Voorbereiding studiedag Koning Boudewijnstichting te Gent op 24 september 2007 Werkgroep “Duurzaamheid en energie in functie van betaalbaar wonen”. 1. Voorstelling 1.1. Project energie en armoede (Samenlevingsopbouw Antwerpen provincie vzw) Het project energie en armoede is een project van Samenlevingsopbouw Antwerpen provincie. Dit is een onafhankelijke vzw die erkend en gesubsidieerd is door de Vlaams overheid. Het project energie en armoede is een opbouwwerkproject. Dit heeft twee belangrijke kenmerken: Ten eerste werkt het opbouwwerk structureel. Een opbouwwerkproject probeert de oorzaken van problemen te achterhalen en zoekt naar instanties die mee de problemen kunnen oplossen. Vaak zoeken we oplossingen bij beleidsorganisaties of politiek verantwoordelijken. Ten tweede betrekt een opbouwwerkproject de mensen die de problemen ondervinden. In ons project besteden wij veel aandacht aan de participatie van mensen in armoede. Zij zijn onze “rug gengraat”. Naast de beroepskrachten zijn er dus heel wat vrijwillige medewerkers, mensen in armoede. Het project energie en armoede is een Vlaams project.
1.2. Korte voorstelling Vlaams Overleg Bewonersbelangen vzw (VOB) Het VOB is opgericht als overlegplatform voor de nieuwe wooninitiatieven. Tot de leden behoren huurdersbonden, sociale verhuurkantoren, woonwinkels en woonwijzers, opbouwwerk en wel zijnswerkprojecten rond huisvesting. Het uitgangspunt van het VOB en de aangesloten leden is steeds het recht op wonen: het recht op een woning van goede kwaliteit, die betaalbaar is, met woonzekerheid en gelegen in een goede woonomgeving. Intussen is het VOB door de Vlaamse Gemeenschap erkend als overleg en ondersteuningscentrum voor de huurdersbonden en de sociale verhuurkantoren. Bij de huurdersbonden kunnen private en sociale (kandidaat)huurders terecht voor huuradvies en informatie. De sociale verhuurkantoren huren woningen op de private markt en verhuren ze onder aan kansarme en kwetsbare bewoners. Zij koppelen dit aan huur dersbegeleiding en lokale netwerkvorming.
Otterstraat 116, 2300 Turnhout T 014 44 26 75 E
[email protected] www.samenlevingsopbouw.be
2. Energie in het Nationaal Actieplan Sociale Insluiting 2006 2009 Het hoofdstuk over huisvesting in het Nationaal Actieplan Sociale Insluiting van 2006 2009 be steedt aandacht aan het thema energie. In het stukje over het Vlaams Gewest wordt vooral ge sproken over een aantal sociale maatregelen en het pilootproject van energiescans in Oost Vlaanderen; in het Waals Gewest is het aspect duurzaamheid expliciet opgenomen.
2.1. Sociale maatregelen in de vrije energiemarkt Bij de start van de vrije energiemarkt in juli 2003 voerde het Vlaams gewest een aantal sociale maatregelen in voor energie. Deze maatregelen noemt men: sociale openbaredienstverplichtin gen. Voorbeelden van deze maatregelen zijn: de procedure die de leveranciers moeten volgen wanneer klanten niet kunnen betalen: aanmaningen, ingebrekestelling, droppen het vangnet van de distributienetbeheerder die gas en/of elektriciteit levert wanneer klan ten gedropt zijn op de vrije markt en geen nieuwe leverancier vinden. De distributienetbeheerder levert elektriciteit via een budgetmeter met een oplaadkaart. Wanneer mensen hun kaart opladen hebben ze vol vermogen. Wanneer de kaart leeg is er een noodkrediet. Als het noodkrediet op is is er de minimumlevering van 10 ampères. mensen die in een bepaalde categorie vallen zijn beschermde klant. Zij kunnen gebruik maken van een aantal voordelen. Zo zijn zij bijvoorbeeld vrijgesteld van het betalen van herinneringskosten wanneer zij hun factuur niet op tijd kunnen betalen. Een aantal maatregelen zijn de laatste tijd veranderd. Op Vlaams niveau was er een grondige evaluatie van de bestaande sociale maatregelen. Er was de ad hoccommissie energiearmoede binnen het Vlaams parlement en de hoorzitting in Vlaams parlement. Op