Voortgangsrapportage 2013 Havenvisie 2030
Opgesteld door: Deltalinqs | Gemeente Rotterdam | Ministerie van Infrastructuur en Milieu | Ministerie van Economische Zaken | Provincie Zuid-Holland | Havenbedrijf Rotterdam NV
voortgangsrapportage 2013 Havenvisie 2030
Voortgangsrapportage 2013 Havenvisie 2030 16 mei 2013
3
Management samenvatting
De uitvoering van de Havenvisie 2030 is intussen in volle gang. Sinds de kick-off op 7 september 2012 is er binnen deze expertteams veel interactie en dynamiek geweest tussen alle betrokken partners (Deltalinqs, Gemeente Rotterdam, Provincie Zuid-Holland, het Ministerie van Infrastructuur en Milieu en het Ministerie van Economische Zaken). De belangrijkste conclusie van deze rapportage is dat de organisatie van de realisatie van de Havenvisie goed in gang is gezet. We kunnen trots zijn op de voortgang en de uitvoering van de Havenvisie ligt op schema. Op tal van terreinen zijn grote stappen gemaakt in het realiseren van de acties uit de uitvoeringsagenda. Enkele voorbeelden zijn de stelselherziening van het Omgevingsrecht, de integratie van de zeehaven Dordrecht, het project ‘schip centraal’ ten behoeve van de nautische keten, de goede afspraken over de haventarieven met het oog op een goed
Dit is de eerste rapportage waarin verslag wordt gedaan van de voortgang van de eind 2011 vastgestelde Havenvisie 2030. In 2012 is allereerst een structuur met betrokken partners opgezet om die realisatie te organiseren en de voortgang te monitoren. Deze uitvoeringsorganisatie bestaat uit een regiegroep, een projectgroep en twaalf expertteams. Op pagina 32-33 wordt uitgelegd hoe de voortgang wordt gemeten.
vestigingsklimaat, inclusief het reserveren van gelden voor duurzaamheid en ook de havenbestemmingsplannen die in voorbereiding zijn. Hoe en wat precies staat op de volgende pagina’s. Naast alle goede resultaten zijn er ook dossiers waarop onvoldoende voortgang te zien is. Dat is op zijn minst reden tot discussie tussen de betrokken partners: is extra inzet nodig en mogelijk? Onderstaand een overzicht van deze aandachtspunten. In 2013 en 2014 zullen alle betrokken partners de huidige succesvolle samenwerking voortzetten en de uitvoering van de Havenvisie 2030 scherp blijven monitoren.
4
Global Hub: Modal shift op schema
Europe’s Industrial Cluster: Ontwikkelingen op de energiemarkt
De modal split ontwikkelt zich voor wat betreft het
De opkomst van schaliegas in de VS zorgt voor een
wegverkeer en de binnenvaart in de goede richting en
toevloed van goedkope Amerikaanse kolen naar Europa.
op schema om de doelstellingen voor 2015 te halen.
Tegelijkertijd is er een toename van Duitse duurzame
Het voorstel is om de Rotterdamse lobby voor aanpassing van het ETS op te voeren. De prijs van CO2-rechten
Het aandeel van het spoorvervoer is lager dan voorzien
elektriciteit (zon en wind) op het net en is de capaciteit
moet op korte termijn omhoog door rechten uit de markt
maar voor de achterliggende doelstellingen (bereikbaar-
van de elektriciteitsopwekking in Nederland vergroot door
te halen en daarnaast moeten structurele hervormingen
heid en luchtkwaliteit) lijkt dat op korte termijn echter
de bouw van nieuwe centrales. Elektriciteit op basis van
worden doorgevoerd, zoals ook vermeld in de kamerbrief
geen probleem. In 2013 is een aantal maatregelen in
kolen is daardoor goedkoper dan op basis van gas en
gang gezet dat de komende jaren de modal shift moet
gascentrales worden eerder stilgelegd. Tegelijkertijd
van 23 februari. Een voorbeeld kan het Verenigd Koninkrijk zijn, waar een bodemprijs voor CO2-rechten
versnellen.
maakt de lage energieprijs in de VS (schaliegas) Europa
is ingevoerd. De partners van het RCI trekken hierin
Het voorstel is dan ook hier nu geen nieuw beleid of
tot een minder aantrekkelijke productielocatie voor de
samen op.
maatregelen voor in te zetten, en scherp te monitoren.
chemie.
verduurzaming. Dit raakt aan Europe’s Industrial Cluster en de succesfactor Milieu, Veiligheid en Leefomgeving.
Biomassa
Dit raakt de concurrentiepositie van Europe’s Industrial
Subsidie voor de bijstook van biomassa in energie
Cluster (het investeringsklimaat), zorgt voor vertraging
centrales vervalt en daarnaast wordt een importheffing
in de transitie naar duurzamer energie (kan moeilijk
voor biomassa ingevoerd. Dit bemoeilijkt de verduur
concurreren met goedkope kolen) en biochemie, en
zaming van de energiesector en de chemie. Het kabinet
maakt tegelijkertijd de urgentie van CCS groter, omdat
verwacht rond de zomer duidelijkheid te geven over de
het fossiele tijdperk langer lijkt te gaan duren. Ook is er
manier waarop een stimulans aan bij- en meestook van
een risico van vermindering van de energie-efficiency
biomassa gegeven kan worden.
door buitenbedrijfstelling van WKK’s. Het voorstel is om de Rotterdamse lobby te versterken Het voorstel is om met het expertteam Europe’s Industrial
die ijvert voor de beschikbaarheid van biomassa tegen
Cluster de kennis over de effecten van schaliegas als
wereldhandelsprijzen en het standpunt van het Rijk
gamechanger verder te verdiepen. De uitkomsten worden
hierover in Brussel kenbaar te maken.
meegenomen bij de herijking van de roadmap van het Rotterdam Climate Initiative naar 2025 en dienen tevens
Locaties windturbines
mogelijk als input voor een door de Minister van Econo-
De veiligheidsvoorschriften voor het bouwen nabij
mische Zaken toegezegde Ronde Tafel tussen chemi-
leidingstroken zijn aangescherpt waardoor op een aantal
sche industrie, wetenschap en overheid in het najaar
locaties windturbines lastig te realiseren zijn. Dit bemoei-
van 2013.
lijkt bijvoorbeeld de bouw van windturbines op een deel
Lage CO2-prijs bemoeilijkt CO2reductiemaatregelen
Voortgangsrapportage 2013 Havenvisie 2030 16 mei 2013
van de zeewering van Maasvlakte 2. De ambities uit het havenconvenant windenergie (verdubbeling van wind vermogen met 150 MW tot 300 MW) blijven echter
De structureel zeer lage prijs voor CO2-uitstootrechten
onverminderd overeind. Betrokken partijen bekijken
is een hindernis voor CO2-reductiemaatregelen zoals
momenteel naar oplossingsrichtingen voor de veiligheids-
CCS. Business cases zijn nu vrijwel niet sluitend te
aspecten om de genoemde ambities toch tijdig te
krijgen. Het ETS is bij deze lage prijs geen prikkel voor
realiseren.
5
Scheepvaart: Samenwerken gaat niet vanzelf
Milieu, Veiligheid & Leefomgeving: Inrichting bufferzones
De grote uitdagingen voor de scheepvaart liggen in het
De ontwikkeling van bufferzones tussen haven en stad
verbeteren van de verkeersplanning en het optimalise-
om de overlast te verminderen vergt een regionale
ren van de dienstverlening. Doordat hierbij zowel in de
aanpak om de doelstellingen van stedelijke ontwikkeling
zeevaart als de binnenvaart veel verschillende partijen
en die van de haven te combineren. Dit vindt momenteel
(RWS, agenten, nautische dienstverleners, terminals)
nog onvoldoende plaats.
nodig zijn, zijn dit processen die veel tijd en energie
Het concept van bufferzones zal verder worden
vragen en er wordt maar stukje bij beetje voortgang
uitgewerkt door het expertteam Milieu, Veiligheid &
geboekt. Samenwerken betekent ook dat men primair
Leefomgeving, te beginnen met de vaststelling van
naar het gedeelde belang kijkt en dat is niet altijd
de veiligheidscontouren en uitwerking van de regionale
hetzelfde als het korte termijn eigen belang.
aanpak geluid. Het uitgangspunt is dat bij voorkeur geen woningbouw binnen de MTG-contour worden gerealiseerd. Wanneer er valide redenen zijn om toch binnen de MTG-contour woningen te realiseren worden heldere voorwaarden geformuleerd. Laatstgenoemde aanpak moet in samenhang worden gebracht met Swung II. Dit onderwerp raakt ook de succesfactoren ‘Stad en Regio’ en ‘Ruimte’.
Aanpak overlastgevende locaties Een goede analyse van klachten geeft belangrijke informatie omtrent overlastgevende locaties. Het is belangrijk om de komende periode op basis van die analyse een programma te ontwikkelen om de overlast op deze locaties daadwerkelijk te verminderen. Het
6
de komende periode zichtbare stappen ten aanzien van
Wet- en Regelgeving: Stelselherziening omgevingsrecht
het verminderen van overlast. Ten aanzien van geluid
Uit een analyse van de toetsversie van de omgevings-
Stad en Regio: Verbetering van de economische synergie tussen haven en stad
is nadrukkelijk door alle betrokken partijen bevestigd dat
wet blijkt dat er goede mogelijkheden bestaan om het
Dit voorjaar verschijnt een studie van de OECD naar de
de zeehavennorm moet worden afgeschaft en vervangen
Rotterdamse Vernieuwingsvoorstel voor aanpassing
relatie haven-stad. Belangrijke uitkomst van de studie is
door stad en milieu normen.
van omgevingsrecht mogelijk te maken. Tevens maakt
dat havensteden in het algemeen, en Rotterdam
expertteam Milieu, Veiligheid & Leefomgeving initieert
de aanmelding van de haven als ontwikkelingsgebied
specifiek, kansen hebben om de economische spin
Voorgesteld wordt om samen met de betrokken organisa-
onder de Crisis- en herstelwet het mogelijk om instru-
off van de haven voor de stad en regio te vergroten.
ties een programma te ontwikkelen om de kwaliteit van
menten uit die wet te gebruiken in de haven. Verdere
De OECD spreekt over de ontwikkeling van Rotterdam
de leefomgeving te verbeteren. Het project Wereld-
aanpassingen zijn nog wel nodig om het hele Rotter-
tot een internationaal maritiem dienstencentrum.
Haven-Stad en andere projecten om de belevenis van de
damse Vernieuwingsvoorstel mogelijk te maken.
haven en rivier te versterken kunnen hier onderdeel van uit maken. Dit raakt aan de succesfactor Stad en Regio.
Het expertteam stelt daarom een apart ‘hoofdstuk’ haven op. Met dit voorstel zal een ‘theoretische
Ten aanzien van een toekomstrobuust systeem voor
botsproef’ met een havencase worden gehouden.
vergunningverlening, toezicht en handhaving zullen
Op basis van de resultaten van deze botsproef zullen
Deltalinqs en HbR voor de zomer nieuwe voorstellen
vervolgens aanbevelingen worden gedaan ter verdere
doen om de huidige (regionaal verankerende) Brzo-RUD
uitwerking en implementatie in de omgevingswet.
verder te verbeteren alsmede om op landelijke schaal
Tevens zal op basis van het Rotterdamse Vernieuwings-
tot een meer planmatige aanpak te komen. Dit zal leiden
voorstel een pilot in de praktijk van de haven worden
tot een voorstel voor een convenant, geïnspireerd door
voorbereid.
het (Rijks)havenmeesterconvenant, tussen betrokken overheden en de introductie van een aanwijzings bevoegdheid van de Minister van Infrastructuur en Milieu. Op langere termijn achten wij verdere integratie van de verschillende wettelijke kaders voor Brzo-bedrijven van belang.
Voortgangsrapportage 2013 Havenvisie 2030 16 mei 2013
7
1 Onderweg: de haven in 2013
Om het gezamenlijke commitment aan de realisatie van de Havenvisie 2030 vast te leggen hebben partijen op 11 juli 2012 het Convenant Uitvoering Havenvisie ondertekend. Hierin zijn afspraken gemaakt over de organisatiestructuur (met een regiegroep, projectgroep en expertteams) en over de jaarlijkse rapportage van de voortgang. Deze eerste voortgangsrapportage vloeit daarmee rechtstreeks voort uit dat convenant. De voortgang van de realisatie van de Havenvisie 2030 in de periode december 2012 – zomer 2013 wordt in dit stuk beschreven. Succesvolle samenwerking met het Rotterdamse bedrijfsleven, verschillende overheden en alle andere betrokken partijen heeft er het afgelopen jaar voor gezorgd dat er behoorlijke stappen zijn gezet voor het realiseren van de Havenvisie 2030. Alle ondertekenende partijen zijn zeer betrokken bij de Rotterdamse haven en dat het belang van de haven voor de regionale en Nederlandse samenleving
Na het vaststellen van de Havenvisie 2030 in december 2011 door de gemeente Rotterdam is gewerkt aan het opstellen van een governance structuur voor de uitvoering. In deze structuur zijn het Havenbedrijf Rotterdam, Deltalinqs, de gemeente Rotterdam, de provincie Zuid-Holland en het Rijk (departementen Infrastructuur en Milieu en Economische Zaken) vertegenwoordigd. Al deze partijen onderschrijven de visie en ambities uit de Havenvisie. Bovendien hebben zij aangegeven dat de uitvoering van de Havenvisie een gezamenlijke verantwoordelijkheid is.
en economie wordt breed erkend.
1.1 Ontwikkeling goederenoverslag in relatie tot de scenario’s uit de Havenvisie 2030 Ondanks de kwakkelende Nederlandse en Europese economie is de goederenoverslag in de haven van Rotterdam in 2012 met 1,6% toegenomen. In totaal passeerde 442 miljoen ton goederen de haven. In het droog massagoed is over de volle breedte minder lading behandeld. Er werd in totaal 78 miljoen ton droog massagoed overgeslagen, 10% minder dan in 2011. De overslag van nat massagoed nam in 2012 toe met 8% tot 213 miljoen ton. In Rotterdam werd 11,9 miljoen TEU aan containers overgeslagen. Dit was goed voor 126 miljoen ton, een toename van 2%. Het marktaandeel van de haven van Rotterdam in de Hamburg-Le Havre range nam de afgelopen vijf jaar toe met gemiddeld 0,5 procentpunt per jaar tot 37,7%
8
Rotterdam: realisatie overslag vs vier scenarioprognoses
Voor de Havenvisie 2030 heeft dit vooralsnog geen
Europa. Door de negatieve milieueffecten en strengere
(in Miljoen ton)
gevolgen. Het gaat uiteindelijk om de lange termijn
wet- en regelgeving heeft Europa in het algemeen een
ontwikkeling en niet om conjuncturele pieken en dalen.
andere opvatting over de winning van (schalie)gas. De
Afgezien daarvan zijn de acties uit de Havenvisie 2030
veranderingen op de energie- en chemiemarkt als gevolg
vrijwel allemaal een stimulans voor de ontwikkeling van
van de opkomst van schaliegas kunnen aanleiding zijn
de economie dan wel een investering in verbetering van
aanpassingen in de uitvoeringsagenda van de Havenvisie
de leefomgeving. Er is dan ook op dit moment geen reden
2030 door te voeren. Zowel het Ministerie van Economi-
om op basis van de ontwikkeling van de economie in de
sche Zaken en het Havenbedrijf onderzoeken dit.
800 750 700 650 600 550
afgelopen paar jaar acties aan te passen of te vertragen.
500
Klimaatverandering en duurzaamheid
450
Versterking klimaatverandering, lage CO2-prijs
400 350 2011
2020
Global Economy
Europees Trendsenario
Lage Groei
Realisatie
2030 Hoge olieprijs
1.2 Trends en ontwikkelingen
De grootschalige exploitatie van schaliegas en –olie verlengt het fossiele tijdperk en daarmee versterkt het de klimaatverandering op termijn. De lage prijs van CO2-rechten heeft hetzelfde effect, terwijl verlenging van
De Havenvisie 2030 beschrijft een aantal relevante trends
het fossiele tijdperk CCS en de transitie naar hernieuwbare
en ontwikkelingen. In deze paragraaf wordt bekeken of
energie alleen maar urgenter maakt.
in het derde kwartaal van 2012. In het containersegment is
zich hierin het afgelopen jaar significante veranderingen
het in 2009 ontstane verschil met Hamburg en Antwerpen
hebben voorgedaan.
Veranderende Europese energie- en brandstofmix
Verschuiving zwaartepunt wereld economie
LNG als bunkerbrandstof:
Naast de BRIC landen zet de opkomst van andere economieën door Next 11, Global South en CIVETS:
wordt het gebruik van zwavelrijke bunkerolie ontmoedigd.
wordt voor 2013 wederom een bescheiden groei verwacht van 1 à 2%. Daarmee zal de overslag volgend jaar
het aantal nieuwe afkortingen houdt ongeveer gelijke tred
lijker alternatief. Bovendien zijn de emissies bij het gebruik
waarschijnlijk de 450 miljoen ton naderen.
met de opkomst van nieuwe economieën, ogenschijnlijk
van LNG veel lager. Tevens stimuleert de Europese
nauwelijks geremd door de aanhoudende economische
Commissie het gebruik van LNG als brandstof voor de
De verwachting is dat in de jaren daarna de overslag iets
malaise in westerse economieën. Dit gaat gepaard met
scheepvaart, getuige de mededeling en richtlijn Clean
sneller zal toenemen. Enerzijds omdat de economische
een verschuiving van economische en geopolitieke macht
Power for Transport: A European alternative fuels strategy
vooruitzichten voor 2014 beter zijn, anderzijds zullen de
naar met name Azië. Als gevolg hiervan nemen handels-
van januari 2013. Hierin is een verplichting voorzien voor
nu lopende investeringen in tankopslag, containerterminals
stromen toe tussen bijvoorbeeld Afrika en Zuid-Amerika
LNG bunkerfaciliteiten voor alle havens uit het TEN-T
en kolencentrales in de loop van de tijd leiden tot meer
enerzijds en China anderzijds.
kernnetwerk. Dit alles maakt dat LNG sneller opkomt
vastgehouden. Gelet op de vooruitzichten van de ontwikkeling van de Nederlandse en Europese, met name Duitse economie,
overslag.
Door toenemende regulering rond NOx en SOx emissies De lage prijs van LNG maakt dit tot een steeds aantrekke-
als scheepsbrandstof dan voorzien.
