1
VOOR IEDEREEN 1. Samenwoners: regel fiscaal partnerschap Fiscaal partners mogen zelf kiezen wie van hen aftrekposten (zoals hypotheekrente) en box 3vermogen aangeeft. Woont u samen en voldoet u niet aan de voorwaarden voor het fiscaal partnerschap? Dan mag u slechts de zaken aangeven die op uzelf betrekking hebben en dat kan financieel behoorlijk wat uitmaken. Bent u niet getrouwd of geregistreerd partner en wilt u over het hele belastingjaar 2013 toch fiscaal als partners worden behandeld, dan heeft u nog tot 1 januari 2014 de tijd om dat te regelen, bijvoorbeeld door een samenlevingscontract op te stellen of door de partner aan te melden bij het pensioenfonds voor het partnerpensioen. 2. Ex-partners: denk na over fiscaal partnerschap Woont u niet meer samen of gaat u scheiden? Vraag u ook dan af hoe lang u elkaars fiscaal partner nog wilt zijn. Fiscaal partnerschap kan fiscaal aantrekkelijk zijn, maar is in dit soort situaties niet altijd gewenst (bijvoorbeeld als de onderlinge verhoudingen ernstig verstoord zijn).
3. Los een kleine (rest)hypotheek af Het einde van het jaar is altijd een goed moment om eens kritisch naar uw (hypothecaire) eigenwoninglening te kijken. Soms kan het aflossen van een (rest)schuld duizenden euro’s per jaar schelen, vooral als u spaargeld werkloos op de plank heeft liggen. Niet alleen omdat u fiscaal beloond wordt — u hoeft immers geen belasting meer over het eigenwoningforfait te betalen —, maar ook omdat de vermogensrendementsheffing over uw spaargeld afneemt of verdwijnt, aangezien het geld van box 3 naar box 1 verhuist. Dat scheelt per 1 januari a.s. nog eens 1,2%. LET OP: Los nooit zomaar af! Houd rekening met boeterente, informeer bij uw bank naar de hoogte ervan vóórdat u de knoop doorhakt. LET OP: Heeft u een (bank)spaarhypotheek of heeft u plannen om een duurder huis te kopen? Dan is aflossen mogelijk niet voordelig!
4. Haal het maximale uit uw hypotheek Heeft u een bankspaarhypotheek en is het voor u gunstiger de hypotheek nog niet af te lossen? Dan kan een extra storting in de bankspaarpot voordeel opleveren. In vrijwel alle gevallen is de rente daarvan hoger dan op uw gewone bankrekening. Bovendien bespaart u 1,2% belasting in box 3 over het gestorte bedrag als uw totale box 3-vermogen hoger is dan de vrijstelling. Zie ook onder Let Op. LET OP: Stort nooit bij voordat u dit heeft afgestemd met uw bank. De hoogste storting mag namelijk niet hoger zijn dan tien maal de laagste (berekend op jaarbasis). Bovendien moet de bank de hoogte van de vervolgstortingen aanpassen. Het eindkapitaal mag door de extra stortingen niet hoger worden. 5. Voltooi onderhoud en verbouwing in 2013 Heeft u in 2013 geld geleend voor onderhoud aan of verbouwing van uw woning en had u al vóór 1 januari 2013 een onherroepelijke schriftelijke overeenkomst voor het verrichten daarvan? Zorg er dan voor dat de verbouwing in 2013 voltooid wordt. Alleen dan heeft u namelijk recht op toepassing van de hypotheekregels zoals die golden vóór 1 januari 2013 en hoeft u niet verplicht annuïtair af te lossen.
6. Betaal uw eigenwoningrente 6 maanden vooruit Valt u volgend jaar in een lager belastingtarief, bijvoorbeeld omdat u de AOW-gerechtigde leeftijd bereikt? Betaal dan de eigenwoningrente over de eerste 6 maanden van 2014 nog dit jaar (maar alléén de rente die betrekking heeft op de periode tot en met 30 juni 2014 en vooral niet méér, anders wordt uw aftrek over 2013 alsnog beperkt tot de rente tot en met december 2013!). LET OP: Als u rente vooruit betaalt, moet u schriftelijk met uw geldschieter (meestal de bank) overeenkomen dat het bedrag niet in depot wordt gestort en dat u het reeds betaalde bedrag niet kunt terugvorderen. 7. Begin een ‘familiebank’ Laat uw kind geld van u lenen als het een eigen woning wil kopen. U heeft zo een hogere rente op uw spaargeld en uw kind kan de aan u betaalde rente gewoon aftrekken. 8. Plan uw verhuizing Gaat u verhuizen van de ene koopwoning naar de andere en is uw oude woning nog niet verkocht? Het kan aantrekkelijk zijn de verhuizing uit te stellen tot volgend jaar. U houdt dan namelijk langer recht op renteaftrek voor de oude woning. 9. Kijk uit met verhuur oude woning Bent u in 2011, 2012 of 2013 verhuisd naar een nieuwe woning en overweegt u uw oude woning te gaan verhuren? Wacht dan nog even tot na 1 januari 2014. Door te wachten zit de woning op 1 januari 2014 nog in box 1 en wordt de waarde dus niet belast in box 3. Het bovenstaande geldt niet voor mensen die vóór 2011 verhuisd zijn. Hun oude woning schuift op 1 januari 2014 sowieso naar box 3. Deze groep kan in principe altijd gaan verhuren. 10. Regel uw gouden handdruk nu Verwacht u binnenkort een ontslaguitkering? Als het aan het kabinet ligt, is vanaf 2014 iedere nieuwe ontslagvergoeding direct volledig belast. Heeft u die mogelijkheid, zorg er dan voor dat het hele ontslagtraject vóór 1 januari 2014 is afgerond: alleen dan kunt u nog kiezen tussen het direct laten uitkeren van de ontslagvergoeding of het bedrag onderbrengen in een (bancaire) lijfrente of stamrecht-BV.