basis van deze evaluatie kwam er een wetsontwerp. De minister vroeg aan verschillende organisaties (MINAraad, SERV, VREG,…) om advies. Ook aan ons, samenlevingsopbouw Ant werpen provincie. Er zijn een aantal positieve veranderingen: Zo werd de minimumlevering opgetrokken van 6 naar 10 ampère. Vroeger was een budgetmeter enkel gratis voor beschermde klanten zodat mensen met betalingsmoeilijkheden die niet beschermde klant waren soms 600 euro moesten beta len. Nu is de budgetmeter gratis voor iedereen die hem nodig heeft. Leveranciers mogen geen dropkosten meer aanrekenen wanneer ze een klant droppen omwille van wanbetaling. Federaal veranderde het volgende: Er kwam een akkoord dat een betere bescherming biedt aan energieconsumenten. Wanneer klanten van leverancier veranderen zijn er maximumbedragen bepaald die le veranciers mogen vragen indien klanten hun contract vroegtijdig beëindigen (= verbre kingsvergoedingen). Het sociaal tarief is sinds kort het laagste tarief op de markt. Binnenkort zou de toeken ning ervan ook automatisch moeten gebeuren.
2
Bedenkingen: Het is goed dat deze maatregelen er zijn. Maar ze zijn ontoereikend om een recht op energie voor iedereen te garanderen. Er zijn veel misverstanden over de minimumlevering van 10 ampère: 10 ampère betekent een verbruik van 2200 watt. Dit is te weinig om een aantal noodza kelijke huishoudtoestellen te laten functioneren. Veel mensen denken dat het gebruik van die 10 ampère gratis is. Dit klopt niet. De mini mumlevering moet betaald worden na de meteropname. Veel mensen denken dat de minimumlevering onvoorwaardelijk is. Dit klopt ook niet. De lokale adviescommissie kan beslissen om volledig af te sluiten. Daarnaast beslist de lokale adviescommissie soms ook om de minimumlevering te schorsen (= naakte budgetmeter). Men kan dan enkel elektriciteit gebruiken wanneer men geld heeft om op te laden. Als je geen geld hebt heb je ook geen elektriciteit. Ook geen 10 ampère. Voor ons is dit ook afsluiting. Mensen afsluiten van energie is mensonwaardig. De lokale adviescommissie is voor veel mensen een onbekende. Veel mensen zijn bang om naar de LACzitting te gaan. We hebben bedenkingen bij de werking van sommige LAC’s. We horen regelmatig verhalen van LAC’s die geen rekening houden met de draagkracht van mensen en onrealistische afbetalings plannen eisen. Verder legt de nieuwe regelgeving op dat de distributienetbeheerder in de winterperiode (1 de cember tot 1 maart) niemand mag afsluiten. Maar de mensen die vóór de winter afgesloten zijn worden niet heraangesloten. De Lokale Adviescommissie die tot afsluiting beslist volgt mensen die afgesloten zijn niet op. Mensen die afgesloten zijn moeten zelf uitzoeken wat ze moeten doen om heraangesloten te worden. In de nieuwe regelgeving is het begrip klaarblijkelijke onwil geschrapt en vervangen door een aantal situaties waarin beslist kan worden tot afsluiting. In een aantal situaties kan de distributienetbeheerder overgaan tot afsluiting zonder een beslis sing van de Lokale adviescommissie (bijvoorbeeld wanneer een huishoudelijke afnemer die geen wanbetaler is een leveringscontract met een leverancier weigert te ondertekenen). De klant, die steeds aanwezig kan zijn op de Lokale Adviescommissie, heeft in deze situaties geen enkele mogelijkheid om zijn verhaal te doen. Wij vragen: In de eerste plaats dat er nooit afgesloten wordt (met uitzondering van situaties van on veiligheid). Afsluiten in mensonwaardig. Elke afsluiting leidt tot méér problemen én schulden. Mensen met energieschulden mogen niet aan hun lot overgelaten worden. De Lokale Advies commissie zou op zoek moeten gaan naar oplossingen in plaats van mensen af te sluiten. Wan neer mensen opgeroepen worden voor de Lokale Adviescommissie moet er steeds een grondig sociaal onderzoek gedaan worden. Zo kan de Lokale Adviescommissie rekening houden met de draagkracht van mensen. Het sociaal onderzoek moet vooraf besproken zijn met de klant. Documentatie: Eisen voor een recht op energie – Samenlevingsopbouw (bijlage 1)