De overslag groeide de afgelopen jaren meer dan de
Invloed schaarste aan grondstoffen op geopolitiek
Overig / Samenleving
Nederlandse economie als geheel deed. Dat neemt niet
Opkomst schaliegas
Afnemende publieke financiering
weg dat, ten opzichte van de ramingen uit 2008, de
De commerciële exploitatie van schaliegas zorgt voor
Door grootschalige bezuinigingen bij overheden in Europa
overslag van de haven in 2012 op het niveau van het lage
grote beroering op de (globale) energiemarkten. Energie
zal de komende jaren aanzienlijk minder publiek geld
groei scenario zit. Dat komt vooral door de dip in 2009.
lijkt nu minder schaars dan enkele jaren geleden. Boven-
beschikbaar zijn voor bijvoorbeeld infrastructuur. Publiek-
Ondanks de voorziene groei blijft de overslag de komende
dien is de prijs van (schalie)gas is in Noord-Amerika sterk
private samenwerking en alternatieve vormen van
jaren waarschijnlijk op het niveau van het lage groei
gedaald waardoor het aantrekkelijker wordt voor energie-
financiering zullen in toenemende mate belangrijk worden.
scenario.
intensieve industrie om zich daar te vestigen dan in
Voortgangsrapportage 2013 Havenvisie 2030 16 mei 2013
9
2 Haven en industrie in 2030: Global Hub & Europe’s Industrial Cluster Visie 2030:
Rotterdam is in 2030 Europa’s belangrijkste haven- en industriecomplex. Het is een ijzersterke combinatie van Global Hub en Europe’s Industrial Cluster, die beide koploper zijn op het gebied van efficiëntie en duurzaamheid. Rotterdam is nauw verbonden met Noordwest-Europese industriële en logistieke knooppunten. Toonaangevende bedrijven investeren blijvend in de meest moderne faciliteiten. Nauwe samenwerking tussen bedrijven, overheden en kennisinstellingen leidt tot een hoogwaardige arbeidsmarkt en leefomgeving en uitmuntende bereikbaarheid. Aanpassingsvermogen is het handelsmerk. Hierdoor is het complex in 2030 een belangrijke pijler onder de welvaart van de regio, Nederland en Europa.
10
O AT
RI
GE
A CO A 2 F VA NG
LA
BO
R
RAFFINA
EN
OP
SL
PWE KK
RAFFINAGE
ENERGIEO
HEMIE
PETR
ROC
OCH
PET
EM
IE
AG
IN SYN TH
RI
S
A
GA
AT O
ES E
R
H
BO
EM
LA
IE
G
BIO
-B
A
SE D
C SM A
RT
GR
ID Voortgangsrapportage 2013 Havenvisie 2030 16 mei 2013
11
2.1 Global Hub
containerstromen de laatste jaren al een stuk sterker is geworden. In 2012 is gestart met de aanleg van twee
Visie
nieuwe container terminals op Maasvlakte 2. Beide zijn eind 2014 in bedrijf. Verwachting is dat daarmee de positie als containerhub verder wordt uitgebouwd.
Rotterdam is in 2030 het toonaan gevende Europese knooppunt voor
Om de positie als LNG-hub te versterken wordt gewerkt
mondiale en intra-Europese goederen-
breakbulk terminal te realiseren. In 2015 moet deze
stromen. Dé Global Hub van Europa
terminal operationeel zijn.
voor containers, fuel- en energy-stromen.
2 Ketenefficiëntie Vanuit de Agenda Topsector Logistiek wordt gewerkt aan een synchromodaal transportsysteem. Dit betekent dat de capaciteit van de verschillende modaliteiten efficiënter op elkaar wordt afgestemd. Dat bevordert de efficiëntie en knelpunten kunnen beter worden opgevangen door over te schakelen op de capaciteit van andere modaliteiten. De totale ketenkosten en de ecologische footprint van de gebruikers zullen hierdoor lager zijn.
Rotterdam vormt met het achterland een geïntegreerd netwerk. Rotterdam is koploper op het gebied van duurzame en efficiënte ketens.
Kenmerken 1 Mondiale en intra-Europese goederen stromen In 2012 zijn verschillende stappen gezet om in 2030 een Global Hub voor containers, brandstoffen en energie te zijn. De positie van Rotterdam als belangrijke opslagen distributielocatie voor intercontinentale stromen ruwe olie en minerale olieproducten wordt verstevigd met de komst van de Shtandart Terminal gericht op de doorvoer van Russische olie. Verwachting is dat deze terminal in de Europoort medio 2016 operationeel is. Wat betreft de containers is opvallend dat een steeds groter aantal de afgelopen jaren niet verder het land op gekomen is dan de Maasvlakte: ze zijn over zee verder
aan plannen om naast de GATE-terminal een LNG
3 Duurzame hub Een belangrijke troef om te zorgen dat de meest duurzame logistieke ketens (met de laagste ecologische footprint per tonkilometer) ter wereld via Rotterdam lopen is een aantal projecten om LNG als brandstof voor trucks en schepen ingevoerd te krijgen. Er wordt gewerkt aan een breakbulk terminal voor LNG naast de GATE-terminal en er zijn plannen voor bunkerstations voor de binnenvaart. Daarnaast bestuderen diverse partijen de praktische haalbaarheid van het varen op LNG door de zeescheepvaart. 4 Geïntegreerd havennetwerk Onder de naam InlandLinks is door het Havenbedrijf samen met de Vereniging van Inland Terminaloperators software ontwikkeld waarmee inzichtelijk wordt welke inland terminals welke mogelijkheden bieden.
getransporteerd. In 2001 bedroeg het percentage zee-zee
12
containers nog 20%, inmiddels is dat 37% (NB: zee-zee
De havens van Rotterdam en Amsterdam maken gebruik
containers worden twee keer geteld, ongeveer 25% van
van hetzelfde port community systeem Portbase. Over de
de fysieke containers is nu zee-zee). Dat betekent dat de
aansluiting van andere (Europese) havens worden
hubfunctie van Rotterdam binnen (inter)continentale
gesprekken gevoerd. Op het gebied van informatievoor
2.2 Europe’s Industrial Cluster
ziening in de logistiek zijn er ook ontwikkelingen vanuit het Ministerie van Economische Zaken en de topsector Logistiek. Via de innovatielijn van het Neutraal Logistiek Informatie Platform (NLIP) werken zij aan de koppeling van commerciële informatie aan de informatie die bedrijven
Visie
Maasvlakte is desalniettemin een van de meest kansrijke Europese CCS projecten en een ‘stepping stone’ voor Rotterdam als CO2-hub. De lage CO2 prijs in het ETS systeem zorgt echter voor een aanzienlijke verslechtering van de business case van dit project. Niettemin is de
moeten leveren van / aan de inspectiediensten.
5 Hoogwaardige havengerelateerde activiteiten in de regio Samen met de Gemeente Rotterdam wordt onderzoek gedaan naar het aantrekken van hoogwaardige zakelijke dienstverlening zoals verzekeraars, banken, advocatuur, accountants en consultants. De aanpak sluit aan op de aanbevelingen van de OECD om ervoor te zorgen dat meer economische spin off van de haven in de stad neerslaat en de (maritieme) zakelijke dienstverlening wordt versterkt.
van GDF Suez en E.ON bij de nieuwe E.ON centrale op de
Het Rotterdamse industriële en energie-
verwachting dat dit wordt opgelost en dat in de loop
complex functioneert in 2030 als een
van het jaar een positieve investeringsbeslissing volgt.
geïntegreerd cluster met Antwerpen en
Kenmerken
is daarmee het grootste, meest moderne en meest duurzame petrochemie- en energiecomplex van Europa. Dit complex concurreert op wereldschaal door de grote clustervoordelen, geïntegreerde supply chains en energie-efficiëntie. De transitie naar duurzame energie opwekking en biobased chemicals is in volle gang.
Een van de belangrijkste ontwikkelingen van de afgelopen periode is de snel toenemende winning van schaliegas, met name in de Verenigde Staten. Hierdoor zijn de energieprijzen in Amerika voor de industrie sterk zijn gedaald en staat het concurrentievermogen van de industrie in Europa onder druk en dreigt het investerings
1 Integratie tussen bedrijven Om de toekomstige chemiebedrijven op Maasvlakte 2 te verbinden met de Botlek wordt een haalbaarheidsstudie gedaan voor de aanleg van Multicore 2. Multicore is een bundel pijpleidingen die voor relatief korte tijd (veelal enkele jaren) gehuurd kunnen worden door bedrijven. Op het gebied van nuttige toepassing van restwarmte wordt gewerkt aan de realisatie van het stoomnetwerk Botlek West, de zogenoemde Stoompijp, door Stedin, AVR en EKC. Stoom die vrijkomt bij de verbranding van afval door AVR bij Rozenburg wordt per pijpleiding naar bedrijven in de buurt getransporteerd. Aansluiting van AKZO Nobel op de Stoompijp wordt onderzocht (stoomnetwerk Botlek Zuid). Planning is dat beide projecten in 2013 operationeel zijn. 2 Verbindingen tussen complexen in de regio Vanuit de gedachte dat het verbinden van industriële complexen in de regio leidt tot concurrentievoordelen is ingezet op het uitbreiden van het pijpleidingnetwerk tussen Rotterdam, Moerdijk en Antwerpen. Hiervoor is in 2012 een tracé-studie inclusief kostenraming gedaan. De volgende stap is een gerichte marktconsultatie. Deze moet eind 2013 gereed zijn.
niveau af te nemen. Desondanks kan toch voortgang op
Voortgangsrapportage 2013 Havenvisie 2030 16 mei 2013
een groot aantal acties gerapporteerd worden.
3 Diversificatie en verduurzaming van energieopwekking
De lage prijs van uitstootrechten voor CO2 vergroot de kansen voor grootschalige toepassing van CCS in Europa
Wind
en in Rotterdam niet. ROAD, het CCS demonstratieproject
harde zeewering van Maasvlakte 2 staat gepland voor eind
De start van de aanleg van een windturbinepark op de
13
2013. De veiligheidsvoorschriften voor het bouwen
CCS
nabij leidingstroken zijn aangescherpt waardoor op een
Grootschalige CCS is noodzakelijk voor het verminderen
aantal locaties in het havengebied windturbines lastig te
van CO2-uitstoot. Voor de zomer van 2013 wordt een
realiseren zijn. Dit bemoeilijkt bijvoorbeeld de bouw van
positieve investeringsbeslissing voor het ROAD-project
windturbines op de zachte zeewering van Maasvlakte 2.
(grootschalig CCS-demonstratieproject bij de nieuwe
6 Groei van biobased chemie Op Maasvlakte 2 is het zogenoemde terrein E gereserveerd voor een biobased cluster. Momenteel wordt de belangstelling in de markt voor biobrandstoffen en biochemie hiervoor verkend.
Betrokken partijen bekijken momenteel hoe de in het convenant windenergie in de haven genoemde ambitie
E.ON-centrale) verwacht. De huidige lage prijs van CO2-uitstootrechten zijn een bottleneck voor de verdere
Samen met Deltalinqs is de werkgroep Groene Chemie
toch tijdig te realiseren is.
ontwikkeling van CCS en hergebruik van CO2. Een structu-
opgezet. Deze werkgroep bestudeert de toepassing van
rele verandering in de aanpak kan nodig zijn, bijvoorbeeld
biomassa als grondstof voor de chemie, ter vervanging
Zon
door een minimumprijs voor CO2-rechten in te voeren
van fossiele grondstoffen. Een ander project is een verken-
Ook op het gebied van zonne-energie biedt het haven
of door rechten uit de markt te halen, zoals ook staat
ning naar de mogelijkheden voor het kweken van algen in
gebied kansen. Het pilotprogramma Sunuru (proefop
in de kamerbrief van 23 februari. Een voorbeeld kan
de Slufter als biobrandstof en bouwstenen voor (bio)
stelling zonnepanelen boven een parkeerplaats) is
chemie.
gestart en er wordt een inventarisatie gemaakt van
het Verenigd Koninkrijk zijn, waar een bodemprijs voor CO2-rechten is ingevoerd. De partners van het RCI
de mogelijkheden voor de opwekking van zonne-energie
trekken in dit dossier samen op.
Uit een marktverkenning is gebleken dat de huidige
op Maasvlakte 2. De lage stroomprijs bemoeilijkt echter de terugverdienmogelijkheden.
marktomstandigheden voor een realisatie van een
Smart grids
syngasinstallatie (IGCC) ongunstig zijn. De belangrijkste
Voor het beter afstemmen van vraag en aanbod van
Biomassa
elektriciteit zijn slimmere netwerken, zogenoemde smart
voorwaarde voor de commerciële ontwikkeling van vergassingstechnologie is een behoorlijke CO2-prijs.
In 2012 werd ongeveer 1 miljoen ton houtpellets over
grids, nodig. De huidige wetgeving en het belastingstelsel
De prijs van CO2-emissierechten in het Europese ETS-
geslagen. Dat is ongeveer eenderde van de import
werken echter belemmerend voor het ontwikkelen van
systeem is structureel veel te laag voor commerciële
van houtpellets in Europa. Door deze biomassa mee te
smart grids. Het Havenbedrijf maakt nu een analyse van
productie van syngas door kolenvergassing.
stoken in kolencentrales wordt de CO2-footprint verlaagd.
de mogelijkheden voor smart grids in de haven.
Biomassa is een nieuwe ladingstroom voor de centrales in Rotterdam en in het achterland: België, Duitsland en
Verbetering van de energie-efficiency van de industrie blijft
het Verenigd Koninkrijk.
achter bij de beoogde 2% efficiency verbetering per jaar (Deltalinqs Energy Forum).
Het meestoken van biomassa levert een bijdrage aan het halen van de doelstelling voor duurzame energie opwekking in Nederland. Het kabinet verwacht rond de zomer duidelijkheid te geven over de manier waarop een stimulans aan bij- en meestook van biomassa gegeven
4 Productie van schone brandstoffen Op de raffinaderij van Shell Pernis is in 2012 een extra fabriek in gebruik genomen voor de productie van laagzwavelige brandstoffen, de HDS-6 unit.
kan worden. Een verplichting voor het meestoken van biomassa zonder een subsidieregeling, in combinatie met de al bestaande kolentaks, kan ertoe leiden dat de Nederlandse kolen centrales niet meer kunnen concurreren op de Europese energiemarkt. Dit zou ernstige gevolgen kunnen hebben voor de gedane investeringen in nieuwe centrales op de Maasvlakte.
14
5 Hoogwaardige ondersteunende activi teiten in de regio Het Havenbedrijf heeft een ontwikkelingsstrategie voor de Sluisjesdijkpier (Waalhaven) gemaakt. De Sluisjesdijk wordt in de markt gezet als ideale locatie voor haven gerelateerde servicebedrijven en maritieme industrie.
Succes factoren
Voortgangsrapportage 2013 Havenvisie 2030 16 mei 2013
15
2.3 Investerings klimaat Ambitie De Rotterdamse haven wil tot 2030 € 25 tot 35 miljard aan private investeringen aantrekken van bedrijven die leidend zijn in hun markt.
3 Versterken samenwerking inspectiediensten en vernieuwing van toezicht Het landelijke programma ‘Vernieuwing Toezicht’ heeft al geleid tot betere samenwerking tussen toezichthouders en minder doublures. Maar dit kan en moet verder gaan zodat de versplintering nog minder wordt. Als gevolg van veiligheidsincidenten (in de haven onder andere bij Odfjell) worden inmiddels steekproefsgewijs meer fysieke controles gehouden. Een dilemma is wel dat meer efficiency in het toezicht
Realisatie opgaven 1 Goede prijs/kwaliteit verhouding van het Rotterdamse ‘havenproduct’ Bij de prijs/kwaliteit verhouding van het Rotterdamse ‘havenproduct’ gaat het vooral om het zeehavengeld, de huur en erfpacht voor terreinen en opstallen, tarieven van nautische dienstverleners en publieke lasten. Alleen op het gebied van de havengelden en de loodstarieven zijn relevante ontwikkelingen. De tarieven voor het zeehavengeld voor 2013 liggen door het geven van een tijdelijke korting onder het niveau van 2008. Al meerdere jaren, waaronder ook in 2012 en 2013, geeft Havenbedrijf vanwege de economische crisis kortingen en berekent het de inflatie niet door. Minister Schultz heeft in 2012 aangegeven begin 2014 een nieuw tariefstelsel voor alle Nederlandse loodsen in te willen voeren. In de nieuwe structuur komt er één landelijke tarieftabel in plaats van zes regionale. De totale opbrengst van het loodsgeld blijft landelijk gelijk. 2 Versterken samenwerking overh eden, bedrijfsleven en Havenbedrijf Om de samenwerking tussen vergunningverleners in het havengebied te verbeteren loopt het project ’verbetering samenwerking VRR-DCMR-SO Wabovergunningverlening Havengebied’. De scope van dit project is de WABO bouw-milieu- en gebruiksvergunningen. Doel van het project is de vergunningverlening beter, sneller en goedkoper te maken.
16
d.m.v. convenanten (papieren controles) voor goed presterende bedrijven in strijd lijkt te zijn met de roep om meer fysieke controles. Dit laatste is een gevolg van de veiligheidsincidenten in het havengebied.
4 Gunstig fiscaal klimaat en actieve gezamenlijke acquisitie Om bedrijven te laten kiezen voor vestiging van hun bedrijf in Rotterdam, werkt de gemeente samen met het Havendrijf aan het opzetten van investeringskaarten. Deze kaarten geven potentiële investeerders inzicht in welke delen van Rotterdam het voor welke marktsegmenten aantrekkelijk, gunstig of logisch is om te investeren. Rotterdam Partners, een nieuwe zelfstandige overheids N.V. gericht op onder andere het aantrekken van nieuwe bedrijvigheid en marketing en branding, moet de gezamenlijke acquisitie van RIA, NFIA en Havenbedrijf verder ontwikkelen en vormgeven. Er wordt een overzicht van investeringsfondsen en fiscale regelingen opgesteld. 5 Vergroten slagvaardigheid en hoger tempo in besluitvorming en procedures Het interdepartementaal programma ‘Eénvoudig Beter’ werkt aan het vereenvoudigen en bundelen van het omgevingsrecht in één Omgevingswet (incl. de Crisisen herstelwet). Het wetsvoorstel voor de eerste tranche van de Omgevingswet is eind 2012 aangeboden aan de Raad van State. Na advisering door de Raad van State wordt het voorstel aangeboden aan de Tweede Kamer
en wordt de Invoeringswet voorbereid. Inwerkingtreding is
Havenmeester. Maar ook het persoonlijke contact dat
verwachting worden de bestemmingsplannen eind 2013
afhankelijk van het parlementaire traject dat daarna volgt.
anderen (met name business managers en projectleiders)
vastgesteld.