2
Nog mooier is het als u het hele traject vóór 15 november 2013 kunt afronden. Door een aanvulling op het Belastingplan wil het kabinet dat u alleen onder die voorwaarde gebruik kunt maken van de mogelijkheid om volgend jaar 20% onbelast te incasseren. Rond dus snel de onderhandelingen af, richt een BV op, open een bankrekening, regel de overboeking van de vergoeding, enzovoorts. En win deskundig advies in. 11. Controleer toeslagen 2014 Wie in 2013 al toeslagen ontving, krijgt binnenkort automatisch bericht over de toeslagen over 2014. Controleer het overzicht zorgvuldig, want de gegevens waarop de Belastingdienst zich baseert, zijn mogelijk niet meer up-to-date waardoor u te veel of juist te weinig krijgt. Wijzigingen kunt u doorgeven via www.toeslagen.nl
3
12. Pas op voor de vermogenstoets Het box 3-vermogen is van invloed op te ontvangen toeslagen of te betalen bijdragen. Het kan dus zinvol zijn uw box 3-vermogen te verlagen. Zie ook onder Let Op! ■ Wie na aftrek van de box 3-vrijstelling op 1 januari 2014 méér dan € 80.000(1) vermogen heeft (ongeacht of u alleenstaand bent of een toeslagpartner heeft), krijgt geen zorgtoeslag en kind gebonden budget meer. ■ U krijgt geen huurtoeslag meer als uw vermogen boven de box 3-vrijstelling uitkomt. ■ Mensen met box 3-vermogen betalen een hogere eigen bijdrage AWBZ/WMO. ■ Wordt u 65 in 2014 en kreeg u op 1 januari 2013 een VUT-uitkering, prepensioen of vergelijkbare uitkering? Let dan op de vermogenstoets voor de AOW-compensatieregeling. (1) Genoemd is het bedrag voor 2013. Voor 2014 wordt dit gecorrigeerd voor inflatie, maar het juiste bedrag was nog niet bekend bij het ter perse gaan van dit nummer. LET OP: De regels met betrekking tot de vermogenstoets zullen de komende jaren wijzigen, maar op welke wijze en in welke mate is nog niet bekend. Overweeg uw box 3-vermogen te verlagen als dat op korte termijn — in elk geval in 2014 — voldoende geld oplevert. 13. Betaal zorgkosten in 2013 Hoewel de mogelijkheid om specifieke zorgkosten af te trekken toch niet helemaal verdwijnt met ingang van 2014, zal die mogelijkheid wel worden beperkt. Hoe is nog niet volledig duidelijk. Zeker is wel dat aftrek van woningaanpassing bijvoorbeeld niet meer mogelijk is. Betaal zorgkosten daarom zoveel mogelijk in 2013. 14. Denk aan uw ziektekostenpolis U krijgt soms meer vergoed van uw ziektekostenverzekeraar dan u denkt! Pak de polisvoorwaarden erbij en controleer of die bril, de zwangerschapsgymnastiek of de homeopathische geneesmiddelen — om maar eens wat te noemen — worden vergoed.