3
2.2. Duurzaamheid In ons project werken we vooral aan de sociale aspecten die met energie te maken hebben. Duurzaamheid is een actueel thema. Het beleid, de media en verschillende organisaties beste den hier veel aandacht aan. Vanuit het project energie en armoede beseffen we de waarde van duurzaamheid. Besparen van energie kan ervoor zorgen dat de energierekening van mensen in armoede daalt. Onlangs ondervroegen we hulpverleners en welzijnswerkers. We stelden vast dat 56% van de bevraagden 10% of meer van hun gezinsinkomen besteden aan energie. Voor mensen in armoe de is het kunnen besparen op de energierekening minstens zo belangrijk dan het milieuaspect. Rond duurzaamheid zijn er al veel initiatieven. Allemaal goed bedoeld, maar vaak bereiken zij niet de mensen waar ze eigenlijk voor bedoeld zijn of zijn de effecten ervan zeer beperkt. Er zijn allerlei vormen van financiële tussenkomst (belastingsaftrek, REGsubsidies) en er is een Fonds voor de Reductie van de Globale Energiekost (FRGE). Daarnaast zijn er de klimaatopmaatwijken waar mensen samen komen om te werken aan en ergiebesparing en de energiescans die door de distributienetbeheerders gebeuren. Zij moeten bij 2% van de Vlaamse huishoudens een energiescan doen. Bij een energiescan bekijken ze waar er in de woning energie verloren gaat en hoe de bewoners energie kunnen besparen. Daarnaast doen ze een aantal kleine ingrepen. Ze plaatsen radiatorfolie, buisisolatie, tochtstrips en spaar lampen en een douchekop in de woning. Deze projecten of initiatieven kunnen ook al een aantal knelpunten in de verhouding duurzaam heid – betaalbaarheid bloot leggen. 1) Bedenkingen: Op een vergadering legden wij aan een deskundige een aantal situaties voor van mensen die deelnemen aan het project energie en armoede. Bijvoorbeeld: Een weduwe van 51 jaar woont in een privéhuurwoning. De muren van de woning zijn nat in de gang, de living en de keuken. Door de rolluikkast komt kou. De douche werkt niet en er staat water in de kelderberging. Er zijn twee gaskachels. Het energieverbruik voor de woning ligt hoog. Er moet namelijk winter en zomer gestookt worden om de muren droog te houden. De enige haalbare suggesties zijn: het isoleren van de rolluikkast de woning een paar keer per dag kort en krachtig ventileren het verbruik bijhouden en de leverancier hierover informeren Deze maatregelen zullen een beetje helpen maar blijven een druppel op een hete plaat. De wo ning zal vochtig, kil en ongezond blijven. Een ander voorbeeld was er één van een alleenstaande man die in een gemeubelde studenten kamer woont. Ook hier kunnen suggesties gedaan worden voor kleine ingrepen of gedragsveran dering maar fundamentele of structurele maatregelen zijn veel moeilijker.
4
Het spreekt vanzelf dat mensen met een hoger beschikbaar inkomen veel meer mogelijkheden hebben: verhuizen naar een betere maar duurdere woning, toch een aantal maatregelen op eigen kosten doorvoeren,... Documentatie: de praktijkvoorbeelden (zie bijlage 2) Energie besparen is niet evident voor mensen in armoede. Bij de voorbereiding van deze werk groep kwamen volgende problemen ter sprake: “Duurzaamheid is duurder dan een spaarlamp. Alles wat energiebesparend en investe rend is, is duur. En wat wij, mensen in armoede, niet hebben is geld.” Om een woning echt energiezuiniger te maken zijn serieuze ingrepen nodig: dubbel glas, dakisolatie,… De kleine ingrepen die bijvoorbeeld bij een energiescan (bijvoorbeeld een spaarlamp, buisisolatie, radiatorfolie,…) gebeuren wegen niet op tegen de slechte kwali teit van de woning. Om deze problemen te verhelpen zijn serieuze ingrepen (vocht, dub bel glas,…) nodig die veel kosten. Dit is niet haalbaar voor mensen met een beperkt in komen.