Concreet doel voor 2013 is publicatie van het wetsvoorstel
met de klanten hebben, wordt hoger gewaardeerd.
Omgevingwet.
6 Snelle en voorspelbare oplossing van geschillen De Stichting Dutch Legal Network for Shipping and Transport (DLNST) is het platform voor de bundeling, ontwikkeling en promotie van juridische know how, expertise en dienstverlening in Nederland op het gebied van scheepvaart en transport. In 2012 is gestart met de masteropleiding Maritime & Transport Law aan de Erasmus Universiteit. Circa 25 studenten zijn met deze opleiding gestart. Op 4 april 2013 vindt een congres over geschillenbeslechting in Rotterdam plaats. Concrete doelen voor 2013 om de Nederlandse kwaliteit beter te benutten zijn: – meer platforms voor de boodschap van DNLST (‘leave your legal footprint here’); – meer stageplaatsen; – een Engelstalige database met jurisprudentie en literatuur over Nederlands transport- en handelsrecht.
2.4 Ruimte Ambitie De Rotterdamse haven wil ruimte voor groei bieden aan bedrijven van wereldklasse in containers, brandstoffen en energie. Uitgangspunt is dat deze groei volledig wordt gerealiseerd binnen het bestaande havengebied, inclusief Maasvlakte 2, Dordrecht en Moerdijk, zodat Maasvlakte 3 zeker tot 2030 niet nodig is.
Realisatie opgaven
2 Ontwikkelen Masterplan-cyclus Voor elk van de deelgebieden in de haven (Maasvlakte 1 en 2, Europoort, Botlek-Vondelingenplaat, Waal- Eem haven en Dordrecht) worden momenteel door het Havenbedrijf voor de interne bedrijfsvoering masterplannen opgesteld. Doel hiervan is om de strategische documenten van het Havenbedrijf (waaronder de Havenvisie 2030), maar ook marktontwikkelingen en de klantwensen ruimtelijk te vertalen en een ontwikkelstrategie op te stellen voor de periode tot 2030. Een belangrijk onderdeel hierbij is het in kaart brengen van kansen en knelpunten in en rondom het gebied. De masterplannen moeten jaarlijks geactualiseerd worden om nieuwe ontwikkelingen en inzichten mee te nemen. 3 Ruimte bieden voor groei in containers De gemiddelde ruimteproductiviteit van containerterminals in Rotterdam moet tot 2030 omhoog van 20.000 TEU/ha naar 30.000 TEU/ha. Samen met bedrijven uit de sector wordt gekeken hoe dit gerealiseerd wordt.
7 Een klantgericht, flexibel, betrouw baar en resultaatgericht Havenbedrijf Het Havenbedrijf legt de focus op het vergroten van de flexibiliteit, resultaatgerichtheid en kwaliteit. Binnen Havenbedrijf Rotterdam zijn concrete doelen voor deze aandachtsgebieden afgesproken. Uit het medewerkers tevredenheidsonderzoek in 2012 bleek onder andere dat het personeel merkt dat er resultaatgerichter wordt gewerkt.
1 Verhogen van ruimteproductiviteit Omdat meten weten is, komt medio 2013 een tool beschikbaar waarmee de ruimteproductiviteit nauwkeurig gemeten kan worden. Aan de hand van de resultaten kunnen locaties met mogelijkheden voor verbetering worden gesignaleerd. Samen met het bedrijfsleven gaat het Havenbedrijf vervolgens zoeken naar oplossingen op maat om de ruimteproductiviteit te verhogen. Dit is een continu proces voor de komende jaren. Bij nieuwe uitgiftes worden voorwaarden opgenomen over de ruimteproductiviteit. Deltalinqs fungeert daarbij als belangrijk klankbord.
Uit het laatste klantbelevingsonderzoek (KBO) van begin
De concept ontwerpbestemmingsplannen voor Maasvlakte
de Maasvlakte mogelijk te maken zijn diverse projecten
2012 blijkt dat de klanten van het Havenbedrijf de dienst-
1, Europoort en Botlek-Vondelingenplaat zijn eind
in voorbereiding en uitvoering. Vooral de mogelijkheid om
verlening meer zijn gaan waarderen. De algemene
2012 voor het wettelijke vooroverleg aangeboden aan
containerstromen te bundelen per spoor of binnenvaart-
beoordeling steeg van 7,0 naar 7,4. De klanten zijn het
omliggende gemeenten en andere stakeholders. Deze
schip naar het achterland is hierbij belangrijk. Om trans-
meest tevreden over de dienstverlening door de divisie
bestemmingsplannen bieden een handvat voor de
shipment van containers te faciliteren worden in 2013 en
moderniserings- ontwikkelingsopgaven, zoals verdere
komende jaren extra wachtplaatsen voor feederschepen
intensivering en het stimuleren van co-siting. Naar
op de Maasvlakte gerealiseerd.
In 2011 en 2012 zijn terreinen op Maasvlakte 2 overgedragen aan de containerstuwadoors RWG en APMT. Momenteel zijn deze bezig om hun terminals te realiseren. De bouw van de terminals verloopt volgens planning en de opening staat gepland voor de tweede helft van 2014. De nieuwe containerterminals krijgen beide een aansluiting op het spoor en worden zo ingericht dat het realiseren van de modal split doelstellingen kan worden gehaald. Om het verwachte transport van containers van en naar
Voortgangsrapportage 2013 Havenvisie 2030 16 mei 2013
17
4 Ruimte voor ontwikkelingen in energie en industrie Voor het realiseren van een biobased chemiecluster is het zogenoemde terrein E (ter hoogte van Lyondell Bayer) gereserveerd op Maasvlakte 2. De plot layout van terrein E moet eind 2013 gereed zijn. Op een terrein naast de LNG-terminal van GATE had containerterminal Euromax een optie. Deze is teruggenomen zodat het terrein beschikbaar is voor ontwikkeling van een breakbulk terminal voor LNG.
overslag van groente, fruit en andere versproducten. Hiervoor is een terrein aan de Prins Willem Alexander haven in het vizier. Voor de ontwikkeling van de Merwe- en Vierhavens is een ontwikkelingsstrategie in voorbereiding. Het dakpark aan de Vierhavenstraat, diverse initiatieven van Clean Tech Delta en de ontwikkeling van de Marconi-freezone en de Keilehaven zijn belangrijke projecten in dit deelgebied. Het RDM-terrein, met RDM-campus als boegbeeld, wordt voortvarend ontwikkeld, met het herstel van een
5 Ruimte voor versterking van Rotter dam Fuels Hub In 2013 wordt voor de Europoort, waar de Fuels Hub zich concentreert, een masterplan opgesteld. Daarin wordt onderzocht hoe de Europoort verder kan worden ontwikkeld in deze richting. In de Europoort bevinden zich enkele stille reserves. Dit zijn braakliggende terreinen die al meer dan 2 jaar zijn uitgegeven aan klanten en waarvoor de klant geen concreet plan heeft. De ambitie is hier om ruimte-efficiency te stimuleren door ingebruikname, co-siting of terugname van deze terreinen. Het Havenbedrijf is hier met de betrokken klanten voortdurend in gesprek. Tussen 2005 en 2013 is het areaal stille reserves gedaald van 200 naar ongeveer 110 ha. In het Europoortgebied bevinden zich ook enkele ‘droge’ haventerreinen: terreinen die niet aan vaarwater liggen. De mogelijkheden om deze terreinen nat te ontsluiten worden in het masterplan onderzocht. Innovatieve oplossingen zoals multi-user gebruik van kades en steigers worden daarbij meegenomen maar zijn relatief complex. 6 Ontwikkelen van Stadshavens De Eemhaven en de westzijde van de Waalhaven zullen verder uitgroeien tot een shortsea-cluster met nieuwe logistieke en distributieconcepten, zoals cross docking (waarbij goederen vanuit de container direct worden verspreid naar verschillende afnemers) en breakbulk platforms (waarbij op containerterminals voorzieningen voor specifieke ladingsoorten zijn). Het belangrijkste op handen zijnde project in dit kader is Cool Port voor de
18
deel van de oude RDM-hallen, de vestiging van bedrijven en onderwijsactiviteiten. Voor de ontwikkeling van het RDM-terrein en Heijplaat is een samenwerkingsovereenkomst getekend. Hierin hebben negen partijen een gezamenlijke inspanningsverplichting vastgelegd om de wijk Heijplaat duurzaam te (her)ontwikkelen. Deel gemeente Charlois, het Havenbedrijf, Woonbron, Eneco, Stedin, RDM Campus en de Vereniging van Wijkbewoners Heijplaat werken hier samen. Voor de Sluisjesdijkpier is een ontwikkelingsstrategie opgesteld.
7 Dordrecht en Moerdijk Vanaf 1 januari 2013 beheert en exploiteert het Haven bedrijf de zeehaven van Dordrecht. In totaal is ongeveer 48 ha terrein in erfpacht uitgegeven. Nog 10 ha is uitgeefbaar. In het in 2012 gemaakte masterplan van de zee haven Dordrecht wordt de gewenste ontwikkeling van de haven beschreven. Er wordt ingezet op een optimale benutting van de ruimte en de ontwikkeling van de segmenten nat massagoed, droog massagoed en breakbulk en maritieme services. Met Moerdijk wordt samengewerkt aan een lange termijn visie voor de industriehaven. Óf en op welke termijn dit leidt tot integratie van de havencomplexen is een van de vragen die met deze visie beantwoord moet worden.
8 Ruimte reserveren voor de periode na 2030 Hoewel de aanleg van de Oranjetunnel voor het Rijk niet
aan de orde is, blijkt uit de huidige bestemde functies dat
Antwerpen inclusief de passages van de sluizen op deze
in 2010 naar 42,9% in 2012. Het aandeel spoorvervoer
een eventuele aanleg in de toekomst niet onmogelijk wordt
vaarroute.
blijft na een lichte stijging naar 14% in 2011 echter stagneren rond 12,8% in 2012. Dit betekent dat de
gemaakt. Het concept hiervoor wordt op dit moment uitgewerkt
doelstelling van 44% wegvervoer in 2015 gezien de
Voor het pijpleidingtracé naar Moerdijk, Antwerpen en
in het kader van het programma Impuls Dynamisch
huidige trends naar alle waarschijnlijkheid gehaald wordt.
Terneuzen is ruimte gereserveerd in de Structuurvisie
Verkeersmanagement Vaarwegen van RWS. Doelstelling
Desalniettemin zal vol ingezet worden op het verhogen
buisleidingen. Eind 2012 is de Structuurvisie buisleidingen
voor Q3 2013 is het ontwikkelen van een aantal verkeers-
van het aandeel spoorvervoer.
door Ministeries van Economische Zaken en Infrastructuur
managementmaatregelen die op de corridor Rotterdam –
en Milieu vastgesteld. Na besluitvorming door de Tweede
Antwerpen kunnen worden toegepast.
De laatste jaren is een aantal acties ondernomen om de modal shift in gang te zetten en de doelstelling te halen.
Kamer hebben de lagere overheden de plicht de rijksstructuurvisie te verankeren in hun structuurvisies en bestem-
Dit is enigszins vergelijkbaar met het verkeersmanage-
Het gaat om het verbeteren van de infrastructuur voor
mingsplannen.
ment dat door Keyrail op de Betuweroute wordt uitgevoerd.
spoor en binnenvaart in de haven en op de achterland
Naar het zich laat aanzien krijgt Keyrail in de toekomst een
corridors, uitbreiden van de inland terminals, projecten
Op het vlak van het onderzoeken van mogelijkheden voor
sterkere positie omdat de Minister heeft aangegeven dat
om vervoer via spoor en weg beter te organiseren, en
overslag in de Voordelta is geen actie ondernomen.
ze wil dat Keyrail het loket voor het goederenvervoer per
eind 2014 worden de terminals op Maasvlakte 2 (met
Locaties in de haven bieden vooralsnog voldoende en
spoor in heel Nederland wordt. In het verlengde daarvan
modal split verplichtingen in de contracten) operationeel.
veiliger gelegenheid hiervoor.
ligt dat Keyrail meer als ketenregisseur gaat optreden en gaat samenwerken met niet-spoor partijen. Dat wordt vastgelegd in een nieuwe opdracht aan Keyrail die per 1 januari 2014 in werking treedt.
2.5 Bereikbaarheid Ambitie In 2030 is het haven- en industriecomplex met alle vier
2 Versterking van het achterland netwerk Zie Global Hub “geïntegreerd havennetwerk” en hieronder bij opgave 6 “Betrouwbaar en robuust infrastructuurnetwerk naar het achterland”.
de achterlandmodaliteiten (binnenvaart, spoor, weg en pijpleiding) snel, betrouwbaar en robuust bereikbaar.
Realisatie opgaven 1 Efficiencyverbetering door afstemming en regieorganisaties Om de infrastructuur beter te benutten en de logistieke ketens efficiënter te maken wordt ingezet op actief ICT-gedreven verkeersmanagement. Er kan meerwaarde worden gerealiseerd door dit te ontwikkelen op corridorniveau, bijvoorbeeld op de vaarwegcorridor Rotterdam –
Voortgangsrapportage 2013 Havenvisie 2030 16 mei 2013
3 Realiseren van een modal shift Het veranderen van de modal split (meer vervoer over het water en het spoor, minder over de weg) is een middel om, bij toename van de ladingstromen, de bereikbaarheid van de haven te waarborgen en de luchtkwaliteit te verbeteren. Het streven is dat in 2035 maximaal 35% van de containers van en naar de Maasvlakte over de weg wordt vervoerd. Op het gebied van de modal shift worden veel acties ondernomen door het bedrijfsleven, al dan niet ondersteund door het Havenbedrijf. Vanaf 2010 heeft een aanzienlijke verschuiving in de modal split plaatsgevonden. Het aandeel in het weg verkeer is gedaald van 47,2% in 2010 naar 44,3% in 2012 en het aandeel binnenvaart is gestegen van 39,9%
4 Personenvervoer Om onnodige personen- en vrachtverkeersbewegingen tijdens de spits te voorkomen heeft de Verkeersonder neming diverse projecten op touw gezet. Deze lopen goed en zullen worden uitgebreid c.q. opgevolgd door de projecten ‘spitsmijden vrachtverkeer’, ‘spitsmijden personen op de ruit’ en ‘spitsmijden personen op de A15’ Naast het voorkomen van onnodige verkeersbewegingen wordt door de Verkeersonderneming gekeken naar nieuwe concepten voor personenvervoer in het havengebied. Begin 2013 is een bustransferium aan de Malakkastraat op de Maasvlakte geopend voor bedrijfsvervoer. Doel is dat medewerkers van verschillende bedrijven collectief naar dit transferium worden vervoerd en hier overstappen voor de laatste kilometers naar het eigen bedrijf en vice versa. Daarnaast lopen nog diverse initiatieven in samenwerking met het bedrijfsleven en in het derde kwartaal van 2013 beoogt de Verkeersonderneming te starten met een gebiedsgerichte aanpak voor de Waal-Eemhaven en Spijkenisse. Deltalinqs, het Havenbedrijf en de Stadsregio Rotterdam overleggen hoe ze het personenvervoer in en tussen Voorne Putten en Rijnmond kunnen optimaliseren.
19
Het Havenbedrijf zorgt dat in het voorjaar van 2013 de
worden bijgesteld. Dat betekent dat het streven om de
haven onderdeel gaat uitmaken van het landelijke netwerk
Blankenburgtunnel in 2020 open te stellen, niet wordt
van fietsknooppunten. Dat betekent vooral dat de beweg-
gehaald. De Blankenburgtunnel is expliciet opgenomen
wijzering in het gebied wordt verbeterd.
in het regeerakkoord. Mijlpalen in 2013 zijn dat in het voorjaar de Ontwerp-structuurvisie en Plan-MER ter
5 Betrouwbaar en robuust infrastructuurnetwerk in en rond de haven De capaciteit van de Calandspoorbrug wordt tussen 2015 en 2020 een knelpunt voor de groei van het spoorverkeer. Dit is de conclusie van de studie Herijking Integrale Verkenning Calandbrug, die Prorail in samenwerking met het Havenbedrijf en Keyrail in 2011 in opdracht van het Ministerie heeft uitgevoerd. Bovendien is de levensduur van de huidige spoorbrug beperkt tot 2020. Om de groei van spoorvervoer te faciliteren is het oplossen van dit knelpunt essentieel. Het Ministerie van Infrastructuur en Milieu is voornemens om voor de zomer een startbeslissing te nemen voor dit project. Op korte termijn start Infrastructuur en Milieu met het Havenbedrijf, ProRail en RWS met het opstellen van een plan van aanpak voor de verkenning van de Calandspoorbrug. HbR heeft inmiddels een alternatief tracé via de Theemsweg onderzocht. Over het project is constructief overleg tussen de betrokken partijen. Om het project te realiseren voor 2020 is snelheid nodig. Het Havenbedrijf is bereid mee te denken over financiering van dit project. In de onlangs verschenen Integrale verkeersanalyse Zuidvleugel Randstad van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu is wederom geconstateerd dat er na verbreding van de A15 en aanleg van de A4-Midden Delfland aanzienlijke problemen op de Rotterdamse ruit blijven bestaan, in het bijzonder op de Beneluxcorridor (A4), de Brienenoord corridor (A16) en de A20. Aanleg van de A13/A16 en de Blankenburgtunnel zijn de prioritaire projecten om de bereikbaarheid van de regio te verbeteren. Als gevolg van de val van het kabinet en het controversieel verklaren van de Nieuwe Westelijke Oeververbinding zal de planning voor deze tunnel volgens het Ministerie van Infrastructuur en Milieu in ieder geval met een jaar moeten
20
inzage wordt gelegd, dat de regio een inpassingsvisie opstelt op verzoek van de minister en dat in het najaar de Structuurvisie/voorkeursbeslissing wordt vastgesteld. In 2015 kan dan het Tracébesluit worden vastgesteld. De verbinding is dan in 2021 gereed. Naar verwachting zullen na 2015 de doorstromings problemen op het noordoostelijk gedeelte van de ruit (A16/A20) een knelpunt gaan vormen en zal de door stroming in de Beneluxcorridor mede als gevolg van het gereed komen van de A4 Midden Delfland gaan stagneren. Congestie op Beneluxcoridor en de Van Brienenoordbrug brengt met zich mee dat ook de doorstroming op de verbrede A15 niet optimaal zal zijn. Dit alles betekent dat voor de periode 2015-2020 een goede bereikbaarheid van de haven mogelijk niet is gewaarborgd. Dit vraagt erom de komende jaren te monitoren (NMCA-analyse) of er knelpunten gaan ontstaan en deze desgewenst met een pakket van ’beter benutten’ maatregelen voor deze periode te ontwikkelen.
