig- en honderdduizend bezoekers. Welk percentage bezoekers specifiek profiteert van de nieuwe voorzieningen is niet aan te geven. Het bevorderen van maatschappelijke participatie, integratie en emancipatie van (allochtone) vrouwen in Middelburg en Vlissingen was het doel van het project ‘Start Intercultureel Vrouwencentrum’. In dit intercultureel vrouwencentrum worden activiteiten georganiseerd gericht op activering, ontmoeting, zelforganisatie en de ontwikkeling van talenten. Er nemen steeds meer vrouwen deel aan de diverse activiteiten. Drie vrouwen zijn inmiddels doorgestroomd naar het ROC, zeven hebben bij het Vrouwencentrum hun eerste certificaat Nederlands behaald en enkele doen vrijwilligerswerk bij andere organisaties. Eén vrouw is bestuurslid geworden bij het Vrouwencentrum. De doelstelling is grotendeels behaald.
57
Bij het project ‘Keuze in kleinschalige vormen voor wonen en dagbesteding’ ging het om het geven van informatie aan Zeeuwse burgers en in het bijzonder aan mensen met beperkingen (en hun vertegenwoordigers) over kleinschalige vormen van wonen en dagbesteding en het betrekken van ondernemers hierbij. Er zijn nieuwsbrieven uitgegeven met informatie, overzichten met ondernemingen en initiatieven voor wonen en dagbesteding en er is een infomarkt gehouden voor Zeeuwse burgers. Ook zijn er verschillende ontmoetingen georganiseerd voor ondernemers waarbij informatie werd gegeven en onderling kennis kon worden gedeeld. Mogelijk brengt Klaverblad Zeeland, als vervolg op dit project, nog een nieuwsbrief uit voor dezelfde doelgroep. Ook de nieuwe stichting Zoeken naar Zorg zou een dergelijk initiatief kunnen nemen. ‘Maatschappelijke stages in de sport’ was een project waarbij leerlingen in het voortgezet onderwijs kennis konden maken met vrijwilligerswerk en het maatschappelijk belang ervan door middel van het lopen van maatschappelijke stages bij sportverenigingen en in het sportbuurtwerk. Er zijn in verschillende klassen introductielessen verzorgd over het belang van vrijwilligerswerk en de mogelijkheden binnen sportverenigingen en sportbuurtwerk. Sportorganisaties zijn gemotiveerd om stageplaatsen beschikbaar te stellen en zo (nieuwe) jongeren te binden aan de organisatie. Tijdens de pilot is er een DVD ontwikkeld voor het informeren van jongeren en sportorganisaties. Ook is er een handboek voor sportverenigingen ontwikkeld. Het project liep nog beter dan verwacht. In totaal hebben 279 (in plaats van 225) leerlingen stage gelopen bij 83 verschillende sportaanbieders. De doelstelling is dus geheel bereikt. Als vervolg gaat SportZeeland lokale organisaties in Zeeland ondersteunen en adviseren en de samenwerking op het gebied van maatschappelijke stages in de sport stimuleren. De financiering zal dan lopen via een landelijke subsidie van het Nederlands Instituut voor Sport en Bewegen (NISB) en cofinanciering. Het project ‘Strandslaaphuisjes’ was er op gericht deze ook toegankelijk te maken voor mensen met een beperking en/of mensen die aangewezen zijn op een rolstoel. Het project is inmiddels gerealiseerd en was een succes. De bezettingsgraad van de aangepaste huisjes was het eerste seizoen (2009) al hoger dan 80% en 50% van de bezoekers boekte meteen voor het volgende seizoen. De huisjes liggen achter de Veerse Dam in Vrouwenpolder. Bij de gemeente Veere is een aanvraag ingediend om nog vier aangepaste huisjes te mogen realiseren. Het opnieuw toegankelijk maken van de buitenplaats Westhove voor mensen met een lichamelijke beperking was de doelstelling van het project ‘Manteling van Walcheren’. De betonbaan (met gevaarlijke scheuren) voor en naast het kasteel is gesaneerd en vervangen door puinverharding met een strooisellaag van schelpen. De laanbeplanting is hersteld omdat de bomen in een slechte conditie waren en met toestemming van de provincie is ook nog een nieuw toegangshek gerealiseerd. Staatsbosbeheer is verantwoordelijk voor verder onderhoud. In de toekomst zal gekeken worden in hoeverre de aansluiting op het openbaar vervoer verbeterd kan worden.
58
Het project ‘Podia voor Verhaal’ had enerzijds als doel vluchtelingen in staat te stellen om hun eigen verhaal te vertellen aan groepen mensen, anderzijds om groepen mensen kennis te laten maken met de ervaringen van vluchtelingen. Om dit te bereiken zijn vluchtelingen geworven en opgeleid om gastlessen te verzorgen bij scholen en andere organisaties. Tijdens de gastlessen worden de vluchtelingen begeleid door vrijwilligers die hiervoor zijn getraind. De gastlessen zijn gebaseerd op het lespakket dat beschikbaar is gesteld door Vluchtelingenwerk Nederland. De doelstelling is geheel bereikt. In een jaar tijd zijn er 57 gastlessen georganiseerd. Voor de vluchtelingen betekende deelname een verbetering van hun Nederlands taalgebruik, presentatie en zelfvertrouwen. Voor de toehoorders leverde het meer inzicht op in wat vluchtelingenschap inhoudt en wat voor gevolgen dit heeft voor de vluchteling. Organisaties kunnen zich nog steeds aanmelden voor een nieuwe gastles. Afhankelijk van de animo zal er gekeken worden naar de benodigde financiering waarna deze (indien nodig) dan zal worden geworven. Laagopgeleide mensen, waaronder laaggeletterden, opnieuw aan het leren krijgen en hen zodoende een basis geven om te participeren in de samenleving was het doel van het project ‘Ticket to the future’. Het project is in drie Zeeuwse gemeenten (Middelburg, Noord-Beveland en Vlissingen) van start gegaan met een succesvolle aftrapbijeenkomst onder leiding van de wethouder. De doelstelling is gedeeltelijk geslaagd. Uiteindelijk zijn er in Middelburg geen laaggeletterden bereikt, in Noord-Beveland drie en in Vlissingen tien personen. Deze deelname is lager dan verwacht en hieruit blijkt dat het erg moeilijk is om deze doelgroep te bereiken. Het effect op de mensen die uiteindelijk hebben deelgenomen is aanzienlijk. Zij winnen aan eigenwaarde en aan waarde volgens familie en bekenden in de omgeving. Daarnaast kunnen zij door de vaardigheid van lezen en schrijven particperen in de maatschappij en wordt hun wereld letterlijk en figuurlijk groter. Voortzetting van de financiering is niet geregeld omdat de educatiemiddelen, als onderdeel van het participatiefonds, onder zware druk staan. Ook bij de welzijnsinstellingen die een rol kunnen spelen in de scholing en werving onbreken de financiële middelen. De ‘Aanpassing van de accommodatie ten behoeve van minder validen’ was het doel van het project van de tennisvereniging LTC de Bongerd in Kloetinge. Het clubgebouw is aangepast waardoor het gehele park, inclusief de tennisbanen, nu geschikt is voor zowel rolstoeltennissers, toeschouwers als overige passanten. Vanwege enkele grote onvoorziene maar noodzakelijke investeringen is het project 20.000 euro duurder geworden. Dit is opgelost door een extra banklening en inbreng van eigen middelen. Jaarlijks zullen nu toernooien voor rolstoeltennissers worden georganiseerd. Het project ‘Inclusief onderwijs in Zeeland’ had als doel het bevorderen dat alle kinderen, ook kinderen met een beperking, deel kunnen nemen aan het gewone schoolleven, waarbij kinderen leren van elkaar. Arduin werkt in Zeeland voor mensen met een verstandelijke beperking en ziet hen als volwaardige burgers die kunnen participeren in de samenleving en als zodanig worden gerespecteerd en gebruik kunnen maken van bestaande maatschappelijke faciliteiten. Arduin heeft met drie basisscholen op Walcheren samengewerkt