15. Bundel uw giften Alleen giften boven de drempel (1% van uw drempelinkomen, minimaal € 60 tot maximaal 10% van het drempelinkomen) kunt u aftrekken. Door beoogde giften over meerdere jaren te bundelen en ze in één jaar te betalen, heeft u dus maar één keer ‘last’ van de drempel. Houd rekening met het maximum. Fiscaal partners moeten hun giften samenvoegen (maar pas op: als uw partner ook inkomen heeft, wordt de drempel ook hoger door het gecombineerde drempelinkomen). Wilt u zowel in 2013 als in 2014 aan een goed doel schenken, schenk dan in het jaar waarin u de hoogste aftrek zult krijgen. > Giften in natura tellen ook mee. Denk bijvoorbeeld aan uw oude, nog werkende computer die u aan een goed doel geeft. Vraag een bon waarop uw bijdrage voor dit goede doel omschreven staat met een handtekening. Zet op de bon een reële schatting van de waarde (bijvoorbeeld 10% van de aanschafprijs). LET OP: Om voor giftenaftrek in aanmerking te komen, moet de gift zijn gedaan aan een instelling die beschikt over een zogenaamde ‘ANBI-verklaring’. Controleer of de instelling waaraan u wilt schenken zo’n verklaring heeft. Dat kunt u doen op www.belastingdienst.nl/rekenhulpen/giften/anbi_zoeken. Soms is het moeilijk een instelling terug te vinden in de lijst van instellingen met een ANBI-verklaring. Neem in dat geval contact op met de instelling en vraag of deze een ANBI-verklaring heeft. 16. Geef geld aan culturele instellingen Wie aan een culturele instelling geeft, kan sinds 2012 méér aftrekken dan hij heeft gegeven. U mag uw donatie namelijk met 25% vermeerderen (maximaal € 1.250 extra). Uiteraard moet u wel rekening houden met de drempel (1% van uw drempelinkomen met een minimum van € 60). 17. Doe alsnog aangifte Het indienen van een belastingaangifte is vaak lucratief, bijvoorbeeld als u niet het hele jaar heeft gewerkt, of vanwege de extra heffingskortingen als u kinderen heeft, of vanwege de aftrek van giften, levensonderhoud van kinderen jonger dan 21 jaar (vanaf 2012; 30 jaar tot en met 2011), reisaftrek, studiekosten en ziektekosten. > U kunt dit jaar nog tot en met het belastingjaar 2008 geld terugkrijgen als de teruggave méér bedraagt dan € 13 (2008) of € 14 (2009, 2010, 2011 en 2012). U moet dan wel aangifte doen. De aangifte over 2008 kunt u nog tot en met 31 december 2013 indienen. LET OP: Wie te weinig inkomen heeft om van de aftrek van zorgkosten te kunnen profiteren — vaak het geval bij AOW’ers of chronisch zieken met een laag inkomen — heeft mogelijk recht op de zogenaamde ‘Tegemoetkomingsregeling Specifieke Zorgkosten’ (TSZ, vanaf 2009) of ‘Tegemoetkomingsregeling Buitengewone Uitgaven’ (TBU, tot en met 2008). Als het belastingbiljet is ingediend en de ziektekosten daarin zijn meegenomen, wordt het TSZgeld automatisch op de bankrekening gestort. 18. Verzoek om een voorlopige aanslag Moet u over 2013 of 2014 belasting bijbetalen, bijvoorbeeld omdat u partneralimentatie ontvangt of omdat u inkomen of pensioen van meerdere instanties ontvangt? Verzoek de Belastingdienst dan om een voorlopige aanslag. Op die manier kunt u de belasting over 2014 gespreid (maandelijks) betalen en hoeft u niet duizenden euro’s ineens af te tikken. Meer informatie op www.belastingdienst.nl
4
19. Vraag een teruggaaf over 2014 Denkt u dat u over 2014 recht heeft op een belastingteruggaaf? Laat die dan maandelijks aan u uitbetalen. Het uitbetaalde geld kunt u dan direct gebruiken of opzij zetten. Laat u het geld bij de fiscus staan, dan krijgt u daarover in principe geen rente meer vergoed! > U krijgt de teruggaaf door te vragen om een voorlopige aanslag. Ga naar www.belastingdienst.nl voor meer informatie en het programma voor de voorlopige aanslag, of neem contact op met de Belastingtelefoon (0800-0543, gratis). > Heeft u al een voorlopige teruggaaf over 2013, dan hoeft u geen teruggaaf aan te vragen over 2014: dit gebeurt automatisch. LET OP: Bereikt u in de loop van 2014 de AOW-gerechtigde leeftijd, zijn uw enige inkomsten in 2014 een AOW-uitkering en heeft u een fiscaal partner die voldoende belasting betaalt en die alle overige inkomsten, aftrekposten en het vermogen aangeeft? Zorg er dan voor dat u tot en met de maand voorafgaand aan het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd een voorlopige teruggaaf krijgt voor de heffingskortingen. Uw belastingteruggaaf kan in sommige gevallen groter zijn dan wanneer u na afloop van 2014 via een aangifte belasting terug zou vragen. 20. Dien een middelingsverzoek in Wanneer u in drie opeenvolgende jaren sterk wisselende inkomsten had, komt u waarschijnlijk in aanmerking voor een extra belastingteruggaaf. Deze teruggaaf krijgt u door middeling aan te vragen. Een middelingsverzoek moet worden ingediend binnen 36 maanden na het definitief worden van de laatste aanslag van de te middelen jaren. U krijgt geen rente van de fiscus, dus laat niet onnodig lang geld liggen. > De aanslag wordt 6 weken na dagtekening definitief. Wilt u nog middelen over de jaren 2007 tot en met 2009? Dat kan nog net als u de definitieve aanslag over 2009 heeft ontvangen in oktober 2010 of later: als u geen bezwaar heeft ingediend, heeft u vanaf de dagtekening van de laatste aanslag 36 maanden plus 6 weken de tijd om uw middelingsverzoek in te dienen. 21. Betaal grote uitgaven nog dit jaar! Een nieuwe auto, een bankstel of een wasmachine, betaal dit soort consumptieve bestedingen in 2013. De uitgave verlaagt uw grondslag voor de vermogensrendementsheffing in box 3 voor belastingjaar 2014, zodat u minder inkomstenbelasting hoeft te betalen. Peanuts, denkt u? Als u een auto van € 30.000 nog dit jaar afrekent, scheelt dat € 360 inkomstenbelasting over 2014, netto. Dat is, zeker gezien de huidige lage spaarrentetarieven, snel verdiend! LET OP: Zorg wel voor garanties dat u de goederen daadwerkelijk geleverd krijgt. U zou niet de eerste zijn die wel betaalt maar niets krijgt omdat de leverancier tussentijds failliet gaat. 22. Haal voor € 512 aan contanten in huis Contant geld, elektronisch geld in de vorm van een chipkaart en cadeaubonnen hoeft u tot een bedrag van € 512 (€ 1.024 voor fiscaal partners, bedrag 2013, het bedrag voor 2014 is nog niet bekend, maar zal waarschijnlijk enkele euro’s hoger liggen) niet aan te geven als box 3-vermogen. Haal eind december dus wat extra geld in huis en u bespaart over 2014 tot wel € 12 belasting. Alle beetjes helpen, nietwaar?