6 Betrouwbaar en robuust infrastructuurnetwerk naar het achterland Infrastructuurprojecten in het Rijnmondgebied zijn de recente bezuinigingsoperatie op Rijksniveau goed doorgekomen. Dat wil niet zeggen dat er geen knelpunten voorzien worden. Vergroting van de capaciteit van de A15 tussen Papendrecht en Gorinchem is niet opgenomen in de Rijksprogrammering (het MIRT). Tijdens het BO-MIRT in het najaar van 2011 is vastgesteld dat het NoMo-traject A15 (Ridderkerk – knooppunt Deil) voldoet aan de NoMo-norm. Er wordt geen vervolgstudie gestart naar de mogelijkheden om de filegevoeligheid van de A15 Papendrecht – Gorinchem te verminderen, omdat het geen substantieel knelpunt is en er geen zicht is op financiering
van mogelijke maatregelen. De files op dit traject nemen
geven (Finanzierungsvereinbarung) volgens plan verloopt.
echter wel toe. In de Economische Wegwijzer 2012 van
Alhoewel DB Netz in 2012 grote vorderingen heeft
TLN/EVO staat dit traject nu op de 5e plaats van de
gemaakt, blijven er zorgen over de doorlooptijd van
Top-20 van trajecten met de meeste economische schade
de planologische procedures voor het traject Emmerich
voor het vrachtverkeer. Vanuit de haven is het streven dan
– Oberhausen. Het tijdelijk meer treinen laten rijden
ook om in de loop van 2013 een breed gedragen
(blokverdichting) stuit op problemen met geluidsoverlast.
probleemanalyse, onder andere gebaseerd op de NMCA,
Daarom heeft DB Netz besloten de blokverdichting deel
Ambitie
te hebben die ook inzicht geeft in mogelijke ‘beter benut-
uit te laten maken van het derde spoorproject in plaats
De haven van Rotterdam is in 2030 koploper in de
ten’-maatregelen en hun effect.
van het eraan vooraf te laten gaan. DB Netz verwacht
wereld op het gebied van duurzaamheid, efficiency en
vanaf 2015 de geluidsschermen te kunnen gaan aanleg-
veiligheid van de scheepvaart.
2.6 Scheepvaart
Vanuit het Rijksprogramma Topsector Logistiek wordt
gen. Ten derde wordt er een flink capaciteitsverlies tijdens
gewerkt aan het ontwikkelen van een actieprogramma
de bouwfase verwacht, waarvoor oplossingen moeten
synchromodaal transport. De Pilot Rotterdam – Tilburg
worden gezocht. Het Ministerie van Infrastructuur en Milieu
is succesvol verlopen en vijf nieuwe pilotprojecten zijn
heeft een stuurgroep opgericht met ProRail, Keyrail en het
goedgekeurd.
Havenbedrijf om samen dit project te begeleiden en met
Realisatie opgaven
name tijdens de bouw de capaciteitsknelpunten aan te
1 Verbeteren efficiency bij afhandeling van zee- en binnenvaartschepen Onder de vlag van het programma ‘Schip Centraal’ werkt de divisie Havenmeester van het Havenbedrijf aan het optimaliseren van de verkeersplanning voor zeeschepen. De activiteiten van de nautische dienstverleners en de scheepvaart worden strakker en betrouwbaarder op elkaar worden afgestemd. Alle betrokken partijen werken hieraan mee en het project ligt op streek. In het verlengde hiervan loopt er een proef van RWS en Havenbedrijf met een intelligente planningstool voor lading op de container binnenvaart. Voorts zijn RWS en het Havenbedrijf op het traject Rotterdam-Antwerpen gestart met een pilotproject om de betrouwbaarheid van de reistijd tussen beide havens te monitoren. Het is een eerste stap op weg naar verkeersmanagement voor de binnenvaart.
Het Volkerak sluizencomplex is door de strategische
pakken.
ligging op de corridor Rotterdam-Antwerpen van groot
Dit dossier is een belangrijk punt van zorg dat de huidige
belang voor de binnenvaart en de zeehavens. Zowel
aandacht op het hoogste niveau moet blijven houden.
in de deelrapportage vaarwegen van de NMCA als in de
Elke verdere vertraging leidt tot meer stagnatie op het
Top Tien van capaciteitsknelpunten voor het Nederlandse
spoor. Het realistische scenario is momenteel dat het
vaarwegennet van het Centraal Overleg Vaarwegen (COV)
‘derde spoor’ pas in 2021-2022 gereed is.
hebben de Volkeraksluizen de hoogste prioriteit. De verkenning voor de capaciteitsuitbreiding van de
Het kernnetwerk dat van belang is voor de internationale
Volkeraksluizen is in september 2012 verschenen. Een
bereikbaarheid is door Infrastructuur en Milieu in samen-
belangrijke conclusie uit deze verkenning is dat er,
spraak met het Strategisch Platform Logistiek vastgesteld
ondanks signalen uit eerdere studies, in het jaar 2020
en opgenomen in de Structuurvisie Infrastructuur en
geen knelpunt te verwachten is. De discussie die hierop
Ruimte van het Rijk (2012). Een gemeenschappelijke visie
volgde met de gebruikers (onder andere verenigd in
van bedrijfsleven, havenbedrijven en (regionale) overhe-
Schuttevaer) heeft geleid tot de afspraak dat er een
den op een nationaal kernnetwerk van achterlandverbin-
monitoringsprogramma komt voor de wachttijden bij
dingen (weg, spoor, shortsea en binnenvaart) en
de sluis met behulp van AIS.
multimodale overslagpunten wordt thans ontwikkeld en is naar verwachting eind 2013 gereed.
Het ‘derde spoor’, de aansluiting van de Betuweroute op het spoornet in Duitsland, wordt voortdurend meegenomen in de Nederlands-Duitse persoonlijke contacten op alle bestuurlijke en ambtelijke niveaus. Er spelen op dit moment drie zaken. In de eerste plaats is de financiering binnen Duitsland nog niet zeker gesteld (geraamde kosten €1,3 miljard). Het Ministerie van Infrastructuur en Milieu geeft aan dat het proces binnen het Duitse Ministerie om in 2013 de realisatiebeschikking voor het derde spoor te
Voortgangsrapportage 2013 Havenvisie 2030 16 mei 2013
2 Veiligheid In het Nederlandse deel van de Noordzee gaan per 1 augustus 2013 nieuwe scheepvaartroutes in. Dit gebeurt naar aanleiding van de verandering van de kustlijn door aanleg van Maasvlakte 2. Tegelijkertijd zijn enkele aandachtspunten voor de Nederlandse kust meegepakt. Tussen de verschillende Noordzeelanden vindt echter nog steeds geen afstemming plaats over de verschillende ruimteclaims op zee (toenemend scheepvaartverkeer, bereikbaarheid van de zeehavens en ontwikkelingen als
21
windmolenparken). Het gebruik van Engels als voertaal
Realisatie opgaven
voor alle scheepvaart bevordert de veiligheid, maar is
1 Toepassing van het principe ‘ne bis in idem’ Met de beperking van dubbele toetsing van dezelfde activiteiten is door de aanmelding van het Havengebied onder de vijfde tranche van het besluit Crisis- en herstelwet (Chw) in combinatie met de inbreng van het Havenbedrijf op het permanent maken van de Chw (pChw) een eerste stap gemaakt door de invoering van een nieuw artikel 19db in de Natuurbeschermingswet. Dat artikel houdt in dat een bestemmingsplan voor een ontwikkelingsgebied als bedoeld in de Chw de voorwaarden kan bevatten waaronder een Nbwet-vergunning wordt verleend en dat die vergunning wordt verleend indien: 1 Het project voldoet aan de voorwaarden van dat plan en 2 de daaraan ten grondslag liggende PB nog actueel is en 3 het BG voor deze vergunning heeft ingestemd met dat plan.
lastig te bewerkstelligen. Beide zaken moeten in internationaal verband opgepakt worden. Het actualiseren en vereenvoudigen van de regels voor vrijstellingen van de verplichting een loods te nemen, gaat traag, onder andere door uiteenlopende belangen van Nederlandse reders enerzijds en loodsen, short sea rederijen en havenautoriteiten anderzijds. Daarentegen verloopt het ontwikkelen en implementeren van veiligheidsbeleid bij gebruik van LNG als brandstof vlot. Hetzelfde geldt voor de ontwikkeling van snelle en veilige afmeertechnieken: Zo is Shore Tension inmiddels beschikbaar voor toepassing in de praktijk. Voor meerdere projecten die onder deze succesfactor Scheepvaart vallen geldt dat de partijen soms wat meer over hun schaduw kunnen springen om sneller en efficiënter resultaten te boeken. Ook lijkt scheepvaart niet altijd hoog op de ambtelijke en politieke prioriteitenlijstjes
Daarmee wordt bereikt dat een Natuurbeschermings
te staan.
vergunning voor bij plan toegelaten activiteiten niet kan worden geweigerd indien aan deze criteria wordt voldaan. Er is dan geen nieuwe onderbouwing in de vorm van een passende beoordeling nodig. Er is dus nog wel sprake van
2.7 Wet- en Regelgeving Ambitie
dubbele toetsing, maar die is beperkt tot de drie criteria en dus marginaal. Als gevolg van de bij amendement ingebrachte clausulering onder 2 wordt weliswaar wel afbreuk gedaan aan het beoogde doel, maar ook in het oorspronkelijk voorstel
Snelle, duidelijke en bovenal zekere besluitvorming
was nog wel nadere besluitvorming nodig, zij het zonder
rondom ruimte, milieu en natuur zodat het haven
actualisatieplicht. Art. 19db is niettemin ‘ground breaking’
bedrijfsleven en de omgeving zekerheid hebben over
en een eerste stap op weg naar de acceptatie van de
de (on)mogelijkheden van de inrichting en het gebruik
verder gaande concepten uit het Vernieuwingsvoorstel
van de haven. De toegestane hoeveelheid geluid, de
van het Havenbedrijf. De belangrijkste betekenis ligt in de
toegestane emissies naar lucht, bodem en water, de
omkering van het gangbare denkpatroon, waarbij telkens
contouren voor externe veiligheid en de mogelijke
opnieuw alles moet worden onderzocht.
effecten op natuurwaarden zijn eenduidig in beeld en bepalen de milieu-gebruiksruimte van de haven. De rechtsbescherming van de burger verslechtert hierbij niet.
22
2 Één, goed functionerend loket De doelstelling om te komen tot één goed functionerend ‘omgevingsloket’ is deels al bereikt met de invoering van de Wabo en diverse andere coördinatieregelingen. Er is
echter nog geen sprake van volledige integratie: de
In de ontwikkeling van het Vernieuwingsvoorstel wordt
Realisatie opgaven
toetsingskaders voor water, natuur, het grijze milieu en
nauw contact onderhouden met het departement van
een goede ruimtelijke ordening zijn nog steeds grotendeels
Infrastructuur en Milieu waar gewerkt wordt aan de
gescheiden. Bovendien is de ervaring met het functioneren
stelselherziening omgevingsrecht.
1 Groei binnen de grenzen van wet- en regelgeving Eind 2012 is een start gemaakt met het Programma Milieu Informatie Management (MIM). Dit moet een interactief managementsysteem worden dat inzicht geeft in de mate waarin de milieugebruiksruimte wordt gebruikt en door welke bedrijven. Daardoor ontstaan meer mogelijkheden om de bestaande milieugebruiksruimte effectiever te benutten.
van coördinatieregelen niet onverdeeld positief. Het voorkomen van dubbele toetsing en dubbele besluitvor-
Het Vernieuwingsvoorstel is vooral een juridisch-
ming kan bijdragen aan de vermindering van de werklast
technische operatie, gericht op de verbetering van de
en het stroomlijnen van de werkzaamheden.
procesefficiency en het beperken van procesrisico’s. De aanpassing van materiële normen of de rechts
3 Beheer milieugebruiksruimte Door de aanmelding van het havengebied onder de Chw en de invoering van de pChw wordt het mogelijk om middels planbepalingen te borgen dat het gebruik van milieuruimte door activiteiten in het plangebied binnen bij dat plan te stellen grenzen blijft en dat de daarvoor benodigde maatregelen daadwerkelijk tot uitvoering komen, ook buiten inrichtingen en zelfs buiten het plangebied. Van deze mogelijkheden wordt op dit moment al gebruik gemaakt bij de voorbereiding van de haven bestemmingsplannen, voor wat betreft geluid, externe veiligheid en stikstof.
bescherming is geen oogmerk van het voorstel. De bevoegdheidsverdeling en uitvoeringsorganisaties blijven in beginsel ook ongewijzigd. Deze inperkingen moeten
De toepassing van LNG als brandstof voor zee- en
voorkomen dat deelbelangen teveel sturend worden op
binnenvaartschepen is in een stroomversnelling gekomen.
het veranderingsproces, wat de complexiteit nodeloos zou
GATE werkt aan realisatie van een breakbulkterminal voor
vergroten. Het nieuwe instrumentarium is alleen bedoeld
LNG en er zijn verschillende initiatieven om bunkerstations
voor de uitvoering van beleid dat elders wordt vastgesteld,
voor de binnenvaart te ontwikkelen. Het Havenbedrijf
zoals bijvoorbeeld emissiereducties of het geven van emis-
werkt internationaal aan standaardisering van techniek
sieruimte.
en regelgeving. LNG is een schonere brandstof dan de nu gebruikte.
2.8 Milieu, Veiligheid en Leefomgeving
Voor een verdere realisatie van de drie hoofddoelen wordt gewerkt aan de ontwikkeling van specifiek op het havengebied gericht omgevingsrecht.Het expertteam stelt daarom een Vernieuwingsvoorstel op in de vorm van een apart ‘hoofdstuk omgevingsrecht’ haven. Met dit voorstel
2 Aanpak van de grootste overlast voor de leefomgeving Hotspots op het gebied van stank-, stof- en geluidsoverlast moeten worden aangepakt. Om te beginnen worden deze hotspots nader geïdentificeerd en geanalyseerd aan de hand van onder andere de klachtenlijst van DCMR. Daarnaast zijn in 2012 voorbereidingen gestart om het regionale meetnet ‘e-nose’ uit te breiden. Hiermee kunnen dampen en geuren worden gemeten. Een uitgebreid netwerk van e-nose sensoren kan een bijdrage leveren aan veiligheid en gezondheid en de overlast verminderen. Bedoeling is bovendien de gegevens online toegankelijk te maken om zo de transparantie en het vertrouwen te vergroten.
zal een ‘botsproef’ met een havencase worden uitgevoerd.
Ambitie
Aanbevelingen op basis van de botsproef zullen vervol-
Het Rotterdamse haven- en industriegebied, inclusief
gens ter verdere uitwerking in de stelselherziening
de zeehavens van Dordrecht en Moerdijk, is in 2030
omgevingsrecht worden gedaan. Het expertteam stelt
het meest duurzame van de wereld. De kwaliteit van de
daarom op basis van het Rotterdamse Vernieuwings
leefomgeving is dan aantoonbaar verbeterd. Dat komt
voorstel voor omgevingsrecht een apart ‘hoofdstuk’
onder andere door verbetering van de lokale luchtkwali-
haven op. Met dit voorstel zal een ‘theoretische botsproef’
teit als gevolg van daling van het achtergrondniveau én
met een havencase worden gehouden. Op basis van
door vermindering van de uitstoot in het haven- gebied
de resultaten van deze botsproef zullen vervolgens
zelf, met name van fijnstof en NOx. Daarnaast is de
Eind 2012 presenteerde het Havenbedrijf het plan om de
aanbevelingen worden gedaan ter verdere uitwerking en
door omwonenden ervaren overlast op het gebied van
Havenspoorlijn via het Theemswegtracé te verleggen en
implementatie in de omgevingswet. Tevens zal op basis
vooral geluid, stank en externe veiligheid (inclusief
daarmee de Calandspoorbrug buiten gebruik te nemen.
van het Rotterdamse Vernieuwingsvoorstel een pilot in
bereikbaarheid / vluchtroutes) aangepakt.
Bedoeling is dit voor 2020 te realiseren, omdat dan de
de praktijk van de haven worden voorbereid.
levensduur van de brug ten einde is en het spoorvervoer zo toeneemt dat files op het spoor ontstaan bij opening
Voortgangsrapportage 2013 Havenvisie 2030 16 mei 2013
23
van de brug. De huidige spoorbrug is een belangrijke
Op het gebied van industrielawaai zijn nieuwe maatwerk
bron van geluidshinder voor Rozenbrug. Aanleg van
afspraken vereist in vervolg op de evaluatie van het
het Theemswegtracé neemt deze in één klap weg.
Geluidsconvenant Rijnmond-West. Een specifiek geluidproject is het ‘Geluidmeetnet Maasvlakte’. Dit project wordt
Het Havenbedrijf bestudeert, samen met de gemeente
in 2015 afgerond en richt zich op het in beeld brengen van
Rotterdam, de DCMR en het Ministerie van Infrastructuur
concrete mogelijkheden om de geluidhinder (veroorzaakt
en Milieu de mogelijkheden voor een internationaal verbod
door de industrie op de Maasvlakte en in Europoort) terug
op varend ontgassen in de open lucht. Op land is ontgas-
te brengen in Oostvoorne en Hoek van Holland.
sen verboden, maar op rivieren en de open zee is het nu toegestaan. Om het gevoel van onveiligheid te verminderen en de externe veiligheidsrisico’s bij ruimtelijke planvorming te verkleinen zullen aanvullende maatregelen genomen moeten worden. Enerzijds ligt de focus op het verder clusteren van risicovolle activiteiten in het gebied, waardoor onnodige blootstelling aan gevaarlijke stoffen zoals fosgeen en chloor verminderd kan worden. Anderzijds zal worden vastgesteld wat de meest risicovolle bedrijven zijn kijkend naar hun bijdrage aan de risicocontouren en het groepsrisico in de omgeving. Aan de hand van deze analyse worden mogelijke maatregelen geanalyseerd.