in dit project, namelijk De Wissel in Vlissingen en de Cypressenhof en Vossenburg in Middelburg. De organisatie Perspectief is ingehuurd om onafhankelijk een evaluatie uit te voeren volgens de index van inclusie op deze drie scholen. Deze index voor inclusie helpt scholen om te ontdekken welke (nu nog verborgen) hulpbronnen op de weg naar een welkome setting de school allemaal heeft. Maar ook komt aan het licht welke barrières de school (onbedoeld) opwerpt, waardoor een welkome schoolcultuur op zich laat wachten. De evaluatie was nog niet klaar toen het evaluatieformulier werd ingevuld. In de evaluatie zullen aanbevelingen worden gedaan waarna in een afrondend gesrpek met de partners over de voortgang zal worden gesproken. Het ‘rolstoeltoegankelijk maken van de kantine van tennispark de Veste’ in Middelburg was een project van de Stichting de Veste. Er is een volledig nieuwe, rolstoeltoegankelijke kantine gebouwd die op 31 maart 2010 is opgeleverd. De reacties zijn positief. Er kunnen nu meer rolstoeltennissers gebruik maken van de faciliteiten en er kunnen toernooien voor de doelgroep worden georganiseerd. Het project ‘Vriendendienst als deel van het Maatschappelijk Steun Systeem (MSS)’ beoogde de overdracht van het project Vriendendienst Emergis aan de gemeenten. De Vriendendienst maakt deel uit van een formeel en informeel zorgondersteuningssysteem, dat cliënten op vele manieren ondersteunt bij hun pogingen om in de samenleving te participeren. Vriendendienst is een maatjesproject voor mensen met langdurige psychiatrische problematiek die in een isolement dreigen te raken als gevolg van hun psychisch ziek zijn. Door de invoering van de Wmo (Wet maatschappelijke ondersteuning) kwam de verantwoordelijkheid voor de Vriendendienst bij de gemeenten te liggen. De gemeenten besloten het aanbod Vriendendienst te behouden en deze onder te brengen bij de lokale steunpunten mantelzorg en vrijwilligerswerk. In het overgangsjaar is door gemeenten gewerkt aan een goed onderbouwd inhoudelijk standpunt inzake de mogelijkheid van ondersteuning van cliënten en vrijwilligers van Vriendendienst en werd voor Vriendendienst Emergis tijd gecreëerd om het aanbod met zorgvuldigheid af te sluiten dan wel over te dragen. Emergis maakte een plan van aanpak voor een zorgvuldige, kwalitatief goede overdracht. Dit proces is inmiddels afgerond. ‘Uitbreiding Watersnoodmuseum’ was een project om het museum zelf, maar ook de loop eromheen, toegankelijker te maken voor bezoekers met een functiebeperking. Het museum is nu gevestigd in vier caissons en het museum heeft een doorloop vanaf de toegang in het eerste caisson tot en met de uitgang aan het einde van caisson vier. De bezoeker gaat dan buitenom weer terug naar de parkeerplaats. Juist deze buitenroute, nu met een verhard pad en toegankelijke hellingen, achterlangs de caissons, is een verrijking. Verder zijn een rolstoel, een rollator en een daisy speler om de teksten aan slechtzienden te laten horen, aangeschaft. Het Watersnoodmuseum blijft ook in de toekomst continu bezig om te kijken of er nog meer nodig is aan hulpmiddelen voor bezoekers met een functiebeperking en zal de financiering hiervoor dan regelen. Het project ‘Kwartiermaker Foyer de Jeunesse in Zeeland’ had als doelstelling het realiseren van Foyers de Jeunesse in
Zeeland. Foyer de Jeunesse gaat om huisvesting voor jongeren in de leeftijd van 17 tot 23 jaar die wel een duwtje in de rug kunnen gebruiken. De Foyer biedt deze jongeren een kamer voor een redelijke prijs in combinatie met persoonlijke aandacht. Voor veel jongeren betekent de Foyer een eerste stap om later zelfstandig te gaan wonen en te werken. De aanstelling van een kwartiermaker moest de realisatie van deze Foyers als preventieve lokale voorziening en een Zeeuws bed-bad-broodvoorziening bespoedigen. In Vlissingen bestaat al langer een Foyer en in Goes is in september 2009 Jongerenhuis De Bevelanden geopend. In Terneuzen loopt het overleg over de realisatie van een Foyer in 2011 en in Middelburg zijn verkennende gesprekken gaande. De ketenpartners werken samen en er wordt nog aan een evaluatie van het project geschreven, waarin een advies en noodzakelijke voorwaarden voor realisatie van foyer-achtige voorzieningen en een bed-bad-broodvoorziening zijn opgenomen. De verdere ontwikkeling van foyers wordt bij de partnerorganisaties geborgd binnen de reguliere activiteiten. Het realiseren van een structurele financiering ten behoeve van een gezonde bedrijfsvoering van foyer-achtige voorzieningen blijft moeizaam door de diversiteit aan financieringsstromen en de bezuinigingen. De verandering in de beeldvorming van basisschoolleerlingen en Pabo-3 studenten over mensen met een beperking is de doelstelling van het project ‘Gastlessen door Zeeuwse ambassadeurs met een beperking op de basisschool’. Het project is in 2007 gestart en leerlingen worden geïnformeerd over (sport)mogelijkheden voor mensen met een beperking. Het project wordt voornamelijk vanuit SportZeeland gecoördineerd en uitgevoerd. Er zijn inmiddels 130 van de minimaal 150 te bezoeken scholen bezocht en de doelstelling is daarmee grotendeels behaald. Er wordt al gekeken of continuering van het project na de projectperiode mogelijk is. De doelstelling van het project ‘Doe Mee 2009-2011 EscaldaKorre’ in Zeeuws-Vlaanderen is op verzoek van de Provincie aangepast en houdt in dat kinderen met een beperking en hun ouders, de noodzakelijke training aangeboden krijgen die ze op dit moment, met de huidige financiering, rugzakjes en persoonsgebonden budget, niet kunnen krijgen. Hierbij wordt uitgegaan van een sociale en een onderwijskundige context. De focus ligt op drie specifieke terreinen: - Opvoedingsondersteuning bestaande uit voorzieningen waar ouders een beroep op moeten kunnen doen voor de opvoeding van hun kind. Deze voorzieningen moeten laagdrempelig en in de directe omgeving van thuis of school zijn. Momenteel is er een enquête uitgezet onder ouders uit de doelgroep. Dit onderdeel is nog in de oriënterende fase. - Afstemming ouders en school waarbij door frequent contact tussen ouders en begeleiders de zorg nog beter op het kind wordt afgestemd. Dit onderdeel is in een concrete fase. Er is een concept protocol voor het plaatsen van leerlingen uit de doelgroep op de scholen van Escalda. - Denkactiviteiten voor kinderen. Hiervoor is een werkgroep gevormd die met medewerkers van de Stichting ‘Natuurlijk Leren’ een denkactiviteiten -programma opzet dat op school en door de ouders thuis gebruikt kan worden. Dit onderdeel is ook nog in de oriënterende fase. De doelstelling is inmiddels gedeeltelijk bereikt.