5
23. Los consumptieve leningen af Heeft u tegelijkertijd spaargeld en consumptieve leningen? Dat is niet handig, want u betaalt altijd méér voor lenen dan u voor sparen ontvangt. Bovendien kunt u uw box 3-schulden nooit volledig wegstrepen tegen uw bank- en andere box 3-tegoeden, omdat daarvoor een drempel van € 2.900 per persoon geldt (2013). Los daarom uw consumptieve leningen af met uw spaargeld. Het mes snijdt dan aan twee kanten: u bespaart rente èn belasting in box 3. > Betaal uw openstaande rekeningen vóór 1 januari 2014. 24. Beslis over uitbetaling levenslooptegoed Wie op 31 december 2011 een saldo had van € 3.000 of meer, heeft de keus: doorgaan of stoppen. Wie het hele resterende tegoed in 2013 laat uitkeren hoeft over een bedrag ter grootte van 20% van het tegoed op 31 december 2011 geen belasting te betalen. Wat voordeliger is, doorgaan (en dus afzien van de vrijstelling van 20%) of stoppen hangt af van de individuele situatie. LET OP: De vrijstelling van 20% geldt alleen voor het laatste bedrag dat u in 2013 laat uitkeren en op voorwaarde dat het gehele resterende tegoed wordt opgenomen. LET OP: Overweegt u uw levenslooptegoed de komende jaren periodiek op te nemen in plaats van ineens in 2013? Vraag dan na of de instelling waar uw tegoed is ondergebracht daaraan wel wil meewerken. 25. Doe een schenking Aan uw (klein)kinderen mag u ieder jaar belastingvrij geld geven. Op die manier bespaart u op de erfbelasting en bovendien bespaart u in box 3 als uw vermogen hoger is dan de vrijstelling en dat van uw (klein)kinderen niet. De vrijstelling voor schenkingen aan kinderen bedraagt € 5.141 en voor schenkingen aan kleinkinderen, broers, zussen en derden € 2.057. > Onder voorwaarden geldt soms een hogere vrijstelling, zie het kader ‘Schenkingsvrijstellingen 2013-2014’. 26. Benut de tijdelijke vrijstelling van € 100.000 Sinds 1 oktober geldt tijdelijk een extra hoge schenkingsvrijstelling van € 100.000 voor iedereen, dus ook voor schenkingen van bijvoorbeeld een tante aan een nicht of neef. Er gelden wel voorwaarden. Meer in het kader ‘Schenkingsvrijstelling 2013-2014’ hieronder. SCHENKINGSVRIJSTELLINGEN 2013-2014 De normale jaarlijkse schenkingsvrijstelling bedraagt € 5.141 (voor schenkingen van ouders aan kinderen) en € 2.057 (voor schenkingen tussen anderen). Sinds 1 oktober 2013 gelden de volgende éénmalig verhoogde vrijstellingen: € 24.676 Het maximale bedrag van een schenking aan kinderen tussen de 18 en 40 jaar met gebruikmaking van de éénmalig verhoogde vrijstelling. Er moet aangifte van worden gedaan, maar tot dit bedrag zijn er geen verdere voorwaarden. € 51.407 Het maximale bedrag van een schenking aan kinderen tussen 18 en 40 jaar met gebruikmaking van de éénmalig verhoogde vrijstelling, verplicht te gebruiken voor een dure studie of opleiding van uw kind. Als u voor uw kind al gebruik heeft gemaakt van een van deze drie verhoogde vrijstellingen, vervalt het recht op vrijstelling, ongeacht het geschonken bedrag. De schenking moet notarieel worden vastgelegd. € 100.000 Een tijdelijke éénmalige hoge vrijstelling, die in de periode 1 oktober 2013 tot en met 31 december 2014 door iedereen kan worden toegepast, dus ook buiten de ouder-kindrelatie en zonder leeftijdsgrenzen. Voorwaarde is dat de schenking wordt gebruikt voor aankoop, onderhoud of verbetering van de eigen woning, voor aflossing van de eigenwoningschuld, afkoop van het recht van erfpacht, of aflossing van een restschuld. De schenking hoeft niet via de notaris te worden gedaan, maar het is wel verstandig om de schenking schriftelijk vast te leggen.