3 Naar een nieuwe ‘dubbele doelstelling’ In 1993 en 2001 sloten overheden, ngo’s en het Haven bedrijf Rotterdam de convenanten ‘ROM-Rijnmond’ en ‘Visie en Durf’. Daarin stelden ze onder andere vast dat versterking van de mainport door de aanleg van Maasvlakte 2 wenselijk was, de effecten gemitigeerd en gecompenseerd moesten worden, maar dat ook een kwaliteitsimpuls voor de leefbaarheid in de regio Rijnmond moest plaatsvinden. Dit betekent dat ook de kwaliteit van de leefomgeving én de kwaliteit van de haven moest verbeteren. Het project Mainportontwikkeling Rotterdam, met de deelprojecten Maasvlakte 2 en natuurcompensatie, 750 ha nieuwe natuur- en recreatiegebieden en het deelproject ’Bestaand Rotterdams Gebied’ is gebaseerd op deze dubbele doelstelling.
Momenteel wordt een haalbaarheidsonderzoek gedaan naar het samenstellen van de Port Safety Index, waarmee
Op de schaal van de haven wordt aan de leefbaarheids-
wordt aangegeven hoe veilig een bedrijf, een gebied of
kant van de dubbele doelstelling gewerkt met projecten
de hele haven is, met als uiteindelijk doel het aantal
als de ontwikkeling van natuur- en recreatiefunctie van de
incidenten waarbij milieuhinder optreedt of de externe
Landtong Rozenburg, het recreatiestrand van Maasvlakte
veiligheid in het geding is, te verminderen. De Port Safety
2 en het verleggen van de Havenspoorlijn over een
Index moet data van verschillende inspecties combineren.
afstand van 4,5 km wat mede tot gevolg heeft dat Rozenburg aanzienlijk minder geluidsoverlast ondervindt.
Om te voorkomen dat nieuwe overlastsituaties (geluid, stank) optreden, is het van belang dat zogenoemde
Op (boven)regionaal niveau is een eerste initiatief
bufferzones gerespecteerd worden rondom de haven.
genomen om tot een wenkend perspectief voor een
Dit betekent dat er geen hindergevoelige functies en/of
kwaliteitsimpuls voor leefbaarheid en natuur te komen
nieuwe woningen worden gerealiseerd in een zone tussen
zoals ‘Visie en Durf’ dat was. Binnen het DelTri Platform
woongebieden en het haven- en industriegebied. Eind
hebben de partners (regionale overheden, het Haven
2013 zal het concept bufferzones zijn uitgewerkt, waarbij
bedrijf en de milieufederaties) afgesproken gezamenlijk
per type gebied de ambities en doelstellingen zijn gedefini-
deze kwaliteitsimpuls verder uit te werken. Ook dit sluit
eerd. Daarbij zullen ook afspraken worden gemaakt met
aan op de OECD-studie die wijst op het belang van
alle betrokken partijen over welke functies het beste waar
investeringen in de kwaliteit van de leefomgeving.
en onder welke condities kunnen plaatsvinden.
24
4 Goed omgaan met klimaatverandering en biodiversiteit Doelstelling is de CO2-uitstoot uitstoot terug te dringen door energiebesparing, gebruik van restwarmte en CCS. Met name op het gebied van het gebruik van restwarmte zijn vorderingen geboekt: aanleg van de Stoompijp in de Botlek en de Nieuwe Warmteweg tussen de Botlek en de stad Rotterdam. In het eerste geval wordt warmte die bij AVR vrij komt door de naburige industrie gebruikt, in het tweede geval wordt warmwater over een afstand van 25 km gepompt om te gebruiken voor stadsverwarming.
mingsplannen zullen in de bestemmingsplannen of
Het vergroten van de zichtbaarheid van de haven en
separate overeenkomsten worden geborgd.
de rivier levert direct een bijdrage aan de kwaliteit van de leefomgeving. Tegelijkertijd vergroot het de betekenis van de haven in de stad. Het programma WereldHavenStad van gemeente en Havenbedrijf richt zich onder andere op het vergroten van de zichtbaarheid van de
2.9 Stad en Regio
haven in de Rotterdamse binnenstad. Voorbeelden van projecten die in 2012 zijn voorbereid en in 2013 gerealiseerd worden zijn de fietsroute van stad naar strand,
Ambitie
het plaatsen van havenfoto’s op schermen in de stad, havengerelateerde speelobjecten zoals Kids Marina, en
In 2030 kenmerken zowel de stad Rotterdam als de
een beeldscherm van 40 bij 4,5 m in de hal van Rotterdam
Voor het ROAD-project (grootschalig demonstratieproject
regio Rijnmond zich door de hoge kwaliteit en de grote
Centraal met beelden van de haven. Met Rotterdamse
CCS bij de nieuwe elektriciteitscentrale van E.ON op
variatie aan woonmilieus. Het stedelijke vestigings
festivals zoals de Museumnacht en het Internationaal
de Maasvlakte) wordt in de loop van 2013 een positieve
klimaat is in 2030 mondiaal concurrerend en voldoet
Filmfestival Rotterdam is afgesproken haven gerelateerde
investeringsbeslissing verwacht.
aan de verwachtingen van de top van het internationale
programma’s te maken.
bedrijfsleven. Rotterdam is in 2030 het mondiaal Het Havenbedrijf is in 2013 gestart met een gerichte
toonaangevende kennis- en handelscentrum dat
Aan de aantrekkelijkheid van de haven zelf is gewerkt door
marktbenadering om op terrein E op Maasvlakte 2 een
aansluit bij de Global Hub en Europe’s Industrial
het bestaande programma Beeldkwaliteit consequent door
cluster voor biochemie en biomassa van de grond te
Cluster.
te blijven voeren.
krijgen. Het Havenbedrijf en de betrokken overheden nemen deel
Realisatie opgaven
aan het Deltaprogramma, en specifiek het deelprogramma
1 Een aantrekkelijk woon- en leef klimaat in stad en regio Een vitale haven vraagt om een vitale regio en vice versa. Een belangrijk onderdeel daarvan is voldoende variatie aan woonmilieus in stad en regio. Regionaal zijn er afspraken over het woningbouwprogramma. In subregio’s worden vraag en aanbod op elkaar afgestemd. Bewaakt moet worden dat dit in lijn blijft met de ontwikkeling van de arbeidsmarkt in de haven. Tegelijkertijd moeten woningbouwprogramma’s de ontwikkelingen in de haven ruimtelijk niet in de weg zitten. Aandachtspunt is dat dit in de lopende integrale herziening van de Provinciale Structuurvisie goed wordt meegenomen. Vanuit Deltalinqs is het initiatief gekomen om alle betrokken partijen (woningbouwcorporaties, projectontwikkelaars, bestuurders etc.) bijeen te brengen om dit onderwerp onder loep te nemen. Dit loopt parallel met de inzet van Deltalinqs om in het kader van milieu (geluidszonering) tot een bestuurlijke afspraak te komen over de eindcontour.
Rijnmond-Drechtsteden, om actief in te kunnen spelen op de strategieën die in dat kader worden ontwikkeld, en te zorgen dat deze zoveel mogelijk in lijn zijn met de ambities uit de Havenvisie 2030. Naast de waterveiligheid, is ook het hebben van voldoende zoet water van groot belang voor de ontwikkeling van de haven en functies in de omgeving. Ook de borging van voldoende zoet water wordt in het Deltaprogramma nader onderzocht. Voor de havenbestemmingsplannen is een passende beoordeling uitgevoerd, waarin de effecten van de nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen tot 2023 op de beschermde natuurgebieden zijn onderzocht en beoordeeld. De komende tijd wordt gewerkt aan de nadere borging van de diverse beheermaatregelen die door de provincies en het Rijk in het kader van de Programmatische Aanpak Stikstof worden samengesteld en uitgevoerd. Eventuele benodigde mitigerende maatregelen als gevolg van de havenbestem-
Voortgangsrapportage 2013 Havenvisie 2030 16 mei 2013
2 Verbetering van de economische syner gie tussen haven en stad De gemeente Rotterdam is samen met Nyenrode Business Universiteit begonnen aan een onderzoekstraject gericht op het versterken van het zakelijke maritieme dienstverlening. De focus ligt daarbij op de juridische en financiële dienstverlening als speerpunten maar kijkt ook verder naar andere hoogwaardige zakelijke dienstverlening. 3 Verbetering van het kennis- en innova tieklimaat Het Havenbedrijf werkt samen met de Erasmus Universiteit (Smart Port) en de TU Delft (Port Research Centre) aan divers havengerelateerd onderzoek. Veel studenten lopen stage en studeren af bij het Havenbedrijf of een bedrijf in de haven. Daarnaast is er binnen het Havenbedrijf plek voor verschillende promovendi.
25
Het programma bestaat uit digitale lessen gericht op
2.10 Werk
beroepen uit de haven, een excursie, een gastles door een werknemer uit de haven, een bezoek aan de WereldHavenDagen en een beroepsoriëntatiebeurs.
Ambitie
In het MBO wordt eveneens aandacht besteed aan
De bedrijven in de haven kunnen in 2030 op alle
loopbaanoriëntatie. Deze is er vooral op gericht dat
niveaus aan goed gekwalificeerd personeel komen.
leerlingen die nog geen helder beroeps- en toekomstbeeld
Werken in de haven is populair en onderwijs en
hebben zich hierop eerst oriënteren, alvorens voor een
havenbedrijfsleven sluiten goed op elkaar aan.
opleidingsrichting te kiezen, dan wel via ombuigings gesprekken worden gemotiveerd om een andere opleidng, met betere arbeidsmarktkansen, te kiezen. In het kader van het NPRZ worden voor het VO en MBO op Zuid concrete afspraken gemaakt over het verhogen van de
Binnen de succesfactor Werk is sprake van veel, maar
in- en uitstroom van de techniekopleidingen.
vooral ook nieuwe dynamiek en inzet die zich vaak nog niet heeft vertaald in concrete resultaten.
Realisatie opgaven 1 Jongeren interesseren Er lopen diverse projecten die zijn gericht op het interesseren van jongeren voor de haven, van basisschool tot universiteit. Deze zijn echter niet ingebed in een bredere visie op loopbaanoriëntatie in het onderwijs. De gemeente en het onderwijsveld zijn nu doende deze te ontwikkelen. Hierbij gaat het om een doorlopende leerlijn van de hoogste groepen van het basisonderwijs tot en met het MBO en mogelijk ook het hoger onderwijs. Een speerpunt wordt het project ‘alle Rotterdamse basisscholieren de haven in’, waartoe begin 2013 door de gemeente, Deltalinqs en het Havenbedrijf het initiatief is genomen. De komende tijd wordt met het basisonderwijs besproken hoe dit project het beste vorm kan krijgen. De bedoeling is dat het project vanaf het schooljaar 2013 – 2014 van start gaat en bestaat uit zowel havenlessen als excursies naar de haven. In het voortgezet onderwijs krijgt dit project een vervolg met het al bestaande lesprogramma Havenlink, dat nu nog op een beperkt aantal scholen (LMC) wordt gegeven, maar in overleg met het onderwijsveld zal worden uitgebreid.
26
Kortom: de ambitie is om structureel, gedurende de gehele schoolcarrière van een kind, de haven in het curriculum voorbij te laten komen. Nagegaan wordt of evenementen die we nu al kennen, zoals bijvoorbeeld Skills masters, Shell ecomarathon en de WereldHavenDagen, deze aanpak ondersteunen.
2 In- en uitstroom technisch en logistiek onderwijs vergroten Om de populariteit van technische en logistieke opleidingen te vergroten moet er sprake zijn van een doelmatig en aantrekkelijk aanbod met een state of the art leeromgeving. Momenteel ontbreekt het hieraan, mede als gevolg van de versnippering van het huidige aanbod en onvoldoende aansluiting op de vraag van het bedrijfsleven. Het door de ROC’s Albeda en Zadkine aangekondigde haalbaarheidsonderzoek naar de oprichting van vijf tot acht sectorale MBO-colleges, waaronder een MBO-college Techniek, kan een doorbraak betekenen. Bundeling van de kennis en kunde van de huidige techniekopleidingen, concentratie van investeringen en een beter herkenbaar profiel voor leerlingen en bedrijven kan het techniekonderwijs er weer bovenop helpen. Zeker wanneer ook het voortgezet onderwijs en de vakcolleges hierbij worden betrokken.
De erkenning van de Centra voor Innovatief Vakmanschap
onlangs het project GOAL gestart met een pilot in de
Chemie, Water en Logistiek van de samenwerkende
bulksector. GOAL draait om de mobiliteit van het zittend
onderwijsinstellingen Albeda, Zadkine en het STC draagt
personeel, de instroom van schoolverlaters en werk
eveneens bij aan de kwaliteit en zichtbaarheid van het
zoekenden. Gezocht wordt nog naar de meest geschikte
vakonderwijs in de regio Rotterdam. Dit betekent een
governance van deze nieuwe entiteit op de havenarbeids-
intensivering van de samenwerking tussen het bedrijfs
markt. Komend half jaar wordt dit uitgezocht door het
Ambitie
leven en de drie MBO-instellingen binnen het Proces- en
Werkgeversservicepunt Rijnmond samen met het Haven-
De haven van Rotterdam is in 2030 internationaal
Maintenancecollege geconcentreerd op de locaties Brielle,
bedrijf en Deltalinqs.
koploper op het gebied van ontwikkeling en toepassing van innovaties die bijdragen aan duurzame en efficiënte
Rotterdam en RDM-campus Heijplaat. Om de aantrekkelijkheid van deze MBO-opleidingen voor jongeren te vergroten zijn overeenkomsten gesloten tussen Albeda, Zadkine, STC, bedrijven en Deltalinqs over stagemogelijkheden en startbaangaranties voor deze leerlingen. De start van vier vakscholen Techniek met ingang van dit schooljaar voor jongeren van 12 tot 18 jaar, gericht op het behalen van een MBO-2 diploma en daarna uitstroom naar werk of doorstroming naar MBO 3/4, is een belangrijk middel om praktisch ingestelde jongeren in een vroeg stadium te motiveren voor een technische opleiding. Het betreft twee bestaande middelbare scholen op Zuid en twee op Noord, met inmiddels bijna 400 leerlingen.
3 Aantrekkelijk werkgeverschap stimu leren Wil de haven ook in de komende decennia concurrerend blijven dan zal op een structurele manier hoger opgeleid talent aangetrokken moeten worden. Modern HR-beleid is daarvoor onmisbaar. Het komend jaar wordt uitgebreid geïnventariseerd hoe het staat met de arbeidsvoorwaarden in de haven en hoe deze matcht met een nieuwe generatie die van school komt. HR bedrijvennetwerken in de haven bestaan wel al. Het is nu zaak om deze netwerken te versterken en in te zetten om de juiste thema’s te agenderen, zoals flexibele arbeidsvoorwaarden, levensfasebewust personeelsbeleid, persoonlijke ontwikkeling en zij-instroom mogelijkheden. Ook de komende vraag naar personeel op Maasvlakte 2 is een belangrijk aandachtspunt voor werkgevers, werknemers, onderwijs. Het stimuleren van zij-instroom en doorstroom is heel belangrijk voor een gezonde arbeidsmarkt. Hiertoe is
Voortgangsrapportage 2013 Havenvisie 2030 16 mei 2013
2.11 Innovatie
4 De personeelsbehoefte en het aanbod strategisch plannen Met name de match tussen werkgelegenheid in de haven en aanbod van schoolverlaters is cruciaal om te bepalen of er tekorten of overschotten zijn in bepaalde beroepsgroepen en om de strategie richting het onderwijsveld te bepalen. Hiertoe wordt nader onderzoek uitgevoerd. Behalve met het onderwijsveld is het ook van belang de dialoog tussen werkgevers, werknemers en overheden over de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt te organiseren. Onderwerpen op de agenda kunnen zowel de lange termijn arbeidsmarktontwikkelingen, banen op Maasvlakte 2 in de relatie met de omgeving zijn, als het bewaken van de arbeidsrust in de haven op de meer korte termijn. Naast inhoudelijke afstemming en dialoog is opbouw van een goede relatie een belangrijk doel van dit overleg. Er wordt aan gewerkt dit informeel overleg in 2013 van de grond te krijgen.
(productie)ketens en de veiligheid en bereikbaarheid van het havencomplex.
Realisatie opgaven
de stakeholdersbijeenkomsten van het Techniekpact.
1 Innovatieklimaat Veel innovatie faciliteiten kennen een sterke thematische focus, gericht op een (klein) onderdeel of marktsegment van het haven- en industriecomplex. Er zijn verschillende initiatieven, projecten en programma’s die werken aan deeloplossingen voor de grote systeeminnovaties waar de Havenvisie om vraagt. Voorbeelden zijn het biobased programma van Deltalinqs dat een bijdrage levert aan het realiseren van het ontwikkelen van biobased industrie en het project ’’ketenoptimalisatie binnenvaart’’ van het Havenbedrijf dat bijdraagt aan efficiëntere logistieke ketens en betere informatie uitwisseling tussen spelers in logistieke ketens. Het ontbreekt echter aan duidelijk leiderschap in het innovatie-ecosysteem Rotterdam, bijvoorbeeld door een daadkrachtige partij die initiatief neemt, gericht op een grote systeeminnovatie. Er is nog geen aansprekende partij opgestaan die voldoende daadkracht en gezag heeft om doorbraken te forceren. Het expertteam inventariseert de randvoorwaarden voor een goed innovatie ecosysteem, door de haven te vergelijken met bijvoorbeeld Brainport Eindhoven of andere havens in de wereld.
5 Versterken voorzieningen in de haven Het voorzieningencluster Maasvlakte Plaza is in voor bereiding. Voor vrachtwagenchauffeurs zijn meerdere truckparken geopend in 2012.
2 Uitbreiden van partnerships In Rotterdam weten ondernemers, overheden en kennis instellingen elkaar goed te vinden in diverse netwerken
Daarnaast heeft het kabinet In het voorjaar van 2013, met werkgevers, het onderwijs en de werknemers- organisaties een Techniekpact gesloten. Het pact moet de aansluiting van het onderwijs op de arbeidsmarkt in de technieksector verbeteren en daarmee het tekort aan technisch personeel terugdringen. In het Techniekpact staan concrete afspraken tussen bedrijfsleven, onderwijs en overheid. Vanuit Rotterdam neemt de havenwethouder deel aan
27
zoals het Rotterdam Mainport Innovation Forum, het
industrie. Het bedrijf groeit hard en is toe aan uitbreiding.