59
Het project ‘Arbeidstoeleiding van jongeren met autisme’ betreft de coaching van jongeren met een autisme-spectrumstoornis (met normale intelligentie) bij het verwerven van een passende werkplek. Subdoel is het coachen van stagebieders/werkgevers bij het bieden van werk aan deze mensen. Het project loopt en 51 leerlingen van de OdyZee school/college (nieuwe naam voor Ithakaschool op het terrein van Emergis) in Kloetinge hebben inmiddels gebruik gemaakt van het arbeidstoeleidingstraject. De leerlingen gebruiken hun ervaringen bij het maken van keuzes voor de werkrichting en het eventueel vervolgonderwijs. De stagebieders (werkgevers) worden gecoacht. Er zijn vier leerlingen in het IRO traject (individuele re-integratie overeenkomst), waarvan er drie een baan hebben. De stand van zaken van leerlingen in het vervolgonderwijs wordt nog onderzocht. De financiering van het project is na afloop gedeeltelijk verzekerd doordat het UWV de mogelijkheid biedt gebruik te maken van een IRO traject. Dit is alleen voor leerlingen die direct na school uitstromen naar werk. Leerlingen die naar het vervolgonderwijs gaan, komen hier niet voor in aanmerking. Het UWV doet een pilot met jobcoaching binnen het speciaal onderwijs. Ook dit lijkt een regeling te worden voor leerlingen die niet naar vervolgonderwijs kunnen en is alleen voor leerlingen uit het laatste schooljaar. Het OdyZee College meldt zich aan voor de pilot en heeft een kans van 45% op deelname. Bij het project ‘Mobiele jeugdvoorzieningen Veere’ gaat het om het rouleren van mobiele speelvoorzieningen in vijf kernen van de gemeente Veere. In iedere kern blijven deze zes maanden staan. Het project loopt en het betreft twee skate-elementen, een voetbalpannakooi en een mobiele jongeren ontmoetingsplaats (JOP). Het doel is ruimschoots gerealiseerd en zelfs uitgebreid. Door dorpsraden en andere sponsoren erbij te betrekken is het beschikbare bedrag met 38.000 euro verhoogd en kunnen er in zeven in plaats van in vijf kernen terreinen worden aangelegd. Deze twee extra terreinen worden binnenkort gerealiseerd. Ook kon er een extra pannakooi aangekocht worden. Dorpraden en jeugdraad zijn enthousiast over het project en gaan eind 2010 een tevredenheidsonderzoek uitvoeren onder de jongeren in de gemeente. Het onderhoud en de verplaatsing van de elementen zijn opgenomen in de reguliere begroting van de gemeente Veere. Het project ‘Nu meedoen is straks meetellen’ betreft het oprichten van twee nieuwe stichtingen Leergeld, één in Goes en één in Terneuzen. Deze stichtingen beogen het voorkomen van sociaal isolement bij schoolgaande kinderen die ten gevolge van financiële belemmeringen niet volwaardig kunnen meedoen aan schoolse en buitenschoolse activiteiten. Er bestond al een stichting Leergeld op Walcheren en inmiddels zijn de stichtingen in Goes en Terneuzen operationeel. Er worden steeds meer kinderen geholpen en het project verloopt dus uitstekend. Wel is het lastig structureel financiering te verkrijgen voor de hulpverlening. Hiervoor moeten grote inspanningen worden verricht. ‘Aanpassen eengezinswoningen/opplussen’ is een project in de gemeente Veere met als doel het stimuleren van 55+ bewoners om langer verantwoord in de vertrouwde woning (zowel koop- als huurwoning) te blijven wonen. De subsidie-
60
regeling voor huiseigenaren bestond al, maar wordt nu ook ingevoerd voor huurders van Woonburg (voorheen Woningstichting Walcheren). Centraal staat het preventief aanpassen van de huidige woning van ouderen. De doelstelling is gedeeltelijk bereikt, de uitbreiding naar huurwoningen is nog niet succesvol. De reden hiervan wordt onderzocht en zo nodig zal de regeling aangepast worden. Het project loopt nog tot juni 2011. In de begroting wordt alvast structureel rekening gehouden met de regeling. Het realiseren van een veilige kleinschalige woonplek voor (jong)volwassenen met een stoornis in het autistisch spectrum is het doel van de ‘Stichting Woondroom Middelburg’. Deze woonplek is inmiddels gerealiseerd en het is een huis voor zes in plaats van vijf bewoners geworden. De regie is in handen van de ouders, maar de bewoners regelen zoveel mogelijk zelf hun leven. De begeleiding moet zeer goed zijn en toegespitst op autisme. Aangezien de bewoners zich in hun nieuwe huis ook blijven ontwikkelen, blijft het belangrijk dat de begeleiding meegroeit in kennis en vaardigheden. Of de financiering na afloop van het project (juni 2011) kan worden voortgezet, is afhankelijk van de (in voldoende mate) continuiteit van de PGB (persoonsgebonden budget) gelden waar de bewoners en dus het hele project van afhankelijk zijn. Bij het project ‘Opplussen Loont’ van de gemeente Sluis gaat het om een stimuleringsmaatregel om het preventief aanpassen van eengezinswoningen te bevorderen zodat meer inwoners van 55 jaar en ouder met een eigen woning zelfstandig in hun woning kunnen blijven wonen. Het gaat om kleine, eenvoudige aanpassingen zoals het weghalen van een drempel, het aanbrengen van een douchebeugel of een verhoogd toilet. Er is een informatieavond gehouden, een folder gemaakt en de vrijwilligers zijn getraind. De eerste aanvragen zijn binnengekomen. Het project loopt tot eind december 2011. Het dorpshuis Apeldoorn in Oostdijk geschikt maken voor mindervaliden door het realiseren van een mindervalidentoilet is het doel van het project ‘mindervalidentoilet Apeldoorn’. Tevens wordt daarbij de mogelijkheid gecreëerd om baby’s te verschonen. De gemeente Reimerswaal is bezig met de voorbereiding voor de aanbesteding. De oorspronkelijke plannen voor wat betreft de locatie in de garderobe zijn aangepast om zo goed mogelijk met de beperkte ruimte om te gaan. Hierover is telefonisch contact met de provincie geweest. Het project ‘120 kilometer kustkwaliteit, dijkovergang Zoutelande’ heeft ten doel een (optimaal) bereikbare en toegankelijke boulevard en een optimaal bereikbaar strand. Het gaat dan om toegankelijkheid en bereikbaarheid in de breedste zin van het woord voor verschillende doelgroepen; multifunctionele toegankelijkheid. Dit wordt bereikt door het aanpassen en optimaliseren van de dijkovergang in Zoutelande. De dijkovergang is bijna gereed. In mei 2010 zou, afhankelijk van de weersomstandigheden, de toplaag van de overgang (asfalt) nog worden aangebracht. Naast de dijkovergang wordt ook het plein onderaan de dijk aangepast voor een nog betere toegankelijkheid. De uitvoering hiervan start na de zomer.
Bij het project ‘Vaste kosten Organisatie Splinter (Onafhankelijk Platform voor bestrijding van armoede en sociale uitsluiting in Zeeland) in 2009’ ging het om de kosten van de organisatie van provinciale bijeenkomsten, training voor gemeentelijke cliëntenraden Wet werk en bijstand, zowel centraal als op locatie, informatievoorziening, steun aan lokale initiatieven en het bundelen van ervaringen tot een gezamenlijke doelmatige inzet voor het sociale gezicht. Het is een dynamisch proces in een periode van verandering en economische crisis, waarbij de doelstellingen grotendeels zijn gehaald. ‘De Borselse Sprinter’ is de definitieve naam van een project dat eerst ‘De Bus in Borsele’ heette. Het project biedt mogelijkheden voor bestrijding van eenzaamheidsproblematiek,
maar ook voor ondersteuning van mantelzorgers en voor uitjes van inwoners van Borsele die hulpbehoevend zijn of in een zorgwoning wonen. De gemeente Borsele heeft voor dit project een rolstoeltoegankelijke bus aangeschaft. Deze rijdt sinds 15 december 2009 rond binnen en buiten de gemeente Borsele. Er is veel animo voor de activiteiten. Enkele ritten, vooral boodschappenritten, zijn afgezegd vanwege te weinig belangstelling. Er zijn veel vrijwilligers voor de functie van chauffeur en begeleider, momenteel 22. De gemeente doet het onderhoud van de bus zelf en heeft de bus aan het stichtingsbestuur in bruikleen gegeven. De deelnemers betalen een eigen bijdrage per rit, die kostendekkend moet zijn voor de exploitatie. De woningstichting R&B heeft een structurele sponsoring van tien jaren toegezegd.
61
3. Jeugd telt mee Voortgang Projecten: Inventarisatie per programma op 1 april 2010
De doelstelling van het programma ‘Jeugd telt mee’ is alle jongeren van 0-23 jaar de kans te geven om zich zo goed mogelijk te ontwikkelen in Zeeland. Het streven is een verbetering van het leefklimaat voor alle Zeeuwse jeugdigen. Speerpunten hierbij zijn: 1. Jeugdparticipatie: ondersteunen van nieuwe manieren om de betrokkenheid van de jeugd bij hun leefomgeving te vergroten en een betere aansluiting te realiseren tussen provinciaal beleid en de leefwereld en werkelijke behoeften van jongeren 2. Vrije tijd: bevorderen van een aansprekend aanbod aan sport- en cultuuractiviteiten voor de jeugd 3. Aansluiten op onderwijs: stimuleren van een sluitende samenwerkingsketen die schooluitval en schoolverzuim
voorkomt in de gehele ontwikkelingslijn van voorschools naar hoger onderwijs 4. Preventief beleid: bevorderen van een goede afstemming en samenwerking tussen provincie, gemeenten, hulpverleningsinstanties en onderwijs bij het ontwikkelen van een provinciebreed samenhangend preventief jeugdbeleid. In dit programma zijn 14 afgeronde en lopende projecten geëvalueerd met in totaal een subsidiebedrag van € 2.776.388,— Een overzicht van de projecten in dit programma is opgenomen in tabel 3.
