Voorbeelden van een Best Practice, 2 vooringevulde sjablonen KHLeuven verzamelt in kader van het projct Educhron best practices m.b.t. educatie. U kan uw best practice doorgeven via het daarvoor voorziene sjabloon dat u vindt op http://healthcareresearch.khleuven.be/Best-‐Practices-‐Educatie. Samen met UZLeuven, bereidden we al een paar Best Practices voor. U kan deze gebruiken als leidraad bij het invullen van uw eigen best practice.
Voorbeeld 1, UZ Leuven, Dienst Nefrologie Met dank aan Mevrouw Katleen De Bondt
1. Algemene gegevens Naam van de organisatie: Dienst: Contactpersoon: Telefoon: E-‐mail: Regio:
Universitair Ziekenhuis Leuven Dienst Nefrologie Mevr. Katleen De Bondt Vermelden we niet in dit vb. omwille van privacy Vermelden we niet in dit vb. omwille van privacy Vlaams Brabant
2. Informatie rond de aanpak van educatie Doelgroep: (bv., adolescenten met congenitale hartaandoening, volwassenen met chronisch nierlijden in de predialyse fase, ouderen met diabetes type 2, etc.): Volwassenen met chronisch nierlijden die in aanmerking komen voor een nier(pancreas)transplantatie van een overleden donor of levende donor
Onderwerp van educatie: (kies één (of meerdere) onderwerp(en) door het vakje aan te kruisen naast de optie(s)): ☒ Aandoening en behandeling ☐ Werking van medische apparatuur of toestellen ☒ Medicatie-‐inname ☒ Voeding ☒ Beweging ☒ Stoppen met roken ☒ Belang van therapietrouw ☒ Praktische informatie rond de behandeling (bv., financiële zaken, verloop, enz.) ☐ Andere, specificeer: Klik hier als u tekst wilt invoeren. Educatievorm: (kies één of meerdere vormen door het vakje aan te kruisen naast de optie(s)): ☒ Individuele gesprekken (d.i., face-‐to-‐face) ☒ Geschreven materiaal (bv., folders, brochures, dagboeken, etc.) ☐ Groepseducatie door professionele zorgverleners (bv., artsen, verpleegkundigen, enz.) ☐ Groepseducatie door patiënten zelf (bv., tips en advies, uitleg behandeling, enz.) ☒ Internet (bv., websites, e-‐mail, enz.) ☐ Audiovisueel materiaal (bv., video, DVD, CD-‐ROM, enz.) ☐ Interactieve computergebaseerde educatie (d.i., interactieve programma’s, games of websites waarbij je door het doorlopen van oefeningen of spelletjes informatie en individuele feedback krijgt) ☐ Mobiele applicaties (bv., via GSM, smart Phone, enz.) ☐ Creatief, niet-‐technologisch materiaal (bv., klassieke gezelschapsspelen, enz.) ☒ Andere, specificeer: My Nexuz : online informatie op maat van uw zorgtraject gelinkt aan uw medisch dossier. Informatieavonden georganiseerd door de dienst nefrologie voor patiënten en hun familie waarbij de focus ligt op het verhaal van patiënten die reeds getransplanteerd zijn, didactisch
materiaal: tonen van medicatiedozen gevuld met pillen om een zicht te krijgen op het belang hiervan na transplantatie Wie voorziet de educatie: (kies één of meerdere personen door het vakje aan te kruisen naast de optie(s)): ☒ Arts(en) ☒ Verpleegkundig specialist(en) ☒ Verpleegkundige(n) ☒ Diëtist(e)(n) ☒ Maatschappelijk werk(st)er(s) ☐ Psycholoog ☒ Andere: specificeer: Transplantcoördinator Beschrijving van de aanpak van educatie binnen uw organisatie of dienst: (wat, hoe, wanneer, doelstelling, waarom): Opgelet! Hou rekening met een beperking van maximaal 350 woorden (~1 A4)! (typ uw tekst hieronder, of knip en plak vanuit een ander document)