“Als je een woning duurzaam maakt, is het de eigenaar die er beter van wordt” Wanneer eigenaars hun woning duurzamer maken verhogen zij de huurprijs. Dit is niet enkel voor de private huurmarkt zo. Dit is ook het geval voor de sociale huur markt. Wanneer woningblokken gerenoveerd worden stijgt de basishuurprijs. Dus men sen die na de renovatie terugkeren naar hun woning betalen meer voor dezelfde woning. De mensen met de laagste inkomens keren vaak niet terug omdat ze de hogere huurprijs niet kunnen betalen en belanden opnieuw in een woning die niet energiezuinig is.
“voor mensen in armoede is het elke dag dikke truiendag” zei iemand naar aanleiding van de dikke truiendag. Mensen in armoede doen vaak al heel wat moeite om energie te besparen: als de ver warming al laag staat kan je niet aanraden om ze nog een graadje lager te zetten, men sen in armoede hebben al minder verschillende huishoudtoestellen, ...
Mensen in armoede kunnen haast nooit genieten van de fiscale maatregelen die de overheid neemt. Dit terwijl eigenaars of mensen met hogere inkomens wel bepaalde in vesteringen kunnen aftrekken van de belastingen.
“Als ik spaar voor een zonnepaneel en ik zou genoeg geld hebben: waar moet ik mijn zonnepaneel dan zetten als ik in een sociale woonblok woon?” … Zo zijn er veel praktische, financiële en andere drempels voor mensen in armoede om echt ener gie te besparen.
2) Voorstellen
Er moeten een aantal garanties zijn voor huurders. Wij willen dat de overheid investeert in een beter woonbeleid. Eigenaars moeten op hun verantwoordelijkheid gewezen wor den wanneer zij slechte woningen verhuren. Daarbij denken we aan:
5
o Het verbinden van de huurprijs aan de kwaliteit van de woning, maar: er reke ning mee houden dat dit nog steeds als effect kan hebben dat de allerarmsten in de slechtste woningen blijven terecht komen. o Bij de energieprestatiecertificaten: deze mogen niet enkel dienen om aan te to nen hoeveel een woning verbruikt. Er moeten ook gevolgen aan gekoppeld wor den: namelijk het verplichten van de eigenaar tot renovatie en het koppelen van de huurprijs Er moeten ook stimulansen naar huurders gaan en niet alleen naar eigenaars. Wanneer huurders investeringen doen zouden er ook garanties moeten zijn dat de eigenaar de huurder er niet kan uitzetten. Er zou gewerkt kunnen worden aan een premie voor eigenaars die hun woning verbete ren i.f.v. zuiniger energieverbruik, op voorwaarde dat ze sociaal verhuren (cfr renovatie premie voor SVKverhuurders). Sociale verhuurkantoren, OCMW’s en sociale huisvestingsmaatschappijen moeten ook opletten met wat ze verhuren. Zij hebben een voorbeeldfunctie. Zij zouden het energie prestatie certificaat hierbij als een concreet hulpmiddel kunnen gebruiken. De overheid moet voldoende subsidies voorzien opdat zij hun woningen energiezuinig kunnen maken. Dit zonder dat de huurprijs toeneemt voor de huurders die in deze woningen wonen. Sociale huisvestingsinitiatieven moeten permanent aandacht hebben voor het begelei den van hun huurders op het vlak van rationeel energiegebruik. Dit kan expliciet mee op genomen worden in de minimale huurbegeleiding die wordt voorzien. De overheid moet maatregelen nemen om het gebruik van energiezuinige huishoudtoe stellen te stimuleren. Zo zouden er kortingsbonnen voor energiezuinige huishoudtoestel len (bijvoorbeeld wasmachines en koelkast) ter beschikking gesteld kunnen worden van mensen met een laag inkomen. Deze kortingsbonnen moeten: o rekening houden met de gezinsgrootte o minstens het verschil bedragen tussen een goedkoop nietenergiezuinig toestel en een energiezuinig toestel o hoog genoeg zijn. Mensen in armoede kunnen meestal van geen enkele van de vele andere (hoge) premies voor rationeel energiegebruik (condensatieketels, isolatie, zonnepanelen,…) genieten. Wanneer er voor hen een premie is moet deze hoog genoeg zijn. Er moet rekening mee gehouden worden dat mensen in armoede niet zo gemakke lijk in 1 keer een grote som geld neer kunnen tellen voor energiezuinige toestellen. Er moet ook aandacht geschonken worden aan het ABI (Actueel Besteedbaar Inkomen) zodat mensen die geen leefloon of uitkering krijgen, maar toch bvb met zware schulden zitten, ook beroep kunnen doen op sociale tegemoetkomingen voor mensen in armoede. De lat moet met andere woorden niet op een sociaal statuut, maar op een bepaald inko men worden gelegd.