Tabel 3 Projecten in het programma ‘Jeugd telt mee’
Nummer
Projectnaam
Organisatie
Startdatum
Einddatum
Subsidie
1-9-2006
1-9-2009
€ 442.500,—
Afgerond BSZ0600078
Reboundvoorzieningen
BSZ0600103
ZORGSTRUCTUUR, Zeeuws zorgplatform Middelbaar Beroepsonderwijs Centra voor Jeugd en Gemeente Terneuzen Gezin Hulst en Terneuzen Bijscholing jongerenwerkers Stichting Welzijn West Zeeuwsch-Vlaanderen Dancetour Stichting Dancetour Pilot CJG Middelburg Gemeente Middelburg Op weg naar Het Lagerhuis/ VARA Provinciaal Jeugddebat
1-8-2006
1-8-2009
€ 277.210,—
1-1-2009
31-12-2010
€ 120.000,—
1-1-2009
31-5-2009
€ 17.500,—
26-7-2009 1-1-2005 1-10-2009
26-7-2009 1-9-2007 1-7-2010
€ 9.000,— € 195.000,— € 10.000,—
Project Integrale Netwerk Aanpak IDEBATE, jongeren debatteren in Zeeland Verbreden toegankelijkheid peuterspeelzaalwerk Onderwijs servicebus Risicoleerlingen, integrale begeleidingsstructuur BSO+ Samen sterk voor jeugd en gezin
Gemeente Schouwen-Duiveland
1-6-2007
31-12-2010
€ 302.000,—
IDEA, International Debate Education Associat Stichting Peuterspeelzalen Veere
1-1-2008
30-6-2010
€ 62.678,—
18-8-2008
1-9-2011
€ 24.000,—
Zeeuwse Bibliotheek ROC Westerschelde
1-9-2008 1-8-2008
31-3-2011 31-7-2011
€ 150.000,— € 668.093,—
Stichting Pardoes Samenwerkingsverband Welzijnszorg Oosterschelderegio SMWO
1-9-2009 18-8-2009
1-9-2012 31-12-2011
€ 98.407,— € 300.000,—
BSZ0800044 BSZ0800128 BSZ0800140 BSZ0800151 BSZ0900067
Stedelijke Scholengemeenschap Nehalennia ROC Zeeland
Lopend BSZ0700040 BSZ0700151 BSZ0800032 BSZ0800043 BSZ0800096 BSZ0900027 BSZ0900049
62
Inventarisatie Het project ‘Reboundvoorzieningen - regio Walcheren’ had een aantal doelstellingen. Ten eerste het tijdelijk bieden van een onderwijsplek aan leerlingen in een crisissituatie in het regulier voortgezet onderwijs. Ten tweede het (terug)plaatsen van leerlingen in het regulier voortgezet onderwijs én het voorkomen van ongediplomeerd voortijdig schoolverlaten van leerlingen. Ten derde het bijdragen aan het realiseren van een startkwalificatie voor zoveel mogelijk leerlingen. Van de 84 leerlingen die tot nu toe de rebound hebben bezocht zijn er 15 naar andere instanties verwezen. De andere 69 leerlingen zijn terug naar het Voortgezet Onderwijs of naar het ROC gegaan. Het project is geslaagd. De Rebound wordt voortgezet na de projectperiode en verder ontwikkeld om nog beter zorg op maat te kunnen bieden aan de jongeren, mits structurele financiering gerealiseerd kan worden. De rijksbijdrage is structureel, maar over de bijdrage van gemeenten en provincie vindt nog overleg plaats. In het project ‘ZORGSTRUCTUUR, Zeeuws zorgplatform Middelbaar Beroepsonderwijs’ ging het om versterking van de zorgstructuur in de psychosociale begeleiding van ROC deelnemers in de regio Oosterschelde en Walcheren. Doel hiervan was voortijdige uitval ten gevolge van het ontbreken van adequate hulp op het juiste moment, te voorkomen. Er is een ROC-breed zorgplatform opgericht bestaande uit interne begeleiders en externe hulpverleners. In dit zorgplatform worden adviezen gegeven voor de begeleiding van cursisten of deze worden overgenomen door de externe hulpverlening. De doelstelling is bereikt en de zorglijnen zijn directer en korter. Het project ‘Centra voor Jeugd en Gezin (CJG) Hulst en Terneuzen’ hield in de realisatie van een centrum J&G in de gemeenten Hulst en Terneuzen. Hiervoor is een intergemeentelijk samenwerkingsverband opgericht. Het samenwerkingsverband is geformaliseerd in een samenwerkingsovereenkomst die in maart 2009 is getekend. Per 1 juni 2009 is een coördinator aangesteld om de afspraken te implementeren. Een CJG is een fysieke, herkenbare en laagdrempelige één-loketvoorziening op een bereikbare afstand, waar kinderen, jongeren, ouders en professionals terecht kunnen met vragen over opvoeden, opgroeien en gezondheid van kinderen en jongeren en voor vragen die daar een relatie mee hebben. Qua leeftijd gaat het om de groep van 9 maanden tot 23 jaar. Bij het project heeft het verwerven van huisvesting en personeel wat vertraging opgelopen omdat de onderhandelingen over beide zaken niet naar verwachting liepen. De pilot is inmiddels afgerond. Het CJG is in werking en ontwikkelt zich verder in het werkveld rondom jeugd. Vooral PR en samenwerkingsafspraken krijgen de aandacht. De financiering is verzekerd vanuit de Brede Doeluitkering CJG. De scholing van jeugd- en jongerenwerkers in de provincie Zeeland was de doelstelling van het project ‘Bijscholing jongerenwerkers’. Er hebben 23 jongerenwerkers, in dienst bij 11 instellingen of gemeenten, met goed gevolg deelgenomen aan het scholingsaanbod. De jongerenwerkers uit Goes deden niet mee omdat ze al eerder waren gestart met een eigen traject en de jongerenwerker uit Noord-Beveland was net vertrokken. Behalve het cursusmateriaal zullen de opgedane ervaringen worden opgenomen in een boek over jonge-
renwerk dat het jeugdinstituut van de VU in Amsterdam zal uitbrengen. Verder hebben de Zeeuwse jongerenwerkers kennis met elkaar gemaakt en zijn zij van plan in de toekomst nauwer te gaan samenwerken en aan kennisoverdracht te gaan doen. Het project ‘Dancetour Goes’ van de Stichting Dancetour had als doel veel jongeren uit de provincie Zeeland te betrekken bij het evenement Dancetour Goes door middel van participatie- en samenwerkingsprojecten. Het ging bijvoorbeeld om een Producer contest, een DJ contest en een DJ workshop tour. Er is onder andere samengewerkt met Jeugdzorg, ROC Zeeland, Jouwzeeland.nl en een poppodium. Dancetour Goes 2009 was een gratis toegankelijk dance evenement op de markt voor meer dan 9000 jongeren van 16-30 jaar. Er was veel inbreng vanuit jongeren en dj talent. Doelstelling van de ‘Pilot Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) Middelburg’ was het integreren van een CJG in het gemeentelijk Wmo (Wet maatschappelijke ondersteuning) -ondersteuningsbureau. Op 10 juni 2009 is Porthos, het gecombineerde CJG/Wmo loket in Middelburg, geopend door gedeputeerde Van Heukelom. Met Porthos is er een sluitende aanpak en benadering van vragen rondom zorg, welzijn, opgroeien en opvoeden. Iedereen van jong tot oud kan bij Porthos terecht. De resultaten van de pilot CJG worden overgedragen via de Task Force Jeugd (Scoop) aan de overige Zeeuwse gemeenten en de financiering is geregeld. Het project ‘Op weg naar het Lagerhuis/Provinciaal Jeugddebat’ beoogde jongeren actief te betrekken bij de maatschappelijke discussie over actuele en provinciale thema’s door middel van debat. Jongeren kennis te laten maken met de provincie en jongeren bekend te maken met en zich te laten bekwamen in debatteren. Dit gebeurde door provinciale voorrondes van de scholierendebatcompetitie Op weg naar het Lagerhuis van de VARA (maart 2010) en het Provinciale Jeugddebat van de Nationale Jeugdraad (januari 2010). Het project is afgerond en de doelstelling is geheel gerealiseerd. Het Project ‘Integrale Netwerk Aanpak (INA)’ op SchouwenDuiveland heeft als doel dat jeugd en gezinnen efficiënte en effectieve hulpverlening ontvangen. Hiervoor moeten instanties en gemeentelijke afdelingen vanuit het netwerkconcept en de netwerkmethodiek van ‘cliëntgestuurd netwerk’, hulpverlening afstemmen en afspraken maken over de coördinatie van de hulp en over het casemanagement. De gemeente wil dit langs twee hoofdontwikkelingslijnen realiseren: - de inrichting van een Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) - het tot stand brengen van adequate netwerkverbindingen op basis van niet vrijblijvende afspraken met en tussen instellingen. Het CJG is inmiddels ingericht en operationeel. Een team van vertegenwoordigers van kernpartners vormen een frontoffice waar informatie en advies wordt verstrekt. In overleg met de provincie is het project verlengd tot 31-122010, mogen middelen anders worden ingezet en is er een geïntegreerde begroting CJG/INA gepresenteerd. De werkprocesbeschrijvingen van frontoffice en zorgregie zijn beschikbaar en er zijn convenanten voor frontoffice en zorgregie in ontwikkeling.