Wat de pretransplantbegeleiding betreft, gaan we als volgt te werk. De nefrologen en chirurgen brengen de medische gezondheidstoestand van de patiënt in kaart die in aanmerking komt voor een niertransplantatie aan de hand van het pretransplantbilan en dit op basis van verschillende medische onderzoeken. Tijdens een volgende stap wordt het pretransplantteam betrokken voor het geven van informatie en begeleiding van de patiënten. Sinds 2013 is het pretransplantgebeuren op de consultatie afdeling herbekeken om het vlotter en meer gestructureerd te laten verlopen. Binnen het multidisciplinair team (artsen, verpleegkundig consulent, sociaal assistente, transplantcoördinator) werd overlegd wie welke informatie geeft. Dit voorkomt dat er te veel overlap is en er een overload is aan informatie voor patiënten. De informatiebrochure ‘Wachten op een nieuwe nier’ werd vernieuwd en wordt op voorhand opgestuurd naar de patiënten samen met een vragenlijst rond sociaal-‐demografische gegevens. De bedoeling hiervan is dat tijdens het pretransplantgesrek niet louter informatie wordt gegeven maar dat er ook ruimte is om te peilen naar levensstijl en aandacht te hebben voor de persoonlijke vragen en behoeften van patiënten. Recent wordt er gebruik gemaakt van een aantal gestructureerde vragen rond dieet, lichaamsbeweging, medicatie-‐inname en rookgedrag. Deze worden geregistreerd in het zorgdossier en zijn een houvast naar volgende contacten en verdere begeleiding van patiënten. De verpleegkundig consulent, transplantcoördinator en sociaal assistente geven
de informatie rond niertransplantatie gezamenlijk. Het gesprek wordt opgebouwd op maat van de patiënt en duurt ongeveer een uur. Er wordt basisinformatie gegeven rond wat het betekent om op de wachtlijst te komen voor een niertransplantatie, het belang van bereikbaarheid, de voorbereiding en opvolging na transplantatie, de sociale en financiële implicaties. Ook na transplantatie blijft follow-‐up en engagement van patiënten belangrijk. Dit komt reeds aan bod pretransplant. Patiënten vertellen over hun levensstijl en er worden adviezen gegeven waar nodig. Deze kunnen zowel van praktische als van emotionele aard zijn. Er wordt aandacht gegeven aan het zelfmanagement van de patiënt. Op het einde van het gesprek wordt er nagegaan of de patiënt nog vragen heeft. Ook telefonisch of via mail kunnen ze nadien contact opnemen. Patiënten komen meestal éénmalig naar het UZ Leuven voor pretransplantbegeleiding. De verdere opvolging en begeleiding gebeurt in de perifere ziekenhuizen. Om hierin continuïteit te voorzien wordt er sinds enkele jaren gewerkt met een contactpersoon in de perifere nefrologische centra. De bevindingen worden zo teruggekoppeld. Zo kan er in de perifere centra verder aandacht besteed worden aan het begeleiden en het verhogen van zelfmanagement bij patiënten.
3. Welke meerwaarde ziet u binnen uw dienst of organisatie aan het aanbieden van educatie op een dergelijke manier? (kies één of meerdere opties door het vakje aan te kruisen naast de optie(s)): ☒ Is multidisciplinair georganiseerd ☒ Is opgesteld volgens de meest recente wetenschappelijke inzichten ☒ Speelt in op de vragen en behoeften van patiënten ☐ Laat toetsing toe bij hoe het overkomt voor patiënten ☒ Legt verantwoordelijkheid bij patiënten ☒ Biedt de mogelijkheid tot individuele feedback aan patiënten ☒ Is verstaanbaar, duidelijk, en aantrekkelijk voor patiënten ☒ Is ingebouwd in het dagelijks leven van patiënten ☒ Andere, specificeer: Meer focus op gedragsanamnese
4. Evalueert u binnen uw dienst of organisatie de uitkomsten van uw aanpak? Zoja, hoe doet u dat? En waarnaar peilt u? (bv., nadat educatie is gegeven, toetst een van de verpleegkundigen mondeling bij patiënten af of ze iets waren met de educatie, wanneer ze op vervolgconsult komen op onze dienst):
Reeds tijdens het gesprek vragen stellen aan de patiënt. Kennis peilen als ze de informatiebrochure al gelezen hebben vb. weet je wat reactie is, heb je al gehoord van immunosuppressieve medicatie,… Vertel eens. Zo mogelijk telefonische follow-‐up na drie maanden of patiënten nog vragen hebben en of de informatie duidelijk was.