6
Voor ouders die dit bedrag aan hun kinderen willen schenken, geldt een lagere vrijstelling als al eerder gebruik is gemaakt van de éénmalige hoge schenkingsvrijstelling. Voor de bepaling van de hoogte van de vrijstelling wordt het destijds geschonken bedrag van de € 100.000 afgetrokken. TIP: Gebruik de vrijstelling niet eerder dan eind 2014 voor aflossing van een familiebanklening. U profiteert dan zo lang mogelijk van de fiscale en financiële voordelen. LET OP: Overweegt u èn geld voor een dure studie èn geld voor een huis te schenken aan uw kind(eren)? Schenk dan eerst het geld voor de studie (tot maximaal € 51.407) en vul dat bedrag later aan tot samen maximaal € 100.000 voor het huis. Andersom blokkeert u een vervolgschenking, hoe vreemd dat ook lijkt. TIP: Zie ook www.fiscalert.nl > schenken & erven > vraag en antwoord voor veelgestelde vragen, rubriek ‘schenken’. 27. Laat de werkgever uw autokosten betalen Als u een auto van de zaak rijdt, mag uw werkgever u de brandstof- en reparatiekosten in het buitenland (ook tijdens vakanties!), de vervoerskosten van de autoslaaptrein, kosten voor autoveren, tolwegen, parkeergelden en dergelijke, plus de kosten van auto-accessoires belastingvrij vergoeden. Maak hierover afspraken. 28. Vraag een v.g.p.g.a. aan Reed u dit jaar nog méér dan 500 km privé met uw auto van de zaak, maar worden er dat volgend jaar mínder dan 500 km? Vraag dan bij de Belastingdienst een ‘verklaring geen privégebruik auto’ aan. Na ontvangst van deze verklaring mag uw werkgever de bijtelling achterwege laten. Het aanvraagformulier downloadt u van www.belastingdienst.nl LET OP: De Belastingdienst controleert intensief op privégebruik! Als u van de Belastingdienst een ‘verklaring geen privégebruik auto’ heeft gekregen maar de 500 privékilometers overschrijdt, dient u de Belastingdienst te verzoeken de verklaring in te trekken. Hiervoor kunt u het formulier ‘Wijziging of intrekking Verklaring geen privégebruik auto’ downloaden van de site van de Belastingdienst (www.belastingdienst.nl)
29. Koop pensioen bij Heeft u aantoonbaar pensioentekort? Om uw pensioen te zijner tijd aan te kunnen vullen, mag u een aftrekbaar bedrag voor een lijfrente storten bij verzekeraar of, liever nog, bank (bancaire lijfrente). Dat is aantrekkelijk als de toekomstige uitkeringen tegen een lager tarief zullen worden belast dan het tarief waartegen de premies nu worden afgetrokken. Of als u anders over de inleg nog jaren 1,2% vermogensrendementsheffing zou moeten betalen. Hoeveel u maximaal kunt aftrekken, hangt af van uw jaar- en reserveringsruimte. LET OP: Als u het bedrag over 2013 wilt aftrekken, dient uw bank/verzekeraar de storting uiterlijk op 31 december 2013 te hebben ontvangen. > Voor meer informatie plus ons onderzoek naar de beste aanbieders. click hier.