63
‘IDEBATE’ is een project dat gericht is op het op professionele wijze structureel en gefaseerd stimuleren van debatteren op Zeeuwse scholen en op openbare plaatsen in dorpskernen, buurten en wijken in meerdere gemeenten in Zeeland. Jongeren worden zo gestimuleerd in actief burgerschap. De doelstelling is inmiddels grotendeels bereikt. Het debatteren heeft vaste grond onder de voeten gekregen, hoewel de schaal kleiner is dan mogelijk werd verwacht. Het is niet zo dat grote groepen jongeren een actieve maatschappelijke rol op zich hebben genomen, maar de interesse voor politiek en discussies is zeker toegenomen en de jongeren laten zich daarin meer horen. Het project is momenteel in de afrondende fase, er wordt gewerkt aan de verslaglegging en de eindevaluatie. De financiering na afloop van het project is niet verzekerd. ‘Verbreden toegankelijkheid peuterspeelzaalwerk’ is een project om de deelname van reformatorische peuters aan het reguliere peuterspeelzaalwerk te bevorderen. Daaraan gekoppeld wordt een stappenplan ontwikkeld dat provinciebreed kan worden gebruikt bij het toegankelijk maken van peuterspeelwerk voor speciale doelgroepen. De doelstelling is inmiddels gedeeltelijk bereikt, de deelname neemt toe en de eerste fase van het project is beschreven. Per 1 januari 2009 is een reformatorisch leidster aangesteld. Er is een werkgroep opgericht, met ouders uit de doelgroep en ouders die al gebruik maken van de speelzaal, om het ontwikkelen van een identiteitsgebonden aanbod te begeleiden. Het project loopt goed hoewel in Aagtekerke beter dan in Meliskerke. Het aanbod is op een aantal kleine, maar wezenlijke punten aangepast. Er worden vragenlijsten verspreid onder peuterspeelzaalouders om hun opmerkingen over het project te inventariseren. Het project loopt tot september 2011 en de extra dagdelen zullen dan worden opgenomen in het reguliere peuterspeelzaalwerk. Het project ‘Onderwijs servicebus’ beoogt de realisatie van een bus gericht op het onderwijs op het platteland en tevens dienend als servicebus voor kleine kernen met aan aantal functies zoals informatiepunt, ontmoetingspunt, educatiepunt, av-presentatie mogelijkheid, TNT servicepunt, geldautomaat, baliefunctie, infozuil voor informatie en ticketing. Het doel van de inzet van de bus is de verhoging van de kwaliteit van de leefbaarheid van kleine kernen. Het aanbod richt zich op actuele maatschappelijke, technologische, culturele en educatieve onderwerpen voor met name de jeugd. Het traject van aanbesteding is afgerond en de bouw van de bus kan starten. De inhoudelijke voorbereiding is in gang gezet en gesprekken met de samenwerkingspartners worden gevoerd. Het project ‘Risicoleerlingen, integrale begeleidingsstructuur’ is gericht op het ontwikkelen en uitvoeren van een integraal begeleidingssysteem voor 110 risicoleerlingen per jaar met een onderbroken opleiding. Doel van dit systeem is deze leerlingen een maatschappelijk aanvaardbaar toekomstper-
64
spectief te bieden, waardoor 60% een diploma op niveau MBO 1 behaalt. Hiervoor worden integrale begeleiders ingezet die zorg verlenen op sociaal, maatschappelijk en onderwijskundig gebied en tevens nazorg verlenen na afronding. In dit kader worden instrumenten ontwikkeld en wordt samengewerkt met maatschappelijke partners. Het beoogde aantal leerlingen in begeleiding wordt behaald. De ontwikkelfase van de producten ligt op schema. Er zijn conceptversies beschikbaar van zowel stagemappen als beoordelingsmethodes. Het verwachte aantal diploma’s in 2009-2010 ligt tot op heden op de gestelde norm. Het ROC Westerschelde heeft integrale begeleiders in dienst genomen. Tot vorig schooljaar werd het volledig subsidiebedrag rechtstreeks ingezet in uitvoerend werk. Echter, conform de subsidieregels wordt nu 20 % overhead berekend. Dit resulteert in minder uitvoerende mogelijkheden. Over de financiering na afloop van het project (31-7-2011) is nog geen zekerheid. Het ‘BSO+’ project in Oost Zeeuws Vlaanderen beoogt het verzorgen van buitenschoolse opvang (BSO) voor kinderen van 4 t/m 12 jaar met gedrags- en/of ontwikkelingsstoornissen die niet door het reguliere bso en/of ontwikkelingsproject worden bereikt. De BSO+ is in januari 2010 geopend en in april 2010 waren zeven kinderen geplaatst uit het speciaal onderwijs. Er waren nog geen kinderen uit het regulier onderwijs met gedrags- en ontwikkelingsstoornissen. Er wordt gewerkt volgens een speciale methodiek en training en er zijn laagdrempelige begeleidingstrajecten voor kind en ouders. De opvang wordt gedaan door speciaal daarvoor opgeleid personeel. Verder wordt er nu gewerkt aan bekendheid bij ketenpartners en verwijzers. Het project loopt tot september 2012 en er zijn al gesprekken gaande met onder andere het zorgkantoor en de gemeente Hulst over mogelijke financiering na de projectperiode. In de Oosterschelderegio hebben de gemeenten het project ‘Samen sterk voor jeugd en gezin’ gestart, waarbij de gemeenten in deze regio in 2010 elk één toegang hebben tot alle hulp voor ouders en jeugd in de vorm van een lokaal werkend CJG (Centrum voor jeugd en Gezin). Binnen dit CJG vormen alle lokale en regionale zorgverleners een sluitend netwerk en wordt het onderwijs betrokken voor snelle en vraaggerichte zorg op maat. De gemeenten Schouwen-Duiveland, Goes en Noord-Beveland hebben een lokaal CJG. De voorbereiding voor nog vier CJG’s zijn gestart. Er is een stuurgroep en een regionale projectgroep CJG met een externe procesbegeleider (adviesbureau Zenc). Er zijn één regionale en vier lokale planningsdocumenten vastgesteld. Er wordt nu een blauwdruk en een plan van aanpak opgesteld voor de regionale samenwerking in de backoffice voor de lokale CJG’s. De voorbereidingen voor samenwerking met zorgaanbieders en onderwijs zijn gestart. Voor de fysieke CJG’s en de functies ervan, ontvangen gemeenten middelen van het Rijk. Hiermee is de financiering na afloop van het project verzekerd.
4. Gezond en actief Voortgang Projecten: Inventarisatie per programma op 1 april 2010
De doelstelling van het programma ‘Gezond en actief’ is te streven naar het bevorderen van de lichamelijke en geestelijke gezondheid van Zeeuwen door te investeren in een gezonde omgeving en het stimuleren van gezond gedrag. Om het doel van een gezond, actief en sportief Zeeland te bereiken zijn drie speerpunten geformuleerd: 1. Zeeuwse volksgezondheid: bevorderen van kennisuitwisseling over kansen en mogelijkheden om de gezondheid van Zeeuwen te vergroten. 2. Bevorderen gezonde omgeving: bevorderen van een gezonde omgeving door passende maatregelen op het gebied van milieu en inrichting van ruimte. 3. Bevorderen van gezond gedrag: bevorderen van gezond gedrag door het stimuleren van gezonde voeding en voldoende beweging. In dit programma zijn vijf afgeronde en lopende projecten geëvalueerd met in totaal een subsidiebedrag van € 329.559,-. Een overzicht van de projecten in het programma is opgenomen in tabel 4.