September 2007
6
Bijlage 1
Energie: een afdwingbaar recht voor iedereen!
Het is belangrijk om steeds stil te staan bij het uitgangspunt van het project armoede en energie: Energie als een afdwingbaar recht voor iedereen! Er is pas sprake van een afdwingbaar recht op energie voor iedereen wanneer elk van de volgende eisen zijn gerealiseerd. 1. Recht op energie is een zaak voor iedereen. Iedereen moet beschikken over een gratis en leefbaar minimumpakket aan energie. De samenstelling en de noden van het gezin bepalen dit minimumpakket. Er moet een hogere prijs per eenheid betaald worden voor wat er meer verbruikt wordt dan gratis voorzien. 2. Slechte woning = hoog energieverbruik. Er moet geïnvesteerd worden in een beter woonbeleid. Eigenaars moeten op hun verantwoordelijkheid gewezen worden wanneer zij slechte woningen verhuren. 3. Meer rationeel energiegebruik De mogelijkheden voor rationeel energieverbruik moeten uitgebreid worden voor iedereen, zeker voor mensen in armoede. 4. Sociaal tarief: het laagste. Het aantal mensen die in aanmerking komen voor sociaal tarief moet uitgebreid worden. Het sociaal tarief moet automatisch toegekend worden. 5. Meer beschermde klanten De categorie beschermde klanten moet uitgebreid worden zodat meer mensen in aanmerking komen voor de voordelen ervan. 6. De knip erop met de budgetmeter. Iedereen die erom vraagt krijgt gratis een budgetmeter. Mensen moeten op loopaf stand en zonder kosten de kaart voor hun budgetmeter kunnen opladen. 7. Afsluiten is uitsluiten. Wij pleiten voor een verbod op volledige afsluiting van energievoorzieningen. Afslui ten is uitsluiten. Budgetmeters moeten steeds uitgerust zijn met een stroombegren zer zodat iedereen steeds een leefbaar minimum aan energie heeft. 8. Van Lokale Adviescommissie (LAC) naar een Raad voor Energiewelzijn. De LAC’s moeten Raden voor Energiewelzijn worden. Samen met de mensen die problemen met energie ervaren wordt dan gezocht naar haalbare oplossingen.
7
9. De energiemarkt: klant is koning? Zowel leveranciers als distributienetbeheerders moeten klantvriendelijker zijn en toegankelijker. Er moet een onafhankelijke ombudsdienst geïnstalleerd worden die kan bemiddelen bij klachten. En dit over de verschillende bevoegdheidsgrenzen heen. In een vrijgemaakte energiemarkt moet een doorgedreven controle van de leveranciers gegarandeerd zijn zodat mensen die in armoede leven geen slachtoffer worden van de vrije energiemarkt. Klanten mogen niet het slachtoffer zijn van fouten van leveranciers (bijvoorbeeld bij verhuis, bij verandering van leverancier, oneerlijke handelspraktijken,…) 10. De onmacht van de armoede. Oorzaak van vele problemen. Er moeten oplossingen gezocht worden voor de armoedeproblematiek in het alge meen.