7
30. Compenseer verhoging AOW-leeftijd De AOW-leeftijd gaat ieder jaar verder omhoog en u moet het AOW-gat in principe helemaal zelf opvangen. Slechts een beperkte groep komt in aanmerking voor compensatie. > Reserveer geld om de gevolgen van het verhogen van de AOW-leeftijd op te kunnen vangen. Gebruik daarvoor bijvoorbeeld (een deel van) uw 13de maand. 31. Stel lijfrente-uitkeringen uit Bereikt u dit jaar de AOW-gerechtigde leeftijd? Wist u dat u pas vanaf 2014 jaar volledig gaat profiteren van de lage tarieven voor AOW-gerechtigden (hoe hoog uw inkomstenbelastingtarieven in 2013 zijn, hangt af van uw geboortemaand)? Het kan daarom verstandig zijn uw lijfrente-uitkering pas volgend jaar in te laten gaan. LET OP: Benutten van dit voordeel kan aantrekkelijk zijn als uw jaarinkomen — exclusief lijfrente-uitkeringen — lager is dan circa € 33.000. 32. Vraag een vergoeding voor vrijwilligerswerk Vrijwilligersorganisaties mogen hun vrijwilligers de in verband met het vrijwilligerswerk gemaakte kosten belastingvrij vergoeden. Autokilometers kunnen, net als de andere gemaakte kosten, bijvoorbeeld tegen de werkelijke kosten worden vergoed. Zonder specificatie mag de kostenvergoeding maximaal € 150 per maand en maximaal € 1.500 per jaar bedragen. > De werkelijke kosten van uw auto kunt u berekenen op de site van de ANWB (www.anwb.nl, zoeken op ‘autokosten’) > Als de organisatie waarvoor u vrijwillig werkzaamheden verricht een zogenaamde ‘ANBIverklaring’ heeft, komen giften boven de drempel (1% van het drempelinkomen) voor aftrek in aanmerking. U kunt dan overwegen uw vrijwilligersvergoeding te schenken. Aftrek is in dat geval alleen mogelijk als u zelf in de hand heeft of u de vergoeding houdt of terugschenkt. 33. Benut de ouderenkorting Om als 65-plusser in aanmerking te komen voor de hoge ouderenkorting van € 1.032 mag uw verzamelinkomen niet hoger zijn dan € 35.450. Is uw inkomen net te hoog, zorg dan voor een extra aftrekpost. U kunt bijvoorbeeld uw hypotheekrente van de eerste zes maanden van volgend jaar al (deels) dit jaar betalen. Ook kunt u giften die u volgend jaar wilde doen, alvast dit jaar overmaken. U bespaart zo € 882, want voor hogere inkomens is de ouderenkorting slechts € 150. LET OP: Besef dat u door het naar voren halen van aftrekposten volgend jaar een hoger inkomen heeft. Dat heeft ook gevolgen voor uw recht op bijvoorbeeld zorgtoeslag en huurtoeslag (dit jaar meer en volgend jaar mogelijk minder).
34. Kies uw zorgverzekeraar Eind 2013 worden de tarieven voor de zorgverzekering van 2014 bekend. Kies de verzekeraar met het pakket dat het best bij u past tegen een zo gunstig mogelijke prijs. Dat kan veel geld schelen: het verschil tussen de goedkoopste en duurste basisverzekering bedroeg in 2013 bijvoorbeeld ruim € 300!
8
VOOR DE ONDERNEMER IN DE INKOMSTENBELASTING
35. Bepaal nu wanneer u bedrijfsmiddelen bestelt (1) Voor de ‘investeringsaftrek’ — een percentage van het totaal aan bedrijfsmiddelen bestede bedrag — is het bestelmoment bepalend. Als u het bedrijfsmiddel in 2013 nog niet in gebruik neemt en u heeft slechts aanbetaald, wordt de investeringsaftrek beperkt tot het daadwerkelijk betaalde bedrag. De overige aftrek vindt dan in 2014 plaats als in dat jaar ten minste een bedrag ter grootte van de resterende aftrek is betaald of het bedrijfsmiddel daadwerkelijk in gebruik is genomen. LET OP: Elk bedrijfsmiddel waarin wordt geïnvesteerd, moet minimaal € 450 (exclusief BTW als recht bestaat op vooraftrek van BTW) kosten om in aanmerking te komen voor de aftrek, terwijl het totaal aan bedrijfsmiddelen méér dan € 2.300 (exclusief BTW als recht bestaat op vooraftrek van BTW) moet bedragen. Overleg met uw accountant of belastingadviseur. > Investeringen boven € 55.248 leveren géén extra aftrek op. Uitstel van een deel van de investeringen naar volgend jaar kan dan een oplossing zijn. Overleg eventueel met uw accountant of belastingadviseur.
36. Bepaal nu wanneer u bedrijfsmiddelen bestelt (2) Bij de zogenaamde ‘willekeurige afschrijving’ heeft u meer vrijheid om zelf te bepalen op welk moment u welk deel van de waarde van uw bedrijfsmiddel als kosten opvoert. Slechts de restwaarde kunt u niet opvoeren. Willekeurige afschrijving is mogelijk zodra een investeringsverplichting is aangegaan of voortbrengingskosten zijn gemaakt en u onder één van de hierna te noemen regelingen valt. De afschrijving kan echter niet hoger zijn dan het daadwerkelijk betaalde bedrag. De aftrek van de afschrijving kunt u op die manier verplaatsen naar het belastingjaar waarin dit naar verwachting fiscaal gezien — rekening houdend met heffingskortingen en het uiteindelijke belastingtarief — het beste uitkomt. Er bestaan meerdere regelingen. De ‘gewone’ regeling geldt voor startende ondernemers (u bent een startende ondernemer als u in de vijf voorafgaande kalenderjaren maximaal twee keer zelfstandigenaftrek heeft genoten). Daarnaast is er nog een regeling voor investeringen die het milieu beschermen. Ten slotte is er nog een tijdelijke regeling voor wie investeert in de periode 1 juli 2013 tot en met 31 december 2013. LET OP: Als uw inkomen nul of zelfs negatief is, valt het voordeel van de heffingskortingen weg (sommige heffingskortingen kunt u nog wel benutten als uw fiscaal partner een voldoende hoog inkomen heeft). De willekeurige afschrijving van bedrijfsmiddelen uitsmeren over meerdere belastingjaren verdient in veel gevallen de voorkeur. Zo kunt u alle aftrekposten tegen het hoogst mogelijke IB-tarief aftrekken, terwijl u de heffingskortingen ook maximaal benut.