Rotterdam Climate Initiative en de Clean Tech Business
Plant One mocht dit jaar de eerste drie bedrijven verwelko-
Club. Innovatie is in deze netwerken een centraal thema
men die er installaties testen die een bijdrage leveren
en staat als onderwerp dus goed op de kaart. Echter, als
aan het efficiënter en duurzamer maken van de proces
het gaat om het daadwerkelijk realiseren van vernieuwing
industrie.
dan blijkt dat er weinig samenwerking is tussen grote multinationals, kleine ondernemers en MKB’ers. Multinationals moeten meer uitgedaagd worden om op zoek te gaan naar onverwachte, veelal kleinere partijen die innovatieve oplossingen bieden voor hun opgaven. Het scherp en concreet maken van innovatie-uitdagingen (‘wat is mijn probleem?’), en het uitdagen van MKB’ers en
4 Investeren in kennisontwikkeling op alle niveaus en stimuleren van talent Er zijn veel samenwerkingsverbanden met verschillende universiteiten, hogescholen en andere onderwijsinstellingen. In de paragrafen 5.6 (Werk) en 5.7.3 (Kennis en Innovatieklimaat) wordt hier uitgebreid op ingegaan.
kennisinstellingen om met oplossingen te komen helpt daarbij. Een mooi voorbeeld hiervan is de stichting iTanks. Deze spin-off van de Maasvlakte Olie Terminal werkt samen met MKB’ers, TNO en andere kennisinstellingen aan de realisatie van innovaties die de onderhoudstijd
2.12 Europa
van grote opslagtanks voor olie en chemicaliën met 75% kunnen verkorten.
3 Ondersteunen en ontwikkelen van innovatiefaciliteiten in de haven Meer samenwerking en communicatie tussen de vele innovatie faciliteiten moet in 2013 voor meer synergie en rendement van het innovatie-ecosysteem zorgen. Dit kan bijvoorbeeld door een initiatief dat innovaties tijdens het hele innovatieproces, van idee tot en met start-up, ondersteunt. Nu richten initiatieven zich vooral op de afzonderlijke onderdelen in het innovatieproces. Een accelerator programma dat jonge ondernemers ondersteunt bij de start van een bedrijf, het omzetten van idee in praktijk, kan hieraan bijdragen. Daarnaast verdient de verhouding tussen initiatieven die zich richten op netwerken en praten en initiatieven die gericht zijn op actie in 2013 de aandacht. Er wordt nu veel meer gepraat dan gedaan. De specifieke faciliteiten voor het testen en opschalen van innovatie die in de Rotterdamse haven zelf gevestigd zijn
Ambitie Europa heeft in 2030 een vitale economie, met als kenmerken de afwezigheid van interne grenzen, een uitgebreid netwerk van transport-assen en een gelijk speelveld voor bedrijven en havens. Krachtig Europees beleid, met dito instituties, op het vlak van mededinging, inno-vatie en economisch en monetair beleid zijn de peilers onder een competitief en welvarend Europa.
Realisatie opgaven 1 Krachtig Europees beleid en instituties De Europese Unie heeft het afgelopen jaar gewerkt aan versterking van haar instituties om de euro-crisis beter te lijf te kunnen. Dat heeft in ieder geval geleid tot meer vertrouwen op de financiële markten.
boeken successen. De RDM Innovation Dock is inmiddels
28
grotendeels gevuld met innovatieve bedrijven. Zo bouwt
Het voorstel voor wetgeving op het vlak van EU haven
Ampelmann er zijn stabilisatieplatforms voor de off-shore
beleid, de Ports Policy Review voor de liberalisering van
de havensector, wordt in 2013 verwacht. Het is van belang
werk. Dit alles maakt dat LNG sneller opkomt als scheeps-
te zorgen dat binnen dit voorstel de beleidsvrijheid voor
brandstof dan voorzien. Samen met Vopak, Gasunie, de
het uitvoeren van de rol van het Havenbedrijf als port
haven van Gotenburg en Swedegas wordt een subsidie
developer gewaarborgd is en dat er een gelijk speelveld
aanvraag gedaan voor small scale LNG infrastructuur
voor alle havenautoriteiten in Europa bestaat, bijvoorbeeld
binnen het TEN-T programma. Ook wordt er met verschil-
op het gebied van staatssteun.
lende binnenhavens en het bedrijfsleven gekeken naar de mogelijkheden voor een studie naar gebruik van LNG en
2 Transport & logistiek De uitgangspunten van het Europese beleid om transport binnen Europa te verbeteren en schoner te maken zijn in lijn met de Havenvisie 2030. Voor het beter functioneren van de interne Europese markt is de ontwikkeling van het Trans Europese Transport Netwerk (TEN-T) van groot belang. Het Havenbedrijf bepleit actief op verschillende plaatsen in Europa het belang van het realiseren van het TEN-T. Om overheidsinterventies zoals (Douane-)controles en inspecties efficiënt en effectief te maken wordt gewerkt aan één interne markt voor intra-Europees maritiem transport. Hiervoor werkt de Europese Commissie aan het Blue Belt package binnen het kader van de Single Market Act II dat wordt verwacht in 2013. Belangrijk punt van zorg is het ongelijke speelveld wat betreft de emissieregulering van de scheepvaart. Zo zijn op dit moment de Noordzee, de Oostzee en het Kanaal
naar pilot projecten voor de binnenvaart in de Rijncorridor.
3 Energie & industrie Rotterdam zal de komende decennia een steeds belangrijker rol vervullen in de energievoorziening van NoordwestEuropa. De ingebruikname van elektriciteitscentrales en een of meerdere LNG-terminals, de ontwikkeling van biobased industrie en grootschalige CCS dragen daar aan bij. Europa stimuleert deze ontwikkelingen door subsidie te verlenen aan LNG infrastructuur projecten, projecten in de biobased economy en voor CCS. De prijs van CO2 is op dit moment echter nog te laag en daarom is het van belang dat huidige systeem van emissiehandel wordt hervormd op mondiaal niveau. Daarnaast is het cruciaal dat Europa ook inzet op stimuleren van biobased economy door het afschaffen van importheffingen voor biomassa en het synchroniseren van regels over het bijmengen van biobrandstoffen. Deze thema’s worden doorlopend bepleit in Den Haag en Brussel.
aangewezen als Sulphur Emission Control Area’s (SECA’s) waar vanaf 2015 veel strengere normen gelden voor het percentage zwavel in bunkerolie dan op de Middellandse Zee of de Atlantische Oceaan. Het Havenbedrijf mengt zich actief in deze discussie en monitort het voorstel en de politieke behandeling inzake de herziening van het luchtkwaliteitsbeleid in Europa. Een van de volgende stappen in het schoner maken van de scheepvaart wordt het omschakelen naar schonere brandstoffen als LNG. De Europese Commissie stimuleert het gebruik van LNG als brandstof voor de scheepvaart, getuige de mededeling en richtlijn Clean Power for Transport: A European alternative fuels strategy van januari 2013. Hierin is een verplichting voorzien voor LNG bunkerfaciliteiten voor alle havens uit het TEN-T kernnet-
Voortgangsrapportage 2013 Havenvisie 2030 16 mei 2013
29
3 Statuskaarten: de voortgang in beeld
30
31
Hoe wordt de voortgang gemeten? De convenantpartners hebben voor elke visie (Global hub en Europe’s industrial cluster) en succesfactor uit de Havenvisie 2030 een Expertteam samengesteld. In dit Expertteam zitten partijen die direct betrokken zijn bij het realiseren van de Uitvoeringsagenda van de visie of de succesfactor. Het Expertteam voor de succesfactor Scheepvaart kent dus andere leden dan het Expertteam voor de succesfactor Werk. Het Expertteam is onder meer verantwoordelijk voor het meten en communi ceren van de voortgang op de visie of succesfactor. De Expertteams meten voortgang op twee niveaus van de Uitvoeringsagenda: op het laagste niveau van de acties, en op het hoogste niveau van de visie of de succesfactor als geheel.
Voortgang acties 2013 De Expertteams beantwoorden per actie steeds twee basisvragen. Ten eerste: Wat is het beoogde meetbare outputresultaat voor september 2013 en wat is de kans dat die output dan volledig wordt gehaald? Dit gaat over ‘harde’ resultaten die aangeven of het in de actie beschreven doel al (gedeeltelijk) is gerealiseerd. Voor 2013 zal er in veel gevallen nog geen sprake zijn van gerealiseerde output, als de jaren vorderen zal dit zichtbaar groeien. De tweede basisvraag per actie luidt: Wat is de beoogde inzet voor september 2013 en welk deel hiervan wordt daadwerkelijk gerealiseerd? In antwoord hierop beschrijft het Expertteam wie welke inspanningen had moeten leveren dit jaar en in hoeverre dit is gebeurd.
32
Als het Expertteam dit jaar voor een actie geen inzet en geen output heeft beoogd, is de actie dit jaar niet relevant. Op basis van de antwoorden kan elk Expertteam besluiten dat aanvullende stappen rondom deze actie nog dit jaar nodig zijn. Hiertoe beantwoordt zij de vraag: Welke aanvullende stappen neemt het Expertteam zich voor tot september 2013?
Voortgang visies en succesfactoren 2013 Het Expertteam bepaalt de voortgang ook op het niveau van de succesfactor of de visie als geheel. Zij beantwoordt hiervoor de vraag: Wat zijn outputindicatoren voor deze succesfactor? De outputindicatoren die hier genoemd worden geven op een hoger abstractieniveau voortgang weer van jaar op jaar. Het Expertteam vult vervolgens voor elk van deze indicatoren in: Wat is de beoogde waarde van deze indicator voor 2030, wat is de afgeleide waarde voor 2013 en wat is de verwachte waarde voor 2013? Op deze wijze kan jaarlijks op dezelfde schaal de voortgang worden afgelezen op het niveau van de visie of succesfactor. Op de volgende pagina’s van dit document staat de voortgang van de uitvoeringsagenda van de Havenvisie 2030 per actie weergegeven, uitgedrukt in resultaten voor output en inzet. Het volledige verslag van de voortgangsmeting staat in het ‘Achtergronddocument voortgang uitvoeringsagenda Havenvisie 2030’.
Regie groep
Voortgangsreview door expertteams
Global Hub
HbR • Gemeente • Deltalinqs • Rijkswaterstaat
Europe’s Industrial Cluster
HbR • Gemeente • Deltalinqs • Provincie Zuid-Holland
Succesfactoren
Project groep
Investeringsklimaat
HbR • Gemeente • Deltalinqs
Ruimte
HbR • Gemeente • Deltalinqs • Provincie Zuid-Holland
Bereikbaarheid
HbR • Gemeente • Deltalinqs • Rijkswaterstaat • Provincie Zuid-Holland
Scheepvaart
DHMR • Gemeente • Deltalinqs • Rijkswaterstaat
Wet- en regelgeving
HbR • Gemeente • Deltalinqs
Leefomgeving
HbR • DCMR • Deltalinqs • Provincie Zuid-Holland
Stad en regio
HbR • Gemeente • Deltalinqs
Werk
HbR • Gemeente • Deltalinqs • KMR
Innovatie
HbR • Gemeente • Deltalinqs
Europa
HbR • Gemeente • Deltalinqs
uitvoering projecten
Voortgangsrapportage 2013 Havenvisie 2030 16 mei 2013
De samenstelling van de projectgroep en de expertteams zoals hierboven weergegeven is de indeling van mei 2012 en kan in de toekomst wijzigen.
33
Voor de global hub
Visie 2030
Rotterdam is in 2030 Europa’s belangrijkste haven- en industriecomplex. Het is een ijzersterke combinatie van Global Hub en Europe’s Industrial Cluster, die beide koploper zijn op het gebied van efficiëntie en duurzaamheid. Rotterdam is nauw verbonden met Noordwest-Europese industriële en logistieke knooppunten. Toonaangevende bedrijven investeren blijvend in de meest moderne facilititeiten. Nauwe samenwerking tussen bedrijven, overheden en kennis-instellingen leidt tot een hoogwaardige arbeidsmarkt en leefomgeving en uitmuntende bereikbaarheid. Aanpassingsvermogen is het handelsmerk. Hierdoor is het complex in 2030 een belangrijke pijler onder de welvaart van de regio, Nederland en Europa.
Wat gaan We doen om de havenvisie 2030 te realiseren?
Voor beIde
Voor europe’s IndustrIal cluster 34
De overslagcapaciteit vergroten en de hubfunctie uitbouwen. De verbinding met multimodale vervoersknooppunten in het achterland verbeteren. De efficiëntie van de logistieke ketens verbeteren. Informatiestromen verbeteren. De ecologische footprint van logistieke ketens minimaliseren. Hoogwaardige havengerelateerde activiteiten aantrekken.
InVesterIngsklImaat
ruImte
bereIkbaarheId
scheepVaart Wet- en regelgeVIng
mIlIeu, VeIlIgheId en leefomgeVIng
stad en regIo
Werk
InnoVatIe
europa
De prijs-kwaliteitverhouding van de Rotterdamse haven verbeteren. Inspecties en toezicht verbeteren. Klantvriendelijke overheid realiseren, die snel en bedrijfsmatig functioneert. Gezamenlijk acquireren. Het aandeel geschillenbeslechting volgens Nederlands recht in (inter-)nationale shipping contracten vergroten. De ruimte efficiënter benutten. Stadshavens herontwikkelen. Flexibiliteit houden in de ruimtelijke ontwikkeling van de haven. Ruimte voor mogelijk toekomstig gebruik reserveren. Infrastructuur beter benutten. Het hoofdwegennet ontlasten. Infrastructuur uitbreiden en knelpunten verhelpen. De vaartijden van zeeschepen optimaliseren. Het hoge veiligheidsniveau voor de scheepvaart handhaven. De kwaliteit van wet- en regelgeving verhogen, door omgevingsrecht te vernieuwen. Het hoge veiligheidsniveau voor omwonenden handhaven. De milieugebruiksruimte efficiënt gebruiken. Verbeteren kwaliteit leefomgeving. De gezondheidsrisico’s verminderen. Milieu-emissies beperken. Dubbele doelstelling: de kwaliteit van de leefomgeving én de kwaliteit van de haven verbeteren. Wonen en werken in en rond de haven aantrekkelijker maken. Jongeren interesseren voor de haven. In- en uitstroom van technische en logistieke opleidingen vergroten. Aantrekkelijk werkgeverschap stimuleren. De personeelsbehoefte en het aanbod strategisch plannen. Het kennisniveau verhogen. Mogelijkheden voor het toepassen van nieuwe kennis vergroten. Innovatieprioriteiten stellen. Krachtig Europees beleid voeren en instituties ontwikkelen. Een efficiënt Europees transport- en logistiek systeem realiseren. Positie van het Havenbedrijf Rotterdam versterken als ondernemende ontwikkelaar voor Europees havenbeleid en -regelgeving. Beïnvloeden van Europees beleid en regelgeving gericht op ontwikkeling van een duurzame haven en industrieel complex. Industrie- en energiepolitiek voeren op Europees niveau. De industrie in Rotterdam clusteren. De Rotterdamse industrie met Moerdijk, Antwerpen, Vlissingen en Terneuzen verbinden. Energie opwekken met een hoger aandeel hernieuwbare grondstoffen. Faciliteiten voor afvang, opslag en transport van en handel in CO2 creëren. Biobased chemie ontwikkelen. De productiecapaciteit vergroten en productieassets vernieuwen. Hoogwaardige industriegerelateerde activiteiten in de regio aantrekken.
35
Status acties Global Hub
De overslagcapaciteit vergroten en De hubfunctie uitbouwen
Visie
Rotterdam is in 2030 het toonaangevende Europese knooppunt voor mondiale en intra-Europese goederenstromen. Dé Global Hub van Europa voor containers, fuel- en energy-stromen.Rotterdam vormt met het achterland een geïntegreerd netwerk. Rotterdam is koploper op het gebied van duurzame en efficiënte ketens.
De verbinDing met multimoDale vervoersknooppunten in het achterlanD verbeteren
De efficiëntie van De logistieke ketens verbeteren
Global Hub informatiestromen verbeteren
De ecologische footprint van logistieke ketens minimaliseren
hoogwaarDige havengerelateerDe activiteiten aantrekken
36
wAT IS VOLGENS hET ExPERTTEAM DE VOORTGANG OP: OuTPuT
legenDa
INzET
OuTPuT
Verhogen van de terminal productiviteit.
n.v.t.
0
100
Realiseren van een crude-oil hub.
n.v.t.
0
100
Realiseren van een LNG-hub.
n.v.t.
0
100
Realiseren van een terminal voor biomassa-overslag.
n.v.t.
0
100
Optimaliseren van de interne containerlogistiek op de Maasvlakte.
n.v.t.
0
100
0
25
50
75 100
De kans dat het beoogde outputresultaat voor september 2013 volledig wordt gehaald (in procenten). n.v.t.
Voor dit jaar is geen output beoogd. INzET
Verbeteren van de kwaliteit, efficiency en capaciteit van multimodale inland terminals.
0
100
Verbeteren van de frequentie en de betrouwbaarheid van spoor- en binnenvaartdiensten en vergroten van het aantal bestemmingen in het achterland.
0
100
Meer extended gates in het achterland ontwikkelen, zodat administratieve- en douanehandelingen op meer locaties plaats kunnen vinden.
0
100
Samen met andere zeehavens het Europese achterland ontwikkelen.
n.v.t.
n.v.t.
25 50 75 100
het deel van de beoogde inzet dat voor september 2013 daadwerkelijk wordt gerealiseerd (in procenten). n.v.t.
Voor dit jaar is geen inzet beoogd.
Ontwikkelen van corridormanagement op internationale vaarwegen door samenwerking tussen internationale vaarwegbeheerders.
n.v.t.
0
100
Versnellen turnaround van zeeschepen door de ontwikkeling van een pitstopbenadering.
n.v.t.
0
100
0
100
0
100
n.v.t.
Bundeling van lading op rail- of barge service centra voor vervoer van en naar het achterland. Klantvriendelijker en efficiënter maken van overheidsinspecties, toezicht en controle voor tankopslag.
n.v.t.
Ontwikkelen van een nationaal Port Community Systeem.
0
100
Ontwikkelen van een samenhangend informatiesysteem tussen mondiale zeehavens.
n.v.t.
0
100
Inrichten van een open ICT-platform voor naadloze informatievoorziening in het logistieke systeem (Actie 1 Agenda Topsector Logistiek).
n.v.t.
0
100
Modal shift afspraken maken met nieuwe en bestaande terminals.
0
100
Eisen stellen aan de emissies van vrachtwagens, treinen, zee- en binnenvaart.