5. Verdere opmerkingen of informatie: (voeg hier eventueel bijkomende informatie toe die u kwijt wilt omtrent de aanpak van educatie binnen uw organisatie of dienst en die hierboven niet aan bod kwam, ook een verwijzing naar meer informatie omtrent uw aanpak van educatie kan u hier kwijt, zoals de link naar een website, de vermelding waar een voorbeeldfolder kan worden ingekeken, enz.):
http://www.uzleuven.be/node/21088
Voorbeeld 2, UZ Leuven, Dienst Nefrologie Met dank aan Mevrouw Katrien Dierickx
1. Algemene gegevens Naam van de organisatie: Dienst: Contactpersoon: Telefoon: E-‐mail: Regio:
Universitair Ziekenhuis Leuven Dienst Nefrologie Mevr. Katrien Dierickx Klik hier als u tekst wilt invoeren. Klik hier als u tekst wilt invoeren. Vlaams Brabant
2. Informatie rond de aanpak van educatie Doelgroep: (bv., adolescenten met congenitale hartaandoening, volwassenen met chronisch nierlijden in de predialyse fase, ouderen met diabetes type 2, etc.): Volwassenen met chronisch nierlijden stadium 4 en 5 (eGFR < 30 ml/min) Onderwerp van educatie: (kies één (of meerdere) onderwerp(en) door het vakje aan te kruisen naast de optie(s)): ☒ Aandoening en behandeling ☐ Werking van medische apparatuur of toestellen ☒ Medicatie-‐inname ☒ Voeding
☒ Beweging
☒ Stoppen met roken ☒ Belang van therapietrouw ☒ Praktische informatie rond de behandeling (bv., financiële zaken, verloop, enz.) ☒ Andere, specificeer: educatie over de verschillende opties bij nierfalen, namelijk peritoneaal dialyse, hemodialyse, conservatieve therapie en niertransplantatie; over de impact van dialyse op het dagelijks leven; over risico’s van obesitas en belang van het behouden van een gezond lichaamsgewicht; Educatievorm: (kies één of meerdere vormen door het vakje aan te kruisen naast de optie(s)): ☒ Individuele gesprekken (d.i., face-‐to-‐face) ☒ Geschreven materiaal (bv., folders, brochures, dagboeken, etc.) ☐ Groepseducatie door professionele zorgverleners (bv., artsen, verpleegkundigen, enz.) ☐ Groepseducatie door patiënten zelf (bv., tips en advies, uitleg behandeling, enz.) ☒ Internet (bv., websites, e-‐mail, enz.) ☐ Audiovisueel materiaal (bv., video, DVD, CD-‐ROM, enz.) ☐ Interactieve computergebaseerde educatie (d.i., interactieve programma’s, games of websites waarbij je door het doorlopen van oefeningen of spelletjes informatie en individuele feedback krijgt) ☐ Mobiele applicaties (bv., via GSM, smart Phone, enz.) ☐ Creatief, niet-‐technologisch materiaal (bv., klassieke gezelschapsspelen, enz.) ☒ Andere, specificeer: My Nexuz : online informatie op maat van uw zorgtraject gelinkt aan uw medisch dossier; informatie-‐avonden door patiënten die komen vertellen over hun ervaringen met een bepaalde behandeling; gebruik maken van decision aid en optiegrid bij keuze van dialysebehandeling Wie voorziet de educatie: (kies één of meerdere personen door het vakje aan te kruisen naast de optie(s)): ☒ Arts(en)
☒ Verpleegkundig specialist(en)
☒ Verpleegkundige(n) ☒ Diëtist(e)(n) ☒ Maatschappelijk werk(st)er(s) ☐ Psycholoog ☐ Andere: specificeer: Klik hier als u tekst wilt invoeren. Beschrijving van de aanpak van educatie binnen uw organisatie of dienst: (wat, hoe, wanneer, doelstelling, waarom): Opgelet! Hou rekening met een beperking van maximaal 350 woorden (~1 A4)! (typ uw tekst hieronder, of knip en plak vanuit een ander document) Sinds november 2012 werd gestart met een multidisciplinaire raadpleging voor patiënten met chronisch nierlijden (CKD 4-5). Patiënten worden op de raadpleging alternerend door een arts of door een verpleegkundige en arts gezien. Er wordt ook opvolging door de diëtiste en de sociaal assistente voorzien. Iedere discipline benadert de patiënt vanuit zijn specifieke invalshoek of expertise. De meerwaarde van de verpleegkundige raadpleging is meervoudig. De verpleegkundige kan door de regelmatige contacten met de patiënt een vertrouwensrelatie opbouwen. Hij