Inventarisatie ‘TopKidz op school’ was een multidisciplinair programma voor kinderen met overgewicht. Het programma richtte zich op duurzame beïnvloeding van fysieke conditie, eetgedrag, leefstijl en sociale competenties bij kinderen met overgewicht. Er zijn 15 kinderen in de leeftijd van groep 5, 6 en 7 gedurende 20 weken via een multidisciplinair programma getraind. Twee keer per week werden de kinderen door een fysiotherapeut, psycholoog of diëtist begeleid. Er werden tijdens het programma drie effectmetingen gedaan, drie ouderbijeenkomsten gehouden en vijf Multidisciplinaire overleggen
(MDO) georganiseerd. Er zijn vier sportclubs bezocht en de kinderen hebben het werkboek TopKidz ontvangen. De conclusie is dat over de hele breedte de kinderen op alle fronten (bewegen, voeding en psychologie) een verbetering laten zien. De kinderen geven zichzelf een duidelijk hoger cijfer wanneer gevraagd wordt naar hun gezondheid (8 tegen een 6,4 bij de start van het programma). Er is samengewerkt met sCOOLsportscholen (zie project hieronder) die de kinderen al gescreend hadden. Er is een uitgebreide evaluatie en projectrapportage met conclusie en aanbevelingen. TopkidZ is in onderhandeling met verzekeraars om het programma structureel en breed op scholen in te kunnen zetten. Daarnaast is men in onderhandeling met gemeenten omdat niet via het medische circuit gewerkt wordt en men meent dat gemeenten de overige kosten zouden moeten financieren zoals MDO, bezoek aan sportverenigingen, kookbijeenkomst en gesprek met de ouders. Het project ‘sCOOLsport’ is erop gericht om de methodiek sCOOLsport te ontwikkelen en implementeren zodat scholen na de projectperiode zelfstandig volgens het concept kunnen werken. Doel van sCOOLsport is basisschoolleerlingen aan te zetten tot een actieve leefstijl, waarin voldoende beweging en gezondheid als vanzelfsprekend aandacht krijgen. Kinderen worden gestimuleerd dagelijks een uur te bewegen en een gezond gewicht na te streven. Daarnaast wordt ook aandacht besteed aan fysiek-mentale weerbaarheid en beheersing van motorische vaardigheden. De ontwikkeling loopt, per thema van sCOOLsport worden de doelen en acties beschreven aan de hand van ervaringen op de sCOOLsport scholen. Ook het leerlingvolgsysteem en de website ontwikkelen zich. Inmiddels werken er negen scholen mee aan de implementatie van sCOOLsport. In overleg met de provincie is de einddatum van het project ‘sCOOLsport’ verschoven van 10 januari
Tabel 4 Projecten in het programma ‘Gezond en actief’
Nummer
Projectnaam
Organisatie
Startdatum
Einddatum
Subsidie
TopKidz op school Zeeuws Talentenfonds
Stichting TopKidz SportZeeland
2-2-2009 1-1-2008
24-7-2009 1-1-2010
€ 31.760,— € 25.000,—
sCOOLsport Beweging van Zeeuwse kinderen met een beperking Jeugdsportfonds Zeeland
SportZeeland Stichting Lentekind
1-7-2008 1-7-2008
1-7-2011 1-7-2010
€ 221.249,— € 26.550,—
SportZeeland
1-1-2009
1-1-2011
€ 25.000,—
Afgerond BSZ0800134 BSZ0800147 Lopend BSZ0800054 BSZ0800055
BSZ0800146
65
2011 naar 30 november 2011. In het najaar van 2010 wordt overgestapt op een landelijke versie van het huidige leerlingvolgsysteem. De evaluatie en effectmeting van sCOOLsport en het congres zullen in 2011 uitgevoerd worden. Afspraken over de voortgang na de projectperiode zijn vastgelegd in samenwerkingsovereenkomsten met de scholen. Het in de komende twee jaar uitbouwen van een gespecialiseerd kinderdagcentrum voor beweging en ontwikkeling voor Zeeuwse kinderen met een beperking, ontwikkelingsachterstand of andere problematiek, is het doel van het project ‘Beweging van Zeeuwse kinderen met een beperking’. In dit kinderdagcentrum worden kinderen door middel van bewegingsritmiek optimaal gestimuleerd zodat zij nieuwe kansen krijgen zich verder te ontwikkelen dan wel om achteruitgang te voorkomen. Het project is begin 2009 van start gegaan. De orthopedagoge heeft een bijdrage geleverd aan de ontwikkelingsplannen van de kinderen en er is gestart met een theoretische beschrijving van de bewegingsritmiek. Het team heeft bijscholing gehad met betrekking tot de ritmiek. Er wordt hard gewerkt aan de pr. Er is een promotiefilmpje gemaakt ter ondersteuning bij gesprekken en informatiebijeenkomsten.
66
Er wordt nauwer samengewerkt met Kinderopvang Walcheren. Om de andere week komen zes kinderen van de reguliere opvang meedoen met de ritmiek. Ook worden mogelijkheden verkend om meer samen te werken met het kinderrevalidatiecentrum Reigerbos in Goes. Doel van het project ‘Jeugdsportfonds Zeeland’ is om binnen drie jaar 500 Zeeuwse kinderen uit minder draagkrachtige gezinnen de kans te geven om te sporten. De doelstelling is ruimschoots bereikt. Er zijn tot nu toe 829 aanvragen in behandeling genomen en er zijn 613 kinderen aan het sporten. Zeven Zeeuwse gemeenten zijn aangesloten. Door de enorme toeloop (succes) heeft het bestuur de inspanningsverplichting om extra middelen te verwerven om alle kinderen te kunnen laten sporten. Inmiddels is er ook een samenwerking aangegaan met de stichtingen Leergeld uit Zeeland. De financiering na afloop van het project is nog niet geheel verzekerd vanwege de inbreng van het Zeeuwse fonds. Ook is het bestuur in afwachting van meer landelijke middelen vanwege het mogelijke CBF keurmerk. Hiermee kan men dan ook in aanmerking komen voor de grote doelen acties.
5. Gezondheidszorg Voortgang Projecten: Inventarisatie per programma op 1 april 2010
De doelstelling van het programma ‘Gezondheidszorg’ is versterking van de gezondheidszorg in Zeeland door het centraal stellen van de patiënt. Om het streven naar de beste gezondheidszorg handen en voeten te geven zijn drie speerpunten geformuleerd: 1. Kwaliteit van zorg: ondersteunen van de kwaliteitsverbetering in de chronische en curatieve zorg 2. Bereikbare en beschikbare zorg: bevorderen dat de gezondheidszorg dichtbij inwoners beschikbaar blijft en uitbreidt. 3. Platformfunctie: bereiken dat betrokken partijen in Zeeland met elkaar in gesprek blijven, worden geïnformeerd over relevante ontwikkelingen in de (Zeeuwse) zorg en dat gezamenlijke initiatieven worden ontwikkeld. Tabel 5
In dit programma zijn 16 afgeronde en lopende projecten geëvalueerd met in totaal een subsidiebedrag van € 757.460,—. Een overzicht van de projecten in het programma is opgenomen in tabel 5.