0
100
0
100
Ontwikkelen van small scale LNG en van aanbod van LNG als bunkerbrandstof.
0
100
Intensivering van het gebruik van walstroom door binnenvaart- en ferryschepen.
0
100
0
100
0
100
0
100
Stimuleren van gebruik van biobrandstoffen voor transport.
Doorontwikkelen van een mondiale marktplaats voor prijsbepaling van non-ferro metalen, minerale olieproducten en biomassa.
n.v.t.
n.v.t.
Aantrekken van hoogwaardige gespecialiseerde logistieke servicebedrijven. Versterken van de business community (handel, financieel, ingenieurs, legal, IT) rondom logistiek.
n.v.t.
n.v.t.
Als er voor een actie dit jaar geen output en geen inzet zijn beoogd, is deze actie voor dit jaar niet relevant. Meer informatie over Meer informatie over hoehet hetExpertteam Expertteam de hoe de voortgangmeet? meet? Zie zie blz blz xx voortgang 30
37
Status acties Europe’s Industrial Cluster
De inDustrie in rotterDam clusteren
De rotterDamse inDustrie met moerDijk, antwerpen, Vlissingen
Visie
en terneuzen VerbinDen
Het Rotterdamse industriële en energiecomplex functioneert in 2030 als een geïntegreerd cluster met Antwerpen en is daarmee het grootste, meest moderne en meest duurzame petrochemie- en energiecomplex van Europa. Dit complex concurreert op wereldschaal door de grote clustervoordelen, geïntegreerde supply chains en energie-efficiëntie. De transitie naar duurzame energieopwekking en biobased chemicals is in volle gang.
energie opwekken met een hoger aanDeel hernieuwbare gronDstoFFen
EuropE’s IndustrIal ClustEr
Faciliteiten Voor aFVang, opslag en transport Van en hanDel in co2 creëren
biobaseD chemie ontwikkelen
De proDuctiecapaciteit Vergroten en proDuctieassets Vernieuwen
hoogwaarDige inDustriegerelateerDe actiViteiten in De regio aantrekken
38
wAT IS VOlgEnS HET ExPERTTEAM DE VOORTgAng OP: OUTPUT
Aanleggen van verbindende pijpleidingen tussen bedrijven in Rotterdam.
legenDa
InzET
OUTPUT
0
100
Realiseren van co-siting.
0
100
Hergebruiken van afval- en reststoffen.
0
100
Stimuleren van supply chain-integratie tussen bedrijven.
0
100
Verhogen van de betrouwbaarheid van het hoogspanningsnet.
0
100
n.v.t.
0
25
50
75 100
De kans dat het beoogde outputresultaat voor september 2013 volledig wordt gehaald (in procenten). n.v.t.
Realisatie van een optimale utility infrastructuur.
n.v.t.
0
100
Voor dit jaar is geen output beoogd.
Pijpleidingen aanleggen tussen Antwerpen, Terneuzen, Vlissingen, Moerdijk en Rotterdam.
n.v.t.
0
100
InzET
Realiseren van volledig hergebruik van restwarmte.
0
100
Benutten van industriële restwarmte voor stedelijke toepassing en in de tuinbouw.
0
100
25 50 75 100
Het deel van de beoogde inzet dat voor september 2013 daadwerkelijk wordt gerealiseerd (in procenten).
Optimaliseren van de energie-efficiëntie van de industrie in de haven.
n.v.t.
0
100
Ontwikkelen van nieuwe opslagtechnologie voor energie.
n.v.t.
0
100
n.v.t.
Realiseren van smart grids voor elektriciteit.
n.v.t.
0
100
Verhogen van de bijstook van biomassa in kolencentrales.
Voor dit jaar is geen inzet beoogd.
n.v.t.
0
100
De Stoompijp Botlek realiseren.
0
100
Realiseren van stoomnetwerken.
0
100
n.v.t.
Uitbreiden van opwekkingscapaciteit zonne-energie.
n.v.t.
0
100
Uitbreiden van opwekkingscapaciteit windenergie.
n.v.t.
0
100
Realiseren van CO2-afvang bij energiecentrales en open access infrastructuur voor CO2-transport en -opslag.
0
100
Realiseren van CO2-afvang in energie-intensieve industrie.
0
100
Implementeren en toepassen van een CO2-emissiehandelssysteem.
0
100
Creëren van nieuwe afzetmogelijkheden voor afgevangen CO2.
n.v.t.
0
100
Mogelijkheden creëren voor permanente CO2-opslag in (lege) offshore gas- en olievelden.
n.v.t.
0
100
Stimuleren van productie van tweede generatie biobrandstoffen.
n.v.t.
0
100
0
100
0
100
Ontwikkelen van een biobased chemiecluster. Realiseren van een synthesegascluster op basis van biomassa, kolen en olieresidu met CCS (CO2 -opvang en -opslag).
n.v.t.
Importeren van gecertificeerde biomassa.
0
100
Verlagen van de importheffingen op grondstoffen voor biobased chemie.
n.v.t.
0
100
Doorontwikkelen van technologie voor de productie van tweede en derde generatie chemicaliën.
n.v.t.
0
100
Moderniseren van petrochemie en raffinage.
n.v.t.
0
n.v.t.
100
Extra productiecapaciteit bouwen.
n.v.t.
0
n.v.t.
100
Verhogen van het productieaandeel van laagzwavelige brandstoffen.
0
n.v.t.
Als er voor een actie dit jaar geen output en geen inzet zijn beoogd, is deze actie voor dit jaar niet relevant. Meer informatie over Meer informatie over hoehet hetExpertteam Expertteam de hoe de voortgangmeet? meet? Zie zie blz blz xx voortgang 30
100
Aantrekken van gespecialiseerde servicebedrijven.
n.v.t.
0
n.v.t.
100
Versterken van de industriële dienstverlening.
n.v.t.
0
n.v.t.
100
Versterken van de business community (handel, financieel, ingenieurs, legal, IT) rondom industrie.
n.v.t.
0
100
39
Status acties investeringsklimaat De prijs-kwaliteitverhouDing van De rotterDamse haven verbeteren Ambitie
De Rotterdamse haven wil tot 2030 € 25 tot 35 miljard aan private investeringen aantrekken van bedrijven die leidend zijn in hun markt. inspecties en toezicht verbeteren
investeringsklimaat
klantvrienDelijke overheiD realiseren, Die snel en beDrijfsmatig functioneert
gezamenlijk acquireren
het aanDeel geschillenbeslechting volgens neDerlanDs recht in (inter)nationale shipping contracten vergroten
40
wAt IS VoLGENS HEt ExpERttEAM DE VooRtGANG op: oUtpUt
Gematigde ontwikkeling van zeehavengelden, rekening houdend met de economische situatie.
legenDa oUtpUt
INZEt 0
100
Gematigde ontwikkeling van huurtarieven voor grond, rekening houdend met de economische situatie.
n.v.t.
0
100
Gematigde ontwikkeling van de kosten van havendienstverlening.
n.v.t.
0
100
Gematigde ontwikkeling van de publieke lasten.
n.v.t.
0
100
0
25
50
75 100
De kans dat het beoogde outputresultaat voor september 2013 volledig wordt gehaald (in procenten). n.v.t.
Voor dit jaar is geen output beoogd. INZEt
Versnellen en beperken van de inspecties van schip, lading en beveiliging (‘high trust benadering’).
n.v.t.
0
25 50 75 100
100
Het deel van de beoogde inzet dat voor september 2013 daadwerkelijk wordt gerealiseerd (in procenten). n.v.t.
Eén loket oprichten voor havenvergunningaanvragen.
n.v.t.
0
100
Versnellen van de bestuurlijke besluitvorming.
n.v.t.
0
100
Voorkomen van tegenstrijdige eisen bij vergunningtrajecten.
n.v.t.
0
De brandweer integraal betrekken bij vergunningverlening. Uitvoeren van het programma ‘Eenvoudig Beter’.
0 n.v.t.
0
100 n.v.t.
100 100
Voor dit jaar is geen inzet beoogd.
n.v.t.
n.v.t.
Als er voor een actie dit jaar geen output en geen inzet zijn beoogd, is deze actie voor dit jaar niet relevant. Meer informatie over Meer informatie over hoehet hetExpertteam Expertteam de hoe de voortgangmeet? meet? Zie Zie blz blz xx voortgang 30
Gezamenlijke acquisitie van havengerelateerde zakelijke dienstverlening, hoofdkantoren en shared service centra met NFIA, RIA en HbR.
n.v.t.
0
100
Zorgen voor een aantrekkelijk fiscaal klimaat.
n.v.t.
0
100
0
100
0
100
Maken van gebiedskaarten van de havenregio waarop investeringsopties staan weergegeven.
Stimuleren van een bewuste keuze voor Nederlands recht, arbitrage en contracten (‘Leave your legal footprint in Rotterdam’).
n.v.t.
41
Status acties Ruimte
DE RUIMTE EFFICIËNTER BENUTTEN
Ambitie
De Rotterdamse haven wil ruimte voor groei bieden aan bedrijven van wereldklasse in containers, brandstoffen en energie. Uitgangspunt is dat deze groei volledig wordt gerealiseerd binnen het bestaande havengebied, inclusief Maasvlakte 2, Dordrecht en Moerdijk, zodat Maasvlakte 3 zeker tot 2030 niet nodig is.
STADSHAVENS HERONTWIKKELEN
RUIMTE
FLEXIBILITEIT HOUDEN IN DE RUIMTELIJKE ONTWIKKELING VAN DE HAVEN
RUIMTE VOOR MOGELIJK TOEKOMSTIG GEBRUIK RESERVEREN
42
WAT IS VOLGENS HET EXPERTTEAM DE VOORTGANG OP: OUTPUT
LEGENDA
INZET
OUTPUT
Geschikt maken van braakliggende en extensief gebruikte terreinen voor overslag.
n.v.t.
0
100
Realiseren van nautische ontsluiting voor ‘droge’ haventerreinen.
n.v.t.
0
100
Verbeteren van de nautische bereikbaarheid van de Botlek.
n.v.t.
0
100
Stimuleren van gebruik van bedrijfsterreinen, kades en steigers door meerdere bedrijven.
n.v.t.
0
100
Vergroten van de overslagcapaciteit aan boeien en palen.
n.v.t.
0
100
Gezamenlijk beheer en ontwikkeling van de haven- en industriecomplexen van Rotterdam, Moerdijk en Dordrecht.
0
100
Uitbreiden van het cluster voor natte bulk en breakbulk in de haven van Dordrecht.
n.v.t.
0
100
Voldoende ruimte aanwijzen voor droge bedrijventerreinen voor havengerelateerde activiteiten in de regio.
n.v.t.
0
100
0
25
50
75 100
De kans dat het beoogde outputresultaat voor september 2013 volledig wordt gehaald (in procenten). n.v.t.
Voor dit jaar is geen output beoogd. INZET 25 50 75 100
Het deel van de beoogde inzet dat voor september 2013 daadwerkelijk wordt gerealiseerd (in procenten).
Herontwikkelen van de Waalhaven West en Eemhaven tot breakbulk- en shortseahub.
n.v.t.
0
100
Realiseren van Rotterdam Cool Port.
n.v.t.
0
100
Verdere herontwikkeling van RDM-locatie.
0
100
Herontwikkeling van de Oost- en Zuidzijde van de Waalhaven tot aantrekkelijke vestigingsplaats voor maritieme industrie en nautische en zakelijke dienstverlening.
0
100
0
100
Transformeren van de Vierhavens en Merwehaven tot een gebied met stedelijke economische functies.
n.v.t.
Gefaseerde aanleg van de tweede Maasvlakte.
0
100
Ruimte vrijhouden voor strategische reserves.
0
100
Ontwerpen van flexibele bestemmingsplannen.
0
100
Realiseren van aanvullend gebruik van de Slufter.
n.v.t.
0
Reserveren van ruimte voor, en onderzoek doen naar veilige en duurzame overslag in de Voordelta.
n.v.t.
0
Ruimte reserveren voor de Oranjetunnel aan weerszijden van de Nieuwe Waterweg.
0
Ruimte reserveren op Voorne Putten voor een pijpleidingtracé naar Antwerpen, Moerdijk en Terneuzen.
0
n.v.t.
Voor dit jaar is geen inzet beoogd.
n.v.t.
n.v.t.
Als er voor een actie dit jaar geen output en geen inzet zijn beoogd, is deze actie voor dit jaar niet relevant. Meer informatie informatie over over Meer hoehet hetExpertteam Expertteam de hoe de voortgangmeet? meet? Zie Zie blz blz 30 xx voortgang
100 n.v.t.
100 100
n.v.t.
100
43
Status acties Bereikbaarheid
Ambitie
In 2030 is het haven- en industriecomplex met alle vier de achterlandmodaliteiten (binnenvaart, spoor, weg en pijpleiding) snel, betrouwbaar en robuust bereikbaar.
Infrastructuur beter benutten
BereikBaarheid
Het Hoofdwegennet ontlasten
Infrastructuur uItbreIden en knelpunten verHelpen
44
wAT IS VOLGEnS HET ExPERTTEAM DE VOORTGAnG OP: OuTPuT
Realiseren van een modal shift (verschuiving van vervoer over de weg naar spoor en binnenvaart).
legenda
InZET
OuTPuT
0
100
Ontwikkelen van verkeersmanagement op de ruit van Rotterdam conform ‘model Verkeersonderneming’.
n.v.t.
0
100
Verbeteren van het verkeersmanagement op de havenspoorlijn en Betuweroute via Keyrail.
n.v.t.
0
100
De bevaarbaarheid van rivieren bij extreem hoog- en laagwater op peil houden, bijvoorbeeld door rekening te houden met brughoogtes.
n.v.t.
0
Optimaliseren van het veiligheidsregime op de Betuweroute (blokverdichting).
n.v.t.
0
Een synchromodaal transportsysteem ontwikkelen (Actie 2 Agenda Topsector Logistiek).
n.v.t.
100
n.v.t.
100
n.v.t.
100
n.v.t.
0
Realiseren van voldoende binnenvaart, rail- en feederfaciliteiten.
n.v.t.
0
25
50
75 100
n.v.t.
100
0
Ontwikkelen sturingselementen voor het voorkomen van onnodig en leeg transport.
0
De kans dat het beoogde outputresultaat voor september 2013 volledig wordt gehaald (in procenten).
Voor dit jaar is geen output beoogd. InZET
100
25 50 75 100
Het deel van de beoogde inzet dat voor september 2013 daadwerkelijk wordt gerealiseerd (in procenten).
Invoeren van financiële prikkels voor het spreiden van het personen- en vrachtverkeer op de weg.
n.v.t.
Optimaliseren van het personenvervoer in en tussen Voorne Putten, de Rijnmond en Haaglanden.
n.v.t.
0
100
Ontwikkelen van nieuwe concepten voor personenvervoer in de haven.
n.v.t.
0
100
Realiseren van een fijnmazig regionaal netwerk van fietspaden.
n.v.t.
0
100
0
n.v.t.
100
Voor dit jaar is geen inzet beoogd.
n.v.t.
n.v.t.
Als er voor een actie dit jaar geen output en geen inzet zijn beoogd, is deze actie voor dit jaar niet relevant.
Vergroten van de capaciteit van de Volkerak- en Kreekraksluizen tussen Rotterdam en Antwerpen.
n.v.t.
0
Tijdig realiseren van de A4 Zuid.
n.v.t.
0
n.v.t.
100
De Blankenburgtunnel aanleggen.
0
n.v.t.
100
Realiseren van de A13/A16.
0
n.v.t.
100
Een alternatief ontwikkelen voor de huidige Calandspoorbrug.
0
100
De aansluiting van de Betuweroute op het spoornet in Duitsland realiseren volgens planning.
0
100
Monitoren en voorkomen van knelpunten op de A15 (Papendrecht - Gorinchem).
0
100
0
100
Monitoren en voorkomen van knelpunten in het achterland: spoor-bypass Dordrecht. Realiseren van Rijksprogramma Hoogfrequent Spoor.
n.v.t.
100
100
0
Voldoende railemplacementen in de haven tot stand brengen, inclusief Moerdijk.
0
Een gemeenschappelijke visie opstellen op een kernnetwerk van (inter)nationale verbindingen en multimodale knooppunten (Actie 3 Agenda Topsector Logistiek).
0
Meer informatie over Meer informatie over hoehet hetExpertteam Expertteam de hoe de voortgangmeet? meet? Zie Zie blz blz xx voortgang 30
n.v.t.
100
100
45
Status acties Scheepvaart
Ambitie
De haven van Rotterdam is in 2030 koploper in de wereld op het gebied van duurzaamheid, efficiency en veiligheid van de scheepvaart.
De vaartijDen van zeeschepen optimaliseren
Scheepvaart het hoge veiligheiDsniveau voor De scheepvaart hanDhaven
Status acties Wet- en regelgeving
Ambitie
Snelle, duidelijke en bovenal zekere besluitvorming rondom ruimte, milieu en natuur zodat het havenbedrijfsleven en de omgeving zekerheid hebben over de (on)mogelijkheden van de inrichting en het gebruik van de haven. De toegestane hoeveelheid geluid, de toegestane emissies naar lucht, bodem en water, de contouren voor externe veiligheid en de mogelijke effecten op natuurwaarden zijn eenduidig in beeld en bepalen de milieugebruiksruimte van de haven. De rechtsbescherming van de burger verslechtert hierbij niet.
46
Wet- en regelgeving
Kwaliteit van wet- en regelgeving verhogen, Door omgevingsrecht te vernieuwen
wat IS VOLGENS HEt ExpERttEaM DE VOORtGaNG Op: Output
Optimaliseren scheepsafwikkeling en samenwerking in het gebied van de rede van Rotterdam tot en met Moerdijk.
legenDa
INzEt
Output
0
100
Optimaliseren van de nautische keten (Schip Centraal).
n.v.t.
0
100
Optimaliseren van ketencoördinatie van de containerbinnenvaart (NextLogic).
n.v.t.
0
100
Ontwikkelen van verkeersmanagement voor de binnenvaart tussen Rotterdam en Duitsland en Rotterdam en België.
n.v.t.
0
100
0
25
50
75 100
De kans dat het beoogde outputresultaat voor september 2013 volledig wordt gehaald (in procenten). n.v.t.
Voor dit jaar is geen output beoogd.
Internationale overeenstemming bereiken over ruimtelijke planning op de Noordzee. Versterken van samenwerking bij interregionale incidentenbestrijding.
n.v.t.
0
Verbeteren van informatie-uitwisseling tussen publieke organisaties.
n.v.t.