9
37. Betaal meewerkende kinderen Hebben uw (minderjarige) kinderen dit jaar meegewerkt in de zaak en hebben ze daarvoor nog niets gekregen? Geef ze dan alsnog een zakelijke beloning. Voor u is het volledig aftrekbaar, bij uw kinderen is het onbelast zolang hun totale jaarinkomen niet meer bedraagt dan circa € 5.689. Omdat de inkomstenbelasting dan binnen de algemene heffings- en arbeidskorting valt, hoeven ze per saldo geen belasting te betalen. Over het ontvangen bedrag is alleen 5,65% inkomensafhankelijke bijdrage ZVW verschuldigd. 38. Betaal uw meewerkende partner Natuurlijk overlaadt u uw meewerkende partner al met cadeautjes, maar er is nóg een goede reden om hem of haar flink in de bloemetjes te zetten. Een zakelijke beloning van minimaal € 5.000 is voor u aftrekbaar en bij uw partner belast tegen het laagste tarief (zolang de beloning onder de € 19.645 blijft en hij/zij geen andere inkomen heeft). Leg deze beloning wel even in een schriftelijke overeenkomst vast. LET OP: Overleg altijd eerst met uw accountant of belastingadviseur of dit voor u de fiscaal meest voordelige optie is. 39. Houd uw uren bij Heeft u als ondernemer in 2013 — aantoonbaar — ten minste 1.225 uur in de zaak gewerkt? Bedragen deze ‘ondernemersuren’ méér dan 50% van uw totaal in 2013 gewerkte uren? Dan heeft u recht op extra aftrekposten. Dit zijn de zelfstandigenaftrek, eventueel de meewerkaftrek en de aftrek voor speur- en ontwikkelingswerk. Zit u er bijna aan? Dan moet u nog even doorwerken. Bent u ‘starter’, dat wil zeggen: bent u de afgelopen vijf jaar in één of meer jaren geen ondernemer geweest? Dan hoeft u alléén te voldoen aan de 1.225-uurseis en niet aan het 50procentscriterium. U heeft bovendien recht op de startersaftrek als u in die periode niet meer dan twee keer de zelfstandigenaftrek heeft gebruikt. Startersaftrek is een verhoging van de zelfstandigenaftrek speciaal voor startende ondernemers. > Om in aanmerking te komen voor zelfstandigenaftrek moet een ondernemer minimaal 1.225 uur voor de onderneming werken. Ook uren die besteed worden aan acquisitie, scholing en het bijhouden van de administratie mogen daarbij worden meegeteld. 40. Houd in december uw werkkapitaal op peil Op het eind van het jaar is het zaak het bedrag op uw ondernemingsrekening op peil te houden als u in privé vermogensrendementsheffing in box 3 betaalt. Door nog even te wachten met het overhevelen van bijvoorbeeld € 5.000 van uw ondernemersrekening naar de privérekening tot een dag of wat ná de jaarwisseling, bespaart u 1,2% van € 5.000 over belastingjaar 2014. Da’s toch weer € 60 netto in de pocket. 41. Bewaar uw bonnen Is uw hobby zodanig uit de hand gelopen dat het een eigen bedrijfje zou kunnen worden? Bewaar dan nu alvast alle bonnen en dergelijke van inkomsten en kosten. Kosten (minus opbrengsten) in de vijf jaar voorafgaand aan het moment dat uw hobby een onderneming is geworden, kunt u in één keer aftrekken zodra u ondernemer wordt. 42. Voorkom bijtelling auto van de zaak in 2014 U kunt belasting besparen door in 2014 niet meer privé te rijden in de auto van de zaak. Begin daarom per 1 januari 2014 direct met het bijhouden van een kilometeradministratie. U kunt zo al snel duizenden euro’s besparen.