of zij spreekt de patiënt aan op zijn eigen verantwoordelijkheidsgevoel en is heel betrokken. In overleg met de patiënt worden besluiten en doelen geformuleerd die passen bij de belevingswereld van de patiënt en zijn omgeving. Dit zijn aspecten die essentieel zijn voor het motiveren van patiënten tot gedragsverandering. Naast het systematisch in kaart brengen van de therapietrouw met medicatie en dieet, de BD monitoring, de mate van lichaamsbeweging, de rookstatus, de BMI en de gemoedstoestand van de patiënt, wordt de patiënt begeleid tot zelfmanagement. Educatie alleen blijkt onvoldoende om gedragsverandering bij patiënten tot stand te brengen. Gedragsverandering en een verhoging van de therapietrouw van patiënten worden best bereikt door multifactoriële interventies. Binnen de raadpleging worden cognitieve, gedrags- en affectieve verpleegkundige interventies gecombineerd. Daarnaast wordt iedere patiënt op maat begeleid naar meer patiënt empowerment. Dankzij de multidisciplinaire raadpleging is er meer continuïteit voor deze chronische patiëntenpopulatie. De verpleegkundige volgt nauwkeurig het predialysetraject van de patiënt op. Ze begeleidt de patiënt tot een geïnformeerde keuze van dialysebehandeling en bewaakt de tijdige voorbereiding op dialysestart (o.a. toegangsweg, vaccinatiestatus, zorgtraject CNI, …). De predialysevoorbereiding gebeurt in verschillende fasen, los van het raadplegingsgebeuren. De patiënt krijgt eerst begeleiding bij de verwerking en de educatie over de dialysemodaliteiten wordt gepland als de patiënt er klaar voor is. De patiënt krijgt vooral die informatie die nodig is om een keuze van dialysebehandeling te maken, nl. wat is de impact van een dialysebehandeling op het dagelijks leven en wat houdt de behandeling concreet in. Educatie over de behandeling vindt dan plaats op het moment van dialysestart.
3. Welke meerwaarde ziet u binnen uw dienst of organisatie aan het aanbieden van educatie op een dergelijke manier? (kies één of meerdere opties door het vakje aan te kruisen naast de optie(s)): ☒ Is multidisciplinair georganiseerd ☒ Is opgesteld volgens de meest recente wetenschappelijke inzichten ☒ Speelt in op de vragen en behoeften van patiënten ☐ Laat toetsing toe bij hoe het overkomt voor patiënten ☒ Legt verantwoordelijkheid bij patiënten ☒ Biedt de mogelijkheid tot individuele feedback aan patiënten ☒ Is verstaanbaar, duidelijk, en aantrekkelijk voor patiënten ☐ Is ingebouwd in het dagelijks leven van patiënten ☒ Andere, specificeer: verhoogt zelfmanagement en therapietrouw, continuïteit en opvolging door regelmatige contacten binnen de raadpleging
4. Evalueert u binnen uw dienst of organisatie de uitkomsten van uw aanpak? Zoja, hoe doet u dat? En waarnaar peilt u? (bv., nadat educatie is gegeven, toetst een van de verpleegkundigen mondeling bij patiënten af of ze iets waren met de educatie, wanneer ze op vervolgconsult komen op onze dienst):
Na elk begeleidings-‐ en educatief gesprek wordt geëvalueerd of de patiënt alles begrepen heeft en of hij nog bijkomende vragen heeft. Na educatie over de behandeling volgt een telefonisch opvolggesprek. Momenteel wordt er een kleinschalig onderzoek gedaan naar de impact van dialysebehandeling op het dagelijks leven van patiënten. Tot slot worden de patiënten die starten met dialyse bevraagd naar hun bevindingen over de opvolging en voorbereiding op dialyse tijdens de multidisciplinaire raadpleging.
5. Verdere opmerkingen of informatie: (voeg hier eventueel bijkomende informatie toe die u kwijt wilt omtrent de aanpak van educatie binnen uw organisatie of dienst en die hierboven niet aan bod kwam, ook een verwijzing naar meer informatie omtrent uw aanpak van educatie kan u hier kwijt, zoals de link naar een website, de vermelding waar een voorbeeldfolder kan worden ingekeken, enz.):
www.dialysekeuze.be – www.uzleuven.be (diensten en centra: nefrologie: info avond)