0
100
Hervormen van de loodsplicht (aanpassen van regels over verplicht gebruik van de loods).
n.v.t.
0
100
0
100
Ontwikkelen en implementeren veiligheidsbeleid voor LNG als brandstof. Engels als voertaal invoeren voor communicatie met al het scheepvaartverkeer.
n.v.t.
Ontwikkeling van nieuwe, snelle en veiligere afmeertechnieken.
0
INzEt
100
0 n.v.t.
n.v.t.
0
25 50 75 100
100
100 100
Het deel van de beoogde inzet dat voor september 2013 daadwerkelijk wordt gerealiseerd (in procenten). n.v.t.
Voor dit jaar is geen inzet beoogd.
n.v.t.
n.v.t.
als er voor een actie dit jaar geen output en geen inzet zijn beoogd, is deze actie voor dit jaar niet relevant. Output
INzEt
Nederlandse regels niet strenger maken dan de Europese regels.
0
100
Besluitvorming laten verlopen via één omgevingsplan voor én ruimtelijke én milieu- en natuurkaders.
0
100
Versnellen van juridische procedures over ruimtelijke ordening en vergroten van de rechtszekerheid.
0
100
Voorkomen en schrappen van overbodige regels.
n.v.t.
0
n.v.t.
Meer informatie informatie over over Meer hoehet hetExpertteam Expertteam de hoe de voortgangmeet? meet? Zie zie blz blz xx voortgang 30
100
47
Status acties Milieu, veiligheid en leefomgeving Het Hoge veiligHeidsniveau voor omwonenden HandHaven Ambitie
Het Rotterdamse haven- en industriegebied, inclusief de zeehavens van Dordrecht en Moerdijk, is in 2030 het meest duurzame van de wereld. De kwaliteit van de leefomgeving is dan aantoonbaar verbeterd. Dat komt onder andere door verbetering van de lokale luchtkwaliteit als gevolg van daling van het achtergrondniveau én door vermindering van de uitstoot in het haven- gebied zelf, met name van fijnstof en NOx. Daarnaast is de door omwonenden ervaren overlast op het gebied van vooral geluid, stank en externe veiligheid (inclusief bereikbaarheid / vluchtroutes) aangepakt.
de milieugebruiksruimte efficiënt gebruiken
Milieu, Veiligheid en leefoMgeVing
verbeteren kwaliteit leefomgeving
de gezondHeidsrisico’s verminderen
milieu-emissies beperken
dubbele doelstelling: de kwaliteit van de leefomgeving én de kwaliteit van de Haven verbeteren
48
wAT IS VOLgENS HET ExPERTTEAM dE VOORTgANg OP:
Een deltabeslissing nemen die bescherming biedt tegen hoogwater en de bereikbaarheid en zoetwatervoorziening van de haven garandeert. Verkleinen van externe veiligheidsrisico’s voor groepen bij ruimtelijke planvorming.
legenda
OUTPUT INZET wAT IS VOLgENS HET ExPERTTEAM n.v.t. 0 100 dE VOORTgANg OP: n.v.t. OUTPUT
0
Een deltabeslissing nemen die bescherming biedt tegen hoogwater de bereikbaarheid en zoetwatervoorziening van de haven garandeert. Clusteren van risicovolle bedrijvigheid om onnodige blootstelling te en verminderen.
n.v.t.
0
100
Verkleinen van externe veiligheidsrisico’s voor groepen bij ruimtelijke planvorming.
n.v.t.
0
100
Clusteren van risicovolle bedrijvigheid om onnodige blootstelling te verminderen.
n.v.t.
0
100
Eenduidige bepaling van de milieugebruiksruimte.
n.v.t.
0
100
Inrichten van de milieugebruiksruimte via het HIC-omgevingsplan.
n.v.t.
0
100
Eenduidige de milieugebruiksruimte. Ontwikkelenbepaling van een van interactief milieu-informatiesysteem.
n.v.t.
0
100
Inrichten van de milieugebruiksruimte via het HIC-omgevingsplan.
n.v.t.
0
100
0
100
0
100
Hotspots aanpak: minimaliseren van overlast van stank en stof voor omwonenden.
0
100
Hotspots geluidsoverlast voorbetrekking omwonenden. Toepassenaanpak: van eenminimaliseren bufferconceptvan rondom de haven met tot wonen en werken ter verbetering van het woon- en leefklimaat.
0
100
0
100
Ontwikkelen van een interactief milieu-informatiesysteem. Hotspots aanpak: minimaliseren van geluidsoverlast voor omwonenden.
INZET
100
Hotspots aanpak: minimaliseren van stank en stof voor omwonenden. Zoeken naar mogelijkheden voorvan het overlast samengaan van stad en haven in de Vierhavens en Merwehaven als onderdeel van Stadshavens.
n.v.t.
Toepassen vanvan eenhet bufferconcept rondom de haven met betrekking tot wonen en werken ter verbetering van het woon- en leefklimaat. Verminderen aantal incidenten waarbij milieuhinder door binnenvaart optreedt.
n.v.t.
0
100
Zoeken naar mogelijkheden voor het samengaan van stad enoptreedt haven indoor de Vierhavens als onderdeel van Stadshavens. Verminderen van het aantal incidenten waarbij milieuhinder activiteiten en op Merwehaven land.
n.v.t.
0
100
Verminderen van het aantal incidenten waarbij milieuhinder door binnenvaart optreedt.
n.v.t.
0
100
Verminderen van het aantal incidenten waarbij milieuhinder optreedt door activiteiten op land. Een gezondheidseffect-screening een vast onderdeel maken bij het opstellen van ruimtelijke plannen.
0
100
0
100
Een gezondheidseffect-screening een vast onderdeel maken bij het opstellen van ruimtelijke plannen.
0
100
Schone technologie toepassen in bestaande bedrijven.
n.v.t.
0
Continueren van het samenwerkingsverband RCI (Rotterdam Climate Initiative).
n.v.t.
0
Schone technologie toepassen bestaande Uitvoeren van het project lage in NO -bronnen.bedrijven. x
n.v.t.
Continueren vanhethetRegionaal samenwerkingsverband RCI (Rotterdam Climate Initiative). Uitvoering van en Rotterdams Actieprogramma Luchtkwaliteit (RAP/RAL).
n.v.t.
Uitvoeren project lageenNO -bronnen. Verplichtenvan vanhet dampretourdampverwerkingsystemen. x Uitvoering van het Regionaal en Rotterdams Actieprogramma Luchtkwaliteit (RAP/RAL).
n.v.t.
100
0
25
50
75 100
de kans dat het beoogde OUTPUT outputresultaat voor 0 25r 2013 50 75volledig 100 septembe wordt gehaald (in procenten). de kans dat het beoogde outputresultaat voor n.v.t. september 2013 volledig dit jaar is geen wordtVoor gehaald (in procenten). output beoogd. n.v.t.
Voor ditINZET jaar is geen output beoogd. 25 50 75 100
Het deel van de beoogde INZET inzet dat voor september 25 50 75 100 2013 daadwerkelijk wordt gerealiseerd (in procenten). Het deel van de beoogde inzet dat voor september n.v.t. 2013 daadwerkelijk wordt Voor dit jaar is geen gerealiseerd (in procenten). inzet beoogd. n.v.t.
Voor dit jaar is geen n.v.t. n.v.t. inzet beoogd. Als er voor een actie dit jaar geen output en geen n.v.t. n.v.t.zijn beoogd, inzet is deze actie voor dit jaar niet Als er voor een actie dit relevant. jaar geen output en geen inzet zijn beoogd, isover deze Meer informatie Meer informatie actie voor dit jaarover niet hoe het Expertteam hoe hetrelevant. Expertteam de de voortgang meet? Zie Zie blz blz xx voortgang meet? 30 Meer informatie over hoe het Expertteam de voortgang meet? Zie blz xx
100
0
n.v.t.
100
0
n.v.t.
100
n.v.t.
0
n.v.t.
100
n.v.t.
0
n.v.t.
100
Verplichten van dampretour- en dampverwerkingsystemen.
OUTPUT legenda
0
100
Een kwaliteitsimpuls geven aan leefbaarheid, natuur èn haven.
n.v.t.
0
100
Een kwaliteitsimpuls geven aan leefbaarheid, natuur èn haven.
n.v.t.
0
100
49
Status acties Stad en regio
Ambitie
In 2030 kenmerken zowel de stad Rotterdam als de regio Rijnmond zich door de hoge kwaliteit en de grote variatie aan woonmilieus. Het stedelijke vestigingsklimaat is in 2030 mondiaal concurrerend en voldoet aan de verwachtingen van de top van het internationale bedrijfsleven. Rotterdam is in 2030 het mondiaal toonaangevende kennis- en handelscentrum dat aansluit bij de Global Hub en Europe’s Industrial Cluster.
Stad en regio
Wonen en Werken in en rond de haven aantrekkelijker maken
jongeren interesseren voor de haven
Status acties Werk in- en uitstroom van technische en logistieke opleidingen vergroten
Ambitie
De bedrijven in de haven kunnen in 2030 op alle niveaus aan goed gekwalificeerd personeel komen. Werken in de haven is populair en onderwijs en havenbedrijfsleven sluiten goed op elkaar aan.
Werk aantrekkelijk Werkgeverschap stimuleren
de personeelsbehoefte en het aanbod strategisch plannen
50
wAt IS VOlGenS Het expeRtteAm de VOORtGAnG Op: OUtpUt
legenda
Inzet
OUtpUt
Uitvoeren van de acties uit de Stadsvisie van Rotterdam.
n.v.t.
0
100
Ontwikkelen van een integraal stedelijk en regionaal woningbouwprogramma.
n.v.t.
0
100
Verbeteren van de kwaliteit van de openbare ruimte in de haven, regio en Rotterdam.
0
100
Verbeteren van groen- en recreatievoorzieningen in en om de haven.
n.v.t.
0
100
Realiseren van goede voorzieningen voor de internationale gemeenschap.
n.v.t.
0
Versterken van de economische synergie tussen stad en haven.
n.v.t.
0
n.v.t.
0
50
75 100
n.v.t.
100 100
25
de kans dat het beoogde outputresultaat voor september 2013 volledig wordt gehaald (in procenten).
Voor dit jaar is geen output beoogd. Inzet 25 50 75 100
Het deel van de beoogde inzet dat voor september 2013 daadwerkelijk wordt gerealiseerd (in procenten). OUtpUt
Havenles opnemen in het onderwijscurriculum op alle basis- en middelbare scholen in de regio Rotterdam. Organiseren van evenementen om jongeren kennis te laten maken met de haven in al zijn facetten.
Inzet 0
n.v.t.
0
n.v.t.
100 n.v.t.
Voor dit jaar is geen inzet beoogd.
100
n.v.t.
Realiseren van een aantrekkelijke, state-of-the-art leeromgeving van technische en havengerichte opleidingen.
0
100
0
100
0
100
0
100
0
100
Aansluiten van vraag en aanbod van arbeid in de haven.
0
100
Ontwikkeling van de arbeidsmarkt in de haven monitoren en lange termijn prognoses afgeven.
0
100
Informeel overleg opstarten tussen werkgevers, werknemers en overheden over lange termijn arbeidsvraagstukken.
0
100
Arbeidsmarktgericht opleiden: geleide beroepskeuze, eventueel met een numerus fixus systeem. Goede stagemogelijkheden bieden voor jongeren die een havengerelateerde opleiding volgen.
n.v.t.
Verbeteren van de zichtbaarheid van het havenbedrijfsleven en het carrièreperspectief in de haven.
Opzetten van sectorspecifieke HR-netwerken om aantrekkelijk werkgeverschap te stimuleren in het haven- en industriecomplex.
n.v.t.
n.v.t.
Als er voor een actie dit jaar geen output en geen inzet zijn beoogd, is deze actie voor dit jaar niet relevant. meer informatie over Meer informatie over hoehet hetExpertteam expertteam de hoe de voortgangmeet? meet? Zie zie blz blz xx voortgang 30
51
Status acties Innovatie
Ambitie
De haven van Rotterdam is in 2030 internationaal koploper op het gebied van ontwikkeling en toepassing van innovaties die bijdragen aan duurzame en efficiënte (productie)ketens en de veiligheid en bereikbaarheid van het havencomplex.
Het kennisniveau verHogen
InnovatIe MogelijkHeden voor Het toepassen van nieuwe kennis vergroten
innovatieprioriteiten stellen De partners van de Havenvisie hebben acht innovatieprioriteiten gesteld. De acties die nodig zijn om tot deze innovaties te komen staan elders in de uitvoeringsagenda uitgewerkt. Hiernaast staan de innovatieprioriteiten opgeschreven met tussen haakjes een verwijzing naar de acties die hierbij horen. Door de voortgang op deze acties te bekijken is de voortgang op deze innovatieprioriteiten af te lezen.
52
wat iS VolGenS Het expeRtteam De VooRtGanG op: output
Voortzetten van de havenleerstoelen en lectoraten aan hogeronderwijsinstellingen in Rotterdam en Delft. Gericht onderzoek doen op basis van concrete vragen uit het bedrijfsleven.
n.v.t.
legenda
inzet
output
0
100
0
100
0
25
50
75 100
De kans dat het beoogde outputresultaat voor september 2013 volledig wordt gehaald (in procenten). n.v.t.
Voor dit jaar is geen output beoogd. inzet 25 50 75 100
Stimuleren van jonge ondernemers om een bedrijf te starten in de haven. Creëren van speciale testlocaties waar innovaties ontwikkeld kunnen worden tegen gunstige voorwaarden.
0 n.v.t.
0
100 n.v.t.
100
Het deel van de beoogde inzet dat voor september 2013 daadwerkelijk wordt gerealiseerd (in procenten). n.v.t.
Voor dit jaar is geen inzet beoogd.
n.v.t.
De transitie naar biobased chemie. (Zie de acties bij de visie Europe’s Industrial Cluster) De verhoging van ruimteproductiviteit. (Zie de acties bij de succesfactor Ruimte) De vergroting van de energie-efficiency in industriële processen. (Zie de acties bij de visie Europe’s Industrial Cluster) Slim verkeers- en mobiliteitsmanagement voor weg, spoor en binnenvaart. (Zie de acties bij de succesfactor Bereikbaarheid) Het optimaliseren en verder digitaliseren van de logistieke keten. (Zie de acties bij de visie Global Hub) De verduurzaming van alle modaliteiten. (Zie de acties bij de visie Global Hub)
n.v.t.
als er voor een actie dit jaar geen output en geen inzet zijn beoogd, is deze actie voor dit jaar niet relevant. meer informatie over Meer informatie over hoehet hetExpertteam expertteam de hoe de voortgangmeet? meet? Zie zie blz blz xx voortgang 30
Carbon capture, transport en re-use. (Zie de acties bij de visie Europe’s Industrial Cluster) Voldoende uitstroom van gekwalificeerde jongeren uit het onderwijs voor het werk in de haven. (Zie de acties bij de succesfactor Werk)
53
Status acties Europa Krachtig EuropEEs bElEid voErEn En institutiEs ontwiKKElEn Ambitie
Europa heeft in 2030 een vitale economie, met als kenmerken de afwezigheid van interne grenzen, een uitgebreid netwerk van transport-assen en een gelijk speelveld voor bedrijven en havens. Krachtig Europees beleid, met dito instituties, op het vlak van mededinging, inno-vatie en economisch en monetair beleid zijn de peilers onder een competitief en welvarend Europa.
EEn Efficiënt EuropEEs transportEn logistiEK systEEm rEalisErEn
positiE van hEt havEnbEdrijf
Europa
rottErdam vErstErKEn als ondErnEmEndE ontwiKKElaar voor EuropEEs havEnbElEid En -rEgElgEving
bEïnvloEdEn van EuropEEs bElEid En rEgElgEving gEricht op ontwiKKEling van EEn duurzamE havEn- En industriEcomplEx
industriE- En EnErgiEpolitiEK voErEn op EuropEEs nivEau
54
wAT iS vOLGENS HET ExpERTTEAm dE vOORTGANG Op: OUTpUT
Gemandateerde Europese autoriteiten ontwikkelen op het gebied van financiën.
n.v.t.
lEgEnda
iNzET 0
OUTpUT 100
0
25
50
75 100
de kans dat het beoogde outputresultaat voor september 2013 volledig wordt gehaald (in procenten). n.v.t.
Realiseren van het TEN-T infrastructuurnetwerk.
0
100
Alle Europese spoor- en vaarwegen vrij toegankelijk maken voor alle marktspelers.
0
100
0
100
iNzET
0
100
25 50 75 100
0
100
Realiseren van uniformiteit van technische systemen op alle Europese spoor- en vaarwegen.
n.v.t.
Realiseren van een efficiënt en effectief douaneproces. Het realiseren van een level playing field voor Europese lidstaten bij mogelijke invoering van een systeem waarbij gebruikers betalen voor de infrastructuur.
n.v.t.
voor dit jaar is geen output beoogd.
Het deel van de beoogde inzet dat voor september 2013 daadwerkelijk wordt gerealiseerd (in procenten). n.v.t.
voor dit jaar is geen inzet beoogd.
Realiseren beleidsvrijheid havensector ten aanzien van EU wetgeving.
0
100
Creëren van een level playing field voor havenautoriteiten op het gebied van havenbeleid en governance.
0
100
n.v.t.
n.v.t.
Als er voor een actie dit jaar geen output en geen inzet zijn beoogd, is deze actie voor dit jaar niet relevant.
Creëren van een level playing field voor havenautoriteiten op het gebied van milieurichtlijnen.
0
100
Stimuleren van een omschakeling naar schone transportbrandstoffen zoals LNG.
0
100
Synchroniseren van de Nederlandse en Europese regels over het bijmengen van biobrandstoffen.
0
100
Opheffen van importheffingen voor biomassa.
n.v.t.
0
100
Blijven inzetten op sterke Europese industrieclusters.
n.v.t.
0
100
Bevorderen en hanteren van Europese duurzaamheidscriteria.
0
n.v.t.
meer informatie informatie over over Meer hoehet hetExpertteam Expertteam de hoe de voortgangmeet? meet? Zie zie blz blz xx voortgang 30
100
55
Colofon 16 mei 2013 Uitgave Havenbedrijf Rotterdam Tekst Havenbedrijf Rotterdam, met medewerking van verschillende overheden, bedrijven en kennisinstellingen Concept, illustraties en vormgeving Smidswater, Breda / Den Haag / Amsterdam Kaarten hoofdstuk 5 De Argumentenfabriek, Amsterdam
Opgesteld door:
56