Inventarisatie ‘Transmurale Zorg Walcheren’ was een project voor vernieuwing en intensivering van deze zorg op Walcheren. Het project startte in december 2005. Er werd een onderzoek gedaan naar de huidige productie en de wensen tot verandering binnen het aanbod van de curatieve zorg op Walcheren. Ook werden er symposia gehouden. De afgelopen periode zijn er veel
Projecten in het programma ‘Gezondheidszorg’
Nummer
Projectnaam
Organisatie
Startdatum
Einddatum
Subsidie
Transmurale Zorg Walcheren Logeerhuis voor dementerende ouderen Diabetesketenzorg Zeeuws- Vlaanderen GGZ-project Veersche Huisartsen Coöperatie Medisch Beleidsplan 2009-2013
Stichting Geneeskunde Walcheren p/a Ziekenhuis Walcheren Stichting voor Regionale Zorgverlening (SVRZ) Nucleus Zorg
1-12-2005
1-7-2009
€ 10.995,—
1-12-2006
1-12-2009
€ 13.040,—
1-1-2007
31-12-2009
€ 50.000,—
Veersche huisartsen coöperatie
1-1-2007
1-1-2010
€ 45.000,—
Vereniging Medische Staf Ziekenhuis Zeeland
11-6-2009
30-9-2009
€ 12.450,—
Stichting Woonzorg West Zeeuws-Vlaanderen Emergis Bestuurscentrum RGZ-Stichting Revalidatiegeneeskunde Zeeland Lindenhof Zorgsaam Zeeuws-Vlaanderen
1-8-2007
1-8-2010
€ 75.000,—
1-1-2007 1-4-2008
31-5-2010 1-10-2010
€ 200.000,— € 63.500,—
15-1-2008
15-12-2010
€ 55.000,—
Afgerond BSZ0600007 BSZ0600148 BSZ0600153 BSZ0600175 BSZ0900045
Lopend BSZ0600163
Hooge Platen, Leerbedrijf
BSZ0700176 BSZ0800008
ICT & Zorg Diagnostisch observatieteam (DOT) Zeeland Implementatie nieuwe zorgvisie: Samen Zorgen Geriatrische Revalidatiegeneeskunde Zeeland Multidisciplinair Preventief Ouderenspreekuur ZwangerTotaal Preventieve aanpak hoogrisico-zwangeren Diabetes keten - in - beweging Vermindering vrijheidsbeperkende maatregelen Digitaal Ritformulier
BSZ0800037 BSZ0800048 BSZ0800108 BSZ0900031 BSZ0900035 BSZ0900037 BSZ0900066 BSZ0900071
RGZ-Stichting Revalidatiegeneeskunde Zeeland Lindenhof Stichting Curamus
25-3-2008
29-10-2010
€ 49.500,—
1-9-2008
31-7-2010
€
ZwangerTotaal Gemeente Vlissingen
22-5-2009 1-10-2009
31-12-2012 1-10-2011
€ 30.000,— € 100.000,—
5.000,—
PMC MensInBeweging. Huisartsencoöp 1-9-2009 Zorggroep Walcheren Stichting Het Gors 30-9-2010
1-9-2010
€
7.975,—
30-9-2010
€
5.000,—
Connexxion Ambulancezorg Zeeland
16-10-2010
€ 35.000,—
17-10-2009
67
ontwikkelingen geweest, zoals de fusie van de ziekenhuizen boven de Schelde. De samenwerking Huisartsenpost (HAP) met Spoedeisende Hulp krijgt nieuwe impulsen en er wordt gezocht naar een nieuwe locatie voor de HAP op Walcheren. Sinds 1 september 2008 is er een Strategisch Overleg tussen de verschillende partijen. De uitwerking van een aantal zaken vindt plaats in drie werkgroepen: communicatie, verwijsbeleid en adherentie. Het project is nog niet helemaal gerealiseerd. Dit heeft onder andere te maken met het feit dat huisartsen en ziekenhuizen een tijd erg intern gericht zijn geweest. Ook de enigszins paradoxale boodschappen van de minister van VWS (enerzijds vraag naar samenwerking, anderzijds het in de markt zetten van ketenzorg) maken het er niet eenvoudiger op. Het project ‘Logeerhuis voor dementerende ouderen’ van de SVRZ op de locatie Ter Valcke in Goes biedt tijdelijke opvang (interval opnames) aan zes dementerende ouderen. Veelal gebeurt dit om de mantelzorg te ontlasten. De bezettingsgraad is in de periode 2007 t/m 2009 steeds toegenomen. Cliënten en mantelzorgers geven aan zeer tevreden te zijn met de voorziening die is gerealiseerd in de vorm van een groepswoning. Het aantal dementerenden dat wacht op een definitieve plek is groot. Daarom is deze voorziening een goede overbrugging voor mantelzorgers. Uiteindelijk worden alle cliënten van het logeerhuis definitief opgenomen op een verblijfsafdeling. Het blijft belangrijk om steeds informatie te blijven geven over de voorziening om de bezettingsgraad te verhogen. De financiering is verzekerd en loopt via het Zorgkantoor. ‘Diabetesketenzorg Zeeuws-Vlaanderen’ was een project met als doelstelling een goed gestructureerde en laagdrempelige diabeteszorg voor iedere (toekomstige) diabetespatiënt in deze regio verleend door de eerstelijnszorg in samenwerking met de tweedelijnszorg. De regionale Diabetes Mellitus (DM) ketenzorg is inmiddels, dankzij de inzet van de samenwerkende disciplines, onder leiding van Nucleus Chronische Zorg ontwikkeld en gerealiseerd en zal conform de benodigde eisen continu worden bijgesteld. Er is een protocol DM en de DM patiëntenzorg is niet meer uit de eerste lijn weg te denken door de goede samenwerking die ontstond. De patiënten zijn uiterst tevreden over de zorg door het team, dichtbij huis in de huisartsenpraktijk. Het project is geëvalueerd en in 2008 gepresenteerd aan alle zorginstanties in Zeeland op uitnodiging van de drie Zeeuws Vlaamse gemeenten. Ook heeft het project in 2008 de Gouden Klaver van het Klaverblad gekregen als vernieuwend initiatief op de eerste lijns patiëntenzorg. Het project wordt voortgezet door Nucleus Chronische Zorg en over de financiering worden afspraken gemaakt met de Zorgverzekeraar. Het ‘GGZ-project Veersche Huisartsen Coöperatie’ beoogde binnen drie jaren (2007 t/m 2009) de knelpunten op te lossen voor patiënten (jeugd, volwassenen en ouderen) die behandeling nodig hebben van de Geestelijke Gezondheidszorg (GGZ) en het Algemeen Maatschappelijk Werk (AMW). Dit project is inmiddels een structurele activiteit binnen de eerstelijn voorzieningen in de gemeente Veere geworden. De eerstelijns GGZ is nu laagdrempelig georganiseerd met inzet van het Algemeen Maatschappelijk Werk, de eerstelijns kind- en jeugdpsycholoog, sociaal psychiatrisch verpleegkundigen en praktijkondersteuners GGZ. Deze medewerkers houden op
68
verschillende plaatsen in de huisartsenpraktijken spreekuur. Twee onderzoeken van de Roosevelt Academie laten de patiënttevredenheid zien alsmede de groei in naamsbekendheid van het GGZ-team. De doelstelling van het project ‘Medisch Beleidsplan 20092013’ was het in korte tijd vormgeven van het medisch beleid voor het fusieziekenhuis boven de Westerschelde voor deze vijf jaren. Dit project is geslaagd met een afgerond beleidsplan met soms ambitieuze maar toch realistische plannen. Er is een beleidsplan (volledige versie) en een publieksversie. Alleen is in 2009 de titel gewijzigd in 2010. Door het uitbrengen van de Publieksversie en het breed verspreiden hiervan is het nog meer zaak dan anders om ook echt werk van de plannen te gaan maken. Een jaarlijks verdieping vindt plaats door het opstellen van jaarplannen. Via jaarlijkse verslaglegging wordt telkens omschreven welke doelen zijn gerealiseerd en welke eventueel niet en wat daar dan de oorzaak van is. Het opzetten van een personeels-/stagiairetraject op basis van competentieontwikkeling in relatie tot vraaggestuurde zorg- en dienstverlening, is het doel van het project ‘Hooge Platen, Leerbedrijf’. Het ROC Westerschelde en de Stichting Woonzorg zetten dit project samen op. Hooge Platen is een fysieke locatie waarin een leefconcept van wonen, zorg & welzijn geïntegreerd is. Doelgroep zijn ouderen al dan niet met een zorgindicatie. Een servicegerichte dienstverlening staat centraal. Daarvoor wordt het bestaande personeel van het voormalige bejaardenoord ‘Ter Schelde’ omgeschoold en krijgen stagiaires en nieuw personeel deze serviceverlenende dienstverlening aangeleerd. De werkgever heeft kerncompetenties bepaald voor deze servicegerichte dienstverlening. Bestaand en nieuw personeel/stagiaires zullen deze kerncompetenties naast de basiskennis en vaardigheden op het terrein van de zorg moeten beheersen. Onder cursisten/werkbegeleiders en andere betrokkenen is een onderzoek gehouden waaruit een opsomming van ergernissen, aandachtspunten, knelpunten etc. is gekomen. Hieraan zijn doelen gekoppeld en dit heeft in oktober 2009 geleid tot een actieplan. Op 31 