10
43. Verreken bij huwelijkse voorwaarden Wie huwelijkse voorwaarden heeft met een zogenaamd ‘periodiek verrekenbeding’, doet er goed aan jaarlijks daadwerkelijk te verrekenen. Dat kan zeer nuttig zijn. Gaat een ondernemer failliet en is verrekend, dan had de partner de helft van de (geherinvesteerde) winst op de eigen bankrekening staan. Dat bedrag kan dus niet meer door de schuldeisers van de ondernemer worden opgeëist. Is niet verrekend, dan heeft de echtgeno(o)t(e) van de ondernemer een vordering op wat er nog te halen valt, net als de andere concurrerende schuldeisers. En het heeft ook zin voor als er ooit wordt gescheiden: afspraken nakomen is altijd makkelijker als je nog vriendjes bent. 44. Ga banksparen Ondernemers moeten voor hun eigen pensioen zorgen. Jaarlijks kunnen ze een bedrag reserveren, de zogenaamde ‘oudedagsreserve’. Dit bedrag is niet meer dan een papieren balanspost. Is er voldoende spaargeld in privé in box 3, dan kunt u die oudedagsreserve onderbrengen in bijvoorbeeld een bankspaarproduct. Geld waarover u in box 3 anders jaarlijks 1,2% belasting moet betalen, brengt u zo onder op een rekening die vrij is van belastingheffing in box 3. LET OP: Geld dat u op deze manier vastzet, is niet meer beschikbaar voor investeringen, maar kan alleen nog worden gebruikt voor uw oude dag. > Om jaarlijks een bedrag te kunnen reserveren (‘doteren’) als oudedagsreserve, moet er winst èn voldoende ondernemingsvermogen zijn. De oudedagsreserve mag door de dotatie niet hoger worden dan het ondernemingsvermogen. Beperk eventueel de overboekingen van de zakelijke rekening naar de privé-rekening als het ondernemingsvermogen onvoldoende dreigt te worden voor dotatie. > Het gebruiken van de bestaande oudedagsreserve voor banksparen leidt overigens tot een afname van de oudedagsreserve op de balans en daarmee ook tot ruimte voor nieuwe dotaties. Extra reden dus om te gaan banksparen. Overleg wel altijd met uw eigen belastingadviseur. 45. Koop lijfrente af in een verliesjaar Het kan soms voordelig zijn om oud-regime lijfrentepolissen niet aan te houden tot de pensioendatum maar eerder te laten uitkeren. Onder ‘oud-regimepolis’ wordt verstaan: alle koopsompolissen (éénmalige premiebetaling) die zijn afgesloten vóór 1 januari 1992 en alle lijfrentepolissen (periodieke premiebetaling) die zijn afgesloten vóór 16 oktober 1990. IBondernemers die verlies lijden, kunnen overwegen hun lijfrentepolis (deels) af te kopen. Door te verrekenen met het verlies is over de lijfrente per saldo geen belasting verschuldigd. > Overleg met uw accountant/belastingadviseur of afkoop van een lijfrente in uw situatie aantrekkelijker is dan verliesverrekening met winst uit andere jaren. 46. Richt nog dit jaar een stamrecht-BV op Verwacht u binnenkort een ontslaguitkering? Als het aan het kabinet ligt, is vanaf volgend jaar iedere nieuwe ontslagvergoeding direct volledig belast. Zorg er daarom voor, als u de keuze heeft, dat het hele ontslagtraject vóór 1 januari a.s. is afgerond. Alleen dan heeft u nog de mogelijkheid om het hele bedrag in een stamrecht-BV onder te brengen. Nog beter is het om het hele traject vóór 15 november 2013 af te ronden (zie ook tip 10).
11
VOOR DE DIRECTEUR GROOT AANDEELHOUDER
12
47. Let op uw salaris Dga’s (en hun partners) zijn voor de vaststelling van het loon gebonden aan de regels over gebruikelijk loon. Het salaris mag op grond daarvan niet meer afwijken dan 30% van hetgeen gebruikelijk is voor werknemers die geen dga zijn en moet minimaal gelijk zijn aan het salaris van de meestverdienende werknemer. De wet gaat voor 2013 uit van een gebruikelijk loon van € 43.000. Wijkt het loon naar beneden af, dan moet de dga dat aannemelijk maken. Gaat de fiscus uit van een hoger gebruikelijk loon, dan dient de fiscus dat met argumenten te onderbouwen. 48. Geef ruimhartig uit uw BV De regeling voor giftenaftrek voor BV’s is met ingang van 2012 gewijzigd. De drempel van € 227 is vervallen. De maximale aftrek is verhoogd van 10% naar 50% van de winst, maar kan niet hoger zijn dan € 100.000. Voor giften aan culturele instellingen mag 50% extra worden afgetrokken met een maximum van € 2.500. In privé is de drempel 1% van het (gezamenlijk) verzamelinkomen met een minimum van € 60 en is het plafond gesteld op 10% van het drempelinkomen. Voor giften aan culturele instellingen mag 25% extra worden afgetrokken met een maximum van € 1.250. Afhankelijk van uw drempelinkomen, het bedrag van de gift(en) en het belastingtarief waar u en uw BV in vallen, kan het voordeliger zijn de giften via uw BV te laten lopen. > Overleg met uw accountant of belastingadviseur. 49. Vergoed telecom thuis De BV mag de kosten voor de telefoon- en internetaansluiting thuis vergoeden. Voorwaarde is dat de aansluiting voor meer dan 10% zakelijk wordt gebruikt. BlackBerry’s, iPhones, HTC’s, Samsungs en al het andere smartphonegebeuren kan ook vrij worden verstrekt, zolang ze voor ten minste 10% zakelijk worden gebruikt. 50. Check overeenkomsten met de BV Veel dga’s hebben in de loop der jaren onderhandse overeenkomsten met hun BV gesloten, bijvoorbeeld een leenovereenkomst met hun BV vanwege consumptieve uitgaven. Nu de marktrente laag is, kan het aantrekkelijk zijn om een lagere rente overeen te komen. En hoe staat het met de gestelde zekerheden? Heeft de BV wel voldoende onderpand? Loop vóór het einde van het jaar alle overeenkomsten één voor één na.