Meer informatie over het project energie en armoede vind je bij: Samenlevingsopbouw Antwerpen provincie vzw Adres: Otterstraat 116 te 2300 Turnhout Tel : 014 44 26 74 of 014 44 26 75 mail:
[email protected] [email protected] [email protected]
8
Bijlage 2 De praktijk Verhaal 1 Gepensioneerde 66, sociale woning, pensioen Woning: enkel gelijkvloers, centrale verwarming gas, dubbel glas Verbruik: E en G, 107 €/maand, 1154 €/jaar Besparingsmaatregelen: overal spaarlampen, radiatorfolie Suggesties: Materialen: Spaardouche, buisisolatie, tochtstrips, tochthond, thermostatische kra nen… Gedrag: standby, laders, chauffage 1°C lager, koken met deksel op de pot, wassen op 40°C ipv 60°C en op 60°C ipv 90°C, gordijnen op vensterbanken, … Verhaal 2 Invalide 61 jaar, sociale bejaardenwoning, 718 €/maand Woning: enkel gelijkvloers, tocht via ramen, kapotte ramen, steeds koude vloer (dikke sloefen en kussen en nog koude voeten, reuma), 1 gaskachel in de living Verbruik: E en G 108 €/maand, 1296 €/jaar Besparingsmaatregelen: overal spaarlampen Suggesties: Materialen: … tochtstrips, tochthond, gebarsten ruiten met tape afdichten, strook isolatie ipv kussen (isolatieplaat of kniekussen voor tuin), … Gedrag: … kachel stiller zetten (15°C) of uitdraaien wanneer niet thuis, … Verhaal 3 Weduwe 51 jaar, privéhuurwoning, 1119 €/maand Woning: 2 slaapkamers, natte muren (gang, living, keuken), open Rolluikkast waardoor kou komt, douche werkt niet, water in kelderberging, 2 gaskachels Verbruik: G 45 €/maand, E 1 €/maand, 700 € toeslag, totaal 1252 €/jaar Besparingsmaatregelen: nog geen, winter en zomer stoken om muren droog te houden Suggesties: Gedrag: rolluikkast isoleren, een paar keer per dag kort en krachtig ventileren Verbruik bijhouden en leverancier op de hoogte informeren Verhaal 4 Alleenstaande vrouw, volwassen dochter, sociaal appartement, 1050 €/maand
9
Woning: ramen sluiten niet of kunnen niet open, centrale verwarming op gas, geen knoppen op chauffage, in de gang met tang dichtgedraaid, lampen en zekeringen living springen Verbruik: E en G, 136 €/maand, 1632 €/jaar (vrij veel) Besparingsmaatregelen: radiatorfolie kan niet wegens onbereikbaar Renovatie gepland: groter balkon met verbinding naar living (meerverbruik?), elek trisch koken, verwarmingsketel op (?) het dak, huur stijgt Suggesties: Elektriciteit living: lichtarmaturen/toestellen controleren op verliesstroom/kortsluiting, maximaal verbruik berekenen tegenover sterkte zekering, eventueel controle vragen bij verhuurder Renovatie:Vraag thermostaatkranen voor verwarming. Verhuurders opteren vaker voor elektrisch koken vanwege risico’s gas. Stookruimte op het dak geïsoleerd? Stijging huur gecompenseerd door vermindering energieverbruik? Verhaal 5 Alleenstaande, gemeubelde kamer Woning: slechts 1 stopcontact, alle toestellen via verlengsnoeren, rotte ramen, ka mer moeilijk warm te krijgen, oude defecte toestellen Suggesties: Gebruik verlengsnoeren met aarding (voor zover voorzien) zo mogelijk met schake laar zodat je alles tegelijk kan afzetten, kleeffolie tegen ramen/plaats heldere plexi paneeltjes op enige afstand van het glas, voor oude defecte toestellen af naar con tainerpark of laat ze ophalen door grof huisvuildienst Verhaal 6 Alleenstaande, studentenkamer, werklozensteun Woning: alles elektrisch, verwarming accumulatoren, zekeringkas voor verschillende kamers tegelijk, elektriciteit uit in 1 kamer dan elektriciteit uit in alle kamers, huur 200 €/maand Energiebesparende maatregelen: 100 kWh in huurprijs inbegrepen, sommige studenten huurden voor 10 maanden en moesten 600 euro bijbetalen Suggesties: Elektrisch verwarmen 2 tot 5x zo duur als stookolie of gas, gezamenlijke afrekening vraagt om gezamenlijk sparen, als het enigszins kan afspraken maken met collega bewoners
10