mei 2010 wordt in Terneuzen een workshopevenement georganiseerd over ontwikkelingen in de Beroeps Praktijk Vorming,aarin het pilotproject Leerbedrijf Hooge Platen centraal staat. De doelstellingen van het project ‘ICT & Zorg’ zijn tijdens de looptijd en in overleg met de provincie Zeeland bijgesteld. Deze nieuwe doelstellingen (e-learning, zorgnet Zeeland, Midim, ELS en delen van kennis) zijn inmiddels vrijwel allemaal gehaald. In juni 2010 zal de evaluatie plaatsvinden en met de provincie worden besproken. Binnen de stichting is inmiddels een contributieregeling overeengekomen. Uit deze middelen wordt de voortzetting van de activiteiten gewaarborgd. Realisatie van multidisciplinaire ontwikkelingsgerichte diagnostiek, gevolgd door een samenhangend ontwikkelingsgericht behandel- en/of zorgadvies, is het doel van het project ‘Diagnostisch Observatieteam (DOT) Zeeland’. Betrokken zorginstellingen conformeren zich aan het behandel- en/of zorgadvies. Door het uitblijven van aanmeldingen van kinderen heeft het project enige vertraging opgelopen. Inmiddels is het DOT sinds 11 mei 2009 operationeel. Na een jaar zijn er 17 kinderen aangemeld, waarvan er 12 in observatie zijn geno-
men. Zeven observaties zijn afgerond en vijf kinderen zijn nog in observatie. De observatieperiode is met één week verlengd van 12 naar 13 weken. In juni 2010 wordt er een overzicht van de werkelijke kosten versus de opbrengsten gemaakt. De verlenging van het project tot maart 2011 zal een kostenstijging met zich meebrengen. Het project ‘Implementatie nieuwe zorgvisie: Samen Zorgen’ heeft als doel het implementeren van de nieuwe zorgvisie binnen Stichting ZorgSaam in 2010. Daarnaast zijn eind 2009 medewerkers en specialisten werkzaam binnen de sector zorg, bekend met de zorgvisie waarna in 2009/2010 de ouderen thuiszorg volgen. De implementatie van belevingsgericht werken loopt volgens het projectplan. ZorgSaam organiseert op 27 mei 2010 in Terneuzen een landelijk symposium over belevingsgericht werken. Omdat ZorgSaam de eerste ketenorganisatie is die op basis van dit concept in een ziekenhuis aan de slag is gegaan vanuit een nieuwe zorgvisie, is er samen met Aart Pool een boek geschreven. Dit boek zal op 27 mei worden gepresenteerd. Het verbeteren van de gezondheid van ouderen met een risico door het ontwikkelen en uittesten van een methode voor gerichte screening van ouderen, is het doel van het project ‘Multidisciplinair Preventief Ouderenspreekuur’ in de regio Zeeuws-Vlaanderen. Er is een tussentijdse evaluatie geweest en de resultaten zijn verspreid onder de participanten en gepresenteerd op een symposium in Eindhoven. De screeningsmethode is licht aangepast. Er zijn nu meer dan 160 patiënten gescreend en bij 68% wordt iets gevonden dat aandacht vraagt. De huisartsen werken actief mee. Het cliënttevredenheidonderzoek loopt en de uitkomsten tot nu toe laten zien dat cliënten over het algemeen zeer tevreden zijn. Naar verwachting wordt het project in de zomer van 2010 afgerond. Er wordt nog naar structurele financiering gezocht. Het project ‘ZwangerTotaal’ beoogt een multidisciplinair begeleidingsprogramma voor alle zwangere vrouwen in Zeeland gericht op behandeling en voorkoming van klachten in de pre- en postnatale fase van de zwangerschap. Momenteel is men met de afrondende fase van de website (www.zwangertotaal.com) bezig. Hierna kan implementatie bij de overige zorgverleners in de keten die betrokken zijn bij een zwangerschap, plaatsvinden. Het begeleidingsprogramma draait al, maar als de website klaar is, zal dit de communicatie verbeteren. Het programma loopt nog tot 31-12-2012 en zal verder doorlopen, waarbij deelnemers een kleine vergoeding moeten betalen. De gemeente Vlissingen wil, in samenwerking met ketenpartijen, komen tot een meer preventieve aanpak van hoogrisicozwangerschappen door het vroegtijdig signaleren vanuit ziekenhuizen van ‘bedreigde’ ongeboren kinderen. Hiervoor is het project ‘Preventieve aanpak hoogrisico-zwangeren’ opgezet. Het doel van dit project is ten eerste om in minstens 90% van de hoogrisico-zwangerschappen vroeg inzicht te krijgen in de mogelijkheden om veiligheid te creëren voor de nieuwe baby.
Ten tweede om de expertise te vergroten bij alle deelnemers met betrekking tot het ‘samenwerken onder dwang’. In samenwerking met het ziekenhuis wordt een gesloten keten gevormd met zeer strakke regie volgens het ‘Signs of Safety’ principe. De doelstelling van 90% van hoog-risico situaties is inmiddels aangepast omdat dit niet meetbaar bleek te zijn vanwege het ontbreken van een standaard risicotaxatie bij verloskundigen. Er wordt nu een proef gedaan met het invullen van een risicotaxatie door verwijzers bij iedere aanmelding voor het project. De aangepaste doelstelling houdt in bij ongeveer 48 cliënten per jaar een veiligheidsplan te maken en vervolgzorg te bieden. De doelstelling is inmiddels grotendeels bereikt. In het tweede en laatste jaar van het project zal met de partners gesproken worden over de financiering na afloop van het project. ‘Diabetes keten - in - beweging’ is een project eerstelijns ketenzorg op Walcheren met huisartsen en fysiotherapeuten voor patiënten met Diabetes mellitus. Het gaat om een geprotocolleerde selectie en doorverwijzing van diabetespatiënten uit de huisartsenpraktijk naar een oefengroep bij de fysiotherapeut met als doel hen meer te laten bewegen. Dit zal een hoge mate van gezondheidsbevordering teweeg brengen. Deze activiteit wordt niet vergoed door de zorgverzekeraar. Half mei 2010 starten de patiënten omdat dan alle professionals zullen zijn opgeleid. Het project is daardoor iets vertraagd en loopt tot 31 december 2010. Het is nog onduidelijk of de ‘beweegkuur’ vanaf 2011 in de basiszorgverzekering wordt opgenomen, zoals de bedoeling was. Het GORS (organisatie die zorg en ondersteuning biedt aan mensen met een lichamelijke en/of verstandelijke functiebeperking) wil met het project ‘Vermindering vrijheidsbeperkende maatregelen’ in september/oktober 2010 een Zeeuwse conferentie voor gehandicaptenzorginstellingen houden. Op deze conferentie wil het GORS de resultaten presenteren van een eigen implementatieproject rond het verminderen van vrijheidsbeperkende maatregelen. Doel ervan is om ook collega instellingen te stimuleren tot een aanpak van vrijheidsbeperkende maatregelen. Tijdens de pilot liep het aantal maatregelen terug tot 1/3 van het oorspronkelijke aantal, een spectaculair resultaat. De conferentie zal bestaan uit lezingen, workshops en de presentatie van de resultaten. Het project ‘Digitaal Ritformulier’ wil in Zeeland deze IT-toepassing introduceren. Een digitaal ritformulier vormt een belangrijke ontbrekende schakel in de acute zorgketen doordat dit het ambulancepersoneel, de spoedeisende hulpafdeling van ziekenhuizen en andere hulpverleners met elkaar verbindt. De communicatie wordt zo niet alleen sneller, maar ook betrouwbaarder en efficiënter. Het project verloopt volgens planning. De technische implementatie is gereed en het personeel is opgeleid. Momenteel vinden er testen plaats. De planning is dat er in mei 2010 gestart kan worden met de introductie van het digitale ritformulier. Het project loopt tot half oktober 2010 en de financiering is verzekerd na afloop van het project.
69
70
Voortgangsrapportage BSZ Beleidsprogrammering Sociale Zorg, voortgang juli 2009 - juli 2010 V O O R T G A N S R A P P O R TA G E B S Z juli 2009 - juli 2010
COLOFON Uitgave Provincie Zeeland Coördinatie Provincie Zeeland Directie: Samenleving, Bestuur en Organisatie Fotografie Mechteld Jansen Ineke Houmes Marja Noordhoek Brede School De Stelle KJ Projects Prepress Provincie Zeeland, Afdeling Informatievoorziening & Documentatie Grafische realisatie LnO drukkerij, Zierikzee Oktober 2010
www.zeeland.nl